ROOD
Duur van de voorstelling : ca. 2u – geen pauze Première vrijdag 24 mei 2013 NTGent ARCA
Rood stelt onder meer vragen rond de manier waarop we het leven en werk van een kunstenaar vernauwen tot een iconografisch beeld, al dan niet door de kunstenaar zelf zo gewild. Van Gogh met een verband rond het oor. Dali met een clowneske grijns... Rothko liet zich graag afbeelden met een sigaret in de hand. Hij was een verstokte roker. Voor ons verzinnebeeldt dit roken zowel de gedrevenheid van de kunstenaar als de vele rustmomenten die hij nam om zijn werk te bestuderen. Er wordt dan ook gerookt in deze voorstelling. Wie daar als toeschouwer niet mee geconfronteerd wil worden, kan zijn ticket voor aanvang van de voorstelling laten terugbetalen aan onze avondkassa.
ROOD Tekst Vertaling Regie Spel
John Logan Gommer Van Rousselt Koen De Sutter Wim Opbrouck Servé Hermans Dramaturgie Koen Haagdorens Lichtontwerp Dennis Diels Kostuumontwerp Anja Perisic Decorconcept Wim Opbrouck, Koen De Sutter Decorassistent Luc Goedertier Opnameleiding Marc Swaenen Regieassistent Katelijne Laevens Inspiciënt Ferre Carron Techniek Sander Michiels / Dimitri Devos Kleedster Marta Stoffels Productieleiding Marieke Cardinaels Uitvoering decor en kostuums door Ateliers NTGent Met dank aan alle medewerkers van NTGent.
Biografieën van spelers en makers vindt u op www.ntgent.be/productie/rood
In den beginne was er verf Wie de toeristendrukte trotseert van de Millenium Bridge in Londen en zich via de drukbezochte onderbuik van Tate Modern via de roltrappen een weg zoekt naar de derde verdieping van het immense gebouw, kan een traject volgen dat door een aantal zalen met twintigste-eeuwse kunst leidt, en dat eindigt in een wat stillere kamer met gedempt licht – the Rothko Room. Deze is integraal gewijd aan het werk van een van de schilders die de Amerikaanse kunst op de kaart zette. Meer specifiek: de werken in de Rothko Room maken deel uit van een serie doeken die de schilder in 19581959 maakte, en die over de hele wereld verspreid hangen in musea en privécollecties: the Seagram Murals. Deze selectie van Seagram Murals werd in 1969, tien jaar na hun creatie, door Rothko aan Tate geschonken. Met als een van de vereisten dat ze in een ruimte zouden komen te hangen waar verder geen ander werk te zien zou zijn. Zo geschiedde. Terwijl de werkzaamheden aan de gang waren om de geschikte condities te garanderen en de werken optimaal te kunnen exposeren, werd het nieuws bekend dat de kunstenaar overleden was. Mark Rothko, in 1903 geboren in Letland als Marcus Rothkowitz en op tienjarige leeftijd uitgeweken naar de Verenigde Staten, werd op 25 februari 1970 teruggevonden in zijn atelier met overgesneden polsen. De arts die de autopsie uitvoerde, verklaarde dat de schilder door zijn slechte lichamelijke conditie sowieso niet lang meer te leven had. Enkele jaren daarvoor werd bij de schilder een slagadervernauwing vastgesteld en mocht hij geen doeken meer schilderen die hoger waren dan 1 meter. In 1969 verliet Rothko zijn gezin, om alleen in zijn atelier te gaan wonen. Hij leefde in de laatste jaren van zijn leven onder grote druk van zowel zijn galerij als zijn financieel adviseur. In augustus 1970 stierf Rothko’s weduwe en begon een keiharde juridische strijd tussen Rothko’s galerij en zijn nabestaanden over het nagelaten artistieke en financiële fortuin. De Seagram Murals. In 1958 tekende Mark Rothko een (omgerekend naar nu) miljoenencontract voor de creatie van een serie grote doeken. Deze waren bestemd voor een gloednieuw restaurant in New York, The Four Seasons. Dat vormde het kroonjuweel van een nieuw opgetrokken wolkenkrabber in Midtown Manhattan, een gezamenlijk ontwerp van toparchitecten Mies van der Rohe (het gebouw) en Philip Johnson (ineterieur en lobby). De zogenaamde Seagram Building werd de nieuwe, prestigieuze hoofdzetel van het Canadese bedrijf Joseph E. Seagram’s & Sons, toen de grootste producent van alcoholische drank ter wereld. Het gebouw – functionele stijl
maar met de meest exclusieve materialen – was toonaangevend voor de naoorlogse architectuur. Een symbool voor vooruitgang, ondernemerschap, koopkracht, succes. Mark Rothko was een van de schilders die er mee voor zorgde dat vanaf de Tweede Wereldoorlog niet langer Parijs, maar New York het kloppend hart van vernieuwing en avant-garde werd. Bovendien begon het werk van Rothko vanaf de tweede helft van de jaren vijftig aan een steile klim op de beleggersmarkt. Dat was lange tijd anders geweest. Rothko was sinds het begin van de jaren twintig op zoek naar een eigen artistieke taal. Twintig jaar lang zou hij de mogelijkheden van het canvas exploreren, met voornamelijk invloeden van het expressionisme en het surrealisme, om uiteindelijk in de tweede helft van de jaren veertig het figuratieve te verlaten. Op slechts enkele jaren tijd vervagen de contouren van de figuren op zijn doeken, om enkel nog vlekken over te laten. Deze evolueren in de jaren ’48‘49 tot de kleurvelden die zo kenmerkend zijn voor Rothko’s stijl. Vanaf dan zou de schilder alleen nog kleurvlakken schilderen. Rothko’s werk uit de eerste helft van de jaren vijftig toont felle, vurige kleuren. Zijn biograaf James Breslin omschrijft dit kleurenpalet als de extase van een schilder over zijn gevonden taal. Die dynamische vitaliteit paste wellicht perfect in de mood die de Seagram Building moest uitstralen, en niet alleen de Seagram Building, maar ook de hele Amerikaanse propagandamachine van de jaren vijftig, die het oosten op de zenuwen werkte en het westerse publiek in vervoering bracht (op de Brusselse Expo 58 kon het grote publiek zich niet alleen vergapen aan de verworvenheden van de Amerikaanse welvaart in het Amerikaans paviljoen, het maakte ook voor het eerst kennis met het Amerikaans Abstract Expressionisme op een grootse tentoonstelling 50 jaar moderne kunst). Rothko en Seagram, het leek een perfecte match. Ware het niet dat het palet van de schilder sinds 1956 merkbaar was beginnen versomberen. 1956 was het jaar waarin Jackson Pollock, die andere reus van de Amerikaanse schilderkunst van na de oorlog, zich te pletter reed. Een tragisch incident dat de prijzen van diens werk de hoogte in deed schieten. En ook die van Rothko. De dood van Pollock demonstreerde onwillekeurig de obsceniteit van het grote geld. Het is niet ondenkbaar dat de versombering in Rothko’s kleurenpalet een reactie daarop was. Tegen de tijd dat Rothko aan zijn doeken voor de Seagram Building begon, hadden de vrolijke kleuren van begin jaren vijftig plaats gemaakt voor donkere tinten rood, bruin, zwart. De opdracht voor Seagram betekende nochtans een nieuwe impuls voor de schilder. Het was de eerste keer dat hij een reeks zou maken: doeken die onderling met elkaar in verband stonden. Het was ook de eerste keer dat hij
doeken zou maken voor een openbare ruimte die niet exclusief aan de kunsten was gewijd. Omdat het om een restaurant ging, moesten de doeken in de hoogte worden opgehangen; ook dat was nieuw voor Rothko, die altijd had gepleit voor een lage ophanging, waarbij de kijker de doeken heel dicht kon naderen en er als het ware in kon verzwelgen. Dit alles inspireerde de kunstenaar tot een andere manier van omgang met zijn werk. Voor het eerst wisselde hij de oriëntering van zijn werk, dat tot dan toe vooral uit verticale doeken bestond. Vanwege de inrichting van de ruimte van het restaurant en vanwege de grote afstand tussen het etende publiek en zijn werk, koos Rothko voor reusachtige, horizontaal georiënteerde formaten. Omdat deze groot waren en moeilijk hanteerbaar, nam Rothko een assistent in dienst. Samen werkten werkten ze aan de Murals. Tot Rothko na vele maanden intense arbeid het contract met Seagram verbrak. De overlevering wil dat Rothko het peperdure restaurant en het restaurantpubliek ongeschikt achtte voor zijn werk. John Fischer, een vriend, tekende enkele maanden voor Rothko’s contractbreuk al dan niet waarheidsgetrouw de volgende woorden op uit de mond van de kunstenaar: ‘I’ll never tackle such a job again. In fact, I’ve come to believe that no painting should ever be displayed in a public space. I accepted this assignment as a challenge, with strictly malicious intentions. I hope to paint something that will ruin the appetite of every son of a bitch who ever eats in that room. If the restaurant would refuse to put up my murals, that would be the ultimate compliment. But they won’t. People can stand anything these days.’ De Amerikaanse auteur John Logan gebruikte het creatieproces van de Seagram Murals als kader voor Rood. Rood is een stuk voor twee acteurs – de schiler en zijn assistent – die in de beslotenheid van een schildersatelier veroordeeld lijken tot elkaar. Is het toeval dat het stuk dezelfde structuur heeft als die andere eenakter met vijf scènes, Huis Clos van Sartre? Rothko worstelde niet alleen met de manier waarop de kunst werd gerecupereerd door het grote geld, maar met elke vorm van recuperatie. Dat blijkt uit zijn geschriften. Daarin probeert hij zich onder meer te onttrekken aan het label ‘Abstract Expressionism’ waaronder hij steevast wordt gecategoriseerd (ergens zou Rothko zijn werk zelfs als ‘Realism’ omschrijven). De nagelaten teksten van Rothko getuigen van een niet aflatende zoektocht naar de juiste woorden om zijn werk te duiden. Rothko was niet alleen schilder; hij was een denker én een gedreven didacticus (Rothko gaf jarenlang les plastische kunst aan kinderen in het Jewish Center in Brooklyn). Zijn voortdurende drang om te formuleren en te herformuleren voedden de pen van Logan; hij verwerkte uitspraken van en over Rothko in zijn stuk, waarbij hij Rothko’s assistent als klankbord gebruikt voor de ideeën van zijn werkgever. Logan zette de geschiedenis naar zijn hand. De verwijzingen naar het versomberende
kleurenpalet, Rothko’s verzet tegen de opkomende Pop Art en New Realism en het verhaal van Seagram strekten zich in werkelijkheid uit over zo’n zestal jaar, maar werden door de auteur verdicht tot een intens stuk dat zich in de loop van twee jaar afspeelt. Om zo te komen tot een samengebald verhaal over een kunstenaar die, in een wereld die wordt gedicteerd door de agressieve wetten van de vrije markt, vecht voor het behoud van zijn eigenheid. En over een mens die in het reine moet komen met zijn eindigheid. En de schilderijen? De doeken van Rothko maken bij een publiek de meest uiteenlopende reacties los. Emotioneel, filosofisch, religieus. Zo zijn er verhalen van mensen die in tranen uitbarsten wanneer ze voor een Rothko staan. Zo is er bijvoorbeeld het mooie filosofische essay van Joke Hermsen over de relatie tussen Rothko’s werk en een andere beleving van de tijd. En zo beschrijft Jan Brokken in Baltische zielen hoe alles bij Rothko met het woord ‘trans-‘ verband lijkt te houden, alsof de schilder bezeten was van een andere werkelijkheid, een hogere werkelijkheid die vele kijkers in zijn doeken waarnemen. Wat Rothko zelf voor ogen zou hebben kunnen gehad, dat hoort u in dit stuk. In november 2012 was een werk van Rothko de topper op een veiling in New York. Prijs: 75.1 miljoen dollar. Een van de andere verkochte werken – 16.3 miljoen – was Suicide van Andy Warhol. Suicide dateert uit 1963. In 1962 brak Rothko met zijn toenmalige galerij omdat deze de boomende Pop Art ondersteunde. Rood begint en eindigt met de schilderijen die vandaag onder meer in Tate Modern te zien zijn. Wie in de Rothko Room zijn blik laat rondgaan langs de Seagram Murals en deze ten slotte laat rusten op het werk dat het dichtst bij de deur hangt – het werk waar men het snelst aan voorbijloopt want daar zit de suppoost – ziet een groot rood geschilderd vierkant op een donkere ondergrond. Wie zijn blik over het doek laat gaan en deze laat zakken naar de hoek linksonder, ziet een opvallend detail. Rode verf druipt van een hoek van het geschilderde vierkant over het doek. Het lijkt een slordigheid die je maar zelden bij Rothko aantreft. De schilder maakte de contouren van zijn kleurvlakken altijd wazig, zodat de kleuren in elkaar overlopen en beginnen te vibreren wanneer je er lang naar kijkt. De druipers op dat ene doek in Tate vormen een brutale breuk met die esthetiek, een beetje zoals de spetters op David Hockney’s A bigger Splash. Ze herinneren de kijker ergens aan. In den beginne was er verf. - Koen Haagdorens
www.ntgent.be Vind NTGent leuk op facebook en wees de eerste om nieuwtjes te horen en foto’s van achter de schermen te zien. Laat ons weten wat u van onze voorstelling vond! Tweet #rood@NTGent of reageer via www.ntgent.be/productie/rood
NTGent flowered by Gentse Floraliën