Provinciale Staten
Vastgesteld verslag Commissie Landelijk gebied, Cultuur en Jeugdzorg 11 april 2012 PS2012-327 Aanwezig: VVD PvdA CDA PVV SP D66 GroenLinks ChristenUnie SGP 50PLUS PvdDieren Gr. Wullink
mw. Hulsbergen, dhr. Meerburg, mw. Reesing mw. Bosman, mw. Hedin dhr. Van Boheemen, mw. Rijssenbeek, dhr. Zoet mw. Dooge, dhr. Ter Haar dhr. Van Dijk, mw. Lewe mw. Van Milaan, mw. Van der Schalk dhr. Van Eck, mw. Waardenburg dhr. De Graaf, mw. Van der Kolk dhr. Van Doorn dhr. Surink dhr. Van der Veer dhr. Wullink
Voorzitter Secretaris
dhr. Plug dhr. Peters
Genodigden
dhr. Van Dijk en mw. Traag (gedeputeerden)
Afmeldingen:
1.
Opening en mededelingen • Mw. Reesing (VVD) komt later. • De voorzitter wenst ged. Van Dijk een spoedig herstel van zijn sleutelbeenbreuk. • PvdA (mw. Bosman): zegt in overleg met alle fracties het initiatief te hebben genomen om op 6 juni a.s. van 9.00 tot 13.00 uur een soort hoorzitting voor ‘het veld’ te organiseren over de nieuwe nota cultuurbeleid die dan beschikbaar moet zijn. Hiermee kan inspreken in de commissievergadering de week erna worden ondervangen. De commissie stemt hiermee in. Nadere info volgt z.s.m. Ged. Traag meldt er helaas zelf niet bij te kunnen zijn.
2.
Spreekrecht Door een misverstand is de heer Barends/ONP niet aangekondigd als inspreker over een niet in deze commissie geagendeerd onderwerp. Hij zal nu eerst het woord voeren. Verder hebben zich drie insprekers aangemeld bij agendapunt 7 (zie aldaar). De op de agenda aangekondigde inspreker Stek te Hedel heeft zich i.v.m. ziekte afgemeld. Dhr. Barends: betoogt tegen subsidie voor een permanente donjon in het Valkhofpark te Nijmegen te zijn. Een persbericht van de ONP daarover is bij dit verslag gevoegd. Correspondentie met toenmalige staatssecretaris OCW is eerder deze week al gemaild.
3.
Vaststelling agenda (PS2012-269) en inventarisatie rondvraag Na een toelichting van het verzoek daartoe van de ChristenUnie, wordt besloten de agendapunten 5 en 6 tegelijk te behandelen omdat beide stukken input kunnen leveren voor beleidskader 2013 e.v. De agenda wordt verder behandeld zoals deze in concept was opgesteld. Uit de inventarisatie van de rondvraagpunten blijkt dat het blijft bij de vraag van de VVD die reeds in de maandagmail was opgenomen. Zie verder agendapunt 8.
4.
Vaststelling ontwerpverslag Commissie Landelijk gebied, Cultuur en Jeugdzorg d.d. 14 maart 2012 plus afsprakenlijst (PS2012-244) SP: vraagt de zin die begint op de elfde regel van onderen op blz.6: “In die 1,5 ha kan een huis staan.” te wijzigen in “In die 1,5 ha staat ook een huis.” hetgeen daadwerkelijk is gezegd. De commissie stemt met deze wijziging in en stelt het verslag voor het overige ongewijzigd, vast. Afsprakenlijst: PvdA: Mist in de mededelingen van ged. Traag over de procedure incidentele begrotingssubsidie cultuur en cultuurhistorie (ter voldoening aan afspraak 29), een antwoord op de vraag of verzoeken die niet gehonoreerd worden nu al een duidelijk antwoord hebben ontvangen. Ged. Traag zal het nog even nagaan maar volgens haar heeft iedereen bericht gehad. (afspraak 29 in die zin gewijzigd; secr.). Na enige discussie over afspraak 17 (onderwerp komt straks ter sprake bij agendapunt 7) wordt geconcludeerd dat de afspraken 9, 17 en 30 kunnen worden geschrapt. Ter voldoening aan afspraak 9 was Statennotitie PS2012-251 geproduceerd. De SP stelt voor deze te betrekken bij de behandeling van het stuk dat GS nog zullen voorbrengen over duurzame landbouw.
5. en 6.
Gecombineerde behandeling van Agendaverzoek van ChristenUnie m.b.t. Uitvoeringsprogramma Jeugd 2012; ‘Pak ’t samen op’ (PS2011-700) en Rapport van viertal rekenkamers over (on)verantwoord wachten op jeugdzorg (PS2012-264) ChristenUnie: Zegt de op de tafeltjes aangetroffen intentieverklaring nog niet te hebben gelezen zodat het kan zijn dat zaken worden genoemd die daar al in staan. Uitgangspunten zijn geweest het rapport van de rekenkamers (verder te noemen ’het rapport’) en het uitvoeringsprogramma Jeugd 2012 (verder ‘het programma’). Heeft deze (gecombineerde) bespreking geagendeerd om GS hiermee input te geven voor het nog vast te stellen Beleidskader 2013 e.v. (verder ‘beleidskader’). Ziet daarin graag opgenomen dat bij de overgang van de jeugdzorg naar de gemeenten er geen wachtlijsten in Gelderland zijn. Geen jongeren die langer dan 9 weken wachten op geïndiceerde jeugdzorg. Dat houdt ook in dat het begrip verantwoord wachten is niet aan de orde is. De indicatiestelling heeft niet voor niets plaatsgevonden. De zorg is nodig en psychische schade is niet in te schatten. Wanneer de overgangsdatum is vastgesteld kan voor deze zaken ook een datum worden bepaald. Wil de gedeputeerde toezeggen dat het wordt meegenomen in het beleidskader. Geslaagde experimenten moeten worden gecontinueerd tot de transitiedatum zodat een goede overgang wordt bevorderd. Al langer bestaande knelpunten moet voor de transitie worden opgelost. Soms samen met gemeenten. Uitgangspunt moet zijn de eigen mogelijkheden van jongeren en gezin. Toegankelijkheid Advies- en Meldpunt Kindermishandeling (AMK) blijven garanderen ook na de transitie. Wat ChristenUnie betreft blijft de provincie daarvoor verantwoordelijk en dient geen versplintering over 56 gemeenten plaats te vinden. Inzetten op een sluitende aanpak 18+ jongeren. Ook een knelpunt dat opgelost moet worden voor de overgang. Verbeteren van nazorg na detentie en jeugdzorg. Inzetten op keuzevrijheid van jongeren en ouders v.w.b. zorgaanbieders. SGP: De opmerkingen van de ChristenUnie klinken wel sympathiek maar welke consequenties t.a.v. capaciteit zijn er aan verbonden aan het toevoegen van de genoemde extra voorwaarden. Er wordt een zware claim gelegd om de kinderen die op de wachtlijst staan op een heel korte termijn te kunnen helpen. Heeft zich gestoord aan termen als ‘experimenteren en productieafspraken’ in het programma. Iedereen weet wat er wordt bedoeld maar het roept wel een erg zakelijk beeld op over een kwetsbare doelgroep. Roept
2
op tot een terugkeer naar bijbelse waarden en normen en een centrale plaats voor het gezin. Hetgeen een rol zou kunnen spelen bij het voorkomen van zorgbehoefte en ontwrichting. Vraagt ook om aandacht voor de vraag welke termijn nog verantwoord kan worden gewacht. Aangenomen mag worden dat, als men een indicatie heeft, er toch binnen een bepaalde periode zorg nodig is. Veroordeeld ten slotte woorden als ondeugdelijk en onzorgvuldig in de IPO-reactie op het rapport. Z.i. niet zo met rekenkamer omgaan. Gr. Wullink: Vreemd dat er geen terugkoppeling met de jeugdzorg is t.a.v. de geproduceerde getallen in het rapport zoals zojuist bij de toelichting (voor de vergadering; secr.) van de rekenkamer vernomen. Pleit voor een duidelijke overgang naar de gemeenten. Zodra de overgang heeft plaatsgevonden zijn gemeenten ook geheel verantwoordelijk voor alles. Dat geldt ook voor AMK. Kijkend naar de cijfers komt het spreker onwaarschijnlijk voor dat er in Gelderland meer problemen zouden zijn dan in de grote gemeenten. Mist in het programma de voorbereiding van de overgang naar de gemeenten. Rol van de gemeenten zou al centraler moeten staan. Pleit ervoor dat er op korte termijn duidelijkheid komt over de transitieprocedure. PvdDieren: Sluit grotendeels aan bij de bijdrage van de ChristenUnie. Hoort ook graag de reactie van de gedeputeerde over het niet opsplitsen van het AMK dat inefficiënt is. Merkt voorts op het opvallend te vinden dat de IPO-reactie het zo zeer oneens is met de conclusies in het rapport en met welke reactie Noord-Holland het dan weer niet eens is. Wil in dat geval dan toch het voordeel van de twijfel aan de rekenkamers geven. De provincies hebben de plicht om een duidelijk beleid te maken en daar helder over te rapporteren. GroenLinks: Kan zich ook vinden in standpunten van de ChristenUnie. M.n. ook v.w.b. de dreigende versnippering van het AMK. In 2013 gaat de begeleiding naar de gemeenten. Mist in het programma deze aanloop naar samenhang van begeleiding en evt. IQmaatregel. Een goede communicatie met het veld, ouders en jongeren is ook erg belangrijk. Verandering geeft onrust. Mist een communicatieplan. En er moeten ook de juiste dingen worden gecommuniceerd. Vindt dat ook over het rapport gecommuniceerd moet worden. Terugkoppelen zoals zojuist ook al bepleit. Vindt ten slotte dat PS zouden moeten besluiten de aanbevelingen over te nemen en niet slechts voor kennisgeving aannemen. SP: Algemeen probleem bij programma’s en beleidskaders jeugd is dat er nooit een aparte evaluatie plaatsvindt. Streefcijfers zijn niet gehaald in de voorafgaande periode en ze zullen mogelijk in deze periode ook niet gehaald worden. Er wordt geen gevolg of vervolg aan verbonden. Sluit v.w.b. de wachtlijsten aan bij ChristenUnie. Deelt niet de twijfel die doorklinkt op professionaliteit van mensen in de jeugdzorg. Het politieke besluit om te komen tot de classificaties verantwoord of onverantwoord wachten is oorzaak van e.e.a. De suggestie van de ChristenUnie m.b.t. de wachtlijsten wordt ondersteund. Ten slotte zegt spreekster dat diversiteit onderdeel van het beleidskader is. De doelstelling was dat allochtone klanten net zo tevreden moesten zijn als autochtone. In vorige beleidskaders kwam dat niet in alle scherpte terug. In dit programma staat alleen nog maar dat diversiteit aan de professionaliteit van de instellingen wordt toevertrouwd. De SP vindt dat jammer. Ook is het een probleem dat door de potentiële allochtone klant geen toegang wordt gevonden bij de (lichte) jeugdzorg. Wil daar graag aandacht voor in nieuwe beleidskader. CDA: wil graag dat er tot de transitie onverminderd aandacht blijft voor de wachtlijsten. Het is de vraag of het praktisch mogelijk is zover te gaan als de ChristenUnie voorstelt. Verder gezien dat goed wordt ingezet op de decentralisatie. Goed om samenhang tussen lichtere vormen van ambulante hulp of begeleiding en jeugdzorg te versterken. Ziet wel graag dat projecten provincie- of regiobreed worden uitgerold. Hoopt dat ruim voor transitie meer duidelijkheid komt over de complexe financieringsproblematiek. Dat is ook van belang voor gemeenten. Vindt dat in dit stadium nog niet goed bekeken kan worden wat met AMK moet gebeuren. V.w.b. het rapport: vindt dat oordeel over wat verantwoord is of niet aan de professionals van BJZ is. Dat is ook in lijn met de decentralisatiegedachte. BJZ moet voldoende zicht hebben op wachtlijsten. Geen reden aan te nemen dat het in Gelderland niet goed gaat. Stelt voor rapport voor kennisgeving aan te nemen.
3
VVD: Sluit aan bij ChristenUnie v.w.b. wegwerken van wachtlijsten. Vindt dat overgang naar gemeenten zo geruisloos mogelijk moet gaan. Waarbij zo min mogelijk last voor de kinderen moet zijn. Communicatie is goed maar moet niet zo overvloedig zijn dat onrust aangewakkerd wordt. Gemeenten moeten zo veel mogelijk worden ondersteund bij de overgang. Gaat ervan uit dat GS terug komen bij PS ingeval er problemen bij e.e.a. zouden ontstaan. 50PLUS: Gaat in grote lijnen mee met betoog van ChristenUnie. Het wegwerken van wachtlijsten moet hoge prioriteit krijgen. Is het ten slotte ook eens met suggestie van eerder genoemde fractie m.b.t. AMK. D66: wijst erop dat het programma is geschreven toen veel nog vaag en onduidelijk was. Dat is nog steeds het geval. Op 20 april komt er weer een brief die mogelijk wat aanwijzingen bevat. Hoe zullen GS de komende tijd omgaan met de experimenteerruimte die zou worden uitgerold m.b.t. zorg zonder indicatie. Is er wellicht al ruimte om meer te experimenteren en ook op andere vlakken? Hoe worden Zorgbelang en Spectrum bij e.e.a. betrokken? Hoe willen GS met CJG’s omgaan. Als naar rekenkamerrapoprt van Arnhem over CJG’s wordt gekeken twijfelt spreekster of het wel zo’n goed plan is op CJG’s te leunen. Hoe werkt dat voor Gelderland? V.w.b. indiceren zegt zij dat gemeenten niets opgelegd moet worden in december 2014. V.w.b. AMK merkt spreekster op dat zou moeten worden gekeken hoe de goed functionerende Kindertelefoon is georganiseerd. Is er niet voor om e.e.a. bij de provincie te houden maar dat juist dicht bij de jongeren bij de gemeente te regelen. V.w.b. rapport stelt spreekster voor niet meer te doen dan voor kennisgeving aannemen aangezien het ongenuanceerd bij haar overkomt. PVV: Vraagt n.a.v. vermelding in programma (op blz. 20) dat voor de termijn tussen datum uitspraak Kinderrechter en datum eerste contact gezinsvoogd geldt dat 75% binnen 7 dagen een face to face contact met de gezinsvoogdijwerken heeft gehad, waarom geen 100% wordt nagestreefd. Hoe ziet de provincie toe op een voldoende kwaliteit van de toetsing bij beslissingen tot terugplaatsing naar huis? Nu als geheel nog niet voldoende volgens Inspectie Jeugdzorg (blz. 21 programma). Het overdragen van verantwoordelijkheden naar de gemeente is een goede ontwikkeling. De zorg komt dichterbij. Daar hebben kind en sociale omgeving ook behoefte aan. 75% van de problematiek bij jeugdigen primair veroorzaakt wordt door problematiek bij ouders en opvoeders. Uit het net verschenen rapport van RMO ‘Ontzorgen en normaliseren’ wordt meer inzetten van een gezinscoach aanbevolen. Vraagt hiervoor ook aandacht van GS. Is alle hulp die wordt aangeboden wel altijd nodig? Door minder beschikbare financiën moet ook kritisch worden blijven gekeken. Is ten slotte benieuwd naar reactie van GS op de conclusies van het rapport. PvdA: Kunnen ervaringsdeskundigen niet meer en beter betrokken worden? Alles draait om CJG’s maar helaas blijkt dat niet overal even goed te werken. Kunnen gemeenten niet beter worden ondersteund? Er moet meer van elkaar geleerd worden. Vaak komt zorg te laat. Er moet ook naar gestreefd worden dat al eerder zicht op problemen wordt gekregen. Bijv. door samenwerking tussen scholen, consultatiebureaus, woningbouwcorporaties e.d. Gemeenten daar ook voor ondersteunen. Zegt verder dat uitgangspunt zou moeten zijn: geen wachtlijsten in de jeugdzorg. Wellicht soms van gebaande paden afgaan om te kijken hoe jongeren toch geholpen kunnen worden. Voorkomen dat jongeren boven de 18 in een gat vallen. Ged. Traag: het programma is voor dit jaar 2012. Zaken die vanmiddag over tafel gingen zijn toch vooral inderdaad input voor het beleidskader dat wordt gemaakt. Dat zal ook in belangrijke mate in teken van transitie staan maar tot 2015 is de provincie ook nog steeds ten volle verantwoordelijk. GS zijn volop in gesprek met alle relevante partijen ook over de transitie. Zoals bekend is daar ook een bestuurlijk platform voor opgericht. Jongeren en ouders en opvoeders worden ook nadrukkelijk bij de transitie betrokken. Ook Zorgbelang. GS zullen zoals ook al gemeld de Staten steeds goed op de hoogte houden en dat kan nu via de net ingestelde Commissie Monitoring Transitie Jeugdzorg nog des te beter. Er zal ook zeker aandacht besteed blijven worden aan de knelpunten. Een ervan zijn de
4
wachtlijsten. Soms kan echter verantwoord gewacht worden. De wachtlijsten moeten wel zo klein en beperkt mogelijk worden gehouden en worden gemonitord. Met BJZ zijn daar duidelijke afspraken over. Gelderland zit ook aan de veilige kant v.w.b. de wachtlijsten. Zal in bestuurlijk platform bespreken of wachtlijsten bij overgang helemaal weg zouden kunnen zijn. Ook gemeenten zullen echter weer gevallen krijgen waar verantwoord gewacht kan worden. Stelt verder dat er zeker een communicatiestrategie is omdat alle partijen op de hoogte moeten zijn en blijven. Er is ook een interactieve sharepoint. Er worden ook diverse expertmeetings georganiseerd. Ook over de trajectfinanciering. Maakt ook gebruik van materiaal dat al beschikbaar is van bijv. de VNG. Spreekster is inmiddels in gesprek met Spectrum. Er is zeker aandacht voor het functioneren van de CJG’s. Er is ook een verbinding tussen CJG’s en experimenten. V.w.b. het AMK kan nu nog niet zo veel worden gezegd. Het staat in ieder geval ook bij het IPO op de agenda. Ook nog niet bekend hoe Den Haag hier tegen aan kijkt. De voorzitter concludeert dat het programma ruim voldoende is besproken. Op zijn vraag meldt ged. Traag nog dat GS volmondig het IPO-standpunt met betrekking tot het rapport van de rekenkamers ondersteunen. Vervolgens ontstaat er nog een discussie over of de aanbevelingen van het rapport nu voor kennisgeving zouden moeten worden aangenomen of worden overgenomen zoals enkele fracties bepleiten. De voorzitter besluit die discussie met de mededeling dat hij in ieder geval een initiatiefvoorstel zal inbrengen met het oorspronkelijke advies: voor kennisgeving aannemen. De commissie wil dan echter vooralsnog de mogelijkheid van amendering in de PS-vergadering open houden. 7.
Duurzame veehouderij; ruimtelijke zonering (PS2012-279) Allereerst komen de drie insprekers aan het woord. Hun bijdragen zijn bij dit verslag gevoegd waarnaar kortheidshalve wordt verwezen. Het betreft achtereenvolgens: • Dhr. R. Kock (namens Stichting MOOIJ Land) • Mw. Chr. Gerrits (namens Groep Azewijn) • Dhr. J. Coerman uit Dinxperlo. PvdA: heeft de volgende vragen. Waar is de verwachting op gebaseerd dat een fors aantal bestemmingsplannen nog op kortere termijn rond zal komen? Is er t.a.v. de nog te verplaatsen bedrijven nog iets te doen aan de afstand tot omwonenden omdat daar vaak het pijnpunt zit. Vraagt n.a.v. het geringe aantal verplaatsingen dat kennelijk nog maar op stapel staat, of alle LOG’s die nog in procedure zijn nog nodig zijn. Wie gaat beoordelen of bedrijven duurzaam en goed genoeg bezig zijn om afwijking van de bouwblokgrootte te rechtvaardigen? En wie gaat e.e.a. handhaven? Is het niet toch beter de 1,5 ha altijd aan te houden omdat het publiek toch vooral verzet biedt tegen het fenomeen megastallen. Steunt het beleid om zo min mogelijk nieuwvestiging toe te laten. Voorkeur voor hergebruik van bestaande vestigingen. Pleit ervoor om e.e.a. nog eens terug te laten komen alvorens de structuurvisie straks wordt vastgesteld. Ook al gaat de provincie niet over volksgezondheid zou het onderwerp toch de nodige aandacht in de structuurvisie moeten krijgen. Wellicht daarin regels opnemen over afstanden tot burgerbebouwing en tussen bedrijven onderling. Men wil de boeren niet in de weg zitten maar het moet wel leefbaar blijven. N.a.v. vragen van de PvdDieren wordt geantwoord dat men regels over veehouderij in de ruimtelijke verordening wil opnemen en dat er bij grondgebonden veehouderij sprake is van weidegang. PVV: ondersteunt in grote lijnen het stuk maar heeft nog een aantal vragen (voorafgegaan door het pag. nr. waarop de vraag betrekking heeft). Pag. 3 In hoeverre is certificering wel een provinciale taak? Pag. 3. Kan zich wel vinden in de gedachte dat niet het bouwblok, maar het doel het uitgangspunt zou moeten zijn om tot een norm te komen. Maar hoe gaan GS hier regels aan stellen? Ter illustratie: Zou een bedrijf dat volgens de provinciale regels straks als duurzaam bekend staat dan kunnen uitbreiden naar bijvoorbeeld 500 NGE? Een
5
duurzame megastal. Pag. 4 De uitwerking van het advies van Van Doorn is recent gestart. Wanneer wordt het resultaat hiervan verwacht? Pag. 6 Het doorvertalen van het reconstructiebeleid naar de bestemmingsplannen is op een aantal plaatsen ernstig vertraagd door procedures en bezwaren. Is er een evaluatie van dat proces geweest? Wordt daaromtrent nog actie ondernomen? Pag. 7 Jaarlijks stopt 3 tot 4% van de agrarische bedrijven. Zijn er cijfers beschikbaar m.b.t. de verdeling van deze gestopte bedrijven over de 3 typen zones; extensivering, verweving en LOG’s? Pag. 7 De verwachting is dat na de lopende VIVverplaatsingen slechts sporadisch bedrijven verplaatst zullen worden. Toch zijn er nog een aantal LOG gebieden in de maak. Hoeveel LOG gebieden kunnen er evt. geschrapt worden? Pag. 9. In totaal zullen naar verwachting nog 47 bedrijven verplaatst worden. Is duidelijk naar welke LOG-gebieden deze bedrijven verplaatst zullen worden? Pag. 9 Men is bezorgd over de 8 bedrijven die min of meer tussen wal en schip dreigen te vallen. Welk back-upplan is er voor deze bedrijven als het slechtste scenario werkelijkheid wordt? Wil zekerheid hebben dat deze agrariërs niet de dupe worden van een falende overheid en zelf voor hoge kosten komen te staan. Pag. 10 Rond N2000 gebieden komt een zogenaamd flankerend beleid. Hoe zien GS dit voor zich? P10. Er wordt geclaimd dat VIVverplaatsingen maar ook de doorgroei van bestaande bedrijven leidt tot een duidelijke lagere stikstofdepositie op natuurgebieden en ondersteunt het natuurbeleid. Uit welk rapport komt dit naar voren en willen GS dit met de commissie delen? Waarom blijft de categorie extensiveringsgebieden nog bestaan? Wat, behalve veel rompslomp en problemen, voegt deze categorie nog toe waar Natura 2000 en andere natuurwetgeving toch al het natuurbehoud waarborgen? D66: Ondersteunt het uitgangspunt dat oppervlaktematen niet in de weg mogen staan aan een transitie naar duurzame veehouderij. Een aantal vragen: Hoe willen GS inzetten op het herbenutten van locaties waar ook wordt erkent dat dit eigenlijk niet aantrekkelijk is voor agrariërs? Bovendien geven bestemmingsplannen daar mogelijkheden. Wat is de rol van de provincie daar nog in? In de opmaat naar de structuurvisie ziet men graag meer uitwerking op dit punt. Is voor maatwerk in extensiveringsgebieden. Om hoeveel perspectiefvolle bedrijven gaat het en neemt het aantal toe als het beleid verandert? Terugvallen op de PAS is een wankele basis omdat dat onderdeel uit het decentralisatieakkoord nog helemaal niet is geregeld. Mist een analyse van de verwevingsgebieden. Daarin zouden juist veel nieuwe stallen zijn gekomen of uitgebreid. Die gebieden verdienen meer aandacht dan nu in de notitie het geval is. Memoreert dat in de notitie over de schaalvergroting stond dat de bouwblokmaat in de verwevingsgebieden en in de LOG’ de komende jaren nog voldoende ruimte biedt voor bedrijfsontwikkeling. Sluit ook aan bij de vraag van de PvdA aan GS om de kans te krijgen nog eens over e.e.a. in de commissie te kunnen spreken alvorens de structuurvisie een feit wordt. 50PLUS: Vraagt GS hoe de burger bij e.e.a. betrokken wordt m.n. ook bij de volksgezondheidsaspecten. Wat gebeurt er met bedrijven die niet kunnen worden verplaatst omdat gemeenten achter lopen? Hoe gaan GS daar mee om? Kunnen de provincie ook regels stellen voor de afstand tussen bedrijven? Of hoort dit bij de gemeenten? Wil graag een reactie van de gedeputeerde op hetgeen de insprekers naar voren brachten in tegenstelling tot de bewering in het stuk dat LOG’s niet moeten worden volgebouwd met stallen. VVD: wil dat gewekte verwachtingen over verplaatsingen moeten worden nagekomen. Ook al zijn er wellicht minder middelen voor. We moeten een betrouwbare overheid zijn. Stelt voor voorlopig geen wijzigingen aan te brengen in de structuur van LOG-gebieden en extensiveringsgebieden omdat dat weer nieuwe onduidelijkheden oproept. Er komt immers ook een nieuwe wet aan. Vindt de maximale maat een overbodige maatregel. Want de vraag is of strikte toepassing van een maat verduurzaming van de veehouderij dichterbij brengt. Zegt verder dat het GGD-rapport niet is gestoeld op de nieuwste wetenschappelijke inzichten. Er wordt op dit moment veel onderzoek gedaan naar de aanwezigheid van bacteriën. Stelt dat de 250 metergrens maar willekeurig gekozen is. Overigens is er niet alleen een probleem met intensieve veehouderij. Onlangs war er een uitbraak van een virus
6
onder paarden. Er kunnen ook griepvirussen bij mensen rondwaren. Er kan niet rond elk huis een grote cirkel getrokken worden. N.a.v. inspreker Coerman stelt spreker uit eigen waarneming dat i.c. sprake is van een ongewenste situatie. Hij heeft reeds vragen gesteld aan GS of zij bereid zouden zijn mediation in te zetten. GS hebben bevestigend geantwoord. Welke middelen hebben GS verder nog in die situatie? CDA: ziet een duidelijke lijn in de notitie waar het CDA mee uit de voeten kan. GS willen de uitvoeringsagenda duurzame veehouderij volgen en zullen aan de slag gaan met een nadere uitwerking van het Verbond van Den Bosch. Goed dat GS in het ruimtelijk beleid duurzaamheid centraal willen stellen en af willen van het bouwblokbeleid in de strikte vorm zoals we dat nu kennen. Toch wil het CDA een bovengrens. Een bedrijf moet voldoende groot zijn om twee volwaardige inkomens op te leveren maar ook niet meer dan dat. Voor de grondgebonden veehouderij wil men dat GS in de verdere uitwerking rekening houden met een bovengrens die wellicht vanuit het Kabinet wordt aangegeven. Er is immers een wettelijke voorziening aangekondigd. Ziet voorstellen van GS over begrenzingen tegemoet. Zegt naar aanleiding van een vraag van PvdDieren dat grondgebondenheid niet per definitie weidegang inhoudt. Wil met het college vasthouden aan de realisatie van de LOG’s waarbij wel rekening met worden gehouden met voortschrijdend inzicht. Vindt dat gemeenten zo nodig gemaand moeten worden hun ‘huiswerk’ af te maken. De 30 nieuwvestigingsmogelijkheden bieden een alternatief waarbij naar alle aspecten is gekeken. Er is geen sprake van volplempen. Het gaat om gemiddeld twee nieuwvestigingen per LOG. Voor wat betreft de volksgezondheid is voor het CDA maatgevend wat de Gezondheidsraad dit najaar als normen gaat aangeven. In afwachting van e.e.a. moet de voorbereiding van de LOG’s doorgaan. Zo ook de voorbereiding van vergunningverlening aan ondernemers. ChristenUnie: memoreert de ontwikkelingen die de komende jaren plaatsvinden en die in de notitie worden weergegeven. Insteek op duurzaamheid is een goede zaak. Is ook benieuwd wat de commissie nog voorgeschoteld krijgt in de opmaat naar de structuurvisie. De betere benutting van leegkomende gebouwen spreekt erg aan. En ook het streven naar maatwerk. Is wel kritisch over het gegeven dat het Rijk na 7 jaar weer een punt wil zetten achter het reconstructiebeleid. Wat hebben die 7 jaren Gelderland nu eigenlijk opgeleverd? Vindt ook dat de overheid wat de VIV betreft betrouwbaar moet zijn en de gemaakte afspraken moet nakomen. Komt er nu ook een eind aan de functieverandering? Dat is toch een goede regeling. Vraagt zich af of nadat afspraken zijn nagekomen nog door moet worden gegaan met nieuwvestiging. Wees voorzichtig met opheffen bouwblokmaat. Er moet geen schijnperspectief van alles is mogelijk bij de sector worden gewekt. Wacht ook met belangstelling het rapport van de gezondheidsraad af. SGP: Kan zich vinden in het ontwikkelingsgericht zijn met duurzaamheid als uitgangspunt. Maar hoe e.e.a. concreet te vertalen in juridische regelgeving. De Wet RO is toelatingsplanologie waar ontwikkelingsgericht zijn eigenlijk niet in past. En hoe definieer en verwerk je maatschappelijk draagvlak in regelgeving? Vraagt zich af of met deze notitie is voldaan aan de toezegging van GS een evaluatie van de LOG’s te zullen presenteren. Hoeveel voegen de extensiveringsgebieden nu juridisch nog toe? Wil er met de PVV over nadenken of we er niet vanaf moeten. Dat geldt evenzeer voor de categorie LOG’s. Nu er echter, zijns inziens, geen echte evaluatie heeft plaatsgevonden wordt bijv. de vraag niet beantwoord wat de nieuwvestigingsruimte in de LOG’s nu per saldo betekent voor de zittende agrariërs. Zit e.e.a. niet de ontwikkelingsruimte van de bestaande bedrijven in de weg? En wat betekent het voor de grondprijzen? Wat betekenen de gezondheidsrapportages voor de LOG’s? Kortom het is de vraag of het verstandig is de ontwikkelingsruimte die generiek geboden wordt in de LOG’s, voor de bedrijven die moeten worden verplaatst en voor een aantal nieuwvestigingen wel te handhaven. Daardoor ontstaat een bepaalde druk in het gebied die de maatschappelijke weerstand vergroot maar die ook de zittende agrariërs zorgen baart. Vraagt GS toch met een nadere evaluatie te kommen waarbij maatschappelijke organisaties en LTO worden betrokken. Is er niet van overtuigd dat we met de LOG’s op de goede weg zijn. Het betekent niet dat lopende afspraken en toezeggingen niet
7
nagekomen moeten worden. GS geven aan niet meer te zullen overgaan tot herziening van de reconstructieplannen hetgeen ook terecht is. Overwogen wordt de drie bestaande plannen in te trekken bij de totstandkoming van de structuurvisie. De SGP staat daar achter. Merkt nog op dat alle gemeenten in het Rivierengebied inmiddels in hun bestemmingsplannen buitengebied de maximale maten voor intensieve veehouderij hebben vastgesteld. Ziet daarom niet de toegevoegde waarde van aanvullend provinciaal beleid op dat gebied. We moeten ons bij herbenutting realiseren dat er ook heel veel agrariërs gaan stoppen. Dat betekent dat niet alles herbenut kan worden voor agrarische functies. Daarvoor is in het verleden het VAB-beleid ontwikkeld. Daarin is echter zwaar ingezet op herbenutting door woonfuncties. Nodigt GS uit daar ook zeker in de structuurvisie de nodige aandacht aan te schenken. Tot slot wil de SGP ook e.e.a. nog in deze commissie terugzien alvorens de structuurvisie wordt vastgesteld. Gr.Wullink: spreekt waardering uit voor het stuk. Wellicht een idee het wat breder te verspreiden. Is benieuwd hoe e.e.a. er op langere termijn uit zal zien. Denkt dat visie over zo’n 20 jaar vast zal lopen i.v.m. te hoog oplopende prijzen. De overlast voor de burgers zal ook oplopen. De nu willekeurig vastgestelde cirkels van 250m zullen in de toekomst kleiner worden en daarmee de problematiek groter. Zou het niet beter zijn onze agrariërs te wijzen op de mogelijkheden van vestiging in landen in het Oostblok en hen daar evt. bij te helpen. Memoreert emigratiebewegingen naar bijv. Canada en Australië in het verleden. PvdDieren: Vindt ook dat dit stuk geen afdoende evaluatie van de LOG’s inhoudt. Er is geen recht gedaan aan alle problemen die mensen zoals bijv. de insprekers hebben ondervonden met het LOG. Spreker is voor afschaffing van de LOG’s al is het nog onduidelijk wat ervoor terug gaat komen. Extensiveringsgebieden wel handhaven. Oude reconstructieplannen die ingetrokken moeten worden zullen verwerkt moeten worden in de structuurvisie en de ruimtelijke verordening. Bouwblokbeleid handhaven want het is een van de meest efficiënte en goedkope instrumenten om te voorkomen dat er gigantische complexen met stallen ontstaan. Ook nog nodig voor Rivierenland want nog lang niet overal gelden daar de regels voor verwevingsgebieden. Het is het beste en duidelijkste overal in Gelderland één lijn te trekken. Schaalvergroting mag niet ten koste gaan van weidegang en van de biologische sector. Wijst op aspecten van gezondheid, dierwelzijn en sociale controle van weidegang. Het lijkt erop dat PS steeds stukjes van het onderwerp krijgen aangereikt in kleine notities om zo een grote discussie te vermijden. Wil ervoor waken dat alles straks wel goed is geregeld. Pleit voor een definitie dat grondgebonden veehouderij weidegang met zich meebrengt. En dat e.e.a. ook goed duidelijk wordt gemaakt richting gemeenten. Heeft ook vragen bij begrip duurzaamheid. De mogelijkheid lokale kringlopen te sluiten hoort zijns inziens ook onder het begrip. GroenLinks: Wil ook nog een echte evaluatie van de LOG’s. Deze is ook meerdere keren toegezegd toen er bepaalde discussies plaatsvonden. Het voorliggende stuk is wat dat betreft slechts een weergave van de stand van zaken. Wil weten wat de effectiviteit van de inspanningen is geweest. Wat de maatschappelijke kosten en baten. Hoeveel geld is er in omgegaan. Waarom is er zo’n groot maatschappelijk onbehagen? PS-leden krijgen immers regelmatig veel mails over ongewenste situaties. Pleit daarom ook voor een evaluatie n.a.v. dialoog met de bewoners. Roept op evt. een werkbezoek naar LOG’s te ondernemen en daar ook vooral met betrokkenen te spreken. Zegt verder dat volksgezondheid en ruimtelijke ordening zodanig verweven zijn dat PS een kaderstellende verantwoordelijkheid hebben. Niet blind en doof blijven voor de signalen die nu al bekend zijn. Wil nu, voordat in najaar normen bekend worden, al voorzichtig zijn. Klopt het dat GS willen dat Bronckhorst een bestemmingsplan zodanig vaststelt dat bij een basisschool een intensieve veehouderij kan komen. Als dat zo is zou dat herroepen moeten worden. Er moet nu niet iets worden gedaan waar we achteraf spijt van kunnen krijgen. Wijst voorts op het signaal dat is gekomen uit Vethuizen waar binnen anderhalve kilometer een cumulatie van verschillende diersoorten plaatsvindt in oplopende aantallen. Daarvan is bekend dat het risicoverhogend is. De meest gevaarlijke ziektes, ook voor mensen, ontstaan door een menging van soorten.
8
Dat heeft het RIVM drie jaar geleden al vastgesteld. Duurzaamheid zal geconcretiseerd moeten worden en afrekenbaar moeten zijn. Maak duidelijk wat landschappelijke inpassing is en wat wel en niet grondgebonden is. SP: Houdt in zijn reactie de volgorde aan van pag. 14 van de notitie waarop de beleidsvoornemens worden opgesomd. En zal kortheidshalve alleen nog maar de belangrijkste onderwerpen noemen. Ondersteunt het streven naar verduurzaming. Het gaat echter te ver de bouwblokgrootte op te rekken tot boven de 1,5 ha. GS willen het Natura 2000beheerplan als beleidskader nemen om in specifieke gevallen nog gesubsidieerde bedrijfsverplaatsingen te ondersteunen. Echter elk Natura 2000-gebied heeft toch zijn eigen beheerplan en zijn een aantal van die plannen nog niet vastgesteld. Ook moet elke 6 jaar voor elk gebied een nieuw beheerplan worden gemaakt. Maatwerk voor bedrijven in kwetsbare gebieden is een loffelijk streven maar vereist duidelijke grenzen om geen verwachtingen te wekken die niet waargemaakt kunnen worden. Ziet graag het voorstel voor een integrale visie op de wijziging van het huidige zoneringsbeleid tegemoet. Wat zijn de consequenties voor burgers en bedrijven als wordt besloten tot intrekking van de drie reconstructieplannen? Die burgers en bedrijven er ook graag bij betrekken. Vindt dat de uitnodigingsplanologie waar men naar toe wil veel te veel ruimte laat om e.e.a. op te rekken. Welke criteria denken GS te willen stellen? Hoeveel risico t.a.v. volksgezondheid achten GS aanvaardbaar? Pleit er ook voor aan de veilige kant te blijven in afwachting van de gezondheidsrapportage en herhaalt dat een minimale afstand van 250 m tussen bebouwing en intensieve veeteelt in acht moet worden genomen. Ged. Van Dijk: zegt dat het maar net is wat onder een evaluatie wordt verstaan. Wellicht heeft het woord ook te veel verwachtingen gewekt. Als de notitie goed is gelezen zal men tot de conclusie zijn gekomen dat fors is teruggekeken op hetgeen eerder door PS is neergelegd en dat is geconcludeerd dat niet volledig op dezelfde lijn moet worden doorgegaan. Overigens was het beleid zoals tot nu toe gevoerd unaniem door PS vastgesteld. Een aantal externe ontwikkelingen en trends die staan genoemd waren aanleiding nog eens goed naar e.e.a. te kijken. Belangrijkste conclusie is dat het GS verstandig lijkt meer na te denken over hoe de doelen binnen te halen i.p.v. direct naar de middelen te kijken. Doel is een goede duurzame en maatschappelijk verantwoorde veehouderij te krijgen en goed te verankeren en daarvoor de passende instrumenten te vinden. Vraagt zich af of bouwblokbeleid altijd een efficiënt middel is. Noemt bij die twijfel een voorbeeld van een boer die groter wil bouwen om in kader van dierwelzijn meet ruimte aan zijn dieren te geven. Bij strikte hantering van de bouwblokgrootte zou dat dan niet kunnen. Dus afwijking daarvoor of in kader van duurzaamheid moet mogelijk zijn. Er zal e.e.a. nog moeten worden uitgewerkt. Ook over varianten voor handhaving van e.e.a. moet nog worden nagedacht. GS zullen dan i.h.k.v. de totstandkoming van de structuurvisie eerst nog met e.e.a. terugkomen bij deze commissie. GS willen het rapport van de Gezondheidsraad afwachten en de consequenties meenemen in ons ruimtelijk beleid. Het GGDrapport dat nu al vaak wordt aangehaald is volgens specialisten niet wetenschappelijk onderbouwd. De vraag of extensiveringsgebieden al dan niet overeind moeten blijven zal ook in de structuurvisie een plek moeten krijgen. Wijst ook op samenhang met o.a. stikstofen mestbeleid en Wav. Een aantal gemeenten heeft het vertalen van reconstructiebeleid in bestemmingsplannen wat op z’n beloop gelaten en hebben laten weten er nu gezien de maatschappelijke weerstand tegen e.e.a. ook niet mee door te willen gaan. Het provinciaal bestuur zit dan af en toe in een dilemma. V.w.b. de gemeente Bronckhorst was er een ondernemer die al heel lang geleden bepaalde toezeggingen had gekregen. Daarvoor diende aldus GS een goede oplossing te worden gevonden. Noemt ook nog een voorbeeld van een verplaatsing van Epe naar Beemte-Vaasen. Een betrouwbare overheid dient er, aldus spreker, voor te zorgen dat ook daar het bedrijf ondanks problemen door kan gaan. V.w.b. het bevorderen van herbenutten van bestaande stallen en het VAB-beleid zegt hij dat ook dat terug zal komen in de structuurvisie. Ook daar is GS nog niet uit omdat dat lastige
9
materie is om te regelen. Ook rekening moet worden gehouden met feit dat bedrijven zich in een LOG hebben gevestigd met vooruitzicht uit te kunnen breiden. Heeft geproefd dat de commissie de voorliggende notitie een goede basis vindt voor verdere uitwerking van ruimtelijk zoneringsbeleid. Heeft ook begrepen dat e.e.a. nog een slag concreter zou moeten en dat de commissie daar dan nog een keer over van gedachten wil wisselen met GS. Dat zou dan een belangrijke input kunnen zijn voor de structuurvisie. Zegt toe de overgebleven technische vragen die zijn gesteld nog te zullen beantwoorden. Korte tweede termijn voor enkele fracties. PVV: wil nog graag antwoord op vraag of GS certificering als provinciale taak zien. GroenLinks: Vraagt m.b.t. aangehaalde zaak in gemeente Bronckhorst over welk bedrijf het nu ging en of dat het bedrijf is dat in de buurt van de school wordt gevestigd. Ged. Van Dijk: De vraag is zelfs of certificering überhaupt een overheidstaak is. Meestal zorgt de markt er zelf voor. V.w.b. het bedrijf in Bronckhorst zegt de gedeputeerde dat hij daar ook nog schriftelijk op zal terugkomen. 8.
Rondvraag VVD: Stelt Gelderland ergens complementaire doelen voor de Natura 2000-gebieden? Ged. Van Dijk: zegt dat dit niet het geval is en zegt dat GS binnenkort een notitie over deze materie zullen voorbrengen waar hij dan graag eens met de commissie over van gedachten zou wil wisselen.
9.
Sluiting Niets meer aan de orde zijnde sluit de voorzitter de vergadering om 16.55 uur.
Arnhem, 19 april 2012 - zaaknr. 2012-000411
Aldus vastgesteld in de vergadering van 16 mei 2012
voorzitter
secretaris
10
Afsprakenlijst Commissie Landelijk gebied, Cultuur en Jeugdzorg Na de vergadering van 11 april 2012 (Ap x = agendapunt nr. x - Rv = n.a.v. Rondvraag)
Nr
Datum afspraak
Afspraak
14
12 okt. 2011 Ap. 6
20
30 nov. 2011 Ap. 8 14 mrt. 2012 Ap. 1 11 apr. 2012 Ap. 4 11 apr. 2012 Ap. 7
Tussenrapportage piloot grootschalige landbouw in een kleinschalig landschap ter kennisneming aan LCJ Nieuwe voorstellen over landschapsbeleid
29
31
32
11 apr. 2012 Rv.
Zijn alle aanvragers i.h.k.v. Investeringsprogramma cultuur- en cultuurhistorie 2012 (m.n. ook afgewezenen) inmiddels bericht? Beantwoording overgebleven technische vragen en vraag over gem. Bronckhorst gesteld bij bespreking notitie Duurzame veehouderij; ruimelijke zonering (PS2012-279) Notitie over complementaire doelen in Natura 2000 (voor overleg in LCJ)
11
Uitvoering door GS
Datum uitvoering Medio 2013
GS
Bij VJN 2012
Ged. Traag
Z.s.m.
GS/ambt. dienst
Z.s.m.
GS
Wsch. Voor LCJ 16 mei
Lijst Ramon Barendsj Onafhankelijke Nijmeegse Partij Fradiebureau Zwanenveld 65-03 6538 RV NIJMEGEN http://www.lijst.ramonbarends.nl http://www.onp.weblog.nl e-mail:
[email protected]
ONP
KvK-nummer: 09181463
Persbericht Arnhem, 11 april 2012
ONP: "GEEN PROVINCIAAL GELD NAAR NEP-DONJON" De Onafhankelijke Nijmeegse Partij is een politieke partij met principes. De ONP was in 2004 tegen de tijdelijke Donjon, en in 2005, in 2006, in 2010, in 2011 en nu dus ook tegen een permanente Donjon. De donjon is/was een onderdeel van de Valkhofburcht die in het Nijmeegse Valkhofpark stond. Ramon Barends: "Argumentatie in 2004 zat hem in de vrees dat de hele donjon-circusvoorstelling weer zou beginnen. Het College van B&W wist te verzekeren dat er alleen een tijdelijk bouwwerk zou komen. We zien de voorstellen van nu en denken nu hetzelfde als toen 'ja, ja ... ' en we zien nu ook wie er gelijk krijgt. Er kwam in 2006 een referendum over de herbouw en toen heb ik de correspondentie van de heer A. Nuis, staatssecretaris OCW, al aangehaald. Wij hebben die deze week nogmaals aan de provincie toegezonden. In die correspondentie staat klip en klaar dat OCW tegen verstoringen in het Valkhofpark is, vanwege de archeologische en cultuur-historische waarden van het park." De ONP'ers vestigen nu hun hoop op het gezonde verstand van de leden van Provinciale Staten en de Commissaris der Koningin, de heer C. Cornielje. Het Gelderse College van GS wil middels Provinciale subsidie (GSO-contract) gelden voor de donjon geven. Dat het Nijmeegse College van B& W die invulling van GSO-gelden wenst blijkt uit een ingediend raadsvoorstel. Sowieso al een rare figuur want in het gehouden referendum stond als eis dat het de overheid geen geld ging kosten. De ONP heeft Provinciale Staten dan ook vandaag over het bovenstaande geïnformeerd, en zal de Commissaris der Koningin verzoeken om een eventueel Raadsbesluit en Staten besluit ter vernietiging voor te dragen bij de Kroon. Meer informatie: Romon Borends,
[email protected] Volg ons via twiHer: @lijsfbarends De ONP is aangesloten bij de Federatieve Onafhankelijke Partijen Gelderland
ALTIJD
NIJMEGEN
Le)
Mijn naam is Ries Koek, ik ben voorzitter van de Stichting M OOIJ Land en beoogd voorzitter van de Stichting Leefbaar Buitengebied Gelderland. In de eerste hoedanigheid hebben ik een Burgerinitiatief verdedigd met het als titel "Bio-industrie naar bio-industrieterrein" . De Stichting Leefbaar Buitengebied Gelderland verenigt op dit moment 12 groeperingen en Stichtingen die in hu n eigen omgeving soms kort maar meestal al jaren zich verzetten tegen de kwal ijke gevolgen va n de intensieve veehouderij in hun omgeving. De Stichting vertegenwoordigt dus bewoners. De draai naar duurzaamheid die naar aanleiding van het rapport van van Doorn w ordt gema akt vinden wij prima. De laatste keer dat ik hier heb ingesproken heb ik het rapport genoemd. En dat het nu prominent in de notitie staat is een behoorlijke draai. Jammer dat essentiële delen in uw notitie zijn weggelaten. De Groep Azewijn en de Groep Dinxperlo hebt u gehoord. In het rapport worden hu n problematiek niet benoemd. Maar laat ik, vanwege de toebedeelde tijd, slechts de ervaringen van drie andere groepen noemen waarvan u wellicht geen weet hebt. Zover ik u heb kunnen volgen bent u op bezoek geweest bij intensieve veehouderijen . Zorgvuldig voor u geselecteerd. U bent niet met zijn allen bij één van de 12 groeperingen op bezoek geweest. Waaro m niet? De Groep Westendorp verzet zich al een aantal jaren tegen de uitbreiding van een kuikenmesterij
aan de Halseweg. Het bedrijf is eigendom van een grote broederij Schotm an uit Lichtenvoorde. Tot bij de raad van State aan toe heeft men zich verzet. Zonder resultaat. Er is een grote schuur bijgebouwd en de stof van de nieuwe schuur (er zijn ook nog vier oude schuren) ligt centimeters dik op de naastgelegen sloot.
Dit hok was op het moment van de foto's vier weken in gebruik. Eén familie woont op 165 en een ander zelfs op 120 meter afstand. Ze hebben longklachten en ondervinden dagelijks stress door dit bedrijf. Lawaai in de nacht door het laden van kuikens bijvoorbeeld . De GGD Nederland concludeert in haar rapport "Informatieblad Intensieve Veehouderij en Gezondheid Update 2011" dat ik citeer: "Op basis van de op dit moment bekende publicaties en onderzoeken adviseert GGD Nederland dat binnen een straal van 250 meter het voorzorgsprincipe leidend zou moeten. Dit betekent bij nieuwbouw en planontwikkeling geen intensieve veehouderij in een straal van 250 meter van gevoelige bestemmingen bouwen en geen gevoelige bestemmingen binnen 250 meter van intensieve veehouderijen bouwen. Er zijn binnen deze afstand hogere concentraties fijn stof, endotoxinen en
1
veespecifieke MRSA-bacterie gemeten met mogelijk negatieve gezondheidseffecten. Verder komt in de buurt van met name pluimvee- en va rkens bed rijven mee r longontsteking voor." In de notitie van de Provincie Gelderlan d w ordt dit rapport niet eens genoemd, waa rdoo r de waarheid tekort wo rdt gedaan. De families bij de Hal seweg zagen het als een bevestiging van hun problemen en zien zich voor de zoveelste keer in de steek gelate n door de overheid. In dit geval de Provincie. In de notitie "Duurzame vee houderij: ruimtelijke zo ne ring" stelt de Provincie dat uitbreidingen van bestaande bedrijven minder weerstan d oproepe n dan nieuw e bedrijven. Ook dit verdie nt een betere analyse . Laat ik u daarvoor meenemen naar de ervaringen va n de Groep Hengelo in de buurt van een varkenshouderij aan de Baaksevoetpad 7 bij Henge lo Gelderland. Het bedrijf heeft in 2008 een uitbreiding gerealiseerd met een paar duize nd varke ns t ot 7000 varke ns en t oen bij de aanvraag van de vergunning opgenomen dat een aantal schuren lucht w assers zouden krijgen. Die zijn niet geplaatst. Daar kwam de buurt achter toen in 2011 opnieuw een uitbreiding w ordt aangevraagd. Naar 8500 duize nd. En jawel opnieuw worden de de luchtwassers aangevraagd. LTO Vast goed is de adviseur van dit bedrijf. 5 jaar lang is de buurt blootgest eld aan extra stank en stof. M aar dat is nog niet het ergste. Nu blijkt, althans dat claimt de Gemeente Bronckhorst, dat voor bepaalde w on ingen niet de grens van 14 odeur moet wo rden aangeho uden maa r dat ook 21 en 26 odeur moet worden toegestaan.
In de volgende tabel is weergegeven hoe artikel 3 vierde lid wordt toegepast op de geurgevoelige objecten waar sprake is van overschrijding van de grenswaarde: l abel 8: Geurgevoelig
object
Banninkstraat 50 Benninkstraat 52 ~seweg 29
Geurbelasting vergunde situatie
17.1 34,8 25,5
Geurbelasting vergunde situatie met reducerende maatregel 13.5 25.1 20,0
Afname geurbelasting
Toegestane geurbelasting aanvraag (50% opvullen)
36 97
15,3 300 22.8
5,5
Geurbelasting aanvraag
13.9 259 20.9
Uit de tabel blijkt dat met het toepassen van de geurbelastingreducerende maatregel op het object Banninkstraat 50 voldaan wordt aan de grenswaarde. Op de twee andere locaties wordt. met toepassing van artikel 3 vierde lid, op dit onderdeel voldaan aan de Wet geurtVnderen veehoude~ .
De buurt is nu met 20 gezinnen in het verweer en heeft de zaak aangekaart bij de Raad van State . Een verzoek om mediation bij de Gemeente Bronckhorst en de onderne mer w erd afgew ezen. Is dit nu het "maatwerk" waar buren op kunnen reke nen? In de notitie krijgen de manco's van de geurwet geen plek. In de notit ie lijkt het of men gee n idee heeft waar de wee rs t and vandaan komt. Boere n en buren w orden door deze wet, de geurwet, in een fuik gejaagd waar men niet meer uitkomt . En de Provi ncie? Die zegt hier niet s over. Heeft dat een bedoeling? Zo ja, welke?
2
We hebben de afstand van 250 meter van de GGD gelegd op het LOG Halle Heide. U weet wel één van de gebieden die met zorg zijn uitgekozen om intensieve veehouderij voorrang te geven . M aar dat er al mensen wonen was men vergeten. Voor alle duidelijkheid die mensen wonen er al jaren, soms generaties en waren vroeger kleine boerderijen die zijn gestopt. Ik woon bijvoorbeeld zelf in het huis dat we hebben overgenomen van mijn schoonoude rs. Onze garage was vroeger een varkensschuur met 80 varkens. Hadden wij daar niet moeten gaan wonen? Hadden wij het af moeten breken? In de volgende kaart hebben wij cirkels van 250 meter getrokken om alle burgerwoningen?
Ziet u nog een plek waar wat bij kan komen? Of zegt u, maar bestaande bedrijven mogen tot w el uitbreiden? Weet u wat het verschil is tussen een bestaand bedrijf van 3000 varkens dat uitbreidt naar 6000 varkens een nieuw bedrijf dat uitbreidt van 6000 varkens? Bij een bestaand bedrijf mag het tot 30 odeur stinken en bij een nieuw bedrijf maar 14. Beiden is verschrikkel ijk. Maar het laatste is nog erger. Hebt u dat in de notitie terug kunnen vinden? Vindt u nog steeds dat u adequaat wo rdt geïnformeerd? Wat is toch de bedoeling hierva n?
3
Ook de
van
hnànrn
Gemeenten
ter beoordeling bij de Raad van State. mei 2012 aan de orde. Hebt
Usselstreek en Montferland
is in
en komt op
idee waarom dat
dit moment zijn in het LOG Azewijn ergeenaanv~genvooreen
intensieve
te
De
weten is meer dan €
LOG
10.000.000. (10 % van de
of binnen een
is echt aan de voorzichtige
zitten als het aan
wonen nog
de buurt
jaren in p'phipd de
het
zijn.
In de notitie wordt
woord
voor
in de omgeving van intensieve \lot:lh""
Zit hier een
bedoeling achter? Zo ja, welke? En kijken? En
serieus naar
we niet
de
Provincie. Of nog erger dat de bewoners
nergens
kunnen verhalen, Dat zou wel enorm schaamteloos
een
waarde
Hoe de leefbaarheid in
schade door ontstaat en hoe de schade tot 0 kan Tot slot haal ik ook Hans Huijbers van ZLTO
u weet wel
van de commissie
Contact:
Doorn, op een
"Ik zou geen euro investeren in een " En van Doorn op huidige model is tegen haar
en
moeten naar een product waar geen discussie
Dat is
op
is
hem geen optie voor
Nederlandse varkenshouderij. Landen als Brazilië en
ook China winnen het op dat terrein, Moet er geen analyse komen welke intensieve
bulk produceren en dus
in
geen toekomst hebben? Moeten we niet voorkomen dat er nog meer
die bedrijven bijkomen? In
plaats van te roepen dat ze in ieder geval
niet juist de vijand van
duurzaam? Moet er geen analyse komen van wat van Keuper uit Megchelen tafel om deze notitie te
... Waarom gaan erin
Wie doet er mee?
4
1/- '-1- ';-2... Bedankt voorzitter voor deze inspreek mogelijkheid
Ik ben Christien Gerrits -Ketelaar, getrouwd, en we hebben een zoon van 21 jaar. Ik woon in het buitengebied van Azewijn. Op hetzelfde adres waar ik geboren ben. Mijn vader had een gemengd bedrijf waarvoor ook de kinderen ingeschakeld werden om er op te helpen. Ik weet wat het is om op een boerderij te wonen en te werken en wat dat met zich mee brengt. In 1980 hebben wij het ouderlijk huis gekocht en zo verbouwd dat we er met mijn ouders konden wonen en wij voor hen konden zorgen. Op 250 meter afstand was er toentertijd een varkensbedrijfje van zo'n 100 varkens. Deze boer ging failliet en het bedrijf werd overgenomen door een veevoederbedrijf. De zoon van een van de eigenaren van dit veevoederbedrijf heeft het varkensbedrijf overgenomen en uitgebreid van 100 naar 200 en via 1000, 3000 naar 6000 varkens. Dat laatste in 2008. Het stonk al bij 200 varkens en nog erger bij de 1000 varkens. Als buurt probeer je met de ondernemer in gesprek te gaan hierover. Deze bagatelliseerde al onze argumenten over de stankoverlast. Bij de aanvraag van uitbreiding naar 1000 varkens kwam de ondernemer in de directe buurt nog langs om zijn plannen kenbaar te maken. Dit gebeurde in 2007 bij uitbreiding naar de 6000 varkens niet meer. Wij vernamen dat zijn vergunning was verstrekt in een klein stukje in het gemeente nieuws tussen alle reclame door. Naast de oude stal met 3000 varkens werd een nieuwe stal met luchtwassers voor 3000 varkens gezet. Door interne saldering hoefde er niets te veranderen aan de oude stallen. Daar zitten dus geen luchtwassers op. En deze stal stinkt nog even hard als ervoor. Deze ondernemer zat in het verwevingsgebied dit is inmiddels een zogenaamde Landbouwontwikkelingsgebied geworden. Wat zijn de gevolgen?
• Nog meer stankoverlast op de meest vreemde en onvoorspelbare uren van dag en nacht. • Niet buiten kunnen zitten vanwege deze stankoverlast. • Niet binnenshuis kunnen zijn omdat de geur binnen blijft hangen, niet kunnen ventileren, niet kunnen slapen. • Geen was buiten kunnen drogen. (Ik gebruik geen droger) • Misselijkheid, stress en benauwdheid. • Kortom ons leefgenot wordt door deze ondernemer in veel opzichten geschaad en beperkt. U kunt zich voorstellen dat de relatie met de ondernemer inmiddels is verbroken. En dan hebben we het alleen over de stank waar je gestrest van raakt . Wat zit er in de lucht en wat ademen wij in? Fijnstof, ammoniak en zoönosen. Wij hebben zorg om ziekten die we niet kennen. Onze buurman die nog 50 meter dichter bij deze varkenshouderij woont heeft een M.R.sA bacterie opgelopen 1,5 jaar geleden . Dat bleek bij een ziekenhuisopname. Hij werd onmiddellijk uit het ziekenhuis gezet en moest thuis verder verzorgd worden. Buren van ons die benauwd worden tijdens de stankoverlast . Wij schrikken daarvan en maken ons zorgen om de gezondheid risico's die
1
wij lopen. Met de regelmatig van de klok komen er nieuwe ziekten bij die te maken hebben met intensieve
voor de eigen omgeving, voelen dit als een natuuromgeving en willen dit
Onze buurt wil zorg
behouden. Maar wat als wij niet meer kunnen genieten van deze natuur. Daarnaast maken
WIJ
ons
zorgen om de behandeling van de dieren in deze stallen. Ze zien geen daglicht, zitten dicht op elkaar en kunnen niet zoals wij nog kennen van onze boerderij natuurlijk gedrag vertonen. Wij zijn tegen deze vorm van intensieve veehouderij. wordt door deze ondernemer in veel opzichten geschaad en beperkt. U kunt
Kortom ons
zich voorstellen dat de relatie met de ondernemer en zijn gezin is verbroken. Hij zegt: "Ik heb schijt aan de buurt". Helaas moet ik zeggen. Het was en is niet onze insteek om zo met elkaar om te gaan. Maar wat als er in
aangewezen LOG nog meer van dit soort ondernemers gaan komen? Dit is een
bedreiging voor ons als buurt en zelfs voor het hele dorp Azewijn. Wat hebben we gedaan vanaf 2008 tot nu?
We hebben een groep gevormd met de omwonenden die ook
hebben.
Als groep de boer aangesproken. Dat heeft niets opgeleverd, er is geen afname van stank. Meldingen gedaan bij Millieuklachten.nl. Geen enkele reactie van Gemeente Montferland hier op. Pas na rechtstreeks contact met Handhaving Gemeente Montferland
ze ter plekke te komen
controleren Meerdere malen daarna
ze bij ons langs
oO\Alooe
en beaamde
ambtenaar dat
stonk. Niet
de Gemeente een rapport. Daarin stond te lezen dat de ondernemer aan de eisen
voldeed en de
daarom niets kan doen. Op ons verzoek tot mediaton hebben de
en de ondernemer niet Bezwaar WOZ waarde ingediend naar aanleiding van varkensstal, geitenstal, windmolens etc. De WOZ waarde van ons huis is enorm gedaald: 491.000- mei 2010 gegaan naar 441.000 441.000- juni 2010
naar 392.000
393.000 juni 2011
naar 378.000
Totaal waardedaling meer dan 30% met als oorzaak LOG en varkensbedrijf op 250 meter afstand. Dat is 20% meer
dan elders in de Gemeente Montferland.
12 april, morgen dus, hebben we een gesprek over de WOZ waarde van 2012. Door het verschijnen van het rapport van GGD waarin staat dat binnen een straal van 250 meter van een megastal geen woning mag voorkomen, is ons huis nog minder waard geworden. Wij bepleiten een waarde van € 255.000.
2
Zelfs als wij weg zouden willen kan dat niet omdat ons huis niet te verkopen is. Een buurman heeft zijn huis al drie
te koop staan en het lukt hem niet dit huis te verkopen.
De Politiek, enkele uitzonderingen daargelaten, heeft geen
voor onze problemen. Not
in my backyard werd ons verweten. Wij weten inmiddels beter Not in anybodies backyard. Dit kun je mensen niet aandoen. Azewijn en
Wij en nog 12 buren hebben ons verenigd in de
iedereen te
overtuigen, dus ook U, dat het zo niet langer kan en mag voortduren. De gevolgen van de plannen die staan in Duurzame veehouderij: ruimtelijke zonering voorkomen niet de schade voor de buren zoals wij die nu al hebben. Wanneer deze plannen doorgang vinden kan het voor ons nog erger worden. Nog meer stallen in onze buurt. Volgens deze plannen mag het. Wij de buren van
intensieve veehouderijen komen er niet in voor. De consequenties voor de buurt
wordt niet besproken. Van schadevergoeding, zodat we weg kunnen, wordt niet gesproken. We moeten dat zelf maar zien te regelen. De Groep Azewijn heeft zich aangesloten bij Stichting Leefbaar Buitengebied Gelderland. Deze Stichting ondersteunt ons en wij ondersteunen de Stichting. Over enkele jaren zijn wij met pensioen en willen op deze plek zorg kunnen blijven dragen voor een leef omgeving niet alleen voor onszelf maar voor een ieder in het buitengebied van Azewijn. Maar dan wel in een leefbaar Buitengebied. Ik dank U voorzitter
3
jjn
pad
e a fs !önd me te
tussen t'," ee p
Kaart!eng te: =ngte c'ar! gl"o dopper vlak :
Koers:
I
ten op .e grond
_39,99 I>leter
239,99
3- S,·n graden
Opslaan
l-
/'
11 april 2012
c~
t.-v\. ~ V\.
LLj
/I-C;- 'fl
Betreft: Inspreken over het onderwerp Duurzame veehouderij en ruimtelijke zonering. Geachte voorzitter, Mijn naam is Joop Coerman en ik ~ woon in Dinxperlo in de Gemeente Aalten.
Bij het doorlezen van het nu te behandelen onderwerp Duurzame veehouderij en ruimtelijke
zonering vielen mij enkele punten op n.l. reconstructieplannen / de stand van zaken /
duurzaamheid en de volksgezondheid!
De gemeente Aalten mag dan wel aan de grens met Duitsland liggen, waar het prikkeldraad
van de laatste wereldoorlog aan de Heelweg in Dinxperlo is verdwenen, maar een (koude)
oorlog is er nu, een kilometer landinwaarts weer helemaal terug!
Er staan daar, door de gemeentelijke politiek van Aalten, burgers, een ondernemer en ook het
gemeentebestuur, weer met de rug tegen de muur, en de trekker van het denkbeeldige geweer
wordt vastgehouden door: de varkens!
Want de varkens zijn in de gemeente Aalten en ook in de rest van Nederland na de invoering
op 1 januari 2007 van de Wet geurhinder veehouderij, belangrijker geworden dan haar
inwoners.
Reconstructieplan: Bijna 4 jaar geleden vroeg een ondernemer een vergunning aan voor weer een uitbreiding van zijn varkensbedrijf, nu met de lengte van een voetbalveld, gezien het feit dat de omgeving veel last had van de reeds in 2007 gedane uitbreiding, kwamen de bewoners van de omgeving hiertegen in het verweer. Er staan in een cirkel van 500 meter rondom het bedrijf zo'n twee honderd woningen, en binnen een kilometer half Dinxperlo. Gelukkig, en dat waarderen wij zeer, hebben enkele Statenleden, dhr. Meerburg en dhr. van Boheemen zich hiervan ter plaatse op de hoogte gesteld, en zich ook verwonderd dat op deze plaats direct aan de rand het dorp Dinxperlo een vergunning mogelijk was. Zij gaven aan, net zoals het Ministerie van Infrastructuur en Milieu, dat wij toch bij de gemeentelijke politiek moesten zijn, want die zijn o.a verantwoordelijk voor de publieke gezondheid. Juist een situatie zoals die in Dinxperlo zou door het Reconstructieplan van 2005 moeten worden voorkomen, dergelijke bedrijven die het leef en woongenot verminderen en de volksgezondheid in gevaar brengen moesten volgens dat plan worden verplaatst naar een plek in het LOG. Logisch dat de mensen van het platteland, die best om kunnen gaan met geur en lawaai, en ervaring hebben met de hinder van dergelijke uitbreidingen, daartegen in het verzet kwamen. De mensen van het platteland gunnen elke boer zijn bestaan en weten ook dat die om mee te kunnen, aan schaalvergroting moet doen, ook de laatste stand van techniek voor die nieuwe stallen moet toepassen, want een nieuwe stal is vaak beter dan die oude stallen. Jammer is dan wel dat de oude stal naast de nieuwe kan blijven bestaan en de stallucht daarvan ongezuiverd de omgeving wordt ingeblazen, waardoor de hinder en het gevaar voor de omgeving altijd groter wordt, het gaat ten koste van leef- woongenot en gezondheid. In een folder van de Raad van State staat geschreven: Wetten en regels zijn er om problemen op te lossen ofte voorkomen! Helaas zijn in heel Nederland met invoering van de Wgv (de geurwet) de problemen sinds 1 januari 2007 alleen maar vergroot, een aanpassing van die Wet en regels is binnenkort vanuit Den Haag te verwachten. Of deze dan genoeg zijn, is afwachten.
Stand van
Lal\.C'U.
wij dan nu naar de stand van in Dinxperlo dan is er een koude oorlog ontstaan tussen alle partijen, dus oplossing van problemen. van met de dood bedreigd, koffie is niet meer mogelijk, ambtenaren drinken en burenhulp zoals dat normaal zou moeten van gemeente valse voorlichting aan kopers van grond in de omgeving van de stallen door te dat je er last van hebt en niet van de nieuwe stal, terwijl de berekende cijfers en anders zijn dus niet met de werkelijkheid op de computer waannee nu de mogelijkheid van een vergunningverlening wordt neus en uitslag van waarde infonnatie over de onaangenaamheid van een !!eur. bn ze!!t ook mets over gevaar voor de volksgezondheid. in de omgeving van stallen worden met een vergunningverlening vogelvrij verklaard, klachten of overtredingen kunnen op de plaats van een melding door geen enkele ambtenaar worden hij kan maar ze!!!!en: die boer een mogelijkheden om de historische fout die juridisch te voorkomen zijn de gemeentelijk beleid!
van aan: dat is een
Duurzaamheid: In de van Aalten zit een varkenshouder die 14.000 varkens heeft. In een gesprek met gaf hij aan dat bij de kom niet kon, maar bij de van voor nieuwe stal stemde hij in het van zijn maar voor. Terwijl gemeenteraad een paar maanden eerder het bestemmingsplan op die plek wilde aanpassen voor woningbouw omdat dat toch een betere keuze was. Hoe waait de wind? is zeker mogelijkheden die bewoners in omgeving van stallen in Nederland binnenkort kunnen gaan duurzame plek voor stallen zo dieht in de buurt van woningen. twee Nederlandse 9065, NT A 9055, de NVN2818, zal Europese en en natuurlijk ook het GGD rapport, om door alfaetometrie en veldmetingen het in de omgeving aan te worden tonen, en de plek zoals in Dinxperlo zeker niet duurzaam zijn. Volksgezondheid: De van heeft op punt van volksgezondheid door hun uitspraken dat dit een beleid is van en wethouders van de Aalten, volgens artikel 16 van de Wet publieke gezondheid verantwoordelijk voor de volksgezondheid. Er staat artikel: voordat er besluiten worden genomen die kunnen voor de publieke gezondheidszorg, het college van en wethouders advies aan de gezondheidsdienst!
Het NIET raadplegen van de GGD zoals in het collegevoorstel van 14 december 2010 ook wordt bevestigd zien de inwoners van Dinxperlo al een ernstige tekortkoming van het gemeentebestuur van Aalten, en het onnodig in gevaar brengen van de burgers in de omgeving van de stallen. Wij moeten hier wel aangeven dat het update rapport van de GGD van oktober vorig jaar is, maar in de vele zienswijzen en berichten van de VNG is reeds veel eerder op de gevaren gewezen. Denk ook maar aan de Q-koorts. Toen wij onlangs in de media lazen dat Provinciale Staten van Gelderland de gemeente Bronckhorst hadden geadviseerd om rekening te houden met het aankomende rapport van de Gezondheidsraad, gingen bij ons weer lampjes branden. Bij deze vraag ik dringend aan allen die een mogelijkheid hebben om te voorkomen, dat de fout in Dinxperlo die daar door de gemeente Aalten gemaakt dreigt te worden, daarvan gebruik te maken. Mijn verzoek is, in het belang van de burgers in de omgeving van de omstreden stallen, vanuit de Provincie via de tegenwoordige elektronische duif, b.v. een e-mailberichtofeensmsje.in het gemeentehuis van Aalten de lampjes te laten branden bij het gezonde verstand. Zodat men later niet kan zeggen: dat hebben wij niet geweten! Dank voor uw aandacht. Namens een groot deel van de inwoners van Dinxperlo, Joop Coerman Kalverweidendijk 13 7091 HP Dinxperlo Elektrotechnisch Installateur en technisch adviseur Erkend lid van de Nederlandse Orde van uitvinders en was 32 jaar lid als hoofdbrandwacht van Brandweer Wisch/Oude IJsselstreek