Bestuurlijke, Juridische en Internationale Zaken
Rotterdam Wereldwijd Jaargang 1, nummer 2, najaar 2009
Rotterdamse klimaataanpak
Samenwerking tussen publieke en private partijen
1
Het klimaat verandert. De extremen in het weer nemen toe. Daar hebben we allemaal mee te maken. Om die reden is de klimaattop in Kopenhagen, van 7 tot en met 18 december 2009, ook zo belangrijk. Lukt het de wereldleiders een nieuw klimaatverdrag te sluiten? Wordt er overeenstemming bereikt over onder meer de reductie van CO2 wereldwijd en het bedrag dat de internationale gemeenschap in de toekomst gaat spenderen aan de aanpassing aan de klimaatverandering? Iedereen is zich bewust van de noodzaak om goede afspraken te maken tijdens de VN-klimaatconferentie. Maar het is ook een feit dat er nog diverse belangrijke politieke vraagstukken moeten worden opgelost. Dit betekent dat het scheppen van een gemeenschappelijk klimaatbeleid niet eenvoudig is. Sterker nog: het is één van de belangrijkste uitdagingen van deze eeuw. In Rotterdam zijn we ons al lange tijd bewust van de noodzaak om op de juiste manier om te gaan met de verandering van het klimaat. Sterker nog: Rotterdam pakt het klimaatdossier breed op. We investeren niet alleen in 50% CO2 -reductie in het jaar 2025, afgezet tegen de uitstoot 1990, maar ook in een 100% klimaatbestendig Rotterdam in het hetzelfde jaar. En hiermee hebben we meteen de kern van het programma Rotterdam Climate Initiative te pakken. Dit programma is volledig gericht op
extra kansen voor een aantrekkelijke stad om te wonen, te recreëren, te werken en te investeren. Blijvende bescherming en bereikbaarheid van de regio staan centraal. Toonaangevend onderzoek, innovatieve kennisontwikkeling en daadkrachtige uitvoering resulteren in sterke economische impulsen. Rotterdam Climate Initiatieve Internationaal hebben we inmiddels al een gedegen reputatie als Klimaatstad opgebouwd. Niet alleen omdat we de lat zo hoog leggen, maar vooral door de wijze waarop we ons klimaatprogramma hebben vormgegeven. Het is een uniek samenwerkingsverband tussen publieke en private partijen. De kern daarvan bestaat uit het Rotterdam Climate Initiative (RCI), een initiatief van de gemeente Rotterdam, DCMR Milieudienst Rijnmond, Deltalinqs en het Havenbedrijf Rotterdam met daaromheen een kring van verschillende partijen die een actieve bijdrage leveren. Energiehaven Rotterdam wil dé energiehaven worden voor CO 2 arme energiebronnen en –producten. Naast energiebesparing en duurzame energie zetten we in op het afvangen, hergebruiken en ondergronds opslaan van CO2 . De industrie in het Rotterdamse havengebied streeft in het kader van het Rotterdam Climate Initiative naar 2% energie-efficiëntie-winst per jaar. Rotterdam wil zich zo ontwikkelen tot het meest energie-efficiënte haven- en industriecluster van de wereld. Het programmabureau Klimaat heeft inmiddels veel tastbare resultaten opgeleverd. Van afspraken over duurzaam bouwen tot aan de lancering van de Rotterdam Climate Campus. En van schoner vervoer en duurzame mobiliteit tot groene daken. Samen met het klimaatadaptatieprogramma Rotterdam Climate Proof biedt het Rotterdam veel kansen, ook in economisch opzicht.
Jenny Shipley, vice-voorzitter International Advisory Board:
‘Nieuwe verbindingen tot stand brengen’ Bestaat er een verbinding tussen de thema’s klimaat en sociaal, twee belangrijke aandachtspunten uit het PIEA (Programma Internationale en Europese Activiteiten) van de gemeente Rotterdam? En zo ja, is het dan een natuurlijke of meer een kunstmatige connectie? Hoe sterk is het merk Rotterdam eigenlijk in het buitenland? Op welke punten weet Rotterdam zich te onderscheiden? Onderwerpen waar dinsdag 3 november jl. uitgebreid over werd gesproken tijdens de netwerkbijeenkomst Europese en Internationale Zaken.
2
De bijeenkomst, georganiseerd door de afdeling Bestuurlijke Juridische en Internationale Zaken (BJI), vond plaats in het WTC. Volgens Jenny Shipley, vice-voorzitter International Advisory Board en voormalig premier van Nieuw-Zeeland, wordt onze stad in het buitenland gezien als vooruitstrevend, modern, open en innovatief. “De burgemeester is een getalenteerd man. Hij kan van Rotterdam een nóg sterker merk maken. Onder meer door de kracht van de culturele mix in de stad volop te benutten. In Rotterdam ligt een sterke focus op jeugd. Dat is goed. Maak gebruik van die energie. Maar zorg er tegelijkertijd voor dat alle inwoners zich verbonden voelen met de stad.” Naar de mening van Shipley blinkt Rotterdam uit op het vlak van water- en energiemanagement. Volgens haar moeten wij deze expertise uitbouwen, leiderschap tonen en op zoek gaan naar commerciële en internationale samenwerkingsverbanden. Dat is ook de boodschap die zij mee wil geven in verband met de Klimaattop deze maand in Kopenhagen. “Ik zie veel kansen voor Rotterdam. Hierbij draait het om het aangaan van nieuwe relaties en het tot stand brengen van verbindingen. Nationaal, maar zeker ook internationaal. Uitwisseling en samenwerking zijn de sleutelwoorden.” Thema’s klimaat en sociaal Vervolgens stelde Margreeth Hordijk, Hoofd BJI, aan Paula Verhoeven, directeur Klimaat, en Seppe Raaphorst, directeur Maatschappelijke Ontwikkeling, de vraag of er sprake was van een verbinding tussen ‘hun’ thema’s. Het antwoord was ja. Volgens Verhoeven en Raaphorst is er zelfs sprake van een natuurlijke verbinding. Verhoeven: “De vraagstukken verplaatsing en migratie hebben een duidelijke connectie met de ontwikkeling van het klimaat. Op sommige plekken is regelmatig te veel
water, op andere plekken te weinig. Dat brengt de mensen die in hun veiligheid worden aangetast, in beweging. Als je die lijn doortrekt, kom je vanzelf uit bij zaken als sociale cohesie, participatie, integratie en armoedebestrijding.” Cirkel doorbreken Op dit moment leeft ruim één op de vijf Rotterdammers op of onder de armoedegrens. Raaphorst: “Er zijn in onze stad zoveel gezinnen waar de kinderen ’s morgens zonder ontbijt de deur uit gaan. Waar geen geld is voor een sportclub en waar de jeugd het verkrijgen van een uitkering als een ambitie voor later beschouwt. Simpelweg omdat dat hun voorbeeld is. Deze cirkel moeten we zien te doorbreken. Kinderen moeten de kans krijgen een ander leven te leiden. Andere keuzes te maken.” Maar er zijn nog meer factoren die de ontwikkeling van armoede bevorderen zoals de stijgende energieprijzen. “De mensen die het minst te besteden hebben, hebben daar het meeste last van. Ze wonen vaak in oudere huizen die minder goed zijn geïsoleerd”, aldus Raaphorst. En juist omdat het oudere huizen zijn, staan woningcorporaties niet te trappelen om er intensief mee aan de slag te gaan. Ook weer zo’n cirkel die moeilijk is te doorbreken. Waarmee overigens niet gezegd wil worden dat de intentie er niet is. Samenwerking Zowel bij het thema klimaat als het thema sociaal blijkt samenwerking het sleutelwoord. Toch vindt Rotterdam zelf dat de integrale benadering van complexe breedstedelijke problemen nog beter moet, hoe moeilijk dat soms ook te realiseren is. Ondanks dit gegeven is er internationaal veel belangstelling voor onze werkwijze. Juist omdat we een integrale aanpak nastreven en in de ogen van buitenlandse steden al een aardig eind op weg zijn.
Tegengaan van klimaatveranderingen
Rotterdam werkt er hard aan Van 7 tot 18 december 2009 vindt in de Deense hoofdstad Kopenhagen de beslissende klimaatconferentie plaats onder het UNFCCC (United Nations Framework Convention on Climate Change). Tijdens deze klimaattop moet door wereldleiders worden beslist over de uiteindelijke inhoud van het nieuwe internationale klimaatverdrag dat het Kyotoprotocol dient te vervangen. Het nieuwe verdrag treedt in 2012 in werking en bevat concrete doelen voor 2020. Zo moet onder meer de atmosferische concentratie broeikasgassen sterk worden beperkt.
3
Het gemeenschappelijk tegengaan van klimaatveranderingen, mitigatie, plus het aanpassen aan de klimaatveranderingen, adaptatie, moeten de basis vormen van het nieuwe klimaatverdrag. Hopelijk schrijven we geschiedenis in Kopenhagen. Ik ben optimistisch, maar ook realistisch. De onderhandelingen zullen niet makkelijk zijn. Er staan grote belangen op het spel en we kampen nog steeds met een financiële crisis. En hoewel de aanpak van klimaatproblematiek zeker economische kansen biedt, zijn er ook hoge kosten aan verbonden. Het is zoeken naar de balans.
onze burgers en het bedrijfsleven. Maar we werken niet in een vacuüm. Integendeel. Het Rotterdamse klimaatprogramma is één groot samenwerkingsprogramma. De kern wordt gevormd door het Rotterdam Climate Initiative (RCI), de gemeente Rotterdam, DCMR Milieudienst Rijnmond, Deltalinqs en het Havenbedrijf Rotterdam met direct daaromheen een kring van partijen die een actieve bijdrage leveren. We lopen voorop We werken lokaal. Maar als grote stad met een internationale haven en grote industrie, hebben we natuurlijk een sterke internationale component. Op sommige dossiers lopen we (inter)nationaal voorop. Voorbeelden hiervan zijn adaptatie (Connecting Delta Cities) en CCS (Carbon Capture and Storage, de engelstalige term voor de afvang en opslag van CO 2). In deze tweede uitgave van Rotterdam Wereldwijd vindt u veel informatie over het thema klimaat. Op die manier krijgt u een goed beeld van de activiteiten van Rotterdam. Op Europees en Internationaal vlak. Ik wens u veel inspiratie toe. Rik Grashoff, wethouder Participatie, Cultuur en Milieu
Gemeente Rotterdam, Programmabureau Klimaat (mitigatie) en Rotterdam Climate Proof (adaptatie)
Kennis en ervaring uitwisselen In dit hele proces is een belangrijke rol weggelegd voor de grote steden. Want zij zijn onmisbaar bij de aanpak van de klimaatproblematiek. Om die reden zullen burgemeester Aboutaleb en ik ook in Kopenhagen zijn, begin december. De burgemeester neemt onder meer deel aan de Climate Summit for Mayors. Samen met andere burgemeesters van de grote steden zal hij een oproep doen aan de wereldleiders om goede afspraken te maken. Zelf reis ik met de Nederlandse delegatie in de speciale klimaattrein naar Kopenhagen. Daarnaast zullen wij ook kennis en ervaringen uitwisselen met andere grote steden wereldwijd. Dit doet Rotterdam trouwens met enige regelmaat. Binnen de C40 is al langer sprake van internationale samenwerking. Anticiperen Wereldsteden proberen elkaar zoveel mogelijk te ondersteunen bij de aanpak van het klimaatprobleem. In de zomer van 2008 vond in Rotterdam nog de ‘World Ports Climate Conference’ plaats. Maar internationale samenwerking alleen is niet voldoende. Om als stad goed te kunnen anticiperen op de klimaatveranderingen is ook de steun van de landelijke overheid, in de vorm van de juiste regelgeving en financiële middelen, hard nodig. Als stad en als bestuur willen wij het goede voorbeeld geven aan
Havenbedrijf Rotterdam NV
Rotterdam Climate Initiative Projectorganisatie
DCMR Milieudienst Rijnmond
Deltalinqs
Het Rotterdam Climate Initiative (RCI) is een programma waarin 4 partijen een unieke samenwerking zijn aangegaan: - Gemeente Rotterdam - Havenbedrijf Rotterdam NV - DCMR Milieudienst Rijnmond - Deltalinqs (Rotterdamse Havenbedrijfsleven) Het Rotterdam Climate Initiative biedt een platform waar het bedrijfsleven, overheid, inwoners en andere betrokkenen samenwerken aan een beter klimaat voor mens, milieu en economie. De doelstellingen van het RCI zijn de meest ambitieuze van Nederland: 50% minder CO 2 in 2025 t.o.v. 1990, voorbereiding op klimaatverandering en versterking van de Rotterdamse economie. Rotterdam Climate Proof (RCP) staat voor adaptatie: aanpassen aan de onvermijdelijke klimaatverandering. Het nieuwe onderdeel binnen het Rotterdam Climate Initiative zet in op een veilige, economisch sterke en aantrekkelijke stad en haven. Bovendien draagt het RCP bij aan de positie van Rotterdam als koploper in klimaatadaptatie en als waterkennisstad.
Eurocities Environment Forum
Inspiratie opdoen in een open sfeer Transforming Together, Transition Management and Public Private Partnership. Dat was het thema van het Eurocities Environment Forum (EEF) dat op 4, 5 en 6 oktober jl. plaats vond in Rotterdam. Onze stad was gastheer, op initiatief van DCMR Milieudienst Rijnmond. Drie dagen lang hebben bestuurders, politici, vertegenwoordigers van maatschappelijke instellingen en mensen uit het bedrijfsleven intensief met elkaar gesproken over de kansen die duurzame samenwerking kan opleveren. Jan Dictus, die onder andere Ulli Sima ondersteunt (wethouder milieu van Wenen en voorzitter van het EEF), spreekt over een succesvolle en inspirerende bijeenkomst. Hij stelt dat private en publiek partijen in Rotterdam diepgaand met elkaar in discussie zijn gegaan. Centrale vraag: hoe kunnen we samen tot een duurzame transitie komen. Een pasklaar antwoord is er echter niet uitgekomen.
4
Rotterdam legt de lat hoog Dat is ook heel moeilijk omdat iedere partij weer andere belangen heeft, aldus Dictus. Hij is overigens van mening dat Rotterdam de lat op het vlak van milieu hoog legt. “Ik bedoel dat positief. Rotterdam durft ambities neer te leggen en concrete doelen te stellen. Veel andere steden zijn wat voorzichtiger. Die gaan eerst even kijken of iets eventueel haalbaar zou zijn. Rotterdam doet het gewoon.” Volgens Dictus heeft Rotterdam zich tijden het EEF uitstekend gepresenteerd.
“De dynamiek van de stad is in de voordrachten, maar ook in de excursie naar de stadshavens bijvoorbeeld, duidelijk naar voren gekomen. Ik denk dat veel steden van de informatie van Rotterdam hebben geleerd.” Maar het was absoluut geen eenrichtingsverkeer. Integendeel. Iedere stad had wel iets verrassends te melden. “Praag bijvoorbeeld is heel goed bezig met de overstromingsproblematiek en beschikt over een geavanceerd systeem om luchtverontreiniging te meten”, aldus Dictus. “En in Wenen is het openbaar vervoer uitstekend geregeld en ook andere voorzieningen zoals drinkwater en stadsverwarming. Madrid is weer sterk in milieuvriendelijke sportevenementen.” Feit is wel dat de meeste steden te bescheiden zijn.” Ze zien wel de kracht en bijzondere initiatieven van andere steden, maar beseffen vaak niet dat ze zelf ook met iets bezig zijn waar een andere partij weer van kan leren.” Veel interactie Wie naar eigen zeggen zeker nuttige informatie heeft vergaard, is Inge van der Klundert, adviseur milieubeleid bij de gemeente Utrecht.” Door deel te nemen aan het EEF kom ik makkelijk in contact met andere gemeenten. Er is veel interactie. We vergelijken situaties en praktijkvoorbeelden met elkaar. Daarnaast is het EEF voor mij een prima manier om in korte tijd bijgepraat te worden over de laatste ontwikkelingen in Europa. Wat speelt er op dit moment en wat kunnen we verwachten? Ik wil daar tijdig op kunnen anticiperen.” Luca Dallorto, werkzaam als milieu adviseur in Genua, denkt er net zo over. “Deze bijeenkomst in Rotterdam is beroepshalve zonder meer waardevol voor mij. De steden vormen een netwerk. We wisselen ervaring uit. Niet één Europese stad is hetzelfde, maar op het vlak van milieu kunnen we veel van elkaar leren. Met elkaar stellen we de belangrijkste gemeenschappelijke doelen op Europees vlak vast. De steden hebben een belangrijke rol bij de bewustwording van burgers. Maar het is een feit dat we niet alles op lokaal niveau kunnen oplossen en aanpakken. Om echt concrete resultaten te bereiken, hebben we een sterke lobby richting de EU nodig. Ook daar praten we over met z’n allen. Wat zijn onze prioriteiten, wat kan een stad zelf voor elkaar krijgen en wat niet?” Bronbeleid vanuit de EU Rotterdam heeft daar een duidelijke mening over. Onze gemeente vindt bijvoorbeeld dat er nog veel moet gebeuren als het gaat om de afvang, het transport en de
opslag van CO2 . Wethouder Rik Grashoff (cultuur, participatie en milieu): “Natuurlijk denken we op lokaal niveau intensief over dit soort dingen na. Maar dat alles is onvoldoende om echt flinke stappen te zetten. We kunnen niet zonder een stevige visie op het bronbeleid vanuit de EU.” Volgens de wethouder begint het daar allemaal. “Dat weten wij als geen ander. Neem bijvoorbeeld de hoeveelheid transportbewegingen hier in de haven en stad. Dat transport kan stiller, schoner en slimmer worden georganiseerd. Ook biobrandstof kan daar een rol in spelen. Net als elektrische en hybride vervoersmogelijkheden. We werken hard aan klimaatbestendige oplossingen in Rotterdam, maar op lokaal niveau kunnen we niet alles oplossen.” Het is dan ook de stellige overtuiging van de gemeente Rotterdam dat samenwerking tussen publieke en private partijen meer oplevert dan wanneer publieke en private organisaties hun eigen weg gaan. Door samenwerking kunnen we de stad duurzamer maken. Jacob van der Vis,
senior Advisor International Business van de Kamer van Koophandel Rotterdam, is het hier zonder meer mee eens. Maar hij plaatst ook kanttekeningen. “Groen denken is goed en verstandig, maar vanuit het bedrijfsleven bezien moet het wel iets opleveren. Anders kunnen ze er niets mee. Er moet brood in zitten.” Overheid als katalysator In die zin is het belangrijk dat de overheid het juiste beleid bepaalt, aldus Van der Vis. “De overheid geeft de richting aan en fungeert als katalysator. Dan weten de private partijen en de overheid elkaar heus wel te vinden en kunnen er mooie gemeenschappelijke projecten worden ontwikkeld. Je ziet trouwens wel al een kentering in het bedrijfsleven. Neem het Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO). Bedrijven zijn daar echt wel actief mee bezig. MVO wordt door opdrachtgevers en afnemers gezien als een pre. Dus gaat het bedrijfsleven daarin mee. Die ontwikkeling is er dus al. En dat is het begin.”
Water en klimaat
5
Rotterdam met eigen paviljoen op de World Expo 2010 Better City, Better Life is het thema van de World Expo in Shanghai die van 1 mei tot en met 31 oktober 2010 wordt gehouden.Tijdens deze Chinese editie van de wereldtentoonstelling geven 185 landen en 50 steden, waaronder Rotterdam, hun visie op de toekomst van het leven in de stad. Belangrijk hierbij zijn duurzame oplossingen die nodig zijn om in een verstedelijkte wereld de kwaliteit van leven te bewaken en te bewaren.
In het paviljoen ‘Rotterdam Water City’ draait alles om water, klimaat en waterbescherming, maar vooral om vernieuwende oplossingen. Bezoekers krijgen onder meer een levensechte dijk te zien en een waterplein dat grote hoeveelheden regenwater kan verwerken. Een kunstmatige wolk bootst het grillige Nederlandse klimaat na. Het ontwerp voor het paviljoen is van de Willem de Kooning Academie Rotterdam. Als één van de vijftig geselecteerde wereldsteden laat Rotterdam hiermee op geheel eigen wijze zien hoe de stad werkt aan waterveiligheid en in de klimaatverandering juist kansen ziet voor een aantrekkelijker leef- en vestigingsklimaat. Leven onder de zeespiegel De World Expo 2010 in Shanghai betekent voor Rotterdam een bijzondere kans zich te presenteren als innovatief kenniscentrum voor water- en deltatechnologie. Meer dan een tentoonstelling biedt het paviljoen ‘Rotterdam Water City’ een ervaring van hoe het leven onder de zeespiegel eruit kan zien. Op een oppervlak van vierhonderd m2 zien en beleven de bezoekers hoe Rotterdam omgaat met klimaatveranderingen. Naar verwachting zullen 70 miljoen mensen de World Expo 2010 bezoeken. Meer informatie www.expo2010rotterdam.nl
Rotterdam presenteert zich op de World Expo 2010 in Shanghai met het paviljoen ‘Rotterdam Water City’ dat deel uitmaakt van de ‘Urban Best Practice Area’. Als laagst gelegen deltametropool in Europa is Rotterdam een voorloper in de ontwikkeling van water- en deltatechnologie. De World Expo 2010 biedt de stad dan ook een bijzondere kans om haar aanpak in klimaatadaptatie internationaal te presenteren. Tijdens de Expo kunnen bezoekers van over de hele wereld ervaren hoe een wereldstad en wereldhaven waterveilig zijn en blijven, ondanks een veranderend klimaat.
Paula Verhoeven, directeur programmabureau Klimaat:
‘Rotterdam valt op door de integrale aanpak’
6
Buitengewoon uitdagend en aantrekkelijk. Zo beschrijft Paula Verhoeven, directeur programmabureau Klimaat van de gemeente Rotterdam, haar functie. Sinds maart 2009 geeft ze het Rotterdamse Klimaatprogramma verder vorm en is ze verantwoordelijk voor de uitvoering. Maar wat houdt dat nu in, concreet? “Binnen het Rotterdam Climate Initiative ben ik verantwoordelijk voor de gemeentelijke inbreng. Het RCI is een klimaat samenwerkingsprogramma dat bestaat uit vier partijen: de gemeente Rotterdam, DCMR Milieudienst Rijnmond, Havenbedrijf Rotterdam NV en Deltalinqs. Direct hieromheen bevindt zich een kring van verschillende partijen die een actieve bijdrage leveren. Met elkaar bieden we een platform waar overheid, organisaties, bedrijven en inwoners samenwerken aan halvering van CO2 -uitstoot en versterking van de economie in de Rotterdamse regio. Onze doelstelling is vijftig procent minder CO2 -uitstoot in 2025 ten opzichte van 1990 en de stad 100% klimaatbestendig maken.
Verder is het ook mijn taak kansen te verkennen om het klimaatdossier van Rotterdam verder uit te bouwen”, vertelt Verhoeven. Duurzaamheid ontstaat niet vanzelf Ze geeft toe dat het vrij ambtelijk klinkt. “Maar dat is het in de praktijk absoluut niet. Wij, en dan heb ik het dus niet alleen over mezelf maar over de totale projectorganisatie, zijn juist heel praktisch bezig. Zo adviseren en ondersteunen we gemeentelijke diensten bij het opnemen van duurzame maatregelen in hun pakket. Een aantal diensten was en is daar al volop mee bezig, andere diensten nog maar beperkt.” Duurzaamheid ontstaat niet vanzelf, stelt Verhoeven. Daar gaat een heel proces aan vooraf. Het begint allemaal bij bewustwording en inzien dat de urgentie groot is. Klimaatverandering is een mondiaal probleem waar we in Rotterdam al geruime tijd last van hebben.
De stad warmt op en we hebben steeds vaker te maken met wateroverlast.” Ook voor de komst van Verhoeven als directeur programmabureau Klimaat gebeurde er in Rotterdam al van alles om de klimaatverandering aan te pakken. “Het is mijn taak om samenhang te krijgen in al die initiatieven en ze sneller tot uitvoering te brengen. Ik probeer programma’s bij elkaar te brengen en daar bedrijven bij te betrekken die voor nieuwe investeringen zorgen. Dit alles is hard nodig om de huidige klimaatontwikkelingen zo veel mogelijk te vertragen en de gevolgen zo goed mogelijk op te vangen. Dat betekent veel denken en praten met mensen, bedrijven en andere partijen om hen met elkaar in contact te brengen en de actualiteit op de voet volgen. Wat doen andere steden zoals Londen, New York en Melbourne? Zij zijn heel erg actief op het gebied van duurzame gebouwen. Deze steden passen bijzondere technieken toe. Wat kan Rotterdam daar van leren?” Publiek-private samenwerking is uniek
7
Overigens is het een feit dat de wereld ook naar Rotterdam kijkt. “We hebben uitgesproken ambities en zijn ver op het vlak van duurzaamheid, leefbaarheid, watermanagement etc. Rotterdam heeft ruim € 80 miljoen euro uitgetrokken voor klimaatprojecten. We kunnen de wereld wel wat laten zien. Ons waterplan is vooruitstrevend en innovatief. Daarmee profileren we ons ook tijdens de World Expo in Shanghai in 2010. Daar tonen we onze visie op het leven in de stad in de toekomst. We laten zien hoe je duurzaam en energiezuinig kunt wonen in een havengebied. Maar waar we op dit moment echt uniek in zijn, is de publiek-private samenwerking. De integrale aanpak. Dat is echt Rotterdams. Samen de schouders er onder. Wat ook bijzonder is, is het feit dat we het klimaatdossier breed aanpakken. Maar aan zelfgenoegzaamheid doen we niet. We blijven om ons heen kijken. Pure noodzaak. Want als we dat niet doen, worden we links en rechts ingehaald.” Waar Verhoeven nu hard aan werkt, is het stimuleren van het gebruik van subsidieregelingen voor particulieren en bedrijven om meer groene daken in de stad te krijgen en te bezuinigen op energiegebruik. De klimaatdirecteur wil gemeentelijke gebouwen anders, meer en/of beter laten isoleren. Verder wil ze goede afspraken maken met woningcoöperaties. Zij kunnen ook veel besparen door bijvoorbeeld het gebruik van dubbel glas, andere vormen van verwarming en groene daken. Nieuwbouw kan restwarmte uit de industrie en vuilstort gaan gebruiken. Een ander speerpunt is duurzame mobiliteit. Daarnaast zet de klimaatdirecteur, namens het RCI vanzelfsprekend, in op een schoon en duurzaam havenen industriegebied dat het knooppunt is op het gebied van CO2 -afvang, -transport en -opslag. “De opgaven zijn groot maar bieden ook zeer veel kansen voor de verdere ontwikkeling van stad en haven,” aldus Verhoeven.
Burgers op juiste manier aanspreken Maar hoe zit het nu met de burgers, de mensen op straat? Maken zij zich druk om de gevolgen van klimaatverandering? Zien zij de noodzaak in van alle maatregelen en initiatieven die de gemeente Rotterdam ontplooit? Verhoeven: “Ik denk dat veel mensen zich heus wel bewust zijn van de dreiging die uitgaat van het veranderende klimaat, maar ik denk ook dat ze niet goed weten hoe ze daar mee om moeten gaan. We moeten de inwoners van Rotterdam op een aansprekende manier wijzen op de voordelen die het kan hebben om actief mee te werken aan het besparen van energie. Iedereen vindt het prettig als z’n energierekening omlaag gaat. Rotterdam heeft 600.000 inwoners, dus we kunnen veel energie besparen. Hier wordt al aan gewerkt, maar we kunnen nog meer doen. En dat gaan we ook zeker doen.”
Erkenning Rotterdamse koppositie in CCS-dossier Op de dag van de duurzaamheid, 9 september jl., ontving wethouder Grashoff een hoge delegatie op het stadhuis. Ministers van Buitenlandse Zaken van Groot-Brittannië en Zweden brachten een flitsbezoek aan het stadhuis om zich te laten informeren over afvang, opslag en transport van CO2 . In voorbereiding op de Klimaattop in Kopenhagen in december van dit jaar toerden zij door Europa. Op aanbeveling van onze minister van Buitenlandse Zaken Maxime Verhagen lasten zij een bezoek aan Rotterdam in. Namens het Rotterdam Climate Initiative, informeerden Maarten de Hoog (DCMR) en Pieter van Essen (Havenbedrijf) de Ministers van Buitenlandse Zaken David Miliband en Carl Bildt over de stand van zaken, de technische haalbaarheid en de financiële aspecten van CCS (Carbon Capture and Storage). CCS is voor Rotterdam een belangrijk dossier in de aanpak van de CO2 -emissie. Het kan tevens van grote betekenis zijn voor de Europese en mondiale doelstellingen met betrekking tot reductie van CO 2 . Daarom deelt Rotterdam graag haar kennis in binnen- en buitenland. Beide ministers erkenden de Rotterdamse internationale koppositie in de ontwikkeling van CCS en toonden zich erg geïnteresseerd in de Rotterdamse ervaringen en kennis. Onlangs is het rapport CCS in Rijnmond 2009 verschenen. Hieruit blijkt dat grootschalige CO 2 -afvang, -transport, en -opslag technisch mogelijk is in de Rotterdamse haven.
Klimaatconferentie internationale deltasteden
8
De klimaatverandering heeft onomkeerbare gevolgen voor deltasteden in de wereld. Zeespiegelstijging en een groter wateraanbod in de rivieren stellen deze vruchtbare en economisch vitale regio’s voor enorme uitdagingen. Om wetenschappelijke kennis en beleid rond dit thema op internationaal niveau te delen, vormt Rotterdam volgend jaar het podium voor een klimaatconferentie voor deltasteden: ‘Deltas in Times of Climate Change’. Doel van de conferentie is kennisuitwisseling, versterking van internationale netwerken en verbetering van de contacten tussen politiek, wetenschap en bedrijfsleven. In oktober wordt de ‘call for papers’ verstuurd om het wetenschappelijke onderdeel van de conferentie invulling te kunnen geven. Rotterdamse insteek De locatie is niet voor niets gekozen. Rotterdam is met Rotterdam Climate Proof (RCP) – het klimaatadaptatieprogramma van het Rotterdam Climate Initiative – één van de voorlopers wereldwijd als het gaat om inspelen op de veranderende omstandigheden. Niet voor niets is het RCP een van de initiatiefnemers van de conferentie. De Rotterdamse insteek is dat het veranderende klimaat, het nemen van maatregelen weliswaar noodzakelijk maakt, maar dat het ook veel economische kansen biedt. Delta Alliance Om die kansen te benutten zijn kennis en praktijkervaring nodig. Een belangrijk onderdeel van de conferentie is dan ook het oprichten van een Delta Alliance: een internationaal samenwerkingsverband ter promotie van de gezamenlijke aanpak van bestaande en nieuwe uitdagingen. Het door Rotterdam opgerichte ‘Connecting Delta Cities’ zal een belangrijke bijdrage leveren aan de totstandkoming van deze wereldwijde samenwerking van deltasteden.
Volle agenda Het overkoepelende thema van de conferentie is ‘klimaatbeleid en investeren in tijden van klimaatverandering’. De klimaatconferentie biedt daarmee een unieke kans voor vooraanstaande wetenschappers, beleidsmakers en mensen uit het bedrijfsleven om ideeën, ervaringen en innovaties te delen. Verwacht wordt dat ook ministers en burgemeesters van deltasteden de conferentie zullen bijwonen en bijdragen aan mondiale kennisdeling. Een kleine greep uit de agenda: klimaatveranderingen en ruimtelijke ordening, grondverzakking, flood risk management, watermanagement, zoetwatervoorziening en het hitte eiland effect. Meer informatie Naast het RCP dragen ook de programma’s Kennis voor Klimaat en Kennis voor Ruimte en het Cooperative Programme on Water and Climate (CPWC) bij aan de organisatie van de klimaatconferentie. De conferentie zal plaatsvinden van 29 september tot en met 1 oktober 2010. Op 2 oktober staan er ter aanvulling op het programma diverse excursies gepand. Er is een speciale website waar belangstellenden zich kunnen aanmelden: www.climatedeltaconference.org
Verduurzaming van steden Tijdens zijn bezoek aan Nederland eind oktober heeft Jeffrey Immelt, bestuursvoorzitter en CEO van General Electric, in Rotterdam een ontmoeting gehad met onze burgemeester. In het stadhuis spraken zij over de verduurzaming van steden. Immelt en Aboutaleb zoomden in op het Rotterdamse beleid in het kader van het Rotterdam Climate Initiative (RCI). Ze waren het erover eens dat overheidsbeleid cruciaal is bij verduurzaming van steden. De overheid moet er voor zorgen dat maatregelen door de gehele maatschappij gedragen worden en moet een stabiele factor zijn. De overheid kan het echter niet alleen. Er is samenwerking met private partijen nodig om verder vooruit te komen. Het gesprek vond plaats in het kader van het programma ‘Sustainable Cities’ van General Electric (GE).
Rotterdam maakt werk van New Green Deals Aan de vooravond van de Klimaattop organiseerde Rotterdam op 3 en 4 december 2009 een internationale topconferentie in congrescentrum De Doelen. Hier leverden steden en bedrijven het bewijs dat de klimaatdiscussie ook kan worden vertaald naar praktische oplossingen. Twee dagen lang werkten stedenplanners, bedrijven, wetenschappers, projectontwikkelaars en architecten aan een uitwisseling van ervaringen en visies. Honderden deelnemers uit de hele wereld kwamen naar De Doelen om ‘New Green Deals’ met elkaar te sluiten.
9
Een van de sprekers was Jeremy Rifkin, voorzitter van de Foundation on Economic Trends en adviseur van de Europese Unie.
Slimme initiatieven
Duurzamer produceren
De Rotterdam Global Urban Summit presenteerde in twee dagen tijd slimme initiatieven, creatieve geesten en inspirerende voorbeelden. Tal van internationaal vermaarde sprekers wisselden met deelnemers van gedachten over de wijze waarop steden zich in de 21ste eeuw krachtig kunnen blijven ontwikkelen.
Duurzamer produceren en consumeren staat op de agenda van de nieuwe Amerikaanse president en de Europese leiders. Maar het echte verschil kunnen bedrijven en steden maken. Vandaar dat op 3 en 4 december multinationals als Siemens, Philips, IBM, Unilever, Shell, Argent Group hun ervaringen deelden met vertegenwoordigers van wereldsteden als Seoul, Vancouver, Melbourne, Kopenhagen, München, Portland, Parijs, Sjanghai en Istanboel.
De internationale conferentie concentreerde zich op de relaties tussen de hoofdthema’s op het gebied van kwalitatief hoogwaardige gebiedsontwikkeling: internationale verbindingen en overgangen naar een kenniseconomie. Het interactieve programma bood onder meer plenaire lezingen, workshops, praktijkvoorbeelden, nieuwe onderzoeksresultaten en excursies. Het doel is het sluiten van zoveel mogelijk New Green Deals.
Voor meer informatie: www.urbansummit.rotterdam.nl
‘Sustainable Cities’ is het antwoord van GE op de vraag van steden die een ‘groene’ ontwikkeling doormaken naar duurzame energie en energiebesparing. Het biedt bijvoorbeeld de technologie voor wind en zonne-energie. Burgemeester Aboutaleb over de ontmoeting met Jeff Immelt: “Kijkend naar de Rotterdamse speerpunten en doelen lijken er veel kansen te liggen in de samenwerking met GE op het terrein van ‘green hospitals’, transport, watertechnologie en duurzame energie.” Deze samenwerking zal ontwikkeld worden door het Rotterdam Climate Initiative. Eerder dit jaar riep IBM Rotterdam uit tot eerste ‘smart delta city’ ter wereld. De gemeente Rotterdam en IBM ontwikkelen samen een nieuw baanbrekend systeem om real-time meetgegevens over klimaatverandering en energiebeheer op de voet te kunnen volgen. Dit stelt bestuurders en wetenschappers in staat om veranderingen te voorspellen en daarop snel in te spelen.
Op 10 november bezocht Andris Piebalgs, de Europees Commissaris voor Energie, onze stad. Op het stadhuis sprak hij met burgemeester Aboutaleb en wethouder Grashoff over de uitdagingen waar de Europese Unie voor staat. Als met het aantrekken van de wereldeconomie de olieprijs fors gaat stijgen, heeft dat grote gevolgen voor de concurrentiepositie van Europa en de welvaart van de mensen. Piebalgs ziet in Rotterdam een belangrijke partner omdat het Rotterdam Climate Initiative niet alleen de stad betreft maar ook een heel sterke industriële basis heeft. Daarnaast speelt Rotterdam een leidende rol op het gebied van de invoering van CCS. De deelname van Rotterdam aan het Covenant of Mayors verwelkomt hij dan ook zeer.
Europees Commissaris voor Energie, Piebalgs en burgemeester Aboutaleb bevestigen de deelname van Rotterdam in het Covenant of Mayors.
Europees Commissaris Energie in Rotterdam
10
De steden die het Covenant ondertekenen, gaan namelijk verder dan de Europese klimaatdoelstellingen (20% energie efficiency, 20% CO2 -reductie en 20% duurzame energie in 2020). De burgemeester onderstreepte het belang van deelname in het Covenant. Er is geen tijd te verliezen en samen met de nationale overheid en de EU moeten we de problemen serieus oppakken. Tijdens de klimaattop in Kopenhagen vindt op 15 december ook een Mayor’s Summit plaats. Dit moet een belangrijk signaal richting onderhandelaars vormen. Maar daar blijft het niet bij. De oplossing ligt in internationale samenwerking en Rotterdam is daarbij leidend in de samenwerking met Delta Cities en de grote havensteden als Los Angeles, New York en Shanghai.
Wethouder Grashoff informeerde de Commissaris over de belangrijkste ontwikkelingen en uitdagingen. Centraal stonden projecten op het gebied van efficiënter energiegebruik, duurzame energie zoals wind en bio-brandstoffen en schonere mobiliteit, en natuurlijk CCS. Klimaatverandering is een probleem maar we moeten het aanpakken als een uitdaging, was de boodschap. De Eurocommissaris onderstreepte het belang van deze brede inzet. Het onlangs door hem gelanceerde investeringsprogramma voor koolstofarme energie zet hier op in. Door nieuwe technologieën te ontwikkelen en in grootschalige demonstratieprojecten te testen, kan Europa een voortrekkersrol vervullen in de strijd tegen de klimaatverandering.
Klimaatadaptatie in New York en Rotterdam
Net als New York City heeft Rotterdam een klimaatadaptatieprogramma: Rotterdam Climate Proof (RCP). Burgemeester Aboutaleb heeft dit ‘nieuwe watermanagement’ van zijn stad uiteengezet tijdens het congres in het Liberty Science Center. Rotterdams klimaatdirecteur Paula Verhoeven ondersteunde de burgemeester tijdens diverse presentaties over de innovatieve wateraanpak van de stad. Programmamanager van het RCP, Arnoud Molenaar, nam deel aan rondetafelgesprekken en discussies waarin de kansen die de klimaatveranderingen voor Rotterdam en New York bieden aan bod kwamen.
2009 staat in het teken van 400 jaar vriendschap tussen Nederland en New York. Nederlandse en Amerikaanse milieu- en waterprofessionals grepen de viering aan om gezamenlijk de wateruitdagingen aan te pakken die de 21e eeuw biedt voor hun deltagebieden. Op het speciale “H209 Forum: Water Challenges for Coastal Cities” kwam ook de Rotterdamse klimaataanpak aan bod. Tijdens ‘H209’, dat op 9 en 10 september plaatsvond, deelden prominenten uit Rotterdam en New York hun visie op de waterproblematiek die beide steden bindt. Centraal stond de spanning die ontstaat op stedelijke deltagebieden, die almaar dichter bevolkt worden door hun economische ontwikkeling en tegelijkertijd in groeiende mate moeten inspelen op de gevolgen van klimaatverandering.
Uitbreiding samenwerkingsverbanden Naast politieke prominenten werd de conferentie gevormd door professionals uit de watersector zoals DHV, Arcadis en Fugro. H209 biedt een ideaal platform om hun trans-Atlantische samenwerking te intensiveren en uit te breiden naar de Hudson Valley. Eerder al werkten Rotterdamse experts nauw samen met collega’s in New Orleans en San Francisco. New York vormt een ideale uitbreiding op de bestaande succesvolle samenwerkingsverbanden via het Netherlands Water Partnership (NWP) in Louisiana, Californië en Florida.
Jaarvergadering INTERREG Tijdens de conferentie in de Cruiseterminal werden daarom ook een aantal potentiële Rotterdamse projecten getoond in het kader van duurzaamheid. Burgemeester Aboutaleb opende de conferentie waarin hij benadrukte dat er een balans moest zitten tussen economie, ecologie en gelijkheid.
De jaarvergadering van INTERREG vond dit jaar in Rotterdam plaats. Dit programma is een financieel instrument van het Europese cohesiebeleid. INTERREG richt zich op het ondersteunen van transnationale samenwerking. Het doel van het programma is om op een innovatieve manier de beste territoriale aspecten naar boven te halen en om de gezamenlijke problemen van lidstaten, regio’s en steden aan te pakken.
11 Meer dan 350 deelnemers uit verschillende Europese steden wisselden op 8 en 9 oktober kennis en ervaringen uit over duurzaamheid. Maar de nadruk voor de deelnemers lag uiteindelijk op projectontwikkeling.
Ontmoeting tussen Rotterdam en Antwerpen Antwerpen mag zich in 2011, na Rotterdam (2009) en Turijn (2010), een jaar lang jongerenhoofdstad van Europa noemen. Op 28 oktober bracht burgemeester Aboutaleb een bezoek aan zijn collega Janssens van Antwerpen. Een belangrijk doel van de ontmoeting was het stimuleren van samenwerking tussen de jongeren-
De burgemeester verwees ook naar RCI waarin deze drie thema’s bijeenkomen, aangezien zij streven naar een beter klimaat voor mensen, milieu en economie voor de gehele regio van Rotterdam. Vervolgens debatteerden minister Cramer van Ruimte en Milieu, en wethouder Grashoff van Participatie, Cultuur en Milieu over het thema klimaatverandering. Tijdens de conferentie waren veel netwerkmomenten ingepland om partners te vinden voor INTERREGaanvragen Rotterdam heeft in de afgelopen periode met een aantal goede projecten zo’n 2 miljoen euro subsidie uit het programma gekregen. In de nieuwe periode vanaf 2007 heeft Rotterdam inmiddels al circa 3 miljoen euro binnengehaald. Recent ontving de RET een bedrag van 1,1 miljoen euro. Eén van de resultaten van de conferentie was dat de gemeente Gent een klimaatverbond gaat sluiten naar het voorbeeld van Rotterdam Climate Initiative.
hoofdsteden. Er reisde ook een delegatie van YOUR WORLD en het Rotterdams Audiovisueel Mediaplatform R.A.M.P. TV mee naar Antwerpen. Tijdens een informeel overleg bespraken beide burgemeesters gemeenschappelijke thema’s in de steden en mogelijkheden tot nadere samenwerking. Overigens werken Rotterdam en Antwerpen al intensief samen op het gebied van cultuur en jongeren. In aanwezigheid van de Antwerpse schepen (wethouder) van Jeugd Leen Verbist werden de jongerenpersagentschappen voorgesteld die in Rotterdam en Antwerpen werden geïnstalleerd naar aanleiding van de titel van Europese jongerenhoofdstad. De jonge journalisten kregen de mogelijkheid om beide burgemeesters kort te interviewen over jongeren in de stad en Europese Jongerenhoofdstad. Aboutaleb en Janssens benadrukten beiden dat een jongerenjaar alleen een succes wordt als je het niet alleen voor jongeren organiseert, maar samen met hen.
Tijd om het stokje over te dragen
Column
Jongerendroom is nog lang niet voorbij Het jaar 2009 is bijna voorbij en dat betekent dat Rotterdam nog maar heel even Europese Jongerenhoofdstad is. We dragen het stokje over aan Turijn. Door onszelf uit te roepen tot Jongerenhoofdstad hebben we een nieuwe Europese traditie in gang gezet. Een hele positieve ontwikkeling. Zeker als je je realiseert dat velen ons initiatief in eerste instantie bestempelden als zelfingenomenheid. Terwijl het daar helemaal niets mee te maken had. Signaal De bedoeling was om duidelijk te maken dat Rotterdam, als jongste stad van Nederland, het belang van jongerenparticipatie en talentenontwikkeling inziet. We wilden een signaal afgeven. Niet alleen richting circa 128.000 jonge burgers, maar ook richting de andere steden die nog steeds in de veronderstelling zijn dat de burgers, en met name jongeren, op kant-en-klare oplossingen van de overheid zitten te wachten.
12 Het is een feit: Rotterdam heeft een prachtige jongerenbeweging in gang gezet. Weliswaar met de nodige obstakelpunten, maar dat hoort nu eenmaal bij elk omvangrijk initiatief. Inmiddels is een rij ontstaan met de steden die zich al te graag de jongerenhoofdstad van Europa willen noemen. Deze ontwikkeling is zonder meer een teken dat wij het goed doen. Daar zijn wij als initiatiefnemers van YOUR WORLD zeer trots op, maar het betekent tegelijkertijd veel kennis- en expertiseoverdracht aan onze opvolgers.
Turijn Voorin de rij staat de stad Turijn. Volgend jaar mag deze stad de jongerenvlag heel het jaar door trots omhoog houden. Na enkele bezoeken van de delegatie van Turijn aan Rotterdam werd YOUR WORLD uitgenodigd om met een aantal afgevaardigden een tegenbezoek te brengen. Tijdens dat bezoek hebben we nader kennis gemaakt met onze Italiaanse collega’s. We hebben onze successen en leerpunten uitgebreid met ze besproken. Ook hebben we een preview gekregen van de plannen en projecten van Turijn. Ik werd er blij van. Twee thema’s staan volgend jaar centraal in Turijn: Europa en studenten. Verder hebben we het uitgebreid gehad over de overdracht. Het stokje moet immers symbolisch en feestelijk worden overgedragen aan het einde van 2009. Tijdens het tegenbezoek hebben we ook kennis gemaakt met jongeren uit Turijn. Het koesteren van ambities, durven dromen, ongekend doorzettingsvermogen en puur enthousiasme zijn blijkbaar universele karaktereigenschappen van jongeren. Wel is er in Turijn een vorm van jongerenrevolutie gaande die onze voorgangers in Rotterdam al jaren geleden hebben voltooid. De jongeren in Turijn willen zich graag losmaken van de culturele tradities. De jongeren willen meer vrijheid en ruimte om hun eigen koers te mogen bepalen. Hopelijk draagt 2010 hier positief aan bij. Jongerensprookje Het jongerensprookje voor Rotterdam komt hiermee natuurlijk niet ten einde. Onze volgende uitdaging staat al voor de deur, namelijk het verankeren van de successen en ervoor blijven waken dat jongerenparticipatie hoog op de agenda van de stad blijft staan. Bovendien zullen wij een belangrijke rol vervullen in het netwerk van Europese Jongerenhoofdsteden. Als initiatiefnemer én als bindende factor. Rezvan Ghoncheh, lid Raad van Bestuur YOUR WORLD.
In de Foyers in Rotterdam – ook wel Kamers met Kansen genoemd – worden jongeren gehuisvest die leerling zijn van één van de ROC’s (Regionaal Opleidings Centrum). Door hen rust en regelmaat te bieden én begeleiding bij de oplossing van hun problemen wordt geprobeerd voortijdig schooluitval te verminderen.
Werkconferentie Foyers in Europa Op initiatief van YOUR WORLD en de Stichting Kamers met Kansen Nederland is op 25 november jl. in Your Space de werkconferentie ‘Foyers in Europa, naar een Europees Foyer Netwerk’ gehouden. Dit gebeurde in nauwe samenwerking met Engelse en Franse Foyer organisaties.
13
Jongeren in gesprek met Engelse parlementariërs Op 10 september jl. bracht de Contactgroep Britse en Nederlandse parlementariërs een bezoek aan Rotterdam. De zestien leden komen jaarlijks bijeen. Dit jaar stond het bezoek in het teken van YOUR WORLD en de haven.
Doel van de conferentie was onder meer het scheppen van een duurzaam internationaal samenwerkingsverband voor de huisvestingsmogelijkheden van jongeren die in een ‘problematische situatie’ verkeren. Samenwerking kan zorgen voor versterking van knowhow, ontwikkeling en uitwisseling van kennis, toegespitst op de aspecten die met huisvesting en begeleiding van jongeren in foyers te maken hebben. De voorzitters van de foyer-organisaties Nederland, Frankrijk, Engeland en Duitsland hebben afspraken gemaakt over het opzetten van expertise-bijeenkomsten en uitwisselingsmogelijkheden. De afspraken zijn vastgelegd in een gezamenlijke verklaring. Wethouder Lamers verzorgde de opening van het evenement en nam later op de dag de verklaring in ontvangst. Naast professionals kregen ook jongeren en jongerenorganisaties een duidelijke stem en positie binnen het evenement.
zelf tot oplossingen te komen. Inmiddels telt Rotterdam al een aantal van deze woonvoorzieningen met zo’n 600 plaatsen in totaal. Na een algemene toelichting van Steven van Eijck, bestuursvoorzitter van YOUR WORLD, vertelden een aantal jongeren van het Albeda College over hun ervaringen en de betekenis die het wonen in de foyer voor hen heeft gehad. De parlementariërs waren onder de indruk van hun levensverhalen én de positieve ontwikkeling die de jongeren hebben doorgemaakt. Presentatie Havenbedrijf
Na te zijn verwelkomd door Wethouder Vervat op het Stadhuis, kreeg de delegatie een korte presentatie van Winfried Houtman (directeur Middelen en Control) over Rotterdam en de aanpak van de economische crisis. Hierna vervolgde de delegatie het programma in Your Space, het hoofdkwartier van YOUR WORLD, om te worden geïnformeerd over Rotterdam European Youth Capital 2009. Er kwamen verschillende projecten aan de orde, waaronder het project Kamers met Kansen. Kamers met Kansen Dit project biedt jongeren die door problemen van persoonlijke aard dreigen vast te lopen, een rustige woonomgeving en coaching. Een aantal jongeren sprak uitgebreid met leden van het Engelse Hogerhuis Clive Betts, Anthony Steen, Lord Harrison en Lord Brougham and Vaux en het Nederlandse Tweede-Kamerlid Antoinette Vietsch. De jongeren informeerden de parlementariërs over de opzet en het doel van Kamers met Kansen, in het Engels ‘foyers’. Wonen in een foyer biedt jongeren de mogelijkheid om met hulp van coaches
Met een presentatie bij het Havenbedrijf werd het middagprogramma ingeluid. Vervolgens bracht de delegatie een bezoek aan het project Stadshavens. Daar werd de delegatie geïnformeerd over de herontwikkeling van havens die hun oorspronkelijke functie zijn verloren met het opschuiven van de havenactiviteiten richting de zee. Na een korte rondleiding over het voormalige RDM-terrein, ging de delegatie aan boord van de Nieuwe Maze. Met een rondvaart door de haven werd het bezoek van de Contactgroep Britse en Nederlandse parlementariërs afgesloten.
WACAP-conferentie in Rotterdam
Zoeken naar duurzame oplossingen voor stedelijke armoede
14
Confronting the Crisis Collectively. Dat is de titel van de WACAP-conferentie die van 24 februari tot en met 26 februari 2010 in Rotterdam wordt gehouden. WACAP, World Alliance of Cities Against Poverty, is een mondiaal netwerk van steden die met elkaar armoede op lokaal niveau bestrijden. Groot verschil met de zes conferenties hiervoor is dat het thema armoedebestrijding nu gekoppeld wordt aan duurzaamheidsproblematiek. Dus aan zaken zoals schone energie en verwoesting van de natuur door gebrek aan water of juist door een overschot. “Een belangrijke, nieuwe ontwikkeling”, stelt Aat Brand, Hoofd Afdeling Onderzoek & Internationale Betrekkingen van de dienst SoZaWe en projectleider WACAP. “Maar tegelijkertijd ook een hele logische stap”.
Aanpak op lokaal en regionaal niveau
Klimaat en crisis vormen bedreiging
Daarnaast zal de conferentie ook licht werpen op andere aspecten van het probleem armoede, bijvoorbeeld de erfenis van armoede voor de volgende generatie en de relatie tussen armoede en gezondheid. “Waar Rotterdam op hoopt, als resultaat van WACAP 2010, is een nieuwe benadering die perspectief biedt op verschillende niveaus: stad, wijk en buurt. En op nieuwe samenwerkingsverbanden en afspraken tussen internationale organisaties, overheden en private partijen. We hopen te bereiken dat steden van elkaar leren en naar elkaar luisteren. Dat wordt ingezien dat duurzame ontwikkeling hand in hand kan gaan met armoedebestrijding. Dat we sterker staan als we met elkaar de crisis bestrijden. Daarnaast wil Rotterdam zich graag presenteren als een stad die leiderschap toont op sociaal vlak. Die het aandurft om moeilijke kwesties op de agenda te zetten én de bereidheid heeft om kennis en kunde met andere steden te delen.”
“De verandering van het klimaat én de crisis vormen enorme bedreigingen voor de mensen die het minst hebben. Het één kun je niet los zien van het ander. Natuurlijk, de crisis raakt iedereen. Ook de mensen in Europa, in China, in Japan.“Maar de Afrikaanse landen zijn toch wel het kwetsbaarst”, stelt Aat. “En als we kijken naar de klimaatverandering, dan zie je bijvoorbeeld dat een land als Bangladesh het heel zwaar heeft. Het ligt laag. Bij iedere zware, tropische storm komt het land voor een groot deel onder water te staan. Dus ook de akkers. Met als gevolg dat de mensen het platteland verlaten en naar de krottenwijken trekken. Samengevat: armoede, en dan met name het bestrijden ervan, kun je niet als een los item zien. Met elkaar moeten we op zoek naar duurzame oplossingen.”
Tackling Social Exclusion Van 14 tot 16 oktober vond het Tackling Social Exclusion (TSE) seminar plaats in Rotterdam. TSE is een onderdeel van het Europese subsidieprogramma Two Seas. Hierin werken Rotterdam, Southampton en Gent samen aan nieuwe methodes voor sociale integratie. Zij zorgen ervoor dat mensen uit kwetsbare groepen kunnen meedoen in de samenleving.
En dat is ook precies waar naar wordt gestreefd begin volgend jaar in Rotterdam. Burgemeesters, bestuurders, politici, bedrijfsleven, afgevaardigden van NGO’s en de VN-organisatie UNDP (United Nations Development Programme waar de WACAP onderdeel van uitmaakt), ontmoeten elkaar in onze stad om ervaringen uit te wisselen. Het uitgangspunt is de aanpak van stedelijke armoede, dus op lokaal en regionaal niveau, in mondiaal verband. Dat betekent absoluut niet dat er alleen maar wordt gesproken over projecten in de Derde Wereld. “Armoedebestrijding gaat echt niet alleen over waterbeheersing, sanitatie, voedsel, energie en dat soort zaken, maar bijvoorbeeld ook over geweld achter de voordeur en de positie van kinderen in een gezin waar men op of onder de armoedegrens leeft. In onze stad zie je bijvoorbeeld dat met name vrouwen en kinderen getroffen worden door de gevolgen van de crisis”, aldus Aat. Relatie armoede en gezondheid
Gezamenlijk stellen ze vast wat de belangrijkste factoren daarvoor zijn, brengen ze vakmensen samen en testen ze vernieuwende projecten. In Rotterdam zijn dat de werkgelegenheidsprojecten Revit, Watch Out en City Steward. Op 16 oktober werd het project officieel gelanceerd in bijzijn van de burgemeester van Southampton en de Schepen van Gent. Voor meer informatie: http://tse.two-seas.eu/nl-NL/home/
DAAD Werkt, ook internationaal
‘One-stop-shop’ bevalt werkgevers In Rotterdam ontbreekt het de arbeidsmarkt aan balans. In veel gevallen komt het opleidingsniveau van de werkzoekenden niet overeen met de eisen die werkgevers stellen. Die kloof probeert DAAD, een servicepunt voor werkgevers uit de regio en werkgevers met een vestiging in Rotterdam, te dichten. Maar DAAD is niet alleen actief in onze stad. Er wordt ook internationaal gewerkt. Op dit moment worden er, in nauwe samenwerking met een aantal buitenlandse partners, twee programma’s uitgevoerd. Eén samen met Southampton en Gent, over een methodiek voor jongeren die via de reguliere kanalen moeilijk op de arbeidsmarkt kunnen komen, en één over een uitwisselings-programma met scholingsinstellingen in de deelstaat Hessen. Hierbij is de inzet om jongeren met een lagere beroepskwalificatie in de gelegenheid te stellen om deelcertificaten en aanvullende beroepskwalificaties te halen.
15
nog daaronder. Natuurlijk kunnen wij ook voor een goede directie-secretaresse zorgen als een opdrachtgever daarom vraagt, maar onze kracht en onze prioriteiten liggen bij de onderkant van de arbeidsmarkt.” Daar speuren de medewerkers die zijn aangesloten bij DAAD, zo’n 35 in totaal, naar werkzoekenden met de juiste mentaliteit en potentie. “Als ze over onvoldoende scholing of werkervaring beschikken, gaan wij daar mee aan de slag. In nauw overleg met de werkgevers. Op die manier zorgen we voor een betere match tussen werkgevers en werkzoekenden. En daar profiteert de hele Rotterdamse economie van”, aldus Broere. En inmiddels zijn er dus ook andere Europese steden die de aanpak van DAAD hebben ontdekt. Geen wollige instantie
Denkers en doeners
Volgens Broere kloppen werkgevers in de regio Rotterdam om diverse redenen bij DAAD aan. “We zijn geen wollige instantie waar alleen maar wordt gepraat. Integendeel. We zijn snel en efficiënt en we leveren goed werk. Met ons kun je echt zaken doen. Dat krijgen we regelmatig te horen van onze klanten”, stelt Broere.
“Iedere werkgever wil de beste mensen voor zijn of haar bedrijf”, stelt Hans Broere, manager van DAAD, samen. “Ze hebben denkers en doeners nodig. Wij staan werkgevers bij met werving en selectie, scholing en reïntegratietrajecten En dat werkt. DAAD is een servicebureau voor werkgevers die met name op zoek zijn naar mensen die van aanpakken weten. Niveau VMBO of zelfs
Wat werkgevers verder erg prettig vinden, is het feit dat DAAD een ‘one-stop-shop’ is. DAAD vertegenwoordigt de diensten van de gemeente Rotterdam, UWV WERKbedrijf én de reïntegratiebedrijven. Maar ook Roteb, de Dienst Stedelijk Onderwijs, Ontwikkelingsbedrijf Rotterdam en het Havenbedrijf dragen hun steentje bij en leveren kennis en kunde.
Directeuren Jeugdbeleid Finse steden bezoeken Rotterdam Een delegatie van Finse directeuren uit de steden Espoo, Kuopio, Lathi en Tampere uit Finland bracht van 7 tot 9 oktober een bezoek aan Rotterdam. De delegatie was vooral geïnteresseerd in het concept Jongerenhoofdstad en het jeugdbeleid van Rotterdam. In dat kader waren verschillende werkbezoeken gepland. Zo werden op de eerste dag bezoeken gebracht aan het YOUR WORLD-kantoor, een jongerendebat tram en de projecten Maak Plaats en Kamers met Kansen. De tweede dag gaf Emile Goyvaerts, coördinator Transfer Informatie Punt, een presentatie over TIP en een rondleiding door het winkelcentrum Zuidplein in de deelgemeente Charlois. In Rotterdam zijn diverse projecten waarin jongeren meewerken aan de veiligheid in de stad, en samen met de politie een oogje in het zeil houden. Denk aan de
jongerenwerkers van Thuis Op Straat, of de medewerkers van het werktoeleidingstraject Watch Out! Tiina-Liisa Vehkalahti uit Tampere vertelde “In Finland is het in het overgrote deel van het jaar koud buiten. We ervaren daarom veel overlast van jongeren die elkaar vooral in winkelcentra opzoeken. We kunnen hier goed zien hoe de Jongerenhoofdstad van 2009 omgaat met zulke grootstedelijke problemen.”
Handelsmissie naar St. Petersburg Op verzoek van het havengerelateerde bedrijfsleven heeft burgemeester Aboutaleb eind september een handelsdelegatie van 14 Rotterdamse bedrijven naar St. Petersburg geleid. De burgemeester had een druk programma met veel zakelijke ontmoetingen. St. Petersburg, de oude hoofdstad van Rusland, geldt in het grootste land ter wereld als ‘venster op het westen’. Het jaar 2009 is het jaar waarin St. Petersburg en Rotterdam het 25-jarig bestaan vieren van de zusterstadrelatie. In dit kader heeft de burgemeester over de samenwerking tussen beide steden gesproken met de gouverneur van St. Petersburg, mevrouw Matvienko. Tijdens het bezoek van Aboutaleb stond de stad St. Petersburg in het teken van de NEVA 2009. De NEVA
is hét Russische maritieme evenement, waar tal van nationale en internationale bedrijven op de scheepvaarten transportsector op af komen. De Rotterdam Port Promotion Council (RPPC) organiseerde tijdens deze NEVA een seminar, waar veel Russische bedrijven op afkwamen. De burgemeester opende dit seminar met een speech, waarin hij wees op het belang om elkaar te leren kennen. Want “Wie elkaars cultuur niet kent, kan geen handel drijven”, aldus Aboutaleb. Tijdens een businesslunch had de burgemeester een ontmoeting met een aantal topmannen uit het Russische bedrijfsleven. Hierbij wees Aboutaleb op de uitstekende mogelijkheden om te investeren in Rotterdam. Dit zijn geen loze woorden: de Russische multinational Lukoil is deze bedrijven al voorgegaan met forse havengerelateerde investeringen. In de marge van het zakelijke programma maakte burgemeester Aboutaleb ook nog tijd om stil te staan bij het 25-jarig bestaan van de zusterstadrelatie tussen Rotterdam en St. Petersburg. In een ontmoeting met de gouverneur van St. Petersburg, mevrouw Matvienko, werden afspraken gemaakt om de samenwerking tussen de steden te versterken. Onder grote aandacht van de Russische pers werd afgesproken dat de steden vooral op het gebeid van logistiek en transport de samenwerking zullen zoeken. Ook toonde de gouverneur veel interesse in de Rotterdamse aanpak op het gebied van tolerantie en interculturaliteit.
In een ontmoeting met de gouverneur van St. Petersburg, mevrouw Matvienko, zijn afspraken gemaakt om de samenwerking tussen Rotterdam en St. Petersburg te versterken.
16
Jaarvergadering Europe Direct in Rotterdam Van 14 t/m 16 oktober 2009 vond in Rotterdam de jaarvergadering van Europe Direct plaats. Drie dagen lang werden er werksessies gevolgd en praktijkervaring uitgewisseld rond het thema economisch en sociaal herstel. Europe Direct is een informatiedienst van de Europese Unie die burgers gratis en in hun eigen taal informatie geeft over onderwerpen die met de EU verband houden,onder meer over hun rechten en mogelijkheden als EU-burger of over Europees beleid. De coördinatoren organiseren ook communicatieactiviteiten om Europa dichter bij de burgers te brengen. In Rotterdam heeft Europedirect een vestiging in de Centrale Bibliotheek.
In totaal verwelkomde Rotterdam 120 deelnemers uit 24 EU-lidstaten. Tijdens de drie dagen lag de nadruk op inspiratie, interactiviteit, creativiteit, en innovatie. Zo hebben de deelnemers geleerd hoe ze over een moeilijk onderwerp als de financiële crisis naar een groot publiek kunnen communiceren. Daarbij verloor men ook de nieuwe media niet uit het oog: sociale media zoals Facebook zijn belangrijke communicatie-instrumenten. De omgeving was inspirerend omdat men een hele dag ideeën kon spuien in de Creative Factory. De haven van Rotterdam was een opsteker, want daar zijn de deelnemers projecten gaan bezoeken en in de avond vond het diner plaats dat de gemeente aan de deelnemers aanbood in de Burgerzaal van het Stadhuis. Het diner werd geopend met een speech van burgemeester Aboutaleb. Hij benadrukte het belang van een goede communicatie om de kennis over de Europese Unie te vergroten bij de burgers.
Jaarvergadering Eurocities in Stockholm 17
Urban Challenges, Sustainable Solutions, was het thema van de jaarvergadering van Eurocities, die eind november plaats vond in Stockholm. De conferentie bracht politieke leiders en experts bij elkaar om kennis uit te wisselen op het gebied van economische groei en effectieve oplossingen te zoeken voor de klimaatverandering. Invloedrijk stedennetwerk Eurocities is het netwerk van meer dan 140 grote Europese steden, dat in 1986 werd opgericht in Rotterdam. Als één van de founding fathers van Eurocities is Rotterdam zeer actief binnen het netwerk dat opkomt voor de belangen van grote Europese steden in Brussel. Doelstellingen van Eurocities zijn: lobby bij de Europese instellingen voor de belangen van de grote steden, gezamenlijke (subsidie-) projecten en kennisuitwisseling. Eurocities is tamelijk invloedrijk in Brussel en wordt door de Europese instellingen (Commissie, Parlement, Comité van de Regio’s) zeer serieus genomen. Het Eurocitiesnetwerk is daardoor een goed instrument om de internationale contacten en profilering van Rotterdam op terreinen als integratie, participatie en klimaat verder te ontwikkelen.
conferentie bood de burgemeester van Stockholm het Stockholm Appeal on Climate Change aan aan het Zweeds voorzitterschap van de Europese Unie en een vertegenwoordiging van de Amerikaanse regering. Het Stockholm Appeal is een oproep van de burgemeesters van grote Europese en Amerikaanse steden aan de Klimaattop in Kopenhagen om tot internationale klimaatafspraken te komen. Bij de implementatie van het klimaatbeleid zien zij een grote rol weggelegd voor de steden. Op de jaarvergadering zijn ook de winnaars van de Eurocities awards bekend gemaakt. Dit zijn prijzen die worden toegekend aan leden die buitengewone prestaties hebben geleverd met lokale activiteiten of projecten waardoor de kwaliteit van leven voor burgers is verbeterd. Rotterdam was met het Rotterdam Climate Initiative één van de genomineerden in de categorie samenwerking. Eén van de side events werd mede georganiseerd door de Rotterdamse dienst Sociale zaken en Werkgelegenheid. Onder de titel ‘Social Inclusion at the City level’ werd het eindrapport gepresenteerd van het project Connections. Het rapport bevat de resultaten en succesfactoren die voortvloeien uit een uitwisseling van acht Europese steden over hun ervaring met achterstandsgroepen.
Stockholm Appeal Burgemeester Aboutaleb nam met collega’s uit verschillende Europese steden deel aan het burgemeesterspanel over de uitdagingen van steden als het gaat om economische, ecologische en sociale duurzaamheid. Tijdens de
Aan het eind van de conferentie werd burgemeester van Aartsen van Den Haag herkozen als voorzitter van Eurocities. Meer informatie kunt u vinden op www.eurocities2009.eu
RCI-reis naar Japan in het kader van CCS Van 28 september tot 3 oktober bracht wethouder Bolsius met een brede bedrijfsdelegatie, samenwerkend in het Rotterdam Climate Initiative, een bezoek aan Japan. Het bezoek sloot aan bij het bezoek van minister Eurlings van Verkeer en Waterstaat in het kader van de viering van 400 jaar handelsbetrekkingen tussen Nederland en Japan. Uitwisselen van kennis
Bedrijven uit India bezoeken onze stad
18
Vijftien bedrijven uit Mumbai, allemaal actief in de logistieke sector, hebben begin september een bezoek gebracht aan Rotterdam. De groep werd geleid door de Confederation of Indian Industry (CII). Het bezoek was een vervolg op de contacten die zijn gelegd tijdens de oriëntatiereis naar India in juni 2009. Vooral de economische afdelingen van de ambassade in Delhi en het consulaat in Mumbai hebben hun best gedaan om de bedrijven ook een dag naar Rotterdam te laten komen. In Rotterdam is het programma georganiseerd door de Bestuursdienst, het Rotterdam Investment Agency en de Kamer van Koophandel. Ook het Havenbedrijf Rotterdam, Nederland Distributieland en de Netherlands India Chamber of Commerce & Trade (NICCT) hebben een rol gespeeld in het ontvangen van deze groep. Voorafgaand aan de matchmakingsessie vond een rondleiding door de haven plaats. Met name het bezoek aan de terminal van EcO 2, een bedrijf voor milieuvriendelijke ongediertebestrijding, vonden de Indiërs zeer interessant. Ongediertebestrijding vindt in India nog altijd met het zeer milieu-onvriendelijke en gevaarlijke methylbromide plaats. Dat het bestrijden van ongedierte ook milieuvriendelijk kan, was voor hen een ware ‘eye-opener’. Verder is er een bezoek gebracht aan de Broekman Car Terminal. Onderweg was er uiteraard ook veel te zien: ECT Delta terminal, de douanescan, het Rail Service Center en de tweede Maasvlakte in aanbouw. De matchmaking was een succes. Twee bedrijven uit India hebben te kennen gegeven dat zij geïnteresseerd zijn in een vestiging in Rotterdam.
De reis was gericht op het vergaren en uitwisselen van kennis en het bevorderen van samenwerking met Japanse bedrijven en autoriteiten om de totstandkoming van CCS (Carbon Capture and Storage) in de Rotterdamse haven te stimuleren. De reis leverde Rotterdam onder meer informatie op over verduurzaming van de (auto-)mobiliteit, coöperatieve systemen en verkeersmanagement én de positionering van Nederland als duurzaam logistiek knooppunt van Europa. In Rotterdam ontwikkelt zich een sterke relatie tussen duurzaam produceren (CO 2 -afvang en opslag, gasgebruik, energie-efficiëntie) en de logistieke afhandeling (scheepvaart, inlandtransport, de zogenaamde hubterminalfunctie). Daarnaast gaat duurzaamheid ook in de logistieke sector een steeds belangrijkere rol spelen. In Japan is veel kennis en techniek aanwezig. Er bestaat al een intensieve relatie tussen Nederlandse en Japanse bedrijven. Tevens heeft de Japanse overheid een voortrekkersrol op het gebied van duurzame logistiek. Energie-efficiënt Tijdens de reis viel het op dat Japan tweemaal zo energie-efficiënt is als Nederland. Mede door de inzet van veel kernenergie, maar ook door een integrale aanpak van vrijwillige besparing, wetgeving en aansporing. Duurzame energie kan slechts geleidelijk aan meer worden ingezet en meer nucleaire energie stuit op weerstand. Er is daarom veel interesse voor CCS. De reis heeft goede contacten met Japanse bedrijven opgeleverd die mogelijk een rol gaan spelen bij de CCS-investeringen in Rotterdam. Het liet verder zien hoe uniek de samenwerking van bedrijven in Rotterdam op het gebied van CCS eigenlijk is.
EcoExper!ence op weg naar Kopenhagen Experimentele auto’s, elektrische scooters, the age of stupid, eco-workshops, debat en een tentoonstelling. Dat was in het kort de EcoExperience: een serie spannende evenementen in oktober waarmee de Europese Commissie het publiek warm maakte voor de klimaattop die in december in Kopenhagen wordt gehouden. Op 4 oktober vond de kickoff van de EcoExperience plaats in Rotterdam. De opening werd verzorgd door Ludolf van Hasselt, directeur EC vertegenwoordiging in Nederland, en Gerard Reussink, directeur Bibliotheek Rotterdam. Het evenement werd door de Vertegenwoordigingen van de Europese Commissie in Denemarken, Duitsland en Nederland georganiseerd samen met tien Europe Direct Centra. Rotterdam Rules
Nieuw scheepvaartverdrag ondertekend Eind september was Rotterdam een paar dagen lang VN-stad. In de periode van 20 tot 23 september vond een bijzondere zitting plaats van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties met ondertekening van een nieuw, wereldwijd scheepvaartverdrag. Dit verdrag regelt het zeevervoerscontract en zorgt voor internationale rechtszekerheid.
19
Het motto: op koers naar Kopenhagen. Doel van de EcoExperience=evenementen: laten zien dat duurzaamheid leuk is en dat iedereen eraan kan bijdragen. Centrale blikvanger was de Loremo; een innovatieve, extreem zuinig rijdende auto. De uitdaging voor de Loremo is om met zo min mogelijk CO2 -uitstoot van Rotterdam naar Kopenhagen te rijden. Daarnaast waren er op 4 oktober nog andere experimentele auto’s te zien, zoals de windwagen Anemo, wagens van de Shell ecoteams, een replica van het zonneenergievoertuig Nuna, een gangbare, energiezuinige Ford en elektrische scooters. Ook kon het publiek door eigen spierkracht te gebruiken op een aangepast roeiapparaat een smoothie bijelkaar roeien en door plaats te nemen op een speciale fiets kon een sinaasappel tot een echt glaasje jus d’orange worden omgetoverd. Meer informatie: http://eco-experience.eu
Het VN-verdrag ‘United Nations convention on contracts for the International Carriage of Goods Wholly or Partly by Sea’ wordt ook wel de Rotterdam Rules genoemd. Dit verdrag beschrijft de rechten en plichten van de partijen die belang hebben bij het zeevervoer van goederen. Zo komt er meer duidelijkheid over wie, waarvoor, wanneer, waar en tot in welke mate verantwoordelijk en aansprakelijk is. Deze internationale rechtszekerheid bevordert de internationale handel en leidt tot een besparing in kosten. Tijdens de officiële ondertekening plaatsten 16 landen hun handtekening onder het verdrag. Om het verdrag van kracht te laten gaan moet het nog door de individuele landen worden geratificeerd. Tot dusverre ondertekenden Armenië, Kongo, Denemarken, Frankrijk, Gabon, Ghana, Griekenland, Guinee, Kameroen, Madagaskar, Nederland, Niger, Nigeria, Noorwegen, Polen, Senegal, Spanje, Togo, de Verenigde Staten en Zwitserland. Samen zijn ze goed voor meer dan 25% van het wereldhandelsvolume. Als 20 landen de Rotterdam Rules hebben geratificeerd dan treedt het verdrag één jaar later officieel in werking.
Samen staan we sterker Het aangaan van een hechtere samenwerking met kennis- en onderzoeksinstellingen op internationaal gebied is één van de aandachtspunten uit het Programma Internationale en Europese Activiteiten van de gemeente Rotterdam. En daar wordt volop aan gewerkt. Zo is op 31 augustus, tijdens de opening van het Academisch Jaar, een intentieverklaring getekend met de Erasmus Universiteit Rotterdam om zowel op internationaal gebied als op allerlei andere terreinen meer samenwerking te zoeken. De intentieverklaring is de eerste aanzet tot een uitgebreide samenwerkingsovereenkomst met de Erasmus Universiteit Rotterdam die naar verwachting volgend jaar getekend zal worden. Het doel van de samenwerking op internationaal gebied is om als stad en universiteit samen sterker te staan in de internationale profilering.
Rotterdam Wereldwijd is een uitgave van de gemeente Rotterdam, Bestuursdienst, en informeert over Europese en internationale ontwikkelingen die van belang zijn voor onze stad.
20
Eindredactie: Iris Willems en Chris de Lange Reacties:
[email protected] - T 010 2673060 Tekst: Sandra Balzer, 0186 Tekst & Concept Fotografie: Gemeente Rotterdam, Roy Borghouts, Jacqueline de Haas, Marc Heeman, Hans Hordijk, Joël van Houdt, Ad Hupkes, René Keijzer, A. Kers, Paul Martens, Jurn Quadt, RCI, Ben Wind, Your World Layout: Dick Pruis Artworkstudio Drukwerk: Thieme MediaCenter Rotterdam
Lezing over de val van de Berlijnse Muur Geert Mak sprak op 10 november in de Burgerzaal van het stadhuis over Europa na de val van de Berlijnse Muur. De lezing ging over de ontwikkeling van de Europese cultuur en de toekomst van Europa. De middag is georganiseerd door de Rotterdamse afdeling van het Nederlands Genootschap voor Internationale Zaken (NGIZ). Dit genootschap is in 1945 opgericht om mensen te informeren over een breed scala van internationale zaken en telt momenteel ruim duizend leden.