TOELICHTING BIJ WERKPROGRAMMA SCHOOLPLAN 2012–2016 A. Onderwijs 1. Leerlingen Loopbaanoriëntatie/toekomstoriëntatie (LOB): Alle teams stellen een teamplan LOB op waarin zij de specifieke bijdrage van het team aan de loopbaanoriëntatie van de leerling in een betreffend(e) leerjaar, afdeling of sector omschrijven. Dit plan wordt opgesteld binnen het vigerende LOB-plan van het Fioretti College (juni 2011). Talent en ambitie: Onderwijs waarin we aansluiten bij het talent en de ambitie van het kind zichtbaar maken binnen de school. Iedere vaksectie stelt, in samenspraak met de schoolleiding, een plan op waarin zij binnen een deel van de leerstof voor de leerlingen de ruimte creëren om deze leerstof te kleuren met eigen talent, passend bij hun ambitie. Dit kan ook een plan zijn waarbij het talent en de ambitie van de leerling de route door de leerstof mede bepaalt. Leerlingen verantwoordelijk: Ieder team en de vaksecties maken een plan waarin de verantwoordelijkheid voor een gekaderd deel van het onderwijs van de leerling omschreven is. Dit wordt gedaan onder de supervisie van de docent. In de verkenning van dit onderwerp moet onderzocht worden binnen welke structuur en begeleidingsvorm dit past. Hierbij moet gedacht worden aan werken met keuzemodules binnen de vakken, vakoverstijgende activiteiten binnen leergebieden, werken met portfolio’s, werken binnen een elektronische leeromgeving, etc. 2. Identiteit Burgerschap: Een integraal onderdeel van alle activiteiten binnen de school. De onderwerpen democratie, participatie en identiteit moeten in ons handelen zichtbaar en voelbaar worden. Ondersteund door het landelijke project Raak Pro zijn vier collega’s samen met de schoolleiding verantwoordelijk voor de koers van deze ontwikkeling. Langs de weg van inventariseren, onderzoeken en experimenteren, zal het beleid rondom burgerschap vorm krijgen en geïmplementeerd worden. Katholiciteit: In de burgerschapsontwikkeling zal de katholieke achtergrond van het Fioretti College specifiek beschouwd worden. De waarden uit deze katholieke achtergrond met de ruimte voor andere levensovertuigingen en plaats voor het typische Brabantse karakter van onze school vormen de basis voor ons handelen. Binnen het onderwijs moet deze basis zichtbaar en voelbaar zijn in ons handelen en moet er voor leerlingen ruimte zijn voor levensvragen die zij zich bij ieder onderwerp in de les kunnen stellen. Maatschappelijke stage: Alle leerlingen moeten een maatschappelijke stage vervullen. 3. Onderwijsaanbod Onderwijsaanbod afstemmen: Het Fioretti College analyseert en evalueert ieder jaar het onderwijsaanbod en stelt daar waar nodig het onderwijsaanbod bij. Dit in overleg met omliggende onderwijsinstellingen, de lokale overheden en het bedrijfsleven/instellingen. Iedere 4 jaar dient in een RPO (Regionale Planning Onderwijsvoorzieningen) het regionale aanbod te worden vastgesteld. Opnemen in jaarplanning. Profilering onderwijsaanbod: Binnen het onderwijsaanbod profileert het Fioretti College zich herkenbaar naar de buitenwereld. Hierbij zijn de woorden praktisch
en persoonlijk leidend. Met deze woorden geven wij een Fioretti-kleur aan het onderwijs en laten we zien wat wij doen en hoe dat vorm krijgt. Een externe oriëntatie van het onderwijs, oftewel het onderwijs naar de samenleving brengen. Jaarlijks krijgt dit een accent tijdens de werving en selectie van de nieuwe leerlingen (jaarplanning). Voor beleid omtrent toelating, bevordering en verwijdering, zie schoolgids. Samenwerking: Het Fioretti College vormt samen met ROC De Leijgraaf (en medio 2012 met de Fontys PABO) een unieke onderwijsboulevard binnen Veghel. Het optimaal benutten van deze onderwijsvoorzieningen op één plek moet de komende jaren volop aandacht krijgen en daar waar samenwerken voordelen biedt, moet dit verder uitgewerkt worden. De komende schooljaren staat de samenwerking op het gebied van de beroepsgerichte vakken centraal waarbij het accent gelegd wordt op de sector techniek. De projectplanning hiervan moet verder geconcretiseerd worden. 4. Kwaliteit onderwijs Examenresultaten: De examenresultaten moeten de komende jaren op of boven het landelijk gemiddelde komen. Jaarlijks worden de resultaten daartoe geëvalueerd en waar nodig worden volgens het vastgestelde beleid acties ingezet (kwaliteit schoolexamens, 2011). Kwalificaties: Het Fioretti College streeft ernaar 100% van de leerlingen de school te laten verlaten met een diploma, een kwalificatie voor een vervolgopleiding of een toeleiding naar de arbeidsmarkt. Deze resultaten worden jaarlijks vastgesteld en gepubliceerd. Inspectieoordeel: De inspectie beoordeelt ons onderwijs. Voor het Fioretti College betekent dit dat zij altijd minimaal het basisarrangement voor alle opleidingen wil behalen. Daarnaast zullen de bevindingen van de inspectie gebruikt worden om het onderwijs te verbeteren en/of verder te ontwikkelen. Voortijdig schoolverlaten: Het Fioretti College kent een relatief laag aantal voortijdig schoolverlaters. Om dit aantal verder terug te brengen zullen wij de begeleiding van en de zorg voor leerlingen hierop verder inrichten. Input leerlingen en ouders: Het Fioretti College kent leerlingen- en ouderpanels. De opbrengsten van deze panels worden gecommuniceerd met alle belanghebbenden. De komende jaren zullen wij nieuwe, eigentijdse vormen van leerlingen- en ouderfeedback inzetten om de kwaliteit van het onderwijs te verbeteren. Hiertoe worden de verschillende moderne media onderzocht op geschiktheid hiervoor. 5. Onderwijsinnovatie en onderwijsontwikkeling Taal en rekenen: Opstellen taal- en rekenbeleid gericht op het behalen van de referentieniveaus. De ervaringen opgedaan in de samenwerking met PO- en VOscholen in de regio vastleggen in een beleidsnotitie en definitief invoeren. Differentiatie: Om het onderwijsrendement verder te ontwikkelen en daarmee de individuele leerling beter te bedienen moeten we op meerdere niveaus onderwijs kunnen verzorgen in een les. Tevens moeten we dezelfde leerstof op meerdere manieren kunnen aanbieden. Het bewust inzetten van voorbereide differentiatie en tools als feedback en feedforward moet onze manier van omgaan met individuele zorg en begeleiding voor leerlingen zichtbaar maken. Ieder team en daarop volgend iedere sectie ontwikkeld een passend repertoire. Digitaal onderwijs: We leven in een digitale wereld die voortdurend ontwikkelt. De leerlingen werken en denken dan ook steeds meer op deze manier. Dit moet ook
zichtbaar worden in onze onderwijspraktijk. De komende jaren moeten we hier onderzoek naar doen, experimenteren en ook daadwerkelijk uitvoeren. Ieder team en daarop volgend iedere sectie ontwikkelt een passend aanbod van digitaal leren en digitaal werken. Breinleren: De inzichten in hersenactiviteit en leren leiden ertoe dat we steeds meer zicht krijgen op onderwijsactiviteiten en leerrendement. De komende jaren moeten teams en vaksecties experimenteren met vormen van breinleren die bewezen meerwaarde hebben. De opbrengsten hiervan moeten leiden tot beleid dat is afgestemd op de onderwijssoort, de leeftijd en vak-kenmerken. Dit moet vervolgens weer leiden tot effectiever onderwijs. 6. Buitenschools leren Buitenschools leren, excursies en stages: Leren in levensechte omstandigheden in de dagelijkse praktijk levert een hoger leerrendement. Iedere sector binnen de beroepsgerichte leerwegen en het vak technologie bouwen het buitenschools leren, de stages en het werken in levensechte situaties binnen school verder uit. 7. Zorg en begeleiding Zorgplan: Het bestaande zorgplan evalueren en bijstellen naar de huidige situatie van de school en klaar maken voor de komst van Passend Onderwijs. In dit plan duidelijk verwoorden welke zorg op sociaal emotioneel gebied en welke zorg op cognitief gebied geboden wordt. Dit in een systematische en planmatige manier van werken, binnen het zorgteam, het team en in de individuele les. Begeleiding op maat: Iedere leerling heeft aandacht nodig, ieder op zijn of haar manier. Het leveren van maatwerk in de begeleiding is een belangrijk aandachtspunt, dat opgaat voor alle leerlingen. Een systeem waarin deze begeleiding vastgelegd wordt moet de komende jaren ingevoerd worden: het leerlingenvolgsysteem. Systematische en planmatige zorg: Zorg wanneer dat nodig is en zorg die recht doet aan de zorgvraag. Dit is en blijft een aandachtspunt. Doel voor de komende jaren is om tot een meetbaar (samenhangend systeem van instrumenten) traject te komen voor zorgleerlingen waarin iedere keer weer gekeken wordt of het ambitieniveau van de leerling en de school juist is. In de uitwerking van dit systeem ontstaan verschillen tussen het vmbo en het praktijkonderwijs. Passend onderwijs: Het is nog onduidelijk wat passend onderwijs voor ons zal betekenen. Wel moeten we hiervoor, wanneer er meer duidelijk is, een invoeringsplan opstellen en ervoor zorgen dat de docenten goed voorbereid worden op werken met een veranderende leerlingenpopulatie.
B. Kwaliteit 8. Kwaliteit organisatie Kwaliteitszorgsysteem: Opstellen algemeen kwaliteitszorgsysteem waarmee alle kwaliteitsvragen beantwoord kunnen worden. Hierin moet duidelijk worden hoe we kwaliteit bieden en waarborgen, wat onze kwaliteitszorg inhoudt en hoe we dat meten. Hierin zijn systematisch en planmatig werken, evalueren, verbeteren en borgen de sleutelwoorden. Vensters voor Verantwoording: Dit instrument is in 2011 geïntroduceerd. De komende jaren moeten we veel bewuster informatie plaatsen op VvV. Op deze wijze moeten we de opbrengsten van het onderwijs delen met onze omgeving, zodat dit ook kunnen benutten. Hierbij ook rekening houden met de publicaties in Trouw en Elsevier. Daarnaast moeten er ook verbeteracties opgezet worden wanneer de inzichten daartoe leiden. Een plan van aanpak wordt in 2012 opgesteld. Onderwijstijd: Het minimaliseren van lesuitval blijft een aandachtspunt. Om dit verder te optimaliseren zullen we vorm (het rooster en invallen) moeten onderzoeken. Is deze organisatievorm voor onderwijs nog de juiste? En kan het opvangen van verzuim door lesgevenden op een andere manier georganiseerd worden? Dit zijn de kernvragen voor dit aandachtspunt.
C. Personeel 9. Human Resources Management (HRM) Integraal PersoneelsBeleid 2012-2016: Opstellen IPB-plan voor de periode waarin het schoolplan loopt. In het IPB wordt, iedere vier jaar, de vertegenwoordiging van vrouwen in de schoolleiding vastgesteld. Indien er sprake is van een ondervertegenwoordiging wordt dit vertaald naar beleid. Intensivering gesprekkencyclus: Veel bewuster inzetten ter verbetering van de kwaliteit van het onderwijs. Niet alleen de formele gesprekken uitvoeren maar ook planmatig informele gesprekken plannen. Structureel lesbezoek maakt onderdeel uit van deze intensivering. Persoonlijke aandacht: Aandacht voor de individuele docent in iedere leeftijdsfase. HR beleid gericht op: ontwikkeling, duurzame inzetbaarheid, welzijn, het bieden van loopbaanmogelijkheden en mobiliteit. Dienstverlening als ondersteuning: De komende beleidsperiode ontwikkelen we een totaalbeeld van de inzet van het ondersteunend personeel: onderwijs ondersteunend primair proces, onderwijs ondersteunend frontoffice en onderwijs ondersteunend backoffice. Dit heeft als doel de dienstverlening en klantvriendelijkheid naar een hoger niveau te brengen. 10. Human Resources Development (HRD) – Opleiden Opleiden in de school: Wij zijn een opleidingsschool, dit moet een integraal onderdeel van de onderwijs-, opleidings- en scholingspraktijk van de school worden. Specifieke scholing van SPD'ers, didactische vakspecialisten, opleidings- en onderzoeksdocenten en opleidings- en onderzoekscoördinatoren zullen we verder ontwikkelen. Vergelijkbare taken zullen beschreven worden in het takenboek. Opleidingsplan docenten: Een docentenbaan betekent voortdurende ontwikkeling en scholing. Aansluitend op het opleiden in de school zal er een scholings- en ontwikkeltraject opgesteld worden van beginnend docent tot senior docent.
11. Human Resources Development – Deskundig blijven Vakkennis: Actuele kennis is van groot belang voor goed onderwijs. Iedere docent houdt zijn/haar kennis op orde en legt dit vast in het bekwaamheidsdossier. Een systeem hiervoor wordt in 2012 ingevoerd. Kennis van de doelgroep: Naast vakkennis is kennis van de doelgroep van groot belang. Tweejaarlijks organiseren wij een studiedag over een actuele ontwikkeling. Ook dit wordt vastgelegd in het bekwaamheidsdossier. Kennis van de doelgroep: Planmatig bijhouden van de kennis van pedagogiek, begeleidingsvaardigheden en van de doelgroep. Continue aandacht voor ontwikkelingen in de doelgroep middels onderzoek door docenten/studenten, het organiseren van studiedagen, etc. moet vorm krijgen. Docentenstages: Theoretische kennis krijgt pas waarde in de praktijk. Docentenstages brengen actuele kennis en de praktijk bijeen. Dit is van groot belang voor actueel onderwijs. Een invoeringstraject docentenstages wordt in 2012 opgesteld. De onderzoekende docent: Onderzoek door docenten leidt tot duurzame onderwijsontwikkeling en een kritische houding ten opzichte van onze dagelijkse onderwijspraktijk. Binnen het Fioretti College is de ruimte voor de onderzoekende docent gecreëerd. De komende jaren moet deze ruimte effectief ingezet worden ten behoeve van schoolontwikkeling. In ieder teamplan is deze inzet zichtbaar. Anders leren: Ruimte voor docenten om op andere manieren te leren, moet gewoon worden. Hiervoor moet een plan opgezet worden waarin vormen van collegiale consultatie, coaching, intervisie, digitaal en virtueel leren een plaats krijgen. Hiermee kan de docent zijn of haar voordeel doen.
D. Gebouw en omgeving 12. Onderwijsomgeving Leermiddelenbeleidsplan: Onderwijs in een passende technologische omgeving met de juiste leermiddelen. Deze ontwikkeling is in het ‘Leermiddelenbeleidsplan’ (2011) van het Fioretti College vastgelegd. Hierin komen de onderwijskundige plannen en de financiële gevolgen van de inzet van leermiddelen bij elkaar en worden vertaald naar een haalbare inzet voor de komende jaren. Het leermiddelenbeleid zal stapsgewijs met een jaarlijkse evaluatie ingevoerd worden. Gevarieerde leeromgeving: Leerlingen leren allemaal anders. Een gevarieerde leeromgeving van lokalen, leerpleinen, vaklokalen en praktijklokalen maakt dat er voor iedere leerling een juiste omgeving is. In deze omgeving kan ook de docent op een gevarieerde en daarmee een gedifferentieerde wijze zijn lessen verzorgen. Passende werkplekken: Passende werkplekken zijn nodig voor docenten, ondersteunend personeel en de schoolleiding om het werk op de juiste wijze en met een goede voorbereiding en nazorg te kunnen verzorgen. In de nieuwe school zijn voldoende passende werkplekken. Of deze voldoende geëquipeerd en nog steeds passend zijn blijven we monitoren.
E. Ondersteuning 13. Bedrijfsvoering Processen: De bestaande AO&IC-procedure (administratieve organisatie & interne controle) moet geactualiseerd worden. Hier wordt de planning & control cyclus aan gekoppeld. Dit alles is afgestemd op het schoolmanagement statuut (2012). Hier binnen zal ook het vigerende beleid ten aanzien van materiele of geldelijke bijdragen verwoord zijn. In dit beleid zegt het Fioretti College geen bijdragen te aanvaarden die kunnen leiden tot het stellen van voorwaarden. Beleidsplannen: Opstellen, evalueren en bijstellen van de beleidsplannen en protocollen voor Administratie, ICT en Facilitair. Frontoffice/Backoffice: Afstemming van de ondersteuning op het primair proces met een vraag- en aanbodtraject, komen tot een dienstverleningsovereenkomst waarbij gewerkt wordt in een front- en backoffice. Managementinformatie: Opstellen eerste beleidsplan managementinformatie. Hierbij nauw de ontwikkelingen op OMO-niveau volgend. Een belangrijke ontwikkeling hierin is de koppeling van prognosecijfers met de actuele situatie ten behoeve van het accuraat opstellen van de jaar- en meerjarenbegroting. Voor de situatie in de gemeente Veghel is hierin belangrijk dat de basispopulatie voor het voortgezet onderwijs, startend schooljaar 2014-2015, een krimp van 4-6% laat zien. Hierin moet met nadruk de leerlingenpopulatie uit de randgemeenten op deelnamepercentage gevolgd worden. Goed georganiseerd: Een goed rooster, goed onderhoud, goede leerroutes, flexibele organisatievormen. Een continue evaluatie van de werkwijze van de ondersteuning en de schoolleiding moet de organisatie steeds beter maken. Inkoop: De huidige inkoopprocedure moet geactualiseerd en gekoppeld worden aan de nieuwe wijze van magazijnbeheer. Samenwerken in de regio: Samenwerking met scholen uit de omgeving op Muntelaar of in Veghel om schaalvoordeel te behalen. Een netwerk laten ontstaan daar waar dit zich kansrijk aandient. 14. Huisvesting Opstellen MOP: Opstellen nieuw meerjaren-onderhoudsplan (MOP), Planon 2012. Tevens het actualiseren van de RIE. Invoering beheersplan schoolgebouw: Opstellen beheersplan schoolgebouw. 15. PR & Communicatie Communicatie: Opstellen communicatieplan naar leerlingen, ouders, personeel en omgeving met aandacht voor: Schriftelijke communicatie Internet Intranet Magister Elektronische leeromgeving (ELO) Moderne media Opstellen plan waarin bovenstaande onderdelen zijn opgenomen. Dit plan moet aansluiten bij OMO-ontwikkelingen. PR en Werving: Evalueren en actualiseren werving nieuwe leerlingen. Communicatie schoolactiviteiten: Communiceren wat we doen in het onderwijs