Tebodin Netherlands B.V. Laan van Nieuw Oost-Indië 25 • 2593 BJ Den Haag Postbus 16029 • 2500 BA Den Haag Telefoon 070 348 09 11 • Fax 070 348 05 14
[email protected] • www.tebodin.com • www.tebodin.nl
Opdrachtgever: Gemeente Nijmegen Project: Warmteleidingen Nijmegen
Ordernummer: 40389.00 Documentnummer: 1912002 Revisie: A Auteur: J.P.A. Twaalfhoven Telefoon: +31 70 3480 508 Telefax: +31 70 3480 600 E-mail:
[email protected] Datum: 12-08-2009
Tracéstudie warmteleidingen ARN-Waalsprong te Nijmegen Fase 2
Tebodin Netherlands B.V. Ordernummer: 40389.00 Documentnummer: 1912002 Revisie: A Datum: 12-08-2009 Pagina: 3 van 52
Inhoudsopgave
Pagina
1
Inleiding
5
2
Beschrijving tracés en bestuurlijke afweging
6
2.1 2.1.1 2.1.2 2.1.3 2.2 2.3 2.4 2.5
Beschrijving tracés fase 1 Tracé via Stadsbrug Spoorbrugtracé Tracé via Weurt Bestuurlijke afweging Beschrijving tracés fase 2 Kruisen Maas-Waal kanaal Kruisen Waal
6 7 8 8 8 9 10 10
3
Aannames en uitgangspunten
11
3.1 3.2 3.3 3.4
Uitgangspunten Aannames Onderhoud Bevestiging leiding aan een brug
11 12 12 13
4
Tracésecties
14
4.1 4.2 4.3 4.3.1 4.3.2 4.3.3 4.3.4 4.3.5 4.3.6 4.3.7 4.3.8 4.3.9
Inventarisatie kabels en leidingen Leidinglocatie in wegprofiel Knelpunten in tracés Knelpunt sectie 1A en 1B Knelpunt sectie 1A - Maas-Waal d.m.v. ophanging Neerbosschebrug Knelpunt sectie 1B - HDD kruising Maas-Waal t.h.v. Neerbosschebrug Knelpunt sectie 1C - HDD kruising Maas-Waal t.h.v. Lindenhoutseweg Knelpunt sectie 2A - Energieweg tussen Neerbosscheweg en Ambachtsweg Knelpunt sectie 2B - Energieweg tussen Ambachtsweg en Industrieplein Knelpunt sectie 2C - Energieweg tussen Industrieplein en Stadsbrug Knelpunt sectie 3A - Waalkruising d.m.v. ophanging Stadsbrug Knelpunt sectie 3B - Waalkruising d.m.v. HDD
15 17 19 19 19 20 22 22 24 25 26 27
5
Gevoelige gebieden
29
5.1 5.2 5.3 5.4
Waterwingebied Habitatrichtlijn Stiltegebieden Archeologische verwachtingswaarde
29 29 31 32
6
Bodem en grondwater
33
6.1 6.2 6.3 6.4
MER (Milieu Effect Rapportage) Grondsamenstelling Waal Bodemverontreiniging Grondwater
33 33 36 39
Tracéstudie warmteleidingen ARN-Waalsprong te Nijmegen Fase 2
Tebodin Netherlands B.V. Ordernummer: 40389.00 Documentnummer: 1912002 Revisie: A Datum: 12-08-2009 Pagina: 4 van 52
6.5
Explosieven
42
7
Vergunningverlenende instanties en risico’s
43
7.1 7.2
Vergunning verlenende instanties Risico’s
43 43
8
Kostenraming
45
9
Wegingscriteria
47
9.1 9.2
Criteria kosten Criteria uitvoerings- en beheer fase
47 48
10
Conclusie
50
10.1 10.2 10.3
Fase 1 Fase 2 Aanbevolen tracé
50 50 51
Bijlagen Documentnummer Rev
Titel
1922001
A
Kostenraming warmteleiding Nijmegen
1951001
0
Overzichtskaart Warmteleidingen ARN naar Waalsprong
1951002
0
Overzichtskaart Warmteleidingen met relevante K&L - sectie 1A & 1B
1951003
0
Overzichtskaart Warmteleidingen met relevante K&L - sectie 1C
1951004
0
Overzichtskaart Warmteleidingen met relevante K&L - sectie 2A & Ambachtsweg sectie 1C
1951005
0
Overzichtskaart Warmteleidingen met relevante K&L - sectie 2B & 2C
1951006
0
Overzichtskaart Warmteleidingen met relevante K&L - sectie 3A/B
• • • • • • •
Foto’s veldverkenning; Tekening Rijkswaterstaat profiel Waal; Tekening Rijkswaterstaat profiel Maas-Waal kanaal; Tekening Waterschap Rivierenland profiel kade Waalfront; Kaarten gevoelige gebieden; Kaart archeologische verwachting; Kaarten bodemverontreiniging.
Tracéstudie warmteleidingen ARN-Waalsprong te Nijmegen Fase 2
Tebodin Netherlands B.V. Ordernummer: 40389.00 Documentnummer: 1912002 Revisie: A Datum: 12-08-2009 Pagina: 5 van 52
1
Inleiding De Gemeente Nijmegen is voornemens om een gesloten stadsverwarmingnet aan te leggen waarbij ‘pure’ restwarmte, welke beschikbaar is bij Afvalverbranding Regio Nijmegen (ARN), gebruikt wordt. Het stadsverwarmingnet bestaat uit een aanvoer en een retour leiding, beiden voorzien van isolatie. Dit stadsverwarmingnet is een ‘hybride lage-temperatuur warmtenet’ en is een combinatie van twee technieken: 1. gebruik van warm koelwater (45°C) afkomstig van ARN voor ruimteverwarming; 2. warmtepompen voor de productie van warm tapwater. Voor het project Waalsprong Nijmegen is de gemeente voornemens restwarmte te leveren vanaf afvalverbrandingsinstallatie ARN aan de zuidkant van de Waal naar de nieuwbouwwijk Waalsprong aan de noordzijde van de Waal. In rapport “80313 – Hybride LT-warmtenet Waalsprong Nijmegen”, d.d. 23-02-2009 is door Kema de resultaten en onderbouwing van de business case weergegeven. Doel van deze business case was om duidelijkheid te krijgen of een hybride warmtenet zowel in technisch als in financieel opzicht haalbaar is. Tebodin is gevraagd diverse tracé varianten te bestuderen en te beoordelen op basis van technische en economische criteria. Onderdeel van de tracés is de kruising met de Waal. Hiervoor zijn drie mogelijkheden: 1. Via de nog te bouwen Stadsbrug; 2. Via de bestaande spoorbrug; 3. Door middel van een gestuurde boring onder de Waal.
Het tracé voor de aanleg van twee warmteleidingen van ARN naar de Waalsprong in Nijmegen is onderdeel van deze tracéstudie waarbij in beeld gebracht wordt welke alternatieven mogelijk zijn voor het tracé zoals verwoord in de businesscase “hybride warmtenet Waalsprong Nijmegen”. Deze tracéstudie is in een tweetal fases uitgevoerd waarbij in fase 1 meerdere tracé varianten zijn beschouwd en is een inventarisatie van knelpunten opgesteld (rapport “19120001 – 0 – Tracéstudie warmteleidingen ARNWaalsprong te Nijmegen – fase 1”, d.d. 15-06-2009). Van twee varianten uit fase 1 zijn deze als niet realistisch aangemerkt en is tijdens het bestuurlijke overleg van 26-05-2009 besloten om alleen het binnenstedelijke tracé uit te werken op het niveau van basisontwerp en worden de tracé varianten via Weurt en de Spoorbrug
variant in fase 2 niet verder uitgewerkt.
Tracéstudie warmteleidingen ARN-Waalsprong te Nijmegen Fase 2
Tebodin Netherlands B.V. Ordernummer: 40389.00 Documentnummer: 1912002 Revisie: A Datum: 12-08-2009 Pagina: 6 van 52
2
Beschrijving tracés en bestuurlijke afweging In fase1 zijn een aantal varianten beschouwd en zijn de belangrijkste knelpunten geïnventariseerd. Op 26-052009 is er een bestuurlijk overleg binnen de Gemeente Nijmegen geweest. Op basis van de knelpunten geïnventariseerd in fase 1 vallen 2 varianten af voor fase 2.
2.1
Beschrijving tracés fase 1 Voor het transportnet voor de aanvoer en retour van het stadsverwarming water tussen ARN en de Waalsprong dient de rivier de Waal gekruist te worden. Het eindpunt van het primaire net voor de drie varianten is genomen in de Waalsprong ter hoogte van de huidige kruising Griftdijk Noord / Zaligestraat. In dit onderzoek zijn de volgende varianten beschouwd: 1. Via de nog te bouwen Stadsbrug; 2. Via de bestaande spoorbrug; 3. Door middel van een gestuurde boring onder de Waal (HDD – Horizontal Directional Drilling). In fase 1 van deze studie zijn een aantal varianten beschouwd voor het tracé van het warmtenet en worden kort beschreven. In Figuur 1 zijn de regioplannen in de omgeving van Nijmegen weergegeven, waarbij rood woningbouw is, paars duidt op bebouwing voor werk, blauw betekend water, grijs betekend wegenbouw en mintgroen is recreatie. In figuur 2 zijn de tracévarianten ingetekend.
Figuur 1, Regioplannen Nijmegen. Tracéstudie warmteleidingen ARN-Waalsprong te Nijmegen Fase 2
Tebodin Netherlands B.V. Ordernummer: 40389.00 Documentnummer: 1912002 Revisie: A Datum: 12-08-2009 Pagina: 7 van 52
Figuur 2, Tracé varianten.
2.1.1
Tracé via Stadsbrug Het tracé begint bij ARN waarbij het Maas-Waal kanaal gekruist dient te worden. Voor de kruising zijn een tweetal locaties mogelijk: 1. via Hogelandseweg en Neerbosscheweg om vervolgens parallel aan Neerbosschebrug het Maas-Waal kanaal te kruisen. Na de kanaalkruising vervolgens parallel aan de Energieweg richting de Waal. Voor het kruisen van het Maas-Waal kanaal zijn twee opties mogelijk a. door de leidingen aan de brug op te hangen; b. d.m.v. een HDD parallel aan de brug. 2. via Hogelandseweg en Lindenhoutseweg d.m.v. een HDD het kanaal te kruisen om vervolgens parallel aan de Ambachtsweg richting Energieweg te lopen en vanaf dit punt parallel aan de Energieweg richting de Waal;
Tracéstudie warmteleidingen ARN-Waalsprong te Nijmegen Fase 2
Tebodin Netherlands B.V. Ordernummer: 40389.00 Documentnummer: 1912002 Revisie: A Datum: 12-08-2009 Pagina: 8 van 52
Vanaf de kruising Energieweg/Ambachtsweg loopt het tracé parallel aan de Energieweg ter plaatse van de ruimte die vrijkomt door het verwijderen van de buiten bedrijf zijnde ‘Stamlijn’ (enkelspoor goederenlijn, tracé is grofweg vanaf spoorweg emplacement naar papierfabriek Sappi gelegen aan de Ambachtsweg). Vanaf de rotonde Energieweg/ Industrieweg tot aan het toekomstige brughoofd van de Stadsbrug loopt het tracé parallel aan een nieuw te ontwikkelen deel van de Energieweg. Voor de variant van het Stadsbrugtracé kan de Waal op 2 manieren gekruist worden: 1. kruising van Waal door de warmteleidingen op te hangen aan of opnemen in de constructie van de nieuwe Stadsbrug; 2. kruising van de Waal door middel van een horizontaal gestuurde boring (HDD) parallel aan de Stadsbrug.
2.1.2
Spoorbrugtracé In het Spoorbrugtracé wordt de Waal gekruist door de leidingen op te hangen aan de constructie van de Snelbinder. De Snelbinder is de naam voor de fietsbrug die in 2004 aan de bestaande spoorbrug over de Waal is bevestigd. Het tracé loopt vanaf ARN parallel aan de Energieweg waarbij het Maas-Waal kanaal gekruist wordt door één van de in hoofdstuk 0 genoemde varianten. Vanaf de kruising van het nieuwe Stadsbrugtracé met de bestaande stamlijn (grofweg t.h.v. Weurtseweg) volgt het tracé de Waalbandijk in oostelijke richting naar de Spoorbrug om vervolgens de Waal via de Snelbinder te kruisen.
2.1.3
Tracé via Weurt Het tracé via Weurt loopt vanaf ARN parallel aan de Jonkerstraat in noordelijke richting naar de Waal waarbij de Van Heemstraweg gekruist wordt. Ter hoogte van de Dijk buigt het tracé af in oostelijke richting en wordt de plas ten noorden van Weurt aan de oostelijke zijde gepasseerd. Voor deze plas zijn plannen om deze aan te passen naar een overnachtinghaven voor (binnen)scheepvaart. Dit tracé loopt over het grondgebied van de gemeente Beuningen waar Weurt onder valt.
2.2
Bestuurlijke afweging Passage verslag bestuurlijk overleg 26-05-2009: “De tracéstudie is modulair opgebouwd, zodat sommige tracés met elkaar verbonden kunnen worden. De spoorbrug is afgevallen door het weigeren van medewerking door ProRail en een door Rijkswaterstaat niet toegestane verlaging van doorvaarhoogte. Het tracé over het grondgebied van de gemeente Overbetuwe is ook onmogelijk door te smalle wegen die vol liggen met kabels en leidingen. Daarnaast staat er nog een ontwikkeling aan de Waal te gebeuren waardoor de boring nog vele malen langer moet worden. Het tracé van de stadsbrug is wel mogelijk, maar deze nieuwe eis kan eigenlijk niet meer meegenomen worden in reeds vergevorderde dialoog. Dhr Depla geeft aan dat dat inderdaad uitgesloten is. De optie van de stadsbrug is nog wel mogelijk als uit de aanbesteding (keuze in januari) een holle brug naar voren komt. Hier dient nog wel naar gekeken te worden omdat de kosten van de boring circa 1 miljoen hoger liggen dan de doorvoering in de nieuwe stadsbrug.
Tracéstudie warmteleidingen ARN-Waalsprong te Nijmegen Fase 2
Tebodin Netherlands B.V. Ordernummer: 40389.00 Documentnummer: 1912002 Revisie: A Datum: 12-08-2009 Pagina: 9 van 52
Vooralsnog zal alleen de alternatieve optie boring ter hoogte van de stadsbrug onderzocht worden. De binnenstedelijke tracés worden wel in twee opties (stamlijn en energieweg) uitgewerkt.”
Op basis van de tussenafweging van fase 1 en het bestuurlijk overleg worden de tracé varianten via Weurt en de Spoorbrug variant in fase 2 buiten beschouwing gelaten.
2.3
Beschrijving tracés fase 2 Het eindpunt van het primaire net voor de 2 varianten van fase 2 is genomen in de Waalsprong ter hoogte van de huidige kruising Griftdijk Noord / Zaligestraat . Het laatste deel van het tracé aan de noordzijde van de Waal volgt de Graaf Allard singel, deze ligt in het verlengde van de nieuwe Stadsbrug. Het tracé zal hierbij een tweetal waterwegen kruisen: 1. Maas-Waal kanaal; 2. Waal. In Figuur 3 zijn de tracévarianten ingetekend die in fase 2 worden behandeld.
Figuur 3, Tracé varianten fase 2.
Tracéstudie warmteleidingen ARN-Waalsprong te Nijmegen Fase 2
Tebodin Netherlands B.V. Ordernummer: 40389.00 Documentnummer: 1912002 Revisie: A Datum: 12-08-2009 Pagina: 10 van 52
2.4
Kruisen Maas-Waal kanaal Het tracé begint bij ARN waarbij het Maas-Waal kanaal gekruist dient te worden. Voor de kruising zijn een tweetal locaties mogelijk: 1. via Hogelandseweg en Neerbosscheweg om vervolgens parallel aan Neerbosschebrug het Maas-Waal kanaal te kruisen. Na de kanaalkruising vervolgens parallel aan de Energieweg richting de Waal. Voor het kruisen van het Maas-Waal kanaal zijn twee opties mogelijk a. door de leidingen aan de brug op te hangen; b. d.m.v. een horizontaal gestuurde boring (HDD) parallel aan de brug. Vanaf de Neerbosscheweg dient er een doorsteek door de bossage gemaakt te worden om zo het uittredepunt van de boring aan de Microweg te bereiken. 2. via Hogelandseweg en Lindenhoutseweg waarbij het Maas-Waal kanaal door middel van een HDD het Maas-Waal kanaal kruist om vervolgens parallel aan de Ambachtsweg richting Energieweg te lopen en vanaf dit punt parallel aan de Energieweg richting de Waal;
2.5
Kruisen Waal Vanaf de kruising Energieweg/Ambachtsweg loopt het tracé parallel aan de Energieweg ter plaatse van de ruimte die vrijkomt door het verwijderen van de buiten bedrijf zijnde ‘Stamlijn’ (enkelspoor goederenlijn, tracé loopt grofweg vanaf het spoorweg emplacement naar papierfabriek Sappi aan de Ambachtsweg). Vanaf de rotonde Energieweg/ Industrieweg tot aan het toekomstige brughoofd van de Stadsbrug loopt het tracé parallel aan een nieuw te ontwikkelen deel van de Energieweg. Aan de noordzijde van de Waal volgt het tracé de Graaf Allardsingel (verlengde van Stadsbrug) en eindigt het tracé bij de kruising Zaligestraat / Griftdijk Noord. Voor de variant van het Stadsbrugtracé kan de Waal op twee manieren gekruist worden: 1. kruising van Waal door de warmteleidingen op te hangen aan of opnemen in de constructie van de nieuwe Stadsbrug; 2. kruising van de Waal door middel van een horizontaal gestuurde boring (HDD) parallel aan de Stadsbrug.
Tracéstudie warmteleidingen ARN-Waalsprong te Nijmegen Fase 2
Tebodin Netherlands B.V. Ordernummer: 40389.00 Documentnummer: 1912002 Revisie: A Datum: 12-08-2009 Pagina: 11 van 52
3
Aannames en uitgangspunten In deze paragrafen zijn de uitgangspunten en aannames weergegeven. Er is uitgegaan van een stalen leiding met een diameter van DN 600 voorzien van PUR isolatie en PE coating met uitwendige diameter van 800mm.
3.1
Uitgangspunten In onderstaande tabel zijn de uitgangspunten voor het ontwerp weergegeven. Materiaal: Leiding (Aanvoer en retour) Isolatie Coating Diameter Wandiktes leiding Veldstrekking Kruisingen Gewicht Veldstrekking Kruisingen Ontwerpdruk Ontwerptemperatuur Minimale Gronddekking Ligging leidingen Kruising waterwegen Medium NDO Veldstrekking Kruisingen Tussenliggende afstand met kruising met andere kabels en leidingen Afsluiters
Aftakkingen Overdrukbeveiliging
St. 37, of gelijkwaardig. PUR PE DN600/800 7,1 mm 8,5 mm (HDD’s, brugophanging en persingen) Leeg: 145 kg, gevuld: 420 kg /meter per leiding Leeg: 170 kg, gevuld: 445 kg /meter per leiding 16 barg 50°C 1 meter In openbaar grondgebied, indien niet mogelijk zakelijk recht overeenkomst afsluiten. Maas-Waal kanaal en Waal met HDD of bevestigen aan brug Water 10% 100% Riolen, stalen leidingen, elektriciteit leidingen, water: 0,5 meter Kunststofleidingen (niet zijnde riolen of agressieve medium voerend): 0,3 meter. In elke leiding dienen afsluiters te komen aan het begin- en eindpunt van het tracé aan het begin en eind van kruisingen met waterstaatswerken (Maas-Waal kanaal en Waal). Bij bevestigen van de leidingen aan een brug dient aan de zijden van de landhoofden ook een blokafsluiter geplaatst te worden en zal de leiding op het hoogste punt voorzien moeten worden van een ontluchting. Ten behoeve van het aansluiten van het Waalfront dient er een aftakking gemaakt te worden ter hoogte van de Weurtseweg. Overdrukbeveiliging systeem bevindt zich in de warmtecentrale (ARN).
In onderstaande figuur is het profiel van de warmteleidingen weergegeven bij open ontgraving met een taludhoek van 1: 0.5. Daar waar geen ruimte is voor het talud, o.a. delen van de Energieweg, kan sleufbekisting toegepast worden voor de open ontgraving. Tracéstudie warmteleidingen ARN-Waalsprong te Nijmegen Fase 2
Tebodin Netherlands B.V. Ordernummer: 40389.00 Documentnummer: 1912002 Revisie: A Datum: 12-08-2009 Pagina: 12 van 52
Figuur 4, Profiel warmteleidingen in open ontgraving.
3.2
Aannames Voor de tracé varianten is uitgegaan van de volgende aannames: • Kruisen van Maas-Waal kanaal en Waal conform opgave van Rijkswaterstaat d.m.v. zinker niet wenselijk wegens druk scheepvaartverkeer. Scheepvaart mag slechts zeer korte tijd belemmerd worden. • Ruimte onder oude stamlijn is beschikbaar voor tracé; • Onder/naast toekomstige verlenging van de Energieweg (vanaf Industrieplein naar Stadsbrug) is een leidingstrook gereserveerd die gebruikt kan worden voor warmteleidingen. Als alternatief kunnen de leidingen onder de weg geprojecteerd worden. • Bevestigen leiding aan nieuwe Stadsbrug heeft geen invloed op vrije doorvaarthoogte scheepvaart, leiding valt binnen de ruimte van brugconstructie; • Over het algemeen is de diepteligging van kabels en leidingen (indicatief): Hoogspanning (HS) -100 cm MV Middenspanning (MS) - 80 cm MV Laagspanning (LS) - 60 cm MV Vitens water -100 cm MV Persleiding Waterschap Rivierenland -100 cm MV Riolen -110 cm MV, leiding onder afschot Gasnet -100 tot -120 cm MV Gas distributienet -90 cm MV Telecom -30 tot -60 cm MV
3.3
Onderhoud Stadsverwarmingnetten worden aangelegd voor een levenduur van 25 of 30 jaar. Uit ervaring blijkt dat stadsverwarming zo goed als onderhoudsvrij is en een betrouwbaarheid heeft van 99,9%. Onderdelen die van invloed zijn op de betrouwbaarheid zijn de warmtelevering afkomstig van de bron (ARN), mechanische onderdelen zoals afsluiters en schade aan de leiding als gevolg van graafwerkzaamheden, grondzakkingen. Bij het aanvullen van de sleuf dient de sleuf rondom de leiding dan ook aangevuld te worden met een laag van 30cm puinvrije grond of zand. Tracéstudie warmteleidingen ARN-Waalsprong te Nijmegen Fase 2
Tebodin Netherlands B.V. Ordernummer: 40389.00 Documentnummer: 1912002 Revisie: A Datum: 12-08-2009 Pagina: 13 van 52
De periodieke onderhoudswerkzaamheden bevatten de jaarlijkse controle van het lekdetectiesysteem en halfjaarlijkse controle van afsluiters. Bij het bevestigen van de warmteleidingen aan een brug kan de leiding periodiek (bv. halfjaarlijks) visueel geïnspecteerd worden. Als onderdeel van het onderhoudsplan dient er een storingsdienst, op afroep, beschikbaar te zijn om preventieve (op basis van lekdetectietest) en correctieve (bv. als gevolg van graafschade) onderhoudswerkzaamheden uit te voeren. Kosten als gevolg van graafschade zijn veelal te verhalen op degene die deze veroorzaakt heeft. In geval van bevestiging van de leiding aan een brug, waarbij de leiding aan zonlicht blootgesteld kan worden, dient de PE coating UV bestendig uitgevoerd te worden en dient deze ook periodiek gecontroleerd te worden. De levensduur en onderhoudsvoorschriften van de UV bestendige PE coating zal door de leverancier worden opgegeven. Bij leidingen die aan de buitenzijde van de brug hangen kan schade ontstaan door aanvaring door scheepvaart (te hoge waterstand of te hoge belading) en weersinvloeden. De PE buitenmantel dient dan ook UV bestendig te zijn indien de leiding aan zonlicht wordt blootgesteld.
3.4
Bevestiging leiding aan een brug Bij het bevestigen van de leidingen aan een brug is van een 20% grotere wanddikte uitgegaan ten opzichte van de veldstrekking voor compensatie van “Mechanische beschadiging” en is toegepast als faalkans reducerende maatregel conform NEN3650 en NEN3651.. De warmteleidingen zullen aan de zijden van de landhoofden met extra bochten uitgevoerd moeten worden om zo zettingen en trillingen van de brug op te vangen. Uitvoering van de leiding bij de landhoofden met compensators is ook mogelijk maar is een dure en ook onderhoudsgevoeligere oplossing. Voor inspectiewerkzaamheden aan warmteleidingen welke aan een brug zijn bevestigd zijn de volgende oplossingen mogelijk, een controle berekening van de brugconstructie dient wel uitgevoerd te worden: • Een loopbordes parallel aan de leiding, de vrije doorvaart hoogte voor scheepvaart mag niet nadelig beïnvloed worden; • Een railconstructie gemonteerd aan de brug waaraan een verplaatsbare bak is gemonteerd welke over de lengte van de brug te verplaatsen is. De railbaan dient zodanig uitgevoerd te zijn dat de bak nabij de landhoofden, buiten het vrije doorvaart profiel, gepositioneerd kan worden indien niet in gebruik. Als eis geldt tevens dat de railbaan de vrije doorvaart hoogte niet nadelig mag beïnvloeden; • Het maken van inspectieluiken in de brug zodat de warmteleidingen van bovenaf geïnspecteerd kunnen worden. • De PE coating dient UV bestendig uitgevoerd te worden indien leiding aan buitenzijde van brug bevestigd wordt en aan zonlicht blootgesteld wordt. Als alternatief kan aluminium sheeting aangebracht worden ter verlenging van de levensduur. Deze sheeting is leverbaar in diverse kleuren en kan ook uit cosmetisch oogpunt aangebracht worden. • Afhankelijk van het ontwerp van de nieuwe Stadsbrug kunnen de leidingen in een holle koker in de brug gelegd worden. Als eis geldt dan dat deze zogenaamde leidingkoker op meerdere plaatsen langs het tracé van de brug toegankelijk is en voldoende ruimte biedt voor toegang van personen. De warmteleidingen kunnen dan boven elkaar of naast elkaar in de leidingkoker gemonteerd worden. • Bij leidingen bevestigd aan een brug dient op het hoogste punt een ontluchtingsvoorziening (afsluitertje) aangebracht te worden die via een luik in het brugdek toegankelijk is of via de leidingenkoker (afhankelijk van brugontwerp). Tijdens op- en herstarten dienen de leidingen ontlucht te worden. Tracéstudie warmteleidingen ARN-Waalsprong te Nijmegen Fase 2
Tebodin Netherlands B.V. Ordernummer: 40389.00 Documentnummer: 1912002 Revisie: A Datum: 12-08-2009 Pagina: 14 van 52
4
Tracésecties Voor de kostenraming zijn de varianten van de tracés in secties opgedeeld. Op deze manier is het mogelijk meerdere combinaties te maken. Secties Sectie 1A Sectie 1B Sectie 1C Sectie 2A Sectie 2B Sectie 2C Sectie 3A Sectie 3B
van ARN via Neerbosschebrug met ophanging aan brug van ARN via Neerbosscheweg met HDD onder Maas-Waal kanaal van ARN via Ambachtsweg met HDD onder Maas-Waal kanaal Energieweg tussen Neerbosscheweg en Ambachtsweg Energieweg tussen Ambachtsweg en Industrieplein Energieweg tussen Industrieplein en Weurtseweg van Weurtseweg via Stadsbrugtracé met ophanging aan Stadsbrug van Weurtseweg parallel aan Stadsbrugtracé met HDD onder Waal
In rapportage fase 1 besproken secties, in fase 2 zijn deze verder buiten beschouwing gelaten: Sectie 3C van Weurtseweg via Waalbandijk/Lijnbaanstraat met ophanging aan Spoorbrug Sectie 4 van ARN via Weurt naar Waalsprong met HDD onder Waal
Figuur 5, Tracé varianten fase 2 opgedeeld in secties.
Tracéstudie warmteleidingen ARN-Waalsprong te Nijmegen Fase 2
Tebodin Netherlands B.V. Ordernummer: 40389.00 Documentnummer: 1912002 Revisie: A Datum: 12-08-2009 Pagina: 15 van 52
4.1
Inventarisatie kabels en leidingen Op basis van door de gemeente Nijmegen aangeleverde informatie en KLIC meldingen is een inventarisatie gedaan van de aanwezige kabels en leidingen. •
Sectie 1A en 1B: via Hogelandseweg en Neerbosscheweg, voldoende ruimte onder het asfalt. o 160PVC Waterleiding van Vitens onder zuidelijke zijde Hogelandseweg; o 250PVC waterleiding Vitens onder fietspad vanaf kruising Lagelandseweg naar Neerbosscheweg; o 168.3St. - 3 bar (onder fietspad noordelijke zijde) & 250CPE - 0.1bar (zuidelijke zijde van weg) gasleiding van NUON onder Hogelandseweg; o Riolering aan noordelijke zijde van Hogelandseweg, 1 vrij verval en 1 persriool; o Gasunie heeft aan weerszijden van Maas-Waal kanaal onder de Neerbosschebrug, parallel aan kanaal, een leiding liggen; o Diverse datakabels; o Zinkers: 508St tbv waterleiding Vitens kruist Maas-Waal kanaal ten zuiden van Neerbosschebrug en bevindt zich niet in de nabijheid van de geplande locaties van de HDD of persing. T.b.v. Nuon gas - kruising met sloot tussen Jonkerstraat en Hogelandseweg daar waar Nieuwe Pieckestraat overgaat in Hogelandseweg; o Diverse mantelbuizen: MB 114.3St - Vitens waterleiding, ten behoeve van waterlevering aan de noordelijke zijde van de Hogelandse zijn op diverse locaties mantelbuizen van zuidelijke wegzijde Hogelandseweg naar noordelijke zijde;
•
Sectie 1C - Lindenhoutseweg / Ambachtsweg Lindenhoutseweg, voldoende ruimte onder asfalt o 60.3 St. 3 bar & 160CPE 0.1bar gasleiding van NUON onder noordelijke zijde Lindenhoutsweg; o NUON LS onder noordelijke zijde Lindenhoutsweg; o NUON MS onder noordelijke en zuidelijke zijde Lindenhoutsweg; o 160PVC waterleiding Vitens aan oostelijke zijde Hogelandseweg; o 160PVC waterleiding Vitens aan noordelijke zijde Lindenhoutseweg; o Riolering aan beide zijden van de weg; o Zinkers: T.b.v. Nuon gas - kruising met sloot tussen Jonkerstraat en Hogelandseweg daar waar Nieuwe Pieckestraat overgaat in Hogelandseweg; Zinker 812.8 St. – Nuon MS kruist Maas-Waal kanaal thv. Lagelandseweg aan westoever naar linkeroever tussen Dr. de Blecourtstraat/Factorijweg en bevindt zich niet in de nabijheid van de geplande locatie van de HDD of persing; o Mantelbuizen: MB 114.3St – Vitens, ten behoeve van waterlevering aan zuidelijke wegzijde zijn op diverse locaties mantelbuizen; Ambachtsweg, voldoende ruimte onder stamlijn o DN500/750 VWA riool ten noorden van Stamlijn; o DN800 VWA riool onder Ambachtweg, noordelijke zijde van weg; o DN315 HWA riool onder Ambachtweg, zuidelijke zijde van weg;
Tracéstudie warmteleidingen ARN-Waalsprong te Nijmegen Fase 2
Tebodin Netherlands B.V. Ordernummer: 40389.00 Documentnummer: 1912002 Revisie: A Datum: 12-08-2009 Pagina: 16 van 52
o o o o o o
DN110CPE CPE 0.1 bar gasleiding van NUON; 100GIJ waterleiding van Vitens NUON LS onder noordelijke zijde Ambachtsweg; NUON MS onder noordelijke en zuidelijke zijde Ambachtsweg; Gasunie leiding kruist Ambachtsweg t.b.v. papierfabriek; Diverse mantelbuizen: MB 50St - Vitens tbv. oversteek waterleiding van noordelijke wegzijde naar zuidelijke zijde Ambachtsweg; Diverse tbv. Nuon Gas, MS, LS
•
Tracé 2A en 2B: Energieweg heeft diverse kabels en leidingen, o sectie ter hoogte van kruising Bedrijfsweg heeft onvoldoende ruimte, via particuliere grond of onder asfalt van Energieweg, zie ook paragraaf 4.2 en paragraaf 4.3.5 : o 273St. - 3 bar & 250CPE - 0.1bar gasleiding van NUON onder Energieweg, in westelijke zijde; o Gasunie leiding onder westelijke zijde Energieweg in noordelijke richting vanaf kruising met Bedrijfsweg, diameter thans onbekend; o DN800 HWA riool onder Energieweg, in westelijke zijde; o DN300 VWA riool onder Energieweg, in westelijke zijde; o Diverse datakabels aan beide zijden; o Waterleiding; o NUON LS & MS Cu70 in westelijke zijde; o NUON HS onder westelijke zijde;
•
Tracé 2C: Verlengde Energieweg (vanaf Industrieplein naar Stadsbrug): o Uitgangspunt is dat leidingstrook gereserveerd is in verlengde Energieweg die gebruikt kan worden voor de warmteleidingen;
•
Tracé 3A en 3B: Verlengde Energieweg (vanaf Industrieplein tot Stadsbrug): o Uitgangspunt is dat er een leidingstrook gereserveerd is die gebruikt kan worden voor warmteleidingen. Indien de ruimte in deze leidingstrook onvoldoende is dan kunnen de warmteleidingen onder het asfalt van de verlengde Energieweg gelegd worden o Parallel aan de Weurtseweg lopen diverse midden- en hoogspanningskabels tussen het NUON trafo station op de hoek Weurtseweg/Winselingseweg en de elektriciteitscentrale aan de zuidkade van de Waal. Deze kabels moeten hier onderlangs gekruist worden. o Vanaf Electrabel lopen hoogspanningskabels onder de Waal, aangenomen wordt dat er tussen deze hoogspanningskabels en de toekomstige Stadsbrug voldoende ruimte aanwezig is voor twee HDD’s voor de warmteleidingen. Voor het boren van de leidingen is een vrij profiel van 15 meter breed benodigd. o Aan de noordzijde van de Waal zijn momenteel weinig tot geen kabels en leidingen aanwezig;
Tracéstudie warmteleidingen ARN-Waalsprong te Nijmegen Fase 2
Tebodin Netherlands B.V. Ordernummer: 40389.00 Documentnummer: 1912002 Revisie: A Datum: 12-08-2009 Pagina: 17 van 52
4.2
Leidinglocatie in wegprofiel In onderstaande tabel is de locatie van de warmteleidingen in het wegprofiel per sectie in blokken opgedeeld en aangegeven waar de leidingen gelegd kunnen worden. Sectie
Van – naar
Plaats in wegprofiel
1A/1B/1C
ARN tot kr. Hogelandseweg/ Nwe Pieckelaan
Onder fietspad
1A/1B
kr. Hogelandseweg/ Nwe Pieckelaan tot kr. Hogelandseweg/ Lagelandseweg
Onder asfalt Hogelandseweg aan noordelijke zijde. Onder fietspad langs noordelijke zijde geen ruimte vanwege rioleringen en gas leidingen. Aanleg onder fietspad aan zuidelijke wegzijde niet wenselijk vanwege boomwortels, tevens bevind zich hier een gasleiding
1A/1B
Van Kr. Hogelandseweg/Lagelandseweg tot kr. Hogelandseweg/Neerbosscheweg
Onder fietspad. Aanleg onder groenstrook tussen fietspad en Hogelandseweg niet wenselijk vanwege boomwortels
1A/1B
Hogelandseweg/Neerbosscheweg via doorsteek groenstrook naar Microweg
Onder groenstrook langs Microweg
1A
Van Microweg naar oostkade Maas-Waal kanaal
Bevestiging aan Neerbosschebrug
1B
Van Microweg naar oostkade Maas-Waal kanaal
Boren parallel aan Neerbosschebrug
1A/1B
Vanaf oostelijke kade Maas-Waal kanaal tot kr. Energieweg/Neerbosscheweg
Onder groenstrook langs benzinestation ANAC
1C
Hogelandseweg/ Nwe Pieckelaan tot kr Hogelandseweg/Lindenhoutseweg
Onder groenstrook westelijke zijde Hogelandseweg. Ter hoogte van Binderkampweg ligt hier een gasleiding en ligt de leiding onder het asfalt onder westelijke weghelft Aanleg onder fietspad aan oostelijke wegzijde niet mogelijk vanwege boomwortels en aanwezige waterleiding
1C
Hogelandseweg/Lindenhoutseweg tot westelijke kade Maas-Waal kanaal
Onder asfalt in idden Lindenhoutseweg. Aanleg onder groenstrook langs zuidelijke wegzijde niet mogelijk vanwege boomwortels en riolering, Noordelijke zijde onder parkeerplaatsen geen ruimte wegens riolering, 2xgas- en waterleiding.
1C
Van oostelijke zijde Maas-Waal kanaal tot kr. Energieweg/Ambachtsweg
Noordelijke wegzijde Ambachtsweg onder te verwijderen stamlijn.
Tracéstudie warmteleidingen ARN-Waalsprong te Nijmegen Fase 2
Tebodin Netherlands B.V. Ordernummer: 40389.00 Documentnummer: 1912002 Revisie: A Datum: 12-08-2009 Pagina: 18 van 52
Langs zuidelijke wegzijde loopt een A-watergang van het Waterschap voor de afwatering 2A
Van kr Energieweg tussen Neerbosscheweg en Ambachtsweg
Aan de oostzijde van de weg onvoldoende ruimte, onder fietspad liggen meerdere HS (-1m MV)en LS en bevinden over groot deel van tracé bomen. Westzijde van Energieweg onder bestrating (klinkers ventweg.
•
Vanaf ANAC tot Dr. de Blecourtweg onder ventweg en het fietspad aan de westkant van de Energieweg te leggen of door gebruik te maken van de parkeervoorziening ten behoeve van aan de Energieweg gelegen bedrijfspanden. Kruising ter hoogte van Bedrijfsweg, ten zuiden en noorden van kruising zijn bedrijfspanden gelegen met een strook grond.
•
Onder asfalt van Energieweg of onder particulier terrein. Bij aanleg en reparaties levert bij eerste variant verkeershinder op.
Tussen Bedrijfsweg en Ambachtsweg
Particulier terrein: parkeerplaatsen van aan Energieweg gelegen bedrijfspanden. Alternatief is onder het asfalt, echter bij aanleg en reparaties levert dit verkeershinder op.
2B
Energieweg tussen Ambachtsweg en Industrieplein.
Onder te verwijderen stamlijn Laatste stuk tussen Scheepvaartweg en Industrieplein onder asfalt van oostelijke rijbanen vanwege onvoldoende ruimte onder westelijke rijbanen, alternatief is particulier terrein over het laatste stukje
2C
Energieweg tussen Industrieplein en landhoofd toekomstige Stadsbrug (langs westelijke wegzijde)
In kabels- en leidingen strook, indien onvoldoende ruimte onder asfalt van verlengde Energieweg.
3A
van zuidelijk landhoofd toekomstige Stadsbrug tot aan kr. Zaligestraat/Griftdijk Noord (parallel aan Graaf Allardsingel =verlengde van Stadsbrug)
Bevestiging aan brug, afhankelijk van brugontwerp
3B
Van zuidelijk landhoofd toekomstige Stadsbrug tot aan kr. Zaligestraat/Griftdijk Noord (parallel aan Graaf Allardsingel =verlengde van Stadsbrug)
Boren parallel aan Stadsbrug
•
Tracéstudie warmteleidingen ARN-Waalsprong te Nijmegen Fase 2
Tebodin Netherlands B.V. Ordernummer: 40389.00 Documentnummer: 1912002 Revisie: A Datum: 12-08-2009 Pagina: 19 van 52
4.3
Knelpunten in tracés Aanvullend op de knelpunten genoemd in de rapportage van fase 1 zijn op basis van een uitgevoerde veldverkenning nog enkele knelpunten in kaart gebracht. De knelpunten in de rapportage van fase 1 worden nogmaals genoemd.
4.3.1
Knelpunt sectie 1A en 1B De gemeente Beuningen is bezig met de voorbereiding van de ontzanding Beuningse Plas waarbij de zandafvoer naar het Maas-Waalkanaal over Nijmeegs grondgebied zal plaatsvinden. In het ambtelijk overleg tussen de gemeentes Beuningen en Nijmegen is in gezamenlijkheid een afwegingsmatrix opgesteld voor de afvoerroutes van het zand. Uit dit overleg is naar voren gekomen dat de route voor de afvoer van het zand via buizentransport langs de noordzijde van de Neerbosscheweg het meest geschikt is.
4.3.2
Knelpunt sectie 1A - Maas-Waal d.m.v. ophanging Neerbosschebrug Voor het bevestigingen van de 2 warmteleidingen aan de Neerbosschebrug zal een sterkte berekening van de brug ter controle uitgevoerd moeten worden. In een doorsnede tekening zijn de warmteleidingen op schaal ingetekend.
Figuur 6, Doorsnede Neerbosschebrug, met warmteleiding en supporting ingetekend op 2 locaties, één in het midden van de brug en één onder het fietspad.
Zowel een HDD als een leiding aan een brug zijn vergunningsplichtig indien deze een waterkering kruisen. Het leidinggedeelte binnen de kern- en beschermingszones van de beide waterkeringen moeten in ieder geval voldoen aan NEN3650/3651. Het kanaal valt onder RWS district Maas-Waal kanaal.
Tracéstudie warmteleidingen ARN-Waalsprong te Nijmegen Fase 2
Tebodin Netherlands B.V. Ordernummer: 40389.00 Documentnummer: 1912002 Revisie: A Datum: 12-08-2009 Pagina: 20 van 52
4.3.3
Knelpunt sectie 1B - HDD kruising Maas-Waal t.h.v. Neerbosschebrug Om de twee warmteleidingen te kunnen boren is, rekening houdend met een tussen afstand van 5 meter als gevolg van onnauwkeurigheid in de sturing van de boring tussen boring en andere leidingen of obstakels een vrije ruimte nodig van ca. 18 meter. Voor een HDD kruising met het Maas-Waal kanaal is een ruimte van ca. 30x50m benodigd voor het opstellen van de boor-rig. De in- en uittrede punten bevinden zich op ca. 170 meter vanuit de kade. De opstel locatie is voorzien aan de oostzijde van het Maas-Waal kanaal. De leidingen kunnen dan uitgelegd worden in de Microweg en over de Hogelandseweg heen (rollenbaan op containers). In de oksel van de Neerbosscheweg en Energieweg bevindt zich aan de Energieweg een benzinestation (ANAC) met ondergrondse opslagtanks, zie ook Figuur 7. Deze opslagtanks bevinden zich tussen het benzinestation en het talud van de Neerbosschebrug. De afmetingen en locatie van de opslagtanks zullen bepalend zijn voor de opstel locatie van de boor installatie. Aanbevolen wordt om dit met proefsleuven vast te leggen. Alternatieven zijn om door middel van een persing met mantelbuizen het Maas-Waal kanaal te kruisen of door de boorinstallatie aan de westzijde van het kanaal te plaatsen. Bij deze laatste zal de boor streng dan op de Neerbosscheweg ten oosten van het kanaal uitgelegd moeten worden met verkeershinder tot gevolg. Om de verkeerhinder te beperken kan gedacht worden om de boorstreng in secties van 150 á 200 meter op te bouwen op de asfalt- of groenstrook naast ANAC alvorens de gehele boorstreng uit te leggen op de Neerbosscheweg. Bij het kruisen van het Maas-Waal kanaal aan de zuidzijde van de Neerbosschebrug door middel van een HDD of persing zal rekening gehouden moeten worden met de aanwezige zinker ten behoeve van een waterleiding (Vitens)
Tracéstudie warmteleidingen ARN-Waalsprong te Nijmegen Fase 2
Tebodin Netherlands B.V. Ordernummer: 40389.00 Documentnummer: 1912002 Revisie: A Datum: 12-08-2009 Pagina: 21 van 52
Figuur 7, Locatie brandstofopslag tanks ANAC.
Tracéstudie warmteleidingen ARN-Waalsprong te Nijmegen Fase 2
Tebodin Netherlands B.V. Ordernummer: 40389.00 Documentnummer: 1912002 Revisie: A Datum: 12-08-2009 Pagina: 22 van 52
4.3.4
Knelpunt sectie 1C - HDD kruising Maas-Waal t.h.v. Lindenhoutseweg Om de twee warmteleidingen te kunnen boren is, rekening houdend met een tussen afstand van 5 meter als gevolg van onnauwkeurigheid in de sturing van de boring tussen boring en andere leidingen of obstakels een vrije ruimte nodig van ca. 18 meter. Voor een HDD kruising met het Maas-Waal kanaal is een ruimte van ca. 30x50m benodigd voor het opstellen van de boor-rig. De in- en uittrede punten bevinden zich op ca. 170 meter vanuit de kade. De opstel locatie voor de boor-rig is voorzien aan de oostzijde van het kanaal en zal reiken tot over de watergang aan de zuidzijde van de Ambachtsweg en zal er gebruik gemaakt moeten worden van de parkeervoorziening op het terrein van de aan de zuidelijke zijde van de Ambachtsweg gelegen panden (particuliere grond). De leidingen kunnen over de gehele lengte in de Lindenhoutseweg uitgelegd worden. Ten tijde van deze studie werd het stuk grond naast de papierfabriek gebruikt voor het (tijdelijk) opslaan van puin en zand en is beschouwd als niet-particulier terrein. Een alternatief is om door middel van een persing met mantelbuizen het Maas-Waal kanaal te kruisen. Het kanaal valt onder RWS district Maas-Waal kanaal, zie Figuur 8 voor een dwarsprofiel.
Kanaalas
9,00
2 :3
+ 10.00 1: 2 2:3
+ 10.15 + 8.70
7,20
46,30
+ 10.00 + 9.00
46,30
7,20
Kraagstuk van polyetheenweefsel van +5.00 tot +9.00 Roosterwerk van wiepen h.o.h. 1.00 m aangebracht van +5.00 tot +7.50 Bestorting: afgezonken met 150 kg/m2 stortsteen 5/25 cm. afgestort met 350 kg/m2 stortsteen 10/60 kg.
1:3
+ 10.00 + 9.00 Kanaalpeil = N.A.P. + 7.60
+ 5.00
9,00
+ 10.15
+ 10.00 + 8.70
2:3
2 :3
+ 5.00 1:4
+ 2.70
+ 2.70
N.A.P.+ 0.00
Figuur 8, Dwarsprofiel Maas-Waal kanaal.
4.3.5
Knelpunt sectie 2A - Energieweg tussen Neerbosscheweg en Ambachtsweg Langs de Energieweg is er op sommige delen onvoldoende ruimte en zullen de leidingen onder het asfalt gelegd moeten worden of onder particulier terrein. Dit heeft tot gevolg dat indien de leidingen onder het asfalt komen, en in mindere mate bij aanleg onder particulier terrein, dit de nodige verkeershinder en –omleidingen op zal leveren.
Tracéstudie warmteleidingen ARN-Waalsprong te Nijmegen Fase 2
Tebodin Netherlands B.V. Ordernummer: 40389.00 Documentnummer: 1912002 Revisie: A Datum: 12-08-2009 Pagina: 23 van 52
Ook tijdens het graven van de sleuf zal de uitgegraven grond elders opgeslagen moeten worden en zullen kabels en leidingen van derden (tijdelijk) opgehangen moeten worden en zullen de warmteleiding bij kruisende K&L dieper gelegd moeten worden. Indien de leidingen voor reparatiewerkzaamheden open gegraven moeten worden zal dit wederom de nodige verkeershinder opleveren. Daarnaast bestaat ook de kans dat tijdens aanleg- of onderhoudwerkzaamheden aan de warmteleidingen schade toegebracht kan worden aan kabels en leidingen van derden. Andersom kan ook schade door derden aan de warmteleidingen toegebracht worden tijdens hun werkzaamheden. Een mogelijkheid is om de warmteleidingen tussen Neerbosscheweg en Ambachtsweg onder de ventweg (van ANAC naar Dr. de Blecourtweg) en het fietspad aan de westkant van de Energieweg te leggen of door gebruik te maken van de parkeervoorziening ten behoeve van aan de Energieweg gelegen bedrijfspanden. Mogelijk dat hier een zakelijk recht overeenkomst voor gesloten dient te worden. Ter hoogte van het perceel ten zuiden van de kruising Energieweg / Bedrijfsweg is slechts een fietspad met voetpad beschikbaar. Onder dit fietspad bevinden zich o.a. een riool-, gas- en waterleiding. Tussen het bedrijfspand en het voetpad bevindt zich een strook particulier groen, zie ook Figuur 9. Om het tracé hier te leggen zijn een tweetal opties mogelijk: • Aanleg van de leiding onder het asfalt van de Energieweg, de genoemde riool-, gas en waterleidingen dienen dan onderlangs gekruist te worden. Aanleg onder het asfalt levert verkeershinder op tijdens constructie fase en eventuele reparatiewerkzaamheden aan de leidingen. • Aanleg van de leiding onder deze strook door middel van open ontgraving of een persing. Nadeel hiervan is dat een zakelijk recht overeenkomst met de eigenaar (en) afgesloten dient te worden en eventuele geplande uitbreiding op particulier terrein worden hierdoor mogelijk beperkt. Vanaf het perceel ten noorden van de kruising Energieweg tot aan de Ambachtsweg is de leiding geprojecteerd onder de parkeervoorziening ten behoeve van aan de Energieweg gelegen bedrijfspanden (o.a. Makro, Sligro en Gamma). Aangenomen is dat dit particulier terrein is en dat hier een zakelijk recht overeenkomst voor gesloten dient te worden. Aanleg over dit deel onder het asfalt levert verkeershinder op tijdens aanleg en tijdens eventuele reparaties aan de leidingen.
Tracéstudie warmteleidingen ARN-Waalsprong te Nijmegen Fase 2
Tebodin Netherlands B.V. Ordernummer: 40389.00 Documentnummer: 1912002 Revisie: A Datum: 12-08-2009 Pagina: 24 van 52
Figuur 9, Versmalling ten zuiden kruising Energieweg / Bedrijfsweg.
4.3.6
Knelpunt sectie 2B - Energieweg tussen Ambachtsweg en Industrieplein Onder dit deel van de Energieweg is er onvoldoende ruimte onder het fietspad. Echter de niet meer in gebruik zijnde stamlijn wordt verwijderd. Er wordt er van uitgegaan dat de vrijgekomen ruimte als gevolg van het verwijderen van deze stamlijn beschikbaar is voor de twee warmteleidingen.
Tracéstudie warmteleidingen ARN-Waalsprong te Nijmegen Fase 2
Tebodin Netherlands B.V. Ordernummer: 40389.00 Documentnummer: 1912002 Revisie: A Datum: 12-08-2009 Pagina: 25 van 52
Net voor de rotonde Industrieplein bevindt zich op de hoek Energieweg/Industrieweg een bedrijfspand met parkeervoorziening, zie foto Figuur 10.
Figuur 10, Bedrijfspand hoek Energieweg en Industrieweg, gezien richting het noorden.
Onder het fietspad is onvoldoende ruimte vanwege meerdere gasleidingen en elektrakabels, en onder het asfalt tussen kruising Energieweg/Scheepvaart en Industrieplein ligt onder het westelijk deel riolering. Vanaf kruising Energieweg/Scheepvaartweg liggen de warmteleidingen onder het asfalt van oostelijk deel van dit deel van de Energieweg (in de middenberm van de Energieweg hier staan diverse bomen die anders verwijderd moeten worden) om vervolgens het Industrieplein door het midden te kruisen. Op het Industrieplein staan diverse grote en kleine bomen, er is voldoende ruimte om langs de grote bomen te traceren Om de middenberm te bereiken zullen de gas- en riolering leidingen en de elektrakabels onderlangs gekruist moeten worden. Als alternatief kunnen de leidingen over het grondgebied van bedrijfspand gelegen op de hoek Energieweg/Industrieweg gelegd worden.
4.3.7
Knelpunt sectie 2C - Energieweg tussen Industrieplein en Stadsbrug Uitgangspunt is dat onder de verlengde Energieweg ruimte beschikbaar is voor de twee warmteleidingen in een leidingstrook. Indien er in het ontwerp onvoldoende ruimte beschikbaar is kunnen de leidingen onder het asfalt aangelegd worden. Bij eventuele reparaties aan de leidingen zal dit verkeershinder opleveren.
Tracéstudie warmteleidingen ARN-Waalsprong te Nijmegen Fase 2
Tebodin Netherlands B.V. Ordernummer: 40389.00 Documentnummer: 1912002 Revisie: A Datum: 12-08-2009 Pagina: 26 van 52
4.3.8
Knelpunt sectie 3A - Waalkruising d.m.v. ophanging Stadsbrug Zowel een HDD als een leiding aan een brug zijn vergunningsplichtig. Het leidinggedeelte binnen de kern- en beschermingszones van de beide waterkeringen moeten in ieder geval voldoen aan NEN3650/3651. De
primaire kering aan de zuidzijde van de Waal en de primaire waterkering ten noorden van de Waal (Oosterhoutsedijk) vallen onder waterschap Rivierenland. De Waal valt onder het beheer van RWS district Boven-Rijn en Waal.
Figuur 11, Kern- en beschermingszone (respectievelijk donkergele en gele zone) van primaire waterkering zuidzijde Waal.
Figuur 12, Primaire waterkeringen (rode en paarse lijn zijn grenzen rayonbeheerders). Tracéstudie warmteleidingen ARN-Waalsprong te Nijmegen Fase 2
Tebodin Netherlands B.V. Ordernummer: 40389.00 Documentnummer: 1912002 Revisie: A Datum: 12-08-2009 Pagina: 27 van 52
4.3.9
Knelpunt sectie 3B - Waalkruising d.m.v. HDD Om de twee warmteleidingen te kunnen boren is, rekening houdend met een tussen afstand van 5 meter als gevolg van onnauwkeurigheid in de sturing van de boring tussen boring en andere leidingen of obstakels een vrije ruimte nodig van ca 18 meter. Aan de westzijde van de toekomstige Stadsbrug is een strook met een minimale breedte van 70 meter tussen de brug en aanwezige ondergrondse kabels beschikbaar. Aan de oostzijde is een strook met een minimale breedte van 65 meter tussen brug en de aanwezige mantelbuis van UPC. Voor een HDD kruising met de Waal is een ruimte van ca. 50x80m benodigd voor het opstellen van de boor-rig. De in- en uittrede punten bevinden zich op ca. 180 meter vanuit de kade. Bij het boren ten westen van de brug zal de boor-rig op de parkeerplaats van Vasim worden opgesteld en is de ruimte aan de westzijde van de brug en het pand van Vasim ca. 30meter. De opstel locatie zal reiken tot aan de buiten gebruik zijnde stamlijn. Tijdens het boren dient ten behoeve van de bewegingsvrijheid van de boorinstallatie, e.e.a. afhankelijk van brugontwerp, het landhoofd en de zandlichamen van de brug nog niet te zijn aangebracht. Aangenomen wordt dat het parkeerterrein bij Vasim particuliere grond is. Bij het boren ten oosten van de brug zal de boor-rig opgesteld worden deels op de Winselingseweg en stamlijn en zal reiken tot aan het NUON trafo station. Het werken in de nabijheid van hoogspanningsinstallaties is niet wenselijk en daarom valt de opstellocatie ten oosten van de brug af. Voor het boren van de HDD onder de Waal dient de exacte locatie van de nieuwe Stadsbrug (brugpijlers) wel bekend te zijn. Eventuele toekomstige aanpassingen aan de kade (nieuwe damwanden) kunnen van invloed zijn op de lengte van de HDD, de boordiepte en opstellocatie van de boor-rig (intredepunt). Indien er een diepere damwand aangebracht zal worden dan zal het intredepunt verder vanaf de kade komen te liggen. Dit zelfde geldt indien er bij het uittredepunt een kwelscherm geplaatst zal worden. De leiding kan over de gehele lengte van de HDD ( ~1400 meter) uitgelegd te worden in weilanden aan de noordzijde van de Waal over de Griftdijk heen (rollenbaan op containers). Bij het opstellen van de boorinstallatie aan de noordzijde van de Waal waarbij de leidingen aan de zuidzijde van de Waal uitgelegd worden betekend dit dat het tracé van de verlengde Energieweg vrij moet zijn van obstakels (geen gebouwen of loodsen). De uitgelegde leidingen zullen dan reiken tot halverwege sectie 2B (Energieweg tussen Ambachtsweg en Industrieplein). Bij het bepalen van de lengte van de HDD is er rekening gehouden met de Dijkteruglegging Lent: “Ruimtelijk plan Dijkteruglegging Lent, 2007”.
Tracéstudie warmteleidingen ARN-Waalsprong te Nijmegen Fase 2
Tebodin Netherlands B.V. Ordernummer: 40389.00 Documentnummer: 1912002 Revisie: A Datum: 12-08-2009 Pagina: 28 van 52
Figuur 13, Dwarsprofiel zuidelijke Waal oever.
Tracéstudie warmteleidingen ARN-Waalsprong te Nijmegen Fase 2
Tebodin Netherlands B.V. Ordernummer: 40389.00 Documentnummer: 1912002 Revisie: A Datum: 12-08-2009 Pagina: 29 van 52
5
Gevoelige gebieden Onder gevoelige gebieden wordt verstaan: beschermde natuurgebieden, nationale parken, grote natuur reservaten of delen van de ecologische hoofdstructuur, het Waddengebied, waardevolle uiterwaarden, waardevolle waterstroomgebieden, grondwaterbeschermingsgebieden, vogel beschermingsgebieden en habitatrichtlijn gebieden. Voor gebieden met een hoog natuur potentieel is een vergunning van het ministerie van landbouw (LNV) benodigd (flora en faunawet) om deze gebieden te mogen kruisen.
5.1
Waterwingebied Uit onderstaande figuur is af te leiden dat de varianten van fase 2 geen van allen door een als “grondwaterbeschermingsgebied” geclassificeerd gebied heen gaan.
In de nabijheid van het plangebied ligt de grondwaterwinning Nieuwe Markstraat. Deze winning onttrekt 3
circa 4 miljoen m water per jaar. Waterbedrijf Vitens is aan het onderzoeken of deze drinkwaterwinning opgeheven kan worden. Het opheffen van de winning heeft invloed op de optredende grondwaterstanden in het studiegebied ten zuiden van de Waal.
Figuur 14, Waterwingebied ‘Nieuwe Markt’ Nijmegen (Bron: Wateratlas Gelderland)
5.2
Habitatrichtlijn Voor gebieden welke geclassificeerd zijn als Habitatrichtlijngebied dient een ‘Flora en fauna’ onderzoek uitgevoerd te worden. De uiterwaarden aan de noordzijde van de Waal zijn geclassificeerd als Vogel- en Habitatrichtlijngebied. Alleen onder strikte voorwaarden mogen er activiteiten plaatsvinden die het leefgebied zouden kunnen aantasten. Bij het kruisen van de Waal door middel van een HDD valt het uittrede punt van de HDD voorbij de Oosterhoutsedijk en valt buiten het habitat gebied en ook het gebied vallend onder de “EHS Herbegrenzing 2008”.
Tracéstudie warmteleidingen ARN-Waalsprong te Nijmegen Fase 2
Tebodin Netherlands B.V. Ordernummer: 40389.00 Documentnummer: 1912002 Revisie: A Datum: 12-08-2009 Pagina: 30 van 52
Ontwerp Natura 2000 gebieden Habitat richtlijn Habitat richtlijn + beschermde naturmonumenten Vogelrichtlijn Vogelrichtlijn + beschermde natuurmonumenten Vogelrichtlijn + habitatrichtlijn Vogel- + habitatrichtlijn en beschermde natuurmonumenten
Figuur 15, Natura 2000 gebieden Nijmegen (Bron: Wateratlas).
EHS Herbegrenzing 2008 Natuur Verweven Ecologische verbindingszone
Figuur 16, EHS herbegrenzing regio Nijmegen (Bron: Wateratlas).
Tracéstudie warmteleidingen ARN-Waalsprong te Nijmegen Fase 2
Tebodin Netherlands B.V. Ordernummer: 40389.00 Documentnummer: 1912002 Revisie: A Datum: 12-08-2009 Pagina: 31 van 52
5.3
Stiltegebieden Uit onderstaande figuur is af te leiden dat de onderzochte tracévarianten geen van allen door een als “stiltegebied” geclassificeerd gebied heen gaan.
Stiltegebied Ruimtelijk beleid voor stilte
Figuur 17, Kaart Stiltegebieden Nijmegen (Bron: Streekplan Gelderland)
Tracéstudie warmteleidingen ARN-Waalsprong te Nijmegen Fase 2
Tebodin Netherlands B.V. Ordernummer: 40389.00 Documentnummer: 1912002 Revisie: A Datum: 12-08-2009 Pagina: 32 van 52
5.4
Archeologische verwachtingswaarde Uit onderstaande figuur is af te leiden dat het gebied ten noorden van de Waal geclassificeerd is als een gebied met een hoge verwachtingswaarde.
Figuur 18, Archeologisch verwachtingswaarde (Bron: Streekplan Gelderland).
In het rapport “Masterplan energieopslag Waalfront Nijmegen”, d.d. 1812-2008 zijn de mogelijkheden voor duurzame energielevering in het Waalfront onderzocht. In dit rapport wordt het gehele Waalfront benoemd als archeologisch aandachtsgebied. Dit betekent dat in het kader van de WAM (Wet Archeologische Monumentenzorg) voor het boren en aanleg van leidingen een ontheffing moet worden aangevraagd. Voorafgaand aan grondroerdersactiviteiten dient archeologisch onderzoekplaats te vonden. Uit onderstaande figuur is af te leiden dat het Stadsbrugtracé ten westen van het gebied ligt. Aanbevolen wordt om voor aanvang van de activiteiten aanvullend archeologisch onderzoek te verrichten.
Figuur 19, Archeologische verwachtingswaarde Nijmegen (Bron: Provincie Gelderland).
Tracéstudie warmteleidingen ARN-Waalsprong te Nijmegen Fase 2
Tebodin Netherlands B.V. Ordernummer: 40389.00 Documentnummer: 1912002 Revisie: A Datum: 12-08-2009 Pagina: 33 van 52
6
Bodem en grondwater
6.1
MER (Milieu Effect Rapportage) De regeling van de milieueffectrapportage is opgenomen in de Wet milieubeheer, in het Besluit milieueffectrapportage 1999 en in de Regeling startnotitie milieueffectrapportage. Een verplichting tot het uitvoeren van een milieueffectrapportage (MER) geldt voor de aanleg van buisleidingen met een nominale middellijn van meer dan 800 mm en een lengte van meer dan 40 km voor het transport van gas, olie of chemicaliën. Voor andere buisleidingen geldt een beoordelingsplicht waarbij het bevoegde gezag moet vaststellen of een MER noodzakelijk is gezien de mogelijke belangrijke nadelige milieugevolgen. De beoordelingsplicht geldt ook bij aanleg, wijziging of uitbreiding van een buisleiding in gevallen waarin de activiteit betrekking heeft op: o Een buisleiding voor het transport van gas, olie of chemicaliën (met uitzondering van aardgas), die over een lengte 1 km of meer gelegen is of geprojecteerd in een ‘gevoelig’ gebied; o Een buisleiding voor het transport van aardgas die over een lengte van 5 km of meer gelegen is of geprojecteerd in een ‘gevoelig’ gebied; o Een buisleiding voor het transport van water, afvalwater of stoom, met een middellijn van 1 meter of meer en een lengte heeft van 10 km of meer. Aandachtspunten bij de beoordeling zijn: de kenmerken van het project, de gevoeligheid van de plaats, de cumulatie met andere activiteiten en de kenmerken van de potentiële effecten. De warmteleiding heeft een diameter kleiner dan 1 meter en voor alle tracévarianten is de lengte van het tracé van ARN naar het eindpunt (kruising Griftdijk Noord/Zaligestraat) in de Waalsprong kleiner dan 10 kilometer. Een MER zal dan ook niet benodigd zijn.
6.2
Grondsamenstelling Waal Er zijn grondonderzoeken uitgevoerd in de nabijheid van het geboorde tracé van de warmteleidingen onder de Waal (rapport “157158 – Bodemonderzoek plangebied nieuwe Stadsbrug te Nijmegen”, d.d. mei 2006 en GeoDelft grondonderzoek uitgevoerd voor het boren van een PE mantelbuis ten behoeve van hoogspanningskabels onder de Waal, rapportnummers vermeld in paragraaf 6.2). Daarnaast zijn in het verleden mantelbuizen onder de Waal geboord, o.a. voor UPC ten oosten en elektrakabels ten westen van de toekomstige Stadsbrug. Op basis hiervan is ten behoeve van deze tracéstudie als uitgangspunt genomen dat een HDD kruising onder de Waal en het Maas-Waal kanaal technisch mogelijk is. Echter om uitsluitsel te geven is het noodzakelijk dat aanvullend bodemonderzoek ter plaatse van het tracé van de boringen onder de watergangen uitgevoerd wordt. In rapport “157158 – Bodemonderzoek plangebied nieuwe Stadsbrug te Nijmegen”, d.d. mei 2006 zijn de bevindingen van het grondonderzoek uitgevoerd door Oranjewoud weergegeven. Uit dit rapport blijkt dat er grindafzettingen voor komen in de omgeving langs de Waal en onder de Waal. De uitgevoerde boorstaten gaan tot een diepte van NAP +2m. De diepte waarop de HDD onder de Waal uitgevoerd zal worden ligt op een diepte tussen NAP -5 m en NAP -6 m en is gebaseerd op het huidige bodemprofiel. Enkele sonderings grafieken in het rapport gaan wel tot deze diepte (en dieper) maar geven geen uitsluitsel over de samenstelling van de grond. Tracéstudie warmteleidingen ARN-Waalsprong te Nijmegen Fase 2
Tebodin Netherlands B.V. Ordernummer: 40389.00 Documentnummer: 1912002 Revisie: A Datum: 12-08-2009 Pagina: 34 van 52
Aanvullend bodemonderzoek zal dan ook uitgevoerd moeten om uitsluitsel te geven over de grondsamenstelling op boordiepte (diepere boorstaten nodig). Bij een leidingdiameter dan wel een omhullende diameter van een bundel groter dan 600 mm dient het grondonderzoek volgens NEN 3651, bijlage C, te worden uitgevoerd. Bij boringen met een grote diameter zijn de gevolgen van uitvoeringscalamiteiten over het algemeen groot. Door het uitvoeren van een uitgebreider onderzoek wordt meer informatie verkregen over de bodemopbouw (stoorlagen, obstakels en dergelijke) wat het uitvoeringsrisico vermindert. In opdracht van NUON is door GeoDelft grondonderzoek uitgevoerd voor het boren van een PE mantelbuis ten behoeve van hoogspanningskabels onder de Waal. Dit onderzoek is in een drietal rapporten uitgewerkt: 1. “42083-0014 v 01 – HDD kruising met de Waal en waterkering/ Kruising met de Waal, november 2006”; 2. “42083-0015 v 01 – HDD kruising met de Waal en waterkering/ Kruising met de toekomstige vaargeul, november 2006”; 3. “42083-0016 v 01 – HDD kruising met de Waal en waterkering/ Kruising met de Oosterhoutsedijk (waterkering), november 2006”; Uit bovengenoemde rapporten is af te leiden dat er op diepte van NAP -5 m en NAP -6m grondlagen met grind aanwezig zijn. Sectie van zuidzijde Waal tot aan huidige zandoever noordzijde (rapport 42083-0014)
Figuur 20, Grondopbouw tracé PE mantelbuis hoogspanningskabel (Bron: Rapport 42083-0014).
Tracéstudie warmteleidingen ARN-Waalsprong te Nijmegen Fase 2
Tebodin Netherlands B.V. Ordernummer: 40389.00 Documentnummer: 1912002 Revisie: A Datum: 12-08-2009 Pagina: 35 van 52
De volgende grindlagen vallen op: • Zuidzijde Waal: NAP +2m tot NAP en NAP -2m tot NAP -6,5m; • Rivier: NAP -6m tot NAP -8,5m (zuidelijke helft rivier) en NAP -5m tot NAP -7m (noordelijke helft rivier); • Noordzijde Waal (uiterwaarden): NAP tot NAP -2m en NAP -6,5m tot NAP -7,5m. • In de grindlagen onder NAP -5m zijn stenen van 5 tot 10 cm aanwezig.
Sectie nieuwe vaargeul, van noordzijde huidige zandoever onder nieuwe vaargeul tot Oosterhoutsedijk (rapport 42083-0015).
Figuur 21, Grondopbouw tracé mantelbuis hoogspanningskabel (Bron: Rapport 42083-0015)
Sectie van noordzijde huidige zandoever onder nieuwe vaargeul (rapport 42083-0015). De volgende grindlagen vallen op: • NAP +6m tot NAP +5m; • NAP -5,5m tot NAP -7,2m; • In de grindlagen onder NAP -5m zijn stenen van 5 tot 10 cm. aanwezig.
Tracéstudie warmteleidingen ARN-Waalsprong te Nijmegen Fase 2
Tebodin Netherlands B.V. Ordernummer: 40389.00 Documentnummer: 1912002 Revisie: A Datum: 12-08-2009 Pagina: 36 van 52
Sectie onder Oosterhoutsedijk (rapport 42083-0016):
Figuur 22, Grondopbouw tracé mantelbuis hoogspanningskabel (Bron: Rapport 42083-0016)
De volgende grindlagen vallen op: • NAP +5m tot NAP +4m; • NAP -1,1m tot NAP -2,1m; • NAP -5m tot NAP -6m; • In de grindlagen tussen NAP -1,1m en NAP -2,1m komen stenen van 5 tot 15 cm voor.
6.3
Bodemverontreiniging In rapport “157158 – Bodemonderzoek plangebied nieuwe Stadsbrug te Nijmegen”, d.d. mei 2006 zijn de bevindingen van het grondonderzoek uitgevoerd door Oranjewoud weergegeven. Uit dit rapport blijkt dat er langs het tracé van de toekomstige Stadsbrug lichte tot ernstige (zware metalen en PAK) bodemverontreiniging aanwezig is. In onderstaande figuren zijn de gebieden waar bodemverontreiniging aanwezig is weergegeven. De bodemkwaliteit van terrein bij VASIM is onderzocht en is sterk puinhoudend, licht tot sterk verontreinigd met voornamelijk zware metalen en PAK. De aanwezige kolk op het terrein is gedempt met zand en klei. Het gehele gebied rondom VASIM is opgehoogd met oorlogspuin. Het grondwater is hier licht verontreinigd. In het noordelijk deel van de verlengde Energieweg (huidige Mercuriusweg nabij Weurtseweg) is zowel de grond als het grondwater in sterke mate verontreinigd met vluchtige chloorhoudende koolwaterstoffen. Ter plaatse van het zuidelijk deel van de verlengde Energieweg tracé (omgeving Kanaalstraat/Fabrieksweg) is de bodem en het grondwater sterk verontreinigd. De Waal en uiterwaarden zijn voornamelijk belast met zware metalen en bestrijdingsmiddelen.
Tracéstudie warmteleidingen ARN-Waalsprong te Nijmegen Fase 2
Tebodin Netherlands B.V. Ordernummer: 40389.00 Documentnummer: 1912002 Revisie: A Datum: 12-08-2009 Pagina: 37 van 52
Het gebied aan de noordzijde van de Waal bestaat uit tuinbouwkassen en akkers. De bodem is hier licht verontreinigd met diverse componenten. Het grondwater is hier niet verontreinigd.
Figuur 23, Gebieden met bodemverontreiniging (Bron: Milieuatlas Nijmegen)
Figuur 24, Gebieden Waalsprong met bodemverontreiniging (Bron: Milieuatlas Nijmegen).
In Figuur 25 zijn de bodemverontreiniginglocaties voor het gebied ten zuiden van de Waal weergegeven. In dit deel van het plangebied komt een aantal mobiele en immobiele verontreinigingen voor. In het plangebied ten noorden van de Waal zijn diverse verdachte locaties aanwezig. Deze locaties zijn weergegeven in Figuur 26.
Tracéstudie warmteleidingen ARN-Waalsprong te Nijmegen Fase 2
Tebodin Netherlands B.V. Ordernummer: 40389.00 Documentnummer: 1912002 Revisie: A Datum: 12-08-2009 Pagina: 38 van 52
Figuur 25, Locaties bodemverontreiniging zuidzijde Waal (bron: gemeente Nijmegen, Zicht op Milieu in Nijmegen-west).
Figuur 26, Verdachte locaties noordzijde Waal (bron: gemeente Nijmegen, MER Waalsprong 2003, bodem).
Aanbevolen wordt om over het aan te leggen tracé bodemmonsters te nemen alvorens met de aanleg van de warmteleiding aan te vangen. Kosten voor eventuele grondsanering zijn niet in de kostenraming meegenomen.
Tracéstudie warmteleidingen ARN-Waalsprong te Nijmegen Fase 2
Tebodin Netherlands B.V. Ordernummer: 40389.00 Documentnummer: 1912002 Revisie: A Datum: 12-08-2009 Pagina: 39 van 52
6.4
Grondwater Passage uit MER Stadsbrug Nijmegen, september 22004: “In Figuur 27 zijn de stijghoogtes weergegeven van een peilbuis ten noorden en twee peilbuizen ten zuiden van de Waal rondom het tracé van de Stadsbrug. De peilbuis B40C0513-1 (paars) ligt aan de noordzijde van de Waal. De andere twee peilbuizen (d.blauw en rood) liggen aan de zuidzijde van de Waal (Waalkade en Weurt). De stijghoogte van het eerste watervoerende pakket is in de peilbuis aan de noordzijde van de Waal gemiddeld NAP 7,50 m. Aan de zuidzijde van de Waal is de stijghoogte in de twee peilbuizen gemiddeld NAP 7,30 m. De maximaal gemeten stijghoogte in de drie peilbuizen in de jaren 1990 tot en met 2000 bedraagt NAP 9,3 m. Het huidige maaiveld in het plangebied aan de noordzijde van de Waal ligt tussen de NAP 9,50 m en de NAP 9,80 m. Het maaiveld in het plangebied ten zuiden van de Waal ligt op circa NAP 10,0 m. In de grafiek zijn ook de gemeten waterstanden op de Waal weergegeven (lichtblauw). Uit de grafiek is af te leiden dat de grondwaterstand langs de Waal in het eerste watervoerende pakket beïnvloed wordt door de waterstanden op de Waal.” Bij hoge waterstanden op de Waal en het Maas-Waalkanaal treedt plaatselijk grondwateroverlast op in de wijk waardoor het tracé van de Stadsbrug loopt ten zuiden van de Waal (bron: Waterplan Nijmegen).
Figuur 27, Stijghoogtes eerste watervoerende pakket (bron NITG-TNO uit MER Stadsbrug Nijmegen
In Figuur 28 zijn de grondwatertrappen weergegeven van de plangebieden ten noorden van de Waal en ten westen van het Maas-Waal kanaal. De kern Nijmegen is op de wateratlas onbekend.
Tracéstudie warmteleidingen ARN-Waalsprong te Nijmegen Fase 2
Tebodin Netherlands B.V. Ordernummer: 40389.00 Documentnummer: 1912002 Revisie: A Datum: 12-08-2009 Pagina: 40 van 52
Grondwatertrappen onbekend onbekend water Gt I Gt II Gt II* Gt III Gt III* Gt IV Gt V Gt V* Gt VI Gt VII Gt VII*
Figuur 28, Grondwatertrappen regio Nijmegen (Bron: Wateratlas).
Het plangebied ten noorden van de Waal en rondom ARN heeft volgens de grondwateratlas een grondwatertrap van Gt-VI, wat in houdt dat de Gemiddeld Hoogste Grondwaterstand (GHG) GHG=40-80 cm -mv en de Gemiddeld Laagste Grondwaterstand (GLG) GLG=>120cm –mv. Het plangebied ten westen van het Maas-Waal kanaal heeft volgens de grondwateratlas een grondwatertrap van Gt-VII, wat in houdt dat de Gemiddeld Hoogste Grondwaterstand (GHG) GHG=>80 cm -mv en de Gemiddeld Laagste Grondwaterstand (GLG) GLG=>120cm –mv. In onderstaande tabel zijn de waarden weergegeven binnen de genoemde gebieden. Plangebied Ten noorden van Waal en ARN West van Maas-Waal kanaal
GHG [cm –MV] 60 100
GLG [cm –MV] 155 190
Tabel 1, GHG en GLG waarden.
Op basis van de milieuatlas van de gemeente Nijmegen is af te leiden dat de grondwaterstand in het plangebied ten oosten van het Maas-Waal kanaal (Energieweg, Ambachtsweg) t.o.v. het maaiveld 2-3 m is.
Tracéstudie warmteleidingen ARN-Waalsprong te Nijmegen Fase 2
Tebodin Netherlands B.V. Ordernummer: 40389.00 Documentnummer: 1912002 Revisie: A Datum: 12-08-2009 Pagina: 41 van 52
Figuur 29, Tijdstijghoogtelijn put B40C2844, ten oosten van Energieweg. (Bron: Dinoloket.nl)
Figuur 30, Tijdstijghoogtelijn put B40C0597, ten zuid oosten van ARN. (Bron: Dinoloket.nl)
Het maaiveld in het plangebied bij ARN heeft een maaiveldhoogte van NAP +8,4 m, in de Lindenhoutsweg weg ligt het maaiveld op NAP +9 m, ten zuiden van de Waal loopt het maaiveld van NAP +9,5 m (zuidelijk deel Energieweg) op naar ca. NAP +11,5 m richting Weurtseweg. Het plangebied ten noorden van de Waal heeft een maaiveldhoogte van NAP +11 m en loopt tot ca NAP +9,5 m Uit de maaiveldhoogtes en grondwaterstanden kan, afhankelijk van het jaargetijde, afgeleid worden dat er weinig tot geen water geloosd zal hoeven te worden bij aanleg in open ontgraving. Bij kruisingen met aanwezige kabels en leidingen zal in de detail fase de grondwaterlozing hoeveelheden uitgewerkt moeten worden. In de nabijheid van het plangebied ligt de grondwaterwinning Nieuwe Markstraat. Deze winning onttrekt 3
circa 4 miljoen m water per jaar. Waterbedrijf Vitens is aan het onderzoeken of deze drinkwaterwinning opgeheven kan worden. Het opheffen van de winning heeft invloed op de optredende grondwaterstanden in het studiegebied ten zuiden van de Waal. Tracéstudie warmteleidingen ARN-Waalsprong te Nijmegen Fase 2
Tebodin Netherlands B.V. Ordernummer: 40389.00 Documentnummer: 1912002 Revisie: A Datum: 12-08-2009 Pagina: 42 van 52
6.5
Explosieven In rapport “157158 – Bodemonderzoek plangebied nieuwe Stadsbrug te Nijmegen”, d.d. mei 2006 zijn de bevindingen van het grondonderzoek uitgevoerd door Oranjewoud weergegeven. In dit rapport wordt gerefereerd naar een, in opdracht van de gemeente Nijmegen opgesteld, rapport van AVG Geoconsult Heijen B.V. Ten behoeve van dit rapport (oktober 2005) is een historisch onderzoek uitgevoerd naar de aanwezigheid van explosieven in de bodem ter plaatse van het toekomstige brugtracé. Uit het rapport blijkt dat in het onderzochte gebied de kans op het aantreffen van conventionele explosieven hoger ligt dan in andere plaatsen in Nederland. Het gebied is met name verdacht op (gedumpt) oorlogsmateriaal en afwerpmunitie. Aanbevolen wordt om over het aan te leggen tracé aanvullend explosieven onderzoek te verrichten alvorens met de aanleg van de warmteleiding aan te vangen.
Tracéstudie warmteleidingen ARN-Waalsprong te Nijmegen Fase 2
Tebodin Netherlands B.V. Ordernummer: 40389.00 Documentnummer: 1912002 Revisie: A Datum: 12-08-2009 Pagina: 43 van 52
7
Vergunningverlenende instanties en risico’s
7.1
Vergunning verlenende instanties Voor de aanleg en exploitatie van de warmteleidingen zijn diverse vergunningen en/of ontheffingen benodigd en zijn hieronder weergegeven. Afhankelijk van het uiteindelijke tracé zullen mogelijk niet alle hieronder genoemde partijen betrokken zijn bij de vergunningverlening. De vergunningverlenende instanties zijn: • •
• • •
•
•
Provincie Gelderland, betreffende onttrekken van grondwater en tracering binnen de grenzen van de provincie; Rijkswaterstaat (RWS), betreffende kruisingen met wegen en waterwegen: o District Boven-Rijn en Waal voor het kruisen van de Waal; o District Maas-Waal kanaal voor het kruisen van het Maas-Waal kanaal; ProRail, betreffende het kruisen en parallelloop van spoorwegen, regio Zuid; Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV), ‘flora en fauna wet’; Waterschap Rivierenland, betreffende kruisingen en/of parallelligging met waterwegen, dijken, waterkeringen en het lozen van grondwater op oppervlaktewateren. De volgende waterkeringen zijn in het beheer bij het waterschap: o De Dijk ten noorden van Weurt; o Kade van Nijmegen aan de zuidoever van de Waal; o Oosterhoutse aan de noordzijde van de Waal; Gemeentes, betreffende het tracé binnen de grenzen van de gemeente: o Gemeente Nijmegen, o Gemeente Beuningen, deelgemeente Weurt; Eventuele particuliere grondeigenaren.
Er heeft een gesprek met de gemeente Nijmegen als opdrachtgever plaatsgevonden, een oriënterend gesprek tussen gemeente Nijmegen en de twee genoemde RWS districten en telefonisch onderhoud met waterschap Rivierenland. Daarnaast heeft er correspondentie plaatsgevonden tussen de gemeent Nijmegen en ProRail. Met de overige vergunningverlenende instanties of particuliere grondeigenaren zijn geen gesprekken gevoerd.
7.2
Risico’s Tijdens de uitvoering kunnen de volgende zaken voorkomen: • Onbekende obstakels zoals oude fundatieresten; • Aanwezigheid van Explosieven; • Oude onbekende kabels en leidingen; • Schade toegebracht aan kabels en leidingen van derden; Als gevolg van de grindige grondstructuur bestaan er een aantal risico’s die tijdens het boren van de warmteleidingen aanwezig zijn. • het risico van het uitbreken van het bentoniet (boorvloeistof) • instabiliteit van het boorgat; • Afvoer van losgeboorde grond wordt belemmerd; • Het vastlopen van de boorkop of ruimer; Tracéstudie warmteleidingen ARN-Waalsprong te Nijmegen Fase 2
Tebodin Netherlands B.V. Ordernummer: 40389.00 Documentnummer: 1912002 Revisie: A Datum: 12-08-2009 Pagina: 44 van 52
Fasering Fasering van de aanleg in tijd hoeft geen risico op te leveren indien er rekening gehouden wordt met de aanleg van de toekomstige Stadsbrug. Aanbevolen wordt om de 2 warmteleidingen onder de Waal te boren nadat de fundatie van brugpijler is aangebracht (exacte ligging is dan bekend) en het wegprofiel van de verlengde Energieweg bouwrijp is gemaakt en verwijderd van eventuele obstakels (vanwege verlenging Energieweg te slopen gebouwen). Tijdens het boren van de HDD’s dient het landhoofd en de zandlichamen van de toekomstige Stadsbrug nog niet te zijn aangebracht. De aanleg kosten zullen als gevolg van inefficiëntie, fluctuatie in materiaalprijzen en het niet aaneengesloten kunnen uitvoeren van het werk eveneens wijzigen.
Aanpassing kadeconstructie Passage uit e-mail afkomstig van J. v/d Adel, gemeente Nijmegen: “In het kader van het project Ruimte voor de Waal wordt er op dit moment een planstudie uitgevoerd in het projectgebied. Een van de onderdelen van dit plan is de aanleg van een kwelscherm (stalen damwand) in de huidige bandijk aan de noordzijde van de Waal, tussen de spoorbrug en de geplande tweede stadsbrug. Dit kwelscherm loopt door tot een diepte van NAP- 10m. In de huidige plannen loopt het kwelscherm niet helemaal door tot aan de locatie van de tweede stadsbrug. Er kan op dit moment echter nog niet uitgesloten worden dat dit kwelscherm wel dient te worden verlengd tot aan de tweede stadsbrug. Wel is het zeer waarschijnlijk dat, indien de gestuurde boring ten westen van de tweede stadsbrug gepland wordt, dit geen gevolgen zal hebben voor een eventueel aan te leggen kwelscherm. Het is namelijk op dit moment niet de verwachting, dat dit kwelscherm verder doorgezet zal worden ten westen van de locatie van de tweede stadsbrug.” Voor de tracéstudie is geen rekening gehouden met de mogelijkheid dat het kwelscherm doorgetrokken wordt. Het doortrekken van het kwelscherm heeft, afhankelijk van de diepte van het scherm, invloed op de in- uittrede punten van de HDD en daarmee de opstel plaats van de boor-rig.
Tracéstudie warmteleidingen ARN-Waalsprong te Nijmegen Fase 2
Tebodin Netherlands B.V. Ordernummer: 40389.00 Documentnummer: 1912002 Revisie: A Datum: 12-08-2009 Pagina: 47 van 52
9
Wegingscriteria
9.1
Criteria kosten In onderstaande tabel zijn de kosten voor aanleg en onderhoud van de diverse tracé secties tegen elkaar gewogen. Indien er geen gebruik van particuliere grond nodig zal zijn is dit weergegeven met “+”. De investeringkosten via sectie 1C valt voordeliger uit dan van 1A of 1B samen met sectie 2A (van ARN tot aan kr Energieweg/Ambachtsweg) en is daarom met een “+” aangeduid. Het verschil in totale investeringskosten tussen variant 1A en 1B is gering. Het verschil in totale investeringskosten voor het bevestigen van de leidingen aan de toekomstige Stadsbrug en de HDD variant zijn gering. De definitieve investeringskosten voor variant 3A zijn afhankelijk van het definitieve brugontwerp.
Tabel 2, Wegingcriteria kosten.
Tracéstudie warmteleidingen ARN-Waalsprong te Nijmegen Fase 2
Tebodin Netherlands B.V. Ordernummer: 40389.00 Documentnummer: 1912002 Revisie: A Datum: 12-08-2009 Pagina: 48 van 52
9.2
Criteria uitvoerings- en beheer fase In onderstaande tabel zijn de criteria met betrekking tot de uitvoerings- en beheer fase van de diverse tracé secties tegen elkaar gewogen. Daarbij zijn de volgende aanduidingen gebruikt. Uitvoeringsfase realisatietijd effecten omgeving tijdens aanleg voldoende werkruimte beschikbaar verwachting bodemverontreiniging
(+) = snel aan te leggen, aanlegsnelheid is onderhevig aan aanwezige K&L (-) = indien leiding onder asfalt ligt levert dit verkeershinder op wegens openbreken weg, e.e.a. afhankelijk van verkeersdrukte (+)= voldoende werkruimte, -= te weining ruimt voor open ontgraving en dient sleufbekisting toegepast te worden (-) = verontreiniging aanwezig, verlengde Energieweg wordt als gesaneerd beschouwd voor start werkzaamheden, bij HDD geen graafwerkzaamheden (+)
Beheer fase onderhoudbaarheid bereikbaarheid
verkeershinder bij reparatie
kwetsbaarheid visueel zichtbaar extra warmteverlies a.g.v. blootstelling
(-) = niet bereikbaar zoals bij HDD, bij bruggen extra constructie benodigd, (+) = bereikbaar door opengraven, (+/-)= bij brug wel onderhoudbaar (-) = niet bereikbaar zoals bij HDD, (+) = bereikbaar door opengraven zonder verkeershinder, (+/-)= bereikbaar met verkeershinder of bevestiging aan brug; (-) = indien leiding onder asfalt ligt levert dit verkeershinder op wegens openbreken weg, e.e.a. afhankelijk van verkeersdrukte. Lindenhoutseweg en Ambachtsweg beschouwd als minder druk tov Energieweg (+/-), bij HDD geen reparatie mogelijk (+) (+) = indien leiding onder asfalt ligt is de kans op graafschade door derden kleiner t.o.v. ligging onder fietspad met K&L derden erbij (+) = niet zichtbaar, voor stadbrug afhankelijk van ontwerp (+) = geen warmteverlies, bij brug wel klein warmteverlies. Bij Stadsbrug wel afhankelijk van ontwerp
Uit Tabel 3 is af te leiden dat voor het tracé ARN tot aan de kruising Energieweg/Ambachtsweg de variant via sectie 1C beter scoort dan de varianten 1A+2A en 1B+2A. Om een juiste verhouding te krijgen is voor sectie 1A/B + 2A naar de afstandverhouding gekeken. Voor secties 1A/B en 2A geldt dat de Hogelandseweg en Energieweg erg druk bereden zijn en tijdens aanleg en eventuele reparatiewerkzaamheden dit de nodige verkeershinder oplevert. Voor het stuk Energieweg tussen pompstation ANAC en Dr. de Blecourtweg ligt de leiding onder een stukje ventweg en levert dit minder verkeershinder op. Zowel het stuk langs de Ambachtsweg als sectie 2A geldt dat de kans op schade (kwetsbaarheid) groter is vanwege kabels en leidingen van derden, bij grondroerdersactiviteiten door derden kunnen de warmteleidingen beschadigd raken. Ook tijdens aanleg en onderhoud aan de warmteleiding bestaat het risico van het aanbrengen van schade aan kabels en leidingen van derden. Voor de onderhoudbaarheid en bereikbaarheid is gekeken of de leiding te benaderen is en of dit verkeershinder zal opleveren. Voor het kruisen van de Waal scoort de HDD variant iets beter ten opzichte van bevestiging aan de brug
Tracéstudie warmteleidingen ARN-Waalsprong te Nijmegen Fase 2
Tebodin Netherlands B.V. Ordernummer: 40389.00 Documentnummer: 1912002 Revisie: A Datum: 12-08-2009 Pagina: 49 van 52
Tabel 3, Wegingcriteria uitvoering en beheer.
Tracéstudie warmteleidingen ARN-Waalsprong te Nijmegen Fase 2
Tebodin Netherlands B.V. Ordernummer: 40389.00 Documentnummer: 1912002 Revisie: A Datum: 12-08-2009 Pagina: 50 van 52
10
Conclusie
10.1
Fase 1 In fase 1 van deze tracéstudie zijn een aantal tracé varianten onderzocht en zijn een aantal niet onoverkomelijke hindernissen naar voren gekomen en een aantal varianten zijn als gevolg van hindernissen als ‘weinig realistisch’ aan te merken. Voor de variant waarbij de Waal gekruist wordt door de leidingen aan de Spoorbrug te bevestigen is deze variant op basis van de eisen van ProRail, Waterschap Rivierenland, RWS en het doorkruisen van een grondwaterbeschermingsgebied Nieuwe Marktstraat als ‘weinig realistisch’ aangemerkt. Als aanvulling kan vermeld worden dat waterwinning in de Nieuwe Markstraat mogelijk opgeheven zal worden. Voor de variant waarbij de leiding door Weurt loopt en de Waal ten noorden van Weurt kruist is deze variant gezien de beperkt beschikbare ruimte onder de Jonkerstraat, het doorkruisen van woonwijken, de eisen van waterschap Rivierenland en het doorkruisen van een Vogelrichtlijngebied als ‘ weinig realistisch’ aangemerkt. Tevens zijn er plannen voor een overnachtinghaven voor binnenscheepvaart ten westen van het maas-Waal kanaal bij de uitmonding op de Waal. Bij deze variant vervalt de mogelijkheid om het Waalfront aan te sluiten.
Op basis van de tussenafweging van fase 1 en het bestuurlijk overleg zijn de tracé varianten via Weurt en de Spoorbrug variant in fase 2 buiten beschouwing gelaten.
10.2
Fase 2 Voor de varianten waarbij de Waal en het Maas-Waal kanaal gekruist zal worden door middel van een HDD is de aanwezigheid van grindlagen in de ondergrond een punt van aandacht. Uit diverse grondonderzoeken in de nabijheid van het beoogde tracé voor een HDD onder de Waal komt naar voren dat op de te boren diepte van NAP -5 m en NAP -6m grondlagen met grind aanwezig zijn. Ten oosten van het beoogde tracé bevindt zich een boring t.b.v. datakabels (UPC), en ten westen boring(en) t.b.v. elektrakabels. Op basis hiervan kan niet met zekerheid geconcludeerd worden dat de warmteleidingen ook onder de Waal geboord kunnen worden. Aanvullend grondonderzoek ter plaatse van het beoogde tracé zal hierover uitsluitsel moeten geven. Voor de variant waarbij het Maas-Waal kanaal gekruist wordt door de leiding aan de brug te bevestigen zal rekening gehouden moeten worden met de vrije doorvaarthoogte van het scheepvaartverkeer op het Maas-Waal kanaal. Uit een doorsnedentekening van de brug met de leidingen hier op schaal ingetekend kan geconcludeerd worden dat hier geen problemen te verwachten zijn met betrekking tot de vrije doorvaart hoogte. Een sterkte berekening van de brug ter controle zal nog wel uitgevoerd moeten worden. Zoals genoemd in dit rapport is de ruimte langs de Energieweg voor de aanleg van nieuwe kabels en leidingen beperkt. Dit heeft tot gevolg dat, indien de leidingen onder het asfalt komen, en in mindere mate bij aanleg onder particulier terrein, dit de nodige verkeershinder en –omleidingen op zal leveren. Ook tijdens het graven van de sleuf zal de uitgegraven grond elders opgeslagen moeten worden en zullen kabels en leidingen van derden (tijdelijk) opgehangen moeten worden en zullen de warmteleiding bij kruisende kabels en leidingen dieper gelegd moeten worden. Tracéstudie warmteleidingen ARN-Waalsprong te Nijmegen Fase 2
Tebodin Netherlands B.V. Ordernummer: 40389.00 Documentnummer: 1912002 Revisie: A Datum: 12-08-2009 Pagina: 51 van 52
Met name langs de Energieweg tussen de Neerbosscheweg en Ambachtsweg is de ruimte beperkt en zullen de warmteleidingen over delen van het tracé onder het asfalt gelegd moeten en andere delen onder particulier terrein (parkeervoorziening bedrijfspanden). Langs de Energieweg tussen de Ambachtsweg en Industrieplein komt er ruimte beschikbaar als gevolg van het slopen van de huidige stamlijn. Bij de toekomstige verlenging van de Energieweg (vanaf Industrieplein tot aan Stadbrug) is er van uitgegaan dat er ruimte gereserveerd is voor een leidingstrook welke gebruikt kan worden voor de warmteleidingen. Voor de variant waarbij de Waal gekruist wordt door de leiding aan de toekomstige Stadsbrug te bevestigen zal rekening gehouden moeten worden met de vrije doorvaarthoogte van het scheepvaartverkeer op de Waal. Aangezien de aanbesteding van de toekomstige Stadsbrug ten tijde van deze studie in gang was en dus geen gegevens van de brug beschikbaar waren kan er geen oordeel geveld worden of de vrije doorvaarthoogte nadelig beïnvloed wordt. Tijdens deze studie is dan ook aangenomen dat de leidingen binnen het profiel van de brug vallen. De toekomstige Stadsbrug zal nog wel op de extra belasting als gevolg van de leidingen berekend dienen te worden. Met betrekking tot de ‘gevoelige’ gebieden kunnen de noordelijke uiterwaarden langs de Waal als Vogelrichtlijnengebied genoemd worden. Bij het kruisen van de Waal door middel van een HDD ligt het uittrede punt van de boring buiten het richtlijnengebied. Het tracé loopt door gebieden waar bodemonderzoek heeft plaatsgevonden en waar licht tot sterk (o.a. zware metalen en PAK ) verontreinigde grond is aangetroffen. De kosten voor eventuele grondsanering zijn niet in de kostenraming opgenomen. Aanbevolen wordt om over het aan te leggen tracé bodemmonsters te nemen.
10.3
Aanbevolen tracé Op basis van het uitgevoerde onderzoek heeft de variant waarbij het Maas-Waal kanaal ter hoogte van de Lindenhoutseweg/Ambachtsweg gekruist wordt de voorkeur (via tracésecties 1C 2B 2C 3A of 3B). Behalve dat deze variant uit kostenoogpunt aantrekkelijker is zijn er nog een aantal punten in het voordeel van deze variant. Bij het kruisen van het Maas-Waal kanaal ter hoogte van de Neerbosscheweg loopt het tracé langs de drukbereden Hogelandseweg (1A/1B) en Energieweg (2A). Aanleg langs en onder het asfalt van deze wegen zal de nodige verkeershinder tijdens de aanleg, maar ook bij reparatiewerkzaamheden aan de warmteleidingen, opleveren. De pluspunten voor tracé 1C zijn de lagere verkeersintensiteit op de Lindenhoutsweg en langs de Ambachtsweg zijn de leidingen onder de te verwijderen stamlijn geprojecteerd en zal sectie 2A van de Energieweg in zijn geheel overgeslagen worden. Het tracé via sectie 1C loopt over een kortere afstand parallel met kabels en leidingen van derden ten opzichte van tracering van de leidingen via 1A/1B + 2A. De kans op graafschade toegebracht aan kabels en leidingen van derden tijdens aanleg of reparatiewerkzaamheden en schade aangebracht door derden aan de warmteleidingen tijdens hun werkzaamheden is dan ook kleiner. Bij tracésectie 1B (HDD variant) zal er rekening gehouden moeten worden met de ondergrondse brandstofvoorraadtanks van ANAC en zal voor variant 1A (brugophanging) een sterkteberekening uitsluitsel moeten geven of de brugconstructie hiervoor geschikt is. Voor het stuk langs de Energieweg tussen de Ambachtsweg en het landhoofd van de toekomstige Stadsbrug zijn geen alternatieve routes.
Tracéstudie warmteleidingen ARN-Waalsprong te Nijmegen Fase 2
Tebodin Netherlands B.V. Ordernummer: 40389.00 Documentnummer: 1912002 Revisie: A Datum: 12-08-2009 Pagina: 52 van 52
Voor het kruisen van de Waal door middel van een HDD of door het bevestigen aan de brug zal een voorkeurstracé afhankelijk zijn van het definitieve brugontwerp. Op basis van de uitvoering en beheer criteria scoort de HDD variant iets beter ten opzichte van bevestiging aan de toekomstige Stadsbrug.
Tracéstudie warmteleidingen ARN-Waalsprong te Nijmegen Fase 2