Schoolplan :32:30

Schoolplan

2014 - 2018

20-8-2014

16:32:30

Inhoudsopgave Inleiding Algemeen Deel 1. Schoolomgeving 2. Visie en Missie 3. Kwaliteitsbeleid 4. Organisatie structuur 5. Vergaderstructuur 6. Financieel en materieel beleid 7. Verwijzingen Aannamebeleidsplan 1. Aanname nieuwe leerlingen 2. Zorgplicht passend onderwijs 3. Inschrijvingsgegevens 4. Overgangsmomenten Activiteitenplan en jaardraaiboek 1. Schooltijden 2. Urenberekening met daarin het vakantierooster. 3. Tijdsverdeling over de verschillende vakgebieden 4. Overblijven 5. Voor- en naschoolse opvang 6. Toezicht houden 7. Werkweekbezetting 8. Afspraken Takenoverzicht en Werkgroepen 9. Jaarplanning Personeelsplan 1. IPB beleid 2. Taakbelasting en normjaartaak 3. Begeleiding studenten 4. Nascholing teamleden 5. De Medezeggenschapsraad 6. Arbo plan Vakgebieden 1. Doelstellingen: 2. Methoden en materialen 3. Referentieniveaus taal en rekenen 4. Opbrengstgericht werken 5. Organisatie 6. Relatie kerndoelen 7. Beleidsvoornemens/borging 8. Opbrengsten Zorgplan 1. Passend Onderwijs 2. Definitie van een leerling met specifieke onderwijsbehoeften 3. Doelstelling van de school 4. De inhoud van de zorgstructuur 5. De organisatie van de zorgstructuur Brede Schoolplan 1. Beleidsplan ICT 2. Brede School activiteiten 3. Voorschoolse, tussenschoolse en naschoolse opvang Gedragsprotocol 1. Achtergrond en doelstellingen 1. Het gedragsprotocol 2. Schorsen en verwijderen 4. Klachtenregeling 5. Meldcode Huiselijk geweld en kindermishandeling 4 jaren plan Toelichting 4 jaren plan Daltongebieden Toelichting uitwerking daltongebieden Afkortingen die in het schoolplan gebruikt worden

1

Schoolplan de Vijfster 2014-2018

2 3 3 4 7 8 9 9 9 10 10 12 13 12 13 13 13 13 13 13 13 13 14 14 15 15 15 15 15 15 16 16 17 17 18 18 18 18 19 19 20 20 20 20 21 22 25 25 25 26 27 27 27 27 27 27 28 32 36 38 42

Inleiding

Het schoolplan in zijn huidige vorm hanteren wij sinds augustus 2007. Het plan heeft tot doel ons onderwijskundig-, personeels- en interne kwaliteitsbeleid voor een periode van vier jaar vast te stellen. Tevens is het schoolplan een document waarin de school verantwoording aflegt aan de Inspectie van het Onderwijs over het schoolbeleid. Wij voldoen hiermee aan de wettelijke verplichting. Het schoolplan wordt geschreven voor een periode van 4 jaar. Jaarlijks wordt het plan geëvalueerd en geactualiseerd. Dat betekent dat de periode van vier jaar jaarlijks vooruitgeschoven wordt. Wij beschrijven hoe het huidige onderwijs er uitziet en waar wij naar toe willen werken. Met name het hoofdstuk vierjarenplan geeft een duidelijk en overzichtelijk beeld hiervan. Nadat bespreking van het voorgestelde beleidsplan in de teamvergadering heeft plaatsgevonden, stelt de directie de conceptteksten van het schoolplan op. De tekst wordt aan de medezeggenschapsraad voorgelegd. Na bespreking wordt door de ouder- en personeelsgeleding van de MR advies cq instemming gegeven. Daarna wordt de tekst aan het schoolbestuur voorgelegd. De gehanteerde termen en begrippen worden in Algemeen deel hoofdstuk 7 verklaard.

2


Algemeen Deel 1. Schoolomgeving 2. Visie en Missie 3. Kwaliteitsbeleid 4. Organisatie structuur 5. Vergaderstructuur 6. Financieel en materieel beleid 7. Verwijzingen

1.Schoolomgeving De school staat in de nieuwbouwwijk “Fascinatio”. In de afgelopen jaren is de school sterk in leerlingaantal gestegen. Negen groepen zijn gehuisvest in het Multi Functionele Centrum (MFC) van de wijk Fascinatio, 2 groepen zijn gehuisvest op een externe locatie binnen de wijk. Voor het overgrote deel wonen de leerlingen in de wijk. Er komen ook leerlingen uit de omliggende wijken Rotterdam-Kralingse Veer en ’s Gravenland. Gebouwensituatie In het MFC zijn ook een openbare en een protestants-christelijke school gehuisvest. Verder is er een samenwerking met de kinderopvangorganisatie “IJsselkids” die de voor-,tussen- en naschoolse opvang verzorgt. Leerlingpopulatie Voor het overgrote deel komen de kinderen van de school uit Nederland. Aan 95% van onze leerlingen wordt géén gewicht toegekend. Op dit moment hebben wij drie kleutergroepen, twee groepen 3, groep 4, groep 5, groep 5-6, groep 6, groep 7 en groep 8. Functie in de wijk •Wij maken gebruik van schoolgericht maatschappelijk werk. •Een aantal keren per jaar bestaat er voor de kinderen van onze school de mogelijkheid deel te nemen aan verschillende naschoolse activiteiten. Hierbij wordt o.a. gebruik gemaakt van het aanbod van het BredeSchoolNetwerk (BSN) en verenigingen. Meestal vinden deze activiteiten meerdere keren plaats voor een aaneengesloten periode van ongeveer zes weken. •De voor, tussen en naschoolse opvang ligt o.a. in handen van IJsselkids BV Deze professionele instelling verzorgt o.a. de opvang van onze leerlingen bij ons op school. •Sinds september 2002 werkt de Vijfster samen met twee andere basisscholen in de wijk “Fascinatio” nl. OBS de Wonderwind en CBS de Ontmoeting. Later kwamen daar TSO en BSO de Toverburcht en PSZ Hokus Pokus bij. Dit heeft een samenwerking tussen de vier besturen en directies tot stand gebracht. Regelmatig vindt er overleg plaats tussen de directies en de besturen. In schooljaar 2009-2010 is het Multi Functionele Centrum een feit geworden. Behalve de scholen is ook Stichting IJsselkids met kinderdagopvang, voor-tussen en naschoolse opvang in dit gebouw gehuisvest. De gezamenlijke activiteiten die we met de drie scholen zullen organiseren zullen in het licht staan van kunst en cultuur. •Wij hebben contact met ASVZ. ASVZ is een organisatie voor zorgen dienstverlening aan mensen met een verstandelijke handicap. Daarnaast biedt deze organisatie ondersteuning aan een grote groep cliënten die zelfstandig wonen. ASVZ heeft een vestiging in de wijk.  Geregeld zijn er contacten met de buurtgroep Wonder Wereld. •Twee keer per jaar vindt er overleg plaats tussen verschillende katholieke basisscholen uit Capelle aan den IJssel e.o. en scholen van het voortgezet onderwijs de Roncalli Mavo, het Emmauscollege en IJsselcollege (BOVO). Daarbij worden zaken besproken zoals de overdracht van basisschool naar het voortgezet onderwijs en onderwijsvernieuwingen binnen het onderwijs. •Structureel vindt er een overleg plaats tussen de katholieke scholen onderling waarin diverse onderwerpen worden besproken. •Vanaf het schooljaar 2008-2009 is er binnen de gemeente Capelle een nieuwe overlegstructuur tussen de gemeente en de scholen. Er zijn drie werkgroepen, te weten Taalstimulering, Sluitende aanpak en Brede school. Vier keer per jaar is er een directieoverleg. Daarbij is er een Onderwijsplatform, waarin directeuren, besturen en gemeente vertegenwoordigd zijn. 3


2. Visie en Missie In oktober 2005 hebben wij de volgende visie vastgelegd voor de komende jaren: •Wij gaan er vanuit dat ieder kind uniek en gelijkwaardig is. •Wij erkennen en accepteren dat mensen verschillen. •Wij streven naar een sfeer, waarin iedereen zich veilig en geborgen voelt. Leerkrachten creëren betekenisvolle lessituaties met behulp van o.a. uitdagende materialen in een inspirerende omgeving, rekening houdend met het ontwikkelingsniveau en de ontwikkelingsmogelijkheden van de kinderen. •De leerkracht is het inspirerende voorbeeld, betrekt leerlingen bij hun eigen leerproces en maakt hen hiervoor mede verantwoordelijk, waarbij ieder leert van en met elkaar. •Wij werken aan de totale ontwikkeling van ieder kind. •Kennisoverdracht vinden wij belangrijk. Wij maken gebruik van de door ons gekozen methodes en de deskundigheid van leerkrachten en anderen. Wij integreren de mogelijkheden, die de informatiemaatschappij ons biedt, in ons onderwijs. •Wij dragen zelf het gedrag uit, dat wij van anderen verwachten. •De katholieke identiteit van de school zie je o.a. terug in de manier waarop wij omgaan met onze normen en waarden. •Wij willen creatief zijn in doen en denken. •Wij vinden ouderbetrokkenheid heel belangrijk. Wij willen graag weten hoe ouders de school ervaren. Onderwijskundige visie Wij willen in nauwe samenwerking met ouders onze leerlingen de kennis en vaardigheden aanleren die nodig zijn voor een goede start in het vervolgonderwijs, passend bij de ontwikkelings -mogelijkheden, capaciteiten en belangstelling van het kind. Onze school is een daltonschool. Binnen het daltononderwijs staan drie principes centraal. Dat zijn: - zelfstandigheid - verantwoordelijkheid - samenwerken Om dit verwezenlijken leren wij onze kinderen zelfstandig te werken en de verantwoordelijkheid die zij daarbij krijgen hanteren. Het samenwerken leren is daarbij een essentiële werkvorm. Daltononderwijs is voor ieder kind geschikt. Wij vinden het belangrijk dat ouders achter deze gestructureerde en planmatige werkwijze staan. Het is wenselijk dat deze pedagogische visie ook past binnen de thuissituatie. leerkrachten spelen in op onderwijsbehoeften van leerlingen. Er worden groepsoverzichten en groepsplannen gemaakt voor Rekenen, lezen en spelling en de resultaten van het sociaal emotioneel volgsysteem worden in het groepsplan opgenomen. In 2008-2009 is ons gedragsprotocol opnieuw besproken en bijgesteld. Dit protocol is integraal opgenomen in de schoolgids. Daltononderwijs Wij hebben gekozen voor Daltononderwijs. In onze visie zoals die beschreven staat in de schoolgids, geven wij ons beeld van het onderwijs dat wij voor ogen hebben. Dit beeld heeft gevolgen voor ons dagelijks handelen sterker nog het is voor ons een “way of life”. In ons onderwijs gaan wij er van uit dat ieder kind uniek en gelijkwaardig is. Ons motto is:   

Iedereen is anders! Iedereen hoort erbij! In samen werken, samen leren zijn wij de Vijfster!

Ons onderwijs is in beweging is en zal dat altijd blijven doen. Voor ons een zaak dus om onze structuur en organisatie goed te beschrijven en de plannen voor de toekomst “smart” te formuleren en ernaar te handelen.

4


Het Daltononderwijs is begin vorige eeuw ontwikkeld door de Amerikaanse Helen Parkhurst. Dalton kenmerkt zich door een kritische houding naar onderwijs als het gaat om doelmatigheid en effectiviteit. Met name de eigen inbreng van leerlingen is daarbij belangrijk. Elke leerling moet de mogelijkheid krijgen om zichzelf te ontwikkelen en te vormen, ter voorbereiding op de maatschappij. Helen Parkhurst was bijzonder pragmatisch en gaf haar Daltononderwijs vorm als lerares voor de klas. De theorie volgde de praktijk. Onderwijs moest volgens haar nuttig zijn en kennis, vaardigheden, deugden en gewoonten aanleren die bruikbaar zijn in het maatschappelijke leven. „Fearless human being‟ Het hoogste doel is daar de „fearless human being‟ . Volgens Parkhurst zijn dat ondernemende mensen. Ze zijn handig, vaardig, wereldwijs en vooruitdenkend. De historische praktijk en de publicaties van de grondlegster van het Daltononderwijs vormen een blijvende inspiratiebron voor de Nederlandse Dalton Vereniging in haar streven het Daltononderwijs te promoten en te verbeteren. De zes kernwaarden In Nederland kent het Daltononderwijs zes kernwaarden. Vanuit deze kernwaarden geeft de Vijfster vorm en inhoud aan haar onderwijs. Ze geven richting aan het professioneel handelen van leerkrachten en de ontwikkeling van de school. De waarden vormen de bouwstenen voor de visie op goed onderwijs en een efficiënte en effectieve Daltonpraktijk. In de afgelopen decennia is het Nederlandse Daltononderwijs vertrouwd geraakt met de drie kernwaarden (pijlers): verantwoordelijkheid, samenwerken en zelfstandigheid. Deze drie waarden zijn en blijven van belang en worden aangevuld met de kernwaarden: effectiviteit/doelmatigheid, reflectie en borging. „Dalton is an influence, not a method!‟ Dalton staat voor dynamiek, voor gestaag verder werken aan ontwikkeling. Een Daltonschool is een school in beweging, een school in ontwikkeling. Het is aan de school zelf het ambitieniveau en de invulling hiervan te bepalen. Immers: „Dalton is an influence, not a method!‟ Elke school bepaalt daarom zelf haar grenzen in de mate waarin principes van verantwoordelijkheid, zelfstandigheid, samenwerken en reflectie gestalte krijgen en geborgd worden. Het is Dalton eigen, dat scholen daarbij zelf keuzes maken en die keuzes kunnen verantwoorden en uitdragen. Het onderwijs Vanuit een methodische structuur gaan leerlingen van onze school na instructie zelfstandig aan de slag met de verwerking van de leerstof. Zelfstandig betekent voor onze school dat leerlingen in staat zijn, binnen de geboden vrijheid van keuze, hun gemaakte keuzes aan anderen te verantwoorden. Dit vraagt van leerlingen een zeker reflectief en communicatief vermogen en sociale vaardigheden. Coöperatief leren is voor ons daarbij een werkvorm die een steeds grotere plaats inneemt in ons Daltononderwijs om het bovenstaande te stimuleren. Specifieke daltonaspecten in de school zijn: Werken aan de hand van taakkaarten. o Op de taakkaart staat al het taakwerk beschreven wat de kinderen in die week moeten maken. Het taakwerk wordt samengesteld aan de hand van de lesmethodes. Leerlingen plannen hun taakwerk zelf in. o Hoe ouder de leerlingen worden hoe meer taakwerk de leerlingen zelf kunnen inplannen a.d.h.v. een opbouwende leerlijn die hier in terug is te zien. Maken gebruik van dagkleuren in de hele school. o Alle dagen van de week hebben een eigen kleur gekregen. Wij hebben hiervoor gekozen omdat dit jongere leerlingen helpt snel het weekritme door te krijgen en de oudere leerlingen worden met de dagkleuren geholpen tijdens het plannen. Tutorleren. o Oudere leerlingen, ook wel een tutor genoemd, gaan met jongere leerlingen werken. Hierbij geeft de leerkracht werk mee aan de tutorleerling. Werken met maatjes en/of teams in de groepsorganisatie. o De kinderen worden door de leerkracht gekoppeld aan een klasgenoot met het oog op de toekomst zodat ze met iedereen leren samenwerken. Dit noemen wij ‘maatjes’ en zij worden met regelmaat gewisseld. Daarnaast zijn er in de bovenbouw ‘teams’ samengesteld. Dit is een groepje leerlingen waar bij iedere leerling een bepaald taak toebedeeld krijgt en deze taak moet bewaken tijdens de opdrachten waarbij er in teams gewerkt wordt. Keuzekasten in de gehele school. o Voor iedere leerling is er per week een mogelijkheid tot keuzewerken. Ook hier is een hele opbouw in door de school heen. Het keuzewerk is samengesteld a.d.h.v. de meervoudige intelligentiegroepen.

5


De leeromgeving In onze school zijn de zes kernwaarden van Daltononderwijs: Zelfstandigheid, Samenwerken, Verantwoordelijkheid, Effectiviteit/Doelmatigheid, Reflectie en Borging op diverse wijzen zichtbaar. Om deze kernwaarden duidelijk en zichtbaar te houden zijn er schoolbreed dezelfde afspraken. Hierbij is het essentieel voor zowel leerlingen, personeel en ouders om zich te houden aan deze afspraken. Onze afspraken op schoolniveau proberen wij samen met de leerlingen zo positief mogelijk te stellen. Wij, als school, gaan uit van wat kan, mag en wenselijk is. Wij vinden dat de school een veilige leeromgeving moet zijn in alle opzichten. Diverse maatregelen hiertoe maken hiervan deel uit zoals: zichtbare regels (waarden en normen), een gedragsprotocol, een tevredenheidonderzoek onder leerlingen, ouders en leerkrachten. Voor de verdere uitwerking van ons Daltononderwijs verwijzen wij naar het Daltonwerkboek. Hier is de praktische invulling verder na te lezen. Daltonlicentie Wij vinden het belangrijk om de kwaliteit van ons onderwijs te waarborgen. Daarom hebben wij in 2007 de daltonlicentie aangevraagd en verkregen van de Nederlandse Daltonvereninging (ook wel de NDV genoemd). Na zo'n periode wordt een licentie niet automatisch verlengd, maar moet de kwaliteit op de school eerst weer beoordeeld worden. Dit kan leiden tot een verlenging van twee jaar, indien de kwaliteit niet helemaal in orde is, of tot vijf. Het beoordelen van scholen wordt uitgevoerd door visiteurs. Dat zijn deskundige, ervaren collega's afkomstig uit het daltononderwijs die de kwaliteit van een school als 'critical friend' onderzoeken. De voorzitters en visiteurs van de NDV voor het primair en voortgezet onderwijs worden geschoold en scherpen elkaars vaardigheden tijdens nascholingsbijeenkomsten aan. Scholen die een hun daltonlicentie verlengd willen zien, sturen de leden van het visitatieteam een visitatieverslag en het Daltonboek van de school. Verder vraagt het visitatieteam voorafgaand aan het visitatiebezoek om een aantal andere relevante stukken, zoals de schoolgids, het schoolplan en de taakbrieven. Na het schoolbezoek schrijft het visitatieteam haar bevindingen in het visitatieverslag van de school. Het visitatieteam geeft een advies over het toekennen van een erkenning door de vereniging. De visitatiecommissie PO & VO - ingesteld door het bestuur van de Nederlandse Dalton Vereniging - adviseert het bestuur vervolgens het advies van de visiteurs op te volgen, eventueel aan te vullen of er van af te wijken. In 2012 zijn wij gevisiteerd en daarmee is onze daltonlicentie voor vijf jaar verlengd. Dit houdt in dat de Vijfster in 2017 een nieuwe visitatie zal aanvragen. Pedagogisch klimaat en identiteit Onze school is een katholieke school waarbij respect, verbondenheid, zorg, gerechtigheid en vertrouwen een grote rol spelen. Deze waarden lopen als een rode draad door onze school en krijgen gestalte in hoe leerlingen, leerkrachten en ouders met elkaar omgaan. We leven in een multiculturele samenleving. De school staat dan ook open voor de visie en de denkwijze van de ander. In een optimale samenleving is er wederzijds respect en interesse in elkaar. Dienstbaar zijn en ruimte geven aan de ander, zonder jezelf uit het oog te verliezen vormen daarbij wezenlijke factoren. De school leert kinderen, dat ze lid zijn van deze samenleving en helpt ze daarbij sociaal weerbare mensen te worden. Sociale competentie, normen en waarden en burgerschap Wij onderschrijven artikel 8 in de wet Primair Onderwijs waarin staat dat het onderwijs mede gericht is op de bevordering van actief burgerschap en sociale integratie. Wij willen de culturele kennis en achtergrond die de kinderen zelf meebrengen in de klas gebruiken en besteden aandacht aan de verscheidenheid aan levensbeschouwelijke en maatschappelijke waarden, zoals deze in onze multiculturele samenleving spelen. We onderkennen hierbij drie domeinen: •Democratie (gelijke behandeling, solidariteit, kritische houding t.a.v. maatschappelijke kwesties). 6


• articipatie (je mede verantwoordelijk voelen voor je buurt, het milieu, de school, de vereniging). P I•dentiteit (waarderen en respecteren van verschillen, herkennen van discriminatie, omgaan met

vrijheden en beperkingen). Ten aanzien van het domein democratie is ons doel om leerlingen te leren hun mening over maatschappelijke thema’s te verwoorden. Er wordt in alle groepen aandacht besteed aan: leren luisteren naar elkaar, leren argumenteren, leren elkaar te accepteren, elkaars mening respecteren, vrijheid van meningsuiting zonder te kwetsen en wat democratie is. Er wordt jaarlijks een leerlingenraad geformeerd bestaande uit vier kinderen uit de groepen 5, 6 en 7-8, die regelmatig met de daltoncoördinator in gesprek gaat over lopende zaken. Democratie is terug te zien in actuele, maatschappelijke thema’s waarover gesproken wordt. Als voorbeeld Prinsjesdag en verschillende schooltelevisie programma’s. Wat betreft het domein Participatie worden omgangsregels ten aanzien van het gedrag met de leerlingen besproken met behulp van Soemo-kaarten en om de sociale veiligheid van de leerlingen te bevorderen is er een gedragsprotocol opgesteld, dat is afgedrukt in de schoolgids. Handelingswijzer hierbij voor de leerkrachten is vermeld in ons document ‘Zo werken wij op de Vijfster’. Tevens wordt binnen diverse vakken veel aandacht aan het milieu geschonken. Op de Vijfster is het domein Identiteit te herkennen in de onderwerpen, die besproken worden bij het levensbeschouwelijk onderwijs. Hiervoor wordt de methode ‘Hemel en aarde’ gehanteerd. Aan het eind van ieder schooljaar wordt in samenspraak met identiteitsbegeleider van de RVKO geëvalueerd en worden er afspraken gemaakt voor het komende schooljaar.

3. Kwaliteitsbeleid Binnen onze school hebben we veel zorg voor de kwaliteit. Deze zorg bewaken wij o.a. door het hanteren van het INK model voor team, ouders en leerlingen. Aan de hand van enquêtes meten wij hoe deze geledingen de kwaliteit van onze school ervaren. De bevindingen dienen mede als leidraad voor het opstellen van ons 4 jarenplan. •In het schooljaar 2007-2008 hebben de ouders waarvan hun kinderen langer dan 8 maanden op de Vijfster zitten het tevredenheidonderzoek ingevuld. Daarnaast hebben de leerlingen uit de groepen 6, 7 en 8 het vragenformulier ingevuld. •In het schooljaar 2008-2009 en 2009-2010 hebben de ouders van de leerlingen van de groep 2, 4 en 8 het tevredenheidonderzoek ingevuld. Daarnaast hebben de leerlingen van groep 6, 7 en 8 het vragenformulier ingevuld. •Vanaf 2010 - 2011 is een tweejaarlijks traject afgesproken. •In januari 2013 hebben we de webbased versie voor de eerste keer afgenomen onder leerkrachten, leerlingen en ouders.  De volgende afname van INK vindt plaats in januari 2015. De resultaten van bovengenoemde onderzoeken worden in de teamvergaderingen en in de medezeggenschapsraad besproken. Jaarlijks worden prioriteiten cq. aandachtspunten aangegeven, waarmee we aan de slag gaan. Deze punten staan beschreven in de notulen van de verschillende vergaderingen. Deze vorm van kwaliteitszorg zal ook in de komende jaren aandacht krijgen. Naar aanleiding van de uitslagen van de enquêtes worden activiteiten geformuleerd en prioriteiten aangegeven. In het 4 jarenplan worden concrete voornemens verder uitgewerkt. De resultaten van de enquêtes van ouders, team en leerlingen liggen ter inzage op school.

7


4. Organisatie structuur Directeur Lkr met adjuncttaak

BSO

PSZ

MR

Ouder commissie

Werkgroepen

Intern begeleider

Remedial teacher

Klassenouders

Coördinator onderbouw

Coördinator bovenbouw

Leraren onderbouw

Leraren bovenbouw

Werkgroepen

Klassenouders

Werkgroepen

Onderwijs ondersteunend personeel

Klassenouders

Functies, taken en verantwoordelijkheden zijn beschreven in het directie vademecum van de RVKO. Op school is een directiestatuut aanwezig. Dit statuut is opgesteld door het schoolbestuur. Regels en afspraken die wij op school hanteren zijn opgenomen in het daltonwerkboek. Jaarlijks wordt dit document geëvalueerd en aangepast. Tevens wordt een aantal afspraken jaarlijks opgenomen in de schoolgids. De verdeling van de leerlingen over de groepen en de namen van de collega’s die de groepen begeleiden worden in de schoolgids opgenomen. De groepsroosters zijn in de groepsmap te vinden en als bijlagen bij het schoolplan in de directiekamer bewaard.

8


5. Vergaderstructuur Alle vergaderingen zijn gepland en vastgelegd in een vergaderrooster. •Plenaire teambijeenkomsten waarin huishoudelijke en organisatorische zaken worden besproken. Deze worden geleid door de directie en vinden eens de drie weken plaats. •Bouwvergaderingen, die zowel een inhoudelijk als huishoudelijk karakter kunnen hebben, vinden om de drie weken plaats. Deze worden nu geleid door de leerkrachten per toerbeurt. In de toekomst zullen we gaan werken met bouwcoördinatoren.  Werkvergaderingen vinden eens in de drie weken plaats. Tijdens deze vergaderingen is er ruimte om afspraken, op bouwniveau, uit te werken. •Tweewekelijks vindt er een directie overleg plaats, waarbij de directeur en de leerkracht die belast is met adjunct taken overleg hebben met elkaar. In dit overleg worden alle relevante beleidszaken, inhoudelijk en organisatorisch, besproken. •Studie(mid)dagen zijn onderwijsinhoudelijk van aard en kunnen geleid worden door derden, afhankelijk van het onderwerp. Deze vinden een aantal keer per jaar plaats. •Zorgoverleg (groepsbesprekingen, leerlingbesprekingen, IB/RT overleg etc.). Er vinden gedurende het jaar leerlingen groepsbesprekingen plaats volgens planning. Daarbij zijn een directielid, de intern begeleidster en de betrokken leerkracht(en) aanwezig. De intern begeleiders hebben tweewekelijks overleg over de stand van zaken. Daarnaast vindt een keer per maand een zorgoverleg plaats, waarbij de kinderen met bijzondere zorg extra besproken worden. Tijdens dit overleg zijn alle betrokkenen op deze leerling vanuit de school aanwezig. Indien nodig en mogelijk worden externe deskundigen, zoals de ambulante begeleider, de schoolmaatschappelijk werker, de leerlingbegeleider CED, uitgenodigd. •Vergaderingen over Levensbeschouwelijk onderwijs hebben naast onze identiteit tevens onze methode Hemel&Aarde als onderwerp. Vergaderingen over levensbeschouwelijk onderwijs worden geleid door de identiteitsbegeleider van de RVKO. 6.Financieel en materieel beleid •Vanuit de rijksoverheid wordt een Lumpsumvergoeding gegeven, gerelateerd aan het leerlingaantal. Binnen de RVKO is er een verdeling van deze inkomsten gemaakt in een bestuursdeel, een deel voor personele inzet en personeelsbeleid (zie formatieplan) en een deel voor materiële beleid (zie eenjarige en meerjarige begroting). Ons administratiekantoor Dyade draagt zorg voor de bewaking van de budgetten, een juiste administratie en een inventarisoverzicht. •De ouderbijdragen worden beheerd door de oudercommissie. Zij stelt jaarlijks een begroting op en deze wordt gecontroleerd door een kascontrolecommissie. Hiervan wordt een financieel verslag gemaakt, die als leidraad dient voor de nieuwe begroting. •Het gebouwbeheer (Multi Functioneel Centrum) is in handen van de gemeente Capelle aan den IJssel en WPS •De directeur is belast met de zorg voor aanschaf van materialen 7.Verwijzingen Wij verwijzen naar de volgende documenten die op school aanwezig zijn: •Schoolgids (inclusief kalender) die jaarlijks wordt aangepast •Het directievademecum van de RVKO is online beschikbaar •Ontruimingsplan voor het gebouw •Het zorgplan WSNS •Begroting •Formatieplan •Daltonwerkboek (organisatieafspraken) •Tevredenheidsonderzoek - INK •Toetskalender •Arbo-beleidsplan, Plan van Aanpak, Jaarplan •Normjaartaak en taakverdeling •IPB •Gedragscode t.a.v. kleding •Overplaatsing leerlingen •Tijdverdeling vakgebieden 9


•Inspectieverslag

Aannamebeleidsplan 1.Aanname nieuwe leerlingen 2.Zorgplicht 3.Inschrijvingsgegevens 4.Overgangsmomenten

1.Aanname nieuwe leerlingen Wij zijn blij dat de afgelopen schooljaren ouders de Vijfster als basisschool voor hun kinderen kozen. Om ouders zo goed mogelijk te informeren over onze school hanteren wij de volgende procedure. Ouders van kinderen, die drie jaar geworden zijn en woonachtig in Fascinatio, maken telefonisch of mondeling aan de school kenbaar dat zij geïnteresseerd zijn in onze school. Ook kunnen zij dat doen via de website. Zij worden hierna uitgenodigd door de directeur voor een aanmeldingsgesprek. Na afloop van dit gesprek wordt de schoolgids en het inschrijfformulier van de Vijfster meegegeven. Wanneer kinderen een peuterspeelzaal bezoeken, wordt aan de ouders toestemming gevraagd om contact met de betreffende peuterspeelzaal op te nemen om inzicht te krijgen betreffende de gezondheid, het gedrag, de zelfstandigheid en de taalvaardigheid van het kind, zodat we vanaf het begin in kunnen spelen op de specifieke behoeften. Sinds januari 2010 wordt binnen de gemeente Capelle een Capels overdrachtsformulier gebruikt. Hierin wordt relevante informatie verstrekt over kinderen die van een peuterspeelzaal naar het basisonderwijs gaan. Ouders van leerlingen, die ouder dan vier jaar zijn en kenbaar maken dat zij belangstelling hebben voor onze school worden uitgenodigd voor een aanmeldingsgesprek met de directeur. Aan de school van herkomst van de leerling zal het onderwijskundig rapport en een bewijs van uitschrijving gevraagd worden. In het directieoverleg binnen de gemeente Capelle is hieromtrent een protocol “Overplaatsing leerlingen” vastgesteld. 2.Zorgplicht passend onderwijs Op 1 augustus 2014 wordt de wet passend onderwijs van kracht. Doel van de wet is dat alle kinderen, dus ook kinderen die extra ondersteuning in de klas nodig hebben, een passende onderwijsplek krijgen. De essentie van het onderwijs blijft hetzelfde: iedere leerling uitdagen het beste uit zichzelf te halen. Het belang van het kind staat centraal. Met de invoering van passend onderwijs krijgen scholen/schoolbesturen een zorgplicht. Zorgplicht betekent dat de scholen/schoolbesturen er voor moeten zorgen dat ieder kind dat op hun school zit of dat bij hun school wordt aangemeld, ook een kind dat extra (lichte dan wel zware) ondersteuning nodig heeft, een passende onderwijsplek krijgt, bij voorkeur binnen het eigen samenwerkingsverband. Een samenwerkingsverband is een samenwerking tussen schoolbesturen die de wettelijke taak van het Passend Onderwijs, samen met de scholen, uitvoert. In Capelle aan den IJssel heet het samenwerkingsverband Aan den IJssel. Het samenwerkingsverband hoopt met haar brede aanbod aan onderwijsvoorzieningen alle kinderen in Capelle aan den IJssel passend onderwijs te kunnen bieden. Schoolondersteuningsprofielen Bij het vinden van een passende onderwijsplek voor het kind zijn ouders uiteraard heel belangrijk. Ouders met kinderen in de peuterleeftijd oriënteren zich op een nieuwe school, maar soms gebeurt het ook dat een kind al op een basisschool zit, maar dat het voor het kind beter is dat het naar een andere school gaat. Meestal gebeurt dit omdat de huidige school niet aan het kind kan bieden wat het nodig heeft. Maar het zoeken naar een nieuwe school kan ook het gevolg zijn van een verhuizing. Iedere school is wettelijk verplicht om een schoolondersteuningsprofiel te maken. Dit profiel beschrijft welke onderwijsondersteuning de school wel en niet kan bieden. Als ouders vermoeden dat hun kind extra ondersteuning nodig heeft, kunnen ze via het ondersteuningsprofiel alvast een beeld krijgen van wat een school kan bieden. Het uitgebreide schoolondersteuningsprofiel is in te vinden op de website van de school en ligt ter inzage bij de directie van de school. Hoe en wanneer je kind aanmelden op een school? 10


Ouders vragen zich soms af vanaf welke leeftijd zij hun kind kunnen of moeten aanmelden op een basisschool. Iedere school kent haar eigen aanmeldingsprocedure. Maar voor alle scholen gelden de volgende algemene regels:  Ouders moeten hun kind minimaal 10 weken voordat het kind zou moeten starten schriftelijk bij de school van voorkeur aanmelden.  Voordat een kind 3 jaar is, kunnen ouders een vooraanmelding doen bij de school.  Aanmelden van kinderen kan pas vanaf 3 jaar en gebeurt schriftelijk. Dit kan door het invullen en ondertekenen van een aanmeldformulier dat is te downloaden van de website van de school. Het formulier is ook op te halen bij de school.  Ouders moeten bij de aanmelding ook aangeven of het kind bij meerdere scholen is aangemeld, en zo ja, welke de eerste school van aanmelding is.  Als de school een schriftelijke aanmelding ontvangt, stuurt zij een bevestiging van ontvangst naar de ouders en nodigt de ouders uit voor een gesprek.  De school dient binnen 6 weken na aanmelding een besluit te nemen over de toelating. Bij uitzondering kan deze periode verlengd worden tot 10 weken, bijvoorbeeld als de school nader onderzoek wil doen dat langer duurt.  Wanneer na 10 weken nog geen beslissing is genomen over de juiste onderwijsplek en het kind de toelatingsleeftijd voor het onderwijs heeft bereikt, wordt het kind (tijdelijk) geplaatst en ingeschreven. Informatie voor de school Bij het zoeken naar een passende onderwijsplek is het belangrijk dat ouders aan de school zoveel mogelijk informatie geven over hun kind, ook gegevens over (te verwachten) beperkingen in de onderwijsdeelname. Soms zal de school aan de ouders aanvullende gegevens vragen of aangeven dat er nader onderzoek nodig is. Voor dat onderzoek moeten ouders toestemming geven. Het is heel belangrijk dat ouders en school samen optrekken in het vinden van een passende school voor het kind. Er is vaak veel informatie beschikbaar over een kind. Door in openheid informatie met elkaar te delen, is de kans het grootst dat een passende school voor het kind gevonden kan worden. Extra ondersteuning Het is belangrijk dat de school alle belangrijke informatie krijgt, want het is de school die bepaalt of een kind al dan niet extra ondersteuning nodig heeft. Als een kind extra ondersteuning nodig heeft, is de school verplicht om eerst te kijken of zij zelf het kind de extra ondersteuning kan bieden. Het schoolondersteuningsprofiel van de school vormt daarbij het uitgangspunt. Kan de school zelf geen passende onderwijsplek bieden, dan wordt gekeken naar een andere school, bij voorkeur binnen het samenwerkingsverband, die de juiste ondersteuning kan bieden. Onder een andere school wordt ook een school voor het speciaal (basis) onderwijs verstaan. Beslissing van de school De school beslist dus uiterlijk binnen 10 weken of de aanmelding in behandeling wordt genomen, het kind extra ondersteuning nodig heeft, het kind wordt ingeschreven en toegelaten, het kind wordt geweigerd of dat er sprake is van een geschil. De ouders worden hierover schriftelijk geïnformeerd. Als de school wel de passende ondersteuning kan bieden als een kind ondersteuning nodig heeft, dan wordt samen met de ouders een ontwikkelingsperspectief opgesteld. Hierin staat beschreven naar welke onderwijsdoelen gestreefd wordt, en de onderbouwing daarvan. Tevens wordt hierin beschreven welke ondersteuning en begeleiding het kind nodig heeft en hoe die wordt aangeboden. Indien de ondersteuning die het kind nodig heeft niet past binnen het ondersteuningsprofiel van de school, de school het kind geen passend onderwijsprogramma kan bieden, of plaatsing een onevenredige belasting is voor de school, kan de school het kind weigeren. In deze situatie heeft de school wel een zorgplicht. De school mag alleen weigeren als de school een andere school gevonden heeft die wel een passend onderwijsaanbod kan bieden en die het kind ook kan en wil plaatsen. Onder een andere school kan ook een school voor speciaal (basis) onderwijs verstaan worden. Hierover zal overleg plaatsvinden tussen de ouders en de school. Als ouders het niet eens zijn met het besluit van de school om de inschrijving en toelating te weigeren, of met de andere school die wordt voorgesteld, kunnen ouders hiertegen bezwaar maken bij het schoolbestuur van de school of het geschil aanhangig maken bij de landelijke Tijdelijke 11


Geschillencommissie Toelating en Verwijdering. Tegen het besluit van de school om de aanmelding niet in behandeling te nemen kan alleen bezwaar gemaakt worden bij het schoolbestuur van de school. Dit staat uitgebreid beschreven in het volledige toelatingsbeleid van de school dat op te vragen is bij de directie van de school. Speciaal (basis)onderwijs Voor scholen voor speciaal (basis)onderwijs verloopt het aanmeldingstraject via het samenwerkingsverband waar de school toe behoort. Het samenwerkingsverband geeft vanaf 1 augustus 2014 zogenaamde toelaatbaarheidsverklaringen af voor het sbo en so (cluster 3 en 4). Zonder deze verklaring kan een sbo- of so-school een leerling niet aannemen. Alleen basisscholen of zorginstellingen kunnen een kind aanmelden bij de toelatingscommissie van het samenwerkingsverband. Ouders kunnen zelf geen toelaatbaarheidsverklaring aanvragen, maar kunnen voor vragen natuurlijk wel terecht bij het samenwerkingsverband. Wanneer geldt de zorgplicht niet? De zorgplicht en de trajectplicht gelden niet als de school of de groep waar het kind voor wordt aangemeld vol is. Voorwaarde is wel dat een school een duidelijk en consistent aannamebeleid heeft en in haar schoolondersteuningsprofiel aangeeft wanneer de school daadwerkelijk vol is. In deze situaties verdient het de voorkeur dat de school bij haar schoolbestuur en/of bij het samenwerkingsverband meldt dat zij geen onderwijsplek aan een kind kan bieden. Ook geldt de zorgplicht niet wanneer ouder(s)/verzorger(s) desgevraagd de grondslag van de school weigeren te respecteren. Het gaat hier niet alleen om de religieuze grondslag of levensbeschouwelijke identiteit van de school, maar ook om de onderwijskundige grondslag. Tenslotte is de zorgplicht niet van toepassing bij aanmelding voor cluster 1 (visuele beperkingen) en cluster 2 instellingen (gehoor- en communicatieve beperkingen). Deze instellingen maken geen deel uit van samenwerkingsverbanden passend onderwijs en hebben een eigen toelatingsprocedure. Onderwijsconsulenten Met de inwerkingtreding van de wetswijziging Passend Onderwijs per 1 augustus 2014 kan ook een beroep worden gedaan op de onderwijsconsulent (www.onderwijsconsulenten.nl) wanneer er sprake is van plaatsingsproblematiek van een (leerplichtige) leerling met extra ondersteuningsbehoefte in primair of voortgezet onderwijs of wanneer ouder(s)/verzorger(s) en/of school problemen ervaren met betrekking tot het handelingsdeel van het ontwikkelingsperspectief (OPP).

3.Inschrijvingsgegevens Op het inschrijfformulier komen de gegevens te staan conform de nieuwe richtlijnen van het CFI. 4. Overgangsmomenten In de schoolloopbaan van een leerling is een aantal overgangsmomenten te benoemen. Instroom van een leerling vindt plaats vanaf het moment dat de leerling vier jaar is vanuit de peuterspeelzaal of vanuit de thuissituatie. Er kan sprake zijn van een tussentijdse instroom gedurende de schoolloopbaan vanuit PO door bijv. verhuizing. Tevens is het mogelijk dat een leerling instroomt vanuit het s(b)o. Voor deze procedure wordt verwezen naar hoofdstuk 2. Uitstroom / doorstroom van leerlingen vindt plaats aan het einde van het PO. Ook behoort het tot de mogelijkheden dat een leerling tussentijds doorstroomt naar het s(b)o. Voor deze doorstroming vindt er een zorgvuldige procedure plaats die beschreven staat in het zorgplan.

12


Activiteitenplan en jaardraaiboek 1.Schooltijden 2.Urenberekening met daarin het vakantierooster 3.Tijdsverdeling over de verschillende vakgebieden 4.Overblijven 5.Voor- en naschoolse opvang 6.Toezicht houden 7.Werkweekbezetting 8.Afspraken Takenoverzicht en Werkgroepen 9.Jaarplanning 1.Schooltijden Om aan de wettelijke eis te voldoen dat de kinderen in acht schooljaren ten minste 7520 uren onderwijs hebben ontvangen is op de Vijfster gekozen voor het model, waarbij aan alle kinderen negenhonderdenveertig uur per jaar les gegeven wordt. Zo nodig worden leerkrachten in tijd gecompenseerd. Dit wordt jaarlijks vastgesteld. Voor de schooltijdenregeling en het vakantierooster verwijzen wij naar de schoolgids, die jaarlijks wordt aangepast 2.Urenberekening met daarin het vakantierooster. Wij verwijzen hiervoor naar de bijlage behorend bij het schoolplan. 3.Tijdsverdeling over de verschillende vakgebieden Wij verwijzen hiervoor naar de bijlage behorend bij het schoolplan. 4.Overblijven Voor alle kinderen is er gelegenheid om op school over te blijven. Wij zijn hiervoor een samenwerkingsverband aangegaan met IJsselkids, een gecertificeerde instelling voor kinderopvang in Capelle aan den IJssel. Deze verzorgt op professionele wijze de opvang. Daarbij maken zij gebruik van een aantal ruimtes in ons gebouw. Maandelijks vindt er een overleg plaats tussen de coördinator van de IJsselkids en de directie. De afspraken die gelden op school, worden in principe ook gehanteerd tijdens het overblijven. Voor verdere informatie verwijzen wij naar onze schoolgids en IJsselkids zelf. 5.Voor- en naschoolse opvang Voor de leerlingen is er de mogelijkheid om voor schooltijd opgevangen te worden. IJsselkids verzorgt deze opvang vanaf 7.30 uur. Deze opvang is er alleen gedurende de openingsweken van de Vijfster dus niet tijdens de schoolvakanties. De groepsleidsters van de VSO zorgen dat de kinderen op tijd naar de klas worden gebracht. De naschoolse opvang wordt ook geheel geregeld door IJsselkids. Deze opvang vindt plaats na schooltijd, tijdens de schoolvakanties en op dagdelen dat de school gesloten is. De kinderen van de Vijfster worden bij voorrang geplaatst. De directie van de Vijfster heeft met de IJsselkids een samenwerkingsovereenkomst afgesloten. Voor verdere informatie verwijzen wij naar onze schoolgids en IJsselkids zelf. 6.Toezicht houden Om 8.15 uur gaan de schooldeuren open en mogen de kinderen naar binnen. Tijdens deze inlooptijd zijn de leerkrachten in hun klaslokaal aanwezig. Om 8.30 uur starten de lessen. ‘s Middags is de inlooptijd van 12.45 uur tot 13.00 uur. Tussen de middag wordt toezicht gehouden door het personeel van IJsselkids. Bij het uitgaan van de school houden leerkrachten altijd een oogje in het zeil. De kinderen van de onderbouw worden door de leerkracht naar het schoolplein gebracht en overgedragen aan degene die het kind komt ophalen. Tijdens het speelkwartier houden alle leerkrachten toezicht op het schoolplein. 7.Werkweekbezetting Alle leerlingen van de Vijfster hebben recht op tenminste 7520 lesuren gedurende 8 basisschooljaren. Op de Vijfster is gekozen voor het model waarbij 940 uur per jaar lesgegeven wordt. Zo nodig worden leerkrachten in tijd gecompenseerd. Dit wordt jaarlijks in de normjaartaak commissie vastgesteld.

13


8.Afspraken takenoverzicht en werkgroepen In het overzicht werkgroepen staan alle activiteiten vermeld, die in de loop van het jaar plaatsvinden. Dit wordt in de bijlage bij het schoolplan bewaard en opgenomen in de map normjaartaak. Voor iedere activiteit is één teamlid - de coördinator - eindverantwoordelijk. De coördinator bereidt in overleg met de werkgroep de activiteit voor. Van vele activiteiten bestaan kant en klare draaiboeken, die in de loop der jaren zijn opgemaakt en indien nodig worden bijgesteld. 9.Jaarplanning Jaarlijks wordt er een activiteitenoverzicht gemaakt, deze wordt op school bewaard. Deze staat vermeld in de jaarkalender die onderdeel is van de schoolgids.

14


Personeelsplan 1. IPB beleid 2. Taakbelasting, normjaartaak 3. Begeleiden studenten 4. Nascholing teamleden 5. De Medezeggenschapsraad 6. Arbo 1.IPB beleid De RVKO kent binnen de bao-scholen de functies directeur, locatieleider, adjunct-directeur, leraar, conciërge, voorschoolassistent en administratief medewerker. Vanuit de oude ID regeling hebben wij nog één schoolassistent. Leraren kunnen als ‘taak’ de interne begeleiding (IB) verzorgen, staflid zijn etc. Om van al deze personeelsleden hun ontwikkelingen te volgen en te stimuleren, heeft de RVKO vastomlijnde IPB richtlijnen, die zijn vastgelegd in het Vademecum. Op de Vijfster worden deze richtlijnen gehanteerd. Hierin wordt gewaarborgd dat er klassenconsultaties plaatsvinden en aan een vierjarige POP cyclus wordt deelgenomen, met daarin verwerkt intervisie, POP-, voortgangs-, functionerings- en beoordelingsgesprekken. In deze cyclus vinden de volgende gesprekken achtereenvolgens plaats: POP-gesprek → voortgangsgesprek, functioneringsgesprek → voortgangsgesprek, functioneringsgesprek →beoordelingsgesprek. Om deze gesprekken zorgvuldig te kunnen voeren, houdt de directie minimaal één keer per jaar een klassenconsultatie. Deze wordt gevolgd door een nagesprek. Verder krijgen nieuwe leerkrachten of leerkrachten met een geheel nieuwe taak een persoonlijke coach toegewezen. Ook vinden er minstens één keer per jaar klassenconsultaties plaats in het kader van onze vernieuwingsonderwerpen. 2.Taakbelasting en normjaartaak De taak van ieder teamlid is in eerste instantie het verzorgen van goed onderwijs. Ieder teamlid krijgt een vast aantal uren toebedeeld voor lesgevende, corrigerende en voorbereidende taken. Ook wordt voor ieder teamlid een aantal uren vastgesteld voor overlegsituaties, vergadertijd en verplichte avondbijeenkomsten. De werkgroeptaken zijn het sluitstuk van de weektaak. Al naar gelang de persoonlijke situatie, de ambitie en werkomstandigheden van ieder individueel teamlid, worden er aan een persoon meer of minder werkgroeptaken toebedeeld. Er wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met de wensen en capaciteiten van een teamlid, maar ook met een eerlijke verdeling. De normjaartaakcommissie vergadert in principe twee keer per jaar over de invulling van de verschillende taken, waarbij gekeken wordt naar de verdeling van de taken en de belasting van deze taken in uren. In mei/ juni wordt geïnventariseerd welke taken teamleden willen uitvoeren. Hierdoor komt eenieder op zijn of haar normjaartaak die afhankelijk is van de aanstellingsomvang. 3.Begeleiding studenten De school staat open voor Pabo studenten en wij plaatsen in iedere groep waar dat mogelijk is een student. Voor hun begeleiding is de mentor of coach natuurlijk de eerst aangewezen persoon. Daarnaast hebben wij ook een stagecoördinator benoemd, die belast is met ontvangst van de studenten, de indeling en de contacten met de Pabo. De coördinator bewaakt tevens het overzicht over het functioneren van de student en de relatie met de mentor of coach. Indien de situatie daarom vraagt, speelt zij een rol in het onderlinge overleg. 4.Nascholing teamleden Wij hechten er veel belang aan dat teamleden zich verder bekwamen, iets wat in het POP uiteraard aan de orde komt. Indien de cursus ook een schoolbelang dient, bieden wij de formatieve mogelijkheid om de cursus bij te kunnen wonen. Wanneer op ons verzoek aan een studie of cursus wordt deelgenomen, worden de kosten geheel vergoed. Wanneer op eigen verzoek een studie gedaan wordt, zal er eerst gekeken worden in hoeverre deze past binnen het schoolbeleid. 5.De Medezeggenschapsraad De personeelsgeleding van de MR kan gevraagd en ongevraagd advies c.q. instemming geven over onderwerpen die in het RVKO reglement zijn vastgelegd. 15


Er wordt minimaal 6 maal per jaar vergaderd, maar indien nodig wordt er een extra vergadering uitgeschreven. De voorzitter leidt de vergaderingen. De secretaris zorgt in overleg met de voorzitter en zo nodig de directie voor het opstellen van een agenda en verzorgt de notulen en de post. De locatiedirecteur woont de vergaderingen ter advisering bij. MR-leden worden voor drie jaar gekozen. De voorzitter en de secretaris dragen zorg voor de verkiezingen volgens de voorschriften in het MR-reglement. De samenstelling van de Medezeggenschapsraad De oudergeleding en personeelsgeleding bestaan beide uit drie personen. De Vijfster wordt door ons bestuur als een zelfstandige locatie gezien, echter deze locatie heeft wel het brinnummer van De Contrabas. Op de Vijfster is een MR-deelraad geformeerd. 6.Arbo plan Onze school heeft een Arbobeleidsplan. Naar aanleiding van de Risico Inventarisatie en Evaluatie (RI&E), die eens per vier jaar wordt afgenomen, wordt aan een groot aantal verplichtingen uit de Arbo-wetgeving invulling gegeven. Aan de hand hiervan is een Plan van Aanpak opgesteld. In 2015 wordt het plan van aanpak indien nodig aangepast. Per jaar wordt een Jaarplan opgemaakt en ter goedkeuring voorgelegd aan de Medezeggenschapsraad. Hieronder wordt per deelgebied van de Arbo-wetgeving kort ons beleid weergegeven. Verzuim Het verzuim wordt geregistreerd en behandeld middels het programma ‘Verzuimmanager’ van Youforce (Dyade) volgens de richtlijnen van de RVKO. Ongevallenregister Een ongevallen registratieformulier staat op de server. Leerkrachten vullen deze in en plaatsen hem in de juiste map. Ook wordt het formulier aan het dossier van de leerling toegevoegd. Veiligheid en gezondheid Naar aanleiding van de RI&E wordt voor vier jaar een Plan van Aanpak opgesteld en jaarlijks een actieplan (Jaarplan). In 2010 heeft een inventarisatie plaatsgevonden op alle onderdelen inclusief Welzijn. Wij verwijzen voor nadere informatie naar deze documenten. Op school is een medicijnprotocol aanwezig. Alle leerkrachten zijn hiervan op de hoogte en handelen daarnaar. Jaarlijks vullen ouders een SOS-formulier in. Indien het voor de gezondheid van de leerling noodzakelijk is dat medicatie wordt toegediend door de leerkracht, wordt volgens het protocol gehandeld. Welzijn Er is in november 2010 een inventarisatie geweest van het (team)welzijn en de welzijnsrisico’s voor het personeel. Vanuit de welzijnslijsten en de dagelijkse praktijk is gebleken dat leerkrachten behoefte hebben aan inhoudelijke teamvergaderingen met betrekking op de leerlingzorg. De deskundigheid van de leerkrachten ten aanzien van leerlingen die bijzondere zorg vragen moet verhoogd worden. Om de situatie te verbeteren is in het schooljaar 2012-2013 meer formatie gegaan naar de leerlingzorg. Agressie, geweld en seksuele intimidatie Er is een inventarisatie geweest met betrekking tot agressie, geweld en seksuele intimidatie. Ook zijn er op schoolniveau een contactpersoon en een schoolmaatschappelijk werker. Daarnaast kan men ook bij de vertrouwenspersoon van de RVKO terecht. Voor meer informatie hierover verwijzen wij naar de schoolgids. Bedrijfshulpverlening De bedrijfshulpverlening is op school voldoende geregeld. Er zijn meerdere BHV-ers aanwezig. Jaarlijks worden er weer nieuwe personeelsleden opgegeven voor de cursus bedrijfshulpverlening. Ontruimingsplan Er is een goedgekeurd ontruimingsplan. Het ontruimen wordt jaarlijks in de praktijk geoefend.

Vakgebieden 1. Doelstellingen 16


2. 3. 4. 5. 6.

Methoden en materialen Organisatie Relatie kerndoelen Beleidsvoornemens/borging Opbrengsten

1.Doelstellingen: Deze staan in de methode beschreven. Wij verwijzen hiervoor naar de handleiding. 2.Methoden en materialen: Vak

methode

Uitgeverij

groep

Ontw.leerlijnen

Onderbouwd

Heutink

1 en 2

Jaar van aanschaf 2014

Nederlands

Taal Actief versie 3

Malmberg

4 t/m 8

2009

Lezen (aanvankelijk)

Veilig leren lezen (ik, maan, roos)

Zwijsen

3

2004

Voortgezet Technisch lezen

Lekker Lezen

Malmberg

4 t/m 8

2012

Begrijpend/ studerend lezen

Nieuwsbegrip XL

CED

4 t/m 8

2014 abonnement

Malmberg

3 t/m 8

2011

Wolters Noordhof

1 t/m 8

2011

Malmberg

3 t/m 8

2010

Wereld in getallen Rekenen/ Wiskunde De 4e versie Schrijven in de basisschool Schrijven 3e versie Land in zicht Aardrijkskunde Geschiedenis

Eigentijds

Blink Educatie

4 t/m 8

2014

Natuuronderwijs

Natuurlijk

Malmberg

4 t/m 8

2005

Wereldorientatie

Veilig de wereld in

Zwijsen

3

2010

Engels

The Team

Wolters Noordhoff

7 en 8

2004

Verkeer

Veilig Verkeer Nederland

Tekenen

Rondje verkeer Stap Vooruit Op voeten en fietsen Jeugd Verkeerskrant Uit de kunst

Delubas

1 3 5 7 1

2008 Abonnement Abonnement Abonnement 2004

Handenarbeid

Uit de kunst

Delubas

1 t/m 8

2004

Muziek

Moet je doen

Meulenhof

1 t/m 8

2008

Drama

Moet je doen

Meulenhof

1 t/m 8

2005

Gymnastiek

Bewegen samen regelen

Windesheim

3 t/m 8

2008

Documentatie

Diverse informatie materialen

5 t/m 8

2002

Levensbeschouwing

Hemel en aarde

1 t/m 8

2006 Abonnement

17

Kwintessens


en 2 en 4 en 6 en 8 t/m 8

Sociaal emot.ontw. Ontw.materiaal

Kijk groep 1/2 Kijk, op sociale competenties Soemo kaarten Diverse

Basis Bits Mediawijs!? (jong en bewust op internet) Studievaardigheden Blits Computers

Bazalt RPCZ / Bazalt Eduforce

1 3 1 1

en 2 t/m 8 t/m 8 en 2

2014 2008 2007 Jaarlijks

Meulenhof Schoolsupport

3 t/m 8 7 en 8

2011 2014

Delubas

6 t/m 8

2012

3.Referentieniveaus taal en rekenen Het werken met de referentieniveaus taal en rekenen zal de komende jaren steeds meer vorm krijgen. Tussendoelen en toetsen worden aangepast en er wordt een koppeling gemaakt met de leerlijnen. We verwachten dat de diverse uitgevers additioneel materiaal en leeswijzers hiervoor zullen maken. Tijdens teambijeenkomsten zal informatieoverdracht plaatsvinden. Naast informatieoverdracht zullen we ons gaan verdiepen in de consequenties van het werken met referentieniveaus om daar vervolgens actie op te kunnen ondernemen. Leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften (zorgleerlingen): De ambitie is dat alle leerlingen een zo hoog mogelijk niveau behalen, tenminste 1F. Een deel van de leerlingen met een specifieke onderwijsbehoefte zal met extra ondersteuning 1F kunnen halen. De leerlingen die het totale aanbod van de methode niet aankunnen, werken gericht naar niveau 1F toe, middels een handelingsplan. Voor de leerlingen die het niveau 1F echt niet haalbaar is zullen aparte leerroutes en doelen geformuleerd worden met behulp van het project Passende Perspectieven. 4.Opbrengstgericht werken Ter ondersteuning van het opbrengstgerichte werken, wordt voor leerlingen met een leerachterstand vanaf groep 4, jaarlijks een ontwikkelingsperspectief gemaakt. Op basis van tussentijdse doelen en ijkpunten kan aan het einde van het leerjaar bezien worden of op individuele basis de opbrengsten voldoende zijn op basis van het te verwachten ontwikkelingsperspectief. Tevens vindt aan het eind van een leerjaar een evaluatie plaats of de opbrengsten op het niveau liggen, dat op grond van de kenmerken van de leerlingpopulatie mag worden verwacht. IJkpunten zijn de resultaten aan het eind van de basisschool, de scores uit de toetsen van het leerlingvolgsysteem en de doorstroming van de leerlingen binnen de school. 5.Organisatie In de groepen 1 en 2 werken de leerlingen vanuit thema’s aan hun ontwikkeling. De daarbij gekozen materialen sluiten hierbij aan. Zij werken vanuit een ook voor leerlingen duidelijke dagindeling. Veelal spelen of werken zij in groepen aan een opdracht. In onze visie ontwikkelen kinderen zich op jonge leeftijd met name door hun spel. Daarom richten wij extra aandacht op het ' werken in hoeken ' dat kwalitatieve spelgelegenheid biedt. Voorwaarde is dat de hoeken uitdagend en betekenisvol zijn ingericht. Deze zijn in de school terug te zien. Verder wordt er in de groepen 1-2 gewerkt met een takenbord waarop de leerlingen individueel en in tweetallen diverse taken kunnen kiezen. De taken wisselen wekelijks en geven kinderen gelegenheid tot samenwerkend leren. In de groepen 3 en 4 wordt gewerkt met weektaken waarop instructiemomenten, groepsactiviteiten en zelfstandig werken staan aangegeven. De leerling heeft naast het basispakket ook een keuzepakket als verrijking of extra oefening. Vanaf groep 5 wordt er gewerkt met weektaken. De weektaak loopt van donderdag tot en met woensdag. Er is op de weektaak mogelijkheid tot plannen. Naast de dagen weektaken voor de leerlingen maken de leerkrachten een weekrooster. Tegelijkertijd leren wij de leerlingen verantwoordelijk te zijn voor de uitvoering van hun eigen taak, zij leren van elkaar, zijn probleemoplossend bezig en evalueren de kwaliteit van het werken en de groepsleraar. Het tutorleren, waarbij een oudere leerling een jongere leerling begeleidt met het inoefenen van leerstof vindt wekelijks plaats. Leerkrachten maken groepsoverzichten t.a.v. rekenen en lezen en aan de hand hiervan maken zij een groepsplan. 6.Relatie kerndoelen Bij alle vakgebieden wordt aan de kerndoelen voldaan. De kerndoelen staan in de handleiding van de methode beschreven. 18


7.Beleidsvoornemens/borging Jaarlijks vinden diverse klassenconsultaties en nagesprekken plaats waardoor zicht blijft op borgingsafspraken. Deze consultaties vallen binnen het IPB gesprekkencyclus. Zie verder ook het 4 jarenplan. 8.Opbrengsten Voor alle vakgebieden liggen de opbrengsten aan het eind van een leerjaar op het niveau, dat op grond van de kenmerken van de leerling-populatie mag worden verwacht. De resultaten van het Cito LVS, de entreetoets en de eindtoets geven een beeld van de opbrengsten.

19


Zorgplan

1.Passend Onderwijs 2.Definitie van een leerling met specifieke onderwijsbehoeften (voorheen zorgleerling) 3.Doelstellingen van de school 4.De inhoud van de zorgstructuur 5.De organisatie van de zorgstructuur 1. Passend Onderwijs Passend Onderwijs betekent dat iedere leerling onderwijs krijgt dat het beste bij zijn of haar talenten en beperkingen past. Ook de leerlingen met een stoornis, ernstige ziekte of handicap. Zij kunnen extra hulp krijgen op een reguliere school, een school voor speciaal basisonderwijs of op een school voor speciaal onderwijs. Om te garanderen dat alle leerlingen onderwijs krijgen dat bij hen past, wordt per 1 augustus 2014 de wet Passend onderwijs van kracht. Scholen en besturen zijn verplicht te zorgen voor een passende onderwijsplek en passend onderwijs voor elke leerling. Ter ondersteuning van de scholen bij het verzorgen van passend onderwijs heeft de RVKO de projecten KANS en TALENT. 2. Definitie van een leerling met specifieke onderwijsbehoeften (voorheen zorgleerling) Leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften zijn leerlingen waarvoor het reguliere onderwijsaanbod te moeilijk of te eenvoudig is. Er is sprake van een ontwikkelingsachterstand of ontwikkelingsvoorsprong. Ook de leerlingen waarbij sprake is van een sociaal emotionele problematiek zijn leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften. De leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften worden gesignaleerd door middel van de LVS toetsen, “Kijk op sociale competenties’ en leerkrachtobservaties. Ook ouders kunnen aangeven dat zij bij hun kind problemen signaleren. De school zal hier verdere actie op ondernemen en contact onderhouden met de betrokken ouders. 3. Doelstellingen van de school We staan voor het bieden van kwalitatief goed onderwijs; Alle kinderen die aan onze zorg worden toevertrouwd willen we begeleiden in hun ontwikkeling en hen optimale kansen bieden om zelfstandig te functioneren binnen de pluriforme samenleving. Het begeleiden in hun ontwikkeling wordt gesplitst in drie aspecten t.w. 1.Sociaal emotionele ontwikkeling 2.Cognitieve ontwikkeling 3.Motorische ontwikkeling 1. Om de kinderen op soc. emotioneel gebied goed te kunnen begeleiden is een positief pedagogisch klimaat van groot belang. Een gevoel van veiligheid, acceptatie en waardering behoort tot de basisbehoeften. De school moet er voor zorgen dat er een veilige en vertrouwde sfeer heerst waar kinderen zich geaccepteerd voelen, waar kinderen een positieve houding naar elkaar ontwikkelen en waar leerkrachten een positieve, verwachtingsvolle houding hebben. Het is heel belangrijk, dat de kinderen met plezier naar school gaan. Het is de taak van de school om kinderen met problemen op dit gebied te signaleren, te diagnosticeren en hulp te bieden binnen de competenties en mogelijkheden van de school daar waar nodig met externe hulp. Er wordt een gedragsprotocol gehanteerd, deze is als bijlage toegevoegd. 2. Kinderen te begeleiden in hun cognitieve ontwikkeling houdt in dat het onderwijs rekening houdt met de mogelijkheden en behoeften van het individuele kind. Uitgangspunten hierbij zijn dat kinderen: -actief en doelgericht leren -leren in een sociale en interactieve context -cumulatief en constructief leren (voortborduren op voorkennis, zelf kennis opbouwen, interpreteren en toetsen van informatie) -individueel van elkaar verschillen (leerstijl, interesse, intelligentie) Ook op dit gebied is het weer de taak van de school om kinderen met een cognitief probleem zoveel mogelijk te helpen door te signaleren, diagnosticeren en hulp te bieden. Uitgangspunt is dat leerlingen zich zoveel mogelijk op eigen kracht ontwikkelen. Daar waar nodig, wordt de ontwikkeling van het kind gestuurd door expliciete instructie om onderwijsachterstanden te verminderen of kinderen te helpen waarbij de ontwikkeling stagneert.

20


3. Voor een goede motorische ontwikkeling is het van belang vroegtijdig problemen op het gebied van de fijne en grove motoriek te signaleren en waar mogelijk te diagnosticeren. Daar de mogelijkheden voor de school op dit gebied beperkt zijn, is het belangrijk de gesignaleerde problemen met de ouders te bespreken en hen door te verwijzen naar een specialist. In het schooljaar 2011 – 2012 is er een zorgprofiel opgesteld. In dit zorgprofiel is opgenomen welke mogelijkheden en grenzen er op onze school zijn om leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften voldoende te kunnen begeleiden in hun ontwikkelingen. Tevens is geformuleerd welke ontwikkeling we als school gaan inzetten op dit gebied. Zie ook het 4-jarenplan. In het samenwerkingsverband passend primair onderwijs Aan den IJssel worden tot op heden verschillende schoolondersteuningsprofielen gebruikt. Om dit probleem te ondervangen heeft het samenwerkingsverband een monitor schoolondersteuningsprofielen ontwikkeld. Op deze manier wordt op efficiente wijze in beeld gebracht in hoeverre een school aan de basisondersteuning voldoet en welke punten nog nadere ontwikkeling vragen. Deze documenten zijn in te zien op school. 4. De inhoud van de zorgstructuur 1-zorgroute Zorgverbreding betekent dat we het onderwijs zo goed mogelijk aanpassen aan de behoeften, mogelijkheden en beperkingen van ieder kind. Zorgverbreding is dus niet alleen gericht op kinderen met leerproblemen, maar ook op kinderen die meer aankunnen dan het klassenprogramma hen biedt. We zijn gericht op het aanpassen van de leerstof. We kijken daarbij ook naar de thuissituatie, het zelfbeeld, de motivatie en de sociale capaciteiten. Op basis van deze uitkomsten krijgt het kind zijn eigen zorgroute binnen of buiten de school aangeboden. Ontwikkelingsperspectief (OPP) Voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften, dit zijn leerlingen waarbij sprake is van een grote achterstand (van minimaal één jaar), wordt een ontwikkelingsperspectief opgesteld met meetbare tussentijdse opbrengsten. Op basis van de opbrengsten wordt de aanpak eventueel bijgesteld. Het OPP van een leerling met specifieke onderwijsbehoeften binnen het basisonderwijs is een formulering van de verwachte leeropbrengst tot en met eind groep 8 op het vakgebied waarop een achterstand is. Deze wordt gemaakt op basis van: de leerrendementen tot nu toe, partiële leerrendementen, informatie verkregen uit pedagogisch didactisch en/of psychodiagnostisch onderzoek, de effecten van handelingsplanning en de omgevingsfactoren. Het verwachte uitstroomniveau (na groep 8) wordt beschreven. Het OPP is een leidraad waaruit het onderwijs vormgegeven wordt (al dan niet op basis van een individuele leerlijn) om voor de specifieke individuele leerling te komen tot een optimale ontwikkeling, rekening houdend met individuele mogelijkheden, protectieve factoren en belemmeringen, onderwijs- en ondersteuningsbehoeften van deze leerling. Meer informatie over het ontwikkelingsperspectief is te vinden in de notitie van KANS opgenomen op de website van de RVKO. Achterstandenbeleid Ter preventie en bestrijding van onderwijsachterstanden werkt de school samen met andere instellingen, waaronder de schoolbegeleidingsdiensten, het sociaal-cultureel en welzijnswerk, gemeentelijk bureau leerlingzaken, Centrum voor Jeugd en Gezin (o.a. schoolarts en consultatiebureau) en andere hulpverleningsinstanties. KANS In 2009 is binnen de RVKO het initiatief KANS gestart. Het doel van KANS is de ondersteunende functie van de scholen voor sbo verder te ontwikkelen door de aanwezige expertise beschikbaar te stellen aan het reguliere basisonderwijs. Het project richt zich op de ondersteuning van de basisscholen en de ontwikkeling van de scholen voor sbo in de richting van Passend Onderwijs. KANS deelt de visie van WSNS en creëert van hieruit een specifieke taak voor de RVKO scholen, gefaciliteerd en bekostigd uit eigen middelen. Talent benutten 21


Wanneer uit het LVS blijkt dat een leerling meer aankan dan het klassenprogramma biedt, wordt in het groepsplan aangegeven op welk gebied de leerling extra of aangepaste stof krijgt aangeboden, welk materiaal wordt ingezet en wanneer de leerling hieraan kan werken. Daarnaast kan deze leerling vanaf groep 4 in aanmerking komen voor het deelnemen in de ‘Sterrengroep’. Deze leerlingen komen een keer in de drie weken gedurende een middag naar de Sterrengroep. Het aanbod tijdens deze bijeenkomsten bestaat uit niet-groepsgebonden activiteiten zoals filosoferen, het oplossen van inzichtelijke problemen. TALENT In 2008 is binnen de RVKO het initiatief TALENT gestart: een kennispunt voor begaafdheid. In het kennispunt werkt een aantal scholen samen dat extra zorg besteedt aan de begaafde en getalenteerde leerlingen. Deze scholen zijn verdeeld over de stad Rotterdam en de randgemeenten. Zij hebben ervaring met het onderwijs aan begaafde kinderen. Door samen te werken vergroten zij hun eigen deskundigheid en kunnen zij alle andere scholen van de RVKO ondersteunen. Leerlingen met een bijzondere handicap Indien een leerling van de school via een REC een indicatiestelling krijgt en de ouders besluiten om het kind met een ‘rugzak’ op school te laten, dan gelden de plaatsingscriteria, zoals beschreven in het aannamebeleidsplan. Niet alleen ouders moeten er vertrouwen in hebben dat de school de nodige deskundigheid in huis heeft om het kind goed te begeleiden. Ook de school zelf moet ervan overtuigd zijn, dat zij in staat is de ontwikkeling van deze leerling goed te begeleiden. Doublure beleid In een uitzonderlijke situatie zal in overleg tussen de groepsleerkracht en de intern begeleider besloten worden dat doubleren voor een leerling gewenst is. De leerling is dan al met regelmaat op de leerlingbesprekingen besproken en zijn de ouders volledig op de hoogte van de stand van zaken m.b.t. de ontwikkeling van hun kind. Dit besluit wordt op basis van een meervoudige achterstand (meestal ook op sociaal emotioneel gebied) genomen. Bovendien is er sprake van sterke vermoedens dat een tweede keer eenzelfde groep doorlopen een positief effect zal hebben. 5. De organisatie van de zorgstructuur Binnen de school worden ten aanzien van de (extra) zorg voor leerlingen de volgende medewerkers en taken ingezet: Taakstelling Leerkracht De groepsleerkracht is de verantwoordelijke persoon voor de leerlingen in zijn/haar groep. De groepsleerkracht begeleidt immers de leerling dagelijks en hij/zij weet welke zorg de leerling behoeft en welke aanpak hierbij nodig is. In het leerlingvolgsysteem (LVS) worden de vorderingen van iedere leerling door de groepsleerkracht vastgelegd. Dit geldt zowel voor het LVS van de cognitieve vakken als de observatielijsten voor de sociaal emotionele ontwikkeling. Zie ook leerlingvolgsysteem met de bijbehorende toetsen. Indien er zorgen zijn m.b.t. een leerling van welke aard ook, wordt de leerling met de intern begeleider besproken. Vooraf vult de leerkracht hiervoor een aanmeldingsformulier in. Tijdens deze leerlingbespreking worden er afspraken gemaakt hoe er verder gehandeld gaat worden m.b.t. de ontwikkeling van de besproken leerling. De intern begeleider maakt een verslag van de bespreking die digitaal in het administratiesysteem ‘Parnassys’ bewaard wordt. Gesignaleerde problemen worden door de intern begeleider gediagnosticeerd. Indien gewenst observeert de intern begeleider een leerling binnen de groepssituatie. De intern begeleider bespreekt zijn/haar bevindingen met de groepsleerkracht. De groepsleerkracht maakt in samenwerking met de intern begeleider een handelingsplan. Het handelingsplan wordt ook digitaal opgeslagen. Het handelingsplan bevat de volgende gegevens: Samenvatting van de problematiek • Wat wordt er de komende periode gedaan • Door wie wordt het uitgevoerd • Wat is het doel op korte termijn en wat is het doel op langere termijn • Wanneer vindt er een (tussen)evaluatie plaats • De leerkracht informeert de ouders eventueel met ondersteuning van de intern begeleider. Afhankelijk van de ernst van de zorgen kan, in overleg met de intern begeleider, besloten worden om de leerling in het intern zorgoverleg te bespreken. Zie zorgroute.

22


De intern begeleider onderhoudt de contacten met andere zorginstanties zoals de schoolmaatschappelijk werker, de schoolarts, de logopedist, fysiotherapeut, diëtiste etc. en houdt de groepsleerkracht op de hoogte van relevante informatie. De groepsleerkracht kan altijd een beroep doen op de intern begeleider voor advies en ondersteuning m.b.t. een bepaalde problematiek rond één of meerdere leerlingen. Taakstelling hulp binnen en buiten de groep De individuele hulp wordt gegeven aan de grootste zorgleerlingen. Een leerling heeft dan een specifiek • leerprobleem waarvoor aangepaste instructie en/of aangepaste leerstof en leerroutes noodzakelijk zijn. Voor kinderen die individuele hulp krijgen wordt in overleg met de betreffende intern begeleider een • handelingsplan opgesteld. Extra hulp binnen of buiten de groep wordt beschreven in het groepsplan. • Taakstelling intern begeleider De organisatie van de extra hulp aan kinderen. • Verantwoordelijkheid voor het leerlingvolgsysteem. • Deelname aan leerlingbesprekingen. • Diagnosticeren van specifieke problemen bij kinderen. • Verantwoordelijk voor handelingsplanning. • Voorbereiden en bespreken van eventuele aanmeldingen van kinderen bij het Ondersteuningsteam. • Contacten onderhouden met relevante instellingen • Beheren en actualiseren van de orthotheek • Leerlingvolgsysteem De toetsresultaten worden vastgelegd in ParnasSys. De zorgkalender wordt jaarlijks aangepast. De leerlingdossiers zijn te vinden in een blauwe en een rode groepsordner en ParnasSys. In de rode ordner staan o.a. het overdrachtsformulier, individuele toetsresultaten, groepsoverzichten en groepsplannen, handelingsplannen, analyseformulieren en overige informatie zoals verslag pedagogischdidactisch of psychologisch onderzoek, logopedische screening. In de blauwe ordner zit o.a. het kopie-inschrijfformulier, onderwijskundige rapporten en onderzoekgegevens. De volledige inhoud van de beide mappen is terug te vinden in de bijlagen bij dit hoofdstuk. Inmiddels is er een LVS op sociaal-emotioneel gebied, Kijk! op sociale competentie. Twee keer per jaar vullen leerkrachten gegevens over hun leerlingen in. Leerlingen vanaf groep 5 vullen ook een vragenlijst in. Daarnaast hanteren wij een signaleringsinstrument voor meerbegaafden, Surplus. Een ontwikkelpunt in de komende jaren blijft het digitaliseren van het leerling-dossier. Leerlingbesprekingen Driemaal per jaar vinden er leerlingbesprekingen en driemaal groepsbesprekingen plaats (zie toetskalender). Hier zijn de groepsleraar, de intern begeleider en eventueel een directielid bij aanwezig. Bij de laatste bespreking van het schooljaar is ook de groepsleerkracht van het volgende schooljaar aanwezig en worden alle leerlingen besproken. Bij de overige leerlingbesprekingen worden alleen de zorgleerlingen en de leerlingen waarover zorgen zijn besproken. Tijdens deze besprekingen wordt er gesproken over het ontwikkelings- en leerproces van alle leerlingen uit de betreffende groep. Hierbij wordt o.a. gebruik gemaakt van de resultaten van de toetsen uit het leerlingvolgsysteem. Per leerling wordt een notitie gemaakt op het leerlingformulier. De intern begeleider noteert de voor haar relevante zaken in een speciaal schrift en houdt bij welke en door wie acties uitgevoerd moeten gaan worden. De groepsleerkracht noteert gemaakte afspraken in de groepsordner. Volgens rooster zijn er vijf zorgoverlegvergaderingen. Onderstaande onderwerpen staan o.a. op de agenda; inhoudelijke en organisatorische zaken op het gebied van de leerlingenzorg, het bespreken van de zorgleerlingen en het evalueren van gevoerde procedures. Indien een leerling in het zorgoverleg wordt besproken, worden ouders hierover vooraf geïnformeerd. Bij dit zorgoverleg zijn de intern begeleider, een directielid en schoolbegeleider van het CED aanwezig. Op vraag van het zorgteam kan de schoolarts en/ of maatschappelijk werker en/ of de groepsleerkracht aanwezig zijn bij het zorgoverleg. De gemeente Capelle a/d IJssel heeft ook de mogelijkheid tot ZAT (zorg advies team). Gemiddeld twee keer per school jaar is de intern begeleider hierbij aanwezig om een leerling te bespreken. Analyse en evaluatie Cito-toetsen. 23


Twee keer per jaar worden de Cito-toetsen door de directie met de intern begeleider besproken. Afhankelijk van de analyse kunnen er afspraken gemaakt worden op beleidsmatig niveau die verwerkt worden in het 4 jaren plan. Tevens vinden er groepsbesprekingen plaats. Tijdens deze besprekingen zijn de leerkrachten, de intern begeleider en een directielid aanwezig. Mede naar aanleiding van deze besprekingen worden de groepsplannen aangepast. Orthotheek vanuit KANS Binnen het project KANS zijn een tweetal orthotheken ingericht voor de begeleiding van zorgleerlingen binnen de RVKO scholen. Lees hierover meer op de website van de vereniging. Naast de ondersteuning binnen de school schakelt de school, in haar ketenverantwoordelijkheid, ook externe partijen en functies in: Het samenwerkingsverband Passend Onderwijs De Vijfster maakt deel uit van het samenwerkingsverband Passend Primair Onderwijs Aan den IJssel. De procedures voor consultaties met het SBO en/of ambulante begeleiding vanuit het SBO over de aanpak van zorgleerlingen staan beschreven in het ondersteuningsplan. Contacten met hulpverleners Een groepsleerkracht kan in overleg met de intern begeleider een consult aanvragen bij de schoolarts. Ouders worden hierover dan geïnformeerd. Ook ouders kunnen de schoolarts raadplegen. Tevens maken wij gebruik van schoolgericht maatschappelijk werk. De SMW-er is op afroep op school aanwezig. Verder zijn wij aangesloten bij het SISA (Stadsregionaal Instrument Sluitende Aanpak).

24


Brede Schoolplan 1. Beleidsplan ICT 2. Brede School activiteiten 3.

Voorschoolse, tussentijdse en naschoolse opvang

4. 1.Beleidsplan ICT Onze visie en doelstelling Wij integreren de mogelijkheid die de informatiemaatschappij ons biedt in ons onderwijs. De kinderen leren computervaardigheden, onder andere tekstverwerken en internetgebruik. De computer wordt gebruikt als didactisch hulpmiddel, geïntegreerd in het leerproces, met een goede registratie. De computer wordt ook gebruikt bij remedial teaching. Leerlingen gebruiken de computer als informatiebron. De computer wordt tevens gebruikt als organisatorisch hulpmiddel onder andere schooladministratie, groepsadministratie, financiële administratie en leerlingvolgsysteem. Alle groepen werken met een digitaal schoolbord. De technische inrichting De school heeft de beschikking over 45 werkstations. Er is een aansluiting voor een gezamenlijke printer. Daarnaast hebben we nog 1 lokale printer. Er is een netwerkverbinding met internet via Ziggo. Jaarlijks wordt bekeken welk werkstation vervangen dient te worden en of er extra werkstations noodzakelijk zijn. De ICT coördinator doet dat in overleg met onze netwerkbeheerder Heutink ICT. Wij maken gebruik van de leeromgeving van deklas.nu. Informatievoorziening Via onze website houden wij ouders en leerlingen op de hoogte van allerlei zaken die op school spelen. Deze site wordt door een extern bureau beheerd. Ook bestaat de mogelijkheid via e-mail te communiceren. Iedere leerkracht heeft een eigen e-mailadres. We streven ernaar onze informatie voorziening zoveel mogelijk digitaal te versturen. Administratief beheer Wij maken gebruik van het programma ParnasSys. Het beheer van de leerling-administratie ligt zowel bij de directie als de administratief medewerkster. De leerkrachten houden m.b.v. dit programma zelf de absentie van de leerlingen bij en voeren relevante gegevens in ten behoeve van ons LeerlingVolgSysteem (Cito toetsgegevens, besprekingen, oudergesprekken etc.) Scholing personeel De leerkrachten kunnen door middel van diverse cursussen hun computervaardigheid vergroten. Te denken valt aan Basiscursus Windows, Word/ Excel en ParnasSys. Tevens wordt er scholing gegeven voor het optimaal leren omgaan met het digitale schoolbord. Onderwijskundig pakket voor de leerlingen De leerlingen maken gebruik van allerlei software op gebied van taal, rekenen, aardrijkskunde, verkeer en documentatiecentrum. Veelal hoort de software bij de gekozen methodes. Er is ook remediërende software. De programma’s die daarvoor ingezet worden zijn onder meer Maatwerk, W.I.G., Basisbits, mediawijzer (kennisnet) en het complete softwarepakket Ambrasoft. Tevens gebruiken zij internet bij het maken van onder andere werkstukken. BRON / Digitale aanlevering gegevens aan de Inspectie van het Onderwijs Alle in- en uitschrijvingen worden bijgehouden in ons leerlingenadministratiesysteem (LAS), ParnasSys. Deze gegevens worden gekoppeld aan de gegevens van BRON. Alle uitslagen van afgenomen Cito-toetsen worden digitaal aangeleverd ten behoeve van de Inspectie van het Onderwijs. 2.Brede School activiteiten Wij maken gebruik van het aanbod vanuit het Brede School Netwerk (BSN). De school bepaalt daarin haar eigen keuze.

25


3.Voorschoolse, tussenschoolse en naschoolse opvang Er is een overeenkomst gesloten met de IJsselkids. Zij verzorgt volledig deze voorzieningen. Zie ook paragraaf Activiteitenplan en jaardraaiboek.

26


Gedragsprotocol 1. Achtergrond en doelstellingen 2. Het gedragsprotocol 3. Schorsen en verwijderen 4. Klachtenregeling 5. Meldcode Huiselijk geweld en kindermishandeling 1.Achtergrond en doelstellingen Zoals we in onze visie op onderwijs aangeven, vinden we het heel belangrijk om op school een pedagogisch klimaat te scheppen waarin kinderen zich veilig en geaccepteerd voelen en waarin teamleden, ouders en kinderen respectvol met elkaar omgaan. Dit willen we onder meer bereiken door duidelijke regels en afspraken en een transparant beleid ten aanzien van ongewenst gedrag. 2.Het gedragsprotocol Deze regels en afspraken zijn terug te vinden in onze schoolgids. Daarin staat ons gedragsprotocol beschreven, welke jaarlijks samen met de MR kritisch bekeken wordt. Dit protocol wordt aan het begin van elk schooljaar met de kinderen en tijdens de informatieavond met de ouders besproken door de leerkracht. Tevens staan in de schoolgids de algemene regels en afspraken vermeld rondom verzuim en buitengewoon verlof en alle algemene schoolafspraken, zoals het gebruik van mobiele telefoons, regels op het schoolplein, trakteren, hoofdluis enz. Ook staat in de schoolgids vermeld dat wij t.a.v. kleding een gedragscode hebben opgesteld. In het algemeen stellen wij, in alle redelijkheid, eisen aan de kleding van medewerkers, maar ook aan de kleding van de leerlingen. Voor de inhoud verwijzen wij naar het document dat ter inzage ligt bij ons op school. Verder zijn organisatorische afspraken vastgelegd in ons document ‘Daltonwerkboek’, waarvan iedere leerkracht een exemplaar in de klas bewaart. Jaarlijks wordt dit document bijgesteld. In het schooljaar 2014-2015 is er een visie opgesteld ten aanzien van reflecteren. 3.Schorsen en verwijderen In onze schoolgids staat nauwkeurig omschreven, hoe er gehandeld moet worden bij eventuele schorsingen of verwijderingen. 4.Klachtenregeling Indien kinderen of ouders vragen en opmerkingen hebben of ontevreden zijn over het een of ander, kunnen zij dit bespreken met de groepsleerkracht of één van de directieleden. Teamleden kunnen bij een staf- of directielid terecht. Indien een probleem niet onderling opgelost kan worden, heeft eenieder het recht om een klacht in te dienen bij één van de vertrouwenspersonen van de RVKO. De procedure hiertoe staat exact omschreven 5. Meldcode Huiselijk geweld en kindermishandeling Eind 2011 / begin 2012 wordt het wettelijk verplicht om met de Meldcode te werken. Om tot een goede uitvoering hiervan te komen zal de intern begeleider optreden als aandachtsfunctionaris. In 2012 – 2013 is een protocol opgesteld met betrekking tot huiselijke geweld en kindermishandeling. Tevens heeft in het schooljaar 2012-2013 over dit onderwerp een studiemiddag plaatsgevonden.

27


4 jaren plan ONDERWERP VAKGEBIEDEN Taal

2014-2015

2015-2016

2016-2017

Technisch lezen

Borging

Stil lezen

Afspraken maken over de verwerking van de gelezen boeken

Evalueren

Borging

Duo-lezen

Optimaliseren

Evalueren en borging

Begrijpend lezen

Optimaliseren begrijpend lezen

Evaluatie en borging

Woordenschat

Invoering woordenschat lessen vanuit Nieuwsbegrip XL


Borging

Aanvankelijk lezen

Oriëntatie op nieuwe methode


Borging

Studievaardigheden Engels

Evaluatie Oriëntatie nieuwe methode

Invoering / implementatie nieuwe methode Borging Invoering / implementatie nieuwe methode


Borging

Rekenen

Evaluatie en optimaliseren van rekenonderwijs

Borging

Aardrijkskunde

28


2017-2018

Geschiedenis

Invoering en implementatie


Borging

Natuur

Oriëntatie nieuwe methode


Techniek

Verdere uitwerking en invoering techniekplan

Invoering en implementatie nieuwe methode

Borging

Evaluatie

Verkeer Documentatie

Actualiseren

Creatieve vakken

Actualiseren

Actualiseren

Oriëntatie op nieuwe methode

Invoering en implementatie nieuwe methode

Actualiseren

Bewegingsonderwijs ‘Daltonwerkboek’

Actualiseren. (jaarlijks agendapunt bouwvergadering) De directeur en daltoncoördinator actualiseren (in samenspraak met het team) dit document

Actualiseren

ICT

Invoeren plan van aanpak op het gebied van sociale media voor de groepen 6,7 en 8

Borging plan van aanpak

29



ZORGPLAN Passend Onderwijs

2014-2015 Invoering passend onderwijs

2015-2016 Ambities in vierjarenplan verwerken



Ambities in vierjarenplan verwerken

Actualiseren/optimaliseren ondersteuningsprofiel



Evalueren van de aanpassingen op zorggebied

Optimaliseren

Borgen

Scholing op het gebied van opbrengst gericht werken

Evalueren opbrengst gericht werken waarbij de resultaten gevolgd en gestuurd worden



Actualiseren aanbod Sterrengroep




Uitvoeren plan van aanpak n.a.v. RI & E (jaarplan)



Uitvoeren plan van aanpak n.a.v. RI & E (jaarplan

IPB

Uitvoering IPB beleid gesprekcyclus: POP, voortgangsgesprek, beoordelingsgesprek

Uitvoering IPB beleid gesprekcyclus



Klassenconsultaties

Klassenconsultaties: Dalton/ IBP/ Begrijpend lezen / Spelling/ woordenschat

Klassenconsultaties: Dalton/ IBP/ Begrijpend lezen / Spelling/ woordenschat

Klassenconsultaties: Dalton/ IBP/ Begrijpend lezen / Spelling/ woordenschat / Aanvankelijk lezen

Klassenconsultaties: Dalton/ IBP/ Begrijpend lezen / Spelling/ woordenschat / Aanvankelijk lezen

Continuering flitsbezoeken

Optimaliseren flitsbezoeken



Actualiseren/optimaliseren ondersteuningsprofiel Zorgstructuur

Sterrengroep PERSONEELSPLAN ARBO

30


Scholing

BREDE SCHOOLPLAN Activiteiten

31

Teamscholing:  Begrijpend lezen  Spelling  woordenschat Individuele scholing

Individuele scholing



Naschoolse activiteiten op het gebied van sport/spel en cultuur i.s.m. Brede School Netwerken

Idem

Idem

Idem


Toelichting 4 jaren plan VAKGEBIEDEN Methode Voortgezet Technisch Lezen 2014-2015 Er worden binnen het team afspraken gemaakt t.a.v. het verwerken van de door kinderen gelezen boeken. Deze afspraken worden vastgelegd en in het schooljaar 2015 – 2016 geëvalueerd. 2014-2015 Optimaliseren van het duo-lezen. Door middel van evaluatie wordt gekeken, waar we het duolezen kunnen verbeteren. Afspraken worden hierover opgesteld. Begrijpend lezen/woordenschat In het schooljaar 2010-2011 is een nieuwe methode voor begrijpend lezen ingevoerd en geïmplementeerd. De verwachting was dat door deze invoering de Cito scores van begrijpend lezen op of boven het landelijk gemiddelde zouden komen te liggen. Bij de keuze van deze methode was dit ook door de uitgever als haalbaar aangegeven. Echter is gebleken, dat dit als zodanig nog niet is gerealiseerd(R). In het schooljaar 2012-2013 zijn er drie teamvergaderingen aan het onderwerp begrijpend lezen gewijd. Deze teamvergaderingen zijn geleid door een deskundige van het CED. Naar aanleiding van deze bijeenkomsten hebben we besloten om Nieuwsbegrip in te voeren naast de bestaande methode voor begrijpend lezen(A). In het schooljaar 2013-2014 vinden er klassenconsultaties plaats op het gebied van begrijpend lezen. Ook zal er nog een teamvergadering aan dit onderwerp besteed worden. Doelstelling is dat er een stijging op de Cito-toetsen waar te nemen is( S en M). We verwachten dat deze stijging pas vanaf juni 2014 waar te nemen kan zijn gezien de tijd die nodig is om (T). 2014-2015 De ingezette weg wordt indien nodig aangepast of gecontinueerd. In mei 2014 is Nieuwsbegrip XL ingevoerd. De methode tekstverwerken komt hiermee te vervallen. We hebben hiervoor gekozen omdat het werken met twee methodes zorgt voor verwarring in begrip van de leerlingen en omdat bij Nieuwsbegrip XL woordenschat lessen in het aanbod geïntegreerd zijn. In juni 2015 verwachten we een stijging waar te nemen om het gebied van woordenschat. Aanvankelijk lezen 2014-2015 Oriëntatie: Gezien de verouderde methode (A) zal een oriëntatie plaatsvinden op een aantal methoden m.b.v. een werkgroep onder begeleiding van de locatiedirecteur. Een extern deskundige wordt eventueel geraadpleegd. Binnen dit schooljaar wordt de keuze voor één methode gemaakt (S en M). Voor deze methode is geld gereserveerd, de teamleden zien de noodzaak in van een nieuwe methode en maken zelf een keuze voor een bepaalde werkgroep waarin ze zitting nemen (R). De werkgroep houdt een enquête onder de teamleden wat hun criteria zijn over de te kiezen methode. Het team wordt geïnformeerd dat een nieuwe methode gekozen gaat worden. De werkgroep komt hierna diverse keren bij elkaar. Tussentijds wordt in het team verslag uitgebracht over de stand van zaken, waarna in een afsluitende teamvergadering de werkgroep een definitief voorstel doet. Hierna neemt het team een besluit en bepaalt hoe het traject van invoering zal zijn (T). 2015-2016 De nieuwe methode voor aanvankelijk lezen wordt ingevoerd volgens de gemaakte afspraken. 2016-2017 Evaluatie en borging nieuwe methode voor aanvankelijk lezen. Studievaardigheden Vanuit de Cito-toetsen is gebleken dat de opbrengsten op dit gebied beneden het landelijk gemiddelde ligt. We stellen ons ten doel om op dit vakgebied minimaal op het landelijk gemiddelde te komen binnen 4 jaar. In het schooljaar 2011-2012 vond er een analyse plaats om te kunnen bepalen waar de grootste problematiek ligt op dit gebied. De intern begeleider, een leerkracht uit groep 7/8 en de directie hebben zich hierover gebogen. 2012-2013 is er een plan van aanpak gemaakt en is de methode Blits ingevoerd. 2013-2014 wordt het plan van aanpak geïmplementeerd en aan het eind van het schooljaar geëvalueerd. 2014-2015 wordt het plan van aanpak geoptimaliseerd en gestandaardiseerd. 2015-2016 Borging plan van aanpak.

32


Engels 2014-2015 Oriëntatie: Gezien de verouderde methode (A) zal een oriëntatie plaatsvinden op een aantal methoden m.b.v. een werkgroep onder begeleiding van de directeur. Een extern deskundige wordt 2014ventueel geraadpleegd. Binnen dit schooljaar wordt de keuze voor één methode gemaakt (S en M). Voor deze methode is geld gereserveerd, de teamleden zien de noodzaak in van een nieuwe methode en maken zelf een keuze voor een bepaalde werkgroep waarin ze zitting nemen (R). De werkgroep houdt een enquête onder de teamleden wat hun criteria zijn over de te kiezen methode. Het team wordt geïnformeerd dat een nieuwe methode gekozen gaat worden. De werkgroep komt hierna diverse keren bij elkaar. Tussentijds wordt in het team verslag uitgebracht over de stand van zaken, waarna in een afsluitende teamvergadering de werkgroep een definitief voorstel doet. Hierna neemt het team een besluit en bepaalt hoe het traject van invoering zal zijn (T). 2015-2016 Invoeren van de nieuwe methode voor Engels volgens de gemaakte afspraken. 2016-2017 Evaluatie en borging nieuwe methode voor Engels. Rekenen 2014-2015 Evaluatie en optimaliseren van de methode. Geschiedenis 2012-2013 Oriëntatie: Gezien de verouderde methode (A) zal een oriëntatie plaatsvinden op een aantal methoden m.b.v. een werkgroep onder begeleiding van de directeur. Een extern deskundige wordt eventueel geraadpleegd. Binnen dit schooljaar wordt de keuze voor één methode gemaakt (S en M). Voor deze methode is geld gereserveerd, de teamleden zien de noodzaak in van een nieuwe methode en maken zelf een keuze voor een bepaalde werkgroep waarin ze zitting nemen (R). De werkgroep houdt een enquête onder de teamleden wat hun criteria zijn over de te kiezen methode. Het team wordt geïnformeerd dat een nieuwe methode gekozen gaat worden. De werkgroep komt hierna diverse keren bij elkaar. Tussentijds wordt in het team verslag uitgebracht over de stand van zaken, waarna in een afsluitende teamvergadering de werkgroep een definitief voorstel doet. Hierna neemt het team een besluit en bepaalt hoe het traject van invoering zal zijn (T). 2013-2014 Oriëntatie nieuwe geschiedenismethode: Dit jaar willen we de nieuwe methode volgens de afgesproken handelwijze invoeren. In bouwvergaderingen wordt het gebruik van de methode besproken en geëvalueerd en het werken met deze methode is het onderwerp van klassenconsultaties die door de directie wordt uitgevoerd. 2014-2015 Invoering en implementatie van de nieuwe methode. 2015-2016 Evaluatie en borging van de nieuwe methode.

33


Natuur/ Techniek Natuur 2014-2015 Oriëntatie op nieuwe methode natuur: Gezien de verouderde methode (A) zal een oriëntatie plaatsvinden op een aantal methoden m.b.v. een werkgroep onder begeleiding van de directeur. Een extern deskundige wordt eventueel geraadpleegd. Binnen dit schooljaar wordt de keuze voor één methode gemaakt (S en M). Voor deze methode is geld gereserveerd, de teamleden zien de noodzaak in van een nieuwe methode en maken zelf een keuze voor een bepaalde werkgroep waarin ze zitting nemen (R). De werkgroep houdt een enquête onder de teamleden wat hun criteria zijn over de te kiezen methode. Het team wordt geïnformeerd dat een nieuwe methode gekozen gaat worden. De werkgroep komt hierna diverse keren bij elkaar. Tussentijds wordt in het team verslag uitgebracht over de stand van zaken, waarna in een afsluitende teamvergadering de werkgroep een definitief voorstel doet. Hierna neemt het team een besluit en bepaalt hoe het traject van invoering zal zijn (T). 2015-2016 Invoering en implementatie van de nieuwe methode. 2016-2017 Evaluatie en borging van de nieuwe methode. Techniek 2013-2014 Techniekplan verder uitwerken en invoeren. Leerkrachten geven zelf vanaf februari 2014 technieklessen geïntegreerd binnen het natuuronderwijs. 2014-2015 Het techniekplan wordt geëvalueerd en zo nodig aangepast. 2015-2016 Borging techniekplan. Creatieve vakken 2015-2016: Gezien de verouderde methode (A) zal een oriëntatie plaatsvinden op een aantal methoden m.b.v. een werkgroep onder begeleiding van de directeur en een extern deskundige wordt eventueel geraadpleegd. Binnen dit schooljaar wordt de keuze voor één methode gemaakt (S en M). Voor deze methode is geld gereserveerd, de teamleden zien de noodzaak in van een nieuwe methode en maken zelf een keuze voor een bepaalde werkgroep waarin ze zitting nemen (R). De werkgroep houdt een enquête onder de teamleden wat hun criteria zijn over de te kiezen methode. Het team wordt geïnformeerd dat een nieuwe methode gekozen gaat worden. De werkgroep komt hierna diverse keren bij elkaar. Tussentijds wordt in het team verslag uitgebracht over de stand van zaken, waarna in een afsluitende teamvergadering de werkgroep een definitief voorstel doet. Hierna neemt het team een besluit en bepaalt hoe het traject van invoering zal zijn (T). 2016-2017 Invoering van de nieuwe methode volgens de gemaakte afspraken. ICT 2012-2013 Er heeft een oriëntatie plaats gevonden op methodes die zich richten op de omgang met sociale media. Binnen een teamvergadering zijn de verschillende methodes besproken. Uiteindelijk is gekozen voor Mediawijzer van Kennisnet. 2013-2014 Er wordt een plan van aanpak gemaakt en ingevoerd. 2014-2015 Evaluatie plan van aanpak.

34


KWALITEITSBELEID Een keer in de twee jaar wordt het INK afgenomen. INK staat voor Instituut Nederlandse Kwaliteit. De resultaten van dit onderzoek worden besproken. De uitkomst van het onderzoek onder de leerkrachten wordt in verschillende teamvergaderingen besproken, die van de leerlingen in de leerlingraad o.l.v. de daltoncoördinator. In deze leerlingraad zitten 4 leerlingen van groep 5 t/m 8. De resultaten van de ouders worden in de Medezeggenschapsraad (MR) besproken. Er worden prioriteiten aangegeven, waar gedurende de komende twee jaar aandacht aan wordt besteed. Externe deskundige Om de onderwijs kwaliteiten te verbeteren wordt er een externe deskundige ingezet. Zij verzorgt de studiebijeenkomsten en begeleidt het team onder andere door klassenbezoeken. Daarnaast heeft zij overleg momenten met de intern begeleider en directie. ALGEMEEN DEEL Afstemming/ adaptief 2014-2015 optimaliseren groepsplannen. Het maken van groepsoverzichten c.q. groepsplannen voor de vakken rekenen, spelling, begrijpend lezen en technisch lezen zijn inmiddels volledig geïmplementeerd. Aangezien we verder gaan in het concept van adaptief onderwijs met daarin een groot accent op afstemming zullen we dit jaar het stuk leerlingbegeleiding verder invoeren. Tevens zullen in dit kader adequate gesprekken met leerlingen door de leerkracht worden gevoerd. Het uitvoeren van een groepsplan vereist een goed klassenmanagement. De komende jaren blijven we het werken met groepsplannen en groepsoverzichten optimaliseren. ZORGPLAN Passend onderwijs In het kader van Passend Onderwijs is in 2011-2012 een “ondersteuningsprofiel” opgesteld. Tijdens een studiedag is het gehele team hierbij betrokken geweest. Juni 2014 worden de verschillende ondersteuningsprofielen van de scholen van ons samenwerkingsverband Aan den IJssel naast elkaar gelegd om te komen tot een uniform profiel. Aan de hand van het ondersteuningsprofiel zal in 2014-2015 het vierjarenplan aangepast worden om de hierin vernoemde ambities te gaan verwezenlijken. Zorgstructuur 2012 - 2013 In dit schooljaar is de zorgstructuur aangepast worden waardoor alle zorgleerlingen en leerlingen waar zorgen over zijn, structureel besproken worden. Voor alle zorgleerlingen wordt een handelingsplan opgesteld. Voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften en een leerachterstand van meer dan één jaar wordt een ontwikkelingsperspectief gemaakt. Zie zorgplan. 2013-2014 Het team wordt geschoold op het gebied van opbrengst gericht werken. Hiervoor wordt een externe deskundige ingehuurd. 2014-2015 Evalueren opbrengst gericht werken waarbij de resultaten gevolgd en gestuurd worden. Continuering scholing op het gebied van begrijpend lezen , spelling en woordenschat. Leerlingbegeleiding - Sterrengroep De Sterrengroep is bedoeld voor kinderen vanaf groep 4. Objectieve gegevens waar onder toetsresultaten en observaties van de leerkracht en gesprekken met ouders zijn uitgangspunt voor deelname aan de Sterrengroep. De leerkrachten zijn geschoold in het omgaan met meerbegaafden. Het team heeft ervaring opgedaan met het signaleringsinstrument Surplus. De directie heeft samen met de intern begeleider een Quickscan ingevuld om zo een basis te hebben om van hieruit een meerjarenbeleidsplan plus actieplan op te kunnen stellen. Er is een protocol opgesteld (zie bijlage). Het protocol is in het schooljaar 2012-2013 geëvalueerd. Het lesaanbod van de Sterrengroep wordt jaarlijks geactualiseerd.

35


Sociaal-emotioneel 2008-2009 Dit schooljaar is met externe begeleiding het LVS Kijk…op sociale competentie voor groep 3 t/m 8 ingevoerd. 2013-2014 Invoering Kijk groep 1/2. Vanuit verschillende invalshoeken zijn er signalen over de sociaal-emotionele ontwikkeling van leerlingen, denk hierbij aan gedrag, (vecht)scheidingen, huiselijk geweld, pesten. Om de leerlingen op dit gebied beter te kunnen begeleiden om hiermee om te kunnen gaan oriënteren we ons in het schooljaar 2014-2015 op een methode voor de sociaal emotionele ontwikkeling. Aan de hand van de oriëntatie wordt besloten hoe het vervolg zal zijn. LVS De resultaten van het LVS worden besproken in het zorgoverleg, groepsbesprekingen, leerlingbesprekingen en in een teamvergadering. De individuele leerlingresultaten komen in de groepsbesprekingen aan de orde. Tevens vormt het een onderdeel van het groepsplan. Voor de leerkrachten heeft scholing plaats gevonden t.a.v. het voeren van gesprekken met kinderen.

DALTONGEBIEDEN Daltonvisitatie  2012 gevisiteerd  Nieuwe visitatie begin kalenderjaar 2017

2014-2015 Werken aan de aanbevelingen.

2015-2016 Start visitatieverslag Werken aan de aanbevelingen.

Eventueel een consultatie op de visitatie aanvragen.

2016-2017

2017-2018

Opgestarte vernieuwde visitatieverslag kritisch bekijken en waar nodig aanpassen. Eind dec. 2016 ligt dit verlag klaar.

De aanbevelingen verder uitwerken en opnemen in het Daltonontwikkelplan.

Visitatie aanvragen voor begin kalenderjaar 2017. Voorzitter van de visitatie-commissie neemt ongeveer een halfjaar voor de visitatie contact op met de school en medevisiteurs om een visitatiedatum af te spreken.

Indicatorenlijst Team uitzetten in maart 2016. Uiterlijk april 2016 weer terug ingeleverd. Samenvatting en terugkoppeling in juni 2016 af. Indicatorenlijst Ouders uitzetten in maart 2016.

36


De aanbevelingen ook opnemen in het vierjarenplan

Uiterlijk april 2016 weer terug ingeleverd. Samenvatting en terugkoppeling in juni 2016 af. Daltonwerkboek

Vernieuwde opzet van het Daltonwerkboek Medio oktober vaststellen in het team.

Het daltonwerkboek updaten aan het begin van het schooljaar.



Aanbeveling 1 uit het visitatieverslag: Geef alle leerlingen op basis van vertrouwen de mogelijkheid aan eigen gekozen taken te werken en ontwikkel een structuur hiervoor. Aanbeveling 2 uit het visitatieverslag: Ontwikkel een doorgaande lijn om leerlingen te leren reflecteren, zowel productmatig als procesmatig.

Een visie uitwerken ten aanzien van vrijheden binnen de school.

Eind schooljaar evaluatie

Borging van de visie en de gemaakte afspraken

Borging van de visie en de gemaakte afspraken

Visie en handelen indien nodig aanscherpen na de evaluatie.

Borging visie en handelen.

Borging visie en handelen.

Indien nodig na de evaluatie een de taakkaarten aanscherpen.

Borging van de afspraken en taakkaarten.


Invoeren van de visie en opnemen in het Daltonwerkboek. Invoering van de werkwijze qua reflecteren binnen de school. Invoering reflectiedeel op de taakkaart. Uiteenzetten van een doorlopende leerlijn Evalueren.

Taakkaarten binnen de school Aanbeveling 3 uit het visitatieverslag: Ontwikkel een taakbrief waarop duidelijk aangegeven staat welk werk de kinderen moeten maken, wanneer de instructie momenten zijn en wanneer ze moeten/ mogen samenwerken, zodat de leerlingen in staat zijn een adequate planning te maken. 37

N.a.v. de schoolvisie op reflectie, dit onderdeel integreren in alle taakkaarten. Op elke taakkaart moet reflectie een plek krijgen.


Afspraken levend houden en borgen. Eind schooljaar evaluatie reflectiedeel op de taakkaart.


Rapporten

Begin schooljaar evaluatie nieuwe rapporten.

Borgen afspraken en nieuwe rapporten.



Borging van de afspraken.



Borging van de afspraken. Inventariseren in de klassen en methodes.

Doorgaande lijn uitwerken m.b.t. handelingswijzers

Evalueren van het gebruik van handelingswijzers in de school.

Een visie vaststellen ten aanzien van het gebruik van handelingswijzers.

Borging afspraken rondom uitgestelde aandacht.

Kritisch kijken naar de visie en evalueren.

Indien nodig na de evaluatie de visie aanscherpen.




Wanneer er voor een andere opzet van het tutorleren wordt gekozen zal deze dit jaar ingevoerd worden. Zo niet gaan we de huidige opzet aanscherpen en borgen.

Borging van de (eventuele vernieuwde opzet) van Tutorleren.

Indien nodig inhoud wijzigen/ aanvullen. Leerdoel voor komende rapportperiode toevoegen i.c.m. een reflectiedeel. Maatjes / Team in de school.

Kritisch kijken naar de visie op maatjes/teams in de school. Evaluatie maatjes/teams Visie aanscherpen.

Handelingswijzers in de school

Uitgestelde aandacht

Tutorleren

Opzet Tutorleren kritisch bekijken en de knelpunten aanpakken. Knelpunten uitwerken en invoeren. Evalueren Tutorleren

Borging van de (eventuele vernieuwde opzet) van Tutorleren.

Daltonvisitatie 2014-2015 Uitwerken/Invoeren De aanbevelingen uit het visitatieverslag 2012 verder uitwerken en invoeren. 2015-2016 Evalueren Start maken met het nieuwe visitatieverslag volgens de nieuwe werkwijze van de Daltonvisitatie. Verder werken aan de aanbevelingen die uit het vorige visitatieverslag voortvloeide. Eventueel een consultatie op de Daltonvisitatie aanvragen. Indicatorenlijst onder het team en de ouders verspreiden, samenvatten en terugkoppelen. 38


2016-2017 Visitatie Opgestarte vernieuwde visitatieverslag kritische bekijken, verder uitwerken een afronden. De voorzitter van de visitatiecommissie neemt contact op met de school en medevisiteurs om tijdig een visitatiedatum af te spreken. Vijf werkweken voor de visitatiedatum alle benodigde documenten opsturen (papieren en digitale versie) naar de visitatiecommissie. Na de visitatie heeft de visitatiecommissie vier weken de tijd om hun bevindingen en aanbevelingen op papier te zetten en dit terug te koppelen naar de school. Daarna heeft de school vier weken de tijd om aan te geven in het visitatieverslag hoe zij de aanbevelingen de komende twee of vijf jaren gaan aanpakken. 2017-2018 Uitwerken De aanbevelingen verder uitwerken en aanvullen in het Daltonwerkboek. Daarnaast de aanbevelingen ook opnemen in het 4-jarenplan. Daltonwerkboek Het Daltonwerkboek wordt aan het begin van elk schooljaar up-to-date gemaakt en daarna vastgesteld binnen het team. Aanbeveling 1 uit het visitatieverslag: Geef alle leerlingen op basis van vertrouwen de mogelijkheid aan eigen gekozen taken te werken en ontwikkel een structuur hiervoor. 2014-2015 uitwerken Begin 2014-2015 wordt de concept-visie op vrijheid in gebondenheid/zelfverantwoordelijkheid vastgesteld. De daltoncoördinator voert klassenconsultaties uit en neemt dit onderdeel mee in de observatielijst. Na een consultatie volgt er een nagesprek. Aan het einde van dit schooljaar hebben we een duidelijk beeld met betrekking tot hoe de Vijfster met vrijheid in de praktijk omgaat. 2015-2016 Evalueren Evaluatie van de concrete visie en uitwerkingen m.b.t. vrijheid in gebondenheid/zelfverantwoordelijkheid. 2016-2018 Borgen De ingezette weg wordt geëvalueerd en geborgd door het team, daltoncoördinator en directie. De daltoncoördinator en directie blijven dit proces volgen. Aanbeveling 2 uit het visitatieverslag: Ontwikkel een doorgaande lijn om leerlingen te leren reflecteren, zowel productmatig als procesmatig. In het schooljaar 2013-2014 is de visie op reflectie vastgesteld. 2014-2015 Uitwerken Invoering van de werkwijze qua reflecteren binnen de school. Daarnaast is het belangrijk om een leerdoel, voor de komende rapportperiode op te nemen in het rapportgedeelte. Leerlingen een leerdoel laten verwoorden a.d.h.v. hun rapport en wat ze hiervoor nodig denken te hebben om het doel te bereiken en dit reflecteren in het volgende rapport oom vervolgens weer een nieuw leerdoel op te stellen voor de volgende rapportperiode. Uiteenzetten van een doorlopende leerlijn aan de hand van de bouwstenen uit de Reflectiemuur van de studiemiddag op 17-3-2014. 2015-2016 Evalueren De visie en handelen evalueren en indien nodig aanscherpen en verwerken in het Daltonwerkboek. 2016-2018 Borgen Borging van de afspraken, visie en het handelen in de school. Aanbeveling 3 uit het visitatieverslag:

39


Ontwikkel een taakbrief waarop duidelijk aangegeven staat welk werk de kinderen moeten maken, wanneer de instructie momenten zijn en wanneer ze moeten/ mogen samenwerken, zodat de leerlingen in staat zijn een adequate planning te maken. 2014-2015 Uitwerken Het onderdeel reflectie integreren in alle taakkaarten. Op elke taakkaart moet reflectie een plek krijgen. Einde van het schooljaar uit alle bouwen een evaluatie op het reflectiedeel van de taakkaarten. Daarnaast alle gemaakte afspraken rondom de taakkaarten levend houden onder het team en borgen in het Daltonwerkboek. 2015-2016 Evalueren Taakkaarten evalueren indien nodig aanscherpen. Daarna opnemen in het Daltonwerkboek en de afspraken en de taakkaarten borgen. 2016-2018 Borgen Het borgen van de afspraken en de taakkaarten. Rapporten 2014-2015 Evaluatie Aan het begin van het schooljaar een evaluatie van de rapporten. Indien nodig inhoud wijzigen/aanvullen. We willen wel dat leerlingen aan de hand van hun rapport een leerdoel op gaan stellen voor de komende rapportperiode. Dan kunnen zij na hun volgende rapport reflecteren op het door hen gestelde leerdoel. 2015-2018 Borgen Het borgen van de afspraken en nieuwe rapporten. Maatjes / Team in de school. 2014-2015 Evalueren Kritisch kijken naar de visie op maatjes en teams binnen de school. Hierop evalueren en indien nodig de visie aanscherpen en opnemen in het Daltonwerkboek. 2015-2018 Borgen Het borgen van de gemaakt afspraken en de visie. Handelingswijzers in de school 2014-2015 Oriënteren Alle leerjaren inventariseren welke handelingswijzers zij al in de methodes hebben zitten en maken hier een overzicht van. 2015-2016 Uitwerken In dit schooljaar willen we in de Daltonwerkgroep de doorgaande leerlijn m.b.t. handelingswijzers uitwerken. 2016-2017 Evalueren In dit schooljaar zal er een evaluatie plaatsvinden ten aanzien van het gebruik van handelingswijzers. 2017-2018 Uitwerken/Borgen Een conceptvisie vaststellen en terugkoppelen om indien nodig aan te scherpen. Daarna de visie vaststellen t.a.v. het gebruik van handelingswijzers. Uitgestelde aandacht De visie met betrekking tot de uitgestelde aandacht binnen de school is in het schooljaar 2011-2012 vastgesteld. 2014-2015 Borgen Borgen van de afspraken rondom uitgestelde aandacht. 2015-2016 Evalueren De visie op uitgestelde aandacht wordt kritisch bekeken en geëvalueerd. 2016-2017 Indien nodig wordt de visie aangescherpt na de evaluatie en opgenomen in het Daltonwerkboek. 40


2016-2018 Borgen Borgen van de afspraken rondom uitgestelde aandacht. Tutorleren 2014-2015 Evalueren De opzet van het Tutorleren wordt kritisch bekeken en de knelpunten worden aangepast in de Daltonwerkgroep. De aangepast opzet zal worden geëvalueerd voor het volgende schooljaar. 2015-2016 Uitwerken/Invoeren Wanneer er voor een andere opzet van het tutorleren wordt gekozen zal deze dit jaar ingevoerd worden. Zo niet gaan we de huidige opzet aanscherpen en borgen. 2016-2018 Borgen Borging van de (eventuele vernieuwde opzet) van Tutorleren.

41


Afkortingen die in het schoolplan gebruikt worden ACTB ADHD AMK AVI BAPO BHV CITO CED CLZ CVI DMT IB ICT INK-model IPB LGE LmB-TBL LIO LVS LWS MR OOP OPP PABO PCL REC RIAGG RMPI RVKO RT R&W SBO SGMW SISA SVS VO WPS WST WSNS ZAT ZMLK ZMOK

42

Advies Commissie Toelating en Begeleiding Attention Deficit Hyperactivity Disorder = (aandachtstekort stoornis gepaard gaande met hyperactiviteit) Algemene Melding Kindermishandeling Analyse van Individualiseringsvormen bevordering Arbeids Participatie Oudere werknemers Bedrijfshulpverlening Centraal instituut voor Toets Ontwikkeling Centrum Educatieve Dienst Commissie Leerling Zorg Commissie Voor Indicatiestelling Drie-Minuten-Toets Intern Begeleider Informatie, Communicatie en Technologie Intergraal-, Kwaliteits-, management-model Intergraal Personeelsbeleid Leerling Gebonden Financiering Lezen met begrip - Toets Begrijpend Lezen Leraar In Opleiding Leerling Volg Systeem LeesWoordenSchat Medezeggenschaps Raad Onderwijs Ondersteunend personeel OntwikkelingsPersPectief Pedagogische Academie BasisOnderwijs Permanente Commissie Leerlingzorg Regionaal Expertise Centrum Regionale Instelling voor Geestelijke Gezondheidszorg Rotterdams Medisch Psychiatrisch Instituut Rotterdamse Vereniging Katholiek Onderwijs Remedial Teacher Rekenen & Wiskunde toets Speciaal BasisOnderwijs School Gebonden Maatschappelijk Werk Stadsregionaal Instrument Sluitende Aanpak Schaal Spelling Vaardigheid Voortgezet Onderwijs WPScholenbeheer Woorden Schat Toets Weer Samen Naar School Zorg Advies Team Zeer Moeilijk Lerende Kinderen Zeer Moeilijk Opvoedbare Kinderen


Schoolplan :32:30

Recommend Documents