Reactienota Windvisie
Nr. 001
Organisatie indien van toepassing
Woonplaats WEZEP
Samenvatting reactie Inspreker vindt de locatie op legerplaats ‘t Harde, het hoogst gelegen punt dat in de volksmond “De knobbel” wordt genoemd een zeer geschikte locatie. Het is Rijks terrein (onteigenen niet nodig), het is hoog gelegen en besloten, waardoor weinig zichtbaar.
Antwoord De provincie stelt de suggestie van een extra locatie op prijs. In de windvisie worden nu echter alleen locaties opgenomen waarbij draagvlak bestaat bij de gemeente. De gemeente Oldebroek heeft deze locatie niet aangedragen. Bovendien ligt de locatie in het Gelders Natuur Netwerk. Om uit te vinden of de combinatie van natuur (in GNN) en wind mogelijk is, is de provincie samen met gemeenten en terreinbeherende organisaties een onderzoek hiernaar gestart op 3 pilot locaties. De provincie wacht het resultaat van deze onderzoeken af zodat er meer duidelijkheid is over de haalbaarheid van de combinatie natuur en wind.
002
APELDOORN
Locatie Apeldoorn. 1. Inspreker stelt dat de locatie bij Apeldoorn weinig wind heeft op 100m hoogte. Er dient eerst een allesomvattende kostenbaten analyse voor deze locatie te worden uitgevoerd. 2. Inspreker vraagt aandacht voor op de praktijk gebaseerd onderzoek en met name aandacht voor laagfrequent geluid. Luister dus goed naar omwonenenden van gerealiseerde projecten en besef dat studies van belangenbehartigers van windenergie per definitie gekleurd zijn. 3. Windmolens bij Apeldoorn leiden tot een ernstige landschapsvervuiling van het waardevolle landschap van het Beekbergerwoud. Ook voor de recreatie heeft dit belangrijke negatieve gevolgen. 4. Vanwege horizonvervuiling zal waardedaling van alle nabij gelegen woningen optreden. 5. Hoe bindend is de afspraak met het Rijk, aangezien er zo veel wind is op zee en zo weinig in Gelderland?
1. De provincie is zich bewust van het feit dat er gemiddeld minder wind is Apeldoorn, dan bijvoorbeeld langs de randmeren. Echter, moderne windturbines zijn al bij relatief lage windsnelheden rendabel. Initiatiefnemers bij een locatie voeren altijd een kosten-baten analyse uit, dit is de verantwoordelijkheid van de markt. 2. Onderzoek is veelal gebaseerd op wettelijke verplichtingen, waarbij onderzoeksmethoden meestal zijn voorgeschreven of zijn gebaseerd op ervaringen elders. De provincie hecht grote waarde aan objectief onderzoek en zal er ook kritisch op letten dat dit wordt uitgevoerd. 3. De provincie heeft deze locatie benoemd als kansrijk voor toekomstige ontwikkeling. De landschappelijke en recreatieve waarden van het gebied zullen de nodige aandacht moeten krijgen bij een ruimtelijk ontwerp van een mogelijk windturbinepark op deze locatie. Dit is onderwerp van nader onderzoek zodra duidelijk wordt of deze locatie daadwerkelijk in aanmerking komt voor verdere ontwikkeling. 4. Ook het aspect van waardedaling van woningen in de omgeving is een onderwerp voor vervolgonderzoek. 5. De provincie vindt windenergie een onmisbaar onderdeel om haar doelstelling van energieneutraliteit te bereiken. Daarbij zet zij in op de lokale opwekking van duurzame energie. Zij is niet van plan dit af te wentelen naar andere delen van het land, maar neemt hierin haar eigen verantwoordelijkheid.
003
PUTTEN
Inspreker vindt grote windmolens ongeschikt voor op land en kleine windmolens ongeschikt voor op de Veluwe.
004
ERMELO
005
OCHTEN
Windpark ter hoogte van het dorp Ochten, buurtschap Eldik past niet in het landschap en heeft negatieve milieu- en natuureffecten.
Deze locatie is niet in de windvisie opgenomen als vast te stellen locatie, daarmee vindt er geen wijziging plaatst ten opzichte van het al beschreven ruimtelijke beleid in de omgevingsvisie. Daarin staat dat de provincie in principe geen belemmeringen voor windenergie op deze locatie ziet. Het is voor inititiatiefnemers mogelijk om een windpark te realiseren als de betreffende gemeente hiermee akkoord gaat en de gebruikelijke procedures worden doorlopen.
006 007 008
OCHTEN OCHTEN OCHTEN
Zie 005 Zie 005 Zie 005
Zie antwoord bij 005 Zie antwoord bij 005 Zie antwoord bij 005
De provincie vindt windenergie een onmisbaar onderdeel om haar doelstelling van energieneutraliteit te bereiken en zij vindt slechts delen van haar grondgebied ongeschikt voor de opwekking van windenergie. Dit is in de omgevingsvisie aangegeven. Locatie A 28. Inspreker is verbijsterd over plan langs A28 bij Strand Horst. Deze locatie is opgenomen als kansrijke locatie voor toekomstige ontwikkeling. De locatie is een zeer smalle strook tussen A28 en het water nabij Natura Hiermee geeft de provincie aan met de gemeente in overleg te willen of 2000 gebied en drukbezocht recreatiegebied. Wiekoverslag, slagschaduw, ontwikkeling van windenergie in dit gebied in de toekomst mogelijk is. Punten geluid, natura 2000 , de recreatie, etc.moeten bij het inpassingsplan en die genoemd worden, zoals slagschaduw, geluid, Natura 2000 en recreatie, het bestemmingsplan worden betrokken. Net als het cumulatieve effect komen bij de eventuele verdere ontwikkeling aan de orde. van andere plannen m.b.t windparken.
Nr. 009
Organisatie indien van toepassing
Woonplaats WIJCHEN
Samenvatting reactie Locatie Wijchen. Inspreker is voorstander van alternatieve energievormen, maar heeft naar aanleiding van de Windvisie en bijbehorende stukken nog te weinig inzicht in de mogelijke hinder of het mogelijke profijt en vraagt daarom om een nadere toelichting van GS op de volgende onderwerpen: a) Het weloverwogen zoekproces en de criteria die daarbij zijn gebruikt. Het PlanMER verwijst hier naar, maar het wordt onvorldoende duidelijk gemaakt. b) Gemeenten krijgen de gelegenheid om zelf locaties te zoeken en te selecteren. De provincie stelt eisen aan die locaties via de Omgevingsvisie. Dit punt is zeer summier omschreven. c) De diepgang ten aanzien van het de invloed op mensen is te beperkt voor de besluitvorming. Cumulatie van verschillende geluidbronnen, effecten van laagfrequent geluid en daarmee gepaard gaande effecten op inwoners zijn onderbelicht. Inspreker verwijst hierbij naar onderzoek van het RIVM uit 2013 en een brief van de Nederlandse Vereniging Omwonenden Windturbines. Inspreker acht het essentieel dat er nader onderzoek wordt gedaan naar de geluidsvoortplanting en laagfrequent geluid en dat daarmee rekening wordt gehouden bij de locatiekeuzes. Daarnaast dienen de effecten te worden betrokken op bewoners en niet op woningen. De PlanMER dient hierop herzien te worden.
Antwoord a) Het zoekproces en de daarbij gehanteerde criteria worden nader aangeduid in een aanvulling op het PlanMER. We vertrouwen erop dat hiermee meer duidelijkheid wordt geboden. b) De eisen die de provincie stelt aan locaties die gemeenten aandragen hebben te maken met de uitsluitingscriteria die de provincie benoemd heeft in de Omgevingsvisie. Het betreft gebieden waar de provincie windmolens niet toe staat. Daarnaast stelt de provincie eisen ten aanzien van het ontwerp van windparken in waardevolle gebieden. Voor een nadere aanduiding van de eisen wordt verwezen naar de Omgevingsverordening Gelderland, artikel 2.8.1. c) De provincie is van mening dat de effecten van windmolenlocaties op het niveau van de locatiekeuzes voldoende zijn beschreven voor de besluitvorming. Bij een nadere invulling van de locaties zullen de genoemde effecten van cumulatie dienen te worden bepaald. Deze kunnen ook worden betrokken op inwoners en niet op woningen, conform de hiervoor geldende wet- en regelgeving. Ten aanzien van laagfrequent geluid is er geen wet- en regelgeving in Nederland. Steeds vaker wordt hier op het niveau van concrete projecten wel onderzoek naar gedaan. Ten aanzien van de locatiekeuzes ziet de provincie geen aanleiding het PlanMER te herzien.
010 011
Gemeente Heumen
OCHTEN MALDEN
Zie 005 Gemeente Heumen. Als gevolg van de openheid van het gebied zijn er fraaie zichtlijnen op zowel het Vennen- als het Stuwwalgebied. Een windmolenpark zal de beleving van deze landschappelijke kwaliteiten voor mensen die in het gebied wonen, werken en recreëren ernstig verstoren. Ook zal een windmolenpark voor inwoners van delen van de kernen Malden en Heumen blijvend zichtbaar en storend aanwezig zijn. Binnen de gemeente Heumen ontbreekt daarom het politiek en maatschappelijk draagvlak voor een windmolenpark langs de A73. Wel staat de gemeente positief ten opzichte van het winnen van duurzame energie en is bereid hiervoor een bijdrage te leveren in de vorm van solitaire windmolens. Verzoeken tot plaatsing hiervan zullen worden getoetst aan relevante omgevingsfactoren.
Zie antwoord bij 005 De provincie vindt windenergie een onmisbaar onderdeel om haar doelstelling van energieneutraliteit te bereiken. In de toekomst zullen extra locaties voor windenergie nodig zijn. De locatie bij Heumen is vanuit ruimtelijk en milieutechnisch oogpunt relatief geschikt voor de ontwikkeling van windenergie. Daarom heeft de provincie deze locatie voor een windmolenpark (7 windmolens) benoemd als kansrijk voor toekomstige ontwikkeling. Hoewel de gemeente geen windmolenpark wil, is de provincie verheugd te vernemen dat de gemeente wel positief staat tegenover het mogelijk maken van solitaire windmolens. De provincie handhaaft haar voorkeur voor het plaatsen van windmolens langs de A 73. De provincie zal graag met de gemeente in gesprek gaan omtrent de mogelijkheden hiertoe wat betreft het aantal windmolens en omtrent de manier hoe aandacht geschonken kan worden aan de landschappelijke en recreatieve waarden van het gebied. Ten aanzien van het verkrijgen van lokaal draagvlak binnen de gemeente biedt de provincie haar steun aan.
012
Gemeente Putten
PUTTEN
Gemeente Putten. Inspreker waardeert het proces van tot stand koming van de windvisie met onder andere de windateliers. Inspreker constateert dat er op Puttens grondgebied geen locaties zijn aangewezen voor windenergie en concludeert dat dit komt uit waardering voor het landschappelijk en ecologische waardevolle gebied. Inspreker spreekt zijn zorg uit over de kansrijke locatie voor extra ontwikkeling G1. Het open karakter en de infrastructurele lijnen worden daarmee aangetast, wat zijn weerslag kan hebben op toerisme in Putten. Inspreker mist in de windvisie een vereveningsstrategie voor windenergie, dit lijkt inspreker een goed instrument om een bepaald deel van de opbrengst van windenergie naar een gebiedsfonds te kunnen laten vloeien.
Dank voor de waardering. De locatie G1 (A28) is opgenomen als kansrijke locatie voor toekomstige ontwikkeling. Hiermee geeft de provincie aan met de gemeente(n) in overleg te willen of ontwikkeling van windenergie in dit gebied in de toekomst mogelijk is. Punten die genoemd worden, komen bij de eventuele verdere ontwikkeling aan de orde. Een vereveningsstrategie vindt de provincie een interessante optie. De provincie denkt dat dit ingezet kan worden bij de verdere uitwerking van locaties op niveau van bestemmingsplan of inpassingsplan. De provincie wil mogelijke vereveningsstrategieën verder uitwerken en de informatie hierover met de gemeenten delen. Dit zal niet in de windvisie zelf verder verwoord worden. De provincie maakt graag gebruik van de aanwezige kennis binnen gemeente Putten op dit gebied.
013
Gemeente Lingewaal
ASPEREN
Locatie Lingewaal. De gemeenteraad van de gemeente Lingewaal heeft in Deze locatie is niet in de windvisie opgenomen als vast te stellen locatie, zijn vergadering van 21 mei 2014 unaniem besloten geen medewerking te daarmee geeft de provincie gehoor aan de wens van de gemeenteraad van verlenen aan het eventueel plaatsen van windmolens op de locatie Lingewaal. "Spijk". Hierbij zijn draagvlak bij bevolking, ruimtelijke kwaliteit, open landschap, het gedachtengoed van "het manifest van Lingewaal" en de uitstraling naar het golfcomplex "the Dutch" belangrijke argumenten.
Nr. 014
Organisatie indien van toepassing
Gemeente Wijchen
Woonplaats WIJCHEN
Samenvatting reactie Gemeente Wijchen. Inspreker geeft aan dat gemeente Wijchen in 2040 energieneutraal wil zijn en dat zij initiatieven voor windenergie willen faciliteren wanneer het maatschappelijk rendement voor de lokale samenleving oplevert. Waarbij de lasten voor de initiatiefnemer zijn. Mits gebundeld en met voldoende afstand van de woonomgeving. Inspreker geeft aan dat de locatie in Wijchen in het voorkeursalternatief is opgenomen onder voorberhoud van goedkeuring van de gemeenteraad. Inspreker verzoekt deze locatie uit de windvisie te schrappen vanwege het besluit van de Wijchense gemeenteraad op 26 juni. De gemeenteraad van Wijchen heeft op donderdag 26 juni 2014 unaniem een motie aangenomen waarin het volgende gesteld wordt: - dat er op dit moment gebrek aan draagvlak bestaat onder bewoners en leefbaar-heidsgroepen in en rond de zoekgebieden voor windenergie; - dat de gemeenteraad van Wijchen het onwenselijk acht om bij gebrek aan draagvlak zoekgebieden en voorkeurslocaties voor windenergie vast te stellen; - dat de gemeenteraad het raadzaam acht om eerst zorgvuldig in overleg te treden met bewoners, leefbaarheidsgroepen en initiatiefnemers met de vraag hoe Wijchen kan gaan bijdragen aan de doelstellingen ten aanzien van windenergie; - dat het college wordt opgedragen om een plan van aanpak te maken voor een zorgvuldig communicatieproces met eventuele initiatiefnemers, bewoners en leefaarheidsgroepen gericht op de vraag hoe Wijchen kan gaan bijdragen aan doelstellingen ten aanzien van windenergie en op basis hiervan te komen met voorstellen waarbij zijn inbegrepen: toetsing van draagvlak en randvoorwaarden, zoals afstandscriteria en lokaal maatschappelijk rendement. Inspreker constateert dat windturbines een grote ruimtelijke impact hebben en dat windenergie lokaal op grote weerstand kan stuiten.
Antwoord De provincie zal de locatie van Wijchen uit het voorkeursalternatief verwijderen. In de tekst van de windvisie zal de provincie aandacht geven aan het proces zoals dat in Wijchen loopt en het proces dat in de gemeente gewenst is om te komen tot realisatie van windenergie in de gemeente. De term participatie zal in de windvisie nader gedefinieerd worden. Waarbij de uitwerking altijd maatwerk zal blijven en in overleg met gemeente en andere belanghebbenden vorm moet krijgen. De provincie werkt daarbij graag samen met de gemeente en burgers, leefbaarheidsgroepen, initiatiefnemers en bedrijven.
Inspreker vindt dat om windenergie te kunnen benutten de nadruk moet liggen op het vergroten van draagvlak onder burgers, gemeenteraden en bedrijven. Zo komt er figuurlijk ruimte voor wind. Weerstand tegen windenergie kan bijvoorbeeld weggenomen worden door de omgeving meer zeggenschap in de inpassing te geven en door participatie mogelijk te maken. Inspreker vindt het wenselijk als in de Windvisie duidelijker naar voren komt hoe de provincie dit cruciale deel van het proces (samen met gemeenten) gaat borgen en ondersteunen. Inspreker wil zich samen met provincie, bewoners, leefbaarheidsgroepen, initiatiefnemers en bedrijven dan ook nadrukkelijk inzetten om zonder Wijchense locatie in de Windvisie toch samen te werken op het vlak van lokale duurzame energie met maatschappelijk rendement. 015
CULEMBORG
Locatie Culemborg. Inspreker is tijdens de voorlichtingsavond over de windvisie d.d. 16-6-2014 in het stadhuis van Culemborg geinformeerd over de alternatieve locaties binnen de gemeente en de locatie langs de N320. Inspreker is bezorgd over de mogelijke effecten van slagschaduw bij zijn woning en het gebouw van kerkgenootschap Filadelfia.
De locatie in de gemeente Culemborg, langs de N320 is aangeduid als uit te breiden locatie. Bij het plaatsen van nieuwe of extra windmolens, zullen de effecten op onder meer geluid en slagschaduw onderzocht worden door de initiaitefnemer.
Nr. 016
017
Organisatie indien van toepassing
Gemeente Ede
Woonplaats LOCHEM
EDE
Samenvatting reactie Vijf energiecoöperaties (ZET, De-A, Energierijk Voorst, LochemEnergie en BrummenEnergie) worden ondersteund door het project “uitrol met Frisse Wind” uit het regiocontract Stedendriehoek. Binnenkort zullen de vijf betrokken energiecoöperaties hun visie op de lokale ontwikkeling van windenergie voor en door burgers opgeleverd hebben. de coöperaties willen graag windenergie ontwikkelen vanuit lokale processen. De energiecoöperaties zijn content met de opstelling van de provincie om de ruimte te bieden voor deze bottom-up aanpak. Zij zullen aan de slag gaan, daar waar het in hun vermogen ligt om tot locatiekeuze en realisatie van windenergie te komen. Naast in gesprek blijven verwachten de energiecoöperaties dat de provincie een betrokken partner blijft, op maat ondersteuning aanbiedt en geen nadere randvoorwaarden gaat stellen aan de ontwikkeling van windenergie, zodat op eigen wijze hieraan kan blijven worden gewerkt. mogelijkheden voor burgerparticipatie zijn hierbij van groot belang. De volgende aandachtspunten zijn nog van belang: 1. Nadere omschrijving/toezegging voor de gewenste ondersteuning van energiecoöperaties in de ontwikkeling van lokale windenergie. 2. Burgerorganisaties zo vroeg mogelijk betrekken bij de ontwikkeling van locaties. 3. Nadere definiering van lokale participatie en draagvlak. 4. Toezegging van de provincie dat de aanwijsbevoegdheid niet wordt uitgevoerd in gebieden waar lokale processen voor wind van onder op spelen. 5. Schetsen van een globaal beeld van benodigde locaties voor de grotere opgave op langere termijn. De gemeente Ede onderschrijft de noodzaak van het realiseren van windenergie in Nederland en draagt hieraan reeds bij met het windpark langs de A30 dat waarschijnlijk in 2015 is gerealiseerd. De gemeente sluit nieuwe windprojecten in de gemeente bij voorbaat niet uit en wijst hierbij op de lokale energiecooperatie ValleiEnergie die hiervoor mogelijk belangstellend is. In dit verband vraagt de gemeente om een nadere toelichting op de beoordeling van de potentiele locaties langs de A30 en bij de RWZI die eerder (naar aanleiding van de windateliers) kansrijker werden ingeschat dan thans in het PlanMER bij de Windvisie. Graag verneemt de gemeente ook of de locatie bij de RWZI niet op voorhand wordt uitgesloten.
Antwoord De provincie waardeert de inspanningen van de energiecooperaties om windenergie in bottom-up processen te ontwikkelen. Wij verwachten ook dat deze inspanningen nodig zijn voor de langere termijn doelstellingen lokaal, regionaal èn provinciaal. De genoemde aandachtspunten onderschrijven wij, maar leiden niet tot een aanpassing van de Windvisie, uitgezonderd de nadere definiering van participatie en draagvlak. In de vast te stellen Windvisie hebben we een aanzet gegeven voor de mogelijkheden waar aan kan worden gewerkt.
De provincie is er van overtuigd dat de doelstelling voor windenergie een noodzakelijke bijdrage levert aan de doelstelling om te komen tot energieneutraliteit in 2050 en waardeert de inzet van lokale energiecooperaties in deze. De conclusies die de gemeente aanhaalt in haar reactie worden ondersteund door de milieubeoordeling die bij het PlanMER voor de Windvisie is opgenomen bij de beide locaties binnen de gemeente Ede. Voor de A30 locatie is alleen de grote hoeveelheid verspreide woonbebouwing de beperkende factor voor windenergie. Hierdoor is windenergie niet onmogelijk, maar kan dit alleen worden gerealiseerd als omwonenenden ook participeren. Dit willen wij als provincie niet voorschrijven, maar is juist een proces waar een lokale energiecooperatie een rol kan vervullen. Realisatie van solitaire turbines is een verantwoordelijkheid die wij leggen bij de gemeentelijke overheden. De genoemde locatie bij de RWZI is hiermee niet op voorhand uitgesloten. De uitgevoerde milieubeoordeling geeft wel al aan dat gedegen onderzoek nodig is om op deze plaats een windturbine mogelijk te maken.
Nr. 018
Organisatie indien van toepassing
Stichting wijkraad Mosterhof, Struikendoorn en de Weem (MSW)
Woonplaats WESTERVOORT
Samenvatting reactie Stichting Wijkraad Mosterdhof, Struikendoorn en de Weem (MSW) te Westervoort. De wijkraad heeft 44 punten genoemd welke realisatie van windturbines mogelijk kunnen belemmeren. De keuze van het gebied Kleefse waard wordt in twijfel getrokken. Met de gemeente Westervoort is nooit overleg gepleegd over de voornemens van Arnhem. Het rijksbeleid richt zich alleen op gebieden waar het vaak en hard waait. Windsnelheid is op de locatie onvoldoende. Reductie CO2 wordt teniet gedaan door de inefficiente bedrijfsvoering van de back-up van de gewone electriciteitscentrales. Energiebehoefte moet op Europees niveau worden aangepakt. Bij de zoeklocaties zijn de verkeerde normen aangehouden, is onvoldoende rekening gehouden met het kosteneffect, geluidshinder, slagschaduw, gezondheidsrisico's, veiligheid en de cumulatie hiervan. Natuur: Het gekozen gebied ligt aan de route met een hoog risico voor trekvogels daarom moet worden afgezien van deze locatie. Een passende beoordeling van een Natura 2000-gebied ligt voor de hand. Onvoorziene kosten worden verwacht door de waardedaling, planschade en sociaal maatschappelijke gevolgen (onverkoopbare woningen). Welke criteria hebben bepaald hoeveel turbines er kunnen worden geplaatst? De turbines kunnen elkaar de wind afvangen. Men is bang voor ernstige visuele verstoring. Er is sprake van cultuurschade door aantasting van cultuurhistorisch en industrieel erfgoed. Er bestaat onduidelijkheid over het inrichtingsproces en de betrokkenheid van de bewoners in het bijzonder die van Westervoort (participatie). De hoge windmolens kunnen een negatief effect hebben op de recreatie rond Arnhem. Men acht het onwenselijk dat de windvisie de Omgevingsvisie aanpast zonder dat de normale wijzigingsprocedure van de Omgevingsvisie is doorlopen. Men is van mening dat de Arnhemse zoeklocatie onzorgvuldig, onterecht en op onjuiste gronden in de windvisie is opgenomen en daarmee de belangen van de Westervoortse bewoners en gemeente hebben geschaad. De locatie moet daarom uit de windvisie worden geschrapt.
Antwoord De gemeente Arnhem laat door het bureau Outsmart uitzoeken welke mogelijkheden er zijn voor het plaatsten van een aantal windturbines in de Kleefse waard, daarbij zal nader worden ingegaan op de vele aspecten die in de zienswijze zijn genoemd. Hoeveel turbines er geplaatst kunnen worden en of ze geplaatst kunnen worden is onderdeel van het onderzoek. Wanneer dit duidelijk is zal zeker overleg worden gevoerd met de gemeente Westervoort maar dit is een verantwoordelijkheid van de gemeente Arnhem. In het in september 2013 afgesloten Energieakkoord met 43 organisaties en overheden in Nederland hebben alle provincies een taakstelling op zich genomen. De windrijke provincies hebben de hoogste taakstelling, Gelderland heeft zich verplicht tot 230,5 Mega Watt (MW) in 2020. Windsnelheden maken onderdeel uit van de haalbaarheid van een windproject maar ook de ashoogte en rotordiameter bepalen het rendement van een turbine. De verwachting is dat de komende jaren de energieprijs zal gaan stijgen en daardoor zal de windenergie rendabeler worden. Volgens Alliander hebben de huidige electriciteitscentrale geen problemen meer met de back up-functie. Provinciale Staten hebben in 2012 bepaald dat 50% van de hernieuwbare energie in Gelderland op lokaal niveau moet worden opgewekt. Momenteel zijn er ongeveer 40 lokale/regionale energiecoöperaties actief in de provincie. Het streven is om in 2050 een energieneutrale provincie te hebben waarbij 40% in de eigen provincie wordt opgewekt. Nader onderzoek van de locatie Kleefse Waard zal moeten aantonen dat rekening is gehouden met wet- en regelgeving t.a.v. (laagfrequent) geluid, slagschaduw en veilgheid. Om in aanmerking te komen voor de SDE+ moet worden aangetoond dat het project rendabel is, wanneer dit niet het geval is dan wordt de subsidie niet toegekend. De verwachtingen ten aanzien van pluimproblematiek kunnen relevant zijn voor de inrichting van het park of eventueel de verdere inrichting van het terrein met bedrijven. Dit dient derhalve op het niveau van de inrichting bekeken te worden. Op voorhand is de provincie voorstander van windenergie op bedrijventerreinen omdat er veelal geen woningen in de nabijheid zijn.
Nr.
Organisatie indien van toepassing
Woonplaats
Samenvatting reactie
Antwoord De exploitatieperiode van een windturbine ligt tussen de 20 en 25 jaar. Elke locatie moet door TNO onderzocht worden op de gevolgen voor de radar. De mobiele telecommunicatie zal hiervan geen hinder ondervinden omdat dit via satelietverbindingen gaat. De Kleefse Waard valt niet onder het regime van de EHS. De effecten op de natuur zullen in een aanvullende studie moeten worden onderzocht. Dit heeft vooral betrekking op vogels en vleermuizen. Of er sprake is van planschade zal pas in een later stadium kunnen worden onderzocht, dit kan niet op voorhand worden uitgesproken. De gemeente Tholen heeft enige jaren geleden de WOZ-waarde van een aantal woningen naar beneden aangepast door de aanwezigheid van enkele windturbines in de buurt van die woningen. In de praktijk is gebleken dat de turbines geen invloed hadden op de waarde van de woningen en heeft de gemeente de WOZ-waarde weer op het oude niveau gebracht. Bij de opstelling van de turbines wordt rekening gehouden met de afvang van wind van de turbines t.o.v. elkaar. Gezien de aard en omvang van windturbines zijn deze zichtbaar in hun omgeving. Fosiele brandstoffen liggen onder de grond en zijn daardoor nauwelijks zichtbaar. Hernieuwbare energie zal in de toekomst zichtbaar zijn, wanneer we onze, nog steeds toenemende, energiebehoefte willen behouden, moeten er compromissen gesloten worden met het landschap. De provincie Gelderland vindt het noodzakelijk dat de omliggende bevolking wordt betrokken bij het proces maar ook de gelegenheid krijgt financieel te participeren in het eventule windenergieproject Kleefse Waard. Of de windturbines een negatief effect zullen hebben op de recreatie rond Arnhem kan nu nog niet worden gemeten wel is duidelijk dat door de dichte bebouwing in de Arnhemse binnenstad de tubines nauwelijks zichtbaar zullen zijn, lang niet altijd is de Eusebiustoren zichtbaar in de binnenstad. De windvisie is een uitwerking van de Gelderse Omgevingsvisie en doorloopt dezelfde procedure als de Omgevingsvisie heeft doorlopen. Van geen enkel windpark is van tevoren bekend of het de eindstreep zal halen. Vaak komen er tijdens het proces van realisatie ontwikkelingen voor die de voortgang bemoeilijken of tegenhouden. Wij hebben van de gemeente Arnhem geen bericht gekregen dat de Kleefse waard uit de windvisie moet worden gehaald. Wij onderschrijven uw aandacht voor draagvlak bij de bevolking en hechten hier ook waarde aan. Het kaartmateriaal zal worden geactualiseerd. U geeft aan dat er diverse ontwikkelingen zijn die invloed hebben op het leefmilieu en de waarde van de woningen. Uit de reactie is ons niet duidelijk welke ontwikkelingen de inspreker bedoeld. We raden aan hierover contact op te nemen met de gemeente Arnhem. Voor wat betreft de windenergie wordt in het proces zorgvuldig omgegaan met de belangen van omwonenden. Uit onderzoek is gebleken dat windmolens geen invloed hebben op de waarde van woningen. (gemeente Tholen) Wij stellen het op prijs dat u aangeeft in gesprek te willen blijven over de hernieuwbare energie in uw gemeente. De provincie Gelderland voert momenteel een Energietransitieprogramma uit dat alle facetten van de duurzame energie in zich heeft. Op verzoek van het Rijk maken wij een windvisie waarin, op basis van vrijwilligheid van gemeenten, 230,5 Mega Watt windenergie voor 2020 moet worden gerealiseerd. Dit is vastgelegd in het Energieakkoord van september 2013 waarin 43 partijen in onze samenleving zich gecommiteerd hebben. De provincie dankt inspreker voor haar waardering en werkt graag met haar en de gemeente samen bij verdere invulling van windenergie op de locatie Beekbergerbroek.
019
Bewonersvereniging Stadseiland Arnhem
ARNHEM
Bewonersver.Stadseiland Arnhem. Inspreker wil nu al reageren en niet wachten op de konkrete plannen voor de Kleefse waard en Koningsplei. Inspreker geeft aan dat realisatie nog lang niet zeker is omdat er nog geen uitkomsten van het haalbaarheidsonderzoek zijn. Zij willen op soortgelijke wijze als Zutphen worden behandeld en dus ook als locatie uit de windvisie worden gehaald. Het proces van draagvlak moet van onderaf worden doorlopen. Er moet gezocht worden naar draagvlak voor omwonenden en de gemeente Westervoort. Inspreker is van mening dat gebruik is gemaakt van gedateerd kaartmateriaal omdat Stadseiland niet op de kaart staat. De wijk wordt geconfronteerd met diverse ontwikkelingen die rechtsstreeks invloed hebben op het leefmilieu en de waarde van de woningen. De bewoners zijn wel voorstander van duurzaamheid en schone energie. Wel willen zij in gesprek blijven met de initiatiefnemers en de gemeente over windenergie en alternatieven om de energieambitie van de gemeente te realiseren. Inspreker krijgt de indruk dat de focus sterk ligt op windenergie en de verdeling over de provincie willekeurig is. Men stelt vraagtekens bij de keuze voor windenergie en stelt voor te kijken naar andere beschikbare technieken.
020
Duurzame Energiecoörperatie Apeldoorn (DeA)
APELDOORN
De A. Locatie Apeldoorn. Inspreker is verheugd dat de provincie serieus kijkt naar mogelijkheden van windenergie. Inspreker maakt melding van de windvisie die de ALV van deA in juni heeft vastgesteld en die is gebaseerd op draagvlak en participatie. Inspreker heeft zich bij de gemeente als initiatiefnemer gemeld om met windenergie aan de slag te gaan op locatie Beekbergerbroek en is verheugd te constateren dat de provincie daar ook kansen voor ziet in dat gebied. Zie 005
021
OCHTEN
Zie antwoord bij 005
Nr. 022
Organisatie indien van toepassing
Woonplaats ARNHEM
Samenvatting reactie Locatie Kleefsewaard. Inspreker is het niet eens met de doelstelling voor windenergie van de provincie Gelderland, hij vindt wind op land onrendabel en dat beter kan worden ingezet op onderzoek of meefinancieren van wind op zee. Inspreker vindt dat de rechtszekerheid in het geding komt door het achteraf wijzigen en het opnieuw vaststellen van de omgevingsvisie met de windvisie. Bij inspreker is het niet bekend dat er een haalbaarheidsonderzoek is gedaan voor locatie Kleefsewaard en betwijfelt of er draagvlak is voor deze locatie bij de Arnhemse gemeenteraad. Hij vraagt daarom deze locatie te schrappen uit de windvisie. Inpspreker vraagt om de buffer tot woonbebouwing te veranderen van 400m naar 2 km en om een verplicht onderzoek naar planschade door initiatiefnemers als norm in de windvisie op te nemen en om een compensatieregeling afhankelijk van afstand tot woonbebouwing als nom op te nemen.
Antwoord De provincie is er van overtuigd dat de doelstelling voor windenergie een noodzakelijke bijdrage levert aan de doelstelling om te komen tot energieneutraliteit in 2050. En dat windenergie op land één van de goedkoopste vormen van hernieuwbare energie is. Bovendien willen wij als provincie zelf verantwoordelijkheid nemen voor lokale energieopwekking binnen onze eigen provincie. De omgevingsvisie kent een rollende agenda, waarin regelmatig wijzigingen zullen plaatsvinden, die voldoen aan de behoefte van de huidige tijd. In de omgevingsvisie is al aangekondigd dat de windvisie als uitwerking in 2014 zou worden vastgesteld. Het haalbaarheidsonderzoek is gedaan in 2012 en opvraagbaar bij de gemeente Arnhem. Draagvlak bij gemeente blijkt uit het besluit van de gemeenteraad om het bureau Outsmart opdracht te geven de haalbaarheid nader te onderzoeken. De buffer van 400 meter van windturbines tot woningen is gehanteerd in de omgevingsvisie en gebaseerd op normen voor geluid. Het onderzoek naar planschade en een eventuele compensatieregeling zullen in een vervolgtraject door initiatiefnemers en/of gemeenten worden uitgevoerd.
023
HARDERWIJK
Harderwijk locatie Lorentz. Inspreker is van mening dat er bij de voorkeurslocaties geen rekening is gehouden met visuele effecten van bestaande molens in de Flevopolder. Hij stelt dat er minder wind op het water over zal blijven om te varen, en er sprake zal zijn van visuele omheining. Inspreker stelt ook dat in de windvisie geen rekening is gehouden met de risicokaart voor vogelaanvaringen en dat niet is onderbouwd waarom dat niet is gedaan. Hij vraagt zich waarom de provincie niet inzet op zon en aardwarmte, en geeft daarbij aan het argument dat alle vormen van hernieuwbare energie nodig zijn om de doelen te halen niet geldig te achten omdat zon en aardwarmte onuitputtelijk zijn. Tevens stelt hij dat zon-PV goedkoper is dan windenergie. Hij suggereert het provinciebestuur om het rijk een alternatief voor de invulling van energiedoelstellingen zonder windenergie (“lelijke, dure, lawaaimakende, onderhoud vergende, vogelmoordernaars!”) voor te leggen.
Voor het bepalen van de locaties in de windvisie is nog geen rekening gehouden met de visuele relatie met andere windmolenparken. In de omgevingsvisie en omgevingsverordening is wel bepaald dat een windmolenpark in samenhang moet worden ontworpen met in de nabijheid gelegen windmolenparken. De provincie verwacht gezien het hoogteverschil geen grote effecten van windturbines op het aanbod van wind voor de watersport. In de planMER is voor alle onderzochte locaties gekeken naar de nabijheid van weidevogelgebieden, ganzenfourageergebieden en gebieden in het Gelders Natuurnetwerk. Daarnaast is in relatie tot mogelijke effecten op Natura 2000-gebieden ook de genoemde risicokaart betrokken (zie hoofdstuk 5 "Toelichting en PlanMER"). De provincie zet met haar programma Energietransitie ook in op zon en aardwarmte. Het winnen en omzetten van die energievormen is bij aardwarmte niet overal mogelijk en voor zonneenergie vraagt dit groot ruimtebeslag en is ook duurder dan het gebruik van windenergie op land. De provincie houdt vast aan de eigen doelstellingen en de afspraken uit het nationale energieakkoord voor windenergie op land.
024
WIJCHEN
Inspreker. (Per mail naar Wietse aangevuld). Inspreker vindt dat de locatie 17 plan Bijsterhuizen geen geschikte locatie is, omdat hier de windmolens te dicht bij woningen komt zoals het buurtschap Wezel en de wijk Saltshof. Er zijn al zeker 300 bezwaren binnen gekomen van omwonenden en hier zal ook zeer weinig draagvlak zijn. Inspreker beveelt provincie aan om eens met de gemeentes Beuningen-Wijchen en Druten rond de tafel te gaan om gemeenschappelijk te gaan inventariseren waar zij gezamenlijk windmolens kunnen plaatsen en waar weinig of geen omwonenden hier hinder van ondervinden. Als voorbeeld geeft inspreker de N322 de Maas en Waal weg. Van Beuningen tot aan de Noord Zuid bij Druten (ongeveer 20KM)kunnen hier aan beide zijden van de weg windmolens geplaatst worden. Het is bijna helemaal weiland aan beide zijden en de eigenaren staan in de rij om grond aan te bieden gezien de opbrengsten. De boerderijen staan allemaal honderden meters van de weg af en bijna geen burger woningen, kortom een geweldige locatie.
De locatie Bijsterhuizen/Schoenaker is niet in het voorkeursalternatief van de windvisie opgenomen en wordt dan ook niet vastgesteld in de windvisie. De locatie is in het planMER onderzocht als onderdeel van alternatief 1. Uit het onderzoek blijkt dat plaatsing van windturbines mogelijk is, maar dat daarbij rekening moet worden gehouden met het waardevolle open gebied en de aaneengesloten woonbebouwing die op 550 m afstand ligt. Dit betekent dat de provincie de locatie niet vast stelt als geschikte locatie voor windenergie, maar hem ook niet uitsluit. De locatie kan daarmee alleen ontwikkeld worden als er draagvlak wordt gekregen bij de gemeente(raad). De provincie is blij dat inspreker meedenkt over geschikte locaties voor windenergie. In een vervolgproces wil de provincie graag met gemeenten Beuningen, Druten en Wijchen, omwonenden en ander belanghebbenden overleggen over hoe op geschikte locaties en met aandacht voor zeggenschap en participatie windenergie in deze gemeenten vorm kan krijgen.
Stichting AGA/Presikhaaf
Nr. 025
Gemeente Millingen aan de Rijn
026
Gemeente Groesbeek
Organisatie indien van toepassing
Woonplaats Samenvatting reactie MILLINGEN AAN DEN RIJN Gemeente Millingen aan de Rijn. Inspreker is van mening dat het gedeelte van de gemeente Millingen aan de Rijn dat in de windvisie geschikt wordt geacht voor de plaatsing van solitaire windmolens niet geschikt ís voor windmolens, ook niet voor solitaire windmolens. Zij wijst op haar strategische- en structuurvisie waarin toerisme als een belangrijk speerpunt in het gemeentelijk beleid en een belangrijk onderdeel van de lokale economie. Het plaatsen van windmolens verenigt zich volgens inspreker niet met het toerisme. Inspreker is van mening dat ter plekke van de gemeente Millingen aan de Rijn de aanduiding solitaire windmolens' van de kaart gehaald dient te worden.
Antwoord Op de kaart van solitaire windmolens mogelijk worden (met uitzondering van de waardevol open gebieden) dezelfde gebieden weergegeven als de gebieden die in de omgevingsvisie staan aangeduid als "windenergie mogelijk". In deze gebieden ziet de provincie op voorhand geen belemmeringen voor windenergie. De provincie geeft aan in haar windvisie dat de gemeente zelfstandig kan oordelen of haar grondgebied al dan niet geschikt is voor solitaire windturbines. Gemeente kan dus zelf gebieden hiervoor aanwijzen of uitsluiten.
GROESBEEK
Gemeente Groesbeek. Inspreker is van mening dat het gedeelte van de gemeente Groesbeek dat in de windvisie geschikt wordt geacht voor de plaatsing van solitaire windmolens niet geschikt ís voor windmolens, ook niet voor solitaire windmolens. Zij wijst op haar strategische- en structuurvisie waarin toerisme als een belangrijk speerpunt in het gemeentelijk beleid en een belangrijk onderdeel van de lokale economie. Het plaatsen van windmolens verenigt zich volgens inspreker niet met het toerisme. Inspreker is van mening dat ter plekke van de gemeente Groesbeek de aanduiding solitaire windmolens' van de kaart gehaald dient te worden.
Op de kaart van solitaire windmolens mogelijk worden (met uitzondering van de waardevol open gebieden) dezelfde gebieden weergegeven als de gebieden die in de omgevingsvisie staan aangeduid als "windenergie mogelijk". In deze gebieden ziet de provincie op voorhand geen belemmeringen voor windenergie. De provincie geeft aan in haar windvisie dat de gemeente zelfstandig kan oordelen of haar grondgebied al dan niet geschikt is voor solitaire windturbines. Gemeente kan dus zelf gebieden hiervoor aanwijzen of uitsluiten.
027
ERMELO
Locatie A28. Inspreker spreekt zijn zorgen uit ten aanzien van veiligheid, natuur, toerisme en omwondenden bij deze locatie.
Deze locatie is opgenomen als kansrijke locatie voor toekomstige ontwikkeling. Hiermee geeft de provincie aan met de gemeente in overleg te willen of ontwikkeling van windenergie in dit gebied in de toekomst mogelijk is. Punten die genoemd worden, zoals veiligheid, geluid, Natura 2000 en toerisme, komen bij de eventuele verdere ontwikkeling aan de orde.
028
ERMELO
Locatie A28. Inspreker maakt bezwaar tegen het ad hoc plaatsen van windmolens in de gemeente Ermelo en Strand Horst. Dit is zeer storend voor de mooie Veluwe en haar fauna. Wat uiteindelijk ten koste gaat van een terugloop in recreanten.
Deze locatie is opgenomen als kansrijke locatie voor toekomstige ontwikkeling. Hiermee geeft de provincie aan met de gemeente in overleg te willen of ontwikkeling van windenergie in dit gebied in de toekomst mogelijk is. Punten die genoemd worden, zoals natuur en recreatie, komen bij de eventuele verdere ontwikkeling aan de orde.
029
CULEMBORG
Uitbreiding locatie Culemborg. Inspreker woont vlak naast de bestaande windmolens en heeft last van de schaduw van de wieken en ook van het geluid van de molens. Dat gebeurt ook 's nachts waardoor hij minder goed kan slapen. Bij uitbreiding van dit windmolenpark verwacht hij dat dit probleem erger wordt.
De locatie in de gemeente Culemborg, langs de N320 is aangeduid als uit te breiden locatie. Bij het plaatsen van nieuwe of extra windmolens, zullen de effecten op onder meer geluid en slagschaduw onderzocht worden door de initiaitefnemer. De provincie vindt draagvlak bij en participatie door omwonenden belangrijk bij de realisatie van een windmolenpark. Een gesprek met omwonenden is daar een essentieel onderdeel van.
Nr. 030
Organisatie indien van toepassing
Woonplaats CULEMBORG
Samenvatting reactie Uitbreiding locatie Culemborg. Inspreker woont naast de bestaande windmolens en heeft last van de schaduw van de wieken en in mindere mate van het geluid van de molens. Hij vraagt zich af of dit probleem bij uitbreiding van dit windmolenpark erger wordt.
Antwoord De locatie in de gemeente Culemborg, langs de N320 is aangeduid als uit te breiden locatie. Bij het plaatsen van nieuwe of extra windmolens, zullen de effecten op onder meer geluid en slagschaduw onderzocht worden door de initiaitefnemer. De provincie vindt draagvlak bij en participatie door omwonenden belangrijk bij de realisatie van een windmolenpark. Een gesprek met omwonenden is daar een essentieel onderdeel van.
HARDERWIJK
Gemeente Harderwijk. Inspreker spreekt waardering uit over proces en ondersteuning. Vraagt om locaties Leuvenumseweg en Lorentz II ook op te nemen op kaart S1 in windvisie, want daar is draagvlak voor. Is tegen opname locatie Lage Enkweg uit alternatief 1. Verzoekt om bij locatie G1 uit kansrijke locaties extra ontwikkeling het grondgebied van Harderwijk buiten beschouwing te laten vanwege de afstand die kleiner is dan 400 m met de uitbreidingswijk Drielanden-West waarvoor de structuurvisie al is vastgesteld.
Dank voor de waardering. Locatie Lorentz II is samen met Lorentz III als 1 gebied opgenomen op kaart S1 als vast te stellen locatie. Bij de nadere invulling kan bepaald worden waar de windturbines binnen dit gebied precies komen te staan. De locatie Leuvenumsweg ligt binnen het Gelders Natuur Netwerk. De provincie onderzoekt samen met de gemeente of de combinatie van windturbines met de natuur op deze locatie mogelijk is, zoals ook beschreven is in de Omgevingsvisie. De provincie kiest er voor om deze locatie pas op te nemen als vast te stellen locatie als uit dit onderzoek ook blijkt dat deze combinatie realiseerbaar is. Locatie Lage Enkweg is niet opgenomen in het voorkeursalternatief, deze locatie wordt niet vastgesteld. De provincie geeft gehoor aan het verzoek om Harderwijks grondgebied bij de kansrijke locatie G1 buiten beschouwing te laten vanwege de nabijheid van de uitbreidingswijk Drielanden-West.
032
CULEMBORG
Locatie Culemborg. Inspreker is van mening dat het vervangen van de 3 bestaande windmolens door nieuwe molens met een grotere capaciteit of de molens te upgraden en op diezelfde lijn 1 of 2 molens bij te plaatsen een betere optie is dan het huidige plan om molens bij te plaatsen in het gebied ten zuiden van het industrieterrein de Pavijen, want dat gaat een rommelig beeld opleveren.
De locatie wordt in overleg met de gemeente aangepast. De locatie verandert van vast te stellen locatie naar een kansrijke locatie voor toekomstige ontwikkeling en de locatie wordt expliciet aangemerkt als een uitbreidingslocatie van het bestaande windpark waardoor er één groter windpark ontstaat.
033
CULEMBORG
Uitbreiding locatie Culemborg. Inspreker woont vlak naast de bestaande windmolens en heeft last van de schaduw van de wieken en ook van het geluid van de molens. Dat gebeurt ook 's nachts waardoor zij minder goed heeft geslapen. Bij uitbreiding van dit windmolenpark verwacht zij dat dit probleem erger wordt. De waarde van de woning is verminderd en inspreker is bang voor verdere waardevermindering. Zij nodigt de provincie uit om met haar in gesprek te gaan.
De locatie in de gemeente Culemborg, langs de N320 is aangeduid als uit te breiden locatie. Bij het plaatsen van nieuwe of extra windmolens, zullen de effecten op onder meer geluid en slagschaduw onderzocht worden door de initiaitefnemer. De provincie vindt draagvlak bij en participatie door omwonenden belangrijk bij de realisatie van een windmolenpark. Een gesprek met omwonenden is daar een essentieel onderdeel van.
031
Gemeente Harderwijk
Nr. 034
035
Organisatie indien van toepassing
Gemeente Ermelo
036
037
Actiegroep tegen Windwoezik
Woonplaats ERMELO
Samenvatting reactie locatie A28 en alternatieve locatie. Inspreker, bewoner van Ermelo, staat positief ten opzichte van de locatie A28 voor windenergie. De omvang van de locatie is mogelijk wel te positief ingeschat. Inspreker maakt zich zorgen om de reactie van de gemeente op de windvisie. Tevens ziet inspreker een alternatieve locatie nabij het militair oefenterrein 'De Ermelose Heide'. Ziet de volgende voordelen van wind boven bos op deze locatie: minder zichtbaar, minder hinder voor omwonenden en minder slagschaduw, minder hinder voor vogels en positief voor de economische waarde van het bos. Inspreker wil zich, samen met de provincie, inzetten voor lokale participatie om windenergie mogelijk te maken in Ermelo.
Antwoord De provincie is verheugd met deze positieve reactie. Voor deze kansrijke locatie is het het genoemde aantal windturbines een eerste inschatting van de potentie van het gebied. Nader onderzoek moet uitwijzen hoeveel hier werkelijk te realiseren is. We willen de inspreker graag betrekken bij het vervolgtraject voor Ermelose locaties. Wij zien de benoemde voordelen voor wind boven bos. Daarom onderzoekt de provincie samen met verschillende partners of een combinatie van wind met natuur/bos realiseerbaar is. Hiervoor zijn drie pilotlocaties benoemd. De uitkomsten van deze pilots geven ook een indicatie of op de voorgestelde locatie ook windenergie mogelijk is. We willen dit afwachten voor we nieuwe locaties in natuur verder gaan onderzoeken. We zullen u op de hoogte stellen van de resultaten van dit onderzoek.
ERMELO ERMELO ERMELO ERMELO ERMELO ERMELO ERMELO ERMELO
zie 034 zie 034 zie 034 zie 034 zie 034 zie 034 zie 034 Gemeente Ermelo, locatie A28 en solitaire windmolens. De gemeente geeft aan dat de raad unaniem tegen windmolens is op Ermelo's grondgebied. Belangrijkste motieven daarbij zijn: de onmogelijkheid van een verantwoorde landschappelijke inpassing, de twijfel over de juridische haalbaarheid van de noodzakelijke procedures, het zeer geringe draagvlak, de hoge bewoningsdichtheid in ons buitengebied en het economisch belang van onze recreatieve sector. De gemeente verzoekt de windvisie vast te stellen zonder een locatie in Ermelo en zonder de mogelijkheid om solitaire turbines in Ermelo te realiseren.
zie antwoord bij 034 zie antwoord bij 034 zie antwoord bij 034 zie antwoord bij 034 zie antwoord bij 034 zie antwoord bij 034 zie antwoord bij 034 De provincie is er van overtuigd dat de doelstelling voor windenergie een noodzakelijke bijdrage levert om te komen tot energieneutraliteit. En dat windenergie op land één van de goedkoopste vormen van hernieuwbare energie is. De provincie ziet de locatie langs de A28 als een kansrijke locatie en zou de nadere omvang en invulling graag samen met de gemeente, bewoners en andere belanghebbenden willen onderzoeken. Voor wat betreft de solitaire windturbines geeft de provincie aan in haar windvisie dat de gemeente zelfstandig kan oordelen of haar grondgebied al dan niet hiervoor geschikt is. De reactie van de gemeente is derhalve geen aanleiding voor de provincie om de windvisie aan te passen.
CULEMBORG
Locatie Culemborg. Inspreker geeft aan dat de gemeente beloofd heeft dat er geen windmolens aan het bestaande park zouden worden toegevoegd en maakt zich grote zorgen om effecten van geluid en slagschaduw en waardedaling van de woning, die nu ook reeds optreden. Inspreker ziet liever een andere locatie of zonnepaneelparken.
De provincie vindt draagvlak bij en participatie door omwonenden belangrijk bij de realisatie van een windmolenpark. Een gesprek met omwonenden is daar een essentieel onderdeel van. Voor de betreffende locatie leek er voldoende draagvlak vanuit de gemeente. Op basis van de reacties heeft de gemeente echter verzocht het plan aan te passen zodat er eerst aan een proces met meer draagvlak kan worden gewerkt. Andere locaties buiten de gemeente Culemborg zijn ook in beeld. Diverse locaties zijn reeds opgenomen in de Windvisie. Om onze doelstellingen ten aanzien energieneutraliteit te bereiken wordt er ook ingezet op zonne-energie, naast wind en energie uit biomassa. Een mix van de mogelijke duurzame energievormen is hiervoor noodzakelijk.
WIJCHEN
Locatie Bijsterhuizen/Schoenaker. Inspreker spreekt namens 389 bewoners. Zij zijn tegen de locatie omdat deze vlak achter hun woonwijk ligt. Locatie 17 (Schoenaker) scoort niet goed in planMER van de provincie, is zelfs niet als kansrijke locatie opgenomen. De locatie Schoenaker is niet geschikt omdat: 1. Het het waardevol open gebied ten Noorden van de locatie aantast. 2. Het nabij de wijken Saltshof en Veenhof ligt. 3. Bewoners van buurtschap Wezel last zullen hebben van slagschaduw. 4. Bewoners van deze wijken zullen last hebben van het geluid, onderzoek van RUG wijst uit dat tot 2km last van geluid ervaren kan worden. 5. Het uitzicht wordt geschaad. 6. Er wordt gevreesd dat bedrijven zullen vertrekken uit kantoorgebouwen. 7. Er wordt gevreesd voor gezondheidseffecten van het geluid op kinderdagverblijf "het kinderdagpalijs". 8. Inspreker vreest dat de verkoop van huizen in nieuwbouwproject "de poort van Saltshof" zal stageneren. Inspreker verzoekt de locatie (locatie 17 uit windvisie) te schrappen uit de windvisie, zodat ook voor initiatiefnemers duidelijk wordt dat hier verder gaan geen optie is.
De locatie Bijsterhuizen/Schoenaker is niet in het voorkeursalternatief van de windvisie opgenomen en wordt dan ook niet vastgesteld in de windvisie. De locatie is in het planMER onderzocht als onderdeel van alternatief 1. Uit het onderzoek blijkt dat plaatsing van windturbines mogelijk is, maar dat daarbij rekening moet worden gehouden met het waardevolle open gebied en de aaneengesloten woonbebouwing die op 550 m afstand ligt. Dit betekent dat de provincie de locatie niet vast stelt als geschikte locatie voor windenergie, maar hem ook niet uitsluit. De locatie kan daarmee alleen ontwikkeld worden als er draagvlak wordt gekregen bij de gemeente(raad). De zienswijze van de bewoners vormt geen aanleiding om de windvisie aan te passen.
Nr. 038
Organisatie indien van toepassing
De Duinzoom B.V.
039
040
041
Rijkswaterstaat Oost-Nederland
Woonplaats ELBURG
Samenvatting reactie Elburg. Inspreker wil graag meedoen aan de ontwikkeling van windmolens op de gebieden en landerijen die hij in eigendom heeft langs het Veluwemeer. Hij heeft een kaartje met de mogelijke locaties bijgevoegd. Zijn gronden liggen niet op de door ons voorgestelde locaties. Inspreker verzoekt of het mogelijk is deze locaties mee te nemen als mogelijke locaties om in de toekomst windmolens te ontwikkelen. Inspreker heeft ook contact opgenomen met de gemeente Elburg
Antwoord Dank voor het meedenken met locaties voor windenergie. Buiten de nu in de windvisie vastgestelde locaties is het ook mogelijk andere locaties voor windenergie te ontwikkelen als u daarvoor medewerking vindt bij de gemeente en als de locatie niet is uitgesloten voor windenergie op de kaart behorende bij de omgevingsvisie. U kunt (eventueel samen met de gemeente) contact opnemen met onze medewerkers energie om de mogelijkheden verder te verkennen.
ANGERLO
Locatie Bijvanck. Inspreker vindt de combinatie van windmolens met waardevolle gebieden niet verenigbaar. Hij vindt dat locaties in onderzoek meegenomen hadden moeten worden in het planMER. Inspreker vindt dat hij met de windvisie onvoldoende gelegenheid heeft gekregen tot participatie of financiële compensatie bij het windmolenproject.
De provincie is van mening dat een combinatie van waardevol open gebieden met opwekking van windenergie mogelijk is, indien met het ruimtelijk ontwerp rekening wordt gehouden met het open karakter van het landschap. Deze voorwaarde is ook al vastgelegd in de omgevingsvisie en omgevingsverordening. Dit wijzigt niet met deze windvisie. Met de windvisie zijn we op zoek gegaan naar nieuwe locaties, om onze doelstelling van 230.5 MW te kunnen halen. Hierbij zijn we uitgegaan van de al bestaande locaties en locaties waar een autome ontwikkeling plaatsvindt zodat we nog een restopgave overhielden van zo'n 70MW. Voor deze locaties die nu nieuw vastgesteld worden in de windvisie is de planMER opgesteld. Mede naar aanleiding van deze reactie en een voorlopig advies van de Commissie m.e.r. is besloten het MER bij de Windvisie aan te vullen met een milieubeoordeling van de locaties in onderzoek. Deze aanvulling is beschikbaar bij de vastgestelde Windvisie. In de wndvisie wordt aangegeven dat de provincie draagvlak en participatie van belang vindt voor de ontwikkeling van windenergie. Dit is echter maatwerk en dient te worden vormgegeven door de betreffende ontwikkelaar.
ARNHEM
Rijkswaterstaat. Inspreker wijst op de beleidsregel voor het plaatsen van windturbines op, in of over rijkswaterstaatwerken en op de beleidsregel windturbines langs kanalen rivieren en havens. Inspreker wijst er op dat voor plaatsing van windturbines in uiterwaarden van rivieren op het Barro en op de Beleidslijn grote rivieren van toepassing zijn. Inspreker geeft specifiek aan dat bovenstaande beleidslijnen specifiek van toepassing zijn op de volgende locaties die in de windvisie zijn opgenomen als voorkeursalternatief of locaties die kansrijk zijn voor de toekomst: Locatie Nr. 13 Nijmegen Noordkanaalhaven, locatie Voorkeursalternatief, 2 Nr. 15 Nijmegen Westzijde A73, locatie Voorkeursalternatief, 4 Nr. 19 Nijmegen weerszijden A50, locatie Voorkeursalternatief, 2 Windturbines. Gi Harderwijk Ermelo tussen A28 en Wolderwijd/Nuldernauw, kansrijke locatie, 10 Windturbines G4 Beuningen zuidzijde A73, weerszijden van knooppunt Ewijk, kansrijke locatie G5z Geldermalsen-Neerijnen bij knooppunt Deil, locatie Voorkeursalternatief, 10 Windturbines J Wageningen, bedrijventerrein langs Rijn, locatie in onderzoek, 3 Windturbines. Inspreker verzoekt op de hoogte te worden gehouden van de verdere ontwikkelingen op de genoemde locaties.
De provincie is op de hoogte van de genoemde beleidsregels en heeft de daarin opgenomen afstanden ook opgenomen als uitgesloten en aandachtsgebied in de windkaart behorende bij de Omgevingsvisie. Bij verdere uitwerking van plannen zal de provincie initiatiefnemers en gemeenten wijzen op deze beleidsregels en verzoeken om tijdig contact op te nemen met Rijkswaterstaat om de mogelijkheden en beperkingen die hier van uit gaan te bespreken.
ZWOLLE
Defensie. Inspreker vindt het indirecte ruimtebeslag van het ministerie van Defensie en hoe daar bij windmoleninitiatieven mee om te gaan goed verwoord in de Windvisie. Inspreker wijst er op dat één aspect ontbreekt namelijk het indirect ruimtebeslag van het defensie Antennepark te Eibergen. Dit Antennepark heeft een toetsingszonering voor de toetsing van het bouwwerk op de werking van de antennes. De zonering is opgenomen in het BARRO. Inspreker is bereid ons de plattegrond met de zonering toe te sturen en verzoekt de provincie deze zonering te benoemen in de Windvisie zodat initiatiefnemers daar in de fase van planvorming rekening mee kunnen houden.
Dank voor deze aanvulling. Omdat deze zonering ook al in het Barro is opgenomen, achten wij dit voldoende geborgd voor concretisering van locaties. Wij zullen hier rekening mee houden bij eventuele concrete initiatieven in dit gebied.
Nr. 042
Organisatie indien van toepassing
Gemeente Overbetuwe
043
044
Gemeente Beuningen
Woonplaats
Samenvatting reactie Gemeente Overbetuwe. Inspreker geeft aan dat in het coalitieakkoord is opgenomen dat de voorgenomen plaatsing van windturbines voor Overbetuwe alleen mogelijk is als dit in samenhang met de ontwikkeling van het geplande Rail Opstap Punt (ROP) wordt bekeken en op basis van afspraken met het buurtschap Reeth. Het uitgangspunt is dus "nee, tenzij". Inspreker acht een integrale en gebiedsbrede oplossing noodzakelijk voor dit gebied (ROP, A15, Betuweroute, Afslag 38, Hoogspanning, Park 15 enz.). Inspreker mist in de windvisie het perspectief omtrent alle mogelijke vormen van duurzame energieopwekking in de duurzame transportcorridor A15. Inspreker vindt dat de provincie bij dit project en deze locatie initiërend en regisserend op zou moeten treden. Inspeker verwacht dat de provincie bij nadere uitwerking van de windvisie meer ondersteuning biedt op het gebied van lokale initiatieven, draagvlak en participatiestructuren. Inspreker vindt tekst en kaar over solitaire windturbines onduidelijk en vindt gebieden ten Oosten en Westen van de A50 vanwege de openheid ongeschikt voor het plaatsen van (solitaire) windturbines.
Antwoord De provincie is het eens met de gemeente dat verschillende ontwikkelingen in een gebied in samenhang bekeken moeten worden. Zonder dat dit overigens hoeft de betekenen dat de besluitvorming ook gelijktijdig hoeft plaats te vinden. De zienswijze van de gemeente Overbetuwe geeft geen aanleiding de locatie aan de A15 uit de windvisie te schrappen. De provincie is in overleg met het buurtschap Reeth en de gemeente over de verschillende ontwikkelingen in het gebied en zal ook verder op zoek gaan naar gebiedsbrede oplossingen. Voor de Duurzame Transportcorridor Betuwe neemt de provincie een regisserende rol. Hierbij kan zij niet zonder haar partners in het gebied. De provincie is dan ook blij met het draagvlak hiervoor bij de gemeente Overbetuwe. Ondersteuning op het gebied van lokale initiatieven, draagvlak en particpatie zijn genoemd in de windvisie en hier zal de provincie ook verder invulling aan geven. De tekst en vooral de kaart over solitaire windmolens blijken verwarrend te zijn. Op de kaart van solitaire windmolens mogelijk worden (met uitzondering van de waardevol open gebieden) dezelfde gebieden weergegeven als de gebieden die in de omgevingsvisie staan aangeduid als "windenergie mogelijk". In deze gebieden ziet de provincie op voorhand geen belemmeringen voor windenergie. Concrete initiatieven voor plaatsing van windmolens in deze gebieden zijn ter beoordeling van de gemeente. Wij zullen de kaart vervangen door een kaart solitaire windturbines uitgesloten, waarmee we hopen dat meer duidelijkheid gegeven wordt.
ZALK
Locatie Hattemerbroek. Inspreker is van mening dat hij als belanghebbende bij windpark Hattemerbroek pro-actief geïnformeerd had moeten worden over de windvisie en dat daarom de ter inzagetermijn dient te worden verlengd. Inspreker stelt dat in de windvisie staat dat de berekeningen gemaakt zijn met een generieke moderne windturbine met een hoogte van 100m en een vermogen van 2.4MW. En dat dit niet als norm kan worden genomen omdat de concrete plannen die bij Hattemerbroek in procedure worden gebracht met turbines zijn die 15 – 30 % hoger zijn. Inspreker vraagt de onderbouwing dat de referentieturbine juist is gekozen en wil graag de afwijkingen zien van de geplande molens met de referentie molens en de effecten hiervan in de MER. Inspreker wil weten of er nog een ‘hinderbelevingsonderzoek of gezondheidseffectscreening’ uitgevoerd gaat worden waarbij de nietnormatieve gezondheids- en hinderaspecten in beeld gebracht gaan worden.
De windvisie is gepubliceerd in alle edities van de Gelderlander en de Stentor en op de website van de provincie Gelderland. Tevens is alle Gelderse gemeenten verzocht de windvisie op gemeentepagina te publiceren. In Oldebroek is op een informatieavond over de locatie Hattemerbroek het hele proces van de windvisie in een presentatie toegelicht. Daarnaast zijn er 3 avonden voor publieksinformatie georganiseerd. De provincie is van mening dat hiermee ruimschoots is voldaan aan de informatieplicht. Voor een eerste afweging op locatiekeuze is gekozen voor de betreffende referentieturbine. Dit is een turbine die op dit moment veel in de provincie Gelderland wordt geplaatst. Voor concrete plannen zoals bij Hattemerbroek wordt in een concreter MER gerekend met een turbine die specifiek voor die locatie van toepassing is. De provincie is niet van plan een hinderbelevingsonderzoek of gezondheidseffectscreening uit te voeren. Zij volgt voor deze aspecten het landelijke beleid en onderzoek.
BEUNINGEN
Gemeente Beuningen. Inspreker onderschrijft de doelstellingen ten aanzien van hernieuwbare energie en stelt zich pro-actief daarin op. Inspreker is van mening dat grootschalige duurzame energieopwekking alleen kans van slagen heeft in een co-creatie proces met inwoners, lokale bedrijven en overige partners. Inspreker ziet een interactief proces voor ogen om samen met lokale, regionale en provinciale stakeholders invulling gegeven wordt aan de provinciale doelstelling en lokale wensen voor windenergie, de Beuningse duurzaamheidsambities en samen met alle andere vormen van duurzame energieopwekking en energiebesparing. Inspreker vindt dat in de windvisie veel duidelijker naar voren moet komen hoe de provincie het proces van lokaal zeggenschap en participatie gaat borgen en ondersteunen. Inspreker vindt dat de kansrijke locatie pas kan worden aangewezen als hier maatschappelijk draagvlak voor is gekregen. Zij vindt het denkbaar dat deze locatie vanwege het open landschap op weerstand stuit en dat inwoners en bedrijven hun voorkeur uitspreken voor andere locaties in Beuningen. Inspreker vindt dat windenergie niet separaat moet worden bezien maar wil samen met de provincie in samenhang kijken naar alle vormen van duurzame energieopwekking. Inspreker vindt de top-down benadering opmerkelijk en vertrouwt op een definitieve windvisie waar nadrukkelijk rekening gehouden wordt met een bottom-up proces.
De provincie hecht aan een interactief proces waarin met alle stakeholders wordt gewerkt aan de invulling van de ambities voor energieneutraliteit. De provincie wil de gemeente Beuningen hier ook bij ondersteunen. In de windvisie is ook verwoord dat participatie van belang is voor het welslagen van windprojecten en het verkrijgen van draagvlak. De provincie zal de term participatie nader uitwerken. De provincie benoemt de kansrijke locatie op basis van mogelijk aantal te plaatsen windturbines en een aantal ruiimtelijke criteria. In een verder uitwerkingsproces samen met gemeente en lokale en bovenlokale stakeholders kan altijd nog gekozen worden voor een andere locatie, als die geschikter blijkt. Het idee om gelijktijdig met de mogelijkheden voor windenergie ook de mogelijkheden voor andere vormen van hernieuwbare energie te onderzoeken juicht de provincie toe. De provincie ziet de spanning van het benoemen van locaties in een top-down proces, maar vindt het noodzakelijk om haar doelstellingen op tijd te kunnen verwezenlijken.
ELST
Nr. 045
Organisatie indien van toepassing
Woonplaats ENSPIJK
Samenvatting reactie In de windvisie is als kansrijke locatie opgenomen de locatie ten noorden en zuiden van de A15 en ten westen van de A2 ter hoogte van knooppunt Deil. Zowel ten zuiden als te noorden van de A15 zijn geregistreerde eendenkooien gevestigd. De eendenkooi ten noorden van de A15 is in eigendom bij ondergetekenden. Plaatsing van windmolens schenden het belang en rechten van (de eigenaren van) deze eendenkooien onevenredig op het gebied van aanvliegroutes, natuurbeheer, vogel- en wildstand, geluid- en windoverlast. De visie kan op basis van de aanwezigheid van deze eendenkooien niet in stand blijven. Daarnaast is de geluidsbelasting op de woningen Kooiweg 1 en 1a per heden reeds maximaal. De plaatsing van een of meerdere windmolens zou dit maximum overschrijden. Tot slot worden de ontwikkelingsmogelijkheden op het gebied van landgoederen, landelijk wonen, toerisme en recreatie (waartoe het gebied is aangewezen) onevenredig beperkt.
Antwoord De locatie ten zuiden van de A15 is opgenomen als vast te stellen locatie, de locatie ten Noorden van de A15 als kansrijke locatie voor de toekomst. Bij nadere uitwerking van de plannen zal de aanwezigheid van de eendenkooien en het effect van de plaatsing van windturbines daarop onderzocht moeten worden. Evenals het effect van geluidsbelasting op woningen. In het ruimtelijk ontwerp van een park dient aandacht te worden besteed aan effecten op landschap en recreatieve waarden.
046
OCHTEN
Windpark ter hoogte van het dorp Ochten, buurtschap Eldik past niet in het landschap en heeft negatieve leefbaarheidseffecten in dit smalle stuk Betuwe
Zie antwoord bij 005
047 048
Buurtvereniging Speuld e.o.
ANGERLO ERMELO
Zie 039 Locaties Veluwe. Inspreker maakt bezwaar tegen het plaatsen van windmolens op de Veluwe, vanwege effecten op landschap, natuur, toerisme en bewoners.
Zie antwoord bij 039 De provincie vindt enerzijds windenergie een onmisbaar onderdeel voor het behalen van haar doelstelling van energieneutraliteit. Anderzijds wil de provincie natuur beschermen, hiervoor heeft zij in de omgevingsvisie het Gelders Natuur Netwerk vastgelegd. De provincie sluit niet uit dat beide doelstellingen gecombineerd kunnen worden. Daarom zijn in zowel omgevingsvisie als windvisie de gebieden binnen het Gelders Natuur Netwerk aangegeven als niet kansrijk voor windenergie. Daarmee wordt windenergie in GNN niet volledig uitgesloten, maar wordt aangegeven dat onderzoek moet aantonen dat de natuur niet wordt aangetast door de plaatsing van een windturbinepark. De overige aspecten (bewoners, recreatie en landschap) worden op dezelfde wijze meebeoordeeld als bij niet GNN gebieden.
049
Stadsregio Arnhem Nijmegen
NIJMEGEN
Stadsregio Arnhem-Nijmegen. Inspreker vindt het opmerkelijk dat de ontwerp windvisie ter inzage wordt gelegd voordat de omgevingsvisie definitief is vastgesteld door Provinciale Staten. Inspreker vindt het opmerkelijk dat gekozen wordt voor een top-down benadering van de doelstelling van 230,5MW voor wind terwijl de provincie in het programma energietransitie werkt met regionaal opgestelde bottom-up routekaarten zoals het visiedoucment de routekaart Groene Kracht. In de windvisie wordt ruimtelijk geanalyseerd waar windenergie mogelijk is en aangegeven op welke locaties het gewenst is de provincial doelstelling te halen, zoals de Duurzame Transportcorridor A 15, maar er wordt niet verteld hoe de provincie hier sturing op geeft. Dit project (DT A15) is bij uitstek een project waar de provincie initiërend moet optreden het gaat immers om een "Majeure Opgave". Doordat in de windvisie niet staat aangegeven waar windturbines specifiek wel gewenst zijn kan in de MER voor een bepaalde locatie geen goede provinciale onderbouwing voor de keuze voor de beteffende locatie worden gegeven. Inspreker wijst de provincie er op dat er lokaal grote weerstand kan zijn tegen windenergie en dat creëren van draagvlak noodzakelijk is. Dit kan door inwoners en lokale bedrijven meer zeggenschap en participatie te geven. Inspreker vindt dat in de windvisie duidelijker naar voren moet komen hoe de provincie dit cruciale deel van het proces gaat borgen en ondersteunen.
In de ontwerp omgevingsvisie is aangegeven dat nadere uitwerking in een windvisie in 2014 zou volgen. Het besluitvormingsproces van omgevingsvisie en windvisie is helder omschreven. Het ter inzage leggen van de windvisie heeft het besluitvormingsproces over de omgevingsvisie niet belemmerd en ook niet andersom. In het nationaal energieakkoord hebben 43 partijen zich gebonden aan afspraken om te komen tot een energietransitie. Onderdeel van deze afspraken is het in 2014 door provincies ruimtelijk vaststellen van locaties voor 6000MW aan windenergie op land. De provincie Gelderland heeft er voor gekozen om de locaties voor haar doelstelling van 230,5 MW windenergie samen met gemeenten te bepalen. Het is opmerkelijk dat de Stadsregio dit een top-down benadering vindt. Vanuit de Duurzame Transportcorridor Betuwe werkt de provincie initiërend en coördinerend aan energietransitie in een gebiedsproces. Windenergielocaties zijn daar een onderdeel van. De provincie heeft verkend waar ruimte is voor wind en haar bevindingen voorgelegd aan gemeenten en kiest er voor om deze extra locaties pas vast te stellen als hier overeenstemming over is met de betreffende gemeenten. Met het vaststellen van de windvisie geeft de provincie aan op welke locaties zij haar doelstelling van 230,5 MW wil realiseren. Diverse locaties zijn als specifiek gewenst aangegeven langs de A15. Het bijbehorend planMER geeft daarvoor de onderbouwing vanuit aspecten van ruimte, milieu en draagvlak. De provincie zal de term participatie nader uitwerken.
Nr. 050
Aktiegroep Hoordewindwaait
Woonplaats ANGERLO
Samenvatting reactie Locatie Bijvanck. 1. Inspreker stelt niet volledig geinformeerd te zijn door het ontbreken van een verwijzing naar de Koepelnotitie PlanMER Omgevingsvisie (d.d. november 2013), inspreker stelt dat de Koepelnotitie niet ter inzage heeft gelegen. 2. Inspreker verwijst naar eerder schrijven van 4 mei 2014 waarin verwezen wordt naar onjuiste informatie op de provinciale website en ziet dit schrijven als onderdeel van zijn zienswijze. 3. Inspreker ziet zijn zienswijze op de omgevingsvisie tevens als zienswijze op deze windvisie. 4. Inspreker stelt dat bij de windvisie geen MER ligt waaruit de effecten op een open landschap bliljken, zodat een besluit van PS onmogelijk is. 5. Inspreker herhaalt het gestelde onder 4. en voegt hieraan toe dat ten onrechte geen MER is uitgevoerd voor de locaties in onderzoek. 6. Inspreker stelt dat het planMER onvolledig is door het ontbreken van een bufferzone voor windmolens ten aanzien van bevolking, landschap en natuur. 7. Inspreker stelt dat in de windvisie geen ruimtelijke afweging wordt gemaakt waar wel en waar geen windmolens geplaatst mogen worden, niet voor windparken en ook niet voor solitaire windmolens. 8. Er is geen aandacht besteed in de windvisie en bijbehorend planMER aan invloeden van een windpark op GNN en GO. 9. Inspreker stelt dat de kaarten in windvisie en omgevingsvisie van elkaar afwijken en daarmee onbetrouwbaar zijn. 10. Inspreker stelt dat in de windvisie de locaties in onderzoek niet worden aangewezen als locaties waar de provincie volgens de electriciteitswet een inpassingsplan kan opstellen en vindt dit onvoldoende duidelijk verwoord. 11. Inspreker stelt dat GS in zijn contacten met de omgeving onvoldoende doet om draagvlak bij omwonenden en gemeenten te verkrijgen. 12. Inspreker stelt dat verschillende bestemmingsplannen voldoende ruimte geven voor de bouw van windmolens en dat deze ten onrechte niet in de windvisie zijn opgenomen en dus niet meetellen voor de taakstelling.
051
Gemeente Lingewaard
BEMMEL
Gemeente Lingewaard. Inspreker geeft aan te streven naar initiatieven Nieuwe initiatieven voor windenergie dragen bij aan de provinciale doelstelling voor duurzame energie die echter nog niet hebben geleid tot een locatie van energieneutraliteit in 2050. De provincie zal vanuit dat belang ook die in de windvisie kon worden opgenomen. Inspreker maakt uit de kansrijke nieuwe initiatieven voor windenergie waar mogelijk ondersteunen. toelichting bij de ontwerp Windvisie op dat provinciale ondersteuning van nieuwe initiatieven niet vanzelfsprekend is. Inspreker meent dat ondersteuning van belang kan zijn voor het slagen van die initiatieven en verzoekt daarom om volwaardige ondersteuning van de provincie zoals omschreven in hoofdstuk 3 van de beleidstekst van de ontwerp Windvisie, ook voor nieuwe initiatieven mogelijk te maken / houden.
Organisatie indien van toepassing
Antwoord 1. In de ondertitel (1e actualisering omgevingsvisie) wordt al verwezen naar de Omgevingsvisie, waar de Koepelnotitie planMER een integraal onderdeel van vormt. Omgevingsvisie en koepelnotitie zijn beschikbaar via de website waar ook de windvisie op is gepubliceerd. 2. Het eerder schrijven van de inspreker is in een separate brief beantwoord. 3. Provinciale Staten hebben op 9 juli een besluit genomen over de omgevingsvisie en de bijbehorende reactienota. Uw zienswijze is daarmee volgens PS voldoende beantwoord. 4. Het MER bij de windvisie geeft een beoordeling van de milieueffecten van de onderzochte locaties. Daarin zijn de effecten op het landschap meegenomen om locaties onderling te kunnen vergelijken. De provincie is van mening dat een combinatie van waardevol open gebieden met opwekking van windenergie mogelijk is, indien met het ruimtelijk ontwerp rekening wordt gehouden met het open karakter van het landschap. Deze voorwaarde is ook al vastgelegd in de omgevingsvisie en omgevingsverordening. Dit wijzigt niet met deze windvisie. 5. Er is bij de windvisie een MER uitgevoerd om milieuinformatie te geven over de onderzochte locaties. Bij het MER wordt een aanvulling gemaakt waarin op basis van actuele milieuinformatie een milieubeoordeling wordt gegeven van de locaties in onderzoek. 6. In de omgevingsvisie en de windvisie zijn bufferzones om aaneengesloten bebouwing en rond weidevogel- en ganzenfourageergebieden opgenomen. De provincie acht dit voldoende voor een afweging op locatiekeuze niveau en geeft aan dat bij de invulling van locaties deze onderwerpen in meer detail moeten worden onderzocht. 7. De provincie heeft bij haar keuze en in haar regierol voor de vast te leggen locaties een afweging gemaakt waarbij ruimtelijke en milieutechnische aspecten en draagvlak een hoofdrol hebben gespeeld. 8. Nabijheid van GNN en GO is onderdeel van de beoordelingscriteria in de windvisie. Voor locaties in onderzoek is dit niet beoordeeld in de windvisie omdat dit al gebeurt in het autonome planproces van de betreffende locaties. In casu Bijvanck bij het inpassingsplan. 9. Het proces van inspraak brengt met zich mee dat veranderingen cq verbeteringen van het kaartmateriaal worden doorgevoerd. Dit kan inderdaad tot verwarring leiden. Wij werken aan een oplossing waardoor dit beter wordt weergeven. 10. In de "toelichting op de Windvisie en PlanMER" is aangegeven in paragraaf 2.2 dat voor deze locaties PS bevoegd is een inpassingsplan op te stellen. Voor het inpassingsplan voor windpark Bijvanck wordt overigens een specifieke procedure doorlopen op basis van de Elektriciteitswet. 11. De nadruk van het proces voor de windvisie heeft gelegen op draagvlak bij gemeenten. Daar zijn ook de windateliers voor gehouden. Bij verdere concretisering van locaties wordt er expliciet aandacht gevraagd voor participatie en compensatie voor omwonenden. De provincie heeft verschillende pogingen gedaan om met "Hoordewindwaait" in gesprek te gaan, dit is echter steeds geweigerd. 12. Vanuit de gesprekken met gemeenten zijn er voor de windvisie geen (bestaande of in voorbereiding zijnde) bestemmingsplannen naar voren gebracht waarin windmolens van de gewenste omvang mogelijk worden gemaakt. Om deze reden levert dit geen bijdrage aan onze doelstelling voor windenergie.
Nr. 052
053
Organisatie indien van toepassing
Gemeente Westervoort
Woonplaats WESTERVOORT
Samenvatting reactie Gemeente Westervoort. Inspreker ziet geen ruimte voor plaatsing windturbines binnen zijn gemeentegrenzen en constateert dat in de windvisie ook geen locatie binnen gemeentegrens wordt opgenomen. Inspreker betoogt dat een combinatie van waardevol open gebied met windturbines van 150m hoog niet mogelijk is en verzoekt om waardevol open gebieden uit te sluiten voor windmolens. Inspreker refereert aan een brief aan de gemeente Arnhem over de locatie Kleefsewaard.
Antwoord De provincie is van mening dat een combinatie van waardevol open gebieden met opwekking van windenergie mogelijk is, indien met het ruimtelijk ontwerp rekening wordt gehouden met het open karakter van het landschap. Deze voorwaarde is ook al vastgelegd in de omgevingsvisie en omgevingsverordening. De provincie is op de hoogte van de brief, deze heeft geen gevolgen voor de windvisie.
Gemeente Doesburg
DOESBURG
Gemeente Doesburg. Locatie Bijvanck. Inspreker staat in principe niet negatief ten aanzien van windturbines maar vindt dat goed rekening gehouden moet worden met ruimtelijke kwaliteiten. A. Inspreker betoogt dat toekomstige windturbines groter en hoger zijn dan bestaande windturbinges in Gelderland, waardoor er geen goede referentiebeelden zijn. Inspreker geeft aan dat moderne windturbines hoger zijn dan bestaande gebouwen en stuwwallen. B. Inspreker merkt op dat in de windvisie geen belevingsvisualisaties staan. Inspreker betoogt dat belevingsvisualisatie bij windturbineparken moeten worden gemaakt in plaats van de (foto) visualisaties omdat deze de belevingswaarde vanuit het veld beter weergeven. Hij merkt dit ook op voor het inpassingsplan de Bijvanck. C. Inspreker betoogt dat windturbines door hun grootte niet alleen te zien zijn in het landschap waar ze geplaatst worden, maar dat ze ook vanuit aangrenzende waardevolle landschappen of beschermde stads- en dorpsgezichten zichtbaar kunnen zijn. Een belevingsvisualisatie vanuit deze aangrenzende landschappen kunnen hier een realistisch beeld van geven. Inspreker meent dat als uit belevingsvisualisatie blijkt dat windturbines bij de Bijvanck de kernkwaliteit van waardevolle landschappen aantast plaatsing ongewenst is. D. Inspreker betoogt dat de historisch stad Doesburg een beschermd stadsgezicht heeft met karakteristieke kleinschalige straten. Inspreker maakt zich ongerust dat dit beeld kan worden aangetast als in het verlengde van één van deze straten een windturbine zichtbaar wordt. E. vraagt waarom bij de effectbeoordeling van het thema landschap niet alle kernkwaliteiten van waardevolle landschappen en/of van Gelderse Nationale landschappen als beoordelingscriteria zijn gehanteerd, maar alleen 'waardevol open gebieden' en 'Nieuwe Hollandse Waterlinie'. Inspreker vraagt hoe de provincie is gekomen tot een effectbeoodeling bij criterium beschermd stads- en dorpsgezicht, welke afstand is gehanteerd voor nabijheid en of dit op basis van belevingsvisualisaties is gedaan.
A. De provincie deelt de mening dat windturbines het bestaande landschap overstijgen. Dit is overigens ook al het geval bij de huidige windturbines. Ervaring leert dat de waarnemer in het veld vaak het onderscheid niet ziet tussen windturbines met een ashoogte van 80m 100m of 120m. B. Het klopt dat in de windvisie geen belevingsvisualisaties staan. Dat is voor dit schaalniveau nog niet aan de orde. De provincie geeft echter ondersteuning aan gemeenten en ontwikkelaars door het beschikbaar stellen van 3D visualisaties die de belevingswaarde vanuit het veld beter weergeven. De Windvisie wordt hierop derhalve niet aangepast. C. De provincie bevestigt dat windturbines landschapsoverstijgend zijn. In het ruimtelijk ontwerp dient aandacht te worden gegeven aan het landschap. Hieronder wordt ook verstaan gebieden die verder weg liggen maar waar vandaan de windturbines zichtbaar zijn, zeker als deze gebieden een speciale landschapsstatus hebben. Zoals onder B vermeld, kan hier met 3D visualisaties vorm aan gegeven worden. D. De locatie is in een Aanvulling op het MER ook op milieuaspecten beoordeeld. Hierbij wordt aangegeven dat er geen effecten te verwachten zijn op het beschermde stads- en dorpsgezicht van Doesburg. Dit zal ook in het kader van het inpassingsplan nader bekeken worden. E. De provincie heeft voor de locatiekeuze windenergie de belangrijkste criteria gehanteerd. Dat waren voor het landschap 'waardevol open gebieden' en 'Nieuwe Hollandse Waterlinie'. De afstand die is gehanteerd bij beschermd stads- en dorpsgezicht is 1 tot 3 km voor grote en kleine invloed. Hiervoor is geen belevingsvisualisatie gedaan. 1. Deze concrete vraag is van belang bij het Inpassingsplan. Wanneer er mogelijke effecten optreden op de genoemde waardevolle landschappen, wordt dit in het Inpassingsplan aangegeven en wordt daar aangegeven hoe hiermee omgegaan wordt. 2. Zie antwoord bij D.
Inspreker eindigt met 2 concrete vragen voor locatie Bijvanck: 1. Is er sprake van dat de kernkwaliteiten van het waardevol landschap Hummelo en Keppel, Slangenburg (deelgebied4: oud boerenland) en van het waardevol landschap 27 IJsselwaarden (Fraterwaard) worden aangetast? 2. Is er sprake van visuele aantasting van het stadsbeeld in het beschermd stadsgezicht van Doesburg?
Nr. 054
Organisatie indien van toepassing
Stichting Natuur- en Milieuzorg NWVeluwe/IVN Nijkerk
055
056
Steijn Vastgoed BV
Woonplaats NIJKERK
Samenvatting reactie IVN Nijkerk en Stichting Natuur en Milieuzorg Noord Veluwe. Inpsreker is blij dat Arkerheem-Putterpolder gevrijwaard is van windturbines. Inspreker heeft bezwaar tegen de mogelijkheden van plaatsing van solitaire winturbines in de omgeving daarvan. Inspreker vindt dat de randmeren toegevoegd moeten worden als uit te sluiten voor windturbines vanwege natuur en landschappelijke waarden. Inspreker pleit voor afstemming met buurprovincies over plaatsing van windturbines. Inspreker mist concrete verwijzing naar schade aan dierpopulaties (vogels vleermuizen) in de planMER.
Antwoord Voor solitaire windturbines gelden dezelfde uitsluitingscriteria als voor windturbineparken, met uitzondering van de waardevol open gebieden, waar windturbineparken wel kunnen met een goed ruimtelijk ontwerp. Het verdere beleid over solitaire windturbines laat de provincie over aan de betreffende gemeente. De provincie ziet een deel van het randmeer-gebied als een kansrijke locatie, bij daadwerkelijke ontwikkeling van windturbines zal rekening gehouden moeten worden met de invloed op natuur en landschap. Als windturbines landschappelijke invloed hebben over een gemeente of provinciegrens heen, dan moet in het ruimtelijk ontwerp rekening gehouden worden met de invloed op de belevingswaarde van dat gebied. Nabijheid bij natuurgebieden is opgenomen in de planMER. Schade aan dierpopulaties is voor het abstractieniveau van de windvisie nog niet aan de orde. Op hoofdlijnen is wel rekening gehouden met gegevens van SOVON ten aanzien van het voorkomen van vogels, vleermuizen en diverse trekroutes met de Windmolenrisico-kaart.
VELDDRIEL
Locatie Zaltbommel. Inspreker woont en werkt op Veilingweg 23A. Zijn ramen zijn op het Noordwesten gericht, waar hij de zon mooi onder kan zien gaan. Dat is de locatie waar windmolens zijn voorzien op 400 tot 500 meter van de woning. Inspreker denkt dat er betere locaties zijn voor windturbines dan deze en verzoekt deze locatie te laten vervallen. Mocht de locatie in stand blijven dan is het noodzakelijk om de windmolens stil te zetten als de zon laag staat in voorjaar en zomer om slagschaduw te voorkomen.
Wij hebben van de gemeente Zaltbommel geen bericht gekregen dat de locatie uit de windvisie moet worden gehaald. De Windvisie wordt op dit punt derhalve niet aangepast. Slagschaduw is een effect dat bij de nadere inrichting van de locatie onderzocht dient te worden. In de praktijk zijn eenvoudig maatregelen aan windmolens mogelijk, bijvoorbeeld via een automatische stilstandregeling wanneer slagschaduw optreedt.
WERVERSHOOF
Inspreker heeft 2 geschikte locaties in zicht voor een windmolenpark nabij Elburg. De locaties zijn op voldoende afstand van bebouwingen. Een beperking kan zijn dat het een weidevogelgebied is, ervaring leert inspreker dat dit geen belemmering hoeft te zijn, ook omdat er hoogspanningsmasten in het gebied staan. Indiener heeft overleg gehad met de betreffende gemeenten en verzoekt de provincies deze locaties in overweging te nemen.
Dank dat u meedenkt over geschikte locaties voor windenergie. Ook locaties die niet in de windvisie zijn opgenomen kunnen geschikt zijn voor windenergie. Als de locaties vallen in het gebied windenergie mogelijk op de kaart bij de omgevingsvisie dan ziet de provincie op voorhand geen belemmeringen. In overleg met de betreffende gemeenten kunnen die locaties ontwikkeld worden. De provincie ziet in weidevogelgebieden overigens wel een belemmering voor windenergie. In de Omgevingvisie heeft de provincie ervoor gekozen om weidevogel- en ganzenfoergeergebieden uit te sluiten van windturbines omdat de significant negatieve effecten op deze soortgroepen voldoende zijn onderbouwd. Wij volgen daarbij het advies van Vogelbescherming en SOVON in de Nationale windmolenkaart. De provincie wil locaties niet onnodig uitsluiten van windenergie, maar hecht er aan duidelijkheid te creëren voor alle belanghebbenden waar dat mogelijk is. De provincie investeert veel geld in het behoud van weidevogelgebieden en wil dat optimaal laten renderen door via het ruimtelijk instumentarium ook te sturen op het behoud van openheid, omdat die voor de belangrijkste weidevogels als de grutto een essentiële randvoorwaarde is.
Nr. 057
Organisatie indien van toepassing
Gelders Genootschap
Woonplaats ARNHEM
Samenvatting reactie Het Gelders Genootschap. Inspreker staat positief tegenover benutten van alternatieve energiebronnen maar vindt dat met de toekomstige windturbines rekening moet worden gehouden met bestaand ruimtelijke kwaliteiten in Gelderland. Inspreker regeert op 4 onderwerpen: A. Verschijningsvorm. Inspreker betoogt dat toekomstige windturbines groter en hoger zijn dan bestaande windturbinges in Gelderland en hoger dan bestaande gebouwen en stuwwallen. Door de grote hoogte en de grote onderlinge afstand ontstijgen deze turbines het landschap waardoor de betekenis van de windturbines in het landschap vervaagt. Inspreker verwacht dat de logica van een combinatie met infrastructuur, industrie of productielandschappen daarmee vermindert. De windvisie geeft locaties voor windenergie aan op basis van kaartstudies zonder nog te kijken naar de visuele invloed van de windturbines op het landschap. Inspreker vraagt zich af of na vaststelling van de windvisie een plan voor realisatie van windmolens kan worden afgeblazen als het draagvlak van een betrokken gemeenteraad verandert omdat verschijningsvorm en beleving van de windturbines in het landschap pas met het ruimtelijk ontwerp duidelijk worden. B. Inspreker vraagt of de provincie bereid is te verlangen dat belevingsvisualisaties worden gemaakt in plaats van de (foto) visualisaties omdat deze de belevingswaarde vanuit het veld beter weergeven. C. Inspreker betoogt dat windturbines door hun grootte niet alleen te zien zijn in het landschap waar ze geplaatst wordenm, maar dat ze ook vanuit aangrenzende waardevolle landschappen of beschermde stads- en dorpsgezichten zichtbaar kunnen zijn. Een belevingsvisualisatie vanuit deze aangrenzende landschappen kunnen hier een realistisch beeld van geven. Inspreker vraagt of de provincie onderschrijft dat de windturbines landschapsoverstijgend zijn en of dit dan betekent dat in het ruimtelijk ontwerp aandacht moet worden besteed aan de relatie van windturbines met de eventuele aangrenzende waardevolle landschappen of beschermde stads- en dorpsgezichten.
Antwoord A. De provincie deelt de mening dat windturbines het bestaande landschap overstijgen. Dit is overigens ook al het geval bij de huidige windturbines. Ervaring leert dat de waarnemer in het veld vaak het onderscheid niet ziet tussen windturbines met een ashoogte van 80m 100m of 120m. De provincie vindt de logica van een combinatie met infrastructuur en industrie nog seeds een logische en wordt hierin breed gesteund in onder meer de ontwerpateliers wind die zij georganiseerd heeft. Het ruimtelijk ontwerp is samen met participatie en draagvlak benoemd in de windvisie als aandachtspunt voor het realiseren van een windturbinepark. Het is logisch dat er bij de beoordeling van zo'n windturbinepark deze aandachtpunten een rol spelen. Indien gemeente en ontwikkelaar niet tot overeenstemming kunnen komen over deze aspecten kan de ontwikkelaar de provincie vragen een inpassingsplan te maken. Bij het maken van dat inpassingsplan zullen bovengenoemde aandachtspunten zeker een rol spelen. B. De provincie is geen voorstander van het opleggen van extra regelgeving. De provincie geeft echter ondersteuning van gemeente en ontwikkelaar in het beschikbaar stellen van 3D visualisaties die de belevingswaarde vanuit het veld beter weergeven. C. De provincie bevestigd dat windturbines landschapsoverstijgend zijn. In het ruimtelijk ontwerp dient aandacht te worden gegeven aan het landschap hieronder wordt ook verstaan gebieden die verder weg liggen maar waar de windturbines vandaan zichtbaar zijn, zeker als deze gebieden een speciale landschapsstatus hebben. Zoals onder B vermeld kan hier met 3D visualisaties vorm aan gegeven worden. De provincie is geen voorstander van het opnemen van extra regelgeving. D. De provincie heeft voor de locatiekeuze windenergie de belangrijkste criteria gehanteerd. Dat waren voor het landschap 'waardevol open gebieden' en Nieuwe Hollandse Waterlinie'. De afstand die is gehanteerd bij beschermd stads- en dorpsgezicht is 1 tot 3 km voor grote en kleine invloed. Hiervoor is geen belevingsvisualisatie gedaan.
Inspreker vraagt of de provincie bereid is om in de omgevingsverordening van de initiatiefnemers te verlangen dat een goed resultaat uitgangspunt is voor het ruimtelijk ontwerp. D. Inspreker vraagt waarom bij de effectbeoordeling van het thema landschap niet alle kernkwaliteiten van waardevolle landschappen en/of van Gelderse Nationale landschappen als beoordelingscriteria zijn gehanteerd, maar alleen 'waardevol open gebieden' en 'Nieuwe Hollandse Waterlinie'. Inspreker vraagt hoe de provincie is gekomen tot een effectbeoodeling bij criterium beschermd stads- en dorpsgezicht, welke afstand is gehanteerd voor nabijheid en of dit op basis van belevingsvisualisaties is gedaan. 058
Bosch Beton
KOOTWIJKERBROEK Bosch Beton. Kaart solitaire windmolens. Inspreker verwacht dat binnenkort de helikopterluchthaven BoschBeton/HeliFlight Holland zal worden geïntegreerd in de omgevingsverordening. Dit zal via een luchthavenbesluit gebeuren. In dat geval zal rekening gehouden moeten worden met hoogtebeperkingen rondom de helikopterluchthaven. Inspreker vraagt om in de kaart waarin wordt aangegeven waar solitaire windturbines mogelijk zijn rekening te houden met de ruimte die nodig is om de helikopervluchten vanaf de luchthaven veilig te kunnen uitvoeren zoals is vastgelegd in Annex 14 Volume 2 van het ICAO document over helikopterluchthavens.
De kaart voor solitaire windmolens zullen we aanpassen. Bedoeld is op alle locaties waar in de omgevingsvisie is aangegeven dat windenergie mogelijk is, ook solitaire windturbines mogelijk zijn met uitzondering van de waardevol open gebieden. We vervangen de kaart door een kaart "windparken mogelijk, solitaire windturbines uitgesloten". Op het moment dat het luchthavenbesluit wordt genomen, zal bij plannen voor één of meerdere windmolens rekening moeten worden gehouden met de wettelijke hoogtebeperkingen die daar uit voortvloeien. Op voorhand is aanpassing van de kaart niet mogelijk.
Nr. 059
Organisatie indien van toepassing
Woonplaats CULEMBORG
Samenvatting reactie Locatie Culemborg. Inspreker is niet tegen windenergie, maar vraagt zich af of er voldoende rekening is gehouden met de aanwezigheid van een eendekooi en effecten op het open landschap. Nieuwe windmolens zouden dichter bij de bestaande moeten komen.
Antwoord Ten aanzien van de effecten van de verschillende locaties heeft de provincie rekening gehouden met effecten die op provinciaal niveau te duiden zijn. Hierbij is niet specifiek naar de aanwezigheid van een eendekooi bij de locatie Culemborg gekeken. Dit zal bij een eventuele nadere invulling door een initiatiefnemer wel dienen te gebeuren. Ten aanzien van de effecten op de openheid van het landschap is de provincie van mening dat de realisatie van een windpark dit niet direct negatief beinvloedt. Zij stelt daarvoor wel eisen aan het ontwerp van een windpark. Of nieuwe windmolens dichter bij bestaande molens kunnen, dient door een eventuele initiatiefnemer te worden onderzocht. De provincie sluit dit voor alsnog niet uit.
Zie 113 Zie 113 Zie 113 Stichting Leefbaarheidsgroep Woezik. 1. De provincie moet op zoek gaan naar locaties waar windturbines optimaal efficient kunnen draaien en dat is op de locaties in Wychen niet het geval. Verzocht wordt om die reden de locaties uit de windvisie te halen. 2. De provincie moet het zoeken naar geschikte locaties over de gemeentegrenzen tillen en alleen locaties kiezen met voldoende draagvlak bij omwonenden zonder te dreigen met het aanwijzen van locaties wanneer de doelstelling niet gehaald kan worden. 3. De locaties uit de quick scan van Wijchen mogen niet worden opgenomen omdat de Lnight norm niet is meegenomen en verkeerde normen zijn gebruikt voor de slagschaduw. 4. De provincie behoort locaties objectief en uniform te beoordelen, op basis van dezelfde criteria. 5. Indiener vraagt om de geluidsbelastingsnormen verder aan te scherpen.
Zie antwoord 113 Zie antwoord 113 Zie antwoord 113 1. Het optimaal kunnen draaien van windturbines is op het niveau van locatiekeuzes niet te bepalen. Dit is afhankelijk van de keuze van turbines bij concrete initiatieven. De locaties in Wijchen zijn wel uit de windvisie verwijderd op verzoek van de gemeente. 2. Het zoekproces naar locaties is ingezet om met draagvlak bij gemeenten locaties vast te kunnen stellen. Daarnaast hebben we als provincie afspraken met het rijk om voor 2020 een doelstelling van 230,5 MW te behalen. Wij hechten veel waarde aan de ontwikkeling van locaties met draagvlak bij omwonenden, maar vinden ook dat wij onze verantwoordelijkheid moeten nemen als de doelstelling mogelijk niet wordt gehaald. Ook voor onze langere termijn doelstelling van energieneutraliteit in 2050 achten wij windenergie als een belangrijke component hiervan. 3. Er zijn nog geen wettelijke normen gehanteerd in de Quickscans. Er is hierbij uitgegaan van ervaringsgegevens voor de afstanden van geluid- en slagschaduw-contouren, die ook in andere (soortgelijke) onderzoeken worden gehanteerd en als geaccepteerd kunnen worden beschouwd. Toetsing aan normen dient in een latere planfase voor de invulling van locaties te worden onderzocht. 4. De locaties in de windvisie zijn objectief en uniform beoordeeld. Dit wordt ook door de (onafhankelijke) Commissie m.e.r. aangegeven in haar toetsingsadvies. 5. De provincie is niet degene die de geluidsnormen bepaald. Deze zijn middels wet- en regelgeving vastgelegd. Aanvullend kan gemeentelijk geluidbeleid nog aan de orde zijn bij de verdere invulling van locaties.
060 061 062 063
Leefbaarheidsgroep Woezik
Omgeving Zevenaar ANGERLO ANGERLO WOEZIK-WIJCHEN
064 065
Regiogemeenten Achterhoek
ANGERLO DOETINCHEM
Zie 113 Regio Achterhoek. Inspreker constateert dat er voor de Achterhoek, behoudens onderzoeksgebied Netterden, geen extra locaties zijn aangewezen. Inspreker pakt het verdere traject naar energieneutraliteit, met het brede palet van hernieuwbare energie, graag samen met de provincie op.
Zie antwoord 113 De provincie werkt graag samen met de regio verder aan energieneutraliteit.
066
De Wolff-Nederland-Windenergie
HEERENVEEN
Wolff Nederland windenergie. 1. Het aantal locaties voor windturbineparken in deze windvisie is te beperkt. De ervaring leerdt dat windenergieprojecten soms sneuvelen door beperkingen vanwege omwonenden, straalpaden en radarstations en de aanwezige flora en fauna. Een verruiming van het aantal locaties is nodig om de doelstelling te kunnen halen. 2. Voor solitaire windturbines zijn de zoekgebieden te beperkt, om bedrijven de ruimte te bieden dienen solitaire windturbines op bedrijventerreinen mogelijk te maken. 3. WNW begeleidt een locatie in de gemeente Zutphen. Wij werken samen met een lokale grondeigenaar, de locatie is ruimtelijk inpasbaar en kan rekenen op het benodigde draagvlak, inspreker verzoekt de locatie op te nemen in de windvisie.
1. Het aantal locaties in de windvisie is (net) voldoende om onze doelstelling te kunnen halen. Op het moment dat er locaties afvallen of minder vermogen windenergie leveren dan ingeschat zal dat opgevangen moeten worden door andere locaties waar windenergie ontwikkeld wordt en die nog niet in deze windvisie zijn vastgesteld. 3. De door inspreker genoemde locatie kan in samenspraak met de gemeente ontwikkeld worden en zodra er draagvlak is bij de gemeenteraad toegevoegd worden aan de windvisie. De huidige windvisie staat dit niet in de weg. 2. De kaart voor solitaire windmolens zullen we aanpassen, bedoeld is op alle locaties waar in de omgevingsvisie is aangegeven dat windenergie mogelijk is ook solitaire windturbines mogelijk zijn met uitzondering van de waardevol open gebieden. Ook op bedrijventerreinen zijn (solitaire) windturbines mogelijk. We vervangen de kaart door een kaart "windparken mogelijk solitaire windturbines uitgesloten"
WAGENINGEN
zie 089
Zie antwoord bij 089
067
Nr. 068
Organisatie indien van toepassing
Woonplaats ERMELO
Samenvatting reactie Locatie A28. Eigenaar recreatiebungalow. Inspreker maakt bezwaar tegen windmolens langs het strand van RGV vanwege de waardevermindering die dit als gevolg zal hebben voor bungalowpark AquaHorst. Verzoekt om zonnepaneelvelden en turbines in getijde stromen te onderzoeken.
Antwoord Deze locatie is opgenomen als kansrijke locatie voor toekomstige ontwikkeling. Hiermee geeft de provincie aan met de gemeente in overleg te willen of ontwikkeling van windenergie in dit gebied in de toekomst mogelijk is. Het punt van waardevermindering komt bij de eventuele verdere ontwikkeling aan de orde. Naast de inzet op windenergie worden ook andere vormen van duurzame energieopwekking onderzocht en ontwikkeld binnen het provinciale programma energietransitie. Een combinatie van inzet van verschillende vormen van duurzame energie-opwekking achten wij nodig voor het behalen van onze doelstelling van energieneutraliteit in 2050.
069
Project A15 p/a Milieudefensie
AMSTERDAM
Project A15. Inspreker vindt het positief dat de Windvisie naast de bekende en kansrijke locaties ook ruimte biedt voor de ontwikkeling van windenergie in de toekomst. De onderwerpen draagvlak en participatie worden genoemd in de windvisie, maar kunnen nog verder worden uitgewerkt. Wanneer concreter omschreven wordt wat de provincie bedoelt met de mogelijkheid voor participatie dan kan daar immers beter op gestuurd worden. Inspreker vindt dat draagvlak voor windprojecten wordt gecreëerd door burgers in de beginfase van een windproject bij de plannen te betrekken. Dus niet alleen financiële participatie is belangrijk, maar juist ook procesparticipatie. Inspreker pleit ervoor om een aantal voorwaarden voor draagvlakontwikkelig in de windvisie op te nemen, te weten: 1. Burgers worden voor vergunningsaanvraag/bestemmingsplanprocedure betrokken bij het project door gemeente en/of ontwikkelaar. 2. Burgers krijgen inbreng in het proces, dit kan onder meer gaan over locatie en/of hoeveelheid windturbines. 3. Burgers kunnen meebepalen welke vormen van financiële participatie in het project worden mogelijk gemaakt. 4. De provincie ondersteunt gemeentes waar windprojecten vastlopen met het vlottrekken. 5. De provincie ondersteunt gemeentes met het opbouwen van kennis over draagvlak ontwikkeling.
De provincie waardeert het dat de inspreker meedenkt over het op de juist manier vormgeven van participatie in het veld en in deze windvisie. 1. 2. en 3. De provincie zal de term participatie nader uitwerken met aandacht voor deze aspecten. 4. en 5. Deze ondersteuning wordt in de windvisie al toegezegd.
070 071
Gemeente Buren
ANGERLO MAURIK
Zie 113 Gemeente Buren. 1. Bestaande windmolens gemeente Buren. Windmolens bij Buren staan als "project vergund" en "onherroepelijk plan" in (de samenvatting) van de windvisie, dat is onjuist. De windmolens zijn draaiend sinds juni 2014, maar de vergunning is nog niet onherroepelijk. Graag status wijzigen in "huidige situatie", ze zijn immers draaiend. Inspreker vraagt naar betekenis "vastgestelde locaties" die in rood op de kaart staan. Inspreker verzoekt de bestaande windmolenparken ook op de zelfde kaart te laten zien. 2. De kaart waar solitaire windturbines mogelijk zijn klopt op een aantal punten niet: Bebouwde kom van Lingemeer, delen van de uiterwaarden, delen van rivieren zijn blauw gemaakt, dit graag aanpassen. Daarnaast is vrijwel de gehele gemeente Buren aangewezen als nationaal landschap, inspreker vindt dat dit niet samengaat met solitaire windturbines en wil het nationale landschap uitsluiten voor solitaire windmolens.
Zie antwoord 113 1. Ten tijde van het schrijven van de ontwerp-windvisie draaiden de windmolens bij Buren nog niet. Nu wel, wij passen de status aan waarbij de windmolens onderdeel worden van "huidige situatie". Met de rode locaties op kaart de zogenaamde "vastgestelde locaties", worden de locaties bedoeld die nu nieuw worden vastgesteld in de windvisie. De kaart geeft de wijzigingen aan ten opzichte van de Omgevingsvisie, waardoor de bestaande locaties er niet op staan. In de samenvoeging zal dit worden gerealiseerd. 2. De tekst en vooral de kaart over solitaire windmolens blijken verwarrend te zijn. Op de kaart van solitaire windmolens mogelijk worden (met uitzondering van de waardevol open gebieden) dezelfde gebieden weergegeven als de gebieden die in de omgevingsvisie staan aangeduid als "windenergie mogelijk". In deze gebieden ziet de provincie op voorhand geen belemmeringen voor windenergie. Concrete initiatieven voor plaatsing van windmolens in deze gebieden zijn ter beoordeling van de gemeente. Dit geeft de gemeente de mogelijkheid om zelf gebieden uit te sluiten waar zij geen solitaire windmolens wenselijk acht. Wij zullen de kaart vervangen door een kaart solitaire windturbines uitgesloten, waarmee we hopen dat meer duidelijkheid gegeven wordt.
ANGERLO ANGERLO
Zie 113 Zie 113
Zie antwoord 113 Zie antwoord 113
072 073
Nr. 074
Organisatie indien van toepassing Woonplaats Samenvatting reactie RWE Innogy Windpower Netherlands B.V. s HERTOGENBOSCH RWE. Inspreker kan zich vinden in de wijze waarop de provincie haar doelstelling ruimtelijk denkt in te vullen. Inspreker vindt het getuigen van realisme en flexibiliteit dat naast de concreet vastgestelde locaties ruimte wordt gelaten voor initiatieven op andere geschikte locaties. Inspreker pleit er voor niet onnodig geschikte locatie voor windmolens uit te sluiten. Inspreker denkt dat dit nu wel gebeurt door ganzenfourageergebieden en weidevogelgebieden uit te sluiten. Inspreker beargumenteert dat dit niet nodig is door onderzoek van bureau Waardenburg over de impact van windturbines op weidevogels en ganzen. Uit dit onderzoek blijkt dat de effecten van windturbines op vogels soort of soortgroep specifiek en locatiespecifiek zijn. Door het gebruik van stilstandvoorzieningen en inrichtingsmaatregelen kunnen de effecten worden gemitigeerd of gecompenseerd. Inspreker stelt voor om een ja-mits formulering te gebruiken voor weidevogel- en ganzenfourageergebieden. Inspreker adviseert om het onderdeel draagvlak in de windvisie verder uit te werken, steun bij gemeenteraad komt niet altijd tegemoet aan de zorgen van direct omwonenden. Inspreker is van mening dat draagvlak maatwerk is waarbij de omgeving in een vroeg stadium betrokken dient te worden bij het ontwikkelproces en de discussie over verdeling van de lusten en lasten.
Antwoord Het ruimtelijk beleid voor weidevogel- en ganzenfoerageergebieden ligt vast in de Omgevingsvisie Gelderland. Deze windvisie is daarvan een thematische uitwerking. In de Omgevingvisie heeft de provincie ervoor gekozen om weidevogel- en ganzenfoergeergebieden uit te sluiten van windturbines omdat de significant negatieve effecten op deze soortgroepen voldoende zijn onderbouwd. De provincie wil locaties niet onnodig uitsluiten van windenergie, maar hecht er aan duidelijkheid te creëren voor alle belanghebbenden waar dat mogelijk is. De provincie investeert veel geld in het behoud van weidevogelgebieden en wil dat optimaal laten renderen door via het ruimtelijk instumentarium ook te sturen op het behoud van openheid, omdat die voor de belangrijkste weidevogels als de grutto een essentiële randvoorwaarde is. Voor de effecten op ganzen klopt het dat bij de overzomerende ganzen ( met name de grauwe gans) een zekere gewenning voor windturbines kan optreden. De ganzenfoerageergebieden zijn echter vooral geselecteerd vanwege hun functie voor de wintergasten waarvoor wij een internationale verantwoordelijkheid hebben. Ook hier geldt dat wij verschillende instrumenten in combinatie met elkaar willen inzetten om aan deze verantwoordelijkheid invulling te geven. De opmerking van inspreker ten aanzien van draagvlak kunnen we onderschrijven.
075
DIDAM
Locatie Byvanck. vermindering van woon en leefgenot, schallende geluiden,horizonvervuiling, verpesten van open landschappelijk gebied voor mens en dieren
Al deze aspecten worden behandeld in het planproces (inpassingsplan) wat voor de locatie windenergie wordt doorlopen.
076
CULEMBORG
Locatie Culemborg. Om verrommeling in het landschap te voorkomen, is plaatsing van windmolens als een lint in het landschap wenselijk. dit betekent binnen de gemeente Culemborg dat er in het verlengde van de huidige 3 windmolens uitbreiding plaats zou moeten vinden: langs de N320 in oostelijke en westelijke richting
De provincie onderschrijft de wens van inspreker om verrommeling van het landschap als gevolg van het plaatsen van windmolens te voorkomen. De locatie wordt tevens in overleg met de gemeente aangepast. De locatie verandert van vast te stellen locatie naar een kansrijke locatie voor toekomstige ontwikkeling en de locatie wordt expliciet aangemerkt als een uitbreidingslocatie van het bestaande windpark waardoor er één groter windpark ontstaat. De invulling hiervan wordt in overleg met de gemeente nader vorm gegeven. Draagvlak, compensatie en participatie komen hierbij ook aan de orde.
077
ZEVENAAR
In de windvisie wordt onvoldoende aandacht geschonken aan een aantal aspecten van windenergie in de provincie Gelderland. Vooral ontbreken analyses van negatieve gevolgen van windenergie in Gelderland en de bestuurlijke dwangmaatregelen die de provincie zal hanteren bij de implementatie van de windvisie. In deze zienswijze wordt achtereenvolgens ingegaan op: 1. Windenergie is niet rendabel en vergt veel subsidie van de overheid met verwijzing naar het standpunt van het CPB. 2. Windenergie brengt schade toe aan het Gelders landschap 3. Draagvlak bij inwoners van Gelderland niet vereist. 4. Windenergie leidt vooralsnog niet tot reductie van CO2 uitstoot onder verwijzing naar het in stand houden van "fossiele" back-up centrales .
De provincie ziet de positieve aspecten van windenergie en probeert zo goed mogelijk om te gaan met negatieve aspecten, waaronder verschillende milieueffecten. De provincie zal voor het behalen van zijn doelstelling op de locaties die zijn vastgesteld in de windvisie indien nodig of gewenst een inpassingsplan maken. Dit is ook duidelijk verwoord in de Toelichting bij de visie. 1. Windenergie is op dit moment één van de goedkoopste vormen van hernieuwbare energie en de verwachting is conform CPB dat het rond 2020 geen subsidie meer nodig heeft. Om windturbines rond 2020 te kunnen plaatsen is het nodig dat de planvorming nu opgestart wordt. 2. Windturbines zijn zichtbaar, of dat als schade ervaren wordt is een persoonlijke beleving/opvatting. 3 De provincie ziet de gemeenteraad als democratisch gekozen vertegenwoordiging van inwoners van die gemeente. Bij de vastgestelde locaties is er sprake van draagvlak bij de betreffende gemeenten. 4. Windenergie leidt tot een vermindering van het gebruik van fossiele energie. Voorlopig is het aandeel van windenergie in Nederland nog zo gering dat er geen speciale back-up capaciteit voor nodig is. De verwachting is dat de opslag en of omvorming van electrische energie in de komende jaren versneld ontwikkeld zal worden.
078 079
ANGERLO DEN HAAG
Zie 113 Algemeen. Inspreker is van mening dat tegenstanders van windenergie vaak de verkeerde argumenten gebruiken. Inspreker verwijst naar een essay van prof. Dr. Pieter Lutkes waarin de onzin van windenergie wordt aangetoond.
Zie antwoord 113 De provincie neemt deze reactie voor kennisgeving aan. De provincie is van mening dat windenergie een onmisbaar onderdeel voor het behalen van haar doelstelling van energieneutraliteit vormt en heeft hierover afspraken gemaakt met het Rijk. Met de Windvisie worden deze afspraken ingevuld.
Nr. 080
081 082
Organisatie indien van toepassing
Werkgroep COP/Windpower Nijmegen
Woonplaats NIJMEGEN
Samenvatting reactie CoP. Inspreker ziet participatie in de windvisie opgenomen als flankerend beleid en niet als de kern om te komen tot gedragen windenergieprojecten. Inspreker vindt dit ontoereikend, omdat het coöperaties onvoldoende slagkracht biedt om daadwerkelijk participatie af te dwingen in de planvorming rondom windenergieprojecten. Zij vraagt de provincie dit sterker te verankeren in haar windenergiebeleid door: 1. De term participatie moet verder uitgewerkt worden, aandeel in het project en zeggenschap op thema's als beleid t.a.v. winstuitkering en herinvestering in de regio, stroomverkoop en lokale compensatie zijn daarbij minimale criteria. 2. Vereis een sociale effectrapportage, een document waar ontwikkelaars aangeven hoe ze participatie en draagvlak in een project hebben vormgegeven met daarbij harde voorwaarden als: a Open en transparante communicatie met de directe omgeving. b Bieden van zinvolle participatie (zeggenschap en eigendom) van een minimale omvang binnen de omliggende gemeenten. Dit minimum zou 33% kunnen zijn. c het eerste recht van afname van de opgewekte eletriciteit door een lokaal duurzaam energiebedrijf. 3. Onderzoek in welke mate participatie afdwingbaar is via ruimtelijk instrumentarium. 4. Voor solitaire turbines een inspanningsverplichting voor initiatiefnemer opnemen om te komen tot een 100% burgerparticipatieproject. 5. Maak expliciet(er) dat initiatieven zich niet hoeven te beperken tot de in de windvisie opgenomen zoekzones maar moeten voldoen aan de kaders uit de windvisie om ruimtelijk mogelijk gemaakt te kunnen worden. 6. Indien de provincie overgaat tot aanwijzen van en locatie biedt coöperaties voldoende kans om participatie vorm te geven ten gunste van het lokale draagvlak voor windenergie.
Antwoord De provincie waardeert het dat de inspreker meedenkt over het op de juiste manier vormgeven van participatie in het veld en in deze windvisie. 1. De provincie zal de term participatie nader uitwerken met aandacht voor deze aspecten. 2 De provincie is geen voorstander van het opleggen van extra rapportageverplichtingen. 3 De provincie gaat onderzoeken of en hoe participatie afdwingbaar is via ruimtelijk instrumentarium. Wij zullen deze kennis ter beschikking stellen van de gemeenten, zodat zij die kunnen gebruiken bij een aanvraag voor een bestemmingsplan-wijziging ten behoeve van windenergie. 4. De provincie is geen voorstander van opleggen extra regelgeving, ook niet als het gaat om een inspanningsverplichting. 5. De provincie is van mening dat dit voldoende duidelijk in de windvisie is aangegeven. 6. Ja, daar waar de provincie overgaat tot aanwijzen van een locatie zullen, indien mogelijk, coöperaties betrokken worden om participatie vorm te geven.
LTO-noord, afdeling West-Betuwe
ANGERLO CULEMBORG
Zie 113 Locatie Culemborg. Inspreker merkt op dat een cluster van windmolens op de voorgestelde plaats de karakteristieke openheid van het landschap volledig zal domineren. De locatie is gelegen in water- en weidevogelgebied. Inspreker is bezorgd over de effecten op de fauna en met name de vogels in dit gebied, waar recent ook milieuvriendelijke oevers zijn aangelegd. Inspreker vraagt zich af of alternatieven wel voldoende zijn onderzocht. Met name waar het gaat om opwaardering van de bestaande turbines, verlenging van de bestaande rij of plaatsing op het industrieterrein. Er moet nog meer aan draagvlak worden gewerkt, waarbij ook duidelijkheid moet komen over compensatie en participatie mogelijkheden.
Zie antwoord 113 De provincie is van mening dat een combinatie van waardevol open gebieden met opwekking van windenergie mogelijk is, indien met het ruimtelijk ontwerp rekening wordt gehouden met het open karakter van het landschap. Deze voorwaarde is ook al vastgelegd in de omgevingsvisie en omgevingsverordening. De ligging van de locatie nabij weidevogelgebied is belangrijk. In het weidevogelgebied staat de provincie windenergie niet toe, daar buiten wel mits het initiatief de waarde voor weidevogels niet aantast. ook dit is reeds in de omgevingsvisie en omgevingsverordening vastgelegd. De locatie wordt in overleg met de gemeente aangepast. De locatie verandert van vast te stellen locatie naar een kansrijke locatie voor toekomstige ontwikkeling en de locatie wordt expliciet aangemerkt als een uitbreidingslocatie van het bestaande windpark waardoor er één groter windpark ontstaat. De invulling hiervan wordt in overleg met de gemeente nader vorm gegeven. Draagvlak, compensatie en participatie komen hierbij ook aan de orde.
Nr. 083
Organisatie indien van toepassing
Woonplaats SPEULD
Samenvatting reactie Inspreker is uitdrukkelijk tegen plaatsing van windmolens in het op de Veluwe gelegen buurtschap Speuld. De volgende criteria zijn hierbij van belang: 1. De invloed van plaatsing van windmolens in Speuld op de cultuurhistorische landschappelijke waarden en de openheid van het gebied zouden desastreus zijn. 2. Wat betreft Flora en Fauna in Speuld en omgeving. Jaren lang wordt er geïnvesteerd in natuur ontwikkeling op de Veluwe, zodat er steeds meer dieren en vogels van dit gebied gebruik maken. En niet te vergeten uilen en vleermuizen. Vanwege de rust en ruimte trekken deze dieren, herten, reeën, dassen etc. door dit gebied. De windmolens zouden een gevaar vormen voor de flora en fauna, zoals o.a. uilen en vleermuizen, reeën, dassen etc. waar al vele jaren in wordt geïnvesteerd. 3.Geluidshinder voor de bewoners van Speuld, waar de windmolens te kort op de bebouwing zullen komen. Gezondheidsrisico’s met name van laagfrequent geluid. 4. Lichtverontreiniging, in een natuurgebied, onaanvaardbaar. 5. De slagschaduw veroorzaakt door de windmolens, hier is voor mens en dier niet gezond bij te leven. 6. Waardedaling van de woningen. 7. De Veluwe verkrijgt nu zijn inkomsten uit toerisme. De mensen komen naar Speuld en omgeving voor hun rust en stilte. De komst van windmolens zal het aantal toeristen en dus de werkgelegenheid in gevaar brengen.
Antwoord De provincie is zich bewust van de mogelijke effecten van windmolens op de Veluwe. Zij is ook van mening dat op sommige locaties in de natuur windmolens beter passen dan op plaatsen waar meer bebouwing aanwezig is. Op dit punt worden enkele locaties in bossen nader onderzocht als pilot. Deze locaties zijn niet gelegen nabij buurtschap Speuld in Ermelo. Als er wel locaties in beeld zouden zijn, zouden de genoemde criteria van flora en fauna, geluidhinder, slagschaduw en eventueel lichthinder nader worden onderzocht. Mogelijkheden voor draagvlak en participatie zouden dan ook worden onderzocht.
084
Windunie Development/Windpark A50 gem. Wijchen
UTRECHT
Locatie Wijchen. Initiatiefgroep windpark A50. Inspreker begrijpt de opstelling van de gemeenteraad Wijchen om besluitvorming uit te stellen, omdat er in het besluitvormingstraject onvoldoende gelegenheid is geweest om zorgen, belangen en zienswijzen van alle betrokkenen met elkaar uit te wisselen. Uit de motie blijkt overigens ook dat de gemeenteraad nog steeds het voornemen heeft om binnen de gemeente ruimte te bieden aan windenergie. Dat vindt inspreker positief. Inspreker wijst de provincie op de prestatieafspraken met het Rijk over op tijd starten met procedures op 1 januari 2018 te kunnen starten met de bouw. Inspreker verzoekt daarom de provincie om de locatie A50 te handhaven in de definitieve windvisie met als voorbehoud dat gemeente Wijchen een ander locatie met draagvlak kan aanwijzen. Inspreker benadrukt mede namens initiatiefnemers/grondeigenaren dat zij de locatie A50 en eventuele doortrekking langs het spoor aan westkant geschikt achten voor windenergie.
De provincie is zich bewust van de tijdsdruk die de doelstellingen voor windenergie met zich meebrengen. Het draagvlak bij gemeenten en het daarop ingezette proces is op dit moment echter cruciaal. Wij schrappen daarom deze locatie uit de windvisie en zullen de gemeente ondersteunen in het lokale proces om te komen tot een locatie met voldoende draagvlak binnen de gemeente Wijchen.
085
Windunie Development/Windpark Bommelerwaard A2
UTRECHT
Locatie Zaltbommel, vereniging windpark Bommelerwaard. Inspreker verzoekt de locatie voor windenergie in de gemeente Zaltbommel ongewijzigd over te nemen in de definitieve Windvisie, zonder de door het nieuwe gemeentebestuur gewenste aanvullende randvoorwaarden (zijnde uitstel of mogelijk afstel). Inspreker omschrijft hoe de gemeente Zaltbommel samen met de vereniging voorbereidingen heeft getroffen voor het windpark en daarover heeft gecommuniceerd. Inspreker snapt dat gemeenteraadsverkiezingen kunnen leiden tot andere politieke keuzes maar vindt het de verantwoordelijkheid van de overheid om eenmaal uitgezet en met bewoners gecommuniceerd beleid te continueren, zeker wanneer een provinciaal en nationaal belang daarmee is gediend.
De provincie is er van overtuigd dat de doelstelling voor windenergie een noodzakelijke bijdrage levert om te komen tot energieneutraliteit. De zienswijze van gemeente Zaltbommel geeft geen aanleiding om de locatie bij Zaltbommel uit de windvisie te halen.
Nr. 086
Organisatie indien van toepassing
Landraad BV
Woonplaats ARNHEM
Samenvatting reactie Algemeen en Locatie Bijvanck. 1. Inspreker is van mening dat de uitgebreide m.e.r.-procedure niet is doorlopen en dat daarmee de Windvisie niet aan de wettelijke eisen voldoet. 2 en 3. Ten aanzien van de MER-alternatieven is inspreker van mening dat de locaties in onderzoek ten onrechte als vergund worden beschouwd. Daadoor wordt ook ten onrechte uitgegaan van 60 MW extra vermogen te behalen uit de MERalternatieven. Dit moet zijn 160,4 MW en daar wordt niet aan voldaan. De Windvisie en het PlanMER voldoen hiermee niet aan de afspraken met het Rijk. 4. Inspreker is van mening dat het planMER onvolledig is omdat geen inzicht wordt geboden in de milieubeoordeling van de locaties in onderzoek bij het voorkeursalternatief. 5. Inspreker is van mening dat een Passende Beoordeling had moeten worden opgesteld om zekerheid te verkrijgen ten aanzien van het opgestelde vermogen van 230,5 MW. Zonder Passende Beoordeling voldoet de provincie niet aan haar door het Rijk opgelegde taak. 6. De provincie dient in artikel 3.2.2.10 "Solitaire windturbines" een verwijzing naar artikel 2.8.1.1 van de Omgevingsverordening op te nemen. Daarnaast verzoekt inspreker de criteria aanwezigheid van voldoende draagvlak binnen de gemeenteraden; aanwezigheid van voldoende draagvlak bij bewoners uit de nabije omgeving; aanwezigheid van burgerparticipatie; een minimale afstand van 400 meter tot (woon)bebouwing of van vier maal de ashoogte; voldoende afstand tot een kost- en/of kwetsbare omgeving; toetsing aan de Gelderse Ladder voor duurzaam ruimtegebruik op te nemen in de Windvisie, de Omgevingsvisie en de Omgevingsverordening. 7. In de Windvisie en het PlanMER ontbreekt de toetsing aan de Gelderse Ladder voor duurzaam ruimtegebruik. Dit dient worden toegevoegd. 8. De Windvisie, Omgevingsvisie en Omgevingsverordening stellen geen beperkingen aan de omvang van windturbines, waardoor plaatsing van grotere windturbines dan de referentie windturbine mogelijk blijft. De m.e.r-procedure heeft hierin niet voorzien. 9.
Inspreker verzoekt om uiteenlopende redenen de locatie Bijvanck (Zevenaar) uit de Windvisie te verwijderen, zoals ook voor de locatie Zutphen is gedaan.
087
088
De Jong en Partners Juristen
Antwoord 1. De provincie heeft de uitgebreide m.e.r.-procedure doorlopen. Het is de provincie onduidelijk waarom inspreker van mening is dat dit niet het geval is. De onafhankelijke Commissie m.e.r. heeft ook geen opmerkingen op dit punt. 2 en 3. De provincie is heeft de autonome ontwikkelingen duidelijk gedefinieerd in hoofdstuk 4 van de Toelichting en PlanMER bij de Windvisie. Zij heeft hierbij de keuze gemaakt de bestaande, vergunde èn de locaties in onderzoek als uitgangspunt te hanteren voor het zoeken naar extra locaties. 4. Bij het MER wordt een aanvulling gemaakt waarin op basis van actuele milieuinformatie een milieubeoordeling wordt gegeven van de locaties in onderzoek. 5. Deze mening wordt niet gedeeld door de provincie. Het advies van de Commissie m.e.r. ondersteunt deze keuze. 6. Artikel 2.8.1.1 maakt de oprichting van één of meer windturbines mogelijk voor zover het bestemmingsplan is voorzien van een ruimtelijk ontwerp. Dit betekent dat ook bij solitaire windturbines een ruimtelijk ontwerp bij een bestemmingsplan moet worden gevoegd, waarbij aandacht wordt besteed aan de in artikel 2.8.1.1 onder lid 2 genoemde aspecten. De door u genoemde aanvullende criteria nemen we niet op. 7. De Gelderse Ladder voor duurzaam ruimtegebruik is nog in ontwikkeling. Om deze reden is toetsing aan dit beleidsmatig instrument nog niet mogelijk. 8. De provincie stelt geen beperkingen aan de omvang van windturbines. Het werken met een referentieturbine om de omvang van effecten te bepalen, is een gebruikelijke methode voor locatiekeuzes. De effecten van andere of hogere turbines dienen te worden onderzocht bij concrete initiatieven. 9. Locatie Bijvanck wordt niet verwijderd uit de Windvisie om de volgende redenen: Voor deze locatie loopt een procedure in het kader van de Elektriciteitswet. Om deze reden is hier geen vergelijkbare situatie met de locatie in Zutphen. De Bijvanck is ook aangemerkt als mogelijke locatie voor windenergie in het Streekplan 2005. Dit was voor de locatie in Zutphen niet het geval. Voor eventuele solitaire turbines geldt dat er een ruimtelijk en landschappelijk ontwerp dient te worden opgesteld, waarbij rekening moet worden gehouden met andere in ontwikkeling zijnde of bestaande plannen en de beleving van windturbines in het landschap. Hierdoor worden conflicterende situaties uitgesloten. De provincie is van mening dat een combinatie van waardevol open gebieden met opwekking van windenergie mogelijk is, indien met het ruimtelijk ontwerp rekening wordt gehouden met het open karakter van het landschap. Deze voorwaarde is ook al vastgelegd in de omgevingsvisie en omgevingsverordening. Dit wijzigt niet met deze windvisie. De veiligheidseisen worden in het kader van het inpassingsplan onderzocht en besproken met de Gasunie. Draagvlak en paricipatie-mogelijkheden zijn onderwerpen die door de initiatiefnemer worden uitgewerkt en waar we als provincie ook belang aan hechten. Dit is ook reeds aangegeven in de Windvisie. Mogelijke effecten ten aanzien van paarden en mogelijke effcten ten aanzien van veiligheid in verband met gasleidingen komen aan de orde in het kader van het inpassingsplan.
OTTERLO
Inspreker vindt de windvisie weinig ambitieus. Voor het wegnemen van knelpunten worden voorbeelden gegeven die KAN men toepassen. Moet dat niet zijn ZAL men toepassen. Nu lijkt het of u niet gelooft in halen van de gestelde doelen. Inspreker vraagt de provincie het geld dat met verkoop van NUON is verdient in te zetten voor energietransitie. Hoe bewaken we de doelstelling? 1 op 7 windprojecten ging in het verleden niet door!
In de windvisie worden naast de locaties die worden vastgesteld om de doelstelling te behalen, ook locaties aangegeven om meer dan alleen de doelstelling voor 2020 te behalen. Daarnaast heeft het ingezette proces ertoe geleid dat diverse gemeenten en locale energiebedrijven een bottom-up proces begonnen zijn. De provincie is van mening dat hiermee ruimschoots meer dan de doelstelling kan worden behaald en heeft hier het volste vertrouwen in. In overleg met het rijk wordt de doelstelling voor 2020 halfjaarlijks gemonitord. Een deel van de NUON-gelden wordt ook ingezet voor de energietransitie
ANGERLO
Zie 113
Zie antwoord 113
Nr. 089
Organisatie indien van toepassing
090 091
092
093
Gemeente Geldermalsen
Woonplaats WAGENINGEN
Samenvatting reactie Locatie Wageningen. Vindt locatie ongeschikt voor plaatsing 3/4 windmolens vanwege beperkingen vanuit EHS en Natura 2000. Ook zal het unieke en ongestoorde rivierenlandschap tussen de Wageningse Berg en Grebbeberg/Blauwe Kamer zwaar verstoord worden. Zeker de vierde solitaire windmolen westelijk van het westelijk havenhoofd is landschappelijk zeer verstorend. Inspreker verzoekt de locatie niet mee te nemen, in het bijzonder de plaatsing van de windmolen nabij westelijk havenhoofd.
Antwoord De provincie is zich bewust van de mogelijke milieueffecten bij deze locatie, getuige de milieubeoordeling van deze locatie in de Aanvulling op het MER. Wij hebben van de gemeente Wageningen geen bericht gekregen dat het Havengebied uit de windvisie moet worden gehaald. Draagvlakonderzoek binnen de gemeente heeft deze locatie juist naar voren gebracht.
OCHTEN DEIL
Zie 005 Locatie Deil. Inspreker is tegen inkleuring van het gebied kansrijke locatie en tegen het mogelijk maken van solitaire windturbines rondom dorp en knooppunt Deil. De mogelijke plaatsing van windturbines heeft een negatieve invloed op het langdoed Noordenhoek, wat gerangschikt is onder de natuurschoonwet en samen met Marienwaerdt en Lingeuiterwaarden onderdeel uitmaakt van een groter gebied met hoge ruimtelijke en ecologische kwaliteit. Het landgoed is aangegeven als gebied met bijzondere essen en bouwlanden, gelegen in waardevol landschap, maakt deel uit van de EHS Natuur - en verweving. Het landgoed ziet uit op historische molens en kerken van Deil, Enspijk, Beesd en Geldermalsen, die de orientatie en beleving bepalen. De windmolens in Culemborg zijn op negatieve wijze te zien. De geplande windmolens ten zuiden van de A15 zullen ook al een impact hebben op de beleving. Maar de kansrijke locaties en de mogelijkheid van solitaire windmolens zullen een veel grotere impact hebben vanwege de nabijheid waarop ze geplaatst kunnen worden. Laat de waarde voor recreatie, toerisme en landschap in dit gebied, wat ook uit provinciale waadestellingskaarten blijkt prevaleren en maak plaatsing van windturbines in dit gebied niet mogelijk.
Zie antwoord bij 005 De provincie ziet de eventuele plaatsing van solitaire windturbines als een verantwoordelijkheid van gemeenten. Zij zullen de genoemde waarden ook bij een eventueel verzoek dienen te betrekken. Vanuit provinciaal perspectief ziet de provincie in de genoemde aspecten geen zwaarwegende argumenten tegen een duurzame energievoorziening met behulp van windturbines.
GELDERMALSEN
Gemeente wil kansrijke locatie voor toekomstige ontwikkeling schrappen uit de windvisie omdat zij bang is dat dit het draagvlak voor en het proces bij de ontwikkeling van het windturbinepark ten zuiden van knooppunt Deil zal schaden.
Er zijn (bijna) geen andere zienswijzen binnengekomen op de windvisie die deze angst van de gemeenten bevestigen. De provincie ziet ook de noordkant van knooppunt Deil als kansrijke locatie voor windenergie en wil hier transparant over zijn. Niet duidelijk is waarom de gemeente in de eigen windvisie dit gebied als eveneens kansrijk heeft aangegeven.
CULEMBORG
Locatie 22 p8 Culemborg. Inspreker vindt de locatie niet aansluiten bij de De locatie wordt in overleg met de gemeente aangepast. De locatie verandert bestaande windturbines en ongeschikt vanwege visuele verstoring en de van vast te stellen locatie naar een kansrijke locatie voor toekomstige aanwezigheid van vogels ontwikkeling en de locatie wordt expliciet aangemerkt als een uitbreidingslocatie van het bestaande windpark waardoor er één groter windpark ontstaat.
Nr. 094
Organisatie indien van toepassing
Woonplaats HATTEM
Samenvatting reactie Locatie Oldebroek. Inspreker spreekt namens 12 ondertekenende omwonenden binnen 1500 m van het windpark. Inspreker vindt dat de publicatie van de windvisie te summier was. Inspreker was op de informatieavond in Harderwijk aanwezig en betreurt het dat het ter plekke indienen van een zienswijze daar niet werkte. Inspreker geeft aan dat bij omwonenden van park Oldebroek geen draagvlak bestaat voor het park. Inspreker vindt het stuitend dat de provincie in de windvisie veronderstelt dat als er geparticipeerd kan worden in een windpark er dan ook draagvlak ontstaat. Inspreker is er van overtuigd dat draagvlak niet kan ontstaan vanwege effecten op gezondheid, leefklimaat en landschap. Inspreker vindt dat het park niet past in de Structuurvisie Gelderland 2005 en dat de locatie ten onrechte is opgenomen als autonome ontwikkeling en moet worden verwijderd.
Antwoord De windvisie is gepubliceerd in alle edities van de Gelderlander en de Stentor en op de website van de provincie Gelderland. Tevens is alle Gelderse gemeenten verzocht de windvisie op gemeentepagina te publiceren. In Oldebroek is op een informatieavond over de locatie Hattemerbroek het hele proces van de windvisie in een presentatie toegelicht. Daarnaast zijn er 3 avonden voor publieksinformatie georganiseerd. De provincie is van mening dat hiermee ruimschoots is voldaan aan de informatieplicht. De provincie betreurt het dat het direct indienen van een zienswijze op de informatieavond niet werkte. In overleg met indiener heeft de provincie extra tijd gegeven voor het indienen van deze zienswijze. De provincie is zich er van bewust dat er tegenstanders zijn van het windpark Hattemerbroek. De provincie vindt dat de initiatiefnemer, met zijn plannen voor compensatie en participatie moeite doet om draagvlak te verkrijgen. De provincie is ook van mening dat participatievormen zeer belangrijk zijn voor het verkrijgen van draagvlak en deelt dus niet de mening van inspreker op dit vlak. Het park Hattemerbroek staat vermeld in de Omgevingsvisie die overigens pas dit jaar is vastgesteld en is in lijn met het beleid voor windenergie zoals dat in het streekplan 2005 was vastgelegd (Nu vervangen door Omgevingsvisie Gelderland). De locatie is hernoemd als locatie in onderzoek en als zodanig is er een milieubeoordeling voor gemaakt. Deze is opgenomen in de aanvulling op het MER bij de Windvisie. Inmiddels is de MER-rapportage voor de inrichting van het windpark Hattemerbroek verstrekt aan omwonenden en wordt hierover in september 2014 een bijeenkomst voor omwonenden gehouden waarbij de resultaten worden besproken. Het draagvlak voor dit plan vanwege milieueffecten zal hierbij duidelijker worden.
095 096 097 098 099
ANGERLO ANGERLO ANGERLO OCHTEN ERMELO
Zie 113 Zie 113 Zie 113 Zie 005 Wij zijn tegen windmolens in het buitengebied van Ermelo en bij strand Horst.
Zie antwoord 113 Zie antwoord 113 Zie antwoord 113 Zie antwoord bij 005 De locatie bij strand Horst is opgenomen als kansrijke locatie voor toekomstige ontwikkeling. Hiermee geeft de provincie aan met de gemeente in overleg te willen of ontwikkeling van windenergie in dit gebied in de toekomst mogelijk is. In het overige buitengebied van Ermelo voorziet de Windvisie geen windparken.
100 101 102 103
ANGERLO ANGERLO ANGERLO BEESD
Zie 113 Zie 113 Zie 113 Locatie Culemborg. Meer duurzame energie opwekken vind ik een heel goede zaak en hoop ik dat dit gerealiseerd kan worden. Tegelijkertijd moeten we in Culemborg heel zuinig zijn met het mooie buitengebied en voorkomen dat het landschap verrommelt. Daarom lijkt het me een goed idee om de huidige windmolens om te bouwen tot molens met meer vermogen. Uitbreiden van het aantal molens vind ik op die locatie een slecht plan. Langs de A2, in een lijn, vind ik als tweede mogelijkheid een optie.
Zie antwoord 113 Zie antwoord 113 Zie antwoord 113 De locatie wordt in overleg met de gemeente aangepast. De locatie verandert van vast te stellen locatie naar een kansrijke locatie voor toekomstige ontwikkeling en de locatie wordt expliciet aangemerkt als een uitbreidingslocatie van het bestaande windpark waardoor er één groter windpark ontstaat.
Comité Gelderse Dijk
Nr. 104
Organisatie indien van toepassing
Woonplaats HATTEM Stichting Groen Licht Poldergebied Hattem Zalk Oldebroek
Samenvatting reactie Locatie Oldebroek. 1. Inspreker wil dat het begrip gezonde leefomgeving wat gebruikt wordt in de omgevingsvisie eerst nader uitgewerkt wordt. Inspreker vindt dat de windvisie niet kan worden vastgesteld voor dat dit is gebeurd. 2. Inspreker is van mening dat de gemeentelijke Landschapsontwikkelingsplannen als uitgangspunt voor het provinciale beleid ten aanzien van windenergie dienen te worden genomen.3. Inspreker vindt dat de Windvisie niet kan worden vastgesteld zonder advies van de Commissie m.e.r.. 4. Inspreker heeft ingesproken op de omgevingsvisie Gelderland. Inspreker verzoekt de beantwoording van de zienswijze op de omgevingsvisie met inspreker te bespreken voor het opstellen van de reactienota op de windvisie. 5. Inspreker verzoekt het criterium "hoe wij leven" uit de Ontwikkelagenda Structuurvisie Gelderland (2012) voor locatiekeuzes te hanteren. 6. Inspreker wil graag in de windvisie Gelderland opgenomen zien dat Neodymium niet mag worden verwerkt in windmolens in Gelderland. 7. Inspreker is van mening dat de informatie over criteria voor m.e.r.-(beoordelings)plichtige besluiten onvolledig/onjuist in de windvisie is weergegeven. 8. De locatie Oldebroek is onder de autonome ontwikkeling in onderzoek opgenomen. Volgens de Windvisie zou deze locatie ingezet zijn voor de start van het proces van de Omgevingsvisie en Windvisie. Naar mening van inspreker is deze conclusie niet juist. Inspreker vindt locatie Oldebroek niet voldoende aansluiten bij uitgangspunten van het beleid van Omgevingsvisie/windvisie en er is geen draagvlak voor en er is een andere zoeklocatie die beter aansluit bij provinciaal beleid. 9. Inspreker is van mening dat de provincie in de windvisie moet opnemen dat verschillende adviseurs moeten worden ingeschakeld bij beleid en uitvoering om objectiviteit van adviseurs te waarborgen.
Antwoord 1. De provincie werkt aan de uitwerking van het begrip "gezonde leefomgeving", maar vindt dit geen belemmering om verder te werken aan de windvisie. 2. Het beleid van de gemeente is niet kaderstellend voor provinciaal beleid. 3. De commissie m.e.r. stelt een advies op over het MER voor de windvisie en wordt betrokken bij de vaststelliing daarvan. Dit advies wordt kenbaar gemaakt via de website van de commissie. 4. Gezien het tijdspad naar de vaststelling van de windvisie is een overleg met iedere individuele inspreker niet meer mogelijk. Wij zien hier ook geen noodzaak toe gezien het uitgebreide communicatie traject dat voor deze locatie loopt. 5. De provincie hanteert voor de windvisie wettelijke criteria en criteria vanuit vastgesteld beleid, naast het criterium van draagvlak bij gemeenteraden. Het criterium "hoe wij leven" is geen vastgesteld beleid. 6. De provincie vindt de windvisie niet het instrument om specifieke eisen aan materiaal gebruik te stellen. Dit is effectiever via landelijke afspraken afdwingbaar. Wetenschappelijk onderzoek heeft aangetoond dat wereldwijd maar 1% neodymium in windmolens wordt gebruikt. 7. Criteria voor m.e.r.-beoordelingsplichtige besluiten zijn weergegeven conform de wet milieubeheer. 8. Voor locatie Oldebroek wordt al sinds 2006 gewerkt aan planvorming voor windenergie, het is opgenomen in de structuurvisie wind op land als pijplijn project. Daarmee is het voor de provincie een ontwikkeling die autonoom is ingezet. De locatie heeft geen ruimtelijke belemmeringen en sluit aan bij het hoofdwegennet, waarmee het uitstekend past bij het provinciaal beleid zoals verwoord in Omgevingsvisie en Windvisie. 9. De windvisie is niet het instrument waarin het beleid ten aanzien van inkoop en inhuur wordt bepaald. De objectiviteit van het advies wordt onder meer geborgd door inschakeling van de commissie m.e.r.
105
HATTEM
Locatie Oldebroek. 1, 2, 3 en 5. Inspreker betoogt dat energiewinst van windenergie in Gelderland zeer gering is en dat windturbines in Europa daar geplaatst moeten worden waar ze het meeste opleveren. 4. Gelderland zou zich moeten toeleggen op vastleggen van CO2 in hout. 6. Inspreker meldt dat het beleid voor windenergie is geëvolueerd en dat nu samengevat geldt: Richt grote parken op, geen solitaire plukjes en ontzie kwetsbare landschappen (natuur, cultuur). Inspreker meent dat ze in Oldebroek te maken hebben met pijplijn projecten die niet meer voldoen aan huidige maatstaven. Hij vraagt de provincie zich hier tegen te verweren omdat het onwettig is en burgers geen eerlijke en gelijke behandeling geeft.
1,2,3 en 5. De provincie is er van overtuigd dat de doelstelling voor windenergie een noodzakelijke bijdrage levert om te komen tot energieneutraliteit. En dat windenergie op land één van de goedkoopste vormen van hernieuwbare energie is. Ieder gebied moet werken aan zijn eigen afgesproken doelstelling om energieneutraliteit te kunnen bereiken. 4. Met alleen vastleggen van CO2 in hout bereik je geen energieneutraliteit. 6. De provincie wil windmolens daar plaatsen waar er draagvlaak voor is en energie het liefst decentraal opwekken: daar opwekken waar het ook dichtbij gebruikt wordt. Dat kan het best in kleinere parken. Het windpark bij bij Oldebroek ontwikkeld wordt voldoet aan de huidige maatstaven, de milieueffecten zijn in een MER onderzocht.
106 107
Landgoed Bingerden
ANGERLO ANGERLO
Zie 113 Locatie Byvanck. Inspreker heeft een WOB verzoek ingediend en verzoekt dit als herhaald en ingelast te beschouwen. Inspreker vraagt zich af of de volgorde van het maken van een inpassingsplan en daarna vaststellen windvisie de juiste procesvolgorde is. Inspreker vraagt waaruit blijkt dat de gemeente Zevenaar deze locatie heeft aangedragen. Inspreker vraagt zich af waarom landgoed Bingerden niet als locatiekeuze voor mogelijke duurzame energieopwekking is opgenomen. Inspreker vindt grote windturbines niet passen in het cultuurhistorisch erfgoedlandschap.
Zie antwoord 113 Een WOB verzoek is een verzoek om informatie en kan niet worden gezien als een zienswijze. Het WOB verzoek wordt separaat behandeld. De omgevingsvisie en de windvisie worden opgesteld om invulling te geven aan ons ruimtelijk beleid en onze doelstellingen op het gebied van energietransitie. Het tijdspad voor de windvisie is afgesproken met IPO en Rijk om het behalen van de doelstellingen van het nationaal energieakkoord te borgen. Dit tijdspad wordt niet beïnvloed door de ontwikkelingen op de Bijvanck. De gemeente Zevenaar heeft de locatie Byvanck niet aangedragen. Landgoed Bingerden is ook niet aangedragen door gemeente om op te nemen in de windvisie. De provincie is van mening dat een combinatie van waardevol open gebieden met opwekking van windenergie mogelijk is, indien met het ruimtelijk ontwerp rekening wordt gehouden met het open karakter van het landschap. Deze voorwaarde is ook al vastgelegd in de omgevingsvisie en omgevingsverordening. Dit wijzigt niet met deze windvisie.
108
Vereniging Landschap en Milieu Hattem
HATTEM
zie 104 in iets andere bewoording
zie antwoord 104
Nr. 109
Organisatie indien van toepassing
Blue Bear Energy
Woonplaats HOUTEN
Samenvatting reactie Locatie Lingewaard. Inspreker vermeld de plannen voor windpark Lingewaard van 5 turbines langs de Betuweroute, met een vermogen van 12,5 tot 17,5 MW. Inspreker vermeld dat 8 van de 9 gemeenteraadsfracties volgens De Gelderlander voor het windpark zijn. Inspreker biedt de inwoners van Lingewaard ruime participatiemogelijkheden: deelnemen via obligatielening, kopen van aandelen in een windturbine, compensatie van energiekosten en profijt van 3 fondsen die door windpark van kapitaal worden voorzien. Inspreker heeft onderzoek gedaan naar de locatie op het gebied van omwonenden, geluid, slagschaduw, flora en fauna, hoogspanning, risicocontouren etc. en komt tot de conclusie dar er maar één geschikte locatie is in gemeente Lingewaard voor eeen mooie lijnopstelling. Inspreker verzoekt: 1. Deze locatie op te nemen als kansrijke locatie in de windvisie. 2. Een toevoeging in de windvisie dat kansrijke locaties niet worden geblokkeerd door de provincie en dat de provincie dus planologische medewerking verleent. 3. Inspreker ziet graag een toevoeging in de windvisie dat locaties die daar in niet zijn opgenomen (als vastgesteld of kansrijk) niet worden geblokkeerd door de provincie en dat de provincie hier planologische medewerking voor verleent ingeval de onderzoeken positief zijn. 4. Inspreker vraagt de provincie de doelstelling van 230,5 MW te verhogen naar 300 MW, wat volgens een bijgevoegde berekening nodig zou zijn om in 2050 tot energieneutraliteit te komen. 5. Inspreker heeft gebied 15 (ten Westen van A15 bij Nijmegen) onderzocht en geconcludeerd dat dit niet geschikt is voor windmolens, vanwege aangepaste regels voor hoogspanningsleidingen, ook bleek onder landeigenaren geen draagvlak te zijn. Daarom vraagt inspreker dit gebied te schrappen, omdat locatie niet realistisch is. 6. Locatie Heumen. Inspreker is van mening dat 7 windturbines op deze locatie niet mogelijk is. Uit eigen onderzoek is gebleken dat er maximaal 4 turbines kunnen worden geplaats. De gemeente geeft aan dat er alleen maar solitaire turbines kunnen worden geplaatst.
Antwoord De provincie is verheugd te horen over de positieve ontwikkelingen rondom windpark Lingewaard. 1. De provincie heeft de gemeente Lingewaard gevraagd of het park in de windvisie opgenomen kon worden, de gemeente heeft aangegevend dit niet te willen om het lokale proces niet te verstoren. Op het moment dat de gemeenteraad zich uitspreekt voor opname in de windvisie kan deze locatie alsnog in de windvisie worden toegevoegd als vast te stellen locatie. 2. Zoals vermeld in de windvisie wil de provincie samen met gemeenten op kansrijke locaties een proces ingaan om windenergie daar mogelijk te maken. De provincie zal daar dus plannen voor windenergie niet blokkeren als die voldoen aan randvoorwaarden zoals die in windvisie zijn gesteld. Dit betekent niet dat de provincie altijd planologische medewerking zal verlenen voor die locaties. 3. Zie 2, ook voor locaties die in de omgevingsvisie en windvisie zijn benoemd als wind mogelijk zal de provincie goede plannen voor windenergie niet blokkeren. Dit betekent niet automatisch dat de provincie planologische medewerking zal verlenen. 4. De rekenmethode van inspreker is sympathiek. De provincie houdt evenwel voorlopig vast aan de doelstelling van 230,5 MW voor 2020, die breed gecommuniceerd is en met rijk en IPO afgesproken. Dit betekent overigens niet dat er niet meer windenergie in Gelderland mag worden geplaatst. Eventueel extra vemogen draagt ook bij aan onze doelstelling van 14% hernieuwbare energie in 2020 en energieneutraliteit in 2050. 5. De provincie weet dat er beperkingen zijn in het genoemde gebied, maar heeft toch het idee dat plaatsing van windmolens hier ruimtelijk mogelijk is. Draagvlak bij onder meer landeigenaren is niet in het afwegingskader van de windvisie meegenomen. Daarnaast is de locatie aangedragen door de gemeente Nijmegen, opgenomen in de structuurvisie van de gemeente en is er geen verzoek van de gemeente geweest deze locatie te verwijderen. 6A. De provincie is verheugd bij de ondersteuning vanuit de markt voor deze locatie. 6B. De Windvisie gaat uit van standaard afstanden bij het gebruik van een referentie-windturbine. bij het nader inzoomen op een gebied kunnen er verschillen ontstaan.
Ten tijde van dat besluit was de gemeenteraad nog niet op de hoogte van Nadere invulling van de locatie zal ook in overleg met de gemeente en overige het initiatief rond windpark Heumen. A. Inspreker is tevreden met de betrokkenen moeten plaatsvinden. Pas dan kan er meer definitief duidelijkheid aanwijzing van Windpark Heumen als kansrijke locatie. B. Volgens de ontstaan over het op te stellen vermogen. windvisie zou het mogelijk zijn 7 windturbines met een vermogen van 16,8 MW te realseren. Eigen onderzoek geeft aan maximaal 4 turbines te kunnen plaatsen met maximaal 14 MW, dit zou ook beter zijn voor het draagvlak. C. en D. zie 3 hierboven. E. zie 4 hierboven. F. zie 5 hierboven.
Nr. 110
Organisatie indien van toepassing
Stedendriehoek
Woonplaats DEVENTER
Samenvatting reactie Regio Stedendriehoek. 1. Samenwerking, draagvlak. Inspreker vindt de aandacht in de windvisie voor ruimtelijk ontwerp en compensatie en participatie van omwonenden positief. Roept provincie op om mee te doen met EO-Wijers prijsvraag. Inspreker vindt co-creatie van belang voor verkrijging breed draagvlak voor realisatie windenergie en vraagt zich af hoe de mogelijkheid tot opstellen van inpassingsplan hier moet worden beschouwd. Wil meer nadruk op samenwerking met partners en omgeving. Inspreker vraagt hoe de provincie concrete windturbine initiatieven waardeert die schade kunnen berokkenen aan economische dragers als toerisme en aan de prachtige omgeving als het Nationaal Landschap Veluwe. Inspreker stelt voor dat de windvisie zich beperkt tot aanwijzen van vastgestelde locaties en locaties voor extra ontwikkeling, waarmee zij kan voldoen aan haar doelstelling voor wind in 2020. Inspreker mist in de tekst aandacht voor ontwikkeling in techniek. 2. Over solitaire windmolens is inspreker niet bekend dat aan gemeenten is gevraagd of die konden instemmen met de huidige aangegeven ruimte voor solitaire windmolens. Ook de definitie ontbreekt, kunnen meerdere soltaire windmolens dicht bij elkaar worden geplaatst? De kaart solitaire windmolens zorgt voor extra verwarring. En het beleid voor solitaire windmolens is niet betrokken in de planMER, door beleid aan gemeenten te laten zet de provincie de deur open voor verrommeling. 3. In de windvisie wordt niet ingegaan op de klasse tussen 25 m en 60 m, wat zij in de commentaarnota op de omgevingsvisie wel heeft toegezegd. In par 4.2 van de windvisie:"Aanvullingen Omgevinsgsvisie" ontbreekt de klasse 60-25 meter en de categorie 'kleine windturbines'.
Antwoord 1. De provincie gaat samen met de regio werken aan de EO-Wijers prijsvraag. Naast co-creatie in het proces om te komen tot een bepaald besluit is het zekerheid bieden over een eenmaal genomen besluit belangrijk om ontwikkelingen in gang te kunnen zetten. Voor initiatiefnemers en financiers is het van belang te weten of en waar er ruimtelijke medewerking wordt verleend aan windturbineparken. Ook in monitoringsafspraken met het rijk is deze zekerheid gevraagd. Dus naast of volgend op het co-creatieproces is voor een eenmaal vastgestelde locatie de bereidheid tot het opstellen van een inpassingsplan van belang voor de zekerheid van burgers, financiers en initiatiefnemers. De samenwerking met partners uit zich in het hele doorlopen proces van de windvisie met gemeenten en regio's als belangrijkste partners. Concrete windturbine initiatieven dienen voorzien te zijn van een goed ruimtelijk ontwerp, rekening houdend met omringend landschap en de effecten zullen in een MER worden beoordeeld. De negatieve relatie tussen windturbines en toerisme en recreatie is een veronderstelling die niet is onderbouwd. De ontwikkeling van techniek speelt vooral een rol bij het behalen van de lange termijn doelstelling energieneutraal in 2050. De windvisie richt zich in eerste instantie op het behalen van de tussendoelstelling van 14% hernieuwbare energie in 2020 en dan specifiek de bijdrage van windenergie daaraan, die minimaal 230,5 MW moet zijn. 2. De provincie heeft tijdens de windateliers en in een speciaal daarvoor georganiseerde bijeenkomst met gemeenten en andere betrokkenen gevraagd hoe om te gaan met solitaire windturbines. Breed gedragen conclusie was dat gemeenten zelf het beste in staat zijn het beleid rond solitaire windturbines te bepalen. De kaart voor solitaire windmolens zullen we aanpassen, bedoeld is op alle locaties waar in de omgevingsvisie is aangegeven dat windenergie mogelijk is ook solitaire windturbines mogelijk zijn met uitzondering van de waardevol open gebieden. Het beleid en de beoordeling is aan de gemeenten. We vervangen de kaart door een kaart "windparken mogelijk solitaire windturbines uitgesloten".
4. UItsluitingsgebieden. Inspreker is hier geen voorstander van wanneer deze op voorhand beperkingen opleggen. Het gaat dan concreet over bedrijventerreinen en infrastructuur. Inspreker noemt als voorbeeld het Twentekanaal en bedrijventerreinen nabij Lochem. Inspreker pleit voor een nadrukkelijker onderscheid tussen werkelijk waardevolle en uit te sluiten landschappen enerzijds en anderzijds gebieden waar op basis van onderzoek mogelijkheden moeten zijn voor initiatieven. 5. G2 locatie Apeldoorn. Inspreker vraagt zich af in hoeverre sturing vanuit provincie het bottom-up proces verstoort. Aanwijzen (paragraaf 2.2 bijlage 1) past niet in een bottom-up benadering. Apeldoorn herhaalt dat zij geen concrete locaties heeft voor windenergie. Dit omdat bottom-up initiatieven meer kansrijk worden geacht. In de windvisie slaat in optiek inspreker kansrijk uitsluitend op mogelijk technisch geschikt zijn. Een 'statuswijzing" van enkele kansrijke locaties naar enkele mogelijke locaties voor een volgende tranche windenergie, vraagt wat ons betreft eerst een brede ruimtelijke afweging waarbij een sterke betrokkenheid van de lokale samenleving voorop staat. Het proces van de gemeente Apeldoorn vanuit particulieren initiatieven wordt toegelicht en het belang van draagvlak creatie. Er wordt gerefereerd aan het gesprek met gedeputeerde Traag waarbij zij heeft aangegeven de Apeldoornse benadering te begrijpen.
Gemeenten kunnen de verantwoordelijkheid dragen om verrommeling in hun gemeente en regio tegen te gaan. Een solitaire windturbine dient te voldoen aan in omgevingsverordening opgenomen eisen van ruimtelijk ontwerp. Hierbij dient rekening gehouden te worden met bestaande windturbines (parken en/of solitair) en windturbines waar plannen voor bestaan. Door voor meerdere solitaire turbines één gezamenlijk ruimtelijk ontwerp te maken ontstaat ruimtelijk een park. 3. Voor windturbines tussen de 25m en 60m gelden de zelfde regels als voor windturbines groter dan 60m. Daarom is hier geen aparte categorie voor opgenomen. 4. Het is niet de bedoeling van de windvisie om bedrijventerreinen uit te sluiten voor windturbines. Wel worden buisleidingen uitgesloten. De beschermingszones hieromheen worden in de vastgestelde Omgevingsvisie niet meer als uitgesloten gebied benoemd, maar als aandachtsgebied. Dit speelt ter hoogte van Lochem. Ten aanzien van landschappen is altijd nader onderzoek noodzakelijk bij de invulling van een gebied met windturbines. De provincie sluit hiervoor al nauwelijks gebieden uit. 5. De kansrijke locaties zijn kansrijk bezien vanuit een technisch perspectief. In goed overleg met gemeenten en lokale samenleving zal moeten worden bekeken of en op wat voor manier windenergie op deze locaties tot ontwikkeling kan worden gebracht.
Nr. 111
112
Organisatie indien van toepassing
Gemeente Culemborg
Woonplaats ANGERLO
Samenvatting reactie Locatie Bijvanck. Inspreker vindt de combinatie van windmolens met waardevolle gebieden niet verenigbaar. Hij vindt dat locaties in onderzoek meegenomen hadden moeten worden in het planMER. Inspreker vindt dat hij met de windvisie onvoldoende gelegenheid heeft gekregen tot participatie of financiiële compensatie bij het windmolenproject. Inspreker duidt op de aanwezigheid van vleermuizen en is bang voor waardedaling van de huizen.
CULEMBORG
Locatie Culemborg. De gemeente Culemborg is voorstander van de realisatie van een groter aandeel windenergie dan nu het geval. Zij is van mening dat objectief naar alle potentiele locaties in de regio moet worden gekeken. Door de keuze van de provincie om te concentreren op het bestuurlijke draagvlak zijn mogelijk betere locaties, vanuit milieutechnisch of landschappelijk oogpunt, niet opgenomen. Dit strookt niet met de wens van de gemeente. De gemeente verzoekt om de locatie Culemborg als vast te stellen locatie uit de windvisie te halen. Zij wil de locatie aangemerkt zien als te onderzoeken voor de toekomst om hiermee een meer bottom up proces te kunnen doorlopen met haar bevolking, gericht op de opwaardering of uitbreiding van de bestaande windmolenlocatie. Zij verzoekt de provincie tevens haar hierin te ondersteunen.Voor de overige onderzochte locaties binnen de gemeente is zeker geen bestuurlijk draagvlak vanwege de ligging nabij de kernzone van de NHW.
Antwoord De provincie is van mening dat een combinatie van waardevol open gebieden met opwekking van windenergie mogelijk is, indien met het ruimtelijk ontwerp rekening wordt gehouden met het open karakter van het landschap. Deze voorwaarde is ook al vastgelegd in de omgevingsvisie en omgevingsverordening. Dit wijzigt niet met deze windvisie. Met de windvisie zijn we op zoek gegaan naar nieuwe locaties, om onze ze doelstelling van 230.5 MW te kunnen halen. Hierbij zijn we uitgegaan van de al bestaande locaties en locaties waar een autome ontwikkeling plaatsvindt zodat we nog een restopgave overhielden van zo'n 70MW. Voor deze locaties die nu nieuw vastgesteld worden in de windvisie in de planMER opgesteld. Voor de aurtonome ontwikkelingen is dat niet nodig bevonden omdat die in hun reguliere processen al door lopen wordt, daarnaast is de locatie de Byvanck in de Strategische Milieubeoordeling (SMB) behorend bij het streekplan 2005 beoordeeld op zijn milieueffecten. In de wndvisie wordt aangegeven dat de provincie draagvlak en participatie van belang vindt voor de ontwikkeling van windenergie. Dit is echter maatwerk en dient te worden vormgegeven door de betreffende ontwikkelaar. Bij de ontwikkeling van het windpark moet worden voldaan aan de flora en faunawet die onder meer de vleermuissoorten beschermd. Mogelijke waardedaling van de woning is onderzocht in een zogenaamde planschaderisico analyse. Indien er sprake is van planschade (als gevolg van bijvoorbeeld een waardedaling of inkomensderving), kan een beroep worden gedaan op de wettelijke planschaderegeling van de Wet ruimtelijke ordening. Overigens komt niet alle schade voor vergoeding in aanmerking. Er geldt een maatschappelijk risico van 2% van de waarde van de onroerende zaak. De locatie wordt in overleg met de gemeente aangepast. De locatie verandert van vast te stellen locatie naar een kansrijke locatie voor toekomstige ontwikkeling en de locatie wordt expliciet aangemerkt als een uitbreidingslocatie van het bestaande windpark waardoor er één groter windpark ontstaat. De provincie is bereid in het verdere proces bij de gemeente ondersteuning te verlenen.
Nr. 113
Organisatie indien van toepassing
114
115
Stichting Natuur en Milieu Aalten
Woonplaats ANGERLO
Samenvatting reactie Locatie Byvanck. In de omgevingsvisie met bijhorend plan-MER en in de windvisie met bijhorend plan-MER wordt de locatie Zevenaar (Bijvanck) ten onrechte als een autonome ontwikkeling beschouwd. Uw redenering hierbij is, dat op grond van het streekplan, al onderzoek gedaan is naar deze locatie.Deze redenering houdt echter geen stand. In de omgevingsvisie en windvisie wordt opnieuw over de locatie Zevenaar (Bijvanck) beslist; namelijk het handhaven van de situatie gebaseerd op het streekplan 2005. Dit (nieuwe) handhavingsbesluit is genomen zonder een actueel MER. Door het ontbreken van actuele milieu-informatie voor, onder meer, deze locatie in het plan-MER bij de windvisie, is deze onvolledig en kan deze niet dienen als grond voor een positief inpassingsbesluit zoals door u voorgenomen voor locatie Zevenaar (De Bijvanck). Inspreker stelt dat locatie strijdig is met wettelijke bepalingen vanwege aanwezigheid van 3 hoge drukleidingen en vindt dat toestaan van windmolens in waardevol open gebied niet getuigt van zorgvuldige beleidsvorming. Inspreker verzoekt om heroverweging van het besluit om een inpassingsplan te maken voor locatie Byvanck vanwege het ontbreken van draagvlak. Inspreker stelt dat er voldoende andere geschiktere locaties met draagvlak zijn binnen de provincie Gelderland.
Antwoord Op basis van deze en andere reacties heeft de provincie besloten het MER aan te vullen met actuele milieuinformatie voor alle autonome ontwikkelingen in onderzoek. Onderzoek in het kader van het inpassingsplan heeft reeds uitgewezen dat de hoge drukleidingen geen belemmeringen vormen voor het realiseren van windpark Byvanck. De provincie is van mening dat een combinatie van waardevol open gebieden met opwekking van windenergie mogelijk is, indien met het ruimtelijk ontwerp rekening wordt gehouden met het open karakter van het landschap. Deze voorwaarde is ook al vastgelegd in de omgevingsvisie en omgevingsverordening. Dit wijzigt niet met deze windvisie. Met de windvisie zijn we op zoek gegaan naar nieuwe locaties, om onze doelstelling van 230.5 MW te kunnen halen. Hierbij zijn we uitgegaan van de al bestaande locaties en locaties waar een autonome ontwikkeling plaatsvindt zodat we nog een restopgave overhielden van zo'n 70MW. Voor deze nieuwe locaties is draagvlak gezocht bij de gemeente(rade)n. De locatie De byvanck is een autonome ontwikkeling die gestart is voor het proces van omgevingsvisie en windvisie. Hiervoor wordt een bijzondere procedure doorlopen op basis van de Elektriciteitswet. De provincie is verplicht om medewerking te verlenen op het moment dat er vanuit ruimtelijk oogpunt geen bezwaren bestaan tegen de locatie en de provincie nog niet voldoet aan de minimumrealisatienorm. De windvisie geeft invulling aan deze minimumrealisatienorm. De byvanck maakt hier onderdeel van uit. Er zijn niet voldoende andere locaties met draagvlak bij gemeenten om te voldoen aan de minimumrealisatienorm zonder de locatie Byvanck.
ERMELO
Inspreker tekent bezwaar aan tegen voornemen om windmolens in Ermelo toe te staan. Ze komen in Natura 2000 gebied, ontsieren het landschap en verstoren de natuur. Inspreker vindt clustering op Noordzee of zonne energie betere alternatieven.
De provincie is er van overtuigd dat de doelstelling voor windenergie een noodzakelijke bijdrage levert aan de doelstelling om te komen tot energieneutraliteit in 2050. De invloeden van de windturbines op natuur en landschap zullen worden betrokken bij nadere planvorming en besluitvorming. De locatie is in de windvisie aangeduid als een kansrijke locatie. Hier is nog geen besluit genomen over plaatsing.
AALTEN
Stichting Natuur en Milieu Aalten. 1. Inspreker vindt dat provincie eigen verantwoordelijkheid heeft en zich niet achter landelijke (energie)afspraken mag verschuilen. 2. Duurzaamheid moet niet beperkt worden tot energie, zorg voor landschap moet hier ook deel van uitmaken. 3. Hoge windmolens zijn zoveelste aantasting van landschap. 4. Niet het landschap/buitengebied moet de bron van duurzame energie zijn/worden maar de gebouwde omgeving zelf. 5. Mensen koesteren een rustgevend landschap in deze hectische maatschappij. Windmolens tasten dit aan. 6. Er is veel mythevorming over rendement. Vertel hier het eerlijke verhaal over. Windenergie kan niet zonder achtervang gasturbines. 7. Door duurzame energie gaan mensen soms extra energie gebruiken. 8. Als er windmolens moeten komen dan op zee buiten zicht. 9. Concentreer windmolens in clusters en spaar Hollandse oerlandschappen en landschappelijke monumenten. 10. Zet in op energiebesparing in plaats van meer energie produceren.
1. De provincie streeft haar eigen doelen na van energieneutraliteit in 2050, 14% hernieuwbare energie in 2020 en 230,5 MW windenergie binnen provincie Gelderland. 2. Ook zorg voor landschap is onderdeel van provinciaal beleid. 3. Windturbines zijn zichtbaar, of zij ook een aantasting van het landschap zijn is afhankelijk van het ruimtelijk ontwerp en van de perceptie van de waarnemer. 4. Om onze doelstellingen te bereiken zullen en bebouwde omgeving en het omringend landschap beiden bronnen van hernieuwbare energie moeten zijn. 5. Rust kan een belevingskwaliteit van een landschap zijn, de vraag is in hoeverre langzaam draaiende windmolens dit aantasten, ook dat is beleving. 6. De provincie gaat onjuiste informatieverspreiding over windenergie zo veel mogelijk tegen. 7. Energiebesparing is een ander belangrijk thema waar door provincie aan wordt gewerkt. Veel mensen die hun eigen hernieuwbare energie opwekken door bv zonnepanelen blijken echter ook juist daardoor zuiniger om te gaan met energie. 8. Windmolens op zee wordt ook aan gewerkt (6000MW wind op land en 6000 MW wind op zee in nationaal energieakkoord). Wind op zee is op het moment nog 2 keer zo duur en moeilijker te realiseren dan wind op land. 9. De provincie kiest voor het plaatsen van windturbines daar waar draagvlak kan worden verkregen. Hierbij speelt de relatie met het omringende landschap als één van de bepalende factoren. 10. Zie 7.
Nr. 116
Organisatie indien van toepassing
Gemeente Zevenaar
Woonplaats ZEVENAAR
Samenvatting reactie Gemeente Zevenaar. Locatie Byvanck. Inspreker vindt dat plaatsing van windturbines alleen kan plaatsvinden met lokaal draagvlak. In Zevenaar is geen draagvlak bij bestuur of omgeving. Inspreker vindt dat windturbines moeten worden uitgesloten in waardevol open gebieden. Inspreker vindt de negatieve effecten voor geluid en horizonvervuiling niet opwegen tegen de bijdrage van windenergie aan het totaal. Inspreker vindt dat buiten Zevenaar betere locaties zijn voor windenergie en dat er alternatieven zijn voor een bijdrage aan de CO2 reductie met minder negatieve lokale effecten.
Antwoord De provincie is er van overtuigd dat de doelstelling voor windenergie een noodzakelijke bijdrage levert aan de doelstelling om te komen tot energieneutraliteit in 2050. En dat windenergie op land één van de goedkoopste vormen van hernieuwbare energie is. Met de windvisie zijn we op zoek gegaan naar nieuwe locaties, om onze doelstelling van 230.5 MW te kunnen halen. Hierbij zijn we uitgegaan van de al bestaande locaties en locaties waar een autonome ontwikkeling plaatsvindt zodat we nog een restopgave overhielden van zo'n 70MW. Voor deze nieuwe locaties is draagvlak gezocht bij de gemeente(rade)n. De locatie De byvanck is een autonome ontwikkeling die gestart is voor het proces van omgevingsvisie en windvisie. Hiervoor wordt een bijzondere procedure doorlopen op basis van de Elektriciteitswet. De provincie is verplicht om medewerking te verlenen op het moment dat er vanuit ruimtelijk oogpunt geen bezwaren bestaan tegen de locatie en de provincie nog niet voldoet aan de minimumrealisatienorm. De windvisie geeft invulling aan deze minimumrealisatienorm. De byvanck maakt hier onderdeel van uit. Uit een quickscan is gebleken dat er geen ruimtelijke bezwaren bestaan tegen de locatie. De provincie is van mening dat een combinatie van waardevol open gebieden met opwekking van windenergie mogelijk is, indien met het ruimtelijk ontwerp rekening wordt gehouden met het open karakter van het landschap. Deze voorwaarde is ook al vastgelegd in de omgevingsvisie en omgevingsverordening. Dit wijzigt niet met deze windvisie.
117
Gemeente Zaltbommel
ZALTBOMMEL
Gemeente Zaltbommel. Gemeente geeft geen reactie op de windvisie, maar geeft aan dat het nieuwe college zijn ambities voor enerergie (16% duurzaam opgewekte energie in 2020) in eerste instantie met zon en biomassa wil bereiken en voorlopig afziet van planvorming voor windenergie. In 2016 zal dan worden bekeken of windenergie alsnog nodig is voor het behalen van de ambities.
De provincie is er van overtuigd dat de doelstelling voor windenergie een noodzakelijke bijdrage levert om te komen tot energieneutraliteit. En dat windenergie op land één van de goedkoopste vormen van hernieuwbare energie is. De zienswijze van gemeente Zaltbommel geeft geen aanleiding om de locatie bij Zaltbommel uit de windvisie te halen.
118
PSP'92 Arnhem
ARNHEM
Raadsfractie PSP92 Arnhem. Inspreker is voorstander van windenergie en tegenstander van kernenergie en schaliegas. Vraagt de provincie dit te onderschrijven. Wil de zienswijze die Nieuw Leefbaar Arnhem op Omgevingsvisie heeft ingebracht voor het thema wind overnemen en hier indienen. Wil graag betrokken worden bij co-creatieprocessen en vraagt om goed overleg met wijkbewoners waar windmolens worden geplaatst.
In de windvisie omschrijft de provincie haar beleid ten aanzien van windenergie. Uit de doelstelling van realisatie van minimaal 230,5 MW in 2020 en de bredere doelstelling van 14% hernieuwbare energie in Gelderland in 2020 en energieneutraliteit in 2050 blijkt dat provincie voor hernieuwbare energie is en als onderdeel daarvan voor de realisatie van windenergie. De windvisie is niet het document om het standpunt ten aanzien van schaliegas en kernenergie te verwoorden. Zoals verwoord in de windvisie is participatie van belang om draagvlak te creëren. Onderdeel van participatie is overleg met wijkbewoners en andere belanghebbenden bij concrete initiatieven. De beantwoording van zienswijze op omgevingsvisie is inmiddels door PS vastgesteld.
119
Nieuw Leefbaar Gelderland
ARNHEM
Statenfractie Nieuw Leefbaar Gelderland. Is voor de windvisie die voorligt. Wil opgenomen worden in het Provinciale adressenbestand zodat ze op de hoogte blijft van bijeenkomsten en beleidsdocumenten die geschreven worden. Wil de zienswijze die NLG op Omgevingsvisie heeft ingediend ten aanzien van thema wind als ingelast beschouwen. Evenals zienswijze op de NRD. Inspreker vraagt oordeel van commissie m.e.r. of geen aanvullende MER (red.: bedoelt wordt NRD) hoeft worden opgesteld. Vraagt ondersteuning van provincie voor energiecollectieven en gemeenten. Is tegen alle windmolens in waardevol open gebied. Vraagt provincie gemeenten te verzoeken om goed overleg te voeren met burgers en provincie over de plaatsing van solitaire windmolens. Vraagt om voortdurend goed overleg met gemeenteraden en bewoners waar windmolens worden geplaatst.
Dank voor de steun voor deze windvisie. Specifieke informatie voor statenleden wordt gepubliceerd op het Staten Informatie Systeem, dat is ook gebeurt met voor Statenleden relevante documenten en bijeenkomsten voor de windvisie. De beantwoording van zienswijze op omgevingsvisie is inmiddels door PS vastgesteld. De commissie m.e.r. heeft in haar voorlopig advies niet geadviseerd dat er nog een aanvullend NRD hoeft te worden opgesteld voor de windvisie en de MER op hoofdlijnen als positief beoordeeld. De provincie sluit in waardevol open gebieden alleen solitaire windturbines uit. Windturbineparken kunnen door hun ruimtelijk ontwerp de openheid van het gebied benadrukken. In het proces om tot plaatsing van windturbines te komen is overleg met gemeente(rade)n en bevolking een belangrijke factor. De provincie faciliteert waar nodig dit overleg.
Nr. 120
Organisatie indien van toepassing
Woonplaats METEREN
Samenvatting reactie Locatie knooppunt Deil. Inspreker vindt uitzicht op windmolens een belemmering. Vertelt over het achteruitgaan van woongenot door zicht op hoge Betuwe spoorlijn, het komen van een nieuwe hoge boog, wat geluid en fijnstof met zich meebrengt. Een varkensstal met letterlijk misselijkmakende stank sinds 2 jaar. En nu dus de windmolens die ook lawaai en fijnstof produceren. Inspreker pleit voor velden met zonnepanelen, schijnen beter voor milieu en ook voordeliger qua aanschaf en opbrengst te zijn. Vreest ook nog waardevermindering van eigen woning.
Antwoord De overgang van fosiele energie naar hernieuwbare energie zal zichtbaar worden in het landschap. Het beleid van de provincie is er juist op gericht om dit te combineren met infrastructuur om de toename van hinder zoveel mogelijk te beperken. Bij het realiseren van windenergie wordt rekening gehouden met wet- en regelgeving v.w.b. geluid, slagschaduw en veilgheid. Effecten van fijnstof zijn bij windenergie niet aan de orde. Om één windmolen te vervangen zijn circa 34.000 zonnepanelen nodig en een oppervlakte van circa 55.000 m2. De praktijk wijst uit dat er niet of nauwelijks sprake is van waarde vermindering. Zie ook antwoordnr. 018
121
PSP'92 Nijmegen
LENT
Raadsfractie PSP92 Nijmegen. De Onafhankelijke Nijmeegse Partij heeft ter gelegenheid van de Omgevingsvisie een uitgebreide zienswijze ingebracht. Daar waar deze over het thema Windvisie gaat willen wij deze overnemen en hier als ingelast beschouwen en indienen. Dit geldt evenzeer voor de Notitie Reikwijdte en Detailniveau waar de Lijst Ramon Barends/ONP een zienswijze in heeft gediend. Ook die is hier integraal ingelast. Inspreker wil gemeentelijke ondersteuning van burgercollectieven die wind en zonne energie willen maken. Neemt zienswijze gemeente Nijmegen over. Locatie 13 Noordkanaalhaven/Weurt bepleit overleg met Kronenenburgerforum en cultuur-historische organisaties in Nijmegen vanwege de skyline. Locatie 14 Westkanaaldijk, inspreker staat hier positief tegenover, bepleit overleg Kronenburger Forum, maar verwacht geen tegenstand. Locatie 15 Bijsterhuizen staat inspreker postief tegenover, molens kunnen iets toevoegen aan landschap. Locatie 16 Staddijk/A73 Inspreker is tegen deze locatie, is in groen gebied nabij bebouwde kom. Indien locatie toch ontwikkeld wordt graag overleg met Stichting De Zevensprong
Wij hebben kennisgenomen van de genoemde eerder ingebrachte zienswijzen. Ten aanzien hiervan merken we op dat de Windvisie de toegezegde nadere uitwerking voor windenergie is èn een duidelijk kader biedt voor (onder andere) het windpark A15. De gemeentelijke ondersteuning van burgercollectieven kan niet worden geregeld middels deze provinciale structuurvisie. Wel wordt aandacht besteed aan het onderwerp "draagvlak" mede in relatie tot burgercollectieven. In de vast te stellen Windvisie is dit onderwerp nog nadrukkelijker in de beleidstekst opgenomen. De standpunten van de inspreker ten aanzien van de verschillende locaties dient de inspreker bij de concrete uitwerking van de locaties in te brengen. De provincie is verheugd met de positieve instelling, maar merkt op dat voor iedere locatie er initiatiefnemers moeten komen die de concrete uitwerking ter hand nemen in overleg met de betreffende gemeente en desgewenst de provincie. Waar mogelijk zal de provincie hier een ondersteunende of faciliterende rol in nemen. Opgemerkt wordt dat de genoemde locatie 16 in de gemeente Nijmegen niet behoort tot de vastgestelde locaties voor windenergie in de Windvisie.
122
Nieuwe Hollandse Waterlinie nationaal project
UTRECHT
Kaliteitsteam NHW, locatie Culemborg. Inspreker is verrast door de werkwijze waarbij de keuze aan gemeenten wordt gelaten. De visie is zo een optelsom geworden van potentiële locaties, met een sterk versnipperd ruimtelijke beeld als resultaat en een suboptimaal (qua opbrengst, beheer en distributie) energierendement. Vanuit de Nieuwe Hollandse Waterlinie bezien is het de vraag of windmolens compatibel zijn met het van oorsprong militaire inundatielandschap. In onze ogen tasten eigentijdse windmolens de monumentale erfgoedkwaliteit niet fundamenteel aan. Windmolens zijn strikt functioneel-constructieve, ranke installaties van reversibele aard. Ze genereren daardoor geen ontoelaatbare concurrentie en vormen geen landschappelijke blokkade van de Nieuwe Hollandse Waterlinie. Voor de locatie in Culemborg (nummer 22) zou het kwaliteitsteam u wel graag het volgende willen meegeven. Indien er gekozen wordt voor een uitbreiding van de huidige opstelling, draag de initiatiefnemer dan op te kiezen voor exact hetzelfde turbinetype. Mocht er gekozen worden voor vervanging van de huidige windmolens, dan hecht het kwaliteitsteam waarde aan een neutrale kleurstelling en opstelling. Het mag, zeker in dit vanuit cultuurhistorisch en landschappelijk perspectief bezien hooggewaardeerd landschap, geen zelfstandige attractie vormen.
Provinciale Staten hebben nadrukkelijk meerdere malen uitgesproken dat windenergie alleen maar gerealiseerd kan worden wanneer gemeenteraden bereid zijn om mee te werken aan het realiseren van de provinciale windenergie doelstelling. De consequentie hiervan is dat er een versnipperd ruimtelijk beeld ontstaat. Wij zijn blij dat het Kwaliteitsteam NHW zich positief uitlaat over de mogelijkheid om het windpark bij Culemborg uit te breiden. Over de wijze waarop het eventueel zal worden uitgevoerd, zullen we, te zijner tijd, overleg plegen met de initiatiefnemer.