RAPPORT PERIODIEK KWALITEITSONDERZOEK NTC-locatie 'De Regenboog' te Londen, Groot-Brittannië
School Brittannië Plaats BRIN-nummer Onderzoeksnummer
: NTC-locatie 'De Regenboog' te Londen, Groot : LONDEN SW20 9JE - ENGELAND : 4625 : 61143
Uitvoerend inspecteur(s): Dhr. F.C. Struik Datum schoolbezoek Datum vaststelling
: 2 juli 2005 : 11 november 2005
Handtekening eerstverantwoordelijke inspecteur:
INHOUDSOPGAVE 1 INLEIDING ................................................................................................... 5 2 DE UITGANGSSITUATIE.............................................................................. 7 3 HET KWALITEITSPROFIEL ........................................................................... 9 4 BESCHOUWING ......................................................................................... 11 5 VERVOLG VAN HET TOEZICHT................................................................. 19 BIJLAGE I ...................................................................................................... 21 BIJLAGE II ..................................................................................................... 27
PKO rapport NTC-locatie 'De Regenboog' te Londen, Groot-Brittannië - 2 juli 2005
3
1 INLEIDING Op 2 juli 2005 bezocht de Inspectie van het Onderwijs NTC-locatie 'De Regenboog' te Londen, Groot -Brittannië in het kader van een periodiek kwaliteitsonderzoek (PKO). Daarbij heeft een onderzoek plaatsgevonden naar kwaliteitsaspecten, op grond van het door de inspectie gehanteerde waarderingskader. In de u toegezonden brochures 'Veranderend toezicht' en 'Toezichtkader Primair Onderwijs; inhoud en werkwijze van het inspectietoezicht conform de WOT' is dit waarderingskader alsmede de achtergronden beknopt weergegeven. Bij een PKO doet de inspectie onderzoek naar de kwaliteit van het onderwijs op de school. Daarbij komen alle acht kwaliteitsaspecten aan de orde: kwaliteitszorg, toetsing, leerstofaanbod, tijd, onderwijsleerproces, schoolklimaat, zorg en begeleiding en opbrengsten. Na overleg met de school, kan de inspectie specifieke accenten leggen. Bij uw school was dat niet het geval. Zoals in het toezichtkader is vastgelegd, gaat de inspectie zoveel mogelijk uit van de gegevens die de school reeds zelf over de eigen kwaliteit heeft verzameld. Zo sluit de inspectie aan bij de specifieke situatie van de school en wordt de school bovendien niet onnodig belast. Uw school heeft hiervoor relevante documenten ingestuurd die op uw zelfevaluatie-activiteiten betrekking hebben: het ingevulde NOB-Zelfevaluatie-instrument en het Verbeterplan 2003-2007. De opzet van het onderzoek Het periodiek kwaliteitsonderzoek bestaat uit de volgende activiteiten: 1. Analyse van, indien beschikbaar, zelfevaluatiedocumenten en van andere documenten die de school voorafgaand aan het schoolbezoek heeft toegestuurd. 2. Onderzoek en analyse van documenten en gegevens over de school die bij de inspectie aanwezig zijn. 3. Schoolbezoek: a. gesprekken met de directie b. gesprekken met leraren c. gesprekken met leerlingen d. gesprekken met ouders e. lesbezoeken f. gesprekken met de medewerkster Onderwijszaken van de Nederlandse Ambassade te Londen (6 juli 2005).
PKO rapport NTC-locatie 'De Regenboog' te Londen, Groot-Brittannië - 2 juli 2005
5
De inhoud van het rapport Het onderzoek naar de kwaliteit van het onderwijs levert een kwaliteitsprofiel van de school op. Na een korte beschrijving van de uitgangssituatie van de school (hoofdstuk 2), wordt in hoofdstuk 3 dat profiel in een schema op hoofdlijnen weergegeven. Dit profiel bestaat uit waarderingen die allemaal tijdens dit inspectiebezoek zijn gegeven. In hoofdstuk 4 wordt een beschouwing gegeven over de geconstateerde kwaliteit en wordt deze onder andere bezien in relatie tot de context of uitgangssituatie van de school. In hoofdstuk 5 is het vervolgtoezicht aangegeven en worden, indien noodzakelijk, aanwijzingen vermeld met betrekking tot wettelijke bepalingen waaraan de school niet voldoet. Bijlagen Bij het rapport zijn twee bijlagen gevoegd. Bijlage 1 geeft de waardering per kwaliteitsaspect en op de onderliggende indicatoren. Bijlage 2 beschrijft kort ieder kwaliteitsaspect.
PKO rapport NTC-locatie 'De Regenboog' te Londen, Groot-Brittannië - 2 juli 2005
6
2 DE UITGANGSSITUATIE NTC-school 'De Regenboog' is een school voor leerlingen vanaf vier tot en met twaalf jaar van (gedeeltelijk) Nederlandse of Vlaamse afkomst. De school ontleent haar naam aan de school die gevestigd is in het gebouw waar de NTC-school oorspronkelijk in 1993 begonnen is; The Rainbow Montessori School, 13 Woodchurch Road, West Hampstead te Londen. Een aantal ouders brengt hun kinderen per auto, andere ouders maken gebruik van het openbaar vervoer. De NTC-lessen worden op zaterdag gegeven. Omdat het NTC-onderwijs plaats vindt op de vrije zaterdag, streeft de school naar een goed evenwicht tussen 'schoolse' en 'gezellige' activiteiten. Het NTC-onderwijs heeft tot doel, om - bij terugkeer naar Nederland - de aansluiting met het Nederlandse onderwijs voor de leerlingen zo goed mogelijk te laten verlopen. Het aantal leerlingen schommelt rond de dertig. De leerlingpopulatie wisselt continu. Bij driekwart van de leerlingen wordt thuis Nederlands en/of Engels (of andere taal) gesproken (taalsituatie 1-2). Zesentwintig procent van de leerlingen spreekt thuis uitsluitend Nederlands. Met name in de onderbouw zitten - relatief gezien - veel leerlingen waar thuis een andere taal dan het Nederlands wordt gesproken. De leerlingen hebben verschillende taalprofielen. Er zijn grote verschillen in de beheersing van de Nederlandse taal. Van recente datum zijn belangrijke kwaliteitsimpulsen. Zo is er voor het schooljaar 2004/2005 een nieuwe, betere groepsindeling gemaakt: groep 1 en 2, groep 3 en 4, groep 6 en 7. Ook zijn er nieuwe (bevoegde!) leerkrachten aangesteld. Zij worden ondersteund door klassenassistenten. Het schoolbestuur heeft een nieuwe voorzitter gekregen. Het schoolgebouw is gerenoveerd en uitgebreid. De leerkrachten kunnen gebruik maken van videomateriaal, schooltelevisie en een computer. De school beschikt over een goede uitleenbibliotheek. De fondsenwerving onder bedrijven heeft al succes opgeleverd. De inspectie deed in achtereenvolgende jaren schoolonderzoeken in 'De Regenboog': december 2002 - dit schoolbezoek resulteerde ook in een bezoek door de Stichting NOB (2003) - en in oktober 2003. De aanbevelingen van de inspectie zijn gehonoreerd. Anders dan in 2003 constateert de inspectie nu, dat er in geringe mate contextfactoren een rol spelen die van invloed zijn op de kwaliteit van het onderwijs. Een punt van zorg blijft de verzwakking van het financiële draagvlak.
PKO rapport NTC-locatie 'De Regenboog' te Londen, Groot-Brittannië - 2 juli 2005
7
3 HET KWALITEITSPROFIEL Het kwaliteitsprofiel van NTC-locatie 'De Regenboog' te Londen, GrootBrittannië bestaat uit waarderingen die op acht kwaliteitsaspecten zijn gegeven, welke in onderstaand schema zijn weergegeven. De kwaliteit van NTC-locatie 'De Regenboog' te Londen, Groot -Brittannië is beoordeeld op 8 kwaliteitsaspecten, geordend in drie domeinen te weten Zorg voor kwaliteit, Onderwijs en leren en Opbrengsten. De oordelen zijn in het onderstaande schema samengebracht. De waarderingen worden op de volgende wijze uitgedrukt: 1. Slecht 2. Onvoldoende 3. Voldoende 4. Goed 5. NTB
Voor alle of vrijwel alle indicatoren geldt dat ze niet of nauwelijks bijdragen aan het realiseren van het kwaliteitsaspect. Eén of meer normindicatoren dragen onvoldoende bij aan het realiseren van het kwaliteitsaspect. De normindicatoren dragen in voldoende mate bij aan het realiseren van het kwaliteitsaspect. De kwaliteit van sommige indicatoren kan worden verbeterd. Alle indicatoren dragen in voldoende of hoge mate bij aan het realiseren van het kwaliteitsaspect. Dit kwaliteitsaspect is niet te beoordelen.
In bijlage 1 bij het rapport is een overzicht opgenomen van alle indicatoren met de waarderingen door de inspectie. In bijlage 2 is een korte beschrijving opgenomen van ieder kwaliteitsaspect. In de eerder genoemde brochure vindt u daarover nog meer informatie.
PKO rapport NTC-locatie 'De Regenboog' te Londen, Groot-Brittannië - 2 juli 2005
9
Kwaliteitsprofiel NTC-locatie 'De Regenboog' te Londen, Groot-Brittannië Domein: Zorg voor kwaliteit
1
2
1. kwaliteitszorg 2. toetsing
1
2
leerstofaanbod tijd onderwijsleerproces schoolklimaat zorg en begeleiding
Domein: Opbrengsten
4 l
Domein: Onderwijs en leren
3. 4. 5. 6. 7.
3 l
3
4 l l l l
l
1
2
8. opbrengsten
PKO rapport NTC-locatie 'De Regenboog' te Londen, Groot-Brittannië - 2 juli 2005
3
4
5 l
10
4 BESCHOUWING De inspectie komt tot de conclusie dat het onderwijs op NTC-locatie 'De Regenboog' te Londen een kwaliteitssprong heeft gemaakt. Het kwaliteitsniveau is op een aantal kwaliteitsaspecten aanmerkelijk gestegen: kwaliteitszorg, toetsing, leerstofaanbod, tijd, onderwijsleerproces en schoolklimaat. De verbeteringen op deze kwaliteitsaspecten zijn niet alleen inhoudelijk van aard, maar betreffen ook - en vooral - de werkwijze. Er is nu sprake van doelgericht, planmatig en transparant werken. Er is meer lijn, regel, orde, systematiek. Er is nu een prima evenwicht gevonden tussen 'op inhoudelijke vernieuwing' gerichte en 'op organisatie' gerichte activiteiten. De in paragraaf 2 De uitgangssituatie vermelde kwaliteitsimpulsen hebben daartoe een belangrijke bijdrage geleverd. Voor de inbreng daarbij van bestuursleden en (nieuwe) leerkrachten spreekt de inspectie haar grote waardering uit. Tevens heeft de inspectie er kennis van genomen, dat de school op een professionele wijze aandacht heeft besteed aan de realisering van de aandachtspunten zoals genoemd in hoofdstuk 4 Vervolg van het toezicht van het Inspectierapport oktober 2003. Onverlet de waardering die de inspectie heeft voor de kwaliteit van de transformatie die 'De Regenboog' doormaakt, wijst de inspectie de volgende verbeterpunten aan: • het gezamenlijk afspreken en uitvoeren van een didactiek in het aanleren van nieuwe woordbetekenissen; • het werken met een verbeterplan per te verbeteren onderwerp; • het intensiveren van computerondersteund onderwijs c.q van de inzet van educatieve software; • het verder invoeren van zelfstandig werken; • het opstellen van een directiestatuut; • het aanwijzen door het bestuur van een coördinator van de NTC-locatie en het vermelden van deze coördinator in de Schoolgids voor Ouders; • het verder uitlijnen van het onderwijsprogramma per groep en het opnemen daarin van leerlijnen die afgeleid zijn van de leerstofgebied overstijgende kerndoelen; • het opstellen en uitvoeren van een sponsoringbeleid; • het inzetten van professionele instrumenten die ouder- en leerlingtevredenheid meten; • het gebruik van handelingsplannen bij risicoleerlingen (zie Schoolgidsparagraaf 4.3). De hierboven aangegeven conclusie wordt onderbouwd in de hierna volgende subparagrafen die de volgende kwaliteitsaspecten onder de loep nemen: kwaliteitzorg, toetsing, leerstofaanbod, tijd, onderwijsleerproces, schoolklimaat, zorg en begeleiding, opbrengsten. Kwaliteitszorg De inspectie beoordeelt het kwaliteitsaspect 'kwaliteitszorg' als voldoende. Op dit aspect heeft de school zichtbare verbeteringen doorgevoerd sinds het vorige PKO-schoolonderzoek van de inspectie (18 en 24 oktober 2003).
PKO rapport NTC-locatie 'De Regenboog' te Londen, Groot-Brittannië - 2 juli 2005
11
De mate waarin en de kwaliteit waarmee de school de kwaliteit van haar onderwijs systematisch bewaakt en maatregelen neemt om de kwaliteit te behouden en te verbeteren is sterk toegenomen. Anders dan in 2003 evalueert de school systematisch de beschikbare kennis van de kwaliteit van haar onderwijs. Nu beschikt de school over een sterkte-zwakte analyse met name voor de aspecten Onderwijs en leren en Opbrengsten. Het NOB-Zelfevaluatieinstrument is daarbij van nut geweest. Beter dan voorheen heeft de school inzicht in de mogelijkheden en belemmeringen binnen de organisatie voor kwaliteitsverbetering. De effecten van verbeteractiviteiten zijn vastgelegd in het Verbeterplan 2003-2007. Mede dankzij dit Verbeterplan heeft de school scherper haar doelen gesteld - met name op het kerndomein van Onderwijs en leren - en werkt zij gericht aan verbetering van de kwaliteit van haar onderwijs. Het Verbeterplan draagt er ook toe bij, dat de zorg voor kwaliteit systematisch is: de kwaliteitszorgactiviteiten maken deel uit van een cyclus. De inspectie doelt daarbij op de cyclus waarbij het bepalen, bewaken, verbeteren, bijstellen en borgen van kwaliteit de onlosmakelijke deelprocessen vormen (de PDCAcirkel). Het Verbeterplan bevat verbeteronderwerpen die aangereikt zijn vanuit diverse bronnen: de bevindingen uit het NOB Zelfevaluatieinstrument, de inspectierapporten, de kennis en ervaring van leerkrachten en bestuursleden. Mede dankzij de acties op het gebied van kwaliteitszorg is ook de mate waarin de school verantwoording over de gerealiseerde onderwijskwaliteit aflegt aan belanghebbenden (met name de ouders) verbeterd. Zo gaat het achtste hoofdstuk van de Schoolgids voor Ouders in op de behaalde leerlingresultaten, maar ook op de uitkomsten van de sterkte-zwakte analyse van de school en op de uitkomsten van de leerlingenenquête over de school. Wel is de inspectie van oordeel, dat de wijze waarop de leerlingenenquête wordt afgenomen, professioneler kan. Een suggestie daarvoor zendt de inspectie naar de school in een afzonderlijke bijlage. Een opvallende verbetering betreft ook de mate waarin de school nu haar doelen heeft geformuleerd op het gebied van de opbrengsten en normeringen. In de Schoolgids 2005/2006 zullen niveauaanduidingen, normen en AVIstreefdoelen worden gespecificeerd. De aanbeveling van de inspectie te netwerken met de 'Prins Willem Alexanderschool' te Woking is gehonoreerd. Indien er een NTC-locatie in 'Seven Oaks' wordt opgericht, beveelt de inspectie de school aan om ook met deze onderwijslocatie een educatief netwerk aan te gaan. De inspectie beveelt de school eveneens aan, per te verbeteren onderwerp te werken met een verbeter-(product)plan. Gelet op de actieve fondswerving beveelt de inspectie de school aan, om een sponsoringsbeleid op te stellen. Om de professioneel geworden schoolcultuur en effectief geworden interne communicatie verder te doen ontwikkelen maar (vooral) ook te waarborgen voor de langere termijn, beveelt de inspectie de school aan om een (ook) voor ouders herkenbare coördinator aan te wijzen en diens taken en bevoegdheden duidelijk af te bakenen in een directiestatuut.
PKO rapport NTC-locatie 'De Regenboog' te Londen, Groot-Brittannië - 2 juli 2005
12
Tot slot beveelt de inspectie aan om de verbeteringen die de school doorvoert te borgen. De school loopt een risico dat verbeteringen niet beklijven en een bereikt hoger kwaliteitsniveau op bijvoorbeeld de aspecten leerstofaanbod, onderwijsleerproces, zorg & begeleiding weer terugzakt. Een middel om verbeterde werkwijzen in het organisatiegeheugen van de school op te slaan en vast te leggen, is de computer dan wel de CD-Rom. Ook nieuwe bestuursleden en leraren kunnen terugvallen op en putten uit dit geheugen en vandaaruit verder voortbouwen. Toetsing De inspectie beoordeelt het kwaliteitsaspect 'toetsing' als goed. In paragraaf 9.2 van de Schoolgids voor Ouders is het toetsrooster opgenomen. Daaruit blijkt dat de school de toetsen uit het Cito Leerlingvolgsysteem hanteert. Daardoor waarborgt de school de inhoudsvaliditeit en de betrouwbaarheid van de toetsen; zowel die aan het eind van de schoolperiode worden afgenomen (de Cito Entreetoets groep 7) als die t ussentijds worden afgenomen. De school waarborgt zowel een zorgvuldige normering als een zorgvuldige afname van alle methodeonafhankelijke toetsen. De school heeft de aanbevelingen van de inspectie om een eindtoets te hanteren, gehonoreerd. Leerstofaanbod De inspectie beoordeelt het kwaliteitsaspect 'leerstofaanbod' als goed. Het leerstofaanbod van 'De Regenboog' stelt de leerlingen in staat zich optimaal te ontwikkelen en voor te bereiden op het vervolgonderwijs. De school waarborgt dat het aanbod dekkend is voor de kerndoelen en dat het feitelijk leerstofaanbod overeen komt met het geplande aanbod. Dát het leerstofaanbod dekkend is voor de kerndoelen en didactisch up to date is, is mede te danken aan de vernieuwing van methodes en programma's. In groepen 1 en 2 wordt voor het woordenschatonderwijs gebruik gemaakt van programma's zoals 'Schatkist', 'Leeswegblokken' en van educatieve software. Deze aandacht voor woordenschatonderwijs in de onderbouwgroepen is des te meer relevant, omdat in die groepen een relatief hoger percentage leerlingen zit bij wie thuis het Nederlands niet de dominante dan wel de enige taal is die daar gesproken wordt (zie hoofdstuk 2 De uitgangssituatie). In de groepen 3 en 4 worden nu de woordpakketten van de methode 'Taal Actief' gebruikt, maar ook het programma 'De Woordenschatkamer'. In de groepen 6 en hoger wordt het 'Posterproject' gehanteerd. Zo is er een goede, doorgaande leergang woordenschatonderwijs tot stand gekomen (zie het tweede aandachtspunt in hoofdstuk 4 Vervolg van het toezicht uit het Inspectierapport oktober 2003). Ook heeft de school het (voortgezet) technisch lezen verbeterd (derde aandachtspunt uit voornoemd rapport). De leerlingen in de groepen 1 en 2 krijgen nu de boekjes van de methode 'De Leeslijn' mee naar huis. Incidenteel gebruiken ouders nu het programma 'Samen beter lezen' en voor de leerlingen met problemen bij het (voortgezet) technisch lezen is nu het programma 'Estafette' in gebruik.
PKO rapport NTC-locatie 'De Regenboog' te Londen, Groot-Brittannië - 2 juli 2005
13
De school voorziet nu in een breed aanbod gericht op de verwerving van kennis, inzicht, vaardigheden en houdingen. Zo biedt de school waarborgen voor een evenwichtig leerstofaanbod voor de brede persoonlijke ontwikkeling (cognitief, sociaal, creatief). Daartoe behoren ook componenten van Nederlandkunde (cultuuronderwijs) en van leergebiedoverstijgende vaardigheden en houdingen zoals het leren communiceren, het werken met educatieve software - dat naar het oordeel van de inspectie geïntensiveerd dient te worden - en het werken volgens plan middels het werken met taakkaarten. Wel acht de inspectie het noodzakelijk om in het programmaoverzicht per groep (zie hieronder) ook per groep die activiteiten op te nemen die afgeleid zijn van de leerstofgebied overstijgende kerndoelen; Het leerstofaanbod vertoont een sterkere samenhang. Er is zichtbaar gewerkt aan het versterken van de doorgaande lijn in het leerstofaanbod. Met name door het gebruik van de methode 'Schatkist' in groepen 1 en 2 en het gebruik van de methode 'Veilig Leren Lezen' is deze doorgaande lijn sterker geworden. Ook is de samenhang in het woordenschatonderwijs - zie hierboven toegenomen. De inspectie onderschrijft de noodzaak die door het team is aangewezen, om per groep een programma-overzicht vast te stellen. Mede dankzij het gebruik van nieuwe methodes en pr ogramma's is er ook een betere afstemming van het leerstofaanbod op de talige onderwijsbehoeften van de leerlingen tot stand gekomen. Die betere samenhang geldt zowel voor individuele leerlingen als voor groepen leerlingen. Belangrijke bijdragen daarvoor hebben - naast de nieuwe methodes en programma's - ook geleverd de herindeling van de groepen (nu drie groepen), de gerichte huiswerkopdrachten en de ontwikkeling van een 'taalspel-o-theek'. Tijd De inspectie beoordeelt het kwaliteitsaspect 'tijd' als goed. De leerlingen krijgen voldoende tijd om zich het leerstofaanbod eigen te maken. De school programmeert voldoende onderwijstijd en heeft deze tijd evenwichtig verdeeld over de onderscheiden taalonderdelen en tussen het taaldomein en het cultuurdomein. De leertijd is voor leerlingen voldoende om zich het leerstofaanbod eigen te maken. Natuurlijk is dat ook afhankelijk van de talige thuissituatie (zie hoofdstuk 2 De uitgangssituatie). Het schoolbeleid draagt ertoe bij, dat de geprogrammeerde onderwijstijd efficiënt wordt ingezet. De leraren realiseren de geplande onderwijstijd in hogere mate dan tijdens het schoolonderzoek van 2003 het geval was. Tijdens de nu bijgewoonde lessen was duidelijk zichtbaar, dat leraren ernaar streven om de geplande onderwijstijd en de feitelijke onderwijstijd zowel op groepsniveau als op leerlingniveau in hoge mate te doen samenvallen. Dat blijkt uit het geringe verlies van de (schaarse!) onderwijstijd door een efficiënter klassenmanagement, door effectieve instructie - een wijze van instructie waarbij de geplande tijd ook daadwerkelijk wordt besteed aan het gekozen lesdoel (doelgericht werken) - door de geringe tijd die leerlingen moeten wachten voor het ontvangen van instructie en/of het kunnen uitvoeren van opdrachten en door het gegeven dat lessen niet nodeloos worden gestoord.
PKO rapport NTC-locatie 'De Regenboog' te Londen, Groot-Brittannië - 2 juli 2005
14
De tijd voor onderwijs en leren is afgestemd op de onderwijsbehoeften van de leerlingen. De tijd voor onderwijs en leren is afgestemd op de talige kenmerken van de leerlingenpopulatie. De school varieert de hoeveelheid tijd voor onderwijs en leren, afhankelijk van de onderwijsbehoeften van de leerlingen (zie hoofdstuk 2 De uitgangssituatie). Drie acties dragen daartoe in belangrijke mate bij. Ten eerste wordt de tijd voor instructie en verwerking vergroot voor groepjes leerlingen of voor individuele leerlingen tijdens de nu ingeroosterde momenten van zelfstandig werken en zelfverantwoordelijk leren (het werken met individuele taakkaarten). Ten tweede door het geven van huiswerk op maat. En ten derde door het geven van gerichte thuisopdrachten als onderdeel van handelingsplanning. De hierboven genoemde indicaties en conclusies leiden ertoe, dat de inspectie aan het kwaliteitsaspect 'Tijd' nu de waardering 'goed' toekent. Onderwijsleerproces De inspectie beoordeelt het kwaliteitsaspect 'onderwijsleerproces' als goed. De school zorgt voor een functionele en uitdagende leeromgeving. De kwaliteit van de les- en werkruimtes ondersteunt het onderwijsleerproces. De kwaliteit en kwantiteit van de fysieke omgeving waarin het onderwijsleerproces plaatsvindt, is dankzij renovaties en vergroting van de onderwijsruimte toegenomen. De (moderne) leer- en hulpmiddelen ondersteunen het onderwijsleerproces. Die nodigen uit tot leren. De onderwijsactiviteiten die de inspectie observeerde, zijn gestructureerd en doelmatig. De werkomstandigheden voor leerlingen zijn ordelijker geworden. De onderwijsactiviteiten hebben een duidelijke structuur: de leraren geven doelgerichte en beknopte uitleg van de leerstof en brengen in de les in voldoende mate de specifieke vakdidactische eisen in praktijk. De context voor leren is betekenisvol. Zo houden leraren in uitleg, opdrachten en begeleiding rekening met de leefwereld van de leerlingen (leeftijd, milieu, peer group en thuistaal). De uitleg is duidelijk en er vinden regelmatig controleactiviteiten plaats of de uitleg is begrepen. De lesopzet is passend voor de leerdoelen. Wel acht de inspectie het noodzakelijk, om met elkaar afspraken te maken over het eenduidig uitvoeren van een didactiek in het aanleren van nieuwe woordbetekenissen. Als ondersteuning daarbij zendt de inspectie naar de school, zoals gezegd, in een afzonderlijke bijlage enige informatie. De leraren zorgen voor voldoende ondersteuning en uitdaging van de leerlingen. Zij bevorderen het zelfvertrouwen van de leerlingen en weten hen te motiveren. Zij stimuleren het denken van de leerlingen door het stellen van open vragen en van denkvragen die uitnodigen tot actieve deelname, begrijpen van concepten en het leggen van verbanden. De leraren begeleiden op een systematische en stimulerende wijze de onderwijsleerprocessen. Zij controleren en evalueren systematisch het onderwijsleerproces. Er vindt procesgerichte feedback plaats. De leerlingen zijn actief gericht op leren. Zij zijn betrokken bij het onderwijsleerproces en krijgen te maken met gevarieerde werkvormen. De leerlingen krijgen de gelegenheid tot zelfstandig leren: een essentiële voorwaarde om het onderwijs te kunnen differentiëren al naar gelang de mate van taalbeheersing (zie Hoofdstuk 2 De uitgangssituatie). Het zelfstandig werken levert ook een belangrijke bijdrage aan het planmatig en zelfverantwoordelijk leren; PKO rapport NTC-locatie 'De Regenboog' te Londen, Groot-Brittannië - 2 juli 2005
15
het werken met individuele taakkaarten is daarbij een goede actie. Inmiddels heeft de school lesstructuren ontwikkeld voor de groepen 1 en 2, 6 en 7 waarbij het zelfstandig werken een duidelijke plaats inneemt. Voor de groepen 3 en 4 is dit nog in ontwikkeling. Waar nodig werken leerlingen doelmatig samen. De leraren volgen en analyseren de vorderingen en ontwikkeling van hun leerlingen systematisch. Er vindt terugkoppeling plaats over de leerlingvorderingen. Dat blijkt uit de volgende indicaties. De leraren beoordelen de (tussen)prestaties aan de hand van diagnostische en van voortgangstoetsen, geven snel gecorrigeerd werk terug en geven aantekeningen bij het schriftelijk werk met suggesties voor verbeteringen. De leraren zorgen ervoor dat het onderwijsleerproces is afgestemd op de (talige) onderwijsbehoeften van individuele leerlingen en op de talige kenmerken van de leerlingenpopulatie (taalsituatie 1, 2 of 3). In hun taalgebruik houden de leraren in voldoende mate rekening met de eventuele extra behoeften van de leerlingen op taalgebied. Ook de opzet en inrichting van de uitleenbibliotheek houdt daarmee rekening. Schoolklimaat De inspectie beoordeelt het kwaliteitsaspect 'schoolklimaat' als goed. De school zorgt voor een veilig, ondersteunend en uitdagend schoolklimaat. De leraren en leerlingen gaan op een positieve manier met elkaar om. Zij tonen wederzijds respect. De leraren zijn betrokken bij het wel en wee van hun leerlingen en handhaven de geldende omgangsregels. De school zorgt voor een aangename, motiverende omgeving voor leerlingen. De aankleding en inrichting van ruimtes en schoolgebouw zijn functioneel en stimulerend. De sfeer op school is stimulerend. De school bevordert het welbevinden van de leerlingen. Dit alles is des te meer van betekenis, als bedacht wordt dat deze leerlingen op hun vrije zaterdagmorgen de NTC-lessen volgen. Dát de school het welbevinden en het oordeel van de leerlingen serieus neemt, blijkt ook uit de uitkomsten (en vervolgacties) van de in mei 2000 afgenomen leerlingenenquête. Wel adviseert de inspectie bij een nieuwe leerlingenenquête - maar ook bij een ouderenquête - een professioneel meetinstrument daarvoor in te zetten. Als de school haar 'klanten' serieus neemt - en dat doet zij vraagt dat ook om professionele middelen die de tevredenheid van de klant meten. In een afzonderlijk schrijven zal de inspectie de school daarvoor suggesties doen. De school zorgt voor een aangename, stimulerende werkomgeving voor de teamleden. Zij ervaren een grote mate van collegialiteit. Zij ervaren voorts de aansturing (door het schoolbestuur) als ondersteunend en stimulerend. Voor de leraren is een redelijk geschikte verblijfsruimte beschikbaar. De school stimuleert de betrokkenheid van ouders en verzorgers. Zij worden breed geïnformeerd over de gang van zaken op school. De Schoolgids voor Ouders is daartoe een goed bewerkt middel. Naast de Schoolgids maakt het schoolrapport deel uit van de middelen waarmee de school ouders informeert. De school ontwikkelt een nieuw format voor de schoolrapporten. Dat nieuwe format zal in december 2005 klaar zijn en staat geagendeerd voor de bestuursvergadering van september 2005. PKO rapport NTC-locatie 'De Regenboog' te Londen, Groot-Brittannië - 2 juli 2005
16
Ouders worden waar mogelijk betrokken bij de schoolactiveiten en bij het overleg. De school speelt een functionele rol binnen de Nederlandse gemeenschap en participeert in samenwerkingsverbanden en netwerken. Er zijn nu ook relaties met de 'Prins Willem Alexanderschool' te Woking. De school zorg voor veiligheid. Zorg en begeleiding De inspectie beoordeelt het kwaliteitsaspect 'zorg en begeleiding' als voldoende. De school kent gunstige voorwaarden voor de begeleiding van leerlingen en heeft de zorg en begeleiding structureel georganiseerd. De school beschikt over een samenhangend systeem van instrumenten en procedures voor het volgen van de prestaties en ontwikkeling van leerlingen: de Schoolgids voor Ouders biedt inzicht in dit systeem (hoofdstuk 4.2 en pagina 31). Dit systeem is ten opzichte van 2003 planmatiger en ook uitgebreider (opname van de Cito Entreetoets groep 7). De inspectie heeft kennis genomen van het gegeven, dat het niet mogelijk is een coördinator leerlingenzorg aan te stellen: iedere leraar afzonderlijk is verantwoordelijk voor het signaleren van gedrags- en leerproblemen. De school begeleidt haar leerlingen systematisch tijdens hun schoolloopbaan. De procedures voor in-, door- en uitstroom zijn ten opzichte van 2003 duidelijker, tevens vastgelegd in de Schoolgids voor Ouders (hoofdstuk 4). De school kent in voldoende mate gunstige voorwaarden voor de begeleiding van leerlingen met specifieke, talige onderwijsbehoeften. De school heeft procedures om zorgleerlingen vroegtijdig te signaleren (Schoolgids hoofdstuk 4). De leraren analyseren de hulpvragen van leerlingen die uitvallen. Signalering en analyse maken duidelijk dat een geconstateerde problematiek een specifieke aanpak vereist. Hierdoor is de leerling aangewezen op curatief handelen. Daarbij behoort een planmatige aanpak (handelingsplan). Blijkens het Verbeterplan 2003-2007 stelt de school - waar noodzakelijk - een individueel handelingsplan op (punt 6 Zorg en begeleiding). Echter, de inspectie beveelt de school aan, om ook (en zeker) bij die leerlingen wier ontwikkeling van hun Nederlandse taalvaardigheid stagnatie vertoont altijd een handelingsplan op te stellen. Een dergelijk plan ondersteunt namelijk niet alleen het planmatig handelen bij het verbeteren van die taalvaardigheid maar fungeert ook als verantwoordingsdocument indien - onverhoopt - het lescontract beëindigd moet worden (zie Schoolgids pagina 16). Zie indicator 7.3 en 7.4 in Bijlage I Overzicht waardering indicatoren. De school betrekt de ouders bij de zorg en begeleiding van de leerlingen. Dat geldt ook en vooral de leerlingen met specifieke taalproblemen. Inmiddels heeft de school een ouder-ondersteunend programma ('Samen beter lezen') in gebruik dat ouders helpt als hun kinderen problemen ondervinden bij het technisch lezen. Ook op dit punt heeft de school werk gemaakt van de aanbeveling ter zake die de inspectie deed tijdens haar schoolonderzoek van oktober 2003.
PKO rapport NTC-locatie 'De Regenboog' te Londen, Groot-Brittannië - 2 juli 2005
17
Opbrengsten De inspectie kan aan de Opbrengsten geen waardering toekennen. De oorzaken daarvan zijn divers. In de eerste plaats heeft de school sinds recent de Cito Entreetoets voor groep 7 in gebruik. Een valide oordeel van de eindresultaten kan de inspectie daarom niet geven. In de tweede plaats neemt slechts een gering aantal leerlingen deel aan de tussentijdse toetsen. Daardoor bepaalt een extreem hoog of laag resultaat van enkele leerlingen in sterke mate het gemiddelde van de groep. In de derde plaats maakt het soms kortstondig verblijf van een aantal leerlingen het moeilijk om resultaten te vergelijken.
PKO rapport NTC-locatie 'De Regenboog' te Londen, Groot-Brittannië - 2 juli 2005
18
5 VERVOLG VAN HET TOEZICHT Op basis van dit PKO heeft de inspectie geen aanwijzing met betrekking tot wettelijke bepalingen waaraan de school niet voldoet.
De bevindingen in dit PKO leiden tot de volgende conclusie over het vervolg van het toezicht (toezichtarrangement): het volgende bezoek van de inspectie zal bestaan uit een periodiek kwaliteitsonderzoek. Dit onderzoek zal plaatsvinden in 2009. Indien mogelijk brengt de inspectie in een eerder stadium een kort schoolbezoek. Bij dat onderzoek en/of het periodiek kwaliteitsonderzoek in 2009 zal specifiek aandacht worden besteed aan: • de didactiek in het aanleren van nieuwe woordbetekenissen; • het werken met een verbeterplan per te verbeteren onderwerp; • het computerondersteund onderwijs c.q van de inzet van educatieve software; • het zelfstandig werken; • het directiestatuut; • het functioneren van een coördinator van de NTC-locatie en vermelding van deze coördinator in de Schoolgids voor Ouders; • de onderwijsprogramma's per groep en de positie daarin van leerlijnen die afgeleid zijn van de leerstofgebied overstijgende kerndoelen; • het sponsoringbeleid; • het gebruik van professionele instrumenten die ouder- en leerlingtevredenheid meten; • het gebruik van handelingsplannen bij risicoleerlingen (zie Schoolgidsparagraaf 4.3); • het gebruik van het nieuwe schoolrapport.
PKO rapport NTC-locatie 'De Regenboog' te Londen, Groot-Brittannië - 2 juli 2005
19
BIJLAGE I Overzicht waardering indicatoren Bij elk kwaliteitsaspect (hoofdstuk 3) zijn indicatoren geformuleerd. Deze bijlage geeft een overzicht van die indicatoren met de waardering die de inspectie daaraan heeft toegekend. In de waardering is tot uitdrukking gebracht in welke mate de indicatoren bijdragen aan de kwaliteit van het desbetreffende kwaliteitsaspect: 1 draagt niet of nauwelijks bij; 2 draagt onvoldoende bij; 3 draagt voldoende bij; 4 draagt in hoge mate bij. 5 Bij het domein 'Opbrengsten' is ook de categorie '5' (betekent 'niet te beoordelen') toegevoegd. In sommige gevallen kan de inspectie hier namelijk geen gefundeerd oordeel geven. Bij elk kwaliteitsaspect is een beslisregel geformuleerd. Deze beslisregel geeft aan welke indicatoren ten minste in voldoende mate van toepassing moeten zijn voor een waardering 'voldoende' voor het kwaliteitsaspect. Dit vormt de onderbouwing van het kwaliteitsprofiel van de school, zoals dat is gepresenteerd in hoofdstuk 3. Onder iedere tabel is een ruimte voor toelichting. De inspectie geeft hier een toelichting als zij afwijkt van de beslisregel.
PKO rapport NTC-locatie 'De Regenboog' te Londen, Groot-Brittannië - 2 juli 2005
21
Overzicht van NTC-locatie 'De Regenboog' te Londen, Groot-Brittannië Domein 'Zorg voor kwaliteit' Kwaliteitsaspect: Kwaliteitszorg
de school bewaakt systematisch de kwaliteit van het onderwijs en neemt maatregelen om de kwaliteit te behouden en zo nodig te verbeteren.
1
2
3
4
l 1
2
3
4
1.1 de school heeft inzicht in de eigen l uitgangssituatie. l 1.2 de school heeft haar doelen geformuleerd. 1.3 de school evalueert systematisch de kwaliteit l van haar opbrengsten en van het onderwijs en leren. 1.4 de school werkt gericht aan verbetering van de l kwaliteit van haar onderwijs. 1.5 de school legt verantwoording af aan l belanghebbenden over de gerealiseerde onderwijskwaliteit. l 1.6 de zorg voor kwaliteit is systematisch. beslisregel: voor een waardering 'voldoende' dragen ten minste de volgende indicatoren 'voldoende' bij: indicator 1.4 en twee van de andere indicatoren. Toelichting: Kwaliteitsaspect: Toetsing
1
2
3
1
2
3
de school waarborgt de kwaliteit van de toetsing.
4 l 4
2.1 de school waarborgt de kwaliteit van de l toetsing aan het einde van het primair onderwijs. 2.2 de school waarborgt de kwaliteit van de l toetsing gedurende de schoolloopbaan van leerlingen. beslisregel: voor een waardering 'voldoende' dragen ten minste de volgende indicatoren 'voldoende' bij: één van de twee indicatoren. Toelichting:
Domein 'Onderwijs en leren'
PKO rapport NTC-locatie 'De Regenboog' te Londen, Groot-Brittannië - 2 juli 2005
22
Kwaliteitsaspect: Leerstofaanbod
1
2
3
het leerstofaanbod stelt leerlingen in staat zich optimaal te ontwikkelen en voor te bereiden op het vervolgonderwijs.
4 l
1
2
3
3.1 het leerstofaanbod bereidt leerlingen voor op het vervolgonderwijs. 3.2 de school voorziet in een breed aanbod gericht op de verwerving van kennis, inzicht, vaardigheden en houdingen. 3.3 het leerstofaanbod vertoont samenhang. 3.4 het leerstofaanbod is afgestemd op de onderwijsbehoeften van de leerlingen. beslisregel: voor een waardering 'voldoende' dragen ten minste de volgende indicatoren 'voldoende' bij: indicatoren 3.1 en 3.4.
4 l
l l l
Toelichting: Kwaliteitsaspect: Tijd
leerlingen krijgen voldoende tijd om zich het leerstofaanbod eigen te maken.
1
2
3
4 l
1
2
3
4
4.1 de school programmeert voldoende l onderwijstijd. 4.2 de leertijd is voor leerlingen voldoende om zich l het leerstofaanbod eigen te maken. 4.3 de tijd voor onderwijs en leren is afgestemd op l de onderwijsbehoeften van leerlingen. beslisregel: voor een waardering 'voldoende' dragen ten minste de volgende indicatoren 'voldoende' bij: indicatoren 4.1 en 4.2. Toelichting:
PKO rapport NTC-locatie 'De Regenboog' te Londen, Groot-Brittannië - 2 juli 2005
23
Kwaliteitsaspect: Onderwijsleerproces
de onderwijsleersituaties bieden leerlingen voldoende gelegenheid, uitdaging en ondersteuning voor het leren.
1
2
3
4 l
1
2
3
4
5.1 de school zorgt voor een functionele en l uitdagende leeromgeving. 5.2 de onderwijsactiviteiten zijn gestructureerd en l doelmatig. 5.3 leraren zorgen voor voldoende ondersteuning en l uitdaging van de leerlingen. 5.4 leraren begeleiden op een systematische en l stimulerende wijze onderwijsleerprocessen. l 5.5 leerlingen zijn actief gericht op leren. 5.6 leraren volgen de vorderingen en ontwikkeling l van hun leerlingen. 5.7 leraren zorgen ervoor dat het l onderwijsleerproces is afgestemd op de onderwijsbehoeften van de leerlingen. beslisregel: voor een waardering 'voldoende' dragen ten minste de volgende indicatoren 'voldoende' bij: indicatoren 5.2, 5.3, en 5.6 en één van de andere indicatoren. Toelichting: Kwaliteitsaspect: Schoolklimaat
1
2
3
de school zorgt voor een veilig, ondersteunend en uitdagend schoolklimaat.
4 l
1
2
3
4
6.1 personeelsleden en leerlingen gaan op een l positieve manier met elkaar om. 6.2 de school zorgt voor een aangename, l motiverende omgeving voor leerlingen. 6.3 de school zorgt voor een aangename, l stimulerende werkomgeving voor personeelsleden. 6.4 de school stimuleert de betrokkenheid van l ouders en verzorgers. 6.5 de school speelt een functionele rol binnen de l lokale en regionale gemeenschap. l 6.6 de school zorgt voor veiligheid. beslisregel: voor een waardering 'voldoende' dragen ten minste de volgende indicatoren 'voldoende' bij: indicatoren 6.1, 6.2 en 6.6 en één van de andere indicatoren. Toelichting:
PKO rapport NTC-locatie 'De Regenboog' te Londen, Groot-Brittannië - 2 juli 2005
24
Kwaliteitsaspect: Zorg en begeleiding
1
de school begeleidt leerlingen systematisch tijdens hun schoolloopbaan en bij de keuze voor vervolgonderwijs en zorgt voor een systematische begeleiding van leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften.
2
3
4
l 1
2
3
4
7.1 de school kent gunstige voorwaarden voor de l begeleiding van leerlingen. 7.2 de school begeleidt leerlingen systematisch l tijdens hun schoolloopbaan. 7.3 de school kent gunstige voorwaarden voor de l begeleiding van leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften. 7.4 de school zorgt voor begeleiding van leerlingen l met specifieke onderwijsbehoeften. 7.5 de school betrekt ouders/verzorgers bij de zorg l en begeleiding van de leerlingen. beslisregel: voor een waardering 'voldoende' dragen ten minste de volgende indicatoren 'voldoende' bij: indicatoren 7.2, 7.3 en 7.4. Toelichting:
Domein 'Opbrengsten' Kwaliteitsaspect: Opbrengsten
de prestaties van leerlingen liggen ten minste op het niveau dat op grond van hun kenmerken mag worden verwacht.
1
2
3
4
5 l
1
2
3
4
8.1 de resultaten liggen ten minste op het niveau dat mag worden verwacht. 8.2 de leerlingen beheersen aan het einde van de opleiding vaardigheden op een niveau dat mag worden verwacht. 8.3 leerlingen ontwikkelen zich naar verwachting. 8.4 leerlingen vervolgen met succes hun schoolloopbaan. beslisregel: voor een waardering 'voldoende' dragen ten minste de volgende indicatoren 'voldoende' bij: indicatoren 8.1 en 8.3.
5 l
l
l l
Toelichting:
PKO rapport NTC-locatie 'De Regenboog' te Londen, Groot-Brittannië - 2 juli 2005
25
BIJLAGE II
Kwaliteitsaspect 1: Kwaliteitszorg Toelichting: Scholen zijn primair zelf verantwoordelijk voor de kwaliteit van het gegeven onderwijs. In de Wet op het primair onderwijs wordt voorgeschreven dat scholen een kwaliteitszorgbeleid dienen te voeren. Dit beleid moet ook in het schoolplan beschreven zijn. Kwaliteitszorg betreft activiteiten die erop gericht zijn de kwaliteit van het onderwijs te bepalen, te bewaken, te borgen en te verbeteren. Elke school zal daartoe, rekening houdend met de kenmerken van de leerlingen en met de wensen van belanghebbenden uit de omgeving van de school, dienen aan te geven wat zij onder kwalitatief goed onderwijs verstaat. Ze zal die opvattingen dienen te vertalen in doelen en zal systematisch moeten nagaan of zij die doelen ook bereikt. Op basis daarvan zal zij zich doelen voor verdere verbetering moeten stellen, die worden opgenomen in een meerjarig schoolontwikkelingstraject. Ze zal vervolgens dienen na te gaan wat de effecten van die verbeteractiviteiten zijn en zal daarover dienen te communiceren met de betrokken geledingen. Het geheel kenmerkt zich door een cyclische aanpak. Kwaliteitsaspect 2: Toetsing Toelichting: Regelmatig nagaan of leerlingen de aangeboden leerstof beheersen en/of bepaalde leerdoelen bereikt hebben, is belangrijk. Bovendien kan uit de opbrengsten van het onderwijs worden afgeleid hoe een school haar functies vervult en haar doelstellingen bereikt. Derhalve gaat de inspectie na in hoeverre de school de kwaliteit van toetsinstrumenten en het juiste gebruik ervan garandeert. Kwaliteitsaspect 3: Leerstofaanbod Toelichting: Het leerstofaanbod, dat de kennis, vaardigheden en houdingen bepaalt die leerlingen door het onderwijs kunnen verwerven, dient leerlingen in staat te stellen zich optimaal te ontwikkelen en voor te bereiden op het vervolgonderwijs. Daarom behoort het te voldoen aan de kerndoelen en te voorzien in een breed aanbod van kennis, vaardigheden en houdingen. Bovendien dient het voldoende structuur en samenhang te vertonen en afgestemd te zijn op de onderwijsbehoeften van de leerlingen. Kwaliteitsaspect 4: Tijd Toelichting: Een noodzakelijke voorwaarde voor leren is dat leerlingen ook de tijd hebben om zich het leerstofaanbod eigen te maken. Een school behoort daarom voldoende onderwijstijd te programmeren en deze evenwichtig over de vakken te verdelen. Daarnaast dient de onderwijstijd efficiënt te worden ingezet en te worden afgestemd op de onderwijsbehoeften van leerlingen.
PKO rapport NTC-locatie 'De Regenboog' te Londen, Groot-Brittannië - 2 juli 2005
27
Kwaliteitsaspect 5: Onderwijsleerproces Toelichting: De onderwijsleersituaties dienen leerlingen voldoende gelegenheid, uitdaging en ondersteuning te bieden voor het leren. Daartoe behoort er sprake te zijn van een functionele en uitdagende leeromgeving, waarbinnen gestructureerde en doelmatige onderwijsactiviteiten plaatsvinden. De leerlingen dienen zich ondersteund en uitgedaagd te voelen. Er behoort sprake te zijn van een systematische en stimulerende begeleiding van onderwijsleerprocessen en van leerlingen die actief zijn gericht op leren. Bovendien dienen leraren de vorderingen en ontwikkeling van leerlingen te volgen en het onderwijsleerproces af te stemmen op de onderwijsbehoeften van de leerlingen. Kwaliteitsaspect 6: Schoolklimaat Toelichting: De school hoort voor een veilig, ondersteunend en uitdagend schoolklimaat te zorgen. Dit dient tot uiting te komen in de positieve manier waarop personeelsleden en leerlingen met elkaar omgaan, in een aangename en motiverende omgeving voor leerlingen en leraren, in een goede betrokkenheid van ouders bij de school, in de functionele rol die de school speelt in de gemeenschap en in de zorg die er is voor veiligheid. Kwaliteitsaspect 7: Zorg en begeleiding Toelichting: De school behoort leerlingen systematisch te begeleiden tijdens hun schoolloopbaan en bij de keuze voor vervolgonderwijs. Daarnaast dient ze te zorgen voor een systematische begeleiding van leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften. Daartoe is het nodig dat de school gunstige voorwaarden kent voor de begeleiding van leerlingen, dat er duidelijke procedures zijn voor in-, door - en uitstroom en dat er functionele contacten zijn met scholen waar leerlingen vandaan komen of naartoe gaan. Leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften behoren tijdig te worden gesignaleerd en ook op planmatige wijze hulp te krijgen. De school behoort ouders in voldoende mate bij de begeleiding te betrekken. Kwaliteitsaspect 8: Opbrengsten Toelichting: Bij het kwaliteitsaspect opbrengsten wordt nagegaan of de prestaties van leerlingen ten minste het niveau hebben dat op grond van de kenmerken van de populatie leerlingen verwacht mag worden. Dit betreft zowel de leerresultaten aan het einde als gedurende de schoolperiode, alsook de beheersing van een aantal vaardigheden die voor maatschappelijk functioneren gewenst zijn. Daarnaast is er aandacht voor aantallen zittenblijvers en verwijzingen in relatie tot het totaal aantal leerlingen van de school. Ten slotte worden ook de adviezen voor het voortgezet onderwijs en het functioneren van de leerlingen in het voortgezet onderwijs hierbij betrokken.
PKO rapport NTC-locatie 'De Regenboog' te Londen, Groot-Brittannië - 2 juli 2005
28