Het sociaal statuut van de zelfstandigen Bijdragen, uitkeringen, aanvullende verzekeringen
april 2013
3,05 % In 2013 betaalt u bij Acerta een beheerskost van 3,05% op uw sociale bijdrage. Dit is de laagste bijdrage van het land! Zelfstandigen, helpers en meewerkende echtgenoten moeten zich aansluiten bij een sociaal verzekeringsfonds en sociale bijdragen betalen. Deze bijdragen geven recht op gezinsbijslagen, terugbetaling van medische kosten, moederschapsvergoeding, uitkeringen bij arbeidsongeschiktheid, uitkeringen bij faillissement en pensioen. Het geheel van deze rechten en verplichtingen heet het “sociaal statuut van de zelfstandige”. In deze brochure leest u er meer over. Wenst u bijkomende informatie, dan kunt u contact opnemen met onze kantoren (zie laatste pagina).
De aansluitingsplicht bij een sociaal verzekeringsfonds Wie moet zich aansluiten? De zelfstandige Iedere zelfstandige moet zich aansluiten bij een sociaal verzekeringsfonds. Het moet gaan over een professionele activiteit. Doorslaggevend voor het beroepsmatig karakter zijn het winstbejag, de beschikbaarheid voor een cliënteel en de regelmaat van de activiteit. Een persoon die werkt voor een werkgever in ondergeschikt verband is werknemer. In dat geval is de RSZ-wetgeving van toepassing. De verantwoordelijkheid ligt bij de werkgever. Een mandataris van een vennootschap die onderworpen is aan de vennootschapsbelasting, wordt vermoed een zelfstandige beroepsactiviteit uit te oefenen. Moeten zich niet aansluiten: – journalisten, perscorrespondenten en genieters van auteursrechten, onder bepaalde voorwaarden. – de mandataris van een vennootschap die onbezoldigd is in rechte en in feite en daarnaast geen andere zelfstandige activiteit uitoefent. – personen die een mandaat uit-oefenen namens een overheidsin-stantie, beroepsorganisatie of vak-bond. De helper/helpster Een helper is een persoon die de zelfstandige bijstaat of vervangt buiten ondergeschikt verband. Ook hij/zij moet zich aansluiten bij een sociaal verzekeringsfonds. Moeten zich niet aansluiten: – de ongehuwde helper vóór het jaar van de 20ste verjaardag; – de toevallige helper (= onregelmatige hulp gedurende minder dan 90 dagen per jaar); – de student met recht op kinderbijslag (tot maximum 25 jaar). De meewerkende echtgenote (m/v) De echtgenote van de zelfstandige die geen gelijkwaardig statuut heeft en helpt in de zaak, moet zich eveneens aansluiten. Lees meer op pagina 6.
2
De vennootschap Ook alle vennootschappen die onderworpen zijn aan de vennootschapsbelasting of de belasting der nietverblijfhouders moeten zich aansluiten bij een sociaal verzekeringsfonds en een bijdrage betalen van 347,50 euro of 868,00 euro indien het balanstotaal van de vennootschap hoger is dan 627 377,34 euro (cijfers 2012). Voor sommige personenvennootschappen geldt een vrijstelling van bijdragen gedurende de eerste drie jaren. Lees meer in onze brochure “Een vennootschap oprichten”. Vraag een gratis exemplaar via uw Acerta-kantoor. U kunt ze ook downloaden van onze website www.acerta.be
Minimumleeftijd Zelfstandigen en gehuwde helpers moeten zich nooit aansluiten vóór het derde kwartaal van het jaar waarin ze 18 jaar worden. Dit heeft te maken met de leerplicht.
Binnen welke termijn? De aansluiting is verplicht ten laatste op de dag van de start van de beroepsactiviteit(nieuwe wetgeving vanaf april 2010). De starter moet ook al zijn beroepsactiviteiten onmiddelijk laten registreren in de KBO (Kruispuntbank van ondernemingen). U kunt voor beide verplichtingen terecht bij Acerta. Wie deze administratie verwaarloost, riskeert een geldboete tussen 300 en 2 000 euro. Er zijn ook verhogingen verschuldigd op de vervallen bijdragen.
Tip Sluit tijdig aan! Indien u zich tijdig aansluit, geniet u uitstel van betaling voor de eerste twee kwartalen. Deze bijdragen kunnen dus eventueel naar een ander fiscaal jaar geschoven worden. Ga na of dit voordelig is! Vraag een aansluitingsformulier via onze kantoren of via www.acerta.be
De sociale bijdragen van beginnende zelfstandigen Voorbeelden van sociale bijdragen voor zelfstandigen in hoofdberoep vindt u in tabel 3 op pagina 7. De voorlopige bijdragen vindt u in tabel 1 op pagina 4.
Zelfstandige in hoofdberoep Zolang uw beroepsinkomen niet officieel vaststaat, betaalt u voorlopige bijdragen. U kunt de wettelijke minimumbijdrage betalen (677,63 euro per kwartaal in het eerste jaar, 694,15 euro per kwartaal in het tweede jaar en 710,68 euro per kwartaal in het derde jaar, inclusief beheerskosten), maar u kunt ook hogere voorafbetalingen doen (zie tip op deze pagina). Twee jaar later deelt de fiscus uw beroepsinkomen mee aan het sociaal verzekeringsfonds. Op dat ogenblik worden uw sociale bijdragen definitief berekend op uw werkelijk genoten inkomen van dat jaar en moet u het verschil tussen de voorlopige en de definitieve bijdrage bijbetalen. Dit noemt men de “regularisatie”. U kunt zich verwachten aan een bijbetaling indien uw beroepsinkomen van 2013 hoger is dan 12 830,63 euro. U zult deze bijbetaling moeten doen in 2015. Door hogere voorafbetalingen te doen, vermijdt u deze navordering. Voor welke jaren moet ik (eventueel) bijbetalen? Dit systeem van voorlopige bijdragen en regularisaties geldt voor de eerste 3 volledige jaren van de zelfstandige activiteit, eventueel verlengd met de kwartalen van het eerste onvolledige jaar (dit is een jaar met minder dan 4 kwartalen aansluiting). De bijdragen van het eerste onvolledige kalenderjaar van aansluiting worden definitief berekend op het inkomen van het eerstvolgende volledig jaar van aansluiting in dezelfde hoedanigheid. Het inkomen van dit eerste onvolledig kalenderjaar komt dus niet in aanmerking voor de bijdrageberekening!
Voorbeeld Een zelfstandige start op 5 april 2013. Hij betaalt voorlopige bijdragen in het tweede, derde, vierde kwartaal van 2013, in 2014, 2015 en 2016. In 2015 is het inkomen van 2013 gekend. Dit inkomen speelt geen rol in de bijdrageberekening aangezien het inkomen van het eerste volledige jaar het eerste referteinkomen is. In 2016 is het inkomen van 2014 gekend en worden de bijdragen van 2013 en 2014 hier definitief op berekend. In 2017 kent men het inkomen van 2015 en worden de sociale bijdragen van 2015 herzien in functie van het inkomen van 2015. In 2018 gebeurt hetzelfde voor de sociale bijdragen van 2016. Zij worden definitief berekend op het werkelijk genoten inkomen in 2016. Wanneer betalen? De sociale bijdrage moet op de laatste dag van het kwartaal op de rekening van Acerta Sociaal Verzekeringsfonds geboekt zijn. U betaalt dus het best enkele dagen op voorhand (vóór de 25ste). Verhogingen van 3 % en van 7 % Als de bijdrage niet op de laatste dag van het kwartaal op onze rekening staat, moeten wij een verhoging aanrekenen van 3 %. De sociale bijdragen die in 2013 vervallen maar op 31 december 2013 niet op onze rekening gebracht zijn, worden bovendien verhoogd met een boete van 7 %. Te laat betalen kan u dus op jaarbasis 19 % verhogingen kosten. Indien u niet kunt betalen Zelfstandigen die behoeftig zijn, kunnen vrijstelling van sociale bijdragen aanvragen. De aanvraag wordt beoordeeld door een speciale commissie bij de FOD Sociale Zekerheid. Deze aanvraag moet gedaan worden binnen het jaar. Wacht dus niet om bijkomende inlichtingen in te winnen.
3
T IP Vraag hogere voorafbetalingen U kunt een voorlopige bijdrage betalen, berekend op uw vermoedelijk beroepsinkomen. Dit heeft de volgende voordelen. 1. U spreidt uw betalingen (vooral het vierde jaar van de activiteit kan financieel zwaar uitvallen, omdat de meesten dan ook starten met de voorafbetalingen aan de belastingen). 2. U kunt deze hogere voorlopige bijdragen nu reeds fiscaal aftrekken: hierdoor vermindert uw beroepsinkomen, waardoor ook uw definitieve bijdragen lager uitvallen: u bespaart dus niet alleen belastingen, maar ook sociale bijdragen. 3. Voorafbetalingen boven het wettelijk minimum kunnen u een bonus opleveren van 0,75 % per kwartaal, gelegen tussen de vooraf-betaling en de regularisatie. Dit komt neer op een intrest van 3 % per jaar. Een eenvoudig verzoek volstaat.
april 2013
Zelfstandigen in bijberoep Voorbeelden van sociale bijdragen van zelfstandigen in bijberoep vindt u in tabel 4 op pagina 7.
Wie is zelfstandige in bijberoep? 1. Een zelfstandige met een hoofdberoep als loontrekkende De activiteit als loontrekkende is uw hoofdberoep als ze beantwoordt aan één van de volgende criteria: – minstens halftijds werknemer; – minstens halftijds ambtenaar, gedurende 8 maanden of 200 dagen per jaar; – een lesopdracht in het onderwijs aan minstens 6/10 van een volledig lesrooster als u een pensioen opbouwt als ambtenaar. Een lesrooster van 5/10 volstaat als u later een pensioen als werknemer ontvangt. 2. Iemand die zijn hoofdberoep als loontrekkende heeft stopgezet en: – uitkeringen geniet in de sociale zekerheid (uitz. overlevingspensioen); – pensioenrechten blijft vormen als loon- of weddetrekkende (bv. tijdskrediet). Voorlopige bijdragen en regularisatie Zolang uw beroepsinkomen als zelfstandige niet officieel vaststaat, betaalt u voorlopige bijdragen. U kunt de minimumbijdrage betalen (74,97 euro per kwartaal in het eerste jaar, 76,80 euro per kwartaal in het tweede jaar en 78,63 euro per kwartaal in het derde jaar, inclusief beheerskosten). U kunt ook hogere voorafbetalingen doen. Of u kunt een vrijstelling vragen indien uw vermoedelijk inkomen laag genoeg is. Twee jaar later deelt de fiscus uw beroepsinkomen mee aan het sociaal verzekeringsfonds. Op dat moment worden uw sociale bijdragen definitief bere-kend op het werkelijk genoten inkomen van dat jaar (zie tabel 4 op pagina 7). Er bestaan dan twee mogelijkheden. – Indien uw beroepsinkomen lager is dan 1 419,49 euro krijgt u terugbetaling van uw voorlopige bijdragen. – Indien uw beroepsinkomen hoger is dan 1 419,50 euro, moet u bijbetalen. Deze regularisatie zal gebeuren in 2015. Om een navordering te vermijden kunt u hogere voorafbetalingen doen (zie tip op pagina 3).
Aanvraag gelijkstelling met een bijberoep (artikel 37/40) Sommige gehuwde zelfstandigen en meewerkende echtgenoten kunnen het statuut van bijberoep aanvragen. Dit kan voordelig zijn naar hun sociale bijdragen toe. Voorwaarden – er bestaan reeds sociale zekerheidsrechten in het gezin via de echtgenoot; – het geïndexeerde beroepsinkomen als zelfstandige is lager dan 6 721,20 euro. Ook weduwen, weduwnaars, studenten (jonger dan 25 jaar) en vastbenoemde leerkrachten in het onderwijs kunnen het statuut van bijberoep aanvragen. Administratie U moet de volgende administratie in orde brengen: – Een aanvraag om verminderde voorlopige bijdragen te betalen. – Een attest of officieel document waaruit blijkt dat uw echtgenoot een beroep uitoefent of uitkeringsgerechtigd is, of het bewijs dat u zelf voor minstens 50 % bent tewerkgesteld als vastbenoemde leerkracht.
– “Objectieve elementen” waaruit blijkt dat uw beroepsinkomen vermoedelijk lager zal liggen dan 6 721,20 euro. Dit kan zijn: een attest van uw boekhouder, een kopie van uw BTW-aangiftes, een verklaring van uw opdrachtgever, een omschrijving van uw beroepsactiviteit en omzet. Voorlopige bijdragen De voorlopige bijdrage bedraagt in dit geval 354,97 of 677,63 euro per kwartaal (cijfers eerste jaar), inclusief beheerskosten. U kunt ook hogere voorafbetalingen doen. Of u kunt een vrijstelling vragen indien uw vermoedelijk inkomen lager is dan 1 419,49 euro.
Tabel 1: Voorlopige bijdragen per kwartaal, inclusief 3,05 % beheerskosten HOOFDBEROEP
Netto Jaarinkomen
Voor de pensioenleeftijd Na de pensioenleeftijd
12 830,63 2 839,00
Kwartaalbijdrage 1e jaar 2e jaar 3e jaar 694,15 153,60
710,68 157,25
0,00 0,00 74,97 76,80
0,00 78,63
GELIJKSTELLING BIJBEROEP VOOR GEHUWDEN, WEDUW(EN)(NAARS) EN STUDENTEN Verwacht inkomen lager dan de vrijstellingsgrens 1 419,49 0,00 0,00 Verwacht inkomen lager dan de verminderingsgrens 6 721,20 354,97 363,63 Verwacht inkomen hoger dan de verminderingsgrens 12 830,63 677,63 694,15
0,00 372,28 710,68
GEPENSIONEERDEN MET TOEGELATEN BEROEPSACTIVITEIT Verwacht inkomen lager dan de vrijstellingsgrens 2 838,99 0,00 0,00 Verwacht inkomen hoger dan de vrijstellingsgrens 2 839,00 107,52 107,52
0,00 107,52
MEEWERKENDE ECHTGENO(O)T(E) Ministatuut (= arbeidsongeschiktheid) 12 830,63 26,11 26,11 Maxistatuut (= volledige verzekering) 5 636,50 297,68 304,95
26,11 312,20
BIJBEROEP Verwacht inkomen lager dan de vrijstellingsgrens 1 419,49 Verwacht inkomen hoger dan de vrijstellingsgrens 1 419,50
4
677,63 149,94
Sociale bijdragen vanaf het vierde jaar Vanaf het vierde jaar betaalt u geen voorlopige bijdragen meer, maar worden uw sociale bijdragen onmiddellijk definitief berekend op basis van uw beroepsinkomen van drie jaar geleden.
Berekeningswijze De sociale bijdragen voor 2013 worden berekend op het beroepsinkomen van 2010. Dit beroepsinkomen wordt eerst geïndexeerd met 9,14513 %. Dan wordt het bijdragepercentage toegepast (zie tabel 2). Het resultaat wordt nog verhoogd met 3,05 %, dit is de bijdrage in de beheerskosten van Acerta Sociaal Verzekerings-fonds. Dit kostenpercentage is het laagste van het land! Zelfstandigen in hoofdberoep zijn een minimumbijdrage van 727,21 euro per kwartaal verschuldigd.
Voorbeeld 1 - Beroepsinkomen 2010 - Indexering: 25 000 x 1,0914513 - Sociale bijdrage: 27 286,28 x 5,5% - Beheerskosten: 1 500,75 x 3,05% - Totaal per kwartaal: 1 500,75 + 45,77 Voorbeeld 2 - Beroepsinkomen 2010 - Indexering: 60 000 x 1,0914513 - Sociale bijdrage: (55 405,04 x 5,5%) + (10 082,04 x 3,54%) - Beheerskost: 3 404,18 x3.05% - Totaal per kwartaal: 3 404,18 + 103,83
25 000 euro 27 286,28 1 500,75 45,77 1 546,52 euro 60 000 euro 65 487,08 3 404,18 103,83 3 508,01 euro
Tabel 2: Berekeningstabel per kwartaal (bijdragen inclusief beheerskosten 3,05 %) GEÏNDEXEERD NETTO BEROEPSINKOMEN OP JAARBASIS Vrijgesteld Schijf tot Schijf tot Schijf tot Maximum inkomen 12 830,62 55 405,04 81 649,49 kwartaal Hoofdberoep 5 636,49 (*) bijdrage Hoofdberoep - 727,21 5,50 % 3,54 % 4 097,61 Weduw(e)(naar) zonder kinderlast - 727,21 5,50 % 3,54 % 799,18 Weduw(e)(naar) met kinderlast - 727,21 5,50 % 3,54 % 998,98 Na de pensioenleeftijd 2 838,99 5,50 % 5,50 % 3,54 % 4 097,61 Bijberoep Bijberoep 1 419,49 5,50 % 5,50 % 3,54 % 4 097,61 Gelijkstelling met een bijberoep tot een max. inkomen van: 6 721,20 1 419,49 5,50% Meewerkende echtgeno(o)t(e) - 26,11 0,1975 % 0,1275 % 147,24 Ministatuut (= arbeidsongeschiktheid) - 319,46 5,50 % 3,54 % 4 097,61 Maxistatuut (= volledige verzekering) (*) Stopzetting van het beroep: voortgezette verzekering - 689,53 4,86% 3,1275 % 3 620,64 Volledige verzekering - 436,32 2,945% 1,8925 % 2 193,26 Verzekering pensioen + kinderbijslagen Vervroegd gepensioneerde met toegelaten beroepsactiviteit 2 838,99 3,675 % 3,675 % 229,35 Zonder kinderlast 2 838,99 3,675 % 3,675 % 344,02 Met kinderlast Gepensioneerde vanaf de normale pensioenleeftijd met toegelaten beroepsactiviteit 2 838,99 3,675 % 3,675 % 662,44 Zonder kinderlast 2 838,99 3,675 % 3,675 % 805,79 Met kinderlast
Startende zelfstandigen betalen een lager percentage dan 5,50 %, namelijk: - 5,125 % per kwartaal in het eerste kalenderjaar; - 5,25 % per kwartaal in het tweede kalenderjaar; - 5,375 % per kwartaal in het derde kalenderjaar
5
april 2013
Meewerkende echtgenote (m/v)
Ministatuut
De meewerkende echtgenote van een zelfstandige die geen eigen gelijkwaardig statuut heeft, moet zich aansluiten bij een sociaal verzekeringsfonds. Wie geboren is vóór 1956 kan kiezen voor het ministatuut of voor het maxistatuut. Wie geboren is na 1955 moet toetreden tot het maxistatuut.
Het ministatuut omvat alleen de verzekering tegen arbeidsongeschiktheid. De bijdrage van de meewerkende echt-genote wordt in dit geval berekend op het beroepsinkomen waarop de zelfstandige echtgenoot zijn sociale bijdrage betaalt (zie tabellen 1 t.e.m. 5). De bijdrage geeft in geval van arbeidsongeschiktheid of bevalling recht op een uitkering van het ziekenfonds (zie pagina 9).
Wie is meewerkende echtgenote? Alleen de meewerkende echtgenote die nog geen eigen sociaal statuut heeft, moet zich aansluiten. De echtgenote heeft in de regel een eigen sociaal statuut indien ze werkt als loon- of weddetrekkende (minstens halftime), les geeft in het onderwijs (minstens 6/10 van een volledige uurrooster als zij een pensioen als ambtenaar opbouwt; 5/10 van een volledig uurrooster is voldoende als zij later een werknemerspensioen ontvangt), een eigen zelfstandige activiteit uitoefent of een uitkering of pensioen geniet. De meewerkende echtgenote van een bedrijfsleider van een vennootschap moet (mag) niet aansluiten. Bedoeld zijn de mandataris en de leidinggevende zelfstandige in de vennootschap, die hun inkomen aangeven in deel II van de fiscale aangifte, vak 12, codes 1400 (2400). Landbouwvennootschappen vallen hieronder indien ze gekozen hebben voor onderwerping aan de vennootschapsbelasting. Opgelet: de echtgenote die helpt in de vennootschap en aandelen heeft, is in principe werkend vennoot en moet aansluiten als zelfstandige. Hetzelfde geldt indien ze in eigen naam een mandaat bekleedt en/of inkomsten uit de vennootschap geniet.
Formaliteiten De echtgenote die geen eigen statuut heeft moet ofwel aansluiten ofwel een verklaring op eer afleggen bij het sociaal verzekeringsfonds. De verklaring op eer moet afgelegd worden binnen de 90 dagen na de aanvang van de zelf-standige activiteit door de echtgenoot ofwel na het feit waardoor zij onder het vermoeden valt meewerkende echtgenote te zijn (verlies gelijkwaardig statuut, huwelijk,...) Let op: de laattijdige verklaring op eer heeft geen terugwerkende kracht.
De meewerkende echtgenote geboren vóór 1956 moet bij de aansluiting kiezen voor het ministatuut of het maxistatuut.
Maxistatuut Sedert 1 juli 2005 is het maxistatuut verplicht voor meewerkende echt-genotes die geboren zijn na 1955. Het maxistatuut omvat een volwaardig fiscaal en sociaal statuut (ziektever-zekering, kinderbijslagen en pensioen). Door toe te treden wordt het beroeps-inkomen fiscaal gesplitst en verwerft de meewerkende echtgenote een vol-waardig eigen inkomen, met een eigen kostenaftrek. Op gezinsvlak kan dit voordelig uitvallen maar in enkele situaties ook nadelig. U vraagt het best raad aan uw accountant, boekhouder of fiscalist. Ook de sociale bijdragen worden dan gesplitst tussen man en vrouw, en de vrouw bouwt eigen rechten op in het sociaal statuut. De minimumbijdrage bedraagt 727,21 euro voor de zelfstandige en 319,46 euro voor de meewerkende echtgenote. Heel wat echtgenoten realiseren, door toe te treden tot het maxistatuut, een bijdragebesparing: de sociale bijdragen worden meestal evenredig verdeeld tussen de man en de vrouw, zonder stijging, terwijl de bijdrage arbeidsongeschiktheid wegvalt. De evenredige verdeling gebeurt door een correctie van het referte-inkomen van de man. De sociale bijdragen stijgen in de volgende gevallen: a. Indien het inkomen van de vrouw lager blijft dan 5 636,50 euro (stijging na 3 jaar). b. Indien het referte-inkomen van de man na de splitsing lager wordt dan 12 830,63 euro. c. Indien het referte-inkomen van de man vóór de splitsing hoger ligt dan 55 405,04 euro.
6
Indien de man reeds vóór de toetreding de minimumbijdrage betaalde, komt de minimumbijdrage van de vrouw er bovenop. Men moet deze stijgingen telkens afwegen tegenover de bijdrage arbeidsongeschiktheid die wegvalt. Wie toetreedt tot het maxistatuut kan een eigen vrij aanvullend pensioen afsluiten (VAPZ). Echtparen met inkomsten boven het VAPZ-plafond (36 936,69 euro) kunnen hun VAPZ dus optimaliseren. Het maxistatuut biedt ook een persoonlijk recht op de kinderbijslagen en op terugbetaling door de ziekteverzekering (een eigen ziekenboekje). Dit kan interessant worden bij echtelijke moeilijkheden of huwelijksbreuk, zij het in een eerder beperkt aantal situaties. U kunt door toe te treden tot het maxistatuut een eigen pensioenloopbaan opbouwen of een reeds bestaande loopbaan uitbouwen, al zal dit voor sommigen geen effectief pensioenvoordeel opleveren omwille van de cumulatieregels met het pensioen van de zelfstandige echtgenoot. Niemand weet echter hoe de pensioenwetgeving zal evolueren, het is een beetje koffiedik kijken. Zeker is dat de toetreding niet kan leiden tot pensioenverlies op gezinsvlak, dat is zo bepaald in de wet.
Barema 2013 op basis van het netto beroepsinkomen Hoofdberoep, het eerste jaar
vanaf het 4de jaar
Sociale bijdrage VAPZ-bijdrage per kwartaal* per jaar* Jaarinkomen Zelfstandige Meewerk. echtgeno(o)t(e) Gewoon Sociaal 2013 maxistatuut ministatuut
Sociale bijdrage VAPZ-bijdrage per kwartaal* per jaar* Jaarinkomen Zelfstandige Meewerk. echtgeno(o)t(e) Gewoon Sociaal 2010 maxistatuut ministatuut
0,00 677,63 297,68 26,11 1 048,26 1 206,08 5 636,50 677,63 297,68 26,11 1 048,26 1 206,08 7 500,00 677,63 396,10 26,11 1 048,26 1 206,08 12 830,63 677,63 677,63 26,11 1 048,26 1 206,08 15 000,00 792,20 792,20 30,53 1 225,50 1 410,00 17 500,00 924,23 924,23 35,61 1 429,75 1 645,00 20 000,00 1 056,26 1 056,26 40,70 1 634,00 1 880,00 22 500,00 1 188,30 1 188,30 45,80 1 838,25 2 115,00 25 000,00 1 320,33 1 320,33 50,89 2 042,50 2 350,00 27 500,00 1 452,37 1 452,37 55,97 2 246,75 2 585,00 30 000,00 1 584,39 1 584,39 61,06 2 451,00 2 820,00 32 500,00 1 716,43 1 716,43 66,15 2 655,25 3 055,00 36 936,69 Maximum bijdrage VAPZ 3 017,73 3 472,05 37 500,00 1 980,50 1 980,50 76,32 3 017,73 3 472,05 40 000,00 2 112,53 2 112,53 81,41 3 017,73 3 472,05 42 500,00 2 244,56 2 244,56 86,50 3 017,73 3 472,05 45 000,00 2 376,59 2 376,59 91,59 3 017,73 3 472,05 47 500,00 2 508,63 2 508,63 96,67 3 017,73 3 472,05 50 000,00 2 640,66 2 640,66 101,76 3 017,73 3 472,05 52 500,00 2 772,69 2 772,69 106,85 3 017,73 3 472,05 55 000,00 2 904,72 2 904,72 111,94 3 017,73 3 472,05 60 000,00 3 093,74 3 093,74 118,80 3 017,73 3 472,05 65 000,00 3 276,13 3 276,13 125,37 3 017,73 3 472,05 70 000,00 3 458,53 3 458,53 131,93 3 017,73 3 472,05 74 000,00 3 604,45 3 604,45 137,19 3 017,73 3 472,05 81 649,49 3 883,50 3 883,50 147,24 3 017,73 3 472,05 81 649,49 maximumplafond sociale bijdragen
0,00 727,21 319,46 26,11 100,00 100,00 5 164,22 727,21 319,46 26,11 460,50 529,83 7 500,00 727,21 463,95 26,11 668,79 769,47 11 755,57 727,21 727,21 26,11 1 048,26 1 206,08 15 000,00 927,91 927,91 33,33 1 337,57 1 538,95 17 500,00 1 082,56 1 082,56 38,87 1 560,50 1 795,44 20 000,00 1 237,22 1 237,22 44,42 1 783,43 2 051,93 22 500,00 1 391,87 1 391,87 49,98 2 006,36 2 308,42 25 000,00 1 546,52 1 546,52 55,53 2 229,29 2 564,91 27 500,00 1 701,17 1 701,17 61,09 2 452,22 2 821,40 30 000,00 1 855,83 1 855,83 66,64 2 675,15 3 077,89 32 500,00 2 010,47 2 010,47 72,20 2 898,08 3 334,38 33 841,81 Maximum bijdrage VAPZ 3 017,73 3 472,05 37 500,00 2 319,78 2 319,78 83,31 3 017,73 3 472,05 40 000,00 2 474,43 2 474,43 88,86 3 017,73 3 472,05 42 500,00 2 629,08 2 629,08 94,40 3 017,73 3 472,05 45 000,00 2 783,73 2 783,73 99,96 3 017,73 3 472,05 47 500,00 2 938,39 2 938,39 105,51 3 017,73 3 472,05 50 000,00 3 093,04 3 093,04 111,07 3 017,73 3 472,05 52 500,00 3 209,39 3 209,39 115,25 3 017,73 3 472,05 55 000,00 3 308,94 3 308,94 118,84 3 017,73 3 472,05 60 000,00 3 508,01 3 508,01 126,01 3 017,73 3 472,05 65 000,00 3 707,09 3 707,09 133,18 3 017,73 3 472,05 70 000,00 3 906,17 3 906,17 140,35 3 017,73 3 472,05 74 000,00 4 065,44 4 065,44 146,08 3 017,73 3 472,05 74 808,18 4 097,61 4 097,61 147,24 3 017,73 3 472,05 74 808,18 Maximumplafond sociale bijdragen
Bijberoep en gelijkstelling met een bijberoep, het eerste jaar
vanaf het 4de jaar
Jaarinkomen Sociale bijdrage per kwartaal* 2013 Zelfstandige Meew. echt. 0,00 0,00 26,11 1 419,49 0,00 26,11 1 419,50 74,97 26,11 1 500,00 79,22 26,11 2 000,00 105,63 26,11 3 000,00 158,44 26,11 4 000,00 211,25 26,11 6 721,20 354,97 P lafond art 37/40 7 000,00 369,69 26,11 8 000,00 422,51 26,11 12 830,63 Zie hoofdberoep Zie hoofdberoep
Jaarinkomen Sociale bijdrage per kwartaal* 2010 Zelfstandige Meew. echt. 0,00 0,00 26,11 1 300,55 0,00 26,11 1 300,56 80,45 26,11 1 500,00 92,80 26,11 2 000,00 123,72 26,11 3 000,00 185,58 26,11 4 000,00 247,44 26,11 6 158,04 380,94 Plafond art 37/40 7 000,00 433,03 26,11 8 000,00 494,89 26,11 11 755,57 Zie hoofdberoep Zie hoofdberoep
Gepensioneerden, het eerste jaar
vanaf het 4de jaar
Jaarinkomen Sociale bijdrage per kwartaal* Jaarinkomen Sociale bijdrage per kwartaal* 2013 Zelfstandige Meew. echt. 2010 Zelfstandige Meew. echt. 0,00 0,00 26,11 0,00 0,00 26,11 2 838,99 0,00 26,11 2 601,11 0,00 26,11 2 839,00 107,52 26,11 2 601,12 107,52 26,11 3 000,00 113,61 26,11 3 000,00 124,00 26,11 5 000,00 189,35 26,11 5 000,00 206,68 26,11 6 056,01 229,35 Max. bijdr. vervroegd pensioen zonder kinderlast 5 548,58 229,35 Max. bijdr. vervroegd pensioen zonder kinderlast 7 000,00 265,10 26,11 7 000,00 289,34 26,11 9 084,01 344,02 Max. bijdr. vervroegd pensioen met kinderlast 8 322,87 344,02 Max. bijdr. vervroegd pensioen met kinderlast 11 000,00 416,58 26,11 11 000,00 454,68 26,11 13 000,00 492,32 26,46 13 000,00 537,34 28,87 15 000,00 568,06 30,53 15 000,00 620,01 33,33 17 492,17 662,44 Max. bijdr. na pensioenleeftijd zonder kinderlast 16 026,52 662,44 M ax. bijdr. na pensioenleeftijd zonder kinderlast 19 000,00 719,55 38,67 19 000,00 785,35 42,21 21 277,17 805,79 Max. bijdr. na pensioenleeftijd met kinderlast 19 494,38 805,79 Max. bijdr. na pensioenleeftijd met kinderlast
(*) Alle bedragen zijn inclusief beheerskosten.
7
april 2013
Terugbetaling kosten geneeskundige verzorging
Uitkeringen bij arbeidsongeschiktheid Zelfstandigen, helpers en meewerken-de echtgenoten hebben in geval van werkonbekwaamheid om medische redenen, recht op een uitkering van het ziekenfonds. De uitkering wordt toegekend vanaf de tweede maand van de arbeidsongeschiktheid. Ongevallen of ziektes in de eerste 6 maanden van de zelfstandige activiteit zijn niet verzekerd. Er bestaan echter uitzonderingen.
Volledige werkonbekwaamheid De zelfstandige moet volledig arbeidsongeschikt zijn. De beoordeling hiervan verschilt naargelang de periode. In het eerste jaar moet de zelfstandige volledig arbeidsongeschikt zijn om het uitgeoefende beroep verder te zetten. Vanaf het tweede jaar (periode invaliditeit) moet hij volledig arbeidsongeschikt zijn t.o.v. het eigen beroep én t.o.v. alle andere beroepen die overeenkomen met zijn opleidingsniveau, stand en leeftijd.
Zelfstandigen hebben op basis van hun sociale bijdragen recht op terugbetaling van hun kosten voor geneeskundige verzorging vanwege het ziekenfonds.
Wie heeft recht? – De zelfstandige en zijn personen ten laste. – De invalide of gepensioneerde zelfstandige. – De weduw(e)(naar). Administratie U bezorgt het attest van aansluiting bij het sociaal verzekeringsfonds aan uw ziekenfonds. U ontvangt van uw ziekenfonds een sociale identiteitskaart (sis-kaart) die geldig is gedurende 5 jaar, op voorwaarde dat uw sociale bijdragen betaald zijn. Het ziekenfonds vraagt een jaarlijks lidgeld, al dan niet verhoogd met de bijdrage voor de financiële verantwoordelijkheid van de ziekenfondsen.
Welke kosten worden terugbetaald? De zelfstandige geniet terugbetaling voor de “kleine” en ’‘grote risico’s’’ waaronder: – raadpleging bij arts of tandarts – kinesitherapie; – verpleegkundige zorg; – bevalling; – opname ziekenhuis; – heelkundige ingreep; – speciale verstrekkingen; – forfait palliatieve thuiszorg; – ... De terugbetaling bedraagt in principe 75 % en ligt hoger voor personen met het recht op de verhoogde terugbetaling (WIGW) of met het OMNIO-statuut. Indien uw persoonlijk aandeel in de kosten voor geneeskundige verzorging een bepaald bedrag overschrijdt, ontvangt u via het ziekenfonds de boven het plafond betaalde remgelden terug (de zogenaamde “maximumfactuur”).
8
Stopzetting persoonlijke activiteit De ongeschikt erkende zelfstandige mag geen taken meer waarnemen op het bedrijf. Het bedrijf of de zaak zelf moet niet stopgezet worden. Verder-zetting moet dan wel door andere personen gebeuren.
Werkhervatting Mits voorafgaande toelating mag de zelfstandige zijn vroegere activiteit gedeeltelijk hervatten of een nieuwe beroepsactiviteit opstarten. Let wel : deze reclasseringsarbeid geeft aanlei-ding tot betaling van sociale bijdragen. Gedeeltelijk hervatting vroegere beroepsactiviteit De zelfstandige kan aan de adviserend geneesheer of aan de Geneeskundige Raad voor Invaliditeit (GRI), toelating vragen om zijn beroepsactiviteit gedeeltelijk te hervatten. De adviserend geneesheer kan maximaal 18 maanden werkhervatting met cumulatie van een uitkering toestaan
terwijl de GRI onbeperkt in de tijd haar toestemming kan verlenen. Praat erover met uw ziekenfonds! Aanvatten van een andere beroepsbezigheid De zelfstandige kan met toestemming van de adviserend geneesheer een andere beroepsactiviteit cumuleren met een uitkering. De cumul wordt beperkt tot maximaal 2 x 6 maanden. Volledig behoud van de uitkering ? Tijdens de eerste 6 maanden van de werkhervatting behoudt u uw volledige uitkering. De uitkering daalt met 10 % per maand vanaf de zevende maand van uw werkhervatting tot 31 december van het derde jaar volgend op het jaar waarin de toegestane activiteit begon. Vanaf het vierde jaar volgend op de werkhervatting behoudt u uw uitkering als u uw inkomsten heeft beperkt tot de toegelaten grens. Voor deze beoordeling controleert men niet de inkomsten van het jaar zelf maar van drie jaar voordien. U krijgt in het jaar x maar een uitkering als u uw inkomsten in het jaar x – 3 heeft beperkt. Het toegelaten inkomen bedraagt momenteel 17 149,19 euro. Dit komt overeen met het bedrag dat de gepen-sioneerde zelfstandige vanaf 65 jaar en zonder kinderlast mag bijverdienen. overschrijding met minder dan 15 % wordt de uitkering pro rata verminderd. Bij overschrijding met meer dan 15 % verliest de zelfstandige zijn uitkering.
Voorbeeld Een zelfstandige is arbeidsongeschikt erkend. Hij krijgt toestemming om een deel van zijn vroegere activiteit vanaf 1 juli 2010 uit te oefenen. Tot en met december 2010 behoudt hij het volledig bedrag van de uitkering. Vanaf januari 2011 tot en met december 2013 wordt zijn uitkering verminderd met 10 %. Vanaf het vierde jaar volgend op de werkhervatting, vanaf 2014, kijkt men na of het referte-inkomen van drie jaar voordien onder de toegelaten grens ligt. De zelfstandige moet dus vanaf het tweede jaar van zijn activiteit (vanaf 2011) zijn inkomsten beperken. Bij overschrijding met minder dan 15 % wordt zijn uitkering voor 2014 pro rata verminderd. Bij overschrijding met meer dan 15 % verliest hij in 2014 het volledig bedrag van de uitkering. Administratie De aanvraag gebeurt bij het ziekenfonds, binnen de 28 dagen. Dit doet men door het opsturen of afgeven van een verklaring van arbeidsongeschiktheid, ingevuld door de behandelende geneesheer. Indien de aanvraag gebeurt buiten de termijn van 28 dagen, houdt het ziekenfonds 10 % van de vervallen uitkeringen in. De zelfstandige die een behartigenswaardige reden heeft, kan vragen om af te zien van deze inhouding.
Tabel 6: Uitkeringen ziekteverzekering (cijfers april 2013) Per dag Arbeidsongeschiktheid (vanaf de 2de maand)
Per maand (26 dagen)
Gezinshoofd 53,32 1 386,32 Alleenstaande 40,30 1 047,80 Samenwonende 32,73 850,98 Invaliditeit zonder stopzetting van het zelfstandig beroep Gezinshoofd zonder hulp van derden 53,32 1 386,32 Alleenstaande zonder hulp van derden 40,30 1 047,80 Samenwonende zonder hulp van derden 32,73 850,98 Invaliditeit en stopzetting van het zelfstandig beroep + gelijkstelling Gezinshoofd zonder hulp van derden 53,32 1 386,32 Alleenstaande zonder hulp van derden 42,67 1 109,42 Samenwonende zonder hulp van derden 36,59 951,34 Forfaitaire uitkering hulp van derden Bovenop de gewone uitkering 20,00 520,00 Moederschapsvergoeding Minimumuitkering Per extra week rust Verplichte rust van 3 weken 1 321,50 440,50 Maximaal netto inkomen per maand voor een persoon ten laste van een gezinshoofd Als zelfstandige (netto) 746,38 Als werknemer (bruto) 932,98
9
Tip Denk aan volgende rechten 1. Indien u het bedrijf stopzet: aanvraag gelijkstelling met een zelfstandige in hoofdberoep, bij het sociaal verzekeringsfonds. Hierdoor behoudt u uw rechten op kinderbijslagen, ziekteverzekering en pensioen zonder betaling van sociale bijdragen. 2. Aanvraag erkenning als mindervalide door het RIZIV. U kunt deze aanvraag doen via uw ziekenfonds. Deze erkenning geeft recht op belastingvermindering en korting op de onroerende voorheffing (raadpleeg uw fiscale raadgever). 3. Aanvraag verhoogd kindergeld bij het sociaal verzekeringsfonds. 4. Invalide zelfstandigen genieten van een verhoogde terugbetaling in de ziekteverzekering indien het gezinsinkomen lager is dan 16 632,81 euro bruto per jaar, verhoogd 3 079,19 euro per persoon ten laste. 5. Eventueel aanvraag tegemoetkoming als gehandicapte via het gemeentehuis. 6. Tenslotte bestaan er tariefverminderingen of vrijstellingen voor sommige invaliden op het vlak van de telefonie, gas en elektriciteit, inschrijvingstaks en BTW op de aankoopprijs van een nieuw voertuig, verkeersbelasting en openbaar vervoer.
april 2013
Dienstencheques na bevalling Vrouwelijke zelfstandigen en meewerkende echtgenotes kunnen na een bevalling gratis dienstencheques aanvragen via het sociaal verzekeringsfonds.
Hoeveel cheques ? De cheques dienen om de werkher-vatting vanaf de 6de week na de bevalling te ondersteunen. Het gaat over 105 cheques met een waarde van 8,5 euro per cheque en een geldigheidsduur van 8 maanden. Eén cheque is goed voor één uur huishoudelijke hulp via een erkende organisatie. (zie www.dienstencheques.be)
2) Het kind verblijft in het gezin van de moeder. 3) De aanvraagster is de sociale bijdragen voor een hoofdberoep verschuldigd (minstens 727,21 euro per kwartaal als zelfstandige of 319,46 euro als meewerkende echtgenote). 4) De aanvraagster is in orde met haar sociale bijdragen van de twee kwartalen voorafgaand aan het kwartaal van de bevalling. Acerta controleert deze wettelijke voorwaarden en stort het nodige geld aan het uitgiftebedrijf Sodexo, dat de cheques bij u thuisbezorgt via de post.
Huishoudelijke hulp
Kraamgeld en adoptiepremie Bij een geboorte in het gezin van de zelfstandige is er recht op kraamgeld. U vindt de bedragen in tabel 7 op pag. 11. Bij een miskraam is er recht op kraamgeld indien er een akte van aangifte van een levenloos kind werd opgesteld door de ambtenaar van de burgerlijke stand. Een adoptiepremie kan aangevraagd worden voor het kind dat in het gezin verblijft indien er een adoptieakte werd ondertekend. Administratie U doet een aanvraag bij het sociaal verzekeringsfonds aan de hand van een speciaal geboortebewijs of adoptieakte.
Tip Vraag voorafbetaling U kunt voorafbetaling van het kraamgeld vragen vanaf de 6de maand zwangerschap aan de hand van een geneeskundig getuigschrift. Neem hiervoor contact op met uw Acerta-kantoor !
Kunnen betaald worden met dienstencheques: poetsen van de woning, bereiden van maaltijden, wassen en strijken van het huishoudlinnen, naaiwerkjes, boodschappen doen en zorgen voor de verplaatsing van minder mobiele of oudere personen.
Voorwaarden 1) De aanvraagster is zelfstandige of meewerkende echtgenote en zet haar activiteit verder na de periode van moederschapsrust.
Tip Doe tijdig uw aanvraag U kunt de cheques aanvragen vanaf de 6de maand van de zwangerschap tot de laatste dag van de 15de week na de bevalling. Het volstaat om een mailtje te sturen naar onze mailbox
[email protected] of via een gewone brief of fax naar uw Acertakantoor.
Moederschapsvergoeding Zelfstandige vrouwen in hoofdberoep en meewerkende echtgenotes hebben na een bevalling recht op een moederschapsuitkering van 440,50 euro per week, bovenop het kraamgeld. Zie tabel 6 op pagina 9. Er moet een wachttijd van 6 maanden vervuld zijn en er is een verplichte bevallingsrust van 3 weken (één week vóór en twee weken na de bevalling). De verplichte periode kan aangevuld worden met een facultatieve vóór- of nabevallingsrust of beide. De totale periode van moederschapsrust bedraagt maximaal 8 weken (9 weken voor een meerling). Als de baby meer dan 7 dagen in het ziekenhuis moet blijven, kan de moederschapsrust verlengd worden. Sinds 1 februari 2007 is er ook bij adoptie recht op een uitkering van het ziekenfonds.
10
Tip Doe een aanvraag aan het ziekenfonds U deelt aan het ziekenfonds mee hoeveel weken bevallingsrust u wil nemen (maximum 3 weken vóór de vermoedelijke bevallingsdatum) en u voegt een medisch attest toe met de vermoedelijke datum van bevalling. Na de geboorte legt u een uittreksel van de geboorteakte voor of een medisch attest dat de geboorte bevestigt.
Kinderbijslag Wie heeft recht? – De actieve zelfstandige. – De arbeidsongeschikte of gepensioneerde zelfstandige. – De zelfstandige die zijn activiteit heeft stopgezet gedurende twee kwartalen of gedurende de voortgezette verzekering. – De weduw(e)(naar) en de wees. – De meewerkende echtgenote met een maxi-statuut. Voor welke kinderen? Er is recht op kinderbijslag voor de volgende kinderen: – eigen kinderen; – aangenomen kinderen, geadopteerde kinderen, pleegkinderen, erkende kinderen; – kleinkinderen en achterkleinkinderen; – in het gezin geplaatste kinderen; – broers en zusters, neven en nichten; – ieder kind dat in een behartigenswaardige situatie verkeert (mits goedkeuring van de Minister); – kinderen van de partner. Leeftijds- en studievoorwaarden Tot 18 jaar: onvoorwaardelijk recht tot 31 augustus van het jaar waarin het kind 18 jaar wordt. Tot 21 jaar: mits handicap. Tot 25 jaar: mits studies, stage openbaar ambt, werkzoekende na einde studies of leerovereenkomst. Er gelden bijkomende voorwaarden, die we hier niet kunnen bespreken wegens plaatsgebrek. Gezinsvoorwaarde Moeten in het gezin verblijven: – achterkleinkinderen, neven en nichten, geplaatste kinderen; – kinderen van de partner. De andere kinderen zijn ook gerechtigd als ze buiten het gezin verblijven.
Tabel 7: Gezinsbijslagen (cijfers 1 december 2012) Kraamgeld en adoptiepremie 1 223,11 Kraamgeld eerste kind of bij meerling 920,25 Kraamgeld voor een volgend kind 1 223,11 Adoptiepremie per adoptie Gewone kinderbijslag 84,43 Voor het eerste kind 90,28 Indien dit kind gehandicapt is 167,05 Voor het tweede kind Voor het derde en volgende kind 249,41 Kinderen van invalide zelfstandigen 189,16 Voor het eerste kind 195,54 Voor het tweede kind 254,41 Voor het derde en volgende kind Kinderen van gepensioneerde Voor het eerste kind 111,33 Indien dit kind gehandicapt is 136,24 Voor het tweede kind 195,54 Voor het derde kind 254,41 Wezenbijslag Per kind 346,82 Aanvullende bijslag voor een gehandicapt kind, geboren vóór 1 januari 1993 0-3 punten zelfredzaamheid 406,16 4-6 punten zelfredzaamheid 444,59 7-9 punten zelfredzaamheid 475,27 Aanvullende bijslag voor een gehandicapt kind, geboren ná 31 december 1992 0-5 punten over drie pijlers 79,17 4-5 punten over drie pijlers en minimum 4 punten in pijler 1 105,44 6-8 punten over drie pijlers 246,05 9-11 punten over drie pijlers 12-14 punten over drie pijlers of minimum 4 punten in pijler 1 en min. 6 punten en max. 11 punten over de drie pijlers 406,16 15-17 punten over drie pijlers 461,83 18-20 punten over drie pijlers 494,81 > 20 punten over drie pijlers 527,80 Leeftijdsbijslag (*) 31,36 Kind tussen 6 en 12 jaar 47,92 Kind tussen 12 en 18 jaar Kind boven de 18 jaar: oudste 52,89 60,93 volgende Loongrens 520,08 Leercontracten en werkzoekende schoolverlaters Grens beroeps- en vervangingsinkomen personen ten laste 2 230,74 Rechthebbende of bijslagtrekkende woont alleen met kind 2 306,94 Rechthebbende en partner wonen samen met kind Eénoudergezinnen 45,96 Gewone bijslag voor het eerste kind 28,49 Gewone bijslag voor het tweede kind 22,97 Gewone bijslag voor het derde kind 22,97 Gewone bijslag voor een gehandicapt kind 17,97 Invalide of gepensioneerde zelfstandige vanaf het derde kind * Er is geen recht op leeftijdsbijslag voor het enige of het jongste kind met recht op gewone kinderbijslag.
11
april 2013
Gehandicapte kinderen Een kind dat als ziek of gehandicapt wordt erkend door de bevoegde geneesheer inspecteur van de Federale Overheidsdienst Sociale Zekerheid heeft tot de leeftijd van 21 jaar recht op een aanvullende bijslag bovenop de kinderbijslag. Gepensioneerde en arbeidsongeschikte zelfstandigen De gepensioneerde zelfstandige heeft recht op verhoogde kinderbijslag. De arbeidsongeschikte zelfstandige heeft recht op verhoogde bijslag vanaf de 7de maand van de erkenning door het ziekenfonds. De toekenning van deze verhoogde kinderbijslag is aan voorwaarden verbonden. Onder andere mag het maandelijks gezamelijk bruto beroeps- en vervangingsinkomen van de rechthebbende en van zijn echtgenote of partner niet hoger zijn dan een wettelijk vastgesteld bedrag. Eénoudergezinnen Eénoudergezinnen ontvangen een bijslag van 45,96 euro voor het eerste kind; 28,49 euro voor het tweede kind en 22,97 euro voor het derde kind. Om deze bijslag te ontvangen moet de bijslagtrekkende gerechtigd zijn op de gewone kinderbijslag en alleen leven met één of meer kinderen. Zijn inkomsten mogen niet meer bedragen dan 2 295,60 euro bruto per maand. Voor inkomsten uit een zelfstandige activiteit is de grens 1 836,48 euro netto per maand. Voor éénoudergezinnen die reeds verhoogde kinderbijslag ontvangen wegens pensionering, gewezen werk-loosheid of ziekte, wordt deze sociale toeslag vanaf het derde kind opgetrokken tot 17,97 euro. De aanvulling op de kinderbijslag wordt uitbetaald samen met de maandelijkse gezinsbijslag.
Deze verhoging geldt niet enkel voor eigen kinderen, maar ook voor klein-kinderen, pleegkinderen, enz. Het kind dat zijn eigen kinderbijslag ontvangt, kan de nieuwe toeslag niet ontvangen.
Loopbaanonderbreking
Betaling
Als de zelfstandige zijn activiteit stopzet om te zorgen voor een kind met een ernstige aandoening, kan hij gedurende één kwartaal vrijstelling van sociale bijdragen aanvragen. Het kwartaal blijft meetellen in de pensioenloopbaan. Het moet gaan over een kind van de zelfstandige of van zijn echtgenote of van zijn wettelijk samenwonende partner. Het kind moet recht geven op kinderbijslag en in het gezin verblijven. Het volstaat dat de stopzetting noodzakelijk is gedurende 4 opeenvolgende weken om een kwartaal loopbaanonderbreking te genieten.
De bijslag voor een bepaalde maand wordt uitbetaald op de eerste werkdag van de volgende maand. De aanduiding van de bijslagtrekkende gebeurt op basis van de volgende rangorde. 1. De vader. De moeder, op haar verzoek en zonder verzet van de vader of indien de ouders gescheiden leven (co-ouderschap). De persoon die het kind opvoedt, op zijn verzoek. 2. Het kind zelf, indien het 16 jaar is en een afzonderlijke woonplaats heeft of indien het gehuwd is of indien het zelf kinderen heeft waarvoor het kinderbijslag ontvangt. (Opgelet: de kinderbijslag kan verminderen.) 3. De instelling, indien het kind geplaatst is. Eenieder kan, in het belang van het kind, verzet aantekenen tegen de uitbetaling aan de in 1 en 2 bedoelde personen.
Als het kind of de partner zelf palliatieve zorgen nodig heeft, kan de zelfstandige bovendien een uitkering aanvragen. De zelfstandige moet deze rechten aanvragen bij zijn sociaal verze-keringsfonds met een aangetekende brief of met een verzoekschrift dat hij indient aan de balie van zjin Acertakantoor. Er gelden specifieke regels naargelang het gaat om de verzorging van een kind met een ernstige aandoening of om palliatieve verzorging van een kind of partner. Kind met ernstige aandoening
Tip Hou ons op de hoogte Signaleer ons tijdig elke wijziging in de gezins- en beroepssituatie van u en uw partner. Zo ontvangt u snel de kinderbijslagen die u toekomen. Voorbeeld: indien u (of uw partner) minstens halftijds loontrekkende bent, kunt u recht hebben op gezinsbijslag als loontrekkende.
In dat geval slaat de vrijstelling van bijdrage op het kwartaal na het begin van de stopzetting. De zelfstandige moet zijn aanvraag doen vóór het einde van dat kwartaal. Palliatieve verzorging van kind of partner In dat geval heeft de vrijstelling van bijdrage betrekking op het kwartaal waarin de stopzetting aanvangt en heeft de zelfstandige ook recht op een uitkering. De zelfstandige moet zijn aanvraag doen binnen een termijn van 4 weken vanaf de onderbreking van de activiteit. Tabel 7bis: Uitkering palliatieve zorgen Per verzorgde patient De uitkering wordt betaald in 3 maandelijkse schijven
12
2 095,69
Vrij aanvullend pensioen zelfstandigen
Tip Vraag een vrijblijvende berekening VAPZ Indien u dit wenst, berekenen we welke VAPZ-bijdrage u kunt betalen en welke besparing deze oplevert aan belastingen en sociale bijdragen, en maken we ook een prognose van het kapitaal dat u op basis van deze jaarlijkse bijdrage opbouwt tegen uw pensioenleeftijd. U kunt hiervoor contact opnemen met onze kantoren. Lees meer in Accent “Vrij aanvullend pensioen zelfstandigen”. Vraag een gratis exemplaar! U kunt de brochure ook downloaden van onze website www.acerta.be.
Acerta biedt aan haar klanten een gewoon en een sociaal VAPZ aan. Deze vrijwillige verzekeringen maken deel uit van het sociaal statuut van de zelfstandigen (de zgn. 2de pijler). Alleen zelfstandigen in hoofdberoep en meewerkende echtgenoten in het maxi-statuut kunnen een VAPZ afsluiten. Zelfstandigen in bijberoep zijn in principe uitgesloten, tenzij zij evenveel bijdragen betalen als een hoofdberoep.
(VAPZ)
toe te kennen winstdeelname. Als u met pensioen gaat, kunt u het gespaarde pensioenkapitaal laten uitbetalen. Het VAPZ is wettelijk beschermd, zodat u gerust kunt zijn over uw oude dag.
Het sociaal VAPZ
Het gewoon VAPZ
Het “sociaal VAPZ” is identiek aan het gewoon VAPZ, maar aangevuld met een verzekering arbeidsongeschiktheid en invaliditeit. Daarom ligt de maximumbijdrage 15 % hoger.
Ieder jaar kunt u tot 8,17 % van uw beroepsinkomen opzij zetten voor een aanvullend pensioen. U stort uw VAPZbijdragen aan Acerta Sociaal Verzekeringsfonds. Acerta stort uw bijdragen door naar KBC Verzekeringen als premie voor uw aanvullende pensioenpolis. KBC belegt uw VAPZ-bijdragen. Op die manier brengt uw spaargeld een gewaarborgde intrest op (momenteel 2,5 %) plus een jaarlijks
10 % van de totale VAPZ-bijdrage geldt als premie voor een verzekering tegen arbeidsongeschiktheid en invaliditeit. Als u arbeidsongeschikt wordt, geniet u van een dubbele waarborg: KBC betaalt in uw plaats de bijdrage voor uw VAPZ (uw aanvullend pensioen wordt dus gratis verder opgebouwd) én u ontvangt een invaliditeitsrente. Deze rente is op jaar-
13
april 2013
basis gelijk aan 1,5 keer de bijdrage die u betaalde in het jaar vóór de aanvang van de arbeidsongeschiktheid. De kosteloze pensioenopbouw start vanaf de 7 de maand van de arbeidsongeschiktheid (mits erkenning door het ziekenfonds) en de rente vanaf de 13de maand (mits erkenning als invalide door het RIZIV). De verzekering arbeidsongeschiktheid start op 1 januari volgend op het jaar waarin u de polis hebt ondertekend en uw eerste bijdrage voor het sociaal VAPZ hebt betaald.
Een fiscaal cadeau De belangrijkste troef van het VAPZ zijn de fiscale voordelen. De beroepswinst die u in uw VAPZ-spaarpot steekt, wordt niet belast want uw VAPZ-bijdrage is fiscaal aftrekbaar van uw beroepsinkomen. Om een idee te krijgen van de besparing aan belastingen en sociale bijdragen vindt u een overzichtje in tabel 8.
De VAPZ-bijdrage Uw VAPZ-bijdrage hangt af van uw beroepsinkomen (zie tabellen op pagina 7). De maximaal aftrekbare bijdrage is 3 017,73 euro per jaar voor het gewoon VAPZ of 3 472,05 euro per jaar voor het sociaal VAPZ. U beslist zelf hoeveel bijdragen u stort en op welk tijdstip.
Wat na overlijden? Als u overlijdt vóór u met pensioen gaat, wordt het gevormde pensioenkapitaal betaald aan uw nabestaanden. Als u wil voorzien in een hoger gegarandeerd kapitaal, kunt u uw VAPZ uitbreiden met een aanvullende overlijdensverzekering.
Waarom betaalt u het best via Acerta?
Wat met de medische beroepen?
Om uw VAPZ-bijdrage te kunnen aftrekken in uw belastingaangifte moet u uw sociale bijdrage betaald hebben. Acerta zal deze betaling in uw belang opvolgen en de koppeling tussen beide bijdragen maken, zodat u achteraf niet voor onaangename verrassingen komt te staan. Bovendien berekent Acerta uw VAPZ-bijdrage op de fiscaal meest gunstige manier.
Geconventioneerde geneesheren, tandartsen, apothekers en kinesisten ontvangen ieder jaar van het RIZIV een bijdrage die ze moeten besteden aan een “sociale” VAPZ of aan een verzekering gewaarborgd inkomen. Bovenop dit sociaal VAPZ, gefinancierd door het RIZIV, kunnen zij een tweede gewoon of sociaal VAPZ nemen, gefinancierd door een eigen bijdrage. De RIZIV-bijdrage is fiscaal niet aftrekbaar, de eigen bijdrage wél.
Snelle betaling jaarbijdrage mogelijk! In het begin van het jaar biedt Acerta u de volledige jaarpremie aan. Deze service is in uw belang. Het laat u immers toe om de jaarbijdrage reeds te betalen in het begin van het jaar i.p.v. gespreid over 4 kwartalen. En door sneller te betalen, brengt uw bijdrage meer intrest op!
Tabel 8: Besparing op fiscaal en sociaal vlak
Inkomen 0,01 8 350,01 11 890,01 12 597,43 19 810,01 36 300,01 54 398,07 80 165,53
Fiscaal voordeel (1)
8 350,00 11 890,00 12 597,42 19 810,00 36 300,00 54 398,06 80 165,52 ...
26,75 % 32,10 % 42,80 % 42,80 % 48,15 % 53,50 % 53,50 % 53,50 %
Sociaal voordeel (2) 0,00 % 0,00 % 0,00 % 24,82 % 24,82 % 24,82 % 15,97 % 0,00 %
Totaal voordeel (3) 26,75 % 32,10 % 42,80 % 57,00 % 61,02 % 65,04 % 60,93 % 53,50 %
(1) Om de fiscale besparing te berekenen hielden we ook rekening met de gemeentebelasting (7 %). (2) De besparing aan sociale bijdragen wordt gerealiseerd na 3 jaar; beginnende zelfstandigen realiseren deze besparing twee keer: in het jaar zelf en drie jaar later. (3) Het totaal voordeel is niet gelijk aan de som van het fiscaal en sociaal voordeel. Het sociaal voordeel leidt immers al tot een lager netto-beroepsinkomen, waardoor het fiscaal voordeel vermindert.
14
Rustpensioen Normale pensioenleeftijd De pensioenleeftijd voor mannen en vrouwen is 65 jaar sedert 1 januari 2009.
Pensioenloopbaan Uw pensioen wordt berekend op basis van uw pensioenloopbaan. Een volledige loopbaan bedraagt 45 jaren. Deze loopbaan eindigt in principe op 31 december van het jaar voor de pensionering, maar soms kunnen de jaren na pensionering ook nog meetellen in de loopbaan. Is uw loopbaan korter, dan is uw pensioen lager. Het is dus in uw belang om een zo volledig mogelijke loopbaan te bewijzen. Zelfstandigen moeten hun loopbaan bewijzen aan de hand van de stortingen die zij moesten doen aan de pensioenkas en later aan het Sociaal Verzekeringsfonds. De pensioendiensten van het RSVZ vragen deze informatie op bij uw Sociaal Verzekeringsfonds. Dit loopt automatisch na de pensioenaanvraag. U moet hiervoor niets doen.
Berekening In de meeste gevallen is er recht op het minimumpensioen in verhouding tot de loopbaan (zie tabel 9 onderaan). Zelfstandigen die vanaf 1984 relatief hoge sociale bijdragen hebben betaald, bekomen een hoger “proportioneel” pensioen (max. 18 342,43 euro voor een gezinshoofd op 65 jaar).
Enkele extra’s Vanaf een loopbaan van minstens 2/3 wordt een jaarlijkse bijslag betaald van 163,56 euro aan zelfstandigen die tijdens hun loopbaan voor minstens één kind kinderbijslag hebben ontvangen. Dit voordeel wordt toegekend aan zelfstandigen die op pensioen gegaan zijn tussen 1 juli 1997 en 1 januari 2009. Zelfstandigen die op pensioen gaan tussen 1 januari 2007 en 1 december 2013 kunnen een bonus verdienen door langer te werken. De bonus bedraagt 179,20 euro per kwartaal en wordt toegekend voor kwartalen gepresteerd vanaf 2006.
Tabel 9 : Maandelijks pensioen voor mannen met een volledige loopbaan (1 april 2013) Minimumpensioen op de normale pensioenleeftijd met volledige loopbaan* per jaar per maand Gezinshoofd 16 636,77 1 386,40 Alleenstaande 12 574,11 1 047,84 * Dit bedrag wordt toegekend in verhouding tot de loopbaanbreuk en eventueel verminderd bij vervroegd pensioen Tabel 10: Toegelaten activiteit voor de pensioenleeftijd (cijfers 2013) Zelfstandige (netto belastbaar) Rustpensioen zonder kinderlast 6 056,01 Rustpensioen met kinderlast 9 084,01 Overlevingspensioen zonder kinderlast 14 100,48 Overlevingspensioen met kinderlast 17 625,60
Werknemer (bruto) 7 570,00 11 355,02 17 625,60 22 032,00
Tabel 11: Toegelaten activiteit vanaf de pensioenleeftijd (cijfers 2013) Zelfstandige (netto belastbaar) Rustpensioen zonder kinderlast 17 492,17 Rustpensioen met kinderlast 21 277,17
Werknemer (bruto) 21 865,23 26 596,50
Meer over deze maatregelen in onze Accent “Met pensioen gaan als zelfstandige”.
15
april 2013
Vervroegd pensioen Tot en met 2012 kunnen mannen en vrouwen vervroegd met pensioen gaan vanaf 60 jaar, mits zij 35 actieve jaren bewijzen. Vanaf 2013 wordt deze leeftijd geleidelijk opgetrokken naar 62 jaar en de loopbaanvoorwaarde naar 40 jaar. Het vervroegd pensioen wordt procentueel verminderd alsook met één loopbaanjaar per jaar vervroeging. Daarom ligt het pensioen op 60 jaar 33 % lager dan op 65 jaar. Voor hen die een loopbaan hebben van 42 jaar wordt de vermindering wegens vervroeging niet meer toegepast. Vanaf 2013 is er geen vermindering meer vanaf 41 jaar. Meer hierover in onze Accent “Met pensioen gaan als zelfstandige”.
Hoeveel mag men bijverdienen? Het toegelaten beroepsinkomen na pensioen kunt u lezen in tabel 10 en 11. De gepensioneerde mag het toegelaten inkomen overschrijden met minder dan 25 %. Let wel: in dit geval zal het pensioen voor dat jaar evenredig verminderd worden. Overschrijdt men de grens met 25 % of meer, dan wordt het pensioen volledig geschorst.
Tip Winstaandeel aan de meewerkende echtgenote Indien u een gedeelte van uw beroepsinkomen op naam van uw meewerkende echtgenote zet, kunt u een hoger beroepsinkomen verwerven dan in de tabel. Dit moet echter afgewogen worden tegen de bijdrage die de meewerkende echtgenote hierop verschuldigd is. Informeer u eerst in onze kantoren!
Welke sociale bijdragen betaalt een actieve gepensioneerde? U vindt berekeningstabellen voor de sociale bijdragen op pagina 4 en 5. Hierna herhalen we de belangrijkste principes. Een vervroegd gepensioneerde betaalt een percentage van zijn inkomen met een maximum van 229,35 euro per kwartaal (zonder kinderlast) of 344,02 euro per kwartaal (met kinderlast). Vanaf de normale pensioenleeftijd mag de gepensioneerde meer bijverdienen en verhoogt ook de maximumbijdrage naar 662,44 euro per kwartaal (zonder kinderlast) of 805,79 euro per kwartaal (met kinderlast). Indien het referte-inkomen lager is dan 2 838,99 euro, zijn er geen bijdragen verschuldigd. Land- en tuinbouwers zijn geen sociale bijdragen verschuldigd indien de activiteit beperkt blijft tot een wettelijk bepaalde oppervlakte. Tenslotte zijn ook de onbezoldigde man-datarissen van een vennootschap vrijgesteld, op voorwaarde dat ze geen activiteit meer uitoefenen als werkend vennoot. Administratie Het pensioen wordt automatisch toegekend op de normale pensioenleeftijd. Alleen wie voor of na de normale pensioenleeftijd op pensioen wil gaan, moet zijn pensioen nog aanvragen. Dit gebeurt via het gemeentehuis vanaf de 12de maand vóór de ingang. Mee te nemen: identiteitskaart + eventuele loopbaanbewijzen. In de toekomst zal men het pensioen ook elektronisch via de portaalsite van de FOD Sociale Zekerheid kunnen aanvragen.
16
Overlevingspensioen Wie heeft recht? De weduw(e)(naar) kan een overlevingspensioen genieten: – vanaf de leeftijd van 45 jaar; – zonder leeftijdsbeperking mits kinderlast of arbeidsongeschiktheid van 66 %. Er is steeds recht op een tijdelijk overlevingspensioen gedurende 1 jaar, mits het toegelaten beroepsinkomen gerespecteerd wordt. Berekening Indien de overledene gepensioneerd was, bedraagt het overlevingspensioen 80 % van het gezinspensioen. Indien het ging over een vervroegd pensioen, wordt de vermindering wegens vervroeging niet doorgerekend en komt het overlevingspensioen hoger uit dan 80 %. Indien de overledene niet gepensioneerd was, wordt het overlevingspensioen berekend op basis van de loopbaan en de inkomsten.
Hoeveel mag men bijverdienen? Het toegelaten inkomen vindt u in tabel 10 op pag. 13. De weduw(e)(naar) mag het maximuminkomen overschrijden met minder dan 25 %. Let wel: in dit geval zal het pensioen voor dat jaar evenredig verminderd worden. Overschrijdt men de grens met 25 % of meer, dan wordt het pensioen volledig geschorst. Weduwen en weduwnaars mogen het in tabel 10 vermelde bedrag verdienen zolang zij uitsluitend een overlevingspensioen ontvangen en jonger zijn dan 65 jaar. Wanneer deze personen hun eigen rustpensioen aanvragen of 65 jaar worden, gelden de inkomstengrenzen voor de gewone gepensioneerden. Vanaf 2007 kunnen weduwen en weduwnaars bepaalde vervangingsinkomsten beperkt cumuleren met hun overlevingspensioen. Meer hierover in onze Accent “Met pensioen gaan als zelfstandige”.
Sociale bijdragen De rechthebbende op een overlevingspensioen die een toegelaten activiteit uitoefent, blijft in principe bijdrageplichtig. De sociale bijdrage bedraagt: - max. 799,18 euro - max. 989,98 euro indien kinderlast. Bij overlevingspensioen vóór de pensioenleeftijd is minstens 727,21 euro verschuldigd. Weduwen en weduwnaars kunnen een gunstige bijdrageregeling aanvragen. (Zie pagina 4.)
17
april 2013
Rechten bij gedwongen stopzetting of faillissement Gefailleerde zelfstandigen kunnen bij hun sociaal verzekeringsfonds een uitkering aanvragen en vragen om in orde te blijven voor de kinderbijslagen en de ziekteverzekering. Hetzelfde geldt voor zelfstandigen die hun beroepsactiviteit hebben stopgezet binnen 3 jaar na een collectieve schuldenregeling. Sinds 1 oktober 2012 gelden deze rechten ook voor zelfstandigen die hun activiteit noodgedwongen stopgezet of onderbroken hebben door een natuurramp, brand, vernieling door een derde of een allergie. Deze voordelen zijn weggelegd voor personen die zelfstandige in hoofdberoep geweest zijn in de 3 kwartalen voor de stopzetting + in het kwartaal van de stopzetting. De voordelen Om recht te hebben op de uitkering, mag de zelfstandige geen enkele beroepsactiviteit meer uitoefenen of geen vervangingsinkomen genieten. Daarnaast kan hij gedurende 4 kwartalen in orde blijven voor de ziekteverzekering en voor de kinderbijslagen, zonder dat
hij hiervoor nog sociale bijdragen hoeft te betalen. Deze gelijkstelling kan enkel bekomen worden als hij geen rechten opent via het statuut van de echtgenoot. De zelfstandige kan gedurende maximaal 12 maanden aanspraak maken op deze rechten. Hij kan deze 12 maanden opnemen in verschillende schijven tijdens zijn loopbaan. Administratie De geïnteresseerde moet een aanvraag doen bij het sociaal verzekeringsfonds voor het einde van het tweede kwartaal volgend op de stopzetting. Dit kan met een aangetekende brief of door neerlegging van een verzoekschrift. Het sociaal verzekeringsfonds onderzoekt de voorwaarden aan de hand van een vragenlijst.
Tabel 12: Uitkeringen per maand (cijfers op 1 april 2013)
per maand
Gezinshoofd 1 386,40 euro Alleenstaande 1 047,84 euro
18
Acerta Ondernemingsloket En als wij de hindernissen nu eens wegnamen? Wij helpen u verder met alle administratieve verplichtingen die u als beginnende zelfstandige moet vervullen. U kunt hiervoor terecht in ieder Acerta-kantoor.
Vraag een gratis startersgids aannemer • accountant • advocaat • apotheker • architect bakker • consultant • dierenarts • garagist • geneesheer handelsagent • horeca • informaticus • kapper • kunstenaar lesgever • notaris • paramedicus • psycholoog schoonheidsspecialist • tandarts • tolk • tuinaanleg • makelaar verpleegkundige • vertaler • verzekeringen • winkelier
U kunt de gids ook downloaden via onze Acerta website:
ikwilstarten.be
19
april 2013
Waarom kiezen voor Acerta Sociaal Verzekeringsfonds? Marktleider Acerta Sociaal Verzekeringsfonds verzorgt het sociaal statuut van ongeveer 260 000 aangesloten zelfstandigen en meewerkende echtgenoten uit alle beroepsgroepen en telt ruim 70 000 aangesloten vennootschappen. Daarmee is Acerta het grootste sociaal verzekeringsfonds van het land.
Correcte service U staat als klant centraal. Onze permanente zorg gaat uit naar een correct beheer van uw dossier, naar toegankelijke informatie over de sociale wetgeving en naar een kwaliteitsvolle dienstverlening. We begeleiden u persoonlijk bij de start van uw zelfstandig beroep of vennootschap.
Bereikbaar en snel
Accent is de inforeeks van Acerta over het sociaal recht. Deze reeks bevat de volgende brochures over de sociale zekerheid van de zelfstandigen en de KMO. • Starten als zelfstandige Ondernemingsnummer, btw, vergunningen, ... • Het sociaal statuut van de zelfstandigen Bijdragen, uitkeringen, aanvullende verzekeringen.
Onze plaatselijke kantoren heten u welkom (zie kantoorgegevens hieronder). Dankzij onze vele zitdagen is er altijd een adviseur dichtbij. Ons degelijk opgeleid personeel helpt u snel verder met al uw vragen en problemen.
• Een vennootschap oprichten Sociale en andere aspecten.
De goedkoopste
• Vrij aanvullend pensioen zelfstandigen De meest rendabele pensioen verzekering.
De prijs die u betaalt aan uw sociaal verzekeringsfonds wordt uitgedrukt in een percentage van uw sociale bijdrage. Bij Acerta betaalt u het laagste beheerskostenpercentage van het land. Dankzij haar schaalgrootte kan Acerta deze laagste prijs in de toekomst blijven waarborgen. Voor verdere informatie kan u steeds terecht in onze kantoren 9300 Aalst Leo de Béthunelaan 100 tel. 053 21 38 59 fax 053 77 76 12
[email protected]
9000 Gent Opgeëistenlaan 8/201 tel. 09 264 12 20 fax 09 264 12 28
[email protected]
2800 Mechelen Battelsesteenweg 455 A1 tel. 015 40 42 40 fax 015 40 42 41
[email protected]
2610 Antwerpen-Wilrijk Groenenborgerlaan 16 tel. 03 829 23 10 fax 03 829 23 86
[email protected]
3500 Hasselt Kunstlaan 16 tel. 011 24 94 30 fax 011 24 94 39
[email protected]
5100 Namur-Jambes Chaussée de Liège 140-142 tel. 081 24 01 80 fax 081 24 01 85
[email protected]
4671 Blégny-Barchon Parc Artisanal 11-13 tel. 04 256 95 08 fax 04 264 58 91
[email protected]
8500 Kortrijk Nijverheidskaai 3 bus 11 tel. 056 62 19 14 fax 056 21 93 29
[email protected]
8400 Oostende Vijverstraat 47 tel. 059 34 10 60 fax 059 34 10 61
[email protected]
8310 Brugge-Assebroek Baron Ruzettelaan 5 bus 2 tel. 050 44 31 60 fax 050 44 31 69
[email protected]
3000 Leuven Diestsepoort 1 tel. 016 24 52 19 fax 016 24 52 40
[email protected]
8800 Roeselare Ter Reigerie 11 tel. 051 24 66 27 fax 051 26 08 91
[email protected]
1020 Brussel BDC, Heizel Esplanade PB 65 tel. 02 475 45 00 fax 02 773 16 03
[email protected]
6800 Libramont Avenue Herbofin 1 tél. 061 23 98 65 fax 061 50 28 40
[email protected]
9100 Sint-Niklaas Industriepark Noord 27 tel. 03 780 74 50 fax 03 780 74 49
[email protected]
6010 Charleroi-Couillet Espace Sud, Espl. Magritte 5 tel. 071 29 75 11 fax 071 51 18 92
[email protected]
2500 Lier Gasthuisvest 9 tel. 03 829 23 10 fax 03 491 84 49
[email protected]
2300 Turnhout Patersstraat 100 tel. 014 40 02 50 fax 014 40 02 54
[email protected]
9200 Dendermonde Noordlaan 148 tel. 09 264 12 20 fax 052 22 08 82
[email protected]
1435 Mont-Saint-Guibert Axisparc, Rue Dumont 5 tél. 010 23 59 20 fax 010 45 38 90
[email protected]
Bezoek onze site acerta.be e-mail:
[email protected]
20
• Met pensioen gaan als zelfstandige Pensioen, toegelaten activiteit, bijdragen, ... Vraag een gratis exemplaar via onze kantoren. Redactie: Foto’s: Realisatie:
Mieke Bruyninckx Bert Hens Katrien Jonckheer Archief Acerta Acerta, marketing
Verantwoordelijke uitgever: Paul Roosen, Buro & Design Center Heizel Esplanade PB 65 1020 Brussel Acerta Ondernemingsloket vzw: BTW BE 0480.513.551 RPR Brussel Acerta Sociaal Verzekeringsfonds vzw: BTW BE 0416.377.646 RPR Brussel FSMA 030958 cA i.s.m. KBC Verzekeringen Acerta streeft naar kwaliteitsvolle actuele informatie, maar is niet verantwoordelijk voor eventuele fouten. Publicatiedatum: april 2013