’t Twaalfuurtje van deze week _________________________________________
4 maart 2015
Deze week in het Twaalfuurtje een ‘eigen’ zaak die het volledige klachtentraject van het Kifid – van de Ombudsman tot en met de Commissie van Beroep – doorlopen heeft. Kort gezegd speelde in deze kwestie het volgende. In 1999 heeft A via bemiddeling van zijn tussenpersoon een hypothecaire geldlening afgesloten. Aan die hypothecaire geldlening was een beleggingsverzekering gekoppeld. De beleggingsverzekering bood tevens overlijdensrisicodekking. De kosten van de verzekering (premie overlijdensrisico, beheerskosten, administratiekosten, etc.) werden onttrokken aan de beleggingsverzekering. A heeft onder meer geklaagd dat hij vooraf niet gewezen is op de aan beleggen verbonden risico’s, en dat de tussenpersoon onvoldoende informatie heeft verschaft over het feit dat de premie voor het overlijdensrisico (met name) bepaald werd door de hoogte van het risicokapitaal (het verschil tussen het bedrag dat zou worden uitgekeerd bij overlijden en de op te bouwen waarde in de beleggingsverzekering). Deze constructie kan een drukkend effect hebben op de waardeopbouw in de beleggingsverzekering. In geval van dalende beurskoersen daalt de opgebouwde waarde in de beleggingsverzekering immers niet alleen door het feit dat de onderliggend participaties (aandelen/obligaties) minder waard worden, maar ook doordat meer premie voor de overlijdensrisicoverzekering betaald moet worden (het zogenaamde hefboomeffect). Kortom, A meent dat de beleggingsverzekering niet aan hem verkocht had mogen worden. In de procedure bij de Geschillencommissie heeft A van de tussenpersoon betaling gevorderd van een bedrag van € 65.699,--. Deze vordering heeft A eveneens tegen de verzekeraar ingesteld. De Commissie van Beroep overweegt ter zake de klacht dat de tussenpersoon zou hebben nagelaten deugdelijk te informeren en adviseren over de aan de beleggingsverzekering verbonden risico’s als volgt: “4.8 (…) Daarbij wordt in aanmerking genomen dat aan Belanghebbende in ieder geval wel uitvoerige schriftelijke informatie over beleggingsfondsen ter hand is gesteld en dat gesteld noch gebleken is dat Belanghebbende die informatie niet zou hebben begrepen (…)” En: “4.15 (…) Dat aan een beleggingsverzekering risico’s kleven – met name in het geval van dalende beurskoersen in combinatie met het hefboom- en inteereffect – maakt het product niet ondeugdelijk. Belanghebbende heeft – zoals hiervoor is weergegeven – alle relevante informatie ontvangen. Uit de overeenkomst en het bijgevoegde informatiemateriaal was voldoende duidelijk dat met de maandelijkse inleg beleggingseenheden zouden worden aangekocht, dat de omvang van het eindkapitaal afhankelijk was van het resultaat van de beleggingen en dat er geen sprake was van een gegarandeerd eindkapitaal. Daarbij komt nog dat het destijds financieel aantrekkelijk kon zijn een beleggingsverzekering af te sluiten in plaats van sparen of beleggen, omdat – in de tijd dat Belanghebbende zijn beleggingsverzekering sloot – dit soort verzekeringen fiscaal gefaciliteerd werden, waardoor
hogere rendementen konden worden behaald dan met sparen of “gewoon” beleggen. De Commissie van Beroep verwerpt derhalve de stelling dat de Tussenpersoon de onderhavige verzekeringsovereenkomst niet had mogen adviseren omdat het een ondeugdelijk product is.” Ter zake het verwijt dat de tussenpersoon niet gewaarschuwd zou hebben voor (de nadelige gevolgen van) het hefboomeffect heeft de Commissie van Beroep aangesloten bij het oordeel van de Geschillencommissie: “4.8 De Geschillencommissie heeft geoordeeld dat Belanghebbende binnen redelijke grenzen dient te worden gecompenseerd voor de schade die hij heeft geleden als gevolg van het hefboomeffect. De Geschillencommissie is van oordeel dat de schade kan worden berekend aan de hand van de zogeheten “Compensatieregeling”, aan welke regeling een overeenkomst ten grondslag ligt tussen (onder meer) de verzekeraar en diverse belangenorganisaties (…) Voorts is de Compensatieregeling correct uitgevoerd, zodat Belanghebbende binnen redelijke grenzen is gecompenseerd voor de nadelige gevolgen van het hefboomeffect, aldus de Geschillencommissie.” De Commissie van Beroep acht alle bezwaren van A ongegrond en bekrachtigd de beslissingen van de Geschillencommissie. Commentaar Uit deze uitspraak van de Commissie van Beroep lijkt te kunnen worden afgeleid dat een tussenpersoon aan zijn zorgplicht voldaan heeft indien hij de verzekerde voldoende geïnformeerd heeft over het aan te schaffen product. De tussenpersoon mag daarbij gebruik maken van schriftelijke documentatie waarin in algemene bewoordingen gewaarschuwd c.q. gewezen wordt op de aan het product verbonden (beleggings)risico’s. Daarnaast lijkt deze uitspraak te bevestigen dat de ontwikkelde compensatieregeling geacht moet worden een gepaste compensatie te verschaffen voor de nadelige gevolgen van het hefboomeffect. U treft de uitspraak in de bijlage aan. Van Randwijck Advocaten Vragen over dit Twaalfuurtje kunt u stellen via
[email protected] _________________________________ “Het Twaalfuurtje van deze week” is een initiatief van Van Randwijck Advocaten. Doel is om een zorgvuldig geselecteerd aantal geadresseerden elke woensdag van de week om klokslag 12.00 uur (of zoveel eerder of later als het de techniek behaagt) een berichtje te sturen waarin één enkele opvallende ontwikkeling in de praktijk wordt aangestipt en behandeld. Verzoeken tot opname in de lijst van geadresseerden kunnen worden gericht aan
[email protected] Indien geen prijs wordt gesteld op toezending van de berichten, kunt u dit melden door middel van een enkel berichtje aan
[email protected] Van Randwijck Advocaten Postbus 34060 3005 GB Rotterdam telefoon 010-2180808 telefax 010-4180707 www.randwijck.nl
Deze e-mail is uitsluitend bestemd voor de geadresseerde(n). Verstrekking aan en gebruik door anderen is niet toegestaan. Van Randwijck Advocaten sluit iedere aansprakelijkheid uit die voortvloeit uit elektronische verzending. Van Randwijck Advocaten contracteert onder toepasselijk verklaring van haar algemene voorwaarden (te vinden op www.randwijck.nl). Van Randwijck Advocaten is Associate Master Aansprakelijkheid en Verzekering Erasmus School of Law, Erasmus Universiteit Rotterdam