Vlaams Partnerschap Water voor Ontwikkeling
STUDIE VAN BUITENLANDSE INITIATIEVEN VAN SAMENWERKING TUSSEN WATER-ACTOREN VOOR ONTWIKKELING
Met de steun van:
De Vlaamse minister van Ontwikkelingssamenwerking
Inhoudstafel 1. Situering, doelstelling en methodologie van de studie 2. Geïnventariseerde partnerschappen 3. Karakteristieken van de partnerschappen 3.1. 3.2. 3.3. 3.4. 3.5. 3.6. 3.7. 3.8. 3.9. 3.10.
Types partnerschappen en kenmerkende eigenschappen Historiek van de partnerschappen Statuut en organisatie van de partnerschappen Belang van de private sector in de partnerschappen Verhoging van de financiële middelen voor water-en sanitatieprojecten in de derde wereld Toegang tot informatie en kennisverwerving Uitvoering van projecten in het Zuiden Bewustmaking van de bevolking rond de waterproblematiek in het Zuiden Relaties met andere partnerschappen Enkele besluiten in verband met de karakteristieken van de partnerschappen
4. Korte beschrijving van de partnerschappen 5. Rangschikking van de bestaande initiatieven volgens doelstelling 6. Uitwisselen van kennis en informatie en bundelen van expertise 6.1. 6.2.
Uitwisselen van kennis en informatie Inzet van technische en methodologische expertise in het Zuiden
7. Financieringsmechanismen 7.1. 7.2.
Financiering van het secretariaat en activiteiten in het Noorden Financiering van drinkwater- en sanitatieprojecten in het Zuiden
8. Bewustmaking van het publiek 8.1. 8.2.
Mechanismen Samenwerking met gemeenten
9. Samenwerking met de private sector 9.1. 9.2.
Omschrijving Randvoorwaarden voor samenwerking met de private sector
10. Lessen
2
1. Situering, doelstelling en methodologie van de studie Situering Het Vlaams Partnerschap “Water voor Ontwikkeling” wil, door een versterkte samenwerking van de Vlaamse actoren die betrokken zijn bij ontwikkelingssamenwerking en/of waterbeheer, een bijdrage leveren tot de Millenniumdoelstellingen met betrekking tot drinkwater en sanitatie. Als concreet en duidelijk doel houdt het Partnerschap voor ogen om tegen 2015 evenveel mensen in derdewereldlanden aan water en/of sanitatie te helpen, als er inwoners zijn in Vlaanderen (6 miljoen). Het Partnerschap wil dit realiseren door : - technische en methodologische expertise te bundelen en beschikbaar te stellen; - de financiële middelen voor watervoorziening in de Derde Wereld te doen toenemen en optimaal in te zetten; - het Vlaamse publiek te interesseren voor de problematiek van drinkwater en sanitatie in de landen in ontwikkeling. Het Partnerschap streeft daarenboven ook naar de bekendmaking van de Vlaamse waterexpertise. Doelstelling van de studie Lessen trekken uit ervaringen in andere OESO-landen waar diverse water-actoren door samenwerking een bijdrage willen leveren tot een verbeterde voorziening in drinkwater en sanitatie voor de landen in ontwikkeling. Resultaat van de studie 1e fase: - Een beschrijvende inventaris van initiatieven in de OESO-landen die, door versterkte samenwerking, een bijdrage willen leveren tot een verbeterde voorziening in drinkwater en sanitatie in de landen in ontwikkeling. 2e fase: - Een analytisch rapport met de lessen uit de werking en ervaringen van deze initiatieven die nuttig kunnen zijn voor de verdere uitbouw van het Vlaams Partnerschap. Methodologie Voor de studie werden bij de aanvang de door PROTOS gebruikelijke kanalen en contacten aangewend om het bestaan van nationale partnerschappen op OESO-niveau op te sporen (voornamelijk via de leden van het Streams of Knowledgenetwerk, een netwerk van kenniscentra rond drinkwater en sanitatie). Als belangrijke informatiebron werd eerst de website van de betrokken organisaties bestudeerd. Daarnaast werden een aantal bezoeken gebracht aan het Nederlands Water Partnerschap (NWP), Aqua for all (A4A) in Nederland, Solidarité Eau Europe (SEE). Verder waren er contacten met het Secrétariat International de l’Eau (SIE), WaterAid, pS-Eau naar aanleiding van congressen. De andere organisaties werden uitgebreid telefonisch en per e-mail gecontacteerd voor bijkomende informatie en voor het opsturen van documenten met betrekking tot de organisatie. De informatie over de Partnerschappen werd verwerkt in beschrijvende fiches van elke organisatie (hoofdstuk 4). Een Steering Comittee, bestaande uit enkele deelnemers van het Vlaams Partnerschap, kwam twee keer samen om deze studie te beoordelen en te begeleiden: een eerste keer voor de kritische lectuur van de beschrijvende inventaris van initiatieven in OESO-landen en het geven van richtlijnen voor het trekken van lessen en een tweede keer voor de kritische lectuur van het voorlopige rapport.
3
2.
Geïnventariseerde partnerschappen
1. Aqua for all - Water is Leven (A4A) Nieuwegein, Nederland 2. Australian Water Association (AWA) Artarmon (Sydney), NSW, Australië 3. Danish Water Forum (DWF) Horsholm, Denemarken 4. Japanse Water Forum (JWF) Tokyo, Japan 5. Netherlands Water Partnership (NWP) Delft, Nederland 6. Partners for Water and Sanitation (PWS) Londen, Groot-Brittannië 7. Programme Solidarité Eau (ps-Eau) Parijs, Frankrijk 8. Secrétariat International de l’Eau (SIE), Montreal, Canada 9. Solidarité Eau Europe (SEE) Straatsburg, Frankrijk 10. Swedish Water House (SWH) Stockholm, Zweden 11. WaterAid Londen, Groot-Brittannië 12. WaterCan Ontario, Canada
4
3. Karakteristieken van de partnerschappen 3.1. Types partnerschappen en kenmerkende eigenschappen (zie annex : tabel met functies, oorsprong, deelnemers aan de partnerschappen) Geen enkele van de bestudeerde partnerschappen vult tegelijk de drie functies in die het Vlaamse Partnerschap op zich wil nemen zijnde: 1) technische en methodologische expertise bundelen en beschikbaar te stellen voor het Zuiden; 2) de financiële middelen voor watervoorziening in de Derde Wereld doen toenemen en optimaal inzetten en 3) het publiek interesseren voor de problematiek van drinkwater en sanitatie in de landen in ontwikkeling. De categorie partnerschappen die het dichtst aanleunen bij het karakter van het Vlaams Partnerschap omdat ze zowel de publieke sector, de private sector en de civiele maatschappij willen betrekken, op nationaal vlak werken en niet voornamelijk of uitsluitend gefocust zijn op projectwerking in het Zuiden zijn: Danish Water Forum (DWF), Japanse Water Forum (JWF), Nederlands Water Partnership (NWP). Deze partnerschappen leggen de nadruk op de toegang tot informatie met betrekking tot de watersector om de deelnemersgroepen zo goed mogelijk te informeren over tendensen in de watersector, nationaal aanwezige expertise, financieringsmogelijkheden, landeninformatie. Het is duidelijk dat deze partnerschappen de bedoeling hebben om de nationale wateractoren een kader aan te bieden waardoor ze zich beter zouden kunnen positioneren op de internationale markt in verband met water. Het NWP bijvoorbeeld publiceerde een catalogus waarin de beschikbare Nederlandse waterexpertise voorgesteld wordt. Deze partnerschappen zoeken bewust de synergie op tussen de publieke sector, de private sector en de civiele maatschappij om deze gezamenlijke expertise in te zetten binnen projecten in het Zuiden. Bewustmaking van de bevolking in het noorden rond de waterproblematiek in het Zuiden en zelf mobiliseren van fondsen voor projectwerking in het Zuiden zijn geen prioriteit. Dit wil niet zeggen dat de partnerschappen niet ingaan op, of zelfs pro-actief financieringsmogelijkheden zoeken voor het Zuiden en de verschillende deelnemersgroepen hier dan rond samenbrengen om te zien hoe een gezamenlijke inzet kan gebeuren. Het NWP, bijvoorbeeld, gaat via informatiekanalen van de overheid en via de ambassades in de landen waar Nederland samenwerkingsverbanden mee heeft op zoek naar mogelijkheden voor projecten in het Zuiden, om dan via de gezamenlijke inzet van expertise van private sector, onderzoeksinstituten, NGOs,… een “total solution” aanpak voor te stellen aan de betrokken landen. Het is duidelijk dat het samenbrengen van expertise rond bepaalde opportuniteiten en concrete acties in het Zuiden een belangrijk deel van de dynamiek uitmaakt van deze partnerschappen. De partnerschappen proberen ook het mandaat te krijgen van hun leden om op internationale conferenties met een stem te spreken voor de ganse watersector. Deze partnerschappen verwijzen dikwijls naar elkaar en er worden pogingen ondernomen, voornamelijk vanuit het Japanse Water Forum, om een noord-noordnetwerk op te bouwen dat deze nationale partnerschappen samen moet brengen. Dit engagement werd genomen op het laatste WereldWaterForum in Kyoto, en het Japans Water Forum zou hier voor het secretariaat op zich nemen. De meerwaarde van het samenbrengen van deze nationale fora is nog niet duidelijk. Partners for Water and Sanitation (PWS), werkt enkel in 3 landen van Afrika (Oeganda, Nigeria, Zuid-Afrika). De organisatie is gefocust op projectwerking in het Zuiden als middel om de drie deelnemersgroepen (private sector, publieke sector en civiele maatschappij) samen te brengen. Op basis van de concrete samenwerking en synergie op het terrein wil het partnerschap de meerwaarde van tripartiete modellen aantonen. Het is het enige netwerk dat gehuisvest is binnen een ministerie. Swedish Water House, geeft prioriteit aan uitwisseling van kennis en informatie en geeft een beperkt belang aan het bundelen van expertise voor acties naar het Zuiden toe. Ze wil echter niet
5
dat de private sector de bevoorrechte partij zou zijn en gebruik maken van het partnerschap om zijn positie op de markt te verbeteren. Dit weerhoudt haar ervan om samen te werken met de andere nationale partnerschappen die teveel de nadruk leggen op de implicatie van de private sector. Australian Water Association (AWA) is een reeds lang bestaand initiatief van de private sector waarvoor de overheid ook zijn belangstelling toont. De begunstigden van de associatie behoren dan ook allemaal tot de private sector. Ze doen echter ook aan bewustmaking rond water (in het algemeen) en hebben een sociale component naar het Zuiden toe in de vorm van een zeer recent gestarte “WaterAid Australië”. Het partnerschap wordt benaderd door de categorie van partnerschappen Danish Water Forum (DWF), Japanse Water Forum (JWF), Nederlands Water Partnership (NWP) om mee in het noord-noordnetwerk te stappen. Programme Solidarité Eau (ps-Eau) werkt zeer regionaal (Senegal en Mediterrane zone) en legt de nadruk op pilootacties in water en sanitatie en het studiewerk daar rond als middel voor kennisverwerving en het stimuleren van multipartijinitiatieven. Als specificiteit qua deelnemers werken zij sterk met lokale besturen in Frankrijk die een band hebben met het Zuiden en met migrantenassociaties. De private drinkwatersector in Frankrijk (Suez, SAUR, Veolia) is sterk betrokken bij de organisatie en bij de uitwerking van initiatieven in het Zuiden.
Solidarité Eau Europe (werkt alleen in Europa en in de mediterrane zone), WaterCan, Aqua for All zijn organisaties gefocust op projectwerking in het Zuiden. Ze betrekken elk de verschillende groepen (publieke sector, private sector, onderzoeksinstellingen,…) die werken rond water, maar eerder in een perspectief om financiering los te weken voor de uitvoering van projecten in het Zuiden (en in kansarmere delen van Europa voor wat betreft Solidarité Eau Europa). Daarnaast maken ze gebruik van de expertise die ze aangeboden krijgen van de verschillende groepen in hun projecten. Via hun concrete acties in het Zuiden doen ze aan bewustmaking van de bevolking in het noorden. WaterAid vervult dezelfde rol als voorgaande maar heeft als specificiteit dat ze sterk gestuurd en gesteund wordt vanuit de private drinkwatersector in Engeland. Secrétariat International de l’Eau (SIE) is een landenoverschrijdend initiatief dat leden van over gans de wereld, van de publieke sector, private sector, onderzoeksinstituten, NGOs,… samenbrengt om de boodschap van rechtvaardig waterbeheer met een sterke betrokkenheid van de burger uit te dragen. Ze doen dit voornamelijk door hun prominente aanwezigheid op internationale fora via “jongerenparlementen”, “raad van waterwijzen”,… en door de uitvoering van pilootprojecten gebaseerd op sterke participatie van burgers.
3.2. Historiek van de partnerschappen De meeste partnerschappen zijn van zeer recente datum en zijn gecreëerd naar aanleiding van recente Waterconferenties en de Wereldconferentie rond duurzame ontwikkeling. Japanse Water Forum (JWF) -2004 Swedish Water House -2003 Danish Water Forum (DWF) -2002 Partners for Water and Sanitation (PWS) -2001 Netherlands Water Partnership (NWP) -2000 Solidarité Eau Europe -1998 Van de partnerschappen die dichtst aanleunen bij het karakter van het Vlaams Partnerschap zijn allen nog zeer jong of in de opstartfase. Het Netherlands Water Partnership (NWP) heeft al een iets langere ervaring, en kan zeer nuttig zijn om bruikbare lessen te trekken voor de opstart van het Vlaams initiatief. Het NWP is al geëvolueerd naar een partnerschap met een duidelijk profiel en met een duidelijk aanbod van de beschikbare expertise, wat nog niet aanwezig is in de andere gelijkaardige initiatieven (uitgebreide website en portaalfunctie, aantrekkelijke voorstellingsbrochures van de Nederlandse waterexpertise, specifieke landeninformatie, …).
6
Andere organisaties werden gecreëerd naar aanleiding van het eerste Waterdecennium rond drinkwater (1980-1990): Secrétariat International de l’Eau (SIE) -1990 Programme Solidarité Eau (ps-Eau) -1984 WaterAid -1981 Aqua for all - Water is Leven (A4A) (2002) werd opgericht als vervolg op een geslaagde campagne voor de financiering van enkele waterprojecten in het Zuiden van de ingenieursvereniging KVWN ‘Water Overbrugt Wereld”. WaterCan (1987) werd opgericht door een aantal geëngageerde individuen die zich interesseerden voor de waterproblematiek. De Australian Water Association (AWA) (1962) werd opgericht door de private sector naar aanleiding van een ingenieursconferentie die plaatsvond in 1961.
3.3. Statuut en organisatie van de partnerschappen De organisaties hebben het statuut van stichting (Nederlandse organisaties) of associatie (Franse organisaties), NGO of een of ander statuut als non-profit-organisatie. De meeste organisaties hebben een structuur met leden met een bestuursorgaan waarin de deelnemende groepen (soms met vastgelegde quota per deelnemersgroep, zoals bvb bij NWP en PWS) vertegenwoordigd zijn. Swedish Water House heeft geen duidelijke ledenstructuur (“virtueel netwerk open voor iedereen”), zoals ook het Japanse Water Forum (JWF) dat blijkbaar nog in opbouw en aan de consultatieronde bezig is voor het opbouwen van leden bestaande uit de verschillende groepen deelnemers (publieke sector, private sector, onderzoeksinstituten, NGOs,…). De partnerschappen starten allemaal met een zeer beperkt secretariaat van 1 à 3 voltijdse krachten. Het Netherlands Water Partnership (NWP) startte bijvoorbeeld met 1 voltijdse kracht die in het eerste jaar enkel ging praten met de verschillende te betrekken groepen om hun verwachtingen in kaart te brengen. Ondertussen zijn ze al groter geworden en evolueerden recentelijk van 7 naar 12 personen (waarvan 5 personen voor het opzetten van een portaal rond water en sanitatie en voor het informatiebeheer in het algemeen). Het secretariaat van een ouder initiatief zoals de Australian Water Association (AWA) heeft een 15-tal personen. De meeste secretariaten of coördinatiekantoren van de partnerschappen die dicht aanleunen bij het karakter van het Vlaams Partnerschap worden gefinancierd via ledenbijdragen, maar meestal financiert de overheid het grootste deel van de werking. De projectgerichte partnerschappen of organisaties worden gefinancierd via de middelen verkregen voor hun projectwerking in het Zuiden. De partnerschappen proberen hun onafhankelijkheid te vrijwaren en de fysieke link met de overheid te beperken door een locatie te zoeken buitenshuis. Partners for Water and Sanitation (PWS) daarentegen is gehuisvest in het departement milieu, voedsel en rurale zaken (DEFRA).
3.4. Belang van de private sector in de partnerschappen De meest partnerschappen betrekken actief de private sector binnen het partnerschap, als een van de betrokken actoren binnen de watersector. De Australian Water Association (AWA) is een initiatief gefocust op de private sector. Swedish Water House wil de private sector niet bevoordelen binnen het partnerschap en houdt een zekere reserve tegenover de implicatie van de private sector. Programme Solidarité Eau (ps-Eau) trok sinds half de jaren ’90 actief de private drinkwater sector aan. De grote Franse waterbedrijven (Suez, Veolia, SAUR) engageren zich nu sterk binnen de organisatie en in de projectwerking in het Zuiden.
7
WaterAid kan als projectorganisatie rekenen op de steun van de grote Engelse waterbedrijven. WaterAid werd in 1981 opgericht als antwoord van de Engelse drinkwatersector op het eerste Waterdecennium. De waterbedrijven werden er in 1989 geprivatiseerd en WaterAid vertegenwoordigt nu in zekere zin de uitdrukking van de “sociale bekommernis” van de Engelse private sector voor de drinkwaterproblematiek in het Zuiden.
3.5. Verhoging van de financiële middelen voor water-en sanitatieprojecten in de derde wereld Het actief bewerken van de verschillende deelnemersgroepen voor financiële participatie voor projecten in het Zuiden en het mobiliseren van fondsen voor uitvoering van projecten in het Zuiden vindt men eerder bij de projectorganisaties, zoals WaterCan, Aqua for All, WaterAid. Deze laatste is waarschijnlijk de meest inventieve organisatie voor wat betreft het uitvinden van allerhande mechanismen voor fondsenwerving, (naast de gegarandeerde bijdragen van de private drinkwatersector en de subsidies van Europese en Engelse financieringskanalen voor internationale samenwerking): -“payroll giving”: maandelijkse giften van werknemers van bedrijven en organisaties, waarbij de regering een bijkomende subsidie voegt; -“uitgifte van kredietkaarten”: waarbij WaterAid een bepaalde som krijgt bij opening en bij gebruik van de kaart; -“breng je oude GSM”: waarbij WaterAid 30 pond krijgt per teruggebracht toestel (dat gerecyleerd wordt voor tweedehandsgebruik) -schenkingen van aandelen aan WaterAid -“charity flowers”: bestelling van bloemen per telefoon (15% van de waarde is voor WaterAid) -“click to give”: elke klik op de Aquaplasticswebsite (Europese plastiekindustrie) genereert 10 cent voor WaterAid; -“wateraidbikinis” bij H&M -… Aqua for All (A4A) werkte bijvoorbeeld mechanismen uit met de publieke drinkwatermaatschappijen die een meerprijs van 0.2 cent per m³ factureren aan de klanten. Dit initiatief leek echter sociaal niet aanvaardbaar voor de klanten. Andere financieringsbronnen zijn: *contractuele bijdragen van waterbedrijven, waterschappen, sponsoren *sponsorloop “wandelen voor water” die in de week van de Wereld Water Dag wordt georganiseerd. WaterCan mobiliseert fondsen in overleg met de drinkwatermaatschappijen die samen met de waterrekening informeren over de projecten van WaterCan en een oproep tot storting voor WaterCan doen. De andere partnerschappen met het karakter van het Vlaams Partnerschap hebben echter nooit als doelstelling om actief fondsen te mobiliseren om de financiering voor de watersector te verhogen.
3.6. Toegang tot informatie en kennisverwerving Alle partnerschappen met het karakter van het Vlaams Partnerschap leggen de nadruk op een goede kennisuitwisseling. De website of de portaalfunctie van de organisatie wordt als uithangbord als zeer belangrijk aanzien. Workshops, seminaries, themagroepen zijn de gebruikelijke instrumenten om de verschillende groepen samen te brengen en te laten uitwisselen. Informele bijeenkomsten zoals deze die jaarlijks door NWP georganiseerd worden schijnen van kapitaal belang te zijn in de dynamiek van het partnerschap en in het proces van kennisuitwisseling. Toegang tot specifieke landeninfo wordt ook als belangrijk ervaren door bepaalde overheden (bvb de Nederlandse en Deense overheid legt hier de nadruk op). De partnerschappen worden door sommige overheden aanzien als adviesorganen voor het bepalen van het beleid van de watersector. Ze worden ook soms aangesproken door de overheid voor de voorbereiding en de vertegenwoordiging op internationale bijeenkomsten en waterfora.
8
3.7. Uitvoering van projecten in het Zuiden Zoals reeds eerder vermeld is de uitvoering van projecten in het Zuiden eerder voorbehouden aan de projectgerichte organisaties Aqua for all - Water is Leven (A4A): projecten van drinkwatervoorziening en sanitatie via Nederlandse NGOs en hun lokale partner Programme Solidarité Eau (ps-Eau): uitvoering van pilootprojecten via deelname van de verschillende deelnemersgroepen Solidarité Eau Europe : eigen uitvoering en begeleiding van projecten in kansarme delen van Europa en in het mediterrane milieu WaterAid: eigen uitvoering en begeleiding van projecten in het Zuiden WaterCan: eigen uitvoering en begeleiding van projecten in het Zuiden De andere partnerschappen beperken zich tot het informeren over financieringsmogelijkheden voor het Zuiden of tot het in contact brengen met financiers voor een gemeenschappelijke inzet binnen projecten (bvb voor de “total solution” aanpak van NWP door het samenbrengen van private sector, onderzoeksinstituten, NGO’s,…).
3.8. Bewustmaking van de bevolking rond de waterproblematiek in het Zuiden Ook dit thema is belangrijker voor de meer projectgerichte organisaties en partnerschappen. De bewustmaking door de andere partnerschappen is meestal beperkt en heeft meer betrekking op de promotie van het belang van de waterproblematiek in het Zuiden naar de verschillende wateractoren toe. De Australian Water Association (AWA) voert dan weer wel een actieve sensibilisering naar de bevolking toe.
3.9. Relaties met andere partnerschappen Organisaties zoals WaterAid hebben netwerking en deelname aan allerhande platformen hoog op hun agenda staan. Men vindt ze zowat in alle internationale netwerken waarin de civiele maatschappij vertegenwoordigd is: Streams of Knowledge, Freshwater Action Network, Global Water Partnerships,…. De partnerschappen met het karakter van het Vlaams Partnerschap, blijken onderling in kontakt te zijn en ondernemen vanuit het Japanse Water Forum pogingen om een noord-noordnetwerk op te bouwen dat deze nationale partnerschappen moet samenbrengen. Het Global Water Partnership wordt door deze partnerschappen aangegeven als belangrijkste gesprekspartner of referentie.
3.10. Enkele besluiten in verband met de karakteristieken van de partnerschappen *de meeste partnerschappen zijn van (zeer) recente datum en dit geldt zeker voor wat betreft de de opstart van de nationaal getinte partnerschappen (behalve AWA); *de verankering van de partnerschappen gebeurt, op een enkele uitzonderling na (PWS), steeds in een onafhankelijk orgaan; *overheidssteun voor werking en secretariaat blijkt een constante te zijn in de partnerschappen; *het GlobalWaterPartnership wordt erkend als referentie door alle partnerschappen; *informatie- en kennisuitwisseling blijkt de belangrijkste doelstelling te zijn, of tenminste het vertrekpunt te zijn van alle partnerschappen.
9
4. Korte beschrijving van de partnerschappen
1. Aqua for all - Water is Leven (A4A) Nieuwegein, Nederland Historiek en type organisatie Naar aanleiding van het 100-jarig bestaan (1999) van de Koninklijke Vereniging voor Waterleidingbelangen in Nederland (KVWN) werden fondsen gemobiliseerd via een campagne “Water Overbrugt Wereld Wijd” ter ondersteuning van kleine projecten in het Zuiden. Op basis van dit initiatief besloten de Koninklijke Vereniging voor Waterleidingbelangen in Nederland (KVWN) met 1.400 leden en de Nederlandse Vereniging voor Waterbeheer (NVA) met 3.000 leden het initiatief een structureel karakter te geven en stichtten A4A (2002). De organisatie overweegt om zich meer en meer te gaan profileren als de stem (“het derde wereld loket”) van de “sociale component” van de publieke drinkwatersector in Nederland.
Thema Drinkwater en sanitatie Missie Bundelen van de krachten van de publieke watersector in Nederland (drinkwatermaatschappijen en waterschappen) om zo bij te dragen aan de millenniumdoelstellingen. Doelstellingen *realiseren van drinkwatervoorziening, sanitaire voorzieningen en waterbeheer in Derde Wereldlanden, voornamelijk in ruraal en randstedelijk milieu *bemiddelen tussen de vraag (expertise, geld voor projecten) en aanbod (bedrijven die kennis en/of geld ter beschikking willen stellen) -verzamelen van geld en middelen (zoals relevant materiaal, materieel en relevante kennis en menskracht) ten behoeve van sanitaire voorzieningen, waterbeheer en drinkwatervoorzieningsprojecten in Derde Wereldlanden -beschikbaar stellen van bedoeld geld en bedoelde middelen aan ter zake kundige en actieve niet gouvernementele organisaties (NGO’s) die daartoe voorstellen doen aan de stichting. -uitwisselen van kennis en ervaring tussen de betrokken drinkwaterbedrijven en waterbeheerinstellingen en -bedrijven enerzijds en de hulporganisaties anderzijds *stimuleren van leden van de Koninklijke Vereniging voor Waterleidingbelangen in Nederland (KVWN) en de Nederlandse Vereniging voor Waterbeheer NVA (NVA) tot het actief geld en middelen verzamelen ten behoeve van de stichting. Organisatiestructuur Statuut Stichting Leden Waterbedrijven, waterschappen, private sector, research en consultancy, ingenieursverenigingen. Beheersstructuren en uitvoerende structuur De Raad van Bestuur bestaat uit de voorzitter van de Koninklijke Commissie van Zeeland, en vertegenwoordigers van de drinkwatersector in Nederland. Een beperkt uitvoerend team (directeur + 3 parttimes), wordt ondersteund door 2 adviesorganen: -de selectiecommissie van waterprofessionals, die projectaanvragen beoordeelt -een comité van aanbeveling (mensen uit sport, media, industrie,…) die als contactpersonen dienen tussen A4A en deelnemende bedrijven en sponsors.
10
Daarnaast bestaat een “expert group” van een 60-tal vrijwilligers (actieve en post-actieve professionals van KVWN en NVA) uit waterschappen, drinkwatermaatschappijen en kennisinstituten voor projectadvisering en projectbegeleiding, geven van gastlessen, vertegenwoordiging op symposia,… Implicatie overheid Nee. A4A krijgt moeilijk toegang tot fondsen van Nederlandse overheid aangezien ze niet erkend wordt als projectuitvoerende organisatie in het Zuiden (aangezien ze via andere NGO’s werken). Financiële middelen *gegarandeerde financiële bijdragen van 5 watermaatschappijen (er werd tot voor kort een meerprijs van 0.2 cent per m³ gefactureerd aan de klanten gevraagd, dit leek echter sociaal niet aanvaardbaar voor de klanten) *contractuele bijdragen van waterbedrijven, waterschappen, sponsoren *sponsorloop “wandelen voor water” die in de week van de Wereld Water Dag wordt georganiseerd Partnerschappen *voor de fondsenwerving: van de 13 watermaatschappijen nemen er 9 deel aan A4A (die samen instaan voor 80% van de watervoorziening in Nederland); diverse (7) waterschappen geven expertise, 9 commerciële bedrijven zijn betrokken *Aqua for All zal zelf geen projecten uitvoeren, noch opzoeken. A4A werkt samen met gereputeerde NGO’s (en UNICEF) voor de uitvoering van waterprojecten: Novib, ICCO, Memisa, Simavi, Amref, Dorcas hulp, PROTOS. De NGO’s doen voorstellen, het A4A-bestuur maakt een keuze uit de projecten. *actief binnen het NWP (voornamelijk als trekker van het Aangepaste technologie-platform) *samenwerking met de Nederlandse Vrouwen Raad om haar expertise rond gender te koppelen aan deze van A4A Activiteiten *uitvoering van projecten in drinkwater en sanitatie in het Zuiden (een 20-25 projecten op jaarbasis van de grootteorde van 25 à 100.000 euro)
11
2. Australian Water Association (AWA) Artarmon (Sydney), NSW, Australië Historiek en type organisatie Australische non-profitorganisatie (« Company Limited by Guarantee”) voor organisaties en individuen die in de waterindustrie werken, opgericht in 1962. Thema Water Missie Promotie van duurzaam waterbeheer Doelstellingen -de AWA wil een referentiepunt zijn voor de waterindustrie -advies en bijdragen leveren aan de overheid ivm waterbeleid -promotie van duurzaam waterbeheer op gemeenschapsniveau Organisatiestructuur Statuut Vereniging zonder winstoogmerk Leden 4.000 leden uit Australië en daarbuiten: organisaties en individuen (ingenieurs, managers, gezondheidwerkers,…) Beheersstructuren Elke staat/regio benoemt een lid voor de Raad van Bestuur, naast de permanente leden van de Water Services Association van Australië en IWA. Daarbij komen nog eens 6 leden van het uitvoerend comité om de volledige raad van bestuur te vormen. Uitvoerende structuur 11 voltijdse medewerkers (onder andere verantwoordelijken voor wetenschappelijke informatie, IT, educatie,…) en 4 halftijdse krachten. Implicatie overheid
AWA wordt door de overheid geconsulteerd voor beleidsbepaling en advies. Financiële middelen Bijdragen van de leden, organisatie van workshops, publicaties,… Partnerschappen American Water Works Association (AWW) Australian Water Partnership (GWP) Activiteiten *educatiewerk in Australië *organiseren van workshops en seminaries *organiseren van “awards” voor studenten, professionals *opzetten van “charity model” naar model van WaterAid (officieel gelanceerd) *opzetten van informatienetwerk rond wateractoren in Australië
12
3. Danish Water Forum (DWF) H∅rsholm, Denemarken Historiek en type organisatie Netwerk van stakeholders in de Deense watersector, opgericht in oktober 2002, onder initiatief van de private sector. Ministeries, autoriteiten, bedrijven, universiteiten en NGO’s waren geïnteresseerd om mee te stappen in het initiatief dat gericht is op kennis en expertiseuitwisseling. Thema Watersector Missie Versterken van de Deense watersector, van fragmentatie tot integratie en promotie en uitbreiding van de rol van de Deense watersector in de internationale samenwerking. Doelstellingen *bevorderen van gemakkelijke toegang tot kennis en expertise in de watersector voor de leden (om de kwaliteit en competitiviteit van de Deense watersector te verhogen) *stimuleren van horizontale samenwerking tussen Deense overheid, bedrijven en andere instellingen *zichtbaar maken van Deense waterexpertise op internationaal niveau Organisatiestructuur Statuut Non-profit organisatie Leden 40 leden : private sector, overheid, consultancybureaus, NGO’s, kenniscentra Beheersstructuren Raad van bestuur van een 9-tal personen van de verschillende groepen deelnemers Uitvoerende structuur Beperkte staf (coördinator, deeltijdse kennisbeheerder, administratieve hulp): 2 1/2 personen. Implicatie overheid De overheid is sterk geïnteresseerd in het netwerk en gebruikt het forum als kenniscentrum voor de verbetering van de werking van de Deense ontwikkelingshulp. Financiële middelen
Leden betalen 5.000 Deense kronen (670 €) DANIDA financiert onderzoeksopdrachten, die worden toevertrouwd aan het DWF Partnerschappen Sterk gericht op netwerking met onder andere GWP, World Water Council, IWA,… Ze zijn ook geïnteresseerd in netwerking met andere nationale partnerschappen: Japan Water Forum, Nederlands Water Partnerschap, Australische Water Associatie, Canada, Nieuw Zeeland, Oost-Europa, Noorwegen, Zweden, Engeland.
13
Activiteiten *informatieverspreiding ivm internationale waterthema’s, strategieën en programma’s en informatie en onderzoek over de landen waar DANIDA werkt *thematische vergaderingen en workshops over relevante waterthema’s *deelname aan internationale conferenties en vergaderingen als gemandateerde van de hele Deense watersector *begeleiden van gemeenschappelijk onderzoek en programma’s *creëren en versterken van linken van traditionele wateractoren met relevante actoren in verwante sectoren zoals gezondheid, milieu, landbouw,…
14
4. Japanese Water Forum (JWF) Tokyo, Japan Historiek en type organisatie Recent opgericht (februari 2004) Japans Forum als vervolg op het derde Wereld Water Forum in maart 2003. Het JWF kreeg de opdracht en het secretariaat toegezegd om de netwerking van noord-noordpartnerschappen op te starten. Thema Water Missie Bijdragen aan de internationale globale waterthema’s en verder aan internationale vrede en industriële ontwikkeling in Japan. Gebruik van menselijke en informatienetwerken en expertise om de wateractiviteiten en kennis uit te breiden ter ondersteuning van (Japanse) organisaties in hun internationale wateractiviteiten. Doelstellingen *opzetten van noord-noord uitwisselingsmechanismen en linken met zuid-zuid netwerken voor informatievergaring *ondersteuning van de internationale activiteiten van de Japanse watersector *begeleiden van de samenwerking met andere gelijkaardige organisaties (Deens en Australisch Water Forum, NWP)
Organisatiestructuur (moet nog opgezet worden) Statuut Non profit organisatie – Think tank Leden Te betrekken leden: Private sector, academische wereld, NGO’s, overheid Beheersstructuren en uitvoerende structuur Nog op te zetten. Het stichtend comité werd aangesteld in februari 2004 en de eerste algemene vergadering ging door in mei 2004. Financiële middelen Activiteiten moeten gefinancierd worden via leden van het noord-noordpartnerschap en via gemeenschappelijke fondsenwerving. Partnerschappen Deens en Australisch Water Forum, NWP, GWP, WWC Activiteiten *opzetten van nationale en internationale informatienetwerking *ondersteuning van Japanse private sector, academische wereld, en gouvernementele organisaties en anderen betrokken in internationale activiteiten *monitoring van de resultaten van het derde Wereld Water Forum *ondersteuning voor de organisatie van andere Wereld Water Fora *formuleren van strategische aanbevelingen voor de sector *stimuleren van bewustmaking rond water
15
5. NWP: Netherlands Water Partnership Delft, Nederland Historiek en type organisatie In 1999 opgerichte onafhankelijke non-profitorganisatie, een stichting, die optreedt als onafhankelijk nationaal coördinatie- en informatiepunt voor wateractiviteiten. Het initiatief kwam van de Nederlandse private en de publieke sector naar aanleiding van het Waterforum in Den Haag van 2000. NWP is gevestigd in de gebouwen van IRC, IHE. Thema Water: drinkwater, afvalwater, grondwater, oppervlaktewater, riolering Integraal waterbeheer Missie *promotie van de Nederlandse watersector in internationaal perspectief *stimuleren van de Nederlandse bijdrage aan de drinkwatersector op internationaal vlak *promotie van Nederlandse interesse in de internationale watergemeenschap NWP wil dit bereiken door: *versterkte samenwerking tussen NWP-partners *vertegenwoordiging van Nederland in internationale fora Doelstellingen *harmonisatie van de activiteiten overzee van de Nederlandse watersector *harmonisatie in Nederland van kenniscentra, civiele maatschappij, bedrijfswereld en milieuorganisaties *bundelen en promotie van de Nederlandse expertise *versterken van de marktpositie van de Nederlandse private sector (marktanalyse, marketing, productontwikkeling) *verbeteren van de communicatie tussen staat en private sector *optimaal gebruik maken van nationale en internationale financieringsmogelijkheden *contactpunt voor informatie ivm de Nederlandse watersector Organisatiestructuur Statuut Stichting Leden Aantal: van 70 leden bij de start, naar 140 leden actueel: ministeries, watermaatschappijen, industrie, gemeenten, provincies, waterschappen, kennisinstituten, universiteiten, consultancybureaus en consultants, banken, NGO’s, … Beheersstructuren Bestuur bestaande uit minstens 11 leden (nu 24 leden) met minstens 2 leden per deelnemersgroep, en een dagelijks bestuur met minstens 1 lid van elke deelnemersgroep (overheid, kennisinstituten, banken en private sector, consultancy en watermaatschappijen, maatschappelijke organisaties)
Uitvoerende structuur
16
Secretariaat van 7 personen, momenteel uitgebreid met 5 personen voor de opzet van een Informatienetwerk (portaal) en het exploiteren van nieuwe mogelijkheden op de internationale watermarkt (voornamelijk via de contacten met de ambassades). Implicatie overheid Sterke link met de Nederlandse Overheid, onder andere voor wat betreft de financiering en adviesfunctie Financiële middelen Leden met meer dan 50 werknemers dragen 2.500 euro bij voor de werking, anderen 1.250 euro De Nederlandse overheid financiert evenveel als alle bijdragen van de leden samen (200.000 euro op jaarbasis) Opdrachten voor de overheid (bvb. de organisatie van waterfora of consultancy) Partnerschappen NWP zoekt binding met Global Water Partnership en World Water Council, andere partnerschappen zoals het Deens Water Forum, Bangladesh en Egyptisch Water Forum Belangrijkste Activiteiten *informeren van leden ivm relevante ontwikkelingen in de sector: 1 à 2 informele netwerkvergaderingen per jaar (met participatie van een gemiddelde van telkens een 80-tal kaders), newsletter, InformatieNetwerk (portaal) *informatiepunt voor Nederlandse partners en voor buitenlandse klanten: expertisebank, InformatieNetwerk (portaal) met landendatabank, voorstellingsbrochure “Dutch Water Sector” *harmoniseren van activiteiten voor internationale waterfora, programma’s en projecten, en gemeenschappelijke benadering van financiële instellingen (WB, ADB, EEB) en het aanbieden van “total solutions”-projecten met inbreng van verschillende actoren: private sector, universiteit, ministerie, kenniscentra, NGO’s *vergaderingen en discussies rond verschillende thema’s *uitwerken van productmarktcombinaties (grondwater, water en ruimte, water en de keten, water en voedsel)
17
6. PARTNERS FOR WATER AND SANITATION Londen, Groot-Brittannië Historiek en type organisatie Tri-sectorinitiatief (overheid, private sector en civiele maatschappij), in 2001 opgericht in GrootBritttannië op initiatief van de eerste minister naar aanleiding van de Wereldconferentie rond duurzame ontwikkeling in Johannesburg. Het initiatief wordt geleid door het Departement “milieu, voedsel en landelijke zaken” (DEFRA) Thema Drinkwater en sanitatie in secundaire steden en randstedelijk milieu in Afrika (Zuid-Afrika, Oeganda, Nigeria) Missie Bijdragen aan de millenniumdoelstellingen voor drinkwater en sanitatie in Afrika. Doelstellingen *aantonen van effectiviteit van multistakeholderinitiatieven *promotie van duurzaam waterbeheer met de link tussen drinkwater en sanitatie *promotie van een aantrekkelijk klimaat voor investeringen *promotie van “best practices” en richtlijnen voor tri-sector partnerschappen *verwezenlijken van tastbare en duurzame verbeteringen op lokaal niveau in het Zuiden Organisatiestructuur Statuut Zonder duidelijk statuut. Ze noemen zichzelf een “type 2 partnerschap” (dit zijn de “partnerschap initiatieven voor duurzame ontwikkeling”, volgens het Johannesburg Plan of Implementation: namelijk de vrijwillige partnerschappen tussen private sector, (lokale) overheden en particuliere organisaties uit het noorden en het Zuiden ) Leden (30-tal) Overheid, civiele maatschappij en private sector (watermaatschappijen, ingenieurs en consultancybureaus). Zoals bvb: Biwater, Bristol Water,British Water, UK Department for Environment, Food and Rural Affairs, UK Department of International Development, Folkestone and Dover Water, Severn Trent Water International, Tearfund,Thames Water, Water UK, WWF, WaterAid Beheersstructuren en uitvoerende structuur Kleine stuurgroep representatief voor de drie sectoren en een secretariaat van 3 mensen binnen het Departement milieu, voedsel en rurale zaken (DEFRA). In het partnerland Zuid-Afrika is er ook nog een coördinator aanwezig. De kleine stuurgroep doet voorstellen naar de leden toe. De beslissingen worden per consensus genomen. Implicatie overheid Het secretariaat wordt gefinancierd door de Engelse overheid. Het algemeen kader voor de partnerwerking met de partnerlanden wordt door de overheid vastgelegd, en onderschreven door de 3 partijen (overheid, civiele maatschappij en private sector).
Financiële middelen Geen directe toegang tot fondsen voor projectwerking in het Zuiden. De betrokken actoren leveren hun expertise op vrijwillige basis.
18
Partnerschappen Partnerschappen worden niet zo belangrijk geacht. Volgens PWS houden andere partnerschappen zich te weinig bezig met het leveren van concrete outputs naar het Zuiden toe. Activiteiten *capaciteitsversterking (institutioneel, financieel en technisch) binnen projecten in drinkwater en sanitatie in de drie partnerlanden, voornamelijk naar gemeenten toe *analyse van de specifieke noden in de drie landen PS: de private sector die zich engageert door expertise te leveren op vrijwillige basis mag gedurende 2 jaar geen commerciële acties ondernemen in de streek waar de projecten uitgevoerd worden
19
7. Programme Solidarité Eau (ps-Eau) Parijs, Frankrijk Historiek en type organisatie Een in 1984 door de Europese Milieuministers (12) opgericht netwerk met als bedoeling de Europese samenwerking te vergroten in het kader van het Internationaal Decennium van Watervoorziening en Sanitatie. Vrij vlug verdween de interesse van de 12 milieuministers, maar zette de Franse pijler het netwerk verder, met als belangrijkste deelnemers de Franse lokale overheden, vooral met als bedoeling de talrijke lokale overheden en NGO’s te ondersteunen met advies. Half de jaren ’90 werd de private sector (studiebureaus, en grote drinkwatergroepen) aangetrokken om te participeren. Vanaf eind de jaren ’90 spelen deze grote groepen een belangrijke rol (Veolia, Suez, SAUR). Thema Drinkwater en sanitatie in randstedelijke wijken en in kleine centra in Afrika, Latijns Amerika, Azië en het Mediterraan gebied. Missie Bijdragen aan verbeterde drinkwater en sanitatievoorziening via lokale initiatieven van internationale samenwerking, uitwisseling Noord-Zuid en het stimuleren van de coherentie van de acties ivm drinkwater. Doelstellingen Bewerkstelligen van een betere kennis en uitwisseling ivm -drinkwatervoorziening in het Zuiden -ontwikkelingsstrategieën van de civiele maatschappij in het noorden en in het Zuiden -economische activiteiten van migranten in hun land van origine Organisatiestructuur Statuut Associatie volgens Frans recht (NGO) Leden Een kern van een 20-tal zeer actieve leden is verdeeld over verschillende grote groepen: lokale overheden, NGO’s, Aquassistance (“sociale” tak voor advies opgericht door Suez), Agence Française de Développement (AFD), ministeries van Milieu, Buitenlandse zaken, Uitrusting en Tewerkstelling-Solidariteit. De vertegenwoordigers van de staatsstructuren nemen deel aan discussies maar hebben geen stemrecht. Anderzijds is ps-Eau met een 3 à 4.000 personen of organisaties in contact, onder andere via hun nieuwsbulletin. Beheersstructuren Een raad van bestuur van 10 bestuurders wordt gekozen. Een “beperkt comité” bestaande uit vertegenwoordigers van het Ministerie van buitenlandse zaken en ps-Eau staat in voor de coördinatie van een “steering comité” en een “wetenschappelijk comité”. Een “steering comité” bestaande uit watermaatschappijen, studiebureaus, lokale overheden, onderzoeksinstituten, ministerie van Buitenlandse zaken en AFD, NGO’s stelt de studiethema’s en de pilootacties voor en volgt ze op. Het “wetenschappelijk comité” staat in voor de wetenschappelijke opvolging van het onderzoek. Een “syntheseéquipe” zorgt voor de doorstroming en restitutie van de resultaten van de studies. Uitvoerende structuur Het secretariaat bestaat uit 6 personen
20
Implicatie overheid Het programma zelf valt onder de bevoegdheid van een sectie binnen het ministerie van Buitenlandse Zaken. Financiële middelen De Ministeries van milieu, buitenlandse zaken, uitrusting en tewerkstelling-solidariteit zorgen voor het grootste deel van het budget (4,5 miljoen franse frank of 686.000 euro). Franse lokale besturen, AFD, NGO’s en multilaterale organisaties zorgen voor ongeveer 30% van het budget. Partnerschappen De relatie met WEDC (van de Loughborough University) is belangrijk voor wat betreft kennisbeheer, alsook het STREAMs of Knowledge Netwerk. Relatie met GWP wordt belangrijk geacht. Activiteiten De activiteiten van ps-Eau concentreren zich sterk rond 2 regionale deelprogramma’s: het stroombekken van de Senegalrivier en de Mediterrane zone. *onderzoek ivm 4 thema’s -analyse van de economische parameters van de waterverdeling voor de armere stedelijke bevolking -beheersmodellen van participatief waterbeheer en participatie van inwoners -impact van water en sanitatie op de volksgezondheid -relationele en institutionele vragen *opzetten van pilootacties ivm water en sanitatie, die zowel partners van noord als zuid betrekken en gebruik maken van lokale competentie (projecten in synergie tussen studiebureaus en NGO’s, uit het noorden en het Zuiden, grote groepen zoals SAUR en Suez, AFD, KfW, migrantenassociaties, overheden) *workshops voor uitwisseling en restitutie van studies *technologisch en methodologisch advies voor opzetten van projecten en oriëntatie van potentiële projectinitiatieven naar Franse en Afrikaanse partners
21
8. Secrétariat International de l’Eau (SIE) Montreal, Canada Historiek en type organisatie Op initiatief van OXFAM-Québec, naar aanleiding van het Waterdecennium stelden een 100-tal personen van 29 landen de “Charte de Montréal sur l’eau potable et l’assainissement” op (1990). Het SIE werd in 1991 opgericht en heeft als mandaat om de uitvoering van de principes van deze “Charte” te begeleiden: water als een mensenrecht en participatief, rechtvaardig en duurzaam waterbeheer. De volgende principes worden gehanteerd: -toegang tot water en sanitatie is een politiek kwestie -elke actie in het domein van het water moet de betrokken bevolking ondersteunen -het aspect water moet geïntegreerd worden in een globale ontwikkelingsaanpak -de waterprogramma’s moeten het accent leggen op educatie en vorming van de bevolking Thema Water en waterbeheer Missie Alles in het werk zetten opdat het fundamenteel recht van de burger op water, voor drinkwater, sanitatie of van elk ander gebruik van water gerespecteerd zou worden. Doelstellingen *informeren van de bevolking over de waterproblematiek in het Zuiden *versterken van de rol van de civiele maatschappij door mobilisatie en ondersteuning van initiatieven van lokale gemeenschappen *ondersteuning en advies *katalyseren van samenwerking tussen staten, internationale organisaties en lokale groepen *opkomen voor een rechtvaardige toegang tot drinkwater en sanitatie Organisatiestructuur Statuut Volgens de Canadese wetgeving is SIE, sinds 1990 erkend als een “société sans capital-action”, en sinds maart 1996 als internationale NGO Leden De leden komen van over gans de wereld en van verscheidene horizonten van de internationale samenwerking. De leden komen van private sector, publieke sector, onderzoeksinstituten, NGO’s,… Beheersstructuren De Raad van Bestuur is samengesteld uit alle actieve leden, met een maximum van 20. Hij is samengesteld uit vertegenwoordigers van verscheidene regio’s van de wereld van verschillende types organisaties van de internationale samenwerking, hoofdzakelijk uit de derde wereld. Geassocieerde leden zijn alle individuen en organisaties die de “Charte” onderschrijven. Ereleden worden benoemd door de Raad van Bestuur omwille van hun verdiensten ten opzichte van SIE. Uitvoerende structuur Het secretariaat wordt door 7 personen bemand.
22
Financiële middelen Voor zijn secretariaat en zijn projecten verkrijgt SIE zijn financiering via: de Canadese overheid (en ook de Nederlandse, Zwitserse overheid), internationale NGO’s, multilaterale organisaties en de private sector. Partnerschappen Water Supply and Sanitation Collaborative Council (WSSCC), Global Water Partnership, Solidarité Eau Europe Activiteiten -opzetten en uitvoeren van pilootprojecten rond gemeenschapsbeheer in verband met integraal waterbeheer, drinkwater en sanitatie -organiseren van petities rond het belang van water en sanitatie voor politieke beïnvloeding -deelname aan seminaries en wereldwaterfora, netwerking en lobbywerk om de sociale dimensie in verband met toegang tot water in het internationale en nationale beleid te brengen -oprichting van het “Maison du citoyen et de l’Eau” op het wereldwaterforum en de “Assemblée mondiale des Sages de l’eau” met vertegenwoordigers van de verschillende betrokken groepen (verkozenen, civiele maatschappij, dienstenleveranciers,…) -oprichting van het jongerenparlement rond water met een 80-tal jongeren van over gans de wereld
23
9. SOLIDARITE EAU EUROPE Straatsburg, Frankrijk Historiek en type organisatie Franse NGO (“association de droit local”) die oorspronkelijk opgericht werd als netwerk naar aanleiding van een waterforum in Straatsburg in 1998, op initiatief van het “Secretariat International de l’Eau” en het Comité van milieu, regionale planning en lokale autoriteiten van de Parlementaire Vergadering van de Raad van Europa. Dit waterforum gaf aanleiding tot de formulering van de “verklaring van Straatsburg”. Nu is het een operationele NGO binnen Europa die onder andere samenwerkt met de private sector, Unicef, NGO’s en universiteiten. Thema Drinkwater en sanitatie en waterbeheer Missie Het uitdragen van de “verklaring van Straatsburg: L’eau, source de citoyenneté, de paix et de développement régional”: water is een politieke, economische, culturele en sociale uitdaging waarrond het Europa van morgen zich aftekent; water behoort toe aan het gemeenschappelijk patrimonium van de landen; zijn rationeel en participatief beheer is een van de essentiële factoren voor democratie en voor een duurzame ontwikkeling. Doelstellingen *verbeteren van de toegang tot drinkwater en sanitatie en hygiëne voor de meest kwetsbare bevolkingsgroepen binnen Europa *informeren en bewustmaken van Europese bevolking (vnl jongeren) ivm aspecten rond waterbeheer *promotie van participatief, rationeel en democratisch waterbeheer *uitwisseling en samenwerking tussen alle wateractoren op een Europees niveau Organisatiestructuur Statuut Associatie volgens Frans recht (Wet van 1924) Leden SIE (Secretariat International de l’Eau), leden van de Europese Raad, NGO’s, Franse Watermaatschappijen, UNESCO,… Beheersstructuren Raad van Bestuur met o.a. : SIE, WWF, Conseil d’Europe, Directeur de l'Agence de l'Eau Seine, Député de l'Assemblée Nationale française, Président d'Anstett Communications, Strasbourg, Directeur de recherche CNRS au LATTS, Secrétaire de la Commission de l'Environnement, de l'Aménagement du territoire et des pouvoirs locaux de l'Assemblée parlementaire du Conseil de l'Europe, Délégué Général du Programme Solidarité Eau,… Uitvoerende structuur Beperkte staf van 3 personen Financiële middelen Giften van de private sector Subsidies van de Franse ontwikkelingssamenwerking en Europese financiering op specifieke financieringslijnen voor Europa
24
Partnerschappen Met SIE, dat aan de basis ligt van de oprichting is er een duidelijke band (en zelfs verwarring). Activiteiten *deelname aan internationale conferenties en debatten omtrent water *organisatie van het “Jeugdparlement voor Water” (opgericht door SIE) *uitvoering van lokale projecten voor toegang tot drinkwater en sanitatie voor arme bevolkingsgroepen binnen Europa *implementatie van burgerparticipatie aan duurzaam waterbeheer in uitvoering van de Europese directieven ivm water (Rijnbekkenproject)
25
10. Swedish Water House Stockholm, Zweden Historiek en type organisatie Niet-commerciële organisatie, virtueel netwerk van Zweedse internationaal georiënteerde academische instellingen, consultancy, overheid, NGO’s, onderzoeksinstellingen en andere. Het initiatief ging uit van de Zweedse overheid en ging van start begin 2003. Het duurde een tijdje eer men de organisatie een richting kon geven. Thema Duurzaam integraal waterbeheer, met als verwante of bijkomende thema’s bekkenbeheer, gender, sanitatie en bestuur. Missie Genereren en delen van waterkennis en expertise onderling en met de internationale gemeenschap Doelstellingen Promotie van netwerking tussen Zweedse internationaal georiënteerde academische instellingen, consultancy, overheid, NGO’s, onderzoeksinstellingen en andere stakeholders ivm water en de ermee verwante sectoren. Organisatiestructuur Statuut Niet-commerciële organisatie Leden Universiteiten, onderzoeksinstituten, GWP, iedereen die geïnteresseerd is in internationale waterthema’s (overheidsinstellingen zijn voorzien als lid) Beheersstructuren Informeel netwerk Uitvoerende structuur Secretariaat: 1,7 personen (1 directeur en andere personen voor communicatie) Implicatie overheid ministerie van Buitenlandse zaken en ministerie van Milieu financieren het secretariaat en worden betrokken bij het initiatief Financiële middelen Overheid: 700.000 euro per jaar Partnerschappen Overwegen om in het noord-noordpartnerschap te stappen, maar twijfelen omdat de private sector teveel betrokken is in de andere nationale partnerschappen.
Activiteiten *deelname aan internationale congressen met verhoogde betrokkenheid van de Zweedse actoren *ondersteunen van netwerken en het EU Water Initiative
26
*stimuleren van de samenwerking tussen verschillende actoren voor specifieke projecten *organisatie van seminaries en workshops (bvb Midden-Oosten water seminarie) *zoeken van consultants voor onderzoek voor de Zweedse Ontwikkelingsorganisatie *ondersteuning van een werkgroep rond water en conflictbeheer (PS: geen activiteiten in het Zuiden, maar financieren wel de deelname van mensen uit het Zuiden aan congressen en vergaderingen)
27
11. WaterAid Londen, Groot-Brittannië Historiek en type organisatie Britse NGO opgericht in 1981 als antwoord van de Britse waterindustrie op het waterdecennium, met projecten in 15 landen in Afrika en Azië. Ze bereikten ongeveer 7 miljoen mensen. Nog steeds sterk ondersteund door de Britse watermaatschappijen en de overheid. De Britse waterindustrie beschouwt WaterAid meer en meer als spreekbuis voor wat betreft hun sociale verantwoordelijkheid naar het Zuiden toe. Thema Drinkwater en sanitatie Missie Bevorderen van duurzame water- en sanitatievoorziening in het Zuiden Doelstellingen Verbeteren van toegang tot drinkwater en sanitatie in het Zuiden via: *ontwikkelen van “best practice modellen” voor water, sanitatie en hygiëne in het Zuiden *analyse van de remmende factoren waardoor armen geen toegang hebben tot drinkwater en sanitatie en beïnvloeding van het nationaal beleid in de 15 landen waar WaterAid werkzaam is *beïnvloeding van andere actoren (zoals overheden) en ondersteuning van lokale partnerorganisaties (NGO’s, lokale of regionale overheden, lokale private sector) om op basis van deze “best practice modellen” en de opheffing van de limiterende factoren projecten rond drinkwater en sanitatie op te zetten die duurzaam zijn, goedkoop zijn en werken met een aangepaste technologie
Organisatiestructuur Statuut NGO Leden Alle private watermaatschappijen van Engeland en de meeste andere watermaatschappijen, de belangrijkste belangenverenigingen van de industrie, waterresearch centra, … Daarnaast worden leden van serviceclubs en individuen aangetrokken. Beheersstructuren De leden komen jaarlijks samen om de Raad te benoemen (19 personen waarvan de helft direct van de Britse waterindustrie). Uitvoerende structuur Het WaterAid kantoor in Londen is bemand met een 50-tal werknemers, waarvan ongeveer de helft direct betrokken is bij de projectwerking in het Zuiden en de andere helft met fondsenwerving, contacten met de waterindustrie, advocacy en lobbyingwerk en onderzoek. Implicatie overheid De overheid is voornamelijk betrokken bij de directe financiering van projecten in het Zuiden (ongeveer 1,3 miljoen pond in 2002 of bijna 2 miljoen Euro) en via een vijfjarenovereenkomst nu voor 750.000 pond (1.136.000 Euro) per jaar voor zijn algemene werking. WaterAid informeert de overheid over de impact van zijn programma’s en van zijn onderzoek.
Financiële middelen
28
De financiële middelen van de organisatie stegen snel de laatste jaren, en bereikten ongeveer12 miljoen pond (18 miljoen Euro) voor 2003. Daarvan wordt ongeveer 2 miljoen pond (3 miljoen Euro) direct door de drinkwaterindustrie gemobiliseerd via de mobilisatie van hun werknemers, gebruikers en industriële partners. Daarnaast boort WaterAid de financieringskanalen van de Overheid en van de EG aan voor de projectwerking in het Zuiden. WaterAid heeft een ganse resem van fondsenwervingsmechanismen: -“payroll giving”: maandelijkse giften van werknemers van bedrijven en organisaties, waarbij de regering een bijkomende subsidie voegt; -“uitgifte van kredietkaarten”: waarbij WaterAid een bepaalde som krijgt bij opening en bij gebruik van de kaart; -“breng je oude GSM”: waarbij WaterAid 30 pond krijgt per teruggebracht toestel (dat gerecycleerd wordt voor tweedehands gebruik) -schenkingen van aandelen aan WaterAid -“charity flowers”: bestelling van bloemen per telefoon (15% van de waarde is voor WaterAid) -“click to give”: elke klik op de Aquaplasticswebsite (Europese plastiekindustrie) genereert 10 cent voor WaterAid; -“wateraidbikinis” bij H&M -… Partnerschappen WaterAid is betrokken in zeer veel partnerschappen en netwerken: Global Water Partnership, WASH, Streams of Knowledge, FAN,…… Ze proberen om in alle pertinente netwerken hun stem te laten horen en zoeken operationele allianties in het Zuiden om bij te dragen aan het bereiken van de millenniumdoelstellingen (en op die manier ook hun financiers te overtuigen van de slagkracht van de organisatie). Activiteiten Sinds 1981: drinkwater en sanitatievoorziening, voornamelijk in stedelijk milieu, in 15 landen in Afrika en Azië, met meer dan 7 miljoen begunstigden.
29
12. WaterCan Ontario, Canada Historiek en type organisatie Canadese NGO, werkzaam sinds 1987. Voerde 76 projecten uit in 32 landen en bereikte hiermee ongeveer 1 miljoen mensen, met een sterke bewustmaking in Canada rond de waterproblematiek. Thema Drinkwater, sanitatie en hygiëne Missie Bevorderen van duurzame water- en sanitatievoorziening in het Zuiden en aanmoedigen van Canadese steun aan de water- en sanitatiesector Doelstellingen Verbeteren van toegang tot drinkwater en sanitatie door kleinschalige projecten in het Zuiden Organisatiestructuur Statuut NGO Leden Federatie van Canadese gemeenten, consultancy, private sector Beheersstructuren en uitvoerende structuur Raad van Bestuur met vertegenwoordigers van verschillende deelnemersgroepen en een projectstaf van 5 mensen. Financiële middelen Giften van individuen (vnl via overschrijvingsformulieren bijgevoegd bij de waterrekening), stichtingen, en de Canadese Internationale Ontwikkelingsorganisatie (CIDA) Partnerschappen -WaterCan is vooral geïnteresseerd in het ontwikkelen van partnerschappen met lokale NGO’s en het ondersteunen van kennisnetwerken die de samenwerking tussen lokale en internationale stakeholders bevorderen -Partnership Programma met Gemeenten: verspreiden van strooibriefjes samen met de waterrekening (de giften in elke gemeente worden gelinkt met een specifiek waterproject in het Zuiden) Activiteiten *sinds 1987: water en sanitatieinitiatieven in 32 landen, voornamelijk in Afrika, met meer dan 1 miljoen begunstigden *bewustmaking over het belang van drinkwater en sanitatie in het Zuiden, voornamelijk via gemeentes (een 100-tal gemeenten krijgen strooibriefjes samen met de waterrekening).
30
5.
Rangschikking van de bestaande initiatieven volgens
doelstelling1
Uitwisselen van kennis en informatie Kennis en informatie zijn duidelijk te onderscheiden. Wanneer men spreekt over informatie wordt hiermee bedoeld het ter beschikking stellen van gegevens, gegevensbanken, agenda's, pers,.... Informatie kan gebruikt worden om kennis te verwerven. Kennis daarentegen ontstaat uit de verwerking van expliciete informatie door menselijke interpretatie en ervaring. Kennis is die informatie die voor een organisatie richtinggevend kan zijn voor actie, voor beheersmatige doeleinden (interne expertise en ervaring, lessen, best practices, externe kenniscentra,...).
AWA, DWF, NWP, pS-Eau, SWH Zoals verder zal blijken hebben deze partnerschappen duidelijk vooropgesteld dat kennis en informatie-uitwisseling van kapitaal belang is en hebben een groot deel van de activiteiten hierop betrekking. Het belangrijkste instrument hiervoor zijn de respectievelijke websites, die de functie hebben van enerzijds een uitwisselingsforum en anderzijds een informatieforum voor alles wat op internationaal vlak gebeurt in de watersector. Voor pS-Eau is dit ook een belangrijke doelstelling maar kennis- en informatieuitwisseling wordt hier sterk gelinkt aan de specifieke onderzoeksthema’s (zie &6.1.) die in enkele landen uitgevoerd worden en rond de keuze van enkele transversale thema’s (zoals gender). PS-Eau gaat hier in dit geval dus bewust kennis genereren. De bekendmaking van de eigen nationale waterexpertise om zich beter te kunnen positioneren op de internationale watermarkt is hierbij ook prominent aanwezig (bijvoorbeeld via databanken die kunnen geraadpleegd worden op de website of door publicaties met voorstelling van de nationale organisaties werkzaam in of voor de watersector). Voor pS-Eau betekent deze bekendmaking van de waterexpertise eerder de expertise van de rechtstreeks en onrechtstreeks betrokkenen bij onderzoeks- en pilootprojecten. De partnerschappen voeren de activiteiten in verband met het uitwisselen van kennis en informatie zelf uit (voornamelijk beheer van een kenniswebsite), behalve DWF die dit uitbesteedde aan een externe organisatie.
Bundelen van technische en methodologische expertise specifiek voor het Zuiden Het bundelen van de expertise tussen de verschillende actoren dient voor sommige partnerschappen om nationale expertise te profileren en te promoten op de internationale watermarkt terwijl het voor andere partnerschappen gaat om het zoeken naar synergie voor het bereiken van een grotere efficiëntie binnen de uitvoering van projecten.
DWF, NWP, PWS, SWH
1
er wordt in de analyse verder abstractie gemaakt van het JWF aangezien er nog geen duidelijke tekenen zijn of, en hoe het recente netwerk verder evolueert
31
Deze partnerschappen hebben als doelstelling om de nationale expertise te profileren op de internationale watermarkt, en daarenboven ook om optimaal gebruik te maken van, en te zoeken naar synergie tussen de verschillende types betrokken wateractoren. Het gebruik van de gemeenschappelijke expertise tussen verscheidene types private en publieke organisaties (bedrijven, onderzoeksinstellingen, NGO’s, consultancybureaus) voor de uitvoering van concrete projecten in het Zuiden wordt duidelijk gebruikt om de meerwaarde van deze samenwerking aan te tonen (en aldus de nationale expertise beter te profileren). A4A, pS-Eau, SIE, SEE Het bundelen van expertise heeft bij deze partnerschappen een enigszins andere functie. Het gaat hier niet om het profileren van de nationale expertise, maar om het zoeken naar synergie voor het bereiken van een grotere efficiëntie binnen de uitvoering van projecten en pilootacties in het Zuiden. Het betrekken van bvb waterexpertise van de private watersector wordt ook gebruikt om deze groep bewust te maken rond de waterproblematiek in het Zuiden en op die manier te motiveren voor het opnemen van engagementen (financieel of advies, opvolging,…) in projecten in het Zuiden.
Mobiliseren van financiële middelen voor het Zuiden A4A, WaterAid, AWA (WaterAid Australia), pS-Eau, WaterCan Zoals verder behandeld in hoofdstuk 7 zijn dit de partnerschappen die actief fondsen mobiliseren via verschillende en zeer uiteenlopende mechanismen: directe financiering van publieke drinkwatermaatschappijen en private waterbedrijven, op basis van een meerbedrag per m³ dat aangerekend wordt aan de klant bovenop de waterfactuur (A4A, pS-Eau); via vrijwillige punctuele of maandelijkse bijdragen van individuen en bedrijven, sponsoring door waterbedrijven (financieel en in natura),… WaterAid UK staat hier vooral als voorbeeld gezien zijn grote mobiliseringscapaciteit van fondsen bij private sector en publiek. WaterAid UK kende een enorme groei in omzet de laatste jaren, enerzijds te danken aan de erkenning door de ganse drinkwatersector in UK en deels te danken aan zijn eenvoudig verkondigde boodschap en zijn constante aanwezigheid in de media.
Bewustmaking in het Noorden A4A, AWA, pS-Eau, SEE, SIE, WaterAid, WaterCan Zoals verder vermeld onder hoofdstuk 8 heeft de bewustmaking via educatieve werking enerzijds als functie het grote publiek te interesseren voor de problematiek van water en sanitatie in het Zuiden. Als doelgroep worden bijna altijd de jongeren aangesproken (meestal via scholen, van lager onderwijs tot hogescholen en universiteiten) en ook het grote publiek via de gemeenten (in het geval van WaterCan via de publieke gemeentelijke watermaatschappijen) of via de private waterbedrijven (in het geval van WaterAid). Anderzijds heeft de bewustmaking vooral als doel het publiek te motiveren om een financiële bijdrage te leveren. Bewustmaking gebeurt bvb ook door werknemers van private en publieke drinkwaterbedrijven direct te betrekken bij projecten in het Zuiden: expertise en advies leveren bij goedkeuring en opvolging van projecten in het Zuiden. Werknemers van private en publieke drinkwaterbedrijven worden betrokken bij sensibiliseringscampagnes binnen het eigen bedrijf of naar het publiek toe. De gemobiliseerde financiering wordt veelal direct verbonden aan een specifiek project wat de betrokkenheid van de financierende organisatie, bedrijf of gemeente versterkt.
Samenvattende tabel
32
A4A
AW A
DW F
NW P
PW S
pSEau
SIE
SEE SW H
Wat er Aid
Wat er Can
Uitwisselen van kennis en informatie Profileren Bundelen van nationale technische en expertise op methodologische expertise internationale markt specifiek voor het Zuiden (*) Zoeken naar synergie voor een grotere efficiëntie binnen projecten Mobiliseren van financiële middelen voor het Zuiden Bewustmaking in het Noorden (*) De opsplitsing van de doelstelling "Bundelen van technische en methodologische expertise specifiek voor het Zuiden" in het "Profileren van de nationale expertise op de internationale markt" en het "Zoeken naar synergie voor een grotere efficiëntie binnen projecten" gebeurt hier op basis van wat de hoofdbekommernis van het partnerschap is. De opsplitsing is echter niet strikt en sluit niet uit dat de andere functie ook deels aanwezig is (lichtgrijs gekleurd in dit geval).
6.
Uitwisselen van kennis en informatie en bundelen van expertise
Kennis-, informatie- en expertiseuitwisseling is dé basis waarop alle partnerschappen steunen. Kennis- en informatieuitwisseling betekent voor de meeste partnerschappen het ter beschikking stellen van bestaande kennis en informatie. In enkele gevallen gaat het ook om het actief genereren van kennis, (zoals bvb bij pS-Eau), waarbij onderzoekshypotheses worden onderzocht op basis van pilootacties en de opgedane kennis verwerkt en verspreid wordt naar de sector toe. Voor wat betreft het gebruiken en het bundelen van expertise gaat het in sommige gevallen om het promoten van aanwezige (nationale) expertise, (zoals bvb bij NWP, DWF, SWH, AWA) en in andere gevallen (zoals bvb bij A4A) om het beschikbaar stellen van expertise voor projecten in het Zuiden, waarbij een makelaarsfunctie vervuld wordt tussen de vraag in het Zuiden en het aanbod in het Noorden (niet marktgericht en onbaatzuchtig). 6.1. Uitwisselen van kennis en informatie Australian Water Association (AWA) Gestuurd vanuit de private watersector is de inhoud van de informatie voor kennisoverdracht uiteraard vooral gericht op de private sector. De website is opgebouwd als een kennis- en informatiewebsite en geeft overzicht van de gebruikte instrumenten. Deze instrumenten zijn voornamelijk gericht op het ter beschikking stellen van informatie: *wat is AWA, historiek, hoe word ik lid, staff, jaarrapporten, jobs,… *wekelijks e-mail nieuws flashes (on line): focus op nieuws ivm water in Australië en met vermelding van internationaal nieuws in de marge *kalender van belangrijke workshops, congressen,…: voornamelijk voor Australië + ook de belangrijke internationale congressen
33
*maandelijks magazine: thema’s gefocust of de Australische watersector met belichten van enkele thema’s per nummer (bvb recycleren van water, gemeenschapsparticipatie,… in Australië), productinformatie, plaatsing van mondiale waterproblematiek in voorwoord,… *publicaties: eigen productie van documenten en verdeling van rapporten van conferenties, CDroms en videos, overheidspublicaties (bvb drinkwaterkwaliteitsnormen- en strategie), technische publicaties *zoekmachine op “bedrijf”, “provincie”, “product of service”: geeft korte beschrijving van de bedrijven die in aanmerking komen +de link naar de respectievelijke website Als instrument voor het verwerven en uitwisselen van kennis worden”intrestgroups” voor onder andere volgende onderwerpen opgezet: Asset Management (Water & Sewerage Systems) Biosolids Management Environment & Catchment Management NSIG Hazardous Wastes Odours Outreach National On-site Systems Interest Group (NOSSIG) Public Health Sewage Treatment Water Recycling Forum Water Supply De groepen functioneren via regelmatig verspreide nieuwsbrieven verstuurd aan de leden van AWA die zich voor deze specifieke groep inschreven, groepssamenkomsten en teleconferenties. Danish Water Forum (DWF) Het Deense Water Forum geeft via zijn website informatie over eigen activiteiten, documenten, leden, staf, en in de marge melding van evenementen en recent nieuws. Daarnaast biedt DWF een specifieke link naar het kennisnetwerk dat beheerd wordt door the “Research School for Water Ressources”, een samenwerkingsverband van 9 universiteiten, private onderzoeksinstellingen en de overheid. Het secretariaat zelf is gehuisvest in een van de belangrijke consultancybureaus van Denemarken (DHI Water and Environment). Dit netwerk moet toegang bieden aan leden tot informatie over water en over de Deense waterexpertise en geeft de Deense oproepen voor projectvoorstellen aan. Het netwerk biedt cursussen, seminaries en uitwisselingsbeurzen voor studenten aan. Netherlands Water Partnership (NWP) De kennis- en informatieuitwisseling gebeurt voornamelijk via the Water Information Network (WIN)-website. De voertaal van de website is Engels, maar er wordt ook heel wat informatie in het Nederlands aangeboden. Het is een interactieve website waarbij leden zelf informatie kunnen toevoegen (evenementen, vacatures,…). Naast de voorstelling van het NWP zelf, bestaat de informatie uit: *een databank van 216 Nederlandse organisaties in verband met water en sanitatie uit alle sectoren, op te zoeken via trefwoord, type organisatie, onderwerp en locatie (continent, land, waterbekken) *laatste toegevoegde newsitems, evenementen en weblinks *linken naar o.a. de toolbox ivm IWRM van het Global Water Partnership, naar de eigen tweewekelijks uitgegeven nieuwsbrief ivm het NWP zelf, en het “Waterforum online” (watersite met plaatsing, tegen betaling, van advertenties van producten, organisaties, bedrijvenregister, vacatures,…) *newsitems van de maand (vnl informatie die al opgenomen is in het European Water Management News, beheerd door het NWP): water in mondiale context, vormingen, … *NWP publicaties: jaarplan, Dutch Water Sector, Smart Water Solutions,… De derde uitgave van de Dutch Water Sector, het Engelstalige naslagwerk over organisaties werkzaam in of voor de watersector verschijnt tijdens de Aquatech Amsterdam 2004 (28
34
september – 1 oktober). Van de tweede uitgave die ten tijde van het Derde Wereld Water Forum verscheen zijn meer dan 15.000 exemplaren verspreid. Als belangrijk instrument voor kennisverwerving en –verspreiding lanceerde het NWP de ProductMarktCombinaties: Het NWP bundelt de krachten van bedrijfsleven, industrie, NGO’s, en overheid in Product Markt Combinaties (PMC’s). PMC’s zijn “communities” rond kansrijke thema’s waar innoverende organisaties ideeën zo snel mogelijk omzetten in concrete projecten. Het NWP en overheidsinstanties gebruiken de PMC’s als leidraad voor hun activiteiten. Op dit moment zijn actief: Water en Ruimtelijke ontwikkeling (o.a. planning, bouw) Water en de Keten (o.a. drink en afvalwater) Water en Groen (o.a. landbouw, voedsel, natuur) Grondwater (o.a. winning, monitoring) De markt zelf identificeert het aandachtsgebied (bv het spanningveld tussen water en ruimtelijke ontwikkeling). Het NWP faciliteert bij de aanzet en opstart tot de PMC. Diverse relevante partijen worden direct benaderd om aan de PMC deel te nemen, waarna één partij een trekkersrol zou kunnen gaan vervullen. Deze trekkersrol komt voornamelijk tot uiting op het gebied van communicatie tussen de PMC deelnemers onderling en de PMC met de rest van de watersector. De PMC dient wel open te staan voor andere deelnemers dan de initiatiefnemers. Het is dus niet de bedoeling dat PMC’s geclaimd worden. Binnen de PMC’s kunnen bij het daadwerkelijk uitvoeren van concrete projecten meer geconditioneerde samenwerkingsvormen ontstaan (consortia). Vorm, inrichting en levensduur worden bepaald door de deelnemers. NWP houdt wel binding met deze consortia. PMC’s concentreren zich op het uitvoeren van concrete projecten: bvb “Water en groen” werkte voor de Vietnamese markt aan “integraal waterbeheer en voedselproductie in deltagebieden”. Via deze projecten creëert de PMC binding met de desbetreffende markt en het lokale netwerk. Er wordt getracht in elke regio strategische partnerships aan te gaan met lokale partijen. Vanuit kleinschalige acties wordt de aandacht van de PMC’s langzaam gericht op grotere projecten die eventueel als basis kunnen dienen voor bilaterale samenwerking op overheidsniveau (bvb MOU’s). pS-Eau De website is opgebouwd als een kennissite rond de specifieke programma’s/thema’s van pS-Eau, zijnde “Bassin du fleuve Sénégal”, “Eau potable et assainissement”, “Eau et environnement en Méditerannée”, “Migrations et initiatives économiques”, “Genre et eau”. Het is de bedoeling om de terreinervaringen, lessen en technische/methodologische aanbevelingen rond deze programma’s/thema’s ter beschikking te stellen, enerzijds via deze website, anderzijds via vergaderingen, restitutiemomenten van de studies en thematische workshops. Naast de info over de specifieke pilootacties in verband met elk programma/thema, kan men rapporten en documenten vinden. Het thema “gender en water” is sterk uitgebouwd: uitgebreide bibliografie, case-studies, tools, verslagen van elektronische conferentie. Bijna alle documenten zijn direct te downloaden onder word(zip)- en pdf(zip)-format. Een databank van 209 te downloaden eigen documenten is ook beschikbaar: opzoeken per thema, programma, titel,… (en met statistieken ivm de frequentie van downloads van elk document). Eigen aanbod voor educatieve en sensibiliserende vormingswerkers in verband met water in het Zuiden. Al deze instrumenten die door pS-Eau gebruikt worden zijn duidelijk gericht op het genereren en uitwisselen van kennis. Door pS-Eau wordt ook informatie ter beschikking gesteld: naast de voorstelling van de programma’s wordt een aanbod van vormingen voorgesteld (voornamelijk in Frankrijk), op te zoeken op thema en op organisatie. Er is ook een databank van een 1.500-tal personen en organisaties consulteerbaar: op te zoeken op naam, persoon, stad, land, type organisatie.
35
Er is ook een databank beschikbaar van pedagogische boeken, tijdschriften, pedagogische werken, tentoonstellingen, spelen, Cd-rom’s, video’s, websites,… (aan te kopen of uit te lenen bij de betrokken instellingen, voornamelijk in Frankrijk). Swedish Water House Beperkt uitgebouwde website voor wat betreft kennisuitwisseling. De nadruk ligt hier vooral op informatieverstrekking. Naast de gebruikelijke voorstelling van de organisatie, worden de netwerkpartners zeer kort voorgesteld met de link naar de respectievelijke organisatie zelf. Daarnaast wordt een zeer beperkt aanbod getoond van de nog plaats te vinden congressen en seminaries, de laatste nieuwsjes (vnl water in zijn internationale context) en een beperkt aanbod van “educatief materiaal” (linken naar bestaande websites, documenten). Voor wat betreft de gekozen thema’s (waterbeheer, water en sanitatie, water en milieu, water en gender, water en economie, bekkenbeheer en specifieke informatie over water in Zweden zoals bvb waterkwaliteit, politiek, techniek, watergebruik,…) beperkt men zich tot het aangeven van de organisatie (weblink) die hiervoor best in aanmerking komt.
6.2. Inzet van technische en methodologische expertise in het Zuiden Aqua for All (A4A) A4A bemiddelt tussen vraag (expertise, geld voor projecten) en aanbod (bedrijven die kennis en/of geld ter beschikking willen stellen). Werving, selectie en monitoring van projecten doet A4A daarbij zelf op basis van vastgestelde criteria. A4A werkt samen met gereputeerde NGO’s voor de uitvoering van de waterprojecten. Hulpvragers zijn grote organisaties zoals Unicef, Novib, Simavi en Icco2, maar ook kleine stichtingen en hulporganisaties. A4A selecteert relevante projecten en beheert de beschikbare fondsen. Om ervoor te zorgen dat de projecten waarvoor geld wordt aangevraagd, voldoen aan de criteria van A4A, worden zij beoordeeld (2 maal per jaar) door mensen uit de watersector met expertise op het gebied van projectmanagement. Een projectvoorstel dient gericht te zijn op een maximale combinatie van onderstaande doelstellingen: *gericht zijn op de allerarmsten *verbetering van de positie van vrouwen, of versterking van gelijke rechten man en vrouw *gericht zijn op drinkwater en/of sanitatie voor huishoudens *bijdrage aan de ontwikkeling op het platteland/randstedelijk gebied *betrokkenheid van de gebruikers is georganiseerd *kennis van de Nederlandse watersector: er is behoefte aan kennis en input, het project is aantrekkelijk voor betrokkenheid van de sector (Nederlandse bedrijven) *korte termijn doelen zijn realistisch, concreet en meetbaar in termen van de Millennium Development Goals voor water en sanitatie De uitwisseling van kennis en ervaring gebeurt tussen de betrokken drinkwaterbedrijven en waterbeheerinstellingen en -bedrijven enerzijds en de NGO’s anderzijds, ter vergroting van de effectiviteit en efficiëntie bij de uitvoering van bedoelde projecten.
2
Nederlandse NGOs: Novib: sinds 1994 deel van Oxfam International, een verbond van 12 onafhankelijke organisaties die samenwerken vanuit de overtuiging dat armoede en uitsluiting onrechtvaardig en onnodig zijn; Simavi: voert voornamelijk projecten in water en sanitatie en basisgezondheidszorg uit in Azië en Afrika Icco: Interchurch Organisation for Development Co-operation,
36
Een 80-tal vrijwilligers (actieve en post-actieve waterprofessionals van waterbedrijven, waterschappen, en de ingenieursverenigingen KVWN en NVA) 3 ondersteunen A4A in drie domeinen: *projecthulp en advies: incidenteel hulp bieden bij een projectaanvraag/opzet, het beoordelen van de technische haalbaarheid, of als professionele collega contacten onderhouden met een lokale partner *projectbegeleiding: het langduriger onderhouden van contacten met de lokale NGO en/of de Nederlandse intermediair (NGO) over de aanvraag, uitwerking, rapportage en nazorg Voor elk project waarvoor technische assistentie nodig is, speelt een van de vrijwilligers de rol van coördinator. De communicatie gebeurt bijna uitsluitend via e-mail. *geven van gastlessen op scholen, het vertegenwoordigen van A4A op beurzen en symposia, of helpen bij de organisatie van de sponsorloop “Wandelen voor Water” rond Wereld Water Dag. De inzet van deze vrijwilligers uit de watersector draagt bij tot hun betrokkenheid via de ondersteuning van water-en sanitatieprogramma’s voor het Zuiden. De kennis wordt gemobiliseerd via inzet van individuele waterprofessionals, gelinkt aan projecten, maar ook via bedrijven. Sommige waterbedrijven geven hun medewerking aan A4A via de inzet van menskracht. Partners for Water and Sanitation (PWS) Het partnerschap is een tri-sector initiatief tussen overheid, private sector en civiele maatschappij (NGO’s). Inzet van gemeenschappelijke expertise tussen de drie sectoren gebeurt voor ZuidAfrika, Nigeria en Oeganda. Er wordt gewerkt op nationaal niveau en op het niveau van de gemeenten. Op landenniveau wordt deelgenomen aan “bi-nationale” vergaderingen, workshops, terreinbezoeken,… tussen vertegenwoordigers van de verschillende sectoren van beide landen. Op basis van behoeftenanalyses wordt bepaald waaraan het partnerschap zijn bijdrage zal leveren: ondersteuning en advies van de overheid (bvb omtrent regelgeving), vormingen en workshops op niveau van gemeenten. Voor de inzet van Britse expertise worden enkel reiskosten en verblijf vergoed. De private actoren engageren zich vrijwillig om geen commerciële activiteiten op te pakken in de betrokken regio’s gedurende een periode van 2 jaar. Programme Solidarité Eau (pS-Eau) pS-Eau heeft als doelstelling om de wateractoren en acties in kaart te brengen in de regio’s waar ze werken en de samenwerking te bevorderen. De samenwerking met partners van het Noorden gebeurt voornamelijk op het niveau van de opvolging van het volledige onderzoekstraject tot en met de verspreiding van de resultaten. Een pilootcomité wordt samengesteld uit vertegenwoordigers van Buitenlandse Zaken, Agence Française de Développement, NGO’s, lokale overheden, studiebureaus en onderzoekers: zij definiëren de onderzoeksthema’s, stellen pilootacties voor die moeten toelaten bepaalde hypotheses te testen en volgen de pilootacties ook op.
3
Koninklijke Vereniging voor Waterleidingbelangen in Nederland (KVWN) en de Nederlandse Vereniging voor Waterbeheer (NVA)
37
7.
Financieringsmechanismen
7.1. Financiering van het secretariaat en activiteiten in het Noorden De partnerschappen met projectwerking in het Zuiden (pS-Eau, SIE, SEE, WaterAid, WaterCan) kunnen voor hun werking een vast % administratiekosten inbrengen op projecten die door de nationale overheden en door de EG gefinancierd worden. Ledenbijdragen zijn voor deze organisaties onbestaande of geen substantieel deel van de financiering van de werking van de organisatie. Voor andere partnerschappen (zonder projectwerking in het Zuiden) maken ledenbijdragen wel een substantieel deel uit van de werkingsbudgetten van de organisatie. AWA haalt zijn financiële middelen uit bijdragen van de leden (individuele leden betalen van 50 AUD tot 170 AUD of ongeveer 25 tot 85 EUR, bedrijven betalen van 475 AUD tot 4.900 AUD of ongeveer 235 tot 2.450 EUR). Daarnaast verwerft AWA fondsen door de, organisatie van workshops en door het uitgeven van publicaties. Voor zijn projectwerking werd een onafhankelijke organisatie opgericht met eigen fondsenwervingsmechanismen (WaterAid Australië). DWF-leden betalen 670 EUR op jaarbasis. De onderzoeksopdrachten gefinancierd door DANIDA laten ook toe een deel van de werking te financieren. NWP-leden met meer dan 50 werknemers dragen jaarlijks 2.500 EUR bij voor de werking, anderen 1.250 EUR. De Nederlandse Overheid financiert evenveel als alle bijdragen van de leden samen (200.000 EUR op jaarbasis in 2003). Recentelijk werd een convenant getekend met de Nederlandse Overheid (eind juni 2004) waardoor bijkomende middelen gegarandeerd worden voor de werking van NWP. Daarnaast wordt het NWP betaald voor opdrachten voor de overheid (bvb de organisatie van waterfora of voor consultancy-opdrachten). A4A kon voor zijn werking vanaf 2002 rekenen op een toezegging van een garantiekapitaal door een vijftal waterbedrijven (zie ook &7.2.). In 2003 bedraagt dit jaarlijks 630.000 EUR. Via aanvullende bijdragen en sponsoring beschikt A4A in 2004 over een budget van meer dan 1 miljoen EUR voor secretariaat en Zuidwerking. De overheid financiert soms een deel van het globaal budget van de organisatie (voor secretariaat én/of Zuidwerking). De overheid betaalt bvb 686.000 EUR (70%) op jaarbasis van het totale budget van pS-Eau. De andere 30 % worden gemobiliseerd via de Franse lokale besturen, AFD4, NGO’s en multilaterale organisaties. SIE krijgt voor zijn secretariaat en projecten in het Zuiden naast financiering van de Canadese overheid (ook van Nederlandse en Zwitsere overheid) financiering via internationale NGO’s, multilaterale organisaties en private sector. WaterCan ontvangt voor zijn secretariaat en projecten naast financiering van de Canadese Overheid financiering via de gemeenten (vrijwillige bijdragen via de waterrekening, zie verder &6.2.). WaterAid krijgt van de overheid ongeveer 1.360.000 EUR op jaarbasis voor zijn algemene werking (naast financiering voor projecten in het Zuiden). SWH krijgt 700.000 EUR op jaarbasis van de overheid voor zijn algemene werking. Voor PWS worden het secretariaat en andere onkosten (reis- en verblijfkosten voor experts die naar de drie partnerlanden trekken) betaald door de Britse overheid.
4
Agence Française de Développement
38
7.2. Financiering van drinkwater- en sanitatieprojecten in het Zuiden A4A en de Nederlandse waterbedrijven Voor A4A zijn de giften van Nederlandse waterbedrijven de belangrijkste financieringsbron. Oorspronkelijk gebeurden die giften via een heffing aangerekend aan de klant per m³ waterverbruik5. In 2002 kwamen een aantal drinkwatermaatschappijen overeen om 0,2 Eurocent/m³ van de waterfactuur aan de A4A-projecten te schenken voor de periode 2002-2006. De bedrijven deden dit als test om te zien in hoeverre gebruikers bereid waren om een extra tarief te betalen boven op hun gewone waterfactuur. Dit werd echter niet altijd geaccepteerd, noch door de klanten, noch door de stakeholders of door de politici. Fondsenwerving zou op vrijwillige basis moeten gebeuren. Sommige watermaatschappijen doen dit dan ook effectief6: een maal per jaar vragen ze een vrijwillige donatie van de gebruikers. A4A werft zelf geen fondsen maar ondersteunt de waterbedrijven om dit te doen, omdat de bedrijven tenslotte betere of dichtere contacten hebben met de klanten. Het systeem zelf van de meerprijs op de waterfactuur werd afgevoerd bij A4A, maar het principe van 0,2 Eurocent/m³ bleef gehandhaafd om het vastgelegde bedrag voor de donatie per waterbedrijf te bepalen. Een aantal waterbedrijven hebben de gift op basis van de 0,2 cent/m³, ingecalculeerd in het jaarlijks budget, en informeren hun klanten hierover. Ondertussen legde A4A ook al nieuwe contracten vast met andere waterbedrijven, maar dan wel met een vast bedrag op jaarbasis. Vitens, een Nederlands waterbedrijf organiseert zelf een aantal losstaande fondsenwervingsactiviteiten (in overleg met A4A, die hiervoor zijn ervaring levert en daarvoor betaald wordt). Onder de noemer “Water for Life” wordt aan de 4 miljoen klanten in Gelderland, Friesland, Overijssel, de Noordoostpolder en een deel van Drenthe een vrijwillige financiële bijdrage gevraagd. Als eerste bestemming is een project geselecteerd in Mozambique, voor een betere watervoorziening voor ca. 250.000 mensen in vier kleine steden. Medio 2003 heeft Vitens een kwalitatief onderzoek gedaan bij haar klanten naar een mogelijke inbreng van het bedrijf bij het verbeteren van de watervoorziening elders in de wereld. Daaruit bleek dat klanten het vanzelfsprekend vinden dat het bedrijf hierin initiatieven neemt. Men wees hierbij op het belang van structurele hulp (en geen noodhulp), het bedrijf moet geen “geld schuiven” maar kennis en ervaring overdragen (mensen helpen zichzelf te helpen), zo mogelijk materialen hergebruiken, samenwerken met andere partijen zonder de controle te verliezen, projecten kiezen die kleinschalig, concreet en duurzaam zijn, en de systemen van Vitens (zoals voor communicatie en facturatie) benutten om de kosten van inning zo laag mogelijk te houden. Commissarissen en aandeelhouders van het bedrijf hebben zich inmiddels in positieve termen uitgesproken voor initiatieven op dit vlak, die op non-commerciële basis en zonder financiële risico’s zullen worden ontplooid. Vitens heeft een budget van EUR 1 miljoen gereserveerd voor haar eigen activiteiten voor de verbetering van de watervoorziening in de derdewereld (op een jaaromzet van 350 miljoen EUR in 5
Ongeveer de helft van de Nederlandse waterbedrijven besliste om 2 Eurocent/m3 te heffen op de waterrekening (zonder medeweten van de gebruiker) voor ontwikkelingssamenwerking. Een aantal jaren geleden was hieromtrent een incident in Utrecht omdat politici vonden dat het onrechtmatig was dat deze extra kostprijs niet ten gunste kwam van het waterbeheer in Utrecht en dus werd dit systeem afgevoerd in Utrecht. 6
De totale hoeveelheid gemobiliseerde fondsen door de Nederlandse waterbedrijven bedraagt ongeveer 3 miljoen EUR, waarvan de helft naar noodhulp en de andere helft naar investeringen in de watersector in het Zuiden gaat. Tegenover de omzet van 3 miljard EUR van de waterbedrijven betekent dit dus een bijdrage van 0.1%.
39
2003, betekent dit 0,28 %). Met behulp van een vrijwillige bijdrage van klanten kunnen grotere projecten worden gestart. Die bijdrage is voor huishoudelijke klanten naar keuze EUR 0,05, EUR 0,10 of EUR 0,15 per dag (respectievelijk ca. EUR 18, EUR 36 of EUR 54 per jaar), en voor zakelijke klanten EUR 1, EUR 2 of EUR 3 per dag (respectievelijk EUR 365, EUR 730 of EUR 1.095 per jaar). Voor klanten die de waterfactuur rechtstreeks van Vitens ontvangen wordt meegedaan via de waternota, voor Vitens-klanten die de waterfactuur via Nuon ontvangen (tot 2005, in Friesland en een deel van Gelderland) is er de mogelijkheid een bijdrage naar keuze over te maken op rekening van de stichting Water for Life. Deze zelfstandige stichting met een onafhankelijk bestuur ontvangt alle gelden, keurt voorgelegde Vitens-projecten goed en ziet toe op een juiste besteding. Hiermee wordt een heldere financiële scheiding tussen Water for Life en Vitens gewaarborgd, de fiscale aftrekbaarheid van giften en de verwerving van het CBF-keurmerk (Centraal Bureau Fondsenwerving)7. De klant ziet de bijdrage aan Water for Life terug op de jaarafrekening van Vitens, dus niet op de periodieke acceptgiro. Daarop staat de periode waarover meegedaan werd en het bedrag. Meerjarige sponsoring via een vast percentage van de omzet (bvb 0,25%) of een ureninzet van medewerkers van het waterbedrijf voor de inzet van expertise binnen projecten van A4A worden ook toegepast. De campagnes voor eigen fondsenwervingsactiviteiten van A4A, die eerder onder de noemer van bewustmaking vallen leveren beperkte resultaten op: -“Wandelen voor Water”: een activiteit in samenwerking met scholen leverde bvb 30.000 EUR op in 2003; -kerstmiskaartenverkoop: 4.000 EUR. De campagne die aan de basis lag van de oprichting van “Water overbrugt Wereldwijd” (ter ere van het 100-jarig bestaan van de KVWN in 1999) leverde 1,2 miljoen gulden (0,6 miljoen EUR) op voor acht voorbeeldprojecten voor de waterontwikkeling in derde wereldlanden. Dit geld werd verworven uit vrijwillige bijdragen van het Nederlandse publiek, bedrijfsleven en overheid (waaronder een forse bijdrage van de minister van ontwikkelingssamenwerking). De waterbranche, overheid, en het particuliere bedrijfsleven werkten hiervoor samen met de belangrijkste hulporganisaties die zich met waterontwikkelingsprojecten bezighouden. Een aantal waterbedrijven beschouwt bijdragen aan internationale hulp echter niet als hun core business en sommigen wachten op goedkeuring van hun stakeholders om zich op dit terrein te begeven. pS-Eau en SEDIF “Le syndicat des Eaux de l’Ile de France” (SEDIF), dat 144 gemeenten omvat rond Parijs lanceerde sinds 1986 het principe om per m³ 0,3 Eurocent te heffen op de waterfactuur, of globaal 660.000 EUR per jaar. De fondsen worden direct door SEDIF beheerd en ingezet voor een betere watervoorziening in het Zuiden via de gedecentraliseerde samenwerking. Verscheidene collectiviteiten en watersyndicaten zouden graag het principe van “1 Eurocent per m³” toegepast zien. Deze praktijk is echter nog steeds illegaal in Frankrijk. Een wetsvoorstel hieromtrent werd in juni 2004 unaniem goedgekeurd door de eerste kamer en men verwacht dat de wet bekrachtigd zal worden in het najaar van 2004. Als de wet goedgekeurd wordt zal het gaan om een “vrijwillige bijdrage” van de consument, wat wil zeggen dat een deel van de bevolking deze bijdrage niet zal 7
Het CBF is een onafhankelijke stichting die al sinds 1925 toezicht houdt op de inzameling van geld voor goede doelen. Een van de belangrijkste taken van het CBF is het beoordelen van fondsenwervende instellingen. De bekendste beoordelingsvorm is het CBF-Keur. Via de Keurmerk kan de gever erop vertrouwen dat er verantwoord met zijn gift wordt omgegaan. Sinds 1996 verleent het CBF een keurmerk aan fondsenwervende instellingen. Elk fonds dat in aanmerking wil komen voor een CBF-Keur moet aan dezelfde criteria voldoen en dezelfde procedure doorlopen. Fondsenwervende instellingen moeten minimaal drie jaar als zodanig actief zijn in Nederland. Het keurmerk wordt afgegeven voor een periode van 5 jaar, waarbij jaarlijks wordt getoetst of de organisatie nog aan de gestelde criteria voldoet.
40
willen betalen. Aangezien het principe dan wel over gans Frankrijk toegepast zal worden wordt een grote mobilisatie van fondsen verwacht8. Elke lokaal Frans bestuur zal verantwoordelijke blijven voor de besteding van de fondsen. WaterAid 23 miljoen huishoudens krijgen jaarlijks publiciteit, educatief materiaal en een oproep tot bijdrage voor WaterAidprojecten (“bill-stuffing”) samen met hun waterfactuur. De respons hierop is ongeveer 0.1 %. De private waterbedrijven nemen de kosten op zich voor de verspreiding van de bulletins (200.000 EUR per jaar) en WaterAid neemt de rekruteringskosten voor nieuwe schenkers op zich (160.000 EUR per jaar). De campagnes van WaterAid richten zich aldus tot een 12.500 schenkers die zich engageren voor een langere periode voor 58 GBP (85 EUR) per jaar (>5 jaar) en 3.000 punctuele schenkers voor 25 GBP (36 EUR) per jaar. Op die manier alleen al wordt meer dan 1 miljoen EUR gemobiliseerd waarvan een 860.000 EUR overblijft voor WaterAid (2003). RWE Thames Water, staff, gepensioneerden en gebruikers helpen WaterAid door fondsenwerving en bewustmaking. Sinds 1990 werd door toedoen van RWE Thames Water meer dan £14 miljoen (20,5 miljoen EUR) gemobiliseerd. Volgens WaterAid kosten water- en sanitatieprojecten ongeveer £15 (22 EUR) per persoon, zodat kan gesteld worden dat ongeveer 1 miljoen mensen van drinkbaar water en sanitatie werden voorzien door de bijdrage van RWE9. 10 % van de RWE Thames Water UK staff is een actieve WaterAid vrijwilliger, terwijl veel anderen de organisatie financieel steunen. WaterAid heeft allerhande mechanismen voor fondsenwerving (naast de gegarandeerde bijdragen van de private drinkwatersector en de subsidies van Europese en Britse financieringskanalen voor internationale samenwerking): -“share giving”: bij het schenken van aandelen aan WaterAid kan men een deel in mindering brengen op de inkomstenbelasting; dit wordt berekend op de huidige waarde van de aandelen + eventuele transactiekosten (op aandelen ter waarde van bvb 2.000 EUR met 50 EUR transactiekosten, kan een belastingbetaler in de hogere klasse (40%) dus 820 EUR in mindering brengen en betaalt uiteindelijk dus slechts 1.230 EUR); -“payroll giving”: maandelijkse giften van werknemers van bedrijven en organisaties, waarbij de regering een bijkomende subsidie voegt van 10% en WaterAid de belasting op deze gift kan terugvorderen (zodat een maandelijkse gift van 10 GBP, voor een belastingbetaler in de hogere klassen 16,6 GBP waard is voor WaterAid + nog eens 10% van de overheid); -uitgifte van kredietkaarten: waarbij WaterAid een bepaalde som krijgt bij opening en bij gebruik van de kaart; -“breng je oude GSM”: waarbij WaterAid 30 GBP krijgt per teruggebracht toestel (dat gerecyleerd wordt voor tweedehandsgebruik); -“charity flowers”: bestelling van bloemen per telefoon (15% van de waarde is voor WaterAid); -“click to give”: elke klik op de Aquaplasticswebsite (Europese plastiekindustrie) genereert 10 cent voor WaterAid (eerste campagne leverde 150.000 EUR op); -“WaterAidbikinis” bij H&M; - legaten: giften zijn vrij van taks, het kan om een bepaald vast bedrag gaan of om een zeker % van de eindwaarde van de erfenis (na aftrek van schulden, andere legaten en individuele giften). Directe giften via de website (creditcards) of via toestemming voor maandelijkse overschrijving worden ook meer en meer toegepast, onder andere ook door WaterAid. Voor wat betreft de directe betaling gebeurt dit via organisaties, erkend voor het elektronisch innen van giften voor sociale 8
Maximum te mobiliseren fondsen geschat op een 25 miljoen EUR In vergelijking met de internationaal gehanteerde normen van 50 EUR per persoon voor een duurzame drinkwater- en sanitatievoorziening liggen deze cijfers relatief laag. Er wordt hierbij dikwijls abstractie gemaakt van een aantal verdoken omkaderingskosten. Deze voorstelling is echter een manier om de impact van de bijdrage van het publiek maximaal voor te stellen en is aldus een goed verkoopsargument. 9
41
doeleinden. In België worden de NGO’s nu ook recentelijk aangesproken om op een gelijkaardig initiatief in te schrijven (“ikwilhelpen”): er wordt een jaarlijkse inschrijvingskost betaald, maandelijkse 10 % van de giften afgestaan voor de innende organisatie (met vaststelling van een minimumbedrag op maandbasis). WaterCan Via de website kan men maandelijkse bijdrage van 10 CAD 20 CAD 30 CAD of meer, door permanente overschrijving of door maandelijkse afhaling via creditcard overmaken aan WaterCan. Mensen worden ook aangesproken om giften te doen in naam van een vriend (verjaardag, feest), alsook voor legaten (of om een bepaald % van het legaat toe te kennen aan WaterCan). Canadese gemeenten worden uitgenodigd om samen met de waterrekening een flyer te verspreiden die de behoeften voor proper drinkwater en sanitatie in het Zuiden benadrukt en met de uitnodiging een gift te doen voor WaterCanprojecten in het Zuiden. Eerst werden de burgemeesters van de 11 grootste steden aangesproken (1986). Later werd dit opengetrokken tot de volledige organisatie van Canadese gemeenten (Federation of Canadian Municipalities). Ondertussen participeren een 60-tal gemeenten in het WaterCans Municipal Partnership Program: meer dan 5 miljoen flyers werden verspreid tussen 1992 en 2001. De bijdragen van elke gemeente wordt steeds in verband gebracht met een specifiek drinkwater- en sanitatieproject. In de beginfase voerde WaterCan niet zelf de projecten uit, maar deed beroep op ervaren Canadese ontwikkelingsorganisaties. Ondertussen is WaterCan uitgegroeid tot een projectorganisatie die wel direct de partners in het Zuiden ondersteunt.
8. Bewustmaking van het publiek 8.1. Mechanismen Bewustmaking van het publiek is meestal geen losstaande activiteit. Het kadert in de strategie om mensen enerzijds warm te maken voor de problematiek rond water en sanitatie in het Zuiden en anderzijds het bevorderen van goodwill om financieel bij te dragen. Om verantwoording af te leggen over het gebruik van de fondsen naar het publiek toe wordt gerapporteerd over de bereikte resultaten van de projecten. Bij WaterCan worden wegen gezocht om aan bewustmaking van het Canadese publiek te doen ivm drinkbaar water en sanitatie in de derde wereld via schoolgaande jeugd. Hiervoor werden vormingsmodules uitgewerkt voor scholen (van lagere scholen tot middelbare scholen, hogescholen en universiteiten). Ook Solidarité Eau Europe (SEE) neemt jeugd als belangrijke doelgroep voor bewustmaking. Samen met het Secrétariat International de l’Eau (SIE)organiseren ze “jongerenparlementen”: via een democratisch opgezet debat worden een honderdtal jongeren tussen 14 en 18 jaar samengebracht om een wetsvoorstel op te stellen in verband met water, sanitatie en hygiëne; acties voor te stellen in verband met waterbeheer en de rol van jongeren daarin. Deze debatten stimuleren een cultuur van solidariteit en samenwerking, bevordert de mobilisatie van jongeren op lokaal niveau, sensibiliseert hen over hun milieu en versterkt het bewustzijn over democratie en burgerschap. Deze jongerenparlementen kunnen ofwel op landenniveau georganiseerd worden of naar aanleiding van Wereldconferenties zoals in Kyoto georganiseerd worden (2003). Bewustmaking van het grote publiek wordt bij AWA, NWP pas in een latere fase van het bestaan van de organisatie opgenomen. Volgens NWP is dit een bewuste keuze: stapsgewijze worden de doelstellingen uitgewerkt, en bewustmaking van het publiek komt hierbij pas later aan de orde. AWA zoekt via projecten in het Zuiden de link met, en bewustmaking van het publiek voor de opbouw van zijn imago, zodat de gemeenschap hen ziet als dé organisatie voor de bevordering van duurzaam waterbeheer. Deze sociale functie wordt opgenomen door een apart gecreëerde ontwikkelingsorganisatie in opdracht van AWA. In een voorbereidende fase werd AquaAid
42
Australië opgericht. In juni 2004 kwam men tot een overeenkomst met WaterAid ivm naamgebruik en over een aantal gemeenschappelijke arrangementen. WaterAid Australië zal vanaf nu de gebruikte naam worden. Waterprojecten in het Zuiden worden soms ook aangegrepen voor bewustmaking rond de genderproblematiek. In een perspectief van gender startte A4A de samenwerking met de Nederlandse Vrouwen Raad (NVR), die actief is in het proces om vrouwen van hun positie en mogelijkheden bewust te maken door daadwerkelijk medeverantwoordelijkheid te dragen op alle terreinen in de samenleving. Dus ook in de ontwikkelingssamenwerking door het ondersteunen van duurzame initiatieven rondom de aspecten gelijkheid man/vrouw en water in het Zuiden. De samenwerking bestaat uit het geven van advies aan A4A inzake nieuwe projectvoorstellen en bvb het opstellen van een databank voor “best practices” op het gebied van gelijkheid man/vrouw. Betrokkenheid bij projectwerking op zich is ook een middel om het publiek bewust te maken rond de problematiek van water en sanitatie in het Zuiden. WaterAid stond model voor heel wat andere organisaties (WaterCan, A4A, AWA,…). Het idee van “charity” en de boodschap van drinkwater en sanitatie te verschaffen aan de armsten, gebruik makend van lage kost technologieën spreekt het publiek sterk aan. Het idee van het direct linken van een bescheiden gift van 15 GBP (22 EUR) voor het duurzaam verschaffen van drinkwater en sanitatie van 1 individu is klaar en duidelijk. De financiële mobilisatiekracht van WaterAid (bij industrie en individu) is hiervan een bewijs10. Voor deze bewustmaking (en fondsenwerving) baseert men zich op een gans netwerk van vrijwilligers, sprekers (o.a. werknemers van de grote waterbedrijven zoals RWE Thames Water) voor de ondersteuning van educatieve programma’s voor industrie, scholen,… Het succes van WaterAid ligt initieel bij de sterke link met de Britse waterindustrie. Gezien de grote zichtbaarheid van WaterAid is het een must voor alle drink-en afvalwaterbedrijven van Engeland, Wales, Schotland en Noord-Ierland om te participeren, om aldus hun “sociale verantwoordelijkheid” uit te drukken. Het model van WaterAid inspireert onder andere ook A4A. De rol die WaterAid UK speelt voor de private watersector (het uitdrukken van de “sociale verantwoordelijkheid”) wil A4A graag spelen voor de publieke watersector in Nederland. 8.2. Samenwerking met gemeenten Verscheidene organisaties zoals WaterCan, pS-Eau zien samenwerking met gemeenten als een mogelijkheid om aan bewustmaking te doen en om fondsen te mobiliseren. Voor pS-Eau heeft deze samenwerking te maken met het mobiliseren van fondsen via de gemeentelijke watermaatschappijen (zie &6.2.). Anderzijds wordt binnen de pilootacties in het Zuiden beroep gedaan op de gemeentelijke waterexpertise in Frankrijk ter ondersteuning van gemeentelijke overheden in het Zuiden (gedecentraliseerde samenwerking). Na de doorgevoerde decentralisatie in het Zuiden werden een groot aantal bevoegdheden, waaronder drinkwater en sanitatie, overgeheveld van het centrale naar het lokale, het gemeentelijke niveau. Lokale overheden hebben echter niet altijd de vereiste capaciteiten en personeel om de water-en sanitatiesector te plannen en te beheren. Daarvoor kan de uitwisseling, capaciteitsversterking en samenwerking tussen Noordelijke en Zuidelijke gemeenten interessant zijn. Voor WaterCan is de samenwerking met gemeenten een instrument voor bewustmaking van het publiek (onder andere via scholen) rond de waterproblematiek en ook voor het mobiliseren van fondsen voor projecten in het Zuiden. De link met specifieke projecten is hierin wel duidelijk. De link en uitwisseling van expertise tussen Noordelijke en Zuidelijke gemeenten (zoals bij pS-Eau) is echter niet uitgebouwd.
10
WaterAid mobiliseert een budget van meer dan 40 miljoen EUR per jaar.
43
9.
Samenwerking met de private sector
9.1. Omschrijving Alle partnerschappen spreken over de private sector in termen van “het deel van de nationale economie waarbij diensten en goederen worden geproduceerd en verdeeld door entiteiten (individuen en organisaties) die niet door de overheid gecontroleerd worden”. De samenwerking met de private sector in de drinkwatersector betreft voornamelijk het leveren van diensten ivm drinkwater en sanitatie: watervoorziening, waterbeheer, controle van de vervuiling,… Er bestaat een ruime waaier voor het betrekken van de private sector bij water-en sanitatiediensten: van volledig privaat eigendom en uitvoering tot het contracteren van de private sector voor kleinere operaties. De nationale partnerschappen worden dikwijls sterk beïnvloed of gestuurd door de nationale overheid. Het stimuleren van publiek-private samenwerking (PPS)11 en het betrekken van het bedrijfsleven bij de ontwikkelingssamenwerking staat dikwijls op de politieke agenda. De partnerschappen zijn daarom interessant als instrument om het bedrijfsleven bij de internationale watermarkt en de ontwikkelingssamenwerking te betrekken. Zo gingen het NWP en de Nederlandse overheid eind juni 2004 een convenant aan die het beleid van de Nederlandse regering bevestigt om het bedrijfsleven nadrukkelijk bij ontwikkelingssamenwerking te betrekken, in dit geval in de watersector in ontwikkelingslanden. Met dit convenant wil men uitzoeken wat de mogelijkheden zijn voor publiek private samenwerking en dus de inbreng van private partijen in de watersector in ontwikkelingslanden stimuleren. De private sector wordt opgenomen binnen het partnerschap van het Britse PWS “omdat duurzame ontwikkeling gezonde business niet uitsluit”. Voor WaterAid is de samenwerking met de private sector in het Noorden en in het Zuiden een must aangezien men ervan uitgaat dat de publieke sector totnogtoe onvoldoende de armen bereikte in het Zuiden. Concrete samenwerking met de Britse private sector naar het Zuiden toe is wel enkel beperkt tot financiering van projecten in het Zuiden en het occasioneel gebruiken van expertise van de private drinkwatersector.
9.2. Randvoorwaarden voor samenwerking met de private sector Er wordt erkend dat het betrekken van de private sector dikwijls nogal controversieel kan zijn in projecten die duidelijk louter sociale doeleinden nastreven. Voor PWS geldt als regel voor de private sector (ook voor de andere deelnemers) die toestemden om deel te nemen aan een specifiek project in Oeganda, Zuid-Afrika of Nigeria, dat ze gedurende een periode van 2 jaar na het einde van het project geen commerciële activiteiten zullen uitoefenen in betrokken gemeenten. Dit moet voorkomen dat er belangenvermenging gebeurt bij de uitvoering van de projecten. De nationaal getinte partnerschappen zijn eigenlijk deels een instrument om de private sector openingen te bieden naar de internationale watermarkt (DWF, NWP, PWS) of de nationale watermarkt (AWA) toe. De nationale partnerschappen die ondersteund worden door de nationale overheid, met als doel het stimuleren van publiek-private samenwerking en het betrekken van het bedrijfsleven bij de ontwikkelingssamenwerking zullen sterk beïnvloed worden door het nationaal beleid inzake participatie van de private sector. De bewegingsruimte van de partnerschappen om de randvoorwaarden voor het betrekken van de private sector op te leggen zal dan ook beperkter zijn. 11
PPS is een samenwerkingsverband waarin de publieke en de private sector, met behoud van hun eigen identiteit en verantwoordelijkheid, gezamenlijk een project uitvoeren om meerwaarde te realiseren, en dit op basis van een heldere taak- en risicoverdeling.
44
10. Lessen Lessen 1. Samenwerking tussen verschillende types actoren in een partnerschap rond water en ontwikkeling is pertinent in het kader van het bereiken van de millenniumdoelstellingen.
Het Vlaams Partnerschap wil een bijdrage leveren voor het bereiken van de millenniumdoelstellingen12 rond water en sanitatie door 6 miljoen mensen toegang tot water en sanitatie te verschaffen tegen 2015. Dit is een enorme uitdaging, vooral financieel, aangezien hiervoor jaarlijks minstens 30 miljoen EUR aan fondsen moet gemobiliseerd worden via de gezamenlijke inzet van alle actoren. De trend binnen de Belgische ontwikkelingssamenwerking is dat jaarlijks ongeveer 10 miljoen EUR naar investeringen in water en sanitatie gaat in het Zuiden (DGOS-financiering voor alle actoren samen13), of minder dan 2% van het totale budget voor ontwikkelingssamenwerking. Dit betekent dat er een enorme inspanning geleverd zal dienen te worden om de doelstellingen van het Vlaams Partnerschap te bereiken, enerzijds door een grotere prioriteit voor water en sanitatie te bepleiten binnen het beleid ontwikkelingssamenwerking en anderzijds door andere bronnen aan te boren om deze financiering rond te krijgen. Dit zal enkel kunnen gebeuren door een gedreven en gezamenlijke inzet van alle actoren: Bundelen van de krachten van alle wateractoren binnen een partnerschap rond water en ontwikkeling is daarom zeker pertinent als deze bijdrage aan de millenniumdoelstellingen nagestreefd wordt. De gezamenlijke inzet van de verschillende types actoren (drinkwatermaatschappijen, NGO’s, universiteiten, overheid, private sector) moet toelaten om een gezamenlijk standpunt uit te werken en te lobbyen voor een significante bijdrage voor water en sanitatie binnen ontwikkelingssamenwerking.14 Het bundelen van de krachten laat ook toe om het gezamenlijk standpunt van de Vlaamse of Belgische watersector kenbaar te maken op Europees en internationaal vlak. Dit is het geval voor verschillende buitenlandse initiatieven (NWP, SWH, DWF,…). Ze beïnvloeden het beleid door zelf gezamenlijke standpunten uit te werken en worden geconsulteerd door de overheid om standpunten uit te werken op nationaal
12
Uit een studie “The European Union Water Initiative Final Report of the financial component, October 2003” uitgevoerd door het Environmental Ressources Management (DFID), blijkt dat, om de MDGs ivm water en sanitatie te bereiken, jaarlijks tussen 9 à 30 miljard USD extra zou moeten gemobiliseerd worden (waarvan het deel voor sanitatie tot 17 miljard USD zou kunnen bedragen) boven op de huidig geschatte uitgaven van 25 miljard USD per jaar en abstractie makend van de component Integraal WaterBeheer. De financiering van de watersector loopt echter terug zowel op globaal vlak als voor de EU. De EU-lidstaten financierden tussen 19972001 ongeveer 1,06 miljard USD per jaar. 13 Bron: DGOS-statistieken 1998-2001 14 Een voorbeeld van dergelijk lobbywerk was de petitiecampagne van WaterAid “flush out poverty” waarbij de overheid gewezen wordt op zijn engagement voor het bereiken van de milleniumdoelstellingen en gevraagd wordt om 10% van het budget ontwikkelingssamenwerking voor te behouden voor drinkwater en sanitatie (zoals trouwens het geval is in Duitsland).
45
vlak of voor de voorbereiding naar grote internationale conferenties en waterfora toe. De gezamenlijke frontvorming van alle wateractoren om de engagementen in verband met de millenniumdoelstelling te onderschrijven zal ook een duidelijk signaal geven naar het publiek toe dat de problematiek van water in het Zuiden ernstig genomen wordt. De kans is groter dat het publiek zich dan interesseert en bewust wordt van de problematiek van water en sanitatie in het Zuiden en zich ook effectief engageert. Samenwerking tussen de verschillende types actoren kan de efficiëntie verhogen van de werking in het Zuiden. Bij de huidige Belgische interventies van NGO’s, universiteiten, DGOS,… in het Zuiden is er voorlopig geen enkele vorm van samenwerking aanwezig. Het bundelen van de krachten tussen deze actoren binnen projecten en pilootacties in het Zuiden, zoals in verschillende buitenlandse initiatieven gebeurt, zal vernieuwend zijn in de Vlaamse of Belgische aanpak en belangrijk zijn voor de opbouw van kennis en expertise in de watersector in het Zuiden. 2. In vergelijking met andere internationale partnerschappen zal het Vlaams Partnerschap beperkt blijven in slagkracht binnen de huidige institutionele context van verdeling van bevoegdheden tussen het Vlaams en het Federaal niveau van ontwikkelingssamenwerking.
De beleidslijnen voor drinkwatervoorziening en sanitatie worden op Vlaams niveau uitgeschreven. Het is in die zin dan ook wel pertinent dat het Vlaams Partnerschap de verschillende actoren in Vlaanderen die zich bezighouden met drinkwater en sanitatie samen rond de tafel brengt om solidariteit voor de waterproblematiek in het Zuiden te bewerkstelligen. Aangezien de Federale overheid bevoegd is voor ontwikkelingssamenwerking in het algemeen en de budgetten voor ontwikkelingssamenwerking op Vlaams niveau zeer beperkt zijn zal de directe invloed van het Vlaams Partnerschap op de besteding van de budgetten voor ontwikkelingssamenwerking dus zeer beperkt zijn. De verdeling van de bevoegdheden tussen het Vlaams en het Federaal niveau van ontwikkelingssamenwerking zal de slagkracht van het Vlaams Partnerschap verzwakken. De geplande defederalisering van de ontwikkelingssamenwerking en de hiermee gepaard gaande overheveling van een deel van de bevoegdheden in het beleidsdomein ontwikkelingssamenwerking en van het budget ontwikkelingssamenwerking naar het regionaal niveau kan dan weer wel nieuwe mogelijkheden bieden. Het Vlaams Partnerschap kan hiervan gebruik maken om drinkwater en sanitatie een hoge prioriteit te verlenen op de te besteden budgetten voor ontwikkelingssamenwerking. In de huidige context kan bovendien op een creatieve manier gezocht wordt naar financiering binnen verschillende departementen (bvb Milieu, Onderwijs, Cultuur,...) om deze te bewegen een deel van het budget in te zetten voor het Zuiden
46
in het algemeen en voor drinkwater- en sanitatie in het bijzonder15. Men zou zich kunnen inbeelden dat Vlaanderen de toon aangeeft op nationaal vlak voor wat betreft de solidariteit met het Zuiden. Dit kan gebeuren door een 0,7% norm (of 1 %) toe te passen op de eigen begroting gespreid over de budgetten van de verschillende Departementen heen (0,7 % van de totale Vlaamse begroting brengt ongeveer 126 miljoen EUR op; dezelfde norm toepassen op het Departement Leefmilieu levert 5,5 miljoen EUR). Een ander principe zou kunnen zijn dat dezelfde norm wordt toegepast voor wat betreft de uitgaven in drinkwater-en sanitatie in Vlaanderen, zodat 0,7% van de uitgaven in Vlaanderen worden besteed aan drinkwater-en sanitatie in het Zuiden. Bij de andere buitenlandse initiatieven van deze studie komen de budgetten voor drinkwater-en sanitatie en voor de financiering van de partnerschappen in het algemeen voornamelijk van het budget ontwikkelingssamenwerking. Andere departementen zoals Milieu, Voedsel en Landelijke Zaken" (PWS), of zoals Milieu naast Buitenlandse Zaken (SWH) komen ook in aanmerking. In alle andere bestudeerde buitenlandse initiatieven behoort ontwikkelingssamenwerking tot de bevoegdheid van de federale overheid. De overheid faciliteert dikwijls het ontstaan en de functionering van de partnerschappen, geeft de verantwoordelijkheid door voor uitvoering van studies of andere opdrachten zoals de voorbereiding van internationale fora, consulteert de partnerschappen voor beleidsbepaling,…. Deze partnerschappen hebben een grote kans om het beleid inzake water en sanitatie in de derde wereld te kunnen beïnvloeden. 3. Het Secretariaat kan best opgenomen worden in een onafhankelijk orgaan.
Enerzijds is de link met de overheid belangrijk aangezien het over internationaal gedeelde politieke keuzes (millenniumdoelstellingen) gaat die op nationaal vlak vertaald moeten worden. De opzet van een Partnerschap binnen de Administratie van de Vlaamse Overheid zou enerzijds een signaal geven op internationaal niveau dat de Vlaamse Overheid zijn engagement ten opzichte van de millenniumdoelstellingen en van de drinkwater-en sanitatiecomponent hierin ter harte neemt. Het Secretariaat van het Vlaams Partnerschap zou dan het instrument bij uitstek zijn voor de besteding van de Vlaamse overheidsbudgetten en de bijkomend gemobiliseerde fondsen voor drinkwater-en sanitatie voor het Zuiden. De fondsen die gemobiliseerd moeten worden via allerhande mechanismen (bvb via drinkwatermaatschappijen en campagnes) zullen via vastgelegde criteria moeten toegewezen worden aan projecten in het Zuiden door de actoren van het Vlaams Partnerschap. Dit laatste kan best gebeuren in een Secretariaat dat los staat
15
Naar analogie met het zogenaamde "horizontale beleid", waarbij ieder Vlaams departement zich verbonden had om 10% van de internationale samenwerking te heroriënteren naar internationale solidariteit. Dit zou een aanzienlijke stijging van de middelen voor internationale solidariteit van 14,5 miljoen EUR moeten opgeleverd hebben (beleidsnota Vlaamse minister van Ontwikkelingssamenwerking, 2000-2004). Slechts een fractie hiervan werd gehaald en het principe werd afgevoerd.
47
van de overheid om de snelheid van de werking en de besteding van de fondsen niet te vertragen. Bij een huisvesting van het Secretariaat binnen de Vlaamse Overheid riskeert men dat de dynamiek en betrokkenheid van de andere actoren vermindert als deze voelen dat het Partnerschap de verschillende actoren instrumentaliseert voor de uitvoering van het overheidsbeleid. Een Secretariaat onafhankelijk van de overheid (zoals in bijna alle andere buitenlandse initiatieven het geval is) laat toe om onafhankelijke en objectieve keuzes te maken die zoveel mogelijk de gezamenlijke standpunten van alle actoren uitdrukken,…. Deze onafhankelijke, gezamenlijke standpunten kunnen inspirerend en beleidsbeïnvloedend werken naar de overheid toe. Een onafhankelijk Secretariaat kan in principe sneller en flexibeler werken en omzeilt het risico van instrumentalisering door de overheid. Een onafhankelijke organisatie en Secretariaat biedt de verschillende wateractoren in Vlaanderen een instrument aan om hun sociale verantwoordelijkheid naar het Zuiden uit te drukken. Men zou zich kunnen voorstellen dat men zich voor een snelle start van het Vlaams Partnerschap zoveel mogelijk baseert op bestaande modellen, zoals dit van het NWP, en de organisatiestructuur, mechanismen en instrumenten grotendeels “kopieert”. In een volgende fase waarin het Vlaams Partnerschap effectief vorm zou moeten krijgen is het belangrijk dat nagegaan wordt welke onafhankelijke externe organisatie dit Secretariaat kan opnemen om deze rol zo objectief mogelijk te kunnen vervullen. Het moet dan wel om een organisatie gaan met voldoende affiniteit voor de drinkwater- en sanitatieproblematiek in het algemeen en/of met de werking in het Zuiden in het bijzonder (bvb SVW16, waterNGOs zoals PROTOS, Departementen Water binnen Universiteiten,…). Het kan ook gaan om een overgangssituatie waarin het Secretariaat tijdelijk opgenomen wordt binnen een bestaande organisatie, om in de opstartfase optimaal gebruik te maken van de bestaande infrastructuur en expertise van deze organisatie en aldus geen vertraging op te lopen bij opzet van een nieuwe structuur. Later kan dan een eigen onafhankelijke structuur opgezet worden.
16
SVW: Samenwerking Vlaams Water, de koepelorganisatie van de waterbedrijven in Vlaanderen
48
4. Het Vlaams Partnerschap kan best gebruik maken van de expertise binnen bestaande partnerschappen ( zoals NWP) om duplicatie te vermijden.
Bestaande websitestructuren (“websiteinfrastruur”) voor kennisuitwisseling bestaan al en kunnen gebruikt worden (bvb deze door IRC17 in Nederland ontwikkeld en door verschillende organisaties gebruikt, zoals bvb NWP). Het gebruik van dezelfde website infrastructuur laat meteen onderlinge uitwisseling met andere partnerschappen/organisaties toe via automatische linking. Er is blijkbaar een bereidheid tot samenwerking en uitwisseling tussen de verschillende internationale partnerschappen, waarvan geprofiteerd kan worden. Kennis- en informatiebeheer kan eventueel uitbesteed worden aan universiteiten, studiebureaus, NGO‘s,… die met het thema water begaan zijn en die toch al een bestaande infrastructuur hebben om dit te doen.
5. Een duidelijke keuze dringt zich op ivm de systemen/modellen voor het uitwisselen van kennis, informatie en expertise in functie van de verschillende doelstellingen van het partnerschap: -de bekendmaking van de Vlaamse waterexpertise; -een optimale inzet voor samenwerkingsprojecten, inspelend op de behoeften en vragen van de landen in ontwikkeling; -de verhoging en optimale aanwending van financiële middelen voor water- en sanitatieprojecten in deze landen; -de bewustmaking van de bevolking in Vlaanderen voor de waterproblematiek in deze landen. Bepaalde systemen/modellen lenen zich beter of zijn compatibel met het bereiken van de andere doelstellingen, andere zijn niet compatibel.
Kennis- informatie- en expertiseuitwisseling is dé basis waarop alle partnerschappen steunen. Verschillende systemen/modellen worden gebruikt in functie van de nagestreefde doelstelling, zijnde: het ter beschikking stellen van bestaande kennis en informatie ivm water; het actief genereren van kennis, (zoals bvb bij pS-Eau), waarbij onderzoekshypotheses worden onderzocht op basis van pilootacties en de opgedane kennis verwerkt en verspreid wordt naar de sector toe; het promoten van aanwezige (nationale) expertise, (zoals bvb bij NWP, DWF, SWH, AWA), waarbij de nadruk gelegd wordt op het beschikbaar maken van de nationale expertise en informeren over mogelijkheden op de internationale watermarkt; het beschikbaar stellen van expertise voor projecten in het Zuiden, (zoals bvb bij A4A), waarbij een makelaarsfunctie vervuld wordt tussen de vraag in het Zuiden en het aanbod in het Noorden (niet marktgericht en onbaatzuchtig). Het ter beschikking stellen van bestaande kennis en informatie ivm water is verenigbaar met de andere doelstellingen. Het actief genereren van kennis vraagt een grote investering voor wat betreft de in te zetten menskracht, voor het begeleiden van onderzoeksprojecten, lessen te trekken en deze lessen te verspreiden,…. Mobiliseren van bijkomende fondsen staat dan in functie van de behoefte om kennis op te doen via pilootacties en de bewustmaking wordt gebaseerd op de verworven kennis. De partnerschappen met als doelstelling het promoten van aanwezige (nationale) expertise zijn marktgericht. Ze zijn, zeker in de beginfase, niet direct in bewustmaking van het publiek geïnteresseerd, of om zelf financiële middelen te mobiliseren voor water-en sanitatieprojecten in het Zuiden.
17
International Water and Sanitation Centre, Delft, Nederland
49
De makelaarsfunctie is wel volledig compatibel met de andere doelstellingen. Het inspelen op de vraag uit het Zuiden en het publiek en waterprofessionals en watermaatschappijen daarbij betrekken kan trouwens een belangrijke sleutel zijn om een groot deel van het publiek geïnteresseerd te krijgen in de problematiek van water en sanitatie in het Zuiden. Zowel publiek, als waterprofessionals en watermaatschappijen blijken bereid te zijn om fondsen en onbaatzuchtige expertise te leveren. Gezien de compatibiliteit van de makelaarsfunctie met de andere doelstellingen en het feit dat het Vlaams Partnerschap de nadruk legt op de doelstelling om bijkomende middelen te mobiliseren en in te zetten voor drinkwater- en sanitatie in het Zuiden lijkt deze laatste keuze voor de hand te liggen. 6. Gebruik van participatieve mechanismen en instrumenten zijn van kapitaal belang om het partnerschap dynamisch te maken.
Een voorbereidende consultatiefase zoals bij het opzetten van het NWP liet toe te vernemen wat elke deelnemende categorie van actoren verwachtte als meerwaarde van het partnerschap, vooraleer tot de definitieve bepaling van de doelstellingen over te gaan. Websites, fora, workshops en vnl de productmarktcombinaties zoals geïnitieerd bij NWP of de intrestgroups van AWA, formele bijeenkomsten tussen de verschillende wateractoren zijn belangrijke instrumenten om de dynamiek van het partnerschap te bevorderen. De concrete opzet, uitvoering en opvolging van gezamenlijke acties in het zuiden zoals bij NWP, PWS, pS-Eau is een uitstekend middel om de verschillende actoren samen te brengen, om optimaal van de synergie te kunnen genieten, daaruit te leren en expertise op te bouwen. Expertise zou kunnen ter beschikking gesteld worden door experts van de vertegenwoordigde actoren in het Vlaams Partnerschap volgens een bepaalde verdeelsleutel, waarin de ter beschikking gestelde specifieke expertise van elke actor in aantal mensdagen wordt vastgelegd. Hierdoor zou de expertise kunnen ingezet worden in het Zuiden zelf en/of voor het Zuiden (door advies en begeleiding gelinkt aan specifieke projecten of via een door het Secretariaat beheerde vraagbaakfunctie).
7. Bewustmaking van het publiek (en van de andere actoren) heeft het meest effect via de directe link met projecten in het Zuiden.
Zoals bij A4A gebleken is, bestaat er een enorme interesse van “experts” (vrijwilligers: waterprofessionals van ingenieursbureaus, waterbedrijven, waterschappen,…) voor de beoordeling, advies en opvolging van projecten. Het betrekken van deze vrijwilligers voor advies en opvolging verstevigt ook de duurzaamheid van de projecten aangezien de vrijwillige experts ook na afloop van de externe financiering in het project geïnteresseerd blijven en advies en opvolging verzekeren. WaterAid mobiliseert massaal de werknemers van de Britse waterindustrie voor educatie en bewustmaking. Dit versterkt enorm de betrokkenheid en bewustwording van een grote
50
groep mensen ivm de waterproblematiek in het Zuiden. Bewustmaking naar het grote publiek toe gebeurt best via een eenvoudige boodschap, die duidelijk de link legt tussen de gift van het individu, bedrijf of organisatie en de impact op de voorziening in drinkwater en sanitatie in het Zuiden. Een duidelijke rapportering over de projecten is een noodzakelijke voorwaarde om het publiek te blijven interesseren. Een interessant kanaal om te rapporteren zijn de gemeentelijke watermaatschappijen zoals in het geval van de Canadese gemeenten en de private waterbedrijven zoals in het geval van WaterAid. Deze kunnen ingeschakeld worden bij bewustmaking en het mobiliseren van fondsen via de verspreiding van publiciteit, educatiemateriaal en informatie over projecten (samen met de vraag tot het storten van een bijdrage voor projecten in het Zuiden). Er zal moeten nagegaan worden in hoeverre de watermaatschappijen openstaan voor deze aanpak van fondsenwerving en bewustmaking. Uit de gegeven analyse en voorbeelden blijkt dat het 8. Het mobiliseren van 30 mobiliseren van 30 miljoen EUR niet eenvoudig zal zijn: miljoen EUR per jaar aan een heffing via de waterfactuur19 van 1 à 2 Eurocent per fondsen lijkt niet direct m³ volgens respectievelijk Nederlands en Frans model haalbaar te zijn. Het lijkt navolgbaar (legaal kader voor de toepassing in mobiliseren van een België moet nagekeken worden); dit betekent op Vlaams bijkomende 5 miljoen EUR in niveau een potentieel te mobiliseren bedrag van 2,6 à 5,2 Vlaanderen voor drinkwater en sanitatie in het Zuiden lijkt miljoen EUR per jaar. realistischer18. vrijwillige bijdragen door gerichte campagnes via de waterfactuur (“bill-stuffing”) naar de gebruikers toe zou voor Vlaanderen slechts een paar honderd duizend EUR per jaar opleveren (na extrapolatie van de opbrengst van WaterAid via dit systeem). voor de vrijwillige bijdragen van de waterbedrijven zouden, gebaseerd op de Nederlandse ervaring waarbij een 0,1 à 0,28% van de omzet van de waterbedrijven als realistisch kan aangenomen worden, voor Vlaanderen 300 à 840.000 EUR per jaar betekenen. de mobilisering van fondsen via allerlei campagnes vraagt een specifieke aanpak, expertise en heel wat menskracht die niet direct beschikbaar zal zijn bij de opstart van een Vlaams Partnerschap. het bepleiten van de 10%-norm voor investeringen in de drinkwater- en sanitatiesector op het nationaal budget ontwikkelingssamenwerking (zoals in Duitsland het geval is) of alleszins een significante stijging ten opzichte van de gebruikelijke 2% besteding kan een duidelijke stap 18
De doelstellingen die het Vlaams Partnerschap vooropstelt worden duidelijk onafhankelijk gezien van de inspanningen voor water en sanitatie in het Zuiden, geleverd door Belgische bijdragen, via DGOS en de EU. 19 Zoals de leefbaarheid bij de toepassing van dit principe in Nederland niet gegarandeerd is, kunnen er ook praktische bezwaren rijzen in verband met de uitvoerbaarheid van dit principe in België.
51
betekenen voor de Vlaamse bijdrage aan de millenniumdoelstellingen. Het mobiliseren van fondsen over de departementen van de Vlaamse overheid heen (zie les 2) volgens het principe van de besteding van bvb 0,7% van het budget van de verschillende departementen in het Zuiden of de besteding van bvb 0,7% van de uitgaven voor drinkwateren sanitatie in België voor het Zuiden. 9. Besteding van gemobiliseerde fondsen kan best via organisaties met een kennis van het Zuiden en bestaande Zuidwerking gebeuren.
Zeker in de beginfase kan het Vlaams Partnerschap efficiënter werken via NGO’s, universiteiten, … die reeds een voeling en binding hebben met het Zuiden via de uitvoering van projecten in verband met water en sanitatie en banden hebben met lokale organisaties of lokale overheden. De makelaarsfunctie als deze van A4A waarbij tussen de vraag voor projecten in het Zuiden en het aanbod (geld en expertise) bemiddeld wordt door het partnerschap kan gebeuren door het partnerschap op basis van de zelf vastgelegde criteria voor projecten en partners.
10. Er moet een keuze gemaakt worden in verband met de betrokkenheid van de private sector in het Vlaams Partnerschap.
De keuze voor een actieve betrokkenheid van de private sector kan beïnvloed worden door de institutionele context en het beleid buitenlandse handel, zoals bijvoorbeeld het geval is in Nederland waar het betrekken van de private sector in ontwikkelingssamenwerking een beleidskeuze is.
De rol zal variëren in functie van de prioriteit die gegeven wordt aan de verschillende doelstellingen van het Partnerschap.
De uiteindelijke keuze hoe en in hoeverre de private sector te betrekken moet in de eerste plaats gemaakt worden in functie van de gekozen doelstellingen: Ligt de nadruk op het uitwisselen van kennis/en informatie dan kan de betrokkenheid van de private sector op zich minimaal zijn, tenzij dan als gebruiker van de ter beschikking gestelde informatie. Bij een gemeenschappelijke inzet van technische, methodologische expertise in het Zuiden en wanneer geopteerd wordt voor het profileren van de Vlaamse of nationale expertise is de betrokkenheid van de private sector uiteraard onontbeerlijk. De meerwaarde van de input van de private sector in gezamenlijke initiatieven kan aldus aangetoond worden. Ligt de nadruk eerder op het zoeken naar synergie voor een betere efficiëntie bij de uitvoering van projecten in het zuiden dan is de input van de private sector wenselijk mits vastlegging van de randvoorwaarden van deze deelname en de controle ervan door de andere actoren van het Partnerschap. Voor het mobiliseren van bijkomende middelen voor het Zuiden kan de private sector gestimuleerd worden een bijdrage te leveren aan het partnerschap. Voor de bewustmaking in het Noorden is de rol van de private sector minimaal.
52
PS: De publieke drinkwatersector in Vlaanderen daarentegen moet gezien zijn expertise en zijn directe binding met de gebruikers een belangrijke speler zijn op alle niveaus.
53
1. 2. 3. 4. 5. 6.
ANNEXEN Functies, initiatiefnemers, deelnemers van de partnerschappen Beschrijving van andere in het rapport vermelde partnerschappen/netwerken rond water Adressen van de websites van de bestudeerde partnerschappen Outprint powerpointvoorstelling van de inventaris van de partnerschappen (hoofdstuk 4) Outprint powerpointvoorstelling van de lessen (hoofdstuk 10) Outprint van de websites van de partnerschappen
54
ANNEX 1
Functies, initiatiefnemers, deelnemers van de partnerschappen Type van functies die het partnerschap vervult
Uitwisseling van kennis/ informatie
1 2
Actief bundelen technische en/of methodologische expertise tussen verschillende actoren voor werking in het Zuiden X
Actief mobiliseren van fondsen voor het Zuiden
Aqua for All Australian Water X Association 3 Danish Water X X Forum 4 Japanese X X Water Forum 5 Netherlands X X Water Partnership 6 Partners for X Water and Sanitation 7 Programme X X SolidaritéEau 8 Secrétariat X International de l’Eau 9 Solidarite Eau X Europe 10 Swedish X X Water Forum 11 WaterAid 12 WaterCan (*) onderzoeksinstellingen, civiele maatschappij
Initiatiefnemers van Huidige deelname aan het partnerschap het partnerschap
BewustPublie making in -ke het sector noorden
Private sector
Andere (*)
Publie -ke sector
Private sector
Andere (*)
Focus op project werking in Zuiden?
X
X
X
X
X
-
-
X
-
-
X
X
X
-
X
X
X
-
X
X
X
-
X
x
X
X
X
-
-
X
-
-
X
-
-
X
-
-
X
X
X
X
X
x
x
X
X
X
X
X
-
X
X
X
X
-
-
X
X
X
X
X
X
-
-
X
X
-
X
-
X X
X X
X
X X
x X
X X
X
X
X X
ANNEX 2 Beschrijving van andere in het rapport vermelde organisaties, partnerschappen en netwerken rond water 1. Freshwater Action Network (FAN) 2. International Water Association (IWA) 3. The Global Water Partnership (GWP) 4. STREAMS OF KNOWLEDGE (STREAMS) 5. Water, Engineering and Development Centre (WEDC) 6. The Water Supply and Sanitation Collaborative Council (WSSCC) 7. The World Water Council (WWC)
1. Freshwater Action Network (FAN) Londen, Groot-Brittannië http://www.freshwateraction.net/ Historiek en type organisatie Het Freshwater Action Network is opgericht in aansluiting op de WaterAid Advocacy Workshop die plaatsvond tijdens het 2e Wereld Water Forum in maart 2000. Het Freshwater Action Network is een mondiaal netwerk van niet-gouvernementele organisaties en basisorganisaties (Community Based Organisations – CBO’s) die actief zijn op het gebied van milieu en ontwikkeling en samenwerken om de deelneming van de civiele samenleving aan het uitstippelen van het waterbeleid op internationaal niveau te versterken. Thema Zoet water
•
• • • • •
Missie et Doelstellingen Maatschappelijke organisaties (Civil Society Organisations – CSO’s) nauwer betrekken bij de beleidsvorming en het ontwikkelen van initiatieven om de internationale streefdoelen inzake water en sanitaire voorzieningen te verwezenlijken Bij de bevolking een basis voor ontwikkeling leggen De mondiale samenwerking tussen CSO’s met verschillende invalshoeken, prioriteiten en vaardigheden verbeteren Zorgen voor meer CSO-pleitbezorgers die helder kunnen communiceren over waterbeleidsvraagstukken en de bredere agenda Fungeren als een forum voor dialoog over het waterbeleid tussen overheden en basisorganisaties Relevante en toegankelijke informatie over nieuwe problemen delen Organisatiestructuur
Leden Alle NGO’s, basisorganisaties en NGO-netwerken die actief zijn op het gebied van het zoetwaterbeleid en die de FAN-doelstellingen nastreven, kunnen van FAN lid worden. In 2003 waren er 230 leden, die landen uit alle regio’s vertegenwoordigden.
Beheersstructuren en uitvoerende structuur Het FAN-secretariaat bevindt zich in het kantoor van WaterAid te Londen, dat tevens project, administratieve, financiële en juridische diensten aan FAN verleent. WaterAid steunt het project op lange termijn en heeft zich ertoe verbonden het FAN-secretariaat tot december 2005 te huisvesten.
FAN heeft geen formeel statuut en de structuur is niet-hiërarchisch. Er wordt momenteel een kleine stuurgroep samengesteld die richting moet geven aan de ontwikkeling van FAN en de FAN-acties in 2004/05.
Financiële middelen Recentelijk is van het Nederlandse Ministerie van Buitenlandse Zaken financiering tot december 2005 verkregen. FAN ziet uit naar meer financiële ondersteuning. Partnerschappen WaterAid, het GWP( MSW).
• • • • • • •
Activiteiten Beleid maken en nieuwe informatie en praktisch richtsnoeren verstrekken over de wijze van deelneming aan de besluitvorming met betrekking tot water Het opzetten van regionale pleitbezorgingsnetwerken inzake water in Centraal-Amerika, Afrika en Zuid-Azië ondersteunen Opleidingsbijeenkomsten organiseren waar in verband met bepaalde kwesties pleitbezorgingsvaardigheden worden aangeleerd Informatie en middelen verstrekken en delen onder FAN-leden Hulp bieden bij de coördinatie van de deelneming van CSO’s aan cruciale beleidsvorming op internationaal niveau Lobbyen voor ruimere deelneming van CSO’s aan de beleidsvorming in een vroeg stadium Ervoor zorgen dat CSO’s uit verschillende sectoren een beleidsdialoog met elkaar aangaan
2. International Water Association (IWA) Londen, UK http://www.iwahq.org.uk/ Historiek en type organisatie IWA is opgericht in september 1999 en is ontstaan uit de fusie van de International Association of Water Quality (IAWQ) en de International Water Supply Association (IWSA). Thema Water. Missie et Doelstellingen Beroepsbeoefenaars uit de watersector bijstaan bij het zoeken naar innovatieve, pragmatische en duurzame oplossingen voor het probleem van de mondiale waterbehoeften. IWA speelt een prominente verbindingsrol in de brede gemeenschap van waterspecialisten over de hele wereld door de nieuwste professionele inzichten inzake onderzoek en praktijken en regelgevers en degenen op wie de regels van toepassing zijn, bijeen te brengen over nationale grenzen en de grenzen van de drinkwater-, de afvalwater- en de stormwaterdisciplines heen. Organisatiestructuur
Leden Waterdeskundigen uit tal van specialismen en beroepen en uit diverse delen van de wereld.
Beheersstructuren en uitvoerende structuur Regionale Associaties worden opgezet in gebieden van de wereld waar IWA-leden gezamenlijk gemeenschappelijke regionale belangen nastreven en samenwerken. De regionale associaties organiseren doorgaans regionale conferenties en hebben een secretariaat.
International Water Association Bestuurs- en beheersstructuur van de Associatie Raad van Bestuur van IWA Strategische Raad -- Uitvoerend Comité van IWA -- IWA N.V. IWA-groepen en –programma’s -- IWA-Comités -- IWA Uitgeverij N.V.
Programma’s -- Gespecialiseerde groepen --Belang
--
Stichting -- Tweejarig Programma -- Jonge beroepsbeoefenaars – Publicaties
--
Redacties
Financiële middelen •
Indeling in hoge-inkomenslanden en lage-inkomenslanden, met voor elke categorie een verschillende bijdrage.
•
Waarde voor rechtspersonen: de bijdragen variëren naargelang van het aantal werknemers in de organisatie.
•
Regeling die inhoudt dat leden een facultatieve bijdrage kunnen leveren aan de straathoekactiviteiten van IWA, namelijk wanneer ze kiezen voor een nieuw “Super”lidmaatschap.
Partnerschappen IWA werkt in projecten van gemeenschappelijk belang samen met de Wereldbank, de Wereldgezondheidsorganisatie en de voornaamste VN-organisaties ((UNEP, UNDP, UNESCO) die zich bezighouden met water en sanitaire voorzieningen. IWA is stichtend lid van de Wereldwaterraad en is betrokken bij het Mondiaal Samenwerkingsverband Water en de Samenwerkingsraad watervoorziening en sanitaire voorzieningen. Activiteiten • Conferenties – Elk jaar organiseert en sponsort IWA overal ter wereld tal van gespecialiseerde conferenties en studiebijeenkomsten over een brede waaier van onderwerpen met betrekking tot waterbeheer. • Publicaties en voorlichting – Het publicatieprogramma omvat Water 21 , het IWA-ledenblad, een aantal tijdschriften, boeken, wetenschappelijke en technische verslagen van IWA, handboeken, verslagen en elektronische diensten. • Groepen van Specialisten • IWA-steun aan ontwikkelingslanden – Via partnerschappen met andere organisaties en associaties steunt IWA waterspecialisten in ontwikkelingslanden en opkomende economieën. • Belangengroepen • Internet-kennisnetweken • Fora maken permanente samenwerking tussen belangrijke groepen leden mogelijk • Taakgroepen worden periodiek opgezet
3. The Global Water Partnership (GWP) (Mondiaal Samenwerkingsverband Water) http://www.gwpforum.org Historiek en type organisatie De Wereldbank, het Ontwikkelingsprogramma van de Verenigde Naties (UNDP) en de Swedish International Development Agency (Sida) hebben het MSW in 1996 opgericht. Thema Integraal waterbeheer Missie Integraalwaterbeheer bevorderen en in praktijk brengen via de ontwikkeling van een wereldwijd netwerk dat de financiële, technische, beleids- en menselijke middelen kan samenbrengen om de levensbelangrijke problematiek van duurzaam waterbeheer aan te pakken. Doelstellingen Landen steunen bij het duurzaam beheer van hun watervoorraden. Organisatiestructuur
Leden Sedert zijn ontstaan heeft het MSW een netwerk opgezet van Regionale Partnerschappen (leden) in Centraal-Amerika, Midden- en Oost-Europa, Centraal-Azië en de Kaukasus, China, Oostelijk Afrika, het Middellandse-Zeegebied, de Stille Oceaan, Zuid-Amerika, Zuid-Azië, Zuidoost-Azië, Zuidelijk Afrika en West-Afrika.
Beheersstructuren Raadgevende Partners: de leden van het MSW. De Raadgevende Partners komen een keer per jaar bijeen om de verslagen van de Stuurgroep en het Technische Comité te bestuderen, de Voorzitter van het Partnerschap aan te stellen en de leden van de Stuurgroep te verkiezen en te benoemen. Stuurgroep: fungeert als Raad van Bestuur en komt twee keer per jaar bijeen. De leden van de Groep worden verkozen door de Raadgevende Partners. Hun ambtstermijn bedraagt drie jaar. De Stuurgroep telt 22 leden, waaronder leden die ambtshalve aangesteld zijn.
Uitvoerende structuur Het Technisch Comité (TEC): bestaat uit 12 internationaal erkende specialisten, die gekozen zijn vanwege hun ervaring in diverse disciplines die verband houden met integraal waterbeheer.
Secretariaat en Adviescentra: de Uitvoerend Secretarisis in samenwerking met de Voorzitter van het TEC verantwoordelijk voor de uitvoering van het MSW-programma. Het Secretariaat ondersteunt de Uitvoerend Secretaris, het Technisch Comité en andere MSWcomités, en de Regionale Partnerschappen van het MSW voor wat betreft bestuur, financiën, communicatie, planning, het operationele beheer van de MSW-programma’s en administratie. De adviescentra - DHI-Institute of Water and Environment, Denemarken, HR Wallingford, VK en het International Water Management Institute (IWMI), Sri Lanka – bieden op strategische terreinen aanvullende ondersteuning aan het Samenwerkingsverband en leveren diverse ondersteunende diensten aan het secretariaat in Stockholm en de Voorzitter van het TEC.
Financiële middelen De huidige donoren aan het MSW zijn de overheden van: Canada, Denemarken, Frankrijk, Duitsland, Nederalnd, Noorwegen, Spanje, Zweden, Zwitserland, Groot-Brittannië, de Europese Gemeenschap en de International American Development Bank Partnerschappen Verschillende landenintiatieven die de MSW-actie steunen zijn partners of leden. Activiteiten • Partnerschappen tot stand brengen en politieke wil mobiliseren. • Bouwen aan strategische allianties voor acties. • Goede praktijken met betrekking tot integraal waterbeheer bevorderen. • Regionale acties ontwikkelen en uitvoeren. De Regionale en de Landenpartnerschappen brengen diverse sectoren en belangengroepen samen, teneinde hun gemeenschappelijke waterproblemen vast te stellen en te bespreken, en op integraalwaterbeheer gebaseerde actieplannen te ontwikkelen.
4. STREAMS OF KNOWLEDGE (STREAMS) http://www.streams.net/ Historiek en type organisatie De Streams of Knowledge-coalitie van kenniscentra in de sector water en sanitaire voorzieningen is officieel opgericht tijdens het Tweede Wereld Water Forum in Den Haag, Nederland (17-22 maart 2000) tussen Europese kenniscentra. Thema Betere watervoorziening, sanitaire voorzieningen en hygiëne Missie en doestellingen De missie van de mondiale coalitie bestaat erin bij te dragen tot het wegwerken van behoeften waarin nog niet voorzien is door: • • •
billijke toegang tot informatie te verwezenlijken; kennis toe te spitsen op plaatsen waar ze tot capaciteitsopbouw kan bijdragen, en toegepast leren te bevorderen, waarbij mensen profijt trekken van hun eigen ervaringen.
De algemene doelstelling is een netwerk te ontwikkelen van expertisecentra voor capaciteitsopbouw in de sector watervoorziening en sanitaire voorzieningen. Organisatiestructuur
Leden Regionale allianties die tot de nationale basisactoren reiken: onderzoekscentra in LatijnsAmerika, Maghreb en Machrek, Europa, Zuid- en Zuidoost-Azië, Oost- en Zuidelijk Afrika, West- en Centraal-Afrika.
Beheersstructuren en Uitvoerende structuur In februari 2003 is op de Filipijnen voor SoK een nieuw kantoor geopend.
Financiële middelen De organisatie wordt gefinancieerd door het Nederlandse Ministerie van Buitenlands Zaken (Ontwikkelingssamenwerking) en gecoördineerd door het International Water and Sanitation Reference Centre (IRC).
Partnerschappen Organisaties uit het Zuiden die betrokken waren bij het opzetten van de coalitie en die in een evenwaardig partnerschap als regionale kantoren fungeren: CINARA uit Colombia, CREPA uit Burkina Faso, het Institute of Water and Sanitation Development (IWSD) uit Zimbabwe, NETWAS International uit Kenia, het Philippine Centre for Water and Sanitation uit de Filipijnen (PCWS) en Training, Research and Networking for Development (TREND) uit Zimbabwe. In het Noorden (STREAMS Europe) zijn de actieve partners: het International Water and Sanitation Reference Centre (IRC) uit Nederland, het Programme Solidarité Eau (pS-Eau) uit Frankrijk, het Swiss Centre for Development Co-operation in Technology and Management (SKAT) uit Zwitserland, de WSSCC, het WEDC (Loughborough University) en PROTOS uit België. Activiteiten Coalitie-activiteiten die voor specifieke activiteiten een meerwaarde opleveren, zijn onder meer : • hulp bij de versterking van andere kenniscentra • ontwikkeling van regionale activiteiten, netwerken en allianties die tot de nationale basisactoren reiken; • fondsenwerving om de toegang tot informatie en tot andere diensten van Streams of Knowlegde te vergemakkelijken. Activiteiten van de partners zijn onder meer toegepast onderzoek, strategische analyse van de sector, pleitbezoriging, publicaties, ondersteuning met informatie, opleiding en adviesverlening.
5. Water, Engineering and Development Centre (WEDC) Loughborough University,UK http://wedc.lboro.ac.uk/index.htm Historiek en type organisatie Het Water, Engineering and Development Centre (WEDC) is een van ‘s werelds topinstituten voor onderwijs, opleiding, onderzoek en advies inzake planning, verstrekking en beheer van infrastructuur voor ontwikkeling. Het WEDC is opgericht in 1971. • • • • • • • •
Thema Watervoorziening en sanitaire voorzieningen in noodsituaties Ontwikkeling van ondernemingen Milieu en gezondheid Hydro-informatica Institutionele ontwikkeling Vervoer Stadsdiensten Water en sanitaire voorzienignen
Missie en doelstellingen Onderwijs, opleiding, onderzoek en advies met het oog op een betere planning en verstrekking en een beter beheer van de materiële infrastructuur en de diensten voor ontwikkeling in lage- en midden-inkomenslanden, toegespitst op de noden en behoeften van de armen. Het WEDC wijdt zich aan activiteiten die de gezondheid en het welzijn van mensen in zowel plattelandsgebieden als stedelijke gemeenschappen verbeteren. Het WEDC stimuleert de integratie van technologische, milieu-, sociale, economische en beheersmiddelen om tot doeltreffende en duurzame ontwikkeling te komen. Organisatiestructuur
Beheersstructuren en uitvoerende structuur Het WEDC-team bestaat uit wetenschappelijk personeel (erkende ingenieurs en specialisten op het gebied van management, geologie, het aquatisch milieu, sociale wetenschappen en economie), en informatie-, onderzoeks-, publicatie-, PR- en secretariaatsmedewerkers. Het team doet tevens een beroep op de diensten van collega’s met gespecialiseerde expertise.
Partnerschappen Het WEDC wordt actief ondersteund door andere universitaire vakgroepen en centra, met name de Vakgroep Aardrijkskunde, de Vakgroep Economie en het Instituut voor Bedrijfskunde. Activiteiten Conferenties: het WEDC organiseert sedert 1973 internationale conferenties over de verstrekking van infrastructuurdiensten voor lage- en midden-inkomenslanden. Onderwijs en opleiding: WEDC-onderwijs en -opleidingen met betrekking tot de planning, de verstrekking en het beheer van infrastructuur en diensten over de hele wereld. Ontwikkeling van projecten: Toegang tot water en sanitaire voorzieningen voor gehandicapten, Beoordeling en het ontwerpen van programma’s voor noodsituaties, Betere toegang tot water in informele stedelijke vestigingen via steun aan waterbedrijven, enz. Publicaties Onderzoek en adviesverlening
6. The Water Supply and Sanitation Collaborative Council (WSSCC) (Samenwerkingsraad Watervoorziening en Sanitaire Voorzieningen) Genève – Zwitserland http://www.wsscc.org Historiek en type organisatie De voorloper van de huidige Samenwerkingsraad was een ESA (External Support Agency). De Samenwerkingsraad werd in november 1988, in een vergadering in Den Haag, Nederland, opgericht. Tijdens de Safe Water 2000 Global Consultation in New Dehli, India, werd overeengekomen dat een nieuwe Raad moest worden samengesteld, waarin zowel specialisten van ESA-landen als van ontwikkelingslanden opgenomen zouden worden. Thema Water, sanitaire voorzieningen, hygiëne Missie en Doelstellingen Snellere verwezenlijking van duurzame watervoorziening, sanitaire voorzieningen en afvalbeheerdiensten voor alle mensen, met bijzondere aandacht voor de armen die nog niet over voorzieningen beschikken, door de samenwerking tussen ontwikkelingslanden en externe steunagentschappen op te voeren en via gecoördineerde actieprogramma’s. Organisatiestructuur
Leden De leden zijn doorgaans afkomstig uit diverse milieus (overheid, NGO’s, basisorganisaties, universiteiten en internationale organisaties) en verschillende landen. Kunnen lid worden van de Raad: specialisten en andere personen van nationale sectororganisaties en externe steunagentschappen die zich bezighouden met ontwikkeling in verband met watervoorziening en sanitaire voorzieningen.
Beheersstructuren De Stuurgroep, die in formele vergaderingen als rechtspersoon bijeenkomt. Aan het hoofd van de Raad staat een Erevoorzitter, die zijn ambt deeltijds uitoefent. Tot voor kort werd dit ambt bekleed door de voormalige Minister van Ontwikkelingssamenwerking van Nederland (Jan Pronk).
Uitvoerende structuur Het WSSCC-secretariaat is ondergebracht bij de Wereldgezondheidsorganisatie (WGO) in Genève, Zwitserland. De voornaamste opdrachten van het WSSCC-secretariaat zijn: •
Fungeren als organisatorisch en kenniscentrum voor Raadsactiviteiten;
De nodige fondsen werven om het IAP (Iguaçu Action Plan) uit te voeren en verantwoordelijkheid en transparante beheersprocedures handhaven; Instrumenten ontwikkelen en ter hand stellen voor pleitbezorging, fondsenwerving en het ontwikkelen van programma’s, zowel op op regionaal als op nationaal niveau; Op internationaal, regionaal en nationaal niveau strategische bijeenkomsten beleggen met het oog op stimulering, pleitbezorging en kennisverspreiding in de sector.
• • •
Nationale en regionale coördinatoren fungeren als brug tussen de WSSCC en zijn leden.
Financiële middelen De WSSCC financiert zijn activiteiten uit bijdragen van overheden en multilaterale organisaties. De financiële middelen zijn afkomstig van een kleine groep landen en zijn in het verleden jaarlijks of op periodieke basis toegezegd.
De WSSCC heeft een jaarlijkse huishoudelijke begroting van circa USD 3 miljoen. De Uitvoerend Directeur tracht aanvullende projectfinanciering te vinden om indien nodig uitzonderlijke activiteiten van de Raad te kunnen bekostigen. Partnerschappen Verschillende landeninitiatieven die de WSSCC-actie steunen. Activiteiten De voornaamste mechanismen waarop de Raad een beroep doet om zijn doelstellingen te verwezenlijken en zijn taken te vervullen, zijn mondiale en regionale fora. Op korte termijn is de toekomst van de Raad verbonden aan de uitvoering van het Iguaçu Action Plan (IAP). Voor de periode 2000 tot en met 2005 stelt hij zich ten doel aanzienlijke vooruitgang te boeken op weg naar het VISION 21-streefdoel om het aantal mensen zonder voorzieningen vóór 2015 te halveren.
De voornaamste activiteiten van de leden van de Samenwerkingsraad en dus van de Raad zelf zijn: •
pleitbezorging;
•
controle op de uitvoering van de beginselen en doelstellingen van VISION 21;
•
ondersteuning van de oprichting van doeltreffende regionale, landen- en thematische netwerken;
•
verspreiding van kennis en beste praktijken.
7. The World Water Council (WWC) (Wereldwaterraad) Marseilles, Frankrijk http://www.worldwatercouncil.org/about.shtml Historiek en type organisatie 1994 - Tijdens het Achtste Wereldwatercongres in Caïro werd overeenstemming bereikt over de noodzaak van een overkoepelende organisatie om samenhang te brengen in de ongelijke, versnipperde en ondoeltreffende inspanningen inzake mondiaal waterbeheer. In juni 1996 werd de Wereldwaterrraad juridisch opgericht, met zetel in Marseilles, Frankrijk. Thema Water Missie De Wereldwaterraad is de Internationale Denktank voor Waterbeleid, die als taak heeft de wereldwijde waterbeweging voor een beter beheer van ‘s werelds watervoorraden en waterdiensten te versterken. Zijn opdracht bestaat in “bewustmaking, het realiseren van politieke verbintenissen en het op gang brengen van acties met betrekking tot cruciale watervraagstukken op alle niveaus, met inbegrip van het hoogste besluitvormingsniveau, ter bevordering van doeltreffende instandhouding, bescherming, ontwikkeling, planning, beheer en gebruik van water in al zijn dimensies, op duurzame wijze ten bate van alle leven op aarde”. Om zijn opdracht te volbrengen, concentreert de Raad zijn invloed op drie hoofdpunten: -
de politieke wereld en de machtsstructuren; ontwikkeling en verbetering van beleid en instellingen; uitvoering en impact van het beleid.
Doestellingen •
Een platform bieden voor een gemeenschappelijke strategische visie op watervoorraden en waterdienstenbeheer op duurzame basis en de uitvoering bevorderen van doeltreffende beleidsvormen en strategiën over de hele wereld.
•
Aan instellingen en besluitvormers advies uitbrengen en relevante informatie verstrekken over de ontwikkeling en de toepassing van alomvattende beleidsvormen ten behoeve van de armen en over strategieën voor duurzame watervoorraden en duurzaam waterdienstenbeheer, met inachtneming van het milieu en sociale en genderrechtvaardigheid.
•
Bijdragen aan het oplossen van problemen in verband met grensoverschrijdende wateren.
Organisatiestructuur
Leden Alle organisaties die actief zijn in de watersector kunnen lid worden van de Wereldwaterraad. Meer dan 300 leden, waaronder de openbare en de particuliere sector, NGO’s, VNorganisaties. Meer dan 50 landen zijn in het netwerk vertegenwoordigd.
Beheersstructuren en uitvoerende structuur De uiteindelijke autoriteit van de Wereldwaterraad is de Algemene Ledenvergadering. De Algemene Vergadering verkiest en benoemt maximaal 38 leden voor de Raad van Bestuur, overeenkomstig de Statuten. De staf bestaat uit 9 medewerkers.
Financiële middelen De Raad is in de eerste plaats aangewezen op ledenbijdragen en de financiële steun van gaststad Marseille. Specifieke projecten en programma’s worden gefinancieerd uit donaties en subsidies van overheden, internationale organisaties en NGO’s. Partnerschappen De stad Marseille, IWA, het Mondiaal Samenwerkingsverband Water, de UNESCO, het International Water Institute van Stockholm, … Activiteiten Er wordt een brede waaier van activiteiten georganiseerd, waaronder het Wereldwaterforum, maar er lopen ook dialogen, controleprogramma’s, er worden werkgroepen opgericht, publicaties uitgebracht, enz. Alle Raadsactiviteiten vinden plaats in comités, werkgroepen en taakgroepen, onder verantwoordelijkheid van de Raad van Bestuur.
ANNEX 3 Websites van de bestudeerde initiatieven 1. Aqua for all - Water is Leven (A4A) Nieuwegein, Nederland http://www.aquaforall.nl 2. Australian Water Association (AWA) Artarmon (Sydney), NSW, Australië http://www.awa.asn.au 3. Danish Water Forum (DWF) Horsholm, Denemarken http://www.danishwaterforum.dk 4. Japanse Water Forum (JWF) Tokyo, Japan http://www.waterforum.jp 5. Netherlands Water Partnership (NWP) Delft, Nederland http://www.nwp.nl 6. Partners for Water and Sanitation (PWS) Londen, Groot-Brittannië http://www.partnersforwater.org 7. Programme Solidarité Eau (ps-Eau) Parijs, Frankrijk http://www.pseau.org 8. Secrétariat International de l’Eau (SIE), Montreal, Canada http://www.i-s-w.org 9. Solidarité Eau Europe Straatsburg, Frankrijk http://www.s-e-e.org 10. Swedish Water House Stockholm, Zweden http://www.swedishwaterhouse.se 11. WaterAid Londen, Groot-Brittannië http://www.wateraid.org 12. WaterCan Ontario, Canada
http://www.watercan.org
Vlaamse Alliantie Water voor Ontwikkeling STUDIE VAN BUITENLANDSE INITIATIEVEN VAN SAMENWERKING TUSSEN WATER-ACTOREN VOOR ONTWIKKELING
FASE 1 INVENTARISATIE VAN BESTAANDE BUITENLANDSE INITIATIEVEN
1
1. AQUA FOR ALL Nieuwegein, Nederland Historiek Historiek -100-jarig -100-jarigbestaan bestaanKVWN: KVWN:“Water “Water Overbrugt OverbrugtWereld WereldWijd” Wijd”(1999) (1999) -band -bandmet metKVWN KVWNenenNVA NVA -oprichting A4A in 2002 -oprichting A4A in 2002
Leden Leden *stichting *stichting *waterbedrijven, *waterbedrijven,waterschapwaterschappen, private sector, pen, private sector,research, research, consultancybureaus, consultancybureaus, ingenieursverenigingen ingenieursverenigingen
Partnerschappen Partnerschappen *voor *voorfondsenwerving: fondsenwerving:watermaatwatermaatschappijen schappijenenenwaterschappen waterschappen *Nederlandse *NederlandseNGOs NGOs *Nederlandse *NederlandseVrouwen VrouwenRaad Raad
Doelstellingen Doelstellingen *realisatie *realisatiedrinkwater-en drinkwater-ensanitatievoorziening sanitatievoorziening ininhet zuiden (ruraal en randstedelijk het zuiden (ruraal en randstedelijkmilieu) milieu) *bemiddelen tussen de vraag (expertise, *bemiddelen tussen de vraag (expertise,financiering) financiering) enenaanbod aanbod(bedrijven (bedrijvenmet metexpertise expertiseenengeld) geld)
en r in t s e ch to i G s D is kra sec M M n r d de Financiële middelen e e t Financiële middelen l a an n *financiële e l a *financiëlebijdragen bijdragenwatermaatschapwatermaatschapd w er a pijen (0,2 €cent/m³) n e pijen (0,2 €cent/m³) *contractuele Bu liek Ned gen *contractuelebijdragen bijdragenwaterbedrijven, waterbedrijven, waterschappen, privésponsors a b r waterschappen, privésponsors d *sponsorloop “Wandelen voor Water” pu *sponsorloop “Wandelen voor Water” e t j bi om Activiteiten Activiteiten *projecten *projecteninindrinkwaterdrinkwater-enensanitatiesanitatieinfrastructuur in het zuiden infrastructuur in het zuiden (20 (20àà25 25projecten projectenper perjaar jaarvan van 25 à 100.000 euro) 25 à 100.000 euro)
2
2. AUSTRALIAN WATER ASSOCIATION Artarmon (Sydney), NSW, Australië Historiek Historiek *1962 *1962 *private *privatesector sector
Leden Leden *vereniging *verenigingzonder zonderwinstoogmerk winstoogmerk *4000 leden (inviduen, *4000 leden (inviduen,organisaties) organisaties) uit uitprivate privatesector sector
Doelstellingen Doelstellingen *referentiepuntvoor voorwaterindustrie waterindustrie *referentiepunt *adviesoverheid overheidivm ivmwaterbeleid waterbeleid *advies *promotie duurzaam waterbeheer *promotie duurzaam waterbeheer opgemeenschapsniveau gemeenschapsniveau op
Missie Missie Promotie Promotieduurzaam duurzaam waterbeheer waterbeheer
Partnerschappen Partnerschappen *AustralianWater WaterPartnership Partnership *Australian *AmericanWater WaterWorks WorksAssociation Association *American (AWW) (AWW)
Financiëlemiddelen middelen Financiële *bijdragenleden leden *bijdragen *organisatie workshops *organisatie workshops *publicaties *publicaties
Activiteiten Activiteiten *educatiewerk *educatiewerkininAustralië Australië *workshops, seminaries *workshops, seminaries *Australian *AustralianWaterAid WaterAid *informatienetwerk *informatienetwerk *awards *awardsvoor voorstudenten, studenten,professionals professionals
3
3. DANISH WATER FORUM Horsholm, Denemarken Doelstellingen Doelstellingen *toegangtot totkennis kennisenenexpertise expertise *toegang dewatersector watersectorvoor voorleden leden ininde *stimuleren samenwerking Deense *stimuleren samenwerking Deense overheid,bedrijven bedrijvenenenandere andere overheid, *zichtbaar maken Deense waterex*zichtbaar maken Deense waterexpertise pertise
Historiek Historiek *2002 *2002 *intiatiefname *intiatiefnameprivate privatesector sector
Leden Leden *non-profitorganisatie organisatie *non-profit *40 leden (private sector, overheid, *40 leden (private sector, overheid, consultancybureaus,NGO’s, NGO’s, consultancybureaus, kenniscentra kenniscentra
Missie Versterking Deense Watersector op Internationaal niveau
Partnerschappen Partnerschappen *GWP *GWP *WWC *WWC *IWA *IWA *anderenationale nationalepartnerschappen: partnerschappen: *andere JWF,NWP, NWP,AWA,... AWA,... JWF,
Financiëlemiddelen middelen Financiële *bijdragen leden *bijdragen leden *DANIDA *DANIDA
Activiteiten Activiteiten *landenspecifieke *landenspecifiekeinformatie informatieenenonderzoek onderzoek *informatie verspreiding *informatie verspreiding *coördineren *coördinerengezamenlijk gezamenlijkonderzoek onderzoek *thematische vergaderingen *thematische vergaderingenenenworkshops workshops *deelname internationale conferenties *deelname internationale conferentiesinin naam naamDeense Deensewatersector watersector *linken verwante *linken verwantesectoren sectoren(gezondheid, (gezondheid, milieu, milieu,landbouw,...) landbouw,...)
4
4. JAPAN WATER FORUM Tokyo, Japan
Historiek Historiek *2004 *2004 *vervolg *vervolg3eWWF 3eWWF
Leden Leden *non-profit *non-profitorganisatie organisatie *leden (nog op *leden (nog optetebouwen) bouwen) Uit: private sector, overheid, Uit: private sector, overheid, NGO’s, NGO’s,academische academischewereld wereld
Missie Missie Bijdragen Bijdragenglobale globale Waterthema’s, Waterthema’s, Internationale Internationalevrede, vrede, Industriële Industriëleontwikkeling ontwikkeling
Partnerschappen Partnerschappen *GWP *GWP *WWC *WWC *andere *anderenationale nationalepartnerschappen: partnerschappen: DWF, NWP, AWA,... DWF, NWP, AWA,...
Doelstellingen Doelstellingen *ondersteuning *ondersteuninginternationale internationaleactiviteiten activiteiten Japanse Japansewatersector watersector *opzetten *opzettennoord-noord noord-noorduitwisseling uitwisselingtussen tussen partnerschappen partnerschappen enencoördinatie coördinatievan vanhet hetnoord-noordnetwerk noord-noordnetwerk *infouitwisselingmet zuid-zuid *infouitwisselingmet zuid-zuidnetwerken netwerken
Financiële Financiëlemiddelen middelen *? *? *via *vianoord-noordpartnerschappen noord-noordpartnerschappen *via gemeenschappelijke *via gemeenschappelijkefondsenwerving fondsenwerving
Activiteiten Activiteiten *opzetten *opzettennationale/internationale nationale/internationaleinformatienetwerk informatienetwerk *ondersteuning Japanse actoren in water *ondersteuning Japanse actoren in waterinininternationale internationale activiteiten activiteiten *monitoring *monitoringvervolg vervolg3e3eWWF WWF *ondersteuning andere WWF *ondersteuning andere WWF *formuleren *formulerenstrategische strategischeaanbevelingen aanbevelingenvoor voorsector sector *bewustmaking rond water *bewustmaking rond water
5
5. NETHERLANDS WATER PARTNERSHIP Delft, Nederland
Historiek Historiek *1999 *1999 *Waterforum *WaterforumDen DenHaag Haaginin2000 2000
nnn
Doelstellingen Doelstellingen *harmonisatie *harmonisatieactiviteiten activiteitenvan vanNederland Nederlandoverzee overzee *harmonisatie kenniscentra, civiele maatschappij, *harmonisatie kenniscentra, civiele maatschappij,private private sector sectorenenmilieuorganisaties milieuorganisaties *bundelen *bundelenenenpromotie promotieNederlandse Nederlandsewaterexpertise waterexpertise *verbeteren *verbeterencommunicatie communicatiestaat staatenenprivate privatesector sector *optimaal gebruik financiering *optimaal gebruik financiering *contactpunt *contactpuntvoor voorinformatie informatie
Missie Missie Leden Leden Promotie *non-profit PromotieNederlandse Nederlandse *non-profitorganisatie organisatie *140 leden: ministeries, consultancybureaus, Watersector op *140 leden: ministeries, consultancybureaus, Watersector op consultants, watermaatschappijen, industrie, consultants, watermaatschappijen, industrie, gemeenten, internationaal gemeenten,provincies, provincies,NGO’s,… NGO’s,… internationaal niveau niveau Partnerschappen Partnerschappen *GWP *GWP *WWC *WWC **andere anderenationale nationalepartnerschappen: partnerschappen: DWF, DWF,Bangladesh BangladeshenenEgyptisch EgyptischWater WaterForum Forum
Financiële Financiëlemiddelen middelen *bijdragen *bijdragenleden: leden:1.250/2.500 1.250/2.500Euro Euro *helft door Nederlandse overheid *helft door Nederlandse overheid *opdrachten voor overheid *opdrachten voor overheid
Activiteiten Activiteiten *informeren *informerenleden ledenivm ivmrelevante relevanteontwikkelingen ontwikkelingenininsector sector *informatiepunt voor Nederlandse partners *informatiepunt voor Nederlandse partners *harmoniseren *harmoniserenNederlandse Nederlandseactiviteiten activiteitenop opinternationale internationale fora, projecten, programma’s fora, projecten, programma’s *vergaderingen *vergaderingenrond rondspecifieke specifiekethema’s thema’s *productmarktcombinaties (grondwater, *productmarktcombinaties (grondwater,water waterenenruimte, ruimte, water en de keten, water en voedsel) water en de keten, water en voedsel)
6
6. PARTNERS FOR WATER AND SANITATION Londen, UK Historiek *2001 *initiatief eerste minister *tri-sector (overheid, private sector, civiele maatschappij)
Leden *overheid, civiele maatschappij, private sector
Partnerschappen -geen
Doelstellingen *aantonen effectiviteit tri-sector initiatieven + “best practices” *promotie duurzaam waterbeheer *scheppen klimaat voor investeringen *realisatie verbeteringen in water en sanitatie in het Zuiden
Missie Missie Bijdragenaan aanMDGs MDGs Bijdragen voordrinkwater drinkwater voor ensanitatie sanitatie en inAfrika Afrika in
Financiële middelen *actoren leveren expertise op vrijwillige basis *overheid (DEFRA)
Activiteiten *capaciteitsversterking binnen projecten in drinkwater en sanitatie (Oeganda, Zuid-Afrika, Nigeria), voornamelijk met gemeenten *analyse van noden per land
7
7. PROGRAMME SOLIDARITE EAU Parijs, Frankrijk
Historiek *1984 *Europese Milieuministers *Waterdecennium
Leden *associatie (NGO) *lokale overheid, NGO’s, AFD, Ministeries, private sector
Partnerschappen *kenniscentra WEDC, SOK
Missie Bijdragen aan drinkwater en sanitatievoorziening via lokale initiatieven internationale samenwerking, N-Z utiwisseling, coherentie acties
Doelstellingen *betere kennis en uitwisseling ivm: -drinkwatervoorziening in het Zuiden -strategieën civiele maatschappij -economische activiteiten van migranten in hun land van origine
Financiële middelen *ministerie van Milieu, Buitenlandse Zaken *Franse lokale besturen, NGO’s, AFD, Multilaterale fondsen
Activiteiten *onderzoek *pilootacties drinkwater en sanitatie met synergie tussen actoren van noord en zuid *workshops en restituties studies *technologisch en methodologisch advies
8
8. Secrétariat International de l’Eau (SIE) Montreal, Canada Historiek Historiek *Charte *Chartede deMontréal” Montréal”(1990) (1990) *1991 *1991
Leden Leden *”société *”sociétésans sanscapital-action”, capital-action”, Internationale NGO Internationale NGO *internationaal: *internationaal:private privatesector, sector, publieke sector, onderzoekspublieke sector, onderzoeksinstituten, instituten,NGO’s,… NGO’s,…
Partnerschappen Partnerschappen *WSSCC *WSSCC *GWP *GWP *Solidarité *SolidaritéEau EauEurope Europe
Doelstellingen Doelstellingen *informeren *informerenpubliek publiekover overwaterproblematiek waterproblematiekzuiden zuiden *ondersteuning *ondersteuninglokale lokaleinitiatieven/versterken initiatieven/versterkenrol rolciviele civiele maatschappij maatschappij *ondersteuning *ondersteuningenenadvies advies *opkomen voor rechtvaardige *opkomen voor rechtvaardigetoegang toegangtot totdrinkwater drinkwater enensanitatie sanitatie
ht c e r l t er e e e i t a iss en p w M am o d er n u urg f ct e b e sp n d e Activiteiten R va Activiteiten
Financiële Financiëlemiddelen middelen *Canadese overheid *Canadese overheid(Nederlandse, (Nederlandse, Zwitserse), Zwitserse),internationale internationaleNGO’s, NGO’s, multilaterale organisaties, multilaterale organisaties, private privatesector sector
*pilootprojecten *pilootprojectenrond rondgemeenschapsbeheer gemeenschapsbeheerivm ivmintegraal integraal waterbeheer, waterbeheer,drinkwater drinkwaterenensanitatie sanitatie *politieke *politiekebeïnvloeding beïnvloeding *deelname aan *deelname aaninternationale internationaleseminaries, seminaries,netwerking netwerking *”Maison *”Maisondu ducitoyen citoyenetetde del’eau”, l’eau”,“Assemblée “Assembléemondiale mondiale des Sages de l’eau”, jongerenparlement des Sages de l’eau”, jongerenparlement
9
10
10. THE SWEDISH WATERHOUSE Stockholm, Zweden
Historiek Historiek *initiatief *initiatiefZweedse Zweedseoverheid overheid(2003) (2003) *virtueel netwerk *virtueel netwerk
Leden Leden *universiteiten, *universiteiten,onderzoeksonderzoeksinstituten, instituten,overheid,… overheid,…
Partnerschappen Partnerschappen --
Doelstellingen Doelstellingen *promotie *promotievan vannetwerking netwerkingtussen tusseninternationaal internationaalgeoriënteerde georiënteerde actoren ivm water en ermee verwante sectoren actoren ivm water en ermee verwante sectoren
Missie Missie Genereren Genererenen endelen delen waterkennis waterkennisen enexpertise expertise onderling onderlingen enmet met de deinternationale internationale gemeenschap gemeenschap
Financiële Financiëlemiddelen middelen *overheid: *overheid:700.000 700.000Euro Europer perjaar jaar
Activiteiten Activiteiten *deelname *deelnameinternationale internationalecongressen congressen *ondersteunen netwerken en *ondersteunen netwerken enEU EUWater WaterInitiative Initiative *stimuleren *stimulerensamenwerking samenwerkingactoren actorenbinnen binnenprojecten projecten *organisatie seminaries en workshops *organisatie seminaries en workshops *aantrekken *aantrekkenconsultants consultantsvoor voorZweedse ZweedseOntwikkelingsOntwikkelingssamenwerking samenwerking *ondersteunig *ondersteunigwerkgroep werkgroeprond rondwater waterenenconflictbeheer conflictbeheer
11
11. WATERAID Londen, UK
Historiek Historiek *initiatief *initiatiefdrinkwaterindustrie drinkwaterindustrie(1981) (1981) *waterdecennium *waterdecennium
Leden Leden *NGO *NGO *private *privatedrinkwatermaatschappijen, drinkwatermaatschappijen, industrie, industrie,waterresearch, waterresearch,serviceclubs, serviceclubs, individuen individuen
Partnerschappen Partnerschappen *GWP *GWP *WASH *WASH *Streams *StreamsofofKnowlegde Knowlegde *FAN *FAN
Doelstellingen Doelstellingen *ontwikkelen *ontwikkelen“best “bestpractice” practice”modellen modellenvoor voorwater, water,sanitatie sanitatie enenhygiëne in het Zuiden hygiëne in het Zuiden *analyse *analyseblokkeringsfactoren blokkeringsfactorenvoor voortoegang toegangdrinkwater drinkwaterenen sanitatie sanitatiedoor doorarmen armen *beïnvloeding andere *beïnvloeding andereactoren actoren *ondersteuning *ondersteuningvan vanlokale lokalepartnerorganisaties partnerorganisaties
Missie Bevorderen duurzame drinkwater- en sanitatievoorziening in het zuiden
Financiële Financiëlemiddelen middelen (18 miljoen Euro (18 miljoen Euroinin2003) 2003) *giften *giftendrinkwaterindustrie drinkwaterindustrie *fondsenwerving: *fondsenwerving:payroll payrollgiving, giving, kredietkaarten, click to give,... kredietkaarten, click to give,...
Activiteiten Activiteiten *drinkwater *drinkwaterenensanitatievoorziening, sanitatievoorziening, voornamelijk voornamelijkininstedelijk stedelijkmilieu, milieu, 15 landen in Afrika en Azië 15 landen in Afrika en Azië
12
12. Ontario, Canada Historiek *1987
Leden *NGO *Canadese gemeenten, consultancybureaus, private sector
Partnerschappen *met lokale NGO’s *partnershipprogramma met gemeenten
Missie Bevorderen van duurzame water- en sanitatievoorziening in het zuiden
Doelstellingen *bijdragen aan drinkwater en sanitatievoorziening door kleinschalige projecten in het zuiden
Financiële middelen *giften van inviduen (via waterrekening) *CIDA
Activiteiten *projecten voor drinkwatervoorziening en sanitatie in het zuiden *bewustmaking bevolking over het belang van drinkwater en sanitatie in het zuiden
13
BESLUITEN
partnerschappen die dichtst aanleunen doelstellingen van het Vlaams Partnerschap:
bij
het
karakter
en
de
Netherlands Water Partnership (NWP) Danish Water Forum (DWF) Japanse Water Forum (JWF) de meeste partnerschappen zijn van (zeer) recente datum recente interesse voor de opstart van de nationale partnerschappen de 3 voorgestelde functies van het Vlaams Partnerschap worden nergens anders gelijktijdig opgenomen door de andere partnerschappen de verankering van de partnerschappen gebeurt in een onafhankelijk orgaan overheidssteun voor werking het GlobalWaterPartnership als referentie informatie- en kennisuitwisseling als belangrijkste doelstelling de partnerschappen tonen zich geïnteresseerd over het Vlaamse initiatief
14
15
Vlaams Partnerschap Water voor Ontwikkeling STUDIE VAN BUITENLANDSE INITIATIEVEN VAN SAMENWERKING TUSSEN WATER-ACTOREN VOOR ONTWIKKELING
FASE 2 ANALYSE VAN BESTAANDE BUITENLANDSE INITIATIVEN
1
SITUERING
Technische en methodologische expertise bundelen en beschikbaar stellen
Vlaams Partnerschap “Water voor Ontwikkeling”
Het Vlaamse publiek interesseren voor de problematiek van drinkwater en sanitatie in de landen in ontwikkeling
De financiële middelen voor watervoorziening in de Derde Wereld doen toenemen en optimaal inzetten
2
DOELSTELLING VAN DE STUDIE
Lessen trekken uit ervaringen in andere OESO-landen waar
diverse water-actoren door samenwerking een bijdrage willen leveren tot een verbeterde voorziening in drinkwater en sanitatie voor de landen in ontwikkeling
3
SAMENVATTENDE TABEL
A 4 A
A W A
D W F
N W P
P W S
pSEa u
SI E
SE E
S W H
W at er Ai d
W at er Ca n
Uitwisselen van kennis en informatie Bundelen van technische en methodologische expertise specifiek voor het Zuiden (*)
Profileren nationale expertise op internationale markt
Zoeken naar synergie voor een grotere efficiëntie binnen projecten Mobiliseren van financiële middelen voor het Zuiden Bewustmaking in het Noorden
4
ALGEMENE LESSEN 1. Samenwerking tussen verschillende actoren is pertinent in
het kader van het bereiken van de MDGs: 2015 : 6 miljoen mensen toegang tot water en sanitatie verschaffen Jaarlijks minstens 30 miljoen EUR mobiliseren. Trend binnen de Belgische ontwikkelingssamenwerking: jaarlijks ongeveer 10 miljoen EUR in water en sanitatie
Minder dan 2% van het totale budget voor ontwikkelingssamenwerking
5
ALGEMENE LESSEN 1. Samenwerking tussen verschillende actoren is pertinent in het
kader van het bereiken van de MDGs: Gezamenlijk standpunt om te lobbyen voor een significante bijdrage binnen budget ontwikkelingssamenwerking. Gezamenlijk standpunt van de Vlaamse of Belgische watersector kenbaar maken op Europees en internationaal vlak. Duidelijk signaal geven naar het publiek toe dat problematiek van water in het Zuiden ernstig genomen wordt. Opbouw van kennis en expertise in de watersector in het Zuiden. 6
ALGEMENE LESSEN
2. Het Vlaams Partnerschap zal beperkt blijven in slagkracht
gezien de institutionele context van bevoegdheden tussen het Vlaams en het Federaal niveau van ontwikkelingssamenwerking
In alle andere bestudeerde buitenlandse initiatieven behoort ontwikkelingssamenwerking tot de bevoegheid van de federale overheid faciliteert onstaan en de functionering van de partnerschappen, studies, consultatie (PS: Defederalisering/ financiering over de departementen heen als opportuniteit voor Vlaams Partnerschap) 7
ALGEMEEN LESSEN
3. Het Secretariaat kan best opgenomen worden in een
onafhankelijk orgaan -link met de overheid is belangrijk, maar eventueel risico ivm objectiviteit, instrumentalisering andere actoren; -onafhankelijk Secretariaat (zoals in alle andere OESO-
landen): - Objectieve keuzes - Gezamenlijke standpunten van alle actoren - Flexibiliteit - Instrument voor uitdrukking sociale verantwoordelijkheid drinkwateractoren in volgende fase nagaan welke externe organisaties in aanmerking komen voor Secretariaat 8
ALGEMEEN LESSEN
4. Het Vlaams Partnerschap kan best gebruik maken van de expertise binnen bestaande partnerschappen (zoals NWP) om duplicatie te vermijden
•Gebruik bestaande websitestructuur •Bereidheid tot samenwerking •Kennis- en informatiebeheer kan
eventueel uitbesteed worden aan universiteiten, studiebureaus, NGO’s..
9
LESSEN : UITWISSELEN VAN KENNIS, INFORMATIE EN EXPERTISE 5a. Een duidelijke keuze dringt zicht op ivm de systemen/modellen voor het uitwisselen van kennis, informatie en expertise in functie van de verschillende doelstellingen van het partnerschap: Het ter beschikking stellen van bestaande kennis en informatie ivm water
Het actief genereren van kennis (pS-Eau)
Het promoten van aanwezige (nationale) expertise (NWP, DWF, SWH, AWA)
Beschikbaar stellen expertise voor projecten in het Zuiden =Makelaarsfunctie
aangewezen voor Vlaams Partnerschap 10
LESSEN : UITWISSELEN VAN KENNIS, INFORMATIE EN EXPERTISE 5b. Bepaalde systemen/modellen lenen zich beter of zijn compatibel met het bereiken van de andere doelstellingen, andere zijn niet compatibel Het ter beschikking stellen van bestaande kennis en informatie ivm water
Verenigbaar met de andere doelstellingen
11
LESSEN : UITWISSELEN VAN KENNIS, INFORMATIE EN EXPERTISE Bepaalde systemen/modellen lenen zich beter of zijn compatibel met het bereiken van de andere doelstellingen, andere zijn niet compatibel Het actief genereren van kennis
Vraagt een grote investering Mobiliseren van bijkomende fondsen: in functie van pilootacties; bewustmaking gebaseerd op de verworven kennis
12
LESSEN : UITWISSELEN VAN KENNIS, INFORMATIE EN EXPERTISE Bepaalde systemen/modellen lenen zich beter of zijn compatibel met het bereiken van de andere doelstellingen, andere zijn niet compatibel Het promoten van aanwezige (nationale) expertise
Niet direct in bewustmaking van het publiek geïnteresseerd, of om zelf financiële middelen te mobiliseren voor water-en sanitatieprojecten in het Zuiden
13
LESSEN : UITWISSELEN VAN KENNIS, INFORMATIE EN EXPERTISE Bepaalde systemen/modellen lenen zich beter of zijn compatibel met het bereiken van de andere doelstellingen, andere zijn niet compatibel Makelaarsfunctie
Lijkt geschikt voor Vlaams Partnerschap
Volledig compatibel met de andere doelstellingen Sleutel om publiek geïnteresseerd te krijgen in de problematiek van water en sanitatie in het Zuiden Waterprofessionals en watermaatschappijen blijken bereid te zijn om fondsen en onbaatzuchtige expertise te leveren
14
LESSEN : UITWISSELEN VAN KENNIS, INFORMATIE EN EXPERTISE 6. Gebruik van participatieve mechanismen : van kapitaal belang om het partnerschap dynamisch te maken Consultatiefase Websites Fora, workshops, productmarkcombinaties De concrete opzet, uitvoering en opvolving van gezamenlijke acties in het Zuiden zoals bij NWP, PWS, PsEau + mogelijkheid ter beschikking stellen van Vlaamse waterexpertise voor het Zuiden (aantal mensdagen per deelnemende actor) 15
LESSEN : BEWUSTMAKING IN HET NOORDEN 7. Bewustmaking van het publiek heeft het meest effect via de directe link met projecten in het Zuiden Interesse van “experts” voor de beoordeling, advies en opvolging van projecten. WaterAid mobiliseert de werknemers van de Britse waterindustrie voor educatie en bewustmaking. Eenvoudige boodschap: link leggen tussen de gift en het project. Rapportering over de projecten. Verspreiding van publiciteit, educatiemateriaal, informatie over projecten, samen met stortingsaanvraag via de waterfactuur 16
LESSEN : MOBILISEREN VAN FINANCIËLE MIDDELEN VOOR HET ZUIDEN 8. Het mobiliseren van een bijkomende 5 M EUR in Vlaanderen voor drinkwater en sanitatie in het Zuiden lijkt realistischer Heffing via de waterfactuur van 1 à 2 Eurocent per m3 volgens Nederlands en Frans model: 2,6 à 5,2 M EUR per jaar -vrijwillige bijdragen door gerichte campagnes via de waterfactuur: een paar honderd duized EUR per jaar
-vrijwillige bijdragen van de waterbedrijven: voor Vlaanderen 300 à 400 000 EUR per jaar
-campagnes: specifieke aanpak -het bepleiten van de 10%-norm voor investering in de drinkwater- en sanitatiesector op het nationaal budget ontwikkelingssamenwerking -mobiliseren van fondsen over de departementen van de Vlaamse Overheid 17 heen (bvb 0,7 %)
LESSEN : MOBILISEREN VAN FINANCIËLE MIDDELEN VOOR HET ZUIDEN 9. Besteding van gemobiliseerde fondsen kan best gebeuren via organisaties met een kennis van het Zuiden en met bestaande Zuidwerking
•Beginfase: werken via NGO’s, universiteiten, .. voeling en een binding met het Zuiden via de uitvoering van projecten banden met lokale organisaties of lokale overheden. •Makelaarsfunctie: op basis van de zelf vastgelegde criteria voor projecten en partners 18
LESSEN :BETROKKENHEID VAN DE PRIVATE SECTOR
10. Keuze maken in verband met de betrokkenheid van de private sector in het Vlaams Partnerschap
Beïnvloed door de institutionele context en het beleid buitenlandse handel
19
LESSEN :BETROKKENHEID VAN DE PRIVATE SECTOR
De rol zal variëren in functie van de prioriteit die gegeven wordt aan de verschillende doelstellingen van het Partnerschap
•Uitwisselen van kennis/en informatiebetrokkenheid van de private sector minimaal. •Gemeenschappelijke inzet van technische, methodologische expertise in het Zuiden
profileren van de Vlaamse of nationale expertise: betrokkenheid van de private sector onontbeerlijk
synergie voor een beter efficiëntie bij de uitvoering van projecten: betrokkenheid van de private sector mits vastlegging randvoorwaarden •Mobiliseren van bijkomende middelen voor het Zuiden: private sector stimuleren voor bijdrage •Bewustmaking in het Noorden : rol van de private sector minimaal 20
21