voor hulp op maat
Stichting Stade Jaarstukken 2012
Stichting Stade Pieterskerkhof 16 3512 JR Utrecht Telefoon 030- 236 17 17 www.stichtingstade.nl Kamer van Koophandel 41186569
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 1 van 307
voor hulp op maat
Colofon Naam: Bestandsnaam: Redactie teksten: Cijfers: Opmaak/lay out Drukwerk: Vastgesteld Managementteam: Vastgesteld Raad van Toezicht: Vastgesteld door directeur-bestuurder:
Stichting Stade Jaarstukken 2012 130107-VSG-StichtingStadeJaarstukken2012 T. van der Linden, I. Witjens, R. Graauw, G. Jongetjes en H. Bisoen (Stichting Stade) K. Jongejan, M. Meijer, U. van Oevelen, A. van den Brink, R. de Brouwer, N. Goes en G. Jongetjes (Stichting Stade) H. Bisoen Centraal Secretariaat Stichting Stade 21 maart 2013 4 april 2013 22 april 2013
© 2013 Stichting Stade Deze uitgave is eigendom van de Stichting Stade. Het geheel of gedeeltelijk gebruiken van teksten uit deze uitgave is alleen voor onze financiers toegestaan. Anderen dienen vooraf schriftelijke toestemming te verwerven.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 2 van 307
voor hulp op maat
Inhoudsopgave Inleiding 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. 16. 17. 18. 19. 20. 21. 22. 23. 24. 25. 26. 27. 28. 29. 30. 31. 32. 33. 34. 35. 36. 37. 38. 39. 40. 41. 42. 43. 44. 45. 46. 47. 48. 49
DEEL I Jaarverslag Stichting Stade 2012 Algemeen verslag van de Raad van Bestuur ………………………………………………………………. Verslag van de Raad van Toezicht …………………………………………………………………………………… Verslag van de Interne- en Externe Klachtencommissie 2012 ……………………………. Overzicht van werkzaamheden …………………………………………………………………………………………. Organigram ……………………………………………………………….………………………………………………………………. Rechtstreeks Utrecht ……………………………………………………………….……………………………………………. Algemene Hulpdienst Utrecht inclusief uitbreiding Leidsche Rijn ………………………. Uitbreiding Algemene Hulpdienst Utrecht ……………………………………………………………………… Project Verbetering en Versterking Informele Zorg Utrecht 2012 ……………………… Bezoekdienst Dementerende of Langdurig Zieke Ouderen Utrecht …………………… Stade Maaltijdservice Utrecht 2012 ………………………………………………………………………………… Plusgids Utrecht 2013 ……………………………………………………………….…………………………………………… BoodschappenPlusBus Utrecht 2012 ………………………………………………………………………………. Buddyzorg Midden Nederland 2012 ………………………………………………………………………………… Steunpunt Mantelzorg Utrecht …………………………………………………………………………………………… Steunpunt Mantelzorg: Lokaal Kenniscentrum 2010-2012 …………………………………… Taalcoaches Utrecht 2012 ……………………………………………………………….…………………………………… Fiom Utrecht 2012 ……………………………………………………………….…………………………………………………. Mediation Utrecht 2012 ……………………………………………………………….……………………………………….. Gezinsondersteuning Utrecht 2012 …………………………………………………………………………………. Gezinsondersteuning WAP Kanaleneiland 2012-2013 ……………………………………………… Gezinsondersteuning WAP Zuilen 2012-2013 ……………………………………………………………… Gezinsondersteuning WAP Overvecht 2011-2012 …………………………………………………….. Gezinsondersteuning Overvecht 2012-2013 ……………………………………………………………….. Ernstig Overlastgevende Gezinnen Utrecht 2012-2014 …………………………………………. Ernstig Overlastgevende Gezinnen Kanaleneiland 2010-2012 ………………………….. Ernstig Overlastgevende Gezinnen Ondiep 2012 ………………………………………………………. Ernstig Overlastgevende Gezinnen Overvecht 2010-2012 ……………………………………. Pilot MeeleefGezin Utrecht 2011-2012 …………………………………………………………………………… Onderwijshulpverlening PPI Utrecht 2012 ……………………………………………………………………. Onderwijshulpverlening SMW Utrecht 2012 ………………………………………………………………… Uitvoering SMW leerlingen Pouwer 2012 ………………………………………………………………………. Uitvoering SMW ROC Midden Nederland 2e helft 2012 …………………………………………… Trajectbegeleiding ROC stagiairs Zeist 2012 ………………………………………………………………. Inzet Jongerenwerk Zeist 2012 …………………………………………………………………………………………. Jongerenwerk op de Utrechtse school “Join It” …………………………………………………………. Jongerenwerk op de Utrechtse school “Join It” en Sportsova 2011-2012 ……… Jongerenwerk op Wellantcollege 2012-A ………………………………………………………………………. Wellantcollege PPI op locatie 2012-B ……………………………………………………………………………… Onderwijsbegeleiding woonwagen- en Zigeunerkinderen (OWR) ………………………. Outreachende en Ambulante Jeugdhulpverlening Zeist 2012 ……………………………… Ondersteuning Utrechtse Ouder-Initiatief-Groepen Utrecht 2012 ………………..…… SMW ROC ASA 2011-2012 ………………………………………………………………………………………………….. SMW ROC ASA 2012-2013 ………………………………………………………………………………………………….. SMW ROC Midden Nederland 2011-2012 ……………………………………………………………………… Back UP Utrecht 2012 ……………………………………………………………………………………………………………. Pretty Woman Utrecht 2012 ………………………………………………………………………………………………. Pretty Woman Amersfoort 2012 ……………………………………………………………………………………….. Diverse projecten ……………………………………………………………….……………………………………………………
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
7 13 14 15 16 18 24 34 41 54 62 70 75 83 91 100 104 111 126 130 142 147 152 157 162 167 173 178 184 193 202 213 217 222 226 229 232 236 239 246 255 261 265 271 277 282 287 299 305
Pagina 3 van 307
voor hulp op maat
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11.
DEEL II Jaarrekening Stichting Stade 2012 Ondertekening Raad van Bestuur en Raad van Toezicht ………………………………………. Balans per 31 december 2012 …………………………………………………………………………………………… Staat van baten en lasten ……………………………………………………………………………………………………. Toelichting grondslagen ………………………………………………………………………………………………………… Toelichting op balans debet ………………………………………………………………………………………………… Toelichting op balans credit ………………………………………………………………………………………………… Uitgebreide Staat van baten en lasten …………………………………………………………………………… Toelichting Staat van baten en lasten ……………………………………………………………………………. Specificatie activa en afschrijving activa ………………………………………………………………………. Overzicht diverse lasten en baten ……………………………………………………………………………………. Toelichting niet uit de balans blijkende verplichtingen ……………………………………………
2 3 4 5 6 8 11 12 15 16 17
Verdeling van indirecte kosten Kostenverdeelstaten Overige gegevens Controleverklaring Bestemming resultaat Gebeurtenissen na balansdatum
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 4 van 307
voor hulp op maat
Inleiding Dit document bevat de jaarstukken van de Stichting Stade van het jaar 2012 en bestaat uit twee delen. Deel I is het Jaarverslag Stichting Stade 2012. Deel II is de Jaarrekening Stichting Stade 2012. De jaarstukken zijn opgemaakt conform de Richtlijn 640 van de Jaarverslaggeving, welke bedoeld is voor organisaties zonder winststreven. In het jaarverslag zijn alle werkzaamheden opgenomen die in 2012 zijn uitgevoerd. Over deze werkzaamheden zijn inhoudelijke en financiële gegevens opgenomen die nodig zijn om aanvragen in te dienen voor de vaststelling van verleende subsidie en/of de afrekening van fondsgelden. De opgenomen informatie beperkt zich tot hoofdlijnen. In de jaarrekening zijn opgenomen de balans per 31 december 2012 en de staat van baten en lasten over het jaar 2012, voorzien van een uitvoerige toelichting. Ook wordt inzicht gegeven in de verdeling van indirecte kosten. Bij overige gegevens zijn hier opgenomen: de wijze waarop het saldo van de staat van baten en lasten is verwerkt en de opgaaf van gebeurtenissen na 31 december 2012 met belangrijke financiële gevolgen. Als laatste is de accountantsverklaring opgenomen. Jaarverslag en jaarrekening zijn afzonderlijk genummerd zodat beide los van elkaar gebruikt kunnen worden.
G. Jongetjes Directeur bestuurder Stichting Stade Utrecht, 14 maart 2013
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 5 van 307
voor hulp op maat
DEEL I Jaarverslag Stichting Stade 2012
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 6 van 307
voor hulp op maat
1. Algemeen verslag van de Raad van Bestuur 1.1 Missie De missie van Stichting Stade luidt: voor hulp op maat. De missie komt voort uit de statutaire doelstelling en uit de Wmo. De statutaire doelstelling luidt: “De stichting heeft ten doel het verlenen van maatschappelijke hulp en ondersteuning aan groepen van burgers om daarmee een bijdrage te leveren aan hun kwaliteit van leven en voorts al hetgeen daarmee rechtstreeks of zijdelings verband houdt of daartoe bevorderlijk kan zijn, alles in de ruimste zin des woords.” Concreet uitgewerkt betekent dit voor onze werkzaamheden: Burgers geven inhoud aan de samenleving door daar samen in te participeren. Soms lukt het burgers voor kortere of langere tijd niet om zelfstandig deel te nemen aan die samenleving, waardoor marginalisering kan optreden. Ondersteuning is dan nodig om hun positie weer te stabiliseren en zo mogelijk te verbeteren. Deze ondersteuning bestaat noodzakelijkerwijze uit diverse vormen van hulp op maat met een duidelijk gemarkeerd begin en einde. Stichting Stade is een maatschappelijke organisatie die partner is voor haar financiers, een goed werkgever is voor haar medewerkers en uitkomst biedt aan de burgers. De continuïteit van de eigen organisatie is alleen van belang tegen de achtergrond van deze inhoudelijke visie. 1.2 De Wmo, Vernieuwend Welzijn, transitie Jeugdzorg, decentralisatie van de AWBZ De werkzaamheden van Stichting Stade vallen vrijwel allemaal onder de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). De gemeente Utrecht heeft voor de Wmo de inhoudelijke kaders vastgesteld. In de gemeente Utrecht is het traject Vernieuwend Welzijn in volle gang. In 2012 is de gemeente overgegaan tot het meervoudig uitvragen van drie soorten welzijnswerk. Het gaat om vroeg- en voorschoolse activiteiten, sociaal makelen en individuele ondersteuning. Stichting Stade heeft een subsidieaanvraag ingediend voor de uitvoering van de individuele ondersteuning, formeel “Informatievoorziening en Cliëntondersteuning” genaamd. Eind 2012 is duidelijk geworden dat Stichting Stade voor deze werkzaamheden de subsidie zal gaan krijgen per 01-08-2013. De jeugdzorg zal binnen enkele jaren de volledige verantwoordelijkheid worden van de gemeenten. De gemeente Utrecht zal deze gelegenheid aangrijpen om een nieuwe aanpak van de lokale zorg voor jeugdigen te gaan organiseren. Vooruitlopend hierop heeft de Gemeente Utrecht de door haarzelf gefinancierde Jeugdhulp gebundeld en in een projectsubsidie opnieuw uitgevraagd. Eind januari 2013 is duidelijk geworden dat Stichting Stade deze projectsubsidie zal krijgen per 01-08-2013. De decentralisatie van de AWBZ functies dagbesteding en extramurale begeleiding naar de gemeentelijke overheid betekent dat de zorg voor de doelgroep van sociaal kwetsbare psychische patiënten ook voor een belangrijk deel een gemeentelijke verantwoordelijkheid wordt per 01-01-2015. Ook de ontwikkelingen met betrekking tot de nieuwe Participatiewet en het Passend Onderwijs hebben direct invloed op het sociale domein in de stad Utrecht. De gemeenten staan voor een omvangrijke opdracht in de komende jaren. In de stad Utrecht wordt een volledige herschikking en herstructurering verwacht van het jeugdbeleid, het welzijnswerk en alle zorg voor sociaal kwetsbaren. Dit heeft een hoge graad van ingewikkeldheid. Stichting Stade heeft actief deelgenomen aan de beleidsontwikkeling op deze gebieden en geeft met enthousiasme uitvoering aan de reeds ingezette experimenten. Daarbij komt met het verwerven van beide nieuwe subsidies ook een belangrijke uitvoerende taak. 1.3 Gezinsondersteuning Al ruim negen jaren geleden heeft Stichting Stade de hulpverlening aan woonwagenbewoners en specifieke groepen allochtonen omgevormd naar een integrale werkmethode voor multi probleem gezinnen. Er wordt inmiddels gewerkt met de
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 7 van 307
voor hulp op maat
werkwijze van de Wrap Around Care (WAC). De gemeente heeft er in 2010 voor gekozen om met ingang van 01-06-2011 alle subsidie voor gezinsondersteuning aan één welzijnsorganisatie te gaan verstrekken. Stichting Stade is door de gemeente hiervoor aangewezen. Per 01-10-2012 zijn Bureau Jeugdzorg Utrecht en een drietal instellingen die jeugdzorg aanbieden aangesloten bij deze aanpak. Hiertoe is een samenwerkingsovereenkomst afgesloten. 1.4 JoU In mei 2010 heeft de gemeente Utrecht te kennen gegeven te opteren voor één jongerenwerkorganisatie. Enkele maanden later is JoU in het leven geroepen. JoU werkt onder hetzelfde bestuur als Stichting Stade en maakt gebruik van het bedrijfsbureau van Stichting Stade hetgeen voor beide efficiencywinst op levert. Op termijn valt er mogelijk ook een meerwaarde te organiseren door de synergie op inhoudelijk gebied (bij Stichting Stade wordt veel specifieke ondersteuning aan jongeren geboden). JoU is op 01-01-2011 met de uitvoering van start gegaan. In 2012 is besloten om de samenwerking ook na 2012 voort te zetten tot in ieder geval eind 2014. Hiertoe is een samenwerkingsovereenkomst afgesloten. 1.5 Marktpositie De marktpositie van Stichting Stade is in 2012 verbeterd. De belangrijkste subsidieverlener, gemeente Utrecht, is tevreden met Stichting Stade. We hebben een goede naam, werken samen met collega-instellingen en nemen actief deel aan belangrijke nieuwe initiatieven en overlegvormen. Het management participeert actief in de stedelijke vernieuwing van het welzijnswerk. In december 2012 heeft de Gemeente Utrecht besloten om de subsidie voor informatievoorziening en cliëntondersteuning aan Stichting Stade te gaan verlenen met ingang van 01-08-2013. 1.6 Medewerkers Stichting Stade heeft in 2012 extra geld geïnvesteerd in de uitvoering van de Regeling FICOP ten behoeve van de verbetering van de arbeidsmarktpositie van haar medewerkers. Ook voor de interne communicatie, op de cultuur van leiding geven en op de ontwikkeling van een goede teamsamenwerking heeft opnieuw nadruk gelegen. In het kader van kwaliteitsbeleid wordt er gewerkt aan verbetering van de casuïstiekbespreking. Het thema huiselijk geweld heeft in 2012 extra aandacht gekregen. Medewerkers moeten er aan wennen dat zij huiselijk geweld op een methodische wijze aan de orde kunnen stellen met hun cliënten. Daarin is de landelijk ingevoerde meldcode van groot belang. Ook de praktische toepassing van Wmo uitgangspunten als eigen kracht en regie door cliënten heeft in kenniskringen de aandacht gekregen. 1.7 Kwaliteit Stichting Stade heeft vanaf 5 oktober 2004 het ISO 9001 kwaliteitscertificaat voor kennisintensieve organisaties. De ervaringen met de certificering zijn zeer positief. In 2012 is voortgegaan met het beleid waarmee het vergroten van de zelfstandigheid van de medewerkers, meer zelfsturing door teams en verbeterde vormen van „leren uit ervaringen‟ wordt gestimuleerd. Daarbij heeft het accent gelegen op verbetering van de casuïstiekbesprekingen en het werken op basis van „eigen kracht en regie‟ van cliënten. 1.8 Financieel resultaat In 2012 is er in de begroting een totale baat van € 5.818.270 voorzien met een resultaat van € 92.714. Uiteindelijk zijn baten gerealiseerd tot een bedrag van € 6.525.698 en een financieel resultaat van € 309.174. Stichting Stade begon het jaar 2012 met een vermogen van € 498.350.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 8 van 307
voor hulp op maat
1.9 Managementreview In oktober 2012 heeft het MT de jaarlijkse managementreview gehouden volgens het kwaliteitssysteem. De uitkomsten hiervan worden samen met de uitkomsten van alle evaluaties en onderzoeken meegenomen in de nieuwe plannen voor 2013. 1.10 Samenstelling bestuur Stichting Stade heeft een directeur bestuurder. Het bestuur bestaat uit één persoon. Directeur bestuurder was op 31 december 2012: de heer G. Jongetjes, wonende te Utrecht. E-mailadres:
[email protected] 1.11 Begroting 2013 De Begroting 2013 is in december 2012 voorlopig goedgekeurd door de Raad van Toezicht en vastgesteld door de directeur bestuurder. Deze begroting ziet er als volgt uit: 2013
Opbrengsten
Uren MO Bijdrage overheid MS Activiteiten Eigen bijdragen MS Overige
5.400 360 190 300 0
Personeelskosten Huisvestingskosten Afschrijvingskosten Apparaatskosten Projectkosten Overige
Totaal kosten Resultaat
5.007 362 149 300 0 6.250
Totaal opbrengsten
Kosten
2012
4.600 470 100 430 550 0
5.818 4.315 471 74 359 507 0
6.150
5.725
100
92
De begroting is voorwaardelijk goedgekeurd omdat er in 2013 een nieuwe CAO WMD van kracht wordt en de financiële effecten hiervan nog niet konden worden voorzien in 2012. Inmiddels is ook duidelijk geworden dat de subsidie met ingang van 01-08-2013 substantieel zal gaan stijgen. Al deze nieuwe informatie zal in 2013 resulteren in een nieuwe bijgestelde begroting voor 2013. 1.12 Omvang en functie van de algemene reserve De Stichting Stade heeft vastgesteld dat de onderneming een algemene reserve nodig heeft om risico‟s te kunnen opvangen: - Bij het verkrijgen van minder subsidie kan niet altijd tijdige vermindering van structurele kosten plaatsvinden. Tevens dient personeel af te vloeien, hetgeen niet zelden kosten met zich mee brengt. - Het ziekteverzuim is niet herverzekerd. Dit levert fluctuaties op in het resultaat van baten en lasten. Een negatief resultaat moet kunnen worden opgevangen. Het streven is om 10% van de jaarlijkse baten als algemene reserve te hebben, hetgeen inmiddels bereikt is.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 9 van 307
voor hulp op maat
1.13 Wijziging van doelstellingen Er heeft zich in 2012 geen wijziging van doelstellingen voorgedaan. 1.14 Cliëntenbeleid Vanaf 1 januari 2011 heeft Stichting Stade een Cliëntenraad (CR). De CR heeft zich actief bezig gehouden met de onderzoeken naar cliënttevredenheid. In 2010 heeft de Stichting Stade het interne onderzoek naar de cliënttevredenheid opnieuw vormgegeven. Er is een algemene vragenlijst opgesteld die voor alle cliënten van geheel Stichting Stade wordt gebruikt. Op die manier zijn resultaten ook optelbaar en ontstaat er een beter totaalbeeld. Naar aanleiding van de opmerkingen uit het Intern Cliënt Tevredenheid Onderzoek 2011 zijn de vijf standaardvragen enigszins aangepast zodat ze voor alle doelgroepen te begrijpen zijn. 1.15 Intern Tevredenheid Onderzoek 2012 In 2012 hebben er in totaal 922 cliënten meegedaan aan het algemene tevredenheidsonderzoek (1.047 in 2011 en 561 in 2010). Van deze deelnemende cliënten heeft een groep van 164 het formulier onjuist ingevuld waardoor deze niet zijn meegeteld. Er bleven 758 (2011: 926) bruikbare cliëntbeoordelingen over uit 3.883 uitgezette formulieren. Daarmee komt de deelname uit op een percentage van 20%. Stichting Stade is helemaal niet tevreden over dit behaalde aantal. In de komende jaren moet dit aantal verder stijgen. De resultaten van het interne cliënttevredenheidsonderzoek (ICTO): We hebben de vraag gesteld hoe de cliënten bij ons terecht zijn gekomen. Voor 111 (15%) cliënten was dat via een folder, 38 cliënten (5%) vonden ons via internet en 325 (43%) werden verwezen en 284 kwam bij ons op andere wijze (37%). De bereikbaarheid werd beoordeeld met rapportcijfer 7,5 (2011: 8,0 en 2010: 7,9). De snelheid waarmee men geholpen werd kreeg een 7,4 (2011: 8,0 en2010: 7,9). De houding en het gedrag van de medewerker kreeg een 7,9 (2011: 7,9 en 2010: 8,4). De cliënten beoordelen de baat die zij hebben gehad bij de ondersteuning met een 7,2 (2011: 8,2 en 2010: 8,0). Stichting Stade hanteert als uitgangspunt dat een beoordeling met een cijfer 7 het minimum is. Cliënten zijn doorgaans zeer loyaal naar de hulpverlenende instelling en dus geeft een lager cijfer te denken. De behaalde scores zijn ruim boven de 7 en dus goed. Een uitgebreid overzicht is beschikbaar. 1.16 Extern cliënt tevredenheidsonderzoek 2012 (ECTO) In opdracht van Stichting Stade hebben bachelor studenten van de opleiding Algemene Sociale Wetenschappen van de Universiteit Utrecht evaluatieonderzoeken gedaan bij een drietal teams van Stichting Stade, de Algemene Hulpdienst, het Steunpunt Mantelzorg en Gezinsondersteuning. Het ging in alle drie projecten om een kwalitatief onderzoek waarin op basis van gesprekken en observaties de ervaringen en meningen van betrokken uitgebreid naar voren konden komen. De onderzoeken zijn uitgevoerd in de periode september 2011 - januari 2012. Van elk onderzoek is een uitgebreide rapportage geschreven. De resultaten en conclusies zijn toegespitst op de werkzaamheden van de genoemde teams. Ze zijn bovendien uitgebreid toegelicht en dus te lang om ze in dit verslag op te nemen. De uitkomsten bevestigen het beeld dat cliënten tevreden zijn met de ondersteuning die Stichting Stade biedt. Er komen geen zaken naar voren waar de organisatie als geheel actie op moet ondernemen. De bevindingen zullen in de teams worden gebruikt om het werk verder te ontwikkelen.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 10 van 307
voor hulp op maat
1.17 Registratie cliënt gegevens De gegevens van de cliënten worden opgenomen in het programma Profit. Op 31 december 2012 stonden 6.226 personen geregistreerd. Van deze cliënten zijn de volgende gegevens bekend: Geslacht Vrouw: 4.263 Man 1.893 Onbekend: 70 Culturele achtergrond Van 3.264 cliënten is de culturele achtergrond bekend: Nederland: 1.739 personen. Marokko: 678 personen. Turkije: 153 personen. Suriname: 135 personen. Overige landen: 559 personen. Leeftijd De 6.226 cliënten zijn te verdelen in de onderstaande leeftijdscategorieën. 810
892
1000 900
643
800 514
700 600
2
1
101 t/m 105
111 t/m 150
115
275 81 t/m 85
26
263 76 t/m 80
218
265 71 t/m 75
253
219
296
215
284
5 6 t/m 10
61 t/m 65
15
100
0 t/m 5
200
258
300
231
234
400
192
500
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Geen geboortedatum
91 t/m 95
96 t/m 100
86 t/m 90
56 t/m 60
46 t/m 50
66 t/m 70
31 t/m 35
51 t/m 55
41 t/m 45
36 t/m 40
26 t/m 30
21 t/m 25
16 t/m 20
11 t/m 15
0
Pagina 11 van 307
198 215 226
Rivierenwijk
Oudwijk
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Wittevrouwen
Tuinwijk
Sterrrenwijk
Tolsteeg
Centrum
Lombok
Leidsche Rijn
Ondiep
Lunetten
600
1075
1200
Pagina 12 van 307
Buiten Utrecht
606
530
Zuilen
Overvecht
Buiten Utrecht
1076
838
749
1200
Overvecht-Noord
509
400
Kanaleneiland
470
Noordwest
657
581
504
425
398
318
237
800
Zuidwest
Zuid
Noordoost
Oost
West
Binnenstad
Vleuten-De Meern
229
1000
Overvecht-Zuid
154 193
251
149 179
245
148
229
145
Pijlsweerd
Oog in Al
Rijnsweerd
132
Voordorp
200
Hoograven
59
De Uithof
Leidsche Rijn
400
127
44
Schepenbuurt
600
Tuindorp
17 24
77
10
0
Lage Weide
voor hulp op maat
Wijken en buurten Van 6.012 personen is bekend in welke wijk zij wonen.
200
0
Van 6.012 personen is bekend in welke buurt zij wonen.
1000
800
voor hulp op maat
2. Verslag van de Raad van Toezicht 2.1 Vergaderingen De Raad van Toezicht is in 2012 bijeengekomen op 9 februari, 19 april, 14 juni, 27 september, 8 november, 6 december en 19 december. De navolgende onderwerpen zijn aan de orde gekomen: Strategisch beleid: toekomst en extern profiel Stichting Stade. Transitie Jeugdzorg. Toekomst Stichting Stade en JoU. Raad van Toezicht: NVTZ Academie. Raad van Bestuur: verslag functioneringsgesprek Inschrijving Informatievoorziening & Cliëntondersteuning. Aanpassing Reglement Bestuur Stichting Stade. Evaluatie functioneren Raad van Toezicht Stichting Stade Evaluatie Regeling Vergoeding Raad van Toezicht Stichting Stade. Model voor bestuur en toezicht in relatie tot ontwikkelingen welzijnsbeleid. Ontwikkelingen welzijnsbeleid Utrecht stad. Concept Jaarplan 2013 inclusief begroting en adviezen van de Ondernemingsraad en Cliëntenraad. Samenwerkingsovereenkomst Stichting Stade met JoU 2012, 2013 en 2014. Risico‟s en effecten van de mogelijke scenario‟s m.b.t. de uitvragen IenC en Jeugdhulp. Vacature per 01-07-2013 Raad van Toezicht Stichting Stade. BTW kwestie toezichthouders. Managementreview Stichting Stade 2012. 2.2 Kerntaak De Raad van Toezicht houdt toezicht op de doelrealisatie en het functioneren van Stichting Stade. De in het jaarplan geformuleerde doelen zijn daarin maatgevend. Zij houdt tevens toezicht op het functioneren van de directeur bestuurder. Jaarlijks beoordeelt de Raad van Toezicht het functioneren van de directeur bestuurder. De Raad van Toezicht richt zich bij het vervullen van zijn taak op het belang en de continuïteit van de onderneming, rekening houdende met het feit dat deze een maatschappelijk nut en verantwoordelijkheid vervult. In haar toezichthoudende rol weegt zij de belangen af van allen die bij de onderneming zijn betrokken: cliënten, deelnemers, vrijwilligers, medewerkers en subsidieverleners. De Raad van Toezicht is verantwoordelijk voor de kwaliteit van haar functioneren en evalueert deze jaarlijks. 2.3 Rooster van aftreden In artikel 8 lid 2 van de statuten wordt bepaald dat de Raad van Toezicht bestaat uit drie tot vijf natuurlijke personen. In 2012 was geen enkel lid aftredend en niet herbenoembaar. 2.4 Statuten De statuten zijn in 2012 niet gewijzigd. 2.5 Samenstelling De samenstelling van de Raad van Toezicht was op 31 december 2012: F. M. Alsem (voorzitter) R. V. Bijl (vice voorzitter) P. J. Mehlkopf P. J. van der Schaaf M. Smit – van den Ham
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 13 van 307
voor hulp op maat
3. Verslag van de Interne- en Externe Klachtencommissie 2012 3.1 Externe klachtafhandeling Februari - mei 2012. Het project wordt uitgevoerd in opdracht van de gemeente Utrecht. De klacht had betrekking op het functioneren van een Stade medewerker. De advocaat van de cliënt is per brief door B&W van de gemeente Utrecht geïnformeerd dat de klacht, voor wat betreft het functioneren van de medewerker, niet in behandeling kon worden genomen omdat de gemeentelijke klachtenprocedure alleen betrekking heeft op personen die vallen onder de verantwoordelijkheid van de gemeente Utrecht. Voor zover de klacht betrekking had op de keuze voor de instantie die het project uitvoert werd de klacht ongegrond verklaard omdat de klacht niet was onderbouwd en geen feiten en omstandigheden bevatte die aanleiding gaven ten behoeve van het project een andere instantie in te schakelen. Ook werd de cliënt/advocaat op de hoogte gebracht dat de klacht werd doorgestuurd aan de Externe Klachten Commissie van Stichting Stade (EKC) voor zover het betrekking had op het functioneren van de Stade medewerker. De EKC heeft de advocaat van de cliënt op de hoogte gebracht op welke wijze een klacht ingediend kon worden. Na beraadslaging richt de EKC zich tot de advocaat. Zij willen weten of de cliënt van plan is de klacht te handhaven en wil voorleggen aan de EKC en zo ja of cliënt/advocaat de klacht wil toelichten met feiten en omstandigheden. Daarnaast vraagt de EKC aan cliënt/advocaat of zij de Nationale Ombudsman heeft benaderd over de wijze waarop de klacht is afgehandeld door de gemeente Utrecht, omdat een en ander van invloed kan zijn op eventuele ontvankelijkheid van de klacht voor de EKC. Er wordt een reactietermijn vastgesteld, maar de EKC ontving geen bericht. Vervolgens laat de EKC aan de advocaat/cliënt weten dat zij het dossier sluiten in verband met het uitblijven van een antwoord. In een fax laat de advocaat weten dat cliënt de klacht wil doorzetten en dat hij inhoudelijk op de kwestie terugkomt. De EKC laat weten geen aanleiding te zien om terug te komen op haar beslissing. De EKC geeft aan dat er ondanks diverse pogingen richting advocaat/cliënt inzake wel of niet handhaven van de klacht en navraag om een toelichting, reactie uitbleef. Bovendien gaf de EKC aan waarde te hechten aan de zorgvuldigheid jegens alle betrokkenen. De EKC laat weten dat volgens het klachtenreglement alsnog een klacht ingediend kan worden die aan de EKC voorgelegd kan worden. EKC wijst advocaat/cliënt op de mogelijkheid hun zienswijze over de klachtbehandeling voor te leggen aan de Raad van Toezicht van Stichting Stade. Na deze brief is er geen reactie meer ontvangen van advocaat/cliënt. 3.2 Interne Klachtafhandeling Juli 2012. Een cliënt had klachten over de onzorgvuldigheid van een van de medewerkers. Zij had een ander beeld van hoe het zou gaan. Na een gesprek met de cliënt, de medewerker en een manager van Stichting Stade is besloten dat een andere medewerker de dienstverlening aan de cliënt continueert. Alle betrokkenen zijn hierna van mening dat de klacht naar tevredenheid is afgehandeld.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 14 van 307
voor hulp op maat
4. Overzicht van werkzaamheden Onderstaand een overzicht van alle projecten die de Stichting Stade in 2012 heeft uitgevoerd met vermelding van de subsidieverlener. Project Rechtstreeks Utrecht Algemene Hulpdienst Utrecht inclusief uitbreiding Leidsche Rijn Uitbreiding Algemene Hulpdienst Utrecht 2012 Project verbetering en versterking Informele Zorg Utrecht 2012 Bezoekdienst dementerende of langdurig zieke ouderen Utrecht Stade Maaltijdservice Utrecht Plusgids Utrecht 2012 BoodschappenPlusBus Utrecht 2012 Buddyzorg Midden Nederland 2012 Steunpunt Mantelzorg Utrecht 2012 Steunpunt Mantelzorg: Lokaal Kenniscentrum 2010-2012 Taalcoaches Utrecht 2012 Fiom Utrecht Mediation Utrecht Gezinsondersteuning Utrecht 2012 Gezinsondersteuning WAP Kanaleneiland 2012-2013 Gezinsondersteuning WAP Zuilen 2012-2013 Gezinsondersteuning WAP Overvecht 2011-2012 Gezinsondersteuning Overvecht 2012-2013 Ernstig Overlastgevende Gezinnen Utrecht 2012-2014 Ernstig Overlastgevende Gezinnen Kanaleneiland 2010-2012 Ernstig Overlastgevende Gezinnen Ondiep 2012 Ernstig Overlastgevende Gezinnen Overvecht 2010-2012 Pilot MeeleefGezin Utrecht 2011-2012 Onderwijshulpverlening PPI Utrecht 2012 Onderwijshulpverlening SMW Utrecht 2012 Uitvoering SMW leerlingen Pouwer 2012 Uitvoering SMW ROC Midden Nederland 2e helft 2012 Trajectbegeleiding ROC stagiairs Zeist 2012 Inzet Jongerenwerk Zeist 2012 Jongerenwerk op de Utrechtse school “Join It” Jongerenwerk op de Utrechtse school “Join It” en Sportsova 20112012 Jongerenwerk op het Wellantcollege 2012-A Wellantcollege PPI op locatie 2012-B Onderwijsbegeleiding woonwagen- en Zigeunerkinderen (OWR) Outreachende en Ambulante Jeugdhulpverlening Zeist 2012 Ondersteuning ouder-initiatief-groepen Utrecht 2012 SMW ROC ASA 2011-2012 SMW ROC ASA 2012-2013 SMW ROC Midden Nederland 2011-2012 Back UP Utrecht 2012 Pretty Woman Utrecht 2012 Pretty Woman Amersfoort 2012 Diverse projecten
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Subsidieverlener Gemeente Utrecht Gemeente Utrecht Gemeente Utrecht Gemeente Utrecht GG&GD en Gemeente Utrecht Gemeente Utrecht Gemeente Utrecht Gemeente Utrecht GG&GD en diverse gemeenten GG&GD GG&GD Gemeente Utrecht Gemeente Utrecht en diverse regio gemeenten Diverse organisaties Gemeente Utrecht Gemeente Utrecht Gemeente Utrecht Gemeente Utrecht Gemeente Utrecht Gemeente Utrecht Gemeente Utrecht Gemeente Utrecht Gemeente Utrecht ZonMW en Oranje Fonds Gemeente Utrecht Gemeente Utrecht Pouwer ROC Midden Nederland St. MeanderOmnium Gemeente Zeist Utrechtse school Utrechtse school Wellantcollege Wellantcollege Gemeente Utrecht Gemeente Zeist Gemeente Utrecht ROC ASA ROC ASA ROC Midden Nederland Gemeente Utrecht Gemeente Utrecht Gemeente Amersfoort Diverse sub.verleners
Pagina 15 van 307
voor hulp op maat
5. Organigram Na de organisatorische scheiding tussen de Stichting Stade en Stade Advies BV op 01-07-2005 en de daarop volgende verkoop van de aandelen van Stade Advies BV op 31-10-2005, is de Stichting Stade een overzichtelijke maatschappelijke onderneming geworden. Dit komt tot uiting in het navolgende organigram. Het bestuur van de Stichting Stade is tevens de directie en wordt gevormd door een directeur bestuurder.
Raad van Toezicht
Ondernemings Raad
Bestuur
Bedrijfsbureau Afdeling Administratie Afdeling Communicatie Afdeling Personeel & Organisatie Centraal Secretariaat en Beheer Directiesecretariaat Teamsecretariaat
Cliëntenraad
Managementteam
Schooljongerenwerk
Maaltijdservice
Steunpunt Mantelzorg Utrecht
Back UP
Algemene Hulpdienst Bezoekdienst BoodschappenPlusBus Maaltijdbegeleiding Project Verbetering en Versterking IZ Rechtstreeks Taalcoaches
Onderwijshulpverlening
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Buddyzorg Midden Nederland
Gezinsondersteuning Utrecht
Fiom Utrecht
Pretty Woman
Pagina 16 van 307
voor hulp op maat
Inhoudelijk en financiële projectverslagen In dit deel van het jaarverslag wordt informatie opgenomen van de in 2012 uitgevoerde projecten. Dit wordt gedaan volgens een vast format. Hieronder is dit format opgenomen. Project Verslag (PV) [projectnaam] 2012 Naam Koppeling met productomschrijving financier Budget Doelstelling Wijze van bekostiging Productspecificatie (waarin opgenomen de prestatie-eenheden) Productafspraken Subsidiecriteria Registratieresultaten Rapportage-afspraken Is de betaling afgerond Is de uitvoering volgens planning gegaan Afrekenafspraken Bijzonderheden Cliënttevredenheid Verslag van actuele Ontwikkelingen Knelpunten Financiële informatie [projectnaam] 2012
Over de uitgevoerde werkzaamheden is veel informatie beschikbaar. Deels gaat het om privacygevoelige informatie en om informatie die voor de Stichting Stade van bedrijfseconomisch belang is. Met deze informatie wordt vertrouwelijk omgegaan. Andere informatie over de projecten kan op aanvraag worden verstrekt.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 17 van 307
voor hulp op maat
Project Verslag Rechtstreeks Utrecht 2012 Naam
Rechtstreeks
Koppeling met productomschrijving financier
Stichting Stade draagt zorg voor de organisatie van alle activiteiten van Rechtstreeks. De werkzaamheden van de coördinatie zijn veelzijdig en passen als zodanig niet in één productomschrijving. We kiezen daarom voor één product, namelijk coördinatie (product 14). Ook elementen van de producten 2, 5, 12 en 25 maken onderdeel uit van het werk. Er is dus geen passende productdefinitie te vinden in het productenboek.
Budget
€ 55.496,10
Doelstelling
Rechtstreeks bemiddelt Utrechtse senioren (50-plussers) met het aangaan van nieuwe vriendschappen. Zij worden in contact gebracht met anderen die ook graag (extra) activiteiten willen ondernemen. Rechtstreeks draagt zodoende bij aan het vergroten en versterken van sociale netwerken van deze ouderen. Rechtstreeks speelt in op een actueel thema in de huidige maatschappij, namelijk eenzaamheid en sociaal isolement. Eenzaamheid is een steeds groter wordend probleem. 22% van de bevolking van Nederland geeft aan wel eens eenzaam te zijn. 6% is sociaal geïsoleerd. Dat wil zeggen dat zij een klein tot geen sociaal netwerk hebben en eenzaamheidsgevoelens ervaren. Rechtstreeks richt zich op eenzame ouderen. Door diverse omstandigheden vormen ouderen een risicogroep met betrekking tot eenzaamheid en sociaal isolement. Rechtstreeks maakt gebruik van twee verschillende methodieken om het sociale netwerk van ouderen te verstevigen en/of uit te breiden, namelijk: Vriendschapsbemiddeling en Activerend Huisbezoek. Aan alle doelstellingen is gewerkt. De doelen zijn geheel gehaald. Dit is vastgesteld door middel van interne evaluatie mede op basis van registratiegegevens.
Wijze van bekostiging
Subsidie (DMO)
Productspecificatie (waarin opgenomen de prestatieeenheden)
Vriendschapsbemiddeling Deelnemers melden zich telefonisch of per e-mail aan en maken hun wensen kenbaar. Medewerkers van Rechtstreeks (de coördinator en een aantal vrijwilligers/stagiaires) zoeken naar geschikte andere deelnemers, maken koppelingen en brengen de mensen met elkaar in contact. Het betreft over het algemeen moeilijk bemiddelbare personen met contactproblemen en/of
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 18 van 307
voor hulp op maat
sociaal isolement. Relatiebemiddeling valt buiten de doelstelling. Naast de één op één bemiddeling worden er ook twee andere methodes gebruikt om mensen met elkaar in contact te brengen: Nieuwsbrief Deze wordt zeven keer per jaar verzonden aan alle ingeschreven deelnemers. De deelnemers kunnen daarin onder meer een oproep plaatsen of reageren op een oproep. Contactbijeenkomsten Vijf keer per jaar worden er contactbijeenkomsten georganiseerd. Deze stellen de deelnemers in de gelegenheid om andere deelnemers te ontmoeten. Tijdens de contactbijeenkomsten komen er verschillende thema‟s aan bod zoals bijvoorbeeld; wat betekent vriendschap, klikt het of klikt het niet, versterken van netwerken, hoe breng je de kerstdagen door en veiligheid in en om het huis. Activerend Huisbezoek Vrijwilligers bieden ouderen ondersteuning bij het aangaan van nieuwe contacten of het opnieuw balans vinden in hun leven. Dit gebeurt d.m.v. wekelijkse bezoeken van een vrijwilliger voor een vastgestelde periode. Het doel hiervan is uiteindelijk dat de oudere d.m.v. tijdelijke ondersteuning zelfstandig zijn sociale netwerk kan onderhouden en wegwijs wordt in zijn of haar omgeving. De werving, training en begeleiding van vrijwilligers wordt verzorgd door de coördinator van Rechtstreeks. De productgroep Informele zorg, waarvan Rechtstreeks een onderdeel is, levert een vertegenwoordiging in de Ouderen Adviescommissie. Daarnaast neemt zij deel aan diverse overlegvormen met stedelijke- en wijkwelzijnsorganisaties. Ook heeft zij deel genomen aan de werkgroep Levenslust. Deze werkgroep heeft zich de afgelopen jaren bezig gehouden met het ontwikkelen van een aanpak om depressie onder ouderen tegen te gaan. In de werkgroep namen verschillende partijen plaats, zoals Cumulus, Portes, GG&GD en Indigo. Tevens neemt een van de consulenten deel aan een van de twee Signaleringsnetwerken. Steunpunt Mantelzorg vertegenwoordigt Stichting Stade in het andere signaleringsnetwerk. De consulent geeft ook voorlichting aan ouderen in de stad over de diverse projecten. Prestatie-eenheden zijn consulent-uren. Productafspraken
Subsidiecriteria
Uitgave van zes à acht nieuwsbrieven per jaar. Organisatie van zes à acht contactbijeenkomsten per jaar. Tot stand brengen van 80 koppelingen tussen personen via één op één bemiddeling. Tien trajecten van activerend huisbezoek door vrijwilligers en/of stagiaires. De DMO vraagt om 716 consulent-uren.
Stichting Stade heeft haar organisatie gecertificeerd, waarbij jaarlijks een beoordeling plaats vindt door een extern bureau. Het verslag van deze externe beoordeling is voor subsidieverleners beschikbaar. Dit betekent dat de beleidscyclus, het kwaliteitsbeleid
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 19 van 307
voor hulp op maat
en alle ondersteunende processen voldoen aan de hiervoor ontwikkelde (internationale) normen. Met betrekking tot de uitvoering van de werkzaamheden in uren professionele inzet van medewerkers gelden de navolgende afspraken: Er zal worden gehandeld als goed werkgever zoals dit is omschreven in het Burgerlijk Wetboek. M.b.t. de uitvoering van de uren geldt een inspanningsverplichting om dit zo getrouw en goed mogelijk te doen. Van de urenrealisatie wordt een registratie bijgehouden die door een accountant zal worden gecontroleerd. Het primaire werkproces is omschreven en vastgelegd. Daarnaar zal worden gehandeld. Met betrekking tot het betrekken van cliënten bij de uitvoering van de werkzaamheden wordt het navolgende bepaald: er is in 2009 op instellingsniveau een cliëntenraad ingesteld die jaarlijks een onderzoek doet naar de cliënttevredenheid en die vergelijkbare bevoegdheden heeft als de ondernemingsraad. Registratieresultaten
Aantal gerealiseerde consulent-uren:
746 uur
Deelnemers:
450 deelnemers 90 nieuwe deelnemers 45 uitgeschreven deelnemers
Aantal koppelingen:
303
Vrijwilligers:
6
Stagiaires:
5
Activerend Huisbezoek:
12 huisbezoeken (7 afgerond en 5 lopend).
Contactbijeenkomsten:
23 12 31 25 11
Nieuwsbrieven:
7 nieuwsbrieven: Nieuwsbrief 70: 2 x reacties, 5 kleintjes.
februari 2012: april 2012: mei 2012: oktober 2012: december 2012:
15 deelnemers 22 deelnemers 17 deelnemers 36 deelnemers 24 deelnemers
Nieuwsbrief 71: 6 x reacties, 3 kleintjes. Nieuwsbrief 72: 16 x reacties, 4 kleintjes. Nieuwsbrief 73: 3 x reacties, 10 kleintjes. Nieuwsbrief 74: 27 x reacties, 6 kleintjes.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 20 van 307
voor hulp op maat
Nieuwsbrief 75: 53 x reacties, 18 kleintjes. Nieuwsbrief 76: 31 x reacties, 14 kleintjes. Kersteditie Diverse groepjes zijn ontstaan naar aanleiding van de contactbijeenkomsten en oproepjes in de Nieuwsbrieven. Vrijwilligersbijeenkomsten activerend huisbezoek:
Twee bijeenkomsten. Daarnaast vindt er per vrijwilliger intervisie plaats.
Vrijwilligersbijeenkomst:
6
Scholing:
Meerdere malen per jaar vindt er scholing plaats voor alle vrijwilligers (introductiecursus, omgaan met eenzaamheid, signaleren, grenzen aangeven en introductie EHBO).
Rapportage-afspraken
Eindverantwoording: 1 juni 2013.
Is de betaling afgerond
Ja
Is de uitvoering volgens planning gegaan
Uitvoering heeft gedurende het hele jaar plaatsgevonden.
Afrekenafspraken
Niet gemaakte uren worden niet afgerekend.
Bijzonderheden
N.v.t.
Cliënttevredenheid
Van 29 mei t/m 6 juli 2012 heeft het interne cliënttevredenheidsonderzoek plaatsgevonden. Er zijn 393 formulieren verstuurd naar de cliënten van Rechtstreeks. 11 formulieren zijn onjuist ingevuld waardoor ze niet zijn meegeteld. Er bleven 88 bruikbare formulieren over uit de 393 uitgezette formulieren. De respons komt uit om 22%. 26 cliënten zijn in contact gekomen met het project via een folder, 2 cliënten vonden ons via internet, 34 werden verwezen en 26 cliënten kwam bij ons op andere wijze.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 21 van 307
voor hulp op maat
De Verslag van actuele ontwikkelingen
onderstaande vragen werden beantwoord met een rapportcijfer. De bereikbaarheid van het project: 7,2. De snelheid waarmee men geholpen werd: 7,2. Houding en gedrag van de medewerker: 7,5. De baat die de cliënt gehad heeft bij de hulp of activiteit: 6,9.
Rechtstreeks is in oktober 2012 gestart met een onderzoek naar mogelijke interventies bij eenzaamheid. Dit onderzoek wordt uitgevoerd door studenten van de Hogeschool Utrecht. Vriendschapsbemiddeling leidt weliswaar tot meer contacten, maar daarmee nog niet automatisch tot het oplossen van de achterliggende problemen. Rechtstreeks haakt daarom aan bij het onderzoek van de GG&GD (werkgroep depressie) naar eenzaamheidsproblematiek. De vraagstelling is in hoeverre eenzaamheid doorbroken kan worden. De werkgroep heeft het project een naam gegeven, namelijk Levenslust. Er is een wegwijzer ontwikkeld en opgestuurd naar alle ouderen in Zuilen. Ook zijn er verschillende workshops gegeven aan ouderen over het onderwerp depressie. De consulent heeft diverse voorlichten -over hoe vriendschappen aan te gaan- gegeven aan ouderen. In september heeft er een symposium plaatsgevonden, ter afsluiting van het project. Verder is er aandacht besteed aan veiligheid in en om het huis. Dit naar aanleiding van signalen vanuit de media, maar ook van de deelnemers, over de trend van de zogenaamde babbeltrucks. Reactie van enkele deelnemers: „Ik vind het een fantastische organisatie en breng mensen graag in contact met Stichting Stade. Ga a.u.b. door met het mooie werk.‟ „Stichting Stade is een uitkomst voor velen die contacten zoeken. Jullie doen goed werk! Ga zo door!‟ „Mijn oproepen zijn allen geplaatst en er zijn leuke clubjes uit voortgekomen.‟ „Wat een vreemd vragenblaadje! Hier kan men toch geen enkele conclusie uit trekken of serieus nemen!‟ „De maandelijkse bijeenkomsten vind ik meestal wel geslaagd.‟
Knelpunten
Het werven van vrijwilligers voor Rechtstreeks blijft een knelpunt. Vooral bij de jongere potentiële vrijwilligers trekt de doelgroep (ouderen met contactproblemen) minder. Ook vinden de potentiële vrijwilligers het telefoonwerk niet dynamisch genoeg. Dit geldt ook voor het activerend huisbezoek. In 2012 werd bekeken hoe werving en profilering verbeterd zou kunnen worden. Dit heeft echter nog niet veel opgeleverd. Dit blijft een punt van aandacht. Een ander knelpunt betreft de doelgroep GGZ-problematiek. Rechtstreeks krijgt soms doorverwijzingen van Altrecht van mensen die door Rechtstreeks niet te bemiddelen zijn. Daar waar mogelijk wordt verwezen naar Humanitas/Maatjes/GGZ.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 22 van 307
voor hulp op maat
Financiële informatie Rechtstreeks Utrecht 2012 Projectnaam: Projectnummer: Verleningsbeschikking:
Rechtstreeks 11012 2012-456-687
Verleende subsidie 2012 Uren Projectkosten* Verschillen
Realisatie 2012 Uren
716 € 71,89
€ € €
51.473,24 4.000,00 22,86
Totaal verleende subsidie 2012 €
55.496,10
746 € 71,89
€
53.629,94
Totaal realisatie 2012 €
53.629,94
Te verrekenen
€
-
*De projectkosten worden bij de Bezoekdienst verantwoord.
Inzet uren Werving IZ t.b.v. Rechtstreeks Projectnaam: Inzet uren Werving IZ t.b.v. Rechtstreeks Projectnummer: 11019 Verleningsbeschikking: 2012-456-687 Verleende subsidie 2012 Uren 270,33 € 71,89
Realisatie 2012 Uren
€
19.434,02
Verleende subsidie t.b.v. Rechtstreeks €
19.434,02
278,33 € 71,89
Te verrekenen
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
€
20.009,14
Totaal realisatie 2012 €
20.009,14
€
-
Pagina 23 van 307
voor hulp op maat
Projectverslag Algemene Hulpdienst Utrecht inclusief uitbreiding Leidsche Rijn 2012 Naam
Algemene Hulpdienst
Koppeling met productomschrijving financier
Stichting Stade draagt zorg voor de organisatie van alle activiteiten van de Algemene Hulpdienst. De werkzaamheden van de coördinatie zijn veelzijdig en passen als zodanig niet in één productomschrijving. We kiezen daarom voor één product, namelijk coördinatie (product 14). Ook elementen van de producten 2, 5, 12 en 25 maken onderdeel uit van het werk. Er is dus geen passende productdefinitie te vinden in het productenboek.
Budget
€ 107.037,20
Doelstelling
De Algemene Hulpdienst Utrecht levert georganiseerde burenhulp. Stichting Stade levert de stedelijke coördinator die de gehele organisatie begeleidt. De dienstverlening is geheel stedelijk georganiseerd. Vanuit het centrale kantoor aan de Kromme Nieuwegracht werkt een pool telefoonvrijwilligers en stagiaires om cliënten aan veldvrijwilligers te koppelen. Dit proces wordt aangestuurd door coördinatoren van de Algemene Hulpdienst. Het doel van de vrijwilligershulp is dat mensen zo lang mogelijk zelfstandig in hun eigen omgeving kunnen wonen en functioneren. Daarnaast levert het vrijwilligerswerk ook een bijdrage aan de sociale cohesie in de stad en de verschillende wijken. De groep vrijwilligers en de groep hulpvragers is zeer divers van aard. Vrijwilligers leveren langdurige of kortdurende (praktische) hulp aan mensen van alle leeftijden, die daar zelf (tijdelijk) niet meer toe in staat zijn door ziekte, handicap, leeftijd, minimum inkomen of gebrekkig sociaal netwerk. Voorbeelden van praktische hulp zijn klussen in huis, wandelen, (mee) boodschappen doen, mee gaan naar een arts en/of ziekenhuis, medicijnen halen, helpen bij een verhuizing, etc. Er vinden ook langdurige hulptrajecten plaats, zoals het regelmatig bezoeken van een cliënt of het bieden van hulp bij de administratie. Aan alle doelstellingen wordt gewerkt.
Wijze van bekostiging
Subsidie (DMO). Vanaf 2011 is er een andere bron van financiering gevonden in het kader van uitbreiding activiteiten Leidsche Rijn.
Productspecificatie (waarin opgenomen
De Algemene Hulpdienst zorgt voor de werving, selectie en begeleiding van vrijwilligers. Vervolgens worden de vrijwilligers
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 24 van 307
voor hulp op maat
de prestatieeenheden)
gekoppeld aan de cliënten. DMO: aantal consulent-uren.
Productafspraken
De DMO vraagt om 1.349 consulent-uren.
Subsidiecriteria
De Stichting Stade heeft haar organisatie gecertificeerd, waarbij jaarlijks een beoordeling plaats vindt door een extern bureau. Het verslag van deze externe beoordeling is voor subsidieverleners beschikbaar. Dit betekent dat de beleidscyclus, het kwaliteitsbeleid en alle ondersteunende processen voldoen aan de hiervoor ontwikkelde (internationale) normen. Met betrekking tot de uitvoering van de werkzaamheden in uren professionele inzet van medewerkers gelden de navolgende afspraken: Er zal worden gehandeld als goed werkgever zoals dit is omschreven in het Burgerlijk Wetboek. M.b.t. de uitvoering van de uren geldt een inspanningsverplichting om dit zo getrouw en goed mogelijk te doen. Van de urenrealisatie wordt een registratie bijgehouden die door een accountant zal worden gecontroleerd. Het primaire werkproces is omschreven en vastgelegd. Daarnaar zal worden gehandeld. Met betrekking tot het betrekken van cliënten bij de uitvoering van de werkzaamheden wordt het navolgende bepaald: er is in 2009 op instellingsniveau een cliëntenraad ingesteld die jaarlijks een onderzoek doet naar de cliënttevredenheid en die vergelijkbare bevoegdheden heeft als de ondernemingsraad.
Registratieresultaten
Aantal uren coördinatie consulentschap:
1.449,5
Aantal vrijwilligers in het jaar 2012:
404
Aantal nieuw aangemelde vrijwilligers:
144
Aantal afgemelde vrijwilligers:
77
Aantal vrijwilligers op 1-1-2013:
327
Aantal binnengekomen hulpvragen:
1.293*
Aantal voldane hulpvragen:
1077
Aantal ingeschreven cliënten in het jaar 2012:
1.887
Aantal nieuw ingeschreven cliënten:
325
Aantal uitgeschreven cliënten:
117
Aantal unieke hulpvragers:
518
Aantal cliënten op 1-1-2013:
1.770
Aantal hulpverleningen/bezoeken:
5.765
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 25 van 307
voor hulp op maat
Voor de wijken Leidsche Rijn, Vleuten De Meern: Aantal ingeschreven cliënten:
81
Aantal ingeschreven vrijwilligers:
27
Aantal voldane hulpvragen:
37
Unieke hulpvragers:
18
Niet al onze werkzaamheden zijn in cijfers te vatten. Er komen nog veel telefoontjes binnen die niet geregistreerd kunnen worden in ons computersysteem omdat ze geen cliënt zijn van ons; veel doorverwijzingen die veel tijd kosten. *216 hulpvragen zijn dan wel doorverwezen (27), afgemeld (77), door de cliënt zelf opgelost (85) of staan nog open (11) of in de wacht (16). **In 2011 waren er 483 unieke hulpvragers (kon destijds in het jaarverslag 2011 nog niet geregistreerd worden).
Verdeling cliënten per wijk: Binnenstad
86
Geen postcode
21
Noordoost
201
Noordwest
247
Oost
155
Overvecht
484
West
143
Zuid
224
Zuidwest
245
Leidsche Rijn
56
Vleuten De Meern
25
Eindtotaal
1.887
Rapportage-afspraken
Eindverantwoording: 1 juni 2013.
Is de betaling afgerond
Ja
Is de uitvoering volgens planning gegaan
Uitvoering heeft gedurende het half jaar plaatsgevonden.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 26 van 307
voor hulp op maat
Afrekenafspraken
Niet gemaakte uren moeten worden terugbetaald.
Bijzonderheden
N.v.t.
Cliënttevredenheid
Van 29 mei t/m 6 juli 2012 heeft het interne cliënttevredenheidsonderzoek plaatsgevonden. Er zijn 1.687 formulieren verstuurd naar de cliënten van de Algemene Hulpdienst. 79 formulieren zijn onjuist ingevuld waardoor ze niet zijn meegeteld. Er bleven 132 bruikbare formulieren over uit de 1687 uitgezette formulieren. De respons komt uit om 8%. 28 cliënten zijn in contact gekomen met het project via een folder, 3 cliënten vonden ons via internet, 50 werden verwezen en 51 cliënten kwam bij ons op andere wijze. De onderstaande vragen werden beantwoord met een rapportcijfer. De bereikbaarheid van het project: 7,4. De snelheid waarmee men geholpen werd: 7,4. Houding en gedrag van de medewerker: 8,0. De baat die de cliënt gehad heeft bij de hulp of activiteit: 8,0. Enkele quotes: „Het is geweldig wat jullie doen.‟ „Ben al acht jaar op de hoogte van jullie dienstverlening (mogelijkheden). Zo nodig weet ik jullie te vinden.‟ „Dankzij jullie is mijn huisje al bijna klaar.‟ „Hoop nog lange tijd gebruik te mogen maken van uw diensten.‟ „Omdat ik moeilijk hulp vraag was ik nerveus, maar vanaf de intake tot nu toe ben ik geweldig geholpen.‟ „Ik ben erg blij gebruik te kunnen maken van de vrijwilligers van Stichting Stade.‟ „Stichting Stade heeft mij het gevoel gegeven dat ik er niet meer alleen voor sta. Daar ben ik erg blij mee.‟ „Petje af voor hulpverleners. Ze zijn goed en vriendelijk.‟ „Om verschillende redenen moet ik hulp vragen. Elke week doet dezelfde persoon een flinke hoeveelheid boodschappen, tot volle tevredenheid.‟ „Ik was enorm blij en dankbaar met de hulp van mijn vrijwilliger.‟
Verslag van actuele ontwikkelingen
Reguliere activiteiten De dienstverlening van de Algemene Hulpdienst is georganiseerd vanuit de stedelijke post op de Kromme Nieuwegracht. De stedelijke post wordt geleid door de coördinatoren (de consulenten) en wordt daarnaast bemand door een aantal daartoe opgeleide telefoonvrijwilligers. Hulpvragers die bellen met een verzoek om hulp leggen hun vraag voor aan de medewerkers van de front-office. Daarna wordt door hen gezocht naar beschikbare vrijwilligers. De betreffende vrijwilliger neemt vervolgens contact op met de hulpvrager om een afspraak te maken. De coördinator draagt zorg voor de werving, selectie, en
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 27 van 307
voor hulp op maat
begeleiding van de telefoonvrijwilligers van de stedelijk post en van de „veld‟-vrijwilligers die de uiteindelijke hulp- en dienstverlening leveren. Tevens zorgt de coördinator voor een effectief strategisch beleid, PR, lief-en leedbeleid en deskundigheidsbevordering. De coördinator geeft begeleiding, ondersteuning en deskundigheidsbevordering aan de vrijwilligers. Er wordt gezocht naar een passende koppeling van hulpvrager en vrijwilliger. De coördinator monitort de vrijwilligers en de cliënten. Zo nodig gaat de coördinator op huisbezoek bij de cliënt en zorgt voor tijdelijk casemanagement. Ook stagiaires worden ingezet voor huisbezoeken. Daar waar mogelijk is de inzet van de AHD wijkgericht. Bij een gemis aan sociale contacten worden er zogenaamde netwerkcoaches ingezet (zie projectverslag Project verbetering en versterking IZ). Aan alle cliënten die zich nieuw melden bij de AHD wordt tijdens een uitvoerig intakegesprek gevraagd of zij ook iets voor een ander kunnen doen. Zo wordt zoveel mogelijk aangesloten bij de mogelijkheden van de cliënt. De bekendheid van de Algemene Hulpdienst onder de allochtone doelgroep is significant toegenomen (projectverslag Project verbetering en versterking IZ). Veel energie is gestoken in het bereiken van Marokkaanse hulpvragers en vrijwilligers. Recent is door het geven van voorlichting, door contacten te leggen met sleutelpersonen en het verspreiden van flyers begonnen met het bereiken van de Turkse doelgroep. Ook inburgeraars verrichten vrijwilligerswerk bij de Algemene Hulpdienst. Complexe hulpvragen Een hulpvraag kan complex zijn in de zin van een grote klus of klus waar moeilijk vrijwilligers voor te vinden zijn ofwel in de zin van psychische of psychiatrische problematiek bij de cliënt, verstandelijke beperking of multiprobleemsituatie. Bij de AHD wordt ingezet op werving en scholing van vrijwilligers op deze gebieden en/of wordt samenwerking gezocht met andere organisaties. Bundeling hulpvragen Er zijn stappen gezet om dezelfde soort hulpvragen die vaak voorkomen, te bundelen. Zo proberen we alle administratiehulpvragen, alle bezoek-hulpvragen en alle grote-klus-hulpvragen beter te stroomlijnen en de desbetreffende veldvrijwilligers beter te begeleiden. In het voorjaar 2012 is de samenwerking met afdeling Gezinsondersteuning van Stichting Stade geïntensiveerd. Dat betekent dat zij in gezinnen waar hulp bij administratie nodig is, waar mogelijk, een vrijwilliger aanvragen bij de AHD. Er wordt gewerkt aan een kwaliteitsslag op het gebied van vrijwillige hulp bij administratie in het algemeen, d.w.z. meer scholing en begeleiding van vrijwilligers en betere monitoring. Problemen bij de administratie duiden vaak op meerdere problemen op diverse leefgebieden. Monitoren Het monitoren van cliënten en vrijwilligers is in het werkproces
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 28 van 307
voor hulp op maat
opgenomen. Onder monitoren cliënten wordt verstaan dat met cliënten wordt gesproken over hun situatie, evaluatie van de geboden hulp en of er aanvullende hulpvragen zijn. Daarnaast wordt er samengewerkt met betrokken professionals. Monitoren van vrijwilligers heeft tot doel te horen hoe de hulpvraag is gelopen, maar vooral of er bijzonderheden zijn rond de cliënt (signaleringsfunctie). Alle vrijwilligers worden eind van het jaar gebeld en daarnaast vinden gesprekken plaats op basis van voldane hulpvragen en bij complexe cliëntsituaties. Tijdens een telefonische intake worden cliënten bevraagd op alle leefgebieden. Daardoor wordt inzichtelijk welke hulp een cliënt nodig heeft en wie die hulp zou kunnen bieden. Ofwel een vrijwilliger van één van de projecten van Stichting Stade, ofwel een vrijwilliger van een collega-organisatie ofwel een professional. Natuurlijk komt een combinatie van hulp ook regelmatig voor. Monitoring is standaard nodig bij complexe situaties en daarnaast indien er signalen komen dat extra contact wenselijk is. Monitoring vindt op maat plaats. Cliënten met complexe problematiek of problemen op meerdere leefgebieden, worden intensiever gevolgd door vaker te bellen, meerdere huisbezoeken af te leggen en/of contact te onderhouden met hulpverleners die betrokken zijn bij de cliënt. In 2012 zijn de intakeformulieren m.b.t. cliënten en vrijwilligers besproken en verbeterd. Leidsche Rijn, Vleuten- De Meern Om het aantal cliënten en vrijwilligers te verhogen in deze wijken is in 2012 overleg geweest met Portes en Doenja en is gesproken over afstemming, hulpvragen en hulpaanbod. In het voorjaar 2012 zijn door consulenten van Informele Zorg twee verkorte trainingen aangeboden over netwerkcoaching aan ruim 30 vrijwilligers van Portes die al cliënten bezoeken. Doel was om vrijwilligers praktische handvatten mee te geven om cliënten te ondersteunen bij uitbreiding van hun netwerk en te stimuleren en te helpen een steunsysteem op te zetten. In 2013 wordt nog meer nadruk gelegd op de uitbreiding in bovengenoemde wijken. Interne samenhang De activiteiten van de AHD zijn onderdeel van de afdeling Informele Zorg (vrijwillige thuishulp en mantelzorgondersteuning) van Stichting Stade. Er wordt nauw samengewerkt tussen de Informele Zorg projecten onderling: Algemene Hulpdienst, BoodschappenPlusBus, Rechtstreeks, Bezoekdienst dementerende en/of chronisch zieken ouderen, Buddyzorg Midden Nederland, Steunpunt Mantelzorg en (tot eind 2012) Taalcoachproject. Er wordt per cliënt bekeken welke (combinatie) van zorg het meest passend is. Daarnaast wordt er regelmatig een beroep gedaan op de collega‟s van de Maaltijdservice en Gezinsondersteuning Utrecht. Externe samenhang Op zowel strategisch als operationeel niveau wordt nauw samengewerkt met collega-organisaties zorg en welzijn (huisartsen, thuiszorgorganisaties, welzijnsorganisaties) en met
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 29 van 307
voor hulp op maat
vrijwilligersorganisaties als Handje Helpen, Rode kruis, HIP, Present, Wegwijs, Humanitas, Zonnebloem en de Vrijwilligerscentrale. Belangrijkste doel van deze samenwerking is cliënten zo goed mogelijk te helpen. Als de ene organisatie iets niet (geheel) kan bieden, wordt een andere organisatie actief ingeschakeld. Op management/directieniveau wordt bekeken of er omissies in de dienstverlening zijn. Vanuit de afdeling Informele Zorg is regelmatig overleg met de ouderenadviseurs van de wijkwelzijnsorganisaties en met Stichting MEE. Vanuit IZ wordt deelgenomen aan diverse wijknetwerken, waar de dienstverlening op elkaar afgestemd wordt. De dienstverlening van Informele Zorg sluit nauw aan op en is zowel aanvullend als voorliggend op de dienstverlening van zorgaanbieders en welzijnsaanbieders. De consulenten van IZ geven dan ook regelmatig voorlichting aan wijkwelzijnsorganisaties, huisartsen, (praktijk) verpleegkundigen, zorgaanbieders, CIZ en ziekenhuizen. Op management niveau is Stichting Stade vertegenwoordigd in de stuurgroep NUZO: Netwerk Utrecht Zorg Ouderen. Doel van dit netwerk is het verbeteren van de zorg aan ouderen en hun mantelzorgers. Het netwerk wordt via ZonMw gefinancierd uit het NPO door VWS en staat onder regie van het UMC. Bovendien maakt het netwerk deel uit van een landelijk dekkende infrastructuur van soortgelijke netwerken, waarvan de leden onderling gegevens uitwisselen en van elkaar leren. Concreet worden er zowel transitie- als onderzoeksprojecten opgezet, uitgevoerd en geëvalueerd rond de thema‟s: zelfredzaamheid, preventie en integrale zorg. Casuïstiek VOORBEELD A. Situatie: Alleenstaande vrouw van 61 jaar heeft na een ongeluk veel lichamelijke en psychische klachten. Ze volgt psychotherapie, maar heeft vooral behoefte aan rust in haar hoofd. Van de administratie wordt ze erg zenuwachtig. Ze heeft het overzicht niet en begrijpt het vaak niet goed. Hulpvraag: Mevrouw werd doorverwezen door haar maatschappelijk werker. Ze vroeg hulp bij de administratie. Actie: De Algemene Hulpdienst schakelde een vrijwilliger in met veel ervaring met administratie. Hij is enkele maanden iedere week op bezoek geweest bij mevrouw. Samen hebben ze dagafschriften doorgenomen en alle automatische incasso‟s op een rijtje gezet. Vervolgens zijn ze door de kasten gegaan om stapels documenten op te ruimen en in dossiers te zetten. Vrijwilliger: “Ze vindt dit zo leuk om te doen dat wij elke week hiermee een uurtje of drie bezig zijn. Vol trots laat ze het resultaat zien aan iedereen die langs komt.” Resultaat: Mevrouw is erg tevreden over de vrijwilliger. De meeste stapels zijn doorgenomen en opgeruimd. Nu komt de vrijwilliger nog eens in de twee weken om de nieuwe post door te
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 30 van 307
voor hulp op maat
nemen. Het heeft mevrouw vooral veel rust gegeven. VOORBEELD B. Situatie: Oudere dame (74 jaar) is door ernstige botontkalking niet erg mobiel. Ze doet de boodschappen met de rollator, maar eigenlijk is dit te zwaar. Ze krijgt maaltijden van de Maaltijdservice en gaat tweemaal in de week naar de dagopvang. Mevrouw heeft een scootmobiel, maar durft er niet mee de weg op te gaan. Ze is onzeker over het gebruik en haar richtingsgevoel. Hulpvraag: Mevrouw belde zelf naar de Algemene Hulpdienst. Ze zocht iemand die met haar met de scootmobiel naar buiten wilde om te oefenen. Acties: De Algemene Hulpdienst plaatste een oproepje in het vrijwilligerskrantje voor deze niet heel gebruikelijke hulpvraag. Een vrijwilliger reageerde en is gekoppeld. De vrijwilliger is op bezoek gegaan en begonnen met scootmobielbegeleiding. Resultaat: De vrijwilliger is een aantal keer met mevrouw naar buiten gegaan om haar te laten wennen aan het gebruik van de scootmobiel. Mevrouw is mobieler en zelfverzekerder. Ze gaat er nu ook in haar eentje op uit met de scootmobiel. Er was een klik met de vrijwilliger. De vrijwilliger komt nu regelmatig op bezoek voor een kopje koffie of een boodschap. VOORBEELD C. Situatie: Oudere dame met meerdere psychische klachten. Vraagt om veel hulp, maar stoot hulp vervolgens af. Denkt zwart-wit: als een vrijwilliger of professional eenmaal bij haar uit de gratie is, wil ze er niets meer mee te maken hebben. Sommige periodes belt ze heel veel en vraagt heel veel. Vervolgens stoot ze de hulp af en sluit ze zich af. Ze is zowel kwetsbaar als zelfredzaam, veeleisend en hulpbehoevend. Hulpvraag: Na meerdere problemen met deze cliënt besloot de AHD in 2012 dat deze cliënt een te complexe „gebruiksaanwijzing‟ heeft om een vrijwilliger zelfstandig heen te sturen. Op aandringen van de huisarts heeft Altrecht (psychiatrische zorg) de regie over dit dossier teruggenomen. Acties: Na een overleg tussen Altrecht, Cumulus en de AHD zijn er nieuwe afspraken gemaakt. Eén contactpersoon van Altrecht houdt het contact met de cliënt. Mogelijke klussen in huis worden door deze contactpersoon doorgegeven aan de AHD. Vrijwilligers worden alleen ingezet bij eenmalige, praktische klussen. De vrijwilliger heeft eerst contact met Altrecht over de klus en over de cliënt. Resultaat: Altrecht houdt de cliënt onder de aandacht. Sinds het overleg is er tweemaal een vrijwilliger van de AHD ingezet voor een klus. De eerste keer ging het om het controleren van de CVketel. De tweede keer moesten er een aantal struiken worden verplaatst in de tuin. Mevrouw belt niet meer zelf naar de AHD. Het contact met Altrecht is goed.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 31 van 307
voor hulp op maat
Knelpunten
Door aanscherping van de indicatiestelling, komt het voor dat cliënten niet in aanmerking komen voor huishoudelijke hulp en de AHD benaderen. Deze cliënten kunnen we moeilijk helpen omdat weinig mensen bereid zijn dit op vrijwillige basis te doen.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 32 van 307
voor hulp op maat
Financiële informatie Algemene Hulpdienst Utrecht inclusief uitbreiding Leidsche Rijn 2012 Project: Projectnummer: Verleningsbeschikking:
Algemene Hulpdienst inclusief uitbreiding Leidsche Rijn 11011 2012-456-687
Verleende subsidie 2012 Uren Projectkosten* Verschillen
1349
€ 71,89
Totaal verleende subsidie 2012 Realisatie 2012 Uren Projectkosten*
1449,5
€ 71,89
Totaal realisatie 2012 Te verrekenen
€ € €
96.979,61 10.000,00 57,59
€ 107.037,20 € 104.204,56 € € 104.204,56 €
-
*De projectkosten worden in het projectverslag van de Bezoekdienst verantwoord.
Projectnaam: Projectnummer: Verleningsbeschikking:
Inzet uren Werving IZ t.b.v. Algemene Hulpdienst 11019 2012-456-687
Verleende subsidie 2012 Uren
Realisatie 2012 Uren
Te verrekenen
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
270,33 € 71,89
€
19.434,02
Verleende subsidie t.b.v. AHD €
19.434,02
278,33 € 71,89
€
20.009,14
Totaal realisatie 2012 €
20.009,14
€
-
Pagina 33 van 307
voor hulp op maat
Project Verslag Uitbreiding Algemene Hulpdienst Utrecht 2012 Naam
Uitbreiding Algemene Hulpdienst 1 oktober 2011 t/m 30 september 2012.
Koppeling met productomschrijving financier
Stichting Stade draagt zorg voor de organisatie van alle activiteiten van de Algemene Hulpdienst. De werkzaamheden van de coördinatie zijn veelzijdig en passen als zodanig niet in één productomschrijving. We kiezen daarom voor één product, namelijk coördinatie (product 14). Ook elementen van de producten 2, 5, 12 en 25 maken onderdeel uit van het werk. Er is dus geen passende productdefinitie te vinden in het productenboek.
Budget
€ 74.981,27
Doelstelling
De AHD heeft een budget voor uitbreiding gehad. Vanuit Project verbetering en versterking Informele Zorg zijn verschillende doelen opgesteld, (waaronder ook het vergroten van het bereik van de AHD). Om de gerealiseerde doelen goed en structureel te verankeren is een structurele uitbreiding van de AHD nodig. Er is dus een relatie tussen de jaarverslagen van de AHD/inclusief Leidsche Rijn regulier, Uitbreiding AHD en Project verbetering en versterking IZ. De Algemene Hulpdienst Utrecht levert georganiseerde burenhulp. Stichting Stade levert de stedelijke coördinator die de gehele organisatie begeleidt. De dienstverlening is inmiddels geheel stedelijk georganiseerd. Vanuit het Centraal Bureau aan het Pieterskerkhof is er een pool stedelijke vrijwilligers die alle wijken bedient. Deze pool wordt aangestuurd door de stedelijke coördinator. De telefoon wordt bemand door telefoonvrijwilligers en stagiaires. Vrijwilligers leveren langdurige of kortdurende (praktische) hulp aan mensen van alle leeftijden, die daar zelf (tijdelijk) niet meer toe in staat zijn door ziekte, handicap, leeftijd, minimum inkomen of gebrekkig sociaal netwerk. Voorbeelden van praktische hulp zijn klussen in huis, wandelen, (mee) boodschappen doen, mee gaan naar een arts en/of ziekenhuis, medicijnen halen, helpen bij een verhuizing, etc. Er vinden ook steeds meer langere hulptrajecten plaats, zoals het regelmatig bezoeken van een cliënt of het bieden van hulp bij de administratie. Het doel van de vrijwilligershulp is dat mensen zo lang mogelijk zelfstandig in hun eigen omgeving kunnen wonen en functioneren. Daarnaast levert het vrijwilligerswerk ook een bijdrage aan de sociale cohesie in de stad/wijk. De groep vrijwilligers en de groep
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 34 van 307
voor hulp op maat
hulpvragers is zeer divers van aard. Aan alle doelstellingen is gewerkt. De doelen zijn grotendeels gehaald. Dit is vastgesteld d.m.v. interne evaluatie mede op basis van registratiegegevens. Wijze van bekostiging
Subsidie (DMO) Compensatiemiddelen AWBZ Wmo 2011, 2e tranche.
Productspecificatie (waarin opgenomen de prestatieeenheden)
De Algemene Hulpdienst zorgt voor de werving, selectie en begeleiding van vrijwilligers. Vervolgens worden de vrijwilligers gekoppeld aan de cliënten. Uitbreiding hulpverleningen van 4.750 naar (+ 1.250 =) 6.000. Bereiken van 160 nieuwe unieke hulpvragers. Inzetten van 50 nieuwe vrijwilligers. Hulp coördinatie van 20 cliënten. Netwerkcoaching voor 10 cliënten. DMO: aantal consulent-uren.
Productafspraken
1.043 consulenturen.
Subsidiecriteria
Stichting Stade heeft haar organisatie gecertificeerd, waarbij jaarlijks een beoordeling plaats vindt door een extern bureau. Het verslag van deze externe beoordeling is voor subsidieverleners beschikbaar. Dit betekent dat de beleidscyclus, het kwaliteitsbeleid en alle ondersteunende processen voldoen aan de hiervoor ontwikkelde (internationale) normen. Met betrekking tot de uitvoering van de werkzaamheden in uren professionele inzet van medewerkers gelden de navolgende afspraken: Er zal worden gehandeld als goed werkgever zoals dit is omschreven in het Burgerlijk Wetboek. M.b.t. de uitvoering van de uren geldt een inspanningsverplichting om dit zo getrouw en goed mogelijk te doen. Van de urenrealisatie wordt een registratie bijgehouden die door een accountant zal worden gecontroleerd. Het primaire werkproces is omschreven en vastgelegd. Daarnaar zal worden gehandeld. Met betrekking tot het betrekken van cliënten bij de uitvoering van de werkzaamheden wordt het navolgende bepaald: er is in 2009 op instellingsniveau een cliëntenraad ingesteld die jaarlijks een onderzoek doet naar de cliënttevredenheid en die vergelijkbare bevoegdheden heeft als de ondernemingsraad.
Registratieresultaten
Aantal uren coördinatie consulentschap 2012:
951
Aantal vrijwilligers in het jaar 2012:
404
Aantal vrijwilligers op 01-01-2013:
327
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 35 van 307
voor hulp op maat
Aantal nieuw aangemelde vrijwilligers in 2012:
144
Aantal ingeschreven cliënten in het jaar 2012:
1.887
Aantal nieuw ingeschreven cliënten:
325
Aantal uitgeschreven cliënten:
117
Aantal unieke hulpvragers:
518
Aantal cliënten op 1-1-2013:
1.770
Aantal voldane hulpvragen in 2012:
1.077
Aantal afgemelde hulpvragen in 2012*:
216
Aantal hulpverleningen/bezoeken:
5.765
Uitbreidingsresultaten Het aantal nieuwe vrijwilligers ten opzichte van 2011 is gestegen met 44. Een trend is dat veel vrijwilligers kortdurende hulp willen bieden. Aantal nieuw ingeschreven cliënten in 2012:
325.
Het beoogde aantal hulpverleningen/bezoeken tot 6.000 is nagenoeg gehaald. Ten opzichte van de registratie in 2011 zijn de gegevens nu 100% exact en hebben we dit jaar geen schattingen hoeven maken a.d.h.v. gemiddelden. Het aantal allochtone cliënten in 2012:
243
Het aantal allochtone vrijwilligers in 2012:
87
Het (tijdelijk) coördineren van hulp bij meervoudige problematiek:
43 cliënten
Cliënten met netwerkcontacten (via netwerkcoach): In 2012 is er in het najaar een training geweest en zijn er 8 netwerkcoaches opgeleid. Er zijn 10 nieuwe cliënten door netwerkcoaches begeleid. Sinds de start van Netwerkcoaching in 2011 zijn er totaal 26 netwerkcoaches opgeleid en 27 cliënten begeleid. Er is een workshop gegeven aan 30 bezoekvrijwilligers over netwerkcoaching. Maatschappelijke stageplekken:
Geen
*Aantal afgemelde hulpvragen is onder te verdelen in:
Rapportage-afspraken
Cliënt is doorverwezen = 27. Hulpvraag is niet meer relevant = 77. Door cliënten zelf is een oplossing gevonden voor de hulpvraag = 85. Hulpvraag nog open of in de wacht =27.
Eindverantwoording: 1 juni 2013.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 36 van 307
voor hulp op maat
Is de betaling afgerond
Ja
Is de uitvoering volgens planning gegaan
Uitvoering heeft gedurende het hele jaar plaatsgevonden.
Afrekenafspraken
Niet gemaakte uren moeten worden terugbetaald.
Bijzonderheden
N.v.t.
Cliënttevredenheid
Van 29 mei t/m 6 juli 2012 heeft het interne cliënttevredenheidsonderzoek plaatsgevonden. Er zijn 1.687 formulieren verstuurd naar de cliënten van de Algemene Hulpdienst. 79 formulieren zijn onjuist ingevuld waardoor ze niet zijn meegeteld. Er bleven 132 bruikbare formulieren over uit de 1.687 uitgezette formulieren. De respons komt uit om 8%. 28 cliënten zijn in contact gekomen met het project via een folder, 3 cliënten vonden ons via internet, 50 werden verwezen en 51 cliënten kwam bij ons op andere wijze. De onderstaande vragen werden beantwoord met een rapportcijfer. De bereikbaarheid van het project: 7,4. De snelheid waarmee men geholpen werd: 7,4. Houding en gedrag van de medewerker: 8,0. De baat die de cliënt gehad heeft bij de hulp of activiteit: 8,0.
Verslag van actuele ontwikkelingen
Het Centraal Bureau wordt bemand door de consulent, telefoonvrijwilligers en stagiaires. De gewenste bereikbaarheid, op werkdagen tussen 9.00-17.00 uur, kon gedurende het hele jaar gerealiseerd worden. De consulenten van de AHD, Rechtstreeks en de Bezoekdienst zorgen samen voor een permanent bezettingsrooster om de vrijwilligers bij te staan en zo nodig te assisteren of te adviseren. Het doel is om alle hulpvragers tegemoet te komen door het regelen van een vrijwilliger van de Algemene Hulpdienst. Indien men niet aan de criteria van de Algemene Hulpdienst voldoet (over voldoende middelen beschikken bijvoorbeeld) wordt de hulpvrager geholpen met een andere oplossing. In 2012 hebben zich veel nieuwe vrijwilligers aangemeld, maar ook zijn er vrijwilligers uitgeschreven. De trend is dat vrijwilligers zich aanmelden voor een kortdurende periode, bijvoorbeeld als zij op zoek zijn naar betaald werk. De flexibiliteit die de Algemene Hulpdienst biedt aan vrijwilligers is een pré (wat betreft tijd, wijk, type hulpvragen). Op kantoor werken telefoonvrijwilligers en stagiaires onder leiding van beroepskrachten. Zij staan hulpvragers te woord en koppelen hulpvragers aan een vrijwilliger. In 2011 is de professionaliteit van dit werk verder verhoogd door de ontwikkeling van een draaiboek
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 37 van 307
voor hulp op maat
en een uitgebreide en overzichtelijke sociale kaart, overlegvormen waarin kwaliteit van dienstverlening aan bod kwam, betere verslaglegging, een adequate overdracht aan elkaar en goede taakverdeling. In 2012 is deze trend door gezet. Signalering van problemen of aandachtsgebieden bij cliënten heeft meer vorm gekregen. Zowel telefoonvrijwilligers als vrijwilligers die thuis komen bij hulpvragers hebben de taak te signaleren en door te vragen. Zo nodig vindt een huisbezoek plaats van de consulent of een stagiaire MWD. Hierna kan besloten worden dat er bij meervoudige problematieken, en waar nog geen zorg aanwezig is, de consulent de coördinatie op zich neemt. Er wordt adequaat doorverwezen en/of contact gelegd met bijvoorbeeld de ouderenadviseur, woningbouwvereniging, Wmo-loket of Aveant servicepakket. Cliënten waarbij gesignaleerd wordt dat deze zich in een sociaal isolement bevinden worden, in overleg met de cliënt of doorverwijzer, gekoppeld aan een netwerkcoach. Wanneer blijkt dat er toch meer aan de hand is, bijvoorbeeld sprake is van meervoudige problematieken, dan stopt het traject van netwerk coaching (soms tijdelijk). Ook hier zal de consulent de coördinatie op zich nemen. Er is in toenemende mate contact met doorverwijzers. Er komen meer hulpvragers met een psychiatrische achtergrond of verstandelijke beperking. Vrijwilligers die gekoppeld worden, kunnen dan mede begeleid worden door een professional van bijvoorbeeld Altrecht of MEE. Omdat er in verhouding weinige allochtone hulpvragers zijn, is er in 2010 onderzoek gedaan naar de behoeften aan vrijwillige hulp bij allochtone ouderen en of de Algemene Hulpdienst een rol kan spelen in de vrijwillige hulpverlening (Project verbetering en versterking IZ). Er is zeker een behoefte, maar mensen weten de weg niet te vinden of taal speelt een rol. Er is met meerdere partijen overleg gevoerd. In 2011/2012 is er actief geworven onder allochtone vrijwilligers en hulpvragers. Dit heeft geresulteerd in een stijging van het aantal allochtonen cliënten en hulpvrijwilligers. Maatschappelijke stage Dit jaar is er geen sprake geweest van plaatsingen t.b.v. maatschappelijke stages. Het aanbod was klein tot nihil, en omdat de Algemene Hulpdienst geen stages konden bieden die langer waren dan dat verwacht werd. Samenwerking met verschillende organisaties uit het veld verloopt goed. De consulenten van de Algemene Hulpdienst en Rechtstreeks nemen deel aan diverse wijknetwerken en de signaleringsnetwerken. Mede hierdoor groeit het bereik van de AHD en weten collega‟s uit het veld de Algemene Hulpdienst goed te vinden. Er wordt samengewerkt met o.a. Present, HIP, Rode Kruis, Humanitas en Zonnebloem. De consulenten van Rechtstreeks en Algemene Hulpdienst hebben zitting in de Ouderen Advies Commissie van de gemeente Utrecht.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 38 van 307
voor hulp op maat
Knelpunten
Doordat er een toename is van hulpvragers met een psychiatrische achtergrond of verstandelijke beperking, is er ook behoefte aan vrijwilligers die daarvoor geschoold en toegerust zijn. Er zal een nieuwe werving op gang gezet worden. Scholing vindt plaats in samenwerking met externe partijen die ook weer cliënten kunnen doorverwijzen (win-win situatie). Tot voor kort bood de AHD geen huishoudelijke verzorging, omdat dat de taak was van de Thuiszorg. Door aanscherping van de indicatiestelling, komt het voor dat cliënten niet in aanmerking komen voor huishoudelijke hulp en de AHD benaderen. Deze cliënten hebben we kunnen helpen, omdat er een vrijwilliger bereid was dit te doen. Het is echter lastig de grens te bepalen.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 39 van 307
voor hulp op maat
Financiële informatie Uitbreiding Algemene Hulpdienst 2012 Project: Projectnummer: Verleningsbeschikking:
Uitbreiding Algemene Hulpdienst 11032 11.084395
Verleende subsidie 2011-2012 Uren maatschappelijke ondersteuning
1043
€ 71,89
Totaal verleende subsidie 2011-2012 Realisatie 2011-2012 Uren 2011 Uren 2012
92 951
€ 71,89 € 71,89
Totaal realisatie 2011-2012 Te verrekenen
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
€ 74.981,27 € 74.981,27 € 6.613,88 € 68.367,39 € 74.981,27 €
-
Pagina 40 van 307
voor hulp op maat
Project Verslag Project verbetering en versterking Informele Zorg 2012 Naam
Project verbetering en versterking Informele Zorg
Koppeling met productomschrijving financier
N.v.t.
Budget
€ 100.000,-
Doelstelling
Doel van deze aanvraag is het leveren van een bijdrage aan het compenseren van de gevolgen van het wegvallen van AWBZvoorzieningen, door het versterken en faciliteren van mensen in hun thuissituatie, zodanig dat zij hun huishouden kunnen voeren, zich in en om de woning en lokaal kunnen verplaatsen en op basis daarvan zinvolle sociale verbanden aangaan.
Wijze van bekostiging
Subsidie
Productspecificatie (waarin opgenomen de prestatieeenheden)
Algemene uitbreiding: het verzorgen van circa 2.500 extra hulpverleningen/bezoeken naar tevredenheid over de jaren 2011 en 2012 tot het aantal van 6.000 en het verschaffen van een zinvolle vrijetijdsbesteding aan plusminus 50 extra (daarmee komend op 230) vrijwilligers. Bij deze doelstelling ligt een relatie met het project „Uitbreiding AHD‟. Het bevorderen van steunsystemen rondom cliënten. We zien steeds vaker dat cliënten in toenemende mate afhankelijk zijn van vrijwilligers. Graag willen wij aanvullend op de hulp die geboden wordt door vrijwilligers –daar waar nodig en mogelijk- maatschappelijke steunsystemen bevorderen rondom cliënten, bestaande uit buren, vrienden en/of familie. Ook deelname aan bijvoorbeeld de BoodschappenPlusBus wordt ingezet om de onderlinge sociale contacten te bevorderen. De consulent zal vrijwilligers scholen en toerusten om deze taak op zich te nemen. Er wordt naar gestreefd om minimaal 20 vrijwilligers op het terrein van de totstandbrenging van maatschappelijke steunsystemen te scholen. Ook wordt er ingezet op de werving van meer allochtone cliënten en vrijwilligers. Samenwerkingspartners zijn Bureau Inburgering, COSBO, NISBO, NOOM (netwerk ouderenorganisaties van migranten), Kleur Bekend/ Alleato, Wijkwelzijnsorganisaties, Vrijwilligerscentrale en particuliere sleutelfiguren. Er wordt gestreefd naar het bereiken van 20 extra t.o.v. 2011 van 104 naar 124 allochtone cliënten en 10 extra t.o.v. 2011 van 29 naar 39* allochtone vrijwilligers. Verbetering monitoring vrijwilligers en cliënten: - Monitoring en begeleiding vrijwilligers. Er wordt een
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 41 van 307
voor hulp op maat
systeem ontwikkeld waarbij vrijwilligers minimaal twee maal per jaar integraal worden bevraagd op hun functioneren en welbevinden ten aanzien van het vrijwilligerswerk. - Monitoring cliënten (75 cliënten) Signaleren en verbinding aanbrengen met casemanagers. Er wordt een systeem ontwikkeld en uitgevoerd waarbij -naast het concreet aanbieden en uitvoeren van dienstenwordt gevraagd naar het algemene welbevinden van de cliënt op een tiental leefgebieden. Indien gewenst en noodzakelijk wordt de cliënt tijdelijk begeleid en toegeleid naar een casemanager, waarmee de consulenten nauw samenwerken. Kwaliteitsslag op een aantal terreinen: - Kwaliteit dienstverlening: t.b.v. het zo min mogelijk „nee‟ verkopen, wordt verder gewerkt aan een cultuuromslag. - Casuïstiek bespreking in Informele Zorg verband.
Productafspraken
Afrekening gerealiseerde uren.
Subsidiecriteria
Stichting Stade heeft haar organisatie gecertificeerd, waarbij jaarlijks een beoordeling plaats vindt door een extern bureau. Het verslag van deze externe beoordeling is voor subsidieverleners beschikbaar. Dit betekent dat de beleidscyclus, het kwaliteitsbeleid en alle ondersteunende processen voldoen aan de hiervoor ontwikkelde (internationale) normen. Met betrekking tot de uitvoering van de werkzaamheden in uren professionele inzet van medewerkers gelden de navolgende afspraken: Er zal worden gehandeld als goed werkgever zoals dit is omschreven in het Burgerlijk Wetboek. M.b.t. de uitvoering van de uren geldt een inspanningsverplichting om dit zo getrouw en goed mogelijk te doen. Van de urenrealisatie wordt een registratie bijgehouden die door een accountant zal worden gecontroleerd. Het primaire werkproces is omschreven en vastgelegd. Daarnaar zal worden gehandeld. Met betrekking tot het betrekken van cliënten bij de uitvoering van de werkzaamheden wordt het navolgende bepaald: er is in 2009 op instellingsniveau een cliëntenraad ingesteld die jaarlijks een onderzoek doet naar de cliënttevredenheid en die vergelijkbare bevoegdheden heeft als de ondernemingsraad.
Registratieresultaten
Aantal uren consulentschap: 1.348,5. Aantal hulpverleningen AHD: 5.765. Aantal vrijwilligers alle IZ projecten: 548. Aantal cliënten alle IZ projecten: 3.764. Aantal monitor huisbezoeken/cliënten AHD: 133. Aantal netwerkcoach trajecten: 8 netwerkcoaches getraind en 10 nieuwe cliënten begeleid, 30 bezoekvrijwilligers hebben een workshop gevolgd over netwerkcoaching. Aantal allochtone cliënten AHD: 243.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 42 van 307
voor hulp op maat
Aantal allochtone vrijwilligers AHD: 87. Voor verdere registratieresultaten zie hoofdstuk actuele ontwikkelingen. Rapportageafspraken
De verantwoording en afrekening dient voor 1 juni 2013 binnen te zijn.
Is de betaling afgerond
Nee
Is de uitvoering volgens planning gegaan
N.v.t.
Afrekenafspraken
Na afloop van het subsidiejaar zal worden vastgesteld of de uren zijn gerealiseerd. Het aantal niet gerealiseerde uren x het overeengekomen tarief zal worden terugbetaald. Indien Stichting Stade er in slaagt de afgesproken productie te realiseren met minder kosten, zal het overschot worden toegevoegd aan het vermogen.
Bijzonderheden
N.v.t.
Cliënttevredenheid
N.v.t.
Verslag van actuele ontwikkelingen
Algemene uitbreiding Om het aantal hulpverleningen/bezoeken van de afdeling Informele Zorg verder te verhogen, was meer bekendheid nodig onder Utrechters over welke vrijwilligershulp Stichting Stade te bieden heeft. Anderzijds waren er dus meer vrijwilligers nodig om de hulp te kunnen bieden. Op beide sporen is flink ingezet door diverse PRacties (voorlichtingsbijeenkomsten, publicaties, foldermateriaal, gebruik van social media e.d.). Overzicht persberichten en foldermateriaal 2012: Per contactbijeenkomst Rechtstreeks een persbericht om nieuwe deelnemers te werven Tuinendag AHD in voor- en najaar, werving vrijwilligers. Bezoekdienst dementerenden, werving vrijwilligers, artikel in krant en flyeren in de stad en via verwijzers. Themabijeenkomst over niet aangeboren hersenletsel door SMU, werving cliënten. Inhoudelijk artikel over netwerkcoaching, werving cliënten en vrijwilligers. Utrechtse Dag van de Mantelzorg: poster-, flyer- en ansichtenactie, diverse persberichten en advertentie in HAH bladen. Buddyzorg. Voor wervingsdoeleinden (van zowel buddy‟s als vrijwilligers) zijn nieuwe posters en ansichtkaarten ontwikkeld met als thema: Tegen een buddy kun je alles zeggen. Met dezelfde titel is een boekje in de maak met interview met
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 43 van 307
voor hulp op maat
buddy‟s. Steunpunt Mantelzorg organiseerde respijtdagen voor mantelzorgers. Hiervoor zijn flyers gemaakt. Het Lokaal Kennis Centrum van het SMU organiseerde op 4 oktober een werkconferentie voor professionals. Hierover ging een persbericht uit en zijn professionals benaderd via een mailing. Het Lokaal Kennis Centrum van het SMU heeft samen met de gemeente Utrecht een aantal keer een Nieuwsbrief voor professionals uitgebracht In de Oud Utrechter werden advertorials geplaatst met de thema‟s: netwerkcoach, dag van de mantelzorg, tuinwerkdag, bezoekdienst voor mensen met dementie, werving vrijwilligers AHD in combinatie met cliënten voor Rechtstreeks. In november zijn in de binnenstad posters opgehangen van de AHD. Op 17 december vond in Motel van der Valk in Houten het jaarlijkse kerstdiner plaats voor Utrechtse ouderen die zich alleen voelen tijdens de feestdagen. Dit evenement wordt georganiseerd i.s.m. het Ouderenfonds en Van der Valk. Stichting Stade verzorgde de publiciteit. Werving van allochtone vrijwilligers/cliënten in De Karavaan (interview/advertentie). Persbericht om nieuwe taalcoaches te werven. Ontwikkeling van een flyer voor Netwerkcoach. Ontwikkeling van een algemene IZ flyer. Ontwikkeling van een nieuwe flyer voor Steunpunt Mantelzorg.
Voorlichtingsbijeenkomsten Er zijn vanuit de verschillende projecten diverse voorlichtingen geweest, waarbij de hele afdeling Informele Zorg gepromoot is. Bijvoorbeeld op de ruim 20 voorlichtingen die aan allochtone vrouwen en mannen zijn gegeven, bij het UMC cancer centre en bij een patiëntenvereniging voor MS over Buddyzorg en een informatie avond over HIV/AIDS in het UMC. Ook is er informatie gegeven via een stand op de oudereninformatiemarkt in september en de grote mogelijkhedenmarkt op 21 november. Social media Via twitter worden er drie tweets per week verzonden met oproepjes voor vrijwilligers of cliënten en aandacht voor actualiteiten. Er zijn 420 volgers. Ook wordt Linkedin gebruikt om potentiële vrijwilligers te bereiken. Via de website van Stichting Stade en de vacaturebank van de vrijwilligerscentrale worden nieuwe vrijwilligers (en via eigen site ook cliënten) geworven. In de e-nieuwsbrief aan verwijzers wordt ruime aandacht besteed aan de diverse projecten IZ en het aanbod voor cliënten en vrijwilligers. Gesprekken met (verwijzende) organisaties: SBWU Dementieconsulenten Buurtteams Alzheimercafe‟s Rode Kruis Inloophuis Humanitas Maatschappelijk werkers ziekenhuizen Wijkwelzijnsorganisaties Helen Bowling Instituut Amerpoort MS vereniging
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 44 van 307
voor hulp op maat
Meldpunt GG&GZ Stichting Gids Presentatie CDA fractie Huiszorgorganisaties Hogeschool Utrecht Huisartsen
Nationaal Ouderenfonds Mezzo Vrijwilligerscentrale MiMakkus Universiteit voor Humanistiek Lezen en schrijven
Daarnaast zijn consulenten van Informele Zorg aanwezig in diverse multidisciplinaire overlegvormen waar diverse organisaties vertegenwoordigd zijn. O.a. Adviescommissie Ouderenbeleid, netwerk 55+, signaleringsnetwerken en Utrecht Maatjes overleg. Alle projecten van Informele Zorg worden zo onder de aandacht gebracht bij verwijzers. In april 2012 hebben consulenten van verschillende projecten van afdeling Informele Zorg een training verzorgd aan de medewerkers van de twee buurtteams over vrijwillige inzet en mantelzorgondersteuning. Dit heeft geresulteerd in een prettige samenwerking op cliëntniveau. Resultaten Met name bij de Algemene Hulpdienst is er een toename van het aantal cliënten en vrijwilligers omdat men hier met diverse hulpvragen terecht kan. De andere projecten zijn meer specifiek en daarbij is het aantal vrij constant. Projecten
AHD Bezoekdienst Rechtstreeks SMU Buddyzorg BPB Totaal
Aantal geregistreerde cliënten1 2011 2012 Totaal Nieuw 38 423 Totaal Nieuw 592 Totaal
1.606 330
484 107 874
Totaal 1.887 Nieuw 325 40 450 Totaal 531 Nieuw 100 482 Totaal 808 Actief3 249 3.764
Aantal geregistreerde vrijwilligers1 2011 2012 Totaal 359 Nieuw 146 31 8 N.v.t.
Totaal 404 Nieuw 144 31 6 N.v.t.
72 19
71 36 548
1
Aantal dat dat jaar ingeschreven heeft gestaan. Gekoppelde cliënten. 3 Deelnemers die regelmatig mee gaan met de BPB, kon ICT-technisch pas vanaf 2012 uitgesplitst worden. 2
Wat betreft het aantal hulpverleningen bij de AHD, zijn er in 2012 5.765 hulpverleningen geweest. Er zijn 133 monitor- huisbezoeken afgelegd bij de Algemene Hulpdienst in 2012 door consulenten en stagiaires. Bij de Bezoekdienst, SMU en Buddyzorg worden cliënten standaard thuis bezocht (zie jaarverslagen betreffende projecten). Vervolgstappen Doorgaan op deze koers, alert blijven op actuele ontwikkelingen in Utrecht en daarbij aansluiten, aandacht houden voor een goede PR en daarmee het werven van vrijwilligers en cliënten, positieve veranderingen implementeren en vervolg hier aan geven.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 45 van 307
voor hulp op maat
Het bevorderen van steunsystemen rondom cliënten Het bevorderen van informele steunsystemen is op diverse manieren vorm gegeven. De basis is de inzet van vrijwilligers op diverse hulpvragen. Vrijwilligers zijn daarmee onderdeel van het informele steunsysteem. Bij de intake met nieuwe cliënten is het sociale netwerk een vast onderdeel en wordt nagegaan wie er betrokken is bij de cliënt en of er sprake is van (overbelaste) mantelzorg. Indien nodig wordt er dan warm doorverwezen naar SMU. De projecten binnen IZ die zich met name richten op voorkomen of verminderen van eenzaamheid zoals Rechtstreeks, BoodschappenPlusBus en Netwerkcoaching werken nauw samen om te bevorderen dat cliënten anderen ontmoeten en een informeel steunsysteem of sociaal netwerk opbouwen. Daarnaast spelen vrijwilligers en consulenten een rol in het uitbreiden van het sociale netwerk door cliënten te wijzen en te begeleiden naar activiteiten in de buurt. In september 2012 is er door Cumulus en Stichting Stade initiatief genomen om in Oudwijk buurtbewoners, vrijwilligers uit de wijk en organisaties bij elkaar te brengen. Het doel hiervan is dat de buurt goed in zicht is bij zorgverleners. Ze kennen de mensen die er wonen en werken (als vrijwilliger of beroepsmatig) en ze weten wat er speelt. Partijen weten elkaar goed te vinden. In september en november zijn er bijeenkomsten geweest waar buurtbewoners, vrijwilligers die in de buurt wonen en beroepskrachten elkaar ontmoet hebben en waarbij er gebrainstormd is over manieren om het doel te bereiken. De sociaal makelaar van Cumulus gaat nu actiepunten verder uitwerken. Tenslotte is er specifiek op dit terrein het project Netwerkcoaching, bedoeld voor cliënten die in een sociaal isolement verkeren. Vrijwilligers worden getraind tot netwerkcoach. De netwerkcoaches begeleiden ieder één of meerdere cliënten. De training bestaat uit 4 dagdelen en er kunnen 8-12 vrijwilligers aan meedoen. Bij het traject wordt uitgegaan van de kracht van de cliënt. De vrijwilliger begeleidt de cliënt. Er wordt ook over „moeilijke onderwerpen‟ gesproken, bijvoorbeeld over hoe iemand voor de dag komt, hoe wordt omgegaan met teleurstellingen, hoe iemand voor zichzelf opkomt. Tijdens het doorlopen van de stappen uit de methodiek, heeft de vrijwilliger een coachende rol en zal bijvoorbeeld praten met de cliënt over eventuele weerstand of onzekerheid. Na de training vinden intervisiebijeenkomsten plaats voor netwerkcoaches o.l.v. een consulent. Resultaten In 2012 is er in het najaar een training geweest en zijn er 8 netwerkcoaches opgeleid die ieder een cliënt begeleiden. Door ervaring in 2011 zijn er in 2012 verbeteringen aangebracht in de training en begeleiding van netwerkcoaches zoals vastgestelde tijdsduur met evaluatiemomenten met de cliënt. Sinds de start van Netwerkcoaching in 2011 zijn er totaal 26 netwerkcoaches opgeleid en 27 cliënten begeleid.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 46 van 307
voor hulp op maat
De begeleidingstrajecten zijn niet allen succesvol gelopen (in de zin dat het sociale netwerk is uitgebreid en daarmee het informele steunsysteem is toegenomen). Dat kan enerzijds te maken hebben met het tekort aan motivatie en bereidheid van de cliënt zelf stappen te ondernemen (door bijvoorbeeld depressieve klachten) en anderzijds met de houding en doortastendheid van de vrijwillige netwerkcoach (in complexe situaties en bij langdurig structureel isolement vragen we dan nogal wat van hen als vrijwilligers). In het voorjaar 2012 is door consulenten van Informele Zorg een verkorte training aangeboden over Netwerkcoaching aan vrijwilligers die al cliënten bezoeken. Doel was om vrijwilligers praktische handvatten mee te geven om cliënten te ondersteunen bij uitbreiding van hun netwerk en te stimuleren en te helpen een steunsysteem op te zetten. Het betrof één training voor vrijwilligers van Stichting Stade en twee trainingen voor vrijwilligers van Portes (ruim 30 vrijwilligers). Casuïstiek VOORBEELD A. Achtergrondinformatie: De heer K. is aangemeld voor Netwerkcoaching door zijn maatschappelijk werker. Het netwerkcoachtraject is in september 2012 gestart en is nog lopende. Hij woont sinds een jaar in een aanleunwoning. Hij had hiervoor een eigen huis met een schuur waar hij heerlijk kon werken aan zijn hobby‟s. Nu is zijn vrouw sinds een jaar aan het dementeren en moesten zij verhuizen, omdat de situatie niet meer houdbaar was. Zijn vrouw woont nu „boven‟ en er wordt daar verzorgd. Meneer heeft het hier erg moeilijk mee en is hier zeer verdrietig over. Zij hebben samen twee kinderen en zij helpen meneer regelmatig met allerlei zaken. Meneer gaat nu elke week naar een buurthuis om bijvoorbeeld te kaarten of te schilderen. Verder volgt hij 1 keer per week een praatgroep (lotgenotencontact) bij Altrecht. Meneer was vroeger elektricien en heeft 40 jaar voor dezelfde baas gewerkt. Nu loopt meneer moeizaam en hij heeft er moeite mee dat zijn leven het laatste jaar zo hard veranderd is. Hij is snel verdrietig, maar vindt het moeilijk dit te uiten. Hij heeft last van somberheid en piekeren. Resultaat inzet netwerkcoach: Omdat hij tijdens bezoeken vaak verdrietig is, neemt de netwerkcoach de tijd om hierover te praten. Meneer geeft aan heel goed te kunnen praten met zijn netwerkcoach over alles wat er is gebeurd. Hij kan dan echt even zijn hart luchten. Hij vertelt hierbij dat hij door zijn ziekte zelf geen initiatieven neemt. Dit is nog niet veranderd. De coach draagt wel van alles aan, maar hij denkt dan; „hoe kan ik dat dan allemaal doen?‟ en „gaat dat allemaal wel lukken?‟. Wel is hij mee geweest naar de kerstlunch van de BoodschappenPlusBus. Zijn coach is toen niet mee geweest, maar hij had wel heel veel aan de andere medewerkers van Stichting Stade. Hij voelde zich helemaal in de watten gelegd. Mening cliënt over samenwerking netwerkcoach: Hij vindt de samenwerking goed. Hij is erg blij met al het begrip dat er naar hem toe wordt getoond en merkt dat er voor hem de tijd wordt genomen.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 47 van 307
voor hulp op maat
VOORBEELD B Achtergrondinformatie: De heer D. heeft zichzelf aangemeld in samenspraak met zijn vrouw. Hij heeft een progressieve spierziekte, daar is hij 19 jaar geleden achter gekomen en het gaat steeds verder achteruit. Hij is hierdoor chronisch vermoeid, heeft last van concentratieverlies en spierzwakte. Zijn werk als administratief medewerker bij het UWV ging van fulltime naar parttime en nu is hij helemaal gestopt met werken. Het afscheid was voor hem heel emotioneel. Hij is getrouwd en heeft drie volwassen dochters die nog thuis wonen. Buiten het werk en gezin had hij nauwelijks eigen contacten en daar heeft hij wel behoefte aan. De contacten op zijn werk zijn nu weggevallen. Hij heeft geen vrienden. Hij is wel minder mobiel en kan daardoor moeilijker op pad gaan. Bij het ziektebeeld hoort ook initiatiefloosheid. Resultaat inzet netwerkcoach: Meneer geeft aan heel goed praten met zijn netwerkcoach over alles wat er is gebeurd. Vaak komt de coach een uur praten en dan praten ze ook aan een stuk. Hij kan dan echt even zijn hart luchten. Maar hij is bang dat er een moment komt dat er niks meer te bespreken is en wat komt er dan. Meneer vertelde dat zijn verwachtingen hoger lagen. Hij hoopte op een coach met een auto die hem letterlijk mee neemt naar activiteiten. Hij heeft wel heel goed contact met zijn netwerkcoach. Hij komt elke week trouw langs en zegt ook nooit af. “Mijn netwerkcoach draagt ook allerlei activiteiten en ideeën aan, alleen lukt het mij niet om het ook daadwerkelijk te doen.” Mening cliënt over samenwerking netwerkcoach: De samenwerking verloopt goed volgens meneer. Ze maken elke week direct weer een afspraak voor de volgende week. En dan komt hij keurig op tijd. Vervolgstappen: Er worden in het voor- en najaar 2013 weer trainingen gepland voor netwerkcoaches. De mogelijkheid de training grootschaliger te geven wordt onderzocht. Of een cliënt geschikt is om deel te nemen wordt tijdens een huisbezoek beoordeeld en er zal meer aandacht komen voor criteria hieromtrent. Daarnaast zal het project Netwerkcoaching breder getrokken worden naar mantelzorgers en cliënten. Ook is het streven om in 2013 nog meer bestaande (bezoek) vrijwilligers via een verkorte training te scholen. Uitgangspunten van de methodiek kunnen aan hen overgedragen worden zodat een bredere groep dan alleen de getrainde netwerkcoaches bezig kan gaan met het uitbreiden van het netwerk en versterken van informele steunsystemen. Werving van meer allochtone cliënten en vrijwilligers Er zijn een aantal belangrijke uitgangspunten die worden toegepast in de methodiek rondom allochtone cliënten en vrijwilligers: Sleutelpersonen spelen een grote rol in de gemeenschap en zij kunnen helpen bij het bereiken van mensen. Persoonlijk contact met de doelgroep, gezicht laten zien. Herhalen van de boodschap (dat geldt niet alleen bij allochtonen, maar is hier wel extra van belang). Goede begeleiding van vrijwilligers en cliënten. Snel de goede hulp bieden en zorgen voor positieve mond-opmond reclame.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 48 van 307
voor hulp op maat
Met name vanaf mei is er weer een flinke impuls gegeven aan de werving van allochtone cliënten en vrijwilligers, met behulp stagiaires en vrijwilligers. Er zijn gesprekken met sleutelpersonen gehouden en er is ruim 20 keer voorlichting gegeven aan diverse groepen met verschillende nationaliteiten (exclusief de voorlichtingen aan de Marokkaanse doelgroep vanuit SMU). Hierbij zijn alle projecten van IZ aan bod gekomen. Er werd samengewerkt met de wijkwelzijnsorganisaties (ouderenadviseurs, sociaal makelaars, maatschappelijk werk en activeringsteams), Marhaban, GG&GD, Vrijwilligerscentrale, Vluchtelingenwerk, Al-Amal, Stichting Thuis Sterven Utrecht, AxionContinue, Quality Centre Vluchtelingenvrouwen en Careyn (zorgconsulenten). Het is prettig te merken dat er zoveel bereidwilligheid is van sleutelpersonen en professionals die willen helpen bij dit project. Om het bereik tot de Turkse doelgroep te vergroten is een brainstormoverleg gehouden met een aantal Turkse collega‟s en externe sleutelpersonen met als doel meer te weten te komen over de Turkse cultuur, behoefte aan hulp, manier van hulp bieden en mening over het vrijwilligerswerk. Als vervolg daarop is een enquête gemaakt die verspreid zal worden onder de Turkse doelgroep (via moskeeën, voetbalvereniging, winkeliers en koffiehuizen) over specifieke hulpvragen en een oproep voor Turkse vrijwilligers. Steunpunt GGZ is tegelijkertijd ook bezig de Turkse doelgroep te bereiken en er is afgesproken dat zij ook vragen kunnen toevoegen aan de enquête vanuit Stichting Stade. In het tijdschrift „Karavaan‟ is een artikel geplaatst over de Algemene Hulpdienst, waarvoor een Marokkaanse telefoonvrijwilliger geïnterviewd is. Op kantoor bij de Algemene Hulpdienst werken meerdere Marokkaanse vrijwilligers en stagiaires die cliënten in Berbers of Arabisch te woord kunnen staan. Bij de Algemene Hulpdienst is er een behoorlijke toename geweest van allochtone cliënten en vrijwilligers. In 2012 zijn er 243 allochtone cliënten geregistreerd en 87 allochtone vrijwilligers (t.o.v. 2011 een toename van 71% vrijwilligers). Bij de BoodschappenPlusBus wordt nauw samengewerkt met migrantenorganisaties, zie projectverslag BoodschappenPlusBus. Via de contacten die hier gelegd zijn, worden ook andere projecten van Informele Zorg onder de aandacht gebracht. Bij SMU is er al ruime aandacht voor het bereiken aan Marokkaanse mantelzorgers. Er worden gezamenlijk voorlichtingsbijeenkomsten gegeven aan de doelgroep. Dementie is een onderwerp dat in allochtone kringen nog niet veel aandacht heeft, maar bij de Bezoekdienst wordt wel enige verandering gezien en met name door de voorlichting IZ-breed, komt er meer belangstelling van cliënten en vrijwilligers in de Bezoekdienst. Omdat er binnen allochtone families vaak veel contact is onderling, lijkt de behoefte aan Vriendschapsbemiddeling van Rechtstreeks er (nog) niet te zijn.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 49 van 307
voor hulp op maat
Vervolgstappen N.a.v. de genoemde enquête onder Turkse doelgroep wordt een flinke toename van cliënten en vrijwilligers verwacht. Het is van belang dat we blijven investeren in het contact met sleutelpersonen van diverse allochtone doelgroepen en ons gezicht laten zien op voorlichtingsbijeenkomsten. Daarnaast moet doorgegaan worden met de goede begeleiding van allochtone cliënten en vrijwilligers, zo nodig in hun eigen taal door telefoonvrijwilligers en stagiaires van dezelfde nationaliteit, zodat zij zich betrokken voelen en de juiste hulp krijgen. Verbetering monitoring en begeleiding van vrijwilligers en cliënten Het monitoren van cliënten en vrijwilligers is in de werkprocessen van de diverse projecten opgenomen. Onder monitoren cliënten wordt verstaan dat met cliënten wordt gesproken over hun situatie, evaluatie van de geboden hulp en of er aanvullende hulpvragen zijn. Daarnaast wordt er samengewerkt met betrokken professionals. Monitoren van vrijwilligers heeft tot doel te horen hoe de hulpvraag is gelopen, maar vooral of er bijzonderheden zijn rond de cliënt (signaleringsfunctie). Alle vrijwilligers worden aan het eind van het jaar gebeld. Daarnaast vinden gesprekken plaats op basis van voldane hulpvragen en bij complexe cliëntsituaties. In 2012 zijn de intakeformulieren m.b.t. cliënten van alle IZ projecten besproken en verbeterd/gesynchroniseerd. Tijdens een telefonische intake worden cliënten bevraagd op alle leefgebieden. Daardoor wordt inzichtelijk welke hulp een cliënt nodig heeft en wie die hulp zou kunnen bieden. Ofwel een vrijwilliger van één van de projecten van Stichting Stade, ofwel een vrijwilliger van een collega-organisatie ofwel een professional. Natuurlijk komt een combinatie van hulp ook regelmatig voor. Monitoring is standaard nodig bij complexe situaties en daarnaast indien er signalen komen dat extra contact wenselijk is. Monitoring vindt op maat plaats. Cliënten met complexe problematiek of problemen op meerdere leefgebieden, worden intensiever gevolgd door vaker te bellen, meerdere huisbezoeken af te leggen en/of contact te onderhouden met hulpverleners die betrokken zijn bij de cliënt. Het effect van monitoren is dat cliënten en vrijwilligers zich gehoord en betrokken voelen, maar bovenal dat er bijgestuurd kan worden indien nodig. Zo dat de vraag achter de vraag naar voren komt en cliënten met complexe problematiek gevolgd worden. In 2012 zijn er factsheets ontwikkeld t.b.v. de vrijwilligers van alle IZ projecten, waarin achtergrondinformatie en handvatten zijn opgenomen. Het betreft de volgende onderwerpen: Ouderenmishandeling Eenzaamheid Gesprekstechnieken Depressie Helpen bij uitbreiden sociaal netwerk Niet aangeboren hersenletsel Activiteiten met dementerenden Communiceren met dementerenden
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 50 van 307
voor hulp op maat
Omgaan met mantelzorgers van dementerenden Tuinieren Cliënten met een andere culturele achtergrond Signaleren
In 2012 zijn er diverse scholingen aan vrijwilligers aangeboden (onderwerpen: leefstijlen en sterfstijlen, eigen kracht, administratie thuis, HIV, EHBO, sterven bespreekbaar maken, oncologie, grenzen in vrijwilligerswerk, alternatieve vormen van contact met dementerenden). Daarnaast is er voor nieuwe vrijwilligers een introductiebijeenkomst die drie keer per jaar wordt georganiseerd. Verbinding tussen formele en informele zorg A: (Nieuwe) cliënt belt en vraagt om hulp die Stichting Stade niet kan bieden: Nagaan bij wie de cliënt wel terecht kan. Als een cliënt wordt doorverwezen, doen we dat op een warme manier, d.w.z. dat we eerst zelf informeren of de cliënt verder geholpen kan worden door een andere organisatie en eventueel een overdracht doen. Er wordt vervolgens nagegaan bij de cliënt ofwel organisatie waarnaar doorverwezen is, of de juiste hulp goed op gang is gekomen. B: Door signalen van een vrijwilliger of consulent bij een bekende cliënt, kan het nodig zijn hulpverlening in te schakelen: Nadat cliënt goedkeuring heeft gegeven, wordt er contact gelegd met de geëigende organisatie en de cliëntsituatie wordt besproken. Vervolgens het monitoren van een doorverwijzing, totdat duidelijk is hoe de hulp verloopt, dan loslaten. C: Er is bij de intake al duidelijk dat bij de cliënt professionals betrokken zijn: Er wordt contact gelegd met betrokken organisatie(s) om te laten weten dat er een vrijwilliger is/wordt ingezet en om de cliëntsituatie eventueel te bespreken. Of er vervolgcontact nodig is, hangt af van de situatie (op maat). Om goed door te kunnen verwijzen, hebben consulenten goede kennis van de sociale kaart. Bij complexe situaties waar geen professionele hulpverlening is, neemt de consulent (tijdelijk) de regierol op zich. Er wordt een plan van aanpak gemaakt en besproken in casuïstiekoverleg. Zo nodig worden andere professionals ingeschakeld. Andersom is het ook van belang dat andere organisaties Informele Zorg weten te vinden. Tijdens netwerkoverleggen en tijdens individueel contact met een hulpverlener profileren we ons en met bepaalde organisaties worden de banden extra aangehaald en wisselen we uit wat we voor elkaar kunnen betekenen, in plaats van alleen op cliëntniveau. Vervolgstappen Verder in kaart brengen wat het effect is van onze dienstverlening Informele Zorg-breed (d.w.z. bij alle projecten), onderzoek hiernaar verrichten (effectiviteitsmeting). Bij een aantal projecten wordt er al structureel tussentijds en na afloop van een hulptraject geëvalueerd. Bij een aantal projecten zal dit structureel opgezet moeten worden.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 51 van 307
voor hulp op maat
Daarnaast zal goed kwalitatief onderzoek nodig zijn (met diepteinterviews) om effectiviteit van de geboden hulp te kunnen toetsen. Kwaliteitsslag op een aantal terreinen Tussen de projecten van Informele Zorg is een nauwe samenwerking: BoodschappenPlusBus, Bezoekdienst dementerenden, Rechtstreeks, Buddyzorg, Steunpunt Mantelzorg, Algemene Hulpdienst, Netwerkcoachproject en Maaltijdbegeleiding (officieel geen aparte projecten, maar ingebed bij de Algemene Hulpdienst). De samenwerking bestaat uit het gezamenlijk invoeren van kwaliteitsverbeteringen (zoals intakeformulier), het informeren van cliënten en vrijwilligers over alle projecten, het meedenken met elkaar en het bevorderen van een goede bereikbaarheid en waarneming voor elkaar. Er vinden casuïstiekbesprekingen plaats. In het voorjaar 2012 is de samenwerking met afdeling Gezinsondersteuning van Stichting Stade geïntensiveerd. Dat betekent dat zij in gezinnen waar hulp bij administratie nodig is, waar mogelijk, een vrijwilliger aanvragen bij de AHD. De vrijwilliger en casemanager van Gezinsondersteuning werken dan samen in het gezin. Er zijn voldoende vrijwilligers die deze extra uitdagende vrijwilligersfunctie willen vervullen. Er wordt gewerkt aan een kwaliteitsslag op het gebied van vrijwillige hulp bij administratie in het algemeen, d.w.z. meer scholing en begeleiding van vrijwilligers en betere monitoring. Problemen bij de administratie duiden vaak op meerdere problemen op diverse leefgebieden. Knelpunten
Er worden vooral kansen gezien om de speerpunten uit het project voort te zetten.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 52 van 307
voor hulp op maat
Financiële informatie Project Verbetering en Versterking Informele Zorg 2012 Projectnaam: Projectnummer: Verleningsbeschikking: Verleende subsidie 2012 Uren Projectkosten Verschillen
Realisatie 2012 Uren Projectkosten
Project verbetering en versterking Informele Zorg Utrecht 11031 2012-456-877
1324 € 71,89
€ € €
Totaal verleende subsidie 2012
€ 100.000,00
1348,5 € 71,89
€ €
Totaal realisatie 2012 Te verrekenen
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
95.182,36 4.800,00 17,64
96.943,67 7.664,44
€ 104.608,11 €
Pagina 53 van 307
-
voor hulp op maat
Project Verslag Bezoekdienst Dementerende of Langdurig Zieke Ouderen Utrecht 2012 Naam
Bezoekdienst Dementerende of Langdurig Zieke Ouderen Utrecht
Koppeling met productomschrijving financier
Stichting Stade draagt zorg voor de organisatie van alle activiteiten van de Bezoekdienst. De werkzaamheden van de coördinatie zijn veelzijdig en passen als zodanig niet in één productomschrijving. We kiezen daarom voor 1 product, namelijk coördinatie (product 14). Ook elementen van de producten 2, 5, 12 en 25 maken onderdeel uit van het werk. Er is dus geen passende productdefinitie te vinden in het productenboek.
Budget
Totaal budget DMO: € 47.193,05 Totaal budget GG&GD € 51.897,13
Doelstelling
Het zorgbeleid in Nederland is erop gericht het thuis wonen te stimuleren en voor zover mogelijk daar de noodzakelijke zorg en hulp te organiseren. Het betreft hulp die aansluit op eventueel aanwezige professionele zorg maar vervangt deze niet. De Bezoekdienst voor thuiswonende langdurig zieke en dementerende ouderen biedt vrijwilligershulp aan de doelgroep met tevens de bedoeling de mantelzorger, voor zover die aanwezig is, tijdelijk te vervangen en te ontlasten. Vrijwilligers krijgen een introductiecursus aangeboden waarna zij zelfstandig wekelijks een dagdeel de cliënt bezoeken. De vrijwilliger heeft dan theoretische en praktische vaardigheden zodat hij/zij capabel is om met de dementerende of chronisch zieke cliënt en diens mantelzorger(s) om te gaan. Het wekelijkse bezoek bestaat uit het bieden van een luisterend oor en activering zoals: een spelletje doen, de krant voorlezen of een wandeling maken. Vrijwilligers worden individueel en d.m.v. contactbijeenkomsten op de hoogte gehouden van actuele ontwikkelingen in dit werkveld. Daarnaast geeft de Bezoekdienst voorlichting aan mensen met dementie en hun mantelzorgers, zowel individueel als in groepsverband. Een voorbeeld hiervan is de bijdrage van de consulent aan het Alzheimer Café Stad Utrecht (Voorhoeve) en het Alzheimer Café Binnenstad (Barholomeus Gasthuis). Aan alle doelstellingen is gewerkt. De doelen zijn grotendeels gehaald. Dit is vastgesteld d.m.v. interne evaluatie mede op basis van registratiegegevens.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 54 van 307
voor hulp op maat
Wijze van bekostiging
Subsidie (DMO) en subsidie GG&GD. Gecombineerde aanvraag.
Productspecificatie (waarin opgenomen de prestatieeenheden)
De consulent van de Bezoekdienst Dementerende of Langdurig Zieke Ouderen Utrecht zorgt voor de werving, selectie en opleiding van vrijwilligers. Vervolgens worden de vrijwilligers gekoppeld aan de cliënten en de bezoeken afgelegd. Vrijwilligers worden voortdurend begeleid bij hun werkzaamheden. Daarnaast worden er voorlichtingen gegeven.
Productafspraken
32 cliënten die permanent bezocht worden. Elke cliënt ontvangt jaarlijks gemiddeld 40 bezoeken. Dit zijn 1.280 cliëntbezoeken.
Subsidiecriteria
De Stichting Stade heeft haar organisatie gecertificeerd, waarbij jaarlijks een beoordeling plaats vindt door een extern bureau. Het verslag van deze externe beoordeling is voor subsidieverleners beschikbaar. Dit betekent dat de beleidscyclus, het kwaliteitsbeleid en alle ondersteunende processen voldoen aan de hiervoor ontwikkelde (internationale) normen. Met betrekking tot de uitvoering van de werkzaamheden in uren professionele inzet van medewerkers gelden de navolgende afspraken: Er zal worden gehandeld als goed werkgever zoals dit is omschreven in het Burgerlijk Wetboek. M.b.t. de uitvoering van de uren geldt een inspanningsverplichting om dit zo getrouw en goed mogelijk te doen. Van de urenrealisatie wordt een registratie bijgehouden die door een accountant zal worden gecontroleerd. Het primaire werkproces is omschreven en vastgelegd. Daarnaar zal worden gehandeld. Met betrekking tot het betrekken van cliënten bij de uitvoering van de werkzaamheden wordt het navolgende bepaald: er is in 2009 op instellingsniveau een cliëntenraad ingesteld die jaarlijks een onderzoek doet naar de cliënttevredenheid en die vergelijkbare bevoegdheden heeft als de ondernemingsraad.
Registratieresultaten
Aantal consulent-uren 1.415 uur. Cliënten Vanaf januari 2012 tot en met december 2012 zijn er 40 lopende aanvragen in behandeling geweest. Hiervan zijn er 19 man en 21 vrouw. Er zijn 38 cliënten in Nederland geboren, 1 in Polen en 1 in Indonesië. Leeftijd 55-75 jaar: 2 76-85 jaar: 21 86 jaar en ouder: 17
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 55 van 307
voor hulp op maat
Leefsituatie Alleenwonend: 22 Samen met partner: 15 Samen met zoon/dochter: 3 Geslacht Man: 19 Vrouw: 21 Gegevens primaire leefsituatie Alleenstaand: 21 Samen met partner: 14 Samen met kind: 3 Totaal aantal bezoeken Het totaal aantal bezoeken in 2012 bedraagt 1.221. Duur van de hulpverlening 0-6 maanden: 7 7-12 maanden: 9 13 maanden en langer: 24 Aantal vrijwilligers 31 Voorlichtingsbijeenkomsten doelgroep In samenwerking met Cumulus Ouderenadviseurs, Steunpunt Mantelzorg Utrecht, Indigo, Alzheimer Nederland (afdeling stad Utrecht), Aveant en AxionContinu zijn er in Voorhoeve op 1 februari, 7 maart, 4 april, 2 mei, 6 juni, 5 september, 3 oktober, 7 november en 12 december voorlichtingsbijeenkomsten gehouden voor dementerenden en hun mantelzorgers. De opkomst per bijeenkomst lag tussen de 30-45 aanwezigen. De waardering van de bijeenkomsten was goed. In het Bartholomeus Gasthuis zijn de voorlichtingsbijeenkomsten geweest op 28 augustus, 25 september, 23 oktober en 27 november. Voor een beginnend café was de opkomst goed (rond de 20 bezoekers). Naar beide cafés rijdt de BoodschappenPlusBus. Andere activiteiten Ten behoeve van deskundigheidsbevordering en/of bindingsactiviteiten voor vrijwilligers van Rechtstreeks, Algemene Hulpdienst, BoodschappenPlusBus en Bezoekdienst zijn er door het jaar heen workshops gehouden (over thema‟s als leefstijlen/sterfstijlen, administratie thuis, oncologie en grenzen in het vrijwilligerswerk). Daarnaast organiseerden we met regelmaat introductiebijeenkomsten voor nieuwe vrijwilligers van alle projecten tezamen. In deze bijeenkomsten komen algemene thema‟s aan bod zoals; achtergronden van diverse soorten cliënten, communicatieve vaardigheden en de rechten en plichten van vrijwilligers). Specifiek voor de dementievrijwilligers organiseerden we twee terugkombijeenkomsten om ervaringen uit te wisselen en om op enkele thema‟s dieper in te gaan. Op dergelijke bijeenkomsten horen we dan bijvoorbeeld dat een vrijwilligster haar cliënt, een licht-dementerende man, toch af en toe laat winnen met schaken. Ze vermoedt dat hij haar
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 56 van 307
voor hulp op maat
doorheeft, te zien aan zijn pretoogjes… In juni hielden we een vrijwilligersdag met een educatieve en sociale insteek. Het thema was dit jaar actueel, namelijk „Eigen Kracht‟. Onderwerpen die aan bod kwamen waren de presentiebenadering, culturele diversiteit en vooroordelen en „wie heeft de regie?‟ Vrijwilligers gaven terug dat ze zich nog meer bewust geworden waren van hoe ze de cliënt kunnen stimuleren, in plaats van te willen redden. Overigens is er soms opeens een schot in de roos: een apathische dementerende ex-profmusicus wordt levendig als hij samen met de (eveneens muzikaal geschoolde) vrijwilligster naar muziek luistert en erover praat. De mantelzorger weet niet wat ze meemaakt… In het kader van de binding waren er verder activiteiten zoals de kerstbijeenkomst en uitjes. De vernieuwde nieuwsbrief De BAR droeg ook bij aan verdere samenhang. Al deze activiteiten werden positief gewaardeerd door de vrijwilligers. Rapportage-afspraken
Eindverantwoording GG&GD en DMO: 1 juni 2013.
Is de betaling afgerond
Nee, nog niet alle termijnen van de GG&GD zijn ontvangen.
Is de uitvoering volgens planning gegaan
Uitvoering heeft gedurende het hele jaar plaatsgevonden.
Afrekenafspraken
Niet gemaakte uren worden niet afgerekend.
Bijzonderheden
Het project wordt deels door DMO en deels door de GG&GD gefinancierd.
Cliënttevredenheid
Van 29 mei t/m 6 juli 2012 heeft het intern cliënttevredenheidsonderzoek plaatsgevonden. Er zijn 41 formulieren verstuurd naar de cliënten van de Bezoekdienst. Er bleven 10 bruikbare formulieren over uit de 41 uitgezette formulieren. De respons komt uit om 24%. 2 cliënten zijn in contact gekomen met het project via een folder, 1 cliënt vond ons via internet, 4 werden verwezen en 3 cliënten kwam bij ons op andere wijze. De onderstaande vragen werden beantwoord met een rapportcijfer. De bereikbaarheid van het project: 7,9. De snelheid waarmee men geholpen werd: 8,0. Houding en gedrag van de medewerker: 8,6. De baat die de cliënt gehad heeft bij de hulp of activiteit: 7,6.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 57 van 307
voor hulp op maat
Verslag van actuele ontwikkelingen
In ons jubileumjaar (20 jaar) hebben we ons –samen met de PR medewerker- gebogen over nieuwe vrijwilligersprofielen, om de aantrekkelijkheid van dit specifieke vrijwilligerswerk scherper te krijgen. Zo zoomden we in op: Zingeving (presentiebenadering). Onthaasten (drukbezette vrijwilligers komen zelf ook tot rust bij dit werk). Alternatieve vormen van contact (we hadden in 2012 wederom een workshopreeks met stichting MiMakkus over clownstechnieken). Mantelzorgers In 2012 werd –naast het bezoeken van dementerenden– opnieuw de nadruk gelegd op het ontlasten van mantelzorgers. Er waren dit jaar twee reeksen gespreksgroepen voor mantelzorgers. Deze werden samen met het Steunpunt Mantelzorg georganiseerd. In totaal 22 mantelzorgers (een mix van partners, kinderen, allochtonen) ondervonden na afloop een „meer open en bewuste houding naar de omgeving toe‟, zoals een van hen zei. Enkele opmerkingen: „ik voelde me gelouterd‟, „ik heb handvatten gekregen‟, „ik moet nu genieten met mijn dementerende partner, realiseer ik me‟. Begin 2013 nodigen we alle deelnemers uit voor een eenmalige bijeenkomst met als doel: informeel samenzijn en het stimuleren van onderlinge zelfstandige ondersteuning. Ook bij de intake neemt de consulent steeds meer tijd voor de uitleg van de sociale dementie-kaart aan de mantelzorger. We merken steeds vaker hoe belangrijk de vrijwilliger als klankbord is voor de mantelzorger, bijvoorbeeld omdat de vrijwilliger nog op bezoek gevraagd wordt nadat de dementerende al is opgenomen of omdat de mantelzorger expliciet vertelde hoe blij ze was dat ze eens de deur uit kon, in de wetenschap dat er iemand bij haar -ook fysiek- zieke dementerende man kon blijven. Vrijwilligers worden ook geschoold in het meedenken en krijgen mee hoe belangrijk het is om erkenning te geven aan de mantelzorger (en aan het doorgeven van alarmerende signalen aan de consulent. Zo kon de consulent de nabij wonende mantelzorger benaderen met de mededeling dat twee buurtjongeren onder een valse voorwendsel het huis probeerden in te komen van de dementerende moeder). Meermalen horen wij ook van bijvoorbeeld een praktijkverpleegkundige dat ze blij is met een alarmerend signaal. Werving Voortdurend zoeken we naar nieuwe wegen om vrijwilligers te werven. Jonge moeders die met een kleuter erbij dementerende ouderen bezoeken blijft een aandachtspunt. Het concept werkt goed, omdat de oudere de levendigheid van het kind overneemt. De koppeling is wel wat complexer omdat het op meerdere vlakken moet kloppen (neemt het kind niet teveel aandacht weg bijvoorbeeld). We hebben momenteel een jonge moeder met kind die we om die reden nog niet hebben kunnen koppelen. Ook bieden we onze vrijwilligers onze flexpool voor incidentele hulp aan, en de mogelijkheid van kortdurende begeleiding (bijvoorbeeld tot opname volgt). Ook kijken we naar de
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 58 van 307
voor hulp op maat
mogelijkheid om een geschoolde vrijwilliger in te zetten bij een alleenstaande dementerende met administratieve problemen. Er is een samenwerkingsverband met de Universiteit voor Humanistiek opgestart, die uitmondde in een aantal workshops voor studenten, waarvan één specifiek over de belevingswereld van de mantelzorger. In 2013 ontwikkelen we dit verder. Vrijwilligers bij de Algemene Hulpdienst blijken soms al jarenlang ouderen te bezoeken, die zijn of lijken te gaan dementeren, en zo automatisch bij onze begeleiding terecht komen. We zijn hier steeds alerter op. Via consulenten van het Steunpunt Mantelzorg komt ook langzaam de vraag binnen naar allochtone vrijwilligers (dementie is daar vaak een taboe). IZ-breed wordt er flink ingezet op de werving van allochtone vrijwilligers, die nu ook door lijken te sijpelen naar de Bezoekdienst. Keten Op de werkvloer is de Bezoekdienst constant bezig met het versterken van de samenwerking, hetgeen blijkt uit bijvoorbeeld meer onderling overleg, brainstormen over het signaleren van lacunes (en mogelijke oplossingen) en mogelijk nieuwe projecten. Binnen de keten biedt Stichting Stade inmiddels veel diensten voor dementerenden en hun mantelzorger. Bezoekdienst en Steunpunt Mantelzorg geven individuele ondersteuning aan dementerenden en de mantelzorgers van dementerenden (individueel en groepsgewijs). Voor een deel van de cliënten (waaronder dementerenden) bekleden wij daarbij de rol van casemanager (een van de medewerkers SMU volgt een opleiding casemanager dementie). We verzorgen, zodra de noodzaak daarvoor is, opvang voor dementerenden (parallel aan de gespreksgroepen voor mantelzorgers). We bezoeken/activeren/leveren respijtzorg via de Bezoekdienst Dementerende Ouderen, een project van Stichting Stade. We geven voorlichtingen over dementie. We leveren een belangrijke begeleidingsbijdrage in de drie Alzheimer cafés. Via de Algemene Hulpdienst, de Maaltijdservice en de BoodschappenPlusBus bereiken we veel dementerenden. We bieden: vrijwillige thuishulp, Maaltijdservice en sociaal vervoer. Cliënten krijgen een integrale intake en indien er sprake is van meervoudige problematiek wordt er een integraal hulpplan opgesteld en uitgevoerd (indien nodig i.s.m. andere organisaties). Stichting Stade participeert in het project “weten over vergeten‟ t.b.v. allochtone cliënten. Er wordt nagedacht over het opzetten van theehuizen. Stichting Stade levert de zogenaamde Plusgids (hardcopy en digitaal met zoekfunctie). Dit in opdracht van de gemeente Utrecht. In de uitgave van 2013 staat een vernieuwd en uitgebreider hoofdstuk over dementie.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 59 van 307
voor hulp op maat
Jaarlijks wordt er een update gemaakt. We leveren via het Lokaal Kennis Centrum (van het Steunpunt Mantelzorg) i.o. van de gemeente Utrecht advies en deskundigheidsbevordering aan organisaties, instellingen en beroepsgroepen.
De verwachting is dat bij de overheveling van extramurale begeleiding van AWBZ naar Wmo er in de nabije toekomst ook professionele begeleiders/casemanagers t.b.v. dementerenden en hun mantelzorgers ingeschakeld kunnen worden. Stichting Stade gaat hiervoor financiering aanvragen. Knelpunten
Ook dit jaar was er het grootste deel van het jaar een wachtlijst voor cliënten. De werving en koppeling van dementievrijwilligers is een voortdurend actieve en creatieve zoektocht. We komen de volgende problemen tegen: Ouderen blijven langer thuis wonen, de gezondheid wordt steeds slechter, waardoor soms tijdens het koppelingsproces al opname in ziekenhuis danwel verpleeghuis volgt. Of er is een koppeling tot stand gekomen, die niet uitgevoerd blijkt te kunnen worden omdat de dementerende fysiek te slecht wordt. Kortom, het koppelen is arbeidsintensiever geworden. De hulpvragen zijn complexer geworden (omliggende problematiek, schulden en zwaar overbelaste mantelzorg) waardoor vrijwilligers intensiever begeleid moeten worden. Het is moeilijk om vrijwilligers te vinden die zich voor een jaar willen committeren (hetgeen nodig is om een band te bewerkstelligen met de dementerende). Scholingsbijeenkomsten voor vrijwilligers worden minder goed bezocht (bijvoorbeeld over ouderenmishandeling of EHBO). Daarom ontwikkelen we naast de scholing momenteel factsheets over de meest voorkomende items (omgang met dementie, activiteiten met een dementerende en ondersteuning van mantelzorgers). Dit doen we samen met de andere projecten.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 60 van 307
voor hulp op maat
Financiële informatie Bezoekdienst dementerende of langdurig zieke ouderen 2012 Projectnaam: Bezoekdienst dementerende of langdurig zieke ouderen Projectnummer: 11013 Verleningsbeschikking: DMO 2012-456-687 Verleende subsidie 2012 Uren Projectkosten Verschillen
601
€ 71,89
€ 43.205,89 € 4.000,00 € 12,84-
Totaal verleende subsidie 2012
€ 47.193,05
Verleningsbeschikking: GG&GD 2012-456-311 Verleende subsidie 2012 Uren 722 € 71,89 Verschillen
€ 51.904,58 € 7,45-
Totaal verleende subsidie 2012
€ 51.897,13
Totaal subsidie 2012
1323
Realisatie 2012 Uren Projectkosten*
1415
€ 99.090,18 € 71,89
€ 101.724,35 € 24.363,74
Totaal realisatie 2012
€ 126.088,09
Te verrekenen
€
-
*Dit zijn de gerealiseerde projectkosten van Rechtstreeks, de Algemene Hulpdienst en Bezoekdienst samen.
Inzet uren Werving IZ t.b.v. Bezoekdienst DMO Projectnaam: Inzet uren Werving IZ t.b.v. Bezoekdienst Projectnummer: 11019 Verleningsbeschikking: 2012-456-687 Verleende subsidie 2012 Uren
€
19.434,02
Verleende subsidie t.b.v. Bezoekdienst €
19.434,02
Realisatie 2012 Uren
Te verrekenen
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
270,33 € 71,89
278,33 € 71,89
€
20.009,14
Totaal realisatie 2012 €
20.009,14
€
-
Pagina 61 van 307
voor hulp op maat
Project Verslag Stade Maaltijdservice Utrecht 2012 Naam
Stade Maaltijdservice
Koppeling met productomschrijving financier
De algemene doelstelling van het Wmo-beleid van de gemeente Utrecht luidt het “bevorderen dat alle burgers, in het bijzonder kwetsbare burgers, meedoen in de samenleving”. Stade Maaltijdservice steunt deze doelstelling door het bezorgen van koelverse maaltijden aan kwetsbare inwoners in de stad Utrecht. Stade Maaltijdservice biedt ondersteuning aan kwetsbare inwoners van Utrecht, met een beperking vanwege hun leeftijd, ziekte of handicap en sluit hiermee naadloos aan bij het prestatieveld 6, het leveren van individuele verstrekkingen voor behoud en bevorderen van zelfstandig functioneren.
Budget
€ 365.230,-
Doelstelling
De doelstelling van Stade Maaltijdservice is het bezorgen van koelverse maaltijden aan huis bij inwoners van Utrecht, die (tijdelijk) niet meer zelf voor hun warme maaltijd kunnen zorgen. Tweede kerntaak is het signaleren van ongeregeldheden als ziekten, ongelukken, vereenzaming of mogelijke behoeften bij de klanten aan extra hulp of ondersteuning en daarop adequate actie ondernemen “maaltijden met aandacht”. Zes dagen per week bezorgt de Maaltijdservice maaltijden, maximaal drie maal per week per klant, volgens vaste routes met een vast team van chauffeurs. Kernpunten Gezonde maaltijden van goede kwaliteit in ruime keuze. Sociaal en zeer klantvriendelijk contact met en signalering van het welzijn van de klant. De klant ontvangt regelmatig (drie keer per week) verse maaltijden, waardoor voldoende ruimte in de koelkast blijft en „oppotten‟ voorkomen wordt. De klant kan er voor kiezen om slechts twee of een keer per week een bezorging van maaltijden te ontvangen. In 2012 is de doelstelling van Stade Maaltijdservice behaald. Het team van Stade Maaltijdservice heeft alle dagen bezorgd, behalve op zon- en feestdagen. De dagen voor de feestdagen zijn extra routes gereden om iedereen op tijd van maaltijden te voorzien. De chauffeurs en bureaumedewerkers hebben veel aandacht voor de klanten. Ze hebben een klantvriendelijke en hulpvaardige werkwijze, waardoor een band met en een beeld over de klant ontstaat, wat de „sociale controle‟ bevordert. Door regelmatig een praatje te maken en aandacht voor
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 62 van 307
voor hulp op maat
de klant te hebben, blijkt dat de behoefte aan enige hulp bij het invullen van (bestel)formulieren, het opbergen van maaltijden en verrichten van kleine klusjes e.d. toeneemt. Ook het afgelopen jaar signaleerden de chauffeurs en bureaumedewerkers frequent onregelmatigheden bij klanten (ziekte, dementie/verwarring, eenzaamheid en overlijden) en namen gepaste actie volgens het protocol. In dergelijke gevallen wordt altijd contact opgenomen met een door de klant opgegeven „noodadres‟. Opvallende signalen worden genoteerd in het registratiesysteem. Dit om de extra aandacht op maat te kunnen bieden. Het streven van de chauffeurs is iedere keer op dezelfde tijd te komen waardoor de klanten houvast hebben aan de komst van de chauffeurs.
Wijze van bekostiging
Subsidie. Dienstverlening aan ouderen; deelname aan het maatschappelijk leven en zelfstandig blijven wonen.
Productspecificatie (waarin opgenomen de prestatieeenheden)
Het product van Maaltijdservice valt uiteen in het logistieke systeem en het product maaltijden. De klant betaalt de kostprijs van de maaltijden en de gemeente Utrecht betaalt voor de logistiek. Prestatie-eenheden zijn het aantal bezorgde maaltijden in 2012. Afrekening vindt plaats op basis van de projectkosten.
Productafspraken
Stade Maaltijdservice had de doelstelling 90.000 maaltijden en aanvullingen als soepen, nagerechten en salades te bezorgen in 2012. In totaal zijn er 101.809 maaltijdcomponenten bezorgd. Omdat de klanten deze in uiteenlopende combinaties afnemen splitsen we de componenten hieronder uit: Soepen 11.725. Hoofdgerechten(inclusief maaltijdsoepen): 67.970 + 208 = 68.178. Bijgerechten: 4.417. Nagerechten: 17.697. Grootverpakkingen (kilo-verpakking): omgerekend 250. Introductiepakketten: 104 (5 maaltijden waarvan 3 betaald. De 3 betaalde maaltijden zijn meegerekend in het totaal hoofdgerechten. Dus komen er nog 104 x 2 = 208 gratis maaltijden bij het totaal). Het aantal maaltijden is in 2012 licht afgenomen ten opzichte van 2011. Het klantenbestand wisselt flink, doordat steeds meer klanten tijdelijk maaltijden afnemen, bijvoorbeeld volgend op ontslag na opname in het ziekenhuis. Gemiddeld maken deze klanten 2 à 3 weken gebruik van de Maaltijdservice. Tevens zien we een grote toename in het aantal maaltijden tijdens het zomerseizoen, wanneer de vaste ondersteuning door bijvoorbeeld kinderen wegvalt vanwege vakanties. Gemiddeld genomen bezorgden de chauffeurs bij 350 tot 380 klanten per week de maaltijden.
De behoefte aan extra uitleg, hulp en aandacht voor de steeds ouder wordende klanten blijft stijgen. We zien een afname in het aantal vaste klanten en ook in het aantal maaltijden en tegelijk
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 63 van 307
voor hulp op maat
blijkt dat de klanten die overblijven opvallend meer hulpbehoevend zijn. In tijd zijn onze chauffeurs even lang onderweg. Subsidiecriteria
Stade Maaltijdservice heeft een eigen klachtenregeling voor de klanten aangaande bezorging en/of over de maaltijden, deze worden geregistreerd en (zo mogelijk) direct opgelost of voorgelegd aan de leverancier van de maaltijden. De Maaltijdservice is direct toegankelijk en via verwijzers. Stade Maaltijdservice werkt via de beschrijving van het primaire proces in het handboek van het ISO-kwaliteitscertificaat. De kwaliteit van de maaltijden wordt gegarandeerd door de HACCP-richtlijnen. De koelwagens van Stade Maaltijdservice worden jaarlijks geijkt zodat de dagelijkse controle op de juiste temperatuur volgens de HACCP-normen verloopt. De Maaltijdservice werkt zo klantgericht en flexibel mogelijk m.b.t. de wensen van de klant aangaande bezorging en maaltijden. Het aantal bezorgingen en maaltijden per week, menukeuzen, diëten, portiegrootte en eventuele combinaties vullen we zo veel mogelijk op maat in.
Registratie-resultaten
Aantal maaltijdcomponenten in 2012 101.809 Gemiddeld aantal klanten in 2012 365 Aantal klachten in 2012 0 klachten, d.w.z. géén klachten die niet meteen op te lossen waren door klanten een keuze voor alternatieve maaltijd te bieden uit de eigen voorraad maaltijden. Aantal menukeuzen per maand 80 hoofdgerechten, 10 soepen, 10 toetjes en 3 salades per week. Plus alle standaard dieetvormen, gemalen, vloeibaar en vegetarisch.
Rapportage-afspraken
Over de eerste maanden heeft in juni een tussentijdse rapportage plaatsgevonden waarin geen bijzonderheden over de Maaltijdservice te melden waren en dit is de eindverantwoording.
Is de betaling afgerond
Ja
Is de uitvoering volgens planning gegaan
Over het hele jaar 2012 heeft Stade Maaltijdservice maaltijden bezorgd, behalve op de zon- en feestdagen (die „feest‟-maaltijden zijn daags tevoren afgeleverd).
Afrekenafspraken
Het totaal aantal maaltijden (gerekend in hoofdgerechten) bezorgd in 2012 was 68.178 en daarmee lager dan de 90.000 maaltijden die in de beschikking zijn opgenomen, maar min of
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 64 van 307
voor hulp op maat
meer vergelijkbaar met 2011. Volgens de afspraken mag het restant van het subsidiebedrag worden aangewend om de risicovoorziening maaltijdservice aan te vullen. Bijzonderheden
N.v.t.
Cliënttevredenheid
Het afgelopen jaar heeft Stade Maaltijdservice de koelvers maaltijden afgenomen van Culivers, dochteronderneming van Sligro. De maaltijden worden in dozen afgeleverd volgens de HACCP-normen. In 2010 is voor de tweede keer een aanbestedingstraject uitgevoerd waarbij alle maaltijdenleveranciers konden inschrijven op deze opdracht. De aanbesteding is afgerond met opnieuw dezelfde leverancier. Vanaf 1 januari 2011 krijgen de klanten van Maaltijdservice dezelfde maaltijden tegen onderstaand tarief. Prijzen 2012 Hoofgerecht Voorgerecht Nagerecht Bijgerecht
€ € € € € €
3,55 eenvoudige maaltijd 3,85 standaard maaltijd 4,30 luxe maaltijd 0,60 0,60 0,65
Uit het cliënttevredenheid onderzoek, waaraan 180 klanten hebben meegewerkt in juni 2012, kwamen de volgende resultaten: De klanten Een ruime meerderheid van de ondervraagde klanten (56%) is boven de 80 jaar en 61% van de respondenten is vrouw. 70% van de respondenten geeft aan meer een jaar of langer gebruik te maken van Stade Maaltijdservice en 60% van de respondenten bestelt vier of meer maaltijden per week. Ruim 65% krijgt drie maal per week de maaltijden bezorgd. Ruim de helft van de respondenten is via verwijzers in contact gekomen met Stade Maaltijdservice. De kwaliteit van dienstverlening door Stade Maaltijdservice in een rapportcijfer uitgedrukt over 2012 Tevredenheid over de dienstverlening: 8,3 Tevredenheid over de medewerkers: 8,4 Tevredenheid over de snelheid: 8,1 Tevredenheid over de bereikbaarheid: 7,9
Tevredenheid over de maaltijden uitgedrukt in rapportcijfer Smaak voorgerecht: 7,5 Smaak hoofdgerecht: 7,5 Smaak nagerecht: 7,9 Smaak bijgerechten: 7,7 Gemiddeld genomen wordt de kwaliteit van de maaltijden ruim voldoende beoordeeld: 7,4
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 65 van 307
voor hulp op maat
De klanten gaven aan tevreden te zijn over de samenstelling van gerechten, verpakkingen en vooral over de ruime keuzemogelijkheden. Een volledig verslag van het klanttevredenheidsonderzoek is op te vragen via
[email protected]. Verslag van actuele ontwikkelingen
Het aantal klachten dat niet meteen was op te lossen is ten opzichte van vorige jaren is gelijk, namelijk 0. De leverancier heeft een nieuwe keuken en maakt gebruik van een volledig automatisch proces van verwerken van de bestellingen tot het aanleveren van de maaltijden in Utrecht, waardoor foutkansen minimaal worden. Fouten kunnen alleen ontstaan naar aanleiding van een foute invoer in de orderpicklijn. In tegenstelling tot verleden jaar zijn er geen klachten over het niet tijdig afleveren van de maaltijden op het afleveradres. De klanten nemen wel contact op over de volgende punten: Smaak: maaltijden zijn te zout, of juist niet, het missen van specifieke toevoegingen als nootmuskaat, knoflook e.d. Verkeerde levering maaltijd: dit wordt ter plekke opgelost door omruilen met keuze uit reserve maaltijden, vaak blijkt dat de klant zich niet helemaal juist herinnert wat hij/zij besteld had. Het gemiddeld aantal klanten is stabiel in 2012. We hebben op de peildatum 368 personen in ons bestand. Oorzaken waardoor het klantenbestand afgelopen jaar niet is gegroeid zitten vooral in: Ons bestand van vaste klanten. Dit slinkt langzaam door het overlijden van de vaak zeer oude klanten. Opname in de verzorging- en verpleegtehuizen in de stad. Dit biedt klanten die nog zeer moeilijk zelfstandig kunnen wonen een uitkomst. Er zijn veel meer tijdelijke klanten, die na ziekenhuisopname kort gebruik maken van de Maaltijdservice, waarna ze zo snel mogelijk weer zelf gaan koken. Het aantal afgenomen maaltijden is stabiel gebleven: Doordat thuiszorguren steeds minder worden, melden of familie of de thuiszorgorganisaties hun cliënten vaker aan bij de dagopvang, waar onze klanten gezamenlijk een warme maaltijd eten en dus (voor die dagen) de Maaltijdservice afzeggen. Een steeds groter aantal klanten neemt slechts enkele maaltijden per week (niet meer voor alle dagen) bij Stade Maaltijdservice af, zodat de omzet daalt. Alternatieven zijn gezamenlijk eten bij de eettafels en dagopvang of maaltijden uit de supermarkt. Evaluatie met Culivers heeft in 2012 enkele malen plaatsgevonden. Enkele punten die uitvoerig aan de orde kwamen waren: aanleveren van juiste maaltijden door het
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 66 van 307
voor hulp op maat
voorkomen van fouten in de orderpicklijn. Aanvullingen c.q. wijzigingen in het assortiment (Uitbreiding van het Halalaanbod). In 2012 zijn de prijzen van de maaltijdcomponenten gelijk gebleven aan het jaar ervoor. Knelpunten
Invoeren en bedienen van tijdelijke klanten levert veel extra handelingen op, terwijl deze klanten soms na enkele dagen/weken weer willen stoppen met deze vorm van maaltijdservice. Zowel de bureaumedewerkers als de chauffeurs hebben hieraan veel werk bij het opstarten en weer stoppen van deze klant. Afname van het aantal maaltijden komt onder meer doordat een aantal klanten voor minder dan zeven maaltijden per week kiest vanwege de ruime hoeveelheid per maaltijd, die met aanvulling van bijgerechten gemakkelijk over twee dagen te verdelen valt. Ook ontvangen wij geluiden dat voor enkele klanten de prijs van de maaltijden bepalend is om het aantal maaltijden te minderen. Dit betekent dat het uitsluitend tellen van het aantal hoofdmaaltijden geen juiste maatstaf is voor het aantal dagen dat de klant van de Maaltijdservice eet en van het aantal keren dat de bezorging plaatsvindt. Om mensen die afhaken vanwege de prijsstelling toch maaltijden te kunnen bieden worden sinds 2011 de maaltijden aangeboden in drie verschillende prijsklassen. Een andere reden is dat het aanbod van kant en klaar maaltijden in de diverse supermarkten gestegen is. De allochtone ouderen blijken moeilijk te interesseren voor de Maaltijdservice. Deze groep ouderen groeit harder dan de autochtone en ook binnen de allochtone bevolking zal de zorg voor elkaar steeds lastiger worden. Door het inkrimpen van de zorg aan huis door de thuiszorgorganisaties worden de chauffeurs regelmatig geconfronteerd met “misstanden”. Zorgorganisaties zeggen maaltijden af omdat zij niet in staat blijken te zijn deze voor de klanten op te warmen. Klanten benaderen de Maaltijdservice dan met vragen waarom ze hun maaltijden niet meer krijgen. Het is nu de regel dat wanneer een maaltijd afgezegd wordt door een medewerker van de thuiszorg, het bureau contact op neemt met het noodadres en deze situatie overlegt. Door intensieve samenwerking met de Algemene Hulpdienst Utrecht kan vrijwillige ondersteuning aangeboden worden wanneer deze teveel tijd van de chauffeur gaat vragen. Een voorbeeld daarvan is hulp bij de aanschaf van een magnetron. Onze chauffeurs hebben kachels aangesloten, lampen vervangen, rolstoelen gerepareerd, paadjes blad- en sneeuwvrij gemaakt, kliko‟s buiten gezet en een bejaarde met een gebroken heup geholpen met een aantal huishoudelijke klusjes, waarvoor de thuiszorg geen tijd had. Een aantal keren is de huisarts ingeschakeld vanwege de zorgelijke gezondheid van klanten.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 67 van 307
voor hulp op maat
De samenwerking met ouderenadviseurs in de stad is sterk geïntensiveerd, daar waar mantelzorg voor onze klanten te beperkt blijkt. In een tweetal gevallen is na signalering van de bezorgers van de Maaltijdservice aangaande sterke persoonlijke verwaarlozing van twee van onze klanten contact geweest met enkele ouderenadviseurs. Deze klanten zijn uiteindelijk door deze bemiddeling met voorrang in een verzorgingstehuis opgenomen.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 68 van 307
voor hulp op maat
Financiële informatie Stade Maaltijdservice Utrecht 2012 Projectnaam: Projectnummer: Verleningsbeschikking:
Stade Maaltijdservice Utrecht 11023 2012-456-687
Begroting
Realisatie
Opbrengsten Overheidsbijdrage Maaltijdservice activiteiten
€
361.972
€
365.230
Cliëntbijdragen Maaltijdservice overige
€
300.000
€
283.142
€
648.372
Totaal opbrengsten € 661.972 Kosten Personeelskosten Productie Personeelskosten Bedrijfsbureau Overige personeelskosten Totaal personeelskosten
€ € € €
202.614 57.228 8.128 267.970
€ € € €
195.546 51.666 7.361 254.573
Huisvestingskosten
€
21.832
€
20.646
Afschrijvingskosten algemeen Afschrijvingskosten Maaltijdservice direct
€ € €
2.721 20.522 23.243
€ € €
2.497 10.022 12.519
€ €
18.364 18.364
€ € €
101 14.418 14.519
€
320.595
€
301.271
Eigen apparaatskosten (bankkosten) Apparaatskosten
Gedekte projectkosten
Totaal kosten € 652.004 Resultaat €
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
9.968
€ 603.528 €
44.844
Pagina 69 van 307
voor hulp op maat
Project Verslag Plusgids Utrecht 2013 Jaar 2012 Naam
Plusgids
Koppeling met productomschrijving financier
Prestatieveld 3: informatie passief/individu. Het verzorgen van en/of verschaffen van voorlichtingsmateriaal, zowel schriftelijk als digitaal.
Budget
€ 56.291,90
Doelstelling
De Plusgids Utrecht wordt jaarlijks uitgegeven en biedt ouderen, gehandicapten, langdurig zieken en hun mantelzorgers én de professionals in de stad Utrecht een overzicht van actuele informatie over activiteiten en voorzieningen van alle relevante organisaties in de stad (en landelijk). Zoeken naar hulp en ondersteuning is met deze gids eenvoudiger dan bladeren in het telefoonboek, de gemeentegids en alle overige vermeldingen. De informatie wordt gerubriceerd opgenomen, via de volgende indeling: Wmo Welzijn Zorg Wonen Vervoer Financiën Mantelzorg Belangenbehartiging De Plusgids wordt gedrukt en bij ouderen en distributiepunten (o.a. bibliotheek, dienstencentra, wijkbureaus, apotheken en ziekenhuizen) bezorgd. Sinds 2008 is alle informatie uit de Plusgids digitaal te zoeken en raadplegen op de website www.plusgidsutrecht.nl. Hier kan iedereen de meest actuele informatie op een zeer eenvoudige wijze vinden. Er kan gebladerd worden en via een zoekmachine op trefwoord, voorziening, straatnaam en per wijk gezocht worden. De website van de Plusgids kan niet gelden als een vervanger voor de gedrukte gids, omdat juist die doelgroepen waarvoor de Plusgids bedoeld is, vaak niet via internet hun informatie zoeken.
Wijze van bekostiging
Subsidie. Dienstverlening aan ouderen; deelname aan het maatschappelijk leven en zelfstandig blijven wonen.
Productspecificatie (waarin opgenomen de prestatie-eenheden)
De prestatie-eenheden in uren: Verzamelen en bewerken van informatie gedurende het jaar 2012. Drukwerkvoorbereiding en –begeleiding.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 70 van 307
voor hulp op maat
Beheer en actualisatie van de website: www.plusgidsutrecht.nl. Distributie van de Plusgidsen door heel Utrecht.
Productafspraken
Aantal gerealiseerde uren plus projectkosten.
Subsidiecriteria
Stichting Stade heeft haar organisatie gecertificeerd, waarbij jaarlijks een beoordeling plaats vindt door een extern bureau. Het verslag van deze externe beoordeling is voor subsidieverleners beschikbaar. Dit betekent dat de beleidscyclus, het kwaliteitsbeleid en alle ondersteunende processen voldoen aan de hiervoor ontwikkelde (internationale) normen. Met betrekking tot de uitvoering van de werkzaamheden in uren professionele inzet van medewerkers gelden de navolgende afspraken: Er zal worden gehandeld als goed werkgever zoals dit is omschreven in het Burgerlijk Wetboek. M.b.t. de uitvoering van de uren geldt een inspanningsverplichting om dit zo getrouw en goed mogelijk te doen. Van de urenrealisatie wordt een registratie bijgehouden die door een accountant zal worden gecontroleerd. Het primaire werkproces is omschreven en vastgelegd. Daarnaar zal worden gehandeld. Met betrekking tot het betrekken van cliënten bij de uitvoering van de werkzaamheden wordt het navolgende bepaald: er is in 2009 op instellingsniveau een cliëntenraad ingesteld die jaarlijks een onderzoek doet naar de cliënttevredenheid en die vergelijkbare bevoegdheden heeft als de ondernemingsraad.
Registratie-resultaten
Registratie bevat het volgende: Aantal geleverde uren nodig voor vergaring en beheer van de informatieverstrekking. De distributie adressen waar de gidsen bezorgd worden. Statistieken van bezoekers op de website.
Rapportage-afspraken
De eindrapportage is opgenomen in dit document.
Is de betaling afgerond
Ja
Is de uitvoering volgens planning gegaan
In augustus/september 2012 zijn alle vermelde organisaties benaderd om hun informatie te actualiseren. Omdat veel staat te veranderen in het werkveld van Welzijn in de stad Utrecht, bleek het ophalen van de informatie soms lastig. Een toezegging dat per 1 augustus, wanneer veel wijzigingen zullen plaatsvinden, opnieuw een uitgave van de Plusgids Utrecht rondgestuurd zal worden, maakte dat met enkele weken vertraging de informatie toch binnenkwam. Tussen januari en september 2012 waren al veel (kleine) wijzigingen doorgevoerd en nieuwe activiteiten opgenomen. Alle aanpassingen zijn vervolgens doorgevoerd op de website
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 71 van 307
voor hulp op maat
www.plusgidsutrecht.nl. Vanaf de website zijn alle gegevens als platte tekst aangeleverd aan de ontwerper, die deze na meerdere controlerondes, tot een gedrukt exemplaar heeft vormgegeven. In februari 2013 zullen alle 8.000 Plusgidsen afgeleverd onder de doelgroep en de locaties waar de doelgroep veelal komt. Alle klanten van Stichting Stade die tot de doelgroepen horen, ontvangen een exemplaar zodra deze van de drukker komt. Sinds 2009 wordt de inhoud van de digitale Plusgids twee maal per jaar gekopieerd naar de database van het Wmo loket t.b.v. de interne zoeksystemen en van het Digitale Wmo-loket. Begin 2011 is de website geheel vernieuwd in samenwerking met GG&GD programma Mantelzorg, die de Plusgids als belangrijke sociale kaart voor mantelzorgers ziet. De Ouderenadviescommissie heeft een inhoudelijke wens de Plusgids uit te breiden met (meer buurtgerichte) activiteiten gericht op de kwetsbare doelgroepen ouderen, zieken en gehandicapten. Dit is voorlopig binnen het concept van de Plusgids niet haalbaar gebleken. Contact is hierover geweest met www.jekuntmeer.nl. Afgesproken is om inhoudelijke wijzigingen in de opzet van de Plusgids Utrecht door te voeren in de Informatievoorzieningsfunctie van het IenC werk. Vermoedelijk zal de digitale Plusgids Utrecht onderdeel gaan uitmaken van een veel grotere digitale sociale kaart/zorgloket. Welke informatie dan precies in de gedrukte versie van de Plusgids Utrecht thuishoort zal met meerdere belangenvertegenwoordigers besproken worden. Afrekenafspraken
Niet gemaakte uren worden niet afgerekend.
Bijzonderheden
N.v.t.
Cliënttevredenheid
Er is geen bon meer opgenomen in de Plusgids 2013. Eerdere jaren reageerde slechts een enkeling via de bon, met een positieve opmerking of een kleine wijziging over openingstijden of prijzen. Men kan telefonisch of via de website reageren, dat gebeurt sporadisch. Telefonisch zijn wel reacties op de gids binnengekomen, soms door vermelde organisaties dat ze een foutje ontdekt hadden, vaker door personen die op distributie locaties werken om meer gidsen te bestellen en aan te geven dat de gids weer gretig aftrek heeft. Van de Plusgids 2012 zijn van de 12.500, slechts een kleine 11.000 exemplaren verspreid over de stad. Om die reden, plus het feit dat we in de zomer van 2013 een tweede uitgave moeten drukken vanwege alle wijzigingen, worden begin 2013 slechts 8.000 exemplaren gedrukt en verspreid. Begin 2011 is de vernieuwde website van de Plusgids (www.plusgidsutrecht.nl) gelanceerd wat een enorme groei in het aantal bezoekers in 2011 heeft opgeleverd. In eerdere jaren kwamen ongeveer 1.000 – 1.500 bezoekers op de site terecht. In 2011 waren dat er ruim 9.200, waarvan 86% nieuwe bezoekers. in 2012 hebben 15.824 bezoekers de plusgidsutrecht.nl
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 72 van 307
voor hulp op maat
geraadpleegd. Hiervan waren 83,8% nieuwe bezoeker in dat jaar en 16% bezocht de site meerdere malen. Opnieuw een flinke groei in het aantal bezoekers ten opzichte van het jaar ervoor. Hieruit valt te concluderen dat de opzet om de digitale versie van de Plusgids gebruiksvriendelijker te maken gelukt is. De gids wordt nu ook digitaal veelvuldig geraadpleegd. Ook professionals (Ouderenadviseurs, -consulenten en medewerkers van de Wmo-loketten bijvoorbeeld) zijn in de regel zeer positief over de Plusgids, die zij zelf in hun tas of op het bureau hebben en gebruiken. Andere gemeenten in Nederland (w.o. Amsterdam en kleinere gemeenten) namen het afgelopen jaar contact op om na te vragen hoe wij deze Plusgids in Utrecht maken. De meeste reacties van de gebruikers krijgen we vooral bij de persoonlijke overhandiging. De gids wordt erg prettig en overzichtelijk genoemd. Verslag van actuele ontwikkelingen
Het aantal gidsen voor 2013 is in januari 8.000 stuks, een tweede uitgave verwachten we in de zomer met nieuwe actuele informatie op het gebied van welzijn. De Plusgids is net als vorig jaar op zeer veel plekken in de stad gebracht, zodat de verspreiding onder de doelgroepen nog eenvoudiger zal zijn. Doel hiervan was de oudere, gehandicapte, zieke of de mantelzorger het nog gemakkelijker maken om de gids tegen te komen en mee te nemen.
Knelpunten
In 2012 verliep de aanlevering van informatie door de welzijnsorganisaties in Utrecht minder soepel, omdat deze veel onzekerheid kenden over de voortzetting van hun dienstverlening in 2013. Hoe de subsidieaanvraag ook zou verlopen, alle informatie die zij over Algemeen Maatschappelijk Werk, Sociaal Raadlieden en Ouderenadviseurs te bieden hebben, gaat per 1 augustus 2013 veranderen. Uiteindelijk is met een flinke vertraging alle informatie ontvangen en verwerkt. Dit betekende ook enige weken vertraging met oplevering van de gidsen, normaal eind december, nu half februari 2013. Om diezelfde reden zijn de normaal benodigde uren om de gids te actualiseren, het redactiewerk te verrichten en het drukproces voor te bereiden vooruit geschoven en niet alle uren zijn dus in 2012 gerealiseerd. Van de 547 uur is 45 uur in januari 2013 ingezet voor de afronding.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 73 van 307
voor hulp op maat
Financiële informatie Plusgids Utrecht 2013 Jaar 2012 Projectnaam: Projectnummer: Verleningsbeschikking:
Plusgids Utrecht 2013 11020 2012-456-687
Verleende subsidie 2012 Uren Projectkosten Verschillen
547 € 71,89
€ 39.323,83 € 17.000,00 € 31,93-
Totaal verleende subsidie 2012 € 56.291,90 Realisatie 2012 Uren Projectkosten
502,25 € 71,89
€ 36.106,75 € 10.496,85 Totaal realisatie 2012 € 46.603,60
Te verrekenen projectkosten
€
6.503,15
Volgens afspraak met R. Janssen nog te realiseren in 2013: Uren 44,75 € 71,89
€
3.217,08
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 74 van 307
voor hulp op maat
Jaarverslag BoodschappenPlusBus 2012 Naam
BoodschappenPlusBus
Wmo
De BoodschappenPlusBus biedt ondersteuning aan kwetsbare ouderen, zieken en burgers algemeen door middel van inzet vrijwilligers en sluit hiermee aan bij het prestatieveld 1 leefbaarheid en sociale samenhang/bestrijden sociaal isolement/stimuleren civil society en prestatieveld 4 ondersteuning mantelzorg en vrijwillige inzet.
Doelstelling
Doel van de BoodschappenPlusBus is het voorkomen van sociaal isolement bij ouderen, chronisch zieken, gehandicapten, mensen met psychosociale problemen en andere kwetsbaren. Het gaat hier om sociale activering en sociale isolementsbestrijding d.m.v. organisatie/begeleiding van: boodschappen doen, uitstapjes en activiteiten van maatschappelijk belang. De bus geldt daarbij als noodzakelijke faciliteit zijnde sociaal vervoer. Daarnaast biedt het project in het kader van de civil society een kader voor burgers (in dit geval burgers die vrijwillige inzet leveren), die iets willen betekenen voor de kwetsbaren in de samenleving. In het afgelopen jaar zijn de bussen beschikbaar gesteld aan diverse dagopvangen, verzorgings- en verpleeghuizen en aan groepen allochtone ouderen. Groepen kwetsbaren, die op deze manier de mogelijkheid krijgen om contact te leggen en de deur uit te komen. Daarnaast worden er -via de vriendenloterijkortingsbonnen uitgereikt, zodat de duurdere uitjes ook toegankelijker zijn voor de deelnemers met een smalle beurs. In het programma augustus/ september was er als test aangepaste kostprijzen voor U-Pas houders. De resultaten hiervan zijn nog niet te interpreteren. Zowel aantallen als de invloed op de financiering is nog niet in te schatten. In 2013 gaan wij door met het aanbieden van ritten voor U-pashouder tegen een gereduceerd tarief. Deelnemers worden per ritaanmelding gevraagd aan te geven of zij in het bezit zijn van een U-pas. Wij vragen dan naar het U-pasnummer en bieden een korting op de ritkostprijs van 20%. Boodschappenritten zijn hiervan uitgesloten omdat de boodschappen ritprijs van € 3,50 al lager ligt dan het tarief dat deelnemers kwijt zouden zijn aan Valys of de regiotaxi.
Wijze van bekostiging
In de periode 1 mei 2009 - 1 mei 2010 is dit project voor het eerst gefinancierd uit de middelen van de „open uitnodiging‟ en (tijdelijk in de opstartfase) door het Nationaal Ouderenfonds. Het project is in het kader van de compensatie AWBZ maatregel verlengd tot eind 2012. Voor 2013 is er opnieuw financiering aangevraagd.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 75 van 307
voor hulp op maat
Subsidiecriteria
Stichting Stade heeft haar organisatie gecertificeerd, waarbij jaarlijks een beoordeling plaats vindt door een extern bureau. Het verslag van deze externe beoordeling is voor subsidieverleners beschikbaar. Dit betekent dat de beleidscyclus, het kwaliteitsbeleid en alle ondersteunende processen voldoen aan de hiervoor ontwikkelde (internationale) normen. Met betrekking tot de uitvoering van de werkzaamheden in uren professionele inzet van medewerkers gelden de navolgende afspraken: Er zal worden gehandeld als goed werkgever zoals dit is omschreven in het Burgerlijk Wetboek. M.b.t. de uitvoering van de uren geldt een inspanningsverplichting om dit zo getrouw en goed mogelijk te doen. Van de urenrealisatie wordt een registratie bijgehouden die door een accountant zal worden gecontroleerd. Het primaire werkproces is omschreven en vastgelegd. Daarnaar zal worden gehandeld. Met betrekking tot het betrekken van cliënten bij de uitvoering van de werkzaamheden wordt het navolgende bepaald: er is op organisatieniveau een cliëntenraad ingesteld die jaarlijks een onderzoek doet naar de cliënttevredenheid en die vergelijkbare bevoegdheden heeft als de ondernemingsraad.
Doelgroep
Met deelnemers van de BoodschappenPlusBus wordt een uitgebreide intakegesprek gehouden. Bij uitleg over het doel van de bus worden ouderen gestimuleerd om mee te gaan met de uitstapjes. Deze benadering levert deelnemers op en de uitvoerige intakes geven inzicht in de leefsituatie van de deelnemers. Door de uitgebreide intakes is er ook meer inzicht op de kwetsbaarheid en eventueel sociaal isolement van de doelgroep. Voor de doelgroep die de BoodschappenPlusBus bereikt, zijn de uitstapjes bedoeld om er even uit te zijn en om in contact te komen met anderen. Voor de deelnemers is de bus een uitkomst. Zij hebben vaak een klein sociaal netwerk, zijn slecht ter been, durven of hebben geen zin meer om alleen op stap te gaan, waardoor zij sociaal geïsoleerd zijn geraakt. De bus maakt het mogelijk om in contact te komen met andere mensen en daarnaast activiteiten te ondernemen, die zingeving, inspiratie of in ieder geval nieuwe gespreksstof opleveren. Om ook de mensen met een kleine beurs te bereiken, hebben we de „U-pas-regel‟ ingesteld. Mensen met een U-pas krijgen kortingen op de ritten buiten de stad. Daarnaast worden er -via de vriendenloterij- kortingsbonnen uitgereikt. Om zoveel mogelijk kwetsbaren te bereiken wordt er in overleg en op verzoek besloten ritten gereden t.b.v. dagopvangen en verzorgings- en verpleeghuizen (zie ook kwantitatieve gegevens). Ook wordt er steeds vaker gereden voor bijvoorbeeld Cumulus. Nieuw dit jaar zijn de ritten die gemaakt worden voor de diverse Alzheimer Cafés. De interesse om gebruik te maken van de bus is nog laag maar groeit per keer dat de ritten aangeboden worden.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 76 van 307
voor hulp op maat
Registratieresultaten
Vanaf maart 2010 is er naast de eerste bus ook een tweede bus. BPB rijdt dus met twee bussen. Peildatum is 31 december 2012. Aantal ingeschreven deelnemers: 808, waaronder 35 echtparen. Het programmaboekje is bovendien verstrekt aan: 28 ingeschreven mantelzorgers. Er zijn 348 exemplaren verstuurd naar diverse welzijnsorganisaties, buurthuizen, verzorgingstehuizen en informatiepunten. Eenmalig zijn er in september 2012 informatiepakketjes (110 stuks) met een programmaboekje verstrekt aan Zuylenstede t.b.v. aanleunwoningen. Open ritten Aantal actieve unieke deelnemers in de projectperiode: 249. Aantal unieke deelnemers sinds de start van de BPB: 547. Aantal actieve unieke deelnemers in 2012 uitgesplitst naar leeftijdscategorieën: Leeftijd 6061-65 66-70 71-75 76-80 81-85 85-90 91-95 Onbekend Totaal
Aantal 13 16 19 32 43 65 49 26 65 328
Aantal verplaatsingen en aantal verplaatsingen regelmatige gebruikers (minimaal 3 keer in 2012). Deze groep regelmatige gebruikers telt 171 leden. Leeftijd 6061-65 66-70 71-75 76-80 81-85 85-90 91-95 Onbekend Totaal
Aantal 46 105 92 214 188 335 395 103 182 1.660
Regelmatig (minimaal drie keer) 42 105 91 222 172 327 406 92 140 1.597
Totaal aantal ritten: circa 332, gemiddelde bezetting 5 deelnemers, 1.660 verplaatsingen.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 77 van 307
voor hulp op maat
Besloten ritten Februari 2012 29 februari Maart 2012 26 maart April 2012 17 april Mei 2012 21 mei 2012 29 mei 2012 Juni 2012 3 juni 2012 18 juni 2012 Juli 2012 12 juli 17 juli 28 juli 19 juli 19 juli 22 juli 23 juli
Moluks Historisch Museum Utrecht
1 bus
Jaarbeurs Utrecht. Jaarbeurs 50+
2 bussen
Stichting Marem (Markt Blaak te Rotterdam)
1 bus
Oma‟s Webwinkel (Achter Sint Pieter) Cumulus Oudwijk (pannenkoeken Rhijnauwen
1 bus
Culturele Zondag (Winkel van Sinkel te Utrecht) Indische Huiskamer (Pannenkoeken Smickel)
2 bussen
Cumulus Welzijn Troelstralaan (Werkhoven) Cumulus Overvecht (Kaasboerderij Udenhout)
1 bus
Lichtkring (Kersen eten) Cumulus Welzijn Troelstralaan (Garderen) Lichtkring (Kersen eten) Marem (Almere festival) Indische Huiskamer (Orchideeënhoeve)
Augustus 2012 7 augustus Cumulus/ Diensten Centrum West (Volendam) 9 augustus Cumulus Welzijn Troelstralaan (Giethoorn) 12 augustus Marem Hindoestaanse tempel September 2012 4 september Symposium Levenlust Noordwest 6 september Mantelzorgers (Verwendag) 12 september Gelegenheid om te stemmen 17 september Reinaerde (Wilnis) 27 september Cosbo (Janskerk Utrecht) 27 september STUT wijktheater (Rimpelingen) Oktober 2012 6 oktober ZIMIHC Theater (Stefanus kerk) 16 oktober Mantelzorg
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
2 bussen
1 bus
2 bussen, gesponsord Vriendenloterij 1 bus 1 bus 1 bus 2 bussen 2 bussen
1 bus 1 bus 1 bus 2 bussen 1 1 3 2 2
bus bus bussen bussen bussen
1 bus 1 bus
Pagina 78 van 307
voor hulp op maat
27 oktober 28 oktober 31 oktober
Culturele Zondag Karel V Uitleenbus Portes Vleuten De Meern Uitleenbus Portes Vleuten De Meern
November 2012 12 november Marem 15 november Marem 25 november Rafael kerk December 2012 11 december Kerstconcert NOF Theater Gooiland Hilversum 17 december Kerstlunch NOF Van der Valk Houten 18 december Kerstconcert Concertgebouw Amsterdam NOF
1 bus 2 bussen 2 bussen
2 bussen 2 bussen 1 bus 2 bussen 9 bussen 2 bussen
55 bussen, gemiddeld 6 personen per rit = 330 verplaatsingen. Vrijwilligers Aantal vrijwilligers: 36 vrijwilligers, waarvan 30 actief in 2012. Rapportage-afspraken
De eindverantwoording wordt voor 1 juni 2013 ingediend.
In welke mate lukt het om de doelen/effecten te bereiken
Ook in 2012 is het aantal deelnemers gegroeid. Zowel bij organisaties als bij deelnemers is merkbaar dat de BoodschappenPlusBus een „begrip‟ aan het worden is. Deelnemers melden zich aan na doorverwijzing van een organisatie of naar aanleiding van positieve verhalen uit de omgeving. Ook zijn er verschillende organisaties benaderd. De bus wordt niet alleen ingezet voor zelfstandig wonenden, maar ook voor ouderen in bijvoorbeeld dagopvang, verzorgings- en verpleeghuizen. Uit het aantal unieke deelnemers van de besloten ritten blijkt het hoge bereik onder kwetsbaren. Doordat er op verschillende projecten van Informele Zorg gewerkt wordt met een uitgebreide intake, worden de sociaal kwetsbaren eerder opgespeurd en toegeleid naar de bus. Om ook de mensen met een kleine beurs te bereiken, krijgen deze met hun U-pas korting op de ritten buiten de stad. Daarnaast wordt er -via de vriendenloterij- kortingsbonnen uitgereikt. Het komt regelmatig voor dat wij bussen reserveren voor een activiteit binnen een bepaalde wijk, zoals bijvoorbeeld voor het toneelstuk Rimpelingen. Uiteindelijk is de bus niet nodig omdat de deelnemers hiervan geen gebruik wensten te maken. De bussen staan dan wel gereserveerd en de termijn is te kort om dan een nieuwe bestemming in te plannen. Het stilstaan van de bussen kost dan onnodig geld. Het blijkt nog steeds dat de BoodschappenPlusBus het meest in trek is voor bestemmingen buiten de wijk. De deelnemers geven keer op keer aan liever wat verder weg te gaan omdat zij dan het gevoel hebben er echt “uit” te zijn.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 79 van 307
voor hulp op maat
Gedurende de zomerperiode is er gebruik gemaakt van een derde bus, ter beschikking gesteld door het Nationaal Ouderen Fonds. Dit omdat de toestroom van deelnemers voor verschillende activiteiten erg groot was. Om geen mensen teleur te stellen was dit een goede oplossing. Gedurende de zomermaanden is de vraag naar het gebruik van de BPB vele malen groter omdat de deelnemers dan extra eenzaamheid ervaren bij afwezigheid van hun naasten vanwege de vakantieperiode. De vraag naar de diensten van de BPB is in de eerste twee maanden van het jaar lager. Het weer in deze periode is de afgelopen jaren te slecht geweest voor onze doelgroep om naar buiten te gaan. Voor het doen van de boodschappen wordt dan vaker een beroep gedaan op derden en op projecten zoals de Algemene Hulpdienst Is de uitvoering volgens planning gegaan
Ja
Afrekenafspraken
De daadwerkelijke vaststelling vindt plaats op basis van inhoudelijke en kwantitatieve beoordeling van de gerealiseerde activiteiten en behaalde resultaten. Indien de gerealiseerde activiteiten achterblijven bij de beschikte activiteiten kan een evenredig deel van de subsidie teruggevorderd worden.
Bijzonderheden en verslag van actuele ontwikkelingen
Welke groepen mensen maken gebruik van het aanbod? Het afgelopen jaar is het aantal deelnemers, mensen die daadwerkelijk gebruik maken van de bussen, behoorlijk gestegen en het aantal deelnemers is nog steeds groeiende. Het animo voor de boodschappen ritten was in eerste instantie niet zo groot, maar dit is de afgelopen maanden veranderd. De diverse uitstapjes zijn nog steeds in trek. Dit is overigens een landelijke trend. Er wordt minimaal één maal per week naar winkelcentra gereden, ongeacht de hoeveelheid deelnemers. Zij zijn dan in de gelegenheid om nog zelfstandig hun boodschappen te doen. Deelnemers zijn vaak minder mobiel. Sommigen kunnen slechts kleine afstanden lopend afleggen, anderen gebruiken krukken, een rollator of zitten in een rolstoel. Er zijn deelnemers die concreet boodschappen willen doen, vergezeld van een kop koffie en een praatje. De meeste deelnemers gaan mee omdat zij het gevoel hebben dat de muren op hen afkomen en „die zeggen toch niets terug‟. Meerdere deelnemers hebben aangegeven dat deelname aan een activiteit van de BoodschappenPlusBus het enige echte contact is dat hij/zij per week heeft. De activiteiten van de BoodschappenPlusBus worden kenbaar gemaakt via een programmaboekje, dat twee maandelijks wordt verzonden naar de deelnemers. In sommige gevallen krijgen de kinderen van de ouderen ook een programmaboekje, zodat zij hun ouders kunnen helpen een keuze te maken voor welk uitstapje zij zich willen opgeven. In 2012 is er wederom een aanbod gedaan aan diverse organisaties, zoals de Indische huiskamer, verzorgingstehuizen
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 80 van 307
voor hulp op maat
de Lichtkring, Transwijk, Bartholomeus Gasthuis en verschillende dagopvangcentra. Ook is de bus ingezet om allochtonen naar diverse activiteiten in de wijken te vervoeren. Voor deze mensen biedt de bus een mogelijkheid om er ook eens uit te zijn. Door de bezuinigingen in de zorg was het bij de huizen niet meer mogelijk om deze mensen ook een aanbod te doen. De BPB zorgt nu wel voor die mogelijkheid. In het aanbod zijn de Alzheimer cafés opgenomen. Er wordt ook gereden voor de respijtweekenden van Steunpunt Mantelzorg. De verschillende wijkwelzijnsorganisaties maken ook gebruik van de bus om bewoners van de wijken aan verschillende activiteiten deel te laten nemen. Regelmatig wordt er samengewerkt met Portes Vleuten De Meern, waar tevens een BoodschappenPlusBus actief is. Het betreft hier het lenen en uitlenen van bussen, het uitwisselen van vrijwilligers en het uitwisselen van programmering.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 81 van 307
voor hulp op maat
Financiële informatie BoodschappenPlusBus 2012 Projectnaam: Projectnummer: Verleningsbeschikking:
BoodschappenPlusBus 2012 11030 2012-456-877
Verleende subsidie 2012 Uren Projectkosten Verschil
833 € 73,66
€ € €
Totaal subsidie 2012 € Realisatie 2012 Uren Projectkosten
Te verrekenen
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
840 € 73,66
61.358,78 35.042,00 0,7896.400,78
€ €
61.874,40 35.232,23
Totaal realisatie 2012 €
97.106,63
€
-
Pagina 82 van 307
voor hulp op maat
Project Verslag Buddyzorg Midden Nederland 2012 Naam
Buddyzorg Midden Nederland
Koppeling met productomschrijving financier
Stichting Stade draagt zorg voor de organisatie van alle activiteiten van Buddyzorg Midden Nederland. Er is geen nadere productomschrijving.
Budget
Gemeente Utrecht: € 126.950,49 Gemeente IJsselstein: maximaal € 5.169,Gemeente Nieuwegein: maximaal € 12.000,Gemeente Zeist: maximaal € 12.016,32 Gemeente Utrechtse Heuvelrug: maximaal € 15.225,00 Gemeente Loenen: op declaratiebasis Gemeente Breukelen: op declaratiebasis
Doelstelling
Buddyzorg Midden Nederland biedt Buddyzorg in de gemeente Utrecht en tevens in enkele gemeenten in de provincie Utrecht. Buddyzorg biedt psychosociale steun en begeleiding aan mensen (cliënten), die lijden aan de belasting van een ernstige, chronische en/of levensbedreigende ziekte of aandoening. Buddyzorg wordt uitgevoerd door vrijwilligers (buddy‟s). Aan alle doelstellingen is gewerkt. De doelen zijn grotendeels gehaald. Dit is vastgesteld door middel van een interne evaluatie mede op basis van de registratiegegevens. De volgende werkwijze is gehanteerd: Cliënten Na aanmelding van een cliënt voert een consulent een intakegesprek bij de cliënt thuis. Indien de zorgvraag van de cliënt past bij de criteria voor toekenning van Buddyzorg zoekt de consulent een geschikte buddy. In een protocol is het verloop van de koppeling tussen cliënt en buddy geregeld. Training en ondersteuning buddy Nadat een aspirant buddy zich heeft aangemeld, volgt een selectiegesprek met een consulent. Na een positief besluit volgt de aspirant buddy een training van zeven dagdelen. Bij geschiktheid volgt na de training een aannamegesprek. Een buddy krijgt regelmatig ondersteuning in groepsgewijze werkbegeleiding. Ook is er individueel contact tussen de buddy en de consulent, bijvoorbeeld bij vragen, problemen en wanneer de cliënt overleden is. Ieder jaar wordt er een aantal inhoudelijke thema-avonden georganiseerd voor buddy‟s.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 83 van 307
voor hulp op maat
Verwijzers Er is in 2012 gewerkt aan het behouden van goede contacten met verwijzers, m.n. thuiszorgorganisaties en ziekenhuizen en verdere uitbreiding en uitbouw van het verwijzers netwerk. Er is o.a. met de MS patiëntenvereniging intensiever contact. Wijze van bekostiging
Subsidie: GG&GD gemeente Utrecht. Overige subsidies: gemeenten Utrechtse Heuvelrug, Zeist, Nieuwegein en IJsselstein. Declaratiebasis: gemeente Breukelen en Loenen.
Productspecificatie (waarin opgenomen de prestatieeenheden)
Buddyzorg Midden Nederland zorgt voor de werving, selectie en opleiding van vrijwilligers. Vervolgens worden de vrijwilligers gekoppeld aan de cliënten. Voor de definitie van het begrip koppeling is het van belang te weten dat een koppeling niet hetzelfde is als een traject. Een traject duurt in principe 1 jaar. Soms (bijvoorbeeld bij overlijden cliënt) is dat korter. Er is verlenging mogelijk met maximaal nog 1 jaar. De zogenaamde koppelingen (tussen buddy en cliënt) worden per boekjaar geteld. Indien een koppeling over de jaargrens van 31 december heen gaat (en dat is dus bij de meeste koppelingen het geval), dan telt die koppeling dus ook in meerdere jaren mee.
Productafspraken
Subsidiecriteria
Gemeente Utrecht:
1.599 uur.
Gemeente Heuvelrug:
Maximaal 6 koppelingen.
Gemeente Zeist:
Maximaal 4 koppelingen.
Gemeente Nieuwegein:
Maximaal 4 koppelingen.
Gemeente IJsselstein:
Maximaal 2 koppelingen.
Stichting Stade heeft haar organisatie gecertificeerd, waarbij jaarlijks een beoordeling plaats vindt door een extern bureau. Het verslag van deze externe beoordeling is voor subsidieverleners beschikbaar. Dit betekent dat de beleidscyclus, het kwaliteitsbeleid en alle ondersteunende processen voldoen aan de hiervoor ontwikkelde (internationale) normen. Met betrekking tot de uitvoering van de werkzaamheden in uren professionele inzet van medewerkers gelden de navolgende afspraken: Er zal worden gehandeld als goed werkgever zoals dit is omschreven in het Burgerlijk Wetboek. M.b.t. de uitvoering van de uren geldt een inspanningsverplichting om dit zo getrouw en goed mogelijk te doen. Van de urenrealisatie wordt een registratie bijgehouden die door een accountant zal worden gecontroleerd. Het primaire werkproces is omschreven en vastgelegd. Daarnaar zal worden gehandeld. Met betrekking tot het betrekken van cliënten bij de uitvoering van
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 84 van 307
voor hulp op maat
de werkzaamheden wordt het navolgende bepaald: er is in 2009 op instellingsniveau een cliëntenraad ingesteld die jaarlijks een onderzoek doet naar de cliënttevredenheid en die vergelijkbare bevoegdheden heeft als de ondernemingsraad. Registratieresultaten
Aantal uren coördinatie/consulentschap gemeente Utrecht: 1.704 uur. NB voor de andere financiers wordt apart tijdgeschreven.
4
2
Spier
3
NAH
1
MS
4
Overig
7
Totaal
30
1
Totaal
10
Breukelen
ONCO
Loenen
2
Nieuwegein
1
IJsselstein
Heuvelrug
5
Provincie
HIV/Aids
Utrecht
Zeist
Kerngegevens cliënten. Totaal aantal cliënten per gemeente in 2012.
2
10
2
19
1
4
1
2 2
6 7
6
4
3
5
48
Aantal cliënten op wachtlijst per 31-12-2012: 6 cliënten wonend in Utrecht. Aantal cliënten met wie het contact werd beëindigd: 27. Totaal aantal buddy‟s: 71, er zijn aanmeldingen voor nieuwe buddy‟s. Aantal vertrokken buddy‟s: 10. Aantal consulenturen: 1.772,8 uur. NB: deze uren zijn uitsluitend gemaakt voor de gemeente Utrecht. Er wordt apart tijdgeschreven/er is aparte financiering voor de gemeenten Utrechtse Heuvelrug, Breukelen, Loenen, Zeist, IJsselstein en Nieuwegein. Aantal bereikte mantelzorgers: 13. Rapportage-afspraken
Eindverantwoording: 1 juni 2013.
Is de betaling afgerond
Nee, nog niet alle termijnen van de GG&GD zijn ontvangen.
Is de uitvoering
Uitvoering heeft gedurende het hele jaar plaatsgevonden.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 85 van 307
voor hulp op maat
volgens planning gegaan Afrekenafspraken
Gemeente Utrecht
1.599 uur. Niet gemaakte uren worden niet betaald.
Gemeente Utrechtse Heuvelrug:
Maximaal 6 koppelingen. Betaling gemaakte koppelingen.
Gemeente Zeist:
Maximaal 4 koppelingen.
Gemeente Nieuwegein:
Maximaal 4 koppelingen. Betaling gemaakte koppelingen.
Gemeente IJsselstein:
Maximaal 2 koppelingen. Betaling gemaakte koppelingen.
Gemeente Breukelen:
Op declaratiebasis.
Gemeente Loenen:
Declaratiebasis. Maximaal 2 koppelingen.
Bijzonderheden
In 2012 is er een licht overschot ontstaan aan inzetbare Buddy‟s. We hopen dit het komende jaar zo optimaal weg te kunnen zetten met cliënten.
Cliënttevredenheid
Na kennismaking/koppeling met een buddy, twee maanden na de koppeling en evaluatie één jaar na de koppeling. De tevredenheid is in vrijwel alle gevallen groot. Van 29 mei t/m 6 juli 2012 heeft het interne cliënttevredenheidsonderzoek plaatsgevonden. Er zijn 38 formulieren verstuurd naar de cliënten van Buddyzorg. Er bleven 13 bruikbare formulieren over uit de 38 uitgezette formulieren. De respons komt uit om 34%. 1 cliënt is in contact gekomen met het project via een folder, 2 cliënten vonden ons via internet, 7 werden verwezen en 3 cliënten kwam bij ons op andere wijze. De onderstaande vragen werden beantwoord met een rapportcijfer. De bereikbaarheid van het project: 7,9. De snelheid waarmee men geholpen werd: 8,0. Houding en gedrag van de medewerker: 8,6. De baat die de cliënt gehad heeft bij de hulp of activiteit: 7,6. Daarnaast is de verdere opvang en nazorg na afronden van het buddytraject een knelpunt. In een aantal gevallen is het gelukt om cliënten voor een vervolgtraject te verwijzen naar andere projecten binnen Stichting Stade (Algemene Hulpdienst en Rechtstreeks) en vrijwilligersorganisaties (bijvoorbeeld Zonnebloem).
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 86 van 307
voor hulp op maat
Verslag van actuele ontwikkelingen
In overleg en samenwerking met het UMC en HIV vereniging Nederland is er met ingang van februari 2011 maandelijks inloopavonden georganiseerd voor mensen die HIV geïnfecteerd zijn. Deze Storm avonden -laagdrempelig lotgenotencontact – lopen nog steeds storm. Deze succesformule wordt in 2013 voorgezet. Omdat ook de vrouwenavond goed bezocht wordt zullen we deze in 2013 uitbreiden met drie maal in het jaar.
Knelpunten
Op dit moment is er een groter aanbod van buddy‟s en iets minder van cliënten. In 2013 gaan wij actiever werven bij verschillende organisaties, die cliënten kunnen door verwijzen.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 87 van 307
voor hulp op maat
Financiële informatie Buddyzorg Midden Nederland 2012 Projectnaam: Buddyzorg gemeente Utrecht Projectnummer: 11014 Verleningsbeschikking: 2012-456-311 Verleende subsidie 2012 Uren Projectkosten Verschil
1599
€ 71,89
€ 114.952,11 € 12.000,00 € 1,62-
Totaal verleende subsidie 2012 € 126.950,49 Realisatie 2012 Uren Projectkosten
1704 € 71,89
€ 122.500,56 € 12.000,00
Totaal realisatie 2012 € 134.500,56 Te verrekenen
Projectnaam: Projectnummer: Kenmerk:
€
-
Buddyzorg IJsselstein 11033 2011/36110
Verleende subsidie 2012 Koppelingen Projectkosten
2 € 2.441,72 2 € 142,77
€ 4.883,46 € 85,54
Totaal verleende subsidie 2012 € 5.169,00 Realisatie 2012* Koppelingen Projectkosten
2 € 2.441,73 2 € 142,77
€ 4.883,46 € 285,54
Totaal realisatie 2012 € 5.169,00 *Er zijn in totaal 3 koppelingen in 2012 gerealiseerd, waarvan 2 declarabel. Te verrekenen
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
€
-
Pagina 88 van 307
voor hulp op maat
Projectnaam: Projectnummer: Kenmerk:
Buddyzorg Nieuwegein 11015 2011/3186
Verleende subsidie 2012 Koppelingen Projectkosten
4 € 2.795,00 4 € 205,00
€ 11.180,00 € 820,00
Totaal verleende subsidie 2012 € 12.000,00 Realisatie 2012* Koppelingen Projectkosten
4 € 2.795,00
€ 11.180,00 € 571,08
Totaal realisatie 2012 € 11.751,08 *Er zijn in totaal 5 koppelingen in 2012 gerealiseerd, waarvan 4 declarabel.
Te verrekenen projectkosten
Projectnaam: Projectnummer: Kenmerk:
€
248,92
Buddyzorg Zeist 11027 11uit10013
Verleende subsidie 2012 Koppelingen Projectkosten
4 € 2.799,08 4 € 205,00
€ 11.196,32 € 820,00
Totaal verleende subsidie 2012 € 12.016,32 Realisatie 2012* Koppelingen Projectkosten
4 € 2.799,08
€ 11.196,32 € 571,08
Totaal realisatie 2012 € 11.767,40 *Er zijn in totaal 6 koppelingen in 2012 gerealiseerd, waarvan 4 declarabel.
Te verrekenen projectkosten
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
€
248,92
Pagina 89 van 307
voor hulp op maat
Projectnaam: Projectnummer: Kenmerk:
Buddyzorg Utrechtse Heuvelrug 11016 H0151/U11.19457
Verleende subsidie 2012 Koppelingen Projectkosten
6 € 2.394,73 6 € 142,77
€ 14.368,38 € 856,62
Totaal verleende subsidie 2012 € 15.225,00 Realisatie 2012 Koppelingen Projectkosten
4 € 2.394,73
€ €
9.578,92 571,08
Totaal realisatie 2012 € 10.150,00 Terug te betalen subsidie
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
€
5.075,00-
Pagina 90 van 307
voor hulp op maat
Project Verslag Coördinatie Steunpunt Mantelzorg Utrecht, Allochtone Mantelzorgconsulent inclusief Dag van de Mantelzorg en Respijtweekenden 2012 Naam
Steunpunt Mantelzorg, Allochtone Mantelzorgconsulent inclusief Dag van de Mantelzorg en Respijtweekenden
Koppeling met productomschrijving financier
Stichting Stade draagt zorg voor de organisatie van alle activiteiten van het Steunpunt Mantelzorg.
Budget
Steunpunt Mantelzorg Utrecht: € 359.479,76 Allochtone Mantelzorgconsulent: € 91.735,17
Doelstelling
Een mantelzorger kan zowel zorgverlener als zorgvrager zijn. Vanuit deze gedachte biedt het Steunpunt Mantelzorg Utrecht ondersteuning in de gemeente Utrecht. Er wordt steun geboden om te voorkomen dat de mantelzorger vereenzaamt dan wel geïsoleerd of overbelast raakt. Bij het uitvoeren van deze missie wordt rekening gehouden met de behoeften van mantelzorgers en het al bestaande aanbod aan mantelzorgondersteuning door andere organisaties. Het Steunpunt Mantelzorg gaat te werk als een netwerkorganisatie. De bekendheid en herkenbaarheid van mantelzorg en de ondersteuningsmogelijkheden zijn punten van voortdurende aandacht. Ook wordt de mantelzorger gestimuleerd om zoveel mogelijk, naast de zorgtaken, maatschappelijk te blijven participeren. Kernactiviteiten Bij het Steunpunt Mantelzorg Utrecht kunnen mantelzorgers, vrijwilligers, professionals en beleidsmakers terecht voor informatie over zaken die te maken hebben met het zorgen voor een ander. Ook kan een mantelzorger hier terecht voor een gesprek met een consulent die psychosociale en/of materiele ondersteuning biedt, dan wel zorgt voor een adequate inschakeling van derden. Verder biedt het Steunpunt ook specifieke dienstverlening in de vorm van het uit handen nemen van regeltaken, eerder ook wel aangeduid met de term mantelzorgmakelaar. Collega-organisaties en professionals kunnen terecht voor deskundigheidsbevordering over mantelzorg (problematiek) en mantelzorgondersteuning. Tenslotte geeft het Steunpunt vorm aan haar functie van belangenbehartiger door beleidsbeïnvloeding van de gemeente en organisaties ter verbetering van de dienstverlening aan mantelzorgers. De allochtone mantelzorgconsulent maakt deel uit van het team consulenten/makelaar van het Steunpunt Mantelzorg Utrecht. In deze hoedanigheid geldt de doelstelling van het Steunpunt ook voor de allochtone mantelzorgconsulent.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 91 van 307
voor hulp op maat
Specifieke doelstelling: Het opzetten van een goed functionerende infrastructuur, waarin mantelzorgers zich gesteund voelen. Het verminderen van de overbelasting van Marokkaanse mantelzorgers in de wijken Kanaleneiland en Overvecht. Realiseren van een groot bereik (25%) van Marokkaanse mantelzorgers in Utrecht (Kanaleneiland en Overvecht). Het (voor de Marokkaanse doelgroep) toegankelijk maken van het Steunpunt Mantelzorg en andere organisaties welke mantelzorgers ondersteunen. Concrete kernactiviteiten: Individuele ondersteuning (materieel en psychosociaal/ emotioneel). Specifieke ondersteuning mantelzorgmakelaar. Themabijeenkomsten. Gespreksgroepen (lotgenotencontact). Voorlichtingsbijeenkomsten/deskundigheidsbevordering voor intermediairen, zie LKC. Dag van de Mantelzorg. Respijtdagen- /weekenden. Website en Informatieblad. Aan alle doelstellingen is in 2012 gewerkt. Wijze van bekostiging
Subsidie GG&GD.
Productspecificatie (waarin opgenomen de prestatieeenheden)
Steunpunt Mantelzorg (inclusief uren mantelzorgmakelaar)
Productafspraken
Er wordt afgerekend op gemaakte consulenturen. De uren van het Steunpunt en de Allochtone mantelzorgconsulent mogen onderling met elkaar verrekend worden.
Subsidiecriteria
Stichting Stade heeft haar organisatie gecertificeerd, waarbij jaarlijks een beoordeling plaats vindt door een extern bureau. Het verslag van deze externe beoordeling is voor subsidieverleners beschikbaar. Dit betekent dat de beleidscyclus, het kwaliteitsbeleid en alle ondersteunende processen voldoen aan de hiervoor ontwikkelde (internationale) normen. Met betrekking tot de uitvoering van de werkzaamheden in uren professionele inzet van medewerkers gelden de navolgende afspraken: Er zal worden gehandeld als goed werkgever zoals dit is omschreven in het Burgerlijk Wetboek. M.b.t. de uitvoering van de uren geldt een inspanningsverplichting om dit zo getrouw en goed mogelijk te doen. Van de urenrealisatie wordt een registratie bijgehouden die door een accountant zal worden gecontroleerd. Het primaire werkproces is omschreven en vastgelegd. Daarnaar
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 92 van 307
voor hulp op maat
zal worden gehandeld. Met betrekking tot het betrekken van cliënten bij de uitvoering van de werkzaamheden wordt het navolgende bepaald: er is in 2009 op instellingsniveau een cliëntenraad ingesteld die jaarlijks een onderzoek doet naar de cliënttevredenheid en die vergelijkbare bevoegdheden heeft als de ondernemingsraad. Allochtone mantelzorgconsulent 2012 Aantal uren 1.276 uur coördinatieconsulentschap: Aantal individueel bereikte mantelzorgers:
25 personen. Waarvan 24 eenmalige telefonische hulpverleningen.
Waarvan aantal mantelzorgers intensief traject:
13
Gemiddelde tijdsduur contacten met en over cliënten door de consulenten/mantelzorgmakelaar:
Gemiddeld 1 uur en 1 minuut per contact.
Totaal aantal ingeschreven mantelzorgers op 31-12-2012:
531 408 vrouwen, 120 mannen en van 3 personen is het geslacht niet geregistreerd.
Steunpunt Mantelzorg 2012 Aantal uren coördinatieconsulentschap:
Registratieresultaten
4.375 uur
Aantal individueel bereikte mantelzorgers:
340 personen. Waarvan 115 eenmalige telefonische hulpverleningen.
Waarvan aantal mantelzorgers intensief traject:
71
Gemiddelde tijdsduur contacten met en over cliënten door de consulenten/mantelzorgmakelaar:
Gemiddeld 1 uur en 1 minuut per contact.
Leeftijdsopbouw mantelzorgers 0 < 16 jaar: 16 t/m 24 jaar: 25 t/m 44 jaar: 45 t/m 64 jaar: 65 t/m 74 jaar: 75 t/m 84 jaar: > 84 jaar: Totaal Totaal generaal: 531
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Man 12 32 31 37 8 120
Vrouw 1 3 87 185 75 51 6 408
Onbekend 1 2 3
Pagina 93 van 307
voor hulp op maat
Ziektebeelden van de verzorgden ADHD: ALS (Amytrofische Laterale Sclerose): Alzheimer/(vasculaire) Dementie: Angststoornis: Autistische stoornis: Chronisch ziekten: CVA/Beroerte: CVS (Chronisch vermoeidheid syndroom): Depressie: Diabetes: Doofblind: Duchenne (ziekte van): Epilepsie: Fybromyalgie: Gewrichtsaandoening (Reuma): Hart en vaatziekten: Kanker: Lichamelijke beperking: Longziekten (COPD – Astma): Meervoudige beperking: Motorische handicap: MS (Multiple Sclerosis): Neurologische en spierziekten Nierziekten: Niet aangeboren hersenletsel: Ouderdom kwetsbaar: Overig: Parkinson (ziekte van): Psychiatrische ziekten: Schildklier ziekte: Schizofrenie: Verlamming: Verslaving: Verstandelijke beperking: Zintuiglijke handicap: Totaal
1,9 % 0,1 % 14,0 % 0,1 % 0,5 % 2,5 % 6,3 % 0,1 % 0,6 % 3,7 % 0,9 % 0,2 % 0,1 % 0,2 % 2,0 % 5,2 % 4,1 % 5,5 % 0,9 % 2,2 % 0,2 % 1,6 % 1,9 % 0,2 % 4,4 % 9,2 % 7,9 % 3,4 % 7,5 % 0,1 % 0,6 % 0,1 % 0,1 % 4,0 % 0,2 % 100 %
Culturele achtergrond van de mantelzorger Armenië: 2 Aruba: 1 Bosnië Herzegovina: 2 Canada: 1 China: 1 Duitsland: 4 Filippijnen: 1 Frankrijk: 1 Griekenland: 2 Groot Brittannië: 1 Indonesië: 4 Irak: 3 Iran: 1 Italië: 1 Joegoslavië: 1 Libanon: 1
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 94 van 307
voor hulp op maat
Marokko: Nederland: Somalië: Suriname: Tsjechië: Turkije: Vietnam: Totaal:
98 365 1 20 1 18 1 531
Gespreksgroepen/voorlichting/themabijeenkomsten Soort bijeenkomst: Aantal deelnemers: Voorlichting aan mantelzorgers 11 bijeenkomsten:
257
1 themabijeenkomst:
34
Alzheimercafé Vleuten 7 bijeenkomsten:
154
2 Lotgenotengroepen (Schizofrenie NAH):
17
Gespreksgroepen/voorlichting/themabijeenkomsten specifiek door de Allochtone mantelzorgconsulent Soort bijeenkomst: Aantal deelnemers: 6 bijeenkomsten “Weten over vergeten” i.s.m. Alzheimer Nederland.
124
Lotgenotengroep Dementie i.s.m. de Bezoekdienst van Stichting Stade.
14
7 ontmoetingsbijeenkomsten voor Marokkaanse mantelzorgers uit Kanaleneiland en Overvecht.
145
Bijeenkomst in het kader van de week van de Jonge Mantelzorger i.s.m. Stichting JoU.
23
Scholing aan vrijwilligers van Handjehelpen
12
Voorlichtingen, themabijeenkomsten en groepen zijn zoveel mogelijk met andere aanbieders samen georganiseerd.
MantelMaggezien Dit tijdschrift is in 2012 twee keer uitgekomen en gratis verspreid onder de ingeschreven mantelzorgers en overige contacten (intermediairen) van het Steunpunt. Dag van de Mantelzorg De dag van de mantelzorg stond in 2012 in het teken van thema “nu even niet”. Op vrijdag 9 november zijn er een kleine 200 gasten
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 95 van 307
voor hulp op maat
geweest in het Vechthuis om te genieten van een maaltijd met korte theater intermezzo‟s. De bezoekers waren voornamelijk mantelzorgers, maar vanwege eerdere evaluaties hebben we dit jaar de gelegenheid geboden om de mantelzorgers iemand mee te laten nemen. Gezien de grote opkomst en de positieve evaluaties kunnen we spreken van een succes. Alle doelen die we met het organiseren van deze dag in Utrecht willen bereiken zijn weer een stukje dichterbij gekomen. Respijt In oktober heeft er een respijtweekend plaatsgevonden voor mantelzorgers van psychiatrische patiënten. Het weekend is in nauwe samenwerking met het steunpunt GGZ georganiseerd. Er hebben 19 deelnemers gebruik gemaakt van de kans om deel te nemen (waarvan 9 van Turkse, 6 van Marokkaanse en 4 van Nederlandse afkomst). Het weekend stond in het teken van leren van elkaars ervaringen en natuurlijk ontspanning/genieten. Zoals altijd is het weekend zeer goed gewaardeerd. In december hebben we twee respijtdagen georganiseerd met als thema “Hoe hou ik alle ballen in de lucht”. Hiervoor hebben we gebruik gemaakt van de faciliteiten van Kasteel Haarzuilens. Totaal hebben aan deze dagen 51 mantelzorgers deelgenomen. Ook hier hebben de deelnemers laten weten er veel aan te hebben gehad en ook erg te hebben genoten. Samenwerkingspartners Handjehelpen. SHG (Steunpunt Huiselijk Geweld), Consultatienetwerk Ouderenmishandeling. Wmo-loket Vleuten De Meern. Wijknetwerkbijeenkomsten Zuid West, West, Noord West, Overvecht en Vleuten De Meern. Al Amal: samenwerking bij het bereiken en helpen van Marokkaanse mantelzorgers. Wmo cliëntenraad. Altrecht: samenwerking bij het Alzheimercafé. Indigo: samenwerking bij het Alzheimercafé en in wijkbijeenkomst Noord West. Zuwe: samenwerking bij het Alzheimercafé. Wijkwelzijnsorganisaties Cumulus, Doenja, Portes, Zuwe. Samenwerking met ouderenadviseurs en maatschappelijk werk. AxionContinu: samenwerking met dementieconsulent, maatschappelijk werk en met het project “Kleur bekend”. Careijn: samenwerking met de dagverzorging in Rosendael. MEE Utrecht, Gooi & Vecht: samenwerking bij cliëntsituaties en onderlinge consultatie. Stichting Boogh: samenwerking bij themabijeenkomst. Longfonds: samenwerking bij de start van een longpunt en bij voorlichting aldaar. Ypsilon: samenwerking bij de werving van deelnemers en de uitvoering van een lotgenotengroep. De Hoogstraat: samenwerking bij de voorlichting van patiënten en hun mantelzorgers. Steunpunt GGZ: regulier overleg en samenwerking bij de organisatie en uitvoering van het respijtweekend.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 96 van 307
voor hulp op maat
Mezzo – Landelijke Vereniging voor Mantelzorgers en Vrijwilligerszorg: informatie uitwisseling, advies en hulp. Netwerk Palliatieve zorg Utrecht stad: deelname aan netwerkoverleg. Stichting Present: samenwerking bij individuele cliëntsituaties. Sensoor: samenwerking bij onderlinge kennisdeling en voorlichting. V-team: deelnemen en mede vorm geven aan voorlichtingsactiviteiten.
Rapportageafspraken
Eindrapportage voor 1 juni 2013.
Is de betaling afgerond
Nee, de laatste termijn van 5% wordt voldaan na subsidievaststelling.
Is de uitvoering volgens planning gegaan
Uitvoering heeft gedurende het hele jaar plaatsgevonden.
Afrekenafspraken
Niet gemaakte uren worden niet afgerekend.
Bijzonderheden
N.v.t.
Cliënttevredenheid
De respons in 2012 van de cliënten van het Steunpunt Mantelzorg Utrecht op de toegestuurde enquête is extreem laag. Onduidelijk is wat hiervan de oorzaak is. De onderzoeksopzet, de begeleidende brief en het tijdstip van het onderzoek zijn vergelijkbaar met 2011. Een deel van de cliënten zegt de post met de vragen niet te hebben ontvangen. Dit verklaart een deel van de lage respons. Echter een substantieel deel van de cliënten heeft de vragenlijst wel ontvangen. In 2013 zal er gekozen worden van een meer directe manier van benaderen van cliënten die bijvoorbeeld bij bijeenkomsten aanwezig zijn of die tijdens een huis/kantoorbezoek gezien worden.
Verslag van actuele ontwikkelingen
In 2012 heeft het Steunpunt de gestelde doelen wat betreft het bereik van individuele cliënten ruimschoots gehaald. De wachtlijst is op 31–12–2012 helaas toegenomen in vergelijking met eind 2011. Er stonden 7 cliënten op de wachtlijst. Ook in 2012 is er gewerkt aan de verdere verhoging van de kwaliteit van de werkzaamheden. Het steunpunt heeft zich o.a. gericht op het werken met de methodiek “Familiezorg”. In 2012 is de allochtone mantelzorgconsulent gestart met de opleiding tot casemanager dementie. Een substantieel deel van de cliënten die door haar geholpen zijn hebben te maken met dementie in hun directe omgeving. De methodiek behelst het helpen van het
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 97 van 307
voor hulp op maat
hele systeem, waaronder dus ook de patiënt. In 2013 hoopt de consulent haar certificaat te behalen. De opgedane kennis kan binnen het Steunpunt zeer goed gebruikt worden. Van alle ziektebeelden waarvoor de mantelzorgers in Utrecht zorgen, is de groep van dementerenden het grootst. Knelpunten
Het meten van de resultaten van de inspanningen heeft eind 2012 extra aandacht gekregen. Er zijn afspraken gemaakt over het consequent vastleggen van evaluatie gegevens van alle activiteiten. In 2013 moet dit opleveren dat er gerichter gerapporteerd kan worden over de behaalde resultaten. Het aandeel van de allochtone hulpvragers is nog steeds groeiende. Dit geldt voor meerdere culturele achtergronden. De Marokkaanse groep is daarbinnen de grootste groep. Hoewel het bereik onder deze doelgroep gestegen is, blijft het van belang om extra aandacht te geven aan deze groep mantelzorgers. Zodra de aandacht/inspanningen verslappen zal dit gelijk gevolgen hebben voor het bereik van de doelgroep. Dit is terug te zien in het aantal bereikte mantelzorgers in 2012. Door de iets verminderde inspanningen binnen de Marokkaanse doelgroep t.g.v. het volgen van de opleiding tot casemanager dementie zien we de cijfers teruglopen.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 98 van 307
voor hulp op maat
Financiële informatie Steunpunt Mantelzorg Utrecht 2012 Projectnaam:
Projectnummer: Verleningsbeschikking:
Coördinatie Steunpunt Mantelzorg en Allochtone mantelzorgconsulent inclusief Dag van de Mantelzorg en Respijtweekenden 11021 en 11022 2012-456-311
Verleende subsidie 2012 Steunpunt Mantelzorg Uren 4375 € 71,89 Projectkosten Verschil
€ 314.518,75 € 45.000,00 € 38,99€ 359.479,76
Allochtone Mantelzorgconsulent Uren 1276 € 71,89 Verschil 5651
€ €
91.731,64 3,53 €
Verleende subsidie 2012
Realisatie 2012 Steunpunt Mantelzorg Uren Projectkosten
4419,75 € 71,89
91.735,17
€ 451.214,93
€ 317.735,83 € 47.338,72 € 365.074,55
Allochtone Mantelzorgconsulent Uren 1276 € 71,89 5695,75 Gerealiseerde subsidie 2012
Te verrekenen
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
€
91.731,64 €
91.731,64
€ 456.806,19
€
Pagina 99 van 307
-
voor hulp op maat
Project Verslag Steunpunt Mantelzorg: Lokaal Kenniscentrum 2010-2012 2012 Naam
Steunpunt Mantelzorg: Lokaal Kenniscentrum
Koppeling met productomschrijving financier
Stichting Stade draagt zorg voor de organisatie van alle activiteiten van het Steunpunt Mantelzorg.
Budget
€ 113.507,05 + € 15.959,58
Doelstelling
In overleg met de GG&GD is besloten dat SMU structureel verder gaat werken aan het verbeteren van haar functie als Kenniscentrum. Ten behoeve van de periode medio 2009 - medio 2010 was hiervoor al extra geld beschikbaar. Ook voor de volgende periode 1 september 2010 - 31 december 2012 is er een extra financiële impuls. De intentie is om via een groeimodel, fasegewijs ingevoerd, te komen tot een expliciete invulling van een Lokaal Kenniscentrum. Daarbij denken wij aan de volgende te behalen eindresultaten: De deskundigheid van aanbieders is vergroot. Zij zijn toegerust om professionele mantelzorgondersteuning te bieden. Er is een inzichtelijk(er) aanbod voor cliënten. Het aanbod heeft een duidelijke kwaliteitsverbetering ondergaan. Er is voldoende materiaal ontwikkeld.
Wijze van bekostiging
GG&GD, subsidie.
Productspecificatie (waarin opgenomen de prestatieeenheden)
N.v.t.
Productafspraken
Er wordt afgerekend op gemaakte consulenturen.
Subsidiecriteria
Stichting Stade heeft haar organisatie gecertificeerd, waarbij jaarlijks een beoordeling plaats vindt door een extern bureau. Het verslag van deze externe beoordeling is voor subsidieverleners beschikbaar. Dit betekent dat de beleidscyclus, het kwaliteitsbeleid en alle ondersteunende processen voldoen aan de hiervoor ontwikkelde (internationale) normen. Met betrekking tot de uitvoering van de werkzaamheden in uren professionele inzet van medewerkers gelden de navolgende afspraken:
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 100 van 307
voor hulp op maat
Er zal worden gehandeld als goed werkgever zoals dit is omschreven in het Burgerlijk Wetboek. M.b.t. de uitvoering van de uren geldt een inspanningsverplichting om dit zo getrouw en goed mogelijk te doen. Van de urenrealisatie wordt een registratie bijgehouden die door een accountant zal worden gecontroleerd. Het primaire werkproces is omschreven en vastgelegd. Daarnaar zal worden gehandeld. Met betrekking tot het betrekken van cliënten bij de uitvoering van de werkzaamheden wordt het navolgende bepaald: er is in 2009 op instellingsniveau een cliëntenraad ingesteld die jaarlijks een onderzoek doet naar de cliënttevredenheid en die vergelijkbare bevoegdheden heeft als de ondernemingsraad. Registratieresultaten
De registratieresultaten worden een aantal malen per jaar besproken met de GG&GD. Adviesgesprekken met Aveant, Vecht en IJssel. 7 scholingen aan de Hogeschool Utrecht. Verschillende gezondheidszorg opleidingen (totaal 150 deelnemers). Voorbereiding scholingen voor Vecht en IJssel en Aveant (uitvoering 2012). Workshop in het kader van “de gezonde wijk” Overvecht samen met Cumulus (20 deelnemers). Scholing in het SMT Vleuten De Meern (12 deelnemers). Voorlichting aan Taalcoaches (13 deelnemers). Scholing familiezorg gevolgd. Voorbereiden en uitvoeren terugkomdag voor de training “Familiezorg” voor professionals. Scholing verpleegkundigen van de afdeling Neurochirurgie /Oncologie (9 deelnemers). Netwerk gesprekken met WWO‟s, steunpunt GGZ. Contact met de teamleider van de Wmo “loketmedewerkers”. Deelname aan COP sociaal isolement. Deelname aan LESI project mantelzorgondersteuning in Leidsche Rijn. Start met de uitvoering van het project POM. Vernieuwen van de website.
Rapportageafspraken
De eindrapportage dient op 1 juni 2013 binnen te zijn.
Is de betaling afgerond
Nee, de bevoorschotting loopt door in 2013.
Is de uitvoering volgens planning gegaan
Aan de registratieresultaten is af te lezen dat de inspanningen die in 2011 en 2012 zijn verricht hun vruchten beginnen af te werpen. Het vinden van ingang bij de verschillende beroepsgroepen blijft een proces. Een goede ontwikkeling is de samenwerking met de zorginstellingen in Utrecht. Bij Aveant en Vecht en IJssel heeft dit geleid tot concrete activiteiten. Bij AxionContinu ligt dit in het verschiet.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 101 van 307
voor hulp op maat
Er zijn inmiddels een aantal structurele contacten met hulpverleners en organisaties die zullen bijdragen aan het verder uitdragen van de kennis en vaardigheden van het LKC. Afrekenafspraken
Na afloop van het subsidiejaar zal worden vastgesteld of de uren zijn gerealiseerd. Het aantal niet gerealiseerde uren x het overeengekomen tarief worden terugbetaald. Als Stichting Stade er in slaagt de afgesproken productie te realiseren met minder kosten, dan zal het overschot worden toegevoegd aan het vermogen.
Bijzonderheden
N.v.t.
Cliënttevredenheid
N.v.t.
Verslag van actuele ontwikkelingen
Behalve de reeds weergeven uitvoering van de geplande werkzaamheden (zie de tekst eerder in deze rapportage) is er ook in oktober 2011 een rapportage geweest waarin de actuele ontwikkelingen zijn weergegeven.
Knelpunten
Het LKC heeft zich ingespannen om te bevorderen dat andere (zorg- en welzijns)organisaties in Utrecht een substantieel aandeel in het ondersteunen van mantelzorgers leveren. Verslaglegging separaat. Voor 2013 blijft dit een belangrijk aandachtspunt. Het LKC zou gebaat zijn met medewerkers die ervaren zijn in het werken als adviseur. Deze deskundigheid ontbreekt momenteel in het team. Wel hebben in 2012 twee medewerkers een driedaagse cursus “Communicatie voor Adviseurs” gevolgd bij ICM (Opleidingen & Trainingen). Ook blijkt dat het aantal beschikbare uren (16 uur per week) inmiddels te weinig is om in voldoende mate te kunnen werken aan de gestelde doelen.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 102 van 307
voor hulp op maat
Financiële informatie Steunpunt Mantelzorg: Lokaal Kenniscentrum 2010 – 2012 (tot 1 september 2012) 2012
Projectnaam: Projectnummer: Verleningsbeschikking:
SMU: Lokaal kenniscentrum 2010-2012 tot 1 september 2012 10930 10.089.914
Verleende subsidie 2010-2012 Uren 2010 Verschil
222,2 € 71,14
€ 5.807,31 € 1,69 € 15.809,00
Uren 2011 Verschil
667 € 72,39
€ 48.284,13 € 24,13-
Uren 2012 Verschil
444 € 73,66
€ 32.705,04 € 32,96
€ 48.260,00
€ 32.738,00 € 16.700,05
Projectkosten
Totaal verleende subsidie € 113.507,05 Realisatie 2010-2012 Uren 2010 Uren 2011 Uren 2012 Projectkosten
222,2 € 71,14 667 € 72,39 444 € 73,66
€ € € €
15.807,31 48.284,13 32.705,04 17.948,46
Totaal realisatie 2010-2012 € 114.744,94 Te verrekenen
€
-
Financiële informatie Steunpunt Mantelzorg: Lokaal Kenniscentrum 2012 – vanaf 1 september 2012 2012 Projectnaam: Projectnummer: Verleningsbeschikking:
SMU: Lokaal kenniscentrum 2012 – vanaf 1 september 2012 10930 2012-456-311
Verleende subsidie 2012 Uren
222 € 71,89
€ 15.959,58
Totaal verleende subsidie 2012 Realisatie 2012 Uren
222 € 71,89
€ 15.959,58
€ 15.959,58 Totaal realisatie 2012 € 15.959,58
Te verrekenen
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
€
-
Pagina 103 van 307
voor hulp op maat
Project Verslag Taalcoaches Utrecht 2012 Naam
Taalcoaches Utrecht
Koppeling met productomschrijving financier
De gemeente Utrecht/BIGU stelt subsidie beschikbaar voor het project Taalcoaches. Bij dit project worden inburgeraars die bij de gemeente Utrecht in begeleiding zijn, gekoppeld aan een Nederlands sprekende vrijwilliger: een taalcoach. Deze taalcoach ondersteunt de inburgeraar bij het leren en het in de praktijk brengen van de Nederlandse Taal. De inburgeraar en de taalcoach vormen samen het taalkoppel.
Budget
€ 37.500,-
Doelstelling
Het leveren van een bijdrage aan de inburgering van de diverse groepen inburgeraars. De gemeente Utrecht stelt subsidie beschikbaar voor het project Taalcoaches. Bij dit project worden inburgeraars gekoppeld aan een Nederlands sprekende vrijwilliger: een Taalcoach. De Taalcoach ondersteunt de inburgeraar bij het leren en het in de praktijk brengen van de Nederlandse Taal. De inburgeraar en de Taalcoach vormen samen het taalkoppel. Zij ontmoeten elkaar elke week in de stad of bij elkaar thuis en gaan iets ondernemen. Bijvoorbeeld de stad in of naar een museum, sporten of iets anders wat beiden leuk vinden om te doen. De Taalcoach helpt de inburgeraar zijn weg te vinden in de Nederlandse samenleving door gedurende globaal een half jaar diverse activiteiten te ondernemen en Nederlands te spreken. Concrete doelen: Voor de cursist: het oefenen met de Nederlandse taal. Voor de cursist: het verkrijgen van inzicht in de Nederlandse samenleving en het oefenen van handelingen die deelname aan de Nederlandse samenleving vergemakkelijken (denk b.v. aan een kaartje kopen, een bestelling doen, uitzoeken hoe laat de bus gaat etc.). Voor de Taalcoach: door deelname aan het project extra zingeving, zelfontplooiing en zelfverwezenlijking. Voor de Taalcoach: inzicht in het leven, de kansen en de problemen van inburgeraars. Voor beiden: kennis maken met een andere cultuur en deze door andermans ogen beschouwen. Voor beiden: gezelligheid en een vriendschappelijk en gelijkwaardig contact.
Wijze van bekostiging
Eenmalige projectsubsidie.
Productspecificatie
50 taalkoppels realiseren waarbij een Nederlandse vrijwilliger
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 104 van 307
voor hulp op maat
(waarin opgenomen de prestatieeenheden) Productafspraken
gekoppeld wordt aan de inburgeraar die in begeleiding is bij de gemeente Utrecht.
Subsidiecriteria
Het onderhouden van relevante contacten met intermediairen en organisaties die een rol spelen in de toeleiding van de inburgeraars. Werving en selectie van taalcoaches. Training en scholing van de taalcoaches. Zorgen voor matches t.b.v. de totstandkoming van de zogenaamde koppels. Het begeleiden van de koppels. Het begeleiden van de vrijwilligers door groepsgerichte intervisie en door individuele ondersteuning daar waar nodig. Het uitvoeren van het vrijwilligersbeleid van Stichting Stade (lief- en leedbeleid, onkostenbeleid, reiskostenbeleid). Cursisten moeten een inburgerings-, instapcursus of re-integratietraject volgen. Cursisten mogen bij aanmelding nog geen inburgerings- of staatsexamen gehaald hebben. Het taalkoppel moet minstens 12 keer bijeen komen. Dat kan in 6 maanden, maar bijvoorbeeld ook in 3 maanden.
Registratieresultaten
Aantal vrijwilligers: 50. Aantal koppels: 50. Aantal afgesloten koppels: 7. Nog lopende koppels: 43.
Rapportageafspraken
In de tussentijdse rapportage aangeven wat het aantal gerealiseerde taalkoppels is met een bewijs van de koppeling (bijvoorbeeld een overeenkomst tussen inburgeraar en de vrijwilliger). Aanvraag tot vaststelling moet voor 1 april 2013 ingediend worden.
Is de betaling afgerond
Nog 10% te ontvangen.
Is de uitvoering volgens planning gegaan
Ja, de uitvoering is volgens planning verlopen.
Afrekenafspraken
Na afloop van het subsidiejaar zal worden vastgesteld of het aantal koppelingen is gerealiseerd.
Activiteiten
In 2012 zijn er verschillende activiteiten voor de taalcoaches georganiseerd. Sommige activiteiten zijn uitgevoerd door de samenwerkende organisaties (Stichting Stade, ISKB, VWMN, Portes) voor alle taalcoaches. Daarnaast zijn er activiteiten georganiseerd voor de taalcoaches die
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 105 van 307
voor hulp op maat
bij Stichting Stade staan ingeschreven. Activiteiten 14 mei 2012 Er is een introductietraining gegeven voor de vrijwilligers van Stichting Stade. Er werd aandacht geschonken aan interculturele communicatie. Ook kwam er een ervaringsdeskundige aan het woord. Er werden case studies besproken, tips gegeven hoe je het beste mensen op de “ongestuurde” manier NT2 les kan geven. Verder is het de gelegenheid geweest voor alle taalcoaches om elkaar te ontmoeten en de ervaringen uit te wisselen. 24 mei 2012 Op deze dag hebben we samen met ISKB, VWMN en Portes een gezamenlijke activiteit georganiseerd. De gastspreker van ROC vertelde over de inburgering, geïntegreerde trajecten, positie van inburgeraars op de arbeidsmarkt en participatiegraad. 30 juni 2012 Vrijwilligersdag Stichting Stade met het thema “Eigen Kracht”. Alle vrijwilligers en taalcoaches waren uitgenodigd voor deze gelegenheid. Een groep kreeg een workshop over het thema “In hokjes denken” en de andere workshop ging over de “Reddingsdriehoek”. Aan het eind van de bijeenkomst hebben de taalcoaches samen met andere vrijwilligers de middag afgesloten met een uitgebreide lunch. 23 november 2012 Hebben we gezamenlijk de logopedist uitgenodigd met de training “Uitspraak en Intonatie”. Er zijn diverse onderwerpen aan bod gekomen: kennis van de Nederlandse klanken, de klemtoon, het zinsaccent en de intonatie. Daarnaast herkennen van uitspraakfouten bij een anderstalige en het bedenken van een juiste aanpak en dit in te passen in de praktijk. De workshop was gegeven door Marieke Godegebure, taaltrainer en logopedist NT2 van NT2Spraak. De uitgenodigde taalcoaches van alle vier organisaties waren zeer tevreden met deze workshop. 3 december 2012 Introductietraining voor alle nieuwe taalcoaches. 13 december 2012 Stichting Stade heeft jaarlijkse bijeenkomst kerstborrel voor alle vrijwilligers van Stichting Stade georganiseerd. Alle taalcoaches waren van harte uitgenodigd. Dit was een gezellige en geslaagde avond voor iedereen. 14 december 2012 Op deze dag hebben de stichting OikosXplore met de workshop „Clash of Civilisations‟ uitgenodigd naar het buurthuis Rosa. We hebben bewust voor deze workshop gekozen. Wij vonden dat het goed aansloot bij de doelgroep. De ervaren taalcoaches kunnen namelijk hun ervaringen delen en de beginnende taalcoaches worden zich bewust van de invloed van (eigen) cultuur op de (mis)communicatie met zijn/haar cursist. In de workshop zijn zowel theoretische modellen aan bod gekomen als een rollenspel, waarbij een deelnemer zelf heeft ervaren hoe je met verschillen kunt Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 106 van 307
voor hulp op maat
omgaan en hoe je deze kunt doorgronden. We hebben de samenwerking met de andere drie organisaties als zeer positief ervaren. Cliënttevredenheid
Van 29 mei t/m 6 juli 2012 heeft het interne cliënttevredenheidsonderzoek plaatsgevonden. Er zijn 59 formulieren verstuurd naar de cliënten van Taalcoach Utrecht. Er bleven 15 bruikbare formulieren over uit de 59 uitgezette formulieren. De respons komt uit op 25%. 1 cliënt is in contact gekomen met het project via een folder, 2 cliënten vonden ons via internet, 5 werden doorverwezen en 7 cliënten kwamen bij ons op andere wijze. De
Verslag van actuele ontwikkelingen
onderstaande vragen werden beantwoord met een rapportcijfer. De bereikbaarheid van het project: 8,3. De snelheid waarmee men geholpen werd: 7,6. Houding en gedrag van de medewerker: 8,6 De baat die de cliënt gehad heeft bij de hulp of activiteit: 8,3
Gezamenlijk project: Taalcoach Utrecht ISKB, VWMN, Portes en Stichting Stade werkten gevieren nauw samen aan het taalcoachproject. Aanmeldingen komen centraal binnen en worden verdeeld volgens het rits-principe. De werving van cursisten en vrijwilligers verliep (grotendeels) gezamenlijk. Om deze samenwerking te optimaliseren was er om de twee weken een uitgebreid overleg. Cursisten De aanmelding van de cursisten verliep via de taalaanbieders en de trajectbegeleiders, met wie intensief contact onderhouden werd. De consulenten van het ISKB, VWMN, Portes en Stichting Stade zijn bij de verschillende taalaanbieders langs geweest om cursisten te werven. Na aanmelding van een cursist heeft de consulent een intakegesprek met hem/haar gevoerd. Bij de intake wordt het taalniveau, de mate van (afstand) tot de Nederlandse samenleving, de interesses, behoeften en verwachtingen van de cursist vastgesteld. Er werd zo snel mogelijk een match gezocht waarna het koppelgesprek plaatsvond met de cursist, taalcoach en de consulent. Tijdens dit gesprek wordt dan de overeenkomst door alle drie de partijen ondertekend. Vrijwilligers c.q. Taalcoaches Taalcoaches zijn geworven en geselecteerd. Nadat een vrijwilliger zich heeft aangemeld vindt er een selectiegesprek plaats met een consulent. Ook hier wordt de nadruk gelegd op de verwachtingen en behoeften van de taalcoach. Na een positief besluit wordt er een match gezocht vindt het koppelgesprek plaats. In dit gesprek wordt duidelijk op welke wijze het taalkoppel inhoud wil geven aan het taalcoachproject. De consulent heeft daarbij kunnen faciliteren met o.a. een
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 107 van 307
voor hulp op maat
activiteitengids, uitleg over het inburgeringsexamen, tips over hoe er geoefend kan worden met de Nederlandse taal en lesmateriaal. De Taalcoaches krijgen regelmatig ondersteuning en scholing via bijeenkomsten, workshops en groepsgewijze werkbegeleiding. Ook is er individueel contact of coaching tussen de Taalcoach en de consulent, bijvoorbeeld bij vragen of problemen. Matchen: de koppelingen en de activiteiten Er wordt een koppeling (match) op maat gemaakt tussen cursist en Taalcoach. De Taalcoaches hebben zich gemiddeld wekelijks of één keer in de twee weken een dagdeel (van 2 à 3 uur), voor -in principe- een half jaar ingezet. Het doel van het matchen: Hij/zij: Helpt iemand de Nederlandse taal te leren spreken en beluisteren/begrijpen. Onderneemt gezamenlijk educatieve en recreatieve activiteiten om de Nederlandse samenleving te leren kennen. Levert een bijdrage aan de activering van de inburgeraar (naar opleiding, vrijwilligerswerk en/of betaald werk). De afdeling Informele Zorg van Stichting Stade (waar het project ondergebracht wordt) biedt vele soorten vrijwilligerswerk, waar een deel van de cursisten een actieve bijdrage aan zou kunnen leveren. Leidt de inburgeraar toe naar een hulpverlenende instantie als dat nodig mocht blijken. Het is mogelijk dat een cursist tijdens of na afloop van het project een beroep doet op de zeer diverse dienstverlening van Stichting Stade bijvoorbeeld op de inzet van vrijwilligers bij ziekte of sociaal isolement, bij klusjes in en om het huis tot en met hulpverlening bij traumaverwerking seksueel geweld (een problematiek die we veel bij vrouwelijke vluchtelingen zien). Lief en leedbeleid voor de vrijwilligers Informele zorg heeft voor de vrijwilligers twee maal een feestelijke bijeenkomst georganiseerd. Verder ontvingen Taalcoaches een kaartje bij verjaardagen en bij bijzondere events. Werving Voor de continuïteit van het project is er permanente inspanning ten behoeve van de werving van Taalcoaches geweest. Dit is gebeurd in nauwe samenwerking met de PR-functionaris van Stichting Stade. Activiteiten ten behoeve van werving: De werving onder de bestaande 300 vrijwilligers van Stichting Stade, via onze eigen vacaturebank. Deelname aan informatiemarkten. Plaatsingen van advertenties. Free publicity in lokale bladen en wijkbladen. Het verspreiden van folders. Het geven van presentaties op universiteiten en hogescholen. Vacatures geplaats op vacaturebanken voor vrijwilligers. Inzet van sociale media. Een benaderbare en duidelijke website. Registratie In het registratie en rapportagesysteem Profit (t.b.v. registratie en matchhulp) heeft de coördinator de gegevens ingevoerd van de cursisten, de taalcoaches en de matches. Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 108 van 307
voor hulp op maat
Knelpunten
N.v.t.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 109 van 307
voor hulp op maat
Financiële informatie Taalcoaches Utrecht 2012 Projectnaam: Projectnummer: Dossiernummer:
Taalcoaches Utrecht 2012 11044 2012-456-1053
Verleende subsidie 2012 Koppelingen Projectkosten
Realisatie 2012 Koppelingen Projectkosten
50 € 655,60 € 32.780,00 50 € 94,40 € 4.720,00 Totaal verleende subsidie € 37.500,00
50 € 655,60
€ 32.780,00 € 4.710,95
Totaal realisatie 2012 € 37.490,95 Te verrekenen projectkosten
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
€
9,05
Pagina 110 van 307
voor hulp op maat
Project Verslag Fiom Utrecht 2012 Naam
Fiom Utrecht
Koppeling met productomschrijving financier
N.v.t.
Budget
Fiom Utrecht: € 251.303,11 Fiom Utrechtse Heuvelrug: maximaal € 14.392,Fiom Zeist: maximaal € 39.105,Fiom Bunnik: maximaal € 3.573,Fiom Eemnes: maximaal € 4.597,Fiom Nieuwegein: maximaal € 19.591,Fiom Tienermoeders De Bilt: maximaal € 3.573,-
Doelstelling
De belangrijkste kerntaak van Fiom Utrecht is het bieden van individuele, systeemgerichte en groepsgewijze hulpverlening. Het gespecialiseerd maatschappelijke werk van Fiom Utrecht richt zich op: Zwangerschapsproblematiek en A.T.A. (Afstand Ter Adoptie). (Post) Adoptieproblematiek en zoekacties. Verwerking van seksueel geweld. Sinds 2007 heeft Fiom ook een specialistisch aanbod voor tienerouders.
Wijze van bekostiging
Subsidie DMO.
Productspecificatie (waarin opgenomen de prestatieeenheden)
Fiom biedt individuele hulpverlening, systeemgerichte hulpverlening en groepsgerichte hulpverlening op de volgende aandachtsgebieden: Zwangerschapsproblematiek en A.T.A.-begeleiding Fiom biedt hulp bij de besluitvorming bij afweging van de kinderwens, besluitvorming bij een onbedoelde zwangerschap (wel/geen abortus), abortusverwerking, verwerking bij miskraam, verwerking van perinatale sterfte (overlijden kind voor, tijdens of vlak na de geboorte) en verwerking en begeleiding bij vruchtbaarheidsproblemen. Ook zwangerschapsbegeleiding en de toegewezen taak in geval van (een voornemen van) afstand ter adoptie (A.T.A.) op zowel praktisch, materieel, psychosociaal en juridisch gebied behoren bij het Fiom-takenpakket.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 111 van 307
voor hulp op maat
Bij onbedoelde zwangerschap, zwangerschapsbegeleiding en A.T.A. is er vaak sprake van acute of crisishulpverlening. Postadoptiehulpverlening/zoekacties Fiom is gemachtigd om binnen de Gemeentelijke Basis Administraties adressen op te vragen om zodoende zoekacties naar biologische verwanten te kunnen uitvoeren. Dit kan onder andere spelen in geval van adoptie, scheiding en vluchtelingenproblematiek. Aangeboden wordt begeleiding, ondersteuning en verwerking voor alle betrokkenen bij de adoptiedriehoek (de afgestane/geadopteerde, de adoptiefouders en de afstandsouders). Fiom biedt deze hulp bij zowel binnenlandse als buitenlandse adopties. Verwerking van seksueel geweld Bij álle soorten van seksueel geweld (incest, verkrachting, aanranding, seksuele intimidatie en gedwongen prostitutie) biedt Fiom hulp aan zowel slachtoffer als naasten en betrokkenen, behalve aan de dader. Voorwaarde hierbij is dat het geweld gestopt is. Hulpverlening aan tienerouders Specialistisch aanbod met een materieel, systemisch en outreachend karakter. Productafspraken
Overeengekomen prestatie-eenheden declarabele uren: Fiom Utrecht: 3.461 uur. Fiom Utrechtse Heuvelrug: maximaal 8 cliëntsystemen. Fiom Zeist: maximaal 33 cliëntsystemen. Fiom Eemnes: maximaal 4 cliëntsystemen. Fiom Bunnik: maximaal 3 cliëntsystemen. Fiom Nieuwegein: maximaal 15 cliëntsystemen. Fiom tienermoeders De Bilt: maximaal 3 cliëntsystemen. De gemeente Utrecht betaalt voor de afstand ter adoptiezaken in de gehele provincie. De gemeente Nieuwegein heeft een 16e aanmelding vanuit het CJG budget gefinancierd. De CJG‟s Woerden en Stichtse Vecht hebben in 2012 ook aangeboden indien nodig budget beschikbaar te kunnen stellen voor Fiom-hulpverlening. Deze afspraken werden in het najaar van 2012 gemaakt, maar er hebben zich in 2012 geen cliënten aangemeld die hiervan gebruik hebben gemaakt.
Subsidiecriteria
Stichting Stade heeft haar organisatie gecertificeerd, waarbij jaarlijks een beoordeling plaats vindt door een extern bureau. Het verslag van deze externe beoordeling is voor subsidieverleners beschikbaar. Dit betekent dat de beleidscyclus, het kwaliteitsbeleid en alle ondersteunende processen voldoen aan de hiervoor ontwikkelde (internationale) normen. Met betrekking tot de uitvoering van de werkzaamheden in uren professionele inzet van medewerkers gelden de navolgende afspraken: Er zal worden gehandeld als goed werkgever zoals dit is omschreven in het Burgerlijk Wetboek. M.b.t. de uitvoering van de uren geldt een inspanningsverplichting om dit zo getrouw en goed mogelijk te
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 112 van 307
voor hulp op maat
doen. Van de urenrealisatie wordt een registratie bijgehouden die door een accountant zal worden gecontroleerd. Het primaire werkproces is omschreven en vastgelegd. Daarnaar zal worden gehandeld. Met betrekking tot het betrekken van cliënten bij de uitvoering van de werkzaamheden wordt het navolgende bepaald: er is in 2009 op instellingsniveau een Cliëntenraad ingesteld die jaarlijks een onderzoek doet naar de cliënttevredenheid en die vergelijkbare bevoegdheden heeft als de Ondernemingsraad. Registratieresultaten
GEMEENTE UTRECHT Nieuwe cliënten individueel en systeem: Nieuwe cliënten groep: Afgesloten cliënten individueel en systeem: Cliënten in behandeling individueel: Korte contacten individueel: Afgesloten afstandszaken in de gehele provincie:
129 12 119* 222 11 1 waarvan 1 in de gemeente Utrecht.
*Registratiegegevens o.b.v. aantal afgesloten cliënten.
Leeftijdscategorie Geen geboortedatum 0 t/m 13 jaar 18 t/m 20 jaar 21 t/m 23 jaar 24 t/m 25 jaar 26 t/m 29 jaar 30 t/m 39 jaar 40 t/m 49 jaar 50 t/m 59 jaar 60 t/m 69 jaar Eindtotaal afgesloten individueel en systeem
Aantal 3 1 10 20 6 11 46 16 5 1
Procent 2,52% 0,84% 8,40% 16,81% 5,04% 9,24% 38,66% 13,45% 4,20% 0,84%
119
100%
Geslacht Man Vrouw Eindtotaal
Aantal 26 93 119
Procent 21,85% 78,15% 100%
Leefsituatie Alleenstaand Eenoudergezin: kind Eenoudergezin: ouder Overig Paar (m/m) Paar (m/v) Samengesteld gezin Tweeoudergezin: kind Tweeoudergezin: ouder Woongroep Meer-generatiegezin Eindtotaal
Aantal 35 9 9 4 2 29 5 9 14 2 1 119
Procent 29,41% 7,56% 7,56% 3,36% 1,68% 24,37% 4,20% 7,56% 11,76% 1,68% 0,84% 100%
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 113 van 307
voor hulp op maat
Herkomst Allochtoon Autochtoon Eindtotaal
Aantal 35 84 119
Procent 29,41% 70,59% 100%
Aantal gesprekken 1 - 3 gesprekken 4 - 6 gesprekken 7 - 12 gesprekken 13 - 18 gesprekken 19 - 25 gesprekken (Leeg) Eindtotaal
Aantal 65 31 16 4 2 1 119
Procent 54,62% 26,05% 13,45% 3,36% 1,68% 0,84% 100%
Soort dossier Post-adoptie: Postadoptie hulpverlening Zwangerschap: Begeleiding tienerzwanger/ouderschap Zoekvraag naar bloedverwant Zwangerschap: Begeleiding zwanger/ouderschap 23+ Seksueel geweld: Verwerking incest Zwangerschap: Besluitvorming onbedoelde zwangerschap Zwangerschap: Besluitvorming kind ja/nee? Zwangerschap: Verwerking miskraam/ perinatale sterfte Zwangerschap: Verwerking abortus Zwangerschap: Begeleiding bij- en/of verwerking van OVK Seksueel geweld: Verwerking verkrachting/aanranding Relationeel geweld: Verwerking relationeel geweld A.T.A.: Besluitvorming en/of begeleiding A.T.A.* Eindtotaal
Aantal 8
Procent 6,72%
22 8
18,49% 6,72%
10 2 38
8,40% 1,68% 31,93%
6
5,04%
7 3
5,88% 2,52%
11
9,24%
2
1,68%
1
0,84%
1 119
0,84% 100%
*) cliënt is woonachtig in de gemeente Utrecht
GROEPSHULPVERLENING Fiom Utrecht biedt groepen aan, die soms in samenwerking met externen tot stand komen. De cliënten die in het werkgebied van Fiom Utrecht vallen werden daarmee ingeschreven als cliënt bij Fiom Utrecht, cliënten buiten het werkgebied werden ingeschreven als cliënt van de samenwerkingspartner. In 2012 merken wij een daling in het aantal aanmelding voor groepsdeelname op. In 2012 zijn de volgende groepen aangeboden: Naam groep
Woonplaats deelnemers
Aantal deelnemers
Verwerkingsgroep abortus i.s.m. Fiom Nijmegen
Utrecht Nieuwegein Eindtotaal
4 1 5
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 114 van 307
voor hulp op maat
Groep voor geadopteerden
Utrecht Eindtotaal
5 5
OVERIGE GEMEENTEN Registratiegegevens o.b.v. aantal afgesloten cliënten (N.B. afrekening is o.b.v. aantal nieuwe cliënten)
BUNNIK Nieuwe cliënten ind- sys Nieuwe cliënten groepshulverlening Afgesloten cliënten ind- sys en groep Cliënten in behandeling ind- sys.
Aantal 1 0 2 3
Leeftijdscategorie 24 t/m 25 30 t/m 39 Eindtotaal
Aantal Procent 1 50,00% 1 50,00% 2 100%
Geslacht M V Eindtotaal
Aantal Procent 0 0,00% 2 100,00% 2 100%
Leefsituatie Alleenstaande Overig Eindtotaal
Aantal Procent 1 50,00% 1 50,00% 2 100%
Herkomst Allochtoon Autochtoon Eindtotaal
Aantal Procent 1 50,00% 1 50,00% 2 100%
Aantal gesprekken 4-6 gesprekken 7-12 gesprekken Eindtotaal
Aantal Procent 1 50,00% 1 50,00% 2 100%
Soort dossier Aantal Procent Post-adoptie: Postadoptie hulpverlening 1 50,00% Zwangerschap: Verwerking miskraam/perinatale sterfte 1 50,00% Eindtotaal 2 100%
CJG STICHTSE VECHT Nieuwe cliënten ind- sys. Nieuwe cliënten groepshulpverlening Afgesloten cliënten ind- sys. en groep Cliënten in behandeling ind- sys.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
0 0 0 0
Pagina 115 van 307
voor hulp op maat
CJG WOERDEN Nieuwe cliënten ind- sys. Nieuwe cliënten groepshulpverlening Afgesloten cliënten ind- sys. en groep Cliënten in behandeling ind- sys.
DE BILT
0 0 0 0
Nieuwe cliënten ind- sys. Nieuwe cliënten groepshulpverlening Afgesloten cliënten ind- sys. en groep Cliënten in behandeling ind- sys.
Aantal 1 0 1 1
Leeftijdscategorie 18 t/m 20 Eindtotaal
Aantal Procent 1 100% 1 100%
Geslacht M V Eindtotaal
Aantal Procent 0 0,00% 1 100% 1 100%
Leefsituatie Eenoudergezin: kind Eindtotaal
Aantal Procent 1 100% 1 100%
Herkomst Autochtoon Eindtotaal
Aantal Procent 1 100% 1 100%
Aantal gesprekken 1-3 gesprekken Eindtotaal
Aantal Procent 1 100% 1 100%
Soort dossier Zwangerschap: Verwerking abortus Eindtotaal
Aantal Procent 1 100% 1 100%
EEMNES Nieuwe cliënten ind- sys. Nieuwe cliënten groepshulpverlening Afgesloten cliënten ind- sys. en groep Cliënten in behandeling ind- sys.
Aantal 0 0 2 2
Leeftijdscategorie 40 t/m 49 Eindtotaal
Aantal Procent 2 100% 2 100%
Geslacht M V Eindtotaal
Aantal Procent 1 50,00% 1 50,00% 1 100%
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 116 van 307
voor hulp op maat
Leefsituatie Tweeoudergezin: ouder Eindtotaal
Aantal Procent 2 100% 2 100%
Herkomst Allochtoon Autochtoon Eindtotaal
Aantal Procent 1 50,00% 1 50,00% 2 100%
Aantal gesprekken 1-3 gesprekken 7-12 gesprekken Eindtotaal
Aantal Procent 1 50,00% 1 50,00% 2 100%
Soort dossier Zoekvraag naar bloedverwant Eindtotaal
Aantal Procent 2 100% 2 100%
NIEUWEGEIN Nieuwe cliënten ind- sys. Nieuwe cliënten groepshulpverlening Afgesloten cliënten ind- sys. en groep Cliënten in behandeling ind- sys.
Aantal 16 1 19 26
Leeftijdscategorie 14 t/m 17 18 t/m 20 21 t/m 23 24 t/m 25 26 t/m 29 30 t/m 39 40 t/m 49 Eindtotaal
Aantal Procent 1 5,26% 4 21,05% 6 31,58% 1 5,26% 1 5,26% 2 10,53% 4 21,05% 19 100%
Geslacht M V Eindtotaal
Aantal Procent 7 36,84% 12 63,16% 19 100%
Leefsituatie Alleenstaande Eenoudergezin: kind Eenoudergezin: ouder Paar (m/v) Tweeoudergezin: kind Tweeoudergezin: ouder Eindtotaal
Aantal Procent 3 15,79% 2 10,53% 1 5,26% 2 10,53% 8 42,11% 3 15,79% 19 100%
Herkomst Allochtoon Autochtoon Eindtotaal
Aantal Procent 5 26,32% 14 73,68% 19 100%
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 117 van 307
voor hulp op maat
Aantal gesprekken 1-3 gesprekken 4-6 gesprekken 7-12 gesprekken 13-18 gesprekken >25 gesprekken Eindtotaal
Aantal Procent 10 52,63% 3 15,79% 2 10,53% 2 10,53% 2 10,53% 19 100%
Soort dossier Aantal Procent Post-adoptie: Postadoptie hulpverlening 2 10,53% Zwangerschap: Begeleiding tienerzwangerschap-/ouderschap 6 31,58% Zoekvraag naar bloedverwant 3 15,79% Zwangerschap: Begeleiding zwangerouderschap 23+ 1 5,26% Zwangerschap: Besluitvorming onbedoelde zwangerschap 6 31,58% Zwangerschap: Verwerking abortus 1 5,26% Eindtotaal 19 100%
UTRECHTSE HEUVELRUG Nieuwe cliënten ind- sys. Nieuwe cliënten groepshulpverlening Afgesloten cliënten ind- sys. en groep Cliënten in behandeling ind- sys.
Aantal 8 0 5 9
Leeftijdscategorie 21 t/m 23 24 t/m 25 30 t/m 39 40 t/m 49 Eindtotaal
Aantal Procent 1 20% 1 20% 1 20% 2 40% 5 100%
Geslacht M V Eindtotaal
Aantal Procent 1 20% 4 80% 5 100%
Leefsituatie Eenoudergezin: ouder Paar (m/v) Tweeoudergezin: kind Tweeoudergezin: ouder Eindtotaal
Aantal Procent 1 20% 1 20% 1 20% 2 40% 5 100%
Herkomst Allochtoon Autochtoon Eindtotaal
Aantal Procent 2 40% 3 60% 5 100%
Aantal gesprekken 1-3 gesprekken Eindtotaal
Aantal Procent 5 100% 5 100%
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 118 van 307
voor hulp op maat
Soort dossier Aantal Procent Post-adoptie: Postadoptie hulpverlening 1 20% Zwangerschap: Begeleiding tienerzwangerschap-/ouderschap 1 20% Zoekvraag naar bloedverwant 2 40% Zwangerschap: Besluitvorming onbedoelde zwangerschap 1 20% Eindtotaal 5 100%
ZEIST Nieuwe cliënten ind- sys. Nieuwe cliënten groepshulpverlening Afgesloten cliënten ind- sys. en groep Cliënten in behandeling ind- sys.
Aantal 18 0 17 33
Leeftijdscategorie Geen geboortedatum 14 t/m 17 18 t/m 20 21 t/m 23 24 t/m 25 30 t/m 39 40 t/m 49 50 t/m 59 Eindtotaal
Aantal Procent 2 11,76% 1 5,88% 3 17,65% 2 11,76% 2 11,76% 4 23,53% 2 11,76% 1 5,88% 17 100%
Geslacht M V Eindtotaal
Aantal Procent 4 23,53% 13 76,47% 17 100%
Leefsituatie Alleenstaande Eenoudergezin: ouder Overig Paar (m/v) Tweeoudergezin: kind Tweeoudergezin: ouder Eindtotaal
Aantal Procent 1 5,88% 1 5,88% 2 11,76% 6 35,29% 1 5,88% 6 35,29% 17 100%
Herkomst Allochtoon Autochtoon Eindtotaal
Aantal Procent 2 11,76% 15 88,24% 17 100%
Aantal gesprekken 1-3 gesprekken 4-6 gesprekken 7-12 gesprekken 13-18 gesprekken >25 gesprekken Eindtotaal
Aantal Procent 5 29,41% 5 29,41% 1 5,88% 3 17,65% 3 17,65% 17 100%
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 119 van 307
voor hulp op maat
Soort dossier Aantal Procent Post-adoptie: Postadoptie hulpverlening 1 5,88% Zwangerschap: Begeleiding tienerzwangerschap-/ouderschap 6 35,29% Zwangerschap: Begeleiding zwanger/ouderschap 23+ 1 5,88% Zwangerschap: Besluitvorming onbedoelde zwangerschap 5 29,41% Zwangerschap: Verwerking miskraam/perinatale sterfte 1 5,88% Zwangerschap: Verwerking abortus 1 5,88% Seksueel geweld: Verwerking verkrachting/aanranding 1 5,88% Relationeel geweld: Verwerking relationeel geweld 1 5,88% Eindtotaal 17 100% Rapportageafspraken Is de betaling afgerond
De eindverantwoording dient op 1 juni 2013 binnen te zijn.
Ja
Is de uitvoering volgens planning gegaan
De uitvoering is volgens planning gegaan.
Afrekenafspraken
Utrecht: niet gemaakte uren worden niet afgerekend. Regiogemeenten: afrekening binnen kaders maximale toekenning en niet-gemaakte cliëntsystemen worden niet afgerekend.
Bijzonderheden
N.v.t.
Cliënttevredenheid
Van 29 mei t/m 6 juli 2012 heeft het interne cliënttevredenheidsonderzoek plaatsgevonden. Er zijn 155 formulieren verstuurd naar de cliënten van Fiom. Er bleven 61 bruikbare formulieren over. De respons komt uit op 39%. Geen van de cliënten is in contact gekomen met het project via een folder, 13 cliënten vonden ons via internet, 23 werden verwezen en 25 cliënten kwam bij ons op andere wijze. De
Verslag van actuele ontwikkelingen
onderstaande vragen werden beantwoord met een rapportcijfer. De bereikbaarheid van het project: 7,9. De snelheid waarmee men geholpen werd: 8,0. Houding en gedrag van de medewerker: 8,7. De baat die de cliënt gehad heeft bij de hulp of activiteit: 8,2.
Geen bijzonderheden te melden.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 120 van 307
voor hulp op maat
Knelpunten
N.v.t.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 121 van 307
voor hulp op maat
Financiële informatie Fiom Utrecht 2012
Projectnaam: Projectnummer: Verleningsbeschikking:
Fiom Utrecht 2012 11008 2012-456-687
Verleende subsidie 2012 Uren Uren werkgroep huiselijk geweld Verschil
3461 € 71,89 34 € 71,89
€ 248.811,29 € 2.444,26 € 47,56
Totaal verleende subsidie 2012 € 251.303,11 Realisatie 2012 Uren Uren werkgroep huiselijk geweld Projectkosten
3780 € 71,89 34 € 71,89
€ 271.744,20 € 2.444,26 € 621,11
Totaal realisatie 2012 € 274.809,57 Te verrekenen
Projectnaam: Projectnummer: Kenmerk:
€
-
Fiom Nieuwegein 2012 11009 2011/6053
Verleende subsidie 2012 Cliëntsystemen Aanvullend per facturatie
15 € 1.226,67 1 € 1.191,00
€ 18.400,00 € 1.191,00
Totaal verleende subsidie 2012 € 19.591,00 Realisatie 2012 Cliëntsy temen Cliëntsystemen (afgerekend per facturatie)
€ €
18.400,05 1.191,00
Totaal realisatie 2012 €
19.591,05
Ontvangen subsidie
€
16.560,00
Nog te ontvangen
€
1.840,00
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
15 € 1.226,67 1 € 1.191,00
Pagina 122 van 307
voor hulp op maat
Projectnaam: Projectnummer: Kenmerk: Kenmerk aanvullende subsidie: Verleende subsidie 2012 Cliëntsystemen Cliëntsystemen aanvullend
Fiom Utrechtse Heuvelrug 2012 11010 H0189U11.19449 U12.17923
8 € 1.191,00 4 € 1.216,00
€ 9.528,00 € 4.864,00
Totaal verleende subsidie 2012 € 14.392,00 Realisatie 2012 Cliëntsystemen
8 € 1.191,00
€
9.528,00
Totaal realisatie 2012 €
9.528,00
De aanvullende subsidie is nog niet ontvangen, maar ook niet benut. Er vindt geen verrekening plaats.
Projectnaam: Projectnummer: Kenmerk: Kenmerk aanvullende subsidie: Verleende subsidie 2012 Cliëntsystemen
Fiom Eemnes 2012 11026 2011-011954/EM
4 € 1.149,25
€ 4.597,00
Totaal verleende subsidie 2012 € 4.597,00 Realisatie 2012 Cliëntsystemen
Reeds gefactureerd
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
0 € 1.149,25
€
-
Totaal realisatie 2012 €
-
€
-
Pagina 123 van 307
voor hulp op maat
Projectnaam: Projectnummer: Kenmerk:
Verleende subsidie 2012 Cliëntsystemen
Fiom Zeist 2012 11028 11uit10016
33 € 1.185,00
€ 39.105,00
Totaal verleende subsidie 2012 € 39.105,00 Realisatie 2012 Cliëntsystemen
18 € 1.185,00
€ 21.330,00
Totaal realisatie 2012 € 21.330,00 Te verrekenen
Projectnaam: Projectnummer: Kenmerk:
Verleende subsidie 2012 Cliëntsystemen
€ 17.775,00-
Fiom Bunnik 2012 11029 GB-2011.1251/II
3 € 1.191,00
€ 3.573,00
Totaal verleende subsidie 2012 € 3.573,00 Realisatie 2012 Cliëntsystemen
1 € 1.191,00
€ 1.191,00
Totaal realisatie 2012 € 1.191,00 Nog te ontvangen subsidie
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
€ 1.191,00
Pagina 124 van 307
voor hulp op maat
Projectnaam: Projectnummer: Kenmerk:
Verleende subsidie 2012 Cliëntsystemen
Fiom Tienermoeders De Bilt 2011-2012 10988 57195
3 € 1.191,00
€ 3.573,00
Totaal verleende subsidie 2011-2012 € 3.573,00
Realisatie 2012 Cliëntsystemen
1 € 1.191,00
€ 1.191,00
Totaal realisatie 2012 € 1.191,00 Ontvangen subsidie 2011-2012
€ 2.382,00
Te verrekenen
€ 1.191,00
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 125 van 307
voor hulp op maat
Project Verslag Mediation Utrecht 2012 Naam
Mediation
Koppeling met productomschrijving financier
N.v.t.
Opbrengst
€ 7.338,75
Doelstelling
Onafhankelijke conflictbemiddeling.
Wijze van bekostiging
N.v.t.
Productspecificatie (waarin opgenomen de prestatieeenheden)
Gespreksbegeleidingen en opstellen van convenanten met conflicterende partijen/ betrokkenen.
Productafspraken
207 declarabele uren.
Subsidiecriteria
NMI certificering. Opleiding tot mediator gevolgd hebben en jaarlijks permanente educatie volgens richtlijnen NMI.
Registratie-resultaten
JAAROVERZICHT MEDIATION CLIËNTEN 2012 Cliëntensystemen Nieuw aangemeld Waarvan niet gestart Over uit vorig jaar Afgerond in verslagjaar Totaal in behandeling
2012 10 2 8 13 16
2011 12 2 7 9 17
2010 25 4 10 24 31
Verwijzers Rechtbank Utrecht of gerechtshof Arnhem Rechtbank elders Juridisch loket Advocaten Bureau Jeugdzorg Huisarts Internet/folders/andere
2012 3
2011 5
2010 10
0 2 0 0 0 5
1 0 0 1 0 5
5 2 1 1 0 6
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 126 van 307
voor hulp op maat
Hulpvraag bij aanmelding Omgangsregeling/ co-ouderschap (echt) scheiding Overige familie/relatie conflicten Samenwerkings/arbeidsconflicten
2012 6 1 2 1
2011 7 4 1 0
2010 21 4 0 0
Resultaat bij afsluiting Vaststellingsovereenkomst op papier Overeenkomst mondeling Geen overeenstemming
2012 6 4 3
2011 3 1 5
2010 9 5 10
Toelichting: cliënten worden per systeem, bestaande uit 2 of meer personen aangemeld. Elk individu ontvangt een nota of ontvangt een toevoeging van de Raad voor Rechtsbijstand.
Financiering van de in totaal behandelde cliënten (individuen) in verslagjaar Op declaratiebasis Met rechtsbijstand Betaald door werkgever
2012 13 17 2
2011 17 17
2010 25 36
Rapportage-afspraken
N.v.t.
Is de betaling afgerond
Ja
Is de uitvoering volgens planning gegaan
Uitvoering gedurende het hele jaar.
Afrekenafspraken
N.v.t.
Bijzonderheden
De trend van het vorige verslagjaar heeft zich voortgezet. Uiteindelijk zijn bijna evenveel mediation trajecten uitgevoerd als in 2011. Het geringe aantal verwijzingen van de Rechtbank is gestabiliseerd en dat beeld komt overeen met de ervaring van andere rechtbank mediators. Aan de ene kant is dit een positief signaal –mediation wordt als zinvol gezien door meer mensen– aan de andere kant is het jammer dat blijkbaar veel cliënten kiezen voor een juristmediator. Acquisitie via internet, netwerkcontacten (deelname aan het stedelijk scheidingsspreekuur, intervisiegroepen, regionale beroepsvereniging) heeft geen toename in het aantal aanmeldingen opgeleverd. Sinds het najaar van 2011 loopt een net opgeleide mediator bij een cliëntsysteem/mediation traject mee om op die manier ervaring op te doen. Zij heeft inmiddels twee trajecten
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 127 van 307
voor hulp op maat
meegedaan. Cliënttevredenheid
Elke cliënt wordt gevraagd om bij afsluiting een evaluatieformulier in te vullen. Ongeveer de helft van de cliënten is tevreden omdat mediation het gewenste resultaat heeft (mondelinge of schriftelijke overeenkomst). Bij de overige cliënten die zonder overeenkomst het contact beëindigen zijn de meningen verdeeld. Algemeen is dat men het mislukken van de mediation wijt aan het niet voldoende meewerken van de andere partij en niet aan de werkwijze van de mediator. Een algemeen cliënt tevredenheidonderzoek is in 2012 niet uitgevoerd.
Verslag van actuele ontwikkelingen
In het verslagjaar is eenmaal een mediationtraject gedaan op verzoek van de directie JoU. Dat bleek een goede mogelijkheid om niet alleen een conflict op te lossen maar ook een goede manier om de betrokken medewerkers meer conflictvaardig te maken. Mogelijk is dit een middel dat vaker ingezet kan worden.
Knelpunten
Geen
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 128 van 307
voor hulp op maat
Financiële informatie Mediation Utrecht 2012 Projectnaam: Projectnummer:
Mediation 11018
Realisatie 2012 Opbrengsten eigen bijdragen
€ 7.338,75 Totaal realisatie 2012 € 7.338,75
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 129 van 307
voor hulp op maat
Project Verslag Gezinsondersteuning Utrecht 2012 Naam
Gezinsondersteuning Utrecht
Koppeling met productomschrijving financier
De algemene doelstelling van het Wmo-beleid van de gemeente Utrecht is het “bevorderen dat alle burgers, in het bijzonder kwetsbare burgers, meedoen in de samenleving”. Gezinsondersteuning voorziet in het kader van deze doelstelling in het stoppen van verdere marginalisering van een zeer specifieke doelgroep, Multi probleemgezinnen. Zonder deze integrale ondersteuning is meedoen in de samenleving voor deze groep burgers niet goed mogelijk en slaat reguliere hulpverlening meestal niet aan. Het team Gezinsondersteuning biedt ondersteuning aan gezinnen, waarbij sprake is van complexe meervoudige problematiek. Een intensieve vorm van hulpverlening, waarbij een integrale en vraaggerichte werkwijze centraal staat. Deze gezinsaanpak wordt volgens het Wraparound Care model ingezet. Dit model gaat uit van de verantwoordelijkheid en eigen kracht van het gezin. Het accent ligt hierbij op wat het gezin zelf kan veranderen richting de gestelde doelen en hun eigen doelen, waarbij de gezinswerker meestuurt en steun biedt.
Budget
Uren Gezinsondersteuning: 9002 uur x € 71,89 = € 647.154 Afspraak uit 2010: 2.300 uur x € 0,00 te realiseren tussen 1-12010 en 31-12-2014. Restant om-niet uren per 1-1-2012 is 1.191,6 uur.
Doelstelling
De algemene doelstelling van het Wmo-beleid van de gemeente Utrecht luidt het “bevorderen dat alle burgers, in het bijzonder kwetsbare burgers, meedoen in de samenleving”. Gezinsondersteuning voorziet in het kader van deze doelstelling in voorkomen van verdere marginalisering van de multiprobleemgezinnen in Utrecht. Zonder deze ondersteuning is meedoen in de samenleving voor deze gezinnen niet goed mogelijk. De basisgedachte van de Wraparound Care (WAC) past goed bij de Wmo uitgangspunten. De WAC gaat uit van de verantwoordelijkheid en eigen kracht van het gezin. De nadruk komt te liggen op wat het gezin zelf kan om het gestelde en de eigen doelen te realiseren, de gezinswerker ondersteunt hen daarin. De doelstelling van Gezinsondersteuning, vanuit het Wraparound Care model, is tijdelijke begeleiding van de multiprobleemgezinnen naar een zelfstandig functioneren in de samenleving.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 130 van 307
voor hulp op maat
Wijze van bekostiging
Subsidie gemeente Utrecht.
Productspecificatie (waarin opgenomen de prestatieeenheden)
De stedelijke aanpak MPG richt zich op multiprobleemgezinnen (minimaal 1 ouder, 1 kind) met complexe problemen op diverse leefgebieden. De gezinnen hebben vaak weinig tot geen binding met de samenleving en hun directe omgeving omdat zij bijvoorbeeld hechten aan sterk afwijkende culturele normen en waarden, negatieve ervaringen hebben met of negatieve voorbeelden in hun omgeving van hulpverlening kennen. De gezinswerker sluit aan bij het gezin en combineert casemanagement (totstandkoming van één plan voor alle gezinsleden), hulpverlening (uitvoering) en zorgcoördinatie (gezinscoaching en regie). De gezinswerker steunt het gezin in het voeren van de eigen regie naar de betrokken partijen die worden ingeschakeld. Kern van het product • Coördinatie, hulpverlening en coaching wordt door één partij uitgevoerd. • Alle gezinsleden worden geholpen, gezinsbrede coördinatie. • Empoweren van gezinnen, werken aan de doelen van het gezin. • Gezinsdoelstellingen zijn leidend boven organisatiedoelstellingen, weliswaar binnen de doelen die soms opgelegd zijn. • Import van specialisme, geen export van problemen. • Een team rond een gezin in plaats van een langgerekte keten.
Productafspraken
Te besteden uren volgens de beschikking tot subsidieverlening van de gemeente Utrecht is 9.002 uur. Deze uren bestaan uit de uren gerealiseerd op alle in het jaar 2012 begeleidde gezinnen, dus de in 2012 nieuw gestarte trajecten plus de trajecten uit eerdere jaren (met name uit 2011), waarvan de gezinnen nog begeleid worden. In 2010 is met de subsidieverlener afgesproken om de financiering volledig op uren af te rekenen en om dubbelbetaling te voorkomen zal in de periode van september 2010 tot en met 31 december 2014 in totaal 2.300 uur om niet, dus bovenop de verleende subsidies gemaakt worden. Tot en met 31-12-2011 waren 1.108,4 uren om-niet gerealiseerd, resteren er 1.191,6 uur. De gemiddelde tijdsinvestering per gezin is met de invoering van het WAC model lastig in te schatten. Niet alle gezinnen kunnen met de voorheen gemiddelde tijdsinvestering van 230 uur uitstromen. Mogelijk is voor andere gezinnen dat aantal uren begeleiding helemaal niet nodig. In samenspraak met de gemeente is afgesproken dat Gezinsondersteuning afrekent in uren en bijhoudt hoeveel trajecten per jaar gestart worden en hoeveel uren begeleiding dat gezin nodig heeft en hoe lang dat duurt.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 131 van 307
voor hulp op maat
Subsidiecriteria
Stichting Stade heeft haar organisatie gecertificeerd, waarbij jaarlijks een beoordeling plaats vindt door een extern bureau. Het verslag van deze externe beoordeling is voor subsidieverleners beschikbaar. Dit betekent dat de beleidscyclus, het kwaliteitsbeleid en alle ondersteunende processen voldoen aan de hiervoor ontwikkelde (internationale) normen. Met betrekking tot de uitvoering van de werkzaamheden in uren professionele inzet van medewerkers gelden de navolgende afspraken: Er zal worden gehandeld als goed werkgever zoals dit is omschreven in het Burgerlijk Wetboek. M.b.t. de uitvoering van de uren geldt een inspanningsverplichting om dit zo getrouw en goed mogelijk te doen. Van de urenrealisatie wordt een registratie bijgehouden die door een accountant zal worden gecontroleerd. Het primaire werkproces is omschreven en vastgelegd. Daarnaar zal worden gehandeld. Met betrekking tot het betrekken van cliënten bij de uitvoering van de werkzaamheden wordt het navolgende bepaald: er is in 2009 op instellingsniveau een cliëntenraad ingesteld die jaarlijks een onderzoek doet naar de cliënttevredenheid en die vergelijkbare bevoegdheden heeft als de ondernemingsraad.
Registratieresultaten
In het project Gezinsondersteuning regulier zijn 20 gezinnen gestart in het jaar 2012. Uit eerdere jaren zijn 2 trajecten uit 2009, 4 trajecten uit 2010 en 42 trajecten uit 2011 begeleid in 2012. Voor 5 gezinnen geldt dat ze gestart zijn in WAP-middelen en daarna zijn doorgeschoven naar regulier. Onderstaande gegevens slaan op de 20 nieuw gestarte gezinnen. Verspreiding nieuw in begeleiding gekomen gezinnen Wijk Leidsche Rijn/ Vleuten De Meern:
Aantal gezinnen 6 gezinnen
Percentage 30%
Oost/Noordoost (Tuindorp, Tuinwijk en Oudwijk):
4 gezinnen
20%
Noordwest (Ondiep):
2 gezinnen
10%
Overvecht:
5 gezinnen
25%
West (Lombok):
2 gezinnen
10%
Zuid (Hoograven):
1 gezin
5%
Totaal aantal gezinnen gestart:
20 gezinnen
100%
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 132 van 307
voor hulp op maat
Gezinssamenstelling De gezinnen bestaan uit gemiddeld vier gezinsleden. Afkomst Land
Aantal gezinnen
Percentage
Nederland
8
40%
Marokko
7
35%
Turkije
1
5%
Italië
1
5%
Iran
1
5%
Sierra Leone
1
5%
Tunesië
1
5%
Kernproblematiek Alle 20 gezinnen hebben bij aanvang te kampen gehad met één of meer van de volgende probleemgebieden. Probleemvelden Opvoedingsproblematiek Schulden Werkloosheid Psychische problemen Sociaal isolement Integratie problematiek Verslaving Woonoverlast Criminaliteit Overige problematiek*
Aantal gezinnen 17 13 10 14 6 3 2 3 3 6
Percentage 85% 65% 50% 70% 30% 15% 10% 15% 15% 30%
*Huiselijk geweld, huisvesting, de woning heeft schimmel, project voorkomen huisuitzetting en zorg mijdend, cultuurverschillen en gezondheid.
Aanmelding van de gezinnen kwam via BJZ 5 keer AMK 1 keer Cumulus 3 keer Portes 2 keer Portaal 1 keer Doenja 1 keer JAT 1 keer Altrecht 1 keer SMW Stichting Stade 2 keer Het vierde huis 1 keer MEE 1 keer EOG Stichting Stade 1 keer Rapportageafspraken
Elk kwartaal stuurt de manager een voortgangsrapportage van het aantal gestarte gezinnen per wijk, de eventuele wachtlijst en de knelpunten aan de contactpersonen van de gemeente Utrecht. Dit is het eindverslag opgenomen in het jaarverslag van Stichting
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 133 van 307
voor hulp op maat
Stade. Is de betaling afgerond
Ja
Is de uitvoering volgens planning gegaan
De uitvoering is in 2012 volgens planning gegaan. Sinds januari 2003 realiseert Stichting Stade met het team Gezinsondersteuning (voorheen Profiel) de aanpak MPG (multiprobleemgezin). Vanaf 2011 is de werkwijze verandert en is het team volgens het Wraparound Care model gaan werken. In het voorjaar van 2012 zijn de buurtteams van start gegaan. Aangezien drie medewerkers uit het team Gezinsondersteuning in de verschillende buurtteams deelnemen, verschuift een deel van hun uren naar de buurtteams. Zij hebben vanuit de buurtteams in Overvecht Noord en Ondiep gezinnen en huishoudens begeleid. Binnen het team Gezinsondersteuning hebben twee gezinswerkers de taak alle aanmeldingen te screenen op de afgesproken criteria alvorens de aanpak volgens het Wraparound Care Model (WCM) te starten. Bij twijfel over de aansluiting van de gezinsaanpak volgens het WCM bij de betreffende gezinsproblematiek, wanneer de aanmelder over te weinig informatie beschikt of wanneer niet aan de criteria wordt voldaan maar de WAC aanpak wel heel passend lijkt, neemt de gezinswerker van het aanmeldpunt contact op met één van de twee aandachtsfunctionarissen van het JAT voor een consult. Er is in 2012 net voor de zomer tijdelijk een wachtlijst geweest. De tweede helft van 2012 stagneerde de aanmeldingen. Een enkel traject is vroegtijdig afgebroken omdat er geen ingang mogelijk was. Daar staat tegenover dat enkele trajecten veel extra uren nodig hadden. De werkwijze van de Wraparound Care sluit naadloos aan bij het motto “zorgen dat i.p.v. zorgen voor” vanuit de Wmo-doelen en werkwijze volgens Meedoen naar Vermogen. Centraal staat het aanspreken en stimuleren van de eigen kracht, oplossingsvermogen en verantwoordelijkheid van het gezin. Met deze ondersteuning gericht op het terugbrengen van de eigen regie, sluiten de gezinswerkers ook beter aan bij wat de cliënten zelf willen en kunnen. De praktijk leert dat cliënten altijd meer kunnen dan ze zelf denken. Dit wordt mede veroorzaakt door het gebrek aan zelfreflectie binnen het gezin. In de WAC werkwijze staat het gezinsplan met de gezinsdoelen centraal. Deze doelen zijn leidend voor het gezin en de hulpverleners die het gezin begeleiden. Wanneer duidelijk is dat een gezinsdoel behaald is, of wanneer het gezin erkent dat zij in staat zijn zelf hun problemen te herformuleren in doelen, oplossingen te bedenken en te realiseren kan de gezinswerker de begeleiding stoppen. Gemiddeld zijn bij zo‟n 80% van gezinnen de doelen bereikt (of goed onderweg) bij afsluiting van een traject. Het gaat hierbij veelal om het oplossen van (im-)materiële problemen, of toeleiding naar de juiste instanties wanneer
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 134 van 307
voor hulp op maat
specifieke of specialistische ondersteuning nodig bleek. Voorbeeld van een fictief multiprobleemgezin. Een Marokkaans gezin; vader en moeder met vijf kinderen (onder de 18 jaar) wonen in een kleine flat in Overvecht (drie slaapkamers). Aanleiding: school had zorgen over de ontwikkeling van de kinderen, dochter van 12 had slechte cijfers en was vaak afwezig van school waardoor school een zorgmelding bij BJU heeft gedaan. Ouders wilden eerst niet meewerken en omdat ook de jongens in de buurt bekend waren als lastig is een OTS uitgesproken. Bij aanmelding door de voogd van BJU zijn de gestelde probleemgebieden: financiën, psychiatrie (depressie), huisvesting, opvoeding, dagbesteding, sociaal isolement en gezondheid. Het eerste gesprek van de gezinswerker samen met de gezinsvoogd bij het gezin thuis is bedoeld om de doelen waaraan het gezin wil werken en de voorwaarden van de voogd boven tafel te krijgen. Een vervolg bezoek met alleen de gezinswerker wordt meteen afgesproken en in drie bezoeken worden doelen en de weg ernaar toe heel concreet in het gezinsplan gezet: Administratie op orde, samen uitzoeken welke schulden er zijn en samen met gezinswerker aanmelden bij de Kredietbank (schuldsanering en basis budgetbeheer). Ter ondersteuning komt tijdelijk een vrijwilliger van het Rode Kruis (EHBA) die helpt omdat er ook taalachterstand is. Moeder is depressief en wil graag gelukkiger zijn en meer met de kinderen doen. Aanmelding bij Noagg voor behandeling. Moeder meldt zich aan bij een wandelclub, voor zichzelf en om contacten te krijgen. Vader heeft fysieke klachten door reuma, waardoor hij niet in staat is om te werken. Het gezin leeft van een bijstandsuitkering. Het huis is een troep en de voogd heeft aangegeven dat het huis in het belang van de kinderen opgeruimd moet worden. Moeder heeft haar zus bereid gevonden om te helpen. De dochter van 12 heeft moeite op school en kan zich niet goed concentreren, na het onderzoek helpt de medicatie voor ADHD om de resultaten op school te verbeteren. Door samen met gezinswerker enkele keren naar school te gaan, durven ouders (ondanks taalbarrière) nu zelf de contacten op school te onderhouden. De oudere kinderen hangen vaak op straat en vader heeft voor zijn jongens geregeld dat zij op voetbal kunnen en de oudere meisjes mogen gaan turnen. Aansluiting op de buurt is gelukt door een paar keer mee te gaan naar het buurthuis en kennis te maken met de sociaal raadsman in de wijk. Het gezin heeft zich ingeschreven bij Woningnet en staat op de wachtlijst voor woningruil. Contact met school is hersteld, de voogd is tevreden, dochter is onderzocht en volgt de lessen op school, de jongens hangen niet meer laat op straat en doen het ook beter op school. De ouders werken mee met hulpverlening en moeder heeft de regie weer in handen. De doelen in het gezinsplan zijn bijna bereikt, de gezinswerker kan afsluiten en het gezin kent de weg in geval van volgende problemen.
Bij zorgmijdende gezinnen (met veelal calculerend gedrag) waarbij de complexiteit van de problematiek erg groot is, heeft de gezinswerker vaak te maken met weerstand tegen de Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 135 van 307
voor hulp op maat
ondersteuning en terugkeer naar het probleemgedrag. Bij deze doelgroep (20%) worden de oorspronkelijk gestelde doelen niet of slechts gedeeltelijk behaald. De vervolgtrajecten zijn dan vaak in gedwongen kader. Samenwerking met collega‟s binnen Stichting Stade of met netwerkpartners is cruciaal in de werkwijze van Gezinsondersteuning. Het gezinsplan met de doelen is leidend en het gezin heeft de regie, maar de gezinswerker steunt vaak door een coördinerende rol te pakken in het afstemmen van de wensen, doelen, afspraken en oplossingen. Eigen kracht van het gezin is een middel en soms een doel om gedragsverandering of oplossing van hun problemen te realiseren. Het oplossen van een probleem voor iemand is niet onze werkwijze, maar soms zijn de problemen té complex of té intens dat eerst extra hulp nodig is om verbetering door het gezin zelf mogelijk te maken (bijvoorbeeld door een groep vrijwilligers die het huis helpt opruimen/opknappen, behandeling bij Centrum Maliebaan voor een verslaving of opvoedondersteuning aan ouders die overleven en alle regie kwijt zijn geraakt). Afrekenafspraken
Met de gemeente is overeengekomen dat Gezinsondersteuning voor 2012 alle begeleiding van alle gezinnen in uren afrekent. Afgesproken uren in beschikking voor 2012 = 9.002 uur. Gerealiseerde uren Gezinsondersteuning basis in 2012: 9.856 uur. 9856 – 9002 = 854 uur om-niet gerealiseerd. Afspraak uit 2010: 2.300 uur x € 0,00 te realiseren tussen 1-9-2010 en 31-12-2014. Afspraak: 2.300,0 uur Gerealiseerd in 2010: 588,8 uur Gerealiseerd in 2011: 519,6 uur Gerealiseerd in 2012: 854,0 uur Resteert: 337,6 uur
Bijzonderheden
De casuïstiekbespreking van Gezinsondersteuning is een vorm van collectieve werkbegeleiding, gericht op het realiseren van de best mogelijke ondersteuning aan cliënten, overeenkomstig het beleid en de procedures van Stichting Stade. Casuïstiekbespreking moet worden beschouwd als een instrument dat wordt gebruikt bij het optimaliseren van de kwaliteit van de geboden hulp of ondersteuning. Het instrument is vooral gericht op het verbeteren van het methodisch handelen van individuele medewerkers en het ondersteunen van de medewerker om dit te realiseren. Ook houden de gezinswerkers elkaar scherp in de Wraparound Care werkwijze.
Cliënttevredenheid
Eind voorjaar 2012 heeft het interne cliënttevredenheidsonderzoek plaatsgevonden. Er zijn 40 formulieren verstuurd naar de cliënten van Gezinsondersteuning. Er bleven 18 bruikbare formulieren. De respons komt uit om 45%.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 136 van 307
voor hulp op maat
Geen van de cliënten is in contact gekomen met het project via een folder of internet. 18 cliënten gaven aan via een verwijzer bij dit project te zijn aangemeld. De onderstaande vragen werden beantwoord met een rapportcijfer. De bereikbaarheid van de gezinswerker: 9,4. De snelheid waarmee men geholpen werd: 9,2. Houding en gedrag van de gezinswerker: 9,5. De baat die de cliënt gehad heeft bij de hulp of activiteit: 9,3. Verslag van actuele ontwikkelingen
De gemeente Utrecht heeft in 2011 besloten tot een stedelijke aanpak van multiprobleemgezinnen volgens het Wraparound Care Model door één aanbieder (Stichting Stade). In overleg met de gemeente is de deelname aan het stedelijke team van Gezinsondersteuning door de medewerkers van Cumulus en Portes in 2012 voorlopig verlengd tot met 1 augustus 2013. Na die datum zijn de tijdelijke middelen, die hun uren dekken, op. In 2011- 2012 is er een training op maat gegeven door de Hogeschool Utrecht in het kader van de implementatie van het werken met het WAC model. De training is met succes geëvalueerd en afgerond. De medewerkers waren zeer positief en zetten hun (nieuwe) kennis volop in. Gezinsondersteuning begeleidt niet langer alleen de hulpmijdende multiprobleemgezinnen, het team is er ook voor de hulpaanvaardende multiprobleemgezinnen. Vanaf de start van het Jeugdadviesteam (JAT) in Utrecht, zijn samenwerkingsafspraken gemaakt. Die afspraken waren gebaseerd op de wens van de subsidieverstrekker (gemeente Utrecht) voor een onafhankelijke regie en monitoring op het aanbod aan multiprobleemgezinnen. Met het JAT zijn in 2012 de lopende samenwerkingsafspraken uitgebreid geëvalueerd en aangepast. Afgesproken is dat het JAT een consult/advies rol vervult bij twijfel rond aangemelde gezinnen bij Gezinsondersteuning. In 2012 zijn er door de gemeente Utrecht ook de experimenten gestart met de buurtteams Jeugd & Gezin en Krachtig buurtteams in Overvecht en Ondiep. Net als vele andere organisaties heeft Stichting Stade een aantal medewerkers voorgedragen, waarvan er drie zijn geselecteerd, die in 2012 in deze teams zijn gaan werken. Ook heeft Gezinsondersteuning enkele gezinnen in overleg overgedragen aan teamleden van de buurtteams. De ervaringen met de buurtteams zijn positief. Vanaf oktober 2012 trekt Gezinsondersteuning een experiment in samenwerking met drie jeugdzorgorganisaties en Bureau Jeugdzorg Utrecht. Doel van DMO is te oefenen met de rollen (generalist-specialist) en samenwerking op lokaal niveau vooruitlopend op de transitie van de Jeugdzorg in 2015. Zandbergen, Reinaerde en het Leger des Heils lenen elk een medewerker uit, die drie dagen volledig in het team Gezinsondersteuning Utrecht meedraait en eigen gezinnen (met indicatie) begeleiden op een generalistische WAC werkwijze. BJU
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 137 van 307
voor hulp op maat
levert een voogd die twee dagen in de week ondersteuning biedt aan alle teamleden op gebied van veiligheid en ontwikkeling van kinderen in het gezin. De ontwikkelingen en ervaringen van de buurtteams zijn leidend voor deze samenwerking. In 2012 heeft Stichting Stade ook besloten ervaring op te doen met enkele Eigen Kracht Conferenties. Deze manier van mensen in eigen kracht zetten lijkt mooi aan te sluiten op de WAC werkwijze. De eerste conferentie is in 2012 afgerond en geëvalueerd in het team. De ervaring is op zich positief, maar de effecten van de conferentie zijn niet erg groot. Begeleiding van de gezinswerker blijkt in deze situatie nog hard nodig. Afspraken zijn gemaakt om de samenwerking in een volgende situatie verder te optimaliseren. Er zijn ook afspraken gemaakt over de meldcode huiselijk geweld binnen Gezinsondersteuning. De meldcode huiselijk geweld is een vast agendapunt tijdens de casuïstiek bespreking. Binnen het team hebben we een aandachtsfunctionaris huiselijk geweld die dit onderwerp extra onder de aandacht brengt. Iedere gezinswerker is verantwoordelijk voor het bespreken van (vermoedens van) huiselijk geweld binnen het team en voor het registeren van huiselijk geweld binnen het registratieprogramma Profit. Het team Gezinsondersteuning neemt een gedeelte van de uren van de coördinator Huiselijk Geweld voor haar rekening. Begin 2012 is de pilot MeeleefGezin Utrecht met de eerste training van aspirant meeleefgezinnen daadwerkelijk gestart. In 2012 zijn zeven koppelingen gerealiseerd tussen meeleefgezinnen en biologische gezinnen, waarvan de ouder(s) psychische problemen hebben. Hoewel het aantal koppelingen tegenvalt, zijn de individuele successen hartverwarmend. In 2013 zal deze pilot als project binnen Gezinsondersteuning voortgezet worden. Begin 2012 heeft Gezinsondersteuning de uitvraag gegund gekregen voor 2.000 uur gezinsmanagement in de EOG aanpak van OOV. De EOG aanpak, waar de overlastgevende, criminele gezinnen van Utrecht in worden opgenomen, sluit mooi aan bij Gezinsondersteuning. Soms komt een gezin net niet in aanmerking voor begeleiding vanuit EOG, maar past wel binnen Gezinsondersteuning. Vlak voor het einde van 2012 kreeg Stichting Stade de uitvraag Informatievoorziening en Cliëntondersteuning gegund. Een prachtig compliment voor de ideeën die we graag in Utrecht zouden willen realiseren. In ons plan, zou het team Gezinsondersteuning vanaf 2014, onderdeel van wijkgerichte integrale teams gaan uitmaken. Hierover vindt nog afstemming met de gemeente plaats. Knelpunten
De (her)positionering van Gezinsondersteuning (voorheen Profiel) binnen het netwerk. De werkwijze is veranderd en dat vraagt flinke investering op de contacten met netwerkpartners.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 138 van 307
voor hulp op maat
De transparante werkwijze gericht op regie bij de gezinnen vraagt ook aanpassing bij het professionele netwerk. De netwerkpartners die ondersteuning aanbieden aan het gezin, zullen zich aan het gezinsplan moeten conformeren. Samen met het gezin worden de doelen gesteld (eventueel de gedwongen kaders aangegeven) en dat zijn vervolgens de doelen waaraan gewerkt wordt. Zoveel mogelijk met het gezin in de regie. Waar vroeger een diagnosegestuurde aanpak werd geleverd, vraagt Gezinsondersteuning nu de aanmelder om een heel heldere probleemstelling (met eventueel verbinding van consequenties), zeker wanneer de ondersteuning in het gedwongen kader plaatsvindt. Werken volgens de WAC biedt wel voor meer mogelijkheden binnen de begeleidingstrajecten, maar roept tegelijkertijd ook veel vragen op bij het netwerk. De multiprobleemgezinnen met hulpmijdend gedrag hebben vaak geen gerichte hulpvraag, of verlangen meer ondersteuning op slechts één van de leefgebieden, waardoor de begeleiding niet altijd optimaal verloopt. Generalistisch werken zal zich nog meer moeten bewijzen in de huidige hulpverleningswereld. De competenties die een generalist nodig heeft, zijn in de praktijk nog niet altijd bij iedereen volledig ontwikkeld. Wanneer er meer ervaring met generalistisch werken groeit, levert dat ook meer vertrouwen bij gezinswerkers zelf, de professionals in het netwerk en specialisten. Idealiter zal dicht in de buurt van het gezin laagdrempelige ondersteuning zijn (mogelijk ook meer door informele zorg), waarop gezinnen met langdurige problematiek, na hun hulptrajecten terug kunnen vallen. Vinger aan de pols met een preventief karakter door vroegtijdige signalering van toename van de problemen. Deze aansluitende steun kan in veel buurten beter georganiseerd worden. De onrust door ontwikkelingen binnen het werkterrein van Welzijn heeft geleid tot minder goede doorstroom van begeleiding van gezinnen in 2012. Bezuinigingen en de onzekerheid over de toewijzing van de diverse subsidieaanvragen, maakten dat degene die een gezin in begeleiding had, dit niet gemakkelijk doorverwees naar Gezinsondersteuning. Ook andere partijen herkennen deze stagnering in de aanmeldingen. In 2012 is er kort een wachtlijst geweest, net voor de zomervakantie. Andere jaren zijn beduidend meer gezinnen bij het team Gezinsondersteuning aangemeld. Gezinsondersteuning had juist een toename in het aantal aanmeldingen verwacht vanwege de verbreding van de doelgroep. Het team heeft om deze reden extra geïnvesteerd in netwerkcontacten. De realisatie van het platform Gezinsondersteuning WAC Utrecht, met samenwerkingspartners, is helaas in 2012 niet gelukt. Dit platform beoogt structurele knelpunten in de samenwerking op te lossen. Bijvoorbeeld: Kwalitatieve verbetering van de Wraparound Care werkwijze en samenwerking tussen partners (op casusniveau). Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 139 van 307
voor hulp op maat
Bespreken en verbeteren van thema‟s zoals veiligheid en de regie daarop. Afspraken over opschaling, daar waar zaken niet verder komen/ stagneren. Bespreken en analyseren van belangen van de doelgroep (grijze gebieden), denk daarbij aan marginalisatie van zorgmijdende gezinnen, gezinnen met LVB. Signaleren van ontwikkelingen. Dit platform kan een instrument zijn voor een horizontale verantwoording, door open communicatie over het functioneren van het team Gezinsondersteuning.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 140 van 307
voor hulp op maat
Financiële informatie Gezinsondersteuning Utrecht inclusief Buurtteams 2012 Projectnaam:
Gezinsondersteuning Utrecht inclusief Buurtteams 11007 2012-456-687
Projectnummer: Verleningsbeschikking: Verleende subsidie 2012 Uren Gezinsondersteuning Uren werkgroep huiselijk geweld Verschil Uren "om niet" te maken in het kader van omschakeling van aantallen gezinnen naar uren. Zie mail van 14 september 2010.
8968 € 71,89 34 € 71,89
1191,6 €
-
€ 644.709,52 € 2.444,26 € 24,95-
€
-
Totaal verleende subsidie 2012 € 647.128,83 Realisatie 2012 Uren Gezinsondersteuning Uren werkgroep huiselijk geweld Uren "om niet" Projectkosten
8968 € 71,89 34 € 71,89 854 € -
€ 644.709,52 € 2.444,26 € € 5.770,26
Totaal realisatie 2012 € 652.924,04 Nog te realiseren in 2013 “Om niet” te maken uren totaal Realisatie 2010 Realisatie 2011 Realisatie 2012
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
2300,0 -588,8 1711,2 -519,6 1191,6 -854,0 337,6
Pagina 141 van 307
voor hulp op maat
Project Verslag Gezinsondersteuning WAP Kanaleneiland 2012-2013 2012 Naam
Gezinsondersteuning WAP Kanaleneiland
Koppeling met productomschrijving financier
De algemene doelstelling van het Wmo-beleid van de gemeente Utrecht is het “bevorderen dat alle burgers, in het bijzonder kwetsbare burgers, meedoen in de samenleving”. Gezinsondersteuning voorziet in het kader van deze doelstelling in het stoppen van verdere marginalisering van een zeer specifieke doelgroep, multiprobleemgezinnen. Zonder deze integrale ondersteuning is meedoen in de samenleving voor deze groep burgers niet goed mogelijk en slaat reguliere hulpverlening meestal niet aan. Het team Gezinsondersteuning biedt ondersteuning aan gezinnen, waarbij sprake is van complexe meervoudige problematiek. Een intensieve vorm van hulpverlening, waarbij een integrale en vraaggerichte werkwijze centraal staat. Deze gezinsaanpak wordt volgens het Wraparound Care model ingezet. Dit model gaat uit van de verantwoordelijkheid en eigen kracht van het gezin. Het accent ligt hierbij op hetgeen het gezin zelf kan veranderen richting de gestelde doelen en hun eigen doelen, waarbij de gezinswerker meestuurt en steun biedt.
Budget
€ 80.00,- = 1.157 uur Gezinsondersteuning uit WAP middelen voor Kanaleneiland.
Doelstelling
De algemene doelstelling van het Wmo-beleid van de gemeente Utrecht luidt het “bevorderen dat alle burgers, in het bijzonder kwetsbare burgers, meedoen in de samenleving”. Gezinsondersteuning voorziet in het kader van deze doelstelling in voorkomen van verdere marginalisering van de multiprobleemgezinnen in Utrecht. De basisgedachte van de Wraparound Care (WAC) past goed bij de Wmo uitgangspunten. De WAC gaat uit van de verantwoordelijkheid en eigen kracht van het gezin. De nadruk komt te liggen op hetgeen het gezin zelf kan om de gestelde en de eigen doelen te realiseren, de gezinswerker ondersteunt hen daarin. De doelstelling van de Gezinsondersteuning, vanuit het Wraparound Care model, is tijdelijke begeleiding van de multiprobleemgezinnen in Overvecht naar een zelfstandig functioneren in de samenleving.
Wijze van bekostiging
Wijkactieplan Kanaleneiland.
Productspecificatie (waarin opgenomen
De stedelijke aanpak MPG richt zich op multiprobleemgezinnen (minimaal 1 ouder, 1 kind) met complexe problemen op diverse
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 142 van 307
voor hulp op maat
de prestatieeenheden)
leefgebieden. De gezinnen hebben vaak weinig tot geen binding met de samenleving en hun directe omgeving omdat zij bijvoorbeeld hechten aan sterk afwijkende culturele normen en waarden, negatieve ervaringen hebben met of negatieve voorbeelden in hun omgeving van hulpverlening kennen. De gezinswerker sluit aan bij het gezin en combineert casemanagement (totstandkoming van één plan voor alle gezinsleden), hulpverlening (uitvoering) en zorgcoördinatie (gezinscoaching en regie). De gezinswerker steunt het gezin in het voeren van de eigen regie naar de betrokken partijen die worden ingeschakeld. De werkwijze van de gezinswerker is volgens het Wraparound Care Model. Kern van het product • Coördinatie, hulpverlening en coaching wordt door één partij uitgevoerd. • Alle gezinsleden worden geholpen, gezinsbrede coördinatie. • Empoweren van gezinnen, werken aan de doelen van het gezin. • Gezinsdoelstellingen zijn leidend boven organisatiedoelstellingen, weliswaar binnen de doelen die soms opgelegd zijn. • Import van specialisme, geen export van problemen. • Een team rond een gezin in plaats van een langgerekte keten.
Productafspraken
Te besteden uren volgens de beschikking tot subsidieverlening van de gemeente Utrecht is 1.157 uur. Deze uren worden ingezet voor alle in het jaar 2012 gestarte trajecten voor gezinnen uit Kanaleneiland. De gemiddelde tijdsinvestering per gezin is met de invoering van het WAC model lastig in te schatten. Niet alle gezinnen kunnen met de voorheen gemiddelde tijdsinvestering van 230 uur uitstromen. Mogelijk is voor andere gezinnen dat aantal uren begeleiding helemaal niet nodig. In samenspraak met de gemeente is afgesproken dat Gezinsondersteuning afrekent in uren en bijhoudt hoeveel trajecten per jaar gestart worden en hoeveel uren begeleiding dat gezin nodig heeft en hoe lang dat duurt.
Subsidiecriteria
Stichting Stade heeft haar organisatie gecertificeerd, waarbij jaarlijks een beoordeling plaats vindt door een extern bureau. Het verslag van deze externe beoordeling is voor subsidieverleners beschikbaar. Dit betekent dat de beleidscyclus, het kwaliteitsbeleid en alle ondersteunende processen voldoen aan de hiervoor ontwikkelde (internationale) normen. Met betrekking tot de uitvoering van de werkzaamheden in uren professionele inzet van medewerkers gelden de navolgende afspraken: Er zal worden gehandeld als goed werkgever zoals dit is omschreven in het Burgerlijk Wetboek. M.b.t. de uitvoering van de uren geldt een inspanningsverplichting om dit zo getrouw en goed mogelijk te doen. Van de urenrealisatie wordt een registratie bijgehouden die door een accountant zal worden gecontroleerd. Het primaire werkproces is omschreven en vastgelegd.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 143 van 307
voor hulp op maat
Daarnaar zal worden gehandeld. Met betrekking tot het betrekken van cliënten bij de uitvoering van de werkzaamheden wordt het navolgende bepaald: er is in 2009 op instellingsniveau een cliëntenraad ingesteld die jaarlijks een onderzoek doet naar de cliënttevredenheid en die vergelijkbare bevoegdheden heeft als de ondernemingsraad. Registratieresultaten
Culturele achtergrond 3 gezinnen uit Marokko. 2 gezinnen uit Nederland. 1 gezin uit Turkije. 1 gezin uit Joegoslavië. 1 gezin uit Oostenrijk. Gezinssamenstelling De gezinnen bestaan uit gemiddeld 4 gezinsleden. Kernproblematiek Opvoedingsproblematiek: 5 gezinnen. Schulden: 7 gezinnen. Verslaving: 2 gezinnen. Sociaal isolement: 4 gezinnen. Woonoverlast: 1 gezin. Werkloosheid: 4 gezinnen. Psychiatrische problemen: 4 gezinnen. Overige problematiek*: 3 gezinnen. *Gezin woont in een planken woning, het gezin is afgesloten van warmte en huiselijk geweld.
De aanmeldingen kwamen via Centrum Maliebaan (1) Bureau Jeugdzorg (1) Doenja dienstverlening (2) DOHG (1) Jeugdadviesteams (2) MEE (1)
Rapportage-afspraken
Elk half jaar wordt op verzoek van de wijkaccountmanager een formulier voor verantwoording van de WAP middelen toegestuurd dat ingevuld retour gestuurd wordt. Dit is het eindverslag opgenomen in het jaarverslag van Stichting Stade.
Is de betaling afgerond
Ja
Is de uitvoering volgens planning gegaan
De uitvoering is volgens planning gegaan. Nog niet gerealiseerde uren worden verschoven naar 2013. Vanuit Kanaleneiland worden jaarlijks veel gezinnen aangemeld bij Gezinsondersteuning. In 2012 waren dat er slechts 8. Eerdere jaren werden 10 tot 12 nieuwe gezinnen aangemeld.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 144 van 307
voor hulp op maat
In één gezin is de begeleiding gestopt omdat er geen ingang mogelijk bleek. Zie voor verdere informatie projectverslag Gezinsondersteuning 2012. Afrekenafspraken
In de wijk Kanaleneiland is op de WAP middelen Kanaleneiland 2012-2013 het afgelopen jaar 917,5 uur begeleiding gegeven aan acht gezinnen. Verkocht voor 2012: 1.157 uur. Realisatie in 2012: 917,5 uur. Schuift naar 2013: 239,5 uur.
Bijzonderheden
Zie voor verdere informatie het projectverslag Gezinsondersteuning 2012.
Cliënttevredenheid
Zie voor verdere informatie projectverslag Gezinsondersteuning 2012.
Verslag van actuele ontwikkelingen
Zie voor verdere informatie projectverslag Gezinsondersteuning 2012.
Knelpunten
Er zijn geen bijzondere knelpunten in de wijk Kanaleneiland. Zie voor verdere informatie projectverslag Gezinsondersteuning 2012.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 145 van 307
voor hulp op maat
Financiële informatie Gezinsondersteuning WAP Kanaleneiland 2012-2013 2012 Projectnaam: Projectnummer:
Gezinsondersteuning WAP Kanaleneiland 2012-2013 11054
Verleende subsidie 2012-2013 Uren 1157 € 69,16 Verschil Totaal verleende subsidie 2012 Realisatie 2012 Uren
917,4 € 69,16 Totaal realisatie 2012
Nog te realiseren uren in 2013
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
€ 80.018,12 € 18,12€ 80.000,00
€ 63.447,38 € 63.447,38
239,60
Pagina 146 van 307
voor hulp op maat
Project Verslag Gezinsondersteuning WAP Zuilen 2012-2013 2012 Naam
Gezinsondersteuning WAP Zuilen 2012-2013
Koppeling met productomschrijving financier
De algemene doelstelling van het Wmo-beleid van de gemeente Utrecht is het “bevorderen dat alle burgers, in het bijzonder kwetsbare burgers, meedoen in de samenleving”. Gezinsondersteuning voorziet in het kader van deze doelstelling in het stoppen van verdere marginalisering van een zeer specifieke doelgroep, multiprobleemgezinnen. Zonder deze integrale ondersteuning is meedoen in de samenleving voor deze groep burgers niet goed mogelijk en slaat reguliere hulpverlening meestal niet aan. Het team Gezinsondersteuning biedt ondersteuning aan gezinnen, waarbij sprake is van complexe meervoudige problematiek. Een intensieve vorm van hulpverlening, waarbij een integrale en vraaggerichte werkwijze centraal staat. Deze gezinsaanpak wordt volgens het Wraparound Care model ingezet. Dit model gaat uit van de verantwoordelijkheid en eigen kracht van het gezin. Het accent ligt hierbij op hetgeen het gezin zelf kan veranderen richting de gestelde doelen en hun eigen doelen, waarbij de gezinswerker meestuurt en steun biedt.
Budget
€ 80.000,- = 1.157 uur Gezinsondersteuning uit WAP middelen voor Zuilen.
Doelstelling
De algemene doelstelling van het Wmo-beleid van de gemeente Utrecht luidt het “bevorderen dat alle burgers, in het bijzonder kwetsbare burgers, meedoen in de samenleving”. Gezinsondersteuning voorziet in het kader van deze doelstelling in het voorkomen van verdere marginalisering van de multiprobleemgezinnen in Utrecht. De basisgedachte van de Wraparound Care (WAC) past goed bij de Wmo uitgangspunten. De WAC gaat uit van de verantwoordelijkheid en eigen kracht van het gezin. De nadruk komt te liggen op hetgeen het gezin zelf kan om de gestelde en de eigen doelen te realiseren, de gezinswerker ondersteunt hen daarin. De doelstelling van de Gezinsondersteuning, vanuit het Wraparound Care model, is tijdelijke begeleiding van de multiprobleemgezinnen in Overvecht naar een zelfstandig functioneren in de samenleving.
Wijze van bekostiging
Wijkactieplan Zuilen.
Productspecificatie (waarin opgenomen de prestatie-
De stedelijke aanpak MPG richt zich op multiprobleemgezinnen (minimaal 1 ouder, 1 kind) met complexe problemen op diverse leefgebieden. De gezinnen hebben vaak weinig tot geen binding
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 147 van 307
voor hulp op maat
eenheden)
met de samenleving en hun directe omgeving omdat zij bijvoorbeeld hechten aan sterk afwijkende culturele normen en waarden, negatieve ervaringen hebben met of negatieve voorbeelden in hun omgeving van hulpverlening kennen. De gezinswerker sluit aan bij het gezin en combineert casemanagement (totstandkoming van één plan voor alle gezinsleden), hulpverlening (uitvoering) en zorgcoördinatie (gezinscoaching en regie). De gezinswerker steunt het gezin in het voeren van de eigen regie naar de betrokken partijen die worden ingeschakeld. De werkwijze van de gezinswerker is volgens het Wraparound Care Model. Kern van het product • Coördinatie, hulpverlening en coaching wordt door één partij uitgevoerd. • Alle gezinsleden worden geholpen, gezinsbrede coördinatie. • Empoweren van gezinnen, werken aan de doelen van het gezin. • Gezinsdoelstellingen zijn leidend boven organisatiedoelstellingen, weliswaar binnen de doelen die soms opgelegd zijn. • Import van specialisme, geen export van problemen. • Een team rond een gezin in plaats van een langgerekte keten.
Productafspraken
Te besteden uren volgens de beschikking tot subsidieverlening van de gemeente Utrecht is 1.157 uur. Deze uren worden ingezet voor alle in het jaar 2012 gestarte trajecten en enkele gezinnen uit Zuilen, die in 2011 reeds gestart zijn en in 2012 nog werden begeleid. De gemiddelde tijdsinvestering per gezin is met de invoering van het WAC model lastig in te schatten. Niet alle gezinnen kunnen met de voorheen gemiddelde tijdsinvestering van 230 uur uitstromen. Mogelijk is voor andere gezinnen dat aantal uren begeleiding helemaal niet nodig. In samenspraak met de gemeente is afgesproken dat Gezinsondersteuning afrekent in uren en bijhoudt hoeveel trajecten per jaar gestart worden en hoeveel uren begeleiding dat gezin nodig heeft en hoe lang dat duurt.
Subsidiecriteria
Stichting Stade heeft haar organisatie gecertificeerd, waarbij jaarlijks een beoordeling plaats vindt door een extern bureau. Het verslag van deze externe beoordeling is voor subsidieverleners beschikbaar. Dit betekent dat de beleidscyclus, het kwaliteitsbeleid en alle ondersteunende processen voldoen aan de hiervoor ontwikkelde (internationale) normen. Met betrekking tot de uitvoering van de werkzaamheden in uren professionele inzet van medewerkers gelden de navolgende afspraken: Er zal worden gehandeld als goed werkgever zoals dit is omschreven in het Burgerlijk Wetboek. M.b.t. de uitvoering van de uren geldt een inspanningsverplichting om dit zo getrouw en goed mogelijk te doen. Van de urenrealisatie wordt een registratie bijgehouden die door een accountant zal worden gecontroleerd. Het primaire werkproces is omschreven en vastgelegd. Daarnaar zal worden gehandeld.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 148 van 307
voor hulp op maat
Met betrekking tot het betrekken van cliënten bij de uitvoering van de werkzaamheden wordt het navolgende bepaald: er is in 2009 op instellingsniveau een cliëntenraad ingesteld die jaarlijks een onderzoek doet naar de cliënttevredenheid en die vergelijkbare bevoegdheden heeft als de ondernemingsraad. Registratieresultaten
Culturele achtergrond 4 gezinnen uit Nederland. 2 gezin uit Turkije. 1 gezin uit Italië. 1 gezin uit Somalië. 1 gezin uit Kameroen. Gezinssamenstelling De gezinnen bestaan uit gemiddeld 4 gezinsleden. Kernproblematiek Opvoedingsproblematiek: 6 gezinnen. Integratie: 3 gezinnen. Schulden: 8 gezinnen. Sociaal isolement: 4 gezinnen. Woonoverlast: 1 gezin. Werkloosheid: 4 gezinnen. Psychiatrische problemen: 2 gezinnen. Overige problematiek*: 3 gezinnen *De cliënt is terminaal kankerpatiënt, gekraakte woning, huisvestingsproblemen (2), communicatie onderling, administratie en dagbesteding. De aanmeldingen kwamen via Portes (3) Het Jat (1) Huisarts (1) Vluchtelingenwerk (2) NOAGG Utrecht (1) Kredietbank Utrecht (1)
Rapportageafspraken
Elk half jaar wordt op verzoek van de wijkaccountmanager een formulier voor verantwoording van de WAP middelen toegestuurd dat ingevuld retour gestuurd wordt. Dit is het eindverslag opgenomen in het jaarverslag van Stichting Stade.
Is de betaling afgerond
Ja
Is de uitvoering volgens planning gegaan
De planning verloopt volgens planning. Nog niet gerealiseerde uren worden verschoven naar 2013. Er zijn in 2012 negen nieuwe gezinnen uit Zuilen in begeleiding genomen en de inzet van vier trajecten uit 2011 werd op deze middelen afgerond.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 149 van 307
voor hulp op maat
Zie voor verdere informatie projectverslag Gezinsondersteuning 2012. Afrekenafspraken
In de wijk Zuilen is in 2012 door Gezinsondersteuning 973,5 uur begeleiding gegeven aan negen nieuwe gezinnen plus vier oudere trajecten. Van deze 13 trajecten in de wijk Noordwest zijn in 2012 acht afgerond. Vijf trajecten lopen door in 2013. Verkocht voor 2012: 1.157 uur. Realisatie in 2012: 973,5 uur. Schuift naar 2013: 183,5 uur.
Bijzonderheden
Er zijn geen bijzonderheden te melden over de trajecten in Zuilen. Zie voor verdere informatie projectverslag Gezinsondersteuning 2012.
Cliënttevredenheid
Zie voor verdere informatie projectverslag Gezinsondersteuning 2012.
Verslag van actuele ontwikkelingen
Zie voor verdere informatie projectverslag Gezinsondersteuning 2012.
Knelpunten
Er zijn geen knelpunten te melden vanuit Zuilen. Zie voor verdere informatie projectverslag Gezinsondersteuning 2012.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 150 van 307
voor hulp op maat
Financiële informatie Gezinsondersteuning WAP Zuilen 2012-2013 2012 Projectnaam: Projectnummer:
Gezinsondersteuning WAP Zuilen 2012-2013 11055
Verleende subsidie 2012-2013 Uren 1157 € 69,16 Verschillen
€ 80.018,12 € 18,12-
Totaal subsidie 2012 € 80.000,00 Realisatie 2012 Uren
973,5 € 69,16
€ 67.327,26
Totaal realisatie 2012 € 67.327,26 Nog te realiseren uren in 2013
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
183,50
Pagina 151 van 307
voor hulp op maat
Project Verslag Gezinsondersteuning WAP Overvecht 2011-2012 2012 Naam
Gezinsondersteuning WAP Overvecht 2011-2012
Koppeling met productomschrijving financier
De algemene doelstelling van het Wmo-beleid van de gemeente Utrecht is het “bevorderen dat alle burgers, in het bijzonder kwetsbare burgers, meedoen in de samenleving”. Gezinsondersteuning voorziet in het kader van deze doelstelling in het stoppen van verdere marginalisering van een zeer specifieke doelgroep, multiprobleemgezinnen. Zonder deze integrale ondersteuning is meedoen in de samenleving voor deze groep burgers niet goed mogelijk en slaat reguliere hulpverlening meestal niet aan. Het team Gezinsondersteuning biedt ondersteuning aan gezinnen, waarbij sprake is van complexe meervoudige problematiek. Een intensieve vorm van hulpverlening, waarbij een integrale en vraaggerichte werkwijze centraal staat. Deze gezinsaanpak wordt volgens het Wraparound Care model ingezet. Dit model gaat uit van de verantwoordelijkheid en eigen kracht van het gezin. Het accent ligt hierbij op hetgeen het gezin zelf kan veranderen richting de gestelde doelen en hun eigen doelen, waarbij de gezinswerker meestuurt en steun biedt.
Budget
€ 45.865,- = 638 uur Gezinsondersteuning uit WAP middelen voor Overvecht 2011-2012. In 2011 zijn op dit budget 94 uren ingezet waardoor er 544 uren doorschoven naar 2012.
Doelstelling
De algemene doelstelling van het Wmo-beleid van de gemeente Utrecht luidt het “bevorderen dat alle burgers, in het bijzonder kwetsbare burgers, meedoen in de samenleving”. Gezinsondersteuning voorziet in het kader van deze doelstelling in het voorkomen van verdere marginalisering van de multiprobleemgezinnen in Utrecht. De basisgedachte van de Wraparound Care (WAC) past goed bij de Wmo uitgangspunten. De WAC gaat uit van de verantwoordelijkheid en eigen kracht van het gezin. De nadruk komt te liggen op hetgeen het gezin zelf kan om de gestelde en de eigen doelen te realiseren, de gezinswerker ondersteunt hen daarin. De doelstelling van de Gezinsondersteuning, vanuit het Wraparound Care model, is tijdelijke begeleiding van de multiprobleemgezinnen in Overvecht naar een zelfstandig functioneren in de samenleving.
Wijze van bekostiging
Wijkactieplan Overvecht 2011-2012.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 152 van 307
voor hulp op maat
Productspecificatie (waarin opgenomen de prestatieeenheden)
De stedelijke aanpak MPG richt zich op multiprobleemgezinnen (minimaal 1 ouder, 1 kind) met complexe problemen op diverse leefgebieden. De gezinnen hebben vaak weinig tot geen binding met de samenleving en hun directe omgeving omdat zij bijvoorbeeld hechten aan sterk afwijkende culturele normen en waarden, negatieve ervaringen hebben met of negatieve voorbeelden in hun omgeving van hulpverlening kennen. De gezinswerker sluit aan bij het gezin en combineert casemanagement (totstandkoming van één plan voor alle gezinsleden), hulpverlening (uitvoering) en zorgcoördinatie (gezinscoaching en regie). De gezinswerker steunt het gezin in het voeren van de eigen regie naar de betrokken partijen die worden ingeschakeld. Kern van het product • Coördinatie, hulpverlening en coaching wordt door één partij uitgevoerd. • Alle gezinsleden worden geholpen, gezinsbrede coördinatie. • Empoweren van gezinnen, werken aan de doelen van het gezin. • Gezinsdoelstellingen zijn leidend boven organisatiedoelstellingen, weliswaar binnen de doelen die soms opgelegd zijn. • Import van specialisme, geen export van problemen. • Een team rond een gezin in plaats van een langgerekte keten.
Productafspraken
In de periode tussen 1 november 2011 en 1 juli 2012 is in totaal 638 uur ingezet worden voor begeleiding aan gezinnen uit Overvecht. In 2011 zijn twee trajecten gestart en in 2012 zijn nog eens drie nieuwe trajecten op deze middelen gestart. Toen alle beschikbare uren gerealiseerd waren, zijn de gezinnen overgezet naar de reguliere middelen, zodat de gezinswerkers de begeleiding op die middelen gewoon kunnen afronden.
Subsidiecriteria
Stichting Stade heeft haar organisatie gecertificeerd, waarbij jaarlijks een beoordeling plaats vindt door een extern bureau. Het verslag van deze externe beoordeling is voor subsidieverleners beschikbaar. Dit betekent dat de beleidscyclus, het kwaliteitsbeleid en alle ondersteunende processen voldoen aan de hiervoor ontwikkelde (internationale) normen. Met betrekking tot de uitvoering van de werkzaamheden in uren professionele inzet van medewerkers gelden de navolgende afspraken: Er zal worden gehandeld als goed werkgever zoals dit is omschreven in het Burgerlijk Wetboek. M.b.t. de uitvoering van de uren geldt een inspanningsverplichting om dit zo getrouw en goed mogelijk te doen. Van de urenrealisatie wordt een registratie bijgehouden die door een accountant zal worden gecontroleerd. Het primaire werkproces is omschreven en vastgelegd. Daarnaar zal worden gehandeld. Met betrekking tot het betrekken van cliënten bij de uitvoering van de werkzaamheden wordt het navolgende bepaald: er is in 2009 op instellingsniveau een cliëntenraad ingesteld die jaarlijks een onderzoek doet naar de cliënttevredenheid en die vergelijkbare
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 153 van 307
voor hulp op maat
bevoegdheden heeft als de ondernemingsraad. Registratieresultaten
Culturele achtergrond 2 gezinnen uit Marokko. 1 gezin uit Nederland. Gezinssamenstelling De gezinnen bestaan uit gemiddeld 3 gezinsleden. Kernproblematiek Opvoedingsproblematiek: 3 gezinnen. Schulden: 3 gezinnen. Criminaliteit: 1 gezin. Sociaal isolement: 3 gezinnen. Woonoverlast: 1 gezin. Werkloosheid: 1 gezin. Psychiatrische problemen: 2 gezinnen. Overige problematiek*: 2 gezinnen *Relatie met ex-man, geen alimentatie, hulpverleners durven niet te melden bij bijvoorbeeld Bureau Jeugdzorg. De aanmeldingen kwamen via Cumulus (1) Portes (1) Project voorkom huisuitzetting (1)
Rapportageafspraken
Elk half jaar wordt op verzoek van de wijkaccountmanager een formulier voor verantwoording van de WAP middelen toegestuurd dat ingevuld retour gestuurd wordt. Dit is het eindverslag opgenomen in het jaarverslag van Stichting Stade.
Is de betaling afgerond
Ja
Is de uitvoering volgens planning gegaan
De uitvoering verliep volgens planning. Alle nog in 2012 te realiseren uren zijn gerealiseerd. De afronding van de begeleiding wordt gefinancierd uit reguliere middelen Gezinsondersteuning.
Afrekenafspraken
In de wijk Overvecht is in 2012 door Gezinsondersteuning 544 uur begeleiding gegeven aan drie nieuwe gezinnen en twee lopende trajecten uit 2011. Verkocht voor 2011-2012: 638 uur. Realisatie in 2011: 94 uur. Realisatie in 2012: 544 uur.
Bijzonderheden
Er zijn geen bijzonderheden voor deze trajecten uit Overvecht te melden. Zie voor verdere informatie het projectverslag Gezinsondersteuning
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 154 van 307
voor hulp op maat
2012. Cliënttevredenheid
Zie voor verdere informatie het projectverslag Gezinsondersteuning 2012.
Verslag van actuele ontwikkelingen
Zie voor verdere informatie het projectverslag Gezinsondersteuning 2012.
Knelpunten
Er zijn geen knelpunten te melden. Zie voor verdere informatie het projectverslag Gezinsondersteuning 2012.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 155 van 307
voor hulp op maat
Financiële informatie Gezinsondersteuning WAP Overvecht 2011-2012 2012 Projectnaam: Projectnummer: Verleningsbeschikking:
Gezinsondersteuning WAP Overvecht 2011-2012 10998 11.109024
Verleende subsidie 2011-2012 Uren 638 € 71,89 Verschillen
€ 45.865,82 € 0,82Totaal subsidie € 45.865,00
Realisatie 2011-2012 Uren 2011 Uren 2012
94 € 71,89 544 € 71,89
€ 6.757,66 € 39.108,16
Totaal realisatie 2012
€ 45.865,82
Te verrekenen
€
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
-
Pagina 156 van 307
voor hulp op maat
Project Verslag Gezinsondersteuning Overvecht 2012-2013 2012 Naam
Gezinsondersteuning WAP Overvecht 2012-2013
Koppeling met productomschrijving financier
De algemene doelstelling van het Wmo-beleid van de gemeente Utrecht is het “bevorderen dat alle burgers, in het bijzonder kwetsbare burgers, meedoen in de samenleving”. Gezinsondersteuning voorziet in het kader van deze doelstelling in het stoppen van verdere marginalisering van een zeer specifieke doelgroep, multiprobleemgezinnen. Zonder deze integrale ondersteuning is meedoen in de samenleving voor deze groep burgers niet goed mogelijk en slaat reguliere hulpverlening meestal niet aan. Het team Gezinsondersteuning biedt ondersteuning aan gezinnen, waarbij sprake is van complexe meervoudige problematiek. Een intensieve vorm van hulpverlening, waarbij een integrale en vraaggerichte werkwijze centraal staat. Deze gezinsaanpak wordt volgens het Wraparound Care model ingezet. Dit model gaat uit van de verantwoordelijkheid en eigen kracht van het gezin. Het accent ligt hierbij op hetgeen het gezin zelf kan veranderen richting de gestelde doelen en hun eigen doelen, waarbij de gezinswerker meestuurt en steun biedt.
Budget
€ 79.509,- = 1.150 uur Gezinsondersteuning uit WAP middelen voor Overvecht.
Doelstelling
De algemene doelstelling van het Wmo-beleid van de gemeente Utrecht luidt het “bevorderen dat alle burgers, in het bijzonder kwetsbare burgers, meedoen in de samenleving”. Gezinsondersteuning voorziet in het kader van deze doelstelling in het voorkomen van verdere marginalisering van de multiprobleemgezinnen in Utrecht. De basisgedachte van de Wraparound Care (WAC) past goed bij de Wmo uitgangspunten. De WAC gaat uit van de verantwoordelijkheid en eigen kracht van het gezin. De nadruk komt te liggen op hetgeen het gezin zelf kan om de gestelde en de eigen doelen te realiseren, de gezinswerker ondersteunt hen daarin. De doelstelling van de Gezinsondersteuning, vanuit het Wraparound Care model, is tijdelijke begeleiding van de multiprobleemgezinnen in Overvecht naar een zelfstandig functioneren in de samenleving.
Wijze van bekostiging
Wijkactieplan Overvecht.
Productspecificatie (waarin opgenomen de prestatie-
De stedelijke aanpak MPG richt zich op multiprobleemgezinnen (minimaal 1 ouder, 1 kind) met complexe problemen op diverse leefgebieden. De gezinnen hebben vaak weinig tot geen binding
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 157 van 307
voor hulp op maat
eenheden)
met de samenleving en hun directe omgeving omdat zij bijvoorbeeld hechten aan sterk afwijkende culturele normen en waarden, negatieve ervaringen hebben met of negatieve voorbeelden in hun omgeving van hulpverlening kennen. De gezinswerker sluit aan bij het gezin en combineert casemanagement (totstandkoming van één plan voor alle gezinsleden), hulpverlening (uitvoering) en zorgcoördinatie (gezinscoaching en regie). De gezinswerker steunt het gezin in het voeren van de eigen regie naar de betrokken partijen die worden ingeschakeld. Kern van het product • Coördinatie, hulpverlening en coaching wordt door één partij uitgevoerd. • Alle gezinsleden worden geholpen, gezinsbrede coördinatie. • Empoweren van gezinnen, werken aan de doelen van het gezin. • Gezinsdoelstellingen zijn leidend boven organisatiedoelstellingen, weliswaar binnen de doelen die soms opgelegd zijn. • Import van specialisme, geen export van problemen. • Een team rond een gezin in plaats van een langgerekte keten.
Productafspraken
Te besteden uren volgens de beschikking tot subsidieverlening van de gemeente Utrecht is 1.150 uur. Deze uren worden ingezet voor vijf in het jaar 2012 gestarte trajecten voor gezinnen uit Overvecht. In totaal zijn er 13 nieuwe trajecten gestart in Overvecht. Drie gezinnen werden nieuw gestart op WAP middelen Overvecht 20112012 en vijf nieuwe gezinnen op reguliere middelen. De gemiddelde tijdsinvestering per gezin is met de invoering van het WAC model lastig in te schatten. Niet alle gezinnen kunnen met de voorheen gemiddelde tijdsinvestering van 230 uur uitstromen. Mogelijk is voor andere gezinnen dat aantal uren begeleiding helemaal niet nodig. In samenspraak met de gemeente is afgesproken dat Gezinsondersteuning afrekent in uren en bijhoudt hoeveel trajecten per jaar gestart worden en hoeveel uren begeleiding dat gezin nodig heeft en hoe lang dat duurt.
Subsidiecriteria
Stichting Stade heeft haar organisatie gecertificeerd, waarbij jaarlijks een beoordeling plaats vindt door een extern bureau. Het verslag van deze externe beoordeling is voor subsidieverleners beschikbaar. Dit betekent dat de beleidscyclus, het kwaliteitsbeleid en alle ondersteunende processen voldoen aan de hiervoor ontwikkelde (internationale) normen. Met betrekking tot de uitvoering van de werkzaamheden in uren professionele inzet van medewerkers gelden de navolgende afspraken: Er zal worden gehandeld als goed werkgever zoals dit is omschreven in het Burgerlijk Wetboek. M.b.t. de uitvoering van de uren geldt een inspanningsverplichting om dit zo getrouw en goed mogelijk te doen. Van de urenrealisatie wordt een registratie bijgehouden die door een accountant zal worden gecontroleerd. Het primaire werkproces is omschreven en vastgelegd.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 158 van 307
voor hulp op maat
Daarnaar zal worden gehandeld. Met betrekking tot het betrekken van cliënten bij de uitvoering van de werkzaamheden wordt het navolgende bepaald: er is in 2009 op instellingsniveau een cliëntenraad ingesteld die jaarlijks een onderzoek doet naar de cliënttevredenheid en die vergelijkbare bevoegdheden heeft als de ondernemingsraad. Registratieresultaten
Culturele achtergrond 4 gezinnen uit Marokko. 1 gezin uit Angola. Gezinssamenstelling De gezinnen bestaan uit gemiddeld 3 gezinsleden. Kernproblematiek Opvoedingsproblematiek: 4 gezinnen. Schulden: 2 gezinnen. Criminaliteit: 1 gezin. Verslaving: 1 gezin. Sociaal isolement: 2 gezinnen. Woonoverlast: 2 gezinnen. Werkloosheid: 3 gezinnen. Psychiatrische problemen: 1 gezin. Overige problematiek*: 3 gezinnen *Gezondheidsproblemen, problemen op school, schoolverzuim en diefstal.
De aanmeldingen kwamen via Cumulus (2) School (1) Jeugd Advies Teams (1) Project voorkom huisuitzetting (1) Rapportageafspraken
Elk half jaar wordt op verzoek van de wijkaccountmanager een formulier voor verantwoording van de WAP middelen toegestuurd dat ingevuld retour gestuurd wordt. Dit is het eindverslag opgenomen in het jaarverslag van Stichting Stade.
Is de betaling afgerond
Ja
Is de uitvoering volgens planning gegaan
De uitvoering is volgens planning gegaan. Nog niet gerealiseerde uren worden verschoven naar 2013. Zie voor verdere informatie projectverslag Gezinsondersteuning 2012.
Afrekenafspraken
In de wijk Overvecht is in 2012 door Gezinsondersteuning 691 uur begeleiding gegeven aan vijf gezinnen. Verkocht voor 2012-2013: 1.150 uur. Realisatie in 2012: 691 uur.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 159 van 307
voor hulp op maat
Schuift naar 2013: 459 uur. Bijzonderheden
Er zijn geen bijzonderheden in de begeleiding van deze vijf gezinnen te melden. Zie voor verdere informatie projectverslag Gezinsondersteuning 2012.
Cliënttevredenheid
Zie voor verdere informatie projectverslag Gezinsondersteuning 2012.
Verslag van actuele ontwikkelingen
Zie voor verdere informatie projectverslag Gezinsondersteuning 2012.
Knelpunten
Zie voor verdere informatie projectverslag Gezinsondersteuning 2012.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 160 van 307
voor hulp op maat
Financiële informatie Gezinsondersteuning Overvecht 2012-2013 2012
Projectnaam: Projectnummer:
Gezinsondersteuning Overvecht 2012 11057
Verleende subsidie 2012-2013 Uren 1150 € 69,16 Verschil
€ 79.534,00 € 25,00-
Totaal verleende subsidie 2012 € 79.509,00 Realisatie 2012 Uren
691 € 69,16
€ 47.789,56
Totaal realisatie 2012 € 47.789,56 Nog te realiseren uren in 2013
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
459,00
Pagina 161 van 307
voor hulp op maat
Project Verslag Ernstig Overlastgevende Gezinnen Utrecht 2012-2014 2012 Naam
Casemanagement Ernstig Overlastgevende Gezinnen
Koppeling met productomschrijving financier
Bij aanmelding van het gezin maakt de projectleider van het Veiligheidshuis samen met de gezinsmanager van Gezinsondersteuning een eerste inventarisatie van de feitelijke situatie rondom het gezin. Hierbij kijkt men met name naar de spelende problematiek en de professionals die al bemoeienis hebben met het gezin. Per gezin wordt een gezinsoverleg opgestart waarin slechts professionals zitten die met het gezin contact hebben en actief bij de aanpak betrokken moeten zijn. De gemeente Utrecht zorgt voor de regie van deze overleggen vanuit de afdeling OOV. De projectleider heeft ook inhoudelijk overleg met de gezinsmanagers over de te volgen aanpak van gezinnen.
Budget
€ 143.780,-
Doelstelling
Het coördineren van de zorg c.q. hulpverlening van vijf ernstig overlastgevende gezinnen, het monitoren van de hulpverlening en het betreffende gezin dusdanig masseren dat zij de geboden hulpverlening ook aanvaarden. Dit in nauwe samenspraak met de gemeentelijke projectleider vanuit het Veiligheidshuis. Er wordt een systeemgerichte, intensieve en integrale aanpak vormgegeven in het gezinsoverleg. De aanpak heeft tot doel grenzen te stellen en een voorwaardelijk kader te realiseren van waaruit zorg en begeleiding geboden wordt. Daarbij wordt uitgegaan van het (beter) inzetten van bestaande/beschikbare instrumenten.
Wijze van bekostiging
Subsidie gemeente Utrecht, Openbare Orde en Veiligheid.
Productspecificatie (waarin opgenomen de prestatie-eenheden)
De gezinsmanager van Stichting Stade biedt hulp aan hulpvermijdende gezinnen met een meervoudige problematiek. Specifiek voor dit project zijn de criteria voor de gezinnen aangescherpt. Deze criteria zijn vastgelegd in een afzonderlijk projectprotocol. De aanpak is voorwaardelijk. Dwang en drang kunnen worden toegepast. De prestatie-eenheid is een cliëntsysteem waarmee het totale gezin wordt bedoeld. Dat is de begeleiding en de zorgcoördinatie specifiek ten behoeve van het betreffende gezin. De gezinsmanager maakt zich verantwoordelijk voor een sluitende aanpak en draagt zorg voor een netwerk dat past bij het
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 162 van 307
voor hulp op maat
betreffende gezin. Ontbrekende partijen worden door hem benaderd deel te nemen. De nadruk in de gezins- of casusoverleggen ligt op het aansturen, organiseren en coördineren van alle betrokken professionals die bemoeienis hebben met het betreffende gezin. De werkwijze is te typeren als een intermediaire functie tussen het netwerk op maat en het gezin. De gezinsmanager voert zelf geen hulpverlening uit, maar initieert de hulpverlening en draagt zorg voor de juiste matching. De gezinsmanager informeert, coördineert en betrekt alle betrokken partijen rondom het gezin. De gezinsmanager vertaalt de doelen van het netwerk/maatschappij en maakt concreet wat er exact verwacht wordt van de gezinsleden. De gezinsmanager neemt waar mogelijk weerstanden binnen het gezin om hulp te aanvaarden weg. De gezinsmanager confronteert het gezin met drang en dwangmaatregelen in geval de weerstand niet weggenomen kan worden. De gezinsmanager creëert de voorwaarden voor een haalbaar alternatief dat maatschappelijk aanvaardbaar gedrag mogelijk maakt. De gezinsmanager houdt vanuit zijn autonome/regisserende positie steeds actief contact met gezin over de te volgen koers. Naast het bestrijden van overlastgevend gedrag ligt de focus van de gezinsmanager op sociaal wenselijk gedrag en maatschappelijke participatie. De gezinsmanager richt zich op borging van de doelen en resultaten via de maatregelen of interventies. Resultaat Negatief voorbeeldgedrag in de straat of buurt wordt aangepakt en gestopt. Het gezin veroorzaakt geen overlast meer. Het gezin komt niet meer in aanraking met justitie. Voor alle gezinsleden is een concreet traject uitgezet en vorm gegeven. Ondersteuning/hulpverlening is waar nodig gestart. De aanpak stopt op het moment dat bovenstaande resultaten behaald zijn en de netwerkpartners verder uitvoering kunnen geven aan de uitgezette trajecten. Productafspraken
Voor dit project EOG algemeen 2012-2014 is 2.000 uur beschikbaar gesteld aan Stichting Stade voor inzet van gezinsmanagers. De coördinatie en inhoudelijke verantwoordelijkheid van deze aanpak ligt bij OOV van de gemeente Utrecht. De EOG aanpak is verantwoordelijk voor de aanmelding van de nieuwe gezinnen. Stichting Stade Gezinsondersteuning levert gezinsmanagers en registreert het aantal ingezette uren voor deze aanpak (voor gezinsbegeleiding en overleg) verdeeld over de verschillende geldstromen.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 163 van 307
voor hulp op maat
Subsidiecriteria
Stichting Stade heeft haar organisatie gecertificeerd, waarbij jaarlijks een beoordeling plaats vindt door een extern bureau. Het verslag van deze externe beoordeling is voor subsidieverleners beschikbaar. Dit betekent dat de beleidscyclus, het kwaliteitsbeleid en alle ondersteunende processen voldoen aan de hiervoor ontwikkelde (internationale) normen. Met betrekking tot de uitvoering van de werkzaamheden in uren professionele inzet van medewerkers gelden de navolgende afspraken: Er zal worden gehandeld als goed werkgever zoals dit is omschreven in het Burgerlijk Wetboek. M.b.t. de uitvoering van de uren geldt een inspanningsverplichting om dit zo getrouw en goed mogelijk te doen. Van de urenrealisatie wordt een registratie bijgehouden die door een accountant zal worden gecontroleerd. Het primaire werkproces is omschreven en vastgelegd. Daarnaar zal worden gehandeld. Met betrekking tot het betrekken van cliënten bij de uitvoering van de werkzaamheden wordt het navolgende bepaald: er is in 2009 op instellingsniveau een cliëntenraad ingesteld die jaarlijks een onderzoek doet naar de cliënttevredenheid en die vergelijkbare bevoegdheden heeft als de ondernemingsraad.
Registratieresultaten
Voor de periode 2012 - 2014 zijn 2.000 uur beschikbaar voor de gezinnen die niet uit Kanaleneiland, Overvecht of Ondiep komen. Voor die gezinnen zijn WAP middelen beschikbaar. De gezinsmanagers registreren cliëntgegevens en inhoudelijke voortgang in de registratiesystemen van OOV. In het Stade registratiesysteem worden slechts de uren per gezinscode en project geregistreerd. Op dit project is 106 uur geregistreerd voor overleggen binnen het EOG team, die niet toe te wijzen zijn aan specifieke gezinnen. Totaal aantal uren geschreven op 31 december 2012 op dit project = 439,5 uur van de totaal 2.000 uur. De resterende 1.560,5 uur in dit project worden in 2013 en eventueel 2014 ingezet op begeleiding reeds gestarte en in 2013 nieuw te starten trajecten. Elk kwartaal ontvangt de coördinator van EOG een overzicht van het aantal uren dat per project en per gezin (over eventueel meerdere jaren) is gerealiseerd. Deze gegevens zijn niet gespecificeerd in dit jaarverslag.
Rapportage-afspraken
Jaarlijks wordt er via de jaarrapportage verantwoording afgelegd over de voortgang van de werkzaamheden en de behaalde resultaten. Elk half jaar onderhouden de projectleider vanuit het Veiligheidshuis en de manager van Gezinsondersteuning contact over de voortgang van het project en de inzet van de gezinsmanagers. Na afronding van een kwartaal mailt de
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 164 van 307
voor hulp op maat
manager van Stichting Stade de ureninzet voor EOG trajecten naar de projectleider. Is de betaling afgerond
Ja
Is de uitvoering volgens planning gegaan
Het aantal aanmeldingen van EOG gezinnen was in 2012 erg laag. De aanmeldingen lopen via DHO overleg en OOV bezint zich momenteel op de aanmeldcriteria. Door het verminderd aantal trajecten is slechts een klein deel van de uren gerealiseerd. De resterende uren schuiven door naar 2013.
Afrekenafspraken
Alle 2.000 uur in dit project zijn afgerekend in 2012. De gerealiseerde uren in dit jaar worden hierop in mindering gebracht en de resterende uren schuiven door naar het volgende jaar.
Bijzonderheden
In 2012 is één van de gezinsmanagers in een andere rol gekomen. Hij fungeert nu vooral als klankbord en overlegt en denkt mee over de voortgang van de inzet en te behalen resultaten ter ondersteuning van de coördinator van OOV en de gezinsmanagers van Stichting Stade.
Cliënttevredenheid
Binnen dit project heeft Stichting Stade geen inhoudelijke verantwoordelijkheid. Deze gezinnen wordt niet gevraagd naar hun tevredenheid over de inzet van de gezinsmanager van Stichting Stade.
Verslag van actuele ontwikkelingen
Zie planning, bijzonderheden en knelpunten.
Knelpunten
Een gezin waarvan na drie jaar de begeleiding afgerond werd, heeft in 2012 via de media en een brief met klachten geprobeerd de begeleiding door te zetten en uithuisplaatsing te voorkomen. Deze situatie is uitvoerig geëvalueerd en heeft tot verbeteringsvoorstellen aan OOV geleid. De veiligheid van de gezinsmanager werd bedreigd, waardoor extra politie aandacht gevraagd en gekregen is. Een zoon van de familie, die ernstige bedreigingen had geuit, is de toegang tot de Stade gebouwen ontzegd. En de politie is langsgegaan om dit gezin te waarschuwen geen dreigingen of geweld meer te gebruiken.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 165 van 307
voor hulp op maat
Financiële informatie Ernstig Overlastgevende Gezinnen Utrecht 2012-2014 2012 Projectnaam: Projectnummer:
Ernstig overlastgevende gezinnen Utrecht 2012-2014 11052
Verleende subsidie 2012-2014 Uren 2000 € 71,89
€ 143.780,00 Totaal subsidie 2012-2014 € 143.780,00
Realisatie 2012 Uren
439,5 € 71,89
Nog te realiseren uren
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
€
31.595,66
Totaal realisatie 2012 €
31.595,66 1.560,50
Pagina 166 van 307
voor hulp op maat
Project Verslag Ernstig Overlastgevende Gezinnen Kanaleneiland 2010-2012 2012 Naam
Casemanagement Ernstig Overlastgevende Gezinnen
Koppeling met productomschrijving financier
Bij aanmelding van het gezin maakt de projectleider van het Veiligheidshuis samen met de gezinsmanager van Gezinsondersteuning een eerste inventarisatie van de feitelijke situatie rondom het gezin. Hierbij kijkt men met name naar de spelende problematiek en de professionals die al bemoeienis hebben met het gezin. Per gezin wordt een gezinsoverleg opgestart waarin slechts professionals zitten die met het gezin contact hebben en actief bij de aanpak betrokken moeten zijn. De gemeente Utrecht zorgt voor de regie van deze overleggen vanuit de afdeling OOV. De projectleider heeft ook inhoudelijk overleg met de gezinsmanagers over de te volgen aanpak van gezinnen.
Budget
€ 90.000,-
Doelstelling
Het coördineren van de zorg c.q. hulpverlening van vijf ernstig overlastgevende gezinnen uit de wijk Kanaleneiland, het monitoren van de hulpverlening en het betreffende gezin dusdanig masseren dat zij de geboden hulpverlening ook aanvaarden. Dit in nauwe samenspraak met de gemeentelijke projectleider vanuit het Veiligheidshuis. Er wordt een systeemgerichte, intensieve en integrale aanpak vormgegeven in het gezinsoverleg. De aanpak heeft tot doel grenzen te stellen en een voorwaardelijk kader te realiseren van waaruit zorg en begeleiding geboden wordt. Daarbij wordt uitgegaan van het (beter) inzetten van bestaande/beschikbare instrumenten.
Wijze van bekostiging
Subsidie gemeente Utrecht / OOV
Productspecificatie (waarin opgenomen de prestatie-eenheden)
De gezinsmanager van Stichting Stade biedt hulp aan hulpmijdende gezinnen met een meervoudige problematiek. Specifiek voor dit project zijn de criteria voor de gezinnen aangescherpt. Deze criteria zijn vastgelegd in een afzonderlijk projectprotocol. De aanpak is voorwaardelijk. Dwang en drang kunnen worden toegepast. De prestatie-eenheid is een cliëntsysteem waarmee het totale gezin wordt bedoeld. Dat is de begeleiding en de zorgcoördinatie specifiek ten behoeve van het betreffende gezin. De gezinsmanager maakt zich verantwoordelijk voor een sluitende
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 167 van 307
voor hulp op maat
aanpak en draagt zorg voor een netwerk dat past bij het betreffende gezin. Ontbrekende partijen worden door hem benaderd deel te nemen. De nadruk in de gezins- of casusoverleggen ligt op het aansturen, organiseren en coördineren van alle betrokken professionals die bemoeienis hebben met het betreffende gezin. De werkwijze is te typeren als een intermediaire functie tussen het netwerk op maat en het gezin: De gezinsmanager voert zelf geen hulpverlening uit, maar initieert de hulpverlening en draagt zorg voor de juiste matching. De gezinsmanager informeert, coördineert en betrekt alle betrokken partijen rondom het gezin. De gezinsmanager vertaalt de doelen van het netwerk/maatschappij en maakt concreet wat er exact verwacht wordt van de gezinsleden. De gezinsmanager neemt waar mogelijk weerstanden binnen het gezin om hulp te aanvaarden weg. De gezinsmanager confronteert het gezin met drang en dwangmaatregelen in geval de weerstand niet weggenomen kan worden. De gezinsmanager creëert de voorwaarden voor een haalbaar alternatief dat maatschappelijk aanvaardbaar gedrag mogelijk maakt. De gezinsmanager houdt vanuit zijn autonome/regisserende positie steeds actief contact met gezin over de te volgen koers. Naast het bestrijden van overlastgevend gedrag ligt de focus van de gezinsmanager op sociaal wenselijk gedrag en maatschappelijke participatie. De gezinsmanager richt zich op borging van de doelen en resultaten via de maatregelen of interventies. Resultaat: Negatief voorbeeldgedrag in de straat of buurt wordt aangepakt en gestopt. Het gezin veroorzaakt geen overlast meer. Het gezin komt niet meer in aanraking met justitie. Voor alle gezinsleden is een concreet traject uitgezet en vorm gegeven. Ondersteuning/hulpverlening is waar nodig gestart. De aanpak stopt op het moment dat bovenstaande resultaten behaald zijn en de netwerkpartners verder uitvoering kunnen geven aan de uitgezette trajecten. Productafspraken
Stichting Stade levert in totaal 1.265 uur gezinsmanagement (de tijdsinvestering ligt vermoedelijk tussen de 230 tot 460 uur per gezin gedurende een periode van ruim 1 jaar) in de periode van november 2010 tot eind 2012. Deze uren zijn gedeeltelijk in 2010 en voornamelijk in 2011 en 2012 gerealiseerd. De gemeente (het Veiligheidshuis) is verantwoordelijk voor aanlevering van de gezinnen. Het blijkt dat het gemiddelde aantal uur begeleiding per gezin (345) niet altijd voldoende is.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 168 van 307
voor hulp op maat
Subsidiecriteria
Stichting Stade heeft haar organisatie gecertificeerd, waarbij jaarlijks een beoordeling plaats vindt door een extern bureau. Het verslag van deze externe beoordeling is voor subsidieverleners beschikbaar. Dit betekent dat de beleidscyclus, het kwaliteitsbeleid en alle ondersteunende processen voldoen aan de hiervoor ontwikkelde (internationale) normen. Met betrekking tot de uitvoering van de werkzaamheden in uren professionele inzet van medewerkers gelden de navolgende afspraken: Er zal worden gehandeld als goed werkgever zoals dit is omschreven in het Burgerlijk Wetboek. M.b.t. de uitvoering van de uren geldt een inspanningsverplichting om dit zo getrouw en goed mogelijk te doen. Van de urenrealisatie wordt een registratie bijgehouden die door een accountant zal worden gecontroleerd. Het primaire werkproces is omschreven en vastgelegd. Daarnaar zal worden gehandeld. Met betrekking tot het betrekken van cliënten bij de uitvoering van de werkzaamheden wordt het navolgende bepaald: er is in 2009 op instellingsniveau een cliëntenraad ingesteld die jaarlijks een onderzoek doet naar de cliënttevredenheid en die vergelijkbare bevoegdheden heeft als de ondernemingsraad.
Registratieresultaten
Instroom van gezinnen vindt plaats vanuit DHO, de justitiële casus overleggen (Veiligheidshuis), de Jeugdadviesteams of Netwerken Woonoverlast. Aanmelding kan plaatsvinden als het gezin voldoet aan de voorwaarden en wanneer blijkt dat er een intensieve systeemgerichte benadering nodig is waarbij het instrumentarium van de bestaande overleggen niet volstaat. Na besluitvorming over de aanmelding, onder regie van de projectleider vanuit OVV, met de direct betrokken partners worden relevante netwerken geïnformeerd over de aanmelding van het gezin. In de periode 2010 en 2011 zijn ten behoeve van de aangemelde gezinnen uit Kanaleneiland meerdere casus overleggen geweest. Voor drie gezinnen is begeleiding gestart. Bij één gezin, gestart in mei 2011, is tot nu toe slechts 8 uur geschreven, daar blijkt geen ingang mogelijk. In 2012 zijn twee nieuwe gezinnen in begeleiding genomen die in Kanaleneiland wonen. Op de voor 2012 gestarte gezinnen en de twee nieuwe gezinnen uit Kanaleneiland is in totaal in 2012 256 uur gerealiseerd. Totaal aantal uren gerealiseerd in 2010 en 2011 op dit project: 1.007 uur van de totaal 1.265 uur. Voor 2012 blijft dan nog 258 uur over om de gezinnen uit 2011 plus twee nieuwe gezinnen gestart in 2012 te realiseren. In 2012 is 256 uur gerealiseerd op dit project voor gezinnen uit Kanaleneiland. De resterende 2 uur zal in 2013 worden ingezet voor begeleiding van de gezinnen uit Kanaleneiland. Mocht er meer uren voor begeleiding van deze gezinnen nodig zijn, zullen deze uren ten laste gaan van de algemene EOG middelen. De trajecten van de gezinnen worden netjes afgemaakt.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 169 van 307
voor hulp op maat
Rapportage-afspraken
Jaarlijks wordt er via de jaarrapportage verantwoording afgelegd over de voortgang van de werkzaamheden en de behaalde resultaten. Elk half jaar onderhouden de projectleider vanuit het Veiligheidshuis en de manager van Gezinsondersteuning contact over de voortgang van het project en de inzet van de gezinsmanagers. Na afronding van een kwartaal mailt de manager van Stichting Stade de ureninzet voor EOG trajecten naar de projectleider.
Is de betaling afgerond
Ja, alle uren zijn in 2010 afgerekend.
Is de uitvoering volgens planning gegaan
Ja, de EOG aanpak is in drie jaar ontwikkeld tot een goede en werkbare aanpak met drang en dwang waarmee zichtbare en gewenste verbeteringen worden bereikt. Voor die gezinnen die in geen enkele andere aanpak baat hebben bij hulpverlening, is met deze aanpak een positief resultaat te bereiken.
Afrekenafspraken
In overleg met de projectleider van het Programma Veiligheid is afgesproken alle uren af te rekenen in 2010 en de realiseren uren ten behoeve van de ernstig overlastgevende gezinnen in Kanaleneiland in de periode 2010/2012 te maken.
Bijzonderheden
Veiligheid gezinsmanagers De veiligheid van de gezinsmanager is tot nu toe niet in het geding geweest, maar de situaties waarin hij zich soms bevindt kunnen hectisch zijn. Bovendien zijn bepaalde personen in kwestie soms gewelddadig. Tot nu toe is de politie geïnformeerd over het eerste bezoek van de gezinsmanager, maar in principe gaat hij wel alleen en is de vraag of we hier meer op kunnen regelen. Naast de fysieke veiligheid ligt ook een professioneel afbreukrisico op de loer. Soms werken de gezinsmanagers in media en politiek gevoelige casussen, waarbij de gezinnen soms niets uit de weg gaan om hun eigen weg te blijven volgen.
Cliënttevredenheid
Het gezinsoverleg wordt zeer gewaardeerd door vrijwel alle partijen. Pluspunten zijn: systemisch denken en handelen, alle partijen aan tafel, informatie uitwisseling (er komt meer informatie boven dan voor de afzonderlijke partijen mogelijk is). Er wordt in zo‟n gezinsoverleg gezamenlijk een visie gevormd over de problematiek en de wijze waarop en door wie de problemen worden aangepakt. Korte lijnen en creëren van draagvlak voor het inzetten van drang- en dwangmaatregelen en strakke regie. De gezinsoverleggen geven een veel completer beeld van de situatie dan een individuele bespreking per gezinslid. Doordat informatie van de kinderen en ouders bij elkaar komt blijkt soms hoe bepaalde problemen al jaren spelen en/of samenhangen of hoe verschillende instanties zelf een probleem op een deelgebied aanpakken en daarin niet elkaar
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 170 van 307
voor hulp op maat
versterken. De ketensamenwerking wordt over het algemeen positief beoordeeld. In de gevallen waar de gezinsmanager is ingezet, wordt deze inzet door vrijwel alle partijen als effectief en positief ervaren. De gezinsmanager heeft een goed contact met het gezin en alle betrokkenen. Niet zelden ervaart de gezinsmanager, na aanvankelijke weerstand, een meewerkende houding en tevredenheid of dankbaarheid van het gezin. Verslag van actuele ontwikkelingen
Twee gezinnen uit Kanaleneiland vroegen in 2011 bijzonder veel intensieve begeleiding, in 2012 zal deze begeleiding worden afgebouwd. Bij een derde gezin is het (nog) niet gelukt daadwerkelijk te starten.
Knelpunten
Het blijkt in de praktijk lastig om daadwerkelijk in een ernstig overlastgevend gezin te kunnen starten met een drang en dwang aanpak. Hiertoe zijn de feitelijke meldingen en aangiften van overlast (dossier) vaak te mager. Instroom/selectie van gezinnen vraagt meer tijd dan voorzien. Dossiers zijn vaak nog niet op niveau om aan EOG-criteria te voldoen en de aanpak te starten. De component woon gerelateerde overlast blijkt voor partijen moeilijk concreet te maken. Omwonenden zijn vaak bang geworden om meldingen te doen van overlastgedrag of voelen zich door overlastgevers bedreigd. Ook in de gezinsbegeleiding blijkt het aantal uren, nodig om de juiste hulp te organiseren, de gedragsverandering te begeleiden en voldoende resultaten te bereiken, hoger dan voorzien. Waar in de eerste perioden uitgegaan is van 230 uur per traject, blijkt eerder ruim 400 tot 450 uur per traject nodig te zijn.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 171 van 307
voor hulp op maat
Financiële informatie Ernstig Overlastgevende Gezinnen Kanaleneiland 2010-2012 2012 Projectnaam: Projectnummer:
Ernstig overlastgevende gezinnen Kanaleneiland 2010/2012 10978
Verleende subsidie 2010-2012 Uren 2010-2012 1265 € 71,14 Verschillen
Realisatie 2010-2012 Uren 2010 Uren 2011 Uren 2012
Nog te besteden in 2013
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
€ €
89.992,10 7,90
Totaal subsidie 2010-2012 €
90.000,00
306 € 71,14 701 € 71,14 256 € 71,14
€ € €
21.768,84 49.869,14 18.211,84
Totaal realisatie 2010-2012 €
89.849,82
2 € 71,14
€
142,28
Pagina 172 van 307
voor hulp op maat
Project Verslag Ernstig Overlastgevende Gezinnen Ondiep 2012 Naam
Casemanagement Ernstig Overlastgevende Gezinnen
Koppeling met productomschrijving financier
Bij aanmelding van het gezin maakt de projectleider van het Veiligheidshuis samen met de gezinsmanager van Gezinsondersteuning een eerste inventarisatie van de feitelijke situatie rondom het gezin. Hierbij kijkt men met name naar de spelende problematiek en de professionals die al bemoeienis hebben met het gezin. Per gezin wordt een gezinsoverleg opgestart waarin slechts professionals zitten die met het gezin contact hebben en actief bij de aanpak betrokken moeten zijn. De gemeente Utrecht zorgt voor de regie van deze overleggen vanuit de afdeling OOV. De projectleider heeft ook inhoudelijk overleg met de gezinsmanagers over de te volgen aanpak van gezinnen.
Budget
€ 50.000,-
Doelstelling
Het coördineren van de zorg c.q. hulpverlening van vijf ernstig overlastgevende gezinnen uit de wijk Overvecht, het monitoren van de hulpverlening en het betreffende gezin dusdanig masseren dat zij de geboden hulpverlening ook aanvaarden. Dit in nauwe samenspraak met de gemeentelijke projectleider vanuit het Veiligheidshuis. Er wordt een systeemgerichte, intensieve en integrale aanpak vormgegeven in het gezinsoverleg. De aanpak heeft tot doel grenzen te stellen en een voorwaardelijk kader te realiseren van waaruit zorg en begeleiding geboden wordt. Daarbij wordt uitgegaan van het (beter) inzetten van bestaande/beschikbare instrumenten.
Wijze van bekostiging
Subsidie gemeente Utrecht / OOV
Productspecificatie (waarin opgenomen de prestatie-eenheden)
De gezinsmanager van Stichting Stade biedt hulp aan hulpvermijdende gezinnen met een meervoudige problematiek. Specifiek voor dit project zijn de criteria voor de gezinnen aangescherpt. Deze criteria zijn vastgelegd in een afzonderlijk projectprotocol. De aanpak is voorwaardelijk. Dwang en drang kunnen worden toegepast. De prestatie-eenheid is een cliëntsysteem waarmee het totale gezin wordt bedoeld. Dat is de begeleiding en de zorgcoördinatie specifiek ten behoeve van het betreffende gezin. De gezinsmanager maakt zich verantwoordelijk voor een sluitende
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 173 van 307
voor hulp op maat
aanpak en draagt zorg voor een netwerk dat past bij het betreffende gezin. Ontbrekende partijen worden door hem benaderd deel te nemen. De nadruk in de gezins- of casusoverleggen ligt op het aansturen, organiseren en coördineren van alle betrokken professionals die bemoeienis hebben met het betreffende gezin. De werkwijze is te typeren als een intermediaire functie tussen het netwerk op maat en het gezin: De gezinsmanager voert zelf geen hulpverlening uit, maar initieert de hulpverlening en draagt zorg voor de juiste matching. De gezinsmanager informeert, coördineert en betrekt alle betrokken partijen rondom het gezin. De gezinsmanager vertaalt de doelen van het netwerk/maatschappij en maakt concreet wat er exact verwacht wordt van de gezinsleden. De gezinsmanager neemt waar mogelijk weerstanden binnen het gezin om hulp te aanvaarden weg. De gezinsmanager confronteert het gezin met drang en dwangmaatregelen in geval de weerstand niet weggenomen kan worden. De gezinsmanager creëert de voorwaarden voor een haalbaar alternatief dat maatschappelijk aanvaardbaar gedrag mogelijk maakt. De gezinsmanager houdt vanuit zijn autonome/regisserende positie steeds actief contact met gezin over de te volgen koers. Naast het bestrijden van overlastgevend gedrag ligt de focus van de gezinsmanager op sociaal wenselijk gedrag en maatschappelijke participatie. De gezinsmanager richt zich op borging van de doelen en resultaten via de maatregelen of interventies. Resultaat: Negatief voorbeeldgedrag in de straat of buurt wordt aangepakt en gestopt. Het gezin veroorzaakt geen overlast meer. Het gezin komt niet meer in aanraking met justitie. Voor alle gezinsleden is een concreet traject uitgezet en vorm gegeven. Ondersteuning/hulpverlening is waar nodig gestart. De aanpak stopt op het moment dat bovenstaande resultaten behaald zijn en de netwerkpartners verder uitvoering kunnen geven aan de uitgezette trajecten. Productafspraken
Stichting Stade zal uren gezinsmanagement uitvoeren onder de regie van de coördinator van de EOG aanpak, voor gezinnen uit Ondiep.
Subsidiecriteria
Stichting Stade heeft haar organisatie gecertificeerd, waarbij jaarlijks een beoordeling plaats vindt door een extern bureau. Het verslag van deze externe beoordeling is voor subsidieverleners beschikbaar. Dit betekent dat de beleidscyclus, het kwaliteitsbeleid en alle ondersteunende processen voldoen
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 174 van 307
voor hulp op maat
aan de hiervoor ontwikkelde (internationale) normen. Met betrekking tot de uitvoering van de werkzaamheden in uren professionele inzet van medewerkers gelden de navolgende afspraken: Er zal worden gehandeld als goed werkgever zoals dit is omschreven in het Burgerlijk Wetboek. M.b.t. de uitvoering van de uren geldt een inspanningsverplichting om dit zo getrouw en goed mogelijk te doen. Van de urenrealisatie wordt een registratie bijgehouden die door een accountant zal worden gecontroleerd. Het primaire werkproces is omschreven en vastgelegd. Daarnaar zal worden gehandeld. Met betrekking tot het betrekken van cliënten bij de uitvoering van de werkzaamheden wordt het navolgende bepaald: er is in 2009 op instellingsniveau een cliëntenraad ingesteld die jaarlijks een onderzoek doet naar de cliënttevredenheid en die vergelijkbare bevoegdheden heeft als de ondernemingsraad. Registratieresultaten
Twee gezinnen uit Ondiep waren in 2011 reeds in begeleiding van de EOG aanpak genomen. De toezegging van de WAP middelen uit Ondiep heeft enige tijd op zich laten wachten, waardoor deze gezinnen in 2011 eerst gestart zijn op algemene EOG middelen en toen de beschikking in 2012 binnen was zijn alle uren in 2012 ingezet op deze gezinnen uit Ondiep op dit project geplaatst. In totaal zijn in 2012 voor deze twee gezinnen uit Ondiep 351 uren gezinsmanagement ingezet. Van het budget 695,5 uur schuift dus 344,5 uur door naar 2013.
Rapportage-afspraken
Jaarlijks wordt er via de jaarrapportage verantwoording afgelegd over de voortgang van de werkzaamheden en de behaalde resultaten. Elk half jaar onderhouden de coördinator vanuit het Veiligheidshuis en de manager van Gezinsondersteuning contact over de voortgang van het project en de inzet van de gezinsmanagers. Na afronding van een kwartaal mailt de manager van Stichting Stade de ureninzet voor EOG trajecten naar de projectleider.
Is de betaling afgerond
Ja
Is de uitvoering volgens planning gegaan
Twee gezinnen uit Ondiep worden begeleid uit deze middelen. De wens was in 2012 nog een gezin uit Ondiep op te starten, maar er werden geen binnen de aanpak geschikte gezinnen aangemeld.
Afrekenafspraken
In totaal is voor dit project 695,5 uur beschikbaar, waarvan in 2012 slechts 351 is gerealiseerd. Het restant uren, te weten 344,5 uur schuift door naar 2013.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 175 van 307
voor hulp op maat
Bijzonderheden
Geen bijzonderheden.
Cliënttevredenheid
In de gevallen waar de gezinsmanager is ingezet, wordt deze inzet door vrijwel alle partijen als effectief en positief ervaren. De gezinsmanager heeft een goed contact met het gezin en alle betrokkenen. Niet zelden ervaart de gezinsmanager, na aanvankelijke weerstand, een meewerkende houding en tevredenheid of dankbaarheid van het gezin.
Verslag van actuele ontwikkelingen
De coördinator van de EOG aanpak neemt contact op met de veiligheidsmanager van Ondiep en andere netwerkpartners over de aanmelding van nieuwe gezinnen voor de EOG aanpak.
Knelpunten
Geen
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 176 van 307
voor hulp op maat
Financiële informatie Ernstig Overlastgevende Gezinnen Ondiep 2012 Projectnaam: Projectnummer:
Ernstig Overlastgevende Gezinnen Ondiep 2012 11053
Verleende subsidie 2012 Uren 2012 Verschil
695,5 € 71,89
€ 49.999,50 € 0,50
Totaal verleende subsidie 2012 € 50.000,00 Realisatie 2012 Uren
351 € 71,89
€ 25.233,39 Totaal realisatie 2012 € 25.233,39
Nog te realiseren uren in 2013
344,5 uur
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 177 van 307
voor hulp op maat
Project Verslag Ernstig Overlastgevende Gezinnen Overvecht 2010-2012 2012 Naam
Casemanagement Ernstig Overlastgevende Gezinnen
Koppeling met productomschrijving financier
Bij aanmelding van het gezin maakt de projectleider van het Veiligheidshuis samen met de gezinsmanager van Gezinsondersteuning een eerste inventarisatie van de feitelijke situatie rondom het gezin. Hierbij kijkt men met name naar de spelende problematiek en de professionals die al bemoeienis hebben met het gezin. Per gezin wordt een gezinsoverleg opgestart waarin slechts professionals zitten die met het gezin contact hebben en actief bij de aanpak betrokken moeten zijn. De gemeente Utrecht zorgt voor de regie van deze overleggen vanuit de afdeling OOV. De projectleider heeft ook inhoudelijk overleg met de gezinsmanagers over de te volgen aanpak van gezinnen.
Budget
€ 84.000,-
Doelstelling
Het coördineren van de zorg c.q. hulpverlening van vijf ernstig overlastgevende gezinnen uit de wijk Overvecht, het monitoren van de hulpverlening en het betreffende gezin dusdanig masseren dat zij de geboden hulpverlening ook aanvaarden. Dit in nauwe samenspraak met de gemeentelijke projectleider vanuit het Veiligheidshuis. Er wordt een systeemgerichte, intensieve en integrale aanpak vormgegeven in het gezinsoverleg. De aanpak heeft tot doel grenzen te stellen en een voorwaardelijk kader te realiseren van waaruit zorg en begeleiding geboden wordt. Daarbij wordt uitgegaan van het (beter) inzetten van bestaande/beschikbare instrumenten.
Wijze van bekostiging
Subsidie gemeente Utrecht / OOV.
Productspecificatie (waarin opgenomen de prestatie-eenheden)
De gezinsmanager van Stichting Stade biedt hulp aan hulpvermijdende gezinnen met een meervoudige problematiek. Specifiek voor dit project zijn de criteria voor de gezinnen aangescherpt. Deze criteria zijn vastgelegd in een afzonderlijk projectprotocol. De aanpak is voorwaardelijk. Dwang en drang kunnen worden toegepast. De prestatie-eenheid is een cliëntsysteem waarmee het totale gezin wordt bedoeld. Dat is de begeleiding en de zorgcoördinatie specifiek ten behoeve van het betreffende gezin. De gezinsmanager maakt zich verantwoordelijk voor een sluitende
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 178 van 307
voor hulp op maat
aanpak en draagt zorg voor een netwerk dat past bij het betreffende gezin. Ontbrekende partijen worden door hem benaderd deel te nemen. De nadruk in de gezins- of casusoverleggen ligt op het aansturen, organiseren en coördineren van alle betrokken professionals die bemoeienis hebben met het betreffende gezin. De werkwijze is te typeren als een intermediaire functie tussen het netwerk op maat en het gezin: De gezinsmanager voert zelf geen hulpverlening uit, maar initieert de hulpverlening en draagt zorg voor de juiste matching. De gezinsmanager informeert, coördineert en betrekt alle betrokken partijen rondom het gezin. De gezinsmanager vertaalt de doelen van het netwerk/maatschappij en maakt concreet wat er exact verwacht wordt van de gezinsleden. De gezinsmanager neemt waar mogelijk weerstanden binnen het gezin om hulp te aanvaarden weg. De gezinsmanager confronteert het gezin met drang en dwangmaatregelen in geval de weerstand niet weggenomen kan worden. De gezinsmanager creëert de voorwaarden voor een haalbaar alternatief dat maatschappelijk aanvaardbaar gedrag mogelijk maakt. De gezinsmanager houdt vanuit zijn autonome/regisserende positie steeds actief contact met gezin over de te volgen koers. Naast het bestrijden van overlastgevend gedrag ligt de focus van de gezinsmanager op sociaal wenselijk gedrag en maatschappelijke participatie. De gezinsmanager richt zich op borging van de doelen en resultaten via de maatregelen of interventies. Resultaat: Negatief voorbeeldgedrag in de straat of buurt wordt aangepakt en gestopt. Het gezin veroorzaakt geen overlast meer. Het gezin komt niet meer in aanraking met justitie. Voor alle gezinsleden is een concreet traject uitgezet en vorm gegeven. Ondersteuning/hulpverlening is waar nodig gestart. De aanpak stopt op het moment dat bovenstaande resultaten behaald zijn en de netwerkpartners verder uitvoering kunnen geven aan de uitgezette trajecten. Productafspraken
Stichting Stade levert in totaal 1.180 uur gezinsmanagement (de tijdsinvestering ligt vermoedelijk tussen de 230 tot 460 uur per gezin gedurende een periode van ruim 1 jaar) in de periode van november 2010 tot eind 2012. Deze uren zijn gedeeltelijk in 2010 en voornamelijk in 2011 en 2012 gerealiseerd. De gemeente (het Veiligheidshuis) is verantwoordelijk voor aanlevering van de gezinnen. Het blijkt dat het gemiddelde aantal uur begeleiding per gezin (345) niet altijd voldoende is.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 179 van 307
voor hulp op maat
Subsidiecriteria
De Stichting Stade heeft haar organisatie gecertificeerd, waarbij jaarlijks een beoordeling plaats vindt door een extern bureau. Het verslag van deze externe beoordeling is voor subsidieverleners beschikbaar. Dit betekent dat de beleidscyclus, het kwaliteitsbeleid en alle ondersteunende processen voldoen aan de hiervoor ontwikkelde (internationale) normen. Met betrekking tot de uitvoering van de werkzaamheden in uren professionele inzet van medewerkers gelden de navolgende afspraken: Er zal worden gehandeld als goed werkgever zoals dit is omschreven in het Burgerlijk Wetboek. M.b.t. de uitvoering van de uren geldt een inspanningsverplichting om dit zo getrouw en goed mogelijk te doen. Van de urenrealisatie wordt een registratie bijgehouden die door een accountant zal worden gecontroleerd. Het primaire werkproces is omschreven en vastgelegd. Daarnaar zal worden gehandeld. Met betrekking tot het betrekken van cliënten bij de uitvoering van de werkzaamheden wordt het navolgende bepaald: er is in 2009 op instellingsniveau een cliëntenraad ingesteld die jaarlijks een onderzoek doet naar de cliënttevredenheid en die vergelijkbare bevoegdheden heeft als de ondernemingsraad.
Registratieresultaten
Instroom van gezinnen vindt plaats vanuit DHO, de justitiële casus overleggen (Veiligheidshuis), de Jeugdadviesteams of Netwerken Woonoverlast. Aanmelding kan plaatsvinden als het gezin voldoet aan de voorwaarden en wanneer blijkt dat er een intensieve systeemgerichte benadering nodig is waarbij het instrumentarium van de bestaande overleggen niet volstaat. Na besluitvorming over de aanmelding, onder regie van de projectleider vanuit OVV, met de direct betrokken partners worden relevante netwerken geïnformeerd over de aanmelding van het gezin. In 2012 zijn ten behoeve van de aangemelde gezinnen uit Overvecht meerdere casus overleggen geweest. In Overvecht zijn in 2012 twee gezinnen, waarvan de begeleiding in 2011 is gestart, verder begeleid. Een nieuw gezin uit Overvecht is in juni 2012 gestart. Hier zijn slechts 25 uur begeleiding aan besteed. Totaal aantal uren geschreven in 2012 op dit project is: 195 uur. Dus samen met de 501 uur uit 2010/2011 is tot nu toe 696 uur van de totaal 1.180 uur gerealiseerd. Begeleiding van het in juni gestarte gezin verloopt niet intensief. De resterende 484 uur zullen doorschuiven naar 2013 en worden ingezet voor deze gezinnen uit Overvecht plus een nieuw te starten trajecten in deze wijk.
Rapportage-afspraken
Jaarlijks wordt er via de jaarrapportage verantwoording afgelegd over de voortgang van de werkzaamheden en de behaalde resultaten. Elk half jaar onderhouden de projectleider vanuit het Veiligheidshuis en de manager van Gezinsondersteuning contact over de voortgang van het project en de inzet van de
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 180 van 307
voor hulp op maat
gezinsmanagers. Na afronding van een kwartaal mailt de manager van Stichting Stade de ureninzet voor EOG trajecten naar de projectleider. Is de betaling afgerond
Ja, alle uren zijn in 2010 afgerekend.
Is de uitvoering volgens planning gegaan
Ja, de EOG aanpak is in drie jaar ontwikkelt tot een goede en werkbare aanpak met drang en dwang waarmee zichtbare en gewenste verbeteringen worden bereikt. Voor die gezinnen die in geen enkele andere aanpak baat hebben bij hulpverlening, is met deze aanpak een positief resultaat te bereiken. Wel is gebleken dat het aantal vooraf ingeschatte uren nodig per traject soms veel hoger uitkomt en in plaats van de 253 uur eerder 400 tot 450 uur blijkt te zijn.
Afrekenafspraken
In overleg met de projectleider van het Programma Veiligheid is afgesproken alle uren af te rekenen in 2010 en de te realiseren uren ten behoeve van de ernstig overlastgevende gezinnen in Overvecht in de periode 2010/2012 te maken. Nu blijkt dat er te weinig gezinnen uit Overvecht aangemeld zijn om de uren te realiseren is voorgesteld en afgesproken deze (484) resterende uren door te schuiven naar 2013.
Bijzonderheden
Veiligheid gezinsmanagers De veiligheid van de gezinsmanager is tot nu toe niet in het geding geweest, maar de situaties waarin hij zich soms bevindt kunnen hectisch zijn. Bovendien zijn bepaalde personen in kwestie soms gewelddadig. Tot nu toe is de politie geïnformeerd over het eerste bezoek van de gezinsmanager, maar in principe gaat hij wel alleen en is de vraag of we hier meer op kunnen regelen. Naast de fysieke veiligheid ligt ook een professioneel afbreukrisico op de loer. Soms werken de gezinsmanagers in media en politiek gevoelige casussen, waarbij de gezinnen soms niets uit de weg gaan om hun eigen weg te blijven volgen.
Cliënttevredenheid
Het gezinsoverleg wordt zeer gewaardeerd door vrijwel alle partijen. Pluspunten zijn: systemisch denken en handelen, alle partijen aan tafel, informatie uitwisseling (er komt meer informatie boven dan voor de afzonderlijke partijen mogelijk is). Er wordt in zo‟n gezinsoverleg gezamenlijk een visie gevormd over problematiek en de wijze waarop en door wie de problemen worden aangepakt. Korte lijnen en creëren van draagvlak voor het inzetten van drang- en dwangmaatregelen en strakke regie. De gezinsoverleggen geven een veel completer beeld van de situatie dan een individuele bespreking per gezinslid. Doordat informatie van de kinderen en ouders bij elkaar komt blijkt soms hoe bepaalde problemen al jaren spelen en/of samenhangen of hoe verschillende instanties zelf een probleem op een deelgebied aanpakken en daarin niet elkaar versterken. De ketensamenwerking wordt over het algemeen positief beoordeeld.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 181 van 307
voor hulp op maat
Verslag van actuele ontwikkelingen
In Overvecht zal in 2013 nog begeleiding van een nieuw gezin starten vanuit deze middelen.
Knelpunten
Het blijkt in de praktijk lastig om daadwerkelijk in een ernstig overlastgevend gezin te kunnen starten met een drang en dwang aanpak. Hiertoe zijn de feitelijke meldingen en aangiften van overlast (dossier) vaak te mager. Instroom/selectie van gezinnen vraagt meer tijd dan voorzien. Dossiers zijn vaak nog niet op niveau om aan EOG-criteria te voldoen en de aanpak te starten. De component woon gerelateerde overlast blijkt voor partijen moeilijk concreet te maken. Omwonenden zijn vaak bang geworden om meldingen te doen van overlastgedrag of voelen zich door overlastgevers bedreigd. Ook in de gezinsbegeleiding blijkt het aantal uren, nodig om de juiste hulp te organiseren, de gedragsverandering te begeleiden en voldoende resultaten te bereiken, hoger dan voorzien. Waar in de eerste perioden uitgegaan is van 230 uur per traject, blijkt eerder ruim 400 tot 450 uur per traject nodig te zijn.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 182 van 307
voor hulp op maat
Financiële informatie Ernstig Overlastgevende Gezinnen Overvecht 2010-2012 2012 Projectnaam: Projectnummer:
Ernstig overlastgevende gezinnen Overvecht 2010-2012 10979
Verleende subsidie 2010-2012 Uren 2010-2012 1180 € 71,14 Verschil
Realisatie 2010-2012 Uren 2010 Uren 2011 Uren 2012
Nog te realiseren uren in 2013
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
€ €
83.945,20 54,80
Totaal subsidie €
84.000,00
€ € €
2.845,60 32.795,54 13.872,30
Totaal realisatie 2010-2012 €
49.513,44
40 € 71,14 461 € 71,14 195 € 71,14
484 uur
Pagina 183 van 307
voor hulp op maat
Project Verslag Pilot MeeleefGezin Utrecht 2011-2012 2012 Naam
MeeleefGezin
Koppeling met productomschrijving financier
De algemene doelstelling van het Wmo-beleid van de gemeente Utrecht is het “bevorderen dat alle burgers, in het bijzonder kwetsbare burgers, meedoen in de samenleving”. Gezinsondersteuning Utrecht voerde in 2011-2012 samen met de stichting MeeleefGezin i.o. een pilot uit, die wil voorzien in deze doelstelling door jonge kinderen van ouders met een psychische beperking af en toe op te laten vangen door vrijwilligers, de meeleefgezinnen.
Budget
€ 30.000,- voor de uitvoering van de pilot in 2011. € 60.000,- voor de uitvoering van de pilot in 2012. De uitvoering van de pilot wordt gefinancierd door het Oranje Fonds samen met Fonds Neyenburgh.
Doelstelling
Ouders met psychische beperkingen willen hun kind graag zelf opvoeden, maar vanwege hun psychische problemen zijn zij niet altijd in staat om de volledige zorg te dragen. MeeleefGezin biedt het kind door extra zorg naast het eigen gezin, een stabiele opvang in de eerste levensjaren. MeeleefGezin maakt zo mogelijk dat een kind bij de eigen ouders kan opgroeien en de ouders hun ouderrol kunnen houden. Tevens kan deze vrijwillige bijdrage van het meeleefgezin de ontwikkeling van het jonge kind stimuleren, zonder dat de ouders de druk van professionals ervaren. MeeleefGezin is vrijwilligerswerk. Vrijwilligers in de rol van meeleefouders tonen hun maatschappelijke betrokkenheid. Voor ouders met psychische beperkingen leidt het meeleefgezin als een soort "maatjesgezin" tot meer rust en minder stress. Stichting Stade werft, selecteert, traint en begeleidt de meeleefouders in hun opvang van het kind. Het kind gaat idealiter 1 dag(deel) per week en 1 weekend per maand naar het meeleefgezin. Het kind kan bij de eigen ouders blijven wonen, waardoor het zich beter kan hechten en ontwikkelen. De ouders van het kind kunnen bijkomen als het kind bij het meeleefgezin is. Het gaat om een gelijkwaardige relatie waarin meeleefouders en biologische ouders hun eigen verantwoordelijkheid houden. MeeleefGezin als idee past in de ontwikkeling naar een participatiemaatschappij, waarin iedereen meedoet vanuit zijn of haar eigen verantwoordelijkheid met steun waar nodig.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 184 van 307
voor hulp op maat
Wijze van bekostiging
€ 40.000,- vanuit ZonMw voor ontwikkeling van het concept MeeleefGezin, bouw website, ontwerp huisstijl, folder, training en trainingsmaterialen. Verantwoording voor de ontwikkeling van MeeleefGezin heeft in 2012 naar ZonMw plaatsgevonden. Na de eerste fase van de uitvoering van de pilot in 2011 heeft het Oranje Fonds, samen met Fonds Neyenburgh besloten als vervolg op de € 30.000,- voor 2011, een bedrag van € 60.000,toe te kennen aan Stichting Stade ten behoeve van de uitvoering van de pilot voor het jaar 2012. In 2011 zijn minder kosten en minder uren gerealiseerd dan we in de begroting hadden voorzien. Van de ingeschatte 400 uur zijn slechts 344,5 uur gemaakt en de overige uren (89,1) zijn doorgeschoven naar 2012. Ook de projectkosten bleken mee te vallen, waardoor de geraamde € 1.000,- niet nodig bleken. Voor 2012 hadden vooraf ingeschat € 2.500,- aan projectkosten te maken, waardoor we ca. 800 uur konden besteden aan de uitvoering van de pilot.
Productspecificatie (waarin opgenomen de prestatie-eenheden)
De ontwikkeling van het concept MeeleefGezin (het aandeel van ZonMw) en de verspreiding naar andere gemeenten in Nederland is met name door de initiatiefneemsters uitgevoerd. Stichting Stade is aanvrager van de financiering en zorgt voor inhoudelijke afstemming, uitvoering van de pilot, de administratie en verslaglegging/verantwoording. De opzet en uitvoering van de pilot MeeleefGezin Utrecht ligt bij Stichting Stade in overleg met Stichting MeeleefGezin. Gezinswerkers van het team Gezinsondersteuning zijn betrokken en Stichting Stade levert ook de projectleider. In 2011 heeft Stichting Stade een bijdrage geleverd aan de ontwikkeling van het concept MeeleefGezin, aan de teksten, vormgeving en inhoud van de website, de brochure en de inhoud van de trainingen. Onze medewerkers hebben vervolgens de vragenlijsten voor de intake en uitwerking in profielen van de gezinnen, de PR activiteiten en de werving via diverse professionele netwerken en kanalen van meeleef- en biologische gezinnen voor hun rekening genomen. In 2012 heeft de eerste training plaatsgevonden en eind 2012 vangen zeven van de negen meeleefgezinnen een kind van ouder(s) met psychische problemen op. De training is in 2012 geëvalueerd en verbeterd voor een volgende training van aspirant meeleefgezinnen. Veel energie en tijd is gestoken in het bekend maken van het project via de media en binnen het professionele netwerk van samenwerkingspartners van Stichting Stade. Deze PR is gericht op het werven van nieuwe aspirant meeleefgezinnen en vooral op het werven van biologische gezinnen. De doelstelling die we ons voorzichtig hadden voorgenomen om in 2011 tien meeleefgezinnen op te leiden en te koppelen en in
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 185 van 307
voor hulp op maat
2012 nog eens minimaal twintig is bij lange na niet gehaald. Productafspraken
2012: € 60.000,- voor de uitvoering van de pilot in 2012. Ontwikkelen verbeterde versie van de training aan aspirant meeleefgezinnen, koppelen van de eerste meeleefgezinnen aan hun biologische gezinnen en begeleiden van de koppelingen. De bedoeling was om in 2012 nog een tweede training te starten, dat is niet gelukt. De nieuwe training is verschoven naar januari 2013. Vanaf januari 2013 is de pilot omgezet in het project Meeleefgezin Utrecht en maakt onderdeel uit van de reguliere inzet van Gezinsondersteuning Utrecht binnen Stichting Stade.
Subsidiecriteria
De Stichting Stade heeft haar organisatie gecertificeerd, waarbij jaarlijks een beoordeling plaats vindt door een extern bureau. Het verslag van deze externe beoordeling is voor subsidieverleners beschikbaar. Dit betekent dat de beleidscyclus, het kwaliteitsbeleid en alle ondersteunende processen voldoen aan de hiervoor ontwikkelde (internationale) normen. Met betrekking tot de uitvoering van de werkzaamheden in uren professionele inzet van medewerkers gelden de navolgende afspraken: Er zal worden gehandeld als goed werkgever zoals dit is omschreven in het Burgerlijk Wetboek. M.b.t. de uitvoering van de uren geldt een inspanningsverplichting om dit zo getrouw en goed mogelijk te doen. Van de urenrealisatie wordt een registratie bijgehouden die door een accountant zal worden gecontroleerd. Het primaire werkproces is omschreven en vastgelegd. Daarnaar zal worden gehandeld. Met betrekking tot het betrekken van cliënten bij de uitvoering van de werkzaamheden wordt het navolgende bepaald: er is in 2009 op instellingsniveau een cliëntenraad ingesteld die jaarlijks een onderzoek doet naar de cliënttevredenheid en die vergelijkbare bevoegdheden heeft als de ondernemingsraad.
Registratieresultaten
NAW gegevens van de gezinnen. Verslaglegging van de intakegesprekken. Profielschets van zowel biologische gezinnen als meeleefgezinnen. Overzicht van de koppelingen. Evaluatie van de trainingsmodulen. Urenregistratie.
Rapportage-afspraken
Zowel het Oranje Fonds als ZonMw hebben hun eigen voorwaarden en formats van verslaglegging en rapportage. Deze rapportage is onderdeel van het jaarverslag van Stichting Stade.
Is de betaling afgerond
Nee
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 186 van 307
voor hulp op maat
Is de uitvoering volgens planning gegaan
De pilot is anders verlopen dan vooraf bedacht. Ten eerste bleek dat de samenwerking tussen de twee initiatiefneemsters in 2012 stuk liep. Zij splitsten zich in twee verschillende initiatieven: Stichting MeeleefGezin, die het originele concept heeft aangepast en Stichting Steunouder, gericht op een bredere doelgroep van biologische ouders. Die onderlinge onenigheid was lastig en zette de samenwerking onder druk. Met name omdat Stichting MeeleefGezin de voorkeur uitsprak in licentie met thuiszorgorganisaties te willen samenwerken en de training los te willen koppelen van de werving, selectie en begeleiding van de meeleefgezinnen. Deze keuze verhindert verdere samenwerking in Utrecht, omdat Stichting Stade juist de gehele procesbegeleiding door een team van gezinsbegeleiders uiterst belangrijk vindt voor het maken van de afspraken met de meeleefgezinnen en daarna de juiste koppelingen met biologische gezinnen. Maar het stelt de gezinsbegeleiders ook in staat om tijdens de trainingsmodulen een extra scherpe selectie te kunnen maken op geschiktheid van de aspirant meeleefgezinnen. Stichting MeeleefGezin zou zich richten op de rest van Nederland, maar heeft inmiddels ook in Utrecht financiering aangevraagd bij de gemeente om hun concurrerende project MeeleefGezin in Utrecht uit te kunnen voeren. Bij de start van de pilot in 2011 was er de hoop nog het zelfde jaar de eerste meeleefgezinnen getraind te hebben, dat lukte niet omdat de training pas eind 2011 gereed was. Direct in 2012 begon de eerste training aan de aspirant meeleefgezinnen. Uiteindelijk hebben negen gezinnen de training afgerond. Vervolgens bleek het heel lastig biologische gezinnen (met een ouder met psychische beperkingen) te vinden, die daadwerkelijk hun kind aan een ander toevertrouwen. Veel tijd en aandacht is ingezet richting de netwerkpartners, veelal de behandelaars van ouders met psychische beperkingen. Over het algemeen waren deze professionals zeer enthousiast over de pilot, maar bleken zij minder cliënten bereid te vinden deel te nemen aan deze pilot dan zij gedacht hadden. In twee situaties is na enkele gesprekken en kennismaking tussen meeleefgezin en biologisch gezin, toch in de eigen familiekring opvang geregeld. Dit is een prachtig resultaat, maar noopte ons wel weer verder te zoeken. Twee koppelingen mislukten doordat de biologische ouder(s) het toch niet aandurfde en zich uit het project terug trok. Eén meeleefgezin kent momenteel binnen de eigen familie omstandigheden, die weinig ruimte bieden om een ander kind op te vangen. Zij willen graag na verloop van tijd weer inhaken bij het project. Eén meeleefgezin heeft de voorkeur voor een koppeling met autochtoon biologisch gezin, deze is nog niet gelukt. De overige zeven meeleefgezinnen vangen naar volle tevredenheid van hen zelf, hun eventuele kinderen, het biologische gezin en niet te vergeten het kind zelf, een kind tussen de 0 en 4 jaar op. Eind 2012 werd op de terugkomavond ervaringen van de meeleefgezinnen met elkaar en de begeleiders en initiatiefneemster van Stichting MeeleefGezin gedeeld. Enorm warme en positieve ervaringen en diepgaande vragen zijn
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 187 van 307
voor hulp op maat
uitgewisseld. Vanaf september zijn de voorbereidingen voor de tweede training in januari/februari 2013 gerealiseerd. Deze training is een verbeterde versie van de eerste training, waarin de opmerkingen uit de evaluatie van die training (door de meeleefgezinnen, begeleiders en initiatiefneemsters) zijn meegenomen. De werving van aspirant meeleefgezinnen door persberichten, flyers en een informatieavond (3 september 2012) leverde voldoende geïnteresseerde vrijwillige deelnemers op voor een volgende training. De intake gesprekken bij de aspirant meeleefgezinnen thuis zijn alle in 2012 gerealiseerd, zodat op 12 januari 2013 de nieuwe training kon starten. Afrekenafspraken
Het budget van € 60.000,- voor de uitvoering van de pilot in 2012 was als volgt begroot: € 2.500,- voor projectkosten als huur trainingsruimten, onkosten trainingen en materialen ten behoeve van de trainingen, inhuur professionals die een deel van de training voor hun rekening namen, leges VOG per volwassene in het meeleefgezin en dergelijke. Overige € 57.500,- is omgerekend naar uren tegen een tarief van € 71,89 per uur, dat maakt 800 uur in te zetten voor de werving, training, koppeling en begeleiding van de meeleefgezinnen. In 2011 waren 89,1 uur en € 865,20 projectkosten niet gerealiseerd. Deze hebben we omgerekend naar uren, die we in 2012 hebben toegevoegd. € 865,20 tegen een uurtarief van € 71,89, maakt 12 uur. Dus overgeheveld uit het budget 2011 naar 2011 is 89,1 + 12 uur, totaal 101,1 uur. Gerealiseerde projectkosten in 2012 zijn totaal € 1.397,78. € 2.500,- - € 1.397,78 = € 1.102,22. Dit niet voor projectkosten gerealiseerde bedrag wenden we graag aan voor gerealiseerde uren in 2012. € 1.102,22 tegen een tarief van € 71,89 per uur = 15,3 uur. Totaalsom aan te besteden uren in 2012: 800 uur plus de in 2011 niet gerealiseerde uren 89,1 uur en omgerekende projectkosten 12 uur, maakt samen met de niet uitgegeven projectkosten in 2012 van 15,3 uren omgezet een totaal van 916,4 uur te realiseren in 2012. Er zijn in 2012 precies 911 uur gerealiseerd voor het project MeeleefGezin op kosten van de middelen van het Oranje Fonds. Hiermee hebben we 5,4 uur niet gerealiseerd, dat omgerekend tegen het uurtarief gaat het om een bedrag van € 388,21.
Bijzonderheden
Duidelijke afspraken over samenwerking blijken nodig in een pilot met verschillende partijen. Dat vraagt vertrouwen en medewerking van twee kanten. Gaandeweg 2011-2012 zijn diverse zaken ontwikkeld, maar tegelijkertijd moesten er hier en daar afspraken gemaakt worden. Dit knelde soms. Door de zeer flexibele inzet van de gezinsmedewerkers en het begrip bij de meeleefouders verliep de pilot goed.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 188 van 307
voor hulp op maat
Een koppeling tussen een allochtone alleenstaande moeder en haar dochtertje van 1,5 jaar met een meeleefgezin dicht bij haar in de buurt loopt zo geweldig dat beide gezinnen zich voor een lokale krant: Utrecht Dichtbij hebben laten interviewen, ook de begeleidster is geïnterviewd en dit is een prachtig artikel (een drieluik) geworden. Na het lezen van die publicaties hebben zich weer een aantal aspirant meeleefgezinnen aangemeld. Ook leveren zowel deze meeleefouders als deze biologische moeder een bijdrage aan de tweede training als ervaringsdeskundigen om hun verhaal aan de aspirant meeleefgezinnen te vertellen. Dit heeft een grote impact. Een jonge alleenstaande moeder, die nog maar kort in Utrecht woont en alleen een drukke zus in deze stad kent, heeft na maanden twijfelen de knoop doorgehakt om aan het project mee te doen. Nu is ze razend blij dat ze haar kind eens per week bij het meeleefgezin achterlaat, waardoor zij eindelijk aan haar behandeling toe komt én langzaamaan ook nieuwe mensen in haar omgeving leert kennen. Bij een Marokkaans gezin met zes kinderen is het heel drukke één na jongste kind in mei 2012 geplaatst bij een meeleefgezin. Dit meeleefgezin is een alleenstaande vrouw die alle aandacht voor dit jongetje heeft, wanneer hij komt. Het kind bloeit helemaal op en gaat met sprongen vooruit met spreken en in zijn gedrag. Zijn moeder heeft het afgelopen driekwart jaar door de opvang van het meeleefgezin de tijd gekregen om veel meer aandacht te geven aan haar jongste kind, een baby waar ze nauwelijks binding mee had. Nu is er veel meer rust in dat biologische gezin gekomen, vangt de meeleefouder soms ook het iets oudere broertje op en is inmiddels de baby van ongeveer een jaar aan het wennen bij een ander meeleefgezin. Dit biologische gezin is een zwaar multiprobleemgezin, waarvan merkbaar is dat zij onder meer door de intensieve zorgen nauwelijks ruimte voor de opvoeding hadden en andersom door de zorg voor de kinderen nauwelijks aan het oplossen van hun (psychische) problemen toe kwamen. Langzaamaan gaat het op alle fronten daar beter. De bijdrage tijdens de training van een deskundige op gebied van psychische problemen, die bij de ouders kunnen spelen (van Indigo: project “piep zei de muis”) werd tijdens de training door de meeleefgezinnen en begeleiders zeer gewaardeerd. Hij heeft veel ervaring met behandeling van ouders met psychische beperkingen en de invloed daarvan op hun jonge kinderen. Een senior gedragswetenschapper van Bureau Jeugdzorg Utrecht vertelt tijdens de training waarom de preventieve inzet voor dit soort gezinnen met veel risico‟s voor de ontwikkeling van de kinderen zo belangrijk is. Cliënttevredenheid
Evaluatieformulieren ingevuld door de meeleefouders en uitgebreide formulieren voor de gezinswerkers, worden na elke trainingsmodule verzameld. Deze bevestigen het beeld dat de meeleefgezinnen tevreden zijn over de training, informatievoorziening en begeleiding door de gezinswerkers. Een
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 189 van 307
voor hulp op maat
onderzoek is gaande naar de effectiviteit van en tevredenheid over dit project onder de gekoppelde gezinnen en de vooruitgang van de ontwikkeling van de kinderen. Verslag van actuele ontwikkelingen
Rapportage en verantwoording over de financiën en de bereikte resultaten zal in maart 2013 richting Oranje Fonds verzonden worden. Vanaf januari 2013 is met DMO gemeente Utrecht afgesproken dat vanuit de reguliere middelen voor Gezinsondersteuning de benodigde uren voor het project MeeleefGezin Utrecht gefinancierd mag worden. Per kwartaal zal de manager rapporteren hoeveel uren ingezet zijn en verslaglegging van de inhoudelijke resultaten afleggen.
Knelpunten
Duidelijke afspraken bleken nodig t.a.v. de verwachtingen tussen de initiatiefneemsters van het concept MeeleefGezin en de uitvoerders van Stichting Stade. Lastig bij een pilot is dat je start met niets en gaandeweg moeten uitvinden wat werkt en wie daarvoor verantwoordelijk is. Vertrouwen in de samenwerking is belangrijk. Toen beek dat één van de initiatiefneemsters na de eerste training (voorjaar 2012) de geheel eigen en individuele conclusie trok dat het proces van werven, selecteren, intakegesprekken voeren, trainen, koppelen en begeleiden van meeleefgezinnen niet door één team professionals zou moeten gebeuren. Deze bevinding staat lijnrecht tegen onze ervaringen en die van de meeleefgezinnen in. Wij vinden dat de verbinding van de begeleiders gedurende het gehele proces juist de kracht en binding van dit project is. De professionals leren de meeleefgezinnen zo goed kennen voor en tijdens de gesprekken en trainingsmodulen (en vise versa) dat juist de zwakke en sterke punten goed in beeld zijn. Het is veilig voor iedereen om zichzelf te laten zien en open vragen te durven stellen. Dit maakt des te meer dat bij het koppelen met de biologische gezinnen een veel beter zicht is op het succes van de koppeling. In het begeleidingstraject naderhand blijkt nogmaals hoe prettig het gevonden wordt dat er een stevige band is tussen meeleefgezin en begeleider. Gevolg van dit verschil van visie was dat dit ook tussen de twee initiatiefneemsters (die op dat moment samen de Stichting MeeleefGezin oprichten) leidde tot splitsing van visie op aanpak en doelgroep, waardoor zij uiteen gingen. Daarop ontstonden twee initiatieven: Stichting MeeleefGezin gericht op de doelgroep ouders met ernstige psychische problemen en Stichting Steunouder, gericht op een bredere doelgroep van gezinnen met jonge kinderen die (tijdelijk) problemen hebben en waarvan het voor de kinderen zeer zinvol kan zijn nu en dan in een stabiel “maatjes-gezin” opgevangen te worden. Naast de aangescherpte doelgroep en de andere vorm van training door deskundigen, waar de begeleiders niet bij aanwezig zin, wil Stichting MeeleefGezin gaan werken met begeleiders uit de thuiszorg (gespecialiseerde gezinsbegeleiding op MBO
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 190 van 307
voor hulp op maat
niveau). Bij Stade Gezinsondersteuning werken HBO+ geschoolde, zeer ervaren gezinswerkers, die gewend zijn met de meest hulpmijdende multiprobleemgezinnen te werken. In onze ervaring blijkt deze deskundigheid en vaardigheden plus de kennis van het uitgebreide netwerk in de stad een zeer belangrijke bijdrage aan het project te leveren.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 191 van 307
voor hulp op maat
Financiële informatie Pilot MeeleefGezin 2011-2012 2012 Projectnaam: Projectnummer:
Pilot MeeleefGezin 2011-2012 10981
Verleende subsidie ZonMw (pilot) Uren Projectkosten
40 € 72,39
€ 2.895,60 € 37.104,40
Totaal subsidie € 40.000,00 Realisatie 2011-2012 Uren 2011 Uren 2012 (eigen bijdrage) Projectkosten 2011 Projectkosten 2012
33 € 72,39 7 € 72,39
€ 2.388,87 € 506,73 € 21.322,95 € 14.125,15
Totaal realisatie 2011-2012 € 38.343,70 Ontvangen voorschot Eigen bijdrage
€ 32.000,00 € 506,73-
Nog te ontvangen
€
Verleende subsidie Oranjefonds Project ummers: 20113925 & 20116475 Uren 400,6 € 72,39 Uren 827,3 € 71,89 Projectkosten Verschil
€ 28.999,43 € 59.474,60 € 1.532,58 € 6,61-
5.836,97
Totaal subsidie € 90.000,00 Realisatie 2011-2012 Uren 2011 Uren 2012 Uren 2012 Projectkosten 2011 Projectkosten 2012
311,5 € 72,39 89,1 € 72,39 821,9 € 71,89
€ 22.549,49 € 6.449,95 € 59.086,39 € 134,80 € 1.397,78
Totaal realisatie 2011-2012 € 89.618,41 Ontvangen voorschot Nog te ontvangen
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
€ 67.500,00 € 22.118,41
Pagina 192 van 307
voor hulp op maat
Project Verslag Onderwijshulpverlening PPI (Preventieve Pedagogische Interventie) Utrecht 2012 Naam
Onderwijshulpverlening PPI
Koppeling met productomschrijving financier
Hulpverlening lang
Budget
€ 295.087,70
Doelstelling
De Onderwijshulpverlening van het PPI is gericht op het voorkomen van vroegtijdige schooluitval en daarmee gepaard gaande marginalisering van risicoleerlingen die het Utrechtse voortgezet onderwijs bezoeken.
Wijze van bekostiging
Subsidie gemeente Utrecht, beleidsonderdeel jeugd preventie stedelijk.
Productspecificatie (waarin opgenomen de prestatieeenheden)
Stichting Stade biedt Onderwijshulpverlening aan jongeren in de leeftijdscategorie 12 t/m 18 jaar. Onderwijshulpverlening is een vorm van hulpverlening die uitgaat van de problemen die zich op school voordoen. Het kan gaan om gedragsproblemen, sociaal emotionele problemen of problemen met schooltaken. Problemen die vaak een sterke samenhang vertonen. Door het aanpakken van problemen in het functioneren op school ontstaat doorgaans snel een basis waarop aan de achterliggende problematiek bij de jongere kan worden gewerkt. Stichting Stade kent twee vormen van Onderwijshulpverlening: Preventieve pedagogische interventies (PPI), waarbij sprake is van een langdurend begeleidingstraject na schooltijd. Het schoolgericht maatschappelijk werk (SMW), dat kortdurender van aard is en wordt uitgevoerd op Utrechtse VO scholen. Prestatie-eenheid PPI Voor het PPI geldt als prestatie-eenheid de begeleiding van een groep van 49 cliëntsystemen, waarmee in totaal 70 cliëntsystemen per jaar worden begeleid. Werkwijze PPI Deze vorm van onderwijshulpverlening is op individuele leerlingen gericht, maar wordt geboden in een groep. Twee middagen per week na schooltijd worden leerlingen door een vaste hulpverlener begeleid bij het oplossen van op school gesignaleerde problematiek. Beginnend verzuimgedrag, agressief gedrag in de
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 193 van 307
voor hulp op maat
klas, een sterk ongemotiveerde houding op/voor school, een (dreigende) schorsing, een tekort aan sociale vaardigheden, faalangst, sterk teruggetrokken gedrag of concentratieproblemen vormen vaak de aanleiding voor een aanmelding bij het PPI. Het gaat dan ook altijd om een combinatie van schooleerproblemen en sociaal emotionele problematiek. De hulpverlening wordt geboden aan de hand van een individueel handelingsplan, waarin zo concreet mogelijke leerdoelen staan geformuleerd. In de hulpverlening wordt gebruik gemaakt van zowel individuele als van groepsgerichte methoden. Werken aan schooltaken is een belangrijk onderdeel van de middag. Essentieel binnen de hulp is de intensieve samenwerking en afstemming met de school van de jongere en de ouders. De context/het systeem wordt betrokken bij de begeleiding. Primair zijn de leerlingen de doelgroep, maar ouders worden indien er sprake is van gezinsproblematiek ook actief betrokken bij het hulpverleningstraject. Productafspraken
Voor het PPI geldt als prestatie-eenheid de begeleiding van een groep leerlingen (cliëntsystemen) met een capaciteit (caseload) van 49. Met deze caseload zal in kalenderjaar 2012 in totaal 4.105 productie-uren gemaakt worden.
Subsidiecriteria
De Stichting Stade heeft haar organisatie gecertificeerd, waarbij jaarlijks een beoordeling plaats vindt door een extern bureau. Het verslag van deze externe beoordeling is voor subsidieverleners beschikbaar. Dit betekent dat de beleidscyclus, het kwaliteitsbeleid en alle ondersteunende processen voldoen aan de hiervoor ontwikkelde (internationale) normen. Met betrekking tot de uitvoering van de werkzaamheden in uren professionele inzet van medewerkers gelden de navolgende afspraken: Er zal worden gehandeld als goed werkgever zoals dit is omschreven in het Burgerlijk Wetboek. M.b.t. de uitvoering van de uren geldt een inspanningsverplichting om dit zo getrouw en goed mogelijk te doen. Van de urenrealisatie wordt een registratie bijgehouden die door een accountant zal worden gecontroleerd. Het primaire werkproces is omschreven en vastgelegd. Daarnaar zal worden gehandeld. Met betrekking tot het betrekken van cliënten bij de uitvoering van de werkzaamheden wordt het navolgende bepaald: er is in 2009 op instellingsniveau een cliëntenraad ingesteld die jaarlijks een onderzoek doet naar de cliënttevredenheid en die vergelijkbare bevoegdheden heeft als de ondernemingsraad.
Registratieresultaten
Aantal cliëntsystemen In 2012 zijn met de beschikbare caseload van 49 leerlingen in totaal 155 cliëntsystemen in begeleiding geweest (dit zijn er16 meer dan in 2011), waarvan 57 nieuw gestart. Deze jongeren zijn in 50% van de gevallen aangemeld door de school en in 19% van de gevallen door het SMW van Stichting Stade. Aanmelding vindt plaats op basis van op school gesignaleerd “risicogedrag”. 2,5% van de aanmeldingen is in 2012 aangemeld door de jongere/ouders zelf.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 194 van 307
voor hulp op maat
Met de 57 nieuw aangemelde jongeren en hun ouders/verzorgers is een intakegesprek gevoerd. Voor hen is een persoonlijk handelingsplan opgesteld en is in 2012 de PPI begeleiding gestart. Afgesloten cliënten De hulpverlening aan 82 jongeren is gedurende de verslagperiode afgesloten (dit zijn er 29 meer dan in 2011). Deze stijging heeft te maken met de grote hoeveelheid aanmeldingen in 2012. Hierdoor lukt het PPI niet om aan de vraag te voldoen en is er in 2012 sprake geweest van een zeer lange wachtlijst (in juli 2012 stonden er 26 leerlingen op de wachtlijst en was de wachttijd ongeveer zes maanden, normaliter ligt dit op 4-6 weken). Wachtlijst en modules De behoefte aan PPI neemt toe bij de scholen, steeds meer scholen melden aan, waardoor de vraag en aanmeldingen toenemen. PPI kon/kan hier niet in voorzien. Om enigszins tegemoet te komen aan deze grote vraag, is er in 2012 gestart met het aanbieden van PPI modules, ter overbrugging aan een groep wachtlijst jongeren. Dit verklaart ook gedeeltelijk de stijging in het aantal jongeren dat begeleid is. De verschillende modules die werden aangeboden: faalangst, agressieregulatie en studievaardigheden. De wachtlijst leerlingen kregen een module aanbod passend bij de hulpvraag. Dit was dan geen regulier PPI traject, maar een korte periode van acht weken, waarin de groep leerlingen wekelijks 1 bijeenkomst had (hierin werd actief geoefend en werd huiswerk meegegeven). Deze aanpak wierp zijn vruchten af, vooral bij de jongeren die na het afronden van de modules relatief snel konden starten met hun PPI traject. Er waren ook jongeren die daarna nog lang moesten wachten op een PPI traject, hierdoor was het effect beduidend kleiner, omdat er geen vervolg aangegeven werd. Effecten wachtlijst Doordat de leerlingen lang moeten wachten op de start van de PPI hulpverlening, is het bij een groep leerlingen voorgekomen dat de hulp te laat van de grond kwam. Dit is een groot probleem. De problematiek is in die gevallen al verzwaard en verergerd, waardoor het voorkwam dat de leerling bijvoorbeeld al was afgezakt en zich niet meer kon motiveren voor een PPI traject, bijvoorbeeld omdat behoud voor school niet meer haalbaar was. Het lukte PPI niet om deze groep dan nog binnen te houden. De vroegtijdige aanpak van PPI sloot simpelweg niet meer aan. Bij deze leerlingen werd het PPI traject in een redelijk vroeg stadium afgesloten. Ook dit is een verklaring van de stijging in het aantal jongeren dat begeleid is in 2012. Doelen behaald Bij 78% van de afgesloten jongeren is sprake geweest van een succesvol verlopen traject. Bij 63% zijn de leerdoelen behaald en bij 15% heeft naast de hulpverlening een passende succesvolle doorverwijzing naar externe hulpverlening plaatsgevonden. Als de leerdoelen behaald zijn, betekent dit dat in veel gevallen het gedrag op school verbeterd is, dat er vrijwel geen conflicten meer zijn met docenten of medeleerlingen, dat de vaardigheden om met de problemen op school of thuis om te gaan zijn verbeterd en dat Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 195 van 307
voor hulp op maat
de prestaties op school zijn toegenomen. 9% van de jongeren is afgesloten vanwege motivatiegebrek bij de jongere. Dit is beduidend minder dan in 2011. Toen was dit 17%. Deze jongeren zijn dan bijvoorbeeld na een half jaar afgesloten, er is dan zeker sprake geweest van ontwikkeling en groei bij de jongere, dus enkele leerdoelen zijn behaald, maar niet allemaal. 13% van de afgesloten leerlingen is gestopt aan begin van het PPI traject (tijdens de oriëntatiefase, zie hierboven). Voor deze jongeren had PPI geen zin meer omdat in de periode dat hij/zij op de wachtlijst stond de problematiek zodanig was verergerd dat behoud voor schoolniveau bijvoorbeeld niet meer realistisch en haalbaar was. Dit wordt door PPI als een erg zorgelijke ontwikkeling ervaren. Begeleidingsduur De gemiddelde begeleidingsduur is net als in 2011 tien maanden. Samenstelling cliëntgroep Leeftijd De gemiddelde leeftijd van de jongeren in 2012 is 15,2 jaar (dit was in 2011 en 2010 15,3 jaar, dus blijft redelijk stabiel). In 2009 en 2008 lag dit beduidend lager (respectievelijk 14,5 jaar en 13 jaar). Dit punt wordt jaarlijks meegenomen bij de evaluaties met de scholen, omdat het zaak is jongeren zo vroeg mogelijk aan te melden. Dan is het meeste rendement uit de PPI begeleiding te halen. Schoolniveau 70% zit in het VMBO, (waarvan 25% TL volgt). 28% doet Havo/VWO. 2% zit op overige onderwijsvormen (bijvoorbeeld projecten). Culturele achtergrond 67% heeft een allochtone achtergrond. In 2011 was dit 48%. Geslacht 67% van de cliënten is jongen. Dit was in 2011 64%. Aard van de problemen Doorgaans is er sprake van een zogenaamde multiprobleem situatie bij de aangemelde jongeren. Vaak wordt een combinatie van problemen bij de intake geconstateerd. In de meeste gevallen is er sprake van problemen met de schoolmotivatie en/of de werkhouding, aanwezigheid van sociaal emotionele problematiek, gedragsproblemen en problemen in de thuissituatie. Rapportageafspraken
Verslag van verrichte activiteiten en van de gevolgde werkwijze: Globale beschrijving doelgroep. Aantal cliëntsystemen in begeleiding. Gemiddelde begeleidingsduur. Aantal intakes en afgesloten cliëntsystemen. Aantal plaatsen dat gerealiseerd is.
Is de betaling afgerond
Ja
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 196 van 307
voor hulp op maat
Is de uitvoering volgens planning gegaan
Ja
Afrekenafspraken
Niet gerealiseerde prestatie-eenheden worden niet afgerekend.
Bijzonderheden
Afspraken m.b.t. de prestatie-eenheid zijn in 2010 aangepast en in overeenstemming gebracht met de werkpraktijk waarin sprake is van een procesbegeleiding van een groep van 49 cliënten. Er worden namelijk begeleidingstrajecten aangeboden aan leerlingen die soms langer dan een jaar duren. Zodra de begeleiding van een leerling wordt afgesloten ontstaat ruimte voor een nieuwe leerling die dan meteen wordt geplaatst. Op deze wijze worden per jaar minimaal 70 leerlingen begeleid (in 2011 overigens 139 leerlingen en in 2012 dus zelfs 155).
Cliënttevredenheid
Van 29 mei t/m 6 juli 2012 heeft het interne cliënttevredenheidsonderzoek plaatsgevonden. Er zijn 33 formulieren verstuurd naar de cliënten van OHV PPI. Er bleven 11 bruikbare formulieren over uit de 33 uitgezette formulieren. De respons komt uit op 33%. Geen van cliënten is in contact gekomen met het project via een folder of via internet, 4 werden verwezen en 7 cliënten kwam bij ons op andere wijze. De onderstaande vragen werden beantwoord met een rapportcijfer. De bereikbaarheid van het project: 8,4. De snelheid waarmee men geholpen werd: 7,7. Houding en gedrag van de medewerker: 8,7. De baat die de cliënt gehad heeft bij de hulp of activiteit: 8,5.
Verslag van actuele ontwikkelingen
Algemeen gesteld zijn de doelen en de beoogde doelgroep bereikt. Opvallend is dat de gemiddelde leeftijd nog steeds is blijven liggen op 15,2 jaar. Ondanks inspanningen van OHV om scholen „op te voeden‟ preventiever aan te melden. Dit zal bij de jaarlijkse SMW evaluaties onderwerp van gesprek zijn. SMW zal hier een rol in gaan hebben. De problematiek van de jongeren wordt complexer en intensiever ervaren. Het hanteren van het schoolwerk als aangrijpingspunt in de hulpverlening is door het zogenaamde “nieuwe leren” lastiger geworden, maar hier is steeds meer ervaring in opgedaan en geoefend, waardoor men hier redelijk creatief mee kan omgaan en parate kennis heeft van de verschillende scholen en onderwijsvormen om toch maatwerk te bieden. Voortdurend aandacht en aanpassing van werkwijze en gehanteerde methodieken blijft nodig, met name om elkaar scherp te houden en onderling inzichten te delen, kennis te vergroten. Naar minder verbale vormen van begeleiding is gezocht en dit wordt afhankelijk van de leerling en problematiek ingezet. Een
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 197 van 307
voor hulp op maat
voorbeeld hiervan is de BUSOVA (buiten sociale vaardigheidstraining). Deze is in 2012 wederom uitgevoerd en gegeven aan een groep van acht jongeren. De BUSOVA is vanaf 2011 een vast onderdeel van de PPI begeleiding. Dit werkt goed voor de jongeren die meer profiteren van de sport en buitenaanpak en het fysieke aspect daarvan. Met betrekking tot de lange wachtlijst zal er in 2013 meer dan voorheen ingezet gaan worden op het gezamenlijke karakter bij een aanmelding bij PPI, zowel school en PPI hebben dan een taak en verantwoordelijkheid. Door echt samen met school op te trekken in een traject rond een leerling, is het wellicht mogelijk om eerder af te sluiten. Er zal dan ook actief geïnvesteerd gaan worden in het betrekken van school, bespreken, uitleggen van PPI aanbod en wederzijdse verwachtingen tussen school en PPI. PPI-hulpverleners gaan in een vroeg stadium bij de scholen langs voor persoonlijke kennismaking en om deze verwachtingen rondom de noodzakelijke gezamenlijke inspanning helder en reëel te krijgen. Begeleiding op het aspect “sociale vaardigheden” blijft van groot belang voor de PPI doelgroep. Maatwerk is nodig en er is veel zelf ontwikkeld. De PPI-hulpverleners zijn getraind in het frequenter inzetten van oefeningen op het gebied van sociale vaardigheden in de reguliere begeleiding. Dit is in 2009 nog eens uitgebouwd door de SOVA trainster eens per maand een middag te laten verzorgen op gebied van sociale vaardigheden (verschillende thema‟s). Dit is in 2010 voortgezet en vanaf 2011 vormt dit een vast onderdeel in de reguliere PPI werkwijze. Op deze manier raakt het sociaal emotionele deel van de hulpverlening vervlochten met het onderwijs deel. Dit werkt goed en is ook overeenkomstig de praktijk. Echter voor sommige leerlingen moet er explicieter aandacht zijn voor bepaalde leerdoelen en hulpvragen. Voor die groep zetten we de PPI modules in. De PPI modules vormen ondertussen een vast onderdeel in de werkwijze van de reguliere PPI begeleiding. Dit maakt het zowel voor jongere, ouders als school concreter. Middels specifieke modules worden plenaire thema‟s besproken en geoefend. In 2013 zal elke PPI hulpverlener doorgaan met het inzetten van deze verschillende modules (draaiboeken met vier of acht „lessen‟) afhankelijk van de behoefte en noodzaak bij de leerling. De samenwerking en samenhang met het SMW van de stichting is in 2012 weer verbeterd en geïntensiveerd. Met name bij de aanmelding en selectie van leerlingen (screenen van juiste aanmeldingen om wachtlijst vervuiling te voorkomen) en bij stagnaties in de samenwerking met de school levert dit grote voordelen op. Daarnaast ook in het terugkoppelen van informatie en afspraken vanuit ZAT‟s naar PPI en vice versa. Ouders hebben bij PPI aangegeven behoefte te hebben aan meer begeleiding bij de opvoeding en pedagogische aspecten van de puberteit. In de eerste helft van 2013 gaan vier ouderbijeenkomsten plaatsvinden (februari, maart, april en mei) met het doel ouders feedback en ondersteuning te geven bij de puberdoelgroep. Het plan is om bij de evaluatie en vervolg hiervan El Amal te gaan betrekken, zij hebben veel expertise m.b.t. niet Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 198 van 307
voor hulp op maat
westerse ouders. Ook is inzet gepleegd om PPI outreachender van karakter te maken (naar de scholen toe om daar PPI-achtige activiteiten aan te bieden). In 2012 is het project PPI op schoollocatie afgerond. Op het Wellantcollege heeft een pilot plaatsgevonden (zie apart projectverslag). Knelpunten
In 2012 is de PPI wachtlijst erg lang geworden. Half juli 2012 bestond de wachtlijst uit 26 leerlingen. Normaal is een wachttijd van vier-zes weken, in 2012 is deze wachttijd opgelopen tot zes maanden. Een van de oorzaken is de enorme toename aan PPI aanmeldingen. In 2012 zijn 66% meer aanmeldingen gedaan dan in ja(a)r(en) daarvoor. Scholen melden erg veel aan en geven aan veel behoefte te hebben aan een aanbod als PPI, omdat het laagdrempelig is, concreet is en het echt iets oplevert voor leerling en school. Wat heeft PPI gedaan om deze wachtlijst tegen te gaan: Hogere productie/caseload draaien (meer leerlingen per begeleider). SMW overbruggingshulp laten bieden aan individuele leerlingen die op PPI wachtlijst staan (gebeurt nog steeds). PPI modules laten inzetten als soort overbruggingshulp/voortraject voor PPI (bijvoorbeeld studievaardigheden, faalangst en agressie) aan een groepje leerlingen. Trajecten inkorten/sneller afsluiten. Vooral dit laatste punt bleek niet te werken. Veel leerlingen zitten op het VMBO en juist deze doelgroep heeft baat bij inslijpen en herhaling. Hiervoor is vaak een langer traject nodig (1 jaar-1,5 jaar). Bij de VMBO doelgroep blijft deze lengte van het traject vaak de doorslaggevende succesfactor. Ook lukte dit inkorten niet echt omdat door het lange wachten de problematiek van de jongere vaak verzwaard/verergerd was, ook hierdoor bleek dan een langer traject nodig. PPI ervaart dus een enorm zorgelijk knelpunt en kan niet meer doen dan hierboven. Echter, bovengenoemde interventies halen niet voldoende uit. In 2013 zal PPI met de scholen in gesprek gaan over dit thema en PPI zal van scholen meer gaan verwachten in de samenwerking dan in het verleden. Door intensiever met scholen samen te werken, kunnen de trajecten wellicht korter? Ook zal in 2013 PPI in gesprek gaan met Jongerenwerk, wellicht kunnen PPI trajecten ook ingekort worden als het Jongerenwerk een nazorgtraject kan bieden. Nadeel is dat de jongere een nieuwe/andere hulpverlener krijgt, maar deze optie moet zeker onderzocht worden. Effecten wachtlijst: Een effect van de wachtlijst was dat PPI (zoals hierboven beschreven) tijdens oriëntatiefase bij een groep jongeren niet meer passend bleek, omdat problematiek verzwaard en verergerd was tijdens de wachttijd, de jongere afzakte, vervolgens hierdoor bij PPI afhaakte omdat de hulp te laat kwam.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 199 van 307
voor hulp op maat
Een tweede effect is dat scholen niet wachten, maar op zoek gaan naar andere (specialistische?) vormen van hulp, die wellicht minder goed aansluiten bij hulpvraag en behoefte, maar vanuit standpunt: beter iets dan niets. Het derde effect is dat scholen bekend raken met de lange wachtlijst en hierdoor te preventief aanmelden (vertroebeling van de wachtlijst).
Oorzaken wachtlijst: PPI is een steeds bekender wordende hulpverleningsvorm/methodiek. Scholen merken dat PPI niet alleen werkt voor de externaliserende leerlingen, maar ook dat de kwetsbare internaliserende leerlingen profiteren van de PPI methodiek en werkwijze. Scholen signaleren steeds beter, al dan niet via SMW. SMW is uitgebreid met een toeleidingsfunctie. SMW doet ook veel toeleiding voor PPI. Scholen zijn steeds vroeger bezig met dossieropbouw, hierbij moeten ze aantonen welke interventies ze zelf hebben geïnitieerd, (hiervan is PPI er een).
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 200 van 307
voor hulp op maat
Financiële informatie Onderwijshulpverlening Utrecht 2012 Projectnaam: Projectnummer: Verleningsbeschikking: Verleende subsidie 2012 Uren PPI Uren werkgroep huiselijk geweld PPI Verschil
Onderwijshulpverlening Utrecht PPI 11000 2012-456-687
4071 € 71,89 34 € 71,89
€ 292.664,19 € 2.444,26 € 20,75-
Totaal reguliere subsidie 2012 € 295.087,70 Realisatie 2012 Uren PPI Uren werkgroep huiselijk geweld PPI
4113,25 € 71,89 34 € 71,89
€ 295.701,54 € 2.444,26
Totaal realisatie 2012 € 298.145,80 Te verrekenen
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
€
-
Pagina 201 van 307
voor hulp op maat
Project Verslag Onderwijshulpverlening SMW (Schoolgericht Maatschappelijk Werk) Utrecht 2012 Naam
Onderwijshulpverlening SMW
Koppeling met productomschrijving financier
Hulpverlening kort
Budget
€ 735.362,88 reguliere subsidie. € 93.093,54 extra uren school maatschappelijk werk. (t.b.v. toeleiding). Naast de directe individuele hulpverlening wordt het vervullen van de zogenaamde brugfunctie tussen de school en externe hulp van groot belang gevonden en positief gewaardeerd. Vanaf 2011 is dit een expliciete taak van het SMW geworden en zijn er zogenaamde toeleidingsmiddelen/schakelmiddelen toegekend.
Doelstelling
Onderwijshulpverlening van Stichting Stade is gericht op het voorkomen van vroegtijdige schooluitval en daarmee gepaard gaande marginalisering van risicoleerlingen die het Utrechtse voortgezet onderwijs bezoeken.
Wijze van bekostiging
Subsidie gemeente Utrecht beleidsonderdeel schoolmaatschappelijk werk, verstrekt door DMO afdeling Welzijn en DMO afdeling Onderwijs.
Productspecificatie (waarin opgenomen de prestatieeenheden)
Stichting Stade biedt Onderwijshulpverlening aan jongeren in de leeftijdscategorie van 12 t/m 18 jaar. Onderwijshulpverlening is een vorm van hulpverlening die uitgaat van de problemen die zich op school voordoen. Het kan gaan om gedragsproblemen, sociaal emotionele problemen of problemen met schooltaken. Problemen die vaak een sterke samenhang vertonen. Door het aanpakken van problemen in het functioneren op school ontstaat doorgaans snel een basis waarop aan de achterliggende problematiek bij de jongere kan worden gewerkt. Stichting Stade kent twee vormen van onderwijshulpverlening: Preventieve pedagogische interventies (PPI), waarbij sprake is van een langdurend begeleidingstraject na schooltijd. Het schoolgericht maatschappelijk werk (SMW), dat kortdurend van aard is en wordt uitgevoerd op Utrechtse VO scholen. Schoolgericht maatschappelijk werk is gericht op leerlingen en ouders van het Utrechts regulier voortgezet onderwijs.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 202 van 307
voor hulp op maat
Werkzaamheden worden uitgevoerd in nauwe samenwerking en overleg met “de zorgstructuur” van de school. De hulpverlening richt zich primair op de leerlingen op school, maar ook op de ouders en de thuissituatie van de leerling. De kern van de werkzaamheden bestaat uit: Het bieden van kortdurende sociaal emotionele hulpverlening aan leerlingen en hun ouders ten aanzien van problemen bij de ontwikkeling en opvoeding zoals die op school naar voren komen (maximaal 15 gesprekken). Het vervullen van een intermediaire rol bij conflictsituaties tussen ouders en leerling. Schoolondersteuning (Het leveren van een bijdrage aan de zorgverbreding binnen de school en in de woonwijk van de leerling, Het geven van advies en informatie aan leerlingen, ouders, docenten en leerling-zorg. Het signaleren van problemen en het vervullen van een intermediaire rol bij conflictsituaties tussen leerling/ouders en school. Het initiëren en eventueel uitvoeren van op preventie gerichte (voorlichtende) activiteiten. Toeleiding (Het vervullen van een spilfunctie tussen de schoolinterne en externe hulp (-verlening), doorverwijzen, warme overdracht, het vervullen van een intermediaire rol bij conflictsituaties tussen externe hulpverlening en school. Deze toeleidingstaak is in de praktijk een integraal onderdeel van de hulpverlening. Hierdoor kan dit in de uitvoering en registratie niet strikt gescheiden worden. Deze twee taken (hulpverlening en toeleiding) zijn sterk verbonden en verweven met elkaar. Primair zet de SMW‟er in op hulpverlening, maar in de zijlijn ook vaak gelijktijdig bezig met afstemming met en toeleiding naar specialistische hulpverlening. Vaak voor een specifiek deel van de hulpvraag. De SMW‟er is dan de generalist en een gedeelte van de hulpvraag wordt bij een specialist belegd. In 2013 is deze toeleidingstaak niet meer expliciet en apart opgenomen in de beschikking, maar integraal onderdeel geworden van de SMW middelen. Productafspraken
Voor het SMW wordt uitgegaan van productie-uren die volgens een, met de gemeente Utrecht overeengekomen, verdeelsleutel t.b.v. de Utrechtse VO scholen worden gerealiseerd. In totaal 11.524 SMW productie-uren.
Subsidiecriteria
De Stichting Stade heeft haar organisatie gecertificeerd, waarbij jaarlijks een beoordeling plaats vindt door een extern bureau. Het verslag van deze externe beoordeling is voor subsidieverleners beschikbaar. Dit betekent dat de beleidscyclus, het kwaliteitsbeleid en alle ondersteunende processen voldoen aan de hiervoor ontwikkelde (internationale) normen. Met betrekking tot de uitvoering van de werkzaamheden in uren professionele inzet van medewerkers gelden de navolgende afspraken: Er zal worden gehandeld als goed werkgever zoals dit is
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 203 van 307
voor hulp op maat
omschreven in het Burgerlijk Wetboek. M.b.t. de uitvoering van de uren geldt een inspanningsverplichting om dit zo getrouw en goed mogelijk te doen. Van de urenrealisatie wordt een registratie bijgehouden die door een accountant zal worden gecontroleerd. Het primaire werkproces is omschreven en vastgelegd. Daarnaar zal worden gehandeld. Met betrekking tot het betrekken van cliënten bij de uitvoering van de werkzaamheden wordt het navolgende bepaald: er is in 2009 op instellingsniveau een cliëntenraad ingesteld die jaarlijks een onderzoek doet naar de cliënttevredenheid en die vergelijkbare bevoegdheden heeft als de ondernemingsraad.
Registratieresultaten
De werkzaamheden van het SMW worden zowel door gemeente Utrecht afdeling Welzijn als door de gemeente Utrecht afdeling Onderwijs gesubsidieerd. Cliënten worden in één systeem geregistreerd. Wij bieden daarom een overzicht van de registratieresultaten van het totale SMW. Totaal aantal leerlingen in begeleiding In het jaar 2012 zijn op 17 Utrechtse scholen 720 leerlingen (en eventueel hun ouders) in begeleiding (geweest). Dit was in 2011 624 en in 2010 524. Van de 720 leerlingen volgden er 124 groepsgerichte hulpverlening. De rest had een individueel hulpverleningstraject. Verklaring voor deze stijging is: Totaal aantal SMW uren is elk jaar licht toegenomen. Het aantal SMW aanmeldingen neemt toe, scholen doen steeds meer een beroep op SMW. Hieronder de verdeling in aantallen per school. SMW School 2011 Amadeus Lyceum: 51 Trajectum: 39 Christelijk Gymnasium Utrecht (CGU): 10 Gerrit Rietveld College: 67 Globe: 61 Internationale Schakelklassen: 45 Kranenburgschool: 37 Leidsche Rijn College: 39 Pouwer*: 9 St. Bonifatius College: 18 St. Gregorius College: 70 Unic: 19 Utrechts Stedelijk Gymnasium (USG): 22 Utrechtse School: 29 Via Nova College: 43 Wellant College: 18 X11: 47 Eindtotaal 624
2012 49 46 20 72 56 41 58 46 23* 25 73 29 26 34 40 48 33 720
*Pouwer: deels verklaard door aanvullende SMW inzet, door Pouwer zelf gefinancierd.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 204 van 307
voor hulp op maat
Dit zijn de getallen waarbij de SMW‟er een hulpverleningstraject heeft afgelegd met een leerling en eventueel zijn ouders. De cijfers zijn onderling niet vergelijkbaar gezien de verschillen in omvang van het SMW per school. Besproken “probleemsignalen” in zorgoverleggen Naast het bieden van hulpverlening aan individuele leerlingen (en diens ouders) en groepsgerichte hulpverlening, wordt de SMW‟er ingezet voor schoolondersteuning. Dan wordt het geen officiële SMW aanmelding, maar is de SMW‟er in de zijlijn betrokken en doet daarin taken als dossieranalyse, doorverwijsmogelijkheden onderzoeken, deelnemen aan interne zorgoverleggen en ZAT‟s op de scholen met als doel vroegtijdige signalering, afstemming van hulp en advisering m.b.t. de gewenste hulpverleningsaanpak aan leerling en gezin). Geconcludeerd kan worden dat het aantal SMW aanmeldingen toeneemt. Hierdoor neemt ook de werkdruk toe. Daarnaast nemen ook de secundaire taken toe (schoolondersteuning en toeleiding). Dit uit zich in het feit dat SMW: Deelneemt aan ZAT (zorgadviesteam). Preventieve ondersteuning biedt bij risicoleerlingen. Feedback en tips geeft aan mentoren, leerlingbegeleiders, zorg coördinator rondom omgang met bepaalde problematiek. Deelneemt aan het intern zorgoverleg (vaak wekelijks) waarbij scholen SMW aanwezigheid gewenst vinden vanwege de expertise rondom sociaal emotionele problematiek en de vertaalslag naar de onderwijspraktijk. De „casemanager‟ is bij leerlingen die hulpverleningstrajecten bij bijvoorbeeld BJZ hebben lopen, hierin heeft SMW een rol als linking pin, bruggenbouwer tussen school en hulpverlening. De toeleiding verzorgt en afstemming regelt van externe hulpverleningstrajecten. Veel overbruggingshulp op zich neemt van instellingen die kampen met een wachtlijst. Kortom, deze vragen en verzoeken van school (qua zorgoverleggen, toeleiding, overbruggingshulp, zorgstructuur en preventief werken) kosten tijd, waardoor SMW onder spanning staat en de toenemende werkdruk als zorgelijk wordt ervaren. Deze secundaire taken horen bij de SMW taak, worden ook verwacht van het SMW, maar staan dus op gespannen voet met de primaire taak hulpverlening („handen aan bed‟) waar SMW zich nog steeds vooral op focust. In 2013 zullen we in overleg met de gemeente en scholen dit meer hanteerbaar moeten maken, met als uitgangspunt primair de uitvoering van hulpverleningstrajecten. Aanmelder 83% van de SMW aanmeldingen is afkomstig van school (al dan niet via het ZAT). 5% van de SMW aanmeldingen is afkomstig van ouders en 5,5% is afkomstig van de leerling zelf.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 205 van 307
voor hulp op maat
Aantal gesprekken 46% van de trajecten wordt afgerond binnen 5 gesprekken. 40% van de trajecten wordt afgerond binnen 6-10 gesprekken. 12% van de trajecten heeft 11-15 gesprekken nodig en 2% gaat over het maximale van 15 gesprekken heen. Doelen behaald 82% van de SMW hulpverleningstrajecten wordt succesvol afgerond. Dat wil zeggen: doelen zijn behaald of een succesvolle doorverwijzing. Bij 9% van de trajecten is het traject afgesloten vanwege motivatiegebrek. Bij 5% bleek SMW niet passend en is een ander traject gezocht. 4% van de trajecten is afgesloten vanwege overgang naar andere school. Lengte van de hulpverleningstrajecten 42% van de trajecten wordt afgerond binnen 3 maanden. 21% van de trajecten wordt afgerond tussen 3 maanden en half jaar. 28% van de trajecten wordt afgerond tussen een half jaar en een jaar. 9% van de trajecten gaat over het jaar heen. Hierbij moet worden opgemerkt dat opvallend is dat bij deze lange trajecten het aantal gesprekken vaak relatief laag is. Het gaat in deze situaties dan vaak over leerlingen en ouders waarbij de SMW‟er in lage frequenties bij betrokken is qua interventies (we spreken hierbij graag over volgleerlingen/steun en leun contacten). Opvallend is dat over all geconcludeerd kan worden dat de SMW trajecten korter worden en dat het aantal doorverwijzingen licht toeneemt. Dit lijkt veroorzaakt door de werkdruk. Namelijk een effect van de werkdruk en de toename aan SMW aanmeldingen is dat SMW‟ers sneller doorverwijzen en zo ruimte krijgen om een nieuwe aanmelding op te pakken. Dit sneller doorverwijzen wordt niet nagestreefd en komt de kwaliteit en kern van het SMW niet ten goede. Namelijk de oplossing is niet ons eigen primair proces beïnvloeden. Dit punt zal bij elke casuïstiekbespreking expliciet aan de orde komen, zodat we elkaar hierop kritisch bevragen en ook bij de evaluaties met de scholen zal dit worden meegenomen als knelpunt. Contacten met ouders/verzorgers Binnen SMW is standaard het uitgangspunt dat ouders/context bij de hulpverlening betrokken worden. Hier wordt altijd op ingezet. In enkele gevallen wordt geen contact opgenomen met de ouders. Dit is bijvoorbeeld het geval: Als de situatie daarom vraagt, bijvoorbeeld bij precaire situaties waarbij de veiligheid van de jongere in het geding is (streven is dan altijd een manier te vinden om ouders wel op de hoogte te brengen/te betrekken). Als de leerling 18 jaar of ouder is en dit niet wil.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 206 van 307
voor hulp op maat
Aard van de geboden hulpverlening (hoofd accent) In 68% van de gevallen werd een SMWhulpverleningstraject gestart. Bij 20% hiervan lag het accent op consult en advisering (volgleerlingen/ schoolondersteuning). In 17% van de gevallen werd na intake of gedurende de hulpverlening een doorverwijzing naar externe, specialistische hulpverlening gerealiseerd (toeleiding). 15% van de leerlingen heeft een groepsgericht hulpverleningsaanbod gevolgd. Samenstelling cliëntgroep Klassenverdeling Net zoals in 2011, is ook in 2012 het aantal aangemelde leerlingen uit klas 1 en 2 verminderd. In 2012 was 48% van de aangemelde leerlingen afkomstig uit klas 1 en 2 (in 2011 was dit 50% en in 2010 was dit 60%). Het aantal aanmeldingen uit klas 3 blijft stijgen. Het percentage aangemelde leerlingen uit klas 3 en 4 is 47%. 5% van de aangemelde leerlingen komt uit klas 5 en 6. Geslacht 60% is van het vrouwelijke geslacht (dit is t.o.v. 2011 en 2010 gelijk gebleven). Culturele achtergrond 66% van de aangemelde leerlingen heeft een niet westerse achtergrond (in 2011 lag dit beduidend lager, namelijk 40%, maar in 2010 en 2009 ook op 60%. Aard van de problemen Doorgaans is er sprake van een zogenaamde “multiprobleem situatie” bij de aangemelde jongeren. Vaak wordt een combinatie van problemen bij de intake geconstateerd. We registreren over het algemeen de twee overheersende probleemgebieden. Bij 41% van de gevallen is met name sprake van gezinsproblematiek (dit was in 2011 28%). Deze stijging van gezinsproblematiek wordt gezien als een positieve ontwikkeling. Scholen/aanmelders weten en ervaren steeds beter de mogelijkheid van SMW ook de thuissituatie en het systeem te betrekken bij de hulpverlening (pedagogische interventies in het gezin). 33% van de aangemelde leerlingen heeft overwegend externaliserende gedragsproblemen (dit was in 2011 17%). Internaliserende problematiek speelt bij 32% van de aangemelde leerlingen een rol (dit was in 2011 15%). Overheersende motivatie en werkhoudingproblemen speelt in 21% van de gevallen een rol (dit was in 2011 16%). Specifieke leerproblemen spelen bij 10% een rol. Psychiatrische problematiek komt voor in 7% van de aanmeldingen. Bij 2,5% is (vermoedelijke) mishandeling het voornaamste probleemgebied. Vooral bij de drie laatst genoemde probleemcategorieën wordt door het SMW ingezet op het realiseren en begeleiden van een doorverwijzing naar de gewenste specifieke externe hulpverlening. Deze trajecten vragen vaak de nodige tijd en aandacht. Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 207 van 307
voor hulp op maat
Rapportage-afspraken
Verslag van verrichte activiteiten en de gevolgde werkwijze. Het aanleveren van de volgende registratiegegevens: Aantal cliënten per school. Aantal geleverde uren SMW per school. Globale beschrijving doelgroep SMW. Aantal cliëntsystemen in begeleiding.
Is de betaling afgerond
Ja
Is de uitvoering volgens planning gegaan
Ja
Afrekenafspraken
Niet gerealiseerde prestatie-eenheden worden niet afgerekend.
Bijzonderheden
Gezien de wisselende eisen die door de praktijk aan de uitvoering werden gesteld (wisselingen in het aantal leerlingen per school, wisselingen in aanmeldingen per school) is met de gemeente Utrecht DMO overeengekomen dat lichte aanpassingen in de werkplanning per school konden worden doorgevoerd en bij de verantwoording van de SMW inzet voor 2012 uitsluitend naar de totale SMW-productie wordt gekeken.
Cliënttevredenheid
Van 29 mei t/m 6 juli 2012 heeft het interne cliënttevredenheidsonderzoek plaatsgevonden. Er zijn 164 formulieren verstuurd naar de cliënten van OHV SMW. 2 formulieren zijn onjuist ingevuld waardoor ze niet zijn meegeteld. Er bleven 22 bruikbare formulieren over uit de 164 uitgezette formulieren. De respons komt uit om 13%. 1 cliënt is in contact gekomen met het project via een folder, 9 werden verwezen en 12 cliënten kwam bij ons op andere wijze. De onderstaande vragen werden beantwoord met een rapportcijfer. De bereikbaarheid van het project: 8,0. De snelheid waarmee men geholpen werd: 7,6. Houding en gedrag van de medewerker: 8,3. De baat die de cliënt gehad heeft bij de hulp of activiteit: 6,9. Trends uit de evaluaties In het algemeen bestaat er grote tevredenheid over de geboden diensten. Dit blijkt uit de jaarlijkse evaluatie met de scholen waar gewerkt wordt. De resultaten van de inzet van de uren SMW worden positief gewaardeerd. Scholen benadrukken dat de overhead van het SMW zo klein mogelijk moet blijven, opdat de directe inzet voor en op de school zo groot mogelijk is. Over het bereik van het aantal leerlingen is men doorgaans tevreden. Dit heeft ook veel te maken met de keuze die samen met de school
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 208 van 307
voor hulp op maat
wordt gedaan over welke prioriteiten in de uitvoering worden gekozen. Dit maatwerk wordt sterk gewaardeerd. Betrokkenheid bij en regelmatige aanwezigheid met voorkeur voor (een) vaste dag(en)op de scholen wordt erg gewaardeerd. Veel scholen hechten belang aan een coachende en ondersteunende taak van het SMW naar docenten en mentoren, naast de hulpverlening gericht op leerlingen en hun ouders. In bijvoorbeeld de ZAT‟s heeft het SMW deze schoolondersteuningstaak. De mogelijkheid het SMW in te zetten bij de oudercontacten wordt meer benut en sterk gewaardeerd, evenals de mogelijkheid het SMW in te zetten bij problemen in de thuissituatie waarbij licht pedagogische interventies nodig zijn. Verslag van actuele ontwikkelingen
Het aanbod „sporthulpverlening‟ voor de reboundgroep op de Utrechtse School is een vast aanbod geworden. Gericht op een doelgroep die te weinig profiteert van het doorgaans verbale hulpverleningsgesprek. Binnen de sporthulpverlening wordt met fysieke oefeningen en sport gewerkt aan sociale vaardigheden. Aan de hand van acht competenties worden de vorderingen van de leerlingen per bijeenkomst bijgehouden. Steeds meer scholen willen gebruik maken van dit SMW aanbod. De samenwerking met het SMW/PO is geïntensiveerd. De werkgroep SMW PO-VO heeft een jaarlijks terugkerende bijeenkomt (in mei) vastgelegd in de vorm van een stedelijke SMW bijeenkomst waarin deze overdracht PO-VO centraal staat en SMW‟er op casusniveau een overdracht kunnen doen. De samenwerking en afstemming met de JAT‟s heeft dit jaar verder vorm gekregen. Er moet worden gewaakt dat het JAT in zijn/haar adviezen geen dingen aanbeveelt die al gedaan zijn (niet inzetten op te lichte adviezen) en moet het uitgangspunt van het JAT (ze zijn er voor de professional) helder blijven. Met name bij gezinnen waarbij meerdere kinderen zorg nodig hebben schakelt het SMW het JAT in. SMW is nog steeds bezig zich te bezinnen op een aanvullende manier van hulpverlening, te weten e-hulp. Internethulpverlening heeft de kans een grotere groep leerlingen te bereiken, wellicht leerlingen die nu de stap nog te groot vinden. De samenwerking met collega projecten Gezinsondersteuning Utrecht en Pretty Woman verloopt goed. Ook verloopt de samenwerking tussen SMW en het project „Jongerenwerk op school‟ goed. Jongerenwerk fungeert als signaleerder en vindt ondertussen op een vijftal scholen plaats. De taakverdeling tussen SMW en de zorgfunctionarissen op school is steeds helderder. Dit leidt vrijwel nergens meer tot onduidelijkheid. Afstemming tussen SMW en school loopt goed, vooral op de scholen waar het leerlingvolgsysteem (magister) goed wordt bijgehouden en serieus wordt genomen. Op dit punt zijn de verschillen tussen scholen erg groot. Scholen die Magister optimaal gebruiken kunnen beter profiteren van SMW. Andersom geldt dit ook, SMW kan bij scholen waarbij Magister goed
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 209 van 307
voor hulp op maat
functioneert veel beter aansluiten bij de hulpvraag van de leerling/school vanwege het goede zicht op actuele ontwikkelingen. Scholen hebben een zeer grote vraag naar groepsgerichte hulpverlening. SMW wil zo efficiënt en effectief mogelijk omgaan met de grote hoeveelheid aanmeldingen, waardoor steeds vaker SMW leerlingen met dezelfde hulpvraag bij elkaar worden gezet. Op deze manier is het leerrendement vele malen groter (peer to peer), het bereik is groter en de leerlingen hebben de mogelijkheid in de groep praktisch te oefenen met het gedrag. Gezien de ontwikkelingen binnen passend onderwijs is het SMW nauw betrokken bij de nieuwe ondersteuningsplannen per school. Ook is het visieviltje een bekend begrip geworden in het gesprek over aansluiting onderwijs en zorg. De school als centraal middelpunt met de sterke basis als uitgangspunt. Hier om heen zit o.a. het SMW als kernpartner (met de drie andere kernpartners vormen zij de steun waar nodig). De taakafbakening tussen de vier kernpartners wordt steeds helderder, dit levert veel op voor zowel school als voor de kernpartners onderling (in verwachtingen en verantwoordelijkheid). Op deze manier wordt het voor scholen inzichtelijker welke kernpartners tot het externe ondersteuningsteam van een school behoren en de lijnen worden korter. Keerzijde kan zijn dat SMW zo dicht tegen de school aan is/wordt georganiseerd dat scholen te snel/vaak gebruik gaan maken van het SMW. SMW moet hiervoor waken en dit punt (niet overnemen maar versterken) zal in 2013 veelvuldig onderwerp zijn van gesprek bij bijvoorbeeld SMW-casuïstiekoverleg, bij evaluaties met SMW en school, bij nieuwe SMW aanmeldingen enz. kortom, een blijvend aandachtspunt wat goed gevolgd moet gaan worden. Knelpunten
De grote verschillen tussen scholen in gebruik van leerlingvolgsysteem Magister. SMW zou heel graag zien dat alle scholen dit optimaal gebruiken, dit zal de afstemming en het maatwerk verbeteren. Naast het leerlingvolgsysteem blijft face to face contact bij de afstemming met school van groot belang. De school werkt hier niet altijd op de wenselijke manier aan mee. Op sommige scholen ervaart het SMW een aanmelding als „over de schutting gooien‟ en mist er gezamenlijkheid en gedeelde verantwoordelijkheid. Afspraken en procedures hierop kunnen verbeterd worden. SMW heeft een wijziging in aanmeldingsprocedure doorgevoerd. SMW aanmeldingen worden nu enkel en alleen gedaan via Iazo. Er zijn nog technische verbeteringen wenselijk, met oog op de gebruiksvriendelijkheid. Aanmelders/scholen noemen vaak deze gebruiksonvriendelijkheid en scholen willen graag dat ze weer op de oude manier kunnen aanmelden bij het SMW (via eigen Stichting Stade SMW aanmeldingsformulier). SMW is zich hierop aan het bezinnen. Scholen ervaren namelijk geen voordelen van het Iazo (SMW zelf ook niet), eerder vertraging en bureaucratie. SMW heeft last van deze vertraging en weerstand, omdat de formele aanmelding nu vaak achterwege blijft.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 210 van 307
voor hulp op maat
In de tweede helft van 2011 is OHV gaan werken met de verwijsindex @risk. Risicoprofiel zodanig dat vrijwel de gehele caseload wordt geregistreerd. Namelijk, SMW komt in beeld als er sprake is van een bepaald probleem/problematiek (waarbij meestal sprake is van meervoudige) problematiek). OHV signaleert dat binnen de stad Utrecht niet alle instellingen en organisaties (op een zelfde wijze) registreren. Als dit verbetert, zal at risk voor meer professionals iets opleveren. Wat betreft passend onderwijs moet er in 2013 aandacht zijn voor het verder uitkristalliseren van het visieviltje m.b.t. de aansluiting tussen onderwijs en zorg. Met name moet er geïnvesteerd worden in de afstemming en aansluiting van kernpartners met hun achterveld (en vice versa). De afstemming is nu nog teveel eenrichtingsverkeer (van school via SMW naar extern, maar moet ook andersom plaats gaan vinden; van extern via SMW de school in. De verrekening van de subsidiebijdrage van de Utrechtse schoolbesturen naar de afzonderlijke schooldirecties heeft tot vragen en soms onduidelijkheden bij de betreffende schooldirecteuren geleid. Afspraken over de zeggenschap van de afzonderlijke scholen over het project SMW, de betrokken medewerkers en de werkplanning dienen mogelijk opnieuw gemaakt te worden.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 211 van 307
voor hulp op maat
Financiële informatie Onderwijshulpverlening Utrecht 2012 Projectnaam: Projectnummer: Verleningsbeschikking: Kenmerk beschikking Schakelfunctie SMW: Verleende subsidie 2012 Uren SMW Uren werkgroep huiselijk geweld SMW Verschil
Onderwijshulpverlening Utrecht SMW 11001 2012-456-687 10.087.445
10195 € 71,89 34 € 71,89
€ 732.918,55 € 2.444,26 € 0,07-
Totaal reguliere subsidie 2012 € 735.362,88 Extra uren School maatschappelijk werk Verschil
1295 € 71,89
€ €
93.097,55 4,01-
Totaal verleende subsidie 2012 € 828.456,42
Realisatie 2012 Uren SMW Uren werkgroep huiselijk geweld SMW Projectkosten
11599,75 € 71,89 € 71,89
€ 833.906,03 € 2.444,26 € 5.593,01
Totaal realisatie 2012 € 841.943,30 Te verrekenen
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
€
-
Pagina 212 van 307
voor hulp op maat
Project Verslag Uitvoering SMW leerlingen Pouwer 2012 Naam
Uitvoering SMW leerlingen Pouwer
Koppeling met productomschrijving financier
Hulpverlening kort
Budget
€ 14.234,22
Doelstelling
Onderwijshulpverlening van Stichting Stade is gericht op het voorkomen van vroegtijdige schooluitval en daarmee gepaard gaande marginalisering van risicoleerlingen die het Utrechtse voortgezet onderwijs bezoeken.
Wijze van bekostiging Productspecificatie (waarin opgenomen de prestatieeenheden)
Productafspraken
De prestatie-eenheid is een uitvoeringsuur. Deze uitvoeringsuren worden gedurende het jaar op basis van de afspraken met de school flexibel ingezet, waarbij uitgegaan wordt van gemiddelde inzet per schoolweek, waarbij het afgesproken totaal aantal uren niet mag worden overschreden. Bij langer durende ziekte van de SMW-er worden de werkzaamheden overgenomen door een collega of worden er afspraken gemaakt hoe de niet gerealiseerde uitvoeringsuren worden gecompenseerd.
Het bieden van kortdurende psychosociale hulpverlening aan studenten en eventueel hun ouders ten aanzien van problemen m.b.t. de persoonlijke ontwikkeling zoals die op school naar voren komen. Het vervullen van een brugfunctie tussen de schoolinterne en externe hulp, waarbij een “warme” overdracht het uitgangspunt is. Het leveren van een bijdrage aan de zorgverbreding binnen de school en in de woonomgeving van de student. Het geven van advies en informatie aan studenten, ouders, docenten en studentzorg. Het signaleren van problemen en het vervullen van een intermediaire rol bij conflictsituaties tussen ouders en student, student en school of tussen externe zorginstanties en school. Het initiëren en eventueel uitvoeren van op preventie gerichte (voorlichtende) activiteiten. Het bieden van ondersteuning en de mogelijkheid tot consultatie aan teams of individuele medewerkers van de school op het gebied van (omgaan met) psychosociale
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 213 van 307
voor hulp op maat
problematiek van studenten en de signalering ervan. Specifieke expertise inbrengen mbt schoolmaatschappelijk werk, zorgstructuur, sociale kaart, outreachend en doelgericht werken. Samenwerken pro-scholen activeren op nadrukkelijke vraag van Pouwer
Subsidiecriteria
De Stichting Stade heeft haar organisatie gecertificeerd, waarbij jaarlijks een beoordeling plaats vindt door een extern bureau. Het verslag van deze externe beoordeling is voor subsidieverleners beschikbaar. Dit betekent dat de beleidscyclus, het kwaliteitsbeleid en alle ondersteunende processen voldoen aan de hiervoor ontwikkelde (internationale) normen. Met betrekking tot de uitvoering van de werkzaamheden in uren professionele inzet van medewerkers gelden de navolgende afspraken: Er zal worden gehandeld als goed werkgever zoals dit is omschreven in het Burgerlijk Wetboek. M.b.t. de uitvoering van de uren geldt een inspanningsverplichting om dit zo getrouw en goed mogelijk te doen. Van de urenrealisatie wordt een registratie bijgehouden die door een accountant zal worden gecontroleerd. Het primaire werkproces is omschreven en vastgelegd. Daarnaar zal worden gehandeld. Met betrekking tot het betrekken van cliënten bij de uitvoering van de werkzaamheden wordt het navolgende bepaald: er is in 2009 op instellingsniveau een cliëntenraad ingesteld die jaarlijks een onderzoek doet naar de cliënttevredenheid en die vergelijkbare bevoegdheden heeft als de ondernemingsraad.
Registratieresultaten
Geen
Rapportage-afspraken
Stichting Stade rapporteert het bereik/de caseload in het registratiesysteem (Profit) van Stichting Stade.
Is de betaling afgerond
Ja
Is de uitvoering volgens planning gegaan
Ja
Afrekenafspraken Bijzonderheden
Een SMW‟er van Stichting Stade nam taken over van de interne SMW‟er die in een outplacement procedure zat.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 214 van 307
voor hulp op maat
Cliënttevredenheid
De tevredenheid van de subsidieverlener is bij de tussenevaluatie vastgesteld. De vervolg subsidieverlening is verstrekt.
Verslag van actuele ontwikkelingen
De SMW‟er heeft vooral meegewerkt en meegedacht in de nieuwe zorgstructuur die Pouwer aan het opzetten is, die aansluit bij passend onderwijs en die helemaal gericht is op de sterke basis. Daarnaast heeft het SMW de vraag gekregen om een agressieregulatie training te geven aan de Pouwer doelgroep. Deze is in 2012 afgerond en hier zijn bij de evaluatie (november 2012) nieuwe afspraken uit gekomen voor 2013.
Knelpunten
De taak om ook bezig te gaan met intensiveren van de samenwerking met andere PRO scholen is niet van de grond gekomen. Dit was een wens van directeur Pouwer, maar werd niet onderschreven door de andere PRO scholen (Baanbreker en Kranenburg).
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 215 van 307
voor hulp op maat
Financiële informatie Uitvoering SMW leerlingen Pouwer 2012 Projectnaam: Projectnummer:
Uitvoering SMW leerlingen Pouwer 11045
Verleende subsidie 2012 Uren
198 € 71,89
€ 14.234,22 Totaal subsidie 2012 € 14.234,22
Realisatie 2012 Uren 2012
199,5 € 71,89
€ 14.342,06 Totaal realisatie 2012 € 14.342,06
Te verrekenen
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
€
-
Pagina 216 van 307
voor hulp op maat
Project Verslag Uitvoering SMW ROC Midden Nederland 2e helft 2012 Naam
SMW ROC Midden Nederland 2e helft 2012
Koppeling met productomschrijving financier
Geen
Budget
€ 53.195,04
Doelstelling
Onderwijshulpverlening schoolmaatschappelijk van Stichting Stade is gericht op het voorkomen van vroegtijdige schooluitval en daarmee gepaard gaande marginalisering van risicostudenten die het ROC/MN bezoeken.
Wijze van bekostiging
Contract met het ROC Midden Nederland.
Productspecificatie (waarin opgenomen de prestatieeenheden)
De prestatie-eenheid is een uitvoeringsuur. Deze uitvoeringsuren worden gedurende het jaar op basis van de afspraken met de school flexibel ingezet, waarbij uitgegaan wordt van een gemiddelde inzet per schoolweek en het afgesproken totaal aantal uren niet mag worden overschreden. Bij langer durende ziekte van de SMW-er worden de werkzaamheden overgenomen door een collega of worden er afspraken gemaakt hoe de niet gerealiseerde uitvoeringsuren worden gecompenseerd.
Productafspraken
Het bieden van kortdurende psychosociale hulpverlening aan studenten en eventueel hun ouders ten aanzien van problemen m.b.t. de persoonlijke ontwikkeling zoals die op school naar voren komen. Het vervullen van een brugfunctie tussen de schoolinterne en externe hulp, waarbij een “warme” overdracht het uitgangspunt is. Het leveren van een bijdrage aan de zorgverbreding binnen de school en in de woonomgeving van de student. Het geven van advies en informatie aan studenten, ouders, docenten en studentzorg. Het signaleren van problemen en het vervullen van een intermediaire rol bij conflictsituaties tussen ouders en student, student en school of tussen externe zorginstanties en school. Het initiëren en eventueel uitvoeren van op preventie gerichte (voorlichtende) activiteiten. Het bieden van ondersteuning en de mogelijkheid tot consultatie aan teams of individuele medewerkers van de school op het gebied van (omgaan met) psychosociale problematiek van studenten en de signalering ervan.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 217 van 307
voor hulp op maat
Subsidiecriteria
Stichting Stade heeft haar organisatie gecertificeerd, waarbij jaarlijks een beoordeling plaatsvindt door een extern bureau. Het verslag van deze beoordeling is voor de subsidieverlener beschikbaar. Dit betekent dat de beleidscyclus, het kwaliteitsbeleid en alle ondersteunende processen voldoen aan de hiervoor ontwikkelde (internationale) normen. Met betrekking tot de uitvoering van de werkzaamheden in uren professionele inzet van medewerkers gelden de navolgende afspraken: Er zal worden gehandeld als goed werkgever zoals dit is omschreven in het Burgerlijk Wetboek. M.b.t. de uitvoering van de uren geldt een inspanningsverplichting om dit zo getrouw en goed mogelijk te doen. Van de urenrealisatie wordt een registratie bijgehouden die door een accountant zal worden gecontroleerd. Het primaire werkproces is omschreven en vastgelegd. Daarnaar zal worden gehandeld. Met betrekking tot het betrekken van cliënten bij de uitvoering van de werkzaamheden wordt het navolgende bepaald: er is in 2009 op instellingsniveau een cliëntenraad ingesteld die jaarlijks een onderzoek doet naar de cliënttevredenheid en die vergelijkbare bevoegdheden heeft als de ondernemingsraad.
Registratieresultaten
Terugkoppeling in het daarvoor gehanteerd systeem van het ROC/MN.
Rapportageafspraken
Terugkoppeling in daarvoor gehanteerd systeem van het ROC/MN.
Is de betaling afgerond
Ja
Is de uitvoering volgens planning gegaan
Ja
Afrekenafspraken
Het afgesproken totaal aantal uren wordt gerealiseerd en mag niet worden overschreden.
Bijzonderheden
Evaluatie in juni 2012 t.b.v. de voortgang heeft geleid tot een verlenging van de projectperiode t/m december 2012.
Cliënttevredenheid
Geen gegevens.
Verslag van actuele ontwikkelingen
De Onderwijshulpverlening van Stichting Stade, waarvan SMW een onderdeel vormt, is gericht op het voorkomen van
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 218 van 307
voor hulp op maat
vroegtijdige schooluitval en daarmee gepaard gaande marginalisering van risicoleerlingen/studenten die het VO en MBO bezoeken. In deze vorm van kortdurende hulpverlening wordt uitgegaan van de problemen die zich op school voordoen. Het kan gaan om gedragsproblemen, psychosociale problemen of problemen met de schooltaken. Problemen die vaak een sterke samenhang vertonen. Door het aanpakken van problemen in het functioneren op school ontstaat doorgaans snel een basis waarop aan de achterliggende problematiek bij de jongere kan worden gewerkt. Door het SMW wordt in een vroegtijdig stadium een lichte, maar effectieve vorm van hulp aangeboden in de bekende en veilige schoolomgeving. Deze hulpverlening, die gericht is op het bevorderen van de eigen competenties van leerlingen en eventueel ouders/verzorgers, vergroot de “draagkracht” en het welbevinden van de jongere op school. Dit vergroot de kans om de schoolopleiding zo goed mogelijk te volgen en deze met een positief resultaat af te ronden. Het SMW is uitgevoerd op verzoek van en in samenspraak met het ROC/MN zelf. SMW van Stichting Stade is aangehaakt aan de bestaande zorg van de school en maakt deel uit van “het studie en loopbaancentrum” van ROC/MN. Werkzaamheden worden uitgevoerd onder coördinatie van een projectleider van het ROC/MN die leiding geeft aan een team SMW-ers dat werkzaam is op het ROC/MN. Dit SMW team bestaat uit interne en externe SMW‟ers (die vanuit verschillende organisaties -waaronder Stichting Stade-, zijn gestationeerd bij het ROC/MN). Vorig jaar waren er zes externe SMW‟ers, in 2012 is dit teruggebracht naar vier externe SMW‟ers, waarvan twee van Stichting Stade. De werkzaamheden van het SMW zijn ingepast in de zorgstructuur van de school. De uitvoering vindt plaats in overleg en afstemming met het “buitenschools” zorgaanbod in de stad Utrecht en het overige bedieningsgebied van ROC/MN. Belangrijke afstemmingskaders zijn de zorgoverleggen binnen de school (de ZAT‟s), de (coördinatoren) zorg in de woonwijken van de studenten en de Utrechtse Jeugdadviesteams. Afstemming met Bureau Jeugdzorg, het Algemeen Maatschappelijk werk en tweedelijns hulpverleningsvoorzieningen als Altrecht en Centrum Maliebaan is gericht op een snelle en “warme” doorverwijzing en overdracht van cliënten en wordt nadrukkelijk nagestreefd. Het SMW is uitgevoerd door twee schoolmaatschappelijk werkers van Stichting Stade vanuit de overeengekomen schoollocaties, op de overeengekomen dagdelen. De dienstverlening is geboden in augustus 2012 t/m december 2012 en vindt plaats in schoolweken. Cliëntregistratie heeft op nadrukkelijk verzoek van het ROC//MN plaatsgevonden in het eigen systeem van ROC/MN. Knelpunten
De voor dit project gehanteerde organisatievorm, waarin de verantwoordelijkheid van het SMW op het gebied van planning,
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 219 van 307
voor hulp op maat
inhoud en werkwijze, op nadrukkelijk verzoek van het ROC/MN bij het ROC/MN zelf ligt, verschilt van de gangbare samenwerkingsvorm met andere scholen. Hoewel het SMW van Stichting Stade deel uitmaakt van de zorgen de organisatiestructuur van het ROC/MN, behoudt zij haar eigen verantwoordelijkheid over de kwaliteit van de geboden dienstverlening en de daarbij passende werkwijze en protocollen. De door Stichting Stade gehanteerde uitgangspunten en kwaliteitseisen blijven ook in deze speciale vorm van samenwerking gelden. Naar aanleiding van de evaluaties in 2011 zijn er met betrekking tot de planning en flexibele inzet en daaraan gekoppelde werkwijze van de beide medewerkers nieuwe afspraken gemaakt. Ook over de communicatie tussen de projectleider van het ROC/MN en de teamleider SMW van Stichting Stade m.b.t. het inhoudelijk opdrachtgeverschap en de aansturing van de Stade medewerkers, zijn nieuwe afspraken gemaakt. Aan het einde van elke projectperiode wordt geëvalueerd of de uitgangspunten van Stichting Stade m.b.t. de werkwijze van het SMW nog kunnen voldoen aan de wensen en voorwaarden die het ROC/MN stelt aan de samenwerking. Om het bereik en de resultaten van de inspanningen van Stichting Stade SMW te kunnen bepalen en te kunnen evalueren is het wenselijk een aantal cliëntgegevens te registreren. In overleg met ROC/MN en rekening houdend met de privacy reglementen van zowel ROC/MN als Stichting Stade is op dringend verzoek van ROC/MN gekozen deze gegevens in het schooldossier op te nemen en in hun eigen registratiesysteem en niet in het systeem van Stichting Stade. Aan het einde van de projectperiode wordt geëvalueerd of de uitgangspunten van Stichting Stade voldoende gewaarborgd kunnen blijven bij deze wijze van registreren.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 220 van 307
voor hulp op maat
Financiële informatie Schoolmaatschappelijk werk ROC Midden Nederland 2e helft 2012 Projectnaam: Projectnummer:
Schoolmaatschappelijk werk ROC Midden Nederland 2e helft 11058
Verleende subsidie 2012 SMW Uitvoeringsuren
816 € 65,19
€ 53.195,04 Totaal subsidie € 53.195,04
Realisatie 2012 SMW Uitvoeringsuren
829,5 € 65,19
€ 54.075,11 Totaal realisatie 2012 € 54.075,11
Te verrekenen
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
€
-
Pagina 221 van 307
voor hulp op maat
Project Verslag Trajectbegeleiding ROC stagiairs Zeist 2012 Naam
Trajectbegeleiding ROC stagiairs Zeist
Koppeling met productomschrijving financier
N.v.t.
Budget
€ 24.068,-
Doelstelling
Het betreft Marokkaanse jongeren, die vrijwel geen uitzicht hebben op een stageplaats, waardoor zij dreigen van de opleiding gestuurd te worden. Het behalen van een startkwalificatie is dan niet mogelijk. Het gevaar dat jongeren “drop-out” worden is groot. Naast het feit dat deze jongeren een stageplaats zoeken hebben de jongeren veelal een problematische achtergrond en hebben ze intensieve begeleiding nodig om te kunnen slagen. Het jongerenwerk van Stichting MeanderOmnium, gemeente Zeist, wil in dit project een voorziening voor deze groep jongeren creëren en daardoor een waardevolle bijdrage leveren aan een goede toekomst van deze groep jongeren. Stichting Stade heeft de begeleiding van de jongeren op zich genomen en levert op deze wijze een bijdrage aan de invulling van de beoogde voorziening.
Wijze van bekostiging
Contract met Stichting MeanderOmnium.
Productspecificatie (waarin opgenomen de prestatieeenheden)
De prestatie-eenheid is een uitvoeringsuur. Deze uitvoeringsuren werden gedurende de projectperiode op basis van de afspraken met Stichting MeanderOmnium, volgens een overeengekomen werkplanning, flexibel ingezet.
Productafspraken
Het aanbieden van een stage bij het jongerenwerk. Het, indien gewenst, aanbieden van voorbereidingstrajecten waarin jongeren worden begeleid en ondersteund bij het op een rij krijgen van verschillende zaken, voordat zij de stage aankunnen. Het aanleren van het vak jongerenwerker, met name als activiteitenbegeleider in de praktijk. Het aanleren van het vak jongerenwerker via voorlichtingsbijeenkomsten en praktijkevaluaties. Iedere stagiaire wordt gekoppeld aan een vaste jongerenwerker. Het wekelijks ondersteunen van de stagiairs en het zorgen voor afstemming met de jongerenwerkers. Het onderhouden van de contacten met de
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 222 van 307
voor hulp op maat
stagebegeleiders van de opleiding. Het begeleiden van de jongeren in de eigen leefomgeving. De jongeren bewustmaken van hun rol als stagiair (en toekomstig sociaal cultureel werker) ten opzichte van doelgroep (vaak bekenden) en de fysieke omgeving. Zij hebben een voorbeeldfunctie en worden rolmodel. Jongeren met een problematische achtergrond ondersteunen om hun problemen aan te pakken en op te lossen. Het onderhouden van nauwe contacten met de ROCopleidingen en met partners (Netwerk 12+) om gezamenlijk ontwikkelingen te volgen en de situatie van groepen Marokkaanse jongeren op de ROC-opleidingen (Dudok en Kanaleneiland) in beeld te brengen. Het verzorgen van nazorg. Na de stage blijft het jongerenwerk contact onderhouden met de jongeren, dit kan veelal in het dagelijkse werk, maar ook via nazorggesprekken met de stagiaires in het jaar.
Subsidiecriteria
N.v.t.
Registratie-resultaten
Geen
Rapportage-afspraken
Geen
Is de betaling afgerond
Ja
Is de uitvoering volgens planning gegaan
De werkzaamheden vonden plaats in het kalenderjaar 2012 en zijn volgens planning verlopen.
Afrekenafspraken
Het totaal aantal overeengekomen uren mag niet worden overschreden. Alle gerealiseerde uren door de Stichting Stade medewerker worden geregistreerd.
Bijzonderheden
Geen
Cliënttevredenheid
N.v.t.
Verslag van actuele ontwikkelingen
In het project hebben 16 ROC-stagiairs uit de doelgroep van de jongerenaanpak stage gelopen bij het jongerenwerk. De jongeren ontvingen de afgesproken begeleiding die niet alleen betrekking had op het vak jongerenwerker, maar ook op het functioneren in de eigen leefomgeving. Deze trajectbegeleiding werd geboden door een vaste medewerker van Stichting Stade.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 223 van 307
voor hulp op maat
De doelstelling van het project is gerealiseerd. De tevredenheid bij de subsidieverlener is groot. Een vervolg van het project in 2013 wordt op basis van vergelijkbare afspraken en taakverdeling als in 2012 uitgevoerd. Knelpunten
Geen
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 224 van 307
voor hulp op maat
Financiële informatie Trajectbegeleiding ROC Stagiairs Zeist 2012 Projectnaam: Projectnummer:
Trajectbegeleiding ROC Stagiairs Zeist 2012 11041
Verleende subsidie 2012 Uren
Realisatie 2012 Uren
Te verrekenen
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
400 € 60,17
402 € 60,17
€
24.068,00
Totaal subsidie €
24.068,00
€
24.188,34
Totaal realisatie €
24.188,34
€
-
Pagina 225 van 307
voor hulp op maat
Project Verslag Inzet Jongerenwerk Zeist 2012 Naam
Inzet jongerenwerk Zeist
Koppeling met productomschrijving financier Budget
€ 12.600,-
Doelstelling
Een combinatie van uitvoerende activiteiten (m.n. JongerenBusZ) en outreachend jongerenwerk Zeist-west.
Wijze van bekostiging
Opdrachtbrief
Productspecificatie (waarin opgenomen de prestatieeenheden)
De prestatie-eenheid is een uitvoeringsuur.
Productafspraken
210 uur.
Subsidiecriteria
De Stichting Stade heeft haar organisatie gecertificeerd, waarbij jaarlijks een beoordeling plaats vindt door een extern bureau. Het verslag van deze externe beoordeling is voor subsidieverleners beschikbaar. Dit betekent dat de beleidscyclus, het kwaliteitsbeleid en alle ondersteunende processen voldoen aan de hiervoor ontwikkelde (internationale) normen. Met betrekking tot de uitvoering van de werkzaamheden in uren professionele inzet van medewerkers gelden de navolgende afspraken: Er zal worden gehandeld als goed werkgever zoals dit is omschreven in het Burgerlijk Wetboek. M.b.t. de uitvoering van de uren geldt een inspanningsverplichting om dit zo getrouw en goed mogelijk te doen. Van de urenrealisatie wordt een registratie bijgehouden die door een accountant zal worden gecontroleerd. Het primaire werkproces is omschreven en vastgelegd. Daarnaar zal worden gehandeld. Met betrekking tot het betrekken van cliënten bij de uitvoering van de werkzaamheden wordt het navolgende bepaald: er is in 2009 op instellingsniveau een cliëntenraad ingesteld die jaarlijks een onderzoek doet naar de cliënttevredenheid en die vergelijkbare bevoegdheden heeft als de ondernemingsraad.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 226 van 307
voor hulp op maat
Registratieresultaten
Het aantal geproduceerde uitvoeringsuren uren wordt wekelijks geregistreerd.
Rapportage-afspraken
Via de mail.
Is de betaling afgerond
Ja
Is de uitvoering volgens planning gegaan
14 uur per week gedurende 15 weken (week 38 t/m 52) in 2012.
Afrekenafspraken
De factuur wordt bij aanvang verstuurd voor het gehele subsidie bedrag.
Bijzonderheden
Geen
Cliënttevredenheid
De subsidieverstrekker is tevreden, verlenging in 2013.
Verslag van actuele ontwikkelingen
Geen
Knelpunten
Geen
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 227 van 307
voor hulp op maat
Financiële informatie Inzet Jongerenwerk Zeist 2012 Projectnaam: Projectnummer:
Inzet jongerenwerk Zeist 11064
Verleende subsidie 2012 Uren
210 € 60,00
€ 12.600,00
Totaal subsidie 2012 € 12.600,00 Realisatie 2012 Uren Projectkosten
192,5 € 60,00
€ 11.550,00 € 348,84
Totaal realisatie 2012 € 11.898,84 Nog te realiseren uren in 2013
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
17,5
€ 60,00
€
1.050,00
Pagina 228 van 307
voor hulp op maat
Project Verslag Jongerenwerk op de Utrechtse school “Join It” 2012 Naam
Jongerenwerk op de Utrechtse school “Join It”
Koppeling met productomschrijving financier
Utrechtse school
Budget
€ 24.552,50
Doelstelling
Door het inzetten van jongerenwerk wordt een bijdrage geleverd aan een „breder‟ opgezet schoolconcept. Door het uitvoeren van verschillende soorten activiteiten op de schoollocaties, als onderdeel van het schoolprogramma, kan de binding van de leerlingen met de school worden verstevigd. Tevens wordt de school, voor zowel leerling als ouders, mogelijk aantrekkelijker en kan er gewerkt worden aan een betere balans en combinatie tussen „leren‟ en „doen‟.
Wijze van bekostiging
Utrechtse school
Productspecificatie (waarin opgenomen de prestatieeenheden)
De prestatie-eenheid van het project Jongerenwerk op de Utrechtse school “Join It” is een uitvoeringsuur. Deze uitvoeringsuren worden gedurende het schooljaar flexibel ingezet, waarbij uitgegaan wordt van een gemiddeld aantal van 35 uur per week, gedurende 40 schoolweken.
Productafspraken
427 uur.
Subsidiecriteria
De Stichting Stade heeft haar organisatie gecertificeerd, waarbij jaarlijks een beoordeling plaats vindt door een extern bureau. Het verslag van deze externe beoordeling is voor subsidieverleners beschikbaar. Dit betekent dat de beleidscyclus, het kwaliteitsbeleid en alle ondersteunende processen voldoen aan de hiervoor ontwikkelde (internationale) normen. Met betrekking tot de uitvoering van de werkzaamheden in uren professionele inzet van medewerkers gelden de navolgende afspraken: Er zal worden gehandeld als goed werkgever zoals dit is omschreven in het Burgerlijk Wetboek. M.b.t. de uitvoering van de uren geldt een inspanningsverplichting om dit zo getrouw en goed mogelijk te doen. Van de urenrealisatie wordt een registratie bijgehouden die door een accountant zal worden gecontroleerd. Het primaire werkproces is omschreven en vastgelegd.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 229 van 307
voor hulp op maat
Daarnaar zal worden gehandeld. Met betrekking tot het betrekken van cliënten bij de uitvoering van de werkzaamheden wordt het navolgende bepaald: er is in 2009 op instellingsniveau een cliëntenraad ingesteld die jaarlijks een onderzoek doet naar de cliënttevredenheid en die vergelijkbare bevoegdheden heeft als de ondernemingsraad. Registratieresultaten
Het aantal geproduceerde uitvoeringsuren uren wordt wekelijks geregistreerd. Registratie van het aantal deelnemers. De tevredenheid van de leerlingen wordt gepeild en geregistreerd.
Rapportage-afspraken
De bevindingen en het verloop van het project worden vastgelegd in een eindverslag.
Is de betaling afgerond
Ja
Is de uitvoering volgens planning gegaan Afrekenafspraken
Alle uren worden conform de duur van het project ingezet.
Bijzonderheden
De subsidieverlener is enthousiast.
Cliënttevredenheid
De jongeren zijn tevreden.
Verslag van actuele ontwikkelingen
Er is steeds minder geld beschikbaar.
Knelpunten
Zie actuele ontwikkelingen.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 230 van 307
voor hulp op maat
Financiële informatie Jongerenwerk op de Utrechtse school “Join It” 2012 Projectnaam: Projectnummer:
Jongerenwerk op de Utrechtse school “Join It” 2012 11067
Verleende subsidie 2012 Uren
427 € 57,50
€ 24.552,50
Totaal subsidie 2012 € 24.552,50 Realisatie 2012 Uren
524 € 57,50
€ 30.130,00
Totaal realisatie 2012 € 30.130,00 Nog te ontvangen
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
€ 24.552,50
Pagina 231 van 307
voor hulp op maat
Project Verslag Jongerenwerk op de Utrechtse school “Join It” en Sportsova 2011-2012 2012 Naam
Jongerenwerk op de Utrechtse school “Join It” en Sportsova
Koppeling met productomschrijving financier
Utrechtse school 2012
Budget
€ 81.280,-
Doelstelling
Projectonderdeel Jongerenwerk Door het inzetten van Jongerenwerk wordt een bijdrage geleverd aan een „breder‟ opgezet schoolconcept. Door het uitvoeren van verschillende soorten activiteiten op de schoollocaties, als onderdeel van het schoolprogramma, kan de binding van de leerlingen met de school worden verstevigd. Tevens wordt de school, voor zowel leerling als ouders, mogelijk aantrekkelijker en kan er gewerkt worden aan een betere balans en combinatie tussen „leren‟ en „doen‟. Projectonderdeel Sportsova De training betreft een serie van 18 bijeenkomsten uitgevoerd in een reguliere klassensetting en in de sportzaal onder leiding van een trainer, gymdocent en (idealiter) mentor/leraar. De onderwerpen die aan bod komen zijn grotendeels gelijk aan de inhoud van een assertiviteits- en agressieregulatietraining. De aan te leren vaardigheden worden echter geoefend in een uitdagende sportieve omgeving, waarbij op zeer natuurlijke wijze kan worden geoefend met bijvoorbeeld het aangeven van grenzen, omgaan met spanning en reguleren van boosheid. Hiermee wordt beoogd dat de vaardigheden makkelijker gegeneraliseerd worden naar de dagelijkse praktijk en de natuurlijke omgeving van de leerling.
Wijze van bekostiging
Contract met Utrechtse school.
Productspecificatie (waarin opgenomen de prestatieeenheden)
De prestatie-eenheid van het project Jongerenwerk op de Utrechtse school “Join It” is een uitvoeringsuur. Deze uitvoeringsuren worden gedurende het schooljaar flexibel ingezet, waarbij uitgegaan wordt van een gemiddeld aantal van 35 uur per week, gedurende 40 schoolweken. De prestatie-eenheid van de Sportsova op de Utrechtse school is de voorbereiding, uitvoering, nabespreking en verslaglegging van een trainingsbijeenkomst. De Sportsova training wordt aangeboden gedurende 32 weken, verdeeld over 4 cycli van 8 weken. Per projectweek wordt één trainingsbijeenkomst gefinancierd uit
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 232 van 307
voor hulp op maat
de reguliere middelen van OHV Stichting Stade, de andere bijeenkomst wordt door de Utrechtse school gefinancierd onder de afspraken die gemaakt zijn in de aanvraag tot subsidieverlening. Productafspraken
1.280 uur t.b.v. het programma Jongerenwerk op de Utrechtse school in 2011-2012. 32 trainingsbijeenkomsten in 2011-2012.
Subsidiecriteria
De Stichting Stade heeft haar organisatie gecertificeerd, waarbij jaarlijks een beoordeling plaats vindt door een extern bureau. Het verslag van deze externe beoordeling is voor subsidieverleners beschikbaar. Dit betekent dat de beleidscyclus, het kwaliteitsbeleid en alle ondersteunende processen voldoen aan de hiervoor ontwikkelde (internationale) normen. Met betrekking tot de uitvoering van de werkzaamheden in uren professionele inzet van medewerkers gelden de navolgende afspraken: Er zal worden gehandeld als goed werkgever zoals dit is omschreven in het Burgerlijk Wetboek. M.b.t. de uitvoering van de uren geldt een inspanningsverplichting om dit zo getrouw en goed mogelijk te doen. Van de urenrealisatie wordt een registratie bijgehouden die door een accountant zal worden gecontroleerd. Het primaire werkproces is omschreven en vastgelegd. Daarnaar zal worden gehandeld. Met betrekking tot het betrekken van cliënten bij de uitvoering van de werkzaamheden wordt het navolgende bepaald: er is in 2009 op instellingsniveau een cliëntenraad ingesteld die jaarlijks een onderzoek doet naar de cliënttevredenheid en die vergelijkbare bevoegdheden heeft als de ondernemingsraad.
Registratieresultaten
Registratie van: Het aantal deelnemers. Het aantal geproduceerde uitvoeringsuren uren (wordt wekelijks geregistreerd). De tevredenheid van de leerlingen. In 2011 heeft Stichting Stade een vijftien tal trainingen in het kader van Sportsova verzorgd aan leerlingen van de Utrechtse school. In totaal ging het om tien jongens van de eerste klas. Bij zeven van de tien leerlingen is er een positieve bijdrage geleverd t.a.v. hun gedrag zij hebben dan ook een certificaat behaald.
Rapportage-afspraken
De bevindingen en verloop van het project worden vastgelegd in een eindverslag.
Is de betaling afgerond
Ja
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 233 van 307
voor hulp op maat
Is de uitvoering volgens planning gegaan
Ja
Afrekenafspraken
Alle uren worden conform de duur van het project ingezet.
Bijzonderheden
De subsidieverlener is enthousiast.
Cliënttevredenheid
De jongeren zijn tevreden.
Verslag van actuele ontwikkelingen
Geen noemenswaardigheden.
Knelpunten
N.v.t.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 234 van 307
voor hulp op maat
Financiële informatie Utrechtse School “Join It” en “Sportsova” 2011-2012 2012 Projectnaam: Projectnummer:
Utrechtse School “Join It” en “Sportsova” 2011-2012 10994 en 11024
Verleende subsidie 2011-2012 Jongerenwerk (10994) Uren jongerenwerk 1216 € 57,50 Projectkosten (vakkrachten)
€ 69.920,00 € 5.120,00
Totaal subsidie 2011-2012 € 75.040,00 Realisatie 2011-2012 Uren 2011 Uren 2012 Projectkosten (vakkrachten)
380 € 57,50 979 € 57,50
€ 21.850,00 € 56.292,50 € 5.119,77
Totaal realisatie 2011-2012 € 83.262,27
Verleende subsidie 2011-2012 Onderwijshulpverlening (11024) SOVA trainingsbijeenkomsten €
6.240,00
Totaal subsidie €
6.240,00
€
6.270,21
Totaal realisatie 2011-2012 €
6.270,21
Realisatie 2011-2012 SOVA trainingsbijeenkomsten
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 235 van 307
voor hulp op maat
Project Verslag Jongerenwerk op Wellantcollege 2012-A 2012 Naam
Jongerenwerk op Wellantcollege 2012-A
Koppeling met productomschrijving financier
Wellantcollege
Budget
€ 39.242,61
Doelstelling
Door het inzetten van jongerenwerk wordt een bijdrage geleverd aan een „breder‟ opgezet schoolconcept. Door het uitvoeren van verschillende soorten activiteiten op de schoollocaties, als onderdeel van het schoolprogramma, kan de binding van de leerlingen met de school verstevigd worden.
Wijze van bekostiging
Contract met het Wellantcollege.
Productspecificatie (waarin opgenomen de prestatieeenheden)
De prestatie-eenheid is een uitvoeringsuur.
Productafspraken
Realiseren van het overeengekomen programma Jongerenwerk op het Wellantcollege in de afgesproken periode dat bestaat uit: Pauzeprogramma op maandag tot en met donderdag. Naschoolse activiteiten (VSD): workshops op het gebied van muziek, dans, mode en sport. Ondersteuning leerling-groepen.
Subsidiecriteria
De Stichting Stade heeft haar organisatie gecertificeerd, waarbij jaarlijks een beoordeling plaats vindt door een extern bureau. Het verslag van deze externe beoordeling is voor subsidieverleners beschikbaar. Dit betekent dat de beleidscyclus, het kwaliteitsbeleid en alle ondersteunende processen voldoen aan de hiervoor ontwikkelde (internationale) normen. Met betrekking tot de uitvoering van de werkzaamheden in uren professionele inzet van medewerkers gelden de navolgende afspraken: Er zal worden gehandeld als goed werkgever zoals dit is omschreven in het Burgerlijk Wetboek. M.b.t. de uitvoering van de uren geldt een inspanningsverplichting om dit zo getrouw en goed mogelijk te doen. Van de urenrealisatie wordt een registratie bijgehouden die door een accountant zal worden gecontroleerd.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 236 van 307
voor hulp op maat
Het primaire werkproces is omschreven en vastgelegd. Daarnaar zal worden gehandeld. Met betrekking tot het betrekken van cliënten bij de uitvoering van de werkzaamheden wordt het navolgende bepaald: er is in 2009 op instellingsniveau een cliëntenraad ingesteld die jaarlijks een onderzoek doet naar de cliënttevredenheid en die vergelijkbare bevoegdheden heeft als de ondernemingsraad. Registratieresultaten
Uren worden per half uur geregistreerd.
Rapportage-afspraken
Mondelinge rapportage: per twee maanden.
Is de betaling afgerond
Ja
Is de uitvoering volgens planning gegaan
Nee, door ziekte zijn er medewerkers van JoU ingezet.
Afrekenafspraken
Alle uren worden conform de duur van het project ingezet.
Bijzonderheden
Tevreden
Cliënttevredenheid
De leerlingen zijn zeer tevreden.
Verslag van actuele ontwikkelingen
N.v.t.
Knelpunten
Geen
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 237 van 307
voor hulp op maat
Financiële informatie Jongerenwerk op Wellantcollege 2012 en PPI op locatie 2012 Projectnaam: Jongerenwerk op Wellantcollege 2012 en PPI op locatie Projectnummer: 11039 en 11040 Verleende subsidie 2012 Uren Stichting Stade Uren JoU Uren PPI op locatie Projectkosten
281,5 € 59,73 108,5 € 59,73 132 € 59,73
€ 16.814,00 € 6.480,70 € 7.884,36 € 800,00
Totaal subsidie 2012 € 31.979,05 Realisatie 2012 Uren Stichting Stade Uren JoU Uren PPI op locatie Projectkosten
304 € 59,73 0 € 59,73 132 € 59,73
€ 18.157,92 € € 7.884,36 € 744,46
Totaal realisatie 2012 € 26.786,74 Nog te besteden projectkosten Nog in te zetten uren
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
€ €
55,54 6.480,70
Pagina 238 van 307
voor hulp op maat
Project Verslag Wellantcollege PPI op locatie 2012-B Naam
Wellantcollege PPI op locatie 2012-B
Koppeling met productomschrijving financier
Hulpverlening lang
Budget
€ 7.884,36
Doelstelling
Onderwijshulpverlening van Stichting Stade is gericht op het voorkomen van vroegtijdige schooluitval en daarmee gepaard gaande marginalisering van risicoleerlingen die het Utrechtse voortgezet onderwijs bezoeken.
Wijze van bekostiging
Pilot is zowel bekostigd uit reguliere PPI middelen van Stichting Stade als eigen financiering door het Wellantcollege. Uitgevoerd door twee Stichting Stade medewerkers, waarbij de inzet van een medewerker in rekening wordt gebracht bij het Wellantcollege. Inzet: 6 uur gedurende 22 weken. Totaal 132 uur.
Productspecificatie (waarin opgenomen de prestatieeenheden)
Stichting Stade biedt Onderwijshulpverlening aan jongeren in de leeftijdscategorie 12 t/m 18 jaar. Onderwijshulpverlening is een vorm van hulpverlening die uitgaat van de problemen die zich op school voordoen. Het kan gaan om gedragsproblemen, sociaal emotionele problemen of problemen met schooltaken. Problemen die vaak een sterke samenhang vertonen. Door het aanpakken van problemen in het functioneren op school ontstaat doorgaans snel een basis waarop aan de achterliggende problematiek bij de jongere kan worden gewerkt. Stichting Stade kent twee vormen van Onderwijshulpverlening: Het schoolgericht maatschappelijk werk (SMW), dat kortdurender van aard is en wordt uitgevoerd op Utrechtse VO scholen. Preventieve pedagogische interventies (PPI), waarbij sprake is van een langdurend begeleidingstraject na schooltijd. Het Schoolgericht Maatschappelijk Werk (SMW) van Stichting Stade Onderwijshulpverlening heeft tot doel om de problemen die zich op school bij leerlingen voordoen vroegtijdig aan te pakken om daarmee te voorkomen dat de leerling in het functioneren op school wordt belemmerd en daardoor in een marginaliseringproces terecht komt. Daar waar een leerling meer baat heeft bij langdurige hulpverlening in een groep i.p.v. individuele gesprekken wordt
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 239 van 307
voor hulp op maat
het naschools onderwijshulpverleningsprogramma Preventieve Pedagogische Interventies (PPI) ingezet. De inzet van PPI is gericht op: Het verbeteren van de prestaties en het welbevinden op school. Het structureren van de schooltaken. Het bieden van inzicht in het eigen gedrag en het aanreiken van en oefenen met gedragsalternatieven en sociale vaardigheden samen met de school. Het welbevinden van leerlingen op school te bevorderen door hun competenties (en eventueel die van hun ouders/verzorgers) te versterken. Prestatie-eenheid PPI De prestatie eenheid van de dienstverlening op het Wellant College Utrecht is een uitvoeringsuur. Deze uitvoeringsuren worden gedurende het schooljaar flexibel ingezet, waarbij wordt uitgegaan van het activiteitenplan en werkrooster. Werkwijze PPI In overleg met het Wellantcollege wordt in de periode januari juli 2012 de pilot “PPI op locatie” uitgevoerd. Deze pilot is gericht op de uitvoering van het onderwijshulpverleningsprogramma PPI op een schoollocatie. Hiermee wordt gepoogd het bereik van deze vorm van Onderwijshulpverlening te vergroten voor de leerlingen van het Wellantcollege. Daarnaast zal de samenhang met het school maatschappelijk werk en het jongerenwerk op het Wellantcollege worden verbeterd. De leerlingen worden tweemaal per week, na schooltijd, op de locatie van het Wellantcollege door twee vaste begeleiders begeleid volgens een handelingsplan. Dit plan wordt opgesteld met de leerling, ouders/verzorgers en de school. In het handelingsplan worden concrete begeleidings- en leerdoelen geformuleerd. Het handelingsplan vormt de leidraad van het PPI hulpverleningsprogramma. Het realiseren van de gestelde doelen wordt gedurende de hulpverlening regelmatig getoetst. In de hulpverlening staat een positieve benadering van de leerling en het herwinnen van zelfvertrouwen centraal. De begeleiding is individueel gericht, maar vindt plaats in een groep. In het hulpverleningsprogramma wordt veel aandacht besteed aan de sociale vaardigheden van de leerling. Tevens is er ruimte ingebouwd voor themagerichte groepsactiviteiten. Gedurende de hulpverlening vindt regelmatig en frequent afstemming plaats met de mentor of zorgcoördinator van de leerling. Ook met de ouders/verzorgers wordt contact onderhouden. De onderwijshulpverlening speelt zich af binnen de driehoek school-thuis PPI. De PPI begeleiding wordt afgerond zodra de begeleidingsdoelen zijn gerealiseerd of zodra er sprake blijkt te zijn van een te gecompliceerde problematiek. In dit laatste geval wordt een doorverwijzing naar externe hulpverlening geïnitieerd, begeleid en gerealiseerd. De Onderwijshulpverlening van PPI wordt uitgevoerd volgens de werkwijze en voorwaarden die in het Kwaliteitshandboek van Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 240 van 307
voor hulp op maat
Stichting Stade zijn opgenomen. De pilot PPI op locatie wordt uitgevoerd in de periode van 9 januari tot 1 juli 2012, in 22 schoolweken. Productafspraken
Realisatie van het overeengekomen programma jongerenwerk en PPI op locatie op het Wellantcollege Utrecht.
Subsidiecriteria
De Stichting Stade heeft haar organisatie gecertificeerd, waarbij jaarlijks een beoordeling plaats vindt door een extern bureau. Het verslag van deze externe beoordeling is voor subsidieverleners beschikbaar. Dit betekent dat de beleidscyclus, het kwaliteitsbeleid en alle ondersteunende processen voldoen aan de hiervoor ontwikkelde (internationale) normen. Met betrekking tot de uitvoering van de werkzaamheden in uren professionele inzet van medewerkers gelden de navolgende afspraken: Er zal worden gehandeld als goed werkgever zoals dit is omschreven in het Burgerlijk Wetboek. M.b.t. de uitvoering van de uren geldt een inspanningsverplichting om dit zo getrouw en goed mogelijk te doen. Van de urenrealisatie wordt een registratie bijgehouden die door een accountant zal worden gecontroleerd. Het primaire werkproces is omschreven en vastgelegd. Daarnaar zal worden gehandeld. Met betrekking tot het betrekken van cliënten bij de uitvoering van de werkzaamheden wordt het navolgende bepaald: er is in 2009 op instellingsniveau een cliëntenraad ingesteld die jaarlijks een onderzoek doet naar de cliënttevredenheid en die vergelijkbare bevoegdheden heeft als de ondernemingsraad.
Registratieresultaten
Er zijn in de 22 weken durende pilotperiode 15 jongeren begeleid. Hiervan zijn er 3 voortijdig afgesloten omdat PPI niet passend bleek. Van de overgebleven 12 trajecten waren er 9 succesvol en was er bij de overige 3 (nog) geen verandering waar te nemen.
Rapportage-afspraken
De bevindingen en verloop van het project worden vastgelegd in een eindverslag. Beschrijving werkwijze. Aantal jongeren dat bereikt is. Effecten van de hulp.
Is de betaling afgerond
Ja
Is de uitvoering volgens planning gegaan
Ja
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 241 van 307
voor hulp op maat
Afrekenafspraken Bijzonderheden
N.v.t.
Cliënttevredenheid
12 cliëntsystemen (ouders en leerling) hebben een cliënttevredenheidsvragenlijst ontvangen. Hiervan zijn er 10 retour gekomen. 9 van de 10 leerlingen gaven aan het erg prettig te hebben gevonden dat PPI op school was, dat ze niet ergens anders naar toe moesten hiervoor. Een leerling vond het niet fijn bij PPI omdat zij gepest werd op school, en aangezien PPI op school plaatsvond, bleef dit aanwezig. Alle ouders vonden dit een pluspunt, zodat hun zoon/dochter niet hoefde te reizen. 9 van de 10 leerlingen waren tevreden over de geboden hulp, omdat het snel opgestart kon worden en ze vooruitgang boekten, qua resultaten op school, als sociaal emotioneel (gedragsverandering). 9 van de 10 ouders gaven dit ook aan. Een cliëntsysteem (leerling en ouders) was ontevreden, omdat zoon volgens weinig gedragsverandering had laten zien. Andere opmerkingen gemaakt door leerlingen en ouders: Alle ouders vonden het prettig dat PPI‟er regelmatig contact had met mentoren en docenten, zodat PPI snel op de hoogte was en snel kon inspringen. Daarnaast vonden ouders het prettig dat ze de PPI‟er konden informeren en vertrouwen t.a.v. problemen die zij ervoeren in het contact met school. Ze waardeerden het erg dat de PPI‟er hier aandacht aan bestede. Leerlingen waren minder tevreden over de duur van de middag en de vrije tijd die ze ervoor moesten opgeven.
Verslag van actuele ontwikkelingen
Aanleiding van de pilot was dat het Wellantcollege hun leerlingen niet doorverwezen kreeg naar het PPI van Stichting Stade (in de binnenstad). Een van de redenen lijkt de afstand. Wellicht wordt de drempel verlaagd als PPI bekender wordt en interessant is te kijken of de PPI werkwijze ook werkt binnen een schoolsetting. Duidelijk is geworden dat „PPI op locatie‟ in de beleving van de jongeren een schoolaangelegenheid is. Dit is anders dan op de Drift waar het karakter van neutrale hulpverleningsplek meer naar voren komt. Dit werkt positief door in de hulpverlening en ook positief in de houding van de jongeren. Hierdoor ontstond bij veel leerlingen toch het beeld van huiswerkklas en was het voor de hulpverlening een flinke klus om dit weer recht te zetten (door erg planmatig te werken en de leerlingen inzage te geven in hun handelingsplannen) werd dit enigszins rechtgezet, maar beeld bleef hardnekkig. Doordat het Wellantcollege daarnaast een relatief kleine school is, kennen alle leerlingen elkaar, ook dit zorgde ervoor dat er minder veiligheid was om echt te oefenen met gedrag. Jongeren blijven zich stoer voordoen om niet „af te gaan‟ in het bijzijn van
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 242 van 307
voor hulp op maat
schoolgenoten. Telkens 1-op-1 gesprekken is dan een goede werkvorm, maar de PPI-werkwijze is juist dat er ook groepshulpverlening kan worden aangeboden. Dit zorgt voor een groot leereffect bij jongeren. Deze afwisseling werd hierdoor bemoeilijkt. Duidelijk is geworden dat via de „op locatie constructie‟ meer sprake is van afstemming, face to face contact met mentoren en kortere lijnen. Dit is vooral voor de hulpverlener erg prettig, hierdoor kan de werkwijze beter worden afgestemd op de huidige situatie rondom een jongere. Gewaakt moest worden voor de andere kant van de medaille. Namelijk, door op school rond te lopen, hoor je alle incidentjes en als de hulpverlener hier elke keer op ingaat, wordt het grote geheel/rode draad wat uit het oog verloren. Positief gevolg van deze korte lijnen was ook de hoge opkomst van de jongeren. Daarnaast is positief dat bepaalde uitspraken van jongeren in de context te plaatsen zijn, omdat hulpverlener de schoolcultuur en docententeam goed kent. Leereffect De meeste leerlingen hebben profijt gehad van het PPI aanbod op het Wellantcollege. Toch is het leereffect kleiner/lager dan bij de reguliere PPI werkwijze op de Drift. Dit lijkt te maken te hebben met het feit dat alle leerlingen elkaar kenden (status, imago speelden hierdoor een grotere rol wat invloed had op de veiligheid in de groep). Daarnaast lijkt het of de homogene groep ook oorzaak van het mindere leereffect in de groep, omdat leerlingen zich niet konden optrekken aan hogere niveaus (hoewel moet worden opgemerkt dat bij vmbo leerlingen de stappen meestal kleiner en langzamer gaan). Conclusie De pilot heeft het volgende opgeleverd: Voor Stichting Stade is het een geslaagde pilot, er is inzicht verkregen in de succesfactoren (wat werkt en wat niet). Hieruit kan geconcludeerd worden dat „PPI op locatie‟ werkt, de leerlingen hebben veel profijt gehad van de werkwijze en het aanbod en er was duidelijk groei te zien. Er zou echter nog meer uitgehaald kunnen worden als PPI op locatie zou plaatsvinden op een scholengemeenschap, dan is er namelijk sprake van een grotere school, met verschillende niveaus waardoor een heterogene groep mogelijk is. Ook wordt dan een situatie/groep gecreëerd, waarbij niet alle leerlingen elkaar kennen. Dit heeft een positieve invloed op de veiligheid. De PPI werkwijze en methodiek wordt dan optimaal benut waardoor sprake is van grotere leereffecten. PPI gaat intern nadenken of er structureel toekomst zit in de werkwijze PPI op locatie. Het outreachend werken en dichter bij de school en leefomgeving van de jongere is het gedachtegoed dat Stichting Stade in principe onderstreept. Deze pilot heeft duidelijk gemaakt dat er mogelijkheden zijn. Wellicht in de toekomst is het een optie om een soort PPI dependance per wijk neer te zetten, waar verschillende scholen/leerlingen aan deel kunnen nemen. Hierdoor meer Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 243 van 307
voor hulp op maat
diversiteit in de doelgroep, wat groter leereffect bewerkstelligt. Knelpunten
Helaas bevindt het Wellantcollege zich in Zuilen, waar verder geen VO scholen liggen. Dus een vrij geïsoleerde ligging, waardoor samenvoegen van leerlingen van verschillende scholen geen optie lijkt. Het Wellantcollege was erg tevreden over de pilot en het resultaat en zal in eigen middelen kijken of er vervolg in zit.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 244 van 307
voor hulp op maat
Financiële informatie Jongerenwerk op Wellantcollege 2012 en PPI op locatie 2012 Projectnaam: Jongerenwerk op Wellantcollege 2012 en PPI op locatie Projectnummer: 11039 en 11040 Verleende subsidie 2012 Uren Stichting Stade Uren JoU Uren PPI op locatie Projectkosten
281,5 € 59,73 108,5 € 59,73 132 € 59,73
€ 16.814,00 € 6.480,70 € 7.884,36 € 800,00
Totaal subsidie 2012 € 31.979,05 Realisatie 2012 Uren Stichting Stade Uren JoU Uren PPI op locatie Projectkosten
304 € 59,73 0 € 59,73 132 € 59,73
€ 18.157,92 € € 7.884,36 € 744,46
Totaal realisatie 2012 € 26.786,74 Nog te besteden projectkosten Nog in te zetten uren
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
€ €
55,54 6.480,70
Pagina 245 van 307
voor hulp op maat
Project Verslag Onderwijsbegeleiding woonwagen- en Zigeunerkinderen (OWR) 2012 Naam
Onderwijsbegeleiding woonwagen- en Zigeunerkinderen (OWR)
Koppeling met productomschrijving financier
Lokale Onderwijsagenda gemeente Utrecht
Budget
€ 193.267,35
Doelstelling
De basisvoorziening onderwijsbegeleiding schoolloopbaan woonwagen- en zigeunerleerlingen (OWR) richt zich op het realiseren van een succesvolle participatie van woonwagen- en zigeunerleerlingen (0-23 jaar) in voorzieningen voor Voor- en Vroegschoolse educatie (VVE), het primair onderwijs (PO), het voortgezet onderwijs (VO), het beroepsonderwijs (BO) en in de arbeidstoeleiding.
Wijze van bekostiging
Subsidie per kalenderjaar.
Productspecificatie (waarin opgenomen de prestatieeenheden)
Consulenturen
Productafspraken
Het project wordt in 2012 uitgevoerd door drie medewerkers. Twee medewerkers zijn in dienst bij Stichting Stade en één medewerker verricht in een detacheringconstructie werkzaamheden voor Stichting Stade.
Subsidiecriteria
Stichting Stade heeft haar organisatie gecertificeerd, waarbij jaarlijks een beoordeling plaatsvindt door een extern bureau. Het verslag van deze externe beoordeling is voor subsidieverleners beschikbaar. Dit betekent dat de beleidscyclus, het kwaliteitsbeleid en alle ondersteunende processen voldoen aan de hiervoor ontwikkelde (internationale) normen. Met betrekking tot de uitvoering van de werkzaamheden in uren professionele inzet van medewerkers gelden de navolgende afspraken: Er zal worden gehandeld als goed werkgever zoals dit is omschreven in het Burgerlijk Wetboek. M.b.t. de uitvoering van de uren geldt een inspanningsverplichting om dit zo getrouw en goed mogelijk te doen. Van de urenrealisatie wordt een registratie bijgehouden die door een accountant zal worden gecontroleerd.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 246 van 307
voor hulp op maat
Het primaire werkproces is omschreven en vastgelegd. Daarnaar zal worden gehandeld. Met betrekking tot het betrekken van cliënten bij de uitvoering van de werkzaamheden wordt het navolgende bepaald: er is in 2009 op instellingsniveau een cliëntenraad ingesteld die jaarlijks een onderzoek doet naar de cliënttevredenheid en die vergelijkbare bevoegdheden heeft als de ondernemingsraad. Registratieresultaten
Ruim 400 cliënten, jonger dan 23 jaar, bevinden zich in de caseload van OWR. De betrokkenheid van OWR bij deze cliënten is zeer divers en qua betrokkenheid van de OWR consulent sterk wisselend. Deze groep cliënten is voor de helft van het mannelijke en voor de helft van het vrouwelijk geslacht. 15% van de caseload is jonger dan 5 jaar, 23% is tussen 5 en 12 jaar, 62% is ouder dan 12 jaar.
Rapportage-afspraken
De eindrapportage wordt voor 1 juli 2013 ingediend. Daarnaast worden cliëntverslagen en een voortgangsrapportage m.b.t. het onderwijshulpverleningsproces gemaakt. Tevens wordt jaarlijks de tevredenheid van de scholen, leerling en ouders gepeild en vastgelegd.
Is de betaling afgerond
De verleende subsidie wordt betaald via een systeem van bevoorschotting.
Is de uitvoering volgens planning gegaan
Ja, de afstemming en standaardisering van OWR op en met de afdeling Onderwijshulpverlening van Stichting Stade vindt zowel op organisatorisch als inhoudelijk niveau plaats. Protocollen worden op elkaar afgestemd, deelname aan scholings- en trainingssessies om de kwaliteit van de beroepsvaardigheden van de medewerkers van OWR te vergroten is gerealiseerd. De samenwerking met de medewerkers van het Schoolmaatschappelijk werk, Gezinsondersteuning, PPI, Pretty Women en vice versa levert een meerwaarde op.
Afrekenafspraken
Indien de gerealiseerde uren achterblijven bij de beschikte activiteiten kan de gemeente Utrecht een evenredig deel van de subsidie terugvorderen.
Bijzonderheden
De gemeente Utrecht heeft Stichting Stade verzocht het project OWR per augustus 2008 over te nemen van ROC/MN. Het project wordt in 2012 uitgevoerd door drie medewerkers. Twee medewerkers zijn in dienst bij Stichting Stade en één medewerker verricht in een detacheringconstructie vanuit ROCMN werkzaamheden voor Stichting Stade, project OWR.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 247 van 307
voor hulp op maat
Cliënttevredenheid
Van 29 mei t/m 6 juli 2012 heeft het intern cliënttevredenheidsonderzoek plaatsgevonden. Er zijn 14 formulieren verstuurd naar de cliënten van OWR. 10 formulieren zijn onjuist/niet volledig ingevuld waardoor ze niet zijn meegeteld. Er bleven 4 bruikbare formulieren over uit de 14 uitgezette formulieren. De respons komt uit om 29%. Geen van de cliënten is in contact gekomen met het project via een folder, internet of verwijzing. De vier cliënten kwam bij OWR op een andere wijze namelijk; kamp, school, van vroeger of was al bekend met de hulpverlener. De onderstaande vragen werden beantwoord met een rapportcijfer. De bereikbaarheid van het project: 7,8. De snelheid waarmee men geholpen werd: 8,3. Houding en gedrag van de medewerker: 8,3. De baat die de cliënt gehad heeft bij de hulp of activiteit: 8,0. Door de medewerkers van OWR is er eind 2011 een scan gehouden bij de betrokken scholen, instellingen uit het netwerk en cliënten met betrekking op de verleende onderwijshulpverlening door OWR. Deze scan is gepresenteerd en besproken met de subsidieverlener. De uitkomsten van dit overleg hebben er onder andere in geresulteerd dat er in 2012 een follow-up is gekomen voor de scholen in het primair onderwijs en voortgezet onderwijs. De scholen die onderwijs geven aan minimaal vier leerlingen van de doelgroep OWR worden jaarlijks door een medewerker van OWR bezocht en bevraagd op de effectiviteit van de samenwerking en ondersteuning van de onderwijshulpverlening van OWR. Samenvattend mag daaruit worden geconcludeerd: Scholen zijn tevreden over de werkwijze en de geboden ondersteuning van OWR. Scholen zijn tevreden over de samenwerking. Voor niet alle scholen is duidelijk waar de hulpverlening van OWR zich op richt. Is dit schoolverzuim, ondersteuning van ouders/leerling of van de school. Richt de hulpverlening zich ook op gedragsverandering leerling. OWR zal moeten blijven investeren in naamsbekendheid/functie/positionering in het werkveld. Wanneer de samenwerking van OWR en een school door bijvoorbeeld verminderde leerling aantallen op een school minder wordt of door wisseling van directie, mentor een ander karakter krijgt dan kan de rol van OWR bij een hulpvraag van de school uit het beeld van de school raken.
Verslag van actuele ontwikkelingen
1) De volgende taken zijn in de verslagperiode uitgevoerd. Vroeg- en voorschoolse educatie Informatieverstrekking/voorlichting aan de ouders met als doel ze te motiveren deel te nemen aan VVE activiteiten. Contacten leggen en onderhouden met de diverse instellingen die betrokken zijn bij VVE activiteiten. Intredebegeleiding van de ouders verzorgen naar de VVE
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 248 van 307
voor hulp op maat
activiteit. Voortgangsproces bewaken en zo nodig initiatief nemen om een onderbroken activiteit weer op gang te brengen (bemiddelen bij conflicten).
Primair onderwijs/Voortgezet onderwijs/ Beroepsonderwijs Monitoring van de schoolloopbaan van de woonwagen- en Roma-leerlingen. Voorlichting en informatie geven omtrent de cultuur en de belevingswereld van de doelgroep. Ondersteuning school/ouders/leerling bij gesprekken op school. Scholen informeren over verloop en inhoud thuisactiviteiten. Bemiddeling bij conflicten en praktische zaken. Signaleren van belemmerende factoren voor het onderwijsproces. Schoolverzuim aankaarten bij ouders en Leerplicht. Begeleiding ouders/leerling. Overig Voorlichting geven aan instellingen en organisaties over de cultuur van de doelgroep. Structureel inhoudelijk overleg met medewerkers DMO/Leerplicht RMC betreffende taakafbakening, casus, lange en korte termijn ontwikkeling. Consulteren en adviseren van instellingen die raakvlakken hebben met of van invloed zijn op het verloop van het onderwijsproces (maatschappelijk werk, justitie, politie, GGD, school- en jeugdarts). Deelname aan landelijke contacten voor scholing en beleidsafstemming. Zoals KPC, Roma netwerk en het interprovinciaal overleg woonwagen- en zigeunerwerk. Werkzaamheden t.b.v. herpositionering OWR. 2) Trends en ontwikkelingen Kwantitatieve ontwikkelingen in de doelgroep Ten opzichte van tien jaar geleden is de doelgroep aanmerkelijk gegroeid. De laatste jaren is de totale omvang echter globaal gelijk gebleven. Zowel bij de doelgroep woonwagen- als bij de doelgroep Romaleerlingen is in de leeftijdscategorie 0-4 jarigen sprake van bijna een verdubbeling van het aantal toekomstige leerlingen. Deze trend zet door. In de leeftijdscategorie t/m 17 jaar is zowel het aantal leerlingen bij de doelgroep Woonwagenleerlingen als bij de Roma-leerlingen vrijwel gelijk gebleven. De omvang van de totale doelgroep tot 21 jaar blijft ook in 2012 redelijk constant. Voor OWR is het niet mogelijk de werkelijke omvang van de in Utrecht verblijvende populatie Roma-leerlingen vast te stellen. Dit komt omdat er op de scholen geen registratie meer plaats vindt t.a.v. zigeunerfamilies in het kader van het landelijk onderwijsachterstandenbeleid. Door het gebrek aan woonwagenlocaties zoeken jongeren, die
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 249 van 307
voor hulp op maat
gaan samenwonen, soms tijdelijke huisvesting in een huurwoning. In de hoop om zich zo snel mogelijk legaal of illegaal op een woonwagenkamp te kunnen huisvesten. Participatie in de voor- en vroegschoolse educatie (VVE) De deelname aan VVE is weliswaar nog te gering, maar als je het over een aantal jaren uitzet zit er een langzaam stijgende lijn in. Bij de ouders van jonge woonwagen-leerlingen valt nog steeds een trend waar te nemen, dat deze ouders inmiddels ook de voorschool hebben ontdekt. In het verleden kwam alleen de peuterspeelzaal in aanmerking. Mede omdat dit maar twee dagdelen per week was. De participatie is echter nog niet in overeenstemming met de landelijke doelstelling voor de VVE. Aanvullende en gerichte inspanningen op de toeleiding van doelgroep kinderen aan VVE voorzieningen en/of het ontwikkelen van een alternatief aanbod blijven gewenst. Het is de verwachting dat een intensieve benadering en begeleiding van Roma gezinnen met jonge kinderen (0-4 jaar) uitmondt in een hogere deelname van deze kinderen aan VVE. Vervolgens is er een reële verwachting dat dit een zogenaamd „sneeuwbal effect‟ zal hebben. Als er enkele/meerdere kinderen deelnemen aan VVE verspreidt dit zich snel onder de Roma populatie en zullen er meer volgen. De in 2011 speciaal ontwikkelde materialen en methodieken blijken een bruikbare aanvulling op de methodieken die tot nu toe gebruikt worden bij de uitvoering van de reguliere taken van de OWR consulenten op het thema VVE. (Voor een compleet verslag van de resultaten van het project verwijzen we naar de Stichting Stade notitie “Eindverslag van het project toeleiding van Roma kinderen naar VVE voorzieningen” van 20 juni 2011.)
Concreet worden in het project de volgende doelen nagestreefd De participatie van een groot deel van de bij de OWR consulenten bekende Roma gezinnen met kinderen van 0-4 jaar aan de projectactiviteiten is gerealiseerd. Een toename van de instroom van en deelname aan de Utrechts VVE van Roma-kinderen t.o.v. het voorgaande jaar heeft plaatsgevonden. Professionals in Utrecht (en eventueel het land) hebben de beschikking gekregen over voorlichtingsmateriaal dat toegespitst is op de doelgroep Roma-ouders. Er is een werkwijze beschikbaar gekomen die in samenhang en samenwerking met het “reguliere Utrechtse VVE aanbod” de doelgroep Roma kinderen/gezinnen bereikt. Er is geëxperimenteerd met een speciaal op de doelgroep afgestemd alternatief VVE aanbod, dat dienst moet doen als opstapje naar de reguliere VVE. Er zijn afspraken gemaakt hoe de Roma ouders, na aanmelding van hun kind bij VVE, blijvend worden ondersteund en gemotiveerd.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 250 van 307
voor hulp op maat
Primair Onderwijs In de loop van het jaar zijn wederom alle leerlingen van de doelgroep binnen het primair onderwijs geplaatst. Het contact en de samenwerking met de scholen voor PO verloopt ook in 2012 in principe naar wens. Dit is verheugend te noemen. Cluster 4 (ZMOK onderwijs) Bij de Roma-leerlingen is de deelname aan het speciaal onderwijs/ZMOK gelijk aan dat van het voorgaande jaar. Er is de afgelopen jaren geen constante lijn in te ontdekken, maar blijft met ruim 20% veel te hoog. Bij de woonwagen-leerlingen is de daling van de afgelopen vijf jaar opzienbarend. Het aantal woonwagen-leerlingen in cluster 4 ligt weliswaar boven het landelijk gemiddelde, maar onder het landelijk gemiddelde van de woonwagenkinderen. Deze tendens is, in ieder geval voor een deel, toe te schrijven aan de ambulante ondersteuning en vereiste extra inspanning van OWR en de school. Voortgezet onderwijs In het voortgezet onderwijs vinden wij zowel de Roma-leerlingen als de woonwagen-leerlingen helaas nog steeds voornamelijk terug in het onderste segment van het vervolgonderwijs. De laagste niveaus van het VMBO, vaak met LWWO, in het Praktijkonderwijs, Cluster 4 of in een alternatief traject. Ook in 2012 had van de Roma-leerlingen circa 40% speciaal onderwijs of extra begeleiding nodig. Hoe hoog dit percentage ook moge zijn, er is sprake van een daling, waarvan gehoopt wordt dat deze doorzet. Bij de woonwagenleerlingen zien we in 2012 weliswaar wederom een lichte daling van leerlingen die extra zorg nodig hebben. Maar het blijft desondanks aan de hoge kant. Naar het praktijkonderwijs gaat een kwart van de leerlingen. Beroepsonderwijs Bij de woonwagenleerlingen blijft een stijging van de participatie aan het beroepsonderwijs waarneembaar. Veel opleidingen worden echter voortijdig afgesloten en vervolgd met een arbeidsmarktgericht traject, waarvan de resultaten in uitstroom naar een permanente positie op de arbeidsmarkt niet in kaart gebracht kunnen worden vanwege de vele fluctuaties die zich hierbij voordoen. Ook in 2012 vond slechts een enkele leerling een opleiding op niveau 2 en 3. Nog zeldzamer is het als de opleiding op niveau 3 of 4 wordt afgesloten. Een groot probleem blijft het vinden van werk of een stageplek voor de lagere niveaus van de bbl-opleidingen. Zorgelijk is het geringe aantal Roma-leerlingen dat het afgelopen schooljaar instroomt in het beroepsonderwijs en/of doorstroomt naar de arbeidsmarkt. Geen beroepsonderwijs/werk/onbekend Leerlingen die voortijdig afhaken bij het beroepsonderwijs blijven in het kader van de RMC-functie de plicht houden om een startkwalificatie te behalen. Samen met de RMC-functionarissen wordt per individuele leerling nagegaan welk traject het meest haalbaar is. Er worden acties uitgezet om dit haalbare traject mogelijk te maken. Dit kan bijvoorbeeld het behalen van een AKA-diploma zijn, de leerling in contact brengen met het UWV, Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 251 van 307
voor hulp op maat
de mogelijkheden van het behalen van een vakdiploma onderzoeken of indien mogelijk job-coaching organiseren. De doelgroep die buiten de RMC-functie valt, maar nog wel kwalificatie plichtig is, is bijna alleen te bereiken als zij alsnog in aanmerking wil komen voor scholing of begeleid wil worden naar een arbeidsmarktgericht traject, bijvoorbeeld omdat deze leerlingen anders ook niet in aanmerking voor een uitkering komen. Als zij afzien van een uitkering, dan wordt het bijna onmogelijk om hen te begeleiden. Zij zijn dan namelijk nergens op aan te spreken en verdwijnen met hun dagbesteding in onzichtbare activiteiten of treden met hun bezigheden in de voetsporen van hun (voor)ouders. 3) Kansen en bedreigingen In de verslagperiode van de basisvoorziening OWR moet wederom worden geconstateerd dat de onderwijs participatie van de doelgroep Roma- en woonwagenleerlingen een kwestie is van een zeer lange adem. Een doelstelling is vaak binnen een dag te formuleren, maar concrete resultaten kunnen doorgaans niet binnen één jaar behaald worden. Er is doorgaans sprake van veranderingsprocessen, die zich over generaties uitsmeren. Als we kijken naar de trends en tendensen, die over meerdere jaren worden gesignaleerd, zien we echter dat de gepleegde investeringen in tijd en werk zich op termijn zeer zeker uitbetalen. De deelname aan de Voor- en vroegschoolse educatie van de woonwagen- en Roma kinderen bereikt bij lange na nog niet de gewenste 50%. Maar de VVE komt steeds meer in beeld bij de doelgroep. Wij blijven verheugd over de in Utrecht moeizaam bereikte resultaten op dit thema, die mede onder invloed van het speciale OWR project voor Roma kinderen en de intensivering van de samenwerking met het reguliere VVE aanbod tot stand zijn gekomen en zich positief blijven ontwikkelen. De volledige OWR doelgroep neemt op dit moment deel aan het primair onderwijs. Het maakt tevens de overstap naar vervolgonderwijs. Er valt echter nog veel te winnen, als we kijken naar het voortijdig schoolverlaten van doelgroep leerlingen in het VO. Hoewel het voortijdig schoolverlaten iets vermindert is het absoluut nog veel te hoog. Een blijvende inspanning van OWR op dit gebied is dan ook gewenst. De intensieve samenwerking met het schoolgericht maatschappelijk werk van Stichting Stade werpt zijn vruchten af. Een gezamenlijke aanpak van de problemen van de OWR VO-leerling is nu altijd mogelijk. De doorstroom naar het beroepsonderwijs is ook in 2012 gering, maar neemt heel voorzichtig aan toe. Het behalen van een startkwalificatie is jammer genoeg ook in 2012 slechts een enkele keer gelukt. De meeste beroepsopleidingen worden binnen het BBL gevolgd. De verplichting dat de leerling in een leerwerkbedrijf werkzaam moet zijn heeft als voordeel, dat de leerling een arbeidsattitude ontwikkelt en een perspectief krijgt. De leerlingen, die in 2012 Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 252 van 307
voor hulp op maat
zijn uitgestroomd met een diploma, zijn allen binnen hun vakgebied aan de slag gegaan. Dit heeft naar verwachting een positieve uitstraling naar andere potentiële diplomakandidaten. De functie en de werkzaamheden van de Plaatsingscommissie Leerlingen (PCL) heeft ook in 2012 in positieve zin bijgedragen aan de verbetering van de positie van de OWR leerling. De positie van deze commissie is inmiddels duidelijk verankerd. De adviezen worden niet altijd door iedereen gewaardeerd. Maar dat de besluiten bindend zijn zorgt ervoor dat waar eerst de deuren van een school voor een leerling gesloten bleven deze nu, weliswaar soms moeizaam, geopend worden. Jammer genoeg moet worden geconstateerd dat de deelname aan het speciaal onderwijs, praktijkonderwijs, ZMOK en alternatieve trajecten door leerlingen van de doelgroep ook in 2012 nog steeds opvallend hoog is. Evenals vorig jaar moet ook dit jaar weer het volgende worden opgemerkt. Gezien de ontwikkelingen binnen de EG is het niet ondenkbaar dat er sprake zal zijn van een toename van Roma- families in Nederland. Het aantal woonwagenkampen neemt nog steeds toe en er is een grote spreiding van de gezinnen en de scholen over een steeds groter wordende gemeente Utrecht. Deze ontwikkelingen zorgen ervoor dat de omvang en intensiteit van de OWR problematiek de komende tijd niet zal verminderen. De verwachting is zelfs dat het toe zal nemen. De afgelopen periode zijn er veel ontwikkelingen in gang gezet die mede van invloed zijn op de taken, functie en positie die OWR in de komende jaren zal kunnen vervullen. Te denken valt o.a. aan de transities in de onderwijszorg en in de jeugdzorg met uiteraard consequenties voor het Utrechtse jeugdbeleid. De uitvoering van dit beleid zal van invloed zijn op de rol die OWR voor de specifieke woonwagen- en Roma doelgroep zal kunnen spelen. OWR zal een proactieve houding aannemen in het meedenken over en de ontwikkeling en invulling van een heldere taak en positie in dit nieuwe beleid. Knelpunten
N.v.t.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 253 van 307
voor hulp op maat
Financiële informatie Onderwijsbegeleiding woonwagen- en Zigeunerkinderen (OWR) 2012 Projectnaam: Projectnummer: Verleningsbeschikking:
Onderwijsbegeleiding woonwagen- en zigeunerkinderen (OWR) 11002 2012-456-687
Verleende subsidie 2012 Uren Uitbreidingsuren tot september Verschil
2573 € 71,89 115 € 71,89
€ 184.972,97 € 8.267,35 € 27,03
Totaal subsidie 2012 € 193.267,35 Realisatie 2012 Uren
2826,9 € 71,89
€ 203.225,84
Totaal realisatie 2012 € 203.225,84 Te verrekenen
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
€
-
Pagina 254 van 307
voor hulp op maat
Project Verslag Outreachende ambulante jeugdhulpverlening Zeist 2012 Naam
Outreachende ambulante jeugdhulpverlening Zeist
Koppeling met productomschrijving financier
De outreachende ambulante jeugdhulpverlening richt zich op moeilijk bereikbare jongeren met een meervoudige problematiek.
Budget
€ 60.000,-
Doelstelling
De Outreachende ambulante jeugdhulpverlening richt zich op jongeren die zorgwekkend gedrag vertonen en die niet bereikt worden door de reguliere hulpverlening en/of de drempel te hoog vinden. Het betreft jongeren met meervoudige problematieken, zowel op praktisch als psychisch-sociaal gebied. De jongeren hebben de leeftijd van 12 t/m 23 jaar. Zij komen in contact met outreachende hulpverlening via onder andere aanmeldingen vanuit het Netwerk 12+ en door zelfmelding. De outreachende jeugdhulpverleners begeleiden de jongeren intensief, zodat ze in korte tijd een oplossing kunnen vinden voor hun problemen. Zij bieden begeleidingstrajecten op alle leefgebieden waar zich problemen kunnen voordoen. Samen met de jongere wordt gezocht naar oplossingen die zich voordoen op het gebied van o.a.: Problemen op school. Problemen thuis. Het vinden van een dagbesteding. Financiën/schuldhulpverlening. Politie/justitie. Keuzes maken/het verwijzen naar de juiste instelling. Relaties. In principe wordt altijd contact gelegd en gehouden met de ouders van de jongeren. De outreachende jeugdhulpverleners werken nauw samen met organisaties en voorzieningen die de doelgroep in beeld hebben en/of een signalerende functie hebben met betrekking tot de problematiek van de jongeren. De organisaties waar mee samengewerkt wordt zijn onder andere: Politie Onderwijshulpverlening/ leerplicht ambtenaren GGD BJZ Reclassering Halt Raad voor de Kinderbescherming Vitras UWV Jongerenloket
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 255 van 307
voor hulp op maat
Jongerenwerk East Coast Coördinatie groepsaanpak
Een traject kent de volgende fases: Contactlegging en motivering. Uitvoeren van plan van aanpak. Eindevaluatie en afsluiten c.q. doorverwijzen. In de aanvraag tot subsidieverlening is uitgegaan van een trajectduur van gemiddeld drie maanden en gemiddeld 52 uur per traject. De jongeren en/of hun ouders kunnen zich ook zelf aanmelden via het telefonisch spreekuur. De hulpverleners zijn via het spreekuur twee dagen in de week bereikbaar, daarnaast is er een terugbelservice via voicemail. Wijze van bekostiging
Subsidie gemeente Zeist.
Productspecificatie (waarin opgenomen de prestatieeenheden)
Bieden van laagdrempelige hulpverlening aan jongeren van 12 tot 23 jaar die al dan niet met politie/justitie te maken hebben. Dit door middel van hulpverleningstrajecten en telefonisch spreekuur.
Productafspraken
De hulpverleners zijn gedurende de gehele week telefonisch en via e-mail bereikbaar. Er is ook een terugbelservice via voicemail. De outreachende jeugdhulpverleners bieden in 2012 in de gemeente Zeist 17 hulpverleningstrajecten.
Subsidiecriteria
De Stichting Stade heeft haar organisatie gecertificeerd, waarbij jaarlijks een beoordeling plaats vindt door een extern bureau. Het verslag van deze externe beoordeling is voor subsidieverleners beschikbaar. Dit betekent dat de beleidscyclus, het kwaliteitsbeleid en alle ondersteunende processen voldoen aan de hiervoor ontwikkelde (internationale) normen. Met betrekking tot de uitvoering van de werkzaamheden in uren professionele inzet van medewerkers gelden de navolgende afspraken: Er zal worden gehandeld als goed werkgever zoals dit is omschreven in het Burgerlijk Wetboek. M.b.t. de uitvoering van de uren geldt een inspanningsverplichting om dit zo getrouw en goed mogelijk te doen. Van de urenrealisatie wordt een registratie bijgehouden die door een accountant zal worden gecontroleerd. Het primaire werkproces is omschreven en vastgelegd. Daarnaar zal worden gehandeld. Met betrekking tot het betrekken van cliënten bij de uitvoering van de werkzaamheden wordt het navolgende bepaald: er is in 2009 op instellingsniveau een cliëntenraad ingesteld die jaarlijks een onderzoek doet naar de cliënttevredenheid en die vergelijkbare bevoegdheden heeft als de ondernemingsraad.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 256 van 307
voor hulp op maat
Registratieresultaten
Er is evenals in 2011 veel gebruik gemaakt van de geboden mogelijkheid om telefonisch contact te onderhouden met de hulpverlener. De optimale telefonische bereikbaarheid wordt door cliënten en instanties als een belangrijke meerwaarde ervaren. Er zijn in het totaal 19 jongeren formeel nieuw aangemeld. Met die jongeren is een hulpverleningstraject gestart. Daarnaast waren er 11 lopende trajecten die in 2011 zijn voortgezet en afgerond. Verwezen door Casusoverleg CJG: Overig
Aantal 4 15
Aard problematiek Dagbesteding: Gedragsproblemen: Financiën: Schoolverzuim: Criminaliteit: Thuissituatie: Huisvesting: Gezondheid: Loverboy problematiek:
Percentage 80% 85% 30% 65% 20% 65% 35% 10% 8%
Leeftijdsopbouw totale groep 12 t/m 14: 15 t/m 16: 17+:
Aantal 4 7 8
Nationaliteit totale groep Nederlands-Marokkaans: Nederlands: Overig:
Aantal 8 7 4
Geslacht Jongens: Meisjes:
Aantal 6 13
In 2012 is er samengewerkt met de volgende organisaties: Bureau Jeugdzorg Raad voor de Kinderbescherming Leerplicht Jongerenloket Jongerenwerk Meander Politie Diverse scholen Stichting de Waag William Schrikker Groep UWV Vitras Halt KTC
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 257 van 307
voor hulp op maat
WSG Eastcoast
Er hebben verschillende overleggen plaats gevonden Structurele deelname aan het Casusoverleg CJG. Regelmatig overleg met Vitras en met de jongerenwerkers van Meander. Intern casuïstiek overleg. Rapportage-afspraken
Twee maal per jaar wordt er middels een halfjaar- en jaarrapportage verantwoording afgelegd over de voortgang van de werkzaamheden en de behaalde resultaten.
Is de betaling afgerond
Ja
Is de uitvoering volgens planning gegaan
Door langer durende ziekte van een van de hulpverleners is de planning van de werkzaamheden noodgedwongen aangepast. Vervanging is ingezet. Het overeengekomen aantal hulpverleningstrajecten is gerealiseerd. De uitvoering is hiermee volgens planning verlopen.
Afrekenafspraken
1.000 uur.
Bijzonderheden
Planning door ziekte aangepast, productafspraak gerealiseerd.
Cliënttevredenheid
Bij afsluiting van het hulpverlening contact vindt er een evaluatie plaats met ouders en de cliënt. In het algemeen wordt de hulpverlening als zeer positief ervaren.
Verslag van actuele ontwikkelingen
De in 2012 aangegeven trend m.b.t. het toenemen van de aanmeldingen van meisjes en het dalen van de gemiddelde leeftijd van deze groep zet door.
Knelpunten
Enige zorg betreft nog steeds de samenwerking met andere partners (met wie voorheen geregeld contact was binnen het Netwerk 12+ overleg) nu het CJG nog niet echt de positie heeft die het zichzelf wenst. Er is nog steeds sprake van een groeimodel, waarbij de medewerkers van OAJ (van de Stichting Stade) graag bij betrokken blijven en worden gekend. Het blijft lastig om voor de steeds groter wordende groep meiden geschikte gespreksruimte te vinden. Er is behoefte om in een veilige omgeving te kunnen afspreken met de cliënten. Hier ontbreekt het nu aan. Thuis afspreken bij de cliënten is vaak geen optie want de ouders zijn dan aanwezig. De cliënten voelen zich bezwaard om open te spreken over hun problemen. In jongerencentra zijn wel ruimtes beschikbaar, maar omdat daar vaak ook jongens
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 258 van 307
voor hulp op maat
aanwezig zijn is dit voor de meiden vaak geen optie. Het overzicht van welke instanties met welke producten jongeren kunnen bedienen is niet centraal (gemeentelijk) in kaart gebracht. Dit vergt voor de hulpverleners meer tijd dan wenselijk.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 259 van 307
voor hulp op maat
Financiële informatie Outreachende Ambulante Jeugdhulpverlening Zeist 2012 Projectnaam: Outreachende Ambulante Jeugdhulpverlening Zeist Projectnummer: 11003 Verleningsbeschikking: 11uit10532
Verleende subsidie 2012 Uren Verschil
1000 € 60,17
€ 60.170,00 € 170,00-
Totaal verleende subsidie 2012 € 60.000,00 Realisatie 2012 Uren Projectkosten
851 € 60,17
€ 51.204,67 € 2.086,20
Totaal realisatie 2012 € 53.290,87 Nog te realiseren in 2013
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
149 € 60,17
€
8.965,33
Pagina 260 van 307
voor hulp op maat
Project Verslag Ondersteuning Utrechtse Ouder-initiatief-groepen (OIG) maart 2012 - februari 2013 Naam
Ondersteuning Utrechtse OIG
Budget
€ 32.285,90
Doelstelling
Integratie in het onderwijs is één van de speerpunten van de Utrechtse Onderwijsagenda 2010-2014. Het streven is om een grotere groep leerlingen actief te laten kennismaken met de sociale en culturele diversiteit van de samenleving. In de praktijk vormen veel scholen in de stad geen goede afspiegeling van de wijk. Om te zorgen dat de samenstelling van de school vooral bestaat uit kinderen uit de wijk zetten (potentiële) schoolouders zich vrijwillig in om de school aantrekkelijker te maken in hun buurt. Op deze manier proberen zij méér ouders ervan te overtuigen om voor hun kinderen te kiezen voor de buurtschool. Deze enthousiaste ouders zijn verenigd in de zogenaamde Ouderinitiatiefgroepen (OIG). Om de ouderinitiatiefgroepen te ondersteunen in het behalen van hun doelen zet Stichting Stade twee medewerkers (de consulenten Ouderinitiatiefgroepen) in. Deze consulenten bieden vooral praktische “hand- en spandiensten” bij het uitvoeren en coördinatie van de activiteitenplannen van de diverse groepen. Het uitgangspunt bij het bieden van de ondersteuning aan de Ouderinitiatiefgroepen (OIG‟s) is de vraag, de behoefte van de ouders, zoals vastgelegd in een activiteitenplan OIG. Hierbij wordt gewezen op het feit dat de activiteitenplannen weliswaar wezenlijk zijn voor de definitieve invulling van het servicepunt OIG, maar tegelijkertijd nog niet beschikbaar zijn. In de eerste fase van het project wordt daarom tijd gereserveerd om de activiteitenplannen mede te ontwikkelen en vast te leggen. Bij de realisatie van de doelstelling zal sprake zijn van een maatwerkaanpak in de wijken Lombok/Nieuw Engeland, Abstede/Gansstraat, Zuilen, Langerak/Parkwijk en Terwijde.
Wijze van bekostiging
Contract op basis van afspraken opgenomen in subsidieverlening 120202-NOT-Sub.OIG2012.
Productspecificatie (waarin opgenomen de prestatieeenheden)
De consulenten Ouderinitiatiefgroepen zullen in overleg met de oudergroepen en in samenwerking met de afdeling Communicatie van Stichting Stade de volgende activiteiten initiëren en uitvoeren:
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
De consulent verzamelt actief informatie over het aspect “school als afspiegeling van de wijk” en bouwt daarmee aan een informatiepunt gericht op ouders. De consulent gaat in opdracht van de initiatiefgroep(en) gericht op zoek naar informatie, maakt deze informatie bruikbaar voor de betreffende initiatiefgroep en presenteert Pagina 261 van 307
voor hulp op maat
deze informatie, De consulent verzorgt de organisatie, de verslaglegging en vergaderfaciliteiten t.b.v. overleggen van afzonderlijke OIG‟s. De consulent biedt begeleiding en praktische ondersteuning bij het opstellen en het uitvoeren van de OIG activiteitenplannen. De consulent is het eerste aanspreekpunt, contactpersoon van de gezamenlijke OIG‟s in Utrecht en verzorgt de praktische coördinatie van de activiteiten. De consulent adviseert in samenwerking met de afdeling Communicatie van Stichting Stade bij het opstellen van een publiciteits- en communicatieplan, per OIG afzonderlijk of in stedelijk verband, en voert dit plan mede uit. De consulent voert het ambtelijk secretariaat van de OIG, verzorgt het administratief secretariaat en het financieel beheer van de activiteitenplannen. De consulent vervult de functie van intermediair naar scholen (team, OR, MR, schoolbesturen) en in de wijk opererende maatschappelijke organisaties. De consulent vervult een verbindingsfunctie tussen de verschillende OIG in de stad (en eventueel land) en versterkt daarmee het netwerk Utrechtse OIG.
De realisatie van het project is in handen van twee consulenten en de afdeling Communicatie. De prestatie-eenheid is een productie uur. In totaal zijn 310 productie uren voor het project OIG ingepland. Daarnaast is een activiteitenbudget van € 10.000,- gereserveerd. Productafspraken
De dienstverlening wordt geboden in de periode maart 2012 tot en met februari 2013. Hoewel aanvankelijk de deadline wordt gesteld op 31 januari 2012, krijgt Stichting Stade de gelegenheid om de resterende acties in de maand februari alsnog uit te voeren. Mede op basis daarvan stelt Stichting Stade een uitgebreide eindrapportage op en levert deze aan bij de gemeente, ter bespreking en afronding van de opdracht op 28 februari 2013.
Subsidiecriteria
De Stichting Stade heeft haar organisatie gecertificeerd, waarbij jaarlijks een beoordeling plaats vindt door een extern bureau. Het verslag van deze externe beoordeling is voor subsidieverleners beschikbaar. Dit betekent dat de beleidscyclus, het kwaliteitsbeleid en alle ondersteunende processen voldoen aan de hiervoor ontwikkelde (internationale) normen. Met betrekking tot de uitvoering van de werkzaamheden in uren professionele inzet van medewerkers gelden de navolgende afspraken: Er zal worden gehandeld als goed werkgever zoals dit is omschreven in het Burgerlijk Wetboek. M.b.t. de uitvoering van de uren geldt een inspanningsverplichting om dit zo getrouw en goed mogelijk te doen. Van de urenrealisatie wordt een registratie bijgehouden die door een accountant zal worden gecontroleerd. Het primaire werkproces is omschreven en vastgelegd. Daarnaar zal worden gehandeld. Met betrekking tot het betrekken van cliënten bij de uitvoering van
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 262 van 307
voor hulp op maat
de werkzaamheden wordt het navolgende bepaald: er is in 2009 op instellingsniveau een cliëntenraad ingesteld die jaarlijks een onderzoek doet naar de cliënttevredenheid en die vergelijkbare bevoegdheden heeft als de ondernemingsraad. Rapportageafspraken
Er heeft vier maal een voortgangsoverleg plaatsgevonden met de subsidieverlener aan de hand van “stand van zaken rapportages”. Hiervan zijn verslagen gemaakt en ter correctie/aanvulling overlegd aan de subsidieverstrekker.
Is de betaling afgerond
De betaling is nog niet afgerond.
Is de uitvoering volgens planning gegaan
Op grond van de aangetroffen status, vraag en behoefte van de OIG‟s die door Stichting Stade in de eerste fase van het project zijn benaderd, is de werkwijze en planning van het project bijgesteld. Van de aangewezen scholen zijn twee OIG‟s echt actief. Van de aanvullende lijst hebben mogelijk twee OIG‟s interesse. In het voorjaar is 1 IOG succesvol overgegaan in de ouderraad. In totaal zijn drie OIG‟s voor het project te ondersteunen. In overleg met de subsidieverlener wordt vastgesteld dat de resultaten en de ondersteuningswensen van de OIG en daarmee de mogelijkheden van het project beperkt zijn, maar dat het desondanks, gezien de aanwezige potentie van de drie OIG‟s, zaak is om verder te gaan en er samen met de ouders iets van te maken. Het wordt niet zinvol gevonden om in deze situatie een stedelijk servicepunt op te zetten. De consulenten gaan meer inzetten op het initiëren en ondersteunen van nieuwe/hernieuwde activiteiten van scholen/ouders gericht op de realisatie van de doelstelling. De oorspronkelijke fasering van het project wordt losgelaten. Er zal sprake zijn van een proces dat zich onderweg verder ontwikkelt. Hieraan zal de inzet en planning van de consulenten worden aangepast.
Afrekenafspraken
Er is maximaal € 32.285,90 gereserveerd. Dit bedrag wordt in drie termijnen in rekening gebracht.
Bijzonderheden
In overleg met de subsidieverstrekker is de planning van het project aangepast. De looptijd van het project is gezien de ontwikkelingen bij OIG‟s verschoven naar eind februari 2013. Voor uitgebreide beschrijving van de uitvoering van het project verwijzen wij naar de eindrapportage ondersteuning OIG‟s dat in opdracht van de gemeente Utrecht ter afsluiting van het project is gemaakt.
Conclusie en aanbevelingen
Zie eindrapport project Ondersteuning OIG Utrecht.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 263 van 307
voor hulp op maat
Financiële informatie Ondersteuning Utrechtse ouder-initiatief-groepen (OIG) 2012 2012 Projectnaam: Projectnummer: Kenmerk:
Ondersteuning Utrechtse ouder-initiatief-groepen (OIG) 2012 11043 12.036.967
Verleende subsidie 2012-2013 Uren Projectkosten
310 € 71,89
€ 22.285,90 € 10.000,00 Totaal subsidie € 32.285,90
Realisatie 2012 Uren Projectkosten
289,75 € 71,89
€ 20.830,13 € 6.666,75
Totaal realisatie 2012 € 27.496,88 Nog te realiseren uren Nog in te zetten projectkosten
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
20,25 € 71,89
€ €
1.455,77 3.333,25
Pagina 264 van 307
voor hulp op maat
Project Verslag SMW t.b.v. ROC ASA Utrecht periode september 2011 - juli 2012 2012 Naam
SMW t.b.v. ROC ASA Utrecht 2012
Koppeling met productomschrijving financier
Geen
Budget
€ 85.478,11
Doelstelling
Het schoolgericht maatschappelijk werk van Stichting Stade dat in samenwerking met het team deelnemers dienstverlening (DDV) van het ROC ASA wordt uitgevoerd, is gericht op het voorkomen van schooluitval en -verzuim van studenten door het bieden van ondersteuning en hulp aan studenten en eventueel hun ouders/verzorgers, aanvullend op de geboden zorg door de school.
Wijze van bekostiging
Contract op basis van afspraken opgenomen in de aanvraag tot subsidieverlening.
Productspecificatie (waarin opgenomen de prestatieeenheden)
De Onderwijshulpverlening van Stichting Stade, waarvan SMW een onderdeel vormt, is gericht op het voorkomen van vroegtijdige schooluitval en daarmee gepaard gaande marginalisering van risicoleerlingen die het VO en MBO bezoeken. In deze vorm van kortdurende hulpverlening wordt uitgegaan van de problemen die zich op school voordoen. Het kan gaan om gedragsproblemen, psychosociale problemen of problemen met de schooltaken. Problemen die vaak een sterke samenhang vertonen. Door het aanpakken van problemen in het functioneren op school ontstaat doorgaans snel een basis waarop aan de achterliggende problematiek bij de jongere kan worden gewerkt. Door het SMW wordt in een vroegtijdig stadium een lichte, maar effectieve vorm van hulp aangeboden in de bekende en veilige schoolomgeving. Deze hulpverlening, die gericht is op het bevorderen van de eigen competenties van leerlingen en eventueel ouders/verzorgers, vergroot de “draagkracht” en het welbevinden van de jongere op school. Dit vergroot de kans om de schoolopleiding zo goed mogelijk te volgen en deze met een positief resultaat af te ronden. Het SMW wordt uitgevoerd op verzoek van en in samenspraak met de zorg en ondersteuningsmogelijkheden van het ROC ASA Utrecht. SMW van Stichting Stade is als het ware aangehaakt aan de bestaande zorg van de school. Op deze wijze vormt SMW een onderdeel van de zorgstructuur van de school.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 265 van 307
voor hulp op maat
De werkzaamheden van het SMW worden ingepast in de zorgstructuur van de school en uitgevoerd in overleg en afstemming met het “buitenschools” zorgaanbod in de stad Utrecht en het overige bedieningsgebied van ROC ASA Utrecht. Belangrijke afstemmingskaders zijn de zorgoverleggen binnen de school (de ZAT‟s), de (coördinatoren) zorg in de woonwijken en de Utrechtse Jeugdadviesteams. Afstemming met Bureau Jeugdzorg Utrecht, het Algemeen Maatschappelijk werk en tweedelijns hulpverleningsvoorzieningen als Altrecht en Centrum Maliebaan is gericht op een snelle en “warme” doorverwijzing en overdracht van cliënten en wordt nadrukkelijk nagestreefd. De eventuele doorverwijzingen vinden plaats na overleg met het ROC. Afspraken over de taakverdeling tussen de bij de student (en eventueel het gezin) betrokken zorgpartners worden gemaakt en vastgelegd. Hoewel het SMW van Stichting Stade aansluit bij de zorgstructuur van het ROC, behoudt zij haar eigen verantwoordelijkheid over de uitvoering en kwaliteit van de geboden dienstverlening. De door Stichting Stade vastgestelde kwaliteitseisen zijn met het ROC ASA Utrecht besproken en indien gewenst op de werkwijze van ROC ASA Utrecht aangepast. Het SMW van Stichting Stade wordt uitgevoerd vanuit de schoollocaties van ROC ASA. De SMW-er is op vaste dagdelen aanwezig op de school, dan wel bereikbaar via GSM. De aanmelding bij SMW vindt plaats conform een met ROC ASA overeengekomen procedure. Deze procedure verschaft de gewenste helderheid over de wijze waarop de intake en de probleemanalyse plaatsvindt en hoe de planmatigheid van de aanpak kan worden gewaarborgd. De kerntaken van het SMW/ROCASA van Stichting Stade zijn: Het bieden van kortdurende psychosociale hulpverlening aan studenten en eventueel hun ouders ten aanzien van problemen m.b.t. de persoonlijke ontwikkeling zoals die op school naar voren komen. Het vervullen van een brugfunctie tussen de schoolinterne en externe hulp, waarbij een “warme” overdracht uitgangspunt is. Het leveren van een bijdrage aan de zorgverbreding binnen de school en in de woonomgeving van de student. Het geven van advies en informatie aan studenten, ouders, docenten en studentenzorg. Het signaleren van problemen en het vervullen van een intermediaire rol bij conflictsituaties tussen ouders en student, student en school of tussen externe zorginstanties en school. Het initiëren en eventueel uitvoeren van op preventie gerichte (voorlichtende) activiteiten. Het bieden van ondersteuning en consultatie aan teams (of individuele medewerkers) op het gebied van (omgaan met) psychosociale problematiek van studenten en de signalering ervan. Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 266 van 307
voor hulp op maat
Het SMW is uitgevoerd door twee schoolmaatschappelijk werkers van Stichting Stade vanuit de overeengekomen schoollocaties, op de overeengekomen dagdelen. De prestatie-eenheid van het SMW wordt uitgedrukt in een uitvoeringsuur. Deze uitvoeringsuren worden gedurende het jaar op basis van de afspraken met de school flexibel ingezet, waarbij uitgegaan wordt van gemiddelde inzet per schoolweek. Hierbij kan het afgesproken totaal aantal uren niet worden overschreden. Bij langer durende ziekte (meer dan twee weken) van de SMW-er worden de werkzaamheden overgenomen door een collega of worden afspraken gemaakt hoe de niet gerealiseerde uitvoeringsuren worden gecompenseerd. Productafspraken
De dienstverlening wordt geboden in de periode september 2011 - juli 2012 in de schoolweken in de genoemde periode. De SMW-er beschikt over een eigen GSM. De school maakt de toegang tot het computersysteem van Stichting Stade mogelijk door het beschikbaar stellen van een computer met internetverbinding. Tevens zorgt de school voor een werk- c.q. gespreksruimte gedurende de uren dat de SMW-er op school aanwezig is.
Subsidiecriteria
De Stichting Stade heeft haar organisatie gecertificeerd, waarbij jaarlijks een beoordeling plaats vindt door een extern bureau. Het verslag van deze externe beoordeling is voor subsidieverleners beschikbaar. Dit betekent dat de beleidscyclus, het kwaliteitsbeleid en alle ondersteunende processen voldoen aan de hiervoor ontwikkelde (internationale) normen. Met betrekking tot de uitvoering van de werkzaamheden in uren professionele inzet van medewerkers gelden de navolgende afspraken: Er zal worden gehandeld als goed werkgever zoals dit is omschreven in het Burgerlijk Wetboek. M.b.t. de uitvoering van de uren geldt een inspanningsverplichting om dit zo getrouw en goed mogelijk te doen. Van de urenrealisatie wordt een registratie bijgehouden die door een accountant zal worden gecontroleerd. Het primaire werkproces is omschreven en vastgelegd. Daarnaar zal worden gehandeld. Met betrekking tot het betrekken van cliënten bij de uitvoering van de werkzaamheden wordt het navolgende bepaald: er is in 2009 op instellingsniveau een cliëntenraad ingesteld die jaarlijks een onderzoek doet naar de cliënttevredenheid en die vergelijkbare bevoegdheden heeft als de ondernemingsraad.
Registratieresultaten
De beschikbare gegevens hebben betrekking op de periode januari t/m juli 2012. Totaal aantal studenten in begeleiding 79
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 267 van 307
voor hulp op maat
Verdeling naar geslacht 27% man 73% vrouw Verdeling over klassen Klas 1: 60% Klas 2: 32% Klas 3: 6% Klas 4: 1% Niet bekend: 1% Verdeling over opleiding AKA: 2% CIOS: 6% Economie: 19% Handel en logistiek: 8% ICT: 1% Juridisch: 13% Toerisme en horeca: 5% Zorg, welzijn en onderwijs: 37% Techniek: 5% Herman Brood: 3% Leeg/onbekend: 1% Verdeling over aard van de problematiek (combinatie van problemen is mogelijk) Leerproblematiek: 3,8% Motivatie en werkhoudingsproblematiek: 21,5% Externaliserende gedragsproblematiek: 13,9% Gezinsproblematiek: 81% Mishandeling: 25,3% Psychiatrische problematiek: 8,9% Internaliserende problematiek: 69,6% Rouw: 13,9% Faalangst: 2,5% Problematisch middelengebruik 3,8% Veelvuldig verzuim: 31,6% Anders: 5,1% Verdeling over culturele achtergrond Marokko: 25% Nederland: 37% Suriname: 1% Turkije : 13% Overig: 24% Verdeling over aard geboden hulp (combinatieaanbod is mogelijk) Hulpverlening: 46% Ondersteuning (consult/advisering): 12% Toeleiding (doorverwijzing): 6% Training (groepsgericht): 1% Toeleiding (doorverwijzing en overbruggingshulp): 23% Volgend: 12%
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 268 van 307
voor hulp op maat
Verdeling over reden tot afsluiting van de hulp Doorverwijzing: 39,2% Doelen behaald: 72,2% Motivatiegebrek: 12,7% Niet passend: 6,3% Overname door andere hulpverlening: 3,8% Overgang naar andere school: 5,1% Terugverwijzing naar school : 12,7% Overig: 3,8% Rapportageafspraken
N.v.t. (zie registratie gegevens).
Is de betaling afgerond
Het project is afgerond.
Is de uitvoering volgens planning gegaan
Ja
Afrekenafspraken
Er kan niet meer in rekening worden gebracht dan het aantal afgesproken uren uit de aanvraag tot subsidieverlening.
Bijzonderheden
Geen
Cliënttevredenheid
De subsidieverlener geeft blijk van tevredenheid bij de tussentijdse evaluatie. Er is een vervolg beschikking tot subsidieverlening verstrekt. Gegevens van cliënten/studenten zijn niet beschikbaar.
Verslag van actuele ontwikkelingen
De werkzaamheden zijn conform de afspraken uitgevoerd. De eerste paar maanden van het project kenmerkte zich door kennismaking met schoolstructuur, medewerkers en studenten. De samenwerking en afstemming is goed van de grond gekomen en krijgt werkende weg steeds meer vorm. De caseload van beide SMW‟ers is snel gevuld, zodanig zelfs dat de dreiging van een wachtlijst in het nieuwe schooljaar reëel werd. Deze dreiging heeft de aandacht van school en SMW Overleg over de werkwijze en voortgang van het SMW met de interne zorgcoördinator en de directie van ROC ASA vindt regelmatig plaats. Afspraken over het continueren van de inzet van SMW voor ROC ASA in het schooljaar 2012-2013 zijn in mei 2012 gemaakt.
Knelpunten
Geen
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 269 van 307
voor hulp op maat
Financiële informatie Schoolmaatschappelijk werk ROC ASA september 2011 - juli 2012 2012 Projectnaam: Projectnummer:
Schoolmaatschappelijk werk ROC ASA september 2011 - juli 2012 10987
Verleende subsidie 2011-2012 SMW uitvoeringsuren 1180,8 € 72,39
€ 85.478,11 Totaal 2011-2012 € 85.478,11
Realisatie 2012 Uren 2011 Uren 2012
434,5 € 72,39 752 € 72,39
€ 31.453,46 € 54.437,28
Totaal realisatie 2011-2012 € 85.890,74 Te verrekenen
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
€
-
Pagina 270 van 307
voor hulp op maat
Project Verslag SMW t.b.v. ROC ASA Utrecht 2012-2013 2012 Naam
SMW t.b.v. ROC ASA Utrecht 2012-2013
Koppeling met productomschrijving financier
Geen
Budget
€ 76.924,20
Doelstelling
Het schoolgericht maatschappelijk werk van Stichting Stade dat in samenwerking met het team deelnemers dienstverlening (DDV) van het ROC ASA wordt uitgevoerd, is gericht op het voorkomen van schooluitval en -verzuim van studenten door het bieden van ondersteuning en hulp aan studenten en eventueel hun ouders/verzorgers, aanvullend op de geboden zorg door de school.
Wijze van bekostiging
Op basis van afspraken opgenomen in de aanvraag tot subsidieverlening.
Productspecificatie (waarin opgenomen de prestatieeenheden)
De Onderwijshulpverlening van Stichting Stade, waarvan SMW een onderdeel vormt, is gericht op het voorkomen van vroegtijdige schooluitval en daarmee gepaard gaande marginalisering van risicoleerlingen die het VO en MBO bezoeken. In deze vorm van kortdurende hulpverlening wordt uitgegaan van de problemen die zich op school voordoen. Het kan gaan om gedragsproblemen, psychosociale problemen of problemen met de schooltaken. Problemen die vaak een sterke samenhang vertonen. Door het aanpakken van problemen in het functioneren op school ontstaat doorgaans snel een basis waarop aan de achterliggende problematiek bij de jongere kan worden gewerkt. Door het SMW wordt in een vroegtijdig stadium een lichte, maar effectieve vorm van hulp aangeboden in de bekende en veilige schoolomgeving. Deze hulpverlening, die gericht is op het bevorderen van de eigen competenties van leerlingen en eventueel ouders/verzorgers, vergroot de “draagkracht” en het welbevinden van de jongere op school. Dit vergroot de kans om de schoolopleiding zo goed mogelijk te volgen en deze met een positief resultaat af te ronden. Het SMW wordt uitgevoerd op verzoek van en in samenspraak met de zorg en ondersteuningsmogelijkheden van het ROC ASA Utrecht. SMW van Stichting Stade is als het ware aangehaakt aan de bestaande zorg van de school. Op deze wijze vormt SMW een onderdeel van de zorgstructuur van de school.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 271 van 307
voor hulp op maat
De werkzaamheden van het SMW worden ingepast in de zorgstructuur van de school en uitgevoerd in overleg en afstemming met het “buitenschools” zorgaanbod in de stad Utrecht en het overige bedieningsgebied van ROC ASA Utrecht. Belangrijke afstemmingskaders zijn de zorgoverleggen binnen de school (de ZAT‟s), de (coördinatoren) zorg in de woonwijken en de Utrechtse Jeugdadviesteams. Afstemming met Bureau Jeugdzorg Utrecht, het Algemeen Maatschappelijk werk en tweedelijns hulpverleningsvoorzieningen als Altrecht en Centrum Maliebaan is gericht op een snelle en “warme” doorverwijzing en overdracht van cliënten en wordt nadrukkelijk nagestreefd. De eventuele doorverwijzingen vinden plaats na overleg met het ROC. Afspraken over de taakverdeling tussen de bij de student (en eventueel het gezin) betrokken zorgpartners worden gemaakt en vastgelegd. Hoewel het SMW van Stichting Stade aansluit bij de zorgstructuur van het ROC, behoudt zij haar eigen verantwoordelijkheid over de uitvoering en kwaliteit van de geboden dienstverlening. De door Stichting Stade vastgestelde kwaliteitseisen zijn met het ROC ASA Utrecht besproken en indien gewenst op de werkwijze van ROC ASA Utrecht aangepast. Het SMW van Stichting Stade wordt uitgevoerd vanuit de schoollocaties van ROC ASA. De SMW-er is op vaste dagdelen aanwezig op de school, dan wel bereikbaar via GSM. De aanmelding bij SMW vindt plaats conform een met ROC ASA overeengekomen procedure. Deze procedure verschaft de gewenste helderheid over de wijze waarop de intake en de probleemanalyse plaatsvindt en hoe de planmatigheid van de aanpak kan worden gewaarborgd. De kerntaken van het SMW/ROC ASA van Stichting Stade zijn: Het bieden van kortdurende psychosociale hulpverlening aan studenten en eventueel hun ouders ten aanzien van problemen m.b.t. de persoonlijke ontwikkeling zoals die op school naar voren komen. Het vervullen van een brugfunctie tussen de schoolinterne en externe hulp, waarbij een “warme” overdracht uitgangspunt is. Het leveren van een bijdrage aan de zorgverbreding binnen de school en in de woonomgeving van de student. Het geven van advies en informatie aan studenten, ouders, docenten en studentenzorg. Het signaleren van problemen en het vervullen van een intermediaire rol bij conflictsituaties tussen ouders en student, student en school of tussen externe zorginstanties en school. Het initiëren en eventueel uitvoeren van op preventie gerichte (voorlichtende) activiteiten. Het bieden van ondersteuning en consultatie aan teams (of individuele medewerkers) op het gebied van (omgaan met) psychosociale problematiek van studenten en de signalering ervan. Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 272 van 307
voor hulp op maat
Het SMW is uitgevoerd door twee schoolmaatschappelijk werkers van Stichting Stade vanuit de overeengekomen schoollocaties, op de overeengekomen dagdelen. De prestatie-eenheid van het SMW wordt uitgedrukt in een uitvoeringsuur. Deze uitvoeringsuren worden gedurende het jaar op basis van de afspraken met de school flexibel ingezet, waarbij uitgegaan wordt van een gemiddelde inzet per schoolweek. Hierbij kan het afgesproken totaal aantal uren niet worden overschreden. Bij langer durende ziekte (meer dan twee weken) van de SMW-er worden de werkzaamheden overgenomen door een collega of worden er afspraken gemaakt hoe de niet gerealiseerde uitvoeringsuren worden gecompenseerd. Productafspraken
De dienstverlening wordt geboden in de periode augustus 2012 tot augustus 2013 in de schoolweken in de genoemde periode. De SMW-er beschikt over een eigen GSM. De school maakt de toegang tot het computersysteem van Stichting Stade mogelijk door het beschikbaar stellen van een computer met internetverbinding. Tevens zorgt de school voor een werk- c.q. gespreksruimte gedurende de uren dat de SMW-er op school aanwezig is.
Subsidiecriteria
De Stichting Stade heeft haar organisatie gecertificeerd, waarbij jaarlijks een beoordeling plaats vindt door een extern bureau. Het verslag van deze externe beoordeling is voor subsidieverleners beschikbaar. Dit betekent dat de beleidscyclus, het kwaliteitsbeleid en alle ondersteunende processen voldoen aan de hiervoor ontwikkelde (internationale) normen. Met betrekking tot de uitvoering van de werkzaamheden in uren professionele inzet van medewerkers gelden de navolgende afspraken: Er zal worden gehandeld als goed werkgever zoals dit is omschreven in het Burgerlijk Wetboek. M.b.t. de uitvoering van de uren geldt een inspanningsverplichting om dit zo getrouw en goed mogelijk te doen. Van de urenrealisatie wordt een registratie bijgehouden die door een accountant zal worden gecontroleerd. Het primaire werkproces is omschreven en vastgelegd. Daarnaar zal worden gehandeld. Met betrekking tot het betrekken van cliënten bij de uitvoering van de werkzaamheden wordt het navolgende bepaald: er is in 2009 op instellingsniveau een cliëntenraad ingesteld die jaarlijks een onderzoek doet naar de cliënttevredenheid en die vergelijkbare bevoegdheden heeft als de ondernemingsraad.
Registratieresultaten
De beschikbare gegevens hebben betrekking op de periode augustus 2012 tot januari 2013. Totaal aantal studenten in begeleiding 59
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 273 van 307
voor hulp op maat
Verdeling naar geslacht 24% man 76% vrouw Verdeling over klassen Klas 1: 37% Klas 2: 25% Klas 3: 9% Klas 4: 2% Niet bekend: 27% Verdeling over opleiding AKA: 3% CIOS: 10% Economie: 15% Handel en logistiek: 9% ICT: 2% Juridisch: 8% Toerisme en horeca: 5% Zorg, welzijn en onderwijs: 34% Techniek: 2% Herman Brood: 2% Dans basis: 2% Leeg/niet bekend 8% Verdeling over aard van de problematiek (combinatie van problemen is mogelijk) Leerproblematiek: 5,2% Motivatie en werkhoudingsproblematiek: 10,2% Externaliserende gedragsproblematiek: 11,9% Gezinsproblematiek: 71,2% Mishandeling: 22% Psychiatrische problematiek: 10,2% Internaliserende problematiek: 59,3% Rouw: 11,9% Faalangst: 5,1% Problematisch middelengebruik: 3,4% Anders: 1,7% Veelvuldig verzuim: 22% Verdeling over culturele achtergrond Marokko: 20% Nederland: 20% Suriname: 4% Turkije: 12% Overig: 44% Verdeling over aard geboden hulp (combinatieaanbod is mogelijk) Hulpverlening: 46% Ondersteuning (consult/advisering): 17% Toeleiding (doorverwijzing): 3% Training (groepsgericht): 1% Toeleiding (doorverwijzing en overbruggingshulp): 24% Volgend: 9%
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 274 van 307
voor hulp op maat
Verdeling over reden tot afsluiting van de hulp Doorverwijzing: 28,8% Doelen behaald: 66,1% Motivatiegebrek: 5,1% Niet passend: 0% Overname door andere hulpverlening: 0% Overgang naar andere school: 3,4% Terugverwijzing naar school : 3,4% Overig: 0% Rapportageafspraken
N.v.t. (zie registratie gegevens).
Is de betaling afgerond
Ja
Is de uitvoering volgens planning gegaan
Ja
Afrekenafspraken
Er kan niet meer in rekening worden gebracht dan het aantal afgesproken uren uit de aanvraag tot subsidieverlening.
Bijzonderheden
Geen
Cliënttevredenheid
Subsidieverlener: tevredenheid bij de tussentijdse evaluatie. Er is een vervolg beschikking tot subsidieverlening verstrekt. Gegevens van cliënten zijn niet beschikbaar.
Verslag van actuele ontwikkelingen
De werkzaamheden zijn conform de afspraken uitgevoerd. De eerste paar maanden van het project kenmerkte zich door kennismaking met school-structuur, medewerkers en studenten. De samenwerking en afstemming is goed en krijgt werkende weg steeds meer vorm. De caseload van beide SMW‟ers is snel gevuld, zodanig zelfs dat de dreiging van een wachtlijst aanwezig is. Overleg over de werkwijze en voortgang van het SMW met de interne zorgcoördinator en de directie van ROC ASA vindt regelmatig plaats. Afspraken over het continueren van de inzet van SMW voor ROC ASA zijn in mei 2012 voor het schooljaar 2012-2013 gemaakt.
Knelpunten
Geen
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 275 van 307
voor hulp op maat
Financiële informatie School maatschappelijk werk ROC ASA 2012-2013 2012 Projectnaam: Projectnummer:
School maatschappelijk werk ROC ASA 2012-2013 11059
Verleende subsidie 2012-2013 SMW uitvoeringsuren
1180 € 65,19
€ 76.924,20 Totaal 2012 € 76.924,20
Realisatie 2012 SMW uitvoeringsuren
407 € 65,19
€ 26.532,33
Totaal realisatie 2012 € 26.532,33 Nog te realiseren uren in 2013
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
773 € 65,19
€ 50.391,87
Pagina 276 van 307
voor hulp op maat
Project Verslag SMW ROC Midden Nederland 2011-2012 2011 Naam
SMW ROC Midden Nederland
Koppeling met productomschrijving financier
Geen
Budget
€ 100.262,22
Doelstelling
Onderwijshulpverlening van Stichting Stade is gericht op het voorkomen van vroegtijdige schooluitval en daarmee gepaard gaande marginalisering van risicoleerlingen die het Utrechtse voortgezet en het middelbaar beroepsonderwijs bezoeken.
Wijze van bekostiging
Contract met het ROC Midden Nederland.
Productspecificatie (waarin opgenomen de prestatieeenheden)
De prestatie-eenheid is een uitvoeringsuur. Deze uitvoeringsuren worden gedurende het jaar op basis van de afspraken met de school flexibel ingezet, waarbij uitgegaan wordt van een gemiddelde inzet per schoolweek, waarbij het afgesproken totaal aantal uren niet mag worden overschreden. Bij langer durende ziekte van de SMW-er worden de werkzaamheden overgenomen door een collega of worden afspraken gemaakt hoe de niet gerealiseerde uitvoeringsuren worden gecompenseerd.
Productafspraken
Het bieden van kortdurende psychosociale hulpverlening aan studenten en eventueel hun ouders ten aanzien van problemen m.b.t. de persoonlijke ontwikkeling zoals die op school naar voren komen. Het vervullen van een brugfunctie tussen de schoolinterne en externe hulp, waarbij een “warme” overdracht het uitgangspunt is. Het leveren van een bijdrage aan de zorgverbreding binnen de school en in de woonomgeving van de student. Het geven van advies en informatie aan studenten, ouders, docenten en studentzorg. Het signaleren van problemen en het vervullen van een intermediaire rol bij conflictsituaties tussen ouders en student, student en school of tussen externe zorginstanties en school. Het initiëren en eventueel uitvoeren van op preventie gerichte (voorlichtende) activiteiten. Het bieden van ondersteuning en de mogelijkheid tot consultatie aan teams of individuele medewerkers van de school op het gebied van (omgaan met) psychosociale problematiek van studenten en de signalering ervan.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 277 van 307
voor hulp op maat
Subsidiecriteria
De Stichting Stade heeft haar organisatie gecertificeerd, waarbij jaarlijks een beoordeling plaats vindt door een extern bureau. Het verslag van deze externe beoordeling is voor subsidieverleners beschikbaar. Dit betekent dat de beleidscyclus, het kwaliteitsbeleid en alle ondersteunende processen voldoen aan de hiervoor ontwikkelde (internationale) normen. Met betrekking tot de uitvoering van de werkzaamheden in uren professionele inzet van medewerkers gelden de navolgende afspraken: Er zal worden gehandeld als goed werkgever zoals dit is omschreven in het Burgerlijk Wetboek. M.b.t. de uitvoering van de uren geldt een inspanningsverplichting om dit zo getrouw en goed mogelijk te doen. Van de urenrealisatie wordt een registratie bijgehouden die door een accountant zal worden gecontroleerd. Het primaire werkproces is omschreven en vastgelegd. Daarnaar zal worden gehandeld. Met betrekking tot het betrekken van cliënten bij de uitvoering van de werkzaamheden wordt het navolgende bepaald: er is in 2009 op instellingsniveau een cliëntenraad ingesteld die jaarlijks een onderzoek doet naar de cliënttevredenheid en die vergelijkbare bevoegdheden heeft als de ondernemingsraad.
Registratieresultaten
Terugkoppeling in het daarvoor gehanteerd systeem van het ROC/MN.
Rapportageafspraken
Terugkoppeling in het daarvoor gehanteerd systeem van het ROC/MN.
Is de betaling afgerond
Project loopt tot 1 juli 2012.
Is de uitvoering volgens planning gegaan
Ja
Afrekenafspraken
Conform subsidiecriteria ROC/MN. Na afloop van de overeengekomen dienstverlening.
Bijzonderheden
Het project is een vervolg op een project met dezelfde inhoud en omvang dat per november 2011 is afgerond.
Cliënttevredenheid
De cliënt geeft aan tevreden te zijn met de inzet van SMW-ers van Stichting Stade. De positieve evaluatie heeft opgeleverd dat het project tot eind 2012 wordt verlengd.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 278 van 307
voor hulp op maat
Verslag van actuele ontwikkelingen
De Onderwijshulpverlening van Stichting Stade, waarvan SMW een onderdeel vormt, is gericht op het voorkomen van vroegtijdige schooluitval en daarmee gepaard gaande marginalisering van risicoleerlingen die het VO en MBO bezoeken. In deze vorm van kortdurende hulpverlening wordt uitgegaan van de problemen die zich op school voordoen. Het kan gaan om gedragsproblemen, psychosociale problemen of problemen met de schooltaken. Problemen die vaak een sterke samenhang vertonen. Door het aanpakken van problemen in het functioneren op school ontstaat doorgaans snel een basis waarop aan de achterliggende problematiek bij de jongere kan worden gewerkt. Door het SMW wordt in een vroegtijdig stadium een lichte, maar effectieve vorm van hulp aangeboden in de bekende en veilige schoolomgeving. Deze hulpverlening, die gericht is op het bevorderen van de eigen competenties van leerlingen en eventueel ouders/verzorgers, vergroot de “draagkracht” en het welbevinden van de jongere op school. Dit vergroot de kans om de schoolopleiding zo goed mogelijk te volgen en deze met een positief resultaat af te ronden. Het SMW is uitgevoerd op verzoek van en in samenspraak met de zorg en ondersteuningsmogelijkheden van het ROC/MN zelf. SMW van Stichting Stade is aangehaakt aan de bestaande zorg van de school en maakt deel uit van “het studie en loopbaancentrum” van ROC/MN. Werkzaamheden worden uitgevoerd onder coördinatie van een projectleider van het ROC/MN die leiding geeft aan een team SMW-ers dat werkzaam is op het ROC/MN. Dit ROC-team bestaat uit een zestal SMW-ers, die vanuit verschillende organisaties (waaronder Stichting Stade) zijn gestationeerd bij het ROC/MN. De werkzaamheden van het SMW zijn ingepast in de zorgstructuur van de school. De uitvoering vindt plaats in overleg en afstemming met het “buitenschools” zorgaanbod in de stad Utrecht en het overige bedieningsgebied van ROC/MN. Belangrijke afstemmingskaders zijn de zorgoverleggen binnen de school (de ZAT‟s), de (coördinatoren) zorg in de woonwijken van de studenten en de Utrechtse Jeugdadviesteams. Afstemming met Bureau Jeugdzorg, het Algemeen Maatschappelijk werk en tweedelijns hulpverleningsvoorzieningen als Altrecht en Centrum Maliebaan is gericht op een snelle en “warme” doorverwijzing en overdracht van cliënten en wordt nadrukkelijk nagestreefd. Deze doorverwijzing vindt slechts plaats na overleg met en akkoord van de ROC/MN projectleider. Het SMW wordt uitgevoerd door twee schoolmaatschappelijk werkers van Stichting Stade vanuit de overeengekomen schoollocaties, op de overeengekomen dagdelen. Het project wordt uitgevoerd als vervolg op de geboden dienstverlening in de periode 1 juni 2011 tot 1 november 2011.
Knelpunten
De voor dit project gehanteerde organisatievorm, waarin de verantwoordelijkheid van het SMW op het gebied van planning, inhoud en werkwijze, op nadrukkelijk verzoek van het ROC/MN
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 279 van 307
voor hulp op maat
bij het ROC/MN zelf ligt, verschilt van de gangbare samenwerkingsvorm met andere scholen. Hoewel het SMW van Stichting Stade deel uitmaakt van de zorgen de organisatiestructuur van het ROC/MN, behoudt zij haar eigen verantwoordelijkheid over de kwaliteit van de geboden dienstverlening en de daarbij passende werkwijze en protocollen. De door Stichting Stade gehanteerde uitgangspunten en kwaliteitseisen blijven ook in deze speciale vorm van samenwerking gelden. Naar aanleiding van de evaluaties in 2012 zijn er met betrekking tot de planning en flexibele inzet en daaraan gekoppelde werkwijze van de beide medewerkers nieuwe afspraken gemaakt. Ook over de communicatie tussen de projectleider van het ROC/MN en de teamleider SMW van Stichting Stade m.b.t. het inhoudelijk opdrachtgeverschap en de aansturing van de Stade medewerkers, zijn nieuwe afspraken gemaakt. Aan het einde van elke projectperiode wordt geëvalueerd of de uitgangspunten van Stichting Stade m.b.t. de werkwijze van het SMW nog kunnen voldoen aan de wensen en voorwaarden die het ROC/MN stelt aan de samenwerking. Om het bereik en de resultaten van de inspanningen van Stichting Stade SMW te kunnen bepalen en te kunnen evalueren is het wenselijk een aantal cliëntgegevens te registreren. In overleg met ROC/MN en rekening houdend met de privacy reglementen van zowel ROC/MN als Stichting Stade is op dringend verzoek van ROC/MN gekozen deze gegevens in het schooldossiers op te nemen en niet in het systeem van Stichting Stade. Aan het einde van de projectperiode wordt geëvalueerd of de uitgangspunten van Stichting Stade voldoende gewaarborgd kunnen blijven bij deze wijze van registreren.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 280 van 307
voor hulp op maat
Financiële informatie Schoolmaatschappelijk werk ROC Midden Nederland 2011-2012 2011 Projectnaam: Projectnummer:
Schoolmaatschappelijk werk ROC Midden Nederland 2011-2012 10996
Verleende subsidie 2011-2012 SMW Uitvoeringsuren
1538 € 65,19
€ 100.262,22
Totaal 2011-2012 € 100.262,22 Realisatie 2012 SMW Uitvoeringsuren 2011 SMW Uitvoeringsuren 2012
372 € 65,19 1183 € 65,19
€ €
24.250,68 77.119,77
Totaal realisatie 2011-2012 € 101.370,45 Te verrekenen
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
€
-
Pagina 281 van 307
voor hulp op maat
Project Verslag Back UP Utrecht 2012 Naam
Back UP
Koppeling met productomschrijving financier
MO preventie
Budget
€ 956.921,-
Doelstelling
Neemt initiatief tot het opstellen van het integrale trajectplan en coördineert de uitvoering van de ketenaanpak. Uitgangsprincipe bij het hulpverleningstraject is „empowerment‟ van de cliënt. Voorkomen van verdergaande marginalisering en dakloosheid en het stoppen van eventueel woonoverlast.
Wijze van bekostiging
Subsidie gemeente Utrecht MO maatschappelijk herstel.
Productspecificatie (waarin opgenomen de prestatieeenheden)
Opsporing:
1.449,76 uur
Variabel aantal cliënten.
Toeleiding:
1.449,76 uur
100 cliënten.
Stabiliserende begeleiding:
2.899,52 uur
80 cliënten.
Begeleiding zelfstandigheid:
2.174,64 uur
30 cliënten.
Begeleiding nazorg:
1.449,76 uur
60 cliënten.
Instellingswoning:
2.899,52 uur
15 plaatsen.
Openstelling/ inloopspreekuur:
1.664 uur
416 uren.
Productafspraken
Uren
Subsidiecriteria
De Stichting Stade hanteert een privacy- en klachtenreglement. De dienstverlening is direct toegankelijk. Vanaf oktober 2004 bezit de Stichting Stade het kwaliteitscertificaat ISO 9001 voor kennisintensieve vormen van dienstverlening. Dit kwaliteitssysteem wordt jaarlijks extern getoetst. De bewoners worden begeleid door een daartoe
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 282 van 307
voor hulp op maat
gekwalificeerde kracht. Er wordt een vast bedrag aan eigen bijdrage en/of huur betaald door de cliënt. De activiteiten zijn gericht op door- en uitstroom. Er wordt een meting verricht naar de waardering van het product door de cliënt.
Registratieresultaten
In 2012 stonden 605 cliënten geregistreerd. Er zijn 212 cliënten ingeschreven en 270 uitgeschreven. Culturele achtergrond Nederland Marokko Overige Eindtotaal
Totaal 239 160 206 605
Geslacht Man Vrouw Eindtotaal
Totaal 365 240 605
Verdeling naar problematiek Prostitutie Seksueel misbruik Persoonlijkheidsstoornis Verstandelijk Verslaving Sociale vaardigheden Psychiatrie Sociale omgeving Politie/justitie Gezondheid Schulden Arbeid/scholing Huisvesting
Totaal 7 13 21 19 37 51 66 87 86 108 299 224 479
Leeftijd < 18 jaar 18-25 jaar 26-35 jaar Onbekend Eindtotaal
Totaal 3 542 59 1 605
Rapportage-afspraken
De eindverantwoording wordt voor 1 juni 2013 ingediend.
Is de betaling afgerond
Ja
Is de uitvoering volgens planning gegaan
Ja, de uitvoering is gegaan conform gemaakte afspraken.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 283 van 307
voor hulp op maat
Afrekenafspraken
Na afloop van het subsidiejaar zal worden vastgesteld of de uren zijn gerealiseerd. Het aantal niet gerealiseerde uren x het overeengekomen tarief worden terugbetaald. Als Stichting Stade er in slaagt de afgesproken productie te realiseren met minder kosten, dan zal het overschot worden toegevoegd aan het vermogen. Het aantal afgesproken uren is behaald.
Bijzonderheden
In 2012 is de gemeente Utrecht met Back UP in gesprek gegaan over de doelgroep van Back UP. Het volgende is aan bod gekomen: De oorspronkelijke doelgroep van Back UP. Hoe heeft de doelgroep zich in de loop van de tijd ontwikkeld. Wat zijn de gevolgen van het onderbrengen van de doelgroep onder MO (zwerfjongeren). Wie valt daar strikt genomen wel en niet onder. Wat heeft dat eventueel voor consequenties. Werkdruk. In 2013 wordt het gesprek gecontinueerd.
Cliënttevredenheid
Van 29 mei t/m 6 juli 2012 heeft het interne cliënttevredenheidsonderzoek plaatsgevonden. Er zijn 147 formulieren verstuurd naar de cliënten van Back UP. 3 formulieren zijn onjuist ingevuld waardoor ze niet zijn meegeteld. Er bleven 79 bruikbare formulieren over uit de 147 uitgezette formulieren. De respons komt uit op 54%. 2 cliënten zijn in contact gekomen met het project via een folder, 7 cliënten vonden ons via internet, 31 werden verwezen en 39 cliënten kwam bij ons op andere wijze. De onderstaande vragen werden beantwoord met een rapportcijfer. De bereikbaarheid van het project: 8,0. De snelheid waarmee men geholpen werd: 8,0. Houding en gedrag van de medewerker: 8,4. De baat die de cliënt gehad heeft bij de hulp of activiteit: 8,2.
Verslag van actuele ontwikkelingen
Het aantal cliënten dat een beroep doet op Back UP is door de invoering van trajectmanagement toegenomen, in 2012 zijn de aanmeldingen vanuit de GG&GD afgenomen (meld en actie), maar het totaal aantal cliënten is niet afgenomen. Het trajectmanagement moet inhoudelijk beter geïntegreerd worden in de keten zwerfjongeren. Back UP werkt samen met de gemeente Utrecht bij het verder verfijnen van trajectmanagement. De economische crisis heeft een negatieve uitstraling op het werk van Back UP. De mogelijkheden voor jongeren om aan het werk te komen en/of te blijven zijn veel kleiner geworden. Back UP heeft (van de gemeente) in samenwerking met Stadsgeldbeheer 15 voorrangsplekken per jaar voor schuldhulpverlening en/of budgetbeheer bij Stadsgeldbeheer gekregen.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 284 van 307
voor hulp op maat
Knelpunten
De administratieve druk is toegenomen omdat er in meerdere systemen geregistreerd moet worden. Hoe kunnen deze registratiesystemen in elkaar worden gepast? Veel cliënten mogen zich niet inschrijven op het adres waar zij wonen. Dit betekent dat een grote groep formeel dakloos is. In dat geval werken veel regelingen niet. Een aanmelding binnen vier weken bij de BCT met een compleet ADF is met regelmaat niet haalbaar. Het is een prima streven, maar voor Back UP dikwijls niet haalbaar. Dit heeft verschillende redenen. Er is een te hoge werkdruk bij de medewerkers.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 285 van 307
voor hulp op maat
Financiële informatie Back UP 2012 Projectnaam: Projectnummer: Verleningsbeschikking:
Back UP 11004 2012-456-687
Verleende subsidie 2012 Contactlegging/ HV kort, begeleiding individu, hulpverlening lang, woontraining inclusief huisvesting Uren werkgroep huiselijk geweld Verschil
13953 € 68,41 34 € 68,41
€ 954.524,73 € 2.325,94 € 70,33
Totaal verleende subsidie 2012 € 956.921,00 Realisatie 2012 Contactlegging/ HV kort, begeleiding individu, hulpverlening lang, woontraining inclusief huisvesting Uren werkgroep huiselijk geweld Projectkosten
14847,5 € 68,41 34 € 68,41
€ 1.015.717,48 € €
2.325,94 28.513,21
Totaal realisatie 2012 € 1.046.556,63 Te verrekenen
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
€
-
Pagina 286 van 307
voor hulp op maat
Project Verslag Pretty Woman Utrecht 2012 Naam
Pretty Woman wil misbruikrelaties en jeugdprostitutie onder meiden tot 18 jaar en gedwongen prostitutie van jongvolwassen meiden van 18 tot en met 23 jaar voorkomen, dan wel hulp bieden bij het stoppen/doorbreken ervan.
Koppeling met productomschrijving financier
Product 17 hulpverlening lang: op methodische wijze ondersteunen van personen. Product 6: informatie actief groep. Diverse projecten gericht op preventie.
Budget
€ 184.000,-
Doelstelling
Voorkomen van misbruik relatie/ jeugdprostitutie onder meiden tot 18 jaar en voorkomen van gedwongen prostitutie van jongvolwassen meiden van 18 tot en met 23 jaar, dan wel hulp te bieden bij het stoppen/ doorbreken ervan. Beide doelen worden bereikt door: Individuele- en groepshulpverlening aanbieden aan jongmeerderjarige meiden die gedwongen in de prostitutie werken. Individuele- en groepshulpverlening bieden aan minderjarige meiden met risicovolle contacten waardoor zij een verhoogd risico lopen om gedwongen in de prostitutie of een misbruikrelatie terecht te komen (risicomeiden). Het bieden van preventieve voorlichting aan (risico)meiden en aan professionals die via hun werk te maken krijgen met risicomeiden.
Wijze van bekostiging
Jeugd en veiligheid.
Productspecificatie (waarin opgenomen de prestatieeenheden)
Product 17 hulpverlening lang De instroom van meiden die voor hulpverlening in aanmerking komen komt tot stand d.m.v. mond-tot-mond informatie die de meiden en ouders onderling uitwisselen én verwijzing door professionals die in aanraking komen met de doelgroep. De visie en de methodische interventie van waaruit Pretty Woman werkt vinden hun oorsprong in de methodieken van de vrouwenhulpverlening, contextuele hulpverlening en op de relatieverslavings-theorie van Robin Norwood. Dat betekent dat de eigen verantwoordelijkheid van de cliënt een grote rol speelt in de hulpverlening. Pretty Woman ondersteunt meisjes en jonge vrouwen om de doelen die zij zichzelf stellen te behalen. Dat doet de hulpverlener door de
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 287 van 307
voor hulp op maat
cliënt te helpen inzicht te krijgen in haar eigen aandeel in de misbruikrelatie en haar te helpen haar gevoel voor eigenwaarde te versterken. In de hulpverlening komen haar gevoeligheid voor „verkeerde vriendjes‟ en de mogelijke oorzaken daarvan expliciet aan de orde. Om het achterliggende patroon, waarvan vaak sprake is binnen misbruikrelaties te voorkomen, dan wel te doorbreken is het tevens van belang dat de cliënt een ander toekomstperspectief krijgt waarin haar eigen sociale netwerk verweven is en waarin het regelen van praktische zaken zoals een zelfstandig inkomen en een adequate dagbesteding een plek heeft. De werkwijze is vormgegeven op een outreachende en laagdrempelige manier. Dat betekent dat de hulpverlener actief probeert contact te leggen en te onderhouden met de cliënt. Laagdrempelig betekent dat de hulpverlener dichtbij de cliënt staat. De hulpverlener is betrokken en stelt zich gelijkwaardig aan de cliënt op. De hulpverlener heeft contacten met ouders en alle andere hulpverleners die bij de cliënt betrokken zijn en met het ondersteunend sociaal netwerk van de cliënt. Product 6 informatie actief groep Op scholen voor voortgezet onderwijs en binnen het jongerenwerk waar zich risicomeiden ophouden wordt groepsgewijs preventieve informatie gegeven over loverboys, relatieverslaving, het stellen van grenzen en rolpatronen binnen relaties. Getracht wordt om een minimale vorm van informatie te verstrekken waar een preventieve werking van uit kan gaan. Tevens wordt het bestaan van hulpverlening (PW) onder de aandacht gebracht en de drempel om zich bij Pretty Woman te melden verlaagd. Productafspraken
Pretty Woman wordt gefinancierd door de gemeente Utrecht en de provincie Utrecht waarbij beiden voor ongeveer 50% deelnemen. Product 17 hulpverlening lang Prestatie-eenheid is in uren. Met de subsidie van de gemeente Utrecht worden per jaar 30 cliëntsystemen geholpen. Daarnaast is er extra subsidie toegezegd voor 20 cliëntsystemen om de wachtlijst tegen te gaan. In totaal 50 cliëntsystemen. Product 6 informatie actief groep Prestatie-eenheid is één uur informatie. Met de subsidie van de gemeente Utrecht wordt informatie gegeven middels voorlichting, deskundigheidsbevordering, consulten en groepshulpverlening aan meiden van 12 topt 23 jaar en aan lotgenoten en ouders/ moeders.
Subsidiecriteria
Pretty Woman maakt gebruik van een privacy- en klachtreglement. De methodiek is beschreven en uitgewerkt. In april 2006 is de publicatie Pretty Woman verschenen. De dienstverlening is direct toegankelijk. Vanaf oktober 2004 bezit de Stichting Stade het kwaliteitscertificaat ISO 9001 voor kennisintensieve vormen van dienstverlening. Dit kwaliteitssysteem wordt jaarlijks extern getoetst. Samenwerkingsafspraken met de provinciale jeugdzorg hebben duidelijke vorm gekregen. In 2006 heeft de stuurgroep een
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 288 van 307
voor hulp op maat
samenwerkingsovereenkomst tussen Stichting Stade, Bureau Jeugdzorg Utrecht en Stichting de Rading getekend, die op 1 januari 2007 van kracht is geworden. Registratieresultaten
Pretty Woman houdt een cliëntregistratiesysteem bij.
Rapportageafspraken
Jaarlijks volgens het format Jeugd en Veiligheid.
Is de betaling afgerond
Nee
Is de uitvoering volgens planning gegaan
Ja
Afrekenafspraken
Na afloop van het subsidiejaar wordt vastgesteld of de uren zijn gerealiseerd. Het aantal niet gerealiseerde uren x het overeengekomen tarief wordt terugbetaald. Als Stichting Stade er in slaagt de afgesproken productie te realiseren met minder kosten, zal het overschot worden toegevoegd aan het vermogen.
Bijzonderheden
N.v.t.
Cliënttevredenheid
Pretty Woman meet met behulp van een exitinterview de cliënttevredenheid. De geïnterviewde cliënten zijn over het algemeen genomen zeer tevreden met de geboden hulp van Pretty Woman. Mogelijk is de meest kritische groep de groep cliënten die afhaken en van hen zijn weinig exitinterviews afgenomen. Cliënten zijn tevreden tot zeer tevreden over de bejegening, de toegankelijkheid, de deskundigheid en de inrichting van het pand. Intern cliënttevredenheidsonderzoek Van 29 mei t/m 6 juli 2012 heeft het interne cliënttevredenheidsonderzoek plaatsgevonden. Er zijn 26 formulieren verstuurd naar de cliënten van Pretty Woman. Er zijn 9 bruikbare formulieren retour gekomen. De respons komt uit om 35%. Geen van de cliënten is in contact gekomen met het project via een folder of internet, 6 cliënten werden verwezen en 3 cliënten kwam bij ons op andere wijze. De
onderstaande vragen werden beantwoord met een rapportcijfer. De bereikbaarheid van het project: 9,2. De snelheid waarmee men geholpen werd: 9,2. Houding en gedrag van de medewerker: 9,7. De baat die de cliënt gehad heeft bij de hulp of activiteit: 9,4.
Extern cliënttevredenheidsonderzoek Zeer positief net als het interne cliënttevredenheidsonderzoek. Er is Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 289 van 307
voor hulp op maat
met ongeveer tien meiden een diepte-interview gehouden. De uitkomsten ondersteunen het intern cliënttevredenheids-onderzoek. Aanvullend kwamen er een aantal aandachtspunten uit: de outreachendheid en laagdrempeligheid van Pretty Woman en het gebruik van nieuwere media in de communicatie. Pretty Woman in cijfers
Deze subsidieafrekening gaat over de gehele regio Utrecht, met extra aandacht voor de stad Utrecht. Jaar Aantal aanmeldingen:
2010 117 30 in Amersfoort
2011 Totaal 147 Utrecht 114 Amersfoort 33
2012 Totaal 168 Utrecht stad 48 Regio 120
Aantal afgesloten Trajecten:
134 Amersfoort 17
Totaal 139 Utrecht 114 Amersfoort 25
Totaal 149 Utrecht Stad 47 Regio 102
Aantal gestarte trajecten op indicatie:
32 Amersfoort 13
Totaal 38 Amersfoort 6
Totaal opgestarte indicaties 33 Totaal afgesloten indicaties 35
Verslag van actuele ontwikkelingen
Vrijtoegankelijk:
61 Amersfoort 17
Totaal 71 Utrecht 53 Amersfoort 18
Totaal 135 Utrecht Stad 48 Utrecht Regio 87
Aantal uren groepshulpverlening:
267 Utrecht
375 Utrecht
Utrecht Stad 211
(+ 36 uur Amersfoort)
(+ 90 Amersfoort)
Amersfoort 80 Utrecht Regio 50
Aantal uren voorlichting/ deskundigheidsbevordering:
147 Utrecht
142 Utrecht
Utrecht Stad 76
(+ 57 uur Amersfoort)
(+35 uur Amersfoort)
Amersfoort 31,5 Utrecht regio 23,5
In 2012 was het eerste jaar dat de bezuiniging van de gemeente Utrecht geëffectueerd werd. Concreet betekende dit dat voor hulp aan cliënten uit regiogemeenten Pretty Woman aan moest kloppen bij de gemeenten zelf. En met succes. Een groot aantal gemeenten heeft inmiddels samenwerkingsafspraken met Pretty Woman willen maken om deze vorm van gespecialiseerde hulpverlening aan cliënten ook bij hun aan te bieden als daar een vraag voor was. Het aanbod van Pretty Woman dat bestaat uit voorlichting, deskundigheidsbevordering, individuele en groepshulpverlening is door scholing aangevuld met het aanbod Girl‟s Talk groepscounsellingprogramma, Rots en Water weerbaarheidstraining en het versterken van het lichaamswerk in de individuele en groepshulpverlening. In aanvulling op de ouderavonden (voorlichtend) is de oudergroep en moedergroep aan het vaste aanbod toegevoegd. De cliënten van Pretty Woman geven vooraf toestemming voor het actief betrekken van hun
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 290 van 307
voor hulp op maat
ouders. Zowel de ouders, moeders als de meiden evalueren dit aanbod positief. De meiden noemden dat hun ouders meer begrip hadden voor de aantrekkingskracht die hun foute vriendje had op hen en dat het praten thuis beter ging. De situatie thuis verbeterde nog meer bij deze meiden. Net voor de jaarwisseling is de subsidieaanvraag om voor de derde en laatste keer de fotoroman “Loverboy” te herdrukken door het KFHeinfonds gehonoreerd. De fotoroman is nog steeds een groot succes. Iets waar we erg trots op zijn. Nog eens 1.000 exemplaren zijn er bijgemaakt die voor een groot deel door Pretty Woman zelf gebruikt mogen worden in de voorlichting en het werken met de doelgroep. In de media blijft ook in 2012 loverboys een aanwezig fenomeen. Pretty Woman gaat niet mee in de hype, maar heeft het hele spectrum, van een gezonde relatie tot een extreem ongezonde/uitbuitings/misbruikrelatie, in beeld. In onze visie gaat het om grenzen en wensen, voor zowel meiden als jongens! In 2012 is Pretty Woman gaan twitteren, zijn we nog meer gaan doen met nieuwe media en e-hulp in de hulpverlening, whatsappen, sms-en, appen en ook gewoon mailen worden verder ingebed in onze hulpverlening. Pretty Woman heeft al sinds jaren een wachtlijst. Op dit moment is deze wachtlijst twee maanden. Deze wachtlijst wordt streng gemoniteerd en daar waar nodig zijn afspraken wanneer er van urgentie sprake is. Pretty Woman nam ook in 2012 deel aan verschillende vormen van overleg voor casuïstiek en beleid met betrekking tot jeugdprostitutie en loverboys/ mensenhandel. Dit zijn onder andere het Stedelijk Prostitutie Overleg (SPO), het Netwerk Slachtoffers Mensenhandel Utrecht en het Landelijk platform Jeugdprostitutie. Pretty Woman werkte intensief samen met andere projecten van Stichting Stade zoals Fiom, Back UP en het School Maatschappelijk Werk, maar ook met het Meidenhuis, Fides, MDFT en Class van samenwerkingspartner de Rading in de vorm van een regulier meidenhulp-overleg. Daarnaast werkt Pretty Woman ook veelvuldig samen met het UMC - cabrioteam, de OPL/ Lijn 5, de Lindenhorst en Mee. In 2012 heeft de analyse van de instroom en de uitstroom de volgende cijfers opgeleverd. De instroom In 2012 kwamen van de 168 aanmeldingen 48 uit de stad Utrecht en 87 uit de regio Utrecht. Er waren 33 aanmeldingen uit de regio rondom Amersfoort. Van de 168 aanmeldingen waren er 97 meiden met een Nederlandse achtergrond, 19 met een Marokkaanse achtergrond, 9 meiden met een Surinaamse achtergrond, 6 met een Turkse achtergrond en van de overige 37 meiden was de achtergrond divers. Van de 168 aanmeldingen waren er 106 minderjarig en 58 meerderjarig. Van de 168 aanmeldingen woonden 99 meiden thuis bij hun ouder(s), 11 meiden woonden bij vrienden of familie. 40 meiden verbleven in een gesloten jeugdzorgsetting, residentiele woonplek als een crisisopvang, leefgroep, Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 291 van 307
voor hulp op maat
kamertrainingscentrum of bij pleegouders. Een klein deel, 10 meiden woonden zelfstandig. Van 8 meiden was de woonsituatie onbekend. In 2012 waren er bij Pretty Woman 22 meiden (aangemeld, in begeleiding of doorverwezen) die te maken hebben gehad met seksuele uitbuiting/ jeugdprostitutie of met andere vormen van uitbuiting zoals drugssmokkel en fraude. Van deze 22 meiden, ongeacht de leeftijd bij aanmelding, hebben 17 meiden ten tijde dat ze minderjarig waren te maken gehad met (gedwongen) jeugdprostitutie en uitbuiting. In 2012 zijn 149 cliënttrajecten afgesloten. Waren er vijf meiden die na aanmelding alsnog afgewezen werden. De reden voor de afwijzing: Pretty Woman kon geen hulpaanbod bieden omdat er sprake was van ernstige contraindicaties of er werd doorverwezen naar passender hulpverlening waarbij er geen warme doorverwijzing nodig was of die geen doelgroep door woonplaats, leeftijd of problematiek waren. Van de afgesloten trajecten waren 52 trajecten waar Pretty Woman wel een hulpaanbod deed, maar deze 52 trajecten waren kortdurend en gericht op begeleid doorverwijzen of kwamen niet op gang ondanks de intensieve, outreachende en laagdrempelige manier van werken en contact maken. Hiervan werden zeven meiden begeleid en warm doorverwezen naar passender hulpverlening. Bij 13 meiden is de reden van het niet op gang komen van de hulpverlening anders of onduidelijk. 14 meiden bleken niet (meer) gemotiveerd voor vrijwillige hulpverlening. Hiervan was 1 meisje verdwenen. Na het hulpaanbod van Pretty Woman kwam er in 78 trajecten een hulpverlening op gang die positief werd afgesloten (52), deels positief (18) of waarin de doelen uiteindelijk onvoldoende behaald werden (8). Pretty Woman is betrokken bij de Pilot om de registratie van slachtoffers mensenhandel/ loverboys in de provincie Utrecht. De betrokken organisaties in de 2e lijn die getraind worden op de registratie en de herkenning door Movisie zullen na de Pilot Pretty Woman als contactpersoon krijgen voor vragen, consulten en casusoverleg met betrekking tot dit onderwerp. Sommige meiden zijn hulpmijdend, niet gemotiveerd, of lukt het Pretty Woman om andere reden niet om binnen een aantal maanden een hulpverleningstraject op gang te krijgen. Pretty Woman informeert in deze casussen altijd de aanmelder en denkt mee over doorverwijzing, veiligheid en eventuele andere zaken. Voor de moeilijk bereikbare groep worden juist de makkelijker en goedkope communicatiemiddelen ingezet als WhatsApp of mail. Indien er sprake is van een bedreiging van de veiligheid van meiden zal er voor Pretty Woman passende maatregelen en handelingen worden uitgezet. Knelpunten
In de voorlichting werkt Pretty Woman met beter materiaal. De training en het materiaal van Girl‟s Talk is vergelijkend op waar Pretty Woman zelf mee werkt en is opgenomen in de methodiek.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 292 van 307
voor hulp op maat
Door de komst van de Rading in het samenwerkingsverband Pretty Woman en daarmee de versmelting van de eerstelijns en tweedelijns kwaliteiten in het werk is er behoefte aan een nieuwe omschrijving van de methodiek, daar die uit 2006 niet meer helemaal passend is. Daarnaast moet Pretty Woman meer gaan doen om de hulp overdraagbaar te maken. Hiervoor zal in 2013 alle draaiboeken opnieuw bekeken en herschreven worden en gaat Pretty Woman opzoek naar middelen en mogelijkheden om de methodiek te herschrijven.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 293 van 307
voor hulp op maat
Financiële informatie Pretty Woman 2012 Projectnaam: Projectnummer: Verleningsbeschikking:
Verleende subsidie 2012 Uren Uren werkgroep huiselijk geweld Verschil
Pretty Woman Utrecht 2012 11005 2012-456-786
2525 € 71,89 34 € 71,89
€ 181.522,25 € 2.444,26 € 33,49
Totaal verleende subsidie 2012 € 184.000,00 Realisatie 2012 Uren Uren werkgroep huiselijk geweld Projectkosten
2546,5 € 71,89 34 € 71,89
€ 183.067,89 € 2.444,26 € 1.401,80
Totaal realisatie 2012 € 186.913,95 Te verrekenen
Projectnaam: Projectnummer: Verleningsbeschikking:
Verleende subsidie 2012 Trajecten
€
-
Pretty Woman Zeist 2012 11037 12uit00620
6 € 3.235,05
€ 19.410,30
Totaal verleende subsidie 2012 € 19.410,30 Realisatie 2012 Trajecten
6 € 3.235,05
€ 19.410,30
Totaal realisatie 2012 € 19.410,30 Er zijn in totaal 10 trajecten in 2012 gerealiseerd, waarvan 6 declarabel. Te verrekenen
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
€
-
Pagina 294 van 307
voor hulp op maat
Projectnaam: Projectnummer:
Verleende subsidie 2012 Trajecten
Pretty Woman De Bilt 2012 11047
2 € 3.235,05
€ 6.470,10
Totaal subsidie 2012 € 6.470,10 Realisatie 2012 Trajecten
2 € 3.235,05
€ 6.470,10
Totaal subsidie 2012 € 6.470,10 Reeds gefactureerd Te verrekenen
Projectnaam: Projectnummer:
Verleende subsidie 2012 Trajecten
€ 6.470,10 -
Pretty Woman Vianen 2012 11048
1 € 3.235,05
€ 3.235,05
Totaal subsidie 2012 € 3.235,05 Realisatie 2012 Trajecten
1 € 3.235,05
€ 3.235,05
Totaal realisatie 2012 € 3.235,05 Reeds gefactureerd Te verrekenen
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
€ 3.235,05 € -
Pagina 295 van 307
voor hulp op maat
Projectnaam: Projectnummer: Verleningsbeschikking:
Verleende subsidie 2012 Trajecten Voorlichtingsuren
Pretty Woman Houten 2012 11049 11i05410/2
3 € 3.235,05 45 € 71,89
€ 9.705,15 € 3.235,05
Totaal verleende subsidie 2012 € 12.940,20 Realisatie 2012 Trajecten Voorlichtingsuren
3 € 3.235,05 45 € 71,89
€ 9.705,15 € 3.235,05
Totaal realisatie 2012 € 12.940,20 Er zijn in totaal 8 trajecten in 2012 gerealiseerd, waarvan 3 declarabel. Er zijn in totaal 52 voorlichtingsuren gegeven, waarvan 45 declarabel. Te verrekenen
Projectnaam: Projectnummer:
Verleende subsidie 2012 Trajecten Uren
€
-
Pretty Woman Nieuwegein 2012 11050
3 € 3.235,05 68 € 71,89
€ 9.705,15 € 4.888,52
Totaal subsidie 2012 € 14.593,67 Realisatie 2012 Trajecten Uren
3 € 3.235,05 68 € 71,89
€ 9.705,15 € 4.888,52
Totaal realisatie 2012 € 14.593,67 Reeds gefactureerd Te verrekenen
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
€ 14.593,67 € -
Pagina 296 van 307
voor hulp op maat
Projectnaam: Projectnummer:
Verleende subsidie 2012 Trajecten
Pretty Woman Woerden 2012 11063
2 € 3.235,05
€ 6.470,10
Totaal subsidie 2012 € 6.470,10 Realisatie 2012 Trajecten
2 € 3.235,05
€ 6.470,10
Totaal realisatie 2012 € 6.470,10 Reeds gefactureerd Te verrekenen
Projectnaam: Projectnummer:
Verleende subsidie 2012 Trajecten
€ 6.470,10 -
Pretty Woman Utrechtse Heuvelrug 2012 11065
1 € 3.235,05
€ 3.235,05
Totaal subsidie 2012 € 3.235,05 Realisatie 2012 Trajecten
1 € 3.235,05
€ 3.235,05
Totaal realisatie 2012 € 3.235,05 Reeds gefactureerd Te verrekenen
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
€ 3.235,05 € -
Pagina 297 van 307
voor hulp op maat
Projectnaam: Projectnummer:
Verleende subsidie 2012 Trajecten
Pretty Woman Stichtse Vecht 2012 11070
2 € 3.235,05
€ 6.470,10
Totaal subsidie 2012 € 6.470,10 Realisatie 2012 Trajecten
2 € 3.235,05
€ 6.470,10
Totaal realisatie 2012 € 6.470,10 Reeds gefactureerd Te verrekenen
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
€ 6.470,10 € -
Pagina 298 van 307
voor hulp op maat
Project Verslag Pretty Woman Amersfoort 2012 Naam
Pretty Woman
Koppeling met productomschrijving financier
Product 17 hulpverlening lang: op methodische wijze ondersteunen van personen. Product 6: informatie actief groep. Diverse projecten gericht op preventie.
Budget
€ 80.400,-
Doelstelling
Voorkomen van misbruik relatie/ jeugdprostitutie onder meiden tot 18 jaar en voorkomen van gedwongen prostitutie van jongvolwassen meiden van 18 tot en met 23 jaar, dan wel hulp te bieden bij het stoppen/ doorbreken ervan. Beide doelen worden bereikt door: Individuele- en groepshulpverlening aanbieden aan jongmeerderjarige meiden die gedwongen in de prostitutie werken. Individuele- en groepshulpverlening bieden aan minderjarige meiden met risicovolle contacten waardoor zij een verhoogd risico lopen om gedwongen in de prostitutie of een misbruikrelatie terecht te komen (risicomeiden). Het bieden van preventieve voorlichting aan (risico)meiden en aan professionals die via hun werk te maken krijgen met risicomeiden.
Wijze van bekostiging
Jeugd en veiligheid
Productspecificatie (waarin opgenomen de prestatieeenheden)
Prestatie-eenheid is in uren.
Productafspraken
1.118 uur. Bereiken van minimaal 300 meiden met voorlichtingsactiviteiten. Bieden van consultatie aan het lokale veld. Minimaal 15 meiden krijgen vrij toegankelijke hulp en daaropvolgend minimaal 6 geïndiceerde trajecten via Pretty Woman. Amersfoortse jongeren worden gemeld via de verwijsindex @RISK.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 299 van 307
voor hulp op maat
Subsidiecriteria
Pretty Woman maakt gebruik van een privacy- en klachtreglement. De methodiek is beschreven en uitgewerkt. In april 2006 is de publicatie Pretty Woman verschenen. De dienstverlening is direct toegankelijk. Vanaf oktober 2004 bezit de Stichting Stade het kwaliteitscertificaat ISO 9001 voor kennisintensieve vormen van dienstverlening. Dit kwaliteitssysteem wordt jaarlijks extern getoetst. Samenwerkingsafspraken met de provinciale jeugdzorg hebben duidelijke vorm gekregen. In 2006 heeft de stuurgroep een samenwerkingsovereenkomst tussen Stichting Stade, Bureau Jeugdzorg Utrecht en Stichting de Rading getekend, die op 1 januari 2007 van kracht is geworden.
Registratieresultaten
Pretty Woman houdt een cliëntregistratiesysteem bij.
Rapportageafspraken
De eindverantwoording dient voor 1 juli 2013 binnen te zijn.
Is de betaling afgerond
Ja
Is de uitvoering volgens planning gegaan
Ja
Afrekenafspraken
Na afloop van het subsidiejaar wordt vastgesteld of de uren zijn gerealiseerd. Het aantal niet gerealiseerde uren x het overeengekomen tarief wordt terugbetaald. Als Stichting Stade er in slaagt de afgesproken productie te realiseren met minder kosten, zal het overschot worden toegevoegd aan het vermogen.
Bijzonderheden
Geen
Cliënttevredenheid
Van 29 mei t/m 6 juli 2012 heeft het interne cliënttevredenheidsonderzoek plaatsgevonden. Er zijn 26 formulieren verstuurd naar de cliënten van Pretty Woman. Er zijn 9 bruikbare formulieren retour gekomen. De respons komt uit om 35%. Geen van de cliënten is in contact gekomen met het project via een folder of internet, 6 cliënten werden verwezen en 3 cliënten kwam bij ons op andere wijze. De onderstaande vragen werden beantwoord met een rapportcijfer. De bereikbaarheid van het project: 9,2. De snelheid waarmee men geholpen werd: 9,2.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 300 van 307
voor hulp op maat
Verslag van actuele ontwikkelingen
Houding en gedrag van de medewerker: 9,7. De baat die de cliënt gehad heeft bij de hulp of activiteit: 9,4.
In 2012 hebben zich 33 cliënten aangemeld. 9 cliënten zijn doorverwezen (MEE, PW Utrecht, GGZ) of afgewezen door contra-indicaties of paste niet binnen de doelgroep. Voor 1 cliënt was vrijwillige hulpverlening niet mogelijk en is een raadsmelding gedaan. In totaal zijn er in Amersfoort 23 cliënten gestart met een passend hulpaanbod. Van de 33 aangemelde trajecten hebben er 8 een indicatie gekregen. Van de 33 aanmeldingen zijn 18 meiden minderjarig en 15 meerderjarig. Van deze 33 aanmeldingen komen er 24 uit de stad Amersfoort, 2 uit Soest, 5 uit Leusden, 1 uit Baarn en 1 uit Bunschoten Spakenburg. Van de 33 aangemelde meiden hebben 25 meiden een Nederlandse achtergrond, de anderen een verschillende niet westerse achtergrond. Van de 33 aanmeldingen waren er 6 meiden die te maken hebben of hebben gehad met uitbuiting en gedwongen prostitutie. Voor deze trajecten heeft Pretty Woman de gepaste procedure gevolgd en de benodigde hulpverlening en zorg geleverd.
Eind 2012 had Pretty Woman Amersfoort geen wachtlijst meer. Meiden kunnen snel starten met hulpverlening. De voorlichting is ook in 2012 weer goed gegaan. Er werd in totaal 31,5 uur voorlichting en deskundige gegeven met een bereik van 250 meiden en professionals. Pretty Woman geeft voorlichting in zeer kleine groepen met een maximum van 15 deelnemers. De voorlichting is zeer arbeidsintensief. Praktijkonderwijs en scholen waar men zorgen heeft over grenzen worden goed bereikt door Pretty Woman. In het praktijkonderwijs bevinden zich relatief veel risicomeiden. Deze groepen zijn nog kleiner. Het aanbod van Pretty Woman dat bestaat uit voorlichting, deskundigheidsbevordering, individuele en groepshulpverlening is door scholing in 2012 aangevuld met het aanbod Girl‟s Talk groepscounsellingprogramma, Rots en Water weerbaarheidstraining, en het versterken van het lichaamswerk in de individuele en groepshulpverlening. In aanvulling op de ouderavonden (voorlichtend) is de oudergroep en moedergroep aan het vaste aanbod toegevoegd. De cliënten van Pretty Woman geven vooraf toestemming voor het actief betrekken van hun ouders. Zowel de ouders, moeders als de meiden evalueren dit aanbod positief. De meiden noemden dat hun ouders meer begrip hadden voor de aantrekkingskracht die hun foute vriendje had op hen en dat het praten thuis beter ging. De situatie thuis verbeterde nog meer bij deze meiden. In 2012 is naast het reguliere aanbod ook Girls Talk aangeboden Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 301 van 307
voor hulp op maat
In totaal zijn er 3 keer 6 groepsbijeenkomsten (54 uur) gehouden waar psycho-educatie is gegeven aan risicomeiden met een voorlichtend karakter. Er zijn 8 bijeenkomsten Girls Talk georganiseerd (26 uur). In totaal is 80 uur groepshulpverlening gegeven. Aan de groepen doen meiden mee in de leeftijd van 12 tot 18 jaar. De groep wordt begeleid door twee medewerkers van Pretty Woman Amersfoort. Net voor de jaarwisseling is de subsidieaanvraag om voor de laatste en derde keer de fotoroman “Loverboy” te herdrukken door het KFHeinfonds gehonoreerd. De fotoroman is nog steeds een groot succes. Iets waar we erg trots op zijn. Nog eens 1.000 exemplaren zijn er bijgemaakt die voor een groot deel door Pretty Woman zelf gebruikt mogen worden in de voorlichting en het werken met de doelgroep. In de media blijft ook in 2012 loverboys een aanwezig fenomeen. Pretty Woman gaat niet mee in de hype, maar heeft het hele spectrum, van een gezonde relatie tot een extreem ongezonde/uitbuitings/misbruikrelatie, in beeld. In onze visie gaat het om grenzen en wensen, voor zowel meiden als jongens! In 2012 is Pretty Woman gaan twitteren, zijn we nog meer gaan doen met nieuwe media en e-hulp in de hulpverlening, whatsappen, sms-en, appen en ook gewoon mailen worden verder ingebed in onze hulpverlening. Pretty Woman nam ook in 2012 deel aan verschillende vormen van overleg voor casuïstiek en beleid met betrekking tot jeugdprostitutie en loverboys/ mensenhandel. Dit zijn onder andere het Stedelijk Prostitutie Overleg (SPO), het Netwerk Slachtoffers Mensenhandel Utrecht en het Landelijk platform Jeugdprostitutie. Pretty Woman werkte intensief samen met andere projecten van Stichting Stade zoals Fiom, Back UP en het School Maatschappelijk Werk, maar ook met het Meidenhuis, Fides, MDFT en Class van samenwerkingspartner de Rading in de vorm van een regulier meidenhulp-overleg. Daarnaast werkt Pretty Woman ook veelvuldig samen met het UMC - cabrioteam, de OPL/ Lijn 5, de Lindenhorst en Mee. In Amersfoort wordt intensief samengewerkt met Kwintes, CJG, Jongerenwerk, GGZ, Sovee en Arkemeide. Pretty Woman is betrokken bij de pilot om de registratie van slachtoffers mensenhandel/ loverboys in de provincie Utrecht. De betrokken organisaties in de 2e lijn die getraind worden op de registratie en de herkenning door Movisie zullen na de Pilot Pretty Woman als contactpersoon krijgen voor vragen, consulten en casusoverleg met betrekking tot dit onderwerp. Sommige meiden zijn hulpmijdend, niet gemotiveerd, of lukt het Pretty Woman om andere reden niet om binnen een aantal maanden een hulpverleningstraject op gang te krijgen. Pretty Woman informeert in deze casussen altijd de aanmelder en denkt mee over doorverwijzing, veiligheid en eventuele andere zaken. Voor de moeilijk bereikbare groep worden juist de makkelijker en goedkope communicatiemiddelen ingezet als WhatsApp of mail. Indien er sprake is van een bedreiging van de veiligheid van meiden zal er voor Pretty Woman passende maatregelen en handelingen worden uitgezet. Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 302 van 307
voor hulp op maat
Knelpunten
De wachtlijst was een belangrijk knelpunt. Het afgelopen jaar heeft bewezen dat er een beperkt aantal uren meer nodig is om de gevraagde werkzaamheden te kunnen realiseren als er ook voldoende voorlichting gegeven moet worden. Pretty Woman werkt zelf met het Vlaggensysteem, een tool van Movisie om grensoverschrijdend seksueel gedrag beter te herkennen en te concretiseren. Pretty Woman zou graag willen dat meer organisaties werken met dit Vlaggensysteem in de Amersfoortse hulpverlening.
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 303 van 307
voor hulp op maat
Financiële informatie Pretty Woman Amersfoort 2012 Projectnaam: Projectnummer: Kenmerk:
Pretty Woman Amersfoort 11006 WSO/MO/WO/3940281
Verleende subsidie 2012 Uren Verschillen
1118 € 71,89
€ 80.373,02 € 26,98
Totaal subsidie 2012 € 80.400,00 Realisatie 2012 Uren Projectkosten
1288 € 71,89
€ 92.594,32 € 872,35
Totaal realisatie 2012 € 93.466,67 Te verrekenen
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
€
-
Pagina 304 van 307
voor hulp op maat
Diverse projecten, voorlichting, training en begeleiding Naam
Gemeente Subsidieverstrekker
Opbrengst
Buur(t) in Beeld
Zeist
Gemeente Zeist
€ 29.000,00
Inzet Jongerenwerk Zeist december 2012 – juni 2013
Zeist
Stichting MeanderOmnium
€
2.340,00
Piep zei de muis 2012-2013
Utrecht
AZMN BV
€
1.340,00
SMW Grafisch Lyceum 2011-2012
Utrecht
Grafisch Lyceum
€
6.203,82
SMW Grafisch Lyceum 2012-2013
Utrecht
Grafisch Lyceum
€
3.096,53
Wellant Combinatiefunctionaris
Utrecht
Wellantcollege
€
5.670,00
Inzet functionaris CJG Zeist 2012
Zeist
Stichting MeanderOmnium
€
2.166,12
Jongerenwerk op Pouwer
Utrecht
Pouwer
€
1.620,00
HELP 2012-2013-2014
Utrecht
UMC Utrecht
€
6.300,00
Werkzaamheden uitgevoerd voor JoU
Utrecht
Jongerenwerk Utrecht
€ 16.140,00
Profiel Kanaleneiland 2010-2011
Utrecht
Gemeente Utrecht
€ 23.959,39
Profiel EOG 2010-2011
Utrecht
Gemeente Utrecht
€ 15.970,93
POM project; Handje Helpen
Utrecht
Handjehelpen regio Utrecht
€
4.917,52
Jongensvoorlichting Boys Boys 20112012
Utrecht
Gemeente Utrecht
€
6.551,30
Pieters advocaten
€
120,00
MEE Utrecht, Gooi en Vecht
€
180,00
Deskundigheidsbevordering Pretty Woman Voorlichting Pretty Woman
Utrecht
Voorlichting Pretty Woman
Nieuwegein Cals College
€
540,00
Deskundigheidsbevordering Pretty Woman
Nieuwegein Stichting Nederland
€
280,00
Voorlichting Pretty Woman
De Glind
LSG Rentray
€
203,26
Deskundigheidsbevordering Pretty Woman
Hilversum
Zandbergen Jeugd
€
240,00
Voorlichting Theater à la Carte
Utrecht
Hogeschool Arnhem
€
185,40
Voorlichting Pretty Woman
Nieuwegein Cals College
€
240,00
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 305 van 307
voor hulp op maat
Voorlichting Theater à la Carte Opbrengst boekje Loverboys
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Eindhoven
Plein College Alloysius
€
186,20
€
282,00
Pagina 306 van 307
voor hulp op maat
DEEL II Jaarrekening Stichting Stade 2012
Stichting Stade – Jaarstukken 2012
Pagina 307 van 307