Steden vroeger en nu Vragen bij het boek
Marlite Halbertsma Patricia van Ulzen
8
Deze vragen horen bij de tweede, herziene uitgave van Steden vroeger en nu van Marlite Halbertsma en Patricia van Ulzen.
© 2000 Uitgeverij Coutinho b.v. Alle rechten voorbehouden. Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of op enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Voor zover het maken van reprografische verveelvoudigingen uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 16 h Auteurswet 1912 dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen aan Stichting Reprorecht (Postbus 3051, 2130 KB Hoofddorp, www.reprorecht.nl). Voor het overnemen van (een) gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16 Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten Organisatie, Postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro).
Uitgeverij Coutinho Postbus 333 1400 AH Bussum
[email protected] www.coutinho.nl
Noot van de uitgever Wij hebben alle moeite gedaan om rechthebbenden van copyright te achterhalen. Personen of instanties die aanspraak maken op bepaalde rechten, wordt vriendelijk verzocht contact op te nemen met de uitgever. ISBN NUR
978 90 6283 450 1 655
Vragen bij Steden vroeger en nu - 2/5
Vragen bij het boek 1 • Visies op de stad
1. Wat betekende het nieuwe historische denken van de negentiende eeuw voor het bestuderen van de geschiedenis van de stad? Waarom was het bestuderen van de geschiedenis van de stad urgent geworden? 2. Wat wordt bedoeld met ‘non-places’? Wat bedoelt Christine Boyer met de stad als kunstwerk, de stad als panorama en de stad als spektakel? Wat houdt het begrip ‘creatieve stad’ in (zie ook hoofdstuk 9)? 3. Wat zijn stedelijke utopieën en wat wilden de bedenkers daarvan bewerkstelligen? 4. Welke gevolgen heeft de Bijbelse visie op de stad gehad voor de visie op de stad in de Westerse cultuur? Waarom is de moderne stad het hart van deze cultuur? 2 • Steden in de Grieks-Romeinse wereld
1. In de antieke steden komt de zogenaamde Hippodamische stadsplanning veel voor. Hoe valt de populariteit daarvan te verklaren en waarom zijn toch niet alle steden volgens dit principe gebouwd? 2. Wordt over het algemeen in de Grieks-Romeinse wereld het leven in steden als tegengesteld ervaren aan een bestaan op het platteland of niet? Beargumenteer je antwoord. 3. Welke technieken paste men toe om in de Romeinse steden stromend water te krijgen? Waarom was de aanleg van een waterleiding zo belangrijk? 3 • De middeleeuwse stad
1. Hoe verliep het proces van de-urbanisatie in de late Romeinse tijd? Welke factoren waren verantwoordelijk voor de continuïteit tussen de Romeinse en de middeleeuwse steden? 2. Hoe ontstonden er in de middeleeuwen nieuwe steden? Wat wordt bedoeld met ‘topografisch dualisme’? 3. Hoe was de relatie tussen stad en platteland in de middeleeuwen? Waarom stonden feodale landheren veel van hun rechten af aan steden? 4 • Italiaanse steden als de bakermat van de consumentencultuur
1. Welke factoren droegen bij aan de productie van steeds meer consumentengoederen in Italië? 2. Beschrijf hoe in Italië de moderne consumentencultuur ontstond.? Wat is de relatie tussen sociale mobiliteit en consumptie? Waarom was de Italiaanse samenleving meer in beweging dan die elders in Europa? 3. In welk vertrek in het Italiaanse palazzo is de moderne consument ontstaan? Licht je antwoord toe. 5 • Noord-Nederlandse steden in de zestiende en zeventiende eeuw
1. Hoe hangen stad en platteland economisch met elkaar samen in het Nederland van de zestiende en zeventiende eeuw.
Vragen bij Steden vroeger en nu - 3/5
2. Wat is de relatie tussen vestingbouw en stedenbouw in de zestiende en zeventiende eeuw? In welke Nederlandse steden zijn nog elementen van de oude vestingplattegrond in het straten- en grachtenpatroon te zien? 3. Hoe zorgde de Nederlandse stad voor haar inwoners? Waarom zorgden stad en kerk zo goed voor de burgers? 4. Wat zijn de kenmerken van de geschilderde en gedrukte Nederlandse stadsgezichten in de zeventiende eeuw? 6 • Residenties: centra van macht, kunst en wetenschap
1. Welke impulsen gaven de Renaissance-idealen aan het vormgeven van steden? Welke nieuwe vormelementen worden daaraan toegevoegd in de zeventiende en achttiende eeuw? 2. Tuin en paleis worden in de zeventiende eeuw steeds meer een eenheid. Welke functies vervulden het park bij Versailles en de Zwinger in Dresden? 3. In welk opzicht functioneerde Versailles als een ‘consumer model’? Wat is de relatie tussen hofcultuur en mercantilisme? 4. Welke invloed had het hof op de cultuur en de economie van de residentie? In hoeverre werden het burgerlijk dagritme en de inrichting van het burgerhuis beïnvloed door het hof? 5. Waarom zal een stad als Rotterdam een stad als Dresden, in de Tweede Wereldoorlog even sterk verwoest, op cultureel terrein moeilijk kunnen evenaren? 7 • Steden in het industriële tijdperk
1. Waarom was het in de negentiende eeuw zo moeilijk om steden te renoveren vanuit één leidende gedachte? 2. Welke drie typen steden vallen er in de negentiende eeuw te onderscheiden? 3. Wat bedoelde Walter Benjamin met de uitspraak ‘Parijs, hoofdstad van de negentiende eeuw’? 4. Welke doelen streefden Napoleon III en Haussmann na met de renovatie van Parijs? Welke problemen wilden zij oplossen? 5. Welke nieuwe vormen van openbaar leven ontstonden er op de boulevards van Parijs? Hoe zie je dit terug in impressionistische en surrealistische kunstuitingen? 8 • Stedenbouw als panacee. Nieuwe stedenbouwkundige concepten voor de twintigste eeuw
1. Waarom zijn er met name tussen 1889 en 1939 zoveel nieuwe ideeën gelanceerd over stedenbouw? Wie waren de meest invloedrijke denkers en architecten en wat hielden hun opvattingen in? 2. Wat is een tuinstad? Wat is de kracht en de zwakte van het concept van de tuinstad? 3. Wat is het functionalistische concept van de tuinstad? Welke rol speelt planning hierin? Wat zijn de kenmerken van de Stralende Stad van Le Corbusier?
Vragen bij Steden vroeger en nu - 4/5
9 • De stad van de toekomst is creatief
1. Waaruit bestond de kritiek op het functionalisme? 2. Waarom werden de ideeën over de ‘creatieve industrie’ het eerst omarmd in oude industriesteden? Wat zijn de verschillen tussen de vroegere werkende klasse en de huidige creatieve klasse? Wat is de invloed van de creatieve klasse op het stedelijk klimaat? 3. Wat wordt bedoeld met ‘gentrification’? 4. Welke effecten hebben city marketing en city branding? Is de komst van meer toeristen altijd positief voor een stad? 5. Waarom zijn culturele instellingen en activiteiten zo belangrijk voor de uitstraling van een stad? 6. Welke invloed hebben winkels op de stedelijke infrastructuur? 10 • Wereldstad aan de rand van Europa: Istanbul
1. Onder welke namen was Istanbul eerder bekend? Welke grote beschavingen lieten in deze stad hun sporen na? 2. In hoeverre is de huidige nostalgie naar het Ottomaanse verleden van Istanbul historisch juist? 3. Waarom kan het huidige Istanbul beschreven worden als een gespleten stad? 4. In hoeverre was het oude Istanbul een residentiestad zoals Dresden of Versailles? 5. Hoe en waar leefden de verschillende culturen in Istanbul met en naast elkaar? 6. Hoe ziet het clichébeeld van een metropool eruit?
Vragen bij Steden vroeger en nu - 5/5