– Uitleg van deze bijbelstudie-methode voor de jeugd In dit pakketje vindt u heel veel informatie en heel veel verschillende vormen om met het onderwerp van deze studie aan de slag te gaan. Eigenlijk vindt u véél te veel informatie om hier slechts één enkele samenkomst mee te vullen. Dit is opzettelijk. Elke groep mensen heeft een unieke samenstelling en dat geldt ook zeker voor jeugdgroepen. De ene groep is wat ‘serieuzer’ en de andere groep wat ‘speelser’. In dit pakket vindt u voor elk wat wils. U kunt er voor kiezen om de onderdelen waarvan u denkt dat deze het beste passen bij uw groep, bij elkaar te gooien en daar één avond mee te vullen. Maar u kunt de onderdelen ook splitsen en er twee avonden mee vullen, die dan elk een unieke invulling krijgen, maar onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn. De keus is aan u! Hieronder vindt u een uitleg van de verschillende onderdelen die u in dit pakket zult tegenkomen. Beginnen met gebed Voor sommige jeugd is bidden moeilijk en abstract. Hoe doe je dat? En hoe kom je tot bidden? Binnen dit onderdeel proberen we steeds een ‘bijzondere’ manier voor te stellen om tot gebed te komen. Wie is het? Dit zal vaak een spelvorm zijn, waarbij soms het doel is te ‘raden’ wie de hoofdpersoon van deze studie zal zijn en een andere keer weer iets dat veel met de hoofdpersoon te maken heeft. Het verhaal van... Hier wordt het verhaal (of een verhaal) verteld van de persoon om wie het bij deze studie gaat. Dit kan in verschillende vormen gebeuren. Van een simpele bijbellezing tot een rollenspel. Verhaal verwerken Even bezig gaan met hetgeen we net hebben gehoord, maar dan op een andere manier. Dit kan in verschillende vormen worden gedaan, zoals een puzzel of een paar moppen. Graven in de Bijbel Hier wordt de Bijbel geopend en worden er vragen gesteld over de tekst. Het doel is dat de jeugd na dit kopje een beter begrip heeft van het verhaal en de plaats daarvan in de Bijbel. Graven bij elkaar Dit onderdeel bevat meestal een aantal discussievragen, gerelateerd aan wat er in het kopje ‘Graven in de Bijbel’ al is besproken. Het doel is om meningvorming over de Bijbel bij de jeugd te stimuleren. Een extraatje... Dit kan van alles zijn. Vaak zal het hier gaan om een onderwerp dat zijdelings iets te maken heeft met het onderwerp van de studie. Hierover kan worden gesproken of gediscussiëerd. Leuke spelvorm... Na het vele denkwerk, kan het goed zijn en een stimulans om even iets totaal anders te doen. Zo’n spelvorm kan als afsluiting, maar ook in het midden van een bijeenkomst. Afsluitend gebed Dit is niet zo uitgebreid als het startgebed. U kunt er hier voor kiezen om zelf een gebed uit te spreken, maar u kunt ook het gebed bidden dat we hier voor u hebben opgeschreven. Ideeën en suggesties Dit zijn allemaal extra dingetjes, vaak gevonden op het internet, die u tijdens de avond(en) kunt gebruiken als leuke extraatjes, die alles met het onderwerp te maken hebben.
–
Kies één van de creatieve bidvormen uit, die u kunt vinden in het bestand ‘Diverse bidvormen’. Dit document kunt u eventueel downloaden vanaf de website van High-Power.
Met dit spel halen we alvast even wat informatie boven over Mozes. Wat weet de jeugd al over hem? Print hiervoor BIJLAGE 1 uit. Voor iedereen die meespeelt één exemplaar. Verzorg ook pennen of potloden, waarmee de jeugd kan schrijven. Lees steeds het vraagnummer voor en de vraag. Laat de jeugd dan zelf de naam opschrijven in het bijbehorende vak op hun invulformulier (BIJLAGE 1). Negeer eerst de letter-opmerkingen die erachter staan. Lees die dus nog niet voor. Als alle vragen gesteld zijn, kunt u er voor kiezen om nog even te vragen of iemand nog een antwoord heeft gemist. In dat geval kan de jeugd elkaar daar nog even bij helpen. U kunt er dan ook voor kiezen om, als het antwoord niet bekend is, dit antwoord te geven. Ga dan verder met het laatste onderdeel van dit spel. Geef aan dat u bij elk antwoord gaat aangeven welke letter ze moeten opschrijven in het laatste vakje van hun papier. Lees dan steeds weer het vraagnummer voor en vertel ze welke letter ze moeten opschrijven. De laatste fase wordt dan dat ze met die letters gaan puzzelen om daar één nieuw woord van te maken (onderaan het invulformulier). Bespreek daarna de antwoorden. 1 2 3 4 5 6 7 8 9
Hoe heette het kindje in het biezen mandje? De vrouw van Mozes De broer van Mozes De zus van Mozes De leider/koning van het bijbelse Egypte Dit is de grote rivier van Egypte De bijnaam van aartsvader Jakob en de naam van het volk van God Wat voor ‘getuigenis’ mag je van de tien geboden niet geven? In één van de tien plagen van Egypte, veranderde God het water in …
Mozes
Vierde letter
E
Zippora Aäron Mirjam Farao Nijl Israël
Tweede letter Vijfde letter Vijfde letter Derde letter Derde letter Tweede letter
I N A R J S
Vals
Eerste letter
V
Bloed
Tweede letter
L
De letters, in de juiste volgorde, spellen: SLAVERNIJ
–
Het verhaal van Mozes is een uitgebreid verhaal. Te uitgebreid om in zijn geheel te vertellen in één enkel verhaal. Daarom hebben we ervoor gekozen om vooral het eerste gedeelte van Mozes’ leven te vertellen. Zelfs dat deel is omvangrijk, waardoor we in dit geval kozen om het verhaal ‘in stukjes’ te vertellen. Daarnaast pakken we nog een paar grote lijnen van zijn levensverhaal. In BIJLAGE 2 vindt u een aantal personen die vanuit hun gezichtspunt iets vertellen over Mozes. Door die korte verhaaltjes voor te lezen, krijgt de jeugd toch een redelijk compleet beeld van wat er allemaal gebeurt. Kies een aantal mensen, leiding en / of jeugd uit om de verschillende personages voor te lezen en kopieer BIJLAGE 2a, en BIJLAGE 2b voor een ieder van hen. Wijs ze er op dat ze ook steeds de inleidende regel, waarin staat wie ze zijn, moeten voorlezen. De verhaaltjes zijn genummerd.
Deze quiz kan door de jeugd alleen of in tweetallen of drietallen worden gemaakt. Kopieer voor iedereen die meedoet BIJLAGE 3. Ze mogen hierbij de Bijbel gebruiken. Spreek een hoeveelheid tijd af, waarbinnen ze de quiz moeten proberen af te maken. Zet eventueel een kookwekker. Bespreek, na afloop, de antwoorden (zie hieronder) en bepaal daarbij ook een cijfer. Bij elke vraag staan punten aangegeven (zie hieronder). Het totaal aantal punten is precies honderd. Deel dit door tien om een cijfer te krijgen.
01 02 03 04 05 06
Vraag: Mozes was verstopt tussen het riet van welke rivier? Wie vond Mozes en adopteerde hem? Hoe heette de zus van Mozes? Hoe heette de broer van Mozes? Waarom waren de broer en zus van Mozes niet blij met het huwelijk van Mozes? Hoe heette de vrouw van Mozes?
07 Waar ontmoette Mozes God voor het eerst? 08 09 10 11 12 13
Wat gebeurde er met de zus van Mozes toen ze commentaar leverde op Mozes? Wat strekte Mozes uit over de zee om deze te ‘splijten’? Naar welk land stuurde Mozes spionnen? Wat namen de spionnen mee terug? Hoe oud was Mozes, toen hij stierf. Wie werd de opvolger van Mozes?
Juiste antwoord: C. De Nijl B. De dochter van Farao B. Mirjam A. Aäron
Punten: 5 5 5 5
D. Ze was geen Israëliet
10
D. Zipporah C. Bij de brandende braamstruik B. Ze kreeg lepra (huidvraat) B. Zijn hand A. Kanaän B. Honing B. 120 jaar C. Jozua
5 5 15 10 5 15 10 5
–
Het valt in de Bijbel wel eens op dat er overeenkomsten zitten tussen sommige verhalen. Die overeenkomsten kunnen toevallig zijn, maar je kunt er soms ook wat van leren. Neem nou het verhaal van de geboorte van het jongetje Mozes. Dat verhaal heeft wat overeenkomsten met het verhaal van Noach. Lees de onderstaande bijbelgedeeltes en probeer de overeenkomsten te herkennen. Echt moeilijk is het niet... Mozes Noach
Lees: Exodus 2: 1-5 Lees: Genesis 7: 17-23
Water is dood en een boot betekent leven. Als je kijkt naar dat eerste stukje: Water is dood, dan komt dat extra heftig over als je beseft waaróm Mozes in dat mandje werd gestopt. Lees: Exodus 1: 22 Pure angst van de Farao (Exodus 1: 9). Alle pasgeboren jongetjes moesten in het water van de rivier de Nijl worden gegooid. Water is dood. Maar de boot betekent leven! Zelfs al is dit bootje een rieten mandje. Het is in de geschiedenis vaker gebeurd. Het volk van God wordt aangevallen door andere volken. Er wordt een poging ondernomen om het volk kleiner te maken. Duizend jaar later zou er zelfs een poging worden ondernomen om het volk helemaal uit te roeien (Bijbelboek: Esther). En zo’n drieëneenhalfduizend jaar later werd er nogmaals zo’n poging ondernomen. Wij kennen die laatste periode als de tweede wereldoorlog. Het lijkt erop dat de kleine Mozes in ieder geluk heeft gehad. Hij heeft het overleefd. Maar de kleine jongen had nog meer geluk dan dat! Lees: Exodus 2: 6-9 Probeer nu eens de volgende vragen te beantwoorden:
Het kind moest borstvoeding krijgen. Wie wilde wel een voedster gaan zoeken? Dit was Mirjam, de zus van Mozes, die op een afstandje de boel in de gaten had gehouden. Heel kordaat stapt ze nu naar voren en doet net alsof haar neus bloedt. Zij weet van niks! Ze zegt niet dat dit jongetje haar broertje is. Jammer genoeg was het niet zo moeilijk voor te stellen dat dit meisje een voedster zou kunnen vinden. Er waren genoeg vrouwen, die net een kindje hadden gekregen en die nu de moedermelk niet aan hun eigen pasgeboren zoontje zou kunnen geven. De kans dat Mirjam een voedster zou vinden was groot!
Welke vrouw werd door Mirjam uitgezocht? Haar eigen moeder! De moeder van het jongetje. Wat zal die vrouw zich hebben moeten inhouden om niet te laten merken dat dit haar eigen zoontje was!
–
Wat voor extra geluk had de moeder van Mirjam? Ze werd er nog voor betaald ook om haar eigen kind op te voeden.
Dit is toch helemaal geweldig? De tiran die het kind wilde doden, betaalt nu, via zijn dochter, voor de opvoeding van het kind door diens eigen moeder! Lees: Exodus 2: 10 De naam ‘Mozes’ heeft een betekenis. In het Hebreeuws betekent het ‘eruit halend’, of ‘hij die eruit haalt’. Let op! Dit is niet hetzelfde als ‘eruit gehaald’. De naam van Mozes geeft iets aan dat hij zèlf doet. Eruit hálen! Er wordt wel eens gezegd dat dit een profetische naam zou worden, omdat Mozes zijn volk uit Egypte zou halen. Mozes heeft het overleefd. En weer is er een overeenkomst te vinden met een ander Bijbels verhaal. Lees: Mattheüs 2: 13-16
Kun je de overeenkomst vinden met dit gedeelte van Mozes? Zowel Mozes, als Jezus, werden op wonderbaarlijke wijze gered van een man die op duivelse wijze alle pasgeboren jongetjes liet doden.
Mozes wordt door de dochter van de Farao opgevoed alsof hij een deel uitmaakt van de koninklijke familie. Het beste eten, de beste training en de beste leraren. Hij werd opgevoed om een leider te zijn! Mozes, een prins van Egypte. En dan gaat het mis met Mozes. Lees: Exodus 2: 11-15 Hij heeft iemand vermoord. En ook nog een Egyptenaar! De Farao wil hem doden en Mozes vlucht. Veertig jaar lang blijft hij verstopt in Midjan. Lees: Exodus 3: 1
Wat was het ‘dagelijkse werk’ van Mozes? Hij hoedde schapen en geiten.
Zou hij de omgeving goed kennen? Zo te lezen wel. Hij nam de kudde op lange reizen mee. Hij bleef dus waarschijnlijk ook vaak wel langer weg. En na veertig jaar zal hij de wijde omgeving op zijn duimpje hebben gekend!
Lees: Exodus 3: 2-14 en 4: 1-15 Merk je hoe onzeker Mozes is? Hij vindt zichzelf niet geschikt! Niet goed genoeg.
Kun je nu een aantal redenen noemen waarom JUIST hij geschikt is voor deze opdracht van God? Hij was opgevoed tot een leider en hij kende de omgeving waardoorheen de tocht hen zou leiden.
–
Inleven: De stellingen en vragen hieronder gaan over Mozes. Het gaat er hierbij om dat de jeugd zich probeert in te leven in deze persoon. Het kan ook betekenen dat u, als leiding, om ‘meer’ uit de jeugd te halen, zo nu en dan even advocaat van de duivel moet spelen en een tegengesteld standpunt innemen. De dochter van de Farao lijkt zo wel heel leuk en aardig, maar ze redde alléén Mozes! En dat terwijl ze wist van de moordpartij van haar vader. Mozes was blijkbaar niet zo slim, dat hij zomaar een Egyptenaar doodsloeg. Waarom zou Mozes zo hebben tegengesputterd, toen God hem zei om naar Egypte te gaan? Mozes was getrouwd en had een zoon. Hoe zou zijn vrouw hebben gereageerd toen hij vertelde wat God van hem vroeg? Waarom zou de nieuwe Farao Mozes niet direct hebben gedood, toen hij daar kwam om te eisen dat zijn volk zou worden vrijgelaten? Zelf leven: Dit zijn meer algemene stellingen en vragen, gebaseerd op Mozes, maar er dit keer op gericht om een toepassing, een vertaalslag dus, te maken voor het eigen leven. Als ik soldaat was geweest, in dienst van de Farao, dan had hij het kunnen vergeten dat ik die kinderen voor hem zou doodmaken! Ik ben blij dat God niet zo rechtstreeks tegen mij praat, als dat hij tegen Mozes deed. Dat verhaal van die brandende braamstruik, die maar niet opbrandt? Daar geloof ik niets van! Dat kan toch helemaal niet? Ik snap wel waarom de Farao die kinderen liet doden. Voor je eigen familie doe je toch alles? Ik zou ook bewijzen nodig hebben om zeker te weten dat God iets van mij vraagt. Je kunt toch nooit helemaal alleen op je gevoel afgaan?
Deze keer is het extraatje een blad met informatie over de Egyptenaren ten tijde van de Bijbel. Op dit papier vindt u informatie over hun religie, de schoonfamilie van onderkoning Jozef, verwijzingen naar Egypte vanuit de Bijbel en nog veel meer. Print BIJLAGE 4a en 4b uit voor de jeugd en neem het met ze door. Pak er, eventueel, een Bijbel bij om bepaalde teksten die worden aangegeven er bij te pakken. Een papier om over te praten!
–
Kies een spel uit de lijst met spelen (zie website High-Power), of bedenk zelf een leuk spel om met de jeugd te spelen.
Eindig de bijeenkomst / avond met gebed. Dit kan een eigen gebed zijn. Ook kunt u er voor kiezen om het onderstaande gedicht voor te lezen, of dit door één van de jongeren te laten voorlezen. Soms loop ik wat te dwalen, doelloos door het leven. Dan zie ik geen toekomst meer en is alles me om het even. Het liefst zou ik dan vluchten, ver weg van alles en iedereen. Ik wil graag geliefd zijn, maar voel toch alleen. Heer, wilt U mij ook redden, van mijn eigen onzekerheden. Ik wil van alles, maar weet eigenlijk niet wat. Ik ben nooit echt tevreden. Soms zou ik wel willen dat ik wist wat U van mij verwacht. Maar ik ben bang voor de waarheid, want die is zelden zacht. Wilt U mijn ogen openen voor de wereld om mij heen. Leer mij luisteren naar U en de ander, dan ben ik vast minder alleen. Ik drijf als Mozes, blind, horend gelach en geschater. Wilt U mij, als Mozes, ook optillen uit dit water. Ondanks alles waaraan ik twijfel en wat ik niet zeker weet, mag ik weten en geloven dat U van mij houdt en mij never nooit niet vergeet!
–
Zoek op Youtube naar ‘Mozes en de 10e plaag’. De naam geeft al aan waar het over gaat. Dit filmpje is ondertiteld! Bovenstaande fragment is afkomstig uit de film ‘Mozes’. Probeer deze film te pakken te krijgen. Via de meeste evangelische boekwinkels is deze wel verkrijgbaar. Maar ook via de NCRV, die meewerkten aan het maken van deze film. Deze film vertelt een groot deel van het levensverhaal van Mozes. Hij duurt wel lang, ongeveer drie uur, dus u zou het kijken van deze film over meerdere samenkomsten kunnen splitsen. De tekenfilm ‘The prince of Egypt’ is ook een aanrader om te bekijken. Deze film duurt maar anderhalf uur en vertelt het verhaal van Mozes tot en met de uittocht uit Egypte. Trakteer op ‘ongezuurde broden’, net zoals wat het volk at toen het uit Egypte vertrok. Die zijn in de meeste supermarkten wel te verkrijgen (Matzes). Leg de 10 geboden (Exodus 20:2-17 of Deuteronomium 5:6-21) naast de twee regels die Jezus gaf (Mattheüs 22: 37-39). Stel daarbij de vraag: Heeft Jezus de 10 geboden overbodig gemaakt? (Gebruik daarbij zelf de leidraad van wat er nog in vers 40 staat!) Probeer de 10 geboden (Exodus 20:2-17 of Deuteronomium 5:6-21), met de groep, om te zetten in modern taalgebruik. Doe dit eventueel op een groot vel papier (A2 formaat of groter) met stiften. Ga naar de website van www.reverendfun.com en zoek daar met trefwoord ‘Moses’ (dat is de Engelse spelling). De cartoons die daar staan zijn erg leuk om te gebruiken voor… van alles.
– BIJLAGE 1 – Quiz
Antwoord
Vraag 1 Vraag 2 Vraag 3 Vraag 4 Vraag 5 Vraag 6 Vraag 7 Vraag 8 Vraag 9 Hussel de letters en zoek het woord:
Letter
– BIJLAGE 2a – Verhaaltjes
1
Farao vertelt Sommigen zouden misschien zeggen dat ik het deed uit angst. En dat zal ik ook niet ontkennen. Maar er is niks mis met angst, zolang je er maar niet door wordt verlamd. En ja, ik was bang, maar dat was terecht. Ik was bang voor mijn volk en voor mijn land. Ik was bang dat dit volk van Hebreeërs te groot zou worden. Ze waren goede en sterke slaven, maar hun aantal nam te snel toe. In mijn generatie zou het nog geen probleem worden, maar toen mijn zoon werd geboren… Ik was bang dat de nieuwste generatie Hebreeërs groot en sterk genoeg zou worden om de rollen om te draaien. Ik was bang dat zij de heersers zouden worden, in plaats van mijn zoon en dat mijn zoon zou moeten dansen naar hun pijpen. Die gedachte maakte mij inderdaad angstig. Maar is werd niet verlamd. Ik ondernam actie. Ik deed er wat aan. Want die mogelijke toekomst was simpelweg niet goed genoeg voor mijn zoon!
2
Mirjam vertelt Ik kan er nog wel boos om worden, als ik er aan denk. Hoe durfde die Farao dat te doen! Hij gaf opdracht dat alle pasgeboren jongetjes van mijn volk, de Hebreeën, moesten worden gedood. Ze moesten levend in de rivier worden gegooid. Ze zouden verdrinken in de Nijl! Te erg voor woorden. Natuurlijk probeerden veel ouders iets te verzinnen om hun kind te redden, maar de meesten lukte dat niet. Maar het lukte mijn moeder wel! Vader was aan het werk voor de Egyptenaren, toen Mozes werd geboren. Mijn moeder was te zwak van de bevalling om echt iets te kunnen doen, maar ze had wel voorbereidingen getroffen. En ik mocht het uitvoeren. Ik stopte de kleine jongen in een mandje dat moeder waterdicht had gemaakt. We wisten waar de prinses elke dag ging baden, bij de rivier. Ik zetten het mandje zo neer, dat het langs de prinses zou drijven. Moeder vertrouwde mij toe om mijn kleine broertje te redden. Ze vertrouwde me en vond me goed genoeg om deze belangrijke taak uit te voeren.
3
De prinses vertelt Ik zag het mandje drijven. Het zat klem in het riet, niet ver van waar ik aan het baden was. Ik vond het een raar idee eigenlijk, om te baden in dezelfde rivier waarin mijn vader al die jongetjes liet verdrinken, maar… waar moest ik anders baden. Maar ik had niet verwacht om een jongetje in dat mandje te vinden. Een levend jongetje. Een prachtig levend jongetje. Maar wel een jongetje van de Hebreeërs. Ik was direct verliefd op dat mooie koppie. Heel even twijfelde ik. Wat moest ik doen? Als ik mijn vader gehoorzaam zou zijn, dan zou ik dit jongetje moeten aangeven bij zijn soldaten. Maar die zouden dat jongetje dan ogenblikkelijk weer toevertrouwen aan de rivier, waar ik hem net uit had gevist. Dat was geen optie. De beslissing was eigenlijk makkelijk. Ik zou de woede van mijn vader, de Farao, moeten trotseren en het jongetje vervolgens adopteren. Maar als ik naar dat kopje keek, dan was hij dat wel waard. Hij was goed genoeg voor mij!
4
Mozes vertelt Ik voelde me een nul, een loser. Ik had alles. Was opgegroeid als een prins van Egypte. Had les gehad in van alles en nog wat. Ik kon lezen en schrijven en was opgevoed om leiding te geven. Maar ik had het verknoeid. Ik had iemand van mijn eigenlijke volk willen helpen en daardoor iemand van het volk dat mij had geadopteerd vermoord. Ik vluchtte de woestijn in en ontmoette daar de hogepriester Jethro. Hij nam me op en liet me zelfs trouwen met één van zijn dochters. Zelfs nadat ik hem had verteld wat ik had gedaan. Hij vond me blijkbaar goed genoeg voor zijn dochter, Zippora.
– BIJLAGE 2b – Verhaaltjes
5
Zippora vertelt Niet te geloven. Die man van me kan soms zo onzeker zijn. Is hij er opuit met zijn schapen, als hij plotseling een brandende braamstruik ziet. Niet helemaal ongewoon hoor. Het is warm en de zon schijnt fel. Dan wil er wel eens iets in de brand vliegen. Maar dan valt het hem op dat die struik maar blijft branden, zonder kleiner te worden. Dát is wel bijzonder. Hij gaat er naartoe om te kijken wat er aan de hand is met die struik, als hij ineens een stem hoort. De stem van God! De stem zegt hem eerst zijn sandalen uit te doen. Dat doet die Mozes van mij dan nog wel. Maar daarna vertelt die stem hem dat hij zijn volk, de Hebreeërs, uit Egypte moet leiden. Nou, daar kwam die onzekerheid weer bovendrijven. Hij durfde niet. Hij vond zichzelf niet goed genoeg! Maar zijn God vond hem wèl goed genoeg. Wat ik ontzettend mooi vind van die God is dat Hij Mozes vervolgens wel een hulpje beloofde. Ja, die man van mij is zeker wel goed genoeg, al gelooft hij dat zelf vaak niet.
6
Aäron vertelt Het was verschrikkelijk. Het woord van God was niet goed genoeg voor de Farao. God zei dat Farao zijn volk, ons volk, de Hebreeërs, vrij moest laten. Maar Farao wilde niet. Plaag na plaag stuurde God. Het water van de Nijl veranderde in bloed. Er kwamen plagen met kikkers en sprinkhanen. Mensen werden ziek! Maar Farao wilde niet luisteren. En toen, uiteindelijk, stuurde God de laatste plaag. Een vreselijke plaag. Elke oudste zoon van een Egyptisch gezin stierf die nacht. Ook de zoon van de Farao zelf. Dat was eindelijk genoeg. We mochten gaan, ons hele volk.
7
Jethro vertelt Ik zocht mijn schoonzoon Mozes op in de woestijn. God had hem en zijn volk uit Egypte bevrijd. Maar ik schrok wel van het volk. Jarenlang hadden ze geleefd in afhankelijkheid van de Egyptenaren. Ze konden amper eigen beslissingen nemen. Maar nu zijn het nog net kinderen. En Mozes is de vader die ze moet opvoeden en moet vertellen wat ze moeten doen. Toen ik zag hoeveel tijd het Mozes elke dag kostte om alleen maar de vrede te bewaren, heb ik hem wat hints en tips gegeven over hoe hij die taken kon verdelen. Niet alle Hebreeërs waren namelijk zo afhankelijk. Sommigen konden ook met wijsheid beslissingen nemen. Ik moet eerlijk zeggen dat ik me even heb afgevraagd waarom Mozes hier zoveel energie in stak, maar toen besefte ik dat God vond dat dit volk goed genoeg was om te worden gered. En dat is goed genoeg voor mij.
6 Jozua vertelt Vandaag vertelde Mozes mij dat ik hem uiteindelijk op zal volgen als leider van het volk. Ongelooflijk. Ik voel me te min, eigenlijk. Ik bedoel… Mozes! Hij is veertig jaar lang onze leider geweest. Zijn broer Aäron is onze hogepriester. En dan heb je mij nog, Jozua. Ik zie mezelf nog altijd als leerling. Goed genoeg om te volgen misschien, maar ook goed genoeg om te leiden? Deze angsten vertelde ik aan Mozes. Die vertelde me dat God zelf dit volk had uitgezocht. Hij vertelde me dat God dit volk waardevol vond. Hij vond ieder individu uit dit volk waardevol en mij dus ook. “Als God jou goed genoeg vindt, Jozua, hoe zou jij dan kunnen zeggen dat God het fout heeft?” Mozes heeft natuurlijk gelijk. Ik ben misschien niet goed genoeg om voor God aan de slag te gaan in mijn eigen ogen, maar in Gods ogen ben ik dat wel!
– BIJLAGE 3 – Dagboekfragmenten 1
Mozes was verstopt tussen het riet van welke rivier? A De Eufraat Exodus 2:1-10 B De Jordaan C De Nijl D De Tigres
2
Wie vond Mozes en adopteerde hem?
A B C D
De vrouw van Farao Exodus 2: 5-10 De dochter van Farao De zus van Farao De dienstknecht van Farao
3 A B C D
4 A B C D
Hoe heette de broer van Mozes? Aäron Exodus 4: 14 Levi Jozua Abraham
Hoe heette de zus van Mozes? Rachel 1 Kronieken 6: 3 Mirjam Lea Rebekka
5
Waarom waren de broer en zus van Mozes niet blij met het huwelijk van Mozes? A Ze was Egyptisch B Ze had een te donkere huidskleur C Ze was geen Israëliet Numeri 12: 1 D Ze geloofde in afgoden
6
Hoe heette de vrouw van Mozes?
A B C D
Naomi Orpah Oholibah Zipporah
7
8
Exodus 2: 21
Waar ontmoette Mozes God voor het eerst? A In een droom Exodus 3: 2 B In een visioen C Bij de brandende braamstruik D Bij de bron
A B C D
Wat gebeurde er met de zus van Mozes toen ze commentaar leverde op Mozes? Ze werd blind Numeri 12: 10 Ze kreeg lepra (huidvraat) Ze viel dood neer Ze werd doof
9
Wat strekte Mozes uit over de zee om deze te ‘splijten’? A Zijn mantel Exodus 14: 21 B Zijn hand C Zijn staf D Zijn zwaard
10
Naar welk land stuurde Mozes spionnen?
A B C D
Kanaän Egypte Midian Syrië
11 A B C D
Wat namen de spionnen mee terug? Druiven Numeri 13: 23 Honing Granaatappels Vijgen
12 A B C D
Hoe oud was Mozes, toen hij stierf. 100 jaar Deuteronomium 34: 7 120 jaar 177 jaar 620 jaar
13 A B C D
Wie werd de opvolger van Mozes? Lot Deuteronomium 34: 9 David Jozua Saul
Numeri 13: 2
– BIJLAGE 4a – Over het oude Egypte... Topografie: Het oude Egypte was naar het noorden begrensd door de Middellandse Zee, naar het westen door de Libische woestijn , naar het oosten door de Nubische en Arabische woestijn (de grens was daar de Wadi el Arisj, de beek van Egypte). In het zuiden grensde het land aan Nubië bij de eerste stroomversnelling van Syene. De Nijl: De hele Egyptische beschaving werd bepaald door de ligging van de Nijl. Het land dat langs deze rivier lag was vruchtbaar en het leven werd aangepast op de jaarlijkse overstroming van de Nijl. Egypte werd dan ook wel ‘het geschenk van de Nijl’ genoemd. Waar komen de Egyptenaren vandaan?: Volgens Genesis 10: 6 en de psalm 105: 23 en Psalm 78: 51, behoorden de Egyptenaren tot de Chamitische volken en Egypte werd genoemd ‘het land van Cham’. Cham was één van de zonen van Noach. Onderkoning Jozef: Het oude testament heeft enkele aanrakingspunten met de godsdienst van Egypte. Jozef trouwt met Asnath („toebehorende aan de godin Noet”), dochter van Potiféra („die de Zonnegod geschonken heeft”). Deze Potiféra, de schoonvader van Jozef dus, was de hoofdpriester in de stad On of Heliopolis. Dit was één van de oudste Egyptische steden, die het middelpunt van de zonnedienst was. Vergeving in het Oude Testament: Er wordt door God aan de Israëlieten gezegd dat ze de Egyptenaren niet mogen verafschuwen, omdat ze vreemdeling in hun land zijn geweest (Deuteronomium 23: 1-8). Het volk werd, in de tijd van Jozef, verwelkomd en gered van een hongersnood. Dat een latere generatie zo anders reageert, is geen reden om het hele land te haten en te verafschuwen.
– BIJLAGE 4b – Over het oude Egypte... (vervolg) Van Jozef naar Mozes: 430 jaar na Jozef zijn de nakomelingen van Jacob slaven van de Egyptenaren, die dwangarbeid moeten verrichten. Ze wonen in het land Gosen. Het is waarschijnlijk Farao Ramses II geweest die de Israëlieten verlof gaf om Egypte te verlaten. De jaren van slavernij zijn voorbij (Exodus 12: 29-36). Er is toch maar één God? En in Ezechiël 30: 13 staat dat de heer de schijngoden van de hoofdstad Nof of Memfis zal vernielen. Vooral over die stad komt het oordeel omdat het de hoofdzetel was van de Ptahdienst en van de verering van de zwarte Apis-stier. De voornaamste goden: Osiris was de Egyptische god van de dood en de vruchtbaarheid. Hij was één van de meest belangrijke en populaire godheden van het oude Egypte. En rondom zijn persoon was een behoorlijke mythologie opgesteld. Zijn vrouw was de godin Isis en hun zoon was Horus. Horus was de god van de lucht. Hij werd vaak afgebeeld als een valk of een mens met een valkenhoofd. Hij had veel linken met andere godheden en zaken die met de lucht of de hemel te maken hadden. Zo waren de zon en de maan zijn ogen en zijn vleugels strekten zich uit langs de hemel. Ook was hij verbonden met de goddelijkheid van de Farao, die werd gezien als de ‘levende Horus’. De god van het kwaad was Seth. Seth zou zijn broer Osiris, die de wereldheerser was, hebben vermoord uit jaloersheid over diens taak en rol in de wereld. Hij wordt vaak weergegeven als een man met het hoofd van een eigenaardig dier. Hij had vreemde oren en een pijlachtige staart. Hij werd later ook wel vereenzelvigd met de god Baäl. Meerdere namen: De Egyptenaren aanbidden van oudsher dieren of natuurkrachten. In de kleinere stammen vaak afgebeeld als mensvormig met een dierenhoofd. Verschillende stammen hadden verschillende goden. Toen de stammen later gingen fuseren werden ook de goden die op elkaar leken gefuseerd. Ook werd op deze manier de familieband gesmeed tussen Seth, Osiris, Isis en Horus. Een enkele god kon dus ook meerdere namen hebben. Optimistisch over de dood: De Egyptenaren waren optimistisch over het leven na de dood, waar ze dan ook veel voorbereidingen voor troffen. Dit was goed te zien aan het mummificeren van hun lichamen en het bouwen van enorme monumenten, zoals de piramides. Tempel vs Tabernakel: De opbouw van een tempel bestond uit een aantal steeds kleiner wordende cirkels. Beginnend met een buitenmuur en uiteindelijk uitmondend in het centrum, het binnenste heiligdom. Hier mochten alleen de priesters komen. Wat dit aangaat is er een zekere overeenkomst met de tabernakel. De kamer van het Egyptische binnenste heiligdom werd donker gehouden om het mysterie te behouden. Jannes en Jambres: De namen van de Egyptische magiërs waren, volgens 2 Timoteüs 3: 8-9 Jannes en Jambres.