TvV
Nummer 11/12 / november/december 2013 / jaargang 45
Tijdschrift voor Verzorgenden
MAARTJE VAN DEN BOOGAARD: ‘IK BEN EEN KNUFFELZUSTER’ Van thuis naar verzorgingshuis ‘Gast op de woning’ wint V&VN Zorgaward 2013 Verzorgenden die niet goed kunnen lezen en schrijven Kijk ook op www.nursing.nl/verzorgenden
FRQJUHV
3,-1 $OVZRRUGHQWHNRUWVFKLHWHQ« MDQXDUL_9DQ²XXU_3RVWLOOLRQ%XQQLN W/:E͕ĞĞŶǀĞĞůǀŽŽƌŬŽŵĞŶĚƉƌŽďůĞĞŵ͘/ŶEĞĚĞƌůĂŶĚ ůŝũĚƚŵĂĂƌůŝĞĨƐƚĠĠŶŽƉĚĞǀŝũĨǀŽůǁĂƐƐĞŶĞŶĂĂŶ ĐŚƌŽŶŝƐĐŚĞƉŝũŶ͘tĂŶŶĞĞƌǁĞŬŝũŬĞŶŶĂĂƌĚĞŵĞĞƐƚ ŐĞďƌƵŝŬƚĞĚĞĮŶŝƟĞǀĂŶƉŝũŶnjŝĞŶǁĞŚĞƚǀŽůŐĞŶĚĞ͗ WŝũŶŝƐǁĂƚĞĞŶƉĂƟģŶƚnjĞŐƚĚĂƚŚĞƚŝƐĞŶƚƌĞĞĚƚ ŽƉǁĂŶŶĞĞƌĚĞƉĂƟģŶƚnjĞŐƚĚĂƚŚĞƚŽƉƚƌĞĞĚƚ;DĐ ĂīĞƌLJͿ͘ ĞĚĞĮŶŝƟĞŐĂĂƚƵŝƚǀĂŶĚĞǁĂĂƌŶĞŵŝŶŐǀĂŶĚĞ ƉŝũŶƐĞŶƐĂƟĞǀĂŶĚĞƉĂƟģŶƚ͕ŝŵŵĞƌƐŵĞƚĞŶŝƐ ǁĞƚĞŶ͘DĂĂƌǁĂƚĂůƐǁŽŽƌĚĞŶƚĞŬŽƌƚƐĐŚŝĞƚĞŶ͍ ,ŽĞŐĂũĞĂůƐǀĞƌƉůĞĞŐŬƵŶĚŝŐĞŽŵŵĞƚƌĞůŝŐŝĞͲĞŶ ĐƵůƚƵƵƌǀĞƌƐĐŚŝůůĞŶ͕ŵĞƚƚĂĂůďĂƌƌŝğƌĞƐŽĨƉŝũŶďŝũ ĚĞŵĞŶƚĞƌĞŶĚĞŶŽĨƉƐLJĐŚŝƐĐŚĞƉĂƟģŶƚĞŶ͍ŶŚŽĞ ŬŝũŬũĞnjĞůĨƚĞŐĞŶƉŝũŶĂĂŶ͍tĂƚnjŝũŶũŽƵǁŶŽƌŵĞŶ ĞŶǁĂĂƌĚĞŶĞŶǁĞůŬĞŝŶǀůŽĞĚŚĞĞŌĚŝƚŽƉũĞ ǁĂĂƌŶĞŵŝŶŐ͍
Advertentie
dŝũĚĞŶƐĚŝƚĐŽŶŐƌĞƐůĞĞƌũĞŽŵŐĂĂŶŵĞƚĚĞĞĐŚƚĞ ƵŝƚĚĂŐŝŶŐĞŶƚ͘Ă͘ǀ͘ƉŝũŶŝŶĚĞĚĂŐĞůŝũŬƐĞƉƌĂŬƟũŬ͘<Žŵ ŽŽŬŶĂĂƌĚŝƚĐŽŶŐƌĞƐĞŶůĞĞƌŽ͘Ă͘ŽǀĞƌ͗
or ter w den je be
! k is va
! k is va
Om da t
G
N SI
UR
N
or ter w den je be
ǁǁǁ͘ƌĞĞĚďƵƐŝŶĞƐƐĞǀĞŶƚƐ͘ŶůͬƉŝũŶ
Om da t
ͻ WŝũŶďŝũĚĞŵĞŶƟĞ ͻ ZĞůŝŐŝĞƵnjĞĞŶĐƵůƚƵƌĞůĞǀĞƌƐĐŚŝůůĞŶŝŶƉŝũŶďĞůĞǀŝŶŐ ͻ ĞŝŶǀůŽĞĚǀĂŶƉŝũŶŽƉũŽƵǁƉƐLJĐŚĞ
VAN DE REDACTIE
INHOUDINHOUDINHOUDINHOUDINHOUDINHOUDINHOUD
TvV
Tijdschrift voor Verzorgenden
Nieuw! Een nieuw gezicht in jullie lijfblad. Ik ben Menno Goosen, de nieuwe adjuncthoofdredacteur van het Tijdschrift voor Verzorgenden. Naast TvV maak ik nog een aantal andere bladen op het gebied van de zorg. Tijdens mijn middelbare schooltijd en mijn studie journalistiek heb ik jarenlang als bijbaantje in een verzorgingshuis in Purmerend gewerkt. Ik was daar manusje-van-alles. Ik hielp de verzorgenden met eenvoudige taken, ik schonk koffie in het huiskamerproject, en als het niet al te druk was mocht ik even naar buiten met mensen die weinig bezoek kregen. Het was een periode waar ik met erg veel plezier op terugkijk. Ik hoop dat ik deze kennis ook kan gebruiken om een boeiend blad voor jullie te maken. In ieder geval zal het jullie opvallen dat er met ingang van dit nummer al een groot aantal wijzigingen is doorgevoerd. De vormgeving is ‘strakker’ geworden, en we hebben een aantal nieuwe rubrieken ingevoerd. Zo lees je in ‘Mijn vak’ de ervaringen van een collegaverzorgende. In ‘Tips & Tricks’ geven wij je tips om je werk nog makkelijker en leuker te maken. Ook de rubriek ‘Klinische les’ is aangepast met een quiz waarin je meteen je kennis kunt testen. En we zijn er nog niet … Graag willen we van jou horen hoe we TvV nog beter kunnen maken. Wat zou jij willen lezen? Aan welke onderwerpen zouden we (meer) aandacht moeten besteden? Misschien vind je het leuk om een keer geïnterviewd te worden of wil je zelf iets schrijven? Interesse om met ons mee te denken? Mail ons:
[email protected].
‘Knuffelzuster’ In de nieuwe rubriek ‘Mijn vak’ vertellen verzorgenden over hun werk. De aftrap is voor Maartje van den Boogaard (25), verzorgende IG bij Brabant Zorg. ‘Ik houd ervan om mensen die dat fijn vinden aan te raken of te knuffelen.’
10 12
Van thuis naar verpleeghuis Je eigen vertrouwde huis moeten verlaten voor een plekje in een verzorgings- of verpleeghuis: vaak gaat dit gepaard met een hoop stress en verdriet. Over hoe jij als verzorgende kunt helpen die overgang zo prettig mogelijk te maken.
18
Appen tegen vereenzaming Verzorgende Brian Plaisier onderzocht voor zijn opleiding de rol van computers en smartphones in het leven van oudere zorgvragers. Brian geeft tips hoe je ouderen kunt stimuleren moderne media te gebruiken.
22
V&VN Zorgaward 2013 Met het project ‘Gast op de woning’ won Andrina Huibertse vorige maand de Zorgaward 2013. TvV interviewde haar, en ook de verzorgenden achter de twee andere genomineerde projecten: de ‘Activiteitenwaaier’ en ‘Wat te doen bij brand’.
26
Laaggeletterdheid in de zorg
Een kwart van de mensen die in de verzorging werken, kan niet goed lezen en schrijven. Schrijffouten maken in rapporten is nog niet zo erg, gevaarlijker wordt het als de verzorgende de bijsluiter van een medicijn niet begrijpt. Een taalcursus doet dan wonderen.
Collega: schoonheidsspecialist/ masseur Ontmoet Ingrid Huisman en Ilse Brinkman, schoonheidsspecialistes en masseuses bij verpleeghuis Randerode in Apeldoorn. Zij behandelen gezicht, rug, nek, schouders, handen en voeten van de bewoners, die ‘met een fijn en ontspannen gevoel de salon verlaten’.
30
En verder... Menno Goosen, adjuncthoofdredacteur TvV
[email protected] 020-520 60 77
4 Nieuws | 8 Strip Klaasje | 9 Even bellen met … | 32 Tips & Tricks | 33 Column Anne Mei The | 34 Kerstpagina’s | 36 Klinische les: eczeem
TvV / november/december 2013 3
NIEUWS
Verzorgenden hebben baat bij agressietraining
Nieuws te melden? Mail dan de redactie op:
[email protected].
REDACTIE TvV ZOEKT LEUKE IDEEËN Waarschijnlijk is het je al opgevallen: TvV is ingrijpend veranderd. Zowel de vormgeving als de inhoud is onder handen genomen. En we zijn er nog niet … Graag willen we van jou horen hoe we het nog beter kunnen doen. Wat zou jij willen lezen in je vakblad? Aan welke onderwerpen zouden we (meer) aandacht moeten besteden? Misschien vind je het leuk om een keer geïnterviewd te worden of wil je zelf iets schrijven? Interesse om met ons mee te denken? Mail ons:
[email protected].
FOTO: SHUTTERSTOCK
de problemen op te lossen. Het inzetten van goedkopere, minder getrainde thuiszorgmedewerkers helpt ook niet. Ten slotte ontbreekt het vaak aan goede scholing en bijscholing op het gebied van omgaan met agressie in de thuiszorg. Een paar weken geleden maakte minister Edith Schippers van VWS al bekend 3,4 miljoen euro extra beschikbaar te stellen voor de aanpak van agressie in de zorg. Schippers: ‘Agressie tegen zorgverleners is onacceptabel. Ook als agressie onderdeel is van het ziektebeeld is het niet de bedoeling dat we dat normaal vinden. Iedereen heeft recht op een veilige werkplek.’ (Bron: De Volkskrant / ANP)
Koningin Máxima bezoekt Stichting Manteling Koningin Máxima spreekt in Middelburg met mantelzorgers tijdens een bezoek aan Stichting Manteling. Deze stichting was een van de winnaars van de Kroonappels van het Oranje Fonds in de categorie ‘Helpende Hand’. Ze ontving uit handen van Koning Willem-Alexander en Koningin Máxima haar prijs: een Appeltje van Oranje en een bedrag van 50.000 euro. Dit zal de stichting besteden aan de versterking van haar werk, waaronder de ondersteuning van zo’n 1700 mantelzorgers op Walcheren. Ook helpen de honderden vrijwilligers van Stichting Manteling onder anderen gehandicapten, dementerenden, mensen met psychische problemen en mensen die niet lang meer te leven hebben.
4 november/december 2013 / TvV
FOTO: GUUS SCHOONEWILLE (ANP)
NIEUWS
'HQNPHH PHW7Y9
Verzorgenden en verpleegkundigen in de thuiszorg worden te weinig getraind in omgaan met agressie. Ook moet er meer teamoverleg over agressie plaatsvinden. Dit zegt Gonnie Oosterbaan van ‘Wij Zijn De Thuiszorg’ van vakbond Abvakabo FNV in een interview met de Volkskrant. Zij deed haar uitspraken naar aanleiding van de thuiszorgmedewerker die eind september werd doodgestoken door een cliënt. Volgens Oosterbaan blijven mensen steeds langer thuis wonen, waardoor de druk op thuiszorgmedewerkers wordt opgevoerd. Tegelijkertijd wordt er aanzienlijk bezuinigd in de thuiszorg, waardoor er bijvoorbeeld geen teamoverleg meer plaatsvindt om agressieve cliënten te bespreken en samen
FOTO: SHUTTERSTOCK
TEKST EN SAMENSTELLING: RHIJJA JANSEN
‘Beleeftuin’ voor dementerenden publiekslieveling Mooi Mens Verkiezing
Willy Schuurman met Anita Witzier en Dominique Vijverberg, algemeen directeur Stichting IZZ.
haar persoonlijke facebook-pagina www.facebook.com/mooimens.willy. schuurman. José de Reus, redactielid van TvV, zat in de vakjury. Ellen Sijbers won de juryprijs vanwege haar initiatief de zalfpoli op te zetten in het Catha-
rina Ziekenhuis te Eindhoven. Jonge kinderen met huidproblemen krijgen daar de juiste informatie en goede smeerinstructies. (Bron: V&VN)
Bloemen uit Ridderzaal naar zorgcentra FOTO: ROBIN VAN LONKHUIJSEN (ANP)
Willy Schuurman, activiteitenbegeleidster bij Stichting het Parkhuis in Papendrecht, heeft de publieksprijs van de IZZ Mooi Mens Verkiezing 2013 gewonnen met haar ‘beleeftuin’ voor dementerenden. Willy kreeg de kans om haar idee uit te voeren in het verpleeghuis waar ze werkt. Ze ging met een flink aantal vrijwilligers aan de slag. Het resultaat mag er zijn. Een saai gazon is omgetoverd tot een weelderige beleeftuin die alle seizoenen bruikbaar is voor mensen met dementie. In de tuin worden hun zintuigen positief geprikkeld door objecten, bloemen en planten die herkenbaar zijn voor het beschadigde brein. Ook livemuziek, dieren, kinderen en beweging zijn terugkerende elementen in de tuin die nu volop gebruikt wordt door bewoners en familie. Willy is er van overtuigd hiermee het verschil te maken voor bewoners. Hun welzijn wordt aanzienlijk verbeterd. ‘Laatst zat er een bonte specht in de tuin. Een bewoner die al tijden niets meer gezegd had, zei spontaan: “Kijk, een specht wat mooi.’ Het bewijst dat de tuin echt bijdraagt aan het welzijn van bewoners. Het geeft hen een aangename dagbesteding en beleving en dat is ontzettend belangrijk. De tuin geeft rust, tevredenheid en plezier. Agressie is er nog nauwelijks. Dat is toch prachtig,” aldus Willy. Meer informatie over Willy is te vinden op
Bloemist Ton Verzijl bezorgt de bloemen uit de Ridderzaal bij een zorgcentrum in Den Haag. De bloemversierselen waren tijdens de troonrede op Prinsjesdag te bewonderen.
TvV / november/december 2013 5
Zwementie is een project waarin studenten hbo-v van De Haagse Hogeschool onder begeleiding zwemmen met ouderen met dementie uit de Haagse thuis- en verpleeghuiszorg. Peter Bakens, docent verpleegkunde, zette dit project op met zes studenten die zich vrijwillig inzetten. Zwementie blijkt niet alleen heilzaam voor de deelnemende ouderen, maar ook leerzaam voor de studenten. Zij kunnen in het zwembad het gedrag van ouderen met dementie observeren in een heel andere context dan de geplande onderwijssituatie. Elke deelnemende oudere zwemt met een student en soms ook met een mantelzorger. Zo biedt het project aan mantelzorgers een plezierige activiteit om met hun naaste met dementie te ondernemen en geeft het deelnemende zorginstellingen een zinvol activiteitenprogramma.
Verzorgenden en verpleegkundigen mogen best wat meer lachen met cliënten met dementie. ‘Het verbetert de zorgrelatie en cliënten bewegen makkelijker mee.’ Dit zegt Marcellino Bogers, auteur van het boek Humor als verpleegkundige interventie. (ISBN: 9789035229648, € 29,95.) Volgens Bogers lijkt er in de dementiezorg nog een taboe op humor te liggen. ‘Verzorgenden en verpleegkundigen twijfelen: omdat lachen met een dementerende voelt alsof je iemand belachelijk maakt om zijn zwakte. Veel zorgmedewerkers vinden het niet professioneel, terwijl het júist van professionaliteit getuigt als je kunt lachen met je cliënt.’ Volgens Bogers vinden verzorgenden en verpleegkundigen het vooral lastig om te weten waar de grens ligt. Want welke grappen kunnen nu wel of niet? Bogers: ‘Ik vind dat een lach altijd kan, zolang het gaat om “lachen
met” en niet “lachen om”. Als het goed is heb je als zorgmedewerker genoeg bagage die zorgt voor een juist fingerspitzengefühl. Bij cliënten met dementie maak je zo veel vreemde dingen mee die op je lachspieren werken, als je daar samen met je cliënt smakelijk om kunt lachen is dat goud. Een dementerende verliest zijn grip op de realiteit en kan het gevoel hebben overal buiten te staan. Wanneer je samen lacht level je: je hebt allebei lol om hetzelfde. Daardoor is het heel goed voor je relatie met de cliënt.’
Vivent bespaart reistijd met scooters Verzorgende Eveline van den Bersselaar is blij met de scooter van thuiszorgorganisatie Vivent. De zorgorganisatie heeft elf extra scooters aangeschaft waarmee medewerkers zich naar cliënten kunnen verplaatsten. Het gebruik van scooters verkort de reistijd en parkeerproblemen zijn verleden tijd, bleek eerder uit een pilot die Vivent in 2011 startte met vijf medewerkers. Karin van Grinsven, divisiemanager thuiszorg: ‘Met de auto kost het vaak veel tijd om
6 november/december 2013 / TvV
van de ene cliënt naar de andere te komen. En dan praat ik nog niet eens over de problemen met parkeren. Een scooter maakt het voor de medewerkers mogelijk om sneller bij onze cliënten te zijn. Bovendien is een hippe scooter goed voor ons imago als aantrekkelijke werkgever voor jonge mensen. Wie wil er nu niet met zo’n scooter naar zijn werk?’ (Bron: Vivent)
FOTO: VIVENT
NIEUWS
FOTO: SHUTTERSTOCK
(Bron: Zwementie)
‘Lach eens wat vaker met dementerenden’
FOTO: SHUTTERSTOCK
‘Zwementie’ voor mensen met dementie en mantelzorgers
Basisschoolleerlingen beeldbellen met ouderen via iPad Leerlingen van groep 8 van basisschool De Wegwijzer in Bergen op Zoom hebben een nieuwe vorm van communiceren met ouderen op het lesprogramma staan. In samenwerking met zorginstelling tanteLouise-Vivensis is de school gestart met een project waarin de leerlingen via iPad’s twee keer per week beeldbellen met thuiszorgcliënten van de zorgorganisatie, oftewel beeldzorg. ‘De kinderen zijn enorm begaan’, vertelt schooldirecteur
Hans Verbiest. ‘Ze krijgen het echte leven mee van de cliënten, wat zo veel meerwaarde geeft, dat is fantastisch.’ Het contact tussen cliënten en basisschoolkinderen is geheel nieuw en maakt onderdeel uit van de ‘Goedemorgenservice’. Dit is een extra service bij beeldzorg van tanteLouiseVivensis, waarin vrijwilligers dagelijks beeldcontact maken met thuiszorgcliënten. (Bron: Tante Louise-Vivensis)
Ruim zeventig ouderen kwamen vanuit het hele land naar Ameide (ZuidHolland) om daar te genieten van een show met tamme uilen. Zij werden in het restaurant In ’t Wapen van Ameide feestelijk ontvangen met koffie en gebak. Daarna volgde een demonstratie met tamme uilen. Het uitje werd georganiseerd door het Nationaal Ouderenfonds. (Bron: Nationaal Ouderenfonds)
FOTO: NATIONAAL OUDERENFONDS
Ouderen worden verrast met uilenshow
Nog steeds werken veel verzorgenden en verpleegkundigen in een verkeerde werkhouding. Dit kan onder meer rug- en knieklachten veroorzaken. Een verkeerde houding maakt bovendien dat er gemakkelijk ‘op kracht’ vanuit de armen wordt gewerkt, met slijtage van schouder- en handgewrichten als gevolg. Dit zegt fysiotherapeut Tinie Hake, die met haar opleidingsbureau TRANSFERS beLICHT trainingen geeft aan verzorgenden en verpleegkundigen, waarin ze veelvuldig deelnemers met lichamelijke klachten treft. Hake merkt dat het ‘met twee verzorgenden even een-twee-hop tillen van de cliënt’ nog steeds voorkomt. Dat is zonde van je lijf en onprettig voor de cliënt, want die voelt ook de kracht die er wordt gezet. Uiteindelijk kun je alle handelingen doen zonder fysieke overbelasting. Hoe je dat doet legt Hake uitvoerig uit in haar nieuwste boek Basisboek verplaatsingstechnieken voor zorgverleners. Volgens haar worden verzorgenden tijdens de opleiding vaak gedateerde technieken en houdingen aangeleerd. ‘Als ik tijdens de training vraag wat de primaire werkhouding aan het bed is zegt bijna iedereen: “Stabiel staan, kleine spreidstand en bed op heuphoogte.” Maar je moet je werkhouding continu aanpassen aan de cliënt. Vaak is de zogenaamde “schredestand” veel minder belastend voor je lijf. Hierbij zet je je voeten niet naast elkaar, maar achter elkaar. Volgens Hake speelt de tijdsdruk ook een rol bij de overbelasting van verzorgenden. Ze laten bijvoorbeeld de tillift staan, of denken ‘dat doe ik wel even’. ‘Terwijl het uiteindelijk tijd bespaart als je niet gehaast bent of aan een cliënt zit te sjorren of trekken. Het geeft ook de cliënt een prettig gevoel: die heeft meer regie en voelt zich betrokken.’ En daar komen we bij een essentieel punt van Hakes benadering: haptonomie. Volgens deze leer nodig je iemand uit tot het maken van een natuurlijke beweging, waardoor de cliënt naar vermogen zal meewerken. ‘Neem het voorbeeld van iemand uit een stoel helpen. Pak je de handen van de patiënt krachtig vast, dan zal die vaak onbewust terugdeinzen en tegenwerken. Bied je een open en uitnodigende hand aan, dan zal de patiënt jouw hand willen vasthouden en automatisch naar je toe komen.’ Check de tips van Tinie Hake om je lichaam zo min mogelijk te belasten op www.nursing.nl/verzorgenden > Dossiers.
FOTO: SHUTTERSTOCK
FOTO: TANTELOUISE-VIVENSIS
‘VERZORGENDEN WORDT GEDATEERDE WERKHOUDING AANGELEERD’
TvV / november/december 2013 7
Verzorgende belet cliënt te klagen
NIEUWS
Bewoners in verzorg- en verpleeghuizen klagen weinig. Dit komt onder andere doordat ze ‘goed willen liggen bij het personeel’. Dit blijkt uit het onderzoek ‘Niets te klagen. Onderzoek naar uitingen van ongenoegen in verzorgings- en verpleeghuizen’ van het Nivel (Nederlands instituut voor onderzoek van de gezondheidszorg) in opdracht van het ministerie van VWS. Hieruit blijkt dat er nauwelijks klachten worden geregistreerd. Om inzicht te krijgen in de ongenoegens van cliënten kunnen instellingen daarom beter investeren in goede gespreksmomenten. Klagen is een belangrijk recht van patiënten. In de langdurige ouderenzorg worden er echter weinig klachten geregistreerd. De vraag is of er klachten aanwezig zijn, of dat bewoners eventuele ongenoegens op een andere manier kwijt moeten kunnen. Uit het onderzoek blijkt dat bewoners liever niet willen klagen. Hun afhankelijkheid van de zorginstelling speelt daarbij zeker een rol, maar er blijken ook heel andere overwegingen mee te spelen. Zo willen bewoners graag ‘goed liggen’ bij het personeel. Ze zien zichzelf graag als ‘makkelijk’. Of ze willen niet dat het personeel op ‘zijn kop krijgt’. Veel bewoners verwachten ook niet dat klachten voor echte verandering kunnen zorgen en houden ze daarom maar voor zich. En er zijn ook bewoners die al moeite genoeg hebben met alle veranderingen in hun leven en geen energie overhebben om te klagen. Vragen van bewoners blijven dus vaak ‘stil’. Maar voor verzorgenden is het wel belangrijk om te weten wat hun bewoners willen.
8 november/december 2013 / TvV
‘Bedhekken vaak onnodig omhoog gezet’ Veel verzorgenden en verpleegkundigen zetten nog bedhekken omhoog terwijl dit niet nodig is. Ze realiseren zich niet dat dit ook gevaar kan opleveren voor de cliënt, aldus Francisca Hardeman van Vilans. Hardeman begeleidt organisaties in de ouderenzorg en gehandicaptenzorg bij het vergroten van de vrijheid van cliënten en volgt de ontwikkelingen rond de Wet zorg en dwang op de voet. ‘Er wordt al steeds kritischer gekeken naar de toepassing van bedhekken, maar nog steeds komt het te vaak voor. Ook omdat bijna alle bedden bedhekken hebben.’ Volgens Hardeman trekken veel verzorgenden de bedhekken uit gewoonte omhoog als een cliënt in bed ligt. ‘Dit komt deels door automatisme: het is ooit in de opleiding geleerd dat dit veilige zorg is, je ziet het collega’s doen en zo blijft deze manier van vrijheidsbeperking bestaan. Soms vragen cliënten zelf of de bedhekken omhoog mogen, omdat het veiliger voelt. Ze zijn vaak gewend om in een breder bed te slapen en zijn bang om eruit te vallen.’ Maar bedhekken zijn niet altijd de beste oplossing en kunnen zelfs gevaarlijk zijn, stelt Hardeman. ‘Als een cliënt zijn bed uit wil en over een bedhek probeert te klimmen, is er meer risico op een
valpartij met ernstig letsel dan wanneer de bedhekken omlaag staan. Daarnaast kunnen bedhekken de cliënt een opgesloten gevoel geven en is de cliënt volledig afhankelijk van de zorg om uit bed te komen. Dit kan er bijvoorbeeld voor zorgen dat iemand incontinent wordt.’ Het is nu zeker niet de bedoeling dat zorginstellingen bedhekken massaal afschaffen. ‘Het is belangrijk om het per cliënt afzonderlijk te bekijken en je als verzorgende vooral af te vragen: waarom staat dit bedhek eigenlijk omhoog en is het wel echt nodig?’ Volgens Hardeman zijn er genoeg alternatieven voor het optrekken van de bedhekken. Bijvoorbeeld extra lage bedden of bedden met deelbare hekken, waarbij je alleen aan het hoofdeind een bedhek optrekt. ‘Een goedkoper alternatief is een opgerolde handdoek onder het matras leggen, aan de kant waar de cliënt uit bed kan rollen. Op deze manier ligt de zijkant van het matras iets hoger, waardoor de kans kleiner is dat de cliënt uit bed rolt.’ (Bron: TvV) Kijk voor de zeven meest gemaakte fouten bij fixeren door verzorgenden op www.nursing.nl/verzorgenden > Dossiers.
EVEN BELLEN MET …
ILLUSTRATIE: SHUTTERSTOCK
Wekelijks kijken zo’n twee miljoen mensen naar het RTL 4-programma ‘Geer & Goor: Effe geen cent te makken’. Hierin leven Gerard Joling en Gordon een maandlang van een AOW-uitkering en doen ze vrijwilligerswerk voor het Nationaal Ouderenfonds. De redactie van het Tijdschrift voor Verzorgenden belde met Monique Wolfkamp, projectleider van het Nationaal Ouderenfonds. TEKST: RHIJJA JANSEN
Maken Geer en Goor werken in de ouderenzorg aantrekkelijker? ‘Absoluut. Een roc heeft gevraagd of we willen komen praten over werken in de ouderenzorg, omdat er meer aanvragen zijn voor stages in deze sector. Er heersen nogal wat vooroordelen over werken in de ouderenzorg en Geer en Goor laten zien hoe ontzettend leuk het is om met deze doelgroep te werken. Ze zijn ook vol lof over de verzorgenden, zeggen constant tegen hen: “Wat een prachtig beroep heb je toch. En wat doe je belangrijk werk.” Dat vonden de verzorgenden erg fijn om te horen. En ze hebben enorm veel lol gehad met elkaar, dat ook natuurlijk.’
Hoe hebben jullie Geer en Goor hiervoor gestrikt? ‘Eigenlijk hebben zij contact met ons gezocht. In de eerste versie van “Geen cent te makken” werden de Frogers gevolgd die meehelpen bij de Voedselbank. Talpa wilde een nieuwe serie maken met Geer en Goor. Gordon stemde in, op voorwaarde dat het thema “ouderen” zou zijn. Geer was het hiermee eens, waarop Talpa oriënterende gesprekken met ons is gaan voeren. Eigenlijk zaten we direct op een lijn.’
‘Geer en Goor zorgen ervoor dat er positief naar de ouderenzorg wordt gekeken.’ “Ik was ’s avonds om tien uur nog vol energie, het was zó leuk.”’
Was het alleen maar lachen, gieren, brullen? ‘Nee, in een aflevering gaan ze een-op-eengesprekken voeren met eenzame ouderen; dat gaat niet over koetjes en kalfjes. Sommige verhalen zijn erg schrijnend. De mannen luisterden ernaar met tranen in de ogen. Ze blijven ook na het programma vrijwilligerswerk doen. Gordon doet wekelijks boodschappen voor een mevrouw, en dit weekend was een meneer met zijn dochter bij een concert van Gerard Joling. Gerard gaat ook bij deze meneer koffiedrinken.’
Hoe zijn de mannen in het echt?
Er kijken zo’n twee miljoen mensen, levert jullie dat nog iets op?
‘Geweldig! Zoals je ze ziet in het programma zijn ze ook achter de schermen. Ze zijn buitengewoon aardig en behulpzaam en maken aan de lopende band grappen. Wij waren erg onder de indruk van hun persoonlijkheid. Dat geldt ook voor de ouderen. Na een item belden we ze ’s avonds altijd op hoe het met ze ging: “Dat ik dit nog heb mogen meemaken”, kregen we vaak terug. Een eenzame meneer was ’s avonds altijd moe van de verveling. Toen ik hem na een bezoek van Geer en Goor sprak zei hij:
‘Zeker, na twee afleveringen hadden al 1500 mensen zich als vrijwilliger aangemeld bij het Nationaal Ouderenfonds. We worden ook gebeld over allerlei zaken: een politiebureau had bijvoorbeeld al drie jaar een werkende scootmobiel opgeslagen bij de gevonden voorwerpen. Of wij er iets mee konden? Ja natuurlijk! De reacties zijn hartverwarmend. Al kunnen we altijd nog bedrijven of particulieren gebruiken die onze Boodschappenplusbussen willen sponsoren.’
TvV / november/december 2013 9
10 november/december 2013 / TvV
Mijn VAK
In deze rubriek vertellen verzorgenden over hun vak. Deze keer Maartje van den Boogaard (25), verzorgende IG bij Brabant Zorg. Zelf een keer meedoen? Mail ons:
[email protected]. TEKST: CHRISTEL BOS | FOTO (INCLUSIEF COVER): NORBERT VOSKENS
‘Ik ben een knuffelzuster’ Hoe ben je in de ouderenzorg terechtgekomen? ‘Tijdens mijn studie sociaal pedagogisch werk werkte ik al bij verzorgingshuis Aatrium in Veghel. Als vijftienjarige maakte ik de kamers schoon. Al snel werd ik gevraagd om in de huiskamer te komen werken. Ik zette koffie, deed spelletjes en andere activiteiten. In die periode ben ik gestopt met mijn opleiding. Ik vond dat de kinderopvang te weinig uitdaging bood. Mijn moeder die toentertijd ook bij Aatrium werkte, heeft ervoor gezorgd dat ik wat in de verzorging kon doen. Ik ben daarbij een opleiding gaan volgen. Naast verzorgende ben ik ook contactverzorgende. Van vijf bewoners onderhoud ik het contact met familie en artsen. Daarnaast houd ik hun zorgdossier bij. Dat ik daardoor een band opbouw met deze mensen vind ik erg leuk.’ Wie is jouw grote voorbeeld? ‘Mijn moeder. Ik heb veel van haar geleerd. Ze werkt al 25 jaar in de ouderenzorg. Van haar heb ik de warme zorg en de gezelligheid meegekregen. Maar ook in mijn collega’s zie ik kwaliteiten waar ik veel van leer. Iedereen heeft een talent. De een is communicatief heel sterk, de ander kan goed organiseren. Zelf ben ik een echte knuffelzuster. Ik houd ervan om mensen die dat fijn vinden aan te raken of te knuffelen.’ Waaraan bewaar je goede herinneringen? ‘Mijn collega en ik werden genoemd tijdens de uitvaart van een bewoonster. Haar familie noemde ons “warme zusters”. De knuffels die wij hun moeder hadden gegeven heeft ze als heel prettig ervaren. Ze waren ons daar dankbaar voor. Dat we in de kerk werden genoemd vond ik heel mooi.’ Wat vind je bijzonder aan je werk? ‘Contact maken met mensen met dementie. Dat doe ik door middel van muziek, mijn stem, aanraking of een knuffel. Als ik een lach op hun gezicht kan toveren is mijn dag goed. Dementerenden hebben anders dan mensen op Maartje van den Boogaard met cliënt mevrouw Raaijmakers.
de somatische afdeling het totale pakket aan zorg nodig. Ik vind het leuk om dat te bieden.’ Wat vind je moeilijk? ‘Mensen die in het beginstadium van dementie zijn vragen nog wel eens wanneer ze naar huis mogen en of ik ze naar buiten kan brengen. Ik vind het soms moeilijk hiermee om te gaan. Wat is de juiste aanpak? Hoe zorg je ervoor dat ze zich veilig voelen? Die aanpak verschilt per persoon. De een leid ik af. Met een ander ga ik een eindje wandelen als dat mogelijk is. Of ik zorg ervoor dat ze even met familie kunnen bellen. Ook het verdriet van familie grijpt mij aan. Het is wel hun vader, moeder of tante die dementie heeft. Acceptatie kan dan lastig zijn. Je inleven in de ander is dan ook belangrijk in mijn werk.’ Wanneer werk je het liefst? ‘Ik werk graag overdag, dan kom ik het meest tot mijn recht. Ik vind het fijn om mensen ’s ochtends te wassen of te douchen zodat ze aan de dag kunnen beginnen. Overdag kan ik meer voor ze betekenen. Als het nodig is bel ik de fysiotherapeut of de arts.’ •
rd den Boogaa Maartje van 25 Leeftijd: Eerde Woonplaats: org Brabant Z Werkgever: er zorgende eiding tot v pl O : ng di dszorg) Oplei e Gezondhei (Individuel r et g: 7 jaa gen doen m Werkervarin s, leuke din es tn fi : Vrije tijd vriendinnen vrienden en Naam:
TvV / november/december 2013 11
VERZORGENDEN HELPEN NIEUWE BEWONERS WENNEN
De eerste dagen in een
Sommige mensen zijn opgelucht als ze naar een verpleeghuis of verzorgingshuis kunnen. Maar veel anderen willen niet, of begrijpen niet wat er gaat gebeuren.
12 november/december 2013 / TvV
verzorgingshuis De verhuizing naar een verzorgingshuis is voor veel mensen een van de meest ingrijpende perioden uit hun leven. In dit artikel krijg je van deskundigen tips over wat jij als verzorgende kunt doen om die periode voor mensen minder moeilijk te maken. TEKST JEROEN WAPENAAR | FOTO’S: SHUTTERSTOCK
S
ommige mensen zijn opgelucht als ze naar een verpleeghuis of verzorgingshuis kunnen. Maar veel anderen willen niet, of begrijpen niet wat er gaat gebeuren. Voor mantelzorgers en familieleden kan het gevoel heel dubbel zijn. Aan de ene kant zijn ze opgelucht dat de zorg wordt overgenomen door professionals. Aan de andere kant vinden ze het moeilijk om de zorg voor hun dierbare uit handen te geven. Ze vragen zich af of hun man, vrouw, vader of moeder wel voldoende aandacht zal krijgen. Om de opname voor iedereen minder moeilijk te maken is het dan ook belangrijk om meteen bij het eerste kennismakingsgesprek alle mensen veel persoonlijke aandacht te geven, benadrukt Selma te Boekhorst. Selma werkt als psycholoog bij verpleeghuis De Antonius Hof in Bussum, een locatie van Vivium Zorggroep. Ze geeft daar ook verzorgenden scholing over gedrag en dementie. In 2011 promoveerde ze aan de VU op haar onderzoek naar kleinschalig wonen voor mensen met dementie. Selma benadrukt dat de eerste periode voor bewoners, mantelzorgers en familieleden ‘een rotperiode’ is. ‘Meestal hebben mensen wel zes weken nodig om te wennen.’ Volgens haar zouden de meeste verzorgenden nog wel wat meer mogen vragen dan ze nu doen bij een kennismakingsgesprek. ‘De familie is je belangrijkste bron om die rotperiode voor bewoners minder moeilijk te maken.’
VAN THUIS NAAR VERPLEEGHUIS Om verzorgenden te helpen bewoners op hun gemak te stellen is in november 2012 de handreiking Van thuis naar verpleeghuis gepubliceerd. Deze is ontwikkeld door het Kenniscentrum Zorginnovatie, een onderdeel van de Hogeschool Rotterdam, en kan je helpen bij uiteenlopende vraagstukken rondom de opname. In de handreiking staan diverse adviezen en tips voor zorgverleners die mensen met dementie en hun mantelzorgers begeleiden. Veel adviezen en tips zijn echter ook handig voor als je een bewoner begeleidt die, bijvoorbeeld, somatische (dus lichamelijke) klachten heeft. Bijvoorbeeld problemen met de motoriek, met het hart of aan het zenuwstelsel, zoals de ziekte van Parkinson. Astrid Hofman en Joke Bakker werkten allebei mee aan de handreiking. Astrid is afdelingshoofd bij het verpleeghuis Frankeland in Schiedam en Joke werkt als verzorgende bij Frankeland, een locatie van de Frankelandgroep. Net als Selma vinden zij het stellen van vragen bij een kennismakingsgesprek heel belangrijk. Persoonlijk contact bieden bij het kennismakingsgesprek en zo een vertrouwensband opbouwen lukt het beste als je veel vragen stelt, weet Joke. ‘Daarmee krijg je belangrijke informatie waarmee je de zorg en de begeleiding persoonlijk kunt maken. Vraag bijvoorbeeld wat iemand graag eet en wat juist niet, hoe laat iemand graag opstaat en welke passies de nieuwe bewoner heeft. En hoe wil iemand de TvV / november/december 2013 13
Om de opname minder moeilijk te maken is het belangrijk om meteen alle mensen veel persoonlijke aandacht te geven.
inrichting van zijn kamer? De meeste huidige 65-plussers zijn gehecht aan oude, vertrouwde meubels. Een moderne bank kan mensen met dementie een vreemd gevoel geven.’ De simpelste dingen kunnen het verschil maken. Als iemand al vijftig jaar lang rechts zijn bed instapt, kan het heel verwarrend zijn als hij ineens links zijn bed moet instappen. ‘Maak dus de indeling zo dat rechts het bed instappen ook in de nieuwe omgeving kan.’
WELZIJN SOMS VOORRANG BOVEN GEZONDHEID Van leraar verpleegkunde en auteur Gerke de Boer zouden verzorgenden nog veel meer mogen aansluiten bij de gewoonten van bewoners. ‘Het werk van de verzorgende gaat over troost bieden. Dat doe je het beste als je mensen hun gang laat gaan. Maar nog te vaak moeten mensen hun identiteit inleveren. Als je vroeger graag op zaterdag tot 11 uur uitsliep en je moet er ineens om 9 uur uit heeft dat een grote impact op je welzijn. En dat geldt voor 14 november/december 2013 / TvV
alle gewoonten. Probeer maar eens op een andere manier te douchen dan je gewend bent. Dat voelt heel raar.’ Wat in die eerste weken vaak gebeurt is dat mensen zich moeten onthechten van hun oude gewoonten, gaat Gerke verder. ‘Zij moeten zich aanpassen aan hoe verzorgenden het graag willen. En juist dan krijgen mensen kwalen. Voorbeeld: als je na zestig jaar ineens een ander eetpatroon moet aanleren is de kans groot dat je gaat vermageren.’ Veel verzorgenden richten zich nu te veel op het voorkomen van medische problemen zoals ondervoeding, decubitus en incontinentie, vindt hij. ‘Als je het welzijn laat prevaleren boven gezondheid kun je pas echt van toegevoegde waarde zijn. Laat iemand zijn eigen leven leiden, ook als iemand gewoonten heeft die misschien wat apart lijken. Daar wordt jouw werk ook veel leuker van.’
SLUIT AAN BIJ IEMANDS GEWOONTEN Ook specialist ouderengeneeskunde, trainer en docent aan het VUmc Nienke Nieuwenhuizen vindt het heel belang-
rijk dat verzorgenden meteen aansluiten bij iemands gewoonten. ‘Daarmee maak je de drempel lager.’ Nienke legt uit wat je kunt doen om bij het eerste gesprek al een vertrouwensband op te bouwen. ‘Herhaal bijvoorbeeld regelmatig wat mensen je vertellen. Dan merken ze dat je hen begrijpt en serieus neemt. Je komt waarschijnlijk ook veel mantelzorgers tegen die heel graag hun verhaal willen doen. Maak daar tijd en ruimte voor. Vraag hoe het was, die laatste periode. En laat ze rustig uitpraten als ze willen vertellen hoe zij de zorg deden. De sokken op een bepaalde manier aantrekken kan voor jou misschien niet belangrijk lijken, maar dat kan het voor hen wel zijn.’ De handreiking Van thuis naar verpleeghuis geeft verder als tip mee om de weerstand van familieleden en mantelzorgers bespreekbaar te maken. Zij kunnen twijfels hebben, zich schuldig voelen omdat ze de zorg uit handen geven of meningsverschillen hebben over de zorg. Omdat het zo belangrijk is om vertrouwen op te bouwen is het
Als je een gevoel van veiligheid uitstraalt, wordt het veel eenvoudiger voor je om iemand op zijn gemak te stellen.
verstandig om bij het gesprek minimaal een verzorgende te hebben die het reilen en zeilen in het verpleeghuis goed kent. Luisteren alleen is natuurlijk niet voldoende. Het is belangrijk voor mensen dat ze erop kunnen vertrouwen dat jij en je collega’s echt iets doen met wat ze jou vertellen. Astrid: ‘Leg bij het eerste gesprek al uit hoe jullie de zorg en de begeleiding zo aanpassen dat iemand zich meteen thuis voelt. En wees ook eerlijk en duidelijk als je al weet dat het niet lukt om bij alle gewoonten aan te sluiten.’
STEL GERUST Hoe fijn het contact inmiddels is, het blijft moeilijk als de dag van verhuizing uiteindelijk daar is. Voldoende tijd en aandacht om de nieuwe bewoner te ontvangen betekent in de praktijk dat ook de receptie en de andere medewerkers op de hoogte zijn, aldus de handreiking. Het betekent verder dat je mensen op de eerste dag niet meteen belast met allerlei
dingen die geregeld moeten worden. De ontvangst wordt als hartelijker en persoonlijker ervaren als die wordt gedaan door degene die ook het eerste gesprek deed. Krijgt de bewoner al dagopvang? Dan kan de verhuizing minder belastend worden als de bewoner vanuit de dagopvang naar de nieuwe woning wordt gebracht. Samen met de bewoner een laatste ronde door de vroegere woning maken en zo prettige herinneringen ophalen vinden veel mensen ook fijn. Astrid en Joke voegen toe dat een bloemetje en een doosje chocola op de kamer zeker worden gewaardeerd. Zoals ook in de handreiking Van thuis naar verpleeghuis staat: het wegbrengen is al moeilijk, het afscheid is zo mogelijk nog veel moeilijker. In de handreiking is de volgende trieste anekdote van een mantelzorger te lezen: ‘Wij hadden haar gedag gezegd, maar ze stond op en rende achter ons aan. Er was ook geen zuster die erachteraan kwam om haar af te leiden. Dat viel me heel erg tegen.’ Om te voorkomen dat de nieuwe
bewoner ontredderd achterblijft kan afleiden inderdaad helpen, zegt Astrid. ‘Zeg bijvoorbeeld rustig en kalm dat je een kopje thee met de bewoner gaat drinken. Vaak gaat iemand dan wel mee.’ Waar je ook voor moet waken is dat familieleden de verkeerde woorden gaan gebruiken. Sommigen zeggen bijvoorbeeld dat ze alleen maar even boodschappen gaan doen, puur om hun dierbare gerust te stellen. ‘Maar liegen werkt echt niet positief.’ Gerke heeft al veel opnames meegemaakt. Zijn ervaring is dat nieuwe bewoners na het afscheid al vrij snel over hun eerste verdriet heen zijn. Familieleden en mantelzorgers gaan echter ‘met een steen in hun maag’ weg. ‘Vandaar dat het zo belangrijk is om die mensen gerust te stellen’, benadrukt hij. ‘Bel ze na een uurtje op om te zeggen dat hun dierbare inmiddels gezellig aan de thee zit. Als je informeert hoe het gaat en als je ze de ruimte geeft hun verhaal te doen waarderen ze dat enorm.’ TvV / november/december 2013 15
Persoonlijk contact bieden bij het kennismakingsgesprek en zo een vertrouwensband opbouwen lukt het beste als je veel vragen stelt.
COMMUNICATIE MET FAMILIE EN MANTELZORGERS: WAT DOE JE WEL EN WAT NIET? Wel doen: • Veel vragen stellen over het leven van de bewoner. • Ruimte maken voor iedereens gevoelens en hen geruststellen. • Vragen wat zij zelf zouden willen doen. • Op de hoogte blijven houden; aan het eind van de eerste dag sowieso, daarna ook heel regelmatig. • Zoeken naar mogelijkheden om ook online te communiceren. Via www.cc-net.nl kunnen verzorgenden berichten en foto’s aan familieleden doorgeven. Niet doen: • Beloften doen over de zorg die je niet kunt waarmaken. • De indruk wekken dat zij zich aan jou moeten aanpassen. • Familieleden en mantelzorgers verplichten (of de indruk wekken dat je dat doet) taken over te nemen. • Geen of weinig tijd inruimen voor het afscheid; het komt regelmatig voor dat mantelzorgers afscheid te belastend vinden voor hun naaste. Bewust afscheid nemen van het oude vertrouwde huis is juist heel belangrijk. • Administratieve taken (zoals kleding merken) doen op de dag van de verhuizing.
16 november/december 2013 / TvV
STRAAL VEILIGHEID UIT Hoeveel positieve aandacht je mensen ook geeft, zeker in de eerste dagen kan een nieuwe bewoner snel boos of verdrietig zijn. Iemand helpen met de verandering om te gaan begint bij je houding, zegt Selma. ‘Als je een gevoel van veiligheid uitstraalt wordt het veel eenvoudiger voor je om iemand op zijn gemak te stellen. Probeer dwingende woorden als “moeten” zo veel mogelijk te vermijden. Blijf rustig en kalm, ook al is dat niet altijd makkelijk want verzorgenden hebben het heel druk. Maar besef wat een enorme overgang het voor mensen is, die nog eens groter is als ze bijvoorbeeld dementie hebben.’ Een zekere mate van theoretische kennis over de problematiek van bewoners is dan ook cruciaal, voegt Nienke toe. ‘Want als je hen meer begrijpt kun je een beter houvast zijn. Het maakt bijvoorbeeld echt verschil of iemand met dementie alzheimer heeft of een andere
Meestal hebben mensen wel zes weken nodig om te wennen aan de nieuwe situatie.
TIPS OM NIEUWE BEWONERS OP HUN GEMAK TE STELLEN Een veilige, rustige uitstraling, hoe krijg je die? Tips van Selma en Nienke: 1. Door de hurken gaan als je met iemand praat (voorkom een dominante houding). 2. Eerst contact maken en pas dan rustig uitleggen wat je voor iemand gaat doen. 3. Als een bewoner het zwaar heeft: jouw hand voorzichtig op zijn/haar hand leggen. 4. Opletten met het maken van oogcontact; sommigen vinden dat fijn, anderen niet. 5. Cliché, maar niet minder waar: rustig ademhalen. 6. Niet onzeker zijn, durf om hulp te vragen en accepteer dat je er soms niet uitkomt.
vorm, zoals vasculaire dementie. Mensen met vasculaire dementie presteren zeker in het begin gemiddeld genomen beter op geheugen dan mensen met alzheimer. Dus een vraag als “wat heeft u gisteren gegeten” kun je aan iemand met vasculaire dementie vaak nog wel stellen, maar aan iemand met alzheimer misschien beter niet.’
TOON EMPATHIE In de eerste dagen kan het voor een nieuwe bewoner ook lastig zijn om aan andere bewoners te wennen. Een eigen kamer is er tegenwoordig meestal wel, maar toch. Niemand gaat met iedereen even makkelijk om. Toch gaat er vaak wel een positieve dynamiek uit van de groep, ziet Selma. ‘Ze nemen elkaar onder hun vleugels.’ Belangrijk is ook hier weer dat je mensen goed kent, aldus Nienke. ‘Zijn er twee mannen die allebei bij Fokker hebben gewerkt? Zet ze samen aan een tafel. En is het toch
lastig wennen aan elkaar? Blijf dan zoeken naar die ene activiteit die iemand gelukkig maakt, dat helpt echt. In het begin moet je nog eens extra empathie tonen. Laat iemand na een moeilijk moment bijvoorbeeld even bellen met zijn dochter. Al is het maar drie minuten.’ Q
MEER INFORMATIE De handreiking Van thuis naar verpleeghuis is gratis te downloaden op www.kenniscentrumzorginnovatie.nl. Op www.gerkedeboer.nl kun je twee boeken van Gerke de Boer over kleinschalig wonen gratis downloaden, namelijk U woont nu hier en Zo doen we dat hier. Gerke biedt ook e-learning aan, evenals Nienke via haar website www.bijscholingouderenzorg.nl.
TvV / november/december 2013 17
OUDEREN EN COLLEGA’S LEREN OMGAAN MET MODERNE MEDIA
‘Dat app ik wel even door’ ‘Social media halen ouderen uit hun isolement.’ Dat zegt verzorgende IG Brian Plaisier (25), werkzaam bij het Marnix Revalidatiecentrum voor Ouderen in Vlaardingen. Voor zijn opleiding aan het Albeda College in Rotterdam deed hij onderzoek naar de vraag in hoeverre smartphones en computers zijn geïntegreerd in het leven van oudere zorgvragers. TEKST EN FOTO: IRENE MULLER-SCHOOF
H
et Marnix Revalidatiecentrum voor Ouderen in Vlaardingen is een heel nieuw centrum dat ouderen helpt te revalideren na een ziekenhuisopname. Dat doen ze met de modernste zorgtechnieken, die Brain Plaisier zich snel en gemakkelijk eigen maakt. Hij weet veel van grafische vormgeving, apps en computers én hij is verzorgende IG bij het Marnix Revalidatiecentrum. Toen hij voor zijn opleiding mbo 3 IG in de verdiepende periode een onderwerp voor een onderzoek moest hebben, was de keus dan ook snel gemaakt. Hij besloot uit te zoeken in hoeverre de ‘moderne mogelijkheden’ zijn geïntegreerd in het leven van oudere zorgvragers. ‘Tablets en smartphones zijn steeds meer voor ouderen toegankelijk door hun steeds eenvoudiger gebruik, maar hoe staan ouderen ertegenover?’
INSTRUMENTEN TEGEN VEREENZAMING Brian kwam erachter dat er grofweg twee gelijke groepen zijn: de ene groep staat open voor moderne media en kan niet meer zonder. De andere groep moet er niets van hebben. Ook niet als hij de mogelijkheden met simpele woorden heel duidelijk uitlegt; voor sommigen is dit al te moeilijk. Soms confronteert het ouderen met hetgeen ze niet (meer) 18 november/december 2013 / TvV
kunnen en dat kan pijnlijk zijn, weet Brian. Er zijn echter ook veel ouderen die wel de voordelen van moderne media inzien. ‘Een bewoonster van het Marnix heeft bijvoorbeeld veel contact met haar zoon in Thailand via een grote smartphone.’ Ook hoorde Brian met veel plezier een dame zeggen: ‘Dan app ik het wel even door.’ ‘Er is veel contact mogelijk met een tablet of smartphone, het haalt mensen uit hun isolement. Daarom zijn het instrumenten die we goed kunnen inzetten bij vereenzaming. Daarnaast zijn er voor geheugentraining veel digitale mogelijkheden. Maar ook hier is het belangrijk dat de oudere ervoor openstaat en niet te zeer wordt geconfronteerd met het “niet meer kunnen”.’
INFORMEREN EN STIMULEREN Als verzorgende kun je hierin een informerende en stimulerende rol spelen, weet Brian. ‘Je kunt je zorgvragers wijzen op handige apps als Pilalarm, een programmaatje dat aangeeft wanneer medicijnen moeten worden ingenomen. Met de app Geheugentrainer kunnen ouderen breinkrakers spelen, een aanrader voor mensen die vergeetachtig worden. Stimuleer het gebruik van apparaten als cliënten er een hebben en moedig ze aan contacten met de buitenwereld aan te gaan, zoals met vrienden of familie. Leer in eenvoudige taal uit te leggen wat al die nieuwe woorden zoals
internet, apps, downloaden en Facebook betekenen.’ Brian gebruikt zelf simpele beeldspraak om betekenissen uit te leggen. ‘De appstore, de winkel waar je apps downloadt, wordt verbeeld door de lucht. De wolken zijn de apps; de programma’s. Als je een app wilt downloaden, “haal je een wolkje uit de lucht”. Wanneer je eenvoudig wat basiskennis hebt uitgelegd, is het de kunst je zorgvragers te verleiden om zelf te gaan oefenen. Kauw niet te veel voor. Het is immers leuk om zelf dingen uit te proberen en te ontdekken. Vraag ze bijvoorbeeld of ze hun kleinkind kunnen vinden op internet, of hun lievelingsmuziek. Ga er daarbij niet van uit dat alle ouderen houden van Frans Bauer of André Rieu. Er bestaat geen gemiddelde oudere van tachtig! Sta open voor de unieke wensen van je zorgvrager, ook bij het gebruik van social media.’
VERSTANDIG EN VEILIG GEBRUIK Onlosmakelijk verbonden met het gebruik van computers en smartphones is het verstandig gebruiken ervan. Brian: ‘Het is erg belangrijk om ouderen te vertellen hoe ze voor hun veiligheid kunnen zorgen, zowel wat de mogelijke diefstal van de prijzige apparaten betreft als hoe ze op internet zichzelf en hun privacy kunnen beschermen. Als iemand een Facebook-account aan-
Brian Plaisier, verzorgende IG in het Marnix Revalidatiecentrum voor Ouderen in Vlaardingen én ‘moderne media-expert’.
maakt, kun je bijvoorbeeld bespreken welke instellingen er mogelijk zijn. Wie mogen er allemaal in een account meekijken? Wie kunnen de foto’s zien, of de berichten die je vanaf je vakantieadres stuurt? Besef dat vreemden soms misbruik kunnen maken van deze kennis. Uiteraard is het ook zeer belangrijk om ouderen bewust te maken van het feit dat banken via de mail nooit zullen vragen om pincodes en wachtwoorden.’
APPS VOOR VERZORGENDEN Niet alleen ouderen kunnen baat hebben bij alle nieuwe media, ook verzorgenden. Er zijn duizenden apps die van pas kunnen komen. Brian heeft zelf een app ontdekt met informatie over medicijnen die in Nederland worden verstrekt: FK, het Farmacotherapeutisch Kompas. ‘Handig om up-to-date te blijven en even te kunnen checken als je twijfels hebt bij de medicijnverstrekking.’ Maar, vult Brian aan: ‘Ga wel zorgvuldig met deze app om. Wanneer je medicijnen deelt en bij de zorgvrager op de FK-app op je smartphone gaat
checken of de dosering klopt of wat de bijwerkingen zijn, komt dat weinig professioneel over. Doe dit zorgvuldig uit het zicht van de zorgvrager.’ Verder raadt Brian alle verzorgenden aan om mediawijs te worden. ‘School je op het gebied van social media en zorg
dat je weet hoe je er verstandig mee kunt omgaan. Is er een mediabeleid in jouw organisatie? Mag je twitteren over je werk? Ben je vrienden op Facebook met je collega’s of je zorgvragers? Heb je nagedacht over de gevolgen? Ga dat eerst goed na.’ Q
DOE MEE & WIN! Bij Uitgeverij Scriptum is onlangs een handig boek uitgekomen: Social media voor senioren. Auteur Annet van Betuw ging in december 1995 online om informatie te vinden over de zeldzame chromosoomafwijking van haar oudste dochter. Die was er en ze vond ook andere ouders. Geen wonder dat ze internet omarmde. Vanzelf ging ze ook social media gebruiken. Sinds 2009 geeft ze trainingen en workshops social media. Daar ontmoet ze veel nieuwsgierige ouderen die anders met social media omgaan dan jongeren. Dit vormde de basis voor dit boek. TvV mag van Uitgeverij Scriptum een paar boeken weggeven. Interesse? Mail naar redactie.tvv@y-publicaties onder vermelding van ‘Social media’. Vergeet je adresgegevens niet! Niet gewonnen? Het boek is te koop voor € 14,95, ISBN: 9789055947775.
TvV / november/december 2013 19
Advertentie
Wij zijn de zorg
f
Al vana
0 5 , 8 6 € aand! per m
... en hebben onze eigen zorgverzekering!
www.izz.nl
‘Ik ben Fatima Advertentie Abdesslem, zelfstandig verpleegkundige in de thuiszorg’
• 1 op de 4 zorgmedewerkers heeft al een IZZ Zorgverzekering • 10% collectiviteitskorting • Ook voor studenten en ZZP-ers in de zorg
Corry van Son, mevrouw en meneer Van Gogh en Andrina Huibertse.
Andrina Huibertse wint V&VN Zorgaward met het project ‘Gast op de woning’ ‘Yes! We hebben ’m!’ Dat was de eerste gedachte van Andrina Huibertse, verzorgende IG bij Vivent, toen ze op 3 oktober de V&VN Zorgaward won. Ze ontving de prijs uit handen van Martin van Rijn, staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport voor het project ‘Gast op de woning’. TvV sprak met haar en met de twee andere genomineerden. TEKST: STAN VERHAAG | FOTO’S: IVONNE ZIJP
22 november/december 2013 / TvV
D
e V&VN Zorgaward is de prijs voor het meest vernieuwende project dat door een verzorgende is opgezet. ‘Met deze prijs willen wij verzorgenden, helpenden, zorghulpen en studenten helpen om meer bekendheid te geven aan goede praktijkvoorbeelden’, legt Monique Verkerk namens V&VN uit. ‘Ook geven we zo een goed beeld van de nieuwste ontwikkelingen op de werkvloer. In oktober deden we dat voor het zesde achtereenvolgende jaar.’ De keuze van de genomineerden en de winnaar van de V&VN Zorgaward gebeurt door twee jury’s: een vakjury en de verzorgenden die via de website van V&VN hun stem uitbrachten. Beide jury’s kozen het project ‘Gast op de woning’ van Andrina Huibertse tot winnaar. ‘Het project van Andrina is simpel van opzet, maar uiterst effectief’, schrijft de vakjury in haar rapport. Het houdt in dat ze voor de 64-jarige mevrouw Van Gogh een plekje vond om haar dag in te vullen: de woning in locatie Hof van Hintham in Den Bosch. Andrina werkt hier. Er wonen zeven mensen met dementie. En af en toe is er dus die gast: mevrouw Van Gogh.
KLIKTE METEEN Andrina vertelt hoe ze op het idee kwam voor haar project: ‘Het begon in januari van dit jaar met een gesprek dat ik had met een collega die bij de dagopvang in onze locatie werkt. Daar komen mensen met dementie een aantal dagdelen per week. Zo worden hun mantelzorgers ontlast. Er kwam onder anderen een vrouw die eigenlijk wat te jong was voor deze groep en die beginnende dementie heeft. Dat bracht mij op het idee om haar eens uit te nodigen om bij ons langs te komen. Wellicht zou het mogelijk zijn dat ze een dagdeel per week in onze kleinschalige woning zou verblijven die bedoeld is voor mensen met dementie. Haar echtgenoot was ook bij het gesprek, want hij is haar mantelzorger.’ Het klikte meteen. Ze besloten dat mevrouw Van Gogh een dag per week in de woning zou komen. Dat beviel wederzijds zo goed dat het al snel twee dagen in de week werden. Haar man brengt haar dan om tien uur ’s ochtends en haalt haar om vier uur weer op.
ALLEEN MAAR WINNAARS
KIPPENHOK BOUWEN
Het project van Andrina is niet alleen winnaar van de Zorgaward, het levert ook alleen maar winnaars op. Mevrouw Van Gogh wint omdat zij twee dagen in de week sociale contacten heeft en zich nuttig maakt door te helpen met allerlei huishoudelijke klusjes. ‘Als ze binnenkomt wil ze al snel weten welk klusje ze kan aanpakken’, zegt Andrina. ‘Ze helpt met de afwas, dekt de tafel en schilt de aardappels. Heel handig. En ze brengt leven in de brouwerij, dat is leuk.’ Meneer Van Gogh wint omdat hij tijd heeft voor zichzelf en als mantelzorger wordt ontlast. Daardoor neemt de kans toe dat hij het volhoudt – overbelasting is voor elke mantelzorger een gevaar. Bovendien krijgt hij als hij zijn vrouw brengt altijd de gelegenheid om zijn verhaal te doen. De medewerkers geven hem allerlei handige tips over hoe je het beste kunt omgaan met iemand die dementie heeft. Bijvoorbeeld als die persoon eens een mindere dag heeft of als die heel vaak dezelfde dingen herhaalt. Daarnaast winnen de medewerkers. Omdat mevrouw Van Gogh een type is dat graag de handen uit de mouwen steekt, kunnen zij hun aandacht nog meer aan de bewoners besteden. En ook niet onbelangrijk: mevrouw Van Gogh verhoogt de gezelligheid. Meneer van Gogh doet bovendien af en toe klusjes in de woning.
De jury is dan ook vol lof over de aanpak die Andrina heeft bedacht. ‘Opmerkelijk is de koppeling tussen doelmatigheid en kwaliteit. Het is een concrete patiëntgerichte oplossing die uitgaat van de mogelijkheden en die de eigenwaarde van mevrouw Van Gogh versterkt. Ook haar echtgenoot wordt op deze wijze ontlast.’ Begin oktober ontving Andrina een certificaat, de Zorgaward en 1000 euro voor besteding door haar team. Ze weet al waaraan ze dat geld zullen uitgeven: ‘We gaan een groot kippenhok bouwen hier in de tuin. Want dieren doen heel veel met mensen. Weet je wie het hok komt helpen bouwen? Meneer Van Gogh! Leuk hè?’ Intussen is Andrina bezig om haar project uit te breiden binnen Vivent, zodat nog meer cliënten met dementie en hun partners ervan kunnen profiteren.
RIEU BEU De andere twee genomineerde projecten wonnen dan geen prijs, ook deze ideeën zijn volgens de jury sterk. Het eerste werd bedacht door leerling-verzorgenden IG Marleen Pauw en Klaaske Enthoven van Woonzorggroep Samen in Schagen, Christa van der Fluit van Magentazorg in Bergen, en Elles Goedee van Vrijwaard in Den Helder. Hun project is een ‘Activiteitenwaaier voor elke verzorgende inspiratiebron’. ‘Steeds vaker wordt de activiteitenbegeleider in
Andrina Huibertse (rechts) vond een plekje voor de beginnend dementerende mevrouw Van Gogh om haar dag in te vullen.
TvV / november/december 2013 23
Gerard wil graag op vakantie Zorg jij daarvoor?
zonnebloem.nl/geefzorg Ben je verpleegkundige of verzorgende en wil je Gerard en andere mensen met een fysieke beperking een onvergetelijke vakantie bezorgen? Word dan ook vakantievrijwilliger! Kijk op zonnebloem.nl/zorg of bel (076) 564 63 50.
Zonder elkaar is iedereen alleen.
G]bXg%^i`] aY`XWcXYjYfd`]W\h DfcZYgg]cbU`gX]YkYf_YbaYhYYbaY`XWcXY [f]^dYb Xf]Y_YYfncjUU_]bV]^jYfacYXYbgjUb\i]gY`]^_ [YkY`XcZ_]bXYfa]g\UbXY`]b["
KYh jUb_fUW\h
www.meldcode.nl
een zorginstelling wegbezuinigd’, vertelt Marleen. ‘Welzijn hoort steeds meer bij het takenpakket van de verzorgende, maar in de opleiding wordt er weinig aandacht aan besteed. Wij vroegen ons af wat je nog meer kunt doen als je die dvd van André Rieu beu bent. Of als je even genoeg hebt van die sjoelbak en de bingo. Vooral aan bingo heb ik zelf een enorme hekel’, zegt ze eerlijk en met een brede lach. Daarop kwamen Marleen, Klaaske, Christa en Elles op het idee om een overzicht te maken van activiteiten in de vorm van een activiteitenwaaier met welzijnsactiviteiten voor cliënten. Ook is er een website waar je als verzorgende of activiteitenbegeleider leuke activiteiten kunt delen. En die activiteiten mogen heel simpel zijn, benadrukt Marleen. ‘Denk aan aardappels schillen. Ansichtkaarten plakken. Soep roeren. Een taart bakken. Plantjes inzaaien. Een activiteit hoeft echt niet lang te duren, dat vergeten mensen nog wel eens. Simpel en kort, dat zijn vaak de leukste activiteiten.’ Lang hebben ze gezocht of er niet al zoiets bestond als een activiteitenwaaier, vervolgt ze. ‘Er zijn natuurlijk wel boeken over activiteitenbegeleiding, maar daar staat dan eerst een heleboel theorie in. Wij wilden het vooral simpel houden en praktisch in het gebruik.’ Dat is Marleen en haar collega’s ruimschoots gelukt. Volgens de jury is de activiteitenwaaier ‘een creatief idee dat eenvoudig kan worden toegepast in de werk- of thuissituatie van cliënten’. ‘Kwaliteit van werk en kwaliteit van zorg gaan zichtbaar hand in hand. De medewerkers kunnen dingen oppakken die ze leuk vinden en die bij hen passen. En dat geeft cliënten ook keuzemogelijkheden en variatie’, aldus het juryrapport. Marleen: ‘Onze droom is dat elke verzorgende straks naast haar verbandschaar een activiteitenwaaier in haar schortzak heeft zitten.’
PANIEK BIJ BRAND De derde genomineerde voor de V&VN Zorgaward was het project ‘Wat te doen bij brand’. Dit idee komt van Fré Bosma en Karin Wagenaar, EVV’ers bij de locatie Maartenshof van Zorggroep Groningen. ‘Veel bewoners weten niet precies wat ze moeten doen als het brandalarm gaat’, vertelt Karin. ‘Tijdens oefeningen merkten we dat ze makkelijk in paniek raken. Eigenlijk ook niet zo vreemd als je bedenkt dat onze
De jury van de V&VN Zorgaward: ‘Het is een concrete patiëntgerichte oplossing die uitgaat van de mogelijkheden en die de eigenwaarde van mevrouw Van Gogh versterkt. Ook haar echtgenoot wordt op deze wijze ontlast.’
bewoners in een rolstoel zitten en altijd afhankelijk zijn van anderen. En dat de deuren automatisch op slot gaan zodra het alarm gaat. Zelf moet ik bij zo’n alarm naar beneden omdat ik bhv’er (bedrijfshulpverlener) ben.’ Hoogste tijd om mensen gerust te stellen, vonden Fré en Karin. ‘Dat kunnen we alleen maar doen door goede voorlichting te geven, zowel in het algemeen als tijdens het alarm. Daarom stelden Fré en ik een verbeterplan op. Het hield in dat we om te beginnen alle bewoners voorlichting hebben gegeven op hun afdeling. Zo brachten we het gesprek over dit onderwerp op gang. “Hoe reageert u op een brandalarm? Welke emoties spelen dan een rol? Hoe kun je rustig blijven?” We merkten dat die voorlichting en dat gesprek al geruststellend werkten.’
PUIK VOORBEELD Er was nog een andere maatregel die de bewoners op prijs stelden. Het personeel voerde de regel in dat er tijdens de overdracht van elke dienst twee dingen worden besproken: wie is de bhv’er en wie neemt de woning over als het alarm gaat? ‘Het betekent dat de ene bhv’er naar beneden gaat en dat de andere naar de mensen toegaat om te vertellen
wat er aan de hand is en om hen op te halen als dat nodig is. Daarbij bepalen ze eerst of er op dat moment toevallig iemand is die onder de douche staat. Die persoon krijgt dan als eerste aandacht.’ Karin en Fré deden nog meer om de bewoners te leren wat ze moeten doen bij brand. Op alle afdelingen hingen ze een affiche op met de titel ‘Wat moet u doen bij brand?’. Daarop staat kort en krachtig wat te doen als het brandalarm afgaat: ‘De deuren van de slaapkamers sluiten dan automatisch. Blijf rustig. U bent niet alleen, er is altijd personeel op de woning aanwezig. Blijf op de plek waar u bent, u wordt opgehaald door het personeel.’ Het affiche is ook toegevoegd aan het zogenoemde ABC-boek, dat informatie bevat over Maartenshof en op elke bewonerskamer ligt. Ook van dit project is de jury van de V&VN Zorgaward onder de indruk: ‘Een praktische oplossing voor bewoners om bij brand te weten wat te doen. Zonder meer een puik voorbeeld van denken vanuit de situatie van de cliënt (juist als het om risico’s gaat) – en daarnaar handelen. Een plan dat navolging verdient in andere instellingen. Ook op andere risicogebieden is het navolging waard.’ Q TvV / november/december 2013 25
VEEL LAAGGELETTERDEN WERKEN IN DE VERZORGING
Verzorgenden vinden goed soms best moeilijk
In Nederland hebben 1,1 miljoen mensen tussen de 16 en 65 jaar moeite met lezen en/of schrijven. Volgens het onderzoek Laaggeletterdheid in Nederland (*) werkt daarvan 25 procent in de zorgen welzijnssector, die daarmee de grootste sector in Nederland is waar laaggeletterden werkzaam zijn. Een gevoelig onderwerp, zo blijkt, met verstrekkende gevolgen voor de werksituatie. TEKST: SIGRID STARREMANS | FOTO’S: SHUTTERSTOCK
26 november/december 2013 / TvV
lezen en schrijven
D
e Nederlandse taal vond Ria (56), verzorgingshulp in de thuiszorg, altijd al moeilijk. Met lezen heeft ze niet zo veel problemen. Schrijven is lastiger. ‘Het is duidelijk leesbaar wat ik opschrijf, maar er zitten altijd wel een paar foutjes in’, vertelt ze. ‘Dat is vervelend als je in de thuiszorg werkt. Je staat er altijd alleen voor. Voorheen werkte ik in de gehandicaptenzorg. Daar kon ik meer in teamverband doen.’ Geschaamd heeft ze zich nooit voor haar tekortkoming. Ze heeft het altijd tegen haar collega’s verteld. ‘Anders merken ze het wel aan je rapportages.’ Toen ze via haar werk een taalcursus kreeg aangeboden, greep ze die mogelijkheid met beide handen aan. ‘Ik vind het heel goed dat ze dit aanbieden. Ik wil graag beter leren schrijven.’
STICHTING LEZEN & SCHRIJVEN Ria werkt bij ZZG zorggroep in Nijmegen. Teamcoach Manon van Tinteren van die organisatie werd meer dan een jaar geleden benaderd door Stichting Lezen & Schrijven voor het opzetten van een taalproject. Het doel van dit project was om medewerkers die niet goed kunnen lezen en/of schrijven – laaggeletterd noemen we dat officieel – te herkennen en hun een taalcursus aan te bieden. Veel laaggeletterden blijken in de zorg te werken. Manon vond het probleem herkenbaar. ‘Er zijn veel verzorgenden die niet of nauwelijks rapporteren. Als je ernaar vraagt zeggen ze vaak: “Ach, ik had geen tijd.” Later ging ik me afvragen: is het nou echt tijdgebrek of nonchalance, of misschien angst om te schrijven?’ Toen ze erover nadacht vond ze meer aanwijzingen voor mogelijke taalproblemen van medewerkers. Bij schriftelijke toetsen bijvoorbeeld maken veel verzorgenden schrijffouten. ‘En we gaven een keer per week een nieuwsbrief uit waarin heel praktische zaken werden
behandeld en dan belden er toch weer medewerkers met vragen waarvan de antwoorden in de nieuwsbrief stonden. Ik dacht: blijkbaar snapt niet iedereen wat er staat; ik moet de nieuwsbrieven laagdrempeliger maken en de inhoud anders formuleren.’
dit ook allemaal. Ze begrijpen informatie, zowel schriftelijk als mondeling, niet goed. Dit leidt in minder ernstige gevallen tot het niet kunnen lezen van werkroosters, maar in ernstiger gevallen tot het niet kunnen lezen van bijvoorbeeld veiligheidsinstructies.
ERNSTIGE GEVOLGEN
FOUTEN IN TEKSTEN
Niet kunnen lezen en/of schrijven is lastig als je een baan hebt als verzorgende of helpende. Medewerkers moeten steeds meer rapporteren, zorgplannen maken en vaak ook schriftelijk (kunnen) communiceren met de huisarts en de familie. In sommige gevallen kan laaggeletterdheid zelfs gevaarlijk zijn. Denk aan medewerkers die doktersvoorschriften of bijsluiters van medicijnen niet goed begrijpen. Manon was zich bewust van deze aspecten. Toen ze zich op advies van Stichting Lezen & Schrijven verdiepte in onderzoeken over het onderwerp, was ze echter verbaasd over de verdere vele gevolgen van laaggeletterdheid. Mensen die niet (goed) kunnen lezen en/ of schrijven komen minder goed mee in de maatschappij. Ze ervaren meer stress, hebben een lagere productiviteit, hebben minder doorgroeimogelijkheden en zijn minder flexibel inzetbaar. Bij laaggeletterde verzorgenden speelt
Laaggeletterdheid heeft dus nogal wat gevolgen. Niet alleen voor de persoon zelf maar ook voor de organisatie waar diegene werkt. Ook Antoinette van Schaik, coördinator van het opleidingscentrum van zorginstelling AxionContinu in Utrecht, is zich daarvan bewust. Deze instelling werd vorig jaar eveneens benaderd door Stichting Lezen & Schrijven om een taalproject voor de medewerkers op te zetten. Dit project had hetzelfde doel als bij de ZZG zorggroep in Nijmegen: het herkennen van laaggeletterde medewerkers en hun een taalcursus aanbieden. ‘Het probleem is in onze organisatie bekend’, vertelt Antoinette. ‘We zien het bijvoorbeeld op Familienet, een interactief Facebookachtig programma waarmee verzorgenden communiceren met de familie. Er worden regelmatig fouten gemaakt in de teksten.’ De verzorgenden die via Familienet communiceren zijn meestal eerstverantwoordelijke verzorgenden.
HOE HERKEN JE EEN MEDEWERKER DIE, MOGELIJK, LAAGGELETTERD IS? Hij of zij: • Vergeet afspraken. • Neemt formulieren mee naar huis. • Leest de werkinstructie of het werkrooster niet of erg traag. • Stelt vragen over zaken die al schriftelijk zijn gecommuniceerd. • Stuurt geen e-mails. • Beweegt de ogen niet over de tekst of het formulier dat moet worden gelezen. • Heeft moeite met het formuleren van vragen of een eigen mening. • Verzoekt herhaaldelijk om instructies.
TvV / november/december 2013 27
EEN LAAGGELETTERDE COLLEGA: EN DAN? TIPS VAN STICHTING LEZEN & SCHRIJVEN • • • •
• • •
Stel de medewerker op zijn gemak. Vertel dat hij/zij niet de enige is. Normaliseer het probleem. Vraag door: ‘Vind je het misschien moeilijk om het werkbriefje in te vullen?’, ‘Heb je moeite met het lezen van de werkinstructies?’, ‘Wat vind je ervan dat je moeite hebt met lezen en schrijven?’, ‘Zou je beter willen kunnen lezen en schrijven?’ Informeer hem/haar over oplossingen. Kom er in latere gesprekken op terug. Help hem/haar zich aanmelden voor een cursus lezen en schrijven. Voor taalcursussen in de buurt, bel 0800 - 023 44 44.
Stichting Lezen & Schrijven geeft gratis advies en ondersteuning aan zorginstellingen die laaggeletterdheid structureel willen aanpakken. Ze geeft presentaties en trainingen en stelt materiaal beschikbaar. Op www.taalwerkt.nl en www.lezenenschrijven.nl vind je veel informatie over laaggeletterdheid. Op www.oefenen.nl kun je online oefenen met lezen en schijven.
MBO-DIPLOMA EN LAAGGELETTERD Antoinette wist dat laaggeletterdheid onder helpenden en verzorgenden van alle niveaus voorkomt. Toch was ze verbaasd toen ze in het onderzoek (*) las dat 30 procent van de laaggeletterden een mbo-diploma heeft. ‘Op de niveaus 3 en 4 van het mbo is de laaggeletterdheid zelfs nog groter dan op de lagere niveaus.’ Bij AxionContinu werden al taallessen Nederlands aangeboden aan allochtone medewerkers. ‘Die mensen komen ook wel naar de lessen’, licht Antoinette toe. ‘Nederlands is niet hun moedertaal. Dat geeft hun een legitieme
reden om die taal niet goed te beheersen.’ Bij autochtone verzorgenden ligt dat anders. Laaggeletterdheid is een heel gevoelig onderwerp, een taboe. Om die reden wilde Antoinette ook geen verzorgenden uit de doelgroep vragen om mee te werken aan dit artikel voor TvV. Er is nu een groepje verzorgenden/helpenden van AxionContinu die een taalcursus volgen, maar het onderwerp bespreekbaar maken blijft een lastig punt. Antoinette: ‘Stichting Lezen & Schrijven heeft presentaties gegeven voor alle leidinggevenden om hen bewust te maken van het probleem. Het is de bedoeling
TIP VOOR MAKKELIJKE BOEKEN Uitgeverij Eenvoudig Communiceren maakt eenvoudig leesbare kranten en boeken voor mensen die moeite hebben met lezen. Bijzonder zijn de ‘hertaalde’ boeken van bekende schrijvers zoals Simone van der Vlugt en Herman Koch, maar ook oudere literatuur zoals werken van Multatuli en Jules Verne. Ook zijn er vele nonfictieboeken. Deze boeken zijn allemaal herschreven in eenvoudig Nederlands, en dat is een groot voordeel voor oudere, beginnende lezers. Zo zijn deze mensen niet beperkt tot kinderboeken. Meer informatie: www.eenvoudigcommuniceren.nl, www.boekenboeien.nl en www.leeslicht.nl.
28 november/december 2013 / TvV
dat ze het onderwerp in een werkoverleg of in een persoonlijk gesprek ter sprake brengen. Maar ook leidinggevenden vinden dat lastig.’ Ze hoopt op een sneeuwbaleffect. ‘We hopen dat mensen die de cursus hebben gedaan zo enthousiast zijn dat ze collega’s over de streep trekken. We verwachten dat de drempel dan ook lager zal worden.’
WERVINGSCAMPAGNE Ook Manon van ZZG zorggroep was zich bewust van de gevoeligheid van het onderwerp. Ze kreeg groen licht van de directie om de taalcursus op te starten en verzorgenden te werven bij de thuiszorg en in drie verpleeg- en verzorgingshuizen. Ze was echter bang dat er geen aanmeldingen zouden zijn. Dat viel mee. Op de informatiebijeenkomst kwamen 25 verzorgenden, terwijl er in de pilotgroep maar plaats was voor twaalf cursisten. Manon denkt dat het succes samenhangt met de aanpak van de wervingscampagne. ‘We hebben een soort ansichtkaart gemaakt waarop Bernadette, die op haar 55ste beter leerde lezen en schrijven, de doelgroep aansprak met de boodschap: “Wil jij net als ik beter leren lezen en schijven? Ga dan voor meer informatie of je aanmelden naar je leidinggevende. Wie weet gaat er ook voor jou een wereld open!” We hebben deze ansichtkaart onder alle verzorgenden verspreid. Door je niet op specifieke personen te richten haal je het onderwerp uit de taboesfeer. Als er leidinggevenden waren die bepaalde medewerkers op het
netvlies hadden, konden ze de ansichtkaart als bruggetje gebruiken tijdens een gesprek. Uiteindelijk is er gekozen voor medewerkers die de taalcursus het hardst nodig hadden.’
TWEE JAAR LES Bij AxionContinu wordt de taalcursus een keer in de twee weken gegeven, twee uur buiten werktijd. De duur van de cursus is onbeperkt. Bij ZZG zorggroep krijgen de betreffende medewerkers zes maanden lang drie uur per week les in de tijd van de baas. Er wordt niet alleen aandacht besteed aan lezen en schrijven maar ook aan het omgaan met de computer, het vergroten van de woordenschat en het invullen van specifieke formulieren van de organisatie. Bij beide organisaties is het de bedoeling om de effecten te meten. Nu is daar echter nog weinig over te zeggen. Manon: ‘Ik merk wel dat het zelfvertrouwen van sommige mensen is vergroot. In vergaderingen durven ze meer te zeggen dan voorheen. Dat is een bekend effect van het volgen van een taalcursus. Laaggeletterdheid hangt ook samen met spreek- en luistervaardigheden.’ Wat merkt Ria ervan, de verzorgingshulp die de taalcursus bij ZZG zorggroep
al bijna zes maanden volgt? ‘Schrijven gaat wat beter’, vertelt ze. ‘Maar het gaat wel langzaam. Wel kan ik me nu beter concentreren.’ Ria’s ervaring is geen uitzondering. Bekend is dat mensen gemiddeld zo’n anderhalf à twee jaar nodig hebben om zich echt goed te ontwikkelen als het op taalvaardigheden aankomt. Manon en Antoinette zijn daar ook van op de hoogte. Manon: ‘We
moeten nog bekijken op welke manier we met de taalcursussen doorgaan. En ook of we ze op meerdere locaties gaan aanbieden.’ Q (*) Laaggeletterdheid in Nederland. Resultaten van de Adult Literacy and Life Skills Survey (ALL). 2011. Expertisecentrum Beroepsonderwijs (ECBO en Maastricht University). www.ecbo.nl.
VAN LAAGGELETTERDE VERZORGENDE TOT ERGOCOACH
‘Ik werkte in die tijd als productiemedewerker bij Unilever’, vertelt hij. ‘Ik was eindverantwoordelijke, maar het viel mijn baas op dat hij nooit een handtekening van mij op de vrachtbrieven zag.’ Gerrit zorgde er altijd voor dat hij op het toilet zat als er moest worden afgetekend. Of hij zei dat hij zijn bril kwijt was. Zijn baas had hem door en was de eerste die hem op een taalcursus stuurde. Gerrit heeft moeite om dingen te onthouden. Vroeger op de basisschool zat hij in een klas met 49 kinderen. Omdat hij het tempo niet kon bijhouden werd hij al snel achteraangezet. Daar kreeg hij helemaal niets meer mee. Lezen ging nog wel. Maar schrijven heeft hij nooit goed geleerd. Gerrit heeft sinds zijn achttiende meerdere taalcursussen gevolgd. Hij ontdekte dat hij dyslectisch is. Hij schrijft nu beter dan vroeger maar helemaal perfect zal het nooit worden. Elf jaar geleden ontdekte Gerrit dat hij erg goed overweg kan met psychiatrische patiënten en dementerende ouderen. Ondanks zijn handicap haalde hij zijn diploma voor helpende. Schamen doet Gerrit zich allang niet meer, de docenten van de opleiding waren op de hoogte van zijn probleem. Met schrijven maakt hij fouten, maar ze zagen dat hij alles wist wat hij moest weten. Gerrit raadt collega’s die ook moeite hebben met taal aan om dat bekend te maken. ‘Dan kunnen ze er iets aan doen.’ Al weet hij dat niet iedereen daar goed op reageert. ‘Ik heb nu fijne collega’s maar dat is niet altijd zo geweest. Vroeger moest ik altijd de rommel opruimen. Ik mocht de rapportages niet doorlezen. En als mensen ziek waren werd mij nooit gevraagd wat ik ervan vond. Ik ben niet gek en seniel, dat heb ik ze zo vaak gezegd.’ Gelukkig is de situatie nu verbeterd. ‘Ik mag veel meer dingen doen. Ik berg stukken op in mappen, ik bel verschillende disciplines en ik schrijf. Onlangs ben ik zelfs ergocoach geworden. Ik word nu voor vol aangezien.’
FOTO: PRIVÉCOLLECTIE GERRIT KWAKKEL
Gerrit Kwakkel (57) is helpende bij Evean. Hij werkt met dementerende ouderen. Toen hij achttien was vroeg zijn toenmalige baas hem: ‘Kun je soms niet lezen en schrijven?’ Het doet hem nog pijn als hij eraan terugdenkt.
TvV / november/december 2013 29
‘Onder je handen voel je bewoners ontspannen’ TvV portretteert een ‘collega’ die geen verzorgende IG is, maar waar je in de beroepspraktijk mee te maken kunt krijgen. Deze keer: schoonheidsspecialistes en masseuses Ingrid Huisman en Ilse Brinkman. Zij behandelen gezicht, rug, nek, schouders, handen en voeten van bewoners van verpleeghuis Randerode in Apeldoorn. TEKST EN FOTO: CHRISTEL BOS
30 november/december 2013 / TvV
COLLEGA Hoe zijn jullie als schoonheidsspecialiste en masseuse in het verpleeghuis terechtgekomen? Ilse: ‘Ik werkte al als ziekenverzorgende bij Randerode en op mijn afdeling organiseerde ik met regelmaat een verwendag voor cliënten. Vanuit de sportmassage ben ik mij steeds meer gaan richten op ontspanningsmassage waarvoor ik verschillende cursussen heb gevolgd. Ik ben met het geven van massages opgegroeid. Pidjitten (Indisch masseren) was bij ons thuis heel gewoon. Als het lichaam van mijn vader vastzat, ging hij op de grond liggen en liepen wij als kleintjes met blote voeten over zijn rug, schouders en benen. Toen de kapsalon van Randerode zeven jaar geleden een facelift onderging, heb ik samen met een collega-schoonheidsspecialiste voorgesteld een schoonheidssalon te openen aan het binnenplein. Uiteindelijk zijn de schoonheidssalon en de kapsalon ondergebracht in een ruimte: Het Kroondomein.’ Ingrid: ‘Naast mijn schoonheidssalon aan huis ben ik altijd op zoek naar werkzaamheden of cursussen buitenshuis. Ik heb een tijdje bij een wellness-resort gewerkt, maar daar voelde ik mij niet op mijn plaats. Toen ik de advertentie tegenkwam waarin een schoonheidsspecialiste werd gevraagd bij Randerode, dacht ik meteen: “Dat is iets voor mij.” Ik heb er nooit spijt van gehad. Integendeel.’ Waaruit bestaan jullie werkzaamheden? Ingrid: ‘We doen diverse gezichtsbehandelingen en geven ook massages. Voor we beginnen met een gezichtsbehandeling reinigen we uitgebreid het gezicht. Daarna epileren of harsen we overtollig haar, geven een korte massage, een masker en sluiten af met een verzorgende dagcrème. Vaak brengen we nog lipstick en/of rouge aan. Kijkend in de spiegel genieten de cliënten zichtbaar van het resultaat. Bij een manicure gaan de handen eerst in een bakje water om de nagels goed schoon te maken. Daarna kan het vijlen beginnen
en het lakken van de nagels in een paar laagjes. De cliënten mogen zelf de kleur uitkiezen. Tot slot volgt nog een korte massage met een voedende handcrème. Voor de behandeling van de voeten komt op dinsdag de pedicure. Daarnaast geven wij ontspannende klassieke massages.’ Wat zijn de effecten? Ingrid: ‘Cliënten kunnen soms gespannen binnenkomen. Onder je handen voel je ze tot ontspanning komen. De meeste cliënten zitten in een “medische wereld” en maken zich zorgen over hun gezondheid. In de schoonheidssalon zijn ze even in een totaal andere omgeving en willen ze soms ook hun verhaal kwijt. We proberen het gesprek altijd een positieve of blije wending te geven, zodat de bewoner met een fijn gevoel de salon verlaat. Dat alles maakt ons werk zo inspirerend. Het geeft veel voldoening.’ Hoe belangrijk zijn verzorgenden voor jullie? Ilse: ‘Zij zijn onze eerste contactpersonen en geven bekendheid aan de salon, zoals tijdens het opnamegesprek. Dan krijgen nieuwe bewoners een warm-welkombon, waarmee ze 5 euro korting krijgen op een behandeling. Bij de volgende zorgplanoverleggen kunnen verzorgenden wijzen op het bestaan van de schoonheidssalon. Van de afdelingen waar de salon regelmatig onder de aandacht wordt gebracht, komen duidelijk de meeste klanten. Binnenkort bieden we medewerkers een workshop handen voetmassage aan zodat ze zelf in huiselijke kring kunnen masseren. Natuurlijk kun je intuïtief een massage geven, maar het is fijn als je weet wat je doet en je daar bewust van bent. Dat proberen wij de deelnemers mee te geven.’ Wat zijn de minder leuke kanten? Ingrid: ‘Het overlijden van cliënten raakt me nog steeds. Vooral in het begin had ik daar veel moeite mee. Er zijn mensen die ik zo intensief heb meegemaakt. Sommigen kwamen hier elke week.
Maar daartegenover staat dankbaarheid van de familie voor wat we hebben gedaan. We doen meer dan we soms denken. Zo hebben we een cliënt gehad die door omstandigheden weinig intimiteit heeft gekend. In de salon werd ze voor het eerst sinds lange tijd weer aangeraakt. Dat deed haar veel goed. Haar familie was zo dankbaar met deze fijne ervaring in haar laatste levensfase.’ Hoe zien jullie de toekomst van jullie vak? Ingrid en Ilse: ‘We hopen hier nog heel lang mee door te kunnen gaan. Het zou fijn zijn als we wat meer klanten in de salon krijgen. De behandelingen moeten zelf worden betaald. Op dit soort posten wordt het eerst bezuinigd. Maar je kunt natuurlijk ook voor een behandeling sparen of iemand een cadeaubon geven. Daarbij komt dat de meeste ouderen niet gewend zijn om naar de schoonheidsspecialiste te gaan. Maar de generatie voor wie een bezoek aan een schoonheidssalon heel gewoon is, is in toenemende mate al aanwezig. We hopen nieuwe klanten te krijgen met de komst van de revalidatieafdeling binnen Randerode. Vanuit Gelre ziekenhuizen komen mensen hier revalideren.’ Q
SCHOONHEIDSSALON HET KROONDOMEIN Ingrid Huisman en Ilse Brinkman runnen op maandagmiddag de schoonheidssalon Het Kroondomein op locatie Randerode van Zorggroep Apeldoorn en omstreken. Op dinsdag is er ook een pedicure werkzaam. Op de andere dagen is Het Kroondomein als kapsalon in bedrijf. De salon staat aan het binnenplein waarop ook de recreatiezaal, het restaurant, de winkel en het stiltecentrum uitkomen. Randerode biedt mogelijkheden op het gebied van wonen, revalideren en dagbehandeling. Er verblijven 320 cliënten zowel tijdelijk als permanent.
TvV / november/december 2013 31
TIPS & TRICKS SAMENSTELLING: MENNO GOOSEN
Tips gezocht!
Koken met de Swinhove Groep Gerrie de Heer, hoofd wonen en zorg bij de Swinhove Groep, schreef het Kookboek Kleinschalig Wonen. De Swinhove Groep ziet het kookboek als een manier om cliënten te activeren en hen actief te betrekoek bevat recepten voor ken bij de dagelijkse gang van zaken. Het kookb die van huis uit gewend en cliënt zoals rtjes hoofdgerechten en tussendoo De recepten met duidelijke zijn. Denk aan hete bliksem, rijstebrij en snert. woongroepen van acht perfoto’s en werkbeschrijving zijn bedoeld voor een woongroep samen met sonen. Het boek maakt het eenvoudig om in n. TvV publiceert regelmatig de bewoners een weekmenu samen te stelle je zelf een leuk recept dat een recept uit dit bijzondere kookboek. Heb bewoners? Mail ons! geschikt is voor een groep van minimaal acht
[email protected].
Draadjesvlees Benodigdheden voor 8 personen
1200 gram sukadelappen of runderlappen 250 gram boter 4 uien kjes maken Een pot runderbouillon of 500 cc uit bouillonblo 1 blik gepelde tomaten 1 klein blikje tomatenpuree 2 plakken ontbijtkoek 3 laurierblaadjes 4 kruidnagels 5 jeneverbessen 4 eetlepels azijn peper en zout
Bereidingswijze
beide kanten met peper en zout. 1. Bestrooi de sukade- of runderlappen aan schroei het vlees goed dicht aan en pan braad 2. Smelt de boter in een grote beide kanten. liefst in grove stukken in de jus. 3. Haal het vlees uit de pan en fruit de uien, tomaten en de tomatenpuree 4. Voeg de bouillon toe. Daarna de gepelde r. toevoegen en roer dit voorzichtig door elkaa onder staat, zo niet: voeg vlees het dat Zorg pan. de in 5. Doe het vlees terug dan wordt je vlees taai. dan heet water toe. Geen koud water want dit met alle andere kruiden 6. Snijd de ontbijtkoek in kleine stukjes en voeg toe. t rode wijn kan erbij. Laat het 7. Voeg als laatste de azijn toe, ook een scheu uur. Af en toe het vlees ompruttelen op een zeer laag pitje, mimimaal 4 jeneverbessen eruit voor het en jes draaien. Haal de kruidnagels, laurierblaad opdienen. Afgekoeld bewaren, dan trekTip: maak dit gerecht een dag van tevoren klaar. aardappelen, stoofpeertjes met r Lekke vlees. ken de smaken nog meer in het en witlof.
32 november/december 2013 / TvV
Heeft u tips voor uw collega’s in de verzorging? Mail ons:
[email protected]. Recensieexemplaren van boeken kunt u samen met een persbericht sturen naar: Redactie TvV, Postbus 10208, 1001 EE Amsterdam.
23-01-2014: Nursing Congres Pijn Pijn is een veelvoorkomend probleem. In Nederland lijdt maar liefst een op de vijf volwassenen aan chronische pijn. Tijdens het Nursing Congres Pijn leer je omgaan met de echte uitdagingen ten aanzien van pijn in de dagelijkse praktijk. Er wordt onder andere ingegaan op: pijn bij dementie, religieuze en culturele verschillen in pijnbeleving en de invloed van pijn op de psyche. Aanmelden en meer informatie: www.reedbusinessevents.nl.
Handig bij dementie Bij de meeste HANDIG BIJ mensen met DEMENTIE dementie gaat er veel achteruit, maar één ding gaat erop vooruit: het gevoels- en emotieleven. In dit boek leggen de schrijvers uit hoe dit komt en illustreren zij ook de enorme invloed die dit heeft op de omgang met mensen met dementie. Handig bij dementie bevat daarnaast praktische informatie over hulpmiddelen, woningaanpassingen en omgaan met gedragsveranderingen, zowel bij de dementerende persoon zelf, als bij de partners, kinderen, familie en hulpverleners.
MODERNE DEMENTIEZORG
MET VEEL AANDACHT VOOR DE EMOTIONELE EN PSYCHOLOGISCHE ASPECTEN VAN DE OMGANG MET DEMENTIE
OVER HET LEREND VERMOGEN EN VERDER... VAN MENSEN MET DEMENTIE OMGANG MET GEDRAGSVERANDERING PRAKTISCHE HULPMIDDELEN
WONINGAANPASSINGEN BIJ DEMENTIE TOONAANGEVENDE ‘GASTSCHRIJVERS’ MEEST GESTELDE VRAGEN TIJDENS ALZHEIMERCAFÉ’S
RUUD DIRKSE - LENIE VERMEER
Auteurs: Ruud Dirkse en Lenie Vermeer, uitgeverij: Kosmos, ISBN: 9789021555034, Prijs: € 22,95.
COLUMN ANNE MEI THE Hygiëne Schoor Leonie van den Eva Rensman en
Zu st er ov er de vloer
Gratis e-book over de thuiszorg van toen en nu
ers. Kraamzorg voor pasgeboren baby’s en hun moed aan ging Het verplichte tbc-krasje op school. Verple eens huis voor chronisch zieken. Iedereen heeft wel het zoals s anger met hun voorg te maken gehad met thuiszorgorganisaties, of vloer, de over r Zuste Het e-book Wit-Gele Kruis en het Algemene Groene Kruis. ontstaan en de ontwikkeling van het van al verha het t vertel nu en thuiszorg toen bewogen artsen kruisverenigingen zorg thuis. Over het prille begin, toen sociaal te bieden. En over de groei van oprichtten om ‘behoeftige gezinnen’ thuiszorg dheidszorg zich in razend tempo de kruisverenigingen na 1900, toen de gezon van de vrouwen (en een paar ontwikkelde. Het boek vertelt ook het verhaal deden. Zo droegen verpleegkundat ze mannen) die het werk uitvoerden en hoe te luchten als er tuberculose vaker huis digen in de jaren twintig mensen op hun te demonstreren tegen om op straat de was. En gingen zij in de jaren tachtig k wordt door stichting e-boo Het . apens salarisverlaging, maar ook tegen kernw an en Leonie van den Schoor. Else aangeboden en is geschreven door Eva Rensm ing-else.nl. Je kunt het gratis downloaden op www.sticht Thui sz or g, to en en nu
Eerste app over palliatieve zorg gratis beschikbaar De eerste app over palliatieve zorg is beschikbaar voor zowel Android- als iPhone-gebruikers. De app heet ‘Pal voor U, palliatieve zorg’ en is weliswaar nog bescheiden van omvang, maar bevat toch al veel basale informatie. Achter de negen opties die na het openingsscherm zijn te zien, zit een deel met vragen als ‘wat is palliatieve zorg?’ en ‘wat is het verschil tussen de palliatieve en de terminale fase?’. In een ander deel wordt beschreven hoe palliatieve zorg op grote lijnen op diverse locaties zoals thuis, verpleeghuis en ziekenhuis eruitziet. In weer een ander deel wordt informatie gegeven over de kosten van de zorg, of wordt ingegaan op veelvoorkomende medische beslissingen rondom het levenseinde. De app is een initiatief van Pal voor U.
Met ouderen in gesprek over hun levensverhaal ‘Mijn leven in kaart’ is een methode die handvatten biedt aan zorgverleners, familieleden en vrijwilligers om met ouderen een levensboek te maken. Het doosje bevat een handleiding en vijftig geïllustreerde themakaarten met (voorbeeld)vragen over vijf verschillende levensthema’s. In de handleiding wordt de methode uitgelegd en achtergrondinformatie gegeven over het belang van levensverhalen. De gebruiker krijgt ook veel tips over het voeren van gesprekken en het schrijven en vormgeven van het levensboek. Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum, ISBN: 9789036802840, prijs: € 34,95.
De laatste tijd hoor ik veel over verscherpt toezicht van de Inspectie voor de Gezondheidszorg met betrekking tot hygiëneen infectiemaatregelen. Natuurlijk moeten we zorgen voor de veiligheid van kwetsbare mensen. De vraag is echter of de cliënt in de langdurige zorg hiermee is gediend. In operatiekamers van ziekenhuizen is hygiëne van levensbelang. In verpleeghuizen is de trend al jaren: een zo hoog mogelijk welbevinden van bewoners. Het moet zijn ‘zoals thuis’. Het vreemde is dat thuis de Inspectie niet controleert. Terwijl mensen daar net zo kwetsbaar zijn en nog kwetsbaarder zullen worden. Het regeringsbeleid is er immers op gericht mensen langer thuis te laten wonen. Verpleeghuiszorg is vrijwel altijd palliatieve zorg. Het gaat dan niet meer om levensverlenging, maar dat de patiënt zich zo prettig mogelijk voelt. In onder toezicht gestelde organisaties heerst onrust. Het management kijkt naar elkaar: wie is verantwoordelijk voor deze sanctie? Op de werkvloer gaat alle aandacht naar naleven van de procedures. Ten kostte van de toch al schaarse tijd voor de cliënt. Moet hygiëne zoveel prioriteit hebben daar waar het is ‘zoals thuis’? Hoe verhoudt de top down handhaving van de inspectie zich tot de huidige bottom up tendens in de langdurige zorg van zelfsturende teams en regelvrije afdelingen? Hygiënemaatregelen kunnen daling van welbevinden betekenen en zelfs korter leven. Tijdens mijn verpleeghuisonderzoek ontmoette ik een sombere Surinaamse mevrouw. Ze at zo slecht dat haar gezondheid gevaar liep. Tijdens het multidisciplinaire overleg ging het maanden over het verbeteren van haar situatie. Een klacht was dat het eten niet smaakte. Mevrouw verlangde naar de rijst die ze altijd at. Op haar dienblad kreeg ze naast de bietjes, aardappels en gehaktbal een kommetje droge rijst. Iets anders kon de keuken niet leveren. Ze raakte het niet aan. De diëtiste bood aan thuis extra eten te maken en dat mee te nemen. De zorgmanager schudde haar hoofd: ‘Dat is niet volgens de verplichte HACCP-normen gekoeld en opgewarmd.’ De Specialist Ouderen Geneeskunde bestelde bij de toko rijst met hete kip. Mevrouw at het op medische indicatie. Anne-Mei The is hoogleraar Zorg en Dementie aan de UvA, lector Palliatieve Zorg aan de hogeschool Windesheim en initiatiefnemer van De Werkvloer Centraal. Deze column verscheen eerder in Het Parool.
TvV / november/december 2013 33
LEUKE PRIJZEN VOOR DE KERSTVAKANTIE EN HET NIEUWE JAAR
Doe mee & win! Speciaal voor de feestdagen regelde TvV een aantal mooie prijzen. Interesse? Mail voor 31 december naar
[email protected] onder vermelding van de prijs van je voorkeur en vergeet je adresgegevens niet! Geef ook een tweede voorkeur voor een prijs aan. De winnaars lees je in het januarinummer. SAMENSTELLING: MENNO GOOSEN
Geurenlotto SpelPlus biedt een uitgebreid assortiment met gezelschapsspellen voor ouderen en mensen met een beperking. De spellen zijn veelal speciaal voor hen ontworpen of voor hen geschikt gemaakt. Het bedrijf levert zowel aan zorginstelSpelPlus drie exemplaren lingen als aan particulieren. Wij mogen van een beroep doet op het dat spel weggeven van Geurenlotto. Een uniek del, dennenappel, de laven van geur de ruikvermogen. Herkent je cliënt doosjes met geuren, e illend versch dertig zee en nog vele anderen? Met ikt om vele keren gesch zijn s oosje geurd De voornamelijk uit de natuur. in gedachten en eemt meen en ouder dat spel opnieuw te gebruiken. Een ikt van één tot vijf spelers herinneringen aan vroeger oproept. Het is gesch twee jaar. Niet gewonnen? en de levensduur van de geuren is minimaal .spelplus.nl. Geurenlotto is te koop voor € 39,95 op www
De kracht van wilskracht Het nieuwe jaar staat weer voor de deur, dus ook het maken van goede voornemens. Wat ga jij aanpakken: slechte eetgewoontes, roken, vervelend gedrag …? Feit is dat, ondanks de beste bedoelingen, de meeste goede voornemens al binnen twee weken sneuvelen. Misschien kan het boek De kracht van wilskracht je helpen. Hierin treedt auteur Kelly McGonigal op als coach. Per hoofdstuk wordt steeds één basisidee besproken en de manieren om dit in te zetten voor je eigen doelen. Wij mogen van uitgeverij Nieuwezijds enkele exemplaren weggeven. Niet gewonnen? Het boek is te koop in de boekwinkel voor € 19,95. ISBN: 9789057123658.
Daginzichtagenda voor ouderen Ouderen met lichte dementie, afasie of die moeite hebben met dingen onthouden, hebben vaak geen duidelijk zicht op de activiteiten van de dag. Daarom introduceert Stichting Doe Maar Zo! de agenda Daginzicht. Iedere dag heeft zijn eigen kleur en drie schrijfvelden voor de ochtend, middag en avond. Het is mogelijk afspraken weer te geven in taal, maar ook in beeld door middel van pictogrammen. Alle elementen die voor afleiding kunnen zorgen, zijn eruit gehaald. Verder zijn er geen feestdagen opgenomen in het kalendergedeelte; daarvan is gebleken dat ze veel stress veroorzaken. In een los mapje zitten stickervellen met dertig verschillende pictogrammen voor dagelijkse activiteiten. TvV mag enkele agenda’s weggeven. Niet gewonnen? De agenda is te bestellen voor € 19,95 inclusief stickermapje met pictogrammen op www.daginzicht.nl.
34 november/december 2013 / TvV
Het Zuiderzeemuseum in Enkhuizen opent medio 2014 een nieuw en groot project in het buitenmuseum met de naam Waterwerken. De museale attractie laat kleine versies van de vijf voormalige Zuiderzee-eilanden (Marken, Pampus, Schokland, Wieringen en Urk) herrijzen uit het water. Het museum roept de hulp in van alle Nederlanders voor het toevoegen van een extra element dat typerend is voor spelen met water. Iedereen kan via www.zuiderzeemuseum.nl/waterwerken aangeven aan welke wateractiviteit, zoals vissen, bellenblazen of varen met een klompbootje, hij of zij de beste herinnering heeft als kind. Uit de inzendingen kiest het museum de leukste. Deze komt terug in Waterwerken zodat alle bezoekers hier plezier aan kunnen beleven. De ideeën kunnen tot en met zondag 5 januari 2014 worden ingestuurd. TvV mag van het Zuiderzeemuseum enkele toegangskaarten weggeven.
FOTO: MAARTEN SCHETS.
Kaartjes Zuiderzeemuseum
WAT DOE JIJ MET KERST?
Verzorgenden over werken met Kerstmis Conny Pols (53), verzorgende IG in een zorgcentrum, en Marianne Jansen (46), wijkziekenverzorgende IG, werken regelmatig en met veel plezier met de kerstdagen. In TvV vertellen zij hun mooiste belevenissen.
Marianne Jansen: ‘Ik dacht: de cliënt is zoek in de sneeuw’
‘Kerstmis komt eraan! Zoals elk jaar hebben we een paar bewoners gevraagd om te helpen met het opzetten van de kerstboom. Dit is erg gezellig en lijkt bijna op een echte familieaangelegenheid. Vorig jaar rond deze tijd kregen wij een nieuwe opname op onze afdeling. Het was een mevrouw die niet meer thuis kon wonen. Ze had zichzelf verwaarloosd en had geen netwerk van familie of mantelzorg om haar heen. Ze was eenzaam en wilde niet meer leven. Totdat ze bij ons kwam en deelnam aan het leven in onze instelling. Ze kwam weer onder de mensen en we zagen haar opknappen. Ze kreeg aanspraak en de aandacht waar ze zo naar hunkerde. Het is mooi om te zien hoe sommige mensen weer kunnen opbloeien. Twee weken voor kerst werd het tijd om de boel te versieren. De nieuwe bewoonster voelde zich vereerd om mee te helpen. Met veel ijver haalde ze de kerstballen een voor een uit de doosjes en hing ze op in de boom. Ondertussen praatte ze druk met de inmiddels gemaakte vriendinnen en rustte ze af en toe even uit op een stoel – ze zag er gelukkig uit. Ze telde weer mee, ze hoorde erbij en dat voelde ze. Toen het klaar was hoorde ik onze nieuwe bewoonster met de andere dames “O dennenboom” zingen. Daarna ging iedereen tevreden naar de eigen kamer. Even later kwam ik haar medicijnen brengen. Terwijl ik naar binnenliep zag ik dat ze huilde. Bezorgd vroeg ik wat de reden was van haar tranen. “O zuster,” zei ze, “ik ben al jaren niet meer zo gelukkig geweest als nu!” Het waren vreugdetranen en ik wist het zeker: zij had echt een gelukkig kerstfeest!’
‘Omdat ik bang voor vuurwerk ben, werk ik altijd met kerst in plaats van oud en nieuw. Op eerste kerstdag had ik een route van een collega overgenomen. Ik moest bij een dementerende cliënt zijn en opende haar deur. Mevrouw bleek spoorloos. Ik maakte me flink zorgen en belde de collega van wie ik de route had overgenomen. Zij vertelde lachend dat mevrouw was opgehaald door haar dochter. Lekker dan … Vervolgens bleek mijn auto vast te zitten in de sneeuw. Mijn wielen bleven slippen. Ik stapte kwaad uit en zag een man voorbij wandelen. “Zou u me misschien een handje kunnen helpen?”, vroeg ik vriendelijk. “Het is kerst, je denkt toch niet dat ik ook maar iets doe? Ik heb vrij en draag nette kleding”, was zijn norse antwoord. Ik stond versteld. Was dit wat ze bedoelden met “vrede op aarde”? Met een rood hoofd van frustratie belde ik de ANWB, toen er een stel Marokkaanse jongens op me afkwam. Geweldig, dit kan er ook nog wel bij, dacht ik. “Wat is het probleem, zuster?”, vroeg een van hen. Ik vertelde het verhaal en verwachtte dat ik zou worden uitgelachen. Maar de jongens zeiden bloedserieus dat ze me op weg zouden helpen. Ik keek stomverbaasd. “Ja,” zei de jongen, “we zagen hoe die man tegen je deed en vonden dat echt niet kunnen. Jij werkt op kerst om mensen te helpen en hebt nu zelf hulp nodig. Dus helpen wij jou.” De jongens duwden mijn auto aan, zodat mijn banden weer grip op de weg kregen. Ik heb ze hartelijk bedankt. Vervolgens reed ik weg met een flinke smile op mijn gezicht en zong ik luidkeels kerstliedjes mee op de radio. Elke kerst als ik moet werken denk ik hieraan terug. Iedereen heeft wel eens een grote mond over de jongeren van vandaag, vooral als ze een andere afkomst hebben. Maar wat was ik blij dat juist deze jongeren er voor mij waren.’
FO TO : PR IVÉ CO LL EC
TIE CO NN Y PO LS
Conny Pols: ‘Na het optuigen van de boom zag ik haar huilen’
Gelukkig 2014! De redactie van TvV wenst je heel fijne kerstdagen en een fantastisch 2014!
FOTO: SHUTTERSTOCK.
Lees Conny’s weblogs op www.nursing.nl/verzorgenden.
TvV / november/december 2013 35
FOT O: PRIV ÉCO LLEC TIE MA RIA NNE JAN SEN
TEKST: RHIJJA JANSEN
ECZEEM De rubriek klinische les besteedt aandacht aan veelvoorkomende
FABELS
ziekten en andere medische problemen van cliënten waar je mogelijk
De precieze oorzaak van eczeem is niet bekend. Wel is zeker dat een combinatie van factoren een rol speelt bij het ontstaan van de huidziekte. Erfelijkheid is een belangrijke factor. Allergenen, maar ook niet-allergenen die de huid irriteren, zoals zeep of afwasmiddel, kunnen een rol spelen. Er is (waarschijnlijk) geen relatie tussen voedselallergie en eczeem. Dat wil zeggen dat het eten van bepaald voedsel niet leidt tot verergering van het eczeem. Verder is uit wetenschappelijk onderzoek gebleken dat het vermijden van huisstofmijt, pollen of huidschilfers van huisdieren geen effect heeft op de ernst van het eczeem, de hooikoorts of de astma. Daarom wordt het aanpassen van de omgeving (zoals matrashoezen en gladde vloeren voor het verminderen van huisstofmijt) niet geadviseerd.
in je werk als verzorgende mee te maken krijgt. Overleg wel altijd met een arts of een verpleegkundige. In deze aflevering: eczeem. TEKST: MIRJAM BEDAF FOTO’S: SHUTTERSTOCK
E
czeem is de verzamelnaam voor verschillende huidziekten met eenzelfde soort huiduitslag. Kenmerkend voor eczeem is de droge huid en de ontstekingsreactie van de huid, zonder dat er een bacteriële infectie aanwezig is. De meest voorkomende vorm van eczeem is constitutioneel eczeem, ook wel atopisch eczeem genoemd. ‘Atopie’ is afgeleid uit het Grieks waarin het ‘op de verkeerde plaats’ betekent. Het wil zeggen
dat het lichaam een afweerreactie geeft op onschuldige stoffen, allergenen, zoals huisstofmijt of pollen, waardoor er een ontstekingsreactie in het lichaam ontstaat. Vaak wordt het een allergische reactie of allergie genoemd. Deze ontstekingsreactie kan zich uiten op verschillende plaatsen: in de huid als eczeem, in de slijmvliezen van de neus en de ogen als hooikoorts, in de luchtwegen als astma en in de slijmvliezen van het maag-darmkanaal als een voedselallergie.
KLACHTEN TIPS TEGEN JEUK • Was de huid niet met zeep en zeker niet met bad- of doucheschuim. Daardoor droogt de huid juist meer uit en wordt de jeuk alleen maar erger. Beter is het om bad- of doucheolie te gebruiken. • Smeer dagelijks in met een vette crème of zalf. • Verkoel een jeukende plek met een ijsklontje, met water met een scheutje azijn of met een vochtig washandje dat eerst een tijdje in de koelkast heeft gelegen. • Wollen kleding geeft snel jeuk. En ook ruwe kleren en kleding van nylon kunnen beter in de kast blijven. Het is verstandiger om luchtige katoenen kleren te dragen. • Inspanning en zweten veroorzaken jeuk. Daarom is het goed om na bijvoorbeeld intensief bewegen (kort) te douchen. • Zet de verwarming niet te hoog. Een te hoge temperatuur verergert de jeuk. • In de zon zitten is niet altijd nadelig, als er maar wat afkoeling (wind) bij aanwezig is. • Houd de nagels kort en draag eventueel ’s nachts verbandhandschoenen of katoenen handschoenen tegen het stukkrabben van de (jeukende) huid. • Stress kan eczeem en jeuk verergeren. Aan de andere kant kan een ernstige vorm van eczeem leiden tot psychische klachten en een verminderde kwaliteit van leven. Het is daarom verstandig hulp te vragen als er psychische problemen zijn.
36 november/december 2013 / TvV
Eczeem kan in principe op iedere leeftijd voor het eerst optreden. Bij baby’s is het eczeem vaak over het hele lichaam aanwezig, terwijl het bij kinderen tot een jaar of veertien vooral aanwezig is in de elleboog- en knieholten en op de polsen en enkels. Bij (jong) volwassenen komt het eczeem meestal chronisch met periodes van rust en verergeringen voor. Bij een acute eczeemaanval – die meestal een paar dagen duurt – is de huid warm, rood en gezwollen; het voelt alsof de huid in brand staat. Er verschijnen bobbeltjes en met vocht gevulde blaasjes. Sommige blaasjes gaan open en scheiden vocht af. Daarna drogen de blaasjes in tot korstjes, de huid wordt droger, gaat schilferen en wordt langzaam minder rood. In de chronische fase wordt de roodheid minder, maar neemt de schilfering toe en is de huid verdikt. De huidlijnen
worden grover dan normaal. Verder kunnen er in een stugge of droge huid kloven ontstaan. Het verloop van het eczeem is wisselend: periodes met weinig tot geen klachten wisselen zich af met periodes waarin het eczeem actief is. Acute en chronische fases kunnen na elkaar maar ook tegelijkertijd voorkomen. Jeuk is het meest vervelende verschijnsel van eczeem. Om de jeuk tegen te gaan is de verleiding groot om te gaan wrijven en krabben. Dat geeft misschien wat verlichting, maar is vaak helaas van tijdelijke aard. Sterker nog: het eczeem wordt juist erger door krabben. Het beschadigt namelijk de huid, waardoor bacteriën en schimmels gemakkelijker kunnen binnendringen. Hierdoor kunnen nieuwe irritaties,
beschadigingen en infecties ontstaan, die het eczeem en de jeuk verergeren.
DIAGNOSE Het stellen van de diagnose eczeem gebeurt aan de hand van het in kaart brengen van de ziektegeschiedenis (de anamnese), lichamelijk onderzoek en aanvullend onderzoek. De huisarts vraagt bijvoorbeeld hoe lang de klachten al bestaan, welke verschijnselen er optreden, of eczeem in de familie voorkomt en welke factoren van invloed zijn op het eczeem. Bij het lichamelijk onderzoek let de arts onder andere op de plekken waar het eczeem zit, de roodheid, de schilfering en de uitgebreidheid ervan.
MEER INFORMATIE www.huidarts.info: website van de Nederlandse Vereniging van Dermatologie en Venereologie. www.huidfonds.nl: website van de Stichting Nationaal Huidfonds. www.nationaalkompas.nl: website van het Nationaal Kompas Gezondheid met onafhankelijke en wetenschappelijk onderbouwde informatie over de volksgezondheid. www.beroepsziekten.nl/node/318: website over latexallergie als beroepsziekte. Meer informatie over de richtlijn ‘Contacteczeem. Preventie, behandeling en begeleiding door de bedrijfsarts’ van de Nederlandse Vereniging van Arbeids- en Bedrijfsgeneeskunde vind je op de website nvab.artsennet.nl.
Het is lang niet altijd nodig om aanvullend onderzoek te doen. De diagnose kan meestal al op basis van de anamnese en het lichamelijk onderzoek worden gesteld. Toch kan aanvullend onderzoek soms wel nuttig zijn. De meest uitgevoerde aanvullende onderzoeken zijn allergieonderzoeken, huidbiopten en huidkweken, waarbij de meest voorkomende allergieonderzoeken plakproeven, priktesten en bloedonderzoek zijn.
BEHANDELING Bij eczeem is sprake van een droge tot zeer droge huid. Het is daarom belangrijk dat het vochtgehalte van de buitenste laag van de huid, de hoornlaag, wordt verbeterd door bijvoorbeeld het aanbrengen van vette zalven of crèmes die ureum bevatten. Dit geldt niet alleen voor de eczeemplekken maar voor het hele lichaam. Ureum bevordert de opname van water door de huid, waardoor deze weker wordt. Schilfers verdwijnen sneller en kloven en branderige plekken nemen af. De eczeemplekken kunnen worden behandeld met een zalf of crème die corticosteroïden bevat, een zogenaamde hormoonzalf. Corticosteroïden remmen ontstekingen, verminderen het schilferen, stillen de jeuk en verminderen de zwelling. Voorbeelden zijn hydrocortison, triamcinolon en bètamethason. Bij uitgebreid en ernstig eczeem wordt TvV / november/december 2013 37
het behandeld met corticosteroïden in tabletvorm, zoals prednison. En als het eczeem geïnfecteerd raakt met bacteriën kan een antibioticumkuur noodzakelijk zijn.
HYPOSTATISCH ECZEEM Een vorm van eczeem die veel voorkomt bij ouderen die worden gezwachteld (compressietherapie) is hypostatisch eczeem. Het is te herkennen aan onscherp begrensde rode schilferige plekken op de onderbenen en veel jeuk. De oorzaak is chronisch veneuze insufficiëntie, afgekort als CVI. Bij deze aandoening wordt het bloed onvoldoende afgevoerd vanuit de benen, wat tot een opeenhoping van bloed(stuwing) leidt. Staand moet het bloed in de aderen − tegen de zwaartekracht in − naar boven worden gepompt. Dit gebeurt voornamelijk door de kuitspieren. In de aderen zitten kleppen die het terugstromen van het bloed naar de voeten verhinderen. Als die kleppen niet goed meer sluiten kan het bloed gemak-
kelijk terugstromen, zodat de druk in de beenaderen toeneemt. In het bloed dat achterblijft zitten onder andere ontstekingseiwitten en afweercellen. Via een tot nu toe nog onbekend mechanisme spelen al deze factoren een rol in het ontstaan van hypostatisch eczeem. Andere kenmerken van CVI zijn hyperpigmentatie, witte pijnlijke glanzende plekjes, een zwaar vermoeid gevoel bij stilstaan, spataders, vochtophopingen rondom de enkels, paars-rode bultjes en vlekjes en zweertjes. Hypostatisch eczeem breidt zich vaak uit, ook naar het andere been. Zelfs als daar geen sprake is van chronische veneuze insufficiëntie. Een lang bestaand hypostatisch eczeem is bovendien een risicofactor voor het krijgen van een allergische (eczeem)reactie op de gebruikte zalven of elastische kousen. De behandeling bestaat uit het aanpakken van de oorzaak, de chronische veneuze insufficiëntie. Het eczeem kan het beste worden behandeld met een lichte tot sterk werkende
corticosteroïdencrème. De crème moet dun op de benen worden gesmeerd en geeft vrij snel verlichting van de jeuk en de roodheid.
ECZEEM ALS BEROEPSZIEKTE Als verzorgende loop je net als kappers en schoonmakers een verhoogd risico op het krijgen van zogenaamd irritatief contacteczeem. Het herhaald handen wassen en het gebruik van zeep en latex handschoenen kunnen de oorzaak zijn. Veelvuldig handen wassen is nou eenmaal iets wat bij het beroep van verzorgende hoort. Toch is het goed om je handen niet met zeep te wassen maar met een zeepvrije emulsie, en je handen dagelijks (of meerdere keren per dag) met een vette crème of zalf in te smeren om uitdroging van de huid te voorkomen. Het ligt verder voor de hand om onnodig handschoengebruik te vermijden. Het gebruik van niet-gepoederde, eiwitarme handschoenen helpt ook om een latexallergie te voorkomen. Q
Speel de kennisquiz online:
Test jezelf Eczeemplekken kunnen worden behandeld met:
B de ontstekingsreactie
A corticosteroïden
C beide
B hydrofiele crème C calendula
2
Een ander woord voor constitutioneel eczeem is:
A allergisch eczeem
7
B atopisch eczeem C androgeen eczeem
Hypostatisch eczeem komt relatief veel voor bij:
A baby’s
Antwoorden
6
5A 6A 7C 8B
Kenmerkend voor eczeem is:
A de droge huid
1C 2B 3B 4B
1
www.tvvonline.nl/ Na het werk/ Kennisquiz
Uitslag
B jongeren
3
Er bestaat een relatie tussen voedselallergie en eczeem.
C ouderen
A Dat is waar
8
B Dat is niet waar
A wollen kleding
Welke kleding is het beste bij eczeem:
B katoenen kleding
4
Een acute eczeemaanval duurt meestal:
C nylon kleding
A een paar uur
0-3 goed Je weet nog niet voldoende. 3-6 goed De belangrijkste dingen weet je.
B een paar dagen
6-8 goed Je hebt het helemaal begrepen!
C een paar weken
5
Acute en chronische fases van eczeem kunnen na elkaar maar ook tegelijkertijd voorkomen.
A Dat is waar B Dat is niet waar
38 november/december 2013 / TvV
Elk goed antwoord levert een punt op. Tel al je punten bij elkaar op en bekijk de uitslag!
COLUMN REDACTIEADVIESRAAD COLOFON Tijdschrift voor Verzorgenden (TvV) is het vakblad voor verzorgenden IG, verzorgenden en helpenden, werkzaam in verpleeghuizen, verzorgingshuizen, thuiszorg, gehandicaptenzorg en kraamzorg. TvV is een gemeenschappelijke uitgave van Reed Business en de Stichting Publikaties voor Verpleegkundigen en Verzorgenden (SPVV). Uitgeverij: Reed Business Uitgever: Ben Konings Hoofdredacteur: Alexia Hageman Adjunct-hoofdredacteur TvV: Menno Goosen Eindredacteur: Cindy Lammers Tekstcorrecties: Marijn Mostart Redactiecoördinator tvvonline.nl: Rhijja Jansen,
[email protected] Redactieadres: Tijdschrift voor Verzorgenden, Postbus 10208, 1001 EE Amsterdam, tel. 020 - 520 60 77,
[email protected] Vaste medewerkers: Johannes Abeling, Christel Bos, Jos Heijnen, Rhijja Jansen, Irene Muller-Schoof, Roel Seidell, Sigrid Starremans, Stan Verhaag, Norbert Voskens, Jeroen Wapenaar, Ivonne Zijp Redactie-adviesraad: Marike van Nieuw Amerongen, Lucia van Milaan, Sietske Posthuma, José de Reus Advertenties: Cross Advertising 010 - 742 10 23,
[email protected] Marketing: Sejla Dmitrovic 020- 515 9787,
[email protected] Opmaakbegeleiding: Hans Jansens (Impaginator.nl) Druk: Senefelder Misset, Doetinchem Abonnementen: Abonnementen lopen automatisch door, tenzij uiterlijk 30 dagen voor de vervaldatum bij onze klantenservice wordt opgezegd via telefoonnummer 0314-358358. Kies de optie ‘vraag over het abonnement” en vervolgens de optie “abonnement opzeggen”. Ook voor informatie over uw lopende abonnement kunt u contact opnemen met onze klantenservice. Abonnementsprijzen: Per jaar, inclusief btw: Particulieren € 77,20 / Instellingen € 193,66 / Studenten € 36,17 Buitenlandse abonnees € 104,20 Bij betalen via acceptgiro wordt € 2,50 (incl. btw) aan kosten in rekening gebracht. Klantenservice: Postbus 808, 7000 AV Doetinchem, telefoon: 0314 - 35 83 58 (ma. t/m vr. 8.30-17.00)
[email protected] Wet Bescherming Persoonsgegevens: Je gegevens kunnen worden gebruikt voor het toezenden van informatie en/of speciale aanbiedingen door Reed Business Information en speciaal geselecteerde bedrijven. Heb je hier bezwaar tegen stuur dan een brief naar Reed Business Information, t.a.v. Adresregistratie, Postbus 808, 7000 AV Doetinchem. ISSN: 0921 - 5832
Nieuwswaardig jaar En dan is 2013 alweer bijna voorbij. Het afgel open jaar zal niet in de geschiedenisboeken komen als het meest dynamische jaar in de zorg. Er komt in het aankomende jaar nog veel op ons af. Dit wil overigens niet zeggen dat er in de zorgsector niets is gebeurd. Als de zorg een rapportcijfer zou krijgen voor het meest bespr oken onderwerp op radio, tv en internet, zouden we een dikke voldoende verdienen. Zorg bij Pauw & Witteman, Nieuwsuur, De Werel d Draait Door et cetera. Overal zijn we inmiddels bekend. Bijzonder is ook dat ineens een heleboel mens en ‘zorgexpert’ zijn geworden. Ik werk al 30 jaar in de sector en merk tijdens verjaarsfeestjes en andere festijnen dat er een duide lijke ‘kanteling’ is naar belangstelling voor de zorg. Voorheen kend e de zorg vooral een beperkte beeldvorming: ‘Moet je dan ook mensen wassen?’ of ‘Heb je wel eens iemand dood zien gaan?’ Nu kome n er hele discussies op gang. De heftigheid en dynamiek varië ren. Onderwerpen die hoog scoren zijn: het kan toch allemaal ande rs (lees: goedkoper), de managers verdienen (allemaal) absurd veel – iedereen kent wel een organisatie die voor kapitalen heeft gefraudee rd – en mantelzorgers moeten wel of toch weer niet voor hun oude rs zorgen, ook al wonen ze aan de andere kant van het land. Van belangstelling op een laag pitje naar belan gstelling met extreme uitschieters. Tussen deze twee uitersten zit echter een wereld die onopgemerkt en onbesproken blijft. En dat is de wereld van de verzorgende die weer een stap harder is gaan lopen omdat een collega ziek is. Die weer een kwartiertje langer blijft (en dit kwartiertje niet terugvraagt) omdat iemand is gevallen. Die terugkomt van een paar dagen vrij en met een brede grijs door de bewoner wordt ontvangen. Die met de familie tevreden terugkijkt op een afgesloten zorgtraject. Dit zijn de momenten die niet in de boeken komen, maar die je als verzorgende wel nodig hebt om je werk met plezier te kunnen blijven doen. Probeer dat maar eens uit te leggen op een feestje. Dat scoort niet, maar het werkt wel! Lucia van Milaan is ondernemer in de zorg, gespe cialiseerd in het uitleggen van de wet en regelgeving. Daarnaast is ze docen t Kwaliteitregister V&V. (Zie www.vmsa.nl)
TvV / november/december 2013 39
$JGH>C<R*K,R:CR*K0R
IG6@I:G:CR JR6AHRIGDJL:R
67DCC::
#!R!$)R %&R$R
#+" '+
,$R%%))$)R -%$$RR)"&$R
R+(%
* - , R
6RC66GRLLL ODG