Taalbeleid: van mooie woorden naar krachtige daden! Kris Van den Branden
Twee vernieuwingen
Taalbeleid: een Phaistos-schijf of een Qwerty-klavier?
TAALBELEID
Taalbeleid = de structurele en strategische poging van een schoolteam om de onderwijspraktijk aan te passen aan de taalleerbehoeften van de leerlingen/studenten met het oog op het bevorderen van hun ontwikkeling (in functie van relevante doelen) en het verbeteren van hun onderwijsresultaten. (Bogaert en Van den Branden, 2010. Handboek Taalbeleid Secundair Onderwijs)
Taalbeleid = opdracht Scholen moeten (nu OOK!!!!) een taalbeleid ontwikkelen Dat is complex, en moet volgens de regels van de kunst: structuur, cyclus, plan, BSA, effectmeting… Alle leerkrachten moeten hieraan meewerken: Elke leerkracht is (OOK!!!!) een taalleerkracht! De administratieve last is al zo groot…. Een secundaire school is
GROOT
Taalbeleid als opdracht Een taalbeleid met een waterhoofd…. We hebben een BSA, een taalbeleidscoördinator, een plan en veel ambities (‘talk the talk’) en een zeef met heel kleine gaatjes….. Maar in onze klassen beweegt er niet veel…
Vernieuwing in het onderwijs? Welke voordelen heeft het (voor mij)? Is het nieuwe inpasbaar in het oude? Is het moeilijk om te begrijpen? Kan ik het uitproberen? Kan ik de gevolgen zien? Is het praktisch haalbaar? Is het concreet? Speelt het in op mijn problemen? Word ik ondersteund? (Fullan, 2001; Rogers, 2003; Markee, 1997; Van den Branden, 2009)
Er is één zorg die alle leerkrachten delen DE ZORG VOOR DE LEERLING
Waarom taalbeleid? = de structurele en strategische poging van een schoolteam om de onderwijspraktijk aan te passen aan de taalleerbehoeften van de leerlingen/studenten met
het oog op het bevorderen van hun ontwikkeling (in functie van relevante doelen) en het verbeteren van hun onderwijsresultaten.
De noden van de leerlingen Talige noden: Het immense belang van geletterdheid in de 21ste eeuw Het cruciale belang van taalvaardigheid voor het welslagen in het hoger onderwijs en in het maatschappelijk leven
De noden van de leerlingen
Harde feiten 1
op 7 Vlamingen leest te slecht om te kunnen functioneren in een (kennis)maatschappij als de onze (Bohnenn et al., 2004) PISA: Er zijn grote verschillen tussen de leesvaardigheidsscores van leerlingen met hoog SES en die met laag SES (= socio-economische status). De leesvaardigheid van vele jongeren in het BSO verbetert nog nauwelijks tussen 3 BSO en 6 BSO (Jaspaert en Van den Branden, 2010). 15-jarige Vlaamse leerlingen lezen niet graag.
Lezen: de pikkel en de wop Tekst Een wop mufte zijn frisse fruin. Een pikkel beunde snerp in de fruin van de wop. “Groes mijn bale fruin!” loeg de wop biest. “Mijn fruin is frins!” “Proest bedaan”, makkelde de pikkel. “Mart jij benedal geen lijpjes?” “Ik mart geen rotse pikkels”, slokte de wop biester. Vragen Wat mufte de wop? Wie beunde in de fruin van de wop? Hoe beunde de pikkel? Schrijf in de juiste volgorde wat de wop deed: loeg – slokte – mufte Wat zou jij het liefste zijn, een pikkel of een wop?
Van mooie woorden naar krachtige daden (1) De leerkrachten MVT en Nederlands van de derde graad werken samen rond “structurerend en evaluerend lezen”. Ze werken samen ideeën uit voor het werken met meerdere bronnen, het stellen van vragen VOOR het lezen van de tekst, het inbouwen van de aandacht voor leesstrategieën, en werken een taaloverschrijdend project uit waarbij leerlingen meerdere bronnen (in meerdere talen) op structurerend en evaluerend niveau moeten verwerken. Ze volgen een nascholing rond leesdidactiek.
Van mooie woorden naar krachtige daden (2) De leerkrachten Nederlands van de drie graden overleggen hoe ze hun schrijfdidactiek krachtiger kunnen maken. Vanuit een gedeelde visie rond meer functionele taken en een procesmatige ondersteuning van het schrijfproces, wisselen ze ideeën uit voor functionele schrijftaken, ze stemmen hun feedbacksysteem op mekaar af, ze bekijken de mogelijkheden van het invoeren van een schrijfportfolio, ze controleren of alle tekstgenres voldoende aan bod komen, ze werken een onderwijslijn uit voor schrijven…
De noden van de leerlingen Ontwikkeling van competenties in de niettaalvakken (vakgebonden eindtermen en vakoverschrijdende eindtermen)
= de ambitie van de vakleerkrachten De basisinsteek voor elke leerkracht is haar vak, en haar leerlingen.
Wat heeft dat met taal te maken?
ALLES Het vak is leeg zonder taal. Taal is het belangrijkste werkinstrument van elke leerkracht. Taalgebruik is de kern van de onderwijsleeractiviteit. Elke leerkracht is een leerkracht die heel veel taal gebruikt om de vakdoelstellingen te halen.
En die schooltaal… is moeilijk - Een werkstuk dat is gedraaid in een zelfcentrerende drieklauwplaat en dat wordt losgemaakt, kan niet meer slingervrij worden ingespannen. De hartlijnen van de diameter liggen dan niet meer op dezelfde lijn. Doe je het toch dan draai je een excentrisch werkstuk. - Als eerste voorboden voor een warmtefront gelden cirrus, cirrocumulus en cirrostatus. -De afstand van een punt tot een rechte is de afstand tussen het punt en het voetpunt van de loodlijn uit dit punt op de rechte. -Het verschil tussen twee natuurlijke getallen is het getal dat bij het tweede opgeteld, het eerste als som oplevert - De burgerij stond open voor de ideeën van de Verlichting. De absolute monarchie en de bevoorrechting van adel en clerus drukten zwaar op de burgerij.
Hamvraag voor taalbeleid
Hoe gaan wij om met taal op school?
Welke gevolgen heeft dat voor de ontwikkeling van de leerlingen?
De inzet van taalbeleid
Taalgericht vakonderwijs
… is onderwijs dat: contextrijk is, vol (inter)actiemogelijkheden zit en waarbinnen de nodige taalsteun geboden wordt. (Hajer en Meestringa, 2008)
Van mooie woorden naar krachtige daden (3) De leerkrachten van 4,5 en 6 besluiten om een gezamenlijke, vakoverschrijdende ‘groeiwijzer’ te ontwerpen voor het beoordelen en feedbacken van informatieve leerlingpresentaties waarbij Powerpoint wordt gebruikt. Samen met de afdeling Hout en Bouw (BSO) en Handel (TSO) wordt door de gemeente een lokaal speeltuintje en skatepark volledig heringericht; zowel in het ontwerp als in de uitwerking krijgen jongeren volwaardige inspraak.
Van mooie woorden naar krachtige daden (4) De leerlingen van de BSO-richting "Voeding en verzorging" geven EHBO-les aan de leerlingen van het ASO (in dezelfde school). Na overleg tussen leerkrachten: wordt het vak “Kantoortechnieken” omgevormd tot een virtueel kantoor waarin leerlingen samen de verschillende aspecten van de administratie van een imaginaire onderneming verzorgen wordt besloten om in de richting Carrosserie als een echte garage met echte klanten te gaan werken
Van mooie woorden naar krachtige daden (5) Na een pedagogische studiedag over coöperatief leren mogen leerkrachten die nog weinig ervaring hebben met (en veel vragen bij) samenwerkend leren, hun meer ervaren collega’s van dezelfde graad gaan observeren. Het CTO wint de Wablieft-prijs 2011 voor het project Gkracht dat met teams van BSO-richtingen aan geletterdheid werkt doorheen het curriculum
G-kracht!
Taalontwikkelend lesgeven = vakonderwijs waarin expliciete vakdoelen en taaldoelen zijn benoemd, waaraan gewerkt wordt via een contextrijke didactiek, vol interactie en met taalsteun (Hajer & Meestringa, 2008)
Taalbeleid als kans Taalbeleid gaat om ge.................. kansen voor taal
Taalbeleid als kans Taalbeleid gaat om geBUNDELDE kansen voor taal: - bundeling van kansen voor leerlingen om taal te leren, én te leren via taal - bundeling van krachten door leerkrachten om hun klassen krachtiger, en dus tegelijkertijd taalkrachtiger te maken
Taalbeleid als bundeling van kansen/krachten ZE KUNNEN NIET MEER …………….. KUNNEN WIJ NIET MEER……………… ?
Taalbeleid = de structurele en strategische poging van een schoolteam om de onderwijspraktijk aan te passen aan de taalleerbehoeften van de leerlingen/studenten met het oog op het bevorderen van hun ontwikkeling (in functie van relevante doelen) en het verbeteren van hun onderwijsresultaten.
Beginsituatie-analyse? Sop? Kolen?
Een trio van doelstellingen op een bedje van Beginsituatie-analyse...
Evalueren van taalbeleid Doelstellingen
Effect
beoogde veranderingen op leerling/klas/schoolniveau
vastgestelde veranderingen op leerling/klas/schoolniveau
Specifiek Meetbaar Aanvaardbaar Realistisch Tijdsgebonden
Verbonden met specifieke doelen? Gemeten/waargenomen? Aanvaard door team als effect? Gerealiseerd dankzij de acties? Binnen voorziene tijdsperiode?
Taalbeleid krijgt op de school systematisch vorm als een schoolteam: bewust stilstaat bij wat alle leden van het team concreet met taal doen en zich afvraagt hoe effectief en efficiënt dat is voor de ontwikkeling van de leerlingen; beslist aan welke problemen en zwaktes prioritair aandacht moet geschonken worden; voor die prioritaire aandachtspunten doelstellingen bepaalt en aan die doelstellingen gepaste acties verbindt; die acties met alle betrokkenen probeert uit te voeren; het effect van die acties evalueert en waar nodig bijstuurt.
PLANMATIGHEID – TEAMWERKING - SAMENHANG
Tien tips voor het efficiënt uitvoeren geïnformeerd van een taalbeleidsplan Zorg ervoor dat alle leden van het team ………………………. (1) zijn over de inhoud van het taalbeleidsplan en hou hen ook goed geïnformeerd over de voortgang van de uitvoering van het plan. het hele team Werk met ….………………….(2) actief aan het uitvoeren van het taalbeleid: combineer acties die van bovenuit komen (vanuit het schoolbeleid) met acties van onderuit (in de verschillende klassen). Combineer individuele acties van leerkrachten met gezamenlijke acties door het team. Combineer acties op klasniveau met acties op schoolniveau.
Tien tips (vervolg) realistisch Ga …..……….(3) om met tijd en met vernieuwingen: probeer met kleine stappen vooruit te gaan. Probeer evolutie of vernieuwing niet te overhaasten maar respecteer anderzijds de gestelde de olievlekstrategie tijdslimieten. Zet in op……………………. (4) : laat leerkrachten die snel van start gaan andere teamleden inspireren, motiveren, informeren, ondersteunen of op een andere manier het voortouw nemen. Geef andere leerkrachten het recht om wat meer tijd te nemen of met een kernteam kleinere stappen vooruit te gaan. een taalbeleidscoördinator Werk met ……..…………….… (5) of …………………………….. (6), die de vaart in de uitvoering van het taalbeleidsplan kan houden en die ook voor de nodige ondersteuning aan individuele leerkrachten of directie kan zorgen. Neem als directie een actieve rol op in het voorstuwen van het taalbeleid.
De cruciale rol van SPILfiguren
De cruciale rol van SPILfiguren Directie Taalbeleidscoördinator Kernteam leerkrachten ondersteunen, coachen visie-ontwikkeling stimuleren en visie uitschrijven leerkrachten informeren overleg faciliteren taalbeleidscyclus 'rollend' houden externe expertise inroepen redactie taalbeleidsplan supervisie evaluatie taalbeleidsplan .....
Profiel van de taalbeleidscoördinator heeft een aantal jaren beroepservaring in de klas; wordt gewaardeerd in het team omwille van zijn deskundigheid; is toegankelijk en vlot in de omgang; heeft een specifieke deskundigheid en/of een sterke interesse in taal; staat open voor vernieuwing, is constructief-kritisch over onderwijskwaliteit en positief zoekend naar verbetering; staat positief ingesteld tegenover directie, leerkrachten én leerlingen: heeft hoge verwachtingen op de drie niveaus.
Tien tips (vervolg)
externe hulp en deskundigheid
Zet waar nodig …………..……. (7) in: vraag feedback over de manier waarop de uitvoering van het taalbeleidsplan verloopt. Zoek buiten de school naar antwoorden op inhoudelijke en praktische vragen, zeker als het team vastzit. Vind geen wielen uit die reeds buiten de school zijn uitgevonden. Zoek contact met andere schoolteams (of leerkrachten van andere scholen) die in een gelijkaardig taalbeleidsproces verwikkeld zijn. intensief overleg Blijf binnen het team …………………… (8) over het taalbeleid voeren en doe dat op verschillende manieren: informeel, formeel, mondeling, schriftelijk, ... Zorg ervoor dat leerkrachten met hun vragen of bedenkingen steeds bij iemand terechtkunnen.
Vernieuwing als proces Innovatie moet kunnen uitgroeien tot 'joint project' van een lerende organisatie: open ruimte voor experimenteren, proberen, leren uit mislukkingen "Change in language teachers’ beliefs and practices, then, should be seen as a process rather than an event; it entails an unfolding of experience and a gradual development of skill and sophistication in using the innovation (Dooley, 1999). As a result, it calls for sustained effort and support." (Van den Branden, 2009)
Het cruciale belang van ondersteuning
Ondersteuning via concrete lesmaterialen en lesideeën, en via teamteaching (praktijk veranderen) Ondersteuning via samen voorbereiden, samen reflecteren, samen plannen, samen resultaten evalueren (visie veranderen) Ondersteuning via samenwerken aan beter onderwijs (cultuur veranderen) Buit het sociale kapitaal van het schoolteam uit! (Fullan, 2011)
Taalbeleid draait om samenhang tussen beginsituatie-analyse en taalbeleidsplan; tussen doelen op leerlingniveau en die op klasen schoolniveau; tussen doelen en acties; tussen evaluatie en acties; tussen wat verschillende leerkrachten in verschillende klassen denken en doen; tussen wat de directie doet en wat de leerkrachten doen; tussen wat leerlingen denken en doen en wat leerkrachten denken en doen.
Valkuilen voor taalbeleid Taalbeleid is een zaak voor taalspecialisten. Taalbeleid is een opdracht voor de directie. Taalbeleid staat en valt met een taalbeleidsplan. Taalbeleid gaat in de eerste plaats over taalcorrectheid. Taalbeleid heeft vooral met regels en reglementen te maken. Taalbeleid is de zoveelste 'extra' voor de school.
Meer hierover lezen?
Nora Bogaert en Kris Van den Branden (2010). Handboek taalbeleid secundair onderwijs. Leuven: ACCO Surf naar www.taalbeleid.org
Mercer,1995 “Een prestatie van een leerling is nooit alleen een weergave van de innerlijke talenten van die leerling, maar is ook een maat voor de effectiviteit van de communicatie tussen de leerkracht en de leerling.”
Referenties Bogaert, N., & Van den Branden, K. (2011). Handboek Taalbeleid Secundair Onderwijs. Leuven: Acco. Bohnenn, E, Ceulemans, C., van de Guchte, C., Kurvers, J., & Van Tendeloo, T. (2004). Laaggeletterd in de Lage Landen. Hoge prioriteit voor beleid. Den Haag: Nederlandse Taalunie. Fullan, M. 2001. The new meaning of educational change. New York: Teachers College Press. Fullan, M. (2011). Choosing the wrong drivers for whole system reform. Melbourne: Centre for Strategic Education. Jaspaert, K., & Van den Branden, K. (2011). Literacy for all. In K. Van den Branden, M. Van Houtte, & P. Van Avermaet (Eds.), Equity and excellence in education: towards maximal learning opportunities for all (pp. 215-235). New York: Routledge. Markee, N. 1997: Second Language Acquisition Research: A Resource for changing teachers’ professional Cultures? The Modern Language Journal 81:1 (Spring), 80-93. Peters, E. & Van Houtven, T. (red.) (2010). Taalbeleid in het hoger onderwijs: de hype voorbij? Leuven: ACCO. Rogers, E. M. 2003: Diffusion of Innovations. Fifth Edition. New York: Free Press. Van den Branden, K. (2009). Diffusion and implementation of innovations. In M. Long & C. Doughty (Eds.), The Handbook of Language Teaching (pp. 659-672). Oxford: Blackwell Publishers.