'Samenwerken aan een gezond Krimpen'
Preventieprogramma 2016-2019
Inhoudsopgave Voorwoord……………………………………………………………………………… Pag. 3 Inleiding…………………………………………………………………………………. Pag. 4 Aanleiding……………………………………………………………………………….. Pag. 5 Hoofdstuk 1: Beleidsmatige basis……………………………………………………. Pag. 7 Hoofdstuk 2: Speerpunt Voorkomen en bestrijden van eenzaamheid……………. Pag. 10 Hoofdstuk 3: Speerpunt Veilig Thuis ……………………………………………….. Pag. 13 Hoofdstuk 4: Speerpunt Bevorderen van de psychische gezondheid ………..... Pag. 15 Hoofdstuk 5: Speerpunt Voorkomen en bestrijden van verslavingen……………...Pag. 16 Hoofdstuk 6: Speerpunt Voorkomen en bestrijden van overgewicht en diabetes …………………..…………………………………………………………. Pag. 18 Hoofdstuk 7: Financiën, monitoring en toetsing……………………………………. Pag. 19 Bijlagen: Lijst met afkortingen……………………………………………………………… Pag. 21 Voortgangsrapportage “Samenwerken aan een gezond Krimpen”………… Pag. 22
2
Voorwoord 'Samenwerken aan een gezond Krimpen' is het motto van voorliggend Preventieprogramma. De tweeledigheid van deze titel vat goed samen hoe de uitvoering in de komende vier jaar aan de orde zal dienen te zijn: samenwerken en gericht op het bijdragen aan een gezond en gelukkig Krimpens kind, de Krimpense oudere, enzovoorts. Het is de inhoudelijke basis van ons sociaal beleid: een sterke(re) preventieve basis die zich uiteindelijk zal dienen te vertalen in het minder hoeven in te zetten van zorg. Samenwerken vanuit het besef dat het streven naar optimale gezondheid vooral plaats dient te vinden in het samenspel tussen gemeente, sportverenigingen, kerken, ouders, maatschappelijke organisaties, scholen, ondernemers en jongeren. Alleen dán is er kans van slagen. Niet van uit de beleving dat we vooral iets moeten doen, maar vooral ook iets willen (betekenen). Het ombuigen van ongewenste ontwikkelingen en het bevorderen van gewenst gedrag. Dit alles vanuit een individuele, maar tegelijkertijd ook collectieve verantwoordelijkheid. Want daar doen we het voor (het tweede element van de programmatitel): de gezondheid van de Krimpenaren. Gezondheid als een kostbaar iets, waarvan maar al te vaak van toepassing is dat eenmaal opgelopen gezondheidsschade onomkeerbaar is. Daarom is het te meer belangrijk om de gezondheid van onze Krimpense kinderen en volwassenen juist ook in het preventieve kader een duidelijke plaats te geven en daaraan concrete actie te verbinden. Veel gebeurt er al: we willen de komende jaren vooral ook praktijkgericht instappen op de ervaringen die wij of ketenpartners op doen. Het Preventieprogramma richt zich op het benoemen van de vraagstukken waarop inzet zal gaan plaatsvinden. De concrete invulling zal van jaar tot jaar blijken en tot stand dienen te komen in samenspraak met de in de tweede alinea van dit voorwoord genoemde partijen. De complexiteit van de diverse problematiek is veelal fors; de mate waarin succes kan worden geboekt vooral gebaseerd op de wijze waarop de partijen in Krimpen aan den IJssel zich aan elkaar in de praktijk weten te verbinden. Bij dit alles wel met de nuchtere constatering dat een algeheel voorkomen van problemen niet zal plaatsvinden. Het Nationaal Preventie Programma spreekt niet voor niets over het 'ombuigen of bevorderen van gesignaleerde trends'. Het voorliggende preventieprogramma voorziet in een concrete opsomming van preventieve programma-elementen. Met een duidelijke focus die zich richt op het tegengaan van eenzaamheid en sociaal isolement, het verdergaand terugdringen van obesitas, het uitvoeren van verslavingspreventie, het bevorderen van psychische gezondheid en een dam opwerpen tegen het toenemend aantal gevallen van huiselijk geweld. Stuk voor stuk hard nodig en als zodanig ook in de dagelijkse praktijk herkenbaar. De Kracht van Krimpen zal naar mijn overtuiging verder worden versterkt door de acties die voortkomen uit het Preventieprogramma. Marco Oosterwijk Wethouder Volksgezondheid, Jeugd en Wmo
3
Inleiding Eind 2011 werd de nota gezondheidsbeleid “Samenwerken voor gezondheid” voor de periode 20122015 vastgesteld. In navolging van het toen vigerende rijksbeleid lag de nadruk van het lokaal gezondheidsbeleid op de onderstaande speerpunten: 1. Terugdringen van overgewicht en diabetes 2. Depressie, eenzaamheid en isolement; 3. Terugdringen verslavingen Halverwege de looptijd is een voortgangsrapportage verschenen waarin verslag werd gedaan over de uitvoering van de nota. Deze rapportage is als bijlage opgenomen. Vervolgens verscheen in 2014 de rapportage “Gezondheid in kaart”. De GGD Rotterdam-Rijnmond rapporteert eens per 4 jaar over de gezondheidssituatie in de regio en ook specifiek over de regiogemeenten. Aan de hand van zogenoemde “kernboodschappen” wordt advies uitgebracht over het te voeren gezondheidsbeleid. Deze beleidsadviezen zijn 1 op 1 verwerkt in dit preventieprogramma, waarmee de uitgangspunten van dit programma direct zijn verankerd in zowel het regionaal als landelijk beleid. Tot slot is eind 2014 het beleidsplan ‘Kracht van Krimpen Sociaal Domein 2015-2019’ vastgesteld. In dat kader werd besloten geen nieuwe nota volksgezondheid te ontwikkelen, maar om aan te sluiten bij bovenstaand beleidsplan door de formulering van een uitvoerings- of preventieprogramma. Wij sluiten hiermee aan op de landelijke trend. In 2014 is op verzoek van de Tweede Kamer het Nationaal Preventie Programma opgezet, met als doel verschillende partijen samen te brengen die bijdragen aan een betere gezondheid van inwoners. Leeswijzer In het eerste hoofdstuk wordt de relatie gelegd met de landelijke en lokale beleidskaders. In de hoofdstukken 2 tot en met 6 beschrijven de speerpunten. Advies vanuit de GGD en signalen van 1 professionals vormen daarvoor de basis. Vervolgens wordt in hoofdstuk 7 vermeld de te continueren projecten en de beschikbare budgetten voor nieuwe initiatieven. Tot slot wordt vermeld op welke wijze de effecten worden gemonitord.
1
Professionals in dit kader zijn bijvoorbeeld politie, huisartsen, CJG, KST, Kwadraad etc.
4
Aanleiding De Wet publieke gezondheid (Wpg) en de Wet op het bevolkingsonderzoek (Wbo) vormen het belangrijkste wettelijke kader om de gezondheid van de bevolking te beschermen of te bevorderen. Publieke gezondheidszorg is op grond van de Wpg een gezamenlijke verantwoordelijkheid van gemeenten en de landelijke overheid. Zij vervullen daarin zowel eigen als complementaire taken. De Wpg omschrijft publieke gezondheidszorg als “gezondheidsbeschermende en gezondheidsbevorderende maatregelen voor de bevolking of specifieke groepen daaruit, waaronder begrepen het voorkomen en het vroegtijdig opsporen van ziekten”. De Wbo regelt de preventieve of vroegtijdige opsporing van kanker en onbehandelbare aandoeningen. De wet is ingesteld om mensen te beschermen tegen onnodige of te belastende screening. Ministerie van VWS bestuurlijk verantwoordelijk voor preventie De landelijke overheid heeft vanuit de grondwet de taak (artikel 22) om maatregelen te treffen ter bevordering van de volksgezondheid. De minister van VWS is verantwoordelijk voor het formuleren van beleidsdoelen en het inzetten van instrumenten en actoren om deze te bereiken. Ook is de minister verantwoordelijk voor een doelgerichte, effectieve en doelmatige uitvoering van taken (Tweede Kamer, 2003). Wat is preventie? Preventie is het geheel van doelbewuste initiatieven die anticiperen op risicofactoren (= handelen voordat het probleem ontstaat) en ageren wanneer de eerste signalen zich ontwikkelen 2 en de problematiek aan het ontstaan is . Wat is het doel van preventie? Het doel van preventie is te zorgen dat mensen gezond blijven door hun gezondheid te bevorderen en te beschermen. Ook heeft preventie tot doel ziekten en complicaties van ziekten te voorkomen of in een zo vroeg mogelijk stadium op te sporen. Preventieve interventies worden op verschillende locaties 3 uitgevoerd, vooral in de zorg, op school, in de wijk en op de werkplek . Preventiecyclus is basis voor Nederlandse gezondheidsbeleid De basis voor het Nederlandse gezondheidsbeleid is de preventiecyclus. Dit is een vierjarige beleidscyclus die is vastgelegd in de Wpg. De preventiecyclus houdt kort samengevat het volgende in: Het RIVM brengt elke vier jaar de Volksgezondheid Toekomst Verkenning (VTV) uit. Deze verkenning geeft een beeld van de volksgezondheidstoestand in Nederland, onder andere op basis van epidemiologische gegevens. Aan de hand van dat beeld stelt de minister van VWS een landelijke nota gezondheidsbeleid vast, met de landelijke prioriteiten op het gebied van de publieke gezondheidszorg. In 2014 is de nieuwste landelijke nota gezondheidsbeleid gepubliceerd. De Inspectie voor de Gezondheidszorg houdt toezicht op de vormgeving van het gezondheidsbeleid en publiceert de Staat van de Gezondheidszorg.
2 3
Bron: www.wikipedia.org Bron: www.nationaalkompas.nl
5
Gemeenten hebben bestuurlijke taken voor publieke gezondheidszorg Vanuit de Wpg zijn gemeenten bestuurlijk verantwoordelijk voor de volgende taken op het gebied van de publieke gezondheidszorg: algemene bevorderingstaken (artikel 2), zoals de afstemming van de publieke gezondheidszorg met de curatieve gezondheidszorg, epidemiologie, gezondheidsbevordering en medische milieukunde; jeugdgezondheidszorg tot 19 jaar (artikel 5); ouderengezondheidszorg vanaf 65 jaar (artikel 5a); infectieziektebestrijding (artikel 6). De beleidsvrijheid die de gemeente hierbij heeft, verschilt per taak. Op het gebied van jeugdgezondheidszorg (basistakenpakket) en infectieziektebestrijding zijn de taken van de gemeente duidelijk omschreven en laat de Wpg weinig ruimte voor eigen beleid. Wat verwachten we van elkaar? Alle inwoners, maar ook scholen, kerken, sportverenigingen etc. hebben een verantwoordelijkheid om bij te dragen aan een sterke Krimpense samenleving (hoofdstuk 5, beleidsplan Sociaal Domein 20152019). Daarnaast betekent dit dat we de inwoners, scholen etc. zonodig aanspreken op deze verantwoordelijkheid; zo spreken we bijvoorbeeld ouders aan op hun primaire verantwoordelijkheid voor het gezond en veilig opgroeien van hun kind(eren). Onze gemeentelijke rol is er immers op gericht de samen- en eigenkracht te faciliteren en te versterken en waar nodig steun te bieden.
6
Hoofdstuk 1 Beleidsmatige basis 1.1.
Landelijk beleid
1.1.1. Volksgezondheid Toekomst Verkenning e In 2014 verscheen de 6 editie van de Volksgezondheid Toekomst Verkenning (VTV), een uitgave van het RIVM. In VTV rapporteert het RIVM elke vier jaar over de ontwikkeling van de volksgezondheid in Nederland. De VTV geeft een overzicht van ziekte en gezondheid, preventie, zorg en beleid. Het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport gebruikt de VTV om de landelijke nota gezondheidsbeleid op te stellen. In de rapportage staan vier opgaven voor de volksgezondheid centraal:
Iedereen zo lang mogelijk gezond houden en zieken beter maken. Kwetsbare mensen ondersteunen en maatschappelijke participatie bevorderen. Autonomie en keuzevrijheid stimuleren. De zorg betaalbaar houden.
Eén van de trends die de VTV onderscheidt, is dat de meeste ziektelast wordt veroorzaakt door psychische stoornissen, hart- en vaatziekten en roken. Binnen deze hoofdgroepen veroorzaken coronaire hartziekten de meeste ziektelast gevolgd door diabetes mellitus, beroerte, angststoornissen, COPD (chronische bronchitis en longemfyseem), longkanker, stemmingsstoornissen en nek- en rugklachten. De ziektelast is hoog als de ziekte vaak voorkomt, lang duurt, relatief ernstig is en/of veel sterfte veroorzaakt. Roken is verreweg de belangrijkste oorzaak van sterfte en ziekte (met 13% van de ziektelast), gevolgd door overgewicht, weinig bewegen en ongezonde voeding. Het percentage volwassen rokers daalt en zal volgens het trendscenario verder dalen, van 23% in 2012 naar 19% in 2030. Voor overgewicht lijkt vooralsnog een eind te komen aan de jarenlange stijging. Het percentage mensen met overgewicht blijft onverminderd hoog (48%). Een op de drie Nederlanders beweegt weinig en dit zal ook in 2030 zo zijn. Naast leefstijl zijn ook de sociale en fysieke omgeving van belang voor het ontstaan van ziekte. Zo dragen ongunstige arbeidsomstandigheden en milieufactoren elk voor ongeveer 5% tot 6% bij aan de ziektelast. Omgeving kan echter ook leiden tot meer gezondheid, bijvoorbeeld door het aantrekkelijk maken van openbare ruimten voor fietsen, sporten en 4 buitenspelen . 1.1.2. Nationaal Preventie Programma In het verlengde van de VTV is in 2014, op verzoek van de Tweede Kamer, het Nationaal Preventie Programma (NPP) “Alles is gezondheid” opgezet. Het NPP maakt een keuze voor enkele speerpunten, gebaseerd op 6 trends. De ambities voor ons lokale preventieprogramma sluiten aan bij de landelijke ambities en betreffen het ombuigen of het bevorderen van gesignaleerde onderstaande trends.
4
Bron: Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2014
7
1.2.
Lokale basis
1.2.1. Beleidsplan ‘Kracht van Krimpen Sociaal Domein 2015-2019 In de vergadering van 11 december 2014 heeft de raad het beleidsplan ‘Kracht van Krimpen Sociaal Domein 2015-2019’ vastgesteld. In hoofdstuk 6 van dit beleidsplan wordt ingegaan op het thema preventie; “Om op eigen kracht mee te doen, is het nodig dat we meer inzetten op preventie, zodat grote(re) problemen worden voorkomen. Immers voorkomen is beter dan genezen. Preventie levert op de langere termijn kostenbesparing op en het geeft meer kwaliteit van leven.” Door een sterke basis, preventie en het tijdig inzetten van basishulp willen we bereiken dat minder mensen gebruik moeten maken van zware dure zorg. Uitgangspunt daarbij is dat inwoners in eerste instantie zelf verantwoordelijk zijn voor het zoeken naar oplossingen. Heb je hulp nodig? Doe eerst vanuit eigen kracht een beroep op je sociaal netwerk. En zijn er mensen in je sociale netwerk die hulp nodig hebben? Help anderen! We helpen elkaar. Door een sterke basis, preventie en het tijdig inzetten van basishulp willen we bereiken dat minder mensen gebruik moeten maken van zware dure zorg. Schematisch ziet dat er als volgt uit:
1.2.2 Speerpunten Het beleidsplan Sociaal Domein 2015-2019 kondigt in dit kader een preventieprogramma aan. Om te kunnen focussen op de juiste inspanningen binnen het brede preventieve veld, vinden wij het noodzakelijk speerpunten vast te stellen (we kunnen niet alles!). Dit kiezen doen wij op grond van landelijke trends (Volksgezondheid Toekomst Verkenning en het Nationaal Programma Preventie “Alles is gezondheid”), lokale ambities (beleidsplan ‘Kracht van Krimpen Sociaal Domein 2015-2019’, de beleidsadviezen van de GGD en signalen vanuit onze toegang Sociaal Domein. Dit resulteert voor dit preventieprogramma in de volgende speerpunten: 1. 2. 3. 4. 5.
Het voorkomen en bestrijden van eenzaamheid en sociaal isolement; Het voorkomen van huiselijk geweld (kinder- en ouderenmishandeling). Het bevorderen van de psychische gezondheid; Het voorkomen en bestrijden van verslavingen; Het voorkomen en bestrijden van overgewicht en diabetes;
1.2.3 Preventie- en handhavingsplan voor de uitvoering van de drank- en horecawet 20152018 De einddoelgroep van het preventie- en handhavingsplan zijn jongeren en jongvolwassenen tot 24 jaar. Het accent ligt nadrukkelijk op de groep onder de 18 jaar. Het is bekend dat het risico op gezondheidsschade door alcoholgebruik het grootst is onder de 18 jaar. Jongeren onder de 18 jaar zijn fysiek nog niet geheel volwassen en onder andere de hersenen zijn nog volop in ontwikkeling. Alcohol kan deze ontwikkeling schaden. Met dit gegeven in het achterhoofd heeft de centrale overheid de leeftijdsgrens voor verkoop én bezit van alcohol verhoogd naar 18 jaar. Het toezicht op (en ondersteunen bij) de naleving van deze leeftijdsgrens is een belangrijk element binnen het gemeentelijk preventie- en handhavingsbeleid.
8
Voor 18-24 jarigen gaat het vooral om het voorkomen van overmatig alcoholgebruik. De uitgaansavonden zijn hierbij een belangrijk risico moment. Naast gezondheidsproblematiek is 5 veiligheidsproblematiek een belangrijke motivatie om aandacht te besteden aan deze leeftijdsgroep . 1.2.4 Sportagenda 2015-2019 Op 11 juni 2015 heeft de gemeenteraad de Sportagenda 2015-2019 vastgesteld. Sport is voor velen een belangrijk doel op zich wat we ondersteunen door het beschikbaar stellen van diverse sportvoorzieningen. Daarnaast is sport een zeer waardevol middel om maatschappelijke doelen zoals gezondheid, leefbaarheid en sociale integratie en cohesie te beïnvloeden of te verbeteren. Waar mogelijk willen wij sport inzetten om de doelen vanuit de nota Sociaal Domein te realiseren. Dit betekent dat wij projecten ondersteunen die gericht zijn op participatie en de gezondheid (m.n. overgewicht) van speciale doelgroepen, zoals jeugd, senioren en gehandicapten. 1.2.5 Speelruimtebeleid In december 2011 heeft de gemeenteraad het Speelruimtebeleidsplan vastgesteld. In dit plan is de volgende missie geformuleerd: De gemeente Krimpen aan den IJssel richt de openbare ruimte zo in dat de jeugd (0-17 jaar) de mogelijkheid wordt geboden buiten te spelen, te bewegen en te ontmoeten op een manier die bij zijn/haar wensen en behoeftes past. 1.2.6 Professionals én vrijwilligers Het beleidsplan ‘Kracht van Krimpen Sociaal Domein 2015-2019’ vermeldt dat de professionals binnen het sociaal domein dienen waar mogelijk vrijwilligers in te zetten, bijvoorbeeld door inzet van het maatjesproject. Professionals zijn wat ons betreft lerende professionals in een lerende organisaties. In principe hebben zij de opdracht om zich zelf “overbodig” te maken. 1.3. Dynamische methode Binnen het beleidsplan ‘Kracht van Krimpen Sociaal Domein 2015-2019’ is vastgelegd dat we werken volgende het PDCA-principe (Plan, Do, Check, Act). In relatie tot het preventieprogramma betekent dit dat we de doelen binnen het sociaal domein als focus houden. Vanuit de actoren zoals KrimpenWijzer en Krimpens Sociaal Team ontvangen we signalen, waardoor doelen niet bereikt kunnen worden. In overleg met bijvoorbeeld de KrimpenWijzer gaan we dan op zoek naar oplossingen in het vrijwillig kader. Als dit niet tot het gewenste resultaat leidt, is professionele inzet mogelijk. Concreet komt deze methode in de praktijk tot uitdrukking: We streven naar een goede gezondheid. Van wijkverpleegkundigen krijgen we het signaal dat ouderen in toenemende mate niet ontbijt, met als (mogelijk) gevolg een verslechtering van de gezondheid. Naar aanleiding van dit signaal is contact gezocht met ContourdeTwern en met hen zijn enkele vrijwilligers gevonden die samen met de oudere het ontbijt willen verzorgen. Met deze vrijwillige inzet is een professionele, vaak dure, maaltijdvoorziening niet nodig. 1.4. Ontwikkelingen De manier waarop we onze preventieve activiteiten vormgeven, is divers. De hoofdlijn is gericht op het realiseren van verbinding met de diverse doelgroepen, waarbij fysieke ontmoeting en voorlichting aan 6 de orde is, maar wij realiseren ons tegelijkertijd ook dat nieuwe concepten, zoals E-health meer en meer belangrijk zullen worden. Wij oriënteren ons daarop, ook in het preventieve spoor.
5
Preventie- en Handhavingsplan voor de uitvoering van de Drank- en Horecawet 2015-2018 E-health: digitaal aanbod van gezondheids(zorg)informatie en interventies zoals voorlichting, advies-op-maat, lotgenotencontact etc. E-health probeert beter aan te sluiten bij de “digitale leefstijl” van een groeiende groep mensen, waaronder jongeren. 6
9
Hoofdstuk 2
“Het voorkomen en bestrijden van eenzaamheid”
Eenzaamheid is het gevoel alleen te zijn, van geïsoleerd te zijn van 'de anderen'. Onderzoekers omschrijven eenzaamheid als het ervaren verschil tussen gewenste en aanwezige contacten. Er wordt wel onderscheid gemaakt tussen sociale en emotionele eenzaamheid of tussen situationele en duurzame eenzaamheid. Het is goed te beseffen dat eenzaamheid iets anders is dan sociaal isolement. Eenzaamheid is een gevoel, sociaal isolement een situatie. Anders gezegd: er is wezenlijk verschil tussen alleen zijn, en je alleen voelen. De meeste mensen die eenzaamheid beschrijven noemen het een gevoel van verdriet, van leegte. Veel mensen die eenzaamheid ervaren hebben dat de eerste keer ondervonden doordat ze gescheiden werden van hun ouders of verzorgers. Het gevoel van machteloosheid dat daarbij optrad blijft gekoppeld aan het gevoel van eenzaamheid. Dat maakt dat eenzaamheid hardnekkig is: mensen voelen zich (ten onrechte) niet bij machte hun situatie en hun emoties te veranderen. Het kan ertoe leiden dat iemand het leven zo inricht, dat die gevoelens worden vermeden, door het vermijden van contacten met anderen. Contact maken is dan zeer bedreigend, en hier moet dan ook de oplossing voor eenzaamheid niet worden gezocht. Bron: Rapport Gezondheid in kaart 2014
2.1. Huidig beleid We willen Krimpenaren stimuleren om actief te participeren in een levendige sociale omgeving. Iedere Krimpenaar moet naar eigen vermogen mee kunnen doen. De verschillende acties die nodig zijn in het sociaal domein (bijvoorbeeld het tegengaan van eenzaamheid) vraagt om regie: het bewust vormgeven van de samenwerking en het doen van gerichte (bestuurlijke) interventies om de 7 noodzakelijke samenwerking te stimuleren . De doelgroepen zijn allen die in meer of mindere mate niet zelfredzaam zijn. Het uitgangspunt van de gemeente en haar partners is dat iedereen (naar vermogen) meedoet en dat het gaat om het versterken van de burgerkracht. Dat betekent dat de mogelijkheden van de cliënt centraal staan, niet de beperkingen. Er zal ruimte zijn voor diversiteit in ondersteuning van de doelgroep(en), waarbij het versterken van eigen kracht en bevorderen van de inzet van het sociaal 8 netwerk van de doelgroep voorop staat. De ondersteuning is daarbij een middel en geen doel op zich . Het beleid is gericht op de versterking van het netwerk van de inwoner. Het gaat dan om zaken als: het bevorderen van informele netwerken in de wijk, de ondersteuning van vrijwilligers en mantelzorgers, het bieden van ontmoeting, ontspanning en beweging aan inwoners, het stimuleren van initiatieven van bewoners. 2.2. Stand van zaken Eenzaamheid is in Nederland een groot maatschappelijk probleem. Er is sprake van een toename van eenzaamheid in de regio. Hoewel volwassenen in Krimpen aan den IJssel zich in vergelijking met de regio minder vaak eenzaam en minder vaak sociaal uitgesloten voelen, is er onder volwassenen wel sprake van een toename van eenzaamheid ten opzichte van 2008. In 2012 was bijna 40% van de Nederlandse bevolking van 19 jaar en ouder eenzaam, 30% matig en ruim 8% ernstig of zeer ernstig eenzaam. In de regio Rotterdam-Rijnmond waren meer eenzame mensen dan gemiddeld in Nederland (45% versus 40%). De GGD adviseert in het lokale beleid aandacht te besteden aan de toegenomen eenzaamheid onder volwassenen.
7 8
Bron: Beleidsplan “Kracht van Krimpen, Sociaal Domein 2015-2019” Bron: Visiedocument Sociaal Domein 2013-2016
10
2.3. Wat wordt er al gedaan? In de loop van de tijd zijn veel initiatieven ontwikkeld. Voorbeelden hiervan zijn: Seniorenadviseur (preventief huisbezoek, vroegtijdige signalering etc), diverse wijk- en inloopcentra, activiteiten vanuit ContourdeTwern (zoals het Maatjesproject, Steunpunt Mantelzorg en de Formulierenbrigade) Daarnaast kennen we ook nog de Verhalengroep, het project “Kwetsbare ouderen, samen redzaam, de Belbus en de ketenzorg “Dementie”. 2.4. Wat gaan we concreet verder doen? De GGD adviseert in het lokale beleid aandacht te (blijven) besteden aan de toegenomen eenzaamheid onder volwassenen. We continueren daarom de projecten die momenteel al worden uitgevoerd. In het licht van de toenemende problematiek gaan we daarnaast de komende 4 jaar uitvoering geven aan de volgende projecten:
“Bakkie doen” Het sociale netwerk uitbreiden van kwetsbare inwoners van Krimpen aan den IJssel, die zelfstandig wonen of toewerken naar het zelfstandig wonen. Dit kan doormiddel van het ophalen van de deelnemers of samen afspreken. “Open inloop palliatieve zorg” Een laagdrempelige plek in Krimpen aan den IJssel creëren waar mensen in de palliatieve fase en hun mantelzorgers warmte, aan dacht en ondersteuning (lotgenoten contact) ontvangen. Waardoor mogelijk eenzaamheid kan worden voorkomen of worden beperkt. Doelgroep: Alle mensen die in de palliatieve fase van hun leven verblijven (ongeacht het ziektebeeld) en de mantelzorgers die ondersteuning nodig hebben.
“Café van toen en nu” Met het Café van Toen en Nu willen we duurzame verbindingen tot stand brengen tussen mensen die behoefte hebben aan de uitbreiding van hun sociaal netwerk. Dit kunnen mensen zijn die eenzaam zijn door verlies, mensen die door psychische of fysieke beperking moeite hebben om zelf een sociaal netwerk op te bouwen, ouderen voor wie de wereld steeds kleiner wordt, mensen die huis en haard hebben moeten verlaten om in Krimpen een nieuw bestaan op te bouwen, en ook mensen die bijvoorbeeld uit een andere gemeente afkomstig zijn en hun weg in Krimpen nog moeten vinden Door
het organiseren van themabijeenkomsten in het Streekmuseum willen wij hen met elkaar in contact brengen. Deze thema’s zullen verbonden zijn met de rijke cultuurhistorie van de streek.
“Paraplu” en “Jaarlijkse aanbedag”
12x/jaar een bezoek aan een wijk (eens per maand), vanuit deze bezoeken kunnen wijkprojecten ontstaan zoals een brunch, sportactiviteit, creatieve activiteiten. Net wat de bewoners op dat moment aan geven behoefte aan te hebben. Deze wijkprojecten zullen in eerste instantie begeleid worden door 1 of meerdere van de professionele organisaties tot zij het idee hebben dat de bewoners het verder alleen af kunnen. Zo kan het dus voorkomen dat er na een aantal bezoeken er meer activiteiten uit voort komen dan de 12 bezoeken die in eerste instantie gepland zijn. Er wordt veel ingestoken op het gebruiken van je eigen talenten voor elkaar, diensten voor elkaar, en de hulpvragen/wat leeft er in de wijk. De bezoeken aan de wijk zijn op wisselende tijdstippen (afhankelijk van de wijk) en wisselende dagen (door de weeks en in het weekend). Bij de direct omwonenden zal aangebeld worden met de vraag of zij zin hebben in een kopje koffie, een ijsje in de zomer, of een kopje soep in de winter. De betrokken organisaties kunnen aansluiten met hun huidige aanbod aan activiteiten om het bezoek nog meer aandacht te geven; het jongerenwerk zal bijvoorbeeld bij een aantal activiteiten aansluiten met sport- of creatieve activiteiten. 11
Doelstellingen: o Professionals hebben onderling sterker contact; weten elkaar beter te vinden. o Bewoners leggen laagdrempelig contact met professionals. o Verzamelen van ideeën en/of behoefte uit de wijk en promoten van de KrimpenWijzer. o Bewoners leggen contact met elkaar. Langere termijn: Bewoners kunnen (met ondersteuning van professionals) elkaar ondersteunen. Effect Voorkomen en/of verminderen van eenzaamheid Bovenstaande projecten komen voort uit de gemeentelijke conferentie rond het thema “eenzaamheid”.
12
Hoofdstuk 3 “Veilig Thuis” Huiselijk geweld is geweld dat door iemand uit de huiselijke- of familiekring van het slachtoffer wordt gepleegd. Hieronder vallen lichamelijke en seksuele geweldpleging, belaging en bedreiging (al dan 9 niet door middel van, of gepaard gaand met, beschadiging van goederen in en om het huis) . Kindermishandeling is 'elke vorm van voor een minderjarige bedreigende of gewelddadige interactie van fysieke, psychische of seksuele aard, die de ouders of andere personen ten opzichte van wie de minderjarige in een relatie van afhankelijkheid of van onvrijheid staat, actief of passief opdringen, waardoor ernstige schade wordt berokkend of dreigt te worden berokkend aan de minderjarige in de 10 vorm van fysiek of psychisch letsel' . Ouderenmishandeling is niet alleen lichamelijke of psychische mishandeling. Ook bijvoorbeeld 11 verwaarlozing en financiële uitbuiting vallen hieronder. 3.1. Huidig beleid Huiselijk geweld, waaronder ouderen- en kindermishandeling, pakken we aan. Veiligheid staat voorop! We doen dat door de nieuwe structuren in het sociaal domein zodanig in te richten dat er oog is voor het veiligheidsaspect. We bundelen de ondersteuning en bieden deze efficiënt aan vanuit het Krimpens Sociaal Team. Het team is er voor alle Krimpenaren. Huiselijk geweld vraagt nadrukkelijk ook de aandacht van dit team. Binnen het Krimpens Sociaal Team borgen we lokaal de kennis. Daarnaast behouden en borgen we ook de specialistische kennis en expertise die in de regio aanwezig is. Het Krimpens Sociaal Team is de link met deze regionale voorzieningen. De aanpak van huiselijk geweld vraagt om een geïntegreerde inzet van zowel preventiemaatregelen, als het bieden van hulp, inzet van straf- en bestuursrecht en monitoring. 12
3.2. Stand van zaken Geweld in de privésfeer is de omvangrijkste geweldsvorm in Nederland. In Krimpen aan den IJssel is 1,6% van de 19- tot en met 64-jarigen in het afgelopen jaar slachtoffer geweest van huiselijk geweld en 0,6% van de 65-plussers. In de regio (exclusief Rotterdam) zijn deze percentages respectievelijk (1,0% en 0,3%). In 2012 zijn in Krimpen aan den IJssel 125 meldingen gedaan bij het Advies- en Steunpunt Huiselijk Geweld en Lokale Teams Huiselijk Geweld. Dit komt neer op 43 meldingen per 10.000 inwoners. Veilig Thuis Vanaf 1 januari 2015 is er in de regio Rotterdam één centrale en regionale bureaudienst voor burgers en professionals die huiselijk geweld of kindermishandeling vermoeden. Eén meldpunt dus en één landelijk telefoonnummer (0800-2000) voor burgers en professionals voor (vermoeden van) huiselijk geweld en kindermishandeling. Veilig Thuis kent drie decentrale gebiedsteams ter grootte van de huidige centrumgemeentelijke regio's, te weten Rotterdam, Spijkenisse en Vlaardingen. In een samenwerkingsverband werken we de komende twee jaar lang op regionaal niveau samen aan het samenvoegen van het Advies-, en Meldpunt Kindermishandeling (AMK) en de drie Steunpunten Huiselijk Geweld.
9
Bron: www.huiselijkgeweld.nl Bron: www.kindermishandeling.nl 11 Bron: www.rijksoverheid.nl 12 Bron: www.rotterdamrijnmondincijfers.nl 10
13
Er is hiervoor een businessplan opgesteld. Naast het verlenen van advies en informatie doet het meldpunt onderzoek naar aanleiding van een melding van huiselijk geweld of kindermishandeling. Ook beoordelen de professionals welke stappen nodig zijn. Het meldpunt schakelt passende hulpverlening in en informeert zo nodig de politie en de Raad voor de Kinderbescherming. Wanneer het meldpunt een casus overdraagt aan de Raad voor de Kinderbescherming, verloopt dit in de regel via het Jeugdbeschermingsplein (zie hier onder). Hierdoor is de gemeente op de hoogte. In alle gevallen zorgt het meldpunt voor terugkoppeling aan de melder van huiselijk geweld en/of kindermishandeling. 3.3. Wat wordt er al gedaan? Doordat mensen steeds langer thuis moeten blijven wonen, neemt ook de druk op de mantelzorger, vaak de partner, toe. Zeker wanneer overbelasting dreigt, kan het gevaar voor fysiek geweld reëel worden. Vandaar ook dat daar aandacht voor gevraagd wordt. In de achterliggende jaren is hierop al veel inspanning gepleegd, met als resultaat onder andere een Steunpunt Mantelzorg, het Maatjesproject (respijtzorg) en een Seniorenadviseur. Om signalen van geweld en-of uitbuiting vroegtijdig te herkennen, hebben alle medewerkers van de KrimpenWijzer en het Krimpens Sociaal Team een specifieke training gevolgd. 3.4. Wat gaan we concreet verder doen? Op huiselijk geweld rust nog een groot taboe. Veel slachtoffers verzwijgen de problemen uit angst of 13 schaamte . In dit licht is het bekende aantal meldingen waarschijnlijk slechts het spreekwoordelijke topje van de ijsberg. De GGD pleit voor aandacht voor mantelzorgers in dit kader. Door de toenemende druk op mantelzorgers kan het risico op huiselijk geweld toenemen. Door overbelasting te voorkomen, kan dit risico verlaagd worden. De ondersteuning van mantelzorgers krijgt in onze gemeente al inhoud door projecten als het Maatjesproject. In het voorjaar van 2016 zal, naar voorbeeld van de eenzaamheidsconferentie van juni 2015, een soortgelijke conferentie worden georganiseerd rondom het thema “Huiselijk Geweld”. Ingezet zal worden op het verbeteren van bewustwording, signalering en voorlichting. Hierbij willen we ook meer zicht krijgen op de ‘blinde vlekken’ die er mogelijk zijn, Voorbeelden hiervan kunnen zijn de intergenerationele overdracht van problemen, maar ook loverboy-problematiek. Wat voorlichting betreft zijn landelijk al de nodige publiciteitscampagnes georganiseerd. Projecten in dit kader moeten vooral bijdragen aan het bespreekbaar maken van huiselijk geweld en financiële uitbuiting en een vroegtijdige signalering ervan. Belangrijk is dat professionals, zoals seniorenadviseurs, thuiszorgmedewerkers, maar ook de woningcorporatie en predikanten en scholen, worden getraind in het herkennen van signalen die wijzen op mishandeling en/of uitbuiting.
13
Aldus professionals, zoals politie en huisartsen
14
Hoofdstuk 4 “Het bevorderen van de psychische gezondheid”
Bij een optimale psychische gezondheid is er sprake van succesvol functioneren wat resulteert in productieve activiteiten, bevredigende relaties met anderen en de mogelijkheid tot aanpassen en 14 omgaan met tegenslagen .
4.1. Huidig beleid We zetten in op preventie, ondersteuning, hulp en zorg aan jeugdigen en ouders bij opgroei- en opvoedingsproblemen, psychische problemen en stoornissen. De jeugdgezondheidszorg, pedagoog en het schoolmaatschappelijk werk (SMW) werken nauw samen. Zij richten zich op de opvoeders en op het ondersteunen van de mede-opvoeders. Bijvoorbeeld door collegiale consultatie, themabijeenkomsten, trainingen etc. Het realiseren van een positief opvoedklimaat is voor ons een belangrijke opdracht. Op de scholen is, naast de jeugdgezondheidszorg (zwaartepunt bij medische kant), voor de kinderen, jongeren en ouders ook schoolmaatschappelijk werk actief. Het schoolmaatschappelijk werk en de jeugdgezondheidszorg zijn dé verbinding tussen school en de professionals jeugdhulp. We houden rekening met de noodzaak van meer preventieve maatregelen 15 om te voorkomen dat inwoners daadwerkelijk psychische problemen ontwikkelen . Hierbij richten we ons vooral, maar zeker niet uitsluitend, op interventies voor de jeugd. 4.2. Stand van zaken Vergelijkbaar met de regio en Nederland loopt ongeveer vier op de tien volwassenen in Krimpen aan den IJssel een matig of hoog risico op een depressie of angststoornis. Preventieve maatregelen kunnen voorkomen dat inwoners daadwerkelijk psychische problemen ontwikkelen. Het aandeel 4- tot 12-jarigen met een verhoogd risico op psychosociale problemen is in Krimpen aan den IJssel 11%. Van de 12- en 13-jarigen heeft 8% een verhoogd risico. Beide percentages zijn vergelijkbaar met het regionaal gemiddelde. Aandacht voor psychische gezondheid voor deze doelgroep is nodig door preventie al op jonge leeftijd te starten. Volgens de ouders vecht of pest 5% van de 4- tot en met 11-jarigen in Krimpen aan den IJssel vaak andere kinderen. Het kaartje hieronder toont de percentages kinderen in de basisschoolleeftijd die zelf getreiterd of gepest worden. Op het voortgezet onderwijs wordt, gemiddeld in de regio, 10% van de jongeren gepest. Een even groot aandeel geeft aan zelf te pesten. Uitgescholden worden en het vertellen van leugens zijn de meest voorkomende vormen van pesten. Van de jongeren wordt 0,7% via internet gepest. 4.3. Wat wordt er al gedaan? Vanuit de KrimpenWijzer / CJG-netwerk worden regelmatig cursussen aan op het gebied van opvoeden opgroeiondersteuning en weerbaarheidstrainingen georganiseerd. Ook zaken als passend onderwijs en Voor- en vroegschoolse educatie (VVE) leveren een bijdrage aan het voorkomen of vroegtijdig signaleren van problemen. Maar ook Stichting SynerKri en Stichting Jeugd- en Jongerenwerk bieden activiteiten aan zoals assertiviteits- en weerbaarheidstrainingen etc. 4.4. Wat gaan we concreet verder doen? 16 De verschillende professionals signaleren in toenemende mate de negatieve gevolgen van vooral social media. Zo komt (digitaal) pesten steeds vaker voor en jongeren vertonen verontrustend gedrag op social media. Daarnaast vragen professionals aandacht voor de impact die een echtscheiding op kinderen heeft. Kinderen hebben vaak moeite met de scheiding van hun ouders en uiten dit in hun 17 gedrag. Vaak heeft dit ook z’n weerslag in de leerprestaties. De GGD concludeert dat de omvang van het probleem in Krimpen aan den IJssel vergelijkbaar is met de regio. Zij adviseert in te (blijven) zetten op preventieve maatregelen, ter voorkoming van daadwerkelijke psychische problemen. We continueren daarom het huidige aanbod. Daarnaast willen we meer aandacht schenken aan (online)pesten en loverboyproblematiek. 14
Bron: www.nationaalkompas.nl Bron: Beleidsplan “Kracht van Krimpen, Sociaal Domein 2015-2019” Voorbeelden van professionals in dit kader zijn: scholen, CJG, Jeugd- en Jongerenwerk 17 Bron: Menukaart GGD 2014 15
16
15
Hoofdstuk 5 “Het voorkomen en bestrijden van verslavingen” Verslaving Een definitie van verslaving is: een onweerstaanbare behoefte om middelen te gebruiken, onafhankelijk van de lichamelijke behoefte. De term verslaving is populair in het alledaagse spraakgebruik. De wetenschappelijke en meer neutrale term is “afhankelijkheid”. Men spreekt van verslaving als iemand:
steeds meer nodig hebt van een bepaald middel om hetzelfde effect te bereiken; ontwenningsverschijnselen krijgt als men niet gebruikt. Dit kunnen lichamelijke verschijnselen zijn, zoals zweten of trillen. Of geestelijke verschijnselen zoals onrustig zijn of in paniek raken als het middel niet wordt gebruikt; gebruikt om ontwenningsverschijnselen tegen te gaan. Je moet gebruiken om je goed te voelen.
Andere risico's en problemen Verslaving is niet het enige risico van middelengebruik. Misbruik van middelen leidt ook tot veel problemen in de samenleving. Denk bijvoorbeeld aan agressie op straat en gebruik van geweld in de thuissituatie. En aan ongelukken op het werk en in het verkeer. En aan ziektes (zoals hart- en leverziekten) waar alcohol de belangrijke oorzaak van is. Bron: www.vnn.nl 5.1. Huidig beleid Het voorkomen van verslaving (o.a. roken, alcohol en drugs) in welke vorm dan ook begint bij het voorlichten en weerbaar maken. Dit laatste is vooral, maar niet uitsluitend, van groot belang bij jongeren. Er is veel gebeurd op het terrein van voorlichting aan jongeren en ouders. Het wijkteam Krimpen van de politie en het ambulant jongerenwerk spreken jongeren aan op hun gebruik van alcohol en drugs. Er wordt op dit terrein veel samengewerkt. 18
5.2 Stand van zaken 5.2.1. Alcohol Alcohol is het meest gebruikte en meest wijdverbreide genotmiddel in Nederland. Alcoholgebruik heeft schadelijke gevolgen voor de drinker zelf (zoals leveraandoeningen en verhoogde kans op kanker), maar het levert ook risico's op voor de omgeving (gezin en werk) en de maatschappij (verkeer en uitgaan). In Nederland drinkt 12% van de 19- t/m 65-jarigen en 6% van de 65+-ers overmatig alcohol. Mannen drinken overmatig als zij meer dan 21 glazen alcoholische drank per week drinken, voor vrouwen is dat meer dan 14 glazen per week. In Krimpen aan den IJssel ligt het percentage personen van 17 tot 23 jaar met een overmatig alcohol gebruik op 4%. Voor de leeftijdscategorieën 19-64 en 65+ ligt dit percentage voor beide groepen op 7%. Mensen met alcoholproblematiek blijft de grootste groep hulpvragers in de verslavingszorg. Van de ruim 65.000 hulpvragers in Nederland in 2013 zijn er ongeveer 30.000 die met een primaire alcoholhulpvraag aankloppen. Er is wel sprake van een daling. Het aantal hulpvragers is 3% minder dan in 2012. Deze daling vindt plaats in de groep van 25-55 jaar. Het aantal hulpvragers voor alcoholproblematiek in Nederland is 18,1 per 10.000 inwoners. In Krimpen aan den IJssel was dit in 2012 15,0 per 10.000 inwoners. 5.2.2. Roken Roken is een belangrijke determinant van gezondheid en de belangrijkste oorzaak van vroegtijdige sterfte. Het terugdringen van het percentage rokers en het beschermen van de niet-rokers is het doel van het rookbeleid van de overheid. In Krimpen aan den IJssel rookt 22% van de 19- t/m 64-jarigen en 11% van de 65-plussers. Het percentage mannen (19 jaar en ouder) dat rookt is 22%, onder vrouwen is dit 16%.
18
Bron: rapportage Gezondheid in kaart 2014
16
5.2.3. Drugsgebruik Over het algemeen ligt het drugsgebruik onder jongeren onder het regionaal gemiddelde. Alleen onder VMBO-leerlingen ligt het drugsgebruik (zowel soft- als harddrugs) boven dit regionaal gemiddelde. Het gebruik van zowel soft- als harddrugs ligt onder volwassenen ruim onder het regionaal gemiddelde. 5.2.4. Overige verslavingen Vanuit de professionals krijgen we signalen dat internet- en gameverslaving in toenemende mate voor komt, maar kwantitatieve gegevens ontbreken nog op dit moment. 5.3. Wat wordt er al gedaan? Jaarlijks vindt op scholen voorlichting plaats op het gebied van verslavingspreventie. Scholen kunnen deze voorlichting laten verzorgen door een aanbieder naar keuze. Het CJG en Stichting Jeugd en Jongerenwerk Midden Holland bieden periodiek weerbaarheidstrainingen aan, die vooral gericht zijn op kinderen en jongeren om zodoende kinderen en jongeren weerbaar te maken tegen bijvoorbeeld (het gebruik van) genotsmiddelen en hen te leren om op verantwoorde wijze om te gaan met social media. Recent is ook een voorlichting verzorgd binnen een kerkelijke gemeenschap. De gemeente heeft deze voorlichting gefaciliteerd. 5.4. Wat gaan we concreet verder doen? 19 Professionals signaleren een fors alcohol- en/of drugsgebruik onder jongeren tot 18 jaar. Daarnaast steken relatief nieuwe verslavingen, zoals een game- of internetverslaving, steeds vaker de kop op. 20 De GGD adviseert in te zetten op preventie van alcoholgebruik en roken onder de jeugd. Hoewel de categorie jeugdigen specifiek wordt benoemd, verdiend de categorie mensen van 65 jaar en ouder ook aandacht, omdat het percentage dat overmatig alcohol drinkt met 7% iets boven het landelijk gemiddelde (6%) ligt. We continueren daarom de voorlichtingspreventie binnen het onderwijs, waarbij ook aandacht zal worden geschonken aan andere verslavingen (game – en internetverslaving) en de rol van de ouder(s). Daarnaast gaan we uitvoering geven aan de doelstelling van de sportnota in dit kader: Voorlichting aan de sportverenigingen over diverse thema’s zoals over de manier van verstrekken van alcohol in de kantines, het omgaan met (soft)drugs gebruik. Tevens gaan we contact leggen of met de diverse kerkelijke gemeenschappen, met als doel om o.a. gezamenlijk vraagstukken op dit terrein te benaderen. Tot slot gaan we voorlichting verzorgen specifiek gericht op ouderen in relatie tot alcoholmisbruik.
19 20
Voorbeelden van professionals in dit kader zijn: politie, Jeugd- en Jongerenwerk, scholen Bron: Menukaart GGD 2014
17
Hoofdstuk 6
“Het voorkomen en bestrijden van overgewicht (obesitas) en diabetes”
Obesitas Verwante en min of meer synonieme termen zijn overgewicht, zwaarlijvigheid, vetzucht, corpulentie, dikheid. Obesitas is een medische aandoening waarbij zich zoveel lichaamsvet heeft opgehoopt dat dit een negatief effect kan hebben op de gezondheid. Dit kan leiden tot een kortere levensverwachting en/of meer gezondheidsproblemen. Mensen met een body mass index (BMI) hoger dan 30 worden als obees beschouwd. De BMI wordt berekend door het lichaamsgewicht in 21 kilo's te delen door het kwadraat van de lengte in meters . Diabetes is een stofwisselingsziekte, waarbij een te grote hoeveelheid suiker in het bloed aanwezig is als gevolg van een stoornis in de suikeropname. Mensen met diabetes mellitus krijgen na een aantal jaren te maken met complicaties van de grote bloedvaten, zoals hart- en vaatziekten, of complicaties aan de kleine bloedvaten. Vaak treden complicaties aan de kleine bloedvaten van de ogen (diabetische retinopathie, blindheid), nieren en zenuwen op. Mensen met diabetes ervaren hun 22 kwaliteit van leven als slechter dan mensen zonder chronische aandoening . 6.1 Huidig beleid Het terugdringen van overgewicht en diabetes wordt zowel aangepakt door aandacht voor gezonde voeding, het breed stimuleren van lichaamsbeweging en sportieve vrijetijds-besteding, het aantrekkelijk maken van de openbare ruimte voor beweging als ook door de inzet van projecten, die zich vooral richtten op doelgroepen met risico’s voor overgewicht en een inactieve leefstijl. Deze projecten werden opgezet binnen samenwerkingsrelaties en steunden daar ook op. De aanpak van diabetes is een zaak van de gezondheidszorg zelf. Omdat bewegen goed is voor het voorkomen van diabetes, steunt de gemeente meer en intensiever bewegen. 6.2. Stand van zaken In Krimpen aan den IJssel heeft 13% van de volwassenen obesitas en van de 4-12-jarigen is dit 2%. Dit is vergelijkbaar met de regio. Het percentage kinderen van 2 jaar en jonger met overgewicht ligt op 6%. In het bijzonder voor deze laatste doelgroepen blijft een brede aanpak gericht op voeding en het beweeggedrag nodig. Het aantal ouderen met obesitas ligt op 11%. Dit is lager dan het regionaal 23 gemiddelde. 6.3. Wat wordt er al gedaan? Op dit terrein wordt door verschillende partijen al veel gedaan. Voorbeelden van initiatieven die een bijdrage leveren aan de doelstellingen van dit speerpunt zijn het aanbod van sportstimuleringsactiviteiten van Stichting SynerKri, de buurtsportactiviteiten van Stichting Jeugd- en Jongerenwerk en de verschillende activiteiten in zwembad De Lansingh. Daarnaast worden vanuit de KrimpenWijzer diverse voorlichtingsactiviteiten georganiseerd op het gebied van gezonde voeding. 6.4. Wat gaan we concreet verder doen? De GGD adviseert blijvende aandacht voor het overgewichtsprobleem. Door voedings- en beweeggedrag breed aan te pakken, kan de gerealiseerde stabilisatie vastgehouden worden. Tevens adviseert men aandacht te blijven schenken aan preventie van diabetes, niet in de laatste plaats omdat diabetes (voor een groot deel) te voorkomen is. De professionals pleiten eveneens voor goede voorlichting over gezonde voeding, waarbij vanzelfsprekend bestrijding van overgewicht, maar ook ondergewicht (bij met name ouderen) punt van aandacht is. We continueren daarom de bestaande activiteiten en zullen daarnaast een actief beleid voeren om projectmatig specifieke groepen kinderen en volwassenen te stimuleren tot meer bewegen en mogelijke toeleiding tot de sportverenigingen en/of commerciële sportaanbieders. We zoeken daarvoor de groepen op dichtbij hun eigen leefomgeving, bijvoorbeeld het aanbieden van sport- en beweegactiviteiten op de schoolpleinen.
21
Bron: wikipedia.org Bron: Dienst Gezondheid & Jeugd .nl 23 Bron: rapportage Gezondheid in kaart 2014 22
18
Hoofdstuk 7 7.1.
Voortzetten, vernieuwen en bewaken
Te continueren projecten
Project
Speerpunt
Seniorenadviseur Ontmoetingcentra Maatjesproject Steunpunt Mantelzorg Formulierenbrigade Belbus Ondersteuning minderheden, zoals ondersteuning van inloophuis Crimpen Inn, Stichting WIJ en Stichting Kulan Ketenzorg dementie Ontmoetingscentrum dementie
Eenzaamheid & Veilig Thuis Eenzaamheid Eenzaamheid & Veilig Thuis Eenzaamheid & Veilig Thuis Eenzaamheid Eenzaamheid Eenzaamheid
Aanbod CJG, zoals assertiviteitstraining, voedingsvoorlichting, opvoedingstraining etc. Aanbod SynerKri, zoals sportkennismaking en assertiviteitstraining. Aanbod Stichting Jeugd en Jongerenwerk, zoals sportkennismaking en assertiviteitstraining en voorlichting Verslavingspreventie binnen het onderwijs Aanbod zwembad De Lansingh Plusproducten GGD, w.o. specialistische ondersteuning Lokaal Team Huiselijk Geweld en advisering bij vervuilingsproblematiek Aanbod Context (activiteiten ter voorkoming van psychische problemen) Verhalengroep
Professioneel of vrijwillig accent Professioneel Vrijwillig Professioneel en Vrijwillig Professioneel en Vrijwillig Vrijwillig Vrijwillig Vrijwillig
Eenzaamheid Eenzaamheid, Veilig Thuis & Psychische gezondheid Psychische gezondheid, Verslaving, Overgewicht,
Professioneel Professioneel en Vrijwillig
Psychische gezondheid, Overgewicht
Professioneel
Psychische gezondheid, Verslaving, Overgewicht
Professioneel
Verslaving en Psychische gezondheid Overgewicht Psychische gezondheid
Professioneel
Psychische gezondheid
Professioneel
Eenzaamheid
Professioneel en Vrijwillig
Professioneel
Professioneel Professioneel
7.2. Budget voor investeringen Naast het continueren van bestaande activiteiten, is per speerpunt budget beschikbaar voor nieuwe projecten en initiatieven. Deze nieuwe projecten zullen onder gemeentelijke regie, maar in samenspraak met de diverse adviesraden en organisaties als KrimpenWijzer en Krimpens Sociaal team, worden geïnitieerd.
Speerpunt “Voorkomen en bestrijden van eenzaamheid: Speerpunt “Veilig Thuis”: Speerpunten “Overgewicht”, “Verslaving” en “Psychische gezondheid” :
€ 40.000,- (al bestemd) € 20.000,- (gereserveerd) € 25.000,-
De budgetten zijn nu gebaseerd op historische gegevens en het gemeentelijk beleid gemeentelijke rol binnen het sociaal domein. Wij hebben de verwachting de komende jaren meer te moeten inzetten op
19
preventie. De ontwikkelingen zullen we ook vanuit deze optiek monitoren en bezien of nadere acties noodzakelijk zijn en of verschuiving binnen de bestaande budgetten noodzakelijk is. 7.3. Monitoring Eens per 4 jaar wordt, analoog aan de Volksgezondheid Toekomst Verkenning (VTV), door de GGD gerapporteerd over de gezondheidssituatie in de regio Rijnmond en in de verschillende gemeenten afzonderlijk. De effecten van het gemeentelijk preventiebeleid worden aan de hand van deze rapportage gemonitord. Deze rapportage en de VTV, beiden uit 2014, gelden als 0-meting. We hebben de verwachting dat de gemeentelijke monitor “Waar staat je gemeente” in de toekomst ook zal voorzien in indicatoren die van belang zijn voor het monitoren van de resultaten van preventie.
20
Bijlage 1 Lijst met afkortingen
AMK;
Advies- en Meldpunt Kindermishandeling
BMI:
Body Mass Index
CJG:
Centrum voor Jeugd & Gezin
GOSA:
Gemeentelijk Overleg Sluitende Aanpak
KST:
Krimpens Sociaal Team
NPP:
Nationaal Preventie Programma
PDCA:
Plan, Do, Check, Act
RIVM:
Rijksinstituut voor Volksgezondheid & milieu
VTV:
Volksgezondheid Toekomst Verkenning
VWS:
Volksgezondheid, Welzijn & Sport
Wbo:
Wet bevolkingsonderzoek
Wpg:
Wet publieke gezondheid
21
Bijlage 2
Voortgangsrapportage “Samenwerken voor gezondheid” Nota openbare gezondheidszorg 2012 – 2015
Gemeente Krimpen aan den IJssel, Afdeling Samenleving. Februari 2014
22
Inhoudsopgave: 1.
Inleiding ………………………………………………………………………..
blz. 3
2.
Speerpunt 1: Terugdringen van overgewicht en diabetes ……………
blz. 4
3.
Speerpunt 2: Depressie, eenzaamheid en isolement ………………….
blz. 8
4.
Speerpunt 3: Terugdringen verslavingen
5.
Conclusies en aanbevelingen ……………………………………………...
………………………………..
blz.12 blz. 14
23
Inleiding De nota gezondheidsbeleid van de gemeente Krimpen aan den IJssel 2012-2015 heeft als motto gekregen: “Samenwerken voor gezondheid”. De gemeente Krimpen is niet alleen een gemeentelijke overheid met daarnaast actieve burgers, instellingen en organisaties. Krimpen aan den IJssel is vooral ook een Krimpense gemeenschap, waarbinnen mensen samenleven en met en voor elkaar iets doen. De gemeente Krimpen steunt zo veel mogelijk deze bereidheid iets voor een ander te doen. Het zorgen dat mensen zo gezond mogelijk blijven, goed kunnen herstellen van ziekten en kunnen blijven meedoen met beperkingen zijn drie belangrijke doelen, waarbij de gemeenschap een rol speelt. Het lokale gezondheidsbeleid – uitgevoerd aan de hand van een vierjarige gezondheidsnota als uitvloeisel van de Wet Publieke Gezondheid - heeft veel raakvlakken met beleid rondom maatschappelijke ondersteuning, het programma woonservice en het sport- en jeugdbeleid. De gemeente wil de elementen gemeenschapszin, samenwerkingsbereidheid en bestaande sociale verbanden benutten om samen gezond te blijven en gezonder te worden. De gemeente wil continuïteit bieden met versterking van wat er al gebeurt rond gezond-heidsbevordering en de gemeente wil mogelijkheden tot verbetering benutten. Omdat het tot stand komen van deze nota is verbonden met de wettelijke verplichtingen dient de rijksnota uit 2011 ‘Gezondheid dichtbij’ als uitgangspunt. In navolging van deze rijksnota ligt de nadruk van ons lokaal gezondheidsbeleid op de onderstaande speerpunten: 1. Terugdringen van overgewicht en het terugdringen van diabetes 2. Depressie, eenzaamheid en isolement; 3. Terugdringen verslavingen Bij samenwerken voor gezondheid legt de gemeente zelf ook dwarsverbanden met en tussen haar eigen beleidsterreinen: openbare orde en veiligheid, inrichting van de openbare ruimte, jeugd, speelruimtebeleid, jeugdparticipatie, maatschappelijke ondersteuning, sport- en beweegbeleid, combinatiefunctionarissen, opvoedingsondersteuning (Centrum voor Jeugd en Gezin), woonservice, evenementenbeleid, minimabeleid, milieu, groen, recreatie, participatie en activiteiten van het verenigingsleven en het particulier initiatief, zoals bij voorbeeld op het gebied van kunst en cultuur. Begin 2014 heeft de GGD Rotterdam-Rijnmond de rapportage “Gezondheid in Kaart” gepubliceerd. Dit rapport geeft inzicht in de gezondheidssituatie van Krimpen aan den IJssel. Naast feitelijke cijfers worden de belangrijkste thema’s (de speerpunten) voor het lokaal gezondheidsbeleid benoemd. De beleidsaanbevelingen voor dit lokale beleid zijn geformuleerd in zogenaamde kernboodschappen. In bovengenoemde volgorde wordt per speerpunt belicht wat de ambities zijn en welke acties hebben plaatsgevonden in de periode 2012-2013. Ten slotte worden in hoofdstuk 5 op basis van de rapportage “Gezondheid in Kaart 2014” per speerpunt de conclusies en aanbevelingen benoemd. In de voortgangsrapportage wordt nog meerdere malen verwezen naar Het Meldpunt Krimpen/Capelle aan den IJssel omdat de voortgangsrapportage betrekking heeft op het jaar 2013. Per 1 januari 2014 is echter de subsidierelatie met Het Meldpunt komen te vervallen en is overgenomen door ContourdeTwern. Wij verwachten dat wij samen met ContourdeTwern in 2014 nog de nodige vernieuwingen en innovaties van bestaande voorzieningen te kunnen realiseren zoals mantelzorg en vrijwilligers.
24
Hoofdstuk 2 Speerpunt 1: Terugdringen van overgewicht en diabetes Net als in voorgaande jaren is het terugdringen van overgewicht en diabetes een speerpunt in het gemeentelijk gezondheidsbeleid. Dit komt omdat het terugdringen van overgewicht een lange adem vergt en pas met veel gezamenlijke inspanning gerealiseerd kan worden. Een lange adem is nodig omdat doorgaans een verandering van leefstijl nodig is. Dergelijke processen kosten tijd. In de nota “Samenwerken voor gezondheid” zijn ten aanzien van dit speerpunt de onderstaande ambities geformuleerd:
AMBITIE GEZOND GEWICHT & VOLDOENDE BEWEGING Gezond gewicht en voldoende beweging stimuleren
Streven naar gezond gewicht. Bevorderen van gezonde voeding, beperken van snoepen. Stimuleren van voldoende beweging (norm kinderen en volwassenen). Stimuleren van bewegingsrijke vrijetijdsbesteding in de vorm van hobby’s, deelname aan clubs of verenigingen, dans, sport en buiten spelen. Verenigingen uitnodigen om een aanbod te doen voor de 40+ leeftijdsgroep (ook 55+) en ledengroei te bevorderen uit deze categorieën. Onder de aandacht brengen en doen uitvoeren van programma’s valpreventie die door thuiszorgorganisaties worden verzorgd. Kook- en eet activiteiten met als invalshoek gezonde voeding. Belang van beperken van gebruik alcohol (in terugdringen overgewicht). Sportsector blijvend ondersteunen in het bereiken van brede lagen van de bevolking. e Een breed beweegaanbod, waarnaar de 1 lijn kan verwijzen en waar mensen gemakkelijk aan mee kunnen doen. Gezondheidbeleid onderwijs versterken.
De aanpak van overgewicht is tweeledig: enerzijds dient er aandacht te zijn voor gezonde voeding en anderzijds is het stimuleren van voldoende lichaamsbeweging en sportieve vrijetijdsbesteding onontbeerlijk. Beide elementen kunnen niet los van elkaar worden gezien. Activiteiten: In onze gemeente zijn veel organisaties en instellingen actief die direct of indirect en al dan niet met financiële ondersteuning van de gemeente, een bijdrage leveren aan het realiseren van de geformuleerde ambities. In de periode 2012-2013 hebben de volgende activiteiten plaatsgevonden op het gebied van “Terugdringen van overgewicht en diabetes”:
25
Activiteit Sportoriëntatie- en stimulering
Beschrijving In samenwerking met lokale sportverenigingen worden kennismakingslessen aangeboden aan basisschoolleerlingen. Daarnaast worden verschillende clinics georganiseerd FIT OKÉ staat voor Fitheid Ouder Kind Educatie en richt zich op kinderen tussen 6 en 12 jaar. Het betreft een 12 wekelijkse training, waarbij een kinderfysiotherapeut, diëtiste en psycholoog samenwerken.
Bijzonderheden Jaarlijks wordt in samenwerking met (lokale) sportverenigingen en –aanbieders een programmering samengesteld waaraan de jeugd deel kan nemen. E.e.a. sluit doorgaans aan bij de schooltijden.
Door Synerkri
Sinds 2005 wordt de training FIT OKE 2 maal per jaar gegeven; eenmaal in het voor- en eenmaal in het najaar. Per keer is plaats voor 8 kinderen en hun ouders/verzorgers. Tot op heden zitten beide sessies telkens vol.
Paramedisch centrum
Buurtsportactiviteiten bij het Zwanenmeer
Op de woensdagen organiseert St. Jeugd- en Jongerenwerk Midden-Holland activiteiten bij het Zwanenmeer. Van 16.00 - 17.30 uur zijn jongeren van 12 t/m 17 jaar van harte welkom.
In de zomermaanden van 2013 zijn wekelijks (sport) activiteiten georganiseerd.
Stichting JJMH
Zorgprogramma Diabetes Mellitus (type 2)
Binnen een zorgprogramma kan
Dit zorgprogramma is een samenwerkingsverband tussen verschillende zorgaanbieders. Deze zorgaanbieders zetten zich gezamenlijk in voor de behandeling van een zorgvraag of aandoening. Hierbij kan bijvoorbeeld gedacht worden aan een samenwerking tussen huisartsen, fysiotherapeuten en diëtisten. Een zorgprogramma wordt aangeboden aan alle patiënten met desbetreffende aandoening die bij de huisarts onder behandeling zijn. Het gaat hier om een paar duizend patiënten in Krimpen aan den IJssel.
Zorggroep Krimpen
FIT OKÉ
men, door middel van gerichte controles en een oproepsysteem, sneller patiënten met diabetes opsporen. Diabetespatiënten worden waar mogelijk getraind en begeleid, ter versterking hun conditie en zelfredzaamheid.
26
Activiteit Zorgprogramma GLI (Gecombineerde leefstijl interventie)
Beschrijving Alle patiënten met Diabetes Mellitus (type 2), die gemotiveerd zijn om hun leefstijl te veranderen, komen in aanmerking voor dit zorgprogramma
Bijzonderheden Het leefstijlprogramma duurt een half jaar en bestaat uit een combinatie van:
Door Zorggroep Krimpen
Eén consult bij de praktijkondersteuner of – verpleegkundige, vijf consulten bij een diëtiste (naar keuze), vijf consulten bij een fysiotherapeut (naar keuze) en zeven groepsbijeenkomsten met interessante thema’s Net als bij andere zorgprogramma’s wordt dit programma aangeboden aan alle patiënten die met de betreffende aandoening onder behandeling zijn van een huisarts.
Supershopper
Voedingsvoorlichting in relatie tot het ouder worden
Bestaand aanbod zwembad
Nieuw aanbod zwembad
Kinderen uit groep 7 van het basisonderwijs krijgen een lesprogramma aangeboden over het thema “gezonde voeding”. Op initiatief van de Vrijwilligersen bewonersgroep De Kajuit is deze bijeenkomst in samenwerking met een wijkverpleegkundige van de Zellingen georganiseerd.
Gehandicapten zwemmen Senioren zwemmen Ouders en kinderen Aquafitness Aquarobics
Vet-cool kids , cursus Aquaslank, cursus Overlevingszwemmen peuters, cursus Aqua kids club, 40 weken Zwangerschapszwemmen, 40 weken Uitbreiding Fifty fit, 40 weken Aqua latin, 40 weken
Dit lespakket is aan alle basisscholen in Krimpen aangeboden. Veel scholen hebben hieraan deelgenomen. In samenwerking met de Zellingen werd in april 2013 in de Kajuit een bijeenkomst gehouden over voeding. Een wijkverpleegkundige en een casemanager delen hun kennis en ervaring op dit gebied. Dit is regulier aanbod in het zwembad, waarbij de faciliteiten zijn afgestemd op de doelgroepen (temperatuur, vrijwilligers, hulpmiddelen) of mensen die stevig sporten
Weight4all
Vanaf 2013 worden in het zwembad diverse nieuwe, op gezondheidsbevordering gerichte activiteiten, aangeboden.
Zwembad, (diëtiste, pedagoog bij deel van dit aanbod)
De Zellingen
Zwembad
27
Activiteit Goed (op)Gevoed
Beschrijving Voedingsvoorlichting
Bijzonderheden In het voorjaar van 2014 gaat een project van start waarbij ouders op pro-actieve wijze worden voorgelicht over gezonde voeding voor hun kinderen. Ouders worden door diëtisten in het zwembad benaderd terwijl zij op hun kinderen wachten die op dat moment zwemles krijgen. Ouders krijgen naast voorlichting ook een uitnodiging voor een verdiepende bijeenkomst. Daarnaast krijgen zij een leaflet uitgereikt.
Door CJG
Bovenstaande opsomming is niet uitputtend; het doel is om een beeld te geven van hetgeen zoal georganiseerd is of wordt. Bevindingen De aanpak en het bestrijden van overgewicht is tweeledig. Enerzijds moeten mensen worden gestimuleerd om meer te bewegen en anderzijds moeten mensen bewust worden gemaakt van hun voedingspatroon. Vooral het bevorderen van bewegen en sporten is in onze gemeente inmiddels goed ingebed; Stichting Synerkri biedt een uitgebreid sportaanbod voor de schooljeugd en ook het zwembad en Stichting JJMH bieden een breed scala aan activiteiten aan die gericht zijn op bewegen. Het andere aspect, voedingsvoorlichting, verdient bredere aandacht. In de achterliggende periode heeft de gemeente een particulier initiatief ondersteund om kinderen een lespakket aan te bieden rondom het thema “gezonde voeding”. Voor 2014 wordt door het Centrum voor Jeugd & Gezin een breed voorlichtingsprogramma voorbereid. Daarnaast is ook het project “de Gezonde Schoolkantine” in voorbereiding, waarbij alleen gezonde producten in de schoolkantine wordt aangeboden. Het is de bedoeling om de kantine in het nieuwe Krimpenerwaard College in te richten volgens het concept van “de Gezonde Schoolkantine”. Het Comenius College zal eveneens uitgenodigd worden aan dit project deel te nemen.
28
Hoofdstuk 3 Speerpunt 2: Depressie, eenzaamheid en isolement;
AMBITIE VERBINDING MET ANDEREN EN ZELFREDZAAM MET SOCIALE STEUN In verbinding met anderen, goed voorbereid op wat het leven met zich brengt en zelfredzaam met sociale steun
Goede doorverwijzing. Activering naar een actievere leefstijl en grotere deelname aan het sociale verkeer. Stimuleren van onderlinge contacten binnen de bevolking en het bevorderen van onderlinge steun (buurgemeenschap). Beroepskrachten die veel met inwoners met problemen werken met elkaar in contact brengen, zodat men elkaar kent, elkaars kennis en expertise kent en van elkaar kan leren (professionele netwerken versterken). Vrijwilligersorganisaties, die actief zijn richting kwetsbare inwoners in contact brengen met elkaar en met elkaar laten uitwisselen van kennis en ervaringen. Signaleren van onderliggende problematiek bij eenzaamheid zoals onvoldoende zelfredzaamheid, geestelijke, financiële, psychische, lichamelijke of relatieproblemen & problemen als gevolg van verslaving of psychische ziekte. e e Empowerment: met de 1 lijn gezondheidszorg en de 1 lijn hulpverlening passende hulp bieden voor de problemen waarbij mensen zelf de regie terugnemen. Hulp aan zorgmijders goed organiseren en daarvoor het netwerk ondersteunen, dat dit regelt (LZN). Assertiviteitsaanpak en sociale vaardigheidstrainingen in het onderwijs en welzijnswerk / educatie.
Activiteiten: De onderstaande activiteiten zijn in het kader van de gezondheidsnota in de periode 2012-2013 uitgevoerd op het gebied van Depressie, eenzaamheid en isolement. Vanwege de nauwe verwantschap met het Wmo-beleid op dit terrein, zijn ook verschillende activiteiten uitgevoerd op binnen de verschillende prestatievelden, zoals prestatieveld 1: Sociale Samenhang, prestatieveld 2: preventieve ondersteuning van de jeugd en prestatieveld 5: bevorderen van deelname aan de samenleving. Activiteit Fijn,Vrienden!
Beschrijving Omgaan met angst en emoties is het doel van deze groepstraining
Bijzonderheden Gericht op kinderen tussen 4 en 7 jaar oud.
Door CJG i.s.m. Context
Vrienden!
Cognitief gedragstherapeutisch programma ter voorkoming of behandeling van angst- en somberheidsklachten bij kinderen en jongeren.
Gericht op kinderen tussen 8 en 11 jaar oud.
CJG i.s.m. Context
29
Activiteit
Beschrijving
Bijzonderheden
Door
Jij en scheiding
Training van 8 weken, gericht op kinderen van gescheiden ouders, onder andere gericht op het delen van ervaringen, erkennen en herkennen, uiten van angsten en verdriet. Training gericht op het versterken van de eigenwaarde en zelfvertrouwen. Daarnaast aandacht voor het maken van keuzes. In drie verschillende groepen gedurende 10 weken wordt gewerkt aan het versterken van vaardigheden als luisteren, hanteren van emoties en ontspannen. Individueel aanbod levensverhaal vertellen en een groepsaanbod rond het levensverhaal Advies aan senioren (vanaf 65 jaar) rondom vragen wonen, zorg, welzijn en inkomen. Zo nodig doorverwijzing naar hulp. Seniorenadviseur coördineert het huisbezoek door vrijwilligers.
Gericht op kinderen tussen 8 en 11 jaar oud.
CJG
Gericht op meisjes tussen de 12 en 16 jaar
CJG
Gericht op kinderen tussen 8 en 11 jaar oud.
CJG
Weerbaarheidstraining
Sociale Vaardigheidstraining
“Op verhaal komen” en verhalengroep Seniorenadviseur
24
Naar aanleiding van deze training zijn ook ouderavonden georganiseerd. De verhalengroep wordt begeleid 24 door Meldpunt .
De Zellingen Meldpunt
De seniorenadviseur dient ervoor om senioren te bereiken die zich niet met hun vragen, behoeften en problemen bij een (e-)loket melden. Senioren hebben over het algemeen meerdere vragen over onderwerpen als wonen, welzijn en zorg, waarbij het zwaartepunt van de vragen ligt op het gebied van de zorg. De senioren-adviseur biedt praktische ondersteuning en helpt de groep 80-plussers met het inzetten van hun eigen sociale netwerk. In de periode januariaugustus 2013 zijn gemiddeld 21 bezoeken per maand afgelegd.
Vanaf 1.1.2014 ContourdeTwern
30
Activiteit “Samen redzaam”
Ontmoetingscentra
Crimpen Inn
Week van de ontmoeting
Beschrijving Project richt zich op kwetsbare ouderen. Doel is om een multidisciplinair en sluitend netwerk te organiseren rond ouderen. Inloop in ontmoetingscentra bij wooncomplexen en in zorgcentra, een gevarieerd activiteitenprogramma door Meldpunt en groepen bewoners Spreekuren op locatie door medewerkers Meldpunt BloemRijk ontmoetingscentrum + buurgemeenschap (onderling) Het inloophuis Crimpen-Inn is een interkerkelijk initiatief in samenwerking met het Meldpunt Krimpen aan den IJssel en wil vanuit een christelijke levensvisie een deel van de eenzaamheid opvullen die veel mensen ervaren. Dit doen we door een luisterend oor te bieden, een kop koffie te schenken of een warme maaltijd te bereiden. De vrijwilligers creëren met elkaar een warme ontmoetingsplek zodat minder mensen in een isolement raken.
Bijzonderheden Het project is in 2013 gestart en kent een meerjarige looptijd.
Door Zorggroep
QuaWonen, Meldpunt, Zorgaanbieders, gemeente en groepen bewoners werken samen (onderdeel Programma Woonservice).
QuaWonen Meldpunt Crimpenersteyn, Zellingen, Zorggroep Rijnmond, buurtcoach Bloemrijk Platform Plaatselijke diaconieën
Organisatie van verschillende activiteiten gericht op ontmoeting
O.a. High Thea; Multiculturele ontmoeting; Meet & Match Zorgsaam (ondersteuning mantelzorger van een dementerende)
Het initiatief is begin 2012 gestart en mag zich verheugen in een groeiend aantal (vaste) bezoekers. Wekelijks bezoeken gemiddeld ca. 20 personen het Inloophuis en nemen daar deel aan de activiteiten.
Meldpunt
Overige activiteiten: - Beschikbaarheid van maatschappelijk werk in het gezondheidscentrum, bereikbaarheid buiten kantooruren. - Inzet opvoedpunt en opvoedspreekuur in CJG van Flexus Jeugdplein - Activiteiten van Lokaal Zorg Netwerk (zorgmijders) - Open inloop Plus voor inwoners, die voorheen AWBZ-begeleiding kregen en nu onder de Wmo vallen en voor gebruikers van de voedselbank - Project ketenzorg Dementie, dat in Capelle en Krimpen aan den IJssel wordt uitgevoerd door De Zellingen met alle zorg- en welzijnsaanbieders uit de keten. - Geriatrisch spreekuur en inzet geriater Havenziekenhuis op locatie Het Facet. - Geriatrisch spreekuur in de buitenpoli van het IJsselland ziekenhuis, in het gezondheidscentrum.
31
Bovenstaande opsomming is niet uitputtend; het doel is om een beeld te geven van hetgeen zoal georganiseerd is of wordt. Bevindingen Er is veel vraag naar de sociale vaardigheidstraining, vooral voor kinderen in de basisschoolleeftijd. Deze doelgroep is makkelijker te bereiken, ouders vinden het vaak belangrijk en het kind laat zich makkelijker sturen. Een leerkracht kan de leervraag vaak ook ondersteunen wat soms net het extra zetje is. Het is belangrijk om “out-reachend” te werken. Initiatieven zoals de open inloop en Crimpen Inn krijgen meer bekendheid en vaste bezoekers.
32
Hoofdstuk 4 Speerpunt 3: Terugdringen verslavingen
AMBITIE TEGEN VERSLAVINGEN Verslaving aan alcohol, drugs, gamen, internetten, internetdaten en gokken tegengaan of voorkomen
Verslavingen terugdringen bij de jeugd. Geen alcohol verkoop en gebruik onder de 18 vanaf 1 januari 2014 Bestrijding van handel in en verkoop van drugs. Ouders betrekken bij aanpak verslavingen. In gesprek met elkaar over onderwerp verslavingen met hulp van organisaties die deze gesprekken goed kunnen begeleiden. In samenspraak met volwassenen en senioren een plan ontwikkelen om verslaving bespreekbaar te maken en maatregelen in de sociale netwerken te ontwikkelen om mensen van hun verslavingen af te helpen (onderlinge steun en versterken van de weerbaarheid). Aandacht voor verslavingen bij inwoners met verstandelijke beperkingen en inwoners met lichamelijke beperkingen en andere specifieke doelgroepen. Met de kerkelijke organisaties, (sport-)verenigingen, seniorenplatform en de ouderenbonden samenwerken in de benadering van hun achterban.
Activiteiten: De volgende activiteiten hebben in de periode 2012-2013 plaatsgevonden op het gebied van preventie van genotmiddelengebruik: Activiteit Ouderavond over verslaving
Beschrijving Ouders van kinderen tussen 12-18 zijn schriftelijk uitgenodigd om een informatie-avond bij te wonen over verslaving
Bijzonderheden Matige opkomst (rond 50 personen van BO en VO) Voorjaar 2012 plaatsgevonden. In 2013 is er geen ouderavond gehouden vanwege de matige opkomst in 2012. Wel hebben de meeste scholen en een aantal kerken zelf een ouderavond over dit thema georganiseerd.
Door Gemeente/ i.s.m. Bouman, st. de Hoop, JJMH en CJG
PR rondom ouderavond
In plaatselijke uitgaven, o.a. Schoolkrant, Klinker, Gemeentelijke website . Workshop over drugs voor ouders van leerlingen
Ouders kunnen zich digitaal aanmelden.
Communicatie
Ouderavond voortgezet onderwijs
Krimpenerwaardcollege
33
Activiteit Ontwikkelen van preventie-activiteiten van kerken gericht op (overmatig) alcoholgebruik.
Beschrijving 2013 zijn verschillende kerken benaderd met betrekking tot preventieactiviteiten
Bijzonderheden Het organiseren van voorlichtingsavonden voor de jeugd en ouders en weerbaarheidtrainingen
Door GGZ De Hoop (St. Chris )
Voorlichting en weerbaarheidstraining
Ambulant jongerenwerker bezoekt hangjongeren en geeft voorlichting. Rots en Watertraining n.a.v. gedrag hanggroep.
Goede samenwerking JJMH, CJG en GOSA .
JJMH en Begripcoaching
Pilot langdurige verslaafden
Intensieve(re) begeleiding door groter beroep te doen op eigen netwerk.
GGZ de Hoop
Voorlichting jongeren (Kerkelijke achtergrond)
Voorlichting over alcohol en drugs aan jongeren
Voorlichting Intermediairs
Voorlichting voor bestuur en technische kader van sportverenigingen Voorlichting nieuwe drank en horecawet eind 2013 De leeftijdsgrens voor het schenken en verkopen van alcohol is verhoogd van 16 naar 18 jaar. De gemeente is verantwoordelijk voor toezicht en handhaving. Voorlichting
Moeilijk in zorg te krijgen of in beeld te houden. De Hoop heeft een plan van aanpak opgesteld waarmee een intensievere en meer persoonsgerichte benadering wordt uitgewerkt. Deze pilot richt zich op 10 langdurig verslaafden. In januari en februari 2013 vond voorlichting vond op verzoek van 2 kerken voorlichting over dit thema plaats. De voorlichting is aan 4 groepen van 13-16 jarigen gegeven. Er was erg weinig belangstelling vanuit de sportverenigingen. Voorlichtingsbijeenkomst eind 2013.
Gemeente
Een gemeenteambtenaar is opgeleid voor de toezichttaken. De APV is aangepast.
Gemeente i.s.m. politie
1 basisschool heeft hier gebruik van gemaakt voor groep 7/8. Andere scholen hebben gebruik gemaakt van het gehele leefstijlprogramma.
De Hoop GGZ
Op 4 scholen ouderavonden georganiseerd waar, naast informatie over verslaving, ook een toelichting gegeven is op het programma dat jongeren op school aangeboden is.
De Hoop GGZ
Advisering ondernemers Uitwerken nieuwe taken in kader van verhoging leeftijdsgrens alcoholgebruik/verkoop van 16 naar 18 jaar. Aanpassen APV Verslavingspreventie
Ouderavond Weerbaarheid
Voorlichting aan ouders
GGZ de Hoop
De Hoop GGZ
34
Activiteit Leefstijlprogramma basisonderwijs
Beschrijving Het leefstijlprogramma omvat o.a. risicogedrag, seksualiteit, verslaving, media.
Bijzonderheden 4 basisscholen hebben hier van gemaakt. Het programma omvat 4 dagdelen per klas en is uitgevoerd in de maanden februari en juni 2013.
Door De Hoop GGZ
Voorlichting verslaving
De voorlichting is gericht op roken, blowen, alcohol en internet Scholen werken aan beleid en lesmateriaal gericht op genotmiddelen.
2 basisscholen hebben hier gebruik van gemaakt schooljaar 2012-2013 Uitvoering staat gepland voor het eerste kwartaal 2014
Stichting Voorkom
Gezonde school
Overig
In overkoepelend overleg en aanpak huiselijk geweld wordt bij individuele gevallen expliciet gekeken naar drank- en drugsgebruik.
GGD
LTHG/LZN
Niet opgenomen in het overzicht is: Activiteiten van de Stichting ‘The Future’, een particulier initiatief in de gemeente. Bevindingen Het voorkomen van verslaving in welke vorm dan ook begint bij het voorlichten en weerbaar maken van jeugdigen. Alle scholen in Krimpen hebben een “keuzemenu” van aanbod gehad zodat zij zelf uit konden maken wat het beste bij hun leerlingen past. De meeste scholen hebben hier gebruik van gemaakt. Scholen waren over het algemeen zeer tevreden over het aanbod. Alleen het programma van de GGD moet nog uitgevoerd worden. Meeste scholen hebben ook een ouderavond over het tegengaan van verslaving georganiseerd. Mede hierdoor is de belangstelling voor de algemene ouderavond sterk teruggelopen.
35
Hoofdstuk 5 Conclusies en aanbevelingen 25 Naast feitelijke cijfers worden in het rapport “Gezondheid in Kaart” de belangrijkste thema’s (de speerpunten) voor het lokaal gezondheidsbeleid benoemd. De beleidsaanbevelingen voor dit lokale beleid zijn geformuleerd in zogenaamde kernboodschappen. De algemene conclusie is dat inwoners van Krimpen aan den IJssel in vergelijking met de regio gezonder zijn. Dit blijkt uit de hogere score op de gezondheidsbarometer (onderdeel van het rapport “Gezondheid in Kaart 2014)waar zowel de lichamelijke en geestelijke gezondheid, als de leefstijl als geheel zijn beoordeeld. Daarnaast is de totale sterfte voor mannen lager dan verwacht en de levensverwachting onder mannen hoger dan gemiddeld in Nederland. Op basis van de kernboodschappen blijkt tevens dat ons lokaal preventief gezondheidsbeleid aansluit bij de kernboodschappen en bijbehorende aanbevelingen. De aanbevelingen zijn merendeels te plaatsen onder 1 van de speerpunten van het beleid en zullen als zodanig worden opgepakt. In het rapport worden per thema verschillende succesvolle interventies opgesomd. In veel gevallen sluiten de uitgevoerde Krimpense activiteiten hierop aan. Bij toekomstige activiteiten zal hier verder bij aangesloten worden
Thema Diabetes
Conclusie Diabetes komt in Krimpen aan den IJssel voor bij 3,6% van de 19- tot 65-jarigen en bij 15% van de ouderen. Voor een aantal specifieke aandoeningen geldt dat deze minder vaak voorkomen onder inwoners van Krimpen aan den IJssel dan gemiddeld in de regio.
Aanbeveling Preventie van diabetes blijft belangrijk, want in veel gevallen kan diabetes voorkomen worden.
Overgewicht
Hoewel de omvang van het overgewichtprobleem in Krimpen aan den IJssel zich lijkt te stabiliseren, blijft het een groot probleem dat blijvende aandacht nodig heeft in het beleid. In Krimpen aan den IJssel heeft 13% van de volwassenen obesitas en van de 4-tot 12-jarigen 2% en dit is vergelijkbaar met de regio. Het aandeel ouderen met obesitas is 11%. Dit is lager ten opzichte van de meting in 2008 en ook lager dan het regionaal gemiddelde in 2012.
Een brede aanpak gericht op voeding en beweeggedrag nodig blijft nodig.
25
Het volledige rapport is beschikbaar op de website van de GGD Rotterdam Rijnmond: www.ggdrotterdamrijnmond.nl/onderzoek/professionals/gezondheid-in-kaart.html
36
Thema Psychische gezondheid
Conclusie Vergelijkbaar met de regio en Nederland loopt ongeveer vier op de tien volwassenen in Krimpen aan den IJssel een matig of hoog risico op een depressie of angststoornis. Preventieve maatregelen kunnen voorkomen dat inwoners daadwerkelijk psychische problemen ontwikkelen. Het aandeel 4- tot 12-jarigen met een verhoogd risico op psychosociale problemen is in Krimpen aan den IJssel 11%. Van de 12- en 13-jarigen heeft 8% een verhoogd risico. Beide percentages zijn vergelijkbaar met het regionaal gemiddelde.
Aanbeveling Aandacht voor psychische gezondheid voor deze doelgroep is nodig door preventie al op jonge leeftijd te starten.
Eenzaamheid
Eenzaamheid is in de regio en Nederland een groot maatschappelijk probleem. Er is sprake van een toename van eenzaamheid in de regio. Hoewel volwassenen in Krimpen aan den IJssel zich in vergelijking met de regio minder vaak eenzaam en minder vaak sociaal uitgesloten voelen, is er onder volwassenen wel sprake van een toename van eenzaamheid ten opzichte van 2008.
De gemeente kan het thema eenzaamheid een prominente plaats geven in de uitvoering van de WMO. Bij de inzet op participatie en actief burgerschap en het bevorderen van bewegen kan het terugdringen van eenzaamheid één van de doelen zijn.
Fysieke leefomgeving
Inwoners van Krimpen aan den IJssel zijn over het geheel genomen tevreden over hun woonomgeving en beoordelen deze op verschillende punten positiever dan gemiddeld in de regio. Desondanks blijft het belangrijk om de komende jaren te blijven inzetten op een gezonde leefomgeving door blootstelling van inwoners aan roet te verminderen.
De GGD raadt aan om structurele bronmaatregelen te nemen (gericht op schoner vervoer) en langs drukke wegen (zones binnen 50m langs drukke wegen en 300m langs snelwegen) geen nieuwe woningen en ‘gevoelige bestemmingen’ (bijvoorbeeld scholen, kinderopvangcentra en 26 verzorgingshuizen) te bouwen .
26
Hierin is voorzien in de Verkeer- en Vervoersvisie. Tevens zijn bij recent geactualiseerde bestemmingsplannen o.a. geluid-, stank- e.a. milieu-aspecten meegewogen.
37
Thema Alcohol
Conclusie Van de 12- en 13-jarigen geeft 4% aan bij de laatste gelegenheid meer dan 5 glazen alcohol gedronken te hebben. Voor jongeren is het drinken van alcohol erg schadelijk. De herziene Drank- en Horecawet verplicht de gemeente om een preventie- en handhavingsplan op te stellen.
Aanbeveling Ondanks dat het aandeel jeugdigen dat drinkt in Krimpen niet hoger lijkt dan het landelijke gemiddelde is het advies om preventieactiviteiten voor de jeugd een prominente rol te geven in bovenstaand plan en dit na een jaar te evalueren.
Roken
Roken is een bedreiging voor de volksgezondheid. Het rookgedrag in Krimpen is zowel onder volwassen en onder jongeren vergelijkbaar of zelfs iets gunstiger dan het regionale en landelijke gemiddelde. Om het aandeel rokers in de toekomst verder te verlagen, blijft inzet op het voorkomen dat jongeren beginnen met roken van belang.
Om het aandeel rokers in de toekomst verder te verlagen, blijft inzet op het voorkomen dat jongeren beginnen met roken van belang.
Toekomstige ontwikkelingen van de bevolking en de gezondheid
De vergrijzing neemt in Krimpen aan den IJssel de komende 20 jaar naar verwachting zeer sterk toe. Dit vraag om specifiek beleid voor deze doelgroep op het gebied van zorg. Vanwege een stijgend percentage chronisch zieken en ouderen zal de ervaren gezondheid in de toekomst afnemen. Het percentage mensen met een depressie of angststoornis zal naar verwachting stijgen.
Dit vraag om specifiek beleid voor deze doelgroep op het gebied van zorg.
Zorggebruik
Welke invloed de decentralisaties van de Awbz en de Jeugdzorg hebben op het zorggebruik is nu nog moeilijk in te schatten. Naar verwachting zal bijvoorbeeld de druk op de mantelzorg toenemen.
Het is voor de gemeente Krimpen belangrijk om het zorggebruik te blijven monitoren en tijdig knelpunten te signaleren.
Mantelzorg
In Krimpen aan den IJssel geeft 16% van de 19- tot 65-jarigen langer dan drie maanden minstens acht uur per week mantelzorg. Dit percentage is hoger dan gemiddeld in de regio (13%). Voor ouderen is het percentage in Krimpen aan den IJssel wel vergelijkbaar met het regionale gemiddelde (beide 12%).
Om overbelasting te voorkomen is aandacht voor en ondersteuning van mantelzorgers noodzakelijk.
Thema Preventie infectieziekten
Conclusie Krimpen aan den IJssel heeft een lage vaccinatiegraad bij kinderen. Om de bevolking zo goed mogelijk te beschermen is een hoge vaccinatiegraad wenselijk.
Aanbeveling Het verhogen van de vaccinatiegraad verdient in samenwerking met de uitvoerende instanties aandacht, voornamelijk in Oud-Krimpen, Kortland Noord en Kortland Zuid.
Toename chronisch zieken
38