REGLEMENT betreffende de aanvullende zonale bepalingen van het administratief en geldelijk statuut van het operationeel personeel Versie 19.11.2014 ________________________________________________________________________________ Wettelijke omkadering -
gelet op het koninklijk besluit van 19 april 2014 houdende bezoldigingsregeling van het operationeel personeel van de hulpverleningszones; gelet op het koninklijk besluit van 19 april 2014 tot bepaling van het administratief statuut van het operationeel personeel van de hulpverleningszones; gelet op de wet van 19 april 2014 tot vaststelling van bepaalde aspecten van de organisatie van de arbeidstijd van de operationele beroepsleden van de hulpverleningszones; overwegende de brief van Minister Milquet op 24/12/2013 over de hervorming van de Civiele veiligheid.
Aanvullend op het administratief statuut: 2.1 Beschikbaarheid van het beroepspersoneel De beschikbaarheid van het beroepspersoneel buiten de werktijden is noodzakelijk in de brandweerzone omdat de posten over te weinig personeel, van wacht in de kazerne, beschikken om een volledige uitruk te realiseren volgens het KB van 10 november 2012 tot vaststelling van de minimale voorwaarden van de snelste adequate hulp en van de adequate middelen. Dit betekent dat de beroepsleden over de mogelijkheid moeten beschikken om binnen een zeer korte tijdspanne na een oproep de brandweerkazerne te bereiken. In de ministeriële omzendbrief van 28 mei 2004 zijn hierover reeds richtlijnen bepaald. In een resultaatsverbintenis worden de modaliteiten van deze beschikbaarheid bepaald door de zoneraad om zo de openbare veiligheid minimaal te kunnen garanderen. Hierin worden ook de voorwaarden voor de officieren opgenomen in het kader van de wachtdiensten die uitgevoerd worden. De beroepsleden zijn verplicht om aan de modaliteiten te voldoen voor het beëindigen van de aanwervingsstage. Bestaande afspraken, goedgekeurd door de gemeenteraad, worden overgenomen in de brandweerzone. Dit punt wordt afgesloten als een protocol van niet-akkoord.
_____ dd. 19/11/2014
1/7
2.2 Woonplaatsverplichting voor vrijwilligers Iedere operationele vrijwilliger is woonachtig (of tewerkgesteld met de mogelijkheid om de werkplaats te verlaten tijdens de werktijd) binnen een straal van 4 km van de brandweerpost van tewerkstelling (te rekenen in vogelvlucht) of binnen een afstand waar hij/zij op 8 minuten in een brandweerpost van de zone aanwezig kan zijn (berekend met het softwareprogramma van de risicoanalyse). Een lid van de brandweer dat niet voldoet aan de woonplaatsverplichting, maar toch over de mogelijkheid beschikt om binnen een zeer korte tijdsspanne na een oproep de brandweerkazerne te bereiken, kan aan de zoneraad een afwijking op de woonplaatsverplichting (of plaats van tewerkstelling) vragen. De zoneraad kan, rekening houdend met de omstandigheden van het individueel geval, een afwijking op de woonplaatsverplichting (of plaats van tewerkstelling) toestaan. In het benoemingsbesluit zal de zoneraad motiveren waarom er voor de betrokken persoon uitzonderlijk van de woonplaatsverplichting (of plaats van tewerkstelling) afgeweken wordt. Bestaande regelingen, goedgekeurd door de gemeenteraad, worden overgenomen in de brandweerzone. 2.3 Dienstverplaatsing en verplaatsingstijd De beroepsleden hebben een hoofdwerkplaats waar ze tewerkgesteld worden. Om dienstredenen kunnen ze occasioneel in andere posten ingezet worden. Hun dienst loopt dan volgens het daar geldende werkregime. De arbeidstijd begint en eindigt hierbij in de post waar men ingezet wordt, tenzij anders bepaald door de zonecommandant. Voor de verplaatsing wordt in eerste instantie gekeken of dit met een dienstvoertuig kan. Als dat niet het geval is, krijgt de brandweerman die met zijn/haar eigen wagen de verplaatsing maakt, een vergoeding zoals voorzien in artikel 156 van de rechtspositieregeling van het administratief personeel voor dienstverplaatsingen met eigen wagen (voor de afstand tussen zijn hoofdwerkplaats en de post waar hij/zij wordt ingezet). Wijziging van hoofdwerkplaats (binnen de zone) gebeurt in niet-bindend overleg. Indien iemands werkplek wijzigt, is er geen sprake van dienstverplaatsing. 2.4 Aanwervingsproef (na het federaal geschiktheidsattest) Een bijkomende proef zal georganiseerd worden. De inhoud wordt bepaald door het zonecollege, ingericht als een vergelijkend examen. Bij de vacantverklaring van een functie zal syndicaal overleg plaats vinden over de aanwervingsproef die voorzien wordt en eventuele specifieke selectievoorwaarden. De samenstelling van de jury is: - zonecommandant of afgevaardigde - officier van de zone - 2 externe deskundigen (officier andere zone of deskundige relevante materie) - personeelsverantwoordelijke van de zone of afgevaardigde 2.5 Rijbewijs C Het behalen van een rijbewijs C is niet verplicht voor vrijwillige brandweermannen. 2.6 Brevet ambulancier Het brevet ambulancier is verplicht voor elke nieuwe beroepsbrandweerman waar zijn hoofdwerkplaats een ambulancefunctie uitvoert. Dit is niet verplicht voor een vrijwillige brandweerman. Er zal later besproken worden voor welke functies het brevet noodzakelijk is. _____ dd. 19/11/2014
2/7
2.7 Bevorderingsproef De samenstelling van de jury is: - Zonecommandant of afgevaardigde officier - 2 officieren van de zone - 2 externe deskundigen (officier andere zone of deskundige relevante materie) - Personeelsverantwoordelijke van de zone of zijn afgevaardigde 2.8 Mobiliteitsproef De inhoud van de mobiliteitsproef wordt bepaald door de zoneraad. De samenstelling van de jury is: - Zonecommandant of afgevaardigde - Officier van de zone - 2 externe deskundigen (officier andere zone of deskundige relevante materie) - Personeelsverantwoordelijke van de zone of zijn afgevaardigde 2.9 Professionaliseringsproef De inhoud van de professionaliseringsproef wordt bepaald door de zoneraad. De samenstelling van de jury is: - Zonecommandant of afgevaardigde - Officier van de zone - 2 externe deskundigen (officier andere zone of deskundige relevante materie) - Personeelsverantwoordelijke van de zone of zijn afgevaardigde 2.10 Voortgezette opleiding Zonaal vormingsreglement Een zonaal vormingsreglement wordt opgesteld. De fysieke paraatheid wordt in het zonaal vormingsreglement bepaald. Verplaatsingen van en naar opleidingen opgelegd door de dienst gelden als diensttijd De verplaatsingstijden van en naar opleidingen (in het PLOT, in andere opleidingscentra, in andere posten in de zone) worden vooraf per post vastgelegd door de zonecommandant. Men dient dus geen werkelijke reistijd door te geven. 2.11 Beschikbaarheid van de vrijwilligers Dit wordt verder uitgewerkt in het huishoudelijk reglement van de zone met betrekking tot beschikbaarheden. 2.12 Vrijwilligers in permanentiediensten 2.13 Aantal verlofdagen Ieder beroepspersoneelslid heeft recht op 30 verlofdagen (26 + 4). De zoneraad kent bijgevolg één extra verlofdag toe. 2.14 Lid politiezone Voor vrijwilligers, die in functie zijn voor 1 april 1999, wordt toegestaan dat ze lid zijn van een politiezone. 2.15 Lopende aanwervingsprocedures en werfreserves overnemen De lopende aanwervingsprocedures en werfreserves van de brandweerdiensten worden voor een periode van max. 2 jaar overgenomen. 2.16 Lopende bevorderingsprocedures overnemen De lopende bevorderingsprocedures worden per sector overgenomen voor een periode van 2 jaar. _____ dd. 19/11/2014
3/7
Aanvullend op het geldelijk statuut: 2.17 Uurvergoeding vrijwilligers Het uurbedrag wordt bepaald door de prestatievergoedingschaal die overeenkomt met de graad vastgesteld in bijlage 2 van het koninklijk besluit van 19 april 2014 houdende de bezoldigingsregeling van het operationeel personeel van de hulpverleningszones (deze bedragen zijn verbonden aan de schommeling van de index van de consumptieprijzen). Het bedrag van de prestatievergoeding wordt berekend per prestatie. Het eerste uur wordt steeds volledig betaald. Ieder volgend begonnen uur van 10 minuten of meer wordt voor een heel uur betaald. Voor deelname aan prestaties tijdens gewone diensten wordt er geen toelage betaald. Onder gewone diensten wordt verstaan oefeningen, opleidingen (KB 08/04/2003), preventieopdrachten, onderhouds- en administratieve taken. Voor oproepen voor dringende hulpverlening worden de uurvergoedingen met 25 % vermeerderd tijdens de nacht (tussen 22 uur en 6 uur). De uurvergoedingen van het personeel worden met 100 % vermeerderd voor werkelijke deelname aan interventies op zondag, zaterdag en de wettelijke feestdagen van het administratief statuut. Onder dringende hulpverleningen wordt verstaan de interventies zoals voorzien in art. 11 §1 van de wet van 15 mei 2007, m.n. oproepingen voor brand of andere buitengewone tussenkomsten voor ongevallen, overstromingen, instortingen, enz. 2.18 Vrijwilliger met BBT spoed- en intensieve zorgen Ieder lid-vrijwilliger die als ambulancier wordt ingeschakeld, een diploma heeft van verpleegkundige met bijzondere beroepstitel spoed- en intensieve zorgen en gemachtigd is om met “standing orders” medische taken uit te voeren, krijgt een vermeerdering van de uurvergoeding van minimum 3%. Dit geldt niet voor vrijwilligers met de graad van onderofficier of officier. Bovendien geldt dit enkel tijdens de uitoefening van de functie ambulancier (zowel tijdens de wachtdienst als tijdens interventies). 2.19 Wachtdienst van een vrijwilliger in de kazerne Iedere wachtdienst in de kazerne geeft recht op een vergoeding per uur zoals voorzien voor gewone diensten. Voor wachtdiensten gepresteerd tijdens de nacht (tussen 22u en 6u) en op weekend- en feestdagen (tussen 00u en 24u) wordt deze uurvergoeding vermeerderd met 2,5%. Interventies en prestaties van om het even welk type, uitgevoerd gedurende de wachturen in de kazerne, worden niet extra vergoed. 2.20 Beroepsofficieren met wachtdienst De beroepsofficieren van de brandweerzone, die buiten hun normale werkuren worden opgeroepen voor dringende hulpverleningen, ontvangen voor deze verstoring een vergoeding volgens de optout-regeling voor beroepsleden. Dit punt wordt afgesloten als een protocol van niet-akkoord.
_____ dd. 19/11/2014
4/7
2.21 Vrijwillige officieren met wachtdienst De vrijwillige officieren van de brandweerzone, die een wachtdienst aan huis verzekeren, ontvangen per wachtuur een vergoeding van 1,25 € (ongeïndexeerd bedrag). Deze vergoeding wordt gecumuleerd met de vergoeding voor prestaties bij dringende hulpverlening zoals voorzien in de uurvergoeding voor vrijwilligers. 2.22 Terugbetaling reis- en verblijfskosten Dit wordt vergoed zoals voorzien in titel IX, hoofdstuk 5 van de rechtspositieregeling van het administratief personeel van de brandweerzone Noord, Oost en Zuid-West Limburg. 2.23 Erkentelijkheidpremie voor vrijwilligers De leden-vrijwilligers ontvangen geen erkentelijkheidpremie. Het bestuur gaat akkoord om te onderzoeken of er een voorstel uitgewerkt kan worden voor nieuwe vrijwilligers voor 2019. De huidige vrijwilligers behouden dit ten persoonlijke titel zoals voorzien in art. 48 §2 van het geldelijk statuut. 2.24 Diploma-toelage voor vrijwilligers De leden-vrijwilligers van de brandweerzone, die - buiten het brevet dat voor het bekleden van hun graad vereist is - houder zijn van een brevet inzake brandweer, ontvangen een jaarlijkse premie die gelijk is aan: - 3 %(*) voor brevet korporaal en sergeant - 3 %(*) voor brevet adjudant - 3 %(*) voor brevet hogere graad: vroeger brevet A, B of C brevet officier brevet technicus brandvoorkoming brevet crisissituatiebeheer brevet dienstchef (*) telkens van het totaal van de vergoedingen die uitbetaald werden voor al de prestaties gedurende het afgelopen jaar. Deze premies zijn onderling niet cumuleerbaar. 2.25 Diploma-toelage voor beroepsleden De beroepsleden ontvangen geen diploma-toelage. 2.26 Fietsvergoeding woon-werk De beroepsleden ontvangen een fietsvergoeding voor woon-werkverkeer van 0,22 €/km, max. 1x per dag heen/terug. Het woon-werkverkeer omvat de verplaatsing van de hoofdverblijfplaats naar de hoofdwerkplaats en omgekeerd. Dit is niet van toepassing voor verplaatsingen buiten de reguliere arbeidstijd (bijv. bij opkomst voor interventies, voor oefeningen, …). 2.27 Maaltijdcheques De beroepsleden ontvangen maaltijdcheques van 5 € per prestatie van 7u36min reguliere arbeidstijd. De werkgeversbijdrage bedraagt 3,91 € en de werknemersbijdrage bedraagt 1,09 €. Vanaf 1/1/2018 stijgt de werkgeversbijdrage met 0,50€. De zichtwaarde van de maaltijdcheque wordt vanaf die datum 5,5€ per prestatie van 7u36 reguliere arbeidstijd. 2.28 Hospitalisatieverzekering Ieder beroepspersoneelslid heeft recht op een hospitalisatieverzekering van de brandweerzone. Gezinsleden, vrijwilligers en gepensioneerden kunnen hierbij aansluiten tegen betaling. _____ dd. 19/11/2014
5/7
2.29 Betaling vrijwilligers In afwijking van artikel 34 worden de vergoeding voor de vrijwilligers betaald per kwartaal.
_____ dd. 19/11/2014
6/7
Aanvullend op de arbeidstijden: 2.30 Opt-out Zoals voorzien in artikel 7 van de wet van 19 april 2014 ontvangt men voor deze bijkomende arbeidstijd een aanvullende vergoeding die gelijkwaardig is aan het basisloon in functie van de gepresteerde uren. Deze uren genieten eveneens de premie voor operationaliteit en onregelmatige prestaties. Voor iedere oproep in een regime van opt-out, volgens het zonaal reglement van beschikbaarheden en oproepen, ontvangt men een forfaitaire verplaatsingsvergoeding die 13,95 € bedraagt. Dit bedrag is verbonden aan de schommeling van de index van de consumptieprijzen. Deze verplaatsingsvergoeding wordt gecumuleerd met de uurvergoeding. Prestaties geleverd in het kader van het reguliere uurrooster tijdens de glijtijd/stamtijd worden beschouwd als arbeidstijd en bijgevolg niet als opt-out vergoed. Het bedrag van de opt-out-premie wordt berekend per prestatie. Het eerste uur wordt steeds volledig aangerekend. Ieder volgend begonnen uur van 10 minuten of meer wordt voor een heel uur aangerekend. Verdere praktische afspraken van de opt-out-overeenkomst worden door de zonecommandant bepaald in functie van het werkregime van de posten. In het kader van deze opt-out-overeenkomst is het beroepspersoneelslid mede verantwoordelijk om zijn bijkomende uren uit te voeren conform de bepalingen van artikel 5 en 7 van de wet van 19 april 2014. 2.31 Beroepsbrandweermannen in permanentiediensten De beroepsleden, die in een permanentiedienst zijn ingeschakeld, dienen een normaal statistische verdeling te benaderen van shiften op weekdagen, weekends, feestdagen en nachten.
_____ dd. 19/11/2014
7/7