TECHNISCH BULLETIN VERENIGING BADMINTON OEFENMEESTERS
Jaargang 36 NR 2
Rekken 1 Doe eerst een algemene warming-up, zodat de spieren op temperatuur zijn. 2 Rek de spier(-groep) langzaam en rustig. Rek niet verend of pompend: dit werkt tegengesteld. 3 Voer de spanning in de gerekte spier zover op dat het net niet onplezierig wordt. Houd de spanning 15-30 seconden vast. Het mag absoluut geen pijn doen. 4 Rek elke spier(-groep) 3 maal achtereen; voer de oefening links en rechts uit. 5 Adem rustig door tijdens het rekken. 6 Schud na het rekken van een spier(-groep) de spier los. 7 Doe de rekoefeningen zo mogelijk ook na afloop van het sporten. 8 Neem bij klachten contact op met een (sport)arts bijvoorbeeld bij een SMA.
1 23 4 56 78 89 (oppervlakkige)
Hamsstrings Abductroren
Kuitspieren
(diepe)
Als 1, maar houd het linkerbeen gebogen. Oefening 1 en 2 kunnen gemakkelijk tegen een hek of boom worden uitgevoerd.
Adductoren
Zet de rechtervoet voor het linkerbeen langs de buitenzijde van de linkervoet. Buig met de romp en de armen naar links en reik naar de grond.
Lage rug
Ga in een flinke spreidstand staan met de voeten min of meer vooruit. Zak langzaam door de linkerknie, maar houd het rechterbeen gestrekt. Duw in de uiterste stand het gestrekte rechterbeen schuin naar beneden.
Triceps
Lichte spreidstand. Pak een railing of hek vast en zak ontspannen zo diep mogelijk (hangend aan het hek) door de knieën. Houd de (lage) rug hol.
Breng één arm in gebogen stand omhoog langs het oor. Pak met de andere hand de elleboog vast en zorg voor rek.
www.sportzorg.nl
Hamstrings
Quadriceps
Leg het gestrekte linkerbeen op een verhoging (bank of hek) en reik met de handen naar het linker onderbeen. Houd de lage rug hol.
Sta rechtop en trek met uw linkerhand het linkerbeen op naar uw zitvlak. Houd deze positie vast (het linker bovenbeen staat in één lijn met de romp) en druk uw heup naar voren.
Sta in een voorachterwaartse spreidstand met de voeten naar voren. Buig het voorste been in een rechte hoek tussen boven- en onderbeen en strek het andere been. Breng het lichaamsgewicht over op het voorste been, strek het bovenlichaam omhoog en duw de heup naar voren/beneden.
Iliopsoas
Biceps & borst
Sta rechtop, zoek een wand waartegen de hand in achterwaartse richting geplaatst wordt. Draai voorzichtig met de romp weg door met de voet aan de andere zijde een stap naar buiten te maken.
Buik & bovenbeen
Plaats het linkerbeen gekruist achter het rechterbeen. Reik met de linkerhand hoog en buig langzaam naar rechts. De rechterhand kan in de rechterzij.
Onderarm
Strek de rechterarm met de handpalm naar voren; pak met de linkerhand de vingers van de rechterhand en trek de hand maximaal naar achteren.
weet bij wie je moet zijnBULLETIN VBO pagina 2 TECHNISCH
© 2004 Vereniging voor Sportgeneeskunde illustraties Frans Bosch lay-out BaakBeeld
Kuitspieren
Zet de rechtervoet zo ver naar voren dat de hiel van de linkervoet net van de vloer komt; de linkerknie blijft gestrekt. Verplaats het gewicht van de voorste voet naar de achterste en druk de linkervoet vlak op de grond.
TEN GELEIDE Na de bijscholing van 11 april te Haps is de Algemene Ledenvergadering (A.L.V.) gehouden. Hierbij waren, buiten het bestuur, welgeteld 3 leden aanwezig. Hiervoor zijn heel veel redenen aanwezig maar het blijft een feit dat de waarde van een A.L.V. zwaar onderschat wordt. De A.L.V. is de hoogst macht binnen onze organisatie en is bevoegd beslissingen te nemen over het reilen en zeilen binnen de V.B.O. Beslissingen welke van grote invloed kunnen zijn op het functioneren van de V.B.O.. Zo kan het dus gebeuren dat u, indien u niet aanwezig bent tijdens de A.L.V., naderhand geconfronteerd wordt met beslissingen waar u moeite mee heeft of misschien zelfs helemaal niet achter staat. En het kan zo maar zijn dat u goede argumenten heeft. Bovendien lijkt het mij toch dat meer mensen een uurtje per jaar vrij moeten kunnen maken om hun belangen te behartigen. De bestuursleden maken overigens per jaar vele uren vrij om er voor te zorgen dat u iedere keer weer welverzorgde en aansprekende bijscholingen kunt volgen. De A.L.V. verliep, in eerste instantie, zoals verwacht. Onze voorzitter, Bill Boshoven, legde zijn voorzitterschap neer en helaas is daarvoor nog geen opvolger. Ruud Bremmer legde zijn functie als H-WTZ neer en Elroy Lionarons neemt zijn taken over. Bovendien gaat Mike Kost zich volop bezighouden met de P.R.. De penningmeester werd gedechargeerd en er werd meegedeeld dat de statuten en het huishoudelijk reglement aangepast waren en getekend bij Mr S. M. Feikema, notaris te Castricum. Eric Krom neemt, tot het eind van het jaar, de taken m.b.t. het geluid over van Han van Room, die zich nog meer gaat bezighouden met de organisatie van de bijscholingen. De contacten met Badminton Nederland zijn goed. Samen is een werkgroep gevormd welke zich bezighoudt met een nieuw opleidingssysteem voor trainers. Als klap op de vuurpijl werden 3 bestuursleden in het zonnetje gezet. Han van Room, John Titaley en Michel Wolf werden tot lid van verdienste en erelid benoemd. Zij kregen hierbij uit handen van de scheidende voorzitter een oorkonde uitgereikt.
TECHNISCH BULLETIN VBO pagina 3
INHOUD Ook dit Technisch Bulletin is gevuld met veel interessante artikelen en een fantastische omslag, wederom aangemaakt door Charlotte Polman, de dochter van ons bestuurslid Wim Polman. Het gedicht is door Chris Wieland aangeleverd. U komt een terugblik op de bijscholing van Eric Martherus tegen waarbij hij ons over de grenzen van de badmintonsport liet kijken. Annie van Daal schreef een artikel over aangepast badminton en mocht u de bijscholing van Marinus Wouterse, in december 2014, gemist hebben kunt u veel kennis opdoen door zijn artikel te lezen, waarvan dit overigens het eerste gedeelte is en waarvan er nog meerdere zullen volgen. Zelf bezocht ik de informatiemorgen over de World Badminton Education APP waarbij Kenneth Larsen en Claus Poulsen ons lieten kennismaken met een fantastisch stukje badmintoninformatie. Chris Wieland heeft een artikel geschreven m.b.t. fitheid, waarin een groot aantal oefeningen vermeld staan. Henri Vervoort wijst op het bestaan van Shuttletime. Wijlen Fred Besseling heeft nog een aantal oefeningen voor u m.b.t. het gemengd dubbelspel waarna Wim Knaap u wijst op VOG, de Verklaring Omtrent Gedrag en we sluiten af met interessante informatie over een nieuw te ontwerpen website. Ik wens u dus veel leesplezier en mocht u nu even geen tijd hebben, het is ook een prima blad om mee te nemen op vakantie.
Eric Martherus: Over de grenzen van Badminton zijn dat deze spelers binnen de kortste keren de badmintonsport zullen laten voor wat het is. Tevens behandelt hij het LTAPD model waarbij hij aangeeft dat het “gouden” gedeelte als het meest belangrijke beschouwt mag worden. Daarbij wijst hij ons op een website waar heel veel informatie te vinden is over oefeningen welke met bewegen te maken hebben en welke gratis te downloaden zijn. Zie hiervoor: www.bewegensamenregelen.nl Eric doceert Op 7 februari heeft Eric een bijscholing gegeven waarbij hij de grenzen van de badmintonsport overschreed. Hij begon aan te geven dat hij zelf veel verschillenden sporten heeft beoefend en vele functies in diverse sporten heeft vervuld waardoor hij geworden is wat hij nu is. Daarbuiten heeft hij aandacht besteed aan werkzaamheden voor bijv. Kika. Hij wijst er op dat veelzijdig bewegen een “must” is om een goede sporter te worden en dat dit leidt tot minder blessuregevoeligheid. Daarbij is het belangrijk dat kinderen vroeg beginnen met sporten en daarbij meteen bepaalde zaken goed aanleren. Hierbij doelt hij bij de badmintonsport vooral op: Racketvoering – Hoe sta je klaar – de grip. Oorzaken waarom bepaalde spelertjes en speelstertjes problemen hebben om bepaalde bewegingen uit te voeren kunnen dikwijls diepere oorzaken hebben. Een daarvan is dyslexie: Het onvermogen om (goed) te kunnen lezen. Dit heeft vaak verdere gevolgen. Dyslexie beïnvloedt namelijk ook de motoriek. Voornamelijk het inschatten van diepte en het ruimtelijk inzicht. Daarbuiten ook het inschatten van: Hoe snel ben jij bij mij? Bij kinderen die dyslexie hebben is het belangrijk dat er eenvoudige en niet te uitgebreide opdrachten worden gegeven. Uitgebreide oefenvormen leiden tot verwarring en vervolgens teleurstelling. Het gevolg daarvan zal
Hij stelt dat het niet meer van deze tijd is om op bijv. 3 banen dezelfde oefening te laten doen. Veel beter is 3 verschillende oefeningen en de spelers laten wisselen tussen deze banen. Bovendien is het belangrijk dat de spelers zelfstandig leren werken, gekoppeld aan eigen verantwoordelijkheid. Hij laat de deelnemers dit ervaren door veel afwisselende oefeningen te laten uitvoeren te beginnen met de warming up.
Een van de oefeningen Een warming up waarbij over de breedte van de zaal gelopen moest worden maar waarbij halverwege een andere beweging moest worden uitgevoerd. Daarna waren meerdere stations opgebouwd met zeer afwisselende oefeningen en tenslotte werden er op 3 banen 3 verschillende oefeningen uitgevoerd waarbij na enige tijd van veld gewisseld moest worden. Al met al een geslaagde dag met meerdere eyeopeners.
TECHNISCH BULLETIN VBO pagina 4
Elroy Lionarons, Onze nieuwe H-WTZ Ik ben lid van de Badminton Club Annen en Omstreken (BCAO), een recreatieve vereniging en ook lid van de vereniging BC Toledo uit Zuidlaren, dat wel in competitieverband uitkomt. Voor beide verenigingen verzorg ik trainingen voor zowel de jeugd als senioren.
Geboren op het zonnige eiland Curaçao en opgegroeid in diverse landen van het Koninkrijk, ben ik met mijn 55 jaren woonachtig in het Drentse dorpje Annen, samen met mijn vrouw Irma en mijn kids Laura en Mark. Mijn oudste zoon, Jonathan, woont en werkt op Curaçao. Ik werk al ruim twintig (20) jaar voor de gemeente Groningen, op de centrale ICT afdeling. Van jongs af kwam ik in contact met de sportwereld. Mijn vader bekleedde functies in de besturen van diverse nationale bonden van Curaçao en was zelf een speler van een honkbalteam. Getraind en gecoacht door legendarische namen in de honkbalwereld, heb ik jarenlang de honkbalsport beoefend. Om in conditie te blijven, maar toch competitief bezig te zijn tijdens de seizoenstop, deed ik veelal aan (zaal)voetbal. Pas op latere leeftijd ben ik, door vrienden, met badminton in aanraking gekomen. Er zijn heel veel technische overeenkomsten tussen beide sporten en net als bij honkbal, heb ik mij verdiept in de badminton sport. Deze sport ben ik sindsdien blijven spelen op St. Maarten, Curaçao en ook in Nederland. Diverse redenen hebben mij doen besluiten de honkbalsport (voor even?) vaarwel te zeggen en mij volledig te concentreren op het badmintonnen.
TECHNISCH BULLETIN VBO pagina 5
Als persoon ben ik vooral een teamspeler. Ik kan gemakkelijk en snel contact leggen en ben ik open, praktisch, enthousiast met respect voor elkaar. Al vanaf mijn jeugd is sport een groot onderdeel van mijn leven en is het voor mij meer dan alleen maar een hobby. Ik verdiep mij in zowel techniek, tactiek als de organisatie van de sport en vind dat je vooral als trainer nooit klaar bent; de ontwikkelingen zetten zich voort. Om het niveau van het badminton in Nederland te verhogen, zullen wij allemaal; spelers, trainers, bestuurders ons steentje moeten bijdragen. Samenwerken, kennis vergaren en kennis delen en vooral luisteren naar elkaar. Bij de VBO wil ik het goede werk van mijn voorganger, Ruud Bremmer, voortzetten en wil ik mijn bijdrage leveren aan niet alleen de ontwikkeling van badmintontrainers, maar ook aan de ontwikkeling van de sport.
Onze nieuwe voorzitter. Hier hadden wij graag de naam van onze nieuwe voorzitter gepubliceerd. Helaas kunnen we dat nog niet doen omdat hij zich nog niet verkiesbaar heeft gesteld. Een gemiste kans, voor u. Waarschijnlijk heeft u gemist dat Bill Boshoven ging stoppen of heeft u gedacht dat dit een practical joke was. Neen, dat was het niet en momenteel moet de V.B.O. het dus zonder voorzitter doen. Mocht u zich geroepen voelen deze functie te gaan vervullen: Velen zulen u dankbaar zijn.
AANGEPAST BADMINTON Wat is Aangepast Badminton/Parabadminton? Badminton voor mensen met een beperking. Veel verenigingen, trainers en spelers weten niet van het bestaan van aangepast badminton. Wellicht zijn er bij de verenigingen nog heel veel spelers en speelsters die beter tot hun recht zullen komen in het Aangepast Badminton Circuit. Naar deze spelers zijn wij op zoek. Trainers kijk eens rond binnen de vereniging en wijs deze spelers op de mogelijkheden om ook toernooien te gaan spelen.
De toernooien worden georganiseerd door verschillende verenigingen in Nederland. Het aangepast badminton wordt gespeeld volgens de spelregels van het reguliere badminton met af en toe een kleine aanpassing. Jaarlijks worden Nederlandse Kampioenschappen georganiseerd. Dit jaar zijn deze gehouden op 18 en 19 april en georganiseerd door de Duovereniging Veenendaal. In het seizoen 2014/2015 hebben onderstaande verenigingen een toernooi Aangepast Badminton georganiseerd. MGS - Maastricht, OLAK - Beek, Utregs Toernooi Utrecht, VAS-IJsselstreek-Poona - Doetinchem en Redeoss - Delft. Nog op het programma staan 31 mei Shuttle Up Sliedrecht en 20 juni De Bever in Rijen. Inschrijven kan via : https://www.tournooi.nl ParagamesBreda - 19 en 20 september 2015. Om de 2 jaar worden de ParagamesBreda georganiseerd. Honderden sporters met een beperking komen tegen elkaar uit in 25 verschillende sporten, waaronder ook badminton. Badminton Nederland organiseert het badmintontoernooi .
Bas den Turck In Nederland wordt gespeeld in het badmintoncircuit Aangepast Badminton in 4 verschillende klassen (rollers, staanders, zitters en kleine mensen). Voor de beginnende spelers wordt bij de rollers en de staanders gespeeld in een B-poule. De gevorderde spelers spelen hun wedstrijden in de A-poule. Aan het circuit wordt deelgenomen door spelers met een lichamelijke beperking (rollers en staanders), een lichte geestelijke beperking (staanders), zitters (spelers met een beperking die wel zittend op de grond kunnen spelen) en kleine mensen (staanders).
Wil je meer weten over aangepast badminton neem dan contact op met Badminton Nederland via
[email protected] of stuur een mail aan ondergetekende
[email protected] Meer spelers op de toernooien betekent meer gezelligheid en vooral meer plezier. Kalender Circuit Aangepast Badminton : http:// www.badminton.nl/uitslagen/aangepast_badminton_circuit Meer over aangepast badminton is te vinden op de site van Badminton Nederland : http://www.badminton.nl/badminton_spelen/aangepast_badminton Annie van Daal, Bondscoach Aangepast Badminton Badminton Nederland TECHNISCH BULLETIN VBO pagina 6
Op 13 december 2014 heeft Marinus Wouterse de V.B.O. laten kennismaken met de wetenswaardigheden m.b.t. de vraag hoe wij leren. Een geweldige bijscholing waarbij hij ons wees op de consequenties van de werkwijze van ons brein. Hoe ervaart men en hoe leert men. Hij heeft over dit fenomeen een boekje uitgebracht waarin zoveel interessante gegevens vermeld staan, dat ik hem verzocht heb dit boekje, in fasen, te mogen publiceren in ons Technisch Bulletin. Marinus heeft hier toestemming voor gegeven en zelfs aangegeven dat u hem mag benaderen indien u vragen heeft. U kunt hiervoor gebruik maken van zijn e-mailadres: mjf@
[email protected] hem mobiel bellen: 06 54 757 699. Bovendien is het mogelijk workshops te volgen. Zijn bedrijf heeft de naam: Sports Support and Advice en is gevestigd in Oosterbeek (Gld).
DON’T TALK TOO MUCH OR TOO SOON Door: Marinus Wouterse
Bovenstaande uitspraak is van Paul Bryant. Een Amerikaanse football coach. Met deze uitspraak slaat trainer Bryant de spijker precies op de kop. De valkuil waar menig trainer in Nederland steeds weer in trapt, is in grote lijnen het geven van de hoeveelheid informatie en het tijdstip waarop. We willen ons te vaak als wandelende sporthandboeken profileren. Daarnaast zijn er nog een aantal zaken waarvan menigeen de negatieve impact niet vermoedt. Verderop in het artikel zullen die onderdelen allemaal benoemd worden. Als leraar, verbonden aan een school voor jongeren met een beperking en hierin deel uitmakend van een “lerende organisatie” die steeds weer op zoek is naar verbeteringen, vernieuwingen en verandering en (veranderende inzichten) ten aanzien van het leren (cognitie), ben ik me steeds meer gaan bezighouden met de vraag: “Hoe leren we?” Met name: wat is de betekenis van het zogenaamde “hersenlijke” gedeelte hierbij? De vraag in hoeverre motorisch leren overeenkomsten heeft met het cognitief leren achtervolgde me steeds meer. “De meeste spelers zijn technisch zwak, omdat hun voeten zo ver van hun hersenen zitten.” Co Adriaanse
TECHNISCH BULLETIN VBO pagina 7
De interesse werd alleen maar vergroot toen ik binnen de schoolorganisatie kwam te werken op de afdeling ”NAH” “. Jongeren met Niet Aangeboren Hersenletsel”. Hier kwam ik steeds meer tot het inzicht dat het aanleren van cognitieve kennis en het aanleren of verbeteren van motorische bewegings- patronen aangestuurd worden door verschillende centra. De vraag die ik me steeds vaker stelde ging dan ook over het hoe en wat van motorisch leren. Hoe meer ik erover las, hoe meer vragen zich aandienden. In de wetenschappelijke literatuur zijn momenteel meerdere theorieën over het motorisch leerproces gangbaar. Voor datgene wat ik wil behandelen heeft het weinig zin om diep op deze nieuwe inzichten in te gaan. (Nederlandse onderzoekers zoals Mulder, Bosch, Beek, Sietsma, Swaab en van Gelder hebben daar prachtige, en zeer toegankelijke boeken en/of artikelen over geschreven). Bosch geeft het kort samengevat als volgt weer: ”In de visie omtrent de nieuwe leertheorieën gaat het om het idee dat onder ieder bewegingspatroon dat iemand beheerst, vaste wetmatigheden liggen die sturend zijn voor het uitvoeren van de beweging. Bewegen is dan geen opeenvolging meer van incidenten, maar het op een variabele manier uitvoeren van bewegingen op grond van vaste, in je systeem verankerde wetmatigheden”
Leren bewegen is dan ook niet het kunnen uitvoeren van een aantal elkaar opvolgende gebeurtenissen (lineair gedachte bewegingsopbouw), maar is het leren toepassen van regulering vanuit onderliggende schema’s. Motorisch leren is dus afhankelijk van de afstemming van allerlei onderliggende regelmechanismen. Deze regelmechanismen zijn niet zichtbaar en zijn onafhankelijk van de concrete situatie waarin ze worden toegepast. Zij moeten in betreffende situaties in de hersenen herkend, ontdekt en verder uitgebouwd worden. Het leren toepassen van deze abstracte, in je hersenen verankerde concepten is in hoge mate zelforganiserend en dus ook zelflerend. Het is verstandig en effectief om deze zelflerende mechanismen centraal te stellen in de motorische leerprocessen en ze niet weg te drukken door dwingende (te talige) instructie vanuit directe procesgerichte instructie en aanwijzingen. Het wegdrukken van het zelflerende leidt tot resultaten die weinig stressbestendig zijn en die snel vergeten worden. Wat onder ander door deze theorieën steeds meer duidelijk werd was het inzicht dat de theorie over motorisch leren, zoals die in zoveel sporthandboeken weergegeven wordt, door een groot aantal wetenschappers aan de kant gezet wordt en momenteel in ieder geval als onvolledig gezien wordt. We hebben het dan o.a. over het 3-fasen model van Fitts en Posner. Vaak houdt het hanteren van dit model in dat men vooral talig bezig is. “Too often we give children answers to remember rather than problems to solve.” (Roger Lewin)
Maar taal en bewegen zijn juist twee processen die niet optimaal samengaan. Daarnaast wordt heden ten dage veelal sturing van beweging en houding via een interne focus aangeleerd. Dat wil zeggen dat we te veel aandacht aan voetenstand, houding van heupen, armen, handen, elle bogen, voeten etc. schenken. Uit wetenschappelijk onderzoek is echter gebleken dat je de aandacht bij beginnende scholing bij één of meerdere relevante aspecten juist zo ver mogelijk buiten het lichaam dient te liggen. Dus een externe in plaats van een interne focus. V. b. “je moet de bal hoog pakken” in plaats van “arm langs je hoofd en je elleboog boven je oren”. Later kom ik hier op terug. Door literatuurstudie, het lezen van veel wetenschappelijke essays aangaande het onderwerp als ook door het bijwonen van scholingen en workshops kwam ik erachter dat het aantal theorieën en inzichten langzamerhand legio aan het worden is. Voor een leek niet werkbaar. In de loop van de tijd heb ik vanuit de diverse heersende inzichten omtrent motorisch leren, zoals ze door wetenschap wordt aangeboden en uitgelegd, een aantal voor mij bruikbare principes gefilterd en geprobeerd ze een plaats binnen het volleybal te geven. Daar waar ik een duidelijke transfer naar het volleybal vermoedde ben ik gaan verdiepen. Met deze nieuwe “inzichten” (die natuurlijk niet nieuw zijn; onbewust zijn veel trainers al op deze manier bezig en omdat ze vanuit bestaande en reeds gedocumenteerde wetenschap komt), heb ik een “eigen trainingsvisie” samengesteld en ben daarmee aan de slag gegaan. Natuurlijk ook gevoed en aangevuld door op- en aanmerkingen van veel collega’s en het maken van veel contacturen met collega trainers. Grondgedachte en Leidmotief hierbij was steeds de visie zoals hierboven beschreven. Doordat de positieve feedback die ik van veel spelers en trainers kreeg groot werd en de werkbaarheid dus (feitelijk) in trainingen merkbaar en effectief was ben ik me gaan afvragen of alles wel “klopte.” Ik wilde voor mezelf weten of, datgene wat zo goed aanvoelde ook daadwerkelijk vanuit de wetenschap gesteund werd. Daarom ben ik uiteindelijk te rade gegaan bij een drietal experts.
TECHNISCH BULLETIN VBO pagina 8
De neuropsychologen dhr. M. Noordzij van de universiteit van Twente en de dhr. E. Abrahamse van de universiteit van Gent en dhr. Bosch, docent anatomie en motorisch leren aan de Fontys Sporthogeschool Tilburg. De laatste wist me ervan te over- tuigen ook aandacht te schenken aan het begrip differentieel leren. Dank gaat naar hen uit voor getoonde aandacht en advies. Verder hoop ik dat er veel trainers zijn die zeggen dat het allemaal niet echt nieuw is wat ik aandraag, want daarmee geven ze expliciet aan dat het voor hen herkenbaar is en dat we/ze goed bezig zijn. “People who live in the past generally are afraid to compete in the present. I’ve got my faults, but living in the past is not one of them. There is no future in them”. (Jake Gaither) Een tijd geleden had ik het genoegen een clinic bij te wonen van Julien van den Vijver. Trainer coach van het Belgische nationale team dames jeugd. Voordat hij zijn visie op trainen prijs gaf vroeg hij de aanwezige trainers zijn manier van werken te respecteren. Vragen stellen mocht natuurlijk wel. Hij wilde geen verantwoording afleggen omtrent zijn werkwijze. Behaalde successen en reacties van betrokkenen waren voor hem het bewijs dat het werkte. Zo sta ik er ook in. Voor mij werkt het. Wat daarnaast voor mij gold en steeds zal gelden is de quote van genoemde Jake Gaither en de visie van Ton Boot die beide zeggen: “Op het moment dat ik denk uitgeleerd te zijn stop ik acuut met het coachen“. Binnen het Nederlandse volleybal heb ik af en toe het idee dat we vast blijven houden aan de visie en successen vanuit het verleden. Echter net als in het bankwezen geldt: ”Behaalde successen uit het verleden bieden geen garantie voor de toekomst”. Meer nog zou je het kunnen vergelijken met het zoeken van je weg met behulp van Tom Tom. Wanneer je het Tom Tom geheugen na verloop van tijd niet van de juiste updates voorziet zal de ingestelde eindbestemming naar alle waarschijnlijkheid wel gevonden worden, echter anderen die dezelfde eindbestemming hadden ingevoerd en hun systeem van juiste updates hadden voorzien zullen sneller, gemakkelijker en met minder kans op verdwalen hun reisdoel bereiken. TECHNISCH BULLETIN VBO pagina 9
Ze kunnen sneller naar hun nieuwe bestemming opstomen en jij, jij loopt er constant achteraan. Volleybal is de laatste jaren enorm veranderd. Inzichten dienen bijgesteld te worden. Hetzelfde blijven doen en dan denken dat het beter gaat kan niet meer. Ik wil mijn inleiding dan ook afsluiten met een quote van Frank Robinson die zei: “Don’t let yesterday take up too much of today”. Vrij vertaald: “Laat het verleden het heden niet teveel beïnvloeden”. Aanvullend zou ik de woorden van collega volleybaltrainer Mark Lebedew willen gebruiken die zelf een groot aanhanger is van sportwetenschappen en altijd op zoek is naar andere visies en inzichten. Hij zegt: ” The deepest lesson for me is the simple one that to achieve great things you can’t be limited by what happened before. You need to develop new ways of thinking and new ways of working. It’s simple really.”
“Don’t limit a child to your own learning - for he was born in another time”. (Rabbinical saying) ‘Veel van de gepostuleerde inzichten zijn zeer speculatief en sommige zullen ongetwijfeld incorrect blijken, maar voor elk geval heb ik de redenen gegeven die me tot een bepaald inzicht ten gunste van een en ander gebracht hebben….foute feiten zijn buitengewoon nadelig voor de voortgang van de wetenschap aangezien ze vaak lang stand houden; maar verkeerde zienswijzen, wanneer ze vergezeld gaan van enige vorm van bewijs, kunnen weinig kwaad aangezien iedereen genoegen schept in de ontkrachting ervan…….’ (Charles Darwin) Wordt vervolgd.
-
WORLD BADMINTON EDUCATION APP Op 22 februari heb ik mogen kennismaken met deze APP. Door Badminton Nederland uitgenodigd om deel te nemen aan een sessie over deze APP, welke in samenwerking met de IBF ontwikkeld is, had ik deze op een tablet geïnstalleerd. Grafisch fraai met veel extra informatie. Claus Poulsen en Kenneth Larsen waren aanwezig om ons te informeren, instrueren en aan het werk te zetten. Alle onderwerpen zijn voorzien van korte (plm 10 sec) films en aanwijzingen over het onderwerp. Het mag duidelijk zijn dat niet alles kan worden beschreven en/of getoond. Er zijn altijd situaties waarbij het juiste antwoord verschuldigd blijft. Je zult dus soms zelf oplossingen moeten bedenken. Wij zijn uiteraard ook aan het werk gezet. FH en BH ND in het midden met spin. De shuttle wordt in het midden aangegooid. De shuttle zal automatisch clockwise gaan spinnen. Dat komt door de veren. Het is vervolgens de bedoeling de shuttle met meer spin terug te spelen. BH Netdrop: De arm dient altijd iets gebogen te zijn om een goede slice beweging te kunnen creëren. De slagbeweging dient clockwise te geschieden. Slagbeweging: Eerst pronatie en dan supinatie. FH Netdrop: De grip iets aanpassen. Racket iets linksom in de hand. Clockwise onder de shuttle draaien met alleen supinatie.
Speel je een ND met spin middels een FH of een BH slag? Hierbij moet je met meerdere factoren rekening houden. Eén daarvan is de beweging welke de pols kan maken. Naar binnen buigen gaat verder dan omhoog buigen. Daardoor is het lastiger een BH ND met spin te spelen. Maar… hij is wel scherper! Een FH ND met spin is altijd hoger dan een BH ND maar wel makkelijker. De oplossing: Indien de tegenstander dichtbij staat gebruik je de BH en indien de tegenstander ver weg is gebruik je de FH. Vervolgens kwam het voetenwerk naar de FH en BH ND hoek ter sprake en werden de looptechnieken behandeld. Of je naar de hoek loopt met chassee of met een cross pas is afhankelijk van de positie waar vanuit gestart wordt. De cross pas is achterlangs om het bewegingspatroon zo rustig mogelijk te houden. Voetenwerk in combinatie met de ND: Opdracht de shuttle moet méér gaan spinnen Welk voetenwerk? En lukt het wel om een shuttle meer te laten spinnen? Wanneer gebruik je een “hoge” voorspanningssprong en wanneer een “lage”? Allemaal zaken die aan de orde kwamen en die het weten waard zijn. Michel Wolf.
Vraag van Kenneth: Wat gebeurt er bij een spin van een linkshander? Als je een spin wilt spelen is het dan makkelijker indien je linkshandig speelt of juist niet. Het antwoord is: Niet. Dit omdat de slagbeweging rechts voor het lichaam begint en de linkshander moet zijn racket daarvoor meer verplaatsen.
TECHNISCH BULLETIN VBO pagina 10
FITHEID Door: Chris Wieland 1 2 3 4 5 6 7 8
Behendigheid Plaatselijk spieruithoudingsvermogen Hart-, vaat- en ademhalingsvermogen Absolute kracht Snelkracht Snelheid Lenigheid Handhaven van een geschikt lichaamsgewicht
Behendigheid.
(lichaamsvlugheid)
Dit is het vermogen, in één snelle beweging, direct en precies van richting te veranderen. Het verschil in behendigheid tussen twee even technische spelers is: De één speelt een onmogelijk geachte return de ander niet. Het plotselinge, met precisie, kunnen veranderen van richting, wenden en keren, is kenmerkend voor een behendige speler. Plaatselijk spieruithoudingsvermogen.
Kracht. Dit is het vermogen van de sporter een object op te tillen of druk uit te oefenen tegen een onverplaatsbaar object. Geen van beide is nodig bij badminton. Snel kracht. Dit is het vermogen van de sporter de maximum kracht vrij te maken op een gecoördineerde manier in de korts mogelijke tijd. Een badmintonner is niet speciaal sterk, maar kan wel zijn aanwezige kracht razend snel ontwikkelen. Bijvoorbeeld bij een krachtige smash. Belangrijk is de kracht van de benen. Daardoor hoeft men achteruit springend naar een shuttle in de backhandhoek deze niet backhand te nemen maar kan deze nog forehand smashen. Illustratief hiervoor is een meisje met armen met een omvang van de helft van de mijne, die ik een smash zag spelen zo hard en zuiver dat ik er op dat moment jaloers op was! Snelheid. Dit is het niet het vermogen om snel te lopen. Bijvoorbeeld over 100 meter, maar meer het vermogen om snel te kunnen accelereren in alle richtingen.
Dit is het vermogen spiergroepen herhaaldelijk te gebruiken zonder al te veel vermoeidheid. Bij badminton worden bepaalde spiergroepen veel gebruikt bijvoorbeeld spieren van de pols, onderarm en schouder worden vele malen gebruikt in een wedstrijd. Deze spieren hebben een hoog uithoudingsvermogen nodig en dienen overeenkomstig Lenigheid. geoefend. Dit is het vermogen de romp en ledematen een grote Hart-, vaat- en ademhalings- uithoudingsver- bewegingsuitslag te geven. mogen. Een lenige speler heeft voordeel ten opzichte van een minder lenige speler. Dit is het vermogen van een sporter lange perioden van activiteit aan te houden speciaal als er grote Handhaven van een geschikt lichaamsgewicht. spiergroepen betrokken zijn. Badminton eist een constante energie voorziening van deze heftig Geen goede lichaamsproporties beïnvloedt de lichawerkende spieren. Dit kan alleen gebeuren als het melijke fitheid. hartvaat systeem en de longen capabel zijn dit werk Een extra pond vet bijvoorbeeld, moet worden efficiënt te verrichten gedurende lange perioden. verzorgd door meters bloedvaten en leidt tot extra
TECHNISCH BULLETIN VBO pagina 11
werk voor het hart om daar bloed door te pompen. Vet kan geen bewegingen veroorzaken, spieren wel. Vervanging van vet door spierweefsel is noodzakelijk. Extra vet zal de behendigheid, snelheid, en lenigheid sterk nadelig beïnvloeden. Nu wil ik wat verder ingaan op het eerste punt: De behendigheid. Dit tezamen met een ander belangrijk punt in de badmintonsport: Het reactievermogen. Hier volgen een aantal oefeningen voor een groep van 20 a 30 badmintonspelers/sters. Oefening 1: Laat de sporters in een kring met een rustig looppas tempo lopen met +/- 1,5 meter tussenruimte en luister naar het geluid wat de groep maakt alleen door dit lopen. Maak de sporters attent op dit lawaai en vraag de groep (uiteraard met luide goed verstaanbare stem, dit geldt ook voor alle volgende oefeningen) om lichter te gaan lopen. Je merkt onmiddellijk dat het geluid aanzienlijk minder wordt. Je attendeert de groep nog eens extra hierop. Lichtlopen kost minder energie! Geef hierbij een uitleg over dit lichtere lopen. We lopen op een dansachtige manier met de voeten dicht bij de vloer. Je kunt dan ook, omdat de voeten zo dicht bij de vloer zijn, sneller en directer van richting veranderen. Uiteraard, als het spelbeeld hierom vraagt, moet je de voeten hoger optillen. Bijvoorbeeld bij uitvalpassen of springen. (Deze oef; duurt +/- 3 min.) Oefening 2: Als de groep op deze manier loopt vragen we de groep op het commando: “JA” direct te stoppen en daarna direct weer door te lopen. ( +/- 2 min) Oefening3: Nu vragen we de groep op het commando: “NU” om te draaien en de andere kant uit te lopen. (+/- 2min). Oefening 4: We geven nu deze commando’s: “JA” en “NU” door elkaar heen en letten goed op sporters die niet goed reageren en maak ze hierop attent. (+/- 2 min). Oefening5: We gaan even terug naar oef 2. Alleen verandert het commando, nu steken we één arm omhoog en vragen de groep hierop visueel te reageren zoals in oef 2 dus stoppen en doorlopen. (+/-2min).
Oefening6: Weer gaan we terug nu naar oef 3 alleen het commando verandert weer we steken nu 2 armen omhoog en vragen de groep hierop visueel te reageren zoals in oef 3 dus om draaien en de andere kant oplopen. (+/- 2 min). Oefening 7: Nu geven we de commando’s 5 en 6 door elkaar heen. (+/- 2 min). Oefening8: We geven nu de commando’s 2, 3, 5 en 6 door elkaar heen en vragen de groep hier adequaat op te reageren. (+/- 2 min). Uiteraard lopen we nu nog steeds in looppas in een kring rond ook tussen de commando oefeningen. Attendeer de groep erop dat dit uitrust-momenten zijn! Oefening9: Nu vragen we de kring op het commando: “JA” de andere kant uit te lopen en degene die voor hem loopt op de rug te tikken. Grote hilariteit ontstaat nu en de kring valt aan alle kanten uiteen. Probeer zo snel mogelijk de kring weer in zijn normale proporties te herstellen en wijs weer op het uitrustend lopen. Herhaal dit enige keren. (+/- 3 min.) Oefening10: Als de kring weer hersteld is nummeren alle we sporters met 1 en 2. Als er een oneven aantal sporters is komt er één setje van 3 personen. Nu vragen we de nummers 2 op het commando “NU” snel voor de nummers 1 te gaan lopen. Als dit weer in gang is vragen we de nummers 1 op hetzelfde commando snel voor de nummers 2 te gaan lopen. Dit herhalen we een aantal keren. ( +/- 2 min) Oefening11: Vraag nu de Nummers 1 en 2 naast elkaar te gaan lopen en op commando: “ NU” van plaats te wisselen. Ook dit herhalen we een aantal keren. (+/- 2 min) Oefening12: De kring gaat weer in een rustige, uitrustende, looppas, allen achter elkaar, verder. Vraag nu alle nummers 1 op het commando: “NU” door het midden van de kring te lopen zonder iemand anders te raken, naar de andere kant van de kring te gaan en daar verder te lopen. TECHNISCH BULLETIN VBO pagina 12
Dit vereist veel behendigheid en reactievermogen. Hetzelfde doen we met de nummers 2. Herhaal dit een aantal keren. (+/- 3 min) Oefening13: Laat nu de kring stilstaan. Vraag de sporters met hun front naar het midden te gaan staan, laat iedereen elkaar een hand geven en ook direct weer loslaten. Zo komen ze allemaal op gelijke afstand te staan. Dit op 2 sporters na die buiten de kring blijven. Nu benoemen we één van hun als wegloper en de ander als jager. Dit met de volgende eenvoudige spelregels: De wegloper en de jager lopen buiten de kring. Als de wegloper 4 personen voorbij is gaat het tempo omhoog en mag de jager gaan jagen met andere woorden: Hij probeert de wegloper op de rug te tikken. De wegloper moet nu voor een andere sporter gaan staan en is dan vrij. Echter hij moet deze move binnen een range van 5 personen doen. Degene waar de wegloper voor is gaan staan wordt nu wegloper en de jager jaagt nu op deze persoon. Enzovoort enz. enz. Als de wegloper getikt is wordt deze nu jager en de jager wegloper en gaat alles de andere kant op met dezelfde spelregels. Dit alles lijkt op een kinderspelletje, echter van alle sporters wordt grote oplettendheid en reactievermogen vereist, voorwaar uitstekende behendigheden voor een badmintonspeler. In het begin van dit alles zal het geheel wat stroef verlopen, echter na enige tijd zal alles razend snel gaan en hebben wij ons doel bereikt. “Behendige en snel reagerende badmintonspelers.” ( +/- 5 min.) Oefening14: De kring staat weer stil, geeft elkaar een hand en houdt nu vast. De trainer neemt nu deel aan de oefening. Hij staat buiten de kring, wijst aan de overkant van de kring iemand aan, noemt zijn naam, en zegt naar deze persoon toe te gaan lopen. Uiteraard om de kring heen. De kring probeert dit te verijdelen door te gaan draaien zodat hem dit niet zal lukken. De trainer op zijn beurt zal door allerlei schijnbewegingen uit te voeren trachten zijn doel te bereiken. Elke individuele sporter zal nu gedwongen worden door de kring adequaat te reageren. (+/- 3 min.) Oefening15: Nu een oefening in een rechte lijn. De nummers 1 en 2 zoeken elkaar weer op bij een startpunt en vormen een koppel. Alle anderen vormen ook koppels en staan nu stil hierachter en TECHNISCH BULLETIN VBO pagina 13
bereiden zich voor op de dingen die gaan komen. De nummer 1 van het eerste koppel start en loopt aan de rechterkant de nummer 2 links ernaast . Als nummer 1 gaat lopen volgt nummer 2 direct naast hem. Gaat nummer 1 stil staan doet nummer 2 hetzelfde. Nu probeert nummer 1 de nummer 2 door allerlei schijnbewegingen al lopend te misleide. Nummer 2 probeert hier niet in te trappen en alle bewegingen exact te volgen . Dit gaat zo door tot er geen beschikbare ruimte in rechte lijn meer is. Het koppel loopt nu langs een andere weg terug naar de groep en wacht daar op een volgende ronde nu met de no 2 als aangever aan de rechterkant. Als het eerste koppel +/- 2 meter weg is start het 2de koppel. Na 2 meter het 3de koppel, enzovoort enz. enz. Als alle koppels zijn geweest start zoals gezegd het eerste koppel met de nummer 2 nu als aangever. De overige koppels wachten even hun beurt af bij het startpunt. Besteed hier geruime tijd aan en probeer het tempo op te voeren door de aan de beurt zijnde koppels hierop te wijzen bij het startpunt ( Klaarstaan! Kom op: Klaarstaan! ) en het geheel steeds sneller door adequate aanwijzingen op een goede, steeds snellere manier te laten verlopen. Oefening16: Weer een oefening in rechte lijn. Het is nagenoeg dezelfde oef. 15 met dit verschil dat de sporters nu met het gezicht naar elkaar toe staan en alles met sidesteps doen. (Sidesteps zijn zijwaartse aansluitende passen). Oefening17: Als laatste verzamelen we alle deelnemers in één groep vóór de trainer en verzoeken we de groep voldoende afstand van elkaar te nemen. Dan vragen we de groep alle loopbewegingen van de trainer te volgen. Dus als de trainer naar voren loopt gaat de groep naar achteren, gaat de trainer opzij dan gaat de groep in die richting onmiddellijk mee opzij. Vervolgens maakt de trainer alle loopbewegingen die bij badminton mogelijk zijn en ziet de groep in spiegelbeeld direct reagerend volgen. Als dit redelijk goed gaat probeert de trainer de groep op het verkeerde been te zetten door schijnbewegingen of de verkeerde richting met zijn arm aan te geven en zelf de andere kant op te gaan. Besteed hier voldoende tijd aan om een goed lopende oefening te verkrijgen.
To "Shuttletime" or not to "Shuttletime". Door: Henri Vervoort Dit zijn een keer niet meteen oefeningen, maar een soort van “entree” naar een stukje kennis. Onlangs had ik namelijk het genoegen van wat dichterbij de Nederlandse situatie te mogen meemaken en het viel me op dat er hier en daar wat aan kennis ontbreekt. Dan bedoel ik niet eens zozeer over topsport, daar kan ik inkomen, maar vooral over het “hoe te beginnen met badmintonners” en dan met name kinderen.
Ervoor te zorgen dat kinderen succes ervaren tijdens badminton, hetgeen helpt bij de motivatie. Te helpen doelen van lichamelijke opvoeding door middel van badminton te bereiken. Leraren en trainers te helpen een positief imago van badminton te kunnen neerzetten.
Het oude spreekwoord “een goed begin is het halve werk” is ook binnen onze sport zeker van toepassing.
Dit zijn de officiële doelen. Maar wat omvat het project?
Daar waar er nogal wat discussie kan zijn over waar de sport zich op topniveau heen beweegt en het dus niet altijd makkelijk is, staat het tamelijk vast wat de eerste vaardigheden zijn die we willen aanleren.
Een handwerk voor de trainer/leraar, met 10 modules over het plannen en geven van badmintonlessen. Hierin wordt ook ingegaan hoe je problemen op kunt lossen met: veel spelers, weinig ruimte, te weinig materiaal, fysieke beperkingen enzovoorts.
Dit baseert zich namelijk gewoon op bewegingswetenschappen en kennis die bestaat over het aanleren van motorische vaardigheden. De Badminton World Federation (BWF) heeft deze kennis gebundeld in een project wat in eerste instantie gericht is op het schoolbadminton: Shuttletime. Hierin zijn 22 volledige badmintonlessen van 60 minuten opgenomen. Deze zijn gratis te downloaden op de website van de BWF. Je hoeft enkel je email te registreren.
Het doel van Shuttletime is om: Leraren (en trainers zou ik graag willen toevoegen) te helpen leuke en veilige badmintonlessen te laten geven.
Verder zijn er 22 volledige lessen met mogelijkheden om iedere oefening moeilijker of makkelijker te maken. Deze lessen beginnen met goed haalbare dingen, zelfs voor jonge kinderen, en helpen bij het goed aanleren van badmintonvaardigheden: rotaties, coordinatie, stoppen-starten, vangen-gooien, een vliegend object raken, enzovoorts. De lessen zijn namelijk gebouwd op de principes die ik eerder al aanhaalde: hoe leren kinderen beter? Een voorbeeld over iets wat in Shuttletime misschien wel te kort wordt aangegeven (maar het is juist indien iedere trainer zijn eigen voorkeursmateriaal ergens in kan vinden) en waar ik persoonlijk bij de jeugd een groot voorstander van ben is, om bij afwezigheid van korte rackets, de rackets bij het T-stuk te laten vasthouden. De duim en wijsvinger vormen als het ware een pincet dat de onderkant van het blad vasthoudt. De overige drie vingers zitten om de steel heen. De speler kan het racket nu dwars voor zich houden door gewoon de arm uit te strekken met de handpalm naar beneden.
TECHNISCH BULLETIN VBO pagina 14
Het blad zal nu recht voor je zijn en de grip aan de rechterkant. Met een shuttle of eventueel met een langzamer voorwerp (dat kan van ballon, tot de houder van eieren of wat je maar kunt bedenken), kun je de kinderen vervolgens een onderhandse backhand met rotatie aanleren door ze te vertellen: Nu zorg je ervoor dat het handvat recht omhoog wijst, je gooit de shuttle met je andere hand omhoog en nu draai je je hand om zodat het handvat recht naar beneden wijst. Dit is een slag. Met de echt kleine kinderen ga je ze eerst met gestrekt arm een voorwerp laten raken, maar zodra ze dit kunnen ga je met rotaties werken. Kunnen ze dit met een verkorte grip op het racketblad, dan gaan ze een normale verkorte grip gebruiken maar met aandacht voor dezelfde beweging. Vervolgens kunnen ze elkaar aangooien en probeert de gooier de shuttle te vangen met 1 hand. Enzovoorts. Met andere woorden Shuttletime werkt in progressie, van makkelijk naar moeilijker, met uitdagingen in iedere oefening. Mocht je na het lezen van de omschrijving van de oefening hem nog niet helemaal begrepen hebben, dan ga je naar de videoclip die erbij hoort op youtube (link via de BWF site). Je kunt ze ook downloaden. Daarbij wordt mondeling (in het engels) uitgelegd hoe de oefening werkt terwijl je naar beelden daarvan kijkt. Is Shuttletime perfect? Nee, er zitten dingen in die ik anders zou doen, maar dat wil niet zeggen dat het niet zéér nuttig zou zijn voor de gemiddelde Nederlandse en buitenlandse club. Hoe kunnen we Shuttletime gebruiken in ons land? Ten eerste moeten we af van het idee dat we al iets beters hebben, zoals Badminton Nederland destijds vertelde aan Badminton Europe. Mochten we toch iets beters hebben, laat het ons alsjeblieft weten, en belangrijker nog: ga ermee aan de slag. Als Badminton Nederland Shuttletime zou gaan promoten, kost dit nauwelijks iets. Het programma bestaat al, je vermijdt interne discussies over de inhoud, maar je zou kunnen overwegen het door vrijwilligers te laten vertalen zodat het in het
TECHNISCH BULLETIN VBO pagina 15
Nederlands te gebruiken is. De BWF staat hiervoor open. Hiermee zou Badminton Nederland een nuttige rol kunnen spelen richting de gemiddelde club, dus niet perse de eredivisievereniging, al zouden deze er ook zeker baat bij kunnen hebben. De club kan nu met een wereldwijd erkend project binnenkomen bij de scholen, gesteund door de nationale bond, het is dus niet meer een lokaal en steeds verschillend initiatief. Het is simpel uit te voeren voor leraren en vrijwilligers of trainers die de scholen ingaan. Dit levert ledenwinst op voor clubs. Met Shuttletime hebben clubs ook zonder echte trainer tenminste de tools in handen om ze al een flinke stap op weg te helpen, leuk bezig te houden en een beetje creatief persoon zal gestimuleerd worden om er zelf variaties op te bedenken. Ideaal gezien ga je dan de volgende stap oppakken door scholen, academies, grotere clubs enzovoorts, om deze kleinere clubs verder te helpen. Hoe meer leden deze hebben en hoe beter ze beginnen met Shuttletime, des te makkelijker is het om spelers verder te brengen: Je hebt er meer van in je omgeving en ze zijn al beter opgeleid. Dit zorgt er op de langere termijn weer voor de je meer en meer leden krijgt en gemiddeld betere jeugdspelers en dus betere senioren. Al moeten we hier dan wel een fatsoenlijke structuur bij opzetten, de opleidingen verbeteren, de topsportsector verbeteren, enzovoorts. Maar voor de gemiddelde club is Shuttletime een enorme aanwinst! En voor iedere trainer een must om tenminste te kennen en er delen van te kunnen gebruiken. Het antwoord op de vraag die in de titel gesteld wordt, is dus duidelijk.
Oefenvormen Gemengd dubbelspel. In het verslag over de bijscholing van Rob Ridder (Almere, 31.10.2013) staat het volgende citaat: “Een dame staat nooit in het midden, na de service van de heer. Dit geeft de tegenstander teveel mogelijkheden” Dit houdt in, dat de dame bij een service van de heer vanaf rechts de linker nethelft afschermt. (slagen rechtdoor) De tegenstanders worden zo gedwongen tot crossreturns (kort) of tot het slaan van een lift. Netreturns of halfcourt pushes rechtdoor zijn minder voor de hand liggend, omdat dan binnen het bereik van de dame wordt gespeeld. Dit houdt tevens in, dat de heer de crossreturns en de lifts moet beantwoorden en daardoor ¾ van de baan moet afdekken. Oefening 1: Heer serveert van rechts, return van de dame van de opponent , de rally wordt uitgespeeld. Opmerking: Om de oefenende partij (de serverende partij dus) vertrouwen te geven, wordt het achterste gedeelte van het speelveld niet meegerekend. Géén flickservice toegestaan. Oefening 1a: De koppels wisselen van taak (ontvangers worden serveerders en vice versa) Variatie: De heer serveert op de heer. Oefening 2: Als oefening 1, maar nu van links.
Oefening 4a: Wissel Variatie: De heer serveert op de heer. Oefening 5: Als 1, maar nu wordt het gehele speelveld gebruikt. Oefening 5a: wissel Variatie 1: De heer serveert op de heer Variatie 2: Flickservice is wel toegestaan. Oefening 6: Als 5 maar nu van links Variatie: De heer serveert op de heer. Simpele, maar hopelijk doeltreffende oefeningen, die jullie kunnen helpen bij het ontwikkelen van een tactiek gemengd dubbel bij je spelers.
Oefening 2a: Wisselen van taak Variatie: De heer serveert op de heer. Oefening 3: Als 1, maar nu mag ook de flickservice gespeeld worden. Variatie: De heer serveert op de heer. Oefening 3a: Wissel Variatie: De heer serveert op de heer. Oefening 4: Als 3, maar dan van links serveren
Dit is een artikel uit de nalatenschap van Fred Besselink. Fred was altijd bereid zijn kennis te delen en hoopte dat velen zijn voorbeeld zouden volgen. Mijn verzoek aan u is dan ook: Laat uw collega's meegenieten van uw ervaringen en ideeën. Hoe beter uw collega's worden, hoe groter de kans dat hun leerlingen onze sport trouw blijven en met plezier beleven.
TECHNISCH BULLETIN VBO pagina 16
VOG perikelen Door: Wim Knaap. Tegenwoordig horen wij het steeds meer dat een trainer een VOG moet kunnen overleggen. VOG staat voor Verklaring Omtrent Gedrag. Deze maatregel is ontstaan door de misstanden welke binnen en buiten de sportverenigingen maar ook binnen andere organisatievormen zijn voorgekomen. De overheid heeft daarom de VOG bedacht waarbij de trainer een soort verklaring van goed gedrag krijgt. Een mooie maatregel doch dit biedt geen enkele garantie. U krijgt in ieder geval een VOG als u geen strafbaar feit(en) heeft gepleegd dat relevant is voor de betreffende functie. U vraagt een VOG aan via de gemeente waar u staat ingeschreven in de BRP (Basisregistratie Personen) of via het internet. Uw aanvraag dient u in door een volledig ingevuld aanvraagformulier bij de afdeling Burger-/Publiekszaken. U ontvangt dit formulier van degene die u vraagt een VOG te overleggen. Meestal is dat de (toekomstige) werkgever/vereniging. Ministerie van Veiligheid en Justitie de Dienst Justis screent de persoon die een VOG aanvraagt door het doen van onderzoek naar het justitiële verleden van de aanvrager. De VOG is slechts een verklaring waaruit blijkt dat het gedrag van de aanvrager in het verleden geen bezwaar vormt voor het vervullen van een specifieke taak. Binnen 8 weken na ontvangst van uw aanvraag, wordt door Justis een beslissing genomen. Justis beslist namens de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie of u een VOG krijgt. In de praktijk krijgt u uw VOG meestal binnen anderhalve week. Als uit onderzoek van Justis blijkt dat u in aanraking bent geweest met Justitie, gaat Justis na of dit relevant is voor het doel waarvoor de verklaring is aangevraagd. In dat geval duurt het vaak langer dan 2 weken voordat u bericht krijgt.
TECHNISCH BULLETIN VBO pagina 17
Wat zijn nu de echte problemen? 1. Een trainer kan binnen een vereniging jaren actief zijn en dan bedoel ik dat juist iets anders dan het training geven. Wij kennen inmiddels al vele voorbeelden van de misstanden in de sportwereld. Ik laat andere problemen zoals binnen de kerk(en), scoutingclubs, buurtverenigingen etc. gemakshalve buiten beschouwing zonder aan de problematiek afbreuk te doen. Ik wil in dit artikel mij specifiek richten op het sportgebeuren. Wij kennen allemaal affaires uit de judowereld, turnbond, zwemleraren, de hockeytrainers en noem maar op. Zwart wit gesteld het komt eigenlijk in iedere sport voor. Het komt helaas meer voor dan wij denken en weten. Vaak hoor je achteraf dat menigeen een onderbuik gevoel heeft gehad maar het niet hard kunnen maken door gebrek aan bewijs. Soms ontstaat een geruchten circuit met het risico van onjuiste informatie. 2. Geeft een VOG een garantie? Nee, in het geheel niet. Iedereen kan een VOG krijgen als deze in het verleden zich niet schuldig heeft gemaakt aan strafbare feiten en daarvoor is veroordeeld. Justis kijkt alleen naar het verleden meer ook niet. U krijgt in ieder geval een VOG als u geen strafbaar feit heeft gepleegd en daarvoor is veroordeeld dat relevant is voor de betreffende functie. Dit impliceert dat een trainer zich schuldig kan maken aan ……… Jaren geleden is een bijscholing geweest naar aanleiding van de affaire in de Judowereld. Cees Slot van het NFWS heeft toen op een voortreffelijke wijze aangegeven hoe zaken in elkaar staken. Voorop dient uitdrukkelijk gesteld te worden, dat als iemand aan een of meer onderstaande voorbeelden voldoet dat dit niet wil zeggen dat hij/zij fout bezig is. Er zijn gelukkig meer goede trainers dan foute trainers binnen onze badmintonwereld aanwezig. Ik citeer enkele voorbeelden c.q. kenmerken welke zijn aangereikt en waarop gelet kan/moet worden: Als een trainer steeds meer bepaalde taken naar zich toe gaat trekken welke primair bij de ouders/ opvoeders thuis horen.
Zich specifiek op één sporter gaat richten en de sporter separeert van de groep. De sporter als zijn pupil/kind gaat beschouwen. Tegen prestaties worden gevraagd of verlangd voor zijn inzet. Meer lichamelijke contacten heeft dan gebruikelijk. Cadeaus gaat geven als de pupil jarig is en bijvoorbeeld de anderen het niet krijgen. De sporter afhankelijk maakt van de trainer. Vermoeden van ongewenst gedrag. Wat te doen als u een steeds sterker vermoeden hebt over ongewenst gedrag. Dan is de vraag waar kan ik met mijn gevoelens of waarnemingen naar toe. U kunt dit ook met uw huisarts bespreken, deze kan u eventueel doorverwijzen naar een vertrouwens persoon. Ook het NOC*NSF heeft ook een meldpunt Vertrouwenspunt Sport telefoonnummer 0900 202 5590 of u kunt per e-mailen
[email protected]. contact met hen opnemen.
Tot slot. Ik ben mij terdege van bewust dat het een gevoelig onderwerp is en dat een beschuldiging soms vergaande gevolgen kan hebben voor alle betrokkenen. Maar misbruik behoort niet tot ons werkterrein. Het kan ons vakgebied juist meer onnodige schade toebrengen door geschonden vertrouwens. Denk hierbij dat u trainer wordt bij een vereniging waarbij problemen zijn geweest met uw voorganger. U moet veel doen om het geschonden vertrouwen terug te gaan winnen. Ik houd het slechts bij een aantal algemene zaken maar er veel meer bekend. Naar mijn mening een herhaling van deze bijscholing in de toekomst is zeker de moeite waard en zie met belangstelling deze bijscholing tegemoet.
Website: VBO-trainer
Om zijn leden nog beter van dienst te kunnen zijn is de V.B.O. bezig met het opzetten van een nieuwe website. Hiervoor is er een samenwerkingsverband aangegaan met het Horizon College in Purmerend. Het is een proefproject waarin leerlingen, die bezig zijn met hun opleiding in de ICT, de website gaan ontwikkelen. In het verleden moesten zij websites maken die daarna geen bestemming hadden. Dat was niet bepaald motiverend. Nu moeten de leerlingen het gesprek aangaan met een afvaardiging van de V.B.O. om tot een website te komen. De leerlingen hebben als basis de oude website en verwerken daar onze wensen in om zo tot een nieuwe opzet te komen. Op 1 mei hebben de leerlingen een eerste plan van aanpak gepresenteerd. In het plan hebben zij het geheel opgesplitst in deelprojecten en ieder deelproject hebben zij aan een groep leerlingen toegewezen. Deze deelprojecten gaan zij nu verder uitwerken en dan presenteren zij begin juni een eerste opzet van de nieuwe website.
Het is voor de leerlingen ook een proces om te leren hoe zij na hun opleiding om moeten gaan met de praktijk.
De leerlingen worden goed begeleid door een docent die zelf ervaring heeft met het maken van websites. Tot op heden lopen de contacten heel goed en zijn we heel tevreden over de gang van zaken. We hebben van de docent begrepen dat het zo positief is ontvangen dat zij al plannen maken om in het volgende schooljaar weer voor deze opzet te kiezen. Ze hebben ook aangeboden om het eventuele onderhoud, wijzigingen of verbeteringen van onze website uit te voeren. We moeten er alleen rekening mee houden dat ze niet continue bezig zijn met de website maar ook nog andere lessen moeten volgen. TECHNISCH BULLETIN VBO pagina 18
Het opzetten van de website kan daarom wat langer duren. We hebben al aangegeven dat dit geen probleem is zolang de oude website nog in de lucht is. We zien er naar uit om de ideeën van de leerlingen te zien. Wat betekent dat voor onze VBO-leden? De opzet is dat naast de gebruikelijke informatie ook een Kennisbank wordt opgezet voor en door onze VBO-leden. Dit deel is alleen toegankelijk voor de VBO-leden. Daarnaast wordt ook de mogelijkheid gecreëerd van een BLOG. Ook dit is voor de VBO-leden een belangrijk onderdeel om discussies op gang te brengen of meningen te ventileren. Uiteraard zullen daar wel bepaalde spelregels voorgelden.
BESTUUR VOORZITTER Deze functie is vacant
[email protected] SECRETARIS José van Lienden - de Knecht
[email protected] PENNINGMEESTER Michel Wolf
[email protected] WERKCOMMISSIE TECHNISCHE ZAKEN (WTZ) VOORZITTER Elroy Lionarons
[email protected] Francien van der Aar
[email protected] LEDEN Ruud Bremmer Projecten en decentrale bijscholingen Han van Room Accommodatie bijscholingen Eric Krom Geluid John Titaley Beeld- en geluidregistratie bijscholingen Wim Polman Productie TECHNISCH BULLETIN VBO pagina 19
Ten aanzien van de kennisbank. Hierin worden momenteel, in concept, diverse testen met toelichting opgenomen, zoals coopertest, shuttleruntest, 10 x 5 meter, 10 x 6,1 (badmintonbaanbreedte), 500 techniekentabel, sprongtesten en de daarbij behorende formulieren voor het registreren van de gegevens. Dit is pas een kleine opsomming van de plannen en ideeën welke klaar liggen. Alles bij elkaar een nieuwe impuls door en voor de VBO-leden. Een reden te meer voor nog niet aangesloten leden om lid te worden en te blijven van de VBO.
WERKCOMMISSIE PR/TB Mike Kost Redactie T.B. Michel Wolf
[email protected] Beheer website Eric Krom Beheer Toko Corinne & Eric Krom
[email protected]
Indien onbestelbaar retour: Kennedystraat 48, 6921 CX DUIVEN
“Toen” Toen vroeg ik haar voor een diner, Speciaal bereid naar haar idee, Gekookt, gebraden of gestoofd, Ze schudde het hoofd. Toen vroeg ik haar een weinig later, Om mee te gaan naar een theater, Ze was toch immers niet verloofd, Ze schudde het hoofd. Toen vroeg ik haar nog menig keer, Voor bals, soupers en nog veel meer, Maar hoe ik me ook heb uitgesloofd, Ze schudde het hoofd. Toen vroeg ik haar als laatste ding, Of ze mee naar “badminton” ging, Terwijl ik een traan wegslikte, Ze knikte! Van Chris Wieland
Secretariaat:
[email protected] Opgericht 23 mei 1970 - k.v.k. te Den Haag onder Nr. 40410252 TECHNISCH BULLETIN VBO pagina 20