9 33e jaargang september 2012
V A K B L A D
V O O R
D E
S C H A P E N H O U D E R
SCHAAP MET EEN VERHAAL:
12JARIGE JAN MET ZIJN EIGEN OOI Thema: stalinrichting Chlamydia: laatste stand van zaken
01-Cover.indd 1
12-09-12 15:58
Lammeren & Schapen Muesli
NIEU
W
• zeer smakelijke muesli met ontsloten granen, hoogwaardige eiwitten en extra vezels • snelle eerste opname, minder kans op pensverzuring • ruime gehalten aan vitaminen, mineralen en sporenelementen • aangepaste Calcium-, Fosfor- en Magnesiumvoorziening: minder kans op melkziekte, kopziekte of urinestenen zonder koper
Vraag uw HAVENS-dealer
havens.nl 38 of info@ 478 638 2 0 ) 1 3 + ( l. te oeders.nl www.schapenv
‘ONTWORMEN MET ZOLVIX® IS KIEZEN VOOR ZEKERHEID. OOK IN HET DEKSEIZOEN.’ Kees van de Nieuwenhof Stamboekfokker Blauwe Texelaars in Mariahout
BENAMING: ZOLVIX® 25 mg/ml orale oplossing voor schapen WERKZAME STOF: Monepantel 25 mg/ml WACHTTERMIJN: 7 dagen. Niet toegestaan voor gebruik bij lacterende dieren die melk produceren voor humane consumptie. KANALISATIE: URA, REG NL 103481, EU/2/09/101/006. VERANTWOORDELIJKE FIRMA: Novartis Consumer Health BU Animal Health, Postbus 3025, 4800 DA Breda +31 (0) 76 533 00 20. Verdere informatie is op aanvraag beschikbaar.
De volgende editie van:
verschijnt op 26 oktober De sluitdatum voor het aanleveren is donderdag 11 oktober Neem voor informatie over adverteren contact op met: Yttje de Vries: tel. +31 (0)88-2944843 of
[email protected] Felix Berentsen: tel. +31 (0)6-42759518 of
[email protected]
inhoud
middenplaat Kärntner Brilschaap Van oorsprong is het Kärntner Brilschaap een bergras. Het heeft daardoor supersterk beenwerk en harde klauwen. Maar het meest opvallend zijn de kenmerkerkende vlekken waaraan het ras zijn naam te danken heeft.
22
14
32
De trotse Suffolks van Decock Aurel Decock is een gepassioneerd fokker van Suffolks. Ook zijn vrouw Andrea en zoon Toon hebben hun hart aan dit ras verpand. Ze houden van een groot en ruim type en proberen zich te onderscheiden met een goede bevleesdheid. De houding van de dieren moet trots zijn, met een fier opgerichte kop.
Thema stalinrichting
Over een paar maanden begint het stalseizoen. Een korte, maar arbeidsintensieve periode. Efficiënt werken gaat het best als de stal goed is ingericht. Dat is iets om vooraf over na te denken.
24
28
Onderzoek naar Chlamydia abortus
Schaap met een Verhaal
Chlamydia abortus komt wijdverspreid voor op schapenbedrijven. Waarschijnlijk neemt de maatschappelijke aandacht toe voor deze bacterie, die soms ook de mens besmet.
De twaalfjarige Jan Boumans heeft veertien Blauwe Texelaars. Zijn eerste eigen ooi was 432. Ze komt altijd naar hem toe en hij kan alles met haar doen.
en verder
Nieuws Fokdagen tijdens zwoegeraffaire Herstart melkschapenbedrijf Van Assen Britten scherp op voeding Ingekruld ooglid is erfelijk Tips Gezondheid: kobaltgebrek Nieuws van de organisaties Boerencolumn van Jan-Willem Bakker Colofon
4 8 10 26 30 35 36 38 42 42
FOTO VOORPLAAT: HENK RISWICK
commentaar
JACQUES ENGELEN
Oneerlijk Hoe eerlijk is het om de kuddesubsidie alleen te geven aan herders die rondtrekken met oorspronkelijk Nederlandse heideschapen? Want dat heeft de overheid besloten. De Tweede Kamer wilde het geld alleen beschikbaar stellen aan ‘bijzondere schapen’ en het ministerie van EL&I vertaalt dat naar Veluwse, Drentse en Kempische Heideschapen plus Mergellander en Schoonebeeker. Maar wanneer spreek je over raszuivere dieren? Als ze in het stamboek zijn geregistreerd? En als dat niet zo is, dan geen subsidie? Dat zou merkwaardig zijn. En hoe Nederlands zijn deze rassen? De Schoonebeeker
stamt waarschijnlijk af van de Duitse Bentheimer. Mergellanders zijn er ook in België. Dit maakt de nieuwe voorwaarde lastig uitvoerbaar en moeilijk te controleren. Als de overheid dan zo graag die vijf oude rassen voor uitsterven wil behoeden, was het veel beter geweest de stamboeken daarvan geld te geven voor hun uitstekende werk: het behoud van deze rassen voor Nederland. De kuddesubsidie was tot nu toe een simpele steunmaatregel, omdat uit onderzoek was gebleken dat het hoeden van schapen veel te weinig opbrengt. Met wat voor schapen dan ook. De regeling is nu onnodig gecompliceerd geworden. SEPTEMBER 2012
03_inhoud.indd 3
HET SCHAAP
3
12-09-12 16:00
‘Ik hoop dat we over twee jaar niet meer praten over Q-koorts’
nieuws
| Hans Wolters heeft zijn schapen laten enten
80% schapen in contact geweest met schmallenberg
FOTO: HENK RISWICK
Het lijkt er op dat zo’n tachtig procent van de schapen vorig jaar in contact is geweest met het schmallenbergvirus. Dat blijkt uit voorlopige resultaten van onderzoek door
De GD adviseert ooitjes die in 2012 zijn geboren, pas in de loop van november te laten dekken.
de Gezondheidsdienst voor Dieren. De dienst heeft bloedmonsters geanalyseerd. Daarbij is gekeken naar antistoffen tegen het virus. Hieruit blijkt dat het schmallenbergvirus zich vorig jaar massaal door Nederland heeft verspreid. Bij melkvee is met tankmelkonderzoek vastgesteld dat eveneens tachtig procent van de dieren besmet is geweest. Door de grote besmettingsgraad in 2011 lijkt de kans klein dat er dit jaar een grote viruscirculatie zal zijn. Volgens Piet Vellema van de GD is het virus wel alweer actief. Een tweede gevolg van de hoge seroprevalentie is dat veel lammeren dit voorjaar
antistoffen via de biest van hun moeders hebben gekregen, waardoor ze tijdelijk beschermd zijn geweest tegen het schmallenbergvirus. Vellema: “We weten alleen niet hoe lang die bescherming duurt. We denken enkele maanden. Omdat het virus in de maanden augustus, september en oktober circuleert, kunnen ooilammeren van dit jaar toch een infectie oplopen. Wij adviseren daarom deze jonge dieren pas in de loop van november bij de ram te doen.” De GD is momenteel bezig met een vergelijkend onderzoek tussen besmette bedrijven en bedrijven waar geen afwijkende geboortes voorkwamen. De resultaten daarvan worden begin 2013 bekend.
Acute leverbotdreiging in West-Nederland het westen van Nederland een gestage opbouw van het aantal slakken geweest. In Oost–Nederland is veel minder neerslag gevallen. Schapen die in West–Nederland in leverbotgevaarlijke gebieden hebben geweid, lopen een verhoogde kans op sterfte door acute leverbot. Schapen die in West–Nederland vanaf augustus op leverbotgevaarlijke percelen hebben gelopen, moeten vanaf half september worden behandeld en naar goed ontwaterde percelen worden verweid. De Werkgroep Le-
Stelling:
Kunst die schapen aanspreekt. Dat hebben Jet Broekstra, Elna Hulsebosch-Obren en Viktoria Gudnadottir in het buitengebied van Enschede voor ogen gehad. In een wei hebben ze kunststukken geplaatst. Volgens de kunstenaars vinden de schapen het leuk en ontlokt het voorbijgangers een blije glimlach.
Tegen
48%
17%
35%
Ik heb mijn zaakjes goed op orde
Maakt me niet uit
Het kost tijd en energie en zorgt voor veel ergernis
04-05_Nieuws.indd 4
Christine Mouw, herderin van de schaapskudde in Elspeet, heeft een boek geschreven over haar belevenissen. Het boek ‘Van lammertijd tot lammertijd’ biedt een kijkje in het herdersleven, dat natuurlijk meer is dan de schapen alleen. De natuur en de seizoenen spelen een belangrijke rol. Het boek is uitgegeven door BDU-uitgevers, telt 160 pagina’s en kost € 19,95. Bestellen kan via www.bduboeken.nl.
Ik zie een NVWA-controle met vertrouwen tegemoet geen mening
4
Herderin schrijft boek
Kunst spreekt schapen aan
Voor
Nieuwe poll:
Wanneer uit dit onderzoek blijkt dat ook de melkgevende dieren moeten worden behandeld, raadpleeg dan uw dierenarts.
Uw mening op
www.hetschaap.nl
poll
verbotprognose adviseert om schapen alleen na onderzoek te behandelen. Bij twijfel dient rundvee eerst te worden onderzocht.
Ooilammeren later dekken voor schmallenbergvirus?
HET SCHAAP
FOTO: ELNA HULSEBOSCH-OBREN
Schapenhouders in leverbotgebieden in het westen van ons land moeten rekening houden met een grote besmetting door deze parasiet. Dat stelt de Werkgroep Leverbotprognose in een voorlopig advies. Volgens de werkgroep is er in augustus in deze gebieden een infectie op het gras afgezet. De korte, maar hevige vorstperiode afgelopen winter heeft geen invloed gehad op de slakkenpopulatie. De omstandigheden in het voorjaar leidden tot een normale verjonging van die populatie. Door neerslag in de zomer is er vooral in
SEPTEMBER 2012
12-09-12 16:06
FOTO: FAMILIE SPRONK
Eerste A-ram Dassenkop
Drie inspecteurs van het Stamboek Blauwe Texelaars, waar ook Dassenkoppen zijn ondergebracht, keuren de ram van Bart Spronk.
Voor het eerst heeft een Dassenkop-Texelaar het predicaat ‘A-ram’ gekregen. 8324-59954 kreeg 90 punten voor algemeen voorkomen. Hij is gefokt door H. Weikamp uit Nieuw-Schoonebeek. Hij is nu van Janneke en Bart Spronk uit het Gelderse Noordeinde, die hem inzetten op hun 45 ooien grote fokkerij met voornamelijk Dassenkoppen. De ram werd 11 augustus dagkampioen op de fokdag in Apeldoorn. De familie Spronk wist daar verder beslag te leggen op twee kampioenschappen en twee reservekampioenschappen. De rasbalk van de met ‘A’ ingeschreven ram is: 9190-92-90-86-90, AV90.
Verplicht enten tegen chlamydia niet nodig Er komt geen verplichting tot het vaccineren van schapen tegen chlamydia. Deze abortusverwekker is eveneens besmettelijk voor de mens, maar afgelopen tientallen jaren zijn er amper incidenten geweest. Daarom vindt staatssecretaris Henk Bleker zo’n entplicht nu niet nodig. Bleker baseert zich op een advies van het Deskundigenberaad Zoönosen. Chlamydia kwam in 2010 in beeld na een rapport over de risico’s van schapenwol. In dat rapport, dat overigens slechte kritieken kreeg, werd chlamydia als potentieel gevaar voor de mens genoemd. De Gezondheidsdienst voor Dieren heeft daarom de verspreiding van deze ziekteverwekker onder schapen en geiten on-
derzocht. Op 72,2 procent van de melk schapenbedrijven zijn antistoffen tegen de bacterie gevonden. Bij alle andere schapenbedrijven is dat 24,2 procent. Bleker zegt dat schapenhouders zelf kunnen beslissen of ze hun dieren laten vaccineren tegen chlamydia. Er komt dit jaar een middel met Nederlandse regis tratie. Tot die tijd mag een vaccin worden gebruikt dat in Frankrijk, Engeland en Spanje is geregistreerd. Chlamydia is een abortusverwekker bij schapen. De bacterie komt vrij bij het aflammeren. Vooral zwangere vrouwen zijn dan kwetsbaar. Er komt een voorlichtingscampagne om ze te wijzen op dit risico.
Zilver op EK Serge van der Zweep is met zijn hond Eve tweede geworden tijdens het Europese kampioenschap voor border collies in Renkum. Van der Zweep is meervoudig Nederlands en Europees kampioen en was al eens wereldkampioen. Er deden 123 honden mee in Renkum. Nederland had er tien afgevaardigd. Naast het zilver voor Van der Zweep behaalden Susanne Lejuez de zesde en John Pluta de tiende plaats in de eindrangschikking. De Noor Jaran Knive werd Europees kampioen. In het landenklassement werd Nederland derde. Beste vrouwelijke handler werd Susanne Lejuez met brons voor Wiet van Dongen. Veertien landen deden mee. Groot-Brittannië ontbrak. Daarom heet dit EK officieel het Continentale Kampioenschap.
korte berichten Hondenschade
Veel haemonchus
Nominatie
Schrikdraad met GPS
Een schapenhouder in Naarden krijgt de schade die twee honden aanrichtten, vergoed van de hondeneigenaar. De honden hadden elf schapen gedood en er zes verwond. Een getuige had de honden herkend en in de wei lag een halsband van een van de honden. De eigenaar meldde zich bij de politie.
Dit jaar zijn er veel meer besmettingen met de rode lebmaagworm dan voorgaande jaren. Dat meldt de GD. Volgens René van den Brom van de GD wordt Haemonchus contortus vaak verkeerd bestreden. Deze worm is te bestrijden met moxidectine, monepantel, ivermectine en levamisole.
Herman en Marianne van Assen van De Vreugdehoeve in Zwolle zijn genomineerd voor een prijs van de Triodosbank. Het melkschapenbedrijf opent de deuren na een verplaatsing van enkele honderden meters. Stemmen kan nog tot 24 september op www.triodos.nl. Op pag. 10- 12 een reportage over dit bedrijf.
Erich Rhöse tipt collega-schapenhouders over een schrikdraadapparaat met ingebouwd GPS-systeem. Het Duitse bedrijf Weidewaechter biedt op www.weidewaechter.de zo’n apparaat te koop aan voor 399 euro. Het is wellicht een antwoord op de vele diefstallen van schrikdraadapparaten.
SEPTEMBER 2012
04-05_Nieuws.indd 5
HET SCHAAP
5
12-09-12 16:06
3 vragen aan...
Hans Wolters: ‘Al mijn schapen Q-koorts geënt’
Hans Wolters in het Limburgse Echt heeft ongeveer 250 schapen, een kruising van Suffolk met heideschaap, waarmee hij begrazingsprojecten uitvoert. Zijn bedrijf is zorgboerderij voor tien gehandicapten. Hij heeft al zijn schapen laten vaccineren tegen Q-koorts.
1
Waarom hebt u de dieren laten enten? “Het is verplicht. Mijn bedrijf heeft een openbare functie, omdat de schapen publieke terreinen begrazen en omdat er gehandicapte mensen werken.”
2
Stel dat het niet verplicht was, liet u ze dan ook vaccineren? “Dat is een gewetensvraag. Ik denk het wel. Er is zo’n enorme discussie over Qkoorts. Of ik de dieren wil beschermen of de mensen die hier werken of gezeur wil voorkomen? Het eerste speelt het minst. De andere twee aspecten zijn belangrijker. Mijn schapen hebben nog nooit Qkoorts gehad. Ik heb de ziekte nog nooit gezien. Maar voor mensen die een besmetting oplopen, is de impact groot. Het ligt erg gevoelig.”
3
Té gevoelig? Vindt u de discussie overdreven? “Als je het neutraal bekijkt: ja. Maar voor mensen die een zware besmetting hebben opgelopen, klopt het niet wat ik nu zeg. Ik hoop dat we over twee jaar niet meer praten over Q-koorts. In Australië en Canada zijn er in de jaren negentig ook uitbraken geweest, maar daar is het nu stil. Hopelijk gebeurt dat hier ook, dan wordt de noodzaak om te enten misschien wat minder.”
6
06-07_Nieuws.indd 6
HET SCHAAP
Dit jaar komt er geen regeling voor weideschapen. Dat meldt beleidsmedewerker Jelle Raap van het Productschap Vee en Vlees. Hij zegt dat het ministerie van EL&I dat informeel heeft laten weten. Een regeling voor weideschapen is een fel gekoesterde wens van de schapensector, zo stelt Raap. Er is grote behoefte aan het vervoeren van schapen van een verzamelcentrum naar een vetweiderijbedrijf. Raap noemt het ‘frustrerend’ voor de schapenhouderij dat er nog steeds geen regeling is. Over de regeling zelf zijn het ministerie en het productschap het al eens. Er is nog slechts één overleg nodig voor de
laatste afronding. Dat gaat over de controle op de regeling en de toetsing van de voorschriften door certificerende instellingen. In feite is het wachten op een akkoord van staatssecretaris Henk Bleker. Maar die voelt weinig voor versoepelingen van vervoersregels voor vee. Onlangs kwam de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit met een rapport over het zogeheten QLL-systeem. Dat is een kwaliteitssysteem voor preventie en transport. De NVWA concludeert dat het QLL-systeem nog niet optimaal is. Voor Bleker reden om voorlopig geen regels op dit gebied te wijzigen.
Kinderen verzorgen kudde In het Arnhemse Elden verzorgen kinderen een schaapskudde die het gras van een park kort houden. Het is een initiatief van de dorpsvereniging. Acht kinderen tussen de tien en dertien jaar moeten in groepjes van twee
water brengen en de schapen in de gaten houden, alles onder begeleiding van een volwassene. Hiermee hoopt de dorpsvereniging dat de buurt meer betrokken raakt bij de schaapskudde in het park.
‘Ingrepenbesluit strijdig met I&R’ De I&R-regels zijn in strijd met het InHet ministerie is niet van plan de wetgrepenbesluit. Dat stelt voorzitter Erich geving aan te passen. Uitscheurende Rhöse van de Landelijke Werkgroep oormerken zijn slechts incidenten, zo Professionele Schapenhouders (LWPS). laat de EL&I-woordvoerder weten. Hij zegt dat de verplichting om na verDe LWPS heeft het ministerie gevraagd lies van een oormerk een nieuw merk in wat voorgaat: het Ingrepenbesluit of de te doen niet mag. “Dat is een derde inI&R-regels. Er is nog geen antwoord. greep als je al twee oormerken hebt ingebracht. En het Ingrepenbesluit verbiedt meer dan twee ingrepen.” Het ministerie van EL&I bevestigt dit hiaat in de wetgeving. Een woordvoerder meldt dat na verlies het nieuwe oormerk in het gat van het verloren merk moet, maar bij uitscheuren kan dat niet. Hij laat weten dat de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) er geen Het I&R-merk is uit het oor gescheurd. Het vervangende actie op zal ondernemen. oormerk kan niet op dezelfde plek.
FOTO: JACQUES ENGELEN
FOTO: FAMILIE WOLTERS
Uitstel regeling voor weideschapen
SEPTEMBER 2012
12-09-12 16:00
noteringen
Prijzen tijdelijk in de min Slachtschapen
2010
2011
Ooien en rammen
2012
135
ooien < 20 kg
ooien > 20 kg
rammen < 22 kg
125
130 120
125 120
115
115 110
110 105
105
100 95 week
100 29
30
31
32
33
34
35
36
Gemiddelde prijs veemarkten Leeuwarden, Purmerend en Utrecht. In euro’s per dier (bovenkant notering).
Slachtschapen zijn bijna € 8 duurder dan vorig jaar, maar het verschil met 2011 is groter geweest.
De schapenmarkt blijft zeer fors aan de prijs. Al zijn de slachtschapen in de afgelopen weken iets harder in prijs gedaald dan ze vorig jaar deden. In 2011 noteerden slachtschapen in week 36 € 113,85. Dat was slechts € 2,84 minder dan in week 31. Dit jaar is de prijsdaling scherper. Slachtschapen noteerden in 2012 in week 36
€ 121,67. En dat was vijf weken daarvoor nog € 9,72 meer. Dat neemt niet weg dat slachtschapen nog altijd bijna een tientje duurder zijn dan in het jaar ervoor. Ten opzichte van 2010 is het prijsverschil zelfs ruim 25 euro per dier. De jaarlijks slinkende schapenstapel is hier debet aan. De dalende tendens is dan
week
3 3
3 4
3 5
3 6
Gewogen gemiddelde veemarkten Leeuwarden, Utrecht en Purmerend. In euro’s per dier (bovenkant notering).
De noteringen van ooien en rammen schommelen nog wat, maar zijn in de laatste maand nauwelijks veranderd.
ook tijdelijk. De prijzen gaan naar verwachting de komende periode weer iets verder stijgen. De zomerperiode is achter de rug en dat betekent dat de vraag weer ‘normaal’ wordt. Inmiddels zijn ook de eerste ooi- en ramlammerenprijzen van de veemarkten in Utrecht, Leeuwarden en Purmerend bekend. En die lig-
gen eveneens hoger dan in het jaar ervoor. Rammen zijn gemiddeld vijf à zes euro duurder dan in 2011 en voor ooien is dit zelfs ongeveer tien euro. In de eerste maand dat deze lammeren weer werden genoteerd, laten ze redelijk stabiele prijzen zien. De lichtste ooien gaan weg voor € 105, terwijl de rammen tot 22 kilo €120 doen.
Eigenaren van schaapskuddes kunnen nog tot en met 1 oktober een aanvraag indienen voor de zogeheten kuddesubsidie. De aanvraag kan alleen elektronisch via ‘Mijn dossier.’ De aanvraagperiode is maandag 3 september gestart. De subsidieverstrekking is enkele jaren in handen geweest van de provincies, maar is door de Tweede Kamer weer bij het ministerie van EL&I terechtgekomen. Er is een bedrag van 600.000 euro beschikbaar. Voor een kudde van meer dan 250 schapen is de subsidie 28.000 euro en voor kuddes van honderd tot 250 schapen 18.000 euro. Kuddes van vijftig tot honderd dieren die uiterlijk in 2015 zijn uitgebreid naar meer dan honderd schapen, komen ook voor de regeling in aanmerking. Is het aantal aanvragen groter dan de subsidiepot van zes ton, dan krijgen de aanvragers minder betaald. Nieuw aan de regeling is dat die alleen geldt voor de inheemse rassen Mergellander, Drents Heideschaap, Schoone-
beeker, Veluws Heideschaap en Kempisch Heideschaap. Ook moet er nu een begrazingsplan bij de aanvraag worden ingediend. De kudde moet ten minste 150 dagen per jaar rondtrekken met een herder en een of meer honden. Erich Rhöse van de LWPS is woedend over de voorwaarde dat het geld alleen naar de vijf De kuddesubsidie is alleen bestemd voor vijf Nederlandse genoemde rassen gaat. Dat heideschaaprassen, zoals dit Veluwse Heideschaap. treft hem persoonlijk, want hij werkbezoek van Kamerlid Lutz Jacobi hoedt een kudde Duitse Zwartkoppen. aan de kudde van Exloo, georganiseerd “Ik heb me jarenlang hard ingezet voor door de stichting voor Drentse schaapsde Nederlandse schaapskuddes. Achter mijn rug om heeft het stamboek van het kuddes. Mijn stamboek heeft er niets Drentse Heideschaap dit met het minis- mee te maken gehad.” Six vindt het wel een goede zaak dat de inlandse rassen terie geregeld. Als dit zo blijft, doe ik worden erkend. “Ze zijn Nederlands culnooit meer wat voor de Nederlandse tureel erfgoed. Er gaan vele miljoenen schaapskuddes”, briest hij. naar de renovatie van het Rijksmuseum, Voorzitter Gijsbert Six ontkent dat zijn dan is het terecht als er een paar ton naar stamboek voor de inlandse rassen heeft het levende erfgoed gaat.” gelobbyd. “Dit is begonnen met een SEPTEMBER 2012
06-07_Nieuws.indd 7
HET SCHAAP
FOTO: HENK RISWICK
Aanvragen kuddesubsidie kan uiterlijk 1 oktober
7
12-09-12 16:00
keuringen
Fokdagen hebben veel last van rel zwoegertest De organisatoren van fokdagen voor witte Texelaars hebben dit jaar veel last gehad van het conflict tussen de Gezondheidsdienst voor Dieren en de NSFO over het testen op zwoegerziekte. Sommige keuringen gingen niet door, andere waren voor het ene of het andere kamp en er was een enkel alternatief. Dat leert een rondje langs de velden.
T
wintig jaar geleden waren er dertig fokdagen voor witte Texelaars. Dit jaar negen. Is dat de schuld van GD en NSFO die al anderhalf jaar aan het bakkeleien zijn over hun zwoegerziekteprogramma’s? Dat is niet waar. De fokdagen kampten al met een fikse terugloop van deelnemers. De stamboeken NTS en TSNH krimpen in, er zijn meer eisen gekomen om aan fokdagen te mogen meedoen (I&R en Q-koorts), plus de kosten stijgen. Misschien is ook het showen van schapen minder van deze tijd. De rel tussen GD en NSFO is erbovenop gekomen. Die begon vorig jaar al, maar toen gingen veel fokdagen toch door, al gelastten de stamboeken de nationale Texelaarkeuring wel af. Op sommige keuringen kwamen dieren van beide zwoegerziekteprogramma’s bij elkaar en raakten de ‘GD-fokkers’ hun certificaat tijdelijk kwijt, omdat hun luxe fokmateriaal in contact was geweest met voor de GD niet-erkende schapen. Dit jaar wisten de organisatoren waar ze aan toe waren. Velen hoopten op een doorbraak, maar de situatie wijzigde niet: de GD liet niet toe dat schapen van hun programma in contact kwamen met die van de NSFO. BERADEN OP TOEKOMST
Voor de drie fokdagen in Noord-Holland had de zwoegertestaffaire geen grote gevolgen. “Het grootste deel van onze 8
08-09_Fokdagen.indd 8
HET SCHAAP
leden zit bij de GD. Negentig procent kan komen”, zegt TSNH-voorzitter Dirk Roele. “De fokdag op Texel is fantastisch, die in Opmeer ook. Purmerend is maar een kleine keuring.” Roele merkt dat veel fokkers overwegen over te stappen naar het NSFO-programma. “Dat scheelt ze veel in de kosten. Wij zeggen: het is ieders vrije keuze. Maar als er veel overstappen, moeten we ons beraden wat we dan doen met de keuringen.” MINDER INZENDERS
Johan de Beer is organisator van de keuring in het Brabantse Rijsbergen. “Het merendeel zit bij de NSFO, dus onze fokdag was alleen voor NSFO-gecertificeerden. Dat heeft ons wel inzenders die bij de GD zitten, gekost. We hadden een goede honderd inzendingen, terwijl we er 120 tot 130 nodig hebben. Toch hadden we een geslaagde dag.” BESLOTEN HET NIET TE DOEN
In het oosten van Brabant viel de fokdag van Sint-Oedenrode uit. “We hebben onze leden gevraagd of ze wilden inzenden”, vertelt Huub Dinghs van de organisatie. “De helft zit bij de NSFO, de helft bij de GD. Het aantal dat wilde komen viel tegen. Daarom hebben we besloten geen keuring te houden.” Dinghs vindt het jammer dat dit is gebeurd. “De schapenhouderij heeft margi-
SEPTEMBER 2012
12-09-12 09:24
TEKST: JACQUES ENGELEN, FOTO: HENK RISWICK
nale inkomsten. Er is ledenkrimp en de vergrijzing slaat toe. Ooit hadden we in Den Bosch twaalfhonderd dieren. Dat is voorbij. Maar dan kun je dit er niet bij hebben.” Een achttal Brabantse Texelaarfokkers besloot zelf een fokkerijbijeenkomst te organiseren. “Sint-Oedenrode werd al kleiner en de regionale in Boekel is gestopt. Toen kwam daar dat gedoe met GD en NSFO overheen. Dus dachten we: laten we als GD-fokkers zelf een open dag organiseren”, zegt Mathee Kamp. De acht brachten rammen en nakomelingen daarvan bij elkaar. “Meer nadruk op fokkerij en vererving en niet alleen het exterieur. Dat vinden wij waardevol”, zegt Kamp. “Het is ons uitstekend bevallen.” De presentatie trok circa 120 bezoekers en na afloop was er voor de fokkers die normaal naar Sint-Oedenrode zouden gaan een barbecue. Daarmee voldeden de organisatoren van Sint-Oedenrode en de acht fokkers aan een belangrijk aspect van de keuring: sociale contacten. BESTUURLIJKE PROBLEMEN
De keuring in Heteren ging eveneens niet door. Dat kwam niet door de rel tussen GD en NSFO, maar door bestuurlijke problemen. Drie bestuursleden stapten het afgelopen jaar op en volgens Nelson Speelman, die nog in het bestuur zit, bleven er te weinig over om een grote fokdag te kunnen organiseren. Hij rekent erop dat er in 2013 wel weer één is. KOMT NIET GOED
In Didam was er een fokdag voor GD-gecertificeerde bedrijven. Vorig jaar waren daar ook NSFO-gecertificeerde bedrijven en de GD plaatste de GD-gecertificeerden een half jaar onder toezicht. “We hebben de NSFO-deelnemers gevraagd of ze naar Rijsbergen of Blijham wilden. Dat wilden ze niet, want dan moesten ze te ver reizen. Ze zijn teruggegaan naar de GD, want met de NSFO komt het niet goed”, zegt secretaris Dinie Lusink van het fokdagbestuur. Didam kende een prima inzending: 45 deelnemers met 308 dieren, witte en blauwe door elkaar. De meeste fokkers van Blauwe Texelaars zijn bij de GD. Didam heeft een open inschrijving, volgens Lusink komt ongeveer de helft van buiten de provincie. Ze noemt de situatie van nu triest. “Het is niet te geloven wat
van Frygro. “Want het vraagprogramma was allang de deur uit.” De organisatie van Tolbert besloot NSFO’ers buiten de deur te houden, omdat slechts tien procent van de fokkers bij die organisatie het zwoegercertificaat heeft, aldus Vroon. TWEE HALLEN De fokdag in Ermelo had wel deelnemers “Vorig najaar is er een vergadering geuit beide kampen. De organisatie deed de weest met de inzenders”, vertelt Vroon. ene groep in de ene hal en de andere in de “Daar zijn niet-plezierige dingen gezegd. hal ernaast. Eddie Kasperink van de orga- Er zijn meer bijeenkomsten geweest, maar het werd steeds duidelijker: er komt nisatie: “Dat hebben we in overleg met geen oplossing.” de GD gedaan. De helft van onze leden Vroon en twee andere fokkers besloten zit bij de GD en de helft bij de NSFO. We een keuring te houden voor GD-fokkers wilden een keuring voor alle leden. Dit uit heel Nederland. “Uit nood geboren”, was de enige mogelijkheid.” Kasperink zegt dat de fokdag goed is ver- zegt hij. “We wilden aan het begin van de lopen, maar leuk vond hij het niet. “Eerst zomer, maar we hebben gewacht of er een oplossing kwam, want daar leek het in de ene hal keuren en daarna in de anop. Begin juli hakten we de knoop door: dere en vervolgens de beste kiezen. De juryleden liepen steeds heen en weer en we doen het acht september. Niet in Tolbert, want dat is het domicilie van de gemoesten schoentjes verwisselen. Dat deden ze netjes. Maar dit slaat natuurlijk wone fokdag. We willen niemand in de nergens op. We hadden wel meer deelne- wielen rijden. Als er een oplossing was mers, omdat andere fokdagen wegvielen. gekomen, had Frygro zich meteen terugMaar ik zeg: jammer dat het zo moest en getrokken.” Vroon zegt veel kritiek te krijgen. “We mooi dat het zo kon.” zouden rebels en recalcitrant zijn. Mensen verwijten ons: de fokdag die er altijd HOOP GEDOE was, is ons ontnomen. Maar als wij niks Blijham had alleen Texelaars van NSFOhadden gedaan, was er helemaal niets gegecertificeerde bedrijven. “We hadden weest. Over volgend jaar doe ik geen uitgeen mogelijkheden om dieren gescheispraak. Als de fokdag weer naar de den te houden”, vertelt Janet Leeuwma. Zij zegt dat de fanatiekste fokdagdeelne- afdelingen kan, is dat het beste. We zijn goed met de organisatie van Tolbert. We mers bij de NSFO zitten, dus vandaar de vinden het wel jammer dat het NTS onze keuze voor die groep. Voor het eerst was dag niet wilde plaatsen op hun agenda.” er een open inschrijving voor het hele Eind augustus had Frygro 330 dieren op land. “Dat hebben we afgelopen winter gedaan met de rammendag en dat is goed de lijst inzendingen, blauwe en witte dieren door elkaar. “Daarover zijn we best verlopen.” Blijham had nu 130 dieren, tevreden”, zegt Vroon. ongeveer hetzelfde aantal als vorig jaar. Leeuwma: “Ik word niet goed van die toestand. De VWA moet er eens boven TES gaan staan. Er is nu een hoop gedoe, ook Het schapenstamboek TES heeft weinig tussen fokkers die niet meer met elkaar problemen met de zwoegerziekterel. Het overweg kunnen.” stamboek is niet bij de NSFO en voor Volgend jaar is er in Blijham weer een zover bekend zitten alle leden bij de GD. fokdag. Leeuwma: “Als je die een keer Voorzitter Patrick Piters zegt dat er wel niet door laat gaan, kan dat het definiproblemen ontstaan als zijn leden ramtieve einde van de fokdag zijn. “ men gebruiken van fokkers van NTS of TSNH die bij de NSFO zijn gecertificeerd. “Eén van onze leden is daardoor zijn staFRYGRO tus kwijtgeraakt.” De nieuwe fokkersgroep Frygro organiseerde op acht september een fokdag in De fokdag van het TES in Bathmen vorige het Friese Buitenpost. Vorig jaar was in week kende een prima inschrijving. Piters: Tolbert de gebruikelijke keuring, toen al- “Eerder meer dan minder deelnemers. De leen voor GD-gecertificeerden. “Dat keuring is open, ook voor NTS- en TSNHzette kwaad bloed”, zegt Lieuwe Vroon leden.” << ik vorig jaar allemaal meemaakte. Ik heb gezegd: nog zo’n jaar en ik stop ermee. Dit was niet leuk meer. Ik vind het kinderachtig gedoe van de GD.”
SEPTEMBER 2012
08-09_Fokdagen.indd 9
HET SCHAAP
9
12-09-12 09:24
De achterkant van het nieuwe bedrijf. Hier is de stal van 33 bij 35 meter. Aan de voorzijde zijn alle andere voorzieningen.
Nieuwbouw voor meerwaarde Achthonderd meter. Dat is de afstand tussen de oude en de nieuwe locatie. Volgende maand gaat het nieuwe melkschapenbedrijf van start. Herman en Marianne van Assen in Zwolle hopen er al hun ambities te kunnen waarmaken.
B
innen is nog geen schaap te zien. Wel bouwvakkers. En familieleden die schuren, poetsen en schilderen. Herman van Assen kan geen vijf stappen zetten of iemand vraagt hem iets. Geregeld gaat zijn mobiel. Het is druk. Nog maar vijf weken te gaan en Herman en zijn vrouw Marianne openen hun nieuwe melkschapenbedrijf, zuivelbereiding, boerderijwinkel, koffie- en theeschenkerij en restaurant. De schapen zijn nog op het oude adres. Vijf jaar geleden kregen ze van de gemeente Zwolle te horen dat hun boerderij verplaatst moest worden. De IJssel krijgt een nieuwe loop en het bedrijf met tweehonderd melkooien moest daarvoor
10
10-11-12_rep.Prof.indd 10
HET SCHAAP
wijken. Achthonderd meter verderop werd een nieuwe plek gevonden. ERG ZWAAR
De verplaatsing heeft heel wat voeten in aarde gehad. Omwonenden waren niet blij met de komst van het bedrijf. Het viel het gezin Van Assen zwaar, erg zwaar. Ze willen juist zo graag open zijn, maar merkten dat ze allerlei leugens voor de voeten kregen. Herman: “Zelfs dat we niet biologisch zouden zijn. Jarenlang worden we door Skal gecontroleerd; nog nooit één aantekening gehad. Toch twijfelen de mensen die ons hier niet willen hebben. Ze halen er van alles bij, Qkoorts bijvoorbeeld. We hebben dat nog
SEPTEMBER 2012
12-09-12 16:01
reportage
TEKST: JACQUES ENGELEN, FOTO’S: HENK RISWICK
MARIANNE EN HERMAN VAN ASSEN MET ZOON HENRI PLaats: ZWOLLE BEDRIJF: CA. 250 MELKSCHAPEN. 32 HA GRASLAND, 3 HA GERST EN SPELT. BIOLOGISCH BEDRIJF. PRODUCTIE VAN KAAS, YOGHURT EN IJS. BOERDERIJWINKEL. KOFFIE- EN THEESCHENKERIJ. RESTAURANT. CATERING. INFORMATIECENTRUM NATUURMONUMENTEN.
nooit gehad. Zestig ooien zijn getapt, geen een had antistoffen. Niemand neemt de moeite ons ernaar te vragen. Zelfs schmallenberg wordt erbij gehaald. Ongelooflijk.” Marianne: “De maatschappij lijkt zo veranderd. Elke boer die naar een andere locatie wil, loopt tegen dit soort problemen op.” Gelukkig hadden ze veel steun van de gemeente Zwolle. Dat scheelt natuurlijk. SERRESTAL
Inmiddels is er een nieuw bedrijf verschenen. Het geheel is een serrestal van vier bogen. De stal is achteraan en meet 33 bij 35 meter. Twee afdelingen hebben in het midden een voerband die het voer
bij de schapen brengt. Herman: “Negen van de tien schapenhouders zegt: niks waard, zulke banden. Je kunt geen groepen maken en niet individueel voeren. Ik denk er anders over. Ik kan twee voergroepen maken en zelfs vooraan een groep droge schapen zetten met daarachter nieuwmelkte ooien. Het voer gaat dan wel eerst langs die droge dieren, maar in vijf minuten is het achteraan.” In elke afdeling is plek voor 125 ooien. Herman: “Ik wil er maximaal tachtig in. De dieren hebben dan meer ruimte en ik hoef veel minder te strooien. Je strooit je arm als je alles op de spits drijft.” Het derde vak van de stal is voor de lammerenopfok. De tussenwand met de ooienafdeling is van kunststof, zodat de lammeren niet op de tocht liggen. Luchtcirculatie is er volop in deze stal. Drie van de vier wanden zijn van zeil dat opgerold kan worden. Regensensoren zorgen ervoor dat ze automatisch sluiten als het regent. Het zeil laat licht door, waardoor het er altijd heel licht is. De vier dakbogen zijn eveneens van zeil, maar om het zonlicht tegen te houden ligt daar een schaduwdoek op. Op het dak van de kapschuur komen binnenkort zonnepanelen om zelf energie te winnen. Tegen de stal is het schapentheater gemaakt. Er komen daadwerkelijk voorstellingen, met als thema schapen, maar het fungeert vooral als vergaderruimte waar bezoekers door de ramen recht in de stal kijken. Ernaast is de melkput: eenzijdig 18-stands. Daar komt een hek waarachter mensen het melken kunnen zien. Herman: “Ik doe dan een headset op en vertel wat ik aan het doen ben en waarom. Alleen op maandag en dinsdag niet, voor onze rust.” Voor de melkput is een grote bezoekersruimte gemaakt. Dat is het visitekaartje >>
Productiecijfers Melkproductie per ooi 445 kg Vet 5,54% Eiwit 5% Lactatieduur circa 300 dagen Aantal lammeren per ooi 1,8 Aantal ooilammeren voor vervanging 75
SEPTEMBER 2012
10-11-12_rep.Prof.indd 11
HET SCHAAP
11
12-09-12 16:02
reportage
van het bedrijf, met niet alleen de doorloop naar de melkput, maar ook een winkel waar Marianne en Herman hun zuivel verkopen, een restaurant met eenvoudige kaart en een koffie- en theeschenkerij. Natuurmonumenten richt er verder een informatiecentrum in dat is gekoppeld aan het natuurgebied Vreugderijkerwaard. Vooraan is er een terras en er komt een speeltuin voor kinderen.
De bouwtekening van het voorste deel van het bedrijf. De stal staat er niet op.
MEERWAARDE
Het wordt dus aanzienlijk meer dan een melkschapenbedrijf. “We willen meerwaarde maken”, verklaart Herman. “Als je alleen melk levert aan de fabriek, wordt het moeilijk. Onze kostprijs is € 1,80 per kilo melk. Dat is te hoog om producten voor supermarkten te maken. We zullen hier moeten verkopen.” De afgelopen drie jaar heeft Marianne nieuwe producten ontwikkeld. Ze produceert yoghurt in zeven smaken, ijs in tal van smaken en vijf soorten kaasjes. Primeur is de Mècorino, een klein kaasje dat ze maakt door de wrongel te verwarmen en dat ze in verschillende smaken heeft. Deze halfzachte, ongerijpte kaas is al vanaf zes dagen eetbaar. “Uniek in de wereld”, zegt Herman trots. “Marianne is heel goed bij met deze zaken. Ze is officieel ijsbereider geworden. Dat is een zware cursus.” Marianne en Herman hebben altijd veel horeca gedaan: bruiloften, partijen, catering. “Dat tillen we naar een hoger plan. Daarom ook onze boerderijwinkel. Negen van de tien boeren die daarmee
‘Kom maar kijken hoe we melken, hoe we zuivelen’ begonnen, zijn ermee gestopt. Ze kregen geen toeloop. En ja, een boer is geboren om te boeren. Verkoop en productontwikkeling moeten in je zitten. In ons zit het. Wij hebben graag mensen om ons heen, altijd al. Daarom is hier alles transparant. Kom maar kijken hoe we melken, hoe we zuivelen. Mooi toch? Ik hoop dat we melk tekortkomen. Dat we bij moeten kopen. Daar gaan we voor. Het is nodig, want ik heb nog nooit zo’n zware hypotheek gehad als nu.” << 12
10-11-12_rep.Prof.indd 12
HET SCHAAP
De bezoekersruimte in aanbouw. Rondom ramen met doorkijkjes naar de melkput en de ruimtes waar kaas, ijs en yoghurt worden gemaakt. Bezoekers kunnen links doorlopen naar de melkput waar Herman van Assen tijdens het melken uitleg geeft over zijn werk.
Dit is een van de twee afdelingen voor de melkschapen. De dieren komen links en rechts van de voerband. De afdeling voor de lammerenopfok heeft geen voerband.
Open dag op 6 oktober Op zaterdagmiddag 6 oktober houden Herman en Marianne van Assen voor alle schapenhouders open huis op hun nieuwe bedrijf. Van een tot vijf uur kan iedereen komen kijken. Het adres is De Vreugdehoeve, Zalkerveerweg 20, 8042 PL Zwolle. Op zondag 7 oktober organiseert Natuurmonumenten op dit nieuwe bedrijf een streekmarkt waar duizenden bezoekers worden verwacht. Meer informatie op www.devreugdehoeve.nl.
SEPTEMBER 2012
12-09-12 16:03
Schoffel 16, 1648 GG De Goorn Telefoon 0229-54 41 00 Telefax 0229-54 40 30 E-mail
[email protected]
Tweedehands machine te koop? Of juist op zoek naar een gebruikte tractor? Ga dan naar www.boerenboelgoed.nl
Comple e en E.I.D t weeg. ass ment v ortia Gallag n her!
Dé gratis website voor vraag, aanbod en veiling van boerenboel.
Kraamhokhekken gaas, hout en kunststof.
Walk through voersysteem.
Voerhek met goot en ruif.
Zelfsluitend voerhek
Boerenboelgoed.nl: maak het uw startpagina
STRAKS DE RAM ERBIJ
NU CRYSTALYX IN DE WEI! Vruchtbare ooien en viriele rammen zorgen voor een gezonde lammeren oogst. Verbeter hun conditie terwijl ze in de wei lopen met Crystalyx Extra High Energy.
Deze hoogwaardige likblok levert alle benodigde vitaminen, mineralen en sporenelementen waarmee uw gras in balans wordt gehouden. Het hoge energiegehalte in de vorm van suikers zorgen voor de nodige conditie toename. Crystalyx Extra High Energy biedt u de mogelijkheid uw dieren op eenvoudige en goedkope wijze in optimale conditie te brengen en te houden en dat werpt zijn vruchten weer af in het lammer seizoen.
MARKTLEIDER BINNEN EUROPA Meer informatie bij:
Van Boer Tot Boer, Numansdorp 0186-575578 of 06-51193127 E-mail:
[email protected] Website: www.vanboertotboer.nl Voor wederverkopers, zie onze website
.
tips
Een goede stalinrichting werkt prettig O
ver een paar maanden begint de stalperiode voor schapen. Een vrij korte, maar wel arbeidsintensieve periode. Ooien lammeren af, verblijven enkele dagen in kraamhokjes, keren terug naar een groep en gaan weer de wei in als het weer het toelaat. Veel werk in korte tijd dus. Dan komt het neer op efficiënt werken: zo weinig mo-
gelijk sjouwen met dieren, voer en water, zo min mogelijk tijd verspillen. Dat kan het beste als de stal goed is ingericht. De ene schapenhouder kan duizend schapen aan en heeft nog tijd voor het gezin, een andere is met vijftig ooien nooit klaar. Stalinrichting is iets om vooraf over na te denken. Daarom besteden we nu aandacht aan dit onderwerp. Deze en de vol-
gende pagina’s staan in het teken van stalinrichting. Niet alleen voor schapenhouders die gaan renoveren of zelfs nieuw gaan bouwen, maar voor iedereen. Want het is prettig werken in een fijne stal. << De informatie voor dit artikel is afkomstig van Veno Stalinrichting, De Goorn.
Meest gemaakte fouten
Maak een plan
Een fout die vaak gemaakt wordt, is onvoldoende rekening houden met ‘mestgroei’. Bij een gemiddelde bezetting en een doorsnee rantsoen groeit het strooisel met tien centimeter per maand. Bij een stalperiode van drie maanden is dat dus dertig centimeter. Hekken moeten kunnen ‘meegroeien’, anders worden ze te laag. Bovendien tast de mest materialen hard aan als die in die mestlaag staan. Ook voor drinkbakken in de potstal geldt dat ze het beste in hoogte verstelbaar kunnen zijn, omdat de schapen de bakken anders bevuilen. Een andere inrichtingsfout is te weinig rekening houden met looplijnen. Een schaap heeft vier poten en het makkelijkste is die te gebruiken. Te vaak wordt er met schapen gesjouwd. Bedenk ook de routes voor het voeren en voor de controle van de schapen.
Bent u van plan de stal opnieuw in te delen? Zet dan vooraf uw bedrijfsvoering op papier. Gaat u fokken, mesten of beide takken combineren? Komen de dieren op roosters of stro? Hoe gaat u voeren? Op de voergang misschien? Komen er vierkante pakken ruwvoer of ronde balen? Kleine of grote? Het gaat hierbij echt om de details. Een voorbeeld: hoe lang blijven ooi en lammeren in het kraamhok? Of dat maximaal drie dagen is of op zijn minst een week, maakt veel uit voor het aantal geplande kraamhokken. Een kraamhok per tien ooien is de norm voor een aflamperiode van zes weken. Ander voorbeeld: als u grote ronde balen kuilgras via een voergang wilt voeren, mag die gang niet te smal zijn. Het klinkt simpel en is het ook, maar het is vooral belangrijk om alles vooraf te bedenken. Als het beton hard is, kan er niet veel meer veranderen. Bedenk ook vooraf wat u met de stal wilt als de schapen buiten lopen. Machines of caravans opslaan? Dan is het wel zo gemakkelijk als u de stalinrichting vlot aan de kant kunt zetten.
Schapen zelf laten lopen van het ene naar het andere hok, is veel gemakkelijker dan dieren over hekken tillen.
Vaste kraamafdeling Sommige schapenhouders kiezen voor flexibele kraamhokken. Zodra een ooi in de groep heeft gelammerd, zetten ze in die afdeling een paar hekken neer om de de ooi met lammeren af te zonderen. Het voordeel is dat er weinig met de dieren wordt gesjouwd. Dat geeft meer rust in het koppel. Een aparte kraamafdeling is ook praktisch. U heeft daar alle spullen altijd bij de hand. Bovendien is de hygiëne in de kraamhokken erg belangrijk en die is makkelijker te handhaven op een vaste plek.
14
14-15_Stal Veno.indd 14
HET SCHAAP
Ventileren Stap de stal binnen als die maximal bezet is: vlak voordat de schapen weer naar buiten gaan. Is het benauwd, dan is het klimaat niet goed. Bij het stalklimaat gaat het om twee dingen: het volume van de stal en de ventlatie. Hoe meer volume, hoe minder benauwd het wordt. Ventileren gaat goed met regelbare zeilen gordijnen als zijwanden. Er is geen echte norm voor ventilatie, maar grofweg zou het stalvolume twee keer per uur vervangen moeten kunnen worden. Voorkom tocht.
SEPTEMBER 2012
12-09-12 16:17
TEKST: JACQUES ENGELEN, FOTO’S: HENK RISWICK, RONALD HISSINK
Natuurlijk licht is het beste
Stroomvoorziening
Een lichte stal werkt niet alleen prettig, maar is waarschijnlijk ook goed voor de gezondheid van de schapen. Bij melkkoeien is aangetoond dat ze fitter zijn als ze veel daglicht krijgen. Een lichtkoepel in de nok is een optie. Er zijn ook glasheldere dakplaten.
Bij kraamhokken horen stopcontacten voor warmtelampen. Een grove richtlijn is op elke vijf kraamhokken een stopcontact. Dat voorkomt bij elkaar gebonden trossen verlengsnoeren. Zorg ervoor dat de elektriciteit ook veilig is. Een warmtelamp is al gauw 250 watt en als er daar tien van hangen, gaat dat niet op een huis-tuinen-keukensnoertje. Bedenk vooraf waar handelingen plaatsvinden waarbij elektriciteit nodig is: scheren, scannen, dierenartswerk. Zorg daar dan ook voor stroom. Het is praktisch om het schrikdraadapparaat voor de afrastering in de stal te hangen. Daarvoor is ook stroom, en vooral goede aarding, nodig. Misschien is het een goed idee om voor zonnepanelen of een andere vorm van alternatieve energie te kiezen.
Stal met natuurlijk daglicht.
Voerruimte Een volwassen schaap heeft 45 centimeter voerbaklengte nodig om te kunnen vreten. Daarom is het verstandig groepshokken niet te diep te maken. In een diep hok passen wel meer schapen dan in een ondiep hok, maar de voerbaklengte per dier is er minder. Een algemene richtlijn is 1,2 tot 1,5 vierkante meter per volwassen dier zonder lammeren. Met lammeren is dat 1,8 tot 2,2 vierkante meter. Met zelfsluitende voerhekken heeft u goed zicht op de kwaliteit van het voer en hoe de schapen vreten. Bovendien werkt zo’n voersysteem makkelijk. Met een voerruif kost voeren meer werk en de voersnelheid moet hoog zijn of het moet om kurkdroog hooi gaan. Krachtvoer verstrekken geeft veel onrust in de stal. Overweeg een zogeheten druppelbak waar de schapen rustig hun krachtvoer kunnen ophalen.
Een volwassen schaap heeft 45 cm voerbaklengte nodig.
Drinkbakken in de kraamhokken staan vaak op de grond. Mest en urine kunnen er makkelijk in. Beter is een drinkbak op hoogte.
Nippelbakken beter dan vlotterbakken Het grote voordeel van drinkbakken met een nippel is dat water altijd vers is. Water dat even staat, zoals in een vlotterbak, neemt de stallucht aan. Een schaap dat nog nooit uit een nippelbak heeft gedronken, moet dat eerst leren. Daarom is het niet praktisch om bijvoorbeeld in de kraamhokken nippelbakken te hebben en in de groepshokken vlotterbakken. Een ooi die net heeft afgelammerd, heeft juist veel drinken nodig en heeft al veel stress door dat aflammeren. Als ze dan nog op zoek moet naar water, is dat niet goed. De norm voor zogende ooien, dat is de periode waarin ze het meeste drinken, is 25 schapen per drinkbakje. Bij de kraamhokjes kunt u kiezen voor een drinkbak per twee hokjes. Dat kan ook met een flexibel systeem, want er zijn nippelbakken die aan te sluiten zijn op koppelbare waterslangen. Zulke drinkbakken zijn beter dan een emmer water op de grond, want in emmers komen uitwerpselen en ze vallen makkelijk om. ’s Winters is er het risico van bevriezing. De afgelopen twee winters was het goed raak en dat leverde een hoop ergernis op. Het drinkwatersysteem vorstvrij houden gaat in een grote stal goed met een rondpompsysteem. In kleinere stallen passen thermolinten.
SEPTEMBER 2012
14-15_Stal Veno.indd 15
HET SCHAAP
15
12-09-12 16:17
WEKA levert de stalinrichting op maat. “Geen stal is hetzelfde”, zegt Marinus van Westrienen.
‘Maatwerk is het uitgangspunt’ Een optimale stalinrichting vergemakkelijkt de arbeid en maakt het werken met schapen een stuk prettiger. Voor WEKA Stalinrichting is maatwerk daarbij het uitgangspunt. “Een stal optimaal inrichten zoals de klant het wil. Daarin zijn we sterk”, stelt eigenaar Marinus van Westrienen.
Z
ijn werkplaats in het Gelderse Kapel-Avezaath staat vol met metaal, hout en bewerkingsapparatuur. Voerhekken, voerbakken, hooiruiven, kraamhokken, klauwbehandelwagens. Marinus van Westrienen maakt ze allemaal zelf. “Geen stal is hetzelfde. Elke klant heeft weer andere wensen. Maatwerk is daarom noodzakelijk.” WEKA is een eenmanszaak in stalinrichting voor schapen, paarden en rundvee. Van voerbakken tot weidehekken. Zijn 16
16-17_Stal Weka.indd 16
HET SCHAAP
vader, Marinus van Westrienen senior, zette het bedrijf in de jaren zeventig op. “We hadden schapen, maar er was weinig bekend over hoe je schapen voert en hoe je de stal inricht”, vertelt Van Westrienen. “Mijn vader liep zelf tegen dingen aan en maakte daar iets voor. Vroeger werden bijvoorbeeld klauwen bekapt in een kruiwagen of gewoon vanaf de grond. Maar mijn vader was rugpatiënt en kon dat niet op die manier doen. Dus ontwierp hij een kantelbak op vijftig
centimeter werkhoogte, waardoor hij makkelijk de klauwen kon bekappen en het dier meteen kon controleren op andere zaken. Die kantelbak hebben we nog steeds in ons assortiment.” TRENDS
In de loop der tijd zijn er veel ontwikkelingen voorbijgekomen. De voerbakken van hout zijn er nog steeds, maar veel vaker wordt er gevraagd naar metaal en kunststof. “Die trend is ontstaan in de tijd dat de bijproducten in opkomst waren. Bijproducten tastten het hout aan en de schapenhouder wilde wat anders: metaal. Gegalvaniseerd ijzer werkt namelijk beter dan hout. Het is makkelijker schoon te maken en gaat langer mee.” Momenteel worden voerbakken in de wei veelal vervangen door creepfeeders.
SEPTEMBER 2012
12-09-12 16:04
TEKST: MARJOLEIN VAN WOERKOM, FOTO’S: HENK RISWICK
heeft dat doorontwikkeld. Nu is het een gewild product. Hooi kan buiten het hok worden gevoerd, voor bijproducten geldt hetzelfde en het is bijna lammerdicht. De schapenhouder hoeft voor het voer het hok niet meer in.” Van Westrienen heeft zelf geen schapen meer. De 350 Flevolander-fokooien zijn er in 1996 uitgegaan. “We lieten ze drie keer in de twee jaar lammeren. Mijn vader en moeder waren er 365 dagen per jaar druk mee. Ik wilde dat niet. Als ik schapen zou houden, zou ik me er ook voor honderd procent in willen zetten. Met een bedrijf erbij gaat dat niet.” Toch is daarmee het experimenteren niet voorbij. “Als je zelf schapen hebt, doe je dingen op je eigen manier. Nu richt ik me op mijn klanten. Zij doen dingen op allerlei verschillende manieren. Zo haal ik dingen uit de praktijk naar mij toe. Een hek kan voor een bepaald ras goed werken, maar voor een ander ras niet. Dat zijn zaken die je niet in een eigen schapenhouderij kunt ondervinden.” MARKT
Hekken worden in de eigen werkplaats gelast.
“Omdat er verstelbare vreetopeningen in zitten, kunnen ze meegroeien met de kop van het dier. En per ras kan de opening worden aangepast.” Meegaan met trends is voor WEKA een must. “Denk alleen al aan de hooiruif”, vertelt Van Westrienen. “Vroeger werden er kleine baaltjes gemaakt en die pasten daar mooi in. Maar tegenwoordig worden er ronde en vierkante balen gemaakt. Onze hooiruiven zijn nu zo gevormd dat er een hele baal in past en de schapen rondom kunnen eten.”
De opzetruif was vroeger van hout, nu van metaal. De ontsmettingsbak was van metaal, maar doordat de middelen van tegenwoordig het metaal aantasten, is Van Westrienen overgegaan op kunst-
Het diagonale voerhek: ontwikkeld door de vader van Van Westrienen.
stof. Meegaan met de markt is noodzakelijk, al gaat die markt niet snel. “Als de schapenhouderij meer rendeerde, dan kon er meer worden ontwikkeld. Dat zie ik ook terug. Als de schapenprijzen goed zijn, wordt er meer geïnvesteerd. In de geiten- en rundveehouderij zijn al de nodige ontwikkelingen op het gebied van sorteringssystemen. Aan de hand van een chip en ontvangers worden dieren via looplijnen geselecteerd en gesorteerd. Dat zou iets voor de schapenhouderij kunnen zijn, maar de markt is nog te klein en de systemen te duur. Toch is dat wel iets voor in de toekomst. En dat wij daar dan op inspringen, is zeker.” <<
EIGEN VINDINGEN
Heel wat nieuwe vindingen komen vanuit het bedrijf zelf. Zo heeft zijn vader het diagonale voerhek ontworpen. “Wageningen Universiteit was daarmee bezig, maar stopte ermee. Mijn vader
Twee generaties opzetruiven: rechts het oude houten en links het huidige metalen ruifje. SEPTEMBER 2012
16-17_Stal Weka.indd 17
HET SCHAAP
17
12-09-12 16:05
reportage
‘Het werkt buitengewoon’ Schoon, ruim en arbeidsgemak. Dat zijn de uitgangspunten op de boerderij van de familie Hazendonk in het Utrechtse Hagestein. Vandaar dat ze twee jaar geleden een nieuwe stal voor hun zestig bonte schapen hebben neergezet.
18
HET SCHAAP
18-19-20_Stal hobby Hazen.indd 18
SEPTEMBER 2012
12-09-12 09:22
TEKST: MARJOLEIN VAN WOERKOM, FOTO’S: HENK RISWICK
Cor Hazendonk en zijn zoon Cor brengen de schapen in het vanghok.
COR HAZENDONK (72) PLAATS: HAGESTEIN (UTR.) BEROEP: GEPENSIONEERD. WAS KAASMAKER IN DE KAASFABRIEK IN VIANEN HOBBY: 60 BONTE SCHAPEN, 20 GEITEN, 5 DIKBILKOEIEN EN KONIJNEN
D
e 300 vierkante meter grote stal is momenteel een kale bedoening. De drie hokken aan de rechterkant zijn na de lammerperiode schoongemaakt en staan leeg. Boven op de zolderruimte liggen nog wat strobalen, zaagselpakken en een baal kuilgras. Machines vullen een deel van de linkerhelft van de ruimte. De schapen zelf staan buiten en komen pas een maand voor het aflammeren naar binnen. “De oude schuren werden te klein”, zegt schapenhouder Cor Hazendonk, die samen met zijn zoons Cor en John de schapenhobby
uitoefent. “In het ene schuurtje hadden we een paar schapen staan. In het andere schuurtje nog een paar. ’s Winters sjouwden we heen en weer met water en voer. Uitmesten met de kruiwagen kostte dagen. We groeiden van 45 naar 60 ooien. Er moest dus iets nieuws voor in de plaats komen.” Dat nieuwe is een schuur van 20 bij 15 meter geworden, met uitzicht op het grasland. Schapen kunnen vanuit het land zo de stal in en andersom. Het bouwwerk heeft een geïsoleerd dak en twee roldeuren. “Met één open kant heb je al gauw last van >> SEPTEMBER 2012
18-19-20_Stal hobby Hazen.indd 19
HET SCHAAP
19
12-09-12 09:22
reportage
De nette stal is klaar om te worden ingericht voor het komende stalseizoen.
tocht”, vertelt Hazendonk. “Afhankelijk van het weer kunnen we de roldeur helemaal openzetten, maar we kunnen hem ook dichtdoen of tot een bepaalde hoogte openen. Dat werkt prettig.” ARBEIDSGEMAK
De schapenhouder tilt een pen omhoog en laat zien hoe makkelijk hij het hek kan verplaatsen. “Na de lammerperiode rijdt mijn zoon de stal in met de trekker en mest de boel binnen de kortste keren uit. Het werkt echt buitengewoon.” De hooiruif is vervangen door een voerhek. “Vroeger stonden de schapen aan dat kuilgras te trekken en alles wat op de grond viel, aten ze niet meer. Nu knoeien ze veel minder. Ook biks kunnen we gewoon in de voerbak gooien. Ze moesten wel even wennen aan het systeem, maar nu weten ze niet beter.” Hazendonk heeft de stal inmiddels twee winters in gebruik gehad. De eerste keer was het nog een noodopvang. De stal was nog niet af, maar de sneeuw noodzaakte hem de schapen naar binnen te halen. “Dat was eigenlijk voor mijn arbeidsgemak, want bonte schapen kunnen goed tegen kou. Als er sneeuw ligt, heb ik geen zin om met kuilgras het land in te gaan. Binnen heb je de dieren zo gevoerd.” Aflammeren gaat op stal ook makkelijker, stelt hij. “Je kunt ze binnen beter in de gaten houden dan buiten. De ooien lammeren in de groep af en daarna zet ik moeder met lammeren met een paar hekjes een dag of twee, drie apart. In april, mei gaan ze met zijn allen naar buiten.” Hij kiest er bewust voor om zijn oudere schapen eerder te laten lammeren dan zijn jonge ooien. “Tijdens het dekseizoen houd ik ze apart. De jonge ooien kunnen dan iets langer uitgroeien. De oude lammeren in februari, de jonge begin maart. Het
‘In de nieuwe stal hebben we veel minder last van vliegen’
20
HET SCHAAP
18-19-20_Stal hobby Hazen.indd 20
Baggerpootjes en dunne staarten zijn belangrijke selectiecriteria voor Hazendonk.
scheelt mij ook werk, want alle zestig ooien lammeren dan niet allemaal tegelijk.” ZELF GEBOUWD
De schuur is in samenwerking met WEKA ontworpen, maar grotendeels zelf gebouwd. “Het scheelt dat mijn zoon Cor timmerman is. De ombouw hebben we zelf gedaan, de vloerplaten hebben we zelf gelegd en de hooizolder zelf getimmerd. Dat scheelt in de kosten, al moet ik nog wel jaren schapen houden om de kosten eruit te halen.” De waterleiding en het licht zijn nog niet aangelegd. “Dat heb je als je iets zelf bouwt”, lacht Hazendonk. Achter de nieuwe schuur staat ook een nieuw vanghok. “Daar kunnen we onze schapen makkelijk even apart zetten, we hoeven dus niet meer de wei in om ze te controleren.” De stal blijft de komende maanden leeg. De schapen kunnen goed uit met het gras dat buiten staat. Hazendonk wijst het land in. “We fokken op baggerpootjes en dunne staartjes, piekstaartjes zoals wij ze noemen. De kans op maden neemt daardoor aanzienlijk af. Dat merk ik ook met de nieuwe stal, vergeleken met de oude schuren zie ik daar nauwelijks vliegen. Ik denk dat we door de hoogte, de ruimte en de ventilatie er minder last van hebben. Dat is een prettige bijkomstigheid.” <<
Hekjes schoon en klaar voor gebruik.
SEPTEMBER 2012
12-09-12 09:23
ARREST
k r e w k
Arrest hekwerk van der Pijlweg 17 7691 CK Bergentheim tel: +31 523 231449
[email protected] www.arrest-hekwerk.nl
he
kleinveehekwerk Fok – en gebruiksvee gevraagd Te koop gevraagd: Slacht-/weide schapen en lammeren. Tegen contante betaling. Tel. 0546 - 643125 of 06 - 53490130. Te koop gevraagd: weide/slachtlammeren en of schapen. Liefst grote koppels vanaf +/30 -1000 stuks. Voor het laden geld op de bank. Tel: 06 - 14 03 56 59.
las- en montagewerk sierhekwerk draadwerk
T.K. zware Texelse ramlammeren,
Te koop : Ruime keuze in Texelaar ram,
vader hokkeling 966 veilingram Opmeer, AV
- en ooilammeren uit vruchtbare ouders.
89 en van vader 46010 J. de Leeuw AV 89
Zwoegervrij, ARR/ARR . Fam vd Heuvel , Lin-
en VV 966. Zwoegervrij, ARR/ARR GD. J.
schoten 0348-412910 of 06-44045103.
van Staveren, Westerdijk 56a Leimuiden, 071-3312869
T.k.: Beste dekrammen, “Noordhollan-
T.k. Tex. foksch. Volbl-wit. 1- en 2 jar. Ooien
der”. Zwoegervrij + ARR/ARR. Goed bespierd
en Rammen. Goede ontwikkeling en bespie-
en ontwikkeld van vitale, melkrijke fokschapen.
ring. Alles ARR-ARR, zwoeger en brucc.-vrij.
Zeer vruchtbaar. T. Verweij 06 – 53 32 10 93
0578-575718 / 0623250479
Fok – en gebruiksvee aangeboden Te koop: 110 biologische melkschapenlammeren. Geb. februari 2012 zwoegervrij Tel 06-51094160 T. K.: Zwartbles ramlammeren. Zw – vrij ARR/ARR. Stamboek NZS. E. de Vries Renswoude ( Utrecht) Tel : 0318 – 573929 Mob : 06 – 50510595 Graag na 18.00 uur.
Diversen
T.K: 2, 2 - Jarige rammen 0938 65619 AV 89 0938 65628 AV 87.1 Jarige 8938 65645 AV 87 vader 03938 04433. W. Oosterhuis tel : 06 2364015
stelling 50 stuks + 7 gratis. Kijk op onze
met weinig aflamproblemen, veel melk en
website www.schapenadvies.nl om te bestel-
goede moedereigenschappen voor info bel
len. Bellen kan ook met Sipke Posthuma 06-
0613807862 www.noordhollanderschapen.nl
23218425 of Johan Westerbeke 06-10105939
LAMMETJES OPGAVEBON HOE OPSTUREN: • De ingevulde bon moet uiterlijk 10 dagen voor het verschijnen van het nummer, waarin u plaatsing wenst, in ons bezit zijn. • Bon en enveloppe sturen naar Eisma Businessmedia, Advertentie –afdeling, antwoordnummer 470, 8900 VC Leeuwarden (geen postzegel plakken!) Tel. 088 – 29 44 843, fax 088 – 29 44 850
EENVOUDIGE ÉN VOORDELIGE BETALING • Vul op de bon uw eigen bankrekeningnummer in en plaats uw handtekening. Daarmee stelt u ons (éénmalig) in de gelegenheid om het bedrag te incasseren. Het uitschrijven (en opzenden) van een cheque of bankopdracht is dan niet meer nodig! • Ook kunt u een ingevulde en ondertekende girobetaalkaart, bankcheque of bankopdracht bij de bon opzenden (géén giro- overschrijvingskaarten!)
Heeft u schapen, apen of beren? Gerard kan ze voor u wassen en scheren! Tevens het adres voor klauwverzorging en wolhandel. Gerard van Dekken. 0511-401145, 0647806365. Uitmesten van (schapen)stal of schuur zelfs door een normale deur. Door heel het land Cor Nap 0348 - 688671, 06 - 51332133, ook sloop van beton/graaf en rioleringswerk.
Superaanbieding vit/mineralen emmers. 11 halen 10 betalen nu gratis thuis bezorgd in Nederland. 25 bestellen + 3 gratis bij be-
de Noordhollander, zeer vruchtbaar
iAktie schapengaas 80h. nu € 38,00 zw.kwal. € 60,00 super zwaar 80h. € 97,00 puntdraad 500m. € 55,00 div.soorten gaas, draad, palen, hekken. A. de Greef bv 0488-441412.
Ons bankrekeningnummer is: 29.80.05.298; ons gironummer is: 843271 • Advertenties onder nummer: € 5,00 extra • Bewijsnummers hiervan worden niet verzonden. Opdrachten uit België alleen met cheque.
TEKST: één letter of leesteken per hokje; tussen twee woorden een hokje overslaan; blokletters schrijven. Ondergetekende Naam:
......................................................................................
Adres: ....................................................................................... € 29,82 Postcode/plaats: ..................................................................
verleent hierbij machtiging aan Eisma Businessmedia om het verschuldigde bedrag af te schrijven van zijn banknummer:
Aktie schrikdraadpaaltjes, kunststof 74 cm. € 1,40 st. , 105 cm. nu voor € 1,50 st. Verder gespecialiseerd in afrastering levering mogelijk. Tel. 0488 – 441412 T.k.: gebr. koppelbare aflamhekjes, LxH 1.45x0.90 cm, weidehekken LxH 3x0.85 cm, hooiruif, voerbakken voor pony’s en geiten. Omg. Overijssel. Tel. 06-27212934. Vraag naar onze nieuwe Patura catalogus vol met afrastering stalinrichting veeverzorging www.schapenadvies.nl of bel Sipke 06-23218425 en Johan 06-10105939 Speciale Aanbieding bij Schapenverzorging van Oort. Bij afname van 10 Mineralen Emmers van ( 25 kg ) krijgt U een Emmer Gratis !! Bij afname van 10 Mineralen blokken of meer van ( 10 kg ) krijgt U 10% Extra Korting !! Deze Aanbieding is Geldig tot 31-10-2012. Schapenverzorging Van Oort Tel : 0418672611 of Mobiel : 0653-448213
Lammetje plaatsen? Graag uw tekst uiterlijk 15 oktober via de mail of onderstaande bon aanleveren.
[email protected]
€ 34,37 € 39,82 Datum:
Handtekening:
€ 45,27 € 50,72
verzoekt ..... maal plaatsing van een rubrieks-
€ 56,17 advertentie in HET SCHAAP in de volgende
rubriek: ❏ Fok- en gebruiksvee aangeboden ❏ Fok- en gebruiksvee gevraagd € 69,70 ❏ Diversen € 61,61 € 67,06
21_Lammetjes.indd 21
12-09-12 16:22
W o
middenplaat TEKST: JACQUES ENGELEN, FOTO’S: HENK RISWICK
Kärntner Brilschaap Witte vacht, een zwarte vlek rond de ogen en op een deel van de oren, afhangende oren en een ramsneus: dit is onmiskenbaar het Kärntner Brilschaap. Aan de opvallende oogvlekken heeft het ras zijn naam te danken. Van oorsprong is het Kärntner Brilschaap een bergras. Zoals veel rassen was het bijna verdwenen. Ooit waren Brilschapen populair in de Oostenrijkse Alpen, in Karinthië, maar voor de Tweede Wereldoorlog namen Duitse Bergschapen hun plek in. Er bleven slechts zeventien ooien en zes rammen over. Zij zijn de basis van de huidige populatie, die langzaamaan is opgekrabbeld. In Oostenrijk en Duitsland loopt een redelijk aantal. In Nederland houdt een bescheiden aantal fokkers dit ras. Het Brilschaap heeft bijzondere eigenschappen die bij bergschapen normaal zijn. Het beenwerk is supersterk, want anders redt het dier zich niet in de bergen, en de klauwen zijn hard. De vacht is zeer gesloten en glad, waardoor het ras weinig last heeft van neerslag. Het ras staat bekend als vriendelijk, sober en rustig. De vruchtbaarheid is gemiddeld: oudere ooien werpen 1,5 tot 1,8 lammeren. Jaarlingen kunnen ook werpen.
Stamboek:
Vereniging van Speciale Schapenrassen Website:
www.vssschapen.nl Foto’s gemaakt bij Jorik ten Brinke in Halle (Gld.)
22
22-23_Middenplaat.indd 22
HET SCHAAP
SEPTEMBER 2012
12-09-12 09:25
22-23_Middenplaat.indd 23
12-09-12 09:25
gezondheid
Laat bij twijfel onderzoek doen op Chlamydia abortus Chlamydia abortus komt wijdverspreid voor op schapenbedrijven. Vermoedelijk slaat deze bacterie, die soms ook mensen kan besmetten, vaker om zich heen dan bekend is. Bedrijven met abortusproblemen wordt geadviseerd hun verwerpers te laten onderzoeken als vrucht en nageboorte geen uitsluitsel geven over de abortusverwekker. TEKST: DR. PIET VELLEMA (GEZONDHEIDSDIENST VOOR DIEREN), FOTO: HENK RISWICK
D
e ziektekiemen die bij kleine herkauwers abortus kunnen veroorzaken, zijn niet zonder risico voor de mens. Dit is de afgelopen jaren heel duidelijk geworden voor de verwekker van Q-koorts, Coxiella burnetii. In mindere mate geldt dit ook voor een aantal andere verwekkers. Mede naar aanleiding van een in 2010 verschenen rapport heeft de Gezondheidsdienst voor Dieren een onderzoek uitgevoerd naar de mate van voorkomen van Chlamydia abortus bij schapen en geiten. Op basis van de uitkomsten daarvan is het advies om bij twijfel nader onderzoek uit te laten voeren. CHLAMYDIA IN 2011
De GD was het onderzoek gestart naar aanleiding van de toegenomen belangstelling voor zoönosen en een advies van Bureau Risicobeoordeling en Onderzoeksprogrammering van de NVWA uit 2010. In totaal zijn 100 niet-melkleverende geitenbedrijven, 58 melkgeitenbedrijven, 454 niet-melkleverende schapenbedrijven en 11 melkschapenbedrijven onderzocht. In eerste instantie zijn maximaal dertien monsters per bedrijf onderzocht. Indien een bedrijf besmet zou worden verklaard als minimaal twee van de dertien onderzochte dieren seroposi-
tief testten, was de bedrijfsprevalentie van Chlamydia abortus voor niet-melkleverende geitenbedrijven 3,0 procent, melkgeitenbedrijven 44,8 procent, niet-melkleverende schapenbedrijven 8,1 procent en melkschapenbedrijven 63,6 procent. Indien een bedrijf besmet zou worden verklaard als minimaal één van de dertien onderzochte dieren positief testte, stegen deze percentages naar respectievelijk 5,0, 77,6, 24,2 en 72,4. Seropositief zijn betekent dat deze dieren een infectie hebben doorgemaakt. De verschillen tussen melkleverende en niet-melkleverende bedrijven, en tussen grote bedrijven (met meer dan 32 dieren) en hobbybedrijven (met minder dan 32 dieren) zijn significant. DESKUNDIGENBERAAD
Naar aanleiding van deze bevindingen heeft op verzoek van de ministeries van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) en Economische Zaken, Landbouw en Innovatie (EL&I) een beraad plaatsgevonden, waaraan 21 deskundigen uit het humane en veterinaire veld hebben deelgenomen. De deskundigen concluderen dat Chlamydia abortus in Nederland wijdverspreid voorkomt op schapen- en geitenbedrijven. Chlamydia abortus is een bacterie die van dier op
Oorzaak van verwerpen meestal besmettelijk Zoönosen staan in de belangstelling. Naast Coxiella burnetii spelen bij kleine herkauwers in ons land vooral Toxoplasma gondii, Listeria monocytogenes, Chlamydia abortus en Campylobacter spp. als verwekkers van zoönosen een rol. Buiten Nederland geldt dat bijvoorbeeld ook voor Rift Valley-fever en Brucella melitensis. De GD heeft een overzicht gemaakt van de oorzaken van abortus bij kleine herkauwers in de aflamperiodes van 2006 tot en met 2011. In die vijf jaar werd 282 keer geaborteerd materiaal van schapen ingestuurd voor pathologisch onderzoek. In 48 procent van de inzendingen werd een ziekteverwekker aangetoond als meest waarschijnlijke oorzaak. Dit relatief lage percentage is ten dele te verklaren door het feit dat materiaal niet altijd vers wordt ingestuurd. Bovendien worden lang niet
24
24-25_Chlamydia.indd 24
HET SCHAAP
altijd vrucht én nageboorte ingestuurd voor onderzoek. Als dit laatste wel het geval is, stijgt het percentage diagnoses bij schapen met 17 procent naar 65 procent. Daarnaast werd in 12 procent van de schapeninzendingen ontsteking van de nageboorte gevonden, zonder dat er een oorzakelijke verwekker kon worden aangetoond. Ontsteking van de nageboorte wijst echter wel sterk op een besmettelijke ziektekiem als oorzaak van dit probleem. De meest gevonden infectieuze oorzaken van abortus bij schapen in de periode 2006 tot en met 2011 waren Chlamydia abortus, Campylobacter spp., Toxoplasma gondii, Listeria spp. en Yersinia pseudotuberculosis. In alle gevallen gaat het om ziektekiemen die voor de mens niet zonder risico zijn.
SEPTEMBER 2012
12-09-12 09:26
s
De Chlamydiabacterie is alleen gevaarlijk voor beroepsgroepen die met besmette dieren of dierlijke materialen in aanraking komen. Dus onder meer voor schapenhouders.
mens kan overgaan. Het gevaar van deze bacterie is alleen aanwezig voor beroepsgroepen die met besmette dieren of dierlijke materialen in aanraking komen, zoals veehouders, werknemers en stagiaires, meewerkende gezinsleden, dierenartsen, slachthuismedewerkers en zwangere vrouwen. Vooral voor zwangere vrouwen die contact hebben met besmette dieren kan de ziekte risicovol zijn. Chlamydia abortus kan bij hen ernstige ziekte en een miskraam veroorzaken. Zwangere vrouwen wordt al langere tijd aangeraden om vooral tijdens het lammerseizoen niet in stallen van schapen- en geitenbedrijven te komen. Naast Chlamydia abortus vormen namelijk ook andere verwekkers die bij kleine herkauwers abortus kunnen veroorzaken, een risico op besmetting bij de mens. DIAGNOSTIEK BIJ MENSEN VERBETEREN
Op basis van de huidige kennis wordt in het algemeen het gevaar voor de volksgezondheid verwaarloosbaar geacht. Maar mensen die beroepsmatig in aanraking komen met dieren of dierlijke materialen, lopen een klein risico een infectie op te lopen. Het gaat dus in het bijzonder om zogenaamde erfbetreders en niet om omwonenden van besmette bedrijven, zoals dat met de verwekker van Q-koorts wel het geval is. De deskundigen adviseren om de diagnostiek van Chlamydia abortus bij longontstekingen en septische abortus bij men-
sen te verbeteren. Daardoor zal de aandacht voor deze verwekker en daarmee ook het aantal diagnoses toenemen. Daarnaast kregen de ministeries het advies activiteiten te ondernemen om in geval van abortus bij kleine herkauwers de meldingsbereidheid van houders te vergroten en te stimuleren dat houders van schapen en geiten verworpen vruchten en nageboorten inzenden voor nader onderzoek. Bovendien beveelt het deskundigenberaad aan om hygiëneprotocollen in de dierhouderij beter te implementeren. IMAGOSCHADE VOORKOMEN
Chlamydia abortus is qua risico voor de mens niet vergelijkbaar met Coxiella burnetii. Toch is aandacht voor Chlamydia abortus nodig. Niet alleen om de economische schade in de sector kleine herkauwers te beperken, maar vooral om imagoschade te voorkomen. Die imagoschade komt waarschijnlijk niet op heel korte termijn in beeld, maar wel zodra de verbetering van de humane diagnostiek leidt tot een toegenomen aantal diagnoses. Op bedrijven met abortusproblemen adviseert de GD om vrucht en nageboorte te laten onderzoeken. Als hierbij geen diagnose wordt gesteld, bestaat de mogelijkheid om een bloedmonster op Chlamydia abortus te laten onderzoeken van de ooien die hebben verworpen. Laat dus niet alleen bij problemen, maar ook bij twijfel over de oorzaak onderzoek doen op Chlamydia abortus. << SEPTEMBER 2012
24-25_Chlamydia.indd 25
HET SCHAAP
25
12-09-12 09:26
engeland
Lezersreis 2012
Engelsen scherp op voeding De schapenhouderij is een sector van economisch belang in Groot-Brittannië. Over schapenvoer kunnen de Britten meepraten. “Goed voer geeft gezonde schapen en lammeren die goed groeien”, zegt Chris Elliott van diervoederproducent BOCM Pauls.
G
razende schapen en lammeren op de glooiende, groene heuvels. Het Verenigd Koninkrijk, het schapenland bij uitstek in Europa, telt krap vijftien miljoen fokooien. Dat is minder dan tien jaar geleden, toen het er nog 18,5 miljoen waren. Door de mond- en klauwzeercrisis in 2001 en veranderingen in het subsidiestelsel daalde het aantal drastisch. Vanaf 2010 is er weer een stijgende trend waarneembaar. Naar verwachting groeit de Britse schapenstapel in 2013 met 1,5 procent. Engelse schapenhouders staan erom bekend dat ze heel goed in staat zijn hun rassen te benutten. In de heuvels, waar de helft van de Britse schapenstapel loopt, worden rassen als Scottish Blackface en Herdwick gehouden. Deze ‘hillbreeds’, die goed gedijen onder moeilijke 26
26-27_Engeland.indd 26
HET SCHAAP
omstandigheden, kruisen ze met Leicesters (Border en Bluefaced Leicester). Daarmee produceren ze zogeheten ‘mules’, moederdieren met de hardheid van hillbreeds en de prima moedereigenschappen en groeicapaciteit van de Leicesters. Vleesrassen, als Suffolks en Texelaars, worden op de mules gezet voor de productie van vleeslammeren. MEER BIEST
Naast fokkerij is met voeding te sturen op de kwaliteit van de lammeren. “Een gezonde ooi betekent een gezond lam”, zegt voerspecialist Chris Elliott van BOCM Pauls. Hij stelt dat maar liefst 55 procent van de lammerensterfte wordt veroorzaakt door ooien die in de laatste twee maanden van de dracht te weinig vreten. “Ondervoede ooien produceren
veel minder biest en brengen lammeren met een lager geboortegewicht. Hun lammeren zijn minder vitaal en ontwikkeld.” Driekwart van de lammerengroei vindt plaats in de laatste weken van de dracht. “De ooi heeft dan dubbel zo veel energie nodig, terwijl haar eetlust met een derde daalt. Dit komt omdat de baarmoeder met lammeren in omvang toeneemt en er steeds minder ruimte in het maagdarmkanaal is voor voer”, legt Elliott uit. Uit onderzoek door de voerfabrikant blijkt dat het ooienrantsoen de biestproductie sterk beïnvloedt. Een goed gevoerde ooi met twee lammeren maakt ruim dubbel zo veel biest (2080 milliliter) aan als een ondervoede ooi (990 ml). Ook op het geboortegewicht is het effect groot. De lammeren van een goed gevoerde ooi wegen gemiddeld 7,90 kilo,
SEPTEMBER 2012
12-09-12 09:27
TEKST EN FOTO’S: DURKJE HIETKAMP
de lammeren uit ondervoede ooien slechts 6,43 kilo. “En de immunoglobulineniveaus zijn hoger bij goedgevoerde ooien. Hun lammeren hebben daarvan levenslang voordeel”, aldus Elliot. ONMISBARE AANVULLING
In het Verenigd Koninkrijk lopen bijna vijftien miljoen schapen. Hun aantal neemt de komende jaren toe.
Selenium en vitamine E zijn een onmisbare aanvulling op het rantsoen van de drachtige ooi, stelt marketingmanager David Forbes van BOCM Pauls. “Daardoor krijg je sterke lammeren met een hoge groeisnelheid. Daarnaast verbetert de gezondheid van de ooien.” Selenium is een antioxidant dat de cellen beschermt tegen aanvallen van vrije radicalen. Het stimuleert de ontwikkeling van antilichamen, helpt bij de productie van het groeistimulerende hormoon thyroïd, ondersteunt de leverfunctie en bevordert de opname van vitamine E. Vitamine E verbetert de immuniteit en speelt een belangrijke rol bij de weerstand tegen mastitis. Voor de lacterende ooi moet het voer veel verteerbare vezels bevatten, volgens Forbes. “Ze bevorderen het vetgehalte in melk, waardoor het lam meer energie krijgt en beter groeit.” EXPORTMARKT GROEIT
Van de wereldhandel in lams- en schapenvlees komt tien procent voor rekening van het Verenigd Koninkrijk. De Britse schapenstapel vormt vier procent van de schapenpopulatie in de wereld en
LAMSVLEESPRIJZEN België Duitsland Spanje Frankrijk Nederland Verenigd Koninkrijk EU (25 landen)
€ 4,99 € 4,88 € 4,67 € 5,77 € 5,55 € 5,33 € 5,31
Prijzen van 24 juli 2012 voor zware lammeren, per kilo geslacht gewicht.
22 procent van de EU-populatie. Het aantal geslachte lammeren kwam in 2011 uit op 12,5 miljoen en stijgt dit jaar naar verwachting naar 12,8 miljoen. De Britten importeren jaarlijks ruim 100.000 ton lamsvlees, voornamelijk uit Nieuw-Zeeland en Australië. De export loopt op tot 102.000 ton, vooral naar de EU. De tendens is dat de import licht daalt en export stijgt. De Wereldbank schat dat de vraag tot 2030 fors toeneemt, met name vanuit Azië. Forbes verwacht hierdoor een stijging van de export naar 108.000 ton in 2012 en 110.000 ton in 2013. Een positieve ontwikkeling, volgens Forbes. “Door de hoge prijs van lamsvlees in combinatie met de economische crisis, daalt de Britse consumptie. De exportmarkt wordt hierdoor belangrijk voor ons.” <<
BOCM Pauls BOCM Pauls is de grootste diervoederfabrikant van het Verenigd Koninkrijk met elf voerfabrieken, zeven blendlocaties, een broodmeelfabriek, een winkel en vijf kantoren. “Het concern produceert circa 1,9 miljoen ton mengvoeders en 500.000 ton bijproducten per jaar”, vertelt Steve Mason van de productielocatie in Portbury. In de fabriek worden rundveevoeders geproduceerd (37 procent van de afzet), varkensvoeders (34 procent), pluimveevoeders (18 procent) en voeders voor schapen, kalkoenen, huisdieren en game animals (11 procent). Sinds kort is BOCM Pauls onderdeel van de ForFarmers Group. Door de aankoop is ForFarmers het grootste voerconcern in Europa met 8,8 miljoen ton voeders, circa 2500 medewerkers en een jaarlijkse omzet van 6,6 miljard euro.
Peter Evans toont op vakbeurs Sheep het assortiment schapenvoeders van BOCM Pauls. Opvallend is dat de brok geen glans heeft. Dit komt omdat er geen glycerine is toegevoegd. In Nederland gebeurt dat wel om de hoeveelheid stof te verminderen.
SEPTEMBER 2012
26-27_Engeland.indd 27
HET SCHAAP
27
12-09-12 09:27
SCHAAP MET EEN VERHAAL Kent u ook een schaap met een verhaal? Mail ons:
[email protected]
Jan Boumans (12) wil boer worden op het bedrijf van zijn ouders Hans en Joyce in Boxmeer (60 melkkoeien, 52 volwassen stamboek Blauwe Texelaars, 25 ha grasland, 10 ha mais). Veertien van de ooien zijn van Jan. Met ooi 432 heeft hij een speciale band.
28
28-29_Schaap verhaal.indd 28
HET SCHAAP
SEPTEMBER 2012
12-09-12 09:28
Jan Boumans en
432
‘ALTIJD BIJ ME’ “Mama wilde 432 wegdoen. Een ooi die twee keer achter elkaar maar één lammetje brengt, moet altijd weg. 432 deed dat, maar ze mocht toch blijven. Ik zei dat ze niet weg mocht. 432 komt altijd naar me toe. Nu ze al zes jaar oud is, rent ze niet meer. Ze loopt wel achter me aan. Ik ga elke dag naar de schapen. Als ik uit school kom, eerst omkleden, drinken en een koekje en dan naar buiten. Ik ben niet zo van school. Ik ben graag achter bij de beesten, klusjes doen. Ik wil boer worden. Koeien of schapen? Dan liever schapen. Ik help papa best vaak met melken, maar altijd met de schapen. Bekappen, Clik over de ruggen doen tegen de maden, scheren en de wol in de zak stampen en netten zetten. Ik ben dan altijd met mama. De schapen zijn van mama. Ik kreeg 432 toen ik zes was. Ze was mijn eerste eigen schaap. Het was een lammetje en was meteen tam. Ik kon er alles mee doen. Haar zusje was niet zo leuk. Die was anders. Ik wist altijd wie 432 was. De kop keek mij altijd aan en ze heeft een donkere stip in de wol op haar rug. Ik heb haar nooit een naam gegeven. Het is gewoon vier-drie-twee. Ik kan haar lekker knuffelen. Krabben op de rug en tussen de voorpoten, overal. In de stal ben ik al een paar keer tussen de lammetjes in slaap gevallen. Lekker, met 432 als kussen. Dat vindt ze niet erg. Alle ooilammetjes van 432 zijn gebleven. Die zijn ook van mij. De rammen gaan weg voor de slacht. Nee, dat is niet erg. Ik krijg het geld voor mijn spaarpot. Nu heb ik zelf veertien schapen. Ze zijn allemaal mak, maar met 432 kan ik alles doen. Ik kan zelfs op haar zitten, maar niet meer met de voeten van de grond, want ik ben te zwaar geworden. Als er iemand anders bij komt, blijft 432 niet staan. Dan loopt ze weg. Als ik alleen ben, kan ik haar kop naar links zetten of naar rechts en dan houdt ze die gewoon zo. Ik heb zelfs uitgevonden dat de kop zo ook naar boven of onder kan. Ik heb al twee keer de jeugdkeuring gewonnen. Twee keer twee bekers en twee keer een enorme puntzak snoep. Nee, het was niet met 432. Mama vindt haar iets te klein. Ze is met 87 punten ingeschreven. Dat is best goed, hoor!” <<
‘Ik kan haar lekker knuffelen’
TEKST: JACQUES ENGELEN, FOTO: HENK RISWICK
SEPTEMBER 2012
28-29_Schaap verhaal.indd 29
HET SCHAAP
29
12-09-12 09:28
gezondheid
Liefst een ram zonder ingekruld ooglid Wie een ram voor de dekkerij koopt, doet er goed aan de eigenaar te vragen of het dier in zijn jeugd entropion heeft gehad. Deze oogafwijking is vervelend én erfelijk. TEKST: MARGREET WELINK, FOTO’S: REINARD EVERTS
Entropion behandelen KNEUZEN
De behandeling van entropion is vrij eenvoudig en varieert van het kneuzen van het ooglid tot het zetten van een krammetje. Een ooglid dat alleen maar een beetje naar binnen is gekruld, is weer in de juiste stand te krijgen door de huidplooi onder het ooglid tussen duim- en wijsvinger vast te pakken en er even in te knijpen. Zo ontstaat een kleine bloeduitstorting die een zwelling geeft. Door die zwelling krult het ooglid weer naar buiten en groeit zo in de juiste houding. KRAMMETJE
Een ernstiger vorm is op te lossen door een krammetje te zetten. In plaats van de huidplooi vast te houden tussen duim- en wijsvinger, wordt dat nu gedaan door een metalen krammetje, een soort nietje. Krammetjes zijn, evenals de bijbehorende tang, verkrijgbaar bij de dierenarts en in principe kan de schapenhouder dit klusje zelf doen, al vergt het wel wat handigheid. Het ooglid moet ook weer niet te strak naar buiten worden getrokken, omdat er dan kans is op uitdroging van de oogslijmvliezen. Het krammetje is zowel verticaal als horizontaal te plaatsen. Ieder heeft zo zijn of haar eigen voorkeur en verschil in effectiviteit is er niet. Het krammetje laat na een week vaak vanzelf los en valt ervan af. Zo niet, dan is het eenvoudig te verwijderen. OOGZALF
De behandeling dient te worden gecombineerd met een oogzalf die vitamine A bevat en eventueel antibiotica. Vitamine A helpt bij de wondgenezing van het oog, dat door de schurende wimpers vaak wat is beschadigd. Dat is niet altijd even goed te zien, tenzij er een wit waas over het hoornvlies zit. Dan is er zeker sprake van schade. Het antibioticum in de oogzalf is meestal een tetracycline. Terramycine-zalf bijvoorbeeld bevat oxytetracycline en is geschikt. Zalven met antibiotica zijn uitsluitend verkrijgbaar bij de dierenarts. Schapenhouders doen er goed aan om duidelijk te vermelden dat het om zalf voor lammeren gaat. Anders bestaat de kans dat er een zalf voor honden of katten wordt meegegeven en die bevat vaak chlooramfenicol. Dat werkt goed, maar is verboden bij voedselproducerende dieren. En dat zijn lammeren volgens de wet.
30
30-31_Entropion.indd 30
HET SCHAAP
O
p zoek naar mogelijk geschikte dekrammen letten schapenhouders op allerlei aspecten, zoals vruchtbaarheidsindex, bespiering en scrapiegevoeligheid. Iets waar zelden naar gevraagd wordt, is of de ram in zijn jeugd entropion heeft gehad. Deze oogkwaal komt alleen voor bij lammeren. Bij volwassen dieren met oogproblemen speelt meestal iets anders een rol, een infectie met Mycoplasma bijvoorbeeld. Entropion openbaart zich doorgaans binnen een week na de geboorte. De oogjes gaan tranen en het dier knijpt ze dicht alsof het tegen de zon in kijkt. Dat komt omdat de oogleden naar binnen krullen. Meestal doet alleen het onderste ooglid dat, een enkele keer ook het bovenste. Door het naar binnen krullen, schuren de wimpers over het hoornvlies van de oogbol. Dat is bijzonder pijnlijk, het voelt aan alsof er een korrel zand in het oog zit. Het lam zal proberen de ‘korrel’ te verwijderen door te gaan tranen. Dat is ook wat als eerste opvalt aan de kwaal: traanstrepen. ERFELIJKHEID SPEELT ROL
Wat precies de oorzaak is van het naar binnen krullen, is niet bekend. Mogelijk is het bindweefsel ter plekke wat aan de slappe kant. Wat wel vrij zeker is, is dat er een erfelijke component meespeelt. Maar hoe de vererving precies in zijn werk gaat, is onduidelijk. Bij diersoorten als honden en koeien komt de afwijking eveneens voor, maar ook bij hen is tot nu toe geen speciaal afwijkend gen gevonden. Zelfs de mens kan last hebben van naar binnen gekrulde oogleden. Ook hier lijkt sprake te zijn van erfelijke aanleg; het probleem komt namelijk vaker voor bij Aziaten dan bij West-Europeanen. Bij schapen lijkt de oogkwaal relatief vaak voor te komen bij Texelaars en bij kruisingen met Texelaar. Dit is niet verwonderlijk, want de Texelaar is het meest gebruikte ras in Nederland; is het niet voor de zuivere fokkerij dan wel als slachtlamvaderdier. Ook de Swifter heeft Texelaargenen. In andere landen, zoals Engeland, wordt de kwaal het meest gezien bij rassen met witte koppen. Het ene seizoen lijkt het euvel vaker voor te komen dan het andere. Toch is er vermoedelijk geen sprake van een milieu-
SEPTEMBER 2012
12-09-12 09:28
Bij dit lam wordt het onderooglid iets te ver naar buiten getrokken door het krammetje. Het onderooglid is nog nat van het tranen.
Het krammetje zit iets te ver naar links. De ooglidrand is licht gezwollen en vochtig. Ook het bovenste ooglid is nat van de tranen.
De witte vlek onder aan het oog is het kenmerkende ‘witte waas’ dat ontstaat bij beschadiging van het hoornvlies.
effect. Het ligt meer voor de hand dat in dat jaar in bepaalde gebieden veel gebruik is gemaakt van een paar rammen die drager zijn. Lyle McNeal, schapenspecialist aan de universiteit van de Amerikaanse staat Utah, noemt langdurig gebruik van warmtelampen als mogelijke oorzaak. “Sommige schapenhouders vermoeden een verband, maar echt onderzoek is er nooit naar gedaan. Dus zeker weten doen we het niet.” Dat erfelijkheid een rol speelt, daarvan is hij wel zeker. “Zowel rammen als ooien kunnen drager zijn. Daarom zou je met dieren die het probleem hebben gehad, niet moeten fokken.” Reinard Everts, dierenarts bij het Diergeneeskundig Centrum Zuid-Oost Drenthe en veterinair adviseur bij de NSFO, probeerde vorig jaar te achterhalen hoe het nou precies zit met de vererving van entropion. Samen met de Faculteit Diergeneeskunde nam hij bloedmonsters van aangetaste lammeren en hun ouders. “We hoopten één afwijkend gen te vinden dat verantwoordelijk zou zijn, maar dat hebben we niet gevonden. Misschien hebben we te weinig dieren onderzocht of spelen er meerdere genen mee. In dat laatste geval kun je geen DNA-test ontwikkelen, zoals met de blindfactor bij Blauwe Texelaars. En zonder test begin je niet veel, want aan een volwassen dier is meestal niet meer te zien of het als lam entropion had.” DENEMARKEN: SCHERP OP REGISTRATIE
In Nederland wordt geen administratie bijgehouden over entropion. Een enkele fokker zal het euvel misschien noteren,
Het witte waas is overgegaan naar een rode vlek doordat er al een diepere beschadiging van het hoornvlies is. Zonder zalf en een krammetje is de kans op blindheid groot.
maar de meesten vergeten het zodra het is genezen. In Denemarken zijn fokkers er echter fel op. Zij willen namelijk niet verder fokken met dieren die entropion hebben gehad. In Nederland is de drive tot registratie er niet of nauwelijks. De ziekte veroorzaakt, mits goed behandeld, weinig economische schade en de behandeling is eenvoudig en goedkoop. Deze vervelende aandoening mag echter niet worden genegeerd. Entropion op zijn beloop laten is namelijk niet verstandig. Het lam lijdt pijn, kan door het dichtknijpen van de ogen de uier moeilijker vinden en er is kans op blijvende blindheid. Het minste werk heeft de schapenhouder door te fokken met dieren die geen drager zijn van de afwijking. Maar dit is dus een lastige opgave. Aan een volwassen ram of ooi is niets te zien en een test is er niet. Het enige wat erop zit, is de eigenaar ernaar vragen en hopen dat hij of zij het nog weet. << SEPTEMBER 2012
30-31_Entropion.indd 31
HET SCHAAP
31
12-09-12 09:28
reportage
‘Suffolks zijn toch zulke schone dieren’ Aurel en Andrea Decock houden in Vlaanderen al ruim 25 jaar Suffolks. In al die jaren is hun passie voor dit ras niet minder geworden. Altijd proberen ze heel fraaie dieren te fokken. Altijd gaan ze naar prijskampen. Ook reizen ze elk jaar naar bakermat Groot-Brittannië, waar ze vaak nieuwe dieren kopen. TEKST EN FOTO’S: JACQUES ENGELEN
A
urel Decock pakt een ‘flockbook’ van het Britse Suffolkstamboek. “Kijk, zo wil ik al mijn Suffolks graag zien”, zegt hij. “Dat fiere, opgerichte. Dat zijn dieren die eruit springen.” Zijn vrouw Andrea: “Suffolks zijn toch zulke schone dieren.” Ze roemt het kalme karakter van hun favoriete ras. “In de lammertijd kunnen wij gewoon door de stal lopen en blijven de dieren liggen. Ze kennen ons. Het zijn rustige dieren.” Ooit begon dit echtpaar uit Heule met een paar schapen voor eigen vlees. Totdat ze bij een fokker in de regio een paar Suffolks kochten. Aurel: “De manier waarop die dieren stonden, zo opvallend.” Na slachten bleek het vlees ook nog eens aantrekkelijk. Aurel, zoon van een slager: “Het was nog fijner dan we wisten, met een prima vlees-vetverhouding.” Doordat zoon Toon zijn hart eveneens aan de Suffolk heeft verpand, kreeg dit ras bij familie Decock een onmisbare plaats. “Toon heeft veel contacten in Groot-Brittannië”, vertelt Aurel. “Komen we daar bij een fokker, dan zie je eerst alleen maar heuvels en vijf minuten later verschijnen er honderd van die koppen aan de horizon. Dan is het: ‘wauw’. Toon kent bijna alle bloedlijnen daar. Hij koopt elk jaar het ‘flockbook’ en pluist dat helemaal uit.”
ANDREA EN AUREL DECOCK PLaats: HEULE (BELGIË) BEROEP: GEPENSIONEERD (VROEGER ONDERWIJZER) FOKKERIJ: VEERTIG OOIEN (‘MARTELLERHOF’) WAARVAN EEN DEEL VAN ZOON TOON (‘COTSWOLD MINOR’)
TROTSE HOUDING
Vader en zoon bezoeken elk jaar in juli de fameuze nationale prijskamp voor Suffolks in Groot-Brittannië. Ze kopen er ook wel eens dieren. Dan let Aurel vooral op het type en loopt Toon de bloedlijnen na. Aurel: “Als je zelf fokmateriaal wilt leveren, moet je steeds bloed verversen. Je moet interessant blijven.” Van een dure gedekte ooi die ze een paar jaar geleden importeerden, kregen ze drie lammeren. 32
HET SCHAAP
32-34_Hobbyrep Decock.indd 32
Een rammetje won overal waar het meedeed. De fokkers houden van een groot en ruim type. De kop moet diepzwart zijn met een scherpe belijning tussen kop en romp. De dieren moeten de kop fier dragen: hoog en met lange zijwaartse oren. De hele houding van de Suffolk moet trots zijn. “Ons doel is
SEPTEMBER 2012
12-09-12 09:30
De fokooien vallen op door hun formaat en trotse houding.
steeds dat dier te fokken.” Ze willen zich ook onderscheiden met een goede bevleesdheid. Aurel: “Dat heb ik van mijn vader meegekregen.” Dus zien ze graag een brede borst, een diepe bil en een rechthoekige bouw als je het schaap van bovenaf bekijkt.
Aflammeren gaat probleemloos. Alleen dit jaar niet: ze hebben veel last gehad van het schmallenbergvirus. “Dat willen we niet nog een keer meemaken.” Ooilammeren gaan niet onder de ram. Andrea: “Dan groeien ze niet mooi uit. Suffolks zijn ook geen goede moeders.” De familie houdt SEPTEMBER 2012
32-34_Hobbyrep Decock.indd 33
>> HET SCHAAP
33
12-09-12 09:30
reportage
‘Dat fiere en opgerichte. Dat zijn dieren die eruit springen’
Aurel met een van de rammen die dit jaar wordt ingezet.
Twee dekrammen. De rechter is Britse import. Hij is kolossaal, maar mist wat oorlengte.
Andrea bij enkele ooilammeren die al zijn geselecteerd voor volgend jaar.
meestal alle ooilammeren een jaar aan om te kijken hoe ze uitgroeien. De lammerij begint al half december. Dat gebeurt in een loods naast het woonhuis. In april, als er gras is, gaan de dieren naar de wei. “Ik zou ze liever vanaf februari een halve dag naar buiten doen; dat is goed voor hun gezondheid. Maar dat kan niet; we hebben vier hectare grasland verderop”, legt Aurel uit. EXPORT
De afzet loopt goed. In België en Nederland hebben Aurel en Andrea klanten. Twee jaar achtereen hebben ze naar Tsjechië geëxporteerd. Dit voorjaar ging de verkoop van zes ooilammeren naar Spanje helaas niet door vanwege de schmallenberguitbraak. 34
HET SCHAAP
32-34_Hobbyrep Decock.indd 34
De rammen die niet voor de fok weggaan, houden ze aan tot het islamitisch offerfeest. “We zitten dicht bij de Franse grens en daar zijn veel moslims. Ze komen hier zelfs aan de deur vragen. We krijgen er dan goede prijzen voor. Door schmallenberg en de hoge prijzen voor voer en stro houden we nu niets aan onze schapen over. Vorig jaar wel. Maar ach, we hoeven er niet van te leven.” De fokdagen zijn belangrijk voor ze. Aurel en Andrea zijn actief in de organisatie van Torhout en Waregem. Tussen die twee prijskampen door gaan ze naar het Italiaanse Martell. Dat doen ze al dertig jaar. Vrienden van hen hebben er een restaurant: Martellerhof. Het echtpaar Decock heeft zijn fokkerij ernaar vernoemd. <<
SEPTEMBER 2012
12-09-12 09:30
Mineralen
Wegen is belangrijk
Wij hebben 22 stamboek Texelaar-fokooien. Ik wil mineralen bijvoeren. Op internet heb ik gekeken bij verschillende merken, maar geen duidelijk verhaal gevonden. Alle leveranciers vinden hun eigen mineralen het best. Op de site van een leverancier staan zelfs vier verschillende soorten mineralen.
Wegen levert belangrijke informatie. Door lammeren geregeld te wegen, te beginnen bij de geboorte, is hun groeisnelheid uit te rekenen, ook in verhouding met het voer dat ze krijgen. Daarnaast kan de dosering bij ontwormen nauwkeuriger als de diergewichten bekend zijn; dit voorkomt meteen onderdosering. Bij het afleveren van slachtrijpe lammeren weet de schapenhouder door te wegen precies hoeveel kilo’s hij levert. Via de weegschaal kan de schapenhouder bovendien bepalen welke fokooitjes het hardst groeien en beslissen op welk gewicht hij ze bij de ram doet.
Paardenbloemen In het voorjaar waren er veel percelen met paardenbloemen. Komt dit door bemesting of een tekort aan iets? Zijn paardenbloemen schadelijk voor schapen? Paardenbloemen staan meestal op land dat in het verleden een open zode heeft gehad door droogte of engerlingenvraat. In het voorjaar heeft een paardenbloem door zijn penwortel een voorsprong ten opzichte van gras en kan zich daardoor meer en meer verspreiden. Paardenbloemen zijn prima voer, schapen eten ze graag.
Heeft u ook zo’n praktische vraag? Stuur deze dan naar de redactie van Het Schaap. E-mail:
[email protected] Postadres: Postbus 361, 7000 AJ Doetinchem. Wij doen ons best een deskundig advies te geven.
Auteurs n
Armanda Boersma, ForFarmers (voeding)
n
Albert Visscher (fokkerij)
n
Frank Glorie, schapendokter.nl (gezondheid)
n n
Gerard Veldt en Ton Noom, Veno (huisvesting) Han de Leeuw (verzorging)
Bemestingsplan bewaren Deelnemers aan de derogatieregeling moesten begin dit jaar een bemestingsplan opstellen. Met dit plan laten ze zien dat ze de stikstofbemesting afstemmen op de gewasbehoefte en op de gebruiksnormen. Wijzigingen in dit plan moet u binnen zeven dagen opnemen in het bemestingsplan. U hoeft het plan niet op te sturen, maar moet het wel minimaal vijf jaar bewaren.
Ooien selecteren Gezonde dekooien bieden een goede start van het volgende lammerseizoen. Voel bij alle dieren of er geen knobbels in de uier zitten. Op rotkreupelbedrijven zijn ooien met misvormingen in de klauwen de dragers van de rotkreupelbacterie voor het volgende seizoen. Bij oudere en magere ooien is het van belang dat ze nog voldoende tanden hebben. Ooilammeren kunnen pas bij de ram als ze minimaal zestig procent van het volwassen gewicht bereikt hebben.
Ziekte-insleep vermijden Veel moeilijkheden voor het volgende jaar worden binnengehaald met de aankoop van fokdieren. Koop ooien alleen van bedrijven die u goed kent. Eén op de acht bedrijven is besmet met Chlamydia, veroorzaker van besmettelijk verwerpen. Zelfs bloedonderzoek is geen garantie dat met de aankoop van ooien geen Chlamydia binnenkomt. Koop liever een ram voor bloedverversing. Nieuwe dieren behoren veertien dagen in quarantaine te gaan. Zet ze tweemaal in een voetbad tegen rotkreupel. Behandel ze tegen luis en geef ze een dosering Zolvix om te voorkomen dat resistente wormen worden ingesleept. SEPTEMBER 2012
35_tips.indd 35
FOTO: HENK RISWICK
FOTO: BART NIJS
Welke mineralen het meest geschikt zijn, hangt af van de behoefte van uw schapen. Die is lastig vast te stellen, omdat het mineralenaanbod vanuit weidegras afhankelijk is van bemesting, type grasland en het weer. Veelal gaat men uit van aannames. De behoefte op stal is eenvoudiger te bepalen door een kuilmonster te laten onderzoeken op mineralen en spoorelementen. Schapenhouders doen dit zelden. In mineralenmengsels wordt rekening gehouden met de behoefte van het schaap. Vaak is er onderscheid tussen kopergevoelige en koperbehoevende rassen. Daarnaast moet er een balans zijn, want er vindt ook wisselwerking plaats tussen mineralen. Sommige leveranciers bieden mineralenmengsels aan waaraan energie en/of eiwit is toegevoegd. In feite zijn dit voedermiddelen. Voer mineralen zo gericht mogelijk: het liefst dezelfde hoeveelheid aan alle dieren met dezelfde behoefte. Een overmaat is meestal niet direct levensbedreigend, maar niet wenselijk. Pas de gift aan op de hoeveelheid krachtvoer in het rantsoen. Een rantsoen met losse grondstoffen of bijproducten behoeft extra mineralen.
FOTO: HENK RISWICK
tips
HET SCHAAP
35
12-09-12 09:38
gezondheid
Een dikke kop, gezwollen oogleden en traanstrepen. Dat zijn de eerste tekenen van kobaltgebrek.
Dikke kop door kobaltgebrek Een ramlam van tien weken oud staat in april al uren wat te dromen in de wei. Zijn kop is dikker dan normaal. Het broertje van het lam mankeert niets, volgens de schapenhouder. Toch bedreigt een tekort aan kobalt het hele koppel. TEKST: DRS. MARK VAN DER HEIJDEN (DIERENARTS IN HARMELEN), ILLUSTRATIE: ELS VAN DEN BERG
D
e schapenhouder heeft het zieke ramlam uit de wei gehaald en op stal gezet. Het lam is erg sloom en heeft een ontzettend dikke kop. Zijn oogleden zijn zo gezwollen dat de ogen nauwelijks zichtbaar zijn en het lam heeft duidelijke traanstrepen. Daarnaast valt de schrale conditie van het dier op. Bij navraag blijkt het om het oudste lam te gaan. Het is nu bijna tweeënhalve maand oud en loopt ruim anderhalve maand met zijn moeder in een weitje rondom het huis. De andere lammeren zijn ongeveer een maand oud. Ze krijgen geen krachtvoer. Verder is dit lam samen met zijn broertje de week ervoor behandeld tegen maag-darmwormen. Op basis van de antwoorden van de schapenhouder en de verschijnselen verdenk ik het lam van kobalt- en/of vitamine B12-gebrek en besluit ik het dier een injectie met vitamine B12 te geven. Voor de zekerheid neem ik nog een mestmonster om een infectie met maag-darmwormen uit te sluiten. Vervolgens zoeken we het broertje van het zieke lam op. Ook dit lam heeft een enigszins gezwollen kop. Dit ondersteunt mijn vermoeden in een tekort aan kobalt en/of vitamine B12. Mijn advies is om dit dier eveneens te injecteren met vitamine B12 en alle lammeren krachtvoer te gaan voeren om te voorkomen dat zij ook een tekort opbouwen. De aandoening wordt veroorzaakt door een tekort aan kobalt in het voer, dat in een goed functionerende pens wordt om36
36-37_Gezondheid.indd 36
HET SCHAAP
gezet in vitamine B12. Een lam is afhankelijk van het vitamine B-gehalte in de melk en later in het krachtvoer. Bij een gebrek eraan verloopt de stofwisseling minder goed en groeit het lam vaak vertraagd. Verder kan de lever minder goed afvalproducten opruimen en zorgt een van de afvalstoffen voor een overgevoeligheid voor zonlicht. In een vroeg stadium wordt dit vooral gekenmerkt door een dikke kop. Later zijn er verschijnselen van zonnebrand zichtbaar. De afwijkingen zijn het meest duidelijk bij gespeende lammeren, maar kunnen ook bij lammeren voor het spenen voorkomen. Bloedonderzoek op vitamine B12 of pathologisch onderzoek na sterfte kan de diagnose bevestigen. Het is belangrijk om andere oorzaken van verminderde groei, zoals een infectie met inwendige parasieten, uit te sluiten. Mestonderzoek geeft vaak een duidelijk en snel antwoord. De behandeling bestaat uit het toedienen van vitamine B12. Daarna moet kobalt via het rantsoen aan alle lammeren worden verstrekt. Dat kan door krachtvoer (schapen- of lammerbrokken bevatten vaak voldoende kobalt) te geven of door kobalt op het land te spuiten als ‘topdressing’. Het mestmonster bleek geen wormeieren te bevatten. In de weken na mijn bezoek zijn beide lammeren langzaam hersteld. De schapenhouder is ook krachtvoer aan de andere lammeren gaan voeren. Problemen hebben zich niet meer voorgedaan. <<
SEPTEMBER 2012
12-09-12 09:39
column GD
LAMMERT MOLL
FOTO: RONALD HISSINK
Leverbot en het weer, beide zeer verraderlijk Plotseling worden mijn vrouw en ik in het weekend overvallen door een hevige regenbui die in korte tijd liters water over ons heen stort. Doorweekt stappen we in de auto. Op de autoradio horen we de nationale weerman vertellen dat ondanks de huidige verfijnde techniek het ook met Buienradar niet mogelijk is om per locatie te voorspellen of je wel of niet nat wordt. Ik schud mijn hoofd en wrijf de waterdruppels uit mijn ogen. De Werkgroep Leverbotprognose doet meerdere keren per jaar een voorspelling over de kans op een besmetting met leverbot. De afgelopen jaren wordt daarbij ook gebruikgemaakt van een soort ‘buienradar’. Op een kaartje wordt per regio de kans op leverbot aangegeven. Echter, ook de werkgroep kan onmogelijk per locatie nauwkeurig aangeven of u wel of geen last van leverbot bij uw dieren kunt verwachten. Zelfs in de gebieden waar wordt aangegeven dat de kans op leverbot ‘zeer weinig’ is, kunnen ernstige leverbotproblemen ontstaan. Dat kan door waterpeilverhoging of het creëren van nieuwe natuur (denk aan waterretentie, poelen, beekjes). Ook afgelopen winter zijn, ondanks alle verstrekte informatie, weer veel gestorven schapen en lammeren voor onderzoek bij de GD aangeboden waarbij leverbotziekte werd aangetoond. Zoals de situatie er op dit moment voorstaat, mag u verwachten dat de leverbotproblemen in de komende herfst en winter vaak ernstiger en op veel grotere schaal zullen voorkomen dan afgelopen jaar. Het nauwkeurig en grondig lezen van de leverbotvoorspellingen kan veel leed voorkomen. Maar ook de leverbot kan verraderlijk toeslaan. Besef daarom dat, ondanks alle geavanceerde informatie die u krijgt toegediend, uw eigen boerenverstand belangrijk blijft. Gebruik de geleverde informatie, maar beslis zelf samen met uw dierenarts welke onderzoeken of behandelingen op uw locatie nodig zijn om problemen te voorkomen. Een paar keer nat regenen is niet zo’n probleem; een handdoek en wat droge kleren en het leed is verholpen. Maar een onbehandelde ernstige leverbotbesmetting kan zorgen voor veel problemen en onnodige sterfte bij uw schapen en lammeren.
vragen aan... Drs. Nynke Wester (dierenarts in Lochem) Rundveebrok
Uien
Mijn schapen voer ik rundveebrok van de buurman. is dat nadelig voor schapen?
Mijn buurman voert uien aan zijn lammeren. Is dit schadelijk?
Rundveebrok bevat naar verhouding veel koper, wat bij schapen kan leiden tot kopervergiftiging met als gevolg de dood. Vooral de Texelaar is hier erg gevoelig voor. De koperbehoefte van het schaap is vijf à tien milligram per kilo droge stof. Een rantsoen met 20 mg kan al aanleiding geven tot een chronische vergiftiging. Het schaap kan het hoge kopergehalte in rundveebrok slecht verwerken. Het overtollige koper wordt in de lever opgestapeld. Bij stress, zoals te vlotte rantsoenwijzigingen of het verplaatsen van het koppel, komt dit koper vrij uit de lever. In de bloedbaan breekt koper vervolgens de rode bloedcellen af. De diagnose wordt vaak gesteld aan de hand van sectie. Voordat ze overlijden zijn de dieren doorgaans sloom en hebben ze gele slijmvliezen. Soms wordt er bruine urine en diarree gezien.
Uitsluitend uien voeren aan schapen is niet zonder risico. Uien bevatten een giftige stof: n-propyl-disulfide. Dit stofje zorgt voor afbraak van de bloedcellen in het lichaam, waardoor bloedarmoede ontstaat. Schapen zijn over het algemeen niet erg gevoelig voor een vergiftiging, de rode bloedcellen kunnen zich herstellen. Verschijnselen bij een vergiftiging zijn: roodbruine urine, bleekheid, spierzwakte en sterfte. Het onbeperkt voeren van uien aan slachtlammeren is niet verstandig. Uien bevatten ongeveer negentig procent water en negen tot twaalf procent eiwit, waardoor de lammerengroei minimaal zal zijn. Uien kunnen het rantsoen wel probleemloos aanvullen: een aandeel van 25 tot 50 procent belemmert de groei niet. Wel kan de geur van het vlees veranderen.
SEPTEMBER 2012
36-37_Gezondheid.indd 37
HET SCHAAP
37
12-09-12 09:39
organisaties Nederlands Texels Schapenstamboek NTS
Texels Schapenstamboek Noord-Holland TSNH
tel. (0525) 63 10 80 | www.texelsheep.nl
tel. (0224) 53 32 60 | www.texelsheep.nl
TSNH 5682-24003 bevorderd tot A-ram Ram 5682-24003 is op 27 augustus 2012 door inspecteurs Marjo van Bergen en Dirk Reijne via herhaalde keuring ingeschreven met 90 punten voor algemeen voorkomen. De ram is op 1 maart 2010 geboren in een worp van twee bij I. en J. Wijnker in Avenhorn. Als ramlam is hij aangekocht door zijn huidige eigenaar W.S.M. Rodenburg. De ram is zeer goed ontwikkeld. Hij heeft veel lengte in zijn lichaam. De kop is zeer goed gevormd en heeft veel uitstraling. De voorhand is breed en diep en de schouder is voldoende schuin gelegen. De rug is lang en breed en de ram heeft een goede ribdiepte. De achterhand is breed met een goede lengte en goede ronding in de bil. De bilspier kan iets langer doorlopen. De vacht is fijn en goed gestapeld, iets kaal om de staart. Het beenwerk is hard en zeer correct gesteld en wordt goed gebruikt. Ram 5682-24003 vertoont veel uitstraling. De nieuwe A-ram is twee seizoenen bij zijn eigenaar ingezet. Uit 43 dekkingen zijn 92 lammeren geregistreerd. Hij heeft een fokwaarde naar geboorte van 96 met een betrouwbaarheid van 53 procent. In 2011 is hij premieram geworden. Zijn nakomelingen kregen van de commissie een lovend rapport. Een aantal nazaten van de ram is gescand voor de vleeslamindexering. Zij hadden een goede vlees-vetverhouding en een goede groei. 5682-24003 heeft zelf een goede keuringscarrière achter de rug met als hoogtepunten reservekampioen tijdens de midwinterkeuring in Middenbeemster en kampioen tijdens de afgelopen keuring in Opmeer. Ram 5682-24003 wordt binnenkort geëxporteerd naar Engeland, mogelijk wordt hij nog dit dekseizoen ingezet voor KI.
Ram 5682-24003 van W.S.M. Rodenburg Kop Ontw. Besp. Evenr. Type Benen Vacht AV hoogte diepte lengte gewicht 90 90 89 91 91 87 89 90 74 39 86 103
Afstamming V.V. 0228-2100 V. 5897-01389 V.M. 5897-1134 5682-24003 M.V. 5674-0350 M. 5682-00200 M.M. 3881-2131
0228-1928 0228-1746 4966-1165 5897-0948 3884-3647 5674-0221 4605-0444 3881-1973
In de afstamming van ram 5682-24003 komen maar liefst vier Arammen en vijf A-ooien voor.
NSFO VLeeslamindex 2012 Door NSFO-inspecteurs zijn in 2012 duizenden lammeren gescand op spierdikte en vetbedekking. Ze zijn eveneens gewogen. Van de verzamelde gegevens worden fokwaarden berekend voor groei, spierdikte en vetbedekking. De fokwaarden worden samengevoegd in één getal: de vleeslamindex. Deze index maakt het mogelijk om dieren te selecteren die op de meest efficiënte wijze lamsvlees produceren. Aangezien zowel groei, spierdikte als vetbedekking een
Meting van de spierdikte en vetbedekking bij een lam.
38
38-39-40_Organisaties.indd 38
HET SCHAAP
hoge erfelijkheidsgraad heeft, levert selecteren op deze fokwaarden en index al snel een zichtbaar resultaat. In 2012 zijn er Suffolks, Swifters, Blessummers en Texelaars gescand. Een lijst van deelnemers staat op de internetsite www.nsfo.nl/fokkerij onder de kop ‘vleeslamindex’. Ook een lijst met rammen met een hoge index zijn hier te vinden. Voor meer informatie kunt u terecht bij de deelnemende stamboeken of bij
[email protected].
SEPTEMBER 2012
12-09-12 09:40
Nederlandse Schapen- en Geitenfokkers NSFO tel. (0418) 56 17 12 | www.nsfo.nl
NTS en TSNH Ram B4106-0353 preferent verklaard
NSFO Steekproef scrapie 2012-2013
De foktechnische commissies van het NTS en TSNH hebben op 23 januari 2012 ram B4106-0353 preferent verklaard. De gegevens van NSFO online zijn gebruikt om tot toekenning te komen. B4106-0353 is gefokt door Robrecht van den Broeck uit Denderwindeke in België. De ram is geboren op 10 maart 2000 in een worp van twee. De vader van de ram, 3938-3050, is door Van den Broeck gehuurd van C.A. Commandeur. 3938-3050 behaalde zelf het premieschap en zijn vader was de zeer goed fokkende keurram 3938-2600. De moeder van 3938-3050 was ingeschreven met 90 punten voor algemeen voorkomen. Zij was een dochter van premieram 3938-1921. De moeder van de nieuwe preferente ram is B4106-8306. Zij heeft als vader de door F. Sammels gefokte B2021-6208; de vader daarvan is 0306-1399 gefokt door A.W. v.d. Zijpp uit Oranjewoud. Via moeders kant zit er bloed in van de fokkerij van C. Kikkert, namelijk ram 4030-1663 en ooi 4030-1362. Als ramlam was B4106-0353 al een blikvanger. Hij kenmerkte zich door een zeer sterke groei en had echte dikbilallures. In België kwam hij op de provinciale prijskamp in Deinze bij de beste vijf ramlammeren. Voordat hij op 8 oktober 2000 naar Nederland werd geëxporteerd, heeft hij in België gedekt en zijn er veertig nakomelingen geregistreerd. B4106-0353 is op 4 januari 2002 in Nederland definitief ingeschreven. Zijn keuringsbalk is kop 84, ontwikkeling 86, bespiering 90, evenredigheid 88, type 88, benen 82, vacht 88 en algemeen voorkomen 88 punten. Zijn fokwaarde naar geboorte is 106 met een betrouwbaarheid van 93 procent en een fokwaarde naar groei van 116 met een betrouwbaarheid van 59 procent. B4106-0353 is door zes fokkers in Nederland gebruikt: K.W. Betten, C.A. Commandeur, C. Kikkert, E. Sneller, Mts. v.d. Schaaf en Fa. J. Worp. De Mts. v.d. Schaaf en E. Sneller hebben B4106-0353 in de zomer van 2002 gekocht. Uit 152 dekkingen zijn 280 nakomelingen geregistreerd, waarvan 252 in leven, 130 dochters en 122 zonen. Er zijn 88 dochters definitief ingeschreven; dit is 68 procent van alle geregistreerde dochters. Gemiddeld scoorden zij 87,6 punten voor algemeen voorkomen. Ten opzichte van de moeders is dit een verhoging van 0,3 punt. Tien zonen zijn definitief ingeschreven met 86,5 punten voor algemeen voorkomen.
Ook komend najaar vindt er een controle plaats van het scrapieprogramma van NSFO. De fokkers die in de steekproef vallen, hebben inmiddels bericht gehad. Met deze aselecte steekproef borgt NSFO de kwaliteit van haar NSFO scrapieprogramma.
NTS Aanvullingen jaarverslag 2011 Ramlam NL 2107-76647 van fokker-eigenaar C. Heuvel uit Mechelen is in de herfst van 2011 opgenomen met als keuringsbalk 88-87-88-9088-87-90-88 en met de maten 64 (h), 30 (d) en 70 (l). Vader is NL 450610006, moeder is NL 2107-0728. Ooi NL 6016-0546, geboren in 2009, is in 2011 herhaald gekeurd en met een A opgenomen. De balk is 90-90-92-93-92-86-91-92 en de maten zijn 69 (h), 37 (d) en 85 (l). De ooi is gefokt en in eigendom van R. Hoekstra uit Oostermeer. De vader is NL 1162-0729, moeder is NL 6016-0484.
NSFO Erfelijke ongevoeligheid voor atypische scrapie De NSFO is onlangs gestart met een onderzoek naar de genetische (on)gevoeligheid voor atypische scrapie in de Nederlandse schapenstapel. Dit gebeurt met de monsters die voor de reguliere genotypering voor klassieke scrapie worden ingestuurd. Het onderzoek biedt de mogelijkheid om de keuzes in de huidige fokprogramma’s tegen scrapie goed onderbouwd te evalueren. De eerste resultaten worden later dit jaar verwacht.
NSFO Managementprogramma voor grotere schapenhouders Sinds begin september 2012 bieden ELDA en NSFO aan (grotere) schapenhouders een nieuw managementprogramma aan. Het online programma is ontwikkeld in samenwerking met VSM uit Sambeek en komt op de markt onder de naam EN-Schaap. Bij het programma hoort een reader, waarmee geboortes, aan- en afvoeren, behandelingen en gewichten eenvoudig te registreren zijn. Uit de gegevens kunnen kengetallen worden berekend, waardoor schapenhouders beslissingen onderbouwd kunnen nemen. De stallijst synchroniseert dagelijks automatisch met de centrale I&R-databank; een schapenhouder voldoet zo eenvoudig aan de I&R-regelgeving. De databank van NSFO bevat de gegevens van bijna 30.000 actieve dieren, ouder dan een jaar en hun lammeren. Hierdoor kan een schapenhouder zijn kengetallen vergelijken met een betrouwbaar Nederlands gemiddelde. Dit geeft inzicht in de sterke en zwakke punten van een bedrijf. EN-Schaap heeft twee modules. De module basis bevat de onderdelen aanvoer, afvoer, geboortemeldingen (inclusief vastleggen moedergegevens, aantal levendgeboren lammeren, aantal doodgeboren lammeren en geslacht), hokken, locatie en groepsinvoer. Deze module toont verder de actuele gezondheidsstatussen (indien van toepassing). Ook de VKI-melding en meldingen naar de GD zijn met deze module mogelijk. Overige wettelijke verplichtingen (import, export, omnummeren en vaccinatiemeldingen Q-koorts) worden beschikbaar gemaakt. De module management biedt meer: dekkingen en vadergegevens vastleggen, behandelingen invoeren, gewichten bijhouden (inclusief grafieken), het uitprinten van weeglijsten, opbrengstprijzen en een kengetallenoverzicht. Tevens is mogelijk de fokwaarde voor groei en, bij deelname aan het scanprogramma van de NSFO, de fokwaarde voor spierdikte en vetbedekking te berekenen.
SEPTEMBER 2012
38-39-40_Organisaties.indd 39
HET SCHAAP
39
12-09-12 09:40
organisaties
TSNH Premieschap voor ram 4112-61150 Vader: 3938-4244 Moeder: 4112-2347 Fokker: G.A. Nuyens uit Burgerbrug Eigenaar: J.H. Roozendaal uit Waarland Getoond: 9 ramlammeren en 6 ooilammeren De lammeren zijn zeer uniform en van zeer goed type. De koppen zijn blank en sprekend. De voorhanden zijn breed. Soms wordt een iets steile schouder waargenomen. De middenhanden zijn lang en breed. De achterhanden zijn zeer goed bespierd. Het beenwerk is hard en voldoende krachtig. De vachten zijn gesloten. Een aantal zeer goede nakomelingen wordt waargenomen. De commissie verleent ram 4112-61150 het premieschap.
Premieram 4112-62250 van J.H. Roozendaal
TSNH Premieschap voor ram 4380-19106 Vader: 4031-16460 Moeder: 4380-5854 Fokker: K. Tjepkema op Texel Eigenaar: J.H. Roozendaal uit Waarland Getoond: 6 ramlammeren en 12 ooilammeren
Premieram 4380-19106 van J.H. Roozendaal
De nakomelingen zijn uniform en van goed type. De ontwikkeling is zeer goed. De koppen zijn voldoende sprekend en blank. De voorhanden zijn goed gebouwd. De lammeren hebben voldoende lengte en zijn breed op de lendenen. De achterhanden zijn goed bespierd met een lange broekspier. Het beenwerk is voldoende correct gesteld, soms iets steil. De vachten zijn goed gesloten. De commissie verleent ram 4380-19106 het premieschap.
TSNH Premieschap voor ram 5630-43091 Vader: 4030-57035 Moeder: 5630-0651 Fokker: D. Roele uit Den Ilp Eigenaar: Jakko Bregman uit Midwoud Getoond: 45 lammeren De nakomelingen zijn ruim voldoende uniform. De koppen zijn sprekend en ruim voldoende blank. De ontwikkeling is ruim voldoende tot zeer goed. De voorhanden zijn goed gevormd. De middenhanden zijn goed van lengte en breed. De kruisen zijn goed gevormd en goed bespierd. Het beenwerk is hard en goed gesteld en wordt goed gebruikt. De vachten zijn ruim voldoende gesloten. Een aantal zeer goede exemplaren wordt waargenomen. De commissie verleent 5630-43091 het premieschap.
40
38-39-40_Organisaties.indd 40
HET SCHAAP
Premieram 5630-43091 van J. Bregman
SEPTEMBER 2012
12-09-12 09:40
VB-SCHAPENVOEDING -
Veilige brok naast weide gras Extra vitamines en mineralen Hoge smakelijkheid NIEUW VB-MUESLI !
M EEEN O U N PAKK T RAAG
TE KOOP GEVRAAGD
SCHAPENWOL Wij bieden hoge prijzen. Wolhandel Douwe Rijpstra Burgum Tel. 06-1562 9006 Tel. 058-256 3256 Elke eerste zaterdag van de maand wolinname van 8.00 – 12.00 uur. bij schapenbedrijf Klaas van Veen, Kweldijk 2 te Zuilichem.
V
22 3 3 4 2 0527 E K B LO K ACTIE COMBI
D U I GO!RG D ! T K E D of T H U I S B E Z
ATIS O.A. GR
G R AT I S
FOKKERS KIES VOOR PRODUCTIE EN VLEES ONTWIKKELING EN LUXE
Dekrammen leverancier J.W Bakker Texel. Ooilammeren afnemer: Dekamarkt. T.A. Jorna 0616422894
[email protected]
SUFFOLK STAMBOEK NEDERLAND De Suffolk is een ideaal schaap voor: • de professionele- en hobbyfokkerij • en als slachtlam vaderdier; allen ARR-ARR De lammeren hebben een hoge groeisnelheid en goede bespiering Voor advies en info over aanschaf van fokmateriaal: J.P.J. Boegheim tel: 0348- 55 18 62, www.suffolkstamboeknederland.nl
Melkschapen Stamboek van Nederland!
Doel van het stamboek:
Bevorderen van het fokken van een mooi, gezond, duurzaam en hoog productief melkschaap.
Taken van het stamboek: -
Organiseren van fokdagen Organiseren van keuringen Verstrekken stambomen Registratie Uitbrengen Nieuwsbrief In stand houden en verbeteren van het ras
Belangstelling? Bel of mail: Baukje Porte, (0518) 40 35 12,
[email protected] Voor algemene informatie: kijk op de site www.melkschapen.nl
Een schaap om (van) te houden
Inlichtingen: 0314 - 62 14 89 0516 - 49 19 43 0346 - 24 13 06 0162 - 51 36 12 0115 - 43 24 86 Zie ook: www.nzs.nl
Fokkerij G. van Wijncoop - Schipper Beekweg 14, 3881 LH Putten Tel. 0341-360262
[email protected] • Zwoegervrij • blindvrij • scrapieonverdacht • diverse lammeren van definitief premieram 1912063-1771
PRESENTEER UW FOKPRODUCTEN!!!
_Fokblokken.indd 1
12-09-12 16:13
boerencolumn
Colofon Het Schaap, vakblad voor de schapenhouder, is een uitgave van Eisma Businessmedia bv. In dit blad zijn de officiële mededelingen van het Nederlands Texels Schapenstamboek en van het Texels Schapenstam boek in Noord-Holland opgenomen. Het vakblad verschijnt tien keer per jaar. Abonnementen Eisma Mediagroep abonneeservice Postbus 2238 5600 CE Eindhoven telefoon: (088) 226 66 47 fax: (088) 226 66 75 e-mail:
[email protected]
FOTO: HENK RISWICK
Redactieadres Postbus 361, 7000 AJ Doetinchem telefoon: (088) 29 44 978 e-mail:
[email protected] internet: www.hetschaap.nl Redactie Jacqueline Wijbenga (hoofdredacteur) Jacques Engelen (adjunct-hoofdredacteur) Jacqueline van Onna (eindredacteur) Redactiesecretariaat Willy Prange
Schapengeur en zonneschijn
Advertenties Felix Berentsen telefoon: 06 - 42 75 95 18 e-mail:
[email protected] Yttje de Vries telefoon: (088) 29 44 843 e-mail:
[email protected]
De jaarlijkse schapenfokdag op Texel zit er weer op. Afgelopen 3 september werd het plein midden in onze hoofdstad Den Burg al voor dag en dauw opgesierd met prachtige schapen van het Texelse ras. Na moessons in Opmeer en de Beemster hebben de organisatoren bij de weermakers een mooie dag besteld en gekregen. Wat een fantastisch evenement werd het. Natuurlijk was het niet allemaal schapengeur en zonneschijn met de tentoonstelling. Enorm jammer was het dat misschien wel de meest enthousiaste fokker uit ons midden verstek moest laten gaan. Door een onschuldig, maar besmettelijk kwaaltje onder zijn dieren achtte hij het niet wijs om de schapen naar de Groeneplaats te brengen. De man in kwestie, beter bekend als de voorzitter van voetbalvereniging Zwaluwen Den Hoorn, weet met zijn enthousiasme menig fokker warm te krijgen om actief te zijn en aan keuringen mee te doen. Als iemand weinig tijd heeft en het extra werk niet ziet zitten, is hij nog in staat om bewapend met een wolschaar de schapen van zijn collega te toiletteren, op te halen en voor te brengen. Prachtig dat een van zijn fokproducten het kampioenschap bij de 1-jarige rammen, het koningsnummer, won. Dat maakte een hoop goed. Mensen die enthousiast zijn en vooruit willen, die hebben we nodig in onze mooie sector. Gelukkig zijn die er legio. Helaas zijn er ook negatieve oproerkraaiers. Van die mensen die niet eens hun best hoeven te doen om de sfeer te vergallen. Zij hebben het motto: de een zijn dood, is de ander zijn brood. Het woord ‘collega’ komt in hun vocabulaire niet voor. We moeten meer aan andere gezegden denken. Hoe meer zielen, hoe meer vreugd. Samen sterk. Eendracht maakt macht. Daarmee houden we het langer vol. Nieuwe schapenhouders of fokkers moeten zich thuis voelen binnen de schapenhouderij. Ze moeten het gevoel krijgen dat ze welkom zijn en gewaardeerd worden. We moeten ze waar nodig ondersteunen en begeleiden in plaats van uitlachen en de grond in boren. Ik zie ons eiland een beetje als Nederland in het klein. Als we hier minder fokkers en minder schapen krijgen, worden we minder interessant voor de buitenwacht. Dat zijn vooral potentiële kopers en leveranciers van bijvoorbeeld grondstoffen, technologie en kennis. De fokdag was een groot succes. Een grote schare deskundigen reisde af naar de bakermat van het Texelse schaap om als vierde official de keuring te aanschouwen. De meesten van hen waren enthousiast. We moeten met z’n allen de gang erin houden.
Vormgeving ZeeDesign, Witmarsum
42_Boerencolumn.indd 42
HET SCHAAP
Marketing Marleen Jaarsma Uitgever Minne Hovenga Directie Egbert van Hes, algemeen directeur Bouke Hoving, financieel directeur Gerbert Tiecken, uitgeefdirecteur
JAN-WILLEM BAKKER, SCHAPENHOUDER IN DEN BURG
42
Traffic ZeeDesign, Witmarsum telefoon: (0517) 53 16 72 fax: (0517) 53 18 10 e-mail:
[email protected]
Abonnementsprijs Abonnementsprijs is € 87,98 inclusief btw per jaar (10 edities) en bij vooruitbetaling verschuldigd. Voor andere landen op aanvraag. Voor kortingsregelingen: zie www.hetschaap.nl. Abonnementen kunnen op elk moment van het jaar ingaan en worden genoteerd tot wederopzegging. Opzegging dient schriftelijk en minimaal een maand voor het einde van de abonnementsperiode te geschieden; u ontvangt een schriftelijke bevestiging van uw opzegging. Bankrelatie: - voor Nederland: Friesland Bank: 29.80.05.298 - voor België: Postcheque Brussel 000-0007463-91 Leveringsvoorwaarden © Copyright 2012 Eisma Businessmedia bv, Leeuwarden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of overgenomen in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Uitgever en auteurs verklaren dat dit blad op zorgvuldige wijze en naar beste weten is samengesteld, evenwel kunnen uitgever en auteurs op geen enkele wijze instaan voor de juistheid en/of volledigheid van de informatie. Uitgever en auteurs aanvaarden dan ook geen enkele aansprakelijkheid voor schade, van welke aard ook, die het gevolg is van handelingen en/of beslissingen die gebaseerd zijn op bedoelde informatie. Gebruikers van dit blad wordt met nadruk aangeraden deze informatie niet geïsoleerd te gebruiken, maar af te gaan op hun professionele kennis en ervaring en de te gebruiken informatie te controleren. Uitgeverij Eisma Businessmedia bv Postbus 340, 8901 BC Leeuwarden (Nederland)
SEPTEMBER 2012
12-09-12 09:41
Snel aanmelden? Gebruik de QR code!
Blijf op de hoogte van al het nieuws op het gebied van schapen en meld je nu aan voor de
Met een smartphone voorzien van een QR-codelezer kunt u zich direct aanmelden voor de digitale nieuwsbrief van Het Schaap. De QR-lezer zet de code razendsnel om in het bijbehorende internetadres.
Gratis
nieuwsbrief
op: hetschaap.nl/nieuwsbrief
nieuwsbrief
Langdurig beschermen tegen wormen
Uw schapen en lammeren het jaar rond optimaal beschermen tegen maagdarm- en longwormen? Met Cydectin® pakt u wormen effectief aan, zowel de larvale als volwassen stadia. Cydectin® werkt krachtig en is 5 weken lang werkzaam. Tegen moxidectine, de werkzame
moxidectin
stof uit Cydectin®, is in Nederland geen resistentie aangetoond. Orale oplossing voor het schaap
Cydectin 0,1% Orale Oplossing voor Schapen •Uitsluitend voor diergeneeskundig gebruik. REG NL 8660–URA •Doeldier: Schapen •Indicaties: Infecties bij schapen veroorzaakt door parasieten die gevoelig zijn voor moxidectine. Voor de behandeling en bestrijding van infecties veroorzaakt door: Volwassen en onvolwassen maagdarmwormen: Haemonchus contortus (ook de geïnhibeerde larven); Ostertagia circumcincta (ook de geïnhibeerde larven); Ostertagia trifurcata; Trichostrongylus axei (ook de geïnhibeerde larven); Trichostrongylus colubriformis; Trichostrongylus vitrinus; Nematodirus battus; Nematodirus spathiger; Nematodirus filicollis (enkel volwassen); Strongyloïdes papillosus (enkel larvale stadia); Cooperia curticei (enkel volwassen stadia); Cooperia Oncophora; Oesophagostomum colombianum; Oesophagostomum venulosum (enkel volwassen stadia); Chabertia ovina; Trichuris ovis (enkel volwassen). Volwassen longwormen: Dictyocaulus filaria. Het middel heeft een remanent effect van 5 weken voor het voorkomen van herinfectie met Ostertagia circumcincta en Haemonchus contortus en van 4 weken voor het voorkomen van herinfectie met Oesophagostomum colombianum. Klinische studies, gedaan met experimentele en natuurlijke infecties, tonen aan dat het middel effectief is tegen sommige benzimidazole resistente stammen, als: Haemonchus contortus; Ostertagia circumcincta; Trichostrongylus colubriformis; Cooperia curticei •Dosering en toedieningswijze: Een enkelvoudige orale doses van 1 ml/5 kg lichaamsgewicht overeenkomend met 200 µg moxidectine per kg lichaamsgewicht gebruik makend van een standaard drenchapparaat. •Contra-indicaties: Geen. •Wachttermijn(en): Vlees en slachtafval: 14 dagen. Melk: 5 dagen. •Bijwerkingen: Geen bekend. •Speciale waarschuwingen: Geen bekend. •Bijzondere voorzorgen: Vermijd direct contact met huid of ogen. Handen wassen na gebruik. Niet roken of eten tijdens toepassing van het product. Draag beschermende handschoenen tijdens gebruik. •Bewaren: na eerste opening van de flacon 6 maanden houdbaar. Buiten het bereik en zicht van kinderen bewaren. •Verdere informatie: zie verpakking/bijsluiter of op aanvraag beschikbaar bij de registratiehouder (e-mail:
[email protected]) Registratiehouder: Pfizer Animal Health BV- Postbus 37 - 2900 AA Capelle a/d IJssel - Nederland.
Pfizer Animal Health bv Postbus 37 2900 AA Capelle a/d IJssel www.pfizerah.nl -
[email protected] ©2010 Pfizer Animal Health bv® Merknaam van Pfizer Inc. N.Y., U.S.A
CYD/VH/OP1010
Kortom, u bent er zeker van dat het goed en lang werkt.