Stichting Onderwijsgroep Amersfoort Jaarstukken 2012

Stichting Onderwijsgroep Amersfoort Jaarstukken 2012

Stichting Onderwijsgroep Amersfoort

Jaarstukken 2012

Pagina 1


Inhoud

4.2

Functiemix................................................ 28

Voorwoord 4

4.3

Personeelsverloop ................................ 29

Verslag Raad van Toezicht ................................. 5

4.4

Vervanging ............................................... 29

Samenvatting ........................................................... 7

4.5

Ziekteverzuim ......................................... 30

1 KERNACTIVITEITEN ....................................... 8

4.6

Professionalisering ............................... 31

1.1

Visie ............................................................... 9

4.7

Integraal Personeelsbeleid ................ 31

1.2

Gedeelde ambitie ................................... 10

4.8

Gedragscode ............................................ 34

1.3

Besturingsfilosofie ................................ 10

4.9

Verklaring omtrent gedrag ................ 34

1.4

Doelen......................................................... 11

5 HUISVESTING ................................................... 35

1.5

Werkwijze en strategie om beleidsdoelen te halen ......................... 12

5.1

Onderwijshuisvesting .......................... 36

5.2

Schoollocaties ......................................... 37

5.3

Nieuw- en verbouwprojecten........... 37

5.4

1.7

Identiteit .................................................... 13

2 ORGANISATIE ................................................... 14 2.1

Juridische structuur ............................. 15

Realisatie doelstellingen voor onderwijshuisvesting .......................... 38

2.2

Raad van toezicht................................... 16

6 FINANCIEN ........................................................ 39

2.3

Bestuur en directieraad ...................... 16

6.1

Financieel beleid .................................... 40

2.4

Kerntaken bestuur ................................ 17

6.3

Treasuryverslag ..................................... 42

2.5

Medezeggenschap ................................. 18

7 RISICOPARAGRAAF ....................................... 43

2.6

Bureau voor bestuurs- en managementondersteuning .............. 19

7.1

2.7

Scholen ....................................................... 20

2.9

Organisatorische en beleidsmatige ontwikkelingen ....................................... 21

2.10

Vertrouwenspersoon ........................... 21

2.11

Klachten en klachtafhandeling ......... 22

3 ONDERWIJS ....................................................... 23 3.1

Profiel ......................................................... 24

3.2.

Onderwijskundig beleid...................... 24

3.3.

Kwaliteitsbeleid...................................... 25

3.4.

Ondersteuning ........................................ 25

3.5.

Overige ontwikkelingen ...................... 26

3.6

Realisatie van de beleidsdoelen....... 26

4 PERSONEEL ....................................................... 27 4.1

Risicoparagraaf ...................................... 44

8 TOEKOMSTPARAGRAAF ............................. 46 8.1.

Vooruitblik ............................................... 47

8.2.

Begroting 2013-2016 .......................... 48

9 JAARREKENING ............................................... 49 9.1

Algemeen .................................................. 50

9.2

Grondslagen geconsolideerde jaarrekening ............................................ 50

9.2

Geconsolideerde balans per 31 december 2012 (na resultaatbestemming) ......................... 55

9.3

Geconsolideerde staat van baten en lasten over 2012 .................................... 57

9.4

Geconsolideerd kasstroomoverzicht 2012 ............................................................ 58

9.5

Toelichting op de geconsolideerde balans ......................................................... 59

Introductie ................................................ 28

Pagina 2


9.6

Niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen ................................... 62

9.7

Toelichting op geconsolideerde staat van baten en lasten ............................... 63

9.8

Grondslagen enkelvoudige jaarrekening............................................. 65

9.9

Enkelvoudige balans 2012 ................. 66

9.10

Enkelvoudige staat van baten en lasten 2012 ............................................... 68

9.11

Toelichting enkelvoudige balans..... 69

9.12

Toelichting op de enkelvoudige staat van baten en lasten ............................... 72

9.13

Enkelvoudige segmentatie ................. 74

9.14

Overige gegevens ................................... 75

Bijlage 1

Model E: Verbonden partijen .. 79

Bijlage 2

Model G: Subsidies OCW ........... 80

Bijlage 3 Model H: Bezoldiging van bestuurders en toezichthouders ..... 81 Bijlage 4

Overlopende passiva ...................... gemeenten....................................... 82

Bijlage 5

Subsidie verlengde schooldag 83

Bijlage 6

Subsidie actie op uitval .............. 84

Bijlage 7

Afkortingen..................................... 85

Pagina 3


Voorwoord Met dit jaarverslag legt het bestuur van de Onderwijsgroep Amersfoort verantwoording af aan de medewerkers, de medezeggenschapsraden, participerende gemeenten en andere belanghebbenden. Het jaarverslag informeert over het algemene beleid van de Onderwijsgroep Amersfoort en de activiteiten die aan dit beleid in 2012 invulling hebben gegeven. In 2012 bleek de gekozen constructie om de scholen zoveel mogelijk als zelfstandige eenheden te laten functioneren - met inachtneming van de voorwaarde dat het bestuur ten allen tijden zijn verantwoordelijkheid moet kunnen nemen - goed te werken. De nauwe samenwerking tussen bestuur, directieraad, de gemeenschappelijke medezeggenschapsraden en het bureau voor bestuurs- en managementondersteuning droeg hieraan in belangrijke mate bij.

De introductie van groeiregulerende maatregelen op het Vathorst College en De Amersfoortse Berg is de start geweest van een boeiende bestuurlijke discussie over de toekomst van het voortgezet onderwijs in Amersfoort die, naar het zich laat aanzien , de komende jaren zijn vruchten af zal werpen op het gebied van een betere afstemming. Het jaarverslag 2012 kent een andere opzet dan het jaarverslag 2011 en wij zijn benieuwd hoe dit wordt ontvangen door onze belanghebbenden. U kunt op dit jaarverslag reageren via [email protected].

Drs. K. de Boer VOORZITTER COLLEGE VAN BESTUUR

In 2012 heeft het proces om de onderlinge betrokkenheid van de scholen die onder de Onderwijsgroep Amersfoort vallen, aan kracht gewonnen. Het inspectieoordeel over de vestigingen voor het (voortgezet) speciaal onderwijs (V)SO die onder Mulock Houwer vallen, hebben geleid tot de eerste stappen in de richting van een coherent beleid dat is toegespitst op opbrengstgericht werken. Wij zijn er trots op dat De SprongMaarsbergen en De Sprong-Lindenhorst van de inspectie het basisarrangement hebben gekregen. Hier is zeer hard en constructief voor gewerkt en dat heeft zijn vruchten afgeworpen.

Pagina 4


date gebouw, maar met name de grootste scholen zijn gehuisvest in te klein of sterk verouderde gebouwen. Het vraagt de komende jaren zorgvuldige planning en scherp omgaan met de (beperkte) financiële middelen.

Verslag Raad van Toezicht In het achter ons liggende jaar heeft de Raad zich met diverse zaken beziggehouden en besluiten genomen. De belangrijkste onderwerpen komen hier ter sprake. In het begin van het jaar heeft de Raad definitief besloten een eenhoofdig College van Bestuur in te stellen. De GMR van zowel (voortgezet) speciaal onderwijs ((V)SO) als voortgezet onderwijs (VO) hebben hier positief over geadviseerd. De rol van de directieraad is hierdoor versterkt en er is sprake van een grotere eenheid. Dit is een gunstige ontwikkeling om zowel de samenhang van de verschillende onderdelen binnen de Onderwijsgroep Amersfoort te bevorderen als ook om de plannen met betrekking tot passend onderwijs in de toekomst goed uit te kunnen voeren. Verschillende scholen zijn bij aspirant leerlingen zeer gewild, zo zelfs dat ook in 2012 groeiregulerende maatregelen overwogen moesten worden. De Raad zag zich hiermee voor een zeer principiële vraag gesteld: goedkeuring geven aan een besluit een maximum te stellen aan het aantal instromende leerlingen. Anders gezegd: een bepaalde onderwijsinstelling is niet meer toegankelijk voor iedereen die zich aanmeldt. En juist dit staat op gespannen voet met het principe van het openbaar onderwijs. Maar er deden zich situaties voor die een dergelijke maatregel rechtvaardigden: een organisatie kan te snel groeien waardoor de kwaliteit van het onderwijs niet langer gewaarborgd kan worden, en een gebouw kan maar een bepaald aantal mensen aan wil nog sprake zijn van een veilige situatie. Huisvesting in bredere zin is een onderwerp dat regelmatig ter sprake kwam en de komende jaren ook nog zal komen. Verschillende scholen hebben nu een adequaat en up-to-

Er is een begin gemaakt met het werken met een meerjarenbegroting en planning; de Raad is daar zeer verheugd over. Voor een enkel onderdeel van de Onderwijsgroep Amersfoort is het maken van een meerjarenbegroting en planning niet goed uit te voeren door een grote afhankelijkheid van de centrale politieke besluitvorming. Dit geldt in het bijzonder voor de justitiële jeugdinrichtingen. De bestuurder heeft in uitvoerig overleg met de directieraad een jaarplan en beleidsplan vastgesteld. Deze zullen jaarlijks worden bijgesteld. De Raad ziet deze als een zeer goed hulpmiddel om gewenste ontwikkelingen te sturen en te monitoren. In het voorjaar is een tender uitgeschreven om tot een keuze voor een nieuwe accountant te komen. Het is een van de taken van de Raad de accountant te kiezen. Uiteindelijk is de keuze op Deloitte gevallen. Conform het schema van aftreden moesten in 2012 twee leden van de Raad vertrekken. Zij waren 12 jaar in functie (inclusief voorafgaande jaren in besturen die aan de Raad vooraf zijn gegaan). De heren Halla en Sterenborg hebben gedurende vele jaren een grote bijdrage geleverd aan de ontwikkeling van de Onderwijsgroep Amersfoort. Wij zijn hen daarvoor zeer veel dank verschuldigd. In hun plaats zijn, na een uitvoerige sollicitatieronde mevrouw Haak-Griffioen en mevrouw Jongerius benoemd. Wij prijzen ons gelukkig met hun komst en met het feit dat de Raad nu evenveel vrouwen als mannen heeft.

Pagina 5


In het kader van de éducation permanente organiseert de Raad jaarlijks een bijeenkomst met een relevante gespreksgast om op de hoogte te blijven van thema’s die in maatschappij en onderwijs een grote rol spelen. Dit jaar was prof dr. Ger Groot onze gast. Om voldoende aandacht te kunnen besteden aan diverse onderwerpen heeft de Raad naast de al bestaande drie commissies (audit, kwaliteit en remuneratie) nog drie “werkgroepen” in het leven geroepen. Het ligt in de bedoeling om in samenspraak met de bestuurder drie verschillende onderwerpen extra aandacht te geven: stakeholderbeleid, burgerschap en visie op verantwoording door de Raad van Toezicht.

De honorering van de leden van de Raad is vastgesteld conform de richtlijnen van de Vereniging van toezichthouders in onderwijsinstellingen (VTOI). Ten slotte moet gezegd worden dat de Raad kan terugkijken op een goed jaar voor de Onderwijsgroep Amersfoort: zowel op het terrein van kwaliteit van onderwijs als op het financiele vlak staat een en ander er goed voor.

Drs. A.W. Schoch VOORZITTER RAAD VAN TOEZICHT

Pagina 6


inspanning worden gepleegd door het bestuur op het gebied van hrm.

Samenvatting Hoofdstuk 1 beschrijft onze visie en de doelen die we ons hebben gesteld. De uitgangspunten voor ons beleid zijn in 2012 concreet en breed gedragen vastgesteld in het beleidsplan 2012-2015.Wij bieden lokaal alle niveaus van openbaar voortgezet onderwijs en regionaal (voortgezet) speciaal onderwijs aan cluster 4 leerlingen.

Hoofdstuk 5 gaat over onze huisvesting. In de schoolgebouwen van de Onderwijsgroep Amersfoort moet het goed werken en samenleven zijn. De huisvesting van de scholen voor (voortgezet) speciaal onderwijs is inmiddels voor alle vestigingen goed te noemen. De huisvesting van enkele scholen voor voortgezet onderwijs laat nog te wensen over.

In hoofdstuk 2 wordt de formele structuur van de Onderwijsgroep Amersfoort toegelicht. Ook de komende jaren zal er veel energie worden gestoken in het groeiproces naar scholen die nauw samenwerken om van elkaar te leren; die zich verantwoordelijk voelen voor elkaar en elkaars kwaliteit; die uitstekend onderwijs verzorgen en die innoveren om het leren en de ontwikkeling van leerlingen systematisch te bevorderen. Relevante onderwijskundige ontwikkelingen op schoolniveau komen in hoofdstuk 3 aan bod. Elke school voert, binnen de bestuurlijke afspraken, beleid dat zo goed mogelijk voldoet aan de behoefte van de eigen doelgroep. Daarmee heeft elke school zijn eigen, herkenbare profiel. In het (voortgezet) speciaal onderwijs is in 2012 stevig ingezet op een verbetering van de opbrengsten om ervoor te zorgen dat de vestigingen die als zwak zijn beoordeeld weer voldoende worden. Niet alleen op papier, maar ook in de lessen.

De Onderwijsgroep Amersfoort is financieel gezond valt in hoofdstuk 6 te lezen. Het bestuur is financieel in control. De interne financiële beheersing is op orde. De solvabiliteit, liquiditeit en rentabiliteit van de Onderwijsgroep Amersfoort zijn goed te noemen. Met het weerstandsvermogen zitten we boven onze norm van 10%. De kapitalisatiefactor is hoger dan het advies van de commissie Don. Gezien de risico’s die de Onderwijsgroep Amersfoort loopt achten we dit noodzakelijk. In hoofdstuk 7 staan de risico’s die de Onderwijsgroep Amersfoort loopt. De onzekere inkomsten van het (voortgezet) speciaal onderwijs van loopt, de stijgende kosten van de regeling bevordering arbeidsparticipatie ouderen en de functiemix, de relatief hoge gemiddelde leeftijd van ons personeel en de stille bezuinigingen van het Rijk.

Hoofdstuk 4 gaat over ons personeel. Een school is zo goed als de mensen die er werken. Goed werk leveren is de norm. Aan het eind van 2012 hadden 799 mensen een aanstelling bij de Onderwijsgroep Amersfoort. Een leidinggevende is bepalend voor het succes van het onderdeel waaraan hij leiding geeft, of dat nu een school is of een onderdeel van een school. In de komende jaren zal een forse

In hoofdstuk 8 geven wij een vooruitblik. De invoering van de wet passend onderwijs, de transitie van de jeugdzorg en de wet participatie zijn de komende jaren van groot belang voor het beleid van de Onderwijsgroep Amersfoort . Daarna volgt zoals gebruikelijk de jaarrekening.

Pagina 7


1 KERNACTIVITEITEN

Pagina 8


1.1

Daarom investeren wij als Onderwijsgroep in het beste onderwijs, een uitstekend pedagogisch klimaat waarin onze medewerkers, individueel en in onderlinge samenwerking, rekening houden met de unieke eigenschappen, interesses, mogelijkheden en onderwijsbehoeften van de aan hen toevertrouwde leerlingen. Daarom investeren we ook in goed werkgeverschap, goed werknemerschap en in gebouwen waarin het goed werken en samenleven is.

Visie

Op onze scholen is ieder kind dat voldoet aan de toelatingsnormen en iedere leraar die de openbare grondslag onderschrijft en voldoet aan de functiebekwaamheden, welkom, ongeacht zijn sociale, culturele of levensbeschouwelijke achtergrond. Wij hechten veel waarde aan ons openbare karakter en willen het voor iedere leerling mogelijk maken om bij ons onderwijs te volgen. Als leerlingen eenmaal op eigen benen staan, is het belangrijk dat zij een bestaan kunnen verwezenlijken waarin hun behoeften worden bevredigd en waarin hun talenten worden gebruikt. Dit vergroot hun levensvreugde en heeft een positief effect op de samenleving. Bij de leerling passend onderwijs, afgerond op het voor de leerling hoogst haalbare niveau, is hiervoor voorwaarde.

Pagina 9

Wij bieden lokaal alle niveaus van voortgezet onderwijs aan voor leerlingen die wonen in Amersfoort of in de onmiddellijke omgeving van Amersfoort en die bereid zijn naar Amersfoort te reizen. Wij streven ernaar om leerlingen zoveel mogelijk in het reguliere voortgezet onderwijs te onderwijzen, maar bieden regionaal, (voortgezet) speciaal onderwijs aan voor leerlingen die beperkt worden in het volgen van regulier onderwijs door een gedragshandicap of door psychiatrische problemen.


1.2

Gedeelde ambitie

Bestuur en directieraad van de Onderwijsgroep Amersfoort streven een pluriforme onderwijsgroep na van zelfstandige, ondernemende en ambitieuze scholen die nauw samenwerken om van elkaar te leren; die zich verantwoordelijk voelen voor elkaar en elkaars kwaliteit; die uitstekend onderwijs verzorgen en die innoveren om het leren en de ontwikkeling van leerlingen systematisch te bevorderen.

1.3

Besturingsfilosofie

In de laatste jaren heeft de directieraad zich ontwikkeld tot het platform waar thema’s die in of rond de scholen (gaan) spelen, worden besproken. Op basis van het besprokene besluit het bestuur of er ten aanzien van die thema’s gemeenschappelijk beleid moet worden ontwikkeld. De kwaliteit van de onderwijs- en ondersteuningsresultaten van onze scholen wordt bepaald door de succesvolle inzet van mensen. Die inzet is in hoge mate afhankelijk van het succesvol functioneren van de directeur. In onze besturingsfilosofie staat daarom de directeur (de directeuren voortgezet onderwijs en speciaal onderwijs en de vestigingsdirecteuren) centraal. Het besturingsmodel voldoet aan drie belangrijke voorwaarden: - het beleid van de stichting is gestoeld op een gedeelde ambitie van bestuur en directeuren; - elke directeur heeft formele zeggenschap in zijn school/vestiging en een behoorlijke mate van vrijheid om naar bevind van zaken te handelen om zo met gezag te kunnen functioneren; - het bestuur kan in dit model zijn verantwoordelijkheid nemen.

Pagina 10


1.4

Personeel

Doelen

-

Aan elk onderwerp dat in dit jaarverslag wordt besproken, hangt een aantal doelen. In hoeverre deze doelen aan het eind van het jaar zijn gerealiseerd wordt aan het einde van ieder hoofdstuk besproken.

-

-

Organisatie -

-

-

Het vaststellen van een duidelijke besturingsfilosofie; bestuur en directieraad werken met een jaarplan dat is afgeleid van het strategisch beleidsplan 2012-2015; werken met een jaaragenda waarin de vergaderingen van de directieraad, de Raad van Toezicht en de gemeenschappelijke medezeggenschapsraden op elkaar zijn afgestemd; het bureau bestuurs- en managementondersteuning stemt zijn werkzaamheden af op de jaaragenda.

Onderwijs -

-

-

-

Formuleren van een plan van aanpak om het (voortgezet) speciaal onderwijs binnen een jaar op het gewenste niveau te brengen; visie formuleren op passend onderwijs; treffen van groei regulerende maatregelen voor De Amersfoortse Berg en het Vathorst College; fusie van De Borgwal met het Vallei College en zo het Trivium College formeel realiseren; strategie bepalen voor het (voortgezet) speciaal onderwijs tot 2020.

Vaststellen functieomschrijvingen directeuren voortgezet onderwijs en (voortgezet) speciaal onderwijs; functiebouwwerk onderwijsondersteunend personeel voorzien van carrière perspectief; goede uitvoering van de gesprekkencyclus.

Huisvesting -

Vaststellen van een integraal huisvestingsplan; nieuwe huisvesting voor Mulock HouwerDe Tinne en Mulock Houwer-’t Gooi; beoordelen wenselijkheid van deelname in de vereniging van eigenaren van het ICOON.

Financiën -

Pagina 11

Aanstellen van een controller; verbeteren kwaliteit maanden kwartaal rapportages en de meerjarenbegroting; ontwikkelen risicoanalysemodel.


1.5

Werkwijze en strategie om beleidsdoelen te halen

Het bestuur streeft naar een heldere werken verantwoordelijkheidsverdeling tussen bestuur en directeuren en tussen het bureau voor bestuurs- en managementondersteuning en de scholen. Hulpmiddelen hierbij waren de mandateringsregeling, de jaaragenda, het meerjarenbeleidsplan en het daarvan afgeleide jaarplan en daarnaast de afspraken op financieel en personeel terrein. Bestuur en directieraad bespreken de beleidsruimte die de directeuren bij hun beleidsvoorbereiding en uitvoering en in de praktijk van alledag hebben.

1.6

Beleidsuitvoering

Er is sprake van twee vormen van beleid. Het beleid dat de scholen voeren op basis van hun schoolplan. En het beleid dat voor alle scholen van de Onderwijsgroep Amersfoort van toepassing is. In beide gevallen zijn er geen voorschriften hoe men tot het beoogde resultaat moet komen en telt het resultaat. In de meeste gevallen buigt een groepje deskundigen zich over het onderwerp en adviseert de directie ten aanzien van de meest wenselijke aanpak en welke stappen moeten worden genomen om tot uitvoering over te kunnen gaan. In het proces speelt de medezeggenschap waar nodig of wenselijk een belangrijke rol. Directeuren vertellen het bestuur aan het begin van het schooljaar wat zij dat jaar van plan zijn. In een toezeggingenbrief worden deze afspraken en eventuele wensen van de kant van het bestuur vastgelegd en aan het einde van de cursus besproken.

Pagina 12


1.7

Identiteit

De onderwijswetten beschrijven wat openbaar onderwijs, openbaar maakt. De Onderwijsgroep Amersfoort voldoet aan deze beschrijving. In de schoolpraktijk betekent dit dat alle leerlingen die voldoen aan de toelatingscriteria voor de vorm van onderwijs waarvoor zij zich hebben aangemeld, worden toegelaten zonder dat er extra eisen worden gesteld van welke aard dan ook.1 Het onderwijs dat wij verzorgen is erop gericht dat leerlingen straks een positief effect op de samenleving kunnen hebben. Bij de leerling passend onderwijs, afgerond op het voor de leerling hoogst haalbare niveau, is hiervoor voorwaarde. In de bestuurlijke praktijk betekent dit dat bestuur en directie zich bewust zijn van hun rol in - en invloed op de maatschappij. De Onderwijsgroep Amersfoort stelt zich nadrukkelijk open voor ontwikkelingen in de maatschappij en participeert zo nodig actief bij het vinden van of aanleveren van oplossingen voor maatschappelijke knelpunten. Daarnaast zoeken wij actief naar samenwerking met de andere schoolbesturen als dat in het belang van de leerlingen lijkt.

1

Een aantal scholen van de Onderwijsgroep Amersfoort dreigde in 2012 te maken te krijgen met meer aanmeldingen dan zij verantwoord konden plaatsen. In die gevallen trof het bestuur groei regulerende maatregelen en bood de Onderwijsgroep Amersfoort zo goed mogelijk uitwijkmogelijkheden naar andere scholen die onder de Onderwijsgroep Amersfoort vallen.

Pagina 13


2 ORGANISATIE

Pagina 14


2.1

De medezeggenschap is geregeld conform de Wet medezeggenschap op scholen (WMS) met een gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR) voor het voortgezet onderwijs en een GMR voor het (voortgezet) speciaal onderwijs.

Juridische structuur

Tot 1 augustus 1995 waren burgemeester en wethouders van Amersfoort het bevoegd gezag van de openbare scholen voor voortgezet onderwijs in Amersfoort. Per 1 augustus 1995 is het bevoegd gezag overgedragen aan de bestuurscommissie openbaar voortgezet onderwijs, een zogenaamde. artikel 82commissie (Gemeentewet). Op 1 augustus 1999 is de bestuursvorm omgezet in een openbare (publiekrechtelijke) stichting.

De relatie tussen het Bestuur en de Raad van Toezicht is vastgelegd in een bestuursreglement en die tussen de directeuren en Bestuur in een managementstatuut.

Toen op 1 augustus 2002 enkele scholen voor (voortgezet) speciaal onderwijs (De Borgwal, Mulock Houwer en Mondriaan-vmbo) via bestuursoverdracht tot de stichting toetraden, werd de naam van de stichting gewijzigd in “Stichting Onderwijsgroep Amersfoort”. Op 1 augustus 2010 is door middel van bestuursoverdracht VSO De Sprong in Maarsbergen en omgeving opgegaan in de Stichting Onderwijsgroep Amersfoort. Dit leidde tot een statutenwijziging. Naar aanleiding van de wetswijziging in het kader van goed onderwijsbestuur en een herziening van de organisatiestructuur als gevolg van toetreding van De Sprong tot de Onderwijsgroep Amersfoort werden in 2010 de statuten herschreven. Vanaf dat moment wordt de Onderwijsgroep Amersfoort bestuurd volgens het model Bestuur – Raad van Toezicht.

Het bestuur is verantwoordelijk voor de instandhouding van de scholen voor openbaar onderwijs in Amersfoort met daarnaast vestigingen in Huizen, Ermelo, Zeist en Maarsbergen. Ook is het bestuur verantwoordelijk voor het geven van onderwijs met inachtneming van de openbare identiteit. De directeuren voortgezet onderwijs en speciaal onderwijs zijn integraal verantwoordelijk voor het onderwijs, het personeel en het beheer van hun school / scholen.

Het Bestuur is het bevoegde gezag en geeft leiding aan zes directeuren voortgezet onderwijs en een directeur speciaal onderwijs. De directeuren vormen samen de directieraad. Dit is het belangrijkste adviesorgaan van het Bestuur. De directeuren voortgezet onderwijs geven leiding aan middenmanagement en overige medewerkers op de eigen locatie. De directeur speciaal onderwijs geeft leiding aan middenmanagement en overige medewerkers verspreid over elf locaties. Pagina 15


2.2

Raad van toezicht

2.3

Bestuur en directieraad

De Raad van Toezicht bestond in 2012 uit:

Het Bestuur bestond in 2012 uit:

-

De heer K. de Boer

-

A.W. Schoch, voorzitter ( remuneratiecommissie); mw. M. Haak-Griffioen, plv. voorz, (kwaliteitscommissie); Mw. M.F.M. Jongerius, lid, (auditcommissie); mw. L.T van der Meulen-Hoogkamp, lid (kwaliteitscommissie); F. J. van den Tempel, lid (auditcommissie); R. Witting, lid (remuneratiecommissie).

De directieraad bestond in 2012 uit zeven leden: -

Afgetreden in de loop van het jaar: -

-

H.W.A. Sterenborg, plv. voorz. M.J.J.F. Halla, secretaries

-

De Raad kwam acht maal bijeen. De vergaderingen werden gehouden op het bureau voor bestuurs- en managementondersteuning en incidenteel op scholen. Tijdens de vergaderingen werd onder meer gesproken over: -

-

Passend onderwijs; het Trivium College; fusie Almata –De Sprong- Lindenhorst; beleidsplan; strategisch huisvestingsplan; groeiregulerende maatregel; tender nieuwe accountant; huisvesting van het Johan van Oldenbarnevelt gymnasium, de Amersfoortse Berg en het Trivium College; werving nieuwe rector voor De Amersfoortse Berg en ’t-Atrium; opbrengsten van de scholen; begroting en meerjarenbegroting; managementrapportages.

J.B. Nijhof, Borgwal en Mondriaan-vmbo Mw. E.G.C. Loman, Vathorst College G.J. Herkendaal, Trias College C.A. van Lent, Johan van Oldenbarnevelt gymnasium P. Schram, De Amersfoortse Berg tot 01-05-2012 F. Brokers, De Amersfoortse Berg, per 0108-2012 A.N.M. van den Brink, Mulock Houwer, De Sprong, R. Snaterse, ’t-Atrium tot 01-08-2012

Bestuur en directieraad vergaderden 17 maal. Tijdens de vergaderingen werd onder meer gesproken over: -

Pagina 16

Bestuursreglement; managementstatuut; reglement directieraad; functieomschrijving directeur VO en SO; functiebouwwerk; beleidsplan; jaarrekening 2011; huisvesting; begroting en meerjarenbegroting; passend onderwijs; samenwerkingsverband; kweekvijver; werving en selectie nieuwe directeur voor ’t-Atrium en de De Amersfoortse Berg; groeiregulerende maatregel; managementrapportages; beleidsagenda;


-

model risicoanalyse; jaarplan 2012-2013; Europese aanbesteding kopieermachines.

2.4

Kerntaken bestuur

Het bestuur van de Onderwijsgroep Amersfoort bestuurt volgens het uitgangspunt dat pluriformiteit en eigenheid van scholen door het bestuur actief wordt bevorderd. Scholen worden binnen de bestuurlijke kaders gestimuleerd om beleid te voeren dat optimaal voldoet aan de behoefte van de eigen doelgroep. Verschillen tussen scholen aangaande keuzes op de diverse beleidsterreinen zijn dan ook een gegeven. Het meerjarenbeleid van de Onderwijsgroep Amersfoort wordt door bestuur en directieraad geformuleerd, waarna het na goedkeuring van de Raad van Toezicht door het bestuur wordt vastgesteld. Het bestuur formuleert op basis van dit meerjarenbeleid, in overleg met de directieraad, helder omschreven doelen. In de daarvan afgeleide documenten worden de te behalen resultaten nader uitgewerkt en bestuurlijk bekrachtigd. De Raad van Toezicht ziet erop toe dat de geformuleerde resultaten in voldoende mate worden behaald. Het bestuur beoordeelt op zijn beurt de directeuren voortgezet onderwijs en (voortgezet) speciaal onderwijs op de behaalde resultaten, zoals geregeld in het bestuursreglement en in het managementstatuut. Het bestuur schept zodanige voorwaarden dat kwalitatief goed onderwijs is gewaarborgd en wordt bevorderd en dat de bestuursstructuur voldoet aan de beginselen van goed bestuur en goed toezicht. Bij de vervulling van zijn taak richt het bestuur zich naar het belang van de Onderwijsgroep Amersfoort en weegt daartoe de in aanmerking komende belangen van de bij de Onder-

Pagina 17


wijsgroep Amersfoort betrokken stakeholders af. Het bestuursreglement regelt de werkwijze en de besluitvorming van het College van Bestuur.

Code goed bestuur De Onderwijsgroep Amersfoort is lid van twee brancheorganisaties, te weten de VO-Raad en de PO-Raad en heeft de Code Goed Bestuur conform vastgesteld. In deze code zijn basisprincipes vastgelegd omtrent professionaliteit van bestuurders en directeuren in het primair en het voortgezet onderwijs. De Raad van Toezicht is lid van de VTOI (Vereniging van Toezichthouders in Onderwijsinstellingen).

2.5

Medezeggenschap

Het (voortgezet) speciaal onderwijs van de Onderwijsgroep Amersfoort valt onder de Wet op de expertisecentra (WEC) en de CAO voor het primair onderwijs. Het voortgezet onderwijs van de Onderwijsgroep Amersfoort valt onder de Wet voortgezet onderwijs en de CAO voortgezet onderwijs. De twee scholen voor (voortgezet) speciaal onderwijs hebben elk een medezeggenschapsraad die slapend wordt gehouden. Elke vestiging heeft zijn eigen deelraad. De scholen voor voortgezet onderwijs hebben elk een eigen medezeggenschapsraad of deelraad. De twee gemeenschappelijke medezeggenschapsraden behandelen onderwerpen die voor de scholen van gemeenschappelijk (schooloverstijgend) belang zijn. De gesprekspartner van de gemeenschappelijke medezeggenschapsraden is het College van Bestuur. De vergaderfrequentie van de gemeenschappelijke medezeggenschapsraden is verschillend. Dit heeft te maken met het feit dat de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad van het speciaal onderwijs nog niet zo lang bestaat. De volgende onderwerpen werden door beide gemeenschappelijke medezeggenschapsraden onder meer besproken:

Pagina 18


2.6 -

Managementstatuut; Bestuursreglement; huishoudelijk reglement; passend onderwijs; functiebouwwerk; beleidsplan; strategisch huisvestingsplan; begroting en meerjarenbegroting; Trivium College; Taakbeleid; financieel jaarverslag; bestuursformatieplan; functiebouwwerk OOP; deelraden; huisvesting; medezeggenschapsstatuut; jaarplan 2012-2013; managementrapportages; groeiregulerende maatregelen; werkkostenregeling.

Bureau voor bestuurs- en managementondersteuning

Het bureau voor bestuurs- en managementondersteuning faciliteert het bestuur, de directieraad en de Raad van Toezicht en regelt die zaken centraal -

-

die de gedeelte ambitie ondersteunen dan wel voorkomen dat de gedeelde ambitie wordt ondergraven; die foutgevoelig zijn en grote financiële consequenties hebben voor de Onderwijsgroep Amersfoort in het geval van fouten.

Het bureau (met een omvang van ongeveer 7 fte) doet de salarisadministratie, de boekhouding en het financieel- en personeelsbeleid.

Externe ondersteuning Het bureau maakt met enige regelmaat gebruik van externe specialistische ondersteuning door o.a. besturenorganisatie VOSABB op het gebied van onderwijs en recht, huisvesting, personeelsbeleid en financiën.

Pagina 19


2.7

Scholen

De Onderwijsgroep Amersfoort bestond in 2012 uit zeven scholen voor voortgezet onderwijs en twee scholen voor (voortgezet) speciaal onderwijs.

Scholenlijst met leerlingenaantallen per school Leerlingaantallen totaal

1-10-2008 1-10-2009 1-10-2010 1-10-2011 1-10-2012

Voortgezet onderwijs De Amersfoortse Berg

1.179

1.303

1.372

1.479

1.402

’t-Atrium

810

919

997

1.058

1.108

Trias College

202

227

215

223

212

Johan van Oldenbarnevelt gymnasium

722

779

822

855

868

Mondriaan-vmbo

302

289

290

280

263

Vathorst College

232

295

428

612

720

De Borgwal

98

93

90

90

105

3.545

3.905

4.214

4.599

4.678

518

529

613

666

676

283

242

232

908

908

5.505

5.586

Totaal voortgezet onderwijs

(voortgezet) speciaal onderwijs Mulock Houwer De Sprong

Totaal (voortgezet) speciaal onderwijs

Totaal Onderwijsgroep Amersfoort

518

529

896

4.063

4.434

5.110

Pagina 20


2.9

2.10 Vertrouwenspersoon

Organisatorische en beleidsmatige ontwikkelingen

De Onderwijsgroep Amersfoort verkeert in een overgangsfase in de ontwikkeling: van een stichting met weinig tot geen gemeenschappelijk beleid en een hoge mate van autonomie voor de scholen, naar een fase waarin rond specifieke thema’s gemeenschappelijk beleid wordt geformuleerd. De komende jaren zullen de invoering van passend onderwijs, de transitie jeugdzorg en de participatiewet hun stempel drukken op de organisatie en het beleid van de Onderwijsgroep Amersfoort. In 2012 is een start gemaakt met een onderzoek naar de beste strategie voor het (voortgezet) speciaal onderwijs.

Om een gezonde psycho-sociale arbeidsbelasting te bevorderen, heeft de Onderwijsgroep Amersfoort een externe vertrouwenspersoon aangesteld. Als een medewerker lijdt onder situaties op de werkvloer, is het niet altijd mogelijk dit binnen de school of met de leidinggevende te bespreken. De vertrouwenspersoon behandelt werkgerelateerde problemen van medewerkers in uiterst vertrouwen en zoekt met de medewerker een passende oplossing. In 2012 werd in drie gevallen gebruik gemaakt van de diensten van de vertrouwenspersoon.

Het bureau voor bestuurs- en management ondersteuning zal verdere ontwikkelingen naar efficiënter en effectiever beheer entameren.

Pagina 21


2.11 Klachten en klachtafhandeling

2.12 Realisatie van de beleidsdoelen

In 2012 werden in het kader van de klachtenprocedure van de Onderwijsgroep Amersfoort veertien klachten in behandeling genomen. Het betrof voornamelijk klachten van ouders over uiteenlopende onderwerpen. Zes klachten werden gegrond verklaard. Een zevende klacht werd door de indiener van de klacht rechtstreeks voorgelegd aan de landelijke Commissie van Gelijke Behandeling. Deze stelde de klager in het gelijk. Zeven klachten zijn ongegrond verklaard.

Op het gebied van organisatie zijn de volgende doelen gerealiseerd: - Met de vaststelling van het beleidsplan 2012-2015 is er een heldere besturingsfilosofie geformuleerd; - van dit beleidsplan is een jaarplan afgeleid dat de agenda van het bestuur en de directieraad voor een belangrijk deel bepaalt; - de agenda’s van de directieraad, de Raad van Toezicht en de gemeenschappelijke medezeggenschapsraden zijn op elkaar afgestemd; - de werkzaamheden van het bureau voor bestuurs- en managementondersteuning zijn op hun beurt op deze planning afgestemd.

Evaluatie door de commissie kwaliteit van de raad van toezicht leert dat de afhandeling van klachten efficiënt en snel verloopt.

Pagina 22


3 ONDERWIJS

Pagina 23


3.1

3.2. Onderwijskundig beleid

Profiel

De Onderwijsgroep Amersfoort streeft ernaar om in Amersfoort elk niveau van openbaar voortgezet onderwijs aan te bieden. Daarnaast streeft de Onderwijsgroep Amersfoort er naar om een breed aanbod op het gebied van (voortgezet) speciaal onderwijs aan te bieden aan leerlingen met een gedragshandicap of met psychiatrische problemen. Elke school voert, binnen de bestuurlijke afspraken, beleid dat zo goed mogelijk voldoet aan de behoefte van de eigen doelgroep. Daarmee heeft elke school zijn eigen, herkenbare profiel.

De Onderwijsgroep Amersfoort onderschrijft het doel van passend onderwijs en wil de beweging inzetten naar meer preventieve onderwijsondersteuning. We willen dat zoveel mogelijk leerlingen in het reguliere voortgezet onderwijs een succesvolle onderwijsloopbaan volgen en streven ernaar de uitstroom van leerlingen naar speciale onderwijsondersteuningsvoorzieningen te reduceren. In vergelijking met de huidige situatie willen we bereiken dat een categorie leerlingen die nu nog instroomt in speciaal onderwijs, in de toekomst met succes een reguliere school voor voortgezet onderwijs bezoekt. Dit betekent dat we leerlingen die zich aanmelden voor en toelaatbaar zijn tot het voortgezet onderwijs daar passend onderwijs bieden, tenzij de ondersteuningsvraag van een leerling de mogelijkheden van het voortgezet onderwijs overstijgt, bijvoorbeeld omdat er bij de leerling sprake is van externaliserende problematiek.

Pagina 24


3.3. Kwaliteitsbeleid

3.4. Ondersteuning

Het beleid van de Onderwijsgroep Amersfoort is dat de scholen/vestigingen een kwalitatief hoogwaardig lesaanbod (toegespitst op de doelgroep en het individu), een goed en veilig pedagogisch klimaat en adequate ondersteuning bieden.

De scholen geven tot dusver hun eigen ondersteuning vorm. In de toekomst zal dit, zeker in het licht van onze deelname in samenwerkingsverbanden, meer onderlinge afstemming vragen.

Passend in de gedeelde ambitie en de gekozen besturingsfilosofie zijn de scholen van de Onderwijsgroep Amersfoort zelf verantwoordelijk voor hun kwaliteit. Behalve de toetsingskaders van de inspectie, is Vensters voor verantwoording hierbij een belangrijk hulpmiddel voor zowel de scholen als het bestuur. Het bestuur controleert of de directeuren voldoende planmatig werken en of de gepleegde interventies ook daadwerkelijk effect hebben en doet hiervan verslag in de kwaliteitscommissie van de Raad van Toezicht.

De scholen/vestigingen van de Onderwijsgroep Amersfoort willen adequate ondersteuning bieden. Dat wil zeggen; hulp die tijdig, in zo licht mogelijke vorm, zo dicht mogelijk bij huis, op de meest effectieve wijze en door de meest aangewezen persoon of instelling wordt gegeven. Het voortgezet onderwijs participeert in één samenwerkingsverband. Het (voortgezet ) speciaal onderwijs participeert in 2012 in vijf samenwerkingsverbanden.

In het (voortgezet) speciaal onderwijs is in 2012 stevig ingezet op een verbetering van de opbrengsten om ervoor te zorgen dat de vestigingen die als zwak zijn beoordeeld weer voldoende worden. De grootste slag die hierbij moet worden gemaakt is dat het niet alleen op papier in orde is, maar ook in de lessen. De Sprong-Maarsbergen is hierin inmiddels geslaagd, net als De Sprong-Lindenhorst. De Sprong-Eikenstein heeft in 2013 van de inspectie het basisarrangement “met lof” gekregen.

Pagina 25


3.6

3.5. Overige ontwikkelingen De mate van gebruik van digitale hulpmiddelen in de onderwijspraktijk verschilt per school maar vooral ook binnen de school. Bij de scholen is het Vathorst College op dit gebied een voorloper. Daarnaast zijn er op het merendeel van de scholen/vestigingen voorbeelden te vinden van aansprekende toepassingen van de computer in het onderwijs. In 2012 werden op het Vathorst College en De Amersfoortse Berg groeiregulerende maatregelen getroffen. In het eerste geval om te voorkomen dat de school te snel zou groeien. In het tweede geval omdat een verdere toename ernstige huisvestingsconsequenties zou hebben. Beide maatregelen waren succesvol. De drie scholen voor vmbo, lwoo en praktijkonderwijs staken in 2012 veel energie in de samenwerking om zich als één school, het Trivium College, te kunnen presenteren.

Realisatie van de beleidsdoelen

Op het gebied van onderwijs werden de volgende doelen gerealiseerd. -

-

Het (voortgezet) speciaal onderwijs formuleerde een plan van aanpak om de kwaliteit binnen een jaar op het gewenste niveau te brengen; bestuur en directieraad formuleerde een visie op passend onderwijs; er werden groei regulerende maatregelen getroffen voor De Amersfoortse Berg en het Vathorst College.

Doelen die nog niet gerealiseerd zijn maar waarmee in 2012 een aanvang is gemaakt: -

-

Pagina 26

De fusie tussen De Borgwal en het Vallei College om zo het Trivium College formeel te realiseren; het herijken van de strategie ten aanzien van het (voortgezet) speciaal onderwijs tot 2020.


4 PERSONEEL

Pagina 27


4.1

4.2

Introductie

Een school is zo goed als de mensen die er werken. Goed werk leveren is de norm en werknemer en werkgever doen dat wat nodig is om die norm te handhaven. Voor de werkgever betekent dit dat hij duidelijk is over wat hij van de werknemers verwacht en daarin consistent is. Voor de werknemer betekent dit dat hij werkt conform de functiebeschrijving en de gestelde competenties. Een leidinggevende is bepalend voor het succes van het onderdeel waaraan hij leiding geeft, of dat nu een school is of een onderdeel van een school.

Functiemix

In 2010 zijn in het Convenant Leerkracht van Nederland onder meer afspraken gemaakt over de verbetering van de beloning voor leraren. Scholen krijgen extra geld om leraren in hogere salarisschalen te belonen. In het Convenant worden voor het voortgezet onderwijs groeipercentages voor LC- en LDsalarisschalen genoemd. In 2014 moet het percentage leerkrachten dat in LC wordt beloond, gegroeid zijn met 39% en het percentage leerkrachten dat in LD wordt beloond, moet gegroeid zijn met 11%. Voor het (voortgezet) speciaal onderwijs is afgesproken dat in 2014 14 % van de leerkrachten per vestiging in LC wordt beloond. Om dit te kunnen bewerkstelligen heeft de Onderwijsgroep Amersfoort in 2010 een nieuwe beloningssystematiek ingevoerd. Hiermee werd het mogelijk gemaakt om leraren op basis van goed functioneren in een hogere salarisschaal te plaatsen. Zoals in onderstaande diagrammen te zien is heeft de Onderwijsgroep Amersfoort in het VO 29% van de leerkrachten in LD, 38% van de leerkrachten in LC en 33% van de leerkrachten in LB. In het (V)SO wordt 15% van de leerkrachten in LC en 85% van de leerkrachten in LB beloond. Onderwijsgroep Amersfoort VO

LD 29% LC 38%

Pagina 28

LB 33%


4.3

4.4

Personeelsverloop

In januari 2012 hebben we in het voortgezet onderwijs 510 personeelsleden en per 31 december 2012 536 personeelsleden. Een toename van 26 personeelsleden. Naast de personeelsleden, van wie het tijdelijk contract niet werd verlengd, hebben 25 personeelsleden de Onderwijsgroep verlaten om de volgende redenen: - Eigen verzoek (15 personen); - WIA instroom (1 persoon); - vervroegde uittreding en pensionering (8 personen); - wederzijds goedvinden (2 personen).

Vervanging

De kosten van vervanging in het voortgezet onderwijs liggen in 2012 op ± € 364.000 en in het (voortgezet) speciaal onderwijs op ± € 360.000. De kosten voor vervanging in het voortgezet onderwijs komen voor eigen rekening. De kosten voor vervanging in het (voortgezet) speciaal onderwijs worden grotendeels vergoed door het Vervangingsfonds. Alleen medewerkers die in de periode 1 juli 2006 tot 1 januari 2009 in dienst zijn gekomen, zijn niet verzekerd voor vervanging bij het Vervangingsfonds.

Het (voortgezet) speciaal onderwijs heeft in januari 2012 285 personeelsleden en per 31 december 2012 263 personeelsleden. Een daling van 22 personeelsleden. Naast de personeelsleden, van wie het tijdelijk contract niet werd verlengd, hebben 32 personeelsleden de Onderwijsgroep verlaten om de volgende redenen: - Eigen verzoek (22 personen); - WIA instroom (3 personen); - vervroegde uittreding en pensionering (6 personen); - wederzijds goedvinden (1 persoon).

Wisseling directiefuncties In het kalenderjaar 2012 kende de Onderwijsgroep Amersfoort twee wisselingen in de directiefuncties. De invulling van deze directiefuncties is conform ons Werving & Selectiebeleid verlopen. Dit heeft geresulteerd in een aanstelling van een directeur in augustus 2012 en een aanstelling van een directeur in 2013.

Pagina 29


4.5

Ziekteverzuim

De ziekteverzuimcijfers worden binnen de Onderwijsgroep Amersfoort weergegeven in cijfers van het voortgezet onderwijs en van het (voortgezet) speciaal onderwijs. De reden hiervoor is dat op die manier beter een benchmark kan plaatsvinden. De ziekteverzuimcijfers van het voortgezet onderwijs worden tegen de cijfers van Arbo-VO (2011) en voortgezet onderwijs in ontwikkeling (VOION) (2012) gehouden en de cijfers van het (voortgezet) speciaal onderwijs tegen de cijfers van de Wet op de expertisecentra (WEC) van het Vervangingsfonds (VF).

Verzuimpercentage 5,2

Meldingsfrequentie 1,6

Gemiddelde verzuimduur 10,6

Landelijke verzuimcijfers 2011 (V)SO (bron VF) Verzuimpercentage 6,8

Meldingsfrequentie 1,2

Gemiddelde verzuimduur 17,4

In 2012 zijn er voorbereidingen gestart met onze arbodienst Rienks om de risicoinventarisatie & -evaluatie (RI&E) voor de Mulock Houwer, De Sprong, Vathorst College , ’t-Atrium, Mondriaan-vmbo, De Borgwal en Trias College in 2013 te laten plaatsvinden. De Amersfoortse Berg en het Johan van Oldenbarnevelt gymnasium zullen de RI&E later uitvoeren in verband met de uitgebreide verbouwing die op korte termijn zal plaatsvinden.

Het ziekteverzuim is in het voortgezet onderwijs in 2012 ten opzichte van 2011 met 0,8 gedaald. Deze daling ligt vooral in het langdurig ziekteverzuim (meer dan 366 dagen). De meldingsfrequentie is vrijwel gelijk gebleven en de gemiddelde verzuimduur is ongewijzigd. 2011 7,7% 1,3 21,4

Landelijke verzuimcijfers 2011 VO (bron VOION)

VOION en het Vervangingsfonds publiceren de verzuimcijfers voor 2012 eind 2013.

De verzuimcijfers van de Onderwijsgroep Amersfoort zien er als volgt uit: VO 2011 2012 Verzuimpercentage 6,2 % 5,4% Meldingsfrequentie 1,6 1,5 Gemiddelde verzuim16,4 16,4 duur

(V)SO Verzuimpercentage Meldingsfrequentie Gemiddelde verzuimduur

De meldingsfrequentie is vrijwel gelijk gebleven en de gemiddelde verzuimduur is gestegen.

In het Sociaal Medisch Team (SMT) wordt het ziekteverzuim op lange termijn besproken. Dit overleg vindt twee keer per jaar plaats tussen de beleidsmedewerkers P&O van de Onderwijsgroep Amersfoort, de schoolleiding en de bedrijfsarts.

2012 9,7% 1,4 26,3

Het ziekteverzuim is in het (voortgezet) speciaal onderwijs in 2012 ten opzichte van 2011 is met 2,0 gestegen. Deze stijging ligt vooral in het middellange (43 tot 366 dagen) ziekteverzuim.

In 2013 en 2014 wordt er op het vlak van hrm door de Onderwijsgroep Amersfoort een grote inspanning gepleegd.

Pagina 30


4.6

Professionalisering

4.7

Integraal Personeelsbeleid

De persoonlijke ontwikkeling van medewerkers is voor een school een belangrijk aandachtspunt. Tenslotte komt de ontwikkeling van een medewerker rechtstreeks ten goede aan de kwaliteit van het onderwijs. Persoonlijke ontwikkelingsmogelijkheden worden onder meer in de functioneringsgesprekken (ontwikkelgesprekken) besproken.

In 2012 is het beleidsplan van de Onderwijsgroep Amersfoort voor de komende vier jaar vastgesteld. In dit beleidsplan staat ook een aantal HR-onderwerpen benoemd. Deze onderwerpen zijn: - Leiderschap; - professioneel werkgever- en werknemerschap.

Jaarlijks wordt door de schoolleiding in kaart gebracht welke opleidingen nodig geacht worden voor bijscholing van het personeel. Dit betreft conferenties, congressen, seminars en/of bijeenkomsten waarbij een medewerker op de hoogte blijft van de ontwikkelingen in zijn vakgebied. Indien een medewerker naast deze bijscholing in aanmerking wil komen voor een opleiding kan hij gebruik maken van de scholingsregeling. Deze regeling geeft een tegemoetkoming van 100% of 50% in de kosten van een opleiding. De opleiding in de ontwikkeling van een medewerker moet passen binnen het schoolplan. Dit is ter beoordeling van de directeur. In 2012 is hiervoor een aantal aanvragen gedaan.

Concreet hebben wij ons tot doel gesteld om in het cursusjaar 2012-2013 de volgende HRonderwerpen klaar te hebben: - Competentieprofiel voor leidinggevenden; - trainingen voor leidinggevenden behorende bij het competentieprofiel; - een goedlopende gesprekkencyclus; - een up-to-date ziekteverzuimbeleid; - een digitaal personeelsdossier. In 2012 hebben we de volgende onderwerpen opgepakt: - Functiebouwwerk onderwijsondersteunend personeel (OOP); - competentieprofiel voor leidinggevenden; - goedlopende gesprekkencyclus.

In 2012 heeft het ministerie van OCW ook weer de mogelijkheid tot het aanvragen van een Lerarenbeurs gegeven. Hiervan hebben 19 medewerkers gebruik gemaakt.

Pagina 31


Overzicht Functieschalen VO

Functiebouwwerk OOP Naar aanleiding van de invoering van de functiemix is voor het onderwijzend personeel (OP) in 2010 een nieuwe beloningssystematiek ingevoerd. Hierbij is eveneens afgesproken om voor het OOP op termijn carrièremogelijkheden te creëren. In 2012 zijn deze carrièrepaden voor het OOP gedefinieerd. Hiervoor is er een aantal nieuwe functies in het functiebouwwerk opgenomen. Om doorstroming naar een hogere functie mogelijk te maken, zijn er per functiegroep competentieprofielen en gedragskenmerken opgesteld. Vanaf 2012 kunnen OOP- medewerkers, indien ze aan de competentieprofielen van een hogere functie voldoen, naar deze hogere functie doorstromen.

Schaal

Aantal

Totale WTF

1 2 3 4 5 6 7 8 11 12 13 14 15 17 LB LC LD LIO Totaal

4 1 6 23 22 14 28 8 5 3 5 1 6 1 154 146 106 3 536

3,58 0,65 3,16 15,83 15,10 9,22 22,72 5,89 2,60 1,24 4,35 1,00 5,30 1,10 110,34 118,70 92,79 1,76 415,33

% WTF van Totaal 0,86% 0,16% 0,76% 3,81% 3,64% 2,22% 5,47% 1,42% 0,63% 0,30% 1,05% 0,24% 1,28% 0,26% 26,57% 28,58% 22,34% 0,42%

Overzicht Functieschalen (V)SO

Pagina 32

Schaal

Aantal

Totale WTF

1 4 5 6 7 8 9 10 11 13 LB LC LD DC DE Totaal

2 8 11 1 34 6 4 14 17 1 129 22 1 12 1 263

1,46 6,22 8,05 0,46 29,09 5,23 3,15 13,49 12,08 1,00 111,31 18,16 0,23 11,52 1,20 222,65

% WTF van Totaal 0,66% 2,79% 3,62% 0,21% 13,07% 2,35% 1,41% 6,06% 5,43% 0,45% 49,99% 8,16% 0,10% 5,17% 0,54%


Competentieprofiel voor leidinggevenden

Onderwerpen voor 2013 In 2013 hebben wij ons voorgenomen de volgende onderwerpen op te pakken: - Invoeren competentieprofiel en trainingen leidinggevenden; - up-to-date maken van het ziekteverzuimbeleid; - het digitaliseren van de personeelsdossiers; - evalueren beoordelingsprotocol en gesprekkencyclus; - herbezinning op HRM-beleid.

Voor leidinggevenden in de Onderwijsgroep Amersfoort is in 2012 een start gemaakt met de beschrijving van de competentieprofielen en functies. De beschrijvingen zullen in 2013 verder worden uitgewerkt en ingevoerd. Na vaststelling van de functiebeschrijvingen en competentieprofielen wordt het scholingsaanbod voor leidinggevenden opgesteld.

Gesprekkencyclus In december 2012 heeft er een nul-meting omtrent de gesprekkencyclus plaatsgevonden. In deze meting is onderzocht in hoeverre de scholen een gesprekkencyclus hanteren en of deze overeenkomt met de afspraken die in het beoordelingsprotocol van 2010 zijn gemaakt. Uit de meting bleek dat alle scholen een gesprekkencyclus hanteren of bezig zijn deze op orde te brengen. In 2013 is de gesprekkencyclus op orde. Eind 2013 wordt er een nieuwe meting uitgevoerd.

Pagina 33


4.8

4.9

Gedragscode

Om een duidelijke invulling te geven aan goed werkgever- en werknemerschap heeft de Onderwijsgroep Amersfoort sinds 2006 een gedragscode. Deze gedragscode bevat richtlijnen over gedrag binnen en/of door de organisatie. Het doel van deze code is dan ook het bieden van duidelijkheid over wat de werkgever en de werknemer van elkaar mogen verwachten. Op die manier wordt geprobeerd voldoende veiligheid te bieden en het welbevinden van medewerkers te stimuleren, zodat zij optimaal in hun werk kunnen functioneren.

Verklaring omtrent gedrag

De verklaring omtrent gedrag (VOG) is een wettelijke voorwaarde voor het uitoefenen van werkzaamheden binnen een onderwijsorganisatie. Voor alle personeelsleden en vrijwilligers met een vrijwilligersovereenkomst moet een verklaring omtrent gedrag in het personeelsdossier aanwezig zijn. In 2012 zijn alle personeelsdossiers op de aanwezigheid van een VOG gecontroleerd. In alle personeelsdossiers was een VOG aanwezig.

Pagina 34


5 HUISVESTING

Pagina 35


5.1

Onderwijshuisvesting

De gemeenten Amersfoort en Utrechtse Heuvelrug moeten zorg dragen voor de huisvesting van scholen op hun grondgebied voor primair onderwijs, (voortgezet) speciaal onderwijs en voortgezet onderwijs. Deze zorgplicht bestaat uit het beschikbaar stellen van gelden voor in de onderwijswetten genoemde voorzieningen, zoals voor (vervangende) nieuwbouw, uitbreiding, onderhoud, aanpassingen en onderwijskundige ontwikkelingen. Het voortgezet onderwijs is zelf verantwoordelijk voor onderhoud en aanpassingen. Schoolbesturen dienen jaarlijks aanvragen in op het gebied van onderwijshuisvesting. De gemeenten beoordelen de ingediende aanvragen aan de criteria in de onderwijswetten en de verordening huisvesting. Het principe is dat iedere aanvraag, die aan de criteria voldoet financieel gehonoreerd moet worden, tenzij de gemeente een wettelijke weigeringsgrond in het leven roept in de vorm van een bekostigingsplafond.

Met de gemeente Amersfoort is overleg gaande over het onderhoud van het ICOONgebouw. Het Vathorst College is één van de gebruikers van dit gebouw. Aanvankelijk was het de bedoeling dat er voor het ICOON een Vereniging Van Eigenaren (VVE) zou worden ingesteld, waarin de gemeente Amersfoort en de Onderwijsgroep Amersfoort (de eigenaren van het gebouw) zitting zouden nemen. In 2012 is dit standpunt verlaten. Onderzocht wordt thans of de gemeente de eigenaar kan worden en daarmee volledig verantwoordelijk wordt voor het onderhoud van het ICOONgebouw. Het Vathorst College moet in dat geval een bijdrage aan de gemeente betalen voor het onderhoud van het schoolgedeelte.

De afgelopen maanden hebben vertegenwoordigers uit het voortgezet onderwijs en het primair onderwijs (PO) samen met beleidsmedewerkers van de gemeente Amersfoort geïnvesteerd in de ontwikkeling van een visie op onderwijs. Beide visies zijn gebaseerd op trends en factoren die gezamenlijk in zicht zijn gebracht. Trends en factoren die onder meer te maken hebben met leerlingen, leerkrachten, ouders, maar ook met (school)organisatie en diverse ontwikkelingen in onderwijsland. De ontwikkeling van een onderwijsvisie staat niet op zich. Schoolbestuurders hebben hieraan gewerkt met het oog op de ontwikkeling van een integraal onderwijshuisvestingplan voor het primair onderwijs en voortgezet onderwijs .

Pagina 36


5.2

Schoollocaties

De Onderwijsgroep Amersfoort is gehuisvest in 17 schoolgebouwen. De meeste schoolgebouwen zijn juridisch eigendom van de Onderwijsgroep Amersfoort; het economisch eigendom berust bij de gemeenten Amersfoort, dan wel Utrechtse Heuvelrug. In enkele gevallen worden schoolgebouwen gehuurd (bijvoorbeeld het gebouw van De Sprong-Eikenstein van het Ministerie van Justitie, het gebouw van De Sprong-Lindenhorst van het ministerie van VWS).

5.3 Nieuw- en verbouwprojecten Voortgezet onderwijs De gemeente Amersfoort heeft in verband met toename van het aantal leerlingen in 2011 gelden beschikbaar gesteld voor uitbreiding van het aantal m² van het Johan van Oldenbarnevelt gymnasium en De Amersfoortse Berg.

Johan van Oldenbarneveltgymnasium Over de uitbreiding van het aantal m2 voor het gymnasium is overleg gaande met de gemeente Amersfoort. Verschillende scenario’s worden daarbij onderzocht. Dit proces wordt zorgvuldig doorlopen en kost veel tijd. Voor de begeleiding van dit traject is extern advies ingewonnen.

De Amersfoortse Berg In 2012 en begin 2013 heeft intensief overleg plaatsgevonden met de gemeente Amersfoort over de uitbreiding van het aantal m2 van deze school. De uitbreiding wordt binnen het beschikbare budget gerealiseerd. Volgens plan worden in 2013 twee noodgebouwen gesloopt en komt daarvoor in de plaats een schoolgebouw van twee verdiepingen met in totaal 26 lokalen en een aula. Het streven is dat het nieuwe gebouw rond 1 september 2013 is opgeleverd.

(Voortgezet) speciaal onderwijs Mulock Houwer-De Tinne Deze vestiging was tot 1 augustus 2012 gehuisvest in een complex noodlokalen, gehuisvest op het terrein van Symfora/GGZ. Mulock Houwer-De Tinne is vanaf 1 augustus 2012 gehuisvest in een compleet gerenoveerd schoolgebouw aan de Liendertseweg 101.

Pagina 37


Voor de renovatie heeft de gemeente Amersfoort gelden beschikbaar gesteld.

5.4

Mulock Houwer-’t Gooi

In de schoolgebouwen van de Onderwijsgroep Amersfoort moet het goed werken en samenleven zijn. De scholen moeten voldoen aan weten regelgeving, sociaal veilig zijn, aantrekkelijk gelegen in een woonomgeving en goed bereikbaar zijn. Daarnaast moeten (substantiële delen van) de gebouwen makkelijk her in te delen zijn.

Deze vestiging was tot eind 2012 gehuisvest in een voormalige kleuterschool in de gemeente Huizen. Vanaf eind 2012 is deze vestiging gehuisvest in een nieuw schoolgebouw aan de IJsselmeerstraat 3a in Huizen. De gemeente Huizen heeft mede dankzij een subsidie van de provincie Noord-Holland voor de benodigde middelen gezorgd.

Realisatie doelstellingen voor onderwijshuisvesting

In 2012 zijn de meeste meerjarenonderhoudsplannen voor de scholen geactualiseerd. De overige worden in 2013 geactualiseerd. De meerjarenonderhoudsplannen zijn richtinggevend voor de realisatie van onderhoudszaken. De financiële consequenties van de meerjarenonderhoudsplannen zijn in de meerjarenbegroting opgenomen. De huisvesting van enkele scholen voor voortgezet onderwijs laat nog te wensen over. De huisvesting van de scholen voor (voortgezet) speciaal onderwijs is inmiddels voor alle vestigingen goed te noemen.

Pagina 38


6 FINANCIEN

Pagina 39


6.1

6.2

Financieel beleid

De scholen krijgen van het Ministerie van OCW een lumpsum vergoeding. Deze lumpsumvergoeding is afhankelijk van het aantal leerlingen, het soort onderwijs dat gevolgd wordt en het leerjaar waarin een leerling zit. Elke school krijgt zijn eigen lumpsum, eventueel aangevuld met andere financieringen zoals leerlinggebonden financieringen, zorgbudgetten e.d. Op basis van deze gelden wordt er per school een personele en materiële begroting opgesteld, waarbij gesteld wordt dat elke school in principe uit moet komen met de gelden die hij ontvangt.

Financiële kencijfers

Solvabiliteit De solvabiliteit geeft de verhouding aan tussen eigen en vreemd vermogen. Het verschaft inzicht in de financieringsopbouw en geeft aan in hoeverre aan de verplichtingen op langere termijn kan worden voldaan. Er zijn twee verschillende berekeningen: – Definitie solvabiliteit 1: eigen vermogen gedeeld door totaal vermogen; – definitie solvabiliteit 2: eigen vermogen en voorzieningen gedeeld door totaal vermogen. Als vuistregel geldt dat de solvabiliteit minimaal tussen de 20 en 45 moet liggen om aan de lange termijn verplichtingen te kunnen voldoen.

Liquiditeit De liquiditeit geeft aan in hoeverre op korte termijn aan de betalingsverplichtingen kan worden voldaan. Liquiditeit wordt gedefinieerd als: de verhouding tussen de vlottende activa (som van de liquide middelen en de vorderingen) en de kortlopende schulden. Een liquiditeit groter dan 1 wordt doorgaans gekwalificeerd als voldoende, omdat dan tegenover de snel vervallende schulden tenminste evenveel vlottende activa staan.

Rentabiliteit De rentabiliteit heeft betrekking op het rendement en geeft aan of er sprake is van een positief dan wel negatief resultaat. Voor de onderwijssector is een rentabiliteit van 0% verdedigbaar omdat het onderwijs geen winstoogmerk kent. Rentabiliteit wordt gedefinieerd als: resultaat uit de gewone bedrijfsvoering gedeeld door de totale baten uit de gewone bedrijfsvoering.

Pagina 40


Weerstandsvermogen

Kapitalisatiefactor

Het weerstandsvermogen geeft aan of de Onderwijsgroep Amersfoort voldoende eigen vermogen heeft om onvoorziene tegenslagen op te vangen. Weerstandsvermogen wordt gedefinieerd als: de verhouding tussen het eigen vermogen en de totale baten. De Onderwijsgroep Amersfoort hanteert een minimum weerstandsvermogen van 10% van de baten.

De kapitalisatiefactor geeft aan of de onderwijsinstelling de beschikbare middelen ook inzet en niet oppot. De kapitalisatiefactor is de verhouding tussen balanstotaal en totale baten (inclusief de financiële baten). De bovengrens voor grote besturen is door de commissie Don vastgesteld op 35%.

2012 Solvabiliteit 1 Solvabiliteit 2

48,8% 66,7%

46,6% 62,9%

44,0% 56,0%

59,0% 68,0%

2,39 3,4%

2,16 1,4%

1,15 -1,0%

2,07 -1,2%

23,8% 48,8%

21,5% 46,1%

23,7% 54,0%

28,0% 47,2%

Liquiditeit Rentabiliteit Weerstandvermogen Kapitalisatiefactor

2011

De solvabiliteit, liquiditeit en rentabiliteit van de Onderwijsgroep Amersfoort zijn goed te noemen. Met het weerstandsvermogen zitten we boven onze norm van 10%. De kapitalisatiefactor is hoger dan het advies van de commissie Don, maar lager dan de landelijke benckmark. Gezien de risico’s die de Onderwijsgroep Amersfoort loopt (zie hoofdstuk 7) achten we dit noodzakelijk. De Onderwijsgroep vindt het noodzakelijk om een hoge kapitalisatiefactor aan te houden in verband met de volgende risico’s: -

Landelijk VO PO 2010 2010

-

-

groei aantal leerlingen, waardoor voorfinanciering noodzakelijk is; door uitbreiding van gebouwen zijn eigen investeringen noodzakelijk;

-

Pagina 41

veel oude gebouwen, waarvoor veel onderhoud nodig is; een relatief oud personeelsbestand; toenemende BAPO-kosten; een hoog ziekteverzuim; stijging van de kosten van de functiemix; passend onderwijs; onzekerheid over het voortbestaan van Eikenstein, Lindenhorst, ambulante begeleiding (ontslagen, werkloosheidsuitkeringen); bezuinigingen van de overheid (korting op de lumpsum, geen aanvullende vergoedingenmeer); achterblijvende rijksbekostiging (stijgende salariskosten worden niet gedekt door hogere vergoeding).


6.3

Treasuryverslag

Het treasurybeleid maakt onderdeel uit van het financiële beleid van de Onderwijsgroep Amersfoort. Een belangrijk middel om sturing te geven aan de treasuryfunctie en daarmee de risico’s te beperken is het beleggings- en financieringsstatuut. Dit is een document waarin het beleggings- en financieringsbeleid worden verwoord en tevens de financiële organisatie en de daarmee samenhangende verantwoordelijkheden en bevoegdheden worden beschreven. Het opstellen van een beleggings- en financieringsstatuut dwingt een organisatie goed na te denken over de uitvoering van de financiële functie. In 2012 had de Onderwijsgroep Amersfoort alle liquide middelen staan op rekeningencourant en spaarrekeningen bij Nederlandse systeembanken. Er waren geen beleggingen. Een maal per jaar, of zoveel vaker als de marktsituatie daartoe aanleiding geeft, rapporteert het bestuur aan de Raad van Toezicht over de uitvoering van het treasurybeleid.

Pagina 42


7 RISICOPARAGRAAF

Pagina 43


7.1

Risico’s leerlingaantallen

Risicoparagraaf

Risicomanagement is het proces van identificeren en analyseren van risico’s en vervolgens het ontwerpen en implementeren van maatregelen om de kans van optreden van de risico’s te verminderen, oftewel om de schade, veroorzaakt door de risico’s, te minimaliseren. Risicomanagement wordt gebruikt als sturingsinstrument. In 2013 actualiseert de Onderwijsgroep Amersfoort zijn risico’s en ontwikkelt effectieve procedures om in 2014 te beschikken over een risicomanagementsysteem. Risicomanagement wordt daarmee een integraal onderdeel van het besturen van onze organisatie. Wie goed inzicht heeft in zijn risico’s kan weloverwogen keuzes maken over de mate waarin hij sommige risico’s wel of niet wil of kan aanvaarden. Een belangrijke beheersingsmaatregel is een goed functionerende planning & control-cyclus.

Risicoprofiel Op dit moment staat de Onderwijsgroep Amersfoort er financieel gezond voor. Op basis van een enkele jaren geleden gehouden risico-inventarisatie en advies van onze besturenorganisatie is vastgesteld dat de Onderwijsgroep Amersfoort een gemiddeld risicoprofiel heeft. Het benodigde weerstandsvermogen is toen bepaald op minimaal 10% van de lumpsumvergoeding. De Onderwijsgroep Amersfoort zit daar boven. De Onderwijsgroep Amersfoort is in control, hetgeen betekent dat een eventueel risico wordt onderkend en dat er tijdig maatregelen getroffen worden.

Het aantal leerlingen van de scholen van de Onderwijsgroep Amersfoort is de afgelopen jaren aanzienlijk gestegen. De komende jaren blijven de meeste scholen redelijk stabiel in aantallen leerlingen; het Vathorst College vormt hierop een uitzondering. Deze school zal groeien naar ca. 950-1000 leerlingen. Volgens een prognose van de gemeente Amersfoort van september 2012 zullen de aantallen leerlingen van de scholen voor voortgezet onderwijs vanaf 2017 licht dalen. Voor de scholen voor (voortgezet) speciaal onderwijs is het veel moeilijker een redelijk betrouwbare prognose op te stellen. Hoewel het met de bevolkingskrimp in de regio Amersfoort de komende jaren mee zal vallen, zullen de scholen in het (voortgezet) speciaal onderwijs naar verwachting te maken krijgen met een forse daling van het aantal leerlingen. Oorzaken hiervan zijn de invoering van passend onderwijs en de daarmee samenhangende financiering van de samenwerkingsverbanden en de verevening van middelen binnen de samenwerkingsverbanden.

Personele risico’s Leerlingdaling De daling van het aantal leerlingen in het (voortgezet) speciaal onderwijs (zie hierboven) heeft tot gevolg dat de formatie op die scholen onder druk komt te staan. Een goede personeelsplanning kan het risico verminderen. De Onderwijsgroep Amersfoort heeft relatief veel personeel in de leeftijd boven de 45 jaar. Een wat ouder personeelsbestand is duurder dan een personeelsbestand dat jonger is dan het landelijk gemiddelde. De bekostiging vanuit het rijk is gebaseerd op het landelijk gemiddelde.

Pagina 44


Functiemix In 2012 is een berekening gemaakt van de kosten van de functiemix voor de scholen voor voortgezet onderwijs voor de komende jaren. In die berekening is uitgegaan van de te behalen streefpercentages. Uit de berekening blijkt dat invoering van de functiemix tot 2015 voor de Onderwijsgroep Amersfoort geen negatieve gevolgen kent, echter wel voor Trias College en Mondriaan-vmbo afzonderlijk. Vanaf 2015 is het resultaat op de functiemix bij nagenoeg alle scholen voor voortgezet onderwijs negatief. De scholen zullen binnen hun personele begroting passende maatregelen moeten vinden om de stijgende kosten van de functiemix te kunnen bekostigen.

BAPO Door het vervallen van de regeling voor vervroegde uittreding (fpu) en de verhoging van de pensioengerechtigde leeftijd zullen personeelsleden langer doorwerken. Dat resulteert in extra kosten van de regeling bevordering arbeidsparticipatie ouderen (BAPO). De BAPO-kosten bij de Onderwijsgroep Amersfoort bedroegen in 2011 en 2012 meer dan € 1 miljoen. De vergoeding voor BAPO, die in de lumpsum is verdisconteerd, bedroeg ca. € 700.000. Voor de BAPO zal bij voortzetting van het huidige beleid daarom, naar verwachting, jaarlijks meer gereserveerd moeten worden.

Contracten met VWS/Justitie De vestigingen Lindenhorst en Eikenstein van VSO De Sprong werken thans met jaarcontracten van het Ministerie van VWS en Justitie. Dat brengt voor een school, die personeel moet aanstellen, grote risico’s met zich mee.

Aanstellen van personeel levert structureel verplichtingen op. Getracht moet worden om meerjarige contracten met bovengenoemde ministeries af te sluiten, waardoor de risico’s verminderd kunnen worden.

Financiële risico’s De afgelopen jaren is de financiële positie van de scholen landelijk dramatisch verslechterd. De financiële reserves van de sector zijn in het algemeen zo erg geslonken dat onvoorziene risico’s nauwelijks meer opgevangen kunnen worden. De Onderwijsgroep Amersfoort wijkt gelukkig af van dit landelijke beeld. Het is de Onderwijsgroep Amersfoort gelukt om zowel 2011 als 2012 positief af te sluiten. Dat neemt niet weg dat ook onze scholen de landelijke bezuinigingen duidelijk voelen.

Bezuinigingen Scholen hebben de afgelopen jaren te maken gehad met zogenaamde stille bezuinigingen. Al enkele jaren geldt nagenoeg een nullijn voor de vergoeding van lerarensalarissen, terwijl de werkgeverskosten door hogere sociale lasten alleen maar stijgen.

Huisvesting Hierboven is al vermeld dat de huisvesting van de scholen voor voortgezet onderwijs te wensen over laat. Stijgende kosten voor energie, schoonmaak en lesmateriaal worden nauwelijks gecompenseerd. Gemeenten geven structureel minder geld uit aan huisvesting dan zij vanuit het gemeentefonds voor huisvesting ontvangen.

Pagina 45


8 TOEKOMSTPARAGRAAF

Pagina 46


Voor het overige zal het strategisch beleidsplan een belangrijk deel van de agenda bepalen in de jaren die volgen.

8.1. Vooruitblik De invoering van de wet passend onderwijs, de transitie van de jeugdzorg en de wet participatie zijn de komende jaren van groot belang voor het beleid van de Onderwijsgroep Amersfoort . Er zullen hoge eisen worden gesteld aan de kwaliteit van de bestuurlijke samenwerking en aan de samenwerking met de instellingen voor wie wij onderwijs verzorgen en met de gemeenten waar wij scholen hebben.

Vanuit de leerling geredeneerd is de belangrijkste opgave aan de scholen om een kwalitatief hoogwaardig lesaanbod (toegespitst op de doelgroep en het individu), een goed en veilig pedagogisch klimaat en adequate ondersteuning te bieden.

De Onderwijsgroep Amersfoort staat er financieel goed voor, maar het achterblijven van de landelijke bekostiging vormt een risico. De gedeelde ambitie is in 2011 geformuleerd in de wetenschap dat er nog een weg te gaan is voordat we staan waar we willen staan. Ook de komende jaren zal er veel energie worden gestoken in het groeiproces naar scholen die nauw samenwerken om van elkaar te leren; die zich verantwoordelijk voelen voor elkaar en elkaars kwaliteit; die uitstekend onderwijs verzorgen en die innoveren om het leren en de ontwikkeling van leerlingen systematisch te bevorderen.

Pagina 47


8.2. Begroting 2013-2016

begroting

begroting

2013

2014

begroting 2015

begroting 2016

Baten Rijksbijdragen OCW Overige overheidsbijdragen Overige baten Rente

47.878.678 659.138 2.338.048 230.000

47.703.857 591.100 2.012.584 230.000

48.001.384 589.600 1.757.584 230.000

47.479.758 591.100 852.584 230.000

51.105.864

50.537.541

50.578.568

49.153.442

Lasten 43.333.147

42.242.432

42.257.000

40.937.803

Afschrijvingskosten

771.734

781.494

780.718

772.784

Huisvestingskosten

3.213.824

3.222.392

3.213.692

3.209.692

Overige lasten

3.445.548

3.559.599

3.572.479

3.574.292

50.764.253

49.805.917

49.823.889

48.494.570

341.611

731.624

754.679

658.871

Personele lasten

Resultaat

Pagina 48


9 JAARREKENING

Pagina 49


9.1

Algemeen

Naam St. Onderwijsgroep Amersfoort Adres De Brand 20, Amersfoort Postadres Postbus 1771, 3800 BT Amersfoort Telefoon 033-4701008 Fax 033-4799472 E-mail [email protected] Website www.onderwijsgroepamersfoort.nl Contactpersoon

A.W. Botterblom

Bestuursnummer

41208

Brinnummers 20CK Johan van Oldenbarnevelt gymnasium 20EA De Amersfoortse Berg 20EI Vallei College 16LG De Borgwal 01KI De Sprong 16OJ Mulock Houwer

9.2

Grondslagen geconsolideerde jaarrekening

Algemeen

consolideerd omdat er sprake is van beleidsbepalende invloed door de Onderwijsgroep Amersfoort. In 2012 is boekjaar 2011/2012 (van 1-8-2011 tm 31-7-2012) van deze stichtingen meegeconsolideerd. Bijlage 1 geeft een nadere toelichting op de verbonden partijen.

Algemene grondslagen voor de opstelling van de (geconsolideerde) jaarrekening De jaarrekening over 2012 is opgesteld conform de richtlijnen van de Regeling jaarverslaggeving onderwijs en overeenkomstig de verslaggevingsvoorschriften en bepalingen zoals weergegeven in Titel 9 Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek. Tevens is Richtlijn 660 van de Raad voor de Jaarverslaggeving gevolgd. In deze richtlijn zijn voor de sector specifieke presentatie-, waarderings- en verslaggevingsvoorschriften opgenomen. De waardering van activa en passiva en de bepaling van het resultaat vinden plaats op basis van historische kosten. Tenzij bij de desbetreffende grondslag voor de specifieke balanspost anders wordt vermeld, worden de activa en passiva gewaardeerd volgens het kostprijsmodel.

Grondslagen voor de consolidatie In de geconsolideerde jaarrekening van de Onderwijsgroep Amersfoort zijn de financiële gegevens verwerkt van de tot de groep behorende rechtspersonen waarop een overheersende zeggenschap kan worden uitgeoefend of waarover de centrale leiding wordt gevoerd. De geconsolideerde jaarrekening is opgesteld met toepassing van de grondslagen voor de waardering en de resultaatbepaling van de Onderwijsgroep Amersfoort.

Baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop ze betrekking hebben. Winsten worden slechts genomen voor zover zij op balansdatum zijn gerealiseerd. Verplichtingen en mogelijke verliezen die hun oorsprong vinden voor het einde van het verslagjaar, worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden.

Rapporteringsvaluta De Stichting Service (De Amersfoortse Berg), Stichting Johan van Oldenbarnevelt gymnasium en Stichting FOUR (‘t-Atrium) zijn meege-

De bedragen in de tabellen worden gepresenteerd in euro’s.

Pagina 50


Foutenherstel

Financiële instrumenten Algemeen De Onderwijsgroep Amersfoort maakt in de normale bedrijfsuitoefening gebruik van uiteenlopende financiële instrumenten die de stichting blootstellen aan renterisico’s en liquiditeitsrisico’s. Deze betreffen financiële instrumenten die in de balans zijn opgenomen. De Onderwijsgroep Amersfoort handelt niet in financiële derivaten en heeft procedures en gedragslijnen om de omvang van het kredietrisico bij elke tegenpartij of markt te beperken. Bij het niet nakomen door een tegenpartij van aan de Onderwijsgroep Amersfoort verschuldigde betalingen blijven eventuele daaruit voortvloeiende verliezen beperkt tot de marktwaarde van de desbetreffende instrumenten. De contractwaarde of fictieve hoofdsommen van de financiële instrumenten zijn slechts een indicatie van de mate waarin van dergelijke financiële instrumenten gebruik wordt gemaakt en niet van het bedrag van de kredietrisico’s en marktrisico’s.

Renterisico De Onderwijsgroep Amersfoort heeft geen leningen opgenomen, en loopt dientengevolge geen renterisico.

Reële waarde De reële waarde van de meeste in de balans verantwoorde financiële instrumenten, waaronder vorderingen, effecten, liquide middelen en kortlopende schulden, benadert de boekwaarde ervan. De reële waarde van de overige in de balans verantwoorde financiële instrumenten wijkt niet materieel af van de boekwaarde.

Tot 2012 is een deel van het personeels- en arbeidsmarktbeleid van het (voortgezet) speciaal onderwijs gereserveerd op de overlopende passiva voor kosten die de komende jaren gemaakt moeten worden in verband met het passend onderwijs. Door gewijzigde wetgeving mag dit geld niet meer gereserveerd worden onder de overlopende passiva. We hebben dit geld nu opgenomen als bestemmingsreserve. Dit is in 2012 gewijzigd, waarbij tevens de beginbalans is aangepast.

Grondslagen voor waardering van activa en passiva Materiële vaste activa De materiële vaste activa worden gewaardeerd tegen de verkrijgingsprijs, verminderd met de cumulatieve afschrijvingen en indien van toepassing met bijzondere waardeverminderingen. De afschrijvingen worden gebaseerd op de geschatte economische levensduur en worden berekend op basis van een vast percentage van de verkrijgingsprijs, rekening houdend met een eventuele restwaarde. Er wordt afgeschreven vanaf het moment van ingebruikname. De bestede gemeentelijke subsidies in verband met de aanschaf van (materiële) vaste activa worden opgenomen onder de overlopende passiva. Deze subsidies worden tijdsevenredig over de geschatte economische levensduur van deze activa ten gunste van de staat van baten en lasten gebracht. Voor de kosten van periodiek groot onderhoud wordt een voorziening gevormd. Deze voorziening is opgenomen onder de overige voorzieningen aan de passiefzijde van de balans.

Pagina 51


Het systeem van afschrijvingen is als volgt (percentages van de aanschafwaarde): Renovaties Aankleding gebouwen Verbouwingen Schoolmeubilair Kantoormeubilair Machines en gereedschap Overige inventaris Computers Onderwijsleerpakket

Voorzieningen Pensioenen

2,5% 10 % 10 % 15 % 10 % VO 15 % (V)SO 20 % 10% - 33% 25 % VO 20% (V)SO 20% - 33 %

De Onderwijsgroep Amersfoort heeft voor haar werknemers een toegezegde pensioenregeling. Hiervoor in aanmerking komende werknemers hebben op de pensioengerechtigde leeftijd recht op een pensioen dat is gebaseerd op het gemiddeld verdiende loon berekend over de jaren dat de werknemer pensioen heeft opgebouwd bij de Onderwijsgroep Amersfoort.

Vorderingen en overlopende activa De vorderingen en overlopende activa worden bij eerste verwerking opgenomen tegen de reële waarde, zijnde de nominale waarde. Noodzakelijk geachte voorzieningen voor het risico van oninbaarheid worden in mindering gebracht. Deze voorzieningen worden bepaald op basis van individuele beoordeling van de vorderingen. Voor onderwijsinstellingen vallend onder de WVO en WEC is het toegestaan een vordering op te nemen op het Ministerie van OCW. Onderwijsinstellingen hebben daarmee de keuze om een vordering op te nemen dan wel een niet in de balans opgenomen actief. De Onderwijsgroep Amersfoort heeft ervoor gekozen om de vordering niet de waarderen.

Liquide middelen De liquide middelen zijn gewaardeerd tegen nominale waarde. Liquide middelen die niet ter directe beschikking staan worden verwerkt onder de vorderingen. Liquide middelen die gedurende langer dan 12 maanden niet ter directe beschikking staan van de stichting worden verwerkt onder de financiële vaste activa.

De verplichtingen, welke voortvloeien uit deze rechten van haar personeel, zijn ondergebracht bij het bedrijfstakpensioenfonds ABP. De Onderwijsgroep Amersfoort betaalt hiervoor premies waarvan ongeveer 2/3 door de werkgever wordt betaald en 1/3 door de werknemer. De pensioenrechten worden jaarlijks geïndexeerd, indien en voor zover de dekkingsgraad van het pensioenfonds (het vermogen van het pensioenfonds gedeeld door haar financiële verplichtingen) dit toelaat. Naar de stand van ultimo 30 november 2012 is de dekkingsgraad van het pensioenfonds 97% (bron: website www.abp.nl, d.d. 14 januari 2013). In 2014 dient het pensioenfonds een dekkingsgraad van ten minste 105% te hebben. Het pensioenfonds verwacht hieraan te kunnen voldoen door de premie in 2013 te verhogen met 1,3% (bron: website www.abp.nl, d.d. 14 januari 2013). De Onderwijsgroep Amersfoort heeft geen verplichting tot het voldoen van aanvullende bijdragen in geval van een tekort bij het pensioenfonds, anders dan het effect van hogere toekomstige premies. De Onderwijsgroep Amersfoort heeft daarom alleen de verschuldigde premies tot en met het einde van het boekjaar in de jaarrekening verantwoord.

Pagina 52


Voorziening groot onderhoud De voorziening ter gelijkmatige verdeling van lasten voor groot onderhoud van gebouwen wordt bepaald op basis van de te verwachten kosten over een reeks jaren. De voorziening wordt lineair opgebouwd aan de hand van meerjaren onderhoudsplannen, die door een extern adviesbureau worden opgesteld. Indien noodzakelijk wordt er extra gedoteerd. Het uitgevoerde onderhoud wordt ten laste van deze voorziening gebracht.

Spaarverlof De voorziening spaarverlof is gevormd voor personeelsleden die gedurende 4 of meer schooljaren 60 klokuren hebben gespaard en dit in een aaneengesloten periode gaan opnemen. De dotatie is gebaseerd op normbedragen vanuit de cao, en worden jaarlijks geindexeerd.

bedragen, voor zover ze niet onder de andere kortlopende schulden zijn te plaatsen. De bestede subsidies in verband met de aanschaf van (materiële) vaste activa worden gepassiveerd onder de overlopende passiva. Deze subsidies worden tijdsevenredig over de geschatte economische levensduur van deze activa ten gunste van de staat van baten en lasten gebracht.

Grondslagen voor de bepaling van het resultaat Bij de bepaling van het exploitatieresultaat gelden de volgende beginselen: lasten (en baten) zijn toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben.

Rijksbijdragen

Uitgestelde beloningen Op basis van Richtlijn 271 van de Raad voor de Jaarverslaggeving is een voorziening opgenomen voor verplichtingen uit hoofde van toekomstige uitkeringen bij ambtsjubilea van personeelsleden. De voorziening is gebaseerd op ervaringscijfers van de VOSABB: het gemiddeld aantal personeelsleden x € 600. De werkelijke jubilea-uitkeringen worden ten laste van deze voorziening gebracht.

Kortlopende schulden Dit betreffen schulden met een op balansdatum resterende looptijd van ten hoogste één jaar. Kortlopende schulden worden bij eerste verwerking opgenomen tegen de reële waarde, zijnde de nominale waarde van de schuld.

Overlopende passiva De overlopende passiva betreffen vooruit ontvangen bedragen die aan opvolgende perioden worden toegerekend en nog te betalen

De ontvangen (normatieve) rijksbijdrage en de niet-geoormerkte OCW-subsidies (vrij besteedbare doelsubsidies zonder verrekeningsclausule) worden in het jaar waarop de toekenningen betrekking hebben volledig verwerkt als bate in de staat van baten en lasten. Geoormerkte OCW-subsidies met een vrij besteedbaar overschot (doelsubsidies waarbij het overschot geen verrekeningsclausule heeft) worden ten gunste van de staat van baten en lasten verantwoord naar rato van de voortgang van de gesubsidieerde activiteiten. Het deel van de subsidies waar nog geen activiteiten voor zijn verricht per balansdatum worden verantwoord onder de overlopende passiva. Geoormerkte OCW-subsidies (doelsubsidies met verrekeningsclausule) worden ten gunste van de staat van baten en lasten verantwoord in het jaar ten laste waarvan de gesubsidieerde lasten komen. Niet bestede middelen worden verantwoord onder de overlopende passiva zolang de bestedingstermijn nog niet is

Pagina 53


verlopen. Niet bestede middelen worden verantwoord onder de kortlopende schulden zodra de bestedingstermijn is verlopen op balansdatum.

Grondslagen voor de opstelling van het geconsolideerd kasstroomoverzicht

Overige exploitatiesubsidies

Het kasstroomoverzicht wordt opgesteld volgens de indirecte methode.

Overige exploitatiesubsidies worden ten gunste van de staat van baten en lasten gebracht in het jaar ten laste waarvan de gesubsidieerde lasten komen/waarin de opbrengsten zijn gederfd/waarin het exploitatietekort zich heeft voorgedaan.

Giften Giften worden gewaardeerd tegen de reële waarde (voor zover bepaalbaar) in de staat van baten en lasten.

Betaalde interest en betaalde dividenden worden opgenomen onder de kasstroom uit financieringsactiviteiten. Transacties waarbij geen ruil van geldmiddelen plaatsvindt, waaronder financiële leasing, worden niet in het kasstroomoverzicht opgenomen. De betaling van de leasetermijnen uit hoofde van het financiële leasecontract wordt voor het gedeelte dat betrekking heeft op de aflossing als een uitgave uit financieringsactiviteiten aangemerkt en voor het gedeelte dat betrekking heeft op de interest als een uitgave uit operationele activiteiten.

Pagina 54


9.2

Geconsolideerde balans per 31 december 2012 (na resultaatbestemming)

€

31-12-2012 €

€

31-12-2011 €

VASTE ACTIVA 1 Materiele vaste activa Gebouwen en terreinen Inventaris en apparatuur 1e waardering Leermiddelen Vervoermiddelen

pm 4.773.501 450.208 145.309 19.532

TOTAAL VASTE ACTIVA

2 VLOTTENDE ACTIVA Vorderingen Debiteuren Overige vorderingen Totaal vorderingen

pm 3.999.097 531.616 112.458 5.388.550

4.643.171

5.388.550

4.643.171

220.075 2.042.329

300.907 1.282.150 2.262.404

1.583.057

18.637.468

17.336.169

TOTAAL VLOTTENDE ACTIVA

20.899.872

18.919.226

TOTAAL ACTIVA

26.288.422

23.562.397

3 Liquide middelen

Pagina 55


€

31-12-2012 €

4 Eigen vermogen Algemene reserve Herwaarderingsreserve Bestemmingsreserve publiek Bestemmingsreserve privaat Totaal eigen vermogen

9.429.013 450.208 2.480.783 458.776

5 Voorzieningen Overige voorzieningen Totaal voorzieningen

4.719.625

6 Kortlopende schulden Crediteuren Ministerie van OCW Belastingen en premies soc verzekeringen Schulden terzake pensioenen Overige kortlopende schulden Overlopende passiva Totaal kortlopende schulden

667.085 209.535 1.640.208 579.705 1.337.395 4.316.090

€

31-12-2011 €

7.387.702 531.616 2.602.252 469.220 12.818.780

10.990.790

3.824.934 4.719.625

TOTAAL PASSIVA

Pagina 56

3.824.934

665.572 209.535 1.630.247 528.324 2.127.266 3.585.730 8.750.018

8.746.674

26.288.422

23.562.397


9.3

Geconsolideerde staat van baten en lasten over 2012

€

2012 €

€

Begroting 2012 €

7 Baten Rijksbijdragen OCW 48.332.414 Overige overheidsbijdragen 1.213.094 Overige baten 4.291.090 53.836.598 Totaal baten

45.509.505 622.336 2.439.243

8 Lasten Personele lasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige materiele lasten Totaal lasten

40.953.040 775.636 3.269.164 3.342.941

Saldo baten en lasten 9 Financiele baten Totaal resultaat

42.540.688 795.543 3.975.150 4.966.119

€

2011 €

44.903.390 606.211 5.607.785 48.571.084

51.117.386

41.185.402 767.578 2.923.964 5.802.095

52.277.500

48.340.781

50.679.039

1.559.098

230.303

438.347

268.892

20.000

272.571

1.827.990

250.303

710.918

Pagina 57


9.4

Geconsolideerd kasstroomoverzicht 2012

31-12-2012 €

€ Kasstroom uit operationele activiteiten Saldo exploitatie Afschrijvingen Mutaties voorzieningen Veranderingen in vlottende middelen - vorderingen - kortlopende/langlopende schulden

€

31-12-2011 €

1.559.098 795.543 894.691 3.249.332 679.3473.344

438.347 767.578 54.550 1.260.475 112.1171.515.721

676.0032.573.329 Ontvangen rente Totale kasstroom uit operationele activiteiten Kasstroom uit investeringsactiviteiten (Des-)investeringen materiële vaste activa (Des-)investeringen financiële vaste activa

Beginstand liquide middelen Mutatie liquide middelen

268.892

272.571

2.842.221

2.936.650

1.540.922-

Mutatie liquide middelen

1.008.0961.540.922-

1.008.096-

1.301.299

1.928.554

17.336.169 1.301.299

15.407.615 1.928.554 18.637.468

Eindstand liquide middelen

Pagina 58

1.403.604 2.664.079

17.336.169


9.5

Toelichting op de geconsolideerde balans

Activa 1 Materiele vaste activa Verkrijgingsprijs Afschrijvingen Boekw aarde t/m 2011

t/m 2011

€ Inventaris en apparatuur 1e waardering

Leermiddelen Vervoermiddelen

Investeringen

Desinveste-

Afschrijvingen

2012

ringen 2012

2012

1-1-2012

€

€

€

€

€

Boekw aarde 31-12-2012

€

8.059.840 1.683.691 9.743.531

4.060.743 1.152.075 5.212.818

3.999.097 531.616 4.530.713

1.443.181 1.443.181

501 501

668.276 81.408 749.684

4.773.501 450.208 5.223.709

288.828

176.370

112.458

76.540

-

43.689

145.309

-

-

-

21.702

-

2.170

19.532

10.032.359

5.389.188

4.643.171

1.541.423

501

795.543

5.388.550

2 Vorderingen Debiteuren Overige vorderingen Rente Gemeente Vooruitbetaald Overig

31-12-2012 €

31-12-2011 €

220.075

300.907

166.622 923.206 379.307 573.194 2.042.329

187.305 222.855 509.963 362.027 1.282.150

2.262.404

1.583.057

De vordering op de gemeente bestaat uit huurvergoedingen € 324.212 en de (ver)bouw- en onderhoudsvergoedingen € 598.994.

3 Liquide middelen Banken Kasmiddelen

18.625.234 12.234 18.637.468

Pagina 59

17.323.316 12.853 17.336.169


Passiva 4 Eigen vermogen Stand per 31-12-2011 € Algemene reserves Herwaarderingsreserve Bestemmingsreserve publiek Bestemmingsreserve privaat Totaal eigen vermogen

M u t a t i e s Overige Resultaat mutaties 2012 2012 € €

7.387.702 531.616 2.602.252 469.220 10.990.790 Stand per 31-12-2011 €

Bestemmingsreserve publiek: BAPO ESF (V)SO

Bestemmingsreserve privaat

2.041.311 81.408121.46910.4441.827.990

-

Resultaat 2012 €

Stand per 31-12-2012 €

mutaties 2012

Stand per 31-12-2012 €

€

632.662 143.700 1.825.890 2.602.252

22.231 143.700-

9.429.013 450.208 2.480.783 458.776 12.818.780

121.469-

-

654.893 1.825.890 2.480.783

469.220

10.444-

-

458.776

3.071.472

131.913-

-

2.939.559

De herwaarderingsreserve betreft de 1e waardering welke in 2006 is gevormd voor De Borgwal, Mulock Houwer en De Sprong toen de lumpsum financiering werd ingevoerd, en valt vrij naar gelang de actva afgeschreven wordt. De bestemmingsreserve BAPO is gevormd omdat de vergoeding voor de BAPO in de lumpsum niet toereikend is om de jaarlijkse BAPO lasten te dekken. De bestemmingsreserve ESF is vrijgevallen ten gunste van de algemene reserve. De bestemmingsreserve (V)SO is gevormd voor de extra kosten die komende jaren gemaakt moeten worden in verband met het passend onderwijs. De bestemmingsreserve privaat betreft nog niet bestede private middelen.

5 Voorzieningen Stand per 31-12-2011 € Voorziening onderhoud Voorziening spaarverlof Voorziening uitgestelde betalingen

2.221.459 1.166.023 437.452 3.824.934

M u t a t i e s Dotaties Ontrekkingen Vrijval 2012 2012 2012 € € € 938.543 80.144 45.989 1.064.676

Pagina 60

113.788 21.111 35.086 169.985

Stand per 31-12-2012 €

-

3.046.214 1.225.056 448.355 4.719.625


Kortlopend < 1 jaar € Voorziening onderhoud Voorziening spaarverlof Voorziening uitgestelde betalingen

304.621 304.621

6 Kortlopende schulden

31-12-2012 €

Langlopend > 1 jaar € 2.741.593 1.225.056 448.355 4.415.004

31-12-2011 €

Crediteuren

667.085

665.572

Ministerie van OCW

209.535

209.535

1.640.208

1.630.247

579.705

528.324

16.805 1.320.590 1.337.395

139.009 1.988.257 2.127.266

126.294 1.325.982 264.891 1.621.164 977.759 4.316.090

86.635 1.191.020 139.831 1.439.706 728.538 3.585.730

8.750.018

8.746.674

Belastingen en premies soc verzekeringen Schulden terzake pensioenen Overige k ortlopende schulden Netto loon Overig Overlopende passiva Eigen bijdrage ww-uitkeringen Vakantiegeld Overige subsidies/geoormerkt Ov subsidies/niet geoormerkt Cfi Gemeente

Pagina 61


9.6

Niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen

Huurcontracten De stichting heeft de volgende huurcontracten:

bestuursbureau Kantoorruimte JvO-gymnasium Noodlokalen Amersfoortse Berg Noodlokalen M Houwer-Fornhese School M Houwer-Rietschans School M Houwer-Rietschans School M Houwer-directie/amb beg Kantoorruimte M Houwer-ATC Bedrijfsruimte M Houwer-ATC Bedrijfsruimte M Houwer-ATC Bedrijfsruimte Sprong Kantoorruimte

De Brand 20 Thorbeckeplein 1 Hugo de Grootlaan 1 Utrechtseweg 266 Hoogstede Horsterweg 130a Siliciumweg 83 Radonweg 4 Radonweg 12 Chroniumweg 43 Valkenheide 26

Amersfoort Amersfoort Amersfoort Amersfoort Ermelo Ermelo Amersfoort Amersfoort Amersfoort Amersfoort Maarsbergen

Garantie Rabobank Bij de Rabobank loopt een bankgarantie welke is afgegeven voor de huur van De Klokhoek te Leusden ad € 3.739,45.

Vordering op Ministerie van OCW De Onderwijsgroep Amersfoort heeft ervoor gekozen geen vordering op te nemen op het Ministerie van OCW in verband met betaalritme-verschuiving. De vordering bedraagt € 2.591.000, zijnde 7,5% voor het voortgezet onderwijs en 7,12% voor het (voortgezet) speciaal onderwijs van de lumpsum.

Pagina 62

huurprijs contactduur einde looptijd opzegtermijn € 56.000 10 jaar 1-6-2021 12 md € 64.900 1 jaar 1-9-2013 2 mnd € 82.366 1 jaar 31-8-2013 2 mnd € 113.883 10 jaar 1-4-2016 1 jaar € 36.000 doorlopend nvt 3 mnd € 172.963 10 jaar 1-5-2021 12 mnd € 22.000 5 jaar 1-1-2015 6 mnd € 80.580 5 jaar 1-12-2015 12 mnd € 18.400 4 jaar, 5 maanden 1-12-2015 12 mnd € 16.848 € 25.764 10 jaar 30-6-2018 3 mnd


9.7

Toelichting op geconsolideerde staat van baten en lasten 2012 €

2011 €

7 Baten Rijksbijdragen OCW (Normatieve) rijksbijdrage OCW Overige subsidies OCW, geoormerkt Overige subsidies OCW, niet geoormerkt

Overige overheidsbijdragen Gemeentelijke bijdragen Overige

Overige baten Verhuur onroerende zaken Detachering personeel Overige

TOTAAL BATEN

8

43.145.404 136.873 5.050.137 48.332.414

39.744.397 261.518 4.897.475 44.903.390

951.490 261.604 1.213.094

451.610 154.601 606.211

105.145 229.921 3.956.024 4.291.090

141.147 135.010 5.331.628 5.607.785

53.836.598

51.117.386

31.923.710 3.736.483 4.409.254 40.069.447

31.243.321 3.655.469 4.317.127 39.215.917

7.995258.18415.131367.475129.33639.291.326

53.982168.684136.570475.01638.381.665

3.123.229

2.673.173

45.989 80.144 126.133

38.589 91.975 130.564

42.540.688

41.185.402

Lasten Personele lasten Brutolonen Sociale lasten Pensioenpremies Af: WAO-gelden Ziektewet-uitkeringen Risicofonds Vervangingsfonds Wga eigen risicodrager

Diverse personele kosten Dotaties personele voorzieningen jubileumuitkeringen spaarverlof

Totaal personele lasten

Pagina 63


2012 € Afschrijvingen Inventaris en apparatuur Totaal afschrijvingen Huisvestingslasten Huur Dotatie onderhoudsvoorziening Klein onderhoud en exploitatie Energie en water Schoonmaakkosten Heffingen

2011 €

795.543 795.543

767.578 767.578

1.059.163 938.543 574.053 603.215 745.821 54.355 3.975.150

624.350 364.700 587.462 564.962 690.331 92.159 2.923.964

De stijging van de huurkosten is met name veroorzaakt door de huurkosten van Mulock Houwer-Rietschans. De Mulock Houwer-Rietschans is in 2011 in een nieuw schoolgebouw gehuisvest. De jaarlijkse huurkosten bedragen € 208.000. In 2012 is tevens een nabetaling van de huur van 2011 opgenomen ad € 180.000. De dotatie aan de onderhoudsvoorziening is in 2012 fors gestegen. De meerjarenonderhoudsplannen zijn begin 2012 herzien. Hieruit bleek dat er op korte termijn een aantal onderhoudsprojecten uitgevoerd moeten gaan worden. De dotatie is dien ten gevolge verhoogd.

Overige materiële lasten Administratie en beheerslasten Inventaris, apparatuur en leermiddelen

TOTAAL LASTEN 9 Financiële baten RESULTAAT

Kosten Accountant Controle Adviezen

Pagina 64

3.097.603 1.868.516 4.966.119

4.237.026 1.565.069 5.802.095

52.277.500

50.679.039

268.892

272.571

1.827.990

710.918

28.295 28.295

31.476 31.476


9.8 Grondslagen enkelvoudige jaarrekening Voor de algemene grondslagen voor de opstelling van de jaarrekening, de grondslagen voor de waardering van activa en passiva en de bepaling van het resultaat, alsmede voor de toelichting op onderscheiden activa en passiva en de resultaten wordt verwezen naar de toelichting op de geconsolideerde jaarrekening.

Segmentatie In de jaarrekening wordt een segmentatie van de staat van baten en lasten gemaakt in de volgende segmenten: voortgezet onderwijs en (voortgezet) speciaal onderwijs. Voortgezet Onderwijs: -

De Amersfoortse Berg ‘t-Atrium Trias College Johan van Oldenvanbarnevelt gymnasium Mondriaan-vmbo Vathorst College De Borgwal

(Voortgezet) speciaal onderwijs -

Mulock Houwer De Sprong

Pagina 65


9.9

Enkelvoudige balans 2012

€

31-12-2012 €

€

31-12-2011 €

VASTE ACTIVA 1 Materiele vaste activa Gebouwen en terreinen Inventaris en apparatuur 1e waardering Leermiddelen Vervoermiddelen

pm 4.738.963 450.208 145.309 19.532

TOTAAL VASTE ACTIVA

2 VLOTTENDE ACTIVA Vorderingen Debiteuren Overige vorderingen Totaal vorderingen

pm 3.962.789 531.616 112.458 5.354.012

4.606.863

5.354.012

4.606.863

220.075 1.902.884

299.191 1.399.801 2.122.959

1.698.992

18.321.748

16.564.393

TOTAAL VLOTTENDE ACTIVA

20.444.707

18.263.385

TOTAAL ACTIVA

25.798.719

22.870.248

3 Liquide middelen

Pagina 66


€

31-12-2012 €

4 Eigen vermogen Algemene reserve Herwaarderingsreserve Bestemmingsreserve publiek Bestemmingsreserve privaat Totaal eigen vermogen

9.429.014 450.208 2.480.783 164.433

5 Voorzieningen Overige voorzieningen Totaal voorzieningen

4.719.625

6 Kortlopende schulden Crediteuren Ministerie van OCW Belastingen en premies soc verzekeringen Schulden terzake pensioenen Overige kortlopende schulden Overlopende passiva Totaal kortlopende schulden

656.077 209.535 1.640.208 579.705 1.153.042 4.316.090

€

31-12-2011 €

7.387.702 531.616 2.602.252 216.574 12.524.438

10.738.144

3.824.934 4.719.625

TOTAAL PASSIVA

Pagina 67

3.824.934

607.353 209.535 1.229.187 929.384 1.745.982 3.585.730 8.554.657

8.307.171

25.798.719

22.870.248


9.10 Enkelvoudige staat van baten en lasten 2012

€

2012 €

€

Begroting 2012 €

7 Baten Rijksbijdragen OCW 48.332.414 Overige overheidsbijdragen 1.213.094 Overige baten 3.312.100 52.857.608 Totaal baten

45.509.505 622.336 2.439.243


40.953.040 775.636 3.269.164 3.342.941


42.540.688 791.073 3.974.437 4.025.060

€

2011 €

44.903.390 606.211 4.683.923 48.571.084

50.193.524

41.185.402 763.143 2.849.242 4.813.559

51.331.258

48.340.781

49.611.346

1.526.350

230.303

582.178

259.944

20.000

262.667

1.786.294

250.303

844.845

Pagina 68


9.11 Toelichting enkelvoudige balans

Activa 1 Materiele vaste activa Verkrijgingsprijs Afschrijvingen Boekw aarde t/m 2011

€ Inventaris en apparatuur 1e waardering

Leermiddelen

t/m 2011

Investeringen

Desinveste-

Afschrijvingen

2012

ringen 2012

2012

1-1-2012

€

€

€

€

€

8.023.532 1.683.691 9.707.223

4.060.743 1.152.075 5.212.818

3.962.789 531.616 4.494.405

1.440.480

501

1.440.480

501

288.828

176.370

112.458

Vervoermiddelen 9.996.051

5.389.188

4.606.863

2 Vorderingen Debiteuren Rente Gemeente Vooruitbetaald Rekening-courant Stichtingen Overig

Boekw aarde 31-12-2012

€ 663.805 81.408 745.213

4.738.963 450.208 5.189.171

76.540

43.689

145.309

21.702

2.170

19.532

791.072

5.354.012

1.538.722

501

31-12-2012 €

31-12-2011 €

220.075

299.191

166.622 917.439 236.809 3.494 578.520 1.902.884

187.305 222.855 318.249 313.483 357.909 1.399.801

2.122.959

1.698.992

De vordering op de gemeente bestaat uit huurvergoedingen € 324.212 en de (ver)bouw- en onderhoudsvergoedingen € 598.994.

3 Liquide middelen Banken Kasmiddelen

18.300.482 21.266 18.321.748

Pagina 69

16.555.804 8.589 16.564.393


Passiva 4 Eigen vermogen Stand per 31-12-2011 € Algemene reserves Herwaarderingsreserve Bestemmingsreserve publiek Bestemmingsreserve privaat Totaal eigen vermogen

7.387.702 531.616 2.602.252 216.574 10.738.144 Stand per 31-12-2011 €

Bestemmingsreserve publiek: BAPO ESF (V)SO

Bestemmingsreserve privaat

5 Voorzieningen Stand per 31-12-2011 € Voorziening onderhoud Voorziening spaarverlof Voorziening uitgestelde betalingen

M u t a t i e s Overige Resultaat mutaties 2012 2012 € €

2.221.459 1.166.023 437.452 3.824.934

2.041.312 81.408121.46952.1411.786.294

-

Resultaat 2012 €

Stand per 31-12-2012 €

mutaties 2012

9.429.014 450.208 2.480.783 164.433 12.524.438 Stand per 31-12-2012 €

€

632.662 143.700 1.825.890 2.602.252

22.231 143.700121.469-

-

654.893 1.825.890 2.480.783

216.574

52.141-

-

164.433

2.818.826

173.610-

-

2.645.216

M u t a t i e s Dotaties Ontrekkingen Vrijval 2012 2012 2012 € € € 938.543 80.144 45.989 1.064.676

113.788 21.111 35.086 169.985

Kortlopend < 1 jaar € Voorziening onderhoud Voorziening spaarverlof Voorziening uitgestelde betalingen

304.621 304.621

Pagina 70

Stand per 31-12-2012 €

-

3.046.214 1.225.056 448.355 4.719.625

Langlopend > 1 jaar € 2.741.593 1.225.056 448.355 4.415.004


6 Kortlopende schulden

31-12-2012 €

31-12-2011 €

Crediteuren

656.077

607.353

Ministerie van OCW

209.535

209.535

1.640.208

1.229.187

579.705

929.384

16.805 1.136.237 1.153.042

139.009 1.606.973 1.745.982

126.294 1.325.982 264.891 1.621.164 977.759 4.316.090

86.635 1.191.020 139.831 1.439.706 728.538 3.585.730

8.554.657

8.307.171

Belastingen en premies soc verzekeringen Schulden terzake pensioenen Overige k ortlopende schulden Netto loon Overig Overlopende passiva Eigen bijdrage ww-uitkeringen Vakantiegeld Overige subsidies/geoormerkt Ov subsidies/niet geoormerkt Cfi Gemeente

Pagina 71


9.12 Toelichting op de enkelvoudige staat van baten en lasten 2012 €

2011 €

7 Baten Rijksbijdragen OCW (Normatieve) rijksbijdrage OCW Overige subsidies OCW, geoormerkt Overige subsidies OCW, niet geoormerkt

Overige overheidsbijdragen Gemeentelijke bijdragen Overige

Overige baten Verhuur onroerende zaken Detachering personeel Overige

TOTAAL BATEN

8

43.145.404 136.873 5.050.137 48.332.414

39.744.397 261.518 4.897.475 44.903.390

951.490 261.604 1.213.094

451.610 154.601 606.211

105.145 229.921 2.977.034 3.312.100

139.946 135.010 4.408.967 4.683.923

52.857.608

50.193.524

31.923.710 3.736.483 4.409.254 40.069.447

31.243.321 3.655.469 4.317.127 39.215.917

7.995258.18415.131367.475129.33639.291.326

53.982168.684136.570475.01638.381.665

3.123.229

2.673.173

45.989 80.144 126.133

38.589 91.975 130.564

42.540.688

41.185.402

Lasten Personele lasten Brutolonen Sociale lasten Pensioenpremies Af: WAO-gelden Ziektewet-uitkeringen Risicofonds Vervangingsfonds Wga eigen risicodrager

Diverse personele kosten Dotaties personele voorzieningen jubileumuitkeringen spaarverlof

Totaal personele lasten

Aan het einde van het boekjaar waren er 641 fte (2011: 646 fte) in dienst.

Pagina 72


2012 € Afschrijvingen Inventaris en apparatuur Totaal afschrijvingen Huisvestingslasten Huur Dotatie onderhoudsvoorziening Klein onderhoud en exploitatie Energie en water Schoonmaakkosten Heffingen

Overige materiële lasten Administratie en beheerslasten Inventaris, apparatuur en leermiddelen

TOTAAL LASTEN 9 Financiële baten RESULTAAT

Kosten Accountant Controle Adviezen

Pagina 73

2011 €

791.073 791.073

763.143 763.143

1.059.163 938.543 573.340 603.215 745.821 54.355 3.974.437

624.350 364.700 514.078 564.961 688.995 92.158 2.849.242

3.085.962 939.098 4.025.060

4.016.162 797.397 4.813.559

51.331.258

49.611.346

259.944

262.667

1.786.294

844.845

28.295 28.295

31.476 31.476


9.13 Enkelvoudige segmentatie

€

VO 2012 €

€

(V)SO 2012 €

7 Baten Rijksbijdragen OCW 32.967.977 Overige overheidsbijdragen 284.017 Overige baten 1.266.776 34.518.770 Totaal baten

15.364.437 929.077 2.045.323


14.781.159 213.932 1.645.019 1.033.358


27.759.528 577.141 2.329.418 2.991.702

€

Totaal €

48.332.414 1.213.094 3.312.099 18.338.837

52.857.607

42.540.687 791.073 3.974.437 4.025.060

33.657.789

17.673.468

51.331.257

860.981

665.369

1.526.350

259.944

-

259.944

1.120.925

665.369

1.786.294

Ondertekening door bestuur en toezichthouders Ondertekening door bestuur en toezichthouders Datum:

K. de Boer

A.W. Schoch

L.T. v.d. Meulen-Hoogkamp

M. Haak-Griffioen

F.J. v.d. Tempel

M.F.M. Jongerius

R. Witting

Pagina 74


9.14 Overige gegevens Controle verklaring onafhankelijke accountant Hiervoor wordt verwezen naar de hierna opgenomen verklaring

Bestemming van het resultaat 2012 De jaarrekening 2012 is goedgekeurd door de Raad van Toezicht op 15 mei 2013. De Raad van Toezicht heeft de hieronder vermelde resultaatverdeling goedgekeurd: 2012 € Algemene reserve 16LG 20CK 20EA 20EI

01KI 16OJ

Stichting De Borgwal Johan van Oldenbarnevelt Amersfoortse Berg Vallei College, 't Atrium Vallei College, Trias Vallei College, Mondriaan-vmbo Vallei College, Vathorst De Sprong Mulock Houwer

Herwaarderingsreserve 16LG De Borgwal 01KI De Sprong 16OJ Mulock Houwer

Bapo reserve 16LG 20CK 20EA 20EI

01KI 16OJ

520.235 42.034 155.206 278.413 112.206 1.13035.780145.336 349.778 475.013 2.041.311

22.26934.52324.61681.408-

De Borgwal Johan van Oldenbarnevelt Amersfoortse Berg Vallei College, 't Atrium Vallei College, Trias Vallei College, Mondriaan-vmbo Vallei College, Vathorst De Sprong Mulock Houwer

Pagina 75

11.72623.010 81.0477.8918.249 57.54590.949 12.573 45.659 22.231


2012 € ESF reserve 16OJ Private reserves 16LG 20CK 20EA 20EI

01KI 16OJ

Mulock Houwer

143.700-

De Borgwal Johan van Oldenbarnevelt Amersfoortse Berg Vallei College, 't Atrium Vallei College, Trias Vallei College, Mondriaan-vmbo Vallei College, Vathorst De Sprong Mulock Houwer

10.90120.828 26.197 5.3283.827 4.11626.1335.111 19.92910.4441.827.990

Gebeurtenissen na balansdatum Er zijn geen gebeurtenissen na balansdatum.

Pagina 76


Controle verklaring onafhankelijke accountant

Pagina 77


Pagina 78


Bijlage 1

Model E: Verbonden partijen

Naam

Juridische vorm

Stichting JvO Stichting Service Stichting FOUR

stichting stichting stichting

*) Activiteiten:

Statutaire zetel

Amersfoort Amersfoort Amersfoort

Activiteiten

Eigen vermogen 31-12-2012

*) *) *)

34.455 165.124 94.763

Resultaat 2012 20.827 26.197 5.328-

Art 2: 403 BW Deelname Consolidatie

nee nee nee

0% 0% 0%

ja ja ja

In deze stichtingen komen de ouderbijdragen binnen en worden de activiteiten geboekt die daarvan bekostigd worden. In deze drie stichtingen heeft de Onderwijsgroep Amersfoort overwegende zeggenschap.

Pagina 79


Bijlage 2 Omschrijving

Model G: Subsidies OCW Kenmerk

Datum

Totaal bedrag toewijzing

ontvangen tm 2012

G2-A Verantwoording van subsidies met verrekeningsclausule Aflopend in 2012 Cultuureducatie 2009-2011 211123-1 6.387 verlofsubsidie/lerarenbeurs 386896-1 20-10-2011 1.983 verlofsubsidie/lerarenbeurs BEK-2010/75099 M 21-9-2010 5.709 Binnenmilieu BEK-09/128747U 28-1-2010 237.334 Binnenmilieu BEK-09/128818U 28-1-2010 248.740 doorontwikkeling pro 393392-1 21-11-2011 18.700 verlofsubsidie/lerarenbeurs 374609-1 20-9-2011 3.491 verlofsubsidie/lerarenbeurs 386812-1 20-10-2011 9.526 verlofsubsidie/lerarenbeurs 395284-1 21-11-2011 8.726 verlofsubsidie/lerarenbeurs 386896-1 20-10-2011 14.306 verlofsubsidie/lerarenbeurs 374386-1 20-9-2011 3.491 verlofsubsidie/lerarenbeurs 387292-1 20-10-2011 2.909 verlofsubsidie/lerarenbeurs 387357-1 20-10-2011 11.434 voortijdig schoolverlaten BEK-11/54817 M 20-10-2011 43.000 615.736 Totaal bedrag toewijzing G2-B Doorlopend tot in volgend verslagjaar doorontwikkeling pro 486526-1 20-11-2012 Innovatie-impuls 2010/2/168412 20-12-2010 Zij-instroom 488180-1 18-12-2012 verlofsubsidie/lerarenbeurs 480149-1 20-9-2012 verlofsubsidie/lerarenbeurs 475196-2 20-8-2012 verlofsubsidie/lerarenbeurs 475161-2 20-8-2012 48002-1/483497-1/475199-2 20-8-2012 - 20-10-2012 verlofsubsidie/lerarenbeurs verlofsubsidie/lerarenbeurs 48002-1/483497-1/475199-2 20-8-2012 - 20-10-2012 verlofsubsidie/lerarenbeurs 474623-2 20-8-2012 verlofsubsidie/lerarenbeurs 473174-3 20-8-2012 voortijdig schoolverlaten 483497-1 24-10-2012

6.387 1.983 5.709 237.334 248.740 18.700 3.491 9.526 8.726 14.306 3.491 2.909 11.434 42.500 615.236

ontvangen tm 2011

9.600 94.720 19.000 5.260 3.768 9.420 14.287 18.212 16.308 10.578 127.500 328.653

Pagina 80

besteed tm 2012

saldo 31-12-2012

4.501

1.886 1.983 5.709 12.472 187.485 209.535

224.862 61.255 18.700 3.491 9.526 8.726 14.306 3.491 2.909 11.434 42.500 405.701 besteed tm 2011

61.720

19.190

61.720

19.190

saldo ontvangen 31-12-2011 2012 42.530 42.530

9.600 35.500 19.000 5.260 3.768 9.420 14.287 18.212 16.308 10.578 127.500 269.433

besteed 2012

3.533 11.100 2.192 1.570 3.925 5.955 7.589 6.799 4.409 47.072

saldo 31-12-2012 9.600 74.497 7.900 3.068 2.198 5.495 8.332 10.623 9.509 6.169 127.500 264.891


Bijlage 3

Model H: Bezoldiging van bestuurders en toezichthouders

Naam

College van Bestuur de heer K. de Boer

Aanvang werkzaamheden 1-3-2011

Raad van Toezicht de heer A.W. Schoch, voorzitter 11-2-2003 mevrouw M. Haak-Griffioen, plv voorzitter 1-4-2012 de heer M.J.J.F. Halla 1-8-2002 mevrouw M.F.M. Jongerius 1-4-2012 mevrouw L.T. v.d. Meulen-Hoogkamp 1-8-2010 de heer H.W.M. Sterenborg 1-8-2012 de heer F.J. van den Tempel 18-4-2005 de heer R. Witting 11-2-2003

Taakomvang

Pensioenbijdrage

Dienstverband begin eind

fte

Dienstbetrekking/ Interimbasis

1-3-2011

1,1

dienstbetrekking

-

1-4-2012 1-12-2011 30-4-2012 1-12-2011 1-12-2011 30-4-2012 1-12-2011 1-12-2011 -

Pagina 81

Beloning 2012 126.775

7.750 2.906 1.292 2.906 3.875 1.292 3.875 3.875

2012 17.025

-


Bijlage 4

Overlopende passiva gemeenten

Om schrijving subsidieproject Datum /kenm erk

saldo

ontvangen

besteed

saldo

31-12-2011

2012

2012

31-12-2012

€ Vathorst College inventaris

10-11-2009

€

€

€

316.111

6.794

50.000

272.905

316.111

6.794

50.000

272.905

21.973

-

-

21.973

113.362

-

-

113.362

80.960

-

-

80.960

WSO/MO/CBS/3264088

Mulock Houwer OLP/meubilair

18-01-2007, WSO/MO/VV/22289860

OLP/meubilair

25-2-2008 WSO/MO/VV/2647655

OLP/meubilair

25-11-2008 WSO/MO/VV/2918737

OLP/meubilair

292.428

2012

216.295 De Sprong OLP/meubilair OLP/meubilair OLP/meubilair

2010 2010 2010

292.428

292.428 -

508.723

108.749 69.887 17.496

-

-

108.749 69.887 17.496

196.132

-

-

196.132

50.000

977.760

728.538

Pagina 82

299.222


Bijlage 5

Subsidie verlengde schooldag

Trias College beschikking 29 maart 2012, MO/WO/4051030 vergoeding voor 2012

52.500,00

LASTEN inzet eigen personeel (zie hieronder)

48.316,67

overige kosten

10.964,94 (zie grootboekrekening 4809.05) 59.281,61

Naam

sport docent MRT/sport docent docent nederlands /RT docent hwb/koken docent wisk/huisw-beg docent engels docent economie docent ckv rem teaching

loonkosten per klokuur

50,00 50,00 50,00 50,00 50,00 50,00 50,00 50,00 50,00

aantal contacturen per week 2011-12

aantal contacturen per week 2012-13

2 2 4 2 1 1 2 1 4

Pagina 83

2 2 3 2 2 1 2 1 3

loonkosten

loonkosten

1-1/31-7-11

1-8/31-12-11

3.033,33 3.033,33 6.066,67 3.033,33 1.516,67 1.516,67 3.033,33 1.516,67 6.066,67 28.816,67

2.166,67 2.166,67 3.250,00 2.166,67 2.166,67 1.083,33 2.166,67 1.083,33 3.250,00 19.500,00

totaal

5.200,00 5.200,00 9.316,67 5.200,00 3.683,33 2.600,00 5.200,00 2.600,00 9.316,67 48.316,67


Bijlage 6

Subsidie actie op uitval

Mulock Houwerschool

€

2012 €

Baten beschikking 15 maart 2012, MO/WO/4032721

22.069,00

Lasten training en begeleiding en advisering bij agressie factuur Tacto factuur Eduniek facturen SLO

1.579,24 122,57 33.613,44 35.315,25

personele k osten directeur managementteam schoolmaatsch werker psycholoog amb begeleiders

5 uur 15 uur 50 uur 50 uur 50 uur

350,00 900,00 2.000,00 2.500,00 2.000,00 7.750,00 43.065,25

20.996,25-

Pagina 84


Bijlage 7 BAPO ESF FPU GGZ GMR HRM LWOO OCW OLP OOP OP PO RI&E SMT SO VF VMBO VO VOG VOION (V)SO VTOI VVE VWS WEC WGA WIA WMS WTF

Afkortingen

bevordering arbeidsparticipatie ouderen Europees Sociaal Fonds Flexibel pensioen en uittreden Geestelijke gezondheidszorg Gemeenschappelijke medezeggenschapsraad Human Resource Management Leerwegondersteunend onderwijs Onderwijs Cultuur en Wetenschap Onderwijs-leerpakket Onderwijsondersteunend personeel Onderwijzend personeel Primair onderwijs Risico-inventarisatie & -evaluatie Sociaal Medisch Team Speciaal onderwijs Vervangingsfonds Voortgezet middelbaar beroepsonderwijs Voortgezet onderwijs Verklaring omtrent gedrag Voortgezet onderwijs in ontwikkeling (Voortgezet) speciaal onderwijs Vereniging van toezichthouders in onderwijsinstellingen Vereniging Van Eigenaren Volksgezondheid, Welzijn en Sport Wet op de expertisecentra Regeling Werkhervatting Gedeeltelijk Arbeidsgeschikten Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen Wet medezeggenschap op scholen Werktijdfactor

Pagina 85

Stichting Onderwijsgroep Amersfoort Jaarstukken 2012

Recommend Documents