Regionaal inkoopplan 2014 ten behoeve van de inkoop in de regio Waardenland
Juni 2013
Regionaal inkoopplan Waardenland
Inhoudsopgave 1 INLEIDING ................................................................................... 3 2 REGIOBEELD ................................................................................ 4 2.1
Regiobeeld en stand van zaken beleidsthema’s ..................................................... 4 2.1.1 Gemeenten Waardenland ...........................................................................4 2.1.2 Wijknetwerken........................................................................................4 2.1.3 Ketenzorg dementie .................................................................................5 2.1.4 Ketenzorg autisme ...................................................................................5 2.1.5 Extramuraliseren .....................................................................................6 2.2 Kwantitatieve analyse per sector ....................................................................... 6 2.2.1 V&V .....................................................................................................6 2.2.2 GZ .......................................................................................................9 2.2.3 GGZ ................................................................................................... 11
3 INKOOPDOELSTELLINGEN .............................................................. 14 3.1 3.2
Wijknetwerken/samenwerking met gemeenten .................................................... 14 Inkoopdoelstellingen V&V ................................................................................ 15 3.2.1 Ketenzorg dementie ............................................................................... 15 3.2.2 Extramuraliseren ................................................................................... 15 3.2.3 Doelmatigheid/kosten ............................................................................. 16 3.2.4 Overige onderwerpen .............................................................................. 16 3.3 Sector GZ..................................................................................................... 18 3.3.1 Ketenzorg Autisme ................................................................................. 18 3.3.2 Extramuraliseren ................................................................................... 18 3.3.3 Doelmatigheid/kosten ............................................................................. 18 3.3.4 Overige onderwerpen .............................................................................. 19 3.4 Sector GGZ ................................................................................................... 19 3.4.1 Ketenzorg autisme ................................................................................. 19 3.4.2 Extramuraliseren ................................................................................... 19 3.4.3 Doelmatigheid/kosten ............................................................................. 20 3.4.4 Overige onderwerpen .............................................................................. 20 Dagbesteding .................................................................................................... 20
4 PRIORITERING ............................................................................ 22
2
1 Inleiding Net als voorgaande jaren voeren de Zorgkantoren Coöperatie VGZ U.A. de AWBZ uit in de regio’s Nijmegen, Noord- en Midden Limburg, Noordoost-Brabant, Midden-Brabant, MiddenHolland, Waardenland en Noord-Holland Noord. Voor een beschrijving van het inkoop- en contracteringsproces 2014 verwijzen wij naar onze inkoopsystematiek op www.vgz-zorgkantoren.nl Opzet regionale inkoopplannen Om onze centrale beleidsdoelstellingen te vertalen naar de situatie in de regio Waardenland hebben wij dit regionale inkoopplan opgesteld. Dit beschrijft in essentie wat het zorgkantoor in de regio wil bereiken, uw offerte dient zich te richten op de doelstellingen zoals deze in dit plan zijn opgenomen. In het inkoopplan kan verwezen worden naar de relatie tussen de betreffende regio en de overige VGZ regio’s, de analyse waarop dit is gebaseerd vindt u terug in het bestand Vergelijking VGZ Zorgkantoorregio’s zoals gepubliceerd op onze website. Landelijke taakstelling Voor de inkoop 2014 zal er als uitvloeisel van landelijke maatregelen door de zorgkantoren extra aandacht zijn voor de doelmatige inzet van middelen, een viertal elementen zijn hierbij van belang: Afspraken over productmix Afspraken over tarief Afspraken over volumes Afspraken over gemiddelde kosten per cliënt Wij verzoeken aanbieders dan ook met klem om in hun offerte al rekening te houden met de forse taakstelling die wij allen dienen te behalen. Met name de uitkomsten van het Zorgakkoord en de doorrekening van de gevolgen van de extramuralisering hebben een forse impact. Aanpassing van de productieafspraak in lijn met deze maatregelen is onvermijdelijk. Nieuwe aanbieders en PGB maatregel Op het moment van publicatie van dit document is er landelijk nog onduidelijkheid over de uitwerking van een aantal maatregelen uit het regeerakkoord. Onder andere de contractering van nieuwe aanbieders in relatie tot de beperking van het PGB valt hieronder. Vooralsnog hanteren de zorgkantoren van Coöperatie VGZ net zoals voorgaande jaren de stelregel dat nieuwe aanbieders die in aanmerking willen komen voor een contract voor het leveren van AWBZ zorg in de regio ook inzichtelijk moeten maken dat ze een meerwaarde hebben voor de regio. Een duidelijke en ook vast te stellen motivatie op dit onderdeel dient door aanbieders die in aanmerking willen komen dan ook aangeleverd te worden bij de offerte. Samenhang tussen inkoopdocumenten. De centrale visie op langdurige zorg van het zorgkantoor is beschreven in het visiedocument Duurzaam en Dichtbij 2014. Daarnaast zijn op onze website de overige relevante documenten gepubliceerd waarvan u kennis dient te nemen om tot een overeenkomst te komen.
3
2 Regiobeeld 2.1
Regiobeeld en stand van zaken beleidsthema’s
In onderstaande wordt een korte toelichting gegeven op de regio en stil gestaan bij de stand van zaken met betrekking tot de beleidsthema’s, wijknetwerken, ketenzorg dementie, ketenzorg autisme en extramuraliseren.
2.1.1 Gemeenten Waardenland De regio Waardenland bestaat uit 14 gemeenten. De regio kent twee gemeenten die een centrumfunctie vervullen, te weten Dordrecht en Gorinchem. De regio is voor de inkoop Verpleging en Verzorging opgedeeld in twee subregio’s. De inkoopdoelstellingen 2014 worden, waar nodig, beschreven voor ieder van deze subregio’s. Onder de subregio Drechtsteden vallen de gemeenten: Dordrecht, Zwijndrecht en Hendrik Ido Ambacht. Onder de subregio Alblasserwaard & Vijfheerenlanden vallen de gemeenten: Alblasserdam, Giessenlanden, Gorinchem, Hardinxveld-Giessendam, Leerdam, Molenwaard, Papendrecht, Sliedrecht en Zederik. Met de gemeente Dordrecht is in juni 2012 een convenant gesloten op onderwerpen preventie, wijk- en buurtgerichte zorg en ondersteuning; ouderengezondheidszorg waaronder specifiek dementie (zie paragraaf 2.1.3); maatschappelijke opvang, OGGZ, verslavingszorg en geestelijke gezondheidszorg; de transities van begeleiding en scheiden wonen en zorg. Dit convenant is medio mei 2013 uitgebreid met de Drechtsteden. Met de gemeenten Gorinchem, Giessenlanden, Hardinxveld-Giessendam, Leerdam, Molenwaard en Zederik (AV6 gemeenten) wordt rond de zomer een convenant ondertekend. Onderwerpen die in dit convenant zullen terugkomen zijn o.a. wijk- en buurtgerichte zorg; overhevelingen begeleiding en dagbesteding en dementie.
2.1.2 Wijknetwerken VGZ is samen met een aantal gemeenten bezig om wijkgericht werken te stimuleren. Binnen de gemeente Dordrecht wordt dit vormgegeven door in de drie wijken van Dordrecht West, te weten Krispijn, Crabbehof en Wielwijk, een sociaal wijkteam te realiseren waaraan zowel welzijns- als zorgaanbieders deelnemen. In Wielwijk is dit team al gevormd, in Crabbehof moet de formatie van het team nog aangepast worden en in Krispijn moet nog gestart worden met de ontwikkeling van het team en de locatie. Zowel VGZ als de gemeente zijn bezig om de sociale wijkteams sterker te verbinden met de lokale huisartsen(praktijken). In Alblasserwaard en Vijfheerenlanden wordt op dit moment gezocht naar een goede manier om projecten omtrent wijkgericht werken vorm te geven. Deze projecten zullen in Leerdam en Gorinchem plaats gaan vinden. In het kader van passende zorg op wijkniveau hecht het zorgkantoor een groot belang aan het toekomstbesteding inrichten van de dagbesteding in de wijken. Het zorgkantoor wil dergelijk wijkgerichte voorzieningen bij voorkeur samen met de betreffende gemeente inkopen. In de praktijk worden dagbestedingslocaties bezocht door zowel intramuraal verblijvende cliënten (blijvend gefinancierd vanuit de AWBZ) als thuis- of zelfstandig wonende cliënten (wellicht later gefinancierd vanuit de WMO). Een goede afstemming met de gemeenten over het beschikbaar blijven van voldoende aanbod op passend niveau, waarbij de cliënt met beheersbare vervoersbewegingen voldoende keuzemogelijkheden heeft, is een onderwerp dat in 2014 door het zorgkantoor met de gemeente besproken zal worden.
4
2.1.3 Ketenzorg dementie Het netwerk ketenzorg dementie Waardenland richt zich zowel op het versterken en positioneren van het netwerk van dementieconsulenten, als de ontwikkeling van de ketenzorg door afstemming en afspraken in het werkproces. Het zorgkantoor werkt in dit netwerk samen met Drechtzorg, zorgaanbieders en Alzheimer Nederland. In het Beleidskader Ketenzorg Dementie van de VGZ-zorgkantoren is aangegeven op welke wijze we de integrale keten van zorg en ondersteuning voor mensen met dementie en naasten willen vormgeven. Hieronder staan de specifieke speerpunten voor de regio Waardenland. Vroegsignalering willen wij steviger borgen door middel van een integraal regioplan vroegsignalering, in eerste instantie met de gemeente Dordrecht, wat als voorbeeld gezien kan worden voor andere gemeenten in Waardenland. Het regionaal team van dementieconsulenten bekostigen wij om ondersteuning te bieden aan de cliënt en mantelzorger vanaf de niet-pluisfase tot intramurale opname. Ook verzorgen zij voorlichting om de kennis van allerlei soorten medewerkers te bevorderen die bij kunnen dragen aan de vroegsignalering. De aansluiting van huisartsen bij de keten is een aandachtspunt. De werkgroep wijknetwerken (vallend onder stuurgroep Dementie) is in 2013 gestart om een advies uit te brengen ten aanzien van vroegsignalering in de wijk in aansluiting op dementieconsulenten. Het tweede aandachtspunt betreft de doorontwikkeling van de regionale netwerkstructuur. In 2014 willen wij de ketenafspraken uitbreiden, zodat wij toe kunnen werken naar een regionaal expertise team waarin de samenwerking met neurologie, geriatrie, psychiatrie, GGZ-tweede lijn en huisartsen geborgd is. De Zorgstandaard wordt in 2013 geüpdatet en in 2014 geïmplementeerd. Tevens willen wij de financiële en inhoudelijke afspraken rondom dementieconsulenten verbreden naar het domein van de gemeente. Tenslotte wil het zorgkantoor met de gemeenten komen tot de ontwikkeling van een ondersteuningsplan voor mantelzorgers in 2014. Daarbij dienen huidige initiatieven gezamenlijk in kaart te worden gebracht en bekeken te worden in hoeverre deze toekomstbestendig zijn. Te denken aan respijtzorg, welzijnsvoorzieningen, beschikbaarheid vrijwilligersondersteuning en dagactiviteiten. Aandacht voor de mantelzorger na opname of overlijden van de cliënt blijkt hierbij ook belangrijk. Daarnaast wil VGZ in de regio kenbaar maken dat verzekerden gebruik kunnen maken van het effectieve mantelzorgondersteuningsprogramma Dementie de Baas.
2.1.4 Ketenzorg autisme In dit inkoopplan verwijst het zorgkantoor naar het door VGZ gehanteerde beleid voor de doelgroep autisme. Voor de regio Waardenland is in de afgelopen 2 jaren sterk geïnvesteerd in deze doelgroep om aan de groeiende vraag te voldoen. Onder andere met het openen van de BW Oostpolder en het contracteren van 2 extramurale Autisme aanbieders. Op basis van de wachtlijst en signalen rondom de PGB maatregelen voorzien wij voor 2014 een verdere groei van de vraag. Tegelijk stelt dat ons ook voor een uitdaging: de contracteerruimte (en het WMO budget vanaf 2015) zal niet voldoende zijn om aan de vraag te voldoen. Op het gebied van kwaliteit van de zorg volgen wij de inkoopspecificaties zoals die in het autismebeleid zijn genoemd. Het zorgkantoor hanteert voor de regio Waardenland voor de inkoop 2014 de volgende uitgangspunten:
Om aan de groeiende vraag rondom autismecliënten te voldoen, zal het zorgkantoor sterk sturen op doelmatigheid en passende zorg. Daarbij wordt gekeken naar de kwaliteit van de zorg in relatie tot de aangeboden tarifering. Bij het tarief wordt tevens rekening gehouden met de productmix en de wijze waarop instellingen de eigen kracht, het informele netwerk of andere betrokken partijen rondom de cliënt betrekken waardoor (duurdere) zorg wordt vermeden. Bovendien wordt daar zoveel mogelijk rekening gehouden met de totale kosten over de levensloop van de cliënt heen.
5
Instellingen die autismezorg wensen te leveren, moeten daarbij voldoen aan de inkoopspecificaties zoals in het beleid autisme gesteld. In de offerte geeft men aan op welke wijze men hieraan voldoet en welke autismezorg men wil leveren (in financiën, cliënten, doelgroep). Het kwantificeren van het aanbod vinden wij daarin belangrijk. Dit wordt verder toegelicht in de inkoopdoelstellingen (zie paragraaf 6.3.3). Wij verwachten van instellingen mede gezien de ontwikkelingen en de beschikbare contracteerruimte een innovatieve houding om ook in 2014 voor voldoende cliënten te kunnen inkopen en (extramurale) cliënten voor te bereiden op de transitie naar de WMO. Mede met de PGB maatregelen in het achterhoofd zijn wij voornemens om in 2014 een nieuwe extramurale Autisme aanbieder te contracteren indien daarvoor voldoende contracteerruimte beschikbaar is. Instellingen die nu via PGB reeds autismezorg leveren, hebben daarbij enige voorkeur, maar zullen altijd moeten voldoen aan de eisen rondom kwaliteit van zorg. In de gehandicaptenzorg is autisme in de regel één van zorgvragen van de cliënt; andere zorgvragen, zoals de verstandelijke beperking, kunnen hierbij meer op de voorgrond staan. Ook speelt in deze sector dat de diagnose, bijvoorbeeld door het lage ontwikkelingsniveau, niet altijd te stellen is. Hoewel de diagnose dan ontbreekt, blijkt in de praktijk dat behandeling en begeleiding gericht op autisme goede resultaten biedt. Verder blijkt de benaderingswijze van de sector goed aan te sluiten bij cliënten met een normaal IQ, waarbij de emotionele ontwikkeling (fors) achterloopt. Verbinding met de behandelexpertise in de GGZ blijft in alle gevallen een aandachtspunt. Op grond hiervan worden voor de gehandicaptenzorg geen aparte offertes voor autismezorg verwacht, met uitzondering van het bij de inkoopdoelstellingen genoemde knelpunt.
2.1.5 Extramuraliseren In de regio zal uitvoering gegeven worden aan het beleidsdocument van de VGZ Zorgkantoren met betrekking tot Extramuralisering. Hierin is opgenomen naar welke intramurale capaciteit wordt gestreefd in de toekomst (2020 tot 2025), en met welke financiële besparingen rekening moet worden gehouden bij de zorginkoop 2014. Door de krappere financiële kaders in 2014 moeten er keuzes gemaakt worden met betrekking tot aangevraagde capaciteitsmutaties en de financiering van zorgverzwaring. Wij stimuleren dat zorgaanbieders een deel van de capaciteit omzetten naar extramurale arrangementen voor de cliëntgroep waarbij dit passend is, en daarnaast innovatieve oplossingen bedenken in de organisatie van de zorg om de zorgverzwaring bij de hogere ZZP’s te financieren. Er zal ook aandacht moeten blijven voor voldoende aanbod van specialistische zorg voor specifieke doelgroepen die ook in de toekomst afhankelijk blijven van AWBZ-zorg. Dit moet van voldoende kwaliteit zijn en efficiënt georganiseerd.
2.2
Kwantitatieve analyse per sector
In deze paragraaf wordt kort de analyse weergegeven van de bevolkingsopbouw en demografische gegevens, aantal en spreiding van zorgaanbieders, intramurale zorg met daarbij aandacht voor capaciteit, wachtlijsten en doelmatigheid (financiële analyse), extramurale zorg met daarbij aandacht voor capaciteit, doelmatigheid en extramuralisering. Dit wordt beschreven per sector.
2.2.1 V&V Bevolkingsopbouw en ontwikkeling De regio Waardenland heeft in 2013 +/- 397.300 inwoners. De totale bevolking in Waardenland groeit tot 2020 licht met ongeveer 2,1%, landelijk is dit 2,6%. Binnen de regio zien wij echter verschillen tussen gemeenten. De bevolking in Alblasserdam en Hendrik Ido Ambacht groeit sterker dan gemiddeld (respectievelijk 8,2% en 6,2%), terwijl in Graafstroom, Papendrecht en Zederik de omvang van de bevolking afneemt (respectievelijk 5,3%, 0,3% en 3%).
6
Verschillen tussen gemeenten zien wij ook wanneer wij onderscheid maken naar leeftijdsgroepen. In 2013 is 17% van de bevolking in de regio ouder dan 65 jaar. Hendrik Ido Ambacht en Nieuw-Lekkerland zijn daarbinnen relatief groene gemeenten met respectievelijk 15% en 14% van de populatie ouder dan 65 jaar, Zwijndrecht heeft een relatief hoog aandeel ouderen, namelijk 21%. De ontwikkeling van het aantal ouderen in Waardenland is vergelijkbaar met de landelijke trend, in 2020 is ongeveer 20% van de bevolking ouder dan 65. Giessenlanden, Graafstroom, Papendrecht en Zwijndrecht hebben in 2020 relatief veel ouderen, respectievelijk 24%, 22%, 22% en 23%. Met 18% is het aandeel ouderen in de gemeenten Hendrik Ido Ambacht en Gorinchem in 2020 lager dan gemiddeld. Spreiding aantal bedden en zorgaanbieders In Waardenland zijn 26 aanbieders gecontracteerd binnen de sector Verzorging & Verpleging. Van deze zorgaanbieders zijn er 14 intramurale zorgaanbieders die vaak ook extramurale zorg leveren en 12 extramurale (thuis)zorgaanbieders. De spreiding van deze zorgaanbieders is voldoende geborgd, voor iedere cliënt is er voldoende keuzeaanbod. De zorg voor mensen met een niet Westerse achtergrond is vanaf 2013 beter geborgd, door het contracteren van een nieuwe aanbieder die zich specifiek op deze doelgroep richt. In de landelijke gebieden is echter wel minder keuze, wat een logisch gevolg is van de dichtheid van de populatie.
Intramurale Zorg Plaatsen met behandeling AV6 Drechtsteden
Plaatsen zonder behandeling
1088
786
958
612
Mix VZH/VPH VPH VZH Dordrecht 61% 39% AV 6 57% 43% Tabel 4
Tabel 3
In de subregio Alblasserwaard & Vijfheerenlanden waren in 2013 15.500 mensen van 75 jaar of ouder. Gemiddeld zijn er 121 bedden in Alblasserwaard & Vijfheerenlanden per 1.000 75-plussers. In de Drechtsteden waren in 2013 14.700 75-plussers, dus 107 bedden per 1.000 75-plussers. De Drechtsteden heeft echter een hogere verhouding plaatsen met behandeling ten opzichte van plaatsen zonder behandeling. Van de bedden is in de subregio Alblasserwaard & Vijfheerenlanden 58% met behandeling. In de Drechtsteden ligt dit percentage hoger, namelijk 61%. Het lagere aantal bedden per oudere kan een verklaring zijn voor dit verschil.
Volledig in zorg Subregio Alblasserwaard & Vijfheerenlanden Verzorgingshuis 1VV Percentage
2VV
3VV
3,1% 15,2% 25,8%
4VV 25,3%
5VV
6VV
7VV
9,2% 17,4% 1,8%
8VV 1,2%
9VVb 0,0%
10VV 0,0%
Buitensect. Geen ZZP 0,1%
1,0%
Volledig in zorg Subregio Alblasserwaard & Vijfheerenlanden Verpleeghuis 1VV Percentage
0,0%
2VV 0,0%
3VV 0,5%
4VV
5VV
6VV
7VV
4,0% 54,4% 23,2% 13,8%
8VV 3,1%
9VVb 3,1%
10VV 0,8%
Buitensect. Geen ZZP 0,1%
0,0%
7
Volledig in zorg Subregio Drechtsteden Verzorgingshuis 1VV 2VV 3VV 4VV 5VV 6VV 7VV 8VV 9VVb 10VV Buitensect. Geen ZZP Percentage 8,1% 20,6% 25,1% 29,4% 7,5% 6,5% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,9% 1,8% Volledig in zorg Subregio Drechtsteden Verpleeghuis 1VV 2VV 3VV 4VV 5VV 6VV 7VV 8VV 9VVb 10VV Buitensect. Geen ZZP Percentage 0,0% 0,0% 0,2% 2,9% 51,3% 21,8% 14,8% 2,0% 1,3% 0,0% 4,6% 0,5% Tabel 5
In beide sub regio’s ligt het zwaartepunt in het verzorgingshuis op ZZP’s 2, 3 en 4 waarbij het percentage ZZP 2 relatief hoog is. In het verpleeghuis ligt het zwaartepunt op ZZP 5. In vergelijking met vorig jaar is de ZZP mix zowel in de verzorgingshuizen als in de verpleeghuizen wederom verzwaard. Wachtlijsten Gedurende het jaar wordt het aanbod van intramurale zorg binnen de regio besproken en geanalyseerd zodat knelpunten tijdig aan het licht komen. Wachtlijstgegevens zijn daarbij een belangrijk meetinstrument. Het zorgkantoor gaat ervan uit en ziet erop toe dat AZR betrouwbare en accurate gegevens genereert. Op peildatum 1 mei 2013 is er 1 actief wachtenden in het AZR systeem voor de subregio Alblasserwaard & Vijfheerenlanden. Ten aanzien van 2012 zijn er minder actief wachtenden. Op peildatum 1 mei 2013 stonden er 12 actief wachtenden in het AZR systeem voor de subregio Dordrecht e.o., waarvan 5 langer dan 6 weken. Ten aanzien van 2012 zijn er minder actief wachtenden. Bovendien waren 7 (waarvan 3 langer dan 6 weken wachten) hiervan toe te wijzen aan de nieuwbouwlocatie in Hendrik Ido Ambacht die op 1 april jl. open ging. Algemene kanttekening die bij deze gegevens geplaatst moet worden, is dat dit een momentopname betreft. Crisisbedden De regeling crisisbedden is afgelopen jaar geëvalueerd. Uit analyses blijkt dat het aantal bedden in de regio Waardenland voldoende is. De doorstroom is een aandachtspunt bij enkele zorgaanbieders en daarmee de plaatsingen buiten de regio van ZZP5. Eind 2013 wordt een nieuwe evaluatie gepland. Palliatieve bedden Het intramurale aanbod van 21 plaatsen is aangevuld met 16 plaatsen in de hospices. Samen komt dit ruim boven de norm van 4-6 plaatsen per 100.000 inwoners in de regio uit en is er voldoende keuze in het aanbod. In de subregio Alblasserwaard & Vijfheerenlanden zagen wij met de herschikking 2012 en de eerste 3 maanden van 2013 een onderproductie op de palliatieve bedden. Doelmatigheid De totaalkosten per 65-plusser in de regio Waardenland liggen 7% hoger dan het gemiddelde van VGZ. Ook wanneer wij de kosten per unieke VVT cliënt in Waardenland bekijken zijn deze hoger dan het VGZ-gemiddelde. Het aantal mensen dat in zorg is (berekend per 65- plusser) is in Waardenland ook hoger dan het gemiddelde van VGZ. Het aantal mensen intramuraal in zorg in Waardenland ligt echter wat lager dan het gemiddelde van VGZ. Van de beschikbare capaciteit wordt een groter aantal dan gemiddeld ingezet voor zorg met behandeling. De tarieven liggen intramuraal hoger dan het gemiddelde van VGZ.
8
Extramurale Zorg In alle gemeenten wordt extramurale zorg geleverd door twee of meer extramurale aanbieders. Binnen de extramurale zorg is geen sprake van wachtlijsten. Specifiek aandachtspunt is de doelmatigheid van zorglevering. Doelmatigheid De kosten van de extramurale zorg per 65- plusser zijn 38% hoger in Waardenland dan het gemiddelde van andere VGZ regio’s. Wanneer naar kosten per unieke VVT cliënt gekeken wordt, zijn de kosten 14% hoger in deze regio. De verschillen in kosten worden vooral veroorzaakt doordat er in Waardenland meer prestaties (PV, VP en BG) geleverd worden per cliënt. Er zijn grote verschillen tussen zorgaanbieders te zien op het gebied van kosten per cliënt per zorgperiode. Afgelopen jaar is dit onderwerp van gesprek geweest met zorgaanbieders, met de inkoop van 2014 worden resultaatafspraken gemaakt op basis van de gegevens van digitaal declareren om de kosten per cliënt terug te dringen waar nodig en waar mogelijk. Dagbesteding In de regio Waardenland heeft in de afgelopen jaren een verschuiving plaatsgevonden vanuit de dagbestedingscentra ( Nza prestatiecode H531) naar (duurdere) dagbehandeling/dagactiviteiten (Nza prestatiecodes H800, H533, H802). CIZ rapportages laten echter een constant beeld zien van mensen met een indicatie voor BG groep of BH groep. Deze verschuiving heeft er mede toe geleid, dat de kosten voor mensen met een indicatie voor BG groep binnen de V&V in Waardenland hoger zijn dan in andere VGZ regio’s. Met het oog op de overheveling van deze groep naar de gemeente is het van belang op korte termijn de zorg voor mensen met een indicatie BG groep toekomstbesteding vorm te geven en de verhoudingen in de regio te herstellen. Een verhouding van 80% dagbesteding en 20% dagbehandeling/dagactiviteiten zou redelijk zijn met het oog op de indicaties. Palliatieve terminale zorg Het zorgkantoor wil palliatief terminale zorg van goede kwaliteit inkopen tegen een redelijke prijs. De kosten liggen in Waardenland ruim boven het gemiddelde van alle VGZ regio’s. Van zorgaanbieders die deze zorg leveren vragen wij een bewuste afweging en onderbouwing hoe de zorg verantwoord en doelmatig ingezet wordt, door de organisatie zelf of in samenwerking met andere bestaande zorgaanbieders. Met het Palliatief Netwerk Waardenland zijn inhoudelijke voorwaarden opgesteld waaraan tenminste voldaan dient te worden. Deze zullen worden meegenomen in de offertebeoordeling. Extramuraliseren V&V Bij de inkoop 2013 zijn met verschillende intramurale aanbieders de eerste stappen gezet voor de afbouw van capaciteit. Tevens hebben alle intramurale aanbieders plannen aangeleverd omtrent extramuraliseren. De zorgkantoren Coöperatie VGZ hebben hun beleid extramuraliseren in 2013 verder vorm gegeven. Het resultaat hiervan wordt in het ‘AWBZ inkoopbeleid 2014 extramuraliseren’ weergegeven. De vertaling van dit beleid naar de regio Waardenland wordt zo spoedig mogelijk na publicatie opgesteld.
2.2.2 GZ Het zorgkantoor heeft het zorgaanbod en de zorgvraag in de regio geanalyseerd aan de hand van budgetafspraken met zorgaanbieders, gegevens over wachtlijsten en indicatiegegevens van het CIZ. Uit de beoordeelde cijfers kunnen de volgende conclusies worden getrokken: De kosten per VG-cliënt zijn relatief hoog, door een zwaardere ZZP-mix, relatief lage kortingen en bovengemiddeld veel toe- en opslagen. Uit een analyse van de mogelijke besparingen per zorgaanbieder door het zorgkantoor blijkt dat een besparingen in 2013 (via tariefskortingen, lagere toe- en opslagen en afbouw van intramurale capaciteit) van 5% op de omvang van de productieafspraak haalbaar moet zijn. Echter, niet alle zorgaanbieders komen hier aan. Dit zal een aandachtspunt zijn bij de inkoop.
9
Gespecificeerd voor de extramurale zorg blijkt dat de tariefskortingen redelijk gelijk tred houden met de omvang van de productieafspraak. Gespecificeerd voor de extramurale zorg blijkt dat kleine aanbieders grotere tariefskortingen realiseren dan grotere aanbieders; dit zal een aandachtspunt zijn bij de inkoop van extramurale zorg > 30.000 uur / dagdelen. Het volume aan extramurale dagbesteding is relatief hoog. Hier is geen specifieke verklaring voor te geven. Het aandeel actief wachtenden is relatief laag binnen het geheel van de VGZ-regio’s. De groei in geïndiceerde extramurale zorg komt met name voor rekening van de persoonlijke verzorging en verpleging. Tegenover de groei van het aantal klanten, staat een afname van de omvang van de indicatie. Het laatste jaar is er een lichte stijging van de voorkeur voor Zorg in natura. Gezien het beleid van VWS zal het aandeel ZIN ten opzichte van PGB naar verwachting verder gaan toenemen.
Uit de regioanalyse van het aanbod van productie en de spreiding over gemeenten komt het volgende naar voren: Voor alle doelgroepen en producten zijn minimaal twee zorgaanbieders actief in de regio. De cliënten hebben dus keuzemogelijkheden bij het verzilveren van hun indicatie. In de gemeente Zederik is alleen extramurale zorg beschikbaar. In Giessenlanden, Hendrik Ido Ambacht en Molenwaard zijn naast extramurale zorg ook één of meer intramurale voorzieningen aanwezig. In de overige gemeenten worden alle vormen van zorg aangeboden.
Overige onderwerpen Crisiszorg Crisiszorg GZ moet in de regio beschikbaar zijn om te voorzien in zorg met een spoedeisend karakter. Het zorgkantoor neemt voor de regio’s Waardenland en Midden-Holland deel aan de crisisregeling voor de regio Zuid-Holland. Deze wordt gecoördineerd door MEE Delft. Alle zorgaanbieders met crisisplaatsen en zorgkantoren in deze regio zijn betrokken bij de uitvoering van deze regeling. Er zijn 4 plaatsen voor VG (met behandeling) gecontracteerd en 6 plaatsen (met behandeling) voor LVG gecontracteerd. Tweemaal per jaar vindt er overleg plaats met alle zorgaanbieders en zorgkantoren rondom de Crisisregeling VG Zuid-Holland. Hierin is geconcludeerd dat er voldoende crisisplaatsen beschikbaar zijn in de regio. Dit blijkt ook uit de bezetting van de gecontracteerde plaatsen, die ruim onder de 100% ligt. Palliatieve zorg Met het ouder worden van de cliënten in de gehandicaptenzorg, zal er ook vaker sprake moeten zijn van zorg tijdens de laatste levensfase van een bewoner. De palliatieve zorg voor cliënten in de V&V is van een andere aard dan de palliatieve zorg voor mensen met een verstandelijke beperking. Het zorgkantoor heeft meegedacht bij de opzet van een symposium in november 2012 over palliatieve zorg aan mensen met een verstandelijke beperking. Tijdens dit symposium is geconstateerd dat overlijden in de eigen, vertrouwde omgeving het meest wenselijk is. Hiervoor is het wel nodig dat kennis en kunde over de verpleegkundige zorg en persoonlijke verzorging (die in de V&V meer aanwezig is) gedeeld moet worden. Ook de inzet van vrijwilligers die geschoold zijn in het omgaan met mensen met een verstandelijke beperking is noodzakelijk. Inmiddels zijn afspraken gemaakt om dit aspect mee te nemen in de scholing van vrijwilligers. Ook zal de sub werkgroep voor zorg aan verstandelijk beperkten opgaan in het regulier netwerk Palliatieve Zorg, met als doel om de integratie en kennisuitwisseling te versterken.
10
jLVG In de afgelopen jaren is door het zorgkantoor en de betrokken zorgaanbieders extra aandacht gegeven aan de zorg voor (jonge) mensen met een licht verstandelijke beperking (jLVG of jLVB). Als resultaat hiervan zijn de wachtlijsten voor het regionale Orthopedagogisch Behandelcentrum fors afgenomen, onder meer door een verbeterde doorstroom naar ambulante en klinische vervolgvoorzieningen. Voor 2014 en volgende jaren dient zich een nieuwe uitdaging aan, namelijk de transitie van de gehele jeugdzorg naar de lokale gemeente. Deze transitie heeft ook betrekking op de extramurale zorg aan licht verstandelijk beperkten. De intramurale zorg voor deze doelgroep zal deel uit blijven maken van de kern-AWBZ, die gevormd wordt als onderdeel van de herziening van de langdurige zorg. Een eerste (informeel) overleg met zorgaanbieders, gemeente, bureau Jeugdzorg, zorgkantoor en zorgverzekeraar heeft in 2013 inmiddels plaatsgevonden.
2.2.3 GGZ In onderstaande wordt kort de samenvatting weergegeven van de kwantitatieve analyse van het zorgkantoor ten aanzien van de regio. Hierin zijn meegenomen aantal en spreiding van zorgaanbieders; intramurale zorg met daarbij aandacht voor capaciteit; wachtlijsten en doelmatigheid; extramurale zorg met daarbij aandacht voor capaciteit en doelmatigheid en extramuralisering. Het zorgkantoor heeft voor de inkoop van 2014 een analyse gemaakt van de diverse doelgroepen binnen de GGZ en daarbij gekeken naar de knelpunten in de zorg, aanwezige wachtlijsten, doelmatigheid van de zorg en het huidige aanbod. Op basis daarvan komen op dit moment – anders dan de vraag naar autisme – geen knelpunten naar voren. Het aantal cliënten met zwaardere GGZ problematiek in de regio blijft al enige jaren stabiel op een ongeveer gelijk niveau. Wel zien wij een stijging met name bij cliënten met autisme (zie sector overstijgend beleid). Ook de keuze vrijheid blijft gewaarborgd, waarbij aangetekend moet worden dat een deel van de intramurale zorg specialistisch van aard is en er mede daarom slechts 1 zorgaanbieder actief is. Voor extramurale zorg zijn meerdere zorgaanbieders actief waarmee de keuzevrijheid voor cliënten gewaarborgd is. Intramurale capaciteit De intramurale capaciteit in Waardenland heeft in 2012 het hoogste punt bereikt. Als gevolg van de afbouw van beddencapaciteit, is de beddencapaciteit in 2013 al afgenomen. De verwachting is dat dit als gevolg van extramuralisering verder zal afnemen. Ten aanzien van de gemiddelde zorgzwaarte ziet het zorgkantoor sinds 2009 een toename van de gemiddelde zorgzwaarte. Met name de tweede helft van 2012 en de eerste helft van 2013 zien wij een verschuiving van ZZP 1,2 en 3 naar met name ZZP 4. Voor het beleid ten aanzien van de productmix en verzwaring daarvan wordt verwezen naar het beleid extramuralisering. Ten aanzien van het gemiddelde intramurale tarief is Waardenland duur ten opzichte van andere regio’s. Voor intramurale GGZ zorg is door de zorgkantoren een vergelijking gemaakt tussen de regio’s op basis van het gemiddelde tarief per cliënt en het tarief per prestatie, waarbij Waardenland hoog scoort. Wordt daarbij intramuraal een onderscheid gemaakt naar diverse doelgroepen, dan ziet het zorgkantoor ook daar over de gehele breedte dat de tarieven hoger liggen dan gemiddeld voor VGZ. De intramurale wachtlijst per april 2013 is als volgt. Deze betreft slechts een moment opname, maar geeft een vergelijkbaar beeld met voorgaande jaren. Het aantal wachtenden langer dan 6 weken is beperkt.
11
Intramurale wachtlijst
Actief wachtend
Wens wachtend
Slaapwachtend
8
24
9
Dagbesteding intramuraal Dagbesteding is een belangrijk onderdeel van het dagritme van GGZ cliënten. Voor sommige cliënten betekent het structuur, voor anderen de kans om weer te werken. In het beleid langdurige GGZ wordt (intramurale) dagbesteding verder inhoudelijk behandeld. Dagbesteding zal per 2015 niet overgaan naar de gemeente, maar onderdeel blijven van de intramurale AWBZ zorg. De financiering van dagbesteding wordt standaard toegekend voor 5 dagdelen per week, terwijl veelal cliënten in de GGZ eerder 2 of 3 dagdelen deze dagbesteding bezoeken, mede vanwege hun problematiek. Dit gegeven komt ook terug in de andere VGZ regio’s. Uit werkbezoeken heeft het zorgkantoor in 2013 goede voorbeelden gezien van instellingen die dagbesteding op maat aanbieden. Cliënten ontvangen een assessment waarin zowel hun wensen als hun mogelijkheden en beperkingen inzichtelijk worden gemaakt om daarna een duidelijk op maat gemaakte route uit te stippelen naar werk waarin de nodige competenties opgedaan worden voor het door hun gewenste werk. Juist door maatwerk ontstaat ook de motivatie bij cliënten om van dagbesteding een succes te maken. Het zorgkantoor zal zich in de inkoop 2014 voor intramurale dagbesteding focussen op de volgende doelstellingen: - Dezelfde dagbesteding wordt niet door verschillende instellingen naast elkaar geboden. - Dagbesteding is primair gericht op het toewerken naar betaald dan wel onbetaald maar passend werk. Het is daarmee niet een einddoel maar een middel voor cliënten. - Dagbesteding wordt zoveel mogelijk bekeken vanuit zowel intramurale GGZ dagbesteding als extramurale dagbesteding als dagbesteding vanuit de GZ. - De financiering van dagbesteding volgt zoveel mogelijk het werkelijk bezoek van cliënten. - Instellingen maken transparant wat de effecten van dagbesteding zijn voor cliënten in termen van het opdoen van vaardigheden voor werk en in welke mate cliënten ook passend werk verkrijgen. Extramurale zorg Extramurale zorg wordt in Waardenland bij drie zorgaanbieders ingekocht die alleen extramurale zorg aanbieden. Daarnaast bieden drie intramurale aanbieders ook extramurale zorg. Aangemerkt moet worden dat de ambulante GGZ ook bestaat uit vrijgevestigde psychiaters en de eerstelijns psychologen, de huisarts (en POH GGZ), uit PGB gefinancierde aanbieders en uit gemeentelijke voorzieningen vanuit de Wmo waaronder maatschappelijk werk en psychosociale hulp. De wachtlijst voor extramurale zorg is in april 2013 als volgt. Deze wachtlijst is vergelijkbaar met voorgaande jaren. Ook toen betrof het met name cliënten met een ASS.
Extramurale Wachtlijst
Actief wachtend
Wens wachtend
Slaapwachtend
13
11
9
Qua tariefstelling is de regio Waardenland relatief duur t.o.v. andere regio’s. Daarbij is gekeken naar zowel de korting (op het tarief) als de mix (verhouding tussen BG Basis, BG Extra en BG Psy). Zowel qua tarief als qua productmix is Waardenland significant duurder dan andere regio’s. Gemiddeld ligt het tarief voor extramurale GGZ binnen VGZ rond de 90 tot 92% van het maximale NZa tarief. In de regio Waardenland ligt dit rond de 95% van het maximale NZa Tarief, waarmee de zorg significant duurder is. Aangetekend moet worden dat hier ook gebruik wordt gemaakt van verschillende extramurale functies met verschillende tarieven.
12
Ten aanzien van de productmix constateert het zorgkantoor dat in Waardenland meer gebruik wordt gemaakt van de functie BG Psy die significant duurder is dan BG Basis. Indien de mix en het tarief verder gerelateerd worden aan de achterliggende doelgroepen (EPA, Maatschappelijke opvang, autisme) dan zien wij ook daar dat zowel mix als tarief voor elk van de doelgroepen hoger uitkomen dan gemiddeld voor VGZ. Per 1 januari 2014 verliezen cliënten met een PGB < 10 uur begeleiding hun indicatie en zijn daarmee aangewezen op zorg in natura. Het zorgkantoor verwacht dat een gedeelte van de cliënten de nu door hen in PGB genoten zorg anders zal invullen en geen zorgvraag meer zal hebben. Een ander deel betreft autisme cliënten, waarvoor het zorgkantoor als uitgangspunt heeft om 1 nieuwe extramurale aanbieder te contracteren. Ten aanzien van de initiële inkoop 2014 wordt dit als voldoende geacht om – in combinatie met het bestaande GGZ aanbod – PGB cliënten die ZIN willen vanaf 2014 te bedienen. Indien verdere knelpunten in 2014 of een uitbreiding van de financiering voor PGB maatregelen aan de orde is, zal het zorgkantoor daar opnieuw naar kijken om aanwezige knelpunten zo mogelijk op te lossen. Multiculturele zorg In 2013 heeft het zorgkantoor onderzoek gedaan naar multiculturele zorg in de regio Waardenland. Daaronder wordt verstaan de zorg aan Nederlanders met een niet westerse achtergrond. Daarbij is zowel literatuuronderzoek, een uitvraag bij gecontracteerde aanbieders als gegevens ten aanzien van de huisartsenzorg en de GGZ instellingen die vanuit de zorgverzekeringswet worden gecontracteerd. De belangrijkste conclusies uit dit onderzoek zijn als volgt: - Op basis van het huidige aanbod zijn er geen hiaten in het aanbod waargenomen. - Positief is dat de doelgroep op dit moment al veel gebruik maakt van informele zorg. Wel is de aansluiting met zorg en welzijn een attentiepunt, juist ook omdat uitstel leidt tot zwaardere zorg. - Het zorgkantoor ziet geen toegevoegde waarde in het contracteren van een aparte specialistische instelling voor multiculturele zorg om het aanbod in de breedte te voorzien. Eerder is het belangrijk dat bestaande instellingen hun expertise rondom deze doelgroep verbeteren. Het zorgkantoor ziet daar met name ook een taak voor instellingen zelf om hun medewerkers op te leiden. Het faciliteren daarvan kan wel onderwerp van gesprek zijn tussen zorgkantoor en instelling maar dit zal wel moeten plaatsvinden binnen de huidige financiële kaders. - Als laatste wordt geconstateerd dat er een doelgroep is die lastig te bereiken is voor de reguliere zorg. Eerste generatie niet westerse allochtonen die de Nederlandse taal niet machtig zijn en inmiddels te maken krijgen met zowel psychische als somatische klachten. Voor deze doelgroep – met name in Gorinchem en Dordrecht – ziet het zorgkantoor beperkt plaats voor een niche aanbieder die specialist is in deze doelgroep. De aanbieder richt zich op het actief opzoeken van deze doelgroep, bijvoorbeeld via theehuis of moskee en weet vanuit haar specifieke expertise deze doelgroep te binden en toe te leiden naar het reguliere aanbod binnen de regio. De aanbieder vervult daarmee met name een brugfunctie naar het reguliere aanbod ter voorkoming van zwaardere zorg.
13
3 Inkoopdoelstellingen In de vorige paragraaf is de stand van zaken omtrent een aantal thema’s en zorgsoorten weergegeven. De conclusies die hieruit zijn getrokken leiden tot een aantal inkoopdoelstellingen, welke in deze paragraaf uiteengezet worden.
3.1
Wijknetwerken/samenwerking met gemeenten
Wijknetwerken voor zorg en welzijn worden niet als product ingekocht, maar ontstaan vanuit de lokale samenwerking en worden specifiek per wijk/project afgesproken. Voor deze regio zijn dit medio 2013 Dordrecht West, Gorinchem en Leerdam. Activiteiten om tot wijknetwerken te komen worden geïnitieerd op basis van een overeenkomst of convenant tussen het zorgkantoor, de zorgverzekeraar en de betrokken gemeente. Alleen op die basis kan een goede aansluiting tussen wonen, zorg en welzijn worden geborgd. In 2014 wil het zorgkantoor de volgende activiteiten uitvoeren en resultaten behalen: De samenwerking is in de centrumgemeente Gorinchem en in de overige gemeenten Alblasserwaard & Vijfheerenlanden bekrachtigd middels een convenant. De in het convenant beschreven onderwerpen zijn uitgeschreven in visiedocumenten en een plan van aanpak waarin pilots vormgegeven worden. Dit zijn bijvoorbeeld projecten op het gebied van wijknetwerken en van de decentralisaties van de AWBZ. In het plan van aanpak worden de pilots beschreven met duidelijke evaluatie-indicatoren en uitkomstparameters. Voor de centrumgemeenten wordt dit proces ondersteund met data vanuit VGZ (werkgroep monitoring). De pilots hebben tot doel inzicht te krijgen op welke wijze wijkteams in te richten, zodanig dat de zorg en/of ondersteuning aan burgers doelmatiger wordt, vanuit de eigen kracht van de burger, dichtbij georganiseerd en met behoud en/of verbetering van klanttevredenheid. In de centrumgemeenten zijn per stad in 2014 meerdere teams operationeel met een verbinding tussen zorg en welzijn. Vanuit de evaluatie wordt duidelijk welke vragen wel en niet effectief in wijkteams behandeld kunnen worden. Voor de opzet van wijkteams in niet-centrumgemeenten, waar het zorgkantoor wel actief is in de regio Waardenland, wordt op aanvraag wel geadviseerd. Er wordt daar echter geen leidende rol ingenomen in het ontwikkelproces. In de samenwerking met gemeenten spelen een aantal items: Inrichting en heroriëntering van de GGZ dagbesteding, eventueel in combinatie met de GZ. Vormgeving van de maatschappelijke opvang, mede met ketenfinanciering en gezamenlijke inkoop. Vooruitlopend op een eventuele overgang van de ZZP GGZ C naar de gemeenten. Voorbereiding op de transities van jeugdzorg, begeleiding en persoonlijke verzorging naar de gemeenten.
14
3.2
Inkoopdoelstellingen V&V
In deze paragraaf worden de inkoopdoelstellingen voor de sector Verzorging & Verpleging beschreven. Eerst worden de inkoopdoelstellingen ten aanzien van ketenzorg dementie, vervolgens is extramuraliseren aan de orde waarna inkoopdoelstellingen ten aanzien van doelmatigheid worden beschreven.
3.2.1 Ketenzorg dementie De te behalen doelstellingen voor 2014 zijn: Integrale afspraken over financiering en werkwijze met gemeente Dordrecht over dementieconsulenten. De overige gemeenten in Waardenland zullen waar mogelijk het voorbeeld met Dordrecht volgen. De ketenafspraken uitbreiden zodat er toegewerkt wordt naar een regionaal expertise team, waarin de samenwerking met neurologie, geriatrie, psychiatrie, GGZ-tweede lijn en huisartsen geborgd zijn, dit proces loopt tegelijk met de update van het Zorgpad voor de regio Waardenland waarin de betreffende partijen betrokken zijn. Plan vroegsignalering ontwikkelen waarin tenminste de betrokkenheid van de huisarts, scholing in de regio en doorverwijzing naar de keten dementie geborgd zijn. Een ondersteuningsplan voor mantelzorgers ontwikkelen met gemeente Dordrecht, anticiperend op de bestaande initiatieven die in 2013 in kaart worden gebracht. De structuur die opgezet wordt voor mantelzorgondersteuning en vroegsignalering zullen als voorbeeld gebruikt worden in gesprek met de overige gemeenten in de regio. 3.2.2 Extramuraliseren De inkoop van de intramurale capaciteit geschiedt in 2014 in algemene zin op een lager niveau ten opzichte van de huidige capaciteit als het gevolg van extramuraliseren. Het bieden van continuïteit van zorg blijft het uitgangspunt bij de inkoop, het deel van de zorg wat voorheen intramuraal geboden werd dient nu extramuraal geboden te worden. Nieuwe initiatieven van intramurale capaciteit die reeds besproken en nog steeds actueel zijn in de gesprekken tussen zorgaanbieder en zorgkantoor maken integraal onderdeel uit van de plannen voor extramuraliseren en zullen in dit kader opnieuw beoordeeld worden. Ten aanzien van het beleid extramuralisering wordt verwezen naar het ‘AWBZ inkoopbeleid 2014 extramuraliseren’ van Zorgkantoren Coöperatie VGZ. De vertaling van dit beleid naar de regio Waardenland wordt zo spoedig mogelijk na publicatie opgesteld.
Inkoopdoelstellingen: Het zorgkantoor vraagt zorgaanbieders om in hun offerte 2014 een aanbod te doen over een afbouw van capaciteit in 2014 die minimaal samenhangt met de besparing op de contracteerruimte. Het zorgkantoor wil in de af te sluiten AWBZ Zorgovereenkomst 2014 met zorgaanbieders afspraken vastleggen over de ontwikkeling van de capaciteit in de komende jaren. ZZP verzwaring kan alleen (gedeeltelijk) ingekocht worden als dit gepaard gaat met afbouw. Aan te leveren door aanbieders: De aanbieder geeft in de offerte toelichting op het aanbod ten aanzien van afbouw van capaciteit in 2014 waarbij te realiseren besparing inzichtelijk wordt gemaakt. Indien sprake is van reeds besproken initiatieven van intramurale capaciteit ontvangt het zorgkantoor, voor zover nog niet bekend, graag een herbeoordeling van de aanbieder als integraal onderdeel van het plan voor extramuraliseren.
15
3.2.3
Doelmatigheid/kosten
Doelmatigheidsafspraken voor de extramurale zorg Uit verschillende analyses blijkt dat de extramurale zorg in de regio Waardenland fors duurder is dan alle andere VGZ regio’s. Een belangrijke oorzaak hiervoor is, dat er per cliënt meer extramurale functies dan gemiddeld geleverd worden. Bijzondere aandacht is gevraagd voor palliatief terminale zorg thuis (en hospices). Ook voor deze specifieke doelgroep is de regio Waardenland fors duurder. Het zorgkantoor Waardenland zal dan ook met alle aanbieders van extramurale zorg in 2014, gepaste doelmatigheidsafspraken maken. De productieafspraak 2014 zal dan ook gemaakt worden inclusief doelmatigheidsafspraak. Onder doelmatigheid verstaat het zorgkantoor: Afspraken over productmix Afspraken over tariefskorting Afspraken over volumes Afspraken over gemiddelde kosten met cliënt Aan te leveren door aanbieder: Een voorstel om in 2014 meer doelmatigheid te bereiken in de extramurale zorg. Het voorstel moet gebaseerd zijn op één of meer van de hierboven genoemde pijlers. Dagbesteding en dagbehandeling In Waardenland ligt het zwaartepunt meer op dagbehandeling/dagactiviteiten (H800, H533 en H802) dan op dagbesteding (H531) in vergelijking met andere regio’s. Hiervoor zijn geen verklarende factoren gevonden. Het zorgkantoor Waardenland zal daarom in 2014 het zwaartepunt willen verleggen naar toekomstbestendige dagbesteding. In 2014 zal er een verschuiving moeten plaatsvinden van dagbehandeling/dagactiviteiten naar dagbesteding en van dagbesteding naar voorliggende voorzieningen. Aan te leveren door aanbieder: Wanneer u in 2013 een afspraak heeft op één of meer van de producten H800, H533 of H802 dient u in uw offerte aan te geven per locatie: welk product hier geleverd wordt, wat de indicaties van de cliënten zijn die in zorg zijn op peildatum 1 juni 2013, welke behandelende disciplines er betrokken zijn en hoeveel uur per week deze behandelaren aanwezig zijn. Tevens willen wij inzicht in de overige disciplines (niveau en aantal fte) die werkzaam zijn op de locaties.
3.2.4
Overige onderwerpen
Crisisbedden In 2012 is het crisisprotocol V&V in Waardenland geëvalueerd. Deze evaluatie richtte zich op de capaciteit, beschikbaarheid, doorstroom (maximale ligduur van 6 weken) en opname binnen 24 uur. De registratie verloopt goed. De huidige capaciteit is voldoende. Het zorgkantoor stelt de volgende voorwaarden voor een afspraak over crisisbedden: Werken volgens het regionale crisisprotocol. Opname van crisisgevallen binnen 24 uur (alleen echte crisisgevallen); 80% bezetting en doorstroom van alle cliënten binnen maximaal 6 weken. Vanuit het ministerie van VWS is een voorstel gedaan om de bekostiging van crisisbedden in 2014 aan te passen. Hiertoe heeft het zorgkantoor een uitvraag gedaan bij alle aanbieders die crisiszorg leveren. Indien dit voorstel wordt aangenomen zal financiering op basis van feitelijke bezetting/ZZP plaatsvinden. Zodra hierover meer bekend is, zal het zorgkantoor de betrokken aanbieders informeren en indien noodzakelijk aanpassing van het beleid doorvoeren.
16
Revalidatiezorg Vanaf 2013 is de geriatrische revalidatie overgeheveld naar de zorgverzekeraar. Het zorgkantoor volgt de landelijke ontwikkelingen ten aanzien van dit onderwerp en zal hier waar mogelijk rekening mee houden tijdens de inkoop 2014. Op dit moment vormen de initiële volumeafspraken 2013 op ZZP 9b het uitgangspunt voor de inkoop 2014, mits gerealiseerd. Intramurale palliatief terminale zorg Ten aanzien van de palliatief terminale zorg intramuraal zal deze uitsluitend evenals voorgaande jaren op plaatsen met behandeling worden ingekocht. Met de inkoop 2014 wordt rekening gehouden met minder plaatsen dan de huidige 21 plaatsen. Gezien de realisatie 2012 en extrapolatie van de eerste drie maanden 2013 zal het uitgangspunt voor de inkoop 2014 in subregio Alblasserwaard & Vijfheerenlanden 11 bedden zijn. Voor de subregio Drechtsteden is het streven om het aantal van 8 bedden te continueren in 2014. Extramurale palliatief terminale zorg Het zorgkantoor zal met zorgaanbieders die in aanmerking willen komen voor bekostiging van extramurale palliatief terminale zorg (in hospice of thuis) in gesprek gaan over de doelmatigheid van de inzet van zorg en zo nodig doelmatigheidsafspraken maken. Ook dienen zij te onderbouwen in hoeverre zij voldoen aan de inhoudelijke voorwaarden die met het Palliatief Netwerk Waardenland zijn opgesteld. Aan te leveren door aanbieder: Onderbouwing in hoeverre aan de volgende voorwaarden wordt voldaan bij palliatief terminale zorg thuis of in het hospice: Heeft een overeenkomst getekend met het NPZ Waardenland; De zorgaanbieder weegt op basis van overwegingen over kwaliteit en/of doelmatigheid af, of de aanbieder zelf de zorg aan palliatieve cliënten levert, of een samenwerking (onderaannemerschap) aan gaat met een bestaande zorgaanbieder in de regio om deze zorg te leveren; Weet in welke gevallen het regionaal palliatief team en/of casemanagers palliatieve zorg ingeschakeld kunnen worden; Heeft een protocol Palliatief Terminale levensfase waarin zowel de processen rondom palliatieve zorg beschreven zijn als de route die een cliënt in deze fase doorloopt; wat de rollen van de organisatie zelf dan wel van andere ketenpartijen daarin zijn; Werkt volgens de richtlijnen palliatieve zorg vermeldt op Pallialine en past indien nodig instrumenten toe zoals: zorgpad stervensfase, pijnanamnese en pijnscorelijst, DOS schaal en lastmeter; De zorgaanbieder heeft aandachtsvelden benoemd die verantwoordelijk zijn voor de palliatieve zorg binnen hun team en zorgen voor terugkoppeling naar het management; De zorgaanbieder wijst per cliënt een zorgregisseur aan als eerste aanspreekpunt voor de cliënt en naasten, die tenminste de basisopleiding palliatieve zorg heeft afgerond en goed de sociale kaart kent; Het onderwerp palliatief (terminale) zorg is opgenomen in de interne opleidingsplannen; De zorgaanbieder borgt de nazorg en weet de nabestaanden de weg te wijzen in ondersteuning.
17
3.3
Sector GZ
De inkoopdoestellingen voor de sector GZ zijn als volgt.
3.3.1 Ketenzorg Autisme De doelstellingen van het zorgkantoor voor de inkoop 2014 zijn: Het faciliteren van de totstandkoming van een voorziening voor cliënten met autisme en ernstige gedragsproblematiek (conform de probleemschets van het CCE) in de regio ZuidHolland. Samenwerking met het CCE, andere zorgaanbieders en zorgkantoren in de regio is noodzakelijk. De aanbieder levert daartoe het volgende aan in zijn offerte: Alle instellingen die autismezorg wensen te leveren, dienen te voldoen aan de in het beleid autisme gestelde inkoopspecificaties. U geeft in uw offerte per specificatie aan op welke wijze u daaraan voldoet. U geeft in uw offerte aan welke autismezorg u wenst te leveren. U neemt daarbij op: o Voor welke doelgroep u autismezorg wenst te leveren. o Wat voor soort autismezorg u wenst te leveren. o In welk verzorgingsgebied u autismezorg wenst te leveren o Om hoeveel cliënten het gaat, met welke zorgzwaarte en de gemiddelde kosten per cliënt. Indien mogelijk neemt u daarin mee de gemiddelde kosten van de cliënt over diens levensloop. Aangezien er nog verkennende gesprekken gaande zijn met het CCE, andere zorgaanbieders en zorgkantoren kan volstaan worden met globale informatie, bedoeld om het aanbod te kunnen betrekken in het overleg.
3.3.2 Extramuraliseren Het afbouwen van de capaciteit van ZZP VG 1 t/m 4 van 794 plaatsen (2013) naar 774 plaatsen (2014). 3.3.3 Doelmatigheid/kosten Het reduceren van de kosten per VG-cliënt. Dit kan gerealiseerd worden door een groei van de korting op de intra- en extramurale tarieven, en het terugdringen van de afspraak van toeen opslagen. Creatieve voorstellen van zorgaanbieders en/of concrete doelmatigheidsafspraken over de kosten per klant kunnen onderdeel uitmaken van de af te sluiten overeenkomst. Het aandeel zwaardere ZZP’s (VG 5 t/m 8) kan niet verder toenemen dan in de prognoses van het beleid extramuralisering is opgenomen. Met het oog op de transitie naar de Wmo per 2015, en als gevolg van de gereduceerde vervoersvergoedingen, wordt dagbesteding gedecentraliseerd in de regio. Op basis van regioanalyse heeft het de voorkeur om dagbestedingslocaties te openen in Zederik, Giessenland, Hendrik Ido Ambacht en Molenwaard. Het betaalbaar houden van dagbesteding. In de regio ziet het zorgkantoor een verschuiving van dagbesteding naar dagbehandeling, terwijl daar niet altijd een veranderde zorgvraag van cliënten aan ten grondslag ligt. Het zorgkantoor zal dan ook met zorgaanbieders afspraken maken die passen bij de huidige zorgvraag van cliënten én bij de maatschappelijke druk tot kostenbeheersing.
18
3.3.4 Overige onderwerpen Het inkopen van met name voldoende extramurale zorg. Bijzonder aandacht is er voor persoonlijke verzorging en verpleging. De vraag naar deze functies neemt toe, en zal verder toe gaan nemen op het moment dat de lichtere ZZP’s geëxtramuraliseerd gaan worden. Voor de overige in dit inkoopplan benoemde doelgroepen, namelijk crisiszorg, palliatieve zorg en jLVG, geldt dat het zorgkantoor geen direct knelpunt heeft geconstateerd, en daarom hiervoor geen inkoopdoelstelling heeft geformuleerd.
3.4
Sector GGZ
De inkoopdoelstellingen voor de sector GGZ zijn als volgt.
3.4.1 Ketenzorg autisme De doelstellingen van het zorgkantoor voor de inkoop 2014 zijn: Het contracteren van meer autismezorg (in volume) met een gelijkblijvend financieel beslag. Het contracteren van één nieuwe extramurale autisme aanbieder. De aanbieder levert daartoe het volgende aan in zijn offerte: Alle instellingen die autismezorg wensen te leveren, dienen te voldoen aan de in het beleid autisme gestelde inkoopspecificaties. U geeft in uw offerte per specificatie aan op welke wijze u daaraan voldoet. U geeft in uw offerte aan welke autismezorg u wenst te leveren. U neemt daarbij op: o Voor welke doelgroep u autismezorg wenst te leveren. o Wat voor soort autismezorg u wenst te leveren. o In welk verzorgingsgebied u autismezorg wenst te leveren o Om hoeveel cliënten het gaat, met welke zorgzwaarte en de gemiddelde kosten per cliënt. Indien mogelijk neemt u daarin mee de gemiddelde kosten van de cliënt over diens levensloop. Gezien de groei naar autismezorg, de ontwikkelingen rondom de PGB’s en de overgang naar gemeenten (Wmo) levert u in uw offerte een voorstel aan om meer doelmatigheid van zorg ten aanzien van autisme te bereiken. Uw voorstel heeft betrekking op het verlagen van de kosten per cliënt, de productmix, het tarief, de inzet van e-health of eigen kracht of het verlagen van de kosten per cliënt. Het zorgkantoor zal in de overwegingen voor het inkopen van autismezorg nadrukkelijk de doelmatigheid van zorg betrekken, ook ten aanzien van bestaande aanbieders.
3.4.2 Extramuraliseren - Voor 2014 zal opnieuw minder intramurale capaciteit worden ingekocht, rekening houdend met het bestuursakkoord GGZ. - Ten aanzien van de productmix wordt verdere verzwaring niet voorzien. De mix 2013 wordt als richtlijn aangehouden. - Ten aanzien van de tariefstelling intramurale zorg zal het zorgkantoor lagere tarieven afspreken die meer in lijn zijn met het gemiddelde tarief binnen VGZ. Met de brief Van Rijn is de indicatiestelling van ZZP 3 voor zowel behandeling als beschermd wonen van kracht gebleven. Vanaf 2013 worden daarmee ZZP 1 en 2 niet meer geïndiceerd, maar de ZZP’s 3 t/m 6 (7) wel. Onafhankelijk daarvan blijft het bestuursakkoord GGZ 2013 / 2014 van toepassing, waarin het aantal bedden in Nederland met 33% gereduceerd zal worden ten opzichte van 2008. VGZ publiceert hierover apart beleid extramuralisering waarin dit toegelicht wordt. Het huidig aantal bedden in de regio omvat 920 bedden ultimo 2012. Dit is inclusief de bedden uit de zorgverzekeringswet. Dit aantal zal conform het beleid extramuralisering de komende jaren teruggebracht worden.
19
Voor de GGZ in de regio Waardenland betekent dit, dat naast de nog resterende ZZP’s 1 en 2 nu meer vrijheid ontstaat om niet meer langs de lijnen van ZZP 3 te extramuraliseren, maar veel eerder langs de grotere lijn ZZP 3 t/m 6. Immers niet alle cliënten met een ZZP 3 kunnen zelfstandig wonen, terwijl ook sommige cliënten met een ZZP 4, 5 of 6 wel zelfstandig kunnen wonen. Bij een aantal werkbezoeken in Nederland in 2013 heeft het zorgkantoor uitstekende voorbeelden gezien van GGZ cliënten waarin niet alleen de kosten gereduceerd konden worden, maar ook de cliënttevredenheid verbeterde en de levenskwaliteit van de cliënt vaak hoger was in combinatie met meer eigen regie. Inkoopdoelstelling Met de vier gecontracteerde intramurale aanbieders van GGZ zorg in de regio (Yulius, Leger des Heils, De Hoop en Bouman GGZ) zal het zorgkantoor afspraken maken ten aanzien van de afbouw van capaciteit waarbij het voldoen aan het bestuursakkoord de norm zal blijven.
Het toekennen van nieuwe intramurale capaciteit wordt in dat kader gezien als tegengesteld aan de extramuralisering en zal niet meer plaatsvinden.
3.4.3 Doelmatigheid/kosten Uit analyses blijkt dat de extramurale zorg in Waardenland duurder is dan in andere regio’s. De doelstelling voor 2014 is dan ook om de extramurale GGZ zorg doelmatiger in te kopen. Onder doelmatigheid verstaat het zorgkantoor: Afspraken over productmix Afspraken over tariefskorting Afspraken over volumes Afspraken over gemiddelde kosten met cliënt Mede vanuit doelmatigheid ligt de verbinding naar het wijkgericht werken voor de hand. Door dure zorg te vervangen door welzijn, informele zorg of gemeenschappelijke zorg, kan ook grotere doelmatigheid bereikt worden.
Gevraagd wordt aan aanbieders die extramurale zorg willen aanbieden: In uw offerte aan te geven welke extramurale zorg u levert voor welke doelgroep en binnen welke gemeenten binnen de regio. Aan hoeveel cliënten u op dit moment extramurale zorg levert en in 2014 wenst te leveren. Wat de gemiddelde kosten per cliënt zijn voor de huidige bediende cliënten Een voorstel van uw zijde voor het vergroten van de doelmatigheid van de zorg, op basis van mix, tarief, volume of kosten per cliënt. De wijze waarop u invulling geeft aan het wijkgericht werken en de verbinding met wijknetwerken, bijvoorbeeld in Dordrecht of Gorinchem.
3.4.4
Overige onderwerpen
Dagbesteding Uitgangspunt is dat de dagbesteding in 2014 conform de uitgangspunten zoals eerder geformuleerd plaatsvindt. Intramurale aanbieders die dagbesteding aanbieden, maken in hun offerte inzichtelijk: - Welke visie de instelling heeft op dagbesteding en de wijze waarop binnen dagbesteding toegewerkt wordt naar (onbetaald) werk. De wijze waarop zij dagbesteding georganiseerd hebben de wijze waarop de cliënt “routes” in de tijd volgt om de daarvoor nodige competenties op te doen.
20
-
-
-
Welke soort dagbesteding de instelling wil aanbieden aan cliënten en welke capaciteit (aantal cliënten) per soort dagbesteding mogelijk zijn en hoeveel cliënten gemiddeld de dagbesteding daar ook volgen. Als de instelling dagbesteding faciliteert, die niet binnen de AWBZ gefinancierd wordt (bijvoorbeeld samenwerkingsafspraken met scholen en bedrijven, jobcoaching etc.) dan zou het zorgkantoor dat graag vermeld zien. De instelling geeft voor hun cliënten die dagbesteding volgen per 1 juni 2013 aan wat per cliënt het werkelijk bezoek aan de dagbesteding is geweest over het afgelopen half jaar (1 oktober 2012 – 1 april 2013) of later indien bekend. Op welke wijze de instelling samenwerkt of gaat samenwerken met andere instellingen omtrent dagbesteding, welke maatregelen zij genomen hebben om dubbelingen in dagbesteding te reduceren en om dagbesteding tussen instellingen beschikbaar te maken (openstelling). De instelling maakt transparant wat de effecten van de dagbesteding voor de cliënten is in de vorm van bijvoorbeeld het aantal cliënten dat na het volgen van dagbesteding ook (onbetaald) werk heeft gevonden dat passend is bij de eigen wensen en capaciteiten.
Multiculturele zorg Het zorgkantoor heeft de doelstelling om één extra niche aanbieder te contracteren indien de contracteerruimte dit toestaat. -
Deze aanbieder is een specialist in multiculturele zorg en focust zich op met name de stedelijke gebieden van Dordrecht (Crabbehof, Wielwijk en Sterrenburg) en Gorinchem om daar de moeilijk vindbare multiculturele doelgroep te bedienen. - De aanbieder kent de weg in deze wijken en kent ook de taal en gebruiken die deze doelgroep kenmerken. - Het budget voor deze aanbieder is met name bedoeld om alleen zorg te bieden wanneer informele zorg en welzijn niet meer toereikend zijn voor de doelgroep. De aanbieder heeft nadrukkelijk niet als doel om zorg te bieden als vervanging daarvan, maar juist om zwaardere zorg in de toekomst te voorkomen. - De aanbieder vervult daarbij een “brugfunctie” naar de reeds bestaande GGZ voorzieningen in de regio. In de offerte wordt gevraagd om de bovenstaande doelstellingen inzichtelijk te maken en waar mogelijk te onderbouwen met referenties of voorbeelden. E-health E-health is opgenomen in het beleid langdurige GGZ. In de curatieve GGZ zijn veel goede initiatieven rondom e-health te zien, met name ook in de dagelijkse ondersteuning van cliënten door middel van apps of social media. Vanaf begin 2012 tot nu zijn echter nauwelijks initiatieven geweest binnen de Care voor e-health, terwijl nationaal en internationaal voldoende voorbeelden zijn van de toepassing daarvan. Voor de inkoop 2014 zal het zorgkantoor voor e-health ruimte geven door bij een goede business case 50% van de gerealiseerde besparingen van het initiatief terug te laten vloeien naar de instelling in de vorm van budget.
21
4
Prioritering
Het zorgkantoor streeft ernaar om de in het regionaal inkoopplan opgenomen zorg in 2014 in te kopen. De landelijke regelgeving en de beschikbare financiële ruimte bepalend voor de daadwerkelijke mogelijkheden om de bovenstaande ambitie waar te maken. De financiële ruimte die het zorgkantoor heeft bij de zorginkoop is op dit moment nog niet bekend, en wordt bepaald door de uitwerking van de kaderstelling van het ministerie van VWS. Na de bekendmaking zal het zorgkantoor bepalen of het noodzakelijk is om doelmatigheidsmaatregelen te treffen om voldoende zorg in te kunnen (blijven) kopen in de regio. De inkoopdoelstellingen uit dit regionaal inkoopplan zullen daarbij als volgt geprioriteerd worden: 1. Basiszorg ter waarborging van de continuïteit van zorg. Waarbij de landelijk financiële en inhoudelijke taakstellingen (vertaald naar de VGZ zorgkantoorregio’s)voor de AWBZ 2014 kader stellend zullen zijn. 2. Uitbreiding extramurale zorg in relatie tot gerichte afbouw van intramurale zorg en daaraan gekoppelde afspraken. 3. Capaciteitsmutaties voor gespecificeerde doelgroepen.
22