ORS Lek en Linge
Schoolondersteuningsprofiel ORS Lek en Linge locaties in Culemborg (LLC)
Aangesloten bij Samenwerkingsverband Rivierenland 25-08
1
| Schoolondersteuningsprofiel LLC 2014-2015
ORS Lek en Linge
Looptijd: schooljaar 2014-2015
Schoolondersteuningsprofiel Inhoud: Voorwoord
1.
Inleiding
2. 2.1 2.2 2.3
Algemene gegevens van de school (locaties Culemborg) Contactgegevens algemeen Onderwijsniveaus die op deze locaties kunnen worden gevolgd Kengetallen
3. 3.1 3.2
Algemene visie en beleid Algemene onderwijsvisie van de school en de visie op de ondersteuningsstructuur Preventief beleid van de school op gebied van gedrag, veiligheid en gezondheid
4 4.1 4.2 4.3 4.4 4.5 4.6 4.7 4.8 4.9
De basis en extra ondersteuning binnen onze school Toelating, intake en plaatsingsprocedure Leerlingvolgsysteem Mentoraat Ondersteuningsroute binnen de school Ondersteuning die valt binnen de basisondersteuning van de school Ondersteuning die valt binnen de extra ondersteuning van de school Ondersteuning die valt onder de extra ondersteuning vanuit het SWV (diepteondersteuning) Grenzen aan ondersteuning Kwaliteitsbeleid op gebied van zorg en ondersteuning
5.
Contactgegevens ten behoeve van de aansturing van de interne ondersteuning
6.
Bronvermelding
7.
Lijst met afkortingen
8.
Bijlagen
2
| Schoolondersteuningsprofiel LLC 2014-2015
ORS Lek en Linge
Voorwoord Met de invoering van passend onderwijs (Passend onderwijs is de naam voor de nieuwe manier waarop onderwijs aan leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben wordt georganiseerd) kunnen meer kinderen, eventueel met extra ondersteuning, in het reguliere onderwijs blijven. Op 1 augustus 2014 verdwijnen de leerlinggebonden financiering (lgf) voor cluster 3 en 4 en de landelijke indicatiestelling voor het vso (voortgezet speciaal onderwijs). Daarvoor in de plaats worden de scholen verplicht een zoveel mogelijk passende onderwijsplek te bieden aan leerlingen die zich bij hen aanmelden. Die plek kan op de eigen school of op een andere school worden geboden. Kinderen mogen niet langer geweigerd of verwijderd worden vanwege hun extra ondersteuningsbehoefte, voordat er een plek op een andere school gevonden is. De volgende wetswijzigingen zijn doorgevoerd: Leerlinggebonden financiering wordt afgeschaft. Landelijke indicatiestelling wordt afgeschaft voor lgf en vso. Het proces van aanmelden van een leerling bij de school van voorkeur wordt in wetgeving opgenomen. Het bevoegd gezag besluit binnen 8 weken over toelating. Indien een leerling niet kan worden toegelaten omdat dit een onevenredige belasting van de school zou betekenen, biedt het bevoegd gezag van een school (na overleg met de ouders/verzorgers) een mogelijkheid tot plaatsing bij een school. De uiteindelijke beslissing tot toelating ligt bij het bevoegd gezag. Plaatsing in het vso, al dan niet rechtstreeks, gebeurt via het samenwerkingsverband. Het handelingsplan wordt vervangen door het ontwikkelingsperspectief, waarin zo nodig ook wordt benoemd welke opvoed en opgroeiondersteuning geboden wordt vanuit het gemeentelijke domein. Het wettelijk kader voor passend onderwijs is een open kader en laat ruimte aan scholen om zelf inhoudelijk invulling te geven aan passend onderwijs. Deze inhoudelijke invulling wordt opgenomen in het schoolondersteuningsprofiel (SOP) Voor de totstandkoming van dit SOP is er in schooljaar 2011-2012 een studiemiddag met het AVS geweest om van daaruit de mening van alle personeelsleden wat betreft de mogelijkheden en de grenzen aan leerling ondersteuning te peilen. Na deze middag zijn er diverse gesprekken geweest met een afvaardiging van alle locaties (o.a. zorgcoördinatoren, orthopedagoog, lid management met portefeuille zorg en diverse docenten en counselors) onder leiding van dhr. E. van Doorn. Naar aanleiding van deze besprekingen is dit SOP op zorgvuldige wijze tot stand gekomen met in acht neming van de opinie van het werkveld. Het SOP beschrijft de ondersteuning die ORS Lek en Linge aan leerlingen kan bieden met en zonder extra inzet van het samenwerkingsverband (SWV) Rivierenland. ORS Lek en Linge participeert met diverse scholen uit de regio in een samenwerkingsverband. In samenspraak met alle scholen is er een ondersteuningsplan passend onderwijs van samenwerkingsverband Rivierenland opgesteld. Het hoofddoel van dat plan is om samen met alle scholen voor voortgezet onderwijs ervoor zorg te dragen dat alle leerlingen uit de regio passend onderwijs ontvangen. Om dat te realiseren is tevens de steun nodig van partners zoals instellingen voor jeugdhulp en gemeenten. Het ondersteuningsplan van Samenwerkingsverband Rivierenland vormt de kern van de basisondersteuning van alle voortgezet onderwijs scholen behorende bij dit samenwerkingsverband. Dit plan is te vinden op de website van ORS Lek en Linge en op de website van het samenwerkingsverband. Naast dit plan vindt ORS Lek en Linge het belangrijk om ook de eigen ondersteuning aan leerlingen adequaat vorm te geven en inzichtelijk te maken. Dit profiel beschrijft de activiteiten, de 3
| Schoolondersteuningsprofiel LLC 2014-2015
ORS Lek en Linge
voorzieningen en procedures op het gebied van leerlingondersteuning die op dit moment aanwezig zijn of ontwikkeld worden. Daarnaast worden in dit profiel ook de grenzen van leerlingondersteuning beschreven en op welke wijze er dan gehandeld wordt. Binnen passend onderwijs streeft de school er naar om samen met leerling, ouders/verzorgers en eventuele externe partijen op te trekken, zodat de leerling het beste uit zichzelf kan halen, zo veel mogelijk kan leren en zich kan ontwikkelen tot een autonoom persoon die een mooie bijdrage kan leveren aan de maatschappij. Tevens streven wij ernaar dat al onze leerlingen kunnen zeggen: - Ik heb een fijne tijd op school - Ik leer veel op school - Ik haal het diploma dat bij mij past op deze school.
4
| Schoolondersteuningsprofiel LLC 2014-2015
ORS Lek en Linge
1. Inleiding Kenmerken van het schoolondersteuningsprofiel (SOP) In dit SOP worden de mogelijkheden van onze schoolgemeenschap, locaties Culemborg, beschreven voor het bieden van passend onderwijs aan leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften en hoe het ondersteuningsaanbod binnen onze schoolgemeenschap is georganiseerd. De scholen aangesloten bij SWV Rivierenland 15.02 hebben in 2013-2014 gezamenlijke afspraken gemaakt over de basisondersteuning in het VO. Deze basisondersteuning is beschreven in het ondersteuningsplan van het SWV. Voor de samenwerking met de scholen, aangesloten bij het SWV worden de volgende uitgangspunten gehanteerd: Uitgangspunten: Onze school werkt binnen het samenwerkingsverband samen aan een effectieve ondersteuningsstructuur De school is op diverse niveaus vertegenwoordigd binnen het samenwerkingsverband Het schoolondersteuningsprofiel voldoet tenminste aan het overeengekomen niveau van basisondersteuning De school concretiseert en operationaliseert het onderwijs en ondersteuningsbeleid binnen de kaders van het SOP De school komt de afspraken na die zijn opgenomen in het SOP De school levert een actieve bijdrage aan het versterken van de onderwijs ondersteuningsstructuur binnen de diverse locaties Het SOP maakt deel uit van een dekkend regionaal aanbod aan onderwijsondersteuning De school informeert jaarlijks het samenwerkingsverband over het rendement van de geboden ondersteuning en begeleiding De school legt jaarlijks verantwoording af bij het SWV over de besteding van de toegekende ondersteuningsmiddelen.
5
| Schoolondersteuningsprofiel LLC 2014-2015
ORS Lek en Linge
2. Algemene gegevens van de school (locaties Culemborg) 2.1 Contactgegevens algemeen SCHOOLBESTUUR NAAM VAN HET BEVOEGD GEZAG BESTUURSNUMMER NAAM VAN DE SCHOOL SOORT AFDELING/STROOM BRINNUMMER NUMMER SWV NAAM WSNS - SWV ADRES POSTCODE PLAATS TELEFOONNUMMER MAILADRES IDENTITEIT
Stichting ORS Lek en Linge Drs. J.B. van Rijn 13709 ORS Lek en Linge VMBO, HAVO, VWO 19EW 1502 SWV Rivierenland Postbus 461 4100 AL Culemborg 0345512833
[email protected] Openbaar onderwijs
2.2 Onderwijsniveaus die op deze locaties kunnen worden gevolgd De school beschikt over 4 locaties in Culemborg (brugklaslocatie, VMBO locatie, Havo locatie en VWO locatie). Op de brugklaslocatie worden alle niveaus van onderwijs in het eerste leerjaar geboden, uitgezonderd VMBO Basis LWOO. Dit niveau van onderwijs wordt geboden op de VMBO locatie. Vanaf het tweede jaar stromen leerlingen uit naar de locatie van het betreffende onderwijsniveau. De volgende onderwijsniveaus kunnen op deze locaties geboden worden. Niveau VMBO Basis met LWOO VMBO Kader (met LWOO) VMBO GL (met LWOO) VMBO TL (met LWOO) HAVO Tweetalig HAVO Atheneum Tweetalig Atheneum Gymnasium Tweetalig Gymnasium
6
| Schoolondersteuningsprofiel LLC 2014-2015
ORS Lek en Linge
3. Algemene visie en beleid 3.1 Algemene onderwijsvisie van de school en de visie op de ondersteuningsstructuur
Wat Algemene onderwijsvisie van de school
Visie op leerlingondersteuning
7
Kernachtige beschrijving Het is onze collectieve ambitie om een school te zijn met een hoge leeropbrengst voor al onze leerlingen in een positief pedagogisch klimaat. We willen graag dat leerlingen met plezier naar school gaan, er een fijne tijd beleven, heel veel leren en het diploma halen dat bij hen past. Daarnaast- en ook om het voorgaande te bereiken- willen we graag ook een school zijn met een positief werkklimaat voor medewerkers. D.w.z. een werkklimaat dat betrokkenheid en eigenaarschap van medewerkers m.b.t. het werk bevordert en waarin kwaliteit er toe doet. Wij denken dat al onze leerlingen gebaat zijn bij een veilig, open en uitdagend klimaat van bevestiging en wederzijds vertrouwen. Daarom streven wij naar een warm pedagogisch en uitdagend klimaat waarin leerlingen positief benaderd worden en waarin wij hen maximaal stimuleren in hun persoonlijke ontwikkeling en in hun zelfvertrouwen. Daarbij hebben we zowel oog voor de leerlingen die extra ondersteuning behoeven als voor excellerende leerlingen. In een grenzen stellende en grenzen handhavende structuur op basis van onze waarden kunnen onze leerlingen zich ontplooien tot evenwichtige volwassenen. We willen leerlingen een krachtige leeromgeving bieden met een rijk aanbod aan leerbronnen en met gebruikmaking van verschillende werkvormen. Leerlingen krijgen geregeld de mogelijkheid om keuzes te maken uit de verschillende leerbronnen. Dat bevordert eigenaarschap en de betrokkenheid op het eigen leren en het eigen werk. Binnen ORS Lek en Linge is aandacht voor de individuele ontwikkeling van leerlingen. De school wil zo veel mogelijk leerlingen laten deelnemen aan het onderwijs en ervoor zorgen dat zij het diploma halen dat bij hen past. Dit doet Lek en Linge binnen de daarvoor beschikbare (financiële) ruimte en mogelijkheden, in partnerschap met ouders/verzorgers en leerling. Het samen optrekken met ouders/verzorgers in de ondersteuning van de leerlingen vormt één van de uitgangspunten van ons beleid. Leerlingen die tijdelijk of blijvend meer aandacht nodig hebben om hun schoolloopbaan goed te doorlopen, worden daarbij zoveel mogelijk ondersteund. Wanneer deze extra aandacht niet geboden kan worden binnen de reguliere kaders spreken we van extra ondersteuning. Leerlingen die deze extra aandacht nodig hebben en van wie vaststaat dat een orthopedagogische en orthodidactische benadering geboden is ter ondersteuning van hun persoonlijke ontwikkeling en het behalen van het bij hen passende diploma, noemen we leerlingen die behoefte hebben aan extra ondersteuning. Voorwaarde is wel dat de leerlingen met bovengenoemde benadering in staat moeten zijn tot het behalen van een diploma van één van onze opleidingen. Met bovenstaande beschrijving van leerling ondersteuning sluit ORS Lek en Linge tevens aan bij de missie van het samenwerkingsverband van VO-scholen waarin onze school participeert. Deze missie vormt de grondlegger voor ons SOP. Hulp zo tijdig mogelijk, In een zo licht mogelijke vorm,
| Schoolondersteuningsprofiel LLC 2014-2015
ORS Lek en Linge
Vanuit de visie op zorg neemt de school leerlingen met ondersteuningsbehoeften aan.
8
Zo dicht mogelijk bij de leerling, Op de meest adequate wijze en Door de meest aangewezen persoon of instelling Zodat de leerling het diploma haalt wat bij hem past. De school neemt de ontwikkelingsmogelijkheden en onderwijsbehoefte van de leerling als uitgangspunt. Centrale vraag is welke begeleiding een leerling nodig heeft zodat deze in staat is die leerweg te volgen die qua cognitieve en didactische mogelijkheden het beste bij hem/haar aansluit. De ondersteuningsbehoefte van leerlingen wordt individueel beoordeeld. Daarnaast neemt de school in principe de navolgende leerlingen aan: - Leerlingen met een IQ >70 - Leerlingen met ADHD - Leerlingen die concentratieproblemen hebben en onrust vertonen - Leerlingen met PDD-NOS - Leerlingen met leerproblemen (o.a. dyslexie, dyscalculie) - Leerlingen die hoog intelligent zijn - Leerlingen die slechthorend zijn - Leerlingen die epilepsie hebben Met in principe (zie hierboven) wordt bedoeld dat de school de leerlingen met deze kenmerken opneemt en naar een passend diploma begeleidt als dat voor de school haalbaar is. Voorwaarden waaraan in ieder geval voldaan moet worden, wil het voor de school haalbaar zijn: het afwijkende gedrag van de leerling leidt niet structureel tot dermate veel verstoring in lessituaties dat het onderwijs voor andere leerlingen er structureel onder lijdt. Het afwijkende gedrag is bij te sturen met interne en/of externe begeleiding of ondersteuning. De leerling vormt op school geen gevaar voor zichzelf, voor andere leerlingen of voor medewerkers van de school. Bij onderstaande orthobeelden wordt bekeken of de school aan de ondersteuningsbehoefte van de ernst en zwaarte van het orthobeeld kan voldoen - Lichamelijke handicap - Somatische klachten - Affectieve verwaarlozing - Gilles de la tourette - Posttraumatische stressstoornis Uiteraard is een goed contact met de school van herkomst en de ouders/verzorgers noodzakelijk om een goed perspectief te kunnen bieden op de schoolloopbaan van de leerling. Tijdens die bespreking wordt nagegaan wat de zwaarte is van de problematiek, de noodzakelijke ondersteuning (zowel binnen als buiten de school) en de groepskenmerken van de klas, waar de leerling in terecht komt. De school vindt het erg belangrijk om samen met leerling en ouders/verzorgers op te trekken indien er sprake is van het geven van extra ondersteuning. Er zal in deze gevallen dan ook een individueel ontwikkelingsperspectief (IOP) opgesteld worden samen met leerling, ouders/verzorgers en mentor. De leerling is en blijft eigenaar van dit plan. Tevens is de leerling hiervoor mede verantwoordelijk en
| Schoolondersteuningsprofiel LLC 2014-2015
ORS Lek en Linge
communiceert in dit kader dan ook met zijn docenten over zijn doelen die hij wil behalen. Grenzen aan de opvang Leerlingen die niet in staat zijn om een passend diploma te behalen en van leerlingen met daarmee de mogelijkheden van de ondersteuning die de docent/school ondersteuningsbehoeften: kan bieden overstijgt kunnen geen onderwijs genieten binnen onze school. Het onderwijsleerproces van de leerling stagneert vanwege veelvuldig ongeoorloofd schoolverzuim; veelvuldig ziekteverzuim dan wel veelvuldig verzuim wegens ziekmeldingen; ongemotiveerdheid voor het volgen van onderwijs; verstandelijke beperkingen; ernstige psychische problematiek waarvoor geïntegreerde behandeling met onderwijs noodzakelijk is. Het afwijkende gedrag van de leerling veroorzaakt dermate veel verstoring in lessituaties en toont geen verandering in combinatie met interne en of externe begeleiding of ondersteuning. De leerling vormt op school een gevaar voor zichzelf, voor andere leerlingen of voor medewerkers van de school Visie op Ouderbetrokkenheid draagt bij tot een optimaal verloop van de ouderbetrokkenheid ten schoolloopbaan van de leerlingen. De school heeft als doel om tot een aanzien van zorg en goede afstemming met ouders/verzorgers te komen wat betreft de ondersteuning ondersteuning van de leerling. Indien een leerling een passend diploma kan behalen is afstemming tussen ouders/verzorgers en school van groot belang. Ouders/verzorgers informeren, met hen overleggen en hen betrekken bij de schoolloopbaan van hun kind vindt als volgt plaats: Informeren: Ouders/verzorgers dienen de school op de hoogte te houden van zorg die buiten de school om aan een leerling wordt geboden in het kader van gesignaleerde problemen. Ouders/verzorgers worden geïnformeerd over het gedrag en de vorderingen van hun kind Contact tussen ouders/verzorgers en school loopt in eerste instantie via de mentor. Ouders/verzorgers kunnen zich op vaste momenten in het jaar op de hoogte stellen van de vorderingen van hun kind tijdens informatieavonden en op contactavonden n.a.v. het rapport. Ouders/verzorgers kunnen eveneens telefonisch of per e-mail informatie uitwisselen met de school. Ouders/verzorgers kunnen ten alle tijden in Magister de behaalde cijfers, de uitstuurgegevens en verzuimstaat inzien. Overleggen: Ouders/verzorgers worden in de gelegenheid gesteld om te overleggen met de mentor. Dit kan zowel op advies van de mentor als op vraag van de ouders/verzorgers ingepland worden. Betrekken: Ouders/verzorgers worden ingelicht over de vorm van ondersteuning Ouders/verzorgers worden betrokken bij de begeleiding, ondersteunen (mede) het ondersteuningsproces en dragen hiervoor (mede) verantwoordelijkheid. Met leerling, ouders/verzorgers wordt samen een IOP opgesteld. Waarin ieder zijn verantwoordelijkheid op zich neemt. 9
| Schoolondersteuningsprofiel LLC 2014-2015
ORS Lek en Linge
Ouders/verzorgers worden betrokken bij de evaluatie van de ondersteuning Ouders/verzorgers en leerling zelf (16 jaar of ouder) hebben het recht het leerlingdossier van hun kind in te zien. Indien ouders/verzorgers zich niet aan gemaakte afspraken houden kan school een signaal afgeven aan het centrum voor jeugd en gezin (CJG). 3.2 Preventief beleid van de school op gebied van gedrag, veiligheid en gezondheid Wat Kernachtige beschrijving De school hanteert In het leerlingstatuut worden de rechten en de plichten beschreven ten protocollen in het kader aanzien van de omgangsvormen en de hieruit voortvloeiende van een veilige school. maatregelen indien hieraan niet wordt voldaan. De school registreert incidenten o.a. in het leerlingvolgsysteem. De school besteedt aandacht aan het voorkomen van incidenten en pesten tijdens de mentorlessen. De school hanteert Wanneer een leerling ziek wordt gemeld, wordt dit geregistreerd in het protocollen en leerlingvolgsysteem. Indien een leerling ziek wordt tijdens de les, meldt procedures voor medisch de leerling zich bij de receptie. Er wordt naar huis gebeld om aan te handelen geven dat de leerling naar huis komt. Een leerling mag pas naar huis als er contact geweest is met het thuisfront. Dit wordt vervolgens geregistreerd in het leerlingvolgsysteem. De ouders/verzorgers hebben als taak om de leerling weer beter te melden als de leerling zijn lessen weer kan volgen. Het ziekteverzuimprotocol is te vinden in de bijlage. De school besteedt Tijdens de mentorlessen en in de reguliere lessen, zoals biologie, aandacht aan veiligheid maatschappijleer, wordt aandacht besteed aan de thema’s alcohol, en algemene gezondheid drugs, roken, gezonde voeding, seksualiteit, pesten en sociale media. binnen het Er wordt door externen voorlichting gegeven over seks en veiligheid. onderwijscurriculum. Tevens is er een keer per jaar de week van de verdraagzaamheid, waarin schoolbreed stil gestaan wordt bij het onderwerp pesten. De leerlingen worden hierin actief betrokken. Tevens is ORS Lek en Linge een rookvrije school. De school versterkt de De docenten dienen te beschikken over de volgende deskundigheid: competenties van Gericht op auditieve beperkingen: docenten - het afstemmen van de wijze van spreken (nadrukkelijk articuleren, langzaam spreken, leerling aankijken, stilstaan); - het hanteren van meerdere leerstijlen en gebruik maken van concreet materiaal; - het gebruik van lichaamstaal en pictogrammen; - in staat zijn de wijze van instructie af te stemmen (korte opdrachten, niet teveel taal, veel herhalen, vaak checken of instructie overgekomen is etc.); - in staat zijn overzichtelijk te werken, het creëren van een voorspelbare omgeving en laten zien van voorspelbaar gedrag; - het bieden van ruimte en veiligheid, aandacht voor gespreksvoering binnen een groepssetting; - bereidheid apparatuur te dragen en te gebruiken bij zwaarder beperkte leerlingen. Gericht op het autistisch spectrum: - Besef dat de leerling zich moeilijk kan inleven in de ander en hier ook naar handelen (begrip en inlevingsvermogen); 10
| Schoolondersteuningsprofiel LLC 2014-2015
ORS Lek en Linge
- Inzicht in groepsdynamische processen om adequaat te kunnen handelen in geval van pesten; - Het kunnen onderscheiden van talenten van de leerling en deze in kunnen zetten; - Besef dat relationele groei moeizaam tot stand komt; - Begeleiden van sociale interacties en de afstemming op anderen. Bevorderen van de communicatie, zonder een appèl te doen op emoties of het ‘ik’. Gericht op leerproblemen (waaronder dyslexie en dyscalculie) - Het signaleren van leerproblemen; - Het aanbieden van stapsgewijze en meerdere oplossingsstrategieën (zowel verbaal als op handelingsniveau); - Het kunnen opstellen en uitvoeren van didactische leerlijnen in de vorm van een ontwikkelingsperspectief; - Observatie t.a.v. de leerontwikkeling op het gebied van lezen en spelling; - Aanleren van geheugensteuntjes om nieuwe (spellings)regels te onthouden; - Sturende instructie (laten zien hoe materiaal gestructureerd kan worden zodat het probleem makkelijker kan worden opgelost); - Aandacht voor extra oefening en herhaling vanwege moeite met automatisering; - Stimuleren van de denkvaardigheid van de leerling (b.v. uitwisseling onderling hoe opgaven op te lossen); - Het kunnen differentiëren binnen de gebruikte methodieken. - Gericht op concentratieproblemen - Het niet laten leiden door gedragingen maar de leerling en zijn onvermogen achter het gedrag te blijven zien; - Werken met geheugensteuntjes en alternatieve studiestrategieën; - Onderscheid maken van kennis en de presentatie daarvan (handschrift, verzorging, grammatica, interpunctie). - In staat onrust te signaleren en het lesprogramma flexibel te kunnen inzetten als de onrust te groot wordt. De vaardigheid om onrust om te buigen in wenselijke gedrag. Gericht op internaliserende problematiek - In staat te investeren in een vertrouwensband en communicatief vaardig zijn; - In staat een goede groepssfeer te creëren; - In staat tot vroegtijdig signaleren; - Realistische verwachtingen hebben van de leerling; - Zinvolle en eenduidige feedback gericht op het gedrag en niet het kind zelf; - Het aanleren van vaardigheden passend bij de ondersteuningsbehoefte van het kind. Gericht op hoge intelligentie - De leerstof is uitdagend voor de doelgroep; - Het zorgen voor verrijkende activiteiten; - Onderwijs aanpassen op de leerstijl van de leerling en inspelen op het niveau en de creativiteit van de leerling; - Het aanbieden van onderzoek en het ontwikkelen van onderzoeksvaardigheden en algemene vaardigheden (is op verschillende niveaus voor alle leerlingen van belang); 11
| Schoolondersteuningsprofiel LLC 2014-2015
ORS Lek en Linge
- Stimulans van opdrachten (taxonomie van Bloom, - In staat (competent) zijn om deze leerlingen uit te dagen; hen ookte motiveren het mooiste en het beste uit zichzelf te halen; Daarnaast spelen de docenten in op de competentie van de leerlingen, de relatie met de leerlingen en de autonomie van de leerlingen. Indien blijkt dat de docent handelingsverlegen is of een hulpvraag heeft n.a.v. de geformuleerde ondersteuningsbehoefte van de leerling, is er de mogelijkheid tot deskundigheidsbevordering.
12
| Schoolondersteuningsprofiel LLC 2014-2015
ORS Lek en Linge
4.De basis en extra ondersteuning binnen onze school Vanuit het wettelijk kader dient het schoolondersteuningsprofiel de ondersteuning te beschrijven die de school kan bieden op twee niveaus: de basisondersteuning en de extra ondersteuning. Wat is basisondersteuning: Basisondersteuning is de onderwijsondersteuning die elke school binnen het SWV Rivierenland in huis heeft (minimale ondersteuningsniveau). Deze ondersteuning wordt in en om de reguliere klas geboden. Voor een groot deel kan deze ondersteuning geboden worden door de docent aan een leerling met ondersteuningsbehoefte. Door het creëren van een gunstig pedagogisch-didactisch klimaat, een goed klassenmanagement en licht curatieve interventies worden gunstige randvoorwaarden geschapen voor succesvol leren en acceptabel gedrag. De docent is handelingsbekwaam in het adequaat inspelen op uiteenlopende behoeften van leerlingen zodat leerlingen met verschillende capaciteiten aan hun trekken komen. Naast de basisondersteuning is er ook de mogelijkheid voor extra ondersteuning vanuit het SWV. Wat is extra ondersteuning: Extra ondersteuning is een samenhangend geheel van specialistische activiteiten en voorzieningen voor een systematische begeleiding van leerlingen tijdens hun schoolloopbaan op basis van onderwijsbehoeften van deze leerlingen. Extra ondersteuning onderscheidt zich hiermee van de reguliere leerling ondersteuning, door docenten en mentoren. Extra ondersteuning is beschikbaar voor leerlingen waarvoor de basisondersteuning aantoonbaar niet voldoende is. Indien dit het geval blijkt kan er via het zorgloket van de school een beroep gedaan worden op de extra middelen die de school zelf in huis heeft (extra ondersteuning binnen de school). Tevens kan er ook in samenwerking en afstemming met het samenwerkingsverband een beroep gedaan worden op zwaardere ondersteuning, waaronder toeleiding naar bovenschoolse voorzieningen. De basisondersteuning binnen onze school bestaat uit een aantal activiteiten waarover binnen ons samenwerkingsverband inhoudelijke afspraken zijn gemaakt. De activiteiten die we vanuit de basisondersteuning kunnen uitvoeren worden in deze paragraaf voor onze school beschreven. 4.1 Toelating, intake en plaatsingsprocedure Wat Kernachtige beschrijving Procedure voor Algemeen: toelating Een leerling wordt in eerste instantie ingeschreven als alle relevante bescheiden zijn ontvangen en de groep van functionarissen die verantwoordelijk zijn voor de toelating een besluit heeft genomen. Zonder onderwijskundige rapportage van de aanleverende school is plaatsing niet mogelijk. De scores van CITO of van een vergelijkbare toets gelden als ondersteunend. De plaatsingscommissie kan besluiten om na ontvangst van alle relevante bescheiden, een observatie of een psychodiagnostisch onderzoek te laten uitvoeren. Een leerling moet in staat zijn om een diploma te behalen bij ons op school. Hiervoor wordt verwezen naar het stappenplan toelating en plaatsing in het protocollenboek. Procedure voor niet Het advies van de aanleverende school is in beginsel aanleiding tot plaatsen van leerlingen voorlopige plaatsing. Als de groep van functionarissen die 13
| Schoolondersteuningsprofiel LLC 2014-2015
ORS Lek en Linge
-
14
verantwoordelijk zijn voor de toelating niet akkoord gaat met plaatsing binnen de gevraagde opleiding volgt een gesprek met de basisschool en/of ouders/verzorgers. Hierin wordt toegelicht wat de reden van afwijzing van het plaatsingsverzoek is en wordt aangegeven in welke opleiding de leerling wel geplaatst kan worden. Als de plaatsing afwijkend is van het advies van de aanleverende school, dan wordt de aanleverende school hiervan op de hoogte gesteld. Vanaf 1 augustus 2014 melden ouders/verzorgers hun kind aan bij de school van hun keuze en heeft de school de taak om de leerling passende ondersteuning te bieden. De school waar de leerling is aangemeld, is verplicht om eerst te kijken of de leerling extra ondersteuning in de klas kan krijgen. Het schoolondersteuningsprofiel vormt hiervoor het uitgangspunt. Kan de school zelf geen passende onderwijsplek bieden, dan wordt gekeken naar een plek op een andere reguliere school binnen het samenwerkingsverband. Alleen als het echt niet haalbaar is om een leerling binnen het regulier onderwijs te plaatsen, wordt plaatsing in het VSO overwogen. In verband met de toepassing van de zorgplicht is het mogelijk dat leerlingen niet toegelaten worden op de school waar zij zich aangemeld hebben, maar dat zij naar een andere school zullen moeten. Indien school aangeeft dat plaatsing niet haalbaar is, wordt de leerling aangemeld bij het SWV. In een toelaatbaarheidscommissie wordt bezien welke vorm van ondersteuning de leerling nodig heeft. Deze commissie toetst in hoeverre een bovenschools arrangement noodzakelijk is en geeft tevens een bindend advies voor dit arrangement. De commissie geeft n.a.v. het bovenschools arrangement een bekostigingstype af. Daarvoor worden de volgende typen onderscheiden: - Type 0: de ondersteuning die de leerling behoeft, valt onder de basisondersteuning (vo). - Type 1: de ondersteuning die de leerling behoeft, valt onder de extra ondersteuning (vo). Type 2: de ondersteuning die de leerling behoeft, valt onder de bovenschoolse trajecten (vo). - Type 3: de ondersteuning die de leerling behoeft, valt onder de samenwerkingstrajecten vo-vso. Type 4: de ondersteuning die de leerling behoeft, valt onder de zware ondersteuning (vso). De commissie geeft indien nodig een toelaatbaarheidsverklaring af. De toewijzing van een toelaatbaarheidsverklaring is een besluit in de zin van de Algemene Wet Bestuursrecht. Tegen die beslissing staat bezwaar en daarna beroep open. Bij een positief vso-advies geeft het samenwerkingsverband een verklaring af met daarop vermeld het nummer van de toelaatbaarheidsverklaring, de start- en einddatum en het overeengekomen bekostigingsniveau van de ondersteuning (bekostigingscategorie I, II of III). De minimumtermijn van een toelaatbaarheidsverklaring is ten minste één schooljaar, met dien verstande dat indien een verklaring voor één jaar wordt afgegeven, in bijvoorbeeld maart 2015, dan is deze geldig tot 31 juli 2016. In overleg met ouders/verzorgers kan voor een korter traject worden gekozen. Doorgaans zal echter na iedere twee jaar opnieuw bekeken worden welk arrangement past bij de betreffende leerling. Het SWV Rivierenland heeft er voor gekozen om in principe voor maximaal 2 schooljaren een toelaatbaarheidsverklaring af te geven. De
| Schoolondersteuningsprofiel LLC 2014-2015
ORS Lek en Linge
Klachten en geschillen regeling
duur van de toelaatbaarheidsverklaring wordt bepaald door de toelaatbaarheidscommissie. Als de beperking van de leerling dusdanig ernstig is dat inzet van en verblijf binnen het vso evident is, kan een toelaatbaarheidsverklaring voor de gehele schoolloopbaan worden afgegeven. Het bestuur van het SWV Rivierenland geeft een mandaat aan de directeur voor het verstrekken van de toelaatbaarheidsverklaringen en de ondertekening daarvan. De procedures van de school zijn geformaliseerd in de klachtenregeling en in de regeling schorsing en verwijdering. Hiervoor wordt verwezen naar de website van de school en de schoolgids Tevens is er ook de mogelijkheid om in bezwaar en daarna in beroep te gaan tegen de uitspraak van de toelaatbaarheidscommissie van het samenwerkingsverband. Deze procedure is te vinden op de website van het SWV.
4.2 Leerlingvolgsysteem Wat De school houdt de ontwikkelingen en de vorderingen van de leerling systematisch bij in een LVS
Kernachtige beschrijving Onze school registreert de ontwikkelingen en de vorderingen in een leerlingvolgsysteem (Magister). Geregistreerde zaken zijn o.a. NAW van leerling en ouders/verzorgers, geboortedatum, geboorte-cumi gegevens, BSN, bereikbaarheid van de leerling en ouders/verzorgers, toegekende extra faciliteiten, vooropleiding en school van herkomst, data van aanmelding en uitschrijving, vakkenpakket en rooster, behaalde cijfers, verzuim, meldingen leerplicht, correspondentie, verslagen van gesprekken, schorsing en verwijdering, incidenten, overdrachtsgegevens, ontwikkelingsperspectiefplan, contacten met externe instanties. Voor leerlingen met extra Onze school bewaart in het leerling dossier: ondersteuningsbehoeften Beschikking LWOO, uitslagen van testresultaten, worden aanvullende ontwikkelingsperspectiefplan, gediagnosticeerde stoornissen, gegevens bijgehouden indicatiebesluiten, gespreksverslagen, verslagen van externe instanties, geformuleerde onderwijsbehoeften, observaties etc. Toegankelijkheid tot het De personen die toegang hebben tot het algemeen dossier: leerlingdossier Schoolleiding, teamleiders, mentoren, zorgcoördinator. De beheerder van het dossier is de leerling administratie. De personen die toegang hebben tot het aanvullend leerling dossier zijn: Schoolleiding, mentoren en zorgcoördinator, de orthopedagoog , onderwijsassistenten zorg en daar waar nodig andere belanghebbenden, mits met toestemming van ouders/verzorgers en boven de 16 jaar de leerling. Ouders/verzorgers hebben recht op inzage in het dossier Zij hebben geen toestemming om rapportages uit het dossier te verwijderen. Als ouders/verzorgers het dossier willen inzien, dan gebeurt dit na het maken van een afspraak met en in aanwezigheid van de mentor, de zorgcoördinator, de teamleider of de orthopedagoog. De bescherming van de privacy van de leerling is in eerste instantie de verantwoordelijkheid van de school. Bij het samenstellen van het dossier verdient dit de aandacht. Als de leerling ouder is dan 16 jaar heeft een leerling recht op inzage in zijn/haar eigen dossier. De school zorgt voor een Informatie wordt mondeling en schriftelijk overgedragen onder passende overdracht van bijvoeging van relevante gegevens. 15
| Schoolondersteuningsprofiel LLC 2014-2015
ORS Lek en Linge
gegevens bij de overgang naar een andere school.
4.3 Mentoraat Wat Er is een taakomschrijving voor de mentor
Er wordt gebruik gemaakt van het onderwijskundig rapport (OKR) VO-VO en/of het ontwikkelingsperspectiefplan (OPP)/IOP De school draagt er zorg voor dat leerlingen die naar het VSO gaan, gemeld worden bij het SWV.
Kernachtige beschrijving Elke leerling heeft een mentor. De mentoren nemen een centrale plaats in bij de begeleiding van de studie en het oplossen van problemen. De begeleiding van de leerlingen vindt plaats in mentoruren of in individuele gesprekken. De mentor is goed gedocumenteerd waarbij hij steeds het privacykarakter en de vertrouwelijkheid van de gegevens van een leerling voor ogen heeft. De mentoren worden door de docenten voortdurend op de hoogte gehouden van de studieresultaten en de studiehouding . Zij houden contact met elkaar via de onderwijsteams of via een (wekelijks/regelmatig) mentoren overleg onder leiding van de teamleider. In het geval van de reguliere leerlingbegeleiding, stemt de mentor af met collega-docenten en teamleider. In het geval van de extra begeleiding doet de mentor dat eveneens. Daarnaast kan de mentor interne gespecialiseerde deskundigheid inschakelen of daarover advies vragen aan de zorgcoördinator vmbo, havo of vwo. Om een overzicht te hebben van de leerlingen aan wie naast de reguliere begeleiding óók extra zorg wordt verleend (en welke zorg), stelt de mentor in elk geval altijd de zorgcoördinator hiervan op de hoogte. Tevens is de mentor op de hoogte van een IOP, weet hoe ermee gewerkt moet worden en is in staat een IOP te schrijven, eventueel met ondersteuning van een lid van het zorgteam van de school.
4.4 Ondersteuningsroute binnen de school Wat kernachtige beschrijving De ondersteuning op De zorg op onze school wordt op verschillende niveaus aangeboden: onze school wordt op Eerste lijn verschillende niveaus Hieronder verstaan we de docenten, mentoren, teamleider, evt. aangeboden juniormentoren De primaire doelstelling van de eerste lijn is het begeleiden van de leerlingen in hun onderwijsleerproces. Tweede lijn Dit zijn de specialisten binnen onze school: de zorgcoördinator, de orthopedagoge, counselors, dyslexiecoördinatoren, faalangstbegeleiders, de medewerkers van de zorglokalen (I300/H110/M130). Binnen de tweede lijn valt ook het zorgadviesteam (ZAT) waarin specialisten van binnen de school en daarbuiten zitting hebben. Docenten en mentoren kunnen een beroep doen op de specialisten in de tweede lijn. Dit gebeurt altijd in overleg met de zorgcoördinator. De derde lijn. Hiermee worden de specialisten buiten de school bedoeld, zoals de jeugdarts, bureau jeugdzorg (BJZ), de leerplichtambtenaar (LPA). Via het ZAT of via de zorgcoördinator binnen de school kan een beroep gedaan worden op deze specialisten. 16
| Schoolondersteuningsprofiel LLC 2014-2015
ORS Lek en Linge
Ook het Samenwerkingsverband Rivierenland behoort tot deze derde lijn. Deze kan toelaatbaarheidsverklaringen afgeven voor extra ondersteuning binnen de eigen school of daarbuiten. Kenmerkend voor zowel ondersteuning van leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften op onze school is het integrale karakter ervan. De mentor is daarbij de centrale figuur. Behalve de mentor zijn er nog meer functionarissen betrokken bij de leerlingbegeleiding. Binnen de school zijn er diverse functionarissen betrokken bij de ondersteuning van leerlingen met extra onderwijsbehoeften.
17
Mentor De mentor is de centrale persoon in de leerlingbegeleiding. Hij /zij is het eerste aanspreekpunt voor leerling en ouders/verzorgers. Lwoo-mentor (Huiskamer 1 en 2 vmbo) De lwoo-mentor heeft dezelfde taken als de overige mentoren. Daarnaast is het beleid dat de lwoo-mentor zoveel mogelijk uren aan één klas geeft, waardoor er zo min mogelijk verschillende gezichten voor de klas staan. De mentoren hebben intensief contact met hun leerlingen en er is een korte lijn naar huis. De mentoren worden door de gastdocenten voortdurend op de hoogte gehouden van de studieresultaten en houding. Zij houden contact met elkaar via het onderwijsteam. Docent De docent is de eerstverantwoordelijke voor de leerlingbegeleiding in de klas. Hij signaleert mogelijke problemen en/of hiaten en speelt deze door naar de mentor. De mentor/docenten herinneren daar waar mogelijk de leerling aan de afgesproken inzet vanuit het IOP. Zorgcoördinator ORS Lek en Linge heeft drie zorgcoördinatoren: voor vmbo, voor bkl/havo en voor vwo. De zorgcoördinatoren hebben de volgende taken: Zij fungeren als ‘zorgloket’, d.w.z. het verzamelpunt van alle zorg gerelateerde informatie van de zorgleerlingen van de betreffende opleiding, zodat hier een helder, eenduidig en compleet beeld van is en adequaat kan worden gehandeld. Zij adviseren en ondersteunen locatiedirecteuren en teamleiders bij het ontwikkelen van visie en beleid t.a.v. leerlingbegeleiding. Zij ondersteunen de mentor bij het schrijven van een IOP/OPP, het invullen van formulieren, het volgen van de leerlingen en het voeren van (ouder)gesprekken. Zij overleggen met teamleiders en hulpverleners (intern en extern), met het MT-lid dat zorg in de portefeuille heeft. Zij fungeren binnen hun taak als voorzitter van het ZIT (Zorg Intern Team, of intern zorgoverleg, het werkoverleg tussen zorgcoördinator en teamleider, evt. met de mentor erbij) De zorgcoördinator heeft bemoeienis met leerlingen met een LGF indicatie cluster 1 en 2. De zorgcoördinator vmbo organiseert het toelatingsonderzoek t.b.v. lwoo-leerlingen en ondersteuning bij eventuele plaatsing. Tevens vraagt zij de lwoo-beschikking aan. Ook verzorgt zij informatieve avonden aan ouders van een lwoo leerling uit groep 8 en uit de brugklas. Twee van de drie zorgcoördinatoren vertegenwoordigen de school in de werkgroep Zorg van het samenwerkingsverband Rivierenland. Twee van de drie zorgcoördinatoren fungeren als voorzitter van het ZAT. Onderwijsassistenten zorg Deze functionarissen hebben alleen bemoeienis met leerlingen die in
| Schoolondersteuningsprofiel LLC 2014-2015
ORS Lek en Linge
aanmerking komen voor extra ondersteuning binnen de school: Zij dragen mede zorg voor de sociaal psychologische leerlingbegeleiding en -zorg conform het IOP. Zij ondersteunen de mentor in de begeleiding en omgang met een leerling met extra onderwijsbehoeften door het voeren van gesprekjes met de leerlingen (inclusief verslaglegging). Zij signaleren problemen, doen voorstellen voor handelingsmogelijkheden en bespreken deze met zorgcoördinator en mentor. Counselor De counselors spelen een belangrijke rol op het gebied van de leerlingbegeleiding waarin het persoonlijk welbevinden van leerlingen centraal staat. Leerlingen met problemen die het niveau van het mentoraat te boven gaan kunnen bij de counselor terecht. Deze voert gesprekken met deze leerlingen en heeft een brugfunctie naar externe instanties in geval van problemen die het schoolniveau overstijgen. Het gaat hierbij om kortdurende zorg. De aanmelding bij de counselor verloopt bij voorkeur via de zorgcoördinator (het “loket”). Deze wordt in elk geval altijd geïnformeerd door de counselor wanneer deze kortdurende zorg aan leerlingen biedt. Dyslexiecoördinator De dyslexiecoördinator ondersteunt leerlingen met dyslexie op basis van het door de school vastgestelde dyslexiebeleid. Dit beleid is terug te vinden op de website. Faalangstreductiebegeleider De faalangstreductiebegeleider geeft trainingen voor leerlingen die ernstig belemmerd worden door hun faalangst. Lokaal I300/H110/M130-begeleider (de “zorglokalen”) In de zorglokalen, lokaal 300 (IBB), lokaal 130 (MTL) en lokaal 1.10 (HVL) worden leerlingen opgevangen die vanwege hun gedrag de les ernstig verstoren of met wie tijdens de les een conflict dreigt. Deze leerlingen hebben op dat moment extra begeleiding en opvang nodig en worden door de docent naar het zorglokaal verwezen. De begeleider van het zorglokaal voert desgewenst een gesprekje met de leerling, registreert de gegevens (datum, docent en reden van verwijdering) in het zorgformulier en zet de leerling aan het werk. Aan het eind van het lesuur gaat de leerling terug naar de docent voor een gesprek.De medewerkers uit de zorglokalen informeren de mentor en desgewenst de teamleider. Achteraf is er een maandelijkse terugkoppeling aan de teamleider van de uitgestuurde leerlingen en de docenten die de leerlingen naar het zorglokaal verwezen hebben. Orthopedagoge De orthopedagoge ondersteunt en adviseert teamleiders en mentoren m.b.t. wenselijke orthopedagogische en –didactische ondersteuning. Zij verricht (aanvullend) psychodiagnostisch onderzoek en rapportage bij individuele zorgleerlingen Zij ondersteunt en adviseert bij het aanvragen van toelaatbaarheidsverklaringen bij het SWV. Zij is als intern adviseur aanwezig bij de vergaderingen van de twee zorgadviesteams (ZAT’s). 18
| Schoolondersteuningsprofiel LLC 2014-2015
ORS Lek en Linge
Zij adviseert en ondersteunt locatiedirecteuren en teamleiders bij het ontwikkelen van visie en beleid t.a.v. leerlingbegeleiding en passend onderwijs. Zij ondersteunt de mentor bij het schrijven van een IOP/OPP. Zij overlegt met het MT-lid dat zorg in de portefeuille heeft. Zij onderhoudt daar waar nodig contacten met leerlingen. Zij is lid van het netwerk van orthopedagogen van de VO-scholen in regio Rivierenland. Decanen De decanen kunnen door de mentor ingezet worden bij schoolkeuze, opleidingskeuze of profielkeuzes. Ze kunnen zowel de leerling als de ouders/verzorgers begeleiden bij deze keuzes. Coördinator examenzaken Deze functionarissen coördineren alle zaken aangaande examens. Vertrouwenspersoon Op alle locaties zijn er twee vertrouwenspersonen (mannelijk en vrouwelijk) waarbij leerlingen en/of hun ouders/verzorgers terecht kunnen als zij zich op school (seksueel) geïntimideerd voelen. Voor medewerkers fungeert het hoofd P&O als vertrouwenspersoon. Samenwerkingsverband (SWV) Indien er een toelaatbaarheidsverklaring voor extra ondersteuning aangevraagd dient te worden, kan deze aangevraagd worden bij het SWV. Tevens kunnen andere schooloverstijgende vraagstukken neergelegd worden bij het samenwerkingsverband Rivierenland. Schoolmaatschappelijk werker (SMW) Deze biedt kortdurende begeleiding aan leerlingen met sociaalemotionele problemen (max. 6 gesprekken). Indien nodig verwijst de schoolmaatschappelijk werker door naar een hulpverleningsinstantie. De schoolmaatschappelijk werker heeft daarnaast een adviserende taak richting mentor, teamleider en/of zorgfunctionarissen. Binnen de school is een eenduidige ondersteuningsroute opgesteld.
19
Ondersteuningsvragen worden aangemeld bij het zorgloket door mentor of teamleider. In het zorgloket participeert de zorgcoördinator. Zij coördineert alle ondersteuningsaanvragen op de locatie. Zij is de spil in het web met betrekking tot deze vragen. De zorgcoördinator beoordeelt de aanvraag en adviseert op basis van de informatie welke ondersteuningsroute ingezet kan worden. Degene die de ondersteuningsvraag op zich neemt, koppelt altijd terug naar de zorgcoördinator zodat deze goed op de hoogte blijft van het traject m.b.t. tot de ondersteuningsvraag. Indien de mentor of teamleider een inschatting maakt dat de counselor of de orthopedagoog de juiste functionaris is voor een bepaalde zorgvraag en de zorgcoördinator niet aanwezig is, bestaat er de mogelijkheid om de betreffende functionaris direct aan te spreken. Dit moet wel altijd gemeld worden aan de zorgcoördinator. Deze heeft uiteindelijk de bevoegdheid om de genomen stap, in overleg met de orthopedagoog of de counselor, ongedaan te maken. Tevens kan de counselor/orthopedagoog of een andere functionaris ook het advies geven om door te verwijzen naar een andere vorm van hulpverlening. Dit dient echter wel gemeld te worden bij het zorgloket.
| Schoolondersteuningsprofiel LLC 2014-2015
ORS Lek en Linge
Ondersteuningschema ORS Lek en Linge 2014
Orthopedagoog
Counseling
Locatiespecifieke begeleiding
Zorgloket
Vertrouwenspersoon Kan zonder tussenkomst van zorgloket benaderd worden door leerlingen, hun ouders/verzorgers, docenten etc. Zorgadviesteam
Alle zorgvragen worden aangemeld bij het zorgloket. De zorgcoördinator beoordeelt de aanvraag en adviseert op basis van de informatie welke zorgroute ingezet kan worden.
Schoolmaatschappelijkwerk
o.a. CJG/BJZ
Schoolarts
Leerplichtambtenaar
SWV
Signaleringslijsten uit laten gaan/IOP schrijven e.d.
4.5 Ondersteuning die valt binnen de basisondersteuning van school Wat Kernachtige beschrijving Aanpak van Er wordt studievaardigheden begeleiding gegeven door de mentor leerproblemen Tevens is elke vakdocent gespecialiseerd in zijn/haar vakinhoudelijke kennis. De leerlingen kunnen gebruik maken van een huiswerkklas (tegen een onkostenvergoeding) De docenten hanteren een goed klassenmanagement met als doel een veilige omgeving te scheppen voor leerlingen waarin de leerlingen zo veel mogelijk kunnen leren. Docenten steunen elkaar door collegiale consultatie toe te passen Docenten overleggen regelmatig in onderwijsteams en er vinden af en toe leerlingbesprekingen plaats. Huiswerk wordt genoteerd in de electronische leeromgeving (ELO), It’s learning. Er is aandacht voor de meer jongensachtige leerstijl (naast de 20
| Schoolondersteuningsprofiel LLC 2014-2015
ORS Lek en Linge
Aanpak van auditieve problemen
Aanpak van PDD-NOS
21
meisjesachtige leerstijl,, om ook de jongens beter aan te sturen op leerinhoudelijk niveau. Naast vakinhoudelijk is de school een cultuurprofielschool, waarin leren via andere kanalen ook centraal staat (creatief, cultuur, muzikaal, sport etc). Er is sprake van een huiskamersetting voor leerlingen met VMBO basisniveau en LWOO. Er kan een leerwerktraject op VMBO niveau gevolgd worden. Indien noodzakelijk en volgens vastgesteld beleid kan er extra facilitering geboden worden bij toetsen en examens. Er is een goed zorgloket waar hulpvragen neergelegd kunnen worden en waar een goede expert bij gezocht wordt. Er is een orthopedagoge aanwezig met kennis en expertise aangaande leerproblemen die de docenten kunnen ondersteunen bij vragen op dit gebied. Voor wat betreft dyslexie en dyscalculie bestaat er een uitgebreid protocol, te vinden op de website. Docenten zijn tot het volgende in staat: het afstemmen van de wijze van spreken (nadrukkelijk articuleren, langzaam spreken, leerling aankijken, stilstaan); het hanteren van meerdere leerstijlen en gebruik maken van concreet materiaal het gebruik van lichaamstaal en pictogrammen; in staat zijn de wijze van instructie af te stemmen (korte opdrachten, niet teveel taal, veel herhalen, vaak checken of instructie overgekomen is etc.); in staat zijn overzichtelijk te werken, het creëren van een voorspelbare omgeving en laten zien van voorspelbaar gedrag; het bieden van ruimte en veiligheid, aandacht voor gespreksvoering binnen een groepssetting; bereidheid apparatuur te dragen en te gebruiken bij zwaarder beperkte leerlingen. De mentor is de spil waar alles om draait. Hij onderhoudt in eerste instantie het contact met thuis. De mentor is het vaste aanspreekpunt voor ouders/verzorgers en leerling. De ouders stemmen de aard en ernst van de problematiek af met de mentor, zodat de mentor het docententeam goed op de hoogte kan brengen van de aard van de belemmering. De docenten zijn tot het volgende in staat: Beseffen dat de leerling zich moeilijk kan inleven in de ander en hier ook naar handelen (begrip en inlevingsvermogen); Inzicht in groepsprocessen om adequaat te kunnen handelen in geval van pesten; Het kunnen onderscheiden van talenten van de leerling en deze in kunnen zetten; Beseffen dat relationele groei moeizaam tot stand komt; Begeleiden van sociale interacties en de afstemming op anderen. Bevorderen van de communicatie, zonder een appèl te doen op emoties of het ‘ik’. Er is een deskundig zorgteam met kennis over PDD-NOS. De onderwijsassistenten zorg zijn deskundig op dit gebied, evenals de orthopedagoog. Deze expertise kan ingeroepen worden door het zorgloket.
| Schoolondersteuningsprofiel LLC 2014-2015
ORS Lek en Linge
Tevens is er counseling mogelijk voor de leerling waardoor de de leerling op sociaal emotioneel gebied middels een 3 gesprekken model weer op weg geholpen kan worden. Er is een pestprotocol binnen de school waar mee gewerkt wordt Elk jaar wordt de week van de verdraagzaamheid georganiseerd waar schoolbreed aandacht aan besteed wordt. Aanpak van De mentor is de spil waar alles om draait. Hij onderhoudt in eerste concentratieproblemen instantie het contact met thuis. De mentor is het vaste aanspreekpunt voor ouders/verzorgers en leerling. De ouders stemmen de aard en ernst van de problematiek af met de mentor, zodat de mentor het docententeam goed op de hoogte kan brengen van de aard van de belemmering. De docenten zijn tot het volgende in staat: Het niet laten leiden door gedragingen maar de leerling en zijn onvermogen achter het gedrag te blijven zien; Werken met geheugensteuntjes en alternatieve studiestrategieën; Onderscheid maken van kennis en de presentatie daarvan (handschrift, verzorging, grammatica, interpunctie). In staat onrust te signaleren en het lesprogramma flexibel te kunnen inzetten als de onrust te groot wordt. De vaardigheid om onrust om te buigen in wenselijk gedrag. De onderwijsassistenten zorg zijn deskundig op dit gebied, evenals de orthopedagoog. Deze expertise kan ingeroepen worden door het zorgloket. Aanpak van hoge Er is binnen de school voldoende cognitieve uitdaging voor excellente intelligenties leerlingen (TTO onderwijs, gymnasium). Daarnaast is de school cultuurprofielschool waardoor er veel aandacht is voor andere vormen van kennisverrijking dan cognitief (cultuur, muzikaal, kunst, sport etc). Daarnaast staan kennis van executieve functies sterk in de belangstelling om ook onderpresteerders op de rit te krijgen. Er is een deskundig zorgloket en een orthopedagoog met kennis van zaken over de aanpak van excellente leerlingen die onderpresteren. Aanpak van De mentor is de spil waar alles om draait. Hij onderhoudt in eerste internaliserende instantie het contact met thuis. De mentor is het vaste aanspreekpunt voor problemen ouders/verzorgers en leerling. De ouders stemmen de aard en ernst van de problematiek af met de mentor, zodat de mentor het docententeam goed op de hoogte kan brengen van de aard van de belemmering. De mentor is in staat deze problematiek kundig te signaleren. De docenten zijn tot het volgende in staat: In staat te investeren in een vertrouwensband en communicatief vaardig; In staat een goede groepssfeer te creëren; In staat tot vroegtijdig signaleren; Realistische verwachtingen hebben van de leerling; Zinvolle en eenduidige feedback gericht op het gedrag en niet het kind zelf; Het aanleren van vaardigheden passend bij de ondersteuningsbehoefte van het kind. Er is een effectief pestprotocol aanwezig binnen de school. Deze is opgenomen in het protocollenboek. Aanpak van leerlingen Voor leerlingen die extra onderwijsbehoeften hebben, maar die niet met extra voldoen aan een gediagnosticeerde stoornis wordt de ondersteuning van 22
| Schoolondersteuningsprofiel LLC 2014-2015
ORS Lek en Linge
onderwijsbehoeften die niet vallen binnen bovenstaande problematieken.
zorglokalen
het zorgloket gevraagd door de mentor. Deze bepaalt dan of de leerling in aanmerking komt voor extra ondersteuning en welke ondersteuning. Er is altijd een zorgvuldige afstemming met ouders/verzorgers. De school organiseert een paar keer per jaar thema avonden voor ouders/verzorgers en leerling over diverse problematiek. De docenten hebben de mogelijkheid voor extra scholing om beter aan de onderwijsbehoeften van leerlingen te voldoen. Op drie locaties (vmbo, havo, vwo) zijn er zorglokalen. In de zorglokalen, lokaal 300 (IBB), lokaal 130 (MTL) en lokaal 1.10 (HVL) worden leerlingen opgevangen die vanwege hun gedrag de les ernstig verstoren of met wie tijdens de les een conflict dreigt. Deze leerlingen hebben op dat moment extra begeleiding en opvang nodig en worden door de docent naar het zorglokaal doorverwezen. De begeleider van het zorglokaal voert desgewenst een gesprekje met de leerling, registreert de gegevens (datum, docent en reden van verwijdering) in het zorgformulier en zet de leerling aan het werk. Aan het eind van het lesuur gaat de leerling terug naar de docent voor een gesprek. De medewerkers uit de zorglokalen informeren de mentor en desgewenst de teamleider. Achteraf is er een maandelijkse terugkoppeling aan de teamleider van de uitgestuurde leerlingen en de docenten die de leerlingen naar het zorglokaal verwezen hebben.
4.6 Ondersteuning die valt binnen de extra ondersteuning van de school Wat Kernachtige beschrijving Leerwegondersteuning Binnen het VMBO bestaat de mogelijkheid om op de diverse binnen het VMBO leerwegen leerwegondersteuning aan te vragen bij de Regionale Verwijs Commissie (RVC). De procedures hiervan staan beschreven in het protocollenboek. Binnen de LWOO bestaan er op onze school twee stromen. De eerste stroming: Leerlingen die een IQ < 90 hebben en functioneren op basisniveau. Deze leerlingen stromen in in de huiskamersetting op de VMBO locatie. Specifiek voor deze setting is het volgende: - Veel uren van dezelfde docent (mentor) - Kleine setting (2 x 16 leerlingen met 2 docenten) - Ondersteuning van een onderwijsassistente - Enkele gastdocenten - Kluisjes bij lokaal - Intensief contact met de leerling - Korte lijnen met ouders/verzorgers - Veel aandacht voor didactische en sociaal emotionele problematiek bij leerlingen. Na twee jaar huiskamersetting stroomt de leerling in de reguliere klassen van de diverse beroepsrichtingen van het VMBO in. Zij behouden hierbij de LWOO beschikking. De tweede stroming: Leerlingen met een IQ>90 en functioneren op kader niveau stromen in de reguliere vmboklassen in. Gestreefd wordt om deze klassen zo klein mogelijk te houden. De mentor zal deze leerlingen goed in de gaten houden en zo nodig met een individueel ondersteuningsplan 23
| Schoolondersteuningsprofiel LLC 2014-2015
ORS Lek en Linge
Aanpak van leerproblemen
Aanpak van auditieve problemen
24
ondersteunen. Voor beide stromen geldt dat de leerling 4 jaar recht heeft op LWOO. Er is een mogelijkheid voor bespreking in het zorgadviesteam van de school. De procedure aanmelding ZAT is opgenomen in het protocollenboek. Alle lwoo leerlingen kunnen gratis gebruik maken van de huiswerkklas. Indien de leerling ernstig belemmerd wordt door onderpresteren, gedrag of sociaal emotionele ontwikkeling ondanks de basisondersteuning in combinatie met de LWOO die geboden wordt, kan middels het zorgloket de orthopedagoog ingeschakeld worden om samen met leerling ouders/verzorgers en mentor de onderwijsbehoeften van de leerling te bekijken. Middels een IOP kan vervolgens afspraken gemaakt worden over de inzet van leerling, ouders/verzorgers en school. Binnen de school is er expertise over leerproblematiek, waaronder dyslexie en dyscalculie. De docenten hebben hierbij een signalerende rol. De procedure over deze twee leerproblematieken staat uitgelegd op de website. Voor diverse problemen zijn er onder bepaalde voorwaarden mogelijkheden tot extra facilitering bij toetsen en examens. Dit staat beschreven in het protocollenboek. De orthopedagoog kan hiervoor een deskundigheidsverklaring schrijven, indien de leerling aan de criteria hiervoor voldoet. Daarnaast is de orthopedagoog deskundig op het gebied van leerproblematiek. De orthopedagoog is eventueel in staat om zich nader te verdiepen in diverse ondersteuningsvragen vanuit het zorgloket. Indien de leerling ernstig belemmerd wordt door de leerproblematiek, ondanks de basisondersteuning die geboden wordt, kan middels het zorgloket de orthopedagoog ingeschakeld worden om samen met leerling ouders/verzorgers en mentor de onderwijsbehoeften van de leerling te bekijken. Middels een IOP kan vervolgens afspraken gemaakt worden over de inzet van leerling, ouders/verzorgers en school. Er is een mogelijkheid voor bespreking in het zorgadviesteam van de school. De procedure aanmelding ZAT is opgenomen in het protocollenboek. Indien de basisondersteuning niet toereikend is, zal de hulp ingeroepen worden van het zorgloket. Het zorgloket bekijkt welke interne en/of externe ondersteuning nodig is om de problematiek hanteerbaar te maken. Tevens dient in samenspraak met de mentor, de zorgcoördinator en de teamleider bekeken te worden welke afdeling /profiel haalbaar is voor deze leerling. Er is een mogelijkheid voor bespreking in het zorgadviesteam van de school. De procedure aanmelding ZAT is opgenomen in het protocollenboek. Indien de leerling ernstig belemmerd wordt door de leerproblematiek, ondanks de basisondersteuning die geboden wordt, kan middels het zorgloket de orthopedagoog ingeschakeld worden om samen met leerling ouders/verzorgers en mentor de onderwijsbehoeften van de leerling te bekijken. Middels een IOP kan vervolgens afspraken
| Schoolondersteuningsprofiel LLC 2014-2015
ORS Lek en Linge
Aanpak PDD-NOS
Aanpak van concentratieproblemen.
25
gemaakt worden over de inzet van leerling, ouders/verzorgers en school. Indien een leerling ernstig belemmerd wordt door de PDD-NOS, schakelt de mentor het zorgloket in. Het zorgloket bekijkt welke professional binnen de school het beste kan aansluiten bij de ondersteuningsvraag van de mentor en de leerling. De volgende professionals hebben expertise betreffende deze problematiek: Onderwijsassistente zorg: deze kan de leerling ondersteunen in de executieve vaardigheden die belemmerend zijn voor het onderwijsproces van deze leerling. Daarnaast zal deze ook gesprekken kunnen hebben over het sociaal emotionele welbevinden van de leerling. Orthopedagoog: Deze heeft kennis van zaken over ASS problematiek Indien de leerling ernstig belemmerd wordt door de PDD-NOS, ondanks de basisondersteuning die geboden wordt, kan middels het zorgloket de orthopedagoog ingeschakeld worden om samen met leerling ouders/verzorgers en mentor de onderwijsbehoeften van de leerling te bekijken. Middels een IOP kan vervolgens afspraken gemaakt worden over de inzet van leerling, ouders/verzorgers en school. Counselor: deze kan middels een 3-gesprekken model de leerling helpen om de sociaal emotionele ontwikkeling weer beter op de rit te krijgen. Daarnaast zal er betreffende deze problematiek een korte lijn met ouders/verzorgers zijn en eventueel geadviseerd worden externe hulpverlening in te schakelen. Er is een mogelijkheid voor bespreking in het zorgadviesteam van de school. De procedure aanmelding ZAT is opgenomen in het protocollenboek. Indien een leerling ernstig belemmerd wordt door de concentratieproblemen, schakelt de mentor het zorgloket in. Het zorgloket bekijkt welke professional binnen de school het beste kan aansluiten bij de ondersteuningsvraag van de mentor en de leerling. De volgende professionals hebben expertise betreffende deze problematiek: Onderwijsassistente zorg: deze kan de leerling ondersteunen in de executieve vaardigheden die belemmerend zijn voor het onderwijsproces van deze leerling. Daarnaast zal deze ook gesprekken kunnen hebben over het sociaal emotionele welbevinden van de leerling. Orthopedagoog: Deze heeft kennis van zaken over concentratie problematiek. Indien de leerling ernstig belemmerd wordt door de leerproblematiek, ondanks de basisondersteuning die geboden wordt, kan middels het zorgloket de orthopedagoog ingeschakeld worden om samen met leerling ouders/verzorgers en mentor de onderwijsbehoeften van de leerling te bekijken. Middels een IOP kan vervolgens afspraken gemaakt worden over de inzet van leerling, ouders/verzorgers en school. Daarnaast zal er betreffende deze problematiek een korte lijn met ouders/verzorgers zijn en eventueel geadviseerd worden externe
| Schoolondersteuningsprofiel LLC 2014-2015
ORS Lek en Linge
Aanpak van hoge intelligentie
Aanpak van internaliserende problematiek.
Aanpak van leerlingen met ondersteuningsbehoeften die niet vallen onder bovenstaande problematieken.
26
hulpverlening in te schakelen. Er is een mogelijkheid voor bespreking in het zorgadviesteam van de school. De procedure aanmelding ZAT is opgenomen in het protocollenboek. Indien de leerling ernstig belemmerd wordt door onderpresteren, ondanks de basisondersteuning die geboden wordt, kan middels het zorgloket de orthopedagoog ingeschakeld worden om samen met leerling ouders/verzorgers en mentor de onderwijsbehoeften van de leerling te bekijken. Middels een IOP kan vervolgens afspraken gemaakt worden over de inzet van leerling, ouders/verzorgers en school. Er kan middels dit IOP specifieke ondersteuning in kaart gebracht worden en daar waar mogelijk binnen de extra ondersteuning uitgevoerd worden. Eventueel kan er op aanraden van de orthopedagoog in afstemming met het zorgloket bekeken worden of er nog extra interne/externe ondersteuning geboden kan worden. Er is een mogelijkheid voor bespreking in het zorgadviesteam van de school. De procedure aanmelding ZAT is opgenomen in het protocollenboek. Er zijn counselors aanwezig die ingezet kunnen worden door het zorgloket. Deze kunnen middels het 3 gesprekkenmodel een leerling weer op de rit krijgen, of indien nodig een leerling doorverwijzen naar externe hulpverlening. Indien de leerling ernstig belemmerd wordt door de leerproblematiek, ondanks de basisondersteuning die geboden wordt, kan middels het zorgloket de orthopedagoog ingeschakeld worden om samen met leerling ouders/verzorgers en mentor de onderwijsbehoeften van de leerling te bekijken. Middels een IOP kan vervolgens afspraken gemaakt worden over de inzet van leerling, ouders/verzorgers en school. Er is faalangstreductietraining mogelijk op alle locaties met als doel het verminderen van faalangst. Daarnaast is ook het doel om het zelfvertrouwen van de leerling te vergroten. Tevens is er ook examenvreestraining voor leerlingen in het examenjaar. Er is een mogelijkheid voor bespreking in het zorgadviesteam van de school. De procedure aanmelding ZAT is opgenomen in het protocollenboek. De school wil graag alle leerlingen een passend diploma laten halen. Indien dit niet lukt binnen de basisondersteuning is er de mogelijkheid om gebruik te maken van de extra ondersteuning binnen de school of vanuit het SWV. Leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben, maar geen diagnose komen ook in aanmerking voor onze faciliteiten zoals counseling, faalangsttraining, examenvreestraining, inzet orthopedagoog, huiswerkbegeleiding etc. Deze ondersteuning kan ingezet worden door het zorgloket. Tevens is er ook een jeugdarts voor medische- en verzuimproblematiek. Dit protocol is terug te vinden in het protocollenboek. Zie bijlage voor inhoudsopgave protocollenboek. Tevens is er een zorgadviesteam met diverse disciplines aanwezig die leerlingen met extra ondersteuningsbehoeften kan bespreken. Middels een IOP zullen wij de inzet van leerling, ouders/verzorgers en
| Schoolondersteuningsprofiel LLC 2014-2015
ORS Lek en Linge
Doubleerbeleid
Individueel ontwikkelingsperspectief en ontwikkelingsplan. (IOP/OPP)
27
school goed afstemmen op elkaar. Mogelijkheid voor bespreking in het zorgadviesteam van de school (zie bijlage) Binnen de school is er een bevorderingsreglement opgesteld voor bevordering naar een volgend leerjaar. Indien een leerling niet bevorderd wordt naar een volgend leerjaar wordt kritisch bekeken of doubleren of afstromen naar een afdeling met een ander niveau een mogelijkheid is. Binnen Magister is goed zichtbaar op welk niveau van onderwijs de leerling is ingestroomd op Lek en Linge. De teamleider bespreekt met ouders/verzorgers en leerling de redenen en consequenties van mogelijke doublering/afstroom. Eventueel kan er op dat moment een IOP opgesteld worden. Binnen de school bestaat er zowel een individueel ontwikkelingsplan (IOP) als een ontwikkelingsperspectiefplan (OPP). Het IOP is een school eigen document dat kan worden ingezet indien een leerling extra ondersteuning vanuit schooleigen middelen nodig heeft. Het OPP is een plan dat in gebruik genomen wordt indien een leerling gebruik maakt van middelen uit het samenwerkingsverband (diepteondersteuning). Hierin worden ook instroom, mogelijke uitstroomgegevens, wensen van ouders en leerling wat betreft uitstroomniveau opgenomen. Het IOP wordt opgesteld in samenwerking met leerling, ouders/verzorgers en mentor en onder verantwoordelijkheid van de teamleider indien er behoefte is aan extra ondersteuning binnen de school. Deze is niet verplicht voor elke leerling die gebruik maakt van de extra ondersteuning binnen de school. In het IOP wordt naast de doelen, nadrukkelijk de inzet van de leerling, de ouders/verzorgers en het schoolteam verwoord. Tevens wordt het IOP minstens één keer per jaar geëvalueerd. Indien er gebruik gemaakt wordt van de extra ondersteuning via het SWV geeft de wet passend onderwijs aan dat er voor deze leerlingen een ontwikkelingsperspectief moet zijn. De ouders/verzorgers moeten kunnen instemmen met de inhoud van dit ontwikkelingsperspectief. Voor wie een verplicht OPP en de inhoud ervan: Wanneer de ondersteuning van de school een onderdeel vormt van het reguliere (basis) ondersteuningsaanbod, zoals begeleiding bij dyslexie, dyscalculie, remedial teaching of een training sociale vaardigheden, dan is er geen OPP nodig. De ondersteuning binnen het lwoo wordt ook gezien als een onderdeel van de reguliere (basis) ondersteuning hetgeen betekent dat er voor leerlingen in het lwoo geen OPP verplicht is. De wet passend onderwijs geeft aan in welke onderwijssituaties een OPP verplicht is. - Voor elke leerling in het regulier onderwijs die extra ondersteuning nodig heeft, stelt de mentor, in samenspraak met ouders/verzorgers en leerling en eventueel de zorgcoördinator of orthopedagoog een OPP op. Dit gebeurt onder verantwoording van het bevoegd gezag. In het geval van het SWV Rivierenland gaat het om de leerlingen voor wie vanaf 1 augustus 2014 de rugzak wordt gecontinueerd. De volgende onderdelen zijn in het OPP opgenomen:
| Schoolondersteuningsprofiel LLC 2014-2015
ORS Lek en Linge
- De te verwachten uitstroombestemming van de leerling. In het voortgezet onderwijs heeft de uitstroombestemming betrekking op uitstroom naar middelbaar of hoger beroepsonderwijs of wetenschappelijk onderwijs, of in geval van het praktijkonderwijs, naar welk soort functie op de arbeidsmarkt uitstroom wordt verwacht. Hierbij wordt gewezen op de mogelijkheden van de leerling in relatie tot de voor de uitstroombestemming vereiste kennis en vaardigheden. Er moet rekening gehouden worden met belemmerende en bevorderende factoren die van invloed zijn op het onderwijs aan de leerling. - Ondersteuning en begeleiding In het ontwikkelingsperspectief moeten ook de ondersteuning en de begeleiding opgenomen worden en, indien aan de orde, de afwijkingen van het onderwijsprogramma. Hierbij wordt ook de inzet van de leerling en/of zijn/haar ouders vermeld Vaststelling, bijstelling en betrokkenheid van de ouders/verzorgers Het bevoegd gezag van de school stelt formeel het ontwikkelingsperspectiefplan vast, nadat hierover verplicht overleg met de leerling, de ouders/verzorgers is gevoerd. Het ontwikkelingsperspectiefplan wordt tenminste een keer per jaar met de leerling, ouders/verzorgers geëvalueerd. Op basis van de evaluatie kan ook worden besloten tot beëindiging van het ontwikkelingsperspectief, waarna de leerling terugvalt op de basisondersteuning. Op dit moment is het OPP in ontwikkeling bij het SWV. Deze wordt tzt opgenomen in de bijlage. Extra fysieke medische De school biedt geen extra specifieke ondersteuning, zoals ondersteuning fysiotherapie, ergotherapie of motorische remediale hulp Ondersteuning in de Er is een schoolmaatschappelijk werkster verbonden aan school. Zij thuissituatie kan ouders/verzorgers en leerling begeleiden met sociaal emotionele problematiek en opvoedhulp. Tevens is er een korte lijn met het CJG (Centrum Jeugd en Gezin) van de gemeente. Deskundigheidsbevordering Indien er sprake is van handelingsverlegenheid ten opzichte van een personeel bepaalde problematiek of klassenmanagement op individueel of teamniveau bestaat er de mogelijkheid tot deskundigheidsbevordering middels scholing, coaching of collegiale consultatie, intervisie etc. 4.7 Ondersteuning die valt onder de extra ondersteuning vanuit het SWV (diepteondersteuning) Wat Kernachtige beschrijving Inzet SWV Ondersteuning binnen de school vanuit diepte ondersteuning (bovenschoolse Er bestaat de mogelijkheid om extra ondersteuning vanuit het SWV te voorzieningen) verkrijgen binnen de eigen school middels de toelaatbaarheidscommissie. Deze ondersteuning wordt nog nader ingevuld door het SWV. Rebound Vanuit het samenwerkingsverband zijn er bovenschoolse voorzieningen mogelijk. Om hiervoor in aanmerking te komen worden de leerlingen aangemeld door de zorgcoördinator van de school door middel van een gesprek met de externe coördinator van de bovenschoolse instelling. Tevens wordt er een uitgebreid OKR door de zorgcoördinator ingevuld. 28
| Schoolondersteuningsprofiel LLC 2014-2015
ORS Lek en Linge
Deze aanmelding loopt via de toelaatbaarheidscommissie van het samenwerkingsverband. Hierna zal er een intake bij de leerling thuis plaats vinden door een medewerker van de bovenschoolse voorziening. Daarna wordt vastgesteld of de leerling geplaatst wordt. Gedurende de plaatsing van 12/13 weken zal er geregeld geëvalueerd worden. Na de plaatsingsperiode zal er een nazorg traject gegeven worden op de school van herkomst gedurende 3 maanden. Gedurende de plaatsingstijd zal de leerling ingeschreven blijven staan op de school van herkomst. VSO Er worden door het SWV tevens zware arrangementen (plaatsing VSO) opgesteld. Om hiervoor in aanmerking te komen moet een toelaatbaarheidsverklaring afgegeven worden door het SWV. Deze commissie komt tot bindende besluiten waarin ook een handelingsadvies is opgenomen. 4.8 Grenzen aan ondersteuning Indien een leerling meer ondersteuning nodig heeft dan de school biedt, maar niet in aanmerking lijkt te komen voor een bovenschoolse voorziening of het VSO, kan met ouders/verzorgers bekeken worden wat de ouders/verzorgers voor ondersteuning kunnen inkopen (gedacht kan worden aan RT, huiswerkbegeleiding, trainingen op sociaal emotioneel gebied etc). Er zijn grenzen aan de ondersteuning die onze school kan bieden. Indien de onderwijsbehoeften van de leerling de mogelijkheden van onze basis en extra ondersteuning te boven gaan, kunnen wij binnen onze school geen passende onderwijsplaats bieden. In overleg met ouders/verzorgers en leden van de toelaatbaarheidscommissie van het SWV wordt dan bekeken of deze leerling doorgeleid wordt naar een van de scholen binnen ons samenwerkingsverband die de ondersteuningsmogelijkheden wel in huis heeft, dan wel dat een plaatsing in de bovenschoolse voorziening of het speciaal voortgezet onderwijs meer voor de hand ligt. Indien de problematiek zich meer richt op buitenschoolse factoren, zal in overleg met ouders/verzorgers doorverwezen worden naar een externe instantie, zoals CJG, BJZ. 4.10 Kwaliteitsbeleid op gebied van zorg en ondersteuning Voor onze school geldt: De school voldoet aan de indicatoren in het waarderingskader van de Inspectie De school heeft de medezeggenschap op het SOP conform de WMR geregeld De school registreert welke ondersteuning zij geeft aan leerlingen met (extra) onderwijsbehoeften De school evalueert met leerling en ouders/verzorgers de inzet en de opbrengsten van de ondersteuning aan de hand van het IOP/OPP Het rendement van de genomen ondersteuningsstructuur wordt bewaakt door de zorgcoördinator onder eindverantwoordelijkheid van het MT lid dat zorg in de portefeuille heeft Rapportage over het rendement vindt plaats volgens een binnen de school vastgesteld format (jaarverslagen van o.a. ZAT, counseling, SMW etc) De school evalueert jaarlijks de effectiviteit van de ondersteuningsstructuur De school evalueert jaarlijks met kernpartners de inzet en opbrengsten van de ondersteuning De school evalueert jaarlijks of de ondersteuningsmiddelen goed zijn ingezet De school gebruikt de evaluaties van effectiviteit en rendement als basis voor een bijgestelde SOP. Ons SWV monitort de leerlingenstromen middels het programma L-DOS
29
| Schoolondersteuningsprofiel LLC 2014-2015
ORS Lek en Linge
5. Contactgegevens ten behoeve van de aansturing van de interne onderwijsondersteuning De aansturing van de interne ondersteuning en de daarbij behorende taken en verantwoordelijkheden zijn duidelijk vastgelegd binnen de school. Naam en contactgegevens locatie BKL Annie M.G. Schmidtpad 1, 4103 NP Culemborg Tel: 0345-512833
Naam en contactgegevens locatie VWO Multatulilaan 6, 4103 NM Culemborg Tel: 0345-512833
Naam en contactgegevens locatie Havo Multatulilaan 3 4103 NM Culemborg Tel: 0345-512833
Dhr. J.B. van Rijn Directeur-bestuurder Mevr. Drs. D. H. H. Dullens, directeur brugklaslocatie Dhr. F.A.J. van Geffen Teamleider vmbo, vmbo-tl en vmbo tl/havo Dhr. G. R. Botma Teamleider (tto) havo en havo/atheneum Mevr. M Spreeuwers Teamleider (tto) atheneum en gymnasium
Dhr. J.B. van Rijn Directeur-bestuurder Mevr. Drs. J.A.S.M. Schreuder, directeur (t)vwo locatie Mevr. Dr. C.J.E.M. van den Boer, Teamleider 2 en 3 VWO Dhr. H.J. Wammes Teamleider tvwo
Dhr. J.B. van Rijn Directeur-bestuurder Dhr. G. J. van Beers, Directeur (t)havo locatie Dhr. C. Fleer, Teamleider 2 en 3 havo
Mevr. Drs. A.C. van Bruggen, Teamleider 4, 5, 6 vwo
Dhr. Drs. M.M.J.G. Doré, Teamleider 4 en 5 havo Mevr. A.M. TaalMuskee, teamleider 4 en 5 havo
Dhr. Drs. T.C. van Wijngaarden, Teamleider 4, 5, 6, (t)vwo Mevr. B.A.M. Lucassen- Mevr. Drs. P.J. Kok Middelkamp Zorgcoördinator Zorgcoördinator Mevr. Drs. H.G. de Vos Mevr. Drs. H.G. de Vos orthopedagoog orthopedagoog Mevr. M. Compaijen, Mevr. G.J. Postmus, Counselor Counselor
Mevr. B.A.M. LucassenMiddelkamp Zorgcoördinator Mevr. Drs. H.G. de Vos orthopedagoog Mevr. C.E.J.G. Frenken, Counselor
Mevr. Y. Eigenstein, Onderwijsassistente zorg Mevr. C. Kaspori, Dyslexie coördinator
Mevr. Y. Eigenstein, Onderwijsassistente zorg onderbouw havo Mevr. J. Drent, Dyslexiecoördinator
30
| Schoolondersteuningsprofiel LLC 2014-2015
Naam en contactgegevens locatie VMBO Ina Boudier Bakkerstraat 2 4103 NN Culemborg Tel: 0345512833/597530 Dhr. J.B. van Rijn Directeur-bestuurder Dhr. A. Viets, Directeur vmbo locatie Dhr. D. Bosch, Teamleider brugklas lwoo, tweede leerjaar vmbo Dhr. J. J. K. van Oort, teamleider 3 en 4 vmbo b/k Dhr. B. Boon, Teamleider 3 en 4 vmbo-tl
Mevr. A.M.E.A. de Vries-van Straaten Zorgcoördinator Mevr. Drs. H.G. de Vos orthopedagoog Dhr. S. Bertens, Counselor Mevr, J.M.C. Vaillant, Counselor Mevr. R.Röthengatter, Onderwijsassistente zorg Mevr. M. Lamberts, Klas I1A en klas 4 Dyslexiecoördinator Mevr. R. de Haan Klas I1B en klas 3 Dyslexiecoördinator Mevr. M Vitters, Klas 2
ORS Lek en Linge
Mevr. M. Compaijen, vertrouwenspersoon Dhr. H. van Andel, vertrouwenspersoon
Raad van Toezicht Stichting ORS Lek en Linge, p/a/ postbus 461, 4100 AL Culemborg Samenwerkingsverban d Riviereland 15.02 Directeur: Mevr. Drs A.Garcia Asensio www.swvrivierenland. nl
31
Mevr. G.J. Postmus, vertrouwenspersoon
Mevr. C.E.J.G. Frenken, Vertrouwenspersoon
Mevr. Drs. M.L.E. Mulder, decaan Mevr. P.C.G.A.M. van der Steen, decaan Mevr. Ir. F.J. Spijker, coördinator examenzaken
Mevr. Drs. J.J. van der Span, decaan Mevr. P.C.G.A.M. van der Steen, decaan Mevr. Ir. F.J. Spijker, coördinator examenzaken
Raad van Toezicht Stichting ORS Lek en Linge, p/a/ postbus 461, 4100 AL Culemborg Samenwerkingsverban d Riviereland 15.02 Directeur: Mevr. Drs A.Garcia Asensio www.swvrivierenland. nl
Raad van Toezicht Stichting ORS Lek en Linge, p/a/ postbus 461, 4100 AL Culemborg Samenwerkingsverban d Riviereland 15.02 Directeur: Mevr. Drs A.Garcia Asensio www.swvrivierenland. nl
| Schoolondersteuningsprofiel LLC 2014-2015
Dyslexiecoördinator Dhr. S. Bertens, vertrouwenspersoon Mevr, J.M.C. Vaillant, Vertrouwenspersoon Dhr. P. van Gemert Decaan vmbo b/k Dhr. R. Mulder, decaan vmbo tg Dhr. Ing. S. van Dijk, coördinator examenzaken Mevr. R. van Dijkum, coördinator examenzaken Raad van Toezicht Stichting ORS Lek en Linge, p/a/ postbus 461, 4100 AL Culemborg Samenwerkingsverban d Riviereland 15.02 Directeur: Mevr. Drs A.Garcia Asensio www.swvrivierenland. nl
ORS Lek en Linge
6. Bronvermelding De volgende bronnen zijn geraadpleegd voor het tot stand komen van dit schoolondersteuningsprofiel: -
Zorgprofiel 2013-214 Ondersteuningsplan passend onderwijs van Samenwerkingsverband Rivierenland Overzicht AVS Leerlingstatuut Protocollenboek Wettelijk kader SOP Schoolgids Website ORS Lek en Linge
32
| Schoolondersteuningsprofiel LLC 2014-2015
ORS Lek en Linge
7. Lijst van afkortingen Afkorting ADHD AVS BJZ BKL BSN CITO CJG ELO HAVO HVL IBB IOP IQ LGF LPA LWOO MT MTL NAW OKR OPP PDD-NOS RVC SMW SOP SWV TTO VMBO VO VSO VWO ZAT ZIT
33
Beschrijving Aandachtstekortstoornis met hyperactiviteit Algemene Vereniging van Schoolleiders Bureau Jeugdzorg Brugklaslocatie Burger service nummer Instituut voor toetsontwikkeling Centrum Jeugd en Gezin Elektronische Leeromgeving Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs Havo locatie VMBO locatie Individueel ontwikkelingsperspectief Intelligentie Quotiënt Leerling gebonden financiering Leerplicht ambtenaar Leerweg ondersteunend onderwijs Management team VWO locatie Naam-Adres-Woonplaats Onderwijskundig rapport Ontwikkelingsperspectiefplan Pervasieve ontwikkelingsstoornis niet anderszins omschreven Regionale Verwijscommissie School Maatschappelijk Werk Schoolondersteuningsprofiel Samenwerkingsverband Tweetalig onderwijs Voorbereidend Middelbaar Beroepsonderwijs Voortgezet onderwijs Voortgezet Speciaal onderwijs Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Zorg Advies team Zorg intern team
| Schoolondersteuningsprofiel LLC 2014-2015
ORS Lek en Linge
8.Bijlagen bij het schoolondersteuningsprofiel Bijlage 1: Inhoudsopgave protocollenboek
34
| Schoolondersteuningsprofiel LLC 2014-2015
ORS Lek en Linge
Bijlage 1 inhoudsopgave protocollenboek Inhoudsopgave: Deel 1: Algemeen a. Zorgstructuur op ORS Lek en Linge b. Zorgroute c. Functionarissen Zorg ORS Lek en Linge d. ZAT e. IOP (voorheen handelingsplannen) f. Grenzen aan leerlingenzorg g. Maken van gespreksverslagen met ouders h. Informatie verstrekking aan gescheiden ouders Deel 2: Protocollen gericht op leerproblematiek a. Dyslexie b. Dyscalculie c. Disharmonisch ontwikkelingsprofiel d. LWOO e. Faciliteiten bij examens en toetsen Deel 3: Protocollen gericht op gedragsproblemen a. Autisme b. Pesten c. Schoolverzuim d. Genotmiddelen (roken, drugs , alcohol) e. Protocol weigeren van lesverwijdering f. Time out/zorglokalen g. Schorsing en verwijdering Deel 4: Protocollen gericht op externe hulpverlening a. Rouw b. Terug uit crisisopname c. Rebound d. Herstart/Op de Rails Deel 5 Handelingswijzers over diverse stoornissen en belemmeringen a. Autisme b. ADHD/ADD c. ODD/CD d. Faalangst e. Sociale angst f. depressie g. Hechting h. Gilles de la Tourette
35
| Schoolondersteuningsprofiel LLC 2014-2015