VAN TRANSITIE NAAR TRANSFORMATIE JAARVERSLAG 2013
INHOUD Voorwoord 4 1
Transitie en transformatie
2
Versterken van de basis en eerste lijn
13
3
Veilig opgroeien
17
4
Effectiviteit en vakmanschap
21
5
Kennis delen
25
6
Personeel en organisatie
29
7
Jaarrekening 33 Balans per 31 december 2013
34
Winst- en verliesrekening 2013
35
Kasstroomoverzicht 2013
36
Toelichting jaarrekening
37
Toelichting balans
40
Toelichting winst- en verliesrekening
45
Overige gegevens
51
Financiers 56 Productenoverzicht 2013
57
Medewerk(st)ers 80
VAN TRANSITIE NAAR TRANSFORMATIE J A A R V E R S L A G 2 0 13
4
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Voorwoord
Voorwoord
Duurzaam transformeren Transitie en transformatie: dat zijn de sleutelwoorden voor het jaar 2013. In dat jaar werd er wederom hard gewerkt aan de transitie. De overgang van het jeugdstelsel van landelijke en provinciale overheden naar gemeenten. Gemeenten krijgen de regie en verantwoordelijkheid als het gaat om jeugd. Zij worden – als alles goed gaat – vanaf 2015 de belangrijkste financier en regisseur van het jeugdstelsel, als de nieuwe Jeugdwet van kracht wordt. Tegelijkertijd worden gemeenten verantwoordelijk voor de uitgebreide Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo): de overheveling van diverse functies van de AWBZ. Voor de Participatiewet (arbeidstoeleiding en re-integratie) en passend onderwijs. Deze ontwikkelingen raken zowel het stelsel van zorg, educatie en sociale dienstverlening als kinderen, jongeren en hun opvoeders. De verschillende decentralisaties zijn een uitgelezen kans om een samenhangend jeugdbeleid te ontwikkelen. Het Nederlands Jeugdinstituut wil daar op verschillende manieren een bijdrage aan leveren.
Naast de transitie wordt ook een transformatie, een
voor een enorme opgave. Professionals moeten voldoen
inhoudelijke vernieuwing, nagestreefd. Het doel is om
aan nieuwe eisen, er worden andere competenties van
kinderen, jongeren en hun ouders beter te helpen als er
hen verwacht. De context waarin zij moeten gaan werken
kans is op problemen bij opgroeien en/of opvoeden.
is vaak nog onduidelijk. En daarmee is ook voor de
Bij voorkeur maken kinderen en jongeren minder
gebruikers van zorg veel onduidelijk. De sector staat voor
gebruik van specialistische voorzieningen. De verhouding
veel vraagstukken waar nog geen coherent antwoord op
tussen cliënt en professional verandert. Eigen kracht,
gevonden is. Vraagstukken over bekostiging, inrichting,
zelfregie en cliëntperspectief staan voorop: de cliënt en
aansturing, kwaliteitszorg, uitvoering en zorgvernieuwing.
diens netwerk lossen zoveel mogelijk zelf problemen op.
Al deze vraagstukken hangen met elkaar samen.
Dat wil niet zeggen dat kinderen en jongeren niet tijdig
Het vraagt om een collectieve aanpak en een lerende
de specialistische hulp krijgen waaraan zij behoefte
community waarin alle relevante partijen deelnemen.
hebben. Die krijgen ze zeker, maar de cliënt houdt zoveel
Lokaal wordt volop geëxperimenteerd. Meestal gaat het
mogelijk zelf de regie. Om dat voor elkaar te krijgen
om projecten die slechts een deel van de keten beslaan.
moeten preventie, zorg, opvoedhulp en behandeling
Ook ontbreekt veelal een coherente organisatie van
beter op elkaar aansluiten. Ook moet het hele systeem
kennisopbouw en uitwisseling. Het Nederlands
kosteneffectiever worden. Want de transitie gaat
Jeugdinstituut is ervan overtuigd dat de transformatie
vergezeld van bezuinigingen: in drie jaar zo’n 15 à 25
alleen kans van slagen heeft als deze met kennis en beleid
procent op de totale uitgaven voor jeugdhulp. Het stelsel
wordt doorgevoerd. De transformatie van de zorg voor
moet beter en goedkoper. En dat kan alleen door
jeugd vraagt om een integrale aanpak waarbij
ingrijpende vernieuwingen.
vernieuwingen ingebed worden in het (regionale) jeugdbeleid en doordacht worden op hun consequenties
De transitie en de transformatie van de jeugdsector gaat
voor de hele jeugdketen. Een duurzaam resultaat
niet zonder horten of stoten en ook niet via gebaande
veronderstelt bovendien een programmatische en
paden. Gemeenten en aanbieders van jeugdhulp staan
gefaseerde aanpak waarbij de effecten van vernieuwingen
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Voorwoord
gevolgd en bijgesteld worden op grond van praktijk
gevolg van alle decentralisaties aan belang zullen winnen.
ervaringen en beschikbare kennis. Het instituut draagt
De verschuivingen in regie en verantwoordelijkheid naar
daarom graag bij aan het beantwoorden van de vraag
gemeenten leiden op termijn waarschijnlijk ook tot
stukken die er liggen én aan de ondersteuning van een
heroriëntatie van de landelijke kennisinfrastructuur, in
duurzame vernieuwing in beleid en praktijk. Hiertoe
termen van aansturing, financiering en functie.
organiseren wij een effectieve kennisinfrastructuur en bouwen we een kwalitatief goed kennisbestand op.
Als Nederlands Jeugdinstituut zijn we op de goede weg.
Met als uitgangspunt: weten én doen wat werkt.
Dat blijkt ook uit het eind 2013 gehouden klanttevreden heidsonderzoek. Daarin oordelen 864 klanten en
Het Nederlands Jeugdinstituut transformeert eveneens.
gebruikers zeer positief over ons instituut. We worden
Ook bij ons gaat dat gepaard met bezuiniging. In 2013
gezien als een deskundige organisatie die breed-
voerden wij een reorganisatie door. We hebben een
georiënteerd en ‘up-to-date’ is. Klanten zijn zeer tevreden
nieuwe organisatiestructuur en programma-indeling
over de samenwerking met ons instituut en geven ons een
ingevoerd. Onze kennisinfrastructuur is in het licht van
8.1. Ook de medewerkers krijgen hoge scores voor
de transitie en transformatie van het stelsel vernieuwd.
deskundigheid, betrouwbaarheid en professionaliteit.
We hebben onze kennisactiviteiten verbreed en
Naast de positieve waarderingen is er zeker nog winst te
programmatisch ingericht, in de context van de drie
boeken ten aanzien van flexibiliteit en interactiviteit. En
decentralisaties van het sociale domein en passend
dat hopen we u het komende jaar met de ingezette
onderwijs. Vanuit onze programma’s hebben we verder
transformatie van het Nederlands Jeugdinstituut te
gebouwd aan kennisbestanden over thema’s als positief
kunnen bieden. In 2013 hebben onze medewerkers
opvoeden, participatie en sociale inclusie van kwetsbare
veel meer werk verzet dan in een beknopt jaarverslag is
groepen, het werken aan veiligheid, het vernieuwen
te benoemen. Wat u gaat lezen is dan ook een greep uit
van zorg en dienstverlening en het verbeteren van de
onze activiteiten.
effectiviteit en professionaliteit van de mensen die werken binnen het jeugdstelsel. Wat betreft dit laatste
Drs. Kees Bakker
hebben we wederom ingezet op het optimaal werken
Voorzitter Raad van Bestuur
met richtlijnen, prestatie-indicatoren, monitoren en benchmarks. Het Nederlands Jeugdinstituut is een echte kennis netwerkorganisatie. Wij willen de grote verander opdracht die deze transitie en transformatie is, adequaat en duurzaam ondersteunen. We doen dit in nauwe samenwerking met gemeenten, aanbieders van jeugdhulp en opvoeding en professionals. In 2013 zijn er tal van kennispraktijknetwerken, kennisateliers en kenniskringen georganiseerd. We verbonden hierin de praktijk – professionals en betrokkenen in gemeenten – aan deskundigen rond allerlei thema’s en vraagstukken op het gebied van de transitie en transformatie. Ook startten we in 2013 met het Kennisnet Jeugd, een digitaal platform waar professionals inspirerende ervaringen, succesverhalen en praktische tips over transitie en transformatie met collega’s in het hele land kunnen delen. Op dit platform proberen we nog meer dan voor heen vorm en inhoud te geven aan het opbouwen en delen van kennis in directe interactie met onze doel groepen. We hebben in 2013 ook veel geïnvesteerd in contacten en samenwerking met gemeenten en partijen als de VNG en het G32-stedennetwerk. Het is evident dat de komende jaren relaties met het gemeentelijke veld als
5
6
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Transitie en transformatie
1
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Transitie en transformatie
Transitie en transformatie In 2013 werkten we hard aan het ondersteunen en begeleiden van een duurzame transitie van het jeugdstelsel naar gemeenten. We trokken daarbij op met gemeenten, professionals en aanbieders van jeugdhulp- en opvoedondersteuning. Transformeren doe je immers samen.
Samenwerking
Transformatie-denktank
De drie decentralisaties binnen het sociaal domein
In het proces van transitie en transformatie komen veel
(Jeugdwet, Wet maatschappelijke ondersteuning en
discussies los. Veelal gevoerd door zorgaanbieders,
Participatiewet) en de invoering van passend onderwijs
professionals, gemeenteambtenaren en cliënten. Zij staan
hebben gevolgen voor het jeugdbeleid en het jeugdstelsel.
niet altijd even goed in contact met elkaar. In het jeugd(zorg)
Een goede samenwerking tussen de betrokken partijen is
stelsel heeft bovendien niet iedereen zicht op de hele keten,
noodzakelijk. De transitie en transformatie raakten vorig jaar
vaak alleen op onderdelen. Het Nederlands Jeugdinstituut
op stoom. De betrokken partijen – gemeenten, professionals,
heeft in 2013 als onafhankelijk kennisinstituut het initiatief
aanbieders jeugd en opvoedhulp en jeugdbescherming – zijn
genomen om de Denktank Transformatie Jeugdstelsel
vrij nieuw voor elkaar. Het risico bestaat dat genoemde
(Transformatie-denktank) op te richten. In de
actoren langs elkaar heen werken of hun plannen en visies
Transformatie-denktank participeren vanuit inhoudelijke
niet optimaal op elkaar afstemmen. Dat vertraagt het proces
betrokkenheid en op persoonlijke titel bestuurders uit alle
en is noch efficiënt, noch effectief.
werkvelden in de jeugdsector. Onder voorzitterschap van Job Cohen gaan zij met elkaar in dialoog. Op grond van
Verbinden
kennis en praktijkervaringen van cliënten, professionals, bestuur en beleid komen zij tot aanbevelingen voor de
De transformatie kan alleen slagen als er gezamenlijk
inhoudelijke transformatie (het ‘wat’) én de strategie die
opgetreden wordt. In 2013 heeft het Nederlands
daaraan ten grondslag zou moeten liggen (het ‘hoe’).
Jeugdinstituut daarom ingezet op het leggen van
Daarbij staat de vraag centraal hoe de kosteneffectiviteit
verbindingen tussen de verschillende partijen in de
van het jeugdstelsel kan worden vergroot en met welke
jeugdsector om hen zo goed mogelijk te ondersteunen bij alle
factoren gemeenten en aanbieders rekening moeten houden
ontwikkelingen die gaande zijn. Dit deden we nadrukkelijk
bij de herinrichting van het stelsel. Had de Transformatie-
binnen de context van de diverse decentralisaties. Wij zijn
denktank in eerste instantie de insteek om kennis uit de
van mening dat de nieuwe bewegingen vragen om een
praktijk beter te betrekken bij de transformatie, in 2014
integrale aanpak en interactieve ondersteuning. Opdat alle
breidt dit initiatief zich uit met sessies waarin ook
partijen waar mogelijk samenwerken en de juiste informatie
gemeenten, cliënten en onderwijs hun stem zullen laten
krijgen. In 2013 nam het Nederlands Jeugdinstituut het
horen. Het doel is om een gemeenschappelijke aanpak te
initiatief tot de Denktank Transformatie Jeugdstelsel. Ook
ontwikkelen voor een transformatie met kennis en beleid.
hebben we werk gemaakt van het verbinden van passend
Daarbij zoeken we aansluiting bij de transformatie-agenda
onderwijs met de zorg voor jeugd. Evenals het ondersteunen
die het Rijk samen met de VNG ontwikkelt.
van gemeenten in het op feiten en cijfers baseren van hun beleid en ambities. Tot slot hebben we stevig ingezet op
De transformatie van de zorg voor jeugd vraagt om een
(digitale) kennisuitwisseling, door het organiseren van
integrale aanpak waarbij vernieuwingen ingebed worden
diverse bijeenkomsten en de lancering van Kennisnet Jeugd.
in het (regionale) jeugdbeleid en doordacht worden op hun consequenties voor de hele jeugdketen. Dat is het vertrekpunt van de Transformatie-denktank. Bij (kans op)
7
8
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Transitie en transformatie
problemen van een kind, jongere, een ouder of een gezin is het aan te bevelen om altijd eerst te proberen om in eigen beheer oplossingen te zoeken. Misschien met hulp vanuit het eigen netwerk. Waar nodig, wordt aanvullende hulp vanuit de eerste lijn ingeschakeld. Desgewenst raadplegen profes sionals uit de eerste lijn professionals uit de specifieke zorg of de jeugdbescherming. En als dat niet volstaat worden professionals uit die werkvelden er (tijdelijk) bij gehaald. Dat betekent dat de hulp zoveel mogelijk in de eigen omgeving plaatsvindt en dat dwang en uithuisplaatsingen tot een minimum beperkt worden. De cliënt houdt zoveel
“Steun organisaties in het loslaten van de eigen ontwikkeling. Laat hen samen met andere organisaties leren om datgene te doen wat de doelgroep nodig heeft én wat de gemeente - als nieuwe opdrachtgever - wenst.” gebruiker
mogelijk de regie, indien nodig geholpen door een profes sional. Het versterken van eigen kracht beperkt zich niet tot de cliënt. Professionals versterken elkaar onderling immers
overeenstemming gericht overleg (OOGO) dat de
ook. In de hele keten wordt gewerkt volgens het principe van
samenwerkingsverbanden van scholen houden met het
evidence based practice. Dat wil zeggen met kennis over wat
college van burgemeester en wethouders. Dit OOGO is
werkt in de praktijk.
wettelijk verplicht. In 2013 gaf het Nederlands Jeugdinstituut informatie en
Om ervoor te zorgen dat alle veranderingen resulteren in een
advies aan gemeenten hoe je nu de verbinding maakt tussen
kosteneffectief stelsel waar kinderen, jongeren en ouders
passend onderwijs en de jeugdzorg. In diverse bijeenkomsten
profijt van hebben, is het noodzakelijk om de vernieuwing te
kwamen betrokkenen uit gemeenten en samenwerkings
stroomlijnen. Om te voorkomen dat de transformatie zich
verbanden bij elkaar om te praten over de beste invulling van
versnipperd en geïsoleerd voltrekt, vindt de Transformatie-
onder meer het OOGO. Daarnaast was er een kennispraktijk
denktank het wenselijk om regionaal transformatie
netwerk rondom passend onderwijs en de transitie. Binnen
programma’s te organiseren en daaraan een landelijk
dit netwerk werden weer specifieke thema’s uitgelicht waar
ondersteuningsprogramma te koppelen. Door zo regionaal
over de deelnemers ervaringen en inzichten uitwisselden.
en landelijk vernieuwingen in de praktijk te monitoren en
Onderwerpen waren onder meer arbeidstoeleiding van
met elkaar te vergelijken, kun je beter beoordelen wat werkt
kwetsbare jongeren uit het praktijkonderwijs, het voortgezet
en waar nodig voor bijsturing zorgen. Centraal staat het met
onderwijs en het MBO, het organiseren van meer lichte
elkaar kennis maken en kennis delen, evenals het leren van
preventie in de klas en het vertalen van een visie op
resultaten en het sturen op rendement.
samenwerking en de concrete uitvoering daarvan. Dit kennispraktijknetwerk resulteerde eind 2013 in de
De Transformatie-denktank kwam in 2013 vijf keer bijeen.
Handreiking Verbinding Passend Onderwijs waarin
Onderwerpen van de bijeenkomsten waren onder meer de
concrete bouwstenen staan voor gemeenten, samenwerkings
eerste lijn, eigen kracht, de jeugdbescherming en
verbanden, scholen en jeugdzorgaanbieders om onderwijs en
aanbevelingen voor een transformatie-agenda. In 2014
zorg zo goed mogelijk op elkaar aan te laten sluiten.
zet de Transformatie-denktank het werk voort.
Passend onderwijs
Gemeentelijk beleid baseren op feiten en cijfers
Samen met het ministerie van Onderwijs, Cultuur en
Voor het slagen van de transformatie is het van belang dat
Wetenschap (OCW) besteedt het Nederlands Jeugdinstituut
gemeenten hun beleid helder hebben en dat ze dit beleid
speciale aandacht aan kennis rond passend onderwijs en
en hun ambities baseren op feiten en cijfers. Dit betekent
jeugdhulp en de verbinding hiertussen. Per 1 augustus
tevens dat beslissingen niet ondoordacht genomen worden
2014 zijn de diverse samenwerkingsverbanden van scholen
en dat beleid niet gedragen wordt door incidenten alleen.
degenen die moeten zorgen dat elk kind een geschikte plek
De kernvragen blijven voorop staan: wat is er aan de hand en
heeft, waar mogelijk binnen het reguliere onderwijs en zo
waarom en voor wie transformeren we dit stelsel? Binnen dit
nodig in het speciaal onderwijs. Samenwerkingsverbanden
kader past bijvoorbeeld dat gemeenten een ‘startfoto’
van scholen dienen een keer per vier jaar een onder
maken om te weten wat er speelt als het gaat om opvoed-
steuningsplan op te stellen, waarin staat beschreven
en opgroeivragen. Op basis van die informatie kunnen
welk niveau van basisondersteuning de scholen in het
gemeenten hun beleid en de ambities voor de toekomst
samenwerkingsverband ten minste moeten bieden. Dit
formuleren. Het Nederlands Jeugdinstituut gaf gemeenten
plan moet voorgelegd worden in het zogenaamde op
in 2013 op diverse manieren zogeheten verzamel- en
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Transitie en transformatie
sturingsinformatie. Zo legden wij de jeugd in de regio
andere aanbieder die mede gebaseerd is op de prestaties van
Zuidoost-Utrecht onder de loep. We keken wat er precies
die aanbieder. Het Nederlands Jeugdinstituut is al een aantal
voor vragen en problemen lagen binnen vijf gemeenten.
jaren bezig met de ontwikkeling van prestatie-indicatoren.
We keken naar de mate van het gebruik van jeugdhulp op
In 2013 is hard gewerkt aan de voltooiing van de set
dat moment, maar ook naar de behoeften die er waren. Op
prestatie-indicatoren voor de Centra voor Jeugd en Gezin
basis van de verzamelde gegevens en cijfers maakten we een
(zie Hoofdstuk 4).
startfoto. Vervolgens schreven we een ‘scenarionotitie’ over de inrichting van het jeugdstelsel en de keuzes die de betreffende gemeenten kunnen maken, op basis waarvan
Transformeren met beleid
het beste beleid gemaakt kan worden. Het Nederlands
Op 5 juni 2013 aanvaarde Tom van Yperen, al jarenlang
Jeugdinstituut meent dat het scheppen van dit soort kaders
verbonden aan het Nederlands Jeugdinstituut, het ambt
kan helpen bij het optimaal inrichten van een inhoudelijk
van bijzonder hoogleraar ‘Monitoring en innovatie zorg voor
sterk jeugdstelsel.
jeugd’ aan de faculteit Gedrags- en Maatschappijweten schappen van de Rijksuniversiteit Groningen. De leerstoel is
Monitoring & benchmarking
ingesteld door het Nederlands Jeugdinstituut. In zijn oratie ‘Met kennis oogsten’ pleitte Van Yperen voor een ‘meet-
Het baseren van gemeentelijk beleid op feiten en cijfers heeft
en verbeterbeweging’ in de dagelijkse praktijk van de hulp
alles te maken met monitoring: het bijhouden en registreren
verlening, de betrokken organisaties en het gemeentelijk
van gegevens en effecten van bepaald beleid in de praktijk.
jeugdbeleid. Al eerder verscheen met eenzelfde gedachte de
Monitoring geeft gemeenten bijvoorbeeld inzicht in hun
notitie ‘Transformeren met beleid’. Doel hiervan was om
jeugd: om wie gaat het? Maar ook: wat is het aanbod van
beleidsmakers en managers in de jeugdzorg en het
jeugd- en opvoedhulp, hoe wordt daar gebruik van gemaakt
gemeentelijk jeugdbeleid een overzicht te bieden van de
en door wie? Voor een breed landelijk zicht op het monitoren
hoofdingrediënten waarmee ze de transitie en transformatie
van de stand van zaken als het gaat om jeugd is in 2013 door
doelgericht en stapsgewijs in kunnen richten.
het Nederlands Jeugdinstituut het Kennisnetwerk Jeugd monitoring opgericht. Hierin wisselen jeugdonderzoekers en jeugdepidemiologen kennis uit over hun onderzoek. Dit heeft
Kennispraktijknetwerken
geleid tot een overzicht van jeugdmonitors in Nederland. Een
In 2013 werkte het Nederlands Jeugdinstituut nauw
jeugdmonitor is een onderzoek dat op geregelde basis onder
samen met het door de ministeries van Volksgezondheid,
jongeren of ouders wordt uitgevoerd. Een ander voorbeeld
Wetenschap en Sport (VWS), Veiligheid en Justitie (VenJ)
van monitoring is de Monitor Aanpak Kindermishandeling
en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG)
(zie hoofdstuk 3). Organisaties en gemeenten kunnen het
opgerichte Transitiebureau (T-bureau). Zo organiseerden wij
Nederlands Jeugdinstituut ook inhuren voor zogenaamde
in samenwerking met het T-bureau diverse kennispraktijk
benchmarking. Dit betekent dat eigen prestaties vergeleken
netwerken. Dit zijn bijeenkomsten gericht op een specifieke
worden met die van ‘toppers’. Dit levert nieuwe ideeën en
vraag, waarbij inzichten, ervaringen en kennis worden
inzichten op die organisaties en gemeenten vervolgens
gedeeld vanuit beleids-, praktijks- en kennisperspectief. Zo
kunnen gebruiken om prestaties te verbeteren.
kunnen in gezamenlijkheid eerste antwoorden geformuleerd worden, die beschikbaar worden gesteld in handreikingen en
Prestatie-indicatoren
documenten, zodat een grotere groep er hun voordeel mee kan doen. Deelnemers aan de kennispraktijknetwerken zijn
Bij monitoring kan gebruik gemaakt worden van prestatie-
deskundigen van diverse voorzieningen, experts van het
indicatoren: een soort meetlat die prestaties ten aanzien van
Nederlands Jeugdinstituut of andere kennisinstituten plus
een bepaald onderwerp inzichtelijk maakt en helpt ze te
inhoudelijke beleidsadviseurs jeugd van diverse gemeenten,
verbeteren. Een voorbeeld van een prestatie-indicator is
zoals transitiemanagers. Er waren in 2013 onder meer
bijvoorbeeld het percentage ouders dat aangeeft ‘zeer
kennispraktijknetwerken rondom het thema passend
tevreden’ te zijn over het verkregen opvoedadvies. Een
onderwijs (zie eerder in dit hoofdstuk), generalistisch werken
andere is de mate waarin de problematiek bij het kind is
met jeugd en gezin (zie ook Hoofdstuk 2) en matching vraag-
afgenomen. Prestatie-indicatoren zijn belangrijk voor de
aanbod (zie ook Hoofdstuk 4).
transformatie. Professionals en aanbieders van jeugd- en opvoedhulp, maar ook gemeenten kunnen er zicht mee krijgen op de effectiviteit van hun beleid of hun handelen.
Werk- en kennisateliers
Gemeenten kunnen met die indicatoren de aanbieders
In opdracht van het T-bureau en samen met de VNG
aansturen. Ze kunnen ook een keuze maken voor de ene of
Academie organiseerden we ook werk- en kennisateliers
9
10
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Transitie en transformatie
“Ik vind het belangrijk dat er meer kennis wordt opgedaan in het land. Waar zijn regio’s mee bezig? Welke vraagstukken liggen er op tafel, wat wordt in eerste instantie landelijk opgepakt en waarmee moeten organisaties lokaal aan de slag?” gebruiker
Jeugd of via Twitter. Het Nederlands Jeugdinstituut zorgt voor de beantwoording. Beantwoorde vragen worden op Kennisnet Jeugd geplaatst, zodat ook anderen hiervan kunnen profiteren. Ook leverden we inhoud voor de website www.voordejeugd.nl. Voordejeugd.nl is een website van de ministeries van VWS, VenJ en de VNG en is bedoeld voor iedereen die professioneel betrokken is bij de uitvoering van de stelselwijziging jeugd. In het veld zijn allerlei inspirerende praktijkvoorbeelden voor handen. Initiatieven ter voorbereiding op de overheveling van jeugdhulp naar gemeenten. Denk aan gemeenten die experimenteren met het inkopen van zorg of generalisten die ambulante jeugdhulp verlenen zonder indicatie. Het Nederlands Jeugdinstituut heeft deze voorbeelden verzameld en gedeeld. De voorbeelden zijn te vinden op voordejeugd.nl. Een selectie
rondom de thema’s jeugdbescherming en jeugdreclassering,
staat daarnaast op www.nji.nl/transitievoorbeelden
jeugd met een licht verstandelijke beperking, de jeugd-ggz
en Kennisnet Jeugd. Het publiceren van deze
en de huidige provinciale jeugdzorg. De ateliers waren
praktijkvoorbeelden was geen eenrichtingsverkeer. We
kleinschalig van opzet met maximaal dertig deelnemers per
vroegen altijd om input van professionals en betrokkenen.
bijeenkomst. In deze ateliers droegen we kennis over: hoe
Zo ‘valideerden’ we in het najaar de praktijkvoorbeelden op
staat het nu met de wet, wat doet nu een Raad voor de
Kennisnet Jeugd door reacties te vragen van lezers. Op onze
Kinderbescherming? We gaven praktijkvoorbeelden. Aan
eigen website werd
thematafels konden deelnemers doorpraten over specifieke
het dossier Transitie Jeugdzorg in 2013 geactualiseerd en
thema’s. Tenslotte werden er afspraken gemaakt aan de
uitgebreid. Op 7 oktober organiseerden we voor 1.000
zogenaamde afsprakentafels.
belangstellenden samen met de ministeries van VWS, VenJ en de VNG het Voor de Jeugd Festival. Bijzonder onderdeel
Kennisnet Jeugd Het Nederlands Jeugdinstituut wil voortdurend voeling
van het festival vormde het Internationaal Paviljoen, met onder andere gastsprekers uit Denemarken. Goed voor 400 bezoekers.
houden met het veld. Daar moet de transitie en transformatie immers plaatsvinden. In 2013 zorgden wij er daarom voor dat professionals en betrokkenen in ‘het veld’ kennis met
Over de grens
elkaar konden delen. We boden podia waar antwoorden van
Voor de discussie over de stelselwijziging in Nederland zijn
de één een idee vormden voor de ander. In 2013 riepen we
voorbeelden van andere landen bijzonder inspirerend.
onder meer een interactief digitaal platform in het leven:
Het Nederlands Jeugdinstituut maakte daarom eind 2009
Kennisnet Jeugd. Hier kunnen beleidsmedewerkers die
een internationale vergelijking van de jeugdstelsels in diverse
betrokken zijn bij de transitie en transformatie van het
Europese landen. In 2012 verscheen een uitgebreide update
jeugdstelsel elkaar ontmoeten, hun kennis delen, vragen
van dit onderzoek en in 2013 doken we nog dieper in deze
stellen en antwoorden vinden op hun vragen. Eind 2013
materie. Er waren tal van werkbezoeken van internationale
telde dit platform al meer dan 1500 deelnemers. Kennisnet
experts en vice versa. In de nu volgende hoofdstukken
Jeugd is te raadplegen via www.kennisnetjeugd.nl
passeren verschillende bezoeken de revue.
(zie ook Hoofdstuk 5).
Informeren en inspireren Professionals en gemeenten informeren en inspireren we zo goed mogelijk over de transitie en transformatie van de zorg voor jeugd. Samen met het T-bureau faciliteert het Nederlands Jeugdinstituut de Helpdesk Transitie Jeugd. Beleidsmakers en professionals in de jeugdsector kunnen bij de helpdesk terecht met vragen over de transitie en transformatie van de jeugdzorg en passend onderwijs. Vragen kunnen worden gesteld per mail, via Kennisnet
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Transitie en transformatie
11
12
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Versterken van de basis en eerste lijn
2
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Versterken van de basis en eerste lijn
Versterken van de basis en eerste lijn Alle kinderen moeten gezond en veilig kunnen opgroeien, hun talenten ontwikkelen en naar vermogen participeren in de samenleving. Om dit voor elkaar te krijgen is een jeugdstelsel met een sterke basis en eerste lijn cruciaal.
Natuurlijk zijn ouders als eerste verantwoordelijk voor de
de eigen kracht van het gezin, benut de sociale omgeving en
opvoeding van hun kinderen. Maar ook andere opvoeders
fungeert als een schakel tussen de basisvoorzieningen en de
hebben invloed op het opgroeien van de Nederlandse jeugd.
speciale zorg. Om ervoor te zorgen dat er zoveel mogelijk
Denk daarbij aan onderwijzers, pedagogisch begeleiders in
kinderen de hulp en ondersteuning krijgen die nodig is en
kinderdagverblijven, maar ook de coach op het voetbalveld.
er zo min mogelijk jeugd een beroep moet doen op speciale
In Nederland zijn er diverse instellingen en organisaties,
zorg, is het van belang dat er in alle gemeenten een dekkend
zoals de Centra voor Jeugd en Gezin, die ouders en hun
aanbod is van effectieve eerstelijns zorg en dat gezinnen met
kinderen begeleiden bij het groter groeien. Soms gaat
eventuele problemen geholpen worden volgens het concept
opvoeden en opgroeien niet vanzelf. Dan komt de overheid
‘1 gezin, 1 plan’. Organisaties die hulp en zorg aan kinderen
in beeld. Het is zaak dat professionals die daarbinnen werk
en jongeren of opvoedingshulp aan ouders bieden, moeten
zaam zijn effectief handelen en kinderen zo optimaal
bovendien beschikken over effectieve programma’s,
mogelijk begeleiden en beschermen. Van belang is eveneens
methodieken en instrumenten. En om te voorkomen dat
dat er een klimaat wordt geschapen waarin ouders om hulp
verbeteringen en versterkingen in de eerste lijn wegebben,
durven te vragen en dat die hulp zo snel en effectief mogelijk
vinden we het ook noodzakelijk dat er gemonitord wordt op
gegeven wordt.
kwaliteit en prestaties van professionals en instellingen in de eerste lijn.
Pedagogische basis Al jaren pleit het Nederlands Jeugdinstituut voor een
Eigen kracht
versterking van de pedagogische basis voor alle jeugd: op
Een belangrijk uitgangspunt in de nieuwe Jeugdwet is het
basisvoorzieningen als de school of het kinderdagverblijf,
versterken van eigen kracht. Daaronder verstaan we de
maar ook als het gaat om pleegouders of een andere
mogelijkheden die kinderen en hun ouders hebben om zelf
gezinsvervangende setting. Belangrijk is dat altijd wordt
hulp te vinden en meer op eigen benen te staan, waar
uitgegaan van het gewone opgroeien. Elk kind, in welke
mogelijk met ondersteuning van het sociale netwerk van
opvoedomgeving ook, moet de kansen krijgen zijn talenten te
familie, vrienden, kennissen en buren. De basisgedachte
ontwikkelen. Wij vinden dat professionals en medeopvoeders
achter het principe van eigen kracht is dat ieder mens
niet uit moeten gaan van problemen, maar van dat wat
krachten om zich heen en in zich heeft die hij of zij kan
kinderen wel kunnen. Wij vinden ook dat niet alleen de zorg
aanboren. In praktijk is het altijd aftasten waar de grens ligt
en hulp voor kinderen die het wat minder gemakkelijk
van het eigen kunnen van kinderen en ouders. Zeker in het
hebben op orde moet zijn, maar zeker ook dat er sterke
geval van kwetsbare gezinnen en als veiligheid in het geding
basisvoorzieningen moeten zijn. Wij menen dat een
is. In december 2013 ging het dossier Eigen kracht online.
versterking van die basisvoorzieningen een belangrijke
Dit dossier is ingevuld in samenwerking met professionals
prioriteit in het beleid voor jeugd zou moeten zijn. Evenals
van de werkgroep ‘Eigen kracht’ op Kennisnet Jeugd.
een effectieve en sterke eerstelijnszorg voor jeugd en
Zij gaven feedback op diverse conceptteksten van dit dossier,
kwetsbare gezinnen. Een optimale eerstelijnszorg versterkt
waarna deze zijn aangevuld en online zijn gezet.
13
14
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Versterken van de basis en eerste lijn
Generalistisch werken
moeten gezinsgeneralisten kennen en kunnen? Deze en
Vooruitlopend op 2015 experimenteerden in 2013 veel
andere vragen kwamen tevens naar voren in een debat over
gemeenten met elementen uit het nieuwe jeugdstelsel.
generalistisch werken. Aan dat debat namen medewerkers
Een van de basisgedachten in dat nieuwe stelsel vormt de
van het Nederlands Jeugdinstituut, de Nederlandse
generalistisch werkende professional: een professional die
vereniging van pedagogen en onderwijskundigen (NVO)
van de meest voorkomende problemen weet hoe hij of zij ze
en de Universiteit Utrecht deel.
moet oplossen, en die speciale zorg inschakelt indien de hulp te ‘zwaar’ wordt. Als het gaat om de organisatie van de eerstelijnszorg blijken veel gemeenten de voorkeur te hebben
Wijkteams
voor wijkteams al dan niet specifiek gericht op kinderen,
Lang niet altijd gaat het bij wijkteams om een geheel nieuw
jongeren en gezinnen, die in de buurt heel dicht bij kind en
fysiek concept. Vaak zijn ‘wijkteams’ op nieuwe leest
gezin ondersteuning kunnen leveren. Idealiter is zo’n
geschoeide samenwerkingsverbanden tussen instellingen.
wijkteam zichtbaar en herkenbaar in de wijk. Bovendien
In december verscheen de notitie Generalistisch werken in
gaat het uit van de gedachte ‘één gezin, één plan, één
wijkteams in beeld, waarin we een overzicht geven van
regisseur’. Zowel de generalistisch werkende professional
diverse initiatieven in het land waarbij de samenwerking in
als de wijkteams moeten de zorg voor jeugd straks (kosten-)
de wijk vanuit (sociale) wijkteams rond opvoed- en opgroei
effectiever maken, zo is het idee. Omdat het begrip genera
vragen van jeugd en gezin centraal staat. Denk hierbij aan de
listisch werken nog vrij nieuw is in Nederland, deed het
Buurtteams Jeugd & Gezin in Utrecht, of het project Buurt
Nederlands Jeugdinstituut in 2013 vooral een inventari
zorg Jong dat in diverse gemeenten loopt. Met MOVISIE
serende verkenning. Zo waren er rondom dit thema drie
organiseerden we enkele verdiepende bijeenkomsten voor
kennispraktijknetwerken: Generalistisch werken rondom
professionals in de praktijk over het thema samenwerken
jeugd en gezin, Werken in de wijk en Beslissen over hulp.
in de wijk rond de hulp aan jeugd en gezin. Samen met de
Op basis hiervan verscheen de notitie Generalistisch werken
praktijk verdiepten we ook het thema Beslissen over hulp
rondom jeugd en gezin, waarin we ingaan op de taken en
in dialoog met het gezin. Tot slot werd samen met een
competenties van generalistisch werkende hulpverleners in
aantal praktijkorganisaties een begin gemaakt aan het
het toekomstige jeugdstelsel. Extra aandacht werd besteed
traject Beschrijven en onderbouwen van de werkwijze
aan het beslissen over de inzet van specialistische hulp.
van wijkteams.
De bevindingen die uit deze kennispraktijknetwerken naar voren kwamen, beschreven we tevens in de factsheet De jeugd- en gezinsgeneralist als spil in het nieuwe jeugdstelsel.
Over de grens
Al deze producten werden verspreid via conferenties,
In Denemarken, Zweden, Noorwegen en Finland zijn
lezingen, websites en Kennisnet Jeugd. In 2013 zetten we
gemeenten al langer bekend met generalistisch werken.
ook de eerste stappen in de ontwikkeling van een opleiding
In 2013 vond daarom een drieluik plaats van activiteiten
van de eerstelijns generalist. In samenwerking met welzijns
rondom het thema generalistisch werken in Scandinavië.
groep Tinten startten we in 2013 een pilot om de taken van
Doel was om te ontdekken wat we nu in Nederland kunnen
de generalistisch werkende professional op te nemen in een
leren van deze landen op dit terrein. In het voorjaar van 2013
curriculum van de Hanzehogeschool Groningen. Vragen bij
interviewden we diverse social workers uit Denemarken,
de ontwikkeling van het curriculum waren onder meer: wat
Zweden, Noorwegen en Finland. Deze social workers kun je zien als een equivalent van onze generalisten. We vroegen
“Het Nederlands Jeugdinstituut helpt gemeenten bij het in beeld brengen van vragen over opvoeden en opgroeien en koppelt die kennis aan andere factoren die invloed hebben op samen leven.” gebruiker
hen onder meer wat hun positie in het jeugdstelsel was en welke taken ze moesten uitvoeren. De antwoorden op deze vragen werden gebundeld, geanalyseerd en vervolgens gepubliceerd in het rapport Generalistisch werken rondom jeugd en gezin in Scandinavische landen. In september bezochten Noorse en Zweedse social workexperts op uitnodiging van het Nederlands Jeugdinstituut de gemeenten Apeldoorn en Haarlem, waar ze in gesprek gingen met professionals, beleidsmakers en wethouders. Dit bezoek resulteerde in een Engelstalige factsheet met de belangrijkste bevindingen van buitenlandse experts over de Nederlandse aanpak en een aantal publicaties, waaronder een artikel in
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Versterken van de basis en eerste lijn
het decembernummer van het tijdschrift Zorg+Welzijn. In
(BSO). We deden dit in opdracht van Het Kinderopvangfonds.
november tenslotte vond voor de tweede keer een internatio
Begin 2013 verscheen een tussenrapportage van de eerste
nale expertmeeting plaats in het kader van de transformatie.
monitorronde.
Ditmaal stonden diverse aspecten van generalistisch werken centraal, zoals vroegsignalering en het werken in dialoog met Finse social workers presentaties en workshops. De verslagen
Youth in Action wordt Erasmus+ Jeugd
hiervan kwamen vervolgens op www.youthpolicy.nl, de
Het Nederlands Jeugdinstituut beheert al jaren het Europees
Engelstalige website van het Nederlands Jeugdinstituut.
subsidieprogramma Youth in Action, een programma waarbij
ouders en kinderen. Ook hier gaven Noorse, Zweedse en
jongeren van 13 tot 30 jaar de kans krijgen te participeren in
Triple P
buitenlandse samenlevingen door middel van uitwisselingen, vrijwilligerswerk en andere internationale projecten. In de
Evenals in vorige jaren werd er ook in 2013 gewerkt aan een
eerste subsidieronde van 2013 ontvingen 85 Nederlandse
brede verspreiding van Triple P. Inmiddels hebben 204
jongerenprojecten subsidie van dit Youth in Action-
gemeenten in Nederland gekozen voor de invoering van dit
programma. Nooit eerder werd aan zoveel projecten
opvoedprogramma en zijn ruim 13.000 professionals
subsidie toegekend in één subsidieronde. In heel de Europese
getraind. Het Nederlands Jeugdinstituut geeft advies en
Unie namen in 2013 circa 1.800 jongeren en jongerenwerkers
ondersteuning bij de implementatie van Triple P in deze
deel aan internationale jongerenuitwisselingen, lokale
gemeenten en regio’s, maar ook in instellingen die met dit
jongereninitiatieven, Europees vrijwilligerswerk en Europese
opvoedprogramma werken. Er gebeurde meer. Sinds begin
trainingen. Ruim 700 kwamen er uit Nederland. Half
2013 is de Triple P module Family Transitions beschikbaar
december was er een feestelijke bijeenkomst in Utrecht
in Nederland, bedoeld voor gescheiden ouders. In 2013
omdat Youth in Action omgedoopt werd tot Erasmus+
vonden in totaal 27 oudercursussen plaats. Verder startten
Jeugd. Erasmus+, het nieuwe EU-subsidieprogramma voor
we met de landelijke implementatie van de zogenaamde
onderwijs, jeugd en sport, vervangt de huidige programma’s
Tienerlezingen. In deze lezingen krijgen ouders van tieners
Youth in Action (jeugd) en Leven Lang Leren (onderwijs).
informatie over onder meer de sociale betrokkenheid van
Het programma loopt van 2014 tot en met 2020. Het
tieners, hun zelfstandigheid en verantwoordelijkheid. In
Nederlands Jeugdinstituut zal delen van dit programma
2013 is er daarnaast een landelijke monitor Triple P
beheren.
beschikbaar gekomen. Door middel van deze monitor krijgen we steeds meer zicht op de mate van uitvoering van Triple P en de resultaten in de praktijk. Tenslotte ontwikkelden we in
Eurodesk
samenwerking met Triple P International een vernieuwde
In 2013 boden we wederom informatie over Europese
website voor ouders: www.positiefopvoeden.nl. Deze
subsidiemogelijkheden en Europese en internationale
werd gelanceerd in oktober 2013 tijdens de Week van de
beleidsontwikkelingen via Eurodesk. Dit is een informatie
Opvoeding.
dienst over Europa voor jongeren van 15 tot 25 jaar en beroepskrachten die met jongeren werken. Eurodesk geeft
Alert4you
informatie over school en studie, stages, uitwisselingen, vrijwilligers- en (vakantie)werk, wonen en reizen in Europa.
Sinds een aantal jaren ondersteunen we de uitvoering en monitoring van het programma Alert4you, een programma voor pedagogische medewerkers in de kinderopvang met als
Subsidieregeling SBOS
doel om kinderen met problemen of opvallend gedrag sneller
SBOS staat voor de Subsidiefaciliteit voor Burgerschap en
te helpen. Vroegsignalering, goede ondersteuning en adequate
Ontwikkelingssamenwerking, een programma van het
doorverwijzing kunnen de kansen van die kinderen vergroten.
Ministerie van Buitenlandse Zaken gericht op het vergroten
Alert4you is gericht op een betere samenwerking tussen
van mondiaal burgerschap in de Nederlandse samenleving,
kinderopvang en experts in de instellingen voor Jeugd &
met name onder jongeren. In 2013 konden geen nieuwe
Opvoedhulp. Professionals uit die instellingen worden bij het
subsidieaanvragen worden ingediend, maar monitorden we
programma ingezet als coach voor pedagogisch medewerkers,
zo’n dertig lopende programma’s en projecten. Voorbeelden
als sparringpartner voor stafmedewerkers, als trainer of als
van lopende programma’s zijn Clublinking van de KNVB en
collega. Vanaf 2012 monitort het Nederlands Jeugdinstituut
Rank a Brand. Het Nederlands Jeugdinstituut voert deze
negen pilots van Alert4you in de Buitenschoolse opvang
subsidieregeling samen uit met PwC en Wilde Ganzen.
15
16
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Veilig opgroeien
3
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Veilig opgroeien
Veilig opgroeien De aandacht voor veilig en gezond opgroeien van kinderen is de laatste jaren fors toegenomen. Het Nederlands Jeugdinstituut doet al jaren onderzoek, monitort ontwikkelingen en verspreidt kennis over veilig en gezond opgroeien en de aanpak van kindermishandeling. Vanaf 2013 richten we ons ook op veilig opgroeien in andere contexten, met name gezinsvervangende opvoedsituaties, school en de kinderopvang.
De afgelopen jaren kwam een aantal ernstige zaken rondom
aanpak kindermishandeling 2012-2016 van de ministeries
kindermishandeling en seksueel misbruik van kinderen aan
van VWS en (VenJ). Het beschermen van kinderen is geen
het licht. Er verschenen ook de nodige onderzoeksrapporten
taak van specifieke instanties en professionals alleen.
waaronder dat van de commissie-Samson, die onafhankelijk
Veilig opgroeien is een maatschappelijke opgave. Ouders,
onderzoek deed naar de aard en omvang van seksueel mis
opvoeders in de buurt, de kinderopvang, school en
bruik van minderjarigen die onder verantwoordelijkheid
instellingen die hulp en zorg geven aan kinderen zijn samen
van de overheid in instellingen of pleeggezinnen zijn
verantwoordelijk voor het bieden van een veilig opgroei
geplaatst in de periode van 1945 tot nu. Daarnaast is er
klimaat en waar nodig het tijdig signaleren en verhelpen van
toenemende aandacht voor pestgedrag op scholen. Vanuit
(mogelijk) onveilige situaties zoals kindermishandeling en
de politiek is aangegeven dat dit beter en effectiever moet
pesten. Om onveilige opgroeisituaties goed aan te pakken
worden aangepakt.
dienen alle opvoeders rondom een kind voldoende kennis en instrumenten te hebben om op tijd een onveilige situatie te
Veilig opgroeien als maatschappelijke opgave
herkennen en indien nodig adequaat te kunnen ingrijpen. Om dit voor elkaar te krijgen is bovenal bewustwording en een integrale aanpak nodig. Het Nederlands Jeugdinstituut
Kinderen en jongeren hebben een veilige opvoedingsomgeving
droeg hier in 2013 wederom aan bij door het verspreiden van
nodig om gezond en veilig op te groeien. Dit vraagt om een
valide kennis, het doen van onderzoek, het ontwikkelen van
stabiele pedagogische basis in verschillende domeinen:
richtlijnen en instrumenten en het uitvoeren van advies- en
thuis en in het omringende netwerk, in gezinsvervangende
ondersteuningstrajecten. In 2013 richtten we ons in eerste
opvoedsituaties, maar ook in de kinderopvang, op school en
instantie op de domeinen gezin, school, kinderopvang en
bij vrijetijdsbesteding. Veilig opgroeien is helaas niet voor
instellingen voor kinderen en jongeren.
alle kinderen en jongeren vanzelfsprekend. Naar schatting is 3,4 procent van de jeugd slachtoffer van kindermishandeling of getuige van huiselijk geweld. Kinderen en jongeren in
AMHK
jeugdzorginstellingen lopen circa 2,5 keer meer kans om
Kindermishandeling en huiselijk geweld liggen vaak in
misbruikt te worden door leeftijdsgenoten of hulpverleners
elkaars verlengde. Daarom besloot het kabinet Rutte dat
dan gemiddeld en ruim 10 procent van de basisschool
ook de aanpak van deze twee vormen van geweld beter uit
leerlingen en 6,4 procent van de middelbare scholieren
een hand kan komen. Alle gemeenten moeten vanaf 2015 een
wordt gepest. Met de ondertekening van het Internationaal
regionaal Advies- en meldpunt huiselijk geweld en kinder
Verdrag inzake de Rechten van het Kind (IVRK) van de
mishandeling (AMHK) hebben. Om dat te bereiken worden
Verenigde Naties heeft Nederland zich verplicht tot het
de functies van de Advies- en Meldpunten Kindermishande
nemen van maatregelen gericht op het voorkómen, vroegtijdig
ling (AMK’s) en de Steunpunten Huiselijk Geweld (SHG’s)
signaleren, melden en behandelen van kindermishandeling.
samengevoegd. Het Nederlands Jeugdinstituut liep vooruit
Dit is concreet uitgewerkt in ‘Kinderen Veilig’, het actieplan
op deze gezamenlijke aanpak door ons programma aanpak
17
18
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Veilig opgroeien
“Besteed niet alleen aandacht aan de preventie- en opvoedingskant, maar ook aan bijvoorbeeld interventies die gezond en veilig opgroeien borgen in kwetsbare gezinnen en gezinnen at risk.” gebruiker
kennis en vaardigheden al vroeg worden geleerd, het liefst al in de opleiding van mensen die met kinderen te maken hebben, zoals pedagogische begeleiders in kindercentra, maar ook leerkrachten en maatschappelijk werkers. Het Nederlands Jeugdinstituut bracht daarom met enkele andere kennisinstituten in kaart hoeveel aandacht er in de initiële beroepsopleidingen (mbo- en hbo-beroepsopleidingen) wordt besteed aan huiselijk geweld en kindermishandeling. Met MOVISIE startten we vervolgens een traject om deze opleidingen te ondersteunen bij het verbeteren van hun opleidingsaanbod.
kindermishandeling te verbreden. We zijn hiervoor in 2013
Positie van de jeugdbescherming
nauwer gaan samenwerken met kennisinstituten waarvan
Na 2015 worden gemeenten ook verantwoordelijk voor de
de medewerkers deskundig zijn op aanpalende gebieden,
uitvoering van kinderbeschermings- en jeugdreclasserings
zoals kennisinstituut voor maatschappelijke ontwikkeling
maatregelen. Gemeenten zoeken naar de meest effectieve
MOVISIE.
manieren om de jeugdbescherming een plek te geven in het nieuwe jeugdstelsel. De aansluiting bij buurt- of wijkteams
Monitor Aanpak Kindermishandeling In de voorgaande jaren werkte het Nederlands Jeugd
is daarbij een belangrijk aandachtspunt, evenals het inzetten op eigen kracht en het gebruik van sociale netwerken. In 2013 beschreven wij de modellen en werkwijzen die in verschillende gemeenten hiervoor ontwikkeld werden.
instituut aan de Monitor Aanpak Kindermishandeling. Hiermee konden gemeenten onder meer informatie krijgen over het aantal onderzoeken en adviezen van de Advies-
Mulock Houwer-lezing
en Meldpunten Kindermishandeling, het aantal betrokken
Opgroeien is een proces van vallen en opstaan, van
kinderen bij kindermishandeling, maar ook een schatting
beschermen en loslaten. En dat geldt in feite ook voor
van het aantal kinderen en jongeren dat met kindermis
opvoeden. Maar met het ‘loslaten’ van ouders en mede-
handeling te maken krijgt in de betreffende gemeente.
opvoeders staat ook altijd de deur meer op een kier voor
Op basis van de verkregen gegevens konden ze een integraal
mishandeling. Honderd procent veiligheid is nul procent
beleid ontwikkelen. Met de monitor konden ze tevens
eigen kracht. In sommige gevallen lijkt het noodzakelijk
beleidsontwikkelingen bijhouden, effecten van het beleid
om kinderen toch uit huis te plaatsen of om met ‘drang en
volgen en waar nodig bijsturen. In 2013 werkten we hard
dwang’ ervoor te zorgen dat ouders hulp aanvaarden. Deze
aan het ombouwen van de monitor tot een dashboard: een
paradox van ‘eigen kracht’ versus ‘drang en dwang’ in de
besloten website waarmee helder en snel alle informatie
aanpak van kindermishandeling was het centrale thema in
zichtbaar is. 21 gemeenten deden mee in 2013 aan een pilot
de jaarlijkse Mulock Houwer-lezing, die in november 2013
waarin ze ervaring opdeden met de monitor. Deze pilot loopt
georganiseerd werd door het Nederlands Jeugdinstituut
door in 2014. De bedoeling is dat de monitor uitgebreid
samen met het Kinderrechtenhuis. De lezing werd gegeven
wordt naar de aanpak huiselijk geweld zodat er aansluiting
door Prof. dr. Herman Baartman.
is bij de nieuwe ontwikkeling waarin regio’s een Advies- en meldpunt huiselijk geweld en kindermishandeling (AMHK) moeten hebben. Het Nederlands Jeugdinstituut heeft de
Congres
monitor ontwikkeld in opdracht van de Bernard van Leer
In de aanpak van huiselijk geweld en kindermishandeling
Foundation, die de middelen ervoor beschikbaar stelde.
zijn er diverse inzichten en andere manieren van werken. Dat zorgt samen met de discussie over de transitie en
Aandacht in initiële beroepsopleidingen
transformatie voor heftige debatten en veel dynamiek in de sector. Deze thematiek stond centraal op het Landelijk congres Huiselijk geweld en Kindermishandeling in
Signaleren van kindermishandeling is niet altijd eenvoudig.
november 2013 dat we samen met MOVISIE en de VNG
Er is nu wel een verplichte meldcode als professionals
organiseerden. Dit congres luidde het begin in van de
vermoeden hebben van kindermishandeling, maar de vraag
‘Week van Kinderen Veilig’. Er waren meer dan 600 mensen
is hoe je de juiste (vervolg)stappen neemt. Van belang is dat
aanwezig, waarvan circa 150 gemeenteambtenaren.
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Veilig opgroeien
Veiligheid op school Niet alleen thuis, maar ook op school moet het zo veilig mogelijk zijn voor kinderen en jongeren. Er is de afgelopen jaren veel aandacht voor pesten op school. Her en der zijn diverse anti-pestprogramma’s in omloop. Niet altijd zijn deze programma’s effectief of geschoeid op een leest van evidence based kennis. Het is dan ook voor scholen niet eenvoudig om te kiezen voor het beste en meest bij hen passende anti-pestprogramma. In opdracht van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) is het Nederlands Jeugdinstituut in 2013 aan de slag gegaan met het ontwikkelen van criteria om anti-pestprogramma’s te beoordelen op effectiviteit.
Hulp na kindermishandeling Er is in de afgelopen jaren slechts een beperkt aantal effectieve hulp- en ondersteuningsprogramma’s ontwikkeld die kindermishandeling kunnen doen stoppen. Hetzelfde geldt voor hulpprogramma’s om de gevolgen voor mishandelde kinderen te beperken en schade te herstellen. Het Nederlands Jeugdinstituut wil graag een goed aanbod helpen te ontwikkelen. Wij hebben daarvoor een kenniskring georganiseerd waar professionals uit de jeugdzorg en de jeugd-ggz samen rondom de tafel zaten om te kijken naar gedeelde uitgangspunten voor zo’n hulpaanbod en hoe de expertise uit beide sectoren elkaar kan versterken om zo’n beter hulpaanbod te realiseren.
Over de grens In 2013 haalden we de Britse expert Arnon Bentovim naar Nederland voor een lezing. Dr. Bentovim heeft veertig jaar ervaring als kinder- en jeugdpsychiater als het gaat om kindermishandeling en de behandeling van trauma’s die hieruit voorkomen. Meer Britse ervaringen werden gedeeld met Nederlandse professionals door een programma op het gebied van het leren van voorvallen. Dit is een methode uit het Verenigd Koninkrijk waarbij na een voorval waarbij de veiligheid van een kind in het geding was, samen met alle betrokken instellingen gereconstrueerd werd hoe het zover had kunnen komen. Centrale vraag daarbij: wat kunnen we hiervan leren? Sheila Fish, Brits expert als het gaat om deze methode, heeft een aantal mensen opgeleid om deze methode in Nederland uit te voeren en te begeleiden.
19
20
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Effectiviteit en vakmanschap
4
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Effectiviteit en vakmanschap
Effectiviteit en vakmanschap Het nieuwe jeugdstelsel kan pas duurzaam effect hebben als professionals vakman of vrouw zijn: ze weten wat werkt en hebben de juiste instrumenten om kinderen en gezinnen optimaal te ondersteunen en te begeleiden. In 2013 droeg het Nederlands Jeugdinstituut volop bij aan zowel het versterken van effectiviteit van het jeugdstelsel als het verbeteren van het vakmanschap van de mensen die er werken.
Als het gaat om het ondersteunen van kinderen en opvoeders
versterking van de beroepsvorming. We deden dat onder
bij opvoed- en opgroeiproblemen spelen professionele
meer door het verstrekken van informatie over en onder
beroepskrachten een centrale rol. Het gaat daarbij om
steunen van goede bij- en nascholingstrajecten, het definiëren
professionals in alle lagen en sectoren die te maken hebben
van wat nu de diverse beroepen eigenlijk inhouden, het
met kinderen: de pedagogische basisvoorzieningen ofwel
inventariseren van de kennis die aanwezig is bij professionals
‘basisvoorzieningen’ (scholen, kinderdagverblijven, het
en het ontwikkelen en invoeren van effectieve instrumentaria
sport- en jongerenwerk), de eerste lijn (Centra voor Jeugd en
voor beroepskrachten, zoals richtlijnen. We richtten ons
Gezin, jeugdverpleegkundigen, jeugdartsen, pedagogen en
tevens op de versterking van de betrokken beroeps
psychologen) en natuurlijk de professionals in de speciale
verenigingen, brancheorganisaties en bestuurders.
jeugdhulp en zorg. De jeugdsector is snel aan het veranderen. Dat vraagt andere competenties van professionals. Het is noodzakelijk dat ze weten wat werkt, dat ze kunnen reflec
Effectiviteit
teren op de vraag welke zorg het beste aansluit bij de vraag
Het Nederlands Jeugdinstituut gaat al jaren uit van ‘wat
van kinderen en ouders en dat zij hierover met hen in dialoog
werkt’. Dat doen we als het gaat om professionalisering van
gaan. Hiervoor is het nodig dat professionals bij blijven, zich
beroepskrachten: een professional kan immers pas echt goed
afvragen welke resultaten zij behalen met hun zorg en hoe
zijn werk doen als hij bruikbare effectieve methoden en
deze resultaten te verbeteren zijn. Nodig is eveneens dat zij
instrumenten heeft. Maar dat doen we ook als het gaat om de
een ‘leven lang leren’ om zo de juiste ondersteuning te bieden
transitie en transformatie: hoe gaat dat op de beste werkende
aan nieuwe generaties kinderen en jongeren. Het Nederlands
wijze? En dat doen we voor de basisvoorzieningen en de
Jeugdinstituut leverde in 2013 wederom een bijdrage aan de
eerste en tweede lijn. Het Nederlands Jeugdinstituut beheert diverse databanken waarin methoden, werkwijzen en
“Het zou goed zijn om een verbinding te leggen tussen effectiviteit en het werken in schuivende werkomstandigheden. De transitie brengt bij gemeenten een andere structuur met zich mee, waarbij oog voor effectiviteit niet altijd prioriteit heeft.” gebruiker
interventies op diverse terreinen staan, van de kinderopvang tot de jeugdzorg. Professionals, maar ook gemeenten, kunnen die databanken inzien. Zodat zij altijd weten welke werkwijzen evidence based zijn en daadwerkelijk effect hebben. Samen met diverse partners beheren we bijvoorbeeld de databank Effectieve Jeugdinterventies. In 2013 bevatte die databank 214 programma’s voor hulp bij problemen met opgroeien en opvoeden voor zowel basisvoorzieningen als eerste- en tweedelijnsvoorzieningen. Deze interventies zijn door een onafhankelijke erkenningscommissie beoordeeld en erkend als goed onderbouwd of effectief. Daarnaast werden, in opdracht van derden, verschillende interventies die momenteel uitgevoerd worden in de basisvoorzieningen,
21
22
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Effectiviteit en vakmanschap
eerste en tweede lijn, ondersteund bij de doorontwikkeling
Gemeenten kunnen met die indicatoren aanbieders aansturen.
en beschrijving, om zo de effectiviteit te vergroten.
In 2013 is hard gewerkt aan de voltooiing van de set prestatie-
Beslissen over effectieve hulp
indicatoren voor de Centra voor Jeugd en Gezin. Zes regiogemeenten hebben in pilots, in tijden van transitie, een
In de jeugdzorg krijgen hulpverleners te maken met
jaar gewerkt aan het uittesten van de prestatie-indicatoren.
indicatiestellingen. Maar wat zijn nu effectieve manieren
Voor de verdere implementatie en benutting van prestatie-
om te beoordelen wat er aan de hand is in een gezin en te
indicatoren voor effectieve jeugdzorg is een handleiding
beslissen welke hulp daarbij het meest succesvol is? Het
gemaakt voor aanlevering van gegevens. Er zijn beslisregels
Nederlands Jeugdinstituut deed onderzoek naar het proces
en voorbeeldrapportages beschreven en er is een eerste
van indicatiestelling in de jeugdzorg. In 2013 verscheen het
versie van een mogelijk dashboard ingericht. Dit vergroot de
onderzoeksrapport Beslissen over effectieve hulp: wat werkt
praktische toepassingsmogelijkheden van het werken met
in indicatiestelling? Hierin wordt beschreven wat kenmer
prestatie-indicatoren en versterkt het lerend vermogen van
kend is voor een effectief verlopende indicatiestelling.
instellingen.
Matchen vraag en aanbod de vraag naar jeugd- en opvoedhulp en het aanbod. In het
Samenwerkingsverband Effectieve Jeugdzorg Nederland
kennispraktijknetwerk matching vraag-aanbod werd een
Al sinds een aantal jaren voert het Nederlands Jeugdinstituut
antwoord gezocht op de vraag wat de meest voorkomende
het projectsecretariaat uit van het Samenwerkingsverband
vragen en problemen onder jeugd zijn en of dit correspondeert
Effectieve Jeugdzorg Nederland (SEJN). Dit is een ‘lerend
met het aanbod dat er is. Omdat in het nieuwe jeugdstelsel
platform’ van meer dan dertig jeugdzorginstellingen en
gemeenten eindverantwoordelijk worden voor alle jeugd is
onderzoekpartners uit heel Nederland. Deelnemers aan het
het belangrijk dat gemeenten weten welk aanbod aan hulp
SEJN verbinden onderzoek, beleid en praktijk aan elkaar en
en zorg aanwezig is en wat dat aanbod nu precies inhoudt.
wisselen ervaringen uit. Per jaar organiseert het SEJN twee
Het Nederlands Jeugdinstituut hielp gemeenten in 2013 met
effectiviteitsplatforms. Dit zijn landelijke bijeenkomsten
een analyse van dat aanbod. Zo ontwikkelden we een digitale
waarin praktijk, beleid en onderzoek bij elkaar komen. De
tool voor het maken van een aanbodanalyse en testten deze
bijeenkomsten zijn bedoeld voor SEJN-partners en SEJN-
in 2013 uit in de regio’s Cuijk en Holland Rijnland. Dit gaf
deelnemers en zijn ter kennismaking met het SEJN ook
deze regio’s zicht op het bestaande aanbod op de top tien
eenmalig door niet-leden te bezoeken. De opzet van de
van meest voorkomende problemen en de top zes van meest
effectiviteitsplatforms kennen het principe van ‘halen’ en
voorkomende opvoedvragen. In 2013 ontwikkelden we
‘brengen’ zodat een actieve uitwisseling van kennis en
daarnaast voor gemeenten en zorgaanbieders twee blauw
ervaring ontstaat (lerend systeem). Ook in 2013 vonden
drukken rondom het programmeren van een werkend
deze bijeenkomsten plaats.
Meer effectiviteit gaat ook over een betere afstemming tussen
zorgaanbod. Deze blauwdrukken bevatten bevat preventieen zorgarrangementen rond de thema’s van enkelvoudig opvoedingsprobleem tot multiprobleemsituatie, van dwars
Professionalisering Jeugdzorg
gedrag tot gedragsstoornis en van opvoedingsverlegenheid
In 2010 werd de eerste fase van een uitgebreid actie
tot multiproblematiek. Ze laten zien welke bestanddelen
programma voor de verdere professionalisering van
ervan echt werken.
beroepskrachten in de jeugdzorg: het Actieplan Professionalisering Jeugdzorg, afgesloten. Het
Prestatie-indicatoren Centra Jeugd en Gezin
actieprogramma werkte onder meer aan de versterking van de beroepsverenigingen, de verbetering van de mogelijkheden voor scholing en bijscholing en de invoering
Professionals, aanbieders van jeugd en opvoedhulp, maar
van tuchtrecht. In de jaren erna is hier verder op gebouwd
ook gemeenten kunnen met prestatie-indicatoren zicht
met een plan van uitvoering, waarin onder meer de
krijgen op de effectiviteit van hun beleid of hun handelen.
registratie van professionals in een beroepsregister beoogd
“Ik zie voor het Nederlands Jeugdinstituut een verbindende rol bij het versterken van professionalisering in de jeugdzorg. In de verschillende onderdelen van de jeugdzorg is het nu nog te versnipperd, vind ik.” klant
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Effectiviteit en vakmanschap
“Hoe kunnen we het ‘nieuwe’ vakmanschap vormgeven voor professionals die na de stelselwijziging aan de slag moeten?” gebruiker
implementatie van de richtlijnen na autorisatie. In dit kader is in 2013 een eerste pilot uitgevoerd voor verspreiding van de richtlijnen met de organisatie van een gratis webinar, een live seminar via het internet voor jeugdzorgwerkers over de Richtlijn Ernstige gedragsproblemen.
Meer samenhang In 2013 is gewerkt aan meer samenhang tussen de verschil lende activiteiten binnen het Nederlands Jeugdinstituut wat betreft effectiviteit en vakmanschap. Kennisprojecten
werd. Dit Implementatieplan Professionalisering Jeugdzorg
en databanken leverden meer kennis aan voor de praktijk.
loopt van 2011 tot 2014. Het Nederlands Jeugdinstituut heeft
En met het veld kwam meer uitwisseling op gang via onder
in dit grootschalige professionaliseringstraject de rol van
andere kennispraktijknetwerken. Zo is bijvoorbeeld de
programmacoördinator en secretaris van de stuurgroep.
databank Effectieve Jeugdinterventies intensief gebruikt
In mei van vorig jaar zag de voortgangsrapportage ervan
bij het ontwikkelen van de richtlijnen voor de jeugdzorg.
het licht. Ook ontwikkelden en implementeerden wij de
En hebben we op basis van eerdere doelgroepanalyses een
Monitor Professionalisering. Deze monitor is bedoeld om
databestand ontwikkeld waarin gegevens van ruim 600
inzicht te geven in de voortgang van het professionalisering
kinderen en jongeren zijn opgenomen wat betreft hun
traject in de organisatie. De monitor levert daarnaast allerlei
kenmerken, problemen en zorgbehoeften. Dit databestand
gegevens op over hoe professionals tegen verschillende
is benut door ons programma Veilig opgroeien om meer zicht
aspecten van professionalisering aan kijken. Denk daarbij
te krijgen op kenmerken, problemen en zorgbehoeften van
aan vakbekwaamheid, beroepstrots en de autonomie die
mishandelde kinderen.
professionals ervaren. Instellingen kunnen deze monitor inzetten om te kijken hoever ze zijn met professionalisering.
Richtlijnen In de jeugdzorg dienen professionals zo effectief en zorgvuldig mogelijk te handelen. Een praktisch hulpmiddel hierbij is een richtlijn: een aanwijzing voor het handelen van een beroepskracht. Een richtlijn bevat opvattingen over hoe te handelen en is gebaseerd op wetenschappelijke kennis over wat werkt (evidence based), praktijkkennis van professionals (practice based) en voorkeuren van cliënten (clientbased). In 2012 nam het Nederlands Jeugdinstituut in opdracht van de beroepsverenigingen NIP, NVO en NVMW de programma coördinatie van de Richtlijnontwikkeling voor de jeugdzorg op zich. Er zullen in totaal veertien richtlijnen tot stand komen in de periode 2011 tot 2015. Ze worden ontwikkeld door diverse kennisinstituten. Het Nederlands Jeugdinstituut neemt er acht voor zijn rekening. In 2013 werd de eerste richtlijn – de Richtlijn Ernstige gedragsproblemen – geautoriseerd door de beroepsverenigingen. Voor de ontwikkeling van de richtlijnen wordt nauw samengewerkt met het veld zowel als het gaat om het ontwikkelen van teksten en aanbevelingen, maar ook als het gaat om de praktische toepasbaarheid: de richtlijnen worden nauwgezet uitgetest in de praktijk. Deze proefimplementaties vormen een belangrijk bestanddeel van de ontwikkeling van de richtlijnen en worden begeleid door het Nederlands Jeugdinstituut. Daarnaast draagt het Nederlands Jeugdinstituut samen met het Programma Richtlijnen Jeugdzorg zorg voor de landelijke
23
24
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Kennis delen
5
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Kennis delen
Kennis delen Kennis is ons fundament. Onze kennis moet goed opgeslagen, vindbaar en doorzoekbaar zijn. Bovendien moet onze kennis uitnodigen tot méér. Tot verrijken, tot verbinden, tot analyseren. We willen van de jeugdsector een collectief lerende sector maken. In 2013 hebben we daarom onze kennisinfrastructuur onder handen genomen. Ook zochten we de interactie met onze stakeholders op door het lanceren van Kennisnet Jeugd, hét digitaal platform voor de jeugdsector.
Kennisinfrastructuur
zoeken: selecteren op specifieke kenmerken. Ook biedt het
In 2013 is achter de schermen hard gewerkt aan
nieuwe systeem mogelijkheden om de website te verbeteren
verbeteringen in de kennisinfrastructuur. Het instituut heeft
voor mobiel gebruik.
informatiemanagers aangesteld. Zij spelen een belangrijke rol bij het (door)ontwikkelen van kennisproducten. Signalen uit het veld en behoeften van professionals, nemen infor
Kennisnet Jeugd
matiemanagers zo veel mogelijk mee. Alle kennis die in de
In mei zag Kennisnet Jeugd het levenslicht. Het digitaal
verschillende databanken zit, is ondergebracht in
platform waar beleidsmakers en professionals uit de jeugd
verschillende kenniscollecties binnen het Virtueel
sector kennis met elkaar uit kunnen wisselen. In een half
Samenwerkingsplatform (VSP). De site www.nji.nl trok
jaar tijd meldden zich 1400 deelnemers aan en wisten bijna
meer dan 900.000 unieke bezoekers. Ten opzichte van 2012
30.000 unieke bezoekers Kennisnet Jeugd te vinden.
zijn dit 200.000 bezoekers meer. Alle websites die het
Klanten en gebruikers geven Kennisnet Jeugd een score van
Nederlands Jeugdinstituut in 2013 actief beheerde, komen
7,6 op tevredenheid. Via Kennisnet Jeugd kunnen wij als
in totaal uit op meer dan 1,3 miljoen unieke bezoekers.
Nederlands Jeugdinstituut efficiënter en effectiever met onze
Klanten en gebruikers zijn tevreden met de website. Zij geven
doelgroepen communiceren. We kunnen hen kennis op maat
de site op basis van het in 2013 gehouden klantonderzoek
leveren en bovendien directer op hun behoeften reageren.
(zie Hoofdstuk 6) een 7,7. Ook scoren de databanken (7,7)
Ook vergroot Kennisnet Jeugd de mogelijkheden voor
en de dossiers (7,9) hoog op tevredenheid. De databank
participatie en co-creatie. Deelnemers kunnen hun mening
Instrumenten en richtlijnen (129.750 unieke bezoekers),
en ervaring kwijt in discussies en blogs of kunnen met elkaar
gevolgd door de databank Cijfers over jeugd en opvoeding
samen werken aan kennis in open of besloten werkgroepen.
(88.494 unieke bezoekers) en de databank Effectieve Jeugdinterventies (79.573 unieke bezoekers) trekken van alle
In 2013 concentreerde Kennisnet Jeugd zich inhoudelijk op
databanken de meeste bezoekers. Best bezochte dossier is het
de transitie en transformatie van het jeugdstelsel. De gevoerde
dossier Kindermishandeling (45.060 unieke bezoekers), op
discussies zijn levendig. In 2013 werd bijvoorbeeld veel
de voet gevolgd door het dossier Transitie jeugdzorg (31.050 unieke bezoekers) en dossier Kinderopvang (28.659 unieke bezoekers). In 2013 is de website gemigreerd naar de nieuwste versie van Smartsite, het content-managementsysteem, genaamd iXperion. Deze migratie was noodzakelijk om de zoekfunctie op de website te verbeteren. Het Nederlands Jeugdinstituut kan kennis in databanken en dossiers nu beter ontsluiten door de introductie van facet-
“Zet de ingezette lijn van openheid en toegankelijkheid voort. Dat past namelijk precies in het nieuwe denken!” klant
25
26
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Kennis delen
uitgewisseld over de plek van specialistische hulp in het
onze LinkedIn-groep veel te doen is geweest dit jaar zijn:
jeugdstelsel en over het verlenen van evidence based
transitie/transformatie, pesten/anti-pesten, zelfdoding
zorg. Er werden meer dan 60 blogs gepubliceerd over
onder jongeren, uithuisplaatsing en pleegzorg/pleeggezin.
verschillende onderwerpen. Best gelezen blogs op Kennisnet Jeugd
Aantal keer gelezen
‘Hoeveel ggz-professionals mochten meedenken over de transitie jeugdzorg?’
2.398
‘Vraagt u al om evidence based zorg?’
2.138
‘Stoornis een excuus? Graag meer kennis en begrip!’
2.344
ieuwsbrief Jeugd N In het klantonderzoek spant de wekelijkse digitale Nieuwsbrief Jeugd de kroon met een gemiddeld cijfer van 8,2 op tevredenheid. De Nieuwsbrief Jeugd verscheen in 2013 46 keer. In totaal werden 471 berichten geschreven en verspreid. Het aantal abonnees nam toe tot 25.653. Zij brachten 320.000 bezoeken aan nieuwspagina’s, met een totaal van circa 538.000 paginaweergaves. Twee berichten
In 2013 startten deelnemers 24 werkgroepen. Bijvoorbeeld
zijn in 2013 elk ongeveer 6.000 keer gelezen. Gemiddeld is
over wijkteams, waarin deelnemers kennis verzamelen over
een bericht 980 keer gelezen.
generalistisch werken. Of de werkgroep ‘Indicatoren, voor transformatie’. Deelnemers wisselen kennis en ervaringen uit over (de ontwikkeling van) indicatoren waarmee resultaten van de transformatie de komende jaren zichtbaar gemaakt kunnen worden. Ook zijn er diverse besloten werkgroepen geopend, die vaak onderdeel zijn van bestaande activiteiten. Zoals de werkgroep kenniskring ‘Hulp na kindermis handeling’, een werkgroep vanuit een gehouden conferentie voor samenwerkingsverbanden voortgezet onderwijs of de werkgroep vanuit het Samenwerkingsverband Effectieve Jeugdzorg Nederland (SEJN).
Sociale media De sociale mediakanalen van het Nederlands Jeugdinstituut namen in 2013 een vlucht. Op Twitter behoorde @HetNJi met 12.441 volgers tot de Twitter top 2000 van Nederland. Op LinkedIn hebben we aan de LinkedIn-groep Nederlands Jeugdinstituut 8.028 leden aan ons weten te binden. Voor beide kanalen een enorme groei. Samen met die groei, vond vooral op Twitter steeds meer interactie plaats. Voor het Nederlands Jeugdinstituut is Twitter niet meer een eenzijdig kanaal, waarop we ofwel zenden ofwel monitoren wat in het werkveld gebeurt. Integendeel, onze volgers praten terug. Via Twitter stellen diverse professionals dagelijks vragen of geven ze opmerkingen bij de kennis die wij verspreiden. Medewerkers van het Nederlands Jeugdinstituut voorzien deze vragen of opmerkingen zo snel mogelijk van passende antwoorden. Onderwerpen waarover op Twitter en binnen
“De Nieuwsbrief Jeugd is voor mij regelmatig de trigger om verder te neuzen op de site.” klant
Top 3 meest gelezen berichten Nieuwsbrief Jeugd 2013 ‘Behandeling Jeugdwet in Eerste Kamer uitgesteld’
Paginaweergaves 6.314
William Schrikker Groep onder verscherpt toezicht
5.996
Compliment werkt soms averechts bij laag zelfbeeld
4.760
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Kennis delen
27
28
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Personeel en organisatie
6
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Personeel en organisatie
Personeel en organisatie In 2013 voerde het Nederlands Jeugdinstituut volgens plan de reorganisatie door. Daarbij nam het instituut via een sociaal plan afscheid van 13 collega’s. Vanaf begin 2013 voerden medewerkers hun werkzaamheden uit binnen de nieuwe organisatiestructuur, passend bij de gestelde doelen voor de toekomst: het creëren van meer maatschappelijk rendement, het versterken van de verbinding tussen kennis en praktijk en het goed kunnen inspelen op ontwikkelingen in de buitenwereld.
Genoemde ontwikkelingen vragen om een andere invulling
duurzame inzetbaarheid (met oog voor in-, door- en
van het personeelsbeleid. In 2013 zijn daarom de eerste
uitstroom), diversiteit, flexibiliteit en ontwikkeling. Het
stappen gezet naar een strategisch personeels- en formatie
Nederlands Jeugdinstituut wil zijn medewerkers strakker
beleid. Resultaten uit het medewerkerstevredenheids
sturen op de te behalen resultaten. Daartoe is in 2013 de
onderzoek dat in 2013 plaatsvond, zijn hierin meegenomen.
beoordelingssystematiek aangepast. Ook zijn er aanpas
Tien medewerkers van het Nederlands Jeugdinstituut stelden
singen doorgevoerd in het arbo- en verzuimbeleid, in lijn met
zich begin november kandidaat voor de ondernemingsraad.
het zo optimaal mogelijk inzetten van onze medewerkers.
Na verkiezingen startte de zevenkoppige ondernemingsraad
Het Nederlands Jeugdinstituut richt zich op het bevorderen
begin december in de nieuwe samenstelling. Na een
van een gezonde, vitale en motiverende werkomgeving.
succesvolle audit is het ISO 9001 certificaat verlengd. Eind
Oftewel: het vitaal hebben en houden van medewerkers om
2013 vond een klantonderzoek plaats. Dat onderzoek leidde
in een prettige werksfeer goed werk en goede resultaten te
eveneens tot een positief resultaat.
kunnen leveren, nu en in de toekomst. Zowel de organisatie als de medewerker neemt verantwoordelijkheid voor eigen
Strategisch personeels- en formatiebeleid
gezondheid en welzijn.
Het Nederlands Jeugdinstituut heeft medewerkers nodig die
Personeel in feiten en cijfers
ondernemend, taak- en resultaatverantwoordelijk, klant- en
De personele omvang van het Nederlands Jeugdinstituut
organisatiegericht, verbindend en vitaal zijn. Vanuit de
daalde in 2013 van 131 medewerkers (107,12 fte) naar 122
organisatie vraagt dit om aandacht voor onder andere
(100,32 fte). Daarnaast waren 10 werknemers in dienst op basis van een arbeidsovereenkomst met uitgestelde
“Ik heb vooral veel waardering voor de expertise en bevlogenheid van de mensen van het Nederlands Jeugdinstituut. Probeer wel wat concreter te worden: vertaal de kennis naar normaal taalgebruik en praktische instrumenten.” gebruiker
prestatieplicht. Verder werden 15 stageplaatsen en werk ervaringsplekken ingevuld. Eind 2013 was de verhouding tussen tijdelijk en vast personeel: 26% tijdelijk en 74% vast. De procentuele verhouding tussen mannen en vrouwen was 15:85. In de loop van het jaar zijn 18 vacatures opengesteld. Daarop stroomden 12 nieuwe medewerkers in. De uitstroom bedroeg 21 medewerkers. Het ziekteverzuim kwam in 2013 op gemiddeld 6,36% waaronder een aantal medewerkers met langdurige klachten. De ziekmeldingen werden begeleid door arbodienst De Witte Raaf. Het Nederlands Jeugdinstituut biedt ook gelegenheid het open spreekuur van de bedrijfsarts op kantoor te bezoeken. Hiervan werd in 2013 117 keer
29
30
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Personeel en organisatie
gebruik gemaakt. In 2013 is Gardien Bedrijfsfysiotherapie
Als we de bevraagde klantgroepen bekijken, dan zien we
B.V. vijf keer benaderd voor het uitvoeren van een
dat de jeugd-ggz de samenwerking met het Nederlands
individueel werkplekonderzoek ten behoeve van
Jeugdinstituut duidelijk minder goed beoordeeld dan andere
medewerkers.
klantgroepen. Bovendien zien de jeugd-ggz en de jeugd gezondheidszorg nog onvoldoende de toegevoegde waarde in
Klantonderzoek Om meer inzicht te krijgen in wensen en behoeften van
van wat de expertise van het Nederlands Jeugdinstituut hen kan opleveren. Aan ons de taak om die waargenomen kenniskloof in 2014 te dichten.
(potentiële) klanten en in hun beeld van het Nederlands Jeugdinstituut, is in 2013 een klantonderzoek uitgevoerd onderzoek is onderscheid gemaakt in tien gebruikers
Omzet, financiële resultaten en balans
groepen, zoals ‘jeugd-ggz’, ‘jeugdzorg en opvoedhulp’,
In 2013 heeft het Nederlands Jeugdinstituut een omzet
‘kinderopvang en brede school’, ‘onderwijs’ en ‘overheid’.
gerealiseerd van ruim € 16,7 miljoen.
onder 864 (potentiele) klanten en gebruikers. In het
Her en der in dit jaarverslag vindt u uitspraken die klanten en gebruikers hebben gedaan.
De omzet is (afgerond) als volgt samengesteld: > 30% instellingssubsidie VWS
Hoge score op loyaliteit De resultaten bevestigen onze rol als kennismakelaar.
> 50% opbrengsten ministeries, subsidies van fondsen en internationale subsidie- en opdrachtgevers
Klanten en gebruikers waarderen de samenwerking met het
> 15% opbrengsten trainingen en congressen
Nederlands Jeugdinstituut in het algemeen met een 8,1.
> 5% overige opbrengsten
Onze bijdrage aan maatschappelijk resultaat wordt met een 7,8 als goed beoordeeld. Kennisnet Jeugd (hoe nieuw ook),
Ten opzichte van de begroting is de gerealiseerde omzet ruim
databanken en dossiers zijn goed gewaardeerde
€ 2,1 miljoen lager. De projectsubsidies zijn € 0,8 miljoen
kennisproducten. De wekelijkse digitale Nieuwsbrief Jeugd
lager dan begroot. Voor een bedrag van € 1,5 miljoen wordt
spant de kroon met een gemiddeld cijfer van 8,2. Onze
dit veroorzaakt doordat voor derden bestemde
kerntaken worden volgens gebruikers en klanten goed
subsidiegelden zijn doorgeschoven naar 2014. Laten we deze
ingevuld. Gebruikers kenmerken ons vooral als informatief,
inkomsten buiten beschouwing, dan zijn de projectsubsidies
professioneel, deskundig, up-to-date en breed georiënteerd.
€ 0,7 miljoen hoger.
Klanten noemen daarbij ook eigenschappen als gedegen,
De opdrachten derden en de overige opbrengsten (met name
betrouwbaar en ondersteunend. Opvallend zijn de hoge
trainingen) zijn in totaal € 1,3 miljoen lager dan begroot
scores van klanten op loyaliteit bij het zaken doen met het
(incl. bijzondere baten ad € 0,15). Ongeveer de helft hiervan
Nederlands Jeugdinstituut. Het gaat dan bijvoorbeeld om het
wordt veroorzaakt door een sterkere daling dan verwacht van
aanbevelen van het Nederlands Jeugdinstituut aan anderen
het aantal trainingen Triple P.
of de mate waarin klanten het Nederlands Jeugdinstituut een warm hart toe dragen. Het instituut scoort hier een Net
De totale kosten bedragen € 16,8 miljoen en zijn, in lijn
Promotor Score (NPS) van 45,5%. Hoog in vergelijking met
met de lagere opbrengsten, € 2 miljoen lager dan begroot.
de benchmark (21,5%).
In de kosten zijn niet begrote, eenmalige kosten opgenomen ten bedrage van € 0,4 miljoen, onder andere voor inhaal
Aandachtspunten
afschrijvingen in verband met het gedeeltelijk opzeggen
Alles overziend is de basis op orde. Natuurlijk zijn er ook
van de huur en voor reorganisatiekosten voor het shared
punten die nog beter kunnen, zoals praktijkgerichtheid,
service center.
interactiviteit en snelheid. Daar gaan we in 2014 aan werken.
“De handreikingen die het Nederlands Jeugdinstituut opleveren zijn goed onderbouwd, maar ook dik en dus minder praktisch. Het zou prettig zijn als jullie een vertaalslag kunnen maken naar de praktijk, waardoor dergelijke documenten beter te gebruiken zijn.” klant
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Personeel en organisatie
Het resultaat uit gewone bedrijfsvoering komt hiermee uit op ruim 0,1 miljoen negatief (€ - 137.675). Samen met een financieel resultaat van € 111.766 (rente-inkomsten), bedraagt het totale negatieve resultaat € - 25.909. Het eigen vermogen van het Nederlands Jeugdinstituut neemt door dit negatieve resultaat af met € 25.909. Daarmee komt het eigen vermogen per 31 december 2013 op € 3.105.736. Het eigen vermogen heeft een omvang van 18,6 % van de jaaromzet. Mede gezien de onzekerheid over de omvang van de omzet in de komende jaren is een vermogen noodzakelijk van 20 – 25% van de jaaromzet.
31
32
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut /
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Jaarrekening
Jaarrekening
2 0 13
33
34
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Jaarrekening
BALANS PER 31 DECEMBER 2013 ( N A R E S U LTA AT V E R D E L I N G )
ACTIVA
31 DECEMBER 2013
31 DECEMBER 2012
€
€
Vaste activa Materiële vaste activa
111.102
Totaal
111.102
101.582 101.582
Vlottende activa Vorderingen op korte termijn
2.670.248
3.796.426
Liquide middelen
9.877.795
10.059.509
Totaal
12.548.043
13.855.935
Totaal activa
12.659.145
13.957.517
PASSIVA Eigen vermogen Algemene reserve
3.098.218
Egalisatiereserve instellingssubsidie
7.518
0
Totaal
3.105.736
3.131.645
Voorzieningen
0
Langlopende schulden
39.366
Kortlopende schulden
9.514.043
Totaal passiva
12.659.145
3.131.645
852.011
16.736
9.957.125
13.957.517
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Jaarrekening
WINST- EN VERLIESREKENING 2013
Realisatie Begroting 2013 2013 € €
Realisatie 2012 €
Opbrengsten Instellingssubsidie
5.193.211 5.086.000
5.674.514
Projectsubsidies 1)
7.727.216 8.513.000
5.413.974
Opdrachten derden
1.082.052 2.000.000
1.821.079
Overige projectopbrengsten
2.542.454 3.214.000
4.192.642
Niet-projectgebonden opbrengsten Totale opbrengsten
172.764 0
142.816
16.717.697 18.813.000
17.245.025
Personele kosten
7.621.200 7.704.000
9.327.956
Materiële projectkosten 1)
6.777.405 8.757.000
5.882.136
Niet-projectgebonden materiële kosten
2.456.767 2.412.000
2.319.848
16.855.372 18.873.000
17.529.940
Kosten
Totale kosten Resultaat uit gewone bedrijfsvoering
-137.675 -60.000
Financieel resultaat
111.766 60.000
Bedrijfsresultaat
-25.909 0
1) inclusief gelden bestemd voor projectpartners IPJ en Richtlijnen (realisatie € 3,3 miljoen; begroting € 4,8 miljoen)
-284.915
148.779
-136.136
35
36
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Jaarrekening
KASSTROOMOVERZICHT 2013 (VOLGENS DE INDIRECTE METHODE)
2013 2013 € €
2012 €
Resultaat
-25.909
Afschrijvingen
39.689
13.780 -103.218
Afname voorzieningen
-852.011
-136.136 32.918
729.088
Mutaties werkkapitaal: Vorderingen korte termijn Kortlopende schulden
1.126.178 -443.082
667.396 -1.298.781
683.096 -631.385
Kasstroom uit operationele activiteiten
-155.135
Investeringen in materiële vaste activa Desinvesteringen in materiële vaste activa Kasstroom uit investeringsactiviteiten Langlopende schulden
-5.515
-49.209
-18.683
0
0
-49.209
22.630
-18.683
16.736
Kasstroom uit financieringsactiviteiten
22.630
16.736
Netto kasstroom
-181.714
-7.462
Liquide middelen: Stand per 31 december 2012
10.059.509
Stand per 31 december 2013
9.877.795
Mutatie liquide middelen
-181.714 -7.462
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Jaarrekening
Toelichting jaarrekening A LGEM ENE T OEL ICHT ING Activiteiten De activiteiten van de Stichting Nederlands Jeugdinstituut bestaan uit het verzamelen, verrijken, valideren en verspreiden van kennis; praktijkontwikkeling, -ondersteuning en -onderzoek, opleiding en training. De activiteiten worden hoofdzakelijk in Nederland uitgeoefend. Het NJI is statutair en feitelijk gevestigd op de Catharijnesingel 47 te Utrecht. Kasstroomoverzicht Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de indirecte methode. De geldmiddelen in het kasstroomoverzicht bestaan uit de liquide middelen. Verbonden partijen Van een verbonden partij is sprake wanneer een partij beleidsbepalende invloed kan uitoefenen in een andere partij, dan wel invloed van betekenis kan uitoefenen op het zakelijke en financiële beleid van de andere partij. Zo kan sprake zijn van een dergelijke invloed indien: de ene partij in het bestuur dan wel in een vergelijkbaar gezaghebbend orgaan van de andere partij vertegenwoordigd is; de ene partij betrokken is bij de bepaling van het beleid van de andere partij; met die andere partij materiële transacties worden aangegaan. Hierdoor is Stichting Sekondant een verbonden partij. Schattingen Om de grondslagen en regels voor het opstellen van de jaarrekening te kunnen toepassen, is het nodig dat de Raad van Bestuur zich over verschillende zaken een oordeel vormt en schattingen maakt die essentieel kunnen zijn voor de in de jaarrekening opgenomen bedragen. Indien het voor het geven van het vereiste inzicht noodzakelijk is, is de aard van deze oordelen en schattingen inclusief de bijbehorende veronderstellingen opgenomen bij de toelichting op de betreffende jaarrekeningposten.
GRO NDSLAGEN VOOR WAAR D ER ING VAN ACTIVA EN PASSIVA Algemeen Bij het opstellen van deze jaarrekening is uitgegaan van de continuïteitsveronder stelling. De jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met de bepalingen van het Ministerie van VWS en de stellige uitspraken van de Richtlijnen voor de Jaarverslag geving, die uitgegeven zijn door de Raad voor de Jaarverslaggeving, specifiek RJ 640 Organisaties zonder winststreven. Activa en passiva (met uitzondering van het vermogen) worden in het algemeen gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs. Indien geen specifieke waarderingsgrondslag is vermeld vindt waardering plaats tegen de verkrijgingsprijs. De jaarrekening is opgesteld in euro’s. Vergelijking met voorgaand jaar De gehanteerde grondslagen van waardering en resultaatbepaling zijn ongewijzigd t.o.v. het voorgaande jaar.
37
38
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Jaarrekening
Materiële vaste activa De materiële vaste activa zijn gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs onder aftrek van lineaire afschrijvingen gedurende de geschatte economische levensduur. Met op balansdatum verwachte bijzondere waardeverminderingen wordt rekening gehouden. De afschrijvingspercentages bedragen: hard- en software 20%. Op balansdatum wordt beoordeeld of er aanwijzingen zijn dat een actief aan een bijzondere waardevermindering onderhevig is. Indien indicaties aanwezig zijn, wordt de realiseerbare waarde van het actief vastgesteld. Er is ultimo boekjaar 2012 geen noodzaak tot het doorvoeren van een bijzondere waardevermindering. Vorderingen Vorderingen worden bij eerste verwerking gewaardeerd tegen de reële waarde van de tegenprestatie. Voorzieningen wegens oninbaarheid worden in mindering gebracht op de boekwaarde van de vordering. Liquide middelen Liquide middelen bestaan uit kas, banktegoeden en direct opeisbare deposito’s met een looptijd korter dan twaalf maanden. Rekening-courantschulden bij banken zijn opgenomen onder schulden aan kredietinstellingen onder kortlopende schulden. Liquide middelen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde. Eigen vermogen Het vermogen wordt bepaald op basis van historische prijzen. Een gerealiseerd overschot of tekort op het totaal van projecten gefinancierd met instellingssubsidie, wordt toegevoegd c.q. onttrokken aan de egalisatiereserve instellingssubsidie. Voorzieningen Voorzieningen worden gevormd voor in rechte afdwingbare of feitelijke verplichtingen die op de balansdatum bestaan, waarbij het waarschijnlijk is dat een uitstroom van middelen noodzakelijk is en waarvan de omvang op betrouwbare wijze is te schatten. De voorzieningen worden gewaardeerd tegen de beste schatting van de bedragen die noodzakelijk zijn om de verplichtingen per balansdatum af te wikkelen. De voorzieningen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde van de uitgaven die naar verwachting noodzakelijk zijn om de verplichtingen af te wikkelen, tenzij anders vermeld. Wanneer de verwachting is dat een derde de verplichtingen vergoedt, en wanneer het waarschijnlijk is dat deze vergoeding zal worden ontvangen bij de afwikkeling van de verplichting, dan wordt deze vergoeding als een actief in de balans opgenomen. De voorziening jubilea wordt opgenomen voor verwachte lasten gedurende het dienstverband. De overige voorzieningen worden opgenomen tegen nominale waarde. Langlopende schulden Langlopende schulden worden bij de eerste verwerking gewaardeerd tegen reële waarde.
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Jaarrekening
GRO NDS L AGEN VOOR B EPAL ING VAN HET RESULTAAT Algemeen Het resultaat wordt bepaald als het verschil tussen de opbrengstwaarde van de geleverde prestaties en de kosten en andere lasten over het jaar. Subsidies Subsidies worden als bate verantwoord in de winst- en verliesrekening in het jaar waarin de gesubsidieerde kosten zijn gemaakt of opbrengsten zijn gederfd, of wanneer zich een gesubsidieerd exploitatietekort heeft voorgedaan. De baten worden verantwoord als het waarschijnlijk is dat deze worden ontvangen en de condities voor ontvangst aangetoond kunnen worden. Personeelsbeloningen Periodiek betaalbare beloningen Lonen, salarissen en sociale lasten worden op grond van de arbeidsvoorwaarden verwerkt in de winst- en verliesrekening voor zover ze verschuldigd zijn aan werknemers. Pensioenen Het NJi heeft voor haar werknemers een toegezegde pensioenregeling. Hiervoor in aanmerking komende werknemers hebben op de pensioengerechtigde leeftijd recht op een pensioen dat is gebaseerd op het gemiddeld verdiende loon berekend over de jaren dat de werknemer pensioen heeft opgebouwd bij PFZW. De verplichtingen, welke voortvloeien uit deze rechten, zijn ondergebracht bij het bedrijfspensioen fonds Zorg en Welzijn. Het NJi betaalt hiervoor premies waarvan de helft door de werkgever wordt betaald en de helft door de werknemer. De pensioenrechten worden jaarlijks geïndexeerd, indien en voor zover de dekkingsgraad van het pensioenfonds dit toelaat. In 2014 dient het pensioenfonds een dekkingsgraad van tenminste 105% te hebben. De stand van ultimo december 2013 is de dekkingsgraad van het pensioenfonds 109%. Er is dan ook geen noodzaak voor de aangesloten instellingen om extra stortingen te verrichten of om bijzondere premieverhogingen door te voeren. Het NJi heeft geen verplichting tot het voldoen van aanvullende bijdragen in het geval van een tekort bij het pensioenfonds, anders dan het effect van hogere toekomstige premies. Het NJi heeft daarom alleen de verschuldigde premies tot en met het einde van het boekjaar in de jaarrekening verantwoord. Financiële baten en lasten Rentebaten en -lasten worden tijdsevenredig verwerkt, rekening houdend met de effectieve rentevoet van de betreffende activa en passiva. Bij de verwerking van de rentelasten wordt rekening gehouden met de verantwoorde transactiekosten op de ontvangen leningen die als onderdeel van de berekening van de effectieve rente worden meegenomen.
39
40
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Jaarrekening
Toelichting balans VASTE ACTIVA Materiële vaste activa
Hard- en 31-12-2013
software Totaal
€ €
31-12-2012 totaal €
Stand per 1 januari: Aanschafwaarde
173.216 173.216
154.534
Cumulatieve afschrijvingen
-71.634 -71.634
-38.717
Boekwaarde
101.582 101.582
115.817
Mutaties: Investeringen Afschrijvingen Stand per 31 december: Aanschafwaarde Cumulatieve afschrijvingen Boekwaarde
49.209 49.209 -39.689 -39.689 9.520 9.520
18.663 -32.918 -14.235
222.425 222.426 -111.323 -111.324 111.102 111.102
173.216 -71.634 101.582
Voor hard- en software wordt een afschrijvingspercentage gehanteerd van 20%.
VLOTTENDE ACTIVA Vorderingen op korte termijn
31-12-2013
€
31-12-2012 €
Debiteuren
1.128.005
1.118.148
Rekeningen-courant
994.354
1.197.434
Te ontvangen (project-)subsidies
110.588
363.781
Te ontvangen opdrachten derden
144.793
928.530
Overige vorderingen
247.292
135.671
Overlopende activa
45.216
Totaal vorderingen op korte termijn
2.670.248
3.796.426
Liquide middelen
31-12-2013
31-12-2012
€
Kas en bankrekeningen
173.968
Deposito’s
9.703.827
9.633.856
Totaal liquide middelen
9.877.795
10.059.509
Totaal vlottende activa
12.548.043
13.855.935
52.862
€ 425.653
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Jaarrekening
Debiteuren
2013
2012
Stand per 31 december
1.198.932
1.228.017
Voorziening dubieuze debiteuren
-70.927
Totaal
1.128.005
-109.869 1.118.148
Het verloop van de voorziening wegens oninbaarheid is als volgt:
2013
Stand per 1 januari
109.869
89.661
Ontvangen/afgeboekt
-49.769
-20.740
Dotatie ten laste van resultaat
10.827
40.948
Stand per 31 december
2012
70.927 109.869
Rekeningen-courant De rekening-courant ad € 994.354 (2012 € 1.197.434) betreft de rekening-courant met Sekondant. De rekening-courant is (formeel) direct opeisbaar. Te ontvangen (project-)subsidies en te ontvangen opdrachten derden De te ontvangen (project-)subsidies ad € 110.588 (2012 € 363.781) en opdrachten derden ad € 144.793 (2012 € 928.530) betreffen subsidies en opbrengsten uit opdrachten die gerealiseerd zijn in 2013, maar die nog niet (helemaal) zijn ontvangen. Overige vorderingen
2013
Te ontvangen rente
19.423
8.693
Te ontvangen teruggave premie WAO/WIA
32.301
0
Te ontvangen zwangerschapsgelden UWV
45.632
0
Te ontvangen baten projecten
121.831
33.606
Overige
28.105
93.372
Totaal
247.292
Overlopende activa
2013
Vooruitbetaald OV/NS-jaarkaarten
33.541
Overige vooruitbetaalde kosten
11.675
10.612
Totaal
45.216
52.862
Liquide middelen De liquide middelen zijn direct opeisbaar.
2012
135.671
2012 42.250
41
42
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Jaarrekening
EIGEN VERMOGEN ALGEMENE RESERVE
31-12-2013
€
Stand per 1 januari
3.131.645
Reclassificatie
0
Resultaat boekjaar
-33.427
Stand per 31 december
3.098.218
3.131.645
31-12-2013
31-12-2012
Egalisatiereserve instellingssubsidie
31-12-2012 € 3.064.525 -1.731 68.851
€
€
Stand per 1 januari
0
203.256
Reclassificatie
0
Dotatie resultaat huidig boekjaar
7.518
-32.525
Onttrekking i.v.m. reorganisatiekosten
0
172.462
Stand per 31 december
7.518
Totaal eigen vermogen
3.105.736
3.131.645
VOORZIENINGEN
31-12-2013
31-12-2012
1.731
0
€
Stand per 1 januari
852.011
122.923
Uitgaven ten laste van voorziening
-844.011
-55.747
Vrijval ten gunste van resultaat
0
-58.114
Reclassificatie
Stand per 31 december
0
5.733
Toevoeging ten laste van resultaat
0
846.278
Stand per 31 december
0
852.011
-8.000
€
-3.329
De voorzieningen ad € 852.011 ultimo 2012 hadden betrekking op de kosten verband houdend met de reorganisatie van vorig jaar en de afwikkeling van een eerdere reorganisatie. De uitgaven hebben volledig plaatsgevonden in 2013, met uitzondering van een betaling van € 8.000, welke in deze jaarrekening is verantwoord onder de kortlopende schulden.
LANGLOPENDE SCHULDEN
31-12-2013
31-12-2012
€
€
Stand per 1 januari
16.736
0
Reclassificatie
-10.794
Dotatie ten laste van resultaat
33.424
13.407
Stand per 31 december
39.366
16.736
De schuld heeft betrekking op meerjarige betalingsverplichtingen aan vier medewerkers.
3.329
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Jaarrekening
KORTLOPENDE SCHULDEN
31-12-2013
31-12-2012
€ € Vooruitontvangen (project-)subsidies
1.106.862
Vooruitontvangen opdrachten derden
674.429
Vooruitontvangen gelden Youth in Action
2.985.018
Crediteuren
739.005
Contractuele projectverplichtingen
2.963.516
Belastingen en sociale verzekeringen
448.891
Overige schulden en overlopende passiva
596.322
Totaal kortlopende schulden
9.514.043
3.615.846 957.242 1.536.551 638.286 2.141.355 504.077 563.768 9.957.125
Vooruitontvangen (project-)subsidies en vooruit ontvangen opdrachten derden De vooruitontvangen subsidies en opdrachten derden betreffen bedragen die in 2013 of eerder zijn ontvangen, maar bestemd zijn voor 2014. Vooruitontvangen gelden Youth in Action De vooruitontvangen gelden Youth in Action hebben betrekking op de subsidiegelden die het Nederlands Jeugdinstituut in het kader van het internationale subsidieprogramma Youth in Action heeft ontvangen van de Europese Commissie, maar die in 2013 (nog) niet zijn betaald aan projecten. Contractuele projectverplichtingen De contractuele projectverplichtingen zijn de verplichtingen die in 2013 of eerder voor de lopende projecten zijn aangegaan. De afwikkeling van deze verplichtingen vindt in 2014 plaats. Belastingen en sociale verzekeringen
2013
Afdracht Belastingdienst loonheffing
422.335
Afdracht Pensioenfonds PFZW
19.705
Afdracht BTW
6.851
Totaal
448.891
Overige schulden en overlopende passiva
2013
2012 470.231 24.698 9.148 504.077
2012
Opgebouwde vakantietoeslag
234.715
265.464
Opgebouwde vakantiedagen/jubileumuitkeringen
138.245
166.848
Te betalen afvloeiingskosten
136.381
Te betalen diensten derden
36.804
25.497
Overige te betalen kosten
23.152
48.953
Vooruitontvangen baten
27.025
Totaal
596.322
0
57.006 563.768
43
44
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Jaarrekening
NIET IN DE BALANS OPGENOMEN RECHTEN EN VERPLICHTINGEN Het NJi is meerjarige financiële verplichtingen aangegaan ter zake van inhuur van diensten van derden voor een bedrag van € 1.080.439 (2012 € 1.872.943). Dit bedrag heeft volledig betrekking op aangegane verplichtingen ten behoeve van de uitvoering van projecten. De looptijd van de verplichtingen is maximaal twee jaar: een bedrag van € 1.010.646 heeft betrekking op 2014 en een bedrag van € 69.793 op 2015. Het NJi heeft een overeenkomst met Sekondant afgesloten voor de administratieve dienstverlening, ICT dienstverlening, huisvesting en facilitaire dienstverlening. De begrote kosten voor 2014 voor de basisdienstverlening bedragen € 1.470.507. Het NJi draagt samen met de kennisinstituten MOVISIE en Vilans het risico voor het resultaat van Sekondant.
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Jaarrekening
Toelichting winst- en verliesrekening OPBRENGSTEN • Instellingssubsidie De instellingsubsidie wordt jaarlijks door het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport toegekend ten behoeve van de uitvoering van de projecten binnen het Kenniscentrum Jeugd. De subsidie is als volgt samengesteld:
Toekenning basissubsidie
Realisatie Begroting 2013 2013
Realisatie 2012
€ €
€
5.085.799
5.614.172
0
-72.152
Toevoegingen: -tijdelijke uitbreidingen/kortingen -loonbijstelling (OVA) Totaal De basissubsidie is ten opzichte van 2012 met 11,5% gekort. Het ministerie heeft opnieuw een korting aangekondigd van 10% met ingang van 2013; dit komt bovenop de eerder opgelegde korting van 5% en de efficiencykorting van 1,5% per jaar voor de jaren 2012 t/m 2015.
• Projectsubsidies De projectsubsidies ad € 7.727.216 (2012 € 5.413.974) hebben betrekking op nietstructurele, specifiek voor bepaalde projecten toegekende subsidiegelden. De subsidies worden verstrekt door ministeries (OC&W, VWS, Sociale Zaken, Justitie, Buitenlandse Zaken), decentrale overheden, Europese instellingen en programma’s en fondsen (o.a. ZonMw). Ten opzichte van de begroting (€ 8.513.000) zijn de subsidie-opbrengsten bijna € 0,8 miljoen lager. In de projectsubsidies is een bedrag begrepen van ongeveer € 3,3 miljoen bestemd voor de samenwerkingspartners binnen twee projecten waar het NJi penvoerder van is. Dit bedrag is ± € 1,5 miljoen lager dan begroot, omdat een deel van de opbrengsten en de bijbehorende kosten zijn doorgeschoven naar 2014 (zie diensten derden). Laten we deze gelden buiten beschouwing, dan zijn de gerealiseerde projectsubsidies ongeveer € 0,7 miljoen hoger dan begroot.
107.412 5.193.211 5.086.000
132.494 5.674.514
45
46
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Jaarrekening
• Opdrachten derden De opdrachten derden ad € 1.082.052 (2012: € 1.821.079) betreffen de opbrengsten uit opdrach ten. Ten opzichte van de begroting (€ 2.000.000) zijn de opbrengsten ruim € 9 ton lager. De dalende trend van de afgelopen jaren heeft zich verder voortgezet. Er is voldoende vraag in het veld, maar de beschikbare budgetten nemen af, waardoor zowel het aantal opdrachten als de gemiddelde omvang van de opdrachten laag blijven.
• Overige projectopbrengsten De overige projectopbrengsten zijn als volgt te specificeren:
Realisatie Begroting 2013 2013
€ €
Opbrengst producten Overige opbrengsten Totaal Opbrengst producten De productopbrengsten bestaan uit de opbrengsten voor trainingen (€ 1.783.942), congressen (€ 119.529) en publicaties (€ 209.850). De opbrengsten trainingen hebben voor ongeveer € 1,3 miljoen betrekking op de trainingen van het programma Triple P. Deze opbrengsten zijn € 0,7 miljoen lager dan begroot en € 1,7 miljoen lager dan de realisatie 2012. Zoals verwacht is het aantal afgenomen trainingen aanzienlijk teruggelopen, omdat een groot deel van de potentiële afnemers inmiddels (in de basis) is getraind. Overige opbrengsten De overige opbrengsten bestaan uit opbrengsten voor lezingen, vacatiegelden en bijdragen in projectkosten.
• Niet-projectgebonden opbrengsten In de niet-projectgebonden opbrengsten ad € 172.764 (2012: € 142.816) zijn incidentele baten opgenomen ten bedrage van € 135.101. Dit betreft vooral de vrijval van de volgende posten: - Te betalen transitiekosten (positieve afloop rechtszaak) € 54.000 - Voorziene oninbare debiteuren (alsnog geïnde bedragen) € 53.000 - Nog te betalen (rente-)kosten mb.t. Youth in Action € 25.000
2.113.321 3.000.000 429.133
214.000
2.542.454 3.214.000
Realisatie 2012 € 3.930.987 261.655 4.192.642
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Jaarrekening
KOSTEN • Personele kosten
Realisatie Begroting 2013 2013 € €
Realisatie 2012 €
Medewerkers in vaste dienst
5.627.977 5.859.000
6.539.799
Medewerkers in tijdelijke dienst
1.667.180 1.520.000
1.682.968
Detacheringen en uitzendkrachten Opleidingskosten Overige personele kosten Opbrengst (personeelsgebonden) Totaal
72.232 0
148.668
348.686 198.000
1.023.035
-240.309 -21.000
-204.842
7.621.200 7.704.000
Medewerkers in vaste en tijdelijke dienst Ten opzichte van 2012 zijn de kosten met ruim € 0,9 miljoen gedaald. Het gemiddeld aantal fte’s is conform de begroting afgenomen naar 100 fte (2012: 112 fte); ook zijn de kosten lager dan in 2012, omdat er verhoudingsgewijs meer hoger ingeschaalde medewerkers uit dienst zijn gegaan. De verhouding vaste en tijdelijk medewerkers per 31 december 2013 is 75/25 (2012: 74/26). De sociale lasten in 2013 bedragen € 869.866 (2012: € 534.149). De sociale lasten zijn hoger dan in 2012, met name omdat de werkgeversbijdrage voor de Zorgverzekering met ingang van 2013 onder de sociale lasten valt. Voorheen werd deze via het brutosalaris werd verrekend. Voor de totale werkgeverslasten maakt deze verschuiving geen verschil. De pensioenlasten in 2013 bedragen € 589.614 (2012: € 651.893) De bezoldiging van de Raad van Bestuur, de Directie en de Raad van Toezicht, conform WNT (Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector) bedraagt: Raad van Bestuur: Drs. C. J. Bakker / 1,06 fte / dienstverband heel 2013 Beloning Belastbare vaste en variabele onkostenvergoeding Beloning betaalbaar op termijn (pensioenpremie wg) Totaal bezoldiging
138.328
145.434 148.000
136.600 3.400 14.800 154.800
9.327.956
47
48
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Jaarrekening
Directie: Drs. S.H.M. Janssen / 0,89 fte / 12 mnd Beloning Belastbare vaste en variabele onkostenvergoeding Beloning betaalbaar op termijn (pensioenpremie wg) Totaal bezoldiging
86.500 0 8.200 94.700
Raad van Toezicht / geen dienstverband / beloning betaalbaar op termijn n.v.t. Mr. N.A. Kalsbeek, voorzitter Beloning Belastbare vaste en variabele onkostenvergoeding Totaal bezoldiging
6.000 500 6.500
Prof. Dr. H.P.M. Adriaansens, Drs. B.C. Maasdamme en Mr. J.H.C. van Zanen Bezoldiging per persoon bedraagt: Beloning Belastbare vaste en variabele onkostenvergoeding Totaal bezoldiging
3.000 300 3.300
Drs. S.R.P. Lissenberg-van Embden Beloning Belastbare vaste en variabele onkostenvergoeding Totaal bezoldiging Aan één van de medewerkers, niet zijnde een topfunctionaris, is een ontslagvergoeding toegekend welke € 13.000 boven de WNT-norm van € 75.000 ligt. De Stichting Nederlands Jeugdinstituut herkent de door de Minister van BZK in zijn kamerbrief d.d. 27 februari 2014 onderkende uitvoeringsproblemen met betrekking tot externe niet-topfunctionarissen. In lijn met paragraaf 6 van de (gewijzigde) Beleidsregels toepassing WNT legt de Stichting geen verantwoording af over externe niet-topfunctionarissen.
2.700 500 3.300
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Jaarrekening
Detacheringen en uitzendkrachten De kosten voor detacheringen en uitzendkrachten hebben met name betrekking op ingehuurde menskracht ter vervanging bij ziekte en zwangerschap. De kosten worden niet begroot en worden gefinancierd met onder andere zwangerschapsgelden (zie opbrengst personeelsgebonden). Opbrengst (personeelsgebonden) De personeelsgebonden opbrengsten hebben betrekking op de opbrengsten voor zwangerschapsgelden, WAO etc.
Materiële projectkosten
Diensten derden Overige materiële projectkosten Totaal
Realisatie Begroting 2013 2013 € € 6.117.248 7.738.000
Realisatie 2012 € 4.911.147
660.157 1.019.000
970.989
6.777.405 8.757.000
5.882.136
Realisatie Begroting
Realisatie
In de diensten derden is de eerder genoemde betaling aan onze projectpartners begrepen van € 3,3 miljoen, € 1,5 miljoen lager dan begroot (2012 € 1,8 miljoen).
• Niet-projectgebonden materiële kosten
Basisdiensten Sekondant
2013 2013 € € 1.836.578 1.744.000
2012 € 1.685.831
Diensten derden
75.727 85.000
Afschrijvingen
39.689 100.000
32.918
Public relations en marketing
56.304 135.000
98.683
Bureaukosten
77.787 126.000
98.126
Overige materiële kosten Totaal
370.682 222.000 2.456.767 2.412.000
111.038
293.252 2.319.848
49
50
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Jaarrekening
Basisdiensten Sekondant
heeft betrekking op een reservering voor leegstand
Deze kosten hebben betrekking op de diensten die
(1e half jaar 2014) en een bedrag van € 61.025 heeft
Sekondant levert aan het Nederlands Jeugdinstituut
betrekking op aan Sekondant af te dragen gelden
(ICT, huisvesting, financiële- en salarisadministratie
in verband met eerder genoemde reorganisatie en
en facilitaire zaken). In 2013 is besloten om binnen
inhaalafschrijvingen in verband met het opzeggen
Sekondant een reorganisatie door te voeren. De
van 319 m².
reorganisatie heeft betrekking op het management, de financiële administratie en (in mindere mate) op de
• Verbonden partijen
ICT. De financiële administratie zal vanaf 1 juli 2014
Het NJi is verbonden met de Stichting Sekondant,
door het NJi zelf uitgevoerd gaan worden. De kosten
omdat de Raad van Bestuur van het NJi lid is van
voor de reorganisatie waren niet begroot en bedragen
het bestuur van Stichting Sekondant. Het NJi heeft,
voor het NJi ± € 130.000.
samen met de kennisinstituten MOVISIE en Vilans, een overeenkomst afgesloten voor de administratieve
Diensten derden
dienstverlening, ICT dienstverlening, huisvesting en
De diensten derden bestaan onder andere uit de
facilitaire dienstverlening. Deze overeenkomst loopt
kosten voor organisatieadvies, fiscaal-juridische
tot en met 31 december 2014.
adviezen, ICT-advies, accountantscontrole etc.
De werkelijke kosten 2013 van Sekondant bedragen
Met name de kosten voor organisatieadvies en voor
€ 2.072.957, waarvan € 236.379 is verantwoord
advisering m.b.t. ISO zijn dit jaar lager.
onder de projectlasten.
Afschrijvingen
De jaarrekening is door de Raad van Bestuur
De afschrijvingskosten zijn lager dan begroot, omdat
vastgesteld op 11 maart 2014 en goedgekeurd
enkele voor 2013 geplande investeringen niet door zijn
door de Raad van Toezicht in de vergadering van
gegaan.
25 maart 2014.
Public relations en marketing
Drs. C.J. Bakker
De kosten zijn lager dan begroot. Deels omdat een
Voorzitter Raad van Bestuur
aantal abonnementen zijn vervangen door goedkopere alternatieven, deels omdat de voor de programma’s
Mr. N.A. Kalsbeek
begrote communicatiekosten veelal binnen de
Voorzitter Raad van Toezicht
projecten zijn gerealiseerd. Prof. Dr. H.P. M. Adriaansens Bureaukosten
Lid Raad van Toezicht
De bureaukosten bestaan uit de kosten voor repro, porti, telefoon en kantoormiddelen. De bureaukosten
Dhr. H.M. de Jonge
zijn, in lijn met de gedaalde omzet, de afgelopen jaren
Lid Raad van Toezicht
steeds verder afgenomen. Ten tijde van het opstellen van de begroting waren de gerealiseerde cijfers 2012
Drs. S.R.P. Lissenberg-van Embden
nog niet bekend, waardoor de begrote bureaukosten
Lid Raad van Toezicht
nog te hoog begroot waren. Drs. B.C. Maasdamme Overige materiële kosten
Lid Raad van Toezicht
Deze kosten omvatten alle niet eerder genoemde niet-projectgebonden kosten, waaronder kosten voor
Drs. F. J. Nauta
zaalhuur, reis- en verblijfkosten, verzekerings- en
Lid Raad van Toezicht
onderhoudskosten en de kosten voor de OR en de Raad van Toezicht. In de overige materiële kosten
Mr. J.H.C. van Zanen
zijn incidentele lasten opgenomen ten bedrage van
Lid Raad van Toezicht
€ 110.224 (2012: € 26.621). Een bedrag van € 43.271
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Jaarrekening
Overige gegevens GEBEURTENISSEN NA BALANSDATUM Er zijn geen bijzondere gebeurtenissen na balansdatum te vermelden.
BESTEMMING RESULTAAT Het resultaat ad € -25.909 is als volgt toegevoegd aan het eigen vermogen:
2013 2012
Algemene reserve
-33.427
Egalisatiereserve instellingssubsidie
7.518
Totaal
-25.909
68.851 -204.987 -136.136
In overeenstemming met de Kaderregeling VWS-subsidies wordt het deel van het resultaat dat samenhangt met de instellingssubsidie toegerekend aan de egalisatiereserve instellingssubsidie. De egalisatiereserve instellingssubsidie dient ter dekking van verliezen op met instellingssubsidie gefinancierde projecten. Conform de subsidieregeling wordt een gerealiseerd overschot of tekort op de projecten gefinancierd met instellingssubsidie toegevoegd dan wel onttrokken aan de egalisatiereserve instellingssubsidie, waarbij het overschot/tekort wordt toegerekend naar rato van de instellings subsidie en de begrote overige baten (in 2013: 3,61 % – 96,39 %). Berekening: 2013 2012 Resultaat projecten gefinancierd met instellingssubsidie
7.799 -33.842
Waarvan aandeel instellingssubsidie
7.518
Percentage
96,39% 96,11%
Controleverklaring De controleverklaring is opgenomen op bladzijde 51 en 52.
-32.525
51
52
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Jaarrekening
Controleverklaring van de onafhankelijke accountant
Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Aan: de Raad van Toezicht en de Raad van Bestuur van Stichting Nederlands Jeugdinstituut
Wij hebben de in dit verslag opgenomen jaarrekening 2013 van Stichting Nederlands Jeugdinstituut te Utrecht gecontroleerd. Deze jaarrekening bestaat uit de balans per 31 december 2013 en de staat van baten en lasten over 2013 met de toelichting, waarin zijn opgenomen een overzicht van de grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen.
Verantwoordelijkheid van de Raad van Bestuur De Raad van Bestuur van de stichting is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening die het vermogen en het resultaat getrouw dient weer te geven in overeenstemming met Richtlijn 640 'Organisaties zonder winststreven' van de Nederlandse Raad voor de Jaarverslaggeving en de Beleidsregels toepassing Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT). Het bestuur is tevens verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening die voldoet aan de WNT-eisen van financiële rechtmatigheid, zoals opgenomen in het Controleprotocol WNT van de Beleidsregels toepassing WNT De Raad van Bestuur is tevens verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing als de Raad van Bestuur noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening en de naleving van die WNT-eisen van financiële rechtmatigheid mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten.
Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaarden en de Beleidsregels toepassing WNT, inclusief het Controleprotocol WNT. Dit vereist dat wij voldoen aan de voor ons geldende ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De geselecteerde werkzaamheden zijn afhankelijk van de door de accountant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het inschatten van de risico’s dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude of fouten. Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de accountant de interne beheersing in aanmerking die relevant is voor het opmaken van de jaarrekening en voor het getrouwe beeld daarvan alsmede voor de naleving van de WNT-eisen van financiële rechtmatigheid, gericht op het opzetten van controlewerkzaamheden die passend zijn in de omstandigheden. Deze risico-inschattingen hebben PricewaterhouseCoopers Accountants N.V., Fascinatio Boulevard 350, 3065 WB Rotterdam, Postbus 8800, 3009 AV Rotterdam T: 088 792 00 10, F: 088 792 95 33, www.pwc.nl ‘PwC’ is het merk waaronder PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. (KvK 34180285), PricewaterhouseCoopers Belastingadviseurs N.V. (KvK 34180284), PricewaterhouseCoopers Advisory N.V. (KvK 34180287), PricewaterhouseCoopers Compliance Services B.V. (KvK 51414406), PricewaterhouseCoopers Pensions, Actuarial & Insurance Services B.V. (KvK 54226368), PricewaterhouseCoopers B.V. (KvK 34180289) en andere vennootschappen handelen en diensten verlenen. Op deze diensten zijn algemene voorwaarden van toepassing, waarin onder meer aansprakelijkheidsvoorwaarden zijn opgenomen. Op leveringen aan deze vennootschappen zijn algemene inkoopvoorwaarden van toepassing. Op www.pwc.nl treft u meer informatie over deze vennootschappen, waaronder deze algemene (inkoop)voorwaarden die ook zijn gedeponeerd bij de Kamer van Koophandel te Amsterdam.
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Jaarrekening
echter niet tot doel een oordeel tot uitdrukking te brengen over de effectiviteit van de interne beheersing van de stichting. Een controle omvat tevens het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en de gebruikte WNT-eisen van financiële rechtmatigheid en van de redelijkheid van de door de Raad van Bestuur van de stichting gemaakte schattingen, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is om een onderbouwing voor ons oordeel te bieden.
Oordeel Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van het vermogen van Stichting Nederlands Jeugdinstituut per 31 december 2013 en van het resultaat over 2013 in overeenstemming met Richtlijn 640 'Organisaties zonder winststreven' van de Nederlandse Raad voor de Jaarverslaggeving en de Beleidsregels toepassing WNT. Voorts zijn wij van oordeel dat de jaarrekening 2013 in alle van materieel belang zijnde aspecten voldoet aan de WNT-eisen van financiële rechtmatigheid, zoals opgenomen in het Controleprotocol WNT van de Beleidsregels toepassing WNT. Rotterdam, 24 april 2014 PricewaterhouseCoopers Accountants N.V.
Origineel getekend door: F. Stark RA
Stichting Nederlands Jeugdinstituut, 24 april 2014, FS/e0322394/MB/cpe
Pagina 2 van 2
53
54
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Jaarrekening
55
FINANCIERS, PRODUCTENOVERZICHT, & MEDEWERK(ST)ERS
56
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Financiers
Financiers In 2013 hebben de volgende subsidiegevers en fondsen één of meerdere projecten gefinancierd:
> Bernard van Leer Foundation > Education, Audiovisual and Culture Executive > European Commission directorate General for Education and Culture
> Ministerie van Veiligheid en Justitie > Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
> Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
> Rudolph Stichting > Stichting Het Kinderopvangfonds > Stichting Kinderpostzegels Nederland > Diverse gemeenten > Overige financiers
Bovendien werden er een aantal projecten op indirecte wijze door fondsen en subsidiegevers gefinancierd. Het gaat om projecten die in samenwerking met andere instituten uitgevoerd zijn, maar waarvan de partner de penvoerder was.
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Productenoverzicht
Productenoverzicht 2013 Boeken, rapporten, handleidingen Tenzij anders vermeld, is de uitgever Nederlands Jeugdinstituut te Utrecht. • Addink, A., Baat, M. de, Lange, M. de. (2013). Evaluatie Gezinshuismethodiek. Utrecht.
• Addink, A. (2013) Indicator 3: De mate waarin ouders en jeugdigen vermindering van problematiek ervaren na ingezette ondersteuning. Project ‘Doorontwikkeling, uitwerking en toetsing basisset prestatie-indicatoren lokale zorg voor jeugd’. Utrecht.
• Addink, A. (2013). Indicator 1: De mate van tevredenheid van jeugdigen en ouders over de resultaten per dienst. Project ‘Doorontwikkeling, uitwerking en toetsing basisset prestatieindicatoren lokale zorg voor jeugd’. Utrecht.
• Anthonijsz, I., Zwikker, N. (2013). Zicht op vechtscheidingen. Utrecht.
• Baat, M. de, Bartelink, C., Udo, N. (2013). Spoedeisende psychiatrische hulp voor jeugdigen: Wat werkt? Update (2013). Utrecht.
• Baat, M. de, Berg- le Clercq, T. (2013). Wat werkt in gezinshuizen? Update (2013). Utrecht.
• Baat, M. de, Berge, I.J. ten, Al, C. (2013).
• Bakker, P.P. (2013). Een keur aan brede school. De Compositie Almere. Utrecht.
• Bartelink, C. (2013). Uithuisplaatsing: Wat werkt? Utrecht.
• Bartelink, C. (2013). Wat werkt bij hechtingsproblemen? Update (2013). Utrecht.
• Bartelink, C. (2013). Wat werkt: Motiverende gespreksvoering? Update (2013). Utrecht.
• Bartelink, C. (2013). Wat werkt: Oplossingsgerichte therapie? Update (2013). Utrecht.
• Bartelink, C., Berge, I. ten, Yperen, T. van. (2013). Beslissen over effectieve hulp: Wat werkt in indicatiestelling? Update (2013). Utrecht.
• Bartelink, C., Berge, I. ten. (2013). Beslissen over effectieve hulp in onveilige opvoedingssituaties. Literatuurreview. Update (2013). Utrecht.
• Bartelink, C., Boendermaker, L., Vliet, E. van der. (2013). Vaktherapie. Update (2013). Utrecht.
• Bartelink, C., Zoon, M. (2013). Wat werkt in het versterken van de veiligheid in residentiële instellingen? Utrecht.
• Beek, I. van, Bosdriesz, M., Knaap, M., Dorfker, D., Meuwissen, I., Ouwehand, L-M., Scholten, B.,
Hulpaanbod na kindermishandeling: inhoudelijke
Stevens, R., Storms, O. en Vink, R. (2013). Aandacht
notitie ten behoeve van een praktische tool voor
voor huiselijk geweld en kindermishandeling.
gemeenten. Driebergen/Utrecht. The Next Page/
Hoe zijn deze geweldsthema’s verwerkt in de
Nederlands Jeugdinstituut.
onderwijsprogramma’s van sociaal-agogische,
• Baat, M. de, Foolen, N., Udo, N. (2013). Crisisinterventie in gezinnen: Wat werkt? Update (2013). Utrecht.
• Baat, M. de, Kooijman, K., Prins, D. (2013).
pedagogische, psychologische zorg- en onderwijsopleidingen? Een inventarisatie. Utrecht.
• Berg, G. van den, Yperen, T.A. van. (2013).
Moeders Informeren Moeders – Registratie 2012.
Vertrouwen en Rekenschap. Visie op kwaliteit
Utrecht.
en betekenisvol verantwoorden over kwaliteit.
• Baat, M. de, Lange, M. de. (2013). Pleegzorgbegeleiding. Utrecht.
• Baat, M. de, Messing, C., Prins, D. (2013). Wat werkt bij schoolverzuim en voortijdig schoolverlaten? Update (2013). Utrecht.
• Baat, M. de, Moerkens, M. (2013). Naar meer wenselijk gedrag op de basisschool: wat werkt? Utrecht.
• Baat, M. de. (2013). Expertisenetwerk Pleegzorg: jaarverslag (2013). Utrecht.
• Bakker, P.P. (2013). Een keur aan brede school. Vlechtwerk Almere. Utrecht.
Amsterdam/Utrecht. Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling Amsterdam/Nederlands Jeugdinstituut.
• Berg, G. van den. (2013). Prestatie-indicatoren CJG: definities en gegevenswoordenboek. Utrecht.
• Berg- le Clercq, T., Zoon, M. (2013). Wat werkt bij overlast? Update (2013). Utrecht.
• Berge, I.J. ten, Meuwissen, I. (2013). Bruikbaarheid en mogelijke aanpassingen van de LIRIK voor de toepassing in de LVB-sector. Utrecht.
• Berge, I.J. ten, in samenwerking met Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, werkgroep
57
58
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Productenoverzicht
instrumenten kindveiligheid. (2013). Is dit kind
Rensen, P. (2013). Erkenningstraject interventies;
thuis veilig? Wegwijzer bij de beoordeling van
criteria voor gezamenlijke kwaliteitsbeoordeling
veiligheid van kinderen. Den Haag, Ministerie van
(2013)-2018. Utrecht/Bilthoven/Ede: MOVISIE,
Volksgezondheid, Welzijn en Sport.
Nederlands Centrum Jeugdgezondheid, Nederlands
• Berger, M.A. (2013). Voortgangsrapportage Implementatie Professionalisering Jeugdzorg. Utrecht.
• Berger, M.A., Kleine, K. (2013). Handreiking ‘Reflecteren is leren’. Utrecht.
• Berger, M.A., Leeuwen, M. van, Blaauw, E. (2013). Generalistisch werken rondom jeugd en gezin. Een analyse van ontwikkelingen, taken en competenties. Utrecht.
Instituut voor Sport en Bewegen, Nederlands Jeugdinstituut, RIVM.
• Duimel, M., Meijering, I., Nikken, P., Okma, K. (2013). Professionals en ondersteuning bij mediaopvoeding. Utrecht.
• EC O3. (2013). Expertmeetings EC O3. Verslagen. Utrecht: EC O3.
• Eijgenraam, K., Knaap, M., Strijbosch, E., Brandenburg, M. van. (2013). Handreiking
• Berger, M.A., Leeuwen, M. van, Blaauw, E., Witte, E.
Vaststellen Optimale Behandelduur MKD. Utrecht:
(2013). De jeugd- en gezinsgeneralist als spil in het
Nederlands Jeugdinstituut en Breda: Juzt Jeugd en
nieuwe jeugdstelsel. Utrecht.
Opvoedhulp.
• Berg-le Clercq, T., Bosscher, N., Keltjens, M., Vink, C. (2013). Generalistisch werken rondom jeugd en gezin in de Scandinavische landen. Utrecht.
• Boendermaker, L., Rooijen, K. van, Berg-le Clercq, T., Bartelink, C. (2013). Residentiële jeugdzorg: Wat werkt? Update (2013). Utrecht.
• Boogaard, M., Hoex, J., Daalen-Kapteijns, A. van, Gevers Deynoot-Schaub, M. (2013). Pedagogisch kader gastouderopvang. Amsterdam. Reed Business Education.
• Bosscher, N., Chênevert, C., Balledux, M. (2013) Rapportage monitoronderzoek naar de meer waarde van OKIDO. Utrecht.
• Burik, A.E. van, Hoogeveen, C., Jong, B.J. de,
• Foolen, N. (2013). Wat werkt bij jeugdigen met ADHD? Update (2013). Utrecht.
• Foolen, N., Ince, D. (2013). Cognitieve gedragstherapie. Update (2013). Utrecht.
• Foolen, N., Ince, D., Baat, M. de en Daamen, W. (2013). Wat werkt bij gedragsproblemen? Update (2013). Utrecht.
• Foolen, N., Rooijen, K. van. (2013). Wat werkt bij rouwverwerking? Update (2013). Utrecht.
• Geluk, L., Slot, N.W., Yperen, T.A. van. (2013). Transitiecommissie Stelselherziening Jeugd. Eerste rapportage. Den Haag: Transitiecommissie Stelselherziening Jeugd/ TSJ.
• Geluk, L., Slot, N.W., Yperen, T.A. van. (2013).
Vogelvang, B., Addink, A., Steege, M. van der.
Transitiecommissie Stelselherziening Jeugd.
(2013). Evaluatie aanpak criminele jeugdgroepen.
Tweede rapportage. Den Haag: Transitiecommissie
Woerden/Utrecht. Bureau Van Montfoort/Bureau Alpha/Nederlands Jeugdinstituut.
• Chênevert, C., Balledux, M., Lekkerkerker, L. (2013).
Stelselherziening Jeugd/TSJ.
• Geluk, L., Slot, N.W., Yperen, T.A. van. (2013). Transitiecommissie Stelselherziening Jeugd.
Alert4You in de BSO, tussenrapportage eerste
Eindrapportage beoordeling transitie-
monitorronde. Utrecht.
arrangementen. Den Haag: Transitiecommissie
• Chênevert, C., Daamen, W. (2013). De samenwerking tussen MOC ‘t Kabouterhuis en de
Stelselherziening Jeugd/TSJ.
• Gispen, J., Berckelaer-Onnes, I.A. van,
kinderopvang. Monitor naar de samenwerking
Bronneman-Helmers, H.M., Peschar, J., Yperen,
en vergelijking met de landelijke Alert4you
T.A. van, Gonggrijp, R. (2013). Evaluatiekader
monitorresultaten. Utrecht.
passend onderwijs. Den Haag: Evaluatie- en
• Daamen, W. (2013). Wat werkt bij het implementeren van jeugdinterventies? Utrecht.
• Daamen, W., Verweij-Kwok, S., Balledux, M. (2013).
adviescommissie Passend Onderwijs/ECPO.
• Gispen, J., Berckelaer-Onnes, I.A. van, Bronneman-Helmers, H.M., Peschar, J.L., Yperen,
Eindrapportage procesevaluatie coaching on
T.A. van, Gonggrijp, R. (2013). Routeplanner
the job in de proeftuin Gewoon bijzonder wordt
Passend Onderwijs. Den Haag: Evaluatie- en
Bijzonder – Gewoon. Monitor naar coaching on the job in de gemeente Rotterdam. Utrecht.
• Dale, D. van, Zwikker, M., Dunnink, T., Bisseling, R.,
adviescommissie Passend Onderwijs/ECPO.
• Hoex, J., Aarle, C. van, Elenbaas van Ommen, A., Hoex, J. (2013). Procesbeschrijving Boxtels Model.
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Productenoverzicht
Werken aan een zorgzame leeromgeving voor 0-6 jarigen. Boxtel: gemeente Boxtel.
• Hoorik, van I., Bakker, P.P. (2013). Checklist Rotterdams Jongerenwerk. Utrecht.
• Hoorik, van I., Bakker, P.P. (2013). Kwaliteit geborgd. Rotterdams jongerenwerk. Handleiding en instrumentarium. Utrecht.
• Hoorik, van I., Bakker, P.P. (2013). Kwaliteitskader
interactie en ontwikkelingsstimulering binnen het programma VoorZorg. Utrecht.
• Kalthoff, H., Kooijman, K. (2013). Werkbladen ‘Jij en je kind’. Module bevordering ouder-kind interactie en ontwikkelingsstimulering binnen het programma VoorZorg. Utrecht.
• Knaap, M., Meuwissen, I., Beek, I. van, Bosdriesz, M., Korfker, D., Storms, O. (2013). Aandacht voor
voor het keurmerk Rotterdams jongerenwerk.
huiselijk geweld en kindermishandeling, een
Utrecht.
inventarisatie. Utrecht.
• Ince, D. (2013). Wat werkt bij eetstoornissen? Update (2013). Utrecht.
• Ince, D. (2013). Wat werkt bij opvoedings ondersteuning? Update (2013). Utrecht.
• Ince, D. (2013). Wat werkt bij scheiding? Update (2013). Utrecht.
• Ince, D., Yperen, T. van, Valkestijn, M. (2013). Top
• Kooijman, K, As, A. van. (2013). Monitor 2012 VoorZorg. Utrecht.
• Kooijman, K. (2013). Inventarisatie Diensten CJG – Project ‘Doorontwikkeling, uitwerken en toetsing basisset prestatie-indicatoren lokale zorg voor jeugd’. Utrecht.
• Kraak, A., Berge, I.J. ten, Kenis, P. (2013). Effectieve
tien positieve ontwikkeling jeugd: Beschermende
en efficiënte zorg voor kinderen en gezinnen bij
factoren in opvoeden en opgroeien. Utrecht.
kindermishandeling. Arnhem: Bureau Jeugdzorg
• Ince, D., Zoon, M. (2013). Wat werkt bij opzettelijke zelfbeschadiging? Update (2013). Utrecht.
• Kalthoff, H. (2013). Handleiding VVE Thuis.
Gelderland.
• Lange, M. de, Matthys, W., Foolen, N., Addink, A., Oudhof, M., Vermeij, K. (2013). Richtlijn Ernstige
Handleiding voor begeleiders van ouders met
gedragsproblemen. Utrecht: Nederlands Instituut
peuters. Gewijzigde druk. Alkmaar: Buro Extern.
van Psychologen (NIP), Nederlandse vereniging
• Kalthoff, H. (2013). VVE Thuis Alles groeit 1, kleuters. Alkmaar: Buro Extern.
• Kalthoff, H. (2013). VVE Thuis Alles groeit 2, kleuters. Alkmaar: Buro Extern.
• Kalthoff, H. (2013). VVE Thuis Boerderij 1, kleuters. Alkmaar: Buro Extern.
• Kalthoff, H. (2013). VVE Thuis Boerderij 2, kleuters. Alkmaar: Buro Extern.
• Kalthoff, H. (2013). VVE Thuis Eten 2, kleuters. Alkmaar: Buro Extern.
• Kalthoff, H. (2013). VVE Thuis Ziek en gezond 2, kleuters. Alkmaar: Buro Extern.
• Kalthoff, H. (2013). VVE Thuis Ziek en gezond, 1, kleuters. Alkmaar: Buro Extern.
• Kalthoff, H. (2013). Werkbladen Opstapje voor ouders van gereformeerde huize. Alkmaar: Buro Extern.
• Kalthoff, H., Berns, J. (2013). Handleiding coördinatoren Opstapje. Alkmaar: Buro Extern.
• Kalthoff, H., Berns, J. (2013). Handleiding coördinatoren Opstapje. Alkmaar: Buro Extern.
• Kalthoff, H., Berns, J. (2013). Handleiding VVE Thuis. Handleiding voor begeleiders van ouders met kleuters. Gewijzigde druk. Alkmaar: Buro Extern.
• Kalthoff, H., Kooijman, K. (2013). Handleiding bij ‘Jij en je kind’. Module bevordering ouder-kind
van pedagogen en onderwijskundigen (NVO), Nederlandse Vereniging van Maatschappelijk Werkers (NVMW).
• Lange, M. de, Matthys, W., Foolen, N., Addink, A., Oudhof, M., Vermeij, K. (2013). Onderbouwing Richtlijn Ernstige gedragsproblemen. Utrecht: Nederlands Instituut van Psychologen (NIP), Nederlandse vereniging van pedagogen en onderwijskundigen (NVO), Nederlandse Vereniging van Maatschappelijk Werkers (NVMW).
• Lieshout, E. van, Os, E. van, Illustrator Constanze van Kitzling. (2013). Lekker lange slierten. Alkmaar: Buro Extern.
• Ligtermoet, C.I., Steege, M. van der, Lekkerkerker, L., Vliet, E. van der. (2013). Methodiekhandleiding IAG. Utrecht.
• Meij, H., Ince, D. (2013). De ontwikkeling van kinderen. Update (2013). Utrecht.
• Meima, B. (2013). Indicator 2: De mate waarin er sprake is van uitval uit aanbod in de lokale zorg voor jeugd. Project ‘Doorontwikkeling, uitwerking en toetsing basisset prestatie-indicatoren lokale zorg voor jeugd’. Utrecht.
• Meima, B. (2013). Indicator 5: Het aantal jeugdigen en gezinnen waarvoor zorgcoördinatie en één gezin, één plan is geregeld. Project ‘Doorontwikkeling,
59
60
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Productenoverzicht
uitwerking en toetsing basisset prestatieindicatoren lokale zorg voor jeugd’. Utrecht.
• Meima, B., Yperen, T.A. van. (2013). Beleidsinformatie stelselherziening jeugd: meetbare preventie. Utrecht.
• Messing, C., Valkestijn, M. (2013). Verkenning participatie kwetsbare jeugd. Utrecht.
• Messing, C.T.H.M. (2013). Inventarisatie tijdelijke bovenschoolse lesplaatsen. Utrecht.
• Messing, C.T.H.M. (2013). Samenhang tijdelijke lesplaatsen. Concept ondersteuningsplan. Utrecht.
• Messing, C.T.H.M. (2013). School als werkplaats. Een methodiekbeschrijving. Utrecht.
• Messing, C.T.H.M., Derksen, J., Hoogenboom, F. (2013). Het OPDC nieuwe stijl en vergelijkbare arrangementen. Een werkdocument voor de nieuwe samenwerkingsverbanden passend onderwijs voortgezet onderwijs. Utrecht.
• Montfoort, A, van, illustrator Kitzing, C. van. (2013) De stadsmuzikanten. Alkmaar: Buro Extern.
• Montfoort, A. van (2013). Kinderbescherming: de terugkeer van de burger. Utrecht.
• Mutsaers, K., Zoon, M., Baat, M. de, Prins, D. (2013).
• Rooijen, K. van, Berg- le Clercq, T., Bartelink, C. (2013). Wat werkt bij de aanpak van kindermishandeling? Update (2013). Utrecht.
• Rooijen, K. van, Berg- le Clercq, T., Bartelink, C. (2013). Risico- en beschermende factoren voor kindermishandeling. Update (2013). Utrecht.
• Rooijen, K. van, Ince, D. (2013). Wat werkt bij migrantenjeugd en hun ouders? Update (2013). Utrecht.
• Rooijen, K. van, Ince, D. Wat werkt bij angst- en stemmingsproblemen? Update (2013). Utrecht.
• Rooijen, K. van, Ince, D., Rietveld, L. (2013). Wat werkt bij supervisie, intervisie en coaching? Update (2013). Utrecht.
• Rooijen, K. van, Rietveld, L. (2013). Wat werkt bij autisme? Update (2013). Utrecht.
• Rooijen, K. van, Udo, N. (2013). Wat werkt in de daghulp? Update (2013). Utrecht.
• Rooijen, K. van. (2013). Wat werkt bij angststoornissen? Update (2013). Utrecht.
• Rooijen, K. van. (2013). Wat werkt bij jeugdigen met een depressie? Update (2013). Utrecht.
• Schonewille, J., Brandenbarg, N., Breebaart,
Wat werkt bij het voorkomen en terugdringen van
D., Dam, J. van, Meer, L. van der, Tjallema, M.,
onderwijsachterstanden? Update (2013). Utrecht.
Schaik, I. van. (2013). Jij maakt het verschil.
• Nederlands Jeugdinstituut. (2013). Advies over
Basistraining Voor- en Vroegschoolse Educatie
verplicht netwerkberaad in kader van OTS.
(VVE). Handleiding trainers. Amsterdam: Dienst
Utrecht.
Maatschappelijke Ontwikkeling Amsterdam.
• Nikken, P. (2013). Media-risico’s voor kinderen: Een verkenning. Utrecht.
• Nikken, P., Bontje, D., Abell, O., Verweij, S. (2013). Speel digiwijs! Samen aan de slag met media voor jonge kinderen. Tilburg: Zwijsen.
• Nikken, P., Jongmans, L. (2013). Mediawijsheid:
• Schouten, R., Oudhof, M., Zoon, M., Steege, M. van der. (2013). Wat werkt in de hulpverlening aan pubermeisjes? Update (2013). Utrecht.
• Schreuder, L. (2013). Volwassen geworden! Terugblik op 30 jaar kinderopvang. Utrecht.
• Schreuder, L., Vergeer, M., Eersel, E. van. (2013).
Informatie en inspiratie voor gemeentelijk beleid.
Handleiding voor trainers. Werken aan een
Utrecht / Den Haag: Nederlands Jeugdinstituut /
positieve groep in de BSO. Utrecht.
Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG).
• Oenen, S. van, Bakker, P.P. (2013). Onderzoekend (leren) werken in brede school en integraal kindcentrum. Samenwerking tussen praktijk en opleiding. Utrecht.
• Okma, K. (2013). De Opvoedachtbaan. Over opvoeden en opgroeien. Maartensdijk: B for books BV.
• Oudhof, M., Wolff, M. de, Ruiter, M. de, Kamphuis, M., L’Hoir, M., Prinsen, B. (2013). JGZ-richtlijn opvoedingsondersteuning. Utrecht: Nederlands Centrum Jeugdgezondheid.
• Oudhof, M., Zoon, M., Steege, M. van der. (2013). Wat werkt bij jonge moeders? Update (2013). Utrecht.
• Slot, A., Baat, M. de, Berge, I. ten, Anthonijsz, I. (2013). Verslag van de ronde tafels over de aanpak van kindermishandeling. Utrecht.
• Stals, K., Boendermaker, L., Boomkens, Koops en Ruitenberg. (2013). Rapport evaluatie proefinvoering Richtlijn Ernstige Gedragsproblemen. Utrecht: Nederlands Jeugdinstituut. Amsterdam: Hogeschool van Amsterdam.
• Stals, K., Goorden, O.C.J.M., Moenander, P.J., Jole, van en Koops. (2013). Rapport evaluatie proefinvoering Richtlijn Problematische Gehechtheid. Utrecht.
• Steege, M. van der, Ligtermoet, I.,
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Productenoverzicht
Lekkerkerker, L., Vliet, E. van der. (2013). Methodiekhandleiding IAG. Utrecht.
• Steege, M. van der, Vries, A. de. (2013). Opgroeien
• Wilde, E.J. de, Kann, D., Berg-le Clercq, T., Ooms, H. (2013). Startfoto Jeugdzorg Bunnik. Utrecht.
• Wilde, E.J. de, Kann, D., Berg-le Clercq, T., Ooms,
van langdurig uithuisgeplaatste kinderen. Agenda
H. (2013). Startfoto Regio Zuid Oost Utrecht.
met vragen voor (door)ontwikkeling en onderzoek
Utrecht.
voor de komende jaren. Utrecht: Nederlands Jeugdinstituut en Gezinspiratie.
• Valkestijn, M. (2013). Matrix landelijke activiteiten transformatie. Utrecht.
• Valkestijn, M., Wijnen, B., Ooms, H. (2013). Analyse overzicht activiteiten transformatie. Utrecht.
• Veerman, J.W., Yperen, van T.A., Wilschut, M.
• Wilde, E.J. de, Kann, D., Berg-le Clercq, T., Ooms, H. (2013). Startfoto Jeugdzorg Utrechtse Heuvelrug. Utrecht.
• Wilde, E.J. de, Kann, D., Berg-le Clercq, T., Ooms, H. (2013). Startfoto Jeugdzorg Wijk bij Duurstede. Utrecht.
• Wilde, E.J. de, Kann, D., Berg-le Clercq, T.,
(2013). Uitkomstenmonitoring in de jeugdzorg,
Ooms, H. (2013). Startfoto Jeugdzorg De Bilt.
meer dan alleen maar meten. Utrecht.
Utrecht.
• Vergeer, M., Zwikker, N. (2013). Position paper. De toekomst van online opvoedondersteuning 2014 en verder. Utrecht.
• Vianen, R.T. van, A. Addink, K.L. Eigenraam. (2013).
• Wilde, E.J. de, Kann-Weedage, D., Meima, B. (2013). Welbevinden in de rijke landen. Utrecht.
• Winter, M. de, Yperen, T.A. van, Zeben, T. van, Bezem, J., Kobussen, M. e.a. (2013). Een stevig
Programma-integriteit methode jeugdbescherming.
fundament. Evaluatie van het basistakenpakket
Onderzoek naar de programma-integriteit van de
jeugdgezondheidszorg. Den Haag: Ministerie van
kernelementen uit de Delta-methode. Utrecht.
Volksgezondheid, Welzijn en Sport.
• Vianen, R.T. van, Addink, A., Eijgenraam, K.L. (2013). Onderzoek naar het toepassen van de methode jeugdreclassering bij twee bureaus jeugdzorg. Utrecht.
• Vianen, R.T. van, Addink, A., Eijgenraam, K.L. (2013). Programma-integriteit methode jeugdbescherming. Utrecht.
• Vianen, R.T. van, Repetur, L., Berlo, W. (2013).
• Yperen, T. van, Berg, G. van den. (2013). Scenario’s inrichting zorg voor jeugd. Utrecht.
• Yperen, T.A. van, Bakker, C.J., Wilde, E.J. de. (2013). Transformeren met beleid. Utrecht.
• Yperen, T.A. van, Berg, G. van den. (2013). Scenario’s inrichting zorg voor jeugd. Utrecht.
• Yperen, T.A. van. (2013). Met kennis oogsten. Monitoring en doorontwikkeling van een
Selectie van interventies voor het kwaliteitskader
integrale zorg voor jeugd. Oratie Rijksuniversiteit
van de Commissie Rouvoet. Utrecht: Nederlands
Groningen. Utrecht / Groningen: Nederlands
Jeugdinstituut, MOVISIE, Rutgers WPF.
Jeugdinstituut / Rijksuniversiteit Groningen.
• Visser, A., Prins, D., Berger, M., Prakken, J. (2013). Generalistisch werken in wijkteams in beeld. Utrecht.
• Wienke, D. (2013). Onderzoek bij de Horeca Vakschool te Rotterdam n.a.v. zelfdoding. Utrecht.
• Wienke, D. (2013). Pedagogisch klimaat VO. Willemstad, Curaçao.
• Wienke, D. (2013). Rapportage audits Pedagogisch klimaat bij VO scholen in Amsterdam, verslag ten behoeve van DMO Amsterdam. Utrecht.
• Wienke, D. (2013). Rapportage audits pedagogisch klimaat bij VO-scholen in de regio Amsterdam. Utrecht.
• Wienke, D.(2013). Beoordelingscriteria voor het pedagogisch klimaat in het VO. Utrecht.
• Wienke, D., Messing, C., Slot, A. (2013). Validering van Indicatoren Schoolklimaat en Veiligheid. Utrecht.
• Zoon, M. (2013). Wat werkt bij jeugdigen met een licht verstandelijke beperking? Update (2013). Utrecht.
• Zoon, M., Berg- le Clercq, T. (2013). Wat werkt in multiprobleemgezinnen? Update (2013). Utrecht.
• Zoon, M., Foolen, N. (2013). Wat werkt bij licht verstandelijk beperkte ouders? Update (2013). Utrecht.
• Zoon, M., Kooijman, K. (2013). Handleiding Peuterhuisbezoeken VoorZorg (herziene versie). Utrecht.
61
62
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Productenoverzicht
Artikelen • Anthonijsz, I., Wienke, D., Nikken, P. en Hankins, S.
• Dale, D. van, Dunnink, T., Cloostermans, L. en Zwikker, M. (2013). Jeugdinterventies:
(Red.) (2013). Het zal je kind maar zijn. Ouders en
van kwantiteit naar kwaliteit. Tijdschrift voor
Coo, 31 oktober 2013, 14-15.
Jeugdgezondheidszorg (JGZ), 45 (6), 126-129.
• Anthonijsz, I. en Hemels, I. (Red.) (2013). Jeugdzorg te begripvol voor ruziënde ouders. Jeugd en Co, 2 (6), 10-14.
• Anthonijsz, I. en Ras, I. (Red.)(2013). Een nieuwe ronde in je leven. FLOW, nr. 5, 33-36.
• Bartelink, C. en Kooijman, K. (2013). Inschatten van
Houten: Bohn Stafleu van Loghum.
• Dronkers, F. (2013). Richtlijnen Jeugdzorg, aanbevelingen voor de jeugdzorgprofessional. Tijdschrift voor Jeugdgezondheidszorg (JGZ), 3, 66-67. Houten: Bohn Stafleu van Loghum.
• Dronkers, F. (2013). Richtlijnen Jeugdzorg.
veiligheid en kans op kindermishandeling: noodzaak,
Aanbevelingen voor jeugdzorgprofessionals.
instrumenten en ontwikkelingen. Tijdschrift voor
NVO-bulletin, 10-11.
Sociale Geneeskunde, 91 (7), 391-393.
• Bartelink, C., Yperen, T.A. van, Berge, I.J. ten, Kwaadsteniet, L. en Witteman, C. de (2013). Interbeoordelaarsovereenstemming bij
• Gemmeke, M. en Blaauw, E.S. (2013). Sterke Netwerken: van belang voor ouders en kinderen. Ouderschapskennis.
• Graas, D. en Berg- le Clercq, T. (2013). Een transitie
gestructureerd beslissen over kindermishandeling.
rondom gezinnen. Ontzorgen en normaliseren
Kind en Adolescent, 34 (3), 120-135. Houten: Bohn
in theorie, beleid en praktijk. Tijdschrift voor
Stafleu van Loghum.
Orthopedagogiek, 13 mei 2013.
• Bartelink, C. en Baat, M. de (2013). Ook in de jeugdzorg kan een kind veilig hechten. Uithuisplaatsing: liefst in pleeggezin of gezinshuis. Jeugdkennis, 12 februari 2013.
• Berg- le Clercq, T. (2013). Gezinshuizen in het
• Hilverdink, P. (2013). Positief jeugdbeleid wordt een begrip in Europa. Tijdschrift Jeugdbeleid, 7 (4), 211-215. Houten: Bohn Stafleu van Loghum.
• Janssen, L. en Nuyens, N. (2013). Sharing the mobility experience: creating more
buitenland. Tijdschrift Jeugdbeleid. Houten: Bohn
effect. Comparison of the effects on young people
Stafleu van Loghum.
of two Dutch learning mobility programmes.
• Berg- le Clercq, T., Derr, R. en Galm, B. (2013).
In: Learning mobility and non-formal learning in
Internationale adviezen voor de ketenaanpak van
European contexts. Policy, approaches and
kindermishandeling. Tijdschrift Jeugdbeleid, 7 (4),
examples (pp. 139-148). Brussel: Council of
199-204. Houten: Bohn Stafleu van Loghum.
Europe.
• Berg, G. van den (2013). Effectief. Sozio, 1. Amsterdam: Uitgeverij SWP.
• Berg, G. van den (2013). Bewijs. Sozio, 2. Amsterdam: Uitgeverij SWP.
• Berg, G. van den (2013). Wat werkt nou echt? Sozio, 3. Amsterdam: Uitgeverij SWP.
• Berg, G. van den (2013). Wisselwerking Sozio, 4. Amsterdam: Uitgeverij SWP.
• Berg, G. van den (2013). Effectief: wie bepaalt dat? Sozio, 5. Amsterdam: Uitgeverij SWP.
• Berg, G. van den (2013). Gemeenten. Sozio, 6. Amsterdam: Uitgeverij SWP.
• Berg-le Clercq T. en Mak, J. (2013). Buitenlandse
• Kesselring, M., Winter, M. de, Horjus, B. en Yperen, T.A. van (2013). Allemaal opvoeders in de pedagogische civil society. Naar een theoretisch raamwerk. Pedagogiek, 33 (1), 5-20. Assen: Van Gorcum.
• Kwaadsteniet, L. de, Bartelink, C., Witteman, C., Berge, I.J. ten en Yperen, T. van (2013). Improved decision making about suspected child maltreatment: Results of structuring the decision process. Children and Youth Services Review, 35 (2), 347-352. Elsevier.
• Nikken, P. en Jansz, J. (2013). Developing scales to measure parental mediation of young
tips voor werken met een meldcode. Verplichte
children’s internet use. Learning, Media and
meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling.
technology, 38.
Jeugdkennis, 16 juli 2013.
• Bosscher, N. (2013). Scandinavische inspiratie voor
• Nikken, P. en Graaf, H. de (2013). Reciprocal relationships between friends’ and parental
de transformatie van Centra voor Jeugd en Gezin.
mediation of adolescents’ media use and their
Jeugdbeleid, 7 (4), 187-192. Houten: Bohn Stafleu
sexual attitudes and behaviour. Journal of Youth
van Loghum.
and Adolescence, 42 (11), 1696-1707.
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Productenoverzicht
• Prakken, J.C.V. (2013). Dossier laat professionalisering opvoedingsondersteuning zien. Jeugdkennis, 24 januari 2013.
• Prakken, J.C.V. (2013). Titan/Titan Plus. Jeugdkennis, 14 februari 2013.
• Prakken, J.C.V. (2013). Na huiselijk geweld komt
handboek kindermishandeling (pp. 415-428). Houten: Bohn Stafleu van Loghum.
• Repetur, L. en Prakken, J.C.V. (2013). Decentralisatie jeugdzorg Amsterdam: cliëntbelang centraal! MOVISIES, 17. Utrecht: MOVISIE.
• Snijder, M. (2013). Jongeren plukken vruchten van
hulp aan kinderen slecht op gang. Jeugdkennis,
Europese mogelijkheden. Tijdschrift Jeugdbeleid,
26 februari 2013.
7 (4), 205-209. Houten: Bohn Stafleu van Loghum.
• Prakken, J.C.V. (2013). De opbrengst van prestatie-
• Sonck, N., Nikken, P. en Haan, J. de (2013).
indicatoren in de jeugdsector. Jeugdkennis,
Determinants of internet mediation: A comparison
23 april 2013.
of the reports by parents and children. Journal of
• Prakken, J.C.V. (2013). Veel kinderen vinden zich onterecht te dik. Jeugdkennis, 14 mei 2013.
• Prakken, J.C.V. (2013). Dossier geeft tips
Children and Media, 7 (1), 96-113.
• Veerdonk, T. van der en Hilverdink, P. (2013). Jongeren uit ‘s-Hertogenbosch vinden beter de weg
voor werken aan een positief groepsklimaat.
naar leren en werken. Tijdschrift Jeugdbeleid,
Jeugdkennis, 22 augustus 2013.
7 (4), 193-197. Houten: Bohn Stafleu van Loghum.
• Prakken, J.C.V. (2013). Gelijk=Gelijk.
• Vink, C. (2013). Draagt buitenlandse inspiratie bij
Jeugdkennis, 3 september 2013.
aan betere jeugdzorg in Nederland? Tijdschrift
• Prakken, J.C.V. (2013). Zorg voor de jeugd op Haagse scholen kan beter. Jeugdkennis, 17 september 2013.
• Prakken, J.C.V. (2013). ‘We praten niet meer
Jeugdbeleid, 7 (4), 225-228. Houten: Bohn Stafleu van Loghum.
• Wienke, D., Slot, A. Bakker, P.P. en Lierop, R. van (red.) (2013). Audit meet veilige en zorgzame
óver maar mét gezinnen’. Jeugdkennis,
leeromgeving. Amsterdamse scholen meten
7 november 2013.
en verbeteren schoolklimaat. Jeugdkennis,
• Prakken, J.C.V. (2013). Interventie Een Solide Basis voor de Toekomst. Jeugdkennis, 25 november 2013.
• Prakken, J.C.V. (2013). Interventie
13 december 2013.
• Wilde, E.J. de, Looij, P. van der, Goldschmeding, J. en Hoogeveen, C. (2013). Self-Report of Suicidal Thoughts and Behavior vs School Nurse Evaluations
Overbruggingsplan Overgewicht sluit aan bij leefstijl
in Dutch High-School Students. Crisis, 32 (3),
gezin. Jeugdkennis, 6 december 2013.
121-127. Hogrefe Publishing.
• Prakken, J.C.V. (2013). Stoppen en helpen. LTAK nieuwsbrief, 1 februari 2013.
• Prakken, J.C.V. en Repetur, L. (2013). ‘Als hulp verlener ben je slechts een passant in het leven van een gezin’. Jeugdkennis, 10 oktober 2013.
• Prakken, J.C.V. en Repetur, L. (2013).
• Wolff, M. de, Oudhof, M., Kamphuis, M., l’Hoir, M., Ruiter, M. de en Prinsen, B. (2013). JGZ richtlijn opvoedingsondersteuning. TSG, 91 (7), 429-436. Vereniging voor Volksgezondheid en Wetenschap.
• Yperen, T.A. van (2013). Met kennis oogsten: monitoring en doorontwikkeling zorg voor jeugd.
Transformeren in de praktijk ‘Wederzijds
Kind en Adolescent, 34 (3), 136-146. Houten: Bohn
vertrouwen, daar draait het om’. Jeugdkennis,
Stafleu van Loghum.
21 november 2013.
• Prakken, J.C.V. en Repetur, L. (2013). Transformeren in de praktijk “Als buurtteam mogen
• Yperen, T.A. van (2013). Transformeer met feiten. Mgv-Online, 1 maart 2013. Amsterdam: Boom.
• Yperen, T.A. van, Veerman, J.W., Bijl, B., Jong,
we hulpverlenen zonder restricties’. Jeugdkennis,
H. de, Tops, P. en Land, M. van der (2013).
28 november 2013.
Praktijkgestuurd effectonderzoek in de jeugdzorg.
• Prakken, J.C.V. en Repetur, L. (2013). Utrecht gaat drang-en-dwangfuncties ontschotten. Jeugdkennis, 16 december 2013.
• Putte, E.M. van de, Sittig, E.R., Berge, I.J. ten, Vogtländer, L.M., Landsmeer-Beker, E.A., Putte, E.M. van de, Lukkassen, I.M.A. en Russel, I.M.B. (2013). Veiligheidstaxatie en interventie. Medisch
In: Prikken in praktijken (pp. 47-68). Den Haag: Boom Lemma.
• Zwikker, N. (2013). Digitale hulpverlening. Jong aan de Amstel, 13 (1), 5. Koog aan de Zaan: Jong aan de Amstel.
63
64
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Productenoverzicht
Blogs • Anthonijsz, I. (2013). Voorkom (v)echtscheiding, investeer in relaties. www.nji.nl, 24 mei 2013. www.kennisnetjeugd.nl, 27 mei 2013.
• Baat, M. de (2013). Keuze voor pleeggezin: gebaseerd op belang van het kind. www.nji.nl, 20 maart 2013.
• Bakker, C.J. (2013). Transformeren: een ‘Big Bang’ of met beleid? www.nji.nl, 5 april 2013.
• Bakker, C.J. (2013). Goedkoop is duurkoop. www.kennisnetjeugd.nl, 7 oktober 2013.
• Berg- le Clercq, T. (2013). Werken in dialoog met ouders en kinderen. www.kennisnetjeugd.nl, 19 december 2013.
• Blaauw, E.S. (2013). Investeer in generalistisch werken rondom jeugd en gezin. www.nji.nl, 15 maart 2013.
• Hoex, J. (2013). Professionele taalvaardigheid:
• Snijder, M. (2013). Nodig je internationale buren uit. www.zorgwelzijn.nl, 18 september 2013.
• Snijder, M. (2013). Eigen kracht: maar wat dan precies? www.zorgwelzijn.nl, 15 oktober 2013.
• Snijder, M. (2013). Jongerenwerkers zijn altijd te laat. www.zorgwelzijn.nl, 19 november 2013.
• Wilde, E.J. de (2013). Media: kijk uit met berichtgeving over zelfdoding. www.nji.nl, 13 februari 2013.
• Wilde, E.J. de (2013). Blij met Nederland. www.nji.nl, 27 februari 2013.
• Wilde, E.J. de (2013). Hoera, toch? www.nji.nl, 10 april 2013.
• Wilde, E.J. de (2013). Zorgbudget? Eerlijk delen! www.kennisnetjeugd.nl, 12 september 2013.
• Yperen, T.A. van (2013). ‘De cliënt’, dat bent u zelf. www.jeugdkennis.nl, 25 maart 2013.
• Yperen, T.A. van (2013). Maakbaarheid.
did we tell them to do the wrong things?
www.jeugdkennis.nl, 3 juni 2013.
www.nji.nl, 3 september 2013.
www.kennisnetjeugd.nl, 3 juni 2013.
• Lange. M. de (2013). Inclusie of exclusie? www.nji.nl, 9 april 2013.
• Lange, M. de (2013). Stoornis een excuus? Graag meer kennis en begrip. www.kennisnetjeugd.nl, 9 september 2013.
• Lange, M. de (2013). Is de gespecialiseerde zorg te duur? www.kennisnetjeugd.nl, 18 oktober 2013.
• Lange, M. de (2013). Evidence based werken:
• Yperen, T.A. van (2013). Fraude. www.jeugdkennis.nl, 15 juli 2013.
• Yperen, T.A. van (2013). Ruimte voor de professional. www.jeugdkennis.nl, 4 september 2013. www.kennisnetjeugd.nl, 5 september 2013.
• Yperen, T.A. van (2013). Wijkteam. www.jeugdkennis.nl, 12 november 2013. www.kennisnetjeugd.nl, 12 november 2013.
• Zwikker, N. (2013). Transitiekans: beter
een verstandige eis? www.kennisnetjeugd.nl,
gebruik van registratiegegevens.
9 december 2013.
www.kennisnetjeugd.nl, 24 juli 2013.
• Okma, K. (2013). Goed burgerschap begint aan de keukentafel. www.nji.nl, 18 juni 2013.
• Snijder, M. (2013). Wie zijn toch die young people? www.zorgwelzijn.nl, 28 januari 2013.
• Snijder, M. (2013). De waarde van niet-formeel leren. www.zorgwelzijn.nl, 4 maart 2013.
• Snijder, M. (2013). Jongerenwerk belangrijk bij interculturele competenties. www.zorgwelzijn.nl, 3 april 2013.
• Snijder, M. (2013). Houd de informatie niet voor jezelf. www.zorgwelzijn.nl, 2 mei 2013.
• Snijder, M. (2013). Grenzen aan de inzet van vrijwilligers. www.zorgwelzijn.nl, 27 mei 2013.
• Snijder, M. (2013). CV nieuwe stijl is hard nodig. www.zorgwelzijn.nl, 23 juli 2013.
• Snijder, M. (2013). Kwaliteitskeurmerk: waardevol of noodzakelijk kwaad. www.zorgwelzijn.nl, 22 augustus 2013.
Video’s • Hermanns, S. (regisseur) (2013). Participatieprijs: Upgraden, Gelijk=Gelijk; Jongerencentrum Level Z. [video].
• Mullekom, C. van (regisseur) (2013). KinderWijs TV. [video].
• Nuyens, N. (regisseur) (2013). FACT-team Jeugd Hoogeveen. [video].
• Prakken, J. (regisseur) (2013). CJG4Kracht: ambulante gezinshulpverlening in Apeldoorn. [video].
• Prakken, J. (regisseur) (2013). Traject Op Maat (T.O.M.). [video].
• Prakken, J. (regisseur) (2013). VoorZorg: preventief jeugdbeleid begint bij de zwangerschap. [video].
• Prakken, J., Snippe, L. en Noort, A. van den (regisseur) (2013). Kennisnet Jeugd. [video].
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Productenoverzicht
• Rijn, J. van (regisseur) (2013). QenA Triple P voor de website www.triplep-nederland.nl. [video].
• Snijder, M. (regisseur) (2013). Erasmus+ in 150 seconden. [animatiefilm].
• Snijder, M. (regisseur) (2013). Jongeren doen het zelf (5 delen). [video].
• Snijder, M. (regisseur) (2013). Uitgewisseld. [video].
• Lange, M. de. (2013). Position Paper LVBjeugdigen.
• Lange, M. de, Matthys, W., Foolen, N., Addink, A., Oudhof, M., Vermeij, K. (2013). Werkkaarten bij de Richtlijn Ernstige gedragsproblemen.
• Lange, M. de, Matthys, W., Foolen, N., Addink, A., Oudhof, M., Vermeij, K. (2013). Informatie voor ouders bij de Richtlijn Ernstige gedragsproblemen.
Brochures en factsheets • Aarle, C. van, Hoex, J. (2013). Het Boxtels Model
• Vos, M., Kuyvenhoven, N., Zwikker, N., Werf, J. van der, Zaal, M., Wesseling, M., Tanja, L., Stil, B.,
in 1000 woorden voor ambtenaren jeugd en
Walburgh Schmidt, B. (Update 2013). Digivaardig
onderwijs en samenwerkingspartners in voor-
in welzijn. De nieuwste ontwikkeling en trends
en vroegschoolse educatie.
op het gebied van sociale technologie in de
• Berger, M.A., Leeuwen, M. van, Blaauw, E. Witte, E. (2013). De jeugd- en gezinsgeneralist als spil in het
welzijnssector.
• Messing, C.T.H.M. (2013). Onderwijs-
nieuwe jeugdstelsel. Generalistisch werken rondom
zorgarrangementen. Samenwerken Onderwijs
jeugd en gezin.
en Jeugdhulp.
• Berg-le Clercq, T., Bosscher, N., Keltjens, M., Vink, C. (2013). Wat valt te leren van de Scandinavische
• Nikken, P. (Update 2013). Mediawijsheid. • Nikken, P., Pardoen, J. (Update 2013).
social worker? De praktijk van gedecentraliseerde
Mediaopvoeding voor kinderen in de
jeugdhulp.
basisschoolleeftijd (6-12 jaar). Uitgever Nederlands
• Bosscher, N. (Update 2013). Inclusive education. A suitable learning place for every Dutch child.
• Bosscher, N., Hilverdink, P. (2013). Dutch generalist approaches and chid welfare transformation through Nordic eyes.
Centrum Jeugdgezondheid.
• Nikken, P., Pardoen, J. (Update 2013). Beeldschermmedia en mediaopvoeding voor de allerkleinsten (0-6 jaar). Uitgever Nederlands Centrum Jeugdgezondheid.
• Bosscher, N. (Update 2013). Verkenning sociale
• Pijpers, F., Bouma, G., Beckers, M., Boode, K.
participatie van kwetsbare jeugd in Engeland.
(2013). Onderwijs en Jeugdgezondheidszorg.
• Deen, C., Laan, M. Lierop, R. van. (Update 2013)
Van oudsher partners: informatiebrochure.
Handreiking integraal werken in het kader van de verbinding tussen passend onderwijs en zorg voor jeugd.
• Eijck, G. van, Kooijman, H., Yperen, T. van. (2013). Transitie en transformatie van de zorg voor jeugd.
• Foolen, N., Steege, M. van der. (2013). Van dwars
Uitgever: Nederlands Jeugdinstituut en Nederlands Centrum Jeugdgezondheid.
• Rijn, J. van, Hollander, S., Berns, J. (Update 2013). Triple P en de Transitie van de Jeugdzorg.
• Stals, K. (Update 2013). Flyer Jeugd in Onderzoek. • Steege, M. van der, Ligtermoet, I. (2013).
gedrag tot gedragsstoornis. Blauwdruk voor een
Van enkelvoudig opvoedingsprobleem tot
preventie- en zorgarrangement.
multiproblemsituaties. Blauwdruk voor een
• Hilverdink, P. (2013). Generalist working with youth and families in The Netherlands.
• Hilverdink, P. (2013). Cross-sectoral colla boration in the youth field; towards a shared responsibility?!
• Ince, D., Yperen, T. van, Valkestijn, M. (2013). Top tien positieve ontwikkeling jeugd. Beschermende factoren in opvoeden en opgroeien.
• Ince, D., Yperen, T. van, Valkestijn, M. (2013). Top ten positive youth development.
• Ince, D., Berg, G. van der. (Update 2013). Culturele diversiteit in opgroeien en opvoeden: feiten en cijfers.
preventie- en zorgarrangement.
• Wilde, E.J. de, Soest, M. van, (2013). De Monitor Aanpak Kindermishandeling.
• Zwikker, N., Kann-Weedage, D. (Update 2013). Gebruik psychosociale zorg voor jeugd stijgt. Jaren 2008 tot en met 2011.
65
66
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Productenoverzicht
Nieuwsbrieven • Bommel, M. van (2013). Triple P voor beroepskrachten, jaargang 5, (4 t/m 8).
• Darwish, L. (2013). Newsletter Netherlands Youth Institute, jaargang 4, (1 t/m 2).
• Snijder, M. (2013). Nieuwsbrief Eurodesk en Youth in Action, jaargang 7, (1 t/m 11).
• Lierop, R. van (2013). Nieuwsbrief Jeugd, jaargang 7, (1 t/m 46).
• Nederlands Jeugdinstituut, Netwerkbijeenkomst Positief Jeugdbeleid, te Utrecht, op 31 januari 2013, aantal deelnemers 30.
• Nederlands Jeugdinstituut, Studiebezoek Passend Onderwijs Denemarken, te Denemarken, op 6-8 maart, 30 oktober- 1 november 2013, aantal deelnemers 44.
• Nederlands Jeugdinstituut, ZonMw, TNO, RIVM en Nederlands Centrum Jeugdgezondheid, Jeugd in Onderzoek: door de ogen van ouders en kind,
Congressen en expertmeetings
te Nieuwegein, op 11 maart 2013, aantal deelnemers
• Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling Amsterdam,
500.
ABC Onderwijsadvies en Centrum voor Nascholing Amsterdam, Amsterdamse Taal- en Rekenconferentie, te Amsterdam, op 13 februari 2013, aantal deelnemers 40.
• Instituut voor Geschillen, Hogeschool Avans en
• Nederlands Jeugdinstituut, Onderwijszorgarrangementen, te Utrecht, op 26 maart 2013, aantal deelnemers 6.
• Nederlands Jeugdinstituut en Associatie Jeugdzorg, Studiebezoek Denemarken Associatie Jeugdzorg,
Openbaar Ministerie, Vechtscheidingen, te Den
te Denemarken, op 17 – 19 april 2013, aantal
Haag, op 20 november 2013, aantal deelnemers 20.
deelnemers 30.
• Jeugdzorg Nederland, Kader Vechtscheidingen en OTS, te Utrecht, op 17 juni 2013, aantal deelnemers 20.
• Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en Kinderombudsman, Plan van Aanpak Pesten, te Den Haag, op 7 maart en 25 maart 2013, aantal deelnemers 50.
• Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, Syntens (nu Kamer van Koophandel) en RIVM/ Centrum Gezond Leven, Games als interventie?, te
• Nederlands Jeugdinstituut, Rebound in het mbo, te Utrecht, op 23 april 2013, aantal deelnemers 15.
• Nederlands Jeugdinstituut, Volwassen geworden! Terugblik op 30 jaar kinderopvang, te Utrecht, op 24 april 2013, aantal deelnemers 150.
• Nederlands Jeugdinstituut, Universiteit Utrecht en Nederlandse vereniging van pedagogen en onderwijskundigen (NVO), Generalistisch werken in debat, te Utrecht, op 25 april 2013, aantal deelnemers 100.
Den Haag, op diverse data, aantal deelnemers 35.
• Nederlands Jeugdinstituut, Samenwerkingsverband
• Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
Effectieve Jeugdzorg Nederland (SEJN), PIONN,
RIVM/Centrum Gezond Leven en Syntens (nu
Praktikon, en PI Research, Effectiviteitsplatform
Kamer van Koophandel), Serious Games als erkende
SEJN, te Utrecht, op 25 april 2013, aantal
interventies, te Den Haag, op diverse data, aantal
deelnemers 70.
deelnemers 15.
• MOGroep en Nederlands Jeugdinstituut, Professionele kracht, vrijwillige kracht, eigen kracht: samen voor jeugd, te Zwolle, op diverse data, aantal deelnemers 300.
• MOGroep, ZonMw en GGD Nederland, Pedagogische civil society en vrijwillige inzet in nieuwe stelsel, te Eindhoven, Zwolle, Arnhem, Eindhoven, Amsterdam, Amersfoort, op diverse data, aantal deelnemers 200.
• Nationaal Regieorgaan Onderwijsonderzoek,
• Nederlands Jeugdinstituut en VO-raad, Passend Onderwijs en Zorg voor jeugd verbinden, te Helmond, op 16 mei 2013, aantal deelnemers 198.
• Nederlands Jeugdinstituut en Universiteit Utrecht, Triple P International, Triple P en onderzoek/ evidence based, te Utrecht, op 5 juni 2013, aantal deelnemers 10.
• Nederlands Jeugdinstituut, Praktikon en Initi8, Landelijke monitor Triple P, te Utrecht, op 27 juni 2013, aantal deelnemers 20.
• Nederlands Jeugdinstituut, Kinderpostzegels en
Startconferentie, te Den Haag, op 22 januari 2013,
Expertisenetwerk Pleegzorg, Pleegzorg: volop
aantal deelnemers 35.
in beweging!, te Utrecht, op 27 juni 2013, aantal
• Nederlands Jeugdinstituut, Youth in Action – the final countdown, te Utrecht, op 26 januari 2013, aantal deelnemers 65.
deelnemers 60.
• Nederlands Jeugdinstituut, MOVISIE en Rutgers WPF, Kwaliteitskader voorkomen seksueel
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Productenoverzicht
misbruik in de jeugdzorg, te Utrecht, op
Leerlingbegeleiders, Implementatie van de
2 september 2013, aantal deelnemers 10.
meldcode in het onderwijs, te Den Bosch, op
• Nederlands Jeugdinstituut en Platform Samenwerkingsverbanden VO, De 24 uur van
21 november 2013, aantal deelnemers 20.
• Nederlands Jeugdinstituut, Generalistisch werken;
Lunteren, te Lunteren, op 12 en 13 september 2013,
lessen uit Scandinavië, te Utrecht, op 22 november
aantal deelnemers 100.
2013, aantal deelnemers 65.
• Nederlands Jeugdinstituut, Gemeente Haarlem en
• Nederlands Jeugdinstituut, Ministerie van
Gemeente Apeldoorn, Internationale onsite review
Volksgezondheid, Welzijn en Sport, en Lotje en Co,
Generalistisch werken in jeugd- en gezinsteams, te
Mini conferentie: Oei er klopt iets niet..., te Utrecht,
Haarlem en Apeldoorn, op 24 en 25 september 2013.
op 22 november 2013, aantal deelnemers 60.
• Nederlands Jeugdinstituut en Tinten Welzijnsgroep, Generalistisch werken als spil in het nieuwe jeugdstelsel, te Veendam, op 4 oktober 2013, aantal deelnemers 200.
• Nederlands Jeugdinstituut en Fontys Hogeschool, Opvoeden voor de toekomst, te Tilburg, op 3 december 2013, aantal deelnemers 300.
• Nederlands Jeugdinstituut en Nationale Jeugd Raad
• Nederlands Jeugdinstituut en Tinten Welzijnsgroep,
(NJR), Hoe informeer je jongeren over hun kansen
De generalist als spil in het nieuwe jeugdstelsel,
in Europa?, te Utrecht, op 10 december 2013, aantal
te Stadskanaal, op 4 oktober 2013.
deelnemers 40.
• Nederlands Jeugdinstituut, Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, Ministerie van Veiligheid en Justitie en Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG), Voor de Jeugd Festival, te Amsterdam, op 7 oktober 2013, aantal deelnemers 1000.
• Nederlands Jeugdinstituut en T-bureau, Inter nationaal Paviljoen Voor de Jeugd Festival, te Amsterdam, op 7 oktober 2013, aantal deelnemers 400.
• Nederlands Jeugdinstituut en Universiteit Utrecht, Monitoring in tijden van transformatie, te Utrecht, op 17 oktober 2013, aantal deelnemers 100.
• Nederlands Jeugdinstituut en Ministerie van
• Nederlands Jeugdinstituut, Platform Kwaliteit van Jeugdwelzijn, te Utrecht, op diverse data.
• Nederlands Jeugdinstituut, EU en jongerenwerk: waar liggen mijn kansen?, te Leeuwarden / Amersfoort, op diverse data, aantal deelnemers 40.
• Nederlands Jeugdinstituut, Kinderrechtenhuis en Pro Juventute, Mulock Houwer-lezing, te Utrecht, op diverse data, aantal deelnemers 140.
• Nederlands Jeugdinstituut, HBO-Kennisnetwerk uitstroomprofiel jeugdzorg, te Utrecht, op diverse data, aantal deelnemers 15.
• Nederlands Jeugdinstituut, Opvoeden.nl, Mijn Kind Online, Ouders Online, Mediawijzer.net, Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG), Ministerie van
Volksgezondheid, Welzijn en Sport, Discussion on
Volksgezondheid, Welzijn en Sport, Ministerie van
demedicalisation children with Dr. Allen Frances,
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, Ministerie van
te Almere, op 7 november 2013, aantal deelnemers 22.
Veiligheid en Justitie, Deltaplan Mediaopvoeding,
• Nederlands Jeugdinstituut, Samenwerkingsverband Effectieve Jeugdzorg Nederland (SEJN), PIONN, Praktikon, en PI Research, Effectiviteitsplatform SEJN: meten in de keten, te Utrecht, op 14 november 2013, aantal deelnemers 70.
te Utrecht en Den Haag, op diverse data, aantal deelnemers 15.
• Nederlands Jeugdinstituut, Kennis Praktijk Netwerk, te Utrecht, op diverse data, aantal deelnemers 75.
• Nederlands Jeugdinstituut, Sovee en Thover,
• Nederlands Jeugdinstituut en T-bureau, Transitie
Wijkteam Soesterkwartier Amersfoort, te
Managers bijeenkomst, op diverse data, aantal
Amersfoort, op 15 november 2013, aantal deelnemers 40.
• Nederlands Jeugdinstituut, MOVISIE en Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG), Landelijk Congres Huiselijk Geweld en Kindermishandeling, Ontschotten en doorpakken, te Nieuwegein, 18 november 2013, aantal deelnemers 600.
• Nederlands Jeugdinstituut en Nederlandse Vereniging van Schooldecanen en
deelnemers 50.
• Nederlands Jeugdinstituut, Instructiebijeenkomsten in het kader van proefinvoeringen richtlijnen jeugdzorg, 11 maal, diverse plaatsen, op diverse data, aantal deelnemers 18.
• Nederlands Jeugdinstituut, Voorbereidings bijeenkomsten in het kader van proefinvoeringen richtlijnen jeugdzorg, 4 maal, te Utrecht, op diverse data, aantal deelnemers 6.
67
68
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Productenoverzicht
• Nederlands Jeugdinstituut, Kwartaaloverleg richtlijnontwikkelaars, te Utrecht, op diverse data, aantal deelnemers 12.
• Nederlands Jeugdinstituut, Bijeenkomsten
Amersfoort, op 30 augustus 2013, aantal deelnemers 5.
• Zijlstra Centre for Excellence / Vrije Universiteit (VU), Risicomanagement in de jeugdzorg, te Amsterdam, op 13 maart 2013, aantal deelnemers 40.
Erkenningscommissie interventies 8 maal, te Utrecht, op diverse data, aantal deelnemers 12.
• Nederlands Jeugdinstituut en Trimbos Instituut, Triple P Family Transitions, te Utrecht, op diverse data, aantal deelnemers 20.
• Nederlands Jeugdinstituut en Trimbos Instituut,
Kennisateliers, kenniskringen en kennispraktijknetwerken • Anthonijsz, I.: Pestcollectief, 4 bijeenkomsten (2013), 8 deelnemers.
• Anthonijsz, I.: Platform Relatieondersteuning
Kansrijk Implementeren, te Utrecht, op diverse
en Scheidingspreventie, 3 bijeenkomsten (2013),
data, aantal deelnemers 10.
8 deelnemers.
• Nederlands Jeugdinstituut, Plan van aanpak validatie anti-pestprogramma’s, te Utrecht, op diverse data, aantal deelnemers 15.
• Platform 31 en Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG), Risicomanagement in de jeugdzorg, te Utrecht, op diverse data, aantal deelnemers 80.
• Provincie Utrecht, Trajectum en Zandbergen, Jeugdzorg in zicht, te Utrecht, op 4 april 2013, aantal deelnemers 130.
• Regio Zuid-Limburg, Praat niet over ons, maar met ons, te Beek, Maastricht en Heerlen, op diverse data.
• Studiecentrum voor Bedrijf en Overheid en Jeugdgezondheidszorg (JGZ), Lagerhuissessie Eigen
• Bakker, C.J.: Denktank Transformatie Jeugdstelsel, 5 bijeenkomsten (2013), 12 deelnemers.
• Baat, M. de, Berg- le Clercq, T. en Berge, I, ten: Kenniskring Hulp na kindermishandeling, 4 bijeenkomsten (2013), 20 deelnemers.
• Baat, M. de en Lange, M. de: Kenniskring Pleegzorg, 4 bijeenkomsten (2013), 20 deelnemers.
• Berg, G. van den: Kenniskring Beschrijven en onderbouwen van interventies, 1 bijeenkomst (10 december 2013), 16 deelnemers.
• Berg- le Clercq, T., Eijgenraam, K. en Ooms, H.: Kennispraktijknetwerk Vraag- en aanbodanalyse, 4 bijeenkomsten (2013), 7 deelnemers.
• Berger, M.: Kenniskring Samenwerken rond
kracht JGZ Congres, te Nieuwegein, op
jeugd en gezin in de wijk, 2 bijeenkomsten (2013),
26 september 2013.
8 deelnemers.
• T-bureau en Nederlands Jeugdinstituut, Kennisateliers Jeugdzorg, JGGZ, LVB, JB en JR, te Nederland, mei 2013, aantal deelnemers 480.
• UMC Utrecht, Julius Academy, Nederlands Jeugdinstituut en Nederlands Centrum Jeugdgezondheid, De verbindende kracht van het Centrum voor Jeugd en Gezin, te Utrecht, op 26 september 2013, aantal deelnemers 150.
• Universiteit Utrecht, Afscheidssymposium Elly Singer, te Utrecht, op 17 september 2013, aantal deelnemers 100.
• Universiteit Utrecht, Governing new social risks, te Utrecht, op 22 februari 2013, aantal deelnemers 10.
• Vereniging Ouderschap Blijft, Studiedag Ouderschap Blijft: Verbinden en Samenwerken, te Utrecht, op 10 oktober 2013, aantal deelnemers 155.
• Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en
• Berger, M.: Kenniskring Reflecteren is leren, 2 bijeenkomsten (2013), 15 deelnemers.
• Berger, M.: Kennispraktijknetwerk Generalistisch werken rond jeugd en gezin, 3 bijeenkomsten (2013), 15 deelnemers.
• Deen, C.: Kenniskring Onderwijs-zorgarrange menten, 3 bijeenkomsten (2013), 18 deelnemers.
• Deen, C.: Kenniskring Thuiszitters de wereld uit, 3 bijeenkomsten (2013), 20 deelnemers.
• Deen, C.: Kenniskring Integraal arrangeren, 3 bijeenkomsten (2013), 22 deelnemers.
• Deen, C.: Kenniskring Samenhang in opvoeden, opgroeien en ontwikkelen, 3 bijeenkomsten (2013), 25 deelnemers.
• Deen, C.: Kenniskring Voorbereiding van het OOGO, 3 bijeenkomsten (2013), 25 deelnemers.
• Hoex, J. en Verweij-Kwok, S.: Kenniskring
Sport, Ronde tafelgesprekken Actieplan Aanpak
Doorgaande Ontwikkellijn, 1 bijeenkomst
kindermishandeling, te Den Haag, op diverse data,
(6 december 2013), 7 deelnemers.
aantal deelnemers 50.
• Wetenschappelijk Instituut / Bestuurdersvereniging ChristenUnie, Expertmeeting Jeugdzorg, te
• Kalthoff, H.: Kenniskring Netwerk ouderbetrokkenheid en VVE, 1 bijeenkomst (1 juni 2013).
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Productenoverzicht
• Kooijman, K. en Zijden, Q. van der: Kennispraktijknetwerk Beslissen over hulp, 2 bijeenkomsten (2013), 8 deelnemers.
• Kooijman, K. en Oudhof, M.: Kennispraktijknetwerk
Huiselijk Geweld en Kindermishandeling op 18 november 2013.
• Anthonijsz, I., Valk, I. van der, Graaf, I. de, Klein Velderman, M. – Resultaten KIES onderzoek en
Jeugdgezondheidszorg, 4 bijeenkomsten (2013),
SOS Samenwerkingsverband Ondersteuning
35 deelnemers.
Scheidingskinderen. Ter gelegenheid van het
• Lange, M. de: Kennisnetwerk Residentiële jeugdzorg, 2 bijeenkomsten (2013), 15 deelnemers.
• Lange, M. de en Baat, M. de: Kennispraktijknetwerk Expertisenetwerk pleegzorg, 3 bijeenkomsten (2013), 20 deelnemers.
• Messing, C.T.H.M.: Kennispraktijknetwerk
congres Jeugd in Onderzoek op 11 maart 2013.
• Anthonijsz, I., Vijver, C. de. – Pesten en ouderbetrokkenheid. Ter gelegenheid van de Inspiratiedag Zonnige Jeugd op 24 mei 2013.
• Baat, M. de, Al, C. – Hulp na kindermishandeling. Hoe breng je het op orde in je gemeente? Ter
Arbeidstoeleiding kwetsbare jeugd,
gelegenheid van het congres Huiselijk Geweld en
3 bijeenkomsten (2013), 44 deelnemers.
Kindermishandeling op 18 november 2013.
• Messing, C.: Kenniskring Rebound, 5 bijeenkomsten (2013), 77 deelnemers.
• Slot, A. en Vianen, R. van: Kennisatelier Aan de slag met het gedwongen kader, 4 bijeenkomsten (2013), 240 deelnemers.
• Stals, K.: Verbetering telt! Landelijke bijeenkomst pilotregio’s Prestatie-indicatoren CJG, 4 bijeenkomsten (2013), 66 deelnemers.
• Stals, K.: The proof of the pudding...Landelijke bijeenkomst pilotregio’s Prestatie-indicatoren CJG, 1 bijeenkomst (2013), 65 deelnemers.
• Wilde, E.J. de: Kennispraktijknetwerk
• Bakker, C.J. – Opvoeden zonder geweld. Ter gelegenheid van het debat van Moviera op 29 januari 2013.
• Bakker, C.J. – Alleenstaand maar niet alleen? Ter gelegenheid van het symposium New Dutch Connections op 3 april 2013.
• Bakker, C.J. – Generalistisch werken in de jeugdsector: een nieuwe professional, een nieuwe opleiding?, ter gelegenheid van de lezing van het Nederlands Jeugdinstituut op 25 april 2013.
• Bakker, C.J. – Jeugdwerkloosheid en jeugdproblematiek. Integrale aanpak kwetsbare
Jeugdmonitoring, 5 bijeenkomsten (2013),
jeugd. Ter gelegenheid van het Platform participatie
100 deelnemers.
werk, Stimulanz op 14 mei 2013.
• Wilschut, M. en Spoelstra, J.:
• Bartelink, C. – Beslissen over hulp: Hoe kunnen
Kennispraktijknetwerk Implementatie,
hulpverleners het beste beslissen over hulp aan
3 bijeenkomsten (2013), 20 deelnemers.
gezinnen? Ter gelegenheid van Transitie Academie
• Zwikker, N. en Vergeer, M.: Kenniskring Online Opvoedingsondersteuning, 4 digitale bijeenkomsten (2013). 9 deelnemers.
(Stadsregio Amsterdam) op 10 december 2013.
• Bartelink, C. – Development of evidence based guidelines for out of home placement in the Netherlands. Ter gelegenheid van de ISPCAN
Lezingen • Anthonijsz, I. – Ouders dicht(er)bij: visie
conference op 16 september 2013.
• Bartelink, C. – Towards higher quality of
op ouderschap en werken met ouders als
decision-making on child maltreatment: Effects of
ambassadeur. Ter gelegenheid van het CJG congres:
structured decision-making in The Netherlands.
De verbindende kracht van het Centrum voor Jeugd
Ter gelegenheid van het symposium Decision-
en Gezin op 26 september 2013.
making in Child and Youth Care, Rijksuniversiteit
• Anthonijsz, I. – Pesten en ouderbetrokkenheid. Ter gelegenheid van de bijeenkomst gemeente PijnackerNootdorp op 22 april 2013.
• Anthonijsz, I., Bosscher, N. – Think Parents! in the Dutch Youth and Family Centres. Ter gelegenheid van de 3rd Nordic Family Centre Conference (Norway) op 12 juni 2013.
• Anthonijsz, I., Dijk, L. van. – Vechtscheidingen, voor wie een zorg? Ter gelegenheid van het congres
Groningen op 20 september 2013.
• Bartelink, C., Eijgenraam, K. – Samen met ouders en kinderen beslissen over passende hulp. Ter gelegenheid van het congres Jeugd in Onderzoek op 11 maart 2013.
• Berg- le Clercq, T. – Dutch policies regarding Early Childhood Services, ECEC programmes en family centres. Ter gelegenheid van UK Education Select Committee visit to the Netherlands op 5 februari 2013.
69
70
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Productenoverzicht
• Berg- le Clercq, T. – Prevent and Combat Child
• Dronkers, F. – ‘De nieuwe professional’. Ter
Abuse: An Overview over five European Countries.
gelegenheid van het debat Jeugdcafé, (initiatief van
Ter gelegenheid van Tagung ‘Internationale
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport)
Perspektiven im Kinderschutz’ op 17 juli 2013.
• Berg- le Clercq, T. – Transitie jeugdzorg. Ter
te Den Haag op 21 maart 2013.
• Dronkers, F., Stals, K. – De cirkel is rond, onderzoek
gelegenheid van We kunnen de golven niet stoppen,
naar succesvolle implementatie van interventies
maar wel leren surfen op 3 september 2013.
in de jeugdzorg van Karlijn Stals, en over de
• Berg, G. van den. – Effectieve interventies. Ter
implementatie van richtlijnen. Ter gelegenheid
gelegenheid van de bijeenkomst Ministerie van
van de Studiemiddag Nederlands Instituut van
Volksgezondheid, Welzijn en Sport over serious
Psychologen (NIP)- Nederlandse vereniging van
gaming op 27 juni 2013.
pedagogen en onderwijskundigen (NVO) over de
• Berg, G. van den. – Literatuuronderzoek. Ter gelegenheid van Master Pedagogiek, Hogeschool Arnhem Nijmegen op 4 september 2013.
• Berge, I.J. ten. – Stoppen en helpen: Wat werkt in hulp na kindermishandeling? Ter gelegenheid van het landelijk symposium Effectief hulpverlenen
dissertatie op 24 mei 2013.
• Foolen, N. – Richtlijn ernstige gedragsproblemen voor de jeugdzorg. Ter gelegenheid van het Kennisnetwerk HBO opleidingen op 27 september 2013.
• Hilverdink, P. – Education, welfare and leaving
na kindermishandeling, seksueel misbruik en
school early in the Netherlands. Ter gelegenheid
verwaarlozing op 16 mei 2013.
van de multilateraal Peer learning seminar Transitie
• Berger, M. – Generalistisch werken in de eerste lijn. Ter gelegenheid van de bijeenkomst platform teamleiders crisishulpverlening op 24 mei 2013.
• Berger, M. – Generalistisch werken in het nieuwe jeugdstelsel. Ter gelegenheid van de bijeenkomst platform schoolmaatschappelijk werkers en jeugdverpleegkundigen Rotterdam op 23 mei 2013.
• Berger, M., Tuyn, M. van. – De generalist in de eerste lijn: een schaap met vijf poten?
Onderwijs en Werk op 16 april 2013.
• Hoex, J. – De gouden driehoek: ouders, groepsleiding en kind. Ter gelegenheid van het congres Landelijk Pedagogenplatform Kindercentra op 23 januari 2013.
• Hoex, J. – Het Pedagogisch kader als verrijking voor het pedagogisch beleid. Ter gelegenheid van het congres MK Reed Business op 14 mei 2013.
• Hoex, J. – Inhoud en opzet van het Pedagogisch
Ter gelegenheid van het CJG-congres op
kader in vogelvlucht. Ter gelegenheid van het
26 september 2013.
congres MK Reed Business op 14 mei 2013.
• Berger, M., Vink, C. – Generalistisch werken in de
• Hoex, J. – Intervisie Inspectie pedagogische
eerste lijn. Ter gelegenheid van het Kennisnetwerk
praktijk; kennis en ervaringen borgen en benutten.
HBO-docenten op 12 april 2013.
Ter gelegenheid van de Specialistendag Pedagogiek
• Bommel, M. van. – Triple P Positief Opvoeden. Ter gelegenheid van de startbijeenkomst implementatie Triple P Sittard op 26 september 2013.
• Bosscher, N. – Generalistisch werken rondom jeugd en gezin in Scandinavië. Ter gelegenheid van de Kenniskring Jeugdgezondheidzorg op 17 juni 2013.
• Daamen, W.W.M. – Introductie CAP-J. Ter gelegenheid van de Behandelcoördinatorendag Lijn 5 op 8 oktober 2013.
• Deen, C. – ABC transitie en transformatie, op 21 november 2013.
• Deen, C. – Transitie en transformatie in het
GGD Nederland op 21 maart 2013.
• Kooijman, K. – Moeders Informeren Moeders. Ter gelegenheid van de regiobijeenkomst Vrijwillige inzet op 11 juni 2013.
• Kooijman, K. – Preventie in lokale jeugdzorg. Ter gelegenheid van het Symposium ‘Grip op jeugdzorg’, raadsleden portefeuille jeugd provincie NoordHolland op 24 april 2013.
• Lange, M. de, Dronkers, F. – De Richtlijn Ernstige gedragsproblemen. Ter gelegenheid van de studiemiddag Nederlands Instituut van Psychologen (NIP), Nederlandse vereniging van pedagogen en
kader van passend onderwijs en de verbinding
onderwijskundigen (NVO), Nederlandse Vereniging
met Zorg voor jeugd. Ter gelegenheid van het
van Maatschappelijk Werkers (NVMW) op
congres Nederlands Instituut van Psychologen (NIP)- Nederlandse vereniging van pedagogen en onderwijskundigen (NVO) op 15 maart 2013.
27 september 2013.
• Lange, M. de, Dronkers, F., Laar, M. van de, Stevens, R., Wolff, M. de. – Richtlijnen jeugdzorg door de
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Productenoverzicht
ogen van de cliënt. Ter gelegenheid van het congres
in de keten. De stand van zaken in het voorveld.
Jeugd in Onderzoek op 11 maart 2013.
Ter gelegenheid van de kennisdeling Raad van de
• Lange, M. de, Foolen, N. – Webinar Richtlijn
Kinderbescherming op 31 januari 2013.
Ernstige gedragsproblemen. Ter gelegenheid van de
• Nikken, P. – Media and children; Strengthening the
Autorisatie Richtlijn Ernstige gedragsproblemen op
role of parents. Ter gelegenheid van de PEGI board
28 november 2013.
meeting op 18 september 2013.
• Lange, M. de, Kroneman, L. – Richtlijn Ernstige
• Nikken, P. – Media, children and parents jan-
gedragsproblemen. Ter gelegenheid van de
mrt 2013. Ter gelegenheid van de wekelijkse
studiemiddag Nederlands Instituut van Psychologen
werkcolleges Erasmus Universiteit Rotterdam vanaf
(NIP), Nederlandse vereniging van pedagogen en
30 januari 2013.
onderwijskundigen (NVO), Nederlandse Vereniging
• Nikken, P. – Mediaopvoeding in de 21e eeuw;
van Maatschappelijk Werkers (NVMW) op
Wat kan de JGZ doen? Ter gelegenheid van het
27 september 2013.
Nederlands Centrum Jeugdgezondheid (NCJ)
• Lange, M. de, Wolff, M. de, Laar, M. van de, Dronkers, F., – Workshop Richtlijnen Jeugdzorg
jaarcongres op 10 december 2013.
• Nikken, P. – Media-pedagogiek in de 21e eeuw;
en Cliëntenparticipatie. Ter gelegenheid van het
heeft het nut om je daar in te verdiepen? Ter gele
Congres Jeugd in Onderzoek op 11 maart 2013.
genheid van de opening academisch jaar pedagogiek
• Lange, M. de. – Ontwikkelingspsychologie. Ter gelegenheid van de Master Pedagogiek, Hogeschool Arnhem Nijmegen op 16 januari 2013.
• Lange, M. de. – Psychopathologie. Ter gelegenheid van de Master Pedagogiek, Hogeschool Arnhem Nijmegen op 30 januari 2013.
Windesheim Zwolle op 29 augustus 2013.
• Nikken, P. – Social media en televisie: Zooo 2013! Ter gelegenheid van het congres Kinderobesitas 2013; Wat heb je nodig? Alliantie Voeding ziekenhuis Gelderse Vallei op 29 januari 2013.
• Nikken, P. – Wat (social) media voor kinderen
• Lindqvist, U., Ouweneel, I., Hilverdink, P.
kan kunnen betekenen? Media-pedagogiek in de
– Opvoedingsondersteuning begint bij de
21e eeuw. Ter gelegenheid van Opvoeden voor de
zwangerschap- Finse en Nederlandse voorbeelden.
toekomst, 100 jaar pedagogiek, Fontys Hogeschool
Ter gelegenheid van het nationaal congres
Pedagogiek op 3 december 2013.
Opvoedingsondersteuning op 1 juni 2013.
• Messing, C.T.H.M. – De methodiek van school als werkplaats. Ter gelegenheid van de Mbo-conferentie op 10 januari 2013.
• Messing, C.T.H.M. – Early school leaving in the Netherlands: the example of rebound. Ter gelegenheid van het bezoek Servische delegatie aan Nederlands Jeugdinstituut op 26 november 2013.
• Messing, C.T.H.M. – Onderwijsopvangvoor
• Ooms, H. – Startfoto Zuid Oost Utrecht. Ter gelegenheid van de conferentie ‘Kansen en Keuzes bij de Zorg voor Jeugd’ op 18 september 2013.
• Ooms, H. – Workshop 4A. Ter gelegenheid van het congres Jeugd in Onderzoek op 11 maart 2013.
• Ooms, H., Yperen, T. van. – Decentralisatie Jeugd. Ter gelegenheid van het Voor de Jeugd Festival op 7 oktober 2013.
• Ooms, H., Yperen, T. van. – Startfoto Zuid Oost
zieningen op weg naar OPDC 2014. Ter gelegenheid
Utrecht. Ter gelegenheid van de werksessie
van.de landelijke studiedag Herstart en Op de Rails
met wethouders regio Zuid Oost Utrecht op
op 17 april 2013.
• Messing, C.T.H.M. – Op weg naar een OPDC nieuwe stijl. Ter gelegenheid van de tweedaagse landelijke conferentie Lunteren coördinatoren samenwerkingsverbanden VO op 13 september 2013.
• Messing, C.T.H.M. – Practices towards reducing ESL and drop-out. Rebound: a Dutch Solution. Ter gelegenheid van de ERI SEE Regional conference in Belgrado: Stay@School: The Challenges We Face – Early School Leaving and Drop Out in South Eastern Europe op 12 december 2013.
• Messing, C.T.H.M. – Reactie op schoolverzuim
4 september 2013.
• Rijn, J. van, Okma, K. – Eigen kracht van oudersTriple P. Ter gelegenheid van het Nationaal Congres Jeugdgezondheidszorg op 26 september 2013.
• Rijn, J. van. – Kansrijk Implementeren. Ter gelegenheid van het project Kansrijk Implementeren op 22 maart 2013.
• Snijder, M. – De waarde van niet-formeel leren. Ter gelegenheid van de NOV-bijeenkomst Netwerk Jeugd op 21 mei 2013.
• Snijder, M. – EU-mogelijkheden voor jongeren en de jeugdsector. Ter gelegenheid van de
71
72
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Productenoverzicht
landelijke bijeenkomst Europe Direct centra op 24 september 2013.
• Snijder, M. – Subsidiemogelijkheden Youth in Action-programma. Ter gelegenheid van de bijeenkomst Europese mogelijkheden voor jongerenorganisaties op 30 januari 2013.
• Spoelstra, J. – De zorg voor jeugd in transitie. Ter gelegenheid van de bachelorstudenten Pedagogische Wetenschappen Rijksuniversiteit Groningen op 28 mei 2013.
• Stals, K. – Implementatie in de jeugdzorg. Ter gelegenheid van de Academische Werkplaats Inside-Out Nijmegen op 1 februari 2013.
• Stals, K. – Implementatie in de jeugdzorg. Ter gelegenheid van de lezingencyclus Wetenschap en Praktijk Nederlands Instituut van Psychologen (NIP)-Nederlandse vereniging van pedagogen en
School Samen op 7 oktober 2013.
• Vianen, R.T. van. – De methode Learning Together: leren van voorvallen. Op uitnodiging van LVGinstellingen Noord Nederland op 11 februari 2013.
• Vianen, R.T. van. – De methode Learning Together: leren van voorvallen. Ter gelegenheid van de bijeenkomst coördinatoren huiselijk geweld politie op 16 april 2013.
• Vianen, R.T. van. – Programma-integer werken in de jeugdbescherming. Ter gelegenheid van het congres Vliegwielprojecten op 21 juni 2013.
• Vink, C. – CJG ontwikkeling in relatie tot Huizen voor het Kind. Ter gelegenheid van het congres Huizen voor het Kind, Hoger Instituut Gezinswetenschappen, Brussel op 15 mei 2013.
• Vink, C. – Internationale ontwikkelingen met betrekking tot CJG’s. Ter gelegenheid van het CJG
onderwijskundigen (NVO) op 24 mei 2013.
congres UMC Utrecht op 26 september 2013.
• Stals, K. – Kill two birds with one stone. An
• Vink, C. – Leren van het buitenland, transitie
example of using one instrument for both education
jeugdzorg. Ter gelegenheid van de JGGZ dag,
and monitoring. Ter gelegenheid van the Nordic
congres JGGZ op 11 december 2013.
Conference on Implementation of Evidence-Based Practice. Linköping, Zweden op 6 februari 2013.
• Stals, K. – Richtlijnen Jeugdzorg. Ter gelegenheid van het HBO Kennisnetwerk op 7 juni 2013.
• Stals, K. – Verbinden en Samenwerking in
• Vink, C. – Lessen Denemarken Transitie Jeugdzorg. Ter gelegenheid van de Commissie Jeugd, Tweede Kamer op 8 oktober 2013.
• Vink, C. – Transitie en Transformatie in internationaal perspectief. Ter gelegenheid van het
omgangsbemiddeling en –begeleiding. Ter
Master programma MOV, Universiteit Utrecht op
gelegenheid van de studiedag Ouderschap Blijft op
2 december 2013.
10 oktober 2013.
• Stals, K., Fleuren, M., Ooms, H. – Richtlijnen Jeugdzorg: alleen werkzaam als ouders en kinderen voorop staan. Ter gelegenheid van het congres Jeugd in Onderzoek op 11 maart 2013.
• Valkestijn, M. – Top tien factoren positieve ontwikkeling jeugd. Ter gelegenheid van het Voor de Jeugd Festival op 7 oktober 2013.
• Valkestijn, M., Janssen, L. – Masterclass Jongereninitiatieven. Ter gelegenheid van het LCGW-congres op 15 maart 2013.
• Verweij- Kwok, S. – Media in de kinderopvang. Ter gelegenheid van de studiedag Pedagogiek Windesheim Zwolle op 30 januari 2013.
• Verweij- Kwok, S. – Met gastouders werken aan een persoonlijk pedagogisch plan. Ter gelegenheid van
• Vink, C. – Transitie en Transformatie jeugdzorg. Ter gelegenheid van de bijeenkomt William Schrikker Groep op 21 januari 2013.
• Vink, C. – Transitie en Transformatie Jeugdzorg. Ter gelegenheid van de werkgroep Rijksuniversiteit Groningen op 13 juni 2013.
• Vink, C. – Transition of Dutch child and youth services. Ter gelegenheid van de meeting Centre of Effective Services, Dublin op 11 oktober 2013.
• Vink, C., Okma, K. – Parenting Support en Triple P. Ter gelegenheid van de seminar Turn to Parenting op 22 februari 2013.
• Wienke, D. – Assessing the schoolclimate in secondary schools. Ter gelegenheid van de conferentie ECER Istanbul op 9 september 2013.
• Wienke, D. – Belang van een veilige en
het congres pedagogisch kader gastouderopvang op
zorgzame leeromgeving. Ter gelegenheid
14 mei 2013.
van de conferentie Marokkaanse en Turkse
• Verweij- Kwok, S. – VVE Thuis: voor- en vroegschoolse educatie en ontwikkelings stimulering thuis: een effectieve combinatie Ter gelegenheid van de regiobijeenkomst Ouders en
Immigrantenorganisatie Amsterdam op 26 november 2013.
• Wienke, D. – Incidenten in het voortgezet onderwijs. Ter gelegenheid van de miniconferentie
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Productenoverzicht
Samenwerkingsverband Maastricht e.o. op 13 januari 2013.
• Wienke, D. – Monitoring SchollClimate. Ter gelegenheid van de conferentie EIPPEE Frankfurt op 4 maart 2013.
• Wienke, D. – Pesten in het voortgezet onderwijs. Ter gelegenheid van de bijscholing docenten op 13 november 2013.
• Wienke, D. – Verbreding toetsingskader sociale kwaliteit. Ter gelegenheid van de bijscholing Onderwijsinspectie op 4 oktober 2013.
• Wilde, E.J. de, Kann, D. – Startfoto Zuid-Oost
• Wilschut, M. – Inspirerend leiderschap. Ter gelegenheid van de regionale kennisdeling LOB MBO op 19 juni 2013.
• Wilschut, M. – Monitoring als onderdeel van je implementatieproces. Ter gelegenheid van de invoering systeemgericht werken op 22 januari 2013.
• Yperen, T.A. van. – Alsof het jezelf betreft. Jeugdigen, ouders en prestatie-indicatoren (workshop). Ter gelegenheid van de conferentie Jeugd in Onderzoek op 11 maart 2013.
• Yperen, T.A. van. – De generalist in het nieuwe jeugdstelsel. Ter gelegenheid van het symposium
Utrecht. Ter gelegenheid van de expertbijeenkomst
‘De generalist als spil in het nieuwe jeugdstelsel’
Gemeente De Bilt, De Bilt op 5 september 2013.
op 4 oktober 2013.
• Wilde, E.J. de, Meima, B. – Intelligent Bench
• Yperen, T.A. van. – De professional aan de monitor.
marking. Ter gelegenheid van de International
Beroep of Big Brother? Ter gelegenheid van de
Society of Child Indicators conference, Seoul, Zuid-
afscheidsconferentie Jan Willem Veerman op
Korea van 27 mei tot 3 juni 2013.
• Wilde, E.J. de. – Effectiviteit en het nieuwe
30 augustus 2013.
• Yperen, T.A. van. – Erkenning van interventies. Ter
jeugdbeleid. Ter gelegenheid van de Academische
gelegenheid van de bijeenkomst samenwerkings
Werkplaats CEPHIR op 19 februari 2013.
overeenkomst Erkenningscommissie Interventies
• Wilde, E.J. de. – Monitoren in Transformatie.
Nederlands Jeugdinstituut, Nederlands Centrum
Ter gelegenheid van de lezingencyclus Universiteit
Jeugdgezondheid, RIVM/Centrum Gezond Leven,
Utrecht /Nederlands Jeugdinstituut op
MOVISIE en Nederlands Instituut voor Sport en
17 oktober 2013.
Bewegen op 16 oktober 2013.
• Wilde, E.J. de. – Reflecting on the progress in
• Yperen, T.A. van. – Gaat het goed met de
child indicators. Ter gelegenheid van de INGRID
transitie? Ter gelegenheid van het Ministerie van
International Expert Meeting, Budapest, Hongarije
Volksgezondheid, Welzijn en Sport Jeugdcafé
op 28 november 2013.
• Wilde, E.J. de. – Suïcidaal en zelfbeschadigend
Zorgen om de jeugd-ggz op 6 juni 2013.
• Yperen, T.A. van. – Implementation of
gedrag bij jongeren. Ter gelegenheid van het
interventions. How to respond to professional
congres Wanhopige jongeren, Nieuwegein op
needs. Ter gelegenheid van The Nordic Conference
14 maart 2013.
on Implementation of Evidence-Based Practice op
• Wilde, E.J. de. – Suïcidaal gedrag bij Jongeren. Ter gelegenheid van de Boerhaave lezing op 6 maart 2013.
• Wilde, E.J. de., Andrews, R. (gemeente Den Haag). – De Nieuwe Monitor Aanpak Kindermishandeling.
2 februari 2013.
• Yperen, T.A. van. – Kansen nieuw jeugdstelsel. Ter gelegenheid van ‘Kopzorgen’, debat Groninger Forum op 25 september 2013.
• Yperen, T.A. van. – Kansen voor kinderen:
Ter gelegenheid van het congres Kindermishandeling
transitie jeugdzorg. Ter gelegenheid van de expert
en Huiselijk Geweld op 18 november 2013.
meeting gemeenteraad Groningen op 3 juli 2013.
• Wilde, E.J. de., Linden, P. van der. – Tackling Child
• Yperen, T.A. van. – Ketenbreed monitoren in
Abuse with the Monitor MAK. Ter gelegenheid van
tijden van transformatie. Ter gelegenheid van
de Bernard van Leer International Group, Den Haag
het Samenwerkingsverband Effectieve Jeugdzorg
op 4 februari 2013.
Nederland (SEJN) Effectiviteitsplatform op
• Wilschut, M. – Implementation Guide. Ter gelegenheid van de Nordic Implementation Conference op 5 februari 2013.
• Wilschut, M. – Inspirerend leiderschap. Ter gelegenheid van de regionale kennisdeling LOB MBO op 11 juni 2013.
14 november 2013.
• Yperen, T.A. van. – Met kennis oogsten: monitoring en doorontwikkeling zorg voor jeugd. Ter gelegenheid van de Oratie Rijksuniversiteit Groningen op 4 juni 2013.
73
74
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Productenoverzicht
• Yperen, T.A. van. – Monitoring en innovatie. Ter
• Zwikker, N. – Workshop: Competenties van de
gelegenheid van de bijeenkomst Kennisnetwerk
online opvoedingsondersteuner. Ter gelegenheid
Monitoring op 6 december 2013.
van de studiedag Pedagogiek Fontys Hogescholen op
• Yperen, T.A. van. – Monitoring jeugd en effect
18 april 2013.
(workshop). Ter gelegenheid van het Voor de jeugd Festival op 7 oktober 2013.
• Yperen, T.A. van. – Op weg met transitie jeugdzorg en passend onderwijs. Ter gelegenheid van CBEAcademica onderwijs op 12 maart 2013.
• Yperen, T.A. van. – Op weg met transitie jeugdzorg. Ter gelegenheid van de transitiebijeenkomst IJmondgemeenten op 28 februari 2013.
• Yperen, T.A. van. – Prestatie-indicatoren lokale zorg voor jeugd: geleerde lessen. Ter gelegenheid
Lidmaatschap (advies) orgaan • Anthonijsz, I., lid Samenwerkingsverband Ondersteuning Scheidingskinderen (SOS).
• Anthonijsz, I., lid Begeleidingscommissie TNO Dappere Dino’s.
• Anthonijsz, I., lid Congrescommissie Centra voor Jeugd en Gezin.
• Anthonijsz, I., lid Samenwerkingsverband Ouderschap.
van de slotbijeenkomst pilots ‘Prestatie-indicatoren
• Baat, M. de, lid Alliantie Kind in Gezin.
CJG’ op 10 december 2013.
• Bakker, C.J., lid Begeleidingscommissie Canon Zorg
• Yperen, T.A. van. – Samenwerking in jeugdhulp: wat werkt? Ter gelegenheid van het jubileumcongres Molendrift ‘Samenwerken in de zorg: een kwestie van doen’ op 10 oktober 2013.
• Yperen, T.A. van. – Transitie en transformatie. Ter gelegenheid van Webinar GalanGroep en Crowndale op 10 december 2013.
• Yperen, T.A. van. – Transitie jeugdzorg (5 min. pitch). Ter gelegenheid van de hoorzitting Eerste Kamer.
• Yperen, T.A. van. – Transitie jeugdzorg en MST. Ter gelegenheid van de managersbijeenkomst MST op 14 mei 2013.
• Yperen, T.A. van. – Transitie jeugdzorg en onderwijs. Ter gelegenheid van de CAOP Dialoog bijeenkomst jeugdzorg en onderwijs op 22 april 2013.
voor de Jeugd.
• Bakker, C.J., lid bestuur Defence for Children Nederland.
• Bakker, C.J., lid bestuur Stichting Expertisecentrum Ontwikkeling, Opvang en Onderwijs/ ECO3.
• Bakker, C.J., Curatorium bijzondere leerstoel Mediaopvoeding Erasmus Universiteit.
• Bakker, C.J., Curatorium bijzondere leerstoel Monitoring en innovatie zorg voor jeugd Rijksuniversiteit Groningen.
• Bakker, C.J., voorzitter vakjury Nationale Jeugdzorgprijzen.
• Bakker, C.J., lid Strategisch beraad Stelsel Kinderopvang. Kinderopvangfonds en Bernard van Leer Foundation.
• Bakker, C.J., voorzitter commissie Mulock
• Yperen, T.A. van. – Transitie jeugdzorg: stand van
Houwer-lezing. Nederlands Jeugdinstituut,
zaken. Ter gelegenheid van de bijeenkomst PvdA-
Kinderrechtenhuis en fonds Pro Juventute.
werkgroep ‘Patiënt Centraal’ op 27 juni 2013.
• Yperen, T.A. van. – Transitie jeugdzorg: visie,
• Bakker, C.J., voorzitter commissie Nederlands Jeugdinstituut –Universiteit Utrecht lezingen.
ontwerp, invulling. Ter gelegenheid van de
Nederlands Jeugdinstituut en Universiteit Utrecht.
transitiebijeenkomst gemeenten zuid-oost
• Bakker, C.J., lid jury Participatieprijs 2013 MOVISIE.
Groningen op 22 maart 2013.
• Bakker, C.J., adviseur HBO-pedagogiek. NTI Leiden.
• Yperen, T.A. van. – Transitie jeugdzorg: zicht
• Berg, G. van den, lid Wetenschappelijke
op effectiviteit. Ter gelegenheid van de SEIJN
Adviescommissie Nederlands Centrum
platformbijeenkomst op 25 april 2013.
• Yperen, T.A. van. – Waarom professionaliseren?
Jeugdgezondheid.
• Berge, I.J. ten, adviseur Bestuursraad
Ter gelegenheid van de bijeenkomst Ministerie van
Intersectorale aanpak kindermishandeling
Volksgezondheid, Welzijn en Sport- Vereniging van
Gelderland.
Nederlandse Gemeenten (VNG) ‘Professionalisering en transformatie jeugdstelsel op 6 december 2013.
• Zwikker, N. – Voorzitter Jeugdzorg 2.0. Ter
• Berge, I.J. ten, voorzitter Richtlijn Kindermishandeling.
• Berge, I.J. ten, lid Ministerie van Volksgezondheid,
gelegenheid van het congres Jeugdzorg 2.0 op
Welzijn en Sport werkgroep instrumenten voor
6 februari 2013.
veiligheids- en risicotaxatie.
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Productenoverzicht
• Berge, I.J. ten, lid Begeleidingscommissie Gezond Terug Rijksuniversiteit Groningen.
• Berge, I.J. ten, lid Adviesraad Kinderbescherming Thuis/ Verve Hogeschool Leiden.
• Berger, M., voorzitter Projectgroep professionalisering jeugdzorg.
• Berger, M., lid Focusgroep CVZ professionalisering zorginnovatie.
• Berger, M., lid Normenkader gecertificeerde instellingen.
• Berger, M., lid Begeleidingscommissie
werkproces vroegsignaleren en doorverwijzen 12min delictplegers’.
• Wilde, E.J. de, lid Klankbordgroep Verkenning Jeugdgezondheid (VTV-Jeugd).
• Wilde, E.J. de, lid International Society of Child Indicators.
• Yperen, T.A. van, lid Redactie tijdschrift Kind en Adolescent.
• Yperen, T.A. van, lid War Child – Wetenschappelijke Adviescommissie programma IDEAL.
inventarisatie cliënt, professional en
• Yperen, T.A. van, lid Adviescommissie C4Youth.
alliantiefactoren ZonMw.
• Yperen, T.A. van, lid Raad van Advies lectoraat
• Gemmeke, M, lid Partnership Raad van Europa en Europese Commissie.
• Hilverdink, P., lid Klankbordgroep Participatieprijs MOVISIE.
• Hoex, J., lid Landelijk Pedagogenplatform Kindercentra.
• Kalthoff, H., lid Expertgroep kinderen in armoede van de Ombudsman.
• Kooijman, K., lid Bestuur Stichting Voorkoming van Kindermishandeling.
• Kooijman, K., lid Beroepsgroepenoverleg JGZ. • Kooijman, K., voorzitter Kennisnetwerk JGZ. • Nikken, P., lid Kijkwijzer wetenschapscommissie NICAM.
• Nikken, P., lid Valorisatiepanel NWO Cyberpestenonderzoek UvT, UvA, TU Delft.
• Nikken, P., lid Adviesraad Mijn Kind Online. • Nikken, P., lid netwerk Mediawijzer.net. • Nikken, P., voorzitter Commissie Ernstige schade Audiovisuele Media Commissariaat voor de Media.
• Nikken, P. full member KNAW NeSCoR Netherlands School of Communication Research.
• Ooms, H., jurylid Debat Lagerhuis 23 september 2013.
• Stals, K., lid Guidelines International Network. • Stals, K., lid GENEVER (Richtlijnen netwerk van Nederlandse GIN leden).
• Stals, K.,lid Programmacommissie Richtlijnen Jeugdgezondheidszorg 2013-2018 ZonMw.
• Stals, K.,lid Begeleidingscommissie WODC, Procesevaluatie van de gedragsinterventie Leren van Delict.
• Valkestijn, M., lid Jury Jong Lokaal Bokaal. • Valkestijn, M., lid Klankbordgroep Lectoraat Integraal Jeugdbeleid Hanzehogeschool.
• Vink, C., lid Eurochild. • Wilde, E.J. de, lid Begeleidingscommissie ‘Evaluatie
Implementatie jeugdzorg, Hogeschool van Amsterdam.
• Yperen, T.A. van, lid Begeleidingscommissie onderzoek ‘Aanpak multiprobleemgezinnen in Rotterdam’ van Verweij Jonkerinstituut.
• Yperen, T.A. van, lid Comité van aanbeveling De Garaasje, Fier Frieslân.
• Yperen, T.A. van, lid Evaluatie- en advies Commissie Passend Onderwijs/ECPO.
• Yperen, T.A. van, lid Transitiecommissie Stelselwijziging Jeugd /TSJ.
• Yperen, T.A. van, lid Commissie Evaluatie Basistakenpakket Jeugdgezondheidszorg.
• Yperen, T.A. van, lid Raad van Advies Zorg Welzijn en Activering, gemeente Rotterdam.
• Yperen, T.A. van, lid Onderzoekscommissie AOC Terra naar dood Fleur Bloemen.
• Yperen, T.A. van, lid Gezondheidsraad, commissie Professionalisering Maatschappelijke Ondersteuning.
75
76
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Productenoverzicht
Trainingen
training, diverse data. Aantal trainingen: 7, aantal
Totaal aantal trainingen
267
waarvan Triple P 80 Totaal aantal deelnemers
3.994
waarvan Triple P 1.329
deelnemers: 17.
• Eersel, E., Verweij, E., Wilschut, M. en Kroes, J. Kaleidoscoop LTTP-training, diverse data. Aantal trainingen: 12, aantal deelnemers: 42.
• Fish, S. Learning Together, diverse data. Aantal • Bakker, P.P. en Drewes, I. (Hanze Hogeschool). Generalistisch werken met effectieve interventies,
trainingen: 3, aantal deelnemers: 15.
• Hartong, I. Laten Spelen is een Vak voor
12 december 2013. Aantal trainingen: 1, aantal
Buitenschoolse opvang, diverse data. Aantal
deelnemers: 20.
trainingen: 1, aantal deelnemers: 12.
• Balledux, M, Hoex, J. en Verweij, S. Pedagogische basiskennis observeren GGD Utrecht, diverse data. Aantal trainingen: 1, aantal deelnemers: 14.
• Balledux, M. en Hoex, J. Basistraining pedagogisch
• Hoex, J. Op-maat pedagogisch observeren GGD Noord- en Oost- Gelderland, diverse data. Aantal trainingen: 1, aantal deelnemers: 16.
• Hoex, J. en Verweij, S. Verdieping observeren
observeren GGD Nederland, 12 november 2013.
pedagogisch domein GGD Brabant Zuidoost,
Aantal trainingen: 1, aantal deelnemers: 9.
17 december 2013. Aantal trainingen: 1, aantal
• Bartelink, C. Zorgvuldig beslissen in onveilige opvoedsituaties, diverse data. Aantal trainingen: 5, aantal deelnemers: 150.
• Brandenbarg, N. Basistraining Voor- en Vroegschoolse Educatie (tranche 1), diverse data. Aantal trainingen: 3, aantal deelnemers: 13.
• Daamen, W.W.M. CAP-J training, 10 oktober 2013. Aantal trainingen: 1, aantal deelnemers: 15.
• Dam, J. van. Basistraining Voor- en Vroegschoolse Educatie (tranche 2), diverse data. Aantal trainingen: 6, aantal deelnemers: 10.
• Dam, J. van. Basistraining Voor- en Vroegschoolse Educatie (tranche 3), diverse data. Aantal trainingen: 6, aantal deelnemers: 11.
• Daniels, A. en Kastler, J. Take Initiative – training on youth participation for young people and youth workers, 24 maart 2013. Aantal trainingen: 1, aantal deelnemers: 28.
• Daniels, A. en Kastler, J. Take Initiative, 24 tot 30 maart 2013. Aantal trainingen: 1, aantal deelnemers: 30.
• Diverse trainers. On Arrival en Midterm training Europees Vrijwilligerswerk, diverse data. Aantal trainingen: 26, aantal deelnemers: 407.
• Eersel, E. van. Basistraining Voor- en Vroegschoolse Educatie (tranche 4), diverse data. Aantal trainingen: 3, aantal deelnemers: 16.
• Eersel, E. van. Kaleidoscoop hercertificering, diverse data. Aantal trainingen: 6, aantal deelnemers: 28.
• Eersel, E. van. Koptraining Kaleidoscoop, diverse data. Aantal trainingen: 4, aantal deelnemers: 7.
• Eersel, E. van en Verweij, S. VVE Thuis Inloop
deelnemers: 15.
• Janssen, L. Youth in Action – the Final Countdown, 26 januari 2013. Aantal trainingen: 1, aantal deelnemers: 79.
• Kalthoff, H. Training VVE Thuis, 13 februari 2013. Aantal trainingen: 1, aantal deelnemers: 6.
• Kalthoff, H. Training VVE Thuis, diverse data. Aantal trainingen: 3, aantal deelnemers: 20.
• Kalthoff, H. VVE Thuis. diverse data bij Akros. Aantal trainingen: 2, aantal deelnemers: 7.
• Kalthoff, H. VVE Thuis Groningen, diverse data. Aantal trainingen: 5, aantal deelnemers: 20.
• Kalthoff, H. VVE Thuis Roermond, diverse data. Aantal trainingen: 4, aantal deelnemers: 15.
• Kalthoff, H. Early Learning, 9 april 2013. Aantal trainingen: 1, aantal deelnemers: 12.
• Kalthoff, H. Landelijke Bijeenkomst coördinatoren Instapje, Opstapje en Opstap, 12 maart 2013. Aantal trainingen: 1, aantal deelnemers: 18.
• Kieviet, S. YES EVS, diverse data. Aantal trainingen: 3, aantal deelnemers: 110.
• Kriauciunas, N. en Burry, B. Coach 2 Coach, 13 tot 20 oktober 2013. Aantal trainingen: 1, aantal deelnemers: 26.
• Lekkerkerker, L. Training CAP-J en STEP Jeugdzorgplus, 12 februari 2013. Aantal trainingen: 1, aantal deelnemers: 8.
• Lekkerkerker, L. Gastcollege CAP-J Hogeschool Leiden, 11 februari 2013. Aantal trainingen: 1, aantal deelnemers: 30.
• Lange, M. de, Foolen, N., Zwikker, N. en Brinckman,
(Early Learning) training, diverse data. Aantal
L. Webinar Ernstige Gedragsproblemen,
trainingen: 2, aantal deelnemers: 40.
28 november 2013. Aantal trainingen: 1,
• Eersel, E. van en Schorn, P. Kaleidoscoop KIT-
aantal deelnemers: 69.
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Productenoverzicht
• Oudhof, M. en Maas, N. Zwangerschapstraining
• Wilschut, M. en Bastiaanssen, I. Resultaat gericht
VoorZorg, diverse data. Aantal trainingen: 2, aantal
behandelen, diverse data. Aantal trainingen: 1,
deelnemers: 5.
aantal deelnemers: 10.
• Oudhof, M. en Maas, N. Caseconference VoorZorg, kleine bijeenkomsten, diverse data. Aantal trainingen: 6, aantal deelnemers: 45.
• Oudhof, M en Maas, N. Caseconference VoorZorg, grote bijeenkomsten, diverse data. Aantal trainingen: 2, aantal deelnemers: 45.
• Ommen, I. van, Steinprinz, G. Startersdag uitwisselingen, diverse data. Aantal trainingen: 2, aantal deelnemers: 47.
• Oudhof, M en Daamen, W. CAP-J Training Bureau Jeugdzorg Noord Holland, 13 februari 2013. Aantal trainingen: 1, aantal deelnemers: 2.
• Rienstra, J. Expertmeeting niet-formele leerervaringen van jongeren in strijd tegen jeugdwerkloosheid, diverse data. Aantal trainingen: 1, aantal deelnemers: 18.
• Snijder, M. en Pieters, P. Inspiratie dag Jongeren, Democratie en Beleid, 19 juli 2013. Aantal trainingen: 1, aantal deelnemers: 11.
• Trainers Triple P. Triple P trainingen diverse niveaus, diverse data. Aantal trainingen: 80, aantal deelnemers: 1329.
• Trainers Triple P. Triple P verdiepingsworkshops, diverse data. Aantal trainingen: 33, aantal deelnemers: 825.
• Trainers Triple P. Triple P intervisiebijeenkomsten, diverse data. Aantal trainingen: 7, aantal deelnemers: 105.
• Unger, M. en Snijder, M. Check in – jongereninitiatieven, diverse data. Aantal trainingen: 3, aantal deelnemers: 125.
• Vandenbemden, B. en Gordijn. F. Taking Chances, 6 tot 11 april 2013. Aantal trainingen: 1, aantal deelnemers: 22.
• Vandenbemden, B. en Steinprinz, G. Coachingsbijeenkomst, diverse data. Aantal trainingen: 2, aantal deelnemers: 38.
• Verweij, S. Coachingstraject VVE Thuis Veenendaal, diverse data. Aantal trainingen: 4, aantal deelnemers: 5.
• Vogelaere, W. en Claeys, J. Cut the Ice – training intercultureel leren, 14 tot 19 april 2013. Aantal trainingen: 1, aantal deelnemers: 19.
• Wienke, D. Rebound als hulpmotor van het vo, diverse data. Aantal trainingen: 3, aantal deelnemers: 8.
77
78
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Productenoverzicht
Websites Corporate website Nederlands Jeugdinstituut
• nji.nl
Aantal bezoeken
Unieke bezoekers
1.641.500
943.699
• nji.nl/capj
17.869
• nji.nl/cijfers
88.494
• nji.nl/dirk
129.750
• nji.nl/implementatie
22.442
• nji.nl/jeugdinterventies
79.573
• nji.nl/jeugdsector
13.375
• nji.nl/methodieken
14.531
• nji.nl/onderzoek
62.924
• nji.nl/scholing
9.941
• nji.nl/transitievoorbeelden
16.474
• nji.nl/watwerkt
58.975
• m.nji.nl
4.497
3.848
Andere sites die door het Nederlands Jeugdinstituut actief beheerd zijn
• alert4you.nl
5.302
3.978
• eco3.nl (in oktober opgeheven)
14.502
12.436
• go-europe.nl
23.611
19.551
8.912
6.142
• jeugdkennis.nl
40.717
32.620
• kaleidoscoop.nl
10.548
8.947
• kennisnetjeugd.nl
53.271
29.352
• kindermishandeling.nl
56.536
47.617
• jeugdinonderzoek.nl
• moedersinformerenmoeders.nl
2.623
1.624
• opvoedenenzo.nl
3.400
2.828
• positiefopvoeden.nl
86.489
66.480
• richtlijnenjeugdzorg.nl
15.492
12.413
3.744
2.979
53.827
39.888
3.725
2.761
• stapprogramma.nl • triplep-nederland.nl • voorzorg.info • weekvandeopvoeding.nl
47.182
33.225
• youthinaction.nl
45.093
28.232
• youthpolicy.nl
10.940
7.998
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Productenoverzicht
Nieuwe webdossiers in 2013 • Dossier Eigen kracht (deel 1) • Dossier Onderwijs en zorg • Dossier Opvoeden • Dossier Prestatie-indicatoren
Sociale media • Twitter account @HetNJi • Linked-In groep Nederlands Jeugdinstituut
Pers In 2013 stuurde het Nederlands Jeugdinstituut 21 persberichten uit. Dagelijks wordt de pers op verzoek te woord gestaan. Bij elkaar leverden deze perscontacten ruim duizend persreflecties op met commentaren of naamsvermelding van het Nederlands Jeugdinstituut.
1 januari 2013
31 december 2013
Groei
6.066
12.441
6.375
6.141
8.028
1.887
79
80
Jaarverslag 2013 / Nederlands Jeugdinstituut / Medewerk(st)ers
Medewerk(st)ers Raad van Toezicht
Eline Jacobs MSc
mr. Ella Kalsbeek, voorzitter (voorzitter Raad
drs. Lorance Janssen
van Bestuur Stichting Altra in Amsterdam) prof. dr. Hans Adriaansens (emeritus decaan
drs. Hilde Kalthoff Vincianne Kong-A-San
van de Roosevelt Academy in Middelburg en
Marrie Kortenbosch
hoogleraar sociologie Universiteit Utrecht)
drs. Ingrid Ligtermoet
Hugo de Jonge (wethouder Rotterdam)
prof. dr. Peter Nikken
drs. Patricia Lissenberg (Raad van Bestuur
Karin Noort
Portes, welzijnsorganisatie Utrecht)
dr. Saskia van Oenen
drs. Bianca Maasdamme (PROGRES Advies)
dr. Krista Okma
drs. Frans Nauta (adviseur, schrijver en spreker
Peter Pieters
over innovatie; parttime lector Innovatie publieke
Diana Prins MSc
sector aan de Hogeschool Arnhem Nijmegen en
Sanne Quarré MA
lid Innovatieplatform)
Jacqueline van Rijn MSM
mr. Jan van Zanen (burgemeester Amstelveen)
drs. Liesbeth Schreuder Mark Snijder Mireille Unger
Raad van Bestuur
drs. Marja Valkestijn
drs. Kees Bakker, voorzitter Raad van Bestuur
Mieke Vergeer drs. Su’en Verweij
Directie
Karin Visser
drs. Silvie Janssen, directeur
drs. Yvonne van Westering Liesbeth Zaaijer
Vakgroep A. Opvoeden en Opgroeien
drs. Niels Zwikker
manager: drs. Carolien Gelauff-Hanzon
Vakgroep B. Zorg voor Jeugd drs. Inge Anthonijsz
manager: drs. Marjolein Knaap
drs. Pieter Paul Bakker drs. Marielle Balledux
drs. Anne Addink
drs. Stefanie van de Beld
Anneke van As
Maureen van Benthem
Mariska de Baat MSc
Jolyn Berns MSc
Cora Bartelink MSc
drs. Eva Blaauw
drs. Gert van den Berg
Maaike Blommesteijn
dr. Ingrid ten Berge
Marion van Bommel MSc
drs. Marianne Berger
Nynke Bosscher MSc
Gerard Bouma
Desiree Brandhorst
Cécile Chênevert MSc
Letty Darwish
Willeke Daamen
Ellen van Eersel
drs. Moniek van Dijk
dr. Mireille Gemmeke
drs. Chaja Deen
Pink Hilverdink
drs. Karin Eijgenraam
Josette Hoex
Nienke Foolen MSc
drs. Deniz Ince
dr. Marian de Graaf
Jaarverslag Jaarverslag2013 2013/ /Nederlands Nederlands Jeugdinstituut Jeugdinstituut / Productenoverzicht / Medewerk(st)ers
drs. Daphne Kann
Marjan Roskes
drs. Klaas Kooijman
drs. Japke Schonewille
drs. Peter van der Linden
Ria Schouten
drs. Marjan de Lange
drs. Lisette Snippe
Lianne Lekkerkerker MSc
drs. Magna van Soest
Anne-Eva van der Mark MSc
Christa Stigter
dr. Bram Meima
Twan Timmermans
drs. Corian Messing
Marcel Verhallen
Ilona Meuwissen MSc
drs. Caroline Vink
drs. Marina Moerkens
Jasmijn Vogelij
Marjolein Oudhof MSc
Marleen Wilschut MSc
drs. Karen van Rooijen
Adrie Wolzak
drs. Jessica van Rossum Anneke Slot MSc
Vakgroep D. Staf en ondersteuning
Jolanda Spoelstra MSc
manager: drs. Silvie Janssen
dr. Karlijn Stals drs. Mariska van der Steege
Staf
Rosel Stevens MSc
drs. Pauline Bouyaouzan
drs. Dorrit van Tessel
Ria de Hek
drs. René van Vianen
Sylvia Verwaal
dr. Erik Jan de Wilde
prof. dr. Tom van Yperen
Mariska Zoon MSc drs. Machteld Zwikker
Secretariaat Gea Koedam
Vakgroep C. Kennis Delen
Marianne van der Kooij
manager: drs. Ellen Meijer
Karin Luijendijk Monica Meijering
Caroline Andriessen
Sandra Statia
drs. Tijne Berg
Patricia Tel
drs. Anne Bouw
Lida Vastenburg
Patrice Clarijs
Ernst de Wolff
Githa Dekker Elly Euverman
Planning & Control
Mathil Gelens MSc
manager: Wil den Hartogh
drs. Marijke Golsteijn Stan van Haaren
Marion Hoek
drs. Suzanne Hardeman
Francis Mastwijk
Marijke Hellema Erna Hooghiemstra
Personeel & Organisatie
Marianne Koudenburg MBA
manager: Ageeth Bakker
drs. Mies Kroon Rian van Lierop
Daniëlle van Harn
Ing. Arthur van den Noort
Silvana Mangani
Edwin Nouwens
Maria Pannebakker
drs. Nienke Nuyens
Angela Stuijvenberg
Herma Ooms MCM
Joy Zantkuijl
Angela van Oorschot drs. Joanka Prakken drs. Machteld van der Pijll
81
Nederlands Jeugdinstituut Postbus 19221 3501 DE Utrecht Bezoekadres: Catharijnesingel 47 Utrecht T (030) 230 63 44 www.nji.nl m.nji.nl
Tekst:
Hellen Kooijman
Foto’s: P hilippe Put, Redkaya, Marcel van den Bergh, Bettina Neumann, Amaury Miller, Pressmaster, Marsel Loermans Redactie:
Nederlands Jeugdinstituut
Ontwerp:
Volta_thinks_visual, Utrecht