Zaal 3
Speurtocht Wandelen met Licht Naam leerling: ................................................................ Zaal 3 Brillen Loop de trap op achter het anatomisch theater (het grote houten bouwwerk) en ga door de glazen deuren zaal 2 in. Ga in zaal 2 de trap op naar zaal 3. Loop naar de eerste vitrine aan de linkerkant. In deze vitrine zie je brillen liggen (zie foto rechts). In de workshop heb je net gekeken of jullie bril een holle of een bolle lens had. 1) In een bril voor iemand die verziend is (ziet dichtbij slecht, maar verweg goed), zit: o Een bolle lens (vergroot) o Een holle lens (verkleind) 2) In een bril voor iemand die bijziend is (ziet verweg slecht, maar dichtbij goed), zit: o Een bolle lens (vergroot) o Een holle lens (verkleind) Tegenwoordig als je een bril nodig hebt bekijken ze bij de opticien (brillenspecialist) of je bijziend of verziend bent en hoe sterk je brillenglazen moeten zien, zodat je goed kan zien. Als de opticien gaat kijken of je een bril nodig hebt laat hij/zij je letters op lezen, om te kijken of je die nog kan zien. Op het volgende blad zie je hiervan een voorbeeld. Laat één van jullie het blad voor zich vast houden en die loopt tien stappen achteruit. Pas op dat je nergens tegen aan stoot. Laat de rest van de groep nu proberen de onderste regel te lezen. Kan je de letters nog lezen? Wissel nu met degene die net het blad vasthield, zodat die ook de tekst kan proberen te lezen. De brillen die je in de vitrine ziet zijn al zo'n vierhonderd jaar oud. Vroeger konden ze niet opmeten hoe sterk je glazen moesten zijn. Je moest door verschillende brillen kijken tot je een goede bril had gevonden. Deze brillen zien er ook anders uit dan de brillen die jij kent. 3) Wat valt je het eerste op dat anders is? (er zijn meerdere antwoorden goed) o Ze hebben allemaal geen poten o Ze zijn allemaal gemaakt van metaal o Ze hebben allemaal doorzichtige glazen o Ze zijn allemaal even groot
Zaal 3
Zaal 3
Telescoop Kijk naar het grote kwadrant (zie foto rechts) aan de muur vlak naast de brillen. De kwadrant waarop de telescoop vast is gemaakt gebruik je om de plaats van de ster te bepalen. Een kwadrant heet zo, omdat het een kwart van een cirkel is (zie afbeelding links). Op deze kwadrant zit een zwarte buis en dat is een telescoop. 4) Een telescoop gebruik je om o Sterren te bekijken o Pijlen af te schieten o Geluid te versterken In de workshop heb je gewerkt met lenzen. In een telescoop zitten meerdere lenzen om te kunnen vergroten (zie voorbeeld hieronder). Samen vergroten ze nog veel sterker dan in een bril. Voorbeeld van een telescoop:
Lens Lens
5) Als je naar het voorbeeld van de lenzen in een telescoop kijkt zijn dat dan: o Holle lenzen, die verkleinen o Bolle lenzen, die vergroten 6) Teken in het plaatje van de telescoop hierboven hoe de lichtstralen door de telescoop lopen. Aan welke kant zit je oog? Teken daar een oog. Waar komt het licht de telescoop binnen en wat gebeurd er met de lichtstralen als ze door de lens gaan? Denk aan wat je net in de workshop hebt gezien bij de bolle en de holle lenzen!
Zaal 3
Loop nu verder in zaal 3 tot je de vitrine van de foto links hebt gevonden. Deze vitrine vind je in het midden van de zaal meer richting het einde van de zaal. In deze vitrine zie je lenzen en een telescoop gemaakt door Christiaan Huygens. Als je naar de lenzen kijkt zie je dat sommige lenzen bijna plat zijn en andere heel erg bol. 7) Wat is de meeste bolle lens: o De onderste lens o De kleinste lens helemaal bovenin o De grote lens helemaal bovenin Het was heel knap dat Huygens zulke grote lenzen kon maken die goed konden vergroten. Hij was zo trots dat hij ook zijn naam in de lenzen wilde schrijven. 8) o o o
Op hoeveel lenzen heeft hij zijn naam geschreven: In één lens In zes lenzen In alle lenzen
Microscoop Loop naar het tafeltje helemaal achterin in de zaal. Hier staat rechts een microscoop op (zie foto). 9) Met een microscoop kan je iets: o verkleinen o vergroten o verlengen Kijk door het bovenste deel van het lensje en beweeg voorzichtig het armpje naar boven en naar onder tot je een scherp beeld krijgt en de vlieg goed kan zien. Pas op dat je niet in het licht staat van de lamp erboven, want dan kan je niks zien. Door de microscoop zie je de vlieg 8x vergroot. Nu je het beter kunt zien kan je de volgende vraag beantwoorden.
Zaal 3
10) Het oog ziet er uit als welk oog van hieronder: .... nummer
1
2
3
4
Loop iets terug en zoek de vitrine over Antoni van Leeuwenhoek. Je hebt de vitrine gevonden als dit schilderij (zie rechts) er inhangt!
Antoni van Leeuwenhoek was één van de eerste die microscopen maakte. Zijn microscopen zijn piepklein. Hiernaast aan de linkerkant zie je een foto, zoek de microscoop van Antoni van Leeuwenhoek in de vitrine (bij nummer 2 in de vitrine). 11) Geef op de foto van de microscoop van Antoni van Leeuwenhoek aan waar het lensje zit (zie links). Met de lens kan je vergroten, net als met een vergrootglas. Op de foto rechts zie je hoe je er doorheen kijkt. 12) Hoe groot is dat lensje? o 2 millimeter groot o 10 millimeter groot o 1 centimeter groot o 10 centimeter groot Loop nu naar de volgende zaal 4.
Zaal 4
Zaal 4 Lenzen Loop naar de linkerkant van de zaal. Loop naar de vierde wandvitrine (zie foto links). Zoals je hebt gemerkt in de workshop kun je met lenzen, prisma's en licht proefjes doen. Dat kan ook met licht en water. De bakken in deze vitrine werden met water gevuld en er werd gekeken door de erin gezette lenzen wat er met het licht gebeurde. Kijk naar de bakjes bij nummer 2 in de vitrine. 1) Wat voor lenzen zitten er in deze bakjes? Kijk goed van opzij naar de lenzen. o Alle drie holle lenzen o Alle drie bolle lenzen o De twee linker bol en de rechter hol o De twee rechter bol en de linker hol Kijk naar de bak die bij nummer 3 staat (iets hoger en dieper in de vitrine). 2) Wat voor lenzen zitten hierin? (Als je wat schuin gaat staan kan je het beter zien) o Beide hol o Beide bol o De linker bol en de rechter hol o De rechter bol en de linker hol
Anamorfose Loop twee vitrines verder, deze vitrine is donker. Je kunt met de groene kop op de grond onder de vitrine het licht aandoen. In deze vitrine zie je allemaal bijzondere tekeningen liggen. Zulke tekeningen hebben een moeilijke naam namelijk anamorfose. Kun jij goed zijn wat deze tekeningen zijn? Nee dat kan pas als je er met een aparte ronde spiegel naar kijkt. Kijk bijvoorbeeld naar de tekening die op de bodem van de vitrine ligt. 3) Welk dier herken je? o een zwijn o een hert o een koe
Zaal 4
4) Wat zie je op de tekening hierboven: ....................................................................................................... Plaats nu het ronde spiegeltje uit je koffertje op de roze cirkel en kijk nog eens. 5) Wat zie je op de tekening hierboven: .......................................................................................
Zaal 4
Microscoop Loop naar de vitrine aan de overkant van de zaal met de microscopen. Zie foto rechts. Bij deze microscopen zie je onderaan een spiegeltje bevestigd. 6) Waarom zit er een spiegeltje onderaan de microscoop? o Zodat de wetenschapper zich zelf kan bekijken o Zodat er licht reflecteert op wat je wilt bekijken en dat je het kan zien o Zodat je met de spiegel in de microscoop kan kijken en kan kijken of de lens goed zit
Loop naar de volgende zaal, zaal 5.
Zaal 5
Zaal 5 Microscoop Loop naar het einde van de zaal naar de tafel in het midden waar je de microscopen ziet die je mag uitproberen (zie foto). Als je door deze microscoop iets wil zien, moet je met het spiegeltje dat onderaan de microscoop vastzit het licht goed in de microscoop richten. Dus beweeg het spiegeltje onderaan de microscoop als je het niet kunt zien. Zo kan je proberen licht in de microscoop te laten vallen. Let op dat je zelf of iemand anders niet in het licht gaat staan, dan zie je niks! 1) Wat heb je altijd nodig om te kijken o Microscoop o Licht o Bril
Helemaal rechts op de tafel staat een voorbeeld van een bijzondere microscoop, namelijk de zonnemicroscoop. Druk maar eens op de rode knop. Het lampje gaat branden en het licht schijnt op de spiegel door de microscoop. Zo kun je verschillende dingen bekijken en projecteren op bijvoorbeeld een muur. 2) De zonnemicroscoop lijkt eigenlijk op: o televisie o beamer o computer
Verrekijker en telescoop Loop aan de linkerkant terug naar de vitrine met verrekijkers en telescopen (zie foto hiernaast). Rechts bovenin zie je verrekijkers. In het koffertje dat je bij je hebt zien jullie ook een verrekijker. Pak deze uit de koffer. Haal het beschermdopje voorzichtig van de verrekijker af, zodat je de lens kunt zien.
Zaal 5
3) Voel aan de verrekijker welke lens erin zit aan het brede uiteinde o Holle lens o Bolle lens 4) Het is een bolle/holle lens en die vergroot/verkleint. (Doorstrepen wat niet van toepassing is) In de verrekijker zitten twee lenzen. In aan de kant waar je doorkijkt en één aan de andere kant van de verrekijker. Om goed te kunnen kijken met een verrekijker moet je scherp stellen. Hierbij schuif je de verrekijker helemaal uit. Het stuk dichtbij je oog van de verrekijker kan in of uit elkaar schuiven tot je scherp kunt zien. Kijk naar het schilderij aan de muur vanaf de vitrine en probeer scherp te stellen op het gezicht. 5) Waarom moet je de verrekijker in en uit elkaar schuiven? o Om de afstand tussen de twee lenzen en het oog te vergroten of te verkleinen zodat het licht/beeld goed in je oog kan vallen o Om vuil uit de verrekijker te halen o Om ervoor te zorgen dat er genoeg licht in de verrekijker valt
Loop de trap af naar zaal 6.
Zaal 6
Zaal 6 Preparaten en microscoop Wat je met een microscoop bekijkt, wordt een preparaat genoemd. Als het klein genoeg is, bijvoorbeeld een insect, kun je dat in zijn geheel bekijken. Meestal zijn preparaten kleine stukjes van iets veel groters. Bijvoorbeeld de zaden van een plant. In deze zaal kan je zelf een aantal preparaten bekijken.
Loop naar de middelste vitrine aan de linkerkant met allemaal preparaten (zie foto links). 1) Wat staat er op het laatje in de vitrine waarin je deze preparaten ziet?
1
2
3
4 .....................................................................
2) Welke van de preparaten lijkt niet te passen bij de omschrijving die op dat laatje staat: Nummer ..............
Zaal 6
Kijk in de vitrine in het midden tegenover de preparaten(zie foto rechts). Rechtsbovenin zie je een microscoop met een groen handvat. Vroeger was het kijken naar preparaten door een microscoop heel bijzonder en populair. Als je genoeg geld had kocht je een microscoop net als wij nu de nieuwste televisie of ipad willen hebben. Dus net als jij een mooi hoesje om je telefoon wil, zo wilde ze ook een mooie microscoop. 3) Waarvan is de buitenkant van de microscoop rechts bovenin gemaakt? o Hout en mos o Hout en roggenhuid o Hout en koper
Loop de wenteltrap achter je in de linkerhoek van de zaal af en dan kom je in zaal 18.
Zaal 18
Zaal 18 Kunstogen Loop naar de meeste linkervitrine aan de andere kant van de zaal. In deze vitrine zie je kunstogen liggen. Kunstogen 1) Deze kunstogen zijn gemaakt van glas. Waarom zijn ze van glas gemaakt en niet van hout? o Hout splintert en glas niet o Glazen oog is minder zwaar dan houten oog
2) Kun je met deze ogen kijken? .......................................................................................................... .......................................................................................................... .......................................................................................................... We gaan nu een proefje doen met onze ogen. Ga tegenover elkaar staan. Als je midden in het oog van degene die tegenover je staat kijk zie je de pupil (het zwarte gaatje in het midden van je oog). Dit is eigenlijk gewoon een gaatje waar het licht doorheen valt, daardoor kan je kijken. Een van de twee die tegenover elkaar staan doet zijn ogen dicht en zijn handen voor zijn ogen. Degene met zijn ogen open telt tot tien. Bij tien haalt de ander zijn handen voor zijn ogen weg en doet zijn ogen open. Kijk goed naar de ogen van degene die net zijn ogen dicht had. 3) Wat gebeurt er met de pupil (het zwarte gaatje in het midden van je oog)? ........................................................................................................... ........................................................................................................... ...........................................................................................................
Zaal 18
4) Bij veel licht wordt je pupil? (Omcirkel goede antwoord) Groter Kleiner 5) Bij weinig licht wordt je pupil? (Omcirkel goede antwoord) Groter Kleiner Laat nu de ander zijn handen voor zijn dichte ogen doen, zodat degene die net zijn ogen dicht had het veranderen van de pupil kan zien.
Loop door naar de andere kant van de zaal en de volgende zaal (zaal 19) in.
Zaal 19
Zaal 19 Modellen van ogen In deze zaal liggen op het plateau aan de rechterkant twee modellen van het oog (zie foto). In je oog zit een lens. Kijk naar het gehalveerde oog bij nummer 11. Daar kun je de lens in je oog goed zien.
1) Geef met een pijltje in de foto hieronder aan waar de lens zit.
De modellen zijn van papiermaché gemaakt. Behalve het doorzichtige deel voor de pupil en iris, dat is van ander materiaal gemaakt. 2) Het is gemaakt van: o glas o karton o gel Loop naar de vitrine links achterin met de modellen van bijen (zie foto rechts).
Zaal 19
Bijen en vliegen hebben andere ogen dan mensen. Ze hebben facetogen en dan zie je heel anders. Pak uit het koffertje de gekleurde kijker in de vorm van een kegel. Kijk hier doorheen. Je ziet nu net als een vlieg en een bij. 3) Een bij ziet: o in één koker en kan niet opzij kijken o kan in het donker zien o heel veel vlakken en ziet het beeld heel vaak Met deze bijzondere ogen kan een bij veel beter beweging zien dan mensen.
In deze zaal zie je ook uitvergrotingen van dieren. Loop bijvoorbeeld naar de grote vis aan de muur (zie foto links). 4) Waarom zouden ze deze modellen groter maken dan de dieren in het echt zijn? o Om mensen bang te maken o Om honger te krijgen en deze dieren op te willen eten o Om ook de details van dit dier goed te kunnen zien
Loop de gang uit en ga links af en loop door de Philipstentoonstelling. Dan kom je bij het begin met het anatomisch theater (het houten bouwwerk). Ga hier de zwarte stenen trap op om hoog. Je loopt dan door de glazen deuren zaal 2 in en gaat de houten trap op naar zaal 3.