SCHOOLMEDIATHEEK André Fruithof voor directies, bibliothecarissen en alle leraren
"Sic transit gloria mundi" (zo vergaat de wereldse grootsheid of 's werelds roem) was de spontane reactie van Berlusconi, in het Latijn, op het nieuws dat Kadhafi gevangen genomen was en ook gedood. De uitspraak is opvallend, want ze werd in lang vervlogen tijden gebruikt bij de pauskroning. Ze doet ook denken aan de middeleeuwse dodendansen: reidansen met personen van verschillende sociale standen, want iedereen is gelijk voor de dood.
De Noord-Franse schrijver Franck Thilliez is van beroep wiskundige en informaticus. Daarnaast is hij volgens Humo (misdaadbijlage zomer 2011) “auteur van thrillers waar het bloed bij stromen uit gutst”.
Maupassant [Guy de Maupassant, 19de-eeuwse, Franse naturalist, auteur van novellen en romans) is dol op dieren en laat ze regelmatig opdraven in zijn verhalen. In La Guillette geniet hij van het gezelschap van zijn geliefde spaniël Paff (niet te verwarren met Pfaff] die er vreedzaam samenleeft met de kat Piroli, een zeer bedreven muizenvangster, en nadien met Piroli‟s dochter Pussy.” (Bart van Loo. Parijs Retour).
Onze populariteit, onze kijkcijfers, onze leerlingenaantallen… “Het dringen naar zelfhandhaving van alle instituten afzonderlijk en binnen de instituten weer van alle personeelsleden naar de grootste zekerheid, mondt uit in een panorama van een heftig bewegende chaos. Alle zelfhandhaving komt samen in gevecht om de grootst mogelijke aanvaardbaarheid, de grootste populariteit; “
DM
november 2011
Schoolmediatheek www.vicog.be
pagina 1
(H.J.A. Hofland. Bemande essays)
F. Starik
Naast zijn vrije werk en de verzen voor Amsterdam schrijft Stadsdichter F. Starik gelegenheidsgedichten voor aan het graf van overledenen die geen nabestaanden hebben. Wie waren de eenzamen? Hoe leefden zij? In oktober verschijnt Een steek diep waarin F. Starik op zoek gaat naar de verhalen achter de verloren levens. (Uitgeverij Nieuw Amsterdam)
Bij de honderdste geboortedag van William Golding (1911-1993) verschijnt een jubileumeditie en nieuwe vertaling van zijn wereldliteratuurklassieker Lord of the Flies. Maar de biograaf John Carey beschrijft ook Golding-de-leraar, die Scruff werd genoemd, om zijn haveloze oogopslag, en die schijnbaar overal liever wilde zijn dan in zijn klaslokaal. In elke pauze zat hij, ver voor hij ooit was uitgegeven, te krabbelen in zijn schriftjes, collega‟s spottende vragen ontlokkend over zijn „volgende meesterwerk‟. Tijdens lessen ging hij daar het liefst mee door, nadat hij de jongens verstrooid een opdrachtje had opgegeven. (Het aantal woorden op zijn manuscriptpagina‟s tellen, bijvoorbeeld.) En zijn inzicht in de duistere krochten van de puberpsyche? Dat verkreeg hij deels door ze bijna als laboratoriumratten te gebruiken. Bij de repetities voor de schoolopvoering van Julius Caesar moedigde hij hen aan om de „emoties van een bloeddorstige menigte‟ te ervaren en legde hij gedetailleerd uit hoe je met een dolk een buik openreet. En op een excursie naar een prehistorisch bouwwerk liet hij ze twee strijdende stammen vormen. Pedagogisch twijfelachtig, maar uitstekend veldwerk voor het debuut dat hem zou bevrijden én achtervolgen. Na drie eerder geschreven maar nooit verschenen romans werd hij met Lord of the Flies eindelijk ontdekt door redacteur Charles Montleith. En door het gigantische succes dat het begin jaren zestig in Amerika werd, kon de schrijver weg uit zijn jongensschoolgevangenis. Maar hij ging het boek ook haten. Noemde het „O-level stuff' en „a joke‟, bitter als hij was dat het zijn latere werk overschaduwde. Veel zal het voor de status van zijn meesterwerk niet uitmaken. Dat zal hopelijk ontdekt blijven worden door betoverde tieners als ooit Stephen King en prijken op talloze leeslijsten Engels. Want William Golding was en is als schrijver een geboren onderwijzer. Vak: de menselijke ziel. Je moest alleen niet bij hem in de klas zitten. (Nieuwsbrief, VPRO-boeken, 16.09.2011)
DM
november 2011
Schoolmediatheek www.vicog.be
pagina 2
De gemeente Utrechtse Heuvelrug krijgt een levensgroot bronzen beeld van de schrijver Simon Vestdijk cadeau. Vestdijk (1898 - 1971) woonde en werkte lange tijd in Doorn, een plaats die is opgegaan in de gemeente Utrechtse Heuvelrug. In Doorn is volgens de gemeente echter weinig dat aan de beroemde inwoner herinnert. De gemeente is daarom blij dat het beeld alsnog wordt gerealiseerd en zal het op een centrale plek plaatsen.
Het brons stelt Vestdijk achter zijn bureau in schrijfhouding voor. Het is ontworpen door Jaap te Kiefte en 1.60 meter hoog. Simon Vestdijk schreef tientallen boeken, essays en gedichten. Bekende titels zijn onder andere Bij Nader Inzien, Pastorale 1943, Terug tot In Damman en Ivoren wachters.(Radio Nederland Wereldomroep, 09.09.2011)
La bibliothèque, c‟est le meuble le plus meuble de tous les meubles, en fait, dis-je, le meuble qui a le plus une mission, pareil que l‟os du crâne qui est l‟os le plus os de tous les os, l‟os capital si tu préfères, la bibliothèque en fait, c‟est la boîte crânienne de la maison, en fait c‟est ça, c‟est le meuble en os capital... (Jean-Marie Gourio. Chut !, p.94, Éd. Julliard)
[…] Maar wat ik wel weet, is dat er nog steeds vampirische lezers rondlopen, mensen die in staat zijn zich aan elke zin over te leveren en met elke pagina hun leven op het spel te zetten, omdat ze nog steeds het gevoel hebben dat de literatuur de beste manier is om het leven rijker, gelaagder, intenser en waarachtiger te maken.” (Javier Cercas, Spaanse auteur, in zijn lezing in de PassaPorta in Brussel, geciteerd in dSLetteren, 23.09.2011)
“Elke dinsdag organiseert de auteur [Victor Hugo 1802-1885, auteur van o.a. Notre-Dame de Paris, in exil op het eiland Guernsey] er zijn bekende maaltijden voor arme kinderen. Ze krijgen vlees en wijn. Hij heeft namelijk gelezen dat twee goede maaltijden per maand heilzaam zijn voor arme kinderen. „Ik probeer zo de begrippen gelijkheid en broederlijkheid ingang te laten vinden in dit feodale land.”( Bart van Loo. Parijs retour)
Hugo verblijft in die tijd in het bekende Hauteville House dat de auteur kocht en volledig liet restaureren. Het is nu een toeristische attractie. “In het midden van de tuin staat de 132-jarige „eik van de Verenigde Staten van Europa’. Hugo plant de eikel in juli 1870 en voorspelt hoopvol het ontstaan van een Europese Republiek. „Er zijn geen Belgen, er zijn geen Fransen, er zijn de Verenigde Staten van Europa, er is de universele republiek. Laten we met die gedachte leven en de vrijheid verdedigen.‟ (Bart van Loo, ut supra)
DM
november 2011
Schoolmediatheek www.vicog.be
pagina 3
“Een overdosis piëteit doet hem [Guy de Maupassant, Frans naturalistisch auteur uit de 19de eeuw] voorgoed van het geloof afkeren. Toch staat hij geboekstaafd als een goede leerling. Onder die schijnbare berusting broeit een storm. Zo bemachtigt hij op een keer ‟s nachts de sleutel van de kelders om er met enkele kompanen flessen wijn soldaat te maken. Het schandaal wordt in de doofpot gestopt om het instituut geen slechte naam te bezorgen.” Nil novi sub sole.
Spreekwoorden bevatten levenswijsheid in beknopte vorm. Omdat ze al heel oud zijn, kennen we de „auteur‟ niet meer, maar ze hebben wel een algemene geldigheid. Dat „doofpotoperaties’ oud moeten zijn, bewijst het spreekwoord „Waar de taart verbrand is, strooit men de meeste suiker‟.
Een boek verslinden Bart van Loo maakt in zijn Parijs retour onderscheid tussen „hoofdliteratuur’ en ‘buikliteratuur’. “Tot hoofdliteratuur behoren boeken die je vooral cerebraal prikkelen en stimuleren. Ze nopen je vanzelf tot een trage lezing, waarbij je vaak het potlood hanteert om treffende citaten aan te duiden.” Hij stelt daar de „buikliteratuur‟ tegenover en hij bedoelt dat helemaal niet pejoratief. Het is volgens hem literatuur die je nog moeilijk opzij kan leggen zodra je eraan begonnen bent. Van Loo zegt: “Spreek gerust van acute literaire verliefdheid, vlinders in de buik, buikliteratuur. Een boek verslinden, heet zoiets dan clichématig.” Die laatste uitdrukking kent men in de meeste talen: to devour a book (E), dévorer un livre (F), ein Buch verschlingen (D), devorar un libro (S), divorare un libro (I), „n boek verslind (Afr). Wie eenmaal die literaire verliefdheid ervaren heeft, weet wat leesplezier betekent. En dat is een enorm geluk want „met een boek ben je nooit alleen‟. Een zegen voor al wie eenzaam is: zieken, bejaarden… Een boekendienst aan huis voor zulke eenzamen organiseren voor leerlingen-vrijwilligers, in samenwerking met de openbare bibliotheek, kan een schitterend initiatief zijn.
Woordenboeken ‘lezen’ is enorm boeiend. Men botst er soms op onverwachte informatie. Zo wist ik tot nog toe niet dat er een zegswijze bestaat voor het verlengen van zijn weekend door op maandag vrijaf te nemen. Tot ik in Handwoordenboek Spaans-Nederlands (van Dale) bij toeval terecht kwam bij „hacer lunes = luie maandag houden‟. Om te verifiëren zocht ik verder in Groot Woordenboek Nederlandse Taal en vond er niet alleen de bekende „maandagziekte‟ maar ook de „maandaghouder‟ (= die op maandag niet werkt) en het werkwoord „maandaghouden‟. De Engelsen noemen het „take Monday off‟ of schertsend „keep St. Monday‟. En de Van Dale zegt dan weer dat ‘Hij is er een blauwe maandag geweest’ betekent: hij is er zeer kort geweest (oorspronkelijk: een maandag dat er niet gewerkt werd). Deutsches Wörterbuch van Gerhard Wahrig legt uitvoerig uit wat „blauer Montag‟ betekent: über den Sonntag hinaus bis zum Montag verlängerte Arbeitsruhe. Wij noemen dit ‚verlengd weekend„. Kramers„ noemt het „blauen Montag machen, am Montag feiern„. ‚Blou Maandag„ is voor de Zuid-Afrikaan echter de dag waarop alles verkeerd loopt; en ‚Elke blou Maandag„ betekent voor hem/haar, af en toe. Moraal van het verhaal: men is nooit te oud om te leren.
DM
november 2011
Schoolmediatheek www.vicog.be
pagina 4
Neologisme Een velostrade vinden we een mooi voorbeeld van verbale humor die men af en toe aantreft in neologismen. We vonden het in De Standaard Taalbijlage 4 van 20 oktober 2011 (de laatste dag van het directiecongres in Houfalize). Het werd zo gedefinieerd: “Goed beveiligd en bewegwijzerd fietspad tussen een deel- en hoofdgemeente, tussen twee gemeenten onderling of naar een station.” Of er ook vélocipèdes op toegelaten zijn, stond er niet bij.
De ALMA is de grootste prijs ter wereld voor kinder- en jeugdliteratuur en wordt jaarlijks uitgereikt naar een auteur of tekenaar die in de geest van Astrid Lindgren werkt, de schrijfster van onder meer Pippi Langkous. De Nederlandse genomineerden zijn dit jaar schrijvers Edward van de Vendel, Guus Kuijer, Harm de Jonge, Joke van Leeuwen, Toon Tellegen en Peter van Gestel en illustratoren Charlotte Dematons, Harrie Geelen en Marit Törnqvist. Vrijwel alle Nederlandse kanshebbers zijn al eerder voor de prijs genomineerd geweest. In totaal zijn er 184 kandidaten uit 66 landen over de hele wereld genomineerd voor de Lindgren Award. De winnaar wordt op 20 maart 2012 bekendgemaakt. Aan de prijs is een bedrag verbonden van 5 miljoen Zweedse kronen (ruim 495.000 euro). De Zweedse regering riep de ALMA in 2002 in het leven ter nagedachtenis aan de beroemde schrijfster. De prijs is nog nooit door een Nederlander gewonnen. Wel ging de bekroning in 2010 naar een Belgische schrijfster, Kitty Crowther. (Nederlandse Volkskrant, 14.10.2011) Franse shortlists: La deuxième sélection pour le prix Goncourt : Sorj Chalandon, «Retour à Killybegs» (Grasset) David Foenkinos, «Les Souvenirs» Gallimard Alexis Jenni, «L‟Art français de la guerre» Gallimard Carole Martinez, «Du Domaine des Murmures» Gallimard Véronique Ovaldé, «Des vies d'oiseaux» L'Olivier Morgan Sportès, «Tout, tout de suite» Fayard Lyonel Trouillot, «La belle amour humaine» Actes Sud Delphine de Vigan, «Rien ne s‟oppose à la nuit» JC Lattès La deuxième sélection pour le prix Renaudot : Emmanuel Carrère, «Limonov» (P.O.L) Dalibor Frioux, «Brut» (Seuil)
DM
november 2011
Schoolmediatheek www.vicog.be
pagina 5
Alexis Jenni, «L'Art français de la guerre» (Gallimard) Marie Lebey, «Oublier Modiano» (Léo Scheer) Simon Liberati, «Jayne Mansfield 1967» (Grasset) Eric Reinhardt, «Le Système Victoria» (Stock) Shumona Sinha, «Assommons les pauvres !» (L'Olivier) Morgan Sportès, «Tout, tout de suite» (Fayard)
Op 22 april 2012 zal, ter gelegenheid van Erfgoeddag, op de Grote Markt het proces en de terechtstelling van de bandiet Jan De Lichte worden overgedaan. De bekende strafpleiters Jef Vermassen en Piet Van Eeckhaut zullen hieraan meewerken. De aanleiding is dat Boon precies dan honderd jaar geleden is geboren.
In dit kader [alle praktische zaken liet hij aan zijn vrouw over] vertelde Thomas Mann [1875-1955, auteur van o.a. Buddenbrooks; Der Zauberberg] eens een mop aan intimi om zijn onpraktische aard te relativeren: er overlijdt een echtgenote van een vooraanstaand man en men vraagt hem hoe de begrafenis geregeld moet worden. ‟Dat weet ik niet,‟ antwoordde de man.‟ Dat moet u aan mijn vrouw vragen.‟ (Margreet den Buurman. Thomas Mann: Schrijverschap tegen de vergankelijkheid) Thomas Mann was de broer van een andere auteur: Heinrich Mann.
The first collected edition of William Shakespeare’s plays is a celebrated volume known as the "First Folio." The First Folio earned its iconic status in part because it contains the plays of an author widely regarded as the world‟s greatest playwright and because it is the first edition and sole source for half of those plays. Without the First Folio, we might not have such plays as Julius Caesar, Macbeth, and The Tempest. The Folio has been prized by both scholars and collectors. Scholars studied its text letter-by-letter; collectors drove its sales and increased its price. By the nineteenth century, it was so highly regarded that lists and censuses of copies were compiled; most Folios were rebound and repaired; and facsimile editions were produced for those who could not afford the real thing. As the First Folio gained prestige and copies traded hands through auctions and book dealers, the book spread around the globe. Copies can now be found as far from England as Japan and Australia. Over a third of the world‟s copies reside within the walls of the Folger Shakespeare Library, having been collected by Henry Clay Folger between 1893 and 1928. (Nieuwsbrief van Folger Shakespeare Library, gelegen op Capitol Hill in Washington)
'Stroom' is het thema van de dertiende Gedichtendag die Poetry International en Stichting Lezen Vlaanderen op donderdag 26 januari 2012 organiseren. De jaarlijkse gedichtendagbundel komt van de hand van dichter, schrijfster en performer Joke van Leeuwen. Gedichtendag is ieder jaar hét poëziefeest van Nederland en Vlaanderen, de dag waarop de poëzie in het zonnetje wordt gezet. Waar je ook gaat, overal kom je gedichten tegen: op school, in de bibliotheek, in winkels, theaters en musea, op het werk of gewoon op straat. Ook kranten, radio, televisie en het internet klinken die dag een stuk poëtischer.
DM
november 2011
Schoolmediatheek www.vicog.be
pagina 6
Poetry International en Stichting Lezen Vlaanderen leggen met de keuze voor het thema, de Gedichtendagbundel en de lessuggesties jaarlijks de basis voor Gedichtendag. Maar het zijn de vele liefhebbers in het land die elk jaar weer honderden verrassende eigen poëzieactiviteiten op touw zetten. Ook dit jaar nodigen we iedereen uit de creativiteit te laten stromen en met mooie plannen voor Gedichtendag te komen. Op de website van Gedichtendag staan de laatste nieuwtjes en een overzicht van alle Gedichtendagactiviteiten.
Voor wie wil reageren:
[email protected]
DM
november 2011
Schoolmediatheek www.vicog.be
pagina 7