Vervoerrechtelijke aspecten van platooning Nieuwe wagens oude wetten Dr. Wouter Verheyen Erasmus University Rotterdam Odisee University College
Vervoerrechtelijk relevante context klassiek vervoer
lading
V
OV
Vervoerrechtelijk relevante context Platooning
lading
V
V
V
V Vragen: 1) Impact op verhaalsmogelijkheden ladingbelanghebbende. 2) Aansprakelijkheid leider t.o.v. volgvoertuigen 3) Contracteren?
L
Impact op verhaalsmogelijkheden ladingbelanghebbende A. Impact op aansprakelijkheid? (ontheffingsmogelijkheden) B. Impact op omvang schadevergoeding? (mogelijkheid tot doorbreking limieten)
Ontheffingsmogelijkheden •
•
Schade direct gevolg van platooning • Fout leider • Fout andere volgvoertuigen • Technisch falen systeem Externe schadeoorzaak • Bv verkeersongeluk
Schade direct gevolg van platooning Fout leider •
• •
artikel 3 CMR en artikel 1098 lid 1 BW: de vervoerder aansprakelijk is voor ondergeschikten en aangestelden, alsook voor eenieder die voor de uitvoering van het vervoer wordt ingeschakeld. Leider als hulppersoon? HR Geldnet/Kwantum: “hulp wordt gebruikt bij de uitvoering van de verbintenis ten aanzien waarvan de aansprakelijkheid in het geding is.” => ja! Geen ontheffing mogelijk omwille van fout leider
Schade direct gevolg van platooning Fout andere volgvrachtwagens • •
Voldoen andere volgvoertuigen aan Geldnet/Kwantum-criterium? Afhankelijk van ontwerp platooning-system: • Als enkel verbinding met leider neen • Ook niet als andere volgvoertuig voordien leider was (estafettesysteem) aansprakelijkheid voor hulppersonen beperkt tot uitvoering van werk. • Als ook connective met andere volgvoertuigen onzeker • Volstaat loutere communicatie met het oog op het vermijden van ongevallen om als hulppersoon gekwalificeerd te worden?
Schade direct gevolg van platooning Technisch falen systeem • •
Art. 1098 lid 2 BW en 17 lid 3 CMR: defect voertuig is geen ontheffingsgrond. Platooning-systeem als onderdeel voertuig? • Geen isssue in intern recht: Artikel 1098 lid 2 BW beperkt niet tot een defect aan het voertuig, maar ook aan het materiaal waarvan de vervoerder zich bedient. => geen ontheffing mogelijk. • Artikel 17 lid 3 CMR bevat geen dergelijke uitbreiding MAAR • defect voertuig = voertuig is dat niet geschikt is om het overeengekomen vervoer te verrichten ten gevolge van een technisch falen als voertuig niet normaal kan functioneren bij defect technologie, is het voertuig defect. EN • Overmacht is slechts mogelijk bij onvermijdbaarheid en onvoorzienbaarheid => zorgvuldig vervoerder moet schade bij falen systeem kunnen vermijden (toekomst?)
Externe schadeoorzaak • • •
Typevoorbeeld: verkeersongeluk ander voertuig 100% Aquiliaans aansprakelijk Typevoorbeeld 2: ander volgvoertuig krijgt klapband aanrijding Automatische bevrijding? • Neen: Oegema v. Amev-criterium moet nog steeds vervuld zijn vervoerder moet alle in de gegeven omstandigheden redelijkerwijs van een zorgvuldig vervoerder te vergen maatregen hebben genomen om het verlies te voorkomen
Externe schadeoorzaak (II) •
Mogelijke problemen bij vervulling Oegema/Amev-criterium bij platooning: • Wordt chauffeur met beperktere rol niet “in slaap gewiegd” sowieso minder zorgvuldig ? • Literatuur verwijst als 1 van voordelen naar kleinere voertuigafstand efficiënter vervoer MAAR: brengt dit eerbiediging Oegema v. Amev-criterium niet in het gedrang? • Zeker bij pionier-gebruik lijkt risico te bestaan dat overmacht niet wordt aanvaard.
Ontheffing bij platooning (conclusie) • • •
Ontheffing als schade veroorzaakt door leider/ systeemfalen niet mogelijk Ontheffingsmogelijkheid als schade wordt veroorzaakt door volgvoertuig is onzeker. Platooning kan ontheffingsmogelijkheid bij externe schadeoorzaak in het gedrang brengen Risico voor schade tijdens platooning komt bij vervoerder te liggen voor ladingbelanghebbende risico-neutraal/ positieve risico-impact.
Doorbreking bij platooning •
Regel: • Art. 29 CMR: integrale vergoeding bij opzet of gelijk te stellen fout • Artikel 8:1108 BW: Standaard: schade veroorzaakt met het opzet die schade te veroorzaken, hetzij roekeloos en met de wetenschap dat die schade er waarschijnlijk uit zou voortvloeien • 5 januari-Arresten: HR Cigna/Overbeek & Philip Morris/Van de Graaf=> subjectief waarschijnlijkheidsbewustzijn vereist omtrent: • Risicovol karakter gedraging • Grote kans dat risico zich zal realiseren (Claringbould: drempel 66% waarschijnlijkheid. )
Doorbreking bij platooning (II) •
•
Toepassing op platooning: • Verkorten drempelafstand zorgt voor risicotoename weet iedereen. • Maar effectief aantal schadegevallen zeer beperkt. • Slaagkans zeer beperkt, zo niet afwezig • TENZIJ zeer prematuur gebruik platooning… Noot: andere landen veel lagere standaard doorbreking eventueel wel mogelijk bij jonge technologie en korte voertuigafstand: • BGH: mathematische drempel bestaat niet, ook bij lage waarschijnlijkheid schade (BGH 25 maart 2004, I ZR 205/01) • UK: roekeloosheid met onbekommerdheid voor gevolgen (CA 2 mei 2007, A3/2006/1698, TNT Global SpA / Denfleet International Ltd)
Aansprakelijkheid leider t.o.v. volgvoertuigen
Kwalificatie relatie leider/ volgvoertuig? •
•
Belang vraag: 1. Aansprakelijkheidsstandaard (aansprakelijkheidsvermoeden of foutaansprakelijkheid)? 2. Mogelijkheid tot opname contractuele clausules (dwingend recht?)? Kwalificatie kan veranderlijk zijn op basis van wijziging rol & verantwoordelijkheid leider.
Momenteel leider als snelheidbepaler
Toekomst: leider neemt besturing over
Verdere toekomst: chauffeurs volgvoertuigen nemen zelf geen rol als bestuurder meer op aan boord van het volgvoertuig tijdens platooning.
•
Vervoerrechtelijk relevante context Platooning Vervoerovereenkomst? lading
V
€ V
V
V Vragen: 1) Impact op verhaalsmogelijkheden ladingbelanghebbende. 2) Aansprakelijkheid leider t.o.v. volgvoertuigen 3) Contracteren?
L
Wanneer is er sprake van een vervoerovereenkomst? • •
verbintenis om de goederen te vervoeren en af te leveren. Niet vereist dat de goederen aan boord zijn van het voertuig, maar kunnen zij bijvoorbeeld ook worden gesleept. Neemt leider verbintenis op zich om goederen te vervoeren en af te leveren? • Leider als afstandsregelaar: neen! • Leider als aanstuurder? onzeker: • Vereist vervoer enkel aansturing, of is ook aandrijving vereist? • CMR? • Titel 13 boek 8? • Artikel 8:20 e.v. BW? • Andere potentiele kwalificaties?
CMR potentieel toepasselijk in de toekomst •
•
Geen toelichting over de vraag of aansturing volstaat dan wel of aandrijving vereist is voor toepasselijkheid… • Interpretatie? gewone betekenis woorden: • Officiële taal: Frans Het Larousse woordenboek verwijst naar “deplacer” en “porter”, wat aandrijving lijkt te veronderstellen. aansturing dus niet volstaat niet. • Rechtsleer: opdat er sprake is van een vervoerovereenkomst in de zin van CMR, het voertuig zich op eigen kracht moet voortbewegen. => CMR is niet toepasselijk • Maar: betekenis komt uit pre-vervoercontext => gewone betekenis woorden kan evolueren… • met opkomst onbemand vervoer kan aandrijving wel voldoende worden voor kwalificatie als vervoerovereenkomst, indien leider echt aansturing overneemt. Mogelijke toepasselijkheid beperkt tot overeenkomsten ten bezwarende titel
Gevolgen toepasselijkheid CMR? • • •
• •
Dwingend recht ( artike 41 CMR) Aansprakelijkheidsvermoeden (artikel 17 CMR) Ontheffingsgronden (artikel 17, lid 2 en 4 CMR) • Ook als lading/ verpakking door ladingbelanghebbende gebeurde, kan leider verweer inroepen tegen volgvoertuig • maar volgvoertuig kan verweer op haar beurt inroepen tegen ladingbelanghebbende. Beperkte aansprakelijkheid (artikel 23 CMR) Beperkte mogelijkheid tot doorbreking (artikel 29 CMR)
Titel 13 boek 8 BW niet toepasselijk •
Toepasselijkheid uitgesloten: • “een overeenkomst, waarbij de ene partij zich tegenover de andere partij verbindt een voertuig te besturen, dat hem daartoe door die andere partij ter beschikking is gesteld, is niet een overeenkomst van vervoer in de zin van deze titel”. (Artikel 8:1080 BW lid 3 ) • Platooning-bepaling? neen: andere ratio maar duidelijke bewoordingen sluiten platooning uit. • Bovendien biedt artikel 8:1080 BW lid 2 eveneens een argument tot uitsluiting van de toepasselijkheid: • Uitsluiting sleepovereenkomsten • Platooning als sleepovereenkomst? MvT: ”Het ontwerp laat dit vereiste van “overneming ten vervoer vallen”. Dit heeft o.a. ten gevolge dat alle overeenkomsten tot slepen en duwen, ook die waarbij niet kan worden gezegd, dat het te verplaatsen object in de macht van de sleper zal komen, gezien moet worden als vervoerovereenkomst.”
Artikel 8:20 e.v. potentieel toepasselijk in de toekomst • • •
•
Artikel 8:20 default regime voor alle niet elders geregeld vervoer. Platooning is niet elders geregeld, maar is het vervoer? MvT zegt over overeenkomst waarbij andere partij voertuig bestuurt: “In deze terbeschikkingstelling door de wederpartij van hem, die het besturen van dat voertuig op zich neemt, is het onderscheidende criterium tussen de vervoerovereenkomst en de hier bedoelde overeenkomst gelegen” en verder “Zij zullen derhalve door het gemene recht worden beheerst.” Toepasselijkheid onzeker minder problematisch want i.t.t. 2 vorige regimes niet dwingend => ruimte voor contractuele clausules.
Andere potentiele kwalificaties? •
Vermits de chauffeur aan boord is van het voertuig en de besturing steeds kan overnemen, vertoont deze overeenkomst grote gelijkenissen met de loodsenovereenkomst: “De loods mag met instemming van de kapitein de leiding over de navigatie voeren” (Artikel 2.1 Loodsenwet 2001 BES) • Deze wet geldt echter slechts voor erkende loodsen, en is dus niet toepasselijk op wegvervoer. • Bijgevolg moet de platooning-overeenkomst (als ze niet wordt gekwalificeerd als vervoerovereenkomst) worden gekwalificeerd als een overeenkomst van opdracht, dan wel als een onbenoemde overeenkomst. => Niet dwingend, ruimte voor contractuele clausules.
Kwalificatie en aansprakelijkheid (samenvatting) •
•
Kwalificatie: • Internationale platooning: • in toekomst mogelijk CMR (vandaag niet) • Nationale platooning: • Titel 13 Boek 8 niet • Artikel 8:20 e.v. potentieel toepasselijk • Anders opdracht of ombenoemde overeenkomst Aansprakelijkheid: • Als CMR: • Dwingend recht • Aansprakelijkheidsvermoeden • Beperkte aansprakelijkheid met ontheffingsgronden • Beperkte mogelijkheid tot doorbreking • Anders: • Geen dwingend recht contractuele clausules mogelijk • Onbeperkte aansprakelijkheid • Enkel overmachtsverweer
Aanbevelingen bij niet-toepasselijkheid CMR A. Aansprakelijkheid? B. Schadevergoeding?
Aansprakelijkheid? •
•
•
Contractuele toepasselijkheid CMR is mogelijk (secundaire rechtskeuze), maar is het ook wenselijk? • Zeker vandaag niet: volgvoertuig stuurt zelf, aansprakelijkheidsvermoeden creëert te grote aansprakelijkheid. • Ook morgen niet: zo lang chauffeur volgvoertuig zelf achter het stuur zit en kan (moet) ingrijpen, lijkt aansprakelijkheidsvermoeden niet wenselijk. • Overmorgen (chauffeur doet andere zaken aan boord), kan aansprakelijkheidsvermoeden & contractuele toepasselijkheid CMR wel wenselijk zijn. Aanbevolen vandaag & morgen: aansprakelijkheid ≈ loodsenaansprakelijkheid (art. 3 Loodsenwet): • Aansprakelijkheid voor opzet of grove schuld verantwoordelijkheid ligt voornamelijk bij individuele volgvoertuigen Black box wenselijk voor bewijsvoering.
Gehoudenheid? • •
•
Gemeen recht: integrale schadevergoeding van geleden schade en gederfde winst (met inbegrip van compensatie voor gebruiksderving). Wenselijke standaard hangt samen met aansprakelijkheidsstandaard: • Bij aansprakelijkheid voor opzet of grove schuld is onbeperkte aansprakelijkheid geen probleem. • Bij gewone foutaansprakelijkheid of aansprakelijkheidsvermoeden creëert dit echter grote aansprakelijkheidsblootstelling. Limiet 8,33 SDR/kg of € 3,40/kg contractueel overeenkomen? • Back to back met aansprakelijkheid t.o.v. ladingbelanghebbende • MAAR zeker limiet € 3,40 is lage vergoeding wanneer het gaat om schade aan voertuig. • Compromisoplossing: model art. 30.3 COTIF-CIM.
Gehoudenheid (II)? •
Artikel 30.3 COTIF-CIM: limiet bij op eigen wielen rollend spoorwegmateriaal = dagwaarde voertuig
=> Model voor clausule omtrent schadevergoeding: dagwaarde voertuig+ limiet 8,33 SDR/kg of €3,40/ kg voor lading
Conclusie: nieuwe wagens rijden niet altijd best op oude wetten •
•
Verhouding ladingbelanghebbende/vervoerder: • Klassiek vervoerrecht kan grotendeels probleemloos worden toegepast. • Problemen: • Kwalificatie als hulppersoon van andere volgvoertuigen ( crusiaal voor succesvol overmachtsberoep bij schade door ander volgvoertuig) • Toepassing Oegema/Amev-criterium bij platooning Verhouding volgvoertuigen/leider: • Toepassing klassiek vervoerrecht in belangrijke mate problematisch: • Kwalificatie en aansprakelijkheid onzeker. • Opname contractuele clausules wenselijk. • Maar: Bij internationale platooning kan eventuele toepasselijkheid CMR, contractuele clausules doorkruisen.
Stelling Ga naar; sva2016.presenterswall.nl
“Bij een verdere ontwikkeling van platooning moet de verhouding tussen leider en volgvoertuigen worden gekwalificeerd als een aan CMR onderworpen vervoerovereenkomst”