Schoolgids O.B.S. B. Tormijn Haardijk 2a 7161MX Noordijk

Schoolgids O.B.S. B. Tormijn 2015/2016

Schoolgids 2015-2016

O.B.S. B. Tormijn Haardijk 2a 7161MX Noordijk


INHOUDSOPGAVE SCHOOLGIDS O.B.S. B. TORMIJN 2015/2016

1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10.

Een woord vooraf De school Waar de school voor staat De organisatie van het onderwijs De zorg voor de kinderen De leerkrachten De ouders De ontwikkeling van het onderwijs in de school Regeling school- en vakantietijden Overblijfmogelijkheden


1. EEN WOORD VOORAF Beste ouder(s)/verzorger(s), O.B.S. B. Tormijn is een kleine maar bruisende school, waar iedereen met veel plezier bij betrokken is. Door de kleinschaligheid hebben we relatief kleine groepen en is er veel aandacht voor al onze leerlingen! Op dit moment zitten er 72 leerlingen op onze school. Voor u ligt een uitgebreid boekwerk met veel informatie over onze basisschool. Als u het doorgelezen heeft, hopen wij dat u het gevoel hebt gekregen dat we er alles aan doen om in een prettige sfeer zo goed mogelijk onderwijs te verzorgen. Dat doen we met deskundig en gemotiveerd personeel in een mooi schoolgebouw met een ruim natuurlijk schoolplein in de nabijheid van een zeer moderne sporthal. We staan voor klassikaal onderwijs waarbij we onderwijsleermethoden met basisstof gebruiken voor iedereen, gevolgd door herhaling en/of verdieping/verrijking. Dit principe hanteren we bij bijna alle ontwikkelingsgebieden. Binnen dit systeem kan elk kind op eigen niveau functioneren. Soms redden leerlingen het niet om de stof bij te houden. We hebben daarvoor een speciaal zorgsysteem ontwikkeld. Zo proberen we (binnen grenzen) alle kinderen op onze school te begeleiden. Verderop in deze schoolgids kunt u hier meer over lezen. We zijn een lerende organisatie en voor ons betekent dit dat alle collega’s een basishouding hebben van vertrouwen in eigen kennis en kunde en dat zij daarnaast openstaan voor verandering en vernieuwing als blijkt dat dit zinvol is voor onze schoolorganisatie. Onderwijs op maat vraagt veel kennis en vaardigheden waar wij ons actueel in blijven scholen. Wij hopen dat deze gids u een goed beeld geeft van ons onderwijs en dat uw kind(eren) een goede tijd op de O.B.S. B. Tormijn zal (zullen) hebben! Deze gids is samengesteld door het team in samenwerking met de medezeggenschapsraad. Met vriendelijke groet, H.P. Aalbers Schoolleider O.B.S. B. Tormijn

N.B. In deze gids gebruiken we voor het gemak steeds het woord ouders op plaatsen waar we ouder(s)/verzorger(s) bedoelen.


Ontwikkelingen:  





 

Vóór alles willen wij een veilige school zijn voor iedereen die direct of indirect bij onze school is betrokken. Ons zorgvuldig doordachte veiligheidsprotocol is hierbij de leidraad. Net als voorgaande jaren blijft dat een belangrijk aandachtspunt. De overgang van de ene combinatieklas naar de andere is voor kinderen altijd weer een spannende stap. We streven naar een ononderbroken ontwikkeling van onze leerlingen. Het verder harmoniseren van deze overgangen is onderdeel van het schoolbeleid van de komende jaren. Begeleiding van ‘zorgkinderen’ (‘zorg’ wil bij ons zeggen dat de betreffende leerling gedurende korte of langere tijd extra aandacht en/of instructie nodig heeft) blijft plaatsvinden in de klas. Deze zorg wordt in principe verzorgd door de groepsleerkracht. Om hier tijd voor te vinden, is het belangrijk dat de kinderen zelfstandig kunnen werken. Het model ‘zelfstandig werken’ wordt ook dit jaar gehanteerd in alle groepen. De ‘zorgkinderen’ zullen door de zorgcoördinator juffrouw Anita Dumont besproken worden met de groepsleerkracht. Er is per (zorg)kind een individueel handelingsplan waarin staat vermeld hoe we proberen een kind in de klas goed mee te laten komen. Ook het aanbieden van extra stof, het geven van extra uitleg of herhaling vindt zoveel mogelijk in de klas plaats. We hebben hiervoor scholing gehad (klassenmanagement) en er is besproken hoe we dit het beste kunnen toepassen. Het vastleggen van al deze gegevens gebeurt d.m.v. groepsplannen. Er voor op alle basisvakken groepsplannen voor zorgleerlingen, basisleerlingen en plusleerlingen. Gezonde schoolontwikkelingen: onze school wil ook dit jaar het beleid rondom een gezonde levensstijl met een goede balans tussen voeding en beweging centraal stellen. We stimuleren de leesbeleving door meer aandacht en tijd te besteden aan technisch lezen en begrijpend lezen . Denk hierbij aan de aanwezigheid van de vernieuwde “dorpsboke.We werken aan de verkeersveiligheid rondom school, we bewaken de tradities van de school en we gaan de kinderen enige inspraak geven in de schoolontwikkelingen.


2. DE SCHOOL 2.1 Gegevens adres, richting, directie, bestuur en inspectie Naam en adres O. B.S. B.Tormijn Haardijk 2a 7161 MX Neede (Noordijk) tel. 0545-292143 e-mail: [email protected] website: www.tormijnschool.nl De heer Berend Tormijn (naamgever van de school) was van 1848 tot 1888 hoofd der school. Op 29 maart 2003 werd zijn honderdste sterfdag herdacht. Op die gedenkwaardige dag werd de afbeelding van het hoofd van de heer Tormijn als kunstwerk aangeboden: bij de ingang van de school treft u zijn afbeelding op de buitenmuur aan. Richting O.B.S. B. Tormijn is een openbare basisschool, dat wil zeggen dat de school toegankelijk is voor alle kinderen zonder onderscheid te maken naar godsdienst of levensovertuiging. Directie Dhr. H.P. Aalbers Leeuwebek 3 7483 AS Haaksbergen

Bestuur Bestuursfilosofie en bestuurlijke doelen Onze school valt onder de stichting Primair Onderwijs Noord Oost Achterhoek, gevestigd te Borculo (Korenbree 23, 7271 LH. Telefoonnummer 0545-275166) Daaronder ressorteren in totaal 16 basisscholen en 1 school voor speciaal basisonderwijs. Zie voor meer informatie onze website www.school.nl of die van de stichting www.oponoa.nl. Binnen de stichting OPONOA wordt de wettelijk vereiste scheiding tussen bestuur en toezicht vorm gegeven middels de invoering van het raad van toezicht model. De taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden van de raad van toezicht en het college van bestuur zijn vastgelegd in een reglement van bestuur en toezicht. De visie en missie van het bestuur zijn verwoord in het strategische beleidsplan “Beter onderwijs op de beste scholen” 2011 – 2014. Binnen de stichting wordt de door de PO-raad opgestelde code goed bestuur gehanteerd. De schooldirecteuren zijn verantwoordelijk voor de taken en terreinen zoals verwoord in het managementstatuut. Maandelijks is er overleg tussen de Algemene Directie en de directeuren in het directieberaad (DOPO). Binnen elke school fungeert de teamvergadering als inhoudelijk platform. De agenda en notulen van de GMR, de agenda en notulen van het DOPO, alsmede de agenda, de besluitenlijsten en actielijst van het bestuur zijn na vaststelling beschikbaar via de website: www.oponoa.nl. De directies hebben een centrale rol bij de informatievoorziening naar de diverse geledingen. Alle geledingen worden via de nieuwsbrief van actuele zaken binnen de stichting op de hoogte gehouden.


Inspectie Inspectie van het onderwijs website: www.onderwijsinspectie.nl e-mail: [email protected] tel.: 0800-8051 (gratis) Wat doet de inspectie? Kort gezegd beoordeelt de inspectie de kwaliteit van het onderwijs van (bijna) alle onderwijsinstellingen in Nederland. Dit doet zij onder andere door op de scholen een onderzoek te houden. Hieronder staat waarom en hoe men dat doet. Inzicht in de kwaliteit van het onderwijs Onderwijs van hoge kwaliteit is van onschatbare waarde als investering in mensen en daarmee in de samenleving. Daarom is er behoefte aan een goed werkend onderwijssysteem. Het vertrouwen in het functioneren van dat systeem groeit als iedereen helder zicht heeft op de kwaliteit van het onderwijs. De vraag van ouders, leerlingen en studenten naar informatie over die kwaliteit en naar inzicht in de keuzes en resultaten van individuele scholen is sterk toegenomen. Meer autonomie van de scholen De groeiende behoefte naar inzicht in kwaliteit valt samen met een trend die al een aantal jaren in het onderwijs zichtbaar is: minder overheidsregels, meer ruimte voor eigen beleid en verantwoordelijkheid van scholen. Deze twee ontwikkelingen hebben geleid tot een nieuwe wet die op 1 september 2002 van kracht is geworden: de Wet op het onderwijstoezicht (WOT). De Wet op het onderwijstoezicht (WOT) In de WOT staat dat een school zelf verantwoordelijk is voor de kwaliteit van het door haar gegeven onderwijs; dus ook voor de manier waarop de kwaliteit wordt gemeten en geëvalueerd. De inspectie zal in haar toezicht daarbij zoveel mogelijk aansluiten. Zij stimuleert scholen om op eigen kracht de kwaliteit van het onderwijs te ontwikkelen. 2.2 Situering van de school O.B.S. B. Tormijn is landelijk gelegen aan de rand van Noordijk, een kleine kern met pit. De school heeft een groot plein, bestaande uit een speelruimte ten behoeve van de kleuters, terwijl het andere deel van het plein bestemd is voor de oudere leerlingen. Naast een aantal speelobjecten, ondermeer een tweetal zandbakken, een speelhuis en klim- en duikelrekken, is er ook een voetbalveldje met doelen aangelegd en hebben we de beschikking over een uitdagend groot houten speeltoestel! De speelplaats is grondig gerenoveerd en hierdoor is er een nog “natuurlijker speelplaats” ontstaan. Naast de school ligt een gymlokaal annex gemeenschapsruimte, welke via een verbindingsdeur toegankelijk is. In dit gebouw is ook de peuterspeelzaal ondergebracht. 2.3 Schoolgrootte en het gebouw De school telde op 1 oktober 2015 67 leerlingen. Op 1 oktober 2016 zijn dat vermoedelijk 66 leerlingen. Het aantal personeelsleden bedraagt 7 waarbij de conciërge ook is inbegrepen. De school bestaat uit vier leslokalen. Het gymlokaal in ‘Het Haarhoes’ wordt door alle groepen gebruikt.


3. WAAR DE SCHOOL VOOR STAAT

3.1 Uitgangspunten of prioriteiten O.B.S. B. Tormijn is een goed georganiseerde school, kindvriendelijk, met ruimte en respect voor de levensbeschouwingen en maatschappelijke waarden van iedereen. Door de landelijke ligging van de school krijgt de natuur een extra dimensie. Samen met de ouder(s)/verzorger(s) heeft de school naast de functie van het overbrengen van leerstof ook een opvoedende functie. Er wordt gestreefd naar orde, rust en regelmaat. Sociale aspecten en zelfvertrouwen voor het kind worden breed uitgemeten. Door de kleinschaligheid hebben we relatief kleine groepen en is er veel aandacht voor al onze leerlingen! De school wil een fijne en veilige leer, leef- en werkplek zijn voor kinderen, hun ouder(s)/verzorger(s), het personeel en alle andere medewerkers. We staan voor adaptief onderwijs, waarbij we onderwijsleermethoden met basisstof gebruiken voor iedereen, gevolgd door herhaling en/of verdieping/verrijking. Dit principe hanteren we bij bijna alle ontwikkelingsgebieden. Zowel begaafde leerlingen als leerlingen die wat moeite hebben met leren, kunnen in dit systeem op hun eigen niveau functioneren. Soms redden leerlingen het niet om de leerstof bij te houden. Daarvoor is een speciaal zorgsysteem ontwikkeld. Zo proberen we (binnen grenzen) alle kinderen op onze school te begeleiden. Dat betekent dat het in de praktijk zo kan zijn dat een leerling voor een deel zijn/haar leerprogramma volgt in verschillende groepen (adaptief onderwijs). Het kan prettig zijn voor een leerling om het rekenen en/of lezen (technisch/begrijpend) en/of spelling op zijn eigen niveau te volgen in een andere groep. Onze school biedt met nadruk deze mogelijkheid. Dit gaat in nauw overleg met de groepsleerkracht, de intern begeleider, de ouders, de leerling en het schoolteam. We zijn een ‘lerende school’ en voor ons betekent dit dat alle betrokkenen een basishouding hebben van vertrouwen in eigen kennis en kunde en daarbij openstaan voor verandering en vernieuwing als blijkt dat dit zinvol is voor onze schoolorganisatie. De school heeft een fraai plein, bestaande uit een afgescheiden speelruimte ten behoeve van de kleuters, terwijl het andere deel van het plein bestemd is voor de oudere leerlingen. Iedere leerling kan zich binnen zijn/haar eigen mogelijkheden ontwikkelen. Er is veel aandacht voor de individuele leerbehoefte van leerlingen. Daarbij hebben handvaardigheid/knutselen, muziek, sport/bewegen en ‘een gezonde levensstijl’ een belangrijke plaats op het rooster. Hierbij staat het historisch besef, zowel landelijk als regionaal en lokaal (het dialect en de gebruiken die wij van oudsher kennen) regelmatig centraal. We spelen zoveel mogelijk in op actuele maatschappelijke ontwikkelingen. 3.2 Het klimaat van de school Wij beseffen dat de sfeer waarin een kind opgroeit van groot belang is voor zijn welbevinden. Daarom wordt er gestreefd naar een vriendelijk, open en veilig klimaat op onze school. Als een kind zich veilig voelt, kan het zich ontwikkelen. De inzet van ouders ter ondersteuning van enkele aspecten van het onderwijs vinden wij belangrijk. Hierbij kan gedacht worden aan assistentie bij het vak lezen, groepswerk bij handenarbeid, werken met de computer, gymlessen, spelmiddagen, Kerstmaaltijd, etc.


3.3 Actief burgerschap We bewonen een wereld waar we samen verantwoordelijk voor zijn. Allerlei sociale tradities en ons wereldburgerschap blijven ons uitdagen om te streven naar iets beters. Dit betekent verantwoordelijkheid dragen, maar ook tegen de stroom in durven te gaan en hoopvol te blijven streven naar een betere wereld. Actief burgerschap is verbonden met de identiteit en de levensbeschouwelijke opdracht van de school. Dit komt op de O.B.S. B.Tormijn onder andere tot uiting in: respectvol omgaan met elkaar, leren samen te werken, een veilige omgeving creëren en leren je verantwoordelijk te voelen voor je eigen gedrag (houding en taalgebruik). Tijdens de geschiedenislessen wordt het functioneren van ons democratisch bestel uitgelegd en besproken.

3.4 Veiligheidsbeleid In het kader van de Arbowet van 1 juli 2005 is er op school een preventiemedewerker aangesteld. De preventiemedewerker heeft als taak het mede uitvoeren van de Risico Inventarisatie & Evaluatie, het adviseren van de medezeggenschapsraad en het uitvoeren van preventietaken (voortkomend uit het plan van aanpak). Er heeft een risico-inventarisatie plaatsgevonden. Op grond daarvan is er een plan van aanpak geschreven. Daarnaast zijn er op onze school bedrijfshulpverleners (BHV-er) aanwezig. Dit is conform de regel dat er 1 BHV-er op 50 medewerkers moet zijn. De BHV-ers worden jaarlijks geschoold. Op de B. Tormijnschool worden per schooljaar twee (geplande en niet geplande) ontruimingsoefeningen met kinderen gehouden


4. DE ORGANISATIE VAN HET ONDERWIJS 4.1 De organisatie van de school Schoolorganisatie In de onderbouw (de groepen 1 en 2) staat de voorbereiding op het verdere leerproces centraal. In de middenbouw (de groepen 3, 4 en 5) wordt de basis gelegd voor lezen, taal, rekenen en wereldoriënterende vakken (onder andere biologie en geschiedenis). In de bovenbouw (groepen 6, 7 en 8) wordt dit uitgebreid met de vakken biologie, Engels (groep 7 en 8), aardrijkskunde en geschiedenis. Groepering Er wordt op onze school naar gestreefd om combinatiegroepen zoveel mogelijk te beperken tot twee groepen per combinatie-eenheid. Ruimte- en/of toegekende formatie doorkruisen deze wensen soms. Groepsgrootte In de hele school zal getracht worden de groepsgrootte te realiseren onder de 25 leerlingen.

4.2 De samenstelling van het team Wie werken er in de school? Directeur: Dhr. H. Aalbers Leerkrachten: Groep 1 en 2: Mevr. D. Tragter(donderdag mevr. E. te Lintelo) Groep 3 en 4: Mevr. A. Lerink. Groep 5 en 6: Mevr. R. Ligtenbarg. Groep 7 en 8: Mevr. J. Dimmendaal en Mevr. A. van Albeslo Interne begeleiding: Mevr. A. Dumont Conciërge/interieurverzorger: Dhr. D. Arfman.

Groepsindeling 2015-2016


Maandag. Morgen

Groep 1/2. (10ll.) Juf Dorien

3/4. (22 ll.) Juf Alie

5/6. (13 ll.) Juf Ria

7/8. (21ll.) Juf Janet

13.15-13.55 GYM 3-4 13.55-15.15 Juf Alie

13.15-13.55 Juf Alie 13.55-14.35 GYM 5-6 14.35-15.15 Juf Janet

13.15-14.35 Juf Janet 14.35-15.15 GYM 7-8

3/4. (22ll.) Juf Alie

5/6 (13ll.) Juf Ria

7/8. (21ll.) Juf Janet

4/5/6 (24 ll.) Juf Alie

4/5/6 (24 ll.) Juf Alie

7/8 18 ll Juf Janet

Groep 3/4 (22ll.)

Groep 5/6

Groep 7/8 (21 ll)

Groep 1/2 Vrij Middag

Dinsdag Morgen

Middag

. Groep 1/2. (10 ll) Juf Dorien 1/2/3. (22 ll) Juf Dorien

Woensdag Groep 1/2. (10ll.) Juf Dorien

Juf Alie

( 13 ll.) Juf Ria

Juf Janet

Donderdag Morgen Groep 1/2. ( 10 ll.) Juf Elona

3/4. (22 ll.) Juf Alie

5/6 (13 ll.) Juf Ria

7/8. (21 ll.) Juf Anne

Middag

13.15-13.55 GYM 3-4 13.55-15.15 Juf Alie

13.15-13.55 Juf Alie 13.55-14.35 GYM 5-6 14.35-15.15 Juf Anne

13.15-14.35 Juf Anne 14.35-15.15 GYM 7-8

Groep 1/2 (10 ll.) Juf Elona


Vrijdag Morgen

Juf Dorien Groep 1/2.

Juf Alie Groep 3/4.

Juf Ria Groep 5/6

Juf Anne Groep 7/8.

(10ll.)

( 22ll.)

( 13ll.)

( 21ll.)

vrij

vrij

Groep 5/6 Juf Ria (13 ll)

Groep 7/8 Juf Anne (21 ll.)

Middag

4.3 Overdracht peuterspeelzaal en basisonderwijs Wij hanteren een overdrachtsformulier voor de vierjarige kinderen die van de peuterspeelzaal en kinderopvang naar de basisschool gaan. Het is een speerpunt in onderwijsland, en zeker ook op onze school, om zo vroeg mogelijk hiaten bij onze leerlingen te herkennen en hen onderwijs op maat te geven. Het overdrachtsformulier met voorschoolse ontwikkelingsgegevens helpt ons daarbij.

4.4 De activiteiten voor de kinderen Activiteiten in groep 1 De kinderen mogen zelf binnenkomen, hun jas ophangen, hun eten en drinken in de bak zetten en dan naar binnen gaan. Zo is er in alle rust ruimte voor de kinderen en kan de juffrouw zich daar ook op richten. De kinderen komen binnen en gaan in de kring zitten. We werken in groep 1 en 2 grotendeels aan de hand van bepaalde onderwerpen. De activiteiten passen we zoveel mogelijk hierop aan. Iedere dag komen aan de orde: - en taalonderwijs(o.a. fonemisch bewustzijn) -emotionele ontwikkeling en motorische ontwikkeling erken met ontwikkelingsmateriaal

Basisvaardigheden (lezen, schrijven, taal en rekenen) Taal/lezen Van voorbereidend lezen in groep 1 en 2, gaan we naar het aanvankelijk lezen in groep 3. We hanteren daarvoor de aanvankelijke leesmethode: ‘Veilig Leren Lezen’. In groep 4, 5 en 6 gaan we het technisch lezen versnellen/automatiseren. Als methode gebruiken we ‘Goed Gelezen’. Dit wordt in de groepen daarna


verder uitgebreid. In groep 4 wordt, wanneer de leerlingen daaraan toe zijn, met begrijpend lezen gestart en dit wordt verder uitgediept in groep 5, 6, 7 en 8 met behulp van het documentatiecentrum en met allerlei informatie die we van het internet halen. Elke klas heeft tevens haar eigen stilleesbibliotheek. In groep 4-8 wordt dit schooljaar ook aan tutor-lezen gedaan. Het duo-lezen is groepsoverschrijdend, dit geldt ook voor het onderdeel spelling. Deze vakken zijn op dezelfde schooltijden georganiseerd, zodat groepsoverschrijding mogelijk is. Voor begrijpend lezen gebruiken we de nieuwe methode “Nieuwsbegrip”. Hiervoor hebben wij een abonnement afgesloten. Op school wordt gewerkt met de taalmethode ‘Taal Actief’. Deze methode is uitgerust met een speciale spellingsbijlage, welke eveneens groepsoverschrijdend is.

Rekenen We gebruiken de methode ‘Alles telt’ voor de groepen 5 tot en met 8. Een realistische reken/wiskundemethode waarin de meest recente ontwikkelingen zijn verwerkt. De methode onderscheidt zich van andere methoden door een evenwichtige afwisseling tussen de leerkrachtgebonden lessen en de lessen zelfstandig werken. Daarom is de methode zo geschikt voor onze school met combinatiegroepen. Tevens hanteren we voor elk leerjaar een ondersteunend computerprogramma. Aantrekkelijke thema’s vormen het uitgangspunt voor ervaringen met realistisch rekenen. Voor vlugge leerlingen is er een aangepaste leerweg. Dat geldt ook voor leerlingen die moeite hebben met de rekenstof.

Schrijven In groep 1 en 2 staan voorbereidende motorische oefeningen centraal. Er is hiervoor heel veel fijn motorisch oefenmateriaal op school aanwezig. In groep 3 wordt begonnen met het aanvankelijk schrijven. De kinderen worden geen blokletters aangeleerd, maar direct een schrijfletter. In groep 4 wordt vervolgens de hoofdletter aangeleerd. In groep 5 wordt het schrijven verder geautomatiseerd. In groep 6 wordt het tempo opgevoerd. In groep 7 en 8 ontwikkelen de kinderen hun eigen handschrift. We ‘bewaken’ de leesbaarheid en leren ze een bladverdeling maken. De school werkt met de methode ‘De schrijfsleutel’. Deze methode past naast onze aanvankelijk leesmethode. Het aanvankelijk lezen en schrijven start naast elkaar. Overige vakken Aardrijkskunde In groep 5 staan plattegrondbesef, topografie en kaartlezen centraal. De kaart van Nederland is aan het eind van dit leerjaar geïntroduceerd. In groep 6 komen aspecten van Nederland en


de topografie van de provincies aan de orde. In groep 7 wordt Europa behandeld. In groep 8 staan de werelddelen en hun landen centraal. De gehanteerde methode is ‘Wijzer door de wereld’. In groep 5/6 wordt het ene jaar het lesprogramma van groep 5 behandeld en het andere jaar het programma van groep 6. Het ene schooljaar behandelen we in groep 7 en 8 Europa en het volgende jaar wordt ‘de wereld’ behandeld. Geschiedenis We werken met de methode ‘Bij de tijd’. Een prachtige methode waarin door middel van spannende verhalen de geschiedenis tot leven komt. De methode werkt aan het ontwikkelen van historisch besef: jaarlijks worden dezelfde perioden uit de geschiedenis behandeld en verder uitgediept. In de klassen hangen overzichtelijke tijdlijnen. De zes te behandelen perioden zijn: de prehistorie, de Romeinse tijd, de Middeleeuwen, de 16e en 17e eeuw, de 18e en 19e eeuw en de 20e eeuw en ‘nu’. De kinderen bouwen als het ware laag voor laag een beeld op van de geschiedenis. Ook hier werken we op dezelfde manier als bij aardrijkskunde: groep 5/6 samen en groep 7/8 samen behandelen één lesboek per jaar.

Engels In de groepen 7 en 8 wordt gewerkt aan de vier vaardigheden: luisteren, spreken, lezen en schrijven. Schrijven is daarbij ondergeschikt aan de andere drie vaardigheden. Er wordt gebruik gemaakt van de methode ‘Hello World’. Een mooie methode voor groep 7 en 8 met een gezamenlijk basisboek en werkboek. Tevens maken we gebruik van de computer.


Geestelijke stromingen Het onderdeel geestelijke stromingen wordt niet methodisch aan de orde gesteld, maar wordt geïntegreerd in de vakken wereldoriëntatie, aardrijkskunde, geschiedenis en kunstzinnige vorming. Verkeersonderwijs In de groepen 1 tot en met 8 wordt aandacht besteed aan verkeersonderwijs en verkeersopvoeding. De doelstelling is dat kinderen alles wat voor hen van belang is om zich veilig in het verkeer te kunnen begeven, kennen en kunnen toepassen. Aan het eind van groep 7 wordt deelgenomen aan de landelijk af te nemen verkeersproef van Veilig Verkeer Nederland. We werken met de methode ‘Klaar ….. over’. In groep 3 tot en met 6 wordt deze methode gevolgd. In groep 7 zijn er verkeerslessen aan de hand van proefexamens. In groep 8 wordt al het geleerde steeds herhaald aan de hand van uitstapjes die per fiets gemaakt worden).

Natuuronderwijs In groep 1 en 2 volgen we de televisieserie ‘Koekeloere’. Onderwerpen zijn aangepast aan het seizoen. Groep 3/4 kijkt naar ‘Huisje, boompje, beestje’ en groep 5/6 volgt de televisieserie ‘Nieuws uit de Natuur’. Bijbehorend gaan we de verwerking van deze lessen maken in het werkboekje “Nieuws uit de natuur”. In groep 7/8 werken we met de methode “Natuurlijk”. Daarnaast bekijken we de TV-serie “Nieuws uit de Natuur”.

Spel en bewegingsonderwijs Er wordt gewerkt aan bewegingsvormen en spel. Naast spel is er middels allerlei speelsprestatieve vormen aandacht voor turnen, atletiek, stoeispelen, acrobatiek en bewegen op muziek. We hanteren de methode ‘Bewegingslessen op de basisschool’ (Van Gelder) en ‘Bewegingsonderwijs in het speellokaal’ (werkgroep bewegingsonderwijs). De bewegingsontwikkeling wordt vanaf groep 1 goed gevolgd. Bij vroegtijdige signalering van bewegingsproblemen hebben we (net als bij de andere ontwikkelingsgebieden) externe mogelijkheden om extra hulp te bieden. Ook dit schooljaar wordt er samengewerkt met combifunctionarissen van de sportfederatie Berkelland. Op de maandagmiddag en donderdagmiddag verzorgen zij de sport en bewegingslessen voor de groepen 3/4, 5/6 en 7/8.Naast de gymlessen gaat groep 3/4 eens in de 4 weken schoolzwemmen. Tevens worden er naschoolse sporturen georganiseerd.


Sociaal-emotionele ontwikkeling Wij werken aan de hand van de methode “Aardig Vaardig”Op een structurele wijze wordt aandacht besteed aan de volgende vier aspecten: denken, doen, voelen en willen. Zo proberen wij het zelfvertrouwen en de zelfwaardering bij de kinderen te ontwikkelen. Met ingang van het nieuwe schooljaar 2015-2016 gaan we beginnen met een nieuwe sociaal-emotioneel leerlingvolgsysteem “Zien”

Expressie activiteiten Muziek Bij muziekonderwijs staat voorop dat kinderen plezier krijgen in zingen, het beluisteren van muziek en het bewegen op muziek. Er wordt enige kennis bijgebracht over muziek, onder andere notenkennis. In groep 5/6 wordt de muziekles ondersteund met het bespelen van de xylofoon. De lessen worden verzorgd door juffrouw Ria. Alle groepen werken met de muziekmethode “Muziek moet je doen” en uit het boek: : “Eigenwijs” Daarnaast worden er 15 muzieklessen per combinatiegroep gegeven door een vakleerkrachtmuziek van de stichting” Muziekwijs” Handvaardigheid/Te-Ha-Tex (Tekenen – Handenarbeid – Textiele werkvormen) Handenarbeid en handwerken worden door elkaar gegeven. De onderwerpen zijn voor alle groepen gegroepeerd rond vorm, constructie, kleur, textuur, ritme, ornament en beweging. Al deze onderwerpen komen zeker één keer per jaar aan de orde, zodat er een goede opbouw ontstaat. Tevens hebben we dan de ruimte om aandacht te geven aan speciale projecten, feesten of andere activiteiten. Gelukkig zijn er altijd veel ouder(s)/verzorger(s) bereid om te helpen. Drama Drama wordt geïntegreerd in andere vakken, bijvoorbeeld in het taal- en muziekonderwijs of in lessen sociaal-emotionele ontwikkeling. Tekenen Bij de tekenlessen gaan we ook in alle groepen uit van de onderwerpen: kleur, vorm, licht, compositie, natuur, ruimte en feest. Verder is het een expressiemiddel om allerlei onderwerpen die in de klas worden behandeld te uiten. We gebruiken hierbij zeer verschillende technieken, zoals wasco, ecoline, aquarel, Oost-Indische inkt, viltstift, kleurpotlood, houtskool, enz. Door de hele school loopt een rode draad van de diverse technieken en onderwerpen. Wereldgodsdiensten O.B.S. B. Tormijn is een openbare basisschool. Dat betekent dat in het normale lesprogramma aandacht wordt besteed aan de verschillende wereldgodsdiensten, omdat dit te maken heeft met algemene ontwikkeling, geschiedenis, etc. (zie ‘Geestelijke stromingen’). Kennis hiervan maakt deel uit van de algemene ontwikkeling. Daarnaast wordt er in de lessen veel aandacht besteed aan wat er bij de kinderen zelf leeft en aan hoe ze dingen in het leven ervaren en emotioneel beleven. Onderwerpen als angst, hoop, anders zijn, ruzie, vrede, er niet bij horen, de vreemdelingen in ons land, hoe gaan we met elkaar om en andere actuele onderwerpen worden besproken. Wij willen met de lessen bevorderen dat de kinderen de manier van leven, denken en geloven van andere mensen respecteren.


Kwaliteitsinstrument Om na te gaan of onze schoolorganisatie op de goede weg is, gebruiken wij een kwaliteitsinstrument. Dat gebeurt één keer per twee jaar. In 2015 heeft het onderzoek wederom plaatsgevonden. Voor zo’n meting ontvangt u een vragenlijst over de gang van zaken op onze school. Wij vragen u dan om de lijst in te vullen. De vragenlijst is een onderdeel van de Kwaliteitsmeter Primair Onderwijs. Alle scholen worden door de onderwijsinspectie gestimuleerd om voortdurend initiatieven te nemen om de eigen kwaliteit te verbeteren. Daarom dus deze kwaliteitsmeter. Er zijn speciale vragenlijsten voor:

ewerkers van de school. Alle resultaten worden met een speciaal computerprogramma verwerkt. Vervolgens kunnen we een profiel van onze school maken. Op basis van dat profiel weten we op welke gebieden wij het goed doen en wat onze leerpunten zijn. Het team zal de leergebieden inventariseren. Daarna maken wij een keuze met welk leergebied we volgend schooljaar het best kunnen starten. Nadere toelichting kwaliteitsmeting Het instrument heeft betrekking op de volgende domeinen: leiderschap, personeelsmanagement, beleid en strategie, middenmanagement leerstofaanbod, pedagogisch klimaat, didactisch handelen, leerlingenzorg, contacten met ouders waardering door teamleden, ouders en leerlingen financieel, leerresultaten leerlingen, overige competenties leerlingen, in- door- en uitstroomgegevens


5. DE ZORG VOOR DE KINDEREN 5.1 De aanmelding van nieuwe leerlingen in de school De plaatsing van een kind op school De heer Aalbers is de contactpersoon voor de aanmelding van nieuwe leerlingen. Ouders in Berkelland krijgen van de gemeente na de derde verjaardag van hun kind een informatiepakket toegestuurd over het basisonderwijs en hoe een keuze te maken uit de vele scholen. Op de school van uw keuze kunt u dan uw kind laten inschrijven. Voorafgaande aan de plaatsing bestaat de mogelijkheid om op onze school te komen kijken. Uw kind kan dan enkele morgens komen kennismaken met de leerkracht en de kinderen van de groep waarin het geplaatst wordt. U kunt daarvoor een afspraak maken met de directeur. Toelating

De leeftijdseis is 4 jaar. In principe kan het kind vanaf de dag dat hij/zij 4 jaar is, worden toegelaten. Toelating vindt plaats in overleg met de directie en de desbetreffende leerkracht. Ouders worden bij de aanmelding uitgebreid geïnformeerd over ons veiligheidsprotocol. 5.2 Het veiligheidsprotocol van O.B.S. B. Tormijn Binnen onze school wordt veel aandacht besteed aan veiligheid. Het is vaak een belangrijk onderwerp op de teamvergadering en ook in de OR en MR is er aandacht aan besteed. In het verleden is er een speciale taakgroep aan de slag geweest om tot goed veiligheidsbeleid op school te komen. Beleid wat gedragen wordt door het team, de OR en MR en haalbaar is voor de kinderen en hun ouders. We proberen samen met de ouders , de kinderen en de leerkrachten preventief een pedagogisch klimaat te realiseren waarbij wederzijds respect centraal staat. Er is een speciale veiligheidsmap op school. In deze map zitten verslagen, conclusies en notulen van allerlei bijeenkomsten als achtergrond informatie. Deze map is ter informatie voor nieuw personeel en is voor belangstellende ouders in te zien. Het veiligheidsprotocol is een groeimodel en dat betekent dat het mensenwerk blijft: steeds zullen we moeten bijstellen, evalueren en communiceren. Het team, de OR, de MR, de leerlingen en de ouders op school hebben allen bijgedragen aan dit groeimodel en zijn ook gezamenlijk verantwoordelijk voor een juiste uitvoering van de uitgangspunten. Hieronder treft u een samenvatting van ons veiligheidsprotocol aan. SAMENVATTING VEILIGHEIDSPROTOCOL: De missie van O.B.S. B Tormijn: Goed onderwijs in een vertrouwde, kleinschalige veilige omgeving voor alle betrokkenen. Hoe maken wij dit samen waar? De volgende 2 onderwerpen spelen daarbij een belangrijke rol. 5.2.1 Pest-protocol

A); 5-sporen aanpak: 1. Hulp aan degene die gepest heeft: analyse van het pestgedrag, ‘straffen’, invoelend vermogen pogen te vergroten, afspraken maken en controleren, zelf laten ervaren wat ‘buitengesloten’ is, hulp van de ouders inroepen, eventueel deelnemen aan sociale vaardigheidtraining, onderzoek psycholoog 2. Mobiliseren van de zwijgende middengroep: zelf regels laten maken als zij op de hoogte zijn van de 5-sporen aanpak; je bent medeverantwoordelijk! 3. Professionaliseren leerkrachten: preventief, verantwoordelijk tijdens escalatie, nazorg en bewaken van afspraken


4. Informeren ouders: ondersteunende taken ouders 5. Hulp aan het slachtoffer; omgangsregels afspreken B) Schoolregels: 1. Respect voor elkaar en elkaars spullen (breed: per groep in te vullen) 2. Problemen praten we uit 3. ‘Stop/time-out’ afspraak 4. Het is geen klikken als je vertelt dat een ander gepest wordt 5. De regels gelden op school en daarbuiten C) Wat kunt u van het schoolteam verwachten: sociogrammen, leerkracht en leerling vragenlijsten (preventie) tijdens escalatie (zie protocol) schoolplein: 08:15-08:30 uur, 10:15-10:30 uur, 13:00-13:15 uur In geval van ‘pestgebeurtenis op school’ : 1. Groepsleerkracht legt alles stil en beschermt de gepeste. 2. Gesprek met groep en het vinden van de pester. 3. Gesprek pester en gepeste kind (groepsleerkracht is daarbij aanwezig). 4. Overleg directie/interne begeleider. 5. Informeren andere teamleden. 6. Beknopte verslaglegging in klassenmap en dezelfde dag nog afhandelen. D) Rol van de ouder(s)/verzorger(s): Ouders maken ook deel uit van de schoolgemeenschap en hebben hun eigen verantwoordelijkheid. Door hun kinderen te wijzen en regelmatig aan te spreken op de schoolregels, door bij signalen de juiste weg te bewandelen en zich medeverantwoordelijk te voelen. Door in bepaalde situaties handelend op te treden, richting kinderen, richting school en richting andere ouders .Anonieme klachten worden niet behandeld. E) Rol van interne vertrouwenspersoon: ert oprecht objectief mee te denken. Als dit te beladen is, dan verwijst ze naar de externe vertrouwenspersoon. Het team kent deze rol, heeft hier over gepraat en snapt dat het soms zo zal gaan. De vertrouwenspersoon is mevrouw Ligtenbarg. F) Rol van de overblijforganisatie: dat overblijfouders een stappenplan hebben en communiceren bij calamiteiten met de directeur van de school. De contactpersoon is mevrouw A. Brunshorst(zie overblijfprotocol). Welke wegen kunnen ouders bewandelen als ze horen of vermoeden dat er gepest wordt op school (of als u op een ander gebied rondom school zorgen heeft): 1. Contact opnemen met de leerkracht, vragen om te observeren en dit ook aan de rest van het team te vragen. Kies hiervoor een geschikt moment of maak een afspraak. 2. Als u hier moeite mee heeft of het is niet de leerkracht van uw eigen kind, dan kunt u ook contact opnemen met de directeur met de vraag het probleem uit te zoeken.


3. Als het een eigen kind betreft: een afspraak maken voor een vervolgafspraak, bijvoorbeeld over veertien dagen, waarin vastgesteld kan worden of er inderdaad sprake is van pesten en waarin het plan van aanpak besproken kan worden. 4. Als de aanpak niet werkt of het contact niet bevredigend is: contact opnemen met de interne vertrouwenspersoon. Dat is voor onze school mevrouw Ria Ligtenbarg. Van de interne vertrouwenspersoon kunt u verwachten dat zij naast de klagers staat en goed luistert en probeert oprecht objectief mee te denken. Als dit te beladen is, dan verwijst ze naar de externe vertrouwenspersoon. Het team kent deze rol, heeft hier over gepraat en snapt dat het soms zo zal gaan. 5. Als u zich zorgen maakt over het algemene beleid rond pesten op school dan kunt u contact opnemen met de ouders in de medezeggenschapsraad. 6. U kunt contact opnemen met de externe vertrouwenspersoon, wanneer u door de interne vertrouwenspersoon wordt verwezen, of als u een klacht wilt indienen. 7. Meldpunt vertrouwensinspecteurs: 0900–1113111. 8. U kunt gedurende dit hele proces informatie inwinnen of u laten steunen door te bellen met een opvoedtelefoon of een landelijke oudervereniging. Onze school is lid van de Vereniging voor Openbaar Onderwijs. Zij kunnen u informeren en steunen (het adres vindt u in de schoolgids).

5.2.2 Luizen en Netenbeleid Om de kans op luizenbesmetting op onze school zo klein mogelijk te houden, hebben we een aantal afspraken gemaakt .De aanpak van een luizenbesmetting bij een kind vergt voor veel ouders/verzorgers veel moeite en inspanning. Door als school en ouders samen te werken wordt het probleem zo klein mogelijk gehouden. Iedereen heeft hierin zijn eigen verantwoordelijkheid. Wat wordt er van de verschillende partijen verwacht? In het kader van de luizenpreventie vragen we aan alle ouders/verzorgers:  Om hun kinderen na elke vakantie aan het begin en ook aan het einde van de week zelf thuis te controleren op luizen.  Ook op school zal op de eerste maandag na elke vakantie luizencontrole worden gehouden door de ouders, die in de luizenwerkgroep zitten.  Om besmetting met luizen en neten zo snel en goed mogelijk te behandelen en dit te melden aan de leerkrachten. Dit kan eventuele misverstanden tijdens de controles voorkomen. Een goed werkend middel om luizen en neten te behandelen is”Nyda en XT Lotion”. Dit middel is te koop bij de apotheek.  Bij het constateren van een besmetting in een klas wordt er een week later een extra controle ingelast. Communicatie Indien er bij een kind luizen/neten worden geconstateerd worden de volgende acties ondernomen:  De leerkracht neemt bij constatering van luizen/neten zo snel mogelijk telefonisch contact op met de ouder/verzorgers van de leerling. Indien de ouders/verzorgers voor het einde van de schooldag niet telefonisch bereikbaar zijn, krijgt de leerling een briefje mee en zal er zo snel mogelijk alsnog telefonisch contact worden opgenomen. In dit gesprek zal er toegelicht worden wat er is geconstateerd en wordt er een voorlichtingsfolder meegegeven. Niet alleen kammen maar ook plukken en pluizen zijn belangrijke handelingen om luizen en neten te bestrijden.  Wanneer er telkens bij elke controle gedurende een langere tijd bij hetzelfde kind luizen/neten worden geconstateerd spreken we van hardnekkige luizenbesmetting.  Bij dergelijke hardnekkige besmettingsgevallen schakelt de leerkracht, na overleg met de ouders, de hulp van de GGD-verpleegkundige in, die hulp kan geven aan de ouders verzorgers bij de




aanpakken van het probleem. Daarbij is het uitgangspunt dat behandeling van de luizenbesmetting verplicht is. Kinderen worden niet naar huis gestuurd wanneer er luizen en/of neten worden geconstateerd.

5.3 Het volgen van de ontwikkeling van de kinderen in de school (leerlingvolgsysteem) De wijze waarop het dagelijkse werk van kinderen wordt bekeken en beoordeeld en de middelen die worden gebruikt om vorderingen van leerlingen te verzamelen. Voor de kinderen van groep 1, 2 en 3 worden observatielijsten gebruikt. Ook wordt de Citotoets rekenen afgenomen. We hanteren ‘Taal voor kleuters’ en brengen de motorische ontwikkeling in kaart. Er vindt ook BAO screening plaats De resultaten hiervan worden met de ouders besproken. Van iedere leerling wordt een leerlingendossier bijgehouden. Daarin worden gegevens opgenomen over het gezin, de leerlingenbesprekingen, gesprekken met ouders, speciale onderzoeken, handelingsplannen, alsmede toetsen rapportgegevens van de afgelopen jaren en de schoolloopbaan. We hanteren de volgende LOVS (leerlingvolgsysteem) toetsen: Rekentoets Taal voor kleuters

-minutenBegrijpend lezen pelling Rekenen en wiskunde -toetsen lijst voor groep 1 en 2 Verder worden de opbrengsten van ons onderwijs jaarlijks door de inspectie van het onderwijs opgevraagd. Kinderen die moeilijkheden hebben, worden tijdens de leerlingenbespreking besproken. Vier keer per jaar is er een speciale leerlingenbespreking onder leiding van de intern begeleidster met aanwezigheid van het team, waarin de wijze van aanpak en resultaten worden besproken. Als er na behandeling van de basisstof getoetst wordt of de stof is begrepen en er blijken hiaten in de kennis van het kind of blijkt er sprake te zijn van hoogbegaafdheid , dan komt het kind in aanmerking voor extra zorg: remediërende, verrijkende of aanvullende zorg. In eerste instantie probeert de groepsleerkracht het in klassenverband op te lossen. Aan de hand van een handelingsplan kan op een gestructureerde wijze de problematiek aangepakt worden. Bij leer- of sociaal-emotionele problemen wordt er altijd contact met de ouders opgenomen. De ouders kunnen natuurlijk ook zelf met de leerkrachten contact opnemen. De wijze waarop het welbevinden en de leervorderingen van de kinderen besproken worden met ouders. De kinderen van de groepen 3 tot en met 8 krijgen tweemaal per jaar een rapport mee naar huis. Tweemaal per jaar vindt er in alle groepen een 10-minutengesprek met de leerkracht(en) plaats (Omstreeks Pasen en einde schooljaar). Tussen de rapporten en de 10-minutengesprekken in zijn er in de regel vaak gesprekken met ouders als er een speciaal traject met hun kind(eren) is afgesproken. Wij staan altijd klaar voor dit soort gesprekken en we vinden een goed contact met de ouders van groot belang! Indien uw kind van meer dan


één leerkracht les heeft, zal deze (indien mogelijk) ook aanwezig zijn. Tevens is er dan voor de ouders de mogelijkheid om het werk en de werkstukken van hun kind te bekijken. Aan het eind van het schooljaar vinden er alleen op invitatie 10 minuten gesprekken plaats en voor de leerlingen van groep 2,4 en 6. De school hanteert een cijfer-/woordrapport. De leerlingen van groep 1/2 krijgen een rapportage mee waarin een beschrijving staat van hun sociaal/emotionele ontwikkeling en de ontwikkeling van de leervoorwaarden. 5.4 De speciale zorg voor kinderen met specifieke behoeften Het onderwijskundig beleid en de wijze waarop de zorg op onze school wordt vorm gegeven, zoals hiervoor in de verschillende subparagrafen is beschreven, geldt ook voor leerlingen met speciale zorg of een arrangement van het samenwerkingsverband. Voor deze leerlingen kunnen in een handelingsplan vervangende doelen worden opgesteld c.q. aangegeven, waarbij een verplicht basisschoolpakket dan niet meer aan de orde is (artikel 9). Dat wordt in elke situatie specifiek bekeken en aangegeven. Het gaat daarbij steeds om de balans tussen de hulpvraag van het kind en de (on)mogelijkheden van onze school. Het is steeds een individuele beslissing en/of afweging (artikel 12 en 13). Bij het afwegingsproces wordt gebruik gemaakt van een stappenplan, wat in het samenwerkingsverband IJssel/Berkel gehanteerd wordt. Zie www.ijsselberkel.nl. Het handelingplan, opgesteld voor iedere leerling met speciale zorg wordt door ons opgesteld in overeenstemming/overleg met ouders, uiterlijk een maand na inschrijving. Er wordt in ieder geval in opgenomen wanneer er sprake is van herindicatie. Dit handelingsplan wordt jaarlijks geëvalueerd en bevat mogelijk vervangende doelen (artikel 40a). Daarvoor wordt een model handelingsplan gehanteerd. (N.B. Voor elke leerling die dat nodig heeft wordt vanzelfsprekend een handelingsplan opgesteld). 5.4.1 Stappenplan toelating Op onze school is in principe plaats voor: leerlingen die in staat zijn zelfstandig of met enige ondersteuning het basisprogramma van onze school te volgen. Wel wordt vooraf onderzocht aan de hand van onderwijskundige vragen of onze school in staat is om het ontwikkelingsproces van het kind te ondersteunen. Onze school zal bij die beantwoording gebruik maken van de ondersteuning van een school die het samenwerkingsverband ‘IJssel/Berkeldal’ biedt. Het (voorlopige) ‘besluit’ tot toelating of weigering is een teambesluit. Wij gaan er vanuit dat – bij toelating – de leerling de gehele basisschoolperiode bij ons op school welkom zal zijn. Het kan zo zijn dat de zorg rondom een leerling groot is en mogelijk nieuwe vaardigheden van de school verwacht. In dat geval zijn er regelmatig gesprekken waarbij er drie belangrijke vragen worden beantwoord: 1. Houdt de leerling dit programma vol? 2. Houdt de klas dit programma met deze zorgleerling vol? 3. Houdt de groepsleerkracht het vol? Als er op één van de drie vragen negatief wordt geantwoord, dan wordt besproken of deze zorgleerling nog wel door kan gaan op onze school. Het definitieve besluit tot toelating of weigering wordt door het bevoegde gezag genomen. 5.4.2 De voorzieningen op onze school In de groep heeft de leerkracht de mogelijkheid om door middel van de gebruikte onderwijsmethode de lesstof aan te passen aan de voortgang van het kind. Buiten het groepsverband kan de leerkracht gebruik maken van de op school aanwezige orthotheek. Dit is een verzameling hulpmiddelen, waarmee begrippen, taal- en rekenaspecten visueel worden gemaakt voor het kind. Ook voor de sociaal emotionele kant zijn er hulpmiddelen. Ouders kunnen ook hulp vragen bij de schoolverpleegkundige.


Logopedie De logopediste, werkzaam bij de GGD heeft een diagnosticerende en eventueel een verwijzende rol. De logopedist kan leerlingen met spraak-, taal-, stem-, gehoor- en mondmotoriekproblemen helpen. 1. Spraakproblemen: Kinderen kunnen de klanken en woorden in hun mond niet goed vormen waardoor ze minder verstaanbaar worden voor anderen. Ook kunnen kinderen stotteren of broddelen (te snel en slordig spreken). 2. Taalproblemen: Bij kinderen kan de taalontwikkeling te langzaam of te laat op gang komen. De kinderen kunnen problemen hebben met de taalinhoud (woordenschat), de taalvorm (zinsbouw, zinslengte, grammaticale regels) en/of het taalgebruik (de doelen waarvoor en de wijze waarop taal gebruikt wordt. 3. Stemproblemen: De stem kan hees, schor, metalig of geknepen klinken. Ook kan de stem wegvallen of overslaan. De manier van ademen en de houding spelen bij stemproblemen een grote rol. 4. Gehoorproblemen: Door problemen met het gehoor (bijvoorbeeld middenoorproblematiek) kan de spraak of taal vertraagd of verkeerd op gang komen. Bij sommige kinderen zijn luistervaardigheden onvoldoende ontwikkeld. 5. Mondmotoriekproblemen: Het ademen door de mond, het duimen of vinger-/speenzuigen of verkeerd slikken kunnen negatieve invloed hebben op uitspraak, lichaamshouding, uitgroei van de kaak en gehoor. In groep 1 komen alle kinderen voor de reguliere logopedische screening bij de logopedist. Alle logopedische aspecten worden bekeken. De resultaten worden met de leerkracht besproken. Ouders krijgen schriftelijk uitslag hiervan. Het kan daarbij zijn dat kind slechts eenmalig bij de logopedist komt. Het kan ook zijn dat het voor een controle nog eens terugkomt. Andere mogelijke uitslagen zijn behandeling op school, verwijzing naar andere instanties of logopedisten en/of adviserende gesprekken met ouders en/of leerkrachten. Ouders kunnen ook altijd zelf contact opnemen met de logopedist omtrent vragen en advies. Het maakt daarbij niet uit in welke groep uw kind zit.

5.4.3 Plaatsing en verwijzing van leerlingen met specifieke behoeften In groep 1 tot en met 4 zijn we sterk gericht op het kind in relatie met het leerontwikkelingsproces. Met een aangepast programma is het mogelijk om groep 1 en 2 te doen. Dit geldt ook voor de andere groepen. Een dergelijk programma wordt natuurlijk wel eerst met de ouders besproken.


5.5 Medische zorg 5.5.1 Jeugdgezondheidszorg De doelstelling van de jeugdgezondheidszorg (JGZ) van de GGD (Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst) is het bevorderen en beschermen van de gezondheid, groei en ontwikkeling van jeugdigen van 0 tot 19 jaar. Het consultatiebureau van de thuiszorg draagt zorg voor de kinderen van 0 tot 4 jaar, de afdeling JGZ van de GGD draagt zorg voor de jeugdigen van 4 tot 19 jaar. Iedere basisschool heeft een vast JGZ-team, bestaande uit jeugdarts mevrouw Kelly en jeugdverpleegkundige mevrouw Krabbenborg. Wanneer wordt uw kind onderzocht?  In groep 2 wordt er op alle basisscholen een onderzoek uitgevoerd. Ter voorbereiding op het onderzoek in groep 2 zal de leerkracht vier weken voordat het onderzoek plaatsvindt een aandachtspuntenlijst ontvangen. De informatie van de leerkracht kan, na toestemming van de ouders, gebruikt worden bij het onderzoek in oktober 2014  In groep 7 wordt op school een onderzoek uitgevoerd door de jeugdverpleegkundige in aanwezigheid van de ouder(s)/verzorger(s). Ook hier wordt op indicatie verwezen naar de jeugdarts. Begin schooljaar 2015/2016, voorafgaande aan de onderzoeken, wordt de ouder verzocht een vragenlijst in te vullen. Tevens wordt aan de ouder toestemming gevraagd om met de leerkracht zaken die van belang zijn voor het functioneren van het kind op school te bespreken. De verpleegkundige van het JGZ-team is de contactpersoon voor school en ouders. Zij heeft ook regelmatig overleg met de intern begeleider over de kinderen die extra zorg behoeven. Hiervoor wordt vooraf toestemming van de ouders gevraagd. De verpleegkundige kan adviseren en/of verwijzen naar de jeugdarts, huisarts of een andere instantie waar het kind en de ouders de juiste hulp kunnen krijgen. Bij vragen over de opvoeding (zoals slapen, eten, zindelijkheid, gedragsproblemen) kan de verpleegkundige op verzoek van ouders of school een huisbezoek brengen. Naast het uitvoeren van de onderzoeken geeft de JGZ voorlichting en advies over allerlei zaken die met gezondheid en met leef- en werkklimaat op school te maken hebben zoals hoofdluis, hygiëne, veiligheid en de cursus ‘Opvoeden Zo!’. Bereikbaarheid: GGD Gelre-IJssel Locatie Doetinchem Gezellenlaan 10 7005 AZ Doetinchem 5.5.2 Jeugdtandverzorging Elke nieuwe leerling krijgt op school een aanmeldingsformulier voor de Jeugdtandverzorging mee naar huis. Deze formulieren zijn op school voorradig, zodat ook andere kinderen ze kunnen krijgen. De ouders beslissen of ze hun kind wel of niet aanmelden. Deze voorziening is bedoeld voor jeugd van 2 tot 19 jaar. Deelnemende kinderen krijgen een volledige gebitsverzorging. Naast controle, preventie en eventueel behandeling (reparatie afgebroken tand, kroon, etsbrug etc.) kunnen kinderen ook terecht voor orthodontie. En de tandartsen letten op verkeerde gewoonten zoals duimzuigen, mondademhaling en dergelijke. Als school kunnen we op deze dienst ook beroep doen met betrekking tot voorlichting, bijvoorbeeld voor het verzorgen van informatieve gastlessen over ‘tanden poetsen’. Meer informatie:


Stichting Regionale Instelling voor Jeugdtandverzorging Haaksbergerstraat 109–111 7513 ER Enschede e-mail: [email protected]

5.6 De begeleiding van de overgang van kinderen naar het voortgezet onderwijs 5.6.1De voorlichting aan ouders ten behoeve van de schoolkeuze van leerlingen De leerlingen van groep 8 verlaten aan het eind van het cursusjaar onze school. Er is een vrij grote keuze voor vervolgonderwijs. Wij ondersteunen onze leerlingen en hun ouders om tot een goede schoolkeuze te komen. We geven voorlichting over de te volgen procedure en verstrekken informatie over de mogelijkheden. Voordat de cito eindtoets wordt afgenomen wordt er door de groepsleerkracht een schooladvies uitgebracht aan de ouders op grond van de leerling-resultaten van de afgelopen 3 jaren Daarnaast hechten wij ook veel waarde aan de tussentoetsen van de leerlingen van het CITO leerlingvolgmodel bij de advisering van de schoolverlaterskeuze. In de loop van het schooljaar kunnen de kinderen van groep 8 verschillende vormen van Voortgezet Onderwijs bezoeken. In deze periode houden veel scholen voor Voortgezet Onderwijs namelijk ‘open huis’. De ouders worden hiervan tijdig op de hoogte gesteld. Hieronder treft u de gang van zaken in de laatste twee groepen voorafgaand aan het vertrek naar het voortgezet onderwijs. Het pad van de verwijzing:  In de combinatiegroep 7/8 is er een afronding van onze bijdrage voor wat betreft aanbod kennis en vaardigheden om zich straks te kunnen redden in het VO (voortgezet onderwijs). Concreet betekent dat:  Werken met weektaken: na een vak wordt aangegeven wat af had moeten zijn en indien dit niet af is zorgt de leerling ervoor dat hij/zij dit de volgende keer af heeft.  Dit leren noteren in een agenda en deze agenda netjes bijhouden en zo nu en dan laten controleren.  Sommige vakken leren zelf nakijken (onder andere rekenen, begrijpend lezen) en zelf gericht leren hulp inroepen.  Voeren van ontwikkelingsgesprekken: heb je al enig idee wat je wilt worden later, enig idee welke vorm van VO je wilt gaan volgen?  Aan het einde van leerjaar 7 volgt een voorlopig advies na zeven jaar basisonderwijs. Dit gebeurt onder andere op basis van de resultaten van het leerling volgsysteem Rekenen, Technisch lezen, Begrijpend lezen en Spelling. Bovendien wordt er in groep 7 de entree toets van Cito afgenomen.  Was dit een vaste lijn van I, II of III -scores, was dit steeds gemiddeld of zat het steeds onder het gemiddelde IV of V. Daarna wordt er gekeken of dit beeld klopt met de overige vakken.  Daarna nemen we de werkhouding, concentratie en mate van zelfstandigheid als criterium.  Als er sprake is van een grote leerachterstand op de vier hoofdgebieden dan polsen we ouders of onze regelmatige boodschap (uw kind haalt eindniveau groep 6 of halverwege groep 7) nog steeds helder is. Wij adviseren dan heel duidelijk aan een praktijkrichting te denken. Dat wil zeggen: VMBO ‘basisberoepsgerichte richting met leerwegondersteuning onderwijs’ of de Praktijkschool.




Aanvraag Cito-toets deelname, aangeven of er dyslectici zijn in verband met meer tijd of het per computer maken van de toets.  Bij zorgleerlingen: op zoek naar clusterscholen.  Begin van het schooljaar: ouder informatieavond, bespreking van de jaarplanning.  Vervolg Persoonlijke Ontwikkelingsgesprekken: weektaak en persoonlijke aanpassingen van het werk (zelf werken, zelfstandig werken, zelfstandig leren, zelfverantwoordelijk leren).  November: uitleg over de verschillende soorten voortgezet onderwijs.  Medio januari: ouder informatieavond over hoe om te gaan met de Cito-toets.  Maken van de Cito-toets: drie dagen.  April: advies schoolkeuze  Eind april: uitslag komt binnen, resultaten van de kinderen maar ook een gemiddelde schooluitslag (zie inspectie kwaliteitsinstrument).  Adviesgesprekken ouders  Aanmelding bij scholen voor Voortgezet Onderwijs  Invullen alle administratieve informatie  Medio april/mei: overdrachtsgesprekken Basisonderwijs/Voortgezet Onderwijs Bij het opstellen van het advies over de schoolkeuze maken we gebruik van een formulier, waarop de volgende onderdelen aangegeven zijn: - de resultaten van de toets; - het uit de toets voortvloeiende schoolkeuzeadvies; - het advies van de leerkracht(en); - de wensen van de ouders; - de wensen van het kind. Naar aanleiding van de Cito-toets volgt een gesprek met de ouders. Hierbij worden de aanmeldingsformulieren voor het vervolgonderwijs uitgereikt. In dit gesprek komen ook de rapportcijfers ter sprake. De ouders hebben altijd het recht van laatste schoolkeuze. We wijzen er echter op dat niet alle scholen daarop zonder meer ingaan. Zij zullen hun keuze dan opnieuw met de ouders bespreken. In het kader van de nazorg onderhoudt onze school contacten met de scholen voor Voortgezet Onderwijs. Eenmaal per jaar is er een gesprek tussen brugklasleraar en de groepsleraar.


5.6.2 Uitstroomgegevens. Het afgelopen schooljaar (2014/2015) gingen onze 12 leerlingen als volgt verder met hun schoolcarrière: 1 leerling Praktijkonderwijs 2 leerlingen naar het VMBO basis/kader 3 leerlingen naar het VMBO theoretisch 1 leerling naar het VMBO TL/HAVO 1 leerling naar het HAVO 2 leerlingen naar het HAVO/VWO


5.7 Naschoolse activiteiten voor kinderen Huiswerk(begeleiding) De leerlingen van de midden- en bovenbouw krijgen regelmatig huiswerk mee; aardrijkskunde, biologie en geschiedenis, Vanaf groep 4 krijgt elke groep elke week een dictee mee om te oefenen. Incidenteel krijgen kinderen extra huiswerk mee. Dit laatste altijd in overleg met de ouders.De kinderen krijgen in de groepen 7 en 8 een eigen agenda om de huiswerkopdrachten te noteren. De school tracht de leerlingen in het werken thuis te begeleiden. Als kinderen in lagere groepen extra werk thuis nodig hebben, dan gaat dit altijd in overleg met de ouder en via de mail. Er wordt door de groepsleerkracht uitgelegd hoe u dit het beste kunt begeleiden. Als u zelf buitenschoolse begeleiding inschakelt, dan informeren wij u over de leerstofinhoudelijke kant. Een extern persoon kan daar, onder uw verantwoording, bij aanwezig zijn en eventueel verduidelijking vragen. 5.8 Buitenschoolse activiteiten voor kinderen De meeste buitenschoolse activiteiten zijn opgenomen in het activiteitenoverzicht dat zich verderop in deze schoolgids bevindt. Bijzonderheden over deze en andere activiteiten vermelden we altijd tijdig in onze nieuwsbrief en/of jaarkalender. Schoolreisjes - groep 1 en 2 gaat 1 dag - groep 3 en 4 gaat 1 dag - groep 5 en 6 gaat twee dagen - groep 7 en 8 gaat drie dagen


6. DE LEERKRACHTEN 6.1 Wijze van vervanging bij ziekte, verlof of scholing In alle gevallen waarbij een leerkracht niet aanwezig is of kan zijn, zullen wij in eerste instantie onze uiterste best doen om vervanging via de gebruikelijke kanalen te regelen. Indien geen vervanger gevonden kan worden treedt het protocol in werking.

Protocol: Wanneer er door onvoorziene omstandigheden onverwacht ziekteverzuim is, zullen de leerlingen de eerste dag zeker niet naar huis worden gestuurd. Is het vooraf duidelijk dat (ook) de volgende dag/dagen de leerlingen geen onderwijs kunnen krijgen, zowel bij ziekteverzuim als bij verlofregelingen, dan zal de directie de leerlingen een brief meegeven met een mededeling hierover. Op de eerste dag kunt u ervan uitgaan dat de school toezicht houdt, ongeacht of de leerlingen die dag les krijgen of niet. Wanneer de periode dat de leerlingen geen onderwijs krijgen langer duurt, zullen de lesvrije dagen over meerdere groepen verdeeld worden. Maar voordat er leerlingen thuis moeten blijven, worden de volgende mogelijkheden bekeken: 1. Kunnen er groepen gecombineerd worden? 2. Kunnen de leerlingen over andere groepen verdeeld worden? 3. Kan intern vervanging geregeld worden, door het inzetten van vakleerkracht, intern begeleider, ambulante tijd directie, stagiaire, enz. Deze interne vervanging willen we zoveel mogelijk beperken. Dit om te vermijden dat het onderwijs aan de andere groepen en andere werkzaamheden in de knel komen. Indien groepen thuis moeten blijven, wordt daar melding van gedaan aan het bestuur en aan de inspectie voor het basisonderwijs. 6.2 De begeleiding en inzet van stagiaires Iedereen heeft ooit in het verleden een vak/beroep moeten leren. Vaak was het opdoen van ervaringen daarbij een belangrijk onderdeel. Ook op onze school zijn stagiaires van harte welkom. We hebben zowel stageplaatsen voor stagiaires van de PABO’ s (Pedagogische


Academie Basisonderwijs) als voor stagiaires van het Graafschap College (onder andere opleiding tot onderwijsassistent). Afhankelijk van de schoolse situatie zullen we proberen te voldoen aan de norm die van basisscholen wordt verwacht: 50% van het aantal groepen aan stageplaatsen beschikbaar stellen.

6.3 Scholing van leerkrachten Jaarlijks wordt voor de leraren van de school een scholingsplan opgesteld. Ieder jaar staan er andere onderwerpen centraal. 6.4 Teamvergadering Het schoolteam vergadert in de regel één keer per week over alle schoolzaken. In de ene week is er centraal overleg, de andere week kan er in kleine groepjes gewerkt worden aan ontwikkelingen in de klas.


7. DE OUDER(S)/VERZORGER(S) Het belang van de betrokkenheid van ouders/verzorgers Wij vinden betrokkenheid van de ouders bij de school en het onderwijs belangrijk, omdat we daarmee de achtergrondkennis over het kind en gezin verkrijgen. Dit geeft de leerkracht meer inzicht in het kind. De wisselwerking tussen ouders en leerkrachten draagt bij tot beter onderwijs voor het kind. Daarnaast ervaren de kinderen het als prettig dat hun moeder/vader af en toe op school komt om te helpen. In algemene zin bevordert dit mede de contacten tussen ouders en team. 7.1 Ouderhulp In onze school zijn een groot aantal ouders op vrijwillige basis behulpzaam bij onder andere: - handenarbeid; - schoolreisjes; - excursies; - computerles; - toneelopbouw; - festiviteiten; - overblijven; - bibliotheekbezoek; - Kerstdiner en paasbrunch - schoolafsluiting; - sportactiviteiten;; - materiaal verzorgen; - wandelvierdaagse;

7.2 Informatievoorziening aan ouder(s)/verzorger(s) over het onderwijs en de school Naast de contactmogelijkheden over uw kind, zoals in deze gids beschreven, kunt u altijd contact opnemen met de leerkracht. Andersom zal ook de leerkracht zelf contact zoeken, indien hij/zij dit nodig acht. Andere bronnen van informatie zijn: - nieuwsbrief: - jaarkalender; - informatiebord: het prikbord bij de gang van groep 1/2 en een prikbord bij de hoofdingang; - website Tormijnschool: www.tormijnschool.nl ; - deze schoolgids; - op school ligt ons schoolplan ter inzage: hierin staat ons beleid voor de komende jaren omschreven. -Overblijflijst:Hierop kunnen ouders de naam van hun kind noteren wanneer men gebruik maakt van de tussenschoolse opvang. Deze lijst hangt in de gang. - Ouders van nieuwe kleuters kunnen de eerste weken wel even mee naar binnen komen. We willen hiervoor een periode van vier weken afspreken. Als u mededelingen heeft voor de leerkracht van groep 1 en 2 kunt u uiteraard bij de juffrouw terecht. Het liefst even om 12:00 uur of om 15:15 uur. Als het dringend is dan kunt u uiteraard gewoon even binnenlopen.


7.3 Ouderraad De ouderraad van de Tormijnschool bestaat op dit moment uit 11 ouders. De commissie heeft verscheidene taken en staat de school met woord en daad terzijde om het schoolgebeuren zo goed mogelijk tot zijn recht te doen komen en wel door:  Het bevorderen van de relatie tussen de ouders en het onderwijzend personeel, onder andere door: - het mede organiseren van vieringen en evenementen: het Sinterklaasfeest, de Kerstviering, het Pinksterfeest, de schoolreisjes, de wandeltocht, kampen en dergelijke; - het verlenen van hand- en spandiensten bij allerhande activiteiten (zie ook het schema hiervoor). -het houden van een jaarlijkse gezamenlijke ouderraadvergadering waarin aan de ouders verantwoording wordt afgelegd over her gevoerde beleid en waarbij eventueel een spreker wordt uitgenodigd.. Samenstelling ouderraad schooljaar 2015/2016

Dhr. H. de Torbal Mevr. R Grijsen Dhr. B. Slotboom Mevr. C. Jansen Dhr. M. Reurink Mevr. E Rijkenbarg Mevr. D. Wagemans Dhr. H. Koeslag Dhr. S. van Es Mevr. C. Meijer Mevr. M. ten Thije

7.4 Medezeggenschapsraad De medezeggenschapsraad (MR) is het overlegorgaan tussen ouders, personeel en bevoegd gezag. De taken van een MR zijn in de wet vastgelegd. De MR geeft de gelegenheid aan ouders en schoolteam om via de vertegenwoordiging in deze raad mee te denken en te participeren in de bestuurlijke aangelegenheden van de school. De MR heeft onder andere tot taak: - het behartigen van de belangen van de school en haar leerlingen; - het bevorderen van de openheid, openbaarheid en onderling overleg binnen de school; - deel te nemen aan het overleg in gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR). De MR dient advies te geven, dan wel instemming te verlenen aan door het bestuur en het bovenschoolse management voorgenomen besluiten, onder andere inzake: - aanstelling, ontslag en taakverdeling van het personeel; - het beleid ten aanzien van de materiële exploitatie van de school; - het beleid met betrekking tot de instandhouding van de openbare scholen. Een MR dient samengesteld te zijn uit alle geledingen die een school kent, te weten: - de ouders; - het onderwijzend personeel; - het niet onderwijzend personeel.


De vergaderingen van de M.R. zijn openbaar , de notulen en de data van de vergaderingen kunt u op de site vinden.

Samenstelling Medezeggenschapsraad schooljaar 2014-2015 De medezeggenschapsraad van de B. Tormijnschool bestaat uit: Namens de ouders: - Mevr. Lea van der Last - Dhr. Ernst Jan Goedvolk( GMR) - Mevr. Wendy Poelert - Mevr. Miranda Oonk Namens het personeel: - Mevr. Alie Lerink - Mevr. Ria Ligtenbarg - Mevr. Janet Dimmendaal De GMR De GMR is de gemeenschappelijke MR van het Openbaar Primair Onderwijs Noord Oost Achterhoek (OPONOA) in de gemeenten Neede, Eibergen, Borculo, Groenlo en Ruurlo. De GMR heeft vergelijkbare taken als de MR, maar dan betreft het schooloverstijgende zaken. Dit schooljaar wordt onze school vertegenwoordigd in de GMR door Dhr. Ernst-Jan Goedvolk namens de oudergeleding. 7.5 Ouderavonden  Nieuwe ouders kunnen, na afspraak, kennismaken met de school en de leerkrachten. Ook wordt uitleg gegeven over methodes en dergelijke.  In september is de zakelijke ouderavond, waarbij zaken die de school betreffen worden besproken.  Tweemaal per jaar vindt er een 10-minutengesprek plaats, waarin de vorderingen van het kind centraal staan. Voor groep 8 is er naar aanleiding van de Cito-toets een gesprek met de ouders met betrekking tot het vervolgonderwijs en de schoolkeuze.  Voor groep 3 tot en met 8 zullen er informatieavonden worden georganiseerd. 7.6 Schoolregels en pleinregels Enkele algemene schoolregels:  Bij ziekte van uw kind willen wij dit graag voor aanvang van de school weten.  Als uw kind door ziekte, bezoek aan een dokter of om een andere onverwachte reden niet op school kan komen, dan stellen we het op prijs als u ons hiervan tijdig op de hoogte stelt.  Liever geen kinderen op school vóór 8:15 uur en vóór 13:00 uur.  Gevaarlijke voorwerpen horen niet op school.


 

Laat dure sieraden thuis, vooral op dagen van gym en zwemmen. Zijn er thuis of in de omgeving van uw kind omstandigheden die de leerprestaties of het leerplezier kunnen beïnvloeden, laat het ons dan weten.

Klassendienst De leerlingen krijgen bij toerbeurt opdrachten om klussen in en om school te verrichten. Uw kind komt dan ’s middags iets later thuis.

PLEINREGELS  De bel gaat om 8:25 uur, 10:15 uur, 13.10 uur en 15:15 uur. Iedereen komt na de bel van 8:25 uur/10:30 uur en 13:10 uur rustig de school binnen en hangt zijn/haar spullen aan de kapstok.  Je bent vanaf 8:15 uur welkom op school: van 8:15 tot 8:25 uur spelen op het plein.  Niet naar binnen gaan: wacht op de bel!  Eten/drinken in de bak buiten onder het afdakje bij de voordeur zetten.  Alleen in geval van nood naar binnen gaan (toiletbezoek als het echt moet…)  Zorg goed voor je eigen spullen.  Wie het warm heeft en zijn/haar jas uittrekt: leg deze jas op een bankje.  We houden ons schoolplein schoon: papiertjes in de grijze container, etensresten in de groene container.  Alleen voetballen op het veld!  Bij nat weer is het veld modderig, in dat geval spelen we alleen op het plein. Er wordt dan niet gevoetbald.  Als er een bal op de weg gaat, eerst vragen aan pleinwacht voordat je de bal gaat halen!  Niet het dak opklimmen!!!!  Als er een bal in de boom komt en daar hoog blijft steken, dan aan juf of meester vragen of zij je helpen. Niet met stenen en dergelijke gaan gooien!  Niet fietsen op het schoolplein.  Je fiets netjes in het fietsenhok plaatsen.  Als de eerste bel gaat, al het speelmateriaal netjes opruimen.  Als de eerste bel gaat, na het opruimen naar binnen gaan: eerst je schoenen goed vegen op de schoenenborstels.  In het speelkwartier kom je niet op het kleuterspeelplein. De speeltoestellen zijn alleen voor groep 1 en 2!  In de winter worden er geen sneeuwballen gegooid op het plein bij het fietsenhok. 7.7 Verlof vragen De leerplichtige leeftijd is officieel 5 jaar, Dat betekent dat u uw kind niet zomaar thuis mag houden. In voorkomende gevallen zult u dus verlof moeten aanvragen. Hiervoor zijn speciale formulieren op school aanwezig. De richtlijnen die wij hierbij hanteren zijn: Verlof voor bezoek aan huisarts, ziekenhuis, tandarts, therapie, etc.:


Het liefst hebben wij dat de afspraken buiten schooltijd gemaakt worden. Dit kan niet altijd. Een verlof om bovenstaande redenen kunt u mededelen aan de leerkracht van de groep. Indien de afspraak onder schooltijd valt, bent u verplicht om uw kind op school te komen ophalen. We kunnen de kinderen niet alleen naar huis sturen. Verlof voor huwelijken, jubilea, begrafenissen en dergelijke: Indien het verlof beperkt blijft tot 1 dag kunt u het melden bij de leerkracht. Verlof voor vakantie/vrije dagen: Verlof voor vakantie is vrijwel onmogelijk, alleen in uitzonderingsgevallen kan toestemming worden gegeven. Aanvragen voor extra verlof van 10 schooldagen of minder moeten bij de directeur van de school worden ingediend. Aanvragen voor extra verlof van meer dan 10 schooldagen moeten bij de leerplichtambtenaar worden ingediend. Hiervoor kunt u navraag bij de gemeente doen. Het verzoek moet altijd schriftelijk, bij de directie c.q. leerplichtambtenaar worden gedaan. De directie heeft hier met wetgeving te maken (leerplichtwet van 1969, herzien in 1994). Bij vermoedelijk ongeoorloofd verzuim moet dit bij de leerplichtambtenaar worden gemeld. 7.8 Ouderbijdragen Naast de ouderbijdrage voor het schoolreisje, wordt de ouders gevraagd een vrijwillige ouderbijdrage te betalen voor vieringen e.d. op school. Deze vrijwillige ouderbijdrage is € 12,50 per kind per schooljaar en wordt beheerd door de oudercommissie. U krijgt hiervoor medio oktober nog een brief van de penningmeester van de ouderraad. Mochten deze bedragen u voor problemen stellen, dan kunt u contact opnemen met de heer H. Aalbers. 7.9 Verzekeringen Met de openbare scholen is gezamenlijk een verzekering afgesloten voor kinderen en begeleidende ouders tijdens evenementen (schoolreis, natuurwandeling, etc.). 7.10 Traktaties Wie is er binnenkort jarig? Als je jarig bent wil je natuurlijk trakteren. Trakteren is heel leuk, maar het bedenken van een leuke traktatie is niet altijd even makkelijk. Het maken van een traktatie kost vaak veel tijd en ook veel geld. Trakteren op snoep lijkt dan een handige oplossing. Maar voor je tanden en kiezen is zo’n traktatie niet zo feestelijk! Trakteren: gezond, leuk én lekker. Kan dat? In overleg met de ouderraad en de MR hebben we enige nieuwe schoolregels opgesteld betreffende het eten/drinken/snoepen op school: 1. We behouden de verjaardagstraktaties zoals ze nu zijn, maar we vragen om het snoep te beperken. Als er toch snoep wordt uitgedeeld dan is dat prima graag, maar één versnapering en bij voorkeur niet te groot. 2. We bespreken met de kinderen dat ‘gezonde’ traktaties ook lekker kunnen zijn (fruitsoorten, vruchten, hartig hapje). 3. Kinderen nemen geen snoep en drinken meer mee naar het schoolzwemmen. 4. Kinderen nemen gedoseerd snoep en drinken mee naar schoolreisje, kampen en excursies. Wij zorgen er voor dat iedereen wel wat lekkers krijgt, maar gekocht en verzorgd door school. 5. Op de laatste schooldag zullen de groep 8 leerlingen die afscheid nemen niet meer trakteren op heel veel snoep. We gaan met hen in overleg om tot iets anders te


komen. Misschien één lekkernij die we met z’n allen tegelijk opeten tijdens het afscheidsfeest. 6. Wanneer uw kind jarig is wordt hij/zij natuurlijk in de gelegenheid gesteld om in de eigen klas te trakteren. Wij verzoeken u echter om eventuele broertjes/zusjes in andere klassen niet door de jarige te laten trakteren onder schooltijd. Aan andere jonge kinderen is dit vaak moeilijk uit te leggen.

7.11 Kleding Gevonden voorwerpen Het is handig om in laarzen, gymnastiekkleding, jassen, enz. een naam of herkenningsteken te maken. Het gebeurt nog te vaak dat kledingsstukken blijven liggen of zoekraken. Door de kleding te merken, kunnen zoekgeraakte spullen weer snel bij de eigenaar teruggebracht worden. Wij bewaren gevonden voorwerpen allemaal in het magazijn. Is uw kind iets kwijt, laat het dan vragen. U kunt uiteraard zelf ook even komen kijken. Aan het eind van het schooljaar worden de niet opgehaalde spullen aan een goed doel gegeven. Gymnastiek Voor de gymlessen zijn gymkleren en gymschoenen verplicht. Vanaf groep 5 wordt er na de gymnastiek gedoucht, graag hier de benodigde spullen voor meenemen. 7.12 Klachtenregeling: zie veiligheidsprotocol Vertrouwenspersoon U hebt kunnen lezen dat mevrouw Ligtenbarg onze interne vertrouwenspersoon is. Bij haar kunt u terecht voor klachten en dergelijke. Zij kan u desgewenst doorverwijzen naar externe instanties. 7.13 Koffieochtenden/middag groep 1 en 2 De ouder(s)/verzorger(s) van de kleuters uit groep 1 en 2 worden vlak na de herfstvakantie uitgenodigd om een ochtend in de kleutergroep bij te wonen. U bent dan gewend aan de gang van zaken in dit nieuwe schooljaar en maakt de morgen/middag mee onder leiding van juf Dorien. De uitnodigingen voor deze bijeenkomsten ontvangt u in oktober.


8. DE ONTWIKKELING VAN HET ONDERWIJS IN DE SCHOOL 8.1 Activiteiten ter verbetering van het onderwijs in de school Leerlingvolgsysteem Een goede manier om de kwaliteit van het onderwijs te bewaken en verder te verhogen is het werken met toetsen. Om de leerlingen gedurende hun schoolloopbaan te kunnen volgen maken we gebruik van een leerlingvolgsysteem. Het systeem levert waardevolle aanvullende informatie op over een leerling. Door het afnemen van toetsen kunnen we nagaan of het onderwijsproces tot de gewenste resultaten leidt. Zo nodig zullen we zaken bijstellen. Computers/ICT We beschikken over een zeer modern eigen netwerk met een aansluiting op het kennisnet. In groep 1 t/m 8 wordt gebruik gemaakt van het digibord. Met behulp van een aantal verschillende computerprogramma’s willen we de kinderen vanaf het begin vertrouwd maken met dit medium. Het gaat hierbij niet alleen om typevaardigheid en het hanteren van de muis in Windows, maar ook het praktisch oefenen van bijvoorbeeld de hoofdbewerkingen van het rekenen, zinsontleding, woordbenoeming, evenals training van specifieke vaardigheden zoals: kleurenkennis, onderscheid kunnen maken in vormen, vergelijken, etc . Deze oefeningen vinden plaats met behulp van verschillende software programma’s. In groep 5 wordt aan de leerlingen geleerd om te gaan met het tekstverwerkingsprogramma Word, dus tekst bewerken, knippen en plakken etc. Het afgelopen schooljaar hebben leerlingen van groep 6 geleerd hoe ze een PowerPoint presentatie moeten samenstellen en hoe ze die presenteren. Dit schooljaar gaan we hier mee door.


8.2 De school en haar omgeving Samenwerking Er is veelvuldig contact tussen de plaatselijke peuterspeelclub ‘Klein Duimpje’ en de basisschool. Het contact wordt nog bevorderd door de gunstige ligging (de peuterspeelclub ligt naast de school) . Er is een prettige samenwerking tussen de peuterspeelclub en basisschool.

8.3 Samenwerking met welzijnsinstellingen De complete sociale kaart van het samenwerkingsverband Berkeldal, met onder andere namen en adressen van scholen voor speciaal onderwijs, onderwijsbegeleidingsdiensten en adviesbureaus, ligt op school ter inzage. Een kopie van een lijst met adressen en contactpersonen van Jeugdzorg hangt vanaf heden op het prikbord in de gang. Onderwijsbegeleiding Jaarlijks hebben we een budget te besteden voor ondersteuning van het onderwijsproces. Dit budget wordt besteed binnen OPONOA.

Adviesbureaus en Onderzoek Observatiecentrum Terborg Bosboomstraat 29 7061 PC Terborg tel.: 0315-330593 VTO team Oost Gelderland (Vroeg Tijdige Onderkenning) Postbus 10 7000 AA Doetinchem tel.: 0834-51185 RIAGG Oost Gelderland tel.: 0314-371010 (centrale) Bureau Vertrouwensartsen tel. 026-4424222 Zie ook paragraaf 10.2: Externe personen en instanties

8.4 Samenwerking met andere Needse scholen Al jaren lang is er een Directie Overleg Neede (DON). Daarin wordt overleg gevoerd over schoolzaken die alle Needse scholen aangaan. Het is een overleg van directies van alle scholen, dat wil zeggen alle basisscholen, alle speciaal onderwijs scholen en ook het voortgezet onderwijs. Elke school dient ook mee te organiseren aan gezamenlijke Needse activiteiten. Er wordt getracht om een evenredige taakbelasting voor deze ‘klussen’ te realiseren.


9. REGELING SCHOOL- EN VAKANTIETIJDEN Schooltijden: De schooltijden zijn als volgt: Van 8:30 tot 12:00 uur en van 13:15 tot 15:15 uur. De kinderen gaan bij de bel van 8.25 uur en 13.10 uur naar binnen Op woensdag gaan de groepen 1 tot en met 8 tot 12:30 uur naar school. Groep 1/2 heeft op de maandagmiddag vrij. Vrijdagmiddagen Elke vrijdagmiddag zijn de kinderen van groep 1 tot en met 4 vrij. Vakantiedata: Herfstvakantie: Kerstvakantie: Voorjaarsvakantie: Pasen: Meivakantie: Pinksteren+studiedag Zomervakantie:

19 oktober 2015 tot en met 23 oktober 2015 21 december 2015 tot en met 1 januari 2016 22 februari 2016 tot en met 26 februari 2016 28 maart tot en 31 maart 2016 25 april 2016 tot en met 6 mei 2016 16 en 17 mei 2016 18 juli 2016 tot en met 26 augustus 2016

10. OVERBLIJFMOGELIJKHEDEN Er kan op elke schooldag (behalve woensdag) worden overgebleven. Onder toezicht van de ‘overblijf–ouders’ van de overblijfcommissie wordt op school gegeten en gespeeld. Van de overblijfregeling kan door iedere leerling van de O.B.S. “B.Tormijn” gebruik worden gemaakt.


10.1 Overblijfreglement: 1. De ouder(s)/verzorger(s) moeten er zelf voor zorgen dat de kinderen voldoende eten en drinken bij zich hebben. Dit wordt niet verstrekt. 2. De kosten voor de overblijfregeling bedragen € 2,- per kind per keer, met een maximum van 4 euro bij 3 of meer kinderen uit 1 gezin De afrekening vindt één keer per maand plaats. De ouder(s)/verzorger(s) ontvangen hiervoor een rekening. Uit de opbrengsten van de overblijfregeling wordt een vergoeding verstrekt aan de overblijfouders. 3. Na het eten kan er door de kinderen gespeeld worden. Bij mooi weer gebeurt dit buiten, bij slecht weer wordt er binnen gespeeld met het spelmateriaal van de overblijfcommissie. Dit spelmateriaal wordt naar behoefte aangeschaft. 4. Overblijvende kinderen mogen niet van het schoolplein af, dus ook absoluut niet tussendoor naar huis gaan. Als een kind zijn/haar gym- of zwemspullen is vergeten, kan het even naar huis bellen of de spullen misschien gebracht kunnen worden (even ophalen mag alleen als de ouders dit van te voren met een briefje aan de overblijfouders kenbaar hebben gemaakt). Als bij het voetballen de bal op de weg gaat, dan dient er altijd gevraagd te worden aan de overblijfouder of de bal gehaald mag worden. 5. Vaste overblijvers hoeven slecht éénmaal te worden aangemeld. Ouders kunnen dit doen middels een standaardformulier dat door de overblijfcommissie ter beschikking wordt gesteld (u vindt het ook achterin deze schoolgids.) Wanneer kinderen incidenteel overblijven, kunnen de ouders dit ’s-morgens invullen op de lijst die zich in de gang bevindt. De overblijfouders houden per dag de overblijflijsten bij ten behoeve van de administratie. 6. De overblijfouders verzorgen volgens rooster per toerbeurt het overblijven. Er zijn indien mogelijk bij voorkeur twee overblijfouders aanwezi De overblijfouders zijn verzekerd voor Wettelijke Aansprakelijkheid door de Gemeente Neede. De overblijfouders hebben regelmatig onderling overleg en tweemaal per jaar overleg met een delegatie van de school. In onderling overleg worden ondersteuning en bijscholing geregeld Contactpersoon: Mevr. A. Brunshorst. 10.2 Communicatie met de ouders door de overblijfgroep Voor sommige kinderen kan het overblijven (tijdelijk) een te zware belasting zijn. Het lukt het kind niet om ondanks een gerichte aanpak van de overblijfmoeders, zich aan te passen en een prettige pauze te hebben. In zo’n geval kan het voor het kind beter zijn als de ouders (tijdelijk) voor een andere opvang zorgen. Om ouders op de hoogte te houden van problemen en met ouders over de aanpak van een kind te praten is het nodig om tijdig contact met de ouders op te nemen. Misschien horen ze van hun kind wel hoe het tussen de middag gaat, maar misschien ook niet. Afgesproken is om dit in een aantal stappen te doen: Als een kind herhaaldelijk problemen heeft tussen de middag wordt hierover contact opgenomen met de ouders, door de overblijfcoördinator en eventueel een derde. Dit wordt ook door de overblijfcoördinator met de directeur van de school besproken. In dit eerste gesprek met de ouders wordt aangegeven dat het kind het niet altijd fijn heeft tussen de middag en soms in de problemen komt. Aan de ouders wordt gevraagd of zij tips hebben over wat het kind prettig vindt om te doen en over de aanpak van ongewenst gedrag. Waar reageert het kind goed op, wat is het gewend? In dit gesprek wordt afgesproken dat de overblijfgroep het met deze tips zes weken gaat


proberen. Er wordt een vervolgafspraak gemaakt. De directeur wordt op de hoogte gebracht van het verloop van het gesprek met de ouders.


OPGAVE OVERBLIJFREGELING Familienaam :................................................ Adres :................................................ Telefoonnummer:................................................ Voor noodgevallen :................................................ Huisarts :................................................ Naam groep bijzonderheden: ( dieet, medicijngebruik e.d.) ..................................................................................………………………………….. ..................................................................................………………………………….. ..................................................................................………………………………….. ..................................................................................………………………………….. Het ingevulde formulier kunt u bij één van de leerkrachten inleveren.

Schoolgids O.B.S. B. Tormijn Haardijk 2a 7161MX Noordijk

Recommend Documents