Technologische Trends en Ontwikkelingen Technische installatiebranche 2004
drs. W. van Ooij December 2004
MarktMonitor MarktMonitor onderzoekt trends en ontwikkelingen op het gebied van arbeidsmarkt, technologie en scholing. De activiteiten van MarktMonitor richten zich op het inventariseren van (technologische) branchegegevens en op de arbeidsmarkt van (technische) branches, alsmede het vertalen van deze gegevens naar beleidsuitgangspunten voor verdere (kennisoverdracht)activiteiten, en het (doen) ontwikkelen en uitbreiden van kennis in branches. Daarbij wordt gestreefd naar actieve samenwerking met partners in de kennisinfrastructuur. In haar onderzoek maakt MarktMonitor gebruik van diverse bronnen, waaronder een netwerk van deskundigen, technologie- en arbeidsmarktonderzoek onder bedrijven, registratiebestanden van fondsen, en onderzoek onder werknemers. Bij MarktMonitor werken onderzoekers, maar ook mensen met een technische achtergrond, zodat technologische ontwikkelingen en onderzoeksresultaten met elkaar in verband kunnen worden gebracht.
Projectnummer C-08.04.04 Publicatienummer 056 Copyright © 2004, MarktMonitor Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar worden gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm, of op welke andere wijze dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Inhoudsopgave 1
Inleiding --------------------------------------------------------------------------------- 5
2
Samenvatting en conclusies------------------------------------------------------------ 7 2.1 Belangrijkste bevindingen en aanbevelingen ----------------------------------- 7 2.2 Technologie trends en ontwikkelingen ------------------------------------------ 7 2.3 Toepassen van nieuwe technologie in de branche ----------------------------- 8 2.4 Innovatie, beroepsonderwijs en bijscholing ------------------------------------ 9 2.5 Agenda voor de toekomst ------------------------------------------------------- 9
3
Databronnen ---------------------------------------------------------------------------11
4
Structuur branche ---------------------------------------------------------------------13 4.1 Vakgebieden ---------------------------------------------------------------------13 4.2 Specialismen en niveaus--------------------------------------------------------13 4.3 Regio-indeling -------------------------------------------------------------------16
5
Resultaten kwalitatief onderzoek -----------------------------------------------------19 5.1 Verantwoording van de inrichting van het netwerk ---------------------------19 5.2 Enquête onder netwerkleden ---------------------------------------------------20 5.3 Deskresearch --------------------------------------------------------------------21 5.4 Toekomstwijzer discussiebijeenkomst -----------------------------------------21 5.5 Resultaten kwalitatieve analyse ------------------------------------------------22 5.5.1 Vakgebied Installatietechniek ------------------------------------------------22 5.5.2 Vakgebied elektrotechniek ---------------------------------------------------25 5.5.3 Algemeen ----------------------------------------------------------------------28
6
Resultaten kwantitatief onderzoek----------------------------------------------------31 6.1 Basisinventarisatie bedrijven ---------------------------------------------------31 6.2 Toepassingsgraad nieuwe ontwikkelingen -------------------------------------35 6.3 Clusteranalyse van ontwikkelingen --------------------------------------------38 6.4 Welke nieuwe ontwikkelingen passen bedrijven in 2004 toe -----------------43 6.5 Welke werknemers krijgen met nieuwe ontwikkelingen te maken -----------47 6.6 Aansluiting van huidig scholingsaanbod bij de scholingsvraag van bedrijven49
7
Aandachtspunten voor beleid ---------------------------------------------------------53
Bijlagen -------------------------------------------------------------------------------------55 1
Resultaten kwalitatief onderzoek -----------------------------------------------------57 1.1 Ontwikkelingen op het gebied van technologie--------------------------------57 1.1.1 Werktuigbouwkundige installatietechniek -----------------------------------57 1.1.2 Elektrotechniek----------------------------------------------------------------59
2
Resultaten kwantitatief onderzoek----------------------------------------------------63 2.1 Toepassingsgraad nieuwe ontwikkelingen -------------------------------------63 2.2 Open antwoorden ---------------------------------------------------------------89 2.2.1 Vakgebied installatietechniek ------------------------------------------------89 2.2.2 Vakgebied Elektrotechniek ---------------------------------------------------98
Technologische Trends en Ontwikkelingen
3
1 Inleiding In dit rapport worden resultaten van de MarktMonitor voor de technische installatiebranche gepresenteerd. Het MMti-onderzoek is een project van MarktMonitor, uitgevoerd in opdracht van het Opleidings- en Ontwikkelingsfonds voor het Technisch Installatiebedrijf [OTIB]. Dit rapport maakt onderdeel uit van een serie van vijf rapporten. Er is een rapport voor elk van de vijf beleidsterreinen van OTIB (zogenaamde clusters), te weten maatschappij, branche, arbeidsmarkt, technologie en scholing. Dit rapport heeft betrekking op technologische trends en ontwikkelingen. Dit rapport is er één in de reeks van vijf rapporten die in opdracht van OTIB in 2004 zijn samengesteld. In dit rapport staan de technologische ontwikkelingen in de technische installatiebranche centraal. Daarnaast zijn er gelijksoortige rapporten voor de aandachtsgebieden trends en ontwikkelingen Branche, trends en ontwikkelingen Arbeidsmarkt, trends en ontwikkelingen Maatschappij en tenslotte trends en ontwikkelingen Onderwijs en Opleidingen. In dit rapport worden kerncijfers de belangrijkste technologische ontwikkelingen in de installatiebranche gepresenteerd. Hoofdstuk 3 bevat een beschrijving van de gehanteerde databronnen en een leeswijzer. In hoofdstuk 4 wordt een beschrijving gegeven van de technische installatiebranche en de zeven regio’s waarin Nederland beleidsmatig is opgedeeld. In hoofdstuk 5 komen de resultaten van kwalitatief onderzoek aan de orde. In de daarop volgende hoofdstukken wordt een kwantitatieve beschrijving gegeven van de belangrijkste technologische ontwikkelingen en de mate waarin deze ontwikkelingen zijn geïntegreerd in de branche. In hoofdstuk 6 worden de resultaten gegeven van het kwantitatief onderzoek dat naar de toepassing van technologische ontwikkelingen in 2004 bij bedrijven is gehouden. In hoofdstuk 7 worden tenslotte de beleidsimplicaties van deze ontwikkelingen uiteengezet. In de bijlagen worden de resultaten van zowel het kwalitatieve als het kwantitatieve onderzoek uitvoerig weergegeven. Dit rapport beoogt een zelfstandig leesbaar rapport te zijn. Waar nodig en relevant wordt verwezen naar de specifieke rapportages op andere deelterreinen. Voor een nadere uitwerking van de rapportages op het gebied van maatschappij, onderwijs, branche en arbeidsmarkt wordt verwezen naar de overige rapporten. Binnen MarktMonitor is, behalve door ondergetekende, aan dit rapport meegewerkt door Maarten Sprengers, Jos Bijman, Willem Hooijkaas en Willem Ladiges. drs. W. van Ooij MarktMonitor december 2004
Technologische Trends en Ontwikkelingen
5
2 Samenvatting en conclusies Technologiebeleid betekent voor OTIB signaleren en doorgeven. Signaleren van nieuwe ontwikkelingen om dit als input te gebruiken voor het te voeren beleid op het gebied van onderwijs en arbeidsmarkt. Doorgeven van nieuwe ontwikkelingen in het bijzonder aan ontwikkelaars van lesmateriaal en aanbieders van onderwijs, om er op deze manier voor te zorgen dat de kwaliteit van het onderwijs op een zo hoog mogelijk peil gebracht wordt en aansluit bij de actuele ontwikkelingen op technologisch gebied.
2.1
Belangrijkste bevindingen en aanbevelingen
In deze paragraaf worden de belangrijkste bevindingen uit dit rapport en de aanbevelingen die uit deze bevindingen volgen puntsgewijs opgesomd. Op deze bevindingen en aanbevelingen wordt in de volgende paragrafen verder ingegaan. In dit rapport worden in het kort de volgende zaken geconstateerd: • Er zijn vier belangrijke trends in de technologieontwikkelingen te onderscheiden • Dit zijn o Duurzame energietoepassingen o Kwaliteit van het binnenmilieu o Prefab en plug and play onderdelen o Standaardisering en nauwkeurigheid in het meten • De branche is niet snel in het integreren van nieuwe technologie • Grote bedrijven passen nieuwe ontwikkelingen meer toe dan kleine bedrijven • De warmtepomp wordt het meest genoemd als nieuw toegepaste ontwikkeling • Voor elektrobedrijven zijn dit beveiligingssystemen en domotica • Vooral de monteurs op niveau 2 en 3 en de directie of bedrijfsleiding worden met nieuwe ontwikkelingen geconfronteerd • Driekwart van de bedrijven heeft 1 of meer medewerkers in 2003 naar een fabrikantencursus gestuurd • In de installatietechniek en elektrotechniek wordt in gelijke mate nietgesubsidieerde bijscholing gevolgd • 75 tot 80% van de bedrijven vindt dat cursussen de noodzakelijke kennis of informatie leveren • 10 tot 15% van de bedrijven mist een bepaalde opleiding of cursus • De cursussen of opleidingen die gemist worden zijn erg divers Dit leidt tot de zaken die de komende jaren aandacht verdienen: • Het veranderen van de rol van de installateur van ambachtsman naar adviseur en dienstverlener. • Het verbreden van de kennis van de installateur • Werknemers van hogere niveaus (4 & 5) moeten vooral ontwikkelingen op het gebied van duurzame energietoepassingen volgen • Op korte termijn is het voor alle niveaus van belang de nodige vaardigheden en kennis te hebben van de huidige eisen voor de kwaliteit van het binnenmilieu • Dit geldt ook voor de laatste ontwikkelingen op het gebied van domotica systemen • De installateur moet op korte termijn een kennisverbreding realiseren in de richting van elektrotechniek en ICT
2.2
Technologie trends en ontwikkelingen
Er • • •
vallen vier belangrijke trends in de technologieontwikkelingen te onderscheiden: Duurzame energietoepassingen; Ontwikkelingen op het gebied van de kwaliteit van het binnenmilieu; Toepassen van prefab en plug and play onderdelen, waarbij onderdelen worden geïntegreerd en steeds makkelijker aan elkaar zijn te koppelen (connectiviteit); • Standaardisering en toenemende nauwkeurigheid in het meten.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
7
Uit de resultaten van het kwalitatieve onderzoek in de vakgebieden installatietechniek en elektrotechniek komt het beeld naar voren dat ontwikkelingen die als belangrijk worden bestempeld niet echt nieuw zijn. Deze ontwikkelingen bestaan vaak al wat langer, maar krijgen wel meer toepassingsgebieden en worden doorontwikkeld. Zowel in de installatietechniek als in de elektrotechniek is vastgesteld dat er een toename is geconstateerd van prefab en plug&play apparatuur. Hiermee valt de toenemende connectiviteit van verschillende apparaten en systemen samen. Daarnaast is er een blijvende aandacht voor duurzame systemen, bijvoorbeeld warmtepompen, lage temperatuur verwarming, biomassaverbranding en waterstof systemen. Naar verwachting zullen deze ontwikkelingen de komende jaren doorzetten.
2.3
Toepassen van nieuwe technologie in de branche
De branche als geheel is niet snel in het integreren van nieuwe technologie in hun diensten/producten. Op dit moment wordt er in relatie tot een aantal verschillende technologieën getwijfeld aan de kwaliteit die de installateur kan leveren. We kunnen hierbij denken aan de toename van elektrotechnische toepassingen binnen het installatietechnische vakgebied en andersom, zoals domotica systemen of meeten regeltechniek. Een ander voorbeeld is de toename van ICT oplossingen in de OTIB vakgebieden zoals we zien bij de toename van interconnectiviteit van systemen, vaak via TCP/IP, binnen zowel het installatietechnische als het elektrotechnische vakgebied. In beide gevallen is een veelgehoorde klacht dat de installateur niet voldoende kennis heeft om de klant te adviseren over efficiënte oplossingen die gebruik maken van deze technologieën en/of vaak niet in staat is om gevolgen van keuzes bij ontwerp en installatie in te schatten. Dit kan problemen opleveren, temeer omdat de klant nog nooit zo goed is geïnformeerd als tegenwoordig en ook steeds mondiger wordt. De klant verwacht kwaliteit. Deze kan alleen geleverd worden als de installateur genoeg kennis en vaardigheden bezit. Omdat de onderliggende technologieën steeds branche overstijgender worden dient de installateur ook steeds meer te weten van technologie uit aanpalende branches. Hierbij dient opgemerkt te worden dat vooral de kleinere bedrijven achterblijven bij de grotere bedrijven als het gaat om het toepassen van nieuwe technieken en materialen. Ook blijkt dat bij lange na niet iedereen in de branche zich schoolt, en als er al geschoold wordt dat dit voor een groot deel in niet vakspecifieke scholing gaat zitten.1 Dit zijn echter wel dé voorwaarden om innovaties in de branche snel en goed te kunnen oppakken en te integreren in de bedrijfsvoering. Omdat innovaties ook gevolgen hebben voor functies en beroepen die daarmee te maken krijgen, heeft het gebrek aan innovativiteit ook direct te maken met de kwaliteit van de arbeid en de ontwikkelingsmogelijkheden en -kansen van de werknemers. Over het algemeen worden nieuwe ontwikkelingen door grote bedrijven meer toegepast dan door kleine bedrijven. Het verschil wordt over de loop van de tijd steeds groter omdat het aantal grote bedrijven dat zo’n nieuwe ontwikkeling toepast ook harder groeit dan het aantal kleine bedrijven. Gevolg is dat de kleine bedrijven steeds meer gaan achterlopen ten opzichte van hun grote collega’s Vooral op het gebied van “Integratie van applicaties binnen geautomatiseerde systemen” zijn in 2003 nieuwe ontwikkelingen toegepast. Van de ontwikkelingen is de warmtepomp, al dan niet in combinatie met warmteopslag het meest genoemd. Ook de toepassing van Internet en e-mail (voor informatie, inkoop/verkoop of bedrijfsprofilering) is relatief vaak genoemd als nieuw toegepaste ontwikkeling. Veel bedrijven zijn in 2003 gestart met beveiligingssystemen (brand-, inbraakbeveiliging, camerabewaking) en met domotica. Daarnaast worden zonneenergie en draadloze verbindingen redelijk vaak genoemd. De toepassing van nieuwe ontwikkeling levert, volgens eigen zeggen, voor bedrijven meestal geen problemen op. Als er problemen worden gemeld, dan zijn deze over het 1
MarktMonitor (2004) Ontwikkelingen Onderwijs en Opleidingen, Woerden
Technologische Trends en Ontwikkelingen
8
algemeen technisch van aard, of liggen op het terrein van samenwerking met de leverancier of met derden. In het vakgebeid elektrotechniek wordt ook enkele malen een probleem met regelgeving of normen gesignaleerd.
2.4
Innovatie, beroepsonderwijs en bijscholing
Het invoeren van nieuwe technologieën in het bedrijf leidt vaak tot scholing van personeel en samenwerking met de fabrikant of leverancier. Ook wordt regelmatig aangegeven dat het invoeren via een geleidelijk of natuurlijk proces is gegaan. Voor het invoeren van nieuwe ontwikkelingen is ook kennis nodig. Deze kennis wordt over het algemeen op drie manieren verkregen: via de leverancier of fabrikant, via een externe opleiding of via zelfstudie of zelf uitproberen. Daarnaast vormen beurzen en de vakliteratuur een belangrijke informatiebron. Bij bevraging van de installatiebedrijven geven de respondenten aan dat het vooral de monteurs op niveau 2 en 3 en de directie of bedrijfsleiding zijn die met nieuwe ontwikkelingen worden geconfronteerd. Om bij te blijven in het vakgebied zullen deze beroepsgroepen het meest geschoold moeten worden. Het niet volgen van bijscholing in deze beroepen betekent eerder een achteruitgang dan een stilstand. De gevolgen van het onvoldoende bijgeschoold zullen eerder consequenties hebben voor het vakmanschap van monteurs dan in beroepen die in mindere mate aan verandering onderhevig zijn. Driekwart van de bedrijven heeft 1 of meer medewerkers in 2003 naar een workshop of cursus bij een fabrikant of leverancier gestuurd. In het vakgebied installatietechniek ging het om gemiddeld 6,4 werknemers (minimaal 1, maximaal 45), in het vakgebied elektrotechniek om gemiddeld 5,9 werknemers (minimaal 1, maximaal 100). Deze gemiddelden verschillen niet zoveel. In de installatietechniek en elektrotechniek wordt ongeveer in gelijke mate niet-gesubsidieerde bijscholing gevolgd. Verreweg de meeste bedrijven (75 tot 80%) vinden dat de cursussen die gevolgd worden de noodzakelijke kennis of informatie leveren. Ongeveer 5% mist iets. Hierbij wordt het meest aangegeven dat de cursus te weinig diepgang had of dat het te theoretisch was en te weinig aansluit bij de praktijk. Verreweg de meeste bedrijven (80-85%) vinden het huidige aanbod voldoende. Desondanks mist 10 tot 15% nog een bepaalde opleiding of cursus. De concrete cursussen of opleidingen die gemist worden zijn erg divers. In het vakgebied installatietechniek worden meerdere malen cursussen meet- en regeltechniek genoemd, in de elektrotechniek domotica-cursussen.
2.5
Agenda voor de toekomst
Door technologische ontwikkelingen als IFD (Industrieel, Flexibel en Demontabel) en plug&play verandert de rol van de installateur van ambachtsman naar adviseur en dienstverlener. Het brancheoverschrijdende karakter van nieuwe technologiën maakt bovendien dat de installateur zich moet verbreden. Dit betekent voor het onderwijs, of het nu het beroeps- of het bijscholingsonderwijs is, dat het zich meer moet gaan richten op deze veranderde taken van de installateur. Het onderwijs zou zich de komende tijd vooral op deze, hierboven genoemde trends, moeten concentreren. Deze ontwikkelingen zullen vooral gevolgen hebben voor de monteurs en assistent monteurs en het directie en management. Qua aantallen zullen in het bijzonder de monteurs en assistent monteurs met deze ontwikkelingen te maken krijgen. De belangrijkste uitdagingen voor de installatiebranche de komende jaren zijn dus: • Het veranderen van de rol van de installateur van ambachtsman naar adviseur en dienstverlener. • Het verbreden van de kennis van de installateur zodanig dat deze in staat is vakkundig adviezen en kwalitatief goede producten af te leveren die gebruik maken van technologie van aanpalende vakgebieden. Uit dit laatste punt volgt, vanuit het technologische perspectief gezien, dat het als branche aan te bevelen is de grenzen van de branche eens onder de loep te nemen en
Technologische Trends en Ontwikkelingen
9
wellicht te herdefiniëren. De grenzen zoals die nu gesteld worden in opleiding en branchedefiniëring doen op dit moment geen recht meer aan de vaardigheden en kennis die geëist worden van de installateur. Hier gaat het dus niet alleen over de grens tussen het installatietechnisch domein en het elektrotechnisch domein maar ook over de het ICT domein in relatie tot de andere twee voornoemde domeinen. Als we kijken naar de technologische ontwikkelingen en de gevolgen hiervan voor de agenda voor de toekomst kunnen we concluderen dat de volgende zaken van belang zijn: • Voor de installatietechnische werknemers van hogere niveau’s (4 & 5) is het van belang de ontwikkelingen op het gebied van duurzame energietoepassingen te volgen. Op korte termijn zal dit voor niet al teveel veranderingen zorgen, vandaar de aanbeveling dat dit geldt voor de hogere niveau’s. Op de middellange termijn moet de branche er echter wel klaar voor zijn om kwalitiatieve oplossingen te kunnen leveren op dit gebied zodra er economisch aantrekkelijke, duurzame energietoepassingen beschikbaar komen. • Op korte termijn is het voor alle niveau’s, maar met name niveau 2 & 3 installateurs, van belang de nodige vaardigheden en kennis te hebben van de huidige eisen voor de kwaliteit van het binnenmilieu en de laatste ontwikkelingen op het gebied van domotica systemen en de causale relaties tussen deze twee. De klant zal in toenemende mate een kwalitatief (en zo zuinig/duurzaam mogelijk) binnenmilieu eisen met een zo groot mogelijke flexibele functionaliteit. In de praktijk zal hiervoor vaak gebruik worden gemaakt van domotica toepassingen maar natuurlijk is kennis van bijvoorbeeld warmtepompen en LTV-verwarmingssystemen en de integratie van deze systemen hier ook van belang. De installateur moet op korte termijn in staat zijn de klant van deskundig advies te dienen en een kwalitatief hoogwaardig systeem op te leveren. • De installateur, met name op niveau 2 & 3, moet op korte termijn een kennisverbreding realiseren in de richting van elektrotechniek en ICT. De installateur zou in staat moeten zijn de gevolgen van keuzes in ontwerp en installatie van interconnectieve systemen in te schatten en te vertalen naar de klant, zodanig dat aan de functionele klanteisen wordt voldaan. In de praktijk betekent dit kennis van vooral meet- en regeltechniek en TCP/IP maar ook protocollen op lagere niveau’s van het OSI systeem. • Op het gebied van standaardisering en de toenemende nauwkeurigheid in meettechniek hoeft de installateur niet veel meer te doen dan op de hoogte te blijven van de relevante (veranderende) wet- en regelgeving en installatie eisen die het gevolg zijn van deze ontwikkelingen. De ontwikkeling an sich is niet interessant voor de installateur om zeer nauwkeurig te volgen.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
10
3 Databronnen Bij de analyses die in dit rapport worden gepresenteerd is gebruik gemaakt van diverse databronnen. In deze paragraaf worden deze bronnen kort beschreven. I. Bedrijvenbestand OTIB en SKO In dit bestand staan alle bedrijven geregistreerd die zijn aangesloten bij OTIB of SKO. In het bedrijvenbestand staan de naam- en adresgegevens van bedrijven, alsmede het aantal scholingsverlofdagen dat zij toegekend hebben gekregen. Iedere werknemer in de technische installatiebranche draagt een bepaald percentage van zijn inkomen af aan het fonds, wat hem onder meer recht geeft op één scholingsverlofdag per jaar. De scholingsverlofdagen worden per jaar aan de werkgever toegekend op basis van het aantal personen dat op 1 januari van dat jaar in dienst is. Dit bestand wordt geadministreerd door het pensioenfonds Mn Services. II. Vestigingen grote bedrijven Er is in Nederland een aantal grote bedrijven die administratief in één plaats gevestigd zijn, maar vestigingen hebben verspreid over het land. Op basis van het bedrijvenbestand is niet te achterhalen hoeveel vestigingen deze grote bedrijven hebben en waar deze gevestigd zijn. Daartoe is aanvullend onderzoek uitgevoerd onder bedrijven groter dan 150 werknemers. III. Coördinaten- en postcodetabel In deze tabel staat voor elke postcode een x- en y-coördinaat vermeld. Alle postcodes in één plaats hebben dezelfde x- en y-coördinaat. Deze tabel wordt gebruikt om afstanden tussen twee plaatsen te berekenen (bijvoorbeeld de afstand tussen de woonplaats van een werknemer en de plaats waar het bedrijf is gevestigd). IV. Onderzoek onder bedrijven Marktmonitor onderzoekt jaarlijks in opdracht van OTIB de toepassing van nieuwe technologieën bij een representatieve steekproef van bedrijven uit de technische installatiebranche. In de vragenlijst wordt ook de scholingsvraag die de toepassing van nieuwe technologieën met zich meebrengt gemeten, alsmede de werknemers die met nieuwe ontwikkelingen in aanraking komen. Zo wordt een beeld gekregen van de beroepen en functies die het meest aan verandering onderhevig zijn, en waar mogelijk een grotere behoefte aan scholing bestaat. V. Netwerken MarktMonitor onderhoudt een netwerk van deskundigen. Middels dit netwerk worden vroegtijdig signalen verzameld op het gebied van technologie, alsmede op het gebied van maatschappij, branche, arbeidsmarkt en scholing. Signalen worden verzameld middels gesprekken, enquêtes en deskresearch. Binnen de deskresearch wordt gekeken naar onder meer beurzen, vaktijdschriften, nieuwsbrieven en websites. Hierbij wordt niet alleen naar nationale, maar ook naar internationale ontwikkelingen gekeken, onder meer via de Technische Wetenschappelijk Attachés [TWA] en het Dynamo-traject van het ministerie van Economische Zaken [EZ]. .
Technologische Trends en Ontwikkelingen
11
4 Structuur branche 4.1
Vakgebieden
Binnen de technische installatiebranche worden drie vakgebieden onderscheiden, te weten koeltechniek, installatietechniek, en elektrotechniek. • Het vakgebied koeltechniek behoort tot het domein van Stichting Koeltechnisch Onderwijs [SKO]. • Het vakgebied installatietechniek behoorde tot 1 januari 2004 tot het domein van Stichting Opleidings- en Ontwikkelingsfonds voor het Loodgieters-, Fitters- en Centrale Verwarmingsbedrijf [OLC]. • Het vakgebied elektrotechniek behoorde tot 1 januari 2004 tot het domein van het Opleidings- en Ontwikkelingsfonds voor de Elektrotechnische bedrijfstak [OFE Installatie]. Op 1 januari 2004 zijn de opleidingsfondsen voor de installatietechniek (OLC) en elektrotechniek (OFE Installatie) gefuseerd tot het Opleidings- en Ontwikkelingsfonds voor het Technische Installatiebedrijf [OTIB]. OTIB maakt onderscheid naar de vakgebieden installatietechniek en elektrotechniek. Indien meer dan de helft van de werkzaamheden van een bedrijf vallen onder het domein dat tot een van bovengenoemde opleidings- en ontwikkelingsfondsen behoort, is het vanwege de algemeen verbindendverklaring van de CAO verplicht aangesloten bij het fonds. Een bedrijf én alle werknemers die bij dit bedrijf werkzaam zijn worden toebedeeld aan het vakgebied van het fonds. In het geval van OTIB wordt een bedrijf toebedeeld aan het vakgebied installatietechniek indien het voorheen bij OLC was aangesloten, en aan het vakgebied elektrotechniek indien het voorheen bij OFE Installatie was aangesloten. Energie- en nutsbedrijven zijn aangesloten bij het Opleidings- en Ontwikkelingsfonds Energie- en Nutsbedrijven. Deze bedrijven hebben —evenals bij OTIB-aangesloten bedrijven— distributiemonteurs in dienst. Energie- en nutsbedrijven en haar werknemers zijn in dit onderzoek over het algemeen buiten beschouwing gelaten. Daar waar dergelijke bedrijven en werknemers wel in het onderzoek zijn opgenomen wordt dit expliciet vermeld.
4.2
Specialismen en niveaus
Ten behoeve van analyse van ontwikkelingen in de branche —op het gebied van arbeidsmarkt, technologie en onderwijs— zijn functies in de branche ingedeeld naar specialismen en niveaus. Het onderwijs dat tot deze functies opleidt is op dezelfde manier ingedeeld. Er 0. 1. 2. 3. 4. 5.
worden zes opleidingsniveau’s onderscheiden, te weten: VMBO-niveau; assistent; basis beroepsbeoefenaar; vakfunctionaris; specialist of kaderfunctionaris; HBO/WO-niveau.
De niveau’s 1 tot en met 4 zijn de normale vier niveau’s van het middelbaar beroepsonderwijs, gebaseerd op de Europese indeling. Niveau 5 bestaat in deze indeling niet, maar in dit onderzoek wordt al het onderwijs boven niveau 4 als niveau 5-onderwijs beschouwd. Dit betreft dus MBO+, (post)HBO- en WO-onderwijs.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
13
Huishoudelijke en sanitaire installaties
Distributietechniek
Ontwerpen en tekenen
ST
(post)MBO-i Mki MIT
Dakbedekkingtechniek
Service en onderhoud gas en verwarming
Montage gas en verwarming
Specialismen en functieniveaus binnen de vakgebieden koude- en installatietechniek, functies en onderwijs dat tot deze functies opleidta, b
Koudetechniek en luchtbehandeli ng
tabel 4.1
IMu IMw
DMg DMw
AIMv AIMd
ADMg ADMw
MASi
MASd
(post)HBO-i/HIT
5
(post)HBO-k
4
MKk PMk
3
PLk SEMk
VM
SEMv SEMi Omv
AOG APG
2
Mk
AVM
OMi
TGI’s
1
MASk
MASv
0
DAKM Imd ADAK
VMBO
a
Het specialisme koudetechniek en luchtbehandeling behoort tot het vakgebied koeltechniek (domein SKO). De overige specialismen behoren tot het vakgebied installatietechniek (domein OTIB). b In cellen waar geen beroepsonderwijs voor bestaat kunnen wel werknemers werkzaam zijn.
tabel 4.2 Niveau 1 2 3 3 4 4
Functies en onderwijs dat tot deze functies opleidt binnen het vakgebied koeltechniek CREBO 10537 10535 10530 10532 10719 10792
Afkorting MASk Mk SEMk PLk PMk MKk
Technologische Trends en Ontwikkelingen
Omschrijving Montage-assistent koudetechniek Monteur koudetechniek Servicemonteur koudetechniek Projectleider koudetechniek Projectmanager koudetechniek Middenkaderfunctionaris koudetechniek
14
CREBO 10536 10538 10539 10525 10526 10527 10534 10546 10551 10553 10554 10555 10556 10524 10529 10531 10533 10540 10541 10542 10543 10544 10545 10547 10548 10549 10550 10528
Omschrijving Montage-assistent verwarmingstechniek Montage-assistent installatietechniek Montage-assistent distributietechniek Tekenaar gebouwinstallaties diff. sanitair Tekenaar gebouwinstallaties diff. sanitair en cv Tekenaar gebouwinstallaties diff. cv en ventilatie Onderhoudsmonteur installatietechniek Assistent verwarmingsmonteur Ass. installatiemonteur diff. verwarmingstechniek Ass. Installatiemonteur diff. dakbedekkingtechniek Ass. distributiemonteur water Ass. distributiemonteur gas Ass. dakbedekkingsmonteur Verwarmingsmonteur Servicemonteur verwarmingstechniek Servicemonteur installatietechniek Onderhoudsmonteur verwarmingstechniek Installatiemonteur utiliteit Installatiemonteur woningbouw Installatiemonteur dakbedekkingen Distributiemonteur water Distributiemonteur gas Dakbedekkingsmonteur Aank. projecttechnicus gebouwinstallaties diff. san. Aank. projecttechnicus gebouwinst. diff. san., cv/ac Aank. ontwerptechnicus gebouwinst. diff. san., cv/ac Aank. ontwerptechnicus gebouwinstallaties diff. san. Servicetechnicus
Industriële automatisering
Consumentenelektronica
Vliegtuiginstallaties
5
ICT/Telematica
Specialismen en niveaus binnen het vakgebied elektrotechniek, functies en onderwijs dat tot deze functies opleidta
Sterkstroominstallaties (woning en utiliteit)
tabel 4.4
Afkorting MASv MASi MASd TGI san TGI san/cv TGI san/cv/vent OMi AVM AIMv AIMd ADMw ADMg ADAK VM SEMv SEMi OMv IMu IMw IMd DMw DMg DAKM APG san APG san/cv/ac AOG san/cv/ac AOG san ST
Distributietechniek
Niveau 1 1 1 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 4
Functies en onderwijs dat tot deze functies opleidt binnen het vakgebied installatietechniek
Bedrijfsinstallaties
tabel 4.3
MK-AEC
TCE
Mk-VET
HBO/WO
4
TSI Mk-EIT
Mk-AEN TBI
TMI
MK-CIT MT-TMA TCS MK-TEL/ICT ICT-Bb MK-TKA MK-TPA
3
EMSI
EMEI EMBI
EMCN EMMI EMLN
ICT-Mb EMCI
EMEP EMIE
EMWA EMCE
EMVI
2
MSI
MBI MEW
MCN MMI MLN
ICT-Sb MCI
MEP MIE
MCE MWA
MVI
1
AMSI
AMAE
AMLN
AMME
AMVI
0 a b
VMBO In cellen waar geen beroepsonderwijs voor bestaat kunnen wel werknemers werkzaam zijn. Inclusief opleiding Ecabo.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
15
tabel 4.5 Niveau 1 1 1 1 1 1 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 4 4 4 4 4 4 4 4 4 4 4 4 4 4 4
4.3
Functies en onderwijs dat tot deze functies opleidt binnen het vakgebied elektrotechniek CREBO 10264 10265 10266 10267 10268 10765 10252 10253 10254 10255 10256 10257 10258 10259 10260 10261 10262 10263 10838 10866 10240 10241 10242 10243 10244 10245 10246 10247 10248 10249 10250 10251 10837 10227 10228 10229 10230 10231 10232 10233 10234 10235 10236 10237 10238 10239 10836 10926
Afkorting AMME AMAE AMVI AMN AMLN AMSI MCN MCI MCE MIE MWA MEW MEP MVI MBI MSI MMI MLN ICT-S JAR-CAT. A EMCN EMCI EMCE EMIE EMWA EMEP EMVI EMEI EMBI EMSI EMMI EMLN ICT-M MK-TKA MK-TPA MK-CIT MK-TMA TCS MK-AEC TCE MK-VET MK-AEN TBI MK-EIT TSI TMI ICT-B MK-Tel/ICT
Omschrijving Assistent monteur montage elektronica componenten Assistent monteur assemblage elektrocomponenten Assist. monteur elektrische vliegtuiginstallaties Assistent monteur nieuwbouwinstallaties Assistent monteur laagspanningsnetten Assistent monteur sterkstroominstallaties Monteur communicatienetten Monteur communicatie-installaties Monteur consumentenelektronica Monteur industriele elektronica Monteur witgoedapparaten Monteur elektrotechnisch wikkelen Monteur elektrotechnische panelen Monteur elektrische vliegtuiginstallaties Monteur elektrische bedrijfsinstallaties Monteur sterkstroominstallaties Monteur middenspanningsinstallaties Monteur laagspanningsnetten Service medewerker ICT Vliegtuigmonteur JAR-CAT. A Eerste monteur communicatienetten Eerste monteur communicatie-installaties Eerste monteur consumentenelektronica Eerste monteur industriele elektronica Eerste monteur witgoedapparaten Eerste monteur elektrotechnische panelen Eerste monteur elektrische vliegtuiginstallaties Eerste monteur elektro & instrumentatie Eerste monteur elektrische bedrijfsinstallaties Eerste monteur sterkstroominstallaties Eerste monteur middenspanningsinstallaties Eerste monteur laagspanningsnetten Medewerker beheer ICT Middenkaderfunct. kantoor automatiseringstechniek Middenkaderfunct. productie automatiseringstechn. Middenkaderfunct. computer interface techniek Middenkaderfunctionaris telematica Technicus communicatiesystemen Middenkaderfunct. automatiserings elektronica Technicus consumentenelektronica Middenkaderfunct. vliegtuigelektronicatechniek Middenkaderfunct. automatiserings energietechniek Technicus elektrische bedrijfsinstallaties Middenkaderfunct. elektrotechn. install.techniek Technicus sterkstroominstallaties Technicus middenspanningsinstallaties ICT-beheerder Telecom ICT enigineer
Regio-indeling
Nederland is beleidsmatig opgedeeld in zeven regio’s. In elke regio is een Regionaal Beleidsplatform Installatietechniek [RBPI] actief. De regio’s zijn vervolgens beleidsmatig opgedeeld in een aantal lokale platforms. Het aantal lokale platforms varieert per regio. De regio-indeling is als volgt: 1. Noord-Nederland Het gebied dat de regio Noord-Nederland bestrijkt komt geheel overeen met de provincies Groningen, Friesland en Drenthe. De vijf lokale platforms in deze regio zijn Oost-Groningen, Groningen, Noord-Friesland, Zuid-Friesland en Drenthe. 2. Gelderland/Overijssel De regio Gelderland/Overijssel wordt gevormd door de provincies Gelderland en Overijssel. De negen lokale platforms in deze regio zijn: Enschede, Zwolle, Apeldoorn, Arnhem, Doetinchem, Nijmegen, Tiel, Ede en Harderwijk.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
16
3.
4.
5.
6.
7.
Utrecht/Gooi en Vechtstreek De regio Utrecht/Gooi en Vechtstreek bestaat uit de provincie Utrecht, het Gooi en de Vechtstreek. De vier lokale platforms in deze regio zijn: Gooi en Vechtstreek, Zenderstreek, Amersfoort/Utrechtse Heuvelrug en Utrecht. Noord-Holland/Flevoland Het gebied dat de regio Noord-Holland/Flevoland bestrijkt komt geheel overeen met de provincies Flevoland en Noord-Holland exclusief het Gooi en de Vechtstreek. De vijf lokale platforms in deze regio zijn: Noord-Holland Noord, Zaanstreek Waterland, Haarlem en omstreken, Amsterdam en omstreken, Flevoland/Noordoost Polder. Zuid-Holland De regio Zuid-Holland wordt gevormd door de provincie Zuid-Holland. De vijf lokale platforms in deze regio zijn: Rijnlanden, Haaglanden, Gouda, Zuid-Holland Zuid, Rotterdam. Zeeland/West-Brabant De regio Zeeland/West-Brabant bestaat uit de provincie Zeeland en het westelijk deel van de provincie Noord-Brabant. De grens van deze regio ligt tussen Breda en Tilburg, waarbij Breda bij de regio Zeeland/West-Brabant hoort. De twee lokale platforms in deze regio zijn: Zeeland en West-Brabant. Limburg/Brabant Het gebied dat de regio Limburg/Brabant bestrijkt komt overeen met de provincie Limburg en het oostelijk deel van de provincie Noord-Brabant. De grens van deze regio ligt tussen Breda en Tilburg, waarbij Tilburg bij de regio Limburg/Brabant hoort. De zeven lokale platforms in deze regio zijn: Limburg-Noord, Limburg-Zuid, Helmond, Eindhoven, Veghel, Tilburg en Den Bosch.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
17
5 Resultaten kwalitatief onderzoek In opdracht van OTIB houdt MarktMonitor de ontwikkelingen binnen de installatie- en elektrotechniek in de gaten, met als doel een beeld te krijgen van de toekomst van de branche. Dit monitoren gebeurt vanuit een vijftal thema’s (hierna beleidsterreinen genoemd), te weten: Maatschappij, Branche, Arbeidsmarkt en Onderwijs en Technologie. Deze laatste categorie is onderverdeeld in technologie elektrotechniek en technologie installatietechniek. De informatie over de ontwikkelingen binnen deze vijf beleidsterreinen is vergaard door middel van deskresearch en door bevraging van leden van een netwerk van deskundigen dat door MarktMonitor is opgezet. De deskresearch bestaat uit het lezen en verwerken van vaktijdschriften, nieuwsbrieven en websites. Hier wordt dieper op ingegaan in paragraaf 5.3. Het netwerk van deskundigen bestaat uit experts uit de installatiebranche en een aantal experts uit aangrenzende vakgebieden. De netwerkleden zijn bevraagd via een vragenlijst over hun observaties ten aanzien van de trends in hun vakgebied. Alle informatie uit de deskresearch en de enquête aan de netwerkleden is opgeslagen, per signaal, in een databank. Vervolgens heeft MarktMonitor, met behulp van de leden van het netwerk van deskundigen, deze signalen beoordeelt en hier de belangrijkste ontwikkelingen uitgefilterd. Deze uiteindelijke ontwikkelingen zijn verwerkt in de clusterrapportage en geven een blik op de nabije toekomst van de branche. Dit hoofdstuk beschrijft hoe dit proces is verlopen en welke handelswijze MarktMonitor heeft gevolgd.
5.1
Verantwoording van de inrichting van het netwerk
Het totale netwerk heeft 92 leden, waarvan 61% een installatietechnische en 43% een elektrotechnische achtergrond heeft. In tabel 5.1 staat op welke beleidsterreinen de netwerkleden zijn gespecialiseerd.
tabel 5.1
Specialisatie netwerkleden naar beleidsterrein
Beleidsterreinen Technologie Onderwijs Branche Maatschappelijk Arbeidsmarkt
Percentage van netwerkledena 83% 33% 12% 7% 2%
a
Netwerkleden kunnen meerdere specialismen hebben. Daarom tellen de percentages niet op tot 100%.
Om signalen te verkrijgen vanuit meerdere invalshoeken zijn netwerkleden geselecteerd met verschillende achtergronden voor wat betreft hun functie en het bedrijf waarbinnen zij werkzaam zijn. In tabel 5.2 staat de herkomst van netwerkleden.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
19
tabel 5.2 Herkomst Fabrikant Kennisinstituut Anders Installateur Adviseur Groothandel Energiebedrijf Eigenaar
Herkomst netwerkleden
b
Percentage van netwerkledena 33% 27% 16% 15% 11% 7% 3% 2%
a
Netwerkleden kunnen meerdere herkomsten hebben. Daarom tellen de percentages niet op tot 100%. b Brancheorganisatie, universiteit, certificerende instelling, onderzoeksinstituut
Bovendien is de netwerkleden gevraagd aan te geven op welke gebieden, binnen hun vakgebied, zij over expertise beschikken. We hebben hier de volgende onderverdeling gebruikt voor de beleidsterreinen Onderwijs, Technologie Installatietechniek en Technologie Elektrotechniek: • Onderwijs: Onderwijsmethoden, Kwalificatiestructuur, Examinering, E-Learning, Elders Verworven Competenties (EVC), Beroepsonderwijs en Bij- en omscholing. • Technologie Installatietechniek: , Koude en Luchtbehandeling, Meet & Regeltechniek / Gebouwautomatisering, Montage gas en verwarming, Service en onderhoud, Ontwerpen en tekenen, Dakbedekking, Huishoudelijke installaties en Distributie. • Technologie Elektrotechniek: Industriële automatisering, Utiliteit- en industriële installaties, Woonhuisinstallaties, Beveiliging en aarding & bliksembeveiliging, Beheer en inspectie, Distributie en infrastructuur en ICT/netwerken. Experts in alle hierboven genoemde deelgebieden nemen deel in het netwerk van deskundigen.
5.2
Enquête onder netwerkleden
De netwerkleden is gevraagd de ontwikkelingen die zij waarnemen in hun omgeving te benoemen en aan te geven of deze op welke termijn zij verwachten dat de ontwikkeling actueel wordt/werd. De volgende vragen zijn aan de netwerkleden gesteld: Vraag 1: Welke actuele ontwikkeling(en) signaleert u binnen uw werkgebied. a. De afgelopen twee Jaar b. Op korte termijn? (< 2 jaar) c. Op langere termijn? (> 2 jaar) Vraag 2: Aan welke huidige ontwikkelingen dient meer aandacht te worden besteed en waarom. Vraag 3: Welke activiteiten moeten door branchepartijen worden opgestart om op deze ontwikkeling(en) in te kunnen spelen binnen het vakgebied? Op basis van deze vraagstelling hebben de netwerkleden 414 signalen aangeleverd die kunnen worden onderverdeeld naar de verschillende beleidsterreinen, zie tabel 5.3. In de rechter vier kolommen is het percentage aangegeven van de termijn waarop wordt verwacht dat het signaal actueel werd/wordt.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
20
tabel 5.3
Beleidsterreinverdeling signalen netwerkleden
Percentage van -2 jr heden < 2 jr Beleidsterrein signalena Branche 54% 12% 47% 33% Onderwijs 46% 12% 47% 28% Technologie Installatie 32% 1% 32% 56% Technologie Elektro 19% 16% 24% 34% Maatschappelijk 16% 18% 26% 41% Arbeidsmarkt 9% 5% 55% 34% a Signalen kunnen betrekking hebben op meerdere beleidsterreinen. Daarom tellen de percentages niet op tot 100%. Onderverdeeld naar de termijn tellen de percentages wel op tot 100%.
5.3
> 2 jr 8% 14% 12% 26% 15% 5%
Deskresearch
De overige signalen zijn gebaseerd op deskresearch. De volgende methoden zijn hierbij gebruikt: web-browsing, bezoeken van beurzen en congressen, praten met mensen uit de branche, volgen van relevante TV programma’s en het lezen van vakbladen, nieuwsbrieven, dagbladen, internetnieuwsbrieven en onderzoeken. Uit deskresearch zijn buiten de 414 netwerksignalen aanvullend 302 signalen naar voren gekomen. De signalen zijn naar de beleidsterreinen te verdelen zoals weergegeven wordt in tabel 5.4. De percentages zijn onder te verdelen naar de verschillende bronnen: Internet, vakblad, dagblad, nieuwsbrief en overig. Deze laatste categorie geeft een overzicht van bronnen als onderzoek, persberichten, TV, beurs en Dynamo.
tabel 5.4
Beleidsterreinverdeling signalen deskresearch
Percentage van signalena Internet Vakblad Beleidsterrein Branche 51% 29% 48% Technologie Elektro 37% 21% 58% Maatschappelijk 36% 40% 35% Technologie installatie 19% 11% 46% Onderwijs 15% 24% 37% Arbeidsmarkt 15% 42% 27% a Signalen kunnen betrekking hebben op meerdere beleidsterreinen. Daarom tellen de percentages niet op tot 100%. Onderverdeeld naar de termijn tellen de percentages wel op tot 100%.
5.4
Dagblad 5% 4% 6% 7% 22% 7%
nieuwsbrief 7% 6% 11% 4% 4% 13%
overig 11% 12% 8% 32% 13% 11%
Toekomstwijzer discussiebijeenkomst
De hierboven beschreven handelingen leverden een databank op met een 700-tal signalen over de technische installatiebranche, bekeken vanuit maatschappelijk, branche, arbeidsmarkt, technologisch en onderwijskundig perspectief. Om tot een waardevolle toekomstgerichte visie te komen moesten deze signalen worden beoordeeld en samengevat tot relevante ontwikkelingen. Hier hebben de leden van het netwerk van deskundigen een grote rol gespeeld. Allereerst zijn de verzamelde signalen door Marktmonitor samengevat in ontwikkelingen. Zo werden bijvoorbeeld verschillende signalen die gingen over de toename van embedded systemen in diverse vakgebieden binnen de installatiebranche samengevat tot de ontwikkeling: “embedded technology wordt steeds vaker toegepast”. Op soortgelijke manier zijn alle signalen doorgenomen, dit resulteerde in een lijst van ongeveer 120 ontwikkelingen. De belangrijkste ontwikkelingen op het gebied van onderwijs en opleidingen en enkele bijbehorende signalen zijn opgenomen in bijlage 1.1. Vooraf was reeds besloten het beleidsterrein Maatschappij niet apart te belichten in deze stap van het proces; dit beleidsterrein diende als overkoepelend perspectief dat verdieping geeft aan de andere beleidsterreinen. Verder bleek, bij het samenvoegen van de signalen tot ontwikkelingen, dat de beleidsterreinen Arbeidsmarkt en Branche zeer veel overlap hadden. Daarom is besloten hier in de verdere uitwerking 1 onderwerp van te maken.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
21
De gevonden 120 ontwikkelingen zijn dus verdeeld over de volgende vier onderwerpen: Technologie Installatietechniek, Technologie Elektrotechniek, Onderwijs en Arbeidsmarkt/Branche. Om de ontwikkelingen te ordenen zijn per onderwerp vijf thema’s geformuleerd waaronder elk 5 à 6 ontwikkelingen zijn opgenomen. Beoordeling Ontwikkelingen Om de ontwikkelingen te prioriteren en verder uit te diepen is een themabijeenkomst georganiseerd waaraan 28 experts (voor het grootste deel afkomstig uit het hierboven beschreven netwerk van deskundigen) hebben deelgenomen. De deelnemers zijn, afhankelijk van hun expertise, verdeeld over 4 tafels naar de hierboven genoemde onderwerpen: Technologie Installatietechniek, Technologie Elektrotechniek, Onderwijs en Arbeidsmarkt/Branche. Er ontstonden dus vier homogene groepen van 7 personen. Tijdens de bijeenkomst zijn alle ontwikkelingen systematisch besproken. Hiervoor is een methodiek van Syntens gebruikt waarbij in groepen van twee personen een ontwikkeling wordt bediscussieerd ten aanzien van vooraf vastgestelde criteria. Deze criteria waren: associaties, kansen/knelpunten, voorwaarden, de termijn waarop de ontwikkeling actueel wordt en het belang van de ontwikkeling voor de branche. Alle ontwikkelingen zijn op deze wijze door de experts beoordeeld en voorzien van opmerkingen. Aansluitend zijn, door de experts, bij alle ontwikkelingen de meest belangrijke opmerkingen gemarkeerd. Hierna konden ze punten inzetten op deze gemarkeerde ontwikkelingen. Hieruit volgde een geprioriteerde lijst waaruit de top 3 per onderwerp werd uitgelicht. Eindresultaat van deze ronde was dus een overzicht met de top 3 ontwikkelingen binnen Technologie Installatietechniek, Technologie Elektrotechniek, Onderwijs en Arbeidsmarkt/Branche. Tot slot zijn de groepen experts door elkaar gehusseld zodat er heterogene groepen ontstonden en heeft iedere (nieuw ontstane) groep experts een top 3 van ontwikkelingen uit een bepaald onderwerp verder uitgediept door te discussiëren over de kansen, belangen en knelpunten van die ontwikkeling voor de branche. In deze laatste discussieronde hebben de experts ook, waar mogelijk, gekeken naar de gevolgen van de uitgelichte ontwikkeling voor de volgende onderwerpen: • Zorg voor jongeren (instroom) • Behoud werknemers voor de branche (uitstroom) • Kwaliteit vakmanschap beroepsonderwijs • Kwaliteit vakmanschap bijscholing • Zorg voor de branche: ‘is het goed voor de branche’ De resultaten van de hierboven beschreven acties zijn teruggekoppeld naar de netwerkleden en zijn gebruikt in onderdelen van de clusterrapportages. In paragraaf 5.5 worden de resultaten inhoudelijk besproken aan de hand van een overzicht met thema’s en ontwikkelingen, de top drie ontwikkelingen en de conclusies ten aanzien van de laatstgenoemde onderwerpen.
5.5
Resultaten kwalitatieve analyse
5.5.1 Vakgebied Installatietechniek De in het kader van de Installatietechniek –W verzamelde signalen over trends en ontwikkelingen zijn onder een vijftal Thema’s geclusterd en daarbij als ‘gesignaleerd ontwikkeling’ opnieuw gedefinieerd. Dit heeft uiteindelijk geleid tot een vijftal thema’s met per thema een vijftal dan wel zestal ontwikkelingen. De 5 thema’s zijn: Thema 1: Duurzame technologieën Ontwikkeling 1.1: toepassingsmogelijkheden warmtepompen neemt verder toe Ontwikkeling 1.2 : WKK (Warmte Kracht Koppeling) wordt belangrijker toepassing in woning en kleine utiliteit Ontwikkeling 1.3 : waterstof/brandstofcel technologie als nieuwe energiedrager Ontwikkeling 1.4 : tijdelijke energieopslag (korte en lange termijn) is noodzakelijk Ontwikkeling 1.5 : nul-energiewoning wordt voor nieuwbouw standaard
Technologische Trends en Ontwikkelingen
22
Ontwikkeling 1.6 : ontwikkelingen op zonne-energiegebied zorgen voor brede toepassing Thema 2: Comfort en binnenklimaat Ontwikkeling 2.1 : koeling is sterke groeimarkt (zowel voor woningbouw als utiliteit) Ontwikkeling 2.2 : natuurlijke ventilatie en vrije koeling krijgen de overhand Ontwikkeling 2.3 : LTV (Lage Temperatuur Verwarming) warmteafgifte wordt ontwerpuitgangspunt voor nieuwbouw en bestaande bouw Ontwikkeling 2.4 : waterzijdig inregelen wordt standaardprotocol bij ontwerp en installatie Ontwikkeling 2.5 : woon/werkcomfort vraagt om regeling per vertrek Thema 3: Internettechnologie en automatisering Ontwikkeling 3.1: GBS (Gebouw Beheers Systeem) versmelt steeds meer met de werkplekautomatisering Ontwikkeling 3.2: domotica wordt standaard uitrusting in nieuwbouw Ontwikkeling 3.3: bij klimaatregeling wordt steeds meer gebruik gemaakt van draadloze technieken Ontwikkeling 3.4: steeds meer apparatuur wordt voorzien van geïntegreerde regeltechnologie Ontwikkeling 3.5: service technici krijgen steeds meer te maken meer geavanceerde regelingen Thema 4: Integraal ontwerpen Ontwikkeling 4.1: IO (Integraal Ontwerpen) leidt tot hoge mate van integratie van bouwkunde, fysica en installatietechniek Ontwikkeling 4.2: er vindt verdergaande integratie plaats van technische disciplines (E+W) Ontwikkeling 4.3: ontwerppraktijk kan niet zonder simulatiepakketten zoals CFD (Computational Fluid Dynamics) Ontwikkeling 4.4: er is een stijgende vraag naar IFD (Industrieel, Flexibel en Demontabel) gebouwen Ontwikkeling 4.5: LCC (Life Cycle Costing) wordt norm bij het ontwerp van gebouwen en installaties (E+W) Thema 5: Bouwproces Ontwikkeling 5.1: de hoge snelheid van het bouwproces maakt verdergaande prefabricage noodzakelijk Ontwikkeling 5.2: bedrijven moeten kiezen tussen specialiseren of verbreden/samenwerken Ontwikkeling 5.3: groeiende kennisbehoefte door toename van de complexiteit van de techniek Ontwikkeling 5.4: het vakmanschap in ontwerp en uitvoering verschraald Ontwikkeling 5.5: fabrikanten spelen in op de afname van het vakmanschap met hoogwaardige plug & play Per thema zijn de volgende conclusies getrokken: Thema 1: Bij het thema duurzame technologieën komen de ontwikkelingen m.b.t de toepassing van warmtepompen en de tijdelijke opslag van energie als het meest kansrijk naar voren. Duidelijk is hierbij dat de ontwikkelingen die op korte termijn als kansrijk worden beoordeeld ook als meest belangrijk worden gekwalificeerd. In veel gevallen wordt het huidige kennisniveau dan wel het gebrek aan de benodigde kennis als een belangrijk knelpunt gesignaleerd. Dit komt ook in de voorwaarden weer terug. Het branchebelang van de hier genoemde ontwikkelingen scoort hoog en de termijn waarbinnen de ontwikkelingen voor de installatiepraktijk van belang wordt geacht valt voor het overgrote deel binnen de 3 jaar. Een uitzondering hierop is de ontwikkeling m.b.t. de nul-energiewoning als minder interessant wordt beoordeeld en zeker niet voor de korte termijn van belang wordt geacht. Het belang als ook de kansen voor de toepassing van warmtepompen wordt binnen dit thema als belangrijkste ontwikkeling beschouwd
Technologische Trends en Ontwikkelingen
23
Thema 2: Bij het comfort en binnenklimaat gaat de aandacht met name uit naar de ontwikkelingen met betrekking tot koeling en de LTV warmteafgifte systemen. Daarbij is de ontwikkeling m.b.t. de natuurlijke ventilatie interessant waarbij een directe relatie wordt gelegd met de koeling van het gebouw. Ook hier wordt binnen dit Thema het kennisniveau op een aantal punten als belangrijk aandachtspunt genoemd, willen de kansen die de aan ontwikkelingen worden toegeschreven ook te daadwerkelijk benut gaan worden. Mede gezien de extra kosten die het doorvoeren van een aantal ontwikkelingen voor de praktijk met zich meebrengen, wordt ook hierbij ook de regelgeving als een belangrijke voorwaarde dan wel stimulans gezien.
Thema 3: Bij de waardering van de ontwikkelingen rond het thema internettechnologie en automatisering zijn afstemming en communicatie tussen verschillende disciplines een belangrijk aandachtspunt. Verder valt hier op dat de toepassing van de meeste ontwikkelingen verder dan 3 jaar wordt gezien en het belang voor de branche over het algemeen wat lager scoort dan bij de overige thema’s en ontwikkelingen. Naast het kosten aspect die de toepassing van de verschillende ontwikkelingen met zich meebrengen wordt ook hier het kennisniveau als knelpunt voor verdere toepassing gezien. Thema 4: Bij de ontwikkelingen die te maken hebben met Intergraal Ontwerpen (IO) wordt de benodigde tijd voor het ontwerpproces als een belangrijke factor gezien. De installateur/adviseur zal hierbij z’n positie in het bouwteam moeten bewijzen. Kennis van het bouwproces en een deskundige inbreng zijn daarbij van groot belang. Ook het juiste gereedschap van benodigde ontwerptools en de daarvoor benodigde kennis zijn daarbij belangrijk. De vraag naar IFD kan de toepassing van IO wel verder stimuleren. Thema 5: De onder dit thema genoemde ontwikkelingen worden van belang geacht voor de installatiepraktijk. Met name ontwikkelingen die met een verdergaande prefabricage in het bouwproces te maken hebben zijn voor de bedrijven van direct belang. Ook hier geldt dat de benodigde kennis vaak ontbreekt en (snel) op peil gebracht moet worden om niet verder achterop te raken. Daarbij geldt dat, naast de technologisch inhoudelijke kennis die nodig is, er meer aandacht moet komen voor een goede werkvoorbereiding en communicatie. Tijdens sessie 1 van de netwerkbijeenkomst zijn alle ontwikkelingen besproken met als resultaat hetgeen hierboven is weergegeven. Daarnaast is de netwerkleden gevraagd de drie belangrijkste ontwikkelingen aan te geven. Op basis hiervan is de volgende top drie ontstaan: 1 2 3
Warmtepompen (ontwikkeling 1.1) LTV warmteafgifte wordt ontwerpuitgangspunt voor nieuwbouw en bestaande bouw (ontwikkeling 2.3) De hoge snelheid van het bouwproces maakt verdergaande prefabricage noodzakelijk (ontwikkeling 5.1)
De conclusies voor onderwijs en opleidingen zijn per ontwikkeling van de top drie als volgt geformuleerd: Warmtepompen Binnen de duurzame technologieën gelden met name warmtepompen als een belangrijke ontwikkeling waar de komende jaren goede kansen liggen voor de bedrijfstak. Voor een juiste ontwikkeling en toepassing van deze techniek dienen gelijktijdig ook andere ontwikkelingen de nodige aandacht te krijgen omdat deze daar direct dan wel indirect mee te maken hebben. Zaken als ontwikkelingen rond de EPC, systeemontwerp, energie(bodem)opslag, integraal bouwen en plug & play hebben hiermee te maken.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
24
LTV warmteafgifte wordt ontwerpuitgangspunt voor nieuwbouw en bestaande bouw Technologisch kent LTV een breed scala aan aandachtspunten. Naast de ontwikkelingen rond warmteopwekkers, zoals de warmtepomp, worden tevens het hydraulisch systeem en de afgifte kant belangrijker. Kortom een breed scala aan technologische aandachtspunten zullen hierbij aan de orde komen en het vak inhoudelijk breder en interessanter maken voor de techneut. De hoge snelheid van het bouwproces maakt verdergaande prefabricage noodzakelijk Technisch inhoudelijk heeft de ontwikkeling rond prefabricage niet erg veel te bieden. Een deel van de handelingen gebeurt op een ander moment en wellicht door andere mensen en is daarmee meer een ontwikkeling in het kader van de bedrijfsvoering Uit de discussies volgt de algemene conclusie, dat technologisch gezien de door deskundigen van direct belang geachte technologische ontwikkelingen zeker niet als echt nieuw dan wel innoverend te bestempelen zijn. Een belangrijk deel van de ontwikkelingen, zoals ondermeer met betrekking tot de toepassing van Lage temperatuurverwarming en Warmtepompen, hebben een direct dan wel indirect raakvlak met bredere (maatschappelijke)ontwikkelingen op het gebied van duurzaam zoals die zich binnen de bouw al enige tijd manifesteert. Daarnaast past het ook binnen de aandachtsgebieden als wooncomfort en besparing op energie(kosten) dat op consumentenniveau de nodige aandacht heeft. Van belang bij een ontwikkeling als de toepassing van lage temperatuursystemen is het feit dat aan deze ontwikkeling tal van aanpalende ontwikkelingen (zoals ondermeer warmtepompen) een rol van betekenis spelen waarmee het benodigd technisch kennisgebied redelijk omvangrijk zal zijn. Interessant hierbij is tevens om te constateren dat de uiteindelijk benodigde kennis om de verschillende ontwikkelingen technisch ook goed toe te kunnen passen zeker niet van een niveau zijn dat van ingrijpende om- en herscholing sprake is. Wel vraagt het om specifieke kennis en kunde die tot op heden in onvoldoende mate en van onvoldoende niveau en omvang wordt aangeboden. 5.5.2 Vakgebied elektrotechniek De signalen die op het gebied van elektrotechniek zijn verzameld, zijn verwerkt in de volgende thema’s en ontwikkelingen: 1. 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5 1.6
Thema ICT/Industriële automatisering De grens tussen software en hardware vervaagt steeds meer Interconnectiviteit van producten neemt toe Embedded technology wordt steeds meer toegepast VoIP (Voice over Internet Protocol) wordt steeds meer gebruikt De vraag naar open source software neemt toe IP is het protocol voor de toekomst voor zowel de ICT als de industr. Autom.
2. 2.1 2.2 2.3 2.4
Thema huis, tuin en keuken Draadloze toepassingen worden vaker ingevoerd Domotica toepassingen nemen toe Digitale TV wordt ingevoerd Er is een tendens naar 1 netwerk dat alles faciliteert (stroomtoevoer, CAI, telefoon etc.) Blue Ray DVD is de toekomstige opslagmethode Zelfsturende systemen worden vaker ingevoerd
2.5 2.6 3. 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6
Thema energieopwekking en distributie WKK (warmte-kracht-koppeling) toepassingen nemen toe Zonnepanelen en windturbines worden goedkoper en efficiënter De kwaliteit van stroom wordt steeds belangrijker Biomassa verbrandingsmethoden worden ingevoerd Brandstofcel technologie wordt ingevoerd en wordt in meer toepassingen gebruikt Waterstof is de energiedrager van de toekomst
Technologische Trends en Ontwikkelingen
25
4. 4.1 4.2 4.3 4.4 4.5 4.6
Thema algemene ontwikkelingen elektrotechniek Integratie van producten neemt toe EMC (elektromagnetische compatibiliteit) wordt steeds belangrijker Interferentie wordt een steeds belangrijker onderwerp ESD (elektrostatische ontlading) wordt een belangrijker onderwerp Flexibele oplossingen worden steeds meer geëist door de klant Installaties en toepassingen worden steeds meer “plug & play” gebouwd; de installateur hoeft alleen nog maar de boel aan te sluiten
5.
Thema ontwikkelingen in diverse vakgebieden binnen de elektrotechniek 5.1 RFID (Radio Frequency Identification) gaat voor een revolutie zorgen in de IA en distributie 5.2 Miniaturisatie neemt toe (nanotechnologie tot op atomair niveau) 5.3 Centrale aansturing neemt toe 5.4 LED en OLED (Organic Light-Emitting Diode) technologie gaat de traditionele verlichting vervangen 5.5 Meten wordt nauwkeuriger en sneller 5.6 Glasvezel wordt het netwerkmedium voor de toekomst De deskundigen zijn per thema tot de volgende conclusies gekomen: Thema 1: Over de ontwikkelingen in de ICT en industriële automatisering is men over het algemeen zeer positief; de netwerkleden zien kansen genoeg voor de branche en zien de toenemende functionaliteit voor de klant als belangrijk voordeel. Belangrijkste punt van zorg is het opleidingsniveau/kennis van de installateur. Alle genoemde ontwikkelingen binnen dit thema worden als belangrijk gezien voor de branche op korte termijn. Alleen de interconnectiviteit van producten zal nog wat langer op zich laten wachten volgens de experts maar is wel van groot belang voor de branche. Men is het er duidelijk over eens dat IP een grote rol gaat spelen maar is zich bewust van de veiligheids- en capaciteitsproblemen die spelen bij dit protocol. Thema 2: De korte termijn innovaties worden in dit thema minder belangrijk gevonden dan de concept ontwikkelingen die hier genoemd zijn zoals draadloos en domotica. We zien in dit thema weer een hoop voordelen voor de klant terugkomen, vooral in de toename van de functionaliteit van apparaten. Draadloos en domotica worden gezien als de belangrijkste ontwikkelingen in de branche; voor zowel klant als installateur worden hier kansen gezien. De belangrijkste voorwaarde voor draadloos hebben te maken met de veiligheid en storingsgevoeligheid. Voor domotica vindt men het van belang dat de interface gebruikersvriendelijk is voor klant en voor de installateur. Thema 3: Er zijn redelijk wat punten vergeven aan dit thema wat erop duid dat men het onderwerp energie belangrijk acht. Hoewel de punten vooral zijn uitgedeeld aan waterstof als energiedrager en aan biomassaverbranding vindt men deze onderwerpen niet het belangrijkst voor de branche. Van het grootste belang zijn volgens de netwerkleden de ontwikkeling van waterstof als belangrijkste energiedrager voor de toekomst, de brandstofcel en de kwaliteit van stroom. Als belangrijke knelpunten worden genoemd voor waterstof het opzetten van een distributiesysteem/infrastructuur en de veiligheid van het middel. Voor de brandstofcel gaat het hier om de beschikbaarheid, economische haalbaarheid en gebruikersvriendelijkheid. Over de kwaliteit van stroom komt als belangrijk punt naar voren dat sinds de privatisering van de energiesector de controle op de kwaliteit minder is geworden. Thema 4: De toename in plug & play installaties wordt gezien als de grootste kans van de onderwerpen in dit thema. Hiervoor worden 6 punten uitgedeeld. Verassend om te horen dat deze ontwikkeling door de elektrotechnici vooral werd gezien als positieve ontwikkeling. Vanuit de werktuigbouwkunde wordt nog wel eens de klacht gehoord over deze ontwikkeling dat het het verdwijnen van het vakmanschap uit de branche
Technologische Trends en Ontwikkelingen
26
versnelt. Elektrotechnici, of in ieder geval de elektrotechnici die aanwezig waren op deze toekomstwijzerdag, zien de toename van plug & play oplossingen als een goede zaak; het kost minder tijd voor de installateur, het vergroot de kans op eenduidige functionaliteit en het stimuleert de verschuiving van de rol van installateur naar adviseur. Ondanks de hoge score van dit onderwerp wordt het belang voor de branche redelijk laag geschat op een 6. Van groot belang voor de branche werden de onderwerpen geacht die te maken hebben met storing van apparaten en installaties door ESD, EMC en interferentie. ESD (elektrostatische ontlading), EMC (elektromagnetische compatibiliteit) en interferentie zijn belangrijke onderwerpen voor de branche. Door middel van standaardisering en opleiding verwacht men in te kunnen spelen op deze problematiek. Thema 5: De belangrijkste ontwikkelingen in dit thema vonden de netwerkleden respectievelijk de invoering van de glasvezelkabel en de toename in centrale aansturingstoepassingen. De hoge snelheden die glasvezelkabel biedt wordt vooral gezien als belangrijk speerpunt, bij de centrale aansturing ziet men als toegevoegde waarde vooral de integratie van gebouwgebonden installaties. Beide ontwikkelingen worden ook gezien als belangrijk voor de branche, gewaardeerd met een 8. RFID (Radio Frequency Identification) miniaturisatie worden ook van groot belang voor de branche geacht maar zijn verder niet gehonoreerd met punten. De netwerkleden waren het erover eens dat de invoering van RFID in de logistiek tot zeer grote veranderingen zal gaan leiden maar achten de impact hiervan op de branche niet zo groot. Iets soortgelijks zien we voor de invoering van LED voor verlichting; men is het erover eens dat dit zal gaan gebeuren en dat dit (grote) gevolgen heeft maar was niet onder de indruk van de impact die dit op de hele branche zal hebben. De gevolgen van de invoering van LED verlichting zal alleen binnen kleine deelvakgebieden leiden tot veranderingen. Deze conclusies hebben geleid tot de volgende top drie van belangrijkste ontwikkelingen: 1 2 3
Installaties en toepassingen worden steeds meer “plug&play” gebouwd (ontwikkeling 4.6). IP is het protocol van de toekomst (ontwikkeling 1.6) Glasvezel wordt het medium van de toekomst (ontwikkeling 5.6) Biomassa verbrandingsmethoden worden ingevoerd (ontwikkeling 3.4) Waterstof is de energiedrager van de toekomst (ontwikkeling 3.6)
De conclusies per item van de top drie zijn als volgt: Installaties en toepassingen worden steeds meer “plug&play” gebouwd. Er moet nog het een en ander gebeuren op het gebied van gebruikersvriendelijkheid van installaties, zowel voor de eindgebruiker als voor de installateur. Een veelgehoorde klacht over de ingewikkeldere systemen op de markt is dat de gebruikersvriendelijkheid veel te wensen over laat en dat gebruikers en installateurs over het algemeen slecht op de hoogte zijn van de mogelijkheden van het systeem. Verder zal er nog veel moeten worden doorontwikkeld op het gebied van interactiviteit om het voor de installateur makkelijker te maken de installatie te integreren in het gebouwbeheerssysteem en andere installaties. IP is het protocol van de toekomst Glasvezel wordt het medium van de toekomst Zowel IP als glasvezel is niet nieuw. Voor de branche W, en in mindere mate voor de E branche, zijn deze technologieën echter wel redelijk nieuw en onbekend. Met relatief weinig inspanning zal de branche echter in staat moeten zijn zich deze technologieën eigen te maken, de meest logische weg hiertoe ligt in betere samenwerking en kennisdeling met de ICT branche. Wat betreft interconnectiviteit van installaties is er op technologisch gebied nog genoeg te innoveren. Uit de sessie bleek dat er vooral behoefte is aan communicatie protocollen die op een lager OSI niveau inzetbaar zijn dan de TCP/IP suite is in te zetten. Zulk soort protocollen zouden het mogelijk maken om installaties op een
Technologische Trends en Ontwikkelingen
27
efficiëntere manier met elkaar te laten communiceren en het zou de functionaliteit en precisie kunnen vergroten. Tot slot valt er een hoop te innoveren op het gebied van gebruikersvriendelijkheid voor zowel de eindgebruiker als de installateur. Biomassa verbrandingsmethoden worden ingevoerd Waterstof is de energiedrager van de toekomst Biomassaverbranding is een methodiek die nog in ontwikkeling is. Hoewel de eerste praktische toepassingen nu worden geïmplementeerd is de technologie nog geen gemeengoed. Op termijn verwacht men echter dat dit de belangrijkste bron wordt van duurzame energie en materialen (bron: www.ecn.nl). Momenteel wordt er wereldwijd nog onderzoek gedaan (in Nederland vooral door ECN en TNO) naar rendementsverbetering van bestaande methodieken en naar nieuwe methoden en/of materialen voor biomassa verbranding. De technologieën die hiermee te maken hebben zijn nog lang niet uitgeïnnoveerd. Waterstof op zich is niet nieuw, de wetenschap heeft ervaring met dit element. Waar met name nog in wordt ontwikkeld zijn opslagmethodieken en distributiemethodieken voor waterstof, waarbij de nadruk ligt op veiligheid. Daarnaast wordt er nog veel ontwikkeld op het gebied van brandstofceltechnologie, een technologie die in combinatie met waterstof grote resultaten kan opleveren. Voorbeelden van deze ontwikkelingen zijn een nieuwe methodiek om waterstof op te slaan in gashydraten op lagere druk en hogere temperatuur dan voorheen, uitgevonden door medewerkers aan de TU Delft en een methodiek uitgevonden door ECN in Petten om hoge temperatuur brandstofcellen goedkoper te produceren met een mechanisch sterker eindresultaat. Op dit moment worden er wereldwijd proefprojecten opgestart (bijvoorbeeld in IJsland, Texel en Utsira) waar waterstof als energiedrager een grote rol speelt. De verwachting is dat er de komende jaren nog veel innovaties op dit gebied gedaan gaan worden, onder andere door de resultaten die uit de proefprojecten zullen komen. Technisch gezien is een “waterstofgasmaatschappij” nu al realiseerbaar, er is echter nog niet genoeg economisch en maatschappelijk draagvlak voor de stap nu al te maken. Samenvattend heeft de discussie tot de volgende conclusies voor het vakgebied elektrotechniek geleid: • Integratie van producten; toenemende functionaliteit per product. • Interconnectiviteit van producten; steeds meer producten kunnen met elkaar communiceren en met/via het Internet communiceren, waarbij TCP/IP het geprefereerde protocol is en de bandbreedte/snelheid van de verbinding steeds verder toeneemt. • Prefab en Plug & play toepassingen nemen toe. • Duurzame techniek wordt steeds vaker toegepast in steeds meer vormen. • Er wordt gewerkt richting decentrale energieopwekkingssystemen en technische oplossingen voor het integreren van deze decentrale systemen in het energienet waarbij de kwaliteit van het net gewaarborgd blijft. • Er is toenemende aandacht voor de betrouwbaarheid van installaties, onder andere op het gebied van EMC, ESD en interferentie maar ook voor de betrouwbaarheid en kwaliteit van onze stroom. Dit zijn onderwerpen die steeds belangrijker worden naarmate we als maatschappij afhankelijker worden van elektrische en elektronische systemen. • Twee ontwikkelingen die voor grote veranderingen gaan zorgen de komende jaren zijn de overstap naar telefonie over IP; het Voice over IP en de implementatie van RFID systemen in de logistiek en industrie. Deze twee technieken kunnen voor grote maatschappelijke veranderingen zorgen wanneer ze op grote schaal worden ingevoerd en de volledige functionaliteit hiervan wordt benut 5.5.3 Algemeen Uit de resultaten van het kwalitatieve onderzoek in de vakgebieden installatietechniek en elektrotechniek komt het beeld naar voren, dat ontwikkelingen die als belangrijk worden bestempeld niet echt nieuw zijn. Deze ontwikkelingen bestaan vaak al wat langer, maar krijgen wel meer toepassingsgebieden en worden doorontwikkeld. Zowel in de installatietechniek als in de elektrotechniek is te constateren dat er een toename
Technologische Trends en Ontwikkelingen
28
is geconstateerd van prefab en plug&play apparatuur. Hiermee valt de toenemende connectiviteit van verschillende apparaten en systemen samen. Daarnaast is er een blijvende aandacht voor duurzame systemen, bijvoorbeeld warmtepompen,lage temperatuur verwarming, biomassaverbranding en waterstof systemen. Naar verwachting zullen deze ontwikkelingen de komende jaren doorzetten.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
29
6 Resultaten kwantitatief onderzoek In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de resultaten die het onderzoek naar de toepassing van nieuwe technologieën bij bedrijven heeft opgeleverd. Voor dit onderzoek zijn in het vakgebied installatietechniek 115 bedrijven bevraagd, voor het vakgebied elektrotechniek 154 bedrijven. Tussen de vragenlijsten voor de beide vakgebieden bestaat in zoverre een verschil dat voor het vakgebied installatietechniek een aantal ontwikkelingen zijn opgenomen, die al langer worden onderzocht. Van deze ontwikkelingen wordt de toepassingsgraad al een aantal jaren gemeten, en dat is in dit onderzoek voortgezet. De resultaten staan in paragraaf 6.2. Eerst wordt een beschrijving gegeven van de bedrijven die voor dit onderzoek zijn bevraagd. Dat gebeurt aan de hand van een aantal kenmerken, zoals lidmaatschap van branche-organisaties, type van het bedrijf en de gerichtheid op marktsegmenten en het aanbod van producten en diensten. Na een analyse van de toepassingsgraad van ontwikkelingen en een clusteranalyse van deze toepassingsgraad (dit betreft het vakgebied installatietechniek), wordt ingegaan op de nieuwe ontwikkelingen die bedrijven in 2004 zijn gaan toepassen, en voor welke werknemers dit gevolgen heeft. Tenslotte wordt ingegaan op de aansluiting van het huidig scholingsaanbod met de opleidingsbehoefte die bij bedrijven bestaat.
6.1
Basisinventarisatie bedrijven
In tabel 6.1 staat, per vakgebied, het type bedrijf, verdeeld naar percentage installatiebedrijf, percentage detailhandel en percentage adviesbureau.
tabel 6.1
Type bedrijf per vakgebied in 2004
Installatietechniek (N=115)
Installatiebedrijf Detailhandel Adviesbureau
Gemiddeld % 95,1% 3,6% 0,1%
voor W-inst. Aantal % 112 97,4% 14 12,2% 4 3,5%
voor E-inst. Aantal % 27 23,5% 6 5,2% 3 2,6%
voor W-inst. Aantal % 22 14,3% 5 3,3% 3 2,0%
voor E-inst. Aantal % 139 90,3% 23 14,9% 23 14,9%
Elektrotechniek (N=154)
Installatiebedrijf Detailhandel Adviesbureau
Gemiddeld % 84,8% 7,4% 2,1%
De ondervaagde installatiebedrijven zijn meer puur installatiebedrijf dan de elektrobedrijven. Deze zijn vaker (ook) detailhandel of adviesbureau. Ongeveer 20-25% van de ondervraagde bedrijven is niet aangesloten bij Uneto-VNI. 30% is aangesloten bij Uneto-VNI, maar niet bij een vakgroep.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
31
tabel 6.2
Gebieden waarop bedrijven actief zijn, in 2004
Categorie, subcategorie Detailhandel Witgoed Bruingoed Grijsgoed Verwarming/koeling Sanitair Duurzame energie Zonne-energie: elektriciteit Zonne-energie: verwarming en koeling Warmtepompen Energie Prestatie Advies Elektrotechniek Energietechniek Laagspanning Energietechniek Middenspanning Industriële automatisering Woningautomatisering (domotica) Lichtreclame Openbare verlichting Bliksembeveiliging Elektrische beveiliging Telecommunicatienetten Verkeersmanagement installaties Elektromechanica Klimaattechniek Comfortkoeling Gastechniek Ventilatie Warmtetechniek ICT Werkplek automatisering Netwerk infrastructuur Bekabelinginfrastructuur Telefonie Toepassingssoftware Providerdiensten Kabeltelevisie Sanitaire techniek en dakwerken Leidingwatersystemen Sanitaire toestellen en accessoires Riolering Dak-, zink-, koperwerken
Installatietechniek (N=115) Aantal Percentagea 44 38% 7 6% 4 3% 1 1% 34 30% 35 30% 59 51% 13 11% 52 45% 34 30% 9 8% 24 21% 18 16% 7 6% 5 4% 9 8% 5 4% 3 3% 1 1% 10 9% 9 8% 0 0% 4 3% 101 88% 41 36% 93 81% 77 67% 88 77% 11 10% 4 3% 6 5% 7 6% 8 7% 1 1% 0 0% 2 2% 104 90% 98 85% 99 86% 91 79% 79 69%
Elektrotechniek (N=154) Aantal Percentagea 24 16% 12 8% 13 8% 5 3% 8 5% 6 4% 29 19% 23 15% 4 3% 9 6% 8 5% 139 90% 118 77% 14 9% 49 32% 54 35% 8 5% 15 10% 12 8% 62 40% 62 40% 4 3% 8 5% 35 23% 13 8% 16 10% 29 19% 18 12% 85 55% 23 15% 51 33% 60 39% 54 35% 12 8% 4 3% 26 17% 19 12% 18 12% 19 12% 18 12% 13 8%
a
Bedrijven kunnen in meerdere sectoren actief zijn. Daarom tellen percentages niet op tot 100%.
De ondervraagde bedrijven in het vakgebied installatietechniek zijn vooral actief op het gebied van Klimaattechniek , Sanitaire technieken en dakwerken en Duurzame energie. In de elektrotechniek zijn de ondervaagde bedrijven vooral actief op het gebied van Elektrotechniek en ICT.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
32
tabel 6.3
Activiteiten van bedrijven, in 2004 Installatietechniek (N=115)
Activiteit (Product-)levering Installatie Onderhoud Service Inspectie Beheer Projectmanagement eigen dienstverlening Projectman. levering/diensten derden Opleidingen a
Aantal 37 111 107 100 27 16 5 4 18
Percentagea 32% 97% 93% 87% 23% 14% 4% 3% 16%
Elektrotechniek (N=154) Aantal 65 140 123 118 48 19 14 14 13
Percentagea 42% 91% 80% 77% 31% 12% 9% 9% 8%
Bedrijven kunnen meerdere activiteiten hebben. Daarom tellen percentages niet op tot 100%.
Bijna alle bedrijven in de steekproef houden zich bezig met installatie, de meeste daarvan met onderhoud. Ook op het gebied van service is een groot gedeelte van de bedrijven actief. Installatiebedrijven zijn iets vaker actief op het gebied van opleidingen dan elektrobedrijven.
tabel 6.4
Sectoren waarin bedrijven actief zijn, naar vakgebied, in 2004 Koel- en installatietechniek
Sector Bestaande bouw Nieuwbouw Advies/consultancy Ontwerp
Elektrotechniek
Aantal 105
Perc. van totaala 91%
Aantal 98
Perc. van totaala 64%
72 6 14
63% 5% 12%
76 13 24
49% 8% 16%
Detailhandel
15
13%
17
11%
Woningbouw (particuliere opdrachtgever)
81 39 29
70% 34% 25%
60 32 15
39% 21% 10%
Woningbouw (zakelijke opdrachtgever) Woningbouw (projecten) Kleine utiliteit
63
55%
70
45%
(Middel-)grote utiliteit
24 8 0
21% 7% 0%
46 47 3
30% 31% 2%
Infrastructuur telecommunicatie/CAI
0
0%
10
6%
Infrastructuur verkeer
1
1%
2
1%
Industrie Infrastructuur energie
a
Bedrijven kunnen in meerdere sectoren actief zijn. Daarom tellen percentages niet op tot 100%.
Binnen zowel de vakgebieden installatietechniek als elektrotechniek zijn de bestaande bouw, nieuwbouw en kleine utiliteit de belangrijkste marktsegmenten. Op het gebied van infrastructuur is vrijwel geen van de ondervraagde bedrijven in het vakgebied installatietechniek actief De particuliere woningbouw en de middelgrote en grote utiliteit zijn binnen het vakgebied elektrotechniek eveneens belangrijke marktsegmenten. De geografische gerichtheid van de bedrijven is weergegeven in tabel 6.5.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
33
tabel 6.5 Belangrijkste geografische regio waar bedrijven actief zijn, landelijk, in 2004 Installatietechniek (N=68) Geografische regio Plaatselijk Regionaal Landelijk Benelux Duitsland Europa
Elektrotechniek (N=126)
Aantal 36 81 27 1 2 1
Percentagea 31% 70% 23% 1% 2% 1%
Aantal 26 88 54 7 4 0
Percentagea 17% 57% 35% 5% 3% 0%
0
0%
7
5%
Wereldwijd a
Bedrijven kunnen in meerdere geografische gebieden actief zijn. Daarom tellen percentages niet op tot 100%.
Uit de tabel kunnen we concluderen dat een meerderheid van de bedrijven regionaal actief is. Over het algemeen zijn de bedrijven in het vakgebied installatietechniek op een kleinere geografische schaal actief, dat wil zeggen meer plaatselijk en regionaal dan de elektrobedrijven. Die zijn in vergelijking vaker landelijk en internationaal actief, koudetechniek montage gas service en onderhoud ontwerpen dak huish en sanitair distributie anders
Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
Categorie
Percentage
Koudetechniek en luchtbehandeling
21%
Montage gas en verwarming
31%
Service en onderhoud gas en verwarming
17%
Ontwerpen, tekenen en advies
4%
Dakbedekking
4%
Huishoudelijke en sanitaire installaties
19%
Distributietechniek
0%
Anders*
3%
Totaal 100% * Elektrotechniek (6x), bouw (1x), management en directie-administratie (1x), productie en verkoop (1x) , keukens(1x), renovatie(1x) en divers (1x).
figuur 6.1
Producten en diensten die bedrijven binnen de vakgebieden koel- en installatietechniek aanbieden, personele inzet, in 2004
In het vakgebied installatietechniek vraagt Montage Gas en Verwarming het grootste deel van de personele inzet (ongeveer een derde). Daarnaast maken ook
Technologische Trends en Ontwikkelingen
34
Koudetechniek en Luchtbehandeling, Huishoudelijke en Sanitaire Installaties en Service en Onderhoud gas en Verwarming een groot deel van de personele inzet uit.
inst./panelenbouw distributietechniek telematica en ICT industr. elektronica cons. elektronica engin./ontw/beheer anders
Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
Categorie Installatie en panelenbouw
Percentage 76%
Distributietechniek
0%
Telematica en ICT
7%
Industriële elektronica
2%
Consumentenelektronica
1%
Engineering, ontwerp en beheer
8%
Anders*
5% 100%
Totaal
* Beveiliging/bewaking (9x), administratie/verkoop (4x), werktuigbouwkundige installatietechniek (4x), onderhoud/storingen (4x), montage/productie (2x), advies (1x), auto hifi (1x), software (1x), infra (1x), startmotoren/dynamo’s (1x), industrie(1x), binnenvaart(1x), calculatie/magazijn(1x),licht/geluid (1x), Mt+restgoed(1x), ontwerpen(1x), witgoed/reparatie huish. installaties(2x).
figuur 6.2
Producten en diensten die bedrijven binnen het vakgebied elektrotechniek aanbieden, personele inzet in 2004
In de elektrotechniek wordt ruim driekwart van de personele inzet gebruikt voor installatie en panelenbouw. Daarnaast bestrijken “Telematica en ICT” en “Engineering, ontwerp en beheer” een relatief groot deel van de personele inzet.
6.2
Toepassingsgraad nieuwe ontwikkelingen
In bijlage 2.1 wordt de penetratiegraadontwikkeling van elke ontwikkeling afzonderlijk gegeven. Hier volstaan wij met de penetratiegraad in 2004 van de ontwikkelingen.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
35
tabel 6.6
Toepassingsgraad 2004 ontwikkelingen cluster “Integratie van applicaties binnen geautomatiseerde systemen”, bron MarktMonitor Toepassingsgraad 2004
Ontwikkeling Implementatie van Uniforme omgeving en Bouwdelen Bibliotheek
9,6%
Computer bij ontwerpen avn installatie
40,1%
Computer bij tekenen van installatie
41,7%
Computer bij berekenen van installatie
52,2% 36,5%
Gebruik van standaardsymbolen (bijvoorbeeld bibliotheken in CAD) Toepassen van STABU systematiek voor bestekken
20,0%
Gebruik Internet voor informatie
83,5%
Gebruik van e-mail
87,0% 57,4%
Gebruik van Internet voor inkoop Gebruik van Internet voor bedrijfsprofilering
40,0%
Gebruik van Instalnet
13,0%
Gebruik van de computer bij administratie
92,2%
Op enkele gebieden is de automatisering zo ver gegroeid, dat hier geen verdere ontwikkeling meer te verwachten is. Zo is de toepassing van internet voor informatie, het gebruik van e-mail en het gebruik van de computer bij administratie maximaal en toont de laatste jaren nauwelijks groei meer. Het gebruik van internet voor bedrijfsprofilering en inkoop is nog niet zo hoog, maar kent wel een gestage groei. Momenteel is de toepassingsgraad zo’n 40 tot (ruim) 50%. Ook de toepassingsgraad van het gebruik van de computer bij ontwerpen, tekenen en berekenen van installaties ligt en het gebruik van standaardsymbolen kent een redelijke toepassingsgraad van ongeveer 40 tot 50%. Instalnet en de implementatie van een Uniforme omgeving en Bouwdelen Bibliotheek wordt nauwelijks toegepast en toont weinig ontwikkeling.
tabel 6.7
Toepassingsgraad 2004 ontwikkelingen cluster “Hogere eisen aan de kwaliteit van het binnenklimaat”, bron MarktMonitor
Ontwikkeling Per vertrek regelbare temperatuur en luchthoeveelheid
Toepassingsgraad 2004 57,4%
Comfortkoeling woningen met mechanische compressie
26,1%
Comfortkoeling woningen zonder mechanische compressie
18,3%
Gebalanceerde ventilatie
59,1%
Sensoren voor CO2 meting
26,1%
Bestekken met prestatie eisen
33,0%
Simulatieprogramma’s voor de validatie van een ontwerp
3,5%
De toepassingsgraad van het “per vertrek regelbare temperatuur en luchthoeveelheid” en “gebalanceerde ventilatie” is redelijk hoog en ligt rond de 60%. De overige ontwikkelingen kennen een veel lagere toepassingsgraad. Simulatieprogramma’s voor de validatie van een ontwerp worden nauwelijks toegepast.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
36
tabel 6.8
Toepassingsgraad 2004 ontwikkelingen cluster “Duurzaam installeren”, bron MarktMonitor Toepassingsgraad 2004
Ontwikkeling Kunststof dakdekkingsmateriaal
20,0%
Integratie zonne-energiesystemen in daken
35,7%
Kunststof leidingsystemen voor waterleidingen
67,8%
Kunststof leidingsystemen voor gasaansluitingen
38,3%
Gascontactdoos of gasstopcontact
10,4%
Stad-, wijk- en blokverwarming
27,0%
Lange termijn energieopslag in bodem
3,5%
Maatregelen NPDB / energieadvisering
11,3%
Milieuzorg systemen: ontwerpen / materiaalkeuze / uitvoering
32,2%
Warmtepompen
30,4%
Warmtekrachtkoppeling
8,7%
Ontwerp en installatie op basis van EPN
33,0%
Zonneboilers
53,0%
Bij ontwerp en installatie rekening houden met waterbesparing
56,5%
LT warmteopwekking d.m.v. HR-ketel
58,3%
LT warmteopwekking d.m.v. warmtedistributie
17,4%
LT warmteopwekking d.m.v. zonneboiler e warmtepomp
15,7%
LT afgiftesysteem d.m.v. luchtverwarming
20,0%
LT afgiftesysteem d.m.v. vloerverwarming
67,0%
LT afgiftesysteem d.m.v. wandverwarming
27,8%
LT afgiftesysteem d.m.v. radiatoren
55,7%
LT afgiftesysteem d.m.v. convectoren
46,1%
De kunststof leidingsystemen voor waterleidingen , de Legetemperatuur warmteopwekking d.m.v. can een HR-ketel, en de LT-afgifte d.m.v. vloerverwarming en radiatoren kennen een redelijke toepassingsgraad van 50 to 70%. De ontwikkelingen in dit cluster kennen de laatste jaren echter nauwelijks nog een groei in toepassingsgraad. Alleen de toepassing van kunststof leidingsystemen en warmtepompen laten de laatste jaren nog een redelijke groei zien.
tabel 6.9
Toepassingsgraad ontwikkelingen cluster “Installatie uitvoering en systeemkeuze”, bron MarktMonitor
Ontwikkeling Elektronisch geregelde pompen en ventilatoren Domotica Casco oplevering van badkamers en keukens
Toepassingsgraad 2004 56,5% 9,6% 35,7%
Automatische spoelsystemen en kranen
47,8%
Faalkosten berekening
20,9%
Hydraulische schakelingen
30,4%
Technologische Trends en Ontwikkelingen
37
De elektronisch geregelde pompen en ventilatoren en de automatische spoelsystemen en kranen kennen een redelijke toepassingsgraad van rond of boven de 50%.De ontwikkelingen vertonen over het algemeen is er weinig groei in toepassingsgraad de laatste jaren.
6.3
Clusteranalyse van ontwikkelingen
In een clusteranalyse zijn alle items opnieuw gegroepeerd, maar nu op basis van wat bedrijven zelf aangeven als ontwikkelingen die zij vaak, of relatief vaak, in samenhang uitvoeren. Dit levert het volgende beeld van 5 clusters van ontwikkelingen op: Installatieconcept en systeemkeuze 2.01 – Per vertrek regelbare temperatuur en luchthoeveelheid 2.04 – Gebalanceerde ventilatie 3.01 – Kunststof dakdekkingsmateriaal 3.06 – Stad-, wijk- en blokverwarming 3.12 – Ontwerp en installatie op basis van EPN 3.13 – Zonneboilers 3.14 – Bij ontwerp en installatie rekening houden met waterbesparing 3.15 – LTV warmteopwekking dmv HR-ketel 3.19 – LTV afgiftesysteem dmv vloerverwarming 3.21 – LTV afgiftesysteem dmv radiatoren 3.22 – LTV afgiftesysteem dmv convectoren 4.01 – Elektronisch geregelde pompen en ventilatoren Automatisering en ontwerp 1.02 – Computer bij ontwerpen van installatie 1.03 – Computer bij tekenen van installatie 1.04 – Computer bij berekenen van installatie 1.05 – Gebruik van standaardsymbolen (bijvoorbeeld bibliotheken in CAD) 1.06 – Toepassen van STABU systematiek voor bestekken 3.09 – Milieuzorg systemen: ontwerpen / materiaalkeuze / uitvoering 4.04 – Automatische spoelsystemen en kranen 4.05 – Faalkosten berekening 4.06 – Hydraulische schakelingen Duurzaam 2.05 – Sensoren voor CO2 meting 2.06 – Bestekken met prestatie eisen 3.02 – Integratie zonne-energiesystemen in daken 3.07 – Lange termijn energie opslag in bodem 3.08 – Maatregelen NPDB / energieadvisering 3.10 – Warmtepompen 3.11 – Warmtekrachtkoppeling 3.16 – LTV warmteopwekking dmv warmtedistributie 3.17 – LTV warmteopwekking dmv zonneboiler en warmtepomp 3.18 – LTV afgiftesysteem dmv luchtverwarming 3.20 – LTV afgiftesysteem dmv wandverwarming e-business 1.07 - Gebruik Internet voor informatie 1.08 - Gebruik van e-mail 1.09 - Gebruik van Internet voor inkoop 1.10 - Gebruik van Internet voor bedrijfsprofilering 1.11 - Gebruik van Instalnet 1.12 - Gebruik van de computer bij administratie huishoudelijke installaties en woningcomfort 2.02 - Comfortkoeling woningen met mechanische compressie 2.03 - Comfortkoeling woningen zonder mechanische compressie 3.03 - Kunststof leidingsystemen voor waterleidingen 3.04 - Kunststof leidingsystemen voor gasaansluitingen 3.05 - Gascontactdoos of gasstopcontact 4.02 - Domotica 4.03 - Casco oplevering van badkamers en keukens
Per cluster zijn trendanalyses uitgevoerd.Dit lever per cluster de volgende penetratiegraadontwikkelingen op:
Technologische Trends en Ontwikkelingen
38
0
10
20
30
40
50
60
70
80
90 100
Cluster: installatieconcept en systemkeuze sinds 1999
Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
figuur 6.3
Penetratiegraad cluster Installatieconcept en Systeemkeuze 1999-2004
De toepassing van ontwikkelingen binnen het cluster Installatieconcept en systeemkeuze kent tussen 1999 en 2002 een vrij sterke groei. Deze vlakt de laatste jaren wat af. De toepassingsgraad ligt in 2004 rond de 45%.
tabel 6.10
Index 2004 cluster “Installatieconcept en systeemkeuze,” percentage toepassers in 1999, percentage toepassing 2004 en toename van percentage toepassers tussen 1999 en 2004 naar bedrijfsgrootte
Bedrijfsgrootte in klassen Cluster 1 index 2004 0-5 99,0 5-10 95,9 10-20 101,7 20-50 99,4 > 50 106,6 Totaal 100,0
% toepassers in 1999 20,9 13,4 27,7 25,1 37,9 24,1
% toepassers in 2004 40,1 33,9 49,5 42,9 64,6 44,9
toename in procenten 19,2 20,5 21,8 17,8 26,7 20,8
Het indexcijfer uit tabel tabel 6.10 biedt een goede vergelijking van hoe goed de verschillende groottecategorieën van bedrijven het ten opzichte van elkaar doen. Zo blijken de grote bedrijven het het beste te doen. Ze doen het ruim 6 procent beter dan gemiddeld (=100) en meer dan 10% beter dan de bedrijven met 5 tot 10 werknemers, die wat dit betreft het slechtst presteren. In toename van toepassingsgraad tussen 1999 en 2004 presteren de grote bedrijven ook het best.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
39
0
10
20
30
40
50
60
70
80
90 100
Cluster: automatisering en ontwerp sinds 1999
Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
figuur 6.4
Toepassingsgraad Automatisering en Ontwerp sinds 1999
In het cluster Automatisering en Ontwerp vertoont de toepassingsgraad nog een gestage groei. De toepassingsgraad in 2004 ligt boven de 30%.
tabel 6.11
Index 2004 cluster “Automatisering en Ontwerp”, percentage toepassers in 1999, percentage toepassing 2004 en toename van percentage toepassers tussen 1999 en 2004 naar bedrijfsgrootte
Bedrijfsgrootte in klassen Cluster 2 index 2004 0-5 93,4 5-10 94,5 10-20 100,4 20-50 103,2 > 50 108,6 Totaal 100,0
% toepassers in 1999 7,9 11,1 21,8 26,2 40,7 21,3
% toepassers in 2004 14,3 17,7 35,3 41,2 55,6 32,9
toename in procenten 6,4 6,6 13,5 15,0 14,9 11,6
In dit cluster presteren de grote bedrijven beter dan de kleine bedrijven. Het indexcijfer neemt toe met een toenemende bedrijfsgrootte, en de grote bedrijven presteren ongeveer 15% beter dan kleine bedrijven. Ook in toename tussen 1999 en 2004 presteren grotere bedrijven beter. Het verschil over de jaren wordt dus alleen maar groter.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
40
0
10
20
30
40
50
60
70
80
90 100
Cluster: duurzaam sinds 1999
Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
figuur 6.5
Toepassingsgraad Duurzaam sinds 1999
Het cluster Duurzaam kent wel een constante groei, maar deze gaat langzaam. In 2004 is de toepassingsgraad zo’n 20%. Deze is zo’n 10% gegroeid sinds 1999.
tabel 6.12
Index 2004 cluster “Duurzaam”:, percentage toepassers in 1999, percentage toepassing 2004 en toename van percentage toepassers tussen 1999 en 2004 naar bedrijfsgrootte
Bedrijfsgrootte in klassen 0-5 5-10 11-20 20-50 > 50 totaal
Cluster 3 index 2004 96,9 94,3 101,7 100,4 109,2 100,0
% toepassers in 1999 10,4 4,7 10,7 9,1 20,0 10,0
% toepassers in 2004 14,9 9,4 23,1 20,5 41,8 20,6
toename in procenten 4,5 4,7 12,4 11,4 21,8 10,6
De grote bedrijven presteren op het gebied van “Duurzaam” zo’n 13% beter dan de kleine bedrijven. Ook de toename in toepassingsgraad tussen 19999 en 2004 is bij de grotere bedrijven groter dan bij de kleine bedrijven, zodat de verschillen over de jaren groter zijn geworden.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
41
0
10
20
30
40
50
60
70
80
90 100
Cluster: e−business sinds 1999
Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
figuur 6.6
Toepassingsgraad E-business sinds 1999
De toepassing van ontwikkelingen in het cluster E-business groeit flink, en blijft groeien. De toepassingsgraad ligt in 2004 boven de 60%.
tabel 6.13
Index 2004 cluster “E-business”, percentage toepassers in 1999, percentage toepassing 2004 en toename van percentage toepassers tussen 1999 en 2004 naar bedrijfsgrootte
Bedrijfsgrootte in klassen 0-5 5-10 11-20 20-50 > 50 totaal
Cluster 4 index 97,1 97,2 100,1 102,9 101,5 100,0
% toepassers in 1999 15,5 18,5 25,6 32,3 34,4 25,7
% toepassers in 2004 52,4 53,1 64,3 68,8 68,9 62,0
toename in procenten 36,9 34,6 38,7 36,5 34,5 36,3
De verschillen tussen de verschillende categorieën bedrijven zijn gering. De bedrijven met 20 tot 50 werknemers doen het het best, en zo’n 5 % beter dan de kleine bedrijven. Eigenlijk presteren op dit gebied alle categorieën bedrijven ongeveer even goed.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
42
0
10
20
30
40
50
60
70
80
90 100
Cluster: huish.inst. + comfort sinds 1999
Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
figuur 6.7
Toepassingsgraad Huishoudelijke Installaties en Woningcomfort sinds 1999
De toepassing van ontwikkelingen in het cluster Huishoudelijke Installaties en Woningcomfort groeien gestaag, tot bijna 30% in 2004.
tabel 6.14
Index 2004 cluster “Huishoudelijke Installaties en Woningcomfort”, percentage toepassers in 1999, percentage toepassing 2004 en toename van percentage toepassers tussen 1999 en 2004 naar bedrijfsgrootte
Bedrijfsgrootte in klassen 0-5 5-10 11-20 20-50 > 50 totaal
Cluster 4 index 95,4 96,1 102,4 101,8 103,2 100,0
% toepassers in 1999 7,1 10,1 12,8 16,6 18,1 13,2
% toepassers in 2004 19,4 21,7 35,2 33,2 34,3 29,4
toename in procenten 12,3 11,6 22,4 16,6 16,2 16,2
Met een toenemende bedrijfsgrootte stijgt ook het indexcijfer, met uitzondering van de bedrijven met 11 tot 20 werknemers. Deze bedrijven zijn ook het meest gegroeid in toepassingsgraad tussen 1999 en 2004. De grote bedrijven presteren zo’n 8% beter dan de kleine bedrijven. Over het algemeen worden nieuwe ontwikkelingen door grote bedrijven meer toegepast dan door kleine bedrijven. Vaak worden ook de verschillen in toepassingsgraad in de loop van de jaren alleen maar groter.
6.4
Welke nieuwe ontwikkelingen passen bedrijven in 2004 toe
In het onderzoek onder bedrijven is gevraagd aan te geven welke ontwikkelingen bedrijven in 2003 zijn gaan toepassen, die eerder nog niet zijn toegepast. In de tabel worden alleen ontwikkelingen aangegeven die meerder malen zijn genoemd. Alle gegeven antwoorden zijn in de bijlage gegeven
Technologische Trends en Ontwikkelingen
43
tabel 6.15
Nieuw toegepaste ontwikkelingen installatietechniek 2003, naar cluster (N=115), bron MarktMonitor
Ontwikkeling Cluster Integratie van applicaties binnen geautomatiseerde systemen: Internet algemeen/E-mail Internet voor inkoop/verkoop Programma’s voor tekenen/berekenen Internet voor informatie Syntess Bedrijfsprofilering via Internet Computergebruik algemeen Boekhoudprogramma’s
Aantal 7 4 4 3 3 3 3 2
Cluster Hogere eisen aan de kwaliteit van het binnenklimaat: Warmteterugwinning/warmtepompen/betonkernactivering (Comfort)koeling Per vertrek regelbare temperatuur en luchthoeveelheid
5 4 2
Cluster Duurzaam installeren: Warmtepompen/warmteopslag/betonkernactivering Kunststof gas- en waterleidingen Kunststof dakbedekking Zonneboiler/zonnecollectoren LTV
9 5 4 3 2
Cluster Installatie uitvoering en systeemkeuze: (Geen ontwikkeling meerdere malen genoemd)
Vooral op het gebied van “Integratie van applicaties binnen geautomatiseerde systemen” zijn in 2003 nieuwe ontwikkelingen toegepast. Van de ontwikkelingen is de warmtepomp, al dan niet in combinatie met warmteopslag het meest genoemd. Ook de toepassing van Internet en e-mail (voor informatie, inkoop/verkoop of bedrijfsprofilering) is relatief vaak genoemd als nieuw toegepaste ontwikkeling.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
44
tabel 6.16
Nieuw toegepaste ontwikkelingen elektrotechniek 2003 (N=154), bron MarktMonitor
Ontwikkeling Cluster Elektro Installatietechniek: Domotica Beveiliging/Beheersystemen (o.m. brandpreventie) Certificering (VCA/ Komo Instal) E.I.B. Verlichting (armatuur, LED) (Data) Netwerken NEN 3140 Zonne-energie Onderhoud/service (contract) Cluster Beveiliging, Handhaving en Beheer: Brandbeveiliging Cameratoezicht, al dan niet met hard-disk recorders Beheer/inspectie (op afstand) (Inbraak)beveiliging Regelgeving/certificering Domotica/EIB Bussystemen APK-keuring woningen Cluster Meet- en Regeltechniek en Besturingstechnologie: (Doorontwikkelen) PLC Bussystemen Cluster ICT, Telematica en Automatisering: Draadloze verbindingen Domotica Netwerken (Cat 5,6 of 7) Breedband internet (ADSL) VoIP Programmeren/schrijven software Laserverbinding CAI Cluster Energiemarkt en Duurzame Energie: Zonne-energie/PV cellen Warmtepompen/Warmtekrachtkoppeling?Energieopslag
Aantal 12 10 5 3 3 3 2 2 2
14 9 8 6 6 5 4 2 7 2 11 6 6 4 2 2 2 2 7 4
Veel bedrijven zijn in 2003 gestart met beveiligingssystemen (brand-, inbraakbeveiliging, camerabewaking) en met domotica. Daarnaast worden zonneenergie en draadloze verbindingen redelijk vaak genoemd. Zowel in het vakgebied installatietechniek als elektrotechniek moet “vaak” relatief worden gezien. De ontwikkelingen die het meest worden genoemd zijn alle door minder dan 10% van de bedrijven in 2003 voor het eerst toegepast.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
45
tabel 6.17
Wijze van integratie nieuwe ontwikkelingen in bedrijfsvoering 2003, vakgebied installatietechniek (N=115), bron MarktMonitor
Wijze van integratie Cluster Integratie van applicaties binnen geautomatiseerde systemen: Via groothandel/leverancier Aanschaf software Opleiding/cursus
Aantal 3 3 2
Cluster Hogere eisen aan de kwaliteit van het binnenklimaat: Leverancier/samenwerking derden
4
Cluster Duurzaam installeren: Cursus/scholing (al dan niet via fabrikant) Fabrikant/leverancier
7 7
Cluster Installatie uitvoering en systeemkeuze: Instructie/fabrikant
2
Scholing van het personeel en hulp van de fabrikant of leverancier zijn de belangrijkste methoden om nieuwe toepassingen te integreren in de bedrijfsvoering. Soms is de aanschaf van software op zich voldoende.
tabel 6.18
Wijze van integratie nieuwe ontwikkelingen in bedrijfsvoering 2003, vakgebied elektrotechniek (N=154), bron MarktMonitor
Wijze van integratie Cluster Elektro Installatietechniek: Opleiding/cursus/instructie Uitbreiding bestaand werk Met behulp van dealer/fabrikant Investering in extra personeel of gereedschap Zelfstudie Aanpassing interne organisatie
Aantal 9 6 5 3 3 2
Cluster Beveiliging, Handhaving en Beheer: Opleiding/cursus Leverancier In commerciële bedrijfsvoering (offerte, geleidelijke groei) Certificering/erkenning bedrijf Leverancier Samenwerking overheid/derden Aanpassing organisatie/personeelsuitbreiding Zelf testen
10 3 4 2 3 3 2 2
Cluster Meet- en Regeltechniek en Besturingstechnologie: Zelfstudie, in praktijk leren Leverancier Cursus/opleiding Investeren in apparatuur/extrapersoneel
4 3 2 2
Cluster ICT, Telematica en Automatisering: Natuurlijke uitbreiding/geleidelijke invoering Opleiding/cursus M.b.v. leverancier Zelfstudie
7 6 6 2
Cluster Energiemarkt en Duurzame Energie: Investeren in cursussen of nieuw personeel
2
Het invoeren van nieuwe technologieën in het bedrijf leidt vaak tot scholing van personeel en samenwerking met de fabrikant of leverancier. Ook wordt regelmatig aangegeven dat het invoeren via een geleidelijk of natuurlijk proces is gegaan.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
46
Voor het invoeren van nieuwe ontwikkelingen is ook kennis nodig. Deze kennis wordt over het algemeen op drie manieren verkregen: via de leverancier of fabrikant, via een externe opleiding of via zelfstudie of zelf uitproberen. Daarnaast vormen beurzen en de vakliteratuur een belangrijke informatiebron. De toepassing van nieuwe ontwikkeling levert voor bedrijven meestal geen problemen op. Als er problemen worden gemeld, dan zijn deze over het algemeen technisch van aard, of liggen op het terrein van samenwerking met de leverancier of met derden. In het vakgebeid elektrotechniek wordt ook enkele malen een probleem met regelgeving of normen gesignaleerd. De komende jaren zal het beeld, dat in tabel 6.15 en tabel 6.16 wordt geschetst gehandhaafd blijven. De ontwikkelingen die het afgelopen jaar het meest zijn ingevoerd zullen ook in de komende jaren het meest worden ingevoerd. Naast deze ontwikkelingen zal ook een APK voor woningen of installaties door een redelijk aantal bedrijven worden ingevoerd.
6.5
Welke werknemers krijgen met nieuwe ontwikkelingen te maken
Het toepassen van nieuwe ontwikkelingen en het invoeren van nieuwe technologieën heeft consequenties voor een bedrijf. Over deze consequenties is in de vorige paragraaf al het een en ander gezegd. Ook voor werknemers betekent het een verandering. Vaak moet er scholing worden gevolgd en verandert de interne organisatie van een bedrijf. Werknemers die veel met nieuwe ontwikkelingen te maken krijgen ondervinden veel veranderingen in hun beroep. Zij zullen over het algemeen vaker moeten scholen om hun beroep op een kwalitatief hoog niveau uit te kunnen blijven oefenen. Het is daarom belangrijk vast te stellen welke werknemers met nieuwe ontwikkelingen worden geconfronteerd.
tabel 6.19
Aantal werknemers dat in aanraking komt met nieuwe ontwikkelingen op het gebied van installatietechniek, naar functie (N=115), bron MarktMonitor 2004
Functie Cluster Integratie van applicaties binnen geautomatiseerde systemen: Kantoor/binnendienst Directie/management Planning/calculatie/werkvoorbereiding Verkoop Projectleiding Cluster Hogere eisen aan de kwaliteit van het binnenklimaat: (service)monteur Werkvoorbereiding Iedereen Ondernemer/directie Projectleiding Cluster Duurzaam installeren: Monteur/vakspecialist Calculator/werkvoorbereiding Directie/kader Iedereen Verkoop Ontwerp Projectleiding Cluster Installatie uitvoering en systeemkeuze: Monteur
Aantal 10 10 5 2 2 5 5 2 2 2
14 6 3 3 2 2 2 3
Ontwikkelingen op het gebied van “Integratie van applicaties binnen geautomatiseerde systemen hebben vooral gevolgen voor het administratief personeel
Technologische Trends en Ontwikkelingen
47
en de directie of het management. Met de ontwikkelingen op de andere terreinen krijgen de monteurs en de werkvoorbereiding het meest te maken.
tabel 6.20
Aantal werknemers dat in aanraking komt met nieuwe ontwikkelingen op het gebied van elektrotechniek, naar functie (N=154), bron MarktMonitor 2004
Functie Cluster Elektro Installatietechniek: (eerste)Monteur/vakfunctionaris Directie/eigenaar/leiding Iedereen Projectleiding Werkvoorbereiding Uitvoering Engineering/ontwerp Alle technisch Niveau 4/specialisten Cluster Beveiliging, Handhaving en Beheer: Niveau 3/vakfunctionaris/monteur Directie/management Niveau 4/specialist Iedereen Projectleiding Engineering/ontwerp/calculatie Uitvoering
Aantal 20 15 8 7 6 4 4 2 2 10 6 6 6 3 3 3
Cluster Meet- en Regeltechniek en Besturingstechnologie: Engineering/ontwerp Bedrijfsleiding/directie/management Projectleiding Niveau 3/vakfunctionaris/monteur Programmeur/software Niveau4/specialist Iedereen Werkvoorbereiding
4 4 3 3 2 2 2 2
Cluster ICT, Telematica en Automatisering: (Eerste)Monteur/vakfunctionaris Iedereen Directie/bedrijfsleiding/eigenaar Niveau 4/specialist Werkvoorbereiding Projectleiding Uitvoering Kantoor/binnendienst Buitendienst Engineering/ontwerp
9 8 5 4 4 3 3 2 2 2
Cluster Energiemarkt en Duurzame Energie: (Chef)Monteur (Midden)kader/directie Werkvoorbereiding
5 4 2
In het vakgebied elektrotechniek komen de monteurs (op niveau 2 en 3) en de directie of het (midden-)kader het meest met nieuwe technologieën in aanraking. Ook wordt vaak aangegeven dat alle werknemers met nieuwe ontwikkelingen te maken krijgen. Het zijn voor al de monteurs op niveau 2 en 3 en de directie of bedrijfsleiding die met nieuwe ontwikkelingen worden geconfronteerd. Om bij te blijven in het vakgebied zullen deze beroepsgroepen het meest geschoold moeten worden. Het niet volgen van bijscholing in deze beroepen betekent eerder een achteruitgang dan een stilstand. De gevolgen van het onvoldoende bijgeschoold zullen eerder consequenties hebben voor het vakmanschap dan in beroepen die in mindere mate aan verandering onderhevig zijn.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
48
6.6
Aansluiting van huidig scholingsaanbod bij de scholingsvraag van bedrijven
Het toepassen van nieuwe ontwikkelingen leidt tot een scholingsvraag bij bedrijven, zo is eerder in dit hoofdstuk geconcludeerd. Het is belangrijk dat het aanbod aan bijscholingscursussen aansluit bij de vraag die er onder bedrijven leeft. Een slechte aansluiting leidt tot een geringe deelname aan de bijscholingscursussen, en dit heeft gevolgen voor de kwaliteit van het vakmanschap in de branche. Niet alleen het aanbod aan bijscholing moet voldoen, de cursussen die gegeven worden moeten ook de noodzakelijke kennis en vaardigheden opleveren. Een opleiding die niet biedt wat er beloofd wordt of onvoldoende resultaat oplevert zal een tweede keer niet meer gevolgd worden.
tabel 6.21
Gegeven antwoorden op vraag of binnen de vakgebieden installatie- en elektrotechniek gevolgde cursussen benodigde kennis of informatie opgeleverd, naar aantal en percentage, bron MarktMonitor 2004 Installatietechniek Aantal Perc.
Ja, cursusssen hebben benodigde kennis of 85 informatie opgeleverd Nee, cursussen hebben niet de benodigde kennis of 7 informatie opgeleverd Weet niet 3 Geen antwoord 14 Totaal 115 Wat wordt gemist? • Inhoudelijk te licht, diepgang van stof beperkt; • Cursussen worden niet opgestuurd en zijn te ver weg; • Legionella examen niet in overeenstemming met het geleerde; • Diepgang • Tijdsplanning van het ROC • Slecht examen • Cursus OFE te algemeen, werknemers gaan niet graag • Diepgang van stof beperkt • Kennis was al aanwezig • Praktische toepassingen • Te weinig rendement; • Te theoretisch • Tijd te kort voor een goede cursus
Elektrotechniek Aantal Perc.
73,9%
125
81,2%
6,1%
9
4,8%
7,8% 12,2% 100%
8 12 126
5,2% 7,8% 100%
Verreweg de meeste bedrijven (75 tot 80%) vinden dat de cursussen die gevolgd worden de noodzakelijke kennis of informatie leveren. Ongeveer 5% mist iets. Hierbij wordt het meest aangegeven dat de cursus te weinig diepgang had of dat het te theoretisch was en te weinig aansluit bij de praktijk. Van de installatiebedrijven heeft een redelijk groot gedeelte(12%) heeft op deze vraag geen antwoord gegeven. Onduidelijk is wat de reden daarvan is. Wellicht hebben geen medewerkers van deze bedrijven in 2003 een cursus gevolgd. Bij de elektrobedrijven is dit 8%.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
49
tabel 6.22
Gegeven antwoorden op vraag of opleidingsaanbod voldoende is om aan scholingsvraag te kunnen voldoen, naar aantal en percentage, bron MarktMonitor 2004?
Ja, het opleidingsaanbod is voldoende Nee, het opleidingsaanbod is onvoldoende Weet niet Geen antwoord Totaal
Installatietechniek Aantal Perc. 94 81,7% 12 10,4% 7 6,1% 2 1,7% 115 100%
Elektrotechniek Aantal Perc. 127 82,5% 19 12,3% 7 4,6% 1 0,7% 154 100%
Wat wordt gemist? (Installatietechniek:) • Cursus meet/regeltechniek, zowel hydr. als besturingstechniek • Gerichte module bijvoorbeeld alle elektronica; • Er wordt veel gemist, vandaar ‘eigen’ cursussen ontwikkeld; • Cursus eenvoudige regeltechniek van weersafhankelijke regelingen; • Data van aanvang opleidingen en plaatsen; • Vervolg cursus Tillan zink; • Commerciële training; • Verkorte STEK-opleiding; • Management; • Aanbod in avondopleidingen; • Goede opleiding kunststoftechniek en kunststofbewerking; • Onderhoud toestellen • Meten op de bouw/ afwerk bouw (Elektrotechniek:) • Multimedia inbouwen in auto’s; • Maatwerk, dat wil zeggen: cursus naar gelang capaciteit medewerkers; • Cursus KOMO install; • Systeembeheer/servertechniek; • Visual Basic; • Automatisering/draadloos; • Functiebehoud bekabeling/veilige nieuwe ontwikkeling ten opzichte van VCA; • Cursussen glasvezeltechniek missen diepgang; • In onze branche te laag scholingsaanbod; gaat slecht; • Betere combinatie afstemming; • Cursus ontwerpindeling besturingskasten; • Cursussen vanuit leverancier; • Simpele praktische ICT-opleiding met betrekking tot netwerken; • Ontwikkeling en ontwerp industriële processen. • Domotica-cursussen • Specifieke gericht op CES • Maatwerk in cursussen • OOIP • Ontruiming, luchtbehandeling, deelcursus bij eisenpakket • Post HBO/ Verkorte cursus?Speciale domotica cursussen
Verreweg de meeste bedrijven (80-85%) vinden het huidige aanbod voldoende. Desondanks mist 10 tot 15% nog een bepaalde opleiding of cursus. De concrete cursussen of opleidingen die gemist worden zijn erg divers. In het vakgebied installatietechniek worden meerdere malen cursussen meet- en regeltechniek genoemd, in de elektrotechniek domotica-cursussen. Om een beeld te krijgen wat er aan niet-gesubsidieerde scholing wordt gevolgd, is de bedrijven gevraagd aan te geven of en hoeveel medewerkers in 2003 een workshop of een cursus bij een fabrikant of leverancier hebben gevolgd.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
50
tabel 6.23
Aantal en percentage bedrijven waarvan medewerkers in 2003 een workshop of een cursus bij een leverancier/fabrikant gevolgd, bron MarktMonitor 2004
Ja, Nee, Geen antwoord Totaal
Installatietechniek Aantal Perc. 86 74,8% 27 23,5% 2 1,7% 115 100%
Elektrotechniek Aantal Perc. 118 76,6% 34 22,1% 2 1,3% 154 100%
Driekwart van de bedrijven heeft 1 of meer medewerkers in 2003 naar een workshop of cursus bij een fabrikant of leverancier gestuurd. In het vakgebied installatietechniek ging het om gemiddeld 6,4 werknemers (minimaal 1, maximaal 45), in het vakgebied elektrotechniek om gemiddeld 5,9 werknemers (minimaal 1, maximaal 100). Deze gemiddelden verschillen niet zoveel. In de installatietechniek en elektrotechniek wordt ongeveer in gelijke mate niet-gesubsidieerde bijscholing gevolgd
Technologische Trends en Ontwikkelingen
51
7 Aandachtspunten voor beleid OTIB voert zelf geen technologiebeleid. Het bevorderen van de toepassing van nieuwe technologieën is eerder een zaak van werkgeversorganisaties. In hoeverre nieuwe technologieën worden toegepast heeft wel gevolgen voor het beleid van OTIB. Immers, de mate van innovativiteit van de branche heeft consequenties voor de mate waarin werknemers moeten worden bijgeschoold om bij te blijven in hun vakgebied, en voor de beroepsopleidingen die moeten zorgen voor adequaat en actueel opgeleide vakkrachten. Ontwikkelingen in nieuwe technologieën en toepassing daarvan is daarom wel belangrijk voor het fonds. Om de kwaliteit van het beroepsonderwijs te verhogen is het zaak dat de ontwikkelaars van lesmateriaal en de aanbieders van onderwijs op de hoogte zijn van belangrijke ontwikkelingen op technologisch gebied. Uit dit • • •
rapport vallen de volgende belangrijks trends op: Duurzame energietoepassingen Ontwikkelingen op het gebied van de kwaliteit van het binnenmilieu Toepassen van prefab en plug and play onderdelen, waarbij onderdelen worden geïntegreerd en steeds makkelijker aan elkaar zijn te koppelen (connectiviteit) • Standaardisering en toenemende nauwkeurigheid in het meten.
Kijkend naar de werknemers die met ontwikkelingen te maken krijgen, hebben deze vooral gevolgen voor de monteurs en assistent-monteurs. Naast deze groep krijgt ook de directe en het management veel met nieuwe technologieën te maken, maar gezien de aantallen is het zaak bij de innovatie van het onderwijs vooral aandacht te schenken aan de monteurs en assistent-monteurs. De technologische vernieuwingen hebben gevolgen voor de omgang van bedrijven met hun klanten. De verantwoordelijkheid voor de betrouwbaarheid van de installatie komst meer bij de fabrikant en minder bij de installateur te liggen. Bij technologische ontwikkelingen gaat het met name om de toename van prefab en plug and play onderdelen. De fabrikant is verantwoordelijk voor het goed functioneren van de onderdelen, terwijl de installateur wordt afgerekend op een goede integratie ervan. Door technologische ontwikkelingen is de rol van de installateur veranderd van ambachtsman naar adviseur en dienstverlener. Om deze rol goed te kunnen vervullen dient de installateur over kennis en vaardigheden te beschikken welke typisch aan aanliggende vakgebieden wordt toegeschreven. Bijvoorbeeld: hoe verder de integratie van elektrotechnische installaties vordert, des te meer de installateur moet weten van interactieprotocollen zoals TCP/IP. De veranderende rol van de installateur heeft mogelijk gevolg voor het imago van de branche, in een imago waarbij advies en dienstverlening een steeds prominentere plaats innemen. Omdat brede kennis voor het goed uitvoeren van deze rol noodzakelijk is worden scholing en employability steeds belangrijker.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
53
Bijlagen
1 Resultaten kwalitatief onderzoek 1.1
Ontwikkelingen op het gebied van technologie
Resultaten uit het netwerk [zie §Fout! Verwijzingsbron niet gevonden.: V], geordend naar onderwerp (vetgedrukt), ontwikkelingen (voorafgegaan door •-teken), en signalen (voorafgegaan door -teken). Aan signalen is een bronvermelding toegevoegd.
1.1.1
Werktuigbouwkundige installatietechniek
Duurzame energieconcepten •
Duurzame energieconcepten zetten zowel op de korte als lange termijn door.
Zorginstelling wekt energie op met brandstofcel Verpleeghuis St.Elisabeth in Amersfoort doet als eerste zorginstelling in Nederland mee aan een Europees onderzoek naar nieuwe vormen van opwekken van energie. De bedoeling is om op kleinschalige wijze elektriciteit op te wekken. Daarbij wordt gebruikgemaakt van de omzetting van aardgas in waterstof. ( www.energiemanagement.nl) Nieuw soort windmolen (met verticaal design i.p.v. horizontale opstelling) levert installatiegemak en onderhoudsvermindering en neemt tevens minder plek in. Dit product, de Turby, biedt de mogelijkheid in de komende jaren op meer plaatsen het gebruik van windenergie mogelijk te maken. (TVVL magazine januari 2004)
Korte termijn •
Meer toepassing van warmtepompsystemen voor ruimteverwarming en voor warmtapwaterbereiding. Dit in combinatie met lagetemperatuurwarmteafgifte als vloer- en wandverwarming en opslag van warmte in de constructie of toegevoegde materialen.
Groei toepassingen WP in woningbouw (nieuwe ontwikkelingen in combinatie met HR-ketel: gasabsorptie WP van Nefit en kleine Wp van Gastec. (Netwerklid) Bodemopslag Lange termijnopslag aquifers betonkernactivering en warmtepomptoepassingen zullen doorzetten. (Netwerklid)
•
Verdergaande integratie van verschillende technieken en als benadering zorgen voor een optimaal energiegebruik.
Er komen steeds meer duurzame en kostenefficiënte toestellen die alle functies integreren. (Netwerklid; TNO-MEP) Er moet in alle geledingen meer aandacht komen voor succesvolle toepassingen van DE-systemen waarbij vooral gekeken moet worden naar de implementatie, randvoorwaarden hiervan. (Netwerklid; TNO-MEP)
•
Het verdwijnen van de energiepremieregeling heeft een negatief effect op de toepassing.
Door het wegvallen van de EPR met de afname van EPA is er een stagnatie in toepassing van DE. Daarnaast is er een stabilisatie zichtbaar van de VR-markt. De eerste invloeden van de EPDB worden zichtbaar. Dit is wel een nog onbekend terrein binnen de installatietechniek. De branche moet overtuigd worden van de mogelijkheden. Ook LTV blijft in relatie tot het buitenland nog achter en is nog steeds geen gemeengoed. (Netwerklid) Andere duurzame invulling wordt gevonden in de toepassing van pv-zonnepanelen, windenergie en biomassa. Het beschikbaar komen van PVT panelen (een combinatie van PV paneel en thermische collector) als standaard product. Het toenemen van het aantal zonne-energiesystemen met vacuümbuiscollectoren. (Netwerklid) Het bewaken van de piekafname van gas. Meer gebruik van biomassa en gasgestookte warmtepompen. (Netwerklid)
Lange termijn • •
Op langere termijn komen de micro-wkk systemen op de markt. Met name voor de woningbouw. Deze decentrale systemen voor warmte en elektra zullen deels worden opgenomen in het bestaande elektranet. Verdere optimalisatie.
Energiehuishouding Betonkernactivering met monobron (LTO) hybride ventilatie opslagsystemen t.b.v. koeling brandstofceltechnologie (> 2 jaar) warmtepomptechnologie plus lage temperatuuropslag (> 2 jaar) micro-wkk (> 2 jaar). (Netwerklid) Het beschikbaar komen van warmtekracht koppeling voor huishoudens en kleine utiliteit (microwkk). Bijvoorbeeld brandstofcellen en Stirling systemen. (Netwerklid)
Technologische Trends en Ontwikkelingen
57
Een gezond binnenmilieu •
Een gezond binnenmilieu heeft binnen woningbouw en utiliteit steeds meer aandacht. Niet alleen voor wat betreft het thermische klimaat, maar ook de kwaliteit van de lucht.
Het binnenmilieu vraagt steeds meer aandacht. In de utiliteit meer vraag naar meer verse lucht zonder vermindering van het thermisch comfort. Hierbij moet meer aandacht komen voor persoonlijke beïnvloeding. (Netwerklid) Door toenemende eisen aan het binnenklimaat zal er meer aandacht komen voor lokale klimatisering. Dit betekent dat er toestellen komen met kleinere vermogens. Nieuwe hybride en decentrale systemen met co2 meting voor debietregeling. Hiermee wordt voldaan aan de toename van het gezondheidsaspect. (Netwerklid; TNO-MEP)
•
Bij de realisatie van een goed binnenklimaat speelt het energiegebruik een rol.
•
Daarnaast speelt in de woningbouw oververhitting, door verdergaande isolatie, een rol.
•
Steeds meer cijfers over productiviteit in relatie tot het binnenmilieu.
• •
Intelligente en geïntegreerde apparaten en de invloed van ICT Door embedded technology worden apparaten steeds intelligenter. Hierdoor is optimalisatie mogelijk. Een verdere ontwikkeling is het integreren van functies binnen apparaten. Wat leidt tot geoptimaliseerde systemen voor lucht, warmte etc.
Verhoging van de EPN. Er moet balans gevonden worden tussen leefbaarheid en energiegebruik en tussen ventilatie contra wtw. (Netwerklid) Meer aandacht voor de installatietechniek in de woning bij nieuwe epn en nieuwe berekening. (Netwerklid) Prestatiecontracten worden steeds vaker gevraagd. Hierbij dient een meetbare prestatie t.a.v. behaaglijkheid of energiegebruik te worden behaald. (Netwerklid)
Grotere marktpenetratie van koeling. (Netwerklid) Groei/continuïteit van AC-markt in comfortkoeling. Meer ac toepassing in luxe woningen en kantoren als gevolg van extremere temperaturen. Meer VRF systemen in kantoren. (Netwerklid) Koeling wordt als standaard meegenomen in het installatieconcept van nieuwbouwpanden. (Netwerklid)
Kwalitatieve commissioning wordt ingezet voor de realisatie van goed presterende gebouwen. (Netwerklid) Individualisatie vraagt om systemen die tot op gebruikersniveau regelbaar zijn, iedereen kan het eigen comfort bepalen. De meerinvestering wordt ruimschoots terugverdient doordat iedereen het klimaat aangenaam vindt, waardoor de productiviteit optimaal is. (Netwerklid)
ICT technologie wordt steeds vaker geïntegreerd toegepast (embedded systems). Denk aan zelfdenkende ventilatieroosters of veiligheidsvoorzieningen in gebouwautomatiseringssystemen. (VV+ december 2003) Convergerende technieken binnen de domotica. De diverse elektrische apparaten in de woning nemen toe en worden , mogelijk draadloos , met elkaar verbonden. TV telefoon audio computer verbonden via breedband techniek. Hiermee wordt de klassieke domotica ( energie klimaat )verdrongen. Dit zal hierin geïntegreerd moeten worden. Er ontstaan dus steeds meer netwerken in huis. Naar verwachting zal domotica over enkele jaren echt doorbreken.(Diverse netwerkleden)
•
De toename van ICT zorgt voor een andere manier van werken en beheer van de installatie.
•
Service, onderhoud en beheer krijgt een heel andere invulling. Personeel dient meer met elektronica om te kunnen gaan.
Het bouwproces gaat veranderen en ICT speelt daarbij een belangrijke rol. Daar is bijna iedereen het wel over eens. Maar... hoe gaat het veranderen? En welke ICT wordt belangrijk? Daarover is nog veel onduidelijkheid. Tijdens de workshop ‘De toekomst van ICT voor de bouw’ die onlangs werd gehouden bij TNO Bouw, is een aantal belangrijke ontwikkelingen verkend. Ook op de bouwplaats gaat virtueel worden gecommuniceerd. (Workshop Bouwproces en ICT TNO Bouw) Een verdere toename in complexiteit van regelingen van installaties, eventueel gekoppeld aan domotica toepassingen. (Netwerklid)
Er is een trend zichtbaar richting 'op afstand' uitlezen, monitoren en interveniëren. Zo zijn binnen de elektrotechniek steeds meer energieleveranciers bezig systemen te implementeren waarmee de gegevens van de klant (de meter) op afstand kunnen worden uitgelezen maar ook op het gebied van ketelstoringen, beveiliging en CCTV worden er steeds meer producten aangeboden. (Intech Klimaat februari 2004) Standaardisatie van de besturingstechniek en een toenemend belang van de systeemintegratie binnen de verschillende disciplines. Hierbij meer aandacht voor de standaardisatie en het voordeel voor de gebruiker van M&R installaties. (Netwerklid) Gebouwautomatisering biedt steeds meer mogelijkheden om producten voor de klimaatregelinstallatie steeds beter te laten functioneren. Ook kunnen installaties beter beheerd worden door gebruik te maken van de gegevens die de automatiseringsapparatuur ter beschikking stelt. Op het gebied van het beheren van installaties komt nu snel een standaard BAC-net. Hierdoor kunnen installaties die met verschillende fabrikaten apparatuur zijn geautomatiseerd met een systeem beheerd worden. (Netwerklid) De ontwikkelingen van de veldbus LON gaat minder snel dan verwacht. Volgens mij komt dat omdat de voordelen nog niet goed opwegen tegen de inspanningen die er voor geleverd moeten worden. Voor de opdrachtgever zijn de voordelen beperkt. (Netwerklid)
Technologische Trends en Ontwikkelingen
58
De bouwpraktijk •
Een veranderende bouwpraktijk vraagt om aanpassing van het proces. Meer vraag naar kwaliteit en prestatie evenals een kortere bouwtijd en meer certificatie.
Het innovatiebeleid in de bouw- installatiesector is nu teveel gebaseerd op nieuwbouw. Gegeven de grote aantallen oude woningen (meer dan 2 miljoen) waarbij de eigenaren een innovatieslag willen maken bij de verbouwing zou Nederland zich meer moeten richten op een vraaggedreven aanpak dan de huidige aanbod gedreven methode. (TNO Magazine, augustus 2004) Er vindt een verschuiving van uitvoerend werk op de bouwplaats naar de voorfase. Er ontstaan zelfsturende (afbouw)teams en ook werkplekgerichte instructie en scholing. ICT wordt steeds belangrijker in het bouwproces. Reductie van faalkosten is een punt van aandacht. (Netwerklid)
•
Maar ook een geconstateerde verschraling van de basiskennis wordt geconstateerd.
•
Hierdoor zien we meer prefab verschijnen evenals vereenvoudigde montagetechnieken. Plug & Play hoort hier ook bij.
Er zou meer aandacht besteedt moeten worden aan het verloren gaan van het huidige kennisniveau in de EU en Nederland. En er zou meer aandacht moeten zijn voor de intern aanwezige technologische capaciteit en het beter benutten hiervan, ten behoeve van een verbeterde concurrentiepositie in internationaal verband. (Netwerklid) Het tekort aan ervaren en kundig personeel wordt veel gemeld. Zo is er een tekort aan ervaren basisengineers in de W. En een verminderde instroom van technici en meer uitstroom van technici naar het management geeft een tekort aan technici. Er is kennisvermindering zichtbaar op het gebied van veiligheid van gas elektra en water. (Netwerklid) Installateurs die het “vak” niet meer beheersen als er geen duidelijke inhoudelijke vaktechnische eisen worden gesteld, door het wegvallen van vestigingseisen. (Netwerklid)
Scheiding tussen montage waarvoor vakkennis nodig is en montage waarvoor geen vakkennis noodzakelijk is. Dit in relatie tot prefabricage. (Netwerklid) Er dient meer aandacht te worden besteed aan Industrieel bouwen, prefabricage, moderne montage technieken. (Netwerklid) Apparaten voor de installatietechniek worden steeds meer ontworpen met het oog op installatiegemak en servicegemak Dit bevestigd de verschuiving van kennis naar fabrikant en toename van prefab toepassingen. (Netwerklid)
•
In het ontwerpproces zien we steeds krachtigere simulatieprogrammatuur verschijnen en geïntegreerde ontwerpsoftware.
Er is een trend naar modelgebaseerde CAD-systemen. Modelgebaseerd heeft immers duidelijke voordelen: doordat gebouwen in CAD-systemen worden opgebouwd met bouwkundige objecten, weet de ontvanger van het CAD-bestand al veel over het ontwerp, en hoeft hij veel minder te interpreteren. Bovendien is het mogelijk om de gebouwinformatie meteen door te geven aan programma's voor het doorrekenen van constructies, installaties etc. De meest geavanceerde CADsystemen bevatten dan ook al veel modelgebaseerde elementen. Toch moet niet teveel worden verwacht van deze ontwikkeling, en zeker niet op korte termijn. (Workshop ICT in de Bouw) Steeds meer geïntegreerde systemen, Plug & Play , waarbij eenvoudige montage en energiebesparing voorop staan. Meer aandacht hiervoor nodig. Energie niet suboptimaal bekijken maar in systeemontwerp. (Netwerklid)
1.1.2
Elektrotechniek
Integratie & connectiviteit •
Meer en meer producten worden geïntegreerd.
•
Meer en meer producten worden met elkaar verbonden of met het Internet verbonden.
•
Er wordt steeds meer gebruik gemaakt van embedded-technology.
•
Producten zijn steeds vaker met elkaar te koppelen en centraal aan te sturen, er wordt verwacht dat deze ontwikkeling doorzet in de komende jaren.
In het hele ICT vakgebied is er een tendens richting integratie van systemen waar te nemen. Dit is bijvoorbeeld te zien in CAD en CAM applicaties maar ook in ERP en CRM instrumenten. (CATechniek december 2003)
TV en computer integreren steeds meer. De nieuwere generaties monitoren (inclusief plasmaschermen) zijn zowel te gebruiken als TV en als monitor. TV wordt ook steeds vaker via het www uitgezonden en digitale TV integreert de twee nog meer. Dit laatste is nu langzaam in opkomst in Nederland. (Technisch Weekblad januari 2004)
ICT technologie wordt steeds vaker geintegreerd toegepast (embedded systems). Denk aan zelfdenkende ventialatieroosters of veiligheidsvoorzieningen in gebouwautomatiseringssystemen. (VV+ december 2003)
Op de langere termijn zullen we steeds meer software gecontroleerde systemen zien. Hierdoor kunnen acties (preventief of curatief) op afstand worden geïnitieerd. (Netwerklid)
•
ICT technologie gaat een steeds grotere rol spelen in steeds meer terreinen.
Convergerende technieken binnen de domotica. De diverse elektrische apparaten in de woning nemen toe en worden , mogelijk draadloos , met elkaar verbonden. TV telefoon audio computer
Technologische Trends en Ontwikkelingen
59
verbonden via breedband techniek. Hiermee wordt de klassieke domotica ( energie klimaat )verdrongen. Dit zal hierin geintegreerd moeten worden. Er ontstaan dus steeds meer netwerken in huis. Naar verwachting zal domotica over enkele jaren echt doorbreken (Diverse netwerkleden)
•
Plug & play/prefab
•
Er wordt steeds meer prefab gebouwd.
•
Er is een stijgende vraag naar flexibiliteit in gebouwen maar ook in allerlei andere toepassingen; wat de klant wil moet kunnen worden geleverd.
Er is een tendens om steeds meer kant en klare toepassingen/installaties te bouwen die alleen nog aangesloten moeten worden. Apparaten voor de installatietechiek worden steeds meer ontworpen met het oog op installatiegemak en servicegemak Dit bevestigd de verschuiving van kennis naar fabrikant en prefabtoename. (Netwerklid)
Binnen de elektrotechniek en installatietechniek wordt een trend zichtbaar naar prefab bouwen en IFD (Industrieel Flexibel en Demontabel). O.a. zichtbaar in de panelenbouw en bedrijfsinstallaties. Meer prefab. (Imtech Klimaat februari 2004; diverse netwerkleden)
Er is een doorzettende trend naar flexibele gebouwen, zonder vaste werkplek en indeling van ruimten. Dit vereist op een groot aantal gebieden in de elektrotechniek en installatietechniek flexibiliteit, denk hier bijvoorbeeld aan draadloze gebouwbeheersingssystemen. (Intech klimaat februari 2004)
Meten •
Meten kan steeds nauwkeuriger en sneller.
•
Meten wordt steeds meer gestandaardiseerd zodat er globale standaards ontwikkeld kunnen worden.
Snelle test ontwikkelt voor legionellameting: de legionella QuickTest. Dit instrument is ontwikkeld door de DHC groep en geeft een uitslag binnen 72 uur na de meting. (Gebouwbeheer April 2004)
De IEC (International Electrotechnical Commission) is bezig (als onderdeel van het international EMF project, geinitieerd door de World Health Organization in 1966) met een groot project om EMF (electromagnetic fields) straling waar men aan bloot wordt gesteld als norm te standaardiseren op wereldniveau. Onderdeel hiervan is educatie op het gebied van meting zodat gemeten waarden over de hele wereld vergeleken kunnen worden met de IEEE (Institute of Electrical and Electronics Engineers) en ICNIRP (International Commission on Non-Ionizing Radiation Protection) standaarden. (IEC e-Tech april 2004)
Belangrijke gebieden van innovatie •
Er worden veel innovaties gedaan op het gebied van netwerken; snellere dataoverdracht, betere/snellere koppelingen, alles kan met alles gekoppeld worden en met elkaar communiceren.
Kabel krijgt de snelheid van het licht: het Nederlandse CAI-kabel netwerk wordt snel geupgrade naar een netwerk dat 50 tot 100 Mbit per seconde aankan. (VECAI journaal 30 maart 2004)
•
Er worden veel innovaties gedaan (en veel onderzoek) op het gebied van elektriciteitsnetwerken en overdracht. De kwaliteit van netspanning wordt steeds belangrijker en er wordt veel onderzoek gedaan naar mogelijkheden tot decentralisering van het elektriciteitsnet waarbij klanten tevens kunnen functioneren als aanbieder (afhankelijk van hun eigen vraag versus de opwekkingsmethodiek die zij gebruiken).
Zorginstelling wekt energie op met brandstofcel. Verpleeghuis St.Elisabeth in Amersfoort doet als eerste zorginstelling in Nederland mee aan een Europees onderzoek naar nieuwe vormen van opwekken van energie. Boven in het pand aan staat een proefopstelling van de zogenoemde brandstofcel. De bedoeling is om op kleinschalige wijze elektriciteit op te wekken. Daarbij wordt gebruikgemaakt van de omzetting van aardgas in waterstof. Groot rendement De opwekking van de energie is zeer milieuvriendelijk omdat er weinig uitstoot van koolstofdioxide (CO2) is. Het rendement van deze vorm van energieopwekking is groot omdat ook de vrijkomende warmte direct gebruikt wordt voor de centrale verwarming en de warmwatervoorziening. “Het is een al lang bestaand principe dat gebruikt wordt in de zogeheten stirlingmotor. De techniek wordt ook toegepast in de ruimtevaart en op kleine schaal in auto’s. Nu wordt onderzocht hoe je met een kleinschalige versie zoveel mogelijk in je eigen energie kunt voorzien,” legt directeur Jos Bleijenberg uit. Langere termijn Het verpleeghuis, onderdeel van Zorggroep Eemhoven, zal niet direct profijt hebben van de proefopstelling. “Het is een klein apparaat. Voor een grote zorginstelling heb je er meer nodig. In de zorg verandert veel. Er zijn veel bezuinigingen. Daarom kijken ook wij naar dit soort technieken om op langere termijn geld te besparen op de energierekening. Dat kunnen we dan weer in de zorg steken.”De proef loopt tot medio 2005. (Bron: Amersfoortse Courant) ( www.energiemanagement.nl)
•
Brandstofceltechnologie is aan een opmars bezig.
Microcellen op methanol in plaats van batterijen in mobiele telefoons. Het gaat over de goedkope, industriële productie van een energiebron die op termijn de batterijen in mobiele telefoons kan vervangen. De bedrijven zijn bezig een microbrandstofcel te ontwikkelen waarin zuurstof uit de lucht en waterstof, afkomstig van methanol, met elkaar reageren en elektrische energie afgeven. De
Technologische Trends en Ontwikkelingen
60
voordelen van de microbrandstofcel zijn: Cellen voor mobiele telefoons of laptops kosten slechts eenderde van de kostprijs van de huidige batterijen met lithiumionen; Een lading duurt 3-5 maal langer. Voor een mobieltje betekent dit 18-27 uur conversatie, of 40 uur stand-by. De cel kan in minder dan een minuut opgeladen worden met een klein gasflesje. (TWA)
•
Domotica is van groeiend belang en er wordt op dit gebied veel geïnnoveerd.
•
Draadloos is in.
•
Radio Frequency IDentification
•
De grens tussen software en hardware vervaagt steeds meer/steeds meer overlap tussen elektrotechniek (de “harde” vorm) en ICT.
Er worden op dit moment een groot aantal toepassingen bedacht voor domotica op het gebied van ouderen. Dit soort systemen zullen in de komende jaren steeds meer op de markt verschijnen. (Intech klimaat februari 2004)
Er wordt veel onderzoek gedaan naar draadloze stroomtoevoer. (Intech klimaat februari 2004)
Knelpunten bij de ontwikkeling en implementatie van RFID (Radio Frequency IDentification) zijn onder andere privacy overwegingen: de chips geven informatie vrij over de klant zonder dat de klant de keuze heeft om dit aan of uit te zetten: vergelijkbaar met een albert heijn bonuskaart die opgedrongen wordt. Daarnaast geeft de chip aan IEDEREEN deze informatie door zolang er maar ergens een RFID lezer staat. Dit betekent dat de concurent ook kan zien wat de consument bij een bepaalde winkel heeft gekocht en/of de apparatuur is daarom ook bedrijfsspionage gevoelig. Wanneer RFID geintroduceerd wordt in de logistiek kan de concurent ook de chips aflezen en weet dan precies waar en wanneer welk (tussen)product is geproduceerd en voor wie het bedoeld is. Dit geeft zeer gedetailleerde informatie over de bedrijfsprocessen. Een ander probleem is standaardisatie; die heeft nooit plaatsgevonden zodat nu enkele grote bedrijven die RFID aan het implementeren zijn (Wal-Mart, Tesco, Carrefour en Intel) nu samen zijn gaan werken aan het ontwikkelen van een gestandaardiseerde elektronische product code (EPC). (TWA nieuws juni 2004)
Software in auto's ter voorkoming letsel, Chips grijpen in als de bestuurder faalt. Volvo ontwikkelt een remchip. (Volkskrant) De gevel gaat (aktief) deel uitmaken van de installatie. Intelligente gevels worden geintegreerd in de klimaatinstallatie. (Diverse netwerkleden)
Duurzame innovaties •
Duurzame energie blijft een belangrijk gebied van innovatie (zeker nu de brandstofprijzen omhoog gaan).
Nieuw soort windmolen (met verticaal design i.p.v. horizontale opstelling) levert installatiegemak en onderhoudsvermindering en neemt tevens minder plek in. Dit product, de Turby, biedt de mogelijkheid in de komende jaren op meer plaatsen het gebruik van windenergie mogelijk te maken. (TVVL magazine januari 2004) Biobrandstoffen zullen in toenemende mate een belangrijke plaats in gaan nemen in het Europese klimaatbeleid. Deze ontwikkeling vereist op den duur nieuwe automotoren. (Technisch Weekblad 5 maart 2004) Er wordt onderzoek gedaan naar de mogelijkheden om CO2 gas op te slaan in zoutsilo's (onder de grond). Dit zou mogelijk kunnen helpen bij het terugdringen van de broeikasgasuitstoot. (Utiliteit december 2003)
Technologische Trends en Ontwikkelingen
61
2 Resultaten kwantitatief onderzoek 2.1
Toepassingsgraad nieuwe ontwikkelingen
Technologische Trends en Ontwikkelingen
63
tabel 2.1
Omschrijving ontwikkelingen en toename penetratiegraad 1998-2004
Integratie van applicaties binnen geautomatiseerde systemen Nr.
Item
Toelichting
1.01
Implementatie van Uniforme omgeving en Bouwdelen Bibliotheek
De Uniforme Omgeving (of IT-infrastructuur) kan worden omschreven als: • een verzameling afspraken over het vastleggen en uitwisseling van project- en artikelgegevens in de installatiesector: • deze afspraken zijn gemaakt tussen partijen in de sector zoals; fabrikanten, groothandel, adviseurs en installateurs, • deze afspraken worden verwerkt in teken-, reken- en administratieve software voor installateurs, • deze afspraken leiden tot een gestroomlijnde werkwijze in installatiebedrijven. De Uniforme Omgeving betekent dus: technische rekenapplicaties, integratie tussen CAD en rekenen, standaardisatie van artikelgegevens van leveranciers en een uniforme zoekstructuur van artikelen. Door middel van de Uniforme Omgeving kunnen problemen van installatiebedrijven die te maken hebben met het ontwerpen, berekenen en calculeren van installaties en de logistieke en administratieve afhandeling van projecten worden opgelost. Publicaties over de IT-infrastructuur zijn o.a. te vinden in Verwarming en Ventilatie (1999: 12, e.v.).
Technologische Trends en Ontwikkelingen
64
0
.25
.5
.75
1
Toepassingsgraad 1-11-2004
% Toepassers sinds 1998 Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
Item
1.02
Computer bij ontwerpen van installatie
Toelichting Schematisch een installatie in beeld brengen, keuze van het installatieconcept
Toepassingsgraad 1-11-2004
0
.25
.5
.75
1
Nr.
% Toepassers sinds 1998
Computer bij tekenen van installatie
Een installatie in beeld brengen voor uitvoering, het realiseren van de montagetekeningen van de totale installatie geprojecteerd binnen het gebouw.
0
.25
.5
.75
1.03
1
Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
% Toepassers sinds 1998 Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
Technologische Trends en Ontwikkelingen
65
Item
1.04
Computer bij berekenen van installatie
Toelichting Berekenen hoe de installatie wordt uitgevoerd, het dimensioneren van installatieonderdelen m.b.v. de computer.
Toepassingsgraad 1-11-2004
0
.25
.5
.75
1
Nr.
% Toepassers sinds 1998
Gebruik van standaardsymbolen (bijvoorbeeld bibliotheken in CAD)
Een gestandaardiseerde tekenomgeving ten behoeve van ontwerp en tekenen van installaties, het gebruik van standaard-tekenwijzen voor installatieonderdelen.
0
.25
.5
.75
1.05
1
Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
% Toepassers sinds 1998 Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
Technologische Trends en Ontwikkelingen
66
Nr.
Item
Toelichting
1.06
Toepassen van STABU systematiek voor bestekken
Een gestandaardiseerde omgeving om bestekinformatie te genereren.
0
.25
.5
.75
1
Toepassingsgraad 1-11-2004
% Toepassers sinds 1998 Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
Gebruik Internet voor informatie
Gebruik van Internet voor verzamelen van informatie.
0
.25
.5
.75
1
1.07
% Toepassers sinds 1998 Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
Technologische Trends en Ontwikkelingen
67
Item
1.08
Gebruik van e-mail
Toelichting Gebruik van e-mail voor communicatie met klanten en partners in het bouwproces.
Toepassingsgraad 1-11-2004
0
.25
.5
.75
1
Nr.
% Toepassers sinds 1998 Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
Gebruik van Internet voor inkoop
Gebruik van Internet voor het inkopen van materialen of diensten, bv. bij een groothandel of bij uitbesteding.
0
.25
.5
.75
1
1.09
% Toepassers sinds 1998 Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
Technologische Trends en Ontwikkelingen
68
Item
1.10
Gebruik van Internet voor bedrijfsprofilering
Toelichting Het bedrijf bekend maken en producten en diensten aanbieden op een website
Toepassingsgraad 1-11-2004
0
.25
.5
.75
1
Nr.
% Toepassers sinds 1998 Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
Gebruik van Instalnet
Deelnemen aan een speciaal voor installateurs/adviseurs ontworpen deel van Internet.
0
.25
.5
.75
1
1.11
% Toepassers sinds 1998 Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
Technologische Trends en Ontwikkelingen
69
Item
1.12
Gebruik van de computer bij administratie
Toelichting Gebruik van de computer bij administratieve werkzaamheden
Toepassingsgraad 1-11-2004
0
.25
.5
.75
1
Nr.
% Toepassers sinds 1998 Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
Technologische Trends en Ontwikkelingen
70
Hogere eisen aan de kwaliteit van het binnenklimaat Nr.
Item
Toelichting
2.01
Per vertrek regelbare temperatuur en luchthoeveelheid
Bij een installatie geschiedt regeling op basis van metingen per vertrek, in tegenstelling tot regeling met één meetpunt, in of buiten het gebouw. Regeling per vertrek geeft de mogelijkheid de toevoer van warmte, koude of verse lucht af te stemmen op de actuele belasting van het vertrek. Behalve energiebesparing kan hierdoor ook een verhoging van de kwaliteit van het binnenklimaat worden verkregen door een betere afstemming van vraag en aanbod.
0
.25
.5
.75
1
Toepassingsgraad 1-11-2004
% Toepassers sinds 1998
Comfortkoeling woningen met mechanische compressie
Toepassing van koel installaties voor verhoging van komfort in woningen op basis van een koelinstallatie met een mechanische compressor.
0
.25
.5
.75
2.02
1
Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
% Toepassers sinds 1998 Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
Technologische Trends en Ontwikkelingen
71
Comfortkoeling woningen zonder mechanische compressie
Toelichting Toepassing van koel installaties voor verhoging van komfort in woningen op basis van absorptiekoeling, nachtventilatie of bodemkoeling.
Toepassingsgraad 1-11-2004
1
Item
2.03
0
.25
.5
.75
Nr.
% Toepassers sinds 1998
Gebalanceerde ventilatie
Mechanische afzuiging van lucht koppelen met mechanische luchttoevoer in veel gevallen met warmteterugwinning. Hiermee worden ventilatiesystemen bedoeld waarmee zowel verse lucht wordt toegevoerd als lucht wordt afgezogen. Warmteterugwinning is in dit soort systemen meestal een nevendoel.
0
.25
.5
.75
2.04
1
Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
% Toepassers sinds 1998 Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
Technologische Trends en Ontwikkelingen
72
Item
2.05
Sensoren voor CO2 meting
Toelichting Elektronische meetsystemen op basis waarvan de mechanische luchtverversing wordt geregeld.
Toepassingsgraad 1-11-2004
0
.25
.5
.75
1
Nr.
% Toepassers sinds 1998
Bestekken met prestatie eisen
Contractueel vooraf vastleggen welke prestaties een opgeleverde installatie zal leveren, zonder de technische voordelen en de werking van het systeem nader te specificeren.
0
.25
.5
.75
2.06
1
Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
% Toepassers sinds 1998 Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
Technologische Trends en Ontwikkelingen
73
Nr.
Item
Toelichting
2.07
Simulatieprogramma’s voor de validatie van een ontwerp
Simulatie software waarmee de werking van een installatie voorspeld kan worden, met het doel het ontwerp voor verschillende bedrijfsomstandigheden te toetsen. Gebruik van simulatieprogramma’s voor de validatie van een ontwerp kan in die zin een hulpmiddel zijn tot verbetering van het ontwerp van een installatie voor het binnenklimaat.
0
.25
.5
.75
1
Toepassingsgraad 1-11-2004
% Toepassers sinds 1998 Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
Technologische Trends en Ontwikkelingen
74
Duurzaam bouwen Nr.
Item
Toelichting
3.01
Kunststof dakdekkingsmateriaal
Kunststof folies voor dakbedekking i.t.t. bitumineus, waarbij de aanleiding de verminderde milieubelasting van dit product is gedurende de gehele levenscyclus (van productie, verwerking t/m sloop).
0
.25
.5
.75
1
Toepassingsgraad 1-11-2004
% Toepassers sinds 1998 Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
Integratie zonne-energiesystemen in daken
Het integreren van bv. PV-cellen in de dakbedekking
0
.25
.5
.75
1
3.02
% Toepassers sinds 1998 Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
Technologische Trends en Ontwikkelingen
75
Nr.
Item
Toelichting
3.03
Kunststof leidingsystemen voor waterleidingen
Kunststof leidingen voor tapwater- / sanitairtoepassing
0
.25
.5
.75
1
Toepassingsgraad 1-11-2004
% Toepassers sinds 1998 Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
Kunststof leidingsystemen voor gasaansluitingen
Kunststof leidingen voor gastoepassingen
0
.25
.5
.75
1
3.04
% Toepassers sinds 1998 Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
Technologische Trends en Ontwikkelingen
76
Item
Toelichting
3.05
Gascontactdoos of gasstopcontact
Wandcontactdozen voor gastoepassingen
Toepassingsgraad 1-11-2004
0
.25
.5
.75
1
Nr.
% Toepassers sinds 1998 Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
Stad-, wijk- en blokverwarming
Verwarming van een groot aantal gebouwen op basis van één centraal opgestelde eenheid of voorziening.
0
.25
.5
.75
1
3.06
% Toepassers sinds 1998 Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
Technologische Trends en Ontwikkelingen
77
Nr.
Item
Toelichting
3.07
Lange termijn energie opslag in bodem
Systeem waarmee voor een langere periode (seizoen) energie in de bodem wordt opgeslagen om in een andere periode terug te winnen, gebruik makend van aquifers (waterhoudende lagen in de bodem).
0
.25
.5
.75
1
Toepassingsgraad 1-11-2004
% Toepassers sinds 1998
Maatregelen NPDB / energieadvisering
Invulling en uitvoering geven aan het Nationaal Plan Duurzaam Bouwen (DuBo) met de invulling door installatie georiënteerde maatregelen. ‘DuBo’ is een vanuit de overheid gestimuleerde wijze om op nationaal niveau in de bouw in Nederland te werk te gaan.
0
.25
.5
.75
3.08
1
Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
% Toepassers sinds 1998 Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
Technologische Trends en Ontwikkelingen
78
Nr.
Item
Toelichting
3.09
Milieuzorg systemen: ontwerpen / materiaalkeuze / uitvoering
Hanteren van strenge normen ten aanzien van milieubelasting in het bouwproces. Aandacht besteden aan ontwerp, uitvoering en materiaalkeuze.
0
.25
.5
.75
1
Toepassingsgraad 1-11-2004
% Toepassers sinds 1998 Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
Warmtepompen
Warmteopwekking vindt plaats m.b.v. een warmtepomp
0
.25
.5
.75
1
3.10
% Toepassers sinds 1998 Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
Technologische Trends en Ontwikkelingen
79
Nr.
Item
Toelichting
3.11
Warmtekrachtkoppeling
Installatie die elektriciteitsopwekking combineert met warmtelevering
0
.25
.5
.75
1
Toepassingsgraad 1-11-2004
% Toepassers sinds 1998
Ontwerp en installatie op basis van EPN
Bij ontwerp van installaties voor woningen rekening houden met energie prestatie normering, en de Energie Prestatie-eis conform de wetgeving (Bouwbesluit). EPN voor woningen én EPN voor utiliteitsbouw
0
.25
.5
.75
3.12
1
Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
% Toepassers sinds 1998 Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
Technologische Trends en Ontwikkelingen
80
Nr.
Item
Toelichting
3.13
Zonneboilers
Warmtewinning d.m.v. zonnecollectoren, ten behoeve van warmtapwatersystemen.
0
.25
.5
.75
1
Toepassingsgraad 1-11-2004
% Toepassers sinds 1998
Bij ontwerp en installatie rekening houden met waterbesparing
Het zodanig ontwerpen van tapwaterinstallaties dat met behoud van comfort minimaal water wordt verbruikt en voorkomen wordt dat energie voor warm tapwater verloren gaat.
0
.25
.5
.75
3.14
1
Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
% Toepassers sinds 1998 Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
Technologische Trends en Ontwikkelingen
81
Item
3.15
LT warmteopwekking dmv HR-ketel
Toelichting Toepassing van HR-ketel als opwekkingsbron in een lage temperatuur verwarmingstraject.
Toepassingsgraad 1-11-2004
0
.25
.5
.75
1
Nr.
% Toepassers sinds 1998 Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
LT warmteopwekking dmv warmtedistributie
Toepassing van Warmtedistributie systeem (stads-/ blokverwarming) als opwekkingsbron in een lage temperatuur verwarmingstraject.
0
.25
.5
.75
1
3.16
% Toepassers sinds 1998 Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
Technologische Trends en Ontwikkelingen
82
Item
3.17
LT warmteopwekking dmv zonneboiler en warmtepomp
Toelichting Toepassing van Zonne-energie in combinatie met warmtepomp als opwekkingsbron in een lage temperatuur verwarmingstraject.
Toepassingsgraad 1-11-2004
0
.25
.5
.75
1
Nr.
% Toepassers sinds 1998 Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
LT afgiftesysteem dmv luchtverwarming
Verwarmen van ruimtes door middel van het toevoeren van verwarmde lucht aan deze ruimtes.
0
.25
.5
.75
1
3.18
% Toepassers sinds 1998 Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
Technologische Trends en Ontwikkelingen
83
Item
3.19
LT afgiftesysteem dmv vloerverwarming
Toelichting Uitsluitend verwarmen van ruimtes door middel van het verwarmen van de dekvloer in deze vertrekken.
Toepassingsgraad 1-11-2004
0
.25
.5
.75
1
Nr.
% Toepassers sinds 1998 Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
LT afgiftesysteem dmv wandverwarming
Verwarmen van ruimtes door middel van wandverwarming in deze ruimtes.
0
.25
.5
.75
1
3.20
% Toepassers sinds 1998 Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
Technologische Trends en Ontwikkelingen
84
Item
3.21
LT afgiftesysteem dmv radiatoren
Toelichting Verwarmen van ruimtes door middel van radiatoren in deze ruimtes.
Toepassingsgraad 1-11-2004
0
.25
.5
.75
1
Nr.
% Toepassers sinds 1998 Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
LT afgiftesysteem dmv convectoren
Verwarmen van ruimtes door middel van convectoren in deze ruimtes
0
.25
.5
.75
1
3.22
% Toepassers sinds 1998 Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
Technologische Trends en Ontwikkelingen
85
Installatie uitvoering en systeemkeuze Nr.
Item
Toelichting
4.01
Elektronisch geregelde pompen en ventilatoren
Pompen en ventilatoren met elektronische frequentieregeling voor het toerental, in plaats van smoorregeling dan wel een regeling op basis van variabele flows.
0
.25
.5
.75
1
Toepassingsgraad 1-11-2004
% Toepassers sinds 1998
Domotica
Alle apparaten en infrastructuren in en rond woningen die elektronische informatie benutten voor het meten, programmeren en sturen van functies ten behoeve van bewoners en verleners van diensten
0
.25
.5
.75
4.02
1
Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
% Toepassers sinds 1998 Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
Technologische Trends en Ontwikkelingen
86
Nr.
Item
Toelichting
4.03
Casco oplevering van badkamers en keukens
Oplevering van een vertrek waarin naar keuze van de consument badkamersanitair kan worden geplaatst. Oplevering van een vertrek waarin naar keuze van de consument een keuken kan worden geplaatst
0
.25
.5
.75
1
Toepassingsgraad 1-11-2004
% Toepassers sinds 1998 Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
Automatische spoelsystemen en kranen
Watertoevoersystemen die zonder hand- of voetbediening watertoevoer regelen.
0
.25
.5
.75
1
4.04
% Toepassers sinds 1998 Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
Technologische Trends en Ontwikkelingen
87
Nr.
Item
Toelichting
4.05
Faalkosten berekening
Hoe vaak komen klachtenprocedures voor, na oplevering van een installatie, en hoeveel kosten per jaar brengen herstel van installatiegebreken achteraf met zich mee.
0
.25
.5
.75
1
Toepassingsgraad 1-11-2004
% Toepassers sinds 1998
Hydraulische schakelingen
Wijze waarop een installatie hydraulisch is opgebouwd en functioneert, zoals schakelingen waarbij meerdere ketels regeltechnisch aan elkaar worden gekoppeld.
0
.25
.5
.75
4.06
1
Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
% Toepassers sinds 1998 Bron: Markmonitor Installatietechniek, 2004
Technologische Trends en Ontwikkelingen
88
2.2
Open antwoorden
2.2.1 Vakgebied installatietechniek Vraag 14a: Welke producten, diensten en werkwijzen op het gebied van Integratie van applicaties binnen geautomatiseerde systemen bent u in 2003 gaan toepassen die u daarvoor nog niet heeft toegepast? 7070 9118 11800 17536 18786 20570 25113 26570 28321 32546 32921 34683 48098 52542 56646 59661 67166 67665 79177 81948 88538 94101 100480 103265 109744 110930 114724
Geen. Digitale inkoop en facturering. Syntes. E-mail, nieuw boekhoud systeem. Gebruik Internet. Internet verkoop. Syntess. Zie 1, 7, 8 en 9 vorige blad. Stabie. Is bedrijfsprofilering. Punt 10, is dit jaar ingevoerd als info dagen. Internet. Syntess. Tekenen. STABICAD, afdeling werkvoorbereiding / calculator. Computer gebruik is sterk toegenomen. Bestellen via internet inkoop. Goop. Tekenprogramma's. 7, 8, 10. Aanvulling op bestaande applicaties, bijv. Stromingstechniek en Transmissieber. E-mail. Internet voor info. E-mail. Boekhoudkundig progr. BR 4. Berekenen installaties. Alle systemen geautomatiseerd.
Vraag 14a1: Hoe heeft u deze ontwikkelingen geïntegreerd in uw bedrijfsvoering? 11800 17536 18786 20570 25113 26570 32546 34683 48098 52542 59661 67166 67665 79177 81948 88538 94101 103265 109744 109744
Ja. Software pakket aangeschaft. Ja. Via website. Langzaam. Geen startproblemen. Ja. Ja. Netwerk, kantoor, 3 PC's. D.m.v. cursus en software. Via instructie van programma leverancier. Via Rense (groothandel). Groothandel. Tekenprogramma's. Ja. Korte bijscholing. Middels adm. via PC. Algemeen. Samenwerking met koelleen bedr. Nee.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
89
Vraag 14a2: Welke problemen heeft u ondervonden bij het toepassen van deze ontwikkeling(en)? 9118 11800 17536 25113 26570 32546 34683 48098 52542 59661 67166 67665 81948 88538 94101 103265 109744
Communicatieprobleem. Geen. Een groot drama. Geen. Geen. Geen. Geen. Weinig. Conversie van oud naar nieuw. Bancode en onderbrengen van onderdelen. Geen. Koppeling naar andere groothandelaren functioneerd niet optimaal. Beschibaarheid ADSL, automatisering moet er gereed voor zijn. Kinderziekten van product. Instabiliteit van de software. Geen. Via indrukken en extern advies.
Vraag 14a3: Hoe heeft u de voor de toepassing van deze ontwikkeling(en) noodzakelijke kennis vergaard? 9118 11800 17536 18786 20570 25113 28321 32546 32921 34683 48098 52542 59661 67166 67665 79177 81948 88538 94101 110930
Van leveranciers. Bijbehorende trainingen. Via leverancier software. Centraal aangeleverd. Uitbesteed. Cursus. Veel oefenen. Neen. Ja via ICT. Ja. Contacten gelegd op beurs systeem op proef, zelf geleerd en ondersteuning. Vak beurs. Zelf systeem opgezet wat werkt. Bijscholing via groothandel. Training via leverancier. Ja. Aanwezig bij personeel. Ja. Vakbeurs. Zelfstudie.
Vraag 14a4: Welke functionarissen in uw bedrijf komen met deze ontwikkeling(en) in aanraking? 9118 11800 17536 18786 20570 25113 26570 28321 32546 32921 34683 48098 52542 56646
Binnendienst / kantoor. Beheer en Management. Dir. en administratie. Alle kantoormedewerkers. Verkoop. Adm. Dir. + bedr. l. + adm. Directie. Dir. en adm. Directie. Zelf en administratie. Planner, werkvoorbereider, inkoop. Iedereen (weekbonnen enz.). Calculator werkvoorbereiden.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
90
59661 67166 67665 79177 81948 88538 94101 100480 103265 109744 110930
Magazijn medewerker en werkvoorbereider. Project leiders. Showroomverkopers. Die. Kantoorpersoneel. Proj. l. / Werkvoorber. Adm. en dir. Administratie. Extern. Dienst en werkvoorber. Eigenaar.
Vraag 14b: Welke ontwikkeling(en) verwacht u de komende drie jaar (nog meer) te gaan toepassen? 622 7070 7725 8658 9104 9118 10967 16070 20570 20570 25113 25845 26570 32843 32921 34197 34683 39670 44847 45064 48098 49182 52991 56646 64843 70888 74146 74306 81948 83675 84366 85344 86675 87140 88538 94101 95886 100480 100688 102015 103238 103265 103608 107695
Meer gebruik maken van de bestaande software, die in gebruik is binnen het bedrijf. Gebruik van comp. software nog geen goed programma voor mijn bedrijf gevonden, zijn meestal te uitgebreid. 2. Computer bij ontwerpen. Adm. systemen perfectioneren. Vervanging. Uitbreiding digitala inkoop. Prod. en diensten blijven hetzelfde uitbreiding personeelsbestand. Koeltechniek, CV. Webwinkel. Geen. Uitbreiding automatisering. Uitwisseling van offerten aanvragen digitaal (bij aannemers). 2, 3, 4, 5, 10 en 11 blz. 12. I.v.m. overname bedrijf, aanpassen in combinatie met E-gedeelte, -> verdere automatisering. GPS, verdere automatisering van uren en km. registratie. Sanitaire/badkamer teken en calculatieprogramma. Ritten adm. in bedrijfswagens. CAD tekenen. Website. Instal. net. Eigen site op internet. Inkoop via internet uitbreiden. Internet e.d. Geen i.v.m. afbouw bedrijf. Nieuw software t.b.v. automatisering. Oriëntatie fase met syntess, omde systemen in mekaar te voegen. Geen / onbekend. Geen van deze, te klein voor. Calculatieprogramma's. Internet voor inkoop en verkoop. Uitdiepen van de aanwezige software qua mogelijkheden. Tekenen en berekenen via computer. Meer gebruik van Internet voor inkoop en informatie/documentatie. Zie pag. 12. Wagenpark en werkbonnen digitaliseren. CADKOP. Integratie in servicepakket. Nog geen idee. CAD tekenen. Instalnet. Internetsite maken. Uitbreiding CAD Systemen. E-comerce. APK gebouwen. EPN gebouwen. NI programmales.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
91
107695 108457 109744 110930 112743 114724 115674
T.v.s. laptop iva O.K - stad. Instalnet. Legionella. Calculeren. Ontwerpen installatie computer, berekenen computer. Automatische bestelling materialen. Automatisering servicebeheer.
Vraag 16a: Welke producten, diensten en werkwijzen op het gebied van Hogere eisen aan de kwaliteit van het binnenklimaat bent u in 2003 gaan toepassen die u daarvoor nog niet heeft toegepast? 7070 34197 34683 43364 48098 52991 56646 59661 85344 86675 95886 101040 103238 103685 109241 109744 110930
Geen. Per vertrek regelbare temp. en luchthoeveelheid. Geen. WTW-install. Comfortkoeling. Per vertrek regelbare temp. / WTW. Geen i.v.m. afbouw bedrijf. Klimaatregeling: hete luchtverwarming i.c.m. koeling. Gebalanceerde ventilatie. Betonkernactivering in combinatie met warmtepomp en warmte/koudeopslag. Geen. WTW-units. Simulatieprogramma's. Warmte - bodem - opslag - warmte pompen. Alleen onderhoud. Comfortkoeling zonder mechanische compressie. Koudetechniek. Confort, koeling. Airconditioning.
Vraag 16a1: Hoe heeft u deze ontwikkelingen geïntegreerd in uw bedrijfsvoering? 34197 43364 48098 59661 95886 101040 109241 109744
Ondersteuning door fabrikant en electr. techn. bureau. Het is nog niet zo zeer geïntegreerd in de bedrijfsvoering, omdat het werkaanbod op dit gebied nog niet zo groot is. Interne cursus. Via beurs en vraag klanten, wettelijke eisen. Info leveranciers en fabrikanten. Korte uitleg personeel. Samen met adviesbureau. Ja. Samenwerken.
Vraag 16a2: Welke problemen heeft u ondervonden bij het toepassen van deze ontwikkeling(en)? 34197 48098 59661 85344 101040 109241 109744
Geen. Weinig. Inregelen. Het meekrijgen van alle partijen o.a. bouwkundige aannemer vergde veel overredingskracht. Verschil in berekeningen. Geen. Geen.
Vraag 16a3: Hoe heeft u de voor de toepassing van deze ontwikkeling(en) noodzakelijke kennis vergaard? 34197 43364 48098
Zie bij 1 (fabrikant/leverancier). Info via fabrikanten. Cursus leverancier / Ondersteuning Helpdesk leverancier.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
92
59661 85344 95886 101040 109241 110930
Kennis was al aanwezig doordat een van de medewerkers (werkvoorbereider) service technicus gevolgd heeft. Veel kennis uit Duitsland gehaald, omdat daar betonkernactivering vaker voorkomt. Fabrikant. Samen met adviseur. Ja. Ondersteuning groothandel.
Vraag 16a4: Welke functionarissen in uw bedrijf komen met deze ontwikkeling(en) in aanraking? 34197 43364 48098 59661 85344 95886 101040 109241 109744 110930
Ondernemer zelf en monteur(s). Monteurs + werkvoorbereiders. Alle. Servicemonteurs en werkvoorbereiden. Projectleider / Montageleiders. Ieder‚‚n. Ontwerpers / Proj. leiders. 1 monteur, 1 werkvoorbereider. Docenten werkvoorber. monteurs. Eigenaar + monteurs.
Vraag 16b: Welke ontwikkeling(en) verwacht u de komende drie jaar (nog meer) te gaan toepassen? 622 7070 9104 10967 16070 20570 28321 32921 43364 49182 59661 84031 86675 87140 87883 94101 107695 109241 109744
Gebalanceerde ventilatie wordt uitbesteed aan derden. Weet ik niet. Geen. Warmtepompen, warmte kracht koppeling. Boiler, ??? Geen. Warmtepompen / koeling. Vloer koeling in combinatie met vloer verwarming. Warmtepompen. NTB. Men heeft samen met WTH een combinatieblok (waterzijdig) voor verwarming en koeling ontwikkeld dat in april '04 op de markt komt. Koeling. Airconditioning. Reviserend onderhoud aan mech. ventilators. Wat de markt brengt en de klant vraagt. Gebalanceerde ventilatie. Hone Systems Honeywel gecombineerde systemen. KOMO instellen. Alwaar.
Vraag 18a: Welke producten, diensten en werkwijzen op het gebied van Duurzaam installeren bent u in 2003 gaan toepassen die u daarvoor nog niet heeft toegepast? 6198 10967 11385 25113 25845 32546 40660 43364 44847 48098 49182 59661
Wat de fabrikant maar aanbiedt. Waterbesparing. Wandverwarming. Warmtepompen. Zie 9. Kunststof dak, gasl. Zonneboilers. Vraag 2, 4. Kunststof gasleid. Warmtepompen. Warmtepompen + zonnecollectoren. LT opwekking d.m.v. HR ketel in comb. met radiatoren.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
93
63406 72359 73296 85344 86675 87140 93923 94101 95886 101040 103238 110930 114724
Kunststof dakbedekkingsmateriaal. Kunststof dakbedekking. EPN. Betonkernactivering in combinatie met warmtepomp en warmte/koudeopslag. Geen. Warmtepompen. DB project 5 woningen in Meer, Veldhoven. Kunststof dakbedekking. Kunststofleidingen, warmtepompen. Warmtepompen. Warmtepompen. Warmteopslag in Bodem/koeling. Kunststof voor waterleiding. Warmte pomp boiler, Stiebel electron.
Vraag 18a1: Hoe heeft u deze ontwikkelingen geïntegreerd in uw bedrijfsvoering? 10967 25113 25845 32546 40660 43364 44847 49182 59661 63406 72359 73296 87140 93923 94101 95886 101040 103238 114724
Bestek. Via leverancier. Uitleg / productinformatie in scholing. Ja. Cursus voor zonneboilers gevolgd (info via fabrikant) monteur gaan naar o.a. Atag. Interne cursus. Geen. Info verstrekken + info door leverancier + fabrikanten. Was al bekend met ontwikkeling via vakbladen. Ja. Ja. Opleiding / cursus. Gewoon gedaan. Communicatie tussen de fabrikanten van de diverse producten, warmtepomp en zonneboiler. Via fabrikant/training. Cursussen, instructie fabrikant/groothandel voor personeel. Info via fabrikanten, fabrikantencursus. Ja. Scholing.
Vraag 18a2: Welke problemen heeft u ondervonden bij het toepassen van deze ontwikkeling(en)? 622 toepassing. 10967 25113 25845 32546 40660 43364 44847 48098 49182 59661 63406 72359 73296 85344 87140 93923
Het overtuigen van de monteurs van specifieke eisen t.a.v. de Goed opletten. Geen. Verbindings technieken lekkage (koppeling is aangepast). Geen. Geen problemen. Vraag 4: Montage, koppelingen met name garantie i.v.m. toepassing div. merken. Lekkage. Cursus groothandel. Inregelen. Aankoop / co”rdinatie. Geen. Nee. Verlijmen. Geen. Het meekrijgen van alle partijen o.a. bouwkundige aannemer vergde veel overredingskracht. Ja. Informatie van de diverse fabrikanten.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
94
101040 103238 110930 114724
Kennis van materialen. Teveel om op te noemen, gesl. syst. i.p.v. bronnen. Via leverancier. Geen.
Vraag 18a3: Hoe heeft u de voor de toepassing van deze ontwikkeling(en) noodzakelijke kennis vergaard? 10967 25113 25845 40660 43364 44847 48098 49182 63406 72359 73296 85344 87140 93923 94101 95886 101040 103238 110930 114724
Fabrikant. Scholing. Via vakbladen en fabrikant. Cursus voor zonneboilers gevolgd (info via fabrikant) monteur gaan naar o.a. Atag. Info via fabrikanten. Alle monteurs. Help van leverancier / Vakliteratuur. Ja. Via leverancier. Via fabrikant (cursus). Opleiding / cursus. Veel kennis uit Duitsland gehaald, omdat daar betonkernactivering vaker voorkomt. Rechtstreeks van de fabrikant. Zelf + monteurs. Via fabrikant training. Kunststofleidingen, warmtepompen. Adviesbureau + fabrikanten. Eigen ontwikk. Eigenaar + Monteurs. Via leverancier.
Vraag 18a4: Welke functionarissen in uw bedrijf komen met deze ontwikkeling(en) in aanraking? 622 10967 25113 25845 32546 40660 43364 48098 49182 63406 72359 73296 85344 87140 94101 95886 101040 103238 114724
* Werkvoorbereiding. * Monteurs. Monteurs. Kader en monteurs. Iedereen. Alles. Eigenaar bedrijf + monteurs. Monteurs + werkvoorbereiders. Vakspecialist. Verkoop / WVB / Montage. Monteurs. Calculator / Uitvoerder / Monteur. Calculator / ontwerpen. Projectleider / Montageleiders. Service monteurs en techn. medew. I.M. W. Ieder. Proj. leiders + calculatie. * Directie. * Verkoop. * Prod. * Install. * Service * Onderhoud. Ontwerp en montage afdeling.
Vraag 18b: Welke ontwikkeling(en) verwacht u de komende drie jaar (nog meer) te gaan toepassen? 622 4932 7070 9104 10967
Kunststofleidingsystemen, nu alleen toegepast voor CV en water in de toekomst ook voor gas. Warmte kracht koppeling. LT stook systemen. Warmtepompen. Warmtepompen.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
95
11800 16070 20570 25845 28321 40660 43364 44847 48098 49182 50217 52542 52991 63406 64909 72359 73296 84366 86274 86675 87140 87291 87883 88538 93923 94101 95886 100480 101040 103238 103265 104348 107695 108457 112743 114724 115157 115674
Blokverwarming. NV. Warmtepomp. Koppeling met Domotica, APK voor installatie. Weer warmtepompen. Nieuwe CV toestellen o.a. brandstof al e.d. LT-systemen. Zonne-energie. Kunststof gas aansluitingen. NTB. Warmtepomp. Meer kunststof. Geen i.v.m. afbouw bedrijf. Warmtepompen. EPR adviezen uitbrengen. APK keuring woningen. Weet ik nog niet. Warmtekrachtkoppeling. Warmtepompen. Gas (kunststof). Kunststofleidingsyst. voor waterleidingen, warmtepompen, LT warmteopw. d.m.v. zonneboiler en warmtepomp, LT afgifte d.m.v. wandverw. Alles met CT. Zonneboilers WTBR. Wat de markt brengt en de klant vraagt. Warmtepompen. Aardwarmte met warmtepomp. Meer kunststof leidingsystemen. PE gebruik / Kunststof dakbed. Warmtepompen, wandverwarming. ? Luchtwassing. Warmte/kracht koppeling. Aanschaf lasapparatuur. Lange termijn opslag energie. NPDB nastroom. Warmtepompen. Warmtepompen. Zonneboilers. Warmtepompen. Warmtepompen. Warmtepomptechniek.
Vraag 20a: Welke producten, diensten en werkwijzen op het gebied van Installatie uitvoering en systeemkeuze bent u in 2003 gaan toepassen die u daarvoor nog niet heeft toegepast? 7070 Geen. 20570 Perskoppelinge kunststof gasleidingsysteem. 45064 Cascooplevering badkamer. 48098 Niets. 63406 Electronisch geregelde ventilatoren. 86675 Geen. 94101 I.v.m. legionalla. 100480 AVT spoelsyst. Vraag 20a1: Hoe heeft u deze ontwikkelingen geïntegreerd in uw bedrijfsvoering? 6198 20570 45064 63406 94101 100480
Nacalculatie. Instructie werknemers. Goede afspraken met klanten. Ja. Aanpassen ontwerp. M.b.v. fabrikant.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
96
Vraag 20a2: Welke problemen heeft u ondervonden bij het toepassen van deze ontwikkeling(en)? 20570 63406 94101 100480
Eisen. Nee. Goede oplossing in bestaande situatie. Foute levering sproeikoppen.
Vraag 20a3: Hoe heeft u de voor de toepassing van deze ontwikkeling(en) noodzakelijke kennis vergaard? 20570 45064 94101 100480
Ja via leverancier. Nee. Cursus legionella Kenteq. Via fabrikant.
Vraag 20a4: Welke functionarissen in uw bedrijf komen met deze ontwikkeling(en) in aanraking? 20570 45064 63406 94101 100480
Monteurs. Alle medewerkers. Monteurs. I.M. W. / SEM 1. ST.
Vraag 20b: Welke ontwikkeling(en) verwacht u de komende drie jaar (nog meer) te gaan toepassen? 7439 11800 16070 25113 25845 28321 34197 40660 48098 52991 64843 73296 83675 86675 87883 100480 101040 102015 103265 112743
Lid 1. Kunststof leidingsystemen voor gasaansluitingen. Electr. ventilatie, CDE. Geen. Koppeling met Domotica, APK voor installatie. Hydraulische. Domotica. Hierbij i.s.m. electrotechn. install. bureau. Meer luxe sanitair (stoomkabines systeembaden e.d.). Evt. Domotica. Geen i.v.m. afbouw bedrijf. Dometica, faalkosten. Taalkosten. Eventueel Domotica. Domotica. Wat de markt brengt en de klant vraagt. Hydr. schakelingen. Domotica. Hydraulische schakelingen. Verbindingstechnieken. Domotica.
Onderwerpen die van belang zijn voor de bedrijfstak in de toekomst: 2950 E.e.a. niet van toepassing, bedrijf ‚‚n medewerker en weinig ruimte voor opleiding en/of leerling. 6198 APK Keurmeester -> i.o.m. Kenteq. 9104 Kwaliteit onderwijs, uitvoering ROC. 9515 Meer stagiaires op middelbaar niveau. 11800 Elektrotechniek binnen opleiding VM en Sem.V. 25113 APK en certificering. 25845 Betere samenwerking tussen overheid / bedrijven / opleidingsinstituten. 28321 Op voorschriften in kunnen spelen.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
97
44847 45064 i 48098 49182 52965 64909 74146 77807 79177 80737 81948 83675 87140 88538 100480 100688 103238 103608 103685 107695 108461 109744
2.2.2
APK gas - water elektra. Leerlingwerving / promotie install. vak. Afname jeugdige belangstelling vakgebied. Betere communicatie tussen opleidingsinstituut en ondernemers. Dat directeuren van VOF ook in aanmerking komen voor SCHOLINGSVERLOFDAGEN. 1 opleidingsco”rdina b.v. voor alle opleiding en partijen. Dat niet iedereen bij het bedrijf komt zoals voorheen. Dus alleen de o.a. van kenteq die de complete lln. begeleiding doet. Bedrijf te klein om in opl. te investeren. Voldoende aanwas. Imago bedrijfstak moet hoger. Duurzame energie (ontwikkeling). Opleiden via BBL met een echte leraar die les GEEFT. Innovatie onderwerpen, verdiepen t.w., waarom duurzame energie, uitleg over duurzaamheid. Geen mening over. Nog meer aandacht voor opleidingen en begeleiding. Meten op de bouw/afwerk bouw: * Warmtepompen. * Nieuwe technieken. * Nu leverancier, waarom niet ge‹ntegreerd in lesprog's. Wettelijke regelgeving, regenwaterafvoer infiltratie op eigen perceel -> informatie, duidelijkheid, evt. scholing / cursus. Meer aandacht voor rechten en plichten, normen en waarden en mentaliteit. Gemis (tekort) aan opleidingen voor gespecialiseerde ventilatie/koeling technieken. Verwerven van leerlingen. * Te weinig aanbod regeltechnische opleidingen. * Opfriscursus voor Service technicus. Aansluiten op praktijk bijv. controle mogelijkheden etc. praktijkgerichte opl. Koppeling theorie / praktijk. Instroom MW aanwas modems, staat er al bij BAI's onderwijs op VMBO 1 en 2, voorlichting techn. beroepen.
Vakgebied Elektrotechniek
Vraag 13a: Welke producten, werkwijzen of diensten op het gebied van Elektro Installatietechniek bent u in 2003 gaan toepassen die u daarvoor nog niet heeft toegepast? 1220 3190 4289 4872 4961 6022 6755 8553 9970 12028 13940 16009 16921 19722 21291 22644 24712 25092 25256 25952 26538
Brandpreventie, 3140 inspectie, legionella. Certificering. Neen. NEN 3140 keuring. KOMO Instal artificiering. Domotica. Funk management (op afstand besturing). Domotica (EIB). Voorbedraden flex. Certificering VCA / BRL 6001. Nee. Nee. ASI - profibus toepassingen, VCA certificering. Reparatie op companent niveau. Ontruimingsinstallaties. Domotica. Komt sporadisch voor, (nog) niet structureel ge‹ntegreerd. Domotica. Beveiliging. Camerabesturing op IP-basis. Nee. Mee ontwikkeld aan nieuwe armatuur sportveld verlichting.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
98
29503 31578 32253 32272 36459 40257 43099 43708 45128 47427 48065 48728 50147 53890 58398 59087 59089 60240 62526 70731 72292 73842 75676 75787 77509 80455 80673 80963 84108 86033 88211 88249 88598 88860 91297 91416 92610 93763 95644 100575 101243 102440 102460 103395 104016 104226 104685 104831 104844 106889 107356 111793 113254 113259 113287 113803
Gelijk gebleven. Geen. Dupline. LED verlichting. Beveiliging tegen inbraak. Domotica. N.v.t. -> Sociale woningbouw. Toepassing PLC - systemen. Geen. Beheer installaties. Woning 'automatisering' (domotica) in zorgwoningen. CAT 5 bekabeling en aansluiting. Nee. Airco. Service contracten. Certificering. Zonneenergie. * Data netwerken. * Functiebehoud bekabeling (brandmeld installaties). Zonneenergie. Domotica. Domotica. Geen. Geen vernieuwingen. Domotica. Niets. Niets. Brandmeldinstallaties. Geen. Domotica - Gira draadloos Bus systeem. Databekabeling. Particulieren werk en woningbouwinstallaties. Toegangscode. Geen nieuwe toepassingen. Brandbeveiliging. Geen. Geen. E.I.B. Geen. Brandmeldinstallaties. Geen. Geen. Onderhoudsdienst. Storingsdienst. Geen. Kiss system. Nee. Domotica. Het bedrijf is een traditioneel panelenbouwbedrijf en de techniek daaromtrent wijzigt nauwelijks. EIB bassyst. Beveiligingsinstallaties. Geen. Assemblage (kabelbomen). Geen wijzigingen. Geen. Verlichting. Geen. Automatisering Autocad e.d. N.v.t. het betreft een nieuw bedrijf.
Vraag 13a1: Hoe heeft u deze ontwikkeling)en) geïntegreerd in uw bedrijfsvoering? 1220
Dat loopt gewoon.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
99
3190 4872 4961 6022 8553 9970 12028 16921 19722 21291 22644 24712 25092 25256 36459 45128 47427 48065 53890 58398 59087 59089 60240 70731 75676 80963 84108 86033 88211 91416 93763 93763 101243 102460 104016 104685 106889 107356 113254 113287
Door middel van Toolbox. Keuringen van eigen installaties deden we al. Handback. D.m.v. voorlichting fabrikant. Ondersteuning door fabrikant. Instructie. Bedrijfsprofiel opgesteld. Bedrijfsopleiding + interne opleidingen voor beide. Aanschaf van speciaal gereedschap. M.b.v. lokale overheid en de NEN 2575. Domotica. Komt sporadisch voor, (nog) niet structureel ge‹ntegreerd. * 2 Specialisten opgeleid. * Opgenomen in het adviestraject. Via cursus + interesse. Tijdens werkoverleg. Cursus leveranciers gevolgd. Beheersconcept opgesteld + specialist in dienst genomen. 'Meegelift' met conventioneel installatiewerk. Als normale uitbreiding van de werkzaamheden meegenomen. Nee. Opleiding eigen personeel. Ja. Een monteur opgeleid. Toepassen in een installatie. Cursus. Domotica dealer. Project opgepakt en in de praktijk geleerd. Wordt meegenomen in projecten. * Monteur voor reserveren. * Magazijnruimte vrijmaken en inrichten. Leveranciers. Ja. Interne opleiding. Ja. Als dienst aangeboden. Ja. Zelfstudie. Verdiept in de materie op verzoek klant. Aanpassing interne organisatie. Nee. Leverancier / brochures. Door eigen research.
Vraag 13a2: Welke problemen heeft u ondervonden bij het toepassen van deze ontwikkeling(en)? 1220 3190 4872 4961 6022 8553 12028 16921 19722 21291 22644 24712 25092 25256 32253 32272 36459 45128
Nee. Registratie van monteurs. Niet duidelijke richtlijnen vanuit normen. Geen. Veelzijdigheid van mogelijkheden. Geen. Zware eisen. Profibus ASI, in bedrijfsstellingen overschrijding t.g.v. nieuwe technieken. Investering. Gebrek aan eenheid. Kennis opdoen - aanvangsproblemen. Eenduidigheid van informatie -> match vraag en aanbod. Tijd. Veel uitzoekwerk. Software begeleiding. Hoog uitvalspercentage. Produkt werkte niet goed voor de Domotica toepassing. Tijdsdruk.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
100
47427 48065 50147 53890 58398 59087 59089 60240 62526 75676 80963 84108 86033 88211 88598 91416 93763 93763 102460 104016 104435 104685 113254 113287
Gebrek aan ervaring, kennis en kunde. Geen. Erkenning STEK. Geen. Grote administratieve afhandeling. Nee. Vinden van de juiste produkten en leveranciers. Nieuwe montagetechnieken. Geen. Geen problemen. Aanloop problemen. Geen. Geen. Geen. Geen. Problemen met de Norm, onduidelijk eisen per ruimte. Kennis / opleidingen. Geen. Geen. Investering heeft zichzelf niet terug verdiend. Ingewikkelde materie voor de klant. Geen. Geen. Geen bijzonderheden. Nee.
Vraag 13a3: Hoe heeft u de voor de toepassing van deze ontwikkeling(en) noodzakelijke kennis vergaard? 1220 3190 4872 4961 6022 8553 12028 16921 19722 21291 22644 24712 25092 25256 26538 32253 32272 36459 45128 47427 48065 50147 53890 58398 59087 59089 60240 62526 70731 75676 80455 80963 84108 86033
Cursussen. Zelfkennis. Uit normen en gekeken naar de concurrentie. Zelfwerkzaamheid. Fabrikant. Zelfstudie. Volgen van cursussen. Profibus, leverancierscursussen (Siemens), VCA adviesbureau. Via importeur maar vooral zelf leerzaamheid LISM. Via leverancier en zelfstandig studie. Instructie - opleiding leverancier. * Cursus gevolgd. * Fabrikantentraining. Tijd. Via de leverancier (cursus). Kennis was aanwezig. Zelf uitzoeken. Unets VNI + leveranciers. Cursus van leveranciers gevolgd. Cursussen + lezingen. * Leverancier (cursussen). * Zelfstudie. Info via leverancier. Bellen. Al aanwezig. Via de certificering instantie. Documentatie. Via opdrachtgevers / kennisuitwisseling. Nog niet. Via informatie van leveranciers. Cursus. Cursic Holec. Gespecialiseerde cursussen onder toezicht NCP. Introductie cursus. Cursussen via scholingsfonds. Was reeds aanwezig.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
101
88211 88598 91416 93763 93763 102460 104016 104685 104831 107356 113254 113287
Leverancier. Gebruiksaanwijzing. Norm aangeschaft (NEN2575). Via samenwerking met collega. Intern en via leverancier. Via NCP en leverancier. Samen ontwikkeld met fabricant. Zelfstudie. Via leverancier. Cursus leverancier. Nee. Via leverancier. Middels HBO stagiaire.
Vraag 13a4: Welke functionarissen komen met deze ontwikkeling(en) in aanraking? 1220 3190 4872 4872 6022 8553 9970 12028 16921 19722 21291 22644 24712 25092 25256 26538 32253 32272 36459 45128 47427 48065 50147 53890 58398 59087 59089 60240 70731 75676 80455 80963 84108 86033 88211 88598 91416 93763 93763 101243 102460 104016 104226 104685 104831 113254 113287
Monteurs. Elke werknemer. Uitvoerder / monteur. Werkvoorbereider / monteur. Monteur - Werkvoorbereiding. Projectleider. Monteur. Werkvoorbereiders en directie. Projectleiders + uitvoerenden. Alle technieken. Engineering en Ontwerp. Monteurs - eerste monteurs. * Monteur. * Projectleiders. * Calculator/tekenaar. * Directeur. Ontwerp. Uitvoering. Eerste monteurs. Van ontwerpen tot uitvoeren. Ontwikkeling (technicus). Comm. dir. De monteurs. Iedereen. * Specialist. * Vakfunctionaris. Alle monteurs en leiding. Iedereen. Service monteurs. Groep voor beveiliging. 3. Directie. Projectleider. Monteurs. Leiding bedrijf, monteur. WVB + hoofdmonteur. Dhr. Meerveld. Bedrijfsleider en 1e monteurs. Alle monteurs. Allemaal. * Indirekt personeel. * Monteur. Allen. Technisch directeur en monteurs buitendienst. Niveau 4 techn. Eigenaar. Eigenaar. Projectleider en monteurs. Werkvoorbereider. Directie - projectleiding uitvoering. Directeur/eigenaar. Alleen de eigenaar-directeur. Iedereen binnen het bedrijf. Alleen. Werkvoorbereider / Projectleider. Mijzelf en Engineer.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
102
Vraag 13b: Welke ontwikkelingen verwacht u de komende jaren (nog meer) te gaan toepassen? 3190 4289 4872 6755 8553 10216 10901 13940 15567 16009 16921 18992 19722 21291 22644 24712 25092 25256 25792 25952 26538 27054 29503 31578 32253 32272 36459 39084 42697 43708 44359 45128 45128 47360 47427 48728 50147 53890 58398 59087 59089 60240 62266 62526 66322 66869 69234 72292 73842 74398 74493 74955 77509 80610 80673 80963
Brandmeldinstallatie. Meer Domotica / Bussystemen. Koeltechniek en APK keuringen woningen. Domotica. Domotica in luxe woningen. Inspectie van installaties. Onderhoud brandmeldinstallaties. Nee, nwe NEN1010. Geen. Het bedrijf houdt zich bezig met consumenten electronica + witgoed. Verschuiving van woningbouw naar utiliteit. Verdergaande automatisering, middels div. systemen. Nog meer maatwerk dan nu al het geval. Ontwikkeling digitale techniek volgen. Meer ontwikkeling op logistiek (binnen 1 jaar geld terug). Beheer op afstand van beveiligingsinstallaties. Woningkeuring. Beveiligingstechniek. Datanetwerken. Zonne-energie. * Gebouwbeheersystemen. * Integratie van systemen b.v. koppelen van de beveiligingsinstall. * Flexibele montagesystemen. Inspectie. Niet bekend. Afhankelijk van markt / techniek. Meer gaan uitbesteden: vnl. kastenbouw. Scheepsbesturingen. Keuringen NEN3140 / APK. Service onderhoud. Domotica / Automatisering. Waterbeheer. Alles met LED's. Bussysteem. Een weg vinden in regelgeving. Geen verwachtingen NVE voorschriften. Niet bekend - wel bijscholing. Bussystemen / ION techniek. Beheer + inspectie. Beheer + inspectie. Inspectie. Intensivering van diverse domotica toepassingen. Nee. Brandbeveiliging. PC + PLC software 'beheer op afstand'. Service en onderhoud. Nog geen idee. Verbreden van het werkpakket. Draadloos. Evt. inspectie NEN3140 - EN50150. APK keuring woningen. Meegaan met de huidige ontwikkelingen m.b.t. besturings techniek. Geen. APK-keuring voor woningen. EIB / Domotica. Geen uitbreiding. Toename instabus installaties. Montagewerkzaamheden 3KV en 10 KV. Certificering. Meer gespecialiseerde servicedienst optuigen. Certificering VCA, BRL6001. Pneumatiek. Wij gaan niets uit de weg.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
103
84108 84134 84410 86033 87007 87319 87964 88211 88598 88688 88860 91297 91416 92610 93397 93763 94039 95334 95644 102440 102460 103395 104016 104226 104435 104685 104831 105147 106101 106859 106889 107356 109313 110888 111875 113254 113259 113287 113803 103395
Beveiliging. Verbreding naar installatietechniek. Storing & Onderhoud op afstand (ICT). * Komoinstal. certificering. * Gereedschaps- + apparaatkeuringen. * APK Keuringen. Uitbreiding op het gebied van bus-toepassing (profibus-ethernet etc.). Indien van toepassing. Meer 'klik'toepassingen. Ofwel snelmontage, waarbij de factor arbeidsloon sterk terugdringt. Verkoop van producten middels internet. Toeleggen op toegangscontrole en hekwerk automatisering. Onbekend. Domotica. Geen. Geen. Geen nieuwe E-ontw. Domotica / Energiebeheer / Onderhoud en inspectie. Speciale SMD-BGA soldeertechniek. Certificering brandmeldinstallatie. Geen. Inspectie, ICT. Geen. Geen. Uitbreiding service onderhoud / renovatie / beveiliging Nen keuring. Verandering NEN 1010 en daaruit voortvloeiende veranderingen. Internet-data-beveiliging. Neen. Certificering (BLR). Geen concreet beeld. EIB-bus industri‰le automatisering. Keuren van installatie, APK voor woningen. Brandmeldinginstallatie's. Industr. automaat serv. Geen zicht op. Onbekend. Onderhoud. Domotica. * Energie besparingen. * Zonne-energie en alle aangrenzende zaken. Uitbreiding verlichting. Toepassen van andere verbindingstechnieken. Uitbouwen systeem voor productsoorten. Domotica. Draadloze besturingen. Via avondschool ANSI en eventueel EMSi / TSI.
Vraag 14a: Welke producten, werkwijzen of diensten op het gebied van Beveiliging, Handhaving en Beheer bent u in 2003 gaan toepassen die u daarvoor nog niet heeft toegepast? 1220 4872 6755 8553 9970 18992 19518 21291 22647 24712 25092 26538 31578 32272 45128
Brandbeveiliging en preventie, zie vraag 13. Powercheck. Geen, niet actief in deze sector. Geavanceerde CCTV installaties. Brandbeveiliging en preventie. Camera bewaking. Geen. Ontruimingsinstallaties. Brandmelding. Programmeerbare digitale systemen. Brandmelding. Inbraakbeweiliging. Certifivering brandbeveiligings inst. aanleg. Geen. Geen. Beheer installaties.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
104
47427 50147 58398 66869 68992 70878 72292 73842 74507 75787 76669 80963 84108 86373 87319 88211 88294 88688 88860 91297 93763 95644 100575 102187 102440 102460 103395 104016 104435 104685 106101 110170
Woning 'automatisering' (domotica) in zorgwoningen. Brandbeveiliging. Cameratoezicht / Brandbeveiliging / Beheer op afstand. Brandmelders. Brandbeveiliging. NEN 3140 keuringen. Geen. Geen nieuwe toepassingen. Nee. Niets. Nee. Beveiliging i.s.m. collega's. Toepassen techniek. Camera-beveiliging. Camera toezicht. Niets. Inbraak-brandbeveiliging-telefonie-toegangscontrolecamerasystemen. Harddiskrecorder. Geen. Geen. Toegangscontrole. Geen. Beveiliging / Inbraaksignalering, toegangscontrole. Volgsysteem van auto's via GPS. Cameratoezicht. NCP gecertificeerde brandmeldinstallatie's. Geen nieuwe diensten wel algehele aanpassing aan verandering product. Brandbeveiliging. Cameratoezicht. Camera toezicht, harddisk recorders. Brandbeveiliging. Brandbeveiliging.
Vraag 14a1: Hoe heeft u deze ontwikkeling)en) geïntegreerd in uw bedrijfsvoering? 4872 8553 9970 18992 21291 24712 25092 26538 45128 47427 58398 66869 68992 70878 86373 87319 88294 88688 95334 95334 100575 102440 102460 104016 104435
Nog niet. Commercieel integreren. Bezig met NCP eik. D.m.v. eigen testopstelling. M.b.v. lokale overheid en de NEN 2575. Via geleidelijke groei. Via cursus + Interesse. Onder gebracht bij aanpalande disciplines na scholing. Beheersconcept opgesteld + specialist in dienst genomen. 'Meegelift' met conventioneel installatiewerk. Opleiding. Nog niet, incidenteel. Nog niet. Via opleidingen. Door ons te laten bijstaan door een gespecialiseerd bedrijf. Cursus MBV. Mensen scholen en marktonderzoek. Cursussen bij leveranciers. In product aanbod. Opleiding. Brandmelding, draadloos ICT, draadloos beveiligen. Medewerker aangesteld. Meenemen van offertetraject tot uitvoering. Scholing. Overleg brandweer, zelfstudie, leverancier. Ja.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
105
104685 106101 110170
Via leverancier kennis opgedaan en experimenteren. Scholing / praktijk. Cursus/training persoons- + bedrijfscertifisering
Vraag 14a2: Welke problemen heeft u ondervonden bij het toepassen van deze ontwikkeling(en)? 8553 9970 18992 21291 22647 24712 25092 45128 47427 58398 66869 68992 70878 86373 87319 100575 102187 102440 102460 104685 106101 110170
Netwerkproblemen. Geen problemen. Internet kennis. Gebrek aan eenheid. NCP erkenningsregeling. Bij het koppelen van systemen komen problemen voor. Tijd. Tijdsdruk. Gebrek aan ervaring, kennis en kunde. De eisen die worden gesteld. Systeem leren kennen. Normen. NCP medewerking. Weinig. Geen. Wetgeving / Certificering. 1 werknemer op cursus gestuurd voor certificering van het bedrijf. Financieel - erg duur omdat het vrij nieuw is. Regionale regelgeving. Heel veel materiaal beschikbaar, juiste prijs / kwaliteit bepalen met de klant. Praktische ervaring. Nee.
Vraag 14a3: Hoe heeft u de voor de toepassing van deze ontwikkeling(en) noodzakelijke kennis vergaard? 4872 8553 9970 18992 21291 22647 24712 25092 26538 45128 47427 50147 58398 66869 68992 70878 86373 87319 88294 88294 88688 88688 100575 102187 102440 102460 104016 104435 104685
Cursus Uncto-uni. Basiskennis. Via cursussen. Zelf uitzoeken. Via leverancier en zelfstandig studie. Studie. Via: Leverancier, Internet, Wetgeving. Tijd. NCP. Cursussen + lezingen. * Leverancier (cursussen). * Zelfstudie. Beetje bij beetje. Cursus. Cursus van beveiligingsbedrijf. Cursus Kenteq/Copla Brand. Via opleidingen. Goede samenwerking met gespec. bedrijf. Cursussen. Weinig. Cursussen en opleidingen bij NIBRA + NCP (examens). Nee. Geen. Cursussen via fonds (MBV) en leveranciers. Cursussen via importeurs. Via leverancier. Scholing. Zelfstudie-leverancier. Ja, producttraining via fabrikant. Zie 1.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
106
106101 110170
Opleiding. Cursus/traning.
Vraag 14a4: Welke functionarissen komen met deze ontwikkeling(en) in aanraking? 8553 9970 18992 21291 22647 24712 25092 26538 45128 47427 50147 58398 62526 66869 68992 70878 86373 87319 88294 88688 95334 100575 102187 102440 102460 104016 104435 106101 110170
Projectleider / Hoofd bedrijfsbureau. Projectleiders. Zelf. Engineering en Ontwerp. Specialist, vakfunctionaris. * Monteur. * Projectleiders. * Calculator/tekenaar. * Directeur. Ontwerp. Uitvoering. Uitvoerend Pers. Iedereen. * Specialist. * Vakfunctionaris. Allen. Beveiligingspersoneel. Een specialist. Hijzelf, eigenaar. Beveiligingsmonteur. Inspekteurs, monteur, bedrijfsleiding. Specialist, vakfunctionaris, bas. ber. beoefenaar. Nivo 3 en Nivo 4. Allen. Monteurs. Specialisten. Allemaal. 2 medewerkers niveau 3. Werkvoorbereiding. Uitvoering. Dir./eigenaar. Alle. Allemaal. Monteurs/verkoop.
Vraag 14b: Welke ontwikkelingen verwacht u de komende jaren (nog meer) te gaan toepassen? 892 4289 4961 6755 8553 10901 15567 18992 19518 21291 22644 22647 24712 25092 25792 26538 27054 31578 47360 47427 58398 62266
Geen idee. In de Horeca wordt het meer. Beheer op afstand. Geen. Uitbreiding brand. APK/Powercheck + camera's en alarm via IP-netwerk koppelen. Geen. Het bedrijf houdt zich bezig met consumenten electronica + witgoed. Camera bewaking. Brandbeveiliginbg, draadloze beveiliging. Beheer op afstand van beveiligingsinstallaties. Woningkeuring. Beveiligingstechniek. Datanetwerken. Zonne-energie. Cameratoezicht, inspectie en beheer. Noodverlichting + Beveiliging. Uitbreiding op dit gebied + onderhoud. Afhankelijk van markt / techniek. Beheer op afstand. Cameratoezicht. Geen verdere. Brandbeveiliging. Intensivering van diverse domotica toepassingen. Draadloze installatie / Het op peil houden van de kennis. Het ontwerpen en gecertificeerd aanleggen van brandmeldinstallatie's.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
107
66869 68992 72292 73842 74507 80378 80610 84134 84410 84818 86033 86795 87007 87319 88294 88860 90982 91297 93763 95334 95644 100575 102187 102440 102460 104016 104086 104435 104685 104831 106889 109313 110170 110888 111875 113803
Bussytermen. Ontruiming / Brandbeveiliging. Cameratoezicht. Beheer op afstand. APK. Nee. Brandbeveiliging. Inspectie. APK/Powercheck. Brandmeld installatie bedrijf EVK. Nog onbekend. VCA certificaat. Wellicht met brandmelding. APK keuringen. APK + powercheck. Softwaretoepassing op afstand meer service en up-daten. Beheer installaties. Meer draadloos. Geen. Uitbreiding in toegangscontrole en CCTV. Meer brandbeveiliging en preventie. Inspectie- en beheer. Draadloos. Geen. Verdere groei. Dataverkeer via mobiele telefonie. Hekwerkbeveiliging. Verdere groei. APK voor woningen. Gebouwbeheersystemen. Beheer op afstand. Camera's / Protocol / Internet. Camera toezicht. Geen zicht op. Inspectie. Camera's over netwerken. Camera's over adsl. VCA. Op dit moment niet bekend. Certificering Komo Install.
Vraag 15a: Welke producten, werkwijzen of diensten op het gebied van Meeten Regeltechniek en Besturingstechnologie bent u in 2003 gaan toepassen die u daarvoor nog niet heeft toegepast? 892 6022 6755 21291 22647 24712 25092 25952 29503 31578 32272 45128 53890 66869 70878 72292 73842 74955 77509 80673 80963
Nee. PLC. Afstellingen productie (industrie) machines. Geleuidsmeters. PLC-besturing. Visualisatie. Service op afstand. Nee. Nee. Gelijk gebleven. Geen. Geen. Scada mes. Inregelapparatuur / testapparetuur. Geen. PLC en besturingstechnologie ontwikkeling gaat altijd door. Geen. Geen wijziging. PLC of besturingstechnologie. Software schrijven op gebied van Microprocessortechniek (C++, Delphi). Geen. We gaan niets uit de weg!!! Zie 13a.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
108
87007 88211 88860 93763 95644 100575 101243 102440 104435 111875 113254
FAIL-SAFE PLC's. Hetwerkautomatisering. Geen. Siemens PLC 7 + OP + Bus. Industri‰le electronica / Reparatie PLC's. Geen. Onderhoudsdienst. Storingsdienst. Geen. Bussystemen. Dit vakgebied is niet relevant. Domotica.
Vraag 15a1: Hoe heeft u deze ontwikkeling(en) geïntegreerd in uw bedrijfsvoering? 1220 6022 6755 21291 24712 45128 53890 70878 74955 77509 87007 88211 93763 95644 101243 104435 113254
Het volgen van nieuwe ontwikkelingen. Fabrikant. Geen. Leverancier en Norm. Al doende leert men. Opleiden + instructie. Service medewerkers extra apparatuur. Cursus. Ja. Ja. Als bij normale PLC's. Leverancier. Ja. Steeds vaker toepassen, de boer op gaan. Als dienst aangeboden. Zelfstudie & kijken bij collega installateur. D.m.v. uitbesteding (specialist).
Vraag 15a2: Welke problemen heeft u ondervonden bij het toepassen van deze ontwikkeling(en)? 53890 70878 77509 87007 88211 93763 95644 104435 Geen.
Ondersteuning v.d. leverancier. Te veel tijd voor opleiding Geen. Nog geen. Geen. Geen. Kennis, informatie.
Vraag 15a3: Hoe heeft u de voor de toepassing van deze ontwikkeling(en) noodzakelijke kennis vergaard? 6022 21291 22647 24712 53890 70878 74955 77509 87007 88211 93763 95644 104435
Fabrikant. Leverancier. Zelfstudie. Markt. Opleiding bij leverancier. Cursus. Nieuw personeel. Software programmeur in dienst genomen. Vakspecialisten uitgenodigd en beursen bezocht. Leverancier. Via leverancier. Interner, boeken. Bussystemen.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
109
Vraag 15a4: Welke functionarissen komen met deze ontwikkeling(en) in aanraking? 6022 21291 22647 24712 45128 70878 74955 77509 87007 88211 93763 95644 101243 104435 113254
Projectleiders. Engineering en Ontwerp. Vakfunctionaris. Engineers. Commerci‰le mensen. Specialisten ind. aut. + onderh. mont. Programmeur + tekenaar + bedrijfsleiding. Specialist. Hoofd Projectbureau + Directie. Engineering + software. Allen. Eigenaar. Eigenaar, eenmansbedrijf. Projectleider en monteurs. Werkvoorbereider. Alle. Werkvoorbereider / Projectleider.
Vraag 15b: Welke ontwikkelingen verwacht u de komende jaren (nog meer) te gaan toepassen? 892 4289 4872 4961 6755 10901 12028 15567
Geen idee. Niet zo veel veranderingen. Geen. Busststemen en protocollen. G‚‚n, door laag investeringniveau op dit moment. Bussystemen van niet gebruikelijk merk. Bussystemen / protocollen. Geen. Het bedrijf houdt zich bezig met consumenten electronica + witgoed. 22644 Beveiligingstechniek. Datanetwerken. Zonne-energie. 24712 Centrale beheers oplossingen. 25092 P.L.C. techniek. Kastenbouw. 25952 Groei in bussystemen/protocollen. 26538 Afh. voortgang. 29503 Scada systemen. 31578 Geen. 32253 Telemetrie. 44359 Verschuiving van klimaattechniek naar ind. besturingstechniek. 45128 Meer hoogwaardige ind. aut. 62266 Geen. 66322 Bij blijven in ontwikkelingen. 66869 Geen. 69234 Meer onderhouds contracten verkopen. 70878 Marktgericht. 72292 Geen. 74955 PLC of besturingstechnologie. 76669 TCP IP. 77509 Uitbreiden van software oplossingen op gebied van machinebesturingen. 80673 Meer bussystemen. 84410 Zie 13B!! Overgenomen. 86795 Geen. 88860 Geen. 92278 Fieldbus (bussystemen). 93736 Verwacht wel nieuwe producten PIODE laser. 93763 Afhankelijk van opdracht. 95644 Input / Output hardware. 102440 Geen. 104435 Geen. 104831 EIB, PLC. 106101 Domotica.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
110
106859 109313 110888 113259 113803
SCADA systeem. PLC besturingstechnologie. Domotica. Koppeling naam ethernet, door melding van storingen via Internet. Bustechnologie.
Vraag 16a: Welke producten, werkwijzen of diensten op het gebied van ICT, Telematica en automatisering bent u in 2003 gaan toepassen die u daarvoor nog niet heeft toegepast? 4961 6022 6755 15567 16921 18992 25092 25952 26538 31578 32272 45128 47427 60240 62266 66869 68992 70878 72292 74507 75676 76669 77509 80963 84108 86374 87964 88211 88294 88860 91416 92610 93763 93763 95334 95644 100575 102187 102440 102655 104016 104435 104844 105642 110170 111793 112362 113254
* Breedband internet. * Draadloos netwerk. Vergrijzing / Zorg / Domotica. Geen. Audio + video draadloos. Glasvezel / glasfiber. Domotica toepassingen. Nee. Nee. Ligt bij een zusterbedrijf. Geen. Geen. Draadloze verbindingen. Woning ' automatisering' (domotica) in zorgwoningen. Geen nieuwe ontwikkeling. Vergrijzing / zorg / domotica. Geen. Draadloze netwerkverbindingen. ADSL Netwerken. Laserverbindingen draadloos, oproepsystemen zorg. Geen. Nee. ISON 2002. Voice over IP. Software schrijven op gebied van Microprocessortechniek (C++, Delphi). Alleen installatie netwerken, databekabeling - overige i.s.m. Datanetwerken. UMTS + GPRS. IP technologie. Bekabeling van computer netwerken. Geen. Geen. Domotica uitgebouwd. CAD 7 installaties. Ja. Cat 6 en Cat 7. Draadloos ICT. Programmeren / Software. Domotica gericht op * CAI, * TEI, * ICT. * Blue Tooth. * Internet via mobiele telefonie. * I-mode. Draadloze verbindingen. Installatie, reparatie, onderhoud van hard- en software. Netwerken. Draadloze verbindingen. Breedband verbindingen. Nwe. apparatuur gaan plaatsen. Laserverbindingen. Voip. Draadloos in netwerken. ADSL + VDSL. Geen. Netwerk Cat. 5 niet gecertificeerd. Draadloze verbindingen. CAI.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
111
Vraag 16a1: Hoe heeft u deze ontwikkeling(en) geïntegreerd in uw bedrijfsvoering? 6022 15567 16921 18992 47427 62266 68992 70878 75676 76669 77509 84108 86374 87964 88211 91416 92610 95644 100575 102187 102440 102655 104016 104435 104844 105642 113254
Fabrikant. Door leverancier. Opleidings bedrijf. Door vraag. 'Meegelift' met conventioneel installatiewerk. ISM een ander bedrijf. Geen specifieke integratie. Cursussen. Opleiding. Met behulp van de leverancier. Ja. Meegenomen in projecten. Scholing. Opbouwend. Continu proces. Leverancier. Ja. Ja. Toepassen, er naar toe / zoeken. Bestaande bedrijfsvoering uitbreiden. Cursussen via Provider/operator. Toepassen. Geleidelijk; adverteren via Internet en krant. Zelfstudie. Info van diverse leveranciers. Opdrachtgever levert installatie bedrijf sluit aan. Via scholing + investering in apparatuur + gereedschap. Via leverancier.
Vraag 16a2: Welke problemen heeft u ondervonden bij het toepassen van deze ontwikkeling(en)? 4961 6022 15567 18992 47427 62266 68992 75676 76669 77509 84108 86374 87964 88211 91416 92610 93763 95334 95644 100575 102187 102440 104435 105642 111793 112362 113254
Diverse problemen van technische aard. Nee. Afstand en storingen. De diversiteit in systemen. Gebrek aan ervaring, kennis en kunde. Dat we afhankelijk zijn wat betreft nazorg (electronische componenten). Protocollen / Software? Niet. Tekort aan kennis en ervaring. Geen. Geen. Tekort aan informatie. Weinig bestaande know-how, volledig nieuw. Geen. Kennis / Opleidingen. Scholing. Geen. Vele aanbieders. Opleiding / kennis. Bouwtechniek i.v.m. kabeldikte. Netwerken waren nog niet compleet. Geen. Geen. Aanloopproblemen. Certificatie. Slechte verbindingen (slechte producten). Nauwkeurigheid m.b.t. connectoren aansluiten.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
112
Vraag 16a3: Hoe heeft u de voor de toepassing van deze ontwikkeling(en) noodzakelijke kennis vergaard? 4961 6022 15567 16921 18992 47427 62266 68992 70878 75676 76669 77509 84108 86374 87964 88211 91416 92610 93763 95644 100575 102187 102440 102655 104016 104435 105642 112362 113254
Zelfstudie. Fabrikant. Leverancier / zelfstudie. Leveranciers / opleiding. Productcursus. * Leverancier (cursussen). * Zelfstudie. Door scholing bij het betreffende bedrijf. Persoonlijke nieuwsgierigheid / praktijk. Cursus. Ja. Opleiding van de leverancier. Software programmeur in dienst genomen. Geen. Scholing. Training bij specialistische toeleveranciers. Leverancier. Via samenwerking met collega's. Ja. Via leverancier. Interner / boeken. Leverancier. Via cursussen. Leverancier / Dirksen opleidingen. Aannemen ICT-er. Zelfstudie-leverancier computerbedrijf. Bij collega installateurs & groothandel. Scholing via leveranciers. Cursus bij leverancier. Via leverancier.
Vraag 16a4: Welke functionarissen komen met deze ontwikkeling(en) in aanraking? 4961 6022 15567 16921 18992 47427 53890 62266 68992 70878 75676 76669 77509 84108 86374 87964 88211 91416 92610 93763 95644 100575 102187 102440 102655 104016 104435
Systeembeheerder, kantoor medewerkers. Werkvoorbereiding - Monteur. Allemaal. Projectleiding + uitvoerders. Monteurs. * Specialist. * Vakfunctionaris. Mensen in het veld. Niveau 4. Projectleiders / Beveiliging. Engineers + monteurs. v. Meerveld. Verkoop- en buitendienst medewerkers. Hoofd Projectbureau + Directie. Allemaal. 4 techneuten. Diverse: Calculatie / werkvoorbereiding. Uitvoering (alle!). Geen. Niveau 4 Techn. 1 persoon engineering / 1 persoon uitvoerend. Eigenaar. Eigenaar. Allemaal. Niveau 2 en 3. Werkvoorbereiding/monteurs. Monteurs. Dir./eigenaar. Alle.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
113
104685 104844 105642 112362 113254
Iedereen. Alle. Alle. Binnendienst medewerker met monteur. Projectleider / Werkvoorbereider / Monteur / Chef monteur.
Vraag 16b: Welke ontwikkelingen verwacht u de komende jaren (nog meer) te gaan toepassen? 4289 4872 4961 6022 6755 8553 10216 10901 15567 18992 22644 25092 25952 31578 32253 47427 60240 62266 66869 68992 70878 72292 73842 74398 74493 74507 76669 77509 84108 84134 86033 86374 86795 88688 88860 90982 91416 93763 94039 95644 100575 102187 102655 104016 104086 104435 104844 105642 110170 110888 111875 112362 113803
Draadloze verbindingen. Domotica. Verbreden internet toepassingen. Netwerken. Geen, bestaande uitdiepen. Actieve componenten. Draadloze verbindingen. Cat 6 netwerkbekabeling toepassen. Bediening draadloos op afstand. ? Beveiligingstechniek. Datanetwerken. Zonne-energie. Meer glasvezel + draadloos + telefonie via datanetwerk. Wireless netwerken voor bedrijven. Geen verdere. Digistream huurlijnen apparatuur. Intensivering van diverse domotica toepassingen. Draadloos. Geen. Geen. ? Marktgericht. Draadloze verbindingen. Zorgsector. Domotica. Draadloze verbingen. Draadloze systemen. Draadloze verbindingen. Breedband verbindingen. Netwerken. Nee. TCP IP. Internet / GSM / VPN-tunnel. Niet specifiek. CAT 5 -> CAT 6 / Glasvezel. Domotica. ?? Cat. 6 + 7. Domotica. Toegangscontrole. Geen. Telefonie en data-installaties. Geen. Onbekend. Geen. Verbreding, zie vraag 15b. Breedband integraties. Uitbreiding op het dataverkeer. Multimedia toepassingen komen steeds vaker voor. Meer draadloos, dit is voor de installateur niet interessant. In kantoren wellicht kabels. Glasvezeltechniek. VOIP (Voice over IP). Zorg. Niet die ingrijpend zijn. VDSL + ADSL + Draadloos + VOIP. Thuiswerkers. Voice over IP. Glasvezel. Glasvezeltoepassing. Breedband verbindengen. * Draadloze verbindingen. * Domotica. * Netwerken.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
114
Vraag 17a: Welke producten, werkwijzen of diensten op het gebied van Energiemarkt en Duurzame Energie bent u in 2003 gaan toepassen die u daarvoor nog niet heeft toegepast? 892 6755 8553 12028 22647 25092 25952 31578 32253 32272 45128 48728 59087 60240 66869 72292 77509 80963 86795 87007 88211 88860 95644 100575 102460
Zonnepanelen. Geen. Zonnepanelen. Energie opwekking met PV-CELLE, windenergie, warmte krachtkoppelingen etc. Energie opslag. Warmtepompen. Nee. Offertes voor PV-cellen. Geen. Domotica => Xanura. Geen. PV project. Nee. Zie vraag 13. Zonneenergie. Geen. Geen. Duurzame energie m.b.t. het toepassen van SoftstarterCos/compensatie en EOS (Energie Optimalisering Systeem). Alert blijven, wat er in deze sector gebeurd! Inspelen op. PV-cellen. Gashoeveelheidsbewaking. Subsidie is minder - dus niet interessant. Geen. Geen. Geen. WKK.
Vraag 17a1: Hoe heeft u deze ontwikkeling(en) geïntegreerd in uw bedrijfsvoering? 6755 8553 12028 22647 25952 45128 60240 86795 87007 102460
Maandelijks. Met name in uitvoering. Leveranciers en cursussen. Nieuw personeel. Offertes zijn nog niet gehonoreerd. Gereageerd op vraag klant. Toepassen in nieuw bedrijfspand van het bedrijf. Aanvulling op totaalpakket. Na overleg met diverse instantie's. Ja.
Vraag 17a2: Welke problemen heeft u ondervonden bij het toepassen van deze ontwikkeling(en)? 6755 8553 12028 22647 86795 87007 102460
Geen. Veel defecte regelapparatuur. Resultaat met opbrengst energiebesparende maatregelen. Overheidsregels tegenwerken. Geen. Dure koppelingen met energieleveranciers. Nutsbedrijven investeren er niet meer in (windmolens).
Vraag 17a3: Hoe heeft u de voor de toepassing van deze ontwikkeling(en) noodzakelijke kennis vergaard? 892 6755
Via fabrikant, Siemens. Samenwerking inporteur.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
115
8553 12028 22647 60240 86795 87007 102460
Nee. Leveranciers + cursussen. Nieuw personeel. Via leverancier. Geen = vanzelfsprekend. Her en der vergaard. Eigen ontwikkeling.
Vraag 17a4: Welke functionarissen komen met deze ontwikkeling(en) in aanraking? 4961 6755 8553 12028 22647 60240 86795 87007 102460
K.A.M. co”rdinator, hoofd electro, chef werkplaats, monteurs. 3 techneuten. Chef monteurs. Directie en werkvoorbereiding. Specialist, kader. Leiding en later monteurs. WBV + monteurs. Engineering + software. Projectleiding uitvoering.
Vraag 17b: Welke ontwikkelingen verwacht u de komende jaren (nog meer) te gaan toepassen? 892 4289 4872 6755 8553 10901 22644 25952 31578 48728 66869 69234 72292 74493 75676 77509 86033 86374 88860 92610 installateur. 95644 102460 104435 106101 111875
Dat het doorgaat. Eigen werk. Geen. Niet meer ontwikkelingen, bestaande verder uitdiepen. Energiemanagement. Leveren en aansluiten PV-cellen. Beveiligingstechniek. Datanetwerken. Zonne-energie. Verwacht verkoop van PV-cellen. Geen verdere. Nee. Geen. Afhankelijk van de vraag, regio. Geen. Energie op consumentenmarkt. Individuele bemetering. Stroom opwekken in woonhuis e.d. d.m.v. gas. Continue optimaliseren van technieken uit 17a. * Gasmeter registratie i.v.m. gascontracten. * Grootverbruik in de Tuinbouwinstallaties. ? Geen. Beheer en/of exploitatie van installaties van klanten door de Geen. Plaatselijke energie opwekking. Warmtekrachtkoppeling. Zonneenergie. * Zonne-energie. * H.F. Apparatuur.
Zijn er nog onderwerpen die van beland zijn voor de bedrijfstak in de toekomst? 5352 6755 15567 16009 18992 19518
Bolopleiding is te weinig praktijk gericht. Duidelijker 'animeren' interessanter maken van opleidingen waardoor meer leerlingen instromen en minder afhaken. Neen. Branche organisatie moet zich meer bezig houden met opleidingen binnen de branche (o.a. voorlichting geven). Motivatie mensen verbeteren. Is moeilijk aan te geven.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
116
19722 21291 24712 26538 27639 32272 39084 44359 48065 48728 58398 59087 59089 60240 66869 70878 73842 74398 74507 75676 77509 78995 80455 84108 84818 87007 87964 88688 88860 91416 92610 93763 94039 95644 102440 103395 104016 104086 105642 106889 110170 110888 111793 111875
Gerichte scholing op CES, motiveer leerlingen voor CES. Automatisering binnen het bedrijf van orderintake tot oplevering. In de niveau 4 opl. commerci‰le techniek opnemen. Heeft indruk dat bijscholingen OTIB te vrijblijvend zijn het is meer een dat uit - rendement = ?. OFE-cursussen voor detailhandel zijn gericht op aankomende monteurs. Voor ervaren monteurs is er geen aanbod. Neon montage en service monteur (lichtreclame). Aanpak beunhazerij. Strengere keuring en toezicht op de handhaving van de kwaliteit van de installatie. Invoering regelgeving (kosten) kan nekslag zijn voor kleinere installateurs. Opleidingen op ROC meer techniek minder Alg. vormend. Verminderen van administratieve druk. Nee. ROC. Meer voorlichting en contact tussen opleiding en bedrijf. Persoonlijke beveiliging. Nieuwe oplossingen in bestaande situaties met draadloos schakelen. Mensen motiveren om voor het vak te kiezen, nieuwe instroom. Inspecties woonhuizen (APK) cursussen / opleiding? Gebruik van meetinstrumenten. Aandacht voor kwaliteit, management, veiligheid op hoger nivo d.m.v. cursussen. Nee. Nu en in de toekomst moet er meer naar de kwaliteit van de werkzaamheden worden gekeken. Dit zal de motivatie doen toenemen. Nee. Nieuwe ontwikkelingen op ET en installatie. Het niveau en attitude van beginnende beroepsbeoefenaar dient in hoge mate verbeterd te worden. Meer aanbod voor vakmensen, promotion van techniek. Proberen het vak elektro populairder te maken, zonder feestpakketten. * APK keuringen voor installaties. * Oost europese arbeidskrachten (concurrentie). Theorie goed aan laten sluiten op de praktijk. Algeheel niveau moet omhoog. Logistieke cursussen voor magazijnbeheer. De opleidingen weer praktijkgerichter maken en niet te algemeen. Het aantrekkelijk houden van de branche voor jonge mensen. Daarover goed communiceren met scholen (decanen): Keuzebegeleiders - Beeldvorming. Jeugd maakt een negatieve vakkeuze, waarbij de MOTIVATIE niet optimaal is (restkeuze). Scheiding in de markt tussen installateurs: Pijperboeren, uitsluitend aanleg / adviseurs voor geluk gebouw installatie/intelligentie. Meer praktijkgericht in de opleidingen BBL. Motivatie, inzet en kennisniveau van schoolverlaters VMBO is niet toereikend om adequaat in de praktijk in te zetten. Plasma / LCD techniek, soldeertechniek. Aansluiten van gaskachels in tijdelijke onderkomen. En het aansluiten op het distributienet. Nee. APK. Energiemarkt. Specialisme niet TE ver doorvoeren. Inrichting van het onderwijs schiet door. Klassikaal onderwijs MOET er voor een deel altijd blijven. Stimuleren instroom. Opleidingen bij ROC m.b.t. brand-inbraakcamerabewaking/beveiliging. Opleiding over alle niveau's. Informatie specifiek voor kleine installateur 0-3 werknemers. Beroepsopleiding (VMBO+MBO) dienen een hoger gehalte praktijk en practicum te krijgen. Studenten/medewerkers zijn slechts beperkt inzetbaar. Het betreft m.n. basisvaardigheden elektrotechniek etc.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
117
113287 113803
In tijden van hoogconjunctuur voldoende geclassificeerd personeel. Beter aanleren normen en waarden bij jonge medewerkers.
Technologische Trends en Ontwikkelingen
118