TECHNISCH BULLETIN VERENIGING BADMINTON OEFENMEESTERS
Jaargang 36 NR 1
BESTUUR VOORZITTER Bill Boshoven
[email protected] SECRETARIS José van Lienden - de Knecht
[email protected] PENNINGMEESTER Michel Wolf
[email protected] WERKCOMMISSIE TECHNISCHE ZAKEN (WTZ) VOORZITTER Ruud Bremmer
[email protected] Francien van der Aar
[email protected] LEDEN Han van Room accommodatie bijscholingen; geluid John Titaley beeld- en geluidregistratie bijscholingen Wim Polman Productie WERKCOMMISSIE PR/TB Mike Kost REDACTIE TB Michel Wolf
[email protected] BEHEER WEBSITE Eric Krom BEHEER TOKO Corinne & Eric Krom
[email protected]
BIJSCHOLINGEN: Wat is geweest: Op 13 september heeft
Guus van der Vlugt een bijscholing gegeven met als onderwerp:
KRACHTTRAINING EN PERIODISEREN Hij werd hierbij bijgestaan door Koen Rissewijck die ons liet kennismaken met
GRIT. Op 13 december heeft
Marinus Wouterse een bijscholing gegeven met als onderwerp:
LEREN LEREN Hij werd hierbij bijgestaan door de 3J’s.
John van Bommel Joris van Soerland en John Ogink
Wat gaat komen: Op 11 en 12 april bijscholingen:
GEMENGD DUBBELSPEL JEUGD Met als docent:
Henri Vervoort Op 16 mei de bijscholing:
I FOLLOW Met als docente:
Esther Kuilman
TECHNISCH BULLETIN VBO pagina 2
INHOUD
TEN GELEIDE Enige tijd geleden las ik in de BADMINTONINFO een mooi stukje van Ron Daniëls over Fred Besselink. Mocht u dit niet gelezen hebben kunt u dit alsnog doen. Iedereen was bereid zijn medewerking te verlenen en dat is tegenwoordig niet altijd meer het geval. Zo hebben onze oproepen voor nieuwe bestuursleden niet de gehoopte reacties opgeleverd. Weliswaar 2 personen die zich bereid verklaarden aandacht aan de lay-out van het TB te geven, maar daar wringt de schoen niet het hardst. Bill Boshoven, onze voorzitter en Ruud Bremmer, onze Hoofd Werkgroep Technische Zaken gaan echt stoppen en er zullen kandidaten moeten komen die bereid zijn deze functies te gaan vervullen. Vandaar dat ik u verzoek na te denken over uw mogelijkheden. Wij kunnen terugkijken op een mooi jaar met goede bijscholingen. De waarderingen waren hoog en iedereen is met een tevreden gevoel huiswaarts gekeerd. Helaas heeft alles zijn prijs en is de financiële bodem van de vereniging in zicht gekomen. Daarom zijn wij op zoek naar bronnen van inkomsten. Kent u mensen en/of bedrijven die bereid zijn de vereniging te sponsoren, laat u het weten. Idem dito geldt dat voor personen en bedrijven die een advertentie willen plaatsen in het TB. Indien dit allemaal niet gaat lukken zullen we toch eens aan een contributieverhoging moeten gaan denken, iets wat sinds de invoering van de Euro nog niet gebeurd is. Maar...indien alternatieve bronnen kunnen worden aangeboord, waarom zouden we daar dan geen gebruik van maken. Ook dit jaar staan er weer een leuk aantal bijscholingen op de rol. Tevens gaan de decentrale scholingen van start. Eric Martherus en Esther Kuilman staan te popelen om hun kennis en vaardigheden te tonen en over te dragen aan diegenen die hiervan gebruik willen maken. Dit alles is met veel enthousiasme opgezet door Ruud Bremmer, die dat ook verder zal begeleiden. Gesprekken met Badminton Nederland zijn en worden gevoerd over de opleidingen van toekomstige collega’s. Wij zijn van mening dat de technische vaardigheden van trainers op een hoog peil moeten staan en hopen dat deze mening met ons gedeeld wordt. Onze bijscholingen zullen er in ieder geval meer en meer op gericht zijn dit doel te bereiken. Wij hopen u allen dan ook regelmatig te mogen begroeten, Michel Wolf
“Het woord nee maakt veel meer indruk als het wordt uitgesproken door een trainer die ook ja kan zeggen”
TECHNISCH BULLETIN VBO pagina 3
2.
Bestuur
3.
Ten Geleide
4.
Ron Daniëls Over Fred Besselink
5.
Bijscholingen April: Henri Vervoort Mei: Esther Kuilman
6 - 10.
A.L.V. en verslagen
11.
Guus van der Vlugt Bijsch.: Fysiek
13 - 14.
Marinus Wouterse Bijsch.: Leren te leren
16 - 17.
John Ogink Bijsch.: Action Types
18 - 21.
Esther Kuilman I Follow
21-22.
Oefenstof Vlinderen, Multitasking
23-29.
Chris Wieland Krachttraining
30.
Oude doos Hans Sweep
TECHNISCH BULLETIN VBO pagina 4
11 en 12 april: Henri Vervoort Henri Vervoort vindt van zichzelf dat hij te laat is begonnen met badmintonnen om echt een topper te worden. Dit doet echter niets af aan de passie die hij voor het spel heeft gekregen. Sinds 11 jaar is hij woonachtig in Italië waar hij de laatste 8 jaar iedere (!!) avond en ieder weekend in de hal staat! Zijn opleiding tot coach heeft hij voornamelijk in Denemarken doorlopen. Dit onder leiding van de badmintongoeroe Kenneth Larsen. In de loop der jaren heeft hij met vele andere coaches mogen samenwerken. Een daarvan was Atik Jauhari. Verder verrijkt hij dagelijks zijn kennis door het bestuderen van sport en badminton, door het voeren van onderzoeken, kijken van video 's, lezen van boeken en natuurlijk het uitwisselen van ervaringen met andere coaches. Dit zijn lang niet altijd coaches uit dezelfde sport omdat er altijd vele
raakvlakken binnen de diverse sporten aanwezig zijn. Hij werkt momenteel in Italië voor twee verenigingen, de selectie van de regio Noord, de Italiaanse nationale jeugd en wanneer de tijd het toestaat, met de senioren waarmee, met hem als coach, o.a. de winst in de International Challenge werd behaald. Verder ondersteunt hij, op afstand maar soms ook achter de baan, Erik Meijs en zijn team. Tevens was hij onderdeel in het herschrijven en herinrichten van de trainersopleidingen en badmintonstructuur (Work in Progress) samen met o.a. Arturo Ruiz, bekend als één van de mensen achter het Spaanse badmintonsucces en is hij BWF Shuttletime Trainer, waarbij geprobeerd wordt schoolbadminton te promoten. Zomers gaat hij op rondreis door Europa om training te geven waarbij hij deze zomer op Oro, bij
Ron Daniëls, aanwezig zal zijn. Zijn filosofie richt zich er op dat spelers en hun ontwikkeling in de training centraal staan. Bovendien dienen spelers te leren verantwoordelijkheid te nemen voor hun carrière en zich bewust te zijn van hetgeen waaraan en waarvoor zij bezig zijn. De specialiteit van Henri is technische en tactische vaardigheid. Hij gelooft in sterke aandacht voor details en een individuele benadering. Daarbij moet alles terug te koppelen zijn en overeenkomen met je visie. Henri praat graag over zijn passie en verheugt zich er op tijdens dit weekend met u van gedachten te kunnen wisselen en u zijn manier van training geven te laten ervaren. De bijscholingen van Henri zullen betrekking hebben op het Gemengd Dubbelspel jeugd. Op zaterdag voor de Spl 3. Op zondag Spl 4. Geïnteresseerden zijn op beide dagen welkom.
16 mei: Esther Kuilman Op 16 mei zal Esther Kuilman een bijscholing verzorgen over het digitale volgsysteem: I FOLLOW. Wie is zij en wat kunt u verwachten? Esther heeft gestudeerd aan het Hanze Instituut voor Sportstudies in Groningen. Kort geleden heeft zij reeds in het noorden van het land een presentatie gegeven over haar afstudeeronderwerp. Dit gebeurde voor een grote groep mensen waaronder vele trainers uit de regio. Haar onderzoek was gericht op een nieuwe methode voor het trainen van badminton. Zij maakt daarbij gebruik van het digitale speler volgsysteem
TECHNISCH BULLETIN VBO pagina 5
I FOLLOW dat gebaseerd is op zelfsturing door de speler en waarbij de persoonlijke ontwikkeling van de speler centraal staat. Daarop wordt de trainingsopzet aangepast. Zij merkt op dat de badminton trainingen de laatste jaren vrijwel hetzelfde zijn gebleven terwijl in de samenleving en het onderwijs vele wijzigingen hebben plaatsgevonden. De ontwikkelingen in het onderwijs zoals zelfstandig leren en zelfsturing zijn voor haar de uitgangspunten geweest voor het maken van een vertaalslag naar de badmintonsport.
Daarvoor heeft Esther het volgsysteem I FOLLOW in een voor de badmintonsport bruikbare vorm gegoten. In I FOLLOW kan de speler inloggen en een oordeel over zichzelf geven waarbij hij zijn beoordeling kan toetsen aan de beoordeling die door de trainer zijn gegeven. Het systeem is van origine bestemd voor hockey maar nu dus ook voor de badmintonsport. Esther heeft manieren bedacht om de zelfstandigheid in de trainingen tot uiting te laten komen en wil u graag op deze dag kennis laten maken met I FOLLOW en de daaraan verbonden zelfstandige trainingen.
Aan het woord: Uw, scheidende, voorzitter.
Bij mijn vertrek als voorzitter van de V.B.O. zou ik graag een oproep doen aan de leden om het bestuur te versterken. Op dit moment zijn de bestuursleden die nog blijven op een redelijke leeftijd gekomen. Zij hebben vele jaren de V.B.O. gesteund in het streven bijscholingen te organiseren die voldeden aan de wensen van de leden. Bij mijn vertrek krijg ik gezelschap van andere bestuursleden en WTZ leden. Bovendien is Fred ons helaas ontvallen. Ruud wil nog wel werkzaam zijn in de WTZ maar geen bestuurslid meer zijn. Han wil stoppen met het geluid, omdat het fysiek te zwaar wordt. Hij heeft aangegeven misschien wel de coördinatie van de bijscholingen te willen doen. José en Michel hebben aangegeven nog 1 jaar te willen functioneren. Gelukkig hebben we sinds vorig jaar Mike erbij gekregen. Het kan toch niet zo zijn dat de V.B.O. geen leden meer heeft die de taken willen overnemen. Kom op, meld je bij het secretariaat aan en doe een jaar ervaring op in het huidige bestuur. Vraag Mike maar hoe het hem is bevallen. Waar is de V.B.O. momenteel mee bezig. Twee jaar geleden zijn we begonnen met een heroriëntatie van taken en prioriteiten. De interne organisatie moest opnieuw gestalte krijgen. De taken moesten opnieuw verdeeld worden. Die fase was bijna afgerond tot Fred ons verliet. Nu moeten we opnieuw zien plaatsen gevuld te krijgen. Niet voor even maar voor langere tijd. De relatie met Badminton Nederland (BNL) moest opnieuw gestructureerd worden. Het was zo dat er een hiërarchische relatie was ontstaan waarbij BNL de V.B.O. opdracht kon geven een bepaalde bijscholing te organiseren en aan welke eisen voldaan moest worden. Dat convenant hebben we opgezegd en we hebben vorig jaar op de studiedagen een nieuwe samenwerkingsovereenkomst ondertekend, waarbij wij (de V.B.O.) de regie van de bijscholingen in handen hebben.
De relatie met de sponsor moest opnieuw bekeken worden. Ook die is aangepast aan wat het bestuur wilde. Helaas maakte de crisis het onmogelijk, dat er meer bereikt werd. De bijscholingen moesten meer op de praktijk van alle dag worden afgestemd. Met andere woorden, het moesten meer bijscholingen worden waarbij de V.B.O. aan de wensen van de leden naar meer eigen vaardigheid voldeden. Dit op alle gebieden die het vak omvatten t.w. techniek, tactiek en fysiek. De bijscholingen moesten misschien niet meer centraal, maar decentraal plaats vinden. Als proef zijn nu, in 2015, op twee plaatsen decentrale bijscholingen gepland. De bedoeling is dat leden en niet leden, niet ver van huis de kans krijgen om wat aan hun eigen vaardigheden te werken. Hierbij tracht de V.B.O. jonge geïnspireerde docenten te contracteren. De relatie met BNL zou moeten worden uitgebreid. BNL is nu bezig met een herstart. Onder de titel “A clear future” zijn diverse acties vanuit het bestuur en bureau gestart. We zouden de belangen van de V.B.O. niet goed dienen als we daar geen deel van uitmaken. Clemens Wortel en ik hebben gesproken over de aanpak van de huidige trainers opleiding (Sportleiders). De V.B.O. en anderen hebben hun bezorgdheid uitgesproken over het technische niveau van de opleiding. Daarbij wil de V.B.O. niet generaliseren. Natuurlijk zijn er nieuwe sportleiders die uit een andere fase in hun sportleven een perfecte techniek bezitten. Toch heeft de V.B.O. zich bereid verklaart om met een aantal goed opgeleide en ervaren leden zitting te nemen in een werkgroep die voorstellen moet opstellen langs welke weg we verder moeten gaan. De V.B.O. moet meer doen aan haar zichtbaarheid. We maken niet genoeg duidelijk waar we voor staan en hoe goed we daarin zijn.
TECHNISCH BULLETIN VBO pagina 6
De Pr. moet dus beter gedaan worden. Mike heeft daar bepaalde ideeën over. Maar hij is, nu Fred er niet meer is, alleen in het veld. Natuurlijk denkt de rest van het bestuur mee, maar die heeft in het verleden al getoond daar niet veel binding mee te hebben. Toch zijn we onder weg met een aantal ideeën die uitgewerkt moeten worden. Het Technisch Bulletin (TB) heeft in de twee jaar uiterlijk en innerlijk een verandering ondergaan. Door het heengaan van Fred zoeken we iemand die stukjes kan en wil schrijven. De samenwerking met Michel zal dan als vanzelf ontstaan. De website moet nog worden aangepakt. Het systeem waarin de huidige site is gebouwd, kan de aanpassingen die het bestuur voorstaat niet aan. Eric heeft daarbij aangegeven dat hij na de ALV geen webmaster meer wil zijn. We zoeken dus iemand met de kennis, kunde en tijd om de website om te vormen naar een website waar onze leden alle informatie die ze zoeken ook kunnen krijgen.
De V.B.O. mist dan nog een bestuurder die de WTZ aanstuurt. Ruud wil nog steeds lid blijven van de WTZ en dus meedenken, maar niet meer de verantwoordelijkheid voor de WTZ dragen. De voorzitter van de WTZ hoeft in feite alleen de items te benoemen, met Ruud een passende docent te vinden en het werk daarna in de WTZ te laten uitvoeren. Het klinkt heel simpel, maar een ieder die ooit leiding heeft gegeven weet dat het niet zo eenvoudig is. De taken binnen de WTZ zijn per bijscholing reeds lang gestructureerd en beschreven. Beste leden uit het voorgaande kunt u zien dat we niet hebben stilgezeten en dat we dat voorlopig ook nog niet kunnen gaan doen. Kom ons versterken zodat de last op de schouders minder wordt. Bill Boshoven
ALGEMENE LEDEN VERGADERING. Beste Leden van de V.B.O., Bij deze nodigt het bestuur u uit voor het bijwonen van de algemene ledenvergadering op zaterdag 11 april 2015, Sporthal "De Stappert", Beerseweg 2, 5443 BE te Haps bij Cuijk in Noord Brabant. tel. 0485 320972. Aanvang van de vergadering is 17.00 uur. AGENDA 01 02 03 04 05 06 07 08 09 10 11 12 13 14 15 16
Opening Ingekomen stukken en mededelingen Notulen A.L.V. 12 april 2014 Jaarverslag secretaris incl. leden administratie Jaarverslag penningmeester Jaarverslag Pr. en technisch bulletin Jaarverslag Werkgroep Technische Zaken (W.T.Z.) incl. beeld en geluid, voortgang bijscholingen Jaarverslag Toko en Website Kascontrole verslag Verkiezing kascommissie Begroting 2016 Bestuursverkiezing en commissieleden Statuten , huishoudelijk reglement en beleidsplan Relatie met Badminton Nederland Wat verder ter tafel komt Sluiting
TECHNISCH BULLETIN VBO pagina 7
Toelichting op de agenda: 12. Bestuursverkiezing en commissie leden. Aftredend Bill Boshoven, Ruud Bremmer en Han van Room alle drie zijn niet herkiesbaar. Michel Wolf is aftredend en geeft aan nog door te willen gaan. Kandidaten kunnen zich melden bij het secretariaat uiterlijk tot 1 week voor aanvang van de vergadering. Het bestuur bestaat uit: Bill Boshoven José van Lienden Michel Wolf Ruud Bremmer Mike Kost Han van Room John Titaley Francien van der Aar Eric Krom
Voorzitter aftredend niet herkiesbaar Secretaris en ledenadministratie , inschrijfbureau (1 jaar) Penningmeester H-WTZ. aftredend. herkiesbaar als lid W.T.Z. Pr. (moet nog bevestigd worden door de A.L.V.) Audio aftredend. herkiesbaar als lid W.T.Z. Beeld Lid W.T.Z. (1 jaar) Toko en Website
JAARVERSLAG SECRETARIS Beste Leden, Het jaar 2014 is in alle opzichten een zwaar jaar geweest. Het plotseling wegvallen van onze zeer gewaardeerde medebestuurder Fred Besseling is hard aangekomen. Fred deed zeer veel voor de V.B.O. en had o.a. een groot aandeel in het T.B.. Een extra taak voor de medebestuurders, die deze leegte moeten opvullen. Er is hard gewerkt om dit verlies te compenseren voor wat betreft de taken. Echter niet alles ging makkelijk. Je merkt dat er te weinig mensen zijn voor vele taken. Eenieder droeg zijn/haar steentje bij. Ook Ruud Bremmer moet een stapje terug doen ivm privé omstandigheden. Mike Kost is tussentijds toegetreden tot de Pr. commissie Het bestuur is 3 keer bij elkaar geweest en er was veel e-mail verkeer. Meerdere keren is er overlegd met BNL om tot een goede en juiste afstemming te komen. Dit is niet altijd makkelijk. Tijdens de opleiding tot trainer en bij de diploma uitreiking is de V.B.O. aanwezig geweest. Dit heeft enkele nieuwe leden “opgeleverd” Tevens is er zeer druk en hard gewerkt om de openvallende plaatsen in het bestuur en bij de commissieleden op/aan te vullen. Helaas tot op heden zonder resultaat. In februari zijn de statutenwijzigingen ondertekend. De ledenadministratie is samen met de penningmeester up to date gemaakt. Vooral de e-mailadres. In 2014 zijn er 15 nieuwe leden bijgekomen en 17 hebben hun lidmaatschap opgezegd. 3 leden zijn overleden en 4 leden afgevoerd wegens wanbetaling. Op 31 december waren 319 trainers lid van het V.B.O.. Het bestuur en de commissie leden zijn hard aan het werk om de V.B.O. goede bekendheid te geven en leerzame bijscholingen te organiseren wij rekenen ook op uw steun.
TECHNISCH BULLETIN VBO pagina 8
JAARVERSLAG WEBSITE 2014 stond vooral in het teken van het verbeteren van de informatie op de website. Vanuit het bestuur is er door een aantal personen gekeken naar de teksten en opmaak van de site. De volgende verbeteringen zijn doorgevoerd : * * * *
Nieuw logo. “Contact”, ”over ons” en “lid worden” pagina verbeterd en dubbele teksten weggehaald. Alle pagina’s zijn tekstueel verbeterd/aangepast. KB (kennisbank) link is verwijderd van de website.
Bijscholingsinformatie zorgt voor duidelijkheid over de inhoud van de bijscholing. Geïnteresseerde gaan inschrijven als er duidelijke informatie is. Naast de website zijn wij meer Facebook gaan gebruiken. Facebook werd vooral gebruikt om berichten te versturen en tijdens een bijscholing foto’s / video’s te plaatsen. (Een leuke impressie te geven van een bijscholing) Tijdens en na de bijscholing kregen wij direct reacties op Facebook. Ondervonden issues vanuit de Website: Na een update van Windows op de server is de connectie naar de database gegevens niet direct hersteld. Gevolg is dat de website 3 dagen niet te benaderen was. Oorzaak is gevonden en opgelost
JAARVERSLAG TOKO De toko heeft in 2014 redelijk goed gedraaid. Het was geen top jaar, maar het was zeker geen geen slecht jaar. De meeste omzet is gemaakt met de aanverwante badminton artikelen (timers,grips e.d.). De bijscholings DVD’s leveren voor de V.B.O. het meeste op, deze zijn ook redelijk verkocht. Dit jaar zijn een aantal nieuwe producten toegevoegd aan het assortiment (voetjes, tactiek mappen). Het boekje van Andy Regelbrugge was eerst voor de toko niet meer te verkrijgen, gelukkig hebben wij weer de mogelijkheid gekregen dit boekje in te kopen.
JAARVERSLAG TECHNISCH BULLETIN In 2014 is het Technische Bulletins 3 keer uitgebracht. Veelal gevuld met artikelen van de hand van Fred Besselink. Na het overlijden van Fred worden zijn werkzaamheden waargenomen door Michel Wolf. Getracht is wederom veel artikelen te plaatsen welke direct betrekking hebben op de badmintonsport. Hiervoor worden artikelen geplaatst van diverse auteurs. Verder is getracht meer aandacht te besteden aan de lay-out van het blad. Charlotte Polman heeft een aantal keren op geweldige wijze de voor- en achterzijde van het bulletin ontworpen.
JAARVERSLAG PENNINGMEESTER Het merendeel van de info staat reeds vermeld in de "Ten Geleide" . De stukken over 2014 zullen tijdens de A.L.V. aanwezig zijn. Mocht u voorafgaand aan de A.L.V. reeds over meer info willen beschikken kunt u contact opnemen met de penningmeester.
TECHNISCH BULLETIN VBO pagina 9
JAARVERSLAG WERKGROEP TECHNISCHE ZAKEN In 2014 bestond de W.T.Z. uit: Ruud Bremmer (voorzitter, innovatie en ontwikkeling), Francien van Aar (innovatie en ontwikkeling) Han van Room (logistieke organisatie en verzorgen van het geluid tijdens de bijscholingen), John Titaley (Verzorgen van de videoregistratie van de bijscholingen en het compileren hiervan tot een bruikbare dvd). Eric Krom (Verantwoordelijk als webmaster van de V.B.O. site, audio en beheerder van de Toko). Wim Polman (productie en distributie video centrum) Volgens de statuten kan het Bestuur van de V.B.O. zogenaamde werkcommissies instellen. De W.T.Z. is een werkcommissie die belast is met de organisatie van licentiewaardige bijscholingen. Op basis van een door het Bestuur in samenspraak met Badminton Nederland vastgestelde jaarplanning bijscholingen, gaat de W.T.Z. op zoek naar geschikte docenten en locatie en verzorgt zij de organisatie op de bijscholingsdag zelf. In 2014 zijn 6 licentiewaardige bijscholingen gehouden. De bijscholingen waren goed bezet en allen overschreven. De bijscholingen werden volgens de evaluatie formulieren als zeer leerzaam en positief ervaren. De deelnemers geven de bijscholingen van het V.B.O. een waarderingscijfer van 8,1. Daarnaast heeft de W.T.Z. een nieuw beleidsplan in concept ontwikkeld met de naam “Visie Bij Overmorgen” waarin de V.B.O. meer een klantgericht beleid probeert te ontwikkelen door naar haar leden toe te komen met thematische decentrale bijscholingen die wij dus in de Regio’s willen organiseren. De thematische bijscholingen die in de Regio’s zullen plaatsvinden zijn badmintonspecifiek en in principe praktijkgericht, aangevuld met een dun randje theorie. Ze vinden, voor een beter leereffect, plaats in een aangesloten reeks, bijvoorbeeld 2 zaterdagen van 3 lesuren. Maar andere combinaties zijn ook mogelijk. Deze thematische bijscholingen lenen zich uitmuntend voor technische, tactische en fysieke thema’s op verschillend niveaus en geven de V.B.O. de mogelijkheid om bijscholingen op maat te geven. Afhankelijk van de gehouden proefsessies zullen wij definitief besluiten of wij hier mee doorgaan op deze wijze. Daarnaast willen wij ook talentvolle jonge docenten podium geven om een evenwichtig docentenaanbod te verkrijgen. Bijscholingen in 2014. 08-02-2014
Yonex Kids Games Docente: Paula Rip.
12-04-2014 13-04-2014
Damesdubbel op Regio niveau Damesdubbel op sub Europees niveau Docenten: Andreas Johanssen en Alex Meijer.
17-05-2014
Observeren en techniek. Docent: Paul Poppenk.
13-09-2014
Fysiek trainen en periodiseren Docent: Guus van der Vlugt.
14-12-2014
Leren, Leren. Docenten: Martinus Wouterse en John Ogink TECHNISCH BULLETIN VBO pagina 10
Guus van der Vlugt Fysieke trainingen en periodiseren Op zaterdag 13 september heeft er een bijscholing plaatsgevonden met als onderwerp: Fysieke trainingen en periodiseren. Docent was Guus van der Vlugt. Tevens waren Koen Rissewijck en een vijftal spelers van U.B.C. aanwezig. Guus begon zijn verhaal met het presenteren van een stappenplan voor periodisering. Factoren welke van belang zijn in het stappenplan: 1. Achtergrond van de speler. 2. a. Badmintonanalyse speler. b. Analyse badminton. 3. Doelstelling per periode en seizoen. 4. Planning: Keuze en invulling periodiseringsmodel. 5. Bepalen van de trainingsmethoden bij de gestelde doelen. 6. Bepaling van de belastingcomponenten van de trainingsmethoden. 7. Bepalen oefenvormen.
Alle items werden uitgebreid door Guus behandeld waarbij regelmatig interactie met de deelnemers was. Vragen zoals: Word je van krachttraining nu sneller of langzamer kwamen aan de orde. Waarom zie je regelmatig dat er langdurige, intensieve rally’s getraind worden terwijl aan de hand van observatie en analyse aangetoond kan worden dat in een wedstrijd de rally’s meestal maar kort zijn.
De door Guus gebruikte tabel bij item 3 van het stappenplan.
TECHNISCH BULLETIN VBO pagina 11
Ook het gebruik van zgn. zware trainingsrackets wordt ter discussie gesteld. Leveren deze nu wel of niet het gewenste resultaat op? We willen immers explosieve bewegingen krijgen en zijn deze rackets daar een hulpmiddel bij?
Vaak is een 3-tal shuttles daarbij voldoende om het trainingsdoel te bereiken.
Vervolgens werden in de sporthal onder leiding van Koen oefeningen uitgevoerd welke behoren bij GRIT. In TB 35-3 is dit fenomeen dat bestaat uit een explosieve 30-minuten durende team training welke high impact body weight oefeningen combineert, zonder gebruik van materialen al ter sprake gekomen. Nu mocht iedereen het aan den lijve ondervinden. Belangrijk bij GRIT is dat iedereen op zijn eigen niveau kan werken. Ligt de lat bij een bepaalde oefening net iets te hoog, kun je de oefening met kleine persoonlijke aanpassingen mogelijk te maken. Na het uitvoeren van de oefeningen was iedereen vermoeid maar voldaan.
De vraag is wat een trainer denkt te bereiken indien hij gebruik maakt van de zgn. elastische dynabanden t.b.v. de slagbeweging. De slagbeweging wordt bij gebruik van deze banden immers afgeremd terwijl de bewegingssnelheid juist moet toenemen.
’s Middags besteedde Guus o.a. aandacht aan de startkracht. Alle krachttrainingen dienen vlot, snel tot explosief te zijn. Trage bewegingen leiden tot Koen doceerde met behulp van deze spelers: GRIT, gebruik van de rode spierweefsels waar juist het een explosieve 30-minuten durende team training gebruik van witte spierweefsels een “must” is. Ook welke high impact body weight oefeningen combi- het stoppen dient explosief te zijn opdat de vervolgbeweging onmiddellijk kan worden ingezet. neert, zonder gebruik van materialen.
Deelnemers aan de GRIT Daarna zette Guus de spelers van U.B.C. aan het werk. Eerst werd er met gewichten gewerkt en vervolgens met vesten van 5-10 kg. Explosieve kracht is het belangrijkst, te langzame bewegingen leveren niet het gewenste resultaat op. Op de baan werden korte oefeningen getoond waarbij de spelers zeer snel dienden te reageren op aangegooide shuttles.
Bij trainingen dient altijd de volgorde: eerst techniek- dan pas snelheidstraining, te zijn. Snelheid wordt bepaald door de kwaliteit van: 1. Beheersing van de technieken. 2. Hoog percentage Fast Twitch spiervezels. 3. Krachtsontwikkeling in de FT-musculatuur. 4. De wilskracht/motivatie Verder wordt veel aandacht besteed aan de ontwikkeling van kracht Vervolgens werden door de deelnemers een aantal oefeningen gemaakt waarin zij ervoor dienden te zorgen dat de uitvoerders met behulp van een eenvoudig patroon maximale snelheid op de baan konden tonen. Hierbij dienen echter prioriteiten gesteld te worden. Indien bijv. het voetenwerk naar een ATH slag niet goed is dient dit eerst technisch getraind te worden en pas daarna kan men dit voetenwerk inpassen in een snelheidsoefening. Bovendien dient de uitvoerder te stoppen op het moment dat hij voelt dat de explosieve kracht afneemt. Er kan worden teruggekeken naar een uiterst zinvolle en leerrijke bijscholing. Indien u hier meer over wilt vernemen en zien, verwijs ik graag naar de Dvd welke te koop is in onze Toko.
TECHNISCH BULLETIN VBO pagina 12
LAAT DE OEFENING DE TAAL ZIJN. Een van de uitlatingen van Marinus Wouterse welke hij hanteerde tijdens de door hem, voor de V.B.O., gegeven bijscholing “Leren te leren” op 13 december 2014 te Odijk. Een bijscholing met 30 deelnemers waar het er ook 100 hadden kunnen en misschien wel hadden moeten zijn. Dit onderwerp is voor iedereen interessant en ik denk zelf: Een “must”.
Marinus Wouterse
Wie is nu niet gebaat bij kennis over het leerpatroon en de gedachten van zijn leerlingen. De vraag rijst al snel waarom dit onderwerp geen deel uitmaakt van opleidingen tot sportleider in welke tak van sport dan ook.
Niet te “talig” optreden. Let op de kop boven dit verslag. Vertel het mij en ik zal het vergeten. Toon het mij en ik zal het mij herinneren. Betrek me erbij en ik zal het begrijpen.
Het begrijpen hoe geleerd wordt is m.i. van essentieel belang voor een juiste aanpak van de trainingen. Impliciet leren oftewel het leren zonder dat men zich bewust is en zonder dat men weet dat men wat geleerd heeft en expliciet leren wat daarentegen bewust en bedoeld leren inhoudt en daarom ook wel intentioneel leren genoemd wordt, komen ter sprake.
Volgens vele coaches zijn er 4 wetten m.b.t. leren:
Indien je op de hoogte bent met het feit dat aanleren of verbeteren van technieken niet in een vaste lijn of stapsgewijs gaat maar als een soort sinus met “ups” en “downs” kan men daar rekening mee houden.
1.Uitleg 2.Demonstratie 3.Uitvoering 4.Herhaling Een verbeterde gedachte hierover is volgende: 1.Uitleg 2.Demonstratie 3.Uitvoering 4. Herhaling 5.Herhaling 6. Herhaling 7. Herhaling 8. Herhaling Herhalen dient binnen 20 seconden plaats te vinden wil het echt zinvol zijn. Denkt u eens aan uw eigen oefenstof. Voldoet deze hier aan? Kinderen laten aansluiten in een rijtje is dus nauwelijks zinvol te noemen. Bovendien dient, zoals boven reeds aangegeven, het aantal herhalingen groot, zeg maar, zeer groot te zijn. 64x is hierbij de norm. Geen tweede taak laten uitvoeren. Het brein heeft immers tijd nodig de bewegingsinformatie te verwerken.
Hoe werken onze hersenen? Lees onderstaand stukje maar eens door. Vlgones een oznrdeeok op een Eglnese uvinretsiet mkaat het niet uit in wlkee vloogdre de ltteers in een wrood saatn, het einge wat blegnaijrk is is dat de eretseen de ltaatse ltteer op de jiutse patals saatn.
TECHNISCH BULLETIN VBO pagina 13
De rset van de ltteers mgoen wllikueirg gpletaast wdoren en je knut vrelvogens gwoeon lzeen wat er saatt. Dit kmot odmat we niet ekle ltteer op zcih lzeen maar het wrood als gheeel. Spiegelneuronen. Het kijken naar bewegingen van anderen en het leereffect daarvan. Wetenschappelijk onderzoek heeft uitgewezen dat “dyad practice” (het trainen in tweetallen welke relationeel verbonden zijn bij het uitvoeren van een opdracht) het aanleren en verbeteren van motorisch bewegen kan verbeteren en de effectiviteit van het trainen kan vergroten.
Wanneer het zenuwstelsel in staat is om een impuls sneller naar de motorische eenheden te sturen resulteert dit in meer (snel)kracht. Al met al kunnen we stellen dat dit een bijscholing is geweest die ons allen aan het nadenken heeft gezet. Nadenken over de wijze waarop wij tot nu toe gedacht hebben over onze werkwijzen en hoe wij in de toekomst te werk zullen moeten gaan.
Feedback geven. Motorisch leren is het verwerken van informatie over hoe je beweegt tot steeds betere beweegpatronen. Het op juiste wijze geven, oproepen en begeleiden van die informatie (de feedback dus) is een kernvaardigheid waarover een goede trainer moet beschikken. Hoe eenvoudiger de informatie wordt gegeven hoe effectiever het leerproces. Als trainers moeten we ons realiseren dat wat er bij een beweging gebeurt erg complex is. Het analyseren van zo’n beweging is derhalve ook complex. Dat wil niet zeggen dat de informatie die de speler aangeboden krijgt over zijn bewegen ook complex moet zijn. “Feedback dependancy” wil zeggen dat de feedback een onderdeel wordt van de bewegingspatronen en dat de bewegingsuitvoering afhankelijk wordt van de feedback. Zonder de feedback kan er geen goede prestatie meer geleverd worden. Dan nog dit:……… Een agility ladder is een uitstekend middel om het zenuwstelsel te activeren. Wanneer een atleet gedwongen wordt om snel met de voeten volgens een bepaald patroon te bewegen, moet er een snelle impuls van de spieren naar het zenuwstelsel gaan en dient een snelle terugkoppeling van het zenuwstelsel naar de spieren terug te komen. Hoe meer het zenuwstelsel getraind is hoe sneller een atleet kan bewegen. Wanneer atleten meer kracht moeten ontwikkelen, moet het zenuwstelsel meer spieren activeren (meer motorische eenheden) en, hoe meer motorische eenheden betrokken zijn, hoe meer kracht er ontwikkeld wordt.
Jurgen Klinsmann, oud trainer van het Duitse voet balteam en in 2014 als coach van het Amerikaanse voetbalteam aanwezig op het W.K. in Brazilië zegt in een artikel in “USA Today Sport’s” het volgende: Wanneer ik coaches (trainers) en ouders spreek is het voor hen soms moeilijk te begrijpen dat het kind in het voetbal zelflerend is. Coaches zijn, en daarin onderscheidt het basketbal, honkbal en American football met al zijn time outs en onderbrekingen zich meer van voetbal, veel meer alleen de inspiratiebron in het totale plaatje. In zekere zin hun gids. Maar hij is niet degene die de beslissingen op het veld neemt. Dit is een heel andere benadering. Ouders en coaches denken dat ze de beslissingen nemen. Ik vertel ze dan dat zij niet degene zijn die de beslissingen nemen. De beslissing wordt genomen door het kind op het veld. Dus misschien moeten jullie hier en daar eens jullie mond gaan houden en het kind het zelf uit laten zoeken”
TECHNISCH BULLETIN VBO pagina 14
FITLIGHT TRAINER
Tijdens de bijscholing van 13 december heeft Joris van Soerland ons de Fitlight Trainer getoond. Tevens mochten we diverse oefeningen ondergaan. Trainen op snelheid, kracht, concentratie, conditie en reactie, gericht op het verbeteren van sportieve prestaties of revalidatie. Het kan met één apparaat: de fitLight Trainer. De fitLight Trainer is een innovatief, draadloos trainingssyteem dat helpt en ondersteunt bij het behalen van doelen en ervoor zorgt dat er meer plezier in het trainen wordt ervaren. Dankzij nauwkeurige feedback over prestaties wordt de gebruiker aangemoedigd nog meer uit zichzelf te halen. De fitLight Trainer is makkelijk te bedienen. Meer dan technologie alleen De fitLight Trainer bestaat uit LED-lampen met bewegingssensoren, die draadloos worden aangestuurd. De lampen kunnen naast aanraking met handen en voeten ook gedeactiveerd worden met hulpmiddelen, zoals rackets of ballen. Op de bijbehorende handcomputer, de zogenoemde PDA, kunnen snelheid, programmaduur en beeld- en geluidsinstellingen eenvoudig worden geprogrammeerd. De lampen zijn te plaatsen op vloeren en muren, maar ook op ongelijkmatige oppervlakken met behulp van frames. De fitLight Trainer heeft standaard trainingsprogramma’s. Daarnaast kan de gebruiker individuele, op maat gemaakte programma’s op locatie in e'e'n handomdraai zelf instellen. De effecten • Doelgerichte trainingen. • Verbeteren van conditie, wendbaarheid, kracht en oog-handcoördinatie. • Een gecontroleerde aanpak bij revalidatie, fysiotherapie of hersteltraining. • Meer inzicht in individuele sportprestaties. • Gerichte feedback ter verbetering van deze prestaties. • Het fitLight Trainer systeem bestaat uit 8 RGB LED lampen die draadloos gestuurd worden door een centrale PDA-controller. De lichten kunnen geprogrammeerd worden en in snelheid en variatie waardoor ze dienst doen als doel voor de atleet. De lampen worden gedoofd door ze aan te tikken of ervoor te bewegen (wat ook kan geprogrammeerd
TECHNISCH BULLETIN VBO pagina 15
worden). Ook door een bal, racket, voet, enz. voor de lampen te brengen kunnen ze gedoofd worden. De prestaties van de atleten kunnen ook gemeten en opgeslagen worden. De lampen kunnen horizontaal en verticaal gebruikt worden en kunnen eenvoudig bevestigd worden op muren, kegels, paaltjes enzovoort. Ze kunnen zelfs in het water gebruikt worden.
Het fitLight systeem wordt dan ook gebruikt in zeer veel verschillende sporten (handbal, basketbal, voetbal, zwemmen, badminton, fitness, volleybal, ...), algemene conditietraining en revalidatie. De mogelijkheden zijn eindeloos: snelheid, kracht, snelkracht, uithouding, explosiviteit, verplaatsingen, sprongen, coördinatie, watertherapie, balans, combinatie, drills, ...Trainingsprestaties kunnen met mekaar vergeleken worden en vooruitgang is meetbaar en bruikbaar voor evaluaties van de sporter Meerdere accessoires zijn verkrijgbaar.
SHUTTLEMASTER John van Bommel toonde ons de werking van de door hem in TB 35-3 beschreven shuttlemaster. Hiervoor had hij 2 pupillen meegenomen.
WORKSHOP ACTION TYPES: “Voor meer succes moet je je hersens beter gebruiken”
John Ogink John ziet het als zijn missie, om anderen vanuit hun eigen natuurlijke kracht, succesvoller te laten zijn: persoonlijk, in een team en in een organisatie. Zijn persoonlijke passie is sport in zijn algemeenheid en volleybal in het bijzonder. Hij is zelf ex-topsporter en geeft nu zijn passie door aan de jeugd. Vanaf 1 mei 2014 heeft hij een eigen bedrijf in personal coaching in organisaties, voor individuen en (top)sporters. (www.johnogink.nl) John gaat uit van de natuurlijke kracht van mensen. Vanuit de topsport is een methode ontwikkeld om die natuurlijke kracht (mentale en bewegingsvoorkeuren) te bepalen aan de hand van bewegingstesten. De methode heet ActionTypes en is gebaseerd op hoe hersenen gedachtes en bewegingen aansturen. Dit verschilt namelijk per ActionType. Je hoeft geen vragenlijst in te vullen. Je hoeft dus ook niet te twijfelen over de vragen of de context. Het is niet te manipuleren, want ‘het lichaam liegt nooit!’. Het is leuk om te doen en leerzaam tegelijk! Is het je wel eens opgevallen dat niet iedereen op een zelfde manier loopt of springt? John begint met te stellen dat niet iedereen op dezelfde manier beweegt en dat er tussen spelers vele verschillen zijn. Iedereen heeft een eigen voorkeur die niet aangeleerd wordt maar gewoon vanaf de geboorte aanwezig is. Spelers leren sneller en worden beter, als de coach aansluit op de individuele voorkeur van de pupil. Dus als je je speler naar het volgende niveau wilt brengen of aan de top écht het maximale eruit wilt halen….. Cruciaal is het begrip van de term ‘voorkeur’. Wat betekent het hebben van een voorkeur? Hiervoor wordt een opdracht gedaan: Pak een stuk papier en schrijf daarop je naam en je woonplaats. De 2e opdracht is: Schrijf nu je naam en woonplaats met de andere hand.
De conclusie is dat beide opdrachten wel lukken maar dat bij het schrijven met de voorkeurshand het foutloos, moeiteloos, sneller en vloeiender gaat. Dit is precies het effect wat de speler ervaart als je als coach aansluit op de voorkeur van zijn speler. Mensen kúnnen met veel extra energie wel dingen leren die níet hun voorkeur zijn, maar ze zijn het meest succesvol als ze in hun natuurlijke voorkeur kunnen bewegen/leren.
John aan het testen. In de ochtendsessie is gesproken over het belang van juiste feedback. Heb je wel eens ervaren dat sommige spelers makkelijker coach-baar zijn dan andere? Waar moet je rekening mee houden als het coachen even niet ‘vanzelf’ gaat? Welke stijl van coachen effectief is, is af te leiden uit de temperamenten binnen de verschillende ActionTypes. De vormen van feedback worden bekeken aan de hand van de tabel over de "Vormen van Feed Back" (zie de volgende pagina) Bij het onderdeel ‘de natuurlijke bewegingen in de badmintonpraktijk’ zijn een paar onderwerpen de revue gepasseerd. Valt het je nooit op dat spelers altijd een hoek van het veld wat ze (extreem) goed kunnen bespelen, maar ook een hoek waar dat duidelijk minder is? Dit verschil wordt natuurlijk niet duidelijk bij simpele ballen, maar bij de moeilijke. Pak je die bal net wel of net niet? Vanuit ActionTypes is dit goed te verklaren en te voorspellen. TECHNISCH BULLETIN VBO pagina 16
Zo kijken spelers op het moment van spelen, op verschillende manieren, maar meestal níet naar de shuttle! Dit heeft alles te maken met de voorkeuren van waarnemen en hoe deze informatie door de hersenen worden verwerkt tot een actie. De (reactie-)snelheid op moeilijke ballen verschilt afhankelijk van de manier van kijken. Hier kun je bewust gebruik van maken. In deze snelle sport kan een goede visuele strategie net hét verschil maken.
Er worden diverse oefeningen gedaan, al of niet met een shuttle. Dit alles om het verschil in voorkeuren te ervaren. Indien je voorkeuren van jezelf weet, ben je misschien ook in staat die van je tegenstander te bepalen en daar kun je in het spel gebruik van maken.
Ook andere natuurlijke bewegingsvoorkeuren zijn behandeld, zoals: • • • •
het verdedigen van een dropshot de verplaatsing het springen bij een smash de uitgangshouding bij het verdedigen
Ontspanningsoefeningen Wilt U meer weten over de bijscholing van John. Het staat op de Dvd van deze dag en deze is te koop in de toko.
TECHNISCH BULLETIN VBO pagina 17
Esther Kuilman
Training geven, wat een mooi vak. En het mooie is, iedereen doet het weer op zijn of haar eigen manier, want iedereen heeft eigen denkwijzen, oefeningen, aanwijzingen, voorbeelden en creëert een eigen sfeer. Wat ik hier graag met jullie wil delen zijn dus ook mijn ervaringen en denkwijzen waarmee ik afgelopen jaren bij mijn spelers veel plezier en progressie heb gezien!
Alweer vier jaar geleden kwam ik voor mijn afstuderen aan het Hanze Instituut voor Sportstudies te Groningen in aanraking met iFollow. iFollow is een digitaal spelervolgsysteem dat de speler centraal zet. Het wil bereiken dat de speler een goed zelfbeeld krijgt van zijn eigen vaardigheden, kennis en attitude (samengevat competenties). Uiteindelijk wordt dit geverifieerd met het beeld van de trainer die dezelfde competentielijst over de sporter invult. Uiteindelijk zal blijken waarin de speler zich nog kan ontwikkelen. De speler mag hierin zelf aangeven wat hij de aankomende periode graag wil verbeteren. Dit is een belangrijk aspect, want zo speel je in op de intrinsieke motivatie van de sporter. Het beoordelen van de eigen competenties en het kiezen van een doelstelling vraagt een zelfsturend vermogen van de sporter. Zelfsturing wordt gedefinieerd als een doorlopend proces waarin
men handelingen verricht op het bereiken van doelen, die men naar eigen inzicht kiest en eventueel herziet. Makkelijker gezegd wordt er gedurende een langere periode gewerkt aan doelen die zelf gekozen zijn. De verantwoordelijkheid voor het slagen van dit doel ligt nu bij de speler zelf. Deze eigen inbreng en verantwoordelijkheid zijn de meeste badmintonspelers echter niet gewend. Kijk maar eens rond in je eigen omgeving.
Tijdens de meeste trainingen doet iedereen dezelfde oefeningen, krijgt iedereen dezelfde aandachtspunten mee en is er weinig ruimte voor eigen inbreng van de spelers. Terwijl die zelfsturing zo belangrijk is. Kijk maar naar een wedstrijd, een coach kan roepen wat hij wil maar de speler moet toch echt zelf de slagen spelen, zijn tactiek bepalen en uitvoeren, ervoor zorgen dat hij fysiek in orde is en mentaal sterk zijn. TECHNISCH BULLETIN VBO pagina 18
Hoe kunnen wij als trainers onze spelers nu helpen met het ontwikkelen van zelfsturende vaardigheden? En er tevens voor zorgen dat alle spelers de gelegenheid krijgen om te werken aan de zelfgekozen doelstellingen? Met deze vragen ben ik als volgt omgegaan. In mijn trainingsopzet wilde ik eerst kleine momenten creëren om te werken aan de eigen doelstelling en deze momenten in de loop van de maanden uitbreiden. Deze kleine momenten creëerde ik door de rest van de groep aan de slag te zetten met kijkwijzers. Hieronder volgt (willekeurig gekozen) een voorbeeld van een kijkwijzer.
Samen spelen • Verdedigende positieTeam 1 begint met een korte service. Team 2 speelt een lob gevolg: verdedigende positie Team 1 valt aan, vanuit het achterveld een smash of dropshot. De voorspeler mag de shuttle alleen kort leggen.
Tip: - Wanneer je moet verdedigen houdt dan je racket alvast in de backhandgrip voor je. - Coach elkaar. Staan jullie meteen naast elkaar bij een shuttle achterin met je racket klaar?
Zodoende kon ik me volledig focussen op het doel van de speler. Later werden deze momenten uitgebreid doordat ze niet alleen met mij als trainer mochten werken aan hun eigen doelstelling maar ook met andere spelers uit de groep. Eigenlijk kun je zeggen dat er een opbouw zit in het aanleren van zelfstandig werken naar zelfsturend werken. Tevens is het belangrijk te vermelden dat alle spelers een eigen doelstelling hebben, maar wel binnen dezelfde competentie. De trainer geeft dus aan dat de spelers deze periode van bijvoor-
TECHNISCH BULLETIN VBO pagina 19
beeld acht weken werken aan de competentie ‘slagen’. De spelers beoordelen zichzelf hierop en formuleren uiteindelijk samen met de beoordeling van de trainer een doelstelling die binnen deze competentie past. Iedereen werkt dus aan zijn slagen, maar de slag en het aandachtspunt kan per speler verschillend zijn. Het bovenstaande in acht genomen staan hieronder de stappen vermeld, die genomen worden om in de trainingen een hoge mate van zelfsturing en veel gelegenheid om te werken aan de eigen doelstelling te creëren. Stap 1. Aan de stappen is geen vaststaand aantal weken verbonden, dit is afhankelijk van het niveau van je groep. Bepaal dus zelf wanneer je groep naar de volgende trainingsvorm/ stap kan. Aanleren van zelfstandig werken en korte momenten om te werken aan de doelstelling. • De spelers werken zelfstandig met de kijkwijzers.
De kijkwijzers passen ook weer bij de gekozen competentie voor die periode. Na enkele minuten draaien de spelers door naar de volgende kijkwijzer. Bewaar deze kijkwijzers goed! Deze vormen uiteindelijk de basis voor je verzamelbak. • 1 of 2 spelers komen langs op het veld van de trainer. Hier werken de spelers samen met de trainer aan hun doel. Ook deze spelers draaien na enige tijd door. Stap 2. Continuering van het zelfstandig werken. Eerste stap zetten naar het maken van eigen keuzes en daardoor meer gelegenheid om te werken aan de eigen doelstelling. • De opzet van de eerste stap, met de kijkwijzers en het trainersveld worden aangehouden. • Echter wordt er nu op 1 veld gewerkt met de verzamelbak. Dit is een bak of map met een verzameling van alle kijkwijzers. De spelers mogen hier zelf een kijkwijzer uithalen die past bij hun eigen doelstelling. De verzamelbak is een ‘levendige’ bak, trainers kunnen hier dus continu nieuwe kijkwijzers in stoppen. • Belangrijk is dat er aan het einde van de training een terugkoppeling plaatsvindt op de gemaakte keuzes. Hebben ze een keuze gemaakt die past bij hun eigen doelstelling? Kunnen ze motiveren waarom ze een bepaalde keuze hebben gemaakt? Stap 3. Volledig inzetten op het begeleiden en coachen van de spelers op het behalen van de eigen doelstelling. Er wordt een hoge mate van zelfsturing gevraagd en de trainingstijd wordt volledig benut om te werken aan de eigen doelstelling.
• Er zijn nu eigenlijk twee opties. De eerste optie is dat er op alle velden gewerkt wordt met de verzamelbak. Spelers kiezen zelf continu opdrachten die passen bij hun doelstelling en helpen ook anderen om deze te behalen. De trainer loopt rond coacht op de keuzes die gemaakt worden en geeft aanwijzingen en tips met betrekking tot de doelstelling van de speler.
• De tweede optie is dat de trainer nog steeds individueel met de spelers werkt op het trainersveld. Vervolgens wordt er op de andere banen gewerkt met de verzamelbak. Het is echt een heerlijk gevoel om te zien dat spelers gewend raken aan deze manier van trainen. Om te zien dat de spelers steeds gemotiveerder raken, omdat ze zelf hun doelstellingen mogen kiezen en ook de gelegenheid
TECHNISCH BULLETIN VBO pagina 20
krijgen zich hierin te verbeteren. Wees als trainer geduldig. Misschien kom je in de eerste periode van acht weken niet verder dan stap 1 en heb je het gevoel dat je spelers niet extreem zijn verbeterd . Zij moeten net als jij wennen aan
deze nieuwe manier van trainen. Langzamerhand zal je echt merken dat je spelers enthousiaster raken, gewend raken en dan op een gegeven moment als je alleen nog maar op de manier van stap 2 of 3 traint ze enorme stappen maken!
Esther Kuilman, een jonge trainster, maar als het om eigen competentie gaat toch geen jeugdtalent meer. Zie ook www.ifollow.nl voor meer informatie over het digitale spelervolgsysteem
VLINDEREN: Wie kent het niet? Vlinderen of Lob/drop combinatie, als het beestje maar een naampje heeft.
Allemaal oefeningen met een vast patroon, gebaseerd op het vlinderen. Maar natuurlijk zijn er dan de meerkeuze oefeningen en dan wordt het pas echt leuk.
Ik denk dat deze oefening sinds de ontdekking van het badmintonspel door de Batavieren de meest gebruikte oefening is. Een oefening met vele mogelijkheden. En, een oefening waarover de meningen duidelijk verdeeld zijn. Ron Daniëls vindt bijv. dat deze oefening niet meer in de seizoensopbouw thuishoort. Zelf denk ik dat deze oefening zeker zijn waarde heeft indien je hem voor het juiste doel gebruikt. De basisoefening. Oefening 1: Lob / Dropshot / Netdrop / Lob / Dropshot enz. Zelf gebruikte ik hem vaak als een soort Warming-up oefening. Na kort inslaan werd gestart met vlinderen. Rustig, ruim aangeven waarbij het bedoeling was dat de shuttle in het spel bleef. Gewoon lekker lopen, rustig slaan, verder niets… Een stapje terug was de volgende oefening: Oefening 2: Lob / Dropshot / Netdrop / Netdrop / Lob Maar vergis u niet. Deze oefening is bijhoorlijk belastend voor de uitvoerder (de lopende speler)
TECHNISCH BULLETIN VBO pagina 21
Een stuk zwaarder dan oefening 1. Een variant hierin is dat u de aangever keuzevrijheid geeft. Hij mag in dat geval na de Dropshot van de uivoerder opnieuw een Lob geven indien de uitvoerder zich te snel naar het net begeeft of een tweede mogelijkheid: de aangever speelt nogmaals de Netdrop indien de uivoerder zich te snel vanaf het net begeeft. Nadat de schouderspieren ook opgewarmd waren kwam daar bijv. een Clear bij. Oefening 2: Lob / Clear / Clear / Dropshot / Netdrop / Lob / Clear / Clear enz.
Pak oefening 2: Na de Lob mag een Clear of een Dropshot gespeeld worden. Daarna verder volgens het vaste patroon met voor beide spelers altijd weer de keuze tussen een Clear en een Dropshot. De rest blijft volgens het vaste patroon. Dit kan natuurlijk ook met de Lob of wederom een Netdrop. Pak weer oefening 2: Na Lob / Clear / Clear / Dropshot / Netdrop mag de keuze gemaakt worden tussen een Lob of wederom een Netdrop. Rest vast patroon. Natuurlijk kun je ook de keuzevrijheid geven tussen alle slagen zolang het patroon maar gehandhaafd blijft. Dit zijn maar een paar voorbeelden uit de variaties welke mogelijk zijn met vlinderen. Michel Wolf
En dan een Smash Oefening 3: Lob / Clear / Smash / Korte return / Netdrop / Lob / Clear / Smash enz.
OEFENSTOF: MULTITASKING Multitasking is een woord, dat tegenwoordig nog wel eens valt. Multitasking doet een beroep op meerdere vaardigheden van spelers op een bepaald moment. Niet alleen dienen de slagen op de juiste manier te worden uitgevoerd, maar er moet vooral goed gekeken worden en er moeten (soms in een split second) beslissingen worden genomen. Hieronder een voorbeeld van zo'n oefening. Er wordt een behoorlijk beroep gedaan op de racketvaardigheid, het voetenwerk, de agility en het concentratievermogen van de speler. Hierbij een voorbeeld van zo’n oefening. Hierbij doel ik met name op de oefeningen nummer 3 en 4. Oefening 1: Speler A: Hij speelt (in willekeurige volgorde) halfcourt lobs rechtdoor, halfcourt lobs cross en netshots.
C
B
D
A
Speler C: Hij levert de shuttle in bij speler A, waarbij hij zorgt, dat hij niet overspeeld wordt. Hij maakt dus veelvuldig gebruik van sprongen (blockjumps), om de lobs te onderscheppen, waarbij hij snelle drops en polssmashes hanteert. De oefening is intensief en dient daarom niet te lang te duren. Een en ander is natuurlijk afhankelijk van de fysieke gesteldheid van de spelers. Elders op de baan (zie tekening) voeren de spelers B en D dezelfde opdracht uit. Na verloop van tijd wisselen aangevers en uitvoerders van taak (oefening 1A). Oefening 2: Als oefening 1, maar nu verhuizen de aangevers naar de linkerzijde van de baan, waardoor de oefening in spiegelbeeld draait. Oefening 3:
A D
Als oefening 1, de spelers A en C zijn de aangevers, de spelers B en D zijn de uitvoerders. Taak van de spelers A en D: Probeer tijdens de oefening van taak te wisselen. A wordt dan uitvoerder (hij wordt aangespeeld door B) en D wordt aangever. De oefening moet gewoon doorlopen. De trainer laat het eerst gebeuren. Na verloop van tijd volgt terugkoppeling met de spelers. Hoe is de kans het grootst, dat de wisseling van taak goed verloopt?
Deze oefenstof is uit de nalaten schap van Fred Besselink. Fred was een groot voorstander van het delen van kennis. Indien u in navolging van Fred uw kennis wilt delen, stellen wij daar graag ruimte voor ter beschikking. B.v.d.
Oefening 4: Als oefening 3, maar dan in spiegelbeeld. Aanvankelijk zal dit niet gemakkelijk blijken te zijn, maar na enige oefeningen (en overleg!!) zal het toch lukken. Spelers hebben zichtbaar plezier aan deze oefeningen en hun vaardigheid zal omhoog gaan.
TECHNISCH BULLETIN VBO pagina 22
BADMINTON KRACHTTRAINING Door: Chris Wieland
Als je in de literatuur naar krachttraining gaat zoeken zal je merken dat dit een omvangrijk en ingewikkeld onderwerp is. Allerlei soorten spieren komen voorbij, kortom te omvangrijk om lang bij te blijven stilstaan. Ook de manier hoe de beweging tot stand komt is complex maar zal ik hier in het kort weergeven: De hersenen bepalen wanneer en met welke kracht de spieren moeten aanspannen of ontspannen, en geven dit signaal elektrisch door via zenuwbanen wie op hun beurt de spieren met een chemische reactie aan het werk zetten. De antagonisten (spieren die het gewricht weer in de oorspronkelijke stand terug brengen) zullen daarna hun werk doen. Voorwaar een ingenieus samenspel.
Krachttraining Een doel op zich? Verder lees ik in een artikel van de vrije universiteit in Amsterdam: Krachttraining mag geen doel op zich zijn in sporten waarin het duurvermogen ook een rol speelt. De beweging moet tijdens de training altijd specifiek zijn: in snelheid en uitvoering zoveel mogelijk identiek zijn aan de beweging tijdens de sportieve prestatie. Hoe specifiek de krachttraining moet zijn, blijkt uit een onderzoek wat is gedaan door de VU, bij een team handbalsters.
TECHNISCH BULLETIN VBO pagina 23
Hoe de snelheid te vergroten waarmee een bal kan worden gegooid, het trainingsprogramma was gelijk, het team werd in drieën verdeeld . Groep A traint met zwaardere ballen. Groep B met de normale wedstrijdbal. Groep C met een lichtere bal. Aan het eind van de trainingsperiode bleek dat niet groep A, maar groep C beter presteerde. De vrouwen uit groep A zullen ongetwijfeld iets sterkere spieren hebben gekregen maar groep C had door de training met de lichtere bal een beter coördinatievermogen ontwikkeld en dat bleek een grotere invloed te hebben. Volgens de onderzoekers bewijst dat eens te meer dat in de krachttraining de complete beweging moet worden geoefend zodat het hele samenspel van spieren aan bod komt. Bovendien moet die beweging met dezelfde snelheid worden uitgevoerd als tijdens de sportprestatie. Ze moeten er niet aan denken hoeveel uren sporters met de beste bedoeling in het krachthonk hebben doorgebracht zonder dat het beoogde doel werd bereikt. Het effect kan zelfs negatief zijn, wanneer de vergrote kracht leidt tot verstoring van de coördinatie.
TIMING Een aspect van de coördinatie is de timing. Aan de VU is getest in welke mate hoogspringers kunnen profiteren van het versterken van de spieren in het bovenbeen. Daarbij bleek dat niet de absolute kracht van de spieren bepalend is voor de prestatie, maar de timing waarmee de atleet de drie meest betrokken gewrichten (heup, knie en enkel) hun werk kan laten doen. Bij een optimale timing blijken de krachten die kunnen worden aangewend elkaar dusdanig te versterken dat het geleverde vermogen veel meer wordt vergroot dan bij het simpel versterken van een afzonderlijke spier. Het analyseren van de beweging moet aan de basis staan van iedere krachttraining. Met welke snelheid voer je de beweging uit en hoe kun je dat vertalen naar de krachttraining. Dat wil zeggen hoe kun je door middel van kleine gewichtjes zorgen voor minimale verstoringen van de beweging, zodat de belasting iets toeneemt, maar de coördinatie niet verminderd. Tot zover het onderzoek van de VU. Wat is nu ons doel? Door middel van een steeds iets grotere kracht een indien nodig grotere snelheid in het racket te brengen, hoger en verder te springen of sneller over de baan te bewegen bij de zeer bewegelijke badmintonsport, kortom beter
badminton te spelen. Hierbij gebruik makend van het onderzoek van de VU. Zal er eerst onderzocht moeten worden welke spieren er achtereenvolgens gebruikt worden bij de diverse slagen bij badminton. Als voorbeeld neem ik een veelgebruikte slag de Clear. Hier laat ik eerst volgen wat er precies gebeurt bij de technische uitvoering van deze slag: Als je tegenstander de shuttle naar je toe speelt, weet je op dat zelfde moment een aantal gegevens. Je weet de richting, de snelheid, en dat het mogelijk is de shuttle overhead (boven het hoofd) als clear te kunnen spelen. Je bent op dit moment als het goed is op weg naar of reeds aanwezig op of naar de anticipatie slagplaats. ( Anticipatie is vooruit denken op dingen die gaanko- Een stapje rechts volgt nu.(zie fig men, en gebruik maken van de : 3) wetenschap van voorgaande nagenoeg gelijke spelsituaties.) Dit zijn indien nodig berekende versnellende stapjes al naar geEn heb je nog steeds precies op lang de snelheid van de toekohet slagmoment van je tegen- mende shuttle, het aantal stapjes stander met de voorspannings- is hierbij onbelangrijk. sprong de verdedigende uitgangshouding aangenomen. Im- De laatste linkse en de allerlaatste mers je tegenstander had ook een rechterstap zijn wel belangrijk. aanvallende slag kunnen spelen. Met deze stappen bepaal je, door ze groter of kleiner te zetten de precieze afstand tot de slagplaats. Bovendien maak je hierbij een naar rechts draaiende beweging, waarna je linkervoet en schouder in de slagrichting komen te staan. Deze beweging versterk je door Je rechtervoet wijst schuin in de meestal van je rechtervoet af te richting van de zijlijn. zetten. Je linkerbeen voorkomt het ach- Het lichaamsgewicht gaat nageterovervallen door dit naar achter noeg naar het rechterbeen (zie te plaatsen en de loopbeweging in fig:5 en 5A). te zetten.(zie fig: 2). Vanuit de voorspanningssprong wordt het zwaartepunt van je lichaam iets naar achter gebracht. Je krijgt het gevoel achterover te vallen.(zie fig: 1 ).
Tegelijk met al deze snelle loopbewegingen heb je beide armen in een veel rustiger tempo in de richting van de toekomende shuttle omhoog gebracht (zie fig:2 t/m 5.). De shuttle probeer je ieder moment in het oog te houden. De linker ellenboog wijst naar de toekomende shuttle en daardoor gaat de linkerschouder iets omhoog terwijl de rechterschouder iets zakt (zie fig:5.). Op dit moment spant je lichaam tot je tegenstand voelt tegengesteld aan de slagrichting . Je middel draait, je rug kromt , je bovenarm draait, je onderarm draait iets in de verwachte slagrichting, dus tegengesteld aan de op tekening 12 gegeven pijlrichtingen je pols wordt iets naar achter gezet om later de richting in het horizontale vlak te kunnen bepalen (zie fig:6 en 6A). TECHNISCH BULLETIN VBO pagina 24
Nu blijkt omdat je deze bewegingen honderden keren op dezelfde wijze hebt geoefend de shuttle precies boven en iets rechts voor je hoofd aan te komen (zie fig:7). Zie voor de richting in het horizontale vlak ( fig:13). Er volgt nu vanuit je rechtervoet een door je lichaam golvende beweging: dij, heup, romp, schouder, boven- en onderarm worden aangespannen en weer ontspannen. Tegelijkertijd worden van onderaf de ingedraaide lichaamsdelen in de richting van de pijlen teruggedraaid (zie fig:12 ) waarbij het draaien van de bovenarm een belangrijke inbreng in de totaalbeweging heeft (zie fig : 12A). Dit alles om deze golvende beweging steeds meer snelheid te geven. Een in de juiste slagrichting gezette pols maakt de beweging af, welke na het raken van de shuttle nog heel even wordt aangehouden. Dit om de juiste richting te garanderen. Het lichaamsgewicht is tijdens deze beweging van de rechter naar de linkervoet gegaan en wordt omgezet in een snelle loopbeweging in de richting van de volgende slagplaats of als deze nog niet bekend is naar de anticipatieplaats. (zie boven ) (zie fig: 9 t/m 11) Dit lopen gebeurt met dansende passen. Met andere woorden de voeten worden tijdens het lopen dicht bij de vloer gehouden om een eventuele andere dan de verwachte richting directer te kunnen inzetten. Deze evaluatie van de techniek is nodig om te bepalen welke spieren we gebruiken in deze beweging.
TECHNISCH BULLETIN VBO pagina 25
Nu de manier waarop we dit gaan realiseren. Een voor iedereen betrekkelijk eenvoudige manier is met gebruikmaking van elastische rek of spanbanden. Deze banden zijn te koop in de sporthandel, echter goedkoper is om een oude fiets binnen band zodanig te verknippen dat er cirkels ontstaan, van voor ons doel plusminus twee centimeter breed deze cirkels zijn weer aan elkaar te knopen tot een voor ons doel aanvaardbare lengte. Om een indicatie te krijgen van de juist te gebruiken kracht waarmee we de oefeningen gaan uitvoeren gebruiken we een unster (veerweegschaal), of een bagageweger.
We trekken de unster uit tot +/2 kilo en houden dat even vast. Nu trekken we de spanband uit tot we het zelfde gevoel als met de unster hebben .We herhalen dit nog een keer. Nu hebben we het juiste gevoel, badminton is immers ook een gevoelssport. Indien nodig kunnen we de test later nog eens herhalen. In de evaluatie van de techniek hebben we kunnen lezen dat de slagbeweging een opeenvolging van aanspannen en ontspannen van spiergroepen is in een golvende beweging.
We beginnen bij de voeten en gaan zo verder omhoog tot alle in deze slag besproken spieren met dezelfde kracht behandeld zijn. We doen dit met behulp van een tekening en een kleine uitleg. De tekeningen laten soms een begin en een eindsituatie zien, echter we maken de oefening niet geheel af maar stoppen bij het 2 kilo gevoel en houden dit 2 seconden vast in de richting van de eindsituatie, nu laten we langzaam los. We proberen zo bij alle oefeningen het zelfde gevoel te creëren. Indien de eindsituatie door het 2 kilo gevoel niet is te bereiken stoppen we bij het twee kilo gevoel. Alle oefeningen zowel links als rechts uitvoeren. Oef: 1 Voet, kuit en scheenbeenspieren. Oef, zowel links als rechts uitvoeren. Oef: 1a Elastiek fixeren aan bijvoorbeeld een tafelpoot en je voet naar je toe trekken. 2 sec, vasthouden en langzaam loslaten. Oef: 1b elastiek vasthouden en je voet van je af bewegen
Oef: 2 Draaiing voet en beenspieren. Voet tot 2 kilo gevoel naar binnen draaien. 2 sec vasthouden en langzaam loslaten.
Hierna de voet op dezelfde manier naar buiten draaien, nu aan de andere kant fixeren. Andere kant fixeren. (Hiervan is geen tekening.) links en rechts oefenen. Oef: 3 Draaiing van .bovenbeenspieren. Bovenbeen tot 2 kilo gevoel naar buiten draaien. Hierna het bovenbeen op dezelfde manier naar binnen draaien, nu aan de andere kant fixeren. ( Hiervan is geen tekening.) Zowel rechts als links oefenen.
Oef: 4 Oefenen van het kniegewricht. ( Geen tekening beschikbaar.) Ga op een stoel zitten knieën recht vooruit, fixeer met het elastiek aan de enkel recht voor je. En trek het onderbeen naar je toe tot het 2 kilo gevoel zoals altijd 2 sec, vasthouden en langzaam loslaten. Op dezelfde manier het been achter je vastmaken en het onderbeen naar voren bewegen . Rechts en links oefenen. Nu de rompspieren : Oef: 5 Ga op de rug liggen en richt het bovenlichaam op tot het 2 kilo gevoel , 2 sec vasthouden en langzaam loslaten. Zie tekening , hiernaast.
Oef: 6 Op de borst liggen en oprichten tot het 2 kilo gevoel, 2 sec vasthouden en langzaam loslaten.
Oef, 7 Nu op de zij liggen en oprichten tot het 2 kilo gevoel, 2 sec vasthouden en langzaam loslaten. Rechts en links oefenen
Oef: 8 Hier nog enige romp oefeningen in staande positie Linksboven ; uitgangshouding. Midden boven ; buiging naar voren. Rechts boven ; buiging naar links. Links onder ; buiging achter over. Midden onder buiging naar rechts. Rechts onder ; uitgangshouding. Alle oefeningen tot het 2 kilo gevoel 2 sec vasthouden en dan langzaam loslaten. Oef: 9 Ga rechtop staan knieën licht tegen elkaar, houdt de spanband in de hand op navelhoogte tegen het lichaam , fixeer de band links van je en draai nu het bovenlichaam naar rechts tot het 2 kilo gevoel 2 sec, vasthouden en langzaam loslaten zorg hierbij dat de knieën niet mee draaien. Dit ook aan de rechterkant oefenen. Hierbij is geen tekening.
Oef: 10 Ga rechtop staan doe nu één arm met de handpalm omhoog zover mogelijk naar boven en tegelijkertijd de andere arm met de handpalm omlaag naar beneden. Dit weer tot het 2 kilo gevoel 2 sec vasthouden en langzaam loslaten. Een lichte spanning rondom de wervels is nu merkbaar. Dit ook met de armen omgedraaid oefenen. Hierbij is geen tekening.
Nu oefeningen voor de bovenste extremiteiten ( handen, boven en onderarmen en schouders). Oef; 11 Fixeer de elastische band aan een deur zie tek. ; links. Beweeg je arm tot het 2 kilo gevoel naar je toe . 2 sec vasthouden. Zie; tek. rechts. Zowel rechts als links oefenen.
Oef; 12 Neem de band in beide handen, de bovenarm horizontaal. zie tek. A . Beweeg de onderarm omhoog tot het 2 kilo gevoel 2 sec vasthouden en langzaam loslaten. Zie Te. B. Links en rechts oefenen.
Oef; 13 Neem de band weer in beide handen. Zie tek. A Beweeg de bovenarm omhoog tot het 2kilo gevoel 2 sec, vasthouden en langzaam loslaten. Zie tek. B. Links en rechts oefenen.
Oef: 14 Weer de band in beide handen. Zie tek. A Beweeg de hele arm naar achter tot het 2 kilo gevoel 2 sec vasthouden en langzaam loslaten. Zie Tek. B Links en rechts oefenen
TECHNISCH BULLETIN VBO pagina 26
Oef: 15 Heffen van de onderarm Uitgang houding A Heffen met handpalm onder B Heffen met handpalm verticaal C Heffen met handpalm boven hiervan is geen tekening. De 3 oef. tot het 2 kilo gevoel 2 sec; vasthouden en langzaam loslaten. Links en rechts oefenen.
Oef: 16 Strekken van de onderarm. Uitgangshouding tek. a B; Strekken van de onderarm tot het 2 kilo gevoel 2sec; vasthouden langzaam loslaten. Links en rechts oefenen.
Oef: 17 Elastische band door de schouderbladen naar elkaar toe trekken uitrekken tot het 2kilo gevoel 2sec; vasthouden langzaam loslaten. Links en rechts oefenen.
Oef: 18 Zijwaarts strekken van de onderarm tot het 2 kilo gevoel 2 sec vasthouden en langzaam loslaten links en rechts oefenen.
Oef: 19 Schouderoefening Hierbij met gestrekte armen leunen op twee stoelen. Echter zodanig ondersteunen zodat er een nul gevoel ontstaat. Nu het lichaam zodanig laten zakken tot er een 2 kilo gevoel ontstaat 2 sec vasthouden en langzaam loslaten tek. a. Nu op dezelfde manier het lichaam opdrukken tot er een 2 kilo gevoel is 2 sec vasthouden en langzaam loslaten tek. b.
Oef: 20 Draaiing van de onderarm. De spanband vasthouden zoals in tek. a. Het andere eind onder de voet. Nu naar binnen draaien zie tek. b tot het 2 kilo gevoel 2 sec vasthouden en langzaam loslaten. Nu de spanband vasthouden zoals in tek. b en nu op dezelfde manier naar buiten draaien richting tek. a, enz. Links en rechts oefenen.
Oef: 21 Zijwaarts buigen van de polsen. Vingers blijven horizontaal. Polsen zijn naar binnen gebogen zie; tek. a. Nu de polsen tot het 2 kilo gevoel naar buiten bewegen 2 sec vasthouden en langzaam lossen
Oef: 22 Zijwaarts buigen van de polsen. Vingers blijven nu verticaal. Pols is nu naar onder gebogen band TECHNISCH BULLETIN VBO pagina 27
onder de voet Zie tek. a. De pols tot het 2 kilo gevoel omhoog bewegen 2 sec vasthouden en langzaam loslaten. Links en rechts oefenen.
Oef: 23 Omhoog buigen van de polsen. Vingers horizontaal. Pols omlaag gebogen, handpalm omhoog, band onder de voet Zie tek. a. De pols tot het 2 kilo gevoel omhoog bewegen zie: b 2 sec vasthouden en langzaam loslaten. Links en rechts oefenen.
Oef: 24 Buigen van de polsen nu met de handpalm omlaag vingers horizontaal, elastische band onder de voet tek. a. tot het 2 kilo gevoel omhoog bewegen tek. b 2 sec vasthouden en langzaam loslaten. Links en rechts oefenen.
Als je deze 24 oefeningen achtereen doet noemen we dit een serie, meerdere series achtereen noemen we een sessie. (Bijvoorbeeld een sessie van 2 ). Het is niet noodzakelijk een pauze in te lassen tussen de oefeningen omdat er met kleine krachten wordt geoefend en er telkens andere spieren gebruikt worden. Om enig inzicht te krijgen of deze oefeningen een verbetering in het
spelpeil teweeg brengen op het punt van de krachttraining doen we een schatting van het spelpeil van dit moment in overleg met de betreffende speelster of speler, een ieder zal een ander spelniveau hebben. De trainer zal dit beoordelen weer in overleg met de beoordeelde, naar aanleiding van trainingen en oefenwedstrijden en ladderwedstrijden. We noemen dit een omslagpunt. Dit gaan we omschrijven in een logboek. Naar aanleiding van deze omslagpunten kunnen we per individu de krachttraining aanpassen. 1 Het aantal series per sessie. 2 Het aantal sessies per week. Natuurlijk zijn er nog andere trainingen op andere onderdelen gericht maar die laten we even terzijde. Verder laten we in ons oordeel helpen door het verrichten van een aantal tests. Test 1 Shuttle run.
datum van het laatste omslagpunt. Deze tijd is vergelijkbaar met vorige tijden en of de tijden van anderen. Test 2 Omloop.
Testpersoon start op TP en loopt recht naar voren. Dan links af met cross over steps front naar voren. Hierna achteruit lopen. Nu met aansluitstapjes zijwaarts naar rechts front naar voor. Alles gebeurt buiten de lijnen!!! Nu van de TP plaats naar links en gaat alles in omgekeerde volgorde. Hierna alles nog een keer herhalen dus is er nu 4 maal rondgegaan! Neem nu de tijd op van deze 4 rondgangen. Als hoeken worden afgesneden is de poging ongeldig. Noteer de tijd in het logboek met de datum van het omslagpunt en vergelijk weer. Test 3 Springen.
Plaats 9 shuttles op de stippen een sh. in de hand, ga op de testpersoon plaats staan loop nu naar de andere kant van de baan en zet de shuttle precies op de lijn, en loop terug en doe dit net zo met de andere shuttles, neem de tijd van het geheel op als je de laatste shuttle plaatst. De shuttles staan nu op de plaats van de cirkeltjes dus precies op de achterlijn als dit niet zo is wordt de poging ongeldig. Noteer de tijd van deze geldige poging in het logboek bij de
Test 4 Springen.
Ga met de schouder in de richting van een muur staan met een krijtje in de hand en zet een streepje op de muur. Spring nu omhoog en zet op het hoogste punt weer een streepje. Meet het verschil tussen beide streepjes, meerdere pogingen zijn toegestaan, noteer dit in het logboek met de datum van het omslagpunt en vergelijk. Let hierbij op dat de kracht uit de beenspieren moet komen met een juiste coördinatie, dus NIET uit het voorover buigen van het bovenlichaam, je moet dan namelijk al die kilo’s ook weer optillen die kunnen al boven zijn.
Lunge (voorwaartse sprongbeweging, denk hierbij aan een schermer). Neem een paar versnellende stapjes naar een gemarkeerd punt en spring met een lunge voorwaarts en kom vanaf dit punt volledig in balans neer. Zie foto. Meet de afstand van het markeerpunt naar de punt van de voorste voet, meerdere pogingen zijn toegestaan, afstand noteren en vergelijken. Bij niet in balans neerkomen is deze poging ongeldig. Probeer bij deze sprongbeweging het bovenlichaam zoveel mogelijk rechtop te houden. Echter in een noodsituatie waarbij we toch nog verder moeten reiken buigen we toch het bovenlichaam naar voren en steunen hierbij met de linkerhand op de vloer. En als er voldoende tijd is kan een Chasséstapje ook volstaan. Zie hierbij de laatste grote foto onder. Test 5 Springen. Nu een achterwaartse sprongbeweging bijvoorbeeld naar de linksachter backhandhoek. Zie foto.
Neem weer een paar versnellende stapjes naar een gemarkeerd punt en spring nu achterwaarts, zet hierbij af met het rechterbeen en land volkomen in balans op het
TECHNISCH BULLETIN VBO pagina 28
linkerbeen meet de afstand van het markeerpunt tot achter de linker hiel, meerdere pogingen zijn toegestaan, afstand noteren in het logboek om te vergelijken. Bij niet in balans neerkomen is de poging ongeldig. Zie ook de grote foto onder. Test 6 Meten van de slag snelheid (kracht). We nemen hiervoor 2 doorgaans in de keuken gebruikte schuursponsjes we plakken ze tezamen met plakband het gewicht zal nu +/- 7 gram zijn maar is niet zo belangrijk als het daar maar in de buurt is en je altijd dezelfde sponsjes gebruikt. Je gaat nu achter een streep staan en gooit nu de sponsjes zover mogelijk naar voren en meet de afstand. Meerdere pogingen zijn toegestaan. Noteer in het logboek bij het omslagpunt met de datum en eventuele bijzonderheden. Dit laatste geldt trouwens voor alle oefeningen.
Test 7 Krachtuithoudingsvermogen ( Zijdelings ook accuratesse). We zijn nu op de badmintonbaan en oefenen met minimaal 3 personen. Eerste de testpersoon. Tweede de aangever(s). Derde de teller shuttler aper(s). Er wordt aangegeven tussen de servicelijnen achterveld, als de testpersoon niet tussen de servicelijnen staat is de poging ongeldig. Nu speelt hij / zij clear naar de tegenover liggende achterveldservicelijnen als de shuttle is geland blijft hij daar liggen en wordt gelijk met de landing een volgende shuttle aangegeven. Dit zo 20 keer achtereen, het aantal goed gelande shuttles wordt geteld, meerdere pogingen toegestaan. Alle buiten de servicelijn gelande shuttles zijn ongeldig. Noteer alles in het logboek. Aantal series / sessies.
Lunge met steun van de hand
Sprong achterwaarts
Reactie op het artikel van Rune Massing “Coaching tijdens topwedstrijden”. Door: Wim Knaap In mijn ogen een goed artikel, maar ook iets om over verder na te denken. Een aspect dat ik zeer belangrijk vind wil ik er uitlichten. Ik citeer Rune:
“Als een topspeler coach wordt zal deze in de eerste instantie alleen maar teruggrijpen op zijn eigen carrière. Er zijn genoeg voorbeel den van coaches die altijd eerst doen wat goed is voor zichzelf en vervolgens hun spelers spiegelen aan hun eigen carrière”.
TECHNISCH BULLETIN VBO pagina 29
Rune slaat de spijker precies op de kop. Dit is een veelvoorkomende fout bij/van trainers, begeleiders, ouders, commissieleden en bestuurders. Ik betrap hen, oh zo vaak, in gesprekken, vergaderingen en tijdens wedstrijden, dat zij hun eigen instelling, tactiek, techniek en fysiek en heel soms ook de mentale instelling projecteren op de speler. De speler die hierin meegaat wordt al heel snel gezien als een talent.
Meest lastige speler ooit was Johan Cruijff. Heel eigenzinnig, met sterke technische en tactische vaardigheden. Uitstekend analytische vermogen over het spel. Voor de meeste trainers was hij een ware crime. Wat moet je zo’n eigenwijze speler die alles beter weet? Conclusie: Een goede trainer biedt juist dat aan wat een speler nodig heeft en gaat niet uit van zijn eigen perspectief.
UIT DE OUDE DOOS: HANS SWEEP. Wie wat bewaart heeft nog wat. Onlangs zat ik te spitten in wat oude clubbladen, met name het lustrum nummer van BC Amstelstad 1960-1965. Hiervoor had Hans Sweep, die behoorde tot de eerste tientallen gediplomeerde trainers van toen, een artikel geschreven. De inhoud, let wel 1965, heb ik met grote bewondering en respect opnieuw gelezen. Te bedenken wat de trainers toen moesten weten en wat nu. Een ongekende wijsheid van toen welke in mij ogen thans ook nog zeer zinvol en bruikbaar is. Ik wil de mede V.B.O.-leden de inhoud niet onthouden. Ik hoop en wens dat dit artikel inspirerend werkt en ons tot verder nadenken aanzet. Wim Knaap
SPORT Zolang met name de meest elementaire principes en de bestaande regels worden opgevolgd, zodat de wedstrijd de grenzen van een vechtpartij, van een reclameactie en van een circus nog niet geheel overschrijdt, blijft er sprake van sport. Men definieert sport wel eens als volgt: Die lichaamsbewegingen, die om der wille van de vreugde van deze beweging gebeuren. Een nozem die winkeldiefstallen had gepleegd en daarmee tegen de lamp gelopen was, zei, dat dit stelen voor hem meer sport dan noodzaak was! Deze graaibeweging om der wille van de vreugde, valt er dus niet onder, als u begrijpt wat ik bedoel. De sport spreekt alle volkeren aan en brengt warmte in "koele verhoudingen", waar sprake is van een zekere afstand. In den beginne werd de sport bedreven ter ere van de Goden.
Bijvoorbeeld: voorbereiding tot de oorlog, liefhebberij, bedrijf, noodzaak, gezondheid, plicht, erekwestie, nationaal belang, amusement, drama, karaktervorming. Als men maar niet vergeet dat men door de sport zijn karakter toont en vormt. Ook in de sport krijgen we de technische perfectie - het "spelertje" (de amateur) wordt een “willetje" (de prof). Het spelelement is teruggedrongen en het wedstrijdelement is bepalend. Hoe is het nu met de trainers en met de training gesteld? Eerst een enkel woord over de trainers. Vroeger had een trainer genoeg aan ervaring, opgedaan in de eigen sportloopbaan en aan een flinke dosis enthousiasme om zijn vrije tijd aan het succes van anderen te wijden.
De glorie van de overwinning was het nieuwe element, dat de kiemen in zich droeg van het latere verval. Ontrouw aan de goden en een steeds heviger verheerlijking van de overwinnaars. Velen zoeken in de sport geen ontspanning maar juist de spanningen, die in het dagelijks leven gemist worden.
Nu moet een trainer een heleboel weten; hij moet er voor studeren en lezen, ja, hij moet zelfs examens afleggen en indien mogelijk congressen bijwonen. Immers achter de sport staat tegenwoordig - beschermend, experimenterend, controlerend, stimulerend - de wetenschap.
Welke eigenschappen moet een goed sportman bezitten?
De training moet hieraan dus wel meedoen. Het is nu algemeen bekend, dat niet de tijdsduur de mate van training bepaalt, maar de intensiteit waarmee dit geschiedt.
1e: zin voor rechtvaardigheid 2e: hij moet de meerderheid van een ander zonder nijd erkennen. 3e: hij toont zich bij het behalen van een overwinning niet overmoedig. Hij vormt zichzelf in en door de sport. En als je nu vraagt: waarom doe jij aan sport? Kunnen er veel antwoorden op komen.
De sportman moet niet alleen lichamelijk trainen maar ook geestelijk. Mentale training en concentratie zijn zaken van gevoel en van compressie van de wil; tevens een dooreen strengeling van "wil" en " geloof" en van “liefde". Men moet vervuld zijn van een gesteld doel. Mentale training is sportbeoefening met de geest (als je TECHNISCH BULLETIN VBO pagina 30
een spier wilt versterken, denk dan aan die spier, wees erbij met je hersens; dit wordt dan een heel andere spier, dan die andere "sterke" spier, dan die "domme" spier). Concentratie is de samentrekking van al zijn innerlijke, geestelijke en fysieke krachten op het gestelde doel. Goed trainen is dus algeheel vergeten van alles wat niet tot de training behoort. En tot training behoort enige tijd van overdenking, van terug schouwing na de training. Langzaam moet de trainer liefde, begeerte en wil, concentratie en spanning weten te kweken. Trainer en speler moeten op elkaar zijn afgestemd en wel zeer zuiver; zij moeten in elkaar "geloven". Het gevoel van overtraind zijn is geen lichamelijke maar een geestelijke kwestie. Het wil dus eigenlijk zeggen, dat men zijn geestelijke krachten niet meer achter zijn sport kan zetten. Dit kan men voorkomen, door meer dan eens de boeien der concentratie en die der ontzeggingen los te gooien.
TIPS: Luister nooit naar gelegenheidsraadgevers, zij kunnen je doen twijfelen over wat je trainer je geleerd of verboden heeft. Neem nooit iets in voor slapeloosheid, voor een wedstrijdavond; bedenk dat iedereen hier last van heeft. Speel niet alleen met geestdrift (enthousiasme) "vuur", maar met concentratie - "heilig vuur". Bedenk, dat de mens alleen in de sport bereid en in staat is om het hoogste te geven, waartoe zijn lichaam is op te voeren. H. Sweep, Eindhoven
Badminton Make the feathers fly
ALGEMENE INFORMATIE. SECRETARIAAT Een nieuw lid ontvangt binnen 14 dagen na aanmelding een bevestiging van het lidmaatschap. Beëindiging van het lidmaatschap dient schriftelijk bij het secretariaat te gebeuren vòòr 1 november van het lopende jaar.Wijzigingen in personalia en/of gradatie dienen per direct aan het secretariaat te worden doorgegeven. CONTRIBUTIE Contributie: per jaar € 70,00. Inschrijfgeld eenmalig: € 10,00. Betaling per acceptgiro of via automatische afschrijving na machtiging. IBAN NL18INGB0002069676 t.n.v. Vereniging Badminton Oefenmeesters BIJSCHOLINGEN Aankondigingen van en inschrijfformulieren voor bijscholingen worden gepubliceerd op www.vbo-trainer.nl. Inschrijvingen dienen gestuurd te worden naar het secretariaat, bij voorkeur digitaal. Ongeveer 14 dagen voor de bijscholing wordt een uitnodiging toegezonden met de deelnemerslijst en de routebeschrijving. TECHNISCH BULLETIN VBO pagina 31
SPONSORING De V.B.O. wordt gesponsord door Yonex. ERELEDEN H. van Praag R.A. Folkeringa B. Boshoven N.J. Meyering F.L. Rademaker J.P. van Lienden-De Knecht B. Saaleman W. Knaap J. Tjoa LID VAN VERDIENSTE J.A.N. Renesse van Duivenbode R. Trieling BUITENGEWOON LID M.O. van Lienden
Indien onbestelbaar retour: Kennedystraat 48, 6921 CX DUIVEN
Secretariaat:
[email protected] Opgericht 23 mei 1970 - k.v.k. te Den Haag onder Nr. 40410252