Schoolgids Auris Bertha Muller School

Schoolgids 2012-2013 Auris Bertha Muller School

Pagina

1 1 1 1 2 2 2 2 2 3 3 3 3 4 5 5 5 5 5 6 8 8 8 9 9 9 10 10 10 11 11 11 11 12 13 13 13 14 14 15 15 15 16 16 17 18 20 20 20

Inhoud 1 2

Een speciale school Met taal ontwikkel je jezelf 2.1 Taalverwerving bij kinderen met ESM 2.2 Spraak- en taalmoeilijkheden 2.3 Doven en slechthorenden 2.4 Communicatieproblemen 2.5 Autisme en een communicatieve beperking 2.6 Gevolgen 2.7 Onderzoek 3 Onze kijk op taalaanbod en taalonderwijs 3.1 Taalaanbod in cluster 2-onderwijs 3.2 Taalonderwijs in cluster 2-onderwijs 3.3 De cluster 2-school 3.4 Over dove leerlingen 4 Auris-visie op onderwijs 4.1 Taalverwerving 4.2 Leeropbrengsten 4.3 De leerling 4.4 De omgeving 5 Kwaliteit op de Auris Bertha Muller School 6 Leren op onze school 6.1 Logopedie 6.2 Nederlands met Gebaren en Nederlandse Gebarentaal 6.3 Geluidsversterkende soloapparatuur 6.4 Computers 6.5 Bibliotheek 7 Wat we doen op school 7.1 Lesstof 7.2 Sociale vaardigheden 7.3 Vakonderwijs 7.4 Motorische Remedial Teaching (MRT) 7.5 Betrekken leerlingen 8 Medewerkers Auris Bertha Muller School 8.1 Bezoek keel-, neus- en oorarts, audioloog en audicien 9 Praktische informatie 9.1 Herindicatie 9.2 Vervoer 9.3 In welke groep/klas komt uw kind? 9.4 Activiteiten 9.5 Verwijsindex 9.6 Klachtenregeling 9.7 Schorsing (en verwijdering) 10 Medezeggenschapsraad 11 Ouderraad 12 Contacten met school 13 Regels en afspraken 14 Schooltijden, vakanties en vrije dagen 15 Auris Zorg 16 Auris Cursusaanbod

Schoolgids Auris Bertha Muller School 2012-2013

1

Een speciale school De Auris Bertha Muller School maakt deel uit van de Koninklijke Auris Groep. Auris is professioneel partner voor mensen die ondersteuning nodig hebben bij horen, spreken of taal. Op de Auris-scholen zijn leerlingen welkom die een cluster 2-indicatie hebben. De cluster 2-indicatie wordt afgegeven door de Commissie van Indicatiestelling (CvI). Met die indicatie kan een kind naar het regulier onderwijs (met een Rugzakje) of naar een school voor speciaal onderwijs. De Auris Bertha Muller School is speciaal bestemd voor leerlingen tussen de 3 en 12 jaar met een: • ernstig spraak-/taalprobleem (ESM); • stoornis in het autistisch spectrum die specifiek leidt tot een communicatieve beperking (ASS); • auditieve beperking: - slechthorende leerlingen (SH) - slechthorende leerlingen met een verstandelijke beperking (SH-MG) - dove leerlingen (DO) Bovenstaande leerlingen maken meestal gebruik van een hoorapparaat of een cochleair implantaat (CI). De Nederlandse overheid heeft in de Leerplichtwet vastgelegd dat ieder kind naar school moet. Ouders moeten zorgen dat hun kind naar school gaat en de gemeente heeft de wettelijke taak om in de gaten te houden of kinderen ook echt naar school komen. Hiervoor zijn speciale leerplichtambtenaren aangewezen. Zij proberen te voorkomen dat jongeren door (dreigend) schoolverzuim en voortijdige schooluitval in hun vorming en ontwikkeling worden belemmerd.

2

Met taal ontwikkel je jezelf 2.1

Taalverwerving bij kinderen met ESM

Meteen nadat een baby geboren is, beginnen volwassenen ‘gesprekjes’ met het kind te voeren. Deze gesprekjes zijn belangrijk voor de taalverwerving, het leren van de moedertaal. Voor de meeste kinderen is de dagelijkse omgang met ouders en andere volwassenen voldoende om binnen een paar jaar de moedertaal vlot te leren spreken. Bij kinderen met ernstige spraak- en/of taalmoeilijkheden (ESM) gaat die ontwikkeling niet vanzelf. Zij kunnen zich met moeite uiten in taal of begrijpen de taal niet goed, waardoor de communicatie met anderen en het leren moeilijk verlopen. Voor die kinderen is het nodig dat taal heel bewust, volgens een plan, met een duidelijk doel en in een heldere structuur wordt aangeboden. Cluster 2-onderwijs biedt deze mogelijkheid.

2.2

Spraak- en taalmoeilijkheden

Een kind met taalmoeilijkheden spreekt vaak in zeer korte zinnen, de zinnen worden niet logisch en niet correct opgebouwd, het kind formuleert niet vloeiend. Het zoekt vaak naar woorden en het verhaal dat het vertelt, is moeilijk te volgen. Andersom snapt een kind met ESM vaak niet snel wat iemand bedoelt, of het begrijpt de ander maar gedeeltelijk. Een kind met spraakmoeilijkheden heeft moeite met het uitspreken van de spraak klanken; het is moeilijk te verstaan.


1

2.3

Doven en slechthorenden

Een gesproken taal is voor dove en slechthorende kinderen niet of moeilijk te horen en daarom is zo’n taal voor deze kinderen niet of moeilijk te verwerven. Dit kan leiden tot communicatieproblemen met de horende omgeving. Dove en slecht horende kinderen zouden wel zonder problemen een gebarentaal kunnen verwerven omdat zo’n taal geen beroep doet op het gehoor.

2.4 Communicatieproblemen Taal is een communicatiemiddel: het brengt je in contact met de ander. Taal is het middel om je gedachten, je mening en gevoelens te uiten. Verschillende processen in de hersenen worden aangestuurd door taal. Taalvaardigheid is een basale voorwaarde voor de ontwikkeling van kinderen tot zelfstandige mensen. Als de taalontwikkeling niet goed verloopt, ontstaan er communicatieproblemen. Het kind kan zich niet goed uitdrukken, begrijpt niet wat er wordt bedoeld, kan moeilijk een gesprek voeren en is daardoor minder weerbaar. Daardoor is de zelfredzaamheid in de maatschappij vaak een probleem.

2.5

Autisme en een communicatieve beperking

Kinderen met deze stoornis begrijpen de wereld wezenlijk anders. Informatie die via de zintuigen binnenkomt, wordt op een ongebruikelijke manier verwerkt. Vervolgens geven zij aan deze informatie op een andere manier betekenis dan de meesten van ons zouden doen. Voor iemand met autisme kan communiceren een hele opgave zijn. Er zijn verschillende vormen van autisme. Bij kinderen en jongeren die naar onze school komen, staat altijd een communicatieve beperking voorop en is de taal ingang voor het handelen.

2.6 Gevolgen Als het kind er moeite mee heeft om zich uit te drukken in taal, kan het de moed verliezen en steeds minder gaan spreken. Mogelijk voelt het zich erg alleen, het trekt zich terug in een eigen wereld, reageert afwezig en zoekt aansluiting bij jongere kinderen. Of het kind blijft juist proberen om contacten te leggen, maar het ervaart daarbij steeds het gebrek aan woorden en taal. Dat frustreert en het kind kan zich hierdoor wild en opstandig gaan gedragen. Taalproblemen veroorzaken daarnaast problemen bij het leren. Het kind kan onvoldoende volgen wat er besproken wordt in de klas. Het kan niet goed om uitleg vragen. Veel leerlingen met taalproblemen hebben ook leesproblemen.

2.7 Onderzoek

2

Ouders voelen vaak feilloos aan dat er iets aan de hand is. Zij worden soms tijdelijk gerustgesteld door de huisarts, familieleden of het consultatiebureau. Men zegt dat alles wel goed zal komen en dat er ook ‘late praters’ bestaan. Toch roepen de ouders meestal de hulp van een logopedist in. Soms kunnen de problemen door extra logopedie opgelost worden. Maar als de vorderingen teleurstellend zijn, krijgen de ouders het advies om een afspraak te maken met bijvoorbeeld een Audiologisch Centrum voor verder onderzoek. Daar wordt het gehoor van het kind onderzocht en de mogelijkheden van het kind worden bekeken. Als het kind ernstige spraak- en taalproblemen heeft die hardnekkig zijn en het goed functioneren in het onderwijs in de weg staan, kan hulp vanuit het cluster 2-onderwijs worden aangevraagd. Op het Aanmeldpunt cluster 2 wordt materiaal verzameld voor de indicatie (toelating) voor cluster 2-onderwijs. Als de indicatie wordt afgegeven, zijn er twee mogelijkheden om dat onderwijs te volgen. Dat kan aan een school voor Speciaal Onderwijs cluster 2, of op een reguliere school met hulp van een ambulant begeleider (Rugzakje).


3

Onze kijk op taalaanbod en taalonderwijs1 3.1

Taalaanbod in cluster 2-onderwijs

Kinderen met ESM hebben een schoolomgeving nodig waar aandacht is voor taal en het stimuleren van de taalverwerving. De leerkrachten van het cluster 2-onderwijs hebben een specifieke opleiding gevolgd en hebben begrip voor de beperking en inzicht in de taalproblemen. • Zij gebruiken taal die net boven het niveau van de leerlingen ligt om hen te stimuleren. • Zij spreken duidelijk. • Het gesproken Nederlands wordt vaak ondersteund met gebaren (NmG). • Bij elk vak wordt bewust omgegaan met taal; alle leerkrachten houden met hun taalaanbod rekening met de leerling.

3.2

Leidster reguliere peuterspeelzaal ‘Eefje praat wel maar ik kan haar niet goed verstaan omdat ze een paar klanken niet kan uitspreken. Ik kan haar verhalen moeilijk volgen want ze maakt haar zinnen half af, ze herhaalt veel en Eefje vult heel vaak leegtes op met uh, uhm, ennuh. Ze zoekt naar woorden maar kan die niet vinden. Ik moet erg mijn best doen om te begrijpen wat ze nu eigenlijk wil zeggen. Dat is vermoeiend en vraagt veel geduld. Ik heb een tijdje gedacht dat Eefje niet zo slim is, maar dat is het niet.’

1

Voor meer en uitgebreidere informatie kunt u het

Auris-taalbeleid (2009) aanvragen bij de directeur van de school of bij het Centraal Bureau in Gouda door een email te sturen aan [email protected]

Taalonderwijs in cluster 2-onderwijs

Taal heeft een inhoudelijk deel (onder andere: woordenschat, zinsbouw, grammatica, lezen) en een communicatief deel (onder andere: uitwisselen van ervaringen, ideeën, meningen, gevoelens). Deze onderdelen van taal krijgen alle aandacht. • In het cluster 2-onderwijs is taal niet alleen een middel om leerstof over te brengen; de Nederlandse taal is een doel op zichzelf. • Mondelinge taalvaardigheid is een vak. Dit wordt samen met de logopedist gegeven. • De leerkrachten hebben begrip voor de beperking; zij nemen de tijd en hebben het geduld om de leerling te laten uitpraten. • Cluster 2-scholen bieden taal heel bewust, gepland, doelgericht en gestructureerd aan. • Er wordt veel doelgericht taal- en leesonderwijs gegeven. • De taalmethodes zijn regulier, maar worden op een aangepaste manier gebruikt. • Het doel van het onderwijs is om de leerlingen zo snel mogelijk zó taalvaardig te maken, dat zij kunnen deelnemen aan het reguliere onderwijs en/of de maat schappij.

3.3

De cluster 2-school

• De grootte van de groepen is beperkt, waardoor de leerlingen meer aandacht krijgen van de leerkracht dan in het regulier onderwijs. • Het lokaal is zo aangepast dat het geluid niet weerkaatst en het gemakkelijker wordt om elkaar te verstaan. De inrichting van het lokaal is rustig; de leerling wordt niet onnodig afgeleid. • De leerkrachten worden ondersteund door specialisten zoals een logopedist, caesartherapeut en orthopedagoog. • De lesstof wordt verdeeld in overzichtelijke stukken die de leerling aankan. • Veel herhalen en opnieuw uitleggen hoort bij het dagelijkse lesgeven. • Leerkrachten werken bewust met veel plaatjes, foto’s, film, concreet materiaal en voorbeelden. • De school probeert de taalproblemen van de leerlingen zoveel en zo snel mogelijk te verhelpen. Bij jonge kinderen is de kans op herstel het grootst (‘repareren’). Volledig herstel van de taalproblemen lukt helaas niet altijd. Bij oudere kinderen moet er aandacht zijn voor het leren omgaan met de beperking (‘accepteren’). De leerlingen leren ook op welke manieren zij de nodige informatie kunnen verkrijgen, of hoe zij zich ondanks hun taalprobleem toch kunnen uiten (‘compen seren’). • De school richt zich niet alleen op de problemen van de leerlingen, maar wil juist de sterke kanten van de leerlingen ontwikkelen. Zij wil de leerling helpen om zo veel mogelijk succeservaringen op te doen.


3

3.4

Over dove leerlingen

Auris gaat er niet vanuit dat de ene taal beter is dan de andere. Elke taal kan gebruikt worden om de taalverwerving te stimuleren en om kinderen taalvaardig te maken. Wel is het zo, dat in een bepaalde situatie de ene taal meer praktisch nut heeft dan een andere. Zo heeft het in Nederland grote voordelen vaardig te zijn in het Nederlands. Op school neemt het Nederlands dan ook een belangrijke plaats in. Wanneer de gesproken taal, in ons geval dus het Nederlands, niet goed te horen is, biedt de Nederlandse Gebarentaal (NGT) grote voordelen. Kinderen kunnen die taal moeiteloos verwerven. Voor een deel van de leerlingen is (of wordt) de NGT zelfs de taal waarin ze zich het meeste thuis voelen, voor andere leerlingen wordt het een taal die ze naast het Nederlands blijven gebruiken en voor weer andere is het de taal die ze – als ze naar een andere school gaan – niet meer gebruiken. Onze school is tweetalig. Dat wil zeggen dat zowel het Nederlands als de Nederlandse Gebarentaal aangeboden worden aan de leerlingen en dat beide talen als vak op het rooster staan. Hoe groot of hoe klein die rol van beide talen is, hangt af van de hulpvraag van de leerling. In de loop der jaren kan die rol dan ook veranderen. Leerlingen die geen gebaren (meer) nodig hebben, gaan naar het reguliere onderwijs.

Taalaanbod Taalaanbod is de taal die de leerlingen aangeboden krijgen van volwassenen in alledaagse situatie en bij de lessen. De medewerkers op de Auris-scholen stemmen hun taalaanbod af op de ontwikkeling van de leerlingen. Ze richten zich daarbij op doelen die net boven het ontwikkelingsniveau van de leerlingen liggen. Ze zorgen er voor dat hun taalaanbod goed toegankelijk is voor de leerlingen. Op de Aurisscholen gebeurt dat op twee manieren. Horende medewerkers gebruiken altijd gesproken Nederlands en ondersteunen dat met gebaren (NmG). Dove medewerkers gebruiken altijd de Nederlandse Gebarentaal. Op die manier krijgen alle leerlingen een tweetalig taalaanbod.

Taalonderwijs

4

Op de Auris-scholen wordt doelgericht gewerkt aan het taalonderwijs. Om er voor te zorgen dat de scholen voldoende tijd besteden aan het taalonderwijs, is er een Auris-urentabel waarin staat aangegeven hoeveel uren er minimaal per week aan taal en lezen besteed moet worden. Afwijken van de norm kan wel, maar alleen met instemming van de Commissie van Begeleiding. Het taalonderwijs aan dove kinderen op onze school bestaat uit twee vakken: Nederlands en de Nederlandse Gebarentaal. Niet alleen taal, maar ook lezen is een vak waaraan de Auris-scholen veel tijd en aandacht besteden. Voor leerlingen met een auditieve beperking is leren lezen namelijk meestal erg moeilijk. Daarom krijgen de leerkrachten op alle Auris-scholen speciale bijscholing om dit vak zo goed mogelijk te onderwijzen. Natuurlijk maken de scholen ook gebruik van de kennis en inzichten van dyslexiedeskundigen.

En thuis? Auris gaat er vanuit dat voor de communicatie en het taalaanbod thuis, ouders en anderen uit de omgeving van het kind, dié taal gebruiken waarin zij het makkelijkst communiceren met het kind. Een goed contact tussen ouders en kind is van onschat bare waarde voor de ontwikkeling van het kind. Ouders dwingen een bepaalde taal te gebruiken, kan dat contact negatief beïnvloeden. Wel stimuleert Auris ouders van leerlingen met een auditieve beperking om gebaren te gebruiken, in welke vorm dan ook. Zonder die gebaren kunnen kinderen met een auditieve beperking een gesprek vaak niet goed volgen.


4

Auris-visie op onderwijs De Auris-scholen werken intensief aan het vergroten van de taal- en communicatie vaardigheden van de leerling. Taal is daarom één van de belangrijkste onderwerpen. Onder taal verstaan wij het taalaanbod, taalonderwijs en lezen. Het taalaanbod bestaat naast het Nederlands zo nodig ook uit Nederlandse Gebarentaal (NGT).

4.1 Taalverwerving Voor de ontwikkeling van de leerling is taal van groot belang. Problemen met horen, spreken of taal beïnvloeden de deelname aan onderwijs negatief. Als een leerling niet goed mee kan komen op school heeft dat gevolgen voor zijn hele ontwikkeling. Er zijn extra inspanningen nodig om deze problemen te voorkomen of te verhelpen. De Auris-scholen zijn hierin gespecialiseerd. Het onderwijs richt zich namelijk in eerste instantie op het taalvaardig maken van de leerling. Een taalvaardige leerling kan deelnemen aan het (regulier) onderwijs en later aan het arbeidsproces. Mocht dit niet of voor een deel niet mogelijk zijn, dan richt het onderwijs zich op het ontwikkelen van de sterke kanten van de leerling. Wij stellen het regulier onderwijs in staat om goed onderwijs te geven aan niet taalvaardige leerlingen of leerlingen die het risico lopen problemen te krijgen met de moedertaal. Als er meerdere leerlingen zijn met dezelfde hulpvraag dan zorgen wij voor een speciaal onderwijsaanbod binnen de reguliere school.

4.2 Leeropbrengsten De individuele ontwikkeling en het welbevinden van de leerling is belangrijk maar altijd gekoppeld aan maximale leeropbrengsten. Het aanbod op de Auris-scholen is opbrengstgericht en wordt onder andere bepaald op basis van wat de leerling nodig heeft, wettelijke kaders, de onderwijs kerndoelen en het Auris-beleid.Binnen dit aanbod krijgen leerlingen de ruimte om hun talenten optimaal te ontwikkelen. De scholen hebben een veilig pedagogisch klimaat waar leerlingen zich prettig voelen en uitgedaagd worden om te leren.

4.3

Leerkracht regulier onderwijs ‘Nadat ik iets hebt uitgelegd en ieder ander het snapt, vraagt Tim altijd: ‘Wat moet ik doen?’ Ook opdrachten die ik geef, worden maar gedeeltelijk uitgevoerd. Het lijkt wel alsof hij alleen het laatste deel van de opdracht onthoudt. Hij stelt zelf weinig gerichte vragen en komt niet verder dan: ‘Ik snap het niet’. Als ik Tim een vraag stel, duurt het lang voordat hij reageert. Soms denk ik dat hij geen interesse heeft en slordig is, maar ik denk dat het iets anders is.’

De leerling

De leerkrachten en medewerkers hebben een hoge verwachting van de leerling. Zij dagen hem uit om het beste uit zichzelf te halen. Dit wordt vastgelegd in het persoonlijk ontwikkelperspectief. De leerkrachten en medewerkers volgen de vorderingen via een leerlingvolgsysteem. De resultaten evalueren zij regelmatig en als het nodig is, passen ze het (individueel) lesaanbod aan. Overleg en samen werking met ouders/opvoeders vinden zij hierbij belangrijk. Zij zien de leerling niet los van de wereld waarin hij leeft. De leerling wordt gestimuleerd om zoveel mogelijk verantwoordelijkheid te nemen voor het eigen leerproces. Als hij de schooltijd afsluit, zorgt de school voor een passende plaatsing in het regulier onderwijs, het vervolg onderwijs, op een werkplek of in dagbesteding.

4.4

De omgeving

In onze schoolgebouwen wordt rekening gehouden met de beperking van onze leerlingen. Er is aandacht voor de akoestiek en de juiste signaal/ruis verhouding. De methodes, methodieken en materialen die op de Auris-scholen worden gebruikt, zijn wetenschappelijk onderbouwd of hebben zich in de praktijk bewezen. Om kennis over het onderwijs en het speciaal onderwijs voor onze doelgroep op peil te houden, volgen de medewerkers regelmatig interne en externe scholing. De medewerkers van Auris werken onderling nauw samen. Er is ook samenwerking met andere instanties uit het onderwijs en de zorg. Onze medewerkers gaan respectvol om met verschillende sociaal-culturele en levensbeschouwelijke achtergronden. In het onderwijsaanbod is specifiek aandacht voor diverse levensvisies.


5

5

Kwaliteit op de Auris Bertha Muller School Schoolvisie De Auris Bertha Muller School leert de leerlingen om zo optimaal mogelijk zelf standig communicatief in de maatschappij te kunnen functioneren. De school ziet en ervaart ouders als belangrijke partners. Zij is proactief in het aangaan van contacten met ouders. De school richt zich op een groep leerlingen waarbinnen de individuele leerling een aangepast antwoord krijgt op zijn talige en communicatieve hulpvraag. Taalvaardigheid is een basale voorwaarde voor de ontwikkeling van kinderen tot zelfstandige mensen, voor een goed sociaal leven en voor het kunnen functioneren in de maatschappij. De school laat bij alle activiteiten de leerlingen brede en succesvolle communicatie ervaren. Het onderwijs op de Auris Bertha Muller School is expliciet, dat houdt in dat leerdoelen voor leerkracht en leerling duidelijk zijn. Het onderwijs gaat uit van leer lijnen om optimale leeropbrengsten te bereiken. Er wordt aangesloten op het ont wikkelingsniveau van de leerling. De (kern)doelen voor het primair onderwijs zijn leidend voor het onderwijsaanbod. De school wil de leerlingen waar dat mogelijk is, laten uitstromen naar het reguliere onderwijs. De communicatie van medewerkers van de Auris Bertha Muller School is talig (Nederlands of Nederlandse Gebarentaal) en afgestemd op de ontwikkeling en vraag van de leerling. Medewerkers hebben een open houding en zorgen voor een uitdagende en betekenisvolle leeromgeving om de betrokkenheid van de leerlingen te stimuleren. Binnen een veilig, duidelijk en positief pedagogisch klimaat is aandacht voor de sociaal emotionele ontwikkeling van de leerling als basis voor een optimale leerom geving. Medewerkers van de school zijn gericht op het maximaal ontwikkelen van de mogelijkheden van de leerling en het richting geven aan de kwaliteiten van de leerling ter ondersteuning van zijn of haar identiteit. Voor de communicatie is het gesproken Nederlands voor veel leerlingen niet voldoende, daarom wordt ook gebruik gemaakt van Nederlands met Gebaren en voor dove leerlingen naast het Nederlands de Nederlandse Gebarentaal. In het onderwijsaanbod gebruiken mede werkers ook niet-talige middelen.

Auris-visie 6

Scholen van de Koninklijke Auris Groep besteden veel tijd aan leerlingenzorg. Iedere school heeft een Commissie van Begeleiding (CvB). Dat is een groep mensen die advies geeft aan de groepsleerkracht van een nieuwe leerling. Samen met de leerkracht en de logopedist wordt er bekeken wat het beste programma voor de leerling zal zijn. De leerkracht schrijft dit op in een groepsplan. Tijdens het schooljaar bespreekt de Commissie van Begeleiding het groepsplan met de leerkracht. Dit gebeurt meestal twee keer per jaar; zo nodig vaker. Als een kind het programma niet meer kan volgen, geeft de leerkracht gedurende een bepaalde tijd extra aandacht aan de leerling. De onderdelen van het lesprogramma waaraan extra tijd besteed moet worden, staan in een individueel handelingsplan. Als de periode van de indicatie voor speciaal onderwijs afloopt, adviseert de Com missie van Begeleiding een herindicatie aan te vragen of de leerling naar het regulier onderwijs te verwijzen. Als de leerling de school gaat verlaten, kijken ouders,


Commissie van Begeleiding en leerkracht samen naar de mogelijkheden van het vervolgonderwijs. Om nu te weten of de scholen zich aan al die afspraken houden, voeren kwaliteits medewerkers van Auris gesprekken met iedereen die op school werkt. Medewerkers worden dan bevraagd aan de hand van vragenlijsten. De directeur van de school gebruikt de uitslagen van die vragenlijsten om een verbeterplan te schrijven. Dit komt de kwaliteit van het onderwijs ten goede. De kwaliteitsmedewerkers ondersteunen de leerkrachten onder andere met het schrijven van handelingsplannen.

Schoolklimaat Wij bieden een veilige omgeving waarin elk kind zich gewaardeerd voelt. Wij gaan uit van een individuele benadering en bieden hulp waar nodig. We bieden onze leerlingen een overzichtelijke omgeving door structuur aan te brengen in ruimte en tijd en duidelijke regels te hanteren. Een voorbeeld hiervan is de keuze voor aparte pauzes in de middenbouw en de bovenbouw. Het is hierdoor minder druk op het plein, waardoor de kinderen zich veiliger voelen. Onze leerlingen hebben problemen met gesproken taal. Daarom leggen wij het accent op totale communicatie. Dit betekent dat wij gebruikmaken van alle zintuigen om informatie over te dragen en zo het begrip van de omgeving te vergroten. Het werken met pictogrammen en het ondersteunen van de gesproken taal met gebaren (Nederlands met Gebaren) zijn hiervan belangrijke voorbeelden. Het pedagogisch klimaat met veiligheid voor iedereen en de omgangsvormen op school blijft speerpunt in de schoolontwikkeling.

7


6

Leren op onze school Op de Auris Bertha Muller School werken we met groepsplannen en met individuele handelingsplannen. Bij de samenstelling van de groepen streven we ernaar om leer lingen met eenzelfde vraagstelling bij elkaar te zetten. Leerkrachten, logopedisten en vakleerkrachten stemmen hun lesaanbod af op de mogelijkheden van de groep. Dit lesaanbod leggen we vast in het groepsplan. Hierin staat per groep beschreven waar we het schooljaar aan gaan werken. Daarnaast heeft elk kind een individueel handelingsplan. Voor een belangrijk deel zal het individuele handelingsplan gelijk zijn aan het groepsplan. Als het groepsplan voor een kind niet toereikend is, maken we een individuele uitwerking. De leerkracht bespreekt het individuele handelingsplan/groepsplan met de ouders. Bij elke nieuwe bijstelling van het plan vindt opnieuw afstemming met ouders plaats. Deze werkwijze is speerpunt in ons schoolbeleid. We bespreken drie keer per jaar met alle deskundigen de ontwikkelingen van leerlingen.

Leerlingen met een auditieve beperking Naast slechthorende leerlingen zijn ook dove leerlingen welkom. In de groepen 1 t/m 8 krijgen zij een tweetalig taalaanbod en tweetalig onderwijs afgestemd op de hulp vraag van de leerling. Om altijd kwalitatief hoogwaardig onderwijs te kunnen bieden, maken we wel een voorbehoud. Jaarlijks gaan we voor leerlingen eind groep 4, bekijken of het tweetalig onderwijs in groep 7/8, 2 jaar later, haalbaar is. Als uw kind in groep 5 zit moet al duidelijk zijn of hij/zij na groep 6 kan blijven voor tweetalig onderwijsaanbod. Het onderwijs op de Auris Bertha Muller School is gericht op terugplaatsing naar het reguliere basisonderwijs.

6.1 Logopedie De logopedische begeleiding op de Auris Bertha Muller School maakt onderdeel uit van het onderwijsaanbod. De begeleiding bestaat uit: • onderzoek, observatie en diagnostiek • mondelinge taallessen • individuele behandelingen • leerkrachtbegeleiding • ouderbegeleiding.

8

Het schooljaar is verdeeld in verschillende perioden. Aan het begin van elke periode wordt bekeken wat de behandeldoelen voor ieder kind zijn. Aan het eind van elke periode worden de behandeldoelen geëvalueerd en worden nieuwe behandeldoelen opgesteld. U ontvangt twee keer per jaar een logopedisch verslag. Bij alle kinderen vindt voor de aanvraag van een nieuwe indicatie uitgebreid logo pedisch onderzoek plaats. Indien nodig vindt tussentijds logopedisch onderzoek plaats om nieuwe behandeldoelen te kunnen formuleren.

6.2

Nederlands met Gebaren en Nederlandse Gebarentaal

Naast het Nederlands met Gebaren (NmG) wat we in alle groepen gebruiken als onderdeel van onze totale communicatie, bieden wij Nederlandse Gebarentaal (NGT) aan dove leerlingen en aan leerlingen die daar direct baat bij hebben. Bij NMG is het spreken visueel ondersteund. Dat levert een positieve bijdrage aan de ontwikkeling van de mondelinge taalvaardigheid. De Nederlandse Gebarentaal is de taal die in Nederland door doven wordt gebruikt. Het is een taal als andere talen met een gebarenschat (woordenschat) en een eigen grammatica. In plaats van de stem wordt met de handen gearticuleerd en de taal wordt niet met de oren, maar met de ogen waargenomen.


6.3

Geluidsversterkende soloapparatuur

De school maakt gebruik van audiologische soloapparatuur. Deze apparatuur die de spraak van de leerkracht versterkt, gebruiken we voor dove en slechthorende leerlingen en voor leerlingen met auditieve verwerkingsproblemen. Op advies van logopedisten worden nadere testen gedaan om te bepalen welke kinderen hiervoor in aanmerking komen.

6.4 Computers

Moeder van Merel ‘Ik had al snel in de gaten dat Merel zich anders ontwikkelde dan de andere kinderen van ons gezin. De moeilijkheden thuis zijn niet zo groot want wij hebben leren omgaan met de taalstoornis van Merel. Buiten het gezin, in de familie en op clubs is de acceptatie minder vanzelfsprekend en daar zijn dus meer problemen. Nu we weten dat Merel spraak- en taalmoeilijkheden heeft, is het allemaal duidelijker. Zij voelt zich veilig in het cluster 2-onderwijs; daar is ze niet de enige die moeite heeft met taal. De leerkrachten hebben kennis van de problemen en ze hebben er begrip voor. Ze weten hoe zij Merel moeten stimuleren.’

Wij vinden het noodzakelijk om de leerlingen van de groepen 1 t/m 8 voor te bereiden op hun toekomstige plaats in de maatschappij door vaardigheden op de computer op te doen. Computers worden vanaf groep 1/2 ingezet om spelenderwijs vaardig te worden met de muis. Aan de hand van opdrachten leren de leerlingen om te gaan met een tekstverwerker en informatie te zoeken op het internet. In de bovenbouw stimuleren we leerlingen om bij spreekbeurten gebruik te maken van PowerPoint en een beamer. Regelmatig zijn werkstukken en foto’s van activiteiten en werkjes op onze internetsite te zien. Leerlingen in groep 7 en 8 volgen ook een typecursus. De school beschikt verder over diverse programma’s voor ondersteuning van reken- en taalonderwijs en wereldoriëntatie.

6.5 Bibliotheek

9

De leerling-bibliotheek is goed uitgerust en bevindt zich in de centrale hal. We werken met een voor de leerlingen herkenbaar geautomatiseerd systeem. Er zijn veel nieuwe leesboeken afgestemd op de belevingswereld van de leerlingen en ook boeken voor het documentatie-centrum.


7

Wat we doen op school 7.1 Lesstof De lesstof in de klas is vergelijkbaar met die van het regulier onderwijs. We geven wettelijk verplichte vakken. We hebben wel een aangepast programma, daar waar nodig. Een aantal jaren geleden zijn, door het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, de kerndoelen voor het onderwijs ingevoerd. Dit zijn beschrijvingen van wat leerlingen in elk geval aan onderwijs aangeboden moeten krijgen op de basisschool. Het doel is om op scholen zoveel mogelijk gelijk onderwijs aan te bieden. Dit vergemakkelijkt de overstap naar een andere school of het voortgezet onderwijs. Er zijn kerndoelen vastgesteld voor de verschillende leergebieden, maar ook voor leerstofoverstijgende gebieden. Deze beschrijvingen gaan over algemeen toe pasbare kennis, inzichten en vaardigheden zoals sociaal-emotionele ontwikkeling en werkhouding. Vorig jaar zijn ook de kerndoelen voor het speciaal onderwijs vastgesteld. Kerndoelen vormen ook op de Auris Bertha Muller School het uitgangspunt voor het onderwijs. Wij wijken daarvan af indien dat voor de specifieke hulpvraag van de groep en/of leerling noodzakelijk is. Dit beschrijven we in de groepshandelingsplannen en in de individuele handelingsplannen. Lesmethoden vormen de inhoudelijke leidraad voor het taal-, lees- en rekenonderwijs in de midden- en bovenbouw. In de onderbouw wordt gestart met werken met leer lijnen van de CED (onderwijs ondersteuners). Methodes zijn hier bronnen om het onderwijs vorm te geven. De leerlingpopulatie (ernstige spraak- en taalmoeilijkheden, slechthorendheid, doof, autisme, verminderde cognitie en ADHD) maakt dat de kerndoelen vaak in mindere mate worden gehaald en dat het onderwijsaanbod wordt aangepast.

10

Aanpassingen en extra ondersteuning die wij als cluster 2-school onder andere hanteren, zijn: • gebruikmaken van NmG/NGT en aangepast taalgebruik • gebruikmaken van Totale Communicatie, waaronder visuele ondersteuning • extra instructie en leertijd • bieden van een voorspelbare en gestructureerde leeromgeving • extra aandacht aan omgaan met de beperking ook in relatie met de omgeving (zelfstandigheid, zelfredzaamheid, hulp vragen) • gebruikmaken van visuele informatiekanalen, gelaatgerichtheid • meer aandacht voor sociaal-emotionele vorming • waar nodig gebruikmaken van remediërende (ondersteunende) materialen • intensieve observaties volgens vaste richtlijnen.

Speerpunt lezen In 2009 zijn we onder begeleiding van het Seminarium van Orthopedagogiek gestart met ‘LIST’, Lezen is Top. In de onderbouw worden de letters aangeleerd en wordt begonnen met vormen van voorbereidend lezen. Waar nodig krijgen leerlingen extra tijd en ondersteuning om te komen tot vlot kunnen lezen. Alle leerlingen vanaf groep 4 lezen iedere dag van 09.30 tot 10.15 uur. Daarbij is extra begeleiding in de klas aanwezig. Jongere kinderen krijgen meerdere lesmomenten, verdeeld over de dag.

7.2

Sociale vaardigheden

Sociale vaardigheden zijn belangrijk en daarom werken wij met het programma ‘SOVA’. Met behulp van dit programma krijgen leerlingen meer inzicht in sociale


situaties. Zij leren zich te verplaatsen in de gedachten, bedoelingen en gevoelens van een ander om zo het eigen gedrag af te stemmen op wat de situatie vraagt. Wij bieden met succes ‘Rots & Water’ trainingen en ‘Krachtraining’ aan om leerlingen extra te ondersteunen.

7.3 Vakonderwijs Minstens één keer per week krijgen de kinderen les van een vakleerkracht voor bewegingsonderwijs, muziek en drama. Handvaardigheid wordt door de eigen leer kracht gegeven.

7.4

Motorische Remedial Teaching (MRT)

Bij leerlingen kan de motorische ontwikkeling soms niet harmonieus verlopen. Deze leerlingen krijgen de mogelijkheid om één of twee keer per week extra gymnastiek (MRT) te krijgen.

7.5

Betrekken leerlingen

De school is actief in het proces van het vergroten van de leerling-betrokkenheid bij de schoolactiviteiten en het eigen leerproces van de leerling. Dat gaat van meepraten over de manier van spelen op het plein tot het evalueren van de eigen leerresultaten.

8

Medewerkers Auris Bertha Muller School Op onze school werkt een professioneel team samen aan onderwijs en zorg voor elke leerling. Ons managementteam leidt de Auris Bertha Muller School. De directeur en drie teamleiders vormen samen het managementteam. De teamleiders geven leiding aan de onder-, midden- of bovenbouw en de directeur is eindverantwoordelijk. Het managementteam werkt samen met alle medewerkers in de school om vorm te geven aan de ontwikkeling van de inhoud van het onderwijs. Er zijn op onze school diverse leerkrachten. De groepsleerkracht heeft de algemene verantwoording voor een groep leerlingen. Voor het tweetalig onderwijs is er een dove groepsleerkracht, een dove assisent tevens assistent Nederlandse Gebaren Taal (NGT) verbonden aan de school. We hebben vakleerkrachten voor bewegingsonderwijs, muziek en drama. Onze intern begeleiders ondersteunen de onderwijskundige vernieuwingen van de school, coördineren de leerlingenzorg en de professionele ontwikkeling van de medewerkers. De autismebegeleider begeleidt de medewerkers bij de hulpvraag van de leerlingen met een stoornis in het autistisch spectrum. De klassenassistent ondersteunt de leerkracht in de groep. De leerkrachtondersteuner werkt met groepjes leerlingen uit midden- en bovenbouw om leerkrachten te ondersteunen bij het onderwijs.


11

De logopedist draagt de verantwoordelijkheid voor de logopedische zorg van de groep. De orthopedagogen ondersteunen en begeleiden de leerkrachten bij de zorg voor individuele leerlingen. Daarnaast coördineren en verwijzen ze bij leerlingen met een zorgvraag. Zij hebben een aantal keren per jaar de mogelijkheid om een kinder psychiater te consulteren. De psychologisch assistent doet in samenwerking met de orthopedagoog nader onderzoek bij leerlingen. De leerkracht met taakgebied gastintegratie begeleidt ouders in de keuze voor gast integratie. Ook ondersteunt zij de leerkrachten in het regulier onderwijs wanneer een leerling een dag regulier onderwijs volgt. Lees hierover meer in hoofdstuk 12. De maatschappelijk werker houdt zich bezig met vragen en problemen van kinderen die niet direct op schoolgebied liggen. Zij adviseert medewerkers van de school en biedt ondersteuning aan ouders. De maatschappelijk werker is een aantal uren op school aanwezig. De cesartherapeut behandelt leerlingen op verwijzing van de huisarts onder school tijd voor het verbeteren van motoriek, houding en bewegingsapparaat. Daarnaast adviseert en ondersteunt zij leerkrachten. De conciërges verzorgen het beheer van schoolgebouw en het bijbehorende terrein. Zij hebben huishoudelijke en onderhoudstechnische taken. Samen met de telefonist verrichten zij ook telefoon, post en reproductie taken. Onze administratieve medewerkers ondersteunen het managementteam met taken en verantwoordelijkheden op het gebied van leerlingadministratie, financiën en personeelszaken. De audiologisch medewerker verzorgt de gehoormeting van de leerlingen en in overleg met de audioloog en de audicien de aanpassing van de individuele hoor apparatuur. Tevens adviseert zij leerkrachten en logopedisten.

8.1

12

Bezoek keel-, neus- en oorarts, audioloog en audicien

Regelmatig komt de keel-, neus- en oorarts (kno-arts) op school voor controle. Heeft uw kind klachten op dit gebied, neemt u dan contact op met de leerkracht. Minimaal éénmaal per jaar test de audiologie-assistent het gehoor van uw kind. Eén keer in de zes weken is er op donderdag een hoortoesteloverleg. De audioloog, audicien en audiologie-assistent bespreken nieuwe aanpassingen en ook problemen betreffende bestaande hoortoestelaanpassingen. De audicien is één keer per week op donderdag op school voor alle hoortoestelwerkzaamheden. Er is een samenwerkingsverband met het Audiologisch Centrum (AC) van Utrecht. De audiologische verrichtingen vinden op school plaats maar vallen onder de verantwoordelijkheid van het AC Utrecht. U krijgt een rekening voor de uitgevoerde verrichtingen. De verrichtingen vallen met een verwijzing van de huisarts binnen het basispakket van alle zorgverzekeringen. Kinderen tot 18 jaar vallen buiten het wettelijk verplichte eigen risico.


9

Praktische informatie 9.1 Herindicatie Leerlingen krijgen een toelating op een cluster 2-school voor drie jaar (dove kin deren en meervoudig gehandicapte kinderen voor vier jaar). Heeft uw kind daarna nog extra hulp nodig, dan vraagt u opnieuw een toelating aan. Dit noemen we een herindicatie. De Commissie voor Indicatiestelling kijkt dan naar de ontwikkeling van uw kind en het schooldossier. Kortom, wat heeft uw kind op dat moment nog aan begeleiding nodig? Voor de indicatiestelling zijn gegevens nodig op onder andere onderwijskundig, logopedisch, audiologisch en psychologisch gebied. Omdat de gegevens recent moeten zijn, vindt er bij leerlingen extra onderzoek plaats, zoals een logopedisch onderzoek of een intelligentieonderzoek. Wij nemen het initiatief en helpen u met die nieuwe aanvraag of een eventuele verwijzing naar een andere school. Voor vragen over herindicatie neemt u contact op met Marjan Donker of Pascale Verhaegh tel. (030) 261 24 04. In het schooljaar 2012-2013 wordt naar verwachting de herindicatie nog door het REC uitgevoerd. Als de wet Passend Onderwijs wordt ingevoerd, zal de toeleiding naar het cluster 2- onderwijs overgenomen worden door een Commissie van Onder zoek (CvO). De werkwijze van de CvO wordt in de loop van 2012-2013 uitgewerkt.

9.2 Vervoer Woont uw kind in de directe omgeving van de school, dan moet u zelf voor vervoer zorgen. Kinderen kunnen (vanwege lange reistijd of door ziekte) ook met een taxi of busje worden vervoerd. Dit moet u elk jaar opnieuw aanvragen bij de afdeling onderwijs van de gemeente waar u woont. De school helpt u bij deze aanvraag. Vragen over vervoer kunt u stellen aan Marjan Donker, tel. (030) 261 24 04.

13


9.3

In welke groep/klas komt uw kind?

In nauw overleg met alle betrokken medewerkers stellen we ieder schooljaar de groepen samen. Het gaat dan om het niveau van de communicatieve ontwikkeling, de sociaal-emotionele ontwikkeling, de cognitieve ontwikkeling, de verstandelijke mogelijkheden en de kalenderleeftijd. We proberen de groepen met elkaar door te laten gaan naar een volgend schooljaar. De school heeft vier groepen gericht op onderwijs aan dove en slechthorende leerlingen. In deze groepen wordt tweetalig (Nederlands en NGT) onderwijs geboden. De groepen variëren in grootte van zes tot maximaal zestien leerlingen door de verschillen in beperking en hulpvraag van de kinderen.

14

De Auris Bertha Muller School kiest, behalve voor een indeling voor dove en slechthorende leerlingen, bewust voor groepen waarin kinderen met verschillende beperkingen met elkaar een groep kunnen vormen. Deze indeling stimuleert kinderen in hun ontwikkeling van accepteren van hun beperking naar het uitbouwen van hun mogelijkheden. Nieuwe aanmeldingen worden besproken door de CvB (commissie van begeleiding) van de Auris Bertha Muller School en de CvB van de zusterschool in Overvecht: Auris Taalkring. Wij zoeken samen met de ouders een optimale plaats voor de nieuwe leerling aan de hand van de hulpvraag. Plaatsgebrek op één locatie kan betekenen dat er voor de ouders geen keuze is om een wachtlijst te voorkomen.

9.4 Activiteiten In de loop van het schooljaar organiseert onze school een aantal vaste activiteiten (zie ook onze website www.berthamullerschool.nl). • Themaochtend onderbouw • Opa en oma middag onderbouw • De kunstclub, kinderboekenweek • Kamp of schoolreisje • Schoolverlaterskamp • Gebarenweek • Week van het autisme of gebarenweek of ESM-week • Week van de lentekriebels


9.5 Verwijsindex Op grond van een nieuwe wet krijgen we te maken met de verwijsindex. Dit is een systeem waarin scholen en instanties kinderen registreren waarover zorgen bestaan. Dit kan bijvoorbeeld zijn als de leerkracht zich zorgen maakt omdat een kind regelmatig spijbelt. Of een hulpverlener ziet dat een gezinssituatie negatieve invloed heeft op een kind. Bijvoorbeeld door alcohol, echtscheiding, geweld of psychische problemen. Wat is registreren en het doel van de verwijsindex? Registeren is het opnemen van het Burger Service Nummer (BSN) van uw kind in een geautomatiseerd systeem: de verwijsindex. Het unieke BSN is gekoppeld aan de naam en geboortedatum van uw kind. Hierdoor kunnen er geen misverstanden ontstaan. Het doel van de verwijsindex is het vroegtijdig in beeld brengen van zorgen met betrekking tot uw kind. Er staat geen inhoudelijke informatie over uw kind in de verwijsindex.

9.6 Klachtenregeling

Een leerling met ESM ‘Ik ben anders dan anderen, door mijn manier van praten. Altijd reageer ik laat want ik moet eerst lang nadenken voordat ik iets zeg en kan de woorden niet snel vinden. Als er meer mensen tegelijk praten, kan ik het niet meer volgen. Het is moeilijk om vrienden te maken en bij een groep te horen. Om ‘gewoon iets uit te leggen’ is voor mij helemaal niet zo gewoon. En als iemand mij iets vertelt, zie ik het liever voor me. Ondertiteling, ook bij een Nederlandse film, helpt wel om het verhaal te begrijpen. Veel mensen denken dat ik doof ben geweest omdat ik raar praat. De mensen die er iets vanaf weten en geduld hebben, kunnen mij goed helpen.’

Voor ouders, leerlingen en medewerkers is er een klachtenregeling. We gaan er vanuit dat u uw klacht of probleem allereerst bespreekt met de persoon over wie de klacht gaat. Als het een klacht is over een leerkracht, dan bespreekt u eerst uw klacht met deze leerkracht. Als het gaat om een klacht over algemene schoolzaken dan bespreekt u deze eerst met de teamleider of eventueel met de directeur. Als het niet lukt het probleem op te lossen dan kunt u contact opnemen met een vertrouwenspersoon. Uw klacht meldt u dan mondeling of schriftelijk bij één van onze vertrouwenspersonen. Deze probeert in een gesprek met de betrokkenen opnieuw een oplossing te zoeken. Als het probleem te groot of te complex is om in een gesprek op te lossen, kan de vertrouwenspersoon adviseren een klacht in te dienen bij de klachtencommissie van de Koninklijke Auris Groep. De vertrouwens persoon kan helpen bij het indienen van een klacht door bijvoorbeeld samen met u de klacht op papier te zetten. De vertrouwenspersoon heeft geheimhoudingsplicht. De klachtencommissie onderzoekt de klacht en geeft advies aan de Raad van Bestuur van Auris. De Raad van Bestuur van Auris neemt de uiteindelijke beslissing. De klachtenregeling is te vinden op www.auris.nl. Elke locatie heeft zijn eigen vertrouwenspersonen. Onze vertrouwenspersonen zijn: Marjan Donker, [email protected] en Lidy van der Laan, [email protected]. Beiden zijn bereikbaar op: (030) 261 24 04. Bij het vermoeden van kindermishandeling en/of seksueel misbruik kunt u direct contact opnemen met de interne of externe vertrouwenspersoon. Kijk ook eens op: www.klachtenopschool.kennisnet.nl.

9.7

Schorsing (en verwijdering)

In bijzondere situaties kan een leerling geschorst worden. Hiervoor zijn duidelijke richtlijnen. De directeur bepaalt of een schorsing noodzakelijk is. Naast de ouders en/ of verzorgers worden onderwijsinspectie en leerplichtambtenaar direct geïnformeerd over de schorsing en de maatregelen die hier op volgen.


15

10

Medezeggenschapsraad In de medezeggenschapsraad (MR) overleggen ouders en medewerkers van de school over zaken die belangrijk zijn voor de school en uw kind. Het gaat dan vooral om beleid. Op Auris-niveau is er ook een gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR) georganiseerd, die zaken bespreekt die schooloverstijgend zijn. De MR en de GMR hebben adviesrecht en instemmingsrecht over verschillende schoolzaken, zoals het schoolplan, de begroting, de formatie, de schoolgids etc. Wilt u meer informatie over de medezeggenschapsraad, mail dan naar: [email protected].

11

Ouderraad De ouderraad heeft als doel het contact tussen ouders en school zo goed mogelijk te laten verlopen. Eenmaal per jaar organiseert de ouderraad een Algemene Ouder avond. Op de avond staat een onderwerp of thema centraal, waarbij gezocht wordt naar onderwerpen die zoveel mogelijk mensen aanspreken. U kunt actief deelnemen door u op te geven als ouderraadslid of als hulpouder. Uw hulp als hulpouder zal dan, indien nodig, ingeroepen worden bij allerlei activiteiten, zoals Sint en Kerst, schaatsen en de sportdag. De activiteiten kunnen we alleen doen met hulp van ouderraadsleden, deze geven dan ook praktische ondersteuning bij de activiteiten en advies van beleidsmatige kwesties aan de MR. Hoe meer ouders er betrokken zijn, hoe beter alles verloopt. Mocht u iets willen doen of weten, laat u het de Ouderraad dan horen. Bel gerust. U kunt de ouderraad bereiken via school of via de Email: [email protected].

Vrijwillige ouderbijdrage De vrijwillige ouderbijdrage bedraagt in schooljaar 2012-2013 € 30,-. Voor gezinnen met twee of meer kinderen op school is de vrijwillige bijdrage € 45,- per gezin. In oktober ontvangt u een acceptgiro. Wij verwachten uw bijdrage 1 november te ontvangen op girorekening 152764 t.n.v. Ouderfonds BMS met de naam van het kind en de groepsleerkracht. Genoemde bedragen zijn vrijwillig maar erg welkom! We organiseren hiermee leuke activiteiten voor de kinderen, zoals cadeautjes voor sinterklaas, het kerstfeest, materiaal voor musicals, excursies en nog veel meer.

16


12

Contacten met school We willen een goed contact tussen ouders/verzorgers en de school. Hiervoor organiseren we verschillende contactmomenten.

Contactschrift Een contactschriftje voor de kleutergroepen en de groepen 3. Dit schriftje gaat dagelijks mee naar huis. Hierin staan kindspecifieke opmerkingen of informatie over thema’s of andere gebeurtenissen uit de klas. Ouders kunnen schrijven wat de kinderen thuis hebben meegemaakt.

Weekbrief Een weekbrief voor de groepen 4 en 5, waarin gebeurtenissen en activiteiten van de week staan. De kinderen hebben een belangrijk aandeel in het maken van de week brief. Ook heeft elk kind een agenda waarin ouders en leerkrachten hun opmer kingen, vragen enzovoort kwijt kunnen.

Agenda Een agenda in de groepen 6, 7 en 8 waarin leerlingen onder andere het rooster, de toetsen en het huiswerk noteren. Eventueel persoonsgebonden opmerkingen worden door de leerkracht in de agenda geschreven.

Maandblad Een maandblad waarmee we een indruk geven wat er zoal op en rond de school gebeurt. De ouderraad en de medezeggenschapsraad plaatsen regelmatig stukjes in het maandblad. Wij informeren u ook per E-mail.

Overige schriftelijke rapportage Uitgangspunt is dat rapportage van onderzoek en toetsresultaten met ouders wordt besproken en verslaglegging hierover definitief wordt vastgesteld na het overleg met de ouders. Ouders krijgen een kopie van de verslagen.

Ouderbezoeken Er zijn intakegesprekken en individuele oudergesprekken op school. De school organiseert ook meerdere activiteiten om informatie uit te wisselen en in contact te komen met ouders van andere leerlingen en medewerkers van de school. Verder nodigen we ouders uit voor een klassenbezoek.

Voortgangsbesprekingen De zorgstructuur binnen de Auris Bertha Muller School hangt samen met het individueel handelingsplan van de leerling waarbij we verschillende zorgniveaus onderscheiden. We werken van een meer eenvoudige hulpvraag naar een meer complexe hulpvraag van de leerling. Wij spreken hierbij van: standaard zorg, intensieve zorg, specialistische zorg en zorg bij complexe hulpvraag. Twee keer per schooljaar wordt het handelingsplan besproken met de ouder(s)/ verzorger(s). Het handelingsplan moet door de ouder(s)/verzorger(s) worden ondertekend. De evaluatie en het mogelijk bijstellen van de gestelde doelen en het OPP (ontwikkelingsperspectief) vindt plaats samen met de ouders. Dit is een belangrijk moment in het leertraject van de leerling en het oudercontact. Indien ouder(s)/verzorger(s) niet op het gesprek komen, gaan wij na drie weken uit van akkoord met het handelingsplan. Met de ouders van schoolverlaters (groep 8) bespreken we in het najaar de adviezen voor het vervolgonderwijs.


17

Individuele leerlingbespreking Ouders kunnen altijd contact opnemen met de leerkracht of met de teamleider als zij iets willen bespreken over hun kind. Indien nodig wordt een individuele leerlingbespreking afgesproken.

Gastintegratie Op verzoek van ouders kan in overleg en in samenwerking met een reguliere basis school op woensdagen een leerling deelnemen aan het onderwijs op een reguliere basisschool. Het doel is sociale integratie: de leerling krijgt de gelegenheid te integreren in het regulier onderwijs in de woonomgeving en daarmee de kans sociale contacten op te bouwen met kinderen uit de buurt. Gastintegratie is niet hetzelfde als Ambulante Begeleiding. Er is geen begeleiding op didactisch gebied. De begeleider gastintegratie komt langs om het team van de basisschool te informeren en de leerling te observeren. Gastintegratie is niet altijd mogelijk. Voor informatie neemt u contact op met de teamleider.

13

Regels en afspraken Foto’s Tijdens diverse activiteiten maken we foto’s van leerlingen in en om de school. Deze foto’s gebruiken we voor eigen uitgaven (website, schoolgids) van de school. Ouders die hier bezwaar tegen hebben, kunnen dit doorgeven aan de directeur.

Fotograaf Eén keer per jaar komt er een officiële fotograaf op school om leerlingen en groepen op de foto te zetten. Deze kunt u op eigen kosten bestellen. Als u dit niet wilt, vragen wij u dit op tijd te melden bij de teamleider.

Mobieltjes Leerlingen moeten een mobiele telefoon onder schooltijd (inclusief de pauzes) uitzetten.

Vuurwerk Leerlingen mogen geen vuurwerk mee naar school nemen.

Huisdieren Huisdieren zijn niet toegestaan in het schoolgebouw.

18

Gymkleding Vanaf groep 3 is gymkleding verplicht. Dit kan een gympakje zijn of een gymbroek en een T-shirt. Na de gymles is douchen verplicht. Iedereen moet zelf een handdoek meenemen.

USB stick Alle leerlingen hebben van thuis een USB stick van minimaal 1 Gigabite ter beschikking om informatie uit de klas mee naar huis te kunnen nemen.

Vrije dagen voor bijzondere gelegenheden/extra vakantie Voor bijzondere gelegenheden in de familie mag u voor uw kind vrij vragen. U doet dit ruim van te voren schriftelijk bij de directeur. Buiten de vakantieperioden mag


u uw kind niet meenemen op extra vakantie. Alleen in zeer uitzonderlijke gevallen (bijvoorbeeld als uw werkgever u verplicht buiten de schoolvakanties uw vakantie op te nemen) is dit mogelijk. Bij uw verzoek hoort een schriftelijke verklaring van bijvoorbeeld uw werkgever. De onderwijsinspectie ziet hier op toe. U kunt hiervoor een formulier bij de administratie van de school aanvragen.

Leerlinggegevens Regelmatig komt het voor dat wij ouders niet kunnen bereiken als een kind bijvoorbeeld op school ziek wordt. Het is belangrijk dat u wijzigingen van adres, werkkring, e-mail adres, verzekering, mobiele nummers, taxibedrijven enzovoort aan de administratie doorgeeft. Minimaal één keer per jaar vragen wij u de gegevens te controleren en zonodig te verbeteren.

Ziekmelding Bij afwezigheid of ziekte kunt u de school het beste bereiken tussen 08.00 uur en 08.45 uur ’s morgens.

Overblijven Alle kinderen blijven over op school. Wilt u ook een gezond klein hapje meegeven voor de ochtend? Graag voor de middag fruit meegeven. Ouders kunnen er voor kiezen twee maal drinken mee te geven of gebruik te maken van de schoolmelk regeling. Zie verder de digitale schoolgids op de website en de kalender met aanvullende gegevens die u in september ontvangt.

Basisafspraken voor leerlingen Samen met de leerlingen hebben wij schoolafspraken gemaakt. 1. Aardig zijn: ik heb respect voor mezelf en voor iedereen. 2. Wij willen samen een veilige school zijn waar iedereen zich thuis voelt. 3. Ik vecht niet; dus ik sla niet en ik schop niet. 4. Iedereen is anders en dat is oké. We pesten en discrimineren niemand. 5. Ik geef een compliment als iemand iets goed doet. Dat is belangrijk. 6. Als ik een ruzie niet zelf op kan lossen, vraag ik om hulp. 7. Ik loop rechts en rustig door de gang en op de trap. Buiten en op het speelplein kan ik rennen.

19


14

Schooltijden, vakanties en vrije dagen De lestijden van de onderbouw, middenbouw en bovenbouw zijn: 08.45 tot 15.15 uur 08.45 tot 12.30 uur (woensdag) Voor het vakantierooster, de vrije woensdagen voor de kleuters en de studiedagen voor medewerkers kijkt u op de schoolkalender of onze website www.berthamullerschool.nl.

15

Auris Zorg Auris Zorg heeft een aanbod voor kinderen en jongeren en hun ouders/opvoeders. Er zijn peuterbehandelgroepen en Auris biedt gezinsbegeleiding voor ouders. Daarnaast organiseren we regelmatig gezinsdagen en gebarencursussen. Op de Auris Bertha Muller School zijn vijf peuter behandelgroepen gehuisvest. Er is een prima samenwerking om een mogelijke overgang naar het onderwijs goed te laten verlopen.

16

Auris Cursusaanbod Auris organiseert het hele jaar door cursussen voor ouders, jongeren en professio nals. In de praktijk en door onderzoek wordt veel kennis en ervaring opgedaan en ontwikkeld over onze doelgroep. Deze kennis en ervaring delen we graag met elkaar, met ouders, opvoeders en collega’s buiten onze organisatie. Via de website www.auris.nl vindt u het overzicht van al onze cursussen.

20


Onze school maakt deel uit van de Koninklijke Auris Groep De Koninklijke Auris Groep is de professionele partner van mensen die ondersteuning nodig hebben bij horen, spreken of taal. De kernactiviteiten zijn voorlichting, preventie, diagnostiek, begeleiding, behandeling en scholing. Auris bestaat uit scholen voor speciaal en voortgezet speciaal onderwijs, audiologische centra, aanmeldpunten, ambulante dienstverlening, zorggroepen, gezinsbegeleiding en een centraal bureau. De vestigingen zijn verspreid over midden en zuidwest Nederland. Het bestuur en de gemeenschappelijke diensten zijn gehuisvest in Gouda. Meer informatie over Auris vindt u op www.auris.nl


Auris Bertha Muller School

SO/TW/1206/250

Santa Cruzdreef 30 3563 VJ Utrecht T (030) 261 24 04 F (030) 266 20 24 E [email protected] W www.berthamullerschool.nl

Schoolgids Auris Bertha Muller School

Recommend Documents