Troonstraat 125 - 1050 Brussel Tel. 02 507 88 77 - E-mail:
[email protected] – www.gezinsbond.be/gezinspolitiek
Mei 2010
Waterbeleid Standpunt van de Gezinsbond
De leidraad in het standpunt van de Gezinsbond over het waterbeleid is gebaseerd op de volgende principes: Ieder gezinslid moet toegang hebben tot een basishoeveelheid water van hoge kwaliteit. Water moet beschikbaar zijn tegen een redelijke prijs, gebaseerd op een progressieve tarifering en met een vangnet voor gezinnen die in armoede leven. Duurzaam en rationeel watergebruik staan voorop, met stimulansen voor huishoudelijk gebruik.
Water is een schaars goed Water is voor de mens een levensnoodzakelijke grondstof. De mens is niet de enige gebruiker van water, het volledige ecosysteem van planten en dieren gebruikt zoet water. Slechts 2,5 % van het water op aarde is zoet en van die 2 ,5 % zit een kleine 1 % in meren, rivieren en grondwaterlagen. Water is ook een gemeenschapsgoed wat niet gebruikt mag worden als een politiek en/of economisch drukmiddel. In België wordt de zoetwatervoorraad (oppervlaktewater en grondwater) steeds meer bedreigd door vervuiling waardoor er steeds meer zuiveringsmechanismen nodig zijn om de normen voor het drinkwater te behalen. Door de hoge bevolkingsdichtheid, het grote aandeel verharde oppervlakte, het hoge waterverbruik en de overexploitatie van bepaalde grondwaterlagen treden er in Vlaanderen ook al tijdelijk lokale watertekorten op. Anderzijds worden we steeds vaker geconfronteerd met overstromingen. Na periodes van overvloedige regen worden grote delen van Vlaanderen getroffen door wateroverlast. Meer ruimte voor water is noodzakelijk. Naar aanleiding van de Wereldwaterdag van 22 maart 2010, werd recente informatie gepubliceerd over de waterproblematiek. Het rapport van WWF gaf indringende cijfers weer over de watervoetafdruk in verschillende landen waaronder België. De watervoetafdruk van de gemiddelde Belg bedraagt ongeveer 2.700 kubieke meter per jaar. De totale watervoetafdruk van België bedraagt 28 miljard kubieke meter per jaar. Wat interessant was aan het rapport is dat naast de hoeveelheid drinkwater die gemiddeld per Belg per dag worden geconsumeerd, zijnde 218 liter per dag per persoon, ook de liters water werden berekend die nodig zijn voor de productie van bijvoorbeeld kleding en voedsel (vooral vlees, suiker en katoen absorberen erg veel water). Natuurlijk zullen een aantal mensen kritisch zijn over de methodiek die gebruikt is om aan dit cijfermateriaal te komen. Zelfs in de veronderstelling Waterbeleid – Gezinsbond, mei 2010 - 1
dat deze cijfers bijgesteld zouden kunnen worden, geven ze toch veel reden tot nadenken. Tevens werd gesteld dat, aangezien België veel producten invoert, wij uiteindelijk maar voor 25% zelf in ons waterverbruik voorzien. Dit betekent dus dat de rest van het water verbruikt wordt in landen waarvandaan goederen naar hier worden geëxporteerd en dat zijn vaak landen met een watertekort. Neem bijvoorbeeld een kopje koffie. Die bevat 20 cl water, maar om die koffiebonen te telen, hadden de koffieplantjes veel water nodig: zo'n 140 liter voor één kopje koffie. Dit is een belangrijk element als we willen kijken naar duurzaam waterverbruik. Duidelijk is dat een duurzaam waterbeleid niet op zichzelf staat en gekoppeld is aan vele andere beleidsdomeinen. Duidelijk komt in deze cijfers naar voren dat in België de landbouw verantwoordelijk is voor het grootste aandeel waterverbruik (93,6 %), gevolgd door de industrie (3,5 %) en huishoudens voor 2,9 %. Wat betreft huishoudens doen bijvoorbeeld Nederland en de UK het veel beter. De cijfers van de Vlaamse Milieumaatschappij geven een ander beeld: ‘wie spreekt over watervervuiling en watergebruik kijkt vaak met een beschuldigend oog naar de landbouw en de industrie. Maar het aandeel van de gezinnen is ook aanzienlijk. De huishoudens zijn goed voor 33 % van het totale waterverbruik. Van het leidingwater nemen gezinnen zelfs 57 % voor hun rekening’. Het grote verschil in de cijfers wordt verklaard door de verschillende methodiek: de watervoetafdruk kijkt naar de hoeveelheid irrigatiewater die planten verbruiken, blauw water. Daarnaast wordt ook het water dat door neerslag rechtstreeks op de akkers valt ingecalculeerd: het zogenaamde groen water. Bij de becijfering van VMM worden ook KMO’s gerekend wat geen zuiver beeld geeft over het verbruik van de huishoudens. Gezien de methodieken resulteren in zó sterk uiteenlopende cijfers, vraagt de Gezinsbond de overheden om eenduidige cijfers van consumptieverbruik in de verschillende sectoren te leveren. Om beleidskeuzes te maken, is eenduidig cijfermateriaal nodig zodat prioriteiten op een solide basis kunnen worden gelegd.
Water is een basisgoed Water is een basisgoed waarvan de beschikbaarheid over een minimale hoeveelheid dus gewaarborgd dient te worden. Dit wordt in de praktijk geconcretiseerd door de gratis levering van een hoeveelheid drinkwater per gezinslid. Dit is vastgesteld op 15m3 per gedomicilieerde per jaar. Deze maatregel, die wordt berekend per gezinslid, ondersteunt de gezinsdimensie. Een gezin met meer leden heeft immers nood aan een grotere minimale hoeveelheid water dan een alleenstaande. Om rationeel omgaan met water te stimuleren is de Gezinsbond voorstander van een progressieve tariefstructuur in functie van het verbruik per persoon. De gratis levering kan bovendien worden beschouwd als een onderdeel van dit progressieve tarief. Volgens ons moeten de kosten voor de gratis hoeveelheid van drinkwater wel verhaald worden via de hogere verbruiksschijven en niet via het vast recht. Op termijn pleiten we zelfs voor een verdwijnen van dit vast recht. In de adviezen van de Minaraad van 19 februari 2009 over de verantwoordelijkheden en bevoegdheden in het waterzuiveringsbeleid en de beleidsnota leefmilieu en natuur van 26 november 2009 staat ‘Een adequaat progressief systeem van tarifering heeft een grote potentie om overgebruik (zwembaden, tuinsproeiers) en piekverbruik te ontmoedigen én zet aan tot meer efficiëntie. De Raad wijst erop dat de vrijstelling van 15m3 per persoon al een Waterbeleid – Gezinsbond, mei 2010 - 2
eerste vorm van progressieve tarifering inhoudt. De Raad beveelt dan ook aan om een verdere vorm van progressieve tarifering te overwegen voor huishoudelijke klanten.’ De Gezinsbond is voorstander van een prijsstructuur met een betaalbaar basispakket en een verrekening hiervan in hogere verbruiksschijven, rekening houdend met het aantal gezinsleden. Voor ons is het dan ook essentieel dat de gratis hoeveelheid water, als onderdeel van het systeem van progressieve tarifering, behouden blijft aangezien: het een ondersteuningsmaatregel is voor alle gezinnen met kinderen een gewaarborgde minimale levering geeft het de gezinsdimensie ondersteunt gegeven dat grotere gezinnen nood hebben aan meer water het voordeel relatief groter wordt bij zuinig gebruik De oplossing naar een rationeel waterverbruik vraagt om een meersporenbeleid over alle sectoren heen. Wij willen er dan ook op wijzen dat naast een progressieve tarifering tevens andere maatregelen nodig zijn die verder in dit document worden uitgewerkt.
Water wordt een kostbaar goed De afgelopen jaren is de kostprijs van water vooral verhoogd door de kostprijs voor de zuivering van afvalwater. Volgens cijfers (gegeven door Test-Aankoop) is de waterprijs, rekening houdend met de inflatie, voor een verbruik van 120 kubieke meter (waterverbruik voor een gezin van 3 personen) sinds 2005 met 42 % gestegen. Dit betekent dat we als gemiddeld gezin ongeveer 1 euro per dag voor (de levering van?) leidingwater betalen. Volgens een rapport van de SERV uit 2008 is de integrale waterprijs tussen 2006 en 2008 toegenomen met gemiddeld 31 %. Deze stijging is vooral te verklaren door de sterke toename van de gemeentelijke saneringsbijdrage (inzameling van afvalwater en afvoer). De waterprijs stijgt. Er moet ook een zekere prijs tegenover water staan anders wordt het niet als een kostbaar goed ervaren. Wel is zo dat de factuur van de stijgende kostprijs, vooral door de toename van de gemeentelijke saneringsbijdrage, niet zomaar verhaald mag worden op huishoudens. Water wordt steeds duurder en die trend zal zich in de toekomst voortzetten. Basisgoederen dienen echter aan een betaalbare prijs beschikbaar te blijven voor elk gezin, zonder daarbij verspilling in de hand te werken. Gezinnen in armoede dreigen de waterfactuur niet meer te kunnen betalen. De sociale effecten van de prijsstijging van water (en energie) baren de Gezinsbond zorgen. De prijzen verschillen sterk binnen Vlaanderen. Dat blijkt ook uit het rapport van de SERV uit 2008 en tevens uit cijfers van Test-Aankoop. Voor het verbruik van 120 m3 per jaar (gemiddeld voor een gezin bestaande uit 3 personen) wordt in Voeren 77 % minder betaald dan in Kraainem. De tarieven kunnen verschillen vanwege de manier van waterwinning en het transport. Een verschil in tarifering door een hogere abonnementsprijs ten opzichte van geen of progressieve tarifering die op verschillende niveaus zijn vastgesteld, kunnen niet. Daarvoor moet een algemeen kader worden opgesteld.
Waterbeleid – Gezinsbond, mei 2010 - 3
Daarnaast zouden ook denkpistes de ronde doen om de abonnementsprijs te koppelen aan het aantal gedomicilieerden in plaats van een forfaitair bedrag per wooneenheid. De abonnementsprijs is echter een prijs ter vergoeding van de vaste kosten per leverpunt en kan niet gelieerd worden aan het aantal gedomicilieerden! Dit lijkt op een verkapte manier om de gratis hoeveelheid water per gezinslid te financieren terwijl de Gezinsbond er juist voor pleit deze te financieren via de hogere verbruiksschijven van een progressief tariefsysteem. De Gezinsbond is van mening dat basisgoederen aan een betaalbare prijs beschikbaar dienen te zijn voor elk gezin zonder daarbij verspilling in de hand te werken. Daarvoor is het nodig dat: een transparant prijsbeleid en betere informatie over prijsstructuur gelden. er extra maatregelen voor kwetsbare gezinnen komen. waar mogelijk de kostprijs van water wordt gelijk getrokken over heel Vlaanderen de abonnementsprijs louter de vaste kosten per leverpunt mag dekken.
Rationeel en duurzaam waterverbruik Huishoudens zijn vaak aangewezen op drinkwater van hoge kwaliteit (via de waterleiding) voor allerlei laagwaardige toepassingen zoals het spoelen van het toilet, schoonmaken, besproeien van de tuin en het wassen van auto's. Het is dus essentieel dat leidingwater van een dergelijke hoogwaardige kwaliteit in de toekomst enkel wordt gebruikt voor die toepassingen waarvoor het noodzakelijk is en dan denken we vooral aan drinkwater en voedselbereiding. Voor laagwaardige toepassingen dient regenwater en grondwater gebruikt te worden. Bij nieuwbouw is reeds een regenput verplicht. Met een regenput kan een gezin gemiddeld tussen 1/3de en de helft van zijn leidingwaterverbruik besparen. Gewenst bijkomend effect is dat op deze wijze een gezin op zijn drinkwaterfactuur bespaart, als ook op de bovengemeentelijke saneringsbijdrage. Gezinnen kunnen en willen hun steentje bijdragen aan duurzaam en rationeel waterverbruik: de aard van het verbruik is het probleem en daar dient iets aan gedaan te worden. De nodige instrumenten moeten ontwikkeld worden naar analogie met de energiebesparende maatregelen. Hier volgen een aantal voorbeelden: Informeren en sensibiliseren Het dagelijkse gewoontegedrag van gezinnen moet veranderen. Daartoe hebben gezinnen nood aan informatie en zou het enorm verhelderend werken mocht je weten hoeveel water je verbruikt voor het wassen van een auto of het sproeien van je tuin. Sinds de eenmaking van de waterfactuur in 2005 weten gezinnen dat zij niet alleen betalen voor de levering van drinkwater, maar ook voor de inzameling en zuivering van het water. Hierdoor zouden gezinnen zich bewuster moeten worden van de kostprijs van water. Daarnaast is verder sensibiliseren ook nodig van ouders en kinderen (die hun ouders op hun beurt weer sensibiliseren!). Heel wat water kan immers bespaard worden door eenvoudige en goedkope ingrepen zoals water niet laten lopen bij handen wassen en tanden poetsen, spoelwater opvangen, minuutje korter douchen, enz. Ook allerlei eenvoudig aan te brengen waterbesparende technieken kunnen worden toegepast zoals spaardouchekoppen, droogtoiletten, Waterbeleid – Gezinsbond, mei 2010 - 4
waterzuinige wasmachines, enz. In Nederland zijn er bijvoorbeeld ook al gemeenten die een gratis regenwatertank ter beschikking stellen (misschien een kleine bijdrage, maar alle beetjes helpen). Anderzijds gebruiken maar weinig gezinnen leidingwater effectief als drinkwater. Nochtans is dit water is dit zeker even kwaliteitsvol als flessenwater. Bovendien is het veel goedkoper en creëert het geen afvalbeleid. Energieconsulent ook waterconsulent Net als voor energie is het voor gezinnen niet altijd evident om water te besparen en een wegwijs te worden uit de verschillende maatregelen die ze bestaan. De Gezinsbond heeft een zeer succesvol initiatief genomen: de energieconsulent. Dergelijke consulenten zouden tevens gezinnen kunnen adviseren over rationeel waterverbruik en alle mogelijke investeringen aangezien deze inherent aan elkaar verbonden zijn. De bestaande programma's rond energiebesparing zouden rationeel waterverbruik moeten opnemen. Investeren stimuleren Er bestaan premies voor bijvoorbeeld regenwaterputten en infiltratievoorzieningen, maar deze zijn echter afhankelijk van het intekenen van een gemeente op de samenwerkingsovereenkomst met de Vlaamse overheid. Of de gemeente hier budget aan kan of wil besteden hangt af van de prioriteiten en budget van de gemeente. Een algemene Vlaamse premie is nodig om de toegankelijkheid voor een ieder te waarborgen en geen verschil meer te laten bestaan in de hoogte van financiële ondersteuning tussen gemeenten. Andere mogelijke investeringen: ontkoppeling (scheiden van regenwater en afvalwater), afleiden en opvangen van regenwater (naar een gracht achteraan het terrein bijvoorbeeld), reïnfiltratie van regenwater of huishoudelijk afvalwater van een IBA (individuele behandeling van afvalwater). De Gezinsbond is van mening dat gezinnen die investeren in waterbesparende technieken fundamenteler moeten worden ondersteund via premies. Een ondersteuning van een hogere overheid (bv. gewest) mag echter niet gekoppeld worden aan het beleid van een andere lagere overheid (bv. gemeente). Individuele watermeter per wooneenheid en/of een ‘slimme’ meter De consument wordt nu bewuster gemaakt van de kostprijs van water, maar deze maatregel is alleen maar effectief indien alle wooneenheden met een individuele watermeter zijn uitgerust om de waterconsumptie te meten. Ook moet veel onderzoek worden gedaan naar nieuwe technologieën. Uiteindelijk zou ook een slimme water meter een oplossing kunnen bieden. Grondige bestudering is echter wel geboden. Ervaringen uit andere sectoren (energie) en landen moeten eerst onder de loep worden genomen. Daarnaast stelt de Gezinsbond dat: er geen bijkomende kosten voor de gebruikers bij horen. er een zeer nauwkeurig wettelijk kader geldt gezien de privacy. het geen verplichting is, maar een keuze van de gebruiker zelf. _________________ Waterbeleid – Gezinsbond, mei 2010 - 5