Speerpuntennotitie Westfriesland
Westfriese Bedrijvengroep Kamer van Koophandel Noordwest-Holland April 2009
Westfriese Bedrijvengroep - Speerpuntennotitie Westfriesland
Pagina 1 van 43
Westfriese Bedrijvengroep - Speerpuntennotitie Westfriesland
Pagina 2 van 43
INHOUDSOPGAVE
Samenvatting
5
1
Inleiding
10
2
Een foto van het Westfriese bedrijfsleven
11
2.1
Productiestructuur Westfriesland
11
2.2
Landbouw en visserij
12
2.3
Industrie
17
2.4
Bouwnijverheid
19
2.5
Vrijetijdsindustrie
22
2.6
Transport en logistiek
26
2.7
Zakelijke dienstverlening
29
2.8
Quartaire sector
32
3
4
Randvoorwaarden voor economische groei
34
3.1
Onderwijs en arbeidsmarkt
34
3.2
Ruimte voor bedrijvigheid
35
3.3
Bereikbaarheid en infrastructuur
37
3.4
Bestuurlijke samenwerking
38
Conclusies en aanbevelingen
40
4.1
De speerpunten voor Westfriesland
40
4.2
Aanbevelingen: hoe nu verder?
42
Geraadpleegde bronnen
Westfriese Bedrijvengroep - Speerpuntennotitie Westfriesland
43
Pagina 3 van 43
Westfriese Bedrijvengroep - Speerpuntennotitie Westfriesland
Pagina 4 van 43
Samenvatting Hieronder volgt de samenvatting van deze speerpuntennotitie. Als eerste worden de ontwikkelingen in de Westfriese bedrijfssectoren besproken, vervolgens komen de sectoroverstijgende aspecten aan bod. Hieruit volgen uiteindelijk in het derde deel de speerpunten voor het Westfriese bedrijfsleven.
1
Ontwikkelingen in de Westfriese bedrijfssectoren
Landbouw en Visserij De omvang van de sector landbouw en visserij is de afgelopen tien jaar weliswaar in omvang afgenomen, het belang van de sector op zowel nationaal en internationaal niveau zal de komende jaren gaan toenemen. De ontwikkelingen die gaande zijn (Agriport A7, Seed Valley) vinden vooral plaats in de Kop van NoordHolland en Westfriesland. Deze regio’s zijn ten opzichte van andere regio’s in Noord-Holland in ruimtelijk opzicht het meest geschikt om de groei van de agribusiness te faciliteren. Met de volgende speerpunten zou de Westfriese Bedrijvengroep zich bezig kunnen houden: - Het stimuleren van ontwikkelingen omtrent aquacultuur; - Ondersteunen van de verdere ontwikkeling Agriport A7 en het bijbehorende logistieke centrum; - Ondersteuning van het Seed Valley-programma; - Het formuleren van wensen en eisen ten aanzien van beleid voor Vrijkomende Agrarische Bebouwing; - Verankering van ruimtelijk beleid van gemeenten ten behoeve van de ontwikkeling van de agribusiness; onder meer met het oog op het faciliteren van de noodzakelijke schaalvergroting binnen het cluster. Industrie Het aantrekken van voldoende (nieuw) gekwalificeerd personeel is voor de industriële sector van groot belang. Probleem is echter dat de sector kampt met een negatief imago: het beeld van rokende schoorstenen en milieuvervuilende productieprocessen overheerst. Hierdoor is de sector niet in beeld bij toekomstige werknemers, maar ook niet bij beleidsmakers van gemeenten. Voor de sector is het van belang dat dit heersende negatieve beeld wordt omgekeerd en dat de bedrijfstak bij de Westfriese gemeenten op de agenda wordt gezet. Bouwnijverheid De bouwsector is een belangrijke en economisch stabiele sector in Westfriesland. Het tekort aan personeel is de komende jaren het voornaamste vraagstuk voor deze sector. De aandacht zou moeten uitgaan naar de volgende zaken: - Vergroten van aanbod aan technisch geschoold personeel, onder meer door deze opleidingsmogelijkheden/beroepsmogelijkheden onder de aandacht te brengen van basisschoolleerlingen en studiekiezers; - Voldoende stagemogelijkheden voor leerlingen van technische opleidingen; - Bevorderen van samenwerking tussen ZZP’ers/kleinschalige ondernemingen in de bouwsector. Transport en logistiek Hoewel de sector qua omvang en werkgelegenheid niet heel groot is, liggen er Westfriesland zeker kansen op het gebied van transport en logistiek. Speerpunten voor de komende jaren zijn: - Westfriesland als aantrekkelijke vestigingsplaats voor ondernemingen in de transport en logistiek; - Aandacht voor de ontwikkeling van een goede infrastructuur (Westfrisiaweg) - Concentratie van ondernemingen in de transport en logistiek; ontwikkeling van logistieke centra. Hiermee samenhangend het ontwikkelen van een ruimtelijke visie voor deze sector. Zakelijke dienstverlening De omvang van de sector zakelijke dienstverlening is in Westfriesland minder groot dan in overige regio’s en delen van het land, echter, dit maakt deze sector niet minder belangrijk voor Westfriesland. De verdere ontwikkeling en facilitering van de sector zou kunnen bijdragen aan het terugdringen van de pendel naar de
Westfriese Bedrijvengroep - Speerpuntennotitie Westfriesland
Pagina 5 van 43
Randstad. Van het grootste belang hierbij is de ontwikkeling van voldoende kantoorlocaties: er moeten voldoende kantoorlocaties beschikbaar zijn om de sector en toekomstige ondernemingen te huisvesten. Hoorn lijkt hiervoor een geschikte vestigingsplaats vanwege de gunstige ligging ten opzichte van Amsterdam. Het belang van kantoorlocaties moet kenbaar worden gemaakt bij, onder andere, de gemeente Hoorn.
2
Randvoorwaarden voor economische groei
Onderwijs en Arbeidsmarkt In Westfriesland zijn verschillende ontwikkelingen gaande die soms tegenstrijdig lijken aan elkaar: Niet voor iedere Westfries die zich op de arbeidsmarkt aanbiedt is er een baan beschikbaar: er zit een “gat” van 13,5 procent tussen het aanbod aan arbeidsplaatsen en het gevraagde aantal arbeidsplaatsen. Westfriesland kent een hoge uitgaande pendel: 33.000 personen (37 procent) werken buiten de regio. Het gaat hier om mensen die werkzaam zijn in de sectoren zakelijke dienstverlening, openbaar bestuur, vervoer, communicatie en industrie. Er zal de komende jaren een verlies aan ervaring en capaciteit optreden door de vergrijzing. Met name de bouw en de publieke sector krijgen hiermee te maken. In Westfriesland zijn er 1.000 openstaande vacatures op HBO+-niveau, wat erop wijst dat de aansluiting tussen vraag en aanbod van arbeid niet optimaal is. Het is van belang dat op deze ontwikkelingen wordt ingespeeld. Vraag en aanbod van arbeid moeten goed op elkaar zijn afgestemd. Het aanbod aan technisch personeel moet op peil gehouden worden om de uitstroom van gepensioneerde werknemers in bijvoorbeeld de bouwsector op te vangen. Een intensieve samenwerking tussen ROC, InHolland en bedrijfsleven is hierbij van grote waarde. Voor het tegengaan van de pendel is het van belang dat er bedrijven naar Westfriesland worden getrokken in de sectoren zakelijke dienstverlening en communicatie. Ook zouden de Westfriese bedrijven, met name die in de zaadsector, groothandel en bouw, beter in beeld moeten worden gebracht bij de hoogopgeleide Westfriezen als interessante werkgever. Ruimte voor bedrijvigheid Voor de verdere ontwikkeling van de Westfriese economie is het van groot belang dat het aanbod aan gedifferentieerd en gespecialiseerd bedrijventerrein in de regio op peil blijft. De lobby voor voldoende en kwalitatief hoogwaardig bedrijventerrein moet daarom worden vastgehouden. Aandachtspunten bij de ontwikkeling van nieuw terrein zijn bereikbaarheid, uitstraling en duurzaamheid. Ook is het van belang dat er een actieve acquisitie gaat plaatsvinden voor die sectoren waarvoor Westfriesland aantrekkelijk is: groothandel, transport en logistiek, productiebedrijven en backofficeactiviteiten. Als laatste moet de groeiende vraag naar kantoorlocaties op de politieke agenda gezet worden. Bereikbaarheid en infrastructuur De bereikbaarheid in Westfriesland is verre van optimaal: zowel de noord-zuid als de oost-west-verbindingen zijn zeer gebrekkig. De aandacht zou wat betreft het bevorderen van bereikbaarheid en infrastructuur in Westfriesland uit moeten gaan naar de volgende zaken: - Het via het creëren van werkgelegenheid proberen terug te dringen van de pendel richting de Randstad; - Een onverminderde lobby voor de aanleg van de N23 of Westfrisiaweg gezien het tot nu toe uitblijven van de rijksbijdrage; - Aandacht voor de gevolgen van de afwaardering van doorstroomwegen; - Stimuleren van containervervoer over water c.q. onderzoeken van de mogelijkheden hiervoor; - Zorgen dat de OV-verbindingen binnen Westfriesland onder de aandacht gehouden worden bij de Provincie Noord-Holland, met name van en naar bedrijventerreinen en tussen de kleinere kernen. Bestuurlijke samenwerking De bestuurlijke samenwerking is in Westfriesland momenteel niet optimaal vormgegeven. Het is onwenselijk dat de economische ontwikkeling van Westfriesland afhankelijk wordt van de grillen van de lokale politiek.
Westfriese Bedrijvengroep - Speerpuntennotitie Westfriesland
Pagina 6 van 43
Het advies van de Provincie Noord-Holland is weliswaar een stap in de goede richting, maar het bedrijfsleven is duidelijk: er moet één gemeente voor heel Westfriesland komen.
3
Speerpunten voor Westfriesland
Stimulering van specifieke sectoren en projecten Uit hoofdstuk 2 komt naar voren dat ontwikkelingen in specifieke sectoren de steun en stimulans verdienen van de Westfriese Bedrijvengroep. Het gaat hierbij in het bijzonder om: 1. Landbouw en visserij/agribusiness: a. Het stimuleren van ontwikkelingen omtrent aquacultuur; b. Ondersteunen van de verdere ontwikkeling Agriport A7 en het bijbehorende logistieke centrum; c. Ondersteuning van het Seed Valley-programma; 2. Bouwnijverheid: a. Bevorderen van samenwerking tussen ZZP’ers/kleinschalige ondernemingen in de bouwsector. 3. Zakelijke dienstverlening: a. Stimulering van de verdere ontwikkeling en facilitering van de sector. Dit om onder meer de pendel naar de Randstad terug te dringen. Ook kunnen we onder dit aandachtsgebied scharen het aantrekken van bedrijven uit bepaalde sectoren. Dit dient een tweeledig doel, namelijk 1) het tegengaan van de pendel richting de Randstad; en 2) om de regio onderscheidend te maken ten opzichte van andere regio’s. In dit licht zijn de volgende speerpunten te benoemen: 4. Voor het tegengaan van de pendel is het van belang dat er bedrijven naar Westfriesland worden getrokken in de sectoren zakelijke dienstverlening en communicatie. 5. Om onderscheidend te zijn ten opzichte van andere regio’s moet Westfriesland onder de aandacht worden gebracht als aantrekkelijke regio voor de volgende sectoren: a. transport en logistiek; b. groothandel c. industrie d. backoffice-activiteiten Afstemming van vraag en aanbod op arbeidsmarkt Het is voor het Westfriese bedrijfsleven van groot belang dat vraag en aanbod van arbeid goed op elkaar zijn afgestemd. Met name het verkrijgen van technisch geschoold personeel kan de komende jaren een probleem worden gezien de grote uitstroom van gepensioneerde werknemers in onder andere de bouwsector. Daarom zijn de volgende speerpunten van belang: 1. Vergroten van aanbod aan technisch geschoold personeel ten behoeve van de bouwnijverheid en de industrie. Dit zou kunnen via het onder de aandacht brengen van de opleidings- en beroepsmogelijkheden binnen deze sectoren bij basisschoolleerlingen en studiekiezers. 2. Zorgen voor voldoende stagemogelijkheden voor leerlingen van technische opleidingen. Het aanbod aan technisch personeel moet op peil gehouden worden om de uitstroom van gepensioneerde werknemers in bijvoorbeeld de bouwsector op te vangen. Een intensieve samenwerking tussen ROC, InHolland en bedrijfsleven is hierbij van grote waarde. Voldoende stagemogelijkheden voor leerlingen van technische opleidingen; 3. Imagoverbetering van de industrie en de zaadsector. Ook zouden de Westfriese bedrijven, met name die in de zaadsector, groothandel en bouw, beter in beeld moeten worden gebracht bij de hoogopgeleide Westfriezen als interessante werkgever. Ruimte voor bedrijvigheid Voor de realisering van ruimte voor vestiging van bedrijven heeft men altijd te maken met lokale en provinciale overheden: zij bepalen het ruimtelijk beleid en beslissen of een bedrijventerrein wel of niet wordt ontwikkeld. Wat het Westfriese bedrijfsleven en in het bijzonder de Westfriese Bedrijvengroep concreet kan doen op dit onderwerp ligt daarom met name in het onder de aandacht brengen c.q. houden van de Westfriese Bedrijvengroep - Speerpuntennotitie Westfriesland
Pagina 7 van 43
ruimtelijke behoeften van het bedrijfsleven bij de lokale en provinciale beleidsmakers (ofwel: in de lobbysfeer). Dit kan voor sommige onderwerpen het beste op basis van een eigen visie. Speerpunten op dit gebied zijn dan als volgt: 1. Lobby richting de lokale en provinciale overheid: a. Het aanbod van gedifferentieerd en gespecialiseerd bedrijventerrein in de regio moet op peil blijven. Dit is van groot belang voor de verder ontwikkeling van de Westfriese economie. b. Er moeten voldoende kantoorlocaties worden ontwikkeld. Met name Hoorn lijkt hiervoor geschikt. De groeiende vraag naar kantoorlocaties moet op de politieke agenda worden gezet. c. Voldoende ruimte voor de verdere ontwikkeling van de agribusiness. Gemeenten moeten in hun ruimtelijk beleid rekening houden met de noodzakelijke schaalvergroting binnen dit cluster. d. Planvorming bij gemeenten beïnvloeden rondom uitbreiding van het winkelaanbod, al dan niet in combinatie met leisurevoorzieningen; dit om de concurrentie van andere regio’s het hoofd te kunnen bieden; 2. Ontwikkelen van een eigen visie op: a. Vrijkomende Agrarische Bebouwing; b. Gezien de wenselijkheid om de transport- en logistieksector te concentreren op logistieke centra is het goed om hierop een ruimtelijke visie te ontwikkelen. Bereikbaarheid en infrastructuur Net als bij het aandachtsgebied “ruimte voor bedrijvigheid” gaat het bij bereikbaarheid en infrastructuur voornamelijk om beleidsbeïnvloeding van provincie en lokale overheden. Hierbij moet de aandacht in ieder geval gaan naar: 1. Een onverminderde lobby voor de aanleg van de N23 of Westfrisiaweg gezien het tot nu toe uitblijven van de rijksbijdrage; 2. Het onder de aandacht houden van de gevolgen van de afwaardering van doorstroomwegen; 3. Zorgen dat de OV-verbindingen binnen Westfriesland onder de aandacht gehouden worden bij de Provincie Noord-Holland, met name van en naar bedrijventerreinen en tussen de kleinere kernen; 4. Stimuleren van goederenvervoer over water. Bestuurlijke samenwerking Hier hoort thuis de lobby voor één gemeente Westfriesland.
4
Hoe nu verder?
Prioriteren - concretiseren - realiseren!
Westfriese Bedrijvengroep - Speerpuntennotitie Westfriesland
Pagina 8 van 43
Westfriese Bedrijvengroep - Speerpuntennotitie Westfriesland
Pagina 9 van 43
1 1.1
Inleiding
Aanleiding en doelstelling
De Westfriese Bedrijvengroep heeft zich ten doel gesteld om de sociaal-economische belangen van het bedrijfsleven in de regio Westfriesland te behartigen. Dit doet zij namens achthonderd aangesloten bedrijven en acht Westfriese ondernemersverenigingen. De WBG behartigt de belangen van het bedrijfsleven onder andere via samenwerken, lobbyen en het ondernemen en initiëren van concrete acties. Vanuit het dagelijks bestuur van de WBG is de behoefte ontstaan aan een document dat ten grondslag ligt aan de lobby richting de lokale en provinciale overheid en aan het in gang zetten van specifieke projecten en acties: een zogenoemde “speerpuntennotitie”. Deze vraag heeft zij neergelegd bij de Kamer van Koophandel Noordwest-Holland. Uit deze notitie moet blijken met welke ontwikkelingen het bedrijfsleven in Westfriesland de komende jaren te maken krijgt en op welke speerpunten de Westfriese Bedrijvengroep de komende tijd haar lobby en acties zou moeten richten. Dit alles heeft ten doel om de regionale economische ontwikkeling van Westfriesland te bevorderen en stimuleren. Het document kan tevens dienen als basis voor een constructief overleg met lokale en provinciale overheid en om richting aangesloten verenigingen duidelijk te maken met welke onderwerpen de Westfriese Bedrijvengroep zich bezig wil houden. Deze notitie beperkt zich tot het constateren van het belang van ontwikkelingen die de komende jaren relevant zijn voor de economische ontwikkeling van Westfriesland. Wat het nadrukkelijk niet is, is een economisch actieprogramma voor de regio. Het dagelijks bestuur van de WBG zal op basis van deze notitie deze concrete projecten en activiteiten gaan formuleren, vanzelfsprekend ondersteund door haar adviseurs.
1.2
Werkwijze en leeswijzer
Er is gestart met een analyse van beschikbare rapporten die de regionaal-economische ontwikkeling in de regio Westfriesland beschrijven. Vervolgens is er van de specifieke economische sectoren cijfermateriaal verzameld over het aantal ondernemingen, arbeidsplaatsen, omzetontwikkeling en investeringen. Per sector worden ontwikkelingen beschreven waar de sectoren de komende jaren mee te maken krijgen. Dit gebeurt op basis van de beschikbare rapporten en naar aanleiding van de feedback van de leden van het algemeen bestuur tijdens de vergadering in november 2008. Deze “foto” van het Westfriese bedrijfsleven is beschreven in hoofdstuk 2. Hoofdstuk 3 gaat in op ontwikkelingen van aspecten die voor elke economische sector van belang zijn, namelijk: onderwijs en arbeidsmarkt, ruimte voor bedrijvigheid, infrastructuur en bestuurlijke samenwerking. Ook hierin is de feedback van het algemeen bestuur verwerkt, ditmaal van de vergadering van januari 2009. Naar aanleiding van de analyses in hoofdstuk 2 en 3 wordt in hoofdstuk 4 de balans opgemaakt: hier worden de speerpunten gepresenteerd waar het Westfriese bedrijfsleven de komende jaren mee te maken krijgt en waar op in moeten worden gespeeld.
Westfriese Bedrijvengroep - Speerpuntennotitie Westfriesland
Pagina 10 van 43
2
Een foto van het Westfriese bedrijfsleven
In dit hoofdstuk worden de specifieke sectoren binnen het Westfriese bedrijfsleven onder de loep genomen. Voor elke sector wordt ingegaan op de betekenis en de bijdrage van deze sector aan de Westfriese economie. Dit wordt gedaan aan de hand van twee indicatoren: 1) de omvang van de sectoren, uitgedrukt in het aantal ondernemingen en arbeidsplaatsen; 2) de economische prestaties van elke sector, uitgedrukt in omzet, winst en investeringen. Daarnaast worden een aantal ontwikkelingen geschetst die specifiek van toepassing zijn op de betreffende sector in Westfriesland. Tevens worden per sector aandachtspunten benoemd die voor de komende jaren van belang zijn voor de ontwikkeling van die specifieke sector. Achtereenvolgens komen de volgende sectoren aan bod: landbouw en visserij; de industrie; de bouwnijverheid; de vrijetijdsindustrie; transport en logistiek; de zakelijke dienstverlening; en de quartaire sector.
2.1
Productiestructuur Westfriesland
Allereerst wordt in deze paragraaf de productiestructuur van Westfriesland geschetst: hoe is het aantal ondernemingen verdeeld over de sectoren en wat is per sector het aandeel in de werkgelegenheid? In onderstaande tabel is te zien in welke sectoren Westfriese bedrijven veelal ondernemen. Drie sectoren springen eruit: handel en reparatie (m.n. detailhandel), zakelijke dienstverlening en bouwnijverheid.
Aandeel sectoren Westfriesland en Noordwest-Holland 25,0
Procent
20,0 15,0
Westfriesland
10,0
Noordwest-Holland
5,0
ing
C. W inn
A. L
an
db o
uw , ja
ch te
nb ... B. Vi va ss nd eri elf j sto f fe n D. In E. Nu dus tr i tsb F. ed e Bo G. r i jve uw Ha n nij nd v e el r h en eid rep ara tie H. J. Ho Fin rec I. an K. a cie Tran Di v. sp le za or ins t ke tel lijk l i n ed L. ge Op n i en enst ve ba .. N. ar be . Ge stu zo M nd ur .O O. he Ov ids nder eri wi -e ge js nw di e e lzi ns ... tve rle nin g
0,0
Sector
Wanneer we het aandeel van de sectoren uitdrukken in het aantal arbeidsplaatsen dan ontstaat het volgende beeld:
Westfriese Bedrijvengroep - Speerpuntennotitie Westfriesland
Pagina 11 van 43
Arbeidsplaatsen Westfriesland / Noordwest-Holland 25,0
Percentage
20,0 15,0
Westfriesland
10,0
Noordwest-Holland
5,0
A.
La nd bo uw , ja ch te C. nb W os inn ... B. ing V va iss nd eri j elf sto D. f In d fen E. us Nu trie tsb F ed G. . Bo uw r ijve Ha nij n nd ve el rhe en id re pa ra t ie H. J. Ho K. Fi n Di I. T r ec an v. c ie ran a za l ei ke sp n lijk or t e d stell i n ie L. g Op nstv e n N. erl en e.. ba Ge . ar zo be nd M. stu he O. O id u O v s- e nd e r rw nw er ig e ijs e die lzijn . ns tve .. rle nin g
0,0
Sector
In deze tabel is te zien dat de handel en reparatie, bouwnijverheid en de industrie voor de meeste werkgelegenheid zorgen in Westfriesland. Ook de gezondheidszorg en zakelijke dienstverlening scoren relatief goed.
2.2
Landbouw en visserij
De sector landbouw en visserij is sterk vertegenwoordigd in de regio’s Kop van Noord-Holland en Westfriesland: deze sector zorgt voor tien procent van de werkgelegenheid in deze regio’s. In termen van toegevoegde waarde is de sector vier keer zo groot als de landelijke cijfers. In Westfriesland is de zaadveredeling sterk vertegenwoordigd. Dit heeft geleid tot de ontwikkeling van het programma “Seed Valley”, welke als doel heeft het zaadveredelingscluster structureel te versterken, met name in Westfriesland. Westfriesland biedt kansen voor de ontwikkeling van de agribusinesssector:
2.2.1
Ontwikkeling van aantal ondernemingen en arbeidsplaatsen
Het aantal bedrijven is tussen 2000 en 2007 gedaald van 1.797 naar 1.501. In procenten van het totaal aantal ondernemingen is dit een daling van ruim 13 procent naar ruim 10 procent.
Westfriese Bedrijvengroep - Speerpuntennotitie Westfriesland
Pagina 12 van 43
Ondernemingen in de landbouw en visserij Aantal ondernemingen 2000
14,0
1900 1700
10,0
1600
8,0
1500 1400
6,0
1300
4,0
1200
Procenten
12,0
1800
Aantal ondernemingen Percentage van het totaal aantal ondernemingen
2,0
1100 1000
0,0 2000
2001
2002
2003
2004
2005
2006
2007
Jaar
Ruim 8 procent van de Westfriese werkgelegenheid is te vinden in deze sector. Dit percentage is in de periode 2000 - 2007 redelijk stabiel gebleven, variërend tussen de 9,2 en 8,0 procent. In absolute aantallen is het aantal arbeidsplaatsen zeer licht gestegen van 4.900 naar 5.100. Arbeidsplaatsen in de agribusiness en visserij 7000
10,0
Aantal arbeidsplaatsen
8,0
5000
7,0
4000
6,0 5,0
3000
4,0
2000
3,0 2,0
1000
1,0
0
Percentage van totaal aantal arbeidsplaatsen
9,0
6000
Aantal arbeidsplaatsen Procenten
0,0 2000
2001
2002
2003
2004
2005
2006
2007
Jaar
2.2.2
Economische cijfers: omzet, winst en investeringen
Onderstaande tabel geeft de omzetontwikkeling weer voor de sector landbouw en visserij. Deze wordt weergegeven via de omzetindex: de omzet van het “voorgaande” jaar wordt op 100 gezet, wanneer de index boven de 100 uitkomt betekent dat een groei in de omzet.
Westfriese Bedrijvengroep - Speerpuntennotitie Westfriesland
Pagina 13 van 43
Omzetindex
Omzetontw ikkeling landbouw en vsiserij 106,0 104,0 102,0 100,0 98,0 96,0 94,0 92,0 90,0
Omzetindex
1998
1999
2000
2001
2002
2003
2004
2005
2006
2007
Jaar
Vanaf het jaar 2000 heeft er een omzetdaling plaatsgevonden in de sector, in 2004 is het “dieptepunt” bereikt en zit de omzetontwikkeling weer in de lift. Hetzelfde geldt voor het percentage bedrijven dat winst heeft gemaakt. % bedrijven met winst in de landbouw en visserij 120
Procenten
100 80 60
% bedrijven met winst
40 20 0 1998
1999
2000
2001
2002
2003
2004
2005
2006
2007
Jaar
De algemene investeringsbereidheid van agrarische bedrijven is ten opzichte van andere sectoren hoog. Dit is ook in Westfriesland het geval.
Westfriese Bedrijvengroep - Speerpuntennotitie Westfriesland
Pagina 14 van 43
Investeringen in de landbouw en visserij 100 90 80
Procenten
70 60
Investeringen in de landbouw en visserij
50 40 30 20 10 0 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 Jaar
2.2.3
Ontwikkelingen in de sector
Binnen de sector zijn een aantal belangrijke ontwikkelingen gaande, de belangrijkste zullen hieronder worden geschetst. Seed Valley De Kop van Noord-Holland vormt een internationaal centrum voor de veredeling van voedingsgewassen en bloemen. Zo´n 35 bedrijven – klein en groot - in de regio produceren hoogwaardige zaden, stekken en jonge planten die de hele wereld over gaan. Ze vormen een belangrijke schakel in de internationale agrarische keten. Van de tien grootste zaadproducenten ter wereld zijn er vier gevestigd in de Seed Valley, zoals de regio ook wel bekend staat. De sector biedt in Noord-Holland-Noord aan meer dan 2.500 mensen werk, waarvan een groot deel een HBO- of academische opleiding heeft. Daarnaast biedt het zaadveredelingscluster werk aan duizenden medewerkers in het buitenland. De komende tien jaar ontstaat er tweeduizend FTE aan vacatures in de zaadveredelingssector (zowel extra personeel als vervanging van gepensioneerd personeel). Duizend arbeidsplaatsen zijn voor hoger opgeleiden en duizend op MBO/VMBO-niveau. De belangstelling de sector neemt echter af; tevens kampt zij met een slecht imago. Om haar leidende positie in de wereld te behouden is in elk geval het hebben van voldoende goed opgeleid personeel een absolute voorwaarde. Het Ontwikkelingsbedrijf Noord-Holland-Noord heeft in 2007 het initiatief genomen tot het programma Seed Valley. Het programma beoogt een structurele versterking van het Nederlandse zaadveredelingscluster in internationaal perspectief. Er wordt gestreefd naar een structurele verankering in Noord-Holland-Noord en meer specifiek in West-Friesland. Daartoe wordt aan alle relevante aspecten van het cluster aandacht besteed, met name de aspecten ruimte, bereikbaarheid, innovatie en onderwijs. Verbreding van activiteiten en schaalvergroting Er is een verschuiving waarneembaar richting duurzame landbouw; dit als gevolg van zowel Europese weten regelgeving als de vraag van de consument (onbespoten groente en fruit, biologische melk, vrije uitloopeieren). Er vindt veel innovatie plaats in de sector: er wordt onder meer gezocht naar nieuwe en verbeterde teeltmethoden en veredeling van gewassen. Een andere trend is de sterke schaalvergroting. Hierbij zal een balans gevonden moeten worden tussen het belang van de economische ontwikkeling en de inpassing van (bijvoorbeeld) grootschalige glastuinbouw. Gemeenten moeten hier rekening mee houden bij het formuleren van ruimtelijk beleid.
Westfriese Bedrijvengroep - Speerpuntennotitie Westfriesland
Pagina 15 van 43
Toekomstige betekenis van het cluster voor regionale economie en werkgelegenheid Er is wereldwijd een toenemende vraag naar landbouwproducten; de agrarische functie van West-Friesland wordt belangrijker. Landbouwproducten leveren meer op, en de van waarde agrarische gronden stijgt. Voorwaarde voor verdere agrarische ontwikkeling is schaalvergroting en specialisatie: op deze manier kan de winstgevendheid voor de toekomst worden veiliggesteld. Het is van belang dat gemeenten rekening houden met deze ontwikkeling bij het formuleren van ruimtelijk beleid. De ontwikkeling van de werkgelegenheid binnen de agrarische sector zet voor de periode 2006 - 2015 een dalende lijn in. Voorspelling is dat het aantal arbeidsplaatsen zal dalen naar 4,1 procent van het totaal aantal arbeidsplaatsen. Vergeleken met het landelijke beeld is dit toch positief: landelijk zal het aandeel arbeidsplaatsen in deze sector dalen naar 2,5 procent van het totaal. Het cluster agribusiness is daarom ook in de toekomst nog steeds van groot economisch belang voor Westfriesland. Ketenbenadering Om de toegevoegde waarde van het cluster agribusiness voor de toekomst op peil te houden en mogelijk uit te breiden biedt de ketenbenadering kansen. De nadruk komt hierbij te liggen op het produceren van half- en eindproducten. Hiervoor is samenwerking nodig binnen het cluster. Ook het vermarkten van de producten is belangrijk; hierbij zal moeten worden ingespeeld op de veranderende consumentenbehoeften. Hiermee kan tegemoet gekomen worden aan de groeiende vraag naar luxe voedingsbenodigdheden, bewerkte en voorgesneden ingrediënten en kant-en-klaarmaaltijden. Verder is de ontwikkeling van een logistiek centrum op het gebied van agribusiness erg belangrijk, Agriport A7 speelt hierbij een voorname rol. Hier kan productie, verwerking, verpakking en distributie plaatsvinden. Lokale ontwikkelingen (n.a.v. AB-vergadering WBG) De sector heeft erg te maken met schaalvergroting. Dat zie je ook terug in de cijfers: het aantal ondernemingen daalt, maar het belang van de sector niet. Het is belangrijk dat er ruimtelijk beleid komt voor deze schaalvergroting. Hoe gaan gemeenten ermee om, en wat is er wenselijk? Wat zijn de ruimtelijke consequenties? Ook komen er door bedrijven die er mee ophouden agrarische bedrijfsgebouwen vrij. Om geen onwenselijke ontwikkelingen te krijgen (bijvoorbeeld kleinschalige metaalbedrijfjes die zich in dergelijke gebouwen kunnen vestigen) en de nieuwe bestemming te kunnen sturen is het raadzaam om als WBG te bedenken wat er met deze VAB zou moeten gebeuren, zodat dit richting gemeenten kenbaar gemaakt kan worden. Op dit moment zijn er in Westfriesland slechts enkele bedrijven die zich bezighouden met aquacultuur, of “vis op land”. De sector heeft echter te maken met veranderende regelgeving, zoals de gestelde visquota en de verboden om op bepaalde soorten te vissen. De sector gaat dus een zware periode tegemoet. Consumenten willen ook in de toekomst vis blijven eten, wellicht dat aquacultuur een oplossing kan bieden.
2.2.4
Conclusie sector Landbouw en Visserij
De omvang van de sector landbouw en visserij is de afgelopen tien jaar weliswaar in omvang afgenomen, het belang van de sector op zowel nationaal en internationaal niveau zal de komende jaren gaan toenemen. De ontwikkelingen die gaande zijn (Agriport A7, Seed Valley) vinden vooral plaats in de Kop van NoordHolland en Westfriesland. Deze regio’s zijn ten opzichte van andere regio’s in Noord-Holland in ruimtelijk opzicht het meest geschikt om de groei van de agribusiness te faciliteren. Met de volgende speerpunten zou de Westfriese Bedrijvengroep zich bezig kunnen houden: - Het stimuleren van ontwikkelingen omtrent aquacultuur; - Ondersteunen van de verdere ontwikkeling Agriport A7 en het bijbehorende logistieke centrum; - Ondersteuning van het Seed Valley-programma; - Het formuleren van wensen en eisen ten aanzien van beleid voor Vrijkomende Agrarische Bebouwing; - Verankering van ruimtelijk beleid van gemeenten ten behoeve van de ontwikkeling van de agribusiness; onder meer met het oog op het faciliteren van de noodzakelijke schaalvergroting binnen het cluster.
Westfriese Bedrijvengroep - Speerpuntennotitie Westfriesland
Pagina 16 van 43
2.3
Industrie
2.3.1
Ontwikkeling van aantal ondernemingen en arbeidsplaatsen
Ruim 6,5 procent van de ondernemingen in Westfriesland onderneemt in de industriële sector. Sinds het jaar 2000 zijn er in absolute aantallen ruim zeventig bedrijven bijgekomen, waardoor de teller nu op 976 staat.
Ondernemingen in de industrie
8,0
980
7,5
960
7,0
940 6,5
920
6,0
900
Procenten
Aantal ondernemingen 1000
Aantal ondernemingen Percentage van het totaal aantal ondernemingen
5,5
880 860
5,0 2000
2001
2002
2003
2004
2005
2006
2007
Jaar
Het aantal arbeidsplaatsen is zeer licht gestegen van 7.650 in 2000 naar 7.700 in 2007. Uitgedrukt in percentages is dit een lichte daling van 13,6 procent in 2000 naar 12,2 procent in 2007. Dit percentage is ten opzichte van de regio Noordwest-Holland hoog: wanneer we deze regio als geheel bekijken zien we een aandeel van tien procent industriële werkgelegenheid. De trend van lichte werkgelegenheidsdaling in de industriële sector zal de komende jaren echter doorzetten. Arbeidsplaatsen in de industrie 8200 14,0 12,0
7800
10,0
7600
8,0
7400 7200
6,0
7000
4,0
6800
2,0
6600
Procenten
Aantal arbeidsplaatsen
8000
Aantal arbeidsplaatsen Percentage van totaal aantal arbeidsplaatsen
0,0 2000
2001
2002
2003
2004
2005
2006
2007
Jaar
2.3.2
Economische cijfers: omzet, winst en investeringen
De industriële sector is een relatief sterke, stabiele sector die goede economische cijfers laat zien. Zeker in de jaren 2006 en 2007 heeft de omzet hoge groeicijfers laten zien met een groei van rond de zeven procent. Westfriese Bedrijvengroep - Speerpuntennotitie Westfriesland
Pagina 17 van 43
Het aandeel bedrijven met winst is schommelend rondom de negentig procent ten opzichte van andere sectoren gemiddeld. Omzetontwikkeling industrie 110,0
Omzetindex
105,0 100,0 95,0
Omzetindex
90,0 85,0 80,0 1998
1999
2000
2001
2002
2003
2004
2005
2006
2007
Jaar
Bedrijfsresultaat industrie 100
Procenten
95 90 % bedrijven met winst 85 80 75 1998
1999
2000
2001
2002
2003
2004
2005
2006
2007
Jaar
Het aandeel bedrijven dat investeert schommelt rond een aandeel van driekwart van alle Westfriese industriële ondernemingen. Ook dit zijn ten opzichte van andere sectoren gemiddelde cijfers.
Westfriese Bedrijvengroep - Speerpuntennotitie Westfriesland
Pagina 18 van 43
Investeringen in de industrie 100 95 90
Procenten
85 80 75
% bedrijven dat investeert
70 65 60 55 50 1998
1999
2000
2001
2002
2003
2004
2005
2006
2007
Jaar
2.3.3
Ontwikkelingen in de industriële sector
De Westfriese industrie is een sterke en stabiele sector. Er vindt veel innovatie plaats, ter verbetering van het productieproces of ter verbetering van het product zelf. Bedrijven zijn veelal toeleveranciers en producent van halffabricaten. Scherpenzeel is hier een goed voorbeeld van. Vanwege deze innovatieve insteek is het een zeer interessante sector om in te werken, echter, de sector is niet in beeld bij de toekomstige werknemers en ook niet bij gemeenten. Deze sector heeft specifieke wensen ten aanzien van vestigingsplaats, ruimtegebruik en dergelijke, echter, gemeenten hebben hier geen beleid voor omdat zij de industriële sector niet op het netvlies heeft staan. De personeelsvoorziening is zorgelijk, er is weinig zicht op nieuwe instroom en de uitstroom zal de komende jaren alleen maar toenemen.
2.3.4
Conclusie sector industrie
Het aantrekken van voldoende (nieuw) gekwalificeerd personeel is voor de industriële sector van groot belang. Probleem is echter dat de sector kampt met een negatief imago: het beeld van rokende schoorstenen en milieuvervuilende productieprocessen overheerst. Hierdoor is de sector niet in beeld bij toekomstige werknemers, maar ook niet bij beleidsmakers van gemeenten. Voor de sector is het van belang dat dit heersende negatieve beeld wordt omgekeerd en dat de bedrijfstak bij de Westfriese gemeenten op de agenda wordt gezet.
2.4
Bouwnijverheid
De bouwsector is relatief sterk vertegenwoordigd in West-Friesland. De gunstige ligging nabij Amsterdam speelt hierbij een rol, daarom heeft de sector ook in de regio Waterland een bovengemiddeld aandeel in de productiestructuur.
2.4.1
Aantal ondernemingen en arbeidsplaatsen
Het aantal ondernemingen in deze sector is de afgelopen jaren sterk gestegen. Deze stijging wordt vooral veroorzaakt door het groeiende aantal ZZP’ers. In het werkgelegenheidsaandeel van de bouwsector is de stijging dan ook niet terug te vinden.
Westfriese Bedrijvengroep - Speerpuntennotitie Westfriesland
Pagina 19 van 43
Ondernemingen in de bouwnijverheid 3000
18,0 16,0 14,0
2000
12,0 10,0
1500
8,0
1000
6,0
Procenten
Aantal ondernemingen
2500
Aantal ondernemingen Percentage van het totaal aantal ondernemingen
4,0
500
2,0
0
0,0 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 Jaar
Arbeidsplaatsen in de bouw 8400
14,0 13,0
8000 12,0
7800 7600
11,0
7400
10,0
Procenten
Aantal arbeidsplaatsen
8200
Aantal arbeidsplaatsen Percentage van het totaal aantal arbeidsplaatsen
7200 9,0
7000 6800
8,0 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 Jaar
2.4.2
Economische cijfers: omzet, winst en investeringen
De bouwsector is, net als de industrie, een stabiele sector in Westfriesland. De omzetontwikkeling is gemiddeld ten opzichte van andere sectoren, het aandeel bedrijven met winst is relatief hoog.
Westfriese Bedrijvengroep - Speerpuntennotitie Westfriesland
Pagina 20 van 43
Omzetontwikkeling bouwnijverheid 110,0
Omzetindex
105,0 100,0 95,0
Omzetindex
90,0 85,0 80,0 1998
1999
2000
2001
2002
2003
2004
2005
2006
2007
Jaar
Bedrijfsresultaat bouwnijverheid
% bedrijven met winst
100 90 80 % bedrijven met winst 70 60 50 1998
1999
2000
2001
2002
2003
2004
2005
2006
2007
Jaar
Ondernemingen in de bouwsector investeren ten opzichte van andere sectoren iets minder dan gemiddeld. Investeringen in de bouwnijverheid 90 80
Procenten
70 60 50
% bedrijven dat investeert
40 30 20 10 0 1998
1999
2000
2001
2002
2003
2004
2005
2006
2007
Jaar
Westfriese Bedrijvengroep - Speerpuntennotitie Westfriesland
Pagina 21 van 43
2.4.5
Ontwikkelingen in de bouwsector
Vergrijzing en aanwas van nieuw personeel De bouwsector in het bijzonder krijgt de komende jaren te maken met de vergrijzing: de oude garde zal afzwaaien, maar de instroom van nieuwe werknemers (die net van de opleidingen af komen) zal gaan afnemen. Het regionale bedrijfsleven krijgt dus zowel te maken met een verlies aan ervaring en kennis als met een capaciteitsprobleem. Ongeveer 8.300 mensen zullen uitstromen, 2.500 mensen zullen de arbeidsmarkt gaan betreden. Er is de komende jaren met name weinig aanbod aan technisch geschoold personeel, zoals werkvoorbereiders, ontwerpers/technisch tekenaars en uitvoerders. Om dit aanbod te vergroten is het van belang dat er intensief wordt samengewerkt met INHolland en ROC’s en dat bedrijven voldoende stageplaatsen bieden. Ook zou het goed zijn om kinderen al op de basisschool kennis te laten maken met de bouwsector. Kansen voor de bouwsector Voor de bouwsector liggen er kansen op het gebied van utiliteitsbouw (kantoren, bedrijfsgebouwen) en de markt voor nieuwbouw van infrastructuur (Wieringerrandmeer, kustverdediging, waterberging, Tweede Coentunnel). Ook zou er voor de kleinere bouwbedrijven een kans kunnen liggen op het gebied van samenwerking: door activiteiten te clusteren kan er schaalgrootte gecreëerd worden, waardoor ook zij in aanmerking komen voor bijvoorbeeld aanbestedingen.
2.4.4
Conclusie bouwsector
De bouwsector is een belangrijke en economisch stabiele sector in Westfriesland. Het tekort aan personeel is de komende jaren het voornaamste vraagstuk voor deze sector. De aandacht zou moeten uitgaan naar de volgende zaken: - Vergroten van aanbod aan technisch geschoold personeel, onder meer door deze opleidingsmogelijkheden/beroepsmogelijkheden onder de aandacht te brengen van basisschoolleerlingen en studiekiezers; - Voldoende stagemogelijkheden voor leerlingen van technische opleidingen; - Bevorderen van samenwerking tussen ZZP’ers/kleinschalige ondernemingen in de bouwsector.
2.5
Vrijetijdsindustrie (verblijfsaccommodaties, horeca, detailhandel)
Tijdens de ontwikkelingsfase van deze notitie heeft het algemeen bestuur van de Westfriese Bedrijvengroep aangegeven de sector vrijetijdsindustrie (inclusief detailhandel) niet als “speerpuntsector” te willen benoemen. Voor de volledigheid van dit stuk volgt hier toch een beschrijving van deze sector in Westfriesland en de ontwikkelingen die er gaande zijn. Deze gegevens worden echter niet meegenomen bij het opmaken van de conclusies. Westfriesland is een aantrekkelijke regio voor (watersport)toeristen. De ligging aan het water en de aanwezigheid van de historische steden Hoorn, Enkhuizen en Medemblik vormen een interessante combinatie. Hoorn is bij Duitse bezoekers erg populair: uit onderzoek van het Nederlands Bureau voor Toerisme en Congressen blijkt dat deze stad met name door Duitse senioren wordt genoemd als “sfeervolle stad in Nederland”. Voor de watersport langs het IJsselmeer is Westfriesland een belangrijke regio. De havens in Westfriesland zijn goed uitgerust gelet op de aanwezige voorzieningen. Trekpleisters van Westfriesland zijn het Zuiderzeemuseum, Sprookjeswonderland, de Museumstoomtram, het Stoommachinemuseum en het Westfries Museum. Ook heeft Westfriesland diverse aansprekende evenementen, zoals het Festival Oude Muziek in Hoorn, Jazzfestival Enkhuizen, de Westfriese Waterweken en de Holland Regatta te Medemblik.
Westfriese Bedrijvengroep - Speerpuntennotitie Westfriesland
Pagina 22 van 43
2.5.1
Aantal ondernemingen en arbeidsplaatsen
Het aantal ondernemingen is in tien jaar tijd toegenomen van 1.926 naar 2.402. Het aandeel van de sector in procenten is afgenomen van 15,3 naar 12,8 procent. Wanneer de detailhandel niet wordt meegerekend tellen we in 1998 816 ondernemingen, in 2008 zijn dit er 1.068. Het aandeel van de vrijetijdsindustrie exclusief de detailhandel is in procenten gedaald van 6,5 naar 5,7 procent in de periode 1998-2008. Ondernemingen in de vrijetijdsindustrie 18,0 16,0
2500
Aantal ondernemingen exclusief detailhandel
14,0
2000
12,0 10,0
1500
8,0
1000
6,0
Procenten
Aantal ondernemingen
3000
% van totaal aantal ondernemingen exclusief detailhandel % van totaal aantal ondernemingen inclusief detailhandel
4,0
500
Aantal ondernemingen inclusief detailhandel
2,0
0
0,0
8 9 0 1 2 3 4 5 6 7 8 19 9 19 9 20 0 20 0 20 0 20 0 20 0 20 0 20 0 20 0 20 0 Jaar
Van 1998 tot 2008 is het aantal arbeidsplaatsen in de vrijetijdssector toegenomen van 6.450 naar 8.360. Wanneer de detailhandel niet meegerekend wordt tellen we 1.940 arbeidsplaatsen in 1998 en 2.510 in 2008. Het aandeel van de sector in procenten schommelt tussen 1998 en 2008 tussen de 16,3 en 17,5 procent, wanneer de detailhandel erbuiten wordt gelaten is dit rond de 5 procent.
9000
20,0
8000
18,0
7000
16,0
6000 5000
14,0
Aantal arbeidsplaatsen exclusief detailhandel
12,0
Aantal arbeidsplaatsen inclusief detailhandel
10,0 4000
8,0
3000
6,0
2000
4,0
1000
2,0
0
0,0
Procenten
Aantal arbeidsplaatsen
Arbeidsplaatsen in de vrijetijdsindustrie
% van totaal aantal arbeidsplaatsen exclusief detailhandel % van totaal aantal arbeidsplaatsen inclusief detailhandel
19 98 19 99 20 00 20 01 20 02 20 03 20 04 20 05 20 06 20 07 20 08 Jaar
Westfriese Bedrijvengroep - Speerpuntennotitie Westfriesland
Pagina 23 van 43
2.5.2
Economische cijfers: omzet, winst en investeringen
Van de vrijetijdssector als geheel zijn geen economische cijfers bekend. Wel kunnen deze gegevens voor de horecasector op een rij worden gezet. De omzetontwikkeling binnen de horecasector is erg gevoelig voor conjunctuur: wanneer de economische ontwikkeling in een jaar iets minder is, zal deze sector hiervan zeker de effecten merken. Dit is te zien in de omzetontwikkeling en het bedrijfsresultaat voor de jaren 2002, 2003 en 2004. Omzetontwikkeling horeca 110,0
Omzetindex
105,0 100,0 95,0
Omzetindex
90,0 85,0 80,0 1998
1999
2000
2001
2002
2003
2004
2005
2006
2007
Jaar
Bedrijfsresultaat horeca 100 95 90
Procenten
85 80 75
% bedrijven met winst
70 65 60 55 50 1998
1999
2000
2001
2002
2003
2004
2005
2006
2007
Jaar
Ondernemingen in de horecasector investeren ten opzichte van andere sectoren relatief minder vaak.
Westfriese Bedrijvengroep - Speerpuntennotitie Westfriesland
Pagina 24 van 43
Investeringen in horeca 100 90 80
Procenten
70 60 50
% bedrijven dat investeert
40 30 20 10 0 1998
1999
2000
2001
2002
2003
2004
2005
2006
2007
Jaar
2.5.3
Ontwikkelingen in de vrijetijdssector
Groei seniorenmarkt De zogeheten babyboomers bereiken binnen enkele jaren de pensioengerechtigde leeftijd. Zij hebben meer vrije tijd en kunnen meer besteden. De doelgroep voor Noord-Holland Noord en dus ook voor Westfriesland wordt groter. Meer nadruk op kwaliteit Mensen hebben tegenwoordig minder tijd en meer te besteden. Met name korte vakanties zijn in opkomst. De consument hecht meer belang aan de kwaliteit die geboden wordt: gastvrijheid, goede prijskwaliteitverhouding, luxe en comfort. Het is belangrijk dat hier het aanbod op wordt afgestemd. Ook is er meer behoefte aan authenticiteit en duurzaamheid, dit vertaalt zich in een grotere vraag naar streekproducten en seizoensgroenten; en ook in een grotere waardering voor het lokale karakter van een streek of regio. Landelijke gebieden zijn daardoor meer in trek. Westfriesland zou hiervan kunnen profiteren. Stijging aantal motor- en zeiljachten Het aantal boten op de Nederlandse wateren groeit, met name het segment “jachten groter dan 11 meter”. Er is meer vraag naar ligplaatsen, de uitbreiding van het aantal ligplaatsen voor zeiljachten moet met name gezocht worden langs de IJssel- en Markermeerkust, het primaire vaargebied voor deze grotere jachten. De Natura 2000-wetgeving kan wat betreft deze ontwikkeling echter roet in het eten gooien. Winkelaanbod stedelijke kernen Vraag en aanbod van detailhandel in de stedelijke kernen zijn niet goed op elkaar afgestemd. Zo is er in de gemeente Hoorn geen Hennez & Mauritz, Zara of Sting gevestigd. Deze winkelketens vragen om een groot vloeroppervlak, echter, het is volgens het huidige beleid slechts beperkt mogelijk om winkelpanden samen te voegen. Zij raakt de vraag daardoor kwijt aan Alkmaar of Amsterdam. Er zal meer gehoor moeten worden gegeven aan de vraag naar grootschaligheid en diversiteit in het aanbod. Detailhandel en voorzieningen in kleine kernen De sector detailhandel/horeca/persoonlijke diensten staat onder druk vanwege het dalende inwoneraantal de komende tien jaar. Er zal dan minder draagvlak zijn voor voorzieningen en consumentendiensten in de kleine kernen (tot 2.000 inwoners), deze sector zal dan ook in omvang afnemen. Bovendien hebben de gemeenten in Westfriesland weinig plannen voor uitbreiding van het winkelaanbod. Dit in tegenstelling tot de aangrenzende regio’s waar gemeenten juist forse uitbreidingsplannen hebben, hierbij gaat het om zowel reguliere als grootschalige detailhandel, al dan niet in combinatie met leisure-voorzieningen zoals horeca,
Westfriese Bedrijvengroep - Speerpuntennotitie Westfriesland
Pagina 25 van 43
cultuur en ontspanning. De concurrentie zal dus gaan toenemen wanneer de Westfriese gemeenten hier geen antwoord op hebben. Marketing en promotie van het “product” Westfriesland: Noord-Hollandse Compagnie Op dit moment zijn vele partijen bezig om het product Westfriesland onder de aandacht te brengen. Zij doen dat ieder op hun eigen manier, met ieder hun eigen budget. Dit zou effectiever kunnen. Een mogelijkheid hiervoor biedt de Noord-Hollandse Compagnie: de partij aan wie de Provincie Noord-Holland de komende twee jaar de marketing- en promotieactiviteiten ten behoeve van het toerisme heeft uitbesteed. Deze activiteiten zullen worden gebundeld, het is raadzaam om bij dit initiatief aansluiting te zoeken. Hierdoor kan een groter publiek worden bereikt.
2.5.4
Conclusie vrijetijdsindustrie
Westfriesland heeft veel te bieden op het gebied van toerisme en recreatie. Gezien de ontwikkelingen in de markt zit er nog veel “rek” in: er zijn mogelijkheden om meer rendement uit de vrijetijdssector te halen. De speerpunten voor deze sector zijn de volgende: - De mogelijkheden voor uitbreiding van het aantal ligplaatsen voor jachthavens; - Planvorming bij gemeenten rondom uitbreiding van het winkelaanbod, al dan niet in combinatie met leisurevoorzieningen; dit om de concurrentie van andere regio’s het hoofd te kunnen bieden; - Nadruk op kwaliteit: gastvrijheid, luxe en comfort. Ook is de “belevingswaarde” van belang, consumenten zijn op zoek naar een verhaal; - Aansluiting zoeken bij slimme vormen van marketing- en promotie, zoals de Noord-Hollandse Compagnie; hiermee kunnen onder meer de Westfriese evenementen beter onder de aandacht worden gebracht.
2.6
Transport en logistiek
De transportsector is slechts matig vertegenwoordigd in Westfriesland. Toch is de sector een belangrijke leverancier van diensten aan andere sectoren, zoals de industrie en de agribusiness. Westfriesland kent enkele gerenommeerde transportbedrijven, zoals Simon Loos en Peter Appel. 2.6.1
Aantal ondernemingen en arbeidsplaatsen
Het aantal ondernemingen is de afgelopen jaren redelijk stabiel gebleven: dit schommelt tussen de 410 en 450 bedrijven. Uitgedrukt in percentages is het aandeel van de transportsector in de totale bedrijvenpopulatie ongeveer drie procent.
Westfriese Bedrijvengroep - Speerpuntennotitie Westfriesland
Pagina 26 van 43
500
4,0
450
3,5
400
3,0
350 300
2,5
250
2,0
200
1,5
150
Procenten
Aantal ondernemingen
Ondernemingen in de transportsector
Aantal ondernemingen Percentage van het totaal aantal ondernemingen
1,0
100
0,5
50 0
0,0 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 Jaar
Het aantal arbeidsplaatsen is sinds het jaar 2000 licht gedaald van ruim 5 procent naar ruim 4 procent van de totale werkgelegenheid.
Arbeidsplaatsen in de transportsector 3000
6,0 5,0
2500 4,0
2250 2000
3,0
1750
2,0
Procenten
Aantal arbeidsplaatsen
2750
Aantal arbeidsplaatsen Percentage van het totaal aantal arbeidsplaatsen
1500 1,0
1250 1000
0,0 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 Jaar
2.6.2
Economische cijfers: omzet, winst en investeringen
De omzetindex van de transportsector is de afgelopen tien jaar niet onder de 100 gekomen, dit betekent dat de sector elk jaar nog een groei in de omzet heeft doorgemaakt. Het percentage bedrijven met winst is ten opzichte van andere sectoren gemiddeld. De jaren 2002, 2003 en 2004 waren qua winst iets minder. Het jaar 2006 was in economisch opzicht een goed jaar voor de transportsector.
Westfriese Bedrijvengroep - Speerpuntennotitie Westfriesland
Pagina 27 van 43
Omzetontwikkeling transport en logistiek 110,0
Omzetindex
105,0 100,0 95,0
Omzetindex
90,0 85,0 80,0 1998
1999
2000
2001
2002
2003
2004
2005
2006
2007
Jaar
Bedrijfsresultaat transport en logistiek 100
Procenten
95 90 85
% bedrijven met winst
80 75 70 1998
1999
2000
2001
2002
2003
2004
2005
2006
2007
Jaar
Ten opzichte van andere sectoren wordt er slechts matig geïnvesteerd. Het jaar 2006 was hierbij een uitschieter: in dit kende de transport en logistiek het hoogste percentage investerende bedrijven.
Investeringen in de transport en logistiek 100 90 80
Procenten
70 60 50
% bedrijven dat investeert
40 30 20 10 0 1998
1999
2000
2001
2002
2003
2004
2005
2006
2007
Jaar
Westfriese Bedrijvengroep - Speerpuntennotitie Westfriesland
Pagina 28 van 43
2.6.3
Ontwikkelingen in de transport en logistieke sector
De prognoses voor de werkgelegenheid voor deze sector zijn gunstig: er wordt een groei verwacht tot het jaar 2015. Ook is de sector kansrijk waar het gaat om acquisitie van nieuwe bedrijvigheid. Dit onder meer wegens de gunstige ligging van Westfriesland nabij Amsterdam en Schiphol. Een goede infrastructuur is voor deze sector erg belangrijk. Ook moet er oog zijn voor de ruimtebehoefte van deze sector, concentratie van deze bedrijven op logistieke centra lijkt de toekomst te zijn. Het is goed om hier een visie op te ontwikkelen waarmee gemeentelijk beleid kan worden beïnvloed.
2.6.4
Conclusie sector transport en logistiek
Hoewel de sector qua omvang en werkgelegenheid niet heel groot is, liggen er Westfriesland zeker kansen op het gebied van transport en logistiek. Speerpunten voor de komende jaren zijn: - Westfriesland als aantrekkelijke vestigingsplaats voor ondernemingen in de transport en logistiek; - Aandacht voor de ontwikkeling van een goede infrastructuur (Westfrisiaweg) - Concentratie van ondernemingen in de transport en logistiek; ontwikkeling van logistieke centra. Hiermee samenhangend het ontwikkelen van een ruimtelijke visie voor deze sector.
2.7
Zakelijke dienstverlening
Net zoals in andere delen van Nederland is ook in Westfriesland de zakelijke dienstverlening een sector van formaat. De kennisintensieve diensten zoals architecten, accountants en administratiekantoren zijn goed vertegenwoordigd. De sector is de op één na grootste werkgever in de regio.
2.7.1
Aantal ondernemingen en arbeidsplaatsen
Over het aantal ondernemingen is op basis van het beschikbare cijfermateriaal helaas weinig te zeggen. Dit komt doordat tot en met het jaar 2005 ook de beheer-BV’s werden gerekend tot de zakelijke dienstverlening.
Ondernemingen in de zakelijke dienstverlening 4500
35,0 30,0
3500
25,0
3000 2500
20,0
2000
15,0
1500
Procenten
Aantal ondernemingen
4000
Aantal ondernemingen Percentage van het totaal aantal ondernemingen
10,0
1000
5,0
500 0
0,0 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 Jaar
Het aantal arbeidsplaatsen is in de periode 2000 - 2007gegroeid van 8.221 naar 9.107. De sterkste groei heeft plaatsgevonden in de periode 2000 - 2003. Percentueel gezien is het aandeel van de zakelijke
Westfriese Bedrijvengroep - Speerpuntennotitie Westfriesland
Pagina 29 van 43
dienstverlening niet toegenomen: dit schommelt tussen de 14 en 16 procent van het totaal aantal arbeidsplaatsen.
Arbeidsplaatsen zakelijke dienstverlening 17,0 16,0
9500
15,0 9000
14,0
8500
13,0
Procenten
Aantal arbeidsplaatsen
10000
Aantal arbeidsplaatsen Percentage van totaal aantal arbeidsplaatsen
12,0 8000
11,0
7500
10,0 2000 2001 2002 2003
2004 2005 2006 2007
Jaar
2.7.2
Economische cijfers: omzet, winst en investeringen
Van alle sectoren kent de zakelijke dienstverlening de gunstigste omzetontwikkeling. Alleen de jaren 2003 en 2004 waren ten opzichte van andere sectoren minder goed. Ook het percentage bedrijven met winst is in de zakelijke dienstverlening hoog, met als topjaar 2002 waar alle ondernemingen in deze sector met winst het jaar afsloten. Omzetontwikkeling zakelijke dienstverlening 115,0
Omzetindex
110,0 105,0 100,0
Omzetindex
95,0 90,0 85,0 1998
1999
2000
2001
2002
2003
2004
2005
2006
2007
Jaar
2.7.3
Bedrijfsresultaat
Westfriese Bedrijvengroep - Speerpuntennotitie Westfriesland
Pagina 30 van 43
Bedrijfsresultaat zakelijke diensten 100 95 90
Procenten
85 80 75
% bedrijven met winst
70 65 60 55 50 1998
1999
2000
2001
2002
2003
2004
2005
2006
2007
Jaar
Qua investeringen scoren de ondernemingen in de zakelijke dienstverlening gemiddeld. In het jaar 2001 werd er door nagenoeg alle bedrijven in de sector geïnvesteerd.
Investeringen in de zakelijke dienstverlening 100 90 80
Procenten
70 60 50
% bedrijven dat investeert
40 30 20 10 0 1998
1999
2000
2001
2002
2003
2004
2005
2006
2007
Jaar
2.7.4
Ontwikkelingen in de zakelijke dienstverlening
De sector zakelijke dienstverlening is enorm gegroeid tussen de jaren 2001 en 2005: in heel de regio Noordwest-Holland is het groeicijfer in deze periode 40 procent. Om de huidige bedrijvigheid in deze sector te behouden en nieuwe ondernemingen aan te trekken is het voor deze sector van belang dat er voldoende kantoorlocaties aanwezig zijn en dat er voldoende hoogopgeleid personeel beschikbaar is in de regio. Op dit moment vindt er echter een hoge pendel plaats van potentiële werknemers richting Amsterdam/de Randstad. Om bedrijven in de zakelijke dienstverlening te behouden en hoogopgeleid personeel aan te trekken en in de regio aan het werk te krijgen moet worden ingezet op: - Voldoende kantoorlocaties; - Bieden van voldoende banen, m.n. kleinschalige kantoorfuncties in het buitengebied en op bedrijventerreinen; - Bevorderen van bereikbaarheid; - Bieden van optimaal woon- en leefklimaat.
Westfriese Bedrijvengroep - Speerpuntennotitie Westfriesland
Pagina 31 van 43
Met name Hoorn is geschikt voor het ontwikkelen van kantoorlocaties, denk hierbij aan het stationsgebied. Hoorn is gunstig gelegen aan de A7, dus er liggen kansen. De ontwikkeling van kantoorlocaties zou kunnen bijdragen aan het terugdringen van de hoge pendel van hoogopgeleiden naar de Randstad. Op dit moment is het echter zo dat er geen kantoorlocaties worden ontwikkeld “omdat er geen vraag is”. Aan de andere kant is er geen vraag omdat er geen locaties worden ontwikkeld. Een kip-ei-verhaal dus. Deze cirkel moet doorbroken worden.
2.7.5
Conclusie voor de sector zakelijke dienstverlening
De omvang van de sector zakelijke dienstverlening is in Westfriesland minder groot dan in overige regio’s en delen van het land, echter, dit maakt deze sector niet minder belangrijk voor Westfriesland. De verdere ontwikkeling en facilitering van de sector zou kunnen bijdragen aan het terugdringen van de pendel naar de Randstad. Van het grootste belang hierbij is de ontwikkeling van voldoende kantoorlocaties: er moeten voldoende kantoorlocaties beschikbaar zijn om de sector en toekomstige ondernemingen te huisvesten. Hoorn lijkt hiervoor een geschikte vestigingsplaats vanwege de gunstige ligging ten opzichte van Amsterdam. Het belang van kantoorlocaties moet kenbaar worden gemaakt bij, onder andere, de gemeente Hoorn.
2.8
Quartaire sector (openbaar bestuur, onderwijs en gezondheidszorg)
De quartaire sector betreft het openbaar bestuur, onderwijs en de gezondheidszorg. Dit is een sector die niet direct geassocieerd wordt met ondernemerschap, maar zij is wel de grootste werkgever in de regio: hier is bijna een kwart van alle banen te vinden. Bovendien is het onderwijssector van groot belang bij de ontwikkeling van de arbeidsmarkt, dus een belangrijke partner van het bedrijfsleven bij het aantrekken van goed opgeleid personeel.
2.8.1
Ontwikkeling van het aantal arbeidsplaatsen
Zoals gezegd is de quartaire sector de grootste werkgever in de regio. In onderstaande grafiek is te zien dat het percentage arbeidsplaatsen tussen 2000 en 2007 een stijgende lijn laat zien. De stijging zit met name in de gezondheidszorg en in mindere mate ook het onderwijs.
Arbeidsplaatsen in de quartaire sector 16000
Arbeidsplaatsen openbaar bestuur
25,0
Arbeidsplaatsen onderwijs
20,0
12000 10000
15,0
8000
r
6000 4000
10,0
Procenten
Aantal arbeidsplaatsen
14000
Arbeidsplaatsen gezondheidszorg Totaal aantal arbeidsplaatsen quartaire sector % arbeidsplaatsen openbaar bestuur
5,0
% arbeidplaatsen onderwijs
0,0
% arbeidsplaatsen gezondheidszorg
2000 0 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 Jaar
Westfriese Bedrijvengroep - Speerpuntennotitie Westfriesland
% arbeidsplaatsen in de quartaire sector Pagina 32 van 43
2.8.2
Ontwikkelingen in de quartaire sector
De quartaire sector krijgt de komende jaren te maken met vergrijzing en ontgroening. In de sector zijn relatief veel mensen aan het werk die de komende jaren gaan “afzwaaien”. De instroom van nieuwe, hoogopgeleide werknemers zal echter minder groot worden. Hiermee krijgt de quartaire sector te maken met zowel een verlies aan ervaring en kennis als met een capaciteitsprobleem.
2.8.3
Conclusie quartaire sector
Voor het Westfriese bedrijfsleven is de quartaire sector, en dan met name het onderwijs, een belangrijke partner bij het verbeteren van de aansluiting tussen onderwijs en bedrijfsleven. Het is goed om de ontwikkelingen in deze sector in de gaten te houden en in het achterhoofd te houden dat de quartaire sector de komende jaren met capaciteitsproblemen te maken gaat krijgen. Echter, het behoort niet tot de directe taak van het Westfriese bedrijfsleven om deze sector te stimuleren. Daarom worden in deze notitie geen concrete acties en/of aandachtspunten ter stimulering van deze sector opgenomen.
Westfriese Bedrijvengroep - Speerpuntennotitie Westfriesland
Pagina 33 van 43
3
Randvoorwaarden voor economische groei
In dit hoofdstuk worden de ontwikkelingen in de “randvoorwaarden voor economische groei” voor de regio Westfriesland beschreven. Deze randvoorwaarden vallen onder de noemers onderwijs en arbeidsmarkt, ruimte voor bedrijvigheid, infrastructuur en bereikbaarheid; en bestuurlijke samenwerking. Deze onderwerpen zullen in de volgende paragrafen de revue passeren.
3.1
Onderwijs en arbeidsmarkt
3.1.1
Ontwikkeling van werkgelegenheid
De werkgelegenheid in Westfriesland groeide tussen 1997 en 2007 met 14.300 arbeidsplaatsen (22,9 procent) tot 76.750. Het betreft hier zowel fulltime als parttime arbeidsplaatsen. Tussen 1997 en 2002 groeide het aantal arbeidsplaatsen sterker (+ 9.500) dan in de periode 2002-2007 (+ 4.800). Terwijl in de eerste periode van vijf jaar van 1997 tot 2002 de sector gezondheids- en welzijnszorg de grootste groeier is (38 procent), is dat in de tweede periode de overige maatschappelijke dienstverlening met 40 procent groei. Ondanks deze hoge groeicijfers is er niet voor elke Westfries een baan beschikbaar binnen de regio. Voor de gehele beroepsbevolking, dus inclusief de mensen die niet kunnen of willen werken, is er binnen Westfriesland 0,55 arbeidsplaats beschikbaar, ofwel: 55 procent van de beroepsbevolking zou in theorie in Westfriesland een baan moeten kunnen vinden. Echter, 68,5 procent van de beroepsbevolking biedt zich daadwerkelijk aan op de arbeidsmarkt. Hier is dus een gat van 13,5 procent, dit gedeelte van de Westfriese beroepsbevolking zal buiten de regio een baan moeten zoeken. Bij deze berekeningen is overigens geen rekening gehouden met de omvang van de arbeidsplaatsen, het betreft hier het totaal van de parttime en fulltime werkplekken (I&O Research 2008).
3.1.2
Ontwikkeling van de beroepsbevolking
De potentiële beroepsbevolking (het totaal aantal 15-64 jarigen) van Westfriesland bestaat uit 136.561 personen. Ten opzichte van 1998 is dit aantal gegroeid met ruim 6.500. Op de langere termijn zal dit aantal weer gaan krimpen: het CBS voorspelt voor het jaar 2020 een potentiële Westfriese beroepsbevolking van 134.000 personen groot. De beroepbevolking zal niet alleen krimpen maar ook gaan vergrijzen. Het aandeel 65-plussers stijgt van 13 procent nu naar 24 procent in 2030. In de regio’s Kop van Noord-Holland en Westfriesland tezamen zullen tot 2020 als gevolg van de vergrijzing circa 8.300 personen uitstromen. De verwachte uitstroom vanuit de opleidingen naar de arbeidsmarkt wordt ingeschat op 2.500. Dit betekent dat het regionale bedrijfsleven niet alleen te maken krijgt met verlies van ervaring en kennis, maar waarschijnlijk ook met capaciteitsproblemen. Deze vergrijzing van arbeidskrachten doet zich voor in alle sectoren, maar in sterke mate in de publieke sector en de bouw. Wat betreft de bouwsector wordt de vervanging bemoeilijkt door het lage aantal instromers: door de ontgroening zal het aantal technisch gekwalificeerde schoolverlaters afnemen. Om deze tendens enigszins te kunnen ondervangen en het aanbod aan technisch geschoold personeel op peil te houden is het van groot belang dat er intensief wordt samengewerkt met INHolland en ROC’s en dat bedrijven voldoende stageplaatsen (blijven) bieden.
3.1.3
Aansluiting vraag en aanbod
Westfriese Bedrijvengroep - Speerpuntennotitie Westfriesland
Pagina 34 van 43
Ondanks de cijfers die in de vorige paragrafen gepresenteerd zijn, zijn er binnen Westfriesland 1.790 openstaande vacatures. Volgens de prognoses zal dit aantal tot het jaar 2013 licht groeien met 0,2 procent. Dit is vergelijkbaar met andere regio’s in het land. De vacatures bevinden zich voornamelijk in de sectoren handel (370 vacatures), zorg en welzijn (320 vacatures) en bouwnijverheid (310 vacatures). Opvallend is dat voor 1.000 van de vacatures een hoog opleidingsniveau wordt gevraagd (HBO of hoger). Aan de andere kant is juist behoefte aan werk voor hoger opgeleiden: het zijn de hoogopgeleiden die elke dag in de file op de A7 richting de Randstad staan. Het aanbod aan HBO- en WO-banen sluit kennelijk niet goed aan op de behoefte van Westfriese hoger opgeleiden. Wellicht is dit gegeven om te zetten in een kans voor de regio: Westfriesland als aantrekkelijke vestigingsplaats voor bedrijven vanwege de grote groep hoogopgeleiden die graag dichter bij huis zouden willen werken. Hiermee wordt hoogwaardige werkgelegenheid gecreëerd waardoor hoogopgeleide jongeren sneller in de regio zullen blijven.
3.3.4
Pendel
Westfriesland is een echte pendelregio: 33.000 Westfriezen hebben een baan buiten de regio, dit is 37 procent van de werkzame beroepsbevolking. Een groot gedeelte van deze mensen heeft een baan in de regio’s Amsterdam, Schiphol en IJmond. Veelal zijn dit hoogopgeleide personen werkzaam in de sectoren zakelijke dienstverlening, openbaar bestuur, vervoer, communicatie en industrie. Om de hoge pendel naar andere regio’s tegen te gaan zullen er in Westfriesland HBO+-banen gecreëerd moeten worden in deze sectoren. Tweederde van de personen die buiten de regio werkzaam zijn, reist met de auto (zonder bijrijder). Deze mensen staan dus vaak in de file op de A7 richting de Randstad. Ruim veertig procent van de mensen die buiten de regio werken heeft wel eens overwogen om vanwege de reistijd een andere baan te zoeken. Het creëren van banen binnen Westfriesland zou kunnen helpen om meer evenwicht te brengen in het woon-werkverkeer, wat tevens positief bijdraagt aan de bereikbaarheid.
3.3.5
Conclusie Onderwijs en Arbeidsmarkt
Uit de voorgaande paragrafen blijkt dat er in Westfriesland verschillende ontwikkelingen gaande zijn die soms tegenstrijdig lijken aan elkaar: Niet voor iedere Westfries die zich op de arbeidsmarkt aanbiedt is er een baan beschikbaar: er zit een “gat” van 13,5 procent tussen het aanbod aan arbeidsplaatsen en het gevraagde aantal arbeidsplaatsen. Westfriesland kent een hoge uitgaande pendel: 33.000 personen (37 procent) werken buiten de regio. Het gaat hier om mensen die werkzaam zijn in de sectoren zakelijke dienstverlening, openbaar bestuur, vervoer, communicatie en industrie. Er zal de komende jaren een verlies aan ervaring en capaciteit optreden door de vergrijzing. Met name de bouw en de publieke sector krijgen hiermee te maken. In Westfriesland zijn er 1.000 openstaande vacatures op HBO+-niveau, wat erop wijst dat de aansluiting tussen vraag en aanbod van arbeid niet optimaal is. Het is van belang dat op deze ontwikkelingen wordt ingespeeld. Vraag en aanbod van arbeid moeten goed op elkaar zijn afgestemd. Het aanbod aan technisch personeel moet op peil gehouden worden om de uitstroom van gepensioneerde werknemers in bijvoorbeeld de bouwsector op te vangen. Een intensieve samenwerking tussen ROC, InHolland en bedrijfsleven is hierbij van grote waarde. Voor het tegengaan van de pendel is het van belang dat er bedrijven naar Westfriesland worden getrokken in de sectoren zakelijke dienstverlening en communicatie. Ook zouden de Westfriese bedrijven, met name die in de zaadsector, groothandel en bouw, beter in beeld moeten worden gebracht bij de hoogopgeleide Westfriezen als interessante werkgever.
3.2
Ruimte voor bedrijvigheid
Voor een goed functionerende regionale economie is voldoende hectaren aan bedrijventerrein van essentieel belang. Gevestigde bedrijven moeten voldoende doorgroeimogelijkheden hebben om zich te
Westfriese Bedrijvengroep - Speerpuntennotitie Westfriesland
Pagina 35 van 43
kunnen ontwikkelen; voor de bedrijven die zich mogelijk in de regio willen vestigen moet Westfriesland aantrekkelijk genoeg zijn.
3.2.1
Bedrijventerreinen
Het is voor de ontwikkeling van de werkgelegenheid, het aantrekken van nieuwe bedrijfsvestigingen en daarmee de verdere ontwikkeling van de regionale economie van groot belang dat Westfriesland een ruim, gedifferentieerd en gespecialiseerd aanbod aan bedrijventerreinen biedt. Dit versterkt tevens de concurrentiepositie ten opzichte van andere regio’s in Noord-Holland: de omliggende regio’s bieden alternatieven wanneer het aanbod in Westfriesland te eenzijdig of te beperkt is. Het is in dit licht betreurenswaardig dat de lokale politiek heeft besloten om het westelijke deel van bedrijventerrein WFO/ABC bij Zwaagdijk-Oost niet verder uit te breiden. Een tekort aan (regionaal) bedrijventerrein is voor Westfriesland een zeer onwenselijke situatie: er moet “nee” verkocht worden aan geïnteresseerde bedrijven, waardoor deze zich elders gaan vestigen. De reeds gevestigde van oorsprong Westfriese bedrijven die willen uitbreiden worden bij een tekort aan bedrijventerrein gedwongen om zich te gaan oriënteren op andere regio’s. Dit is een zeer onwenselijke situatie, daarom is het van groot belang dat dit onderwerp op de politieke agenda blijft staan. Een optimale bedrijventerreinenplanning zorgt voor een goede balans tussen vraag en aanbod. Hiervoor is regionale afstemming tussen de Westfriese gemeenten onontbeerlijk. Het Ontwikkelingsbedrijf NoordHolland Noord speelt hierbij een belangrijke rol: zij is door de gemeenten gevraagd om de uitvoering van het uitgiftebeleid op zich te nemen. Dit in samenwerking met de private partijen die posities hebben op de geplande locaties. In Westfriesland liggen voornamelijk kansen voor het aantrekken van bedrijven in de groothandel, transport en logistiek. Ook kan de regio aantrekkelijk zijn voor productiebedrijven en voor back-office-activiteiten. Om deze bedrijven daadwerkelijk aan te trekken is het van belang dat er actieve acquisitie plaatsvindt. De uitgangspositie van concurrerende regio’s als Almere/Lelystad, IJmond/Zaanstad, Amsterdam/Haarlem en Noord-Nederland is namelijk gelijk aan die van Westfriesland. Wat betreft de gespecialiseerde bedrijventerreinen liggen er kansen voor moderne gemengde vestigingsmilieus die onder de categorie “transport- en distributieterreinen” vallen. De Jaagweg bij Berkhout wordt momenteel ontwikkeld als “Distriport”. Door Westfriesland een aantrekkelijke vestigingsregio te laten zijn voor bedrijven in genoemde sectoren kan het aantal arbeidsplaatsen in de regio worden vergroot en zouden meer Westfriezen een baan kunnen vinden in de eigen regio. Bedrijventerreinen moeten aan de vestigingseisen van bedrijven voldoen. Hierbij moeten de volgende aspecten in acht genomen worden: - Locatiefactoren: betaalbaarheid, bereikbaarheid en uitstraling zijn heel belangrijk. In de toekomst zal uitstraling in belang winnen. - Eigendomsvorm: ondernemers willen een zelfstandig bedrijfspand in de koopsector. Het pand is vaak tegelijkertijd de oudedagvoorziening van ondernemers. Huursector zal wel aan belang winnen in de toekomst. - Kantoor- en bedrijfsruimtes “groeien naar elkaar toe”, vanwege de groei van dienstverlenende activiteiten van bedrijven. Er moeten dus voldoende kantoor(achtige) panden worden ontwikkeld. - Kavelgrootte: het accent moet nu en in de toekomst liggen op kleine kavels (tot 1.500 m2, een groot deel zelfs 500 m2). Het huidige aanbod is nu echter vaak grootschalig. - Sociale binding: Zeventig procent van de bedrijven in Noordwest-Holland geeft aan sterk gebonden te zijn aan de regio en de gemeente waar zij zich gevestigd hebben. Dit geldt ook voor de Westfriese bedrijven. Een bedrijfsverhuizing naar een locatie buiten de regio vindt slechts sporadisch plaats. Dit betekent dat het lokale/regionale bedrijfsleven een zeer belangrijke doelgroep is bij de ontwikkeling van bedrijventerreinen. - Duurzaamheid: een relatief nieuw fenomeen, dit aspect wordt echter steeds vaker meegenomen bij de ontwikkeling van nieuwe bedrijventerreinen. Het biedt ondernemingen ook de mogelijkheid om zich te onderscheiden van anderen.
Westfriese Bedrijvengroep - Speerpuntennotitie Westfriesland
Pagina 36 van 43
3.2.2
Kantoorlocaties
In hoofdstuk 2 kwam het al even kort naar voren: de vraag naar kantoorlocaties groeit. Kantoor- en bedrijfsruimtes groeien vanwege de toename van dienstverlenende activiteiten van bedrijven naar elkaar toe. Ook worden productieprocessen steeds kennisintensiever worden en dat bedrijven hogere eisen stellen aan kwaliteit en uitstraling. Het bedrijfspand wordt het visitekaartje van het bedrijf. Er moeten dus voldoende kantoor(achtige) panden worden ontwikkeld. Momenteel is er in Westfriesland een tekort aan kantoorlocaties. Echter, er worden geen kantoorlocaties ontwikkeld omdat er geen vraag naar zou zijn. Hier zet het Westfriese bedrijfsleven haar vraagtekens bij. Het is belangrijk dat deze vicieuze cirkel wordt doorbroken en dat het bedrijfsleven haar behoefte aan kantorenlocaties op de (politieke) agenda blijft zetten. In Westfriesland is met name het gebied rondom Hoorn geschikt voor de ontwikkeling van kantoorlocaties vanwege de ligging aan de A7.
3.2.3
Conclusie Ruimte voor bedrijvigheid
Voor de verdere ontwikkeling van de Westfriese economie is het van groot belang dat het aanbod aan gedifferentieerd en gespecialiseerd bedrijventerrein in de regio op peil blijft. De lobby voor voldoende en kwalitatief hoogwaardig bedrijventerrein moet daarom worden vastgehouden. Aandachtspunten bij de ontwikkeling van nieuw terrein zijn bereikbaarheid, uitstraling en duurzaamheid. Ook is het van belang dat er een actieve acquisitie gaat plaatsvinden voor die sectoren waarvoor Westfriesland aantrekkelijk is: groothandel, transport en logistiek, productiebedrijven en backofficeactiviteiten. Als laatste moet de groeiende vraag naar kantoorlocaties op de politieke agenda gezet worden.
3.3
Infrastructuur en bereikbaarheid
3.3.1
Bereikbaarheid
Voor economische groei en de ontwikkeling van de werkgelegenheid is bereikbaarheid van cruciaal belang. Het aspect bereikbaarheid verslechtert in Westfriesland: de reistijd voor het woon-werkverkeer neemt toe en de file op de A7 richting de Randstad wordt elk jaar groter. Regio’s in het zuidelijk deel van Noord-Holland zijn vanuit Westfriesland moeilijk bereikbaar. Ook de oost-west-verbindingen (Alkmaar - Hoorn - Enkhuizen Lelystad - Zwolle) zijn zeer gebrekkig. Dit maakt Westfriesland er niet aantrekkelijker op voor toekomstige bedrijven en werknemers. De realisering van de Westfrisiaweg of N23 is daarom van groot belang voor de regio (zie ook paragraaf 3.3.2). Ook is het belangrijk dat bedrijventerreinen binnen Westfriesland goed bereikbaar zijn. In dit licht is de afwaardering van doorstroomwegen, zoals de Markerwaardweg richting Agriport A7, zeer onwenselijk. Deze negatieve ontwikkeling verdient de aandacht van het (georganiseerde) bedrijfsleven. Om de druk op de verkeersstroom richting de Randstad enigszins te verlichten biedt containervervoer over water wellicht uitkomst. Op bedrijventerrein Krabbersplaat te Enkhuizen liggen kansen om een overslaghaven te realiseren.
3.3.2
Westfrisiaweg / N23
Met de aanleg van de N23, de Westfrisiaweg, worden nieuwe kansen gecreëerd om de verkeersdruk op de Randstad te ontlasten. Voor de ontwikkeling van Seed Valley bij Enkhuizen is de N23 onontbeerlijk. De N23regio’s hebben gezamenlijk 250 miljoen euro bij elkaar gebracht, bijna de helft van de aanlegkosten. Momenteel vindt overleg plaats tussen gedeputeerden van de betrokken provincies en minister Eurlings van Verkeer en Waterstaat over de gevraagde rijksbijdrage van 275 miljoen euro. Wanneer het Rijk het gevraagde bedrag op tafel legt kan direct begonnen worden met de opwaarderingswerkzaamheden. Deze
Westfriese Bedrijvengroep - Speerpuntennotitie Westfriesland
Pagina 37 van 43
rijksbijdrage is echter nog niet toegezegd. Het is van groot belang dat de lobby voor de Westfrisiaweg onverminderd doorgaat. De Westfriese Bedrijven Groep wordt hierbij als belangrijke gesprekspartner gezien.
3.3.3
OV
In Westfriesland zijn rechtstreekse treinverbindingen van Enkhuizen via Hoorn naar Amsterdam; van Hoorn naar Schiphol/Hoofddorp; en van Hoorn naar Alkmaar. Deze verbindingen zijn in het verleden enkele malen ter discussie gesteld: de lijnen zouden niet rendabel zijn en stonden op de lijst van de Nederlandse Spoorwegen om te worden geschrapt. Vorig jaar heeft NS besloten om Westfriesland een intercityverbinding te geven richting Amsterdam: er rijden nu in de spits vier treinen per uur van Enkhuizen naar Amsterdam. Een goede ontwikkeling, daar de treinverbindingen veelvuldig worden gebruikt door de Westfriese pendelaars. Met het openbaar vervoer binnen Westfriesland is het minder goed gesteld: het OV kan binnen Westfriesland absoluut niet concurreren met de auto. De busverbindingen van en naar bedrijventerreinen zijn verre van optimaal; dit geldt ook voor verbindingen van en naar kleinere kernen. Het Programma van Eisen van de provincie Noord-Holland biedt helaas weinig hoop op verbetering.
3.3.4
Conclusies Bereikbaarheid en infrastructuur
De bereikbaarheid in Westfriesland is verre van optimaal: zowel de noord-zuid als de oost-west-verbindingen zijn zeer gebrekkig. De aandacht zou wat betreft het bevorderen van bereikbaarheid en infrastructuur in Westfriesland uit moeten gaan naar de volgende zaken: - Het via het creëren van werkgelegenheid proberen terug te dringen van de pendel richting de Randstad; - Een onverminderde lobby voor de aanleg van de N23 of Westfrisiaweg gezien het tot nu toe uitblijven van de rijksbijdrage; - Aandacht voor de gevolgen van de afwaardering van doorstroomwegen; - Stimuleren van containervervoer over water c.q. onderzoeken van de mogelijkheden hiervoor; - Zorgen dat de OV-verbindingen binnen Westfriesland onder de aandacht gehouden worden bij de Provincie Noord-Holland, met name van en naar bedrijventerreinen en tussen de kleinere kernen.
3.4
Bestuurlijke samenwerking
3.4.1
Bestuurlijke samenwerking in Westfriesland
In Westfriesland speelt op dit moment de gemeentelijke herindeling. Met negen Westfriese gemeenten is de bestuurlijke samenwerking niet optimaal vormgegeven. Ondanks het samenwerkingsverband “9 Westfriese Gemeenten” houden gemeenten zich doorgaans vast aan lokale belangen. Dit aspect speelt bijvoorbeeld een rol bij de ontwikkeling van bedrijventerreinen. Het is hierbij van cruciaal belang dat er bovenlokaal beleid wordt gevoerd. Hoewel gemeenten dit zeker zullen beamen, worden binnen de huidige structuur, wanneer het puntje bij paaltje komt, te vaak beslissingen die gebaseerd zijn op lokaal denken. De economische ontwikkeling van Westfriesland wordt hiermee enorm afhankelijk van de grillen van de lokale politiek. Dit is geen wenselijke situatie. Een mooie ontwikkeling is dan ook dat de Provincie Noord-Holland het Ontwikkelingsbedrijf Noord-Holland Noord heeft gevraagd een rol te spelen in de coördinatie van de lokale terreinen. De gemeenten hebben besloten NHN Vastgoed BV op te richten. Daarmee is een vehikel in het leven geroepen waarmee de regionale coördinatie van bedrijventerreinen vormgegeven kan worden. De Provincie Noord-Holland heeft zich in januari 2009 uitgesproken over de herindeling van de Westfriese gemeenten. Zij onderscheidt een landelijk en een stedelijk gebied. Zij ziet graag dat de huidige negen gemeenten fuseren tot maximaal twee nieuwe gemeenten voor het landelijk gebied (Medemblik, Westfriese Bedrijvengroep - Speerpuntennotitie Westfriesland
Pagina 38 van 43
Wervershoof, Andijk, Opmeer en Koggenland) en maximaal twee gemeenten voor het stedelijk gebied (Hoorn, Drechterland, Stede Broec en Enkhuizen). Dit betekent een fusie tot maximaal vier Westfriese gemeenten. Met deze fusies zal de bestuurskracht van gemeenten toenemen, en daarmee de slagkracht van Westfriesland. De Westfriese gemeenten moeten medio 2010 met een gedragen en duurzame oplossing komen die aansluit bij het regionaal eindbeeld van de provincie. De visie van de provincie op de gemeentelijke herindeling van Westfriesland is een stap in de goede richting. Het Westfries bedrijfsleven zou het liefst één Westfriese gemeente zien. Waarschijnlijk is dat op dit moment nog een stap te ver voor de negen gemeenten. Toch is het goed om van het begin af aan vanuit het bedrijfsleven het standpunt zeer helder neer te zetten: we willen toe naar één gemeente Westfriesland.
3.4.2
Conclusie Bestuurlijke samenwerking
De bestuurlijke samenwerking in Westfriesland is momenteel niet optimaal vormgegeven. Het is onwenselijk dat de economische ontwikkeling van Westfriesland afhankelijk wordt van de grillen van de lokale politiek. Het advies van de Provincie Noord-Holland is weliswaar een stap in de goede richting, maar het bedrijfsleven is duidelijk: er moet één gemeente voor heel Westfriesland komen.
Westfriese Bedrijvengroep - Speerpuntennotitie Westfriesland
Pagina 39 van 43
4
Conclusies en aanbevelingen
In de voorgaande hoofdstukken is een beschrijving gegeven van de Westfriese productiestructuur, zijn per sector actuele ontwikkelingen besproken en zijn de zogenaamde “randvoorwaarden” voor economische groei geschetst. Nu is het tijd om de balans op te maken: wat zijn voor de komende jaren de speerpunten voor het Westfriese bedrijfsleven en de Westfriese Bedrijven Groep in het bijzonder?
4.1
De speerpunten voor het Westfriese bedrijfsleven
In hoofdstuk 2 en 3 zijn de speerpunten of aandachtspunten naar voren gekomen naar sector en naar onderwerp. Alle genoemde speerpunten, 33 in totaal, worden in deze paragraaf samengevat en geordend. Omdat sommige speerpunten elkaar deels overlappen, samenhang vertonen of sectorbreed zijn, worden de speerpunten hier niet apart per sector geformuleerd, maar zijn ze ingedeeld naar aandachtsgebied. De speerpunten worden hier puntsgewijs weergegeven, de inhoudelijke verantwoording van deze speerpunten is terug te vinden in de hoofdstukken 2 en 3. Stimulering van specifieke sectoren en projecten Uit hoofdstuk 2 komt naar voren dat ontwikkelingen in specifieke sectoren de steun en stimulans verdienen van de Westfriese Bedrijvengroep. Het gaat hierbij in het bijzonder om: 6. Landbouw en visserij/agribusiness: a. Het stimuleren van ontwikkelingen omtrent aquacultuur; b. Ondersteunen van de verdere ontwikkeling Agriport A7 en het bijbehorende logistieke centrum; c. Ondersteuning van het Seed Valley-programma; 7. Bouwnijverheid: a. Bevorderen van samenwerking tussen ZZP’ers/kleinschalige ondernemingen in de bouwsector. 8. Zakelijke dienstverlening: a. Stimulering van de verdere ontwikkeling en facilitering van de sector. Dit om onder meer de pendel naar de Randstad terug te dringen. Ook kunnen we onder dit aandachtsgebied scharen het aantrekken van bedrijven uit bepaalde sectoren. Dit dient een tweeledig doel, namelijk 1) het tegengaan van de pendel richting de Randstad; en 2) om de regio onderscheidend te maken ten opzichte van andere regio’s. In dit licht zijn de volgende speerpunten te benoemen: 9. Voor het tegengaan van de pendel is het van belang dat er bedrijven naar Westfriesland worden getrokken in de sectoren zakelijke dienstverlening en communicatie. 10. Om onderscheidend te zijn ten opzichte van andere regio’s moet Westfriesland onder de aandacht worden gebracht als aantrekkelijke regio voor de volgende sectoren: a. transport en logistiek; b. groothandel c. industrie d. backoffice-activiteiten Afstemming van vraag en aanbod op arbeidsmarkt Het is voor het Westfriese bedrijfsleven van groot belang dat vraag en aanbod van arbeid goed op elkaar zijn afgestemd. Met name het verkrijgen van technisch geschoold personeel kan de komende jaren een probleem worden gezien de grote uitstroom van gepensioneerde werknemers in onder andere de bouwsector. Daarom zijn de volgende speerpunten van belang:
Westfriese Bedrijvengroep - Speerpuntennotitie Westfriesland
Pagina 40 van 43
4. Vergroten van aanbod aan technisch geschoold personeel ten behoeve van de bouwnijverheid en de industrie. Dit zou kunnen via het onder de aandacht brengen van de opleidings- en beroepsmogelijkheden binnen deze sectoren bij basisschoolleerlingen en studiekiezers. 5. Zorgen voor voldoende stagemogelijkheden voor leerlingen van technische opleidingen. Het aanbod aan technisch personeel moet op peil gehouden worden om de uitstroom van gepensioneerde werknemers in bijvoorbeeld de bouwsector op te vangen. Een intensieve samenwerking tussen ROC, InHolland en bedrijfsleven is hierbij van grote waarde. Voldoende stagemogelijkheden voor leerlingen van technische opleidingen; 6. Imagoverbetering van de industrie en de zaadsector. Ook zouden de Westfriese bedrijven, met name die in de zaadsector, groothandel en bouw, beter in beeld moeten worden gebracht bij de hoogopgeleide Westfriezen als interessante werkgever. Ruimte voor bedrijvigheid Voor de realisering van ruimte voor vestiging van bedrijven heeft men altijd te maken met lokale en provinciale overheden: zij bepalen het ruimtelijk beleid en beslissen of een bedrijventerrein wel of niet wordt ontwikkeld. Wat het Westfriese bedrijfsleven en in het bijzonder de Westfriese Bedrijvengroep concreet kan doen op dit onderwerp ligt daarom met name in het onder de aandacht brengen c.q. houden van de ruimtelijke behoeften van het bedrijfsleven bij de lokale en provinciale beleidsmakers (ofwel: in de lobbysfeer). Dit kan voor sommige onderwerpen het beste op basis van een eigen visie. Speerpunten op dit gebied zijn dan als volgt: 3. Lobby richting de lokale en provinciale overheid: a. Het aanbod van gedifferentieerd en gespecialiseerd bedrijventerrein in de regio moet op peil blijven. Dit is van groot belang voor de verder ontwikkeling van de Westfriese economie. b. Er moeten voldoende kantoorlocaties worden ontwikkeld. Met name Hoorn lijkt hiervoor geschikt. De groeiende vraag naar kantoorlocaties moet op de politieke agenda worden gezet. c. Voldoende ruimte voor de verdere ontwikkeling van de agribusiness. Gemeenten moeten in hun ruimtelijk beleid rekening houden met de noodzakelijke schaalvergroting binnen dit cluster. d. Planvorming bij gemeenten beïnvloeden rondom uitbreiding van het winkelaanbod, al dan niet in combinatie met leisurevoorzieningen; dit om de concurrentie van andere regio’s het hoofd te kunnen bieden; 4. Ontwikkelen van een eigen visie op: a. Vrijkomende Agrarische Bebouwing; b. Gezien de wenselijkheid om de transport- en logistieksector te concentreren op logistieke centra is het goed om hierop een ruimtelijke visie te ontwikkelen. Bereikbaarheid en infrastructuur Net als bij het aandachtsgebied “ruimte voor bedrijvigheid” gaat het bij bereikbaarheid en infrastructuur voornamelijk om beleidsbeïnvloeding van provincie en lokale overheden. Hierbij moet de aandacht in ieder geval gaan naar: 5. Een onverminderde lobby voor de aanleg van de N23 of Westfrisiaweg gezien het tot nu toe uitblijven van de rijksbijdrage; 6. Het onder de aandacht houden van de gevolgen van de afwaardering van doorstroomwegen; 7. Zorgen dat de OV-verbindingen binnen Westfriesland onder de aandacht gehouden worden bij de Provincie Noord-Holland, met name van en naar bedrijventerreinen en tussen de kleinere kernen; 8. Stimuleren van goederenvervoer over water. Bestuurlijke samenwerking Hier hoort thuis de lobby voor één gemeente Westfriesland.
Westfriese Bedrijvengroep - Speerpuntennotitie Westfriesland
Pagina 41 van 43
4.2
Aanbevelingen: hoe nu verder?
In deze notitie is veel informatie de revue gepasseerd. Naar aanleiding van de analyse in hoofdstuk 2 en 3 zijn een groot aantal speerpunten benoemd die belangrijk zijn voor de ontwikkeling van de economie in Westfriesland. Natuurlijk is het onmogelijk om alle zaken tegelijkertijd aan te pakken. Daarom is het belangrijk dat aan elk speerpunt een prioriteit of bepaalde mate van urgentie toegekend wordt. Wanneer dit op basis van tijd gebeurt, dus via het beantwoorden van de vraag “wanneer moet welk speerpunt worden aangepakt”, dan wordt hieruit zichtbaar hoe de agenda voor het Westfriese bedrijfsleven er de komende jaren uitziet. Echter, met een prioritering van speerpunten alleen komt Westfriesland er niet. Er zullen concrete projecten en acties moeten worden geformuleerd op basis van de speerpunten. Deze projecten moeten liefst een tastbaar resultaat hebben, omdat de WBG hiermee aan haar stakeholders kan laten zien waar ze voor staat en wat precies haar bestaan rechtvaardigt. Soms kan dit echter lastig zijn: sommige speerpunten zitten meer in de lobbysfeer en daarvan zijn de effecten moeilijk meetbaar en lang niet altijd direct te beïnvloeden. Bij deze lobby-activiteiten is het goed om op een rij te zetten wat de precieze acties zullen gaan worden c.q. geweest zijn: een gesprek met een wethouder, het sturen van een brief in samenspraak met relevante ondernemersorganisaties, het versturen van een persbericht, et cetera. Hiermee maakt de Westfriese Bedrijven Groep richting de aangesloten ondernemersverenigingen zichtbaar waar zij zich mee bezig houdt. Bovenstaande kunnen we als volgt samenvatten:
prioriteren - concretiseren - realiseren! Dit is in de eerste plaats een taak van het dagelijks bestuur van de Westfriese Bedrijvengroep, maar vanzelfsprekend zal de Kamer van Koophandel Noordwest-Holland het dagelijks bestuur van de WBG vanuit haar adviserende rol hierin terzijde staan.
Westfriese Bedrijvengroep - Speerpuntennotitie Westfriesland
Pagina 42 van 43
Geraadpleegde bronnen
Kijk op de economie van Noordwest-Holland - ETIN adviseurs (april 2007)
ERBO-enquete 2007 - Kamer van Koophandel Noordwest-Holland (januari 2008)
Ontwikkelingsvisie 2015: Blauw, groen en véél te doen - Kamer van Koophandel Noordwest-Holland (april 2008)
Staat van de regio Westfriesland - I&O Research (september 2008)
Uitganspuntennotitie “Inbreng voor de provinciale structuurvisie” - VVRE West-Friesland (mei 2008)
Regionale visie bedrijventerreinen Westfriesland - VVRE West-Friesland (oktober 2007)
Regionale detailhandelsvisie West-Friesland - I&O Research (april 2008)
Westfriese Bedrijvengroep - Speerpuntennotitie Westfriesland
Pagina 43 van 43