Signaal Signaal Signaal Uitgave Onderzoek en Integrale Vraagstukken Nr 9, Jaargang 2007
Auteurs Marlies Diepeveen
Informatie Marlies Diepeveen 070-3535386
[email protected]
Oplage Digitale verspreiding
Redactieadres Gemeente Den Haag Postbus 12 652 2500 DP Den Haag
Internet / Intranet OCW-intranet/Organisatie OIV/Signalen
Mensen met een beperking in Den Haag In 2006 heeft OIV een uitgebreide inventarisatie gehouden om meer inzicht te krijgen in het aantal mensen met een verstandelijke en lichamelijke beperking en het aantal chronisch zieken in de gemeente Den Haag. In dit Signaal worden de belangrijkste uitkomsten gepresenteerd. Een dergelijke inventarisatie is om twee redenen niet eenvoudig. Ten eerste is er geen eenduidige definitie van de doelgroep. Ten tweede is er geen centrale registratie van alle mensen met een 1 beperking waarvan gebruik gemaakt kan worden. Daarom is er uiteindelijk een schatting gemaakt van de omvang van de doelgroep in Den Haag op basis van landelijke cijfers. Daarnaast gaan we in dit Signaal in op het aantal mensen dat gebruik maakt van Wvg-voorzieningen. Daarbij wordt een onderscheid gemaakt tussen rolstoel- en vervoersvoorzieningen. De woonvoorzieningen worden buiten beschouwing gelaten. Tot slot wordt een overzicht gegeven van een aantal zorginstellingen in Den Haag met cliënten met een beperking. SCHATTINGEN OP BASIS VAN LANDELIJKE CIJFERS Het Sociaal en Cultureel Planbureau brengt regelmatig publicaties uit over mensen met een beperking. De laatste rapportage is zeer recent, van 2006. Deze rapportage heeft betrekking op jeugd 2 met een beperking en geeft geen algemeen beeld van mensen met een beperking in Nederland. De laatste rapportage die een beeld geeft van het totaal aantal mensen met een beperking in Nederland 3 is uit 2002. Het SCP geeft schattingen van het aantal mensen (vanaf 6 jaar) met een lichamelijke en verstandelijke beperking en van het aantal mensen met een chronische ziekte in Nederland. Omdat het om schattingen gaat, horen er betrouwbaarheidsintervallen bij deze cijfers. Op grond van deze schattingen en het aantal Hagenaars is een schatting gemaakt van het aantal mensen met een beperking in Den Haag. Bij de interpretatie van de cijfers moet er rekening mee worden gehouden dat het dus om een grove benadering van het werkelijke aantal gaat. Mensen met een lichamelijke beperking Op 1 januari 2006 telde de gemeente Den Haag 439.157 inwoners van 6 jaar en ouder. In onderstaande tabel wordt een schatting gegeven van het aantal mensen met een lichamelijke beperking in Den Haag. 1
Dit zijn landelijke problemen. Ook andere grote steden in Nederland lopen hier tegenaan en hebben daarom geen precies beeld van het aantal mensen met een beperking in hun gemeente. 2
Kooiker, S. (red., 2006). Jeugd met beperkingen. Rapportage gehandicapten 2006. Den Haag: Sociaal en Cultureel Planbureau. 3
Klerk, M.M.Y. de (red., 2002). Rapportage gehandicapten 2002. Maatschappelijke positie van mensen met lichamelijke beperkingen of verstandelijke handicaps. Den Haag: Sociaal en Cultureel Planbureau.
1
Tabel 1
Schatting van het aantal mensen met een lichamelijke beperking in Den Haag (afgerond op tientallen), op basis van landelijke percentages. Schatting
Geen beperkingen
335.960
Wel beperkingen
103.200
waarvan licht
58.410
waarvan matig
29.420
waarvan ernstig
15.370
Belangrijkste punten: • Het SCP schat dat in Nederland bijna een kwart van de inwoners een lichamelijke beperking heeft. Ruim de helft van deze mensen heeft te maken met een lichte beperking. • Op grond van de landelijke percentages zal het aantal inwoners met een lichamelijke beperking in Den Haag rond 100.000 liggen, met een marge van 9.000. • Ongeveer 45.000 inwoners hebben een matige of ernstige lichamelijke beperking. • Waarschijnlijk liggen de werkelijke cijfers wat hoger dan deze schattingen. Het is bekend dat het percentage mensen met een lichamelijke beperking samenhangt met de gemeentegrootte: in 4 grotere gemeenten is het aandeel van mensen met een lichamelijke beperking groter. • Er zijn meer vrouwen met een lichamelijke beperking dan mannen, een verschil van 20.000. • Voor alle leeftijdscategorieën geldt dat het aantal mensen met een lichamelijke beperking onder vrouwen wat hoger is dan onder mannen. • Uiteraard is het aantal mensen met een beperking onder ouderen aanzienlijk hoger (60 procent) dan gemiddeld. • Er zijn weinig kinderen met een lichamelijke beperking. • Vooral onder ouderen zijn veel mensen met matige en ernstige lichamelijke beperkingen. Mensen met een verstandelijke beperking Volgens het SCP zijn er in 2001 ongeveer 100.000 mensen in Nederland met een verstandelijke beperking (vanaf 4 jaar). Iets meer dan de helft van deze mensen heeft een ernstige verstandelijke beperking en iets minder dan de helft heeft een lichte beperking. Dit betekent dat ruim een half procent van de bevolking (0,68 procent) in 2001 een verstandelijke beperking had. Toegepast op de Haagse bevolkingssamenstelling op 1 januari 2006 (450.827 mensen van 4 jaar en ouder), zouden er 5 in Den Haag 3.066 mensen met een verstandelijke beperking zijn. 1.591 Mensen zouden een ernstige beperking hebben en 1.475 mensen een lichte beperking. Er zijn meer mannen met een verstandelijke beperking dan vrouwen. Vooral bij de lichte beperkingen is het aantal mannen groter dan het aantal vrouwen. De 65-plussers vormen slechts een kleine groep van de mensen met een verstandelijke beperking (in tegenstelling tot de groep mensen met een lichamelijke beperking). Van de 3.066 mensen met een verstandelijke beperking zouden er ruim honderd 65 jaar of ouder zijn. Chronisch zieken Voor de 439.157 inwoners van 6 jaar of ouder in Den Haag (1 januari 2006), is een schatting gemaakt van het aantal chronisch zieken in Den Haag. In de volgende tabel worden deze cijfers weergegeven. Tabel 2
Schatting van het aantal chronisch zieken in Den Haag (afgerond op tientallen), op basis van landelijke percentages. Schatting
4
Geen chronische ziekte
306.970
Wel een chronische ziekte
132.190
wv. 1 ziekte
92.660
wv. 2 ziekten
25.470
wv. 3 ziekten of meer
13.610
Quist, H. en M. Swarte (2006). Aard en omvang Wmo-doelgroep. Den Haag: SGBO.
5
Dit is aanzienlijk meer dan SGBO schat in het kader van de Wmo (Quist en Swarte, 2006). Volgens hun schatting wonen er 950 mensen met een verstandelijke beperking in Den Haag. Hier gaat het echter om mensen die zelfstandig wonen, terwijl het SCP ook tehuisbevolking heeft meegeteld, dit verklaart het grote verschil.
2
Deze schattingen van het SCP zijn gebaseerd op zelfrapportages: aan respondenten is gevraagd of ze een chronische ziekte hebben, maar het is niet bekend of dit ook door een arts is vastgesteld. Waarschijnlijk zijn deze cijfers dus een overschatting: soms melden mensen ziektes met uitzicht op herstel als een chronische ziekte en daarmee vallen die ziektes niet onder de definitie van een chronische aandoening. Bovendien is er grote overlap tussen mensen met een chronische ziekte en met een lichamelijke beperking. Volgens het SCP heeft ruim 85 procent van de mensen met een matige of ernstige beperking een chronische ziekte. Belangrijkste punten: • In Nederland geeft 30 procent van de bevolking aan dat zij een chronische ziekte hebben. • In Den Haag zijn dat 132.000 mensen, met een marge van 4.000. • Bijna 40.000 mensen in Den Haag hebben twee of meer ziekten. • Vrouwen rapporteren wat vaker dan mannen een chronische ziekte (respectievelijk 34 en 27 procent). • Vrouwen hebben ook vaker dan mannen last van meer dan één chronische ziekte. • Op een hogere leeftijd worden vaker chronische ziekten gerapporteerd (56 procent van de 65plussers). • Ook ouderen rapporteren vaker meer dan één chronische ziekte. WET VOORZIENINGEN GEHANDICAPTEN De Wet voorzieningen gehandicapten (Wvg) regelde tot 1 januari 2007 de verstrekking door 6 gemeenten van rolstoelen, woon- en vervoersvoorzieningen aan mensen met een beperking. In de gemeente Den Haag is de uitvoering van deze wet ondergebracht bij de Dienst Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW). Uit de gegevens van SZW blijkt dat er in juli 2006 16.676 mensen zijn die een rolstoel- of vervoersvoorziening hebben in Den Haag. Dit is 3,5 procent van de Haagse bevolking. In onderstaande figuur wordt weergegeven welke voorziening deze mensen ontvangen. Figuur 1
Aantal Wvg-cliënten in Den Haag, juli 2006 62 1.218
72
rolstoel 2.427 collectief vervoer
2.464 individueel vervoer rolstoel én collectief vervoer rolstoel én individueel vervoer 3.052 7.381
collectief én individueel vervoer rolstoel, collectief én individueel vervoer
Belangrijkste punten: 7 • In Den Haag maken 16.676 mensen gebruik van een rolstoel- en/of vervoersvoorziening. Dat is 3,5 procent van de totale bevolking. • Collectieve vervoersvoorzieningen worden veruit het meest verstrekt. Daarna de rolstoel en tot slot de individuele vervoersvoorzieningen. • Bijna een kwart van de mensen met een Wvg-voorziening heeft meer dan één voorziening. Vooral de combinatie van een rolstoel en een collectieve vervoersvoorziening komt veel voor. 6
Per 1 januari 2007 vallen deze voorzieningen onder de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo).
7
Een deel van deze mensen heeft een CV-pas (collectief vervoer), maar maakt daar geen gebruik van. Het aantal werkelijke gebruikers ligt waarschijnlijk dus lager.
3
• • • • •
De leeftijd van mensen met een Wvg-voorziening loopt uiteen van 2 tot 106 jaar. Er is een duidelijk verband met leeftijd: oudere mensen maken veel meer gebruik van Wvgvoorzieningen dan jongeren. Driekwart van de mensen met een voorziening is 65 jaar of ouder. Onder mensen van 80 jaar of ouder heeft ruim een derde een Wvg-voorziening. Ouderen maken vooral gebruik van de collectieve vervoersvoorzieningen. Van een rolstoel of individueel vervoer maken zij minder gebruik, hier maken jongeren verhoudingsgewijs meer gebruik van.
In de volgende figuur is het aantal Wvg-voorzieningen per wijk weergegeven (groenschakering). Daarnaast wordt met een cijfer het percentage ouderen (55+) in de betreffende wijk weergegeven. Op die manier kan per wijk worden gekeken of het percentage Wvg-cliënten in een wijk te verklaren valt uit het percentage oudere inwoners in die wijk. Figuur 2
Wvg-voorzieningen per wijk (groen), met daarbij het percentage ouderen (55+) in de wijk
Zoals verwacht is in wijken met veel oudere inwoners, vaak ook het percentage Wvg-cliënten hoog. Ouderen maken veel gebruik van de Wvg-voorzieningen. Er zijn een paar uitzonderingen: Leyenburg, Vogelwijk, Zorgvliet, Willemspark, Benoordenhout en Bezuidenhout zijn wijken met relatief veel oudere inwoners, waar weinig gebruik wordt gemaakt van Wvg-voorzieningen. 8 Volgens de prognoses zullen er in een aantal wijken in Den Haag de komende jaren grote veranderingen plaatsvinden in het aantal ouderen in een wijk. Dit is van invloed op het gebruik van de Wvg-voorzieningen in de toekomst.
8
Burger, I. (2006). Haagse ouderen nu, en in de toekomst; een sociaal-demografische en epidemiologische verkenning. Epidemiologisch bulletin 2006, jaargang 41, nummer 2/3. Den Haag: Dienst OCW, GGD Den Haag.
4
ZORGINSTELLINGEN IN DEN HAAG In Den Haag en de regio Haaglanden is een groot aantal zorginstellingen en belangenorganisaties actief. Een deel van deze organisaties hebben wij benaderd met het doel om meer inzicht te krijgen in de samenstelling van de doelgroep. Het ging er vooral om een beeld te krijgen van de stadsdelen of wijken waar de cliënten van zorginstellingen wonen, de leeftijd, geslacht en etniciteit. Een aantal zorginstellingen kon gedetailleerde informatie leveren, tot op wijkniveau. Over de etniciteit van de cliënten konden de instellingen niets zeggen. Dit wordt niet meer geregistreerd in verband met de privacywetgeving. In deze paragraaf wordt een overzicht gegeven van het aantal cliënten per zorginstelling. In het boekje ‘Hagenaars met een beperking in beeld’ en in het rapport worden, indien mogelijk, uitsplitsingen gemaakt naar leeftijd, geslacht en wijk of stadsdeel. Mensen met een verstandelijke of meervoudige beperking Er zijn zeven zorginstellingen met voorzieningen voor mensen met een verstandelijke (of meervoudige) beperking in Den Haag benaderd. Deze zorginstellingen bieden woonvoorzieningen aan de cliënten en een aantal heeft ook dagbestedingsprogramma’s of biedt ambulante zorg. Hieronder wordt voor verschillende vormen van zorg het aantal cliënten in een figuur weergegeven. In de figuren zijn de instellingen opgenomen waarvan het aantal cliënten in Den Haag bekend is. De eerste figuur geeft het aantal cliënten in woonvoorzieningen in Den Haag weer, de tweede het aantal cliënten in de dagopvang in Den Haag. Het is zeer waarschijnlijk dat cliënten van meerdere voorzieningen tegelijk gebruik maken, bijvoorbeeld wanneer zij wonen via een zorginstelling en ook van dagopvang gebruik maken. Cliënten komen dan zowel in figuur 2 als figuur 3 voor. Tussen cijfers over de woonvoorzieningen onderling (figuur 2) zal echter geen overlap zijn. Figuur 2
Aantal cliënten in woonvoorzieningen van vier zorginstellingen in Den Haag, 2006
68 35 74 De Compaan Stichting Ipse Humanitas DMH De Bruggen
765
In totaal wonen er 942 mensen via één van bovenstaande zorginstellingen in Den Haag. De Compaan is veruit de grootste instelling met woonvoorzieningen voor mensen met een verstandelijke beperking. Er zijn meer zorginstellingen in Den Haag met woonvoorzieningen voor mensen met een verstandelijke beperking. Van deze instellingen (b.v. Stichting Philadelphia en Stichting Paus Johannes XXIII) is niet bekend hoeveel cliënten in woonvoorzieningen in Den Haag er zijn.
5
Figuur 3
Aantal cliënten in dagopvang bij drie zorginstellingen in Den Haag, 2006
31 21
De Compaan Ita Wegmanstichting De Bruggen
379
In totaal zijn er 431 mensen met een verstandelijke beperking die van dagopvang bij een van de bovenstaande zorginstelling gebruik maken. Ook hier is de Compaan de grootste zorgaanbieder. Naast deze drie zorginstellingen organiseert de Stichting Vrije Tijd en Vorming Zuid-Holland Noord (VTV) verschillende activiteiten voor mensen met een verstandelijke of meervoudige beperking. Hier komen ongeveer 450 mensen. Het is goed mogelijk dat cliënten die activiteiten bij de Stichting VTV volgen ook naar de dagopvang van een van de bovenstaande instellingen gaan en dat er dus overlap is tussen deze cijfers. Behalve woonvoorzieningen en dagbesteding of dagopvang zijn er ook instellingen die mensen thuis ambulante hulp geven. In Den Haag hebben Humanitas DMH, De Bruggen en de Ita Wegman Stichting 145 cliënten die ambulante hulp krijgen. Mensen met een lichamelijke beperking Zorg voor mensen met een lichamelijke beperking is minder strak omlijnd. Waar een lichamelijke beperking samengaat met een verstandelijke beperking (meervoudig), is de zorg hierboven al voor een deel aan bod gekomen. Daarnaast is het voor mensen met een lichamelijke beperking vaak makkelijker om thuis te blijven wonen en daar van aanvullende zorgvoorzieningen of Wvgvoorzieningen gebruik te maken. Twee grote zorginstellingen in Den Haag die woonvoorzieningen hebben en activiteiten organiseren voor mensen met een lichamelijke beperking zijn Gemiva-SVG en Steinmetz. Gemiva-SVG heeft 218 cliënten met een lichamelijke beperking of niet-aangeboren hersenletsel in Den Haag (in woonvormen, activiteitencentra en ondersteuning thuis). Steinmetz heeft 620 cliënten met een lichamelijke beperking in Den Haag (woonvormen, dagbesteding, ambulante zorg, school). Ongeveer 130 mensen staan bij hen op de wachtlijst. Het is overigens zeer waarschijnlijk dat er dubbeltellingen zijn tussen deze cijfers. Tot slot helpt Sophia Revalidatie voornamelijk mensen met een lichamelijke beperking (als gevolg van een ziekte, ongeval of aangeboren aandoening) bij het revalideren. In totaal revalideren er op 1 januari 2006 ruim 500 mensen bij Sophia Revalidatie.
Het volledige rapport is te downloaden van OCW-intranet, onder Bibliotheek, Onderzoeksrapporten, Onderzoeksrapporten OIV, 2007 Eerste Kwartaal. Daarnaast is er een boekje verschenen met de belangrijkste cijfers uit het rapport. Dit boekje, ‘Hagenaars met een beperking in beeld’, is binnenkort te downloaden vanuit de Catalogus (RIS) van de Dienstenbibliotheek.
6