SAMENWERKINGSAGENDA HOEKSCHE WAARD, RIJKSOVERHEID en PROVINCIE ZUID-HOLLAND 2015-2020
Voorstel regio Hoeksche Waard (SOHW en Pact van de Waard d.d. xxxxxxx)
1
1.Inleiding Doel van de notitie In de Hoeksche Waard werken maatschappelijke organisaties, onderwijsinstellingen, ondernemers en Samenwerkingsorgaan Hoeksche Waard (namens de vijf gemeenten) al een aantal jaren nauw samen bij de aanpak van de gevolgen van vergrijzing, ontgroening en bevolkingsdaling in de Hoeksche Waard. Zo hebben genoemde partijen begin 2014 het Pact van de Waard gesloten en een uitvoeringsagenda en -programma opgesteld. Het pact is ondersteund door het ministerie van BZK en de provincie Zuid-Holland door middel van een “letter of agreement”. Het uitvoeringsprogramma is opgenomen in het door de gemeenteraden voor de periode 2015 t/m 2018 opgestelde uitvoeringsprogramma. Deze notitie is bedoeld om de in gang gezette constructieve en succesvolle samenwerking tussen de regio, het ministerie van Binnenlandse Zaken en de provincie Zuid-Holland ook voor de periode 2015-2020 verder vorm te geven. Inzicht wordt gegeven in regionale opgaven per beleidsterrein of thema, de aanpak en de rol en de bijdrage van alle betrokken partijen. Helderheid wordt gegeven over de prioritering en fasering en de concrete behoefte van de regio aan ondersteuning door Rijk en/of provincie bij deze belangrijke opgaven. De notitie heeft de instemming van de deelnemers van het Pact van de Waard en de portefeuillehoudersoverleggen van SOHW. Uitvoering van dit programma is een dynamisch proces waarin concrete acties kunnen leiden tot nieuwe ervaringen en inzichten. Deze kunnen aanleiding zijn tot aanpassing van het programma. Het is dan ook een flexibel programma. Leeswijzer Hoofdstuk 2 gaat kort in op de regionale opgaven in het algemeen zoals beschreven in het Pact van de Waard en in het door de gemeenteraden vastgestelde uitvoeringsprogramma 2015-2018. Hoofdstuk 3 geeft een uitwerking van de regionale opgaven per beleidsterrein met daarin aangegeven doel, projecten, aanpak, planning, betrokken partijen, kosten (aanvullend op door regionale partijen in te zetten menskracht) en de behoefte aan ondersteuning door Rijk en/of provincie. Een uitsplitsing wordt gemaakt in de hoofdstukken Vitale economie (3.1), Onderwijs (3.2), Wonen, welzijn en zorg, Sport (3.4.), Integrale gebiedsontwikkeling Noord- en Zuidrand (3.5.), Integrale opgaven, projecten en activiteiten (3.6.)
2. Regionale opgaven algemeen Demografische ontwikkelingen en trends De bevolkingssamenstelling in de Hoeksche Waard verandert de komende jaren ingrijpend. Er zullen steeds minder jonge gezinnen met kinderen en steeds meer ouderen wonen. Ook op het vlak van wonen, zorg en welzijn zullen de gevolgen merkbaar zijn.
2
Ging het voorheen vooral om de verdeling van de groei, nu is het de uitdaging om andere keuzes te maken en ervoor te zorgen dat de leefbaarheid én de economische vitaliteit in de Hoeksche Waard op peil blijven. We zien dat winkels en bibliotheken langzaam uit de dorpen verdwijnen, dat sportclubs het moeilijk krijgen en dat er onvoldoende leerlingen zijn voor de scholen. Dat heeft een grote impact op bewoners, organisaties en bedrijven. Tegelijkertijd zijn er ontwikkelingen in de samenleving waardoor mensen zich anders gedragen en andere behoeften hebben, bijvoorbeeld door de invloed van internet en de sociale media. Maar ook doordat mensen steeds vaker zelf maatschappelijk actief zijn. Wat willen we bereiken? De uitdaging is om op een goede manier met deze veranderingen om te gaan, samen de gevolgen van ontgroening en vergrijzing op te pakken en de krachten te bundelen. Dit doen we door uitvoering van een gezamenlijk programma. Het programma is voor een deel gericht op het krijgen van meer inzicht in de aard en omvang van de opgaven binnen de verschillende deelgebieden en op hun onderlinge samenhang. Anderzijds gaat het om het ontwikkelen van gezamenlijke visies op de aanpak, resulterend in deelprogramma’s en concrete projecten. Het uiteindelijke doel is dat er voorwaarden worden geschapen voor en richting wordt gegeven aan een verdere structurele samenwerking tussen alle betrokken partijen. Daarbij spelen we in op de veranderende rol van de overheid en een toenemende participatie door maatschappelijke organisaties, bedrijven en burgers. Samenwerking als leertraject De samenwerking tussen partijen zien wij als een leertraject om tot een noodzakelijke cultuuromslag te komen bij overheden, bedrijfsleven en het maatschappelijk middenveld. Bij deze samenwerking heeft de stuurgroep zoals beschreven in het Pact een belangrijk functie. Alle betrokken partijen zijn daar in vertegenwoordigd. De stuurgroep vervult een schakelfunctie tussen alle relevante projecten en initiatieven binnen de Hoeksche Waard die een relatie hebben met de doelstellingen van het Pact van de Waard. Tussen bedoelde partijen bestaan verder nog specifieke vormen van samenwerking veelal gekoppeld aan concrete opgaven of project. Zo werken gemeenten, zorginstellingen, welzijnsorganisaties en de woningcorporatie al geruime tijd intensief samen om de gevolgen van ontgroening en vergrijzing het hoofd te kunnen bieden (Pact van mijn Hart, september 2010)
3
3. AGENDA 3.1. Vitale economie 3.1.1. Verkenning voorwaarden en kansen kwalitatieve economische groei Regionale opgave De demografische ontwikkelingen hebben op meerdere terreinen invloed op de aard en omvang van de bedrijvigheid in de Hoeksche Waard en daarmee op de kwalitatieve economische groei en werkgelegenheid. De Hoeksche Waard wil de bestaande bedrijvigheid behouden door een vraaggerichte aanpak. De economische potenties in het gebied zullen daarom zoveel mogelijk worden benut. Daartoe willen alle betrokken partijen samen verkennen wat de voorwaarden en kansen zijn met het oog op een kwalitatieve groei die goed is afgestemd op de demografische veranderingen die zich aandienen. Vervolgens willen we bezien hoe er door samenwerking kansen kunnen worden benut. Project: Analyse economische structuur (transformatiemonitor) Voor de verkenning van voorwaarden en kansen wordt een analyse gemaakt van de economische structuur van de Hoeksche Waard, waarbij inzicht ontstaat in de concrete economische ambities van de regio, in termen van BRP1. Vervolgens kan er worden ingezoomd op de behoefte aan personeel en op de vraag wie de arbeidsplaatsen in de toekomst gaan invullen met hieraan gekoppeld de vraag: “Welke eisen stelt dit aan het vestigingsklimaat (b.v. bereikbaarheid, woon- en leefklimaat) en het onderwijs?” Vragen die in de verkenning beantwoord worden: Hoe kan innovatie het best gestimuleerd worden in de aanwezige sectoren? Waar is innovatie het meest kansrijk? Hoe kunnen we onze positie in een aantal kansrijke niches nog verder versterken? Welke cross-overs tussen sectoren zijn er zichtbaar? Op welke terreinen zou het goed zijn relaties met andere regio’s te verstevigen? De verkenning houdt rekening met alle relevante ontwikkelingen en projecten in de HW. Gedoeld wordt hierbij op: - de eind 2014 vastgestelde regionale bedrijventerreinstrategie 2015-2020 en de daaruit voortvloeiende concrete uitvoeringsacties - de doorontwikkeling van de webportal bedrijventerreinen www.bedrijfskavelsindehoekschewaard.nl - economische profilering - verbinding met omliggende economische netwerken - vorming van een economische denktank - de innovatieve duurzame landbouw in de HW (o.a. aanpak bodemkwaliteit, biodiversiteit biomassa, biobased economy, verbinding stad en land door voedselketens) - ontwikkelingen op het vlak van toerisme en recreatie 1
Bruto Regionaal Product
4
-
de aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt vooral in technische beroepen.
Het eindresultaat is een integraal actieplan. Aanpak Om de doelstellingen concreet te vertalen wordt een aantal stappen gezet. Daarbij is vanaf de start voldoende draagvlak nodig. Als eerste stap wordt een begeleidingscommissie geformeerd bestaande uit gemeenten/SOHW, bedrijfsleven en onderwijs- en kennisinstellingen. Planning Plan van aanpak en start: 2015 Afronding 2016 Betrokken partijen Bedrijfsleven, gemeenten, provincie, BZK en de verschillende koepels (zoals LTO Noord en de ondernemersvereniging), onderwijs en kennisinstellingen. Kosten Begeleiding, advisering en opstellen eindrapportage: indicatief € 30.000,Ondersteuning Rijk en provincie Aan het ministerie van BZK en de provincie wordt financiële ondersteuning gevraagd ten behoeve van de begeleiding, advisering en het opstellen van de eindrapportage. De provincie wordt tevens gevraagd om betrokkenheid en ondersteuning in het proces. Daarbij gaat het o.a. om het aanleveren en interpreteren van de voor dit traject relevante data. 3.1.2. Versterken retail en detailhandel Regionale opgave In de Hoeksche Waard wonen in de toekomst meer ouderen en minder jongeren. Deze ontwikkeling heeft belangrijke gevolgen o.a. op het vlak van de detailhandel /retail. Daarnaast zorgen de toename van internetaankopen, de economische crisis, schaalvergroting en andere trends ervoor dat detailhandel op het eiland onder druk staat. De gevolgen in de vorm van leegstand van winkelpanden dienen zich aan. Project Transitieatlas detailhandel De regio is met betrokken ondernemers, winkeliersverenigingen en gemeenten in gesprek over de gevolgen van de demografische ontwikkelingen voor de detailhandel en over een mogelijk antwoord hierop vanuit de regio. Daartoe is in februari 2015 gestart met de “Transitieatlas detailhandel”. Deze transitieatlas is een instrument om een dialoog tussen overheid, detailhandel en inwoners over de toekomst van de detailhandel in Hoeksche Waard op gang te brengen. Belangrijke mismatches tussen de vraag naar en het aanbod van winkelvoorzieningen worden zichtbaar gemaakt en denkrichtingen voor oplossingen aangedragen. Het project wordt begeleid door een commissie bestaande uit vertegenwoordigers van gemeenten, ondernemers en de provincie Zuid-Holland.
5
Op 3 juni 2015 vond een eerste drukbezochte interactieve bijeenkomst plaats voor ondernemers, winkeliersverenigingen, makelaars, gemeenten, provincie en diverse andere betrokken partijen. Een vervolgbijeenkomst is gepland in september 2015. De eindresultaten worden verwacht in het laatste kwartaal 2015. Op dat moment zal ook in beeld worden gebracht welke vervolgacties noodzakelijk/wenselijk zijn en op welke manier partijen hier samen vorm aan willen geven. Planning Eindresultaat eerste verkenning en voorstel vervolgtraject: 4e kwartaal 2015. Vervolgacties: 2016 vaststellen gezamenlijk uitvoeringsprogramma. 2017 e.v.: opstarten en realisering projecten Betrokken regionale partijen Ondernemers, SOHW / gemeenten. Kosten De inzet is in 2016 gericht op de totstandkoming van een uitvoeringsprogramma van alle partijen waarbij aansluiting wordt gezocht bij de retailagenda. Voor de verdere vormgeving van deze samenwerking en het opstarten en uitvoeren van acties worden kosten voorzien in verband met procesbegeleiding en inbreng van de noodzakelijke expertise. Raming: indicatief € 45.000,- Kosten: 2017 e.v.: pm Ondersteuning Rijk en provincie BZK en/of EZ: Inzet van middelen en mogelijkheden zoals aangeboden door het ministerie van Economische Zaken in het kader van de Retailagenda. Een bijdrage wordt gevraagd in ieder geval in de kosten van procesbegeleiding en de inbreng van de noodzakelijke expertise. Provincie Zuid-Holland: - financiële bijdrage in kosten vervolgacties - participatie in c.q. betrokkenheid bij vervolgacties en proces - inbreng van en advisering over relevante ontwikkelingen en data. - Faciliteren regionale afstemming en samenwerking tussen betrokken partijen op het vlak van ruimtelijke ordening en detailhandel.
6
3.2. Onderwijs 3.2.1. Regionale opgave primair onderwijs Blijkens prognoses zal het aantal 5-14 jarigen tot 2020 met bijna 20 % dalen en daarna tot 2040 met nog 5 %. Enkele scholen zijn al onder de opheffingsnorm uitgekomen. Doel is het beschikbaar en bereikbaar houden van primair onderwijs. Activiteit Bijzonder en openbaar onderwijs anticiperen feitelijk al op de toekomstige demografische ontwikkelingen in hun plannen en zijn hierover met elkaar in gesprek. Dit is een doorlopende activiteit. Betrokken regionale partijen Onderwijsinstellingen, gemeenten 3.2.3. Regionale opgave afstemming onderwijs en arbeidsmarkt Het streven is om samen met het onderwijs en bedrijfsleven een betere aansluiting tot stand te brengen tussen onderwijs en arbeidsmarkt, vooral in de technische beroepen. Activiteit. Partijen zijn reeds in gesprek over afstemming onderwijs en arbeidsmarkt. Verder zal dit onderwerp deel uitmaken van het project “Transformatiemonitor”. Zie hiervoor in hoofdstuk 3.1.1. Ondersteuning Rijk De ondersteuningsvraag bij de acties onder 3.2.1. en 3.2.2 door BZK en/of OCW zal nog worden geconcretiseerd op basis van de eerste gesprekken en de uitkomsten van de verkenning als bedoeld in hoofdstuk 3.1.1.
7
3.3. Wonen, welzijn en zorg 3.3.1. Langer zelfstandig wonen Regionale opgaven zoals genoemd in nieuwe regionale woonvisie De medio 2015 geactualiseerde regionale woonvisie benoemt de volgende opgaven: - Voor meer mensen mogelijk maken om langer zelfstandig te kunnen blijven wonen. - Zorgen voor voldoende geschikte woningen voor mensen die zorg ontvangen. Dit kan door nieuwbouw en door het aanpassen van de bestaande woningen. - Beperken van het risico van een te grote voorraad eengezinswoningen - Op peil houden van voorzieningen - B bieden van aantrekkelijke huisvestingsmogelijkheden voor starters - Zorgen dat er genoeg betaalbare (huur)woningen beschikbaar zijn. - Energiezuinig (ver)bouwen Bij de actualisering van de woonvisie zijn betrokken SOHW/gemeenten, HW Wonen en zorgorganisaties. De woonvisie zal in de loop van 2015 door de gemeenteraden worden vastgesteld. Uitvoering woonvisie - relatie wonen, welzijn en zorg Om de doelstellingen uit de woonvisie daadwerkelijk te kunnen realiseren willen wij de komende jaren, samen met betrokken partijen aan de slag. Om hieraan duidelijk richting te geven en een optimaal resultaat te kunnen boeken zal voor de periode 2015-2018 samen met de betrokken partijen een uitvoeringsprogramma worden opgesteld. Onderwerpen die daarin aan bod kunnen komen en die in de woonvisie worden vermeld zijn: a. Het opzetten van een gezamenlijke strategie van gemeenten en organisaties voor een meer integrale aanpak en de versterking van de relaties tussen wonen, welzijn en zorg. Daarbij moeten de gevolgen van de transities binnen de zorg in samenhang met wonen en welzijn op de langere termijn scherper in beeld worden gebracht. b. Een actieplan voor de aanpak van de bestaande (particuliere) woningvoorraad in het licht van het “langer zelfstandig wonen”. Elementen daarvan zijn:
In beeld brengen welke woningen niet toekomstbestendig zijn en waar deze zich bevinden. Het opstellen van een (kwalitatieve) monitor voor de (potentiële) verschuivingen van intramuraal naar extramuraal wonen. Gerichtere toewijzing van aangepaste woningen Het opstellen van een stimuleringsprogramma gericht op particuliere woningbezitters voor aanpassingen van de huidige woningen. De ondersteuning van nieuwe particuliere initiatieven op het gebied van andere woonvormen. 8
Bevorderen duurzaamheid bestaande en nieuw te bouwen woningen
c. Regionale prestatieafspraken tussen gemeenten en HW Wonen (uitvoering woningwet). Betaalbaarheid en beschikbaarheid van sociale woningen voor de inwoners die hiervan afhankelijk zijn spelen daarbij in het licht van de veranderde wetgeving een belangrijke rol. d. Heroriëntering op het regionaal woningbouwprogramma op basis van raming en prognoses (1x per 3 jaar) en monitoring van actuele ontwikkelingen (jaarlijks). Planning Plan van aanpak: opstellen uitvoeringsprogramma 2015 Uitvoering plan van aanpak: 2015 / 2018 Betrokken regionale partijen HW Wonen, Zorginstellingen, Welzijnsorganisaties, Ondernemers, eigenarenbewoners, SOHW/gemeenten Kosten Voor de periode 2015: € 10.000,- (procesmanagement, inhoudelijke advisering t.b.v. opstellen uitvoeringsprogramma) 2016 t/m 2018: € 50.000,- per jaar t.b.v. realisering uitvoeringsprogramma (procesbegeleiding en projectleiding/advisering t.b.v. projecten uit het uitvoeringsprogramma) en € 35.000,- in 2016 t.b.v. inhoudelijke ondersteuning bij het in beeld brengen van de transformatieopgaven wonen, zorg en welzijn (transitieatlas) 3.3.2. Gebiedsondernemingen wonen, welzijn en zorg Regionale opgave De traditionele rolverdeling tussen gemeenten en maatschappelijk middenveld verandert. We zien een actievere rol vanuit het maatschappelijk middenveld en ondernemers en een grotere betrokkenheid van inwoners. Dit gaat gepaard met een meer terughoudende en vaak meer faciliterende rol van de gemeenten. Deze nieuwe manier van werken vraagt om een gewenning. Het experimenteren met nieuwe werkvormen levert een positieve bijdrage aan de samenwerking tussen de verschillende partijen. Experiment gebiedsonderneming Een experiment dat in 2014 is gestart betreft het fenomeen “gebiedsonderneming”. In dat jaar hebben HW Wonen, de Stichting Welzijn Hoeksche Waard en Zorgwaard aan STIPO opdracht gegeven om aan de hand van twee pilots te onderzoeken of gebiedsondernemingen een goede oplossing zijn als antwoord op de veranderende samenleving. Zo wordt onderzocht op welke wijze burgerinitiatieven kunnen worden ondersteund en gefaciliteerd, om daarmee te zorgen voor een meer zelfbewust en zelfstandig opererend gebied.
9
Het gaat om gezamenlijk leertraject voor een langere periode waarbij steeds een verbinding zal moeten worden onderhouden tussen de sectoren wonen, welzijn, zorg en de betrokken organisaties en instellingen waar onder ook de gemeenten. De resultaten van het experiment zijn tot nu toe bemoedigend. Inmiddels is het Steunpunt Wonen, Welzijn en Zorg in ’s Gravendeel geopend en ontwikkelt zich dit op een organische manier naar een gebiedsonderneming. Relatie met frontoffices. Tegelijk werken de gemeenten in het kader van de decentralisaties aan de ontwikkeling van frontoffices en wijkteams, zowel voor de Jeugdzorg als de Wmo Inmiddels zijn in de Hoeksche Waard 3 Jeugdteams aan het werk. Het is de bedoeling om daarnaast ook een aantal Wmo teams te formeren. Op de lange termijn zouden de teams in elkaar gevlochten moeten worden. Doelstellingen daarbij zijn :
De frontoffices zijn in staat om alle hulpvragen van de burger aan te pakken. Om al die hulpvragen van de burger aan te pakken zijn de noodzakelijke functionaliteiten in de frontoffices aanwezig De medewerkers werken vanuit het principe één gezin één plan één regisseur. De frontoffices zijn voor de burger op één plek onder één telefoonnummer en met één website bereikbaar.
Daar waar gebiedsondernemingen dus een motor kunnen zijn voor de vormgeving en sturing van maatschappelijke ontwikkelingen zijn de frontoffices een instrument om de bewoners op een nieuwe (minder traditionele) manier van dienst te zijn. Tussen beide ontwikkelingen zal een relatie moeten worden gevonden. Planning vervolg Plan van aanpak vervolg: 2015 2016-2018: uitbreiding met twee gebiedsondernemingen in nauwe samenwerking en afstemming met gemeenten (o.a. in verband met gelijktijdige ontwikkeling zorgloketten (WMO) vanuit de gemeenten) Doorontwikkeling gebiedsondernemingen. Betrokken regionale partijen HW Wonen, Zorgwaard, Stichting Welzijn, gemeenten en SOHW. Kosten Gedurende de looptijd van het experiment is een continue inzet nodig op het niveau van project- en procesmanagement. Het gaat om het verbinden van betrokken partijen, het verzamelen en delen van de relevante kennis en ervaringen en voorbereiden en begeleiden van belangrijke beslis- en evaluatiemomenten. Kosten (aanvullend op inzet eigen middelen) € 50.000, over periode 2016/2018 Ondersteuning Rijk en provincie Financiële bijdrage in kosten project- en procesmanagement van € 50.000,- over de periode 2015 t/m 2017.
10
11
3.4. Sportvoorzieningen en leefbaarheid Regionale opgave sportvoorzieningen Door meer oudere en/of minder leden en vrijwilligers zullen sport- en welzijnsvoorzieningen op een andere manier benut gaan worden. De levensvatbaarheid van de club en de (contributie)inkomsten staan onder druk. Ook de financiële situatie van gemeenten heeft nog invloed op de verenigingen en accommodaties. Naast de demografische transitie speelt er een aantal veranderingen binnen de sportbeoefening die kansen biedt. Gedoeld wordt o.a. op - Trend multifunctioneel gebruik - Sportclub als ontmoetingsplek en sociaal vangnet - Van sport naar sport en bewegen - Groeimogelijkheden binnen specifieke doelgroepen trend multifunctioneel gebruik accommodaties Project Transitieatlas sport en leefbaarheid De regio wil een proces in gang zetten met alle betrokken partijen met als doel: - Het in beeld brengen van mogelijke gevolgen van de demografische ontwikkelingen op sportvoorzieningen nu en op langere termijn (bereikbaarheid, kwaliteit). - Het op gang brengen van een dialoog tussen alle betrokken partijen aan de hand van een aantal scenario’s, kaartbeelden en financiële en vastgoedconsequenties van de scenario’s. Ter sprake komen o.a. - Mismatches vraag en aanbod op diverse sportgebieden - Gevolgen voor mogelijke fusies, financiën, vastgoed (leegstand), afstanden - Samenhang met andere voorzieningen zoals zorg en welzijn - Te hanteren waarden en normen en criteria voor sport, bereikbaarheid, financiering en kwaliteit. - Innovatieve oplossingen De uitkomsten van de transitieatlas vormen de basis om met elkaar vervolgstappen af te spreken waarmee binnen de sportsector concrete resultaten kunnen worden bereikt. Daarbij kunnen meerdere instrumenten worden ingezet die thans beschikbaar worden gesteld door het ministerie van VWS samen met NOC*NSF het NISB en andere partijen. Aanpak Bij aanvang van het traject worden heldere afspraken gemaakt tussen betrokken partijen over de organisatorische aspecten, taak- en rolverdeling en ondersteuning van het project. Betrokken regionale partijen: Gemeenten, SOHW en lokale en regionale sportorganisaties. Planning Duur minimaal vier tot zes maanden in de periode 2017 / 2018
12
Kosten: € 30.000,- (indicatief) Ondersteuning Rijk (BZK, VWS, NOC*NS) en provincie Bijdrage in kosten /Transitieatlas sport Gebruik gegevens uit kennis- en informatiesysteem KISS (NOC*NSF) Open clubsessies (NOC*NSF) Procesbegeleiding
13
3.5. Integrale gebiedsontwikkeling (noordrand en zuidrand) 3.5.1. Doorontwikkeling waardenketens Hoeksche Waard Gebiedsontwikkeling als regionale opgave Veel van wat recent bij gebiedsontwikkeling vanzelfsprekend was, is snel uit zicht verdwenen. De regionale opgave is om ontwikkelingen weer op gang te brengen en te houden met nieuwe financiële arrangementen en nieuwe coalities tussen publiek, privaat en particulier. Waardenketens zijn schakelingen tussen gebiedskwaliteiten, onderling verbonden mensen en door hen geproduceerde producten en diensten. Een waardenketen brengt nieuw verdienend vermogen voort, versterkt de gebiedskwaliteiten en genereert een collectieve betrokkenheid. Deze drievoudige opbrengst lokt vervolgens weer nieuwe ketenrelaties en economische en landschappelijke investeringskansen uit. Project Hoeksche Waardenmakerij In 2013 en 2014 is er in het kader van het project ‘Hoeksche Waardenmakerij aan de Delta’ geëxperimenteerd met nieuwe vormen van gebiedsontwikkeling. Hierbij stonden geen visies van overheidspartijen centraal maar de ideeën van diverse initiatiefnemers. Via de koppeling van de initiatiefnemers ontstaat een versterking van de ontwikkeling, de zogenaamde waardenketens. Het betreft initiatieven op meerdere terreinen (landschap, recreatie, toerisme, cultureel erfgoed en de vitaliteit in de dorpen. De projecten binnen de waardenketens worden uitgewerkt en waar mogelijk uitgevoerd. Op dit moment wordt volop gewerkt aan de doorontwikkeling van de waardenketens. Tegelijkertijd wordt de vernieuwde aanpak in de noordrand van de Hoeksche Waard uitgerold. De onderwerpen zijn onder andere energieke samenleving, regionale planologie en bottom-up initiatieven (out of the box thinking). De ervaringen, opgedaan met deze nieuwe manier van (samen)werken, dienen als voorbeeld voor de aanpak van vergelijkbare opgaven in de HW. Kennisdeling en onderlinge afstemming is daarbij van belang. Planning 2015 en 2016: Vormen van waarden ketens voor de noordrand van de Hoeksche Waard Uitbouwen van de waardenketens, door realisatie van verbinding en samenwerking tussen lokale waardenketens en het hogere schaalniveau Versnellen van waardenketens, door zoeken naar oplossingen voor ruimtelijke vraagstukken Kennisdeling en uitwisseling over waardenketens. Betrokken regionale partijen Initiatiefnemers, gemeenten en SOHW. Ondersteuning Rijksoverheid Ministerie van I&M heeft adviesbureau V3-AP een vervolgopdracht gegeven om ondersteuning te geven aan de doorontwikkeling van de waardenketens inclusief de inventarisatie van de belemmerende regelgeving. 14
Centrale inzet voor het vervolg is het uitbouwen van enkele waardenketens van het lokale naar het (boven) regionale schaalniveau, onder meer het leggen van verbindingen en samenwerking met institutionele partijen buiten het gebied. Het ministerie zal feitelijke en inhoudelijk ondersteuning bieden in de vorm van kennis en expertise en/of het leggen van contacten met andere initiatieven binnen het ministerie 3.5.1. Doorbreken belemmerende regelgeving Regionale opgave Het doorbreken van belemmerende regelgeving is gekoppeld aan deeltrajecten daar waar bestaande regelgeving de meest gewenste aanpak in de weg staat. Aan de hand van specifieke projecten kan hiermee ervaring worden opgedaan. Aanpak. Er zullen een of meer concrete projecten worden aangedragen waarin de behoefte aan het opheffen van belemmerende regelgeving. Voor de zuidrand zijn twee projecten geselecteerd. Bij deze projecten wordt in beeld gebracht waar we ruimte kunnen bieden met een goede balans tussen sturen en loslaten. Nagegaan wordt wat initiatiefnemers als belemmerend ervaren en wat hiervan de oorzaken zijn. Vervolgens worden de dillema’s geïnventariseerd die (gemeentelijke) bestuurders ervaren bij het toepassen van regelarme projecten. Voorstellen voor oplossingen worden besproken met betrokkenen. Planning 2015/2016 Onderzoek en experimenteren loslaten of vereenvoudigen van regelgeving bij de twee geselecteerde projecten Streven om geselecteerd te worden als “ontslakkingsproject” Betrokken regionale partijen Afhankelijk van specifieke onderwerp en/of project. SOHW vervult coördinerende rol in deze. Ondersteuning Rijksoverheid en provincie Zuid-Holland Inzicht in ervaringen elders en mogelijkheden die geboden worden door wetgever / beleidsmakers (Rijk en provincie) op dit vlak is gewenst. Kennisdeling en juridische advisering is nodig. Ministerie van I&M heeft adviesbureau V3-AP een vervolgopdracht gegeven om ondersteuning te geven aan de doorontwikkeling van de waardenketens inclusief de inventarisatie van de belemmerende regelgeving. Indien blijkt dat regelgeving de voortgang van de projecten onnodig belemmert kan een project of meerdere projecten deel uit gaan maken van het initiatief van de ministeries I&M en BZK: “houd het eenvoudig, maak het beter’. Hieraan zijn voor de gemeente wel kosten verbonden.
15
3.6. Integrale opgaven, projecten en activiteiten 3.6.1. Samenwerking regionaal en met hogere overheden Regionale opgave Intensieve samenwerking tussen alle betrokken partijen is een belangrijke voorwaarde om de doelen van het Pact van de Waard te kunnen realiseren. Bij deze samenwerking is een andere manier van werken en een andere taak- en rolverdeling noodzakelijk. Het is een leertraject gericht op een noodzakelijke cultuuromslag bij overheden, bedrijfsleven en het maatschappelijk middenveld. Voor de samenwerking zijn kaders afgesproken binnen het Pact van de Waard en het Pact van mijn Hart. Ook is de totstandkoming van het meerjarenprogramma SOHW 2015-2018 en de daaruit voorvloeiende jaarprogramma’s gebaseerd op samenwerking en afstemming tussen partijen. Ondersteuning Rijksoverheid en provincie a. Extra inzet ter ondersteuning samenwerking De regionale samenwerking vraagt voor de komende jaren in toenemende mate inzet op het vlak van procesbegeleiding, coördinatie en inhoudelijke deskundigheid. Enerzijds gaat het om faciliteren van diverse min of meer gestructureerde overleggen, anderzijds om het samenbrengen van partijen, de intersectorale afstemming en de afstemming met bovenregionale ontwikkelingen. Een en ander vraagt om een grote en continue inzet van betrokken partijen. Een centrale rol hierbij vervullen tot op heden het SOHW en gemeenten. Extra inzet en ondersteuning is nodig tenminste ter ondersteuning van de samenwerking binnen het Pact van de Waard en de Kerngroep Wonen, Welzijn en Zorg. Kosten € 50.000,- per jaar t.b.v. extra ondersteuning samenwerking tussen partijen binnen het Pact van de Waard. b. Informatievoorziening, coördinatie en vertaling beleidsrelevante informatie naar lokale en regionale situatie Voor alle hiervoor genoemde projecten en trajecten is het van belang dat goede en relevante actuele informatie wordt gedeeld op regionaal en bovenregionaal niveau. De Hoeksche Waard wil daarom graag actief participeren in bovenlokale kennisplatfora en netwerken (o.a. leerkring anticipeerregio’s). Informatie dient te worden vertaald en geïnterpreteerd naar de lokale en regionale situatie. Zo nodig wordt een beroep gedaan op het Aanjaagteam Langer Zelfstandig Wonen dat is ingesteld door de minister voor Wonen en Rijksdienst en de staatssecretaris VWS. Gebruik wordt gemaakt van de kennis en ervaring vanuit Platform 31 (o.a. experimentenprogramma “Langer Thuis”.
16
Van BZK en PZH wordt een faciliterende, coördinerende en adviserende rol gevraagd. De coördinerende rol betreft o.a. de afstemming tussen de verschillende ministeries en de provincie waar het gaat om de verschillende geldstromen t.b.v. de aanpak van de gevolgen van de demografische ontwikkelingen. Gestreefd wordt daarbij naar een optimale inzet en resultaatgerichte inzet van de beschikbare kennis en middelen.
3.6.2. Regioprofilering Regionale opgave De Hoeksche Waard heeft inwoners, recreanten, toeristen en bedrijven veel te bieden. Dat is buiten de Hoeksche Waard echter nog onvoldoende bekend. De regio wil de Hoeksche Waard op de kaart te zetten op het gebied van bedrijvigheid, wonen, natuur, cultureel erfgoed en recreatie en om daarmee de vitaliteit in het gebied te vergroten. Digitaal platform Verschillende organisaties uit de Hoeksche Waard hebben de handen ineen geslagen om de regio beter te profileren. De aanpak richt zich in eerste instantie op het realiseren van een groot aantal ambassadeurs uit het gebied zelf. Dit gebeurt via de directe en indirecte vulling van een digitaal platform. Er is niet gekozen voor een standaard top-down profileringsaanpak. Afhankelijk van hoe de Hoeksche Waarders zelf de handschoen oppakken wordt er vanuit een extern bureau DMdesk bijgestuurd. De eerste concrete resultaten zijn te vinden via:
https://www.facebook.com/dehoekschewaard www.dehoekschewaardishetwaard.nl
Planning Het is een doorlopende activiteit. Betrokken regionale partijen De profileringsaanpak wordt gefinancierd en aangestuurd vanuit de partijen HWWonen, Zorgwaard, Rabobank, OHW, CSG De Waard en SOHW. 3.6.3. Uitreiken vliegwielprijs Regionale opgave: stimuleren innovatieve samenwerking De integrale aanpak om te anticiperen op de bevolkingsverandering vraagt om een gezamenlijke inzet van alle betrokken partijen: overheden, maatschappelijk middenveld, bedrijfsleven en niet in de laatste plaats de bewoners zelf. Vliegwielprijs Om de innovatieve samenwerking te stimuleren is het initiatief genomen voor de jaarlijkse uitreiking van de ‘Vliegwielprijs’ voor het meest innovatieve samenwerkingsproject in het kader van de uitvoeringsagenda. Betrokken regionale partijen OHW, Zorgwaard, Welzijn HW en SOHW. 17
Planning Doorlopende activiteit 3.6.4 Experiment persona’s Regionale opgave Anticiperen op de demografische ontwikkelingen vraagt om het samen ontwikkelen van visie en het samen zetten van concrete stappen. Daarvoor is nodig dat betrokken partijen eenzelfde beeld hebben over de doelgroepen en wat er op lange termijn nodig is om te kunnen voorzien in de behoeften. Experiment persona’s Om het denken in doelgroepen en de discussies over wat er nodig is in de dorpen en kernen in de HW te vergemakkelijken heeft Samenwerkingsorgaan Hoeksche Waard in het kader van het project ‘Hoeksche Waardenmakerij aan de Delta’ diverse persona’s ontwikkeld. Persona’s zijn doelgroep typeringen van ‘vlees en bloed’ waarmee de vaak abstracte begrippen als ‘oorspronkelijke bewoners’, ‘starters’ of ‘hoger opgeleiden’ een gezicht krijgen. De doelen en karakteristieken van mensen zijn daarbij bepalend voor deze persona’s. Deze persona’s vormen een hulpmiddel bij de verdere beleidsontwikkeling in de regio. De persona’s zijn in 2015 ontwikkeld en gepresenteerd aan de meest betrokken partijen in de regio. Bezien wordt in hoeverre en op welke manier de persona’s verder kunnen worden doorontwikkeld en geïntegreerd in discussies en trajecten gericht op het toekomst bestendig maken van de Hoeksche Waard (wonen, welzijn, zorg, etc.) Vooralsnog wordt samen met Platform 31 nagedacht in welk traject de persona’s het beste kunnen worden ingezet en de hoogste meerwaarde opleveren. Planning 2015 - verder onderzoek naar mogelijkheden doorontwikkeling en integratie in relevante beleidstrajecten. 2016 - Afhankelijk van de uitkomsten van het onderzoek in 2015 doorontwikkeling en integratie in beleidstrajecten Betrokken regionale partijen Ondernemers (OHW), zorginstellingen, welzijnsinstellingen, HW Wonen, gemeenten/SOHW. Kosten pm Ondersteuning Rijksoverheid 2016: Inbreng expertise t.b.v. doorontwikkeling en integratie in beleidstrajecten afhankelijk van de uitkomsten van de verkenning in 2015 van mogelijkheid en wenselijkheid.
18