Regionale notitie Mantelzorgondersteuningsbeleid Hoeksche Waard 2015 - 2018
0
Inhoud 1. Aanleiding Definitie mantelzorg Toename druk op de mantelzorg Wettelijke basis mantelzorgbeleid 2. Voorgeschiedenis 3. Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) 2015 Maatwerk voor cliënt en mantelzorger Gemeenten zorgen voor ondersteuning mantelzorgers Waarderen van mantelzorg Mantelzorg niet verplichten maar verlichten 4. Regionaal Beleidsplan Wmo 2015 5. Wettelijke taken gemeenten Doel mantelzorgondersteuning Waardering mantelzorgers 6. Onderzoek ondersteuning mantelzorg in de HW 7. Bijeenkomst mantelzorg De vragen Knelpunten 8. Aantal mantelzorgers in de Hoeksche Waard 9. Invulling wettelijke taken Ondersteuning Waardering van mantelzorgers 10. Wat gaan we doen Mantelzorgondersteuning Waardering mantelzorg Ontwikkelagenda 11. Samenhang transformatie Sociaal Domein 12. Financiën 13. Personele inzet 14. Planning 15. Evaluatie
1
blz.
2
blz. blz.
4 5
blz. blz.
6 7
blz. 9 blz. 11
blz. 13 blz. 13
blz. 15
blz. blz. blz. blz. blz.
17 17 18 18 18
1.
Aanleiding
De betekenis van mantelzorg en vrijwilligerszorg voor de samenleving is groot. Nederland telt ongeveer 3,7 miljoen mantelzorgers. In de Hoeksche Waard zijn naar schatting 18.800 mantelzorger, waarvan naar schatting 14.100 mantelzorgers langdurige en/of intensieve hulp verlenen. Uit onderzoek blijkt dat de meeste mantelzorgers zich op dit moment nog niet overbelast voelen, maar dat de belasting wel maximaal is. Wij vinden het daarom belangrijk om beleid op te stellen voor ondersteuning van mantelzorgers. In januari 2014 is een ambtelijke werkgroep gestart met inzicht te verkrijgen in het aanbod van mantelzorgondersteuning op dit moment, de (wettelijke) ontwikkeling op het gebied van mantelzorg, knelpunten die mantelzorgers ervaren en de ondersteuningsbehoefte van mantelzorgers in de Hoeksche Waard. Definitie mantelzorg De definitie voor mantelzorg uit de nieuwe Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 luidt als volgt: “Langdurige of intensieve hulp, of een combinatie daarvan, aan een hulpbehoevende persoon ten behoeve van zelfredzaamheid, participatie, beschermd wonen, opvang, jeugd of het opvoeden en opgroeien van jeugdigen en zorg en overige diensten als bedoeld in de Zorgverzekeringswet, die rechtstreeks voortvloeit uit een tussen personen bestaande sociale relatie en die niet wordt verleend in het kader van een hulpverlenend beroep”. Langdurig of intensief wordt als volgt gedefinieerd: minstens acht uur per week en/of voor een periode van minimaal drie maanden. Toename druk op mantelzorg Door de decentralisaties, vergrijzing en ontgroening neemt de druk op de mantelzorgers toe. De decentralisaties zijn in eerste instantie ingezet om het voor de burgers beter en overzichtelijker te regelen. Daarnaast wordt hiermee ook invulling gegeven aan de veranderende maatschappij. Van verzorgingsstaat naar participatiemaatschappij. Maar gemeenten moeten ook én grote bezuinigingen én grote verandertrajecten doorvoeren. Met name de decentralisatie en de ontwikkelingen in het Sociale Domein zullen invloed hebben op het appèl dat op mantelzorgers wordt gedaan. Dit kan leiden tot overbelasting van mantelzorgers. Wettelijke basis mantelzorgbeleid In de nieuwe Wmo 2015 en de vernieuwde AWBZ zijn de ondersteuning en waardering van de mantelzorger wettelijk verankerd. In de Hoeksche Waard zijn de wettelijke kaders van de Wmo 2015 uitgewerkt in een beleidsplan (Regionaal beleidsplan Wmo 2015), voor de lokale uitvoering van dit beleidsplan stellen de afzonderlijke gemeenten de Verordening maatschappelijke ondersteuning (Verordening mo) met de daarbij behorende beleidsregels vast. Deze regionale notitie Mantelzorgondersteuningsbeleid Hoeksche Waard 2015 – 2018 wordt als beleidsregel toegevoegd aan de Verordening mo.
2
De gemeenteraden van de 5 gemeenten hebben in het “Regionaal beleidsplan Wmo 2015” vastgelegd dat in de lokale verordeningen mo de invulling van de ondersteuning en waardering van mantelzorgers wordt gemandateerd aan de colleges. Ook hebben de gemeenteraden met het vaststellen van het “Regionaal beleidsplan Wmo 2015” ingestemd met het voorstel om naast de huidige beschikbare middelen voor mantelzorgondersteuning ook de door het rijk beschikbaar gestelde middelen voor mantelzorg daadwerkelijk voor de waardering en ondersteuning van mantelzorg in te zetten. Door alle ontwikkelingen is het noodzakelijk dat de Hoeksche Waardse gemeenten, het regionaal mantelzorg ondersteuningsbeleid opnieuw vorm geven.
3
2.
Voorgeschiedenis
Vanaf de invoering van de Wmo per 1 januari 2007 is de gemeente verantwoordelijk voor het ondersteunen van mantelzorgers. Tot en met 2014 wordt dit wordt geregeld in prestatieveld 4 van de wet: “Het ondersteunen van mantelzorgers en vrijwilligers”. Om mantelzorgondersteuning binnen de Hoeksche Waard vorm te geven werd binnen de Regionale Agenda Samenleving (RAS) 2006-2008 het project ‘Mantelzorgers’ opgenomen. In het kader van de RAS heeft Tympaan in 2008 het rapport “Wie de mantel past trekke hem aan” opgesteld waarin een aantal aanbevelingen opgenomen zijn. Een van de aandachtspunten was om regionaal beleid voor de mantelzorgondersteuning uit te werken. Destijds is gekozen voor een pragmatische aanpak. Er is een prioriteitenlijst opgesteld en er is besloten om deze in de loop der jaren uit te voeren. Daarnaast is de ondersteuning van de mantelzorgers neergelegd bij MEE. Hiertoe ontvangt MEE van iedere gemeente een jaarlijkse subsidie. In de periode 2011-2012 kwam de vraag hoe nu verder met de regionale mantelzorgondersteuning waarbij een vorm gekozen werd die past bij het beleid en de financiële werkelijkheid. Besloten werd om in afwachting van de beleidstaken, die met de decentralisaties naar de gemeenten worden overgeheveld, geen nieuw regionaal mantelzorgbeleid uit te werken maar op basis van bestaande beleid verdere uitwerking te geven aan de prioriteitenlijst uit 2008. In de onderhandelingen met ondersteuningsorganisatie MEE zijn over de inzet van de subsidie 2013 afspraken gemaakt over een verschuiving van accenten en werkzaamheden zodat de subsidie zo effectief mogelijk ingezet wordt en het bereik onder de mantelzorgers en de doelgroepen uitgebreid wordt. Deze verschuiving omvat o.a.: • Meer inzet van vrijwilligers en andere lokale partijen voor de uitvoering; • Meer inzet op jonge mantelzorgers; • Meer werken vanuit de Sociale Netwerk Strategie (eigen kracht).
4
3.
Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) 2015
In de nieuwe Wmo 2015 zijn de gevolgen van de decentralisaties verwerkt. Een uitgangspunt van de Wmo 2015 is dat mensen langer thuis kunnen blijven wonen, met behulp van het eigen sociale netwerk en eventueel met ondersteuning van de gemeente. Mantelzorgers hebben daarbij een belangrijke rol. Hieronder beschrijven wij de onderdelen van de Wmo 2015 die over mantelzorg gaan. Maatwerk voor cliënt en mantelzorger De eigen mogelijkheden van de cliënt én de mantelzorger zijn een uitgangspunt in de Wmo. In het gesprek ‘aan de keukentafel’ wordt niet alleen gekeken wat de mantelzorger kan bijdragen aan de zorg, maar óók wat de mantelzorger zelf nodig heeft aan ondersteuning om die rol te kunnen vervullen. Bijvoorbeeld door de cliënt huishoudelijke hulp te bieden, ter verlichting van de mantelzorger. Mantelzorgers die zelf onvoldoende zelfredzaam zijn kunnen ondersteuning (een maatwerkvoorziening) van de gemeente krijgen. Ook respijtzorg, zoals kortdurend verblijf in een zorghotel of dagopvang, bedoeld om de mantelzorger tijdelijk te ontlasten van de zorgtaak, is opgenomen in de Wmo 2015. Gemeenten zorgen voor ondersteuning mantelzorgers In de nieuwe Wmo staat dat gemeenten aandacht moeten besteden aan de manier waarop mantelzorgers en vrijwilligers ondersteund worden. Bij de vormgeving daarvan worden lokale vrijwilligers- en mantelzorgorganisaties betrokken. Waarderen van mantelzorg Gemeenten bepalen bij verordening hoe mantelzorgers jaarlijks een blijk van waardering ontvangen; de opvolger van het huidige mantelzorgcompliment. De 5 Hoeksche Waardse gemeenteraden hebben ervoor gekozen om in de Wmoverordening de invulling van de ondersteuning en waardering van mantelzorgers te mandateren aan de colleges. Mantelzorg niet verplichten maar verlichten “Als we erin slagen om de passende ondersteuning dusdanig vorm te geven dat we meer rekening houden met de positie van mantelzorg, dan zijn we misschien ook in staat om een beter passend aanbod te doen”, zei staatssecretaris Van Rijn (VWS) tijdens het debat in de Eerste Kamer. Hij benadrukte dat mantelzorg niet verplicht wordt, maar dat de Wmo 2015 er juist toe moet leiden dat de gemeente in de lokale context meer rekening kan houden met mantelzorgers. “Het is goed als in het gesprek met de cliënt niet alleen naar de cliënt wordt gekeken, maar ook naar de mantelzorger. Op die manier kan, door rekening te houden met de positie van de mantelzorger, tot een betere en passende zorg en ondersteuning gekomen worden.”
5
4.
Regionaal beleidsplan Wmo 2015
In het gemeentelijke beleidsplan en de gemeentelijke verordening wordt binnen de wettelijke kaders uitwerking gegeven aan het lokale (regionale) beleid. De gemeenten in de Hoeksche Waard hebben in de laatste jaren de uitvoering en het beleid van de huidige Wmo gekanteld. In de kadernotitie “kanteling Wmobeleid”, die medio 2013 door 5 gemeenteraden van de gemeenten in de Hoeksche Waard is vastgesteld, worden kort “De Kanteling” en de belangrijkste uitgangspunten toegelicht: • Wmo als participatiewet • Vraaggericht • Eigen kracht, eigen netwerk, algemene en collectieve voorzieningen
Ook de Wmo 2015 gaat uit van de eigen kracht. De 5 Hoeksche Waardse gemeenten hebben besloten om de werkwijze van “De Kanteling” in de Hoeksche Waard te continueren, daarnaast wordt ook van aanbieders de “gekantelde” werkwijze verwacht. In de praktijk betekent dit dat aan de hand van een melding van of voor een inwoner een onderzoek uitgevoerd wordt. Bij het onderzoek worden de mogelijkheden, persoonskenmerken en behoeften geïnventariseerd. Onderzocht wordt wat die inwoner nodig heeft om in aanvaardbare mate maatschappelijk te kunnen participeren. Die behoefte kan per individueel geval verschillen. Het gaat om maatwerk. Een maatwerkvoorziening wordt pas toegekend als de mogelijkheden binnen de eigen kracht, van gebruikelijke zorg, mantelzorg of algemene voorzieningen niet toereikend zijn. Dit betekent dat er meer en vaker een beroep gedaan gaat worden op mantelzorgers.
6
5.
Wettelijke taken gemeenten
In de Wmo 2015 is vastgelegd dat gemeenten vanaf 2015 verantwoordelijk zijn voor de ondersteuning van mantelzorgers bij hun mantelzorg aan cliënten door middel van algemene voorzieningen en van maatwerkvoorzieningen. Het betreft alle mantelzorgers van cliënten die in de gemeente wonen en geen gebruik maken van de langdurige zorg. Daarnaast is in de Wmo 2015 geregeld dat gemeenten via de verordening bepalen op welke wijze het college zorg draagt voor een jaarlijkse blijk van waardering voor de mantelzorgers. Hiermee is het mogelijk dat gemeenten mantelzorgers kunnen waarderen op een manier die aansluit bij de lokale behoeften van mantelzorgers en de lokale mogelijkheden voor ondersteuning. Doel mantelzorgondersteuning Het doel van mantelzorgondersteuning is enerzijds het voorkomen en verminderen van overbelasting van mantelzorgers. Anderzijds is mantelzorgondersteuning bedoeld om te bereiken dat mantelzorgers voldoening in hun inzet behouden en dat zij volwaardig kunnen blijven participeren in de samenleving. (Over)belasting van mantelzorgers is moeilijk objectief meetbaar. Een indicator is de verhouding tussen draagkracht en draaglast. Uit onderzoek is gebleken dat mantelzorgers die hun zorg niet kunnen delen met andere helpers het meeste risico lopen overbelast te raken. In het algemeen hebben mensen die langdurig en intensief zorg verlenen een vergrote kans op overbelasting. De volgende groepen lopen daarin een verhoogd risico: 1. Mantelzorgers zonder meerdere andere helpers 2. Vijfenzeventig plussers die voor een partner zorgen 3. Ouders en partners van mensen met psychiatrische aandoeningen 4. Werkende mantelzorger die zorgt voor een partner, kind met een chronische ziekte of handicap of zorgvragende ouder 5. Allochtone mantelzorgers Waardering mantelzorgers Naast feitelijke factoren spelen ook beleving van de zorg en van de situatie een rol. De beleving is uiteraard zeer persoonlijk. Als de zorg feitelijk zwaar is, maar als de mantelzorger erkenning en waardering krijgt, dan ontleent men daar een sterke motivatie aan. De gemeente waar de zorgvrager woont, is verantwoordelijk voor de waardering van mantelzorgers, ook als de mantelzorgers in andere gemeente wonen. De blijk van waardering kan bestaan uit een geldbedrag, zoals dat bij het mantelzorgcompliment het geval was, maar kan ook bestaan uit een waardering in natura.
7
Gemeenten bepalen zelf wat een passende waardering is. Hiervoor is het nodig om passend beleid te maken. Bij het vinden van een passende waardering voor de mantelzorger moeten verschillende dilemma’s meegenomen worden zoals bijvoorbeeld: - wordt de waardering beschikbaar gesteld voor een brede groep mantelzorgers of wordt er gedifferentieerd per categorie mantelzorgers binnen de brede groep mantelzorg; - worden er criteria vastgesteld met betrekking tot de mate en zwaarte van mantelzorg; - draagt een specifieke doelgroep bij aan het bereiken – en daarmee in beeld krijgen – van deze mantelzorgers; - bestaat de waardering uit een financiële tegemoetkoming of een voorziening in natura? - hoe wordt de uitvoering concreet vorm gegeven, wie voert de administratie en toetst de aanvraag?
8
6.
Onderzoek ondersteuning mantelzorgers in de Hoeksche Waard
Medio 2014 is door JSO samen met de ambtelijke werkgroep een onderzoek gedaan naar de ondersteuning van mantelzorgers in de Hoeksche Waard. Het doel van het onderzoek was inzicht krijgen in de knelpunten die mantelzorgers ervaren en de ondersteuningsbehoeften die zij hebben. Het rapport is als bijlage (Bijlage I) toegevoegd aan deze notitie. JSO heeft voor dit onderzoek 30 interviews onder mantelzorgers afgenomen. Bij de selectie van de interviews is rekening gehouden met spreiding in de regio en het type mantelzorger. Jonge mantelzorgers zijn vaak onzichtbaar en daardoor een moeilijk te bereiken groep. Een volwassene uit de geïnterviewde groep is tevens als kind mantelzorger geweest. Zij is dan ook bevraagd op haar ervaringen destijds. Uit de interviews komen onder andere de volgende zaken naar voren. - Geen van de geïnterviewden geeft te kennen dat zij zich overbelast voelen, wel geeft een aantal aan dat hun belasting maximaal is. - 64% van de mantelzorgers geeft aan geen behoefte te hebben aan ondersteuning. - Uitgezonderd de zeven mantelzorgers die door MEE zijn voorgedragen voor de interviews, kent geen van de mantelzorgers het ondersteuningsaanbod van MEE, wel herkennen de meerderen de activiteiten van MEE als deze genoemd worden. - 75 % van de mantelzorgers zegt geen drempels te ervaren bij het vragen om ondersteuning, maar geeft aan het liever zoveel mogelijk zelf te doen. - 80% van de mantelzorgers krijgt steun van een familielid. - Oudere (55+) mantelzorgers krijgen maar in een enkel geval steun van hun kind(eren). - De meeste mantelzorgers geven aan dat zij het moeilijk vinden om hulp te vragen van buren. - Mantelzorgers die een klein netwerk hebben of weinig contact hebben met familie, ondervinden veel emotionele steun binnen de eigen kerkgemeenschap. - De eenzaamheid onder ouderen baart allen zorgen, er bestaat bij velen de behoefte om aan deze eenzaamheid iets te doen. - Van de mantelzorgers onder de 65 jaar heeft 50% een betaalde baan. - Alle mantelzorgers geven aan, aan vrijheid te hebben ingeboet. - Bijna alle mantelzorgers geven aan dat ze door tijdgebrek hun netwerk niet kunnen onderhouden en dat hun sociaal netwerk waar ze een beroep op kunnen doen daardoor steeds kleiner is geworden. - De helft van de mantelzorgers ervaart de samenwerking met professionals als positief. - Ondanks de vele taken die mantelzorgers uitvoeren, is meer dan de helft ook vrijwilliger. De meesten zien dit als een manier om actief te blijven en contacten aan te gaan met anderen. - Bijna 40% van de mantelzorgers geeft aan dat zij hun ervaringen kunnen delen met anderen. - Mantelzorgers (vaak ouders) van kinderen met een beperking geven aan behoefte te hebben aan specifiekere informatie en specialistische kennis. - Slechts een zeer klein deel van de zorgvragers maakt gebruik van dagopvang mogelijkheden. 9
- Mantelzorgers van kinderen met een beperking geven aan dat om het vol te kunnen houden, zij vooral behoefte hebben aan respijtzorg (logeerhuis). - Een aantal mantelzorgers van zorgvragers met multiproblematiek hebben slechte ervaringen met hulpverleners en hebben het gevoel van het kastje naar de muur te worden gestuurd. - Veel mantelzorgers worden geconfronteerd met bureaucratische regels, dit leidt tot een overmaat aan administratie, wat veel energie vraagt. - Veel mantelzorgers geven aan dat er meer waardering van de samenleving moet komen voor mantelzorgers. - 40% van de geïnterviewden ontvangen het mantelzorgcompliment (vervalt per 1 januari 2015). 85% van deze ontvangers zijn positief hierover. - De mantelzorgers maken zich zorgen over de (nabije) toekomst, zij vragen zich af wat de gevolgen van de decentralisatie voor hen en de samenleving zullen zijn.
10
7.
Bijeenkomst mantelzorg Hoeksche Waard
Op 4 september 2014 hebben de gemeenten in de Hoeksche waard gezamenlijk een informatiebijeenkomst georganiseerd over mantelzorg. Deze bijeenkomst is georganiseerd om belanghebbenden (mantelzorgers, (zorg)instellingen, kerken enz.) in de gelegenheid te stellen kennis te nemen van de uitkomst van het onderzoek en van de eerste aanzet van het regionale mantelzorgondersteuningsbeleid. Tijdens deze bijeenkomst is de ambtelijke werkgroep ook in gesprek gegaan met de belanghebbenden over hun ideeën over en oplossingen voor mantelzorgondersteuning. De informatiebijeenkomst is goed bezocht (ruim 60 deelnemers) en heeft waardevolle informatie opgeleverd. Een weergave van deze bijeenkomst is als bijlage bij deze notitie gevoegd (Bijlage II). Er is tijdens deze bijeenkomst een drietal vragen gesteld aan de aanwezigen. Daarnaast is er ook aan de aanwezigen gevraagd welke knelpunten zij ervaren en welke mogelijke oplossingen zij daarvoor hebben. Hieronder geven we aan welke vragen tijdens deze bijeenkomst zijn gesteld en geven wij een korte samenvatting van de antwoorden. De vragen 1. Binnen de Wmo 2015 worden de gemeenten verantwoordelijk voor de mantelzorgwaardering, dit gaat gepaard met een forse verlaging van de middelen. Continuering van het huidige mantelzorgcompliment is voor de gemeenten in de Hoeksche Waard financieel niet haalbaar. Toch willen zij hun blijk van waardering uiten. Hoe vindt u dat de gemeenten de mantelzorgwaardering vorm moeten geven? De gegeven antwoorden zijn divers, maar onderstrepen de uitkomst vanuit de interviews dat de mantelzorgers graag zelf invulling willen geven aan een eventuele bijdrage. Een aantal wil het praktisch (bijvoorbeeld voor gemaakte kosten) inzetten, terwijl anderen het in willen zetten voor ontspanning. 2. De indruk bestaat dat de huidige mantelzorgondersteuning vooral inspeelt op de behoeften van oudere (55+) mantelzorgers. De gemeente is verantwoordelijk voor ondersteuning van alle mantelzorgers. De vraag is wat de ondersteuningsbehoefte is van jongere mantelzorgers (tussen 25- 55 jaar) en hoe kunnen de gemeenten in de Hoeksche Waard deze ondersteuning vorm geven? Ook de aanwezigen worstelden met deze vraag, wel gaven de aanwezigen aan dat er bij de gesprekken met de zorgvrager, bijvoorbeeld bij het ‘keukentafelgesprek’ ook aandacht moet zijn voor de mantelzorgers. Ook gaven ze aan dat de eerstelijnszorg oog moet hebben voor de jonge mantelzorg. Daarnaast gaven ze als tip mee oudere mantelzorgers in contact te brengen met jonge mantelzorgers, zodat deze ervaringen kunnen delen.
11
3. Veel mantelzorgers zijn niet op de hoogte van bestaande ondersteuningsmogelijkheden. De gemeenten in de Hoeksche Waard willen alle mantelzorgers zoveel als mogelijk informeren over alle mogelijkheden. Hoe en door wie wilt u geïnformeerd worden? De aanwezigen gaven aan dat het belangrijk is dat de informatie laagdrempelig is, zowel in taalgebruik als de vindplaats. Van diverse kanten kwam de vraag om een aparte site of een aparte tab op een bestaande regionale of lokale site. Tijdens de bijeenkomst is tevens gevraagd welke knelpunten de aanwezige mantelzorgers belangrijk vonden, ook vroegen wij de aanwezigen hiervoor een oplossing aan te dragen. Hieronder de top 4 van knelpunten en een korte weergave van de aangedragen oplossingen. Knelpunten 1. Wie vervangt de mantelzorger bij overbelasting? Signalering van overbelasting is belangrijk, de eerstelijnszorg en het netwerk hebben hier een rol in, zij kunnen de mantelzorger stimuleren om hulp in te schakelen. Ook kwam het idee naar voren om een soort ‘buurtcirkel’ te vormen van zorgvragers met hun mantelzorgers, zij kunnen elkaar ondersteunen. 2. Wat als de zorgvrager niet meer bij machte is zorg te vragen (kan/mag de mantelzorger dan de zorgvraag indienen)? Dit vraagt om (nieuwe) kennis en kunde van medewerkers van het Wmo loket en de eerstelijnszorg. 3. Behoefte aan informatie en duidelijkheid over de situatie na 1 januari 2015 De informatie aan de inwoners van de Hoeksche Waard over de decentralisaties moet laagdrempelig zijn. 4. Bezuinigingen, hoe worden keuzes gemaakt en op basis van welke criteria? Om de bezuinigingen op te vangen het informele circuit faciliteren en versterken.
12
8.
Aantal mantelzorgers in de Hoeksche Waard
De verwachting is dat door vergrijzing en bevolkingskrimp het aantal mantelzorgers in de toekomst niet sterk zal toenemen. Daar staat tegenover dat het appèl op de mantelzorgers zal toenemen als gevolg van de vergrijzing, wetsveranderingen en ontwikkelingen in het Sociaal Domein. Volgens ramingen in de Sociale barometer van Tympaan verleenden 18.814 inwoners van de Hoeksche Waard in 2013 mantelzorg. Hiervan verlenen 14.119 mantelzorgers langdurige of intensieve hulp. Hieronder de ramingen per gemeente. Totaal aantal mantelzorgers Binnenmaas Cromstrijen Korendijk Oud-Beijerland Strijen Totaal 9.
6.504 2.902 2.354 5.047 2.007 18.814
Aantal mantelzorgers dat langdurige of intensieve hulp verleend 4.886 2.185 1.766 3.776 1.506 14.119
Invulling wettelijke taken
Ondersteuning Ook bij de ondersteuning van de mantelzorg geldt het principe van eigen kracht. De gemeenten willen mantelzorgers aanmoedigen in de eigen situatie zelf de regie te nemen. De mantelzorger voelt namelijk zelf het beste aan wanneer draaglast en draagkracht niet meer in evenwicht zijn. Dit betekent dat de mantelzorger in eerste instantie zelf aan zet is en ook in zijn of haar eigen omgeving naar ondersteuning dient te zoeken. Wanneer de mantelzorger - zelf of met behulp van zijn/haar sociale netwerk - niet meer in staat is dit evenwicht terug te vinden, kan de mantelzorger een beroep doen op de ondersteuningsmogelijkheden die in de Hoeksche Waard geboden worden. De rol van de gemeente richt zich vooral op het leggen van verbindingen tussen diverse betrokken partijen en het faciliteren en stimuleren van samenwerking. De gedachte hierbij is dat alle partijen die te maken hebben met zorgvragers en hun mantelzorgers mede verantwoordelijk zijn voor het signaleren van mogelijke overbelasting bij mantelzorgers en het verwijzen naar en informeren over ondersteuningsmogelijkheden van deze mantelzorgers. Alle partijen hebben bovendien een taak in het opbouwen en betrekken van de sociale netwerken rondom de zorgvrager maar ook rondom de mantelzorger. Dit vraagt wel dat deze partijen op hierop toegerust (kennis en kunde) moeten worden. Het delen van de uitkomsten van de interviews en de bijeenkomst met de betrokken partijen zal hierin een eerste stap zijn.
13
Waardering van mantelzorgers Op basis van de huidige Wmo bestaat er al een separate regeling “het mantelzorgcompliment”. Dit wordt uitgevoerd door het Centraal Administratie Kantoor (hierna: CAK). In de huidige situatie (t/m 2014) wordt het mantelzorgcompliment € 200,00 aangevraagd door de zorgvrager. Voorwaarde hierbij is dat de zorgvrager een langdurige indicatie voor AWBZ-zorg heeft. De zorgvrager dient zelf ten guste van één mantelzorger een aanvraag in bij de Sociale Verzekeringsbank (hierna: SVB). De SVB keert het mantelzorgcompliment uit aan de mantelzorger. De langdurige indicatie voor AWBZ-zorg verdwijnt met de herziening van de AWBZ. Als gevolg van deze hervorming vervalt ook de grondslag voor de aanvraag van het mantelzorgcompliment. Per 1 januari 2015 houdt het mantelzorgcompliment vanuit de Rijksoverheid op te bestaan en worden gemeenten verantwoordelijk voor de jaarlijkse blijk van waardering voor de mantelzorger. Gemeenten kunnen mantelzorgers dus direct waarderen voor hun inzet. Het beleggen van deze taak op gemeentelijk niveau maakt het bovendien mogelijk dat gemeenten mantelzorgers kunnen waarderen op een manier die aansluit bij de lokale behoeften van mantelzorgers en de lokale mogelijkheden voor ondersteuning. Het is de verwachting dat een jaarlijkse blijk van waardering bevordert dat de gemeente op gezette tijden zicht heeft op de personen die mantelzorg verlenen in de gemeente. Dat maakt het mogelijk voor gemeenten mantelzorgers tijdig te ondersteunen bij hun mantelzorgtaak en daarmee overbelasting te voorkomen. Eind 2014/begin 2015 verschijnt er een handreiking Waardering Mantelzorgers van Mezzo en de VNG waarin een meer uitgebreid overzicht van goede praktijkvoorbeelden zal zijn opgenomen, mede op basis van eerste ervaringen van gemeenten met de vormgeving van de waardering. De handreiking kan door de gemeenten gebruikt worden bij de invulling van de blijk van waardering van de mantelzorger. Op dit moment is al wel duidelijk dat het in ieder geval niet mogelijk is om het mantelzorgcompliment zoals dit nu door de SVB uitgekeerd wordt (€ 200,00 per mantelzorger) binnen de financiën die we van het rijk in de nieuwe Wmo krijgen, voort te zetten. Uit navraag bij SVB blijkt dat in 2013 ongeveer 1600 mantelzorgcomplimenten zijn verstrekt in de Hoeksche Waard. Er zal gezocht moeten worden naar een andere vorm voor de blijk van waardering. Uit de interviews en de bijeenkomsten blijkt dat voor de mantelzorgers belangrijk te zijn dat zij gewaardeerd worden, daarnaast blijkt dat zij zelf graag invloed hebben op de vorm van waardering, dit kan praktisch zijn zoals extra (financiële) ondersteuning of juist het bieden van ontspanning, zoals (korting op) uitjes.
14
10.
Wat gaan we doen?
De informele zorg krijgt de komende jaren een grote rol toebedeeld binnen de veranderende werkwijze en aanpak in het Sociaal Domein. Door het onderzoek naar de ondersteuning van mantelzorg in de Hoeksche Waard hebben we meer inzicht gekregen in de knelpunten waar mantelzorgers op dit moment tegen aan lopen. Het is natuurlijk onmogelijk om alle, soms individuele knelpunten op te lossen met algemeen beleid, maar met onderstaande inzet willen wij als Hoeksche Waardse gemeenten een aanzet doen om het mantelzorgondersteuningsbeleid verder te ontwikkelen. Mantelzorgondersteuning • Behoud deskundigheid Op dit moment voert de afdeling Mantelzorg van MEE ZHE (MEE) de mantelzorgondersteuning in de Hoeksche Waard uit. MEE geeft uitvoering aan de individuele en collectieve mantelzorgondersteuning. Voor 2015 zetten we in op continuïteit van de mantelzorgondersteuning door MEE, waarbij de inzet van de eigen kracht het uitgangspunt zal zijn. Dit doen we door de subsidie aan MEE in 2015 binnen de huidige kaders te continueren. Hierdoor blijft de deskundigheid van MEE behouden en beschikbaar. Wel krijgt MEE de opdracht mee om samen met de gemeenten in 2015 te werken aan de bekendheid van het ondersteuningsaanbod. Hoofdactiviteiten MEE: • Individuele mantelzorgondersteuning: Mantelzorgers worden individueel ondersteund door het geven van advies en informatie, doorverwijzing en kort cyclische ondersteuning. • Collectieve mantelzorgondersteuning: Collectieve activiteiten omvatten o.a. de organisatie van lotgenotencontacten, zoals het Alzheimercafé, mantelzorgsalon, Dag van de mantelzorger, publiciteit en voorlichting aan mantelzorger en derden, uitgeven van het Mantelzorgmagazine. • Intensieve vrijwilligersondersteuning: inzet van vrijwilligers voor vervangende mantelzorg, respijtzorg, vriendendienst, maatjescontact en praktische thuishulp. • Inzichtelijk maken (informele) ondersteuningsaanbod Het informele ondersteuningsaanbod wordt weinig door mantelzorgers genoemd, terwijl er wel een informeel ondersteuningsaanbod is. Naast MEE bieden diverse partijen in de Hoeksche Waard diensten en activiteiten aan, die mantelzorgers direct of indirect kunnen ondersteunen. Zoals ook al uit de interviews blijkt, ontvangen veel mantelzorgers direct of indirect steun vanuit de kerken. Maar daarnaast bieden ook Welzijn Hoeksche Waard, het Rode Kruis, de Zonnebloem enzovoort diensten of activiteiten aan die mantelzorgers kunnen ondersteunen of ontlasten. Ook het aanbod aan formele ondersteuning, zoals bijvoorbeeld dagopvang is niet altijd bij mantelzorgers bekend. Omdat naar verwachting de druk op de mantelzorgers de komende jaren zal toenemen, is het van belang dat ook het (informele) ondersteuningsaanbod laagdrempelig inzichtelijk gemaakt wordt.
15
Niet alleen voor (toekomstige) mantelzorgers, maar ook voor professionals die contact hebben met mantelzorgers. Zij hebben immers niet alleen een signalerende functie, maar moeten ook tools in handen hebben om, daar waar mantelzorgers het niet met eigen kracht redden door te kunnen verwijzen naar een (informeel) ondersteuningsaanbod. Wij willen in 2015, samen met de aanbieders het (informele) ondersteuningsaanbod laagdrempelig inzichtelijk maken. • Signalering van overbelasting Hoewel alle geïnterviewden aangeven dat zij zich niet overbelast voelen, zien we ook vraagverlegenheid bij het grootste deel van de mantelzorgers. Door de veranderingen in het Sociaal Domein zal de belasting van de mantelzorgers toenemen. Daarnaast zijn niet alle mantelzorgers ‘zichtbaar’. Ongeveer een kwart van de jongeren groeit op met een gezinslid met een chronische ziekte of beperking. Toch hebben ook professionals in de Hoeksche Waard geen zicht op of beeld van deze groep mantelzorgers. Het signaleren van overbelasting vraagt echter wel om zicht te hebben op mantelzorgers. Samen met de professionals willen wij vanaf 2015 meer inzetten op de bewustwording van de rol en de positie van mantelzorgers, zodat signalen van overbelasting snel gezien worden en mogelijk voorkomen wordt dat mantelzorgers overbelast raken. De regionale ambtelijke werkgroep werkt dit in 2015 verder uit. Waardering mantelzorg Concrete uitwerking en invulling van de blijk van waardering voor mantelzorgers binnen de mogelijkheden van de financiële kaders, heeft prioriteit. De mantelzorg waardering is immers een wettelijke taak. Zodra de handreiking van Mezzo beschikbaar is, gaat de ambtelijke werkgroep hiermee aan de slag. In de regionale bijeenkomst zijn door de aanwezigen een aantal bruikbare ideeën aangedragen op de vraag,:“Hoe vindt u dat de gemeenten de mantelzorgwaardering vorm moet geven?” De aangedragen ideeën zullen bij het vormgeven van de blijk van waardering betrokken worden. Ontwikkelagenda 2015-2018 In de het Wmo beleidsplan 2015 is aangegeven dat er een ontwikkelagenda gemaakt wordt. Deze zal in de voorbereidingen voor de Wmo 2015 steeds meer gevuld en uitgewerkt worden. De uitwerking van het mantelzorgbeleid is als opdracht meegenomen in de Ontwikkelagenda 2015-2018 De regionale ambtelijke werkgroep zal vanuit de Ontwikkelagenda 2015-2018 naast de hierboven genoemde taken ook de volgende aandachtspunten oppakken en verder uitwerken (opsomming niet in volgorde van urgentie) - onderzoek naar de mogelijkheden van het opzetten van een regionale Expertisegroep Mantelzorg die tenminste 4 keer per jaar samenkomt en waarin wordt deelgenomen door de gemeenten, MEE, zorgverleners , kerken, adviesraden en andere stakeholders zodat er voordurend contacten met elkaar onderhouden worden zodat informatie en expertise uitgewisseld kunnen worden. - aandacht voor en het in kaart brengen van de jonge mantelzorger; - aandacht voor het tegengaan van ontspoorde mantelzorg; 16
- bevorderen van samenwerken bij ondersteuning mantelzorgers, het gaat hierbij om partijen als zorgaanbieders, vrijwilligersorganisaties, welzijnsorganisaties en zorgverzekeraars; - website ontwikkelen, of aansluiten bij een bestaande website waarop mantelzorgers zelf informatie kunnen ophalen en/of delen; - aansturen op het ontwikkelen van mantelzorgvriendelijk woonbeleid.
11.
Samenhang transformatie Sociaal Domein
De versterking van het mantelzorgondersteuningsbeleid is aan de ene kant een verdere uitwerking van het bestaande beleid. Aan de andere kant is het nauw verbonden met de transformatie in het Sociaal Domein en dan met name de Wmo 2015. De uitvoering van dit beleid moet daarom in samenhang zijn met de uitvoering van het gehele beleid op het gebied van de Wmo 2015. De definitieve inrichting van het Sociaal Domein in de Hoeksche Waard is nog niet bekend, maar de plannen daarvoor worden wel ontwikkeld. Deze beleidsnota en de uitwerking daarvan plaatsen we daarom als apart project op de agenda voor de verdere uitrol van de Wmo 2015.
12.
Financiën
Hieronder wordt een voorlopige indicatie gegeven van de vanaf 2015 beschikbare budgetten voor de waardering en de ondersteuning van mantelzorgers. Deze budgetten bestaan uit bestaande lokale en nieuwe rijksmiddelen. Zodra de definitieve cijfers bekend zijn, zal een definitief voorstel voor de inzet van deze budgetten gemaakt worden en aan de gemeenten worden voorgelegd. De hoogte van de beschikbare middelen is op dit moment nog niet exact bekend omdat er gecorrigeerd wordt voor nabetalingen over voorgaande jaren voor het mantelzorgcompliment. In het Regionaal Beleidsplan Wmo 2015 wordt voorgesteld om de bestaande middelen (huidige subsidie MEE) en de nieuwe (rijks) middelen die voor de mantelzorgondersteuning beschikbaar gesteld worden ook daadwerkelijk voor dit doel in te zetten. Beschikbare subsidies per gemeente (subsidieverlening MEE 2014) Inwoners
subsidie
28.002 12.764 10.773 23.436 8.780 84.764
€ 35.343,00 € 15.555,00 € 7.000,00 € 28.560,50 € 10.700,00 € 103.287,50
Binnenmaas Cromstrijen Korendijk Oud-Beijerland Strijen Totaal
Indicatie beschikbare middelen voor mantelzorgondersteuning vanuit de meicirculaire: 2015 Budget
Landelijk 70.000.000
Binnen-
Crom-
maas
strijen
96.325
32.512
Korendijk
Oud-
Strijen
Beijerland 29.810
17
66.345
Hoeksche Waard
36.477
261.469
Vanaf 2016 is er landelijk een structureel budget van 100 miljoen voor de ondersteuning en waardering van mantelzorgers beschikbaar. Voor de Hoeksche waard zal dit ongeveer € 400.000,00 bedragen.
13.
Personele inzet
Voor de verder uitwerking van de acties (o.a. waardering mantelzorg en ander projecten van de ontwikkelagenda 2015-2018) wordt ureninzet gevraagd van de projectleider. Tevens is ureninzet noodzakelijk van de ambtenaren van de andere vier gemeenten die onderdeel uitmaken van de ambtelijke werkgroep Mantelzorgondersteuning. Hiermee dient rekening gehouden te worden in de jaarplaning. Daarnaast kan gebruik gemaakt worden van de inzet van de regionaal beschikbare uren van JSO voor 2015. JSO heeft al aangegeven capaciteit te kunnen leveren. JSO heeft in 2014 al een bijdrage geleverd aan de totstandkoming van deze beleidsnota en is daardoor bekend met de mantelzorgondersteuning in de Hoeksche Waard. Uren inzet doorontwikkeling mantelzorgondersteuning 2015/2016 Wie Uren 2015 en 2016 Dekking Projectleider 150 p.j. Regulier Werkgroeplid (4x) 75 x 4 = 300 p.j. Regulier Ondersteuning JSO 250 p.j. RAS uren
14.
Planning.
- eind 2014 en begin 2015 uitwerking blijk van waardering mantelzorgers - eind 2014 en 2015 ontwikkelen en implementeren signaleringsfunctie overbelasting mantelzorgers voor professionals; - 2e en 3e kwartaal 2015 laagdrempelig inzichtelijk maken (informeel) ondersteuningsaanbod; - 2015/2016 nadere invulling ontwikkelagenda; - 2015/2016 volgen (landelijke) ontwikkelingen die mogelijk gevolgen hebben voor mantelzorgondersteuning.
15.
Evaluatie
Landelijke en regionale ontwikkelingen kennen elk hun eigen dynamiek. Het is dan ook noodzakelijk dat het mantelzorgondersteuningsbeleid voortdurend aandacht behoeft zodat de ondersteuning mee groeit en aansluit op de ontwikkelingen. Daarom wordt voorgesteld om twee jaar na vaststelling van het beleid te evalueren en te onderzoeken in hoeverre de onder paragraaf 10 ‘Wat gaan we doen’ voorgestelde maatregelen succesvol zijn geweest.
18
19