Thema Op zoek naar werk. Les 7. Naar het uitzendbureau

http://www.edusom.nl

Thema Op zoek naar werk Les 7. Naar het uitzendbureau.

Wat leert u in deze les? 

Een gesprek bij het uitzendbureau begrijpen.



Hoe je je kunt inschrijven bij het uitzendbureau.



Wat u kunt zeggen op het uitzendbureau.

Veel succes!

Deze les is ontwikkeld in opdracht van: Gemeente Den Haag en DWI Amsterdam

HET GESPREK Opdracht 1. Lees het gesprek. Let op: U kunt het gesprek ook beluisteren via de website! HET GESPREK DEEL 1.

Ramin is op zoek naar het werk. Hij gaat naar het uitzendbureau. Ramin: José: Ramin: José: Ramin:

Goedemiddag. Hallo, wat kan ik voor je doen? Ik ben op zoek naar werk. Dan ben je aan het goede adres. Wat voor soort werk zoek je? Ik wil van alles doen, maar het liefst zou ik in de horeca werken. Iets met koken ofzo. José: We hebben regelmatig vacatures in de Horeca. Ben je al ingeschreven? Ramin: Nee, nog niet. José: Dan gaan we dat eerst doen. Wil je misschien een kopje koffie? Ramin: Ja, graag. José: Goed. Als jij dan dit formulier even wilt invullen, dat is voor je persoonlijke gegevens … en dan haal ik even iets te drinken. … Ramin: Alstublieft. José: Dank je wel. Ik heb nu wat andere gegevens van je nodig. Die vul ik dan meteen in op de computer. Daarna kunnen we dan meteen kijken welke vacatures op dit moment er zijn. Ramin: Prima. José: Je zoekt dus iets in de horeca? Ramin: Ja, of in een winkel, dat vind ik ook leuk. José: Goed, en wil je volledig gaan werken of heb je liever een deeltijdbaan? Ramin: Ik zoek fulltime werk. José: En wanneer zou je kunnen beginnen? Ramin: Nou, per 1 maart. José: Goed, dat is dus volgende week … en heb je nog voorkeur voor speciale werktijden? Ramin: Hoe bedoelt u dat? José: Nou, wil je bijvoorbeeld alleen overdag of ook ’s avonds werken? Ramin: O, dat maakt mij niet uit. In de horeca moet je natuurlijk vaak ’s avonds werken, dat vind ik geen probleem, hoor!

Les 7 Plus- Station Nederlands - Edusom © ITTA 2014

2

DE WOORDEN Opdracht 2. Lees de woorden. Zoek deze woorden op in het gesprek op pagina 2. Zet er een streep onder. Tip: U kunt de woorden ook beluisteren via de radioles op internet. Het uitzendbureau Een uitzendbureau is een kantoor waar je naartoe kunt gaan als je werk zoekt. Voorbeeld: Ik ga naar het uitzendbureau want ik zoek werk voor een paar weken. Regelmatig Regelmatig betekent ongeveer hetzelfde als: vaak. Voorbeeld: Ik kijk regelmatig naar de Nederlandse tv. Ik denk wel vier keer per week. De vacature Een vacature is een baan waar een bedrijf iemand voor zoekt. Voorbeeld: In de krant van zaterdag staan altijd veel vacatures. Inschrijven Als je je inschrijft bij het uitzendbureau, dan geef je je persoonlijke gegevens aan het uitzendbureau. Het uitzendbureau gaat dan werk voor je zoeken. Voorbeeld: Ik ga me morgen inschrijven bij het uitzendbureau. Ik moet mijn paspoort en sofinummer meenemen. Dat maakt niet uit Als iets niet uitmaakt, dan is het niet erg. Voorbeeld: Ik wil best ’s avonds werken, dat maakt mij niet uit.

Tip woorden leren Zeg de woorden hardop voor u zelf. Dat is een goede manier om een nieuw woord niet te vergeten. Leer elke dag drie woorden.


3

VRAGEN BIJ HET GESPREK Opdracht 3. Is de zin goed of fout? Zet een kruisje. Goed

Fout

1.

José zoekt werkt. 2.

Ramin zoekt werk in de horeca. 3.

Bij de inschrijving moet Ramin zijn persoonlijke gegevens invullen. 4.

Ramin kan over 2 weken beginnen. 5.

Ramin wil ook ’s avonds werken.

Bekijk de antwoorden op p. 19.


4

HET GESPREK Opdracht 4. Lees het gesprek. U kunt het gesprek natuurlijk ook beluisteren via de website! HET GESPREK DEEL 2

Het gesprek van Ramin op het uitzendbureau gaat verder. José: En welke opleiding heb je gevolgd? Ramin: Eh, ik heb op het Clusius College gezeten. Daar heb ik het vmbo gedaan, de richting economie. José: O ja, en welke talen spreek je? Ramin: Ik spreek Frans en een beetje Engels. José: En heb je ook werkervaring? Ramin: Ik heb een tijdje in een winkel gewerkt. Dat was een stage, voor school. Daarna heb ik een tijdje bij mijn oom in het restaurant gewerkt. Alleen in het weekend hoor! En af en toe door de week. José: Mag ik dan ook nog even je legitimatiebewijs zien? Dat heb ik nodig voor het sofinummer. Ramin: Alstublieft. José: Ik heb alles in de computer staan. Nu zal ik eens even kijken of er iets is. Eh, hier in Den Haag, een verkoopmedewerker in een supermarkt voor 10 uur per week. Ramin: Dat lijkt me niets, want ik zoek een fulltime baan. José: Dat snap ik, eh, een kok voor een bedrijfsrestaurant, maar daar moet je ervaring voor hebben. D’r is niets geschikts. Maar we krijgen iedere dag nieuwe vacatures van bedrijven. Ik heb nu je gegevens, dus ik bel je wel als ik iets heb gevonden. Ramin: Oké, dus u belt mij? José: Ja, en je mag natuurlijk ook altijd langskomen als je in de buurt bent. Heb je verder nog vragen? Ramin: Nee, ik geloof het niet. José: Tot ziens, dan! Ramin: Dag!


5

DE WOORDEN Opdracht 5. Lees de woorden. Zoek deze woorden op in het gesprek op pagina 5. Zet er een streep onder. Tip: U kunt de woorden ook beluisteren via de les op internet.

De opleiding Als je een opleiding volgt, dan ga je naar school. Als je een opleiding volgt voor doktersassistente, dan leer je voor doktersassistente. Voorbeeld: ‘Wat voor opleiding doe je?’ ‘Ik volg een opleiding voor peuterleidster.’ De werkervaring Als je al eens gewerkt hebt, dan heb je werkervaring. Voorbeeld: Ik heb al twee jaar werkervaring. Ik heb een half jaar bij V & D gewerkt en daarna anderhalf jaar bij een bakker. Het legitimatiebewijs Een paspoort is een legitimatiebewijs. Voorbeeld: Heeft u een legitimatiebewijs bij u, bijvoorbeeld een identiteitskaart of uw rijbewijs? Het burgerservic nummer (BSN) Je burgerservicenummer is een nummer speciaal voor jou. Het heeft negen cijfers. Je hebt het nodig als je gaat werken. Je kunt het aanvragen bij de Belastingdienst. Voorbeeld: ‘Heeft u uw burgerservicenummer?’ ‘Ja hoor, het staat hier op mijn rijbewijs.’ Geschikt Als een baan geschikt voor je is, dan is het een goede baan voor jou. Voorbeeld: Ik ben geschikt voor deze baan, want ik vind het leuk om met kinderen te werken. Het bedrijf Een bedrijf is een plaats waar iets gedaan of gemaakt wordt om geld te verdienen, bijvoorbeeld een winkel. Voorbeeld: Ik ga morgen praten met de baas van het bedrijf. Hij heeft misschien werk voor mij. In de buurt Als je ergens in de buurt bent, dan ben je er vlakbij. Voorbeeld: Als je in de buurt bent, moet je even langskomen.


6

VRAGEN BIJ HET GESPREK Opdracht 6. Beantwoord de vragen. Zet een streep onder het goede antwoord. 1. Ramin zoekt werk. Gaat hij naar het uitzendbureau? - Ja, hij gaat naar het uitzendbureau. - Nee, hij gaat naar een restaurant.

2. Is Ramin al ingeschreven bij het uitzendbureau? - Ja, hij staat al ingeschreven. - Nee, hij moet zich nog inschrijven.

3. Zoekt Ramin een volledige baan? - Ja, hij zoekt fulltime werk. - Nee, hij zoekt parttime werk.

4. Heeft Ramin werkervaring? - Nee, hij heeft nog nooit gewerkt. - Ja, hij heeft al eerder gewerkt.

5. Heeft het uitzendbureau geschikt werk voor Ramin? - Ja, het uitzendbureau heeft een baan in een café. - Nee, het uitzendbureau heeft op dit moment geen werk.

Bekijk de antwoorden op p. 19. Les 7 Plus- Station Nederlands - Edusom © ITTA 2014

7

VRAGEN BIJ HET GESPREK Samenvatting. Schrijf in drie zinnen waar het gesprek over ging.

1. ………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………

2. ………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………

3. ………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………


8

VRAGEN Opdracht 7. Beantwoord de vragen. Zet een streep onder het goede antwoord. 1 Hoe noem je de school of het vak dat je leert? - de opleiding - de kantine

2 Hoe noem je een baan waar iemand voor gezocht wordt? - het bedrijf - de vacature

3 Hoe noem je een plaats waar iets gedaan of gemaakt wordt om geld te verdienen? - het bedrijf - het huis

4 Hoe noem je een kantoor waar mensen naartoe gaan als ze voor een tijdje werk zoeken? - het burgerservicenummer - het uitzendbureau

5 Wat heb je als je iets heel vaak hebt gedaan? - de ervaring - de buurt


9

SPREKEN Opdracht 8. Wat kunt u zeggen? Beantwoord de vragen. Spreek hardop voor uzelf.

1. Bent u al ingeschreven bij het uitzendbureau? ……………

2. Ik wil even uw persoonlijke gegevens weten. Hoe is uw naam? ……………

3. Kunt u uw naam spellen? ……………

4. Wat is uw adres? ……………

5. Wat is uw geboortedatum? ……………

6. Wat voor werk zoekt u? Misschien in een winkel, of op kantoor of iets anders? ……………

7. Hoeveel uur wilt u werken? 2 dagen per week, 8 uur in de week of fulltime …………… 8. Wilt u overdag of ’s avonds werken? ……………


10

OEFENING Opdracht 9. Maak van 1 woord 2 woorden! In het Nederlands zijn veel lange woorden, bijvoorbeeld: tandarts. Veel van deze woorden bestaan uit twee andere woorden. Luister maar: in tandarts zitten 2 woorden: de tand + de arts. Als u één van deze woorden kent, dan weet u vaak ook de betekenis van het lange woord.

Kijk naar het voorbeeld: 1. De werkervaring bestaat uit 2 woorden:

het werk

+

de ervaring

Nu u! Maak van het lange woord 2 woorden. 1. De werkervaring Het werk

+

De ervaring

+

………………………………

+

………………………………

+

………………………………

+

………………………………

+

………………………………

2. De werktijd ……………………………… 3. Het legitimatiebewijs ……………………………… 4. De verkoopmedewerker ……………………………… 5. De huisarts ……………………………… 6. De afspraakkaart ………………………………

Bekijk de antwoorden op p. 20.


11

DE ZINNEN Opdracht 10. Welke zin is juist? Hieronder staan 6 vragen. Bij elke vraag staan 2 antwoorden. Zet een kruisje bij het goede antwoord. 1.

Wat voor opleiding heeft u gedaan?

□

Ik heb bij een bedrijf gewerkt.

□

Ik heb een MBO opleiding afgerond.

2.

Komt u zich inschrijven?

□

Nee, ik kom hier regelmatig.

□

Ja, ik ben namelijk op zoek naar werk.

3.

Heeft u een legitimatiebewijs mee?

□

Ja, mijn burgerservicenummer is 135788954.

□

Ja, ik heb mijn paspoort bij me.

4.

Wat is uw werkervaring?

□

Ik heb bij een schoonmaakbedrijf gewerkt.

□

Ik heb een MBO opleiding afgerond.

5.

Waar wilt u werken?

□

In de buurt wil ik mij inschrijven.

□

Dat maakt mij niet uit.

6.

Welke vacature vindt u interessant?

□

Dat maakt niet uit.

□

Het werk als kok lijkt me erg leuk.


12

DE VACATURE Opdracht 11. Lees de vacature. Beantwoord daarna de vragen. Vrachtwagenchauffeurs m/v Gevraagd Locatie / Standplaats Dordrecht Salaris € 1.500,- a € 2.000,Functieomschrijving Voor een grote relatie in de Drechtsteden zijn wij met grote spoed op zoek naar een aantal chauffeurs m/v. Functie-eisen Men dient te beschikken over een Rijbewijs C/E en chauffeursdiploma. De ritten vinden plaats in dagdienst door geheel Nederland en af en toe België en Duitsland. Solliciteren Geïnteresseerd? Dan ontvang ik graag jouw CV op mailadres: [email protected] of bel me op telefoonnummer: 012-3456789

1. Voor welke baan is de vacature? ………………………………………………………………………………………… 2. In welke plaats ligt het bedrijf? ………………………………………………………………………………………… 3. Mogen vrouwen ook solliciteren? ………………………………………………………………………………………… 4. Is het werk ook ’s avonds? ………………………………………………………………………………………… 5. Naar welk e-mail adres kan je je cv opsturen? …………………………………………………………………………………………


13

SCHRIJVEN Opdracht 12. Wanneer u naar het uitzendbureau gaat moet u zich inschrijven. Dit doet u door een inschrijfformulier in te vullen. Hieronder ziet u een inschrijfformulier van een uitzendbureau. Vul het formulier in. Naam en voorletters*

Voornaam*

Toevoegingen*

Adres*

Nummer*

Toevoeging

Postcode*

Woonplaats*

Telefoonnummer 1*

(bv 010-1234567)

Telefoonnummer 2

E-mail*

Geboortedatum*

(bv 01-01-1970)

Geboorteplaats*

Vervoer

Auto

Rijbewijs

ja

Scooter

Fiets

Openbaar vervoer

Nee

Wenst te werken als:

Geef uw motivatie waarom U de juiste persoon bent voor deze functie

Beschikbaar per:

Datum:

(01-01-2004)

Aantal uren:


14

SPREKEN Spreek samen! Zoek een taalvriend. Een taalvriend is iemand die goed Nederlands spreekt. Een vriend. Of misschien iemand van uw werk. Of uw buurman. Doe samen met uw Taalvriend de spreekopdrachten. Lees samen. De een leest A, de ander B.

Opdracht 13. Lees samen met uw taalvriend: A Heb je nog vragen? B Nee, ik geloof het niet. A Heb je nog vragen? B Nee, ik geloof het niet. A Weet je het zeker? B Ja hoor, het is duidelijk! A Weet je het zeker? B Ja hoor, het is duidelijk! A Oké, bel woensdag even, Misschien weet ik dan meer. A Oké, bel woensdag even Misschien weet ik dan meer. B Dus woensdag is er werk? A Dat kan ik niet beloven. B Dus woensdag is er werk? A Dat kan ik niet beloven. B O! Dan bel ik woensdag wel. A Tot woensdag dan! B O! Dan bel ik woensdag wel. A Tot woensdag dan! B Tot dan! Tot dan!

?? VRAAG VAN DE WEEK ?? U bent op zoek naar werk en gaat naar het uitzendbureau. Wat moet u meenemen? Les 7 Plus- Station Nederlands - Edusom © ITTA 2014

15

LEZEN Opdracht 14. Lees. DE INFORMATIE.  Manieren om werk te vinden U kunt op verschillende manieren aan een baan komen. U kunt bijvoorbeeld in de krant kijken bij de personeelsadvertenties. U kunt ook op het internet kijken bij Werk.nl. Ook kunt u naar een uitzendbureau gaan. Bij een uitzendbureau hebben ze vaak tijdelijk werk. Een uitzendbureau neemt mensen tijdelijk in dienst. Het stuurt ze naar bedrijven die voor een bepaalde tijd iemand nodig hebben. Dat wil zeggen voor een paar weken of een paar maanden. Soms kunt u via een uitzendbureau ook aan een vaste baan komen. Bijvoorbeeld als een bedrijf tevreden is over uw werk en iemand voor langere tijd nodig heeft. Als u naar een uitzendbureau gaat, dan moet u zich laten inschrijven. U kunt dan zelf vertellen wat voor werk u zoekt. De man of vrouw van het uitzendbureau gaat dan op zoek naar werk voor u. Het is belangrijk dat u uw legitimatiebewijs meeneemt. Er zijn veel verschillende soorten uitzendbureaus. In het telefoonboek en op internet kunt u de uitzendbureaus bij u in de buurt vinden.

TIP VAN DE WEEK 1 Als u naar het uitzendbureau gaat, dan moet u zeggen dat u op zoek naar werk bent. U kunt zeggen: - Ik ben op zoek naar werk. - Heeft u ook werk voor mij? - Ik zoek een baan. - Is er misschien werk voor mij?

TIP VAN DE WEEK 2 Wilt u werken? Zoek dan op tijd kinderopvang! Als u een paar dagen per week wilt werken, dan kunt u uw kind naar de crèche brengen. U kunt kijken of er een crèche bij u in de buurt is. Kijk in de Gouden Gids of vraag het aan iemand anders.


16

TIP VAN DE WEEK 3 Op ETV en de website ETV.nl. zijn verschillende programma’s over werk zoeken te vinden. Bijvoorbeeld: Baanbrekend. Dit programma geeft uitleg over banen en opleidingen. Kijken dus!!

PRAKTIJK

Opdracht 15. Kijk in de praktijk. PRAKTIJKOPDRACHT Bent u op zoek naar werk? Doe dan opdracht 1. -

Welke uitzendbureaus zijn er bij u in de buurt? Schrijf de naam, het adres en het telefoonnummer op.

Zoekt u geen werk? Doe dan opdracht 2. -

Welk buurthuis is er bij u in de buurt? Schrijf de naam, het adres en telefoonnummer op.


17

HOE GAAT HET?

Opdracht 16. Kent u de woorden? Kruis aan. □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □

Het uitzendbureau Regelmatig De vacature Inschrijven Dat maakt niet uit De opleiding De werkervaring Het legitimatiebewijs Het sofinummer Geschikt Het bedrijf In de buurt

Opdracht 17. Kunt u het in het Nederlands? Deze les ging over het uitzendbureau. U heeft geleerd wat u kunt zeggen bij het uitzendbureau en om een gesprek te voeren bij het uitzendbureau. U heeft ook geleerd om van één woord twee woorden te maken. En u? Kunt u een gesprek voeren op het uitzendbureau? En kunt u van één woord twee woorden maken? Kunt u dat nu goed? Of een beetje? Of nog niet zo goed? Schrijf het op. Zet een kruisje.

 Goed

 Gaat wel

 Niet zo goed...

Ik kan een gesprek voeren bij het uitzendbureau.

Ik kan van één woord twee woorden maken.

Ik weet wat ik kan zeggen op het uitzendbureau.


18

ANTWOORDBLAD Opdracht 3. 1. 2. 3. 4. 5.

Fout, Ramin zoekt werk. Goed, Ramin zoekt werk in de horeca. Goed, bij de inschrijving moet Raming zijn persoonlijke gegevens invullen. Fout, Ramin kan volgende week beginnen. Goed, Ramin vindt het niet erg om ook ’s avonds te werken.

Opdracht 6. 1. Ja, hij gaat naar het uitzendbureau. Hij gaat vragen of het uitzendbureau werk voor hem heeft. 2. Nee, hij moet zich nog inschrijven. Hij moet een formulier invullen. 3. Ja, hij zoekt fulltime werk. Hij wil een volledige baan. 4. Ja, hij heeft al eerder gewerkt. Ramin heeft in een winkel gewerkt en in het restaurant van zijn oom. 5. Nee, het uitzendbureau heeft op dit moment geen geschikt werk. Maar over een paar dagen zijn er weer nieuwe vacatures. Samenvatting Let op! Dit is een samenvatting van het gesprek, hierin staan de belangrijkste dingen uit het gesprek. Uw vijf zinnen kunnen anders zijn! Ramin is op zoek naar werk. Hij gaat naar een uitzendbureau. Hij moet zich eerst inschrijven bij het uitzendbureau. Hij moet zijn persoonlijke gegevens invullen: zijn naam, adres, geboortedatum, telefoonnummer enzovoort. Dan moet hij vertellen wat voor werk hij zoekt en wat voor opleiding hij heeft gedaan. Daarna kijkt de vrouw van het uitzendbureau of er geschikt werk voor hem is. Maar ze heeft nu nog geen werk voor hem. Opdracht 7. 1. De opleiding. Iemand die een opleiding volgt gaat naar school of leert een bepaald vak. 2. De vacature. Een vacature is een baan waar iemand voor gezocht wordt. 3. Het bedrijf. Een bedrijf is een plaats waar iets gemaakt of gedaan wordt om geld te verdienen. 4. Het uitzendbureau. Een uitzendbureau is een kantoor waar mensen naartoe gaan als ze voor een tijdje werk zoeken. Bij een uitzendbureau wordt gezegd bij welke bedrijven mensen nodig zijn. 5. De ervaring. Ervaring is kennis die je krijgt door iets veel te doen.


19

Opdracht 9. Het werk + De ervaring Het werk + De tijd De legitimatie + Het bewijs De verkoop + De medewerker Het huis + De arts De afspraak + De kaart Opdracht 10. 1. Ik heb een MBO opleiding afgerond. 2. Ja, ik ben namelijk op zoek naar werk. 3. Ja, ik heb mijn paspoort bij me. 4. Ik heb bij een bedrijf gewerkt. 5. Dat maakt mij niet uit. 6. Het werk als kok lijkt me erg leuk. Opdracht 11. 1. Vrachtwagenchauffeur 2. Dordrecht 3. Ja 4. Nee 5. [email protected] Vraag van de les: Uw legitimatiebewijs, bijvoorbeeld uw paspoort of uw identiteitskaart


20

EXTRA OEFENEN VOOR HET INBURGERINGSEXAMEN

Deze les over werk zoeken past in thema 1 ‘Werk en Inkomen’ van KNS van het Inburgeringsexamen.

OEFENEN VOOR HET EXAMEN LUISTEREN Luister naar het gesprek van de les. Luister via http://www.edusom.nl. Maak daarbij de vragen van opdrachten 3 en 6. OEFENEN VOOR HET EXAMEN SPREKEN Zoek een taalvriend, iemand die goed Nederlands spreekt. Doe opdracht 8 en 13 uit deze les met uw taalvriend. OEFENEN VOOR HET EXAMEN LEZEN Voor het examen Lezen kunt u oefenen met de opdrachten 3 en 6 bij de tekst van de gesprekken uit deze les en met opdracht 7. OEFENEN VOOR HET EXAMEN SCHRIJVEN Zoek een taalvriend, iemand die goed Nederlands spreekt. Doe opdracht 6 (de samenvatting) en 12 uit deze les met uw taalvriend.

Kijk voor meer informatie over het inburgeringexamen op: http://www.inburgeren.nl/inburgeraar/examen/examen.asp Maak de voorbeeldexamens. Beginnersles 42 van Station Nederlands gaat ook over het examen.


21

Hoe leer je Nederlands? Door veel te oefenen in de praktijk. Door de lessen van Edusom te volgen op radio, tv en internet. Door met deze lesbrieven te werken. En met Station Nederlands. Kijk ook eens op Oefenen.nl. Daar vindt u programma’s over taal, maar ook over rekenen, gezondheid en nog veel meer. Kijk naar AT5 en Leef & Leer. Zoek een taalvriend om spreken en schrijven te oefenen. En zoek een taalcursus om nog meer te leren. U kunt ook naar het Taalspreekuur van de OBA gaan. Veel leerplezier!

Meer oefenen? Kijk naar films over werk zoeken op ETV en de website ETV.nl en Oefenen.nl Extra opdracht 1. Bekijk de film op: http://www.etv.nl/index.cfm?act=programma.speel&flm=&pid=2&aid=461


22

Opdracht 2. Bekijk de film nog een keer en geef antwoord de vragen:

1. Waarom gaat Hassan naar het CWI? ………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………… 2. Wat is een vacaturebord? ………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………… Let op: CWI en UWV zijn voor alle werk-zaken (zoeken en vinden van werk) samengegaan in Werkbedrijf.

Extra opdracht 3. Bekijk de film nog een keer en geef antwoord de vragen: 1. Noem 4 banen op die ze hebben bij IKEA. ………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………… 2. Welke baan zou u willen hebben? Waarom? ………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………


23

ANTWOORDEN EXTRA OEFENEN Let op: CWI en UWV zijn voor alle werk-zaken (zoeken en vinden van werk) samengegaan in Werkbedrijf. Extra opdracht 2. 1. Waarom gaat Hassan naar het CWI? Hij is op zoek naar een baan. 2. Wat is een vacaturebord?

Extra opdracht 3. 1. Noem 4 banen op die ze hebben bij IKEA: Mogelijke antwoorden zijn: - Magazijnmedewerker - Klusjesman - Klanten helpen en winkelwagens wegzetten - Vorkheftruckchauffeur - Kassabediende 2. Welke baan zou u willen hebben? Waarom? Eigen antwoord.


24

Thema Op zoek naar werk. Les 7. Naar het uitzendbureau

Recommend Documents