Nota Borgtocht/ verstrekken geldleningen Hoogheemraadschap van Delfland
Versie: Datum: Auteur:
Concept 25-01-2013 EFZ/C&B
Inhoud 1
Inleiding ........................................................................................................................ 3
2
Verstrekken geldlening .................................................................................................... 4
3
Begrippenkader .............................................................................................................. 4
4
Voorwaarden voor borgtocht ............................................................................................ 5
5
4.1
Reikwijdte .............................................................................................................. 5
4.2
De aanvraag ........................................................................................................... 5
4.3
Inhoud van de borgtocht .......................................................................................... 5
Beslissen over borgtocht .................................................................................................. 6 5.1
Beslissingsbevoegdheid ............................................................................................ 6
5.2
Beslistermijnen ....................................................................................................... 6
5.3
Weigeringsgronden .................................................................................................. 6
5.3.1
Staatssteun ............................................................................................................ 6
5.3.2 Overige weigeringsgronden ....................................................................................... 6 6
Verplichtingen ................................................................................................................ 7 6.1
Informatieplicht na borgtocht .................................................................................... 7
6.2
Algemene verplichtingen van de schuldenaar ............................................................... 7
7
Stellen voorschriften ....................................................................................................... 8
8
Intrekking van de overeenkomst ....................................................................................... 8
9
Hardheidsclausule ........................................................................................................... 8
10 Overgangsbepaling .......................................................................................................... 8
2
1
Inleiding
Borgtocht is een instrument waarbij een derde, de borg, zich verplicht om de prestatie die de schuldenaar moet verrichten, jegens de schuldeiser zelf na te komen en is geregeld in boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, artikel 850 e.v. In de overeenkomst wordt meestal aanvullend op de wettelijke bepalingen opgenomen dat: a. de hoofdschuldenaar in gebreke moet zijn om borg te kunnen inroepen, en b. de prestatie van de borg de betaling van een som geld inhoudt. Het instrument borgtocht wordt gebruikt om rechtspersonen in staat te stellen doelstellingen te bereiken die het publieke (waterschaps-)belang dienen. In de praktijk worden de termen ‘garantieverlening’ of ‘garantstelling’ gebruikt wanneer men in de regel borgtocht bedoelt. In dit document wordt de term uit de wet “borgtocht” gebruikt. De voorwaarden waaronder borg wordt gestaan, worden in dit beleidsdocument vastgesteld. In de Wet gemeenschappelijke regelingen (Wgr) in art 10A is geregeld dat deelnemers in een GR hun medewerking verlenen aan de uitvoering van besluiten van de GR. Volgens een circulaire van de minister van 8 juli 1999 moet hieronder tevens worden verstaan het voorzien van voldoende financiële middelen. Niettemin vragen banken vaak ook aan de deelnemende waterschappen separaat borg te staan voor aan de GR verstrekte geldleningen. De bevoegdheid te beslissen over een aanvraag voor borgtocht ligt bij de verenigde vergadering.
3
2
Verstrekken geldlening
Delfland verstrekt in beginsel geen geldleningen. Voor de uitvoering van innovatieve projecten kan hierop na separate besluitvorming door de VV een uitzondering worden gemaakt. Het eventueel verstrekken van geldlening heeft geen precedentwerking. 3
Begrippenkader
Aanvraag Een verzoek van een schuldeiser aan Delfland om borg te staan voor de rente- en aflossingsverplichtingen van een geldlening die een schuldenaar verschuldigd is aan die schuldeiser. Besluit Het besluit al dan niet borg te staan voor een schuldenaar. Borg Delfland dat de overeenkomst van borgtocht is aangegaan. Borgtocht De overeenkomst waarbij de ene partij, de borg, zich tegenover de andere partij, de schuldeiser, verbindt tot nakoming van een verbintenis, die een derde, de hoofdschuldenaar, tegenover de schuldeiser heeft of zal krijgen Schuldenaar De instelling aan wie de schuldeiser een lening heeft verstrekt waarvoor Delfland een borg staat. Schuldeiser Een (bancaire) instelling die aan de schuldenaar een lening verstrekt.
4
4 4.1
Voorwaarden voor borgtocht Reikwijdte
Delfland gaat een overeenkomst van borgtocht alleen aan als aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: 1. de activiteiten waarvoor borgtocht wordt aangevraagd, dient de uitoefening van zijn publieke taak; 2. er kan geen financiering op de markt worden verkregen tegen marktconforme tarieven zonder een borgtocht; 3. de schuldenaar is structureel in staat de verschuldigde rente en aflossing te dragen; 4.2
De aanvraag
De aanvraag voor een borgtocht door Delfland dient tenminste drie maanden voor het tijdstip waarop een geldlening wordt opgenomen, schriftelijk bij Delfland te worden ingediend. De aanvraag wordt vervolgens voorgelegd aan de VV. De VV kan in bijzondere gevallen een kortere termijn toestaan. De aanvraag bevat de volgende gegevens van de schuldenaar: a) een gewaarmerkt exemplaar van de notulen van de vergadering waarin is besloten tot het aangaan van een geldlening of het besluit daartoe; b) een uittreksel uit het handelsregister; c) Indien aanwezig de statuten of de gemeenschappelijke regeling; d) de jaarrekening van het jaar voorafgaande aan het jaar waarin de aanvraag wordt gedaan, voorzien van een verklaring van een accountant, onafhankelijke boekhouder of administratiekantoor (of verklaring van waarborgfonds indien deze garant staat); e) de begroting van het lopende jaar; f) de begroting van het jaar volgend op het jaar waarin de aanvraag wordt gedaan; g) een onderbouwing van de financieringsbehoefte; h) tenminste drie offertes betreffende de geldlening. De VV kan aanvullende gegevens vragen die zij noodzakelijk acht om over de aanvraag te kunnen beslissen. 4.3
Inhoud van de borgtocht
In de overeenkomst moet worden opgenomen dat de borgtocht alleen tot zekerstelling strekt aan de schuldeiser van de betaling van rente en aflossing indien een schuldenaar in gebreke is gebleven. Bij een borgtocht wordt geen afstand gedaan van de voorrechten die wettelijk aan een borg toekomen. Er worden ook geen bedingen opgenomen die de aansprakelijkheid van Delfland vergroten of uitbreiden boven of naast de betaling van rente en aflossing. Indien Delfland krachtens een borgtocht een betaling heeft verricht in de plaats van een in gebreke gebleven schuldenaar, is de regresvordering in een eventueel faillissement op de schuldenaar bevoorrecht op eventuele andere vorderingen die een schuldeiser op de schuldenaar heeft.
5
5 5.1
Beslissen over borgtocht Beslissingsbevoegdheid
De VV beslist op een aanvraag voor een borgtocht. 5.2
Beslistermijnen
De VV beslist op een aanvraag bij de eerstvolgende vergadering na de ontvangst van de volledige aanvraag. 5.3
Weigeringsgronden
5.3.1 Staatssteun Als de borgtocht kan worden beschouwd als staatssteun, zal Delfland de overeenkomst niet aangaan. 5.3.2 Overige weigeringsgronden De VV hanteert de volgende absolute weigeringsgronden: a) De door middel van de borgtocht te financieren zaak of activiteit niet de uitoefening van zijn publieke taak dient; b) De schuldenaar kan aanspraak maken op een voorliggende voorziening zoals een waarborgfonds; c) De borgtocht is niet noodzakelijk of is niet het geëigende middel voor het verkrijgen van een geldlening door de schuldenaar; d) De geldlening is reeds aan de schuldenaar verstrekt; e) Geen offerte is overgelegd van een schuldeiser waaruit blijkt dat er geen geldlening aan de schuldenaar wordt verstrekt zonder borgtocht; f) De aanvraag heeft betrekking op het verlenen van andere zekerheden door Delfland dan die van de betaling van rente en aflossing van een geldlening voor zover de schuldenaar in gebreke blijft; g) Er bestaan gegronde redenen om aan te nemen dat de schuldenaar in strijd met de wet, de uitoefening van de publieke taak of de openbare orde handelt of zal handelen; h) De borgtocht is in strijd met het recht; i) De schuldenaar kan ook zonder de geldlening ten behoeve waarvan de borgtocht wordt gevraagd, over voldoende gelden beschikken om de kosten van de activiteiten te dekken, hetzij uit eigen middelen, hetzij uit middelen van derden; j) De schuldenaar beschikt niet over de benodigde vergunning om de activiteiten te verrichten of investeringen te plegen waarvoor de borgtocht wordt aangevraagd. k) Het doel van de lening waarvoor de borgtocht wordt verstrekt in strijd is met het treasurystatuut van Delfland. De VV hanteert de volgende relatieve weigeringsgronden: a) Er is geen sprake van continuïteit in het voortbestaan van de schuldenaar gedurende de looptijd van de borgtocht; b) De doelstellingen die met de borgtocht worden nagestreefd, zullen niet worden bereikt; c) De schuldenaar voldoet niet aan de voorwaarden en criteria voor borgtocht die bij of krachtens deze richtlijn zijn vastgesteld; d) De liquiditeitspositie van schuldenaar is niet toereikend om de rente en aflossing van de geldlening gedurende de looptijd van de borgtocht te voldoen; e) De borgtocht past anderszins niet in het beleid van Delfland.
6
6 6.1
Verplichtingen Informatieplicht na borgtocht 1. De schuldenaar doet tijdig opgave van een wijziging van de gegevens die bij de aanvraag van de borgtocht zijn overgelegd. 2. De schuldenaar is verplicht alle informatie te verschaffen en medewerking te verlenen aan onderzoeken die door de VV nodig worden geacht en die relevant zijn voor de borgtocht. 3. De schuldenaar dient jaarlijks, binnen drie maanden na het verstrijken van het boekjaar, de jaarrekening over het verstreken boekjaar bij Delfland in, bestaande uit de balans en de winst- en verliesrekening met een toelichting en indien wettelijk verplicht een goedkeurende controleverklaring. 4. De schuldenaar dient jaarlijks, tenminste zes maanden voor aanvang van het boekjaar, een gespecificeerde exploitatiebegroting voor het volgende boekjaar bij Delfland in. 5. De schuldenaar en schuldeiser informeren de VV in ieder zo spoedig mogelijk over: a) Het niet nakomen door de schuldenaar van de aan de geldlening verbonden betalingsverplichtingen waarvoor Delfland borg staat; b) Wezenlijke wijzigingen van de gegevens en bescheiden die bij de aanvang van de borgtocht zijn overlegd; c) Een statutenwijziging van de schuldenaar; d) Een fusie van de schuldenaar; e) Ontbinding van de schuldenaar. 6. Delfland is bevoegd andere gegevens te vragen die van belang zijn om de risico-ontwikkeling die met de borgtocht samenhangt te kunnen beoordelen en andere termijnen te hanteren dan de termijnen die in de leden 3 en 4 zijn vermeld.
6.2
Algemene verplichtingen van de schuldenaar 1) De schuldenaar verstrekt jaarlijks een bewijsstuk waaruit blijkt dat het object waarvoor een borgtocht is verleend voldoende is verzekerd voor herbouw of vervangingswaarde; 2) De schuldenaar is verplicht een WA- en een bestuurdersaansprakelijkheidsverzerkering af te sluiten; 3) De schuldenaar is verplicht de lening waarvoor Delfland borg staat, te bestemmen voor het doel waarvoor de lening is aangegaan;
7
7
Stellen voorschriften
Delfland kan aan de beslissing borg te staan voorschriften verbinden betreffende: a) De door de schuldenaar aan Delfland te bieden zekerheden voor verhaal van rente en aflossing van de te verlenen borgtocht; b) De uitoefening van toezicht op gedragingen en handelingen van de schuldenaar ter bescherming van de positie van Delfland als borg; c) De informatieverstrekking door de schuldenaar aan Delfland; d) Overige aangelegenheden die strekken ter bescherming van de belangen van Delfland als borg. 8
Intrekking van de overeenkomst
In de overeenkomst van de borgtocht wordt als ontbindende voorwaarde opgenomen dat indien de overeenkomst van geldlening waarvoor de borgtocht geldt, niet binnen drie maanden tot stand is gekomen, de overeenkomst van borgtocht vervalt. 9
Hardheidsclausule
Er kan bij uitzondering worden afgeweken van de criteria uit hoofdstuk 2,4 en 5. Afwijkingen worden middels een D&H voorstel voorgelegd aan de VV. 10 Overgangsbepaling Op borgstellingen die reeds zijn aangegaan voordat deze verordening in werking treedt, is deze regeling zo veel als mogelijk van toepassing.
8