Strategisch Plan (SP) 2011-2015 1. Kadering: Een strategisch plan is een toekomstprojectie van omgevingsevoluties en hoe men daar als organisatie zal op inspelen op (middel)-lange termijn, gegeven de decretaal geformuleerde doelstellingen, en het hieraan gekoppelde beleidskader. Op basis van deze beheersovereenkomst zullen in een meerjarenplan (Strategisch Plan) de strategische doelstellingen gespecificeerd worden. Dit meerjarenplan wordt bovendien jaarlijks geactualiseerd en verfijnd naar concrete acties middels een jaaractieplan (JAP), dat in samenspraak met de relevante actoren op het terrein (en hun expertise) wordt uitgetekend. Het voeren van een omgevingsanalyse is dan ook een cruciaal instrument voor RTC Vlaams-Brabant om de vinger aan de pols te houden bij deze actoren op het terrein. Hoe zien zij hun werkveld evolueren, wat zijn hun doelstellingen binnen de periode 2011 - 2015 en wat zijn de gevolgen voor de strategische doelstellingen van RTC Vlaams-Brabant. Om de acties binnen de studiegebieden, die in de jaaractieplannen 2011, 2012, 2013, 2014 en 2015 worden opgenomen, te kunnen detecteren, voert het RTC Vlaams-Brabant vzw eerst en vooral een regionale arbeidsmarktscreening uit aan de hand van analysenota’s en streekpacten van VDAB, Resoc, Socius (steunpunt voor sociaal-cultureeel volwassenwerk), 3D-Forum en PPSCW ( Provinciaal Platform voor Sociaal Cultureel Werk Vlaams-Brabant). Deze screening gebeurt zowel vanuit statisch (toestand hic et nunc) als vanuit dynamisch/evolutief perspectief. Ook wordt de lijst van zogenaamde knelpuntberoepen in de regio’s Leuven, Halle-Vilvoorde en Brussel in de analyse betrokken. Uit deze omgevingsanalyse, gekoppeld aan de meest relevante studierichtingengegevens en gereflecteerd naar de TSO-, BSO-, BuSO en DBSO-scholen in Vlaams-Brabant, worden per jaaractieplan 2011, 2012, 2013, 2014 en 2015, bepaalde studiedomeinen gelicht als prioritair werkveld voor het RTC Vlaams-Brabant vzw. Naast de aansluitingsproblematiek tussen het technisch- en beroeps-onderwijs en de bedrijfswereld, wat betreft de didactische infrastructuur en leervormen (stages…), wordt eveneens op het belang gewezen van het inventariseren en intensifiëren van bestaande netwerken en de uitbouw van een duurzaam netwerk tussen de betrokken partners. Ook de specifieke nascholing van leerkrachten moet in voldoende mate aan bod komen. In de strategiebepaling zal steeds vanuit een win-win model voor respectievelijk onderwijs en bedrijfswereld uitgegaan worden en dit om een optimale betrokkenheid en impact te kunnen realiseren. In de jaaractieplannen wordt dan ook uitvoerig aandacht besteedt aan het professionaliseren van overleg- en actiestructuren die erop gericht zijn om voorlopig gededecteerde noden en vooropgestelde acties te verfijnen. Speerpuntacties per studiegebied worden benoemd maar algemeen gehouden om
1
tijdens het overleg- en actieproces te kunnen bijsturen waar nodig. Er worden in de jaaractieplannen dus nog geen volledig uitgetekende acties uitgewerkt, omdat deze juist vanuit en met het concrete werkveld gedetailleerd zullen vorm gegeven worden bij de uitvoering van de desbetreffende jaaractieplannen. Volgende documenten liggen aan de basis van het Strategisch Plan 2011 - 2015 van RTC VlaamsBrabant:
1) de streekpacten 2007-2012 voor de regio Leuven en Halle Vilvoorde van de resp. RESOC 2) het VDAB-document "Analyse Vacatures 2008: knelpuntberoepen" en de meest recente lijst knelpuntberoepen 2009 op de VDAB-website. 3) de enquêtes van de stakeholders van RTC Vlaams-Brabant (Raad van Bestuur, Onderwijsinstellingen uit Vlaams-Brabant en sectoren, uitgevoerd door het departement Onderwijs en RTC Vlaams-Brabant in april 2010) 4) de adviezen van de Overleg- en Actieplatformen "E/M, H/B, Auto, Handel en Personenzorg", actief in RTC Vlaams-Brabant, en gebundeld in de verschillende advies-jaaractierplannen 2011. 5) het opleidingsplan 2009-2013 - versie 2009 van het consortium volwassenonderwijs 4L
Uit de omgevingsanalyse, uitgevoerd door RTC Vlaams-Brabant, ter voorbereiding van dit Strategisch Plan 2011-2015 zijn de conclusies, onder de vorm van een samenvatting, verwoord in bijlage 1.
2. Missie van RTC Vlaams-Brabant:
Analyse van de in het RTC-decreet omschreven doelstellingen en verwachte initiatieven, leert dat er hier wat interpretatieruimte is om de missie van RTC Vlaams-Brabant concreter te benoemen. Decretaal moet de RTC-werking gericht zijn op volgende doelstellingen: - het realiseren van synergieën tussen onderwijsinstellingen en bedrijven; - de optimale doorstroming van leerlingen naar het bedrijfsleven; - de opwaardering van het technisch- en beroepsonderwijs. De domeinen waarop van het RTC concrete initiatieven verwacht worden, werden als volgt omschreven: ste
1
de onderlinge afstemming tussen onderwijsinstellingen en bedrijven van de vraag naar en het aanbod van infrastructuur, apparatuur en uitrusting voor technisch en beroepsonderwijs die een pedagogisch-didactische rol kunnen vervullen, inzonderheid door de ontwikkeling of ondersteuning van (een) infrastructurele inbedding(en), en de 2 de onderlinge afstemming tussen onderwijsinstellingen en bedrijven van de vraag naar het aanbod van leerlingen- en cursistenstages, en/of de 3 het faciliteren of coördineren van nascholing op het vlak van nieuwe technologieën, en/of de 4 de creatie van een platform waarbinnen onderwijsinstellingen en bedrijven kennis en ervaring kunnen uitwisselen. Het is – vanuit deze bijzonder brede omschrijving van de RTC-doelstellingen en verwachte initiatieven – dan ook mogelijk om vrij substantieel verschillende werkingsmodellen (strategische plannen) uit te tekenen.
Er kunnen dan ook 2 basistypes van een werkingsmodel voor een RTC onderscheiden worden.
2
2.1. Model 1: Focus op vaktechnische technologieoverdracht. Dit model vertrekt voornamelijk van de realisatie van het eerste decretaal vermeldt initiatief: onderwijsinstellingen zoeken in bedrijven geavanceerde infrastructuren en apparatuur die toelaten op een betaalbare manier hun lessen op de basisuitrusting in de school, zelf aan te vullen met hoogtechnologisch leerinhouden en aan te leren competenties. Het ultieme en belangrijkste doel is de ter beschikkingstelling van technologische infrastructuur. Met een boutade zou je kunnen stellen: “niet het bedrijf maar haar apparatuur interesseert de school”. Het model vertrekt van een drietal - initieel arbeidsmarktgerichte - domeinen en poogt strikt binnen deze domeinen technologische optimalisatie van de opleidingstrajecten na te streven. Het model is relatief makkelijk in te schuiven in het bestaande schoolmodel: alleen de fysische (leer)plaats en de apparatuur zijn de toegevoegde elementen in het leertraject t.a.v. de klassieke leersetting. Het model is vrij statisch, eerder beperkt en qua ambitie op vooral beheersing gericht. Het brengt de jongeren in contact met de technologie, maar niet noodzakelijk met de bedrijfsrealiteit (achterliggende processen t.a.v. de productieprocessen). De industrie wordt benut voor de technologische performantere leertrajecten. (Win voor de industrie is minder duidelijk). Nascholing van leerkrachten is weliswaar opgenomen in de doelstellingen, maar wordt de facto eerder zwak gerealiseerd. Door de verandering van opleidingsplaats en apparatuur kan de opleiding wat “funny-er” gemaakt worden (afwisseling, diepgang). In dit model blijft onderwijs vrij losstaand evolueren t.a.v. bredere technologische en arbeidsorganisatorische aspecten en veranderingen; we zouden kunnen spreken van en vrij klassiek onderwijsmodel met een technologisch-industrieel hulpmiddel. Al bij al blijft dit een eerder statisch model. Binnen de uitgekozen subdomeinen worden weliswaar de technologische evoluties opgepikt, maar impulsen vanuit andere domeinen of andere facetten van de arbeidsorganisatie en arbeidsmarkt dreigen niet of minder opgepikt te worden, temeer daar de intekening op projecten verdwenen is als beleidsinstrument voor dergelijke differentiatie.
2.2. Model 2: Confrontatie met brede technologische en arbeidsmarktmatige evoluties. Niet alleen de vaktechnische, maar ook (en vooral) breedtechnologische en arbeidsmatige evoluties zijn hier de ‘drives’. Naast nieuwe technologieën is er ook aandacht voor arbeidsorganisatorische aspecten (samenwerken in de ondernemingsomgeving, research, marketing, logistiek,…). De aandacht verschuift wat van de onmiddellijke kennis- en competentieoverdracht naar het middellijk leren (leren leren): afstandsleren, open leren, leren op de werkvloer. Men bereidt de student voor op het levenslang leren. Het accent ligt evenzeer op de leeromgeving (bedrijf) dan op de leerstof senso stricto. In dit model bepaalt de industrie meer mee de (toekomstgerichte) leerinhoud, leeromgeving en didactiek. Zo hoopt men dit technisch en beroepsonderwijs meer uitstraling te geven, en dus aantrekkelijker te maken door de grotere verbondenheid met de arbeidswereld. Het accent ligt hier meer op de decretaal bepaalde synergieën (tussen onderwijs en bedrijfwereld), op de doorstroming van leerlingen naar het arbeidsbestel en op de opwaardering van het technisch en beroepsonderwijs. Dit model veronderstelt een nog steviger engagement van de bedrijven (een beperkte vorm van industrieel leercontract a.h.w.). De industrie kan via dit model ook sneller en ingrijpender wegen op aanpassing van de leerstof. Een nadeel van dit model is dat de kwaliteit van onderwijs sterker afhankelijk wordt van de concrete samenwerkingsverbanden met de diverse bedrijven. De leraar wordt eerder gids in een uitdagende leeromgeving dan voorganger in zijn klassieke didactische rol. Dit model sluit wat beter aan bij enkele recente concepten en doelstellingen: competentieagenda, sectorconvenanten, werkplekleren, levenslang leren, alsook bij het recent door VOKA gelanceerde project “E= TI²”.
3
2.3. Evolutieve dimensie: Beide modellen zijn nogal in hun uitersten gemoduleerd. Uiteraard zijn er tussenvormen en ook een zekere geleidelijke evolutie van het ene model naar het ander is mogelijk.
beheersing
flexibiliteit
Uit voorgaande beschouwingen wil RTC Vlaams-Brabant bijgevolg een missie verwoorden die haar maatschappelijke rol aangeeft. Binnen het RTC Vlaams-Brabant engageren alle partners zich om mee te werken aan de uitbouw van een lerende en werkende maatschappij met een hoog competentieniveau en innovatieve capaciteit.
3. Visie van RTC Vlaams-Brabant:
RTC Vlaams-Brabant heeft dan ook, vanuit zijn missie, een visie bepaald waarin haar waarden en principes en haar rol in haar externe omgeving worden gedefinieerd. RTC Vlaams-Brabant wenst een platform te zijn waarop onderwijs in al zijn geledingen en bedrijfsleven elkaar kunnen vinden om gezamenlijke projecten te definiëren, uit te voeren en te evalueren en dit steeds in een win-win situatie voor beide partijen. Het "belang van de leerling" moet steeds de drijfveer zijn achter deze projecten. Het "welzijn" van de leerling / cursist is een ruim begrip, waarin het RTC Vlaams-Brabant de volgende accenten wil leggen: state-of-the-art technologische kennis, correcte werkattitude, flexibiliteit en leergierigheid om de constante en snelle technologische evoluties te verwerken en vooral te blijven verwerken. Al deze competenties zijn noodzakelijk om de leerling / cursist, waarvoor alle spelers in het RTCactieveld mede verantwoordelijk zijn, op een naadloze manier te laten overgaan van een schoolse omgeving naar werkplekomgeving en ook omgekeerd: van een werkplekomgeving naar een schoolse omgeving. RTC Vlaams-Brabant heeft in en om Brussel een rol te spelen bij het scheppen van randvoorwaarden of het verhogen van competenties om de kansen van onze doelgroep op de arbeidsmarkt te verhogen. RTC Vlaams-Brabant heeft een rol te spelen bij het voorkomen van uitsluiting of armoede, het verbeteren van onderwijskansen van haar doelgroep. RTC Vlaams-Brabant moet rekening houden met de bewustmaking of de aanmoediging van alternatieve vormen van mobiliteit in functie van het leerlingenvervoer naar acties rond werkplekleren en dit ten gevolge van de minder vlotte mobiliteit in Vlaams-Brabant.
4
Gezien de heterogeniteit van de spelers in het RTC-landschap en de spanningsvelden tussen hun belangen is het nodig om de bemiddelende rol van RTC Vlaams-Brabant als prioritair te beschouwen in zijn werking: de go-between, de moderator tussen de verschillende actoren in het veld. Het bewandelen van de middenweg tussen "beheersing" en "flexibiliteit", de 2 basismodellen van een RTC-werking, is nodig om inderdaad alle actoren in haar externe omgeving op een positieve, constructieve manier te laten meewerken aan het RTC-project. Evolutie in plaats van revolutie. De geleidelijke doch zekere migratie van het ene RTC-werkingsmodel, pure vaktechnische technologie-overdracht van het bedrijfsleven naar het onderwijs, naar het andere model, het creëren van een platform van wisselwerking en win-win situaties voor onderwijs en bedrijfsleven, zal de kerntaak moeten zijn van het RTC Vlaams-Brabant op middellange en lange termijn. Enkel op deze manier kan de slaagkans van het RTC-project verzekerd worden. De snelheid van deze evolutie zal geïmplementeerd worden in zijn werking en zijn respectievelijke Jaaractieplannen 2011-2012-2013-2014-2015.
4. Doelstellingen Strategisch Plan 2011-2015 RTC Vlaams-Brabant:
In het Strategisch Plan 2011 - 2015 worden de kritische succesfactoren bepaald onder de vorm van concrete doelstellingen die RTC Vlaams-Brabant zal nastreven om zijn missie en visie efficiënt en succesvol uit te voeren.
1) Doelstelling 1 wat betreft de externe RTC-omgeving:
RTC Vlaams-Brabant zal, van 2011 tot en met 2015, via de input vanuit zijn Overleg- & Actieplatformen per studiedomein, jaarlijks een actieplan definiëren, uitvoeren en evalueren waarin enerzijds een focus wordt gelegd op een vaktechnische kennisoverdracht van hoogtechnologische evoluties binnen deze actiedomeinen en waarin anderzijds ook de confrontatie met brede technologische en arbeidsmarktmatige evoluties wordt geïmplementeerd. Dit actieplan zal gedragen zijn door alle geledingen binnen de RTC-organisatie. Dit actieplan zal de eerste en derde decretale RTC-doelstellingen vertalen in concrete acties, zodat:
1.1) er een onderlinge afstemming kan gerealiseerd worden, tussen onderwijsinstellingen en bedrijven, van de vraag naar en het aanbod van infrastructuur, apparatuur en uitrusting voor technisch en beroepsonderwijs die een pedagogisch-didactische rol kunnen vervullen, inzonderheid door de ontwikkeling of ondersteuning van (een) infrastructurele inbedding(en). Hiervoor zullen initiatieven gedefinieerd worden die toelaten dat, netoverschrijdend, scholen kunnen gebruik maken van bestaande infrastructuur en reeds aanwezige apparatuur in andere onderwijsinstellingen of bij "derde opleidingsverstrekkers" (VDAB, SYNTRA, bedrijven) in de Provincie Vlaams-Brabant en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.. Uit zijn omgevingsanalyse blijkt dat er zich voor RTC Vlaams-Brabant 2 opportuniteiten aandienen die zullen verwerkt worden in de Jaaractieplannen 2011 tot en met 2015. 1.1.1. Indien de trend van dalende werkloosheid zich voortzet in de komende 5 jaar, dan kan de vrijgekomen opleidingscapaciteit bij de "derde opleidingsverstrekkers" aangewend worden voor het organiseren van een
5
opleidingsaanbod van RTC Vlaams-Brabant naar de onderwijsinstellingen in de provincie. Hiervoor zullen de nodige samenwerkingsverbanden binnen de werking van RTC Vlaams-Brabant worden voorgezet en verder uitgebouwd worden.
1.1.2. Gelet op de extra investeringsoperaties vanuit het departement Onderwijs in de afgelopen 5 jaar binnen het Beroeps- en Technisch Onderwijs, waarbij de scholen extra middelen kregen om hun infrastructuur en apparatuur qua basistechnologie te versterken, kan de focus van het RTC Vlaams-Brabant zich, nog meer dan in het verleden, toespitsen op het aanbieden van hoogtechnologische infrastructuur, apparatuur en kennis. Hiervoor zullen de Jaaractieplannen tussen 2011 en 2015 de nodige acties en samenwerkingsinitiatieven bevatten.
1.2 ) er voor leerkrachten TV/PV in de Provincie Vlaams-Brabant nascholing op het vlak van nieuwe technologieën kan gefaciliteerd en gecoördineerd worden. Hiervoor zullen initiatieven gedefinieerd worden die deze technologieën korter bij de leerkrachten brengen door met onderwijsinstellingen, andere opleidingsverstrekkers of bedrijven in de Provincie Vlaams-Brabant workshops, leerdagen en hands-on sessies aan te bieden waarop deze leerkrachten zich kunnen vervolmaken of hun theoretische kennis aan de praktijk kunnen toetsen. Het principe van TTT (Train-The-Trainer) zal hierbij gehanteerd worden om zo de zelfredzaamheid van de leerkrachten te verhogen in het kader van het kunnen organiseren van werkplekleren met hun leerlingen. Het kunnen gebruiken van 'externe infrastructuur' door de betrokken leerkrachten is een speerpunt in de doelstellingen van RTC Vlaams-Brabant voor de komende 5 jaar.
2) Doelstelling 2 wat betreft de externe RTC-omgeving:
Een verruiming van het aantal studiegebieden binnen de werking van RTC Vlaams-Brabant moet gerealiseerd worden om te kunnen anticiperen op de vragen en noden vanuit de arbeidsmarkt. Hiervoor zullen de nodige samenwerkingsplatformen moeten opgezet worden met sectoren en andere spelers om tot een gefundeerde keuze van deze studiegebieden en studierichtingen te komen. Toch mag deze verruiming niet leiden tot versnippering van middelen. Er moet maximaal kunnen ingezet worden op deze studiegebieden waarvoor er dringend op te lossen problemen zijn op het snijvlak onderwijs - arbeidsmarkt. De studiegebieden of -richtingen (dit is een niet-exhaustieve lijst), die toeleiden naar volgende knelpuntberoepen, worden op dit moment als prioritair ervaren in de eventuele verruiming van de RTC-werking in Vlaams-Brabant en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest: - Ziekenhuisverpleegkundige - Medewerker Callcenter - Filiaalhouder of handelszaakbeheerder - Autobusbestuurder - Magazijnier - Schoonmaker - Gekwalificeerd verzorgende - Technicus - Begeleider buitenschoolse kinderopvang - Insteller-bediener autom./CNC gestuurde machines - Metselaar - Kelner - Technicus Elektromechanica/ Elektronica
6
- Commerciëel bediende - Bediende planning en logistiek - Vertegenwoordiger - Merchandiser - Demonstrateur - Bestuurder van trekker met oplegger - Onderhoudsmecanicien en hersteller machines - Bewaker - bedrijfsportier
De eventuele verruiming van het aantal studiegebieden binnen de werking van RTC Vlaams-Brabant in de periode 2011 - 2015 zal de tweede en de vierde decretale RTC-doelstelling vertalen in concrete acties, zodat:
2.1) de onderlinge afstemming tussen onderwijsinstellingen en bedrijven kan gerealiseerd worden van de vraag naar het aanbod van leerlingen- en cursistenstages. Hiervoor zullen initiatieven gedefinieerd worden binnen de Overleg- & Actieplatformen van RTC Vlaams-Brabant, die toelaten dat sectoren de stagenoden leren kennen van de scholen en hierop een gepast antwoord kunnen formuleren, door het aanbieden van stageplaatsen voor leerlingen en cursisten. 2.2) er een platform kan gecreëerd worden waarbinnen onderwijsinstellingen en bedrijven kennis en ervaring kunnen uitwisselen. Hiervoor zullen initiatieven gedefinieerd worden binnen de Overleg- & Actieplatformen van RTC Vlaams-Brabant, die toelaten dat sectoren, bedrijven en onderwijsinstellingen hun knowhow delen en ter inzage aan elkaar doorspelen tijdens het samen uitvoeren van innovatieve projecten op het snijvlak onderwijs-arbeidsmarkt.
3) Doelstelling 3 wat betreft de interne RTC-omgeving:
De organisatie van het RTC Vlaams-Brabant zal verder "geprofessionaliseerd" worden om de snelle veranderingen, die zich aandienen binnen de RTC-werking, efficiënt te implementeren in:
3.1) een adequaat personeelsbeleid: uitbreiding van het personeelsbestand met 1 VTE "RTCconsulent", die samen met de reeds aanwezige 3 VTE "RTC-consulenten" zal aangestuurd worden op basis van de HRM-gebaseerde methodiek "coachend leidinggeven".
3.2) een logistieke infrastructuur "met uitstraling": uitbreiding van de behuizing van RTC Vlaams-Brabant in het Provinciehuis Leuven.
3.3) een overlegstructuur en -cultuur die zowel top-down als bottom-up een efficiënte doorstroming van informatie toelaat (ICT-gebaseerde oplossingen) binnen alle geledingen van RTC Vlaams-Brabant: * top-down: via de wisselwerking tussen RTC Vlaams-Brabant enerzijds en het "RTC Netwerk" en de toezichthoudende organen anderzijds in verband met RTCoverkoepelende acties
7
* bottom-up: via de bestaande en nieuw op te richten 0verleg-en Actieplatformen per studiedomein, die binnen dit Strategisch plan van RTC Vlaams-Brabant behandeld worden.
=============================================================================
8
Bijlage 1. Omgevingsanalyse RTC Vlaams-Brabant ter voorbereiding van dit SP 2011-2015:
1. Algemene Conclusies: Om de acties binnen de studiegebieden, die in de jaaractieplannen 2011, 2012, 2013, 2014 en 2015 zullen worden opgenomen, te detecteren, voerde de vzw RTC Vlaams-Brabant eerst en vooral een regionale arbeidsmarktscreening uit aan de hand van analysenota’s van VDAB, RESOC, Socius en het Consortium Volwassenonderwijs L4. Deze screening gebeurde zowel vanuit statisch (toestand hic et nunc) als vanuit dynamisch/evolutief perspectief. 1.a. Demografische indicatoren Vlaams-Brabant (3D-Forum p 31): Vlaams-Brabant verstedelijkt en vergrijst en het aantal inwoners blijft toenemen, sneller dan het aantal inwoners van andere provincies met een positief migratiesaldo vanuit het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Een hoger aandeel jongeren ligt concentrisch rond Brussel en camoufleert daar de vergrijzing. Het aandeel niet-Belgen groeit fenomenaal in Vlaams-Brabant met 22,3%. Dit betekent dat onze organisatie zich strategisch moet voorbereiden op een bevolkingssamenstelling met een sterk groeiend contingent ouderen. 1.b. Economische indidcatoren Vlaams-Brabant (3D-Forum p 33): 1.b.1. Troeven in het arrondissement Leuven: 1) de gunstige centrale geo-economische ligging te midden van de grootste afzetmarkt met de grootse koopkracht van Europa plus de onmiddellijke nabijheid van Brussel als Europese hoofdstad en de luchthavenregio als mainport en economische groeipool; 2) een kenniseconomie en zorgsector met internationale faam en innovatieve bedrijvigheid: - ook de non-profit sector heeft nood aan innovatie op basis van ICT om informatie sneller en beter beschikbaar te maken voor patient en zorgomgeving: transmurale integratie van zorg of community care en het gebruik van intelligente systemen. - E-Health in de zorgsector - nanotechnologie, mechatronica, life sciences, feed-food-health (voeding & gezondheid), Esecurity; 3) het belang van ondernemerschap wordt onderstreept via allerlei initiatieven (mini-ondernelmeningen, Plato, ...). 1.b.2. Troeven in het arrondissement Halle-Vilvoorde: 1) de luchthaven als economische hefboom en wederzijdse afhankelijkheid tussen de luchthavenregio en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest; 2) belangrijke bedrijvenzones met hoge bezettingscapaciteit - grootste kantorenmarkt van België; 3) snelle omvorming van sterke industriële economie naar een diensteneconomie; 4) sterke vraag naar knelpuntberoepen met extra luchtvaartgerelateerde beroepen: - Smart Logistics (via Flanders Smart Hub).
9
Dit betekent dat onze organisatie zich strategisch moet voorbereiden op een opleidingsaanbod voor onze doelgroep dat voldoende is afgestemd op de economische kenmerken van de regio en ruimere omgeving.
1.c. De economische crisis slaat minder hard toe in Vlaams-Brabant (3D-Forum p 44): De werkloosheidsgraad van de beroepsactieve leeftijdsgroep tussen 25 en 50 jaar zit voor VlaamsBrabant onder de 5% drempel wat enorm laag is (3% wordt beschouwd als het laagst haalbare). Deze lage cijfers zijn ook oorzaak nummer 1 van de knelpuntberoepen. Vlaams-Brabant is duidelijk minder gevoelig voor de schommelingen in de werkloosheid als gevolg van conjunctuurdaling. De oorzaak hiervoor is het feit dat in Vlaams-Brabant veel minder mensen werken in de secundaire sector (industrie en bouw) waar de meeste ontslagen vallen. De meeste Vlaams-Brabanders werken in tertiaire (diensten) en quartaire (zorg, onderwijs, openbare dienstverlening) sector. In de rand rond Brussel is een hogere werkloosheidsgraad. Het brussels Hoofdstedelijk gewest kleurt donkerrood met een werkloosheidsgraad van 22%. Men concludeerde dat de economische betekenis van de dienstensector in Vlaams-Brabant alsmaar groeit en dat de verwerkende nijverheid inkrimpt ten gevolge van automatisering en delokalisatie. Anders gesteld: de klemtoon wordt verlegd van montage naar installatie, onderhoud en reparatie. In de regio Vilvoorde is vooral de tertiaire sector (verhandelbare diensten) dominant aanwezig (62,5 % van de arbeidsplaatsen) en verder in ontwikkeling; in de regio Leuven is dit vooral het geval voor de quartaire sector (niet verhandelbare diensten, 45,9 % van de arbeidsplaatsen): social profit, onderwijs en overheid.
1.d. Ook werd de lijst van zogenaamde knelpuntvacatures / beroepen in Vlaanderen (2009) in de analyse betrokken. Zowel in Leuven als in Halle-Vilvoorde is een tekort aan: - Ingenieur (algemene code) - Ziekenhuisverpleegkunde - Toepassingsprogrammeur - informatica - Medewerker Callcenter - Filiaalhouder of handelszaakbeheerder - Autobusbestuurder - Magazijnier - Schoonmaker In Leuven is bijkomend een tekort aan: - Gekwalificeerd verzorgende - Technicus - Begeleider buitenschoolse kinderopvang - Projectleider - informatica - Insteller-bediener autom./CNC gestuurde machines - Metselaar - Kelner In Halle-Vilvoorde is bijkomend een tekort aan: - Leerkracht - Technicus Elektromechanica/ Elektronica - Analist - informatica
10
- Support - informatica - Commerciëel bediende - Bediende Planning en logistiek - Vertegenwoordiger - Merchandiser - Demonstrateur - Bestuurder van trekker met oplegger - Onderhoudsmecanicien en hersteller machines - Heftruckbestuurder - Bewaker - bedrijfsportier Arrondissement Leuven kampt grosso modo met een gebrek aan personeel voor de gezondheidssector, voor technische en ondersteunende functies (voor laagopgeleiden) en voor ICT. Arrondissement Vilvoorde vindt onvoldoende personeel voor onderwijs, ICT en voor vele functies in de klassieke diensten- en logistieke sectoren. Dit betekent dat onze organisatie zich strategisch moet voorbereiden op een opleidingsaanbod voor onze doelgroep dat voldoende is afgestemd op de knelpuntberoepen van de regio en ruimere omgeving. Er is immers een tekort aan technisch geschoolden op verschillende niveaus, een tekort aan arbeidskrachten voor de verpleegkunde en paramedische sector en een tekort aan gespecialiseerde bedienden en secretariaatsfuncties. Samenwerking met betrekking tot overlappende opleidingen en infrastructuur-delen met neutrale derde opleidingsverstrekkers zoals VDAB en Syntra zijn dus strategische doelstellingen voor RTC Vlaams-Brabant.
1.e. Onderwijs en schoolbevolking Vlaams-Brabant (3D-Forum p 55): Iin 2008 waren er in de provincie Vlaams-Brabant 162.066 leerlingen in het basis- en secundair onderwijs en 38.859 leerlingen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Het hoge pendelgedrag van deze leerlingen (school lopen over de provinciegrens, voornamelijk in het secundair onderwijs naar het Nederlandstalig onderwijs in BHG) heeft te maken met het geografisch organiseren van Secundair Onderwijs in de centrumsteden. Vooral scholieren en studenten uit Halle-Vilvoorde gaan naar school buiten de eigen regio. Het volwassenonderwijs is een nieuwere vorm van onderwijs met een grote welzijnsimpact. Deze voorzieningen leren laag- of eenzijdig geschoolde volwassenen vaardigheden aan die hun zelfstandig functioneren versterken. 3 aaneensluitende niveaus worden georganiserd: Basiseducatie (BE), Secundair volwassenonderwijs (SVWO) en Hoger beroepsonderwijs (HBO). Het aantal cursisten volwassenonderwijs blijft toenemen: in 2008: 38.219 cursisten in gans Vlaanderen in 13 centra voor Basiseducatie en 270.820 inschrijvingen in SVWO en 22.757 inschrijvingen in HBO, verspreid over 117 Centra voor Volwassenonderwijs (CVO). Dit betekent dat onze organisatie zich strategisch moet voorbereiden op een opleidingsaanbod voor onze doelgroep dat voldoende is afgestemd op een stijgende participatie aan het volwassenonderwijs door een nauwere samenwerking op te zetten met de Consortia Volwassenonderwijs in VlaamsBrabant en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
1.f. Taal in Vlaams-Brabant (3D-Forum p 70): - 65% van de inwoners in de Vlaamse rand (19 gemeenten) rond Brussel is Nederlandstalig. - 1 op 7 Vlaams-Brabantse leerlingen spreekt thuis geen Nederlands:
11
° 13% van de leerlingen in basisonderwijs spreekt thuis een vreemde taal; in Brussel is dit maar liefst 2 op 3 leerlingen ° in Vlaams-Brabant zet deze trend zich door: 1 op 7 leerlingen is anderstalig in arr. Leuven en in arr. Halle-Vilvoorde 1 op 4 leerlingen. - De achterstand in het onderwijs van migrantenkinderen hypothekeert hun toekomstige kansen. - De doorstroming naar hogere opleidingen blijft problematisch ten gevolge van het onvoldoende kennen van het Nederlands.
1.g. Autoverkeer in Vlaams-Brabant (3D-Forum p 98): De snelwegen in Vlaams-Brabant slibben 2 maal per werkdag hopeloos dicht: - Vlaams-Brabant telt het hoogst aantal personenwagens per inwoner - Vlaams-Brabant telt het hoogst aantal voertuigkilometer per inwoner - Vlaams-Brabant heeft het dichtste snelwegennet - Vlaams-Brabant heeft de hoogste bezettingsgraad op de snelwegen. Er moet rekening gehouden worden met een noodzakelijke bewustmaking of een aanmoediging van alternatieve vormen van mobiliteit in functie van het leerlingenvervoer naar acties rond werkplekleren en dit ten gevolge van de minder vlotte mobiliteit in Vlaams-Brabant.
12
1.h. Conclusies Omgevingsanalyse 2011-2015 Vlaams-Brabant - 3D-Forum p 106: Deze toekomstverkenningen of theses moeten geinterpreteerd worden als voorspellingen met een waarschijnlijk karakter. - Het geboortecijfer is gehalveerd sinds 1960 en blijft onder het vervanginsniveau; - Vlaanderen blijft vergrijzen met als gevolg bijkomende lasten inzake gezondheidszorg, en pensioenlast; - De sterke toename van mobiliteit brengt de bereikbaarheid in Vlaanderen in het gedrang; - Biotechnologie opent vele mogelijkheden waarvan voor- en nadelen nog moeten worden afgewogen; - Internet is het geprefereerde medium voor jongeren (67%) ver boven TV (22%): jongeren controleren zelf hun mediagebruik; - Veel jongeren hebben de drang om bij te leren: ze gaan zelf exploreren: hun bevindingen delen ze met de mensen rondom hen.
Uit deze omgevingsanalyse, gekoppeld aan de huidige en meest relevante studiegebiedsgegevens en gereflecteerd naar de TSO-, BSO-, BuSO- en DBSO-scholen in Vlaams-Brabant en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, werden volgende domeinen gelicht als prioritair werkveld voor het RTC Vlaams-Brabant vzw voor de periode 2011- 2015: - het studiegebied Mechanica en Elektriciteit - de studiegebieden Hout en Bouw met daarin ook specifiek de studierichting Schilderwerk en Decoratie - het studiegebied Koeling & Warmte met daarin ook specifiek de studierichting CV & Sanitaire Installaties - het studiegebied Auto met daarin ook specifiek de studierichting Vrachtwagenchauffeur - het studiegebied Handel met daarin ook specifiek de studierichtingen Logistiek en Verkoop (Retail) - Het studiegebied Personenzorg met daarin ook specifiek de studierichtingen Kinderzorg, Thuis & Bejaardenzorg, Animatie in de Ouderenzorg en Verzorging. Deze studiegebieden, vertaald naar beroepsgebieden, komen nadrukkelijk voor op de lijst van knelpuntberoepen van de VDAB; en dit zowel in de regio Halle-Vilvoorde als Leuven. Naast de aansluitingsproblematiek tussen (technisch en beroeps)onderwijs en bedrijfswereld wat betreft de didactische infrastructuur en leervormen (stages…), werd eveneens op het belang gewezen van het inventariseren en intensifiëren van bestaande netwerken en de uitbouw van een duurzaam netwerk tussen de betrokken partners. Ook de specifieke nascholing van leerkrachten moet in voldoende mate aan bod komen. In de actieplanning zal steeds vanuit een win-win model voor respectievelijk onderwijs en bedrijfswereld uitgegaan worden en dit om een optimale betrokkenheid en impact te kunnen realiseren. In de jaaractieplannen 2011, 2012, 2013, 2014 en 2015 zal dan ook uitvoerig aandacht besteed worden aan het professionaliseren van overleg- en actiestructuren die erop gericht zijn om voorlopig gedetecteerde noden en vooropgestelde acties te verfijnen. Speerpuntacties per studiegebied worden benoemd maar algemeen gehouden om tijdens het overleg- en actieproces te kunnen bijsturen waar nodig. Er worden in deze jaaractieplannen 2011, 2012, 2013, 2014 en 2015 dus nog geen volledig uitgetekende acties uitgewerkt, omdat we deze juist vanuit en met het concrete werkveld gedetailleerd zullen vorm geven.
13
2. Details omgevingsanalyse RTC Vlaams-Brabant: 2.1. Uit de streekpacten 2007 voor de regio Leuven en Halle Vilvoorde van de resp. RESOC blijkt het volgende: 2.1.a. regio Leuven: Bij de vraag naar arbeiders in de regio Leuven scoren de volgende beroepen hoog: - landbouwers-fruitplukkers (992) - schoonmakers (657) - hotel- en keukenpersoneel (406) - bouwarbeiders (310) - metaalbewerkers (267) - werknemers verkeer (220) Bij de vraag naar bedienden in de regio Leuven zijn de koplopers: - bureaubedienden (863) - verkopers (636) - paramedici (596) - technici (351) - andere in het onderwijs (342) De meest hooggeschoolde jobs situeren zich in de diensten aan bedrijven en het onderwijs. De meeste jobs voor kortgeschoolden worden aangeboden in de sectoren van land-en tuinbouw, de bouw, de horeca, handel, garages en de uitzendsector. De sterke technologische specialisatie van Vlaanderen situeert zich vooral in de laagtechnologische sectoren: - textiel en kleding - voeding & drank - hout - papier - uitgeverijen en drukkerijen. Meer dan 80% van de toegevoegde waarde in Vlaanderen concentreert zich op laagtechnologische en medium-laag technologische industriesectoren: producten uit - metaal en metallurgie - scheepsbouw - glas - cement en steen - rubber & plastic - cokes - olieraffinaderijen. In hoogtechnologische industriesectoren neemt Vlaanderen een zwakke economische positie in, enkel de chemie en automobielsector hebben enige betekenis.
2.1.b. regio Halle-Vilvoorde: Bij de vraag naar geschoolde arbeiders in de regio Halle-Vilvoorde voor 2006 scoren de volgende beroepen hoog: - maatschappelijke dienstverlening (OCMW) - immobilieën - informatica - garagisten - bouwvakkers / handlangers - bureaubedienden - magazijniers
14
- schoonmakers - verkopers & vertegenwoordigers
2.2. Uit het document "VDAB-Jaaractieplan (JAP) 2008: Vlaams-Brabant" dd 19/03/2007, blijkt dat hun besluiten en acties ook van toepassing zullen zijn voor RTC Vlaams-Brabant, gelet op hun beider brugfunctie tussen onderwijs en werk: 2.2.a. Geplande initiatieven: • Domotica • Industrieel onderhoud elektromechanica. • Metaalbewerktechnieken: productie-operator, onderhoudsmecanicien, onderhoudselektricien, onderhoudselektromecanicien, technicus automatisering en CAD tekenaar industriële automatisering. • Lassen • Werktuigkundig tekenaar en CAD • CAD grafische • Montage en kraanwerkzaamheden - COMOKRA • Heftruckbestuurder/ magazijnier • Industriële Automatisering: leeratelier ‘Industrieel Onderhoud elektromechanica’ & PCtechnieker • Tertiaire opleidingen HAVO (Handel, Administratie, Verkoop) • Metselaar basistechnieken bouw • Basis dakwerken • Schilder-decorateur • Installateur CV en sanitair met doorstroming voor energiebeheer • Residentieel en Industrieel installateur elektriciteit • Autobus- en autocarbestuurder • Keukenpersoneel • Professionele schoonmaaktechnieken • Informatica & Basisvaardigheden ICT • Social profit: ‘Verpleging’, ‘Bejaardenzorg’, ‘Kinderopvang’, ‘Gehandicaptenzorg’ 2.2.b. Met de sectoren worden de duurtijd en de inplanning van de opleidingstages in het leertraject afgesproken, er wordt gestart met de sector van het goederenvervoer 2.2.c. Aanbieden van krachtige, activerende leeromgevingen: • • • • •
Verder uitbouwen van leerruimtes op werkplekken vnl. voor opleidingen zoals elektromechanica. De “doe”gerichtheid van de opleidingen wordt meer dan ooit benadrukt Integratie van de attitudevorming in de finaliteitsopleiding, gericht op goed functioneren in een werkomgeving - meer en gepaste nadruk op (werk)attitudes Blended leren wordt de standaard voor de maatwerkopleidingen De instructeur evolueert naar een leercoach die meer tijd heeft voor persoonlijke, praktijkgerichte ondersteuning bij het leren: van het instructiepersoneel wordt heel wat expertise vereist i.f.v. de uitdagingen: leercoach stagebegeleiding webcoach e-leren begeleiders stimuleren van portfolio en loopbaandenken omgaan met schoolmoeheid, leermoeilijkheden bij cursisten.
2.3. Uit de enquêtes van de stakeholders van RTC Vlaams-Brabant (Raad van Bestuur, Onderwijsinstellingen uit Vlaams-Brabant en sectoren, uitgevoerd door het departement Onderwijs en RTC Vlaams-Brabant in april 2010), blijkt dat volgende NIEUWE acties zouden kunnen geïntegreerd worden in het Strategisch Plan 2011-2015:
15
2.3.a. mogelijke nieuwe studiedomeinen: o o o o
Decoratieve technieken Tuinbouw Chemie Toegepaste beeldende kunsten
2.3.b. mogelijke nieuwe acties: o o o o o
Grafische vormgeving & ICT-publiciteit Cursussen LPG, LPG-attestering Keuring brandstoftanks en branders, attest brandertechnieken Attestering elektriciteit hoogspanning Pleisterwerken, beton herstellen, bouwmeten
2.3.c. mogelijke nieuwe RTC-accenten en -doelstellingen: o o o o
Promotie van het TSO- en BSO-onderwijs (ouders én leerlingen sensibiliseren) Promotie van de kwaliteit van onderwijzend personeel qua kennis en attitude Nascholingen voor de leerling volledig gratis maken: alle kosten van vervoer of attesten ook laten dragen door een RTC Attitudetraining voor leerlingen
2.4. De adviezen van de Overleg- en Actieplatformen "E/M, H/B, Auto, Handel en Personenzorg", actief in RTC Vlaams-Brabant, en gebundeld in de verschillende adviesjaaractieplannen 2011.
16
2.4.a. Elektriciteit / Mechanica:
RTC VLAAMS-BRABANT Advies JAP 2011 Elektriciteit / Mechanica
17
1. Inleiding In dit Advies-JAP 2011 wordt uitvoerig aandacht besteedt aan het oprichten en professionaliseren van overleg- en actiestructuren die erop gericht zijn om voorlopig gedetecteerde noden en vooropgestelde acties te verfijnen. Speerpuntacties per studiegebied worden benoemd maar algemeen gehouden om tijdens het overleg- en actieproces te kunnen bijsturen waar nodig. Er werden in dit businessplan dus nog geen volledig uitgetekende acties uitgewerkt, omdat we deze juist vanuit en met het concrete werkveld gedetailleerd zullen vorm geven.
2. Actieplan
STUDIEGEBIED: Overleg- en actieplatform Mechanica-Elektriciteit Algemeen: Dit overleg- en actieplatform richt zich naar verschillende studierichtingen, waaronder: elektromechanica, elektrische installatietechnieken, industriële onderhoudstechnieken, elektrotechnieken, mechanische technieken, stuur- en beveiligingstechnieken, regeltechnieken, fotolassen, werktuigmachines, computergestuurde werktuigmachines, lassen - constructie, mechanische vormgevingstechnieken, industriële wetenschappen, elektriciteit-elektronica, computergestuurde mechanische produktietechnieken, basismechanica, industriële ICT, industriële elektriciteit, elektrische installaties en pijpfitten-lassen-monteren. Doelgroep: Elektriciteit-elektronica = 111 Elektriche installaties = 217 Elektrische installatietechniek = 207 Elektromechanica = 351 Industrieel elektrotechnische installaties = 20 Industrieel onderhoud = 39 Industriële elektriciteit = 41 Industriële ICT = 52 Industriële onderhoudstechnieken = 14 Mechanische vormgevingstechnieken = 197 Stuur- en beveiligingstechniek = 26 Totaal = 1 275 leerlingen
18
Omschrijving behoefte
Voorgestelde oplossing
Begrote bedrag
Kwantitatieve doelstelling
1. Project 1. 'Brabant last iedereen wint'
‘Iedereen wint’ een opleiding van één week met certificaten en IW-diploma voor zowel leerlingen als leerkrachten!
2011: xxxx € + 25 % cofinanciering + verplaatsingskosten
2011:100 leerlingen
Bij de start van de lasopleiding kiest elke leerling in welk lasproces hij/zij zich wenst te vervolmaken. De 30 % beste leerlingen mogen een opleiding plaatlasser volgen bij het VCL, de andere 50 % volgen een opleiding tot hoeknaadlasser bij de VDAB te Heverlee en Vilvoorde. Alle leerlingen krijgen de kans om het begeerde IW diploma van respectievelijk plaat- of hoeknaadlasser te bekomen en de daaraan gekoppelde lascertificaten, conform EN 287-
Geschat wordt dat 30% van deze leerlingen een weekopleiding 'plaatlasser' bij VCL zullen volgen
Samen met hun lasleerkracht bereiden de leerlingen zich voor. De leerkracht beschikt in dit verband over een draaiboek met praktijkoefeningen, gebaseerd op de richtlijnen van het IWF ‘ International Welding Federation’ voor de verscheidene internationale lasdiploma’s die stapsgewijs kunnen doorlopen worden. De opdrachten focussen zich op koolstofstaal. (aluminium en roestvaststaal komen niet aan bod). Concreet gaat het voor elk lasproces om 3 niveau’s: Hoeknaadlasser, Plaatlasser en Pijplasser. Deze 3 niveau’s vinden de leerkrachten ook terug in de actuele beroepscompetentieprofielen van de SERV .
Fotolassen = 22 lln. Hoeklasser = 12 lln. Lassen-constructie = 59 lln. Lasser monteerder BMBE = 5 lln. Lasser monteerder MIG/Mag = 4 lln. MIG/MAG-lasser = 13 lln. Pijpfitten-lassen-monteren = 4 lln. TIG-lasser = 11 lln. Totaal = 130 leerlingen
Een Europees certificaat bewijst de knowhow van de houder binnen één specialiteit van het beroep lasser en betekent een meerwaarde voor de leerling en zijn toekomstige werkgever.
1.1. Lasopleiding voor leerkrachten
Om leerkrachten voor te bereiden op dit
Oplossing: Lasopleiding leerkrachten bij het Vervolmakingscentrum voor Lassers.
19
2011: xxxx € + 25 % cofinanciering
2011:15 leerkrachten
project kunnen ze een intensieve lasopleiding volgen.
Plaats: VCL, Antoon Van Osslaan 1 te 1120 Nederover-Heembeek. Duur: 1 week
+ verplaatsingskosten
1.2. Evaluatie van gelaste stukken Leerlingen moeten de mogelijkheid krijgen om hun gelaste proefstukken te laten evalueren dmv röntgenapparatuur.
Oplossing: Evalueren van proefstukken in het Vervolmakingscentrum voor Lassers. Plaats: VCL, Antoon Van Osslaan 1 te 1120 Nederover-Heembeek. Duur: 1 dag
2011: xxxx € + 25 % cofinanciering + verplaatsingskosten
2011:100 leerlingen Fotolassen = 22 lln. Hoeklasser = 12 lln. Lassen-constructie = 59 lln. Lasser monteerder BMBE = 5 lln. Lasser monteerder MIG/Mag = 4 lln. MIG/MAG-lasser = 13 lln. Pijpfitten-lassen-monteren = 4 lln. TIG-lasser = 11 lln. Totaal = 130 leerlingen
2. Project 2. 'Geïntegreerd project'
(meer info over het 'geïntegreerd project' zie ppt in bijlage)
DIM cc - CNC cc - ASCP DIM cc Via verschillende leertrajecten kunnen leerlingen en leerkrachten op de configuratie bij VDAB Heverlee, hun kennis en ervaring in het domein van een geautomatiseerde productieomgeving, binnen de industriële metaalbewerking, opdoen.
Het opzetten van het 'Geïntegreerd projet' binnen de infrastructuur van VDAB Heverlee vanaf september 2010, zal bestaan uit 5 opleidingsonderdelen, nl: 1) Industrialisatie 2) Productie 3) Productieopvolging 4) Kwaliteitscontrole 5) Werkplekleren leerlingen 'ASCP'
De acties zullen nog meer vorm krijgen in de
20
2011: xxxx € + 25 % cofinanciering + verplaatsingskosten
2011:26 scholen onbeperkt te gebruiken door leerkrachten en leerlingen
loop van het project, afhankelijk van de nood van onderwijs en bedrijfswereld. In elk geval is het de bedoeling meer opleidingen Duurzame Industriële Metaalbewerking te krijgen, dat meer leerlingen kiezen voor opleidingen rond manufacturing excellence en duurzame industriële metaalbewerking en dat de huidige leerinhouden getoetst worden aan de praktijk. Zeer specifiek zullen leerkrachten eerst een module volgen en vlak daarna hebben ze de mogelijkheid om hun kennis over te dragen via 'werkplekleren'.
Oplossing: Leerkrachten krijgen eerst een opleiding naar hun eigen gekozen module, daarna mogen ze hun kennis overbrengen aan hun leerlingen via 'werkplekleren' Plaats: VDAB Heverlee
CNC cc - ASCP
Oplossing:
In het kader van de verderzetting van het succesvolle project tijdens het schooljaar 2009-2010 willen we, na de opleiding van de leerkrachten als 'CNC Certified Expert' nu ook het werkplekleren voor leerlingen activeren via het project 'ASCP'
Voor deelname aan het project 'ASCP', adviseren we de leerkachten eerst een opleiding CNC cc te volgen.
2.1. Ervaringsgericht leren op het vlak van Industriële meettechnieken Voor de stukken die uitgevoerd worden binnen het project van 'ASCP' dienen de leerlingen een meetrapport af te geven. Om hieraan te voldoen kunnen scholen hun stukken laten opmeten via moderne industriële meettechnieken: 3 D-metingen, meten met lasertechnologie, ultrasoonmeten,
Oplossing: Ervaringsgericht leren bij bedrijven via uiteenzetting over en demonstraties van moderne industriële meettechnieken. (vb. Asco of Mitutoyo) Mogelijke plaatsen: ASCO, Weiveldlaan 2 te 1930 Zaventem = het organiseren van leerdagen in het bedrijf met
21
2011: xxxx € + 25 % cofinanciering + verplaatsingskosten
2011: 60 leerlingen
metingen in het kader van predictief onderhoud (vb. trillingsanalyse, …), …
betrekking tot onder andere 3D-meettechnieken e.d. Duur: 1 dag
3. Softwarelicentie 'AREI' Het digitaal ter beschikking stellen van het 'AREI'. Scholen ontvangen het meest actuele AREI dat een onmisbaar instrument vormt in de dagelijkse bedrijfsvoering als elekroinstallatiebedrijf.
Oplossing: via Nelectra licentie aankopen per school Duur: schooljaar
4. Herstellingstechnieken voor huishoudelijke apparatuur:
2011: xxxx € + 25 % cofinanciering + verplaatsingskosten
2011: 26 scholen
Oplossing: opleiding Mogelijke plaatsen: Whirlpool Duur: 3 dagen
2011: xxxx € + 25 % cofinanciering + verplaatsingskosten
2011: 60 leerlingen
Oplossing: Leerkrachten krijgen een opleiding bij de VDAB, daarna kunnen ze hun kennis overdragen aan hun leerlingen via werkplekleren
2011: xxxx € + 25 % cofinanciering + verplaatsingskosten
2011:26 scholen
Leerkrachten krijgen hierbij de kans om aan te sluiten op informatie-avonden die Nelectra organiseert.
onbeperkt te gebruiken door leerkrachten en leerlingen
Koelkasten, diepvriezers, wasmachines en droogtrommels.
5. Elektriciteit & PLC & Domotica: 5.1. Monteren, demonteren en uitlijnen van elektromotoren voor leerlingen: Deze onderwerpen beantwoorden aan het realiseren van de leerplandoelstellingen (oa. in de 3e graad BSO "Elektrische Installatietechnieken").
Mogelijke plaatsen: VDAB Haasrode
onbeperkt te gebruiken door leerkrachten en leerlingen
Duur: 2 lesdagen
5.2. Foutdetectie in Elektrische installaties (residentiëel en industrieël) voor leerlingen:
Oplossing: Leerkrachten krijgen een opleiding bij de VDAB, daarna kunnen ze hun kennis overdragen aan hun leerlingen via werkplekleren
Vanuit de industrie wordt gesignaleerd dat
Mogelijke plaatsen: VDAB Vilvoorde
22
2011: xxxx € + 25 % cofinanciering + verplaatsingskosten
2011: 26 scholen onbeperkt te gebruiken door
leerlingen moeilijk fouten kunnen opsporen in elektrische installaties. Praktisch is het voor een school niet altijd haalbaar om dit aan de leerlingen te leren.
leerkrachten en leerlingen
Duur: 1 lesdag
6. Pneumatica & Hydraulica: 2011: xxxx € + 25 % cofinanciering + verplaatsingskosten
2011: 26 scholen
2011: xxxx € + 25 % cofinanciering + verplaatsingskosten
2011: 40 leerlingen
Oplossing: Met verplichte jaarlijkse opleiding voor leerkrachten, zodat de leerlingen het onderste uit de kan kunnen halen uit hun aangekochte licentie.
2011: xxxx € + 25 % cofinanciering + verplaatsingskosten
2011: 26 scholen
Oplossing: opleiding naar eigen keuze
2011: xxxx €
2011: 26 scholen
6.1. Basisopleiding vermogenpneumatica en elektropneumatica voor leerlingen Inhoud : - Elektropneumatische ventielen - Eindmelders (reedcontacten) - Elektropneumatische schakelingen 7. Plaatbewerking:
Oplossing: Cursus
7.1. Bedrijfsbezoek CNC plaatbewerking
Oplossing: opleiding
Snijbranden, lasers, plooibanken, …
Mogelijke plaatsen: Lasertech Mechelen, Sabca Haren, Spira Vilvoorde
Mogelijke plaatsen: Norgren, SMC, Jungheinrich, ... Duur: 3 lesdagen
Duur: 1 dag 8. Netwerklicenties 'StabiCAD' StabiCAD is krachtig en toonaangevend software voor het ontwerpen, tekenen en beheren van elektrotechnische en werktuigbouwkundige installaties.
onbeperkt te gebruiken door leerkrachten en leerlingen
9. Derde opleidingsverstekkers 9.1. Limtec/Anttec De opleidingen kaderen binnen de
23
subthema’s, PLC technieken en pneumatica / hydraulica. Voor individuele opleidingsvragen kunnen leerkrachten uit technische scholen gratis deelnemen aan opleidingen die door LIMTEC binnen het open aanbod worden georganiseerd.
Mogelijke plaatsen: LIMTEC/ANTTEC
+ 25 % cofinanciering + verplaatsingskosten
onbeperkt te gebruiken door leerkrachten en leerlingen
Duur: 1 dag
9.2. Iristech + a) Hoogspanningscabine
Oplossing: hoogspanningstechnieken
Op een didactische cabine wegwijs worden in Mogelijke plaatsen: Iristech+ de elektrische distributie en hoogspanning. Duur: 2 dagen
2011: xxxx € + 25 % cofinanciering + verplaatsingskosten
2011: 40 leerlingen
2011: xxxx € + 25 % cofinanciering + verplaatsingskosten
2011: 40 leerlingen
2011: xxxx € + 25 % cofinanciering + verplaatsingskosten
2011: 40 leerlingen
Opmerking: Brusselse scholen mogen gratis deelnemen! b) Koeltechniek en HVAC + certificaat Oplossing: Koeltechniek en HVAC + certificaat Het ABC van koeltechnieken op eenvoudige koelinstallaties met koelsystemen op didactische banken met verschillende soorten verdampers en condensors.
Mogelijke plaatsen: Iristech+ Duur: 2 dagen Opmerking: Brusselse scholen mogen gratis deelnemen!
c) Lifttechnieken Oplossing: initiatie lifttechnieken Werking van een personenlift, goederenlift, hydraulische liften en deurenoperatoren.
Mogelijke plaatsen: Iristech+ Duur: 2 dagen
24
Opmerking: Brusselse scholen mogen gratis deelnemen! 9.3. VUB Robocupjunior Oplossing: Robocup junior Project rond opbouwen en programmeren van robotjes.
Mogelijke plaatsen: VUB
2011: xxxx € + 25 % cofinanciering + verplaatsingskosten
2011: 40 leerlingen
2011: xxxx € + 25 % cofinanciering + verplaatsingskosten
2011: 100 leerlingen
2011: xxxx € + 25 % cofinanciering + verplaatsingskosten
2011: 180 leerlingen
9.4. Fablab - Leuven Vanaf 2010 - 2011 kunnen TSO en BSOleerlingen gratis proefdraaien. Vanaf 2012 zullen opleidingen aangekocht worden, om de nieuwe eindtermen binnen de nieuwe leerplannen te realiseren.
Oplossing: op aanvraag van nieuwe eindtermen zullen leerkrachten in eerste instantie opgeleid worden, zodat nadien de leerkrachten samen met hun leerlingen aan werkplekleren kunnen doen. Mogelijke plaatsen: Fablab-Leuven Duur: afhankelijk van de opleiding
10. Raamovereenkomst: 10.1. Raamovereenkomst RTM VlaamsBrabant - RTC Vlaams-Brabant - VDAB Om scholen toe te laten op een flexibele manier hun leerkrachten en leerlingen op te leiden in hoogtechnologische onderwerpen, wil RTC Vlaams-Brabant zijn raamcontract met RTM Vlaams-Brabrant en VDAB hernieuwen voor de volgende jaren 20112015 waarbij in de 3 VDAB Competentiecentra van Haasrode, Diest en Vilvoorde 855 opleidingsdagen worden
Oplossing: opleidingen E/M - CNC Draaien & Frezen - Onderhoudsmechanica - Elektropneumatica: interbus - MIG/MAG & TIG-lassen - Lassen Basis - Domotica - PLC - Opmeten van werkstukken 3D - Hydraulica - Veiligheidsschakelmateriaal - Frequentieregelaar
25
aangekocht voor de som van 80.000€ in de verschillende specialisaties van het studiedomein Elektriciteit/Mechanica.
-
…
Mogelijke plaatsen: VDAB Haasrode, Diest en Vilvoorde Duur: 855 cursusdagen
26
2.4.b. Hout / Bouw:
Provinciehuis Vlaams-Brabant Provincieplein 1 3010 Leuven 016 / 26 74 51
[email protected] www.rtcvlaamsbrabant.be
RTC VLAAMS-BRABANT Advies JAP 2011
Hout/Bouw Koeling & Warmte
RTC VLAAMS-BRABANT Advies JAP 2011 Hout / Bouw en Koeling / Warmte 1. Omgevingsanalyse In dit Advies-JAP 2011 wordt uitvoerig aandacht besteedt aan de input van de overleg- en actiestructuren die erop gericht zijn om voorlopig gedetecteerde noden en vooropgestelde acties te verfijnen. Speerpuntacties per studiegebied worden benoemd maar algemeen gehouden om tijdens het overleg- en actieproces te kunnen bijsturen waar nodig. Er werden in dit jaaractieplan dus nog geen volledig uitgetekende acties uitgewerkt, omdat we deze juist vanuit en met het concrete werkveld gedetailleerd zullen vorm geven.
2. Actieplan STUDIEGEBIED: Overleg- en actieplatform hout en bouw , koeling en warmte Algemeen: Dit overleg- en actieplatform richt zich naar de studiegebieden Bouw en Hout en Koeling & Warmte met de volgende studierichtingen en met in totaal 836 ingeschreven leerlingen: Bouw: 215 lln: TSO bouw = 23 lln TSO bouwtechnieken = 53 lln BSO metselaar = 12 lln BSO metselaar siermetselwerk = 8 lln BSO polyvalent bouwvakman = 9 lln
28
BSO renovatie bouw = 4 lln BSO ruwbouw = 94 lln BSO schilderwerk en decoratie = 12 lln Hout: 369 lln: BSO binnenschrijwerkerij = 12 lln BSO buitenschrijwerkerij = 13 lln TSO houtconstructie- en planning = 9 lln TSO houttechnieken = 54 lln BSO houtbewerking = 201 lln BSO industriële houtbewerking = 25 lln BSO interrieurinrichting = 6 lln BSO restauratie van meubelen = 12 lln BSO werkplaatsschrijwerker = 36 lln Koeling & Warmte: 252 lln TSO koel- en warmtetechnieken = 23 lln BSO CV en sanitaire installaties = 140 lln BSO koelmonteur = 15 lln BSO koeltechnieker = 15 lln BSO loodgieter = 6 lln BSO monteur CV = 22 lln BSO technieker CV = 13 lln BSO technieker klimatisatie = 9 lln BSO verwarmingsinstallaties = 9 lln
29
Omschrijving behoefte 1. BOUW 1.1.Werken op hoogte (12 à 15 lln per sessie) De cursus bestaat uit 2 delen, nl. een theoretische module van 4 u en een praktijk gedeelte van 12u. Deze opleiding wordt verspreid over 2 dagen waardoor het gedeelte theorie wordt afgewisseld met praktijk.
1.2. Infraroodcamera's (12 à 15 lkr)
Voorgestelde oplossing
Oplossing: : cursus in samenwerking met Edutec
Begroot bedrag
Kwantitatieve doelstelling en wijze van meting
2011: xxx€ + 25% cofinanciering + verplaatsing leerlingen (max 7 €/lln)
2011: 90 leerlingen
Oplossing: cursus ism met Testo en de provincie Vl-Br , duur module 8u.
2011: xxx € + 25% cofinanciering + verplaatsing (max 7 €/lln)
2011: 836 leerlingen
Oplossing: workshops ism Peri & Doka als partners
2011: xxx€ + 25% cofinanciering + verplaatsing (max. 7€/ll)
2011: 120 leerlingen
Plaats: Altrad Havico
3 de graad TSO & BSO Bouw = 215 lln
duur: 2 dagen
De infraroodcamera's zullen toegevoegd worden aan de energiekoffers van de provincie Vlaams-Brabant.(zie bijlage)
3 de graad TSO & BSO Bouw/Hout/ K&W = 836 lln
Nadien kunnen de camera's uitgeleend worden aan de scholen.
1.3 Bekistingssysteem (10 à 15 lln per sessie) Voordeel van deze aanpak in workshops is dat men op relatief korte duur veel kan bijbrengen over meerdere systemen, en dat op deze korte tijd ook veel leerlingen bereikt kunnen worden.
duur: 2 dagen workshops
Elke workshop van een
30
3de graad TSO/BSO Bouw = 215 lln
bekistingsproducent bestaat uit drie (basis)oefeningen, waarbij gewerkt wordt rond kolombekisting, wandbekisting en vloerbekisting. In deze workshops wordt ook intern geroteerd tot iedereen elke oefening heeft uitgevoerd. Vooraf is telkens een theoretisch gedeelte (30’ of 45’ per systeem) voorzien, zodat het praktijkgedeelte vlotter kan verlopen.
1.4. Topografie (10 à 15 lkr per sessie)
Oplossing: ism FVB en edutec duur: 1dag
2011: xxx€ + 25% cofinanciering + verplaatsing (max 7€/ll)
2011:215 leerlingen
2011: xxx€ + 25% cofinanciering + verplaatsing (max. 7€/ll)
2011: 836 leerlingen
Na het volgenvan een TTT, kunnen lkr in 2012 een koffer uitlenen gevuld met topografisch materiaal. Op deze manier probeert het RTC de zelfredzaamheid van de scholen en leerkrachten te vergroten als het probleem rond infrastructuur aan te pakken.
1.5 Werfbezoeken Openwervendag zal 1 dag langer open blijven voor de scholen. Leerlingen krijgen de kans op alle aspecten van de bouw te bekijken. In de namiddag zullen workshops georganiseerd worden.
Oplossing: ism Confederatie Bouw
Duur: 1 dag Plaats: Regio Vlaams-Brabant
31
3de graad BSO/TSO Bouw = 215 lln
3de graad Bouw/Hout/ k&w = 215 lln
2. HOUT 2.1. Boss Paints
Oplossing:ism Boss Paints
De nadruk binnen deze opleidingen ligt op decoratie en binnenafwerking.
2.2 OCH opleidingen. Opleidingscentrum Hout voor leerkrachten
Oplossing: leerkrachten mogen alle opleidingen volgen bij OCH en we zullen deze cofinancieren (70% met max. 120€/lkr/dag)
Subtotaal H/B 4. KOELING en WARMTE 4.1 Nieuwe isolatietechnieken
2011: xxx€ + verplaatsing leerlingen (max 7 €/lln)
2011: 30 leerlingen
2011: xxx € + 25% cofinanciering + verplaatsing (max 7 €/lln)
2011: 30 leerkrachten
3 de graad TSO & BSO Hout = 369 lln
3 de graad TSO & BSO Hout
xxx €
Oplossing: specifieke opleidingen bij Recticel
naar aanleiding van de infosessie van vorig jaar, kunnen de scholen beroep doen op specifieke opleidingen bij Recticel. Tevens kunnen ze isolatiemateriaal aankopen aan voordelige tarieven.
2011: xxx€ + 25% cofinanciering + verplaatsing (max 7 €/lln)
Subtotaal voor K/W:
xxx€
Totaal H/B + K/W
xxx€
32
2011: 75 leerlingen 3de graad TSO/BSO Bouw en Koeling & Warmte = 467 lln
2.4.c. Auto:
Provinciehuis Vlaams-Brabant Provincieplein 1 3010 Leuven 016 / 26 74 51
[email protected] www.rtcvlaamsbrabant.be
RTC VLAAMS-BRABANT Advies JAP 2011 Auto
RTC VLAAMS-BRABANT Advies JAP 2011 Auto 1. Omgevingsanalyse Speerpuntacties per studiegebied worden benoemd maar algemeen gehouden om tijdens het overleg- en actieproces te kunnen bijsturen waar nodig. Er werden in dit strategisch plan dus nog geen volledig uitgetekende acties uitgewerkt, omdat we deze juist vanuit en met het concrete werkveld gedetailleerd zullen vorm geven in de respectievelijke jaaractieplannen.
2. Actieplan STUDIEGEBIED: Overleg- en actieplatform auto
Algemeen: Dit overleg- en actieplatform richt zich naar het studiegebied Auto met de volgende studierichtingen en met in totaal 455 leerlingen: Auto met in totaal 324 lln: auto = 151 lln autoelektriciteit = 22 lln autotechnieken = 61 lln diesel- en LPG-motoren = 8 lln mechanicien personen- & lichte bedrijfswagens = 37 lln technische personen- & lichte besdrijfswagens LPG = 8 lln
34
technicus personen- & lichte bedrijfswagen = 13 lln vrachtwagenchauffeur = 24 lln Carrosserie met in totaal 113 lln: carrosserie = 70 lln carrosserie- en spuitwerk = 2 lln plaatwerker = 28 lln koetswerkhersteller, spuuiten & cartuning = 12 lln koetswerkhersteller = 1 lln Tweewielers en lichte verbrandingsmotoren met in totaal 18 lln. Omschrijving behoefte
Voorgestelde oplossing
Begrote bedrag
Kwantitatieve doelstelling en wijze van meting
Oplossingen : Electude
2011: xxx €
2011: 400 leerlingen
Plaats : Virtuele klas via internet
xx€ / lln / schooljaar x xxx€
5e, 6e TSO en 5e, 6e en 7e BSO auto = 455 lln
Duur : Onbeperkt gebruik gedurende schooljaar 2011-2012
+ 25 % cofinanciering
1.2. 3D-wieluitlijning
Oplossingen: leerdag
2011: xxx€
2011: 20 leerlingen
- bedrijfsbezoeken voor leerlingen aan de locale bandencentrales
Plaats: Midas
+ 25% cofinanciering + verplaatsingsonkosten (max 7€/lln)
6e TSO en 7e BSO Auto = 324 lln
1. Auto-technologieën: 1.1. E-learning automechanica Verderzetten van het succesvolle project
Duur: 2,5 uur, max 10 deelnemers per sessie
35
1.4. Pimp my kart
Oplossingen: project ism Eglem Karts
2011: xxx€
2011: 30 leerlingen
Scholen krijgen de kans om een benzine kart om te bouwen naar elektro kart (fase1). De kart zal uiteindelijk voorzien worden van een koestwerk alsook verlichting (fase2). In een later stadium zal er een toepassing komen met zonnepanelen in de vorm van een laadstation(fase3).
Plaats: school
6e TSO en 7e BSO Auto = 324 lln
Duur: verspreid over 2 schooljaren
+ 25% cofinanciering + verplaatsingsonkosten (max 7€/lln)
Oplossingen: ism Educam
2011: xxx€
2011: 50 leerlingen
+ 25% cofinanciering + verplaatsingsonkosten (max 7€/lln
6e TSO en 7e BSO Auto = 324 lln
2011: xxx €
2011: 30 leerlingen
+ 25% cofinanciering + verplaatsingsonkosten (max 7€/lln)
derde graad carrosserie = 113 lln
1.5. Airco diagnose
2. Carrosserie: 2.1. Composieten.
Oplossing : In kader van 1.4 zullen er sessies georganiseerd worden. Plaats: Polyester De Moor
Duur: 1 dag
36
2.2. Lijmtechnieken in de carrosserie. (leerkrachten)
Oplossing: ism 3M zullen leerkrachten opgeleid worden. Zij krijgen na deze opleiding een koffer mee om de kennis door te geven aan de leerlingen.
2011: xxx €
2011: 113 leerlingen
+ 25% cofinanciering + verplaatsingsonkosten (max 7€/lln)
derde graad carrosserie = 113 lln
Oplossing: opleidingen "Auto"
2011: xxx €
2011: 20 leerkrachten
Mogelijke plaatsen: - VDAB Haasrode, Diest en Vilvoorde - CNO-activiteiten, - eigen RTC- acties
120€/cursusdag/lk
Plaats:3M Duur: 1 dag 5. Nascholingsbudget Leerkrachten in hogervermlede specialisaties Bij elke bovenvermelde specialisatie zal bekeken worden of er nood is aan een extra nascholing voor de leerkrachten. Dit budget kan dan in functie van de reële behoeftes op dat moment aangewend worden.
+ 25% cofinanciering
37
2.4.d. Handel:
RTC VLAAMS-BRABANT Advies JAP 2011 Handel
1. Inleiding In dit Advies-JAP 2011 wordt uitvoerig aandacht besteedt aan het verder professionaliseren van overleg- en actiestructuren die erop gericht zijn om voorlopig gedeteccteerde noden en vooropgestelde acties te verfijnen. Speerpuntacties per studiegebied worden benoemd maar algemeen gehouden om tijdens het overleg- en actieproces te kunnen bijsturen waar nodig. Er werden in dit jaaractieplan dus nog geen volledig uitgetekende acties uitgewerkt, omdat we deze juist vanuit en met het concrete werkveld gedetailleerd zullen vorm geven.
2. Actieplan
STUDIEGEBIED: Overleg- en actieplatform Handel Algemeen: Dit overleg- en actieplatform richt zich voor 2011 naar de volgende studierichtingen binnen het studiegebied Handel en met een totaal van 2.578 lln: derde graad TSO Handel = 964 lln 6e j TSO handel = 409 lln derde graad TSO Boekhouden-Informatica = 322 lln 6e j BSO Kantoor = 454 lln 7e j BSO Logistiek = 24 lln 7e j TSO internationaal Transport = 17 lln 7e j BSO Winkelbeheer en etalage = 39 lln 7e j BSO Kantooradministratie en gegevensbeheer = 349 lln
Omschrijving behoefte
Voorgestelde oplossing
Begrote bedrag
Kwantitatieve doelstelling
Oplossing:
2011: xxxx €
2011: 904 leerlingen:
+ 25 % cofinanciering + verplaatsingskosten max 7€/lln
6e j TSO Handel = 409 lln 6e j BSO Kantoor = 454 lln 7e j BSO Logistiek = 24 lln
1. Logistiek: 1.1. LOL: Logistiek Onderwijs Luchthaven Doedagen leerlingen, leerkrachten, ouders, geografisch gespreid over - de regio Halle-Vilvoorde - de regio Leuven - de regio Aarschot - Diest-Tienen Afhankelijk van de doelstelling van de deelnemers kunnen de doedagen anders ingevuld worden. Zo kunnen de bezoeken zich nu eens concentreren op luchtvracht, dan eens op transport en op douane. Tevens zal voor een leerling, op zoek naar verder studiekeuze, eerder de rondleiding en de initiaties van belang zijn en zal voor leerlingen op zoek naar een job eerder de focus liggen op het solliciteren. Zo ook zullen bepaalde leerlingen eerder de logistieke stroom in een bedrijf, organisatiestructuren en management bestuderen dan kiezen voor een initiatie heftruck. De doedagen kunnen flexibel worden ingericht zodat er voor elk wat wils is.
Doedagen, bedrijfsbezoeken, sollicitatietrainingen in bedrijven Mogelijke plaatsen: VDAB competentiecentrum in Vilvoorde, Logistieke bedrijven in de provincie (DHL, Aviapartner, ....)
7e j TSO Internationaal Transport = 17 lln
Duur: 1 dag
1.1.1.Bedrijfsbezoeken: Rondleiding in bedrijven met een initiatie ‘achter de schermen’ van de logistiek.
1.1.2. Initiatie heftruck en douane: Initiatie heftruck en andere machines of initiatie douane en andere administratieve formaliteiten.
40
1.1.3. Sollicitatietraining: Sollicitatie bij bedrijven op zoek naar stage of job.
1.1.4. Bedrijvencarrousel: Een "markt" voor stageplaatsen of jobs. 1.1.5. Vakspecifieke ondersteuning leerkrachten logistiek: 1.1.5.1. BTW, douane en accijnzen. 1.1.5.2. Lesmateriaal zoals promotiefilms beroepen van VDAB. 1.1.5.3. Magazijnorganisatie. 1.1.5.4. Ingaande en uitgaande goederenstroom en documentenstroom. 1.1.5.5. Goederenopslag.
2. Verkoop - Start to Retail: Praktische vakspecifieke ondersteuning is noodzakelijk gezien leerkrachten zich vandaag zelf de leerstof eigen dienen te maken aan de hand van gastsprekers, cursussen, bedrijfscontacten.
2.1. TTT 'Start to retail'
2.2. TTT 'Dag op de werkvloer'
Oplossing: Nascholingsactiviteit en aanbrengen didactisch materiaal, georganiseerd door de nascholingscel PMO van Unizo
2011: xxxx € + 25 % cofinanciering
2011: 30 leerkrachten
RTC Vlaams-Brabant zal maximaal 50% van de opleidingskosten cofinancieren
Oplossing: Ikea Way of gelijkaardige ketens:
41
nascholingsactiviteit en aanbrengen didactisch materiaal, georganiseerd door de distributiesector FEDIS
3. Informatica en Informaticabeheer via de Microsoft IT Academy Aan de hand van E-learning oplossingen en nascholingen de leerkrachten vertrouwd maken met een geavanceerde ICT-omgeving 3.1. TTT leerkrachten
Oplossing: Softwarepakketten Mogelijke plaatsen: Microsoft IT Academy Duur: nvt
2011: xxxx € + 25 % cofinanciering RTC Vlaams-Brabant zal maximaal 50% van de opleidingskosten cofinancieren
4. Cofinanciering softwarelicentie 'Human Resources beheer'
Oplossing: Softwarepakket 'Trefzeker' van Acerta
2011: xxxx € + 25 % cofinanciering
Aan de hand van een individuele toegang via het internet op de databank van Acerta leerlingen vertrouwd maken met de verschillende aspecten rond een loon- en personeelsadministratie.
Mogelijke plaatsen: nvt
RTC Vlaams-Brabant zal maximaal 100% van de licentiekosten cofinancieren
Duur: nvt
2011: 30 leerkrachten
2011: 1674 leerlingen 3 gr TSO Handel = 964 lln 3 gr TSO Boekhouden-Inforamtica = 323 lln 7e j BSO Winkelbeheer en etalage = 39 lln 7e j BSO Kantooradministratie en gegevensbeheer = 349 lln
42
2.4.e. Personenzorg:
RTC VLAAMS-BRABANT Advies JAP 2011
Personenzorg
1. Inleiding In dit Advies-JAP 2011 wordt uitvoerig aandacht besteedt aan verder professionaliseren van overleg- en actiestructuren die erop gericht zijn om voorlopig gedetecteerde noden en vooropgestelde acties te verfijnen. Speerpuntacties per studiegebied worden benoemd maar algemeen gehouden om tijdens het overleg- en actieproces te kunnen bijsturen waar nodig. Er werden in dit businessplan dus nog geen volledig uitgetekende acties uitgewerkt, omdat we deze juist vanuit en met het concrete werkveld gedetailleerd zullen vorm geven.
2. Actieplan
STUDIEGEBIED: Overleg- en actieplatform Personenzorg Algemeen: Dit overleg- en actieplatform richt zich in 2011 naar het studiegebied personenzorg met de volgende studierichtingen en met in totaal 2.973 lln: gezondheids & welzijnswetenschappen = 158 (5j) + 133 (6j) lln jeugd & gehandicaptenzorg = 55 (5j) + 79 (6j) lln organisatiehulp = 43 (5j) + 32 (6j) lln sociale technische wetenschappen = 699 (5j) + 521 (6j) lln verzorging = 467 (5j) + 404 (6j) lln animatie & ouderenzorg = 7 (7j) lln kinderzorg = 194 (7j) lln leefgroepenwerking = 6 (7j) lln organisatieassistent = 26 (7j) lln thuis- & bejaardenzorg = 149 (7j) lln
Omschrijving behoefte
Voorgestelde oplossing
Begrote bedrag
Kwantitatieve doelstelling
Oplossing: Een interactieve theatervoorstelling door VZW Inspinazie
2011: xxx € + 25 % cofinanciering + verplaatsingskosten max 7€/lln
2011: 553 leerlingen
Mogelijke plaatsen: 3 locaties telkens voor 150 leerlingen
(op basis van een budgetraming à rato van een bedrag van xx € / lln / halve dag BTW incl.)
1. Communicatie- & Gesprekstechnieken en Attitudetraining: 1.1. Interactieve theatervoorstelling: Als thema kiezen we opnieuw voor Dementie maar deze keer meer met de nadruk op de communicatie tussen personeel, familie,... ipv op de omgang met de persoon met dementie.
Duur: 0,5 dag 1.2. Communicatietraining: Om een hoger niveau te bereiken dienen deze trainingen meer specifiek opgesplitst naar enerzijds verschillende doelgroepen en anderzijds rond verschillende thema's.
Oplossing: Communicatietrainingen met leerlingen op school, TTT voor leerkrachten, themadagen voor leerlingen en/of leerkrachten Mogelijke plaatsen: Door Inspinazie op school, in samenwerking met Voca , Stimul,...
2011: xxx € + 25 % cofinanciering + verplaatsingskosten max 7€/lln
2e jaar - derde graad verzorging = 404 lln 3e jaar - derde graad thuis-& bejaardenzorg = 149 lln
2011: leerlingen
(op basis van een budgetraming à rato van een bedrag van xx € / lln / halve dag BTW incl.)
2. Ergonomie in de zorgsector 2.1. Rugzorg: Aanleren van correcte houdingen in praktijksituaties en aanbieden van een handleiding (CD-rom) om hiermee verder te kunnen.
Oplossing: praktische cursus o.l.v. een kinesitherapeut(e). Mogelijke plaatsen: IDEWE,.... Duur: 0,5 dag
45
2011: xxx € + 25 % cofinanciering + verplaatsingskosten max 7€/lln
2011:100 leerlingen 1e jaar - derde graad personenzorg = 1.422 lln
2.2. Materialenkennis: Er bestaat een groot gamma aan hulpmiddelen in de zorgsector, dat dikwijls onbekend en dus onbemind is. Er is nood aan kennis en juist gebruik van deze materialen Weten dat ze bestaan en waar ze te vinden zijn is een meerwaarde, die de angst om ermee te werken kan verminderen.
Oplossing: infrastructuur ter beschikking stellen aan de scholen om op een levensechte wijze de beschikbare hulpmiddelen te kunnen leren gebruiken.
2011: via RTC Netwerk ?
2011:
2011: xxx € + 25 % cofinanciering + verplaatsingskosten max 7€/lln
2011: 200 leerlingen
2011: xxx € + 25 % cofinanciering + verplaatsingskosten max 7€/lln
2011: 200 leerlingen
Mogelijke plaatsen: - roadshow in verschillende scholen op basis van materiaal van mutualiteiten, Arjo, Arseus, Ortec,...; - in een centrale demoruimte bij deze bedrijfspartners; - via beursbezoek Duur: nvt
2.3. Veiligheid in de zorgsector: Voorkomen van letsels door aandacht te schenken aan rugzorg, juist gebruik van materialenbij het poetsen
Oplossing: practische opleidingen Mogelijke plaatsen: Via Interleuven door Sylvia D'Hondt of Guy Van wezer of via Landelijke thuiszorg.
3e jaar - derde graad personenzorg = 382 lln
Duur:
3. Organiseren van activiteiten - Animatie: Hiervoor zijn enkele opleidingen nodig die voor de individuele scholen te duur zijn om zelf te organiseren : daarom kunnen zij op een meer gestructureerde en goedkope wijze door een externe partner aangeboden worden door bemiddeling van het RTC Vlaams-Brabant: Mogelijke onderwerpen waaruit een keuze dient gemaakt te worden:
Oplossing: creadagen, leeruitstappen, inleefprojecten, workshops (op basis van een budgetraming à rato van een bedrag van 36€ / lln / halve dag BTW incl.)
46
3e jaar - derde graad personenzorg = 382 lln
- Kinderen /kindegrime: basistechnieken voor kinderen 0-3j -Creatief bezig zijn met kinderen
Mogelijke plaatsen: Syntra opleidingen, vzw Danskant, vzw Inspinazie, vzw Balanske TieltWinge,...
-Verhaaltechnieken voor kinderen Duur: 0,5 - 1 dag -Oudere zorgvragers: comfortzorg & eenvoudige massagetechnieken -Snoezeltechnieken & inrichting snoezelruimte -Aanleren peuterdans -Animatie bij bejaarde en eenvoudige lichaamsverzorging (bv. krulspelden indraaien, lippenstift aanbrengen,...) -Babymassage
4. Attest 'levensreddend handelen bij kinderen'
Oplossing: Enkel te behalen via erkende organisatie.
Afstuderen met dit attest in handen zou een meerwaarde zijn voor leerlingen kinderzorg.
2011: Via RTC Netwerk ? xxx € + 25 % cofinanciering + verplaatsingskosten max 7€/lln
2011: 738 leerlingen
2011: 35 leerkrachten
5. Nascholingsbudget Leerkrachten in hogervermelde specialisaties:
Oplossing: nascholingsactiviteiten Personenzorg
2011: xxx € + 25 % cofinanciering
Bij elke bovenvermelde studierichting / specialisatie zal bekeken worden of er nood
Mogelijke plaatsen: - SYNTRA AB
(op basis van een budgetraming: 70% cofinanciering
47
1e jaar - derde graad personenzorg min STW = 723 lln
is aan een extra nascholing voor de leerkrachten Dit budget kan dan in functie van de reële behoeftes op dat moment aangewend worden. Enkele voorbeeld-acties:
- CNO Antwerpen - VIG ((Vlaams Instituut Gezondheidspromotie) - Preventiedienst IDEWE - NVKVV Oostende - eigen RTC- acties
opleidingskost met een max. van xxx € /lkr/dag BTW incl.)
8.1. cursus positieve imagobuilding ouderenzorg 8.2. hoe motiveren en begeleiden in studie- & jobkeuze voor de ouderensector 8.3. zorgprogramma's geriatrie 8.4. jaarlijks congres verpleegkundigen & vroedvrouwen 8.5. jaarlijkse diabetesbeurs & congres 8.6. jaarlijks symposium gezondheidspromotie 8.7. bijwonen activiteiten Kind & Gezin 8.8. nascholing verplaatsingsvaardigheden in KD en ZWC 8.9. kwaliteitszorg (OCMW Leuven- dhr. Tony Hulst zou hier een bijdrage kunnen leveren)
48
=============================================================================
Provinciehuis Vlaams-Brabant Provincieplein 1 3010 Leuven 016 / 26 74 51
[email protected] www.rtcvlaamsbrabant.be