‘Water’ in landen op weg naar ontwikkeling WASH? WASH is een internationaal gebruikte afkorting om te verwijzen naar het geheel van WAter, Sanitation and Hygiene.
WASH-vaststellingen De situatie
Te weinig drinkwater Wij staan er amper bij stil, maar aan ‘water’ zijn ook grenzen, zeker als het om drinkbaar water gaat. Er wordt aan een hoog tempo geproduceerd, geoogst en water afgetapt om het groeiend aantal mensen op deze aardbol te voeden, te kleden en van comfort te voorzien. De druk op een schaars maar levensnoodzakelijk goed neemt daardoor alleen maar toe. Het gebrek aan zuiver drinkwater is een feit voor meer dan 660 miljoen mensen.
Water halen in Ethiopië © Dieter Telemans
De gevolgen voor wie niet over zuiver drinkwater beschikt, zijn groot.1) • Naar schatting sterven jaarlijks meer dan 340.000 kinderen onder de 5 jaar aan diarree, veroor-zaakt door gebrek aan zuiver drinkwater, sanitatie en hygiëne – dat is bijna 1000 per dag.
• Wanneer je dagelijks uren besteedt aan water halen, heb je weinig tijd over voor andere activiteiten zoals naar school gaan of voor een inkomen zorgen. Dit treft vooral vrouwen en kinderen.
• Wereldwijd zijn 80% van de ziektegevallen te wijten aan het gebrek aan zuiver water en goede sanitaire voorzieningen en hygiëne: jaarlijks gaan hierdoor onder andere 250 tot 300 miljoen arbeidsdagen verloren. •
1) http://www.who.int/healthinfo/global_burden_disease/GBD_report_2004update_full.pdf http://hdr.undp.org/sites/default/files/hdr_2006_summary_en.pdf http://www.who.int/water_sanitation_health/publications/jmp-2015-update/en/
‘Water’ in landen op weg naar ontwikkeling Protos
1
Bron: JMP Joint Monitoring Programme for Water Supply and Sanitation – 2015 Update
In 2010 werd de Millenniumdoelstelling voor drinkwater gehaald: sinds 1990 was de verhouding mensen die wereldwijd geen toegang hebben tot drinkwater gehalveerd. Maar toch blijven meer dan 660 miljoen mensen hiervan verstoken. Bovendien blijven er vragen over de kwaliteit van het (drink)water, zeker bij drinkwater uit verbeterde bronnen en over de permanentie van de dienst: er is vaak geen 24 uur op 24 en 7 dagen op 7 water beschikbaar. Een aantal factoren verhindert het realiseren van ‘toegang tot drinkwater voor iedereen’: • het beperkte niveau van investeringen binnen de sector; • de bevolkingsaangroei. Hierdoor stijgt het absoluut aantal mensen dat toegang heeft tot drinkwater wel, maar procentueel treedt er onvoldoende verbetering op. Dit fenomeen speelt vooral in de grote steden, waar de watervoorzieningen de snelle bevolkingsexplosie niet kunnen bijhouden; • het slechte beheer en onderhoud van vele waterleidingen en -putten. Heel wat financiële middelen en veel energie gaan naar herstellingen; • het herdefiniëren van de rol van de overheid. In het huidige decentralisatieproces krijgen lokale overheden in het Zuiden nu de drinkwatervoorziening binnen hun takenpakket, maar
ze hebben daarvoor veelal niet de middelen noch de vereiste kennis en expertise; • de kostprijs van drinkwater. Die is dikwijls te hoog voor bepaalde bevolkingsgroepen in het Zuiden in vergelijking met hun inkomen. Een groot deel –soms tot 20%– van het inkomen wordt aan water besteed.
Watertekort en armoede Miljoenen mensen in de wereld moeten vandaag nog steeds zware financiële en/of fysieke inspanningen doen om aan water te geraken. De mogelijkheden om aan de armoede te ontsnappen zijn hierdoor beperkt.
Bron: The Centre for Ecology & Hydroglogy of the United Kingdom
WATER POVERTY INDEX (WPI)
‘Water’ in landen op weg naar ontwikkeling Protos
2
Gebrek aan water brengt onvoldoende ontwikkelingskansen met zich mee. Eind 2002 publiceerde het Britse Centrum voor Ecologie en Hydrologie de Water Poverty Index (WPI). De index, een score per land, moet een beeld geven van de relatie tussen watervoorziening, integriteit van het milieu, gezondheid, sociale achterstelling en armoede. Naast de beschikbaarheid van water speelt ook een efficiënt gebruik ervan en de aandacht voor vrouwen en achtergestelde groepen een rol in de armoedebestrijding.
De uitdaging Zowat 600 miljoen mensen hebben nog geen toegang tot een verbeterde bron, bijna de helft daarvan woont in Sub-Saharisch Afrika. Bijna een kwart van dit aantal of zowat 159 miljoen mensen gebruiken onbehandeld oppervlaktewater, meer dan 90% woont in landelijk gebied. Waar er wel toegang tot water is, bestaan er grote ongelijkheden tussen regio’s, tussen stedelijke en landelijke gebieden en tussen de rijken en de armen gaapt ook hier een kloof.
De cijfers Toegang tot drinkwater – 1990-2012 (JMP-update 2015)2) In de periode 1990-2012 steeg de toegang tot water dus van 76% naar 91% wereldwijd. In cijfers omgezet : 2,6 miljard mensen kregen toegang tot een verbeterde drinkwaterbron: 1,7 miljard daarvan kreeg een drinkwaterleiding tot op hun perceel, en 900 miljoen kreeg toegang tot een verbeterde bron, gaande van een openbaar drinkwaterpunt, een handpomp, een beschermde put of een beschermde bron. In Zuid-Azië is India goed voor 534 miljoen mensen die toegang kregen, in Oost-Azië kregen in China 500 miljoen mensen toegang. Deze landen trekken het gemiddelde omhoog. Ondanks alle vooruitgang, gebruiken nog 663 miljoen mensen geen verbeterde bron, bijna de helft van hen woont in Afrika.
Bron: het JMP Joint Monitoring Programme for Water Supply and Sanitation – 2015 Update
In 3 landen van de wereld heeft minder dan de helft van de bevolking toegang tot een verbeterde bron, in vergelijking met 23 landen in 1990. Maar de onderlinge verschillen blijven groot: de laagste toegangsgraad vind je in de 48 Minst Ontwikkelde Landen (MOL), en vooral die in Sub-Saharisch Afrika.
Bron: JMP Joint Monitoring Programme for Water Supply and Sanitation – 2015 Update
2) http//www.who.int/water_sanitation_health/publications/jmp-2015-update/en/ ‘Water’ in landen op weg naar ontwikkeling Protos
3
Bij de interpretatie van de cijfers en percentages spelen 2 factoren een belangrijke rol: het vertrekcijfer of de baseline en de bevolkingstoename. In landen met een lage baseline kan de toename procentueel laag lijken, maar in absolute getallen kan het over vele mensen gaan, wanneer de bevolking tegelijk ook enorm toenam. Zo is Sub-Saharisch Afrika niet op schema om de Millenniumdoelstelling te halen, maar is er toch een indrukwekkende vooruitgang. Sinds 1990 kregen 427 miljoen mensen toegang tot een verbeterde bron, dat is gemiddeld 47.000 personen per dag, 25 jaar lang. Toegang alleen is niet voldoende Het monitoringsysteem gebruikt de norm ‘de toegang tot een verbeterde waterbron’. Het optimisme rond de cijfers wordt getemperd, als je ook factoren zoals ‘drinkwaterkwaliteit’, ‘duurzaamheid’ en ‘afstand’ in rekening brengt. • Kwaliteit.3) Het aantal drinkwaterpunten wordt in kaart gebracht, maar er wordt geen rekening gehouden met de kwaliteit. In het tussentijds thematisch rapport dat het JMP in december 2011 uitbracht, maakten Unicef en de Wereldgezondheidsorganisatie zelf de analyse. Uit testen in vijf landen, concludeerde men dat de cijfers gemiddeld met minstens 10% naar omlaag moesten wegens onvoldoende kwaliteit van het drinkwater. • Duurzaamheid van de infrastructuur of waterdienst. In veel gevallen is drinkwater niet 24/7 beschikbaar. De precieze cijfers zijn niet bekend. En het is een publiek geheim dat minstens 30% van de waterpompen tijdelijk of definitief defect zijn, wegens gebrek aan structureel goed georganiseerd beheer en onderhoud. • Afstand. Wat ook meetelt, is de afstand: de verbeterde bron moet zich op minder dan 15 minuten wandelafstand van de woonst bevinden. Indien we de norm zouden hanteren dat iedereen in zijn woonst water uit de kraan moet kunnen tappen zoals bij ons, dan geldt dat nog niet voor meer dan 3 miljard mensen. Zij moeten eerst stappen, in het beste geval minder dan 15 minuten, maar vaak (veel) langer.
Verbeterde drinkwaterbronnen5) Een verbeterde drinkwaterbron is er een die door haar ligging of door haar constructie – bij correct gebruik – de bron beschermt tegen vervuiling van buitenaf, in het bijzonder tegen uitwerpselen. ‘Verbeterde’ drinkwaterbronnen kunnen zijn: • een waterleiding tot in huis, naar 1 of meerdere kranen; • een waterleiding tot op het perceel, met een kraan buiten het huis; • een publiek waterpunt, met meerdere kranen waar mensen water kunnen tappen; • een boorput met een beschermd en verstevigd boorgat. Het water wordt opgehaald met een pomp en rond de put ligt een platform om vervuiling en infiltratie tegen te gaan; • een gegraven put, ook beschermd tegen wegstromend water met een buis en een platform. Ze is bedekt zodat dieren en uitwerpselen niet in de put kunnen vallen; • een beschermde bron, met een gemetselde of betonnen bescherming, zodat het water zonder vervuiling van buitenaf naar een reservoir kan vloeien. • regenwater, opgevangen in een reservoir.
‘Niet-verbeterde’ drinkwaterbronnen kunnen zijn: • een onbeschermde bron, waar water kan insijpelen en waar dieren bij kunnen; • een onbeschermde put, waar water kan insijpelen en/ of waar dieren bij kunnen; • een mobiele watertank (getrokken door een dier, of gemotoriseerd), gebruikt door een rondtrekkende waterverkoper; • een tankwagen, van waaruit water wordt verkocht; • oppervlaktewater, ook water van rivieren, meren, kanalen.
• Als we dus meer in detail kijken naar de indicatoren, de cijfers en andere belangrijke factoren, dan kunnen we allerminst besluiten dat ‘het werk nu af is’.4)
Een mensenrecht In juli 2010 schaarde de Algemene Vergadering van de VN zich achter een resolutie waarin drinkwater en sanitaire voorzieningen als een onverdeelbaar fundamenteel mensenrecht worden beschouwd. Zo’n VN-resolutie heeft vooral een grote symbolische betekenis. Het recht wordt slechts afdwingbaar als het in de wetten van een land is opgenomen.
3) http://wsp.org/sites/wsp.org/files/publications/Post-2015-WASH-Targets-Factsheet.pdf 4) http://www.11.be/themas/artikel/detail/mdg_7_drinkwater_bereikt_goede_nieuws_gerelativeerd,111899 – 08/03/2012 5) http://www.unicef.org/wcaro/overview_2570.html
‘Water’ in landen op weg naar ontwikkeling Protos
4
Toegang tot drinkwater: over gemiddelden en ongelijkheden Gemiddelden van een land of wereldwijd maskeren de vele ongelijkheden die er bestaan op het gebied van toegang tot drinkbaar water. Het gaat over ongelijkheden tussen bevolkingsgroepen binnen een land, tussen landelijk en stedelijk milieu, tussen meer achtergelegen en vlot bereikbare gebieden, tussen de seksen,...
bron woont op het platteland. Het is veel makkelijker en goedkoper drinkwaterinfrastructuur aan te leggen in dichtbevolkt gebied zoals in een stad, dan in landelijk gebied waar de inwoners ver uit elkaar wonen. Ook binnen een stad kunnen er grote verschillen optreden. In de meer informele of zelfs illegale stadsdelen is er minder toegang. Om hier toegang tot drinkwater te organiseren is er een andere aanpak nodig: kiosken of publieke drinkwaterpunten waar je tegen betaling water kan aanschaffen. Landelijke streken die moeilijk te bereiken zijn, hebben een duidelijk lagere toegang tot drinkwater dan meer toegankelijke landelijke gebieden. Doorgaans zijn het de armen en andere kansarme groepen die minst toegang hebben tot drinkwater. De wijze waarop gegevens verzameld worden kan ongelijkheden maskeren. Nationale huishoudenquêtes kunnen verschillen aantonen tussen stedelijk en landelijk gebied, maar veel moeilijker tussen bv. man/vrouw binnen een huishouden. De meetinstrumenten moeten aangepast of verfijnd worden, zodat men beter de toegang tot drinkwater kan meten voor verschillende achtergestelde groepen, zoals inheemse volkeren, bewoners van informele stadsdelen, ouderen, personen met een handicap, kinderen en vrouwen.
Bron: JMP Joint Monitoring Programme for Water Supply and Sanitation – 2015 Update
In de landelijke gebieden is wel vooruitgang geboekt, maar de verschillen tussen stedelijk en landelijk gebied blijven groot. 80% van de mensen zonder toegang tot een verbeterde drinkwater-
Projecten of interventies die niet specifiek focussen op het wegwerken van deze ongelijkheden, kunnen ze zelfs nog versterken. Bijzondere aandacht is nodig om de kloven te dichten. Anders kunnen nationale gemiddelden wel stijgen, terwijl ongelijkheden binnen een land toch toenemen.
Bron: JMP Joint Monitoring Programme for Water Supply and Sanitation – 2015 Update ‘Water’ in landen op weg naar ontwikkeling Protos
5
Oplossingen voor WASH, hoe pakt de wereld dit aan? De Millenniumdoelstellingen6) In september 2000 verzamelden alle staatshoofden en regeringsleiders van de VN-lidstaten in New York voor de eerste Algemene Vergadering van het nieuwe millennium. Aan het einde van de driedaagse ondertekenden de leden unaniem de Millennium verklaring. Deze verklaring bevatte een reeks becijferde en in de tijd geplande doelen: de Millenniumdoelstellingen. Ruw samengevat gaat het bij de eerste 7 Millenniumdoelstellingen om opdrachten die een betere menselijke ontwikkeling in het Zuiden voor ogen hebben. De landen moeten die zelf realiseren. Deze doelstellingen zijn gekwantificeerd en kennen een tijdslimiet. De domeinen zijn armoedebestrijding, onderwijs voor alle kinderen, kindersterfte, hivaids en andere dodelijke ziekten, gezondheid van moeders, gelijkheid tussen man en vrouw. ‘Water en sanitaire voorzieningen’ vallen onder de 7e Millenniumdoelstelling: ‘meer mensen in een duurzaam milieu’. Millenniumdoelstelling 7: Meer mensen in een duurzaam leefmilieu Armoedebestrijding gaat hand in hand met milieubescherming. Luchtvervuiling, ontbossing en uitputting van landbouwgrond zijn directe bedreigingen voor de levensomstandigheden en gezondheid van mensen. Een duurzaam milieubeleid is daarom van levensbelang. Voldoende en schoon drinkwater en een proper toilet liggen aan de basis van een goede gezondheid. In de 7e Millenniumdoelstelling is daarom vastgelegd dat het percentage mensen zonder toegang tot veilig drinkwater én sanitaire voorzieningen in 2015 gehalveerd moet zijn ten opzichte van 1990. Voor drinkwater is er de voorbije 20 jaar veel vooruitgang geboekt. In 1990 had 76% van de wereldbevolking toegang, in 2012 was dat 89%, de doelstelling van 88% was bereikt in 2010. Ongeveer de helft van de wereldbevolking, 4 miljard mensen, kunnen gebruik maken van een waterleiding aangesloten op hun huis. Dat is het hoogste niveau van ‘toegang tot water’. Millenniumdoelstelling 8 : Mondiaal samenwerkingsverband voor ontwikkeling De achtste Millenniumdoelstelling gaat over de manier waarop de rijke landen ontwikkelingslanden kunnen helpen met het behalen van de andere Millenniumdoelstellingen. Bijvoorbeeld door meer ontwikkelingshulp te geven, schulden te verlichten en door handelsbarrières weg te nemen.
De leden van de OESO (Organisatie voor Economische Samen werking en Ontwikkeling) spraken in 1970 af om ernaar te streven om 0,7% van hun Bruto Nationaal Product (BNP7)) te besteden aan ontwikkelingssamenwerking. In de praktijk halen erg weinig landen deze OESO-norm, Luxemburg en Zweden zijn er 2 van. België besteedde in 2013 1.718 miljoen euro of 0,45% van het Bruto Nationaal Inkomen (BNI) aan officiële ontwikkelingshulp.
En wat na de Millenniumdoelstellingen? De Millenniumdoelstellingen zijn geformuleerd met eind 2015 als einddatum waarop ze gerealiseerd zouden moeten zijn. Er is een groot aantal trekkers in de internationale gemeenschap om te bepalen welke doelen en indicatoren nuttig zouden zijn voor de post2015 doelen inzake WASH – vervat in de Duurzame Ontwikkelingsdoelen. In een rapport gedragen door de internationale ‘waterorganisaties’ zijn de aanbevelingen samengevat. De globale visie is duidelijk: er moet universele (= voor iedereen) toegang tot water en sanitaire voorzieningen komen. Het bereiken van andere doelen inzake armoede, gezondheid, onderwijs, gender en duurzame economische groei houdt hier verband mee. Er groeide de voorbije jaren een breed gedragen steun voor het ‘mensenrecht op drinkwater en sanitaire voorzieningen’ bij de VN-lidstaten.
6) www.detijdloopt.be 7) Deze term wordt niet meer gebruikt, nu spreekt men over Bruto Nationaal Inkomen of bni. 8) http://www.indicators.be/nl/indicator/ontwikkelingshulp-overheidsuitgaven?detail= ‘Water’ in landen op weg naar ontwikkeling Protos
6
In de post-2015-doelen voor water en sanitaire voorzieningen (WASH) zijn volgende elementen belangrijk: • een rechtenbenadering; • ‘hygiëne’ moet tot de doelstellingen behoren, dit was niet zo voor de Millenniumdoelstellingen. Maar de impact van een goede hygiëne is zo groot, dat dit niet mag ontbreken; • ongelijkheden moeten weggewerkt worden (toegang voor allen); • de dienstverlening moet verbeteren; • men mag zich niet beperken tot de huishoudens, zij zijn prioritair, maar het moet verdergaan (scholen, markten, gezondheidscentra,…). Eind september 2015 keurden de VN-lidstaten de Duurzame Ontwikkelingsdoelen goed voor de periode 2016-2030.
Met sensibilisering lukt het wel 9) Nizi is een klein mijnstadje van ongeveer 8.000 inwoners in het District Ituri in het noordoosten van DR Congo. De welvaart is verdwenen, maar goud zoeken is nog steeds een belangrijke activiteit. Sinds kort is er water in Nizi, dankzij de Protos-partner CIDRI (Centre d’Initiatives de Développement Rural en Ituri) die het water uit de bergen naar beneden leidt. Er zijn nu 10 privé-aansluitingen en 18 reservoirs om ook de lagergelegen wijken van drinkwater te voorzien. Marie-Rose en haar team zijn sinds Wereldwaterdag 2014 beheerder van het drinkwaternet van Nizi. Ze is tevreden: “Vroeger was het lastig om water te halen en het is dan ook een echte verrassing dat we nu over water beschikken in de stad. Water, dat is leven, dat is ontwikkeling.” In 1999 was er al een plan voor de aanleg van een systeem, maar de oorlog gooide roet in het eten. Pas in 2009 startten de werken in de bergen. Maar door het moeilijke terrein en door enkele vandalenstreken, twijfelden de inwoners aan de haalbaarheid van het project. Vooral het gebrek aan constructiemateriaal bemoeilijkte de werken. Uiteindelijk lukte het toch, doordat iedereen zijn steentje bijdroeg, door land af te staan of eigenhandig mee de sleuven te graven. Ook dit project gaat veel verder dan enkel de aanleg van een drinkwatersysteem. Aandacht voor hygiëne is even belangrijk en daarom is er in elke wijk een PHASTcomité actief. PHAST is een participatieve methode voor de verspreiding van goede sanitaire en hygiënische gewoonten. En in de school weerklinkt het refrein: “Je moet je wassen, anders krijg je schurft en dat kriebelt.” Paula, animator van CIDRI, gelooft sterk in de kracht van sensibilisering. De klemtoon ligt op onderhoud en netheid, op het gebruik van deksels voor alles waarin men water opslaat en op een goede methode om problemen in der minne op te lossen. Ook wijst CIDRI op het belang van latrines: elk gezin zou er een moeten bouwen. “Alle begin is moeilijk, maar het lukt wel”, klinkt het.
9) Protos, Jaarverslag 2013, p.10 ‘Water’ in landen op weg naar ontwikkeling Protos
7
Wereldwaterdag10)
Werelddag Handen Wassen – 15 oktober13)
Al meer dan 20 jaar geleden, in 1992, hebben de Verenigde Naties (VN) 22 maart uitgeroepen tot Wereldwaterdag, een mondiale dag met aandacht voor water en het goed beheer ervan. Elke lidstaat van de VN informeert op die dag zijn inwoners over ‘water’ en de wereldwijde wateruitdagingen. Telkens staat een ander aspect van ‘water’ in de schijnwerpers. ‘Water en vrouwen’, ‘water en voedselzekerheid’, ‘water in de steden’ en ‘water en natuurrampen’ zijn enkele thema’s van de afgelopen jaren.
Sinds 2008 vieren honderdduizenden mensen overal ter wereld op 15 oktober de internationale “Dag van het Handen Wassen”. Meer dan zeventig landen, verspreid over vijf continenten, organiseren activiteiten waarmee wordt geprobeerd miljoenen mensen te mobiliseren en te motiveren om hun handen te wassen met zeep. Dat is namelijk één van de meest effectieve en goedkope manieren om ziektes als diarree en longontsteking te voorkomen. Maar om je handen op een hygiënische manier te kunnen wassen mag het water niet te veel verontreinigd zijn en moeten mensen zeep kunnen aankopen. Net daarom is hygiënisch handen wassen voor een groot deel van de bevolking in arme landen erg moeilijk.
Overal ter wereld vinden rond 22 maart studiedagen, evenementen, bewustmakingscampagnes, congressen, enz. plaats. Scholen, gemeentebesturen, sociale organisaties, nationale overheden, ngo’s, watermaatschappijen, gebruikersverenigingen, … zowel in het Noorden als in het Zuiden werken op hun manier rond het thema. In België doen vooral de scholen erg actief mee aan Wereld waterdag. Met duizenden stappen ze jaarlijks rond 22 maart 6 km, de gemiddelde afstand die vrouwen en vaak ook kinderen in het Zuiden moeten afleggen om water te halen. Zo sluiten ze zich aan bij de oproep die MOS en Protos en andere partners lanceren en maken ze deel uit van de wereldwijde Walks for Water and Sanitation.11)
Wereldtoiletdag – 19 november12) Wereldtoiletdag vraagt zowel bij overheden als bij het ruime publiek aandacht voor het feit dat zoveel mensen het nog zonder toilet moeten stellen. Het is een dag om te sensibiliseren en tot actie op te roepen. Wereldtoiletdag bestaat sinds 2001 en is erkend door de Verenigde Naties. Wereldtoiletdag wil de dialoog over sanitaire basisvoorzieningen stimuleren en het taboe doorbreken dat hier nog rond hangt. Wereldtoiletdag wijst in zijn activiteiten op de zware impact van het gebrek aan goede sanitaire voorzieningen op de gezondheid, het emotioneel welbevinden en zelfs op het economisch leven. Wereldtoilet dag streeft naar toegang tot basisvoorzieningen voor iedereen, vermits dit door de VN erkend is als mensenrecht.
Nog meer ‘water’ Waterconflicten14) Waterschaarste, watervervuiling en grote infrastructuurwerken zoals dammen kunnen tot (internationale) conflicten leiden. Talloze samenlevingen worden momenteel bedreigd door een tekort aan water. Het behoud en de verdere ontwikkeling van hun welvaart en welzijn en van de internationale stabiliteit komen in het gedrang. Enkele oorzaken voor mogelijke conflicten: • Wereldwijd zijn er 263 stroomgebieden die door meerdere landen worden gedeeld. Rivieren die door verschillende landen stromen, zoals de Mekong, de Ganges, de Jordaan, Tigris en Eufraat, de Nijl ... maar ook de Rijn, Maas en Schelde dreigen een bron van economische, en in minder stabiele regio’s eventueel gewapende conflicten te worden. • De groeiende ongelijkheid in de verdeling van water (tussen steden en platteland, tussen bevolkingsgroepen, tussen rijk en arm) kunnen tot interne spanningen en internationale conflicten leiden. • Extreme weersomstandigheden zoals droogte of overstromingen – fenomenen die door de klimaatverandering nog versterkt worden – jagen mensen op de vlucht. Hun aantal wordt geschat op 25 miljoen. Zo komen binnen een land of over landsgrenzen heen, andere streken onder druk. De waterproblemen beperken zich dus niet tot het Zuiden. Hier is een taak weggelegd voor de internationale politiek en diplomatie. Ontwikkeling, milieubescherming en conflictbeheersing moeten hand in hand gaan.
10) www.worldwaterday.org 11) http://walkforwater-mos.blogspot.be/ 12) http://worldtoiletday.org/ 13) http://globalhandwashing.org/ 14) Water en conflicten, Protos, 2006
‘Water’ in landen op weg naar ontwikkeling Protos
8
Indirect of virtueel water Je hebt water nodig om voedsel te produceren en om bepaalde grondstoffen, zoals katoen of koffiebonen te kweken. Om goederen te produceren via industriële processen, zoals het wassen, branden, verpakken van koffie, het maken van een jeansbroek, een gsm of een auto, is veel water nodig als proceswater, was- of koelwater. Het gebruikte water bij deze processen noemt men ‘virtueel’ of ‘indirect’ water15). Het kan zowel ‘blauw’, ‘groen’ als ‘grijs’ water zijn. ‘Blauw’ water is oppervlaktewater of grondwater, ‘groen’ water is het (regen)water in de bodem dat door de planten opgezogen wordt, en ‘grijs’ water is gebruikt (afval)water dat onmiddellijk hergebruikt wordt. Economisch gezien kan je spreken van een grote handelsstroom in virtueel water. Een land dat bijvoorbeeld tarwe invoert, voert ook ‘indirect’ water in. En wanneer een land katoen uitvoert, dan voert het ook ‘indirect’ water uit.
Per product kan men het waterverbruik berekenen of inschatten. Het resultaat hiervan is de watervoetafdruk16), waarbij men rekening houdt met het totale watergebruik in de diverse stappen van de gehele productieketen. Het meest sprekende voorbeeld is dat men om 1 kg rundvlees te produceren 16.000 liter water gebruikt. Een land, bedrijf of organisatie kan ook de eigen watervoetafdruk berekenen, net als elk individu. Met dit instrument kan je dan aan ‘water steward ship’ te doen: het zo klein mogelijk maken van de watervoetafdruk om een bepaald product of dienst te leveren. Het concept indirect water is interessant, maar moet in relatie gezien worden tot de problematiek van waterbeschikbaarheid, waterstress en waterschaarste. Als het verder wordt uitgediept is dit concept en de watervoetafdruk in de toekomst een mogelijk bijkomend beslissingsinstrument voor overheden. Waarvoor gaan we het beschikbare zoetwater het eerst gebruiken? Hoe zorgen we in de toekomst dat het water voor de voedselproductie wereldwijd het meest efficiënt gebruikt wordt? Welke regio’s zijn het meest geschikt - gezien de klimatologische condities en de zoetwaterbeschikbaarheid - om een bepaald gewas te telen? Het concept zou zo kunnen helpen om wereldwijd te zorgen voor een eerlijker gebruik van de beschikbare zoetwatervoorraden en om bij te dragen tot de wereldwijde voedselzekerheid.
15) Dit concept werd bedacht en uitgewerkt door prof. John Allan van het King’s College in Londen. 16) Een concept van prof. Arjen Hoekstra van de universiteit van Twente. http://www.waterfootprint.org of http://www.watervoetafdruk.be
Colofon
Dit document maakt deel uit van een reeks over water. Publicatiedatum: 15 oktober 2014 - update december 2015 Protos - Flamingostraat 36 - 9000 Gent - T 00(32)9 235 25 10 - www.protos.ngo -
[email protected] ‘Water’ in landen op weg naar ontwikkeling Protos
9