Schoolgids. Kbs de Polhaar van Ittersumstraat DL Dalfsen

Schoolgids KBS de Polhaar 2013-2014

Schoolgids

Kbs de Polhaar van Ittersumstraat 7 7721 DL Dalfsen 0529-432760 [email protected] www.polhaar.nl @depolhaar

1


Een woord vooraf Doel en functie:

Deze schoolgids is samengesteld om u te informeren en een algemeen beeld te geven van onze school De gids geldt niet alleen als een verantwoordingsdocument naar de inspectie, bestuur en ouders, maar ook als een naslagwerk met praktische informatie. Daarnaast wordt een overzicht gegeven van de behaalde resultaten van het afgelopen jaar. In de schoolgids zijn hoofdstukken opgenomen die nader ingaan over: -

De schoolbeschrijving ( H 1) Onze visie (Hoofdstuk 2) Onze identiteit ( Hoofdstuk 3) Schoolprofilering en leerstofaanbod( Hoofdstuk 4) Passend onderwijs ( Hoofdstuk 5) Ons leerlingvolgsysteem en zorgbeleid ( Hoofdstuk 6) Verantwoording resultaten ( Hoofdstuk 7) Het team ( Hoofdstuk 8) De betrokkenheid en communicatie met ouders (Hoofdstuk 9) Praktische informatie ( Hoofdstuk 10) Regeling school-en vakantietijden ( Hoofdstuk 11) De samenwerking met externe instanties ( Hoofdstuk 12) De geledingen ( Hoofdstuk 13)

In de schoolgids wordt verwezen naar de website waarop het veiligheidsplan, het schoolplan en de protocollen, de schoolafspraken en de gedragscode staan vermeld. De schoolgids wordt na vaststelling en instemming van de Medezeggenschapsraad aan de ouders uitgereikt. In de eerste week van het nieuwe schooljaar wordt de schoolgids via de mail verspreid en op de website van de school geplaatst ( www.depolhaar.nl) Eveneens ontvangt u van ons in de eerste week van het nieuwe schooljaar de jaarkalender die niet alleen een kleurrijk overzicht biedt van speciale activiteiten maar tevens is bedoeld als handig compact naslagwerk betreffende de dagelijkse gang van zaken en schoolregels. In het schoolplan 2012-2016 geeft de school een beschrijving m.b.t. het onderwijskundig, het personeels- en het kwaliteitsbeleid van onze school. Behalve de wettelijk verplichte informatie, geeft het schoolplan inzicht in de door de school gemaakte keuzes, zoals het onderwijsprogramma en de bijzondere voorzieningen die getroffen worden voor leerlingen met specifieke behoeften. In het schoolplan wordt tevens verantwoording afgelegd aan de inspectie over het te voeren beleid. We hopen ook dit jaar op een prettige samenwerking met de ouders in het belang van de kinderen. Heeft u nog vragen? U bent van harte welkom voor een persoonlijk gesprek. Augustus 2013 Ria van Hulzen- Geurts Directeur KBS de Polhaar

2


Inhoudsopgave schoolgids 2013-2014 Hoofdstuk Voorwoord 1

Schoolbeschrijving

2

Onze visie

3

Onze identiteit

4

Schoolprofilering en leerstofaanbod

5

Passend onderwijs

Subhoofdstukken Doel en functie van de schoolgids 1.1. De ontstaansgeschiedenis 1.2. Situering en beschrijving 1.3. Schoolgrootte 1.4 Schoollogo 1.5 De bestuursvorm 1.6 Directie 1.7 Aannamebeleid 1.8 Zorgplicht 2.1 Ons streven 2.2 Het klimaat van onze school 2.3 Schoolregels 2.4 Klassenregels 2.5 Een veilige school 2.6 Veiligheid en pleinafspraken 2.7 Pleinwacht 3.1 Inleiding 3.2 Samenwerking in de parochie 4.1 Inleiding 4.2 Onze streefdoelen 4.3 Organisatie 4.4 Doel van ons onderwijs 4.5 Huiswerkbeleid 4.6 Leerstofaanbod groep 1 en 2 4.7 Leerstofaanbod groep 3 t/m 8 4.8 Kenmerken van onze school 4.9 Het leesonderwijs in groep 1 t/m 8 4.10 Dyslexieverklaring 4.11 Bibliotheekbezoek en ouderbetrokkenheid 4.12 Woordenschatontwikkeling 4.13 Boekbespreking,spreekbeurten en werkstukken 4.14 Rekenen 4.15 Schrijven 4.16 Engels 4.17 Wereldoriëntatie en verkeer 4.18 Expressievakken 4.19 Schoolcatechese 4.20 Zelfstandig werken en taakwerken 4.21 Actief burgerschap en sociale integratie 4.22 Coöperatief leren en sociale vorming 4.23 Lichamelijke opvoeding 4.24 Computer 5.1 Inleiding 5.2 Passend onderwijs 5.3 Ontwikkeling van passend onderwijs

blz. 4

blz. 7

blz. 9 blz. 11

blz. 22

3


6

Kwaliteitszorg: Leerlingvolgsysteem en zorgbeleid

7

Verantwoording resultaten Het team

8

9

De betrokkenheid en communicatie met ouders

10

Praktische informatie

11

Regeling school-en vakantietijden

12

De samenwerking met externe instanties De geledingen

13

6.1 Inleiding blz. 25 6.2 Zorgbeleid/procedure 6.3 Omgaan met meerbegaafde kinderen 6.4 Berichtgeving naar ouders 6.5 Consultatiegesprekken 6.6 Verlof bij externe hulpverlening 6.7 Toetsen 6.8 Entree-en Eindtoets 6.9 Trendanalyse 6.10 Jaarplan 6.11 Rapportage 6.12 Doublure en/of versnellen 6.13 Instromers en groepsverloop oktober-november en december kinderen 6.14 Uitstroomgegevens 6.15 Activiteiten om de kwaliteit te borgen en te bewaken. 7.1 Inleiding blz. 31 7.2 Verantwoording 8.1 Inleiding blz. 32 8.2 Samenstelling team 8.3 Wie werken er in school 8.4 Wijze van vervanging 8.5 Scholing van leerkrachten en studieverlof 9.1 Inleiding blz. 34 9.2 Betrokkenheid en contacten 9.3 Informatievoorziening 9.4 Informatieavonden 9.5 Tien minutengesprekken 9.6 Communicatie ouders-school 9.7 Communicatie ouders-directie 9.8 Communicatie ouders-leerkrachten 10.1 Inleiding blz. 38 10.2 Aanvragen verlof 10.3 Ziekmelding 10.4 Materialen en middelen 10.5 Verjaardagen/traktatiebeleid 10.6 Aanbod typelessen en abonnementen 10.7 Schoolfotograaf 10.8 Schoolkamp 10.9 Ontruimingsoefeningen 10.10 Overblijfmogelijkheden 10.11 Voor- en naschoolse opvang 10.12 Schoolverzekering 10.13 Sponsoring 11.1 Inleiding blz. 41 11.2 Schooltijden 11.3 Tijden ochtendpauze 11.4 Flexibele schooltijden 11.5 Vakantietijden 12.1 Inleiding blz. 43 12.2 Contact Katholieke Pabo Zwolle 13.1 De Medezeggenschapsraad blz. 44 13. 2 De Schooladviescommissie 13.3 De oudervereniging

4


1.

DE SCHOOL

1.1 De ontstaansgeschiedenis van de school Onze school kent een lange geschiedenis, al vanaf de twaalfde eeuw. Van St. Aloysius, de Smidshof tot Katholieke Mondiale Basisschool de Polhaar, zoals we ons officieel vanaf 2000 noemen. Het verhaal over de ontstaansgeschiedenis kunt u vinden op onze website. 1.2 Situering en beschrijving van de school De school kenmerkt zich als een reguliere basisschool, georganiseerd in het leerstofjaarklassensysteem met specifieke aandacht voor de directe instructie op 3 niveaus in alle groepen en coöperatieve werkvormen. De Polhaar is de enige katholieke, mondiale basisschool in het dorp en kent een hoofdvestiging. De school ligt in een rustige wijk op loopafstand van de bibliotheek en sporthal en is omgeven door veel groen. Vanwege de ovale bouw van de school zijn de lokalen en de verschillende ingangen rondom een grote centrale hal gebouwd. Alle lokalen hebben meerdere uitgangen zodat bij een calamiteit een veilige uitweg is te vinden. Twee groepen delen een eigen ingang en toiletruimte. Door deze bouw is de hal een rustige werkplek voor kinderen, om hier zelfstandig hun taak te maken. Alle expressievakken kunnen hier gegeven worden en de gezamenlijke schoolfeesten worden hier gevierd. In de entree van de school bevindt zich een MIVA toilet.(mindervalidentoilet) In dit schooljaar wordt de kleuterafdeling volledig vernieuwd!!!!

5


1.3 Schoolgrootte Op de teldatum 1 oktober 2013 heeft onze school naar verwachting 240 leerlingen, verdeeld over negen groepen. Om tot een goede organisatie en formatie te komen, hanteren we een aantal criteria:  We moeten uitgaan van het feit dat het totaal aantal leerlingen van de voorgaande teldatum bepaalt hoeveel groepen er geformeerd kunnen worden.  Ieder jaar wordt de meerjarenplanning besproken in team en binnen de MR.  In principe zijn we geen tegenstander van combinatiegroepen. Het kan op positieve wijze het zelfstandig werken en samenwerkend leren bevorderen.  We proberen indien mogelijk combinatiegroepen in de onderbouw( 1 t/m 4) en in 7/8 te voorkomen.  Het formeren van een enkele kleutergroep of combinatiegroep ½ heeft ook te maken met financieel/organisatorische mogelijkheden. Hoewel een combinatiegroep ½ voordelen heeft, gaat onze voorkeur uit naar enkelvoudige kleutergroepen.  De groepssamenstelling blijft in principe jaarlijks hetzelfde, tenzij het totaal aantal leerlingen een nieuwe indeling van groepen nodig maakt. In het schooljaar 2013-2014 is dat het geval. Vanwege het aantal kinderen in de bovenbouw hebben we een combinatiegroep 7/8 geformeerd.  Voor iedere groep zijn maximaal 2 leerkrachten gezamenlijk verantwoordelijk.  Het kan voorkomen dat een groep voor 1 middag een derde leerkracht heeft i.v.m. ADV. van een van de groepsleerkrachten en/of ambulante tijd vanwege extra taken in school of studieverlof. Vanwege het grote aantal aanmeldingen, wordt dit schooljaar in de loop van 2014 een derde kleutergroep gevormd. Het moment waarop een derde kleutergroep geformeerd wordt is op dit moment van uitgave van de schoolgids nog niet duidelijk.

1.4

Schoollogo In het schoollogo van de school zijn drie driehoeken te zien. De driehoek symboliseert de samenwerking met ouders- leerkracht en kind. De drie kleuren zijn drie oud katholieke kleuren die in onze visie herleven: Paars: Paars is de kleur van ‘bezinning’/ nadenken. Het past in onze visie dat kinderen fouten mogen maken, maar dat wij als volwassenen hen hierbij corrigeren om zich te ontwikkelen tot sociaal competente volwassenen. Groen: De kleur van groei, dat symbool staat voor de ontwikkeling van de kinderen. Groen is ook de kleur van de aandacht voor de omgeving.( mondiaal bewustzijn) Geel: De kleur van het vieren: We willen de successen van de kinderen en alle mooie momenten aandacht geven. Iedere groep heeft een groepskaars die wordt aangestoken op bijzondere momenten die samen gevierd worden.

6


1.5 De bestuursvorm Onze school is een van de 32 scholen van de Stichting Catent. Het College van Bestuur(CvB) is integraal verantwoordelijk voor de dagelijkse leiding van de Stichting en belast met de voorbereiding, vaststelling, uitvoering en evaluatie van het beleid op Stichtingsniveau. Het CvB laat zich bijstaan door zowel het directieberaad als een staf en externe partijen. Het CvB is verantwoordelijk voor de totale organisatie van de Stichting. De ouders van alle scholen worden vertegenwoordigd in de GMR. 1.6 Directie De directeur is integraal verantwoordelijk voor de school en legt verantwoording af aan het CvB. Op onze school wordt de directeur bijgestaan door de Intern Begeleider. Op onze school is de directeur, part time werkzaam voor drie dagen en heeft geen lesgevende taken. In de administratieve taken wordt zij ondersteund door een secretaresse. Op de dagen waarop zij afwezig is, is de Intern begeleider aanspreekpersoon. Op dagen van afwezigheid is de directeur voor noodgevallen mobiel bereikbaar. De ouders zijn vertegenwoordigd in de OV, SAC en MR. In hoofdstuk 13 leest u de beschrijving van de taken en verantwoordelijkheden van deze drie geledingen. 1.7. Aannamebeleid/ zorgplicht Ieder kind is in principe vanaf 4 jaar van harte welkom en moet zich kunnen ontwikkelen en prettig voelen binnen de groep en op school. Ieder mag uiting geven aan eigen identiteit, zolang dat niet in strijd is met de regels en afspraken die voor alle kinderen gelden. We willen alle kinderen een passend aanbod bieden. Dat betekent dat we in ons aannamebeleid de volgende afspraken hanteren. Bij het aannemen van kleuters geldt het volgende:       

De contactpersoon voor de ouders van nieuwe leerlingen is de directeur. Na een kennismakingsgesprek kunnen de ouders hun kind aanmelden middels het daarvoor bestemde aanmeldingsformulier. Na ontvangst krijgen de ouders een bevestiging van toelating via de mail. Vier weken voordat de kleuter 4 jaar wordt, neemt de leerkracht van groep 1 contact op met de ouders om samen af te spreken wanneer de kleuter mag komen wennen. Indien de kleuter in de laatste 2 weken van het schooljaar 4 jaar wordt, mag de kleuter komen wennen op het ‘doorschuifmoment’ van alle kinderen. Dit moment is schoolbreed op de donderdagmorgen 26 juni in de een na laatste week van het schooljaar De leerkracht van groep 1 maakt een afspraak voor een intakegesprek. Tijdens dit gesprek vullen de ouders een formulier in over hun kind en krijgen een informatieboekje over de gang van zaken in groep 1. Alle ouders van de nieuwe kleuters die later in het jaar instromen worden uitgenodigd voor de informatieavond van de groep in september en krijgen de jaarkalender uitgereikt.

Bij het aannemen van kinderen in de groepen 2 t/m 8 geldt in principe dezelfde procedure. Na een kennismakingsgesprek met de directeur en uw aanmelding kan uw kind de school bezoeken, de sfeer proeven en een dagje meedraaien in de nieuwe groep. De schoolgegevens van de vorige school worden overgedragen. De leerkracht van de nieuwe leerlingen nodigt de ouders na een aantal weken uit voor een extra kennismakingsgesprek, waarbij de onderwijsbehoeften van de leerling centraal staan.

7


1.8 Zorgplicht Er kunnen zich situaties voordoen waarbij de directeur na overleg met ouders en team kan besluiten een kind niet toe te laten, of toe te laten met een proeftijd van een half jaar indien er sprake is van een zorgelijke achtergrond of cognitieve en/of gedragsmatige problemen.

Dit advies wordt gegeven op grond van 

ernstige gedrag- en/of leerproblemen, waarvoor wij niet de deskundigheid hebben, om die problemen op een goede en vakkundige en verantwoorde manier aan te pakken.  kinderen met een zodanige handicap dat een goede opvang niet mogelijk is: hetzij logistiek dan wel in individuele begeleiding in de ontwikkeling.  de groepssamenstelling en/of grootte van de groep die een aanname niet toelaat We hanteren hierbij de volgende afspraken:  Met de ouders wordt bekeken welke specifieke zorg wij kunnen bieden en welk onderwijskundig concept nodig is voor de ondersteuningsbehoefte van de leerling.  Met de ouders wordt besproken welke school de nodige ondersteuning wel kan bieden.  De betrokken leerkracht moet de mogelijkheid hebben tot bijscholing  Ouders moeten open staan voor mogelijk verder onderzoek en/of begeleiding ( zie ook Hoofdstuk 5 en 6) 2. ONZE VISIE 2.1 Inleiding We streven ernaar om ouders en kinderen de zekerheid te bieden dat de Polhaar een veilige school is, die het kind, als lid van de groep en individueel, passend onderwijs biedt van goede kwaliteit. De aandacht voor een goede taalontwikkeling ( woordenschat/ begrijpend lezen) en goede werkhouding is ons speerpunt omdat dit in onze visie de basis is voor een goede ontwikkeling. (zie ook H 5 Onderwijs). Voor de kinderen die extra ondersteuning behoeven is het onderwijs gericht op specifieke begeleiding die hierop is/wordt afgestemd binnen de groep. Deze specifieke ondersteuning is niet alleen gericht op leerlingen met een leerachterstand, maar ook op leerlingen met een voorsprong. ( meerbegaafde kinderen: (zie H 6.1.2) We proberen een goed evenwicht te vinden in het aanleren van kennis en praktische sociale vaardigheden om zodoende de persoonlijke ontwikkeling van ieder kind te stimuleren. Het coöperatief leren is een hierbij een belangrijke werkvorm die in alle groepen wordt toegepast. We willen herkenbaar zijn en blijven als katholieke school, waarin respect voor elkaar en voor de omgeving, gebaseerd op de katholieke traditie hoog in het vaandel staat. Normen en waarden, gegrond op ons geloof dat ieder mens uniek, betekenisvol en bijzonder is, horen hier bij. Het mondiale karakter versterkt onze katholieke identiteit en we dragen deze uit vanuit de leefregel: “We gaan respectvol om met elkaar en met onze omgeving, ver weg en dichtbij” 2.2 Het pedagogisch klimaat van de school Onze slogan is: Oog hebben voor elkaar en voor de omgeving. Goed onderwijs betekent voor ons dat er veel aandacht is voor een pedagogisch klimaat met aandacht voor effectieve instructie en begeleiding. Onze kernwaarden zijn: Rust proberen we te bereiken door een veilige sfeer en goede prikkelarme en leerrijke leeromgeving. Ruimte geven we elkaar door het tonen van respect, het rekening houden met elkaar en een goede zorg voor elke leerling. Regelmaat is terug te vinden in een vaste dagindeling en goede afspraken, zodat er duidelijkheid is voor de leerlingen en leerkrachten

8


2.3 Schoolregels De school is een plek bij uitstek waar kinderen leren om op een goede manier met elkaar om te gaan. Voor een goede sfeer maken we afspraken met de kinderen, waarbij we uitgaan van de volgende schoolregels:  We laten de ander in zijn/haar waarde; we pesten en vechten niet  We willen opkomen voor elkaar;” horen, zien en niet zwijgen” is ons credo Een belangrijke stelregel hierbij is dat de medeleerling ook een eigen verantwoordelijkheid heeft  We tonen respect, belangstelling en interesse voor elkaar en voor elkaars werk  We proberen zoveel mogelijk met elkaar samen te werken en elkaar te helpen  We delen met elkaar; we zijn open en eerlijk  We zijn zorgzaam naar elkaar en naar onze omgeving 2.4 Pedagogisch klimaat en klassenregels In de eerste 6 weken van het nieuwe schooljaar worden deze schoolregels specifiek op groepsniveau besproken en uitgewerkt in 4 klassenregels die een duidelijke plaats krijgen in iedere groep. Juist de eerste weken zijn cruciaal voor het ontstaan van een prettige leef-en leeromgeving in de groep en in school. Voorbeelden van deze groepsregels zijn:  Als jij praat luister ik, als ik praat luister jij.  We blijven van elkaars spullen af.  Doe niets bij een ander kind wat je zelf ook niet prettig vindt.  We noemen elkaar bij de voornaam en gebruiken geen scheldnamen.  Als je kwaad bent ga je niet slaan, schoppen of krabben.  Uitlachen, roddelen of kinderen buitensluiten zijn vormen van pestgedrag  Opwachten op school of achterna zitten om te pesten vinden we niet goed.  Probeer een ruzie eerst met praten op te lossen, vraag daarna om hulp. We hanteren hierbij de ROE-methode. ROE betekent: R(egels) O(efenen) E(valueren) De regels worden samen met de kinderen opgesteld geoefend en regelmatig geëvalueerd, eventueel m.b.v. de ‘groepsthermometer’ Kinderen leren de consequentie van hun foutief gedrag te aanvaarden, een corrigerende maatregel, in de vorm van een zinvolle opdracht, zien we als een middel tot verbetering van gedrag. Een te grote tolerantie kan negatief werken voor de veiligheid en gevoel van welzijn. We proberen het pestgedrag zoveel mogelijk te beperken/voorkomen door te zorgen voor de consequente toepassing van onze gedragsregels en preventief te werken door toezicht op het plein en bij de ingangen van de verschillende lokalen. 2.4.1. Pedagogisch klimaat en pestprotocol Ondanks de omgangsregels die we hanteren komt pesten helaas ook bij ons op school voor. Het is en blijft een fenomeen dat preventief aandacht blijft vragen. Pesten zien wij als een bedreiging van de veilige leefomgeving. Het negatief omgaan met elkaar buiten school kan negatieve gevolgen hebben voor de groepssfeer en dat geldt ook voor het digitaal pesten. In de bovenbouw wordt regelmatig aandacht gegeven aan het omgaan met de sociale media, maar de grootste verantwoordelijkheid hierin hebben de ouders. Mocht er vermoeden zijn van pestgedrag in of buiten schooltijd, dan nemen wij onmiddellijk contact met u op en we vertrouwen erop dat u dat ook bij ons zult doen. Incidenten, waarbij sprake is van

9


grensoverschrijdend gedrag worden tijdig gemeld aan direct betrokkenen: groepsleerkrachten, ouders en directie. In het protocol, dat u kunt vinden op onze website staat beschreven hoe wij hiermee omgaan. In de afgelopen 5 jaar lag het pestgehalte ver onder het landelijk gemiddelde( 0,07 %). Jaarlijks vullen de kinderen van de midden-en bovenbouw in hoe zij de sfeer in de klas en op school ervaren, op deze wijze houden wij in de gaten hoe de kinderen de sfeer en veiligheid op school ervaren. Uit het onderzoek Sociale Veiligheid in april 2013, was de score 0,06. 2.5 Een veilige school Jaarlijks vindt een veiligheidsinspectie plaats in en rondom het gebouw en maandelijks vindt de risico inventarisatie plaats. Ongevallen binnen en rondom de school worden geregistreerd. In geval van grote en kleine calamiteiten heeft de school Bedrijfshulpverleners. (BHV) Iedere dag zijn er minimaal 3 BHV’ers aanwezig en daarmee voldoen we ruim aan de wettelijke eisen die hiervoor gelden. Een BHV’er wordt indien nodig, om advies gevraagd bij kleine ongevallen in school of op het plein. Er is altijd iemand aanwezig om, indien noodzakelijk, met een leerling naar de dokter/tandarts te gaan. Per jaar worden 2 ontruimingsoefeningen gehouden, de eerste wordt aangekondigd, de tweede niet. 2.6 Veiligheid en pleinafspraken Vanwege de ronding van het schoolgebouw en de smalle stroken van het plein zijn er een aantal afspraken t.b.v. het veilig kunnen spelen. De afspraken en de algemene schoolregels staan vermeld in de jaarkalender, die alle ouders in de eerste week van het nieuwe schooljaar ontvangen. De jaarkalender wordt ook aan de ouders van de latere instromers meegegeven en is tevens te vinden op onze website. Wij conformeren ons aan de gedragscode van ons bestuur. Deze is te vinden op de website www.catent.nl 2.7 Pleinwacht Voor en na schooltijd en in de ochtendpauze is er pleinwacht, bestaande uit een leerkracht. In de middagpauze surveilleren 2 leerkrachten op het plein vanaf 13.00 uur. Na 15.30 uur mogen de kinderen op het plein spelen, de verantwoordelijkheid ligt vanaf dat moment bij de ouders. Het veiligheidsplan is te vinden op onze website. 3 ONZE IDENTITEIT Katholiek en Mondiaal De Polhaar is een van de 32 scholen van Catent: De scholen van Catent zijn - afzonderlijk en gezamenlijk - te symboliseren als een boom: met een volle kruin vol takken, een dragende stam en sterke wortels.  De takken staan voor wat er zichtbaar is in ons respectvol handelen  De stam staat voor de waarden van waaruit men leeft en werkt en die wij willen doorgeven  De wortels symboliseren de grondslag en de traditie.  We stellen ons ten doel:  de kinderen vertrouwd te maken met de christelijke tradities/feesten, ( wortels)  normen en waarden doorgeven die te maken hebben met respect voor jezelf, de ander en de omgeving (stam)  Dit zichtbaar te maken in verschillende activiteiten en het daaraan gekoppelde gedrag. (stam)

10


We werken projectmatig met verschillende thema’s die raakvlakken hebben met eigen ervaringen en verwondering van kinderen. De catecheselessen zijn er mede op gericht dat leerlingen kennis hebben en kennismaken met verschillende achtergronden en culturen van leeftijdgenoten en bevorderen daarmee het actief burgerschap en sociale integratie. Tijdens de catecheselessen wordt o.a. aandacht gegeven aan de sociale vorming. Deze werkvormen zijn erop gericht om;  Elkaar beter te leren kennen en begrijpen  Te leren samenwerken en zich samen verantwoordelijk te voelen  Te leren elkaar te vragen naar een mening zonder meteen te oordelen Mondiaal De Polhaar is sinds 2000 officieel een Mondiale school. Onze school gaat er vanuit dat leerlingen opgroeien in een pluriforme samenleving. Actief burgerschap en sociale integratie zijn een onderdeel van de vakken wereldoriëntatie en passen in ons mondiale karakter. Als de leerlingen de Polhaar verlaten hebben ze een mondiaal bewustzijn ontwikkeld, door de kennismaking met de diversiteit in de samenleving. De mondiale identiteit van de school kent drie aspecten die op verschillende momenten concreet tot uiting komen in onze lessen voor alle kinderen. Sociaal Het sociaal leren en respectvol omgaan met elkaar is verweven in ons schoolklimaat en hoort bij onze missie en visie. De coöperatieve werkvormen tijdens de taal-en rekenlessen en de lessen sociale vorming maken dit in het rooster herkenbaar. We horen regelmatig een positieve reactie over het gedrag van onze leerlingen in buitenschoolse situaties. Milieu Op onze school willen we kinderen milieubewust opvoeden. We kennen de klassenbeurten waarin de kinderen medeverantwoordelijk zijn voor een verzorgde lesomgeving. De kinderen en ouders kunnen lege batterijen op school inleveren. Een keer per maand wordt het oud papier opgehaald. Restjes papier worden verzameld voor een nieuwe handvaardigheid les. Het plastic afval wordt bij ons gescheiden. We leren de kinderen zuinig om te gaan met schoolmaterialen. Daar waar mogelijk heeft hergebruik onze voorkeur. Mondiale zaken We proberen kinderen bewust te maken van het feit dat zij wereldburgers zijn en zorg hebben voor elkaar, de omgeving waarin je woont, het dorp, maar ook voor Nederland en de wereld. De verschillen in gewoonten en culturen van verschillende mensen zijn onderwerpen die zowel in de catecheselessen als in de wereldoriënterende vakken regelmatig aan bod komen en specifiek tijdens de vastenactie. In de school hebben we een mondiale schoolbibliotheek, waaruit kinderen een boek kunnen lenen t.b.v. hun spreekbeurt of verslag. Kenmerkend voor onze mondiale identiteit is: 1. Leren omgaan met verschillen ( samenwerken) 2. Aandacht voor milieu en wereldburgerschap 3. Jaarlijks aandacht voor een mondiaal project, al dan niet gekoppeld aan de Vastenactie.

11


3.2 Samenwerking in de parochie De school participeert in de voorbereiding van de Eerste Communie en het heilig Vormsel, in een catechese project van ongeveer 6 weken. Het bijwonen van deze catecheselessen hoort bij ons leerstofaanbod/lestijd identiteit en is dus verplicht. De kosten voor de aanschaf van het project komen op rekening van de ouders. De keuze om het sacrament te ontvangen is een persoonlijke keuze van de ouders en de kinderen. Ongeveer35% van de kinderen hebben in de afgelopen 4 jaar het Sacrament niet ontvangen, maar wel geparticipeerd in de voorbereiding volgens schoolafspraak, tot tevredenheid van ouders, kinderen en leerkrachten. De eindverantwoordelijkheid over de organisatie bij deze vieringen ligt bij de werkgroep in de parochie. U ontvangt van hen tijdig uitgebreide informatie. Parochiële werkgroep en school hopen er met u samen ook dit jaar weer een feestelijke gebeurtenis van te maken. De school participeert niet in de liturgische voorbereiding van deze vieringen, maar maakt deze wel in het Polhaarnieuws bekend. 4. ONDERWIJS 4.1 Inleiding De Polhaar is een reguliere basisschool, waar gewerkt wordt met het leerstofjaarklassensysteem, waarbij de

kinderen van groep 1 t/m 8 gegroepeerd worden op basis van hun leeftijd. Het doel van de school is om de basisvaardigheden zowel kennis als sociale vaardigheden)voor alle kinderen te ontwikkelen op ( meer dan) voldoende niveau om een passend vorm van V.O te kunnen volgen.

In onze profilering als taal- leesrijke school, wordt extra aandacht gegeven aan de woordenschat-en taalontwikkeling van de kinderen gericht op het begrijpend lezen en gedrag/werkhouding. Deze vaardigheden vormen de basis voor de zelfredzaamheid en zelfstandigheid van de kinderen in hun ontwikkeling. Het uitgangspunt van iedere les is de korte doelgerichte klassikale doelgerichte instructie.

( zie ook Hoofdstuk 6)De verwerking vindt zoveel mogelijk gedifferentieerd plaats,( individueel in de klas of in de hal in een coöperatieve werkvorm). Uiteraard geldt hierbij de regel dat ieder kind recht heeft op aandacht en begeleiding en worden er naast de groepsplannen indien nodig individuele hulpplannen gemaakt. De extra zorg wordt door de leerkracht in de groep gegeven, waarbij hij/zij mogelijk ondersteund wordt door de onderwijsassistente. Deze ondersteuning van de onderwijsassistente is afhankelijk van de ondersteuningsbehoefte van/in de groep. In iedere klas is een instructietafel aanwezig waar de kinderen in een subgroepje extra aandacht krijgen als de andere kinderen zelfstandig verder werken. In de klas wordt met een stoplicht of teken aangegeven wanneer de groepsleerkracht wel/niet om hulp gevraagd kan worden. Onze kernwaarden zijn: 1. Er is sprake van rust en structuur in alle groepen 2. De extra instructie kan tijdelijk, aanvullend of permanent zijn voor kinderen met een leerachterstand of –voorsprong en kinderen die een inadequate werkhouding hebben. 3. Leerkrachten werken planmatig met groepsplannen 4. Leerlingen en leerkrachten werken doelgericht. 5. Leerlingen leren zelfstandig te werken, zowel individueel als in een groepje 6. Leerlingen in de bovenbouw werken met weektaken. 7. Leerlingen worden begeleid in het plannen van huiswerk 8. Ouders worden nauw betrokken bij het leerproces van hun kind.

12


Het zelfstandig (ver)werken dient drie doelen:  De kinderen opvoeden tot zelfstandigheid en zelfredzaamheid en omgaan met uitgestelde aandacht.  Het kind leren zelf verantwoordelijk te zijn voor zijn/haar eigen leerproces.  Het zelfstandig verwerken/oefenen van de aangeboden leerstof. 4.1.1. Aspirant Academische opleidingsschool Onze school werkt samen met de katholieke pedagogische academie in Zwolle. Deze samenwerking houdt in dat wij samen met de vierde jaars student onze schoolonderzoeksvraag koppelen aan HBO plus gerelateerde studie. Kenmerk van een academische basisschool is dat zowel van de leerkrachten en kinderen een onderzoekende nieuwsgierige reflecterende houding wordt gevraagd. De vraag: ” Doen we de dingen op de goede manier” staat hierin centraal. 4.2 Onze streefdoelen en aandachtpunten in 2013-2014 4.2.1 Streefdoelen Onze streefdoelen zijn gericht op de cognitieve en sociaal emotionele ontwikkeling van de kinderen. Ons streven is dat minimaal 80% van onze leerlingen schoolbreed op de 4 hoofdvakgebieden tussen de A-C score op de CITO scoort Minimaal 80 % van onze leerlingen scoren op de sociale vaardigheden een ruim voldoende. In het schoolplan en jaarplan zijn de schooldoelen specifiek uitgewerkt. In het team, schooladviescommissie en de medezeggenschapsraad worden de schooldoelen geëvalueerd Woordenschatontwikkeling en leesonderwijs behoort bij onze profilering als sterke taalrijke school. Wekelijks wordt tijd ingeroosterd voor woordenschat in alle groepen: deze lestijd wordt ingevuld met verschillende activiteiten zoals het maken van een woordweb, woordbetekenissen achterhalen met een stappenkaart en/of leren gebruik maken van een woordenboek. De leerkrachten zijn in alle lessen alert op het benoemen van de woordbetekenissen van nieuwe woorden en gebruiken deze ook regelmatig in hun les. Op deze wijze stimuleren de leerkrachten zowel incidenteel en structureel de woordenschatontwikkeling van de kinderen. De sociaal emotionele ontwikkeling van de kinderen is een aspect binnen ons catechese onderwijs, maar tevens verweven in ons lesaanbod, waarbij kinderen leren met elkaar samen te werken aan diverse opdrachten. (coöperatieve werkvormen) 4.2.2 Nieuwe Aandachtspunten in 2013-2014 De nieuwe aandachtspunten voor 2013-2014 komen o.a. voort uit: De enquête voor ouders die in april 2013 is gehouden ( de analyse van deze enquête kunt u lezen op onze website) Nieuwe ontwikkelingen/ambities Structurele aandachtspunten uit de meerjarenplanning Dit jaar komen de volgende zaken aan de orde met de bedoeling om besluiten te nemen over:    

Het huiswerkbeleid Oudergesprekken en invoeren van kennismakingsgespreken ( zie ook H9.3 gesprekken met ouders) Structureel inplannen van Wetenschap en techniek in de bovenbouw Structureel inplannen van muziek-,dans/ drama les door de vakleerkracht

13


     

In ons onderwijsaanbod komt dit jaar structureel aan de orde: De boekbespreking vanaf groep 3 Voorlezen thuis en op school Herkenbare coöperatieve werkvormen in alle groepen bij taal en rekenen en sociale vorming Inroosteren van de woordenschatontwikkeling in groep 1 t/m 4 m.b.v. Het Woordenmonster Instructie ten aanzien van aanleren van woord-leesstrategieën in groep 5 t/m 8 t.b.v. begrijpend lezen Visie ontwikkeling t.a.v. Aandacht en zorg m.b.t. onze identiteit in relatie tot meewerken aan goede doelen.

4.3 Organisatie In onze school spreken we van De onderbouw, groep 1, 2 en 3. De middenbouw, groep 4, 5 en (6). De bovenbouw, groep (6),7 en 8. 4.4 Doel van ons onderwijs We vinden het van groot belang dat ieder kind met meer dan voldoende basiskennis en – vaardigheden onze school verlaat. In de Wet op het Primair Onderwijs staat welke vakken de kinderen moeten leren. Daarbij zijn voor elk vak kerndoelen geformuleerd. Aansluitend bij deze kerndoelen kiezen wij onze methoden. In het schoolplan is dit nader uiteen gezet. Naast de 4 hoofdvakgebieden wordt aandacht gegeven aan de sociaal emotionele ontwikkeling, waarbij het leren samenwerken een belangrijk onderdeel is. Niemand presteert goed als hij/zij zich niet competent voelt. De sociaal emotionele ontwikkeling van de kinderen houden wij bij door het invullen van een vragenlijst over het welbevinden en betrokkenheid door leerlingen vanaf groep 5 en alle leerkrachten. De uitslag van deze lijst (ZIEN) is voor onze school een hulpmiddel om te meten of onze visie op een veilige school en een goed pedagogisch klimaat werkelijkheid is voor alle kinderen. 4.5 Huiswerkbeleid. In dit schooljaar willen we ons huiswerkbeleid verbeteren op een aantal criteria:  Wat is ons doel ten aanzien van huiswerk  Hoeveel tijd vinden we dat er aan huiswerk besteed mag worden?  Welke begeleiding verwachten wij van ouders?  Voor welke vakken/onderwerpen wordt huiswerk gegeven? In principe geven wij pas vanaf groep 6 structureel huiswerk mee aan de kinderen. Toch kan het voorkomen dat een kind thuis iets moet oefenen om een te grote achterstand te voorkomen. Ook in groep 3, 4 en 5 kunnen (incidenteel) extra opdrachten worden meegegeven, ten aanzien van het lezen en rekenen, ( onder andere het oefenen van de tafels) Aan de ouders van de kleuters en de kinderen van groep 3 en 4 wordt gevraagd zo veel mogelijk thuis voor te lezen, gezien het gunstige effect op de woordenschatontwikkeling van de kinderen. In groep 6 wordt structureel 1x per week huiswerk gegeven. De leerkracht begeleidt de kinderen in het plannen van hun activiteiten t.a.v. het maken van werkstukken en het voorbereiden van hun leeskring, spreekbeurt en proefwerk. In groep 7 krijgen de kinderen 2x per week huiswerk. In groep 8 krijgen de kinderen 3x per week huiswerk. 14


Het plannen van deze huiswerkwerkopdrachten wordt door de leerkracht begeleid door het leren gebruiken van de agenda. Een goede planning voorkomt dat een leerling nog op het laatste moment iets moet leren of in de vakantie nog een aantal zaken moet afwerken. Agenda Voor een goede planning van huiswerk vinden we de aanschaf van een agenda vanaf groep 6 een vereiste. Op onze school krijgen de kinderen van groep 6 en 7 van school een agenda aangeboden. Vanwege de begeleiding van de leerkracht in het gebruik van een agenda is uniformiteit praktisch en doelmatig De agenda is eveneens voor de ouders een prettig hulpmiddel om samen met de kinderen hun huiswerk te plannen en hen hierin te begeleiden. 4.6 Leerstofaanbod Groep 1 en 2 Bij de groepen 1 en 2 wordt thematisch gewerkt en staan veel activiteiten met of zonder materialen in het teken van de taal- en sociaal emotionele ontwikkeling. Alle activiteiten worden aangeboden volgens een Beredeneerd Aanbod, die past bij de verstandelijke, motorische en creatieve vermogens van de kleuter en hen in hun ontwikkeling doet groeien. De thema’s worden aangeboden volgens de methode Kleuterplein. De activiteiten zijn minder specifiek benoemd in een rooster, maar er wordt gewerkt met overzichtelijke dagritmekaarten, waarin aangegeven wordt op welk moment de werk-en speellessen plaats vinden. In de groepen 1 en 2 begint de schooldag altijd met een kringgesprek. Vanuit thema’s wordt gespeeld en gewerkt aan tafels, in hoeken, in de speelzaal en op het kleuterplein op hun eigen niveau. Bij de kleuters neemt het initiatief nemen, keuzes maken en zelfstandig werken al een belangrijke plaats in. Op het kiesbord kan de kleuter de keuze aangeven. Door observatie en registratie middels de Peilkaarten weet de groepsleerkracht wat de kinderen beheersen en nog moeten ontwikkelen. In groep 1 leren de kleuters voornamelijk spelenderwijs, zowel binnen als buiten. De nadruk ligt op het samen spelen, leren luisteren en omgaan met elkaar, vanuit het beredeneerd aanbod taal en rekenen. Later in het jaar wordt een start gemaakt met het aanleren van vaardigheden die nodig zijn in groep 2. Bovendien starten ze met eenvoudig computeronderwijs. In groep 2 oefenen de kinderen daarnaast spelmatig al specifieke lees-schrijf-en rekenvoorwaarden die nodig zijn om het onderwijs in groep 3 met succes te kunnen volgen. Voor de toetsing van de leerstof maken we gebruik van de CITO-toetsen voor kleuters.

Behalve de verschillende hoeken in de lokalen zoals de huishoek, de constructiehoek, het verf-en tekenbord en de bouwhoek, hebben we een speciale lees/luister-en computerhoek. Deze wordt in dit schooljaar vernieuwd. Binnen het kleuteronderwijs wordt al veel aandacht gegeven aan de zelfredzaamheid en zelfstandigheid. Natuurlijk worden ze geholpen maar we verwachten dat u thuis ook aandacht besteedt aan het aan-en uitkleden, veters strikken, en omgaan met knopen en riemen. Ditzelfde geldt natuurlijk voor het naar de W.C. gaan. 4. 7 Leerstofaanbod groep 3 t/m 8 Op school is het leerstofaanbod veelal methodegebonden. De meeste leertijd(80%)wordt gegeven aan de 4 hoofdvakgebieden, met nadruk op voorbereidend en aanvankelijk lezen in de groepen 1 t/m 3 en voortgezet technisch lezen in groep 4 t/m 8. We gebruiken op school methoden die voldoende mogelijkheden bieden voor zelfstandig werken, coöperatief leren en hulp- en verrijkingstof bieden voor kinderen die extra herhaling nodig hebben of

15


verrijking. Het aanbieden van(digitale)gedifferentieerde verwerking op tijd en op niveau zien wij als een passend aanbod binnen de groep. In de lesroosters wordt aangegeven hoeveel tijd per week wordt besteed aan de verschillende vakken. Het lessentabel voor groep 3 t/m 8 ziet er als volgt uit: Vakgebied Taal/lezen; Rekenen Wereldoriëntatie (aardrijkskunde, biologie, geschiedenis) Verkeer: Catechese/SEO Expressievakken (tekenen, handvaardigheid): Schrijven, t/m groep 7 Engels (7/8) Lichamelijke oefening: Drama Muziek

Lesuur per week 7 uur 5 uur 3 uur ( vanaf groep 5) 1 uur 1 uur 2 uur 1 uur 1 uur 1, 5 uur 0,5 uur 1 uur

In het schoolplan staat vermeld welke methoden op school worden gebruikt. 4.8 Kenmerken van onze school Kenmerkend voor onze school is:  In alle groepen wordt de week geopend met een gesprek: Dat kan een onderling gesprek van de kinderen zijn in een binnen-en buitenkring, waarin ze elkaar iets mogen vertellen over belevenissen n.a.v. het weekend of een vraag van de leerkracht n.a.v. de actualiteit.  Het leerstofaanbod voorziet in het gebruik leren maken van ICT  Het leerstofaanbod vertoont een doorgaande lijn  Het leerstofaanbod bij de vier hoofdvakgebieden biedt herhalingen verrijkingsstof. Naast de 4 hoofdvakgebieden, lezen, spelling, rekenen en begrijpend lezen, wordt er aandacht gegeven aan de wereld oriënterende en creatieve vakken. We proberen ons onderwijs zo gevarieerd mogelijk te laten zijn, met aandacht voor alle vormingsgebieden. Dat betekent dat wij naast deze ‘gewone’ schoolvakken ook andere activiteiten aanbieden, zoals:  Gezamenlijke openingsviering aan het begin van het schooljaar met ’s avonds een feest voor iedereen  Gezamenlijke vieringen zoals Advent, Kerst en Witte Donderdag  De verjaardag van Sinterklaas wordt gevierd  Verjaardagen van de leerkracht  Carnaval  De Vastenactie/mondiaal project  Bezoek aan de bibliotheek  Jaarlijks Cultureel uitstapje of workshop in ieder groep  Voorleesdagen  Kinderboekenweek  Voorleeswedstrijd  Dag van de duurzaamheid  Actie Nederland schoon  Kennismakingslessen met sportmogelijkheden  Scholensportdag 16


        

Deelname aan voetbal-en handbaltoernooi Deelname aan de wandeldriedaagse vanaf groep 3 Deelname aan natuurproject Verkeersexamen in groep 7 en 8 Groepspresentaties waarbij ook ouders worden uitgenodigd Schoolreisje voor groep 1 t/m 7 Deelname aan de dag van techniek Kamp voor groep 8 Afscheidsdag voor groep 8 en -avond voor de ouders van groep 8

Naast deze activiteiten hebben we te maken met een groot aanbod, dit vraagt altijd om goede afstemming van de effectieve onderwijstijd. Jaarlijks maakt de school een keuze aan welke activiteiten ze wel/niet mee zal doen die passen naast deze extra activiteiten. 4.9 Het leesonderwijs in groep 1 t/m 8 Een speerpunt in onze school is de aandacht voor het technisch lezen, begrijpend en studerend lezen, naast de aandacht voor het leesplezier. Goed kunnen lezen is van essentieel belang voor de ontwikkeling van de kinderen De oefenstof wordt in alle groepen gedifferentieerd aangeboden. Op dinsdag, donderdag- en vrijdagmorgen wordt in de groepen 3 t/m 8 zowel in de klas als in de hal gelezen. In de hal lezen de kinderen in duo’s, het zogenaamde Tutorlezen. Kinderen van de bovenbouw lezen bij toerbeurt met kinderen uit de middenbouw. Op de dinsdag- en donderdagmiddag is het stil in het hele gebouw. De kinderen lezen uit hun eigen gekozen boek. Tijdens het fruit eten voor of na de ochtendpauze wordt zoveel mogelijk door de leerkracht voorgelezen. In groep 1 en 2 wordt dagelijks veel aandacht gegeven aan het interactief voorlezen voorbereidend lezen. Kinderen kunnen in de leeshoek ook met de koptelefoon luisteren naar verhalen. In groep 3 krijgt het aanvankelijk lees- en schrijfproces krijgt veel aandacht m..b.v. de methode ‘Veilig Leren Lezen’. De kinderen leren op hun eigen niveau lezen, ook al zelfstandig in groepjes samen lezen. In groep 4 en 5 staat het voortgezet technisch lezen centraal. Vanuit de methode ‘’Lekker Lezen’’ wordt de oefenstof gedifferentieerd aangeboden In de groepen 5 t/m 8 wordt het voortgezet technisch lezen tevens uitgebreid naar het begrijpend lezen. Het doel van het technisch lezen is niet alleen dat de kinderen met plezier lezen maar ook de teksten begrijpen. In groep 6 t/m 8 richt de aandacht zich op het begrijpend/studerend lezen om tot goede studievaardigheden te komen. 4.10 Dyslexieverklaring Het Protocol Leesproblemen en Dyslexie is de rode draad in de zorg voor leeszwakke/dyslectische leerlingen en gericht op het leerkrachthandelen. Deze handelingen zoals het maken en uitvoeren van een handelingsplan moeten zijn uitgevoerd voordat er een onderzoek kan worden gedaan voor een onderzoek. In onze school hanteren we de afspraak dat een onderzoek naar dyslexie mogelijk is vanaf groep 4 kan worden afgerond met een dyslexieverklaring voor groep 5. Deze verklaring geeft mogelijkheden om in aanmerking te komen voor specifieke externe begeleiding of tot het aanschaffen van extra hulpmiddelen.

17


Een dyslexieverklaring geeft recht op extra faciliteiten bij toetsing in de midden-en bovenbouw t.a.v. de CITO-toetsen, ( meer tijd) maar ook in het voortgezet onderwijs. 4.11 Bibliotheekbezoek en ouderbetrokkenheid Het bezoeken van de bibliotheek en het voorlezen thuis wordt door ons sterk gepromoot. Onze school onderhoudt haar contact met de bibliotheek door ons schoolabonnement. Iedere groep kan voor een periode boeken lenen die te maken hebben met het thema waaraan in de betreffende groep wordt gewerkt. Jaarlijks worden nieuwe leesboeken voor de school- en of klassenbibliotheek aangeschaft. Ouders worden vanaf groep 1 betrokken bij de leesontwikkeling van hun kinderen door ze (indien nodig) te adviseren om thuis regelmatig voor te lezen of met hun kind te lezen. Ouders krijgen indien gewenst een “Leeswijzer” mee waarin adviezen staan op welke wijze ze de leestechniek en het leesplezier kunnen helpen ontwikkelen. 4.12 Woordenschatontwikkeling De woordenschatontwikkeling heeft op onze school een belangrijke plaats in het leerproces en past in onze profilering als taal-leesrijke school. Immers alles heeft met taal en communicatie te maken. Het uiteindelijk doel is dat de kinderen beschikken over een voldoende passieve en actieve woordenschat die het studerend en begrijpend lezen ten goede zal komen. ( studievaardigheden). Binnen het woordenschatonderwijs worden regelmatig coöperatieve werkvormen toegepast. Per week krijgen de kinderen minimaal 7 nieuwe woorden aangeboden op verschillende manieren. Het woordenmonster heeft een vaste plek in de groepen 1 t/m 4 en is een hulpmiddel om de nieuwe woorden te onthouden en te gebruiken. In groep 1 en 2 is sprake van een gericht taalaanbod en het uitbreiden van de woordenschat vindt eveneens plaats middels praatplaten, taalactiveringprogramma’s, leesboeken en prentenboeken. Ook in de groepen 3 en 4 is het woordenmonster aanwezig met hetzelfde doel en worden nieuwe woorden dagelijks aangeboden, zowel bewust in de hiervoor bedoelde momenten als op de vele andere taalrijke momenten. De woordenschatontwikkeling krijgt in de groepen 5 t/m 8 extra aandacht met de focus op de leerstrategieën van de kinderen. Met behulp van de methode Taal op Maat geven we verdere invulling aan het taalonderwijs voor groep 4 t/m 8. Het uitbreiden van de Woordenschat wordt in deze methode structureel toegepast. Daarnaast is niet alleen spelling, maar ook het creatief taalgebruik belangrijk. Het schrijven van een verhaaltje, de spreekbeurten vanaf groep 5 en het maken van werkstukken vanaf groep 6 zijn belangrijke taalactiviteiten. 4.13 Boekbespreking, spreekbeurten en het maken van werkstukken. Vanaf groep 3 mogen de kinderen iets vertellen en/of voorlezen uit hun favoriete leesboek in de leeskring. Deze boekpromotie leert een leerling eveneens iets te presenteren in een grotere groep en doet een beroep op zijn/haar communicatieve vaardigheden. In de school hanteren we de volgende afspraak: In alle groepen worden de kinderen worden stapsgewijs begeleid en krijgen de ouders schriftelijke informatie over de werkwijze en begeleiding op school en thuis.

18


Groep 3 en 4 1 keer boekbespreking. De kinderen houden 1x een boekbespreking. Groep 5 De kinderen houden 1x een boekbespreking. De kinderen houden 1 spreekbeurt over een zelfgekozen onderwerp. Groep 6 De kinderen houden 1 spreekbeurt en maken 1 werkstuk. Groep 7 en 8  De kinderen maken 1 werkstuk en houden daarover een spreekbeurt.  De kinderen schrijven een boekverslag. 4.14 Rekenen In alle groepen werken we met de nieuwe methode Wereld in getallen. In groep 1 en 2 worden op spelmatige wijze voorbereidende rekenoefeningen aangeboden t.a.v. het ruimtelijk inzicht en leren ordenen. Vanaf groep 3 wordt in iedere groep per dag een uur aan het rekenonderwijs besteed. Tot en met groep 5 komen alle basisvaardigheden aan bod: Optellen, aftrekken, delen en vermenigvuldigen. De tafels zijn een basis voor de breuken en procenten in de bovenbouw. In groep 5 geldt dat deze vaardigheden geautomatiseerd moeten zijn om tot oplossingen te kunnen komen. In de bovenbouw leren de kinderen werken met tabellen en grafieken. Voor het rekenonderwijs gelden de volgende algemene vaardigheden:  Aan het eind van groep 3 kunnen optellen en aftrekken onder de 10 en tussen 10 en 20.  In groep 4 de tafels t/m 10 kennen, bewerkingen tot 100.  In groep 5 kunnen vermenigvuldigen en delen, bewerkingen tot 1000.  In groep 8 het kunnen toepassen van alle cijferbewerkingen voor hele getallen, kommagetallen, breuken en procentsommen. 4.15 Schrijven Het schrijfonderwijs begint in groep 1 en 2 in de vorm van voorbereidende schrijfactiviteiten. In groep 2 hanteren we de methode ‘Schrijfdans’. Dat zijn ritmische grove en fijn motorische oefeningen in de lucht op papier en op het bord. In de groepen 3 t/m 7 schrijven de kinderen volgens de methode “Schrijven in de basisschool.” Het doel van ons schrijfonderwijs is dat de kinderen een duidelijk leesbaar, verzorgd en vlot handschrift ontwikkelen. Vanaf medio groep 4 krijgen de kinderen een vulpen, die na 2 jaar wordt vernieuwd. In groep 8 wordt geen schrijfles meer gegeven, maar wordt verwacht dat de kinderen het hun aangeleerde handschrift toepassen. Het schrijven in losse letters staan we niet toe, als daarvoor geen speciale reden is. 4.16 Engels In groep 7 en 8 krijgen de kinderen Engels. We gebruiken de methode “Hello World”, waarin kinderen leren eenvoudige gesprekjes te voeren over alledaagse onderwerpen. Het praten met elkaar en het leren van Engelse woorden is belangrijk. Bij het vak Engels worden regelmatig coöperatieve werkvormen toegepast, waarbij de kinderen elkaar overhoren op een speelse manier.

19


4.17 Wereldoriëntatie en verkeer Voor de wereldoriëntatie worden in groep 3 en 4 de methode voor verkeer en natuuronderwijs/biologie gebruikt. In deze methode gaat het niet alleen om feitenkennis maar ook om het aanleren van een juiste houding t.o.v. de natuur en niet levende natuur zoals milieu en techniek en de hygiëne en zorg voor het lichaam. Het geven van seksuele voorlichting is vooral groepsgebonden en afhankelijk van de beleving van de kinderen op dat moment. Vanaf groep 5 t/m 8 gebruiken we eveneens een aparte methode voor aardrijkskunde en geschiedenis. 4.18 Expressievakken De expressievakken tekenen en handvaardigheid krijgen op onze school wekelijks in iedere groep aandacht. Voor zowel tekenen als handvaardigheid hanteren we de methode ”Moet je doen”. De kinderen leren verschillende technieken en werken met verschillende materialen. Daarnaast heeft iedere groep nog een half uur ”Drama” waarbij we de methode “Drama, moet je doen” hanteren en wordt er nog een half uur per week aandacht geschonken aan muziek. Dit jaar zal in het rooster op de donderdag- en vrijdagmiddag tijd worden ingepland voor muziek en dans. 4.19 Schoolcatechese Op onze school is catechese een belangrijk leer- en vormingsgebied. Voor de catecheselessen hanteren we een jaarrooster, waarin twee projecten uit de methode Trefwoord worden gekozen. Daarnaast gebruiken we de kinderbijbel waarin wordt voorgelezen tijdens de bijzondere perioden in het jaar. We denken daarbij aan Advent, Kerst, Vasten, Pasen en Pinksteren. De kinderen maken kennis met het leven van Jezus van Nazareth, met de Bijbel en met de leefwijze van Christenen. Op die manier helpen we hen om geleidelijk aan hun eigen levensbeschouwelijke weg te kiezen. In dit schooljaar worden alle groepen 2 x bezocht door de pastoraal medewerkster vanuit de parochie, Lonneke Gunnink en 1x door de pastoor van de parochie. De aandacht voor de parochiële Vastenactie behoort eveneens bij onze identiteit. In de groepen 7 en 8 wordt aandacht gegeven aan de wereldgodsdiensten. 4.20 Zelfstandig werken en taakwerken De basis van het zelfstandig werken ligt in de kwaliteit van de instructie. Na de klassikale instructie wordt regelmatig aan de kinderen gevraagd zelfstandig ( hetzij individueel of in subgroepjes) de lesstof te verwerken op zijn/haar niveau. We doen een beroep op het oplossend vermogen van een kind, wat het zelfvertrouwen ten goede komt. Vanaf groep 1 leren we de kinderen zelfstandig werken m.b.v. het kiesbord. In veel groepen wordt voor het zelfstandig werken het zgn. stoplicht gebruikt of een ander symbool. Tijdens het zelfstandig werken kan de leerkracht aandacht geven aan een subgroepje. In ieder klas is daarom zo mogelijk een instructietafel aanwezig. Vanaf groep 6 is het zelfstandig werken uitgebreid met werken met weektaken bij meerdere vakken. De kinderen plannen dan zelf hun activiteiten. gelegenheid om de extra aandacht in te plannen. 4.21 Actief burgerschap en sociale integratie Leerlingen groeien op in een steeds complexere, pluriforme maatschappij. Onze school vindt het van belang om haar leerlingen op een goede manier hierop voor te bereiden. Vanuit onze identiteit vinden wij het belangrijk dat leerlingen op een bewuste manier in het leven staan, waarbij ze niet alleen respect hebben voor anderen, maar ook naar anderen omzien. In de school leren wij leerlingen daarom goed samen te leven en samen te werken met anderen. Actief burgerschap en sociale cohesie wordt niet als een apart vak gezien, maar is geïntegreerd in het catechese onderwijs waarbij sociale vorming aandacht krijgt, bij de wereld-oriënterende vakken en in de coöperatieve werkvormen. 20


Veel kerndoelen zijn terug te vinden in onze methodische lessen aardrijkskunde en geschiedenis en zijn lesthema’s mede gericht op het bevorderen van actief burgerschap en sociale integratie. We maken een onderscheid tussen school burgerschap, maatschappelijk burgerschap en staatsburgerschap.

Schoolburgerschap: De leerlingen worden gestimuleerd om een goede burger van de school te zijn.  De schoolregels zijn bij een ieder bekend en ieder behoort zich daaraan te houden  De inrichting van de klaslokalen en de hal zijn aandachtspunten.  Klassenbeurten worden in iedere groep bij toerbeurt verdeeld, waarbij het opruimen een belangrijk aspect is.  Tijdens de lessen creatief taalgebruik, zelfstandig werken en catechese komen sociale competenties zoals naar elkaar luisteren, respect hebben voor elkaar specifiek aan de orde.  De leerlingen van groep 7 en 8 zijn tutoren bij voortgezet technisch leesonderwijs.  Bij de zaakvakken rekenen en taal worden structureel coöperatieve werkvormen toegepast Maatschappelijk burgerschap Dit is zowel dichtbij huis en school als verder weg van toepassing.  De leerlingen van groep 6, 7 en 8 doen mee met de jaarlijkse voetbal- en handbaltoernooien van de gemeente Dalfsen.  Groep 6 doet mee aan de actie “Houd Nederland schoon” en bezoekt de ROVA  Groepen 7 en 8 doen mee aan de jaarlijkse Kinderpostzegelactie.  Groepen 7 en 8 worden voorbereid op het verkeersexamen  Groep 8 neemt deel aan de Techniekdag  Groep 7 doet mee aan de gemeentelijke uitwisselingsdag basisscholen Dalfsen- Hörstel.  De gehele school besteedt aandacht aan de jaarlijkse vastenactie al of niet gekoppeld aan onze parochie. Tijdens de Vastenperiode richten we ons met de kinderen op de mogelijkheden ter verbetering van de leef- en/werkomstandigheden van mensen in tot nu toe onderontwikkelde gebieden. Een geldelijke actie wordt hieraan verbonden. Groep 4 heeft in deze periode een eigen project die past in de voorbereiding van de Eerste heilige Communie.  In alle klassen wordt aandacht gegeven aan bijzondere gebeurtenissen zoals ziekte, overlijden, geboorte en jubilea in de families van leerlingen en leerkrachten.  In de lessen natuuronderwijs wordt aandacht besteed aan omgaan met jezelf, de ander en de omgeving.  In de lessen geschiedenis en aardrijkskunde wordt aandacht besteed aan discriminatie en tolerantie.  De actualiteit in de directe omgeving kan aanleiding zijn tot extra lessen.  De leerlingen van groep 3 en 4 wonen een kennismakingsles bij van diverse sportmogelijkheden.  In de groepen 5 t/m 8 wordt het jeugdblad Sam-Sam gelezen.(mondiaal karakter)  In de groepen 6 t/m 8 wordt regelmatig aandacht gegeven aan het gebruik van de sociale media  In groep 7 en 8 wordt aandacht gegeven aan gebruik van alcohol en drugs en daar waar nodig aan het gebruik van social media  In groep 7 en 8 wordt t.a.v. de veiligheid een vuurwerkles gegeven. Staatsburgerschap: De leerlingen leren wat democratie inhoudt. Ze leren in groep 7 en 8 over politiek en de organisatie van onze samenleving.  Alle leerlingen krijgen een cultureel lesprogramma aangebonden.  In de groepen 1 t/m 8 wordt aandacht gegeven aan Prinsjesdag en Koninginnedag.  Lessen staatsinrichting worden in de groepen 5 t/m 8 gegeven, zoals aangegeven in de geschiedenismethode.

21


Onze doelen zijn: 1. We voeden onze leerlingen op tot fatsoenlijke evenwichtige mensen die respectvol omgaan met zichzelf, de medemens en de omgeving. Wij benoemen dit als schoolburgerschap. Onze schoolregels en klassenafspraken zijn hierop gericht. ( zie document afspraken) 2. Wij voeden onze leerlingen op tot personen die weten wat democratie inhoudt en die daar ook naar handelen. Ze leren hun mening over maatschappelijke thema’s te verwoorden tijdens de wereldoriënterende vakken in coöperatieve werkvormen. We voeden onze leerlingen op tot mensen die “meedoen”, die actief betrokken willen zijn op de samenleving en die gericht zijn op de samenwerking. Kinderen maken kennis met verschillende sportactiviteiten en doen mee aan de jaarlijkse sportdag en schoolsporttoernooien. Wij benoemen dit o.a. als staatsburgerschap. 3. We voeden onze leerlingen op tot personen die kennis hebben van en respect voor andere opvattingen en overtuigingen. In de bovenbouw wordt aandacht gegeven aan de geestelijke stromingen. De school participeert in de vastenactie van de parochie en daar waar mogelijk in andere acties t.b.v. het welzijn van anderen en de omgeving.( maatschappelijk burgerschap) 4. We richten ons op de algemene ontwikkeling en we geven onze leerlingen culturele bagage mee voor het leven. Onze school participeert in het cultuurbeleid van de gemeente. 4.22 Coöperatief leren en sociale vorming In het schooljaar 2011-2012 heeft het team de basistraining Coöperatief leren afgerond. Behalve een cognitief doel ( zie bij taal en rekenen) heeft het coöperatief leren ook als doel de sociale vaardigheden van de kinderen te ontwikkelen en hen te leren samenwerken. In alle groepen wordt op verschillende momenten deze actieve werkvorm ingezet. De school bezit over een document waarin wordt aangegeven welke werkvormen structureel in de groep wordt aangegeven. Sociale vorming en welbevinden We hanteren op school geen methode voor sociale vaardigheden, maar maken gebruik van een praktisch handboek voor iedere groep, ”Natuurlijk sociaal’ waarin de oefeningen en doelen zijn weergegeven. Om de sociale ontwikkeling van de kinderen te volgen en te begeleiden maken we gebruik van een observatielijst vanuit het leerlingvolgsysteem ZIEN. Deze observatielijst wordt door de leerkracht vanaf groep 1 ingevuld. De leerlingen vanaf groep 5 vullen jaarlijks hun eigen vragenlijst in. 4.23 Lichamelijke opvoeding Het aantal uren waarop we gebruik kunnen maken van de gymzaal in de gemeente Dalfsen, gym is afhankelijk van het aantal leerlingen op 1 oktober 2012.Dit jaar hebben we recht op 10, 5 uur totaal per week.(7 x 1,5 uur gym). Het gymrooster is vermeld op de jaarkalender voor alle ouders. Als het weer het enigszins toelaat gaan we met de kinderen buiten gymmen. Om hygiënische redenen vinden we het belangrijk dat de kinderen vanaf groep 5 na iedere gymles douchen. Tijdens het gymmen, moeten de kinderen gymkleding dragen. Een T-shirt en korte broek is voldoende. Het dragen van goede gymschoenen is belangrijk vanwege veiligheidsredenen. Om die reden keuren we het dragen van balletschoentjes af. 4.24 Computer In groep 1 t/m 8 wordt op onze school de computer als ondersteunend hulpmiddel ingezet bij afzonderlijke vakken. Onze school heeft in ieder lokaal tenminste 3 computers. Bij de kleuters zijn de programma’s vooral gericht op het hanteren van de muis, het herkennen van kleuren en vormen. Ook oefeningen op het gebied van taal- , lees- en rekenvaardigheden worden aangeboden. In de groepen 3 t/m 8 is de computer een hulpmiddel om kinderen zelfstandig herhalingen/of

22


vervolgopdrachten te laten maken ter ondersteuning van het leerproces en aansluiten bij het niveau van het kind. In het netwerk ‘Klas.nu’ kunnen de kinderen over diverse informatiebronnen beschikken. De kinderen gebruiken de computer ook om gericht te zoeken naar informatie t.b.v. hun spreekbeurt of werkstuk. Vanuit veiligheidsoverwegingen krijgen de kinderen geen eigen e-mailadres op school. Alleen kindvriendelijke websites kunnen binnen dit systeem worden bezocht Afspraken Voor het veilig en juist gebruik van internet zijn op onze school een aantal afspraken gemaakt. 1. Internet wordt alleen gebruikt voor educatieve doeleinden. 2. Er worden geen sites bekeken die niet aan onze fatsoensnormen voldoen. 3. Regels en wetten met betrekking tot copyright moeten in acht worden genomen. 4. Namen in combinatie met foto’s mogen niet op het net worden geplaatst zonder uw toestemming. Aan het begin van ieder schooljaar en bij het intakegesprek met ouders van een nieuwe leerling wordt toestemming gevraagd 5. Mailen tussen leerlingen en leerkrachten is geen gewoonte. 6. De privé mailadressen van de leerkrachten zijn bij de kinderen niet bekend. 5. KWALITEITSZORG 5.1 Inleiding Doelstelling van een samenwerkingsverband is om scholen te begeleiden en ondersteunen bij het onderwijs aan leerlingen met een specifieke onderwijshulpvraag. Voor deze hulpvragen staat het Zorg Advies Team (ZAT) ter beschikking van de scholen. Dit team vergadert zeer regelmatig verspreid over het schooljaar. Soms kan de ondersteuning bij de hulpvraag de school voldoende aanknopingspunten geven om het onderwijs te kunnen vervolgen. Ook kan geadviseerd worden leerlinggebonden financiering aan te vragen met ondersteuning vanuit het speciaal onderwijs of over te gaan tot plaatsing binnen het speciaal onderwijs. Het team kent een vaste samenstelling van specialisten en nodigt daarnaast bij elke leerlingbespreking de betreffende school de interne begeleider uit. Voor u als ouders is het ook mogelijk om, indien gewenst, de vergadering bij te wonen. U wordt van deze vergaderingen op de hoogte gebracht door de school indien van toepassing. 5.2 Ontwikkeling van passend onderwijs Van ‘Weer Samen Naar School (WSNS)’ naar ‘Passend Onderwijs’ in regio 2304 In 1992 werd begonnen met het Weer Samen Naar School-beleid. Tegenwoordig praten wij over ‘Passend Onderwijs’. Het doel is hetzelfde: zoveel mogelijk kinderen passende ondersteuning en passend onderwijs bieden op de basisschool. Invoering wet Passend onderwijs Met de invoering van de wet Passend Onderwijs veranderen een aantal zaken, bijvoorbeeld: - Het ‘oude’samenwerkingsverband WSNS is verdwenen, er wordt nu gesproken over regio’s. Onze school behoort tot de regio 2304. - Het woord ‘zorg’ is in de wet geschrapt, er wordt nu gesproken over ‘ondersteuning’. In de regio wordt afgesproken welke basisondersteuning van elke school verwacht gaat worden. Bijvoorbeeld: elke school moet een aanbod hebben voor kinderen die meer aankunnen; elke school dient een programma te hebben gericht op sociale veiligheid; het inspectierapport moet voldoende zijn op ‘zorg en begeleiding’. - Het bekostigingssysteem wordt veranderd. De rugzakken, de indicatiestelling, de PCL en de ambulante begeleiding zoals wij die nu kennen verdwijnen. De middelen (die overblijven na de vastgestelde bezuinigingen) gaan naar de nieuwe regio. Hier worden

23


-

-

-

door alle deelnemende schoolbesturen afspraken gemaakt over de inzet van middelen en de verdeling van die middelen naar de scholen. Er wordt ook afgesproken hoe en wanneer een kind verwezen wordt naar het speciaal (basis)onderwijs. Met de invoering van de wet Passend Onderwijs wordt de school verplicht om een goede plek voor elke aangemelde leerling te vinden (op de eigen school, of op een andere school). Dit wordt ‘zorgplicht’ genoemd. Een ouder hoeft zich dus maar op één plek te melden. Iedere school beschrijft in een schoolondersteuningsprofiel wat de school op het gebied van ondersteuning kan en waar de school sterker in wil worden (evt. met hulp van andere partners). De school beschrijft wat de grenzen zijn aan wat zij kan m.b.t. ondersteuning aan leerlingen met specifieke “zorgvragen”. Een ‘vertaling’ van het ondersteuningsprofiel staat in de schoolgids.( zie 5.2) Het profiel wordt met de medezeggenschapsraad besproken. De MR heeft adviesrecht. Het kijken naar kinderen vindt plaats op basis van oplossingsgerichte diagnostiek: wat kan het kind wél en welke vaardigheden heeft het nodig om zich verder te ontwikkelen (in plaats van wat is er mis met een kind, welk probleem het heeft). Daarbij gaat het om dít kind, in deze groep, met deze leerkracht en deze ouders. De mogelijkheden van het kind, de ouders en de leerkracht bepalen alle drie wat er nodig is. Onderwijs en jeugdzorg werken daarbij samen.

Welke gevolgen heeft het voor de school en voor de ouders? Voor de scholen van Catent houdt de nieuwe wet Passend Onderwijs formeel in dat de scholen in zes nieuwe regio’s zijn ingedeeld. In al deze nieuwe regio’s worden door de schoolbesturen nu allerlei afspraken gemaakt: -Hoe verloopt de toelatingsprocedure op de scholen speciaal (basis)onderwijs? -Hoe betalen wij de kinderen die dit onderwijs volgen? -Welke ondersteuning zou elke basisschool minimaal moeten kunnen geven, wanneer is er sprake van ‘extra’ ondersteuning? -Hoe verloopt de afstemming met de gemeente en de jeugdzorg, één kind-één plan? -Hoe worden de middelen verdeeld? -Wat worden de taken en bevoegdheden van de besturen van de nieuwe regio, en wat van het individuele schoolbestuur (centraal-decentraal)? -Hoe zorgen wij er voor dat er een ‘dekkend netwerk’ is, dat wil zeggen: een onderwijsplek voor elk kind? Dit is een omvangrijke klus waar de besturen zich nu op richten. U begrijpt: deze ontwikkeling maakt het lastiger voor Catent om eigen bestuursbeleid (verder) vorm te geven. Echter, wij doen ons best om onze visie en werkwijze overeind te houden: zo weinig mogelijk bureaucratie, zoveel mogelijk middelen naar de scholen. De leerkracht maakt het verschil en daar blijven wij in investeren! Onze scholen blijven gericht op waar het om gaat: het geven van kwalitatief goed onderwijs! Passend onderwijs slaagt alleen wanneer de focus ligt bij de ontwikkeling van het kind. Het kan alleen goed worden vormgegeven als de scholen goed gekwalificeerde en toegewijde leerkrachten inzetten in de klas. Leerkrachten die houden van hun werk en van hun kinderen. Leerkrachten die de tijd krijgen om zich te professionaliseren en die leren van en met elkaar. Wij maken ons best wel zorgen over de wijze waarop passend onderwijs wordt ingevoerd: door gelijktijdig meer te eisen van de school, waar minder middelen voor beschikbaar zijn, loopt de

24


kwaliteit van onderwijs gevaar. De werkdruk wordt hoger, de klassen groter, de eisen aan de opbrengsten worden opgeschroefd (hogere Cito-uitslagen). Toch blijven we kijken naar de kansen, de ruimte om onze eigen keuzes te maken om als school nog beter te worden. Wij zijn gericht op samenwerking, daar waar het een kind ten goede komt. Meer informatie Alles is dus volop in beweging en dat geeft een periode van onzekerheid voor zowel ons als bestuur als ook voor onze scholen. Tot 1 augustus 2014 blijft alles in ieder geval zoveel mogelijk lopen zoals het nu loopt. In diverse media wordt bericht gegeven over de voortgang. Het ministerie van Onderwijs heeft een website ingericht om ouders (leerkrachten en besturen) op de hoogte te houden van de ontwikkelingen passend onderwijs: www.passendonderwijs.nl. Met ingang van 1 augustus 2014 wordt de wet passend onderwijs ingevoerd. Dit leidt tot veranderingen in de bekostiging van de ondersteuning van leerlingen en wijze waarop dit georganiseerd wordt. In dit artikel kunt u er meer over lezen. Voor vragen over de nieuwe ontwikkelingen kunt u bij uw directeur terecht. Zij is vanuit het bestuur en de landelijke media op de hoogte. 5.2 Passend onderwijs in onze school Passend onderwijs is een landelijk ingevoerde onderwijsverbetering met als doel dat ieder kind de tijd, aandacht en hulp krijgt, die het nodig heeft om zich te ontwikkelen. Binnen het passend onderwijs heeft de school de zorgplicht: We vatten de term zorgplicht op als dubbele zorgplicht. Wij hanteren de regel dat wij alle kinderen passend onderwijs willen bieden. Specifieke aandacht voor een leerling mag niet ten koste gaan van de groep. We willen ons profileren als een reguliere basisschool met passende zorgarrangementen op het gebied van taal/lezen en voor kinderen met kenmerken van ADHD en ASS. We proberen ieder kind die passende zorg te geven die het nodig heeft, waarbij het belang van de leerling voorop staat. Dit geldt zowel voor de cognitieve als sociaal emotionele ontwikkeling. Wij denken dat we door onze structuur in school en aanbod kinderen met kenmerken van ADHD en ADD op een passende wijze kunnen begeleiden. In principe zijn ook kinderen met een handicap welkom op onze school, waarbij de aanname afhankelijk is van de omvang en de aard van de pedagogisch- didactische behoefte van het aangemelde kind en de zorgmogelijkheden van de school. Deze worden o.a. bepaald door het aantal leerlingen met specifieke ondersteuningsbehoeften in de groep, de groepsgrootte, de combinatiegroep en de toegankelijkheid van het schoolgebouw. Bij het inhoud geven van het begrip passend onderwijs hanteren we de volgende principes: 

 

Een kind krijgt extra instructie en oefenstof of een speciaal programma, als de ontwikkeling hierom vraagt. Dat geldt zowel voor kinderen die extra ondersteuning nodig hebben als ook voor kinderen die verrijking/verdieping nodig hebben. Deze instructie wordt door de leerkracht in kleinere groepjes aangeboden. Het coöperatief leren kan een doelgerichte activiteit zijn voor het actief oefenen. We laten ons adviseren door een orthopedagoge, mevrouw Sanne Roerink als leerlingbegeleidster. Leerlingen met een indicatie krijgen extra hulp en begeleiding bij ons op school, waarbij de onderwijsassistente wordt ingeschakeld in de groep. We laten ons adviseren door de ambulant begeleider. Vanaf groep 5 worden voor de kinderen met specifieke ondersteuningsbehoeften een ontwikkelingsperspectief gemaakt.

25




Regelmatig vinden zorggesprekken plaats als collegiaal overleg en in de teambesprekingen en met ouders op initiatief van de leerkracht.  Mocht na een jaar blijken dat er voor de aangeboden hulp meer expertise en andere oplossingen nodig zijn, vinden wij een verwijzing naar een andere school een passende maatregel. In ons voorlopig schoolondersteuningsprofiel is het zorgplan en de beschrijving van de basiszorg beschreven. Deze ligt ter inzage bij de directeur. 6 KWALITEITSZORG: Leerlingvolgsysteem en zorgbeleid 6.1 Inleiding Het nauwkeurig onderzoeken, bijhouden en beoordelen van de individuele leerling neemt een steeds grotere plaats in binnen ons onderwijs. De vorderingen van elke leerling worden systematisch vastgelegd om te kijken of er sprake is van groei of stagnatie. Deze administratie is een middel om per groep en per leerling het leer-en ontwikkelproces te volgen. Het geeft de leerkracht extra houvast om te beoordelen of de lesstof goed wordt verwerkt en er veranderingen nodig zijn in het aanbod en/of het tempo. Bovendien is het een middel om te kijken of leerlingen speciale aandacht of hulp op een aantal punten nodig hebben. In het digitale leerlingendossier worden alle persoonlijke gegevens, toetsresultaten, verslagen van leerlingenbesprekingen, verslagen van oudergesprekken, en handelings-en begeleidingsplannen bewaard. Ook observaties en onderzoeken door school of externe instanties worden zo mogelijk in het digitale leerlingendossier opgeslagen. Het leerlingendossier is vertrouwelijk en de wet Bescherming persoonsgegevens is hierop van toepassing. U hebt als ouder recht op inzage in het dossier, na een verzoek daartoe bij de groepsleerkracht of de Intern Begeleider. Het dossier mag echter niet gekopieerd worden of op een andere wijze de school verlaten. De dossiers worden 5 jaar, nadat het kind de school verlaten heeft, bewaard in het archief. 6.2 Zorgbeleid/procedure Iedere leerling mag vertrouwen op voldoende aandacht en zorg die hij/zij nodig heeft voor een positieve succesvolle ontwikkeling. Door een veelheid van oorzaken kunnen zich echter zowel op verschillende ontwikkelingsterreinen (cognitief, motorisch en sociaal emotioneel) problemen voordoen, die tijdelijk dan wel langdurig extra zorg vragen. We kennen daarvoor onze verschillende procedures voor de korte en/of lange hulpverlening en spreken over de verschillende ondersteuningsbehoeften van de kinderen. De ouders worden door de leerkracht op de hoogte gesteld indien er sprake is van extra hulpverlening. We werken op 3 niveaus en maken een onderscheid tussen instructieafhankelijke kinderen, instructiegevoelige kinderen en instructieonafhankelijke kinderen. Hier willen we benadrukken dat kinderen altijd gebaat zijn bij een korte effectieve instructie, in die betekenis is de terminologie instructieonafhankelijke kinderen niet correct De procedure verloopt in grote lijnen als volgt: Na ongeveer 6 weken vindt de eerste groepsbespreking binnen het team plaats. Hier wordt vooral de groepssfeer, het samenwerken en het totale werkklimaat van de groep en het welbevinden van de leerlingen besproken. In de volgende groeps- en leerling-besprekingen, medio november, worden met het hele team, de toetsresultaten besproken en verduidelijken de teamleden aan elkaar de problemen en ontvangen van elkaar suggesties voor een aanpak. Verder worden afspraken gemaakt over handelingsplannen op groeps- en individueel niveau. In een handelingsplan wordt vastgelegd wat het streefdoel is, hoe we dat denken te halen en hoe we het plan evalueren. Voor de volledige beschrijving van het zorgplan verwijzen wij u naar de website van de school.

26


6.3 Berichtgeving naar ouders De ouders van de leerlingen met extra ondersteuningsbehoeften worden door de leerkracht op de hoogte gehouden van de specifieke aandacht. De leerkracht of Intern begeleider nodigt de ouders hiervoor uit voor een kort gesprek. Deze gesprekken vinden op school plaats. In principe komt de leerkracht niet op huisbezoek. De bedoeling is om de ouders te informeren en hen te laten meedenken over de aanpak. We hebben als school de hulp van ouders nodig om bepaalde oplossingen te kunnen uitvoeren. ( zie ook hoofdstuk 9.2) In het handelingsplan wordt afgesproken wanneer de evaluatie plaatsvindt en ook wanneer een volgend overleg met de ouders zal plaatsvinden. Deze voortgangsgesprekken vinden minimaal 2x per jaar plaats. Aan het einde van het schooljaar vindt een afrondend gesprek plaats met de leerkracht en de ouders. 6.4 Consultatiegesprekken Een leerling kan worden ingebracht in de consultatieve leerling-bespreking met onze leerlingbegeleider/orthopedagoog. Vanaf hier start de bovenschoolse zorg. Deze bovenschoolse zorg staat beschreven in ons zorgplan op de website. 6.5 Verlof bij externe hulpverlening Wanneer in overleg met de school extra ondersteuning wordt aangevraagd en uw kind deze extra hulp onder schooltijd krijgt, wordt dit aangemerkt als ’geoorloofd verzuim’. Dit geldt evenzo voor de aanvraag bij extra hulp bij ernstige leesproblemen. In situaties waarin u vanuit eigen zorg en initiatief, hulp van deskundigen inroept hanteren we de volgende afspraken:  Informeer de school over de door u genomen stap  De hulp die door de ingeschakelde hulpverlener wordt gegeven, moet plaatsvinden buiten de schooltijden  Is een kind in een gegeven situatie tijdens de schooluren zonder overleg afwezig dan is de directie verplicht dit als ’ongeoorloofd verzuim’ aan te merken. 6.6 Toetsen Op onze school worden de kinderen getoetst volgens het CITO-toetssysteem. In de voorbereiding van deze toetsen worden deze vooraf inhoudelijk niet geoefend, maar wordt indien nodig wel aandacht gegeven aan de wijze waarop getoetst wordt. Een voorbeeld is het leren omgaan met meerkeuzevragen De toetsresultaten geven ons een beeld van de individuele vorderingen, de groepsontwikkeling en de schoolontwikkeling. De toetsresultaten worden geanalyseerd en kunnen aanleiding zijn tot bijstelling van extra hulpverlening. De uitslagen van de toetsen zijn voor ons een meetinstrument voor onze kwaliteit en kunnen consequenties hebben voor ons onderwijsprogramma. We gebruiken de volgende CITO-toetsen:  Taal voor kleuters  Rekenen voor kleuters  Woordenschat: groep 3 t/m 8  Rekenen en wiskunde; groep 3 t/m 8  Technisch lezen: DMT: Drie Minuten Toets ( woorden lezen) groep 3 t/m 8 AVI: (tekst lezen op niveau) groep 3 t/m 8  Begrijpend Lezen: groep 4 t/m 8  SVS: Spelling groep 3 t/m 8

27


De CITO scores worden niet in het rapport vermeld. De ouders krijgen halverwege het schooljaar inzage in de ontwikkelingsgrafiek van hun kind. Deze ontwikkelingsgrafiek is gebaseerd op de CITO uitslagen. 6.7.1 Observeren Voor de groepen 1 t/m 8 gebruiken we het observatie programma ZIEN, waarbij de sociaal emotionele ontwikkeling van de kinderen wordt geregistreerd. Vanaf groep 5 vullen de kinderen jaarlijks een vragenlijst in. In onze observatie wordt met name gekeken naar het welbevinden, de betrokkenheid de zelfstandigheid en de relatie van de kinderen onderling en met de leerkracht. Indien nodig wordt een plan van aanpak gemaakt om de sociaal emotionele ontwikkeling van de kinderen te versterken. 6.8 Entree- en eindtoets Naast het genoemde leerlingvolgsysteem doen de leerlingen van groep 7 mee aan de entreetoets van CITO. Deze toets laat zien waar eventueel in het laatste jaar nog extra aandacht aan besteed moet worden. De afname van deze toets vindt meestal plaats in mei. Vooraf krijgen de ouders een brief en een ouderfolder waarin onze procedure wordt uitgelegd. Als de uitslag binnen is, krijgen de kinderen deze in een gesloten envelop mee naar huis. In groep 8 maken alle leerlingen de CITO Eindtoets Basisonderwijs. De ouders van de kinderen van groep 8 krijgen de uitslag van de toets in een gesloten envelop mee naar huis. De uitslag van deze toets, de sociaal- emotionele ontwikkeling en de resultaten van de voorgaande jaren spelen een rol bij de adviseringsgesprekken over het voortgezet onderwijs. Na de Eindtoets in groep 8 wordt in de tweede helft van het schooljaar aandacht gegeven aan de schoolkeuze door o.a. het bezoeken van open lesdagen van de TAK in Zwolle en het Vechtdalcollege in Ommen. Met het naderend afscheid in zicht, het schoolkamp en de slotavond, hopen we dat deze groep kan terug kijken op een gezellige en leerzame tijd op onze school. 6.9 Trendanalyse

Halverwege en aan het eind van het jaar wordt door de IB’ er en de directeur een trendanalyse gemaakt. De toetsresultaten op schoolniveau worden door het team bekeken en besproken met de MR De besprekingen kunnen leiden tot conclusies en actiepunten op drie niveaus:  De individuele leerling  De groep  De doorgaande lijn binnen de school 6.10 Jaarplan Een andere manier om de kwaliteit van het onderwijs te toetsen is het jaarplan. In het jaarplan is de ontwikkelagenda van de school beschreven. Het jaarplan wordt in oktober besproken met het team, SAC en MR en ter informatie doorgestuurd naar het bestuur en inspectie. 6.11 Rapportage In de groepen 1 t/m 8 krijgen de kinderen driemaal per jaar een rapport mee. In dit woorden cijferrapport worden naast de werkhouding, alle vak- en vormingsgebieden beoordeeld. In het rapport wordt de CITO score niet genoteerd: in onze visie gaat het om de ontwikkeling van het kind, onafhankelijk van het niveau. Een cijfer op de vakgebieden lezen, spelling, rekenen en begrijpend lezen is een gemiddelde van alle methodegebonden toetsen en van het gemiddelde van de CITO score. De score van de CITO kan het cijfer naar boven of beneden afronden.

28


Voor de vakgebieden natuuronderwijs/biologie, aardrijkskunde en geschiedenis krijgen de kinderen t/m groep 5 een beoordeling op hun belangstelling en inzet. Vanaf groep 6 is het cijfer gebaseerd op kennis, die wordt getoetst middels proefwerken. Voor deze drie vakgebieden gebruiken we geen CITO toetsen. In groep 1 is meegeven van een rapport afhankelijk van het instroommoment. De kinderen die na januari instromen krijgen geen rapport mee, de ouders worden wel uitgenodigd voor een gesprek om over het welbevinden en de ontwikkeling van hun kind te spreken met de leerkracht. Het rapport van groep 1 en 2 is gebaseerd op de observatiekaarten van de methode, waarbij de ontwikkelingsfase op het gebied van motoriek, taal, rekenen en sociale ontwikkeling van de kleuter t.a.v. de gestelde tussen-en einddoelen wordt aangegeven. Dit jaar worden de rapporten voor de kleuters vernieuwd en aangepast aan de nieuwe methode. De resultaten worden met de kinderen besproken voordat de rapporten mee naar huis gaan. Na dit gesprekje zetten de kinderen hun eigen ’handtekening.’ Tijdens de tien minutengesprekken wordt het rapport met de ouders besproken. Wanneer de leerling op zijn/haar niveau wel voldoende presteert, maar dit is nog niet volgens het gemiddelde niveau van de groep, worden de prestaties pedagogisch becijferd met een sterretje. 6.12 Doubleren/vertragen Kinderen volgen in principe acht jaar basisonderwijs, maar het komt voor dat kinderen twee jaar over een bepaalde groep doen. Wij streven er naar in overleg met de ouders, gezamenlijk tot een beslissing te komen. We hanteren de volgende normen:  We laten een leerling alleen vertragen wanneer het onvoldoende vorderingen maakt, vergeleken met de algemene norm. We kijken hierbij naar verschillende factoren op verschillende gebieden m.n. de cognitieve ontwikkeling(kennis) sociaal emotionele ontwikkeling en motorische ontwikkeling.  Op basis van achterstand op een leer/ontwikkelingsgebied zal een kind niet vertragen; er moeten meerdere factoren een rol spelen.  Een leerling kan maximaal een keer in zijn/haar schoolloopbaan vertragen; We verwachten dat de leerling de rest van de schoolloopbaan vervolgens ‘normaal’ kan vervolgen.  Als een leerling vertraagt moet er een actieplan worden gemaakt voor het kind, gericht op de verbeterpunten, bijvoorbeeld: o meer zelfvertrouwen/minder faalangst. o inhalen van de achterstand. o betere leerprestaties op een vakgebied. Mocht er sprake zijn van een meningsverschil t.a.v. deze normen, dan ligt de eindverantwoordelijkheid bij de ouders en directeur. De directeur heeft de bevoegdheid om uiteindelijk te besluiten op grond van het schoolbeleid. 6.13 Versnellen Wij zijn van mening dat er voor versnellen een aantal algemene vaste richtlijnen/criteria zijn, maar dat bij elk kind opnieuw afwegingen gemaakt moeten worden. Het gaat niet alleen om de vraag of je moet versnellen of verrijken, maar meer op welke manier en welke moment je een van beide moet doen! Vaak wordt met versnellen geassocieerd met ’een groep overslaan’. Versnellen betekent op enigerlei wijze verkorten van de basisschoolperiode. Dit kan op verschillende manieren gestalte krijgen:  Een leerling blijft in de eigen groep en doorloopt een vak in versneld tempo.

29


 Compacten en verrijken is een vorm van versnellen binnen de jaargroep. De leerstof wordt ingedikt ( minder herhalingen) en de leerling krijgt in de vrijgekomen tijd verrijkings-en verdiepingsstof aangeboden  Het contact met de groep en de mogelijkheden tot samenwerken blijft belangrijk.  Een kind gaat vervroegd naar een volgende groep na de zomervakantie  Een kind gaat halverwege het schooljaar naar de volgende groep, als na doortoetsing en onderzoek blijkt dat de cognitieve en sociaal emotionele voorsprong dit toelaat. 6.14 Omgaan met meerbegaafde leerlingen volgens ons ons SIDI protocol: SIDI betekent: Signaleren en Identificatie Diagnosticeren van intelligente en meerbegaafde kinderen. Ieder jaar vult de groepsleerkracht van groep 4 t/m 8 na 6 weken onderwijs, een groepssignaleringslijst in uit ons SIDI protocol, om mogelijke kenmerken van meerbegaafdheid bij kinderen te signaleren. Dit jaar is het invullen van deze groepssignaleringslijst een onderdeel van ons toetsrooster. De groepsleerkracht van groep 1 t/m 3 vult dit formulier in op een iets later tijdstip in (ongeveer november). Voor instromers in de groepen 1 t/m 8 wordt deze signaleringslijst na ongeveer 6 weken door de groepsleerkracht ingevuld. Voor de leerlingen die qua niveau verder zijn dan het klassengemiddelde en aan een korte instructie voldoende hebben, hanteren we de volgende criteria:  De CITO-scores van minimaal 2 toetsen op groepsniveau moeten twee jaar achter elkaar op A+ Niveau zijn.  De methodegebonden toetsen zijn altijd goed gemaakt.  De kinderen kunnen zelfstandig werken en oplossingsgericht werken  Het klassenniveau is voor hen te laag.  Het leren leren en zelfstandig handelen van de kinderen staat in de begeleiding centraal.  Mocht het aanbod niet voldoen aan de leerbehoefte van het kind dan wordt met de ouders een afspraak gemaakt over een vervolgtraject t.a.v. verrijken en/of versnellen.  Bij vermoeden van hoogbegaafdheid vullen de ouders en de leerkracht een lijst in.  In overleg met de ouders en de orthopedagoge wordt besloten of een onderzoek noodzakelijk is.  De uitslag van het onderzoek is richtinggevend voor de volgende stap t.a.v. versnellen. In het protocol meerbegaafdheid is de procedure stapsgewijs beschreven. Mocht in de bovenbouw blijken dat dit aanbod niet toereikend is om tegemoet te komen aan de leerbehoefte van de kinderen, dan kan de school in overleg met de groepsleerkracht en ouders gebruik maken van het externe aanbod voor pluslessen in Zwolle. In onze school is geen plusklas geformeerd, dat is gezien de formatie niet mogelijk. 6.15 Instromers en groepsverloop “najaarskinderen” Vanaf schooljaar 2005-2006, is het conform een vuistregel van de Onderwijsinspectie mogelijk dat 4jarigen die instromen in oktober, november of december het volgende schooljaar al naar groep 2 kunnen, mits de cognitieve en sociaal emotionele ontwikkeling van het kind daartoe aanleiding geeft. Dit is dus geen vanzelfsprekendheid. De school beschikt over een protocol waarin de criteria zijn vermeld 6.16 Uitstroomgegevens Door deelname aan de verplichte toets CITO eindtoets krijgt de school een beeld waar we m.b.t. de 4 hoofdvakgebieden staan, waarbij we de kanttekening willen maken dat de score niet allesbepalend is voor de kwaliteit van het onderwijs. De gemiddelde score is mede afhankelijk van de groepsgrootte en het aantal leerlingen met specifieke ondersteuningsbehoeften. 30


De score kan er wel toe leiden om eventueel plannen bij te stellen om het een en ander te verbeteren. De CITO score van 2010 heeft geleid tot extra inzet op het voortgezet technisch lezen t.b.v. het begrijpend lezen en studievaardigheden. De CITO score van 2011 heeft geleid tot de inzet op de woordenschatontwikkeling om de CITO resultaten bij begrijpend lezen en studievaardigheden schoolbreed te verhogen. De CITO score van 2012 heeft geleid tot structurele aandacht voor de studievaardigheden. De gemiddelde schoolscore in het schooljaar 2011-2012 is op de 4 hoofdvakgebieden lezen, spelling, begrijpend lezen en rekenen in alle groepen boven het landelijk gemiddelde. De gemiddelde CITO score in het schooljaar 2012-2013 is eveneens op de 4 hoofdvakgebieden boven het landelijk gemiddelde. De maximale score van de Eindtoets is 550, de minimale score is 500. In het schema staan de ongecorrigeerde scores vermeld. Een ongecorrigeerde score houdt in dat er geen herberekening heeft plaats gevonden op LWOO verwijzing. Jaar 2010 2011 2012 2013

Schoolgemiddelde 532,4 536 542,3 542

Landelijk gemiddelde 534,9 535,1 535,1 534,7

De uitstroom van de leerlingen van groep 8 is als volgt: Aantal GymAtheneum HAVO/ HAVO TL/HAVO TL GT Kader/ Basis/ leerlingen nasium VWO GT Kader 19 0 7 3 3 0 5 0 1 0 Met de ontvangende scholen voor het voortgezet onderwijs hebben we na de verwijzing nog contact. Van de eerste jaren ontvangen wij een rapport van onze oud leerlingen. Mede hierdoor kunnen wij zien of onze schooladviezen op maat zijn (geweest). Instroom: Teldatum 1-10-2010: 225 Teldatum 1-10-2012: 237 Teldatum 1-10-2013: 240 Uitstroom Vertragers; 2 Versnellers: 2 Vroegtijdige schoolverlaters: 2 Verwijzing SBO:1 6.17 Activiteiten om de kwaliteit van de school te borgen en bewaken. In het schoolplan 2010-2016 zijn de afspraken/schooldoelen vermeld in de beleidsvoornemens voor de komende 4 jaar. In het overleg met de SAC en de MR past regelmatige evaluatie of de gestelde doelen bereikt zijn. In het jaarlijks overleg met directie en bestuur vindt eenzelfde evaluatie plaats. Bijstelling van het beleid in het jaarplan op basis van evaluaties en nieuwe schooleigen doelen formuleren is dan een logisch gevolg.

31


7 VERANTWOORDING RESULTATEN 7.1 Inleiding Twee keer per jaar worden de groeps-en leerlingresultaten in het team besproken. Het bespreken van de scores leidt tot analyseren en concluderen op leerling-, groeps-en schoolniveau, rekening houdend met de belemmerende en stimulerende factoren van de groep en de kindkenmerken.

De inzet en aandacht voor de woordenschatontwikkeling en het aanleren van de woordleer- strategieën hebben in de eindscores een positieve ontwikkeling laten zien. In de onderstaande tabel ziet u een overzicht van de gemiddelde schoolresultaten op de 4 hoofdvakgebieden Technisch lezen ( DMT=Drie minuten test)-Spelling Rekenen en en Begrijpend lezen en de gemiddelde score van Woordenschat voor groep 3 t/m 8. Score interpretatie: Vakgebied Technisch lezen DMT Begrijpend lezen Spelling Rekenen Woordenschat

Gemiddelde schoolscore 3,7= voldoende/ruim voldoende 4,3= ruim voldoende/goed 4,3= ruim voldoende/goed 4,3= ruim voldoende/goed 4,2= ruim voldoende/goed

3= voldoende 4= ruim voldoende 5= goed

Rekenen voor kleuters Taal voor kleuters

4,3= ruim voldoende/goed 4,2= ruim voldoende/goed

Conclusie: Onze streefdoelen t.a.v. de 4 hoofdvakgebieden zijn gehaald. Minimaal 80 % van de kinderen in de groepen hebben een B score op de 4 hoofdvakgebieden. 7.2 Verantwoordingsdocument opbrengsten norm 201020102011 2011 1. 2 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. 16. 17. 18. 19. 20. 21. 22. 23. 24. 25. 26.

Toezichtarrangement Leerlingen zonder gewicht Leerlingen met gewicht 0,3 Leerlingen met gewicht 1,2 Totaal aantal leerlingen Advies PRO-VSO Advies VMBO BB – KB Advies VMBO GL – TL Advies HAVO Advies HAVO-VWO Advies VWO Advies gymnasium Rendement na drie jaar CITO-eindtoets ongecorrigeerd CITO-eindtoets gecorrigeerd Taal Rekenen Wereldoriëntatie Studievaardigheden Taal voor kleuters E2 % ABC DMT E3 % ABC DMT E4 % ABC RW E4 % ABC RW E6 % ABC BL M6 % ABC SPE E6 % ABC

norm 20112012

nvt 215 9 1 226 0 3 4 5 3 5 0

532.2 71.7 37.1 65.0 28.9 80% 80% 80% 80% 80% 80% 80%

536 534.8 75.0 40.1 68.4 30.6 96% 79% 81% 97.5% 95% 100% 100%

20112012

Norm 20122013

nvt 222 11 1 234 0 2 8 2 11 8 1

532.2 71.9 45.3 66.6 30.7

541.8 539.2 74.8 47.8 69.3 32.0 97% 88% 87% 90% 96% 97.5% 90%

20122013 nvt 212 11 1 224 0 1 5 3 3 7 0

534.7 534.8 72 41.1 62.2 28.4

542 536 80.4 47.5 70.5 32.4 100% 84% 93% 95% 96% 89% 81%

32


8 HET TEAM 8.1 Inleiding De school wordt geleid door een directeur. De directeur werkt parttime en is vrijgesteld van lesgevende taken. Op school is een leerkracht Intern Begeleider en tevens is Opleider in school, waardoor zij bevoegd is om studenten en leerkrachten te coachen. De Intern begeleider is direct betrokken bij het begeleiden en uitvoeren van het onderzoek Woordenschatontwikkeling in het traject “Óp weg naar een academische school”. De Intern begeleider is tevens leescoördinator van de middenen bovenbouw. Een leerkracht van de onderbouw volgt de cursus Handelings Gericht Werken en begeleidt het team in het implementeren van HGW en opbrengstgericht werken. Dit schooljaar hoopt ze haar Master Sen opleiding af te ronden. Op school is een leerkracht rekencoördinator voor de midden-en bovenbouw. Een leerkracht is coördinator voor de woordenschatontwikkeling in de onderbouw. Een leerkracht is verantwoordelijk voor het ICT-beleid en is daarvoor 1 middag in de week ambulant. Het team kenmerkt zich door een grote betrokkenheid, collegialiteit en bereidheid tot scholing. De meeste leerkrachten zijn al jarenlang aan de school verbonden. In het schoolondersteuningsprofiel en inspectierapport zijn de kenmerken van de leerkrachten te lezen. 8.2 Samenstelling team Per 1-9-2011 Ouder dan 50 jaar Tussen 40 en 50 jaar Tussen 30 en 40 jaar Tussen 20 en 30 jaar Jonger dan 20 jaar Totaal

Directie 1

1

leerkrach ten 7 2 4 2 15

OOP 1 1 2

Naast de directeur werken op school 15 leerkrachten, waarvan 2 fulltime en 13 parttime, een studente Academische school, 1 onderwijsassistente en een administratief medewerkster, ons onderwijsondersteunend personeel (OOP). Het team kent 4 mannelijke leerkrachten.

De functies van de leerkrachten bestaan uit lesgebonden en niet-lesgebonden taken. In ons taakbeleid staat omschreven welke taken binnen de school aanwezig zijn en wie deze taken op zich neemt. Duidelijk is dat een aantal taken persoonsgebonden zijn:  De directeur is belast met de organisatie en de verantwoording van de hele school  Twee leerkrachten zijn Intern begeleider en organiseren de zorgverbreding in de school en coachen de leerkrachten wanneer het gaat om het verlenen van extra hulp in de klas.  Een leerkracht is als ICT’er verantwoordelijk voor de informatie- en communicatietechnologie en de mogelijkheden van de huidige software in het onderwijs.  Een leerkracht is contactpersoon van onze school voor het cultuurbeleid.  De secretaresse is verantwoordelijk voor de administratieve ondersteuning t.a.v. de organisatie.  De onderwijsassistente ondersteunt de leerkracht tijdens het verlenen van extra zorg. De onderwijsassistente wordt zowel in de onder-midden-als bovenbouw ingezet.  De studente academische school, geeft 2 dagen per week in de groep en wordt begeleid door een mentor ( leerkracht) in school.  Zes leerkrachten zijn in het bezit van het certificaat BedrijfsHulpverlener (BHV) en EHBO  We worden ondersteund door twee interieurverzorgsters, zij zorgen voor het schoonhouden van het gebouw.  De conciërge komt een morgen in de week en is verantwoordelijk voor het herstel/reparatie van kleinere materialen en klein onderhoud van gebouw.

33


8.3 Wie werken er in de school? Ria van Hulzen- Geurts Inge Snijder- Haarman Sabine van der Sligte- Zagema Marie Jose de Bruijn- van Schie Leonie Blom Thea Dheere- van Veen Ineke Flierhuis Vanessa de Greef Joke Bouwman- Kemper Petra Gaasbeek Lotte Paalman Bernardien Albers- Franssen Marian Velderman- Reimert Sabine Balster-Koggel Harald Dinkelberg Bas Lambers Jos Scholte-Aalbes Frans Schepers Ellen Hoonhorst- Oude Nijhuis Herman Hilgenkamp Dinie Wesselink- Heun Diana Koerhuis

Directeur ma, di, do Secretaresse ma en do Leerkracht groep 1 ma di en woe Leerkracht groep 1 domo en vrmo Vakleerkracht muziek en dans domi, vrmi Leerkracht groep 2 ma, dimo, woe, do, en vr Intern begeleider in opleiding Leerkracht groep 3 wo, do en vrmo. Leerkracht groep 7, vrmi Leerkracht groep 3 ma di, do Leerkracht groep 8, domi Leerkracht groep 4, ma, di en do Intern Begeleider groep 4 t/m 8 di, do en vrijdag Uitvoerder van Onderzoek academische opleidingsschool woe Leerkracht groep 6 ma, di, woe. Studente academische opleidingsschool groep 6 do, vrij Leerkracht groep 5 ma, di, woe Leerkracht groep 5, do vr Leerkracht groep 7 ma, do Leerkracht groep 4 woe Leerkracht groep 8 ma,di,woe do en vr Leerkracht groep 7 di, woe en vrij Contactpersoon ICT vr.mi. Leerkracht groep 7/8. ma, di, woe,domo Leerkracht groep 7/8 domi en vr Onderwijsassistente di en do Conciërge mamo Interieurverzorgster Interieurverzorgster

8.4 Wijze van vervanging bij ziekte en compensatieverlof. De leerkrachten hebben compensatieverlof en kunnen gebruik maken van de BAPO regeling. Twee leerkrachten maken gebruik van de BAPO regeling. Gezien de extra taken en/of BAPO van een aantal leerkrachten kan het voorkomen dat in een groep op een middag een derde leerkracht staat. Deze middagen staan vast en zijn structureel. 8.5 Scholing van leerkrachten en studieverlof. Dit jaar zijn 4 studiedagen en 1 studiemiddagen ingeroosterd. De kinderen zijn dan vrij. Op de schoolkalender staan deze dagen vermeld en via het Polhaarnieuws wordt een studiedag nogmaals tijdig aangegeven. De leerkracht van groep 2 heeft dit schooljaar op de vrijdag haar studieverlof t.b.v. de Master Sen opleiding. Naast de studiedagen en de teamvergaderingen willen we ook leren van elkaars ervaringen en kwaliteiten. In het schooljaar zullen 2x per jaar leerkrachten bij elkaar in de klas komen kijken. Dat houdt in dat de directeur of de onderwijsassistente voor een uurtje de groep overneemt.

34


9. DE BETROKKENHEID EN COMMUNICATIE MET OUDERS 9.1 Inleiding Ouders hebben een bijzondere plek in de school. Ouders vertrouwen een groot deel van de vorming en opvoeding van hun kind aan de school toe. De betrokkenheid met de ouders is voor de school erg belangrijk. We hebben een gezamenlijk belang en dat is het welzijn van het kind. We betrekken ouders in het ontwikkeling van hun kind door samen met de ouders in gesprek te gaan. 9.2. Gesprekken We onderscheiden de volgende gesprekken die hier in een schema zijn weergegeven. Gesprek Voor wie Onderwerp Kennismakingsgesprek Ouders/verzorgers van groep 2* Ouders van latere instromers ( groep 1 t/m 8)

Tienminutengesprek met de leerkracht

Alle ouders/verzorgers

Voortgangsgesprek Met de leerkracht Zorggesprek met de leerkracht en/of intern begeleider Consultatiegesprek met de intern begeleider en/of orthopedagoge

Ouders/verzorgers van leerlingen met extra ondersteuningsbehoeften Voor ouders/verzorgers wanneer er een onverwachte verandering wordt waargenomen in gedrag of resultaten Ouders/verzorgers van leerlingen met extra ondersteuning

Afrondingsgesprek met de leerkracht

Ouders/verzorgers van leerlingen met extra ondersteuning Facultatief voor alle ouders

Hoe vaak 1x in het schooljaar Ongeveer 3 weken na instroming Bespreken van 2x per jaar rapport (november en maart) Bespreken van Minimaal handelingsplan 2x per jaar Zoeken naar Vooraf oorzaak en niet vast te oplossing stellen Mogelijkheden Tijdens voor externe zorgtraject ondersteuning vaststellen en/of onderzoek Bespreken van Aan einde ontwikkeling van schooljaar

9.2.1 *Kennismakingsgesprekken/Nieuwe ontwikkeling: Traditiegetrouw is het altijd de leerkracht die de ouders informeert over de ontwikkeling van de kinderen. In onze visie past deze houding niet meer in deze tijd, maar zien wij ouders als ervaringsdeskundigen met betrekking tot de ondersteuningsbehoeften en stimulerende en belemmerende factoren inde ontwikkeling van hun kind. In het kader van onderzoek “’Ouderbetrokkenheid” als afstudeeropdracht voor de Master Sen opleiding van de leerkracht van groep 2, worden dit schooljaar kennismakingsgesprekken gehouden met alle ouders in groep 2. Afhankelijk van de ervaringen en aanbevelingen wordt besloten of deze kennismakingsgesprekken structureel in alle groepen worden ingevoerd.

35


9.2.2 Tien-minuten gesprek Twee keer per jaar, in november 2013 en maart 2014, wordt u uitgenodigd voor een persoonlijk gesprek over het rapport van uw kind. De tienminutenavonden zijn bedoeld om de wederzijdse verwachtingen uit te spreken n.a.v. het rapport. De avonden worden tijdig bekend gemaakt. Vanwege de grootte van de groepen starten we vroeg op de avond. We gaan ervan uit dat een van u of u beide op een van deze avonden in de gelegenheid bent om met de leerkracht te praten. Tijdens de eerste avond wordt vooral gesproken over het welbevinden en de algemene indruk van uw kind. Tijdens de tweede avond krijgt u inzage in de ontwikkelgrafiek van uw kind en wordt u geïnformeerd over de CITO scores. We overwegen dit schooljaar om de CITO scores ook mee te geven naar huis. 9.2.3 Voortgangs- afrondingsgesprek De voortgangs-en afrondingsgesprekken zijn bedoeld om de ouders te informeren over de effecten van de extra zorg binnen de groep en de voortgang van de extra aandacht in het nieuwe schooljaar. In de jaarkalender wordt aangegeven in welke week deze gesprekken worden gehouden. 9.2.4 Zorggesprek Een zorggesprek wordt niet in de jaarkalender genoteerd omdat deze gesprekken gehouden worden op uitnodiging van de leerkracht of op verzoek van de ouder wanneer er sprake is van een onverwachte negatieve ontwikkeling in resultaten en/of gedrag. 9.2.5. Consultatiegesprek Mocht de extra begeleiding in de klas niet de gewenste ontwikkeling laten zien, dan wordt advies gevraagd van de orthopedagoge. Deze gesprekken zijn niet genoteerd in de jaarkalender. 9.2.6 Afrondingsgesprek Het is onze intentie om dit jaar zijn de afrondingsgesprekken voor alle ouders van groep 1 t/m 8 facultatief. 9.3 Informatieavonden groep 1 t/m 8 Aan het begin van het schooljaar houden we voor elke groep een informatieavond. De groepsleerkrachten geven informatie over de specifieke kenmerken van dat schooljaar. Dit jaar staan de informatieavonden o.a. in het teken van huiswerkbegeleiding en leesbegeleiding vanaf groep 1. Voor de ouders van de leerlingen van groep 8 volgt er in het voorjaar een extra ouderavond over het voortgezet onderwijs. Deze wordt georganiseerd door het Voortgezet onderwijs en kan ook plaatsvinden in een andere basisschool in Dalfsen. Deze datum zal tijdig in het Polhaarnieuws worden aangegeven. 9.4 Communicatie ouders-school Wij streven naar een eerlijke transparante communicatie waarin de zaken op de juiste plek met de juiste personen worden besproken in een sfeer van respect. Mocht u vragen hebben of opmerkingen dan hopen we dat u dit bij de leerkracht of directie komt melden. Wij gaan ervan uit dat u hier niet te lang mee wacht. Beter te vroeg gemeld dan te laat. Bij een meningsverschil probeert u dit zelf met de desbetreffende leerkracht te bespreken. Indien nodig, vraagt u advies bij de directie. Directie kan als intermediair optreden als u dit wenst. Mocht er aanleiding toe zijn, dan wordt u doorverwezen naar de MR of naar de contactpersoon vertrouwenszaken of onderwijsinspectie. De contactpersoon vertrouwenszaken van onze school is mevr. Rahima Sijtsma. U kunt ook bij haar terecht met vragen. Haar telefoonnummer staat vermeld in de jaarkalender.

36


9.5 Communicatie ouders-directie Op maandag, dinsdag en donderdag is de directeur aanwezig. Op deze dagen kunt u tot 9.00 uur altijd bij vragen of twijfel binnenkomen en indien nodig een afspraak met haar maken. Het spreekt voor zich dat met uw op- of aanmerkingen vertrouwelijk wordt omgegaan. Via de mail [email protected] is ze altijd bereikbaar. Bij afwezigheid van de directeur kunt u met een dringende vraag, via het team het mobiel nummer/privénummer ontvangen, zodat er gelegenheid is om haar te spreken en/of een afspraak te maken. Bij afwezigheid van de directeur wordt zij door de groepsleerkracht/team op de hoogte gehouden van bijzondere situaties. Voor informatie of algemene vragen over de school kunt u bij de secretaresse, mevr. Inge Snijder, terecht of kunt u via haar een afspraak maken met de directie. 9.6 Communicatie ouders-leerkrachten Om miscommunicatie te voorkomen hanteren we de volgende regels: -

Als er bij de leerkracht vragen zijn over het functioneren en/of welzijn van uw kind, neemt hij/zij altijd contact met u op om deze zorg te bespreken. Als u de leerkracht langer wilt spreken is het verstandig daarvoor een afspraak te maken. Voor korte mededelingen kunt u de leerkracht ook voor schooltijd aanspreken. Na 8.25 uur is de leerkracht bij de deur om de kinderen te verwelkomen en is het moeilijk om dan ook met ouders in gesprek te gaan. Op dinsdagmiddag of donderdagmiddag is er na schooltijd de wekelijkse teamvergadering. Deze begint om 15.30 uur: Wilt u daar rekening mee houden, als u de leerkracht wilt spreken? Ouders nemen contact op met de leerkrachten als zich bijzondere situaties voordoen waarvan de leerkracht niet op de hoogte is. Zorggesprekken vinden zoveel mogelijk onder schooltijd plaats Schoolafspraken worden thuis nagekomen in het belang van het kind. Bij onverwachte voorvallen: een ongeluk(je) plotselinge ziekte wordt u altijd gebeld.

9.7 Betrokkenheid Een andere vorm van betrokkenheid is de participatie van ouders op organisatorisch, praktisch of beleidsmatig niveau: U kunt als ouder actief meedenken en/of meehelpen als: Lid van de oudervereniging (OV)* Lid van de Schooladviescommissie (SAC) Lid van de Medezeggenschapsraad Helpende ouder bij activiteiten Overblijfouder *Aan het begin van het schooljaar krijgen de ouders een participatielijst waarop ze kunnen aangeven wanneer ze waarmee willen helpen.

37


Naast deze contacten kennen we ook de informele momenten, waarop ouders worden uitgenodigd:  Openingsviering en Openingsfeest  Surpriseavond  Kijkmomenten ( schriften kijken) In de week voorafgaande aan de tien-minutenavonden, bent u na schooltijd in de gelegenheid om met uw kind in de klas zijn/haar schriften en werkstukjes te bekijken.  Schoonmaakavond  Groepspresentatie: een uurtje drama/muziek of andere creatieve uitingen van de kinderen  Afscheidsavond groep 8 (ouders van de kinderen van groep 8) Deze middagen staan in de jaarkalender vermeld. 9.8 Informatievoorziening aan ouders Op verschillende manieren wordt u van praktische en inhoudelijke informatie voorzien.  Het informatieboekje voor groep 1 gericht op een aantal praktische zaken met daarin de schoolafspraken. Dit boekje krijgt u uitgereikt tijdens het kennismakingsbezoek.  De schoolkalender, hierin vindt u de data van diverse activiteiten waaronder de ouderavonden. We gaan ervan uit dat u in uw eigen agenda zoveel mogelijk rekening houdt met deze dagen. Deze wordt aan alle oudste kinderen in de eerste week meegegeven van het nieuwe schooljaar meegegeven.  Het Polhaarnieuws, onze digitale wekelijkse Nieuwsbrief ( evaluatie volgt nog)  Folders en brieven/uitnodigingen  Website/ twitter  De schoolgids en het schoolplan staan vermeld op de website van de school  Protocollen staan vermeld op de website van de school  Verantwoording van resultaten en inspectieraapport op de website In de eerste week van het nieuwe schooljaar, of op het moment dat uw kind bij ons op school is gekomen ( instromers) ontvangt u het informatieboekje en de schoolkalender. Het Polhaarnieuws wordt op donderdagavond verstuurd. In de nieuwsbrief wordt melding gemaakt van de folders die regelmatig binnenkomen. Bij belangstelling kunt u er een meenemen vanaf de tafel in de entree. Op vrijdag worden ook andere noodzakelijke brieven meegegeven. Bij bijzondere gebeurtenissen krijgen de kinderen mogelijk ook op een andere dag een extra brief mee, bijvoorbeeld een brief n.a.v. de luizencontrole. Onze school heeft een website www.polhaar.nl. De inlogcode staat vermeld op de jaarkalender. Naast algemene informatie, zoals het veiligheidsplan, de schoolgids, het schoolplan en de protocollen staan actuele zaken in woord en beeld op deze site! Regelmatig vindt u actuele foto’s op deze site. Deze foto’s mag u downloaden en afdrukken maar het is wettelijk verboden deze foto’s voor andere doeleinden te gebruiken.

38


 Afspraken en protocollen Binnen onze school zijn veel zaken vastgelegd in afspraken en protocollen. De volgende protocollen zijn te vinden op de website van de school. - SCHOOLDOCUMENT: REGELS EN AFSPRAKEN - AANMELDING NIEUWE LEERLINGEN - PROTOCOL OKTOBER-NOVEMBER-DECEMBER KINDEREN. - PESTPROTOCOL - SCHORSING EN VERWIJDERING - KLACHTENBEHANDELING - SCHOOLVERZUIMREGELING - SPONSORING EN GIFTEN - SAMENWERKING MET DE GGD - VOORBEREIDING OP HET VOORTGEZET ONDERWIJS 10 PRAKTISCHE INFORMATIE 10.1 Inleiding In de hoofdstuk vindt u een aantal praktische zaken, waarvan een gedeelte ook vermeld staat op de jaarkalender die alle oudste kinderen in de eerste schoolweek mee krijgen. 10.2 Aanvragen verlof Op de eerste schooldag van de maand die volgt op de maand, waarin het kind 5 jaar is geworden, is het leerplichtig. In bijzondere gevallen kan, voor een leerling van vijf jaar, afgeweken worden van de schoolweek van 22 uur. Om vrijaf te vragen, dient u zich schriftelijk te richten tot de directie. U mag er niet als vanzelfsprekend van uitgaan dat ieder verzoek om vrijaf zal worden gehonoreerd. Het aanvragen van luxe verlof t.b.v. een vakantieweekend mag niet gehonoreerd worden als geoorloofd. Indien er sprake is van ongeoorloofd verzuim zal dit volgens afspraak doorgegeven worden aan de ambtenaar leerplichtzaken van de gemeente. 10.3 Ziekmelding Ziekmelding dient u voor schooltijd (telefonisch)door te geven. Vanwege het feit dat we voor schooltijd niet altijd in de gelegenheid zijn om de mailbox te openen, is ziekmelding via de mail niet handig. Mocht er om 9.00 uur geen bericht zijn binnengekomen over verzuim dan neemt de school telefonisch contact met u op. U dient uw kind zelf af te melden bij de BSO. 10.4 Materialen en middelen. In principe zijn er geen kosten verbonden aan het onderwijs. Wat echter wel voor rekening komt van de ouders zijn: Groep 1 Gymschoenen

Groep 2 Gymschoenen

Schoolfoto Schoolreisje

Schoolfoto Schoolreisje

Groep 3 Gymkleding + stevige gymtas Schoolfoto Schoolreisje

Groep 4 Gymkleding + stevige gymtas Schoolfoto Schoolreisje Multomap 24 rings*

Groep 5 Gymkleding + stevige gymtas Schoolfoto Schoolreisje Etui*



Groep 8 Gymkleding + stevige gymtas Schoolfoto Kamp

Agenda* Eerste H Vormsel** Communie** * Dit jaar vragen wij nog eenmalig een bijdrage. ** Aan alle ouders wordt een bijdrage gevraagd ten behoeve van de voorbereidingen, waarin iedereen participeert.

39


Gezien de beperkte ruimte bij de ingangen vragen wij u om bij de aanschaf van een tas rekening te houden met de grootte! Het kan voorkomen dat we uw kind een kleine bijdrage vragen bij een bijzondere gelegenheid zoals een jubileum of afscheid van een leerkracht. 10.5 Verjaardagen/traktatiebeleid Als uw kind jarig is, wordt dit in de klas gevierd!. De jarige wordt door de groep toegezongen en mag na de traktatie met een verjaardagskaart naar de personeelskamer, waar de leerkrachten hun naam opschrijven. Uw kind mag dan in de groep trakteren. Hoewel wij geen expliciet traktatiebeleid kennen op school, verzoeken wij u om geen snoep te laten trakteren. Uitgaande van de groepsgrootte krijgt uw kind naast de verjaardagen van de klasgenootjes een schooljaar lang minimaal 1x per week zoetigheid! Snoepmomenten zijn er op de verjaardag van de leerkracht en schoolfeesten, zoals het beginfeest, Sinterklaas, Kerst, Carnaval, Witte Donderdag, sportdag, schoolreisje en eindfeest. Gezonde traktaties bevelen wij van harte aan en ook de leerkrachten houden hier rekening mee. Suggesties zijn: Kaas, worst, fruit, of rozijnen of yoghurtrozijntjes… Denkt u ook aan kinderen met een allergie. Een diëtenlijst hiertoe hangt in het magazijn, bij de lijst van overblijven. Voorbeeld van suggesties We rekenen erop dat u met dit gegeven rekening zal houden met de tussendoortjes in de ochtendpauzes! We hebben op school de afspraak dat de kleuters hun vierde verjaardag niet op school vieren. Vaak is dit al een afscheidsfeestje op de peuterspeelzaal of bij de Kinderopvang. Het is niet de bedoeling dat de jarige zijn/haar broertjes/zusjes,neefjes en nichtjes die in en andere groep zitten trakteert. Ook aan de verjaardag van de leerkracht wordt aandacht besteed. De groep van de jarige leerkracht heeft een extra lange pauze en viert die dag feest! 10.6 Aanbod typelessen Pilot Dit jaar wordt op school type-les gegeven aan de kinderen van groep 5 en 6. Het is een pilot, om te ervaren of dit aanbod voor de kinderen van de Polhaar een blijvende zal zijn. 10.7 Schoolfotograaf Een keer per jaar komt een schoolfotograaf om een foto van uw kind te maken, een foto van de groep en indien gewenst een foto van uw kind met broertjes en zusjes die op school zitten. Per jaar worden de mogelijkheden bekeken om ook een foto te laten maken met een jonger broertje of zusje die nog niet op school zit. De kosten daarvan zijn voor de ouders. U bent niet verplicht om de foto te bestellen. De organisatie van deze dag ligt bij de OV. 10.8 Schoolkamp Groep 8 sluit de schoolperiode af met een driedaags kamp. Het kamp vindt plaats in juni. Het aantal begeleiders is afhankelijk van de grootte van de groep. De kleuters zijn deze dagen vrij, zodat de groepsleerkrachten van de kleuters kunnen worden ingezet om de groepsleerkracht te vervangen die meegaat met het kamp. Deze dagen staan genoteerd in de jaarkalender. 10.9 Ontruimingsoefeningen Twee maal per jaar houden we een vluchtoefening. De eerste wordt altijd aangekondigd, de tweede niet. Deze vluchtoefening wordt geëvalueerd en zo nodig worden de afspraken verbeterd. Iedere leerkracht en overblijfouder is op de hoogte van deze afspraken. Het calamiteitenplan is onderdeel van het veiligheidsplan.

40


10.10 Overblijfmogelijkheden De oudervereniging regelt het overblijven. Op maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag bestaat op school de mogelijkheid tot overblijven tussen de middag van 12.00- 13.00 uur, onder begeleiding van overblijfouders, die dit vrijwillig verzorgen. Voor deze kinderen is er extra spelmateriaal aanwezig voor zowel binnen als buiten. LET WEL: De overblijfouder is niet wettelijk aansprakelijk. Elk kind blijft over onder verantwoordelijkheid van de ouders/ verzorgers van het kind. De betalingsregeling is als volgt: € 2, = per keer, per kind waarvan de ouder(s) niet meedraaien als overblijfouder. Bij 1 keer vast in de week overblijven is dit € 50,= per jaar. Het is GRATIS voor kinderen waarvan de ouder(s) minimaal 11 keer per schooljaar meedraaien als overblijfouder. Dit schooljaar hebben 51 ouders zich opgegeven als overblijfvrijwilliger. Contactpersonen voor deze groep zijn Jendi van Hulzen en Laurenske Ganzeboer. Als u vragen heeft over de overblijfmogelijkheden, kunt u een van hen bellen. 10.11 Voor- en naschoolse opvang In het kader van de zorg plicht en ontwikkeling Brede school, heeft onze school een contract afgesloten met Gastouderbureau Dalfsen (Doomijn) en met Buitenschoolse Opvang Allio. Dit contract vloeit voort uit onze zorgplicht t.a.v. buitenschoolse opvang ( brede school) Hoewel wij participeren in het overleg t.a.v. de buitenschoolse opvang, heeft ons gebouw niet voldoende ruimte om de kinderen na school op te vangen. Ouders die gebruik willen maken van de buitenschoolse opvang kunnen contact opnemen met een van deze twee instanties. Mocht u belangstelling hebben voor de voorschoolse opvang dan dient u dit aan de directeur door te geven. Bij een minimum aantal van 5 kinderen kan dit geregeld worden. Ouders kunnen ook zelf contact zoeken met een andere Buitenschoolse opvang (BSO). Doomijn BSO Landstede BSO Allio Dalfsen BSO De Kleine Kornuiten Pleyendal 7 Ruitenborghstraat 56 Tijdelijk adres onbekend Hofmansteeg7 7721 DW Dalfsen 7721DE Dalfsen 0529-4361134 7722 SC Dalfsen [email protected] http://brethouwerstraat.allio.nl 0529-431344 0529432910 bso.pleyendal@ doomijn.nl

[email protected]

10.12 Schoolverzekering voor leerlingen Elk kind is op school verzekerd tegen ongevallen. Deze verzekering wordt verzorgd door de oudervereniging. De premie wordt betaald uit uw ouderbijdrage. Deze verzekering is uitsluitend van kracht: a. Tijdens de schooluren, gedurende het verblijf in het schoolgebouw of op het daarbij behorend terrein, evenals tijdens het gaan van huis naar school en terug, gedurende ten hoogste 1 uur voor en 1 uur na schooltijd. b. Tijdens het verblijf op sportvelden, gymnastieklokalen, zwembaden e.d. mits in schoolverband en onder toezicht van een leerkracht. c. Tijdens schoolreizen, kamp, ouderavonden, schoolfeesten, uitstapjes en excursies in schoolverband, tijdens deelname aan schoolsportwedstrijden, mits en zolang de leerling onder toezicht staat van de door de directeur daartoe aangewezen personen. Indien ouders op verzoek van de school op vrijwillige basis kinderen ergens naartoe brengen, dan zijn deze ouders op dat moment verzekerd als leider van de kinderen, dus niet als bestuurder van een motorvoertuig. De schade, als bestuurder van motorvoertuig toegebracht aan derden, is dus niet door 41


deze schoolverzekering gedekt. Daartoe dient de eigen door de wet verplichte WA verzekering. Daarnaast is een inzittenden- verzekering noodzakelijk. N.B. Er worden regelmatig door verenigingen activiteiten georganiseerd waaraan schoolgaande kinderen kunnen deelnemen zoals b.v. het schaatsen in Deventer door de ijsvereniging Stokvisdennen, het handbaltoernooi en het 4 tegen 4 voetbaltoernooi. Deze activiteiten gaan niet van school uit. De organisatie is verantwoordelijk vor de begeleiding van de kinderen. De school biedt desgevraagd enkel de gelegenheid aan de kinderen middels lijsten hiertoe in te schrijven. De kinderen nemen dus deel onder verantwoordelijkheid van de ouders en de organiserende vereniging. 10.13 Sponsoring In het basisonderwijs neemt landelijk het aantal scholen dat sponsoring ontvangt toe. Ook bij ons op school is sponsoring een feit. Ouders hebben middels sponsoring het wekelijks uitbrengen van de nieuwsbrief mogelijk gemakt. Dit jaar wordt de jaarkalender met praktische informatie gesponsord. Vanwege deze bijdrage is het mogelijk om deze jaarkalender aan te bieden met kleurrijke foto’s van onze speciale activiteiten. De onderwijsinhoud wordt niet beïnvloed door sponsoring. Ook mag de continuïteit van het onderwijs niet in gevaar komen. Onze school zich aan bij het Convenant “Scholen voor primair- en voortgezet onderwijs en sponsoring” 11.REGELING SCHOOL- en VAKANTIETIJDEN 11.1 Inleiding De groepen 1 t/m 4 gaan minimaal 880 uur per jaar naar school en de groepen 5 t/m 8 minimaal 1000 uur per jaar. Er wordt daarmee voldaan aan de wettelijk verplicht gestelde onderwijstijd. Voor onze school gelden de volgende schooltijden: 11.2 Schooltijden Groepen groep 1:

Schooltijden ’s morgens van 8.30 tot 12.00 uur ( woensdag tot 12.30 uur) maandagmiddag van 13.15 tot 15.15 uur groep 2 t/m 4 ‘s morgens van 8.30 tot 12.00 uur ( woensdag tot 12.30 uur) maandag- dinsdag en donderdagmiddag van 13.15 tot 15.15 uur groep 5 t/m 8 ‘s morgens van 8.30 tot 12.00 uur ( woensdag tot 12.30 uur) maandag- dinsdag- donderdag en vrijdagmiddag van 13.15 tot 15.15 uur

We hebben de volgende schoolafspraken:  De hoofdingang is vanaf 8.15 uur voor iedereen open.  Op de eerste schooldag in augustus zijn de ouders van harte welkom om met hun kind het lokaal binnen te lopen.  De kinderen zijn vanaf 8.15 uur welkom op het plein.  De bel gaat om 8.25 uur en de leerkracht haalt de kinderen op bij de ingang van de groep.  Om 8.30 uur starten we met de les.  Kinderen mogen niet eerder dan een kwartier voor schooltijd aanwezig zijn.  De kinderen gaan vanaf groep 3 zelfstandig naar hun eigen lokaal.  Bij slecht weer komen de kinderen vanaf 8.15 uur naar binnen.

42


11.3 Tijden ochtendpauze Om optimaal gebruik te kunnen maken van de ruimte en speelmogelijkheden en zijn de ochtendpauzes vanwege de grootte van de groepen gescheiden: Groepen Pauzes (buiten spelen) Groep 1 en 2

10.15 uur- 10.30 uur

Groep 3 t/m 6

10.00 uur-10.15 uur

Groep 7, 7/8 en 8

10.15 uur- 10.30 uur

11.4 Flexibele schooltijden Extra vrije dagen, kunnen naast het algemene vakantierooster voor ouders een probleem geven i.v.m. de opvang van hun kind. In de schoolgids en schoolkalender staan de extra vrije dagen genoteerd en worden nogmaals tijdig aangekondigd in het Polhaarnieuws. Deze extra vrije dagen worden door het team benut als studiedagen en gaan niet ten koste van het wettelijk aantal lesuren die de kinderen moeten krijgen. Het kan gebeuren dat schooltijden moeten worden aangepast n.a.v. nog onvoorziene bijzondere gebeurtenissen, bijvoorbeeld aan een cultureel of sportief uitstapje, waarvan de tijden aan het begin van het schooljaar nog niet bekend zijn. Ook dit wordt tijdig in het Polhaarnieuws aangegeven. Mocht het voor u dan op die dag een probleem zijn om uw kind een uurtje later naar school te brengen of een uurtje eerder op te halen, dan vangen wij de kinderen op tijdens de normale schooltijden. 11.5 Vakantietijden ( regio noord) Dit schooljaar 2013-2014 zijn de vakanties als volgt: Herfstvakantie Kerstvakantie Voorjaarsvakantie Paasweekend Meivakantie Hemelvaartweekend Pinksterweekend Zomervakantie

Maandag 21 oktober t/m Vrijdag 25 oktober Vrijdagmiddag 20 december t/m Vrijdag 3 januari Maandag 24 19 februari t/m Vrijdag 28 februari Vrijdag 18 april t/m Maandag 21 april Maandag 28 april t/m Maandag 5 mei Donderdag 29 en Vrijdag 30 mei Maandag 9 juni Vrijdagmiddag 4 juli t/m Vrijdag 15 augustus

Extra vrije dagen in verband met de studiebijeenkomsten van het team staan aangegeven in de jaarkalender.

43


12.DE SAMENWERKING MET EXTERNE INSTANTIES 12.1 Inleiding Onze school staat midden in de gemeenschap en onderhoudt daarom structurele contacten met externe instanties. De externe instanties waarmee we een relatie onderhouden zorgen voor advies, hulp en ondersteuning en dit komt de kwaliteit van het onderwijs, maar ook de school als organisatie ten goede. Onze school onderhoudt systematisch contact met: 1 2 3 4 5 6 7 8 9

Divers Peuterspeelzaal BSO Wijkbeheerder gemeente Dalfser Basisscholen Katholieke Pabo Zwolle VO scholen Ommen en Zwolle Bibliotheek Dalfsen Sportverenigingen Dalfsen CALO Zwolle

1 2 3 4 5 6 7 8

Zorgpartners ZAT SWV Ommen Orthopedagoog Logopedie Gemeente GGD IJsselgroep( teambegeleiding) Identiteitsbegeleiding Ambulante begeleiding Ambelt/Johan Seckel Ambulante begeleiding Kentalis, Waterlelie

De gemeente Dalfsen heeft voor alle basisscholen een logopediste aangesteld. Zij is verantwoordelijk voor de screening van alle kinderen uit groep 2. Bij stoornissen in de spraak-en taalontwikkeling geeft zij advies over de behandeling. U kunt na de verwijsbrief van de huisarts zelf contact opnemen met een logopediste voor de behandeling. 12.2 Contact katholieke PABO Zwolle Vanaf 2010-2011 ontwikkelen we ons tot een academische school. Dat houdt in dat wij voldoen aan de criteria betreffende de kwaliteit van ons onderwijs om studenten op een goede wijze te begeleiden en in samenwerking met de studenten onderzoek te doen die zowel de schoolontwikkeling raakt maar ook van dienst kan zijn voor andere scholen. Het begeleiden van studenten is een extra taak geworden binnen het onderwijs. In ons team is een leerkracht verantwoordelijk voor deze begeleiding van de schoolonderzoeksvraag. De studenten komen van de PABO in Zwolle. Het bieden van een stageplek is onderdeel van de schoolontwikkeling, waarin het teamleren een steeds belangrijker plaats inneemt. De studente Opleiding Academische School krijgt naast haar lesgebonden taken in groep 6 op donderdag en vrijdag, een extra opdracht, die te maken heeft onderzoek en de schoolontwikkeling ten behoeve van het begrijpend lezen. Calo-studenten (studenten van de opleiding gymnastiek) zijn welkom voor de wekelijkse gymlessen voor de groepen 5 t/m 8. Vanaf vorig jaar zijn leerlingen van het voortgezet onderwijs verplicht een maatschappelijke stage te lopen. Wij bieden plaats aan een leerling van het voortgezet onderwijs voor deze stageweek.

44


13 DE GELEDINGEN 13.1 Medezeggenschapsraad In overeenstemming met de huidige weten regelgeving is ook aan de Polhaar een MR verbonden. Momenteel bestaat de MR uit 6 personen waarvan 3 ouders en 3 leerkrachten. Het aantal personen dat de MR vormt is overigens afhankelijk van het leerlingenaantal. De MR vormt een schakel tussen enerzijds de ouders, leerkrachten en anderzijds de directie van de Polhaar. In die hoedanigheid denkt, praat en beslist zij mee over onderwijskundig beleidszaken aangaande de visie, personeelsbeleid, financieel beleid. De taken en bevoegdheden van de MR zijn nauwkeurig omschreven. De rol van de MR kan het best beschreven worden als beleidstoetser. Dat heeft weer tot gevolg dat voor bepaalde beslissingen door de directie advies of zelfs instemming gevraagd moet worden aan de MR. De notulen van de laatstgehouden MR-vergadering, zijn na goedkeuring, op de web site in te zien. In de wekelijkse nieuwsbrief worden de vergaderingen tijdig aangegeven. Tevens zijn deze data op de web site te lezen. Op de Polhaar is sprake van een goede harmonie tussen directie en MR. Dat is van groot belang want uiteindelijk hebben beide organen een rol in de ontwikkeling van de Polhaar in zijn algemeenheid en het kind, uw kind, in het bijzonder. Openheid, vertrouwen en betrokkenheid staan centraal in het handelen en houdt daarbij iedereen scherp. Ouders zijn vrij en welkom om allerlei zaken via de MR onder de aandacht te brengen. De MR bespreekt dergelijke zaken, bereidt eventuele voorstellen voor en brengt ze in gedurende overlegvergaderingen met de directie. Het is duidelijk dat de MR een centrale rol speelt bij besluitvormingsprocessen op school. Nu de wetgeving rondom bijvoorbeeld de financiering van het basisonderwijs is gemoderniseerd is die rol nog eens aangescherpt. Zo is er ook een nieuwe structuur ontstaan waarbij de bevoegdheden van de MR zijn uitgebreid en de positie van de MR is versterkt. De rol van ouders is daarbij essentieel. De vergaderingen van de MR, die aangekondigd worden in het Polhaarnieuws en op de website, zijn deels openbaar en iedereen is daarbij van harte welkom. Ouders kunnen zich verkiesbaar stellen en zitting nemen in de MR. Verkiezingen, in feite alleen noodzakelijk bij aanmelding van meerdere kandidaten, vinden meestal plaats in oktober De Polhaar is sinds 1996 onderdeel van een bestuurlijk samenwerkingsverband, de Stichting Katholiek Onderwijs IJssel- Vechtstreek, sinds 1 december 2008 Catent. Dat heeft een aantal consequenties en één daarvan heeft betrekking op de medezeggenschap. Alle MR-en zijn namelijk ook weer vertegenwoordigd in een Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad [GMR] die op stichtingsniveau een vergelijkbare taak/verantwoordelijkheid heeft als onze MR op het niveau van de Polhaar. Een ouder van onze school heeft zitting in de GMR. Voelen ouders zich aangesproken of willen ouders ‘even’ iets kwijt dan kan er op verschillende manieren contact gezocht worden met de MR. Zo kunnen MR-leden gewoon aangesproken worden op of rond het schoolplein maar een mailtje sturen naar [email protected] is misschien wel net zo handig. De MR vindt het belangrijk hieraan toe te voegen dat iedere opmerking, ieder signaal en iedere vraag met de grootst mogelijke zorg wordt behandeld. Aarzeling om contact op te nemen met de MR is in dat verband dan ook niet nodig. Iedereen is van harte welkom! De MR bestaat uit de volgende ouders en teamleden: Ouders Teamleden GMR Mara van den Eelaart ( voorzitter) Rahima Sijtsma ( aftredend) Mirjam Kleinlugtenbeld Stefan Diderich is voorgesteld als nieuw lid

Petra Gaasbeek Sabine van der Sligte Sabine Balster

Bouke Brinkman

In oktober 2013 zullen er verkiezingen, met een zittingsduur voor 3 jaar, gehouden worden. 45


13.2 Schooladviescommissie De schooladviescommissie ( SAC ) is een oudergeleding die de belangen van de ouders en verzorgers behartigt. De SAC heeft twee hoofdtaken: 1. Advisering van de directie. Het advies van de SAC kan op allerlei terreinen zijn. Bijvoorbeeld onderwijskundig, opvoedkundig of op het gebied van identiteit, financiën of huisvesting. Dit advies kan zijn op verzoek van de directie of op eigen initiatief. De taak van de SAC blijft echter beperkt tot een adviserende. De SAC een belangrijk klankbord namens de ouders/verzorgers voor de directie 2. Evaluatie van het gevoerde beleid. Behalve de adviesfunctie heeft de SAC een evaluerende taak. De directie maakt halfjaarlijks integrale managementrapportages die voor advies naar de SAC gestuurd worden voordat zij aan het College van Bestuur van de stichting aangeboden worden. Op deze wijze is gewaarborgd dat het College van Bestuur kennis heeft van de bevindingen van de ouders / verzorgers. Zo wordt ook het schooljaarverslag door de directie aan de SAC voor advies aangeboden. De SAC bestaat uit drie tot zes leden. Zowel de oudervereniging als de MR kunnen een lid voordragen. Een commissielid wordt benoemd voor een periode van vier jaar met de mogelijkheid om deze periode eenmaal te verlengen. Met ingang van het schooljaar 2012 – 2013 bestaat de SAC uit de volgende personen: voorzitter Leontien Rijss secretaris ( bij toerbeurt)

Peter Dam Ronald Velsink

Anouk Bongarts Wendy Oude Nijeweme

13.3 De Ouder Vereniging De Ouder Vereniging (OV) is de vertegenwoordiging van alle ouders van leerlingen van de Polhaar. Ze initieert en coördineert in samenwerking met directie, team en ouders een aantal onderwijsondersteunende en vooral gezellige activiteiten, gericht op kinderen. Zo staat elk jaar een aantal feesten op de agenda, waaronder het Beginfeest, Sinterklaas, Kerst en Carnaval. Tevens coördineert de OV onder meer het overblijven, de wandel3daagse en het onderhoud van het schoolplein en de tuin. Alle ouders krijgen jaarlijks een overzicht van de activiteiten die het komende schooljaar plaatsvinden. Zij kunnen zich middels de ouderparticipatielijst opgeven om aan deze activiteiten een bijdrage te leveren. In samenwerking met de MR verzorgt de OV eens per jaar een informatieavond (Jaarvergadering OV/MR). Tijdens deze avond wordt er verantwoording afgelegd over de financiën van de oudervereniging en de activiteiten van het afgelopen jaar. Tevens neemt de OV deze avond afscheid van aftredende leden en stelt zij haar nieuwe leden voor Zij zullen zich gedurende drie jaar gaan inzetten voor de OV. Op dit moment bestaat de OV uit de volgende ouders: Gerben Westera (voorzitter a.i.) Anne-Marie van Ommen (secretaris) Anne Feijen

Debbie ten Hoeve Cristien Lindeboom Ageeth Maats

Nieuwe leden: Stephanie Rhee Ginette Westerman Lisette Veneman Gerda Schippers Esther vd Vegt

Uw vragen aan de OV kunt u sturen naar: [email protected]

46

Schoolgids. Kbs de Polhaar van Ittersumstraat DL Dalfsen

Recommend Documents