Schoolgids Openbare Basisschool G.A. de Ridder
G.A. de Ridderschool 't Spiek 2 9411 KV Beilen Telefoon: (0593) 52 20 30 E-mailadres: Website:
[email protected] www.gaderidderschool.nl
schooljaar 2010-2011
Inhoudsopgave 1
Een woord vooraf De G.A. de Ridderschool
1-1 1-2
2
Ligging van de school Nieuwbouw/renovatie van de school
2-1 2-1
3
Waar de school voor staat Hoe we denken over onderwijs en opvoeding Schematische voorstelling van de organisatie en zorgstructuur Instroom nieuwe leerlingen groep 1 Instroom nieuwe leerlingen in de overige groepen Intake gesprekken De vier algemene schoolregels zijn De sfeer op school Je thuis voelen Gelijkwaardigheid Prestaties en inzet Het contact tussen school en ouders Belangrijke data
3-1 3-1 3-2 3-4 3-4 3-4 3-5 3-7 3-7 3-7 3-7 3-7 3-8
4
De organisatie van het onderwijs Klassikaal en zelfstandig werken Het BAS-project: werken met het planbord / registratiebord Niveaugroepen Bouwoverleg Groepsgrootte ELB: Effectieve Leerlingbespreking De samenstelling van het team De activiteiten voor de kinderen Wat doen we in de onderbouw Basisvaardigheden Wereldoriënterende vakken Expressie-activiteiten en lichamelijke opvoeding Humanistisch vormingsonderwijs en godsdienstonderwijs
4-1 4-1 4-1 4-2 4-2 4-2 4-2 4-3 4-4 4-4 4-5 4-6 4-7 4-8
5
De zorg voor de kinderen De opvang van nieuwe leerlingen De overgang naar het voortgezet onderwijs Aanvullende zorg Leerlingbegeleiding en remedial teaching Toetsen voor het tijdig signaleren van problemen Hoe gaan we om met pestgedrag Groepsbespreking Leerlingbespreking Logopedie
5-1 5-1 5-1 5-3 5-3 5-3 5-4 5-4 5-4 5-5 1-a
schooljaar 2010-2011
Dyslexie De Permanente Commissie Leerlingenzorg (PCL) Verstrekken van onderwijskundige rapporten Instroom van leerlingen anders dan door een verhuizing Leerlingen met een handicap / rugzakje Toelatingsbeleid Kwaliteitsbeleid Inrichting / organisatie van onze kwaliteits- en leerlingenzorg Kwaliteitszorg betreffende de leerlingen Kwaliteitszorg betreffende de ouders Kwaliteitszorg betreffende de leerkrachten + directie Externe en interne analyse Kwaliteitsbewaking/evaluatie van ons onderwijs Kwaliteitsbewaking en -verbetering: Zorgadviesteam (ZAT) De jeugdgezondheidszorg op de basisschool
5-5 5-8 5-8 5-8 5-8 5-10 5-11 5-12 5-12 5-12 5-13 5-13 5-13 5-13 5-14 5-15
6
De leerkrachten 6-1 Vervanging bij ziekte, compensatie-uren (adv en bapo), studieverlof en scholing 6-1 Specialismen 6-1 Scholing 6-1 Stageplaatsen 6-2
7
De ouders Contactavonden Ouders in de school Vrijwillige ouderbijdrage Klachtenprocedure en vertrouwenspersonen Adressen en telefoonnummers Overige informatie Bij, van en naar school Inzamelen oud papier Vervangingsregeling laden papiercontainer Lopend of op de fiets Schoolbeleid ten aanzien van overblijven Schoolbestuurlijk beleid ten aanzien van het overblijven Huiswerk Buitenschoolse activiteiten Schoolsloffen Verkeersouder Verkeersexamen Huisbezoek bij ziekte Schoolreis Werkgroep bestrijding hoofdluis: de kriebelbrigade Publicatie foto's Buitenschoolse Opvang
7-1 7-1 7-1 7-2 7-2 7-3 7-5 7-5 7-5 7-5 7-5 7-5 7-7 7-8 7-8 7-8 7-9 7-9 7-9 7-9 7-9 7-10 7-10 1-b
schooljaar 2010-2011
Centrum voor Jeugd en Gezin Schoolmaatschappelijk werk.
7-11 7-12
8
Oudervertegenwoordiging: OR en MR De Ouderraad (OR) Taken Samenstelling De Medezeggenschapsraad (MR) Taken Samenstelling
8-13 8-13 8-13 8-13 8-14 8-14 8-14
9
De ontwikkeling van het onderwijs in de school De stichting openbaar basisonderwijs Midden-Drenthe Activiteiten voor onderwijsverbetering Invoering nieuwe methoden Zorg voor de relatie school en omgeving Samenwerking met buurtscholen Samenwerking met scholen voor speciaal onderwijs Samenwerking met de bibliotheek: leesbevordering Het sponsorbeleid Veiligheidsbeleid
9-1 9-1 9-1 9-2 9-3 9-3 9-3 9-3 9-3 9-5
10 De uitstroom Uitstroom naar het voortgezet onderwijs Scholen met Succes; oudertevredenheidspeiling Werken met kwaliteitskaarten
10-1 10-1 10-1 10-1
11 Regeling school- en vakantietijden Groep 1 en 2 Groep 3 en 4 Groep 5 tot en met 8 Regels voor aanvang en einde schooltijd Vakanties schooljaar 2010-2011 Extra vrije dagen voor de leerlingen De leerplicht Verlof buiten de reguliere schoolvakanties Verlof in geval van 'Andere gewichtige omstandigheden' Leerplicht 5-jarigen Vrijstelling van onderwijs en vervangende onderwijsactiviteiten De procedure schorsing en verwijdering Vragen over onderwijs?
11-1 11-1 11-1 11-1 11-1 11-3 11-3 11-3 11-3 11-3 11-5 11-5 11-5 11-6
12 Adressen Algemeen Schoolbestuur Inspectie Schoolarts
12-1 12-1 12-1 12-1 12-1
1-c
schooljaar 2010-2011
Samenwerkingsverband W.S.N.S. Openbare basisschool G.A. de Ridder Personeel Directeur Groepsleerkrachten Administratieve kracht Conciërge Vakleerkracht handvaardigheid Logopedist School Maatschappelijk Werk Humanistisch vormingsonderwijs/ Godsdienstonderwijs Overige betrokkenen Ouderraad Medezeggenschapsraad Verkeersouder Overblijfcoördinator Schoolkrantredactie Plattegrond
12-1 12-1 12-2 12-2 12-2 12-2 12-2 12-2 12-2 12-3 12-3 12-3 12-3 12-3 12-3 12-3 12-4 12-5
1-d
schooljaar 2010-2011
1 Een woord vooraf Scholen verschillen in hun manier van werken, in de sfeer en in wat kinderen er leren. Scholen hebben niet allemaal dezelfde kwaliteiten. Deze schoolgids geeft aan waar de G.A. de Ridderschool voor staat. De schoolgids informeert u over de volgende onderwerpen: hoe we met kinderen omgaan; hoe we het onderwijs organiseren; hoe we omgaan met waarden en normen en met de opvoeding van kinderen; hoe de samenwerking tussen school en ouders verloopt; hoe de uitstroom van leerlingen naar het vervolgonderwijs is; hoe we nieuwe leerlingen opvangen: intakegesprek + rondleiding door de school. Daarnaast geeft deze schoolgids u algemene en zakelijke informatie. U krijgt deze schoolgids in een losbladig systeem. Een naslagwerk waarin u gedurende de hele schoolperiode van uw kind alle informatie kunt vinden die u zoekt. Met ingang van het schooljaar 2010 – 2011 vindt u de schoolgids op onze website www.gaderidderschool.nl Deze schoolgids is tot stand gekomen door samenwerking tussen de o.r., de m.r., het team en de directie. In haar laatste vergadering van dit schooljaar heeft de m.r. ingestemd met de inhoud van de gids. De kinderen hebben voor de illustraties gezorgd.
1-1
schooljaar 2010-2011
De G.A. de Ridderschool Onze school, de Openbare Basisschool G.A. de Ridder, is gebouwd in 1967 en dankt haar naam aan Geert Adriaan de Ridder (1890 - 1970), voorganger van de Nederlandse Protestanten Bond (NPB) te Beilen. Hij heeft zich tijdens zijn leven ingezet voor de plaatselijke VVV, de NPB, de afdeling Beilen van de VVD, de Oudheidkamer, het Nieuwsblad van Beilen en het Openbaar Onderwijs. Tijdens het schooljaar 2001 - 2002 is de school ingrijpend gerenoveerd en uitgebreid met twee groepslokalen, een speellokaal, een handvaardigheidlokaal, een d.c.- ruimte en enkele multifunctionele ruimtes. In 2008 is opnieuw een lokaal toegevoegd in verband met een toename van het aantal leerlingen. In mei 2009 is er op het schoolterrein een gebouw geplaatst in verband met de voor- en naschoolse opvang door Prokino. In 2010 is een tweede extra lokaal geplaatst in het verlengde van het speellokaal. Naam van de school: Stichtingsdatum: Richting: Directeur: Coördinator onderbouw: Coördinator middenbouw: Coördinator bovenbouw:
Openbare Basisschool G.A. de Ridder 1 september 1967 openbaar Harm Hadderingh Aly Brunsting Petra Manders Jan Popping
Op 1 oktober 2009, de teldatum, bedroeg het aantal leerlingen 279. In het schooljaar 2010- 2011 starten we met twaalf groepen. De instroom van nieuwe leerlingen uit het uitbreidingsplan "Nagtegael" duurt voort. U dient rekening te houden met een tussentijdse aanpassing van de schoolorganisatie gedurende het schooljaar in verband met de toeloop van nieuwe leerlingen. Naast de directeur telt de school 16 onderwijsgevenden, een IB-er, een administratieve kracht, een vakleerkracht handvaardigheid, een maatschappelijk werker, een logopedist en een leerkracht godsdienstonderwijs en humanistisch vormingsonderwijs. De namen en functies van de bij de school betrokken instanties, leerkrachten en ouders, vindt u in Hoofdstuk 12.
1-2
schooljaar 2010-2011
2 Ligging van de school De G.A. de Ridderschool ligt in het zuidelijk deel van het dorp Beilen, een nieuwbouwgedeelte dat erg open en ruim is opgezet. De nieuwbouw bestaat uit mooie ruime huur- en koopwoningen, zowel vrijstaand als tweeonder-een-kap en in rijtjes. In de onmiddellijke omgeving van de school liggen enkele knusse speelplaatsen. Ook is er in de buurt een vijver met een zeer grote speelweide. Naast de school ligt een nieuw overdekt zwembad. Grenzend aan de speelplaats van de kleuters ligt een dierenparkje. In de wintermaanden wordt er, indien mogelijk, in schoolverband geschaatst op de nabijgelegen vijver. De school beschikt over veel buitenspeeltoestellen voor de groepen 1 en 2 en de groepen 3 t/m 8.
Nieuwbouw/renovatie van de school Vlak voor de zomervakantie 2003 zijn we verhuisd naar een volledig gerenoveerde, verbouwde en uitgebreide school. De school beschikt nu o.a. over 12 lokalen, een handvaardigheidlokaal, drie grote multifunctionele ruimtes, een documentatiecentrum, een repro-
ruimte en een groot nieuw speellokaal. Met uitbreiding in de toekomst is reeds rekening gehouden bij de renovatie en verbouw. In het centrum van het gebouw ligt de grote multifunctionele ruimte en de keuken. Tevens bevindt zich hier de directie- en de personeelskamer, de administratie en de kamer van de zorgcoördinator.
2-1
schooljaar 2010-2011
3 Waar de school voor staat Hoe we denken over onderwijs en opvoeding De G.A. de Ridderschool is een openbare school. Dat houdt in, dat er geen onderscheid wordt gemaakt op grond van geloof of culturele achtergrond. Kennis hebben van en respect hebben voor veel aspecten van onze multiculturele samenleving zijn de pijlers waarop onze school rust. Op de G.A. de Ridderschool beperken we ons niet alleen tot het geven van onderwijs in lezen, schrijven, rekenen en wereldoriëntatie. We richten ons ook op de opvoeding van het kind in brede zin en zijn ons ervan bewust dat we - samen met de ouders - een belangrijke bijdrage leveren aan de vorming en opvoeding van het kind. We zijn van mening dat onderwijs en opvoeding onlosmakelijk met elkaar zijn verbonden. Daarom vinden we het zeer belangrijk dat uw kind zich bij ons op school veilig voelt in een goede sfeer en in een juist werkklimaat. We willen dat elk kind ervaart dat een leuke schooltijd niet alleen afhankelijk is van goed kunnen presteren en/of leren. Een goede sfeer op school en naar vermogen presteren kun je niet los van elkaar zien. Daarom stoppen we veel energie in het leren samenwerken en het aanleren van een eigen verantwoordelijkheid. Samenwerkend leren wordt een steeds belangrijker onderdeel in ons onderwijs. Vanuit deze positieve sfeer (het pedagogisch klimaat) verlangen we dat elk kind optimaal presteert. Onze school geeft veel aandacht aan het individuele kind. Tijdens de lesuren van het zelfstandig werken heeft iedere leerkracht mogelijkheden de kinderen de persoonlijke aandacht te geven die ze nodig hebben. Hierbij staat een positieve benadering centraal: ook kinderen die moeite hebben met de leerstof moeten in het zonnetje gezet worden. Om onze doelstellingen op het gebied van onderwijs en opvoeding te bereiken, hebben we als team afspraken gemaakt, die we op de volgende bladzijden in een schema + tekst verduidelijken.
3-1
schooljaar 2010-2011
Schematische voorstelling van de organisatie en zorgstructuur
1. = de groep als geheel 2. = de drie niveaus, waarmee wij in een groep omgaan: extra hulp vindt vooral in de groep aan de instructietafel plaats door de groepsleerkracht 3. = het team, dat elke leerkracht ondersteunt; we maken gebruik van elkaars expertise 4. = de deuren van de school, die altijd "open" staan 5. = de I.B.'er, de coördinator van onze zorgstructuur; adviseert, controleert en initieert 6. = de klok symboliseert het effectief omgaan met de beschikbare tijd 7. = het dak symboliseert "geborgenheid": een kind moet zich veilig voelen op school 8. = de ouders 9. = de inspectie: de controlerende rol wordt echter meer en meer overgenomen door het stafbureau. Elke twee jaar vindt een interne visitatie plaats. 1. Onze school is een school die werkt volgens het jaarklassensysteem. Daarin speelt het BAS-principe een belangrijke rol. Kinderen zijn naar leeftijd ingedeeld en beginnen 's morgens met een gezamenlijke activiteit: de kring, start van een les, verjaardagen, een korte inleiding op het dagprogramma dat elke dag in groep 3 t/m 8 op het bord staat en in de andere groepen d.m.v. symbolen/pictogrammen wordt aangegeven. 2. In de groep heb je verschillende niveaus. De drie etages boven de gezamenlijke start geven de niveaus in een groep aan waarmee wij werken. Eerste etage: Kinderen op de eerste etage hebben veel extra hulp en instructie nodig. Soms werken kinderen op een lager niveau en is de hoeveelheid leerstof aangepast. Tweede etage: Kinderen op de tweede etage kunnen goed met de groep mee komen. Zij hebben genoeg aan de "standaard" uitleg en gaan dan aan het werk.
3-2
schooljaar 2010-2011
Derde etage: Kinderen op de derde etage hebben genoeg aan een versnelde, korte instructie en kunnen uitgebreidere en extra opdrachten aan. Dit bereiken we door het hanteren van het directe instructiemodel. Op deze wijze bieden we het kind de mogelijkheid de nodige kennis en vaardigheden op te doen. 3. De leerkracht verdeelt zijn tijd over deze drie niveaus in zijn/haar groep. Aan alle niveaus wordt tijd besteed. Dit vergt veel flexibiliteit en deskundigheid van de leerkracht. Die deskundigheid heeft niet elke leerkracht altijd in z'n eentje in huis. Binnen het team is echter voldoende kennis aanwezig. Dit wordt gesymboliseerd door de lift die, in beweging gezet en gehouden door het team, de groepsleerkracht en overige teamleden kan bijspringen. In de lift "reist" de IB-'er mee, zodat de groepsleerkracht altijd steun in zijn/haar onmiddellijke nabijheid heeft. 4. “De deuren van de school, dus ook van de lokalen, staan open”. Zodoende is er de mogelijkheid tot collegiale consultatie en kunnen ouders gemakkelijk naar binnen stappen: we zijn laagdrempelig. Voor uitvoerige informatie dient voor of na schooltijd een afspraak te worden gemaakt met de leerkracht. 5. De IB-'er, de coördinator van onze zorgstructuur, neemt voortdurend plaats in de lift. Op deze wijze behoudt zij het totale overzicht over onze leerlingenzorg en kan op elk gewenst niveau hulp verlenen. Dit alles waarborgt tevens een goede onderlinge communicatie en samenwerking. We hebben daarom in 2007 de effectieve leerling-bespreking (ELB) ingevoerd. Meerdere keren per jaar bespreekt de groepsleerkracht met de IB-er de prestaties en vorderingen van de groep. 6. Een belangrijk facet in het zorgprogramma is het zo efficiënt mogelijk omgaan met de beschikbare tijd. Instructie en hulp moeten zeer zorgvuldig worden gepland. We begeleiden het kind op weg naar zelfstandig werken, handelen en stimuleren het nemen van initiatief. De klok symboliseert een efficiënte verdeling van de tijd in lesvoorbereiding, instructie, zelfstandig werken, corrigeren en evalueren en een juiste taakverdeling binnen het team. Door middel van twee symbolen voor omgaan met uitgestelde aandacht (Pompom in groep 1 en 2 en de kubus in groep 3 tot en met 8) weten de kinderen wanneer er wel/niet een beroep op de leerkracht kan worden gedaan. 7. Het dak van de school symboliseert geborgenheid (in het schoolplan omschreven met de woorden "zich veilig voelen"). We bieden de kinderen een veilig klimaat in een vertrouwde sfeer waarin rust en regelmaat, zich veilig en vertrouwd voelen, een belangrijke rol spelen. Respect hebben voor elkaar en het kunnen accepteren van verschillen, het opvoeden tot sociaal gedrag en het leren omgaan met waarden en normen, maken deel uit van deze geborgenheid. 8. De rol van de ouders is van groot belang: het zijn onze klanten. De deuren van de school staan open. We scheppen een sfeer waarin ouders gemakkelijk door die open deu-
3-3
schooljaar 2010-2011
ren de school binnen durven komen. Onder lestijd echter is de leerkracht er in de eerste plaats voor de kinderen. Een afspraak maken is voor of na lestijd altijd mogelijk. Handelingsplannen worden altijd met de ouders van de betreffende leerling besproken. 9. Linksboven in de schematische voorstelling is een plaatsje voor de inspectie ingeruimd. Deze kan een goed overzicht houden over onze zorgstructuur. Hij kan de nodige tips geven en af en toe een compliment uitdelen. De controlerende rol wordt echter steeds meer ingenomen door het stafbureau. Op onze school gaan we van vier algemene schoolregels uit die aan het begin van een schooljaar met de kinderen worden besproken: een belangrijk uitgangspunt van een BASschool. Tijdens het schooljaar wordt regelmatig terugverwezen naar deze vier regels. (zie 3-5)
Instroom nieuwe leerlingen groep 1 Wanneer 4-jarigen onze school gaan bezoeken, bestaat de mogelijkheid maximaal 10 dagdelen te komen wennen. Kinderen, die in een schooljaar na 1 juni de dagdelen komen “halen” krijgen deze mogelijkheid niet meer voor de zomervakantie. Bij alle kinderen die voor 1 januari in groep 1 instromen, wordt bekeken of hun ontwikkeling het toelaat deze kinderen aan het einde van het schooljaar door te laten stromen naar groep 2. Daarbij is het niet vanzelfsprekend, dat deze kinderen zonder meer doorstromen naar groep 3. Een verlengde kleuterperiode behoort tot de mogelijkheden. De school bepaalt of een kind wel of niet wordt bevorderd.
Instroom nieuwe leerlingen in de overige groepen De praktijk heeft ons er (helaas) toe gedwongen leerlingen, na inschrijving, voorlopig in de groep te plaatsen, die ouders en/of de toeleverende school aanbevelen. Onze IB-'er zal, bij twijfel of het kind in de juiste groep is geplaatst, op korte termijn onderzoeken of de leerling in de juiste groep is geplaatst. Is dat niet het geval, dan heeft de school het recht het kind in een andere groep te plaatsen.
Intake gesprekken Intake gesprekken met de ouders/verzorgers van nieuwe leerlingen vinden onder schooltijd met de directeur plaats. Na het uitwisselen van informatie krijgt u een rondleiding door de school om zodoende alvast wat sfeer te proeven.
3-4
schooljaar 2010-2011
De vier algemene schoolregels zijn Wees zuinig op de spullen van jezelf, van school en van iemand anders
Houd het netjes in en om school
Wil je iets, vraag het gewoon. Gaat iets verkeerd, zeg het gewoon
Wees aardig voor anderen. Dan zijn anderen ook aardig voor jou
3-5
schooljaar 2010-2011
Uit deze 4 algemene schoolregels komen afspraken voort: in en om de school moet het rustig zijn kinderen houden zich voor en na schooltijd en in de pauzes niet onnodig in het schoolgebouw op het werk van de leerling moet er verzorgd uitzien bij problemen wordt tijdig contact opgenomen met de ouders niet alleen de groepsleerkracht draagt de verantwoordelijkheid voor de ontwikkeling van een leerling, maar het team neemt daarvoor gezamenlijk verantwoordelijkheid er is een eenduidige benadering afgesproken rond het geven van feedback bij overtreding van regels de algemene schoolregels worden periodiek geëvalueerd kinderen worden binnen de school regelgestuurd gecorrigeerd vóór schooltijd en in de pauze is er toezicht op het plein. Alle groepen hebben lessen sociaal-emotionele ontwikkeling. Hierin wordt met de leerlingen gesproken over onderwerpen die de kinderen of de leerkrachten van belang vinden. U kunt daarbij denken aan onderwerpen als "pesten", "anders zijn", "rolbevestiging", "gevoelens" en dergelijke. Onze school wil een leefgemeenschap en werkplek zijn waar kinderen niet alleen dingen leren, maar zich ook kunnen ontwikkelen in een houding van zelfvertrouwen, zelfkennis en positief gedrag.
3-6
schooljaar 2010-2011
De sfeer op school "Sfeer" is een moeilijk te omschrijven begrip. Wel zijn er enkele trefwoorden waarmee aan te geven is wat we onder een goede sfeer verstaan.
Je thuis voelen We streven ernaar dat elk kind zich bij ons op school thuis en veilig voelt. Maar ook dat ouders geen drempelvrees hebben om op gepaste tijden naar een leerkracht toe te stappen. Het storen van een leerkracht onder lestijd moet tot een minimum worden beperkt. We willen de kinderen, binnen bepaalde grenzen, voldoende ruimte bieden om zich te ontwikkelen, en ze leren dat je op school best fouten mag maken.
Gelijkwaardigheid Kinderen zijn niet gelijk. Niet in hun gedrag en niet in hun leerprestaties. We willen de kinderen leren deze verschillen van elkaar te accepteren. Als de acceptatie er is, kunnen ze op basis van gelijkwaardigheid met elkaar omgaan.
Prestaties en inzet We verwachten dat elk kind naar vermogen presteert, zich maximaal inspant. Hierbij verliezen we natuurlijk de capaciteiten van de kinderen niet uit het oog. Bij elk kind proberen we "eruit te halen wat erin zit". Een actieve werkinstelling bij de leerlingen vormt een wezenlijk onderdeel van de sfeer op onze school.
Het contact tussen school en ouders Minimaal tweemaal per jaar nodigt de leerkracht u uit voor een kort gesprek over de vorderingen van uw kind. Daarnaast is er aan het begin van elk schooljaar in de klas van uw kind een groepsouderavond, waarin u kunt kennismaken met de leerkracht en kennis nemen van de leerstof en het jaarprogramma. Tenslotte kunt u als ouder gebruik maken van de extra contactavond. Zie pag. 3-8. Op de jaarlijkse algemene ouderavond komt, naast het algemene gedeelte, steeds een actueel thema aan bod. Op deze avond is er gelegenheid voor het stellen van meer algemene vragen en voor discussie. Vanzelfsprekend kunt u, na schooltijd, bij de leerkracht terecht. We schakelen ouders in bij binnen- en buitenschoolse activiteiten en allerlei werkzaamheden in en rond school. Bij inschrijving van uw kind ontvangt u een formulier, waarop u ouderhulp kunt aangeven. Zonder uw hulp kunnen we niet. In Hoofdstuk 7 gaan we op de ouderparticipatie nader in.
3-7
schooljaar 2010-2011
Belangrijke data Groepsouderavonden groep 1 Vlinders groep 1/2 Vissen groep 2 Kikkers groep 3a + 3b groep 4 groep 4/5 groep 5 groep 6 groep 6/7 groep 7 groep 8
maandag 30 augustus maandag 30 augustus maandag 30 augustus woensdag 1 september dinsdag 14 september dinsdag 14 september dinsdag 14 september maandag 6 september maandag 6 september maandag 6 september donderdag 2 september
Uitgave rapporten (+ uitgave schoolkrant) Het eerste rapport op 24 november 2010 Het tweede rapport op 23 maart 2011 Het derde rapport op 20 juli 2011 Algemene contactavonden (10-minutengesprekken) Eerste contactavond: groep 1 t/m 8 donderdag 18 november 2010 en dinsdag 23 november 2010. Tweede contactavond groep 3: donderdag 10 februari 2011 en dinsdag 14 februari 2011 Tweede contactavond groep 4 en 5: donderdag 17 maart 2011 en maandag 21 maart 2011. Voor de overige groepen (1, 2, 6 en 7) geldt een facultatieve contactavond: op verzoek van ouders en/of leerkrachten in week 10. Derde contactavond groep 1 t/m 5: donderdag 30 juni en maandag 4 juli. Voor de groepen 6, 7, en 8 hebben dan inmiddels de gesprekken naar aanleiding van de entreetoets en de eindtoets plaatsgevonden. Deze data worden u t.z.t. meegedeeld door de betreffende leerkracht. Creadag / playbackshow Deze twee activiteiten vinden eens per twee jaar plaats. Dit schooljaar vindt de playbackshow plaats. Aan het begin van het schooljaar wordt u hierover geïnformeerd. Algemene ouderavond Deze wordt georganiseerd door de ouderraad in november. Sportdag/ Spelletjesdag: 26 mei 2011 De sportdag voor groep 5 tot en met 8 wordt gehouden op Sportpark Noord-West. De spelletjes- en sportdag voor de groepen 1 tot en met 4 wordt rond de school gehouden.
3-8
schooljaar 2010-2011
4 De organisatie van het onderwijs Klassikaal en zelfstandig werken De leerlingen zitten op onze school in jaargroepen. Dat wil zeggen dat kinderen van ongeveer dezelfde leeftijd bij elkaar in een groep zitten. We vinden het belangrijk dat de leerlingen leren samenwerken, in de jaargroepen van elkaar leren en elkaar vertellen hoe ze een bepaalde taak maken. Daarom wordt er binnen de jaargroepen af en toe gewerkt in groepjes van kinderen met verschillende leervaardigheden en sociale vaardigheden. Naast "klassikaal werken" kent elke groep "zelfstandig werken" als vast onderdeel. Bij deze werkvorm bepaalt iedere leerling (of groep van leerlingen) zelf, wanneer, hoe, en in welke volgorde bepaalde taken gemaakt worden. Met zelfstandig werken wordt al geleidelijk in de groepen 2 en 3 begonnen. Tijdens het zelfstandig werken heeft de groepsleerkracht tijd om kinderen, die dat nodig hebben, extra hulp te geven aan de instructietafel. Samenwerkend leren maakt deel uit van de reguliere onderwijspraktijk. Alle lesactiviteiten worden in de lagere groepen gevisualiseerd op het white-bord. In het kader van "Voorspelbaarheid leerkrachtgedrag" worden dagritmekaarten, de klok, timetimer en het aandachtsblokje (de kubus) gehanteerd. De kubus speelt een belangrijke rol bij het leren omgaan met uitgestelde aandacht.
Het BAS-project: werken met het planbord / registratiebord Gedurende een zestal jaren hebben we het BAS-project gevolgd. BAS (Bouwen aan een Adaptieve School) is gericht op de preventie van leer- en gedragsproblemen. BAS bouwt aan de verbetering van de fundamenten van het onderwijs: de instructie (het model directe instructie), de interactie tussen leerlingen onderling, de structuur, een gedegen lesvoorbereiding, de zelfstandigheid, de planning en "samenwerkend leren". Afspraken over deze onderwerpen zijn vastgelegd in het BAS-handboek. Elke leerkracht maakt vooraf een weekplanning, waarin tevens de extra zorg aan leerlingen staat vermeld. In groep 4 wordt een voorzichtige start gemaakt met het gebruik van een klassikaal planbord / registratiebord. De kinderen hebben gedurende een periode op vaste tijden zelfstandig werken. Tijdens deze vaste uren gaan ze alleen, in duo's of in kleine groepjes met taken horend bij meerdere vakgebieden aan de slag. Op het klassikale planbord / registratiebord houdt de leerling en de leerkracht de planning en de vorderingen in het oog. In groep 6 worden deze momenten uitgebreid. In groep 7 en 8 resulteert dat uiteindelijk in een planning van het werk in een agenda en het wordt bijgehouden op het planbord / registratiebord. 4-1
schooljaar 2010-2011
Niveaugroepen Binnen de jaargroep wordt, vooral bij taal, lezen en rekenen/wiskunde, gewerkt met niveaugroepen. In een niveaugroep kan ieder kind naar vermogen presteren zonder het gevoel te hebben uit de toon te vallen: het werkt op bepaalde momenten binnen de eigen groep met een aangepast, "op maat gesneden" programma. Bij de overige vakken ligt juist de nadruk op het samen bezig zijn. Zie voor een uitgebreide uiteenzetting wat betreft de zorgstructuur Hoofdstuk 5. Bij voortgezet technisch lezen vind je het werken in niveaugroepen tijdens de lessen met “Estafette” terug.
Bouwoverleg Er is veelvuldig overleg tussen de leerkrachten van de onder-, midden- en bovenbouw middels bouw- en informeel overleg. Bouwoverleg vindt 5 tot 6 keer per jaar plaats onder leiding van de bouwcoördinator. Hier worden bouwspecifieke zaken besproken. Daarnaast wordt zowel de ontwikkeling van ieder kind apart, als die van de jaargroep als geheel besproken. Voor leerlingen met speciale onderwijsbehoeften is er een speciale leerkracht die een eigen ruimte ter beschikking heeft. Meer informatie hierover vindt u in Hoofdstuk 5 onder Aanvullende zorg.
Groepsgrootte De groepsgrootte varieert nogal. Dit schooljaar hebben we twee kleine groepen 3. Een kleine combinatiegroep 4/5 en een kleine combinatiegroep 6/7. Vanwege het uitbreidingsplan "Nagtegael" zullen we in de komende jaren worden geconfronteerd met tussentijdse instroom van leerlingen. Organisatorische aanpassingen tijdens het schooljaar zullen helaas onvermijdelijk zijn vanwege de instroom van nieuwe leerlingen. We hopen die aanpassingen echter tot een minimum te beperken. Het blijft echter afwachten welke leerlingen uit het uitbreidingsplan "Nagtegael" wanneer in welke groep onze school komen bezoeken. Ervaringen tot nu toe hebben geleerd, dat de instroom meestal in de onderbouw plaatsvindt.
ELB: Effectieve Leerlingbespreking ELB is een methodiek om de intern begeleider te helpen stapsgewijs en doelgericht vast te stellen waar collega’s problemen met zorgleerlingen ervaren. Samen wordt dan geprobeerd tot een oplossing te komen. Samen wordt gezocht naar een manier om deze oplossing in te passen in de dagelijkse klassensituatie. Het kan zijn, dat de leerkracht iets moet veranderen in zijn manier van lesgeven, of zijn manier van aanpak t.o.v. een leerling. Kortom: ELB is een manier van werken waarbij gezocht wordt naar de beste manier om een kind te helpen, maar waarbij ook de leerkracht zich goed voelt.
4-2
schooljaar 2010-2011
De samenstelling van het team De onderstaande personen werken in onze school: Naam
Functie
Harm Hadderingh Aly Brunsting Titia Stobbe Harmien Molenaar Judith Brunsting
directeur leerkracht groep 1, de Vlinders + bouwcoördinator groep 1 en 2 leerkracht combinatiegroep 1/2, de Vissen leerkracht combinatiegroep 1/2, de Vissen leerkracht: zij verzorgt de compensatie-uren van de leerkrach ten in groep 8, 7, en 6 op donderdag en vrijdag. Ella Stel leerkracht groep 2, de Kikkers Judith Kremers leerkracht groep 3b Petra Manders leerkracht groep 3a + bouwcoördinator groep 3 t/m 5 Margreet Welbergen leerkracht groep 3a Ina Andringa leerkracht groep 4 Tanja Smeenge leerkracht groep 4 Gienie Kroon leerkracht combinatiegroep 4/5 Mirjam Deuten leerkracht groep 5 Karin van der Weijde leerkracht groep 6 Erik Zuidema leerkracht groep 6 Bertus Warnders leerkracht groep 6/7 Wessel Walles leerkracht groep 7 + coördinator computeronderwijs Jan Popping leerkracht groep 8 + coördinator natuur- en milieueducatie (NME) + bouwcoördinator groep 6 t/m 8 Jannie Drenth IB-er: zorgcoördinator Gerrie Vos vakleerkracht handvaardigheid op donderdag Janny Buiter administratie op dinsdag en donderdag Marjan Borg schoolmaatschappelijk werker op vrijdagmorgen Froukje Lunshof logopedist op dinsdag Annelies Salomé leerkracht humanistisch vormingsonderwijs op maandag Truus Haveman-Brunink leerkracht godsdienstonderwijs op maandag De school wordt gesteund door een grote groep ouders in wisselende samenstelling. Ze hebben zitting in de medezeggenschapsraad of de ouderraad, of ze helpen bij de productie van de schoolkrant, bij het computeronderwijs, in het documentatiecentrum, bij excursies en schoolreizen, in de klussengroep of bij het overblijven. Elke groep beschikt tevens over een klassenouder, die de leerkracht meerdere schooltaken uit handen neemt.
4-3
schooljaar 2010-2011
De activiteiten voor de kinderen Wat doen we in de onderbouw In de groepen 1 en 2 komen belangrijke aspecten van het onderwijs in deze 2 groepen aan de orde doordat gebruik gemaakt wordt van Schatkist Lezen en Schatkist Rekenen (nieuwste versie). Bovendien speelt de map “Fonemisch bewustzijn” een belangrijke rol in het dagelijkse programma. Ontluikende geletterdheid en ontluikende cijferkennis komen aan de orde. Tevens beschikken de groepen over materialen waarmee de taal-, lees-, woordenschat- en rekenontwikkeling wordt geoefend. In het schooljaar 2008-2009 zijn we opnieuw een 3-jarig Linn-traject (Lezen in Noord Nederland) gestart waardoor technisch lezen nogmaals enige jaren centraal staat.
Taalontwikkeling Bij al hun activiteiten praten de kleuters met elkaar en met de leerkracht. Bij alle activiteiten wordt er naar gestreefd dat de kleuters gericht leren luisteren, zodat ze wat verteld is, in zich opnemen en onthouden en ook een opdracht goed kunnen uitvoeren. Ook worden ze uitgenodigd iets te vertellen of ergens hun mening over te geven. Hierbij worden telkens nieuwe woorden en begrippen aangeleerd (uitbreiding woordenschat). Concentratie en geheugen worden geoefend tijdens het luisteren naar de leerkracht die een verhaal vertelt en er daarna vragen over stelt. Vooral in groep 2 vinden taalactiviteiten plaats die gericht zijn op het voorbereidend lezen en rekenen. In groep 2 wordt een begin gemaakt met voorbereidend schrijven middels de methode "Pennenstreken", ingevoerd in 2010-2011.
Werken met ontwikkelings-materiaal: In beide kleutergroepen is materiaal dat geschikt is om bepaalde vaardigheden te ontwikkelen en te trainen: bouw- en constructiemateriaal en spellen voor kleur- en vormgevoel, logisch rangschikken en sociale ontwikkeling. In groep 2 is daarnaast nog materiaal voor het voorbereidend lezen, schrijven en rekenen. Met sommige materialen kunnen de kinderen zelf aan de slag, met andere materialen hebben ze (gewoonlijk steeds minder) begeleiding van de leerkracht of een ander kind nodig. De leerkracht probeert door een speelse manier van aanbieden het kind nieuwsgierig te maken en zorgt ervoor dat bepaalde materialen door alle kinderen om beurten worden gebruikt, waarna de resultaten worden geregistreerd. Zo wordt inzicht verkregen in de ontwikkeling van een kind. Wat (nog) niet wordt beheerst, kan gericht worden geoefend.
4-4
schooljaar 2010-2011
Spel en beweging Kleuters en bewegen, het hoort bij elkaar. Beweging is een kenmerk van het jonge kind. Een omgeving die uitnodigt tot spelen is van groot belang voor een optimale motorische ontwikkeling. De school heeft een speellokaal met veel materiaal. Ook het speelterrein buiten biedt veel speelmogelijkheden. De kleuterleidsters willen graag de gymschoenen van de kinderen het gehele jaar op school houden: graag gymschoenen voorzien van klittenband. Op het gebied van spel en beweging besteden we speciale aandacht aan de ontwikkeling van de grove motoriek, de oriëntatie in de ruimte en sociale ontwikkeling. Hierbij houden we uiteraard rekening met de mogelijkheden van het individuele kind.
Basisvaardigheden Lezen In groep 3 starten we met het aanvankelijk lezen. In februari volgt dan het technisch lezen. De leesmethode die we in groep 3 gebruiken is "Veilig leren lezen". In midden- en bovenbouw worden diverse leesvormen behandeld, waarbij we gebruik maken van de methode "Goed gelezen". Voor voortgezet technisch lezen gebruiken we in groep 4 t/m 6 de methode “Estafette” Zoiets lukt natuurlijk niet zonder een gedegen technische leesvaardigheid. In de groepen 3, 4, 5 en 6 worden de leerlingen op hun leesvaardigheid getest. Aan de hand van de testresultaten wordt een kind ingedeeld in een bepaalde niveaugroep. Dagelijks lezen de leerlingen van groep 4, 5 en 6 in niveaugroepen. Daarbij treden de betere lezers als mentor/tutor op van minder goede lezers. Als mentor worden leerlingen van de groepen 6 t/m 8 ingeschakeld. Deze “leerkrachten in de dop” worden door de IB-‘er ingeschoold in deze vorm van lezen / begeleiden. Vanaf januari vindt er ook niveaulezen in groep 3 plaats. LINN-project Het LINN project is een meerjarig project op het gebied van technisch lezen voor de groepen 1 t/m 5. In 2009 zijn we opnieuw een traject van 3 jaar ingegaan. Vanuit het stafbureau wordt dit traject (met nog 10 scholen binnen het OBOMD) aangestuurd.
Taal M.i.v. het schooljaar 2006 - 2007 maken we gebruik van de nieuwe taalmethode "Taalactief 3" in de groepen 4 t/m 8. We gebruiken van deze methode de onderdelen: taal, spelling en woordenschat. Bij de invoering maken we gebruik van ondersteuning door een didactisch medewerker van de uitgever. 4-5
schooljaar 2010-2011
Rekenen Rekenen was vroeger het maken van rijtjes sommen: op- en aftelsommen, vermenigvuldigingen, staartdelingen en breuken. Om deze sommen uit te rekenen leerde je vroeger trucjes. Tegenwoordig wordt meer nadruk gelegd op het verwerven van rekenkundig inzicht. Het beheersen van de tafels blijft echter een vereiste! De kinderen leren rekenen door het oplossen van praktische problemen, die ze tegen kunnen komen in het dagelijks leven. Ze leren ook tabellen en grafieken te maken van gegevens die ze hebben verzameld. Daarnaast krijgen de automatismen (sommen onder de twintig) en de tafels veel aandacht. Onze rekenmethode "Pluspunt" (de nieuwste versie) bevat, naast de normale oefenstof, ook herhalings- en verrijkingsstof. In de groepen 1 en 2 gebruiken we "Schatkist Rekenen".
Schrijven We starten met het voorbereidend schrijven in groep 2. Vanaf de start wordt in groep 3 met letters begonnen en daarna met het aan elkaar schrijven. Met het cijferschrift wordt direct begonnen. Tot en met groep 5 leren de kinderen schrijven volgens de richtlijnen van de methode. We gebruiken daarvoor de methode “Pennenstreken”. Daarna wordt ruimte gelaten om een eigen handschrift te ontwikkelen. Het handschrift moet dan wel aan een aantal voorwaarden voldoen, zoals netheid, leesbaarheid en nauwkeurigheid.
Wereldoriënterende vakken De vakken aardrijkskunde, biologie en geschiedenis worden bij ons afzonderlijk, door de eigen leerkracht, gegeven.
Aardrijkskunde De leerstof van Nederland, Europa en de wereld wordt thematisch behandeld. Bijvoorbeeld zand en veen in de provincie Drenthe of "witte steenkool" in Zwitserland. Daarnaast leren de kinderen hun topografie. Met ingang van het schooljaar 2007-2008 gebruiken we de nieuwste uitgave van "GeoBas". Voor topografie gebruiken we sinds het schooljaar 2005 - 2006 de nieuwste Bosatlas.
Biologie De zintuigen spelen bij de biologielessen een belangrijke rol. De inhoud van de lessen hangt samen met het seizoen. Er wordt niet alleen gewerkt met de methode, "Natuur Buiten-Gewoon", maar ook gaan de kinderen af en toe naar buiten om daar zelf verschillende dingen te ontdekken en te onderzoeken. Tevens beschikt de school over een groot aantal geprepareerde dieren, die regelmatig in de les worden gebruikt.
Geschiedenis De kinderen leren de geschiedenis van Nederland. Daarbij staat in de nieuwe methode "Bij de Tijd" (ingevoerd in het schooljaar 2001 - 2002) het verhaal centraal. Het is een methode voor groep 3 t/m 8. Het onderbouwprogramma (groep 3 en 4) is nieuw. De zes thema's prehistorie, de Romeinse tijd, de Middeleeuwen, de 16e en 17e eeuw, de 18e en 19e eeuw en de 20e eeuw komen vanaf groep 5 elk jaar uitvoeriger terug. 4-6
schooljaar 2010-2011
Een vast onderdeel tijdens het geschiedenisonderwijs van groep 7 is een voorbereiding en een bezoek aan het Herinneringscentrum Westerbork te Hooghalen.
Engelse les In groep 7 en 8 wordt een begin gemaakt met Engelse les, waarvoor we gebruik maken van de methode "Real English Let's do it". Het accent ligt bij deze nieuwe methode op actief bezig zijn met de taal, en deze zelf actief leren gebruiken (veel praten in het Engels).
Expressie-activiteiten en lichamelijke opvoeding Expressie-activiteiten Vanaf groep 5 geeft de vakleerkracht eenmaal per week handvaardigheid. De groepen worden dan gesplitst, zodat we in kleine groepen kunnen werken. Voor andere expressievormen als toneel en tekenen is plaats tijdens gewone lesuren, of er wordt tijd voor vrijgemaakt. In de groepen 1 tot en met 4 wordt handvaardigheid door de groepsleerkracht verzorgd.
Kunstmenu In september 2010 start voor de basisscholen in de gemeente Midden-Drenthe het 2e jaar van de 3e periode van het Kunstmenu. Ook onze school doet hier weer aan mee. Dit betekent dat uw kind structureel lessen en projecten volgt in verschillende kunstvakken. Tevens maakt uw kind tijdens kunstontmoetingen kennis met professionele voorstellingen( beeldend, dans, muziek, nieuwe media en theater ) en kunsteducatieve projecten. Docenten van het ICO verzorgen gedurende het schooljaar een aantal kunstlessen in de klas. De leerkrachten van onze school krijgen via kunstbegeleidingen, gegeven door specialisten van Kunst & Cultuur, bijscholing in de verschillende kunstvakken. Waarom het Kunstmenu? Het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen vraagt scholen aandacht te besteden aan kunst - en cultuureducatie. Het Kunstmenu, aangeboden door Kunst & Cultuur Drenthe en het ICO in Assen, biedt onze school de mogelijkheid structureel en laagdrempelig aandacht te besteden aan de kunstdisciplines: audiovisueel, beeldend, dans, drama, literatuur en muziek. Elk jaar staat voor uw kind een ander kunstvak centraal. De praktijk Kinderen komen in het Kunstmenu in hun eigen omgeving in aanraking met kunst. Uw kind leert naar kunst te kijken en zich kunstzinnig te uiten. Voor het komende schooljaar ziet het programma er als volgt uit:
4-7
schooljaar 2010-2011
Groep 1 en 2 Groep 3 en 4 Groep 5, 6 en 7 Groep 8
literatuur muziek drama kunstschooldag
Kamishibai Odysseus Een goede mens uit china Splash!
U ziet op school straks kunstenaars of docenten literatuur, muziek, drama of dans verschijnen. Ook komen er voorstellingen op school, of de kinderen gaan naar een voorstelling op een andere school in de buurt. De kinderen van groep 8 doen weer mee aan de kunstschooldag op het ICO in Assen. Het Kunstmenu wordt financieel ondersteund door: de gemeente Midden-Drenthe en de scholen.
Lichamelijke opvoeding De lessen lichamelijke oefening voor de groepen 1 en 2 vinden plaats in het speellokaal door de groepsleerkracht. Voor de lessen wordt gebruikt gemaakt van de map “Bewegingsonderwijs in het speellokaal”. Groep 3 heeft op maandagmiddag gymnastiek o.l.v. een vakleerkracht in het speellokaal. De kinderen moeten hiervoor passende gymkleding (korte broek en t-shirt) en gymschoenen dragen. Vanaf groep 4 worden de gymlessen gehouden in de sporthal. De lessen worden gegeven door de groepsleerkracht. Dit schooljaar hebben de kinderen van de groepen 4 en 5 het gehele jaar een half uur per week zwemmen in het overdekte bad. Hiervoor dient het "Zwemplan" als leidraad. Voor een zwemles wordt een gymles "ingeleverd".
Humanistisch vormingsonderwijs en godsdienstonderwijs Op onze school zetten de leerkrachten zich in voor de ontwikkeling van uw kind. Daarbij wordt onderwijs gegeven in de bekende vakken. Naast deze vakken biedt de Wet op het Primair Onderwijs de mogelijkheid tot het volgen van Godsdienst – of Humanistisch Vormingsonderwijs. Het godsdienstonderwijs wordt gezamenlijk gegeven door de Nederlandse Hervormde Kerk en de Nederlandse Protestanten Bond. De lessen voor het Humanistisch Vormingsonderwijs worden verzorgd door de LHVO, regio Drenthe, door speciaal hiervoor opgeleide externe leerkrachten. Jaarlijks worden de leerlingen van de groepen 7 en 8 in de gelegenheid gesteld deze lessen te volgen. Met ingang van het schooljaar 2009-2010 verstrekt het Rijk voor het geven van deze lessen subsidie. De lessen worden onder schooltijd gegeven en aan het volgen van deze lessen zijn geen kosten verbonden. Het volgen van één van de twee lesvormen is geen verplichting. U kunt er ook voor kiezen uw kind geen van beide onderwijsvormen te laten volgen. Kinderen van ouders die geen prijs stellen op het volgen van godsdienst- of HVO lessen worden opgevangen door de eigen leerkracht en krijgen dan vervangende taken.
4-8
schooljaar 2010-2011
5 De zorg voor de kinderen De opvang van nieuwe leerlingen Voordat de jongste kinderen op de G.A. de Ridderschool komen, hebben ze meestal eerst enige tijd doorgebracht op de peuterspeelzaal. Wanneer ouders daarna te kennen geven hun kind op onze school te willen plaatsen, of een oriënterend gesprek wensen, wordt altijd een afspraak gemaakt met de directeur. Dit gesprek vindt onder schooltijd op school plaats. Er wordt iets verteld over de organisatie van de school en de ouders kunnen hun vragen stellen. De inschrijving wordt afgehandeld en de ouders krijgen een rondleiding door de school. De nieuwe leerlingen krijgen altijd de mogelijkheid eerst een aantal dagdelen op school "mee te draaien" om te wennen. U kunt telefonisch contact opnemen om een afspraak te maken. Veel informatie kunt u vinden op www.gaderidderschool.nl. Leerlingen die in de hogere groepen instromen, worden opgevangen door hun nieuwe groepsleerkracht en de directeur. De laatste zorgt bij het intakegesprek voor een rondleiding door de school en een kennismaking met de overige leerkrachten. De inschrijving wordt verder door hem afgehandeld. Na de inschrijving wordt de nieuwe leerling voorlopig in de groep geplaatst, die de toeleverende school juist acht. Als blijkt, dat de leerling hier niet op de juiste plaats zit (na onderzoek door de IB-'er) wordt de leerling, na overleg met de ouders, in een andere groep geplaatst. De praktijk heeft ons er toe genoodzaakt, deze maatregel in te voeren.
De overgang naar het voortgezet onderwijs Na groep 8 gaan de kinderen naar het voortgezet onderwijs. Ze hebben de keuze uit veel scholen en schooltypen, en we proberen hen en hun ouders bij die keuze te helpen. In het laatste schooljaar worden de kinderen en hun ouders tijdig geïnformeerd over de Open Dagen die het voortgezet onderwijs organiseert. Ook krijgen de kinderen de gelegenheid om onder schooltijd scholen voor vervolgonderwijs te bezoeken. Op ouderavonden vertellen we de ouders welke mogelijkheden er zijn. Eén keer per jaar wordt het Dr. Nassau Juniorcollege uitgenodigd de school nader te presenteren. Onze school gebruikt verschillende toetsen van het Centraal Instituut voor Toetsontwikkeling (CITO) te Arnhem: in groep 6 en 7 vindt de CITO Entreetoets plaats en in groep 8 wordt in februari de Eindtoets Basisonderwijs van het CITO afgenomen. De leerkrachten overleggen regelmatig over de ontwikkelingen van ieder kind. De resultaten op de CITO-toetsen kunnen hierbij extra informatie verschaffen. Tevens worden deze toetsen gebruikt om te kijken of het onderwijs op school moet worden aangepast, omdat bijv. blijkt dat er een hiaat zit in een bepaald leerstofonderdeel. In een gesprek met ouders en leerling geeft de leerkracht van groep 8 een schoolkeuzeadvies. Dit advies wordt gebaseerd op een groot aantal gegevens en overwegingen: de algemene kennis van de leerling, de verwachtingen en wensen van de leerling en de ouders,
5-1
schooljaar 2010-2011
de interesse van de leerling, de mate van zelfstandigheid, sociale vaardigheden, doorzettingsvermogen, zelfvertrouwen en huiswerkattitude. Uiteraard bepalen de ouders de definitieve schoolkeuze van hun kind. Is de keuze definitief, dan verschaft onze school alle relevante informatie aan de nieuwe school. Ouders en groepsleerkracht proberen altijd gezamenlijk tot een eensluidend schooladvies te komen. Mocht hierover verschil van mening bestaan, dan is de schoolkeuze van de ouders bepalend. In zo'n geval wordt op het inschrijfformulier voor het vervolgonderwijs aangegeven dat onze school en u als ouders hierover niet op één lijn zitten. Alle scholen van het voortgezet onderwijs informeren ons over de vorderingen van "onze" leerlingen tijdens hun eerste schooljaren. Dit geeft ons de mogelijkheid te controleren, of de schoolkeuzeadviezen bij het verlaten van de basisschool correct zijn.
5-2
schooljaar 2010-2011
Aanvullende zorg Het basisonderwijs zoals onze school dat biedt, beschouwen we als de "basiszorg" voor de leerling. Met aanvullende zorg - binnen het onderwijs ook wel "zorgverbreding" genoemd - bedoelen we het nauwgezet volgen van de ontwikkeling van de kinderen. Wanneer we op enig gebied problemen signaleren, doen we daar wat aan. Vanzelfsprekend wordt u als ouder daarvan op de hoogte gesteld. Het accent van deze aanvullende zorg ligt in de groepen 2 t/m 5. Leerlingen met belemmeringen in het leer- en ontwikkelingsproces proberen we in een zo vroeg mogelijk stadium te helpen. In eerste instantie wordt hulp door de groepsleerkracht geboden. Met toetsen (tests), onderzoeken en observaties proberen we eventuele problemen op te sporen en vervolgens te behandelen.
Leerlingbegeleiding en remedial teaching Jannie Drenth heeft meerdere dagdelen per week beschikbaar voor het coördineren en uitvoeren van de aanvullende zorg en remedial teaching. Een remedial teacher helpt leerlingen, die een bepaalde achterstand hebben, deze weer in te halen. De school heeft een aparte ruimte om kinderen deze extra hulp te bieden. We proberen te bereiken dat kinderen met leerproblemen op onze school kunnen blijven. Voor de aanvullende zorg is er een samenwerkingsverband van speciaal onderwijs en basisonderwijs in verschillende omringende gemeenten, waarbij ook onze school betrokken is. Daarnaast doen we, waar nodig, een beroep op deskundigheid die bij WSNS aanwezig is. Blijkt nu dat een leerling op onze school niet op z'n plaats is – de extra zorg onze vermogens te boven gaat - , dan zullen we na overleg met alle betrokkenen voorstellen de leerling aan te melden voor een speciale vorm van onderwijs.
Toetsen voor het tijdig signaleren van problemen Doordat we regelmatig methodegebonden en niet-methodegebonden toetsen afnemen, ontstaat een goed inzicht in de vorderingen van elke leerling. Zo wordt bijvoorbeeld driemaal per jaar de Tempo Toets Rekenen afgenomen, om na te gaan of de automatismen voldoende worden beheerst. Tevens wordt in de groepen 3 tot en met 8 de Rekenen & Wiskunde toets van het CITO afgenomen. Voor taal worden de toetsen afgenomen die bij onze methode "Taalactief 3" horen. Ook voor het onderdeel spelling worden de toetsen afgenomen die bij "Taalactief 3" horen. Tweemaal per jaar worden in de groepen 3 tot en met 8 de vorderingen in spellingvaardigheid bepaald met de SVS-toets (Schaal Vorderingen in Spellingvaardigheid) van het CITO. Eveneens wordt in de groepen 3 t/m 8 een toets Begrijpend Lezen afgenomen. Een enkele keer wordt de Brus-1-minuuttest afgenomen. Het testresultaat wordt gebruikt bij de groepsindeling voor het niveaulezen. Als blijkt dat kinderen onder de norm scoren, worden ze op hun leesvaardigheid nader onderzocht met o.a. de Drie-MinutenToets van CITO en de AVI-toets.
5-3
schooljaar 2010-2011
In de kleutergroepen worden, naast notities in het logboek over de algehele ontwikkeling van het kind, observatielijsten bijgehouden voor de functieontwikkeling (de ontwikkeling van de grove motoriek, de oriëntatie in de ruimte en de sociale ontwikkeling). Bij de kleuters wordt naast de kleuterscreening tevens de toets "Ordenen" en de "Taaltoets" van het CITO afgenomen. Als blijkt dat kinderen bij nader onderzoek uitvallen, wordt een handelingsplan opgesteld en bepaald hoe de "uitvallers" moeten worden geholpen. Over de inhoud van een handelingsplan en de gang van zaken wordt u door de groepsleerkracht op de hoogte gebracht. In principe wordt de hulp door de groepsleerkracht in de klas gegeven, maar kinderen kunnen ook individueel of in kleine groepjes door de zorgleerkracht worden geholpen. De school beschikt over een uitgebreide verzameling tests om problemen te signaleren en bijpassende materialen om kinderen met problemen te helpen. Alle leerkrachten maken van deze materialen gebruik.
Hoe gaan we om met pestgedrag Een fenomeen, dat lijkt toe te nemen. Hoewel de praktijk vaak uitwijst, dat zoiets buiten de school begint, merken we dat dit z'n weerslag heeft op het klassenklimaat. We hebben daarom een pestprotocol, dat in werking treedt, als dat nodig blijkt te zijn. Hoewel we adviseren, dat ouders van de twee partijen rechtstreeks met elkaar contact zoeken, om te trachten tot een oplossing te komen, is een van de eerste regels in ons pestprotocol "De ouders van de pester op de hoogte brengen van de klacht". Dat gebeurt daadwerkelijk! In de groep wordt aan pestgedrag op gepaste wijze aandacht besteed, Schoolmaatschappelijk werk wordt ingeschakeld en soms volgt sociale vaardigheidstraining voor het kind of de groep. Ook vinden gesprekken tussen leerlingen en maatschappelijk werker plaats. Op advies van school zoeken ouders ook zelf buiten school hulp.
Groepsbespreking Twee keer per jaar vindt een teamoverleg plaats waarbij alle leerlingen worden besproken. Zo worden bijvoorbeeld bij een bespreking van groep 3 alle leerlingen besproken met de leerkrachten van groep 3 en 4, en de coördinator aanvullende zorg. De leerkracht heeft dus steeds aan het begin van het nieuwe schooljaar al een goed beeld van de nieuwe klas. Bovendien vindt er van elke groep een “warme” overdracht plaats naar de volgende leerkracht.
Leerlingbespreking Driemaal per jaar wordt door het team een leerlingbespreking gehouden. Hier worden alleen kinderen besproken die problemen hebben. Deze bespreking wordt gecoördineerd en voorgezeten door de coördinator aanvullende zorg. We beschouwen het als een gezamenlijke taak van alle leerkrachten om de ouders van kinderen die speciale zorg nodig hebben daarvan tijdig in kennis te stellen en ze van de ontwikkeling van hun kinderen op de hoogte te houden.
5-4
schooljaar 2010-2011
Logopedie Vóór de zomervakantie screent de logopedist de kinderen die in het volgende schooljaar in principe naar groep 2 gaan. De kinderen komen om de beurt 10 à 20 minuten bij haar. Zij let op stem en ademhaling, gehoor en luistervaardigheid, taal (zowel het begrijpen van opdrachten als het zelf maken van zinnen), uitspraak, vloeiend spreken en mondgedrag (zoals duimzuigen). Ook volgt ze de leerlingen van groep 3 tot en met 8 die op haar controlelijst staan. Goede taal- en spreekvaardigheid zijn voorwaarden voor een succesvolle schoolloopbaan. Na de zomervakantie beginnen de behandelingen en die vinden één keer per week op school plaats. Mocht uw kind voor behandeling in aanmerking komen, dan krijgt u bericht van de logopedist en een uitnodiging voor een gesprek. Een behandeling wordt nooit begonnen voordat u daarvoor toestemming hebt gegeven. Mocht u vragen hebben over de spraak- en taalontwikkeling van uw kind, dan kunt u altijd contact opnemen met de leerkracht van uw kind, of met de logopedist zelf. We proberen het aantal uren logopedie op onze school uit te breiden, omdat daaraan behoefte bestaat.
Dyslexie Dyslexie betekent: “Ernstige en hardnekkige problemen bij de automatisering van het lezen en/of de spelling”. Dyslectici hebben, zelfs als zij extra hulp krijgen, moeite met foutloos en vlot leren lezen en spellen. Dyslexie is onafhankelijk van intelligentie; het komt voor bij normale en hoge intelligentie. Kinderen met dyslexie blijven wat betreft schoolprestaties ver achter bij het gemiddelde niveau. Dit ondanks alle inzet en ijver. Wat doet de school wanneer geconstateerd wordt dat een kind dyslexie heeft? Scholen werken met en handelen op basis van het ‘protocol leesproblemen en dyslexie’ voor groep 1 tot en met 8. Het protocol is een handreiking voor leerkrachten bij het onderkennen en aanpakken van lees- en spellingproblemen in het basisonderwijs. Wanneer wordt een dyslexieverklaring afgegeven? Zolang er door toepassing van het protocol nog groeimogelijkheden zijn op het gebied van lezen en spelling, is een dyslexieverklaring overbodig en wordt dus ook geen dyslexieverklaring afgegeven. Vergoeding diagnose en behandeling van dyslexie Sinds 1 januari 2009 is de vergoeding van diagnostiek en behandeling van ernstige, enkelvoudige dyslexie in het basispakket van de zorgverzekering opgenomen. Het woord ‘enkelvoudig’ wil zeggen dat er géén sprake mag zijn van bijkomende stoornissen zoals bijvoorbeeld AD(H)D. In 2010 kunnen ouders aanspraak maken op de vergoeding als de dyslexiezorg vóór de tiende verjaardag van hun kind aanvangt. Elk kalenderjaar wordt de leeftijdsgrens met een jaar opgetrokken tot in 2013 alle kinderen in het primair onderwijs van zeven jaar en
5-5
schooljaar 2010-2011
ouder in aanmerking komen voor vergoeding van dyslexiezorg. Schematisch komt dit op het volgende neer: Jaar Basisonderwijs en speciaal basisonderwijs 2009
7 of 8 jaar
2010
7, 8 of 9 jaar
2011
7, 8, 9 of 10 jaar
2012
7, 8, 9, 10 of 11 jaar
2013
7 jaar of ouder
Om te voorkomen dat alle kinderen met leesproblemen worden aangemeld voor een dyslexieonderzoek heeft de school de functie van poortwachter. De basisschool stelt een leerling-dossier samen om het vermoeden van ernstige dyslexie bij een leerling te onderbouwen. Dit dossier bevat een overzicht van E-scores op lees- en spellingtoetsen en een beschrijving van de geboden hulp op school. Er zijn vijf mogelijkheden voor vergoeding van dyslexiezorg: 1.
2. 3. 4. 5. 1.
via de zorgverzekering, mits er sprake is van ernstige, enkelvoudige dyslexie Als uw kind niet voldoet aan de hierboven genoemde criteria is vergoeding ook mogelijk: via de GGZ via een aanvullende verzekering voor psychologische hulp via belastingaftrek via de gemeente Vergoeding via de zorgverzekering Kinderen bij wie intensieve begeleiding op school onvoldoende helpt, hebben een verwijzing naar de zorg nodig. Als ouder meldt u uw kind aan bij een dyslexiebehandelaar die beoordeelt of in het leerling-dossier het vermoeden van ernstige dyslexie door de school voldoende is onderbouwd om tot onderzoek over te gaan. Toont het diagnostisch onderzoek aan dat er bij nader inzien geen sprake is van ernstige dyslexie, dan worden de kosten van het onderzoek niettemin vergoed door uw verzekering. Contact met verzekeraar Het is raadzaam van te voren te informeren bij uw verzekering met welke behandelaars zij een contract hebben afgesloten. Kiest u een behandelaar die geen contract heeft, dan kunt u eventueel in aanmerking komen voor restitutie van (een deel van) de kosten die u eerst zelf hebt betaald. Soms heeft u eerst toestemming nodig van uw verzekeraar om aan het traject van diagnostisch onderzoek en behandeling te kunnen beginnen. Het is een vereiste dat alle behandelaars van 1 januari 2010 werken met het DBC-systeem. Om de kwaliteit te waarborgen zijn twee instituten opgericht:
5-6
schooljaar 2010-2011
het Kwaliteitsinstituut Dyslexie (KD) of bij het Nationaal Referentiecentrum Dyslexie (NRD). 2.
Via de GGZ Voor kinderen waarbij sprake is van bij dyslexie tegelijk voorkomende problemen bestaat er een mogelijkheid leesbegeleiding te krijgen via de behandeling in de GGZ. De deskundigen binnen de GGZ missen echter vaak de expertise om dyslexie te kunnen diagnosticeren en behandelen. Een uitzondering vormen de Pedologische Instituten zoals de Bascule in Duivendrecht, Herlaarhof in Vught en de Leeskliniek in Rotterdam.
3.
Via een aanvullende verzekering voor psychologische hulp Een dyslexie-onderzoek kan ook onderdeel zijn van een psychologisch onderzoek. In dit geval kan een deel van de kosten van het psychologisch onderzoek (tot maximaal 500 euro) worden vergoed. Het onderzoek moet benoemd worden als: een test in verband met leerproblemen waarvoor u eerst bij de huisarts een verwijzing moet vragen.
4.
Via belastingaftrek Komt uw kind niet in aanmerking voor bovengenoemde vergoeding van diagnose en behandeling dan kunt u proberen de kosten van dyslexie als bijzondere uitgaven af te trekken van de belasting. Kijk hiervoor bij Belastingaftrek van kosten dyslexie.
5.
Via de gemeente Kunt u de kosten met uw inkomen niet dragen, dan kunt u bij de gemeente een beroep doen op de Bijzondere bijstand.
Schoolbestuur Ouders die een beschikking willen hebben voor een dyslexieverklaring, maar niet voor één van deze vijf mogelijkheden voor vergoeding in aanmerking komen, moeten de kosten van de dyslexieverklaring zelf betalen. In zeer uitzonderlijke gevallen betaalt het schoolbestuur de kosten voor een dyslexieverklaring. Wilt u hiervoor in aanmerking komen, dan dient u hiervoor een verzoek in bij uw school. De school zal vervolgens in overleg treden met het schoolbestuur en de kwestie voorleggen. Relevante websites Regelhulp Regelhulp geeft een overzicht van zorg, hulp en financiële ondersteuning van verschillende organisaties zoals de gemeente, het CIZ, UWV en UWV WERK- bedrijf. Kijk voor meer informatie op: www.regelhulp.nl.
5-7
schooljaar 2010-2011
Informatie voor school Voor scholen staat op de website van het Masterplan de meest actuele informatie rond de vergoedingsregeling: www.masterplandyslexie.nl klik op Vergoedingsregeling.
De Permanente Commissie Leerlingenzorg (PCL) Sinds 1 augustus 1998 is de Wet op het Primair Onderwijs van kracht. Deze schrijft onder meer voor dat leerlingen voor wie het wenselijk is dat ze naar de speciale basisschool gaan, bij een PCL moeten worden aangemeld. Mocht een kind zich, ondanks alle extra inspanning op de basisschool niet goed ontwikkelen, dan is plaatsing op de speciale basisschool een mogelijkheid. In dat geval wordt uw kind, na overleg met u als ouder, aangemeld bij de PCL. U hebt als ouder ook het recht om zelfstandig uw kind bij de PCL aan te melden. Het adres van de PCL is: Reviusweg 1, 7901 JN Hoogeveen, telefoon (0528) 23 29 72. Voor meer informatie kunt u terecht bij onze zorgcoördinator Jannie Drenth.
Verstrekken van onderwijskundige rapporten Wanneer kinderen van onze school naar een andere basisschool, naar het speciaal onderwijs, of naar het voortgezet onderwijs gaan, zorgen wij voor relevante gegevens voor de nieuw te bezoeken school. Een onderwijskundig rapport maakt hiervan deel uit. Hierover vindt overleg met de betreffende ouders plaats.
Instroom van leerlingen anders dan door een verhuizing De laatste jaren komt het voor, dat wij tijdens het schooljaar instroom van leerlingen hebben, vanwege ontevredenheid over de gang van zaken op een school elders. In alle gevallen nemen we contact op met de vorige school alvorens wordt besloten wel of niet tot toelating over te gaan.
Leerlingen met een handicap / rugzakje Met een rugzakje naar een “gewone-school-om-de-hoek”. Vanaf 1 augustus 2003 is voor kinderen met een handicap het rugzakje in het onderwijs van start gegaan. Dit wordt ook wel leerling gebonden financiering (LGF) genoemd. Hiermee kunnen kinderen die een indicatie hebben voor speciaal onderwijs toch naar een reguliere school. Het rugzakje is alleen bestemd voor onderwijsactiviteiten. Voor vormen van aanvullende hulp kunnen ouders een persoonsgebonden budget aanvragen. Kinderen met een visuele handicap komen niet voor een rugzak in aanmerking.
Wat zit in het rugzakje? Voor het primair onderwijs kan de school per week per kind rekenen op: • Geld voor extra formatie (afhankelijk van de inschaling, ongeveer 2,5 lesgebonden uren) • Geld voor ambulante, onderwijsdidactische begeleiding van het REC, behalve RT ( 3 uur);
5-8
schooljaar 2010-2011
•
Ongeveer € 962,00 (per kind per jaar) voor deskundigheidsbevordering of aanpassen van lesmateriaal. Een en ander is afhankelijk van de uitkomst van de indicatie.
Wie indiceert? De Commissie van Indicatiestelling van het Regionaal Expertise Centrum indiceert. Ouders kunnen bezwaar tegen de uitkomst van de indicatie aantekenen. Na een positieve beschikking kunnen ouders een keuze voor een school maken.
Wie beheert het rugzakje? Het geld uit de rugzak wordt overgemaakt aan de school. Als de school instemt met de plaatsing, stelt de school een handelingsplan op. Dit gebeurt in overleg met de ouders en het REC. Ouders en de school ondertekenen het plan.
Toelating van kinderen met een handicap of stoornis Deze school staat open voor leerlingen met een handicap of stoornis. Toelating geschiedt na uitvoerig overleg met ouders, het team en de begeleidende instanties. Hierbij staat het belang van het kind, maar ook de mogelijkheden van de school om het ontwikkelingsproces van het kind te ondersteunen centraal. Vanuit de praktijk is gebleken dat het niet altijd mogelijk is om kinderen met een handicap toe te laten of om kinderen die wel zijn toegelaten de gehele basisschoolperiode te handhaven. Redenen hiervoor zijn o.a.: • de groepsgrootte • de samenstelling van de groep • de competenties van de groepsleerkracht(en) • de aard van de hulpvraag die het kind heeft. Na goed overleg met alle betrokkenen / instanties wordt dan besloten de leerling naar een andere openbare basisschool in Midden-Drenthe of naar een speciale basisschool te verwijzen. Centraal staat steeds opnieuw: Wat verwachten de ouders en wat kun je als school waarmaken? Voor verdere info wordt verwezen naar: www.minocw.nl/rugzakje of www.oudersenrugzak.nl Op de o.b.s. G.A. de Ridder maken we onderscheid tussen: leerlingen die met een "rugzakje" op onze school binnenkomen leerlingen waarvoor tijdens hun basisschoolloopbaan op onze school een aanvraag voor lgf plaatsvindt in welk cluster een kind thuishoort. Clusterindeling: Cluster 1: Cluster 2: Cluster 3: Cluster 4:
visueel gehandicapt doof, slechthorend, spraak- en praatproblemen lichamelijk gehandicapt, langdurig ziek, of zeer moeilijk lerende kinderen Pedologisch instituut, moeilijk opvoedbaar, psychiatrisch ziek. 5-9
schooljaar 2010-2011
Opmerkingen t.a.v. punt 1: Wanneer er sprake is van een aanmelding met een rugzakje vindt voorafgaand aan de definitieve toelating een gesprek plaats tussen ouders, de ambulant begeleider, de zorgcoordinator, de groepsleerkracht en de directie. Naar aanleiding van dat gesprek wordt bepaald, of deze leerling wel of niet op onze school geplaatst wordt. Vooronderzoek kan mogelijk zijn en reeds aanwezige schriftelijke informatie kan worden opgevraagd. Elk jaar wordt opnieuw gekeken, of het kind op onze school op de juiste plaats is! Het eindresultaat van het wel / niet toelaten van de leerling wordt aan de ouders in een gesprek meegedeeld. N.B.: Na onderzoek kan het dus zijn, dat een kind niet op onze school kan worden toegelaten. Opmerkingen t.a.v. punt 2: Wanneer door de ouders, de groepsleerkracht / of de zorgcoördinator n.a.v. de groepsen leerlingbespreking wordt voorgesteld te onderzoeken of een leerling voor een rugzakje in aanmerking komt, regelt / begeleidt de zorgcoördinator het aanvraagtraject. Handelingsplannen: In een handelingsplan wordt aangegeven wat de doelstellingen voor een bepaalde termijn zijn en op welke wijze wordt getracht deze doelstellingen bij de betreffende leerling te bereiken. De extra ondersteuning van een ambulant begeleider speelt daarbij een belangrijke rol. Tevens wordt in het begeleidingsplan van de ambulant begeleider aangegeven wanneer contact wordt onderhouden met de ouders.
Toelatingsbeleid Het openbaar basisonderwijs Midden-Drenthe verwelkomt graag (nieuwe) ouders met kinderen op een van haar 14 basisscholen. Wij streven ernaar alle kinderen toe te laten, maar willen dit wel zorgvuldig doen. Ons toelatingsbeleid hebben wij daarom beschreven in een protocol. Hieronder gaan wij nader in op een aantal punten uit dat protocol. Zorgvuldige aanmeldingsprocedure: aansluiten bij uw kind Aanmelding van een kind op een van onze scholen dient zorgvuldig te gebeuren. Zorgvuldig omdat het openbaar basisonderwijs Midden-Drenthe uw kind op een school wil plaatsen waar de meeste afstemming is op de ontwikkelingsmogelijkheden van uw kind. Als u als ouders/verzorgers uw kind aanmeldt bij een school, zal bekeken worden of deze school bij uw kind past. Hierbij moet o.a. gedacht worden aan het door de school wel of niet kunnen voldoen aan de ontwikkelingsmogelijkheden en eventuele zorgbehoefte van uw kind. De eerste stap zal een kennismakingsgesprek zijn. In veruit de meeste gevallen zal tijdens het kennismakingsgesprek blijken dat het kind geplaatst kan worden op de school 5-10
schooljaar 2010-2011
waar de voorkeur van de ouders/verzorgers naar uit gaat. Als uit het kennismakingsgesprek echter blijkt dat de ontwikkelingsmogelijkheden nog niet duidelijk zijn, dan is informatie van derden erg belangrijk. Het openbaar basisonderwijs Midden-Drenthe verwacht dan de medewerking van de ouders/verzorgers. Ouders/verzorgers worden dan gevraagd alle relevante informatie over het kind aan de school te overhandigen. Als hieruit blijkt dat er een vermoeden is dat de school niet aan de zorgplicht kan voldoen of dat met de toelating van het kind een ernstige verstoring van de rust en orde zal gaan plaatsvinden, dan kan er een onderzoek plaats vinden voordat het kind wordt geplaatst. Hierbij is van belang dat het onderzoek niet te lang gaat duren. Een snelle beslissing over de eventuele toelating is immers in het belang van uw kind. Ander advies Het is mogelijk dat de school na het kennismakingsgesprek zal adviseren om de aanmelding op een andere school van het openbaar basisonderwijs Midden-Drenthe, dan de school van aanmelding, te laten plaatsvinden. Dit komt bijvoorbeeld voor wanneer school x niet de zorg kan bieden die uw kind nodig heeft, maar school y wel. Dit zal altijd in goed overleg met de ouders/verzorgers gebeuren. Indien blijkt dat alle scholen van het openbaar basisonderwijs Midden-Drenthe niet aan de zorgbehoefte van uw kind kunnen voldoen, dan zal het bestuur proberen een zorgvuldig advies te geven over welke school waarschijnlijk wel bij uw kind past.
Kwaliteitsbeleid N.B.: Zie voor een uitgebreid overzicht over "Kwaliteit" ons school- en jaarplan. De kwaliteit van het onderwijs staat de laatste jaren in het middelpunt van de belangstelling. Het publiceren van "rapportcijfers" is in! Daarbij wordt de indruk gewekt dat het publiceren van deze cijfers alles zegt over de kwaliteit van de scholen. Niets is minder waar. Nieuw in het onderwijs van de laatste jaren is de uitdrukkelijke wens van de Inspectie, de media en in mindere mate de wens van ouders, de kwaliteit van het onderwijs te meten. Voor ons is denken in termen van kwaliteit meten niet nieuw. Elk jaar opnieuw proberen we de kwaliteit van het onderwijs op onze school te verbeteren. Het meest in het oog springende instrument is het Integraal Schooltoezicht (IST) van de Inspectie. Daaraan voorafgaand is sprake van het Regulier Schooltoezicht (RST). Definitie van kwaliteit. Wij vatten kwaliteit op als: "Zoeken naar - en het werken aan verbeteringen binnen onze school". Wat de resultaten betreft kijken we verder dan het schoolprofiel van de Entreetoets en het schoolprofiel van de Eindtoets van het CITO. Wij kijken ook naar de ontwikkeling van elke leerling afzonderlijk. De uitspraak "gissen is missen en meten is weten" is de belangrijkste drijfveer kwaliteitsbeleid op onze school te handhaven. Met een zekere regelmaat worden nieuwe gegevens verzameld en verwerkt.
5-11
schooljaar 2010-2011
Kwaliteitszorg is meer dan "het eenmalig vaststellen van gegevens". De evaluatie van deze gegevens en de juiste acties daarop zijn veel belangrijker.
Inrichting / organisatie van onze kwaliteits- en leerlingenzorg Sinds vele jaren beschikt onze school over een leerkracht interne zorg, die meerdere dagdelen per week is vrijgeroosterd. Dit heeft o.a. geresulteerd in een eigen registratiesysteem voor de groepen 1 en 2, een jaarlijks terugkerende toetskalender voor de landelijk genormeerde toetsen voor de groepen 2 t/m 8 en een degelijk leerlingvolgsysteem. Voor de drie hoofdvakken rekenen, taal en lezen gebruiken we tevens de methodegebonden toetsen.
Kwaliteitszorg betreffende de leerlingen Groepsbesprekingen vinden twee keer per jaar plaats. Uit de groepsbesprekingen komen de leerlingen, die op de leerlingbesprekingen worden "doorgelicht". De groepsbesprekingen en de toetsen geven soms aanleiding tot het opstellen van handelingsplannen. Om de ontwikkeling van leerlingen in kaart te brengen maken wij o.a. gebruik van de volgende instrumenten: het dyslexieprotocol voor de groepen 1 t/m 4 kleuterscreening groep 2 de gegevens van het zorgsysteem/registratiesysteem bij groep 1 en 2 de gegevens van het Cito leerlingvolgsysteem voor groep 1 t/m 8 de gegevens van de methodegebonden toetsen in groep 3 t/m 8 de Cito-entreetoets in groep 6 en 7 de Cito-eindtoets in groep 8 de uitstroomcijfers naar het voortgezet onderwijs de resultaten van een schoolwelbevinden onderzoek (groep 6 en 7) leerling tevredenheidspeiling in groep 6,7 en 8: geldt voor alle basisscholen binnen het OBOMD. Naast de hierboven genoemde instrumenten maken we ook gebruik van methodegebonden toetsen. De resultaten worden door de groepsleerkrachten verwerkt en vastgelegd in de klassenmap + dossiersysteem. Evaluatie levert op welke onderdelen extra aan de orde moeten komen. Vergelijkingen met voorgaande jaren levert op waar de leerkracht zijn aanpak moet aanpassen, of waar de methode wellicht in de oefenperiode te kort schiet.
Kwaliteitszorg betreffende de ouders De ouders worden benaderd d.m.v. gesprekken, of d.m.v. enquêtes. Hiervoor gebruiken wij de volgende instrumenten: de groepsinformatieavond aan het begin van elk schooljaar de 10-minuten gesprekken: zie pagina 3-8 de zakelijke ouderavond een Ouder Tevredenheids Peiling (OTP). In april 2009 afgenomen en uitgewerkt in juni 2009 door een extern bureau (Scholen met Succes) op initiatief van de directie en de oudergeleding van de MR. 5-12
schooljaar 2010-2011
Kwaliteitszorg betreffende de leerkrachten + directie Om de mening van leerkrachten te horen zijn bij ons de volgende instrumenten ingezet: klassenbezoeken collegiale consultatie functioneringsgesprekken nascholing leerkracht tevredenheidspeiling: geldt voor alle basisscholen binnen het OBOMD.
Externe en interne analyse Sinds 1997 is een begin gemaakt met structureel onderzoek naar het onderwijs op onze school. Met alle betrokkenen bij ons onderwijs wordt onderzoek gedaan naar onze kansen en bedreigingen (de externe analyse) en met het personeel een onderzoek naar onze sterke en zwakke punten (de interne analyse). M.i.v. het schooljaar 2006 – 2007 is een start gemaakt met Werken Met Kwaliteitskaarten o.l.v. CEDIN. Middels een quickscan worden de sterke en zwakke punten van de school in beeld gebracht. Alle onderdelen, die door de inspectie worden gecontroleerd en/of beoordeeld, komen aan bod. Ook een OTP blijft daar deel van uitmaken.
Kwaliteitsbewaking/evaluatie van ons onderwijs Elke dag vindt kwaliteitsbewaking plaats in de klas op basis van de correctie van het dagelijks werk van de kinderen. De norm waaraan (in het algemeen) moet worden voldaan komt overeen met de normering in de methodes die wij op school gebruiken. Voor sommige leerlingen wijken we af van de normering die de methode aangeeft. ("Klassikaal waar het kan, differentiëren waar het moet!") Minimaal twee keer per jaar vindt evaluatie plaats op basis van de resultaten welke wij verkrijgen uit ons leerlingvolgsysteem. Zowel op schoolniveau, op groepsniveau, als op individueel niveau. Voor het bewaken van het kwaliteitsniveau is het van belang afspraken te borgen. Kwaliteitsborging is erop gericht te voorkomen, dat de kwaliteit die met veel moeite een niveau hoger is gelegd, terugvalt. Borgen beoogt eenmaal bereikte verbeteringen en vernieuwingen op peil te houden, te verankeren en te continueren. Op de G.A. de Ridderschool volgden we daarom meerdere jaren achtereen het BAS-project: een cursus om de doorgaande lijn op een school te bewaken. Eenmaal bereikte verbeteringen worden tijdens dit project verankerd en komen ieder jaar o.l.v. van de procesbewaker van een ontwikkelingsveld op de teamvergaderingen aan de orde. Op de teambijeenkomsten worden alle afgeronde cellen vooraf ingepland. Op deze wijze blijft de betrokkenheid bij een BAS-document groot en blijft BAS breed gedragen!
Kwaliteitsbewaking en -verbetering: Naast het gebruik van de "reguliere'' instrumenten als functioneringsgesprekken, collegiale consultatie, schoolprofielen van de Eindtoets en de Entreetoetsen, volgen van teamcursussen, borging van gemaakte afspraken, schoolmaatschappelijk werk, hebben we in 5-13
schooljaar 2010-2011
schooljaar 2007 – 2008 het project "Werken met kwaliteitskaarten" afgerond. In het komende schooljaar worden de behandelde kaarten geëvalueerd en waar nodig aangepast. Het LINN project wordt voortgezet met een vervolgtraject gedurende drie jaar. Tevens vindt binnen het OBOMD mimimaal eens per twee jaar een interne visitatie op school plaats door collega directeuren en IB-ers van andere scholen onder leiding van de beleidsmedewerker van het stafbureau. Het komende schooljaar ligt de nadruk tevens op: • coöperatief leren • De invoering van zelfstandig werken + het plan- en registratiebord. • Het bevorderen van de zelfwerkzaamheid van kinderen. • Het hanteren van het directe instructiemodel in de dagelijkse onderwijspraktijk. • Samenwerkend leren bij kinderen. • Het didactisch handelen van teamleden. • De borging van gemaakte afspraken. • De borging en het regelmatig gebruik van de instructietafel. • Het beter afstemmen van instructie en verwerking op verschillen in ontwikkeling bij leerlingen: gedifferentieerde instructie. • Structureren van tempodifferentiatie: extra opdrachten in het verlengde van de aangeboden leerstof. • Structuur aanbrengen in dag- en weektaken.
Zorgadviesteam (ZAT) Voor leerlingen en hun ouders die hulp en advies hebben van zorginstellingen kan het van groot belang zijn dat er afspraken komen tussen de school en de zorginstelling om de speciale zorg voor uw kind volgens een zelfde goede lijn te laten verlopen. Voor deze kinderen –en soms ook voor hun ouders- werken onderwijs en zorg samen. De interne zorgstructuur van de school Waar kan de leerkracht terecht als hij zich zorgen maakt over een kind? Op onze school is dit: de intern begeleider, de schoolarts en het schoolmaatschappelijk werk. Met deze mensen kan er in en om de school veel zelf opgelost worden. De schoolmaatschappelijk werker kan bijvoorbeeld het contact onderhouden met wijkteams of buurtnetwerken. De intern begeleider kan terecht bij het zorgteam van het samenwerkingsverband van waaruit ambulante begeleiding geboden kan worden. Externe zorgstructuur Bij meervoudige problematiek kan de school -indien bovenstaande lijnen niet of onvoldoende lopen- terecht bij het ZAT, het zorgadviesteam. In dit team zijn instellingen vertegenwoordigd, die toe kunnen leiden naar zorg en onderwijs en de afstemming daarvan in gang kunnen zetten. In Hoogeveen bestaat het ZAT uit Bureau Jeugdzorg, GGD, GGZ, Accare, MEE, leerplicht en RENN4. 5-14
schooljaar 2010-2011
Het ZAT Het ZAT is een poule van deskundige mensen, waar de coördinator van het zorgteam van het samenwerkingsverband gebruik van kan maken. Op grond van de aangemelde kinderen en hun problematiek kan de voorzitter bepalen welke partijen betrokken moeten zijn bij het vinden van oplossingen. Voor de aanmeldingen van kinderen voor een ZAT bespreking dienen de ouders toestemming te verlenen.
De jeugdgezondheidszorg op de basisschool Uw kind is tot zijn 4de jaar regelmatig op het consultatiebureau van Icare geweest. Voor kinderen van 4 tot 19 jaar wordt deze zorg voortgezet door de sector jeugdgezondheidszorg(JGZ) van de GGD. Het team JGZ bestaat uit de jeugdarts, de jeugdverpleegkundige en de assistente. Op veel scholen werkt ook een logopediste vanuit de GGD. De screening Uw kind wordt tijdens de basisschoolperiode in groep 2 en in groep 7 gescreend. Deze screening wordt uitgevoerd volgens de landelijke standaard. Voorafgaand aan de screening ontvangt u informatie en een vragenlijst. Hierop kunt u eventuele vragen of zorgen over uw kind aangeven. U krijgt automatisch een uitnodiging voor uw kind. Spreekuren voor alle kinderen De jeugdarts en de jeugdverpleegkundige houden regelmatig spreekuren op school. Het spreekuur is bedoeld voor alle kinderen van de basisschool, dus ook voor de kinderen die dit jaar niet in groep 2 of groep 7 zitten. U kunt zelf een afspraak maken voor het spreekuur. Vragen over gezichtsvermogen, gehoor, groei, ontwikkeling, gedrag en chronische ziektes kunt u met de jeugdarts bespreken. De jeugdverpleegkundige kan u helpen bij vragen rondom opvoeding, psychosociale problemen, pesten, faalangst, overgewicht, voeding en zindelijkheid. Bij spraak/taalproblemen kan de logopediste worden ingezet. Het spreekuur is in principe op de eigen basisschool of op een nabijgelegen locatie. Ook een leerkracht of de intern begeleider kan in overleg met de ouders een kind aanmelden voor het spreekuur. De school weet op welke dagen het spreekuur van de jeugdarts en de jeugdverpleegkundige wordt gehouden. U kunt zich aanmelden voor het spreekuur via onderstaand telefoonnummer of e-mail adres. Wilt u daarbij wel de naam en geboortedatum van uw kind en de naam van de school vermelden? Heeft u nog vragen of wilt u advies dan kunt u altijd contact met ons opnemen via onderstaande gegevens; JGZ Assen 0592-306317 op werkdagen tussen 08.30 – 14.00 uur
[email protected]
5-15
schooljaar 2010-2011
6 De leerkrachten Vervanging bij ziekte, compensatie-uren (adv en bapo), studieverlof en scholing Een leerkracht werkte vroeger vijf dagen per week en was alléén verantwoordelijk voor een groep. Daarin is de laatste jaren veel veranderd. Soms hebben twee leerkrachten de verantwoordelijkheid voor één groep, en nu en dan moet de afwezigheid worden opgevangen van leerkrachten met arbeidsduurverkorting (adv = compensatieverlof). Daardoor hebben de kinderen met meerdere leerkrachten te maken. Bovendien hebben wij gekozen voor een vakleerkracht handvaardigheid op donderdag. Vooral in de onderbouw en in groep acht proberen we zo min mogelijk verschillende leerkrachten in te zetten, maar het zal steeds vaker voorkomen dat een groep met twee (zelfs drie) leerkrachten te maken krijgt. Bij ziekte proberen we altijd voor vervanging te zorgen. Voor de invulling van compensatie-uren is er een leerkracht die al aan de school is verbonden.
Specialismen Bepaalde leerkrachten hebben binnen de schoolorganisatie een specifieke taak of deskundigheid. Omdat onze school veel aandacht besteedt aan informatie- en communicatietechnologie (ICT) - kort gezegd: het werken met computers - is Wessel Walles elke week een middag als coördinator computerzaken vrijgeroosterd. Hij wordt bijgestaan door Tanja Smeenge en Janny Buiter. Jan Popping coördineert natuur- en milieueducatie. Gerrie Vos coördineert alle werkzaamheden omtrent Kunst en Cultuur. Bertus Warnders is coördinator Arbo-zaken. Bouwcoördinatoren zijn: Aly Brunsting voor de groepen 1 en 2, Petra Manders voor de middenbouw en Jan Popping voor de bovenbouw. Aan de begeleiding van de leerlingen binnen de school en aan remedial teaching geeft onze school een hoge prioriteit. Jannie Drenth is daarom als coördinator en uitvoerder van deze taken meerdere dagdelen per week vrijgeroosterd. Het accent voor extra hulp d.m.v. de zorgleerkracht ligt in de groepen 3 t/m 5.
Scholing Elk jaar vindt teamscholing plaats i.v.m. ontwikkelingen op school en in het onderwijs. Dit schooljaar ligt het accent onder andere op - coöperatief leren: 3 bijeenkomsten + klassenbezoek - het behandelen van meerdere WMK-kaarten o.l.v. Duco Creemers - LINN project
6-1
schooljaar 2010-2011
Stageplaatsen Elk schooljaar biedt onze school stageplaatsen aan voor de Pedagogische Academies (PABO's) van Meppel, Assen, Zwolle en Groningen en voor de sportopleidingen ALO (Groningen) en CIOS (Heerenveen). Daarom is elk schooljaar - gedurende een beperkt aantal uren - in een groep wel een PABO-, ALO- of CIOS-student te vinden. De bij hun opleiding behorende opdrachten worden in de klas uitgevoerd, wat soms enige aanpassing van het lesrooster vereist. De groepsleerkracht blijft eindverantwoordelijk. Ook bij de vierdejaars studenten is de groepsleerkracht aanwezig, maar bevindt deze zich wat vaker op de achtergrond. Elk jaar zijn er meerdere studenten op onze school werkzaam. LIO-studenten (Leraar in opleiding) hebben gedurende hun stageperiode de groep een tijdje in hun eentje onder hun hoede.
6-2
schooljaar 2010-2011
7 De ouders Contactavonden Aan het begin van het schooljaar wordt voor elke groep een informatieavond georganiseerd (zie pagina 3-8). U kunt dan kennismaken met de leerkracht(en) van uw kind(eren). De leerstof en activiteiten die in het komende schooljaar aan de orde komen worden op deze avond toegelicht. Voorafgaand aan de uitreiking van de rapporten zijn er contactavonden (tienminutengesprekken). De data van deze gesprekken staan vermeld onder de kop "Belangrijke data" in Hoofdstuk 3 pagina 3-8. Vanzelfsprekend kunt u ook altijd tussentijds bij ons aankloppen: maak de afspraak echter wel buiten lesuren en niet vlak voor de bel. Ook bij groep 1 en 2 begint de lestijd om 08.30 uur.
Ouders in de school Bij verschillende activiteiten op school is de hulp van ouders zeer welkom. De ouderraad (zie Hoofdstuk 8) speelt hierin een belangrijke rol.
Ouders worden veelvuldig op school ingeschakeld. U kunt daarbij denken aan: klassenouder: elke groep heeft een klassenouder klussenploeg (herstel en onderhoud speelmateriaal en dergelijke) organisatie spelletjesdag begeleiding schoolreizen grote schoonmaak van lokalen op de schoolreisdag van een groep "grote-schoonmaakploeg" einde schooljaar organisatie sportdag documentatiecentrum en computers oud-papierploeg creadag of playbackshow Sint-Nicolaasviering kerstviering festiviteiten rond de laatste schooldag van het jaar.
7-1
schooljaar 2010-2011
Vrijwillige ouderbijdrage Voor het bekostigen van ouderavonden en de verschillende festiviteiten voor de leerlingen, is een schoolfonds ingesteld. De bijdrage is vrijwillig, maar we doen een beroep op alle ouders om jaarlijks aan het schoolfonds bij te dragen. Op het inschrijfformulier wordt dit aan de ouder(s) / verzorger(s), na toelating van hun kind op onze school, meegedeeld. De hoogte van de bijdrage is € 15,00 voor elk kind. Komt uw kind na de kerst op school, dan is de bijdrage € 7,50. De betaling van de vrijwillige ouderbijdrage vindt plaats via een incassocontract met de Rabobank. De automatische afschrijving vindt plaats in de maand oktober.
Klachtenprocedure en vertrouwenspersonen De stichting openbaar basisonderwijs Midden-Drenthe beschikt over een klachtenregeling. Hierin staat onder andere dat voor de afhandeling van klachten een vertrouwenspersoon is aangesteld en is aangesloten bij de “Landelijke Klachtencommissie voor het openbaar en het algemeen toegankelijk onderwijs”. De klachtenregeling ligt op de school ter inzage. Wat moet ik doen als ik een klacht heb over de school? Als u een klacht heeft over de school wordt u geadviseerd om de hiernavolgende stappen 1 t/m 5 te doorlopen. In alle gevallen geldt dat u desgewenst ook rechtstreeks een klacht kunt neerleggen bij de vertrouwenspersoon of bij de Landelijke Klachtencommissie. Stap 1: groepsleerkracht Als u klachten heeft over de gang van zaken in de groep, kunt u dit het beste melden en bespreken met de betrokken groepsleerkracht. Stap 2: directeur (tevens contactpersoon) Als praten met de groepsleerkracht naar uw mening geen oplossing geeft of wanneer u een klacht heeft over de algemene gang van zaken op school, dan kunt u de directeur benaderen voor overleg. In veruit de meeste gevallen zal in onderling overleg tussen u, de groepsleerkracht en/of de directeur de klacht kunnen worden afgehandeld. Als u niet tevreden bent over de afhandeling van de klacht, dan kan de directeur als contactpersoon u doorverwijzen naar het schoolbestuur. Stap 3: schoolbestuur U kunt schriftelijk en ondertekend en binnen een jaar na het gebeuren een klacht indienen bij het schoolbestuur. Het schoolbestuur kan besluiten de klacht zelf af te handelen. Hiervan is sprake wanneer het schoolbestuur van mening is dat de klacht op een eenvoudige wijze kan worden afgehandeld. Mocht dit na een enkel gesprek niet lukken, dan verwijst het schoolbestuur u door naar de vertrouwenspersoon. Het schoolbestuur heeft de beschikking over twee vertrouwenspersonen:
7-2
schooljaar 2010-2011
- een vertrouwenspersoon voor klachten van onderwijsinhoudelijke en organisatorische aard; - een vertrouwenspersoon voor klachten inzake seksuele intimidatie, belaging, agressie, geweld en pesten. Indien het schoolbestuur bij het bestuderen van de klacht van mening is dat de klacht niet op een eenvoudige wijze kan worden afgehandeld, dan verwijst het schoolbestuur u direct door naar de vertrouwenspersoon. Stap 4: vertrouwenspersoon De vertrouwenspersoon neemt kennis van uw klacht en gaat na of door bemiddeling een oplossing kan worden bereikt. Ingeval u van mening blijft dat uw klacht onvoldoende is afgehandeld, dan kan de vertrouwenspersoon u desgewenst begeleiden bij de indiening van uw klacht bij de klachtencommissie. Stap 5: Landelijke Klachtencommissie Als u uw klacht bij de Landelijke Klachtencommissie indient, dan betekent dit dat uw klacht aan een onafhankelijke commissie, bestaande uit 3 leden, wordt voorgelegd. De klacht kan schriftelijk worden afgedaan of door middel van een hoorzitting waarin de klager en de aangeklaagde in de gelegenheid worden gesteld het woord te voeren. De Landelijke Klachtencommissie komt uiteindelijk met een advies, met daarin een gemotiveerd oordeel over het al dan niet gegrond zijn van de klacht. Over dit advies doet het schoolbestuur mededeling aan de klager en de aangeklaagde. Tevens beoordeelt het schoolbestuur of er naar aanleiding van het advies maatregelen moeten worden genomen en zo ja welke. Voor een meer uitgebreide toelichting wordt verwezen naar het reglement van de Landelijke Klachtencommissie.
Adressen en telefoonnummers Schoolbestuur Adres: Stichting openbaar basisonderwijs Midden-Drenthe Hekstraat 1 - 1 9411 NE BEILEN Telnr.: 0593 – 535100 Vertrouwenspersoon: Het schoolbestuur heeft de beschikking over twee vertrouwenspersonen: a. een vertrouwenspersoon voor klachten van onderwijsinhoudelijke en organisatorische aard. Met ingang van het schooljaar 2010-2011 is dhr. S. Foekens hiervoor aangesteld. Het telefoonnummer van dhr. Foekens is verkrijgbaar via het stafbureau (0593 - 535 100); b. een vertrouwenspersoon voor klachten inzake seksuele intimidatie, belaging, agres sie, geweld en pesten. Hiervoor hebben wij op afroepbasis een contract afgesloten met de GGD. Het telefoonnummer is verkrijgbaar via het stafbureau (0593 - 535100).
7-3
schooljaar 2010-2011
Klachten over seksuele intimidatie, seksueel misbruik, ernstig psychisch of fysiek geweld kunnen ook gemeld worden bij de Inspectie van het onderwijs: meldpunt vertrouwensinspecteurs 0900 - 111 3 111 /
[email protected] / www.onderwijsinspectie.nl "Landelijke Klachtencommissie voor het openbaar en het algemeen toegankelijk onderwijs" Adres: Landelijke Klachtencommissie Postbus 185 3440 AD WOERDEN Telnr: 0348 – 405245 www.lgc-lkc.nl /
[email protected] Vragen over onderwijs: 0800 - 8051 (gratis).
7-4
schooljaar 2010-2011
Overige informatie Wat te doen bij ziekte van uw kind Als uw kind ziek is, rekenen we er op dat u ons dat voor 08.30 uur laat weten. Als uw kind zonder bericht afwezig is, zal de leerkracht contact met u opnemen.
Bij, van en naar school Ouders die hun kind met de auto brengen: laat uw kind op het parkeerterrein in- en uitstappen en niet voor de school. Het is van groot belang dat de doorgaande route (de weg) bij de ingang van de kleuterschool vrij blijft, zodat het verkeer kan doorstromen.
Inzamelen oud papier Om de drie weken komt er een papiercontainer bij school om het papierhok te legen. U kunt tijdens schooltijden altijd papier op school brengen en netjes in het papierhok plaatsen. Voor het laden van de container worden alle gezinnen ingeschakeld. Bij aanvang van het schooljaar ontvangt elk gezin een rooster waarop u staat ingeroosterd. Bij verhindering zelf voor een vervanger zorgen. Er wordt geladen op donderdagavond vanaf 19.00 uur.
Vervangingsregeling laden papiercontainer Wij begrijpen, dat niet iedereen kan helpen bij het laden van oud papier. We gaan er echter van uit, dat elk gezin dan wel tijdig voor een vervanger zorgt. Neem dus die moeite en plaats uw teamleden op de "laadavond" niet voor een onaangename verrassing.
Lopend of op de fiets Er is een beperkte mogelijkheid om fietsen te stallen. Daarom komen kinderen die wonen op Domcapittel, Leek, de Made, 't Spiek, het Schut, de Stroom, Torenlaan en Vonderkampen lopend naar school. Vanzelfsprekend geldt dit niet voor leerlingen van de groepen 4 tot en met 8 op de dag dat ze gymnastiek hebben. Voor de naleving van deze regel kunnen we niet zonder uw hulp!
Schoolbeleid ten aanzien van overblijven Op o.b.s. G.A. de Ridder is een overblijfmogelijkheid voor kinderen waarvan de ouders tussen de middag niet thuis zijn i.v.m. werkzaamheden en onverwachte gebeurtenissen, zoals ziekenhuisbezoek e.d.. Er wordt gegeten o.l.v. overblijfkrachten die zich hier vrijwillig voor hebben aangemeld. Na het eten spelen de kinderen buiten (bij droog weer) of binnen, onder toezicht van de overblijfkrachten. Algemene regels: De overblijfkrachten dragen zorg voor een zo veilig en plezierig mogelijke omgeving voor de kinderen. Deze zorg is van kracht van 12.00 tot 13.00 uur. De kinderen moeten zich zelf melden bij de overblijfkracht die de administratie doet. Ze gaan om 13.00 uur weer 7-5
schooljaar 2010-2011
naar de klas terug / naar buiten. Van de onderbouwkinderen (groep 1 en 2) wordt gecontroleerd of zij daadwerkelijk in de klas zitten. De overblijfkrachten zien toe op het nuttigen van de lunch. Er wordt gezamenlijk gegeten. Er wordt op toegezien dat de kinderen het meegebrachte eten ook opeten. Overgebleven eten wordt mee terug gegeven, zodat de ouder kan zien hoeveel het kind gegeten heeft. Het lunchpakket met koolzuurvrij drinken en gezond eten wordt, voorzien van naam, door de kinderen zelf meegenomen en kan eventueel in de koelkast gezet worden. De overblijfkrachten zien erop toe dat de kinderen zich aan de overblijfregels houden (zie “overblijfregels voor de kinderen”). Als de kinderen zich niet aan de overblijfregels houden wordt hierover contact opgenomen met de groepsleerkracht en de ouders. Verbetert de situatie niet, dan heeft de school het recht, na twee waarschuwingen, een leerling bij een derde overtreding van de regels voor een bepaalde periode van het overblijven uit te sluiten. Hierover beslist de overblijfcommissie. Een kind dat overblijft, mag nooit op eigen gelegenheid de school verlaten (buiten de hekken komen). Overblijfregels voor de kinderen: Om het overblijven op een prettige manier te laten verlopen zijn er afspraken over hoe het overblijven dient te verlopen zodat er een prettige eet-, speel- en werksfeer tussen volwassenen en kinderen is. •We gaan respectvol om met elkaar, we nemen elkaar zoals we zijn. •Met de spullen van de overblijf, de school en elkaar wordt zorgvuldig omgegaan. •Er wordt netjes gegeten en de ruimte wordt netjes achter gelaten. •Iedereen ruimt zijn eigen plek netjes op. •Je vraagt aan de overblijfkracht of je van tafel mag en zegt waar je heen gaat. •In de school zorgen we ervoor dat we geen overlast bezorgen voor de andere aanwezigen (dus rustig lopen en spreken); •Er is speelgoed voor binnen- en buitenspelen. we ruimen dit speelgoed voor 13.00 uur zelf op. Wees aardig voor anderen, dan zijn anderen ook aardig voor jou. Wil je iets, vraag het gewoon, gaat iets verkeerd, zeg het gewoon. Aan-, en afmelden, betaling: De ouders dragen zorg voor het correct aan-, en afmelden van het kind; Correct aanmelden: vaste overblijfdagen worden aan het begin van ieder schooljaar en eventueel tussentijds geïnventariseerd. Incidentele overblijf moet telefonisch worden gemeld via telefoonnummer 06-111 87 559. Dit kan ’s morgens tussen 8.00 en 9.00 uur. Correct afmelden: een kind dat vast overblijft en een keer niet komt moet door de ouders telefonisch worden afgemeld via telefoonnummer 06-111 87 559. Dit kan ’s morgens tussen 8.00 en 9.00 uur. Indien dit niet gebeurt, wordt er één strip afgeschreven.
7-6
schooljaar 2010-2011
Betaling: Betaling geschiedt door middel van een automatische machtiging ter afschrijving van het overblijfgeld. Met ingang van het schooljaar 2010-2011 worden gezinskaarten ingevoerd. Voor structurele overblijvers welke 1x per week overblijven zijn er strippenkaarten van 50 keer. Voor structurele overblijvers welke meerdere dagen per week overblijven zijn er strippenkaarten van 100 keer. Voor incidentele overblijvers zijn er strippenkaarten van 20 keer. Deze kaarten zijn dus geldig voor alle kinderen uit het gezin. Het overblijven kost € 1,00 per keer. Telefoonnummers: Overblijfcoördinator Tineke Stevens 06-111 87 559 Penningmeester Gerrie Breider School 522030
Schoolbestuurlijk beleid ten aanzien van het overblijven Op 1 augustus 2006 is het schoolbestuur verantwoordelijk geworden voor de tussenschoolse opvang (het overblijven) op de openbare basisscholen in Midden-Drenthe. Dit heeft geleid tot het rapport ‘Tussenschoolse Opvang (overblijven op school)’ dat door het schoolbestuur in juli 2006 is vastgesteld. Dit rapport ligt op school ter inzage.
Organisatie en aansturing: - elke school heeft een overblijfreglement - elke school heeft een overblijfcoördinator die de aansturing regelt - er is een bovenschoolscoördinator die regelmatig overleg voert met de scholen m.b.t. de tussenschoolse opvang.
Omvang en continuïteit: - er is een scholingsplan voor de overblijfcoördinator en de overblijfkrachten - alle overblijfkrachten vragen een verklaring omtrent het gedrag aan - voor werving en selectie van nieuwe overblijfkrachten kan de bovenschoolscoördinator worden ingezet - de richtlijn is 1 overblijfkracht per 15 kinderen.
Financiën: - de bijdrage die ouders moeten betalen voor het overblijven varieert tussen de € 1,en € 2,-; - de vergoeding die overblijfcoördinatoren en overblijfkrachten ontvangen varieert tussen de € 7,- en € 9,- per keer; - er wordt gewerkt met periodieke betalingen (via incasso of acceptgiro’s) en strippenkaarten voor minimaal 10 x voor incidentele overblijvers; - er komt een voor alle scholen transparante en eenduidige financiële administratie en manier van verantwoording afleggen; - de kosten voor het overblijven dienen in principe betaald te worden uit de vergoeding die de school van de ouders ontvangt voor het overblijven. Het uitgangspunt is een dekkende exploitatie op schoolniveau. Indien er dan nog een 7-7
schooljaar 2010-2011
tekort is kan een beroep gedaan worden op de overheidsmiddelen die het schoolbestuur voor het overblijven ontvangt.
Ruimte en materialen: - er wordt overgebleven in een ruimte in of rondom de school - vanuit de overheidsmiddelen wordt geld gereserveerd voor (beperkte) investeringen in de aanpassing van de overblijfruimte(s) en spelmaterialen; - het veiligheidsbeleid m.b.t. het overblijven wordt op schoolniveau vorm gegeven.
Communicatie: - als er overblijfnieuws is dan wordt dit opgenomen in de nieuwsbrief van de scholen; - scholen zoeken zelf naar mogelijkheden om de communicatie tussen overblijf en ouders te verbeteren. Indien er klachten zijn over het overblijven, wordt u verzocht in eerste instantie hierover contact op te nemen met de directeur van de school. Mocht u er desondanks niet uit komen dan kunt u contact opnemen met de bovenschools coördinator TSO, werkzaam op het stafbureau (0593 - 535 100). Wijzigingen in overblijfbeleid op schoolniveau worden door de oudergeleding van de medezeggenschapsraad goedgekeurd en op bovenschools niveau door de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad.
Huiswerk In verband met handelingsplannen komt het voor, dat kinderen daarvoor thuis werkzaamheden moeten verrichten. Ook wordt af en toe huiswerk meegeven i.v.m. de vakken aardrijkskunde en geschiedenis vanaf groep 6. Daarbij wordt met de kinderen besproken wat volgens ons de beste manier is om het huiswerk te leren.
Buitenschoolse activiteiten Naast de reguliere lessen kunnen de leerlingen deelnemen aan allerlei sport- en spelactiviteiten. Zo doen we bij voldoende deelname mee aan toernooien van zowel meisjes- als jongensvoetbal en handbal, schoolkorfbal, schaatswedstrijden. Jaarlijks wordt op de laatste donderdag van mei voor de groepen 5 tot en met 8 de gezamenlijke schoolsportdag van Beilen en omgeving gehouden. De groepen 1 tot en met 4 hebben dan een eigen sport- en spelmorgen in en rond de school. (zie belangrijke data 3-8)
Schoolsloffen Op onze school hebben we sinds het schooljaar 2002-2003 een schoolsloffensysteem. Dat houdt in, dat de kinderen bij binnenkomst de schoenen uitdoen en sloffen aantrekken, of oversloffen aandoen. De oversloffen kunnen via school tegen kostprijs worden besteld. Bij aanvang van het schooljaar vindt altijd een mogelijkheid tot kopen plaats.
7-8
schooljaar 2010-2011
Verkeersouder Aan de school is een verkeersouder verbonden. Deze signaleert knelpunten in de verkeersveiligheid rond de school, legt contacten met 3VO en de gemeente, en organiseert samen met de politie de fietskeuring. De verkeersouder staat vermeld in Hoofdstuk 12. In het schooljaar 2003 - 2004 is het Drents Verkeersveiligheidslabel (DVL) verleend. Dit label is in 2009 (na screening) verlengd. We blijven werken aan een verkeersveilige school. De verkeersouder coördineert tevens de jaarlijks terugkerende praktijkdag op het plein.
Verkeersexamen Elk schooljaar in april krijgt groep 7 het theoretisch verkeersexamen. Groep 8 heeft in dezelfde maand het praktisch verkeersexamen. De geslaagden ontvangen een verkeersdiploma.
Huisbezoek bij ziekte Bij langdurige ziekte van een leerling komt de leerkracht op huisbezoek.
Schoolreis Elke groep gaat eens per jaar één of (in groep 7 en 8) meerdere dagen op schoolreis. U krijgt daarover tijdig informatie. De bedragen die gespaard worden zijn: groep 1 en 2 € 18 groep 3 en 4 € 25 groep 5 en 6 € 35 groep 7 en 8 € 50 De betaling van de schoolreisbedragen vindt plaats via een incassocontract met de Rabobank. Het schoolreisbedrag zal automatisch worden afgeschreven in de maand april. Spaarregeling meerdaagse schoolreis groep 8: Van de reis in groep 5 t/m 7 wordt niet al het gespaarde geld verbruikt. Het restant van deze 3 reizen zorgt ervoor, dat u in groep 8 minder hoeft bij te dragen.
Werkgroep bestrijding hoofdluis: de kriebelbrigade M.i.v. het schooljaar 2003-2004 hebben we op school een werkgroep hoofdluis ingesteld. Na elke vakantie worden de kinderen door ouders, die door de Jeugdgezondheidszorg zijn geschoold, gecontroleerd. Bij aanwezigheid van hoofdluis en/of neten wordt u daarvan op de hoogte gebracht. Een hercontrole volgt na enige tijd. We verzoeken u vriendelijk, doch zeer dringend in het belang van uw kind en de school aan elke hoofdluiscontrole uw medewerking te verlenen. Om verspreiding van hoofdluis zoveel mogelijk te voorkomen moet elk kind zijn jas (en eventueel muts en sjaal) in een luizenzak aan de kapstok hangen. Luizenzakken zijn op school te koop voor € 1,50.
7-9
schooljaar 2010-2011
Publicatie foto's Van diverse activiteiten op school en i.v.m. school worden foto's gemaakt. De mogelijkheid bestaat dat enkele van deze foto's worden geplaatst op de website van school. Indien u het niet gewenst vindt dat foto's waarop uw kind staat op de site komen, kunt u dit kenbaar maken. De foto zal dan worden verwijderd. Voor deze constructie is gekozen, omdat het anders voor de school ondoenlijk is foto’s van een activiteit te publiceren.
Buitenschoolse Opvang Net als alle basisscholen in Nederland draagt vanaf 1 augustus 2007 het Openbaar Basisonderwijs Midden-Drenthe zorg voor de organisatie van kinderopvang in de zin van de Wet Kinderopvang, op schooldagen, gedurende de voor- en naschoolse periode, tussen 7.30 uur en 18.30 uur, indien een of meer ouders hierom vragen. Het doel is opvangvoorzieningen voor ouders en kinderen toegankelijker te maken.
Opvang voor het openbare basisonderwijs in Midden-Drenthe Voor de scholen van het openbaar basisonderwijs heeft het bestuur afspraken gemaakt met twee kinderopvangorganisaties. Afhankelijk van de mogelijkheden op school en in de omgeving zal de kinderopvang plaatsvinden op school of op een nadere locatie in de buurt. Uw kind kunt u via deze organisaties aanmelden voor de BSO. 1. De Stichting Prokino, professionele kinderopvang, zal bij voldoende aanmeldingen van leerlingen op of rondom de school een buitenschoolse opvangplek creëren. Op dit moment heeft Prokino in Bovensmilde in het schoolgebouw van o.b.s. de Meenthe een mooie ruimte waar BSO wordt aangeboden. Ook in Beilen heeft Prokino een locatie gevestigd. Deze BSO vindt plaats op het terrein van de G.A. de Ridderschool. In Westerbork heeft Prokino op het schoolplein van o.b.s. de Lindelaar ook een locatie gevestigd, waar ook leerlingen van o.b.s. ’t Leerhoes in Zwiggelte naar toe gaan. Voor informatie en vragen kan men terecht via de website: www.prokino.nl 2. KidsCasa, (voorheen SKCN), verzorgt voor ons in Midden-Drenthe gastouders. Op plekken waar geen kinderopvang op locatie wordt aangeboden, kan een gastouder enkele kinderen wel opvangen. In Nieuw-Balinge, Elp en Hooghalen zijn gastouders van Kids Casa actief. Voor informatie en vragen kan men terecht via de website: www.kidscasa.nl
Wat zijn de kosten voor de BSO? De kosten van de kinderopvang zijn afhankelijk van de hoogte van uw inkomen. De overheid betaalt mee aan buitenschoolse opvang en de hele dagopvang door middel van een vergoeding van de Belastingdienst. De hoogte van deze vergoeding is afhankelijk van de hoogte van uw inkomen. De bijdrage van de werkgever wordt tevens vergoed via de belastingdienst. Deze werkgeversbijdrage is 1/6 deel per werkgever. Indien u in uw gezinssituatie met twee werkgevers te maken heeft, ontvangt u 2 x 1/6 deel is 1/3 deel werkgeversbijdrage.
7-10
schooljaar 2010-2011
De Gemeente Midden-Drenthe betaalt in sommige gevallen ook een deel van de kosten (bijvoorbeeld voor alleenstaande ouders die studeren). Indien u meer informatie wilt over de kosten van buitenschoolse opvang en kinderopvang dan kunt u contact opnemen met stichting Prokino of KidsCasa. Op de websites van beide organisaties kunt u hierover informatie vinden. Voor informatie over de kinderopvangtoeslag kunt u kijken op de site van de belasting: www.toeslagen.nl of u kunt contact opnemen met de belastingtelefoon 0800 – 0543.
Centrum voor Jeugd en Gezin Iedere gemeente in Nederland gaat een Centrum voor Jeugd en Gezin openen. In MiddenDrenthe wordt het CJG eind 2010 geopend. Bestaande organisaties zoals Icare Jeugdgezondheidszorg 0-4 jarigen, GGD Jeugdgezondheidszorg 4-19 jarigen, School Maatschappelijk Werk NoorderMaat en onderdelen van Welzijn Midden-Drenthe vormen samen het Centrum voor Jeugd en Gezin. Ook het Jeugdpunt gaat op in het CJG. Het CJG biedt informatie, voorlichting, pedagogische adviezen en lichte hulp aan kinderen en ouders met betrekking tot opgroeien en opvoeden. Ouders en kinderen kunnen bij het CJG terecht met vragen om informatie, voor advies of voor hulp. Het CJG biedt zelf lichte vormen van kortdurende hulp en begeleiding. Met die jeugdigen en of ouders die hulp of begeleiding nodig hebben, bepaalt het CJG samen welke vorm van advies, begeleiding of hulp het beste bij het kind en of ouders passen. Het CJG regelt en begeleidt ook de verwijzing en toeleiding naar organisaties die andere hulp of zwaardere vormen van hulp of zorg bieden. Om de trajecten en verwijzingen soepel en snel te laten verlopen, werkt het CJG samen met onder andere de scholen, peuterspeelzalen, kinderopvang, huisartsen in de gemeente en zorgaanbieders binnen en buiten de gemeente. Het CJG is bereikbaar: U kunt contact opnemen met de CJG medewerkers van de Jeugdgezondheidszorg en het School Maatschappelijk Werk. Na de officiële opening kunt u ook contact opnemen met de Balie van het CJG aan de Nassaukade of via de Website CJG. • Front Office CJG, Nassaukade 4, 9411 KG Beilen, telefoonnummer wordt nader bekend gemaakt. • Website: www.cjgmiddendrenthe.nl • Via de Jeugdgezondheidszorg: algemeen nummer 0592-306317 Schoolarts: Jan Careman: 06 50450147 Jeugdverpleegkundige: Marloes Oosterman: 06 52593601 • Via het School Maatschappelijk Werk: Algemene nummer: 0593-522 262 School Maatschappelijk Werker van de school: nummer via school op te vragen. • Via de spreekuren van de Jeugdgezondheidszorg of School Maatschappelijk Werk in de school (data en tijden bekend bij de school) • Bij crisis kunt u het crisisnummer van het Algemeen Maatschappelijk Werk bellen: 0522 -279944
7-11
schooljaar 2010-2011
Wanneer kunt u contact opnemen? U contact opnemen met de Jeugdgezondheidszorg of School Maatschappelijk Werk van het CJG als u vragen heeft over de ontwikkeling, gezondheid of opvoeding van uw kind of als u hulp nodig heeft van het CJG voor problemen van u zelf of van uw kind. Vragen staat vrij en geen één vraag is vreemd. Het maakt niet uit met wie van het CJG u belt. De CJG medewerker zorgt ervoor dat u bij de juiste persoon terecht komt. U kunt ook via de school een afspraak laten inplannen met de CJG medewerkers of de CJG medewerkers aanspreken op het moment dat zij op school zijn (zie voor tijden de nieuwsbrieven van de school).
Schoolmaatschappelijk werk. Het opvoeden van een kind is een hele klus en roept bij iedere ouder/verzorger vragen op. Mocht u behoefte hebben om uw vraag eens met een buitenstaander te bespreken dan kunt u op het spreekuur komen. Samen kunnen we dan kijken wat er speelt en kunnen we op zoek gaan naar een antwoord. Het bespreken van uw vraag zou er o.a. voor kunnen zorgen dat uw kind vrolijker, gelukkiger door het leven gaat, makkelijker kan omgaan met andere kinderen of dat u makkelijker met uw kind zou kunnen omgaan en dat de leerprestaties van uw kind op school beter worden. Wanneer schoolmaatschappelijk werk u niet kan helpen met uw vraag dan kunnen we samen gaan kijken bij welke instantie u wel terecht kunt. De leerkracht van uw kind zou zijn/haar zorg(en) kunnen uiten over het functioneren van uw kind op school en u kunnen adviseren om eens naar het school maatschappelijk werk spreekuur te gaan om er over te kunnen praten. Een reden zou bijvoorbeeld kunnen zijn dat het gedrag van uw kind op school is veranderd. Bijvoorbeeld omdat uw kind steeds stiller is geworden in de klas, geregeld moet huilen op school, vaak ruzie heeft met klasgenoten of omdat uw kind steeds drukker wordt en zich niet meer kan concentreren op het schoolwerk waardoor de leerprestaties afnemen. De schoolmaatschappelijk werkster is een vertrouwenspersoon voor u en uw kind en er zal daarom met u besproken worden wat school mag horen over de gesprekken. Om als schoolmaatschappelijk werkster met uw kind te mogen praten is vooraf uw toestemming nodig. Mocht u vragen hebben over bovenstaande dan kunt u bellen, mailen of langskomen op school tijdens het spreekuur. Meer informatie over het schoolmaatschappelijk werk en ook over het maatschappelijk werk kunt u vinden in de betreffende folder in het folder rek op school en op www.noordermaat.nl.
7-12
schooljaar 2010-2011
8 Oudervertegenwoordiging: OR en MR De Ouderraad (OR) Onze school heeft een ouderraad (OR) die bij een groot aantal activiteiten een leidende of stimulerende rol vervult. Het gaat om activiteiten die een aanvulling vormen op het werk van de leerkrachten, bedoeld om aan de schoolperiode van de kinderen iets extra's toe te voegen.
Taken De taken van de OR laten zich globaal als volgt omschrijven: bevorderen van een goede sfeer op school; bevorderen dat ouders zich voor de school interesseren; bevorderen dat ouders ondersteunende werkzaamheden voor de school verrichten; waar nodig behartigen van de belangen van de ouders bij de schoolleiding, de medezeggenschapsraad en bij het Openbaar Basisonderwijs Midden-Drenthe.
Samenstelling De ouderraad bestaat uit ouders, voogden of verzorgers (hierna: ouders) van leerlingen van onze school, en uit een vertegenwoordiging van het onderwijzend personeel. Het onderwijzend personeel heeft in de ouderraad een adviserende stem. De kandidaat-leden van de ouderraad worden jaarlijks op een speciale ouderavond in oktober of november door de aanwezige ouders gekozen. Deze stemming gebeurt schriftelijk. De ouderraad kiest uit haar leden een voorzitter, een secretaris en een penningmeester. Wilt u meer weten over de activiteiten van de OR dan kunt u altijd bellen. De namen van de OR-leden staan vermeld in Hoofdstuk 12.
8-13
schooljaar 2010-2011
De Medezeggenschapsraad (MR) Via de medezeggenschapsraad (MR) kunnen ouders en personeelsleden meedenken en meepraten over wat er op school gebeurt: de MR is een spreekbuis van ouders en personeel. Als overkoepeling van de verschillende Medezeggenschapsraden van de afzonderlijke scholen, kennen we een Gemeenschappelijke MR (de GMR), die zaken behartigt die alle openbare scholen binnen de bestuurscommissie aangaan.
Taken In de MR komen onderwerpen aan de orde die te maken hebben met het beleid in en rond de school. Een greep uit de onderwerpen die in de MR besproken worden: het schoolplan, inclusief het activiteitenplan (hierin worden bijvoorbeeld de schooltijden, de vakanties en de taken van de leerkrachten vastgelegd); de formatie (verdeling van leerkrachten over groepen en activiteiten); de vraag of er in de gegeven omstandigheden wel of geen combinatieklassen worden ingevoerd.
Samenstelling De MR bestaat uit zes gekozen leden: drie personeelsleden en drie ouders. De leden zitten minimaal drie jaar en worden door verkiezingen op school gekozen. Wie een kind op onze school heeft kan zich verkiesbaar stellen. De MR komt gemiddeld zes keer per jaar bij elkaar. Het blijft niet bij praten alleen. De MR heeft namelijk bij veel onderwerpen een wettelijk instemmings- of adviesrecht. Dat wil zeggen dat er onderwerpen zijn waarover aan de MR instemming gevraagd móet worden, bijvoorbeeld over het schoolplan, en onderwerpen waarover de MR een advies mág uitbrengen, bijvoorbeeld bij wijzigingen in de organisatie van de school. Om standpunt, instemming en advies goed te kunnen bepalen heeft de MR regelmatig overleg met de directeur van de school. Daarnaast informeert de directeur de MR, zodat de raad een eigen oordeel kan vormen en eventueel suggesties voor verbeteringen kan doen. Een goed contact met alle bij de school betrokkenen - ouders én personeel - is van groot belang. De MR-vergaderingen zijn openbaar, en de nieuwsbrief houdt u op de hoogte van actuele onderwerpen. Ook kunt u het jaarverslag raadplegen om een overzicht te krijgen van de werkzaamheden van de MR. Daarnaast kunt u natuurlijk voor vragen, opmerkingen en dergelijke, altijd contact opnemen met een van de MR-leden. De namen van de MR-leden staan vermeld in hoofdstuk 12.
8-14
schooljaar 2010-2011
9 De ontwikkeling van het onderwijs in de school De stichting openbaar basisonderwijs Midden-Drenthe Vanaf 2004 is het openbaar basisonderwijs Midden-Drenthe op weg geweest naar verzelfstandiging. Sinds 1 januari 2004 wordt het openbaar basisonderwijs Midden-Drenthe niet meer bestuurd door de gemeente maar door een bestuurscommissie openbaar basisonderwijs Midden-Drenthe. Met ingang van 1 augustus 2008 zijn de statuten gewijzigd en is de bestuurscommissie een stichting geworden. Hierdoor is het openbaar onderwijs daadwerkelijk geheel losgekoppeld van de gemeente. Het bestuur van de stichting bestaat uit 7 vrijwillige bestuurders. De stichting treedt op als bevoegd gezag van alle 14 openbare basisscholen in de gemeente Midden-Drenthe. Dit betekent dat ze zorg willen dragen voor een adequaat aanbod van kwalitatief goed onderwijs met aandacht voor o.a. alle kinderen, hun ouders, het gehele personeelsbestand, de financiële positie van de stichting, goede passende huisvesting en sterk onderwijskundig beleid. Belangrijke actuele ontwikkelingen binnen het openbaar basisonderwijs Midden-Drenthe voor de komende jaren zijn o.a. de ontwikkeling van brede scholen, goed kwaliteitsbeleid en passend onderwijs voor alle kinderen. Ook het bestuur zal veranderen. Door de 'code goed bestuur' zal het bestuur toewerken naar een toezichthoudend bestuur. De stichting openbaar basisonderwijs Midden-Drenthe wordt in de dagelijkse praktijk vertegenwoordigd door het bovenschools management bestaande uit een algemeen directeur en een algemeen adjunct-directeur. Ondersteuning komt vanuit het stafbureau openbaar basisonderwijs. De manier waarop de wederzijdse verantwoording en verantwoordelijkheden van het stichtingbestuur en de schoolleiding verder geregeld zijn, is vastgelegd in het zogenaamde ‘bestuur- en managementstatuut’. Het bovenschools management en het stafbureau zijn met ingang van het schooljaar 2009-2010 gehuisvest aan de Hekstraat 1-1 te Beilen. De gemeente heeft geen directe verantwoordelijkheid meer voor het openbaar basisonderwijs in Midden Drenthe. Zij houdt zich nu alleen bezig met lokale onderwijsaangelegenheden voor al het onderwijs binnen de gemeente. Het toezicht op de handhaving van de leerplichtwet door de leerplichtambtenaar is hiervan een voorbeeld.
Activiteiten voor onderwijsverbetering Het leerlingvolgsysteem dat is beschreven in Hoofdstuk 5, gaat een steeds grotere rol spelen in het onderwijs. We hebben als school het standpunt ingenomen dat de school geen "toetsfabriek" moet zijn. De toetsen nemen we af om de ontwikkeling van de leerling op een objectieve manier in beeld te brengen. Zo kunnen we - waar dat nodig is - onder-
9-1
schooljaar 2010-2011
delen van het onderwijs als "maatwerk" bieden. Ook dit schooljaar is onze zorgcoördinator meerdere dagdelen per week vrijgeroosterd voor remedial teaching.
Invoering nieuwe methoden Met ingang van het schooljaar 2010-2011 gebruiken we de methode “Pennenstreken” voor het schrijfonderwijs vanaf groep 2. Met ingang van het schooljaar 2009-2010 is de nieuwste verkeermethode in gebruik. Sinds 2007-2008 beschikken we over een nieuwe aardrijkskundemethode en de nieuwste uitgave van “Veilig leren lezen”. Sinds het schooljaar 2006 – 2007 wordt de nieuwe taalmethode Taalactief 3 gebruikt. In het schooljaar 2010-2011 gaan werkgroepen zich oriënteren op de aanschaf van een nieuwe methode voor de vakken: rekenen en Engels en geschiedenis.
Schatkist lezen en Schatkist rekenen Aan het begin van het schooljaar 2005 - 2006 zijn we begonnen met de nieuwe "Schatkist". Een leidraad voor de leerkrachten van groep 1 en 2 om alle aspecten, nodig voor het leren lezen en rekenen, aan bod te laten komen. We denken op deze wijze de doorgaande lijn nog beter te waarborgen.
Verkeer Bij verkeer maken we gebruik van de nieuwe methode "Wijzer door het verkeer". Naast deze methode gebruiken we tevens: Op voeten en fietsen in gr. 5 en 6: verschijnt 8 x p/jr. De Jeugdverkeerskrant in gr. 7 en 8: verschijnt 8 x p/jr. Beide zijn uitgaven van Veilig Verkeer Nederland en zijn een welkome aanvulling op de voorbereiding voor het schriftelijk en theoretisch verkeersexamen.
9-2
schooljaar 2010-2011
Zorg voor de relatie school en omgeving Samenwerking met buurtscholen Er is regelmatig overleg tussen de activiteitencoördinatoren (computeronderwijs, techniek en natuur- en milieueducatie) van de verschillende scholen. Hetzelfde geldt voor de coördinator aanvullende zorg.
Samenwerking met scholen voor speciaal onderwijs Sommige leerlingen hebben op school extra zorg nodig. Voor het geval dat doorverwijzing nodig is, is onze school een samenwerkingsverband aangegaan met "Samenwerkingsverband primair onderwijs Hoogeveen & Omstreken". Er is regelmatig contact tussen deze school en onze coördinator aanvullende zorg. Regelmatig komt een leerkracht van de school voor speciaal onderwijs bij ons op school, om de coördinator aanvullende zorg en de leerkrachten hulp te bieden bij bepaalde problemen. Zij komt ook nu en dan een kijkje nemen in de klassen, zodat zij de leerlingen en de leerkrachten beter leert kennen.
Samenwerking met de bibliotheek: leesbevordering Regelmatig brengen groepen een bezoekje aan de bibliotheek, of brengt een medewerker van de bibliotheek een bezoekje aan onze school. In samenwerking met de bibliotheek worden soms schrijvers uitgenodigd om iets over hun werk te komen vertellen. De school doet jaarlijks mee aan de Drentse Top 5, waarin kinderen uit de bovenbouw een aantal boeken beoordelen. Ook de leerlingen van de onderbouw leren de bibliotheek kennen en worden er wegwijs gemaakt.
Het sponsorbeleid Inleiding Scholen kunnen te maken krijgen met bedrijven die hen willen sponsoren. Dat kan een uitkomst zijn om extraatjes van te betalen. Maar er zijn ook risico's aan verbonden. Leerlingen zijn een kwetsbare groep. Ze zijn makkelijk te beïnvloeden. Het is dus belangrijk dat sponsoring zorgvuldig gebeurt.
Voorbeelden van sponsoring Bij sponsoring gaat het om geld, goederen of diensten die een sponsor verstrekt aan een bevoegd gezag, directie, leraren, niet-onderwijzend personeel of leerlingen, waarvoor de sponsor een tegenprestatie verlangt in schoolverband. Tegenprestaties zijn bijvoorbeeld het noemen van de sponsor in de schoolkrant of een opdruk op t-shirts. Voorbeelden van sponsoring zijn: Gesponsorde materialen zoals boekjes, video's, folders, posters en spellen; Gratis producten die winkels of bedrijven uitdelen aan leerlingen of ouders; Gesponsorde activiteiten zoals schoolfeesten, sportdagen, schoolzwemmen en schoolreisjes; Sponsoring van het schoolgebouw, bijvoorbeeld een leslokaal, de inrichting, computerapparatuur of cateringactiviteiten. 9-3
schooljaar 2010-2011
Schenkingen, waar geen tegenprestatie tegenover staat, vallen dus niet onder het begrip sponsoring.
Terughoudend beleid ten aanzien van sponsoring De stichting voert ten aanzien van sponsoring een terughoudend beleid. Reden daartoe is dat de verwachting bestaat dat sponsoring zou kunnen leiden tot toenemende concurrentie tussen scholen. Hoewel dit enerzijds een kwaliteitsimpuls tot gevolg zou kunnen hebben, bestaat anderzijds het gevaar dat een aantal scholen als gevolg van sponsoring meer financiële middelen tot hun beschikking heeft dan andere scholen, waardoor de verschillen tussen scholen dusdanig groot worden, dat de kwaliteit voor onderwijs voor bepaalde groepen leerlingen ter discussie komt te staan en het gevaar van elitair onderwijs (opnieuw) dreigt. Profilering van scholen, met sponsoring als middel, kan gunstige effecten hebben, maar dit moet binnen een kader plaatsvinden waarbij verschillen tussen scholen niet te groot mogen worden. Onze school staat achter het terughoudende beleid van de stichting, maar staat in principe niet afwijzend tegenover sponsoring en is ook bereid een tegenprestatie te leveren voor de uit sponsoring verkregen middelen. Wel hanteren we daarbij de volgende belangrijke uitgangspunten: Sponsoring moet verenigbaar zijn met de pedagogische en onderwijskundige taken en doelstellingen van de school. Er mag geen schade worden berokkend aan de geestelijke en/of lichamelijke gesteldheid van de leerlingen. Sponsoring moet in overeenstemming zijn met de goede smaak en fatsoen. Sponsoring mag niet ten koste gaan van de objectiviteit, de geloofwaardigheid, de betrouwbaarheid en de onafhankelijkheid van het onderwijs, de school en de daarbij betrokkenen. Sponsoring mag de onderwijsinhoud en/of continuïteit van het onderwijs niet beïnvloeden, noch in strijd zijn met het onderwijsaanbod en de kwalitatieve eisen die de school aan het onderwijs stelt. Het primaire onderwijsproces mag niet afhankelijk zijn van middelen die door sponsoring verkregen zijn.
Instemming MR Het ouderdeel van de medezeggenschapsraad moet instemmen met sponsoring als daaruit voor de school verplichtingen voortvloeien waarmee de leerlingen worden geconfronteerd. Wanneer het sponsorbeleid gevolgen heeft voor het personeel, moet ook het personeelsdeel van de medezeggenschapsraad ermee instemmen. Bron: brochure 'Sponsoring' van het ministerie van OCenW
Op de G.A. de Ridderschool heeft in maart 2000 een brainstorm plaatsgevonden onder het personeel, de o.r. en de mr.. Hieruit is gebleken dat sponsoring, binnen de regels van het convenant en na instemming van de oudergeleding van de mr., op bescheiden schaal mogelijk is.
9-4
schooljaar 2010-2011
Zo is bijvoorbeeld bij de aanschaf van 180 nieuwe sporttenues (shirt + broek) in 2006 gebruik gemaakt van 4 sponsoren.
Veiligheidsbeleid Op grond van wet- en regelgeving is het noodzakelijk dat het thema veiligheid beleidsmatig, wordt ingevuld. Het openbaar basisonderwijs kent een bovenschools veiligheidsplan dat geldt voor alle openbare basisscholen in Midden-Drenthe. Dit schoolveiligheidsplan is opgezet om tot een verbetering van de veiligheid en het welbevinden van leerlingen en personeel in het onderwijs te komen. Dit schoolveiligheidsplan heeft betrekking op alle werknemers, maar ook op leerlingen en ouders of verzorgers en is gericht op veiligheid en de preventie van en het optreden na incidenten. Een exemplaar van dit veiligheidsplan ligt ter inzage op de school. Daarnaast heeft elke school een preventiemedewerker (voorheen Arbo-coördinator geheten). De preventiemedewerker is de persoon binnen de school die verantwoordelijk is voor de zaken die verplicht zijn vanuit de Arbo-wet. De preventiemedewerker onderhoudt o.a. het contact met de Arbo-dienst en is betrokken bij het uitvoeren van de Risico Inventarisatie en Evaluatie (RI&E) en het maken van een plan van aanpak. Hier ligt een nadrukkelijke relatie met het thema veiligheid. Vandaar dat de preventiemedewerker een rol speelt in de nieuwe ontwikkelingen rondom veiligheidsbeleid. Ook op andere manieren is op de openbare basisscholen in Midden-Drenthe de afgelopen jaren hard gewerkt aan de veiligheid op en rondom de scholen. Zo zijn er op elke school voldoende personen opgeleid als bedrijfshulpverleners, de zogenaamde BHV-ers. Deze BHV-ers hebben een grote rol bij de ontruiming en het geven van eerste hulp bij een ongeval binnen de school. Maar er zijn ook allerlei praktische voorzieningen getroffen om de veiligheid op school te vergroten. Tenslotte staan in ons Integraal Personeelsbeleidsplan diverse hoofdstukken (zoals Arbo) die ook met veiligheid te maken hebben.
9-5
schooljaar 2010-2011
10 De uitstroom De resultaten op de CITO-eindtoets en de uitstroom van de basisschool naar het voortgezet onderwijs worden vaak opgevat als graadmeters voor de kwaliteit van het onderwijs. Er zijn echter zoveel factoren die de uitstroom bepalen en los staan van de kwaliteit van het onderwijs, dat alle basisschooldirecteuren in de gemeente Midden - Drenthe hebben afgesproken terughoudend met de cijfers om te gaan. Om enigszins tegemoet te komen aan de huidige tendens tot publiceren van resultaten, hebben de scholen afgesproken een overzicht te verstrekken van doorverwijzingen naar het voortgezet onderwijs van de laatste 3 schooljaren. Wanneer u meer wilt weten over de uitstroom na groep 8, kunt u daarover contact opnemen met de directeur. Een bezoek aan de site van de inspectie (www.inspectie.nl) levert ook een schat aan gegevens op.
Uitstroom naar het voortgezet onderwijs jaar 2008 2009 2010
Aantal ll 26 30 29
VWO / HAVO 26,9% 40% 34,5%
HAVO/ VMBO-t 38,5% 20% 24,1%
VMBO-t 11,5% 13,3% 34,5%
VMBOk/b 15,4% 16,7%
LWOO 7,7% 10% 6,9%
Scholen met Succes; oudertevredenheidspeiling Elke twee jaar vindt een oudertevredenheidspeiling plaats bij alle ouders van basisschoolleerlingen binnen het OBOMD. Uit deze peiling komt een top 10 van verbeterpunten en een top 10 van sterke punten. Ouders worden uitvoerig over de resultaten van dit onderzoek ingelicht. Indien nodig worden de verbeterpunten aangepakt.
Werken met kwaliteitskaarten In het schooljaar 2007-2008 is werken met kwaliteitskaarten afgerond. Sommige kaarten (bijv. opbrengsten en didactisch handelen) worden elk jaar geëvalueerd. Andere kaarten worden om de 2 jaar geëvalueerd. In het schooljaar 2010 – 2011 worden nogmaals alle kaarten geëvalueerd.
10-1
schooljaar 2010-2011
11 Regeling school- en vakantietijden Schooltijden
Groep 1 en 2 maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag: 08.30 tot 12.00 uur dinsdag en donderdag: 13.15 tot 15.15 uur woensdagmorgen: 08.30 tot 12.15 uur maandag- , woensdag-, en vrijdagmiddag: vrij De kinderen mogen zowel 's morgens als 's middags vanaf tien minuten voor aanvang van de les naar binnen.
Groep 3 en 4 maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag: 08.30 tot 12.00 uur maandag, dinsdag en donderdag: 13.15 tot 15.15 uur woensdagmorgen: 08.30 tot 12.15 uur woensdag- en vrijdagmiddag: vrij In de eerste vier leerjaren van de basisschool moeten de kinderen 3520 uur naar school.
Groep 5 tot en met 8 maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag: 08.30 tot 12.00 uur maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag: 13.15 tot 15.15 uur woensdagmorgen: 08.30 tot 12.15 uur woensdagmiddag: vrij In de laatste vier leerjaren van de basisschool moeten de kinderen 4000 uur naar school.
Regels voor aanvang en einde schooltijd De kleuters mogen ’s morgens vanaf 8.20 uur en ’s middags vanaf 13.05 uur naar binnen. Ouders/verzorgers mogen de kinderen in de klas brengen, werkjes bekijken, eventueel iets vertellen, etc. Na verloop van tijd kan het afscheid nemen ook verplaatst worden naar de hal. We hebben vrij grote groepen en het is altijd erg druk in de kring. Ook bevordert het de zelfstandigheid van uw kind: het voelt zich “groot” als het zelf de klas ingaat. De leerlingen van de groepen 3 tot en met 8 worden 's morgens om 08.10 uur door de pleinwacht op het plein toegelaten. Alle leerlingen van groep 3 mogen in de eerste drie schoolweken vanaf 08.15 uur door de ouders naar binnen worden gebracht. Jas ophangen, schoenen uit, sloffen aan, dan door naar de groep waar u en de kinderen worden opgewacht door de groepsleerkracht. Ouders/verzorgers horen bij de eerste bel (08.25 uur) weer buiten te zijn. Bij de tweede bel starten de lessen.
11-1
schooljaar 2010-2011
Na deze periode zijn deze kinderen voldoende geacclimatiseerd en kunnen dan net als de groepen 4 t/m 8 tot de eerste bel op het plein blijven. 's Middags laat de pleinwacht de kinderen toe vanaf 13.00 uur. Waak er a.u.b. voor, dat uw kinderen niet reeds in alle vroegte bij de school staan. Vanwege de overblijfkinderen en de toezicht daarop door de overblijfouders, worden de overige kinderen niet voor 13.00 uur toegelaten op het plein.
11-2
schooljaar 2010-2011
Vakanties schooljaar 2010-2011 Vakanties 2010-2011 Herfstvakantie Kerstvakantie Voorjaarsvakantie Paasvakantie Meivakantie Hemelvaartvakantie Pinkstervakantie Zomervakantie
25-10-2010 20-12-2010 21-02-2011 22-04-2011 02-05-2011 02-06-2011 13-06-2011 25-07-2011
tot en met tot en met tot en met tot en met tot en met tot en met tot en met tot en met
29-10-2010 31-12-2010 25-02-2011 25-04-2011 06-05-2011 03-06-2011 15-06-2011 02-09-2011
Extra vrije dagen voor de leerlingen Studiedag voor het gehele team Studiemiddag voor het gehele team Studiemiddag voor het gehele team
vrijdag 24 september 2010 donderdag 4 november 2010 dinsdag 8 februari 2011
De leerplicht In Nederland heeft ieder kind recht op onderwijs dat bij zijn of haar mogelijkheden of beperkingen past. Naast een leerrecht is er ook leerplicht. Kinderen die in Nederland wonen en onder de leerplichtwet vallen, moeten elke dag naar school. Kinderen zijn vanaf 5 jaar leerplichtig. In de leerplichtwet is geregeld wanneer verzuim van kinderen geoorloofd is en wanneer niet.
Verlof buiten de reguliere schoolvakanties Als ouders bijvoorbeeld buiten de schoolvakanties op vakantie willen, is dit in principe niet toegestaan. Een kind kan alleen buiten de gewone schoolvakanties op vakantie als de aard van het beroep van de ouders met zich meebrengt dat zij in geen enkele schoolvakantie weg kunnen. Hiervoor is een verklaring van de werkgever nodig waarin dit wordt omschreven. In dergelijke situaties kan de directeur toestemming geven voor vakantieverlof tot een maximum van 10 schooldagen. Er gelden echter twee beperkingen: • Het kind krijgt geen verlof in de eerste twee weken van het nieuwe schooljaar; • Het kind kan maar één keer per schooljaar vakantieverlof krijgen. Een aanvraag voor verlof dient zo spoedig mogelijk bij de directeur te worden ingediend (bij voorkeur minimaal acht weken van tevoren).
Verlof in geval van 'Andere gewichtige omstandigheden' Soms kan het noodzakelijk zijn dat een kind verlof krijgt in verband met verplichtingen, die niet buiten de lesuren mogelijk zijn, zoals: - Het voldoen van wettelijke verplichtingen; - Een verhuizing; 11-3
schooljaar 2010-2011
- Een huwelijk of huwelijksjubileum; - Ziekte of overlijden van een naast familielid; - Vervulling van godsdienstverplichtingen. In dit soort gevallen kan een kind vrij krijgen. De volgende situaties zijn geen 'andere gewichtige omstandigheden': - Familiebezoek in het buitenland; - Vakantie in een goedkope periode of in verband met een speciale aanbieding; - Vakantie onder schooltijd bij gebrek aan andere boekingsmogelijkheden; - Een uitnodiging van familie of vrienden om buiten de normale schoolvakantie op vakantie te gaan; - Eerder vertrek of latere terugkeer in verband met de (verkeers)drukte; - Verlof voor een kind, omdat andere kinderen uit het gezin al of nog vrij zijn. Verlofaanvragen worden altijd individueel beoordeeld. Een aanvraag voor verlof dient zo spoedig mogelijk bij de directeur te worden ingediend (bij voorkeur minimaal acht weken van tevoren).
Hoe dient u een aanvraag in? Aanvraagformulieren voor verlof ingeval van ‘andere gewichtige omstandigheden’ of verlof buiten de schoolvakanties zijn verkrijgbaar bij de directeur van de school. U levert de volledig ingevulde aanvraag, inclusief relevante verklaringen, in bij de directeur. De directeur neemt zelf een besluit over een verlofaanvraag voor een periode van maximaal 10 schooldagen. Als een aanvraag voor verlof vanwege “andere gewichtige omstandigheden” meer dan 10 schooldagen beslaat, wordt de aanvraag doorgestuurd naar de leerplichtambtenaar van de woongemeente. De leerplichtambtenaar neemt vervolgens een besluit, na de mening van de directeur te hebben gehoord.
Niet eens met het besluit Wanneer uw verzoek om extra verlof wordt afgewezen en u bent het niet eens met dat besluit, kunt u schriftelijk bezwaar maken. U dient een bezwaarschrift in bij de persoon die het besluit heeft genomen. U krijgt de gelegenheid om uw bezwaar mondeling toe te lichten. Daarna krijgt u schriftelijk bericht van het besluit dat over uw bezwaarschrift is genomen. Bent u het dan nog niet eens met het besluit, dan kunt u op grond van de Algemene Wet Bestuursrecht binnen zes weken schriftelijk beroep aantekenen bij de Arrondissementsrechtbank, sector Bestuursrecht.
Ongeoorloofd verzuim Verlof dat wordt opgenomen zonder toestemming van de directeur of de leerplichtambtenaar wordt gezien als ongeoorloofd schoolverzuim. De directeur is verplicht dit aan de leerplichtambtenaar te melden. Die gaat op zoek naar de oorzaak en/of redenen van dat schoolverzuim. Een jongere vanaf 12 jaar is zelf medeverantwoordelijk voor geregeld schoolbezoek. De leerplichtambtenaar beslist of er proces-verbaal wordt opgemaakt. 11-4
schooljaar 2010-2011
Ziekteverzuim Ziekteverzuim is een vorm van geoorloofd schoolverzuim. Als er sprake is van vaker voorkomend ziekteverzuim en er twijfel is over de opgegeven redenen kan het ziekteverzuim protocol worden ingezet. De school schakelt de jeugdarts in, deze roept de ouders en leerling op en neemt eventueel contact op met de huisarts. Afhankelijk van de uitkomst van het onderzoek van de jeugdarts wordt vervolgens de leerplichtambtenaar ingeschakeld. Deze stelt een onderzoek in. Als ouders weigeren mee te werken aan een onderzoek door de jeugdarts wordt melding bij de leerplichtambtenaar gedaan.
Leerplicht 5-jarigen Om overbelasting van een 5-jarige leerling te voorkomen is het wettelijk toegestaan deze leerling maximaal tien uur per week vrij te geven.
Vrijstelling van onderwijs en vervangende onderwijsactiviteiten Het kan soms voorkomen, dat leerlingen om geloofsovertuiging, of levensovertuiging bepaalde lessen (gymnastiek, zwemmen) niet mogen volgen. In die gevallen waarin de directie beslist dat er van vrijstelling sprake is, wordt voor vervangende werkzaamheden gezorgd onder leiding van een groepsleerkracht.
De procedure schorsing en verwijdering Wanneer sprake is van een ernstige verstoring van de rust of veiligheid op onze school door een leerling, kan hem/haar op grond van artikel 40 van de wet op het Primair Onderwijs de toegang tijdelijk (in beginsel maximaal 5 dagen) worden ontzegd. Men spreekt dan van schorsing. Een schorsing van een leerling wordt door de directeur gemeld aan de stichting openbaar basisonderwijs Midden-Drenthe en de leerplichtambtenaar van de gemeente Midden-Drenthe en de Onderwijsinspectie, alleen ingeval bij schorsing van meer dan 1 dag. De directeur of het bevoegd gezag informeert de leerling en de ouders in ieder geval schriftelijk over: · de reden en duur van de schorsing; · de mogelijkheid van bezwaar; · de manier, waarop dit bezwaar kenbaar gemaakt moet worden. Wanneer er geen verbetering of bereidwilligheid volgt, kan worden overgegaan tot de procedure van verwijdering van de betreffende leerling. De algemeen directeur beslist namens de bestuurscommissie over de verwijdering van leerlingen. De schoolleiding moet dan aantoonbaar gedurende acht weken zonder succes hebben gezocht naar verwijzingsmogelijkheden naar een andere school. Ouders kunnen op grond van de Algemene Wet Bestuursrecht binnen zes weken bezwaar aantekenen bij de stichting openbaar basisonderwijs Midden-Drenthe. Een beslissing op een bezwaarschrift moet binnen vier weken worden genomen.
11-5
schooljaar 2010-2011
Vragen over onderwijs? Ondanks alle informatie in deze gids, kan het voorkomen dat u nog vragen heeft. Vragen over de school kunt u stellen aan een van de teamleden of aan de directeur. Vragen over onderwijs in het algemeen en vragen die u liever eerst met een onafhankelijk iemand wilt doorspreken, kunt u voorleggen bij 5010. 5010 is de vraagbaak voor ouders over openbaar onderwijs. Telefonisch op nummer 0800 5010 toets 4, op schooldagen tussen 10.00 uur en 15.00 uur. Digitaal via de website www.50tien.nl. Op de site vindt u veel vragen en antwoorden en heeft u de gelegenheid om zelf een vraag te stellen, die per e-mail wordt beantwoord.
11-6
schooljaar 2010-2011
12 Adressen Algemeen Schoolbestuur Stichting Openbaar Onderwijs Midden Drenthe Contactpersoon: Roelof Huisman Hekstraat 1-1 9411 NE Beilen (0593) 535100
Inspectie Inspectie van het onderwijs
[email protected] www.onderwijsinspectie.nl Vragen over onderwijs: 0800-8051 (gratis) Klachtmeldingen over seksuele intimidatie, seksueel misbruik, ernstig psychisch of fysiek geweld: meldpunt vertrouwensinspecteurs. 0900-1113111 (lokaal tarief)
Schoolarts Jeugdgezondheidszorg Overcingellaan 17, 9401 LA Assen (0592) 306300
Samenwerkingsverband W.S.N.S. Weer Samen Naar School Drenthe-Zuid Reviusweg 1, 7901 JN Hoogeveen (0528) 232972 / 263677
Openbare basisschool G.A. de Ridder ' t Spiek 2, 9411 KV Beilen (0593) 52 20 30 website van de school: www.gaderidderschool.nl Schoolfondsrekening: 30.65.32.670 Schoolreisrekening: 30.65.30.120 Vermeld bij betaling de voornaam(namen) van uw kind(eren).
12-1
schooljaar 2010-2011
Personeel Directeur Harm Hadderingh tel.: (0593) 52 58 41 't Spiek 17, 9411 KX Beilen
Groepsleerkrachten Ina Andringa (groep 4 ) Aly Brunsting (groep 1, de Vlinders) Judith Brunsting (invulling compensatie-uren groep 8, 7, 6/7) Mirjam Deuten (groep 5) Jannie Drenth (IB-er) Judith Kremers (groep 3b) Gienie Kroon (groep 4/5) Petra Manders (groep 3a) Harmien Molenaar (groep 1/2, de Vissen) Jan Popping (groep 8) Tanja Smeenge (groep 4) Ella Stel (groep 2, de Kikkers) Titia Stobbe (groep 1/2, de Vissen) Marieke Vos (invulling compensatie-uren Aly Brunsting) Wessel Walles (groep 7) Bertus Warnders (groep 6/7) Margreet Welbergen (groep 3a) Karin van der Weyde (groep 6) Erik Zuidema (groep 6)
Administratieve kracht Janny Buiter
Conciërge Manda Bouma
Vakleerkracht handvaardigheid Gerrie Vos
Logopedist Froukje Lunshof
12-2
schooljaar 2010-2011
School Maatschappelijk Werk Marjan Borg Nassaukade 4 9411 KG Beilen e-mail:
[email protected].
Humanistisch vormingsonderwijs/ Godsdienstonderwijs Annelies Salomé
Dieneke Grit
Overige betrokkenen Ouderraad e-mail:
[email protected] Wilfred Leunge (voorzitter) Cindy de Jonge (secretaris) Bart Stokvis (penningmeester) Sandra de Klein René Horsting Alkelien Leistra Judith Bos Robbert Wajer
Medezeggenschapsraad e-mail:
[email protected] Piet Bakker (ouder, voorzitter) Anique Snijders (ouder, secretaris) Roel Vegt (ouder, penningmeester) Mirjam Deuten (leerkracht) Tanja Smeenge (leerkracht) Judith Brunsting (leerkracht) Voor de school zit Aly Brunsting (leerkracht) in de GMR
Verkeersouder Marga Smid/Marjan Hulzebosch
Overblijfcoördinator Tineke Stevens 06-11187559 (bellen tussen 08.00 uur en 09.00 uur)
12-3
schooljaar 2010-2011
Schoolkrantredactie Roelie Breider Anja Folkers Jeanine Holwarda Anneke Weggen Noortje Welle
12-4
schooljaar 2010-2011
Plattegrond
6/7 7
6 8
Handv. lokaal Pers. kamer
Dir.
5
adm. IB 4/5 4
Vlinders Kikkers
Vissen
3B
3A
Speellokaal
12-5