http://ew2004.osha.eu.int
Veilig bouwen Europese Week voor veiligheid en gezondheid op het werk 18 – 22 oktober 2004
INFORMATIEPAKKET
BOUWSECTOR ACHTERGRONDINFORMATIE OVER DE CAMPAGNE
1
http://ew2004.osha.eu.int
INHOUD INHOUD............................................................................................................................. 2 INLEIDING......................................................................................................................... 3 ACHTERGRONDINFORMATIE OVER DE BOUWSECTOR ................................... 4 GEZONDHEIDSPROBLEMEN ...................................................................................... 4 FINANCIËLE KOSTEN ................................................................................................... 6 TERUGDRINGEN VAN DE SOCIALE EN FINANCIËLE GEVOLGEN................... 7 EEN AANTAL VOORBEELDEN VAN GOEDE PRAKTIJKEN ............................... 10 DE CAMPAGNE VAN HET AGENTSCHAP – ‘VEILIG BOUWEN’........................ 12 DEELNEMEN AAN DE CAMPAGNE.......................................................................... 13 DE INSPECTIECAMPAGNE VAN HET CHFA – PREVENTIE VAN VALLEN VAN GROTE HOOGTEN.............................................................................................. 13 OVER HET EUROPEES AGENTSCHAP VOOR VEILIGHEID EN GEZONDHEID OP HET WERK................................................................................... 15
2
http://ew2004.osha.eu.int INLEIDING
De bouwnijverheid is een van de grootste sectoren in Europa met alleen al in de EU, van de vijftien, een jaarlijkse omzet van meer dan 900 miljard EUR en meer dan twaalf miljoen werknemers. Helaas wordt deze sector ook gekenmerkt door een van de hoogste percentages aan arbeidsongevallen en ziekteverzuim in de Europese Unie. Naar schatting kosten deze problemen de bedrijven en belastingbetalers bijna 75 miljard EUR per jaar, nog afgezien van al het persoonlijke leed dat hierdoor wordt veroorzaakt. Dankzij een nauwere samenwerking tussen werkgevers, werknemers en andere partijen is het de afgelopen jaren weliswaar gelukt om de veiligheid en gezondheid op het werk in de bouwnijverheid aanzienlijk te verbeteren, maar er kan nog steeds veel ondernomen worden om de arbeidsomstandigheden verder te optimaliseren. De Europese Week voor veiligheid en gezondheid op het werk 2004 richt zich op de bouwsector om alle betrokkenen te steunen bij het verwezenlijken van de doelstelling om een veilige, gezonde en productieve werkomgeving te creëren. De campagne wordt georganiseerd door het Europees Agentschap voor veiligheid en gezondheid op het werk (een instelling die door de EU wordt gefinancierd) en omvat een scala aan activiteiten om voorlichting te geven over de belangrijkste problemen in de bouw en de mogelijke oplossingen daarvoor. Dit pakket bevat achtergrondmateriaal over deze kwesties en informatie over hoe u ook zelf aan deze campagne kunt deelnemen.
NB: In het kader van de Europese Week omvat ‘de bouw’ de bouwwerkzaamheden zelf, onderhoudsactiviteiten (met inbegrip van bijvoorbeeld schilderen en behangen) en sloopwerkzaamheden in zowel de publieke als de particuliere sector. Daarnaast hebben alle statistische gegevens in dit informatiepakket, tenzij anders vermeld, betrekking op de oorspronkelijke vijftien lidstaten van de EU. De bronvermeldingen zijn weergegeven aan het eind van dit document. Vanwege de grote ‘informele’ economie in de bouwsector dienen de statistische gegevens met de nodige terughoudendheid geïnterpreteerd te worden. Waarschijnlijk is de werkelijke omvang van de problematiek groter dan uit de beschikbare gegevens naar voren komt.
3
http://ew2004.osha.eu.int ACHTERGRONDINFORMATIE OVER DE BOUWSECTOR Officieel werken er in de EU meer dan twaalf miljoen mensen in de bouw en mogelijk zelfs veel meer. • •
•
De bouwsector vertegenwoordigt in de EU naar schatting een waarde van 902 miljard EUR per jaar.1 Officieel werken er 12,7 miljoen mensen in de bouw, wat overeenkomt met 7,9% van de totale beroepsbevolking in de EU.2 Het werkelijke aantal is waarschijnlijk veel hoger omdat geschat wordt dat een aanzienlijk percentage van de mensen die in de bouw werkzaam zijn, zwart werkt. Volgens de Europese Commissie3 gebeurt 7% tot 19% van alle werkzaamheden in de EU in het zwart en vermoedelijk is dit percentage met name in de bouw erg hoog.4 47% van alle werknemers in de bouw werkt in bedrijven met minder dan tien werknemers (in de EU is dat voor alle sectoren gemiddeld 36%).5
GEZONDHEIDSPROBLEMEN De bouw behoort tot de sectoren in de EU waar veel veiligheids- en gezondheidsrisico’s op het werk voorkomen. Het risico op ongevallen is veel hoger dan het gemiddelde in de EU •
• •
•
Het risico op een ongeval met niet-dodelijke afloop is voor werknemers in de bouw tweemaal zo groot als voor de gemiddelde werknemer in andere sectoren. Een van de grootste problemen wordt veroorzaakt door het vallen van grote hoogten, zoals van bouwsteigers. Een ander groot probleem houdt verband met transportactiviteiten, zowel op de bouwplaats als daarbuiten.6 Meer dan 800 000 werknemers in de bouw waren in 2001 bij een ongeval betrokken dat tot minimaal drie dagen arbeidsverzuim heeft geleid. 7 Ongeveer 1 200 werknemers vinden jaarlijks de dood, 8 –bijna een kwart van alle door de nationale autoriteiten van de 15 EU-lidstaten geregistreerde dodelijke bedrijfsongevallen. Uit onderzoek is gebleken dat veel dodelijke slachtoffers en ongevallen een gevolg zijn van een gebrekkige planning in de voorbereidingsfase van bouwprojecten. Naar schatting is de bouw in de tien nieuwe lidstaten verantwoordelijk voor 20% van alle arbeidsgerelateerde ongevallen.9
4
http://ew2004.osha.eu.int De incidentie van aandoeningen aan het bewegingsapparaat is significant hoger dan het gemiddelde in de EU • • • •
48% van de werknemers in de bouw maakt melding van rugklachten (EUgemiddelde: 33%). 36% meldt spierproblemen in nek en schouders (EU-gemiddelde: 23%). 28% klaagt over spierproblemen in de bovenste ledematen (EU-gemiddelde: 13%). 23% maakt melding van spierproblemen in de onderste ledematen (EU-gemiddelde: 12%).10
Ademhalingsproblemen komen op grote schaal voor, met name ook als gevolg van asbest •
• •
600 000 bouwvakkers werken jaarlijks op werkplekken waar asbestvezels aanwezig zijn.11 Asbest is een sterk kankerverwekkende stof die dodelijke ziekten veroorzaakt, zoals mesothelioom en asbestose. Rokers die asbest inhaleren lopen een groter risico op longkanker. In het Verenigd Koninkrijk overlijden elk jaar ongeveer 750 werknemers en onderhoudsmedewerkers in de bouw als gevolg van asbestgerelateerde ziekten. Verwacht wordt dat dit aantal het komende decennium aanzienlijk zal stijgen.12 Timmerlieden lopen een verhoogd risico op neuskanker als gevolg van het inademen van houtstof. Stof dat ontstaat als gevolg van het slijpen/boren of zagen in kwartshoudende materialen of het omgaan met silica-houdende kristallijne producten, zoals kwartsmeel, kan tot stoflongen leiden waardoor de ademhaling wordt bemoeilijkt.
Oplosmiddelen en andere gevaarlijke stoffen verhogen de gezondheidsrisico’s voor werknemers •
•
Herhaaldelijk contact met vloeistoffen als oliën, harsen en op cement gebaseerde stoffen die chroom VI bevatten, verhogen de kans op huidproblemen. Tijdens de bouw van de kanaaltunnel is bij meer dan een kwart van de 1 134 arbeiders een arbeidsgerelateerde huidziekte gediagnosticeerd.13 Uit onderzoeken is gebleken dat schilders en vloerenleggers een verhoogd risico op vervroegde uittreding lopen als gevolg van het ‘oplosmiddel-syndroom’ (de neuropsychiatrische symptomen die verband houden met een buitensporige blootstelling aan organische oplosmiddelen, zoals glycolethers en esters). Tot die symptomen behoren geheugenverlies, extreme vermoeidheid en andere problemen die verband houden met het centrale zenuwstelsel.
5
http://ew2004.osha.eu.int Andere risico’s voor werknemers in de bouw •
Buitensporige blootstelling aan lood - bijvoorbeeld bij het verwijderen van verf op loodbasis en bij het werken met oude loden pijpleidingen - kan beschadigingen aan het centrale zenuwstelsel veroorzaken, wat tot misselijkheid, hoofdpijn, vermoeidheid en andere symptomen kan leiden.
•
Hoge geluidsniveaus verhogen het risico op gehoorproblemen. Bijna één op de vijf werknemers in de bouwsector (17%) wordt continu aan hoge geluidsniveaus blootgesteld; voor meer dan de helft van de werknemers (53%) geldt dat voor een gedeelte van de tijd die zij op de werkplek doorbrengen.14
•
Het hand-arm vibratie syndroom (HAVS) komt vaak voor onder werknemers die met handgereedschappen met motorische aandrijving werken zoals drilboren en mechanische hamers. 19% van de werknemers in de bouw in de EU is permanent aan vibraties (trillingen) blootgesteld, terwijl dat voor 54% voor een deel van de werktijd het geval is.15
FINANCIËLE KOSTEN Slechte arbeidsomstandigheden in de bouwnijverheid kunnen voor de EU - en haar belastingbetalers - elk jaar meer dan 75 miljard EUR aan kosten met zich meebrengen; dat komt overeen met 200 EUR per EU-burger. Het is moeilijk de kosten te kwantificeren die het gevolg zijn van gebrekkige arbeidsomstandigheden in de bouwsector. Ook omdat het moeilijk is om de feitelijke omvang van de sector te schatten vanwege het mogelijke grote aantal zwartwerkers. De onzekerheid over de gegevens wordt nog eens versterkt doordat een aanzienlijk gedeelte van de problemen met de veiligheid en gezondheid op het werk waarschijnlijk niet gerapporteerd wordt, aangezien veel bedrijven klein van omvang zijn en mogelijk ‘buiten het officiële systeem’ opereren. Dat betekent dat schattingen van de kosten waarschijnlijk een te laag beeld geven van de werkelijke financiële consequenties: •
•
In een onderzoek in het Verenigd Koninkrijk werd geschat dat de kosten van de gevolgen van beroepsgerelateerde ongevallen en ziekten in de bouw – met inbegrip van de kosten van vertragingen, verzuim en de premies voor de volksgezondheid en verzekeringen – verantwoordelijk waren voor 8,5% van de bouwkosten.16 Als aangenomen wordt dat de schattingen in het Verenigd Koninkrijk voor de gehele EU gelden (waarbij er vanuit wordt gegaan dat de bouw jaarlijks goed is voor een omzet van 902 miljoen EUR)17 komt dit overeen met bijna 75 miljard EUR aan kosten per jaar; dat is bijna 200 EUR per EU-burger. 6
http://ew2004.osha.eu.int •
Aangezien in de meeste landen een groot deel van de bouwprojecten door de overheid wordt gefinancierd, zullen veel van die kosten op de schouders van de belastingbetalers terechtkomen.
TERUGDRINGEN VAN DE SOCIALE EN FINANCIËLE GEVOLGEN Het belang van samenwerken in de bouwsector – de sociale partners
Aangezien verreweg de meeste ondernemingen in de bouw tot het MKB/de KMO behoren en zij meestal niet over de middelen en vaardigheden beschikken om een optimale veiligheid en gezondheid op het werk te waarborgen, dient de sector intensief samen te werken om de problemen op dit gebied aan te pakken door bijvoorbeeld het bundelen van kennis en informatie, met inbegrip van voorbeelden van goede praktijken. Op EU-niveau is het samenwerkingsverband tussen het internationaal Europees Verbond van het Bouwbedrijf (FIEC) en de Europese Bond van Bouw- en Houtarbeiders (EBBH) hiervan een uitstekend voorbeeld. Tot de recente initiatieven van de FIEC-EBBH behoren een gids voor goede praktijken in de bouwsector, een gezamenlijke verklaring over de richtlijn betreffende werken op grote hoogten en onderzoek naar stress op het werk. Voor meer informatie over deze ontwikkelingen en links naar de websites van deze organisaties wordt verwezen naar de website van het Agentschap (http://ew2004.osha.eu.int)
Acht ingrediënten voor een veiligere en gezondere bouwsector
1. ‘Gezond en veilig’ denken bij het aanschaffen van producten en diensten Goede normen voor de veiligheid en gezondheid bij een bouwproject beginnen bij de beslissingen van de opdrachtgever; hierdoor wordt het totale veiligheids- en gezondheidsklimaat van een project bepaald. Te veel contracten worden gegund op basis van de goedkoopste offertes, waarna later geconstateerd moet worden dat de kosten aanzienlijk stijgen als gevolg van contractaanpassingen en doordat er niet voldaan kan worden aan kwaliteitsnormen of uiterste termijnen. Contracten dienen gegund te worden op basis van ‘waar voor je geld’ en niet automatisch aan degene met de goedkoopste offerte. ‘Waar voor je geld’ moet uiteindelijk leiden tot een afgerond bouwproject dat praktisch bruikbaar is, voldoet aan de behoeften van de gebruikers en tijdens de hele projectcyclus een evenwicht tussen kwaliteit en kosten waarborgt. Slechte arbeidsomstandigheden leiden niet alleen tot meer kosten voor de opdrachtgever, maar ondermijnen ook zijn reputatie. Het is daarom belangrijk dat opdrachtgevers bouwprojecten op dezelfde manier behandelen als elke andere bedrijfsmatige investering.
7
http://ew2004.osha.eu.int Bij het selecteren van aannemers kunnen opdrachtgevers met de volgende veiligheids- en gezondheidsaspecten rekening te houden: • • • • • • • • • •
ervaring van aannemers; de aanwezigheid van een veiligheidscertificaat (VCA); gehanteerde veiligheids- en gezondheidsprocedures, bijvoorbeeld het beleid en de regels op arbogebied, op het vlak van welzijn ; kennis en kwalificaties van zowel managers als uitvoerend personeel, met inbegrip van kennis van de geldende wetgeving; staat van dienst wat de veiligheid en gezondheid betreft, met inbegrip van ongevallen; controleprocedures voor veiligheid en gezondheid en de aandacht voor instructies en training voor zowel managers als uitvoerend personeel; gebruikte beheersystemen voor de veiligheid en gezondheid op het werk; bestaande procedures voor overleg met personeel; selectieprocedures voor onderaannemers; lidmaatschap van relevante vakbonden en brancheverenigingen.
De belangrijkste projectpartners - zoals de projectontwikkelaar, de veiligheidscoördinator en de aannemer - dienen in een zo vroeg mogelijk stadium geselecteerd te worden om te waarborgen dat er voldoende tijd is om het project zo veilig mogelijk te plannen, uit te werken en uit te voeren. 2. Minimaliseren van risico’s door een intelligente projectopzet Bij de projectopzet dient rekening te worden gehouden met de risico’s bij de bouw en het daaropvolgende onderhoud. Dergelijke risico’s dienen vermeden of in ieder geval geminimaliseerd te worden. Indien er bijvoorbeeld dakramen aangebracht worden, moet aangegeven worden dat daarvoor onbreekbaar materiaal gebruikt wordt. Zo dient er ook voor gezorgd te worden dat de materialen en coatings die op de hoge punten van een gebouw gebruikt worden, weinig onderhoud vereisen waardoor er in een later stadium ook minder onderhoudspersoneel op grote hoogten nodig is. Daarnaast dient het gebruik van prefab-constructies overwogen te worden omdat deze op een andere locatie, wellicht onder veiligere werkomstandigheden, vervaardigd kunnen worden. Om de risico’s te minimaliseren, dienen de ontwikkelaar en aannemer bovendien nauw samen te werken bij de planning van het projectverloop, waarbij ook aandacht dient uit te gaan naar een transportplan met aparte routes voor voertuigen en voetgangers. Dit zal ook de efficiëntie op de bouwplaats ten goede komen. 3. Waarborgen dat alle personeel adequaat is opgeleid
8
http://ew2004.osha.eu.int Mensen die adequaat opgeleid zijn voor het werk dat zij verrichten, presteren beter dan degenen die niet zodanig zijn opgeleid. Dat uit zich in kwalitatief hogere arbeidsresultaten en een efficiënter projectbeheer. Om dit te verwezenlijken dienen ook managers en toezichthoudend personeel op het gebied van veiligheid en gezondheid geschoold te worden. Andere werknemers in de bouw dienen zodanig opgeleid te worden dat zij hun werkzaamheden deskundig en veilig uit kunnen voeren. De eventueel aanwezige nationale normen moeten toegepast worden. Daarnaast kunnen ‘on-the-job-trainingen’ en instructies die specifiek zijn voor bepaalde bouwplaatsen eveneens nuttige instrumenten zijn om de veiligheids- en gezondheidsnormen op het werk te verhogen. Dat kan bijvoorbeeld gebeuren via introductiecursussen op de bouwplaats en middels zogenaamde ‘tool box-gesprekken’. 4. Analyseren van alle risico’s Bij bouwprojecten dienen de risico’s geanalyseerd te worden, inclusief de blootstelling aan gevaarlijke stoffen en de fysieke risico’s zoals geluidsoverlast en trillingen. Hierbij dienen ook de nationale normen en wet- en regelgeving toegepast te worden. Een risicoanalyse (risico-inventarisatie en –evaluatie - RIE) is niets meer dan een zorgvuldig onderzoek naar de elementen die bij de werkzaamheden schadelijk voor mensen zouden kunnen zijn. Op die manier kan beoordeeld worden of er genoeg voorzorgsmaatregelen zijn genomen of dat er nog aanvullende maatregelen genomen moeten worden om schade te voorkomen. Het uiteindelijke doel is waarborgen dat niemand letsel oploopt of ziek wordt. Bij een risicoanalyse (RIE) dienen eerst de bestaande risico’s vastgesteld te worden. Vervolgens wordt de ernst van de betreffende risico’s geëvalueerd, waarbij rekening wordt gehouden met de bestaande voorzorgsmaatregelen. De risicoanalyse (RIE) dient gebruikers te ondersteunen bij het selecteren van de meest adequate, praktische maatregelen. Een risicoanalyse (RIE) is van belang voor de persoonlijke bescherming en voor die van de eigen werknemers, van andere werknemers op de bouwplaats en van derden. 5. Regelmatig controleren van de risico’s Een regelmatige controle is essentieel om vast te kunnen stellen op welke gebieden er nog aanvullende maatregelen nodig zijn en om te waarborgen dat het personeel de veiligheids- en gezondheidsprocedures ook in acht neemt. De gegevens dienen geregistreerd te worden en uiteraard moeten de eventueel benodigde maatregelen snel genomen worden. Er dient ook gewaarborgd te worden dat controles regelmatig en op basis van afgesproken intervallen plaatsvinden.
9
http://ew2004.osha.eu.int 6. Iedereen bij het arboproces (welzijnsproces) betrekken Het management dient bij de veiligheid en gezondheid op het werk net zo actief betrokken te zijn als bij financiële besluiten en andere kwesties. Zij verkeren namelijk niet alleen in een positie om de gebeurtenissen op de bouwplaats te beïnvloeden, maar kunnen ook een totaaloverzicht van het project geven, wat tot aanbevelingen kan leiden ter verbetering van de arbeidsomstandigheden. Andere werknemers dienen ook bij het arboproces (welzijnsproces) betrokken te worden. Hierdoor wordt namelijk een soort gemeenschappelijk verantwoordelijkheidsgevoel gecreëerd waarvan gebleken is dat hierdoor een betere veiligheid en gezondheid op het werk wordt bewerkstelligd, met name omdat het personeel vaak belangrijke praktische suggesties kan geven. Overigens dienen alle wettelijke voorschriften voor overleg met personeel altijd in acht te worden genomen. 7. Coördineren van de veiligheids- en gezondheidsprocedures Er dienen systemen en procedures ontwikkeld te worden – met inbegrip van systemen voor het signaleren en analyseren van risico’s - om te waarborgen dat iedereen meewerkt om de hoogst mogelijke veiligheids- en gezondheidsnormen te hanteren. Dit is met name van essentieel belang bij grote, complexe projecten waarbij veel uiteenlopende partijen en mensen betrokken zijn. 8. Evalueren van de veiligheids- en gezondheidsresultaten van projecten en leren van de ervaringen Aan het eind van een project dienen de resultaten op het gebied van veiligheid en gezondheid en de opgedane ervaringen geëvalueerd te worden. Bij dit proces dienen alle partijen betrokken te worden, met inbegrip van degenen die oorspronkelijk verantwoordelijk zijn geweest voor het verwerven, ontwikkelen en plannen van het project.
EEN AANTAL VOORBEELDEN VAN GOEDE PRAKTIJKEN Hierna volgen een paar voorbeelden van de manier waarop verschillende landen specifieke problemen in de bouwsector hebben aangepakt. Duitsland plaveit de weg naar een lagere blootstelling aan gevaarlijke stoffen Het asfalteren van wegen gebeurt doorgaans bij hoge temperaturen, waarbij gassen en aërosolen vrijkomen die ademhalingsproblemen en misselijkheid kunnen veroorzaken bij wegwerkers die deze stoffen inademen. In Duitsland is dat risico nu verminderd door het 10
http://ew2004.osha.eu.int toevoegen van ‘zeolieten’ aan het asfaltmengsel, waardoor het asfalteren bij een lagere temperatuur kan plaatsvinden. Hierdoor zijn niet alleen de gassen met 50% verminderd, maar is ook het energieverbruik met ongeveer 30% afgenomen en is er een geringere uitstoot van kooldioxide. Bovendien is de duurzaamheid van het asfalt met circa 60% toegenomen. Meer kijk op het verminderen van aandoeningen aan het bewegingsapparaat in Nederland Het handmatig tillen en verplaatsen van grote glazen panelen en vensters op bouwplaatsen kan niet alleen tot ernstige aandoeningen aan het bewegingsapparaat leiden, maar brengt ook een groot risico op snijwonden met zich mee. Om dit probleem op te lossen, zijn in Nederland twee nieuwe hulpmiddelen geïntroduceerd: een lichtgewicht wagentje voor glastransport en een ‘glas- en vensterplaatser’ die middels een vacuümpompset en op basis van zuigkracht de vensters op de gewenste hoogte brengt, waardoor dit niet langer met de hand hoeft te gebeuren. Uit een kosten-batenanalyse is gebleken dat de veiligheid en gezondheid aanzienlijk zijn verbeterd door deze twee nieuwe hulpmiddelen. Daarnaast is er in veel gevallen sprake van een hogere productiviteit. Door nieuwe Franse strategie voor steigers is het aantal ongevallen met 10% gedaald Architecten, fabrikanten van steigers en aannemers hebben in Frankrijk gezamenlijk een document opgesteld waarin wordt beschreven hoe de diverse soorten steigers geproduceerd, geassembleerd en gebruikt moeten worden om het risico van vallen te minimaliseren. In een periode van vijf jaar is het aantal ongevallen als gevolg van het vallen van grote hoogten met 10% gedaald. Iers samenwerkingsverband voor veiligheid in de bouwnijverheid verstrekt ‘certificaat veilig werken’ aan werknemers in de bouw Vanwege het hoge aantal dodelijke en ernstige ongevallen in de snel groeiende bouwsector in Ierland hebben de regering en de sociale partners in 1999 besloten om de krachten te bundelen teneinde de veiligheidscultuur in de sector grondig te herzien. In de vijf jaar die sindsdien zijn verlopen heeft dit Construction Safety Partnership ervoor gezorgd dat alle 185 000 werknemers in de bouw een intensieve, ééndaagse bewustmakingscursus hebben gevolgd. Het ‘certificaat veilig werken’ dat aan het eind van de cursusdag wordt uitgereikt, is tegenwoordig vereist om op bouwplaatsen te mogen werken.
11
http://ew2004.osha.eu.int Meer praktijkvoorbeelden zijn beschikbaar op de website van het Agentschap: http://ew2004.osha.eu.int.
DE CAMPAGNE VAN HET AGENTSCHAP – ‘VEILIG BOUWEN’ De Europese Week voor veiligheid en gezondheid op het werk van dit jaar is gericht op de bouwnijverheid - de Europese Week is het grootse evenement op het gebied van veiligheid en gezondheid op het werk in Europa. Het Europees Agentschap voor veiligheid en gezondheid op het werk heeft op 30 april 2004 in Dublin het startschot voor deze campagne gegeven als onderdeel van de jaarlijkse Europese Week voor veiligheid en gezondheid op het werk. Onder het motto ‘Veilig bouwen’ wordt deze campagne ondersteund door alle lidstaten en de kandidaat-lidstaten van de EU, de EVA-landen, het Ierse en Nederlandse EU-voorzitterschap, de Europese Commissie, het Europees Parlement, de vakbonden en de werkgeversverenigingen. De campagne bestaat onder andere uit: • • • • • •
informatiepakketten in alle officiële talen van de lidstaten: voorlichtingsposters en -brochures; een meertalige website (http://ew2004.osha.eu.int, met inbegrip van voorbeelden van goede praktijken); een on line campagnehandvest; Europese prijzen voor goede praktijken - deze worden uitgereikt aan organisaties die op de meest succesvolle wijze problemen op het gebied van veiligheid en gezondheid in de bouwnijverheid hebben aangepakt; speciale evenementen verspreid over Europa om alle grote en kleine, openbare en particuliere organisaties van de belangrijkste doelstellingen van de campagne te doordringen. In voorgaande campagnes zijn er duizenden Europese evenementen georganiseerd, waarvan er veel door het netwerk van nationale focal points van het Agentschap in de 25 lidstaten van de EU zijn gecoördineerd.
De campagne zal uiteindelijk uitmonden in de Europese week voor veiligheid en gezondheid op het werk van 18 tot en met 22 oktober 2004. Alle instellingen en organisaties op arbogebied (op het vlak van welzijn), vakbonden, ondernemingen, managers, werknemers, inspecteurs, veiligheidscoördinatoren en arbofunctionarissen worden uitgenodigd om aan deze week deel te nemen en hun eigen evenementen te organiseren. De activiteiten kunnen bijvoorbeeld gericht zijn op speciale controles en risicoanalyses op de werkplek, op trainingen, op het verspreiden van informatie over risico’s en oplossingen in de bouwnijverheid, en op programma’s waardoor werknemers
12
http://ew2004.osha.eu.int en hun vertegenwoordigers gestimuleerd worden om in het evenement te participeren, eventueel ook in samenwerking met andere organisaties.
DEELNEMEN AAN DE CAMPAGNE Deelnemen aan de campagne is niet alleen eenvoudig, maar kan ook tot besparingen leiden in de kosten die uw onderneming op het gebied van veiligheid en gezondheid maakt. Ga daarom vandaag nog tot actie over! -
-
-
-
-
Bezoek de speciale website van het Agentschap in verband met de Europese Week 2004 op http://ew2004.osha.eu.int. De website is in twintig Europese talen beschikbaar. Onderteken het on-linehandvest om uw opdrachtgevers en personeel te demonstreren dat u achter de campagne staat en naar de hoogst mogelijke veiligheids- en gezondheidsnormen streeft. Op de website treft u ook nuttige informatie aan over veiligheid en gezondheid in de bouwnijverheid, met inbegrip van voorbeelden van goede praktijken, onderzoeken, wettelijke vereisten en voorschriften en andere informatie én links naar honderden aanverwante websites. Neem contact op met uw lokale focal point voor informatie over activiteiten in uw eigen land in het kader van de Europese Week en ontdek hoe zij u nog verder van dienst kunnen zijn. De gegevens over de focal points staan aan het eind van dit document. Maar boven alles: zegt het voort! Het Agentschap is de sociale partners zeer erkentelijk voor hun steun aan deze campagne – hun netwerken zijn van onschatbare waarde bij het verspreiden van publiciteit rondom deze campagne en om te waarborgen dat de boodschap van een betere veiligheid en gezondheid ook daadwerkelijk de werkplek bereikt.
DE INSPECTIECAMPAGNE VAN HET CHFA – PREVENTIE VAN VALLEN VAN GROTE HOOGTEN Voorlichtingscampagnes om de aandacht van bedrijven op risico’s en eventuele oplossingen daarvoor te vestigen, vormen een voorwaarde voor succes. De Europese Week van het Agentschap is hier een voorbeeld van. Inspectiecampagnes, zoals de campagnes die onlangs door het door de Commissie ingestelde Comité van hoge functionarissen van de arbeidsinspectie (CHFA) zijn uitgevoerd, zijn echter ook nuttige instrumenten om het bewustzijn van risico’s te vergroten en de naleving van de wet- en regelgeving te verbeteren. 13
http://ew2004.osha.eu.int Het CHFA is officieel in 1995 bij besluit 95/319/EG van de Commissie opgericht. Het Comité assisteert de Commissie door het opstellen van adviezen over de wijze waarop de lidstaten de communautaire wetgeving inzake veiligheid en gezondheid op het werk toepassen teneinde een effectieve en consequente naleving van die wetgeving in de hele Europese Unie te waarborgen. Het CHFA geeft ook adviezen over het toepassen van andere Europese wetgeving die verband houdt met veiligheid en gezondheid op het werk. In 2003 heeft het CHFA een Europese campagne voor de bouwnijverheid gelanceerd welke gericht was op de preventie van vallen van grote hoogten. Dit is de eerste keer geweest dat de lidstaten een geharmoniseerde aanpak ten opzichte van inspecties hebben gehanteerd. Alle lidstaten waren bereid om hetzelfde tijdschema in acht te nemen en identieke voorlichtingscampagnes te organiseren via de media en de pers om het bewustzijn in de bouwnijverheid te vergroten. Daarbij werden in alle landen dezelfde inspectiemethoden gebruikt en werd aan gemeenschappelijke kwesties aandacht besteed. Uit de eerste resultaten van de inspecties van het CHFA in juni bij 16 200 bouwlocaties bleek het niveau waarop de voorschriften voor veiligheid en gezondheid werden nageleefd, zorgwekkend laag te zijn, waardoor de dringende noodzaak voor actie op dit gebied nog eens onderstreept werd. •
•
Op 1 510 locaties – bijna 10% van alle geïnspecteerde bouwplaatsen – moest het werk stilgelegd worden als gevolg van ernstige inbreuken op de veiligheids- en gezondheidsvoorschriften. In 189 gevallen werden juridische procedures in gang gezet. In verband met individuele inbreuken op de voorschriften werden 12 051 boetes en 32 269 waarschuwingen uitgedeeld.
In 2004 zal het CHFA een follow-up inspectiecampagne uitvoeren.
14
http://ew2004.osha.eu.int OVER HET EUROPEES AGENTSCHAP VOOR VEILIGHEID EN GEZONDHEID OP HET WERK Het Europees Agentschap voor veiligheid en gezondheid op het werk is door de Europese Unie ingesteld om beter te kunnen inspelen op de informatiebehoeften op het gebied van veiligheid en gezondheid op het werk. Het Agentschap is in Bilbao, Spanje, gevestigd en streeft ernaar om de arbeidsomstandigheden van mensen te verbeteren door het bevorderen van de technische, wetenschappelijke en economische informatiestroom tussen alle betrokkenen op arbogebied (op het vlak van welzijn). Het Agentschap heeft een netwerk van nationale focal points (sociale partners) opgezet om informatie in de afzonderlijke landen te coördineren en te verspreiden. Voor meer informatie wordt verwezen naar de website van het Agentschap op http://agency.osha.eu.int.
15
http://ew2004.osha.eu.int Noten: 1
Website van de FIEC: http://www.fiec.org/main.html Construction in Europe - key figures. 2 Eurostat, het Bureau voor de statistiek van de Europese Gemeenschappen, Arbeidskrachtenenquête 2002. 3 Europese Commissie, Mededeling betreffende zwartwerk, COM (98) 219, Luxemburg, Bureau voor Officiële Publicaties der Europese Gemeenschappen, 1998b. 4 Mateman, S. & Rencoy, P.H., Undeclared Labour in Europe –Towards an integrated approach of combating undeclared labour, Amsterdam, 2001. 5 Paoli, Pascal & Merllié, Damien, Europese Stichting ter verbetering van de levens- en arbeidsomstandigheden, Derde Europese enquête naar de arbeidsomstandigheden 2000, Luxemburg, Bureau voor Officiële Publicaties der Europese Gemeenschappen, 2001. 6 Eurostat, het Bureau voor de statistiek van de Europese Gemeenschappen, Accidents at Work in the EU, 1998-1999, ISSN 1024-4352. 7 Eurostat, het Bureau voor de statistiek van de Europese Gemeenschappen “A statistical portrait of health and safety at work in the construction industry” (Magazine nr. 7) van het Europees Agentschap voor de gezondheid en de veiligheid op het werk. 8 ibid., Eurostat, het Bureau voor de statistiek van de Europese Gemeenschappen. 9 Internationale Arbeidsorganisatie, Yearbook of Labour Statistics, 2003, ISBN 92-2014184-1. 10 Paoli, Pascal & Merllié, Damien, Europese Stichting ter verbetering van de levens- en arbeidsomstandigheden, Derde Europese enquête naar de arbeidsomstandigheden 2000, Luxemburg, Bureau voor Officiële Publicaties der Europese Gemeenschappen, 2001. 11 Occupational exposure to carcinogens in the European Union 1990–93, Carex, International information system on occupational exposure to carcinogens, Fins Instituut voor gezondheid op het werk, Helsinki 1998. 12 Health and Safety Executive, Groot-Brittannië, http://www.hse.gov.uk/asbestos/index.htm 13 Occupational Medicine, Vol. 44, nr. 1 17-23 http://occmed.oupjournals.org/cgi/content/abstract/44/1/17 14 Paoli, Pascal & Merllié, Damien, Europese Stichting ter verbetering van de levens- en arbeidsomstandigheden, Derde Europese enquête naar de arbeidsomstandigheden 2000, Luxemburg, Bureau voor Officiële Publicaties der Europese Gemeenschappen, 2001. 15 Paoli, Pascal & Merllié, Damien, Europese Stichting ter verbetering van de levens- en arbeidsomstandigheden, Derde Europese enquête naar de arbeidsomstandigheden 2000, Luxemburg, Bureau voor Officiële Publicaties der Europese Gemeenschappen, 2001. 16 Health and Safety Executive, Great Britain, The costs of accidents at work, HSG96, 1997, ISBN 0 7176 1343 7. 17 Website van de FIEC: http://www.fiec.org/main.html Construction in Europe - key figures. 16