Veiligheidsanalyse 2012 De basis voor het meerjaren integraal veiligheidsbeleid
Juni 2012 gemeente Heerhugowaard
Opgesteld door: Adviseur: D. (Debora) Lenten Necker van Naem Contactpersoon: D (Debora). Lenten T. 06-1999 1402 E.
[email protected] Kenmerk: AA 13139 Datum: 31-05-2012
Rapport / Veiligheidsanalyse gemeente Heerhugowaard
Inhoudsopgave 1 Inleiding
3
1.1 / De analyse; beleidsvelden en thema’s
3
1.2 / Uitgangspunten gemeente Heerhugowaard
3
1.3 / Doel van de analyse
3
1.4 / Werkwijze
3
1.5 / Gebruikte documenten
4
1.6 / Uitleg tabellen
4
1.7 / Interpretatie gegevens onderzoeken veiligheidsgevoel
4
1.8 / Inbreng professionals
5
1.9 / Opbouw hoofdstukken
5
1.10 / Leeswijzer
5
2 Beleidsveld 1 Veilige woon-en leefomgeving
6
2.1 / Inleiding
6
2.2 / Indicatoren en beeld
6
2.3 / Bijzonderheden
6
2.4 / Sociale kwaliteit
6
2.5 / Fysieke kwaliteit
8
2.6 / Objectieve kwaliteit
9
2.7 / Subjectieve kwaliteit
9
2.8 / Bevindingen groepsinterview
10
2.9 / Conclusie
11
3 Beleidsveld 2 Veiligheid en ondernemen
12
3.1 / Inleiding
12
3.2 / Indicatoren en beeld
12
3.3 / Winkelgebied(en)
12
3.4 / Bedrijventerrein(en)
13
3.5 / Uitgaan
13
3.6 / Evenementen
14
3.7 / Toerisme
14
3.8 / Bevindingen groepsinterview
15
3.9 / Conclusie
15
Rapport / Veiligheidsanalyse gemeente Heerhugowaard
4 Beleidsveld 3 Jongeren en veiligheid
16
4.1 / Inleiding
16
4.2 / Indicatoren en beeld
16
4.3 / Bijzonderheden
16
4.4 / Jongeren en veiligheid
16
4.5 / Bevindingen groepsinterview
18
4.6 / Conclusie
18
5 Beleidsveld 4 Fysieke veiligheid
19
5.1 / Inleiding
19
5.2 / Indicatoren en beeld
19
5.3 / Bijzonderheden
19
5.4 / Verkeersveiligheid
19
5.5 / Brandveiligheid
20
5.6 / Externe veiligheid
21
5.7 / Rampenbestrijding
21
5.8 / Bevindingen groepsinterview
22
5.9 / Conclusie
22
6 Beleidsveld 5 Integriteit en veiligheid
23
6.1 / Inleiding
23
6.2 / Indicatoren en beeld
23
6.3 / De drie thema’s
23
6.4 / Bevindingen groepsinterview
25
6.5 / Conclusies
25
7 Samenvatting
26
7.1 / Inleiding
26
7.2 / Constateringen
26
7.3 / Samenvatting beleidsveld 1
27
7.4 / Samenvatting beleidsveld 2
27
7.5 / Samenvatting beleidsveld 3
28
7.6 / Samenvatting beleidsveld 4
28
7.7 / Samenvatting beleidsveld 5
29
Rapport / Veiligheidsanalyse gemeente Heerhugowaard
Bijlagen
30
Bijlage 1. Overzicht beleidsvelden en thema’s Kernbeleid Veiligheid
30
Bijlage 2. Gesprekspartners
31
Rapport / Veiligheidsanalyse gemeente Heerhugowaard
Voorwoord Dit rapport bevat de uitkomsten van de integrale veiligheidsanalyse die in de periode april en mei 2012 heeft plaatsgevonden in het kader van de ontwikkeling van een nieuwe integraal veiligheidsbeleid 2012 – 2016 van de gemeente Heerhugowaard. De gemeente Heerhugowaard heeft adviesbureau Necker van Naem gevraagd om de analyse uit te voeren. Deze analyse dient als basis voor de te voeren gesprekken met het gemeentebestuur, de gemeenteraad en interne en externe partners. Mede op basis van deze gesprekken zullen de prioriteiten voor het nog op te stellen meerjaren veiligheidsplan van de gemeente Heerhugowaard gekozen worden. De veiligheidsanalyse is uitgevoerd conform de methode Kernbeleid Veiligheid, opgesteld door de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG). Deze methode wordt landelijk veel gebruikt om lokaal integraal veiligheidsbeleid vorm te geven. In deze methode wordt gewerkt aan de hand van de volgende vijf veiligheidsvelden: 1. Veilige woon- en leefomgeving; 2. Bedrijvigheid en veiligheid; 3. Jeugd en veiligheid; 4. Fysieke veiligheid; 5. Integriteit en veiligheid. Onder deze veiligheidsvelden vallen weer diverse thema’s. Een overzicht van de velden en thema’s treft u aan in bijlage 1. Per hoofdstuk wordt een veiligheidsveld behandeld en worden zowel de objectieve cijfers van politie en brandweer als de cijfers over veiligheidsgevoelens uit de Wijkmonitor en de Veiligheidsmonitor Rijk geanalyseerd. Trends en ontwikkelingen worden benoemd en waar mogelijk wordt het beeld van Heerhugowaard afgezet tegen de gemiddelde score van alle gemeenten die meegewerkt hebben aan de Veiligheidsmonitor Rijk. Daarnaast is er een groepsinterview met de politie, G&GD, woningbouwcorporatie en diverse ambtenaren van de gemeente. Doel van dit interview was om, naast alle objectieve en subjectieve cijfers, ook een beeld te krijgen van wat de professionals, die werkzaam zijn op het gebied van veiligheid binnen de gemeente, ervaren en hoe zij tegen veiligheid, de ontwikkelingen en de velden aankijken. Deze bronnen vormen gezamenlijk een breed en overzichtelijk beeld van de ontwikkelingen in de subjectieve en objectieve veiligheid op het gehele beleidsveld veiligheid in de gemeente Heerhugowaard waarmee de analyse als basis kan dienen voor het nog op te stellen meerjaren Integraal Veiligheidsbeleid.
Rapport / Veiligheidsanalyse
1
Rapport / Veiligheidsanalyse
2
1 Inleiding 1.1 / De analyse; beleidsvelden en thema’s Het huidige integraal veiligheidsbeleid nadert het einde van de looptijd. Om te komen tot een nieuw meerjaren integraal veiligheidsbeleid heeft de gemeente Heerhugowaard als start gekozen voor het uitvoeren van een veiligheidsanalyse. Een analyse geeft een goed beeld van de ontwikkeling in de subjectieve en objectieve veiligheid op het brede beleidsveld veiligheid. Aan de hand van die analyse kunnen gericht gesprekken gevoerd worden met het gemeentebestuur, de gemeenteraad en interne en externe partners om te komen tot prioriteiten voor het nieuwe beleid. De veiligheidsanalyse is opgesteld aan de hand van de methode Kernbeleid Veiligheid, een instrument dat afkomstig is van de VNG en door de meerderheid van de gemeenten in Nederland gehanteerd wordt om veiligheidsbeleid en de daarbij behorende analyse op te stellen. Ook de gemeente Heerhugowaard heeft ervoor gekozen om aan de hand van deze methode te werk te gaan.
1.2 / Uitgangspunten gemeente Heerhugowaard De gemeente Heerhugowaard heeft aangegeven dat zij een analyse wil op gemeenteniveau. Op het moment dat er prioriteiten gesteld gaan worden op basis van de gemeentebrede analyse is het advies om, voordat overgegaan wordt tot bijvoorbeeld een projectmatige aanpak, eerst een verdieping in de analyse aan te brengen. In deze nadere verdiepingsslag is het belangrijk te onderzoeken of het geconstateerde knelpunt zich afspeelt in bijvoorbeeld één wijk of over de gehele gemeente verspreid voorkomt. In dat eerste geval kan heel gericht ingezet worden op het bereiken van een verbetering en is het effect van een sterke daling in die ene wijk groter dan een inzet in de gehele gemeente. Een ander uitgangspunt was lean en mean. Wel een volledige analyse, maar een zo beknopt mogelijke rapportage en als dat niet mogelijk was in ieder geval een overzichtelijke korte samenvatting die als basis kan dienen voor de gesprekken over de prioriteiten.
1.3 / Doel van de analyse Het doel van de analyse is het verkrijgen van een beeld ten aanzien van de ontwikkelingen van de afgelopen jaren binnen de veiligheidsvelden zowel objectief als subjectief.
1.4 / Werkwijze Zoals al eerder is aangegeven heeft de gemeente Heerhugowaard ervoor gekozen om te werken aan de hand van de methode Kernbeleid Veiligheid. Een belangrijk onderdeel van deze methode is het werken met de vijf beleidsvelden. Een overzicht van de beleidsvelden en thema’s treft u aan in bijlage 1. Deze beleidsvelden zijn vervolgens weer onderverdeeld in een aantal veiligheidsthema’s. Het aantal varieert van 3 tot 5 thema’s. Per thema zijn er, afhankelijk van de beschikbare informatiebronnen, verschillende indicatoren vastgesteld.
Rapport / Veiligheidsanalyse
3
1.5 / Gebruikte documenten Om te komen tot deze veiligheidsanalyse is gebruik gemaakt van onderstaande documenten: / tabellenboek en rapport Wijkmonitor 2009; / tabellenboek en rapport Wijkmonitor 2011; / uitkomsten van de Veiligheidsmonitor rijk 2009 en 2011; / politiecijfers Heerhugowaard 2008, 2009, 2010 en 2011; / jaarverslag 2011 VVHrA en beleidsplan VVHrA 2012 en verder; / convenant RIEC; / integraal veiligheidsplan 2008-2012; / integraal lokaal criminaliteits-en veiligheidsbeeld, februari 2012; / de bruisende stad, evenementenbeleid gemeente Heerhugowaard; / Heerhugowaard stad van kansen; / statistiek brandweer; / integrale veiligheidsmonitor brandpreventie Noord Holland Noord 2011; / discriminatie BZK overzicht 2010 en 2011; / jeugdgroepen inventarisatie 2012.
1.6 / Uitleg tabellen In de tabellen die in de volgende hoofdstukken weergegeven zijn, worden de volgende drie afkortingen gebruikt: WM, wat staat voor Wijkmonitor VMR, wat staat voor Veiligheidsmonitor rijk HHW, wat staat voor de gemeente Heerhugowaard
1.7 / Interpretatie gegevens onderzoeken veiligheidsgevoel Voor het verkrijgen van inzicht in veiligheidsgevoel wordt er binnen de gemeente Heerhugowaard gebruik gemaakt van twee onderzoeken, de Wijkmonitor en de Veiligheidsmonitor Rijk. Op een aantal punten zijn sterke afwijkingen zichtbaar in uitkomsten van de twee onderzoeken bij dezelfde vraag. Dit is aanleiding geweest om de oorzaak hiervan te achterhalen en hierin een nadere verdieping uit te voeren. Dit heeft geresulteerd in de constatering dat de representativiteit van de onderzoeken sterk verschilt. De Veiligheidsmonitor Rijk had in 2009 352 waarnemingen en in 2011 538 waarnemingen. De Wijkmonitor had in 2009 3062 (43%) respondenten en in 2011 2719 (35%) respondenten. Op het moment dat er sterke verschillen zijn tussen beide monitoren wordt gekeken naar de uitkomsten van de Wijkmonitor. De reden hiervoor is dat deze monitor een beter beeld geeft van de mening van inwoners van Heerhugowaard aangezien het aantal respondenten in 2009 bijna 9 keer zo groot was en in 2011 ruim 5 keer zo groot en daarmee dus betrouwbaarder is.
Rapport / Veiligheidsanalyse
4
1.8 / Inbreng professionals Niet alle voor deze analyse benodigde gegevens waren voorhanden in bestaande documenten. Om het beeld toch compleet te maken zijn er aan diverse ambtenaren binnen de gemeente aanvullende vragen gesteld. Onderwerpen waarbij dit speelde waren brandveiligheid, vergunningverlening, handhaving, maar ook rampenbestrijding en crisisbeheersing en integriteit. Met deze aanvullende informatie was het mogelijk het beeld te completeren. Daarnaast is ervoor gekozen om een groepsgesprek te voeren over de veiligheid in de gemeente Heerhugowaard. Reden voor dit groepsgesprek is het geven van “kleuring” aan alle cijfers, onderzoeken en beleidsvelden, maar ook het maken van een verdiepingsslag in hoe de professionals de veiligheid in Heerhugowaard zien.
1.9 / Opbouw hoofdstukken In deze analyse worden bij elk veiligheidsveld de onderliggende betreffende thema’s onderzocht. Hierbij wordt gebruik gemaakt van gegevens verkregen uit onderzoeken onder bewoners waarin gevraagd werd naar hun mening en cijfers verkregen van de politie en de brandweer. Per hoofdstuk worden de beschikbare gegevens geanalyseerd en gepresenteerd. Daarnaast is er, waar dat van toepassing is, een paragraaf met de bevindingen vanuit het groepsinterview in relatie tot het betreffende beleidsveld. Elk hoofdstuk sluit af met een aantal conclusies passend bij dat beleidsveld.
1.10 / Leeswijzer In dit hoofdstuk heeft u de inleiding kunnen lezen. In hoofdstuk 2 wordt het eerste beleidsveld, veilige woonen leefomgeving in beeld gebracht. Veiligheid en ondernemen is het beleidsveld dat aan de orde komt in hoofdstuk 3. Het veel besproken beleidsveld jongeren en veiligheid zal in hoofdstuk 4 onder de loep genomen worden gevolgd door fysieke veiligheid in hoofdstuk 5. Het laatste beleidsveld is integriteit en veiligheid dat een plaats krijgt in hoofdstuk 6. In hoofdstuk 7 wordt een korte samenvatting gegeven van de veiligheidsanalyse.
Rapport / Veiligheidsanalyse
5
2 Beleidsveld 1 Veilige woon-en leefomgeving 2.1 / Inleiding In dit beleidsveld gaat het om de dagelijkse woon-en leefomgeving van bewoners. Het gaat hier dus om de veiligheid(sgevoelens) en leefbaarheid in de wijk, buurt, straat en tussen de mensen wonend in die buurt zoals bijvoorbeeld buren. Het gaat hier om objectieve en subjectieve veiligheid op het vlak van sociale veiligheid (criminaliteit, overlast en verloedering), daarbij kunnen er fysieke aspecten zijn die een relatie hebben met die sociale veiligheid zoals verlichting, begroeiing, zichtlijnen enzovoorts.
2.2 / Indicatoren en beeld De kernindicatoren van dit beleidsveld zijn de volgende vier: / sociale kwaliteit; / fysieke kwaliteit; / objectieve veiligheid; / subjectieve veiligheid. De leefbaarheid van een buurt komt vooral tot uitdrukking in de eerste twee indicatoren, de veiligheid van een buurt wordt duidelijk aan de hand van de laatste twee indicatoren.
2.3 / Bijzonderheden Om die indicatoren in beeld te brengen, wordt er gebruik gemaakt van verschillende bronnen. De gemeente Heerhugowaard houdt eens per twee jaar een wijkmonitor, de uitkomsten van 2009 en 2011 worden in beeld gebracht. Daarnaast participeert de gemeente Heerhugowaard tweejaarlijks in dezelfde jaren in de Veiligheidsmonitor Rijk. Deze twee bronnen geven de mening en gevoelens van bewoners weer 1. De laatste bron die benut wordt zijn de feitelijke cijfers van meldingen en aangiften zoals deze bij de politie bekend zijn.
2.4 / Sociale kwaliteit De sociale kwaliteit wordt bepaald door de ervaren sociale cohesie, maar ook door de ervaren overlast. Deze overlast is divers en gaat bijvoorbeeld over overlast van buren, drugsoverlast en overlast van zwervers. In de onderstaande tabel wordt de sociale cohesie weergegeven. Sociale cohesie ((helemaal) mee eens in %)
WM 2009
WM 2011
VMR 2009
VMR 2011
Mensen kennen elkaar nauwelijks
23
24
25,9
26,5
Mensen gaan op een prettige manier met elkaar om
59
60
71,8
71,6
1
De representativiteit van beide onderzoeken verschilt sterk. Zie de toelichting in paragraag 1.7 op bladzijde 4.
Rapport / Veiligheidsanalyse
6
Gezellige buurt met veel saamhorigheid
24
25
50,8
43,6
Voel me thuis in deze buurt
48
50
68
62,7
Heb veel contact met buurtbewoners
n.v.t.
78
40,3
39,5
Tevreden over de bevolkingssamenstelling
n.v.t.
n.v.t.
74,6
75,5
De sociale cohesie laat een stabiel beeld zien, in de jaren 2009 en 2011 beoordelen de respondenten de sociale cohesie overeenkomstig. De wijkmonitor en de veiligheidsmonitor verschillen wel voor wat betreft de uitkomsten maar de verschillen tussen 2009 en 2011 in beide monitoren zijn vergelijkbaar. Opvallend zijn de verschillen in de gezelligheid van de buurt waar de Wijkmonitor een ander beeld laat zien dan de Veiligheidsmonitor Rijk, ditzelfde geldt voor het thuis voelen in de buurt en het prettig omgaan met elkaar, zij het dat deze uitkomsten wat minder verschillen dan de saamhorigheid. Er zijn 2 punten waar met name in de Veiligheidsmonitor Rijk verschillen waarneembaar zijn tussen 2009 en 2011 en dat is de gezelligheid en saamhorigheid en de mate waarin mensen zich thuis voelen. Deze zijn beide gedaald. Zoals al eerder is aangegeven is het aantal waarnemingen laag. Als er op die twee punten gekeken wordt naar de uitkomsten van de Wijkmonitor is zichtbaar dat de mening in 2009 en 2011 nagenoeg gelijk gebleven is. De ervaren overlast treft u aan in onderstaande tabel. Zoals u kunt zien zijn de uitkomsten van de Wijkmonitor en de Veiligheidsmonitor Rijk vergelijkbaar. Facetten (percentages)
WM 2009
WM 2011
VMR 2009
VMR 2011
Geluidsoverlast brommers,scooters
14
15
10,8
14
Geluidsoverlast overige verkeer
11
12
Overige geluidsoverlast
8
6
Jongerenoverlast
13
13
12,8
12,3
Drugsoverlast
5
7
3,7
3,2
Overlast door omwonenden
5
5
4,8
3,7
Dronken mensen op straat
Niet gemeten
Niet gemeten
0,4
0,2
Overlast zwervers
Niet gemeten
Niet gemeten
0,0
0,1
Vergeleken met gemiddelde score van alle deelnemende gemeenten aan de Veiligheidsmonitor Rijk is er in de gemeente Heerhugowaard meer jeugdoverlast dan gemiddeld en scoort de gemeente iets hoger t.a.v. drugs. Daarentegen is er aanzienlijk minder overlast van dronken mensen, overlast omwonenden, overlast zwervers. Geluidsoverlast verkeer is exact gelijk aan gemiddelde. Melding overlast (aantallen)
Politie 2008
Politie 2009
Politie 2010
Politie 2011
Drugsoverlast
30
16
22
18
Overlast jeugd
644
379
540
593
Overlast gestoord / gespannen persoon
71
79
56
115
Rapport / Veiligheidsanalyse
7
Burenruzie
310
135
76
59
Huiselijke twist
158
76
64
62
De meldingen laten voor wat betreft drugsoverlast, burenruzie en huiselijke twist een daling zien. De overlast van gestoorde of gespannen persoon is fors toegenomen. De overlast jeugd is na een laag aantal in 2009 weer op weg naar de cijfers van 2008. Nadere analyse liet zien dat het aantal voor 2008 ook rond de 500 a 600 meldingen per jaar zat en de daling in 2009 hoogstwaarschijnlijk het gevolg is van de overstap van het registratiesysteem Bedrijfsprocessensysteem (BPS) naar het systeem Basisvoorziening Handhaving (BVH). Deze toename in de objectieve cijfers ten aanzien van jeugdoverlast is in de gevoelens van de bewoners niet zichtbaar.
2.5 / Fysieke kwaliteit De fysieke kwaliteit heeft te maken met de inrichting, onderhoud en het beheer van de openbare ruimte. Graffiti, zwerfvuil, vandalisme en vernielingen maken inbreuk op de fysieke kwaliteit. WM 2009
WM 2011
VMR 2009
VMR 2011
% (zeer)tevreden
% (zeer)tevreden
% (helemaal) mee eens
% (helemaal) mee eens
Openbare verlichting
93
93
goed verlicht 75,0
goed verlicht 80,4
Openbaar groen
75
76
67,9
67,0
Straatmeubilair
63
63
n.v.t.
n.v.t.
Bestrating
76
80
71,7
71,0
Parkeergelegenheid
48
51
n.v.t.
n.v.t.
Graffiti
6 groot probleem
7 groot probleem
n.v.t.
n.v.t.
Melding overlast (aantallen)
Politie 2008
Politie 2009
Politie 2010
Politie 2011
Afval
51
21
22
14
Vernielingen,vandalisme
220
159
133
132
Uit bovenstaande tabellen blijkt dat, voor zover de vragen in zowel de wijkmonitor als de veiligheidsmonitor rijk gesteld zijn, de uitkomsten vergelijkbaar zijn. De mening van de respondenten in beide onderzoeken is in 2009 nagenoeg gelijk aan 2011. De meldingen die bij de politie binnenkomen over facetten die invloed hebben op de fysieke kwaliteit zijn sinds 2008 dalende en zijn dus in overeenkomst met de positieve meningen van de bewoners.
Rapport / Veiligheidsanalyse
8
2.6 / Objectieve kwaliteit Veel voorkomende vormen van criminaliteit worden bij de objectieve kwaliteit van woon-en leefomgeving in beeld gebracht. Voorbeelden hiervan zijn woninginbraken, diefstal fiets, diefstal vanaf/uit auto en diverse vormen van geweld waaronder huiselijk geweld. Aangiften (aantallen)
Politie 2008
Politie 2009
Politie 2010
Politie 2011
Woninginbraak
270
186
169
319
Inbraak garage, schuur, tuinhuis, box
37
37
34
41
Diefstal vanaf/uit auto
163
195
214
272
Diefstal motor/scooter
4
2
2
6
Diefstal auto
30
26
56
61
Diefstal fiets
449
546
360
372
Diefstal brom-snorfiets
53
75
98
73
Huiselijk geweld
77
85
80
85
Openlijk geweld
21
15
16
22
Bedreiging
89
103
108
111
Mishandeling
182
172
143
208
Zedenmisdrijf
24
13
9
8
De facetten woninginbraken, diefstal vanaf/uit auto, diefstal fiets, diefstal auto en mishandeling laten een (sterke) stijging zien. De toename van woninginbraken is landelijk in meer gemeenten een knelpunt. Bij de overige facetten is er een dalende dan wel gelijkblijvend aantal aangiften zichtbaar.
2.7 / Subjectieve kwaliteit Onder de subjectieve kwaliteit wordt verstaan hoe het gesteld is met het algemene veiligheidsgevoel van bewoners en het veiligheidsgevoel op specifieke plekken in de gemeente. De vraagstelling in de wijkmonitor is in 2009 en 2011 niet dezelfde geweest als het gaat om veiligheid(sgevoelens). Daarnaast zijn sommige vragen wel op dezelfde wijze gesteld, maar zijn de antwoordcategorieën verschillend wat goed vergelijken niet mogelijk maakt. Deze vragen zijn om die reden dan ook niet opgenomen in de analyse. De Wijkmonitor laat zien dat 11% van de mensen zich vaak onveilig voelt in de eigen wijk in 2009. In 2011 is dat gedaald naar 1% die zich vaak onveilig voelt. Op de vraag waar mensen bang voor zijn antwoordt ongeveer tweederde, zowel in 2009 (59%) als in 2011 (65%), bang te zijn om slachtoffer te worden van woninginbraak. Bang te zijn om lastig gevallen worden is een andere oorzaak die na woninginbraken regelmatig genoemd wordt, in 2009 geeft 61% dat aan, wat in 2011 gedaald is naar 49%.
Rapport / Veiligheidsanalyse
9
De Veiligheidsmonitor Rijk laat overeenkomstige uitkomsten zien, 3,1% voelt zich vaak onveilig in 2009 en 2,6% in 2011. Daarmee scoort de gemeente Heerhugowaard in 2009 slechter en in 2011 beter dan het gemiddelde van alle deelnemende gemeenten. De kans om slachtoffer te worden van woninginbraak is 3,3% in 2009 en 8,0% in 2011. Daarin is een duidelijke stijging te zien. Deze stijging is ook duidelijk zichtbaar in de objectieve cijfers van de politie. De kans op slachtofferschap van mishandeling is in 2009 en 2011 onder het gemiddelde van alle deelnemende gemeenten, maar wordt in de wijkmonitor toch als een na hoogste reden aangegeven op de vraag waar men bang voor is.
2.8 / Bevindingen groepsinterview In het groepsinterview is gekeken naar de oorzaken van de stijgingen benoemd in paragraaf 2.6. Het is gemakkelijk gestolen goederen te verhandelen, de fysieke beveiliging van met name de oudere wijken is voor verbetering vatbaar, de prijs van het goud is hoog, de pakkans is klein en meer mensen hebben door de economische situatie financiële problemen. Dit wordt door alle betrokken partners gezien als oorzaak van de stijging in het aantal woninginbraken. Daarnaast speelt bewustwording een grote rol, inwoners denken dat er niet zoveel gebeurt in de gemeente en hebben nog “dorpse” gedachten. Hierdoor laten zij sneller waardevolle spullen, die bij daders geliefd zijn, achter in de auto of doen zij de achterdeur niet op slot als ze even een boodschap gaan doen. De reden van de negatieve score als het gaat om mensen die zich weleens onveilig voelen is niet helemaal duidelijk. De overlast van jongeren kan een onveilig gevoel met zich meebrengen. Daarbij komt dat er, als zich een incident voordoet, veel gecommuniceerd wordt over dat incident. Dit kan onveiligheidsgevoelens versterken. Geluidsoverlast verkeer is een vorm van overlast die door veel bewoners ervaren wordt. De gemeente is in de afgelopen jaren gegroeid, maar de infrastructuur is daar nog niet op ingericht. Het gevolg is dat er veel verkeersopstoppingen zijn. Er worden momenteel fasegewijs gedeelten opnieuw ingericht, waardoor de doorstroming is verbeterd, maar ook meer mensen gebruik gaan maken van de nieuwe dan wel aangepaste ontsluitingswegen. Dit zorgt ervoor dat er meer verkeer komt, met als gevolg meer verkeersoverlast. Op het moment dat alle aanpassingen doorgevoerd zijn, wat nog enkele jaren zal duren, zal de ervaren overlast van verkeer naar verwachting afnemen. Daarnaast is er een aantal jongeren / jong volwassenen dat hard rijdt waar de weg dat toelaat en daarbij ook nog eens een aangepaste uitlaat onder de auto heeft wat zorgt voor grotere geluidsoverlast. De stijging in overlast van gestoorde/gespannen personen is door de deelnemers van het groepsinterview naar alle waarschijnlijkheid gelegen in het feit dat vanuit het zorgkader in toenemende mate cliënten/personen extramuraal worden begeleid en verzorgd. Hierdoor wonen er steeds meer mensen met een stoornis in woonwijken. Het effect hiervan was reeds zichtbaar in 2011. De verwachting is dat die trend zich in 2012 verder zal voortzetten. Het feit dat het overgrote deel van de hulpverlening vrijwillig is met een eigen bijdrage en mensen er gezien de economische situatie vaker voor kiezen minder gebruik te maken van de hulpverlening dan wel te stoppen versterkt naar verwachting het effect en dus de overlast. Voor de aanpak van deze overlast wordt vanuit de gemeente Heerhugowaard geïnvesteerd in een persoonsgerichte aanpak in nauwe samenwerking met partners.
Rapport / Veiligheidsanalyse
10
2.9 / Conclusie Over het algemeen kan gesteld worden dat mensen zich prettig voelen in de wijk waarin zij wonen. De ervaren overlast is gelijk gebleven dan wel gedaald. Enige uitzondering daarop vormt geluidsoverlast verkeer / overige geluidsoverlast. Dit beeld is overeenkomstig met het beeld van de meldingen (parkeerproblemen, overige geluidsoverlast) die bij de politie geregistreerd zijn. Aandachtspunten zijn de overlast jeugd en overlast gestoorde/overspannen persoon. De tevredenheid over de fysieke kwaliteit is stabiel en goed te noemen, dit ligt in lijn met de politiecijfers op dat punt. Woninginbraken is een thema dat zowel bij bewoners leeft aangezien dat de grootste angst is om slachtoffer van te worden. Dit komt eveneens terug in de politiecijfers waar een duidelijke stijging waarneembaar is. Overigens is dit laatste een beeld dat bij meer gemeenten in Nederland zichtbaar is. Ook diefstal vanaf/uit auto neemt vanaf 2008 jaarlijks toe. Geweld en dreigingen blijven over de laatste 3 jaren ongeveer gelijk, zedenmisdrijven vallen daarin positief op met een daling, mishandeling valt negatief op met een stijging in 2011 na een aantal jaren een daling te hebben gekend. Een beeld dat waarneembaar is in de Wijkmonitor is dat bij bewoners in Heerhugowaard het gevoel om slachtoffer te worden klein is. Dit staat tegenover een aantal facetten waarbij de kans, gezien de cijfers, aanwezig is om slachtoffer te worden zoals bijvoorbeeld bij woninginbraken. Het actief creëren van bewustwording is hier erg belangrijk.
Rapport / Veiligheidsanalyse
11
3 Beleidsveld 2 Veiligheid en ondernemen 3.1 / Inleiding Aantastingen van de veiligheid rondom plaatsen met recreatieve en economische voorzieningen zoals bedrijventerreinen, winkelcentra en uitgaansgelegenheden vallen onder dit beleidsveld. Het gaat in dit beleidsveld om de sociale veiligheid en criminaliteit en niet om de fysieke veiligheid (risico’s) die bijvoorbeeld de individuele bedrijven op het bedrijventerrein met zich meebrengen.
3.2 / Indicatoren en beeld Het beleidsveld wordt ingedeeld in vijf categorieën: / winkelgebied(en); / bedrijventerrein(en); / uitgaan; / evenementen; / toerisme. Elk van deze categorieën worden achtereenvolgens in onderstaande paragrafen geanalyseerd. Hierbij wordt gebruik gemaakt van de cijfers van de politie en waar mogelijk van de bevindingen van bewoners in de Veiligheidsmonitor Rijk en de Wijkmonitor.
3.3 / Winkelgebied(en) De tevredenheid van de inwoners over de winkelvoorzieningen is goed te noemen, in de Wijkmonitor 2009 geeft 74% aan tevreden te zijn met winkelvoorzieningen in eigen wijk, in 2011 is dit gestegen naar 79%. In die monitor wordt niet specifiek gevraagd naar de mening van de inwoners ten aanzien van het centrum van Heerhugowaard. Het aantal winkeldiefstallen is de afgelopen vier jaar ongeveer gelijk gebleven met een lichte stijging in 2009. De respondenten van de Veiligheidsmonitor Rijk geven aan dat zakkenrollerij in 2011 met geweld (Heerhugowaard 0,5%, gemiddelde 1,2%) en zonder geweld (Heerhugowaard 6,9%, gemiddelde 6,9%) beide voorkwamen. In 2009 waren beide facetten hoger, zakkenrollerij met geweld was toen 1,9% en zonder 9,4%. De gemiddelden van alle gemeenten in die monitor waren 7,9% en 1,3%. De gemeente Heerhugowaard scoort dus beter dan het landelijk gemiddelde en op beide facetten is een daling in slachtofferschap zichtbaar. Deze daling is ook zichtbaar in de cijfers die bij de politie op dat thema bekend zijn.
Rapport / Veiligheidsanalyse
12
Aangiften (aantallen)
Politie 2008
Politie 2009
Politie 2010
Politie 2011
Winkeldiefstal
69
80
71
72
Zakkenrollerij
46
31
28
25
Overval
4
11
0
8
Er is een goede structurele samenwerking in de vorm van een Keurmerk Veilig Ondernemen voor Winkelcentrum Middenwaard (KVO W) waarbij inmiddels de derde ster van behaald is. De partners weten elkaar door de samenwerking goed te vinden, de afstemming verloopt snel en de lijnen zijn kort.
3.4 / Bedrijventerrein(en) Hieronder kunt u de politiecijfers zien ten aanzien van diefstallen af/uit bedrijf en overvallen. Overvallen kunnen gepleegd worden bij ondernemers op bedrijventerreinen, maar vanzelfsprekend ook in winkelcentra. Aangiften (aantallen)
Politie 2008
Politie 2009
Politie 2010
Politie 2011
Diefstal af/uit bedrijf
153
113
90
117
Overval
4
11
0
8
Na 3 jaar een daling in het aantal diefstal af/uit bedrijven is nu in 2011 een stijging zichtbaar naar boven het niveau van 2009. Het aantal overvallen is na een daling in 2010 ook weer gestegen in 2011. Er wordt nog geen gebruik gemaakt van het KVO voor bedrijventerreinen. Door een goede integrale samenwerking en daarmee informatievoorziening ontstaat bij de gemeente een steeds beter beeld van wat er zich op de bedrijventerreinen afspeelt. Het gaat hier dan om vormen van (georganiseerde) criminaliteit die niet erg zichtbaar zijn, maar er wel degelijk zijn. Voorbeelden hiervan zijn belastingontduiking, witwas praktijken en heling. Een nadere verdieping is te vinden in hoofdstuk 6, het beleidsveld veiligheid en integriteit.
3.5 / Uitgaan De overlast van horecabedrijven is bevraagd in de Wijkmonitor, daarvan zegt in 2009 67% dat dit een klein probleem is, 1% geeft aan dat deze vorm van overlast een groot probleem is. In 2011 geeft 2% aan dat dit een groot probleem is en 88% vind het een klein probleem. Daarbij dient opgemerkt te worden dat in 2009 de antwoordcategorie geen mening aanwezig was waar 25% gebruik van maakte, deze antwoordmogelijkheid was er in 2011 niet meer. In de Veiligheidsmonitor Rijk is gevraagd of mensen zich wel eens onveilig voelen op bepaalde plekken, een van deze plekken is rondom uitgaansgelegenheden. In 2009 gaf 30,2% van de mensen aan zich weleens onveilig te voelen, in 2011 daalde dat naar 27,7%. Het gemiddelde van alle gemeenten die meededen aan dit onderzoek lag in 2009 op 28,0% en in 2011 op 25,4%. Dit betekent dat de gemeente Heerhugowaard iets hoger scoort dan het gemiddelde in Nederland, maar laat vanaf 2009 tot 2011 wel dezelfde daling in beleving van onveiligheidsgevoelens op dit punt zien.
Rapport / Veiligheidsanalyse
13
De criminaliteitscijfers ten aanzien van horeca en uitgaan laten na een daling in 2009 weer een stijging zien in de jaren 2010 en 2011. Om de veiligheid in het uitgaansleven te vergroten is de gemeente Heerhugowaard dit jaar gestart met een Kwaliteitsmeter Veilig Uitgaan (KVU). Het KVU is een procesinstrument om integraal met alle betrokken partners te werken aan een verbetering van de veiligheid in het uitgaansgebied. Zo kan het KVU goed aansluiten bij het KVO Middenwaard zodat verdere kruisbestuiving mogelijk is. Het KVU bevindt zich in de startfase. Momenteel wordt een nulmeting gehouden aan de hand waarvan de knelpunten in beeld kunnen worden gebracht en in goede afstemming met alle betrokken partijen gekeken kan worden naar maatregelen om de veiligheid en veiligheidsgevoelens te vergroten. Aangiften (aantallen)
Politie 2008
Politie 2009
Politie 2010
Politie 2011
Geluidsoverlast horeca
13
22
19
14
Opgenomen aangiften uitgaansgeweld
43
31
33
36
Misdrijven uitgaansgeweld
52
38
43
43
Incidenten uitgaansgeweld
77
67
107
101
3.6 / Evenementen De geluidsoverlast als gevolg van evenementen, die bij de politie bekend zijn, zijn vanaf 2008 gedaald. Dit is een positieve ontwikkeling. Op het gebied van beleving van veiligheid rondom evenementen zijn in geen van de enquêtes (Veiligheidsmonitor Rijk of Wijkmonitor) onder bewoners vragen gesteld over evenementen en veiligheid zoals geluidsoverlast rondom evenementen. Aangiften (aantallen)
Politie 2008
Politie 2009
Politie 2010
Politie 2011
Geluidsoverlast evenementen
30
10
8
7
Bij de gemeente komen soms geluidsklachten binnen van evenementen. Deze worden bij binnenkomst beoordeeld, geluidsmetingen worden verricht en waar nodig wordt handhavend opgetreden. Niet alle klachten blijken gegrond te zijn doordat ze bijvoorbeeld onder het toegestane geluidsniveau zijn of niet afkomstig blijken te zijn van het evenement waarover de klacht is ingediend.
3.7 / Toerisme Toerisme vindt in de gemeente Heerhugowaard op zeer beperkte schaal plaats. Er zijn wel “dagjesmensen” en mensen die de meerdaagse fietstocht fietsen en daarbij ook Heerhugowaard aan doen. De cijfers ten aanzien van aan toerisme gerelateerde criminaliteit zijn de afgelopen jaren stabiel en laag te noemen.
Rapport / Veiligheidsanalyse
14
Aangiften (aantallen)
Politie 2008
Politie 2009
Politie 2010
Politie 2011
Diefstal af/uit vaartuig
2
4
4
4
Diefstal van vaartuig
7
8
4
7
3.8 / Bevindingen groepsinterview De stijging van overvallen is ook in andere gemeenten zichtbaar. Het betreft overvallen op winkels, maar ook op woningen. De winkels worden voorgelicht en ook in het KVO wordt hier aandacht aan besteed. Ook wordt er vanuit de politie veel prioriteit gegeven aan deze high impact crime. In het begin van 2012 is er landelijk een daling ingezet, deze daling laat zich nu ook in Heerhugowaard zien. Het Poppodium Waerdse Tempel was tot 2011 gevestigd in de gemeente Heerhugowaard. Het Poppodium had een regionale functie en trok veel bezoekers. Met het Poppodium zijn goede afspraken gemaakt ten aanzien van veiligheid. Zo is er een convenant getekend tussen de De Waerdse Tempel, de gemeente en de politie om de veiligheid in en om het pand te waarborgen en te bevorderen. Door dit strakke regime van (veiligheids)afspraken is het aantal meldingen voortkomend vanuit het Poppodium goed beheersbaar gebleven. Dit regime geldt nog niet voor andere horecaondernemers. In het KVU wordt gekeken welke afspraken er gemaakt kunnen worden om de overlast in het uitgaansgebied nog verder terug te dringen waarbij de bruikbaarheid van de veiligheidsafspraken rond het Poppodium ook bekeken zullen worden.
3.9 / Conclusie Binnen het beleidsveld veiligheid en ondernemen vallen de thema’s evenementen en toerisme positief op. De cijfers vanuit de politie zijn laag en er is zelfs nog een verbetering zichtbaar in de afgelopen 4 jaar. Het thema uitgaan verdient aandacht binnen de gemeente aangezien de laatste drie jaar een stijging van incidenten zichtbaar is. De gemeente Heerhugowaard geeft hier invulling aan met de start van een KVU. De veiligheid in winkelcentra is de laatste jaren voor wat betreft criminaliteit redelijk stabiel dan wel vertoont een licht dalende lijn. De criminaliteit op bedrijventerreinen en de overvallen zijn beide na een daling in 2010 weer gestegen en komen daarbij uit rond het niveau van 2009 of net daaronder. Belangrijk is om te nader te analyseren wat de oorzaak is van deze stijging en daar gericht op in te zetten om te voorkomen dat de stijgende lijn zich voortzet. De goede samenwerking die er tussen alle partijen is zal hier positief aan bijdragen.
Rapport / Veiligheidsanalyse
15
4 Beleidsveld 3 Jongeren en veiligheid 4.1 / Inleiding Binnen dit beleidsveld wordt specifiek gekeken naar jongeren in relatie tot veiligheid. Reden hiervoor is dat jongeren een bijzondere doelgroep zijn, maar ook omdat de doelgroep jeugd een specifiek netwerk van actoren kent en specifieke regimes waarbinnen deze actoren samen werken. Daarnaast zijn er de laatste jaren nieuwe ontwikkelingen / nieuwe middelen ontworpen speciaal voor deze doelgroep. Een voorbeeld hiervan is het classificeren van jeugdgroepen volgens de Beke methodiek, maar ook de gerichte casuïstieke aanpak in veiligheidshuizen rondom jeugdige veelplegers.
4.2 / Indicatoren en beeld Binnen het beleidsveld jongeren en veiligheid wordt naar vier facetten gekeken: / jeugdoverlast / overlast jeugdgroepen; / individuele probleemjongeren / harde kern / veelplegers; / jeugd, alcohol en drugs; / veiligheid in en om school.
4.3 / Bijzonderheden Al deze facetten worden in de volgende paragraaf gelijktijdig in beeld gebracht. Er speelt veel op alle facetten en door deze gezamenlijk en in samenhang te bekijken ontstaat het beste beeld van de stand van zaken en de ontwikkelingen met betrekking tot jongeren en veiligheid in de gemeente Heerhugowaard.
4.4 / Jongeren en veiligheid In het aantal meldingen van overlast door jeugd en het aantal meldingen van vernieling en baldadigheid dat bij de politie binnenkomt is sinds 2009 een stijging zichtbaar. Als daarnaast gekeken wordt naar de beleving van de bewoners als het gaat om beleving overlast groepen jongeren en jeugdcriminaliteit dan is een duidelijke stijging waar te nemen terwijl landelijk een daling zichtbaar is. Daar tegenover staat dat het gevoel van onveiligheid door de (groepen) jongeren minder wordt bij bewoners en zelfs een wat grotere daling doormaakt als het landelijk gemiddelde. Bewoners geven aan meer overlast waar te nemen van groepen jongeren, maar voelen zich minder aangetast in hun veiligheidsgevoel door jeugd(groepen) en de overlast die zij veroorzaken. Meldingen (aantallen)
Politie 2008
Politie 2009
Politie 2010
Politie 2011
Overlast jeugd
644
379
540
593
Vernieling / baldadigheid
394
294
320
346
2
2
Vernielingen en baldadigheid worden in de meeste gevallen gepleegd door jeugd of jongvolwassenen
Rapport / Veiligheidsanalyse
16
Vraagstelling
VMR 2009
VMR 2011
HHW (landelijk)
HHW (landelijk)
Jeugdcriminaliteit; komt vaak voor
3,7 (6,0)
6,0 (5,4)
Overlast groepen jongeren: komt vaak voor
6,8 (13,9)
11,4 (12,9)
Rondhangende jongeren: wel eens onveilig
54,5 (49,7)
47,4 (46,7)
Vraagstelling
WM 2009
WM 2011
Jongeren op straat die overlast veroorzaken
13% groot probleem
13% groot probleem
Jongeren op straat die overlast veroorzaken
49% klein probleem
54% klein probleem
Plekken waar u liever niet komt met als reden er hangen groepen jongeren rond
61%
Geen gegevens beschikbaar
Angst om lastig gevallen te worden
61%
49%
Door de gemeente wordt veel tijd besteed aan het beleidsveld jongeren en veiligheid. Er is een Jongeren In Beeld overleg (JIB). Het doel van het JIB is komen tot een integrale aanpak van jeugdoverlast: het analyseren van meldingen, het maken van afspraken over wie welke actie onderneemt en afstemming van acties. Om alle personen goed in beeld te brengen en te houden wordt binnen het JIB gebruik gemaakt van een aangepaste versie van de Integrale Veiligheidsmatrix. Hiermee wordt geprobeerd de “angel(s)” uit de groepen te halen. Voor deze individuen maakt de gemeente vervolgens gebruik van het signaleringsnetwerk 12+ (Centrum voor Jeugd en Gezin) of Risico Jongeren Overleg (in het Veiligheidshuis regio Alkmaar). Daarnaast werkt de gemeente Heerhugowaard samen met de partners in het veiligheidshuis regio Alkmaar (VHHrA). Binnen het veiligheidshuis zijn verschillende aandachtsgebieden zoals nazorg gedetineerden en huiselijk geweld, maar ook jeugd speelt een belangrijke rol. Op het gebied van jeugd wordt aandacht besteedt aan: / risicojeugd en overlast gevende jeugd; / criminele jeugdgroepen en overlast gevende jeugdgroepen met criminele aspecten; / criminele jeugd; / jeugdige veelplegers; / tot 24 jarigen met nazorgindicatie; / individuele jongeren met PV of/en criminogene factoren. In 2011 waren er 4 casussen van risicojongeren in Heerhugowaard. In totaal waren er in 2011 22 casussen waarvoor het veiligheidshuis interventieplannen heeft gemaakt. De harde kern problematische jongeren speelt alleen in HHW, 15 zijn afgerond en 20 lopen er nog. Het doel is recidive voorkomen. Ook bureau Halt wordt ingezet om recidive bij jongeren te voorkomen. In 2011 zijn er 60 jongeren in aanraking gekomen met Halt, dit is meer dan in 2010 het geval was en minder dan in 2009. Het stimuleren van het opleggen van een Halt straf door de politie is van belang omdat hiermee, anders dan wanneer de overtreding wordt afgedaan met een boete, de kans op recidive afneemt.
Rapport / Veiligheidsanalyse
17
4.5 / Bevindingen groepsinterview De partners weten elkaar goed te vinden. De jongeren en met name de groepen jongeren zijn goed in beeld. In het Jongeren In Beeld-overleg (JIB), maar ook in het veiligheidshuis wordt goed samengewerkt en worden plannen van aanpak op maat gemaakt. Dit vraagt van de gemeente een substantiële tijdsinvestering welke door de samenwerkende partijen als erg nuttig beschouwd wordt en waarvan op langere termijn ook resultaten verwacht worden. Het is van belang dat de deelnemers aan de overleggen gemandateerd zijn en dat er een goede werkstructuur is, de effectiviteit van het overleg hangt daarmee nauw samen. Er is één bekende groep die door een integrale aanpak redelijk effectief aangepakt is en nu weinig tot geen overlast veroorzaakt. Het is van belang deze jongeren, ook als ze straks vrij komen, te blijven monitoren om te voorkomen dat er overlast, incidenten en/of criminaliteit ontstaat. De jeugdoverlast wordt door bewoners nog steeds ervaren en regelmatig gemeld. De deelnemers aan het groepsinterview geven aan dat zij vanuit hun vakgebied de mate van jeugdoverlast beperkt vinden in vergelijking met andere gemeenten. Sinds het najaar 2009 is de frequentie van het JIB overleg teruggeschroefd naar eens per twee maanden. Het urgentiebesef is afgelopen jaar gedaald, dit komt door het succes van de samenwerking en minder ervaren overlast. Voor 2012 heeft de gemeente zichzelf de taakstelling opgelegd om de aanpak van jeugdgroepen verder aan te scherpen; bij opvallende groepen wordt onderzocht wie de leidende personen zijn, deze personen 'krijgen' dan een persoonsgerichte aanpak.
4.6 / Conclusie Gezien de cijfers van de politie, maar ook de cijfers ten aanzien van de beleving van veiligheid ten aanzien van jeugd is en blijft een inzet op dit thema gerechtvaardigd. Belangrijk is het om nader te onderzoeken of de inzet heeft geresulteerd in de gewenste effecten of dat wellicht op een aantal punten de koers / aanpak bijgesteld moet worden.
Rapport / Veiligheidsanalyse
18
5 Beleidsveld 4 Fysieke veiligheid 5.1 / Inleiding Fysieke veiligheid zoals verkeersveiligheid, brandveiligheid, externe veiligheid en rampenbestrijding vallen onder dit beleidsveld. Het gaat hier dus niet meer om sociale veiligheid zoals dat in de vorige beleidsvelden 1 tot en met 3 wel het geval was.
5.2 / Indicatoren en beeld Belangrijke indicatoren om de fysieke veiligheid te meten zijn: / verkeersongevallen (letsel, materieel en dodelijk); / aantal brandmeldingen, gebruiksvergunningen en verrichte controles, aantal branden; / extern veiligheidsbeleid, vergunningen (Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi) en Besluit Risico’s Zware Ongevallen (BRZO)); / actueel crisisbeheersingsplan, actuele draaiboeken, opleiden, trainen en oefenen, specifieke rampenplannen.
5.3 / Bijzonderheden Al de in paragraaf 5.2 genoemde facetten worden in de volgende paragraven achtereenvolgens in beeld gebracht. Hierbij wordt gebruik gemaakt van de gegevens van de brandweer, politiecijfers, maar ook de door de betreffende ambtenaren aangeleverde informatie ten aanzien van bijvoorbeeld beleidsvorming en de afhandeling van vergunningaanvragen. Daarnaast zijn ook relevante vragen uit de Veiligheidmonitor Rijk en de Wijkmonitor meegenomen in het compleet maken van het beeld.
5.4 / Verkeersveiligheid Het aantal ongevallen op de weg waar aangifte van is opgenomen is licht toegenomen. In 2009 was het 157, in 2010 steeg dat naar 188 en deze stijging heeft zich doorgezet naar 200 in 2011. Het aantal incidenten dat bij de politie bekend is, laat een ander beeld zien. Het aantal dodelijke ongevallen is in de afgelopen 4 jaar nagenoeg hetzelfde gebleven, het aantal ongevallen met schade en letsel is beide jaarlijks afgenomen. In totaal op verkeersincidenten is er per jaar vanaf 2009 een daling van ongeveer 10% geregistreerd. Daarbij dient opgemerkt te worden dat de politie overgestapt is van BPS naar BVH en daarnaast landelijk ook minder ten aanzien van verkeer registreert. Facet (percentages)
VMR HHW 2009
VMR HHW 2011
VMR landelijk gemiddelde 2009
VMR landelijk gemiddelde 2011
Te hard rijden
34,3
39,6
31,3
30,7
Geluidsoverlast
10,8
14,0
15,9
15,0
Agressief verkeersgedrag
14,0
11,5
13,6
13,3
Parkeeroverlast
26,9
19,9
26,5
24,6
Rapport / Veiligheidsanalyse
19
In de Wijkmonitor zijn ook vragen gesteld ten aanzien van parkeeroverlast en verkeersonveilige plekken. In 2009 gaf 24% van de bewoners aan dat parkeeroverlast een groot probleem was, in 2011 geeft 23% dat aan. Verkeersonveilige plekken zijn er volgens 54% van de bewoners in 2009, in 2011 is dit gedaald naar 49%. In 2011 is er een aantal nieuwe vragen gesteld over verkeer, die in 2009 niet gesteld zijn, in de vorm van stellingen. Opvallend is dat verkeersveiligheid en parkeergelegenheid in eigen buurt het slechtst scoren, 29% is zeer ontevreden over de parkeergelegenheid en 25% is zeer ontevreden over de verkeersveiligheid. Deze parkeerproblemen worden in 2009 al nader bevraagd maar dan met andere vragen. Op de vraag of parkeerplaatsen in voortuinen waar mogelijk toegestaan moeten worden is 45% het daarmee eens, waaruit blijkt dat parkeren een knelpunt is dat leeft in de wijken. Ten aanzien van hard rijden geeft 30% aan dat het een groot probleem is in 2009, in 2011 geeft 31% aan dat dit een groot probleem is. Geluidsoverlast verkeer (categorie geluidsoverlast scooters/brommers en overig bij elkaar opgeteld) wordt door 25% als een groot probleem ervaren in 2009, in 2011 is dit 27%.
5.5 / Brandveiligheid Hieronder ziet u de inzet van de brandweer in de gemeente Heerhugowaard onder verdeeld in binnenbrand, buitenbrand en hulpverlening. Met een kleine stijging in 2009 afkomstig van buitenbranden is het aantal branden en hulpverlening de afgelopen 4 jaar ongeveer gelijk gebleven. 2008
2009
2010
2011
Binnenbrand
44
48
33
43
Buitenbrand
70
92
64
65
Hulpverlening
77
77
87
83
Totaal
191
217
184
191
In de Veiligheidsmonitor, brandpreventie 2011, is regionaal gekeken naar de brandveiligheid. In het rapport komt tot uiting hoe de gemeente Heerhugowaard scoort ten opzichte van het gemiddelde van de regio Noord Holland Noord. De gemeente Heerhugowaard scoort goed op de volgende punten: / een groter deel van de inwoners heeft een rookmelder in huis; / een groter deel van de inwoners heeft kleine blusapparatuur en een blusdeken in huis; / een iets groter deel van de inwoners heeft op diverse wijzen voorlichting gehad over brandpreventie; / bewoners in Heerhugowaard geven aan dat zij het belangrijk vinden dat omwonenden van bedrijven met gevaarlijke stoffen vaker voorlichting krijgen. Op de andere onderzochte vragen scoort de gemeente Heerhugowaard vergelijkbaar met het gemiddelde van alle deelnemende gemeenten in de regio Noord Holland Noord.
Rapport / Veiligheidsanalyse
20
De afgifte van vergunningen van brandveilig gebruik, dus gebruiksvergunningen in gebouwen, is op orde. In 2009 zijn er 11 gebruiksvergunningen gebouwen ontvangen en afgegeven. In 2010 waren dat er 12 en in 2011 was dit er 1. De afgifte van de Omgevingsvergunning Brandveilig gebruik is helemaal actueel, alle aangevraagde omgevingsvergunningen zijn behandeld. Op dit moment wordt onderzocht of de Gebruiksvergunning Inrichtingen te dereguleren zijn dan wel kunnen worden toegevoegd aan de evenementenvergunning op het moment dat deze ook al wordt afgegeven.
5.6 / Externe veiligheid In de gemeente Heerhugowaard zijn er geen objecten waarvoor een specifiek rampenbestrijdingsplan noodzakelijk is. Er is een regionaal risicoprofiel opgesteld, welke in 2012 vastgesteld zal worden. Er zijn in Heerhugowaard 3 bedrijven met een aanvalsplan door en voor de brandweer en overige hulpverleningsdiensten en deze zijn actueel. Daarnaast is er een aantal bedrijven welke ontruimingsplannen dienen te hebben. Deze ontruimingsplannen dienen door de bedrijven zelf en volgens de ARBO wet gemaakt te worden. Het hebben, de kwaliteit en het beoefenen daarvan wordt door de inspectie achteraf gecontroleerd. Het gebruiksbesluit benoemt welke bedrijven daaraan moeten voldoen. Binnen de gemeente zijn geen BRZO 3- bedrijven gevestigd, wel bevinden zich zeven Bevi 4- inrichtingen in de gemeente Heerhugowaard.
5.7 / Rampenbestrijding Op grond van de W et Veiligheidsregio’s is er binnen een jaar na inwerkingtreding van de wet een Regionaal crisisplan vastgesteld. Het gemeentelijke rampenplan is ingetrokken. De taak van de gemeente is omschreven in het Deelplan Bevolkingszorg. Het Deelplan Bevolkingszorg is uitgewerkt in 19 gemeentelijke draaiboeken. De in de draaiboeken genoemde functies zijn ingevuld en de alle medewerkers hebben een basisopleiding gevolgd. In de loop van dit jaar zullen alle actiecentra een oefening krijgen aangeboden. Hierbij wordt gekeken naar de mogelijkheden van table-top simulatieoefeningen en e-learningsmogelijkheden. De draaiboeken zijn grotendeels klaar en moeten op onderdelen nog verder worden ingevuld. Voor de opleiden en oefenen van de medewerkers is een opleidings- en oefenplan in voorbereiding. Bij het opstellen van dit plan zal aansluiting worden gezocht bij het regionale multidisciplinaire opleidingsplan 20122014. In het oude rampenplan werd wateroverlast gezien als een reëel risico voor de gemeente. Op basis daarvan is op initiatief van de gemeente een Rampenbestrijdingsplan Wateroverlast opgesteld. Dat is geen plan dat op grond van wetgeving is ontstaan, maar een plan op eigen initiatief van de gemeente. 3
Besluit Risico’s Zware Ongevallen
4
Besluit externe veiligheid inrichtingen
Rapport / Veiligheidsanalyse
21
5.8 / Bevindingen groepsinterview In het groepsinterview kwam naar voren dat gezien de opbouw van de gemeente en de wijken het vaak niet mogelijk is om meer parkeerplekken in de openbare ruimte te creëren. Er zijn wel parkeerplekken in de buurt, maar die zijn dan op en wat grotere loopafstand van de woning en veel bewoners willen de auto graag voor de deur parkeren. Daarnaast worden garages en carports regelmatig anders gebruikt dan waar ze voor bedoeld zijn waardoor er een hogere parkeerdruk komt in de wijk. De geluidsoverlast van verkeer komt, zo kwam naar voren in het groepsinterview, voornamelijk doordat de gemeente groeit, maar de infrastructuur daar (nog) niet op ingericht is. Er worden fasegewijs gedeelten opnieuw ingericht waardoor de doorstroming verbetert, maar dit heeft ook tot gevolg dat er meer verkeer gebruik van gaat maken waardoor er dus meer geluidsoverlast van verkeer ontstaat. Dit punt wordt zoals gezegd in stappen aangepakt, er zijn hoge kosten en daarmee ook een wat langere doorlooptijd aan gekoppeld. Op het moment dat alle ontsluitingswegen aangepast zijn zal er een betere doorstroming en minder ervaren overlast zijn wat dan ook tot uitdrukking moet komen in de resultaten van onderzoeken. Daarnaast wordt door enkele jongeren hard gereden daar waar dat mogelijk is met veelal een andere uitlaat waardoor de geluidsoverlast ook erger ervaren wordt.
5.9 / Conclusie De vergunningverlening is actueel. Ditzelfde geldt voor de crisisbeheersingsorganisatie, er komt dit jaar nog een nieuw gemeentelijk plan waarbij voor wat betreft het opleiden aangesloten wordt bij het regionale opleidingsplan. De organisatie is voor wat betreft het personeel ingevuld, mensen weten welke taken ze moeten verrichten en er worden basiscursussen gegeven en oefeningen gedaan om de kennis en vaardigheden van de personen met een rol tijdens een crisis nog beter toe te rusten op hun taak. Het aantal verkeersincidenten daalt, het aantal aangiften is gestegen. De bewoners ervaren voornamelijk parkeerproblemen, waarin bij de politiecijfers een daling zichtbaar is, en de verkeersveiligheid in wijken als knelpunt. Bewoners zijn over parkeerproblemen en verkeersveiligheid, in vergelijking met andere gevraagde facetten, zichtbaar minder tevreden.
Rapport / Veiligheidsanalyse
22
6 Beleidsveld 5 Integriteit en veiligheid 6.1 / Inleiding Het laatste beleidsveld integriteit en veiligheid gaat over de diverse verschijnselen die een inbreuk vormen op de maatschappelijke integriteit dan wel op belangrijke regels die nodig zijn voor de veiligheid en de stabiliteit van onze samenleving. In potentie kunnen deze verschijnselen, afhankelijk van de vorm en omvang grote effecten hebben op de veiligheid. Voorbeelden hiervan zijn radicalisering, georganiseerde criminaliteit en bestuurlijke en ambtelijke integriteit.
6.2 / Indicatoren en beeld Voor de thema’s die spelen binnen dit beleidsveld is het lastig om kwalitatieve indicatoren op te stellen. Het beleidsveld is relatief nieuw, veelal preventief, het aantal incidenten laag en de aanpak nog onvoldoende gestandaardiseerd. Er wordt toch getracht door middel van bijvoorbeeld het aantal zaken BIBOB (Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur) en het aantal weigeringen een goed beeld te schetsen van de mate waarin deze verschijnselen zich voordoen in de gemeente Heerhugowaard. De mate waarin de thema’s in dit beleidsveld spelen wordt bekeken bij de volgende onderdelen: / Polarisatie en radicalisering (inzet sociale cohesie en netwerken); / Bestuurlijke aanpak en georganiseerde criminaliteit (Regionaal Informatie en Expertise Centrum (RIEC) en BIBOB); / Ambtelijke en bestuurlijke integriteit. De thema’s zijn in omvang in de gemeente Heerhugowaard beperkt en om die reden worden alle onderdelen in de volgende paragraaf gezamenlijk behandeld.
6.3 / De drie thema’s Polarisatie en radicalisering Polarisatie en radicalisering is een thema dat incidenteel voorkomt in de gemeente. Er zijn geen vaste groeperingen, maar uit zich in enkele incidenten in de afgelopen jaren. Het aantal meldingen van discriminatie dat bij de politie binnenkomt is gedaald, het aantal opgenomen aangiften is de laatste vier jaar nagenoeg gelijk gebleven. In Heerhugowaard is er een antidiscriminatiebureau genaamd Art. 1 . Zij hebben de meldingen die zij ontvangen hebben over discriminatie afgezet tegen gelijkwaardige meldingen van de politie. Dit laat onderstaand beeld zien. De cijfers zijn laag, maar vertonen een stijging van 2009 naar 2011. Registratie Art 1 antidiscriminatievoorziening
Voorval in de gemeente
Voorval in andere gemeente (door inwoner Heerhugowaard)
Politie
2010
5
6
10
2011
12
7
15
Rapport / Veiligheidsanalyse
23
Daarnaast registreert de politie zelf ook op het facet discriminatie. Het aantal meldingen en aangiften wordt hieronder weergegeven. 2008
2009
2010
2011
Meldingen
15
23
9
5
Aangiften
29
21
22
28
Bestuurlijke aanpak en georganiseerde criminaliteit De gemeente Heerhugowaard, en de andere samenwerkende partijen, zijn van mening dat een integere overheid van groot belang is en investeert dus in het zichtbaar maken van criminaliteit welke zonder specifieke aandacht gemakkelijk aan het oog onttrokken wordt. In de driehoek is een tweetal doelstellingen geformuleerd als het gaat om bestuurlijke aanpak en georganiseerde criminaliteit. De doelstellingen zijn het voorkomen van een vermenging van de boven- en onderwereld en het opstellen van een integrale aanpak. Ook deze vorm van criminaliteit verdient, ondanks dat deze minder zichtbaar is, zeker de nodige aandacht omdat het hier veelal gaat om georganiseerde criminaliteit. De instrumenten die de gemeente ter beschikking heeft worden hierbij ingezet, voorbeelden hiervan zijn bestuurlijke maatregelen, handhavingsbeleid en het toepassen van BIBOB. Door het stellen van deze twee doelstellingen kan in goede samenwerking en informatiedeling tussen alle betrokken partners gekeken worden naar bepaalde gebieden binnen de gemeente. Een voorbeeld is de aandacht voor het bedrijventerrein waarover nu ook al signalen binnenkomen en waarin de samenwerking steeds verder gestalte krijgt. Hierdoor ontstaat er op integrale wijze meer zicht op de blinde vlekken en wordt hetgeen achter gesloten deuren plaatsvindt zichtbaar en kan er indien nodig opgetreden worden. De gemeente participeert in het RIEC en het veiligheidshuis. Voor wat betreft mensenhandel zijn er in het veiligheidshuis twee casussen besproken die te herleiden waren naar de gemeente Heerhugowaard. Er zijn drie casussen van pooierboys in de gemeente Heerhugowaard besproken. Ook BIBOB wordt door de gemeente toegepast. Het is een nieuw instrument waarvan de toepassing inzet vraagt van diverse afdeling, maar wat zeker een meerwaarde heeft. In 2011 zijn er enkele (lichte) zaken getoetst en zijn er een aantal onderzoeken gedaan in samenwerking met het landelijke bureau BIBOB. De meerwaarde van het instrument is dat er meer inzicht is in de integriteit van vergunningaanvragers en vergunninghouders. Daarnaast heeft het inzetten van BIBOB een preventieve werking. Als aanvragers weten dat de gemeente BIBOB toepast, en zij niet integer zijn, dan zullen ze eerder een aanvraag doen in een gemeente die niet met BIBOB werkt. De gemeente zet dus meerdere middelen in om de bestuurlijke aanpak en georganiseerde criminaliteit aan te pakken. Ambtelijke en bestuurlijke integriteit
De gemeente Heerhugowaard heeft geen registratie van integriteitsschendingen. Er is dus niets bekend over eventuele meldingen in het kader van het thema integriteit. Wel is op dit moment vanuit het Managementteam het initiatief gaande om hiervoor een proces in te richten (registratie, meldpunt, handelwijze). Daarnaast is er een integriteitsstatuut en moeten ambtenaren deze bij in dienst treden ondertekenen. Er is een vertrouwenspersoon.
Rapport / Veiligheidsanalyse
24
6.4 / Bevindingen groepsinterview Methodische sturing op discriminatie in zijn algemeenheid is lastig. Wel is de gemeente alert op individuele zaken en onderneemt actie zodra signalen kenbaar worden bij de gemeente of een van de partners. Dit resulteert regelmatig in het voorkomen van meldingen bij Art 1. De cijfers betreffen de aantallen meldingen, maar geven geen inzicht in de personen die de meldingen doen, ook ontbreekt het inzicht of één persoon meerdere meldingen gegaan heeft. Bij de gemeente bestaat een redelijk beeld op basis van informatie van de partners en informatie uit het eigen netwerk. Op dit moment is een waterbedeffect van de toepassing van BIBOB zichtbaar. In grote gemeenten is het BIBOB beleid vastgesteld en wordt het veelvuldig toegepast. Dit heeft tot gevolg dat aanvragers die niet integer zijn er regelmatig voor kiezen om hun aanvraag bij een andere gemeente die minder dan wel half verstedelijkt is, en minder BIBOB toepassen, in te dienen in plaats van bij de grote gemeente. Hiermee manifesteren grootstedelijke problemen gerelateerd aan vastgoed, heling, escort en prostitutie zich steeds meer in minder verstedelijkte gebieden en zijn nu ook in de gemeente Heerhugowaard zichtbaar. Op het moment dat er sprake is van discriminatie in relatie tot maatschappelijke onrust, dan zijn deze casussen veelal vroegtijdig al in beeld bij de gemeente en overige partners. De partijen weten elkaar hierbij goed te vinden en de samenwerking verloopt prettig. Waar nodig worden deze casussen verder geanalyseerd en worden interventies ingezet om escalatie te voorkomen. In veel gevallen leidt ook deze aanpak tot het voorkomen van een melding bij Art 1. Ondermijning en mensenhandel zijn thema’s waarover nog geen compleet beeld is. Het zijn thema’s welke dit jaar verder ingevuld zullen worden door een concrete aanpak in gebieden waarvan vermoedens zijn dat deze problematiek speelt. Hierin wordt goed integraal samengewerkt. Een voorbeeld daarvan is dat de gemeente Heerhugowaard participeert in een regionaal project over arbeidsmigranten met als doel te komen tot een integrale aanpak van de problematiek.
6.5 / Conclusies Het beleidsveld Integriteit en veiligheid is een beleidsveld dat binnen de gemeente Heerhugowaard de nodige aandacht krijgt. Met name het thema bestuurlijke aanpak van georganiseerde criminaliteit krijgt vorm door middel van het participeren aan het RIEC en het toepassen van BIBOB, maar ook discriminatie wordt in individuele gevallen integraal aangepakt. De overige onderdelen zoals integriteitsschending en radicalisering en polarisatie daarop heeft de gemeente minder zicht.
Rapport / Veiligheidsanalyse
25
7 Samenvatting 7.1 / Inleiding In dit hoofdstuk wordt per beleidsveld een korte samenvatting gegeven van de uitkomsten van de analyse. Een relativerende opmerking over de cijfermatige weergave is hierbij op zijn plaats. Gesproken wordt van een toe- of afname van indicatoren en facetten. Dit zegt echter nog weinig over de relatieve ernst van het facet. Daarom is het verhaal achter de cijfers van belang. Het gaat erom dat cijfers worden geduid; deze duiding kan in een discussie zijn beslag krijgen. De samenvatting van deze Veiligheidsanalyse biedt handvatten om als bespreekstuk te hanteren bij de gesprekken met het gemeentebestuur, de gemeenteraad en de interne en externe partners en om te komen tot een prioriteitstelling.
7.2 / Constateringen In het eerste hoofdstuk is aangegeven dat de onderzoeken naar veiligheidsgevoelens van inwoners op twee manieren vormgegeven wordt in Heerhugowaard. Er wordt gewerkt met een Wijkmonitor, waar bij er in 2009 3062 en in 2011 2719 respondenten waren. Daarnaast wordt er meegedaan aan de Veiligheidsmonitor Rijk. Er wordt gebruik gemaakt van het landelijke format waarbij de organisatie voor de gemeente Heerhugowaard in regionaal verband (regio Noord Holland Noord) wordt opgepakt. In 2009 was het aantal waarnemingen 352 en in 2011 was dit 538. De bruikbaarheid van de Veiligheidsmonitor Rijk is, door het lage aantal waarnemingen in relatie tot het aantal inwoners, erg beperkt.
7.3 / Toelichting op de weergave per beleidsveld In de onderstaande paragrafen wordt per beleidsveld inzicht gegeven in hoe de ontwikkelingen in de afgelopen vier jaar (2008 tot en met 2011) zijn geweest. Elk beleidsveld bestaat uit thema’s en die thema’s bestaan vervolgens weer uit diverse indicatoren en facetten. Er is ervoor gekozen om per beleidsveld niet per thema de ontwikkelingen in beeld te brengen, maar dat op indicator / facet niveau te doen. Daardoor ontstaat een concreet en gedetailleerd beeld over het beleidsveld en daarmee sturingsinformatie op basis waarvan keuzes gemaakt kunnen worden. De facetten benoemd in de gele bollen betekenen dat de score ongeveer gelijk is gebleven in de afgelopen 4 jaar. De rode bollen staan voor een verslechtering voor de daarin benoemde facetten, de facetten waarin verbeteringen zichtbaar zijn worden weergegeven in de groene bollen. Om goed zicht te krijgen op de velden is aangegeven hoe het staat met de diverse indicatoren en facetten. Een grote groene bol betekent dat de meeste ontwikkelingen positief zijn in dit beleidsveld, een grote gele bol betekent dat het beleidsveld stabiel is en een grote rode bol betekent dat er voornamelijk verslechtering zichtbaar is in dat beleidsveld. Om verbeteringen te kunnen aanbrengen in beleidsvelden zal dus gekeken moeten worden naar de in de rode bollen genoemde facetten. Op het moment dat op die facetten verbetering bereikt kan worden en de negatieve trend omgedraaid kan worden in een positieve trend, dan is er gelijk verbetering zichtbaar in het gehele beleidsveld. Hoe kleiner de rode bol per beleidsveld (hoe minder facetten in de bol benoemd worden) hoe beter het met dat veld gaat. Een optimale veiligheidssituatie is bereikt als een beleidsveld bestaat uit alleen een groene bol eventueel aangevuld met een gele bol, maar geen rode bol.
Rapport / Veiligheidsanalyse
26
7.4 / Samenvatting beleidsveld 1 veilige woon- en leefomgeving In dit beleidsveld gaat het om de dagelijkse woon-en leefomgeving van bewoners en bestaat uit de kernindicatoren sociale kwaliteit (ervaren sociale cohesie en feitelijke en ervaren overlast), fysieke kwaliteit (de inrichting, onderhoud en het beheer van de openbare ruimte), objectieve veiligheid (zijn woninginbraken, diefstal fiets, diefstal vanaf/uit/van auto en diverse vormen van geweld waaronder huiselijk geweld) en subjectieve veiligheid (het algemene veiligheidsgevoel van bewoners en het veiligheidsgevoel op specifieke plekken in de gemeente). In onderstaande figuur staat schematisch weergegeven op welke gebieden de veiligheid met betrekking tot woon- en leefomgeving is toegenomen, afgenomen of gelijk gebleven.
M: mening van de bewoners/ervaren veiligheid F: feiten volgens de politiecijfers
7.5 / Samenvatting beleidsveld 2 bedrijvigheid en veiligheid Onder dit beleidsveld vallen Aantastingen van de veiligheid rondom plaatsen met recreatieve en economische voorzieningen zoals bedrijventerreinen, winkelcentra en uitgaansgelegenheden. Het gaat in dit beleidsveld om de sociale veiligheid en criminaliteit en niet om de fysieke veiligheid die bijvoorbeeld de individuele bedrijven op het bedrijventerrein met zich meebrengen.
M: mening van de bewoners/ervaren veiligheid F: feiten volgens de politiecijfers
Rapport / Veiligheidsanalyse
27
7.6 / Samenvatting beleidsveld 3 jeugd en veiligheid Binnen dit beleidsveld wordt specifiek gekeken naar jongeren in relatie tot veiligheid. Binnen het beleidsveld jongeren en veiligheid wordt er gekeken naar jeugdoverlast / overlast jeugdgroepen; individuele probleemjongeren / harde kern / veelplegers; jeugd, alcohol en drugs; veiligheid in en om school.
M: mening van de bewoners/ervaren veiligheid F: feiten volgens de politiecijfers
7.7 / Samenvatting beleidsveld 4 fysieke veiligheid Onder dit beleidsveld vallen fysieke veiligheid zoals verkeersveiligheid, brandveiligheid, externe veiligheid en rampenbestrijding. Belangrijke indicatoren om de fysieke veiligheid te meten zijn verkeersveiligheid,
M: mening van de bewoners/ervaren veiligheid F: feiten volgens de politiecijfers
Rapport / Veiligheidsanalyse
28
brandveiligheid, externe veiligheid en rampenbestrijding.
7.8 / Samenvatting beleidsveld 5 integriteit en veiligheid Het laatste beleidsveld integriteit en veiligheid gaat over de diverse verschijnselen die een inbreuk vormen op de maatschappelijke integriteit dan wel op belangrijke regels die nodig zijn voor de veiligheid en de stabiliteit van onze samenleving. Voorbeelden hiervan zijn radicalisering, georganiseerde criminaliteit en bestuurlijke en ambtelijke integriteit.
M: mening van de bewoners/ervaren veiligheid F: feiten volgens de politiecijfers
Rapport / Veiligheidsanalyse
29
Bijlagen Bijlage 1. Overzicht beleidsvelden en thema’s Kernbeleid Veiligheid Hieronder treft u het schematisch overzicht aan van de beleidsvelden en thema’s zoals de VNG die in haar Kernbeleid Veiligheid gerangschikt heeft.
Veiligheidsveld
Veiligheidsthema’s
1
1.1 Sociale kwaliteit (o.m. woonoverlast, overlast zwervers en verslaafden)
Veilige woon- en leefomgeving
1.2 Fysieke kwaliteit (o.m. vernieling, graffiti, zwerfvuil) 1.3 Objectieve veiligheid/veelvoorkomende criminaliteit (o.m. woninginbraak, fietsendiefstal, geweldsdelicten) 1.4 Subjectieve veiligheid/veiligheidsgevoel
2
Bedrijvigheid en veiligheid
2.1 Veilig winkelgebied 2.2 Veilige bedrijventerreinen 2.3 Veilig uitgaan 2.4 Veilige evenementen 2.5 Veilig toerisme
3
Jeugd en veiligheid
3.1 Overlast gevende jeugd 3.2 Criminele jeugd/individuele probleemjongeren 3.3 Jeugd, alcohol en drugs 3.4 Veilig in en om de school
4
Fysieke veiligheid
4.1 Verkeersveiligheid 4.2 Brandveiligheid 4.3 Externe Veiligheid 4.4 Voorbereiding op rampenbestrijding
5
Integriteit en veiligheid
5.1 Polarisatie en radicalisering 5.2 Georganiseerde criminaliteit 5.3 Ambtelijke en bestuurlijke integriteit
Rapport / Veiligheidsanalyse
30
Bijlage 2. Gesprekspartners Om, naast de cijfers van de politie en brandweer en uitkomsten van de Veiligheidsmonitor Rijk en de Wijkmonitor, een goed beeld te krijgen van de veiligheidssituatie is ervoor gekozen om een groepsinterview te houden. Dit interview heeft plaatsgevonden op dinsdag 8 mei. De volgende personen namen deel aan het gesprek: /
Mw. S.D. Waschkowitz, strategisch beleidsregisseur veiligheid, gemeente Heerhugowaard;
/
Dhr. G. Visser, uitvoeringsregisseur veiligheid, gemeente Heerhugowaard;
/
Dhr. N. Olivier, wijkbeheerder, gemeente Heerhugowaard;
/
Dhr. D. Jepma, wijkbeheerder, gemeente Heerhugowaard;
/
Mw. M. Haasnoot, stagiaire IVK, gemeente Heerhugowaard;
/
Dhr. R. Schouten, meldpunt Vangnet & Advies;
/
Dhr. C. de Koster, beleidsadviseur wonen en leefbaarheid van woningbouwvereniging Woonwaard
De politie kon helaas niet aanwezig zijn bij het groepsinterview. Aangezien de politie een belangrijke partner is op veiligheidsgebied is er later een separaat gesprek gevoerd. Deze bevindingen zijn in het rapport meegenomen onder het kopje bevindingen groepsinterview. /
Dhr. F. Laan, politie.
De bevindingen voortkomend uit het groepsinterview zijn, waar deze een toevoeging zijn op het cijfermatige beeld, weergegeven in een aparte paragraaf welke in elk hoofdstuk terugkomt.
Rapport / Veiligheidsanalyse
31
Pa re l h o f 1 | Po s t b u s 3 9 0 | 1 7 0 0 A J H e e r h u g o wa a rd Telefoon: 14 072 | Internet: w w w.heerhugowaard.nl