Verslag bijeenkomst ‘Inspiratie en emancipatie: Vrouwen in de politiek over hun drijfveren’ 27 januari 2010, Nationaal Onderwijs Museum Georganiseerd door SPIRIT, SPIOR en Veelkleurige Religies Rotterdam
Waar halen vrouwelijke politici hun inspiratie vandaan? In hoeverre spelen religieuze of levensbeschouwelijke achtergronden daarin een rol? En hoe vertaalt zich dat in hun politieke handelen? Deze vragen stonden centraal tijdens het symposium ‘Inspiratie en emancipatie: Vrouwen in de politiek over hun drijfveren’ dat op 27 januari 2010 werd gehouden, enkele weken voor de gemeenteraadsverkiezingen van 3 maart. Op deze vragen werd een antwoord gegeven door drie inleiders: -Joke Steenbergen (nr 6 op de lijst van het CDA, voormalig bestuurder deelgemeente Feijenoord) -Salima Belhaj (lijsttrekker D66) -Jantine Kriens (wethouder en nr 3 op de lijst van de PvdA) Marianne Vorthoren van SPIOR trad op als dagvoorzitter. Na de inleidingen was er gelegenheid voor vragen en discussie. Dit verslag geeft een aantal hoofdlijnen weer uit zowel de inleidingen als de discussie. Inleiding Joke Steenbergen Emancipatie volgens de dikke Van Dale betekent: bevrijding van wettelijke, sociale, politieke, morele of intellectuele beperkingen, toekenning van gelijke rechten, gelijkstelling voor de wet; streven naar gelijkgerechtigheid. Wat betekent emancipatie voor mij? Ik ben opgegroeid in een rustig, traditioneel katholiek Rotterdams gezin als oudste van drie meiden. Als vanzelfsprekend zat ik op de MMS. Ik was altijd bezig in verenigingen na schooltijd en als er ergens mensen voor gevraagd werden, was ik meestal haantje de voorste. Destijds, eind jaren ’60, speelde er een flinke woordenwisseling tussen mijn ouders, omdat mijn moeder ging werken en haar salaris op een eigen rekening wilde. Ik nam mij voor dat wanneer ik ooit zou trouwen, ik mijn eigen naam zou blijven houden. Ik ging werken en samenwonen(nu 34 jaar geleden). Toen ik zijn boterhammen klaarmaakte, zoals dat mij geleerd was, zei hij dat ik zijn hulpje niet was. Dit was eigenlijk de eerste keer dat er bewust iets ‘emancipatorisch’ in mijn leven gebeurde. Eenmaal werkzaam in het welzijnswerk werd ik veel geconfronteerd met de afhankelijke positie waarin ouderen en overigens ook collega’s zich opstelden en vanaf toen ben ik bewuster bezig geweest met emancipatie. Emancipatie betekent voor mij vooral anderen helpen voor zichzelf op te komen. Mijn inspiratie krijg ik voornamelijk door wat ik dagelijks om mij heen zie gebeuren. Zoals de Van Dale het omschrijft: ‘het streven naar gelijkgerechtigheid’. Dit betekent: niet alles voor zoete koek slikken, je mond open doen als je onrecht of misverstanden tegenkomt. Spelen religieuze of levensbeschouwelijke achtergronden daarin een rol? Misschien dat het te maken heeft met mijn opvoeding en het geloof waarmee ik groot geworden ben. Voor mij gaat het om respect hebben voor iedereen, hen als gelijke zien en eraan mee werken mensen kansen te bieden op een beter leven. Hoe vertaal ik bovenstaande in mijn politieke inzet? Vanuit mijn werk zag ik regelmatig misstanden en constateerde dat mensen soms in een stroperige machine belanden waardoor het veel te lang duurt voordat de mensen waar het om gaat echt geholpen worden.
Ik weet uit mijn periode als dagelijks bestuurder dat het mogelijk is om zaken sneller te laten verlopen. Het is kwestie van je nek uit durven steken en lange adem hebben tegen alle ‘gevestigde koninkrijkjes’ (zoals binnen gemeentelijke diensten). Ga als bestuurder regelmatig ‘op je strepen staan’. Je wordt dan ook geconfronteerd met je vrouw zijn. Tijdens overleggen met heren vanuit technische diensten werden nogal eens vrouwonvriendelijke opmerkingen gemaakt. Door kritisch op hun verhalen te reageren en ‘huiswerk’ mee te geven, stelden zij zich de volgende keer wel anders op. Zeker in de politiek zie je dat er nog steeds geen goede verdeling is tussen beide seksen. Vrouwen zijn nog steeds in de minderheid, ook bij de komende verkiezingen. Vrouwen vinden dat ze het niet kunnen ofwel de capaciteiten niet hebben. Ik denk juist dat vrouwen een praktische instelling hebben en met name in portefeuilles met een ‘harde’ kant, zoals volkshuisvesting of buitenruimte, daarmee verschil kunnen maken. Ongeacht mijn functie vind ik emancipatie iets van beide seksen: vrouwen moeten voor zichzelf opkomen en mannen moet nadenken over wat zij daarin kunnen betekenen. Vanuit de politiek kun je van alles opleggen, maar als het niet wortelt in de mensen die het moeten doen, dan is het resultaat minimaal. Kortom: zelf doen en af en toe een handje helpen als ze er niet uitkomen en dat geldt voor iedereen, ongeacht kleur, religie, afkomst etc. Inleiding Salima Belhaj Wat betekent emancipatie voor mij? Ik ben dochter van een moeder die opgroeide in Duitsland en die op haar 17e trouwde met een Marokkaan die in Nederland in Harderwijk woonde en een kippenslachterij had. Mijn moeder haalde haar rijbewijs, ging naar de sociale academie en gaf later naailes. Ik was 13 toen mijn ouders scheidden. Ik ben in een opvanghuis terecht gekomen en had daar ondanks de situatie een leuke tijd. Ik woonde met meiden van tientallen verschillende nationaliteiten, en met 1 televisie. Dát gaf soms problemen. Op mijn 18e ging ik uit huis, met een Nederlands vriendje met blond haar. Zowel mijn oma, mijn moeder als ik zijn grenzen overgegaan. De collectieve druk kan zeer groot zijn en welke keuzes maak je dan? Vragen rond samenwonen, onderdrukking, emancipatie en zelf beslissingen nemen komen altijd aan de orde, in welk gezin je ook woont. Ik ben naar Rotterdam gegaan en daar speelde de discussie over de islam. Ik voel mij moslima, ik bepaal zelf welke keuzes ik maak. Ik probeer een goed mens te zijn, je zou het ook wel een humanistische benadering kunnen noemen. De politieke partij die ik heb gekozen is geen religieuze keuze, maar stoelt op politieke plannen, waar ik me het beste in thuis voel. Met feminisme heb ik geen ervaring. Ik voel me wel solidair met vrouwen, om samen te delen en je samen op te stellen, ook in de politiek. Volgens mij zijn vrouwen bondiger dan mannen in de politiek. Ik heb niet de behoefte om alles hetzelfde te kunnen. Inleiding Jantine Kriens Ik ben kind van een Amsterdamse moeder en een Rotterdamse vader uit de 50er jaren, opgegroeid zonder god. Ik herinner me nog goed dat wanneer er collectanten aan de deur kwamen, ik altijd moest vragen: is het voor alle gezindten. Was het antwoord ‘ja’, dan mocht ik geven, anders niet. Wij behoorden als het ware tot de ‘rode kousenkerk’, we hadden de Vara gids, mijn vader was voorzitter van verschillende sociaaldemocratische organisaties en ik was actief in de Arbeiders Jeugdcentrale. Daarmee kwamen we jaarlijks bij elkaar in Vierhouten, op de Paasheuvel. Er waren dan toneelvoorstellingen die het spanningsveld tussen gemeenschap en individu voelbaar maakten. Religie kan zowel ondersteunend als
onderdrukkend zijn en het geloof in God de basis voor prachtige verhalen, zoals Pasen, als nieuw begin. Ook voor mij betekent emancipatie vrijheid, belangrijk daarin is dat je de talenten die je hebt kunt ontwikkelen, het is een proces voor zowel mannen als vrouwen. Ik wilde aan de universiteit studeren. Dat was voor mijn ouders een stap te ver, ik schreef me in met de wetenschap het zelf te moeten betalen. Vanuit het rode familiegevoel koos ik daarna voor een baan in het onderwijs, met inzet voor kinderen in achterstandssituaties. In 2002 kwam ik in de gemeenteraad, na de moord op Pim Fortuin. Dat gaf een schok en het gevoel alles opnieuw te moeten uitvinden. Wat betekent integratie? Hoe neem je belemmeringen weg zodat mensen zich verder kunnen ontwikkelen? Hoe zorg je voor een omgeving thuis die veilig is? De politiek moet dit soort vragen omzetten in handelen. Discussie > Luisterend naar jullie persoonlijke verhaal, die soms gepaard gingen met strijd: wat zijn dan volgens jullie de basisomstandigheden die goed moeten worden georganiseerd om emancipatie mogelijk te maken? Salima Belhaj: Iedereen moet de kans krijgen om hogerop te komen. Ook: de aanpak van geweld en importbruiden begeleiden naar zelfstandigheid. Joke Steenbergen: Meedoen is de norm. Dat start in het onderwijs: goed onderwijs voor vrouwen en kinderen. Jantine Kriens: Huiselijk geweld moet op de agenda blijven. Iedereen is welwillend, maar het zakt vaak weer weg. Gezondheid lijkt een vrouwenthema maar is veel breder. > Vrouwenthema’s vallen vaak weg in de politiek, de aanpak van files krijgt bijvoorbeeld meer aandacht. Hoe kun je mannen wakker schudden? Joke Steenbergen: Het is belangrijk deel te nemen aan overleggen en werkgroepen op concrete onderwerpen, zoals kindvriendelijke wijken. Salima Belhaj: Het is een gezamenlijke verantwoordelijkheid. Wanneer het gaat om thema’s waar veel geld heen gaat, zorg dan dat daar ook vrouwen in participeren. > Is het relevant om rekening te houden met religie? Jantine Kriens: Religie is een van de aspecten die je identiteit bepalen, en religieuze gemeenschappen kunnen een belangrijke rol hebben, daar probeer je ook mee samen te werken. Wel geldt dat staat en kerk gescheiden moet zijn. Politici moeten dan ook niet afgaan op religieuze argumenten. Probeer duidelijk te maken waarom in Nederland iets niet kan, maar hang het niet altijd op aan religie. > Zijn mannen bang voor goed opgeleide vrouwen? In diverse andere landen zijn vrouwen al de baas. Als reactie van de politica’s: Dat komt wel voor, maar er zijn ook heel goede werkervaringen met mannen. Verschillende invalshoeken kunnen tot betere kwaliteit leiden. > Welk beleid wordt gevoerd in schoolkeuze, wordt gestreefd naar meer gemengde scholen? Salima Belhaj: D66 streeft naar meer gemengde scholen. Stimuleert dat witte ouders kiezen voor zwarte scholen. Algemeen streven is dat ouders zich meer richten op de school in de
eigen buurt, waar je lopend heen kunt. Bepaalde groepen weten niet wanneer kinderen moeten ingeschreven, probeer dat structureel goed te regelen.
Namens de organisaties bedankt Sjanie van Maanen de inleiders. Als cadeautje krijgen zij een boek rond jongeren en religie, dat iets vertelt over hoe dat hen inspireert.