Scope 3 analyse Rasenberg Tbv hercertificering niv. 5 op de CO2-Prestatieladder (2012)
Deelrapport
Rasenberg B.V. oktober 2012
Scope 3 analyse Rasenberg Tbv hercertificering niv. 5 op de CO2-Prestatieladder (2012)
Deelrapport dossier : 9Y3207 registratienummer : MD-AF20121780 versie : definitief classificatie : Klant vertrouwelijk
Rasenberg B.V. oktober 2012
DHV B.V. Niets uit dit bestek/drukwerk mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt d.m.v. drukwerk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van DHV B.V., noch mag het zonder een dergelijke toestemming worden gebruikt voor enig ander werk dan waarvoor het is vervaardigd. Het kwaliteitssysteem van DHV B.V. is gecertificeerd volgens ISO 9001. ©
DHV B.V.
INHOUD
BLAD
1
INLEIDING
2
2 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5
SCOPE 3 ANALYSE Waardeketen van Rasenberg Ketenpartners Scope 3 analyse op hoofdlijnen Top 6 van meest materiele scope 3 emissies Onderbouwing keuze 2 GHG-genererende (ketens van) activiteiten
4 4 5 6 9 9
3
COLOFON
Rasenberg B.V./Scope 3 analyse Rasenberg MD-AF20121780 Klant vertrouwelijk
11
29 oktober 2012 -1-
DHV B.V.
1
INLEIDING
Rasenberg B.V. (hierna te noemen Rasenberg) behoort met ruim 500 werknemers tot de grotere aannemingsbedrijven in Noord-Brabant. Al sinds 1919 werkt Rasenberg als zelfstandige organisatie in Nederland aan bouwkundige, infrastructurele, milieutechnische en procestechnologische projecten. De divisies Infra, Bouw, Milieu en Service hebben een gezamenlijke omzet van 140 miljoen euro. Er wordt gewerkt voor diverse opdrachtgevers in Nederland: rijksoverheid, provincies, gemeenten, Rijkswaterstaat, ingenieurs- en adviesbureaus, architecten, projectontwikkelaars, energiebedrijven, (food)industrie en milieudiensten. Kernactiviteiten Rasenberg’s kernactiviteiten bestaan uit: ontwikkelen, ontwerpen, realiseren, renoveren en onderhouden van werken in de Grond- Weg- en Waterbouw. Het gaat vooral om wegenbouw, asfaltproductie, milieutechniek en -advies, ondergrondse infrastructuur en (mobiele) recycling van bouw- en sloopafval. Daarbinnen voert Rasenberg diverse specialistische werkzaamheden uit zoals het aanbrengen van gietasfalt, realiseren van voerovergangen, gladheidbestrijding, asbestverwijdering, horizontale boringen, etc. Duurzaamheid bij Rasenberg Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen is een begrip dat binnen Rasenberg al jaren toegepast wordt. De ontwikkelingen in de markt vragen ons om MVO structureel en organisatiebreed uit te rollen. De richtlijnen ten aanzien van Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen worden momenteel opgetekend in de nieuwe norm ISO-26000. Dit document is voor Rasenberg de leidraad om het begrip Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen naar de toekomst meer handen en voeten te geven. Rasenberg heeft een beleidsnotitie MVO in het beleidsplan 2009 – 2011 opgenomen. Er is een MVO-commissie samengesteld die vanuit een algemeen kader is gestart. Het brede karakter van MVO past Rasenberg (stapsgewijs) in in het beleid en de werkmethodieken of scherpt het aan waar nodig. Duurzaamheidsverslag Met gepaste trots publiceerde Rasenberg op 16 oktober haar eerste duurzaamheidsverslag. Hoewel maatschappelijk verantwoord ondernemen al jaren onderdeel van beleid is, geeft het verslag duidelijk inzicht in doelstellingen en maatregelen. Niveau 4-5 CO2-Prestatieladder Sinds mei 2011 is Rasenberg in het bezit van een CO2 bewust certificaat op niveau 5. Rasenberg heeft daarvoor sinds die tijd gewerkt aan het reduceren van de CO 2 emissies ten gevolge van haar bedrijfsvoering. Rasenberg ontwikkelde in dit kader ook diverse keteninitiatieven, biedt niet alleen Rasenberg, maar alle deelnemers, van producent tot en met gebruiker, gelegenheid om tot duurzame oplossingen te komen. Het voeren van gesprekken met stakeholders over maatschappelijke vraagstukken is eveneens een van de speerpunten in het beleid. Integriteit maakt daarbij een onlosmakelijk deel van uit. Scope 3 analyse (eis 4.A.1) Met de publicatie van het nieuwe Handboek CO2-Prestatieladder 2.1 (d.d. 18 juli 2012) is voor de keuze voor de ketenstudies een aanvulling opgenomen in eis 4.A.1. Om aan de eisen van niveau 5 - en dus ook
Rasenberg B.V./Scope 3 analyse Rasenberg MD-AF20121780 Klant vertrouwelijk
29 oktober 2012 -2-
DHV B.V.
aan de eisen voor niveau 4 - te kunnen voldoen heeft Rasenberg haar scope 3 emissies geïnventariseerd. Deze analyse is opgenomen in Hoofdstuk 2 van dit deelrapport. De (hernieuwde) ketenanalyses zijn opgenomen in twee deelrapporten.
Rasenberg B.V./Scope 3 analyse Rasenberg MD-AF20121780 Klant vertrouwelijk
29 oktober 2012 -3-
DHV B.V.
2
SCOPE 3 ANALYSE 1
Conform de richtlijnen in het GHG Protocol en de CO2-Prestatieladder 2.1 (d.d. 18 juli 2012) is de analyse van scope 3 uitgevoerd op basis van een analyse van 15 scope 3 hoofdcategorieën. Uit deze analyse is een top 6 van de meest materiële scope 3 emissies opgesteld. (Hiermee wordt invulling gegeven aan eis 4.A.1: ‘Het bedrijf heeft aantoonbaar inzicht in de meest materiele emissies uit scope 3, en kan uit deze scope 3 emissies tenminste 2 analyses van GHG-genererende (ketens van) activiteiten voorleggen’). De scope 3 analyse wordt in dit hoofdstuk beschreven aan de hand van de volgende stappen: A. Grove beschrijving van de waardeketen van Rasenberg (zie 2.1). B. Beschrijving van belangrijkste ketenpartners van Rasenberg (zie 2.2). C. Vaststellen belangrijkste scope 3 hoofdcategorieën conform Corporate Value Chain (scope 3) – Accounting and Reporting Standard (zie 2.3). D. Top 6 van meest materiele scope 3 emissies (zie 2.4). E. Keuze 2 GHG-genererende (ketens van) activiteiten.
2.1
Waardeketen van Rasenberg Rasenberg creëert voornamelijk waarde voor haar opdrachtgevers door het leveren van diensten in bouwkundige, infrastructurele, milieutechnische en procestechnologische projecten, zodat nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen mogelijk worden gemaakt. In de upstream keten (producten en diensten waarvoor betaald wordt) zijn de belangrijkste ketenpartners: leveranciers van bitumen, zand, grind, geleiderail en betonproducten. Daarnaast komen in projecten vaak grondstromen vrij die elders moeten worden verwerkt, bijvoorbeeld puin en (vervuilde) waterbodems of grondstromen. Deze behoren ook in de upstream keten waarvoor Rasenberg haar ketenpartners betaalt / vergoedt. Hieronder een schets van de ‘waardeketen’ van Rasenberg waarbij onderscheid is gemaakt tussen scope 1 en 2 en scope 3 activiteiten (up- en downstream). Het zwaartepunt in scope 3 ligt voor Rasenberg op de upstream keten omdat er een beperkt deel van de producten daadwerkelijk wordt verkocht, uitzondering zijn vrijkomende (schone) grondstromen maar deze zijn ten behoeve van het overzicht in de upstream categorieën meegenomen.
1 Corporate Value Chain (Scope 3) Accounting and Reporting Standard Supplement to the GHG Protocol Corporate Accounting and Reporting Standard
Rasenberg B.V./Scope 3 analyse Rasenberg MD-AF20121780 Klant vertrouwelijk
29 oktober 2012 -4-
DHV B.V.
Diensten/productie van: - Transportdiensten (o.a. levering bitumen, asfalt, zand, zout) - Productie bouwmateriaal (o.a. putten, geleiderail, kabels, leidingen) - Inhuur materieel (o.a. shovels, laadschoppen) - Afvalverwerking (o.a. grond, PM) Scope 3
Upstream
Rasenberg kernactiviteiten: - Aanleg en onderhoud wegen - Nieuwbouw, onderhoud, renovatie - Milieutechniek - Procestechnologie Scope 1 en 2
Downstream
Figuur 1: Schematische weergave van de waardeketen.
2.2
Ketenpartners Binnen Rasenberg wordt gebruik gemaakt van de diverse dochterondernemingen (o.a. Rasenberg Wegenbouw B.V., Rasenberg Kabels en Leidingen B.V., Recycling en Overslag Breda B.V., Reanco B.V., Raton B.V. en Rasenberg Verkeer & Mobiliteit B.V.). Naast deze interne partners heeft de Rasenberg Holding B.V. veel externe ketenpartners/leveranciers. Hieronder enkele toonaangevende: – Transporteurs: o.a. Post (zouttransport), Van Grunsven & Langenhuijzen (asfalt), Gebr. Coremans Grondwerken B.V. (zand en grond) en Transportbedrijf Jac Caron BV (diversen). – Leasebedrijven: o.a. ABN AMRO lease (bouwmaterieel), Arval B.V. (auto’s), ALD (personenvoertuigen) en ING Car lease (personenvoertuigen). – Verwerkers van grond en afvalstromen: A&G Milieutechniek (grondreiniging) en ATM Shanks. – Leveranciers van grondstoffen: o.a. Kuwait Petroleum B.V. (bitumen), De Hoop (zand en grind) en Moraine-Nederland B.V. (steenslag). – Leveranciers van bouwproducten: o.a. Enexis B.V. (aansluitingen en kabels), Vconsyst (bakken en putten), Ballast Nedam Specialiteiten (geleiderail) en Struyk Verwo (betonproducten). – Leveranciers van bouwpersoneel: o.a. Oomen Infra B.V. (grondwerkers), Wegenbouw Verhuur Brabant B.V. en KWS. Daarnaast zijn voor Rasenberg ook de volgende opdrachtgevers belangrijke ketenpartners: – Rijkswaterstaat – Provincies – Ingenieurs- en adviesbureaus – Architecten – Projectontwikkelaars – Energiebedrijven – Industrie – Milieudiensten
Rasenberg B.V./Scope 3 analyse Rasenberg MD-AF20121780 Klant vertrouwelijk
29 oktober 2012 -5-
DHV B.V.
2.3
Scope 3 analyse op hoofdlijnen Voor aannemers vormt de inkoop van producten of materialen naast het eigen brandstofverbruik, vaak een groot aandeel van de totale CO2 emissies (Scope 1, 2 en 3) van de organisatie. Om de rangorde van de meest materiele scope 3 emissies te bepalen is eerst onderzocht wat de omvang van de scope 3 emissie van Rasenberg is en wat de mate van beïnvloedbaarheid als het gaat over reductiemaatregelen. (zie Tabel 1). Een toelichting op de verschillende categorieën is onder de tabel opgenomen. Een rekenkundige uitwerking van de omvang van de categorieën is te vinden in bijlage 1. De belangrijkste scope 3 hoofdcategorieën zijn vastgesteld conform Corporate Value Chain (scope 3) – Accounting and Reporting Standard (zie ook Handboek toelichting eis 4.A.1). Op basis van de top 30 van inkoopomzet van leveranciers en onderaannemers is een globale inschatting gemaakt van de CO2 uitstoot per categorie. Voor de categorieën die in de overige inkoopomzet ook voorkomen is een ‘opschaling’ 2 gedaan naar totale emissie . Scope 3 standard hoofdcategoriën
Van
Afgedekt in
Benaderde
Beïnvloed-
toepassing
scope 1 / 2
omvang (in
baarheid**
bij
ton CO2)
Rasenberg 1.
Ingekochte goederen (a) en diensten (b)
Ja
Nee
17.272
2.
Kapitaal goederen
Ja
Nee
354
Brandstof en energie gerelateerde
Ja
Nee
3.891
minimaal
Ja
Nee
11.846
minimaal -
3.
middel groot
activiteiten (niet in Scope 1 of 2) 4.
Transport en distributie (upstream)
middel 5.
Afval tijdens productie
Ja
Nee
6.
Zakentransport
Ja
Ja
7.
Woon-werk vervoer werknemers
Ja
Nee
53
minimaal
Geleasde goederen of bezittingen
Ja
Nee
357
minimaal
471
middel
8.
-56 -
middel -
(upstream) 9.
Transport en distributie (downstream)
10.
Verwerken van verkochte producten door
Ja
Nee
Nee
-
-
-
koper 11.
Gebruik van verkochte ‘producten’
Ja
Nee-
Zeer gering
12.
End-of life behandeling van verkochte
Ja
Nee
200
Nee
-
-
-
middel minimaal
producten 13.
Geleasde goederen of bezittingen (downstream)
14.
Franchises
Nee
-
-
-
15.
Investeringen
Ja*
-
-
-
* Rasenberg doet alleen investeringen in grond maar deze hebben geen CO2 emissie tot gevolg. **Bij grote invloed kan Rasenberg direct invloed uitoefenen, omdat het type product of activiteit direct door Rasenberg wordt bepaald. Bij middelgrote invloed kan Rasenberg alleen indirect invloed uitoefenen via het opnemen van eisen in contracten met leveranciers. Rasenberg heeft minimale invloed als het product of activiteit onderdeel uitmaakt van een groter geheel dat wordt ingekocht (bijv. bij uitbesteding van een werk bij een onderaannemer heeft Rasenberg minimale invloed op het brandstofverbruik van het door de onderaannemer ingezette materieel).
2
Het gaat om de categorieën 1a, 1b, 3, 4 en 12.
Rasenberg B.V./Scope 3 analyse Rasenberg MD-AF20121780 Klant vertrouwelijk
29 oktober 2012 -6-
DHV B.V.
Hieronder een toelichting op de hoofdcategorieën uit scope 3 op een rij. – Ingekochte goederen en diensten (categorie 1a en 1b) De omvang van deze categorie is op basis van inkoophoeveelheden en conversiefactoren berekend op 17.272 ton CO2/jaar (zie ook Bijlage 1). Het gaat hier om de inkoop van (bouw)materialen zoals bitumen, asfalt, grind, zand, betonnen producten, geleiderail, zout, daarnaast betreft het hier ook (bouw)diensten zoals het inhuren van shovels, kranen en laadschoppen. De specifieke goederen en diensten zijn door Rasenberg beperkt beïnvloedbaar omdat eisen van opdrachtgever vaak leidend zijn. Rasenberg bepaalt voor een groot deel zelf welke producten en diensten precies worden ingekocht en welke eisen ze daarbij stellen aan hun leveranciers en/of onderaannemers. – Kapitaalgoederen (categorie 2) De omvang van deze categorie is op basis van inkoophoeveelheden en conversiefactoren berekend op 354 ton CO2/jaar (zie ook bijlage 1). Rasenberg’s kapitaalgoederen bestaan uit gebouwen en de asfaltcentrale. Bij de gebouwen zijn zowel de panden in eigendom als de gehuurde gebouwen meegenomen. Het gaat om de emissie die ontstaat door materiaalgebruik en bouw van de gebouwen en centrale. Het gaat nadrukkelijk niet om het energiegebruik van de panden, omdat de emissie die hierdoor ontstaat tot de scope 1 en 2 emissie van Rasenberg behoort. Rasenberg kan zelf grote invloed uitoefenen op de aanschaf van de kapitaalgoederen. Echter de gebruiksperiode van de kapitaalgoederen is over het algemeen lang, waardoor korte tot middellange termijn reductie door reductiemaatregelen niet snel te behalen is. – Brandstof en energie gerelateerde activiteiten (niet in Scope 1 of 2) (categorie 3) In deze categorie is de emissie door het brandstofverbruik van ingehuurd materieel waarvan de brandstof niet direct door Rasenberg betaald wordt meegenomen. De omvang van deze categorie is bepaald op basis van brandstofhoeveelheden en inkoopomzet en is berekend op 3.891 ton CO 2/jaar (zie ook bijlage 1). Rasenberg heeft minimale invloed op het brandstofverbruik van het ingehuurde materieel, omdat Rasenberg meestal een heel werk inkoopt bij een onderaannemer in plaats van alleen een specifieke machine. – Transport en distributie naar bedrijf toe (categorie 4) In deze categorie zijn alle ‘upstream’ transportactiviteiten opgenomen en zijn op basis van tonkms berekend op 11.846 ton CO2/jaar (zie ook Bijlage 1). De emissies zijn het gevolg van brandstofverbruik door schepen en vrachtwagens voor transport van vooral bitumen, asfalt, zand, grind, betonnen producten, geleiderail, zout, etc. Het gaat om aanvoer direct van en naar de bouwplaats of naar de bedrijfslocatie. De transportdiensten zijn door Rasenberg in een aantal gevallen minimaal te beïnvloeden omdat de transportactiviteit onderdeel is van de toeleveranciers (bijv. bij zouttransport per schip). In een aantal gevallen is de beïnvloedbaarheid groter, omdat Rasenberg via contracten eisen kan stellen aan het ingekochte transport (bijv. bij transport van asfalt). – Afval tijdens productie (categorie 5) In deze categorie is de emissie meegenomen die ontstaat door het benodigde energiegebruik voor inzameling en verwerking van afval dat ontstaat tijdens Rasenberg’s activiteiten alsmede de vermeden emissie door energieopwekking uit Rasenberg’s afval. Op basis van afgeleverde tonnages afval is de emissie berekend op -56 ton CO2/jaar (zie ook Bijlage 1). Omdat de afvalstromen vrijkomen tijdens Rasenberg’s eigen activiteiten heeft Rasenberg een grote mate van beïnvloedbaarheid op de hoeveelheid afval die ontstaat en de mate van afvalscheiding. De emissie die ontstaat bij de uiteindelijke afvalverwerking kan Rasenberg alleen indirect via contracten beïnvloeden.
Rasenberg B.V./Scope 3 analyse Rasenberg MD-AF20121780 Klant vertrouwelijk
29 oktober 2012 -7-
DHV B.V.
– Zakentransport (categorie 6) Rasenberg’s zakentransport is conform de CO2-Prestatieladder 2.1 meegenomen in scope 2. – Woonwerkverkeer (categorie 7) In deze categorie is de emissie die ontstaat door woonwerkverkeer van medewerkers meegenomen, die met privé auto’s van hun woning naar hun werklocatie reizen. Overig woonwerkverkeer (met leaseauto’s of auto’s in eigendom van Rasenberg) is meegenomen in scope 1. Op basis van het vergoede aantal kilometers is de emissie berekend op 53 ton CO2/jaar (zie ook Bijlage 1). Rasenberg heeft beperkt invloed op deze emissie, omdat Rasenberg niet kan bepalen in wat voor privé auto de werknemers rijden. Wel kan Rasenberg indirect sturen op inzet van werknemers die in de buurt van de projectlocatie wonen, mits de werknemer voldoet aan de vereiste kwaliteiten. Ook stuurt Rasenberg indirect op emissie door woonwerkverkeer door het financieel belonen van carpoolen. – Geleasde goederen of bezittingen (upstream) (categorie 8) In deze categorie is de emissie die ontstaat door materiaalgebruik van geleasde voertuigen en geleased materieel meegenomen. Het gaat nadrukkelijk niet om het energiegebruik tijdens de gebruiksfase, omdat de emissie die hierdoor ontstaat tot de scope 1 en 2 emissie van Rasenberg behoort. In deze categorie is de emissie van het materiaalgebruik van de gehuurde gebouwen niet opgenomen, omdat deze reeds bij categorie 2 is meegenomen. Op basis van het aantal voertuigen en machines is de emissie berekend op 357 ton CO2/jaar (zie ook Bijlage 1). Rasenberg kan de uitstoot door deze categorie indirect beïnvloeden door eisen op te nemen in de contracten met de leasebedrijven. NB: Omdat de emissie tijdens de gebruiksfase van voertuigen en materieel vele malen hoger is dan tijdens de productiefase, is de grootste absolute reductie (in scope 1, 2 en 3) te behalen door vooral te focussen op eisen aan de zuinigheid in brandstofverbruik van de voertuigen/machines in de gebruiksfase. – Transport en distributie (downstream) (categorie 9) In deze categorie zijn alle ‘downstream’ transportactiviteiten opgenomen en zijn op basis van tonkms berekend op 471 ton CO2/jaar (zie ook Bijlage 1). De emissies zijn het gevolg van brandstofverbruik door vrachtwagens voor transport van afgegraven zand en grond. Het gaat om afvoer van materiaal direct van de bouwplaats naar de verwerkings-/afzetlocatie. De transportdiensten zijn door Rasenberg middelmatig beïnvloedbaarheid, omdat Rasenberg via contracten eisen kan stellen aan het ingekochte transport. – Verwerken van verkochte producten (categorie 10) Rasenberg verkoopt of handelt niet in halffabrikaten die door derden / producenten verder worden bewerkt. – Gebruik van verkochte producten (categorie 11) Rasenberg 'verkoopt' een beperkt aantal 'producten' die zelf energie gebruiken. Verreweg het grootste deel van de verkochte ‘producten’ betreft infrastructurele werken (GWW projecten). Een klein deel betreft de verkoop van huizen door Rasenberg Bouw/Projectontwikkeling. – End-of life behandeling van verkochte producten (categorie 12) Uit werken van Rasenberg komt verontreinigde grond vrij. Deze wordt vaak thermisch of biologisch gereinigd door daartoe bevoegde bedrijven. De omvang van deze categorie is op basis van inkoopomzet, kostprijs per ton en conversiefactoren berekend op 66 ton CO2/jaar (zie bijlage 1), al is er een grote onzekerheid als het gaat over de energie-intensiteit van (grond)reinigingsactiviteiten. – Geleasde assets (downstream) (categorie 13) Rasenberg verhuurt / least geen goederen uit aan derden. Rasenberg B.V./Scope 3 analyse Rasenberg MD-AF20121780 Klant vertrouwelijk
29 oktober 2012 -8-
DHV B.V.
– Franchises (categorie 14) Rasenberg werkt niet met franchises – Investeringen (categorie 15) Rasenberg doet alleen investeringen in grond maar deze hebben geen CO 2 emissie tot gevolg. De totaal geschatte scope 3 emissie voor 2011 bedraagt ca. 34 kton CO2, waarbij de emissies van de hoofdcategorieën 1, 3 en 4 meer dan 95% van de bekende scope 3 emissies omvatten.
2.4
Top 6 van meest materiele scope 3 emissies Om een top 6 van meest materiele scope 3 activiteiten te bepalen is een zijn de drie meest relevante scope 3 hoofdcategorieën opgedeeld in subcategorieën (activiteiten/producten/diensten). De rangorde geeft aan welke emissies in scope 3 van Rasenberg voor de hand liggen om een reductieaanpak op te ontwikkelen. (Tabel 2). In bijlage 1 zijn de achterliggende berekeningen weergegeven. Tabel 2 – Top 6 van CO2 emitterende activiteiten en producten van Rasenberg. Specifieke producten en diensten Hoeveelheid Eenheid CO2 van product/ emissies dienst* [ton CO2/jr] ** 1. Transport per schip (cat. 4) 173.220.887 tonkm 8.464 2. Inkoop asfalt en asfalt gerelateerde 96.015 ton 7.353 producten (emissie door winning en productie) (cat. 1) 3. Inkoop betonnen producten (emissie door 4.028 ton 4.028 winning en productie) (cat. 1) 4. Brandstofverbruik niet-eigen materieel (cat. 1.241.196 liter diesel 3.891 3) 5. Transport per as (cat. 4) 30.746.069 tonkm 3.382 6. Inhuur mankracht/onderaannemers (cat. 1) 50.154 mandagen 2.458
Beïnvloedbaarheid
Minimaal Middel – groot Middel – groot Minimaal – middel Middel Minimaal
* De hoeveelheden van producten & diensten (categorie 1) en transport (categorie 4) zijn gedestilleerd uit de top 30 inkoopgegevens van Rasenberg over het jaar 2011. ** De CO2 emissies zijn berekend met behulp van conversiefactoren. Hiervan is een overzicht te vinden in bijlage 1.
2.5
Onderbouwing keuze 2 GHG-genererende (ketens van) activiteiten Op basis van de in hoofdstuk 2.4 beschreven top 6 van CO2 emissies binnen de hoofdcategorieën inkoop van goederen en diensten (categorie 1), brandstofverbruik niet eigen materieel (categorie 3) en transport upstream (categorie 4) in scope 3, kiest Rasenberg voor een nadere analyse van twee activiteiten die enerzijds een zeer groot deel van de scope 3 emissie bepalen en anderzijds in zekere mate beïnvloedbaar zijn, zodat reductiemaatregelen tot daadwerkelijke emissiereductie kunnen leiden. Gekozen is voor: - Inkoop asfalt en asfalt gerelateerde producten (emissie door winning en productie) (nr. 2).
Rasenberg B.V./Scope 3 analyse Rasenberg MD-AF20121780 Klant vertrouwelijk
29 oktober 2012 -9-
DHV B.V.
- Transport per as (nr. 5). De beide ketenactiviteiten zijn allebei essentieel in de bedrijfsvoering van Rasenberg. Inkoop en productie van asfalt en asfalt gerelateerde producten behoren tot de core business van Rasenberg. Transport van de materialen benodigd voor de activiteiten van Rasenberg zijn onlosmakelijk met de activiteiten van Rasenberg verbonden.
Rasenberg B.V./Scope 3 analyse Rasenberg MD-AF20121780 Klant vertrouwelijk
29 oktober 2012 - 10 -
DHV B.V.
3
COLOFON
Rasenberg B.V./Scope 3 analyse Rasenberg MD-AF20121780 Opdrachtgever Project Dossier Omvang rapport Auteur Bijdrage Projectleider Projectmanager Datum Naam/Paraaf
Rasenberg B.V./Scope 3 analyse Rasenberg MD-AF20121780 Klant vertrouwelijk
: : : : : : : : : :
Rasenberg B.V. Scope 3 analyse Rasenberg 9Y3207 11 pagina's Jonna Snoek Jan Vroonhof en Douwe van den Wall Bake Jan Vroonhof 29 oktober 2012
29 oktober 2012 - 11 -
DHV B.V. Environment and Sustainability Laan 1914 nr. 35 3818 EX Amersfoort Postbus 1132 3800 BC Amersfoort T (033) 468 20 00 F (033) 468 28 01 E
[email protected] www.dhv.nl
DHV B.V.
Bijlage 1 Nr 1
Scope 3 hoofdcategorie
Toelichting
Hoeveelheid
Hoeveelheid
top 30
totaal*
Eenheid
Conversiefactor
Bron / toelichting
Emissies
[kg CO2/ehd]
conversiefactor
[ton CO2]
Gekochten goederen en diensten -Productie bitumen
Inkooptonnage top 30 bekend
6.465
19.728
ton
254
Ketenanalyse Ooms
5.011
-Productie asfalt
Inkooptonnage top 30 bekend
25.000
76.287
ton
30,7
Ketenanalyse Ballast
2.342
Nedam -Winning grind + zand
Inkooptonnage top 30 bekend
107.065
326.706
ton
2,9
Ketenanalyse
951
Heijmans -Inhuur arbeidskrachten
Aantal mandagen geschat o.b.v.
onderaannemers
inkoopbedrag (2/3 van inkoop is
16.436
50.154
mandagen
49
Factor bepaald obv CO2 footprint
arbeid, 1/3 materiaal; € 40,-/uur)
gegevens en aantal
2.471
FTE van 5 grote aannemers -Productie betonnen producten
Bij 1 leverancier tonnage
13.199
40.277
ton
100
Betondatabase
inkoopomzet/ton product
(VLCA) en SimaPro
aangehouden -Productie kabels en leidingen
Beton average:
bekend. Zelfde verhouding
Lengte geschat obv gemiddelde
4.028
EcoInvent 2.0 15.128
46.162
meter
0,31
SimaPro EcoInvent
kostprijs kabel
2.0; Gemiddelde
laagspanningsnet (Rapport
emissiefactor (/meter)
Waardebepaling ondergrondse
van kabels en
infrastructuur, Grondmij)
leidingen gebaseerd
14
op 10 m PVC, 6 m koper (15 mm) en 10 m elektriciteitkabel. -Productie en installatie geleiderail
Productie rail (6533 m); 40 kg
361.320
797.412
kg
67.415
205.716
kg CO2
2.159
zink/meter, bron: www.gwwkosten.nl Installatie rail (berekend obv Rasenberg B.V./Scope 3 analyse Rasenberg MD-AF20121780 Klant vertrouwelijk
bijlage 1 - 13 -
nvt
nvt
206
DHV B.V.
Nr
Scope 3 hoofdcategorie
Toelichting
Hoeveelheid
Hoeveelheid
top 30
totaal*
Eenheid
Conversiefactor
Bron / toelichting
Emissies
[kg CO2/ehd]
conversiefactor
[ton CO2]
footprint en jaaromzet leverancier) -Opslagloods zout 2
Oppervlakte bekend
4.000
12.206
m2
7,4
GPR gebouw
Productie en bouw van de gebouwen
Oppervlakte bekend
nvt
33.612
Productie en bouw van gebouw centrale
Terrein oppervlakte bekend.
nvt
2.349
m2
10
GreenCalc
m2
7,4
GPRGebouw
406.752
1.241.196
90
Kapitaalgoederen (incl. huurpanden) 336 17
Schatting dat 1/8 deel centrale 3
Brandstof- en energiegerelateerde activiteiten (niet in scope 1 en 2) Inhuur materieel
Bij 1 leverancier liters diesel
liter diesel
3,135
bekend. Zelfde verhouding
Handboek CO2-
3.891
Prestatieladder 2.1
inkoopomzet/liters diesel aangehouden 4
Transport en distributie (upstream) Transport as - bitumen
Tonkms bepaald obv vervoerde
775.800
2.367.336
tonkm
0,110
aantal ton en gemiddelde
Handboek CO2-
260
Prestatieladder 2.1
transportafstand (120 km) Transport as – zout
Tonkms bepaald obv vervoerde
4.800.000
14.647.088
tonkm
0,110
aantal ton en gemiddelde
Handboek CO2-
1.611
Prestatieladder 2.1
transportafstand (120 km) Transport as – asfalt
Tonkms bepaald obv vervoerde
3.000.000
9.154.430
tonkm
0,110
aantal ton en gemiddelde
Handboek CO2-
1.007
Prestatieladder 2.1
transportafstand (30 km) Transport as – asfalt, beton en zand
Tonkms bepaald obv vervoerde
1.500.000
4.577.215
tonkm
0,110
aantal ton en gemiddelde
Handboek CO2-
503
Prestatieladder 2.1
transportafstand (30 km) Transport schip – grind en zand
Tonkms bepaald obv vervoerde
26.766.250
81.676.587
aantal ton en gemiddelde
0,070
Handboek CO2Prestatieladder 2.1
transportafstand (250 km)
Rasenberg B.V./Scope 3 analyse Rasenberg MD-AF20121780 Klant vertrouwelijk
tonkm
bijlage 1 - 14 -
5.717
DHV B.V.
Nr
Scope 3 hoofdcategorie Transport schip - zout
Toelichting Tonkms bepaald obv vervoerde
Hoeveelheid
Hoeveelheid
top 30
totaal*
30.000.000
Eenheid
91.544.300
tonkm
Conversiefactor
Bron / toelichting
Emissies
[kg CO2/ehd]
conversiefactor
[ton CO2]
0,030
aantal ton en gemiddelde
Handboek CO2-
2.746
Prestatieladder 2.1
transportafstand (1500 km) 5
Gegenereerd afval -bedrijfsafval
gemiddelde AVI; vermeden
nvt
123
ton
-9
www.afvalwijzer.nl
emissie als gevolg van
inclusief
opwekking elektriciteit en
achtergrondrapport
-1
warmte -bouw&sloopafval
scheiding en verwerking;
nvt
195
ton
-170
www.afvalwijzer.nl
vermeden emissie als gevolg
inclusief
van hergebruik afgescheiden
achtergrondrapport
-33
materialen -dakleer
nvt
9
ton
-19
www.afvalwijzer.nl
<1
inclusief achtergrondrapport -flessenglas
Verwerking flessenglas;
nvt
3
ton
-210
vermeden emissie van productie verbranding hout; vermeden
<1
inclusief
primair glas -hout kwaliteit b
www.afvalwijzer.nl achtergrondrapport
nvt
22
ton
-387
www.afvalwijzer.nl
emissie als gevolg van
inclusief
opwekking elektriciteit en
achtergrondrapport
-9
warmte -papier/karton
-schone puin
recycling papier; vermeden
nvt
13
-817
www.afvalwijzer.nl inclusief
productie
achtergrondrapport
verwerking in puinbreker;
nvt
197
ton
-1
www.afvalwijzer.nl
vermeden emissie als gevolg
inclusief
van vermeden winning
achtergrondrapport
ophoogzand Rasenberg B.V./Scope 3 analyse Rasenberg MD-AF20121780 Klant vertrouwelijk
ton
emissie als gevolg van primaire
bijlage 1 - 15 -
-10
<1
DHV B.V.
Nr
Scope 3 hoofdcategorie -vertrouwelijk papier
6
recycling papier; vermeden
Hoeveelheid
Hoeveelheid
top 30
totaal*
Eenheid
nvt
2
ton
Conversiefactor
Bron / toelichting
Emissies
[kg CO2/ehd]
conversiefactor
[ton CO2]
-817
www.afvalwijzer.nl
emissie als gevolg van primaire
inclusief
productie
achtergrondrapport
-2
Zakentransport Zakentransport
7
Toelichting
Nvt, want scope 2
nvt
nvt
nvt
nvt
nvt
250.000
km
0,210
nvt
nvt
Handboek CO2-
53
Woonwerkverkeer Woonwerkverkeer privé auto
Prestatieladder 2.1 Woonwerkverkeer overig 8
Nvt, want scope 1
nvt
nvt
275
336
nvt
nvt
nvt
nvt
Leased assets (excl. huurpanden) Lease auto’s
In top 30 275 auto’s, buiten top
voertuigen
526
30 nog 61 auto’s
SimaPro EcoInvent
177
2.0 (bij 8 jaar levensduur)
Geleased materieel
Alleen in top 30
30
30
machines
6.000
Factor bepaald obv
180
gemiddeld gewicht groot materieel (15 ton) en aanname dat 100% staal, conversiefactor staal (gem. 3 kg CO2/kg staal, simapro), en levensduur van gem. 10 jaar 9
Transport en distributie (downstream) Transport per as – grond en zand
Tonkms bepaald obv vervoerde
4.279.440
4.279.440
aantal ton (35.662 ton) en
0,110
Handboek CO2Prestatieladder 2.1
gemiddelde transportafstand (120 km). Alle transport in top
Rasenberg B.V./Scope 3 analyse Rasenberg MD-AF20121780 Klant vertrouwelijk
tonkm
bijlage 1 - 16 -
471
DHV B.V.
Nr
Scope 3 hoofdcategorie
Toelichting
Hoeveelheid
Hoeveelheid
top 30
totaal*
Eenheid
Conversiefactor
Bron / toelichting
Emissies
[kg CO2/ehd]
conversiefactor
[ton CO2]
30 10
Verwerken van verkochte producten Verwerken van verkochte producten
11
Gebruik van verkochte producten 12
nvt
nvt
nvt
nvt
nvt
nvt
nvt
nvt
nvt
nvt
nvt
nvt
nvt
nvt
26.747
81.617
ton
2,450
Gebruik van verkochte producten End-of life behandeling van verkochte producten Grondreiniging (thermische + biologische
Obv gemiddelde kostprijs van
reiniging) (excl transport)
40 E/ton
DHV, Vergelijkende
200
LCA van immobilisatie en reiniging
13
Geleasde assets (downstream) Geleasde assets (downstream)
14
Franchises 15
nvt
nvt
nvt
nvt
nvt
nvt
nvt
nvt
nvt
nvt
nvt
nvt
nvt
nvt
Rasenberg doet alleen
nvt
nvt
nvt
nvt
nvt
nvt
Franchises Investeringen Investeringen
investeringen in grond maar deze hebben geen CO2 emissie tot gevolg. *Voor goederen/producten/activiteiten waarvan de emissie bepaald is op basis van de top 30 aan inkoopomzet en die tevens in de overige inkoopomzet voorkomen, is een opschaling o.b.v. inkoopomzet top 30 t.o.v. inkoopomzet totaal gedaan (factor 3,05).
Rasenberg B.V./Scope 3 analyse Rasenberg MD-AF20121780 Klant vertrouwelijk
bijlage 1 - 17 -