Sport & Economie Bedrijfseconomie
Voltijd
Auteurs Versie Opleiding Studiejaar Blok Onderwijseenheid Beroepstaak Niveau Cursusjaar
: Tom Falk : 3.0 : SGM / ALO / SBE / externe opleidingen : Hoofdfase 3 : Blok 1 /2 : Bedrijfseconomie : Sport & Economie : Niveau 3 : 2014-2015
© Alle rechten zijn voorbehouden aan de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen. Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enigerlei vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming.
2
1. INHOUD
1. 2. 3. 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6 4. 5. 5.1 5.2 6. 6.1 6.2 6.3 6.4 6.5 7. 8. 9.
Inhoud ...................................................................................................................... 3 Kijkje in het werkveld .............................................................................................. 4 Beroepstaak & competenties .................................................................................. 5 Inleiding ............................................................................................................. 5 Onderwijs bij ISBS.............................................................................................. 5 Competenties ..................................................................................................... 5 Dominante handelingscriteria ............................................................................. 5 Beoordelingscriteria ............................................................................................ 6 Studiebelasting................................................................................................... 6 Centrale beroepsopdracht....................................................................................... 7 Toetsing en beoordeling ......................................................................................... 8 Toetsing ............................................................................................................. 8 Herkansing ......................................................................................................... 8 Structuur OWE ......................................................................................................... 9 Tutorgroep ......................................................................................................... 9 Consultancy ....................................................................................................... 9 Zelfstudie ........................................................................................................... 9 Tijdsverdeling ..................................................................................................... 9 Spelregels .......................................................................................................... 9 Wijzigingen ten opzichte van vorig jaar................................................................ 10 Materialen en Bronnen .......................................................................................... 11 Planning ................................................................................................................. 12
3
2. KIJKJE IN HET WERKVELD Betaald voetbal in het rood, what’s new? Albert Treur (@mediagrid ) 27 aug, 10:44 |
Betaald voetbal organisaties (BVO’s) in Nederland leven ver boven hun stand. De totale schuld zou inmiddels 92 miljoen euro belopen. Het is echter van alle tijden, betaald voetbalclubs leven bij de gratie van megalomane geldschieters, voetbal-geile sponsoren en locale overheden met behoefte aan burgersympathie. Opportunisme viert al decennia hoogtij maar is betaald voetbal gebaat bij strengere administratie en laat het resultaat van het voetbal zich vormen door alleen goed te boekhouden?
Voor een sporteconoom is basale financiële kennis een vereiste. Om te weten hoe verkoopprijs bepaald worden, wanneer het wel of niet interessant is om een project te starten of een investering te doen, of om in zee te gaan met een ander bedrijf. In al deze situaties is het van belang om een inschatting te maken van de kosten, opbrengsten en de risico’s die gepaard gaan met deze beslissingen. Meestal is er binnen organisaties iemand verantwoordelijk voor het controleren van de financiële positie. Maar ook managers die geen financiële functie vervullen zullen geconfronteerd worden met de financiële gevolgen en beperkingen van hun keuzes. Hierbij is het dus belangrijk om inzicht te hebben in financiële gegevens en overzichten. Minder van belang is om dit ook zelf in zijn geheel uit te voeren. Vooral het inzicht in financiële gegevens en overzichten staan in deze module centraal. Wij wensen jullie veel plezier tijdens deze module.
4
3. BEROEPSTAAK & COMPETENTIES
3.1
Inleiding
Zoals je in hoofdstuk 2 hebt kunnen lezen ga je, jezelf in deze onderwijseenheid (OWE) van de minor Sporteconomie verdiepen in de (basale) financiele theorie. Het doel van deze OWE is om je inzicht te geven in financiele verslaglegging en basale financiele onderwerpen. 3.2
Onderwijs bij ISBS
Het onderwijs bij ISBS is vormgegeven aan de hand van het beroepsprofiel van SGM/ALO/SBE. Aan het eind van de opleiding is het de bedoeling dat je aan het SGM/ALO/SBE beroepsprofiel voldoet. De minor is een vrije ruimte waarin je het beroepsprofiel kunt aanvullen met een verdiepende of verbredende kennis. Om goed te functioneren in het werkveld, moet je bepaalde competenties ontwikkelen. Bij iedere competentie zijn verschillende handelingscriteria geformuleerd. De handelingscriteria maken duidelijk waar het bij de betreffende competentie inhoudelijk om gaat. Om je competenties optimaal te kunnen ontwikkelen, volg je OWE’s waarin je aan de competenties binnen de beroepstaken kunt werken. Tijdens iedere OWE werk je aan een set competenties. Bij iedere OWE wordt specifiek ingegaan op een aantal handelingscriteria van de competentie. De competenties worden vervolgens getoetst aan de hand van vooraf gesteld beoordelingscriteria, die meestal zijn afgeleid uit de handelingscriteria. In Figuur 1 is schematisch weergegeven hoe we vanuit de beroepspraktijk tot toetsing van de verschillende opleidingen komen. Wil je hier meer over weten? Lees dan eens het Toetsboek van ISBS (Toetscommissie ISBS, 2011). Beroepsprofiel
Beroepstaak
Competenties
Handelingscriteria
Onderwijseenheden
Toetsing
Beoordelingscriteria
Figuur 1: Toetslijn ISBS 3.3
Competenties
Tijdens deze OWE werk je aan de volgende competenties: Ondernemen De OWE is geschreven voor competentieniveau 3. Dit houdt in dat je werkt op tactischstrategisch niveau. Tijdens de minor wordt daarom vanuit gegaan dat je zelfstandig te werk gaat en dat je dat je uiteindelijke je mening kunt onderbouwen met relevante literatuur. 3.4
Dominante handelingscriteria
Zoals je kunt teruglezen in het Toetsprogramma van SGM (Toetscommissie ISBS, 2014), is bij iedere competentie een aantal handelingscriteria opgesteld. In Tabel 5 vind je voor de competentie ondernemen dominante handelingscriterium dat aan bod komt bij Bedrijfseconomie. Tabel 5: Dominante handelingscriteria per competentie voor OWE Bedrijfseconomie Ondernemen De student: 1. heeft
inzicht in de financiële aspecten van bedrijfsvoering
5
3.5
Beoordelingscriteria
Om het gekozen handelingscriterium te toetsen, is deze vertaald naar een toetscensuur voor het tentamen bedrijfseconomie welke is opgesteld voor het tentamen Bedrijfseconomie. Voor het tentamen zul je minimaal een 5.5 te moeten halen om deze OWE Bedrijfseconomie succesvol af te ronden. 3.6
Studiebelasting
Deze OWE maakt onderdeel uit van de minor Sport en Economie. Bij het afronden van de gehele minor behaal je 30 European Credits (EC). Dit betekent een studiebelasting van 840 uur. Deze uren omvatten contactonderwijs en zelfstudie-uren. Deze uren zijn verdeeld over alle onderwijsactiviteiten (met bijbehorende zelfstudietijd) in blokken 1 en 2 van de minor Sport en Economie.
6
4. CENTRALE BEROEPSOPDRACHT Je eindniveau zal getoest worden door een tentamen in week 9. Het tentamen zal bestaan uit 2 soorten vragen: Meerkeuzevragen Open vragen Voor de meerkeuzevragen zullen 10 punten gescoord kunnen worden en voor de open vragen tussen de 50-60 punten. Het cijfer wordt berekend door het totaal behaalde punten te delen door het totaal te behalen punten (/10). Hieruit moet minimaal 5,5 gescoord worden.
7
5. TOETSING EN BEOORDELING 5.1
Toetsing
In de minor Sport en Economie worden 6 deeltentamens getoetst. In Tabel 2 vind je een overzicht van de toetsing van de minor Sport en Economie. In de Tabel vind je ook de weging van ieder deeltentamen. Om te bewijzen dat je de competenties voldoende hebt ontwikkeld en beheerst, dien je alle toetsonderdelen voldoende (5,5 of hoger) te hebben afgerond. In Tabel 3 vind je een overzicht van alle deadlines en belangrijke momenten van deze OWE. Tabel 2: Toetsonderdelen minor Sport & Economie Minor Sport & Economie Deeltentamen OWE Bedrijfseconomie
15 %
Minimaal cijfer 5,5
20 %
5,5
2.9
- Kennisontwikkeling
Competitieplan
- Economie van Sportevenementen deel 1 & 2 - Macro economie deel 1 & 2 - Economie van breedtesport Macro economie deel 1
20 %
5,5
1.9
- Kennisontwikkeling
Wetenschappelijk essay
Economie van sportevenementen deel 1
10 %
5,5
1.9
Analyse vereniging
Economie van breedtesport
15 %
5,5
2.9
Economische impact studie Totaal
Economie van sportevenementen deel 2
20 %
5,5
2.9
-kennisontwikkeling - Persoonlijke ontwikkeling -Kennisontwikkeling - Adviseren - Kennisontwikkeling
100%
5,5 = 6
Tentamen bedrijfseconomie Tentamen sporteconomie
Wegingsfactor
Toets week 1.9
Accenten op de competentie - Ondernemen
Indien één of meerdere onderdelen lager worden beoordeeld dan een 5,5 zul je deze moeten herkansen. 5.2
Herkansing
Indien je voor één of meerdere deeltentamens een onvoldoende (< 5,5) hebt bij de eerste kans, dien je dit onderdeel te herkansen. Voor ieder deeltentamen heb je twee kansen per jaar, hiervoor sta je automatisch ingeschreven. Indien je de twee kansen beide onvoldoende hebt afgerond in huidig studiejaar, dien je deze in volgend studiejaar te herkansen. De procedure hiervoor is terug te vinden op Scholar onder het kopje ‘toetsing’. De herkansing van het essay voor het tentamen Bedrijfseconomie is week 2.9
8
6. STRUCTUUR OWE 6.1
Tutorgroep
Iedere onderwijsweek in blok 1 staat er twee keer twee uur tutorgroep ingeroosterd. Voorafgaand aan de tutorgroepen bereid je de theorie van het desbetreffende hoofdstuk en de bijbehorende vragen zorgvuldig voor. Deze worden in de les nabesproken. Het volgen van tutorbijeenkomsten is verplicht. 6.2
Consultancy
Iedere onderwijsweek in blok 1 wordt er een consultancy moment ingeroosterd. Tijdens dit uur krijg je de kans om extra uitleg te krijgen over de lesstof. Dit uur is niet verplicht. 6.3
Zelfstudie
Naast het volgen van het onderwijs is het noodzakelijk dat je zelfstudie uren plant om de bijeenkomsten voor te bereiden. 6.4
Tijdsverdeling
De totale studiebelasting in blok 1 en 2 voor de minor Sport en Economie is 840 uur. Dit houdt in dat je per week ongeveer 30 uur bezig zult zijn met de minor. In Tabel 4 kun je precies zien hoeveel tijd je per week besteedt aan de OWE Economie van sportevenementen deel 1. Tabel 4: Overzicht tijdsbesteding Economie van sportevenementen deel 1 Onderwijsweek (1-8)
Onderwijsvrije week ( 9 )
Tutorgroep
90 minuten
-
Consultancy
90 minuten
-
Zelfstudie (voorbereiding bijeenkomsten)
12 uur per week
12 uur
6.5
Spelregels
De OWE is dusdanig opgebouwd dat voorbereiding en aanwezigheid bij de werkcolleges en tutorbijeenkomsten noodzakelijk is. Voor de minor Sport en Economie gelden de volgende twee belangrijke regels: 1. Om de tutorgroepen en werkcolleges nuttig en zinvol te laten verlopen, wordt er van je verwacht dat je je goed voorbereidt voor elke bijeenkomst. Indien dit niet het geval is zal de tutor je als afwezig noteren. Let op, alleen fysieke aanwezigheid is niet voldoende. Als in de ogen van de docent/tutor de voorbereiding of participatie onvoldoende is, heeft deze het recht je als afwezig te markeren en/of te verzoeken de les te verlaten. 2. Bij afwezigheid van meer dan 20% van de lesuren (80% norm) per semester krijg je van je tutor een vervangende opdracht.
9
7. WIJZIGINGEN TEN OPZICHTE VAN VORIG JAAR Naar aanleiding van de evaluatie van de minor van vorig jaar zijn de volgende wijzigingen aangebracht: Geen wijzigingen
10
8. MATERIALEN EN BRONNEN Tijdens de OWE Bedrijfseconomie werken we aan de hand van het volgende boek:
A.W.W. Heezen, Bedrijfsbeslissingen en financiële verantwoording, Noordhoff Uitgevers, 2e druk, 2011
11
9. PLANNING
Tutor
Leesstof
Te maken vraagstukken
1.1
H1
-
1.2
H2
V 1.2, V 1.3
Alle H1
V 2.3, V2.11, V2.13, V2.15
Alle H2
2.1 2.2
H3
V2.17, V2.18, V2.21
3.1
V3.2, V3.4, V3.5, V3.6, V3.13
3.2
V3.7, V3.17, V3.24
4.1
H4
4.2 5.1 5.2 6.1 6.2 7.1
Alle H5
V5.6, V5.16, V5.17 V6.9, V6.13, V6.16
H7
Alle H4
V4.6, V4.15, V4.16 V5.4, V5.5, V5.7, V5.10, V5.11
H6
Alle H3
V3.10, V3.22 V4.3, V4.8, V4.10, V4.13, V4.17, V4.18
H5
Meerkeuzevragen
Alle H6
V6.15, V6.18
7.2
V7.1 (vragen op scholar), V7.2, V7.3, V7.4
8.1
Uitloop + extra oefeningen
8.2
Proeftentamen
9
Tentamen
Alle H7
12
13