JAARSTUKKEN 2OI4
Stichting Katholiek Onderwijs Volendam
72853
11
juni 2015
Beredeneerde jaarstukken van de werkzaamheden over het boekjaar lopende van I januari tot en met 31 december 2014 van de Stichting Katholiek Onderwijs Volendam
VOORWOORD
3
BESTUURSVERSLAG STICHTING KATHOLIEK ONDERWIJS VOLENDAM...,,..,.........4 b 6 DE ORGANISATIE
7 7
HET STAFBUREAU / BOVENSCHOOLSE
I
ORGANISATIE P.O.
l0
ONDERWIJSBELEID PRIMAIR ONDERWIJS
AMBITIE-DOELSTELLINGEN EN MIDDELEN RESULTATEN PO
HET PERCENTAGE OPBRENGSTGERICHTE SCHOLEN
oNDERWTJSBELETD VOORTGEZET
PRESTATIEBOX.
VERDUBBELT
ONDERW1JS...............
MANAGEMENT DON BOSCO COLLEGE
................ 13
................................13
..........
l6 16
RESULTATEN ANALYSE VAN DE RESULTATEN T.O.V. DOELSTELLINGEN EN EVENTUELE AANBEVELING .........................,.,.,,.,.,.,................17 RENDEMENT ONDERBOUW 17
PERSONEELSBELEID..
.........20
GEVOERD BELEID INZAKE DE BEHEERS¡NG VAN UITKERINGEN NA
lcT, MATERIEEL EN
HU1SVEST|NG..........,......
HET SCHOOLORGANISATORISCH
BUITENSCHOOLSE
ONTSLAG..
BELEID
....,.........20
............23
24
OPVANG.
...,...,.26
KWALITEITSVERBETERING
26
7
HET FINANC¡EEL BELEID
28
ALGEMEEN
28
STTCHTTNG.
.............35
VERKLARING GEBRUIKTE AFKORTINGEN
36
COLOFON
37
TOEKOMST VAN DE
2
VOORWOORD Het is ons een genoegen om u het jaarverslag 2014 te presenteren. Terugkijkend kunnen we met voldoening constateren dat - net als in voorgaande jaren - kwaliteit voorop staat bij het realiseren van onze doelstellingen. De kwaliteit van ons ondenrvijs, het personeelsbeleid, de onderwijsmiddelen en de huisvesting - dat is waar het om draait en waar de vele medewerkers van de Stichting Katholiek Ondena/js Volendam (SKOV) zich ten volle voor inzetten. De basis voor de kwaliteit van ons ondenrijs, gericht op opbrengsten die voldoen aan de landelijke normen, maar daar bij voorkeur bovenuit stijgen. Naast deze doelstelling streven we naar een leef- en werkklimaat waarin iedereen zich veilig en gewaardeerd voelt. Op die manier krijgen onze leerlingen waat ze recht op hebben.
ln 2Q14 is een vervolg gegeven aan de professionalisering van onze medewerkers. Er is sprake van een voortdurende ontwikkeling, niet alleen op schoolniveau, maar binnen de organisatie als geheel. We kunnen vaststellen dat het onderwijs in Volendam ook in 2014 goed is. Alle basisscholen van de SKOV beschikken over het basisarrangement. De beschikbare publieke middelen zijn goed besteed. Het exploitatieresultaat was in 2014 positief en bedroeg
€ 503.115,00 De Stichting Katholiek Onderwijs Volendam was in staat om veel aanvragen van scholen om financiële of personele steun, toe te wijzen. Als goed beheerder van het ondenrijs en de organisatie is, evenals in voorgaande jaren, meer personeel in dienst gehouden dan strikt noodzakelijk was. Het bestuur wil alle medewerkers - en ieder die de Stichting Katholiek Onderwijs Volendam een warm hart toedraagt - hartelijk danken voor de wijze waarop is meegewerkt aan het onderwijsproces in 2014.
3
BESTUURSVERSLAG STICHTING KATHOLIEK ONDERWIJS VOLENDAM De visie van de Stichting
Het onderwijs in Volendam staat voor ontmoeting, pluriformiteit en toegankelijkheid. Binnen de scholen krijgt deze visie gestalte in passend onderwijs. leder kind krijgt de aandacht en het onderwijs die het nodig heeft. Er is specifieke aandacht voor leerlingen die meer of minder kunnen. Wij bieden onderwijs dat inspeelt op verschillen tussen leerlingen.
Visie op leren De scholen van de SKOV zijn inspirerende en op waarden gerichte organisaties, met oog voor het belang van de economische omstandigheden. De aandacht voor de leeropbrengst is in balans met het pedagogisch klimaat en de respectvolle omgang met elkaar. Daarbij geldt dat de docent begaan is met de leerling, voor elke leerling een passend streefniveau vaststelt en werkt vanuit intrinsieke motivatie om het kind in zijn ontwikkeling verder te brengen. Binnen de SKOV wordt de aandacht nadrukkelijk ook op morele vorming, persoonlijkheidsvorming, sociale/culturele vorming en kritische meningsvorming gericht. Het (wereld)burgerschap van leerlingen dient niet alleen in theorie, maar ook in een daadwerkelijke interactie met verschillende culturele uitingen en de internationale gemeenschap vorm te krijgen.
De missie van de Stichting Katholiek Onderwijs Volendam De Stichting Katholiek Onderwijs Volendam
(SKOV) biedt vanuit haar katholieke identiteit ondena/js van hoge kwaliteit, waarbij de leerlingen de aandacht krijgen die zij nodig hebben. De ontwikkelingsmogelijkheden zijn gericht op het unieke talent van het kind. ln een stabiele, herkenbare en veilige omgeving werkt de SKOV al vijftig jaar aan het bijbrengen van kennis en vaardigheden. ln de vorming van leerlingen staat het bijbrengen van waarden als respect voor elkaar en sociale verantwoordelijkheid op de eerste plaats. Het onderwijs vindt plaats in een energiek en stimulerend leerklimaat, waarbij gewerkt wordt met eigentijdse middelen en moderne lesmethoden.
Visie op organisatie Het realiseren van goede onderwijsresultaten
wordt bereikt door de docenten, die zowel hun pedagogisch-didactische vaardigheden als hun kennisniveau blijvend ontwikkelen. Het is daarbü vanzelfsprekend dat medewerkers zichzelf verantwoorden, elkaar stimuleren en elkaar aanspreken op gedrag en resultaat. De maatschappelijke eisen die worden gesteld aan het onderwijs vergen van de organisatie en de medewerkers flexibiliteit en het handhaven van een professionele cultuur. Medewerkers en leerlingen worden daarom voortdurend gestimuleerd te werken aan hun e¡gen ontwikkeling en resultaten.
ledere leerling moet in staat worden gesteld zijn of haar talenten volledig te ontwikkelen. ln de dagelijkse omgang met de leerlingen en bij het geven van ondenrijs laten de docenten zich daarbij inspireren door de katholieke identiteit van de school.
De SKOV hecht grote waarde aan de kwaliteit van het ondenrvijs, van het personeel en van de faciliteiten en ondersteunende voorzieningen.
De SKOV ziet het als haar opdracht om de leerlingen voor te bereiden op een passende vervolgopleiding en op een zelfstandig bestaan in een moderne samenleving.
4
Zij werkt planmatig aan de verbetering van het ondenivijs en ondersteunende processen. De kwaliteit moet zichtbaar en meetbaar zijn. Binnen de SKOV werken we met een aantal uitgangspunten, die de leidraad vormen voor ons handelen.
Deze uitgangspunten zijn:
a. Leefbaarheid b. Decentraal waar het kan c. Directeuren zijn integraal leider d. De SKOV biedt voorwaarden e. ldentiteit f. Solidariteit S. De ouders als partners in onderwijs h. De SKOV samen lerend onderweg i. Eigenverantwoordelijkheid
en opvoeding
De uitgangspunten worden uitgewerkt in strategische beleidsplannen van de onderwijsafdelingen van de SKOV.
5
Doelen Vanuit de missie en visie van de SKOV zijn de onderstaande strategische doelen geformuleerd. De medewerkers van de SKOV hebben zich de afgelopen jaren ingezet om deze doelen te realiseren, en daarmee de missie en de visie gestalte te geven. Onderwijs PO
- Een score van 70 op de Cito entreetoetsen in groep 7 - Niet bezuinigen op de lesuren - Actief de kwaliteitscyclus toepassen en daardoor het onderwijs naar een hoger niveau lillen
-
Het deelnamepercentage van het SBO onder het landelijk gemiddelde houden
- Tevredenheid van ouders en leerlingen waarborgen Onderwijs VO
- Zoveel mogelijk leerlingen op het niveau laten uitstromen conform hun capaciteiten, en mét een diploma
- Door middel van een jaarlijkse evaluatie van het ondena/js de kwaliteit verhogen - Het realiseren van een doorlopende leerlijn van PO naar VO
Ondenrvijs-
personeel
Goede tevredenheid van ouders en leerlingen
- Het minimaliseren van uitval van medewerkers - Extra inzet van personeel voor de bevordering van de onderwijskwaliteit - Deskundigheidsbevordering door scholing
lCT, materieel en huisvesting
- Vernieuwing lCT, infrastructuur, email en opslag documenten
School organisatorisch
- Plaatsingsbeleid op PO scholen, voor een gelijkmatige verdeling van leerlingen over de scholen
- Door middel van een kwaliteitscyclus het beleid evalueren en verbeteren - Het onderhouden van goede externe contacten Financieel
- De financiële reserves waar nodig inzetten om verminderde overheidsuitgaven te com penseren en voor onderwijsontwikkeling
en -verbetering.
Beleid Om op een adequate manier uitvoering te kunnen geven aan de doelstelling om vanuit de SKOV de missie te volbrengen, zijn vijf beleidsterreinen vastgesteld. lntegraal wordt uitgevoerd
. ¡ . r .
Het onderwijsbeleid Het personeelsbeleid lCT, materieel en huisvestingsbeleid Het financieel beleid
Hetschoolorganisatorischbeleid
Aangezien de SKOV bestaat uit scholen voor primair en voortgezet onderwijs, worden bovenstaande beleidsterreinen in de hoofdstukken hierna afzonderlijk voor het PO en VO behandeld.
6
De organisatie Yanat 2012 is er een scheiding tussen het Toezichthoudend en Uitvoerend Bestuur. Het Uitvoerend Bestuur voert regelmatig overleg met de directie van het Don Bosco College en de bovenschools manager van het primair onderwijs. (BMPO)
Bestuursgegevens Het bestuur kende per 1 januari 2014 de volgende samenstelling: Leden Uitvoerend Bestuur
(tot 1 februari Per
I
2015)
Boer
Dhr. F.H.M. de Dhr. T.J.A. Mooijer
voozitter
februari 2015 is de heer H.J. van Rooijen aangesteld als bestuurder.
Leden Toezichthoudend Bestuur:
Mevr. P.L.A. Kras Dhr. E.C.J. Bond Dhr. E.W.J.M. Schokker Dhr. C.A. Tol
voorzitter portefeuille financiën 1" vicevoozitter 2e vicevoozitter
Het Toezichthoudend bestuur vergaderde in2014 v¡jf keer en was daarnaast aanwezig brj belangrijke schoolen stichtingsevenementen. De heer J.T.M. Laagland, hoofd stafbureau, neemt deel aan de vergaderingen van het bestuur. Uitvoerend bestuur en de heer Laagland kwamen in2014 wekelijks bijeen.
Organogram van de stichting I ' ii;,11
7
Het stafbureau Het stafbureau regelt de schooloverstijgende zaken, fungeert als vraagbaak en draagt zorg voor de coördinatie binnen de SKOV-scholengroep. Het is tevens het aanspreekpunt voor het bestuur van de SKOV Op het bureau werken de volgende medewerkers: - John Laagland, Hoofd bestuursmanagement; personele-, financiële-, en huisvestingszaken; - Gina Kroon-Molenaar, salaris- en personeelszaken en secretariaatswerk;
- Petra Tuijp-Snoek, salaris- en personeelszaken; - L¡nda van Dijk-Jonk, boekhoudkundig werk en leerlingenadministratie; - Nick Veerman, leerlingenadministratie en examenzaken - Agnes Tuijp- Jonk, examenzaken en leerlingenadministratie; - llona Bond-Bodemeijer, directiezaken, examenzaken en leerlingenadministratie; - Johan Molenaar, ICT-zaken.
Bovenschoolse organ isatie primair onderwijs Elke school voor primair onderwijs regelt zijn zaken ten aanzien van de eigen leerlingen, hun ouders /
vezorgers en het eigen leerkrachtenteam. Alleen wat efficiënter, goedkoper of kwalitatief beter is om voor alle scholen in één keer te organiseren, wordt centraal geregeld. De þovenschools manager voor het primair onderwijs voert periodiek gesprekken met de directies over de ontwikkelingen op hun scholen. Tijdens deze gesprekken komen o.a. aan de orde;
- kwaliteit en opbrengsten van de school; - verbeterplannen;
- hetfunctioneren van het personeel. De bovenschools manager brengt aan het Uitvoerend Bestuur periodiek verslag uit van de stand van zaken binnen het primair onderwijs. Dit gebeurt in de vorm van schriftelijke managementrapportages, eventueel mondeling toegelicht. De BMPO draagt ook zorg voor de communicatie naar alle geledingen.
Algemene informatie De volgende scholen maken deel uit van de Stichting Katholiek Onderuijs Volendam, allen in Volendam. De directiefuncties binnen de stichting worden door onderstaande personen bezet.
Basisonderwijs
Directeur
De Blokwhere St. Jozefschool St. Nicolaasschool St. Petrusschool J.F. Kennedyschool De Zuidwester De Spinmolen De Springplank 't Kofschip
dhr. V.l.M. Tol dhr. C.T.M. Tuip dhr. L.T. Kras dhr. C.M- Schilder dhr. H.J. Bond dhr. J.J.M. Molenaar dhr. F.J.M. Steur dhr. W.J. Zwarthoed dhr. J. Bond
Adjunct-directeur dhr. Q.J.T. Schilder dhr. N.S.A. Schilder dhr. T.H.M. Kwakman
dhr. N.L.M. Tuijp
- mevr. M.E. Schokker-Koning
Speciaal basisondenirrijs St. Vincentiusschool
dhr. drs. E.N.J. Kroon
Voortgezet onderwijs Don Bosco College
mevr. drs. C.G. Schermer
8
dhr. J.J.M. Braakman, conrector
De MR en de GMR van het Primair
De PMR van het Voortgezet Onderwijs
Onderwijs Elke basisschool heeft een medezeggenschapsraad (M R) die meedenkt, meepraat en meebeslist over allerlei schoolse zaken. Afhankelijk van het onderwerp heeft de MR advies- of instemmingsbevoegdheid om "mee te sturen". De medezeggenschap is geregeld in de Wet op de Medezeggenschap Scholen (WMS).
Er is intensief overleg geweest over een aantal belangrijke nota's. lnstemming is er verkregen op: Nota "'De gesprekkencyclus op het DBC", deel 1 OOP; Pr¡vacy reglement; Protocol camera toezicht; Nota "'Staforganisatie SKOV"; Formatieplan en meerjaren
¡ o . . . . .
Er is ook een gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR), bestaande uit twintig leden, van alle scholen twee vertegenwoordigers. ln de GMR worden zaken besproken en geregeld die voor alle scholen van belang zijn. Meestal gaat dit om zaken die een bepaalde kwaliteit vragen of efficiënter bovenschools (voor alle scholen in één keer) geregeld kunnen worden. Daarnaast volgt de raad ontwikkelingen die door het bestuur in gang zijn gezet.
Besluiten van toezichthoudend bestuur
De volgende beleidsstukken (en overige zaken) zijn o.a. door het bestuur vastgesteld:
ln 2014 is de raad over de volgende zaken geraadpleegd en zijn o.a. besproken:
a
r o r . ¡ . .
Schoolplan20l4-2018.
ln goed overleg is de nieuwe cao per 1 auguslus 2014 ingevoerd.
De Gemeenschappelijk Medezeggenschapsraad (GMR) kwam in2014 zes keer bijeen.
.
kaderbeg roti n g 2O1 4-201 5;
Schoolgids 2014;
het ondersteuningsplan basisondenvijs in verband met de invoering van Passend Onderwijs; het ondenivijs aan hoogbegaafde kinderen, de zgn. Bovenschoolse Plusgroep;
a a
o o
vakantieroosterschooljaren2Ol3-2014 en2014-2015;
Jaarverslag en jaarrekening 2013, begroting 2014; Formatieplann en 201 4-201 5 PO; Concept Ondersteuningsplan 2014-2018 VO;
Vakantierooster 201 4-201 5; Activiteitenverslagen 2O1 3-201 4 PO en
vo.
het Seniorenbeleid;
formatieplanbasisscholenschooljaar 2Q13-2014: de overgang van basis- naar voortgezet ondenvijs, met name wat betreft de procedures op het Don Bosco College; De Nio-toets financieel beleid Stichting Katholiek Onderwijs
9
ONDERWIJSBELEID PRIMAIR ONDERWIJS ln het primair ondena/js streven wij de onderstaande doelen na;
- Een score van 70 op de Cito-entreetoetsen in groep 7 - Niet bezuinigen op de gegeven lesuren - Actief de kwaliteitscyclus foepassen en daardoor het onderwijs naar een hoger niveau tillen - Het deelnamepercentage van het SBO onder het landelijk gemiddelde houden
Algemeen Doelstelling van de SKOV is om de leerlingen in Volendam een hoge ondenruijskwaliteit te bieden. De scholen zijn voortdurend bezig het onderwijs zodanig in te richten dat optimaal wordt ingespeeld op de ontwikkeling van kinderen. Door een planmatige en methodische aanpak vinden regelmatig evaluaties plaats op basis waarvan de scholen kunnen vaststellen welke resultaten overeenkomen met de verwachtingen, en welke verbetering behoeven. Het beschrijven van de kwaliteitszorg loopt parallel met het proces om de visie vast te leggen in een schoolconcept, dat gezamenlijk wordt ontwikkeld. Als dit proces is afgerond, vormt het samen met onder meer het schoolplan, de schoolgids en de klachtenregeling de basis waarop een gemeenschappelijke reflectie en kwaliteitsbewaking wordt gevestigd.
lnzet van Lesuren Ook in 2014 zijn er ruim voldoende lesuren ingezet zodat bij eventuele uitval van lessen toch de gestelde norm wordt behaald.
10
Leerlingaantallen
.
.
Het aantal leerlingen dat de afgelopen jaren op scholen van de SKOV onderwijs volgde, steeg in het schooljaar 201312014licht (1,58%): van 3.934 naar 3.996 leerlingen. De komende jarenzal er sprake zijn van een daling van het leerlingenaantal in het primair onderwijs in Volendam, omdat er de afgelopen vier jaar minder kinderen zijn geboren. Op de teldatum bezochten de volgende aantallen leerlingen de scholen van de Stichting Katholiek Ondenruijs Volendam:
Aantal leerlingen, per
I
oktober 2014 2014
2013
2012
2011
De Blokwhere
19S
189
181
186
St. Jozefschool
225
216
220
222
St. N¡colaasschool
226
224
217
217
St. Petrusschool
433
463
474
473
J.F. Kennedyschool
224
223
2't8
223
De Zuidwester
212
2',t5
2't5
230
De Spinmolen
202
212
2',12
233
De Springplank
215
220
225
227
t Kofschip
235
233
255
242
81
81
81
87
Pr¡ma¡r onderw¡js
St. Vincentiusschool (SBO)
Ioename/afname
fotaal Primair Onderrijs
2252
2276
2.298
2.340
-1,05%
Yoortgezet onderwijs
174/,
1658
1602
1.517
5,19%
Iotaal SKOV
3996
3934
3900
3.857
1.58o/o
1T
Resultaten Uitstroom gegevens basisondenrijs n.a.v. de Waterlandse Overstap De Waterlandse Overstap is een protocol dat gehanteerd wordt bij de doorstroming van leerlingen van het primair onderwijs naar het voortgezet onderwijs. Twee specifiek genoemde onderdelen van dit protocol zijn: De NIO toets en de Drempeltoets. Zowel de NIO- als de Drempeltoets worden met de Cito eindtoets en de gegevens uit het leerlingvolgsysteem van het basisonderwijs gebruikt om tot een gefundeerd advies te komen voor het vervolgonderwijs.
Uitstroom leerlingen
Schooliaar 2014-2015
Schooliaar 2013-2014
I Groep
I
{o o
I= D o
= @ o ¿\ ¿
o Sorinqplank Soinmolen Blokwhere Zuidwester
e
o
É
!L
0,
o
o
3 fD o
= @ o =\ ¿
o
o
o
Þ
É
o !¡
g
6
8
11
25
5
8
9
22
T
9
13
23
8
8
IT
27
7
IL
6
7
25
7
4
9
TT
25
Petrus
{o
1
8
4
9
2t
3
8
10
22
29
13
37
79
10
20
33
63
Kennedv
2
9
4
8
23
2
7
4
8
2T
Nicolaas
I
4
6
TT
22
1
3
5
9
18
6
9
10
25
2
9
8
19
8
9
TT
28
6
77
9
26
Jozef 't Kofschip Vincentius Totaal %
Totaal
4
t4
18
3
6
3
9
99
72
LL7
297
7
48
7A
3,03
33,33
24,23
39,41
100
2,90
L9,92
?2,37
t2
108
24r
M,8L 100
Ambitie-doelstellingen en middelen-resultaten PO Prestatiebox De ambities van de SKOV staan geformuleerd in het bestuursbeleidsplan 2O11-2015 en zijn als volgt omschreven:
Resultaten
. Het gemiddelde prestatieniveau op de Cito-eindtoets is in 2014 gestegen van 535,4 in 2010 naar het niveau van score 537,4. . De grensscore voor de beste 20% van de leerlingen ligt in 2010 tussen de 543 en 544. Deze grensscore moet in 2015 zijn gestegen naar het niveau van score 545. De gemiddelde score van de SKOV-scholen in 201412015 is 537 ,47 . Acht scholen voldoen aan de eis dat 20% van de beste leerlingen hoger dan 543 scoort.
Excellente scholen De SKOV heeft de ambitie om te behoren tot de 10% beste scholen van Nederland. Dan moet er meer gebeuren dan het behalen van goede resultaten voorTaal en Rekenen. De SKOV heeft daarom geïnvesteerd in scholing van leerkrachten. Veel opleidingen worden door de Stichting betaald. Eén personeelslid heeft de opleiding tot cultuurcoördinator gevolgd en heeft voor al onze basisscholen een cultuurbeleidsplan opgesteld. Alle groepen van alle scholen maken kennis met de vele facetten van cultuur. Heemkunde, de kennis van de lokale geschiedenis/omgeving, is ook in het aanbod opgenomen. Verder is er een fulltime muziekleerkracht aangesteld die op alle scholen muziekles vezorgd. Muzikale kinderen worden gestimuleerd om deel te nemen aan de zogenaamde'masterclass muziek'. Een keer per jaar ¡s er een presentatie van deze masterclass voor ouders, leerkrachten en kinderen.
Het percentage opbrengstgerichte scholen verdubbelt Op al onze scholen wordt opbrengstgericht gewerkt. Op teamniveau voeren de leerkrachten zelf de toetsscores in. De scores worden geanalyseerd, groepsplannen worden aangepast en zorg voor de individuele leerlingen wordt vastgelegd in individuele handelingsplannen. Voor het volgen van leerlingen op sociaal en emotioneel gebied is bij het leerlingvolgsysteem ( Parnassys ) een extra module aangeschaft, ZIEN en KIJK. Met deze module kunnen de sociale vaardigheden worden gevolgd. De tevredenheidsondezoeken onder ouders, leerlingen en personeelsleden kunnen op school- en bestuursniveau worden gevolgd in het programma Parnassys, via de module "lntegraal".
13
Kwaliteitszorg ln het kader van de gedeelde verantwoordelijkheid van het bevoegd gezag is een commissie kwaliteitsborging voor het pr¡ma¡r en het voortgezet onderwijs geïnstalleerd. De opdracht van deze commissie luidt: "De l<waliteitscommissie adviseeft het bestuur met het doel een kader vast te stellen, waarbinnen met de aangewezen instrumenten en middelen een aanpak wordt aangereikt waarmee het bestuur zich inzicht kan verschaffen in de l
Kwaliteitsregistratie en kwaliteitsborging Aan het eind van elk schooljaar wordt geëvalueerd of en in hoeverre de beoogde doelen van onze verbeterplannen zijn gerealiseerd. Hierbij wordt gebruik gemaakt van de kwaliteitsmeter van Beekveld en Terpstra, en sinds 2013 van de kwaliteitsmeter die in Parnassys is opgenomen. De scholen hanteren het leerlingvolgsysteem van SCOL, K[JK, ZIEN, PRAVOO en CITO. Door groep 7 wordt de entreetoets van CITO gemaakt en voor de groepen I wordt naast de CITO Eindtoets in het kader van de Waterlandse Overstap ook de NIO gehanteerd.
De Waterlandse Overstap De Waterlandse Overstap, waarin ook het NIO ondezoek is opgenomen, is jaarlijks een onderwerp van gesprek. Binnen het regionale overleg PO-VO is afgesproken dat deze overstap jaarlijks wordt geëvalueerd. Er is geen jaar voorbij gegaan zonder kritische geluiden vanuit het PO. Wellicht dat de komst van de verplichte eindtoets in schooljaar 2014-2015 een andere systematiek mogelijk maakt. a
Het percentage uitstroom VMBO TL//HAVO of hoger was 2011-2012 ca.59%. 2012-2013ca. 59%. 2Q13-2014 ca. 610/o De uiteindelijke adviezen die door de PO scholen in Volendam werden gegeven, kwamen voor een groot deel overeen met de percentages uit de N|O-toets.
Na consultatie van alle basisscholen volgt een extra overleg tussen de coördinatoren van het DBC en de BMPO. lndien nodig worden er nog kleine wijzigingen doorgevoerd. ln een enkel geval is plaatsing in een dakpanklas aan te bevelen.
t4
Ons Passend Onderwijs en plusgroep Door in te spelen op de specifieke leerbehoefte van deze leerlingen (top-down leren) en door hen in de gelegenheid te stellen samen te werken met leeftijdgenoten die zich op eenzelfde ontwikkelingsniveau bevinden, streven wij ernaar hun talenten optimaal te laten renderen. De Plusgroep is een onderdeel van de totale zorg voor begaafde kinderen. De zorg in de reguliere groep is doorslaggevend om het geheel te laten slagen.
ln schooljaar 2013-2014 is de pilot Plusgroep
gestart. Een zestal leerkrachten heeft hiertoe een noodzakelijke cursus gevolgd. ln schooljaar 20142015 krijgt de Plusgroep een formeel karaKer en wordt ze opgenomen in het reguliere aanbod. Om de toelating tot de Plusgroep zuiver te houden, zijn criteria opgesteld. Eén personeelslid is afgestudeerd in (ortho) pedagogiek / ondenvijskunde en is bevoegd voor het afnemen van lQ{esten bij leerlingen. ln het passend ondenrvijs van de Stichting Katholiek Onderwijs Volendam is sprake van voldoende instructietijd, een goede opbouw in de instructie, gerichte begeleiding en ondersteuning tijdens de verwerking, en voldoende tijd en mogelijkheden om te oefenen. Voor begaafde leerlingen worden aanpassingen aangebracht om te voorkomen dat ze onderpresteren. Een passend onderwijsaanbod houdt in dat onderwijs en ondersteuning moeten aansluiten op de ontwikkeling en behoeften van het kind, de mogelijkheden van het personeel en de wensen van de ouders. Als een bepaalde school niet aan de behoeften van het kind tegemoet kan komen, wordt in overleg met de ouders gezocht welke school binnen het samenwerkingsverband dat wél kan. De scholen in Volendam kenmerken zich door kwalitatief gelijkwaardige basisprofìelen. Alle scholen zi¡nbezig met opbrengstgericht werken en de professionalisering van het klassenmanagement. Bij het ontwikkelen van plusprofielen is een eerste oriëntatie gedaan door de Nicolaasschool, maar we gaan ons gezamenlijk richten op hoogbegaafdheid.
Vanaf het schooljaar 2012-2013 is basisschool 't Kofschip gestart met een zogenaamde 'Plusgroep'
voor de groepen 6 Vm 8, die bestaat uit (hoog)begaafde kinderen van alle basisscholen uit Volendam. Deze klas biedt een uitdagend klimaat en een veilige omgeving waarin de leerlingen van en met elkaar leren.
15
Onderwijsbeleid Voortgezet onderwijs Management Don Bosco Gollege De ontwikkelingen van het voortgezet onderwijs staan onder de verantwoordelrjkheid van een tweekoppige directie. De directie vormt samen met de afdelingsleiders het managementteam. Het Don Bosco College heeft drie schooltypes: vmbo (alle leerwegen inclusief lwoo), havo en atheneum. Het managementteam heeft een vast wekelijks overlegmoment om de lopende zaken en de nieuwe ontwikkelingen te bespreken. Een onderwijs-
en adviescommissie (OAC) ondersteunt met name de afdelingsleiders bij de voorbereidingen en aanpassingen
van het onderwijs. ln deze commissie zitten de onderwijscoÖrdinator en drie docenten. Personele en andere zaken worden officieel met het personeel besproken in de PMR. De gang van zaken op school wordt met de ouders besproken in de ouderraad en de medezeggenschapsraad. Voor het voortgezet onderwijs gelden de volgende doelen:
- Leerlingen op hun niveau laten uitstromen conform hun capaciteit en mét een diploma
- Door middel van jaarlijkse evaluatie van het onderwijs de kwaliteit verhogen - Het realiseren van een doorlopende leerlijn van PO naar VO
Leerlingaantallen Het leerlingenaantal van het Don Bosco College is met 5,2% toegenomen. ln onderstaande tabel is te zien waar de leerlingen vandaan komen.
Aantal
n/insch
leerjaar:
1
n
woon
2
3
teldatum van 1-10-2014 4
5
6
vavo
schooljaar 201412015
Totaal
Totaal
Totaal
2014t2015
2013t20't4
2012j20l3
41
49
35
43
22
2
1
193
170
14
252
233
282
245
161
50
3
1226
1167
1135
Monnickendam
27
31
40
37
10
I
1
155
'158
171
Marken
Edam Volendam
15
't4
12
17
't4
4
76
75
77
Amsterdam
2
3
4
3
1
1
14
10
10
Purmerend
5
1
3
2
11
17
I
o
10
3
47
43
46
3
,|
22
18
11
Broek in Waterland e.o.
l0
1',!
Overige
10
7
Totaal201412015
362
349
386
360
2't2
69
6
folaal201312014
348
380
349
348
165
61
7
Totaal2O12l2Ol3
383
346
321
313
173
62
4
1
t6
3
1
1744 't658 1602
Resultaten Uitstroom Don Bosco College, slagingspercentages per schooltype 2013120',t4
2012t2013
201112012
2010120'11
93o/o
100o/o
- Basisberoepsgerichte leerweg
100o/o
100o/o
- Kaderberoepsgerichte leerweg
97Yo
1000Â
98%
100o/o
- Gemengde Leenveg
86Yo
95%
90%
98%
- Theoretische Leerurreg
97o/o
91To
I'lo/o
92%
vmbo totaal
96%
95%
93Yo
97o/o
havo
88Yo
90%
93%
94Yo
vwo
85%
92Yo
93Yo
92%
Analyse van de resultaten t.o.v. doelstellingen en eventuele aanbevelingen Elk schooljaarwordt geëvalueerd of en in hoeverre de doelen van onze kwaliteitszorg zijn gerealiseerd en welke maatregelen nodig zijn om de kwaliteit te verbeteren.
Rendement onderbouw a
Het rendement van de onderbouw dient minimaal te voldoen aan het landelijke niveau: Dit is bovengemiddeld en stijgt nog steeds.
a
Het percentage leerlingen dat zonder doubleren in leerjaar 3 terecht komt dient minimaal te voldoen aan het landelijk niveau: Dit percentage is bovengemiddeld
a
Leerlingen dienen in leerjaar 3 minimaal op het niveau te zitten zoals aangegeven is het advies van de basisschool, wo. de Cito- en N|O-uitslag: dit is positief.
*Noot:
het rendement onderbouw stijgt, maar er bestaat twijfel over de juistheid en de vorm van de (vele) gemengde adviezen. Vergeleken met het discutabele rendement in de bovenbouw van de HAVO/Atheneum is er reden tot zorg.
Aanbevelingen a
a a
a
Voor2etting van de huidige vorm van advisering, waarbij tijdens de warme overdracht en het overleg met de Bovenschoolse Manager Primair Ondenruijs meer aandacht wordt besteed aan zowel de interpretatie van het advies van het po en de plaatsing op het vo. Een verfijnder onderzoek naar het rendement van de onderbouw uitgesplitst naar de verschillende afdelingen en gerelateerd aan het rendement van de bovenbouw. Een plan van aanpak ter verbetering van de determinatie in de Havo/Atheneum onderbouw. Gelijktrekken dakpanstructuur in leerjaar 1 en 2.
Rendement bovenbouw a
Het rendement van de bovenbouw dient minimaal te voldoen aan het landelijke niveau: Dit is gedaald nu gemiddeld voor het VMBO maar beneden gemiddeld voor het HAVO en het Atheneum.
o
Het percentage leerlingen dat zonder doubleren van leerjaar 3 een diploma behaalt dient minimaal te voldoen aan het landelijk niveau: Gemiddeld is dit het geval, maar met nadruk is Havo en
a o
en MffO in het rendement dalende. Het slagingspercentage dient 94% te zijn: Dit is voor de Havo en MffO afdelingen niet het geval. De Havo heeft een percentage van 88% en het MffO van 85%. De gemiddelde CE-cijfers dienen minimaal gelijk te zijn aan de landelijke cijfers: Dit is voor BB en de KB leerweg van het VMBO niet het geval.
Het gemiddelde verschil tussen schoolonderzoek en centraal schriftelijke cijfers is kleiner dan 0,5: Dit is voor alle afdelingen ruimschoots het geval.
t7
Aanbevelingen I
a o
Het huidige beleid wordt gecontinueerd, waarbij examenresultaten streng worden gemonitord en waarbij een verbetertraject wordt afgesproken indien resultaten onder de norm liggen. Er dient een plan van aanpak te komen om de resultaten van de BB leerlingen te verbeteren. Er dient een plan van aanpak te komen om het rendement in Havo 4 en M¡VO 5 te verbeteren.
Het Rekenproject Doel is alle leerlingen te laten slagen voor de Rekentoets en hen te laten voldoen aan de vastgestelde referentieniveaus. Het vigerend beleidsplan is dit jaar op twee fundamentele onderdelen aangepast, mede naar aanleiding van de resultaten. ln de Havo/Atheneum zijn de resultaten goed en er ligt een voorstel om vanaf 201 5-2016 alle leerlingen in de onderbouw te toetsen en vervolgens alleen de zwakke leerlingen een ondersteuningstraject aan te bieden. De resultaten in de VMBO basis en kader zijn wel iets verbeterd ten opzichte van 2O13-2014 maar nog steeds onvoldoende. ln 201 5-2016 is het plan om over te gaan op een aparte rekensectie met o.a. gevolgen voor de lessentabellen in het VMBO.
18
Leerlingenbegeleiding Door de invoering van de Wet op het passend onderwijs per 1 augustus 2014 wordt er op onderwijskundig en pedagogisch gebied steeds meer gevergd. Van de docenten, met name de mentoren, wordt verwacht dat zij dit proces gestalte gaan geven. Van docenten wordt gevraagd steeds meer verschillende didactische werkvormen te kunnen hanteren om de leerlingen met e)dra zorg te kunnen begeleiden bij zijn leerproces. De gebruikte klassikale lesmethode is soms niet meer leidend, er moet gedifferentieerd worden, soms zelfs op individueel niveau. Zowel het ondersteuningsprofiel van het Samenwerkingsverband Waterland als van het Don Bosco College, dat in het voorjaar van 2014 is aangenomen, is leidend. Op dit moment zijn wij nog een netwerkschool, maar het streven is om in de VMBO afdeling in de komende jaren te groeien naar een begeleidingsschool. Het aantal nieuwe aanvragen voor een extra ondersteuningsbudget is in dit eerste jaar van passend onderwijs niet groter geworden. Wel is door de komst van het passend onderwijs en door de groei van de school de leerlingbegeleiding zo'n groot onderdeel van de school geworden, dat het een steeds duidelijker organisatie en structuur nodig heeft om de kwaliteit te kunnen blijven leveren, die men van onze school gewend is. Naast de al bestaande functies als remedial teachers en counselors, beschikt de school ook over een schoolmaatschappelijk werker vanuit de gemeente en een begeleidster passend ondenrijs vanuit het samenwerkingsverband die meerder dagen aanwezlg zijn. Aan het einde van het schooljaar 2014-2015 is een evaluatie van alle factoren die passend onderwijs met zich mee heeft gebracht een vereiste. Dit om te komen tot een aangepast model van de leerlingbegeleiding in 2015-2016 geënt op duidehjke inzichten over fìnanciën en menskracht geleverd vanuit het samenwerkingsverband en de gemeente Edam-Volendam. POVO Ten aanzien van de Waterlandse Overstap (advisering, plaatsing en doorlopend leerlingvolgsysteem) zijn er aanpassingen ingevoerd vanwege wettelijke veranderingen . Vanaf 1 augustus 2015 is het advies van de basisschool leidend bij de plaatsing van de leerling op het voortgezet onderwijs. Er zal gewerkt gaan worden met het digitale systeem Onderwijs Transparant, zodat alle gegevens inclusief het advies digitaal ven¡verkt kan worden. Het Don Bosco College handhaaft schooljaar 201 4-2015 nog wel de toelatingscommissie voor leerlingen met een LWOO indicatie over een aanvraag voor een extra ondersteuningsbudget. VSV (vroegtijdig schoolverlaters) Door het accepteren van beroepsopleidingen zonder BRIN-nummer is het aantal vroegtijdige schoolverlaters na het behalen van het VMBO diploma wederom gezakt. Bovendien is er dankzij subsidie aan het samenwerkingsverband een target begeleider VSV aangesteld, die tot taak heeft alle potentiële vroegtijdige schoolverlaters al preventief te begeleiden naar een vorm van vervolgonderwijs. Ook degenen die nooit op het vervolgonderwijs arriveren na het diploma halen zullen door deze begeleider geactiveerd worden en hopelijk toch een opleiding gaan volgen.
Tevredenheidsonderzoeken bij ouders en leerlingen De respons van ouders op de verkorte tevredenheidsenquête in schooljaar 2013-2014 was te laag om representat¡ef te zijn. Via www.scholenopdekaart.nl kan bekeken worden hoe de uitslag van dit ondezoek bij ouders en derdejaars leerlingen wordt weergegeven. Zelf heeft de school een uitgebreider ondezoek onder brugklassers en eindexamenleerlingen gehouden via kwaliteitsscholen.nl. Er wordt naar gestreefd dat tevredenheid op alle onderdelen minimaal gelijk aan de benchmark is.
Brugklas: Op twee onderdelen wijkt het gemiddelde van het DBC in positieve zin af namelijk de domeinen "pestindicato/'en "gebouvy''. Op één domein doen we het minder goed, nl. het domein "activerende didactiek"'. De leerlingen zijn niet tevreden over de aspecten "rekening houden met verschillen". Examenklassen: Wanneer we naar de rangorde van de 138 scholen kijken, doen we het niet slecht met de 52e plaats, maar kan het ook nog een stuk beter. Ook hier scoort het domein "'gebouW" en "'organisatie"' erg hoog (bij 10% beste scholen). Ten aanzien van het domein "'activerende didactiek" is een stijgende lijn met vorig schooljaar te zien, maar met een 69" plaats is er nog veel werk te verrichten om bij de 10% beste scholen te behoren. Naar aanleiding van de resultaten uit201312O14 zijn leerlingenpanels gevormd die onder leiding van de afdelingsleiders o.a. spreken over de domeinen die minder goed scoren, zoals het contact met vakdocenten.
19
PERSONEELSBELEID Ten aanzien van het personeelsbeleid gelden de volgende doelen - Het minimaliseren van uitval van medewerkers; - De extra inzet van personeel voor klassenverkleining en bevordering van de ondenuijskwaliteit; - De deskundigheidsbevordering door scholing; - Het welbevinden van het personeel.
Algemeen De stichting heeft zich de afgelopen jaren nadrukkelijk ingezet op het terrein van het welzijn van het personeel. Er werd een beleid ontwikkeld en in praktijk gebracht dat vooziet in het anticiperen op uitval van individuen of groepen. lndien noodzakelijk werd vroegtijdig de bedrijfsarts ingeschakeld en waar nodig hulp geboden. Ook curatiefwerd geen afwachtende houding aangenomen. Door het consequent volgen van het ziektevezuim en het contact houden met de zieke personeelsleden is het vezuimcijfer in de loop van de jaren opmerkelijk gedaald. Het gemiddelde vezuimpercentage over de laatste drie jaren is 1,95 %.
Personeel PO Ook in 2014 is zijn we doorgegaan met het in dienst houden c.q. aanstellen van extra personeel ter verhoging van de onderwijskwaliteit, door klassenverkleining en taakverlichting. ln voorgaande jaren werden extra leerkrachten ingezet in de onderbouw van onze basisscholen. De keuze voor deze groepen was voortgekomen uit de wens om het leerfundament te versterken, zodat het kind daarvan in de volgende leerjaren optimaal profìteert. De verplichting om de extra formatie in de onderbouw in te zetten, is nu minder dringend. De school heeft de vrijheid om extra formatie op andere plaatsen in te zetten. Met name op de scholen waar sprake was van extra grote of ju¡st moe¡lijke groepen, was dit een welkome ontwikkeling. Het uiteindelijke effect hiervan is moeilijk te meten of concreet te maken. Feit is wel dat een situatie ontstaan is met kleinere groepen waarin individuele aandacht, met name voor moeilijk lerende kinderen en kinderen met gedragsproblemen, groter is.
Gevoerd beleid inzake de beheersing van uitkeringen na ontslag De beleidsafspraken om te komen tot een beheersing van uitkeringen na ontslag zijn uitgevoerd. Voordat een personeelslid met ontslag gaat, wordt door de directie in overleg met het stafbureau bepaald wat de financiële gevolgen daarvan zijn. Als er sprake is van doorbetaling van salaris voor rekening van het schoolbestuur, komen de kosten ten laste van de exploitatiereserve. lndien nodig zal vroegtijdig actie worden ondernomen om voor de werknemer een andere werkgever te vinden. Ter beperking van het risico van ontslaguitkeringen worden bij onze stichting ook leerkrachten aangesteld via een inleenbureau.
Personeelssame nstel li ng
Aantal personeelsleden
2014
2013
2012
2011
2010
Primair onderwijs
201
206
212
210
211
Voortgezet onderwijs
200
186
't82
'180
175
Totaal
401
392
394
390
386
Gemiddelde leeftijd van het 4
Primair onderwijs
43,54 jaar
Voortqezet onden¡¡iis
46,31jaar
20
2013 42,92 jaar 45,78 jaar
2012
2011
41,8 jaar
42,9 jaar 45,6 jaar
46,2 jaar
Leeftijdsverdeling Prima¡ r Ondenarijs Leeftijdscategorie
Mån
Vrouw
Totaal
15
tot
25
jaar
7
1
8
25
tot
35
jaar
53
4
57
35 tot 45 jaar
30
9
39
45 tot 55jaar
24
9
33
jaar
36
28
æ
0
0
0
150
51
20L
55
tot
65
65+ jaar Totaal
Leeftijdsverdeli ng Voortgezet Onderwijs Leeftijdscategorie
Man
Vrouw
Totaal
L5
tot
25
jaar
5
3
I
25
tot
35
jaar
27
L0
37
35 tot 45 jaar
25
6
3L
45 tot 55jaar
37
T7
54
jaar
34
36
70
0
0
0
L28
72
200
55
tot
65
65+ jaar Totaal
Het totaal aantal personeelsleden is in 2014 iets hoger dan in 2013.
Formatie uitgedrukt in voltijdbanen, directie, onderwijzend en ondersteunend personeel Personeel
1 oktober
VO
PO
2014 Directie- en staffuncties Onderuvijzend personeel Ondersteunend personeel
Totaal
2013
2014
2013 8,8
10,5
11
9,3
122,1
124,43
120,0
9,8
9,8
22,1
19,4
142,4
145,23
151,4
142,3
114,1
Het aantal fre's in het VO is toegenomen met 6,4 Yo, terwijl het aantal leerlingen is toegenomen met 5,2 %. Er zijn extra docenten aangesteld om lesuilval op te vangen. Bij het PO is sprake van een daling van 1,95 o/o
van het aantal fte's en een afname van het aantal leerlingen van 1,05%.
2T
Personeel VO Eind juni 2014 werd eindelijk het onderhandelaarsakkoord door alle bonden ondertekend en konden de scholen beginnen met de invoering van de nieuwe cao. Naast wijzigingen op het gebied van taakbeleid en seniorenbeleid zijn er ook meer mogelijkheden voor scholing. Naast de individuele vezoeken tot scholing zijn er een groot aantal cursussen in company georganiseerd zoals: de rol van de mentor; gebruik van het digibord; voorlichting gebruik genotmiddelen; gebruik van de ELO; ontwikkelen determ inerende toetsen; trainingsaanbod samenwerkingsverband in het kader van de invoering van de wet op het passend onderwijs. Docenten hebben deze cursussen positief beoordeeld en zien graag een vervolg. Scholing kan niet los worden gezien van carrièreplanning. Door de invoering van de funcliemix wordt bij een promotie ook de gevolgde scholing onder de loep genomen. Tot nu toe stemt het gehanteerde promotietraject, door middel van een sollicitatieprocedure, tot tevredenheid. Scholing gekoppeld aan organisatiedoelen en een POP zal in de toekomst een steeds belangrijkere plaats innemen.
Werving en selectie Aan het eind van schooljaar 2013-2014 hebben van de nieuwe lichting tien docenten een vaste aanstelling als zij zijn afgestudeerd, drie docenten hebben een verlengd tijdelijk contract gekregen en één docent heeft geen verlenging gekregen. Veel goed werk is door de personeelscoach weer gedaan tijdens de verplichte scholing van deze nieuwe docenten. Door de invoering van het Levensfasebewust personeelsbeleid (het LFPB beleid) per 1 augustus, de teruggang van 25 naar24 lesuren en de groei van de school was ersprake van een groot aantal vacatures voor het schooljaar 2014-2015. Alle vacatures konden ingevuld worden voor de start van het schooljaar. De cao heeft ons ook genoopt docenten voor een 0,5 FTE aan te stellen, terwijl niet alle uren beschikbaar waren. Zij zijn structureel ingezet bij het invallen in de brugklassen.
Functiemix Door de invoering van het entreerecht per 1 augustus 2015 voor een jaar, zijn er 12 docenten in een LD schaal benoemd. Het gevolg was een verlaging van het aantal docenten in de LC schaal. Er zal het komend jaar nog uitdrukkelijk beleid gevoerd worden om de categorie van LC docenten u¡t te breiden.
Ziektever¿uim VO Het ziektevezuim is laag, ondanks twee langdurig zieke docenten. Per 1 januari is de SKOV overgegaan naar een nieuwe organisatie voor de bedrijfsarts. De totale lesuitval is iets toegenomen. Doordat de lokalen door de intensieve bezetting nu ook veelvuldig op het 8" en 9" uur ingezet worden vallen er steeds meer lessen uit door cursussen en vergaderingen. lmmers een vergadermiddag is door ons lokalen tekort geen optie en de afspraak om niet eerder te beginnen met vergaderingen en cursussen dan na het 7" uur levert nu veel meer uitval op dan voorheen. Door het lage ziektevezuim en doordat docenten invallen voor afuvezige collega's is de lesuitval zo beperkt mogelijk.
22
6ot(D
ó% 4% ?% 2U"
I
1olo
o96
4 2013
2
1
Zl¡kt¡vrlzulm3KOV L.nd.lllk grmlddrldr
-
IGT, MATERIEEL EN HUISVESTINGSBELEID ICT is steeds vaker een onderdeel van vakoverstijgende activiteiten en van het zelfstandig werken. Door het benutten van de nieuwste digitale onderwijsmogelijkheden kan de didactiek afgestemd worden op de kwaliteiten van de leerling en op de leraar. De Stichting Katholiek Onderwijs Volendam introduceert op elke basisschool en in het voortgezet onderwijs een startsituatie die een solide basis vormt voor de nabije toekomst. Er wordt geTnvesteerd in leerkrachten om het gebruik van de digitale borden optimaal te benutten. Om de continuiteit op het gebied van ICT te kunnen waarborgen, is daarvoor een inteme comm¡ssie ingesteld. De ICT infrastructuur zal in 2016 worden gemoderniseerd.
Onderhoud Het beleid van de Stichting Katholiek Onderwijs Volendam ten aanzien van het onderhoud is gericht op efficiency en het voorkomen van achterstalligheid, waarbij, ter besparing van de kosten, zoveel mogelijk de eigen onderhoudsdienst wordt ingezet.
Gebouwen Op enkele aanpassingen na is de dependance "De Val van Urk" volledig af en alweer een jaar in gebruik. De bedoeling is dat in 2Q15-2016 er een nieuwe vleugel aan het Don Bosco College wordt gebouwd om het nijpende tekort aan lokalen op te lossen.
23
HET SCHOOLORGANISATORISCH BELEID Voor het schoolorganisatorisch beleid gelden de volgende doelen: - plaatsingsbeleid op PO scholen voor gelijkmatige verdeling van leerlingen over de scholen
- door middel van een kwaliteitscyclus het beleid evalueren en verbeteren - het onderhouden van goede externe contacten
Algemeen Gekozen voor het one-tier bestuursmodel. Dat betekent dat het Toezichthoudend en het Uitvoerend Bestuur samen het bestuur van de SKOV vormen. De taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden van de bovenschools manager primair onderwijs, de rector van het voortgezet ondenrvijs en de leden van het bestuur zijn vastgelegd in de statuten en in managementstatuten. Voor het Don Bosco College is in 2014 een aanpassing doorgevoerd in de managementstructuur.
Afhandeling van klachten Van klachten wordt meteen verslag gemaakt. De klager wordt gewezen op het geldende klachtenreglement. ln ernstige gevallen wordt de klacht per omgaande gemeld aan de vertrouwensinspecteur en aan de uitvoerend bestuurder. Zodra de klacht is afgewikkeld, volgt opnieuw melding aan de betrokken personen.
Toelatings- en plaatsingsbeleid De SKOV voert voor het basisonderw¡js een toelatingsbeleid, waarbij de afzonderlijke scholen boven de opheffingsnorm blijven. Door geen vaste toedelingsgebieden te hanteren, heeft de SKOV altijd voor een evenredige verdeling van de kinderen over de basisscholen zorg kunnen dragen. De verschuiving van het aantal geboorten van "oude"' naar de "'nieuwe"' wijken maakt het voeren van een adequaat plaatsingsbeleid noodzakelijk. Daartoe is al vanaf de oprichting van de stichting een plaatsingscommissie werkzaam. De commissie heeft tot taak de aangemelde kinderen zoveel mogelijk evenredig over de basisscholen te verdelen, hetgeen ook het afgelopen schooljaar weer gelukt is.
Leerlingendaling De SKOV wordt geconfronteerd met een forse leerlingendaling met een forse leerlingendaling van ongeveer 2oo/o.Deze daling is al ingezet in2012 en zal voortduren totongeveer2Q22. Volgens prognose zullen er dan ongeveer 1800 leerlingen in het basisonderwijs zijn. Dit betekent dat er maatregelen genomen moeten worden om te zorgen dat scholen kwalitatief en fìnancieel gezond blijven. De SKOV gaat er vanuit dat er de komende jaren minimaat 1 basisschool zal moeten verdwijnen. De opheffingsnorm is 173 leerlingen voor een basisschool. ln onderstaand ovezicht is te zien dat de daling al enige jaren geleden heeft ingezet.
24
Totaal aantal leerlingen per school per teldatum 1 oktober Per
Per
Per
1t10t2011
111012012
1llot2013
Per 1t't0t2014
St. Vincentiusschool
87
81
81
81
De Spinmolen
233
212
212
202
St. Petrusschool
473
474
463
433
J.F. Kennedyschool
223
218
223
224
De Blokwhere
186
181
188
199
St. Jozefschool
222
220
216
225
St. Nicolaas
217
217
224
226
"t Kofschip
242
255
233
235
De Springplank
227
225
220
215
De Zuidwester
230
215
215
212
2340
2298
2275
2252
Naam school
Totaal
Aantal leerlingen per school per groep (per 01-10-2014) 1
2
3
4
5
6
7
8
Totaal
St. Vincentius
3
6
13
10
7
13
13
16
81
De Spinmolen
19
22
22
25
23
30
25
36
202
De Zuidwester
23
23
20
27
31
31
27
30
212
J.F. Kennedv
23
27
29
23
31
29
31
31
224
St. Petrus
49
49
30
57
53
67
55
73
433
De Blokwhere
30
28
28
18
23
19
26
27
199
St. Jozef
25
25
31
23
30
32
29
30
22s
St. Nicolaas
26
30
24
27
32
27
26
34
226
De Sorinqplank
17
27
21
30
29
29
30
32
215
t Kofschip
29
22
47
20
33
26
30
28
235
244
2s9
265
260
292
303
292
337
2252
25
Buitenschoolse opvang
Het ministerie (CFl) stelt de gegevens uit jaarrekeningen en de resultatenbox van alle besturen beschikbaar voor vergelijkingen. Op deze manier helpt de overheid het bevoegd gezag om de kwaliteit van het ondemijs te kunnen waarborgen.
Basisschool De Blokwhere herbergt sinds de zomervakantie van 2012 de buitenschoolse opvang voor alle basisscholen door Majest. Majest is meeverhuisd met De Blokwhere naar de nieuwe school in de Broeckgouw.
Kwal iteitsverbeteri
n
Ter bevordering van de kwaliteit in het voortgezet onderwijs worden daarnaast extra gelden ingezet voor: extra steun- en pluslessen in brugklassen; het organiseren van extra ondersteuning in VMBO3-groepen;
-
g
Stand van zaken DBC Schoolbreed is nagedacht over de wijze waarop docenten hun pedagogisch - didactisch repertoire dusdanig kunnen uitbreiden dat leerlingen een actievere rol krijgen in het ondenrijsproces. Verschillende afdelingen maken een afdelingsplan. Het rekenbeleid wordt volgens de planning uitgevoerd. Er is een concept nota geschreven over een herverkaveling van de dakpan vmbo.
-
LWOO-leerlingennadrukkelijkervolgenvanaf de derde klas en daar (be)handelingsplannen aan verbinden; taal- en rekenbeleid;
opbrengstgerichtwerken.
Gontinuiteit lesprogramma DBC Uitgangspunt is de regeling "'onderwijstijd". Deze is het afgelopen jaar aangepast t.a.v. de wettelijk te maken lesuren per afdeling en klas. Het Don Bosco College streeft er naar de lesuitval zoveel mogelijk te beperken.
De directie van het Don Bosco College heeft opdracht gegeven aan de organisatie Kwalite¡tsscholen.nl voor het uitvoeren van aanvullende ondezoeken in het kader van kwal iteitsbeheer. Er zijn tevredenheidonderzoeken van twee geledingen afgenomen. Daarnaast worden er veel interne kwaliteitscontroles uitgevoerd waaronder de controle van de examenresultaten, enquêtes onder schoolverlaters en evaluatie van alle rapportgegevens.
Streefdoel van 2009-201 0:
2010-2011: 2011-2012: 2012-2013: 2013-2014
lesuitval 4,0 3,7 3,5
Yo
3,O
Yo
3.0
Yo
Yo Yo
Behaald resultaat 3,2 Yo 2,9 /o 3,4 2,7 to 2,8 Yo
Uitgangspunt is om mogelijke uitval te voorkomen o.a. door vergaderingen op te schuiven naar een later tijdstip op de dag en door bij verlof vervangers in te zetten. ln dat kader hebben wij enige personeelsleden met een totaal omvang van 0,6 fte aangesteld als vaste waarnemers, ingezet over het jaar.
Veiligheid en calamiteiten Het aantal BHV-ers en EHBO-ers neemt jaarlijks toe en zij volgen allemaal de herhalingslessen. Jaarlijks vinden er twee ontruimingsoefeningen plaats, een onaangekondigde en een aangekondigde. Deze oefeningen verlopen naar tevredenheid. Het ontruimingsplan van de school is opnieuw geactualiseerd.
26
Voorkomen van incídenten
Leerlingvolgs¡rsteem (Lvs)
Ook dit schooljaar is de nieuwe groep docenten getraind in omgaan met agressie, in de klas en daarbuiten. Mede door deze investering is het aantal incidenten in en rondom de school klein gebleven. Diefstal van eigendommen komt vooral in de sporthal voor. Door het plaatsen van camera's en de medewerking van de beheerder van de sporthal konden de meeste zaken worden opgelost. Soms worden er kluiscontroles gedaan. lncidenten tussen leerlingen waren op de gebruikelijke manier gemakkelijk op te lossen. De pedagogisch conciërge slaagt er in het schoolplein veilig te houden.
Magister is in gebruik als Leerlingvolgsysteem Leerlingen en ouders hebben altijd inzicht in cijfers, huiswerkopdrachten en afwezigheid.
Samenwerkingsverband Waterland Sinds lange tijd participeren de VO-scholen in Waterland in het Samenwerkingsverband Waterland (SWV). Dit samenwerkingsverband is in eerste instantie bedoeld om gezamenlijk expertise en regiobeleid op te zetten rondom leerlingenzorg en begeleiding. De overheid stelt hier gelden voor beschikbaar. De ambities worden jaarlijks neergelegd in een Zorgplan waaraan de scholen via de GMR/MR hun instemming moeten verlenen. Door zowel het PO als het VO wordt hard gewekt aan de opzet en structuurvorming van de nieuwe Samenwerkingsverbanden, die per 1 augustus 2014 als zelfstandige organen zijn opgestart. ln deze nieuwe Samenwerkingsverbanden nemen gemeenten en scholen verplicht deel.
De samenwerking met de politie verloopt goed. ln goed overleg met de contactpersoon van de politie meldt de school incidenten en doet aangifte.
27
HET FINANGIEEL BELEID Voor het financieel beleid gelden de volgende doelen
- Uitgaven en inkomsten in balans houden - Extra gelden inzetten voor onderwijsontwikkeling en kwaliteitsverbetering - De financiële reserves risicomijdend beleggen - De financiële reserues kunnen worden ingezet om tijdelijk teruglopende inkomsten vanwege overhe id sbezu i n igi nge n te com pe nsere n
Algemeen
Analyse financiële positie
ln 2014 verliepen de zaken financieel gezien naar wens. Het bestuur van de stichting heeft in het
Met een solvabiliteit van 90 % heeft de SKOV een goede financiële positie. Deze positie leidt ertoe, dat er geinvesteerd kan worden in een verdere professionalisering van de organisatie. Het schoolbestuur zet met de financiële mogelijkheden extra personeelsformatie in, gericht op een verdere toename van de kwaliteit van onderwijs. De bestuursleden ontvangen een vrijwilligersvergoeding van € 1500,00 netto perjaar.
beleid verwoord, dat er een grens zit aan de groe¡
van het vermogen en dat hetgeld op een verantwoorde manier naar het onderwijs moet vloeien. Door extra bijdragen van incidentele gelden van de overheid werd ondanks de hogere inzet van gelden voor personeel en materialen in 2014 een positief saldo van baten en lasten van 0,7 % behaald. Door de rentebate van 1,5 % van de jaarbaten kon het jaar worden afgesloten met een overschot van 2,2 o/o ovê( de jaarbaten. De huidige goede financiële positie van de Stichting Katholiek Onderwijs Volendam is vooral door ontwikkelingen in het verleden ontstaan. Zeker in de komende jaren, met teruglopende leerlingaantallen, zal van het eigen vermogen gebruik moeten worden gemaakt om het beleid uit te kunnen blijven voeren.
Weerstandsvermogen De financieringsbehoefte binnen de Stichting Katholiek Onderwijs Volendam is afgedekt binnen de liquide middelen. Het saldo van baten en lasten zal de komende periode mogelijk negatief zijn, mede door eventuele uit te voeren extra investeringen die de komende jaren plaats zullen gaan vinden. Ook zullen de financiële baten door de lage rentepercentages de extra investeringen t. b.v. kwaliteitsverbetering van het onderwijs niet dekken. De krimp in het basisonderwijs is de komende jaren een financieel risico. Ondanks bezuinigingen door de overheid vanwege de financiële- en economische crisis kon het onderuijs in Volendam de voorgenomen plannen blijven uitvoeren door de reserves. Het vrij besteedbaar deel van het eigen vermogen blijft mede bedoeld om eventuele tegenvallers in de toekomst te kunnen opvangen. ln 2014 is het laatste deel van het bedrag dat was opgenomen voor het jaar 2013-2014 (in totaal € 950.000 over 2013-2014) geïnvesteerd in een viertal extra lokalen in de nieuw gebouwde basisschool in de Broeckgouw. Het weerstandsvermogen zal voorlopig toch hoog blijven.
Het bestuur heeft de intentie uitgesproken om met name investering in de kwaliteit van het onderwijs te ondersteunen uit het eigen vermogen. Het bestuur heeft o.a. grote bedragen geinvesteerd in de nieuwe basisschool De Blokwhere en in 2015-2016 in de uitbreiding van het Don Bosco College.
Historie ln 1964 is de Stichting Katholiek Ondena/js Volendam opgericht en was er sprake van een negatieve reserve. Het þestuurwas gedwongen zeer zuinig met de gelden om te gaan. Decennia lang is gebruik gemaakt van ouderhulp en al ruim veertig jaar is het bestuur onbezoldigd. Het beleid is altijd geweest om een fìnanciële situat¡e te bereiken, waarbij het schoolbestuur voor de continuileit van het onderwijs minderafhankelijk is van de overheid.
28
Gratis schoolboeken De schoolboeken zijn ook dit jaar via een Europese aanbesteding aangeschaft. Deze aanbesteding is succesvol verlopen. De gelden voor het boekenfonds worden door de overheid rechtstreeks naar de school overgemaakt.
Geen ouderbijdrage DBG Ook in 2014 is er geen ouderbijdrage gevraagd aan de ouders. De SKOV wil service verlenend zijn met het
vermogen. ln deze moeilijke economische tijden wil de SKOV een gebaar maken naar de ouders.
29
Bafans per 31-12-2014 Activa
31.12.2014
31-12-2013
€
€
Vlottende activa
Pass¡va
.715
27.ô08.836
27.981.715
27.608.836
27 .98'.t
31-12-2014
E¡gen vermogen
31-12-2013
25.353.676
24.850.561
339.399
319.343
Voorzieningen
181.512
199.663
2.107.128
2.239.269
Langlopende schulden Kortlopende schulden
27 .98',t
.715
27.608.836
Begroting en algemeen financieel beleid ln 2013 is besloten dat ook meerjarenbegrotingen en jaarlijkse begrotingen worden opgesteld voor het primair en voortgezet onderuijs. Binnen een gesteld kader ontwikkelen de directie van het DBC en de BMPO, met zijn directeuren, formaties en de beleidsprogramma's. De begrotingsdiscipline gaat gecontroleerd worden met financiële kwartaalovezichten. De werkelijke baten en lasten worden vergeleken met de begroting. Eventuele afwijkingen worden jaarlijks achteraf bijgesteld. Bij het opstellen van het formatieplan is de subsidie voor de salarissen, meer dan 85% van de totale lasten, als uitgangspunt genomen voor de inzet van personeel, waarbij het effect van veranderingen van leerlingaantallen ten opzichte van het voorgaande schooljaar het belangrijkste punt van aandacht is. De overige lasten liggen voor 95% vast. Begrot¡ng
EXPLOITATIEREKENING
2015
€
€
21.928.022
535.000 140.000
498.678 150.504
22-360.739 750.363 166.025
22.720.000
22.577.204
23.277.400
9.320.000
't8.751.716
't8.278.005
0 856.000
713.806
t
3.1 Rijksbijdragen OCW
Totaal baten
4.
2013
22.045.OOO
3. BATEN 3.2. Overige overheidsbijdragen 3.5 Over¡ge baten
2014
o
LASTEN
4.1 Personele lasten 4.2 Afschrijvingen 4.3 Huisvestingslasten 4.4 Overige instellingslasten
Totaal lasten Saldo baten en lasten 5. F¡nanciële baten en lasten
Exploitatiesaldo
r
0
0
2.956.602
1.916.930 2.616.335
55.080
466.130
200.000
348.035
118.023
14.000
503.115
584.r53
2.730.000 22.906.000 -186.000
30
1
Toelichting enkele cijfers exploitatierekening 201 4 t.o.v. 2013
Voortgezet onderwijs
De personele lasten zijn gestegen ten opzichte van 2013 doordat er per saldo meer FTE in dienst waren en vanwege de loonsverhogingen conform de nieuw afgesloten CAO 's in het VO en PO. De Huisvestingslasten zijn fors gedaald naar aanleiding van het feit dat een merendeel van de kosten van de nieuwbouw van de Blokwhere in 2013 vielen. De overige instellingslasten zijn gestegen met name doorde aanschafvan nieuwe methoden in bijna alle PO scholen en de verdere vernieuwing van o.a. beamers in het VO en PO. Ook is er extra geïnvesteerd in het gereed maken van de "oude" Blokwhere als dependance van het Don Bosco College.
€ 133.000 besteed aan computers en beamers en € 174.000 aan het verbouwen en inrichten van de
ln het voortgezet onderwijs is een bedrag van
voormalige basisschool De Blokwhere tot een dependance van het Don Bosco College.
Het motto "elk talent telt" brengt met zich mee dat de Stichting Katholiek Onderwijs Volendam de klassendeler zo laag mogelijk wil houden en de leerlingen zoveel mogelijk keuzes wil aanbieden.
Risico's Met het oog op de voorgenomen bezuinigingen
van de overheid was de verwacht¡ng, dat er minder subsidie richting het onderwijs zou vloeien Dat is niet gebeurd.
ln 2014 is, net als in 2012 en 201 3, sterk ingezet om de kwaliteit van het onderwijs op het Don Bosco College te bewaken en te borgen. De komende jaren blijven de opbrengsten sterk gemonitord.
Basisonderwijs De scholen zijnin2Ol4 toegerust met nieuwe computers voor de leerkrachten. Ook zijn op de meeste basisscholen de methoden voor verschillende vakken vervangen. De kosten van de aanschafvan bovengenoemde zaken hebben € 319.000 bedragen. Daarom zijn er keuzevakken voor kleine groepen mogelijk gemaakt. Hierdoor is sprake van extrasalariskosten op langere termijn.
Opening Blokwhere, mei 2014
31
Recapitulatie raming extra lasten in 2015 2015 Kwaliteitszorg CPS primair- en voortgezet onderwijs doorlopende taalleerlijn, rekenverbetertraject en passend onderwijs, incl. scholingskosten Nieuwe methoden (primair onderwijs)
€ 100.000,00 € 25.000,00
lnzet extra personeel basisonderwijs boven bekostigingsnorm lnzet VKO i.v.m. opzetten human resource management en diverse andere taken Extra inzet personeel Don Bosco College LWOOA/MBO en VWO Vervanging computers leerkrachten in VO en leerlingen in PO Extra huisvesting (onderhoud) en inrichten dependance Don Bosco College
Totaal
€ 100.000,00 € 80.000,00 € 400.000,00 € 75.000,00 € 550.000,00
€ 1.330.000,00
Treasuryverslag Belenen en beleggen Stichting Katholiek Ondenruijs Volendam heeft als beleid dat het publieke gedeelte overeenkomstig de regeling beleggen en belenen wordt belegd in niet risicodragende producten. Bij het beleggen met eigen middelen, die niet zijn verkregen uit rijksbijdragen, worden niet de uitgangspunten van de regeling belenen en beleggen gevolgd, maar die van een eigen treasurystatuut. Uitgangspunt daarbij is dat alleen wordt belegd in producten met een AAA-status, waardoor het risico beperkt wordt. De Stichting Katholiek Onderwijs Volendam heeft zijn effectenportefeuille afgebouwd en omgezet in deposito's en/of spaarrekening die allen een termijn kennen van korter dan 1 jaar. Ultimo 20'14 rest enkel nog een belegging in het fonds Arasbridge. Vanaf 1 januari 201 1 is voor dit fonds geen beursnotering meer afgegeven omdat de administratie van de bewaarder in Nederland niet op orde is. Hierdoor lopen op dit moment rechtszaken tegen de bewaarder van het fonds (Kleinwort Benson), met als doel uiteindelijk een nieuwe bewaarder aan te stellen, waarna er weer een beursnotering kan komen. Gezien de onduidelijkheid en de langdurige añruikkeling van deze rechtszaak heeft het bestuur besloten om de waarde van deze aandelen geheel te voozien (€ 303.889). Dit is ook als zodanig verwerkt en toegelicht in de jaarrekening.
32
Conti nuiTeitsparag raaf
A. Gegevensset 41. ln het jaarverslag worden de navolgende kengetallen opgenomen
Kengetal (stand 31/12) Personele bezetting in FTE -management / directie - ondenririjze nd personeel - overioe medewerkers Leerlino aantallen
Verslagjaar 19,8 242,5 31.9 3996
Jaar T+1 *
20,5 243,0 30.9 3979
JaarT+2*
Jaar T+3
19,8
'
19,8 243,0 29.0 3835
243,O
30.0 3983
42. Meerjarenbegroting Balans
ACTIVA
JaarT+l *
Verslaqiaar
Jaar T+3 *
Jaa¡T+2"
Vaste activa
lmmateriële VA Materiêle VA Financiële VA
0 0 0 0
0 0 0
0 0 0 0
Vlottende activa
27.981.715
27.760.037
26.807.676
26.533.355
TOTAAL ACTIVA
27.981.715
27.760.037
26.807.676
26.533.355
PASSIVA Aloemene reserve
9.337.420
9.337.420
9.337.420
9.337.420
11.174.777
11.130.256
10j31.256
9.886.256
4.841.479
4.900.000
4.945.000
4.990.000
339.399
350.000
352.000
360.000
181.512
't63_361
145.210
127.059
2.107j28
1.879.000
1.896.790
1.832.620
26.807.676
26.533.355
Totaal Vaste activa
0
0 0
0 0
Bestemmingsreserve
publiek Bestemmingsreserve Drivaat Voorzieninoen Langlopende schulden Kortlopende schulden
TOTAAL PASSIVA
27.981.715
27.760.037
33
Raming van Baten en Lasten BATEN Riiksbiidraoe Overige overheidbijdragen en subsidles Overiqe baten TOTAAL BATEN
LASTEN Personeelslasten Afschriivinoen Huisvestinqslasten Overiqe lasten TOTAAL LASTEN Saldo baten en lasten Saldo financiële baten en lasten Saldo Buitengewone baten en lasten
TOTAAL RESULTAAT
Verslaqiaar
Jaar T+l *
Jaa¡T+2'
Jaar T+3 *
21.928.022
22.045.000
22.835.000
22.578.000
498.678
535.000
70.000
75.000
150.504
140.000
22.577.204
22.720.000
160.000 23.065.000
165.000 22.818.000
Verslaqiaar 18.751.716 0 713.806 2.9s6.602 22.422.124
JaarT+1 * 19.320.000 0 856.000 2.730.000 22.906.000
JaatT+2* 19.s34.000 0
1.984.000 2.651.000 24.169.000
Jaar T+3 * 19.s90.000 0 928.000 2-630.000 23.168.000
.104.000
-330.000
200.000
150.000
130.000
0
0
0
0
s03.115
14.000
155.080
-186.000
348.035
-1
-954.000
-200.000
B. Overige rapportages B.'l Rapportage aanwezigheid en werking van het ¡nterne risicobeheersings- en controlesysteem ln de sfeer van het proces van toezicht kan worden opgemerkt dat veel administratieve zaken en registratie dagelijks plaatsvinden en dat er sprake is van actueel inzicht in de stand van zaken op alle gebieden. Periodiek worden resultaatovezichten en de balanspositie aan de penningmeester overgelegd. Er is voldoende functiescheiding binnen de organisatie. De risico's voor de personeelsadministratie, waaronder de salarisadministratie, en de betaling van de inkooprekeningen zijn afgedekt. De Stichting Katholiek Onderwijs Volendam bereidt zich voor op de invoering van het maatschappelijk jaardocument dat uit twee onderdelen zal bestaan: jaarverslag en jaarrekening.
8.2 beschrijving van de belangrijkste risico's en onzekerheden Naast de risico's in de interne beheersing rondom de financiële processen kijkt de stichting ook verder naar risico's vanuit de externe omgeving. Als één van de belangrijkste risico's signaleert de stichting dat in de toekomst de leerlingenaantallen gaan dalen, met name in het primair onderwijs. Hierop worden binnen de stichting passende maatregelen genomen. Daamaast wordt dit continu gemonitord en wordt er direct actie ondernomen indien verwachtingen wijzigen.
8.3 Rapportage toezichthoudend orgaan Hiervoor venivijzen wij u naar pagina 9, Besluiten van het toezichthoudend bestuur
34
TOEKOMST VAN DE STICHTING
Voor het Don Bosco College is een nieuw functieboek opgezet. Geconstateerd is dat de organisatie van het DBC en de sturing op taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden van personeel en op de kwaliteit van het onderwijs niet optimaal zijn.
Een jaarverslag is een terugblik, maar w¡l ook vooruit kijken. De visie op onze toekomst en de daarmee samenhangende plannen zullen we hier beschrijven. ln 2011 is de bestuurlijke scheiding, volgens de wettelijke aanwijzing, tussen uitvoering en toezichthouden dooçevoerd. De bestuurlijke taakverdeling is opnieuw gedefinieerd en statutair vastgelegd. De principes van 'goed bestuut'zijn vastgesteld en zijn in operationele werkdocumenten voor zowel de uitvoerende als de toezichthoudende bestuurders vastgelegd en worden in praktijk gebracht.
Bij de staf van het Don Bosco College voor voortgezet onderwijs wordt er aan gewerkt om de organisatie, de taakverdeling en de beschrijving van de verantwoordelijkheden voor medewerkers, leidinggevenden en docenten te verduidel ijken. Andere organisatorische veranderingen die hebben plaatsgevonden zijn de toerusting van de afdelingsleiders van het Don Bosco College met meer verantwoordelijkheid voor hun afdeling, zowel onderwijsinhoudelijk als in de personeelssfeer, en voortgaande scholing in hun taken.
De bovenschoolse manager voor de basisscholen heeft zijn plaats in de organisatie gekregen en is de spil geworden tussen het bestuur en de directies van de basisscholen.
Het blijft de ambitie van de SKOV om binnen vijf jaar voor zowel het primair als het voortgezet onderwijs te behoren tot de beste scholen in Nederland.
De uitslagen van de audits, uitgevoerd door SBD en CPS, vinden uitwerking in de scholen. Al deze inspanningen zijn erop gericht om binnen de scholen resultaatgericht te werken, effectieve werkwijzen breed in te voeren en te borgen wat bereikt is. Dit alles continu bewaakt door de kwaliteitscommissie.
Periodiek worden enquêtes afgenomen onder ouders, leerlingen en personeelsgeledingen waarin wordt gevraagd naar het wel en wee in en rondom de school. De reacties hierop zijn overwegend positief te noemen.
ln het kader van het bestuursakkoord tussen het Ministerie van OCW en de PO-Raad wordt nog meer nadruk gelegd op de mogel¡jkheden van persoonlijke ontwikkeling van onze onderwijskrachten en leidinggevenden in onze scholen ter verhoging van kwaliteit en professionaliteit. OCW investeert via de zogenaamde 'prestatiebox' gelden in twee actieplannen: "Basis voor presteren" en "Leraar 2020 - een krachtig beroep". De SKOV neemt deel aan deze actieplannen en legt dit vast in een meerjarig strategisch beleidsplan, waarin vooral meetbare doelen worden vastgelegd.
Met lage overheadkosten wordt een hoge mate van efflciëntie bereikt. Alle middelen die het onderwijs vereisen worden ingezet, maar het bestuur kan, ook in de toekomst, extra wensen vanuit het onderwijsveld honoreren, zoals op het gebied van muziek, cultuur en techniek. De staat van onderhoud en outillage van de gebouwen staan op een hoog peil en de stichting kan dat in de toekomst handhaven.
Financieel Omzet en rentabiliteit De omzet en rentab¡lite¡t is in grote mate afhankelijk van het aantal leerlingen. Het bestuur van de stichting houdt daarop de ontwikkeling in leerlingenaantallen goed in de gaten en probeert
Met betrekking tot onderwijs en identiteit blijft de uitgewerkte visie op R.K.-onderwijs bij de scholen in praktijk gebracht worden. De medewerkers van de staf, die zorgen voor de SKOV-brede dienstverlening, zijn organisatorisch ondergebracht in één algemene dienst zodat er een duidelijke en functionele eenheid is ontstaan ter ondersteuning van het onderwijs.
daarop te anticiperen. De daling van leerlingenaantallen is een grote zorg.
Personeel Voor de ontwikkelingen in het personeelsbeleid verwijzen wij u naar paragraaf "personeelsbeleid".
lnvesteringen en financiering ln de toekomst staan, naast de reguliere investering in schoolmiddelen, investeringen in ICT en de uit-
breiding van het DBC op het programma.
Onderzoek en ontwikkeling Door de stichting zullen geen investeringen gedaan worden in het kader van ondezoek en ontwikkeling.
Stichting Katholiek Onderwijs Volendam bouwt aan de toekomst van onze kinderen!
35
Verklari ng gebruikte afkorti ngen BMPO CE Cito
cPs DBC ELO GMR GT HAVO
rcT LFPB LVS LWOO MR
Nto
ocw oAc ooP PMR PO POP SBD SBO SKOV
SWV VMBO VO VKO
\^/vO WMS
Bovenschoolse Manager Primair Onderwijs Centraal Examen Centraal lnstituut voor Toetsontwikkeling Christelijk Pedagogisch Studiecentrum, te Amersfoort Don Bosco College Elektronische Leeromgeving Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad Gemengd Theoretisch Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs lnformatie Communicatie Technologie Levensfasebewust personeelsbeleid Leerling Volgsysteem Leerwegondersteunend Onderwijs Medezeggenschapsraad Nederlandse lntelligentietest voor Onderwijsniveau Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen Ontwikkelings-en Adviescomm issie Onderwijs Ondersteunend Personeel Personeelsdeel van de Medezeggenschapsraad Primair Ondenrvijs Persoonlijk Ontwikkelings Plan Schoolbegeleidingsdienst Waterland, te Purmerend Sectorbestuur Onderwijsarbeidsmarkt Stichting Katholiek Onderwijs Volendam Samenwerkingsverband Waterland Voorbereidend Middelbaar Beroeps Onderwijs Voortgezet Onderwijs Vereniging Katholiek Onderwijs Voorbere¡dend Wetenschappelijk Onderwijs Wet Medezeggenschap op scholen
36
Gegevens over rechtspersoon Bestuursnummer Naam instelling
72853
Bestuur van Stichting Katholiek Ondenrijs Volendam
Postadres Postcode / Plaats
Postbus 58 l130AB Volendam
Contactpersoon Telefoon Fax E-mail
lnternelsite
0299-399290
0299.39929r
info@deskov,nl www.deskov,nl
Golofon Publicatie juna 2015. Het jaarverslag is vastgesteld door het Bestuur in juni 2015.
Verantwoordelijk voor het jaarverslag: H.J. van Roo¡jen, þestuurder Accountant: Deloitte Accountants te Alkmaar.
Indien u wilt reageren naar aanleid¡ng van dit jaarverslag kunt u contact opnemen met: Dhr. J. Laagland, telefoon 0299-399æ0.
37
38