Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 1 van 23

U2011 - 1178

@ D|lgem|nte , Kralingen-crooswijk Oosàeedijk 276 . 3063 CA Rooerdam Postbus 22350 . 3003 DJ Roûerdam T (010) 2060 808 F (010) 2060 999 E [email protected] w|.kc.o|edam.nl ABN-AMRO nr. 64.45.11.931 IBAN: NL58FTSB064451 1931 BlC: FTSBNLZR Gemeente Rotterdam Bestuursdienst B&C Shared Service Center Financiën p/a Van Ghentkazerne t.a.v. de heer S. Breure Toepad 120 3063 NJ ROTTERDAM Roqerdam, 1 s juul 2211 Uw brief van 18-05-2011 Behandelend ambtenaar C. Toekoen Ons kenmerk U2011/1178 Betreft Vedening veœunning voor Veteranendag op z3juni 201 1 op Iocatie Toepad 120 Geachte heer Breure, Hierbij verleen ik u namens de burgemeester van Ro|erdam op grond van artikel 2.2.2 van de Algemene Plaatselijke Verordening Ro|erdam en het mandaat- besluit burgemeestersbevoegdheden 2007, gelet op de adviezen van de Regiopolitie Rotterdam-Rijnmon|, District Oost (R. de Brie), d.d. 23 mei 2011, Dienst van Gemeentewerken, Werf Kralingen-crooswijk (F. Bierhuize), d.d. 7 juni 2011 en Netwerk Verkeersmarinier (K. van der Heiden), d.d. 15 juni 2011 - vergunning voor het organiseren van bovengenoemd evenement met de volgende gegevens: @ Datum * Plaats . Tijd * Aantal deelnemers . Contaotpersoon : z3juni 2011 : Van Gentkcerne, Toepad 120 te Roûerdam : tussen 09.00-15.00 uur : ca 800 : S.C. Breure, tel. 010|539521 of 06-22466842 email: sc.breure.olamindef-nl Onder de voloende voorschri|en: Aloemeen * de organisator dient voor genoemd evenement zorg te dragen voor de volgende documenten: 1. een calamiteitenplan en 2. een draaiboek voor genoemd evenement. De genoemde documenten dienen uiterlijk 21 juni 2911 digitaal aangeleverd te worden bij de Regiopolitie RooerdamRijnmond, District Oost, Afdeling Horecataken en Evenementen, t.a.v. R. de Brie, email: Do6mailboxevenementenari'lnmond.nolitie.nll', . de voorgenomen activiteiten mogen geen gevaar of onnodige hinder opl|veren voor voetgangers, omwonenden en het verkeer; * de vtije doorgang ten behoeve van hulp- en reddiensten dient vooddurend en volledig gehandhaafd te blijven; * de activiteiten mogen de bereikbaarheid van woningen, winkels of (horeœlbedrijven niet belemmeren', * het evenement en de open afbouw wijken niet af van de afgesproken dag en tijdstip', @ een vedegenwoordiger van de organisator dient beschikbaar te zijn als aanspreekpunt voor de politie. Diens naam en (mobiel) telefoonnummer dienen te worden doorgegeven aan de coördinator evenementen van het district Oost van de politie Rotterdam Rijnmond, telefoon 0900 8844. of middels Do6mailboxevenementenorij'nmond.politie.nl of in de vergunning te worden opgenomen', * eventuele parkeeroverlast als gevolg van de activiteiten moet worden voorkomen', * de organisator dient rekening houdend met het ve|achte aantal deelnemers en bezoekers zorg te dragen voor voldoende sanitaire voorzieningen', Het deelgemeentekantoor is bereikbaaf per metro (halte Oostplein) en tramlijn 21 . 1

Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 1 van 23

U2011 - 1178

* de organisatie draagt zorg voor voldoende geschoold EHBO personeel; * de organisatie dient voldoende maatregelen te nemen ter voorkoming van vervuiling van openbaar gebied en oppewlakte wates door middel van zwerfvuil. De vergunninghouder dient er zelf voor te zorgen dat direct na afloop van de activiteiten de in gebruik genomen grondoppewlakten en de nabije omgeving, geheel ontruimd en gezuiverd van achtergebleven afval, worden opgeleverd', @ op het gehele terrein dient een pad van 4,5 meter breed vrijgehouden te worden in verband met bereikbaarheid van politie, brandweer en ambulances,' @ de politie heeft de bevoegdheid om namens de burgemeester het evenement dan wel de activiteiten voortijdig te be|indigen indien de voorschriften niet worden nageleefd; * het is voor het publiek verboden aanwezig te zijn of te blijven indien een bevel door of namens de burgemeester wordt gegeven; . de organisator is verplicht ervoor te zorgen dat nadat een bevel het evenement te beëindigen is gegeven geen publiek meer tot het evenement wordt toegelaten,' * alle aanwijzingen van de politie, gegeven in het belang van de openbare orde of ten behoeve van het (voetgangerslverkeer, en/of van andere betrokken gemeentelijke instanties vanuit hun taaksector, dienen stipt en onmiddellijk te worden nagekomen; Inrichtino evenemententerrein * de tenten dienen zodanig geplaatst te worden dat voldoende ruimte overblijft voor de deelnemers om bij calamiteiten vluch|egen te hebben; * in verband met het drainagesysteem onder het maaiveld mogen haringen voor het bevestigen van tenten en dergelijke niet dieper dan 40 cm in de grond gestoken worden; . het evenemententerrein dient te allen tijde bereikbaar te zijn voor hulpdiensten,' Verkeer De organisatie dient vier parkeerbegeleiders in te zetten. Deze begeleiders mogen wel een oranje re|ederend hes dragen, maar daar mag niet het woord VERKEERSREGELMR op staan. De parkeerbegeleiders dienen er actief op toe te zien dat ordelijk wordt peparkeerd in de omgeving, zodat er te allen tijde een strook van minimaal 4 meter beschikbaar Is voor hulpdiensten' het doorgaand verkeer op het Toepad ondervindt geen onnodige hinder van het evenement; Afval en milieu * de organisator/vergunninghouder is veran|oordelijk voor het schoonhouden van het evenementengebied. Tijdens het evenement plaatst de organisator voldoende akalbakken op het evenementente|ein, deze moeten ook regelmatig geleegd worden. De organisator/vergunninghouder is veran|oordelijk, terstond na afloop van het evenement, het evenementengebied, de aan- en a|ooproutes van bezoekers en de a|ngrenzende gebieden waar Nedvuil, flyers en samples e.d. zijn heen getranspodeerd veegschoon op te leveren. Gemeentelijke a|alko|en, die als gevolg en het evenement, overlopen moeten worden afgeroomd''. Eventuele Ios geplaatste containers/a|albakken moeten worden afgevoerd. Ingezameld zwed en/of grofvuil moet worden aangeboden bij een afval inzamelve|erkingsbedrijf. Het is de organisator/vergunninghouder niet toegestaan afval afkomstig van het evenement te deponeren in de gemeentelijke, voor huishoudens bedoelde afval inzamelfaciliteiten. Indien de uitvoeting van reiniging en/of inzameling niet in eigen beheer kan geschieden, dient tldig contact met Roteb (afdeling evenementen 14010) te worden opgenomen; de kosten van eventueel door Roteb te verrichten diensten zln voor rekening van de vergunninghouder,' Plaatsen van voorwerpen @ de voorwerpen dienen in principe Ios op de ondergrond te worden geplaatst -dus zonder straatonderbreking. In geval er voorwetpen in de grond moeten worden bevestigd, dient vooraf toestemming te zijn verkregen van het Leidingbureau van Gemeentewerken. Hiervoor kunt u op werkdagen van 08.00-12.00 uur terecht bij het Leidingbureau, Galvanistraat 15, K. 1206, of telefonisch contact opnemen via 010 4896148,. * indien ten behoeve van de plaatsing van podia en dergelijke, bestratingmateriaal dient te worden uitgebroken, dient dit vanwege vergunninghouder meteen na ve|ijdering van de objecten zorgvuldig teruggeplaatst te worden. Voorafgaand is toestemming nodig van de dienst Gemeentewerken, werf Kralingen-crooswijk, tel. 010-2060407. Indien nodig zal de bestrating door Gemeentewerken worden hersteld, voor rekening van vergunninghouder', Het deelgemeentekantoor is bêreikbaar per metro (halte Oostplein) en tramlijn 21. 2


U2011 - 1178

. het is v|rboden voorwerpen zodanig te plaatsen dat de brandweer in de bereikbaarheid van brandkranen en -putten belemmerd wordt; Muziek en ander qeluid @ muziek en ander geluid, al dan niet mechanisch/elektronisch versterkt, mogen geen ernstige geluidsoverlast voor de omgeving veroorzaken', indien van dergelijke geluidsoverlast mocht blijken, is de politie bevoegd de geluidsuioending te doen onderbreken en een verminderd geluidsniveau aan te geven; dan wel - in geval van herhaling - voortijdig te doen beëindigen. Bovendien is de politie bevoegd bij ove|reding van de voorschriqen strafrechtelijk op te treden; . het equivalente geluidsniveau gedurende 1 minuut (Leq,1 min) Veroorzaakt door de aangevraagde activiteiten en de bij de aangevraagde activiteiten betrokken toestellen en installaties mag op 10 meter afstand van de geluidsbron niet meer bedragen dan 80 dB(A) in de uren waatin het evenement plaatsvindt', . het meten en berekehen van de geluidniveaus, en het beoordelen van de meetresultaten moet plaatsvinden overeehkomstig de Meet- en rekenvoorschri|en industrielawaai,' * in afwijking van de Meet- en rekenvoorschrxen industrielawaai hoeft voor de beoordeling van het equivalente geluidsniveau gedurende 1 minuut (Leq,1 min) Van muziekgeluid geen verhoging van 10 dB toegepast te worden, voordat qetoetst wordt aan de nosmwaarde uit voorschriû 2., * het geluidsniveau, dat voodgebracht wordt door de geluidsapparatuur, dient gedurende het gehele evenement door een geluidtechnicus gemonitord te worden. Deze geluidtechnicus dient de aanwijzingen van de politie of van een namens de vergunningverlener controlerende instantie voor een wijziging van de instellingen van de apparatuur stipt en onmiddellijk op te volgen en tot nader order uit te voeren; . het ten gehore brengen van muziek en ander geluid dient om uiterliik 15.00 uur te worden beëindigd; . het opbouwen en het afbreken van het evenement dient zoveel mogelijk plaats te vinden in de uren gelegen tussen 07.00 en 21.00 uur. In ieder geval mogen tussen 21.00 en 07.00 uur geen overlaskeroorzakende opbouwen a|reekactiviteiten uitgevoerd te worden; * (horecalbedrijven, bewoners van nabijgelegen woningen dienen tenminste ben week voordat het evenement plaatsvindt schrxelijk te worden gelnformeerd door de vergunninghouder omtrent de te ondernemen activiteiten. Hierbij dienen de tijdstippen van het evenement, evenals mogelijke overlast veroorzakende activiteiten of beperkingen kenbaar gemaakt te worden. Tevens dient minimaal één telefoonnummer te worden vermeld, waarop aanvullende informatie te verkrijgen is. Een afschrift van de informatiebrief dient gestuurd te worden naar de DCMR Milieudienst Rlnmond, ta.v. de Meldkamer, Postbus 843, 3100 AV Schiedam; @ Voor toestellen en installaties dient van geluidsarme of geluidgedempte typen gebruik gemaakt te worden, in overeenstemming met de huidige stand der techniek; @ De bij de aangevraagde activiteitenbetrokken toestellen en installaties mogen niet in werking zijn in de uren waarin geen evenementenactiviteiten plaatsvinden', Alcohol * * @ @ @ indien buiten de inrichting alcoholhoudende drank wordt geschonken, dient er een onthefing voor te zijn verleend op grond vân artikel 35 van Drank en Horecawet. Deze ontheffing is aan te vragen bij de Gemeente Rotterdam, Directie Veiligheid, Toam Vergunningen, Stadhuisplein 30, 3012 AS te Rotterdam, telefoon 010-2672500', indien alcohol wordt geschonken, zml de locatie waar de activitei|festiviteit wordt gehouden als evenemententerrein worden aangemerkt' er dient op te worden toegezien dat er geen alcoholhoudende dranken worden meegenomen naar de openbare weg buiten het evenemententerrein,' de verstrekking van drinkwaren, zowel Nakalcoholhoudende als niet alcoholhoudende dranken, dient uitsluitend te geschieden in zachte plastic bekers, zachte petflessen of kartons. Het gebruik van glaswerk is verboden; het is alleen toegestaan voo|erpakte alcoholhoudende mixen te verkopep of aanwezig te hebben. Ter plaatse gemixte alcoholhoudende dranken zullen worden aangemerkt als sterk alcoholhoudende drank en in beslag worden genomen; Het deelgemeentekantoor is bereikbaar per metro (halte Oostplein) en tramlijn 21. 3


U2011 - 1178

Bakken en braden * Voor bak- en braadapparatuur qelden de volqende voorschri|en: 1. De apparatuur dient te worden opgesteld in de buitenlucht op een afstand van tenminste 2 meter ten opzichte van bebouwing, beplanting en overige objecten 2. De opstelling van de apparatuur mag niet onder permanent opgestelde Iuifels behorende bij de bebouwing 3. Niet permanente lutfels, afdaken, parasols en dergelijke mogen niet worden toegepast boven of in nabijheid van de apparatuur 4. De apparatuur dient op een vlakke, Iiefst stenen ondergrond te worden geplaatst ; of anders dient de ve|armingapparatuur te worden opgesteld op onbrandbaar en de warmte slecht geleidend materiaal 5. In bedrijfzijnde ve|armingsapparaten mogen niet wordên verplaatst 6. Het hebben van open vuur ter bereiding van gerechten of voor andere ve|armingsdoeleinden, anders dan speciale daarvoor vewaardigde apparatuur is niet toegestaan 7. Nabij een bakinstallatie moeten éèn of meer onbrandbare deksels aanwezig zijn om de bakpannen bij het in brand geraken van de inhoud te kunnen afdekken 8. Bij een bakinstallatie dient een Coz-blusser met een inhoud van tenminste 6 kilo gebruikersgereed te zijn, de blustoestellen dienen van een rijkskeurmerk te zijn voorzien, het blustoestel dient lx per jaar op de goede werking te zijn jecontroleerd. Ten bewijzen daarvan dient het blusapparaat een keuringsbewijs aanwezig te zljn @ Ten aanzien van het eventueel qebruiken van vloeibaar qas in kramen voor de verkoop van kleine eet- en drin|aren dient het voloende in acht te worden oenomen: 1. Drukhouders met vlxibaar gas moeten buiten het bereik van onbevoegden op een veilige goed geventileerde plaats worden opgesteld', 2. De waterinhoud van de gevulde en Iege drukhouders mogen gezamenlijk niet meer dan 110 Iiter bedragen,' 3. De te gebruiken branders/bakinstallatie dienen d.m.v. deugdelijke slangklemmen bevestigde goedgekeurde hoge drukslang aan de d|khouder te zijn aangesloten'' Brandwee|oorschri|en Wlhouden van terreingedeelten.' 1.1 De bij het bou|erîevenement behorende brandkranen en andere bluswate|inplaatsen moeten worden vrijgehouden voor blusvoeduigen, en wel zodanig dat hiervan onbelemmerd gebruik kan worden gemaakt. 1.2 Op het bij het bou|erîevenement behorende terrein moeten de beplanting, parkeerplaatsen, de Iaad- en Iosplaatsen en de plaatsen waar goederen en afvallen worden opgeslagen of gedeponeerd, zodanig zijn gesitueerd dat bij brand het optijden en opstellen van de voeduigen en andere hulpmiddelen van de brandweer niet worden bemoeilijkt of belemmerd. 1.3 Onverminderd het bepaalde in artikel 1.2 moet ten behoeve van het verkeer van de hulpverlenende diensten een doorgaande route met een breedte van 4.50 meter voor redvoeduigen en 3.50 meter voor blusvoeduigen en een hoogte van 4.00 meter worden vrijgehouden. Hekwerken die deze route blokkeren moeten snel en gemakkelijk kunnen worden ve|ijderd. 2 Kwaliteit van transparanten De transparankerlichting, welke aanwezig is of op grond van enig wettelijk voorschrift is geëist, dient altijd goed ziçhtbaar te zijn en moet branden tijdens aanwezigheid van personen. Flessengasinstallatie.. |. 3.1 Een qessengasinstallatie moet blijvend voldoen aan het bepaalde in de Nederlandse Norm (NEN) 3324 en in de NEN 3324a uitgave 1971. 3.2Bij inpandig gebruik van gasflessen mag de nominale inhoud van de gevulde en Iege flessen gezamenlijk niet meer bedragen dan 110 liter. 3.3Een gasfles moet zijn voorzien van een door de Dienst voor het Stoomwezen erkend geldig keurmerk. Het deelgemeentekantoor is bereikbaar per metro (halte Oostplein) en tramlijn 21 . 4


U2011 - 1178

3.4De afsluiter van een gasfles moet van een door de Dienst voor het Stoomwezen goedgekeurd type zijn. 3.5De drukregelaar dient om de vijf jaar vervangen te worden, hetgeen zichtbaar moet zijn door middel van een fabricagejaadal wat in de drukregelaar zichtbaar moet zijn. 3.6Tussen gasfles en verbruiktoestel moet de verbinding bestaan uit een metalen leiding of uit een goedgekeurde GlvEG-slang van maximaal 10 meter Iengte zijn. Deze slang dient om de twee jaar vervangen te worden, hetgeen zichtbaar op de slang aangegeven moet staan. 3.7Het is verboden autogastanks (LPG) en/of andere reservoirs gevuld met LPG te gebruiken voor doeleinden waarvoor deze niet bestemd en ontworpen, zoals verwarming en kookdoeleinden. Veiligheid en vellig gebruk van installaties 3.1 Een qessengasinstallatie moet blijvend voldoen aan het bepaalde in de Nederlandse Norm (NEN) 2920:1997. 3.2 Bij inpandig gebruik van gasflessen mag de nominale inhoud van de gevulde en Iege flessen gezamenljk niet meer bedragen dan 110 Iiter. 3.3 Een gasfles moet zijn voorzien van een door de Dienst voor het Stoomwezen erkend geldig keurmerk. 3.4 De afsluiter van een gasfles moet van een door de Dienst voor het Stoomwezen goedgekeurd type zijn. 3.5 Afsluiters in vaste gasleidingen dienen goed bereikbaar te zijn en aangebracht aan het einde van iedere aftakking van een Ieiding naar een gebruikstoestel. En op plaatsen waar de Ieiding geheel of gedeeltelijk kan worden gespoeld met inert gas. 3.6 De drukregelaar dient om de vijf jaar vervangen te worden, hetgeen zichtbaar moet zijn door middel van een fabri|gejaadal wat in de drukregelaar zichtbaar moet zijn. 3.7 Tussen gasfles en verbruiktoestel moet de verbinding bestaan uit een metalen leiding of uit een goedgekeurde GlvEG-slang van maximaal 10 meter Iengte zijn. Deze slang dient om de twee jaar vervangen te worden, hetgeen zichtbaar op de slang aangegeven moet staan. 3.8 Gasflessen dienen zodanig te worden opgesteld dat deze beschermt zijn tegen omvallen, kantelen en aanrijden, dat het publiek er niet bijkan en er sprake is van goede ventilatie. 3.9 Het is verboden autogastanks (LPG) en/of andere reservoirs gevuld met LPG te gebruiken voor doeleinden waarvoor deze niet bestemd en ontworpen, zoals verwarming en kookdoeleinden. 3.10 Wanneer gas wordt gebruikt als brandstof dient men uitsluitend aardgas, propaangas, butaangas of gasolie te gebruiken. 3.11 Gasgestookte ve|armingstoestellen met een open verbinding dienen zodanig afgesteld te zijn dat er een optimale verbranding plaatsvindt. 3.12 Een elektrische installatie moet blijvend voldoen aan art. 2.1.1. van het gebruiksbesluit en de eisen van de energieleverancier. 3.13 Installaties die dat behoeven dienen over een adequate rookgasa|oewoorziening te beschikken. Deze afvoer dient onbrandbaar, hiqebestendig en gasdicht te zijn. 3.14 Toestellen voor koken, bakken, braden en frituren dienen op een plaat te staan van onbrandbaar materiaal en wanden binnen een afstand van 0.3 meter van de toestellen dienen op dezelfde wijze bekleed te worden. 3.15 Bij gebruik van een installatie voor koken, bakken, braden en frituren dient voor iedere pan of frituurbak een goed passend metalen deksel aanwezig te zijn. 4. Uitgangen en vluch|egen.. 4.1 De ingangen, doorgangen, uitgangen, nôoduitgangen, gangpaden, galerijen, trappen, héllingbanen en vluch|egen moeten te allen tijde over de minimaal vereiste breedte zijn vrijgehouden van obstakels en steeds voldoende stroef zijn. Dit geldt eveneens voor het alb verlengstuk van de vluch|egen aan te merken gedeelte van het aansluitend terrein. 4.2 Een (noodluitgangsdeuf mag bij aanwezigheid van personen in het bouwwerk uitsluitend zodanig zijn gesloten, dat de uitgangsdeur van binnenuit ogenblikkelijk over de minimaal vereiste breedt: kan worden geopend zonder dat hiertoe gebruik moet worden gemaakt van een sleutel of een ander Ios voorwerp. 4.3 Deuren, hekken en andere afsluitingen in vluchtwegen moeten, indien deze niet draaien in de vluchtrichting, gedtlrende de tijd dat in het gebouw personen aanwezig zijn, in geheel geopende stand worden gehouden en zodanig zijn vastgezet dat deze niet door onbevoegden kunnen wçrden gesloten (dit geldt niet voor brandwerende deuren). 4.4 Gordijnen in of voor een ingang, doorgang, uitgang, nooduitgang e.d. moeten zodanig zijn aangebracht, dat deze met de deuren meedraaien en in generlei opzicht het openen van de deuren belemmeren en/of verhinderen. Het deelgemeentekantoor is bereikbaar per metro (halte Oostplein) en tramlijn 21. 5


U2011 - 1178

5. Stoffering en versiering.' 5.1 Stofïering en versiering moeten vrijgehouden worden van spots en andere warm wordende apparatuur, waarvan de oppewlakte-temperatuur meer dan 800c bedraagt. 5.2 Tussen het vloeroppewlak van een ruimte en de aangebrachte versiering moet een vrije ruimte van minimaal 2,50 meter overblijven. Deze versiering mag niet gemakkelijk ontvlambaar zijn, in geval van brand mag geen druppelvorming plaatsvinden. 5.5 Met brandbaar gas gevulde ballonnen mogen niet aanwezig zijn. 5.6 De toe te passen, verticaal op te hangen textielproducten moeten in vluch|egen en in ruimten waarin meer dan 50 personen gelijktijdig kunnen verblijven, een navlamduur hebben van ten hoogste 15 seconden en een nagloeiduur van ten hoogste 60 seconden, bepaald volgens de normen NEN-EN-ISO 6940 en 6941, uitgaven 1995. 5.7 De toegepaste bekledingsmaterialen moeten voldoen aan: NEN 1775, uitgave 1991, en NEN 177&A1, uitgave 1997, klasse T1 ten aanzien van vloeren; NEN 6065, uitgave 1991, en NEN 6065/A1, uitgave 1997, klasse 2 ten aanzien van de overige aankleding en versiering,' de eis ten aanzien van gordijnen van een navlamduur van ten hoogste 15 seconden en een nagloeiduur van ten hoogste 60 seconden, bepaald volgens NEN-EN-ISO 6940 en 6941, uitgaven 1995', -1 NEN 6066, uitgave 1991 en NEN 6066/A1, uitgave 1997, optisthe rookdichtheid < 2,2 m , Iaatstgenoemde eis geldt niet voor vloeren en tredenvlakken. 6. Opstellingsplannen-' 6.1 Bij in rijen opgestelde zitplaatsen moet tussen de rijen een vrijû ruimte aanwezig zijn van ten minste 0.40 meter, gemeten tussen de Ioodlijnen door de elkaar dichtst naderende gedeelten van de rijen. Indien in een rij tussen zitplaatsen tafeltjes zijn geplaatst, moet de genoemde vrije ruimte ter plaatse van de tafeltjes doorlopen. 6.2 Bij in fijen opgestelde zitplaatsen moeten, indien een rij meer dan 4 stoelen bevat en 4 of meer rijen achter elkaar zijn geplaatst, deze zo zijn gekoppeld dan wel aan de vloer zijn bevestigd dat deze ten gevolge van gedrang niet kunnen verschuiven of omvallen. De stoelkoppqling moet ten genoegen van burgemeester en wethouders zijn uitgevoerd. 6.3 Een rij zitplaatsen, die slechts aan één einde op een gangpad of uitgang uitkomt, mag niet meer dan 8 zitplaatsen bevatten. 6.4 Een rij zitplaatsen die aan beide einden op een gangpad of een uitgang uitkomt, mag ten hoogste bevatten: 16 zitplaatsen, indien de vrije ruimte tussen de rijen kleiner is dan 0,45 meter; 32 zitplaatsen, indien de vrije ruimte tussen de rijen groter is dan 0,45 meter; 50 zitplaatsen, indien de vrije ruimte tussen de rijen groter is dan 0,45 meter en er bovendien aan beide einden van de rijen per 4 rijen een uitgang met een breedte van ten minste 1,10 meter aanwezig is. 6.5 Meubelen en voor aankleding of versiering dienende voo-erpen op en op minder dan 2,50 meter hoogte boven de vloer van een ruimte waarin personen verblijven mogen -voor meubelen gemeten bij gebruik daarvan- in Ioodrechte projectie op de vloer van de ruimte slechts een zodanige ruimte beslaan dat ten minste: 2 I Iakte beschikbaar blijft voor iedere persoon waarvoor geen zitplaats 0,25 m v oeropperv aanwezig is; 2 kte beschikbaar blijft voor iedere persoon waarvoor een zitplaats 0,30 m vloeroppewla aanwezig is die zodanig is of is aangebracht dat deze ten gevolge van gedrang niet kan verschuiven of omvallen; 2 I Iakte beschikbaar blijft voor iedere persoon waarvoor een zitplaats 0,50 m v oeropperv aanwezig is die niet zodanig is of is aangebracht dat deze ten gevolge van gedrang niet kan verschuiven of omvallen. 6.6 Meubelen en voor aankleding of versiering dienende voo|erpen in een ruimte waarin personen verblijven, moeten indien de vrije vloeroppewlakte Het deelgemeentekantoor is bereikbaar per mêtro (halte Opstplein) en tramlijn 21. 6


U2011 - 1178

2 j yacht dat zij minder dan 0,50 m per persoon bedraagt, zodanig zjn aange ten gevolge van gedrang niet kunnen verschuiven of omvallen. 6.7 Van ruimten waarin meer dan 50 personen gelijktijdig kunnen verblijven dient ten genoegen van burgemeester en wethouders een opstellingsplan aanwezig te zijn. 7. Kabels en kabelsnoeren.' 7.1 Kabels en snoeren moeten in geval deze over de vloer moeten Iopen met goede plakstrips worden vastgeplakt en wel zodanig dat struikelen en/of vallen wordt voorkomen. 7.2 Wanneer een aanzienlijke stroomafname geschied middels kabelhaspels, dienen deze volledig uitgerold te worden en regelmatig gecontroleerd te worden op eventuele hioevorming in de kabel. 9. Afstanden tldellke bouwsels - bouwsels: 9.1 De afstand van een tijdelijk bouwsel tot ieder vast bouwsel moet tenminste 5 meter bedragen. 9.2 De afstand tussen een tijdelijk bouwsel en een ieder ander tijdelijk bouwsel moet tenminste 8 meter bedragen. 10. Rookvorming door rookapparatuur : Rookvorming, veroorzaakt door bijvoorbeeld een rookapparaat of koudijs of op andere wijze gemaakt mag nooit een snelle ontruiming verhinderen. 13. Blusmiddelen algemeen: Er dienen voldoende blusmiddelen aanwezig te zijn in de vorm van; ABc-poederblusser met een minimale inhoud van 6 kj bij de bakplaat; Sproeischuimblusser met een minimale inhoud van 6 Ilter bij de frituur; CO2 blusser met een minimale inhoud van 6 kg bij elektrische apparatuur. 15. Gebruiksvergunning/gebruiksmelding.' Voor de reeds op het bouwwerk afgegeven gebruiksvergunning of gebruiksmelding geldt dat de activiteiten binnen het gestelde in de gebruiksvergunning/gebruiksmelding dienen te vallen. Indien er geen gebruiksvergunning of gebruiksmelding op het bouwwerk is afgegeven en dit conform artikel 2.1 1.1 of 2.12.1 van het gebruiksbesluit wel is vereist dan dient deze te worden aangevraagd via het omgevingsloket. |.omnevinqsloket.nl 16 Tribunes: De tribunes mogen dan in gebruik worden genomen nadat naar het oordeel van ambtenaren van de Dienst Bouwen Woningtoezicht is vastgesteld, dat de tribunes, de paden en de trappen voldoende waarborg bieden voor de veiligheid van het publiek. 1 7 Afval: 17.1 Afval moet dagelijks worden verzameld in veilig opgestelde goed af te sluiten containers van moeilijk brandbaar materiaal. Er mag geen afval in de vluch|egen worden opgeslagen. 17.2 Asbakken moeten regelmatig, maar ten minste dagelijks, worden geleegd in afsluitbare asverzamelaars van onbrandbaar materiaal. De inhoud van deze asvecamelaars mag slechts in onbrandbare vaten, die van een deksel zijn voorzien, worden gedeponeerd. 17.3 De aanwezige asbakken en/of papierbakken moeten van onbrandbaar materiaal zijn vewaardigd. Het deelgemeentekantoor is bereikbaar per metro (halte Oostplein) en tramlijn 21. 7


U2011 - 1178

18 18.1 een gesloten tent, waarin meer dârl 50 personen gelijktijdig kunnen verblijven, dient over een Tijdelijke Vergunning van de brandweer (afdeling Preventie) te beschikken. Deze tijdelijke vergunning dient aangevraagd te worden bij Veiligheidsregio Rotterdam Rijnmond District Oost, afdeling Preventie, Nieuwe Tiendweg 19, 2922 EN Krimpen aan den Ilssel. 18.2 Alle vier de zijden van de tentten), waarin meer dan 50 personen gelijktijdig kunnen verblijven, dienen geheel geopend te zijn. Voor nadere informatie kunt u contact opnemen met P. Pluijmert, telefoon 0180-548 367 of per e-mail: D.oluiimedaveilinheidsrenio-rr.nl ; T'entten) Overiqe voorschriûen/reoels * vergunninghouder is zelf veran|oordelijk voor het ordelijk verloop van het evenement en voor de veiligheid van de bezoekers; * vergunninghouder dient tijdens het gehele evenemeht aanwezig en aanspreekbaar te zijn; @ de openbare weg, het openbare groen en alle overige gemeente-eigendommen mogen niet worden verontreinigd en/of beschadigd. Indien zulks toch gebeurt zal een en ander voor uw rekening van gemeentewege ongedaan worden gemaakt; . alle ter zake doende aanwijzingen en/of instrudies van de politie, alsmede overig daartoe bevoegd personeel van de gemeentelijke diensten dienen stipt en onmiddellijk te worden opgevolgd en/of uitgevoerd', @ de deelgemeente Kralingen-crooswijk en de gemeente Rotterdam zijn bij voorbaat volledig gevrijwaard van alle aansprakelijkheid voor aan derden en/of hun eigendommen toegebracht Ietsel en/of schade. De bovengenoemde voorschriqen Iaten verplichtingen van de vergunningaanvrager voodvloeiende uit andere wet- en regelgeving onverlet. Met vriendelijke groet, Namens de burgemeestef van de gemeente Rotterdam, Manager sector Die erle n van de deelgemeente Kralingen-crooswijk, y ..'' . . '' . ' '' '' : .. ' A: en Boo s| , , <' . .. X '''''''' ê' y'' Bijlage ' ege lef en Format Calamiteitenplan è .,'è . Tegen dit besluit kunnen belanghebbenden ingevolge artikel 7:1 van de Algemene wet bestuursrecht een gemotiveerd bemaarschriq indienen. Dit bemaarschriq moet binnen zes weken na de dag van verzending of uitreiking van het besluit worden toegezonden. Het bezwaar moet worden gericht aan: de Burgemeester van Roûerdam, t.a.v. de Algemene Bemaarschriqencommissie, Postbus 1011, 3000 BA Rotterdam. Krachtens artikel 6:16 van de algemene wet bestuursrecht schorst het bezwaar de werking van dit besluit niet. Gelej hierop kan - als tegen dit besluit bezwaar wordt aangetekend ingevolge artikel 8:81 van de Awb bij de Voorzieningenrechter van de Rechtbank Rotterdâm, sector Bestuursrecht, Postbus 50951, 3007 BM Rotterdam een verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening worden ingediend. Het deelgem|ntekantoor is bereikbaar per metro (halte Oostplein) en tramlijn 21. 8


U2011 - 1178

Afschriqen naar: Arbeidsinspectie, t.a.v. M. Krootjes (dig) Regiopolitie Rooerdam-Rijnmond, District Oost, Horecataken & Evenementen, t.a.v. R. de Brie (dig.) Netwerk Verkeersmarinier, t.a.v. K. van der Heiden (dig) Dienst van Gemeentewerken Werf Kralingen-crooswijk, t.a.v. F. Bierhuize (dig) Brandweer Rooerdam-Rijnmond Oost, Brandveiligheià, t.a.v. P. Pluijmert (dig) Stadstoezicht Rotterdam, t.a.v. J. van Deventer (dig) ROTEB, t.a.v. W. van Tiggele (dig) Sectos Bedrijfsvoering/communicatie Gebiedsteam Kralingen PB Sector Diens|erleningNergunningen ZD en DIM Het deelgemeentekantoor is bereikbaar per metro (halte Oostplein) en tramlijn 21. 9


U2011 - 1178

Format Calamiteitenplan Welk evenement? Datum en tijdstip?


U2011 - 1178

Inhoudsopgave 1


U2011 - 1178

|oofds| 1: llet evenen|ent 1.1 Evenement Welk soort evenement? Op welke dagen en welke tijdstippen? Wat is het programma? Wordt er een |aiboek bijgevoegd? 1.2 Bezoekers Hoeveel bezoekers worden verwacht? Wat is de doelgroep? Is het evenement lokaal, regionnnl of bove|egionaal? Wat is de piektijd voor bezoekers? 1.3 Locatie Welke locatie? Zijn er meerdere locaties? 2


U2011 - 1178

Hoofds|k 2: Medvwerkers Naam orgaisatie'. Contac|ersoon 1: Adres: Postcode.' Plaats: Pos||es'. Telefoo|ummer'. E-mail adres: Websiteë'. Naam orgnnl'satie'. Conàc|ersoon 2: Adres: Postcode'. Plmats: Pos|œes'. Telefoo|llmmer'. E-mail adres: Webshe: 2.1 Funcdes tijdens evenement: Org|satie Num 1 Telefoo||mer: Org|satie Naam 2 Telefoo|ummer: VeiEgheidscoördhator Naam Telefoo|ummer Coördlator Bevei|giqg Naam Telefoo|llmmer : Coördhator EHBO Nnam Telefoo|xlmmer : Politie Nanm Telefoo|ummer.' Bn|nnnger Naam Telefoo|u|er Mn|nlxmmers: Politie 112 Ambul|ce 112 Br|dweer 1 12 3


U2011 - 1178

2.2 Tâken Organisatie De vergunning staat op naam van de org|satie die het evenement org|seert. Deze orga|satie is ve||oordelijk voor het evenement en alles wat er op het evenementent|eh gebeutt. Bij grotere evenementen moeten er 2 con|c|e|onen zijn. Veiligheid%coördinator De veiligheidscoördhator wordt aangesteld door de organisa|e die het evenement orga|seert of mâakt onderdeel uit van deze org|sasie. Taken en verantwoordelij|eden van de veiligheidscoördlator: contacten met coördhator beveiliglg contacten met coördlator EHBO con|cten met brandweer contacten met politie contacten met verkeersregelnnrs in werking zetten van czaml'teitenpl| - melden van calamiteit aan extenw hulpverlenl'ngsdie|ten warschuwen en verznmelen van de nanwezigen op het terrein con|cten met derden (pers, fnmilieleden). Coördinator b|eiliging De coördlator beveiliglg is de tenmleider van de beveiliglgsbeambteh. De beveiliglgsbenmbten zijn in dienst van een gece||ceerd beveiliglgsbeojf Htm cehi|ce|gsnummers moeten voor het evenement doorgegeven worden aan de politie. Coördinator EHBO De coördlator EHBO geeft leiding aan de geéplomeerde E|o-medewerkers. Politie De regiopoli|e Roqerdnm-|jnmond is ve|n|oorde|jk voor het gebied buiten het evenementente|ein. lndien nooAAelijk zal de politie ook op het evenementente|el optreden. Barmanager Aan de bnrmanager is de onthefrmg verleend om zw|-alcoho|che dmnken te schenken. Onder zijn leiding vinden alle drnnk- en horeca-activiteiten plaats. Zijn er nog meer medewerkers be|okken bij het evenement? Verkeersregelnars? BHv-ers? Sewicemedewerkers? Beschrijf hoeveel personen (ongeveer) ingezet worden, wat hun niveau / el'vm|ng is en welke taken ze uit gnan Voeren. 2.3 Communica|e Voor het evenement zal er een briefmg moeten zijn waarbij de politie, de veégheidscoördhator, de coördhator beveiliglg, de coördl'natot EHRO, de verkeeoregelnnrs en de bnrmanager de afspraken bevestigen. Er moet een telefoo|ijst van medewerkers van het evenement beschikbar zijn. Tijdens het evenemeht kan er een cen|le post ingericht worden wnar controle gehouden wordt over het evenement. Voo|g|gsbesprekingen knmnen op regdmatige tijdséppen gehouden worden in de centrale post. Hoe laat en wnar is de bl'ief%ng? Waar zijn de conàc|ergonen / de veilighei|coördhator tijdens het evenement te bereiken? Is er een centrale post? Zijn er voo|g|ggbesprekl'ngen? Hoe laat? Hoe is de commuicatie geregeld met de medewerke| op het terrein? 4


U2011 - 1178

Hoofdstuk 3: Wsico-analyse Ieder evenement kent risico's. Er kan bmnd uitbrekep er kall pazliek uitbrekew de doorsàoming van publiek of verkeer kan geblo|eerd raken |tc. Welke Hsico's zijn er bij het evenement en wat wordt er aan gedaan om deze te voorkomen of te beperken? 1. Brrmd zie hoofdstuk Brand 2. Ongevallen zie hoofdstuk Ongevallen 3. Veiligheid zie hoofds|k Veiligheid 4. Verkeer zie hoofttstzi Verkeer 5. Weersoms|ndigheden zie hoofdstuk Meteo Zijn er nog meer risico's? (Bijvoorbeeld met beèekking tot dierew watemctiviteitew bekende arïiesten, spec|culake activiteiten, uitputting vaxl deelnemers of publiek ovemnchegen). Beschrijf de maa|egelen in de hoofds|en 1 om 5 of voeg een nieuw imofdstuk toe. 5


U2011 - 1178

Hoofdstuk 4: Veiligheid 4.1 Risico's? Welke risico's zijn er bij het evenement? 4.: Bevemging Is er een beveiliglgsbe|jf hgeschAeld? Welk beveiliglgsbeojp Hoeveel beveiliglgsbenmbten zijn er? Wat doen de bevelliglgsbeambten? Zijn er speci|eke vei|ghei|t|en (bijvoorbeeld toezicht p|keergrage, beveiliglg op het watek)? Om de maategelen oveaichtelijk te presenteren, kan voor ieder risico een aparte pnvagnanf opgenomen worden, bijvoorbeeld: 4.3 Prevexdeve maatregden Hoe worden de nooditgangen en vluchèoutes nnngegeven? Hoe worden de nooditg|gen en vluchèoutes Ojgehouden? Is er noodverlichtlg? Is er een nood-sèoomvooaienl'ng? Is er pelluanent toezicht bij de nooduitg|gen? TaaKerdeling Wie con|oleert voor en tijdells het evenement de middelen en oms|digheden? 4.4 Controlemaatregelen Is er toeg|gsconèole? Wordt er gecon|oleerd op leeRijd? Wordt er geconèoleerd via legit|atiebewijs? Wordt er gefoàlleerd? Wnnrop wordt bij de foui|ezing geconèoleerd? Is er controle op drugs / glas / blik / deodomnt? Taaserdeling Wie? 4.5 Afsluiting van het vvenement Hoe laat jluit het schenken va!l alcohol? Hoe laat stopt de muziek? Wat is de rol van de bevei|ging? Taakwerdeling Wie? 4.6 Maatregelen bij vechlardjen Wat wordt er gedaan bij (beginnende) vech||ijen? Taa*erdeling Wie? 4.7 Maa|egelen bij wapens en drugs Wat wordt er gednan als er wapens worden gevonden? Wat wordt er gedaan als er drugs worden gevondel? Taa|erdeling Wie? 6


U2011 - 1178

4.8 Maatregelen bij overmatig alcoholgehrul-k Hoeveel tapptmten zijn er? Wordt overal Nak-alcoholische drank gescho|en? Hoe wordt er voorkomen dat personen onder de 16 jaar alcohol kopen / drinken? Wat wordt er gednzm als geco|àteerd wordt dat personen onder de 16 jnnr alcohol kopen / drinken? Wordt er tot het einde van het evenement gescho|en? Taa|erdeling Wat is de rol van de barm|ager? 4.9 Maatregelen bij ontnllming Hoe vindt een eventuele on|iming plaats? TaaHerdeling Wie ilzformeed hd publiek? 4.10 Maatregden bij paniek Hoe wordt paniek bij het evenement voorkomen? Wat wordt gednnn bij paniek? Taa|erdeling Wie begeleidt het publiek? 7


U2011 - 1178

Hoofdstuk 5: Ongevallen De die|tdoende EH'RO drnngt zorg voor een complete E|o-i|stlg bizmen handbereik op de werkplek. De EHRO Wijgt een duidelijke plek nangewezen. Aan de hand van de aard van het eventuele letsel wordt door de coördhator EIIBO besloten of er h|pdie|ten opgeroepen worden. Van elk ernstig letsel dienen de org|satoren een rapportage op te maken voor nader onderzoek. 5.1 Risico's Welke Hsico's zijn er bij het evenement? Wordt d|gsgebnûk verwaçht? Wordt er specisek letsel verwacht dat wortvloeit lzit de activiteiten tijdens het evenement (bijvoorbeeld sport, vtzut-werk Ktiviœiten op het wateç, weersomqtnndighedep). 5.2 Maatregden Hoeveel E|o-medewerkers zijn en Waar is de Elmo-post gesi|eerd? Worden voor dit evenement speciale vooaienl'ngen getroffen? Is er een huisarts stnnd-by? Wordt er contact gelegd met een zieke|uis? 5.3 Taa|erddhg De cöördlator EHRO zal in eerste irïstrmtie de leiding op zich nemen vânwege zijn functie en de daarbij horende opleiding. Indien er meerdere E|o-medewerkers nnnwezig zijn, zal de coördzator de werHasmheden onderling verdelen waarbij deze zelf het algemene ovel-zicht behoudt. lndien er hulpverlenende instnnties worden opgeroepen zal de leiding worden overge|gen aan de desbeèe|ende leidinggevende ter plaatse. 8


U2011 - 1178

Hoofds|k 6: Brandve|gheid Voor het verkrijgen van een evenementenver|nnl'ng is de organisa|e verplicht te voldoen aan de door de brandweer opgelegde voorschn'||. Deze bestaan uit verschllende aspecten zoals deugdelijke blusapp|m|, duidelijke aandui|gen en goede berelba|heid van vluch|egen en nooduitg|gen. De org|satie is ve||oorde|jk voor de nnnwezigheid van de bovengenoemde o|t|digheden en |ddelen en conœoleert dit voor de start van het evenement. Indien het nooA|elijk is hulpverlenende izlstxtdes in te roepen, zal de leidùlg worden overgedmgen nnn de desbeke|ende commandant ter pl|tsç. 6.1 Risieo's Welke risico's zijn er bij het çvenement? 6.2 Maaœegelen blus|ddelen Welke blusmiddelen zijn Rnnwezig? Zijn er meer vooaieningen getro|en? 6.3 Taa|erdellg: Hoe vindt de conkole pluts van middelen en o||digheden voor en tijdens het evenement? 9


U2011 - 1178

Hoofdsœk 7: Verkeer Er moet een plaûerond bijgevoegd worden waamp duide|jk a|gegeven staat waar pr|eml|tsen en |etsens|llingen gesimeerd worden en via welke toeg|gswegen de bezoekœs het evenement zullen bereoen. Eveneens moeten de vluchèouteg en toegangswegen voor de hulpdie|ten lgetekend worden. 7.1 Risico's? Welke risico's zijn er bij het evenement? 7.2 Maà||elen verkeersdoorstroml'ng Trekt het evenement een lokanl, regionaal of nationaal ppbliek? Wordt naar het evenement ve-ezen? Welke toeg|gswegen worden gebmik? Zijn er verkeergregelnnrs? 7.3 Maatregelen parkeren auto's Hoeveel auto's worden er vemacht? Zijn er voldoende p|keeml|tsen? Hoe worden de prkeeplaatsen a|gegeven? 7.4 Maa|egelen |etsenstamng Hoeveel tietsen worden er ve-acht? Zijn er voldoende pl|tsen waar de fietsen gestald lcnnnen worden? Hoe worden de Seîe|tal|ngen nnngegeven? 7.5 Maatregelen afzet|g wegen 1? Worden er wegen afgezet M t er een o|eidlg voor het openba| vervoer geregeld wordenz? oe Zijn de omwonenden ge'l'nfo|eerd over de verkeersafslui|g? Zijn er verkeersregelnars? 7.6 Vluchtroutes en toegangswegen voor de E|pdiensten Hoe bereoen de hulpdie|ten het evenement? Hoe krm het publiek snel en veilig wenluchïn bij een calnmiteit? 7.7 Taa|erde|g Zijn er verkeersregelnnrs? Hoeveel verkeersregelnsrs zijn er? Wat zijn hun taken? ' H t College van B&W neemt een verkeersbesluit. e 2 Dit aat via de gemeente. g 10


U2011 - 1178

Hoofds| 8: Meteo 8.1 Risico|s? Welke risico's zijn er bij het evenement? 8.2 Maa|egelen hij extreme weersomstan|ighèden Tot welke w'mdsterke tamnen de objecten (podia, tenten, geluids- en Ech|ore|, kermisa|cties) veilig gebrtz| worden? Welke risico's leveren de weersomst|digheden voor de bezoekers of deehemers (uit|oging, onderkoe|g, regen, blibemlslag). Hoe worden de weersvoorspellhgçn in de gaten gçhouden? 8.3 Taakver4eEng Wie houdt de wee|oms|digheden in de gaten? 11


U2011 - 1178

Hoofdstuk 9: Toestem|ngen andere instandes Noteer llier of de benodigde toestemml'ngen zijn verWegen of aangev|gd. Het gaat hier bijvootbeeld om toestemmlg voor het gebruik van een p|iculier terrein, om vuurwerk af te k 11 toestemming van |jbwaterst|t, andere gemeenten etc.) ste e , 12


U2011 - 1178

Hoofdstuk 10: Plaûegronden 13


Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 1 van 23

Recommend Documents