Schoolgids Katholieke Basisschool De Toermalijn Schaepmanla. choolkalender. Emmastraat

Schoolgids Katholieke Basisschool De Toermalijn 2013-2016

choolkalender en

Emmastraat

bijlage

2012-2013

Schaepmanla

an

Inhoudsopgave Nr. Titel Een woord vooraf 1 School 1.1 Schoolcultuur 1.2 Geschiedenis van de school 1.3 Situering van de school 1.4 Schoolgrootte 2 Uitgangspunten van de school 2.1 Onze identiteit 2.2 Maatschappelijk uitgangspunt van onze school 2.3 Prioriteiten 2.4 Gedragsregels in de school 2.5 Zorg voor eigendommen en omgeving 3 Organisatie van het onderwijs 3.1 Organisatie van de school 3.2 Doelen en resultaten van het onderwijs 3.3 Onderwijskundige ontwikkeling op de school 3.4 Overzicht van de verschillende vakken en methodes 3.5 Bijzondere activiteiten en vieringen 3.6 Verplichte onderwijstijd 3.7 Tijd die aan de verschillende vormingsgebieden wordt besteed 3.8 Maatregelen ter voorkoming en bestrijding van lesuitval 3.9 Speciale voorzieningen in en om het schoolgebouw 3.10 Contacten met de bibliotheek 4 Zorg voor de kinderen 4.1 Opvang van nieuwe leerlingen 4.2 Volgen van de ontwikkeling van de leerlingen 4.3 Extra zorg voor de leerlingen 4.4 De 1-zorgroute 4.5 Procedure speciaal onderwijs en leerlinggebonden financiering 4.6 Cijferadministratie van de leerkrachten 4.7 Onderwijskundig rapport 4.8 Procedure m.b.t. de overgang naar het voortgezet onderwijs 4.9 Verwijzingspercentages 4.10 Leerlingbespreking 4.11 Scholing 4.12 GGD 4.13 Logopedie

1

Schoolgids katholieke basisschool De Toermalijn 2013-2016

Pagina 3 4 4 4 4 4 5 5 6 6-7 7-8 8 9 9 9 9 9 12 12-13 13-14 14-15 15 15 16 16 17 18 18 19 19 20 20 21 21 21 21 21

5 Algemene organisatie op alfabet 5.1 Achtergebleven kleding 5.2 Buitenschoolse activiteiten 5.3 Eerste Heilige Communie en Heilig Vormsel 5.4 Goede doelen 5.5 Groep 1 en 2 5.6 Gymnastiek 5.7 Huiswerk 5.8 Informatiebijeenkomsten voor ouders 5.9 Klachtenregeling 5.10 Medezeggenschapsraad 5.11 Notities 5.12 Onderwijsinspectie 5.13 Oudercontact 5.14 Ouderraad 5.15 Overblijven 5.16 Projectweek 5.17 Rapporten 5.18 Regenkleding 5.19 Roken op school 5.20 Schoolbestuur 5.21 Schoolkamp 5.22 Schoolleiding 5.23 Schoolmaterialen 5.24 Schoolverzuim 5.25 Surveilleren 5.26 Traktaties 5.27 Verkeersexamen 5.28 Verlofregeling 5.29 Vertrouwenspersoon 5.30 Voorkoming van hoofdluis 5.31 Vrijwillige ouderbijdrage 5.32 Website 5.33 Weekbrief 5.34 Zaken vanuit het bestuur 5.35 Ziekmelding 5.36 Zorg voor jeugd

Schoolkalender

22 22 22 22 22 23-24 24 24 24 25 25-26 26 26 27 28 28 28 28 28 28 28 28-29 29 29 29 29 29 29-30 30 31 31 31 31 31 32 34 34

en bijlage

2012-2013

2

Een woord Vooraf Beste ouders, Voor u ligt de nieuwe editie van de schoolgids. Deze gids geldt voor de periode van 2013 t/m 2016. Zaken die jaarlijks (kunnen) veranderen, zoals bijvoorbeeld de groepsbezetting voor een cursusjaar, treft u aan in een bijlage. In deze schoolgids proberen we ons als school op een zo juist mogelijke manier aan u te presenteren: wie we zijn, wat we doen en waar we voor staan. Deze schoolgids maken we met een drieledig doel: a) om de ouders die al kinderen bij ons op school hebben opnieuw te informeren; b) om nieuwe ouders te inspireren hun kind bij ons op school aan te melden; c) om te voldoen aan de door de overheid gestelde eisen. Voordat u de schoolgids ontvangt, is de inhoud goedgekeurd door een afvaardiging van het schoolteam en heeft het document de instemming gekregen van de Medezeggenschapsraad. Natuurlijk is de gids altijd voor verbetering vatbaar. We zouden het daarom op prijs stellen dat, wanneer u suggesties ter verbetering of verandering heeft, u die aan ons doorgeeft. We kunnen daar dan in een volgende editie ons voordeel mee doen. Van de kinderen die al bij ons op school zitten, krijgen alleen de jongste kinderen uit het gezin de schoolgids mee. Bewaart u de gids goed; het is samen met de kalender en de weekbrieven het spoorboekje van onze school. U zult er in lezen wat u van ons kunt verwachten en wat we van u verwachten. We hopen als team dat u de gids met veel plezier leest. Ouders die na het lezen van deze schoolgids enthousiast zijn geworden over de Toermalijn en graag de sfeer eens willen komen proeven, nodigen wij van harte uit voor een bezoek aan onze school. U kunt ons bellen voor een afspraak. Het telefoonnummer vindt u op de achterzijde van deze gids. Ook kunt u onze school bezoeken tijdens de jaarlijkse open dag voor basisscholen in Zwijndrecht. Mede namens het team, Frie Kolen Directeur

3


1. School 1.1. SCHOOLCULTUUR 12-2015 Toermalijn 20 sisschool de ba e ek oli th Ka Onze school staat open voor ieder We gaan echter wel uit van een bepaalde identiteit; namelijk de olgids kind. Scho katholieke. Voor ons is het belangrijk de katholieke identiteit uit te dragen. Naast een doel op het gebied van identiteit, stellen we ons als schoolteam ook een maatschappelijk en een pedagogisch-didactischL(opvoedkundig-onderwijskundig) doel. SCHOO In de volgende1.hoofdstukken worden deze doelen verder uitgewerkt. n een bepaalde identiteit;

uit va LTUUR dragen. an echter wel SCHOOLCU identiteit uit te r kind. We ga de ke 1.1. ie ie ol or th vo ka en de een op k k t rij oo aa ng st la am ol be te t ho ol 1.2 GESCHIEDENIS SCHOOL Onze sc VAN DE ons is he or e ons als scho . Vo w ) doel. ke n ig Sc ie le nd ol el ho th st ku olg t, ka ijs ids ei rw Kaen thtit elijk de oliekeisba n id undig-ondedoor een fusie tussen de dk bied va sis(o oe De Toermalijn isna inm1994 van start gegaan. De school tot stand gekomen ge sc t pv ho he ol de op ch is el Toermalikt. h-didact Naast een do n pedagogisc . ze doelen verder uitgewer jn 2012-2015 eeJozefschool’ voormalige ‘Schaepskooi’ enlijkdeen‘St. den de or maatschappe w en kk tu ende hoofds volg De school is gestart Inmiddels is dit aantal gestegen. De bandbreedte van In demet sie de school 1.234 leerlingen. SCHOOL en door een fu HOOL E SC ND t stand gekom to VA qua leerlingenaantal ligtES tussen de 240 en 260 leerlingen. is IS ol EN ho D sc IE CH an. De G n 1.2 1.1. van start gega ndbreedte va Jozefschool’. is inH19 OO94 LCULTps alijn SC stegen. De ba oi’ en de ‘St. Uko ge U al R De ToerOm nt ae aa t nze or ch di ‘S is e aat schoaloligst n. Inmiddels op4enlevo de vo m erlin tussenna orge iede 0 leerlingen. 23 melijk r kide nd24 tm 0een .W starka thet ga26 is gede olieketa en an echter wel ol ss ho tu . t sc Vo e lig or l D on Naastde 1.3 Situering van school an s uit van een be is na he ge ee t lin n be doel op het ge langrijk de ka paalde identit ol qua leer scho tholieke identit bied van iden eit; maa tsch appetwee tit Onze groepen zijndeverdeeld over eit uit te drag ei t, lijk enlocaties. st el le n we ons als een pedagogi en. In de volgende sc sc ho hol di te da am ct is oo hoofdstuEkk ch (opvoedk k een OL Oor enHw D SC dencade s. doelen verd undig-onderwijskundig) do ERING VAN tieze loSchaepmanlaan twee er uite er 1.3 1.2 SI . ov De ene locatie is gelegen inTUG de wijk Walburg aan de 23 Zwijndrecht. De wijkelWalburg is tg ld ew ee er rd kt ve . ES jnHIEDENIS ziC oepen e egrTo nzD VA O N D E SC ermalijn H een rustige wijk met veel groen enisweinig flats. O O L in 1994 van st tussen de vo t gegarg . Dne de ormal e ‘Sch wijkarW bu anaa school is tot st aepskooial De school isis geleig and gekomen n in de ge ’ wen rg is de al W ge ‘Sbu tie t. Jo ijk st ca ar or ee lo e t zefschool’. m D e . et en n fusie maar hterlin 23 ec Dede De andere locatie ligt aan deolEmmastraat 9 in het centrum van Zwijndrecht. Ook dit isdo een rustige, 4 dr le ijn scho Zw ge te n.fla 23 . qu In ts an m a la id le g de er an ni m lin ls ei ge is ep w di na ha en t an aa Sc n ta nt oe l al gr lig gestegen. De elgroen. t tu ve wat oudere wijk met veel laagbouw en ss et en m de ijk w 24 bandbreedte 0 en 260 leer een rustige van lingen. 1.3 SITUERING VA N DE SCHOO Onze groepe L n zijn verdee ld over twee an locaties. Schaepmanla at 9 in het De ene locatie de Emmastra is gelegen in catie ligt aan rustige, maar n ee is t de wijk Walbu di Schaepmanla Dergandere lo ok an 23 te Zwijn ijndrecht. O aamn va Zw n oen. de gr en ru dr nt uw een rustige w echt. De wce laagbo ijk Walburg ijk met veel gr wijk met veel dere is oen en weinigwat ou flats.

Emmastraat

Schaepmanlaa

Emmastraat

Schaepma

n

nlaan De andere lo catie ligt aan de Emmastra centrum van at 9 in het Zwijndrecht. Ook dit is een wat oudere w rustig msiaa ijk met veel la sor nderwijs agbouw de afdelinge,ba 1.4 Schoolgrootte oen. iel blijft. Naast en gr alijntje’. ab OOTTE m st R er l ta LG To O an et O ‘h ga H lin SC eten 1.4 die j de die in leerblijft. ezig, te wbasisonderwijs De Toermalijn is een school in leerlingaantal Naast denwafdeling directeurisoferbiop de lzaal aa is een school stabiel r, die u bij de n peuterspee aa ee De Toermalijn k kb hi oo s sc tie be s ca id e loaanwezig, ten weten beide locaties ook een peuterspeelzaal ‘het . fo-gToermalijntje’ aparte in er op de beid Emmastraais eelzaal is ee ndacht te t uterspinfo-gids door ze pe Voor deze peuterspeelzaal een aparte beschikbaar, die u bij de directeur bijaade aliseren of . re Voorisde en te i ag vr oe gr op ling van onze nt ze ke ik ku de tw ht en on ac er kleuterleerkr ien. We prob g’, de verdere oe lin peuterleerkracht kunt opvragen. gr tra g its aa ‘u gr ze il w on beide locaties. De Toermalijn ze marktpositie in de wijk, op de aandacht De Toermalijn wil graag groeien. We on proberen dezerwgroei tenrealiseren te besteden aan prima sfeer door in ee ijs besteden aan de on aal en goed, de verdere ontwikkeling van onze peuterspeelzaal en goed lz ee onze marktpositie in de wijk, onze ‘uitstraling’ sp er ut pe 1.4 SCHOOLGR OObeide TTE locaties. onderwijs in een de Deprima Toermsfeer alijn isop een school di is er op de be e in leerlinga an ide locaties oo k een peutersp tal stabiel blijft. Naast de af Voor deze pe deling basiso uterspeelzaa eelzaal aanw l nd ezig, te weten is een aparte in kleuterleerkrac ‘het Toermalijn erwijs fo-gids beschi ht kunt opvrag tje’. kbaar, die u bi en. De Toermalijn j de directeur wil graag groe of bij de ien. We prob besteden aan eren deze groe onze marktpo i te realiseren sitie in de wijk peuterspeelz door aandacht , onze ‘uitstra aal en goed on ling’, de verd te derwijs in een ere ontwikkelin prima sfeer op g van onze de beide loca ties.

Schoolkalender en

bijlage

2012-2013

7

4

2. Uitgangsspunten van de school 2.1 Onze identiteit De Toermalijn is een katholieke school. Wat betekent het katholiek zijn voor ons? Allereerst vinden we het belangrijk, dat kinderen op school hun gevoelens kunnen uiten. Dat de school een plaats kan en mag zijn waar de kinderen zich veilig voelen; waar een tolerante sfeer heerst en waar normen en waarden, zoals wederzijds respect, hoog in het vaandel staan. Tot slot hechten we grote waarde aan het ‘samen vieren’ en het met elkaar ondersteunen van organisaties die opkomen voor mensen die ‘in de knel’ zitten. Wij vinden het dus belangrijk, dat de kinderen voor hun gevoelens mogen uitkomen. Je mag blij, boos of verdrietig zijn zonder dat daar vreemd op wordt gereageerd. Aan het begin van iedere lesdag besteden we veel aandacht aan deze normen en waarden in de vorm van gesprekjes. Vaak dienen als uitgangspunt de levensbeschouwelijke methode ‘Trefwoord’ en het sociaalemotionele programma ‘Kanjertraining’. Eigenlijk gaan wij uit van drie soorten zorg: zorg voor jezelf, zorg voor de ander en zorg voor de omgeving. In dit verband moeten we elkaar de ruimte geven om ‘een uniek mens’ te kunnen zijn. Deze ruimte kan iedereen (binnen bepaalde grenzen) geven, maar ook nemen. Worden de grenzen overschreden, dan treden we op school sturend en/of corrigerend op. Een ander aspect dat op de Toermalijn veel aandacht krijgt is ‘het samen zijn met anderen’. We streven naar een bepaalde betrokkenheid op elkaar. Er worden samen dingen ondernomen en er wordt samen feestgevierd. Je kunt samen blij zijn, maar je kunt ook samen verdrietig zijn. Door dit met elkaar te delen, kun je elkaar sterker maken. We willen op de Toermalijn ook graag opkomen voor organisaties die onze hulp goed kunnen gebruiken. Ieder jaar adopteren we als het ware een ‘goed doel’. De afgelopen jaren is er o.a. geld ingezameld voor ‘CliniClowns’, voor ‘Stichting Warchild’, voor het ‘World aids fonds’, voor het ‘Ronald mcDonaldhuis’, voor ‘Yes I care’ en voor de Stichting ‘Simavi’. De school besteedt dus ieder jaar aandacht aan één specifieke organisatie. Groep 8 neemt hiervoor het initiatief. Zij bedenkt het onderwerp en de vorm waarin de actie gegoten wordt. Hierna voeren we de actie in school verder uit. De lessen levensbeschouwing op de Toermalijn zitten eigenlijk verweven in ons dagelijkse werk met de kinderen. Zoals eerder vermeld gebruiken we voor levensbeschouwing de methode ‘Trefwoord’. Deze methode legt o.a. de nadruk op zaken als tolerantie, samenwerken, respectvol omgaan met elkaar. Ook besteden we op school aandacht aan de bijbelverhalen en (zij het wat minder) aandacht aan de rituelen die tot de traditie van het katholieke geloof behoren. De eerste H. Communie en het H. Vormsel worden niet meer op school voorbereid. Dit gebeurt door de parochie. Alle katholieke kinderen worden op een bepaald moment in het jaar schriftelijk uitgenodigd aan de voorbereidingen deel te nemen. U kunt zelf kiezen of u uw kind daaraan wilt laten meedoen of niet. Wij houden via de weekbrief ouders hiervan op de hoogte. Blijft onverlet dat we als mens inspiratiebronnen nodig hebben. Een belangrijke inspiratiebron in dit verband is Jezus van Nazareth. In zijn wijze van optreden kunnen we veel van onze kernovertuigingen op school herkennen.

5


2.2 Maatschappelijk uitgangspunt van onze school Wij vinden het op school onze taak ieder kind zo te begeleiden, dat het kind (rekening houdend met zijn/haar individuele mogelijkheden) maximale ontplooiingskansen krijgt. Ieder kind krijgt persoonlijke aandacht. Ook streven we ernaar dat de kinderen zich ontwikkelen als creatieve, kritische, maar ook verdraagzame mensen, met gevoel voor de ander. In ons onderwijs staan er drie uitgangspunten centraal: a) relatie; leren gaat beter in een goede sfeer b) competentie; de kinderen moeten zelfvertrouwen hebben c) autonomie; kinderen moeten beslissingen durven nemen en ook de gevolgen van die beslissingen kunnen en durven aanvaarden. We proberen daarom op de Toermalijn een sfeer te scheppen waarin kinderen zich veilig voelen; waar niet het recht van de grootste mond of de fysiek sterkste geldt, maar waar er door onze houding als leerkracht en onze keus voor een bepaald leerstofaanbod een wezenlijke bijdrage wordt geleverd aan de geestelijke en emotionele ontwikkeling van uw kind. Op onze school vinden we respect, rust, harmonie, regelmaat en orde voor de kinderen erg belangrijk. In een rustige en veilige omgeving komt ons inziens een kind het beste tot zijn/haar recht. 2.3 Prioriteiten Goed onderwijs geven heeft onze hoogste prioriteit. Daarnaast proberen we onze leerlingen ook zelfstandigheid en verantwoordelijkheid bij te brengen en vinden we een goede sfeer op school heel belangrijk. In de groepen 1 en 2 werken we vanuit het model van de basisontwikkeling. Dit betekent dat de kinderen zelfontdekkend leren, voornamelijk in activiteitenhoeken. Er wordt veel gewerkt met ontwikkelingsmaterialen. Daarnaast vinden er ook nog leerkracht gestuurde activiteiten plaats. Vanaf de groepen 3 werken we met het leerstofjaarklassensysteem: kinderen van ongeveer dezelfde leeftijd zitten bij elkaar in de groep en er wordt gewerkt met methodes. Voor alle vakken gebruiken we moderne methodes, die voldoen aan de kerndoelen zoals die door het ministerie zijn opgesteld. Binnen ons systeem is er ruimte voor zorg; extra aandacht. Hoe deze zorg op school is georganiseerd kunt u lezen in hoofdstuk 4. De ontwikkeling van de zelfstandigheid en het verantwoordelijkheidsgevoel van de leerlingen proberen we onder andere tot stand te brengen door middel van het werken met het direct instructiemodel. De lessen in de vakken: taal, lezen en rekenen vinden plaats volgens een bepaald model, waarin naast basisinstructie en verlengde instructie ook het zelfstandig werk en uitgestelde aandacht een plaats innemen. Een ander aspect dat op onze school prioriteit heeft, is de sfeer op school. We vinden het belangrijk dat deze goed is. Het gaat hier om de sfeer tussen de leerlingen onderling, tussen de leerkrachten onderling en tussen de leerlingen en de leerkrachten. Aan deze schoolsfeer wordt veel aandacht besteed, bijvoorbeeld door het werken met het programma ’kanjertraining’. Zo proberen we te voorkomen dat kinderen worden geplaagd en de dynamiek en sfeer in de groep goed blijven. Schuttingwoorden en andere onbehoorlijke taal worden niet getolereerd. Daarnaast vinden we dat problemen ook door praten opgelost kunnen worden en niet door fysiek geweld.

Schoolkalender en

bijlage

2012-2013

6

Omdat we bovengenoemde zaken al vanaf groep 1 proberen neer te zetten, ontstaat er op school een doorgaande lijn. We zijn zeker geen strenge school; wel een consequente school. Wanneer u ondanks onze inspanningen toch merkt, dat uw kind zich niet gelukkig voelt op school (bijvoorbeeld omdat hij of zij wordt geplaagd) dan vinden we het fijn als u zo snel mogelijk contact opneemt met de leerkracht. Het probleem wordt dan altijd onderzocht en aangepakt. 2.4 Gedragsregels in de school Om alles goed te laten verlopen, hebben we met elkaar een aantal spelregels opgesteld: • vanaf 8.15 uur en vanaf 12.45 uur wordt er op de beide locaties pleinwacht gelopen. Ook in de ochtendpauze zijn er (twee) leerkrachten op ieder schoolplein aanwezig. Kinderen die zich hebben bezeerd kunnen dit melden bij de leerkracht die buiten loopt. Indien nodig, krijgen ze binnen ‘verzorging’; • voor 8.15 uur en 12.45 uur mogen de kinderen niet op het schoolplein zijn; • de kinderen gaan de klas in wanneer de bel is gegaan. Er wordt altijd vijf minuten voor tijd gebeld; bij regen gaat de regenbel: de kinderen mogen dan vanaf een kwartier voor schooltijd alvast de klas in. • op het schoolplein mag worden gespeeld met een zachte bal. Slingertikkertje, paardje rijden of andere gevaarlijke spelletjes zijn niet toegestaan; • kinderen mogen niet zonder toestemming het schoolplein verlaten; • iedereen gooit afval in de daarvoor bestemde afvalbakken; • na de bel gaan de leerlingen rustig en meteen naar binnen; • de leerlingen vegen, vooral bij regenachtig weer, goed hun voeten bij de deur, • honden, stepjes, skates e.d. zijn op het schoolplein niet toegestaan; • de leerlingen gaan veilig met de speeltoestellen om; • bij regen mogen de speeltoestellen niet worden gebruikt; • tijdens alle lessituaties mogen de kinderen naar het toilet. Tijdens instructie is dit echter alleen bij hoge uitzondering toegestaan. Wanneer de kinderen van het toilet komen, wassen ze eerst met vloeibare zeep hun handen. Voor de groepen 1 t/m 4 zijn papieren handdoekjes beschikbaar. Voor de groepen 5 t/m 8 katoenen handdoeken, die dagelijks worden vervangen; • boeken (zowel algemene als de boeken van de methode) blijven altijd op school. Kinderen kunnen (meestal) in de bovenbouw, wanneer ze thuis iets af moeten maken, tegen betaling een kopie laten maken; • de leerlingen mogen na schooltijd op het schoolplein spelen tot het moment dat de laatste leerkracht vertrekt. Daarna wordt het plein afgesloten; • leerlingen die ver van school wonen mogen op de fiets komen. Wanneer ze het plein op/en afgaan nemen ze de fiets aan de hand mee;

7


• •

•

leerlingen worden onder schooltijd nooit zonder begeleiding van een ouder of verzorger naar huis gestuurd. Wanneer een kind plotseling ziek wordt hebben we altijd contact met een ouder, grootouder of iemand die het kind opvangt; wanneer leerlingen zonder opgaaf van reden niet op school verschijnen, wordt er altijd zo spoedig mogelijk naar huis gebeld. Soms is dit lastig, omdat de leerkracht dan de klas uit moet. Graag willen we u dan ook verzoeken om voor 8.30 uur naar de locatie van uw kind te bellen wanneer hij/zij moet verzuimen. Wij zijn dan op de hoogte van het verzuim. Voor ander schoolverzuim maken we gebruik van melden verlofbriefjes er is op school een lijst van leerlingen die last hebben van bepaalde allergieën. Deze lijst wordt op gezette tijden bijgewerkt. Actualisering van de lijst is belangrijk; immers de lijst wordt tijdens activiteiten veelvuldig gebruikt. Wilt u daarom wijzigingen die in de allergielijst moeten worden opgenomen, doorgeven aan de groepsleerkracht.

2.5 Zorg voor eigendommen en omgeving Op de Toermalijn vinden we het belangrijk dat de kinderen zorg hebben voor hun eigen spullen en die van een ander. Er wordt door de leerkrachten veel aandacht besteed om de kinderen deze zorg bij te brengen. Helaas komt het nog (te) vaak voor dat er jassen, tassen, gymspullen etc. in school achterblijven. Leerlingen dienen respect te hebben voor andermans eigendommen. Wanneer ze iets lenen gaan ze zorgvuldig met het geleende om en geven/brengen ze het terug. Het komt nauwelijks voor dat kinderen elkaars eigendommen stuk maken of beschadigen. Wanneer dit wel het geval is, dan dient de schade te worden hersteld en nemen we contact met u op. We wijzen de kinderen er op dat ze de school en de schoolomgeving netjes houden. Wanneer dit niet gebeurt, worden ze daarop aangesproken.

Schoolkalender en bijlage

2012-2013

8

3. Organisatie van het onderwijs 3.1 Organisatie van de school We werken op de Toermalijn met de basisontwikkeling (groep 1 en 2) en het leerstofjaarklassensysteem (groep 3 t/m 8). In de kleuterbouw zitten de jongste en de oudste kleuters bij elkaar. Zij werken veel met ontwikkelingsmaterialen. In de groepen 3 t/m 8 zitten kinderen van ongeveer dezelfde leeftijd bij elkaar. In deze groepen wordt voornamelijk programmagericht gewerkt. Dit betekent dat we werken met methodes. De grootte van de verschillende groepen ligt rond de 20 leerlingen ; de groepen 7 en 8 zijn meestal wat groter. Voor de meeste groepen staat een vaste leerkracht. In veel gevallen is er sprake van een duobaan (twee leerkrachten die samen een klas onder hun hoede hebben genomen). 3.2 Doelen en resultaten van het onderwijs Met ons onderwijs hopen wij een aantal doelen te bereiken. Zo is er in het team veel aandacht voor het vergroten van de zelfstandigheid. We proberen de kinderen te leren zelf keuzes te maken en ook verantwoordelijkheid te dragen voor deze keuzes. Tijdens de momenten dat de leerlingen zelfstandig werken of een presentatie of werkstuk moeten voorbereiden, ligt hier veel nadruk op. Verder stellen wij ons tot doel dat ieder kind zich op de Toermalijn veilig, gelukkig en competent voelt. Wanneer we signalen opvangen dat een kind zich niet prettig voelt op school zullen we daar de nodige aandacht aan besteden. Ook voor de verschillende vakken bestaan doelen (referentieniveaus). Deze zijn opgesteld door het Ministerie van Onderwijs en staan omschreven in de methodes die we op de Toermalijn gebruiken. 3.3 Onderwijskundige ontwikkeling op school Onderwijs is in ontwikkeling. Dit betekent, dat we voortdurend de doelen, de organisatie en de opbrengsten van ons onderwijs onder de loep moeten nemen. Het devies daarbij is: het gaat goed, maar het kan altijd nog beter. Met het team maken we dan ook ieder jaar een planning van de verschillende onderwijskundige activiteiten die we dat cursusjaar verder aanscherpen of nieuw invoeren. In de bijlage die ieder cursusjaar als aanvulling voor de schoolgids dient, staan de onderwijskundige ontwikkelingen beschreven. 3.4

Overzicht van de verschillende vakken en methodes

3.4.1 Activiteiten in de groepen 1 en 2 In de groepen 1 en 2 vinden de volgende activiteiten plaats: • taalactiviteiten; • werken met ontwikkelingsmateriaal; • voorbereidend rekenen; • bewegingsactiviteiten; • expressie-activiteiten; • muzikale ontwikkeling; • werken met constructiemateriaal; • werken in thema’s; zowel eigen thema’s als thema’s uit de methode ‘Schatkist’; • voorbereidende schrijfoefeningen.

9


In de groepen 1 en 2 worden de leerlingen regelmatig geobserveerd. Dit gebeurt een aantal keer per jaar. Daar waar achterstanden worden gesignaleerd, wordt gekeken wat de achterstanden precies zijn en hoe het kind het beste geholpen kan worden. Voor kinderen die meer aankunnen worden meer uitdagende activiteiten gezocht. Leerlingen die al ver zijn in hun taal-leesontwikkeling (ontluikende geletterdheid) worden bij de overgang naar groep 3 bekeken op hun leesvaardigheid. Als blijkt dat een kind al kan lezen, biedt de methode ‘Veilig leren lezen’ (versie 3) voldoende extra activiteiten. 3.4.2 Basisvakken (groep 3 t/m 8) In groep 3 wordt begonnen met programmagericht werken. Dit betekent dat de leerlingen gaan werken met methodes voor de verschillende vakken. Voor lezen en taal wordt in deze groep de methode ‘Veilig leren lezen’ gebruikt. Na ongeveer een half jaar zijn de belangrijkste woordjes aangeleerd en besteden we meer tijd aan begrijpend lezen. Ook het schrijfprogramma is opgebouwd rondom deze methode. Een aantal leerkrachten op onze school heeft een cursus over het nieuwe dyslexieprotocol gevolgd. Hierdoor kunnen nu de leerkrachten goed leesachterstanden bij kinderen opsporen en aanpakken. Voor het rekenonderwijs wordt in groep 3 gestart met ‘Alles telt’. Dit is een realistische rekenmethode, dat wil zeggen een methode waarbij de sommen vaak zijn geplaatst in een verhaaltje dat gaat over de alledaagse werkelijkheid. Ook in de groepen 4 t/m 8 wordt er gewerkt met vaste methodes voor taal, lezen en rekenen. Voor taal en spelling wordt er op dit moment gewerkt met ‘Taal in Beeld’ en ‘Spelling in Beeld’. In deze methodes komen taal en spelling in allerlei vormen aan bod. Voor begrijpend lezen gebruiken we ‘Lezen in Beeld’ en het programma ‘Nieuwsbegrip’. Dit laatste programma is ontwikkeld door de CED-groep. De ontwikkelaars werken iedere week met nieuwe en actuele teksten. Voor rekenen wordt er in de groepen 4 t/m 8 ook ‘Alles telt’ gebruikt. In de groepen 6,7 en 8 worden regelmatig extra materialen gebruikt om bepaalde onderwerpen voor taal en rekenen extra in te oefenen. Het gaat hier dan om vakgebieden als: studievaardigheden, werkwoordspelling en redactie rekenen. 3.4.3 Organisatie van het direct instructiemodel Vanaf groep 3 wordt er voor de vakken rekenen, taal en begrijpend lezen op school gewerkt met het direct instructiemodel. Dit model zorgt voor een vast verloop van iedere les. Allereerst wordt de doelstelling van de les met de kinderen doorgenomen; wat gaan we deze les leren? Daarna wordt aanwezige voorkennis bij de kinderen actief gemaakt. Hierna volgt de instructie. Kinderen die weinig instructie nodig hebben mogen eerder aan het werk. Na de instructie begint de zelfstandig werktijd. Leerlingen die voor een bepaald vak meer en langer uitleg nodig hebben, worden tijdens de zelfstandig werktijd door de leerkracht bij hun taak begeleid. Tussendoor zijn er ook momenten van aandacht voor de andere leerlingen. Tot slot is er een gezamenlijke afsluiting in de vorm van een klassikale nabespreking.

Schoolkalender

3.4.4 Schrijfonderwijs Voor het schrijfonderwijs gebruiken we in de groepen 3 t/m 6 de methode ‘Pennenstreken’. Bij deze methode beginnen we in groep 3 meteen met schrijfletters. De kinderen schrijven in groep 3 nog met potlood en schakelen in groep 4 over op een pen van school. Tot en met groep 8 schrijven de kinderen met deze pen of met vulpen.

en

bijlage

2012-2013

10

3.4.5 Wereldoriënterende vakken In de groepen 3 en 4 wordt wereldoriëntatie voor het grootste deel thematisch en in onderlinge samenhang aangeboden. Dit betekent dat er met thema’s wordt gewerkt en dat binnen een thema biologie, aardrijkskunde en geschiedenis aan de orde komen. Voor biologie en natuur wordt wel een aparte methode gebruikt. Dit is de methode ‘Natuurlijk’. Vanaf groep 5 wordt aardrijkskunde gegeven met de methode ‘Meander’. Geschiedenis wordt in cursusjaar 2012-2013 nog gegeven met de methode ‘Bij de tijd’ 2. Vanaf 2013 stappen we over op de methode ‘Brandaan’. Zaken als staatsinrichting, maatschappelijke verhoudingen en gezondheidseducatie zijn in de methodes verwerkt. Daarnaast wordt er in gesprekken vanaf groep 6 veel aandacht besteed aan maatschappelijke zaken en burgerschapsvorming. Een toelichting op dit laatste programma vindt u in de bijlage bij de schoolgids. Voor het vak verkeer wordt in de groepen 3 t/m 8 de methode ‘Klaar Over’ gebruikt. Feitelijk is het verkeersprogramma aan het eind van groep 7 afgerond. De kinderen hebben dan het 3VO-verkeersexamen afgelegd. De verkeersopvoeding blijft op onze school echter doorgaan tot het eind van groep 8. 3.4.6 Expressie-activiteiten De expressie-activiteiten worden in alle groepen door de eigen groepsleerkracht gegeven. Voor handvaardigheid wordt als bronnenboek de methode ‘Moet je doen’ gebruikt. Er wordt naar gestreefd om in één cursusjaar zoveel mogelijk technieken aan bod te laten komen. De werkstukken van de kinderen worden beoordeeld op basis van creativiteit, inzet en afwerking. Voor het vak muziek gebruiken we ook de methode ‘Moet je doen’ . Dit is met name een ideeënboek voor de muzieklessen in groep 1 t/m 8. Daarnaast wordt er incidenteel gezongen uit het liedrepertoire van Benny Vreden en werken vooral de groepen 1 en 2 met het Orff-instrumentarium. In de bovenbouw worden er ook liedjes gebruikt uit de Engelse methode ‘Hello World’. Vanaf 2013 zullen we overstappen op een nieuwe methode Engels voor de groepen 1 t/m 8. Bij het tekenonderwijs wordt de methode ‘Moet je doen’ ook als bronnenboek gebruikt. 3.4.7 Bewegingsonderwijs In de beide gebouwen van de school is een speellokaal aanwezig. In dit speellokaal krijgen de kinderen van groep 1 en 2 bij regenachtig weer bewegingsonderwijs. Bij droog weer wordt er door de kleutergroepen met allerlei materialen buiten gespeeld. De groepen 3 t/m 8 krijgen allemaal ten minste één gymles van de vakleerkracht. De andere bewegingstijd wordt opgevuld door ‘s middags een kwartiertje naar buiten te gaan. We hebben daar voor gekozen omdat het belangrijk is dat ook na groep 2 de kinderen op een dag frequent bewegen; ook ’s middags.

11


3.4.8 Onderwijs in andere talen De leerlingen van groep 7 en 8 krijgen het vak Engels. In beide groepen wordt (nu nog) de methode ‘Hello World’ gebruikt. In de groepen 7 en 8 wordt veel aandacht besteed aan de spreekvaardigheid. Toch worden ook de structuur van de taal en de woordenkennis niet vergeten. Zowel in de groepen 7 als 8 wordt er voor het vak Engels huiswerk gegeven. Vanaf 2013 zal er echter op de Toermalijn Engels worden gegeven in de groepen 1 t/m 8. De werkwijze en aanpak zullen steeds worden bijgewerkt in de ‘bijlage bij de schoolgids’. 3.4.9 Ateliers Sinds een aantal cursusjaren wordt er in de groepen 5 t/m 8 ook een 5-tal middagen in het jaar gewerkt in de vorm van ateliers. De leerlingen schrijven zich in voor een bepaald atelier. Met een klein groepje werken zij dan onder begeleiding van een leerkracht of een ouder aan een bepaalde activiteit. Er kan gekozen worden uit verschillende leergebieden, zoals bijvoorbeeld een techniekatelier of een kookatelier. Om deze ateliers te organiseren hebben we de hulp van ouders nodig. Hiervoor gaat aan het begin van ieder cursusjaar een brief uit. 3.5 Bijzondere activiteiten en vieringen De Toermalijn neemt ieder jaar deel aan allerlei sportieve evenementen die in Zwijndrecht worden georganiseerd. Daarnaast organiseren wij als school ook verschillende leuke en vooral leerzame activiteiten voor de leerlingen. Een overzicht: • excursies in het kader van wereldoriëntatie en beroepseducatie; • de verschillende jaarlijkse toernooien, zoals: voetbal, korfbal en bowling; • de eindmusical voor groep 8 in theater ‘Festino’; • het zomerfeest voor de groepen 1 en 2; • het driedaagse schoolkamp voor groep 8; • de schoolreis voor de groepen 3 t/m 7; • een ‘kleine schoolreis’ voor de groepen 1 en 2; • de jaarlijkse actie georganiseerd door groep 8 voor een goed doel; • het afscheidsfeest voor de kinderen van groep 8 aan het eind van het cursusjaar; • groeps-tentoonstellingen n.a.v een schoolbreed project; • aan tweetal themaprojecten voor alle groepen, waaronder de kinderboekenweek; • een sport- en spelletjesdag; • het theoretisch- en praktisch verkeersexamen in groep 7; • allerlei jaarlijkse vieringen op school, zoals het sinterklaasfeest, de kerstviering, Carnaval en de paaslunch.

Schoolkalender

3.6 Verplichte onderwijstijd De leerlingen in de groepen 1 t/m 4 hebben minimaal 880 uur les per jaar. De leerlingen in de groepen 5 t/m 8 hebben minimaal 1000 uur les per jaar. Op een dag hebben de leerlingen maximaal 5,5 uur lestijd.

en bijlage

2012-2013

12

Groep 1 t/m 4 Maandag 08.30-11.45 13.00-15.15 5,5 uur Dinsdag 08.30-11.45 13.00-15.15 5,5 uur Woensdag 08.30-11.45 ------------ 3,25 uur Donderdag 08.30-11.45 13.00-15.15 5,5 Vrijdag 08.30-11.45 ------------ 3,25 uur Totaal: 23 uur Groep 5 t/m 8 Maandag 08.30-11.45 13.00-15.15 5,5 uur Dinsdag 08.30-11.45 13.00-15.15 5,5 uur Woensdag 08.30-12.30 ------------- 4,00 uur Donderdag 08.30-11.45 13.00-15.15 5,5 uur Vrijdag 08.30-11.45 13.00-15.15 5,5 uur Totaal: 26 uur N.B. Aan het begin van het nieuwe cursusjaar geven we jaarkalender mee. Op deze jaarkalender staan vakanties, vrije dagen en speciale activiteiten vermeld. Tevens ontvangt u ter informatie iedere week over de mail een weekbrief met daarin de belangrijkste zaken van de week daarop. 3.7 Tijd die aan de verschillende vormingsgebieden wordt besteed Groepen 1 en 2 Bewegingsonderwijs: 6.15 Werken met ontwikkelingsmateriaal: 8.00 Musische vorming: 2.45 Levensbeschouwing: 0.30 Taalverwerving: 5.30 Totaal: 23 uur

13


Groepen 3 en 4 Bewegingsonderwijs: 1.30 Looptijd gymnastiek: 0.30 Taallezen: 9.00 Rekenen: 5.00 Schrijven: 1.15 Handvaardigheid: 0.45 Musische vorming: 0.45 Natuuronderwijs: 0.30 Sociale redzaamheid: 0.30 Tekenen: 0.45 Levensbeschouwing: 1.15 Pauze: 1.15 Totaal: 23 uur Groepen 5 t/m 8 Vormingsgebieden Groep 5 Groep 6 Groep 7 Groep 8 Bewegingsonderwijs 1.30 1.30 1.30 1.30 Looptijd gymnastiek 0.30 0.30 0.30 0.30 Taallezen 7.45 7.45 8.00 8.00 Rekenen 5.00 5.30 5.30 5.30 Engels 0.45 0.45 0.45 1.00 Schrijven 1.00 0.30 Handvaardigheid 1.00 1.00 1.00 1.00 Musische vorming 0.30 0.30 0.30 0.30 Natuuronderwijs 1.15 1.30 1.15 1.15 Aardrijkskunde 1.15 1.30 1.30 1.30 Geschiedenis 1.15 1.15 1.30 1.30 Sociale redzaamheid 0.45 0.30 0.45 0.30 Tekenen 1.00 0.45 0.45 0.45 Levensbeschouwing 1.15 1.15 1.15 1.15 Pauze 1.15 1.15 1.15 1.15 Totaal: 26 uur NB Mochten zich wijzigingen voordoen in dit overzicht, dan zullen we dit opnemen in de ‘bijlage bij de schoolgids’. Deze bijlage wordt ieder cursusjaar aangepast.

Schoolkalender

3.8 Maatregelen ter voorkoming en bestrijding van lesuitval Aan het begin van het cursusjaar krijgen de leerkrachten een overzicht van de compensatie- en bapo dagen. In dit overzicht staat precies wanneer een bepaalde leerkracht verlof heeft en wie zijn of haar vervanger op die dag is. In geval van ziekte van een leerkracht proberen we altijd een vervanger te vinden. Indien er geen vervanging gevonden kan worden, kan een leerkracht in opleiding ingezet worden. Dit gebeurt onder het formele gezag van een andere leerkracht op school. Mocht ook dit niet lukken, dan wordt de groep

en

bijlage

2012-2013

14

opgedeeld. We letten daarbij goed op de omvang van de groep. Ook proberen we wel in de nabijheid van de jaargroep die er aan voorafgaat of er op volgt te blijven. Een andere oplossing die we in plaats van het opdelen kunnen gebruiken is een klas verdelen over een parallelgroep op de andere locatie. We vragen dan de ouders hun kind voor (ten hoogste) enkele dagen naar de andere locatie te brengen. Blijft onverlet dat het vinden van invalleerkrachten soms lastig is. De laatste jaren is het ons echter vrijwel altijd gelukt om vervanging voor de zieke of afwezige collega te regelen. 3.9 Speciale voorzieningen in en om het schoolgebouw In het schoolgebouw op de Schaepmanlaan zijn op de benedenverdieping drie lokalen in gebruik. Daarnaast bevinden zich op de benedenverdieping het speellokaal voor de kleuters/peuterspeelzaal, de docentenkamer, de directiekamer, de Bobo-ruimte (voor- tussen- en naschoolse opvang), en enkele magazijnen. Op de bovenverdieping zijn vier lokalen in gebruik. Tevens is de kamer van de interne begeleidster op de bovenverdieping gehuisvest. Op de speelplaats van de locatie Schaepmanlaan staat een aantal speeltoestellen. In het schoolgebouw aan de Emmastraat zijn vijf lokalen en een portacabin in gebruik. Eén lokaal wordt gebruikt door de peuterspeelzaal. Op de Emmastraat is er ook een speellokaal voor de kleuters, een docentenkamer, een computerhoek, enkele magazijnen en een Bobo-lokaal. Dit lokaal wordt ook als nevenruimte door de school gebruikt. Ook op de speelplaats Emmastraat staat een aantal speeltoestellen. 3.10 Contacten met de bibliotheek Om het lezen in de groepen te stimuleren is er regelmatig contact met de bibliotheek in Zwijndrecht. Soms zijn er excursies naar de bibliotheek, soms helpen de medewerkers van de bibliotheek ons met projecten. Ook zorgt de bibliotheek voor een leensysteem in de school. De leerlingen beschikken hierdoor over de meest recente boeken.

15


4. Zorg voor Kinderen 4.1 Opvang van nieuwe leerlingen In principe kunnen de leerlingen op elk moment van het jaar worden ingeschreven. Als regel wordt ieder kind op school ingeschreven als het vier jaar wordt. Wij weten graag tijdig of en wanneer uw kind naar onze school komt. Dit in verband met de planning van de grootte van de groepen. Wanneer uw kind drie jaar en tien maanden is, mag hij/zij 10 dagdelen (dus 10 halve dagen; dit kunnen ochtenden en/of middagen zijn) komen wennen. Deze regeling geldt voor alle basisscholen in Zwijndrecht. Om de wenperiode goed in te plannen is het verstandig dat u een afspraak met de betreffende leerkracht maakt. Wanneer een leerling tijdens het schooljaar van een andere basisschool in Zwijndrecht naar onze school komt, doen we dit volgens het ‘plaatsingsprotocol’. Dit protocol ziet er als volgt uit: - wanneer u uw kind wilt overplaatsen neemt u contact op met de directeur van de school waar u uw kind wilt inschrijven; - er is een eerste gesprek tussen u en die directeur; - hij verzoekt u contact op te nemen met de directeur van de school vanwaar uw kind vertrekt. Het doel hiervan is om het kind op de eigen school te houden, zodat het niet wordt verplaatst; - lukt dit niet, dan kan de ontvangende school de leerling inschrijven; - de directeur van de ontvangende school licht hier de andere directeur over in; - de gegevens zoals bewijs van in/uitschrijving en onderwijskundig rapport worden overgedragen; - plaatsing vindt bij voorkeur pas plaats na een vakantie (herfst, kerst, krokus etc). De Toermalijn heeft het recht een leerling te weigeren; een bijzondere school (een school op religieuze grondslag) heeft dat recht. Wanneer we hier gebruik van maken, zullen we dit de ouders/verzorgers schriftelijk kenbaar maken. De ouders kunnen tegen dit besluit beroep aantekenen bij de rechter. Het kan ook gebeuren dat we een leerling die overstapt van het speciaal basisonderwijs of een cluster 3of cluster 4- school (kinderen met een grote leerachterstand e/o met gedragsproblemen) naar onze school niet kunnen opvangen. We zullen de ouders van deze leerling dan gemotiveerd mededelen waarom we dat niet kunnen. Wanneer we een leerling weigeren is dit met het team doorgenomen. Uiteindelijk neemt de directeur de beslissing. Enkele redenen om niet te plaatsen zijn: - de grootte van een bepaalde groep in de school; - het kind is aangemeld bij de permanente commissie leerling zorg; - een leerling behoeft zo veel specialistische zorg, dat wij daarvoor de expertise en de menskracht niet hebben; - een ouder heeft wensen c.q. eisen waar wij niet aan kunnen voldoen; - er is sprake van ernstige gedragsstoornissen; - een leerling heeft een bepaalde handicap die een te grote wissel op de organisatie van de school trekt. Wordt een kind met een handicap geplaatst dan sluiten we met de ouders altijd een contract. Op bepaalde evaluatiemomenten wordt bekeken of wij het kind nog voldoende kunnen begeleiden.

Schoolkalender en

NB. Bij de invoering van de Wet Passend Onderwijs (2014) zal er het een en ander in deze procedure veranderen. Wij zullen de nieuwe procedure dan opnemen in de ‘bijlage bij de schoolgids’.

bijlage

2012-2013

16

4.2 Volgen van de ontwikkeling van de leerlingen Om de ontwikkeling van de kinderen bij te houden, nemen we twee keer per jaar speciale toetsen af. Dit zijn toetsen van een leerlingvolgsysteem. Voor de groepen 1 en 2 wordt er op onze school gewerkt met het leerlingvolgsysteem (lvs) van Cito. We zetten daar twee Citotoetsen in, namelijk ‘Taal voor kleuters’ en ‘Ordenen’. Voor de groepen 1 en 2 werken we ook met het observatie-instrument van Pravoo. In groep 8 worden de entreetoets en de eindtoets van Cito afgenomen. Verder gebruiken we toetsen voor de volgende vakken: - begrijpend luisteren (alleen in groep 3); - technisch lezen (groep 3 t/m 8); - begrijpend lezen (groep 4 t/m 8); - spelling (groep 3 t/m 8) ; - rekenen-wiskunde (3 t/m 8); Van alle leerlingen volgen we de sociaal-emotionele ontwikkeling met de observatielijsten van Pravoo (Eggo+) In cursusjaar 2013-2014 gaan we over op een ander lvs voor sociaal-emotionele ontwikkeling. Er wordt getoetst om te kijken of de aangeboden leerstof door de leerlingen goed is begrepen, of een kind op zijn/haar niveau goed is gegroeid, om leermoeilijkheden te signaleren en om na te gaan of de doelstellingen bereikt zijn. Op de schoolkalender kunnen de ouders lezen in welke maanden van het jaar er getoetst wordt met het leerlingvolgsysteem. Daarnaast heeft een leerkracht in zijn/haar klas nog allerlei toetsmomenten. We denken dan vooral aan toetsen die bij verschillende methodes horen; de zogenaamde methodegebonden toetsen. In de groepen 1 en 2 worden Citotoetsen afgenomen die nagaan hoe ver het kind is met zijn/haar taalontwikkeling, of het kind kan ordenen en hoe het niveau van de ruimtelijke oriëntatie is. Met het Pravoo-leerlingvolgsysteem wordt de algehele ontwikkeling van kleuters op verschillende momenten van het jaar geobserveerd. Er wordt in groep 2 nauwgezet gekeken of een kind er aan toe is om het volgende schooljaar naar groep 3 te gaan. De toetsen worden meestal door de eigen leerkracht in de groep afgenomen. Soms wordt zij/hij bij de afname gesteund door de intern begeleidster(s). Alle toetsgegevens worden in kaart gebracht en in een digitaal leerling dossier (Esis) bewaard. Wanneer een toetsronde voor het leerlingvolgsysteem is afgenomen en de gegevens binnen zijn, worden deze gegevens volgens een bepaalde cyclus besproken en geanalyseerd. Op basis van deze analyse wordt het onderwijsbeleid in een bepaalde groep zonodig aangepast of bijgestuurd. 4.3 Extra zorg voor de leerlingen Wanneer er kinderen zijn die met hun leerprestaties achterblijven, worden de volgende maatregelen genomen: • het kind krijgt extra instructie tijdens de les, of het werkt onder ‘begeleiding’; • het kind krijgt in een aantal gevallen extra instructie buiten de groep van een leerkracht die daarvoor wordt ingezet (remedial teacher).

17


4.4 de 1-zorgroute In cursusjaar 2009-2010 zijn we voor het vak rekenen begonnen met de 1-zorgroute. In de daarop volgende cursusjaren hebben we dit uitgebreid naar de andere basisvakken. De 1-zorgroute is een vorm van zorg ‘voor de poort’. Wat bedoelen we met die term? In het verleden werd er nog op veel scholen reparatiezorg gegeven. Wat verstaan we onder reparatiezorg? Leerlingen maken op bepaalde momenten toetsen. Hier komen leerresultaten uit en op grond van die resultaten passen we ons onderwijs aan. Dit betekent in een aantal gevallen, dat kinderen bepaalde onderdelen van de leerstof nog eens over moeten doen, omdat het beheersingsniveau te laag is. Anders gezegd: we proberen bepaalde onderdelen van de leerstof nog eens extra onder de aandacht te brengen, om dit beheersingsniveau omhoog te krijgen. Bij de 1-zorgroute werken we niet met zorg achteraf, maar proberen we zo veel mogelijk uit te gaan van de onderwijsbehoeften van iedere leerling in een groep. Leerlingen met eenzelfde onderwijsbehoefte proberen we zo veel mogelijk te clusteren. In de praktijk betekent dit dat we voor ieder vak en voor iedere groep leerdoelen formuleren. Niet alle leerlingen in een subgroep hebben dus hetzelfde leerdoel. Hoe brengen we dit nu in kaart? We maken voor iedere groep (=klas) voor het vak rekenen een groepsplan, waarin we voor twee of drie subgroepen een apart leerdoel formuleren. We proberen hiermee te bereiken dat de leerlingen niet uitvallen, omdat het gestelde doel lastig haalbaar is en we uiteindelijk weer moeten repareren. Nee, we proberen te bereiken dat voor een bepaalde subgroep de doelen echt haalbaar zijn. Naast de doelen en de leerstof proberen we in een groepsplan ook zoveel mogelijk allerlei andere factoren in beeld te brengen, zoals concentratie, sociaal emotionele ontwikkeling en/of taakgerichtheid. Een cursusjaar verdelen we in twee cycli. Dit zijn afzonderlijke perioden met eigen doelen en een apart groepsplan. Na een cyclus evalueren we. We bespreken met elkaar (de leerkracht en de interne begeleider) of de gestelde doelen gehaald zijn; waar we moeten bijsturen, wat we moeten veranderen. Op die manier zetten we het nieuwe groepsplan voor de nieuwe cyclus op. Op dit moment werken we met het vak rekenen en spelling op deze wijze. In cursusjaar 2012-2013 zullen we het voorwerk doen om ook het begrijpend lezen binnen de 1-zorgroute op te nemen. Voor het vak technisch lezen werken we met de methode ‘Estafette’. Deze methode werkt voor een groot deel volgens de richtlijnen van de 1-zorgroute.

Schoolkalender

In sommige gevallen wordt een kind voor één of meerdere vakken voor een bepaalde tijd losgekoppeld van het leerstofjaarklassensysteem. Hij/zij werkt dan binnen de groep aan een eigen programma met eigen doelen. Voor deze leerling wordt er dan een ontwikkelingsperspectief opgesteld (vaak vanaf eind groep 5). Als we besluiten om een leerling op een eigen programma te laten werken, nemen we die beslissing niet eerder dan na zorgvuldig overleg tussen de werkgroep zorg, de groepsleerkracht en de ouders. De ontwikkelingsperspectieven worden twee keer per jaar bijgesteld.

en

bijlage

2012-2013

18

4.5 procedure speciaal onderwijs en leerlinggebonden financiering’ Soms is het nodig dat we voor een leerling hulp van buitenaf inroepen. Voordat dit gebeurt, hebben we gesprekken met de ouders gevoerd en is de leerling al meerdere malen tijdens een leerlingbespreking besproken. In het geval van externe hulp, wordt bij het diagnostisch meldpunt de orthopedagoog van het SPON (onderwijsadvies groep) uitgenodigd voor een inleidend gesprek of voor een observatie in de klas. In nauw overleg met de leerkracht, de intern begeleidster, de ouders en (eventueel) de orthopedagoog wordt er een plan van aanpak opgesteld; er wordt gekeken hoe het kind het beste geholpen kan worden. Soms is een uitgebreider onderzoek noodzakelijk. Een leerling wordt dan aangemeld in het zorgteam. Hierin zitten deskundigen vanuit allerlei disciplines (orthopedagoog, schoolmaatschappelijk werk, schoolarts). Het zorgteam doet een voorstel voor verdere begeleiding en/of verder onderzoek. De uitslag van dit onderzoek wordt altijd met de ouders besproken. In dit gesprek wordt er in overleg met de intern begeleidster(s) en de ouders bekeken hoe er verder wordt gehandeld. Dit kan resulteren in hulp op school. Soms kan een kind hulp in de klas krijgen in de vorm van speciaal werk. Het kan ook zijn dat een kind extra begeleiding krijgt buiten de klas. In een één op één situatie zal er dan een aantal momenten per week met het kind gewerkt worden. Het kan ook zijn dat geadviseerd wordt het kind aan te melden op een school voor Speciaal Basisonderwijs (SBO). Uiteindelijk nemen de ouders de definitieve beslissing of ze hun kind aanmelden op een school voor Speciaal Basisonderwijs of niet. De leerkrachten en de intern begeleider van de Toermalijn zullen het kind en de ouders zo goed mogelijk begeleiden tijdens dit hele traject. Binnen ons samenwerkingsverband werken we samen met twee scholen voor speciaal basisonderwijs. Een van de twee, ‘de Steenen Kamer’ staat in Zwijndrecht. De andere, ‘de Kameleon’ staat in Papendrecht. Voor kinderen, die problemen hebben, waarvan de oorzaak ligt in een zintuiglijke, lichamelijke of verstandelijke handicap of stoornis, of in een psychische of gedragsstoornis, kan bij een Commissie van Indicatiestelling (CVI) een indicatiestelling worden aangevraagd. Bij een positieve indicatie kunnen ouders/verzorgers kiezen voor plaatsing op een school voor Speciaal Basisonderwijs (SBO) of voor een Leerlinggebonden Financiering (LGF)*. Het doel van de LGF (het zo genaamde ‘rugzakje’) is om het kind met extra hulp in het reguliere basisonderwijs, in de eigen woon- en leefomgeving, te houden. Zodra er binnen de school wordt besloten dat er nader onderzoek of observatie uitgevoerd moet gaan worden, wordt u hier als ouders/verzorgers altijd bij betrokken. Voor aanmelding voor extern onderzoek wordt uw schriftelijke toestemming gevraagd. *NB. Bij de invoering van de Wet Passend Onderwijs (2014) zal er het een en ander wat betreft de Leerlinggebonden Financiering veranderen. Wij zullen dit dan opnemen in de ‘bijlage bij de schoolgids’. 4.6 (Cijfer)administratie van de leerkrachten Alle leerkrachten in de groepen 3 t/m 8 houden de resultaten van het klassenwerk bij in een cijferlijst. Bij de methode gebonden toetsen worden de score-registratieformulieren die horen bij de methode ingevuld. Daarnaast houden de leerkrachten een zorgmap bij, met daarin allerlei observaties, maar ook de groepsplannen en groepsoverzichten. Iedere leerkracht werkt tevens met een logboek. Hierin staat de leerstof voor een bepaalde periode gepland, maar ook de doelen die bij de leerstof horen zijn opgenomen. Tevens wordt er in het logboek een koppeling gemaakt naar de leerlingen die voor bepaalde doelen in de basis-, plus of extra-instructiegroep zitten.

19


4.7 Onderwijskundig rapport Wanneer een leerling de school verlaat om naar een andere basisschool te gaan (bijvoorbeeld in verband met verhuizing), dan vult de leerkracht een onderwijskundig rapport in. Hierin staan alle gegevens over de leerstof en methodes. Verdere belangrijke informatie over de leerling wordt aan het onderwijskundig rapport toegevoegd. Vertrekt een leerling naar een school voor Speciaal Basisonderwijs, dan is de rapportage uitgebreider. Het rapport wordt dan opgesteld door de leerkracht en de intern begeleidster. 4.8 Procedure m.b.t. overgang naar het voortgezet onderwijs In groep 8 krijgen de leerlingen begin december een Cito-prognose. Deze prognose is gemaakt op basis van de Cito Entreetoets die de leerlingen in september groep 8 hebben gemaakt. De prognose is een voorspelling van hoe de leerling waarschijnlijk op de Cito Eindtoets zal scoren. Ook wordt er op het prognoseformulier gemeld welke type voortgezet onderwijs het beste past bij de te verwachten Citoscore. Met de scholen voor voortgezet onderwijs in Zwijndrecht is afgesproken dat leerlingen met een prognosescore 527 of lager de Drempeltoets maken. Zij hoeven geen Cito Eindtoets te maken. Op verzoek van de ouders mag dit wel. Kinderen die laag scoren op de Drempeltoets krijgen in groep 8 nog een extra toets/onderzoek m.b.t. het voortgezet onderwijs (VO). Dit onderzoek is nodig, immers het VO krijgt dan extra subsidie om die kinderen nog beter te kunnen helpen. Zij worden geplaatst in kleine groepen op het leerwegondersteunend onderwijs (LWOO). In het laatste basisschooljaar zal gekozen moeten worden voor een bepaalde vorm van voortgezet onderwijs. Wanneer een leerling naar het voortgezet onderwijs vertrekt, wordt er een digitaal onderwijskundig rapport ingevuld. Dit doet de groepsleerkracht in nauwe samenwerking met de directeur en/of de intern begeleidster(s). Voordat uw kind op een middelbare school toegelaten kan worden, vraagt de school van uw keuze het advies van de directeur van de basisschool. Tevens vraagt men de score van de Cito-Eindtoets of het drempelonderzoek. In praktijk zijn het de leerkrachten van groep 8 die adviseren welk voortgezet onderwijsniveau voor uw kind het meest geschikt is. Het advies komt tot stand op grond van de behaalde resultaten, de werkhouding en de belangstelling van uw kind. In hoofdlijnen ziet de procedure er als volgt uit: - vanaf november: open dagen van een aantal scholen voor voortgezet onderwijs; - december: bij sommige leerlingen wordt de Drempeltoets afgenomen; - januari: info-avonden Develstein en Walburgcollege; - februari: afname van de Cito Eindtoets ; - maart: adviesgesprekken voortgezet onderwijs met u, uw kind en de leerkracht van groep 8; - maart/april: officiële aanmelding, verzorgd door de school; - mei: berichtgeving van de school voor voortgezet onderwijs omtrent de plaatsing.

Schoolkalender en

bijlage

2012-2013

20

4.9 Verwijzingspercentages De laatste jaren zijn de verwijzingspercentages in hoofdlijnen als volgt: • Havo-VWO 40% • Havo-VMBO theoretische leerweg 40% • Andere vormen van VMBO 20% Ieder jaar wordt een specificatie van de uitstroomresultaten opgenomen in de ‘bijlage bij de schoolgids’. 4.10 Leerlingbespreking Minstens twee maal per jaar houden de leerkrachten met de intern begeleider een leerlingbespreking. Er worden leerlingen besproken die extra zorg behoeven. De vergaderingen hebben meerdere doelen: a) met elkaar suggesties doen over extra hulp en/of begeleiding; b) elkaar op de hoogte brengen met betrekking tot de problematiek rondom een kind; c) bepaalde zaken op groepsniveau tegen het licht houden. 4.11 Scholing Leerkrachten kunnen jaarlijks scholing volgen om hun kennis en vaardigheden te vergroten. Deze scholing kan bij allerlei instituten voor hoger beroepsonderwijs worden gevolgd. Er wordt naar gestreefd de scholing zoveel mogelijk met het gehele team te volgen. Op deze wijze kan de scholing een directe bijdrage leveren aan het onderwijsbeleid in de school. 4.12 GGD Om te bereiken dat alle kinderen in Nederland dezelfde zorg krijgen, werkt de GGD met een zogenaamd basispakket. Voor de school houdt dit in dat: • alle kinderen in groep 2 en de schipperskinderen uit groep 3 samen met hun ouders een uitnodiging krijgen voor een onderzoek door de jeugdarts en de assistente; • alle kinderen in groep 4 worden gemeten en gewogen; • alle kinderen in groep 7 met hun ouders uitgenodigd worden voor een verpleegkundig onderzoek; Naast dit basispakket voert de GGD ook extra taken uit. De gemeenten kijken waar extra zorg nodig is, vaak in overleg met de scholen en vragen de GGD en andere instellingen dat uit te voeren. Ook voorlichting en opvoedcursussen vallen onder deze extra zorg. De GGD denkt met deze zorg de kinderen en hun ouders goed van dienst te kunnen zijn. Natuurlijk kunt u altijd met uw vragen bij de jeugdarts of jeugdverpleegkundige terecht. GGD, vestiging Dordrecht, Korte Parallelweg 51, Postbus 166, 33300 AD Dordrecht, tel. 078-6321832 4.13 Logopedie Sinds schooljaar 2012-2013 is er een logopediste van logopediepraktijk “Punt” aanwezig binnen onze school. Zij behandelt hier leerlingen van onze school, twee dagdelen op de locatie Schaepmanlaan en één dagdeel op de locatie Emmastraat. Wanneer een leerkracht een logopedisch probleem signaleert, wordt dit eerst besproken met de ouders. Ouders wordt dat gevraagd een verwijsbrief voor de logopedie te halen bij de huisarts. Deze verwijsbrief is nodig voor de behandeling bij de logopediste. Indien mogelijk kan de behandeling op school plaatsvinden.

21


5. algemene organisatie op alfabet 5.1 Achtergebleven kleding Aan het eind van ieder schooljaar blijft er vrijwel altijd een verzameling kledingstukken (en andere eigendommen van kinderen) op school achter. We bewaren die kledingstukken en andere materialen een aantal weken op een vaste plaats; zowel op de locatie Emmastraat als op de locatie Schaepmanlaan. Daarnaast maken we in het weekbriefje een aantal malen melding van het feit dat deze eigendommen op school kunnen worden afgehaald. Niet afgehaalde spullen worden na verloop van tijd of weggegooid of afgegeven bij een of andere organisatie. 5.2 Buitenschoolse activiteiten Bij voldoende belangstelling doet onze school ieder jaar mee aan de volgende buitenschoolse activiteiten: • bowlingtoernooi (oktober/november t/m april); • korfbaltoernooi (mei of juni); • schoolvoetbaltoernooi (mei of juni); • avondvierdaagse (mei of juni); • Verkerkloop (mei of juni). De data van deze activiteiten staan op de jaarkalender of ze worden u doorgegeven door middel van de weekbrief. 5.3 Eerste Heilige Communie en Heilig Vormsel Bij de vorming van de kinderen op school, hoort ook hun gelovige vorming. Bij het vak levensbeschouwing komt in iedere groep ieder jaar een aantal thema’s aan de orde. Deze thema’s kunnen uit de kinderen komen, uit een methode levensbeschouwing of door de leerkracht naar voren worden gebracht. We werken met de methode ‘Trefwoord’. De leerlingen uit groep 4 die daar voor kiezen worden door een werkgroep van de parochie voorbereid op de Eerste Heilige Communie. De leerlingen uit groep 8 die daar voor kiezen worden door een werkgroep van de parochie voorbereid op het Heilig Vormsel. Zowel de communie- als de vormselvoorbereiding worden niet meer op school uitgevoerd. 5.4 Goede doelen We willen de kinderen leren, dat we in deze wereld ook voor elkaar verantwoordelijk zijn. Een beetje minder voor onszelf, kan de mensen in ons land en in andere landen een grotere kans geven op een menswaardiger bestaan. Ook moeten we onze ogen niet sluiten voor de problemen in onze eigen omgeving. Voor ons betekent katholiek zijn ook ‘kinderen opmerkzaam maken op een levenshouding waarbij we de zwakkeren in onze samenleving niet moeten vergeten’. Ieder jaar hebben we als school een actie. Groep 8 kiest het doel uit waarvoor we een actie organiseren. In de bijlage kunt u lezen welk doel dit cursusjaar aan bod komt. Verder doen we elk jaar mee met het project dat de parochie heeft gekozen voor de vastenactie.

Schoolkalender en

bijlage

2012-2013

22

5.5

Groep 1 en 2

5.5.1 Gymschoenen Op school is het gebruikelijk dat de kleuters in de speelzaal gymmen op gymschoenen. Wilt u hiervoor gymschoenen meegeven met elastiek of klittenband en deze voorzien van een naam? Het strikken van veters vraagt namelijk erg veel tijd en dit gaat van de gymtijd af; dat vinden we jammer. De gymschoenen blijven op school gedurende het cursusjaar. 5.5.2 Schatkist In de groepen 1 en 2 wordt gewerkt met de methode Schatkist. Schatkist gaat uit van ankers die in de tijd kunnen worden geplaatst, namelijk herfst, winter, lente en zomer. Bij elk jaargetijde horen weer vier ankers. Bijvoorbeeld bij herfst: dieren, boeken, een nieuw schooljaar en herfst. Op deze wijze worden de leerinhouden verankerd in de tijd. Binnen een anker wordt altijd gewerkt met een kennismaking van het thema, een ankerverhaal, ankerpunten, routines en spelvormen. Er is aandacht voor de volgende ontwikkelingsgebieden: mondelinge taalontwikkeling, woordenschat, beginnende geletterdheid, beginnende gecijferdheid en sociaal-emotionele ontwikkeling. De kinderen gaan ook actief aan de slag met de aangeboden materialen die bij het anker horen in de activiteitenhoeken, door zelf te spelen, te beleven, er mee bezig te zijn. Na ongeveer drie weken wordt een thema afgesloten. U kunt thuis meehelpen door over het betreffende onderwerp wat materiaal op te zoeken of erover te praten. 5.5.3 Speelgoed Een aantal ochtenden in het jaar mogen de kinderen speelgoed meenemen. In de weekbrief zal hiervan melding worden gemaakt. Wanneer uw kind een nieuw of een lievelingsspeelgoedje wil laten zien, mag dat natuurlijk altijd. Spreekt u dan wel van te voren af, dat u het zelf weer mee naar huis neemt. 5.5.4 Wensjes Uw kind mag op school iets kleuren voor de verjaardag van vader, moeder, opa en oma of voor andere zaken die uw kind erg bezighouden. U kunt de data van bijvoorbeeld belangrijke verjaardagen schrijven op de daarvoor bestemde kalenders. 5.5.5 Eten en drinken in de ochtendpauze Uw kind kan voor de ochtendpauze iets te eten en te drinken meebrengen. Ons advies is om gezonde dingen mee te geven, zoals melk, yogi-drink, jus d’orange, appelsap e.d. Koolzuurhoudende dranken mogen niet meegenomen worden. Geeft u als eten bij voorkeur geen (erg) zoete dingen mee, zoals koek met chocolade en snoep. De kinderen kunnen namelijk op school hun tanden niet poetsen. 5.5.6 Inloopochtend Een aantal keer per jaar houden we op de beide locaties in de groepen 1 en 2 een inloopochtend. U kunt dan in de klas komen kijken en ervaren wat uw kind zoal op school doet en meemaakt. De data van de inloopochtenden staan in de jaarkalender en worden ook in de weekbrief doorgegeven. Ook voor de opa’s en oma’s wordt er twee keer per jaar een kijkmoment georganiseerd. 5.5.7 Verjaardag

23


5.5.7 Verjaardag Kleuters mogen op hun verjaardag 5 minuten later op school komen. De ouders mogen vervolgens aanwezig zijn bij de viering van de verjaardag in de klas. Uw jarige kind mag op school trakteren. Wel het liefst een gezonde traktatie. 5.6

Gymnastiek

5.6.1 Kleding Het is de bedoeling, dat de kinderen van de groepen 3 t/m 8 voor de gymnastiekles aparte kleding meenemen. Dat kan een gympakje zijn of een kort broekje met een T-shirt. Tijdens de gymnastiekles mogen de kinderen geen sieraden dragen. Het is dan ook verstandig deze zaken op de betreffende dagen thuis te laten. Als uw kind de gymles niet kan volgen, dan dient u aan de eigen leerkracht een briefje te geven met daarop de reden van het verzuim. Zonder briefje moet ieder kind gewoon deelnemen aan de gymles. 5.6.2 Gymnastiekrooster Op het eind van ieder cursusjaar wordt er een weekbrief uitgebracht met daarop het gymnastiekrooster. Ouders van nieuwe leerlingen krijgen deze weekbrief toegestuurd. 5.7 Huiswerk De kinderen van de groepen 6, 7 en 8 krijgen regelmatig huiswerk mee naar huis. De hoeveelheid werk varieert . In groep 6 is dit beduidend minder dan in de groepen 7 en 8. De bedoeling van huiswerk is: • de kinderen nog niet volledig verwerkte leerstof nog eens te laten herhalen of memoriseren (bijvoorbeeld het leren van repetities); • kinderen te laten wennen aan het maken en leren van huiswerk, omdat in het voortgezet onderwijs huiswerk vast op het programma staat. Het huiswerk wordt tijdig aan de kinderen opgegeven. Proefwerken altijd minimaal een week van te voren. Onder leiding van de leerkracht wordt uw kind ook geleerd hoe het huiswerk geleerd moet worden. 5.8 Informatie-bijeenkomsten voor ouders Om de ouders op de hoogte te brengen van de vakken, de schoolregels en de werkwijze in de verschillende groepen, wordt er aan het begin van het cursusjaar een informatie-avond gehouden. Op deze avond krijgen de ouders ook volop de gelegenheid om vragen te stellen. Daarnaast worden er voor de kleutergroepen ook nog inloopochtenden georganiseerd. Op deze wijze kunnen ouders in de kleutergroepen zien hoe er op de Toermalijn wordt gewerkt. Tevens kan er door de ouders met de groepsleerkracht worden nagepraat. Eens per jaar (in februari) organiseert de gemeente Zwijndrecht de ‘Open dag’ voor alle basisscholen in de gemeente.


2012-2013

24

5.9 Klachtenregeling Het bestuur van de ‘Stichting Katholiek Onderwijs Bernardus Alfrink’ (SKOBA) heeft een klachtenregeling opgesteld. Deze regeling is door de GMR van alle scholen goedgekeurd. Wanneer ouders van deze regeling gebruik willen maken, kunnen ze de regeling bij de directeur opvragen. Voor de dagelijkse gang van zaken dienen klachten in eerste instantie met de groepsleerkracht besproken te worden. Wanneer men met elkaar niet tot een oplossing komt, kan de klacht bij de directeur worden neergelegd. Wanneer ouders het niet eens zijn met de wijze waarop de directeur de klacht heeft afgehandeld, kunnen ze van de procedure zoals die in de klachtenregeling is opgesteld gebruik maken. 5.10

Medezeggenschapsraad

5.10.1 Wat doet de medezeggenschapsraad? Elke school is verplicht om een medezeggenschapsraad (MR) te hebben. In de MR hebben zowel ouders als leerkrachten zitting. Er worden allerlei schoolse aangelegenheden besproken. Onderwerpen die regelmatig op de agenda van de MR staan zijn: • de formatie; • het zorgplan; • het schoolplan; • de (brand) veiligheid; • de communicatie met ouders. De MR vergadert ongeveer vijf keer per schooljaar. De vergaderingen zijn openbaar en vinden plaats op de locatie Schaepmanlaan. De notulen worden op de website van de school (www.kbstoermalijn.nl) geplaatst. De MR heeft als taak binnen de school een klimaat van openheid, openbaarheid en onderling overleg te scheppen en te behouden. Het is de taak van de MR er voor te zorgen dat een ieder binnen de school zijn/ haar belangen naar voren kan brengen, zijn gezichtspunten toe kan lichten en eventueel kan verdedigen. Hierbij staat het belang van de school centraal. Richtlijnen van de MR om goed te kunnen functioneren zijn: • professionaliteit (onder andere actieve inbreng van alle leden en deskundigheidsbevordering); • goede interne communicatie (onder andere problemen bespreekbaar maken, open zijn en respect tonen voor elkaars activiteiten en deskundigheid); • profilering (onder ander voorlichting over de MR-activiteiten en contact met de ouders). In de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR) worden zaken besproken die betrekking hebben op alle scholen binnen ons bestuur. 5.10.2 Wie hebben zitting in de medezeggenschapsraad? De MR bestaat uit vier ouders en vier leerkrachten. De directeur, dhr. G.P. Kolen, neemt ook deel aan de vergaderingen als adviseur en in een aantal gevallen als gemandateerd afgevaardigde van het bestuur. Bij alle vergaderingen is ook een lid van de ouderraad aanwezig. De ouders worden gekozen door middel van een verkiezing. De leerkrachten hebben zitting in de MR via een roulatiesysteem. De MR-leden hebben een zittingstermijn van drie jaar; soms langer! De namen van de leden kunt u vinden in de bijlage bij de schoolgids.

25


5.11 Notities Op school zijn o.a. de volgende notities ter inzage aanwezig:  Notitie MR en GMR;  Notitie preventie en bestrijding van ongewenste intimiteiten;  Notitie klachtenprocedure;  Notitie schorsing en verwijdering van leerlingen;  Notitie privacy internet- en emailgebruik;  Notitie roken op school; Alle notities zijn verzameld in de map ‘regelingen’. De map ‘regelingen’ kunt u vinden in de personeelskamer van de beide locaties. Er is op school een meerjarenbeleidsplan aanwezig. In dit plan staan o.a. de missie, de visie, de doelstellingen van de school, de beleidsvoornemens en de verschillende beleidsterreinen zoals financiën en personeel beschreven. In het jaarplan van de school staan de geplande ontwikkelingen voor het komend cursusjaar beschreven. 5.12 Onderwijsinspectie In februari 2011 heeft de onderwijsinspectie voor het laatst een periodiek kwaliteitsonderzoek uitgevoerd op onze school. Hiervan hebben zij een rapportage opgesteld. Deze kunt u inzien op de website van de onderwijsinspectie. Het internetadres is: www.onderwijsinspectie.nl. 5.13 Oudercontact Kort vóór en na schooltijd kunt u bij de leerkracht altijd even een paar mededelingen doen over uw kind. Daarnaast worden de ouders twee keer per jaar in de gelegenheid gesteld om met de leerkracht te praten over de vorderingen van hun kind. We bevelen u aan deze ouderavonden te bezoeken. Als u meer kinderen op onze school heeft, zorgen wij ervoor, dat de gesprekken zoveel mogelijk aansluitend zijn. Mocht u tussendoor met een leerkracht van gedachten willen wisselen, dan kunt u natuurlijk altijd (telefonisch) een afspraak maken. Belt u bij voorkeur niet onder de lestijd. Op het eind van het cursusjaar kunt u op verzoek ook een afspraak maken voor een gesprek over het overgangsrapport. In een aantal gevallen nemen wij daar zelf het initiatief voor. De directeur is regelmatig onder schooltijd voor u bereikbaar. We stellen het echter op prijs als u vooraf even telefonisch een afspraak maakt. 5.14

Ouderraad

5.14.1 Ouderraad en ouderparticipatie Ouders die kinderen bij ons op school hebben, zijn automatisch lid van de oudervereniging. Uit hun midden wordt de ouderraad gekozen. Hierin hebben ouders minimaal drie en maximaal zes jaar zitting. De ouderraad organiseert samen met het schoolteam activiteiten voor de kinderen. Dat kan erg uiteenlopend zijn, bijvoorbeeld van het helpen bij knutselmiddagen tot het organiseren van het Sinterklaasfeest.


2012-2013

26

Aan het begin van het schooljaar wordt door het bestuur een verzekering afgesloten. Alle ouders die activiteiten binnen school of in schoolverband uitvoeren zijn meeverzekerd. Bij veel activiteiten is de hulp van de ouders onontbeerlijk. Aan het begin van het schooljaar krijgen alle ouders een participatielijst, waarop ze kunnen aangeven bij welke activiteiten ze willen helpen. Het voordeel van ouderparticipatie voor de kinderen is dat het mogelijkheden biedt tot meer individuele aandacht en dat er bovendien ‘leukere’ dingen kunnen worden georganiseerd. Dit komt de pedagogische sfeer zeker ten goede. Zo krijgen ouders meer zicht op hetgeen er in de school gebeurt ten aanzien van opvoeding en onderwijs. U kijkt mee achter de schermen naar de ontwikkeling van uw kind(eren) in de klas. 5.14.2 Doelstellingen/ taken Ons belangrijkste doel is het bevorderen van ouderparticipatie op school in de ruimste zin. We proberen dit te bereiken door: • het onderhouden van contacten tussen ouders en onderwijsteam ter versteviging van de band tussen school en thuis; • het samen met het team organiseren van allerlei (buiten)schoolse activiteiten, zoals: sinterklaasfeest , kerstfeest, carnaval, paasfeest, avondvierdaagse, zomerfeest, schoolreis, en dergelijke; • het verlenen van handen spandiensten op school, zoals het opknappen van het schoolplein; • het verlenen van ondersteuning bij projecten op school, zoals bijvoorbeeld de kinderboekenweek; • het adviseren van team en medezeggenschapsraad over diverse onderwerpen. Omdat er jaarlijks wisselingen in de ouderraad te verwachten zijn, geven we u in de bijlage van de schoolgids de volledige samenstelling van onze ouderraad. 5.14.3 Vergaderingen en jaarlijkse bijeenkomsten Er wordt eens per twee maanden vergaderd. Voor een goede communicatie met het schoolteam is bij deze vergaderingen steeds een afvaardiging van het team aanwezig. Ieder jaar wordt er aan de vrijwillige bijdrage gevraagd. In de bijlage kunt u lezen hoe hoog deze bijdrage is. Dit bedrag wordt onder andere besteed aan: een sinterklaascadeau , de kerstmaaltijd, de paaslunch, de ongevallenverzekering, de avondvierdaagse.

ouders

5.14.4 Vragen aan de ouderraad Heeft u vragen, opmerkingen, suggesties, aarzel dan niet om op een van de ouderraadsleden af te stappen. Wilt u liever schriftelijk (eventueel anoniem) reageren, dan kan dit via de vragenbus van de ouderraad in de hal van beide locaties. 5.15 Overblijven Mocht uw kind tussen de middag over moeten blijven, dan kan dat uiteraard. Het overblijven (de tussen schoolse opvang) wordt georganiseerd en uitgevoerd

27


een

door de kinderopvangorganisatie ‘Bobo’. Voor informatie over prijzen, abonnementen en voorwaarden verwijzen we u door naar ‘Bobo’. Tel.: 078-6121330. U kunt ook kijken op de website van Bobo: www. bobokdv.nl. 5.16 Projectweek Minimaal twee keer per jaar staat het onderwijs in het teken van een speciaal project. De onderwerpen van de projecten worden door het team vastgesteld. Tijdens de projecten worden allerlei leuke en leerzame activiteiten ondernomen die passen bij het thema. Dit kunnen o.a. creatieve activiteiten zijn, een excursie, taalactiviteiten, rekenactiviteiten e/o activiteiten rondom wereldoriëntatie. In de weekbrief informeren we u over de gekozen onderwerpen en de inhoud van de projecten. Vaak worden de projecten afgesloten met een activiteit voor de ouder(s) en leerlingen, zoals een tentoonstelling. 5.17 Rapporten Drie maal per jaar krijgen de kinderen van groep 3 t/m 8 een rapport mee. De data wanneer de rapporten worden meegegeven staan op de jaarkalender. Tevens is er naar aanleiding van het eerste en tweede rapport een ouderavond. Indien u dit wenst kunt u ook naar aanleiding van het derde rapport een gesprek krijgen. De ouderavond is altijd de maandag en/of dinsdag nadat het rapport is meegegeven. Deze data kunt u ook op de kalender vinden. De rapportgesprekken duren altijd 10 minuten. De gesprekken met betrekking tot de keuze van het voortgezet onderwijs duren minimaal een kwartier. De kinderen van groep 1 en 2 krijgen twee keer per jaar een ouderrapportagekaart mee. Deze is gekoppeld aan het leerlingvolgsysteem. Ook hiervoor zijn ouderavonden twee keer per jaar op de maandag en/of dinsdag. 5.18 Regenkleding Wilt u vooral regenkleding (kaplaarzen, regenjassen en dergelijke) alstublieft merken. Veel kinderen hebben namelijk dezelfde regenkleding. Op deze wijze kan ook voorkomen worden dat veel regenkleding op school blijft liggen. 5.19 Roken op school Ten aanzien van het roken is er een wettelijke regeling die roken op school en op het schoolplein verbiedt. 5.20 Schoolbestuur De Toermalijn wordt bestuurd door de ‘Stichting Katholiek Onderwijs Bernardus Alfrink’ (SKOBA). Bernardus Alfrink (1900-1987) was Rooms-katholiek aartsbisschop van Utrecht en de vijfde kardinaal van Nederland. Naast de Toermalijn bestuurt de stichting nog een school in Zwijndrecht, vijf scholen in Dordrecht, één in Hendrik-Ido-Ambacht en één school in Gorinchem. De stichting heeft een bestuursvoorzitter, dhr. mr. drs. L. van Noort, een beleidsmedewerkster personeelszaken, een computerdeskundige, een financieel controller en een directiesecretaresse. Het bestuursbureau van de stichting is gevestigd aan de Bomkade 18, 3311 JD te Dordrecht; tel. 078-6326200, e-mail: www.skoba.nl.

Schoolkalender

5.21 Schoolkamp Aan het eind van het cursusjaar gaat groep 8 op schoolkamp. De locatie waar de leerlingen heengaan is kampeerboerderij ‘ ’t Heukeloms Hoefke’ in Berkel Enschot. Er wordt voor de leerlingen een sport-, spelen speurtochtprogramma georganiseerd. Natuurlijk vindt er ook een bonte avond plaats. Voor het schoolkamp wordt aan de ouders van de leerlingen van groep 8 een bijdrage gevraagd. In de bijlage van de schoolgids staat ieder jaar de hoogte van het bedrag vermeld. Ruim van te voren ontvangen de leerlingen een info-brief en een kampboek. De verzekering van het kamp wordt door de school geregeld.

en

bijlage

2012-2013

28

5.22 Schoolleiding Directeur: dhr. drs. G.P. Kolen Stafteam : mw. drs. J. van Laar-Pols mw.S. Schulte Bij afwezigheid van dhr. Kolen zullen zijn taken zo veel mogelijk worden overgenomen door mw. J. van Laar-Pols. Dhr. Kolen heeft de algehele leiding op school. Zijn taken zijn: ontwikkelen en uitvoeren van het onderwijsbeleid, het financieel beleid, het personeelsbeleid en het beheersmatig beleid. Op deze beleidsterreinen wordt hij ondersteund door de staf. Mw. van Laar-Pols heeft in haar takenpakket: leiding van de peuterspeelzaal, het coördinatieschap onderbouw, het financieel beleid en de contacten met de buitenschoolse opvang. Mw. Schulte is intern begeleider en voorzitter van de werkgroep zorg 5.23 Schoolmaterialen In groep 4 krijgen de kinderen een pen van school. Deze moet worden meegenomen naar de volgende klassen. Bij beschadiging of verlies bestaat de mogelijkheid een nieuwe pen op school te kopen. In de groepen 3 t/m 5 krijgen de kinderen kleurpotloden en een schrijfpotlood. De in groep 4 verstrekte liniaal gaat mee naar de volgende klassen. Wij verzoeken de kinderen uit groep 6 t/m 8 zelf voor een schaar en een lijmpot te willen zorgen. Aan het einde van het schooljaar krijgen alle kinderen een brief mee waarin staat welke aanvullende schoolmaterialen zij het voor het volgende schooljaar aan moeten schaffen. 5.24 Schoolverzuim Als uw kind om de een of andere reden de school niet kan bezoeken, vragen wij u ons dit telefonisch of schriftelijk te laten weten. Voor ander verzuim dan ziekte kunt u zich wenden tot de directeur. Onnodig te zeggen, dat het in het belang van uw kind is, dat het zo weinig mogelijk verzuimt. Enkele jaren geleden is er een nieuwe regeling ingegaan betreffende het schoolverzuim. Deze (aangescherpte) verlofregeling kunt u vinden onder 5.30 5.25 Surveilleren ’s Morgens en ’s middags wordt 15 minuten voor het begin van de lessen op beide locaties gesurveilleerd. Ook tijdens het speelkwartier is er een leerkracht op het schoolplein. Als de leerlingen eenmaal op de speelplaats zijn, mogen ze deze niet meer verlaten. Bij regen gaat de regenbel; de kinderen kunnen dan eerder naar binnen. Bij slecht of koud weer is het beter dat de kinderen een paar minuten voor aanvang van de lessen arriveren. Ze kunnen dan (bijna) meteen naar binnen. 5.26 Traktaties Als uw kind jarig is, mag het op school trakteren. Het liefst een gezonde traktatie. Snoep wordt pas vlak voor het naar huis gaan uitgedeeld en meegenomen. We hebben liever niet dat vriendjes of vriendinnetjes in een andere groep een traktatie krijgen. De leerkrachten zijn tevreden met dezelfde traktatie als de kinderen. Het trakteren vindt plaats rond 10.00 uur. 5.27 Verkeersexamen Ieder jaar nemen de leerlingen uit groep 7 deel aan het verkeersexamen; zowel aan het theoretische als het praktische gedeelte. Dit examen wordt georganiseerd door ‘Veilig Verkeer Nederland’ in nauwe samenwerking met ‘3VO’.

29


5.28 Verlofregeling Bij al het verzuim, dus ook bij kort verzuim (bijvoorbeeld voor tandarts- en huisartsbezoek), moet altijd een verlofformulier (meldbriefje) ingevuld worden. U kunt dit formulier opvragen en weer inleveren bij de groepsleerkracht. 5.28.1 Vakantieverlof Een verzoek om vakantieverlof op grond van artikel 13a van de Leerplichtwet dient minimaal twee maanden tevoren aan de directeur van de school te worden voorgelegd.

Dergelijk verlof kan alleen in de volgende gevallen worden verleend: • wegens de specifieke aard van het beroep van een van de ouders, indien het slechts mogelijk is buiten de schoolvakanties op vakantie te gaan; • wanneer een werkgeversverklaring wordt overlegd waaruit blijkt, dat tijdens de officiële schoolvakanties geen verlof mogelijk is. Vakantieverlof mag: - eenmaal per schooljaar worden verleend; - niet langer dan 10 schooldagen per schooljaar duren; - niet plaatsvinden in de eerste twee lesweken van het schooljaar.

5.28.2 Gewichtige omstandigheden bij 10 schooldagen per schooljaar of minder Een verzoek om extra verlof in geval van gewichtige omstandigheden. Op grond van het gestelde in artikel 14 lid 1 van de Leerplichtwet voor 10 schooldagen of minder, dient vooraf binnen twee dagen na het ontstaan van de verhindering een verzoek aan de directeur van de school te worden voorgelegd. Extra verlof kan verkregen worden: a) voor het voldoen aan een wettelijke verplichting, voor zover dit niet buiten de lesuren kan geschieden; b) voor verhuizing voor ten hoogste een schooldag; c) voor het bijwonen van het huwelijk van bloedverwanten tot en met de derde graad voor 1 of ten hoogste 2 schooldagen, afhankelijk van het gegeven of dit huwelijk in of buiten de woonplaats van de belanghebbende wordt gesloten; d) bij ernstige ziekte van de ouders of bloedof aanverwanten tot en met de derde graad, waarbij de duur van dit verlof in overleg met de directeur van de school wordt bepaald; e) bij overlijden van bloedof aanverwanten in de eerste graad voor ten hoogste vier schooldagen; van bloedof aanverwanten in de tweede graad voor ten hoogste twee schooldagen; van bloedof aanverwanten in de derde of de vierde graad voor ten hoogste een schooldag; f) bij een 25-40- en 50-jarig jubileum en het 25-, 40-, 50- en 60-jarig huwelijksjubileum van ouders of grootouders voor 1 schooldag; g) voor andere naar het oordeel van de directeur van de school belangrijke redenen, maar in ieder geval geen vakantieverlof.

Schoolkalender en

bijlage

2012-2013

30

5.28.3 Gewichtige omstandigheden bij meer dan tien schooldagen per schooljaar Een verzoek om extra verlof in geval van gewichtige omstandigheden op grond van artikel 14 lid 3 van de Leerplichtwet voor meer dan tien schooldagen per schooljaar dient minimaal een maand tevoren via de directeur van de school aan de Leerplichtambtenaar van de woongemeente te worden voorgelegd. Een dergelijk verlof wordt alleen verleend indien de ouders een verklaring van een arts of een maatschappelijk werk(st)er kunnen overleggen, waaruit blijkt dat verlof noodzakelijk is op grond van een medische of een sociale indicatie betreffende een van de gezinsleden. 5.28.4 De procedure t.a.v. het verlof Wilt u verlof voor uw kind, dan dient u bij de directie of een van de leerkrachten een verlofformulier aan te vragen. Dit moet u volledig ingevuld (dus ook de reden waarvoor u verlof wilt vermelden) retourneren aan de school. Hoort u er binnen 10 werkdagen niets meer van, dan is het verlof toegestaan. Mocht het verlof worden afgewezen, dan krijgt u daar (met reden omkleed) bericht van. Wenst u verder nog informatie omtrent de Leerplichtwet en de nieuwe uitvoeringsregels, dan kunt u contact opnemen met de directeur van de school. 5.28.5 Ongeoorloofd schoolverzuim De directeur van de school is verplicht de leerplichtambtenaar mededeling te doen van ongeoorloofd schoolverzuim. Dit ongeoorloofd schoolverzuim kan leiden tot het opmaken van een proces-verbaal. 5.29 Vertrouwenspersoon Op de Toermalijn is voor klachten op school een vertrouwenspersoon aangesteld. Dit is mevrouw J. van Laar-Pols. 5.30 Voorkoming van hoofdluis Ten aanzien van het voorkomen van hoofdluis zijn op de Toermalijn twee maatregelen genomen: a) alle kinderen hebben op school een luizencape aangeschaft; b) een groepje ouders controleert regelmatig de kinderen op hoofdluis, zodat zaken in een vroeg stadium kunnen worden opgespoord. Wanneer er luis wordt geconstateerd worden de ouders hiervan op de hoogte gebracht. 5.31 Vrijwillige ouderbijdrage Op onze school vragen wij van de ouders een vrijwillige bijdrage. Deze bijdrage wordt beheerd door de ouderraad. De ouderraad maakt ieder jaar een begroting op basis waarvan beleid wordt gemaakt en de uitgaven worden gedaan. Het bedrag van de ouderbijdrage wordt gebruikt voor allerlei festiviteiten en andere activiteiten op school, zoals Kerst, Pasen, etc. In de bijlage van de schoolgids kunt u lezen hoe hoog de ouderbijdrage is. In de loop van het cursusjaar wordt er een aparte bijdrage gevraagd voor het zomerfeest (gr.1,2), de schoolreis (gr. 3 t/m 7) en het schoolkamp (gr. 8). 5.32 Website De Toermalijn heeft een website. Deze website wordt onderhouden door de werkgroep website. Veel zaken die op school voorkomen kunt u al op de website vinden. U kunt de website bereiken door te surfen naar: www.kbstoermalijn.nl. 5.33 Weekbrief Iedere week krijgen de ouders berichtgeving door middel van het weekbriefje. Dit weekbriefje krijgt u iedere vrijdag per mail toegestuurd. Het bevat informatie over zaken die de week daarop op school zullen plaatsvinden.

31


5.34 ZAKEN VANUIT HET BESTUUR 5.34.1 Inleiding Een aantal zaken in deze schoolgids is geschreven door onze bestuursvoorzitter dhr. mr. drs. L. van Noort. Deze zaken zijn op dezelfde wijze in alle Skoba-gidsen opgenomen. Bij sommige onderdelen, zoals bij Leerplicht en verlof, zult u ook een schoolspecifiek onderdeel aantreffen. Soms zal hier wat overlapping inzitten. Wij hebben er toch voor gekozen om de bestuursteksten niet om te werken en in te passen, maar integraal te plaatsen. Onder het kopje ‘zaken vanuit het bestuur’ kunt u deze teksten lezen. 5.34.2 Medezeggenschap Elke SKOBA-school heeft een medezeggenschapsraad (MR). De MR is een overlegorgaan dat voor de helft uit ouders (oudergeleding) en voor de helft uit personeelsleden (personeelsgeleding) bestaat. De directeur voert namens het bevoegd gezag het overleg met de MR. De MR heeft o.a. als algemene taak de openheid en het onderling overleg binnen de school te bevorderen. De vergaderingen van de MR zijn daarom in principe openbaar. Hij mag alle aangelegenheden die de school betreffen bespreken en daarover voorstellen doen en standpunten kenbaar maken. Daarnaast heeft de MR een adviesbevoegdheid en een instemmingsbevoegdheid ten aanzien van bepaalde onderwerpen. De adviesbevoegdheid betreft o.a. de begroting van de school, duurzame samenwerking met andere instellingen of organisaties, deelname aan onderwijskundige projecten en regeling van de kinderopvang. De instemmingsbevoegdheid betreft o.a. het schoolplan, het zorgplan, sponsoring en fusie (hele MR), samenstelling formatie, regels voor nascholing en taakverdeling binnen het personeel (personeelsgeleding MR), hoogte en bestemming ouderbijdrage, schoolgids en schooltijden (oudergeleding MR). De MR werkt volgens een reglement dat voor alle SKOBA-scholen hetzelfde is. In dit reglement worden zaken geregeld zoals de samenstelling van de MR, de zittingsduur van de leden, de verkiezingen en de diverse bevoegdheden. SKOBA kent ook een gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR). Dit is het overlegorgaan van het bevoegd gezag voor aangelegenheden die voor de meerderheid van of voor alle SKOBA-scholen van belang zijn. De GMR bestaat uit leden die door de ouder- en personeelsgeledingen van de diverse MR-en zijn gekozen. De GMR heeft bevoegdheden die vergelijkbaar zijn met die van de MR maar wel duidelijk inhoudelijk onderscheiden. Dus waar de GMR bevoegd is, is de MR dat niet en omgekeerd. Zo gaat bijvoorbeeld de GMR over het toelatingsbeleid en over een voor alle scholen geldende klachtenregeling. Een MR daarentegen gaat over de onderwijskundige doelstelling van de school en de schooltijden (bv. continurooster of niet). De reglementen voor de MR en de GMR zijn te vinden in de map “Regelingen” op school. 5.34.3 Sponsoring Scholen mogen sponsorovereenkomsten aangaan. Van sponsoring is sprake als een school geld, goederen of diensten krijgt in ruil voor een geringe tegenprestatie. Binnen SKOBA zijn de volgende afspraken gemaakt over de voorwaarden waaronder zo’n overeenkomst kan worden gesloten: · de samenwerking met de sponsor mag de ontwikkeling van kinderen niet schaden;

Schoolkalender

· sponsoring mag de inhoud van het onderwijs niet beïnvloeden en de uitvoering van de kernactiviteiten van de school mag hiervan niet afhankelijk zijn;

en

· in lesmaterialen mag geen reclame voorkomen, ook niet impliciet. De objectiviteit en betrouwbaarheid van het onderwijs mag niet in het geding zijn;

bijlage

2012-2013

32

· sponsoring mag niet misleidend zijn en mag geen gevoelens van bijgelovigheid of angst bij leerlingen oproepen; · sponsoring moet een gezonde levensstijl aanmoedigen; · bij de aanschaf van (computer)apparatuur mag geen aanvullende afname van bijvoorbeeld software van de sponsor verplicht worden gesteld of het gebruik van diensten/software van een ander bedrijf dan dat van de sponsor worden verboden. Bovenstaande voorwaarden sluiten aan bij het convenant dat het ministerie van OCW in 2009 heeft gesloten met de belangenorganisaties uit het primair en voortgezet onderwijs. De MR moet instemmen met een sponsorovereenkomst als het alleen sponsoring van de school betreft; gaat het om een meerderheid van of om alle SKOBA-scholen dan ligt deze bevoegdheid bij de GMR. 5.34.4. Leerplicht en de mogelijkheden tot verlof De Leerplichtwet schrijft voor dat ouders ervoor moeten zorgen dat hun kinderen geregeld naar school gaan. Zomaar wegblijven mag niet. De gemeente (leerplichtambtenaar) heeft de taak dit te controleren. Zodra een leerling drie dagen achter elkaar verzuimt of vier lesweken achter elkaar meer dan een achtste deel van de lestijd verzuimt, moet de directeur dat melden bij de leerplichtambtenaar. Als u zonder toestemming uw kind thuis houdt, moet u er rekening mee houden dat de leerplichtambtenaar een proces-verbaal opmaakt. Op grond daarvan kan de rechtbank u een straf (boete) opleggen. Uw kind hoeft niet naar school als de school dicht is in verband met vakanties of vanwege een speciale reden, bijvoorbeeld een studiedag van het personeel. U wordt tijdig geïnformeerd over de dagen in het schooljaar dat de school dicht is. Ook als uw kind ziek is, hoeft het niet naar school. U moet dit uiterlijk dezelfde dag nog aan de school doorgeven. Een doktersverklaring kan gevraagd als bewijs. En het spreekt vanzelf dat ook bij een schorsing uw kind niet naar school hoeft. Verlof bij bijzondere omstandigheden Er zijn naast de hierboven genoemde omstandigheden nog enkele bijzondere omstandigheden waarin uw kind niet naar school hoeft. Het gaat om de volgende bijzondere omstandigheden: · als er sprake is van een speciaal religieus feest anders dan de christelijke feestdagen waarop de school al gesloten is (richtlijn: 1 dag); · het voldoen aan een wettelijke verplichting of het nakomen van een medische afspraak voor zover dat absoluut niet buiten schooltijd kan (duur van de verplichting of afspraak); · een huwelijk van een familielid van uw kind t/m de 3e graad (ouders, (over)grootouders, broers/ zussen, ooms/tantes) (1 of ten hoogste 2 dagen, afhankelijk van de plaats waar het huwelijk wordt gesloten); · een huwelijksjubileum van ouders of grootouders (1 of ten hoogste 2 dagen, afhankelijk van de plaats waar het jubileum gevierd wordt); · een 25- of 40-jarig ambtsjubileum van ouders of grootouders (ten hoogste 1 dag); · geboorte van broertje of zusje (ten hoogste 1 dag); · verhuizing (ten hoogste 1 dag);

33


· ernstige ziekte van ouders, grootouders, broers of zussen (duur in overleg met de directeur); · overlijden (inclusief begrafenis/crematie) van familie t/m 4e graad (ouders, (bet)(over)grootouders, broers/zussen, (oud)ooms/(oud)tantes, neven en nichten) (ten hoogste 4 dagen, afhankelijk van graad en plaats waar begrafenis/crematie plaatsvindt). Afwijking van de genoemde duur van het verlof is mogelijk. Uitgangspunt daarbij is steeds het belang van het kind. Een verzoek tot verlof bij bijzondere omstandigheden moet zo vroeg mogelijk schriftelijk en met opgave van redenen worden aangevraagd bij de directeur. Op school zijn hiervoor formulieren verkrijgbaar. De directeur kan zelf een besluit nemen, als het een verzoek om verlof betreft dat niet het aantal van in totaal 10 dagen per school jaar te boven gaat. Bij meer dan 10 dagen wordt het verzoek met een advies van de directeur doorgestuurd naar de leerplichtambtenaar die daarop besluit. Bijzonder vakantieverlof In heel uitzonderlijke gevallen kan verlof worden aangevraagd om buiten de schoolvakanties op vakantie te gaan. Dat kan alleen als op grond van de specifieke aard van het beroep van één van de ouders niet mogelijk is om in de reguliere schoolvakanties op vakantie te gaan. Voorbeelden zijn beroepen in de agrarische en toeristische sector, de horeca en beroepen waarbij een ouder langdurig in het buitenland verblijft (bv. zeevarenden). Er mag dus geen verlof worden gegeven als er bijvoorbeeld sprake is van een goedkope vakantie buiten het seizoen, een extra lang bezoek aan het land van herkomst of zomaar een midweek of lang weekend weg. Dit bijzonder vakantieverlof kan slechts éénmaal per schooljaar worden verleend voor ten hoogste 10 dagen. Dit verlof mag niet plaatsvinden in de eerste twee lesweken van het schooljaar. Een verzoek voor dit bijzonder vakantieverlof moet tijdig en gemotiveerd worden ingediend bij de directeur. Bezwaar en beroep Als u bezwaar heeft tegen het besluit, kunt u binnen 6 weken een bezwaarschrift indienen bij degene die het besluit heeft genomen (de directeur of de leerplichtambtenaar). Mocht u op uw bezwaarschrift geen gelijk krijgen, dan kunt u de zaak in beroep voorleggen aan de rechter. Aan deze laatste procedure zijn kosten verbonden. 5.35 Ziekmelding Indien uw kind ziek is en daarom niet naar school kan komen, verzoeken wij u voor schooltijd de school hierover in te lichten. Voor kinderen op de locatie Schaepmanlaan: tel. 078-6122323, voor kinderen op de locatie Emmastraat: tel. 078-6127535. 5.35 ZORG VOOR JEUGD In de regio Drechtsteden is het zorgsignaleringssysteem ‘Zorg voor Jeugd’ ingevoerd. Het Zorgsignaleringssysteem is een samenwerking tussen de gemeente en een groot aantal zorgen onderwijsinstellingen. Het zorgsignaleringssysteem is bedoeld om problemen bij kinderen en jongeren in de leeftijd van 0 tot 19 jaar zo snel mogelijk te herkennen. Vervolgens wordt, indien twee of meerdere organisaties hun zorgen over een jongere uit hebben gesproken, de coördinatie van hulpverlening georganiseerd. Op deze manier kunnen signalen van risico’s bij jongeren in een vroeg stadium worden geregistreerd. De ouder(s)/verzorger(s) worden in een nader gesprek met de school voorafgaande aan de registratie in de verwijsindex geïnformeerd.

Schoolkalender en

bijlage

2012-2013

34

Ruimte voor aantekeningen

35



2012-2013

36

der

n

KBS “De Toermalijn” Schaepmanlaan 23 3332 HW Zwijndrecht Tel: 078-6122323

Emmastraat 9 3331 XA Zwijndrecht Tel: 078-6127535

Postbus 175 3330 AD Zwijndrecht Email: [email protected] Internet: www.kbstoermalijn.nl 18-09-12 12:46

Gemaakt door: www.thepaperfactory.nl

Schoolgids Katholieke Basisschool De Toermalijn Schaepmanla. choolkalender. Emmastraat

Recommend Documents